Wethoudersoverleg Sociaal Domein Onderdeel
: Jeugd
Agendapunt
:9
Nummer
: 13.0004438
Onderwerp: Plan van aanpak Passend Onderwijs
Bijlagen:
Inleiding:
Vanaf 1 augustus 2014 zijn scholen verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Scholen gaan in de regio samenwerken om leerlingen een passende plek in het onderwijs te bieden. In het nieuwe stelsel wordt de leerlinggebonden financiering (rugzak) afgeschaft. Het budget blijft wel volledig beschikbaar, maar gaat voortaan naar de samenwerkende scholen. Scholen voor basis-, voortgezet en speciaal onderwijs gaan samenwerken in een nieuwe structuur van regionale samenwerkingsverbanden. Er komen 2 soorten samenwerkingsverbanden: voor primair en voortgezet onderwijs. De nieuwe samenwerkingsverbanden hebben twee belangrijke taken: het opstellen van een ondersteuningsplan en het beoordelen van een leerling op toelaatbaarheid voor het speciaal basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs. In dit plan van aanpak wordt aangegeven op welke wijze de gemeenten in samenwerking met de samenwerkende scholen gaan vormgeven.
Gevraagde beslissing: ter vaststelling
1
PLAN VAN AANPAK PASSEND ONDERWIJS Passend onderwijs en op overeenstemming gericht overleg over de ondersteuningsplannen van de samenwerkingsverbanden primair onderwijs en voortgezet onderwijs in de regio Gooi en Vechtstreek 1. De aanleiding Vanaf 1 augustus 2014 zijn scholen verplicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Scholen gaan in de regio samenwerken om leerlingen een passende plek in het onderwijs te bieden. In het nieuwe stelsel wordt de leerlinggebonden financiering (rugzak) afgeschaft. Het budget blijft wel volledig beschikbaar, maar gaat voortaan naar de samenwerkende scholen. Scholen voor basis-, voortgezet en speciaal onderwijs gaan samenwerken in een nieuwe structuur van regionale samenwerkingsverbanden. Er komen 2 soorten samenwerkingsverbanden: voor primair en voortgezet onderwijs. De nieuwe samenwerkingsverbanden hebben twee belangrijke taken: het opstellen van een ondersteuningsplan en het beoordelen van een leerling op toelaatbaarheid voor het speciaal basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs. Nieuwe samenwerkingsverbanden richten een rechtspersoon in waarin alle besturen met een vestiging in de regio deelnemen. De inrichting hiervan moet uiterlijk 1 november 2013 zijn gerealiseerd. In de regio Gooi en Vechtstreek komt 1 nieuw samenwerkingsverband primair onderwijs (was 2) onder de (nieuwe) naam Unita. Unita bestaat uit 32 schoolbesturen die samen het bestuurlijk platform vormen. De besturen hebben 100 scholen voor basisonderwijs, 5 scholen voor speciaal onderwijs en 5 scholen voor speciaal basisonderwijs. Het bestaande samenwerkingsverband voortgezet onderwijs in de regio Gooi en Vechtstreek gaat verder onder de naam Qinas 27.10. Qinas bestaat vanaf 2013 uit 11 schoolbesturen. Deze besturen hebben in totaal 15 scholen, waarvan 4 scholen voor voortgezet speciaal onderwijs. Daarnaast zal Qinas samenwerken met 2 besturen van het voortgezet speciaal onderwijs in een andere regio die leerlingen ontvangen uit de regio Gooi en Vechtstreek. De samenwerkingsverbanden primair onderwijs en voortgezet onderwijs hebben in de regio Gooi en Vechtstreek te maken met totaal 9 gemeenten in de provincie Noord-Holland (Hilversum, Huizen, Bussum, Naarden, Muiden, Wijdemeren, Blaricum, Laren, Weesp) en 1 gemeente in de provincie Utrecht (Eemnes). De regio-indeling voor de samenwerkingsverbanden passend onderwijs wijkt af van de gemeentelijke jeugdzorgregio’s. Dat kan een obstakel blijken te zijn in de afstemming tussen deze trajecten. 2. Stelselwijzigingen Passend Onderwijs en transitie jeugd Met de stelselwijzigingen Passend Onderwijs en transitie jeugdzorg wordt de verantwoordelijkheid voor hulp aan kinderen en gezinnen die extra ondersteuning nodig hebben, belegd bij schoolbesturen en gemeenten. Schoolbesturen krijgen de opdracht en de middelen om elk kind passend onderwijs te bieden. Gemeenten worden verantwoordelijk voor alle hulp aan jeugdigen en ouders. Onderwijs en gemeente krijgen de opdracht om de speelvelden met elkaar te verbinden en de plannen over en weer af te stemmen. Dit creëert nieuwe verhoudingen en nieuwe mogelijkheden voor gemeenten en schoolbesturen om de handen ineen te slaan rond zorg voor kinderen, jongeren en gezinnen. Uitgegaan wordt van het hanteren van eenzelfde visie op de ondersteuning van jeugdigen. Er is dan ook de ambitie om in de implementatiefase van beide stelselwijzingen samen te werken. 2
Met de transitie jeugdzorg zijn gemeenten in de positie om eisen te stellen aan de kwaliteit van de jeugdhulp. Wat is de rol van het onderwijs bij het opstellen van kwaliteitseisen voor jeugdhulp? Hoe kan het onderwijs gemeenten helpen bij het opstellen en toetsen van zinvolle kwaliteitseisen. Hoe krijgt de gemeente helder aan welke expertise de verschillende onderwijssectoren behoefte hebben. 3. Ondersteuningsplan basisonderwijs en voortgezet onderwijs Elk samenwerkingsverband stelt eens per 4 jaar een ondersteuningsplan op en kan tussentijds worden gewijzigd. Hierin staat onder meer hoe de scholen het passend onderwijs in de regio inrichten, het geld voor extra ondersteuning besteden, leerlingen naar het speciaal onderwijs verwijzen en ouders informeren. Ook staan in dit plan de ondersteuningsprofielen van deelnemende scholen opgenomen. Over het conceptplan dient het samenwerkingsverband primair onderwijs overleg te voeren met het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs in dezelfde regio en vise versa. Verder dient het samenwerkingsverband met de gemeente overleg te voeren over het concept ondersteuningsplan. Dit overleg behoort op overeenstemming te zijn gericht (OOGO). Uiterlijk 1 februari 2014 legt het samenwerkingsverband het ondersteuningsplan voor aan de ondersteuningsplanraad. Laatstgenoemde heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. Uiterlijk 1 mei 2014 moet het samenwerkingsverband het eerste ondersteuningsplan hebben vastgesteld en ingediend bij de inspectie voor het onderwijs. 4. Doelstelling Er dienen stappen te worden gezet op weg naar het op overeenstemming gericht overleg tussen gemeenten en het samenwerkingsverband. Het doel is om tot een gezamenlijke inhoudelijke agenda te komen, gebaseerd op een gezamenlijke visie op ondersteuning en zorg voor de jeugd. Een eerste stap daarin is gezet door de in december 2012 gehouden gezamenlijke informatiebijeenkomst in Naarden tussen de wethouders onderwijs van de gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek en de besturen van de samenwerkingsverbanden primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Van belang daarbij is de gezamenlijke bepaling van de regionale gemeentelijke visie en de afstemming tussen visie van de samenwerkingsverbanden op passend onderwijs en het gemeentelijk beleid. Belangrijkste consequentie voor gemeenten van de wetgeving passend onderwijs is dat samenwerkingsverbanden verplicht worden om over het ondersteuningsplan op overeenstemming gericht overleg te voeren met de gemeenten binnen het verband. Het is logisch dat er niet alleen afstemming plaatsvindt over het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband, maar dat er ook overleg plaatsvindt over de plannen die de gemeente heeft voor jeugdhulp, over de manieren waarop bijvoorbeeld zorgtoewijzing plaatsvindt voor een jeugdige en het gezin en over de aansluiting onderwijs op de arbeidsmarkt. Achtergrond is dat de gemeente verantwoordelijk is voor het toezicht op de naleving van de leerplicht en de RMCfunctie, het leerlingenvervoer, de onderwijshuisvesting en in de nabije toekomst voor de functie begeleiding uit de AWBZ (in de WMO), de jeugdzorg en de gecombineerde regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt (in de Participatiewet). 5. Opdracht Belangrijke mijlpaal is het op overeenstemming gericht overleg tussen bestuurders van de samenwerkingsverbanden en burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek. Leidraad is het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband. Hoe zien deze ondersteuningsplannen er uit en welke thema’s moeten in het OOGO besproken worden. Het OOGO moet zowel ambtelijk als bestuurlijk worden voorbereid. 6. Aanpak De samenwerkingsagenda wordt in belangrijke mate bepaald door het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband. Gemeenten en schoolbesturen zijn de bestuurlijk verantwoordelijke partners. Ook ketenpartners zorg en welzijn kunnen hierbij betrokken worden. Aan het OOGO 3
nemen bestuurders en sleutelspelers deel voor wie zowel het ondersteuningsplan als het gemeentelijk plan zorg voor jeugd bekend en herkenbaar is. Belangrijke voorwaarden zijn: (ambtelijke) voorbereiding, gezamenlijk overleg, meelezen op elkaars plannen, feedback en advies geven en tijdige bespreking met de eigen bestuurders en met sleutelspelers. Tijdens de in december 2012 gehouden gezamenlijke bijeenkomst is besloten in een tripartiteoverleg het proces rond OOGO ondersteuningsplannen primair onderwijs en voortgezet onderwijs op te zetten. Van elke geleding neem een afvaardiging deel aan dit overleg inmiddels geheten “Stuurgroep OOGO Ondersteuningsplannen PO en VO in Gooi en Vechtstreek”. Deze Stuurgroep heeft de belangrijke taak van procesbewaking, onderlinge afstemming, de voorbereiding van het regionaal en lokaal educatief overleg. Ook sturen zij de ambtelijke werkgroep OOGO aan. Als leidraad voor het overleg kan vervolgens worden gehanteerd de modelprocedure OOGO zoals die is opgesteld door de PO-Raad, VO-Raad en de VNG. De Stuurgroep is als volgt samengesteld: Namens de gemeenten: de wethouders van Hilversum, Huizen en Naarden respectievelijk Erik Boog, Liesbet Tijhaar en Marcel Adriani. Namens het samenwerkingsverband primair onderwijs: Ada Fischer en Kees Schouten. Namens het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs: Kees Elsinga en Berto de Waal. Namens het transitieteam jeugd: Rik Post Namens het Regionaal Bureau Leerlingzaken: Arturo van Haag
De Stuurgroep wordt aangevuld met een vertegenwoordiger van het Landelijk Reformatorisch samenwerkingsverband vanwege de aanwezigheid van een reformatorische school in Hilversum (Petrus Dathenusschool) welke school ook een regiofunctie heeft.
De programmamedewerker onderwijs van de gemeente Hilversum is ambtelijk secretaris van de Stuurgroep.
De periode waarin de Stuurgroep overlegt ligt tussen mei en november 2013. De Stuurgroep bepaalt zelf de frequentie van de overleggen. Deze frequentie wordt in hoge mate bepaald door de input vanuit de ambtelijke werkgroep.
Ambtelijke werkgroep OOGO ondersteuningsplan PO VO. Een goede ambtelijke voorbereiding op regionaal niveau is een belangrijke vereiste voor een goed OOGO. De input voor de ondersteuningsplannen komt uit de samenwerkingsverbanden primair en voortgezet onderwijs. De ambtelijke werkgroep is als volgt samengesteld: Beleidsmedewerkers onderwijs en jeugd van de gemeenten Hilversum, Huizen, Bussum en Naarden. Een ambtelijke vertegenwoordiger van elk samenwerkingsverband PO en VO. Een zorgcoördinator uit het samenwerkingsverband primair onderwijs. Een zorgcoördinator uit het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs. Een vertegenwoordiger van het transitieteam jeugd. Een vertegenwoordiger van het Regionaal Bureau Leerlingzaken. Een vertegenwoordiger van het preventieve voorveld (CJG, GGD; schoolmaatschappelijk werk).
Ambtelijk secretaris is de programmamedewerker van de gemeente Hilversum.
4
De periode waarin de ambtelijke werkgroep overlegt ligt tussen mei en november 2013. De werkgroep bepaalt zelf de frequentie. Deze is afhankelijk van de input vanuit de samenwerkingsverbanden.
7. Vervolg transitie jeugd vanuit gemeenteperspectief In 2013 moet op de navolgende vragen een antwoord worden gegeven in verband met de aanpak van de inhoudelijke vragen vanuit de gemeenten: a. Criteria waarop ondersteuningsplan onderwijs beoordeeld moeten worden. b. De gemeentelijke visie op samenwerking met het onderwijs: ondersteuning leerling (de inzet van het schoolmaatschappelijk werk en de ondersteuning bij “lichte” hulpvragen van leerlingen). signaleren en doorverwijzen naar integrale gemeentelijke toegang bij zwaardere hulpvragen als er individuele voorziening is.
8. Planning. Mei – november 2013 : ambtelijke en bestuurlijke overleggen. November 2013 : regionaal en lokaal educatief overleg ondersteuningsplan Januari 2014 : besluitvorming per gemeente (door B&W) op ondersteuningsplan. 1 februari 2014 : ondersteuningsplan bij ondersteuningplanraad 1 mei 2014 : ondersteuningsplan bij inspectie onderwijs.
5