Welkom KWS-Pers-Meeting Fundamenten

Welkom KWS-Pers-Meeting

’’Fundamenten’’

1

All regions at a glance

Wie is KWS?

Een korte uiteenzetting……. 2


Share facts 11.5% 56.1%

Tessner Beteiligungs GmbH

Families Büchting / Arend Oetker / Giesecke

32.4% Free float Shareholder structure

Key figures per October 21, 2010 (Xetra)

3

WKN: ISIN: Symbol: No. of shares:

707400 DE0007074007 KWS 6,600,000

Closing call: Market Cap.: Free Float Market Cap.: 52 weeks high/low:

€124.50 €821.7 mn €266 mn €129.50/€110.00


The Executive Board Philip von dem Bussche (1950) • CEO / Member of the Executive Board since 2005 • Responsibility: Corporate Affairs, Sugarbeet, Human Resources • Prev. President of the German Agricultural Association (DLG), farmer • Degree in Business Administration Dr. Christoph Amberger (1957) • Member of the Executive Board since 2001 • Responsibility: Corn, Cereals, Marketing • Prior working experience: Bayer AG and Bayer Italia S.p.A. • Degree in Agro Sciences Major Business Admin. Doctorate Dr. sc. agr. Dr. Léon Broers (1960) • Member of the Executive Board since 2007 • Responsibility: Research & Breeding, Energy plants • Prior working experience: Nunhems / Bayer CropScience • Degree in Agro Sciences Major Business Admin. Doctorate Dr. sc. agr. Dr. Hagen Duenbostel (1970) • Member of the Executive Board since 2003 • Responsibility: Finance, Controlling, IT, Legal, IR • Prior working experience: PwC • Degree in Business Administration. Doctorate Dr. rer. pol.

4


Core business segmenten KWS Suikerbieten

Mais

Aardappelen

Granen

Koolzaad

Research & Development gedreven

5


Product portfolio… Breeding and sales Sales only Sunflower Soybeans Grasses Oilseed rape Oil & field crops Corn Cereals Potatoes Sugar beet 1856

1920/25

1955

1968 1980

Today

KWS: the independent full-liner in plant breeding 6


R & D in KWS –Innovatief & tailor-made • Meer dan 274 niewe rassen commercieel geregistreerd in 2009/10 • Ongeveer 1,200 medewerkers in R&D activiteiten

R&D kosten de laatste jaren (in miljoenen €)

100 80

Afgelopen jaar zijn we de 100 miljoen gepasseerd

60 40 20

0 /1 09 20

07 20

20

05

/0

/0

8

6

0

KWS´ business success is gebaseerd op een gemiddelde opbrengst verhoging van tussen 1% en 2% per jaar. 7


KWS: Wereldwijd kweekwerk in de gematigde klimaat zone

Kweekwerk en distributie in meer dan 70 landen 8


Resultaten KWS Groep 2009/10

9


Agricultural seed companies by sales volume 1 TOP 5 Sales in Miljard € 1.37 USD/EUR

Monsanto

2)

4.7

Suikerbieten DuPont / Pioneer

3)

Syngenta

3)

#1 wereldwijd

3.4

Mais #1 Duitsland/BENELUX #2 Europa #4 VS

1.2

4)

0.8

Vilmorin

10


4)

0.5

Granen #1 Duitsland #2 Europa 1)

w/o vegetables

2)

Sales 2009; FY: September 1, to August 31

3)

Sales 2009; FY: January 1, to December 31

4)

Sales 2009/10; FY: July 1, to June 30

Track record 2005/06 – 2009/10

EBIT

Sales in millions of €

30

200

20

100

10

0

0

CAGR: +10.5 %

Sales 2009/10: €754mn


CAGR: +15.3 %

EBIT 2009/10: €82mn

2009/10

300

2008/09

40

2007/08

400

2006/07

50

2009/10

500

2008/09

60

2007/08

600

2006/07

70

2005/06

700

2005/06

80

800

11

in millions of €

KWS Marktleider in Europa 2011

12


Market share of Breeder (EU 27): Silage Maize (incl. Biogas) All data in % Basis = Seed Volume (50K). 2009=8.951.995 (50k), 2010=9.378.017 (50k), 2011= 10.051.941 (50k) Silage 49%

Grain 51%

30% 2009

25% 25%

2010 2011 19%

20%

15%

13%

10% 6%

6%

6%

5%

4%

5%

4%

4%

Certified seed only 13


RA G T

do ur ai sa M

G ro up IH AR

on sa nt o M

Eu ra lis

Ca us sa de

Sy ng en ta

io ne er Du Po nt /P

Li m

ag ra in

KW S

Eu ro pe

0%

Market share of Breeder (EU27): Grain Maize All data in % Basis = Seed Volume (50K). 2009=9.731.594 (50k), 2010=9.912.591 (50k), 2011= 10.593.903 (50k) Silage 49%

Grain 51%

40% 2009

33%

35%

2010 2011

30% 25% 21% 20% 15%

11% 8%

10%

8% 4%

5%

2%

2%

2%

2%


Eu ra lis

le a Fu nd u

IC CP T

do ur ai sa M

Ca us sa de

RA G T

Eu ro pe ag ra in

Li m


Sy ng en ta

KW S

on sa nt o M

Du Po nt /P

io ne er

0%

Market share of Breeder (EU 27): FAO < 300 All data in % Basis = Seed Volume (50K). 2009=9.804.906 (50k), 2010=10.255.247 (50k), 2011=10.711.665 (50k)

> 500 FAO 11%

300-499 FAO 37%

< 300 FAO 52%

35% 2009

29%

30%

2010 2011

25% 19%

20% 15%

11% 10%

7% 5%

5%

5%

4%

4%

4%

4%


nt o on sa M

AG T

ce s sa de

au s C


en Se m

AR IH

KWS leading company in the early markets

R

p G ro u

do ur M ai sa

Eu ra lis

ta ge n Sy n

er nt /P io ne up o D

Li m

ag

ra in

Eu ro pe

KW S

0%

Marktleider Noord Europa 2011

16


KWS BENELUX

17


KWS BENELUX

KWS Potatoes Emmeloord KWS Service Center Rotterdam

KWS Maize/Sugarbeets Etten Leur

KWS Maize/Sugarbeets Sinaai

18

All regions Vision for the at aBENELUX glance

KWS BENELUX Markt positie 2011 : Mais : 30% marktaandeel Bieten : 50 % marktaandeel Omzet : 37 milj. Euro 15 werknemers

19


D e U itnodiging Geachte, Kweekwerk en selectie van landbouwgewassen is een taak met een enorme verantwoording, vanwege de grote investeringen die gedaan moeten worden door het kweekbedrijf, anderzijds de verantwoordelijkheid die er is richting de teler omdat hun rendement afhangt van de keuzes die gemaakt worden. Een duidelijk kweekdoel “Economie voor de teler” en een systeem om dit te meten is daarvoor het fundament. Zonder deze basis is vooruitgang onmogelijk. KWS werkt er al jaren aan om de onduidelijkheden en eventuele onjuistheden bij de snijmais/silomais beoordeling voor registratie, presentatie en aanbeveling op te helderen en waar nodig te corrigeren Tijdens de meeting waar we u voor uitnodigen willen we het over deze fundamenten bij de mais hebben. Tot nu toe worden de door ons gekweekte producten beoordeeld op kengetallen die al lang niet meer in de praktijk gehanteerd worden, ze zijn niet correct meetbaar en hebben zelfs voor de economie in de praktijk, geen waarde. Als marktleider in snijmais en korrelmais, in respectievelijk Europa en Noord Europa, hebben we de afgelopen jaren in nauwe samenwerking met verschillende instanties en laboratoria veel onderzoek gedaan. De eerste conclusies die we kunnen trekken willen we graag met u delen. Wij nodigen u uit op vrijdag 14 oktober aanstaande om 10.00 uur in “Afspanning De Lekkerbek” te Waasmunster (Heidekapelstraat 32-34, 9250 Waasmunster België) ,waar we onze visie op de toekomst presenteren. Daarna is er gelegenheid voor een korte discussie en wordt de meeting afgesloten met een lunch. We verwelkomen u graag op 14 oktober. Met vriendelijke groeten KWS Benelux 20


Welkom KWS-Pers-Meeting


21


’’Fundamenten’’ Zonder sterke fundamenten is het moeilijk iets groots te bouwen dat duurzaam is en veel kan dragen!

22


Als we niet weten waar we naar toe moeten…Hoe kunnen we er dan komen? Of nader komen?

Zonder duidelijk en juist doel….. Geen vooruitgang! 23


Onze verantwoordelijkheid…..

24

De kosten van het kweekwerk juist te besteden voor KWS en andere zaadbedrijven

De genetische vooruitgang…het rendement voor de teler !!

Continuiteit van topproducten, de zaken en dus de organisatie


Mais in de BENELUX sinds de jaren 70 : •De eerste jaren was het opbrengst aan verse massa •De volgende 10 jaar was het drogestofopbrengst •Vanaf half de jaren 80 deed de voederwaarde VEM zijn intrede in de maisrassenbeoordeling •Eind de jaren 90 kwam het begrip Celwand verteerbaarheid er in Nederland bij •Vanaf eind de jaren 90 werd het Maisorama gepresenteerd •In 2007 werd de Maisanalizer® gepresenteerd •2011 is het tijd om duidelijkheid te scheppen richting toekomst….. De kwekers zeggen bij ons …vertel ons wat je nodig hebt….en wij maken het!

25


Wat is de situatie?

26


Korrelmais Vooruitgang

Geen evaluatie problemen… Droge korrelopbrengst…..Ds-gehalte van de korrel…..

Financiele opbrengst

27


Silo-/Snijmais Waarde van de Restplant? Daar weten we het niet meer! Daar komen we in de mist van voederwaarde en voederwaarde evaluatie ! De basis voor oeverloze getouwtrekkerij en grote vraagtekens bij de evaluatie.

28


Mooie lijsten De waarde hangt af van het systeem! Ds% korrel 29


Ds opbrengst tot. plant. en korrel

Zetmeel%

Wij worden afgerekend op deze cijfers.! De teler wordt hierdoor beperkt in mogelijkheden!

Silo mais/ Snijmais

Rassenlijsten voor registratie, evaluatie en presentatie!

Vroegrijpheid Ds% totale plant

? Ds% korrel 30


-

Kwantiteit - Kwaliteit Ds opbrengst tot. plant.

VEM/VOS/CWV/Zetmeel%

? Ds opbrengst tot. plant. en korrel

? Zetmeel%

Wat als lijsten zich tegenspreken? Wat als de meeste rassen na een paar jaar niet meer in de kijker staan? (Terwijl de vooruitgang maar +/-1% zou zijn) Wat wanneer de gehanteerde systemen in de praktijk aan de kant worden gezet? Wat als er kennis gevormd is die ons zeggen dat de gehanteerde systemen niet correct zijn?

Ds% korrel 31



Zetmeel%

Tijd om bij te sturen!

Wat als lijsten zich tegenspreken? Wat als de meeste rassen na een paar jaar niet meer in de kijker staan? (Terwijl de vooruitgang maar +/-1% zou zijn) Wat wanneer de gehanteerde systemen in de praktijk aan de kant worden gezet? Wat als er kennis gevormd is die ons zeggen dat de gehanteerde systemen niet correct zijn?

Ds% korrel 32



Zetmeel%

’’Fundamenten’’ Als er barsten in de muren van de gebouwen komen…. ….is het tijd om eens naar de fundamenten te kijken!

33


KWS

’’Fundamenten’’ 1. Het concept van de De 4-P’s 2. Het Maisorama en conclusies 3. De Maisanalizer 4. Voederwaarde silo-mais : NU 34



Sinds 1995

KWS- product R&D focus

€ E conom y bij de teler … … . 35



Sinds

Kriteria om silomais te waarderen

1997 BENELUX

Die beinvloeden de economie op de boerderij!

36

KWS meeting Calpe Sept All regions at a 2012. glance

’’Fundamenten’’ Eureka.... et labora

Sinds 1997

Samengevat : De basis voor uw maisrassenkeuze :

Nieuw maismodel

Het Mais-model : goed voor boer en loonwerkers :

4-P’s

De 4-P’s voor een rendabele maisteelt! keuze van een maisras met juiste vroegrijpheid van korrel. P1 De Want korrelrijpheid is de enige juiste maat voor vroegrijpheid Ook bij snijmais!

P22.

De keuze van een mais ras dat écht STAY-GREEN is! Stay-green betekent een rijpe korrel op een groene plant.

P33.

De keuze van een maisras met de hoogste korrel/zetmeel opbrengst Zetmeel is het belangrijkste voedings element in mais. De variatie in restplant heeft niet veel invloed op het geheel.Bij CCM en korrelmais oogst men alleen de korrel.!

P44.

Een juiste TEELT , OOGST, OPSLAG EN GEBRUIK!

Kort samengevat :

Stay-green…..Go for Yellow….Have Fun! 37


Sinds

Maisorama en eerste conclusies

1998

Perssap verliezen Perssap verliezen 38

Bron KWS-BENELUX All regions at a glance

Oogstbaar maar Niet maximale • opbrengst & •voederwaarde .

Optimaal Oogst traject

Broei En Schimmel

Sinds

Maïsorama..Tweede Conclusies :

1998

Maisrassen kun je in de huidige silomaisproeven niet vergelijken op kwaliteit!

1

2

Ras oogsten op moment black layer Oogst moment

1 is een andere gewas dan oogstmoment 2 Een andere samenstelling! Dus niet vergelijkbaar!

39


Maisorama Onze basis ook voor 2012 Vroegrijpe rassen mag je niet gelijkoogsten met middenvroegrijpe rassen!

Maar zonder verteerbaarheid en VEM

1

Oogst moment


40

2


Silomaisproeven Ds Opbrengst Totale

Binnen dit traject mag

Plant

je maisrassen vergelijken op ds opbrengst Totale Plant

41


33% ds

40% ds

totale plant

totale plant

Korrelmaisproeven Ds Opbrengst korrel Binnen dit traject mag je maisrassen vergelijken op ds opbrengst korrelmais

60% ds

40% ds

Korrel

totale plant

=black-layer 42


De Maisanalizer 43


’’Fundamenten’’ De enig juiste manier om silomais te vergelijken :

44


Sinds 2006

SNIJMAISEVALUATIE: MAISANALIZER

2 OPBRENGSTKARAKTERISTIEKEN

2 AFRIJPINGSKARAKTERISTIEKEN

DS-GEHALTE KORREL – rijpheidclassificatie KLEURSCHAKERING GROEN BALK – type restplantafrijping

1 KWALITEITSKARAKTERISTIEK

45

DS-OPBRENGST SNIJMAIS – groene balk DS-OPBRENGST KORREL – gele balk

ENERGIE-INDEX – korrelaandeel in de snijmaisopbrengst


Voordeel van de Maisanalizer :

Met de Maisanalizer elimineer je het probleem in samenstelling van de plant door verschillende rijpheid bij de oogst !

Met de Maisanalizer omzeil je het begrip voederwaarde!

46


Veel negatieve reacties bij de introductie van de Maisanalizer!

47


Nu 2011…..de onderzoekscentra worstelen…

Ze willen allemaal in groepen van rijpheid gaan oogsten.. Want……(ze geven nu toe)……..

Het huidige systeem klopt niet!!!!!!!

48



Sinds 1998

Maïsorama……Conclusies : Oogst traject

1

2

De grote variatie in samenstelling zit in het oogst traject Ras oogsten op moment black layer Oogst moment


49


Gebaseerd op het Maisorama kunnen we concluderen :

1. In de huidige snijmais/silomais rassenproeven kun je geen kwaliteitskenmerken evalueren

Omdat bij de oogst de verschillende rassen in een verschillend rijpheidstadium verkeren en Omdat in het oogsttraject de samenstelling sterk verandert.

50



Sinds 1998

Maïsorama……Conclusies : Maisrassen kun je in de huidige silomaisproeven niet vergelijken op kwaliteit!

ge s i n e p p i t s d j i t t s g oo e e tw k o O 1

g! n i s los p o en

2

De grote variatie in samenstelling zit in het oogst traject Ras oogsten op moment black layer Oogst moment


51


En er is nog meer……

Voederwaarde wat is dat? Verteerbaarheid? Zetmeelgehalte? VEM?

52



Economie van de maisteelt wat is dat? Alleen de kwaliteit? Alleen de Kwantiteit? Kwantiteit van Kwaliteit?

Wie zet de waardering (de marktwaarde) op de elementen?

53


’’Fundamenten’’ Plantaardige productie van marktbare producten optimaliseren/maximaliseren !

•Marktprijs van eiwit •Marktprijs van zetmeel •Marktprijs van het graan •Marktprijs van cellulose en hemicellulose met 75% water •Marktprijs van humus •Marktprijs van de N, P, K in de restplant •Marktprijs van de restplant 54



Voederwaarde van snijmais/silomais

De grote vaagheid?........ De grote discussie?

Hierdoor onmogelijk vooruitgang te boeken!

Gevraagd hier samen een antwoord op te zoeken…Van geen kant intresse!

55


KWS actie •KWS heeft zelf een project opgezet. •Met alle belangrijke laboratoriums dit uitgevoerd. •De informatie en conclusies worden publiek. •Een ieder moet zijn conclusies er uit trekken. •De eerste belangrijke willen we vandaag met U delen. •Een ieder mag commentaar geven. -Echter alleen opmerkingen met wetenschappelijk achtergrond aanleiding geven tot bijsturing. -Oude gebruiken of gedachten zijn alleen goed voor eventueel nader onderzoek en niet voor statements. 56


Energie voor de koe uit silo-/snijmaïs… : MAISPLANT

ORG. STOF

AS

EIWITTEN

Hoeveelh 30-40%

CELWANDEN (NDF)

CELINHOUD

suikers zetmeel

Ds-opb

HOEVEELHEID CELWANDEN (NDF) X VERTEERBAARHEID (dNDF)

HOEVEELHEID CELINHOUDKorrelx0,75= zetmeel X Zetmeel vertbh VERTEERBAARHEID v or allen +/-100%

Gelijk voor allen bij blacklayer 55 bij 48 uur 33 bij 24 uur …. In de koe?

57

KETOGENE ENERGIE = MELKVET


GLUCOGENE ENERGIE = MELK- EN MELKEIWITPRODUCTIE

’’Fundamenten’’ 75% zetmeel 10% eiwit 6% olie 5% celwanden 4% overige

Bijna 100% verteerbaar En Optimaal utiliseerbaar

Het draait alles om de korrel! 58


Samenstelling restplant 80% celwanden(=70% cellulose en hemi-cellulose)

59


De restplant? •Waaruit bestaat die? •Wat kan de koe ermee? •Wat is de economisache waarde? •Zijn er rasverschillen? •Hoe kunnen we die correct meten?

60


Maïsorama.. Blacklayer-DNDF% (48 uur) : +/- 55%

61


Voederwaarde analyse van de kuil is en blijft waardevol voor de rantsoenering

62


DNDF blacklayer stadium (24 uur) : 33% Bron: KWS Lochem

50

dNDF tp

dNDF rp

45

45

44

Gem. = 42%

42

42

41

40

41

41

41 40

40

dNDF %

39

35

35

34

34

33

34

33

Gem. = 33%

32

31

33

33

33

30

25 63

A mballa Ras

Lapriora Ras b

Ladif f erence Ras c

KXA 6301 Ras d

NK Falkone Ras e

A denzo Ras f

A milacg Ras

Ricardinio Ras h

59

61

60

58

59

58

61

60


Padrino Ras i 62

Podium Ras j 57

Torresk Ras 56

’’Fundamenten’’ Belofte

Voederwaardering….. Onze producten worden er op gewaardeerd… ……………………op geprezen…… op afgeschoten! CWD en VEM worden door de grote voederbedrijven niet(meer) gebruikt.

Terecht? De kweekbedrijven waren niet geinteresseerd gezamelijk klaarheid te zoeken! KWS heeft als enig bedrijf een groots project opgezet met vele Labo’s De eerste resultaten worden in deze meeting gepresenteerd! Nog veel zal volgen! 64


65


Samen gevat in mijn boerentaal…..

66


Conclusies : Het Maisorama We kunnen concluderen dat op basis van 12 jaar oogsttijdstippenonderzoek evalutie van samenstelling en verteerbaarheid in de huidige silomaisrassenproeven...zelfs bij oogst in 2 groepen....niet mogelijk is. De dynamiek in de samenstelling van de plant tijdens de afrijping is dermate. dat men appels met peren aan het vergelijken is. Ook het gemeten zetmeelgehalte en de berekende zetmeelgehaltes bij 35% ds. van de totale plant zijn op basis van het Maisorama en individuele verschillen van zetmeelregressie tijdens de afrijping een niet correcte, accurate weergave van de productiepotentielen.

Kwaliteitsparameters kunnen in huidige Silomaisrassenproeven niet juist beoordeeld worden!

67


Conclusies : Verteerbaarheid van de organische stof: Zetmeel heeft een zeer sterk positief effect op de verteerbaarheid van de organische stof. De variatie in zetmeelgehalte verklaart het overgrote deel van de variatie in de totale verteerbaarheid. Bij afnemende verblijfstijden daalt de totale verteerbaarheid, en nemen de onderlinge rasverschillen af. Toenemende zetmeelgehaltes versterken deze afname in rasverschillen.

Verblijfttijd en zetmeelgehalte bepalen het huidige verteerbaarheidcijfer

68


Conclusies : Celwandverteerbaarheid: Tussen de laboratoria worden matige tot zwakke correlaties opgetekend voor de parameter celwandverteerbaarheid. Dat wijst op rankingverschillen, of dat de rasrangorde voor celwandverteerbaarheid afhangt van het labo waar het onderzoek werd uitgevoerd. Binnen een laboratorium wijzigt bovendien de rasrangorde voor dit kengetal bij afnemende verblijfstijden. Bij koe-relevante verblijfstijden worden de veronderstelde rasverhoudingen dus niet gerespecteerd. De celwandverteerbaarheid bedraagt mogelijks maar 1/3 -1/4 van de veronderstelde waarde gemeten in het lab. Verder blijkt de celwandverteerbaarheid afhankelijk te zijn van de samenstelling van het totale monster. Het suikergehalte in het niet-ingekuilde monster verstoort het beeld. Hogere zetmeelgehalten beinvloeden de celwandverteerbaarheid negatief. Lab en verblijfstijden lijken hier van invloed te zijn. Dat wordt verder uitgediept. Verder kan men ook nog vragen stellen m.b.t. het effect van het tot meel gemalen monstermateriaal in het lab ten op zichte van de - om redenen van diergezondheid noodzakelijke - grove structuur wat de koe binnen gaat.

¼ x 55(Dndf)= 14 % 69


r lage k u t is s ergie meel). n e o t (Nett n het ze a v dan

Verwacht zelfs nog minder in verband met de grove structuur in de koe in vergelijk met Lab

Conclusies : Potentiele waarden: Zowel de celwandverteerbaarheid, de verteerbaarheid van de organische stof, alsook dus de daaruit berekende VEM zijn potentiele waarden. Onder praktijkrelevante voorwaarden in het dier komen deze potentiele verschillen niet meer tot uiting. Hun effect in het dier is niet aantoonbaar. De rasverschillen in het lab zijn minimaal en in de koe wellicht nihil. Daar het cijfer voor celwandverteerbaarheid een wezenlijk onderdeel vormt in de VEM berekening kunnen we ook met het begrip VEM niets in de rassenvergelijking..Voor vele veevoeder bedrijven is dat al lang geen nieuwtje meer en is dat begrip reeds lang verlaten.

Verteerbaarheidscijfer is geen praktijk VEM en VOS is reeds verdwenen in de veevoeding 70


Conclusies :

Het onderzoeksproject Uit de eerste conclusies blijkt dat de huidige lab-meetsystemen van totale verteerbaarheid van de organische stof én celwandverteerbaarheid niet overeenkomen met de mogelijkheden van de koe. Beiden worden overschat. De verteerbaarheidpercentages in de koe zijn maar een fractie van wat er in het lab gevonden wordt. Blijkbaar zou het systeem ''koe'' veel kunnen, maar het krijgt niet de tijd wat aan de cellulose en hemi-cellulose te doen. Deze zijn te langzaam voor de snelle en hoge energievereiste van de produktieve koe.

71


Conclusies : Noodzakelijke directe gevolgen voor het rassen onderzoek en de rassenlijsten : De huidige rassenvergelijking gebeurt nog steeds op deze lang voorbijgestreefde waarden. Het raakt tijd dat we ook in de rassenevaluatie(de lijsten) een heleboel kwaliteitskengetallen schrappen omdat we nu weten dat ze niet correct zijn en de begrippen geen waarde hebben voor de praktijk.(celwandverteerbaarheid, VEM en VEMopbrengst. VOS en VOS-opbrengst) Kortom zou het probleem van verschillen in ontwikkeling tussen de rassen bij de oogst (volgens het maisorama aanwezig) er niet zijn dan nog kunnen we niets met het huidige begrippen en cijfers in de lijsten voor celwandverteerbaarheid, VEM, VEM-opbrengs, VOS en VOS-opbrengst vanwege een verkeerde beoordeling via de gebruikte systemen.

Celwandverteerbaarheid, VEM en VOS uit de evaluatie omdat ze geen correcte en waardevolle beoordeling en ranking geven van de rassen 72


Conclusies :

De Maisanalizer : Tenslotte blijft er niet veel meer over dan de informatie die gepresenteerd wordt in de Maisanalizer. Een ieder is uitgenodigd, vermits op wetenschappelijke basis, het systeem Maisanalizer te verrijken. Zetmeelopbrengst potentie per ras(alleen te evalueren via korrelmaisrassenproeven) zal voorlopig de belangrijkste focus zijn, zolang er geen wetenschappelijke basis is voor ee correcte waardering van de restplant.

Alleen Ds-opbrengst totaleplant en Ds.-opbrengst korrel in aangepaste proefveldwerking zijn waardevolle en correctmeetbare opbrengst kengetallen in de silomais/snijmais beproeving. 73


Conclusies : Follow up : Nadat alles van het researchproject is verwerkt en de conclusies getrokken zijn, zal KWS de informatie met een ieder delen. Deze info kan mede de basis vormen voor de groep van bedrijven en instellingen(op veevoeding- en plantenteeltkundig gebeid) met wie getracht zal worden gezamelijk op alleen technische basis een correct waarderingsysteem voor de restplant te ontwikkelen. Dat kan alleen op basis van de combinatie van plantenteeltkundige kennis en veevoedkundige kennis van de voedingselementen Deze zou door de kwekers en de beproevingscentra gebruikt moeten kunnen worden als duidelijk kweekdoel en beoordelingsbasis. Alleen een correcte en duidelijke kweekdoelstelling en rassenbeoordeling is het KWSobjectief.. Nieuw correct systeem creeren alle technische experts van dier en plant(Non commerce denken) waardering restplant

74


In belang van de telers…..!!!!

Kennis voederwaarde mais…

A C C E P T E R E N W Y N I E T

Doorgaan met CWD, VEM en VOS in maisrassen evaluatie 75

In naam van het atgezicht van het onderzoek of concurrentie ……. All regions a glance

M E E R

De restplant…de celwanden….cellulose en hemi-cellulose 80%

35%

35%

In koe benut voor melkvet 10-15 % Slechts benut! Cellulose & Hemi-cellulose

Het probleem is de tijd! 76


Degradatie In de biogas installatie hebben de bacterien 30 dagen nodig om cellulose en hemicelulose af te breken(80-100 dagen doorloopsnelheid). Alles verteerd

30 dagen

Voordat we tot de poedervorm gekomen zijn in de koe net als op het laboratorium zijn we reeds enkele uren verder. 48 uur

55% verteerd(incl. Suiker)

In de koe verblijft het slechts 8 tot misschien12 uur die niet vergelijkbaar zijn met de laboratorium testen. 10-15% verteerd (incl. Suiker) 8-12 uur

77


De restplant…de celwanden….cellulose en hemi-cellulose In koe benut voor melkvet 10-15 % slechts benut! Cellulose & Hemi-cellulose

Het probleem is de tijd! Systeem heeft er wellicht ook weken voor nodig … ………en massa verblijft maar 8 tot 12 uur in pens! Daarom maisstro hoofdzakelijk alleen goed voor prikkeling penswerking! All regions at a glance

78

79


Rassenlijsten :

Celwand verteerbaarheid wordt daarom niet meer meegenomen in de officiele beproeving en ook niet meer in de officiele lijsten in Nederland. Zo is besloten in de vereniging van zaaizaadbedrijven in Nederland. De resultaten van dit onderzoek ondersteunen deze besluitvorming

80


Rassenlijsten :

Omdat celwandverteerbaarheid naast zetmeel een belangrijke factor vormt in de VEM berekening is ook deze niet meer correct en zal ook deze VEM-waarde wellicht van de lijsten verdwijnen. De veevoeder industrie heeft dit verhaal blijkbaar al lang vesrtaan. Zij werken al lang niet meer met de VEM en verteerbaarheidscijfers. Het raakt tijd dat ook het rassenonderzoek tot deze conclusie komt. Waarom moeten wij een al lang achterhaald begrip en kengetal nog in stand houden en onze nieuwe producten daarop nog afschieten of bekronen? Dat terwijl men op basis van het maisorama moeten concluderen dat het ook zelfs nog onmogelijk is om deze eenheid te meten in de huidige snijmaisproeven.

81


’’Fundamenten’’ 75% zetmeel 10% eiwit 6% olie 5% celwanden 4% overige

82


Een belangrijke zet voor een correcte evaluatie van snijmais….

Focus Zetmeel! n e d n a w VEM Cel 83


S O V

Dank U voor de intresse…Die is wederzijds!

KWS meeting Landgraaf, oktober 2009. 84


Welkom KWS-Pers-Meeting Fundamenten

Recommend Documents