W2
Toekomstmuziek
Plan
van
aanpak
2012,
2013
en
2014
Inhoud
1.
Inleiding
4
2.
Professionalisering
5
2.1
Algemeen
5
2.2.
Horeca
5
2.3.
Marketing
6
2.4.
Popcollectief
6
2.5.
Automatisering
6
3.
Meer
(dance‐)
activiteiten
7
3.1.
Dance
7
3.2.
(Horizontale)
programmering
7
3.3.
25‐jarig
jubileum
8
3.4.
Verhuur
8
4.
Bezuinigingen
doorvoeren
9
4.1.
Personele
lasten
9
4.2.
Bedrijfsbeheerders
9
4.3.
Popcollectief
9
4.4.
Efficiency
4.5.
Programmering
10
5.
Popcollectief
anders
organiseren
11
5.1.
Urenreductie
11
5.2.
Medewerkers
11
5.3.
Verdere
efficiency
11
6.
Hogere
subsidie
12
6.1.
Verhoging
output
12
6.2.
Impulssubsidie
12
6.3.
Na
2013
12
10
2
7.
Begrotingen
2012,
2013
en
2014
versus
realisatie
2010
13
8.
Toelichting
op
de
begroting
16
8.1.
Meer
activiteiten
16
8.2.
Verbetering
van
de
horeca‐inkomsten
17
8.3.
Verlaging
personele
lasten
17
8.4.
Besparing
op
publiciteitkosten
17
8.5.
Bestendige
bedrijfsvoering
en
reserveringen
17
8.6.
Subsidies
17
9.
Extra
kansen
18
9.1.
Samenwerking
18
9.2.
Cultureel
speerpunt
18
10.
Tot
slot
19
3
1.
Inleiding
Begin
2011
is
door
bureau
Vreeke
&
Van
Dalen,
in
opdracht
van
de
gemeente
’s‐ Hertogenbosch
,
een
onderzoek
gedaan
naar
de
exploitatie
van
Poppodium
W2.
Van
de
vier
geschetste
scenario’s
uit
dit
onderzoek
is
gekozen
voor
het
scenario
dat
gaat
voor
behoud
van
alle
drie
de
functies
zoals
die
momenteel
worden
vervuld
door
stichting
W2:
•
podiumfunctie,
•
ondersteuning
aan
locale
en
regionale
popmuziekscene
en
•
oefenfaciliteiten.
Met
een
breed
pakket
aan
maatregelen
maakt
W2
het
mogelijk
deze
drie
functies
in
de
toekomst
te
blijven
uitvoeren.
De
maatregelen
die
daartoe
inmiddels
al
genomen
zijn
of
nog
worden
genomen,
leest
u
in
deze
notitie.
Uit
het
genoemde
onderzoek
zijn
een
vijftal
maatregelen
naar
voren
gekomen
die
in
combinatie
ervoor
zorgen
dat
het
gewenste
scenario
zijn
beloop
zal
vinden:
•
Professionalisering
•
Meer
(dance‐)
activiteiten
•
Bezuinigingen
doorvoeren
•
Popcollectief
anders
organiseren
•
Hogere
structurele
subsidie
Dit
rapport
is
mede
tot
stand
gekomen
op
basis
van
adviezen
van
Mike
Iking
en
Fans
Vreeke
van
adviesbureau
Vreeke
&
Van
Dalen.
4
2.
Professionalisering
Uit
het
onderzoek
van
Vreeke
&
van
Dalen:
Het
professionele
gehalte
van
de
organisatie
loopt
achter
bij
vergelijkbare
podia
in
het
land.
De
interne
processen
verdienen
verbetering
zoals
ook
spreekt
uit
de
relatief
mindere
resultaten
(outputcijfers).
De
indruk
bestaat
dat
het
proces
van
professionalisering
in
deze
organisatie
later
is
ingezet
dan
elders
in
het
land.
2.1
Algemeen
Voor
het
behoud
van
W2
moet
de
organisatie
verder
professionaliseren;
met
behoud
van
de
ruim
honderd
vrijwilligers
die
voor
het
poppodium
werken
en
met
de
efficiënte
inzet
van
het
betaalde
personeel.
Kortom:
streven
naar
een
optimale
inzet
van
mensen.
Vaste
krachten
moeten
niet
langer
hun
werk
‘houtje‐touwtje’
uitvoeren
en
de
organisatie
gaat
meer
en
beter
gebruik
maken
van
de
talenten
van
de
vrijwilligers.
Een
middel
om
dit
te
bewerkstelligen
is
het
stroomlijnen
van
processen
zodat
vrijkomende
tijd
ingezet
kan
worden
voor
de
verhoging
van
het
aantal
activiteiten.
Automatisering
versterkt
deze
beoogde
professionalisering.
De
introductie
van
het
softwarepakket
4xP
zorgt
voor
een
efficiënter
planningssysteem
voor
programmering
en
verhuur
én
voorziet
ook
in
het
door
Vreeke
&
Van
Dalen
geadviseerde
geautomatiseerde
inroostersysteem
voor
personeel
en
vrijwilligers.
Voor
een
gedegen
begrip
van
de
exploitatieopzet
is
een
transparant
en
helder
inzicht
in
de
kosten
per
activiteit
noodzakelijk.
In
de
periode
tot
2012
wordt
het
systeem
opgezet
die
dit
inzicht
verschaft.
De
boekhouding
met
een
kostenplaats
per
activiteit
maakt
het
mogelijk
direct
inzicht
te
krijgen
in
het
exploitatie
resultaat
per
activiteit.
Dit
ontbreekt
op
het
moment
waardoor
begrotingen
eerder
op
ervaring
van
de
afgelopen
jaren
werden
gebaseerd
in
plaats
van
op
cijfers
en
gefundeerde
prognoses.
2.2.
Horeca
Er
is
al
veel
gedaan
voor
de
optimalisering
van
de
horeca
onder
andere
met
de
aanschaf
van
computertaps.
Ook
op
het
gebied
van
voorraadbeheer
maken
we
een
professionaliseringsslag.
Drankprijzen
worden
verhoogd
middels
een
verhoging
van
de
muntprijzen.
We
introduceren
in
de
nabije
toekomst
een
efficiënter
betaalsysteem.
Uiteindelijk
is
het
resultaat
van
de
geplande
maatregelen
direct
inzicht
in
de
in‐
en
verkoopcijfers,
het
voorraadbeheer
en
de
gerealiseerde
marges
en
daarmee
ook
de
mogelijkheid
meteen
bij
te
sturen.
De
groei
van
het
publieksbereik
laat
een
stijging
zien
van
23.589
in
2010
naar
31.824
in
2014.
Met
de
groei
van
het
publieksbereik,
verhoging
van
de
prijzen
en
een
verbetering
van
de
verhouding
inkoop/verkoop,
verhoogt
ook
de
horecaopbrengst
met
57%
in
2014
ten
opzichte
van
2010.
5
2.3.
Marketing
Programmering
en
marketing
sluiten
we
beter
op
elkaar
aan
door
de
belangrijkste
processen
te
stroomlijnen.
Is
artiest
A
geboekt,
dan
brengen
we
direct
marketingplan
B
in
stelling.
Bij
plan
B
hoort
ook
de
extra
inzet
van
vrijwilligers,
die
promotiewerkzaamheden
verrichten.
Een
bezoeker,
die
altijd
een
bepaald
soort
concerten
bezoekt
wordt
geattendeerd
op
een
komend
concert.
Met
het
juiste
ticketingsysteem
Active
Tickets
(dat
binnenkort
voorhanden
is),
gaan
we
zo
gericht
aan
relatiemarketing
doen.
In
zijn
algemeenheid
gaan
we
de
inzet
van
social
media
optimaliseren.
2.4.
Popcollectief
In
hoofdstuk
5
worden
de
maatregelen
ten
aanzien
van
het
Popcollectief,
in
relatie
tot
het
advies
van
Vreeke
&
Van
Dalen,
verder
uitgewerkt.
2.5.
Automatisering
Bovenstaande
maatregelen
realiseren
gaat
natuurlijk
niet
vanzelf.
Het
stroomlijnen
van
processen
kost
tijd.
Want
professionalisering
vraagt
om
professionele
middelen
én
mensen.
Automatisering
levert
hier
een
bijdrage
aan
en
vereist
scholing
van
de
medewerkers
en
de
vrijwilligers.
Er
komt
een
opleidingstraject
voor
de
medewerkers
om
alle
mogelijkheden
van
de
nieuwe
software
maximaal
te
benutten.
Het
beschikken
over
de
juiste
managementinformatie
is
cruciaal
voor
de
bedrijfsvoering
en
zeker
voor
het
professionaliseren
van
de
organisatie.
Waar
bestuur
en
directie
de
noodzaak
van
de
te
maken
kwaliteitsverbetering
onderschrijven
en
willen
realiseren,
is
het
beschikken
over
voldoende
en
de
juiste
gegevens,
een
cruciale
factor
om
de
bedrijfsvoering
te
verbeteren.
Ook
hierbij
gaat
de
verdere
automatisering
ons
helpen.
6
3.
Meer
(dance)
activiteiten
Uit
het
onderzoek
van
Vreeke
&
van
Dalen:
“Gezien
de
faciliteiten
van
het
gebouw
waarin
W2
is
gehuisvest
zal
een
verhoging
van
het
bezoekersaantal
per
activiteit
minimaal
zijn,
dus
is
een
uitbreiding
van
activiteiten
noodzakelijk.
Deze
uitbreiding
kan
gevonden
worden
in
de
organisatie
van
meer
danceparty’s.”
3.1.
Dance
W2
heeft
in
het
verleden
op
muzikaal
gebied
mogelijkheden
laten
liggen
op
het
gebied
van
dance.
Dit
is
een
terrein
waar
winst
te
behalen
valt.
De
laatste
anderhalf
jaar
zijn
steeds
vaker
dance‐avonden
georganiseerd.
Het
aantal
dance‐ avonden
brengen
we
in
de
nabije
toekomst
beduidend
omhoog,
van
tien
in
2011
tot
bijna
veertig
in
2014.
Bij
deze
dance‐avonden
gebruiken
we
de
expertise
en
het
netwerk
van
externe
partijen.
Door
hen
deze
avonden
te
laten
verzorgen
verhogen
we
het
aantal
activiteiten
met
beperkte
inzet
van
de
eigen
mensen.
Reeds
eerder
georganiseerde
dance‐avonden
bewijzen
dat
deze
aanpak
werkt.
De
stijging
van
het
aantal
dance
activiteiten,
als
geadviseerd
door
Vreeke
&
Van
Dalen,
levert
verreweg
het
grootste
aandeel
in
de
50%
stijging
van
de
output
na
3
jaar.
3.2.
(Horizontale)
programmering
In
seizoen
2011/2012
gaat
W2
meer
en
meer
horizontaal
programmeren.
Dit
houdt
in
dat
getracht
wordt
elke
maand
eenzelfde
structuur
mee
te
geven.
Zo
weten
bezoekers
veel
beter
wat
ze
op
bepaalde
avonden
kunnen
verwachten.
Waar
nodig
zullen
we
breder
programmeren
(vaker
uitverkocht
op
de
deur),
waar
mogelijk
zullen
we
ook
‘dieper’
blijven
programmeren,
zoals
het
succesvolle
FabrIQ.
Een
eigen
visie
van
de
W2
op
de
programmering
is
natuurlijk
een
vereiste.
Hierin
voorziet
de
W2
al
bijna
25
jaar.
Niet
voor
niets
heeft
W2
de
naam
een
ontdekkerspodium
te
zijn.
7
3.3.
25jarig
jubileum
In
oktober
2012
zal
Poppodium
W2
25
jaar
bestaan.
Nu
al
treffen
we
maatregelen
om
met
extra
activiteiten
dit
jubileum
luister
bij
te
zetten.
Zo
heeft
de
programmeur
reeds
nu
al
nauw
contact
met
boekers
om
illustere
acts
uit
het
verleden
opnieuw
in
het
najaar
van
2012
naar
W2
te
halen.
Ook
wordt
nu
al
gekeken
naar
het
verkrijgen
van
de
juiste
rechten
voor
het
uitbrengen
van
een
speciale
dvd
met
uniek
live‐materiaal
van
de
concertzaal.
Een
speciaal
comité
van
medewerkers,
bestuur
en
vrijwilligers
is
opgericht
om
de
voorbereidingen
van
de
viering
van
een
kwart
eeuw
W2
in
goede
banen
te
leiden.
Voor
het
5e
lustrum
zullen
leveranciers
om
sponsoring
worden
verzocht
en
zullen
ook
fondsen
om
een
bijdrage
worden
gevraagd.
Het
jubileum
zal
budgetneutraal
worden
georganiseerd.
3.4.
Verhuur
Met
een
nieuwe
foyer
in
2009,
een
volledig
opgeknapte
grote
zaal
in
2011
en
een
gerenoveerd
pand
in
de
nabije
toekomst
leent
de
W2
zich
meer
en
meer
voor
verhuringen.
Sinds
2010
heeft
W2
een
toegewezen
horeca
medewerker
die
zich
mede
focust
op
verhuur
van
de
zaal.
Dit
heeft
reeds
geleid
tot
een
tiental
verhuringen
in
2010
en
naar
verwachting
zal
dit
groeien
tot
een
dertigtal
verhuringen
in
2014.
De
ontwikkelingen
binnen
de
Willem
II
fabriek
worden
door
de
W2
op
de
voet
gevolgd
en
er
zal
actief
worden
ingezet
op
de
kansen
die
het
beeldendkunsten‐ cluster
zal
gaan
bieden.
Met
meer
bruikbare
ruimtes,
exposities
en
nieuwe
publieksstromen,
zullen
er
zeker
kansen
liggen
in
de
samenwerking
tussen
het
CBK
en
de
W2.
Waar
W2
de
horecavoorziening
al
geheel
in
huis
heeft,
zullen
wij
zeker
op
dat
onderdeel
voor
het
gebouw
van
meerwaarde
zijn.
Op
dit
moment
is
nog
niet
duidelijk
wanneer
de
collega’s
in
het
gebouw
op
volle
sterkte
zullen
kunnen
gaan
draaien
en
wanneer
de
interne
verbouwing
die
de
gemeente
gaat
uitvoeren
zal
zijn
afgerond.
Ook
de
aard
en
omvang
van
de
daarna
te
verwachten
samenwerking
is
nog
niet
voldoende
uitgekristalliseerd
om
concrete
voorspellingen
en
aannames
voor
de
mogelijke
verdienmodellen
te
doen.
Derhalve
wordt
er
op
dit
moment
in
onze
begroting
geen
rekening
mee
gehouden.
Zie
ook
hoofdstuk
9,
Extra
Kansen.
8
4.
Bezuinigingen
doorvoeren
Uit
het
onderzoek
van
Vreeke
&
van
Dalen:
“In
de
benchmark
kwam
al
naar
voren
dat
de
personele
lasten
bij
W2
hoger
zijn
dan
bij
vergelijkbare
podia
in
percentages
gemeten.
Dit
wordt
grotendeels
veroorzaakt
door
de
lagere
omzet
van
de
organisatie
vanwege
het
lage
aantal
activiteiten.
Naast
de
verhoging
van
activiteiten
is
een
bezuiniging
op
de
personele
kosten
dus
noodzakelijk
om
de
exploitatie
te
verbeteren.”
4.1.
Personele
lasten
In
het
advies
van
Vreeke
&
Van
Dalen
wordt
al
richting
geven
aan
de
aard
en
de
omvang
van
de
door
te
voeren
bezuinigingen.
Er
zal
een
bezuiniging
van
ten
minste
€20.000,‐
per
jaar
op
de
personele
laste
gerealiseerd
moeten
worden
(pag.
26
uit
het
onderzoek).
Stichting
W2
zet
voor
2012
en
verder
in
op
een
bezuiniging
van
circa
€25.000,‐
op
de
personele
lasten
ten
opzichte
van
het
jaar
2010.
Door
de
toename
van
het
aantal
activiteiten
en
de
jaarlijkse
periodieken
toekenning
(CAO)
stijgen
de
salarislasten
weer
tussen
2012
en
2014.
De
besparing
in
2014
bedraagt
ten
opzichte
van
2010
nogsteeds
€11.692,‐
(zie
ook
8.3.)
Wij
kiezen
voor
een
hogere
besparing
op
de
personele
lasten
dan
het
onderzoek
voorschrijft
omdat
er
voor
scenario
1
van
het
advies
van
Vreeke
&
Van
Dalen
is
gekozen:
behoud
van
alle
drie
de
functies
van
W2.
Het
advies
schrijft
voor
dat
bij
dit
scenario
een
structurele
subsidie
nodig
is
van
tenminste
€40.000,‐.
(Vreeke
&
Van
Dalen,
pag.
24‐28)
Er
is
door
de
gemeente
’s‐Hertogenbosch
echter
een
impulssubsidie
van
twee
maal
€40.000,‐
in
2012
en
2013
in
het
vooruitzicht
gesteld.
Deze
wordt
ingezet
als
een
“eenmalige
investering
nodig
voor
professionaliseringsimpuls”
(Vreeke
&
Van
Dalen,
pag.
19,
4.2).
Door
extra
te
bezuinigen
op
de
personele
lasten
is
een
deel
van
het
wegvallen
van
de
impulssubsidie
in
2014
opgevangen.
4.2.
Bedrijfsbeheerders
De
gehele
ombuigingsoperatie
wordt
gerealiseerd
door
het
onderbrengen
van
de
bedrijfsbeheerders
uren
(Vreeke
&
Van
Dalen,
Pag
16,
3.5)
in
reguliere
contracturen.
Hiervoor
zullen
we
verschillende
maatregelen
worden
treffen.
4.3.
Popcollectief
In
de
eerste
plaats
gaan
we
een
substantieel
deel
van
de
uren
van
de
medewerkers
van
het
popcollectief
inzetten
voor
bedrijfsbeheer.
Hiervoor
is
een
andere
invulling
en
uitvoering
van
de
bedrijfsvoering
van
het
popcollectief
noodzakelijk.
Met
name
het
deel
dat
door
Vreeke
&
Van
Dalen
de
oefenfaciliteiten
wordt
genoemd,
wordt
qua
bezetting
anders
ingericht.
Zie
hiervoor
hoofdstuk
5.
Dit
alles
met
behoud
van
de
ondersteunende
functie
voor
lokaal
talent.
9
4.4.
Efficiency
Door
het
stroomlijnen
van
bedrijfsprocessen
kunnen
we,
zoals
gezegd,
uren
besparen
die
ten
goede
gaan
komen
aan
het
bedrijfsbeheer
bij
activiteiten.
Hierbij
maken
we
keuzes
in
taken
die
wel
en
niet
meer
gedaan
zullen
worden
en
realiseren
we
meer
efficiency.
Om
meer
te
kunnen
doen
in
minder
tijd
is
vooraleerst
een
goede
en
inzichtelijke
planning
noodzakelijk.
Het
in
gebruik
nemen
van
het
4XP
softwareprogramma
levert
ons
hiervoor
de
juiste
tools.
Ook
op
kantoor
gaan
we
de
bedrijfsvoering
verder
ombuigen
en
ook
daar
zullen,
ook
al
zijn
het
geen
grote
bedragen,
bepaalde
offers
gevraagd
worden.
Doordat
er
vanuit
de
publiciteit
minder
papier
in
de
vorm
van
boekje
en
flyers
verspreid
wordt,
gaan
de
porto
kosten
naar
beneden.
Maar
ook
de
tijd
(8
uur
per
maand)
die
werd
besteed
aan
het
vullen
van
enveloppen
en
plakken
van
adresstickers
behoort
tot
het
verleden.
Ook
een
besparing
op
telefoonkosten
is
in
de
begroting
meegenomen
omdat
deze
kosten
jaarlijks
lager
worden
door
goedkopere
abonnementsopties.
4.5.
Programmering
Op
de
programmering
wordt
niet
direct
bezuinigd,
maar
er
wordt
geen
tekort
meer
op
geleden.
Doordat
de
meeste
groei
in
de
dance‐activiteiten
en
verhuringen
wordt
gerealiseerd
en
daar
de
productiekosten
lager
van
zijn
dan
reguliere
concerten,
dalen
de
gemiddelde
kosten
per
activiteit.
(zie
Toelichting
op
de
begroting
8.1)
De
kwaliteit
van
de
programmering
komt
daarmee
derhalve
niet
onder
druk
te
staan
en
houdt
een
breed
en
aantrekkelijk
karakter
voor
alle
doelgroepen
van
de
W2.
10
5.
Popcollectief
anders
organiseren
Uit
het
onderzoek
van
Vreeke
&
van
Dalen:
“Een
investering
in
een
sleutelplan
moet
het
mogelijk
maken
om
aan
inzet
op
de
oefenruimtes
te
besparen.
Het
spreekt
voor
zich
dat
dan
ook
kritisch
gekeken
dient
te
worden
naar
de
overige
activiteiten
die
de
medewerkers
van
het
popcollectief
verzorgen.
Een
aantal
taken
zal
efficiënter
moeten
worden
uitgevoerd
en
een
ander
deel
zal
wellicht
overgeheveld
of
afgestoten
of
op
vrijwillige
basis
moeten
worden
uitgevoerd.
“
5.1.
Urenreductie
De
urenbelasting
van
het
beheren
van
de
oefenruimtes
gaan
we
tot
een
minimum
reduceren.
Deze
uren
zijn
immers
hard
nodig
om
de
bedrijfsbeheerders
taken
uit
te
voeren.
De
beheerswerkzaamheden
bestonden
voor
een
zeer
belangrijk
deel
uit
de
controle
op
de
apparatuur
en
de
ruimtes.
Het
toezicht
wordt
in
de
toekomst
middels
camerabewaking
gedaan,
zodat
eventuele
onregelmatigheden
worden
vastgelegd.
Om
te
zorgen
dat
niet
permanent
een
medewerker
aanwezig
hoeft
te
zijn
voor
het
openen
en
sluiten
van
de
oefenruimtes
wordt
een
sleutelplan
voor
de
bands
die
repeteren
ingevoerd
(Vreeke
&
Van
Dalen,
pag.
25,
4).
Het
beheer
van
de
oefenruimte
brengen
we
door
deze
ingrepen
terug
van
1
fte
naar
een
taak
van
gemiddeld
0,3
Fte.
5.2.
Medewerkers
Werkzaamheden
die
door
de
medewerkers
van
het
popcollectief
werden
gedaan
en
vallen
onder
wat
Vreeke
&
Van
Dalen
“ondersteuning
local
heroes”
noemen,
worden
binnen
het
poppodium
ondergebracht.
Hierdoor
ontstaat
een
bundeling
van
kennis
en
personeelscapaciteit
op
één
plaats.
Dit
verbetert
de
productiviteit
en
flexibiliteit
aanzienlijk.
Om
dit
te
bereiken
worden
alle
medewerkers
op
hetzelfde
kantoor
ondergebracht
en
niet
meer
verdeeld
over
verschillende
verdiepingen.
5.3.
Verdere
efficiency
In
2012
onderzoeken
we
welke
ondersteunende
functies
door
vrijwilligers
kunnen
worden
overgenomen,
maar
ook
of
en
hoe
met
andere
gebruikers
in
het
pand
afspraken
over
beheer
gemaakt
kunnen
worden
om
zo
tot
een
efficiëntere
bedrijfsvoering
te
komen.
Concreet
lopen
hier
met
de
organisatie
van
Glow
al
gesprekken.
Ook
is
het
denkbaar
dat
een
andere
organisatie
(Muzerije)
hierin
van
betekenis
is.
11
6.
Hogere
subsidie
Uit
het
onderzoek
van
Vreeke
&
van
Dalen:
“Zoals
we
in
de
benchmark
al
aangaven
is
de
bijdrage
van
de
gemeente
’s
Hertogenbosch
aan
het
poppodium
lager
dan
in
qua
grootte
vergelijkbare
steden.
Door
een
verhoging
van
de
gemeentelijke
subsidie
in
combinatie
met
een
professionaliseringsslag
en
een
verhoging
van
het
aantal
activiteiten
is
een
verhoging
van
output
realiseerbaar,
zelfs
als
er
interne
bezuinigingen
plaatsvinden.”
6.1.
Verhoging
output
Het
rapport
van
Vreeke
&
Van
Dalen
geeft
aan
dat
de
drie
functies
van
W2
behouden
kunnen
blijven
wanneer
het
aantal
activiteiten,
of
wel
de
output,
wordt
verhoogd,
er
een
professionaliseringsslag
wordt
gemaakt,
het
popcollectief
anders
wordt
ingericht,
een
bezuiniging
wordt
doorgevoerd
in
combinatie
met
een
hogere
structurele
subsidie
van
ten
minste
€40.000.
6.2.
Impulssubsidie
In
tijden
van
bezuiniging
en
met
inachtneming
van
het
rapport,
heeft
het
College
in
principe
toegezegd
gedurende
twee
jaar
een
impulssubsidie
van
40.000
euro
te
verstrekken.
Deze
subsidie
wenden
we
aan
om
het
veranderingstraject
zoals
beschreven
in
dit
plan
van
aanpak
te
ondersteunen.
W2
ontwikkelt
zich
als
cultureel
ondernemender,
gesteund
door
een
professionele
organisatie
met
een
mooie
locatie
en
een
sterke
binding
met
’s‐Hertogenbosch.
De
door
de
gemeente
in
het
vooruitzicht
gestelde
impulssubsidie
zetten
we
in
voor
scholing
en
begeleiding
van
personeel,
organisatieadvies
en
de
benodigde
soft
en
hardware
om
de
organisatie
als
een
geoliede
machine
te
kunnen
draaien.
In
de
meerjaren
begroting
wordt
uiteengezet
waar
welke
middelen
worden
ingezet.
6.3.
Na
2013
W2
zal
alles
in
het
werk
stellen
een
sluitende
begroting
te
krijgen.
De
punten
aangegeven
in
deze
notitie,
dragen
daar
zorg
voor.
Zo
zal
het
podium
–ook
na
2013‐
de
spil
zijn
in
het
popbeleid
van
’s‐Hertogenbosch.
12
7.
Begrotingen
2012,
2013
en
2014
versus
realisatie
2010
13
Vervolg:
Begrotingen
2012,
2013
en
2014
versus
realisatie
2010
14
Vervolg:
Begrotingen
2012,
2013
en
2014
versus
realisatie
2010
15
8.
Toelichting
op
de
begroting
De
begroting
geeft
inzicht
in
de
ontwikkeling
ten
opzichte
van
de
realisatie
in
2010,
een
jaar
dat
nog
met
een
exploitatietekort
werd
afgesloten.
Uitgangspunt
bij
het
maken
van
de
begrotingen
20122014
zijn
de
effecten
van
de
maatregelen
zoals
die
in
dit
plan
van
aanpak
staan
beschreven.
Hierbij
houden
we
rekening
met
het
gegeven
dat
de
intentie
is
de
impulssubsidie
over
2012
en
2013
toe
te
kennen.
Bij
het
opmaken
van
de
begroting
zijn
de
kengetallen
van
2010
over
gemiddeld
consumptiegedrag
per
bezoeker
en
het
aantal
bezoekers
per
activiteit
als
uitgangspunt
genomen.
8.1.
Meer
activiteiten
Vreeke
&
Van
Dalen
adviseren
om
het
aantal
activiteiten
in
de
komende
jaren
te
verhogen.
Dit
heeft
uiteraard
een
stijging
van
de
productiekosten
tot
gevolg
(concertkosten).
Deze
lopen
op
van
€185.647,‐
in
2010
naar
€211.500
in
2014.
Een
verhoging
van
het
aantal
activiteiten
betekent
ook
een
stijging
van
de
entree‐
en
horeca‐inkomsten.
Inkomsten
uit
recette
stijgen
van
€141.542
in
2010
naar
€217.000
in
2014.
We
verhogen
het
aantal
activiteiten
van
circa
100
naar
145
concerten,
dance‐ avonden
en
verhuringen.
De
uitbreiding
zit
met
name
aan
de
kant
van
dance
en
verhuringen,
waarbij
dance
lagere
programmakosten
heeft
dan
een
regulier
concert,
en
verhuur
geheel
geen
programmakosten
voor
de
W2
kent,
want
deze
worden,
wanneer
van
toepassing,
door
de
huurder
betaald.
Dit
betekent
een
daling
van
de
gemiddelde
kosten
per
activiteit
van
€1.856,‐
naar
€1.410,‐
(een
daling
in
de
kosten
per
productie
van
24%).
Een
tweede
oorzaak
van
de
daling
van
de
kosten
per
activiteit
komt
door
de
verbeterde
verhouding
tussen
een
scherpere
inkoop
en
een
hogere
ticketprijs
(servicekosten).
Bij
een
geprofessionaliseerd
podium
weet
de
programmeur
deze
factoren
maximaal
op
elkaar
af
te
stemmen.
Bij
de
inkomsten
gaan
over
deze
periode
de
opbrengsten
van
de
recette
gemiddeld
van
€1.415
,‐
naar
€1.447,‐
per
activiteit.
(een
stijging
van
2%).
Daarmee
maken
we
de
programmering
zelf
kostendekkend.
Productiekosten
dienen
in
de
toekomst
gedekt
te
worden
met
de
opbrengsten
uit
recette.
Dit
is
taakstellend
voor
de
programmeur.
Betere
kennis
over
ons
(potentiële)
publiek
zal
tot
betere
voorspellingen
leiden
van
het
aantal
te
verwachten
bezoekers
per
activiteit.
Daarmee
kan
beter
bepaald
worden
wat
een
specifieke
productie
mag
kosten.
Dit
inzicht
bouwen
we
mede
op
met
de
gegevens
uit
de
publieksdatabase
die
vanaf
2012
wordt
aangelegd
met
behulp
van
het
ticket‐verkoopprogramma
Actieve
Tickets.
De
uitbreiding
van
het
aantal
activiteiten
en
het
intensievere
gebruik
van
de
locatie
brengen
meer
schoonmaak‐
en
onderhoudskosten
met
zich
mee.
Ook
de
terecht
hogere
eisen
van
het
publiek
en
personeel
aan
kwaliteit
op
het
gebied
van
een
schoon
poppodium
leiden
tot
een
hogere
post
schoonmaak
in
de
begroting.
16
8.2.
Verbetering
van
de
horecainkomsten
De
in‐
en
verkoop
verhouding
van
de
horeca
over
de
periode
2010‐2014
laat
ook
een
duidelijke
verbetering
zien.
In
2010
waren
inkoopkosten
41%
van
de
omzet,
in
2014
is
dat
34%.
Deze
margeverbetering
wordt
vooral
bereikt
door
verhoging
van
de
prijs
en
verlaging
van
verspillingen.
Hierdoor
stijgen
de
inkoopkosten
marginaal
en
stijgen
de
inkomsten.
Naast
de
verbetering
van
de
marge
zal
ook
het
volume
van
de
verkoop
gaan
veranderen.
Bij
een
stijging
van
het
aantal
activiteiten
zal
de
horecaomzet
niet
direct
met
50%
toenemen,
maar
in
de
begroting
houden
we
rekening
met
een
duidelijke
en
stijgende
lijn
die
uiteindelijk
in
2014
een
stijging
van
35%
laat
zien.
8.3.
Verlaging
personele
lasten
In
het
oog
springt
de
daling
van
de
personele
lasten
tussen
2010
en
2012.
In
hoofdstuk
4
wordt
uiteengezet
hoe
we
deze
besparing
denken
te
realiseren.
De
personele
lasten
lopen
door
indexering
(CAO),
de
verwachte
introductie
van
de
CAO
Poppodia
en
het
toenemen
van
het
aantal
activiteiten
wel
weer
licht
op
richting
2013
en
verder.
8.4.
Besparing
op
publiciteitkosten
Op
kosten
van
publiciteit
wordt
bezuinigd
door
minder
in
te
zetten
op
“papier”.
Dit
heeft
minder
druk‐
en
verzendkosten
tot
gevolg.
In
plaats
hiervan
wordt
ingezet
op
nieuwe
(sociale)
media
en
een
betere
benutting
van
de
klantgegevens
die
vanaf
2012
verzameld
gaan
worden
(introductie
van
het
kaartverkoopsysteem
Active
tickets).
De
nieuw
te
gebruiken
software
brengt
kosten
met
zich
mee.
Daarom
is
de
post
‘Automatisering’
verhoogd.
8.5.
Bestendige
bedrijfsvoering
en
reserveringen
In
de
toekomst
komt
een
aantal
te
voorziene
extra
uitgaven
op
ons
af.
De
geluidsapparatuur
van
de
concertzaal
moet
worden
vervangen.
Hiervoor
wordt
toestemming
verzocht
aan
de
gemeente
’s‐Hertogenbosch
om
een
voorziening
“hardware”
te
mogen
aanleggen.
Doteringen
aan
deze
voorziening
zijn
in
de
begroting
opgenomen
onder
diverse
baten
minus
lasten.
Aangezien
er
regelmatig
onttrekkingen
aan
het
innovatiefonds
worden
gedaan
(fabrIQ
en
FAQ
festival)
wordt
ook
hier
in
de
begroting
rekening
mee
gehouden
middels
een
dotering
aan
dit
fonds.
De
introductie
van
het
nieuwe
beleid
en
de
door
te
voeren
maatregelen
brengt
kosten
met
zich
mee.
Tot
2014
is
extra
ruimte
begroot
en
voor
overige
kosten
is
de
post
“Nieuw
beleid”
met
een
bescheiden
en
aflopend
bedrag
ingegeven.
8.6.
Subsidies
Voor
2012
en
de
jaren
daarna
wordt
een
subsidieaanvraag
ingediend
van
€15.000,‐
bij
de
provincie
voor
het
festival
fabrIQ.
In
de
begroting
wordt
rekening
gehouden
met
een
toekenning
van
€10.000,‐.
17
9.
Extra
kansen
Stichting
W2
huist
in
de
voormalige
sigarenfabriek
Willem
II.
Deze
wordt
dankzij
subsidie
van
de
provincie
gerenoveerd
en
zal
straks
een
kunstencluster
herbergen
waarin
ook
onder
andere
CBK
en
het
Grafisch
Atelier
zullen
zijn
gehuisvest
én
samenwerken.
Dit
biedt
extra
kansen.
9.1.
Samenwerking
Voor
andere
huurders
binnen
de
sigarenfabriek
zal
de
W2
in
ieder
geval
faciliterend
zijn;
openingsfeesten,
vergadervoorziening,
commerciële
verhuring
en
dergelijke.
Samenwerking
op
het
gebied
van
verhuur
in
de
brede
zin
van
het
woord
wordt
met
partners
in
het
gebouw
opgezet
en
hierbij
zal
een
groeimodel
worden
gehanteerd.
9.2.
Cultureel
speerpunt
Niet
alleen
streeft
W2
naar
samenwerking
binnen
het
gebouw,
maar
ook
naar
samenwerking
binnen
de
Kop
van
’t
Zand.
Dit
gebied
is
een
cultureel
speerpunt
van
de
stad
en
W2
past
daar
perfect
in.
Met
de
verbouwing
van
de
sigarenfabriek
liggen
hier
ook
kansen
om
gezamenlijk
projecten
en
activiteiten
te
ontwikkelen.
18
10.
Tot
slot
Bovenstaand
plan
van
aanpak
is
niet
alleen
een
verhaal
van
intenties.
Verschillende
stappen
zijn
al
gezet
om
de
ambities
van
Stichting
W2
vorm
te
geven.
Met
de
middelen
die
ons
ter
beschikking
staan
en
rekening
houdend
met
de
liquiditeitspositie
en
de
extra
impulssubsidie
van
2012
en
2013
zijn
er
al
flink
wat
stappen
genomen.
Het
voltallige
personeel
heeft
aangegeven
vertrouwen
te
hebben
in
de
maatregelen
zoals
hier
gepresenteerd
en
met
name
ook
in
de
haalbaarheid
van
de
besparing
op
de
personele
lasten
van
€25.000,‐.
Directie
en
bestuur
van
Stichting
W2
zien
dan
ook
de
toekomst
met
vertrouwen
tegemoet.
De
genomen
maatregelen
en
de
extra
impuls
van
het
college
zorgen
ervoor
dat
er
wel
degelijk
toekomstmuziek
is
voor
Poppodium
W2!
19