VSO De Lasenberg bijlage 3.1

VSO De Lasenberg bijlage 3.1 Regeling scholingsafspraken Dit document geeft informatie over de faciliteiten die de school kan bieden aan personeelsleden die nascholing volgen en de voorwaarden die hierbij van toepassing zijn. Algemene voorwaarden:  

De medewerker die gefaciliteerd wordt door de werkgever in het kader van zijn/haar professionele ontwikkeling spant zich in om de verworven kennis en vaardigheden zoveel mogelijk toe te passen en over te dragen aan collega’s. De medewerker die op kosten van de werkgever een professionaliseringsactiviteit volgt verplicht zich om zich in te spannen om de gestelde doelstellingen van de professionalisering te behalen. In dien de doelstellingen niet zijn behaald en dit de medewerker te verwijten is moet de medewerker de kosten terugbetalen aan de werkgever (zie hieronder terugbetalingsverplichting).

Toewijzingscriteria:  

Toezeggingen over scholingsactiviteiten vloeien voort uit de afspraken die in de gesprekscyclus zijn gemaakt over de persoonlijke ontwikkeling. In deze gesprekken wordt de relatie gelegd met de strategische doelen en de accenten in de jaarplanning. De volgende prioriteitsvolgorde wordt gehanteerd: - intern opleiden gaat voor extern opleiden; - collectief gaat voor individueel; - nieuwe ontwikkelingen/ taken binnen de school; - aanvragen om redenen van promotie; - aanvragen om redenen van loopbaanplanning; - aanvragen uit persoonlijke interesse.

Faciliteiten: Faciliteiten kunnen gegeven worden in tijd, geld en/of begeleiding: 1. Faciliteiten in geld  Als algemene voorwaarde geldt dat de bestedingen binnen het beschikbare budget moeten passen en toegekend worden volgens de hierboven genoemde criteria.  Toevoeging; CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015; Op schoolniveau (brinnummer) is per FTE gemiddeld € 500,00 beschikbaar. Dit budget is bedoeld om de werknemer in staat te stellen invulling te geven aan zijn eigen professionalisering. Achteraf legt de werknemer binnen de bestaande gesprekkencyclus verantwoording af over zijn professionaliseringsactiviteiten.  De tegemoetkoming in kosten van (na) scholing omvat inschrijfkosten, examengelden en aanschaf van cursusmateriaal.  Als een opleiding het instellingsbelang of schoolbelang dient, wordt zij geheel vergoed.  Als het bevoegd gezag een scholingsverplichting oplegt worden de kosten ook geheel vergoed (deze scholingsplicht kan opgelegd worden na een negatieve beoordeling wegens slecht functioneren, of omdat iemand in het risicodragend deel van de formatie is of wordt geplaatst vanwege formatieterugloop.)

    

Voor opleidingen die meer in het belang van de medewerker zijn dan van de school of de instelling, wordt een regeling getroffen waarin de medewerker de helft van de kosten betaalt. Als een opleiding overwegend in het persoonlijk belang is, worden de kosten niet of slechts voor een klein deel vergoed. Als de (na)scholing plaatsvindt binnen de gemeentegrenzen worden de reiskosten niet vergoed. Als de studie buiten de gemeente plaatsvindt, worden de 'noodzakelijk gemaakte reiskosten' op basis van openbaar vervoer tweede klas vergoed. Als men per auto reist, geldt ook bovenstaande vergoeding of de volgens regeling onbelast vergoeden van zakelijke reizen ( volgens de richtlijnen van de belastingdienst).

2. Faciliteiten in tijd  Nascholingsactiviteiten worden in principe buiten lestijd gevolgd. Hierop worden in overleg uitzonderingen gemaakt. Dit is mede afhankelijk van vervangingsmogelijkheden en vervangingsvergoedingen.  Nascholingsactiviteiten die buiten de lestijden gevolgd worden vallen onder de uren deskundigheidsbevordering volgens de normjaartaak.  Toevoeging; CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015; Alle werknemers (met uitzondering van schoolleiders) hebben recht op 2 klokuur per werkweek (deeltijders naar rato) voor hun professionele ontwikkeling. Dit staat naast eventuele opgedragen scholing.  Toevoeging; CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015; Naast het persoonlijk budget duurzame inzetbaarheid (40 uur – onderdeel e.1.1. van dit akkoord) heeft de startende leerkracht recht op een bijzonder budget van 40 uur per jaar (onderdeel e.1.2 van dit akkoord). Die uren kunnen besteed worden aan professionalisering. Daarnaast heeft de startende leerkracht recht op begeleiding door een coach (niet zijnde de direct leidinggevende). De startende leerkracht en de werkgever leggen de afspraken over hoe tot basisbekwaamheid te komen, vast in een persoonlijk ontwikkelingsplan. Het verdient aanbeveling dat de startende leerkracht met name wordt ingezet voor lesgeven, voor- en nawerk en professionalisering.  De professionele ontwikkeling van de startende leerkracht wordt besproken in het kader van de gesprekkencyclus. Om tot een objectieve en transparante beoordeling van het bereiken van de basisbekwaamheid cq vakbekwaamheid te komen, wordt gebruik gemaakt van een beproefd observatie-instrument. Indien een werknemer basisbekwaam bevonden wordt (conform de vastgestelde richtlijnen) volgt inschaling in LB-4 en vervalt het bijzondere budget.  Toevoeging; CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015; Een werknemer heeft vanaf 57 jaar recht op een bijzonder budget in tijd van 130 uur per jaar (deeltijders naar rato). Deze uren staan naast het duurzame inzetbaarheidsbudget van 40 uur dat voor alle werknemers geldt) Voor deze uren gelden dezelfde doelen als voor de duurzame inzetbaarheidsregeling voor iedereen.  Voor het volgen van collectieve scholing (studiedagen of incompany trainingen) voor het hele onderwijsteam worden roostervrije dagen of dagdelen ingepland.  Voor het onderwijsondersteunend personeel worden de roosterfaciliteiten per scholingsactiviteit bepaald.

  

Facilitering in begeleiding De school faciliteert begeleiding volgens het begeleidings- en introductieplan. Iedere medewerker kan ondersteuning krijgen op het gebied van professionalisering door de daartoe aangestelde coördinator opleiden

Terugbetalingsverplichting De materiële kosten die vergoed zijn in het kader van professionalisering dienen te worden terugbetaald aan de werkgever indien betrokkene:     

door eigen toedoen de scholing voortijdig heeft gestaakt; de scholing zonder diploma of certificaat wordt afgerond door omstandigheden die naar het oordeel van de leidinggevende aan de werknemer te wijten zijn. De leidinggevende geeft hierover een gemotiveerd advies uit aan het MT die hierover een besluit neemt; ontslag neemt op eigen verzoek tijdens de scholing of binnen een termijn van drie jaren na afronding van de scholing (het betreft dan scholingstrajecten van meer dan 500,- ) ; de terugbetalingsregeling luidt dan als volgt: 75 %van de scholingskosten bij ontslag binnen 1 jaar na afronding, 50 % bij ontslag tussen 1 en 2 jaar na afronding en 25 % na ontslag tussen 2 en 3 jaar na afronding; Het MT kan afzien van een terugbetalingsregeling als er persoonlijke redenen in het geding zijn die niet door betrokken beïnvloedbaar zijn/waren alsmede in het geval van opgelegde scholing.

VSO De Lasenberg bijlage 3.2 Professionalisering kader Wet en regelgeving:  

CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015 Wet op beroepen in het onderwijs (Wet BIO)

Bijlagen: 1. Regeling scholingsafspraken 2. Scholingsovereenkomst 3. Planning professionaliseringsactiviteiten 1

Strategie

De werkgever formuleert in overleg met de PMR een meerjarenbeleid met betrekking tot scholing en professionele ontwikkeling met het oog op gestelde doelen:        

Vergroting van de employablity van medewerkers: zowel intern als extern breed inzetbaar. De wederzijdse afstemming tussen de wensen van de medewerker met betrekking tot zijn/haar professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Het onderhouden van de vastgestelde bekwaamheidseisen. Een inventarisatie van de reeds aanwezige kennis en vaardigheden en een inventarisatie van het potentieel in relatie tot de ontwikkelingsdoelen. Een inventarisatie van de opleidingsbehoeften, zowel vanuit het perspectief van de organisatie als vanuit het perspectief van groepen en individuele medewerkers. De beoogde ontwikkelingsdoelen en het daarvoor bedoelde collectieve deel van het budget. De beoogde ontwikkelingsdoelen en het daarvoor bedoelde individuele deel van het budget. De beschikbaar te stellen faciliteiten in tijd en/of geld voor collectieve en individuele ontwikkeling.

Nadat in het meerjaren nascholingsplan is vastgelegd wat de school op langere termijn wil bereiken wordt in het jaarlijks nascholingsplan een overzicht gegeven van de accenten die de school het komende schooljaar wil leggen.

De doelstellingen voor de professionalisering worden bekend gemaakt aan de medewerkers zodat zij zich hierop ook kunnen richten bij het voorbereiden van het persoonlijke ontwikkelingsplan en het voeren van gesprekken uit de gesprekscyclus. Afspraken in het kader van scholing en professionalisering worden dus altijd in het licht gehouden van de strategische doelstellingen. Afspraken over scholing en professionalisering worden vastgelegd in de scholingsovereenkomst en het persoonlijke ontwikkelingsplan.

Bij de jaarlijkse evaluatie van het meerjaren nascholingsplan en jaarlijks nascholingsplan worden de volgende vragen beantwoord:     

Hebben de scholingsactiviteiten een bijdrage geleverd aan het bereiken van de strategische doelstellingen en dus ook het verhogen van de professionalisering van de schoolorganisatie; In hoeverre is datgene wat geleerd is ook in de praktijk toegepast en overgedragen; Was het budget toereikend; Was er een juiste verdeling van het budget voor het collectieve en individuele deel; Was er een juiste verdeling voor opleidingskosten en facilitering in tijd en interne ondersteuning.

Op basis van de evaluatie wordt het meerjaren nascholingsplan bijgesteld en het nieuwe jaarlijkse nascholingsplan opgesteld. De volgende onderwerpen komen aan de orde:       2

De scholingsbehoefte op korte en lange termijn (meerjarenbeleid); Welke activiteiten kunnen intern aangeboden/ontwikkeld worden en hoe wordt dit bekostigd; Welke activiteiten moeten extern gevolgd worden; Het beschikbare nascholingsbudget onderverdeeld in een budget voor het management, het onderwijspersoneel en het onderwijsondersteunend personeel en in een collectief en individueel deel; Welke aanbevelingen zijn er voor het volgende schooljaar met betrekking tot toepasbaarheid en overdracht; Welke doelen (SMART geformuleerd) worden voor het volgende schooljaar gesteld. Visie op professionalisering in een lerende organisatie

De lerende organisatie is volgens Pedler (1991): een organisatie die het leren van haar leden faciliteert en zichzelf continue transformeert. Kenmerkend voor een lerende organisatie is dat de organisatie het vermogen heeft om zich steeds aan te passen aan de omgeving en flexibel en dynamisch is. Het lerend vermogen is de grootste kracht van de organisatie. De schoolorganisatie ontwikkelt de competentie om steeds goed te blijven functioneren. De kenmerken van de lerende organisatie zijn afgeleid van de bekwaamheid om te blijven leren. Er is geen blauwdruk, medewerkers zoeken zelf naar verbetering en vernieuwing. De competentie vraagt dat medewerkers blijven leren en veranderen(creëren).

3

Professionaliseringsactiviteiten/intern en extern opleiden

Definitie professionalisering: Alle activiteiten van een reeds bevoegde leraar om zijn/haar kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen direct verband houdend met de uitoefening van het beroep te verdiepen en uit te breiden vallen onder het begrip professionalisering. Daarbij past een brede definitie van opleiden waarin niet alleen plaats is voor traditionele cursussen maar ook voor opleiden in de school: intercollegiale coaching, intercollegiale consultatie, intervisie en supervisie, bezoeken van seminars en congressen en educatief verlof.

Bij de keuze voor de vorm van begeleiding en opleiding worden de volgende aspecten onderzocht:    

de interne mogelijkheden tot opleiden en begeleiden; het aantal medewerkers die dezelfde ontwikkelingsbehoeften hebben (individueel of collectief opleiden?); het externe aanbod; de kwaliteit en de betaalbaarheid.

In de regeling scholingsafspraken worden de praktische afspraken nader uitgewerkt. 4

Intern opleiden: Introductie en begeleiding

De schoolorganisatie heeft haar visie op onderwijs, de eisen aan en verwachtingen van de personeelsleden en haar personeelsbeleid, gebaseerd op goed werkgeverschap, geformuleerd. Deze beleidstukken vormen de kaders voor het intern begeleiden en opleiden van medewerkers (beginnende, nieuwe en zittende medewerkers). In de school worden zittende medewerkers taken toebedeeld bij de begeleiding: zij vervullen een rol als leidinggevende, coach of maatje. In “Introductie en begeleiding” worden de rollen, taken en verantwoordelijkheden van de begeleiders toegelicht en de verschillende vormen van interne begeleiding uitgewerkt : intervisie, collegiale consultatie, coaching (intern en extern). 5

Extern opleiden

Als na onderzoek blijkt dat intern opleiden niet mogelijk is worden de externe opleidingsmogelijkheden onderzocht. Bij externe scholing worden de afspraken vastgelegd zoals geformuleerd in de regeling scholingsafspraken.

VSO De Lasenberg bijlage 3.3 Personeelsbeleid

Doelen van het personeelsbeleid ’s Heeren Loo heeft tot opdracht om met de beschikbare middelen zo goed mogelijk onderwijs en een onderwijsperspectief te bieden voor de aan haar toevertrouwde leerlingen. Een transparante en professionele organisatie, duidelijke en evenredige verdeling van taken en verantwoordelijkheden, zorg voor medewerkers en vergroting van deskundigheid is hiervoor de basis.

Formatiebeleid Op grond van de gegevens van de teldatum per 1 oktober en/of de groeitelling van 1 februari daarna, is de basis voor het formatieplan per 1 augustus van het daarop volgende schooljaar. Bijzondere ontwikkelingen buiten beschouwing gelaten, zal het streven van bestuur en het management zijn om alle functies zoveel mogelijk in stand te houden. Mochten er werknemers zijn die parttime willen gaan werken, dan is de regeling "deeltijdwerk" van toepassing . Wanneer er door vermindering van taakomvang "resturen" beschikbaar komen, dan zullen deze niet automatisch tot herbezetting leiden, maar zij zullen in het totale formatiebudget opnieuw worden bezien op grond van de dan bestaande prioriteiten. Bij de berekening van de te besteden formatie-eenheden voor komende jaren zal rekening moeten worden gehouden met o.a.:

    

reglement vervangingsfonds reservering t.b.v. tijdelijke inzet van personeel uitbreiding van het aantal leerlingen en/of veranderende doelgroep gevolgen en ontwikkelingen Samenwerkingsverbanden, ook die in de regio nieuwe wetgeving, veranderde cao en AMvB (algemene maatregel van bestuur)

Bij de inzet van zittend personeel en de aanstelling van nieuw personeel wordt steeds getracht een optimale verhouding te realiseren tussen het leerlingaantal in de lesgroepen en afdelingen enerzijds en de inzet van groepsleerkrachten, vakleerkrachten en onderwijsondersteunend personeel anderzijds. Uitgangspunt is een optimaal onderwijsaanbod voor de leerlingen te realiseren, met een zo evenredig mogelijke werkdruk voor het personeel. Daarbij dient wel opgemerkt te worden dat bij de start van nieuwe onderwijslocaties en samenwerking met andere (project)organisaties, er tijdelijk meer personeel kan worden ingezet om startproblemen het hoofd te bieden. ’s Heeren Loo, locatie De Lasenberg, kent een geringe, maar gestage groei van het aantal leerlingen.

Meer dan een jaar vooruit plannen blijkt moeilijk. Daarom wordt ruim voor het eind van het lopende schooljaar geïnventariseerd welke leerlingen de school het komende schooljaar zullen bezoeken, wat de leeftijden zijn en wat de onderwijspakketten moeten zijn die antwoord geven op de onderwijsvraag en het –perspectief van de leerlingen. Aan de hand van deze gegevens wordt het plan van inzet van het personeel vastgesteld, en de huisvesting georganiseerd die specifiek moet worden gemaakt voor de kenmerken van de op dat moment zittende doelgroep. Wet Passend Onderwijs en de consequenties op het personele vlak De Lasenberg heeft als VSO-locatie voor leerlingen met (ernstige) gedragsproblemen en een licht verstandelijke beperking naast een lichte groei en een verbreding van de doelgroep direct te maken met de bezuinigingscomponent als onderdeel van de Wet Passend Onderwijs. Beiden maken dat er vanaf schooljaar 2014-2015 in het meerjarenbeleid meer inzet gepleegd gaat worden op:

     

Vormgeving van de gezamenlijk doorleefde visie op onderwijs Individuele en collectieve deskundigheidbevordering/professionalisering Ouderenbeleid, daad- en draagkracht van alle werknemers Verzuimbegeleiding Sociaal Plan Welbevinden en functioneren.

Bij de inzet van zittend personeel en de aanstelling van nieuw personeel wordt tot op heden steeds getracht een optimale verhouding te realiseren tussen het leerlingaantal in de lesgroepen en afdelingen enerzijds en de inzet van groepsleerkrachten, vakleerkrachten en onderwijsondersteunend personeel anderzijds. Uitgangspunt is een optimaal onderwijsaanbod voor de leerlingen te realiseren, met een zo evenredig mogelijke werkdruk voor het personeel. Daarbij dient wel opgemerkt te worden dat bij wijzigingen in het schoolprofiel, onder andere door de consequenties van Passend Onderwijs, tijdelijk bovenformatieve inzet noodzakelijk kan zijn.

Plan van inzet Jaarlijks kunnen medewerkers hun wensen betreffende inzet en beschikbaarheid schriftelijk ter kennisname aan het locatie MT doen toekomen. Bij het ontwerpen van het plan van inzet wordt hiermee, zo mogelijk, rekening gehouden. Waar het wettelijke regelingen betreft bijv. ouderschapsverlof e.d., volgt individueel overleg betreffende de concretisering van de regeling. Betreffende de ‘compensatieregeling’/regeling studieverlof kan worden opgemerkt dat het uitgangspunt bij de keuze van de wijze waarop compensatie wordt toegepast steeds is, dat de schoolorganisatie zo goed mogelijk moet blijven functioneren en dat “compensatieverlof” opgenomen dient te worden binnen de niet-lesgebonden tijd, zodat er tevens recht wordt gedaan aan de arbeidsvoorwaarden voor het personeel.

Taakbeleid Een goed taakbeleid is een belangrijk onderdeel van het personeelsbeleid. Algemeen wordt erkend dat in de taaktoedeling rekening gehouden moet worden met de mogelijkheden en wensen van de individuele personeelsleden. De toedeling van taken en de door beide partijen gewenste inzet ten behoeve van de professionalisering, maakt onderdeel uit van cyclus rond functioneren en beoordelen. Vanaf begin 2015 wordt gezocht naar een nieuwe module van registreren op dit onderdeel. Gewenst is dat er een koppeling komt naar het individuele personeelsdossier en dat werknemers zelf vorm kunnen gaan geven aan het bekwaamheidsdossier. Ook moet rekening worden gehouden met bijzondere omstandigheden van bepaalde groepen zoals beginnende leerkrachten, ouderen, deeltijders en collega's met beperkte belastbaarheid. Taakbeleid kan omschreven worden als de optimale afstemming tussen het werk dat moet gebeuren op de school (het takenpakket) en de kwaliteiten en de beschikbare tijd van het personeel van de school. Taakbeleid bestaat uit vier hoofdgebieden: 1. Taakomvangbeleid: het op elkaar afstemmen van het totale takenpakket van de school, de beschikbare financiën en de ‘zittende’ formatie. 2. Taakverdelingsbeleid: De evenwichtige verdeling van het takenpakket van de school over de functies en de personeelsleden. 3. Taakbelasting beleid: Het beleid van de school dat erop gericht is de ervaren werklast te verminderen. 4. Belastbaarheid beleid: De zorg voor elk personeelslid, werkend vanuit hun eigen individuele mogelijkheden.

VSO De Lasenberg bijlage 3.4 Professionaliseringsplan Planning professionaliseringsactiviteiten 2014-2015 op school-, afdeling-, en functiegroepniveau. schoolniveau Deelnemers

onderwerp/ activiteit

uitvoering

Alle medewerkers

Uitvoering Switch;

Gezamenlijke studiedag

Planning 2-9

Leerlijnen (vervolg CED);

Beoogde opbrengst

Alle medewerkers verdiepen hun kennis m.b.t. Switch d.m.v. actuele casussen. Nieuwe medewerkers doen kennis op over de switch methodiek. Alle medewerkers nemen kennis van de huidige leerlijnen en maken een eerste start met de invulling.

Intervisie; feedback en samenwerking (incl. uitleg geregistreerde collegiale consultatie);

Alle medewerkers nemen kennis van de intervisie methodiek en afspraken op de Lasenberg. Ze leren hoe ze op de juiste wijze met feedback geven en ontvangen aan de slag kunnen. Ze nemen kennis van de afspraken rondom de geregistreerde collegiale consultatie.

Norm-jaar taak; Activerend directe instructiemodel (CED)

Alle medewerkers zijn geïnformeerd over de inhoud van de norm- jaar taak. Alle medewerkers zijn op de hoogte van de structuur en het belang van het ADI model. Zij krijgen een eerste aanzet om hun lessen volgens dit model vorm te geven.

Alle medewerkers

Ontwikkeling Perspectief Plannen (OPP)

Informatiemoment (30 minuten) ‘thee met thema’

9-9

Alle medewerkers zijn geïnformeerd over de nieuwe opzet OPP. Ze weten wat er van hen verwacht wordt bij de invulling en uitvoering.

Alle medewerkers

LVB in de praktijk


23-9

Alle medewerkers hebben meer inzicht in de LVB doelgroep en hoe je taal en onderwijs (nog) meer kan afstemmen op deze doelgroep.

11-11 en 31-3

Alle medewerkers zijn bekend met de theorie; speerpunten van handelingsgericht werken. Medewerkers worden aan het denken gezet over het toepassen van handelingsgericht werken in de praktijk.

(jaarlijks terugkerend) Alle medewerkers

Handelingsgeric ht werken

2 maal informatiemoment (30 minuten) ‘thee met thema’

Alle mede werkers

Pedagogisch (basis) klimaat

Gezamenlijke studiedag i.s.m. CED groep en LECSO

6-1

Alle medewerkers hebben (extra) handvatten om een goed pedagogisch klimaat neer te zetten en te onderhouden.

Evaluatie

Alle mede werkers

Bekwaamheidsd ossier


9-12

Alle mede werkers

Holdingstechnie ken


16-12

Alle medewerkers

Klassenmanage ment

Gezamenlijke studiemiddag

6-1

ADI model (herhaling)

Alle medewerkers voelen zich bekwaam om een eigen bekwaamheidsdossier te onderhouden.

De wettelijke kaders m.b.t. holdingstechnieken zijn bekend.

De belangrijkste onderdelen van het klassenmanagement worden besproken met als doel eenduidigheid. Kennis van ADI model wordt opgehaald d.m.v. een praktijkoefening. Alle medewerkers hebben handvatten op het gebied van agressie- en conflicthantering.

Agressie- en conflicthantering Alle mede werkers

Hechtingsproblematiek


13-1

Alle medewerkers ontvangen informatie over hechtingsproblematiek en daarbij wordt de verbinding gemaakt naar de praktijk.

Alle mede werkers

SWITCH methodiek


10-2

Actualiseren en verdieping Switch bij alle medewerkers.

Alle mede werkers

Leerkrachtleerling interactie


3-3

Alle medewerkers zijn geïnformeerd over de aandachtspunten op het gebied van leerkrachtleerling interactie

Alle mede werkers

Kwaliteit op maat

2 maal informatiemoment (30 minuten) ‘thee met thema’

Nader in te plannen

Alle medewerkers zijn op de hoogte van de uitslagen van de audits en de vervolgstappen. Tussenstand kwaliteit op maat.

Alle mede werkers

Wonen op een leefgroep (Arkemeyde)


Nader in te plannen

Alle medewerkers zijn geïnformeerd over de dagelijkse gang van zaken op de leefgroep. Ze hebben daar naast meer kennis over de achtergrond van het wonen op een leefgroep.

Afdeling- en functieniveau Deelnemers


uitvoering

planni ng

beoogde opbrengst

Alle leerkrachten

Computervaardi gheden Behalen digitaal rijbewijs

1 maal een informatiebije enkomst. Behalen van digitaal rijbewijs via zelfstudie programma

25-11

Leerkrachten beschikken over voldoende vaardigheden (te denken valt aan vaardigheden vanuit het digitaal rijbewijs onderwijs, maar ook kennis van voldoende didactisch inzicht waar het gaat om de mogelijkheden van informatisering, en ook voldoende kennis om informatisering in te zetten tijdens de lessen).

Zelf plannen (eigen profes sionali sering stijd)

Leerkrachten zijn in staat om informatisering op de juiste wijze in te zetten zodat voor leerlingen informatisering kan worden opgenomen in didactiek, klassenmanagement en toetsing.

Alle leerkrachten

Oplossingsgericht werken/ boeiend onderwijs

Collegiale consultatie d.m.v. klassenbezoek bijwonen overleg en/of gesprek

Zelf plannen (eigen profes sionali sering stijd)

Leren van en met elkaar. Werken aan persoonlijke ontwikkeling dor collegiale consultatie te koppelen aan doelen vanuit het persoonlijk ontwikkelingsplan.

Alle leerkrachten en onder steuners

Intervisie

6 keer in het jaar een bijenkomst van anderhalf uur

Groep 1,2,3 15-9 27-10 24-11 16-2 13-4 1-6

Het hanteerbaar maken van werkproblemen. Leren van en met elkaar Op de juiste wijze feedback geven en ontvangen.

Groep 4+5: 18-9 30-10 27-11 19-2 16-4 4-6 7-7 afsluiting CvB

Intervisie

6 keer in het jaar een bijenkomst van anderhalf uur.

Nader in te plannen

Het hanteerbaar maken van werkproblemen. Leren van en met elkaar Op de juiste wijze feedback geven en ontvangen.

Alle leerkrachten

CITO


7-10

Nieuwe afspraken en veranderingen CITO zijn bekend.

Alle leerkrachten

Leerlijnen

Werkgroepen bijeenkomsten i.s.m. CED

Zie jaarplanning

Leerlijnen zijn op maat gemaakt voor de Lasenberg. Leerlijnen en OPP zijn geïntegreerd.

Alle leerkrachten

Leerlijn seksualiteit i.s.m. Rutgers WPF

studiedag

30-1

Leerkrachten hebben gezamenlijk invulling gegeven aan de leerlijn seksualiteit.

Alle leerkrachten

Digibord vaardigheden


17-3

De leerkrachten hebben hun vaardigheden m.b.t. het digibord vergroot.

Nieuwe leerkrachten (8)

Begeleidingspla n nieuwe leerkrachten

Begeleiding en coaching vanuit individueel begeleidingspl an

Individueel ingepland gedurende het school -jaar; ca.9 bijeen komst en pp.

Nieuwe leerkrachten zijn ingewerkt volgens het IPB en persoonlijk begeleidingsplan.

Nieuwe leerkrachten (3)

Beeldcoaching

Volgens individueel plan, ca. 1 uur per bijeenkomst.

Individ uele planni ng.

De leerkracht heeft feedback ontvangen d.m.v. beeldcoaching op leerkracht gedrag en interactie met de leerlingen. De Coachingsvraag is naar tevredenheid beantwoord. De leerkracht ontwikkelt zijn leerkrachtvaardigheden.

Praktijkleerkrachten

Vakspecifieke ontwikkelinng leerlijnen

Werkbijeenko msten i.s.m. CED groep en kenniscentra

Zie jaarpla nning

Ieder vak heeft zijn eigen leerlijn die aansluit bij de doelgroep en de gestelde kaders.

Arbeidstrainers

Participatiewet Leerwerkplekken Branchegericht opl. Acquisitie

O- meting vaardigheden met als startpunt eindebeoordeling cursus pedagogische en didactische vaardigheden (gevolg in het voorgaande schooljaar)

Inventarisatie van scholingswensen enplichten tot 1 jan. 2015

De arbeidstrainers hebben kennis van hoe onderwijs en zorg kunnen anticiperen op de ontwikkelingen binnen de participatiewet. De arbeidstrainers hebben de vaardigheden om te kunnen anticiperen op de participatiewet, zodat ingespeeld wordt op de opleiding, voorbereiding en trainingseis van de netwerkpartners.

1 nascholingsdag

19-11

De docenten bewegingsonderwijs van de Lasenberg zijn op de hoogte van de laatste vernieuwingen binnen hun vakgebied

Daarna gezamenlijke bijeenkomsten Sport docen ten Vincent + Sanne

Nascholing docenten bewegingsonder wijs cluster 4 (LECSO)

Individueel Deelnemers


Uitvoering

planni ng

beoogde opbrengst

Joke

Master SEN logopedie

Wekelijks

Iedere vrijdag t/m juni 2015

Expertise over goed taalonderwijs wat leidt tot betere taalprestaties en uitdagend en aantrekkelijk is voor iedere leerling, daarbij tegemoet komend aan de specifieke ondersteuningsbehoeften van de leerlingen van de Lasenberg. Uitgangspunt hierbij is het evidence based handelen.

Arjan Esther

Auditoren cursus LECSO

2 studiemiddagen sep/okt

23 -9 2-10

De auditoren zijn voldoende onderlegd om t.b.v. de kwaliteitsnorm audits af te nemen

Esther

Beeldcoach deel 1 en 2 (deel 3 schooljaar 2015-2016)

1 vrijdagmiddag in de 3 weken

sepjan 2016

De intern coördinator kan door middel van video interactie training/beeldcoaching een bijdrage leveren aan de professionele ontwikkeling van de leerkrachten. De intern coördinator opleiden kan beleid vormen rondom beeldcoaching.

Marije

Postacademische opleiding Schoolpsycholoog

Wekelijks

Iedere donder dag t/m jan 2015

Registratie Kinder&Jeugd-psycholoog NIP (K&J-psycholoog NIP) Professionalisering van diagnostiek, advisering en begeleiding op verschillende niveaus in school.

Leo Liesbeth Esther

4D congres

1 bijeenkomst

30-9

Deelnemers zijn bekend met het 4D principe en kunnen dit toepassen in de praktijk. Zij kunnen deze theorie overdragen aan collega’s

Mehtap Brigitte Laura

Netwerk gespecialiseerd e leerkrachten ZMOLK

3 bijeenkomsten

Startbijeen komst 1-10 andere twee nader in te plannen

Mies Maria n (prakt ijkleer kracht en)

Pedagogisch Didactische aantekening

Individueel traject i.s.m. ICO

Oktdec wekelijkse bijeen komsten

Deze praktijkleerkrachten zijn (aantoonbaar) pedagogisch en didactisch vaardig.

Albert Praktijkleerkracht

Opleiding docent (algemene) techniek

wekelijks

Maand agen t/m juli 2015

Professionalisering van de praktijkvakken (met name hout.) Didactische vaardigheid van de docent, toepasbaar voor de specifieke doelgroep.

Arjan

Veiligheidscoörd inatorschap

Coaching door Harry Velderman en beleidsmedewerker Karel Geurts.

Wekelijks individ ueel traject

De veiligheidscoördinator is in staat het schoolveiligheidsplan handen en voeten geven. Invulling te geven aan een crisis- en agressieprotocol, signaleringsplan en een meldingsformulier voor incidenten. Hij bevordert dat medewerkers elkaar feedback geven over de omgang met incidenten. Hij bewaakt bij agressie incidenten dat de juiste procedure wordt gevolgd.

Leo

Leiderschap

6 keer werk-, studie- en intervisiebijee nkomsten bij de CED-groep

Nader in te planne n met CEDgroep

Er is antwoord op de volgende vragen;Wat maakt onderwijs effectief? Hoe kunnen schoolleiders het beste datagestuurd en opbrengstgericht leidinggeven aan hun teams? Hoe kunnen schoolleiders bijdragen tot het verhogen van de resultaten van de leerlingen? Hoe geven schoolleiders onderwijskundig leiding aan de professionals voor de klas en zorgen ze voor een lerende schoolcultuur?

E en gezamenlijke visie en aanpak(met het netwerk)m.b.t. het pedagogisch klimaat zodat de leerlingen tot leren komen.

Onderbouwing: 

Er is een professionaliseringsplan (zie bijlage) opgesteld dat is gebaseerd op; o Voornemens en speerpunten schoolplan 2015-2018 o Professionaliseringsbehoefte team o Marzano: - didactische aanpak (zie o.a. leerlijnen en didactische vaardigheden) - pedagogisch handelen en klassenmanagement (zie o.a. SWITCH, ZMOLK methodiek, activerend directe instructiemodel) - Sturing en herontwerpen programma’s (zie o.a. input CED-groep, OPP , groepsplannen )

o    

Handelingsgericht werken

In het professionaliseringsplan is het vergroten van deskundigheid op school -, afdeling /functie- en individueel niveau terug te zien. De beoogde opbrengsten zijn vastgesteld. Meerdere onderwerpen komen cyclisch terug. De opeenvolgende professionaliseringsplannen zullen in het kader blijven staan van de doelen zoals die gesteld zijn vanuit de voornemens en speerpunten vanuit het schoolplan 2015-2018 Het professionaliseringsplan is verbonden met het kader professionalisering en de regeling scholingsafspraken.

Spelregels voor schooljaar 2014-2015 o Studiedagen zijn voor iedereen verplicht; voor leerkrachten op een niet-lesdag telt dit mee bij schooltaken o Voor facilitering in tijd en geld zie het document scholingsafspraken o Ondersteuners komen ook op hun “niet-werkdag” naar een studiedag. Als zij geen ruimte hebben binnen hun normjaartaak overleggen ze met de manager voor verspreide uitruil binnen het schooljaar. o Voor medewerkers die een individuele studie volgen gelden de afspraken zoals die schriftelijk zijn overeengekomen bij aanvang van de studie. Meestal is daarbij sprake van een financiële bijdrage van school in de kosten van de studie. De studie wordt daarbij in principe gedaan in de eigen tijd. Wel mag het (gedeeltelijk) meetellen voor de individuele professionaliseringsuren, zoals deze gelden in de huidige cao (CAO-PO 01-07-2014 tot en met 30-06-2015). o Professionaliseringsafspraken dienen binnen de POP-cyclus besproken, vastgelegd en afgesproken te worden. Voor het einde van het lopende schooljaar dient voor iedereen de professionaliseringsafspraak binnen de normjaartaak vastgelegd te worden in het POP-gesprek. De afspraken gelden voor het schooljaar daar op volgend. ( In het 4e kwartaal 2014 voor 20142015 en in het 2de kwartaal 2015 voor schooljaar 2015-2016). o Indien de school een studie bekostigt, die rechtspositionele gevolgen en/of veranderingen in de taak en functie ten doel heeft, geldt een terugbetalingsregeling naar rato, wanneer de verplichte verblijfsduur van tenminste 3 jaar, na het behalen van het diploma niet gehaald wordt. Werknemers die op eigen initiatief een door school bekostigde opleiding afbreken, dienen binnen 3 jaar na beëindiging alle studiekosten terug te betalen.

VSO De Lasenberg bijlage 3.1

Recommend Documents