Vriendennieuws Editie 82 Lente 2013
Het museum in winterslaap? Als we in de museumhaven kijken lijkt het wel of alle schepen verdwenen zijn. Wat is er aan de hand? Normaal gesproken zijn de Reddingboten gezichtsbepalend voor de zuidwesthoek van de haven en geven deze een fleurig beeld van de oude reddingsglorie. Gelukkig is de reden voor deze trieste aanblik een tijdelijke situatie. De museumhaven wordt gebaggerd en de museumvloot ligt nu afgemeerd in het natte dok van Willemsoord. Behalve de motor-strandreddingboot Johan de Witt . Op de foto van onze “huisfotograaf” Roy Flem kunt u zien dat van de gelegenheid gebruik gemaakt is om de Johan de Witt in de winterstalling bij jachtwerf Dozy onder te brengen alwaar hij onderhoud krijgt. Het lijkt dus allemaal heel erg stil rond het museum, maar niets is minder waar. Juist in deze tijd is het voor de vrijwilligers in vaak minder prettige weersomstandigheden de gelegenheid om het onderhoud aan de vloot uit te voeren zodat deze er in het nieuwe seizoen weer representatief uitzien en als varend visite kaartje voor het Reddingmuseum en voor de liefhebbers een vaartocht te kunnen verzorgen. Gerhard Nijhuis
MUSEA Maritiem KUNST & Cultuur AmusEment ETEN EN DRINKEN
Willemsoord, vroeger de scheeps- en onderhoudswerf voor de Koninklijke Marine, is nu een prachtig monumentaal deel van Den Helder dat zich gaandeweg ontwikkelt tot open stadsdeel. Willemsoord ligt direct tegen het stadshart en de buitenhaven aan wat de ligging van de jachthaven op Willemsoord uniek maakt. Het fraai gerestaureerde complex huisvest een diversiteit aan ondernemers en instellingen.
Jachthaven
Er is voor ieder wat wils:
• het nationaal reddingmuseum Dorus Rijkers • het marinemuseum • kunst & cultuur • diverse eet- en drinkgelegenheden • bioscoop • casino • kinderspeelparadijs & bowling • sportgelegenheden • museale schepen • een nautisch kwartier.
Uw evenement - waar dan ook heerlijk verzorgd!
Op Willemsoord is de VVV gevestigd, waar u uitgebreide informatie over alle bezienswaardigheden en activiteiten op Willemsoord kunt verkrijgen.
Wij heten u van harte welkom op Willemsoord
oon tele6f16100 3 2 02 Wembsoordbv.nl ille
www.w
es
adr soord willem en Helder SD 1781 A
verzekeren? we blijven bij de tijd Voor meer informatie over alle mogelijkheden van Kampanje Catering kunt u contact opnemen met De Kampanje, telefoon 0223 - 678 678. Bezoek ook eens onze website www.kampanjecatering.nl
815003015_AdvCatering.indd 1
28-08-2008 15:40:55
(0223)68 688 0223 87788 88
Vriendennieuws blz 2
Nieuws uit het museum Even voorstellen… Mijn naam is Anne Phoelich, en ik ben sinds mei 2012 vrijwilliger bij het museum. Sinds enige tijd doe ik dat vooral op kantoor, en houd ik mij bezig met het ontwikkelen van een marketingplan, promotie, giften, sponsoring, en communicatie. Daar hoort ook het schrijven van een stukje voor het Vriendennieuws bij! Ik ben zelf ook een tijd geleden Vriend(in) van het museum geworden en lees altijd met veel plezier het Vriendennieuws. Ik hoop dat ik u als lezer, en als Vriend en/of vrijwilliger ook met plezier mijn stukjes zult lezen! Graag geef ik u een inkijkje in het museum, zodat u niet alleen op de hoogte bent van de zaken in het museum, maar ook ziet waar u nu precies vriend van bent, en u zich betrokken blijft voelen bij het museum. Tenslotte bent u, samen met alle andere betrokkenen, de grootste drijvende kracht van het museum, die zich allen inzetten om dit prachtige stukje cultureel erfgoed te conserveren en te behouden voor de toekomst. In het museum zijn er allerlei ontwikkelingen gaande, waaronder een primeur; op donderdag 8 februari is de allereerste kleuterklas op bezoek geweest die een educatief programma kwam volgen! Al sedert enige tijd is Sylvia de Boer bezig met het ontwikkelen van een educatieplan voor elke klas van de basisschool. Vorig jaar zijn er met succes meerdere groepen 5 en 6 op bezoek geweest. Allen waren onverdeeld enthousiast! De kleuterklas die nu in het museum kwam had een speciaal programma, waarin ze op zoek moesten naar diverse objecten in het museum. De juf, de begeleidende ouders en alle kleuters waren erg enthousiast en ze hadden
Museummedewerker Sylvia de Boer in gele reddingjas geeft uitleg.
speciaal voor hun bezoek aan het museum een liedje met dansje ingestudeerd voor het bezoek aan het museum. Al met al een zeer geslaagde eerste kennismaking van de kleuters met het educatieve lespakket!
Okke van Solkema Daarnaast is er ook een nieuwe ontwikkeling in de Raad van Toezicht. Op 14 januari is er een nieuwe voorzitter toegetreden in de Raad van Toezicht. De heer Fred Laks geeft het stokje overgeven aan de heer Rob Tompot. Hij is echt een man uit het bedrijfsleven net als onze huidige directeur Hans Sterkenburg. Hij is CEO geweest bij Peterson en sinds kort heeft hij nu tijd voor andere projecten. We zijn als museum daarom ook blij dat we hem welkom kunnen heten in het museum. We hopen aankomend jaar en in de jaren die komen een groei te krijgen in de bezoekersaantallen en dat de zakelijke markt vaker bij ons komt vergaderen en/of bezoeken. Hopelijk kan de heer Tompot hierbij een bijdrage leveren door aan de Helderse ondernemers te vertellen wat wij allemaal kunnen bieden. Maar ook in het museum zitten de mannen van het onderhoud niet stil. De vloer in het museum moest weer nodig een opknapbeurt krijgen. De heren van het onderhoud zijn een aantal dagen bezig geweest om de gehele vloer van de benedenverdieping op te knappen. En het ziet er weer prachtig uit. De vloer glans en blinkt je tegemoet waardoor het museum een nog betere uitstraling krijgt. Maar ook naar buiten willen we een ander beeld geven. We zijn natuurlijk een fris en leuk museum en daarom heeft onze vrijwilliger Marcel te Pas een prachtige nieuwe logo gemaakt waar oud en nieuw bij elkaar komen. (zie boven deze kolom) Daarbij is er ook een nieuwe huisstijl gemaakt die we langzaam zullen doorvoeren. Veel nieuwe ontwikkelingen die het Reddingmuseum goed zullen doen. Vanaf 23 maart kunnen de bezoekers weer 7 dagen in de week van ons genieten en wij van hun.
Okke is in Alkmaar geboren en heeft op verschillende plaatsen in de Noordkop gewoond. Het water heeft hem altijd getrokken; varen, kanoën, vissen. Al jong was hij ondernemend. Toen ze in Burgerbrug aan de Groote Sloot woonden ging Okke langs de (duitse) toeristen op de campings. Met een Helderse vlet en een busje konden ze naar de Kaasmarkt in Alkmaar en de Westfriese Folklore Markten in Schagen. Later ontdekte hij het plezier van het rijden in terreinauto's. Dat resulteerde in een school voor rijvaardigheidstrainingen in het terrein en het organiseren van trainingsreizen naar het buitenland. Ook de politie werd getraind. Het sleutelen aan auto's en het rijden ermee is nog steeds een hobby van Okke. Hij doet aan dragracen. Dat is het sprinten over 400 m vanuit stilstand met een speciaal daarvoor gemaakte motor op een afgesloten baan. Daarnaast maakt hij muziek op verschillende instrumenten. En interesseert zich voor de natuurfotografie; bloemetjes, bijtjes en vogeltjes van dichtbij fotograferen. Maar het water blijft trekken, hij gaat er regelmatig met zijn Zodiac op uit. Ca. 4 jaar geleden ging hij bij het museum aan de slag, aan de balie en als schipper van de msrb Johan de Witt. Deze boot wordt gebruikt voor de rondvaarten en het varen ermee vraagt wel enige oefening. Het bezig zijn met mensen vindt hij mooi. Indrukwekkend vond hij de uitvoering van de asverstrooiing van zijn tante met de mrb Prins Hendrik. De vaste rituelen hierbij, de bloemen in zee, de tijd en aandacht die de bemanning er aan schonk. En vanaf de Helderse Zeedijk heb je later dan altijd nog de mogelijkheid een groet te brengen. Wybe van der Wal Vriendennieuws blz 3
De ijzeren zeekaap in het Reddingmuseum Zeekapen waren eeuwenlang een vast onderdeel van het Nederlandse kustlandschap. In 1858 stonden er in het Nederlandse waddengebied 24 kapen, daarvan resten er nu nog vijf, drie van ijzer en twee van hout. Daarnaast staan er drie houten bakens voor de landmeting. De soms wel 30 meter hoge constructies waren lang alleen van hout, maar midden 19e eeuw werd gietijzer een tweede mogelijkheid. Gietijzer heeft bij goed onderhoud een levensduur die veel langer is dan die van hout. Het Reddingmuseum toont deze ontwikkeling met een prachtig model uit de marinemodellenkamer. Het is een model dat nooit werd uitgevoerd. Zeekapen Reeds in de Middeleeuwen zetten handelssteden als Hamburg, Bremen, Emden, Groningen en Kampen kapen en bakens neer in het waddengebied om de scheepvaart tot steun te zijn. Zeekapen kunnen op verschillende wijzen gebruikt worden. Twee kapen samen of een kaap en een toren in één lijn vormen een lijn waarop goed genavigeerd kan worden, of waarmee de ton bij de ingang van een geul gevonden kan worden. Vanwege het verplaatsen van de geulen in de zeegaten moest de locatie van zeekapen regelmatig worden aangepast zodat ze de juiste richting bleef aangeven. Bij twee kapen was één aangewezen als de loper. Deze werd zo nodig afgebroken en op een andere plaats weer opgebouwd. Een kaap kon ook een verdwenen markant gebouw vervangen. De kaap in Egmond aan Zee verving de in 1744 ingestorte kerktoren. Bij IJmuiden werd zelfs de kompaskaap opgericht ten einde een herkenningspunt te hebben voor de controle van het kompas. Jansen introduceert ijzer Marine ingenieur Herman Guillaume Jansen (1816-1910) onderzocht rond 1850 of ook zeekapen van ijzer gebouwd konden worden. Hij hield zich in deze tijd ook bezig met het licht op de vuurtoren van fort Kijkduin en ontwierp de beide vuurtorens op het eiland Schiermonnikoog. Van Jansens bemoeienis met zeekapen resteren tekeningen in het Maritiem Museum Rotterdam en twee modellen in de Vriendennieuws blz 4
Fig.1 Model van de zeekaap, vermoedelijk kaap Robbebol, ca. 1850. (MC 833) Foto: Het Rijksmuseum Amsterdam. marinemodellenkamer. Het Rijksmuseum bewaart de modellenkamer en leende één model uit aan het Reddingmuseum in Den Helder. Het oudste model (fig. 1), gemaakt rond 1850 op de Rijkswerf Willemsoord, is opgebouwd uit standaard elementen die met bouten aan elkaar vastzitten. Een gietijzeren koning rust op een voetstuk gedragen door vier binnenschoren. Vier buitenschoren steunden de bovenzijde van de koning. De hele constructie rustte op een houten kruis. Dat laatste was een beproefde werkwijze in het waddengebied. De kaap had een ijzeren scherm en een ronde rieten bol. In 1853 werd op de Robbebol ofwel de noordwest-
punt van de Vliehors een kaap opgericht om de scheepvaart te waarschuwen voor de ondiepten. Deze werd omschreven als een ovaal scherm of raam van ijzeren ribben, overkruis dubbel gesteld, met een front naar NW en NO aan een geschoorden ijzeren koning, alles zwart geschilderd. De omschrijving past goed bij het model, zodat Jansen vermoedelijk de ontwerper van kaap Robbebol is geweest. Deze kaap Robbebol is in 1913 omgevallen en niet weer opgericht. Het andere model (fig. 2) is te zien in het Reddingmuseum. Het werd gemaakt in 1855 op de Rijkswerf te Vlissingen waar Jansen inmiddels werkte.
Het model laat een constructie van ijzeren platte ijzeren staven zien, verstevigd met trekstangen, welke is voorzien van een vierkant scherm en lamellen langs de benen. De kaap was ontworpen in geslagen ofwel smeedijzer. De kaap was bestemd voor Vlieland waar de Duinkaap moest worden vervangen, maar de nieuwe Duinkaap uit 1856 is weer van hout. Het ontwerp van Jansen is nooit uitgevoerd. Een nieuw ontwerp van Harder Ondertussen was Quirijn Harder (1801–1880) bij de Dienst van het Loodswezen als bouwkundige aangesteld. Hij was voordien van klerk opgeklommen tot tekenaar eerste klasse. In 1854 ontwierp hij een gietijzeren zeekaap ter vervanging van de houten kaap opgericht bij de oesterhaven van Oosterend. Al vóór 1608 stond op die plek een kaap. De kaap diende de scheepvaart van uit de Zuiderzeehavens die via De Vlieter zo veilig door de Texelstroom naar het Marsdiep varen kon. De 20,5 meter hoge ijzeren kaap op Texel was opgebouwd uit vier etages bestaande uit telkens zes jukken die met een koppelstuk verbonden waren. Met hulp van ringen en trekstangen werden de elementen op hun plaats gehouden. Het scherm was van hout. Deze bouwwijze geeft een Eiffeltoreneffect. De kaap werd in oktober 1854 aanbesteed en in het daaropvolgende voorjaar van 1855 gebouwd. De kaap werd spoedig voorzien van vier tuien. De kaap bleef haar werk doen en staat – sinds 1938 zonder scherm en tuien en vanaf 1995 met de onderste trans onder de grond – nog altijd langs de kust.
Fig. 2 Model van een zeekaap voor Vlieland ca. 1855. (MC 834) Foto: Het Rijksmuseum Amsterdam.
De Oostkaap op Texel in de winter van 1929. Foto collectie Klaas Uitgeest, Texel. De oostkaap voldeed goed en in 1865 opstand waarbij de bovenste etage werd volgens hetzelfde plan een zee- met het scherm werd weggehaald. kaap gebouwd op Rottumeroog. Dat Hier brandde, voor zover de oorlog dat eiland kende vanaf 1539 twee kapen, toeliet, tot 1946 een geleidelicht. Het later bekend als de Emder kaap en de lichthuis ging in 1956 naar het Licht van Groninger kaap. De ijzeren kaap op Troost op Texel en staat tegenwoordig Rottumeroog trok de belangstelling in het juttersmuseum “Flora”. van de oosterburen. In 1867 werd naar het zelfde model ook op Borkum een Succes zeekaap gebouwd. De lange levens- Het model Rottumeroog voldeed uitduur was het motief om ijzer uit te eindelijk goed en er kwamen ook proberen, maar na drie jaar legden de kapen op Vlieland (1884), Stavoren Duitsers vanwege de oorlog met (1884), IJmuiden (1885) en Hollum op Frankrijk alle kapen op de wadden om. Ameland (1890). In 1919 volgden nog De herbouw van zeekapen in 1872 drie grote kapen op de Noordsvaarder ging op kosten van de verliezende en de Boschplaat van Terschelling, Fransen. Er was dus geld genoeg en alsmede op Engelsmanplaat. Deze de kapen werden van baksteen ge- kapen waren opgebouwd uit buisvorbouwd. IJzeren zeekapen werden in mige segmenten en lijken hierin op het de Duitse wadden verder niet ge- eerste model van Jansen. bouwd. De ijzeren kapen waren een groot succes geworden, maar vanaf de jaren Gedoe op Rottum dertig begon de neergang. De snelle De kaap op Rottumeroog had evenmin ontwikkeling van de moderne navigaeen lang leven. Zij woei ondanks de tie maakte de oude reuzen overbodig. tuien al in 1869 om. De vervanging was In de jaren zeventig bleken er naast de compacter, korter (18,5 m) en iets kleine ijzeren Noordkaap op Terschelbredere kaap met hetzelfde aantal ling, slechts twee grote kapen over, de etages. In 1881 woei ook deze kaap Oostkaap op Texel en de Emder kaap om. Vooreerst werd een noodkaap op Rottumeroog. Ze werden gelukkig opgericht. In 1883 kwamen er twee een rijksmonument en houden, ietwat nieuwe gietijzeren kapen volgens het geschonden en zonder scherm, het zelfde plan als de vorige, maar nu met pionierswerk van Jansen en Harder een goede fundering. Ze werden levend. Het zijn veel gefotografeerde meermalen verplaatst maar deden objecten geworden. lang dienst. In 1929 werd vastgesteld dat voor de navigatie de kapen niet Egge Knol langer noodzakelijk was. De Groninger Conservator bij het Groninger Musekaap stond aan de rand van het eiland um werkt aan een studie van de zeeen stortte in 1931 in zee. De Emder kapen in het waddengebied, met name kaap werd in 1940 verbouwd tot licht- op Rottumeroog. Vriendennieuws blz 5
al meer dan 100 jaar het roer in handen!
CULTUUR MA AK T JE RIJKER PARTNER VAN DE MUSEUMKAART
Sleutel tot 400 schatkamers Geef ‘m cadeau
De Koninklijke Marine in actie rond de Hoorn van Afrika
www.museumkaart.nl
HOTEL
40 sfeervolle kamers zonnig terras
RESTAURANT
www.marinemuseum.nl
ontbijt ● lunch ● diner
ZALEN
cursussen ● vergaderingen
affiche_DEF.indd 1 affiche_01.indd 1
14-12-11 12:17 09-11-11 14:15
Bedrijfskleding Uniformering
BRIDGEHOTEL
verschillende verenigingen
Met gerenommeerde merken als Havep Industriëel, Echo/KLM, Helly Hansen, Santino en Rucanor
E
[email protected] ● I www.hotelwienerhof.nl
Parallelweg 7 ● 1781 EA Den Helder T 0223 - 616895 ● F 0223 - 613534
Vriendennieuws blz 6
Koperslagersweg 13 1786 RA Den Helder
Tel: 0223-691223 www.moc-bedrijfskleding.nl E-mail:
[email protected]
Fries Scheepvaart Museum en Klaas Toxopeus In 1964 kwam een eind aan een tijdperk waarin de familie Toxopeus een hoofdrol speelde bij reddingen op de Noordzee boven Schiermonnikoog en Rottumeroog. Het begon met Mees Toxopeus in 1917 als schipper van de C.A. den Tex op Rottum en eindigde met de pensionering van zijn jongere broer Klaas als schipper van de Insulinde. Ze waren bekend vanwege hun spectaculaire reddingen en door het schrijverstalent van Klaas. De dochter van Klaas schonk in 1998 een aantal voorwerpen die te maken hebben met het reddingswerk van haar vader aan het Fries Scheepvaartmuseum. Dit museum heeft in januari deze collectie aan het Reddingmuseum overgedragen, omdat dit meer in overeenstemming is met de thema’s van beide musea. Fries Scheepvaart Museum Het Fries Scheepvaartmuseum in Sneek toont de geschiedenis van de Friese scheepvaart. Er is ook aandacht voor de water- en schaatssport en de woon- en leefcultuur van kooplieden en schippers uit Sneek en de Friese Zuidwesthoek. In 2011 heeft het museum een grondige verbouwing ondergaan. Tijdens de renovatie is de entree van een moderne gevel voorzien die mooi aansluit bij ernaast gelegen historische panden waarover het museum is verspreid. In het sfeervolle entreegebouw werden museumvrijwilliger Kees Stoepker en ik gastvrij door de directeur Meindert Seffinga en conservator Jelle Koenen ontvangen en mochten we de objecten in ontvangst nemen. Er was geen tijd voor een uitgebreid bezoek, maar het museum ziet er na de renovatie veelbelovend uit. Ik kan de Vrienden van het Reddingmuseum een bezoek aan dit museum dan ook van harte aanbevelen.
directeur Seffinga (rechts) overhandigt het stuurwiel in het sfeervolle museum Foto: Kees Stoepker
Toxopeus levendig wordt gehouden. In de verzameling bevond zich ook een mooi en gedetailleerd model van de Insulinde. Het model is onbeschadigd, maar wel stoffig. Onze modelbouwer Arie van der Hel heeft het keurig schoongemaakt en het model is nu te zien in de Heldengalerij bij Mees Toxopeus. Henk Stapel, conservator
Bestuursmutatie
Klaas Toxopeus redder en schrijver Klaas (1904-1981) is wat minder bekend geworden dan zijn achttien jaar oudere broer Mees. Toch heeft hij vanaf 1930 als stuurman aan bijna alle reddingsacties van zijn broer deelgenomen en volgde hij in 1950 zijn broer op als schipper van de Insulinde. Klaas had een schrijverstalent en schreef in 1952 zijn eerste boek ‘Vliegende Storm’. Een jaar later volgde ‘Woest Water’ en in 1955 ‘Stormnacht’. De boeken gingen over de belevenissen van de redders. Ze waren onmiddellijk een succes en werden als trilogie twintig jaar lang tot in het midden van de zeventiger jaren in vele opeenvolgende drukken uitgegeven. Klaas Toxopeus is hiermee van onschatbare waarde geweest voor de bekendheid van de reddingmaatschappij. Een generatie van de Nederlandse bevolking heeft zijn boeken gelezen. Bij zijn afscheid in 1964 ontving hij het stuurwiel van de Insulinde, het stuurwiel dat in zijn handen mensen redde en hem veilig in de haven van Oostmahorn bracht. Via Sneek komt het wiel nu in Den Helder waar het weer door vrijwilliger Herman de Wijn en zijn mannen op de oorspronkelijke stuurstand zal worden gemonteerd. Het sluitstuk van de restauratie van de Insulinde! Het zilveren herinneringsplaatje op het wiel zal in het achterverblijf worden bevestigd. Het is de bedoeling hier ook foto’s en oorkonden van de broers Toxopeus op te hangen, zodat niet alleen in het museum maar ook aan boord het verhaal van de geschiedenis van de Insulinde en de familie
Fred Laks heeft te kennen gegeven zijn functie als lid van het bestuur van de Vrienden neer te willen leggen. Hij zal op 6 maart de laatste bestuursvergadering bijwonen, waarna we als bestuur in besloten kring hem zullen bedanken voor zijn jarenlange inzet. Fred was ruim twintig jaar bij het museum betrokken, eerst als bestuurslid van het museum en na de statutenwijziging van het museum in 2003 als voorzitter van de raad van toezicht. Hij vertegenwoordigde het museumbestuur en later de raad van toezicht in het bestuur van de Vrienden. In januari heeft hij het voorzitterschap van de raad van toezicht overgedragen aan Rob Tompot, waarmee ook een einde is gekomen aan zijn bestuursfunctie bij de Vrienden. Fred heeft veel betekend voor het museum. Hij woonde in Den Helder en was ook jarenlang raadslid van de Gemeente Den Helder. Hierdoor was hij goed geïnformeerd over wat er plaatselijk speelde. Niet onbelangrijk, want de gemeente Den Helder is als subsidieverstrekker een belangrijke partij voor het museum. Fred was altijd belangstellend naar het reilen en zeilen van het museum, bood een luisterend oor, en kwam op het juiste moment met zijn visie. Het museum is sinds de oprichting in 1981 gestaag tot bloei gekomen. Fred behoorde niet tot de mensen van het eerste uur, maar met zijn vertrek nemen we wel afscheid van iemand van de tweede generatie. De generatie die de stap van het Bernhardplein naar Willemsoord maakte. Fred, namens de Vrienden bedankt. Henk Stapel, voorzitter
Excuses In Editie 81 Winter 2012 zijn in het artikel over de nieuwe Reddingboot NH 1816 van de KNMR projectleider Gerard Burema in de inleiding storende fouten in de tekst opgetreden. Hierbij onze excuses. Gerhard Nijhuis redactie Vriendennieuws blz 7
Beste Vriend(inn)en www.editoo.nl
Indien onbestelbaar retour: Vriendennieuws, Willemsoord 60 G, 1781 AS Den Helder
Zoals in het vorig nummer aangekondigd gaat het bestuur van de Vrienden twee maal per jaar een lezing in het reddingmuseum organiseren. De eerste keer zal ik de lezing zelf houden. Dat is op zaterdag 16 maart a.s. Vanaf 14.00 ontvangst met koffie of thee, 14.30-15.30 lezing en na afloop een drankje. De lezing, koffie en drankje is gratis voor Vrienden. Geïnteresseerden zijn van harte welkom indien zij zich ter plekke opgeven als Vriend. De lezing gaat over de rol en betekenis van scheepsmodellen in de ontstaansgeschiedenis van de reddingmaatschappijen. Tijdens de lezing zullen vier modellen van reddingboten getoond worden. Het oudste is uit 1768, de andere uit 1803, 1809 en 1850. Speciaal voor die gelegenheid zullen ze uit de vitrines worden gehaald. Ieder model heeft een bijzonder verhaal, waarachter koningen en rivaliteit schuil gaan. Heeft u hiervoor belangstelling, dan kunt u zich opgegeven via
[email protected] Misschien tot ziens binnenkort, Henk Stapel, voorzitter
Groenlandse sloep
Bestuur Stichting Vrienden van het Reddingmuseum Dorus Rijkers Voorzitter Secretaris Penningmeester
C o l o f o n
: Henk Stapel : René de Bakker (0223 722884) : Jan Doppegieter (0223 630616)
Leden Adres
: Gerhard Nijhuis : : Willemsoord 60 G, 1781 AS Den Helder
Uitgave van: Stichting Vrienden van het Nat. Reddingmuseum Dorus Rijkers Opgericht: 19 januari 1990 Oplage: 350 stuks Verschijning: vier maal per jaar Redactie: Gerhard Nijhuis Henk Stapel Wybe van der Wal Redactieadres: Redactie Vriendennieuws Reddingmuseum, Willemsoord 60G 1781 AS Den Helder Tel.: 0223 - 618320 Website: www.reddingmuseum.nl Bank: ING 67 33 11 872 Geïnteresseerd in de geschiedenis van het Nederlandse Reddingwezen? Voor € 17,50 per jaar of voor € 22,50 samen met uw partner wordt u Vriend van het Reddingmuseum. U heeft dan gratis toegang tot het museum en ontvangt viermaal per jaar het Vriendennieuws. Op de website van het Reddingmuseum vindt u meer informatie over de vrienden en kunt u zich aanmelden of anders per brief met vermelding van uw naam, adres, telefoon, e-mail en eventueel ook de naam van uw partner. Vriendennieuws blz 8