jaarverslag JAARVERSLAG 2014 VOORWOORD
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR BIJLAGEN
kwaliteit
samenwerking
scholing
Privacy en gegevensuitwisseling
terug naar overzicht
voorwoord In 2014 vierden we ons eerste lustrum met een symposium met ruim 350 partners. We zijn in vijf jaar gegroeid als organisatie. Sterk in de eerste lijn, sterk in samenwerking. Dit leidt tot de samenhang in de zorg waar patiënten beter van worden. 2014 was ook in andere opzichten een succesvol jaar. De zorgprogramma’s DM2, COPD en CVRM stáán. Voor CVRM organiseerden we een eerste spiegelbijeenkomst. Alle programma-adviesgroepen (PAG’s) zijn nu multidisciplinair. Na afronding van de pilot is het zorgprogramma Ouderenzorg definitief klaar. Helaas kwam structurele financiering voor het ouderenzorgprogramma nog niet tot stand. Het zorgprogramma Basis GGZ werd in 2014 definitief vastgesteld. Maar ook daarbij was een oplossing voor de financiering nog niet in zicht. Een organisatorische mijlpaal was de oprichting van dochter organisatie OCE Praktijkondersteuning B.V. met 17 praktijkondersteuners GGZ in dienst. We zijn er trots op! In 2014 verschoof de zorg langzaam verder op van de tweede naar de eerste lijn. Aan die verschuiving willen we in 2015 samen met ketenpartners blijven bijdragen. Om onze verantwoordelijkheid te kunnen nemen, moeten we meer bevoegdheden krijgen en hebben we financiële middelen nodig. In dat licht merken we helaas dat ‘verandering te paard gaat en financiering te voet’. Schotten in de financiering belemmeren naar ons idee snelle en goede oplossingen terwijl de maatschappelijke druk groot is en de veranderingen doorgaan. We hopen dat 2015 daarin verandering brengt. Namens bestuur en directie, Theo Bluemer Voorzitter OCE Nijmegen
Marion Borghuis Directeur OCE Nijmegen
Anja Meekes Voorzitter Coöperatie Integrale Huisartsenzorg Nijmegen
terug naar overzicht
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR De beste zorg bieden aan patiënten in de eerste lijn. Integrale, multidisciplinaire zorg, dichtbij huis en op maat. Wij ondersteunen huisartsen en ketenpartners hier nu vijf jaar bij. Onder andere door zorgprogramma’s te ontwikkelen: nu het programma CVRM klaar is, staat de teller op drie. Maar we willen – en kunnen – meer. Voor ouderen bijvoorbeeld, of mensen met lichte psychische problematiek. Ook zij zijn gebaat bij goede samenhang en samenwerking in de zorg. In de toekomst zullen steeds meer kwetsbare mensen aangewezen zijn op eerstelijnszorg. In de verschuiving van zorg van de tweede naar de eerste lijn kunnen onze zorgprogramma’s veel betekenen.
Daarom was het voor ons belangrijk om de pilot Ouderenzorg af te ronden. En om nieuwe praktijken te enthousiasmeren om met dit waardevolle programma aan de slag te gaan. Het programma Basis GGZ kreeg in 2014 zijn definitieve vorm en wordt nu in de praktijk gebracht. En in de tussentijd blijven we de zorg vernieuwen en innoveren. Een voorbeeld? Onze praktijkondersteuners GGZ die deelnemen aan de sociale wijkteams.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 3
terug naar overzicht
Els van der Put
Zorgprogramma Basis GGZ
‘Goede ouderenzorg kost tijd’
Laagdrempelige zorg, hoge kwaliteit
Maar liefst 28 huisartsenpraktijken en hun ketenpartners in ons werkgebied namen in 2014 deel aan het zorgprogramma Ouderenzorg. Kaderarts Els van der Put is blij met het resultaat: “De eerste reacties zijn positief, al is het wel een zeer intensief programma. Het kost tijd om goed te implementeren. En ook daarna blijft goede ouderenzorg in de praktijk extra tijd vragen.”
Sinds 1 januari 2014 heeft de huisarts een centrale rol in de eerstelijns psychische hulpverlening. Ons zorgprogramma Basis GGZ ondersteunt ze daarbij. In de tweede helft van het jaar is het definitief vastgesteld.
De kracht van het zorgprogramma ligt in het feit dat het verder reikt dan alleen zorg, legt Els uit: “We kijken ook naar welzijn en zingeving, we stemmen af met andere hulpverleners. Met als uitgangspunt de wens van de oudere, maken we een zorgplan en proberen we te zorgen voor een goed vangnet. En dat alles proactief, zodat we voorbereid zijn als er nieuwe problemen ontstaan. Zo voorkomen we ook onnodige kosten op de langere termijn.” Afstemmen en optimaliseren “Voor 2015 ligt de focus op het borgen van het zorgprogramma. We zorgen voor verdere afstemming met de specialisten ouderengeneeskunde van de regionale zorggroepen en instellingen. En we werken aan het optimaliseren van de ICT. Daarnaast kijken we naar indicatoren voor goede ouderenzorg, deze willen we landelijk afstemmen. Nu is het zaak om zorgverzekeraars en overheid mee te nemen in het nut en de noodzaak van goede ouderenzorg; het is weliswaar een investering in tijd, maar op de langere termijn kan het Ouderenzorgprogramma veel kosten besparen. Alleszins de moeite waard dus.”
Om patiënten met psychische problematiek in de eerste lijn te helpen, is de samenwerking en afstemming tussen zorgprofessionals (zoals GZ-psychologen, algemeen maatschappelijk werk, psychiatrisch verpleegkundigen, wijkteams en psychiaters) essen tieel. Het zorgprogramma Basis GGZ stelt ze in staat om met elkaar goede, betaalbare zorg te bieden dicht bij ‘huis’. Sleutelfiguur binnen deze aanpak is de POH-GGZ (praktijkondersteuner GGZ), die sinds 2014 in 80% van de huisartsenpraktijken in onze regio ondersteuning biedt. Landelijke richtlijnen, regionale vertaling “Het zorgprogramma bestaat verder bijvoorbeeld uit e-healthprogramma’s en de mogelijkheid tot eenmalige consultatie bij een
psycholoog of psychiater”, vertelt kaderarts Annoek van der Gouw. “Dit zijn landelijke richtlijnen, die we in onze regio hebben vertaald. We hebben zorgpaden beschreven in heldere stappen; wanneer schrijf je medicatie voor bij somberheid, bijvoorbeeld? De stappen zijn bouwstenen die enorm helpen.” Kleine interventies Hier is de POH-GGZ ook van grote waarde, want hij kan bijvoorbeeld de tijd nemen voor verdere begeleiding. Vaak zijn mensen met psychische klachten met een paar kleine interventies al enorm geholpen. In 2015 gaan we verder: nascholing, méér praktijken die het zorgprogramma adopteren. Méér zorg paden ontwikkelen. We hebben plannen genoeg. We willen laagdrempelige zorg bieden van hoge kwaliteit.”
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 4
terug naar overzicht
OCE Praktijkondersteuning: garantie voor inzet POH-GGZ Na een gedegen voorbereiding richtten we in 2014 de B.V. OCE Praktijkondersteuning op. “Daarmee kunnen we de inzet van praktijkondersteuners GGZ (POH’s-GGZ) structureel vormgeven. In de huisartsenpraktijken én in de sociale wijkteams”, legt Marion Borghuis, directeur OCE Nijmegen, uit.
‘DE SCHAKEL TUSSEN WIJK EN ZORG’
“Mensen met lichte psychische problematiek kunnen en moeten vaker in de eerste lijn geholpen worden. Daar is iedereen het over eens. Zorgverzekeraars vroegen ons in dit kader in 2012 het zorgprogramma Basis GGZ te gaan ontwikkelen. Dat programma is dit jaar vastgesteld. Ons doel ermee is de geïntegreerde eerstelijnszorg te versterken voor mensen met GGZ-problematiek. De huisarts en de POH-GGZ hebben hierin een belangrijke en erkende rol. In de huisartsen praktijk begeleidt een POH-GGZ patiënten die bijvoorbeeld anders waren doorverwezen naar de tweede lijn. Het gaat dan om mensen met lichte problematiek of stabiele chronische
problematiek. Begeleiding binnen de huisartsenpraktijk is in veel gevallen prettiger en efficiënter. Binnen de sociale wijkteams is de POH-GGZ de verbindende schakel tussen de wijk en de zorg. Hij heeft vanuit zijn GGZ-expertise een coachende en signalerende rol.” Hoe financieren we de vraag? “Dat er vraag is naar POH’s-GGZ is duidelijk. Eind 2014 hadden we 17 POH’s-GGZ in dienst . Zij gingen aan het werk in 28 huisartsenpraktijken. Tot nu toe maken drie sociale wijkteams in Nijmegen gebruik van een POH-GGZ en horen we dat er meer aanvragen onderweg zijn. De hamvraag is:
hoe zorgen we voor financiering van de inzet in de sociale wijkteams? We kunnen het namelijk niet uit de reguliere budgetten halen maar moeten wel kostendekkend werken én kunnen concurreren met andere aanbieders.” Succesvol “Vanuit onze nieuwe organisatie kunnen we een hoog kwalitatief aanbod neerzetten, waar waardering voor is. En scheppen we duidelijkheid over de rol van de POHGGZ en de inhoud van de zorgverlening. Dit aanbod kan worden ingekocht door huisartsen of een gemeente. Het komend jaar zal blijken hoe succesvol deze aanpak is.”
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 5
terug naar overzicht
iNTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR
Nu en straks
ondersteuning Zelfmanagement en het digitaal IZP
• Ontwikkelen we een zorgprogramma voor astma. • Treffen we voorbereidingen om
In 2014 werkten we ook aan de integratie van zelf managementondersteuning in alle zorgprogramma’s. Met het digitaal individueel zorgplan (IZP) binnen Topicus KIS als motor, helpen we patiënten de regie te houden bij een chronische ziekte. Kaderarts DM2 i.o. Jan van Herpen: “Juist bij diabetes is het effect van een gezonde leefstijl zeer positief. Het stellen van eigen doelen motiveert sterker dan dat je ‘doet wat de dokter zegt’.” Zelfmanagementondersteuning is de basis van het contact tussen patiënt en zorgverleners. Daarvoor moeten de ketenpartners onderling ook goed zijn afgestemd op elkaar. Na onze start in 2013, ontwikkelden we in 2014 het ‘papieren’ individueel zorgplan en hebben we zorgprofessionals geschoold. We hebben nog wel wat slagen te slaan om die ondersteuning goed op de rit te krijgen. Zo willen we in 2015 starten met een pilot met een groepsinterventie en praktijk ondersteuners hierin opleiden. Ook werken we hard aan de verdere ontwikkeling van het digitaal IZP zodat de patiënt en zorgverleners dit online kunnen inzien en bijhouden.”
primaire preventie toe te voegen aan het zorgprogramma CVRM. • Werken we verder aan het implementeren en verankeren van onze zorgprogramma’s Ouderenzorg en Basis GGZ, op voorwaarde dat financiering aanwezig is. • Blijven we de professionaliteit van onze eigen organisatie vergroten. Dat geldt zeker voor onze jongste loot, OCE Praktijkondersteuning.
‘we helpen patiënten de regie te houden’
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 6
terug naar overzicht
KWALITEIT In onze ondersteuning aan de huisartsenpraktijk en ketenpartners doen we er alles aan om te werken aan kwaliteit van zorg. Het meten van die kwaliteit en het signaleren van verbeterpunten doen wij met behulp van een aantal indicatoren.
De NHG-indicatoren, professionele standaarden, wet- en regelgeving, de NEN 7510 en de 21 kritische kwaliteitskenmerken (KKK’s) van brancheorganisatie Ineen, helpen ons de kwaliteit van zorg te garanderen. In 2014 formuleerden we zogeheten ‘zwaarstwegende indicatoren’ voor onze zorgprogramma’s. Zij geven eenduidig en relatief snel inzicht in hoe het gaat met de zorgprogramma’s en hoe de praktijken ervoor staan. Daardoor kunnen we ook sneller ondersteuning bieden aan praktijken waar het minder goed gaat. Bijvoorbeeld met praktijkbezoeken. Bij goede kwaliteit is het ook vanzelfsprekend dat we klachten van patiënten en ketenpartners serieus nemen. Klachten moeten bespreekbaar zijn zodat we er met z’n allen van kunnen leren. We kwamen er dit jaar weer een stap verder mee; we startten met een nieuwe klachtenprocedure, alvast vooruitlopend op de wetswijziging.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 7
terug naar overzicht
Nieuwe klachtenprocedure
Iedere klacht is een kans om te verbeteren
Klachten en meldingen In totaal kwamen in 2014 zes klachten binnen. Eén schriftelijke klacht van de ouder van een patiënt kwam vanuit een huisartsenpraktijk bij ons terecht en ging over de omgang en communicatie. Eén huisarts diende een klacht in over de zichtbaarheid van gegevens in Topicus KIS. Andere signalen kwamen binnen via de Diabetesvereniging Nederland of een zorgverzekeraar. Zoals over een onduidelijke factuur of over de informatieverstrekking aan patiënten. In alle gevallen pakten we de klacht direct op: door betere planning en ondersteuning van praktijk ondersteuners te regelen, kritisch met onder meer onze ICT leverancier naar het KIS te kijken en door contact te zoeken met de betreffende huisartsenpraktijk en ketenpartner. We vinden het wenselijk om klachten zoveel mogelijk rechtstreeks te ontvangen als het om een van de zorgprogramma’s gaat. Om samen te kijken wat er aan de hand is, de klacht op te vangen, zo nodig te bemiddelen en natuurlijk te verbeteren.
In 2014 gingen we van start met een nieuwe wettelijke klachtenprocedure. Dit biedt ons betere handvatten voor het omgaan met klachten van patiënten, huisartsen, ketenpartners of externe organisaties. De officiële klachtenprocedure bestaat uit drie stappen: klachtopvang, bemiddeling en behandeling door de klachtencommissie. Vanuit de wet moet deze commissie een onafhankelijk voorzitter hebben. Wij kozen voor een volledig externe klachtencommissie vanuit de Stichting Klachtregeling Huisartsenzorg Zuid Nederland. Voor de eerste twee stappen (opvang en bemiddeling) bestaat nu een duidelijke procedure. Iedere betrokkene weet waar hij aan toe is.
Bespreekbaar Verder hebben we binnen de zorgprogramma’s afgesproken dat huisartsen en zorgverleners ons informeren over formele klachten die bij hen worden ingediend over de gecontracteerde multidisciplinaire zorg. Zo kunnen wij op onze beurt ook weer ver betermaatregelen treffen. We stimuleren een cultuur waarin medewerkers en zorgverleners klachten niet zien als iets vervelends, maar als een bespreekbaar onderwerp. Iedere klacht is immers een kans om te verbeteren.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 8
terug naar overzicht
Marion Hendriks bezoekt huisartsenpraktijken
‘Ik ben er om te helpen’
Als het nodig is, ondersteunt ons team praktijken bij het verbeteren van hun zorgverlening. Bijvoorbeeld door langs te gaan en ter plekke te kijken wat we kunnen doen. Programmamedewerkster Marion Hendriks bezocht in 2014 tien tot twaalf huisartsen en hun praktijkondersteuner. Marion: “Het idee ontstond naar aanleiding van minder goede resultaten binnen het CVRM-zorgprogramma. En het werkte zo goed dat we het meer gaan doen. Voor de duidelijkheid: het doel is om de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Ik kom niet op inspectie, ik ben er om te helpen.” Kleine aanpassingen, groot effect Het eerste contact legt Marion met de praktijkondersteuner. “Samen kijken we naar wat de oorzaak kan zijn voor de minder goede resultaten. Vaak ligt die bij de registratie in het KIS, het keteninformatiesysteem. Met een kleine aanpassing, of door wat foutjes eruit te halen zie je de resultaten meteen omhoog gaan. En mocht het probleem groter zijn, dan zoek ik mee naar een oplossing. Bijvoorbeeld als patiënten hun controle niet nakomen en buiten beeld raken.”
Vaste evaluatiemomenten “Aanvankelijk schrikken mensen vaak als ik contact opneem, maar na afloop zijn ze blij met de hulp. Onze teamdoelstelling is om aan elke huisartsenpraktijk één keer in de twee jaar een bezoek af te leggen en prestaties te evalueren. De programmacoördinatoren nemen de spiegelinformatie door en maken verbeterafspraken. En dan vlieg ik in om de praktijken daarbij te helpen. Daarmee hopen we een kwaliteitsslag te maken in de uitvoering van de zorgprogramma’s.”
Praktijkervaring “Doordat ik zelf ook twintig uur als praktijkondersteuner werk, begrijp ik goed wat er kan spelen. We nemen alles mee: zijn er bijvoorbeeld genoeg uren beschikbaar? Hoe is de praktijkorganisatie geregeld? Na de inventarisatie maak ik een verslag, met verbeterafspraken voor over drie maanden.”
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 9
terug naar overzicht
Kwaliteit
Zwaarstwegende indicatoren als richtlijn voor de kwaliteit
Nu en straks • Werken we aan de verdere
Aan de hand van NHG-indicatoren meet en beoordeelt OCE Nijmegen continu de zorg die wordt geboden. In 2014 werkten we voor het eerst met ‘zwaarstwegende indicatoren’. Per zorgprogramma selecteerden kaderhuisartsen er een aantal, als eenduidig kader voor de beoordeling van praktijken.
Klik hier voor de resultaten van de zwaarstwegende indicatoren per zorgprogramma
Stoplicht Om snel inzicht te krijgen in de kwaliteit werken we met een ‘stoplichtmodel.’ Ligt het praktijkresultaat op of boven de norm, dan staat het stoplicht op groen. Oranje geeft aan dat het resultaat net onder de norm ligt, bij rood is dat ruim onder de norm. In het laatste geval benaderen we de
praktijk voor een verbetertraject. Tegelijkertijd zien we snel welke zorgprogramma’s aandacht nodig hebben. 2014 en 2015 Programmamanager Gerda Woltjer: “In 2014 zagen we kansen om de COPD zorg te verbeteren. De zwaarstwegende indicatoren hiervoor zijn: ‘ziektelast’, ‘rookgedrag’, ‘spirometrie’, ‘functioneren’ en ‘controlebeleid’. Duidelijk was dat de registratie van deze items nog verder kon verbeteren. In 2015 leggen we extra de nadruk op het vastleggen van ‘rookgedrag’ en het ‘functioneren’ (kwaliteit van leven). In het kader van ‘controlebeleid’ gaan we praktijken persoonlijk benaderen en eventueel bezoeken, om samen te kijken hoe we patiënten kunnen motiveren om naar controle-afspraken te komen. Een beter resultaat is in de eerste plaats in het belang van de patiënt.”
invoering van de Kritische Kwaliteitskenmerken (KKK’s) van Ineen. Om te kijken waar we staan, werken we met het ‘zelf-evaluatie-instrument’. • Voeren we een patiënttevredenheidsonderzoek uit binnen de chronische zorg. • Richten we het digitaal meldplein voor verbeterpunten verder in. • Treffen we voorbereidingen voor ‘intern cijferoverleg’ om de prestaties vanuit de zorgprogramma’s DM2, COPD en CVRM te monitoren.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 10
terug naar overzicht
SAMENWERKING Als professionals bereid zijn om samen te werken en hun zorg op elkaar af te stemmen, krijgt de patiënt de beste zorg. Die samenwerking en samenhang vormt dan ook de kern van onze zorgprogramma’s; we ondersteunen processen en stimuleren goede afspraken. In 2014 scherpten we die samenwerkings afspraken aan. Daarnaast gingen we in gesprek over transmurale afspraken met ziekenhuizen. Om dit alles gemakkelijker te maken, verbeterden we de ICTvoorzieningen. Maar hoe zit het met de patiënt als samenwerkingspartner? Zijn perspectief verdient een betere plek bij het (door)ontwikkelen van onze programma’s. De cliëntenraad denkt daarin met ons mee. Zo adviseerde de raad in 2014 om een patiëntlid in
onze programma-adviesgroepen op te nemen. We zetten ook stappen met betrekking tot ‘zelfmanagement’. Het is goed als patiënten meer het heft in eigen handen nemen als het gaat om hun gezondheid en hoe ze omgaan met hun ziekte. Wij op onze beurt ondersteunen onze zorgprofessionals in hoe zij hun patiënten daarbij kunnen helpen.
terug naar overzicht
Kaderarts CVRM Claudia Lobo over transmurale afspraken
Gedeelde zorg is betere zorg Met cardiologen, neurologen en vaatchirurgen van het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis en Radboudumc werkten we in 2014 intensief samen. Doel was om afspraken te maken over het terugverwijzen van pa-tiënten met hart- en vaatziekten (CVRM-patiënten) naar de huisarts. Claudia Lobo (kaderarts CVRM) nam het initiatief: “Gedeelde zorg is betere zorg”. Claudia: “Op het moment dat patiënten stabiel zijn en het verantwoord is dat de huisarts de zorg overneemt, willen we dat ze worden terugverwezen. Op basis van aandachtspunten die specialisten meegeven, kan de huisarts prima als hoofdbehandelaar optreden. Het is zelfs beter voor de patiënt. De huisarts kent de patiënt immers goed en is in staat om de gehele gezondheidssituatie te overzien. In de eerste lijn is alles in huis om goede chronische en niet-complexe zorg te bieden.” Een goede basis ”De basis voor de kwaliteit ligt in het zorgprogramma CVRM waar inmiddels tachtig procent van de huisartsenpraktijken in ons
werkgebied aan meedoet. Samenwerken met de specialist hoort daar ook bij; onderling overleg, terugkoppelen van gegevens. De volgende stap? In 2015 willen we de afspraken formaliseren. Dan gaan we er een jaar mee aan de slag en blijven vinger aan de pols houden; bij welke patiënten werkt het goed, wat kunnen specialisten van de huisarts verwachten, hoe loopt de communicatie? Dit soort afspraken kun je niet opleggen, of tot in detail regelen. Het gaat er vooral om dat we over en weer oog hebben voor de mogelijkheden. Dankzij deze afspraken zijn we straks weer een stap verder in de bewustwording.”
Cliëntenraad denkt mee over kwaliteit We werken continu aan de verbetering van onze organisatie en zorgprogramma’s. Het contact met onze cliëntenraad is daarbij erg waardevol. De raad denkt met ons mee en kan ons helpen om de positie van patiënten te versterken. In 2014 hebben we veel gedaan om de relatie met de cliëntenraad te versterken. We hielden presentaties en we vierden samen ons lustrum. De cliëntenraad bracht uiteraard ook advies uit, onder meer over de vernieuwde klachtenprocedure, de oprichting van OCE Praktijkondersteuning en de statutenwijziging van OCE Nijmegen en de Huisartsenposten Nijmegen en Boxmeer. Patiënt in programma-adviesgroep Een ander advies was om in iedere programma-adviesgroep (PAG) een patiënt als lid op te nemen. De PAG COPD brengt dit in 2015 in de praktijk. Wilt u meer weten over de cliëntenraad? De raad heeft een eigen jaarbericht 2014 opgesteld.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 12
terug naar overzicht
Digitaal doorverwijzen via Topicus KIS
Korte lijnen en altijd overzicht
Eind 2014 is de definitieve stap gezet naar de verwijsmodules in het KIS (keteninformatiesysteem). Dit maakt de communicatie over behandelingen voor praktijken en ketenpartners veel efficiënter. Programmacoördinator DM2 Janet Theloesen legt uit hoe het werkt. “We hebben de modules voor voetzorg, de diëtisten en funduscontrole samen met de ketenpartners ontwikkeld”, vertelt Janet. “Vanuit hun vakgebied konden zij aangeven wat ze nodig hadden aan achterliggende informatie bij een doorverwijzing. Ze dachten ook mee over andere zaken binnen de verwijsmodule, zoals terugrapportage naar de huisartsenpraktijk.” Hoe werkt het? “Iedereen die daartoe bevoegd is, kan met een beveiligde pas inloggen in het systeem. Zo krijgt hij als ketenpartner direct inzicht in de voor hem relevante (en beperkte) set meetwaarden van een patiënt in het HIS (huisartseninformatiesysteem). En wat ook gemakkelijk is: declaraties worden zonder extra handeling verwerkt.”
Optometrist Rob Brouwers over zijn ervaring met module funduscontrole
Evalueren “Minimaal een keer per jaar bespreken we met de ketenpartners of er aanpassingen nodig zijn. Door de digitale modules zijn de lijnen echt veel korter. Het monitoren van de zorg is nu ook een stuk eenvoudiger, op ieder niveau. Er is overzicht.”
Lustrum met koninklijk randje
In oktober was het feest: OCE Nijmegen bestond vijf jaar en Huisartsenposten Nijmegen en Boxmeer vijftien jaar. We vierden dit met een feestelijk symposium op 30 oktober in Concertgebouw de Vereeniging in Nijmegen. 350 partners van binnen en buiten de eerstelijnszorg woonden de plenaire presentaties en workshops bij. Samen vierden we het succes van samenhang en samenwerking in onze integrale eerstelijnszorg; ketenzorg en spoedzorg. Het CIHN koor trakteerde op toepasselijke liederen. Lintje Huisarts Wim van Beurden, bestuurslid van CIHN, ontving tijdens het feest de Koninklijke onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau, onder andere voor zijn werk als huisarts in ‘zijn’ wijk Hatert in Nijmegen en voor zijn bestuurswerk CIHN/OCE Nijmegen en de huisartsenkring. Klik hier voor een impressie met foto’s.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 13
terug naar overzicht
Samenwerking
Nu en straks Optometrist Rob Brouwers
over de verwijsmodule Funduscontrole:
“De verwijsmodule werkt goed. Ik krijg van een huisarts een mailtje met het verzoek om een fundusfoto of fundus onderzoek. Als ik dan inlog, heb ik meteen alle gegevens bij de hand. Als optometrist maak ik niet alleen een foto, ik bespreek hem ook met de patiënt. Dat geeft inzicht, waardoor ze hun controles ook beter nakomen. We zijn eigenlijk een ideale tussen schakel tussen huisarts en oogarts in. Binnenkort passen we de verwijsmodule aan; als elders een foto niet gelukt is, kan de huisarts via het aanvinken van één optie doorverwijzen naar de optometrist. Zo staan we nóg duidelijker op het netvlies als ketenpartner.”
Waar we nog meer aan werkten... Geslaagd COPD-Project in Gezondheidscentrum Daniëlsplein Gezondheidscentrum Daniëlsplein evalueerde in 2014 het COPD-project: een maandelijks gezamenlijk spreekuur met de longarts voor bepaalde patiënten met COPD. Alle betrokkenen zijn enthousiast over het spreekuur. Zo hoefden patiënten minder snel naar het ziekenhuis. De huisarts leerde veel van het spreekuur en kon in directe afstemming met de specialist handelen, die op zijn beurt zag hoe de zorg nog beter kan aansluiten in de eerste lijn. De praktijkondersteuner deed veel kennis op en kan nu beter ingaan op concrete vragen van een patiënt.
• Ontwikkelen we strategisch beleid rond de veranderingen binnen de eerste lijn. • Maken we afspraken over de verschuiving van de zorg van de tweede naar de eerste lijn (substitutie van zorg). • Willen we op bestuurlijk niveau de relatie met onze ketenpartners versterken. • Evalueren de PAG-leden DM2, COPD en CVRM voor het eerst de samen-
Transmurale afspraken DM2 We evalueerden de transmurale afspraken met CWZ en Radboudumc op het gebied van diabetes en stelden ze bij. Het is de bedoeling dat deze afspraken in 2015 onderdeel worden van de overeenkomst tussen OCE Nijmegen en de ziekenhuizen. Kaderarts DM 2 i.o. Jan van Herpen: “We kunnen via telediabetologie communiceren over een patiënt. Elektronisch, veilig en eenvoudig. De specialist heeft direct inzage in de meetwaarden, ingevuld vanuit het HIS.”
werking en rol van de eigen PAG.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 14
terug naar overzicht
SCHOLING Ieder jaar kunnen onze huisartsen en ketenpartners Tot slot: uit iedere scholing komen leerpunten naar verschillende scholingen en trainingen volgen. Dat is voren, klein of groot. Daarom gaan we de evaluatie nodig om goede patiëntenzorg te blijven garanderen. van de scholingen vanaf 2015 structureel oppakken. In 2014 organiseerden we in totaal zo’n 25 scholingen die ook bijdroegen aan de kwaliteit van onze zorgprogramma’s. Ook als organisatie willen we ons blijven ontwikkelen. Dan moet je naar jezelf kunnen kijken. Een kritische blik op de kwaliteit en onze scholingen hoort daarbij. We zijn dan ook trots op de oprichting van de commissie Kwaliteit en Scholing in 2014. Daarin zijn verschillende zorgprofessionals vertegenwoordigd, net als iedere programma-adviesgroep (PAG). Zo maken we de verbinding met de zorgprogramma’s, leren we van elkaar en kunnen we samen punten oppakken om te verbeteren.
terug naar overzicht
Marion Reinartz (Zorgbelang Gelderland)
‘De commissie Kwaliteit en Scholing draait om wisselwerking’ De commissie Kwaliteit en Scholing voor OCE Nijmegen is in november 2014 opgericht en heeft al diverse stappen gezet. Zo benoemde ze thema’s van kwaliteit van zorg en wat daarbinnen beter kan. Marion Reinartz, projectleider bij Zorgbelang Gelderland, kijkt mee door de bril van de patiënt. In de commissie zitten ook kaderhuisartsen, een diëtiste, twee praktijkondersteuners, een pedicure onze eigen programma manager en kwaliteitsfunctionaris. Iedere programma-adviesgroep is vertegenwoordigd.
ook daadwerkelijk landen bij de patiënt. Maar ook simpelweg of het taalgebruik in een folder begrijpelijk is. We willen er samen voor zorgen dat huisartsen en ketenpartners met hun zorg blijvend aansluiten bij de patiënt.”
Verschillend perspectief Marion Reinartz: “De sfeer is open en er is een goede wisselwerking. Het is goed om vanuit verschillend perspectief naar onderwerpen te kijken. We willen de verwachtingen over en weer helder krijgen. Ik let er bijvoorbeeld op of ontwikkelingen die worden bedacht vanuit een professioneel kader
“Scholing is ook belangrijk om de kwaliteit van zorg te verbeteren”, besluit Marion. “Als commissie kijken we naar de opzet én hoe je professionals gemotiveerd kunt houden om eraan deel te nemen. Dat is belangrijk, zeker nu er in het licht van alle transities zoveel op hen afkomt.”
‘SAMEN KIJKEN HOE DE ZORG HET BESTE AANSLUIT’
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 16
terug naar overzicht
twee scholingen in 2014
Stoppen met roken, orde scheppen in de pillen Medicatiebeoordeling Kwetsbare ouderen slikken vaak veel verschillende medicijnen. Soms te veel, soms te weinig. Door hier samen kritisch naar te kijken kan de zorg voor deze groep sterk verbeteren; welke medicatie gebruikt de patiënt, wat zijn de ervaringen? Hoe kan hij veiliger met medicatie omgaan? Hoe schep je samen ‘orde in de pillen’? Tijdens de scholing Medicatiebeoordeling leren huisartsen en praktijkondersteuners hoe ze dit op een gestructureerde manier kunnen aanpakken, het liefst in samenwerking met de apotheker. Ook wordt veel aandacht besteed aan de complexiteit van het probleem bij deze groep patiënten. De scholing werd gegeven door de Wijchense huisarts Chantal Hensens en apotheker Bas van der Steeg. Stoppen met roken Het afgelopen jaar konden huisartsen en praktijkondersteuners onder meer intekenen op de NGH-cursus Starten met Stoppen (Beleid bij Stoppen met Roken) die in samenwerking met STIVORO is opgezet. In een dag tijd wordt uitleg gegeven over de achtergronden van tabaksverslaving en de NGH-standaard Stoppen met Roken. Maar hoe motiveer je patiënten om hun rookgedrag te veranderen en welke interventies werken? Ook daarover ging het in de cursus.
Praktijkondersteuner Christel Goudzwaard volgde de scholing ‘Starten met stoppen’ “We houden in onze praktijk spreekuren voor patiënten met COPD en hebben dan ook tijd om naar gezonde leefstijl te kijken. Stoppen met roken is daarbij natuurlijk een belangrijk punt. Toch is het soms lastig om mensen te motiveren.” Tools in plaats van argumenten “In de scholing is veel aandacht voor gesprekstechnieken die daarbij helpen. Zo leer je bijvoorbeeld om mensen te helpen door concrete tools te bieden, in plaats van te willen overtuigen met argumenten. Wij volgen alle scholingen bij OCE; goed georganiseerd en onafhankelijk. En het is een mooie kans om ervaringen uit te wisselen met andere praktijkondersteuners.”
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 17
terug naar overzicht
Scholing
Nu en straks • Organiseren we voor iedere scholing de evaluatie door deelnemers. En stellen we de scholingen bij op basis van de uitkomsten. • Gaan we scholingen nog beter aankondigen op onze website en op de website van Huisartsenkring Nijmegen e.o. • Wordt voor het eerst een scholing ontwikkeld én gegeven door zowel een praktijkonder-
25 scholingen
steuner als een diëtist.
In 2014 boden we ongeveer 25 scholingen aan. Voor een groot deel ging het om verplichte scholingen, gericht op een specifiek thema. Bijna alle POH’s-GGZ volgden de voortgezette opleiding POH-GGZ bij Hogeschool Fontys. We organiseerden spiegelbijeenkomsten voor de zorgprogramma’s DM2, COPD en CVRM. Intern is de organisatie en afstemming van de scholingen sterk verbeterd en zijn we goed op weg de accreditatie beter te stroomlijnen. In het najaar van 2014 stelden we het scholingsplan vast van het ‘schooljaar’ 2015-2016.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 18
terug naar overzicht
Privacy en informatiebeveiliging Voor goede zorg is het belangrijk dat zorgverleners beschikken over patiëntgegevens die voor de zorg noodzakelijk zijn. Ze moeten informatie ook met elkaar kunnen uitwisselen. Maar het gaat natuurlijk wel om vertrouwelijke informatie. Patiënten moeten er van op aan kunnen dat wij en de zorgverleners in onze programma’s daar op een goede en veilige manier mee omgaan. Met het nieuwe integrale beleid voor informatie beveiliging dat we dit jaar opstelden, bieden we een stevigere basis voor zowel zorgverleners als medewerkers in het zorgvuldig omgaan met privacygevoelige informatie. We vinden ook dat we elkaar daarop mogen aanspreken. Onze programmacoördinatoren spelen daarin een belangrijke rol.
Van onze kant werken wij ook hard aan de technische faciliteiten om veilig en snel gegevens uit te wisselen. Maar waken we er ook voor dat dit niet nodeloos ingewikkeld wordt voor alle partijen. In 2014 schreven we over dit onderwerp een brief aan de Eerste Kamer.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 19
terug naar overzicht
BELEIDSDOCUMENT INFORMATIEBEVEILIGING
DE Regels op een rij
In 2014 boden we vanuit OCE Nijmegen én Huisartsenposten Nijmegen en Boxmeer handvatten, waarmee huisartsen en medewerkers zorgvuldig om kunnen gaan met vertrouwelijke informatie van patiënten (en personeel). In het licht van de veranderende wetgeving, geen overbodige luxe. Het beschermen van privacy van patiënten is vastgelegd in wetten, normen en gedragscodes; bijvoorbeeld Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst, de Wet Bescherming persoonsgegevens, NEN-normen en Gedragscode elektronische gegevensuitwisseling in de zorg. Binnenkort verandert de wet- en regelgeving; vanuit Europa en in Nederland. Het beleidsdocument biedt duidelijkheid en helpt professionals op weg. Wat verandert er? Organisaties krijgen te maken met strengere eisen, op het gebied van beleid, uitvoering en borging van privacygevoelige informatie. Dat heeft gevolgen voor iedere professional in de zorg. Zo kan het voorkomen dat er gegevens uit het
systeem ‘lekken’. In de toekomst moet dit verplicht gemeld worden bij het CBP (College Bescherming Persoons-gegevens). De praktijk of huisartsenpost kan zelfs aansprakelijk worden gesteld, met hoge boetes als gevolg. ‘Informatie beveiliging‘ gaat dan ook voor een groot deel over de veilige inrichting van processen. Toekomst Wanneer de nieuwe wetgeving in werking gaat, is niet met zekerheid te zeggen. Wel willen we huisartsen en medewerkers voorbereiden op de wijzigingen. Allereerst zetten we de huidige regels nog eens op een rij en geven we uitleg, waardoor het gemakkelijker wordt om ze toe te passen. De focus ligt daarbij op de patiënten- en personeelsdossiers.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 20
terug naar overzicht
CVRM-programmacoördinator Fiona Willemsen over informatiebeveiliging
Informatie delen? Houd het veilig! “Je zult er versteld van staan hoeveel zorgverleners informatie over patiënten uitwisselen via de mail. Een mailtje is snel geschreven en in de drukte van alledag sta je soms niet stil bij de risico’s. Geboortedatum, postcode, geslacht en huisarts is voldoende om een patiënt op te zoeken in het systeem. De rest kan écht niet via de mail worden gecommuniceerd. Daar zijn we heel duidelijk in.”
Gevolgen “Het kan vervelende gevolgen hebben als persoonlijke gegevens in het onbeveiligde mailverkeer terechtkomen. Bijvoorbeeld als het mailtje in een verkeerde mailbox belandt. Het vertrouwen van de patiënt is dan natuurlijk ernstig geschaad. Daarnaast kunnen de juridische consequenties verstrekkend zijn. Gelukkig hebben we een uitstekend alternatief: binnen het elektronisch keteninformatiesysteem (KIS) kun je er zeker van zijn dat vertrouwelijke informatie in goede handen blijft. Bestanden zijn uitsluitend toegankelijk voor professionals die gevalideerd zijn om in te loggen, nadat de patiënt toestemming heeft gegeven voor inzage.” Begeleiden “In nieuwsbrieven en andere communicatiemiddelen vragen we veel aandacht voor veilige informatie-uitwisseling. Verder begeleiden we praktijkondersteuners en huisartsen in hun praktijk: hoe gaan ze om met het KIS of HIS (huisartseninformatiesysteem) en is alles up-to-date? We bieden tools om het gemakkelijk te maken zodat ze er mee kunnen werken. De patiënt heeft er recht op dat alle partijen zorgvuldig omgaan met vertrouwelijke gegevens.“
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 21
terug naar overzicht
Privacy en gegevensuitwisseling
Nu en straks
Veilige zorg en de rechten van patiënten OCE Nijmegen en Huisartsenposten Nijmegen en Boxmeer schreven samen een brief aan de Eerste Kamer, over de wijzigingen in het wetsvoorstel ‘Elektronische uitwisseling van gegevens in de zorg’. Volgens het voorstel moeten patiënten straks steeds opnieuw toestemming geven voor inzage in hun dossier. Wij zijn het daar niet mee eens. Bestuurslid Herman Levelink legt uit waarom. (LSP) relevante informatie opzoeken. En neemt iemand deel aan een zorgprogramma, dan geldt dit ook voor de betrokken keten partners. De patiënt zelf heeft te allen tijde zicht op zijn dossier (en wie het inziet) via www.zorginfonijmegen.nl.”
Belang van de patiënt “Op dit moment kunnen patiënten via opt-in wel of niet toestemming geven voor inzage in (bepaalde) gegevens in hun dossier. Bij spoedgevallen kan de huisarts op de huisartsenpost of de arts op de spoedeisende hulp via het Landelijk Schakelpunt
Steeds opnieuw “De Kamer wil echter dat mensen steeds opnieuw aangeven wie er wat mag inzien. Dat is niet werkbaar; voor patiënten is het verwarrend, het kost veel tijd en het maakt het bijvoorbeeld lastiger om de juiste medicatie voor te schrijven in een spoedsituatie. Dat moeten we niet willen. Sterker nog, inspectie eist dat iedere behandelaar juist is geïnformeerd.”
Tevredenheid van 98% “98% van de patiënten is tevreden met de huidige situatie en is zelfs geïrriteerd als hun gegevens niet bekend zijn bij andere zorgverleners dan hun eigen huisarts. Wij pleiten ervoor om zaken niet onnodig ingewikkelder te maken, maar te investeren in veilige elektronische systemen voor uitwisseling en in een ruimer bewustzijn bij betrokkenen om hier goed mee om te gaan. Een extra aandachtspunt hierbij is om de regionale indeling van LSP los te laten, zodat ook buiten de regio uitwisseling kan plaatsvinden. In 2015 zal de wet in de Eerste Kamer worden behandeld. Mogelijk kiest de minister ervoor om vooraf advies te vragen in het werkveld. Dat zou verstandig zijn. Als het aan ons ligt gaat dit voorstel van tafel.”
• Blijven we bij onze huisartsen en ketenpartners aandacht vragen voor het veilig uitwisselen van gegevens via elektronische systemen. • Investeren we opnieuw in voorlichting geven aan patiënten over de opt-in-regeling. • Starten we met de projectgroep Keteninformatie en informatiebeveiliging om vanuit een geïntegreerde aanpak onder andere de gegevensuitwisseling te monitoren en te verbeteren. • Gaat de communicatie van Topicus KIS van OZIS DWH over naar OZIS Ketenberichten.
INTEGRAaL EN MULTIDISCIPLINAIR | kwaliteit | samenwerking | scholing | privacy en gegevensuitwisseling | 22
terug naar overzicht
BIJLAGEN
Organisatie OCE Nijmegen B.V. OCE Nijmegen organiseert chronische eerstelijnszorg, ouderenzorg en geestelijke gezondheidszorg voor patiënten in de regio Nijmegen. Samen met zorgverleners uit de eerste en tweede lijn ontwikkelen we (zorg)programma’s voor chronische zorg. Daarnaast faciliteren en ondersteunen wij huisartsen en ketenpartners bij het verlenen van chronische eerstelijnszorg. OCE Nijmegen organiseert eveneens praktijkondersteuning op het gebied van geestelijke gezondheidszorg. Dit doen we via dochterorganisatie OCE Praktijkondersteuning B.V.; die werd medio 2014 formeel opgericht.
Samenstelling bestuur en directie OCE Nijmegen is een dochtervennootschap van de Coöperatie voor Integrale Huisartsenzorg Nijmegen (CIHN). De CIHN is een coöperatie waarvan de leden (de aangesloten huisartsen) het hoogste besluitvormende orgaan vormen. Het bestuur formuleert de strategie; huisartsen bekrachtigen deze vervolgens in de algemene ledenvergadering. In 2014 vonden op
CIHN-niveau acht algemene ledenvergaderingen plaats. Het bestuur van OCE Nijmegen telt drie bestuursleden. Deze bestuursleden zijn vanuit het CIHN-bestuur benoemd. Hiermee is sprake van een ‘personele unie’. Het bestuur van OCE Nijmegen is tevens het bestuur voor OCE Praktijk ondersteuning. In 2014 vergaderde het OCE Nijmegen-bestuur acht keer (en het CIHN-bestuur negen keer).
Uitvoering bestuursbeleid Binnen OCE Nijmegen is de directie eindverantwoordelijk voor de uitvoering van het bestuursbeleid voor chronische eerstelijnszorg. Directeur Marion Borghuis is, onder verantwoordelijkheid van het CIHN-bestuur, belast met de dagelijkse aansturing van de CIHN en de vennootschappen OCE Nijmegen B.V., OCE Praktijk ondersteuning B.V. en Huisartsen posten Nijmegen en Boxmeer B.V.
Eind 2014 had OCE Nijmegen elf medewerkers in dienst. Ter ondersteuning van het primaire proces kan OCE Nijmegen gebruikmaken van de bureauorganisatie van CIHN. Dit doen we op het gebied van secretariaat, financiën, ICT, P&O, communicatie, kwaliteit, medisch advies en beleid. Het organogram laat zien hoe onze organisatie is opgebouwd en hoe we verbinding hebben met ketenpartners en adviesgroepen.
BIJLAGEN | 23
terug naar overzicht
ORGANOGRAM OCE NIJMEGEN B.V. 2014 ORGANOGRAM OCE NIJMEGEN B.V. 2014 RAAD VAN COMMISSARISSEN
BESTUUR
COMMISSIE KWALITEIT EN SCHOLING
DIRECTEUR
PROGRAMMA ADVIESGROEPEN BEGELEIDINGSGROEPEN
1e en 2e lijns KETENPARTNERS
HUISARTSPRAKTIJKEN
KADERARTSEN
PROGRAMMAMANAGER
Programmacoördinatoren Programmamedewerkers
PROJECTLEIDER
Administratief medewerker
In oprichting, realisatie in 2015 BIJLAGEN | 24
terug naar overzicht
Samenstelling bestuur
BESTUUR
CIHN
HUISARTSENPOSTEN NIJMEGEN EN BOXMEER
OCE NIJMEGEN
OCE PRAKTIJKONDERSTEUNING
Anja Meekes Huisarts te Nijmegen
Voorzitter
Voorzitter
Herman Levelink Gepensioneerd huisarts te Nijmegen
Lid
Lid
Lid
Lid
Geert-Jan Janssen Huisarts te Millingen aan de Rijn
Lid
Lid
Theo Bluemer Huisarts te Nijmegen
Lid
Voorzitter
Voorzitter
Wim van Beurden Huisarts te Nijmegen
Lid
Lid
Lid
Wim Muilenburg Organisatieadviseur - tot juli 2014
Lid
Lid
BIJLAGEN | 25
terug naar overzicht
Doelgroepen, deelnemers EN KETENPARTNERS Doelgroepen en deelnemers De zorgprogramma’s van OCE Nijmegen zijn bedoeld voor patiënten van wie de huisarts de hoofdbehandelaar is. In onderstaande tabel is te zien hoeveel patiënten en huisartsen in 2014 (en 2013) deelnamen aan de zorgprogramma’s DM2, COPD of CVRM.
ZORGPROGRAMMA
DEELNEMERS
DM2
Patiënten
TOTAAL 2013
TOTAAL 2014
12.471
12.767
176
176
3.095
3.637
166
170
2.460
5.029
65
150
Huisartsen COPD
Patiënten Huisartsen
CVRM
Patiënten Huisartsen
Ketenpartners Per zorgprogramma sluit OCE Nijmegen overeenkomsten met preferente zorgverzekeraars en zorgverleners, onder wie huisartsen, diëtisten, internisten, longartsen, optometristen, pedicures en podotherapeuten. Daarnaast hebben we overeenkomsten gesloten met drie laboratoria en twee ziekenhuizen.
GECONTRACTEERDE KETENPARTNERS
AANTAL 2013
AANTAL 2014
37
40
Laboratoria
3
3
Optometristen
9
12
Pedicures
24
48
Podotherapeuten
28
25
2
2
Diëtisten
Ziekenhuizen
BIJLAGEN | 26
terug naar overzicht
zwaarstwegende indicatoren 2014 We meten aan de hand van diverse indicatoren continu de kwaliteit van zorg. En hoewel het behalen van de streefwaarde voor elke prestatieindicator van belang is, hechten we extra waarde aan het voldoen aan ondergenoemde indicatoren. Gemiddelde op zorggroepniveau 2013 Gemiddelde op zorggroepniveau 2014
Zwaarstwegende indicatoren DM2 - 2014 % Patiënten 100 %80Patiënten 60 100 40 80 20 60 0 40
voetonderzoek
Funduscontrole
Simm’s
MDRD (eGFR)
Controlebeleid
% 0Patiënten voetonderzoek Funduscontrole Simm’s Zwaarstwegende indicatoren COPD - 2014 100
MDRD (eGFR)
Controlebeleid
20 0,0 0,2 0,4 0,6 0,8 1,0
%80Patiënten 0,0 0,2 0,4 0,6 0,8 1,0
60 100 40 80 20 60 0 40
Ziektelast
GOLD classificatie
Rookgedrag
Spirometrie
Functioneren
Inhalatietechniek
Controlebeleid Individueel Zorgplan
0 Ziektelast % Patiënten
GOLD classificatie
Rookgedrag
Spirometrie
Functioneren
Inhalatietechniek
Controlebeleid Individueel Zorgplan
20
100 % Patiënten 80
BIJLAGEN | 27
60 40
terug naar overzicht
20 0
Ziektelast
GOLD classificatie
Rookgedrag
Spirometrie
Functioneren
Inhalatietechniek
Controlebeleid Individueel Zorgplan
Zwaarstwegende indicatoren CVRM - 2014 % Patiënten 100
Gemiddelde op zorggroepniveau 2013 – Q4
80
Gemiddelde op zorggroepniveau 2014
60 40 20 0
LDL
Bloeddruk
Controlebeleid
BIJLAGEN | 28
OCE Nijmegen is onderdeel van de Coöperatie Integrale Huisartsenzorg Nijmegen | CIHN Weg door Jonkerbos 108 6532 SZ Nijmegen Telefoon (024) 352 35 81 Fax (024) 352 35 73
[email protected] www.ocenijmegen.nl
COLOFON Uitgave OCE Nijmegen Tekst en Vormgeving Einder Communicatie Fotografie Rob Gieling en Jack Tillmanns