Voorwoord Dalton De 5 Daltonkernwaarden Dalton in de praktijk Vak- en kennisgebieden... 12

Voorwoord .............................................................................................. 3 1.

Wie 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6

zijn wij? .................................................................................... 4 De Kardinaal Alfrinkschool ............................................................ 4 De Stichting Katholiek Onderwijs Veluwe-Vallei ............................... 4 De organisatie van de school ........................................................ 4 Schoolgrootte ............................................................................. 5 Schoolregels / Pesten .................................................................. 5 Nieuwe ontwikkelingen ................................................................ 5

2.

Dalton .............................................................................................. 7 2.1 De 5 Daltonkernwaarden .............................................................. 7 2.2 Dalton in de praktijk .................................................................. 11 2.3 Vak- en kennisgebieden ............................................................. 12

3.

De zorg voor de leerlingen ............................................................. 14 3.1 Inschrijving van leerlingen ......................................................... 14 3.2 Kennismaking ........................................................................... 14 3.3 Instroom nieuwe leerlingen ........................................................ 14 3.4 Plaatsing .................................................................................. 15 3.5 Groepssamenstelling ................................................................. 15 3.6 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen ........................... 16 3.7 Rapporten ................................................................................ 16 3.8 Huiswerk .................................................................................. 16 3.9 Interne begeleiding ................................................................... 16 3.10 Zorgstructuur ........................................................................... 17 3.11 Hulpverlening Gelderland Midden ................................................ 17 3.12 Zorg- en adviesteam ................................................................. 18 3.13 Het advies voor voortgezet onderwijs .......................................... 18 3.14 Niet Nederlands sprekende leerlingen .......................................... 19 3.15 Onderwijs aan leerlingen met een handicap .................................. 19 3.16 Verwijdering van leerlingen ........................................................ 19

4.

De activiteiten van de kinderen ...................................................... 20 4.1 Gymnastiek .............................................................................. 20 4.2 Jaarfeesten .............................................................................. 20 4.3 Songfestival ............................................................................. 20 4.4 Bezoek aan het schoolbiologisch centrum Het Groene Wiel ............. 21 4.5 Schoolbibliotheek ...................................................................... 21 4.6 Kinderboekenweek .................................................................... 21 4.7 School T-shirts.......................................................................... 21 4.8 Schoolreis groep 1 t/m 7 ............................................................ 21 4.9 Schoolkamp groep 8 .................................................................. 21 4.10 Overige sportactiviteiten ............................................................ 21 4.11 Dauwtrappen ............................................................................ 22 4.12 Afscheid groep 8 ....................................................................... 22 4.13 Kardinaal Alfrink Theater (KAT) ................................................... 22

5.

De ouders ....................................................................................... 24 -1-

Schoolgids 2014-2015

5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11

De betrokkenheid van ouders bij de school ................................... 24 Klassenouder ............................................................................ 24 Informatieverstrekking .............................................................. 24 Medezeggenschapsraad ............................................................. 25 Ouderraad (ORKA) .................................................................... 25 Ouderbijdrage........................................................................... 25 Klachtenregeling ....................................................................... 26 Vervoer van leerlingen ............................................................... 26 Schoolverzekering voor de leerlingen ........................................... 26 TSO ......................................................................................... 27 BSO ........................................................................................ 27

6.

Schooltijden en vakanties .............................................................. 28 6.1 Overzicht vakanties en vrije dagen .............................................. 28 6.2 De schooltijden ......................................................................... 28 6.3 Aanvang lessen ......................................................................... 28 6.4 Verzuim / Bijzonder verlof .......................................................... 28 6.5 Vervanging afwezige groepsleerkrachten ...................................... 29

7.

Algemene zaken ............................................................................. 30 7.1 Overblijfmogelijkheden .............................................................. 30 7.2 Vervoer van en naar school ........................................................ 30 7.3 Hoofdluis.................................................................................. 30 7.4 Jeugdbladen /-boeken ............................................................... 30 7.5 Verjaardagen ............................................................................ 30 7.6 Foto’s ...................................................................................... 30

8.

Contact........................................................................................... 31 8.1 Adresgegevens ......................................................................... 31 8.2 Waar vindt u ons? ..................................................................... 31


-2-

Voorwoord In deze schoolgids presenteert de Kardinaal Alfrinkschool voor Daltononderwijs zich. Dit betekent dat u in deze schoolgids veel informatie vindt over alles dat met de school te maken heeft. Wij zijn een school die volop in beweging is, waar een enthousiast team werkt met veel aandacht voor de ontwikkeling van kinderen op alle gebieden. Een school met een duidelijke profilering van het onderwijs, die zich inzet om onderwijskundige vernieuwingen in te voeren. We zetten ons steeds weer in voor het juiste evenwicht tussen het aanleren van basisvaardigheden, creatieve ontplooiing en sociale vorming. Verder heeft onze school een aantal mooie tradities die we samen met ouders enthousiast in stand houden (o.a. Kardinaal Alfrink Theater, Songfestival en dauwtrappen). Deze gids wordt ieder jaar vastgesteld door de directie en de medezeggenschapsraad. De gids wordt uitgereikt aan alle ouders en belangstellenden. Nieuwe ouders nodigen we van harte uit voor een kennismakingsgesprek en een rondleiding door onze school, zodat u de plezierige sfeer kunt proeven. Namens het team wens ik u en uw kind(eren) een leerzaam en plezierig schooljaar toe! Met vriendelijke groet,

Ingvild Krikke-Besselink, directeur -3-


1.

Wie zijn wij?

1.1

De Kardinaal Alfrinkschool

“Op onze school vinden we, naast de cognitieve ontwikkeling, de sociaal emotionele ontwikkeling erg belangrijk. We vinden het belangrijk dat een kind tot leren komt, maar ook dat een kind zich prettig voelt op school. Dit is namelijk ook een voorwaarde om tot leren te komen. ….” Deze tekst wordt verder uitgewerkt in Hoofdstuk 2 en vormt de basis van waaruit de Kardinaal Alfrinkschool werkt. De Kardinaal Alfrinkschool is een Daltonschool. Hierin vormen de vijf kernwaarden vrijheid, zelfstandigheid, samenwerking, reflectie en effectiviteit de basis van het onderwijs. Toen de school in 1973 werd opgericht, is de naam Kardinaal Alfrinkschool gekozen. Kardinaal Alfrink was in die tijd een vooruitstrevende persoonlijkheid. Hij stond voor beweging en ontwikkeling binnen het vertrouwde katholieke kader. Die visie wordt door de school nagestreefd, want onderwijs is altijd in beweging en vraagt telkens om een verfrissende blik op onderwijskundige onderwerpen. De Kardinaal Alfrinkschool werkt vanuit een katholieke levenshouding. Er wordt veel aandacht besteed aan de kerkelijke feesten door het jaar heen. Daarnaast worden catecheselessen verzorgd door de leerkrachten en wordt een actieve bijdrage geleverd aan de eerste communie en het vormsel. De Kardinaal Alfrinkschool staat voor een school die zich blijvend ontwikkelt, waarbij sfeer, samenwerking met kinderen en met ouders, eigenheid en zelfwerkzaamheid van de kinderen onze doelen zijn. De school probeert de kinderen en de teamleden maximale kansen te bieden tot zelfontplooiing. Naast de ruime aandacht die we hebben voor de vakken rekenen, lezen, taal en andere zaakvakken, besteden we ook aandacht aan kunstzinnige vakken. Hiermee proberen we op school de balans tussen inspanning en ontspanning te bewaken. In de patio van de school is een stiltetuin. Dit is een plek waar je alleen of met een groep even uit de stroom van de activiteiten kunt stappen. De school is toegankelijk voor iedereen, ongeacht levensbeschouwing, politieke visie, economische groepering, huidskleur of nationaliteit. 1.2 De Stichting Katholiek Onderwijs Veluwe-Vallei De Kardinaal Alfrinkschool is een van de 14 basisscholen van de SKOVV, de Stichting Katholiek Onderwijs Veluwe-Vallei, gevestigd in Ede. De stichting bevordert het onderwijs van de aangesloten scholen in de regio op basis van de algemene richtlijnen die de Nederlandse Katholieke Schoolraad (NKSR) heeft vastgelegd. Het directie-overleg van de bij de SKOVV aangesloten scholen vindt eens per maand plaats. Bovenschools worden er beleidsmatige, onderwijskundige en beheersmatige zaken geregeld in dienst van de scholen. 1.3 De organisatie van de school De directie op onze school wordt gevormd door een directeur bijgestaan door een managementteam (MT), bestaande uit twee bouwcoördinatoren (onder- en bovenbouw) en de intern begeleider. Het MT draagt samen met de directeur een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van de school. Voor een gesprek kunt u altijd een afspraak maken, dat kan telefonisch of mondeling. Het team bestaat uit groepsleerkrachten, twee remedial teachers, een intern begeleider, drie onderwijs-assistenten, een administratieve kracht en een Schoolgids 2014-2015

-4-

overblijfcoördinator. Daarnaast biedt de school studenten van diverse Pabo’s en het ROC-A12 regelmatig de gelegenheid om stage te lopen. Er zijn twee soorten stagiairs: 1. Beginnende stagiairs 1ste-, 2de- en 3de-jaars PABO-studenten. Zij geven enkele losse lessen oplopend naar dagdelen in een stageperiode van ca. 20 dagen. 2. Daarnaast bestaat ook de Leraar In Opleiding (LIO), een 4de jaars student. Een LIO’er krijgt de zelfstandige leiding over een groep voor ca. 3 dagen in de week. De eigen groepsleerkracht is op de achtergrond aanwezig en begeleidt de stagiair. 1.4 Schoolgrootte De school telt 230 leerlingen op één lokatie. Er zijn negen groepen: drie groepen 1/2 , groep 3,4,5 6 en twee combinatiegroepen 7/8. Er is in Wageningen een groeiende belangstelling voor Daltononderwijs en de invulling die de Kardinaal Alfrinkschool daaraan geeft. De leerlingen die onze school bezoeken komen uit heel Wageningen. 1.5 Schoolregels / Pesten De schoolregels van de Kardinaal Alfrinkschool zeggen hoe we omgaan met elkaar en wat we doen als pesten voorkomt op school.  Iedereen is gelijk en is goed zoals hij is  Bij alles wat we doen respecteren we de ander  We houden rekening met de ander in de klas, in het gebouw en op het plein  We helpen elkaar  We zijn niet agressief in woord of daad  We blijven te allen tijde van een ander (zijn spullen) af  We gaan zorgvuldig om met (lees)boeken, schriften en materialen. Als iedereen zich aan de bovenstaande regels houdt, draagt dat bij aan een harmonieuze schoolpopulatie. Pesten komt helaas overal voor. Je vindt het bij kinderen van alle leeftijden, in alle bevolkingsgroepen. Pesten gebeurt stiekem. Het is daarom belangrijk om alert te zijn en te blijven op signalen die kinderen uitzenden. Wij doen er alles aan om de kinderen (pester en gepeste) te helpen aan de hand van een stappenplan. Het volledige pestprotocol ligt op school ter inzage. 1.6 Nieuwe ontwikkelingen Het komende schooljaar zal het team een aantal onderwijskundige zaken verder uitwerken:

Ambities 2014-2016

 Schooltevredenheidsonderzoek afnemen (Ouders, leerlingen, leerkrachten)  Schoolplan opstellen 2015-2019  Versterken taalaanbod  Vernieuwen katechesemethode  Versterken aanbod groep 2 herfstleerlingen  Optimaliseren overgang 2-3  Vernieuwen pestprotocol inclusief opstellen digitaal pestprotocol  Invoeren digitaal onderwijsaanbod / social media -5-


      

Daltonontwikkelingslijnen uitbreiden m.b.t Reflectie Ontwikkelen digitaal rapport Beleid Plusonderwijs uitwerken Vernieuwen aannamebeleid Wijzigen didactische aanpak Estafette lezen Versterken aanbod Engels Opzetten doorgaande lijn muziek m.b.v. Cultuursubsidie

Professionalisering 2014-2016  Teamscholing meldcode kindermishandeling  Teamstudiedag Visie  Teamstudiedag Communicatie  Teamstudiedag Reflectie  Coaching individuele teamleden in het kader deskundigheidsbevordering door Intern Begeleider, bouwcoördinator of SKOVV coach.  Opstellen nieuwe Persoonlijke OntwikkelingsPlannen teamleden m.b.t. reflectie  Teamstudiemiddag schoolplan 2015-2019  Individuele scholing/cursussen teamleden


-6-

2.

Dalton

2.1

De vijf Daltonkernwaarden

KERNWAARDEN

De twee gedachtes achter Parkhursts Dalton Plan, 'freedom' en 'interaction of group life', zijn in Nederland niet letterlijk vertaald en overgenomen. Het Nederlandse daltononderwijs kent van oorsprong drie daltonprincipes: vrijheid in gebondenheid, zelfstandigheid en samenwerken. De drie Nederlandse daltonprincipes corresponderen inhoudelijk niet geheel met de oorspronkelijke principes van Parkhurst. Ook de invulling van wat als de principes van het daltononderwijs geldt, is in de loop van de tijd geëvolueerd. "Freedom and responsibility perform the miracle" Vrijheid is het eerste daltonprincipe, maar als het gerelateerd wordt aan onderwijs kan het een verwarrend begrip zijn. Soms associëren ouders het met vormen van een antiautoritaire opvoeding of met een soort 'vrijheid-blijheid'. Vrijheid in het daltononderwijs betekent heel wat anders. Op daltonscholen heerst er geen vrijblijvendheid. Leerlingen mogen er niet zo maar doen wat ze willen en ze hebben ook niet de vrijheid om niet naar school te gaan. In het daltononderwijs krijgen leerlingen wel de vrijheid hun schoolwerk naar eigen inzicht te plannen. Daltononderwijs is geen onderwijs waar leerlingen met de armen over elkaar afwachten tot de leerkracht opdrachten geeft. Leerlingen leren er initiatief te nemen en krijgen ruimte om naar eigen inzicht te werken. Dat bereidt hen voor om later, in de maatschappij, in vrijheid te kunnen leven en werken. Door leerlingen vrijheid te geven wordt onderwijs iets van het kind zelf. Hij wordt, wat tegenwoordig populair genoemd wordt, (mede-)eigenaar van zijn eigen leerproces. Als er al zoiets is als een 'ideale daltonleerling', dan is dat in ieder geval een leerling die met een plannetje in zijn hoofd 's morgens naar school gaat, over wat hij die dag gaat doen. Vrijheid maakt van leerlingen ondernemende leerlingen. De vrijheid die een leerling op een daltonschool krijgt, is altijd een vrijheid in gebondenheid. Hij moet leren rekening te houden met anderen, verantwoordelijkheid te dragen over zijn keuzes en verantwoording af te leggen over zijn werk en zijn resultaten. In de praktijk van het daltononderwijs wordt vrijheid vooral geconcretiseerd in het geven van keuzevrijheid. Leerlingen mogen op daltonscholen, met mate, kiezen wat ze willen leren, in welke volgorde ze hun werk willen doen, waar ze willen werken, soms ook met welk materiaal ze werken en vaak ook of ze alleen of samen werken. Het dragen van verantwoordelijkheid voor het in vrijheid handelen op school is iets dat leerlingen proefondervindelijk moeten leren. En zoals bij al het leren, worden ook hier fouten en vergissingen gemaakt. Dat mag ook op daltonscholen, moet zelfs tot op zekere hoogte, want van het maken van fouten leer je. Wanneer leerlingen bang zijn voor het maken van fouten zorgt dat voor onzekerheid en voor een gebrek aan durf om te experimenteren en om je grenzen te verkennen en te verleggen. Op daltonscholen is leven het meervoud van lef. -7-


"The socialisation of the school" Parkhurst leerde leerlingen samenwerken door ze samen te laten werken. Ze gaf leerlingen de gelegenheid om elkaar te consulteren als hulp bij het uitvoeren van taken vereist was. Zo ontwikkelt, volgens haar, bij de meeste kinderen socialiteit zich op een natuurlijke wijze. Leerlingen leren van elkaar en leren tegelijkertijd met elkaar om te gaan en rekening te houden met anderen. Het gaat Parkhurst ook om het samen leven en samen leren van leraren en leerlingen en van leraren onderling. Het leven op school moet op het gemeenschapsleven lijken: ruimte bieden aan wederzijdse afhankelijkheid en verantwoordelijkheid. Van drie principes naar vijf kernwaarden De Nederlandse daltonidentiteit is altijd gestoeld geweest op drie principes. Onderwijs en dus ook daltononderwijs is constant in ontwikkeling. De veranderingen op het gebied van ontwikkelingspsychologie en didactische en maatschappelijke inzichten hebben in 2012 geleid tot een kritische bezinning op de daltonuitgangspunten. Hieruit zijn vijf nieuwe kernwaarden ontwikkeld, die hieronder kort beschreven staan:

SAMENWERKING "The school functions as a social community" Een daltonschool is een leefgemeenschap waar leerlingen, leerkrachten, ouders, schoolleiding en bestuur op een natuurlijke en gestructureerde wijze samen leven en werken. Een daltonschool is ook een leeromgeving waar leerlingen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en vaardigheden in samenwerking met anderen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar. Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren, zoals het beoordelen van een eigen inbreng en die van een medeleerlingen, het aangaan van de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van een meeropbrengst uit de samenwerking. Het uiteindelijke doel is democratisch burgerschap. Een daltonschool is een oefenplek voor democratisering en socialisering.


-8-

VRIJHEID en VERANTWOORDELIJKHEID "Freedom and responsibility together perform the miracle" Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te vinden. Vrijheid in het daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de leerlingen hun vrijheid leren gebruiken. Een leerling leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt. Door leerlingen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag. Het is een taak van de leerkracht om iedere leerling een structuur te bieden om vrijheid binnen grenzen te leren hanteren. Leerlingen krijgen de ruimte om te ontdekken en te experimenteren, maar worden tegelijk ook geconfronteerd met de relatie tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces, waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen.

EFFECTIVITEIT Dalton is een "Efficiency measure" Dalton is een maatregel om effectiever te werken: 'a simple and economic reorganization of the school'. Parkhurst wil met haar Dalton Plan het schoolse leren doelmatiger maken. Daarom zijn effectiviteit en efficiency al vanaf het begin twee belangrijke begrippen. Effectiviteit en efficiency vooronderstellen duidelijkheid over de onderwijsopbrengsten. Parkhurst vindt dat het onderwijs een brede functie heeft. Onderwijs behoort kinderen en jeugdigen ook cultureel en moreel te vormen, zodat ze zelfredzaam en sociaal verantwoordelijk worden: geoefend in, gewend aan en voorbereid op leven, werken en samenleven. Het daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Parkhurst wil omwille van de efficiency leerlingen juist verantwoordelijkheid in handen geven. Zij stelt dat als leerlingen een taak krijgen, waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in vrijheid zelf plannen en uitvoeren, het onderwijs dan veel effectiever is dan het stilzit- en luisteronderwijs dat zij zelf doorlopen heeft. Parkhurst maakt in haar Dalton Plan van kinderen als het ware kleine ondernemers, die verantwoordelijkheid leren dragen voor het schoolwerk, hun ei-9-


gen werk, dat ze in vrijheid uitvoeren.

ZELFSTANDIGHEID "Experience is the best and indeed the only real teacher" Zelfstandig leren en werken op een daltonschool is actief leren en werken. Een leerling wil doelgericht werken aan een taakl of opdracht en is in staat om tijdens dit leerproces hulp te zoeken indien noodzakelijk. Deze manier van werken stimuleert het probleemoplossend denken van leerlingen. Om later als volwassene goed te kunnen functioneren moet een leerling leren beoordelen welke beslissingen hij/zij moet nemen en wat de gevolgen daarvan zijn. De keuzevrijheid dwingt een leerlingen tot het nemen van zelfstandige beslissingen die voor hem effectief en verantwoord zijn.

REFLECTIE "I would be the first to hear welcome criticism" Reflexiviteit, nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op daltonscholen belangrijk. Op veel daltonscholen maken leerlingen vooraf een inschatting van de moeilijkheidsgraad en de tijd van de opdrachten. Achteraf wordt hierover ook een feitelijke beoordeling gegeven en worden in gesprekjes regelmatig de inschattingen vooraf en de feitelijke beoordelingen achteraf met elkaar vergeleken. In zulke gesprekjes kan er dan bijvoorbeeld aandacht geschonken worden aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak vooraf moeilijker inschat dan ze (achteraf) blijken te zijn. Op andere aspecten van het werken in de klas wordt op een soortgelijke wijze gereflecteerd. Zo wordt geleidelijk de vaardigheid in het zelfstandig werken en het samenwerken opgebouwd. Het kritisch benaderen van onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten is op een daltonschool vanzelfsprekend. Iedere docent die werkt op een daltonschool reflecteert op zijn/haar onderwijspraktijk en professioneel handelen. Ook op schoolniveau vindt reflectie over de kwaliteit van het daltononderwijs voortdurend plaats.


- 10 -

2.2 Dalton in de praktijk In de groepen 1 en 2 houden we bij alle activiteiten zoveel mogelijk rekening met het kennen en kunnen van ieder kind. De kinderen zijn niet allemaal even ver in hun ontwikkeling. We proberen materialen en opdrachten aan te bieden die aansluiten bij de ontwikkeling van het kind. Het spelmateriaal is zeer veelzijdig en daagt een kind voortdurend uit anders bezig te zijn. Of het nu verven, knippen, vouwen, bouwen of puzzelen is, al spelend doet een kind een schat aan kennis, handigheid en ervaring op. Uitgangspunt voor de inrichting van het onderwijs in de groepen 1/2 is de onderstaande visie: Vanuit de Daltonkernwaarden willen we kinderen spelend laten leren. Dit doen we in een veilige en uitdagende leeromgeving, waarbij we respect hebben voor elkaar en ieders eigenheid. Vanuit deze visie richten we het hele onderwijs in en maken we gebruik van onderstaande middelen:  Thema’s uit de methode Schatkist: deze worden door de leerkrachten in overleg vastgesteld per schooljaar, waardoor alle drie de groepen in hetzelfde thema werken.  de seizoenen en jaarfeesten  actuele gebeurtenissen,  projecten van bijv. het Schoolbiologisch Centrum Het Groene Wiel  project van ’t Venster voor Kunst en Cultuur. Tijdens de speel-/werkles leren de kinderen plannen en keuzes maken m.b.v het planbord en het kiesbord. De kinderen plannen een werkje met de kleur van de dag. De jongste kleuters plannen per dag onder begeleiding van de leerkracht; in groep 2 plannen de kinderen steeds meer zelf. Op het kiesbord kunnen ze zelf een activiteit kiezen van de poppenhoek, materiaal uit de kast tot aan tekenen. In groep 3 is er in de ochtenduren een duidelijk gestructureerd programma voor het aanvankelijk lezen, rekenen en schrijven. Deze zeer belangrijke leerprocessen vragen veel begeleiding van de groepsleerkracht en de onderwijsassistent. In de middagen is er tijd voor keuzewerk, dat d.m.v. een planbord wordt aangeboden. Op het planbord hangen de verschillende activiteiten waar de kinderen uit kunnen kiezen. De kinderen kunnen zelf een activiteit plannen of de leerkracht doet dit voor hen. Vanaf groep 4 worden met name taal en rekenen de vakken waarbij de kinderen na de instructie zelfstandig gaan werken. De verwerking wordt in de dagen weektaak opgenomen. In de hogere groepen wordt het aantal leergebieden in de weektaak uitgebreid. In de groepen 3 t/m 8 is een uitgebreid aanbod voor zelfstandig werken aanwezig. Dit materiaal wordt voor een deel ingezet in de weektaak, als herhaling, verdieping of verbreding, tijdens keuzemomenten en ook als de kinderen eerder klaar zijn met hun werk. In groep 3 t/m 8 werken we met een maatjesbord, deze wordt ingezet bij allerlei vormen van samenwerken in de groep en bij coöperatieve werkvormen. In groep 5 t/m 8 wordt gebruik gemaakt van een gang/zaal bord voor zelfstandig werken en het blokje voor uitgestelde aandacht in de groep. - 11 -


Vrijheid, Zelfstandigheid en Samenwerken Deze Daltonkernwaarden zijn verweven in ons hele onderwijs en vinden ook hun vorm in een aantal bijzondere activiteiten bij ons op school.  Leerlingen uit groep 7/8 geven les aan andere groepen binnen de school  Leerlingen uit groep 7/8 maken zelf spellen en gaan deze aan andere leerlingen aanleren  Groep 8 werkt in tweetallen aan een presentatie buiten de school.  Leerlingen uit groep 7/8 gaan met een kleine delegatie naar Hongarije en geven daar presentaties over het milieu.  Het Kardinaal Alfrinktheater waar kinderen van groep 5 t/m 8 aan kunnen deelnemen.  Het Songfestival voor groep 1 t/m 8. Dit jaar werken we de doorgaande lijn voor de Daltonprincipes verder uit en nemen deze op in ons Daltonwerkboek. Samenwerkend leren De kinderen van groep 1 t/m 4 (onderbouw) en 5 t/m 8 (bovenbouw) worden op één ochtend of middag per maand aan elkaar gekoppeld voor samenwerkend leren. Op deze momenten worden er groepjes gemaakt met uit iedere klas één leerling. Deze heterogene groepjes werken in een viertal aan samenwerkingsopdrachten. In groep 5 t/m 8 wordt er voor de samenwerkingsopdrachten inhoudelijk gebruik gemaakt van de techniektoren en ICT, zodat de kinderen zich op dit gebied ook verder kunnen ontwikkelen. 2.3

Vak- en kennisgebieden

Groep 1/2 Vakgebied

Inhoud

Methode

Thematisch aanbod

Taal, lezen, rekenen, fijne motoriek, wereldoriëntatie, muziek, sociaal-emotionele ontwikkeling en creatieve ontwikkeling.

Schatkist

Motoriek

Fijne motoriek, grove motoriek

Pennestreken en bewegingsonderwijs in het speellokaal

Sociaal-emotionele ontwikkeling

Bino en zijn sociale talenten

Rekenen

Voorbereidend rekenen

Rekenkast

Lezen

Voorbereidend lezen

Fonemisch bewustzijn


- 12 -

Groep 3 t/m 8 Vakgebied

Inhoud

Methode

Taal

Taal

Taal op Maat

Spelling

Spelling op Maat

Remediërend

Spelling in de lift

Lezen

Veilig Leren Lezen, Estafette lezen

Begrijpend lezen

Lezen in Beeld

Schrijven

Schrijven in basisschool

Engels

Hello World

Rekenen

Rekenrijk

Remediërend

Maatwerk

Muzische en creatieve vorming

Muziek

Vier muziek met!

Handvaardigheid en Tekenen

Uit de kunst

Wereldoriënterende vorming

Aardrijkskunde

De Blauwe Planeet

Geschiedenis

Speurtocht

Verkeersonderwijs 5 t/m 8

Stap vooruit, Op voeten en fietsen, Jeugdverkeerskrant

Natuuronderwijs

Projecten van het ‘Groene Wiel’; Nieuws uit de Natuur

Gymnastiek

In de Tarthorst

Rekenen

Bewegingsonderwijs Sociaal emotionele ontwikkeling Catechese

de

Goed gedaan Katholieke tradities, achtergrond verschillende geloven, waarden en normen, sociale vaardigheden.

- 13 -

Hellig Hart


3.

De ondersteuning voor de leerlingen

Op onze school trachten we de zorg voor onze leerlingen op een hoog peil te handhaven en waar nodig te verbeteren. Dit wordt uitvoerig beschreven in ons ondersteuningsprofiel, dat u kunt vinden op onze website. ondersteuning voor onze leerlingen vindt allereerst plaats bij het dagelijks werken in de groep. Dat kan betekenen dat leerlingen verrijkend werk krijgen als ze de leerstof al beheersen, of extra hulp van de leerkracht wanneer er moeilijkheden zijn. Wij stimuleren kinderen op een positieve manier om hen tot goede prestaties te laten komen. De leerkrachten zetten zich in voor een fijne sfeer in de groep en doen er alles aan om uit het kind te halen wat er in zit. Daarbij moet de ontwikkeling van het kind nauwkeurig gevolgd worden om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de vorderingen. De cognitieve ontwikkeling van de kinderen wordt dagelijks gevolgd door de leerkracht d.m.v. observatie, de beoordeling van gemaakt werk en de toetsen die bij de verschillende methodes horen. Zij wordt ook zorgvuldig gevolgd met behulp van het Cito leerlingen onderwijs-volgsysteem (CITO LVS) en met behulp van AVI toetsen voor het lezen. Samen met het protocol leesproblemen en dyslexie vormt dit de basis van ons leerlingvolgsysteem. De toetsen worden op vaste momenten in het schooljaar afgenomen. De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gevolgd door een observatielijst (ZIEN) die de leerkracht één keer in het jaar afneemt. In de groepen1/2 wordt de gehele ontwikkleing van de kinderen gevolgd middels observatie en registratiemethode KIJK. 3.1 Inschrijving van leerlingen Voor het aanmelden van nieuwe leerlingen kunt u terecht bij de directie. U kunt dan een afspraak maken voor een kennismakingsgesprek. Op basis van dit gesprek kunt u besluiten uw kind aan te melden voor onze school. U vult een aanmeldingsformulier in en ontvangt binnen twee weken de bevestiging dat uw kind is ingeschreven of op de wachtlijst wordt geplaatst. Broertjes en zusjes van huidige leerlingen van onze school kunnen, wanneer ze 1 jaar oud geworden zijn, ingeschreven worden door de ouders. Uiteindelijk streven we naar gemiddeld 28 leerlingen per groep, geplaatst op volgorde van datum van inschrijving. Voor alle groepen hanteren we een wachtlijst boven 28 kinderen of gebaseerd op de zorgzwaarte van de groep. 3.2 Kennismaking Tijdens een kennismakingsgesprek wordt informatie gegeven over de uitgangspunten en de visie van de Kardinaal Alfrinkschool, over de plaatsing en de manier waarop de ouders betrokken worden bij de school. Bovendien ontvangen de ouders een schoolgids en krijgen ze een rondleiding door het schoolgebouw. De nieuwe leerling mag, voordat hij echt naar school gaat, kennis komen maken met de leerkracht, de klasgenootjes en het schoolgebouw. 3.3 Instroom nieuwe leerlingen Vanaf 4 jaar gaan kinderen naar de kleutergroep. Voordat kinderen 4 jaar worden mogen ze een aantal dagdelen komen wennen. De leerkracht van de groep neemt contact op met de ouders om hierover afspraken te maken. Kinderen die in de loop van een schooljaar op school komen, zijn kinderen van groep 0. Na de zomervakantie zijn zij kinderen van groep 1. Een jaar later worden zij kinderen Schoolgids 2014-2015

- 14 -

van groep 2. De loopbaan van kleuters is niet altijd even lang. Behalve het moment van instromen, bepalen ook de ontwikkelingen van het kind de voortgang. Als er extra overleg nodig is over de ontwikkelingen van het kind dan neemt de leerkracht contact op met de ouders. Andersom is dat natuurlijk ook mogelijk. Soms -

heeft een kind meer leertijd nodig omdat het: meer instructie nodig heeft; meer oefening/herhaling nodig heeft; meer voorbereid moet worden op het verwerven van kennis en vaardigheden; sociaal-emotioneel nog niet sterk genoeg is; een leerstoornis heeft; gedragsproblemen heeft; een zwakke werkhouding heeft.

Dit kan betekenen dat een kind een jaar langer in de kleutergroep blijft, omdat er een of meer van bovenstaande kenmerken van toepassing zijn. Als we een leerling altijd maar over zouden laten gaan, kan het niveau eind groep 8 lager zijn dan wanneer we het kind meer leertijd zouden hebben gegeven. Verlengde leertijd kan dus best zinvol zijn en betekent altijd: doorgaan vanaf wat je al beheerst. Kleuterverlenging is dus beslist niet het jaar overdoen. Het kan ook zijn dat een kind sneller in de ontwikkeling is. Dan kan in overleg besloten worden om het kind eerder door te laten gaan. De beslissing of een kind wel of niet doorgaat naar groep 3 wordt altijd in overleg met de ouders genomen. 3.4 Plaatsing Als uitgangspunt geldt dat kinderen in de groep zitten bij hun leeftijdsgenoten en dat we in de jaargroep hulp bieden die het kind behoeft. Dit kan zijn in de vorm van verrijking (extra uitdaging) of remediëring (extra hulp). Het kan voorkomen dat het voor het kind beter is om in een andere jaargroep (hoger of lager) geplaatst te worden. Dit gebeurt pas na een traject van handelingsplannen en gesprekken tussen de leerkracht, intern begeleider en de ouders. Voor zij-instromers hanteren we de volgende procedure: We hebben een oriënterend gesprek met de ouders. Dit om te kijken of het Daltononderwijs geschikt is voor het kind en of we het kind de zorg kunnen bieden die het nodig heeft. Dit wordt ook bepaald door de groep waarin het kind geplaatst wordt. We hanteren hierbij een puntensysteem om te kijken of er in een groep nog een zorgleerling bij kan of niet. Vooraf nemen we contact op met de vorige school en vragen we om een onderwijskundig rapport. Indien we van de vorige school niet voldoende gegevens hebben, nemen we een aantal toetsen af om te kijken of de leerling extra zorg nodig heeft. In overleg met ouders wordt een kind ook wel eens geobserveerd op de vorige school. Dit gebeurt vooral als we onvoldoende gegevens hebben en willen weten of het kind binnen de groep past waarin we het willen plaatsen. Een mogelijkheid is ook dat we een kind een dag of dagdeel mee laten draaien in de groep waarin het eventueel geplaatst gaat worden. 3.5 Groepssamenstelling We streven naar een gemiddelde groepsgrootte van 28 leerlingen. Voor - 15 -


groepen, die dit aantal bereikt hebben, wordt een wachtlijst ingesteld. Door de grote instroom van de laatste jaren zijn er groepen die momenteel groter zijn. Ook voor deze groepen wordt een wachtlijst gehanteerd. 3.6 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Door gebruik te maken van methode-gebonden toetsen, observaties en toetsen van het Cito-leerlingvolgsysteem (LVS) worden de ontwikkelings- en leerresultaten van de leerlingen gedurende de gehele schooltijd vastgelegd. De genoemde toetsen stellen school en ouders in staat het kind te vergelijken met het landelijk gemiddelde van kinderen van dezelfde leeftijd. Deze bevindingen worden in het rapport verwoord en op 10-minutenavonden besproken met de ouders. Relevante gegevens betreffende de voortgang van de leerlingen worden bewaard in het leerlingdossier, dat een onderdeel is van het leerlingvolgsysteem. De CITO-entreetoets(en) in groep 6 en 7, en de eindtoets in groep 8 worden gebruikt voor een extra meting naast de gegevens van het LVS. De waarnemingen van de leerkracht zijn vaak doorslaggevend in bijvoorbeeld het (vervolg)schooladvies. 3.7 Rapporten Kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen twee keer per jaar een rapport (januari/februari en mei/juni). In de rapporten wordt door middel van onderstaande 6-puntsschaal een waardering uitgesproken over de leervorderingen van uw kind. Bijzonderheden en/of algemene opmerkingen worden in woorden beschreven. waardering onvoldoende matig voldoende Ruim voldoende afkorting O M V RV

goed zeer goed G ZG

Over het jaar verdeeld worden een aantal 10-minutenavonden georganiseerd. Ouders van groep 1 t/m 7 kunnen dan met de groepsleerkrachten spreken over hun kind. Ook als er geen bijzonderheden zijn, kunnen deze gesprekken zeer zinvol zijn. Voor groep 8 zijn er in de loop van het schooljaar verschillende gespreksavonden o.a. over het advies voor het voortgezet onderwijs. Deze avonden worden o.a. via de Nieuwsbrief aangekondigd. De ontwikkeling van kinderen van groep 1 en 2 wordt bijgehouden in het leerlingvolgsysteem. Zij krijgen geen rapport mee naar huis. Tussendoor kan altijd een gesprek aangevraagd worden met de leerkracht. 3.8 Huiswerk In de bovenbouw wordt regelmatig huiswerk gegeven. Het doel is om de leerlingen te leren hun vrije tijd in te delen, zodat ze er aan wennen een planning daadwerkelijk toe te passen. Hiervan hebben ze profijt binnen het voortgezet onderwijs. In incidentele gevallen wordt in andere groepen huiswerk gegeven: bijvoorbeeld tafels oefenen, topografie leren of werk inhalen na ziekte. 3.9 Interne begeleiding Op de Kardinaal Alfrinkschool is een intern begeleider (IB-er). Zij bewaakt de kwaliteitszorg ten aanzien van het omgaan met verschillen tussen leerlingen, dat wil zeggen: zij organiseert en coördineert de extra hulp op schoolniveau. De IBer ondersteunt samen met de remedial teachers (RT-er) de leerkracht bij het Schoolgids 2014-2015

- 16 -

signaleren, analyseren en hulp bieden bij leerproblemen of sociaal-emotionele problemen. Er vinden drie keer in het jaar groepsbesprekingen plaats tussen de IB-er, RT-er en de groepsleerkracht. De resultaten van de leerlingen op het leerlingvolsysteem worden dan besproken en er wordt gekeken welke leerlingen extra zorg nodig hebben. De IB-er begeleidt en coacht leerkrachten zodat zij om kunnen gaan met de individuele hulpvraag. Tevens heeft de IB-er een belangrijke rol bij het invoeren van onderwijskundige vernieuwingen in de school. 3.10 Ondersteuningsstructuur De Kardinaal Alfrinkschool werkt met een ondersteningsprofiel waarin beschreven staat hoe een kind geholpen wordt als er ondersteuningsbehoeften zijn. Ons systeem van ondersteuning probeert uitval van leerlingen zo goed mogelijk te voorkomen en op te vangen. Als blijkt dat extra hulp nodig is, gaat dit altijd in overleg met de ouders, de intern begeleider en de remedial teacher. Als er sprake is van een specifiek leerprobleem en de hulp intensiever dient te zijn, werkt de remedial teacher of klassenassistent apart of in een klein groepje met het kind. Er wordt dan een individueel handelingsplan opgesteld of het wordt in een groepsplan opgenomen. Als de geboden zorg niet tot het gewenste resultaat leidt, bestaat de mogelijkheid externe deskundigheid in te zetten. Een aanmelding vindt plaats bij het Zorgplatform van WSNS of we laten kinderen onderzoeken door een externe orthopedagoog. Het Zorgplatform is een extern coördinatiepunt basisonderwijs/speciaal onderwijs. Er is ook een zorgcoördinator binnen het SKOVV waarmee de intern begeleider regelmatig contact heeft over de zorg binnen de school. Als blijkt dat alle hulp die geboden is aan een leerling onvoldoende resultaat heeft opgeleverd en de school geen mogelijkheden meer heeft, wordt met het Zorgplatform overlegd welke verdere stappen ondernomen kunnen worden. Voor kinderen met een beperking is er de mogelijkheid om leerlinggebonden financiering (een rugzakje) aan te vragen. Meer informatie kunt u hierover krijgen bij de intern begeleider. Voor doubleren hanteren wij een protocol overgang groep 2 – 3 en het protocol doubleren. Hierin staat beschreven wat de criteria zijn om een kind een leerjaar over te laten doen en hoe de procedure precies verloopt. Voor meer informatie hierover kunt u terecht bij de directie van de school. 3.11 Hulpverlening Gelderland Midden Jeugdgezondheidszorg is een taak van de Hulpverlening Gelderland Midden (voorheen GGD West Veluwe Vallei), die de preventieve gezondheidszorg voor kinderen van 4-12 jaar uitvoert. Kinderen in de leeftijd van 5 jaar ondergaan een logopedische screening door een logopedist(e) en een preventief gezondheidsonderzoek door de schoolverpleegkundige. Kinderen in de leeftijd van 10 jaar ondergaan een preventief gezondheidsonderzoek door de sociaal verpleegkundige, waarbij gekeken wordt naar het gezichtsvermogen, de houding, lengte en het gewicht en op indicatie het gehoor. Indien nodig kunnen de kinderen opgeroepen worden voor een nader onderzoek door de schoolarts. Deze laatste onderzoeken vinden plaats op het Palet. - 17 -


3.12 Zorg- en adviesteam Binnen de gemeente Wageningen speelt het preventief leerplichtbeleid een belangrijke rol. Het team dat met de uitvoering van dit beleid belast is, heet het Zorg en Advies Team (ZAT). Het team wordt gevormd door de leerplichtambtenaar, de orthopedagoog van Bureau Jeugdzorg, de schoolarts van Hulpverlening Gelderland Midden en de Intern Begeleiders van de basisscholen. Bovendien is schoolmaatschappelijk werk ook aanwezig. Binnen het ZAT wordt gesproken over kinderen met ernstige gedragsproblemen, emotionele problemen als angst, depressie, agressie en opvoedingsproblemen. Kenmerkend voor Wageningen is dat alle plaatselijke basisscholen in één team verenigd zijn. 3.13 Het advies voor voortgezet onderwijs De school geeft onafhankelijk van de uitslagen van de eindtoets van CITO een advies over de meest geschikte onderwijsvorm voor het kind. Dit advies wordt besproken door de betreffende leerkracht met ouders en kind, reeds voordat de uitslag van de CITO-eindtoets beschikbaar is. De uitslag van deze toets dient ter bevestiging van het advies van de school. In geval van twijfel of verschil van mening tussen school en ouders kan de uitslag van de toets de doorslag geven. Samen met de aanmeldingsformulieren stuurt de groepsleerkracht een onderwijskundig rapport mee. Dit rapport kunnen de ouders voordat het wordt opgestuurd inzien. Als een kind op een school voor voortgezet onderwijs is aangemeld en geplaatst, neemt de brugklascoördinator van de betreffende school contact op met de groepsleerkracht van groep 8. Tijdens de overdracht wordt er gesproken over zaken die van invloed kunnen zijn op het functioneren van de leerling in zijn nieuwe omgeving. In onderstaande tabel kunt u zien naar welk vervolgonderwijs de kinderen de afgelopen vijf jaar zijn doorgestroomd: 2009 2010 2011 2012 2013 2014 Praktijkonderwijs 2 2 Speciaal onderwijs VMBO BL 1 2 2 KBL 4 3 5 2 5 GL KBL/TL 2 2 2 TL 6 8 9 2 4 TL/HAVO 5 4 2 HAVO 3 2 4 4 12 6 HAVO/VWO 6 3 5 VWO 3 1 3 3 8 1 VWO tweetalig 1 2 Gymnasium/Technasium 7 5 4 2 1 Bijzonder Onderwijs 1 Totalen 26 29 31 25 24 27 Naar aanleiding van de vorderingsgegevens van de leerlingen in de afgelopen schooljaren kunnen we vaststellen dat de uitstroomcijfers voldoen aan de verwachtingen van de school. Gebruikte afkortingen in bovenstaande tabel: VMBO Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs Schoolgids 2014-2015

- 18 -

BL Beroepsgerichte Leerweg KBL Kader Beroepsgerichte Leerweg GL Gemengde Leerweg TL Theoretische Leerweg HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Voor inhoudelijke vragen over het voortgezet onderwijs kunt u uiteraard terecht bij de leerkracht van groep 8. 3.14 Niet Nederlands sprekende leerlingen De gemeente Wageningen heeft een beleid ontwikkeld betreffende onderwijsachterstanden onder de naam GOA (Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid). De scholen hebben met elkaar afgesproken dat alle niet Nederlands sprekende kinderen worden doorverwezen naar de Nudeschool om versnippering van expertise en GOA gelden te voorkomen. Als de kinderen na verloop van tijd voldoende Nederlands spreken, mogen ze weer terug naar hun eigen school. 3.15 Onderwijs aan leerlingen met een handicap De Kardinaal Alfrinkschool staat in principe open voor alle kinderen. Bij de beslissing over toelating kijken we of we de nodige deskundigheid in huis hebben om het kind een verantwoorde begeleiding te bieden. We willen immers op een goede manier bijdragen aan een optimale ontwikkeling van het kind. Factoren zoals deskundigheid, mogelijkheden en taakbelasting worden besproken. Als we besluiten tot toelating zal op basis van een plan van aanpak, dat met de ouders is samengesteld, gewerkt worden. De evaluatie en de voortgangsprocedure bekijken we van jaar tot jaar. Het kan gebeuren dat we tot de conclusie komen dat de school onvoldoende garantie kan bieden voor een verdere verantwoorde begeleiding. Helaas kan het kind dan niet langer op onze school blijven. 3.16 Verwijdering van leerlingen Het kan voorkomen dat, ondanks grote wederzijdse inspanningen en het doorlopen van een (begeleidings)traject, het handhaven van een kind op de Kardinaal Alfrinkschool (tijdelijk) niet langer verantwoord is. Het SKOVV-bestuur kan met toepassing van artikel 40 van de Wet op het Primair Onderwijs uiteindelijk besluiten tot (tijdelijk) verwijderen van de betreffende leerling, indien sprake is van ernstig wangedrag van de leerling en/of ouders. Ouders worden schriftelijk op de hoogte gesteld van de (tijdelijke) verwijdering en de reden ervan. Tussen school, ouders en leerling worden afspraken gemaakt over de voortgang op school. Mochten deze afspraken geen verbetering laten zien in het gedrag van de leerling en/of ouders, dan kan de directeur een procedure opstarten om de leerling en/of ouders (tijdelijk) van school te verwijderen. Dit gebeurt ook schriftelijk, waarbij de ouder/verzorger de mogelijkheid heeft bezwaar aan te tekenen bij het bevoegde gezag van de school. Tijdens de procedure van (tijdelijke) verwijdering blijft de school verantwoordelijk voor het onderwijs aan de thuiszittende leerling. Verder heeft de school een inspanningsverplichting binnen acht weken een andere school of vorm van onderwijs te vinden voor een definitief verwijderde leerling.

- 19 -


4.

De activiteiten van de kinderen

4.1 Gymnastiek De groepen 1 t/m 8 maken gebruik van de twee zalen in sporthal de Tarthorst. Hygiëne is belangrijk; gymkleding en gymschoenen zonder zwarte zolen, waarmee niet buiten gelopen mag worden, zijn verplicht. De gymlessen worden gegeven door de eigen bevoegde leerkracht en anders door een collega. Groep 3 en 4 hebben maar één gymtijd; dit betekent dat zij op de middagen in totaal 45 minuten mogen verdelen in hun rooster voor buitenspelen, zodat de kinderen op die manier aan voldoende beweging komen. Het schoolzwemmen is met ingang van dit schooljaar komen te vervallen. GYMNASTIEK dag

Groep

Uur

bijzonderheden

Maandag

5

13.15 – 14.00

Zaal 1

3

14.15 – 15.00

1/2

13.15 – 14.00

1/2

14.00 – 14.45

Groep 7/8 A

8.30 – 9.15

Groep 7/8 B

9.15 – 10.00

Groep 5

10.00 – 10.45

Groep 6

10.45 – 11.30

Groep 7/8A

8.30 – 9.15

Groep 7/8B

9.15 – 10.00

Groep 4

10.00 – 10.45

Groep 6

10.45 – 11.30

Dinsdag Woensdag

Vrijdag

Zaal 2 Zaal 1

Zaal 1

4.2 Jaarfeesten Elk schooljaar vieren we een aantal vaste jaarfeesten zoals Sint-Maarten, Sinterklaas, Kerst, Carnaval en Pasen. Daarnaast besteden wij aandacht aan de diverse hoogtepunten van de seizoenen. Veel feesten en herdenkingsdagen zijn met de seizoenen verbonden. Door middel van een seizoenstafel proberen we hier uitdrukking aan te geven. Er is een seizoenstafel speciaal voor de kleuters en een voor de overige kinderen in de grote zaal. 4.3 Songfestival In het voorjaar wordt traditioneel het songfestival gehouden. Kinderen zingen daar hun zelfgekozen en ingeoefende liedjes. In de klassen worden voorrondes gehouden, de kinderen die het leuk vinden laten hier hun liedje horen. Per groep wordt er 1 solist en 1 groep gekozen, die meedoen aan het songfestival.


- 20 -

4.4 Bezoek aan het schoolbiologisch centrum Het Groene Wiel Regelmatig wordt het schoolbiologisch centrum bezocht voor praktijklessen of maken we gebruik van hun leskisten en/of materialen. 4.5

Schoolbibliotheek

Onderbouw Elke donderdagmiddag mogen de kinderen uit groep 1 t/m 4 een boek uitzoeken om thuis te (laten) lezen. De boeken zitten in tassen met de naam van het kind erop. Als het boek weer mee teruggenomen wordt, kan de tas aan de daarvoor bestemde haak in of bij de groep opgehangen worden. Wilt u deze tassen alleen voor de boeken gebruiken? Bovenbouw De school beschikt over moderne jeugd- en informatieboeken. Deze staan in de bibliotheek en het documentatiecentrum en worden alleen in school gebruikt. 4.6 Kinderboekenweek Ieder jaar wordt veel aandacht besteed aan de kinderboekenweek, omdat we groot belang hechten aan lezen en leesplezier. Rondom het landelijk thema wordt door de teamleden, in overleg met de leerlingen, een aantal activiteiten bedacht. Hierbij valt te denken aan: handvaardigheid, excursie naar de bibliotheek en/of boekhandel, muziek, tekenen, uitnodigen van sprekers. Zo zijn in de loop der jaren o.a. de volgende schrijvers op school geweest: Evert Hartman, Jan Terlouw, Corrie Hafkamp, Mieke van Hooft en Annie van Gansewinkel. 4.7 School T-shirts Er zijn op school T-shirts met het schoollogo voor € 5,= te koop bij de conciërge en de administratie. Het wordt zeer op prijs gesteld als het T-shirt bij collectieve activiteiten (bijv. schoolreisje, wandeltochten, sportdag) gedragen wordt. Aan kinderen worden geen T-shirts uitgeleend. Voor ouders zijn er wel T-shirts te leen tegen een borg van € 5,=. 4.8 Schoolreis groep 1 t/m 7 Aan het eind van het schooljaar gaan de groepen 1 t/m 7 op schoolreis. Voor de groepen 1/2 en 3 t/m 7 worden verschillende bestemmingen gezocht. 4.9 Schoolkamp groep 8 De kinderen van groep 8 gaan een aantal dagen op kamp. Hierbij is het omgaan met elkaar, het samen spelen en sporten een belangrijk onderdeel; dit alles gebeurt onder begeleiding van leerkrachten en ouders. 4.10 Overige sportactiviteiten In de periode rond Pasen wordt voor de leerlingen van de bovenbouw een schoolvoetbaltoernooi georganiseerd. Onder leiding van een ouder of leerkracht wordt een aantal wedstrijden gespeeld tegen teams van andere Wageningse basisscholen op sportpark De Zoom. Supporters zijn van harte welkom. Verder wordt van geval tot geval bekeken voor welke buitenschoolse sportactiviteiten, bijvoorbeeld korfbal, waterpolo, dammen o.i.d. de leerlingen zich kunnen inschrijven. Begeleiding is in handen van een leerkracht of een - 21 -


ouder. 4.11 Dauwtrappen Op Hemelvaartsdag – mits niet in een vakantieperiode – gaan we dauwtrappen. Leerlingen, leerkrachten en ouders maken op basis van vrijwilligheid ‘s ochtends om 05.30 uur een fietstocht van ruim 30 km door de regio. Bij terugkomst op school worden de deelnemers ontvangen met een ontbijt. 4.12 Afscheid groep 8 Op de laatste woensdagavond van het schooljaar viert groep 8 haar afscheid. Dat gebeurt met een musical voorafgegaan door een officieel maar gezellig gedeelte. Daarna is er voldoende gelegenheid om nog na te praten onder het genot van een hapje en een drankje. 4.13

Kardinaal Alfrink Theater (KAT)

Wie wat waar is KAT? KAT is de Kardinaal Alfrink Theatergroep, die in 2001 is opgericht door meester Jan Boer samen met een stel enthousiaste ouders. We werken gedurende het schooljaar met een groep kinderen naar een productie toe en oefenen op vrijdagavond vanaf de herfstvakantie. Er worden 4 voorstellingen gegeven in april. Voordat we met het instuderen van het stuk beginnen spelen we de eerste weken improvisaties op thema’s uit het toneelstuk. Dit is meestal een sprookje in de vorm van een musical waar de teksten zijn aangepast aan de (hoeveelheid) kinderen. De meeste liedjes worden zelf geschreven, meestal op melodieën van A.M.G. Schmidt. We beginnen pas met de teksten te werken wanneer de figuren uit het toneelstuk vanuit de improvisaties zijn ontstaan. Wat we belangrijk vinden is dat er vrij wordt gespeeld vanuit beleving en dat de kinderen samenwerken. Na ongeveer 3 workshops zijn er audities. Tijdens deze audities wordt niet alleen naar de beste prestaties, maar ook naar motivatie, groeimogelijkheden en naar de rolbezetting van de voorgaande jaren gekeken. Verschillende kinderen moeten een kans krijgen. De kinderen geven zelf aan wat ze het liefst doen, dans, muziek, toneel of zang. Helaas kan niet iedereen ingedeeld worden. Kinderen die afgevallen zijn worden altijd uitgenodigd om mee te doen met decorbouw en schminkworkshops en hulp tijdens de voorstellingen. Schoolgids 2014-2015

- 22 -

Er wordt gewerkt met ongeveer 30 tot 40 kinderen uit de groepen 5 t/m 8. Op deze manier kunnen we alle kinderen veel aandacht geven om ze optimaal te laten groeien en stralen. Giften zijn altijd welkom op Giro 9310902 T.n.v. Kardinaal Alfrink Toneelclub te Wageningen Opbrengst van de kaartjes en giften wordt in samenspraak met school besteed voor KAT.

- 23 -


5.

De ouders

5.1 De betrokkenheid van ouders bij de school De opvoeding van kinderen is een zaak van ouders en school. Een goed contact tussen school en ouders is daarom belangrijk. Wij informeren over gebeurtenissen op school en over het wel en wee van uw kind. Van onze kant stellen we het op prijs als u ons op de hoogte houdt. Op de Kardinaal Alfrinkschool is gekozen voor een actieve rol van de ouders. Dat is van het grootste belang, omdat zonder ouders een deel van de activiteiten eenvoudig geen doorgang kan vinden. Het betreft (onderwijs)ondersteunende activiteiten, zoals: hulp bij het groepslezen, het begeleiden van leerlingen bij buitenschoolse activiteiten, de bibliotheek, het boekjesruilen enz. Het betreft ook beleidsbepalende activiteiten, zoals zitting nemen in de ouderraad of de medezeggenschapsraad. 5.2 Klassenouder De klassenouder is het aanspreekpunt voor ouders en leerkrachten op het gebied van praktische zaken (de gang van zaken op school/in de klas) en coördineert deze samen met de leerkracht, waardoor de organisatie van allerlei activiteiten soepel verloopt. Voor onderwijskundige zaken kunt u bij de leerkracht(en) terecht. 5.3 Informatieverstrekking Bij de klassen hangen informatieborden, waarop u kunt zien wat er per week in de klas gebeurt. Aan het begin van het schooljaar wordt aan het oudste kind van het gezin een KA-lender uitgereikt, waarop per maand de geplande schoolactiviteiten staan vermeld. Daarnaast ontvangt u wekelijks de Nieuwsbrief per e-mail. Hierin wordt u op de hoogte gehouden van alle nieuwsfeiten en activiteiten die op school (gaan) plaatsvinden. Is er iets niet helemaal duidelijk, laat het ons dan weten. We werken eraan de communicatie zo helder mogelijk te houden. U kunt de Nieuwsbrief ook op onze website bekijken: www.kardinaalalfrinkschool-skovv.nl De website van de school geeft uitgebreide informatie. In de school worden regelmatig foto’s, en soms ook videofilms gemaakt. Mocht u, om welke reden dan ook, niet willen dat een foto van uw kind op onze website gepubliceerd wordt, geeft u dit dan bij de directie aan. In alle groepen vindt aan het begin van het schooljaar een informatieavond plaats over wat er dat jaar op het programma staat. Daarnaast zijn er algemene ouderavonden waar verschillende thema’s aan de orde komen en inloopavonden waar u met uw kind kunt komen kijken naar de resultaten van een project.


- 24 -

5.4 Medezeggenschapsraad Zoals iedere school heeft ook de Kardinaal Alfrinkschool een Medezeggenschapsraad (MR). De MR is een orgaan dat zich vooral bezighoudt met beleidsmatige zaken van de school. Daarbij kunt u denken aan alles wat nodig is om de school goed te laten functioneren. Er komen onderwerpen aan de orde als veiligheid, groepsindelingen, begroting en personele zaken. De MR heeft over een aantal zaken adviesrecht, d.w.z. dat zij haar mening geeft over een onderwerp, en instemmingsrecht waarbij zij over een onderwerp mee beslist. Deze bevoegdheden zijn vastgelegd in een reglement. De MR op de Kardinaal Alfrinkschool bestaat uit drie personeelsleden en drie ouders die elk drie jaar zitting hebben; er wordt zeven maal per jaar vergaderd. Deze vergaderingen kunnen door ouders en personeel bijgewoond worden. De agenda en notulen worden opgehangen op het prikbord in de grote zaal en beschikbaar gesteld via de website van de school. Onderwerpen die u graag behandeld wilt hebben, kunnen per e-mail of per brief ingestuurd worden. Hebt u interesse of wilt u weten wat het werk in de MR inhoudt, neem dan contact op met één van de MR-leden: [email protected] 5.5

Ouderraad (ORKA) De ORKA (OuderRaad Kardinaal Alfrinkschool) zorgt samen met het team voor de organisatie van activiteiten op school. Hierbij kunt u denken aan het sinterklaasfeest, schoolreisjes en de vieringen met Kerstmis en Pasen. De ORKA bestaat uit ongeveer negen ouders en vergadert eens in de zes weken. Bij deze vergadering is ook altijd een leerkracht aanwezig voor een goede afstemming met het team. De ORKA int en beheert de ouderbijdrage. Van de ouderbijdrage worden de activiteiten op school en het schoolreisje betaald. Met het betalen van de bijdrage wordt iedere ouder lid van de ouderraad. Ieder jaar op de Algemene Ledenvergadering legt de ORKA aan alle ouders uit wat met de inkomsten is gedaan. Dan wordt ook de begroting voor het volgende schooljaar en de hoogte van de ouderbijdrage vastgesteld. Het rekeningnummer is 1171395 (ING-bank). Wilt u meer weten over de ORKA of heeft u interesse om mee te doen, neem dan contact op met een van de ouders uit de ORKA. Op het informatiebord op de gang vindt u een foto met namen van de ORKA-leden en het verslag van de vergaderingen. U kunt ook een e-mail sturen naar: [email protected]. 5.6 Ouderbijdrage De ouderbijdrage is vrijwillig en een school mag een leerling niet weigeren als ouders de ouderbijdrage niet willen betalen. In het basisonderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs moet de school voor de vrijwillige ouderbijdrage een aparte overeenkomst met de ouders afsluiten. Scholen mogen een vrijwillige financiële bijdrage vragen voor extra voorzieningen en activiteiten, zoals een schoolkamp, aanvullend lesmateriaal en festiviteiten. Dit zijn activiteiten die niet tot het gewone lesprogramma behoren en die dus niet door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap worden betaald. Een school mag voor dit soort uitgaven een ouderbijdrage vragen, maar mag leerlingen niet weigeren, van school sturen of geen diploma uitreiken als ouders de bijdrage niet of slechts gedeeltelijk willen betalen. Met andere woor- 25 -


den: de toegankelijkheid van het onderwijs mag niet worden beïnvloed door de ouderbijdrage. De enige wettelijk verplichte bijdrage die ouders/leerlingen moeten betalen is het les- of cursusgeld. Voor elke leerling die op 1 augustus zestien is, moet lesgeld worden betaald. Soms gebruiken scholen andere termen voor de ouderbijdrage, bijvoorbeeld leerlingbijdrage en schoolfondsbijdrage. Ook maken scholen vaak een onderscheid tussen een ‘ouderbijdrage’ en een ‘bijdrage voor een specifiek doel’, bijvoorbeeld een werkweek. Deze twee bijdragen zijn vrijwillig en vallen beide onder het begrip ouderbijdrage.’ De hoogte van de ouderbijdrage is dit schooljaar vastgesteld (met goedkeuring van de Medezeggenschapsraad) op : € 40,00 € 30,00

voor het eerste en het tweede kind en vanaf het derde kind.

De ouderbijdrage wordt gebruikt om activiteiten voor de kinderen te betalen. Zoals het schoolreisje, Sinterklaas- en Kerstfeest, de Paasviering en carnaval. Op de overeenkomst die u aan het begin van het schooljaar ontvangt kunt u aangeven zich bereid te verklaren tot het betalen van de ouderbijdrage en voor welk deel. Het is ook mogelijk een deel van de ouderbijdrage te betalen. Dit kan wel betekenen dat uw kind/eren niet aan alle activiteiten mee kan/kunnen doen. Mocht u de ouderbijdrage niet kunnen betalen vanwege uw financiële situatie, dan kunt u dit ook op de verklaring aangeven. Er wordt dan een regeling door de school getroffen, zodat er voor uw kind toch betaald wordt. Dit kan inhouden dat de gemeente de ouderbijdrage betaalt vanuit de geld-terug-regeling (meer informatie www.gtrwageningen.nl ), of de school betaalt het vanuit het ouderraadbudget. 5.7 Klachtenregeling Voor alle klachten is in eerste instantie de leerkracht van uw kind het aanspreekpunt. Komt u er met hem of haar niet uit, dan kan een gesprek met de directie aangevraagd worden. Ook een gesprek met de vertrouwenspersoon behoort tot de mogelijkheden. De volledige klachtenregeling van SKOVV ligt op school ter inzage. 5.8 Vervoer van leerlingen Als ouders t.b.v. een schoolactiviteit kinderen met eigen auto vervoeren, doen we dat volgens de regels van de overheid. Kinderen kleiner dan 1.35 m met een maximaal gewicht van 36 kg moeten zowel voorin als achterin een geschikt en goedgekeurd kinderzitje of zittingverhoger gebruiken. Anderen moeten de veiligheidsgordel gebruiken. Voor de achterbank geldt dat kinderen tussen drie en elf jaar gebruik moeten maken van een kinderbeveiligingssysteem, indien dat aanwezig is. Uiteraard geldt dat iedereen gebruik moet maken van de veiligheidsgordel. De politie stelt dat nooit meer kinderen in een auto vervoerd mogen worden dan er gordels zijn. Voor uitgebreide informatie zie www.anwb.nl. 5.9 Schoolverzekering voor de leerlingen Voor alle leerlingen is een collectieve ongevallen-scholierenverzekering afgesloten. Dekking: tijdens het gaan naar en het komen van school, evenals datgene Schoolgids 2014-2015

- 26 -

wat tijdens schooltijd gebeurt, waaronder ook schoolkamp, zwemmen, uitstapjes, excursies e.d. Deze verzekering geldt ook voor iedere ouder die binnen de Kardinaal Alfrinkschool ondersteuning verleent. Voor alle duidelijkheid: bij een ongeval moet in eerste instantie een beroep worden gedaan op de eigen ziektekostenverzekering. Kosten die niet worden vergoed door de eigen ziektekostenverzekering kunnen in aanmerking komen voor de schoolverzekering. 5.10 TSO Sinds 1 januari 2007 valt de Tussen Schoolse Opvang onder verantwoordelijkheid van het bestuur. Het overblijven wordt nu geregeld door de TSO-commissie. Hierin zit een vertegenwoordiging van de school, de TSO-coördinator en een ouder die gebruik maakt van het overblijven. Deze commissie geeft vorm aan de TSO volgens een bovenschools vastgesteld protocol. De coördinator is dagelijks aanspreekpunt voor ouders. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar het boekje TSO en de TSO-coördinator. 5.11 BSO Per 1 januari is de wet Dagarrangementen van kracht geworden. Deze wet houdt onder andere in dat basisscholen vanaf 1 augustus 2007 opvang voor hun kinderen aan moeten bieden tussen 7.30 uur ’s ochtends en 18.30 uur ’s avonds, zowel op reguliere schooldagen (voor- en naschoolse opvang), als op dagen dat de basisschool gesloten is, zoals dat het geval is bij verlofdagen en tijdens schoolvakanties. Het bovenschools bestuur, waar de Kardinaal Alfrinkschool deel van uitmaakt, heeft besloten de uitvoering van deze wet onder te brengen bij stichting Koepel Kinderopvang Wageningen & Kinderkunst BV (hierna de Koepel te noemen). Hoe kunt u de Koepel bereiken: Telefonisch: 0317-412010 Per fax: 0317-426206 Per mail: [email protected] Website: www.kinderopvang-wageningen.nl Ook bent u van harte welkom langs te komen op het kantoor aan de Ritzema Bosweg 37a. Wilt u een bezoek brengen aan een van de locaties, dan is dat uiteraard ook mogelijk. Wij verzoeken u dan wel vooraf een afspraak te maken (voor adressen en telefoonnummers van de opvanglocaties, zie website of vraag svp een informatiepakket aan).

- 27 -


6.

Schooltijden en vakanties

6.1

Overzicht vakanties en vrije dagen

alle groepen vrij:

6.2

De schooltijden

Groep 1 t/m 4 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag

Ochtend 8.30 - 12.00 8.30 - 12.00 8.30 - 12.15 8.30 - 12.00 8.30 - 12.00

uur uur uur uur uur

Groep 5 t/m 8 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag

Ochtend 8.30 - 12.00 8.30 - 12.00 8.30 - 12.15 8.30 - 12.00 8.30 - 12.00

uur uur uur uur uur

Middag 13.15 - 15.15 uur 13.15 - 15.15 uur 13.15 - 15.15 uur

Middag 13.15 - 15.15 uur 13.15 - 15.15 uur 13.15 - 15.15 uur 13.15 - 15.15 uur

Groep 1 t/m 4 heeft enkele extra vrije dagen per schooljaar; Voor feesten en andere activiteiten zie de “kalenderfunctie” op onze website: www.kardinaalalfrinkschool-skovv.nl 6.3 Aanvang lessen Alle groepen mogen ’s ochtends vanaf 8.20 uur de klas in en ’s middags vanaf 13.05 uur. Om 8.30 uur gaat de tweede bel en verlaten de ouders het gebouw zodat de lessen op tijd kunnen beginnen. ‘s Middags gaat om 13.10 uur en om 13.15 uur de bel. Vanaf 8.15 uur, 13.00 uur en tijdens het speelkwartier is er toezicht op het schoolplein door één of meerdere leerkrachten. 6.4 Verzuim / Bijzonder verlof Schoolverzuim of ziekmelding moet vóór schooltijd gemeld worden. Wilt u ook afspraken met de dokter, tandarts, orthodontist e.d. zoveel mogelijk op de woensdagmiddag of op een tijdstip na schooltijd maken? Kinderen vanaf vijf jaar zijn leerplichtig. Voor iedere halve of hele dag afwezigheid dient bijzonder verlof schriftelijk aangevraagd te worden bij de directie. Het verlof kan alleen verleend worden voor belangrijke gebeurtenissen, zoals: ondertrouw, huwelijk, geboorte in de eerste lijn, verhuizing, jubilea van huwelijk/werk, ernstige ziekte en overlijden, begrafenis, afstuderen/promoveren, communie of andere zwaarwegende (familiaire) redenen. De directie bepaalt of het bijzonder verlof geoorloofd is en reageert middels een schriftelijk besluit. Indien uw kind afwezig is zonder toestemming van de directie, wordt dit volgens de leerplichtwet aangemerkt als ‘ongeoorloofd verzuim’ en zal dit ook door ons als zodanig worden geregistreerd. Hiervan wordt door de directie melding gedaan aan de leerplichtambtenaar van de gemeente. De ouders lopen hiermee kans op een procesverbaal van de gemeente. Aanvraagformulieren voor bijzonder verlof zijn te verkrijgen bij de Schoolgids 2014-2015

- 28 -

administratie/directie. Eventueel kunt u het formulier ook downloaden van onze website. 6.5 Vervanging afwezige groepsleerkrachten Indien een leerkracht ziek is of om een andere reden niet in staat is de lessen te geven, zal de directie alles in het werk stellen tijdig een vervanger aanwezig te laten zijn. We maken hierbij gebruik van de digitale invalpool van SKOVV volledig actueel is. Indien dit niet mogelijk is, wordt vervolgens een aanwezige leerkracht zonder directe lesgevende taak aangewezen de lessen tijdelijk over te nemen. Wanneer ook dit niet mogelijk is, worden de kinderen van de betreffende groep verdeeld over de andere aanwezige groepen. Indien dit laatste ook niet goed mogelijk is, kunnen we beslissen de lessen, onder verantwoordelijkheid van een van de aanwezige leerkrachten, te laten verzorgen door een stagiair, een vrijwel afgestudeerde 4e jaars Pabo student. Wij kiezen er niet voor onbevoegde ouders de lessen tijdelijk te laten overnemen. In alle gevallen zullen we proberen te voorkomen dat groepen kinderen in het geheel geen les krijgen. Het kan echter voorkomen dat geen van de genoemde oplossingen mogelijk is. Dan kan het zijn dat we bij hoge uitzondering besluiten dat de betreffende kinderen tijdelijk geen les krijgen. Deze periode dient altijd zo kort mogelijk te zijn. Vooraf zullen wij dan de ouders inlichten. Indien er voor bepaalde kinderen thuis geen opvang is, worden zij op school opgevangen. Dit laatste geldt ook in geval van staking.

- 29 -


7.

Algemene zaken

7.1 Overblijfmogelijkheden Kinderen kunnen tussen de middag overblijven onder de zorg van vaste begeleiders (geen leerkrachten). U kunt overblijfbonnen of een abonnement kopen bij de TSO-coördinator. Meer informatie staat vermeld bij 5.10. Voor vragen en een informatieboekje kunt u terecht bij de TSO-coördinator (voor telefoonnummer zie telefoonlijst). 7.2 Vervoer van en naar school Gezien de beperkte ruimte in de fietsenstalling vragen wij dringend de leerlingen die in de Tarthorst wonen niet op de fiets naar school te laten komen. In verband met het parkeerverbod langs de voorzijde van de school verzoeken we u zo min mogelijk met de auto te komen. Komt u wel met de auto, parkeer dan achter de school in de parkeervakken naast de sporthal. 7.3 Hoofdluis De klassenouders controleren minimaal na elke vakantie alle kinderen van ‘hun’ klas op hoofdluis om verdere verspreiding te voorkomen. De Kardinaal Alfrinkschool bemiddelt bij het kopen van luizencapes (€10,-) of luizenzakken (€5,-). Wilt u aan ons doorgeven als u zelf bij uw kind hoofluis constateert. 7.4 Jeugdbladen /-boeken Via school kunnen kinderen een abonnement nemen op zes educatieve jeugdbladen:  Doremi voor groep 0, 1 en 2 (1x per veertien dagen)  Okki voor groep 3 en 4 (1x per veertien dagen)  Taptoe voor groep 5 t/m 8 (1x per veertien dagen)  Hello You voor groep 7 en 8 (1x per maand, Engelstalig)  Flo voor meisjes groep 6 t/m 8 (1x per veertien dagen)  National Geographic Junior voor groep 7 en 8 (1x per maand) Voor verdere informatie kunt u terecht bij de leerkracht. 7.5 Verjaardagen Als uw kind jarig is mag hij/zij natuurlijk trakteren in de klas. Wij vragen u echter dringend om de traktatie klein en gezond te houden. Informeer bij de groepsleerkracht naar eventuele allergieën van leerlingen. 7.6 Foto’s Foto’s die tijdens een activiteit gemaakt worden zijn te bekijken en na te bestellen via onze website: www.kardinaalalfrinkschool-skovv.nl/fotos. Mocht u vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met de groepsleerkracht of de ICTcoördinator (zie telefoonlijst).


- 30 -

8.

Contact

8.1

Adresgegevens

Kardinaal Alfrinkschool Tarthorst 292 6708 JH Wageningen

directeur: Mevr. M. Franken a.i.

T 0317-414749 E [email protected] Web www.kardinaalalfrinkschool-skovv.nl Bestuur: SKOVV Groenendaal 7 6715 BA Ede

Algemeen Directeur: Dhr. R.T. Welling

T 0318-640405 E [email protected] Web www.skovv.nl 8.2

Waar vindt u ons?

- 31 -


Voorwoord Dalton De 5 Daltonkernwaarden Dalton in de praktijk Vak- en kennisgebieden... 12

Recommend Documents