Schoolgids Instituut Meester Schats Noord
Voorwoord Voor u ligt de schoolgids 2012-2013 van het Instituut Mr. Schats Noord. Mr. Schats Noord is één van de scholen van Stichting Horizon. De schoolgids is een informatiebrochure voor de ouders en verzorgers van jongeren die leerling van Schats Noord zijn of worden. In deze gids treft u informatie aan over: Wie wij zijn; Voor welke jongeren onze school is bedoeld; Wat wij als school belangrijk vinden en wat u daar van merkt; Hoe we ons inzetten voor de kwaliteit van het onderwijs; Wat wij van u verwachten; Hoe we in gezamenlijkheid vormgeven aan het toekomstperspectief van uw kind; Hoe u uw zoon/dochter kunt aanmelden; Wanneer de vakanties zijn en .. over nog veel meer andere en praktische zaken. U krijgt deze gids bij aanvang van het schooljaar of in een kennismaking met de school. Aan het begin van een schooljaar en tijdens de kennismaking komt er veel informatie op u af. In deze gids kunt u alles nog eens rustig nalezen. We hopen dat u met deze gids een duidelijk beeld krijgt van Schats Noord. Mocht iets u niet duidelijk zijn, dan kunt u altijd terecht bij onze leerkrachten. Zij zijn bereid tijd voor u te nemen en zullen proberen uw vragen te beantwoorden. We hopen echt dat u gebruik maakt van deze mogelijkheid. Door elkaar te leren kennen, komt ons doel dichterbij: goed onderwijs voor uw kind zodat hij/zij zich kan ontplooien naar zijn/haar mogelijkheden. U kunt de leerkrachten het beste bereiken tussen 8:15 en 8:45 en na 15:00 uur. Over andere zaken, die niet direct betrekking hebben op de klassensituatie kunt u contact opnemen met de afdelingscoördinator.
Namens het team van Schats Noord Peter de Vaal, sectormanager J.J. du Prie, bestuurder Stichting Horizon
Instituut Mr. Schats Noord 04AD Van Enckevoirtlaan 129 3052 KR Rotterdam T. 010-4228876 E.
[email protected]
Voor meer informatie over onze school en de andere Horizonscholen kunt u ook terecht op www.horizon-jeugdzorg.nl NB: de inhoud van deze schoolgids is vastgesteld door de directie en de Raad van Bestuur van Horizon en heeft instemming van de oudergeleding van de medezeggenschapsraad.
1
Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 1.4 2
3
4
5
6
DE LOCATIE Doelgroep Visie en doelen Pedagogisch klimaat Schoolondersteuningsprofiel
4 4 5 7
LEERSTOFAANBOD 2.1 Perspectief 2.2 Leerstofaanbod 2.3 Toetsen en leerlingvolgsysteem 2.4 Rapporten 2.5 Groepsplan 2.6 Vrijstelling van onderwijsactiviteiten
8 8 10 11 11 11
ONDERWIJSRESULTATEN 3.1 Resultaten 3.2 Opbrengsten 3.3 Analyse van de opbrengsten
12 12 12/13
SCHOOLORGANISATIE 4.1 Aanmelding 4.2 Plaatsing 4.3 Locaties 4.4 Samenwerking met derden 4.5 Ambulante begeleiding 4.6 Roosterplanning 4.7 De functies en taken binnen de school 4.8 Leerlingenraad 4.9 Veiligheid 4.10 Speerpunten 2012-2013
14 14 14 15 16 17 18 19 19 20/22
ZORG VOOR LEERLINGEN 5.1 OPP 5.2 Commissie van Begeleiding (CvB) 5.3 Beëindiging plaatsing 5.4 Dossiervorming 5.5 Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 5.6 Kwaliteit 5.7 Bijzondere voorzieningen 5.8 Dyslexie 5.9 Schorsing en verwijdering OUDERS 6.1 Samenwerking met ouders 6.2 Ouderbijeenkomsten 6.3 Ondersteuning ouders 6.4 Nieuwsbrief 6.5 Medezeggenschap 6.6 Ouderraad 6.7 Vertrouwenspersoon 6.8 Klachtenregeling
23 23 23 24 25 25 26 27 27
28 28 30 31 31 31 31 32
2
7
8
9
PRAKTISCHE INFORMATIE 7. 1 Boeken en leermiddelen 7. 2 Sport 7. 3 Overblijven 7. 4 Schoolmelk 7. 5 Medicatie 7. 6 Verzekeringen 7. 7 Ouderbijdrage,schoolreis en overige kosten 7. 8 Vervoer 7. 9 Schoolregels/schoolreglement 7.10 Rookbeleid 7.11 Verzuim, afwezigheid en ziekmelding 7.12 Traktaties 7.13 Schoeisel 7.14 Speelgoed en gadgets 7.15 Waardevolle spullen 7.16 Gebruik mobiele telefoons 7.17 Zwemmen en gymnastiek
33 33 33 34 34 34 35 36 36 37 37 38 38 38 38 39 39
SCHOOLTIJDEN EN VAKANTIES 8.1 Schooltijden 8.2 Vakantierooster 2012-2013 8.3 studiedagen
40 40 40
Externe contacten 9.1 Schoolarts 9.2 Sponsoring 9.3 Zorginstanties 9.4 Overige contacten
41 41 41 41
BIJLAGE 1 BIJLAGE 2 BIJLAGE 3 BIJLAGE 4 BIJLAGE 5 BIJLAGE 6 BIJLAGE 7
AANMELDINGSPROCEDURE CLUSTER 4 ONDERWIJS MEDEWERKERS SCHOOLREGLEMENT JAARPLANNER GEMEENTELIJKE VEILIGHEIDSBEPALINGEN ADRESSEN AFKORTINGEN
42 43 44 47 48 49 50
3
1
De locatie
1.1
Doelgroep Het Instituut Mr. Schats Noord en Zuid zijn scholen voor primair cluster 4 onderwijs. De leeftijd van de leerlingen is van 4 t/m 12 jaar. Om met onze leerlingen tot onderwijs te komen moet er veel aandacht worden besteed aan pedagogische aspecten. Het geven van onderwijs blijft hoe dan ook centraal staan. De leerlingen die wij onder onze hoede krijgen, hebben primaire gedrags- en persoonlijkheidsproblemen, veelal voortkomend uit angst, gebrek aan basisveiligheid, en/of een verstoorde gezins- en opvoedingssituatie en/of organische problemen. Dit uit zich vaak in een overschrijding van de tolerantiegrens ten opzichte van de sociale omgeving. In wezen is er sprake van een conflict tussen het kind en zijn opvoedingsmilieu. Deze sociaal-emotionele problematiek gaat vaak samen met slechte schoolprestaties, geringe motivatie en slechte concentratie. Het gaat veelal om heel kwetsbare kinderen met een negatief zelfbeeld. De school ziet het als haar opdracht om deze in hun ontwikkeling bedreigde kinderen dusdanige onderwijsleersituaties aan te bieden, dat ze zich zowel in emotioneel, sociaal als cognitief opzicht zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. In onze visie vormt een positief zelfbeeld één van de belangrijkste fundamenten, waarop een kind kan bouwen aan zijn ontwikkeling. Vanuit een groeiend zelfvertrouwen leert een kind om te gaan met zijn omgeving.
1.2
Visie en doelen ‘Gewoon waar het kan en speciaal waar het nodig is’ Dit kenmerkt onze school het beste. Elk kind is van nature nieuwsgierig, wil zich ontwikkelen en ‘groot’ worden. Bij onze leerlingen lukt dat niet altijd meer op eigen kracht en zeker niet in het tempo en de aanpak van het regulier onderwijs. Wij willen bereiken dat onze leerlingen (weer) met plezier naar school gaan en dat zij gaan ervaren dat leren zin heeft en lukt. Dat naar school gaan en leren tot iets positiefs kan leiden. Goed cluster 4 onderwijs begint dan ook met het (h)erkennen van de specifieke vraag van de leerling: “Wat heb ik nodig om tot leren, tot ontwikkeling te komen? “Middels een duidelijke, gestructureerde werkomgeving met heldere en wederzijds geaccepteerde grenzen komen tot een werkhouding en interesse die de ontwikkeling van de eigen vaardigheden en kennis mogelijk maakt. De grondgedachte is dat de één de ander als persoon accepteert. Dat betekent voor ons dat bij ongewenst gedrag niet de leerling maar zijn gedrag wordt bekritiseerd of veroordeeld. Sfeer is van grote invloed op de manier waarop de leerlingen de school beleven. Binnen de school gelden eenduidige, transparante omgangs- en gedragsregels die er voor moeten zorgen dat iedereen er zich veilig voelt.
Wij willen leerlingen voorbereiden op terugkeer naar het reguliere (speciaal) basisonderwijs of doorstroming naar regulier- of speciaal voortgezet onderwijs. Ons doel is tevens het begeleiden van de leerlingen naar een harmonieuze
4
persoonlijkheid en naar een grotere zelfredzaamheid om zich bij verder onderwijs en in de maatschappij zo zelfstandig mogelijk te kunnen bewegen. 1.3
Pedagogisch klimaat Wij gaan volledig voor een prettig leer- en leefklimaat. In de EVO (enquête voor het onderwijs) van 2010 scoorde onze school een 8,6! Dat betekent dat kinderen zich over het algemeen prettig voelen op onze locatie. Daar zijn we heel trots op! Adaptief onderwijs en Handelings Gericht Werken vormen het uitgangspunt bij het onderwijsaanbod en de manier van lesgeven. Dit houdt in dat er goed wordt gekeken naar de individuele mogelijkheden en beperkingen van leerlingen; de leerlingen worden zoveel mogelijk op hun eigen niveau aangesproken. Het lesprogramma maar ook de klassenindeling zijn hierop afgestemd. Binnen de school wordt er gewerkt met drie verschillende klimaten met elk hun eigen aanpak. Elke groep werkt aan de hand van hun eigen groepsplan. Iedere leerling heeft zijn eigen ontwikkelingsperspectief (OPP) waar de individuele doelen voor deze leerling en zijn/haar omgeving in worden vastgesteld. Dit zijn doelen op allerlei gebieden (dus voor het kind, gezin, school/werk, omgeving of hulpverlening) en deze worden samen met ouder(s) vastgesteld en geëvalueerd. (zie ook onder punt 5.1) Jonge kinderen Op de locatie Noord is er een groep voor jonge kinderen in de leeftijd van 4 t/m 7 jaar. De klas bestaat uit maximaal 12 leerlingen. In deze groep wordt met name gewerkt aan de leervoorwaarden, taakgerichtheid, sociale vaardigheden en spelontwikkeling/ samenspel. Alle leerlingen uit deze groep werken met een ontwikkelingsperspectief(OPP). Momenteel is dit een ‘gemengde’ kleutergroep wat betekent dat in deze groep zowel kinderen met een stoornis binnen het autisme spectrum (ASS) als kinderen met een andere gedrags- of persoonlijkheidsstoornis zitten. Zodra kinderen de leeftijd hebben om naar groep 3 te gaan, is de diagnose leidend bij de beslissing naar welk klimaat het kind zal doorstromen. Ook is dan van belang of een kind normaal lerend danwel (zeer) moeilijk lerend is. Omdat binnen het speciaal onderwijs van Horizon in Rotterdam momenteel alleen op locatie Noord een kleutergroep bestaat, betekent dit dat ook jonge kinderen die in Rotterdam-Zuid wonen naar locatie Noord gaan om te ‘kleuteren’. Vanaf het moment dat een leerling naar groep 3 verhuist is de woonplek leidend voor de toegewezen school. Een leerling die op Zuid woont en van groep 2 (locatie Noord) naar groep 3 gaat, zal dus verhuizen naar locatie Zuid.
Individueel gerichte klassen Dit schooljaar zijn er drie klassen met een individueel klimaat voor leerlingen van 6 t/m 12 jaar. Deze klassen bieden een passende onderwijsomgeving voor leerlingen met een stoornis binnen het autistisch spectrum of wanneer sprake is van
5
(gedrags)problematiek waarbij de onderwijsbehoefte ligt bij een individueel gericht klimaat. De klas heeft een grootte van gemiddeld 12 leerlingen. Er wordt een individueel klimaat neergezet, waarin voorspelbaarheid, veiligheid en structuur voorop staan. De leerlingen hebben, waar nodig, een individuele werkplek en werken met een rooster dat is afgestemd op het individuele niveau. De leerkracht en klassenassistent geven instructie en uitleg aan de instructietafel. In de klas wordt speciale aandacht gegeven aan de ontwikkeling sociale vaardigheden en het vergroten van de sociale omgeving waarbij rekening wordt gehouden met de beperkingen van de leerlingen vanuit hun stoornis. De ontwikkeling van de leerlingen wordt gevolgd en gestuurd aan de hand van een ontwikkelingsperspectief. Groepsgerichte klassen Dit schooljaar zijn er 3 groepsgerichte groepen. In deze groepen zitten gemiddeld 12 á 13 leerlingen van 6 t/m 12 jaar. Leerlingen met verschillende vormen van gedragsproblemen vinden hier een passende onderwijsomgeving. In deze klassen wordt zoveel mogelijk gewerkt aan de kerndoelen van het basisonderwijs, maar zeker ook aan sociaal-emotionele vorming, sociale vaardigheden en samenspel. Technisch lezen, spelling- en rekenonderwijs wordt gegeven in klas-overstijgende niveaugroepen. Dit betekent dat kinderen deze vakken soms in de naastgelegen klas volgen, omdat deze groepen op niveau zijn geclusterd. Hierdoor kan iedere leerling deze vakken volgen op zijn/ haar eigen niveau. In deze groepsgerichte klassen heerst een duidelijke structuur en wordt er gewerkt met heldere regels. Intensief arrangement Indien uit toetsing blijkt dat een kind didactisch intensiever begeleid moet worden, zal deze leerling een intensiever arrangement aangeboden krijgen. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat hij in een leesgroepje terecht komt wat dan ten koste gaat van een samen te bepalen minder noodzakelijk lesmoment. Radar In de hele school wordt gewerkt met het RADAR-systeem. Dit systeem is erop gericht agressie te voorkomen en deze in een vroeg stadium te herkennen. Leerlingen leren hiermee inzicht te krijgen in hun eigen emoties en het daaruit voortvloeiende gedrag. We werken met kleuren groen > oranje > rood > paars, wat de emotionele toestand van iemand figureert. ‘Groen’ hoort bij lekker in je vel zitten en ‘paars’ is de vorm waarin iemand erg boos is. Kinderen leren aan om zodra de kleur verandert, hierop te sturen. Per kind zijn hiervoor manieren bedacht en beschreven in het OPP. Inzicht in je emoties en je gedrag is een eerste aanzet tot het verkrijgen van grip op je gedrag. Dit schooljaar zal intensief worden gewerkt met deze RADAR-trap. Ook zullen schoolbreed metingen en analyses plaatsvinden op het vóórkomen van agressie. Beloningssysteem Om de leerlingen te motiveren maar zeker ook om de leerlingen te betrekken bij hun OPP werken wij met een ‘bonussysteem’. Iedere dag kunnen de leerlingen bonuspunten (bij jonge kinderen stickers) verdienen waarbij er met name wordt gekeken naar gedrag en werkhouding. De aandachtspunten komen voort uit het individuele Ontwikkelings Perspectief Plan (OPP voorheen het Handelingsplan) Het bijhouden van deze bonuspunten is een dagelijks ritueel en heeft als doelstelling de leerlingen extra te motiveren en positieve ervaringen op te laten doen. Tevens leren de leerlingen kritisch te kijken naar hun eigen gedrag. De behaalde bonuspunten kunnen de leerlingen ‘inruilen’ voor leuke activiteiten.
6
1.4
Schoolondersteuningsprofiel De school beschikt over een begeleidingsteam dat zich ten doel stelt de leerlingen en de ouders zoveel en zo goed mogelijk te ondersteunen bij de verschillende en vaak zo complexe hulpvragen op gebied van onderwijs en opvoeding. De school heeft een commissie van begeleiding die gevormd wordt door de volgende functionarissen: de gedragswetenschapper, de intern begeleider, de maatschappelijk deskundige, de schoolarts en de afdelingscoördinator als voorzitter van de commissie. Deze commissie komt wekelijks bij elkaar en werkt volgens een vaste agenda. Een belangrijk onderdeel van de vergadering is vanzelfsprekend de voortgang van de ontwikkeling van de leerlingen. Leerlingen met specifieke zorgvragen worden besproken met de bedoeling om de hulpvraag zo helder mogelijk te krijgen. Vervolgens worden er dan afspraken gemaakt met leerkrachten en ouders om tot een goed plan te komen. De commissie heeft de mogelijkheid externe partners uit te nodigen op dit overleg. Schooladviesdiensten zoals het CED, of het diagnostisch team van Horizon kunnen bijvoorbeeld geconsulteerd worden om te komen tot een maximale ondersteuning. Binnen het kader van passend onderwijs is de school bezig te komen tot een zgn. ZAT. Een zorg- en adviesteam waarbinnen zoveel mogelijk ketenpartners in vertegenwoordigd zijn. Vooral bij doorverwijzing naar de specifieke zorgaanbieders kan dit ZAT een belangrijke rol spelen. Ook zal dit team een belangrijke rol gaan spelen bij de doorverwijzing naar ander onderwijs als dat gewenst is. Speltherapie Kinderen welke bijvoorbeeld problemen hebben met emotieregulatie kunnen op onze locatie in therapie bij de speltherapeute. Dit zal zijn op advies van de Commissie van Begeleiding en in overleg met de leerling en zijn/haar ouders. Rots en water Onze vakleerkracht gymnastiek wordt komend jaar opgeleid tot ‘Rots en Water’ trainer. Deze agressie-regulatietraining wordt aangeboden aan alle schoolverlaters en aan individuele leerlingen op advies van de CvB.
7
2
Leerstofaanbod
Het onderwijs van Horizon kent een breed onderwijsprogramma. Het accent ligt op betekenisvol en motiverend leren. Leren door doen neemt een belangrijke plaats in. In ons onderwijsaanbod sluiten we waar mogelijk aan bij het regulier onderwijs. Het onderwijsleerklimaat richt zich zowel op het ondersteunen van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de jeugdige als op het stimuleren en ontwikkelen van de didactische vaardigheden. Het behalen van certificaten en diploma’s is daarbij van belang. De kerndoelen van het speciaal onderwijs zijn uitgangspunt bij vaststellen van het groepsplan. De wijze waarop de vormgeving van het aanbod binnen het onderwijs (en ook binnen de zorg) wordt geboden, is ingegeven door een aantal leidende principes/uitgangspunten: -
2.1
integratie zorg en onderwijs systeemgericht vraag- en dialooggericht doelgericht / resultaatgericht zeggenschap van ouders en jeugdigen één jeugdige, één plan
Perspectief In Nederland bestaan er de volgende niveaus van vervolgonderwijs na de basisschool: Praktijkonderwijs VMBO-Basis VMBO-Kader VMBO-Gemengd VMBO-Theoretisch HAVO VWO
Sommige voortgezet onderwijsscholen bieden een gemengde vorm van bovengenoemde niveaus aan. Of uw kind aan het eind van groep 8 naar het reguliere voortgezet onderwijs gaat dan wel het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) wordt vooral bepaald door de gedragskenmerken en niet door de didactische resultaten. 2.2
Leerstofaanbod Ons onderwijsaanbod is vastgesteld aan de hand van de wettelijk vastgestelde kerndoelen. Op onze school werken we met uitstroomverwachtingen. In de praktijk betekent dit dat we voor uw zoon/dochter vanaf de leeftijd behorende bij eind groep 4, begin groep 5 basisonderwijs een inschatting maken naar welk niveau van vervolgonderwijs we verwachten dat uw kind na groep 8 door kan stromen. Het verwachte uitstroomniveau bepaalt de leerdoelen en daarmee het onderwijsaanbod voor uw zoon/dochter tot aan het eerste moment dat hij/zij weer getoetst wordt. We werken voor alle vakken met gangbare basisschoolmethoden, zoals die ook op reguliere basisscholen worden gebruikt.
8
Ontwikkelingsprocessen groep 1 en 2: Taalontwikkeling: Er wordt gewerkt aan de uitbreiding van de woordenschat, de zinsbouw, de zinslengte en het verhogen van het taalniveau. Dit doen we middels de methode Schatkist. De taalontwikkleing wordt gestimuleerd door o.a.: voorlezen, boekjes lezen, vertellen, klassengesprekken over zelfgekozen thema’s (kerst, jaargetijden, schoolfeest,etc.) waarin we veel nieuwe woorden en begrippen kunnen aanleren, gesprekken, poppenkast, toneelstukjes en taalspelletjes. Sociaal-emotionele ontwikkeling: Samen leren spelen, conflicten oplossen, zich kunnen houden aan regels en afspraken, naar elkaar luisteren, het leren uiten van gevoelens en het omgaan daarmee en rekening houden met elkaar. Ontwikkeling van de zintuigen: De twee belangrijkste nader uitgewerkt: Zien: vormen leren onderscheiden, kleuren leren zien, van globaal naar kleine details leren zien. Horen: luisteropdrachten in spelvorm, in de luisterhoek, bij muziek. Motorische ontwikkeling: Grove motoriek: de ontwikkeling hiervan ontstaat door: het buitenspel( rennen, fietsen, sjouwen, klimmen, enz.), werken met grote blokken, groot constructiemateriaal, tijdens kleutergym en spelles. Fijne motoriek: o.a. bij tekenen, verven, kleien, bouwen met kleine blokjes, fijn constructiemateriaal, puzzelen, knippen, plakken Zelfstandigheid: Hieraan wordt veel aandacht besteed. Zelf je materialen pakken, opdrachten uitvoeren, opruimen, naar het toilet gaan, aan- en uitkleden, het werken met het planbord. Concentratie: Steeds langer geconcentreerd kunnen luisteren, je langer kunnen concentreren op je werk: eerst bij zelf gekozen onderdelen, later bij opdrachten. In groep 2 komen, naast de genoemde onderdelen, aan bod: Voorbereidend lezen: o.a. Rijmen, klanken kunnen onderscheiden, samengestelde woorden klappen. Voorbereidend rekenen: Meer/minder tellen, cijfers herkennen, eerste/laatste,enz. Voorbereidend schrijven: Het kunnen maken van de 5 schrijfpatronen waaruit ons schrift is opgebouwd. Er wordt ook gewerkt op de computer. Hierop doen de kinderen taalspelletjes, rekenopdrachten, puzzelopdrachten, enz. Dit alles op een speelse manier. Vanaf groep 3 maken we gebruik van de volgende methoden: Rekenen: Wis en reken Technisch Lezen: Veilig Leren Lezen en Estafette Begrijpend lezen: Nieuwsbegrip
9
Taal: Spelling: Sociaal Emotionele Ontwikkeling W.O.: Engels
2.3
Taaltrapeze Spelling in de lift + samengestelde pakketten uit diverse andere methodieken Leefstijl Argus Clou Hello World
Toetsen en leerlingvolgsysteem Een toets is een manier om te controleren of een leerling vooruit gaat in kennis en vaardigheden dan wel stil staat of in het slechtste geval achteruit gang laat zien. Twee keer per jaar (januari/februari en mei/juni) wordt er bij alle leerlingen voor de vakken technisch lezen, begrijpend lezen, spelling, woordenschat en rekenen een Cito-toets afgenomen. De resultaten van zowel deze als de methodegebonden toetsen worden geregistreerd in het individuele ontwikkelingsperspectief (OPP). Dit plan wordt twee keer per jaar met ouders/verzorgers besproken. De resultaten worden ook altijd met de leerling besproken. In dit OPP wordt ook het verwachte uitstroomniveau beschreven. De inschatting van het uitstroomniveau gebeurt op basis van minimaal drie toetsmomenten voor de bovengenoemde vakken. De school gebruikt hiervoor zowel het leerlingvolgsysteem van Cito als de methodegebonden toetsen. Laatst genoemden zijn de toetsen die horen bij de methoden van de verschillende vakken. Cito adviseert om de “Entreetoets Eind groep 7” eind groep 7 of aan het begin van groep 8 af te nemen. Wij hebben er als school voor gekozen dit in september van groep 8 te doen. In februari wordt ook nog de landelijke Eindtoets voor groep 8 afgenomen. De gedragswetenschapper neemt in die periode ook een klassikale test af die de cognitieve capaciteiten meet van een leerling (NIO). Sociaal Emotionele Ontwikkeling In 2012 werd SEOL geïntroduceerd, een leerlingvolgsysteem wat inzicht verschaft in de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Enkele keren per jaar vullen de leerkracht, de ouders en de leerling zelf een lijst met vragen in. De uitkomsten ervan worden besproken en verwerkt in het OPP.
10
2.4
Rapporten Drie keer per jaar ontvangt uw kind een rapport met daarin de ontwikkelingsgegevens op zowel pedagogisch als didactisch gebied. Doordat u twee keer per jaar een OPP bespreking heeft op school, zal het rapport geen verassingen bevatten. Mochten er naar aanleiding van de inhoud toch behoefte zijn voor een rapportbespreking dan wordt deze georganiseerd. De rapporten worden meegegeven in de week voor de kerstvakantie, de week voor de paasvakantie en de laatste schoolweek voor de zomervakantie. Om het rapport steeds aan te vullen dienen de ouders deze weer binnen drie weken af te geven op school. Uitgezonderd het laatste rapport. Er zijn geen zogenaamde 10 minuten gesprekken. Wij geloven dat als we iets willen bespreken we er ruim de tijd voor moeten nemen. Hiertoe wordt dan doorgaans een losse afspraak gemaakt.
2.5
Groepsplan Onze algemene doelstelling is om leerlingen door te laten stromen naar een meer reguliere vorm van (vervolg) onderwijs of naar het VSO (Voortgezet Speciaal Onderwijs). Dit doen wij door de leerling via een specifieke benadering tot optimale leerprestaties te brengen binnen een speciaal daarvoor gecreëerd pedagogisch en didactisch klimaat. De doelen worden omschreven in het groepsplan. Dit groepsplan wordt in zijn geheel tweemaal per jaar geëvalueerd in samenspraak met de leerkracht, intern begeleider en de gedragswetenschapper. Waar nodig wordt het groepsplan aangepast gericht op de behoeften van de huidige groep. Daarnaast wordt het groepsplan per leerling geëvalueerd en waar het groepsplan afwijkt van de individuele behoeften van de leerling wordt er een individueel OPP opgesteld. Momenteel wordt binnen Horizon hard gewerkt aan de verdere ontwikkeling van groepsplannen.
2.6
Vrijstelling van onderwijsactiviteiten U kunt vrijstelling vragen van deelname van uw kind aan bepaalde onderwijsactiviteiten op school. Leerlingen van scholen moeten in principe aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten deelnemen. Het bevoegd gezag van de school bepaalt op welke gronden vrijstelling wordt verleend en welke onderwijsactiviteit er voor in de plaats komt.
11
3
Onderwijsresultaten
3.1
Resultaten Zoals hierboven verteld volgen we de leerresultaten van de leerlingen aan de hand van het Cito leerlingvolgsysteem en de methodegebonden toetsen. Elk half jaar worden in het OPP de laatste resultaten genoemd. Alle leerlingen sluiten de school af met een certificaat. De sociaal emotionele vorming wordt gevolgd via het SEOL. Meer hierover verderop in deze gids.
3.2
Opbrengsten Uitstoom schooljaar 2011-2012 Praktijkonderwijs: 1 VMBO-Basis: 10 VMBO-Kader: 2 VMBO-Gemengd/Theoretisch: 6 Havo/VWO: 1 Regulier voortgezet onderwijs: 7 Voortgezet Cluster IV-onderwijs: 13
3.3
Analyse van de opbrengsten CITO Op alle hoofdvakken (technisch lezen, rekenen, spelling en begrijpend lezen) zijn bijna alle individuele leerlingen voorruit zijn gegaan. Omdat de CED (Centrum Educatieve Diensten) nog geen analyse heeft gemaakt, is er nog geen zicht op de verschillen met het landelijk gemiddelde. We hebben dit jaar voor het eerst Cito woordenschat afgenomen, die resultaten vielen erg tegen. Hieruit blijkt dat de woordenschat van onze leerlingen ondermaats is. Dit wordt een belangrijk doel voor volgend jaar. Dit jaar hebben we voor het eerst meegedaan met de Eindtoets van Cito. Begrijpend lezen In het plan hadden we onszelf voor begrijpend lezen het volgende doel gesteld: Begrijpend leesprestaties: a) minimaal 75% van de leerlingen behaalt eind groep 8 het niveau midden groep 7 of hoger b) maximaal 10% van de leerlingen behaalt eind groep 8 niet minimaal het niveau eind groep 5 Kijkend naar de huidige schoolverlaters (22 lln) hebben 12 van hen (54%) doelstelling a behaald. Vijf leerlingen (22%) hebben helaas de minimale doelstelling van niveau eind groep 5 niet behaald. De gestelde doelstellingen met betrekking tot begrijpend lezen zijn dus dit schooljaar niet gehaald. De oorzaak hiervan leggen wij bij het feit dat veel van onze leerlingen moeite hebben met de vraagstelling binnen de Cito toetsen. Komend schooljaar zullen kinderen meer oefenen met deze manier van vragen stellen.
12
Technisch lezen In het plan hadden we onszelf het volgende doel voor technisch lezen gesteld: Leesprestaties: a) minimaal 75% van de leerlingen behaalt eind groep 8 AVI-plus b) maximaal 10% van de leerlingen behaalt eind groep 8 niet leesniveau AVI-M6 Kijkend naar de huidige schoolverlaters (22 lln) kunnen we vaststellen dat 50% van hen (11 lln) AVI-Plus niveau beheersen bij het verlaten van de basisschool. Doelstelling a is niet behaald. Zeven leerlingen van de totale groep schoolverlaters (31%) heeft doelstellingen b niet behaald. Hiervan hebben echter 6 leerlingen dyslexie en zij hebben op individueel niveau zeker wel vooruitgang geboekt.
Rekenen In het plan hadden we onszelf het volgende doel voor rekenen gesteld: Rekenprestaties: a) minimaal 75% van de leerlingen behaalt eind groep 8 net niveau midden groep 7 of hoger b) maximaal 10% van de leerlingen behaalt eind groep 8 niet minimaal het niveau eind groep 5 Kijkend naar de huidige schoolverlaters (22 lln) kunnen we vaststellen dat 77% van hen (17 lln) bij het verlaten van de basisschool het rekenniveau van midden groep 7 of hoger beheersen. Doelstelling a is behaald. Slechts 2 leerlingen van de 22 schoolverlaters (0.09%) hebben het niveau van eind groep 5 niet behaald. Beide doelstellingen zijn dit schooljaar voor rekenen dus behaald. Toetsing van de doelstelling In het plan hadden we onszelf voor spelling het volgende doel gesteld: Spellingsvaardigheden:
a) minimaal 75% van de leerlingen behaalt eind groep 8 het niveau midden groep 7 of hoger b) maximaal 10% van de leerlingen behaalt eind groep 8 niet minimaal het niveau eind groep 5 Van de 22 schoolverlaters hebben 10 van hen (45%) doelstelling a behaald. Zes leerlingen (27%) hebben helaas de minimale doelstelling van niveau eind groep 5 niet behaald. De gestelde doelen met betrekking tot spelling zijn dus dit schooljaar voor de schoolverlaters niet gehaald. Oorzaak hiervan ligt dit jaar voornamelijk bij het grote aantal leerlingen (6) waarbij de diagnose dyslexie is vastgesteld.
13
4
Schoolorganisatie
4.1
Aanmelding De aanmelding voor clusterscholen verloopt via een speciale route en verschillende instanties. Om onderwijs te kunnen/mogen volgen aan een cluster school (voor Horizon betreft dat cluster 4) is een beschikking nodig van de Commissie van Indicatiestelling (CvI). Zo’n beslissing heet een beschikking. Voor ouders die informatie willen over cluster 4 onderwijs of direct hun kind willen aanmelden heeft Horizon een centraal aanmeldpunt: ‘Bureau Instroom Horizon’. Afhankelijk van uw voorkeur kunt u telefonisch contact opnemen of u kunt direct een aanmeldingspakket downloaden van de website: www.horizon-jeugdzorg.nl Het Bureau Instroom is als volgt te bereiken: Postadres: Postbus 37056 3500 LB Rotterdam 010-2854776 Telefonisch spreekuur: maandag t/m vrijdag van 9.00 -11.00 uur
[email protected] Bezoekadres: Mozartlaan 150 3055 KM Rotterdam Voor de verdere procedure rond de aanmelding, verwijzen wij u naar bijlage 1 ‘aanmeldingsprocedure’.
4.2
Plaatsing Alle scholen zijn bij de wet (Wet op het Onderwijsnummer) verplicht om van alle leerlingen het burgerservice-nummer op te nemen in de leerling-administratie. Bij nieuwe aanmeldingen wordt dat geregeld bij inschrijving van de leerling. Inschrijving vindt plaats wanneer een leerling op het plaatsingsoverleg aan de betreffende locatie is toegewezen. De ouders krijgen daarover een brief van Bureau Instroom. De afdelingscoördinator zal vervolgens een intakegesprek plannen. Ouders en kind (evt ook voogd of andere betrokkenen) worden uitgenodigd op school voor een gesprek met de gedragswetenschapper en de afdelingscoördinator. Afhankelijk van de leeftijd van de leerlingen zal het kind de eerste keer wel of niet meekomen. Kinderen vanaf groep 3 worden getest door de intern begeleider. Dit is nodig om hem/haar in de juiste niveaugroep te plaatsen. Tijdens de intake zal informatie worden uitgewisseld welke nodig zijn voor het tot stand komen van het eerste OPP. Informatie uit het dossier zal hiertoe ook worden gebruikt. Hulpvragen worden verder onderzocht en alle logistieke punten worden besproken. Ook zal een intentieverklaring worden ondertekend door alle partijen waarin de wederzijdse verwachtingen staan benoemd.
4.3
Locaties Inst. Mr. Schats bestaat uit de locatie Noord aan de Van Enckevoirtlaan 129, 3052 KR te Rotterdam-Schiebroek en Zuid aan de Hollands Tuin in de wijk Oud-IJsselmonde. Beide locaties zijn onderdeel van stichting Horizon. De school is vernoemd naar de heer Schats, die op 1 april 1941 zijn intrede deed bij de toenmalige afdeling ‘Vakontwikkeling’ en Sociale Jeugdzorg van het departement van Sociale Zaken en Volksgezondheid. Hij werd in het bijzonder belast met de selectie en de plaatsing van de deelnemers aan de kampen voor jeugdige werklozen. Bij de uitoefening van zijn functie kwam de heer Schats al zeer spoedig tot de 14
gedachte dat het kampwerk meer dienstbaar zou moeten worden gemaakt aan de zorg voor de bedreigde jeugd. Na de Tweede Wereldoorlog werden zijn ideeën gerealiseerd: onder het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, later onder het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk ontwikkelde het kampwerk zich tot de bijzondere jeugdzorg in internaatsverband. Tot ongeveer 1985 waren er ook nogal wat leerlingen van onze school, die voor maximaal een half jaar, op vrijwillige basis, in deze internaten werden geplaatst. Mr. A.J.M. Schats overleed in 1968. Om zijn naam voort te laten bestaan werd in 1970 bij de in gebruik name van de huidige locatie aan de Van Enckevoirtlaan besloten om de naam van de school in Instituut Mr. Schats te wijzigen. Tot 1 oktober 1970 heette de school A.H. Franckeschool. Voor deze naam was al bij de stichting van de school, in april 1915, gekozen. Bereikbaarheid: Op loopafstand van metrostation Melanchtonweg en tramhaltes Wilgensingel en Bergpolderplein.
4.4
Samenwerking met derden Sinds de nieuwe wet van 2003 is Nederland verdeeld in regio’s elk met een Regionaal Expertise Centrum (REC). De Horizonscholen maken onderdeel uit van het Expertise Centrum Speciaal Onderwijs (ECSO), een gezamenlijk regionaal expertise centrum voor zowel cluster 3 (Noord Holland Noord) als cluster 4 scholen (Rijndrecht). De REC scholen bieden ook ondersteuning aan het regulier onderwijs in de vorm van ambulante begeleiding. Indien nodig worden externe instanties ingeschakeld om bij te dragen aan de oplossing van een hulpvraag. Zorg Advies Team Onze school is een samenwerkingsverband aangegaan met andere instanties binnen een zogenaamd Zorg Advies Team (ZAT). In dit team wordt casuïstiek besproken, geanonimiseerd, met als doel te komen tot een goed antwoord op een hulpvraag. Wanneer leerlingen worden besproken gaat dit in overleg met de ouders. Zij kunnen ook bij het overleg aanwezig zijn indien gewenst. Enkele ZAT partners zijn: Raad vd Kinderbescherming, bureau Jeugdzorg, Leerplicht, stichting MEE, cluster 2- en cluster 3 onderwijs, politie, WSNS, en het CJG,
15
Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) bij u in de buurt is dé plek waar ouders/verzorgers, kinderen, jongeren en professionals terecht kunnen met vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien. Er werken jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, doktersassistente, gezinscoaches, pedagogen en andere deskundigen. Op school Na plaatsing op het speciaal (basis)onderwijs, krijgt uw kind een gezondheidsonderzoek op school of op de CJG-locatie. Dit vindt niet plaats als uw kind onlangs uitgebreid is onderzocht op het CJG. De groei, ogen en gehoor worden gecontroleerd. Met de jeugdarts bespreekt u de gezondheid, groei, ontwikkeling en gedrag van uw kind en hij/zij verricht een lichamelijk onderzoek. De jeugdarts wil op deze manier samen met u inzicht krijgen in de ontwikkelingsmogelijkheden van uw kind en stimuleren dat uw kind zo goed mogelijk kan functioneren op school en later in de maatschappij. Daarnaast neemt de jeugdarts deel aan de overleggen van de Commissie van Begeleiding of het Zorg- en Adviesteam (ZAT) van de school. In het jaar dat kinderen 9 jaar worden, krijgen zij een herhaling van de vaccinaties DTP en BMR. Bovendien krijgen meisjes in het jaar dat ze 13 jaar worden een oproep van het CJG om zich te laten vaccineren tegen baarmoederhalskanker. Deze HPVvaccinatie wordt drie keer gegeven. Deze inentingen zijn gratis en niet verplicht. Afspraken en oproepen over deze inentingen gaan geheel buiten school om. Contact De jeugdarts van Mr. Schats is I. van der Meer-Spanjer. Zij is te bereiken via CJG Hillegersberg/Schiebroek, Hectorstraat 17 telefoon 010-4444607. Kijk voor meer informatie op www.cjgrijnmond.nl of bel met de Opvoedlijn: 0102010110. BOS Wij proberen jaarlijks via het BOS2 traject van WSNS(Weer Samen Naar School) tijdelijk leerlingen te plaatsen op onze school, welke door omstandigheden niet op hun eigen school onderwijs kunnen volgen. Gedurende een periode van 13 weken wordt deze leerling geobserveerd teneinde een goed schooladvies te kunnen geven. Na 13 weken gaat deze leerling met het advies terug naar de school van herkomst. 4.5
Ambulante begeleiding Door de Ambulante Onderwijs Dienst van Horizon wordt, als brug tussen het Horizon cluster 4 onderwijs en het regulier onderwijs, ambulante begeleiding verzorgd. Deze ambulante begeleiding is bedoeld om plaatsing in het cluster 4 onderwijs te voorkomen of om terugplaatsing naar regulier onderwijs te ondersteunen. De ambulante begeleider van Horizon begeleidt een collega en/of de leerling in het regulier onderwijs. Daarbij worden de volgende vormen van ambulante begeleiding onderscheiden:
Ambulante begeleiding voor wachtlijstleerlingen: dit zijn leerlingen die toegelaten zijn tot een Horizonschool maar voor wie nog geen plaats is. Ambulante begeleiding voor leerlingen die teruggeplaatst worden naar het regulier (speciaal) basisonderwijs of voortgezet onderwijs. Ambulante begeleiding voor leerlingen met een cluster 4 indicatie die onderwijs volgen op een reguliere school (de zogenaamde ‘rugzakleerlingen’).
Naast de begeleiding op leerlingniveau richt de Ambulante Onderwijs Dienst van Horizon zich op de deskundigheidsbevordering van ouders, schoolteams en samenwerkings16
verbanden. Uit de ‘rugzakgelden’ kunnen specialistische modules en diensten worden ingekocht. Ook op deze wijze wordt de zorg voor leerlingen vorm gegeven. 4.6
Roosterplanning We bieden per week 25,50 onderwijsuren aan. (groepen 1 en 2 hebben vanaf de herfstvakantie geen onderwijs op woensdag) Met 40 onderwijsweken brengt dat het totaal op 1020 onderwijsuren. Wij doen er alles aan om deze belangrijke onderwijstijd zo optimaal mogelijk te benutten. Bij ziekte zal zoveel mogelijk de onderwijsassistent de leerkracht waarnemen. Het kan echter ook voorkomen dat leerlingen moeten worden verdeeld over andere klassen. Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een jaarplanning met daarop de dagen waarop er geen school is ivm feesten/studiedagen of vakanties. Deze is zo zorgvuldig mogelijk samengesteld maar altijd onder voorbehoud van wijzigingen.
4.7
De functies en taken binnen de school
sectormanager
afdelingscoördinator
groepsleraren
onderwijsassistenten schoolassistent
conciërge intern begeleider
gedragswetenschappers
schoolmaatschappelijk deskundige
vakleraar l.o.
Is eindverantwoordelijke voor de algehele gang van zaken in de school, zowel onderwijsinhoudelijk, organisatorisch als financieel voor de drie SO-locaties van Horizon in Rotterdam. De sector manager is voorzitter van het coördinatieteam van het Onderwijs Rotterdam SO, een beleidsvoorbereidend en uitvoerend lichaam. Is op de locatie verantwoordelijk voor het onderwijs en het team Hij is voorzitter van de Commissie van Begeleiding (CvB) Zij verzorgen de onderwijsprogramma’s in de groep en begeleiden de leerlingen gedurende de schooldag. Zij zijn verantwoordelijk voor de handelingsplannen van de leerlingen. Zij bieden ondersteuning in de groepen. (niet overal aanwezig) Hij /zij voert huishoudelijke taken uit en biedt didactische en logistieke ondersteuning. Verzorgt de praktische taken binnen de school, variërend van technisch tot huishoudelijk. Ondersteunt en adviseert groepsleraren. Is verantwoordelijk voor de didactische toetsen en de leerlingvolgsystemen, zoals het CITO Is lid van de CvB. Ondersteunen en adviseren de groepsleraren Verantwoordelijk voor de handelingsgerichte diagnostiek Zijn lid van de CvB. Brengt de schoolsituatie en het sociale milieu van het kind met elkaar in contact. Heeft een begeleidende maar ook verwijzende taak. Is lid van de CvB. Verzorgt het vak gymnastiek en geeft incidenteel motorische remedial teaching.
17
4.8
administratief medewerkster
Ondersteunt administratief.
ambulant begeleider
(niet op de locatie aanwezig) Begeleidt leerlingen in de voorzorg en in de nazorg.
speltherapeut (Schats Noord) schoolarts
Werkt binnen de speltherapie gericht aan persoonlijke doelstellingen. voert periodiek of op aanvraag medisch onderzoek uit. Is lid van de CvB
Leerlingenraad De leerlingenraad van Schats Noord bestaat nu ruim 6 jaar. De laatste 4 schooljaren wordt de Raad door twee vaste mensen begeleid. (De ib-er en de speltherapeut) Hierdoor is continuïteit ontstaan en is de Raad gegroeid qua vorm en inhoud. Vorm: Iedere klas levert voor een heel schooljaar een vertegenwoordiger en een vervanger. De vertegenwoordigers worden verkozen in de klas. (De kleuters vergaderen nog niet mee) Er wordt 6 maal per jaar vergaderd, met behulp van een agenda en notulen. In de week voor de vergadering krijgen de leerkrachten punten op papier die ze klassikaal moeten bespreken. De vertegenwoordiger moet de gedachten en meningen van zijn klas toelichten tijdens de leerlingenraadsvergadering. Ter ondersteuning zorgt de leerkracht ervoor dat de vertegenwoordiger wat punten op papier meekrijgt. Inhoud In de begintijd kwamen de leerlingen veel met materiële wensen voor de school. Sommige zaken zijn ook gehonoreerd zoals een tafeltennistafel, een schoolfeest e.d. Inmiddels worden ook andere zaken besproken zoals de sfeer en het gevoel van veiligheid in de school. Hieruit is bijvoorbeeld het plan voor extra taxiwachten ontstaan, zodat het moment van naar huis gaan rustiger zou verlopen. Het onderwerp “Je droomschool”, dat Horizonbreed wordt besproken vormt dit schooljaar de leidraad voor de inhoud. De onderwerpen “Regels en afspraken in de klas”en “Het omgaan met negatief gedrag door juffen en meesters” zijn reeds besproken. De andere 2 onderwerpen, “Kwaliteit van het leren”en “Algemene sfeer komen nog ter sprake. Ervaring Onze ervaringen met de leerlingenraad zijn positief. De leerlingen voelen zich serieus genomen en komen met zinnige vragen en opmerkingen. Opvallend is dat onze leerlingen vaak pleiten voor meer structuur, regels en duidelijkheid en hechten aan rust in de school. Het is gebleken dat de keuze van de vertegenwoordiger uit de klas goed begeleid moet worden door de leerkracht. Uit zichzelf kiezen kinderen vaak zomaar voor een populair kind. Het moet echter van tevoren duidelijk zijn welke kwaliteiten een
18
vertegenwoordiger moet hebben. (zoals durven praten in een groepje, kunnen luisteren en goed kunnen verwoorden). Leerkrachten zijn soms geneigd een kind naar voren te schuiven omdat het goed is voor zijn zelfvertrouwen. Daar is de leerlingenraad niet voor bedoeld. De bedoeling is dat er inhoudelijk goed vergaderd kan worden en dat het team aan de slag kan met de voorstellen. Zoals bij veel overlegorganen hebben sommige kinderen er moeite mee dat er soms nauwelijks resultaten bereikt worden. Ook duurt het ze soms te lang voordat iets gerealiseerd wordt. Binnen ons team wordt de leerlingenraad gewaardeerd en ondersteund. Dit is van groot belang in verband met het inhoudelijke voorwerk in de klas en ook om concrete plannen te realiseren. Tot slot is de continuïteit een belangrijke basis gebleken. Dezelfde begeleiders en een jaar lang zoveel mogelijk dezelfde kinderen. Bovendien gaat de leerlingenraad altijd door op de afgesproken datum en tijd.
4.9
Veiligheid Wij streven naar een plezierige en veilige school voor uw zoon/dochter, het personeel en de omgeving. Hoewel onze locatie zich kenmerkt door opvallend weinig incidenten, is ieder incident er één teveel. We proberen incidenten te voorkomen door het gebruik van de RADAR methode. (zie onder punt 1.3) Ieder conflict wordt besproken om er van te leren en herhaling te voorkomen. Het kan voorkomen dat kinderen worden vastgepakt. Dit zou kunnen zijn wanneer het gedrag een gevaar vormt voor de veiligheid of gezondheid van het kind zelf of zijn omgeving. Hiervan wordt altijd een incidentformulier opgemaakt en worden de ouders geïnformeerd. In de klassen werd de RADAR-trap geïntroduceerd. Middels kleuren leren kinderen hun emotionele toestand te herkennen en te benoemen. Aan iedere kleur zit een handeling verbonden. Dit kan per kind verschillen. Zo kan iemand een time-out nemen bij boosheid, terwijl een ander kind zal vragen om een gesprekje. De trap loopt van geel via groen naar paars. Op deze manier kan preventiever worden gewerkt. Niet alleen op school maar ook thuis wensen wij onze kinderen een veilige plek toe. Indien er bij ons signalen binnenkomen waardoor we vermoeden dat de thuisveiligheid in het geding is zal dit altijd een onderwerp van gesprek worden tussen ons en de ouders/verzorgers. Steeds met de bedoeling samen te werken aan een gezonde ontwikkeling van het betreffende kind. Indien wij dit nodig achten overleggen wij met- of melden wij bij het AMK (Advies en Meldpunt Kindermishandeling) en doen we een melding in het SISA register. Wij informeren de ouders hierover.
19
4.10
Speerpunten 2012-2013 Verhogen opbrengsten spellingsvaardigheid Middels ROBUUST (CED) werd flink geïnvesteerd in de aanpak van de spellingsvaardigheid. Leerkrachten werden getraind in het meer doelgericht lesgeven in onderwerpen waar de kinderen vaardigheden tekort kwamen. Loskomen dus van de methode waarin differentiëren moeilijk was. Differentiëren, ook met inzet van andere middelen. Observaties in de klas resulteerden in feedback op didactisch vlak waar de leerkracht mee vooruit kon. Doorgaans bleek dat de leerkrachten het prima deden. Er werden vooral handvatten aangeboden om meer nog te kunnen differentiëren en toetsresultaten beter te kunnen interpreteren en om te zetten daar doelmatig onderwijs. Verder leerden de teamleden met meer creativiteit en variatie de specifieke onderdelen aan te leren. Uit de CITO toetsen blijkt dat de meeste kinderen op individueel niveau flink vooruit gaat. Om de resultaten op schoolniveau te kunnen vergelijken met het landelijk gemiddeld dienen meer toetsen te worden afgenomen. Ook volgend schooljaar zal veel aandacht aan spelvaardigheid worden besteed. Verhogen opbrengsten woordenschat Nadat we voor het eerst CITO woordenschat afnamen, bleek dat nagenoeg alle leerlingen ondermaatse resultaten lieten zien. Komend schooljaar Social Media Het inrichten van een Hyves-site voor Schats-Noord is gelukt. De site werd onder de aandacht van de ouders gebracht en werd ook beheerd door ouders. Er blijkt echter onvoldoende animo om de site in de lucht te houden. Behoefte aan een online forum is er wel. Dit zal echter niet in een open bron maar in een beschermde omgeving (alleen leden onder de site van Horizon) moeten plaatsvinden. De mogelijkheden binnen Facebook worden momenteel verkend. Voor volgend jaar is ons voornemen vaker Social Media in te zetten en daarnaast zoveel mogelijk informatie te digitaliseren en via e-mail naar ouders te sturen. Ouderbetrokkenheid Hoewel ouderbetrokkenheid bij alle partijen hoog op de agenda staat is het ieder jaar weer een uitdaging om ouders te binden. Ouders gingen mee op kamp, waren aanwezig om te ‘luizen’ of om kinderen ‘presenteren’ te leren. Ze gingen mee op zeiluitje en op schoolreis en ze organiseerden een ritje met een limo voor de schoolverlaters en bemanden een kraampje tijdens de fancy fair. Er was een grote opkomst bij het Wintercircus en de fancy fair: resp. 130 en 100 ouders/belangstellenden bezochten dit evenement. Dit zijn zeer vruchtbare contactmomenten. Op de hoogte zijn van wat er thuis speelt is een voorwaarde voor het investeren in en het onderhouden van een goede thuis-school relatie. Regelmatig contact is een vereiste. De aanwezigheid van kritische ouders moet als vanzelfsprekend worden beschouwd. We werken graag vanuit de behoefte van de ouders en hun kinderen. De onderwerpen van thema-avonden dienen daarbij aan te sluiten.
20
Voor volgend schooljaar organiseren wij een laagdrempelig en actief ouderplatform, dat kritisch met ons meekijkt en denkt, maar ook in staat is actief een leuke bijdrage te leveren. Daarnaast zal het digitaal uitwisselen van informatie gewoon worden. Ouders en kind verantwoordelijk houden Middels een ‘Intentieverklaring’ spreken school en ouders verwachtingen in elkaar uit en maken hierover goede afspraken. Vooraf bij intakegesprekken krijgen ouders een format thuisgestuurd waarin zij in eigen woorden de doelen en behoeftes van hun kind en van zichzelf kunnen invullen. Ouders blijken dit doorgaans zeer serieus op te pakken wat het intakegesprek maar zeker ook hun betrokkenheid ten goede komt. Als school verwachten wij een actieve betrokken houding van de ouders. Samen stellen we doelen in het belang van uw kind. We pakken allemaal de verantwoordelijkheid over ons handelen en verlangen dit ook van het kind. Afgelopen jaar werden diverse gezinnen vanuit school (maatschappelijke werkster) gecoacht en begeleid. Met vaak een prima resultaat. Ouders en kind krijgen meer grip. Monitoren schoolverlaters De schoolverlaters van 2012 zullen gedurende twee jaar periodiek benaderd worden om zodoende hun ontwikkeling te volgen. Daar waar nodig zullen wij ‘exit-service’ verlenen. Tegelijk vragen we ouders en leerlingen om feedback over onze eigen school. Persoonlijk meesterschap ‘Regisseur van je eigen bestaan’ en ‘Jezelf de baas zijn’. Leren hoe en vanuit welke gedachten keuzes in het leven worden gemaakt. Alle medewerkers van Horizon volgen deze training en vertalen deze door naar de leerlingen en hun ouders. Vanuit de overtuiging dat grip op je eigen leven krijgen en vasthouden een vereiste is om doelen te bereiken. En dat is voornamelijk het maken van bewuste keuzes betekent. Met plezier naar school (cliëntparticipatie) De kinderen dachten na over een top tien van wensen ‘voor een leuke school’. Iedere leerling op school denkt mee over o.a. veiligheid, klimaat, omgangsvormen, regels en dingen die ze aangeschaft willen zien De leerling-raad bundelde deze wensenlijst welke zal leiden tot verbeteracties. Een van de grootste wensen bleek een nieuw plein te zijn welke kon worden gerealiseerd. Volgend schooljaar zal de leerling-raad opnieuw actief op deze manier betrokken worden.
Handelingsgericht werken (HGW) Vanaf zomer 2012 wordt veel geïnvesteerd in Handelingsgericht werken. Binnen het s.o. worden alle teamleden hiertoe gedurende twee jaren intensief opgeleid en begeleid. Handelingsgericht werken is een systematische manier van werken. Hierbij wordt het onderwijsaanbod afgestemd op de basisbehoeften en onderwijsbehoeften van ieder kind. Deze behoeften formuleer je door aan te geven wat een kind nodig heeft om een bepaald doel te kunnen bereiken. De centrale vraag is: Wat vraagt het kind aan ons? Welke benadering, aanpak, ondersteuning, instructie etc. heeft het nodig? Kindkenmerken worden vertaald naar onderwijsbehoeften. Men richt zich niet zozeer op wat er mis is met een kind, maar meer op wat het nodig heeft om bepaalde doelen te bereiken en welke aanpak een positief effect heeft.
21
Klant centraal Na het oprichten van het eerste ZAT (Zorg Advies Team) binnen het cluster 4 onderwijs, zal komend voorjaar de samenwerking nadrukkelijk vorm krijgen. Deelname aan het ZAT sluit uitstekend aan bij het HGW. ICT Er wordt momenteel flink geïnvesteerd in het inlopen van de achterstand die het ICT heeft opgelopen binnen het cluster 4 onderwijs. Dit jaar wordt begonnen met de aanschaf van educatieve software, zodat in iedere klas kinderen op hun eigen niveau middels ICT didactische ondersteuning kunnen krijgen. Een volgende stap is het experimenteren met interactieve smartboards. Verdere implementatie RADAR trap (zie ook punt 4.9) We willen schoolbreed werken aan het voorkomen van ‘rode’ momenten; situaties waarin kinderen hun boosheid uiten met verbaal of non-verbaal grensoverschrijdend gedrag. Deze momenten zullen per klas en schoolbreed worden bijgehouden. Binnen de school streven we er naar dit aantal laag te houden. Door dit breed te visualiseren blijft het onder de aandacht.
22
5
Zorg voor leerlingen
5.1
OPP Wanneer een leerling op school geplaatst is, wordt er voor hem/ haar, uiterlijk binnen zes weken, een OPP opgesteld waarin de aanpak is beschreven met zowel didactische als pedagogische doelen. Met de leerling worden ook concrete doelen afgesproken, leeftijdsadequaat waarmee de leerling zelf aan de slag kan. Deze doelen worden regelmatig in de klas geëvalueerd. Na drie maanden worden de ouders uitgenodigd voor de tweede OPP bespreking. Tijdens deze bespreking wordt het 1e OPP geëvalueerd en wordt het tweede OPP vastgesteld. Wanneer het tweede OPP is vastgesteld wordt het OPP halfjaarlijks geëvalueerd en bijgesteld. Hiervoor worden de ouders telkens uitgenodigd. Naast het OPP wordt er drie keer per jaar een rapport opgesteld voor de leerlingen. De leerlingen worden uiteraard nauwlettend gevolgd op pedagogisch, sociaalemotioneel en didactisch gebied door de groepsleerkracht(en). Hiernaast worden de leerlingen ook gevolgd door de commissie van begeleiding. De handelingsgerichte diagnostiek wordt besproken binnen de commissie, niet alleen individuele leerlingen maar ook groepen worden hierin besproken.
5.2
Commissie van Begeleiding (CvB) Op de locatie fungeert de commissie van begeleiding waarvan de afdelingscoördinator (voorzitter), de maatschappelijk deskundige, de gedragswetenschapper(s), de intern begeleider (IB’er) en de schoolarts van het Centrum Jeugd en Gezin deel uitmaken. Deze commissie ontwikkelt en implementeert beleidszaken. Zij is ook verantwoordelijk voor de cyclische evaluatie van de leerlingen. Zij monitort halfjaarlijks met de leerkracht, ouders en kind de ontwikkeling van het kind en evalueert het handelen van de leerkracht. Hiertoe wordt het OPP geschreven (voorheen handelingspan) Aan de CvB vergaderingen kunnen naar behoefte andere teamleden, of externe partijen deelnemen. De taak van de CVB is met name de begeleiding van leerlingen en het adviseren en ondersteunen van leerkrachten. De CVB komt wekelijks bij elkaar en bespreekt dan de ‘zorg’ leerlingen.
5.3
Beëindiging plaatsing Volgens de onderwijswetgeving moet er elke drie jaar bepaald worden of een leerling nog gebruik moet maken van de speciale zorg van het Cluster 4 onderwijs. Dit wordt ‘herindicatie’ genoemd. Als het antwoord positief is, mag de leerling het onderwijs op school blijven volgen. De indicatiestelling in de huidige vorm loopt tot 01-08-2014. Dat betekent dat leerlingen met een geldige indicatie per 01-08-2014 in aanmerking komen voor de overgangsregeling (zij mogen twee jaar in het (v) so blijven). Voor leerlingen Wanneer de plaatsing van uw kind vanwege de herindicatie of een andere reden beëindigd wordt, krijgen de ouders altijd advies over een geschikte vorm van vervolgonderwijs. Ouders melden zelf hun kind aan bij de betreffende school, dit in verband met het verlenen van toestemming over de op te vragen schoolstukken. Indien een andere vorm van begeleiding en ondersteuning noodzakelijk is, bespreken wij met de ouders welke instelling het meest geschikt is. Zo nodig overleggen wij dit met de verwijzende instantie, die voor verdere aanmelding zorg draagt. De verblijfsduur op onze school is voor elke leerling verschillend en kan eindigen:
23
Als verwacht wordt dat een leerling in het regulier onderwijs of het speciaal basisonderwijs (SBO) kan functioneren; Als een leerling niet kan profiteren van ons onderwijsaanbod en een andere vorm van zorg en/of Speciaal Onderwijs geïndiceerd is. Als de leerling vanuit groep 8 als schoolverlater doorstroomt naar het vervolgonderwijs. De Commissie van Indicatiestelling geen herindicatie afgeeft. Er een onderwijsplek binnen het cluster 4 onderwijs dichterbij huis beschikbaar is.
Ruim voor de beëindiging van de plaatsing brengt de school een schooladvies uit. Ouders en betrokken disciplines maken gezamenlijk afspraken over de procedure van aanmelding en plaatsing elders. Bijna altijd vindt er zowel schriftelijk als mondeling overdracht plaats naar de nieuwe school. Na drie maanden is er een vervolgafspraak om de nieuwe schoolplaatsing te evalueren. Gedurende twee jaar na het verlaten van de school zal de leerling periodiek worden gemonitord.
5.4
Dossiervorming Van elke leerling wordt een leerling-dossier samengesteld. In dit dossier bevinden zich de wettelijk verplichte, noodzakelijke documenten en een kopie van alle op de school gemaakte onderwijskundige rapporten. Het leerling-dossier wordt voortdurend geactualiseerd met alle diagnostische, psychologische, pedagogische en didactische onderzoeken die de leerling ondergaat. Tevens bevat het leerling-dossier het ontwikkelingsperspectief. Ook het stageplan en de schriftelijke rapportages van trajecten waar de leerling aan heeft deelgenomen komen in het dossier. Een leerlingvolgsysteem draagt bij om de voortgang te volgen. De informatie, die het leerling-dossier bevat, valt onder de wet bescherming persoonsgegevens. Deze gegevens kunnen dus zonder toestemming van de wettelijke vertegenwoordiger van de leerling of door de leerling zelf ouder dan 16 jaar niet aan derden worden door gegeven. De wettelijke vertegenwoordiger van de leerling en de leerling van 12 jaar en ouder kunnen via een schriftelijke toestemmingsverklaring aangeven of informatie vanuit het leerling-dossier aan instanties of personen mag worden doorgegeven. Zowel de wettelijke vertegenwoordiger als de leerling vanaf 12 jaar moet hier toestemming voor geven. 24
Voor ouders en leerlingen van 12 jaar geldt dat zij, onder toezicht, inzagerecht hebben in het schooldossier. Als u hiervan gebruik wilt maken, kunt u hiervoor een afspraak maken met de afdelingscoördinator. Verder kunnen alleen de medewerkers van onze instelling, die allemaal geheimhoudingsplicht hebben, het dossier inzien. De inspectie heeft ten allen tijde toegang tot alle leerling-dossiers. Een dossier wordt 5 jaar na het verlaten van de school vernietigd.
5.5
Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Wanneer de school vermoedens heeft omtrent huiselijk geweld en/of kindermishandeling, houden wij ons aan de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. We zullen hierover in gesprek gaan en blijven met de opvoeders om de zorgen te bespreken. Altijd met het doel om vanuit ieders verantwoordelijkheid, samen de meest veilige omgeving voor het kind te waarborgen. Indien nodig melden wij de signalen bij het AMK(Advies en Meldpunt Kindermishandeling), het SHG (Steunpunt Huiselijk Geweld) en bij SISA: http://www.sisa.rotterdam.nl/ Ouders worden hierover geïnformeerd.
5.6
Kwaliteit Om er voor te zorgen dat het onderwijs van Horizon niet alleen goed is maar ook goed blijft, is het van belang in beeld te brengen wat onder goed onderwijs wordt verstaan en waar de Horizonscholen zich bij goed onderwijs op moeten richten. Door op de goede dingen gericht te zijn en te blijven, deze goede dingen ook goed uit te voeren en met regelmaat te evalueren door eigen medewerkers en door anderen, kan het onderwijs steeds opnieuw worden geijkt en aangepast. Dit betekent voor nu en in de toekomst een voortdurend gesprek met elkaar om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van het onderwijs van hoog niveau blijft. Kwaliteitscriteria gericht op de opbrengsten van zorg en onderwijs De zorg en het onderwijs dragen ertoe bij dat jeugdigen en ouders grip krijgen op hun eigen leven (regisseurschap); De zorg en het onderwijs stellen jeugdigen en ouders in staat om te integreren en functioneren in de maatschappij; De zorg en het onderwijs bereiden jeugdigen voor op de naschoolse periode, waarin werken/arbeid, wonen en vrije tijd centraal staan;
Kwaliteitscriteria gericht op de manier waarop zorg en onderwijs uitgevoerd wordt: De zorg en het onderwijs (-vragen) komen in samenspraak met ouders en jeugdigen tot stand (vraag- en dialooggericht); Het zorg- en onderwijstraject zijn doel- en resultaatgericht. In de zorg en het onderwijs wordt gewerkt met het gehele cliëntsysteem (systeemgericht) Ouders en jeugdigen krijgen en nemen verantwoordelijkheid voor de behandeling en het onderwijs van hun kind (hulpverlener als coach); De zorg en het onderwijs sluiten aan bij de mogelijkheden, de talenten en de vraag van de jeugdigen en ouders (competentiegericht); De zorg en het onderwijs garanderen de veiligheid van de jeugdigen. Kwaliteitscriteria gericht op de randvoorwaarden om kwalitatief goede zorg en onderwijs te leveren: De plaatsing van de jeugdige in het zorg of onderwijsaanbod van Horizon wordt goed voorbereid en begeleid.
25
5.7
Passende zorg en onderwijs zijn tijdig beschikbaar voor de jeugdigen en ouders; Zorg- en onderwijsarrangementen worden geïntegreerd aangeboden en schakelmomenten in zorg- en onderwijsarrangementen hebben geen vertragende invloed op de realisatie van het zorg- of onderwijstraject en de daarbinnen geformuleerde doelen (zorg op maat); De methoden / interventies waarmee gewerkt wordt zijn opbrengstgericht en hebben een wetenschappelijk bewezen effect (evidenced based); De zorg en het onderwijs zijn erop gericht risico’s bij opgroeiende jeugdigen tijdig te herkennen en waar mogelijk te voorkomen.
Bijzondere voorzieningen Ik ben speciaal ‘Ik ben speciaal’ is een kortdurende training (psycho-educatie) voor leerlingen met een autisme-spectrum-stoornis. (ASS) Deze groep leerlingen verleent op een andere manier betekenis aan dagelijks voorkomende sociale situaties. Zij hebben vaak moeite om zichzelf te leren kennen en ondervinden moeilijkheden bij het begrijpen van gedachten en bedoelingen van anderen. “Ik ben speciaal” is een individuele begeleidingsmethode voor leerlingen van 9-16 jaar. De begeleiding is er op gericht de leerling te leren omgaan met zijn of haar “sociale” handicap. Dit gebeurt door middel van het overdragen van kennis over autisme en het leren herkennen van de gevolgen van autisme in de eigen situatie. Rots en water Het Rots en Water programma is ontwikkeld door Freerk Ykema, oud gymdocent, remedial teacher en directeur van het Gadaku Instituut. Het Rots en Water programma heeft als doel kinderen/jongeren bewust te maken t.a.v. hun eigen kwaliteit en richting. Het goed in contact komen en blijven met de eigen gevoelens, het leren beheersen, vergroten en richten van de eigen kracht is onderdeel van de Rots en Water training. De training leert de deelnemers met begrip, respect en gevoel om te gaan met zichzelf en de mensen om hen heen. Volgend schooljaar zal de vakdocent Lichamelijke Opvoeding de train de trainer opleiding volgen en deze training gaan geven aan groepen binnen onze locatie. Speltherapie Speltherapie is een vorm van psychotherapie voor kinderen waarbij het spel gebruikt wordt om een kind vooruit te helpen. Wanneer ingrijpende gebeurtenissen of psychische problemen de ontwikkeling van het kind belemmeren, kan speltherapie een oplossing bieden. MRT (motorische remedial training) Veel kinderen hebben last van stoornissen in concentratie, gedrag en schoolprestaties. De oorzaak is in veel gevallen een achterstand in de bewegingsontwikkeling. Met Motorische Remedial Teaching, kortweg ‘MRT’ kan een kind gericht oefenen om die bewegingsachterstand in te lopen. Als die achterstand eenmaal is ingelopen, kan er een positieve invloed uitgaan naar het gedrag, de concentratie en de leerstoornissen van het kind. De vakdocent Lichamelijke Opvoeding is bevoegd om MRT te geven. Verwijzingen Indien ouders of teamleden vermoeden dat een kind gebaat kan zijn bij het volgen van interne of externe therapie of training, zal dit worden besproken in de Commissie van Begeleiding. 26
5.8
Dyslexie Op school hanteren wij het dyslexieprotocol Horizon. Deze is op te vragen bij de afdelingscoördinator.
5.9
Schorsing en verwijdering Schorsing We proberen steeds in overleg met de leerlingen en door goed toezicht de afgesproken regels te handhaven. In uitzonderlijke gevallen zoals bij ernstige bedreiging, gebruik van geweld of het gebruik of bezit van drugs kan een leerling geschorst worden. Schorsing is een ordemaatregel waarbij een leerling een aantal dagen niet op school mag komen. Dat kan tot een maximum van vijf dagen. Daarbij worden de volgende stappen ondernomen: De schoolleiding voert een gesprek met de leerling; Voordat de leerling naar huis gaat, worden de ouders telefonisch op de hoogte gebracht. Als dit niet lukt, krijgt de leerling een brief mee; De ouders worden formeel schriftelijk in kennis gesteld en worden uitgenodigd voor een gesprek; De inspectie, de leerplichtambtenaar en het bevoegd gezag worden per brief op de hoogte gesteld; De schorsing wordt na een oplossend gesprek met ouders, leerling en schoolleiding opgeheven; Er worden afspraken gemaakt om de gemiste onderwijstijd in te halen. Interne schorsing Naast de hierboven vermelde formele schorsing hanteert onze locatie ook een informele vorm. In overleg met de ouders wordt een leerling gedurende een bepaalde tijd niet in de klas gelaten en moet hij op een andere plek in school zijn werk maken. Verwijdering In uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld bij herhaling van ernstige bedreiging en geweldpleging, waarbij de veiligheid van de overige leerlingen en/of het personeel in het geding is kan het bevoegd gezag van de school besluiten om een leerling te verwijderen. Dat vraagt een formele procedure met gelegenheid voor u om in beroep te gaan. De school heeft een inspanningsverplichting om uw kind op een vergelijkbare school te plaatsen. Bij een schorsing in afwachting van verwijdering, de leerling is dus niet op school, worden de volgende stappen ondernomen:
De schoolleiding voert een gesprek met de leerling; Voordat de leerling naar huis gaat, worden de ouders telefonisch op de hoogte gebracht. Als dit niet lukt, krijgt de leerling een brief mee; De ouders worden formeel schriftelijk in kennis gesteld en worden uitgenodigd voor een gesprek; De sectormanager stuurt namens het bevoegd gezag van Horizon een brief naar de ouders met daarin: o de redenen voor deze vergaande maatregel o de vermelding dat de ouders in beroep kunnen gaan tegen deze procedure o een uitnodiging voor een gesprek met het bevoegd gezag Het schriftelijk op de hoogte stellen van de inspecteur van het onderwijs en de leerplichtambtenaar
27
6
Ouders
6.1
Samenwerking met ouders Om zo goed mogelijke resultaten te kunnen boeken is een goede samenwerking tussen ouders/ verzorgers en de school van groot belang. Voor dit cursusjaar is dit onderwerp dan ook een speerpunt. (zie 4.10 speerpunten) Hiervoor is regelmatig overleg en een open communicatie nodig. De thuissituatie kan directe invloed hebben op het gedrag en de prestaties van de leerling op school en vice versa. Ook kan de wederzijdse betrokkenheid van positieve invloed zijn op school maar ook binnen de thuissituatie. De leerling voelt betrokkenheid wat in veel gevallen motiverend werkt. Het is van belang dat de ouders weten wat er op school speelt en dat de school weet wat er thuis speelt. Wij verwachten van ouders dat zij hun kind ondersteunen in het naar school gaan en belangstelling tonen in de leerstof en de activiteiten die op school plaats vinden. Ook het tegengaan van onnodig schoolverzuim zien wij als taak van de ouder. Het is onze taak om ouders informatie te verschaffen over de school en over de prestaties en het gedrag van de leerlingen. Om de betrokkenheid van ouders/verzorgers met onze school te verhogen vragen wij regelmatig de hulp van ouders/verzorgers bij schoolactiviteiten zoals bijvoorbeeld; schoolreis, Fancy fair, kerstmarkt, uitstapjes ed. Het is namelijk voor een kind heel motiverend wanneer zijn of haar ouders meedoen aan schoolactiviteiten.
6.2
Ouderbijeenkomsten Informatieavond: De informatieavond vindt plaats aan het begin van het schooljaar. Het doel is het voorstellen van het team, informatie overdragen omtrent de wijze waarop het onderwijs is ingericht, informatie overdragen omtrent het komende schooljaar en
28
ouders de gelegenheid geven vragen te stellen. Ook krijgen ouders de gelegenheid om met de leerkracht in de groep van hun kind te kijken. Themabijeenkomsten: Om met ouders langer stil te kunnen staan bij bepaalde onderwerpen werkt het Instituut Mr. Schats met themabijeenkomsten. De onderwerpen van dergelijke bijeenkomsten komen voort uit bijvoorbeeld een veelgehoorde vraag vanuit ouders/verzorgers of vanuit het idee van informatieoverdracht. De commissie van begeleiding bepaalt uiteindelijk de onderwerpen en de maatschappelijk deskundige zorgt voor de planning en uitwerking hiervan. De themabijeenkomst vinden plaats op zowel instituut Mr. Schats Zuid als Instituut Mr. Schats Noord. Wij proberen om u, zo snel mogelijk, aan het begin van het schooljaar, een overzicht van de themabijeenkomsten voor het aankomende schooljaar te geven. Vlak voor de themabijeenkomst zal er nog een reminder in de nieuwsbrief of in een losse flyer staan.
6.3
Ondersteuning ouders Ouders kunnen zelf om hulp vragen. Ouders kunnen zelf de maatschappelijk deskundige van school inschakelen wanneer zij hulp nodig hebben in de gezinssituatie, bij de opvoeding van hun kind, informatie over hulpverleningsinstanties willen hebben of wanneer zij hun hart over iets willen luchten. Maatschappelijk Deskundige, biedt hulp aan. De Maatschappelijk Deskundige neemt zelf contact op met ouders n.a.v. een verzoek van het onderwijzend personeel en/of van de commissie van begeleiding bij signalering van problemen die mogelijkerwijs verband houden met de thuissituatie, zoals signalen van mishandeling, verwaarlozing of psychische nood. De Maatschappelijk Deskundige brengt de schoolsituatie en het sociale milieu van het kind met elkaar in contact. Een gegeven is dat steeds meer leerlingen die problemen hebben op school, ook problemen hebben in hun thuissituatie. Beide milieus beïnvloeden elkaar en daarmee zowel het gedrag als de leerprestaties van het kind. Van belang is dat de gezinsbegeleiding van de maatschappelijk deskundige plaats vindt vanuit het oogpunt van de onderwijsleersituatie. Na onderzoek wordt een inschatting gemaakt wat nodig zal zijn binnen het gezin en wordt bepaald of de hulpverlening vanuit de Maatschappelijk Deskundige zal plaatsvinden of dat een doorverwijzing gewenst is. Wanneer verwacht wordt dat intensieve hulp nodig zijn zal er veelal sprake zijn van doorverwijzing naar een andere, gespecialiseerde hulpverleningsinstantie.
29
De Maatschappelijk Deskundige kan ouders Psycho-educatie geven. Leerlingen worden normaliter aangemeld met een DSM IV classificatie; er is een stoornis vastgesteld door een GZ psycholoog of (kinder-)psychiater. Hoewel ouders kampen met de consequenties van de vastgestelde diagnose, is voor hen niet altijd duidelijk wat deze precies inhoudt en hoe daarmee om te gaan. Of dit het geval is blijkt vaak al uit het kennismakingsgesprek. Psycho-educatie omvat de inhoudelijke uitleg over de problematiek van de leerling en indien nodig kan hierop gezinsbegeleiding of een doorverwijzing naar een andere (gespecialiseerde) hulpverleningsinstantie volgen. Hier kan de Maatschappelijk Deskundige een rol in spelen. De Maatschappelijk Deskundige kan, indien nodig, contact onderhouden met de doorverwezen hulpverlenende instanties. Voor ondersteuning in de opvoeding kan ook een beroep worden gedaan o het Ambulante Team van Horizon. De Maatschappelijk Deskundige kan informatie geven over het regelen van praktische zaken. De Maatschappelijk Deskundige kan u informeren over en helpen bij het regelen van praktische zaken, zoals het aanvragen van een Persoonsgebonden Budget of een gespecialiseerd zomerkamp of vakantiedagopvang. Dergelijke zaken dienen ertoe zowel het gezin als het kind te ontlasten en worden over het algemeen geregeld op aanvraag van ouders. De Maatschappelijk Deskundige kan helpen bemiddelen tussen school, leerling en gezin. Wat ouders en school bindt is dat ze beiden behoren tot een betekenisvolle omgeving van een kind en van daaruit zal het contact tussen school en gezin vorm moeten krijgen. Verschillen in visie op eventuele bestaande problematiek moeten voor de verschillende partijen helder zijn, wil samenwerking een kans krijgen. Er wordt bij bemiddeling ook uitgegaan van ervaringsdeskundigheid van ouders.
Verantwoordelijkheid Ouders en opvoeders zijn en blijven verantwoordelijk voor de aanpak van hun problemen. Wij begrijpen dat ouders soms geen uitweg zien uit hun problemen en dat dit kan leiden tot passiviteit. Opvoeders voelen zich vaak machteloos en slachtoffer van de situatie. De taak van school is om hen weer in hun kracht te zetten, door in beginsel de krachten te bundelen. Doordat school een coachende rol in neemt zal de ouder ontdekken dat ze zelf meer grip op het eigen bestaan krijgen. Zodra de weg bekend is naar de oplossing of aanpak zijn opvoeders vaak zelf heel goed in staat deze zelf te bewandelen. Dit sterkt hen voor de toekomst.
30
6.4
Nieuwsbrief Onze school kent diverse vormen van nieuwsbrieven; - De afdelingscoördinator stuurt gemiddeld ééns per maand een brief aan alle ouders met daarin de hoogtepunten, belangrijke data en relevante mededelingen over schoolse zaken. - Wekelijks sturen de leerkrachten een e-mail aan alle ouders met daarin de belangrijkste mededelingen vanuit de groep. - Schoolverlaters zijn verantwoordelijk voor de ‘Schatsbode’, die gemiddeld 5 keer per jaar uitkomt. Hierin staan eigen verhalen en interviews door leerlingen gemaakt, voor alle leerlingen en hun ouders.
6.5
Medezeggenschap Medezeggenschap op Instituut Mr Schats (Noord en Zuid) Onze school heeft een Medezeggenschapsraad (MR). De MR is er namens personeel en ouders. De overheid geeft scholen vrijheid en verantwoordelijkheid om het onderwijs naar eigen inzicht en naar de wensen van ouders en kinderen in te richten. Via de MR kunnen ouders en personeel daarbij hun invloed uitoefenen. In het algemeen moet het bestuur voorgenomen besluiten die van gemeenschappelijk belang zijn voor de school, voorleggen aan de MR. De MR kan echter ook, op eigen initiatief, met het bestuur in gesprek gaan over andere onderwerpen, die de algemene gang van zaken op school betreffen, bijvoorbeeld bezuinigingen, financiën, ouderbijdrage en de invulling van het onderwijs. Medezeggenschap: dat moeten we samen doen! De MR wil graag van u weten, waar we (meer) aandacht aan moeten besteden. Zijn er zaken waarover u zich zorgen maakt? Heeft u vragen over het beleid? Heeft u suggesties die de kwaliteit van het onderwijs of de aandacht voor leerlingen kunnen verbeteren? Denk niet te snel dat uw onderwerp een te persoonlijke of onbelangrijke zaak is, als er namelijk meer van dit soort zaken zijn, kan de MR wellicht toch een rol spelen. Ook als u gewoon wat meer over de MR en haar activiteiten zelf wilt weten dan kunt u gerust contact zoeken met: voorzitter Dirk de Witte
[email protected] ) of secretaris Martijn van der Hoek
[email protected]
6.6
Ouderraad Er bestaat momenteel geen Ouderraad. Er zijn wel ouders vertegenwoordigd in de Medezeggenschapsraad. Komend schooljaar wordt op Schats-Noord een ‘ouderklankbordgroep’ ingericht. Een informele (‘benen op tafel’) manier om ouders kritisch te laten meedenken over de tips en tops van Schats.
6.7
Vertrouwenspersoon Als u zich door een medewerker van school, van leerkracht tot directie, onvoldoende gehoord voelt of vertrouwelijk wilt kunnen praten kunt u zich wenden tot de vertrouwenspersoon van de betreffende locatie. Deze kan u ook eventueel helpen als u een klacht officieel wilt maken. Voor Schats-Noord is Mevr. I. Bergmans onze vertrouwenspersoon. Zij is te bereiken op 010-4228876 en via
[email protected]
31
6.8
Klachtenregeling In onze schoolgids staat dat we regelmatig contact van school met ouders belangrijk vinden. Iedere collega is voor u aanspreekbaar, soms direct, soms via het maken van een afspraak. Toch kan het gebeuren dat we het samen niet eens worden. Als u vindt dat u onvoldoende gehoord wordt in uw overleg met de leerkracht van uw kind, de afdelingscoördinator of de sectormanager dan kunt u een klacht indienen. Hiervoor is een klachtenregeling opgesteld. Deze regeling is voor iedereen die bij de school betrokken is op te vragen bij het Centraal Bureau van Horizon (Mozartlaan 150, 3055 KM Rotterdam, 010-2854700). Op aanvraag kunt u kosteloos een afschrift van de regeling krijgen. De klachtenregeling is ook terug te vinden op de website van Horizon: www.horizon-jeugdzorg.nl. Het wordt op prijs gesteld indien iemand die wil klagen dat eerst kenbaar maakt bij de schoolleiding of het schoolbestuur. Veelal kan de klacht snel worden verholpen. De vertrouwenspersoon van de school kan u hier verder bij begeleiden. Horizon is voor de behandeling van klachten aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie: “de Landelijke Klachtencommissie onderwijs (LKC)”. Een officiële klacht kan bij het schoolbestuur of rechtstreeks schriftelijk bij de LKC worden ingediend. Een klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing te worden ingediend. Binnen vijf werkdagen wordt schriftelijk meegedeeld dat de klacht wordt onderzocht. Binnen vier weken na ontvangst van de klacht vindt een hoorzitting van de klachtencommissie plaats of een gesprek met het bevoegd gezag van Horizon (afhankelijk van waar de klacht is ingediend). De LKC is te bereiken via: Onderwijsgeschillen, Postbus 85191, 3508 AD UTRECHT, telefoon 030-2809590, fax 030-2809591. U kunt ook de website raadplegen: www.onderwijsgeschillen.nl of een e-mail sturen naar
[email protected] . Het bevoegd gezag van Horizon is te bereiken via: Postbus 37056, 3005 LB Rotterdam.
32
7
Praktische informatie
7.1
Boeken en leermiddelen Alle leerlingen ontvangen aan het begin van het schooljaar de leermiddelen die zij nodig hebben, zoals een etui met schrijfwaren, schriften en methodeboeken. Wanneer blijkt dat een leerling dermate onzorgvuldig met deze spullen omgaat, wordt aan de ouders gevraagd zelf voor aanvulling te zorgen. Schoolverlaters worden getraind met een agenda te werken.
7.2
Sport Op Schats-Noord gymmen de kinderen op maandag en vrijdag. Op Schats-Zuid op dinsdag en donderdag. De kinderen gymmen bij ons in sportieve kleding, korte broek, trainingsbroek met T-shirt of een turnpakje. Op blote voeten gymmen mag, maar we raden aan gymschoenen te dragen. Dit mogen alleen schoenen zijn met een lichte zool, welke alleen binnen worden gedragen. Wij stellen het erg op prijs als u de kleding en gymschoenen duidelijk van een naam wilt voorzien.
7.3
Overblijven Alle leerlingen van het Instituut Mr. Schats blijven over op school. Tijdens het overblijven houdt de leerkracht en/of de klassenassistent toezicht. Gemiddeld zijn er twee pauzes waarin gegeten en gedronken kan worden. Het is de bedoeling dat u uw kind een lunchpakket mee geeft en iets te drinken. Als school stimuleren wij gezonde voeding. Op school leren kinderen over verantwoorde voeding. Het is een feit dat steeds meer jonge kinderen kampen met overgewicht. Op tijd beginnen met bewust eten en drinken helpt problemen op latere leeftijd voorkomen. Koolzuurhoudende dranken, energydrinks en blikjes zijn niet toegestaan. Snoep en chips zijn alleen toegestaan bij evt. traktaties. Wij adviseren enkele boterhammen, een stukje fruit en bijv. een lunchkoek. Als drinken bijv. een pakje sap. In de klas is geen koeling. Gelieve daarom bijv. geen verse melk mee te geven. Indien nodig maken wij per kind specifieke afspraken over het eten. Zo zou het kunnen dat ouders graag willen dat al het meegebrachte eten op gaat. Wij letten hier dan extra op in de klas. Meer informatie over gezonde voeding: www.Voedingscentrum.nl
33
7.4
Schoolmelk Onze school is aangesloten bij de schoolmelkvoorziening van Campina. In de kleine pauze of tijdens het overblijven kan (half)volle melk, drinkyoghurt of chocolademelk worden gedronken. Dat kiest u aan het begin van het jaar. Schoolfruit is ook een optie. Een inschrijfformulier kan worden opgevraagd bij de administratie. Na invulling en ondertekening kan het formulier weer op school worden ingeleverd. Wij zorgen voor verdere verwerking. Het duurt gemiddeld twee weken alvorens gebruik gemaakt kan worden van de schoolmelk. Campina stelt per jaar het aantal dagen vast dat er melk geleverd wordt. Na de vakantie moet de school eerst weer voorzien worden van schoolmelk. Meestal betekent dit dat de eerste twee dagen na een vakantie er geen melk aanwezig is. Leerlingen kunnen deze dagen het beste iets te drinken van thuis meenemen. Meer informatie op: https://www.campinaopschool.nl/
7.5
Medicatie Wanneer leerlingen medicatie gebruiken, vinden wij het heel belangrijk dat u de leerkracht hierover informeert. De leerkracht kan dan toezien dat de medicatie op tijd wordt ingenomen. Wij houden dit bij in het logboek en in het dossier van de leerling. In veel gevallen zullen we om een kleine voorraad vragen. Het is handig om aan het begin van het schooljaar reservemedicatie mee te geven voor het geval dat de medicijnen een keer worden vergeten mee te nemen of bijvoorbeeld op blijken te zijn. Van de ouders verwachten dat zij (indien van toepassing) ook thuis tijdig de medicijnen laten innemen. Dit is vaak bepalend voor het verloop van de dag van uw kind op school. Soms kan een kind langdurig niet in de klas omdat thuis geen medicijnen werden ingenomen. Dit moet worden voorkomen. In het geval dat u het toch vergeet dient u zo snel mogelijk naar school te bellen, zodat we voor aanvang van de lessen uw kind zijn/haar medicatie kunnen geven. Medicijnen worden in een afgesloten medicijnkast in de klas bewaard. Iedere verandering van gebruik dient u aan school te melden. Meestal kan dit pas na overleg met de huisarts of specialist.
7.6
Verzekeringen Ouders zijn en blijven aansprakelijk voor schade en letsel die hun kind veroorzaakt. Dit geldt ook tijdens kampen en uitjes. Een Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering (AVP) dekt die verantwoordelijkheid. Daarnaast heeft Horizon een Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering afgesloten (AVB). Tijdens vervoer van en naar huis in een taxi geldt de ongevalleninzittende verzekering van de taxionderneming. Die verzekering dekt schade veroorzaakt door en tijdens het vervoer. Schade veroorzaakt door uw kind valt daar dus niet onder, daarvoor moet u een Aansprakelijkheidsverzekering Voor Particulieren (AVP) afsluiten. Als uw kind een schooleigendom kapot maakt, kan het zijn dat wij u benaderen om aanspraak te doen op uw verzekering, zodat de schade vergoed kan worden.
34
7.7
Vrijwillige ouderbijdrage, schoolreis en overige kosten Als school organiseren wij ieder jaar leuke activiteiten en vieringen op onze school. Denkt u aan de Sinterklaas, Kerst, fancy fair, sportdagen en een schoolreisje. Dit alles kost veel geld. Gelukkig betaalt Horizon ook dit jaar daar een groot gedeelte van. De rest van het bedrag proberen we in de vorm van een vrijwillige ouderbijdrage aan te vullen. Wij vragen u daarom dit jaar een bijdrage van € 20,00 (per kind) Indien u de ouderbijdrage per bank of giro betaalt, dan kan dit op het volgende rekeningnummer: 12.26.54.676 ten name van SCHOOLFONDS Mr. Schats Noord Vermeld a.u.b. de voor- en achternaam van uw kind als betalingskenmerk. Ook kunt u op school contant betalen. U ontvangt dan een betalingsbewijs. Heeft u een uitkering van de sociale dienst, dan kunt u dit bedrag aan hen terugvragen. Wij hebben hiervoor een aanvraagformulier liggen. Bijdragen kampen Indien uw kind op kamp gaat vragen wij om een vergoeding van € 10,00 per nacht. Dit bedrag is inclusief vervoer, verblijf, verteer en vermaak. Wij adviseren u indien die bedrag in één keer te hoog zou zijn, om aan het begin van het schooljaar hiervoor te gaan sparen. In overleg met u kunnen we dat klassikaal doen.
35
7.8
Vervoer Iedere gemeente in Nederland heeft een verordening, waarin het vervoer van leerlingen naar o.a. een school voor speciaal onderwijs is geregeld. Het regelen van het vervoer is een zaak tussen een gemeente en ouders. De school heeft slechts een bemiddelende en adviserende rol. Binnen Rotterdam kunnen ouders een aanvraagformulier opvragen bij de gemeente of een formulier op halen bij de administratie van de school. Ouders van leerlingen buiten de gemeente Rotterdam moeten, als zij het vervoer willen regelen, contact opnemen met het gemeentehuis, afdeling onderwijs. Dit formulier met alle bijbehorende verklaringen dient u volledig in te vullen en terug te sturen naar het gemeentehuis. Ieder cursusjaar moet tijdig een nieuwe aanvraag ingediend worden. Binnen Rotterdam lopen alle contacten via de gemeente Rotterdam en via het Meldpunt Vervoer: tel.: 010-4626360 Als uw kind door omstandigheden niet naar school kan dient u zelf de vervoerder af te bellen. Als een vervoerder zonder kennisgeving voor niks rijdt kunnen daar kosten voor u aan verbonden zijn. Op het moment dat uw kind de school weer kan bezoeken, moet u ook zelf contact opnemen met het desbetreffende taxibedrijf. Meer informatie op : http://www.jos.rotterdam.nl/smartsite.dws?id=972
7.9
Schoolregels/schoolreglement Geld/snoep Wij verwachten van leerlingen dat zij geen geld bij zich hebben, tenzij op verzoek van de ouders of de leerkracht. Kinderen nemen geen snoep mee naar school, tenzij voor een afgesproken traktatie Gevaarlijke voorwerpen Wij gaan voor een veilige school en wij verwachten van u hetzelfde. Natuurlijk willen we daarom geen voorwerpen bij kinderen zien die als wapen kunnen dienen, of lucifers en aanstekers. Wanneer wij ontdekken dat kinderen voorwerpen bij zich hebben die de veiligheid in gevaar kunnen brengen zullen we deze voorwerpen innemen en meteen contact opnemen met de ouders. Met u wordt afgesproken onder welke voorwaarde de leerling de ingenomen spullen terug krijgt. In principe kan dit alleen als u op school komt om de spullen op te halen. Kleding Op onze school gelden geen kledingvoorschriften. Kinderen dragen geen kleding die kwetsend of aanstootgevend kan zijn. In de school is het dragen van petten e.d. in de school niet toegestaan. Hoofddoekjes welke op basis van Islamitische overtuigingen worden gedragen staan we toe voor zover het gezicht onbedekt blijft. Schade aan kleding De school kan geen aansprakelijkheid accepteren voor schade aan kleding ontstaan tijdens het spelen. We zullen wel steeds bemiddelen tussen ouders wanneer de schade door toedoen van een andere leerling is ontstaan. Mobiele telefoons In principe mogen kinderen geen mobiele telefoon mee naar school nemen. De afdelingscoördinator kan hierop om bijzondere redenen uitzonderingen maken. Ook dan moet de telefoon ’s morgens aan de leerkracht worden gegeven zodat hij veilig in de kluis bewaard kan blijven.
36
7.10
Rookbeleid Wij zijn een rookvrije school. Zowel in het gebouw als op het terrein op plekken waar kinderen kunnen komen wordt niet gerookt. Wij verzoeken chauffeurs en ouders die kinderen komen brengen om hier hun bijdrage aan te leveren door ook bij de hoofdingang het roken achterwege te laten.
7.11
Verzuim, afwezigheid en ziekmelding Te laat komen/ verzuim Wanneer leerlingen zonder geldige reden lestijd missen, bijvoorbeeld door te laat komen, weglopen e.d., moet deze lestijd in principe worden ingehaald. Ouders worden tijdig ingelicht wanneer dit het geval is. In overleg met ouders wordt er gekeken wanneer de tijd wordt ingehaald. Wij plannen dit zoveel mogelijk binnen de schooltijden. Wegloopbeleid Wanneer een leerling het gebouw en/of het schoolterrein zonder toestemming verlaat worden ouders z.s.m. op de hoogte gesteld tenzij er snel contact te maken is met de leerling en hij weer naar binnen komt. Met de ouders worden duidelijke afspraken gemaakt welke actie wel of niet zal worden ondernomen. Afhankelijk van de reden tot weglopen, de gesteldheid van de leerling en eerdere ervaringen met wegloopgedrag van de leerling kan tot een specifieke aanpak worden besloten. In de regel wordt het weglopen binnen 15 minuten aan de politie gemeld. Ziekmelding Indien kinderen niet naar school kunnen komen door ziekte, dient dit voor aanvang van school worden doorgegeven aan een teamlid van school. U bent ook verantwoordelijk voor het informeren van de vervoerder. Afwezigheid zonder kennisgeving wordt genoteerd als ‘ongeoorloofd afwezig’. Extra vakantie De school mag buiten de afgesproken vakanties leerlingen geen vrij geven om op vakantie te gaan. Dat geldt ook voor een vakantie naar het land van herkomst en een paar dagen voor een vakantie om ‘de drukte voor te zijn’. De enige uitzondering op deze regel doet zich voor als één van de ouders wegens zijn of haar beroep niet met het gezin op vakantie kan in de gebruikelijke vakantieperiode. Extra verlof Voor sommige bijzondere dagen waarop u uw kind thuis wilt houden kunt u extra verlof aanvragen bij de afdelingscoördinator van de school. Dat kan voor erkende religieuze feestdagen of gewichtige omstandigheden zoals: ernstige ziekte, overlijden of begrafenis/crematie, huwelijk, 12 ½, 25, 40 en 50 jarig huwelijksfeest en ambtsjubilea, verhuizing en gezinsuitbreiding Aan deze extra verlofdagen is een maximum van tien dagen per schooljaar vastgesteld. Zijn er meer dagen nodig dan kunt u een verzoek indienen bij de Afdeling Leerlingzaken van de gemeente. De leerplichtambtenaar beslist hierover. Een dergelijk verzoek wordt slechts bij zeer hoge uitzondering toegewezen.
7.12
Traktaties Wanneer een leerling jarig is of bij speciale gelegenheden, mag een leerling trakteren in zijn eigen groep en buiten de klas de teamleden. Hierbij is snoep niet verboden,
37
wel verzoeken wij u niet al te uitbundig snoep uit te delen i.v.m. een al te grote aanslag op tanden en kiezen. Op internet zijn veel leuke alternatieven te vinden voor een verantwoorde traktatie. De jarige mag een cadeautje grabbelen en gaat de klassen langs met een felicitatiekaart. Ideeën voor leuke en verantwoorde traktaties:
7.13
www.Caloriechecker.nl www.Voedingscentrum.nl www.Gezondtrakteren.nl www.traktatietips.nl www.party-kids.nl
Schoeisel Wij adviseren u om veiligheidsredenen de kinderen geen loszittende schoenen (slippers e.d.) te laten dragen. Bij het spelen op het plein of het traplopen kan dit gevaarlijk zijn.
7.14
Speelgoed en gadgets Speelgoed meenemen is alleen toegestaan op vrijdag. Het speelgoed mag dan alleen tijdens spelmomenten worden gebruikt. Spullen van waarde worden in de kluis gelegd. Soms wordt er met de vervoerder afgesproken dat kinderen iets van speelgoed meenemen in de taxi. Zeker wanneer de leerling lang onderweg is, is dit raadzaam. Ook dan moet dit worden bewaard in de kluis in de klas. De school is niet aansprakelijk voor schade aan het speelgoed van uw kind. Wij adviseren u daarom om uw kind geen dure voorwerpen mee naar school te geven.
7.15
Waardevolle spullen Iedere leerling is verantwoordelijk voor zijn eigen spullen (incl. persoonlijke eigendommen) De school is niet aansprakelijk voor (toegebrachte) schade aan of diefstal van de eigen spullen van een leerling. Leerlingen kunnen gebruik maken van een kluis in de klas.
38
7.16
Het gebruik van mobiele telefoons Alleen met schriftelijke toestemming van de afdelingscoördinator kan een kind toestemming krijgen om een mobiele telefoon mee te nemen. Dit kan alleen per uitzondering, bijvoorbeeld wanneer een kind alleen reist met het openbaar vervoer. Als een kind wel een telefoon mag meenemen moet deze worden bewaard in de kluis in de klas.
7.17
Zwemmen en gymnastiek Zwemmen Leerlingen, die in een groep zitten waarin schoolzwemmen gegeven wordt, zijn verplicht om aan deze lessen deel te nemen. Alleen om medische redenen, waarbij een verklaring van een arts overlegd moet worden, kunnen leerlingen hiervan vrij gesteld worden. We zwemmen op donderdag in zwembad De Wilgenring, bij ons in de straat. Indien uw kind volgend jaar gaat schoolzwemmen ontvangt u hierover tijdig bericht. In dat geval dient u uw kind op donderdag zwemkleding en een handdoek mee te geven. Gym Ook gym is een verplicht vak. Alleen op advies van een arts hoeft een kind niet aan gym deel te nemen. Op Schats-Noord gymmen we op maandag en vrijdag.
39
8
Schooltijden en vakanties
8.1
Schooltijden Om 08.30 uur gaat het hek van onze school open en ook de voordeur voor de kinderen de kinderen uit Zeester, Oceaan en Koraal die meteen naar hun klas gaan. De andere leerlingen gaan naar het plein en blijven daar tot 08.45 uur. Dan gaat de bel en gaan ook zij naar hun klas. De school begint om 8.45 uur en eindigt om 15.00 uur (woensdag om 12.15 uur) Omdat er pas vanaf 08.30 uur toezicht is op het plein is het niet wenselijk dat kinderen eerder op school zijn. De chauffeurs of de ouders die kinderen komen brengen zijn verantwoordelijk voor het toezicht totdat het plein geopend is. Kleuters: Kinderen uit Zeester zijn vanaf de herfstvakantie(vanaf 29 oktober) op woensdag vrij. Kinderen bij ons op school zijn per schooljaar voor 1030 onderwijsuren ingeroosterd.
8.2
Vakantierooster 2012-2013 Herfstvakantie maandag 22 oktober 2012 t/m vrijdag 26 oktober 2012 Kerstvakantie maandag 24 december 2012 t/m vrijdag 4 januari 2013
Voorjaarsvakantie maandag 25 februari 2013 t/m vrijdag 1 maart 2013 Pasen
vrijdag 29 maart 2013 t/m maandag 1april 2013
Meivakantie incl. hemelvaart: maandag 29 april 2013 t/m vrijdag 10 mei 2013
8.3
Pinksteren
maandag 20 mei 2013
Zomervakantie
maandag 22 juli 2013 t/m vrijdag 30 augustus 2013
Studiedagen Tijdens studiedagen is onze school dicht. De vervoerders worden hierover door ons tijdig ingelicht. Hieronder de geplande studiedag voor komend schooljaar (wijzigingen voorbehouden) U wordt hieraan lopende het jaar, door nieuwsbrieven steeds aan herinnerd. Donderdag 27 september 2012 Maandag 8 oktober 2012 Dinsdag 9 oktober 2012 Woensdag 28 november 2012 Dinsdag 15 januari 2013 Vrijdag 8 februari 2013
40
9
Externe contacten
9.1
Schoolarts Mevrouw dr. I. v.d. Meer is onze schoolarts. Zij maakt tevens deel uit van onze commissie van begeleiding. Gemiddeld één keer per zes weken bezoekt zij onze school en onderzoekt zij leerlingen. Eén van de opvoeders dient bij dit onderzoek aanwezig te zijn. Mw. Dr. I. van der Meer-Spanjer, jeugdarts CJG Schiebroek/Hillegersberg locatie Ganzerikplein 48 3053 EA Rotterdam Tel. 010-4444607
[email protected] werkdagen: di,wo,do
9.2
Sponsoring De Horizonscholen, vooral de VSO scholen, leggen in toenemende mate contacten met het bedrijfsleven en branche organisaties. Daar worden convenanten afgesloten waarin wederzijdse ondersteuning en informatie-uitwisseling wordt geregeld. Daarbij blijft gelden dat de school alleen verantwoordelijk is voor een eigen en zelfstandige invulling van het onderwijsprogramma. Ten aanzien van sponsoring voeren de scholen een terughoudend beleid. Giften worden alleen geaccepteerd als daarvoor geen tegenprestatie gevraagd wordt.
9.3
Zorginstanties Voorbeelden van zorginstanties zijn o.a. Bureau Jeugdzorg, Stichting Mee, William Schrikker Groep, Trivium Lindenhof, Auriga, Centrum voor Jeugd en Gezin, RIAGG, Lucertis, SARR, Yulius, Sophia Kinderziekenhuis e.a..
9.4
Overige contacten Wij werken o.a. veel samen met Horizon Bergse Veld(cl. 4 school) en Bergse Bos (woongroepen), Schats-zuid, Weer Samen Naar School (WSNS) De Piloot. MKD’s Klavertje Vier en de Kleine Plantage, mensen uit de onderwijs cluster 2 en 3, ergotherapiepraktijk ‘Doen Dus’ en logopediepraktijk ‘Compleet Logopedie’.
41
Bijlage 1 1. 2. 3. 4. 5.
6. 7.
8.
9.
Aanmeldingsprocedure cluster 4 onderwijs ouders/school willen een beschikking aanvragen voor cluster 4 onderwijs, bureau instroom van Horizon (010-2854700) ondersteunt hen daarbij; documentatie t.b.v. aanvraag indicatie wordt door bureau instroom toegestuurd aan ouders/school; zodra dossier binnen is bij bureau instroom wordt dit getoetst aan de criteria, indien gegevens ontbreken worden deze schriftelijk opgevraagd bij ouders/school; bureau instroom dient compleet dossier namens ouders in bij de Commissie voor Indicatiestelling; ouders en school krijgen hiervan een schriftelijke bevestiging; bij afgifte van een positieve beschikking door de Commissie voor Indicatiestelling en als ouder(s)/verzorger(s) een plaatsing willen op een cluster 4 school, wordt door bureau instroom gekeken welke onderwijslocatie voor de leerling het meest passend is; de leerling wordt op de wachtlijst geplaatst van de meest geschikte onderwijslocatie; vier-wekelijks vindt er een plaatsingsoverleg plaats waarin o.a. de instroom besproken wordt met de afdelingscoördinatoren van de verschillende onderwijslocaties. Kan de leerling van de wachtlijst geplaatst worden op de meest geschikte onderwijslocatie?; indien leerling geplaatst kan worden, worden de ouder(s)/verzorger(s) hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. Indien de leerling niet geplaatst kan worden, blijft hij/zij op de wachtlijst, ook hiervan worden ouder(s)/verzorger(s) op de hoogte gebracht; de geplaatste leerling wordt door de afdelingscoördinator van de meest geschikte onderwijslocatie uitgenodigd voor een intake/kennismakingsgesprek. In dit gesprek spreekt u een plaatsingsdatum af.
Indien de leerling een van de Horizonscholen gaat verlaten en wil doorstromen naar het regulier onderwijs of het Educatief Centrum zal vanuit het plaatsingsoverleg ook de rugzak of de aanmelding bij het Educatief Centrum geregeld worden. Bureau Instroom Horizon Postadres:
Bezoekadres:
Postbus 37056 3005 LB Rotterdam 010-2854700 Telefonisch spreekuur: maandag t/m vrijdag van 9.00 en 11.00 uur
[email protected] Mozartlaan 150 3055 KM Rotterdam
42
Bijlage 2
Medewerkers
De school kent een groot aantal medewerkers Sectormanager
Peter de Vaal
[email protected]
Afdelingscoördinator
John Staps
[email protected]
Groepsleraren:
Karin Jansen Karin Mijzen Vanny Gorissen Tamara van Dijk Loes vd. Wel Dirk de Witte Ilse de Laat Hanneke Blokland Laura de Kruijf
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Onderwijsassistenen
Marijke Wirxel Angelique Liauw Kie Fa Lotte Derksen Iris de Kooter
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Conciërge
Martin Bredius
[email protected]
Intern begeleider
Irma Bergmans
[email protected]
Gedragswetenschapper Eli-anne vd Torn Rense Lemstra
[email protected] [email protected]
Schoolmaatschappelijk deskundige
Carola Askes
[email protected]
Speltherapeute
Sonja Bosch
[email protected]
Vakleraar l.o.
Theo de Boer
[email protected]
Administratief medewerkster
Lea van Noort
[email protected]
Schoolarts
Mw. I. vd Meer
[email protected]
43
Bijlage 3
Schoolreglement
1. We komen op tijd. Iedereen komt naar school om te werken en te leren. Op tijd komen is daarbij zeer belangrijk. De lessen kunnen dan op tijd beginnen en worden niet verstoord door leerlingen die later binnenkomen. 1.1.
De eerste bel gaat om 8.30, dan gaan de deuren open en gaan sommige kinderen hun klas in. Het team gaat bij de deur staan en op het plein.
1.2.
om 08.45 uur gaat de tweede bel. Kinderen die buiten zijn gaan met hun groep naar binnen.
1.3.
Om 8.50u is iedereen in het lokaal en beginnen de lessen .
1.4.
Wanneer leerlingen niet naar school komen, kunnen zij alleen door ouders/verzorgers tussen 8.15 en 9.30 absent gemeld worden.
1.5.
De lessen worden volgens rooster gevolgd.
1.6.
Afspraken met bijvoorbeeld tandarts, dokter, vinden zoveel mogelijk buiten schooltijd plaats.
1.7.
Aan het eind van iedere pauze gaat de bel en ga je bij je leerkracht staan en loop je met de groep naar binnen.
2. We gaan respectvol met elkaar om. Iedereen verdient het om met respect te worden behandeld. We gebruiken normale woorden om te zeggen wat we willen zeggen. Soms zijn we het niet met elkaar eens, maar dat lossen we pratend op. Op die manier werken we aan een goede sfeer op school. 2.1.
We houden rekening met elkaar.
2.2.
We praten beleefd met elkaar.
2.3.
We zijn eerlijk tegen elkaar.
2.4.
We denken na voordat we iets zeggen.
2.5.
We luisteren naar elkaar.
2.6.
Ruzie lossen we pratend op, eventueel met hulp van een leerkracht.
2.7.
We gaan zorgvuldig om met elkaars spullen.
2.8.
We discrimineren niet.
2.9.
We laten elkaar uitpraten.
2.10.
We dragen gepaste kleding. Dus geen kleding met bijv. obscene opdruk, tekst, drugssymbolen, wapens, zichtbare onderkleding e.d.). We dragen geen kleding die erg ontkleed is. We dragen geen hoofddeksel binnen de school. We dragen geen kleding met een racistische of anderszins discriminerende uitstraling.
44
Het dragen van sieraden (armbanden, kettingen, ringen, etc.) is toegestaan,
2.11.
behalve in lessituaties waarbij zij een gevaar kunnen opleveren (bv. tijdens de techniekvakken en gymnastiek) en zij niet gebruikt kunnen worden als wapen (bv. scherpe ringen, zware halskettingen, armbanden met punten, etc.)
3. We zorgen voor rust en veiligheid. Als er voldoende rust is binnen school kan iedereen goed werken. We letten erop dat we anderen niet storen bij hun werk. Iedereen moet zich veilig voelen op school en daar moeten we met elkaar voor zorgen. We doen geen dingen die onze eigen veiligheid of die van anderen op het spel zet. De leerlingen komen volgens de afgesproken route naar school. 3.1.
Voor schooltijd wachten de leerlingen bij de hoofdingang.
3.2.
We zorgen voor rust op de gang, volgens de aanwijzingen van de leerkracht.
3.3.
Zelfstandig over de gang lopen doe je met een zgn ‘looppas’
3.4.
Afval gooien we in de prullenbak.
3.5.
Om de veiligheid te waarborgen worden de onderstaande, door de gemeente Rotterdam vastgestelde veiligheidsbepalingen, toegepast.(zie bijlage)
3.6.
Na schooltijd blijf je niet rond school hangen, maar ga je naar huis.
4. We zorgen dat we onze spullen in orde hebben. Dan kunnen we snel en ongestoord aan het werk. We dragen zorg voor alle materialen; we gebruiken de dingen waarvoor ze bedoeld zijn. Voor gym: gymkleding verplicht met blote voeten of zaalsportschoenen. Voor zwemmen: zwemkleding en een handdoek.
5. We dragen verantwoordelijkheid voor de eigen spullen. Iedere leerling is verantwoordelijk voor zijn eigen spullen (incl. persoonlijke eigendommen zoals mobiele telefoon, MP3-speler en alle andere geluidsapparatuur.) De school is niet aansprakelijk voor (toegebrachte) schade aan of diefstal van de eigen spullen van een leerling.
6. We doen mee aan alle lessen en activiteiten. De wet maakt geen uitzonderingen. Alleen door de lessen te volgen bereiden wij ons zo goed mogelijk voor op het middelbaar onderwijs.
45
6.1.
Als je om wat voor reden dan ook niet (geheel) mee kunt doen met de les, zorg je vooraf voor een briefje van je ouder/verzorger. De leerkracht beoordeelt de reden en houdt er eventueel rekening mee.
7. We gebruiken internet ter ondersteuning van het onderwijs. De onderstaande regels dienen door de leerling in acht te worden genomen t.a.v. het gebruik van internet op school.
Van de leerling wordt verwacht om op een correcte wijze om te gaan met het schoolnetwerk. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het bezoeken van websites, zijn acties op het internet en voor de eigen inloggegevens. De school behoudt zich het recht om opgeslagen gegevens en e-mails op het schoolnetwerk te controleren. Bij misbruik van het netwerk van de school kan toegang hiertoe, door de school, worden ingetrokken.
Het netwerk/internet van de school mag door de leerling alleen voor educatieve doeleinden worden gebruikt. Hierbij mogen geen koop- en verkoophandelingen plaatsvinden; downloaden, chatten is niet toegestaan. Wachtwoorden zijn strikt persoonlijk. Sites die obsceen zijn, tot haat aanzetten of aanstootgevende informatie bevatten zijn verboden.
8. We spreken Nederlands. Dan begrijpen we elkaar. Er ontstaan minder snel misverstanden wanneer we allemaal dezelfde taal spreken.
Daar waar dit reglement niet in voorziet beslist de afdelingscoördinator van de locatie.
46
Bijlage 4
Jaarplanner
Aan het begin van het schooljaar ontvangt u een jaarplanner. Hierop staat de activiteiten, de studiedagen en vakanties gepland. Onder voorbehoud van wijzigingen. Middels nieuwsbrieven worden veranderingen van de jaarplanner aan u doorgegeven.
47
Bijlage 5
Gemeentelijke veiligheidsbepalingen
Definities: Artikel 1 1. Strafbare feiten zijn alle handelingen en gedragingen die op grond van de enige Nederlandse wettelijke bepaling als misdrijf of overtreding strafbaar zijn gesteld. 2. Wapens zijn voorwerpen die zijn aangewezen in de Nederlands wapenwetgeving, de Wet wapens en munitie. (Alle messen, ook eenvoudige zakmessen vallen hieronder.) 3. Drugs zijn alle stoffen en middelen die zijn aangewezen in de Nederlandse drugswetgeving, de Opiumwet. (Ook kleine hoeveelheden hasj, wiet en XTC vallen hieronder.) Verbodsbepalingen: Artikel 2 1. Het plegen van strafbare feiten op deze school is verboden. 2. Wapens zijn op deze school verboden. 3. Drugs zijn op deze school verboden. 4. Vuurwerk is op deze school verboden. 5. Alcohol is op deze school verboden. 6. Het uitschelden en pesten van mensen is op deze school verboden. Controle: Artikel 3 De school is bevoegd ter controle op de naleving van verbodsbepalingen, 1. Leerlingen aan de kleding op de aanwezigheid van verboden voorwerpen te controleren; 2. De door leerlingen meegevoerde voorwerpen op de aanwezigheid van verboden voorwerpen te controleren; 3. De door leerlingen in gebruik zijnde kasten of lockers op de aanwezigheid van verboden voorwerpen te controleren. (De controles worden bij voorkeur door tenminste twee, door de schoolleiding aangewezen, personen en in aanwezigheid van de betrokken leerlingen uitgevoerd.) Horizon schoolgids 2011-2012 Schreuder College 4 7 Aangetroffen verboden voorwerpen: Artikel 4 1. De school draagt aangetroffen wapens, drugs en illegaal vuurwerk over aan de politie. 2. De school kan besluiten om aangetroffen alcohol, legaal vuurwerk of wapens die strafbaar zijn gesteld op grond van artikel 2 lid 1 categorie 4 onder 7 van de Wet wapens en munitie*, aan de ouder(s)/verzorgers van de betrokken leerlingen af te geven. (*Dit zijn voorwerpen die gelet op de omstandigheid waaronder zij worden aangetroffen en omdat ze geschikt zijn voor het bedreigen van dan wel het toebrengen van letsel aan personen als wapen kunnen worden aangeduid. Voorbeelden hiervan zijn zakmessen en schroevendraaiers.) Maatregelen: Artikel 5 1. De school doet aangifte van misdrijven bij de politie. 2. De school kan aangifte doen bij de politie van overtredingen. 3. De school doet aangifte bij de politie van wapenbezit op school. 4. Van het bezit van wapens die strafbaar zijn gesteld op grond van artikel 2 lid 1 categorie 4 onder 7 van de Wet wapens en munitie kan de school aangifte doen bij de politie, indien met behulp van die aangetroffen wapens andere strafbare feiten zijn gepleegd. Artikel 6 1. De school informeert de ouder(s)/verzorgers van leerlingen die het schoolreglement hebben overtreden. 2. De school kan bij overtreding van het schoolreglement disciplinaire maatregelen tegen de betrokken leerling treffen. 3. De school kan eventuele schade, toegebracht aan school, verhalen op de betrokken leerlingen en diens ouder(s)/verzorgers. 4. De school kan administratie voeren van overtredingen van het schoolreglement.
48
Bijlage 6
Adressen, websites en telefoonnummers
Overzicht van de genoemde links naar websites: Horizon Jeugdzorg en onderwijs
010 - 2854700 www.horizon-jeugdzorg.nl/
Bureau Instroom Horizon Jeugdzorg
010 - 2854700
Campina schoolmelk
www.campinaopschool.nl/
SISA
010- 4339930 www.sisa.rotterdam.nl/
JOS leerlingenvervoer
010 - 4984257 www.jos.rotterdam.nl/smartsite.dws?id=972
Leerplicht Rotterdam
010- 2674651 www.jos.rotterdam.nl
Stichting mee Rotterdam
010 - 2821111 www.meerotterdamrijnmond.nl
Bureau Jeugdzorg
010 - 2330000 www.jeugdzorg-rotterdam.nl
AMK Rotterdam Noordoever
010 - 4128110
AMK Rotterdam Zuidoever
010 - 4128110
ECSO
010 - 2806339 www.ecso.nl
Voedingscentrum Traktaties
www.voedingscentrum.nl www.Caloriechecker.nl www.Gezondtrakteren.nl www.traktatietips.nl www.party-kids.nl
49
Bijlage 7
Afkortingen
CVB
commissie van begeleiding
OPP
Ontwikkelingsperspectief (het eindniveau dat van de leerling wordt verwacht)
SISA
Signaleren en Samenwerken (Rotterdams leerlingvolgsysteem)
AMK
Advies- en meldpunt kindermishandeling
BJZ
Bureau Jeugdzorg
RADAR
Registratie Agressie Diagnostiek Analyse Risico’s (methodiek om agressie te hanteren)
CED
Centrum Educatieve Diensten (schooladviesdienst Rotterdam)
SO
Speciaal onderwijs, leeftijd 4 t/m 12
VSO
Voortgezet speciaal onderwijs, 12 t/m 21 jaar
NIO
Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau
ZAT
Zorg- en Adviesteam
CJG
Centrum voor Jeugden gezin
ECSO
Expertise Centrum Speciaal Onderwijs
50