Schoolgids Bergse Veld School
Voorwoord Voor u ligt de schoolgids 2012-2013 van Het Bergse Veld. Het Bergse Veld is één van de scholen van Stichting Horizon. De schoolgids is een informatiebrochure voor de ouders en verzorgers van jongeren die leerling van Het Bergse Veld zijn of worden. In deze gids treft u informatie aan over: Wie wij zijn Voor welke jongeren onze school is bedoeld; Wat wij als school belangrijk vinden en wat u daar van merkt Hoe we ons inzetten voor de kwaliteit van het onderwijs Wat wij van u verwachten Hoe we in gezamenlijkheid vormgeven aan het toekomstperspectief van uw kind Hoe u uw zoon/dochter kunt aanmelden; Wanneer de vakanties zijn en over nog veel meer andere en praktische zaken. U krijgt deze gids bij aanvang van het schooljaar of in een kennismaking met de school. Aan het begin van een schooljaar en tijdens de kennismaking komt er veel informatie op u af. In deze gids kunt u alles nog eens rustig nalezen. We hopen dat u met deze gids een duidelijk beeld krijgt van Het Bergse Veld. Mocht iets u niet duidelijk zijn, dan kunt u altijd terecht bij onze leerkrachten. Zij zijn bereid tijd voor u te nemen en zullen proberen uw vragen te beantwoorden. We hopen echt dat u gebruik maakt van deze mogelijkheid. Door elkaar te leren kennen, komt ons doel dichterbij: goed onderwijs voor uw kind zodat hij / zij zich kan ontplooien naar zijn / haar mogelijkheden. U kunt de leerkrachten het beste bereiken tussen 08.00 uur en 08.15 uur en na 14.45 uur. Over andere zaken, die niet direct betrekking hebben op de klassensituatie kunt u contact opnemen met de afdelingscoördinator. Namens het team van Het Bergse Veld, Peter de Vaal, sectormanager J.J. du Prie, bestuurder Stichting Horizon
Het Bergse Veld 00AW T: 010-4180493 E:
[email protected] Voor meer informatie over onze school en de andere Horizonscholen kunt u ook terecht op www.horizon-jeugdzorg.nl NB: de inhoud van deze schoolgids is vastgesteld door de directie en de Raad van Bestuur van Horizon en heeft instemming van de medezeggenschapsraad. 1
Inhoudsopgave 1
2
3
4
5
6
DE LOCATIE 1.1 Doelgroep 1.2 Visie en doelen 1.3 Pedagogisch klimaat 1.4 Schoolondersteuningsprofiel
4 4 6 8
LEERSTOFAANBOD 2.1 Perspectief 2.2 Leerstofaanbod 2.3 Toetsen en leerlingvolgsysteem 2.4 Rapporten 2.5 Groepsplan 2.6 Vrijstelling van onderwijsactiviteiten
10 10 12 13 13 13
ONDERWIJSRESULTATEN 3.1 Resultaten 3.2 Opbrengsten 3.3 Analyse van de opbrengsten
14 14 16
SCHOOLORGANISATIE 4.1 Aanmelding 4.2 Plaatsing 4.3 Locaties 4.4 Samenwerking met derden 4.5 Ambulante begeleiding 4.6 Roosterplanning 4.7 De functies en taken binnen de school 4.8 Leerlingenraad 4.9 Veiligheid 4.10 Speerpunten 2012-2013
17 17 18 19 20 20 20 21 22 22
ZORG VOOR LEERLINGEN 5.1 Ontwikkelingsperspectief (OPP) 5.2 Commissie van Begeleiding (CvB) 5.3 Beëindiging plaatsing 5.4 Dossiervorming 5.5 Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 5.6 Kwaliteit 5.7 Dyslexie 5.8 Schorsing en verwijdering
25 26 26 27 28 28 29 29
OUDERS 6.1 Samenwerking met ouders 6.2 Ouderbijeenkomsten 6.3 Ondersteuning ouders 6.4 Nieuwsbrief 6.5 Medezeggenschap 6.6 Vertrouwenspersoon 6.7 Klachtenregeling
31 31 31 32 32 32 32
2
7
8
9
PRAKTISCHE INFORMATIE 7.1 Boeken en leermiddelen 7.2 Overblijven 7.3 Schoolmelk 7.4 Medicatie 7.5 Verzekeringen 7.6 Ouderbijdrage en schoolreis 7.7 Vervoer 7.8 Schoolregels 7.9 Rookbeleid 7.10 Verzuim, afwezigheid en ziekmelding 7.11 Traktaties 7.12 Kleding en voorwerpen 7.13 Speelgoed en gadgets 7.14 Zwemmen en gymnastiek
34 34 35 35 35 35 35 36 37 37 37 38 38 38
SCHOOLTIJDEN EN VAKANTIES 8.1 Schooltijden 8.2 Vakantierooster 2012-2013 8.3 Studiedagen
40 40 41
EXTERNE CONTACTEN 9.1 Schoolarts en
schooltandarts 42 9.2 9.3
BIJLAGE 1 BIJLAGE 2 BIJLAGE 3 BIJLAGE 4
Sponsoring Overige contacten
43 43
AANMELDINGSPROCEDURE CLUSTER 4 ONDERWIJS MEDEWERKERS INTENTIEVERKLARING JAARPLANNER
3
1
De locatie
1.1
Doelgroep
Kinderen in de leeftijd van 6 t/m 12 jaar die een periode achter de rug hebben, waarin hun ontwikkeling op diverse gebieden niet langs de verwachte en gewenste lijn is verlopen, vormen de doelgroep van Het Bergse Veld. Hoewel plaatsing mogelijk is vanaf groep 3 is de leeftijdsopbouw van leerlingen niet evenwichtig verdeeld over alle leerjaren. De meeste instroom vindt plaats in de hogere groepen: 6 tot en met 8. De school richt zich op leerlingen met externaliserende problematiek zoals ADHD, ODD en hechtingsproblemen / stoornissen. Leerlingen met PDD-NOS worden soms geplaatst als de gedragsproblematiek dominant is. Daarnaast richt Het Bergse Veld zich op leerlingen die naast de gedragsproblemen forse belemmeringen ondervinden bij het leren vanwege een lager IQ dan gemiddeld (IQ 70 – 85). De school biedt onderwijs aan leerlingen die thuis wonen (ongeveer 1/3 van de leerlingen) of geplaatst zijn in een residentiële setting: Het Bergse Bos (2/3 van de leerlingen). Deze plaatsingen hebben veelal een korte duur, variërend van 13 weken tot maximaal 2 jaar. De school biedt onderwijs aan leerlingen met een besloten machtiging die geplaatst zijn in de high care, medium care en crisisgroep, maar ook aan leerlingen met een indicatie van Jeugdzorg voor de open leefgroepen en de dagbehandeling of leerlingen die vrijwillig (zonder bemoeienis van Jeugdzorg) geplaatst zijn op het Bergse Bos. Tenslotte biedt het Bergse Veld plaats aan BOS-leerlingen, overeenkomstig de afspraken met WNSN. Deze leerlingen worden voor 13 weken geplaatst om na te gaan wat de leerling nodig heeft op zijn “oude” school om daar het onderwijs weer te vervolgen.
1.2
Visie en doelen
Het Bergse Veld is een school voor cluster 4 onderwijs en richt zich op leerlingen met externaliserende gedragsproblemen en leerlingen die vanwege een lager IQ dan gemiddeld beperkingen ondervinden bij het leerproces. Het onderwijs richt zich op de toekomst van de jongere, opdat die later als volwassene kan functioneren en integreren in de maatschappij. Het onderwijs richt zich daarom op kennisoverdracht, vaardigheden en attitude. Daarbij ligt het accent niet op de belemmeringen die de leerling heeft, maar op de mogelijkheden. Een bijkomende factor is dat het Bergse Veld ongeveer 85 leerlingen onderwijs biedt die niet thuis wonen maar tijdelijk op een (besloten) leefgroep geplaatst zijn, dan wel dagbehandeling ontvangt. De integratie zorg – onderwijs is een belangrijk uitgangspunt dat duidelijk meerwaarde biedt (afstemming behandelplannen).
4
Soms is het niet eenvoudig als er in de voorwaarden om tot leren te komen te veel ontbreekt om dat leren mogelijk te maken. Wij zoeken dan naar een passend onderwijsaanbod en pedagogische aanpak, waarbij de leerling toch uitgedaagd wordt om te leren (vraag en dialooggericht). Het samen opzoek zijn naar wat wel werkt begint met de jongere te erkennen als mens met mogelijkheden. Ieder kind is van nature nieuwsgierig, wil zich ontwikkelen. Onze leerlingen willen dat ook, ondanks hun gedragsproblemen. Zij hebben wel meer hulp en ondersteuning nodig om hun mogelijkheden te vergroten, weer met plezier naar school te gaan en te ervaren dat zij wel degelijk kunnen leren. Die positieve ervaring willen wij de kinderen als school geven. Zelfs als de aanleg van kinderen beperkt is. Ook dan zien wij het als een uitdaging om het kind te laten ervaren dat hij toch trots kan zijn op zijn eigen prestaties (zeggenschap van jeugdigen). De school biedt een onderwijsaanbod dat voorbereidt op het vervolgonderwijs en de samenleving. De leerinhouden op het gebied van de Nederlandse taal en rekenen / wiskunde en die van de overstijgende vormingsgebieden zijn gebaseerd op de kerndoelen als te bereiken doelstellingen. De school gaat er vanuit dat iedere leerling basiskennis en vaardigheden voor taal en rekenen nodig heeft om zich in de maatschappij te kunnen handhaven en dat de leerlingen een zo hoog mogelijk streefniveau moeten halen. De referentieniveaus gebruiken wij daarbij als hulpmiddel. In het kader van opbrengstgericht werken stellen we doelen, meten leerprestaties van leerlingen en volgen zo de vorderingen van de leerlingen nauwlettend. Het werken met de leerlijnen is daarbij hulpmiddel. Indien nodig sturen wij bij. De samenhang tussen kerndoelen, referentieniveaus, leerlijnen, het werken met leerroutes het formuleren van een ontwikkelingsperspectief en opbrengstgericht werken (Robuust) is evident. Door uit te gaan van de leerlijnen is de vergelijkingsmogelijkheid met het gewenste referentieniveau mogelijk. Bij plaatsing op school wordt gestart met het bepalen van het ontwikkelingsperspectief van de leerlingen. De resultaten van de Cito-toetsen bepalen aan het begin van het schooljaar de onderwijsarrangementen die uitgezet worden over de klassen. Vanwege de vele tussentijdse in- en uitstroom zal mogelijk een instroomklas georganiseerd worden. Om de leerlingen goed kwalitatief onderwijs te bieden gaan wij uit van een efficiënte en effectieve aanpak. We maken een bewuste keuze om indien nodig meer tijd te bieden om het leerstofaanbod zich eigen te maken. We zien er op toe dat de beschikbare onderwijstijd optimaal wordt gebruikt. We letten op verzuim, te laat komen, houden ons aan de pauzetijden en ondernemen actie (leerplicht) bij ongeoorloofd verzuim. Ook een goed klassenmanagement speelt daarbij een belangrijke rol. Naast het leren is er veel aandacht voor de ontwikkeling van de leerling als mens, die in deze ingewikkelde samenleving zijn plaats zal moeten vinden. Ondanks de problemen die de leerling ervaart doen wij een beroep op de eigen verantwoordelijkheid: Regisseur van je eigen bestaan, is een slogan die wij hanteren.
5
Ook in een moeilijke situatie heeft de leerling een keuze. In onze interactie staat die dan ook centraal. De noodzakelijke sociale vaardigheden, emotionele ontwikkeling en burgerschap zijn voor onze leerlingen geen eenvoudige zaak. Met de invoering van een LVS voor de sociaal-emotionele ontwikkeling (SEOL vernieuwd) kan ook daar meer opbrengstgericht gewerkt worden. Samen verantwoordelijk zijn heeft meerwaarde en leidt tot een goed perspectief. Dat geldt voor alle betrokkenen: de leerling, ouders / verzorgers en het team. Ieder heeft daarin inbreng en verantwoordelijkheid. We delen graag de successen met elkaar, maar ook de momenten waarop het niet goed gaat met de leerling (zeggenschap ouders). Samenvattend gaat Het Bergse Veld voor kwalitatief goed onderwijs en worden leerlingen op een planmatige cyclische werkwijze begeleid. Daarbij gaan wij uit van: onderwijsbehoeften die centraal staan; afstemming van de omgeving op wat het kind nodig heeft; passend onderwijs; oog voor positieve aspecten naast de problematische om een succesvol plan van aanpak te maken; samenwerking van alle betrokkenen om effectieve aanpak te realiseren, doelgericht werken; een systematische werkwijze. Deze uitgangspunten zijn te herkennen in het beleid van Horizon; maar ook in het Handelingsgericht Werken. Het HGW is geen nieuwe aanpak, meer een systematisch uitgewerkt kader waarlangs wij werken. Het cluster 4 onderwijs op onze school is er op gericht dat leerlingen indien mogelijk terugkeren naar het reguliere basisonderwijs of doorstromen naar regulier voortgezet onderwijs. Om dit mogelijk te maken wordt per leerling binnen 6 weken een ontwikkelingsperspectief vastgesteld. Op basis daarvan wordt passend onderwijs aangeboden. Aan de hand van de leerlijnen, wordt de koers uitgezet, bewaakt en zo nodig bijgesteld. Bij evaluatie van de vorderingen van de leerlingen op cognitief en sociaalemotioneel gebied kan besloten worden dat de leerling niet meer aangewezen is op cluster 4 onderwijs en dat de leerling kan terug keren naar het regulier onderwijs.
1.3
Pedagogisch klimaat
De kinderen die bij ons op school komen hebben primair gedrag- en sociaal-emotionele problemen en zijn daardoor in de schoolsituatie volledig vastgelopen. Het gaat bijvoorbeeld om kinderen met een ernstige vorm van ADHD die moeilijk te begrenzen zijn, kinderen die opstandig reageren of juist heel angstig zijn en op basis hiervan gedragsproblemen vertonen. 6
Deze problematiek gaat vaak samen met slechte schoolprestaties, geringe motivatie en onvoldoende concentratie. In feite zijn het heel kwetsbare kinderen met veelal een negatief zelfbeeld. Wij zien het als onze opdracht om deze in hun ontwikkeling bedreigde kinderen zodanige onderwij/ leersituaties aan te bieden, dat ze zich zowel op emotioneel, sociaal als cognitief opzicht zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Een positief maar ook reëel zelfbeeld is de basis waarop de verdere ontwikkeling van het kind gestalte krijgt. Vanuit een groeiend zelfvertrouwen leert het kind om te gaan met zijn omgeving. Wij laten ons leiden door de kernwaarden van Horizon. Zo maken wij duidelijk waar wij voor staan!
Voor alle kinderen geldt dat zij gebaat zijn met een duidelijk gestructureerde werkomgeving met heldere en wederzijds geaccepteerde grenzen. Binnen de school zorgen wij voor duidelijkheid in de omgang en gedragsregels door de hele school heen. De regels zijn een uitwerking van de normen en waarden die wij belangrijk vinden. De regels zijn daarmee geen doel op zich, maar een handvat om normen en waarden vorm te geven. Daarmee creëren wij een klimaat waarin de leerlingen zich veilig kunnen voelen. Een omgeving die uitlokt tot een goede werkhouding en interesse die ontwikkeling van de eigen vaardigheden en kennis mogelijk maakt. Centraal staat in onze aanpak dat de één de ander als persoon accepteert. Dit betekent dat wij bij ongewenst gedrag niet de leerling als persoon, maar zijn gedrag bekritiseren. Het kind mag er zijn.
Het team van Het Bergse Veld tracht de leerlingen veiligheid te bieden door duidelijke regels die in de hele school te herkennen zijn. Voorspelbaarheid is daarnaast ook van groot belang. Elke leerling mag weten dat hij er mag zijn op school en merkt dat aan de bejegening door de teamleden. Het spreekt voor zich dat er rekening wordt gehouden met de specifieke problematiek. Kort samengevat is het pedagogisch klimaat op Het Bergse Veld: Duidelijk, voorspelbaar, warm, rekening houdend met de problematiek.
7
Om het gedragsverandering te bewerkstelligen worden op teamniveau interventies ontwikkeld die ingezet kunnen worden. Daarbij staat centraal dat belonen effectiever is dan straffen. Maar ook dat de leerling daar zelf verantwoordelijkheid voor kan nemen. Met kleine stapjes worden doelen ook bereikt. Het team reageert proactief en zet zo interventies in om conflicten / problemen te voorkomen.
1.4
Schoolondersteuningsprofiel
Remedial teaching Als uit de toetsen of door observatie van de leerkracht blijkt dat een leerling stagneert op bepaalde gebieden, wordt dit besproken met de intern begeleider. Afhankelijk van de oorzaak en de ernst van het probleem kan de remedial teacher worden ingeschakeld. Overeenkomstig het dyslexieprotocol wordt leerlingen specifieke hulp geboden in de vorm van remedial teaching. De remedial teacher maakt aan de hand van de diagnostiek een analyse en maakt hierop een plan van aanpak. In de meeste gevallen kan dit plan van aanpak in de eigen klassensituatie worden uitgevoerd. In incidentele gevallen zal de remedial teacher individuele ondersteuning bieden aan de leerling. Als het leerdoel is bereikt, wordt de remedial teaching beëindigd. Psychomotorische therapie (PMT) Een psychomotorisch therapeut bekijkt het bewegingsgedrag van een kind. Hieronder verstaan we alles wat een kind aan bewegingen laat zien (motoriek). Het bewegingsgedrag wordt altijd mede bepaald door hoe het kind zich tijdens het gedrag voelt (toestand van de psyche). Omdat motorische activiteiten van een kind dus niet losstaan van de toestand van de psyche bekijken we het kind in zijn totaliteit. Al spelenderwijs maken de kinderen zich veel psychomotorische vaardigheden eigen. Als dit goed verloopt, bouwen ze een goed zelfgevoel op en nemen initiatief. Ze staan open voor nieuwe ervaringen, zijn leergierig en gemotiveerd. Ze kunnen tegen een stootje, zoeken contact op met leeftijdsgenoten en leren spelenderwijs hun gedrag af te stemmen op de wereld om hen heen. Hun rugzak is gevuld met positieve ervaringen. Zo verloopt het echter niet altijd. De psychomotorische therapie biedt onze kinderen op school de gelegenheid te komen tot positieve ervaringen. De waarde van PMT ligt vooral in de aandacht voor positieve ervaringen zoals kracht, plezierbeleving en positieve lichamelijke sensaties, de mogelijkheid tot doen in plaats van praten, de mogelijkheid tot uiten van onderdrukte emoties, vergroten van expressiemogelijkheden, aan den lijve ervaren en oefenen van gedrag en emoties. Door bewegen kan een kind met een laag zelfbeeld succeservaringen opdoen. Het grenzeloze kind kan oefenen en experimenteren met grenzen. Het angstige en onzekere kind kan vanuit de veiligheid weer plezier beleven. Het structuurarme kind kan door rust en ordening weer houvast krijgen. De leerkracht observeert de sociaal-emotionele en motorische ontwikkeling van de kinderen en overlegt daarover met de psycholoog. De Commissie van Begeleiding bespreekt de gesignaleerde leerlingen en besluit over de specifieke hulp. Oefentherapie caesar Op onze school werkt een erkend oefentherapeut caesar, gespecialiseerd in het werken met kinderen met een motorische ontwikkelingsachterstand. Kinderen die onhandig zijn in hun bewegen en daardoor dingen niet doen of durven, worden belemmerd in hun verdere (school) ontwikkeling. Door individueel spelenderwijs met het kind o.a. het ballen, springen, mikken, knutselen etc. te oefenen verbetert de grove en fijne motoriek. Het kind kan weer beter met de leeftijdsgenoten meekomen en zal meer plezier en zelfvertrouwen krijgen in het bewegen. De kosten voor deze behandeling worden vergoed door het ziekenfonds of ziektekostenverzekering, mits er sprake is van een verwijzing door school- of huisarts. Als u vragen heeft of nadere informatie wenst, kunt u op donderdag, graag na schooltijd, contact met onze caesartherapeut opnemen.
8
Logopedie De leerkracht observeert de taal- spraakontwikkeling (uitzondering hierop is stotteren, daarvoor kunnen we binnen school geen logopedie bieden) van de leerlingen aan de hand van een screeningsformulier. De resultaten van de screening worden met de psycholoog besproken. Als daartoe aanleiding bestaat kan logopedie aangeboden worden op school. De kosten voor deze behandeling worden vergoed door het ziekenfonds of ziektekostenverzekering, mits er sprake is van een verwijzing door school- of huisarts Trainingen In de klas en uit de resultaten van het LVS SEOL en / of TRF kan blijken dat een kind in zijn sociaal-emotioneel functioneren wordt belemmerd omdat hij / zij bepaalde vaardigheden mist. Op het Bergse Veld bieden wij buiten de klas een aantal specifieke trainingen zoals: sociale vaardigheidstraining, faalangsttraining, angsttraining en een agressieregulatie training. Deze trainingen worden zowel individueel als in kleine groepen geboden als daarvoor een indicatie wordt afgegeven door de psycholoog.
9
2
Leerstofaanbod
Het onderwijs van Horizon kent een breed onderwijsprogramma. Het accent ligt op betekenisvol en motiverend leren. Leren door doen neemt een belangrijke plaats in. In ons onderwijsaanbod sluiten we waar mogelijk aan bij het regulier onderwijs en het onderwijsaanbod is gebaseerd op de kerndoelen. Het onderwijsleerklimaat richt zich zowel op het ondersteunen van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de jeugdige als op het stimuleren en ontwikkelen van de didactische vaardigheden.
2.1
Perspectief
Bij instroom op school wordt van iedere leerling een ontwikkelingsperspectief vastgesteld. Het ontwikkelingsperspectief wordt vastgesteld op basis van dossieronderzoek en een pedagogisch –didactisch onderzoek (PDO). Het onderwijsaanbod wordt vervolgens afgestemd op dit perspectief en maakt duidelijk wat de uitstroommogelijkheden zijn De uitstroommogelijkheden variëren van: Praktijkonderwijs, VMBO basisberoeps, VMBO kaderberoeps en VMBO theoretische leerweg, maar ook HAVO of VWO is mogelijk.
2.2
Leerstofaanbod
De school biedt een onderwijsaanbod dat voorbereidt op het vervolgonderwijs en de samenleving. De leerinhouden op het gebied van de Nederlandse taal en rekenen / wiskunde en die van de overstijgende leer- en vormingsgebieden zijn gebaseerd op de kerndoelen als te bereiken doelstellingen. De school gaat er vanuit dat iedere leerling basiskennis en vaardigheden voor taal en rekenen nodig heeft om zich in de maatschappij te kunnen handhaven en dat de leerlingen een zo hoog mogelijk streefniveau moeten halen. Bij plaatsing van een leerling wordt na dossieronderzoek en een pedagogisch didactisch onderzoek een ontwikkelingsperspectief vastgesteld. In het kader van opbrengstgericht werken stellen we doelen, meten leerprestaties van leerlingen en volgen zo de vorderingen van de leerlingen nauwlettend. Het werken met de leerlijnen en referentieniveaus is daarbij hulpmiddel. Indien nodig sturen wij bij. De samenhang tussen kerndoelen, referentieniveaus, leerlijnen, het werken met leerroutes het formuleren van een ontwikkelingsperspectief en opbrengstgericht werken (Robuust) is evident. Door uit te gaan van de leerlijnen blijft de vergelijkingsmogelijkheid met het gewenste referentieniveau mogelijk. De methodes voldoen aan de kerndoelen. Het gebruik ervan is er op gericht dat de leerlingen een bij het ontwikkelingsperspectief passende onderwijsarrangement krijgen aangeboden. De uitwerking daarvan is te vinden in het groepsplan. Naast de methodes wordt extra materiaal ingezet om het gewenste leerniveau te bereiken. Taal: Het vak taal bevat de Nederlandse en de Engelse taal. Dit laatste vak wordt vanaf groep 7 aangeboden. De Nederlandse taal bevat de onderdelen schriftelijk taalgebruik (schrijven, spelling en stellen) en mondeling taalgebruik (spreken, luisteren en begrijpen). Deze onderdelen komen aan de orde binnen methodes, maar ook integraal in andere vakken. De school daagt uit, motiveert tot een goed mondeling en schriftelijk taalgebruik en heeft naast onderstaande methodes veel andere middelen beschikbaar. Informatieve boeken, kranten, klassengesprekken, informatie van de computer of ander medium zoals een dvd. 10
De rol van de leerkracht is het belangrijkste, omdat hij / zij de leerling kan uitdagen, met hem / haar in gesprek kan gaan en hem / haar informeert. De leerkracht fungeert als model. De methodes zijn: Nederlandse Taal: Engelse Taal: Technisch lezen: Voortgezet technisch lezen: Begrijpend lezen: Spelling: Schrijven: Rekenen en Wiskunde:
Taaltijd en Woordenschat Let’s do it Veilig Leren Lezen en/ of Veilig in Stapjes Estafette Nieuwsbegrip XL versie en/ of Bethelschool Spelling in de lift pus en Taal op maat Schrijven in de basisschool en Schrijfdans Wis en Reken en/ of Maatwerk.
Wereldoriëntatie: Het vak wereldoriëntatie omvat de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, geestelijke stromingen, maatschappelijke verhoudingen, staatsinrichting, natuuronderwijs bevordering gezond gedrag en sociale redzaamheid. De school beschikt over methodes voor geschiedenis, aardrijkskunde en natuur, verkeer en sociaal-emotionele ontwikkeling. Daar waar mogelijk worden de vakken in samenhang aangeboden. Dat kan binnen de methode, maar ook vakoverschrijdend het geval zijn. Ook wordt er ingespeeld op actuele situaties zoals verkiezingen, 5 mei viering, krantenartikelen om zo de verbinding te leggen met leerinhouden. Leren is niet voorbehouden aan de klassensituatie en het gebruik van leerboeken. Door op pad te gaan: excursies (bezoek aan Diergaarde Blijdorp), opdrachten buiten uit te voeren, maar ook informatieve boeken, Dvd’s en de computer te gebruiken als informatiebron wordt de wereld van de leerling vergroot en kan deze zich op goede wijze oriënteren en zijn kennis vergroten. De lees- en rekenvaardigheden die daarvoor nodig zijn worden nu ingezet in een andere context. Veelal werkt dat motiverend op het leren van de cognitieve vaardigheden zoals lezen en rekenen. De wijze waarop de methodes worden ingezet hangt af van de ontwikkelingsperspectieven van de leerlingen. Werkvormen en leerstofaanbod worden aangepast aan de mogelijkheden zonder daarbij de beoogde kennis uit het oog te verliezen. De methodes zijn: Geschiedenis: Aardrijkskunde: Natuuronderwijs: Verkeer: Sociaal-emotionele ontwikkeling:
Wijzer door de tijd Wijzer door de wereld Wijzer door de natuur Verkeerskrant, verkeerskalender en Blokboek verkeer. Leefstijl
Expressievakken: Dit omvat de vakken tekenen, handenarbeid en textiele werkvormen. Het onderwijsaanbod wordt bepaald door de methodes en de mogelijkheden van de leerlingen. De lessen worden daarop afgestemd. Daarnaast wordt er tijdens projecten, feesten meer tijd gereserveerd voor de expressievakken. Net zoals bij wereldoriëntatie worden ook buiten de klas uitdagende situaties gecreëerd. De leerlingen krijgen een onderwijsaanbod georganiseerd door de Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam aangeboden. Dat zijn incidentele activiteiten die soms op school, maar ook daarbuiten plaats vinden, zoals een bezoek aan theater, concert of bioscoop. De methodes zijn: Tekenen: Handvaardigheid: Muzikale vorming:
Tekenen moet je doen. Handvaardigheid moet je doen. Er is geen specifieke methode. Verschillende bronnen worden gebruikt.
11
Bewegingsonderwijs: Dit omvat de onderdelen: spel, gymnastiek, ritme en bewegen en zwemmen. Het onderwijsaanbod is zo uitgewerkt dat alle onderdelen aan de orde komen, daarbij rekening houdend met een opbouw in moeilijkheidsgraad. In de les wordt rekening gehouden met de mogelijkheden van de leerlingen en steeds keuzes aangeboden. Voor leerlingen die nog geen zwemdiploma hebben wordt de mogelijkheid geboden dit te halen. Dit is afhankelijk van het aantal beschikbare plaatsen. Incidenteel vinden specifieke activiteiten plaats zoals sportdag, voetbaltoernooien, Bergse Veld got talent, schoolkamp (voor de schoolverlaters). Methode:
Een uitgewerkt leerplan.
Onderwijstijd: Alle leerlingen van het Bergse Veld ontvangen 1000 uren onderwijs. Per week ontvangen de leerlingen 25,5 uur onderwijs. In een klassenrooster is uitgewerkt wanneer en hoeveel tijd besteed wordt aan de vakken die hiervoor zijn genoemd. De school heeft daartoe een klokurentabel opgesteld waarin het aantal uren onderwijs per vak is vermeld. De invulling van deze klokurentabel is gebaseerd op de te bereiken doelen / leerlijnen, maar ook op de meest recente inzichten hoeveel tijd nodig is om de gewenste resultaten te bereiken. De klokurentabel is leidraad voor de groepsleerkracht, die de tabel vertaalt naar het klassenrooster. Er wordt gelet op een evenwichtige verdeling van de vakken. Binnen een vak worden verschillende onderwijsarrangementen aangeboden. Dit afhankelijk van het vastgestelde ontwikkelingsperspectief. Tussen de aangeboden onderwijsarrangementen binnen een klas kunnen verschillen in tijd zitten. De toekenning tot een bepaald onderwijsarrangement is gebaseerd op het ontwikkelingsperspectief en de vaststelling of de leerling zich overeenkomstig de verwachting ontwikkelt. De leerkracht maakt daartoe een beredeneerde keuze en werkt dat uit in het groepsplan. De aangeboden leertijd kan variëren of eventueel verlengd worden.
2.3
Toetsen en leerlingvolgsysteem
De ontwikkeling van de leerling op pedagogisch en didactisch gebied wordt gevolgd door de leerkracht. Dat gebeurt voor wat betreft het didactisch deel door observaties, nakijken van werk en afnemen van toetsen die in de methodes voor lezen, rekenen en spelling staan. Daarbij wordt voor de beoordeling van de resultaten de normen van de methode gehanteerd. Twee maal per jaar worden methode onafhankelijke toetsen (Cito-toetsen) afgenomen voor spelling, woordenschat, rekenen en lezen. De toetsmomenten zijn in een toetskalender vastgelegd. In groep 8 wordt de CITO entreetoets en de CITO eindtoets of de drempeltoets afgenomen. De leerkracht voert de resultaten in de computer en heeft dan zowel op individueel als op groepsniveau overzicht op de resultaten. De leerkracht analyseert de resultaten en gaat na of die overeenkomen met de verwachtingen. De intern begeleider bespreekt de resultaten van de toetsen met de groepsleerkracht en gaat na of de ontwikkeling van de leerling overeenkomstig de leerlijnen verloopt, zoals dat behoort bij het ontwikkelingsperspectief. Als de ontwikkeling niet overeenkomstig de leerlijnen verloopt wordt nagegaan wat de oorzaak / oorzaken zijn. Daarna wordt bekeken wat er in het aanbod of organisatie moet veranderen om de gestelde doelen te behalen. De intern begeleider bewaakt zo de individuele leerlijnen en doelen, maar ook die van alle klassen in de school.
12
De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gevolgd aan de hand van de gestelde doelen zoals die in het OPP beschreven zijn. Daarbij zal de school de SEOL het leerlingvolgsysteem van Leefstijl gebruiken. Het komende schooljaar wordt de LVS SEOL nieuwe versie ingevoerd op het Bergse Veld. Deze bestaat uit vragenlijsten voor ouders, kind en leerkracht.
2.5
Rapporten
Drie keer per jaar krijgen de leerlingen een rapport mee naar huis. Het rapport is bedoeld om de leerling te informeren over zijn / haar ontwikkeling en heeft vooral een motiverend en pedagogisch doel. Naar aanleiding van dit rapport kunnen ouders / verzorgers, wanneer zij dat wensen, een gesprek aanvragen. Wij verzoeken de ouders / verzorgers het rapport 2 weken na ontvangst ondertekend weer mee naar school te geven. Wij hebben het rapport weer nodig om de volgende keer te kunnen uitgeven. Uiteraard kunnen ouders / verzorgers er een kopie van maken.
2.6
Groepsplan
De leerkracht stelt aan het begin van het jaar een groepsplan op. De leerlingen volgen het onderwijs zoals in het groepsplan is vermeld. De ouders worden aan het begin van het cursusjaar uitgenodigd om kennis te maken met de veelal nieuwe leerkracht, maar ook om geïnformeerd te worden over het onderwijs dat dit jaar aan bod komt. Binnen een vak worden verschillende onderwijsarrangementen aangeboden, dit afhankelijk van het vastgestelde ontwikkelingsperspectief. Tussen de aangeboden onderwijsarrangementen binnen een klas kunnen verschillen in tijd en leerstofaanbod zitten. De toekenning tot een bepaald onderwijsarrangement is gebaseerd op het ontwikkelingsperspectief en de vaststelling of de leerling zich in overeenstemming met de verwachting ontwikkelt. De resultaten van de toetsen: methodegebonden en methodeonafhankelijk (CITO) spelen hierin een belangrijke rol. De leerkracht maakt daartoe een beredeneerde keuze en werkt dat uit in het groepsplan. De aangeboden leertijd kan variëren of eventueel verlengd worden. Daar waar leerlingen niet voldoende hebben aan het aanbod volgens het groepsplan wordt in het individuele handelingsplan het specifieke aanbod / aanpak alsmede de doelen die behaald moeten worden beschreven.
2.7
Vrijstelling van onderwijsactiviteiten
Er kan vrijstelling worden gevraagd van deelname van een kind aan bepaalde onderwijsactiviteiten op school. Leerlingen van scholen moeten in principe aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten deelnemen. Het bevoegd gezag van de school bepaalt op welke gronden vrijstelling wordt verleend en welke onderwijsactiviteit er voor in de plaats komt.
13
3
Onderwijsresultaten
3.1
Resultaten
De groepsleerkracht is allereerst verantwoordelijk voor de onderwijsresultaten van de leerlingen in zijn / haar klas. De groepsleerkracht verzamelt informatie over de leerlingen door observaties vast te leggen, werk van de leerlingen na te kijken, resultaten van de toetsen: methodegebonden en methodeonafhankelijk (CITO) bij te houden. Met deze informatie weet de leerkracht of de ontwikkeling verloopt zoals verwacht en of de ontwikkeling gaat zoals gepland volgens de leerlijnen. De informatie uit observaties is van belang om te achterhalen wat de redenen zijn dat het leerproces niet verloopt zoals verwacht. Op school worden Cito-toetsen afgenomen voor het begrijpend lezen, woordenschat, spelling en rekenen / wiskunde. Daarnaast worden de AVI-toetsen en de DMT ingezet voor het voortgezet technisch lezen. Voor het vaststellen van de resultaten van de sociaalemotionele ontwikkeling wordt de SEOL nieuwe versie gebruikt. Alle toetsen worden afgenomen volgens de handleiding. De toetsresultaten worden geregistreerd in de computer. De toetsmomenten zijn vastgelegd in een toetskalender. De behaalde resultaten worden beoordeeld door de leerkracht aan de hand van het vastgestelde ontwikkelingsperspectief en de daarbij behorende leerlijnen / referentieniveaus en vervolgens besproken met de intern begeleider. De intern begeleider bewaakt zo de onderwijsresultaten op individueel, groeps- en schoolniveau. Vervolgens worden de resultaten van de afgenomen toetsen van alle klassen in de CvB besproken. Daarnaast wordt de CITO entreetoets wordt afgenomen. De resultaten van de CITO entreetoets vormen een middel om te bepalen of de resultaten passen bij het vastgestelde ontwikkelingsperspectief en na te gaan wat het passend onderwijsaanbod is voor de resterende periode van het basisonderwijs. De CITO eindtoets wordt afgenomen bij de schoolverlater en is bedoeld voor het geven van onafhankelijke informatie voor de keuze van het best passende brugklastype voortgezet onderwijs. De eindtoets is een school- of leervorderingentoets. De toets meet wat het kind in vergelijking met andere kinderen in acht jaar basisonderwijs heeft geleerd. De leervorderingen zeggen ook iets over de kansen op succes in de verschillende typen van het voortgezet onderwijs en wordt mede gebruikt om het schooladvies op te stellen. Alle leerlingen die de school zullen verlaten maken de Cito-toets. Voor leerlingen met een laag I.Q. wordt de drempeltoets afgenomen. Ook daarmee kan worden bepaald wat de leerling heeft geleerd en welke vervolgschool het meest geschikt is.
3.2
Opbrengsten
Het onderwijs op Het Bergse Veld is resultaat en opbrengstgericht. Echter er zijn factoren die het meten van resultaten en het beoordelen van die resultaten niet eenvoudig maken. Deze factoren zijn: 1e De school kent op jaarbasis ongeveer 85 leerling-plaatsen voor kinderen van de behandelgroepen. Daarvan zijn er ongeveer 30 plaatsen voor leerlingen met een besloten machtiging. Deze behandelgroepen kennen zeer korte behandeltrajecten van 13 weken tot maximaal 1 jaar voor leerlingen die geplaatst zijn op de crisisgroep, high en medium care. Soms wordt de machtiging voor besloten plaatsing verlengd.
14
2e De overige 55 interne leerlingen worden behandeld op open groepen of op de dagbehandeling. Ook deze laatste groep kent een korte behandeltijd. De tendens is de behandeltijd in behandelgroepen te verkorten en andere vormen van hulp als aanvulling te bieden. 3e De instroom van interne en externe leerlingen vindt de afgelopen jaren steeds meer plaats in de hogere groepen. Het gevolg is dat veel leerlingen korter dan 2 jaar onderwijs op het Bergse Veld hebben gevolgd en dat per schooljaar ongeveer 45 leerlingen naar het voortgezet onderwijs uitstromen. 4e In één schooljaar is ongeveer de helft van de leerlingen uitgestroomd (interne en externe leerlingen, schoolverlaters en tussentijdse uitstroom) en zijn er weer nieuwe leerlingen op Het Bergse Veld geplaatst. Door bovenvermelde factoren is de klassensamenstelling het hele schooljaar door onderhevig aan verandering. Toetsresultaten van 2 toetsmomenten van een klas in een schooljaar en die van verschillende leerjaren, zijn gebaseerd op een andere samenstelling. De resultaten op de CITO eindtoets is geen indicatie van de kwaliteit van het geboden onderwijs, omdat veelal korter dan 2 jaar onderwijs is genoten op Het Bergse Veld. Ondanks deze complicerende factoren staat het Bergse Veld voor opbrengstgericht onderwijs. De resultaten worden wel bijgehouden en afgemeten naar de leerlijnen / referentieniveaus behorend bij het ontwikkelingsperspectief. Als de leerlingen voor een periode van een jaar het onderwijs op het Bergse Veld hebben gevolgd kan wel worden nagegaan of de uitgestippelde leerlijn is gevolgd. Als de leerling langer op school zou zijn gebleven is de verwachting reëel dat het einddoel dan ook behaald zou zijn. De uitstroomresultaten zijn vanwege de hiervoor vermelde omstandigheden niet geheel betrouwbaar om de resultaten van het onderwijs op het Bergse Veld te meten. Wel geeft de CITO score voor de individuele leerling informatie over de kansen op succes in de verschillende typen van het voortgezet onderwijs en wordt deze mede gebruikt om het schooladvies op te stellen. De uitstroomresultaten van het cursusjaar 2011-2012 waren: VSO cluster 4 29% Praktijkonderwijs 9% VMBO 12 % VMBO LWOO 6% VMBO basis 9% VMBO kader 6% HAVO 31 % De tussentijdse uitstroom van het cursusjaar 201-20112 is: SO cluster 4 17 % SBO 4% VSO 30 % Regulier Onderwijs 13 % Buitenland 13 % Nog niet bekend 17 % De resultaten van het onderwijs bij het verlaten van de school in groep 8 en bij tussentijds verlaten van de school worden bepaald aan de hand van de toetsresultaten. De behaalde toetsresultaten worden afgemeten naar de leerlijnen / referentieniveaus behorend bij het ontwikkelingsperspectief.
15
De intern begeleider houdt van iedere leerling die de school verlaat bij of de uitgestippelde leerlijn is gevolgd. Per schooljaar wordt een overzicht van leerlingen die uitgestroomd zijn, opgesteld waarin staat vermeld wat het ontwikkelingsperspectief was en of de leerlijn is behaald. Als de leerlijn niet is behaald, wordt vermeld wat mogelijke oorzaken zijn.
3.3
Analyse van de opbrengsten
In hoofdstuk 3.2 is uitgelegd welke factoren een rol spelen bij het verkrijgen van de opbrengsten. Ook bij het interpreteren en analyseren van de resultaten zal met deze factoren rekening worden gehouden. De resultaten van de opbrengsten van het onderwijs op het Bergse Veld worden verzameld en in overzichten gezet. Wij maken gebruik van de toetsservice van de CED. Dat resulteert in een OC-overzicht waarin de resultaten op schoolniveau, op klassenniveau en individueel niveau naast de landelijke norm wordt gelegd. Op basis van deze overzichten interpreteert de CvB en het team de behaalde opbrengsten. De opbrengsten: afgenomen toetsen van alle klassen worden in de CvB besproken. Als blijkt dat de resultaten niet overeenkomen met de leerlijnen behorende bij het vastgestelde ontwikkelingsperspectief, wordt nagegaan wat mogelijke oorzaken zijn. In hoofdstuk 3.2 is al aangegeven dat de opbrengsten niet zonder meer geïnterpreteerd, geanalyseerd en vergeleken kunnen worden met landelijke normen. De snelle wisseling van de leerling-populatie heeft effect op de resultaten op klassen en schoolniveau. De resultaten zijn maar voor een beperkt deel een gevolg van het onderwijs dat op Het Bergse Veld is gegeven. Een ander punt, nog niet genoemd, is de zeer specifieke leerling-populatie op Het Bergse Veld. Het Bergse Veld heeft de afgelopen jaren zowel regulier cluster 4 onderwijs als onderwijs voor moeilijk lerende leerlingen aangeboden. Dat betreft dan leerlingen met een IQ van 70 tot ongeveer 85. Meer dan de helft van de populatie van het Bergse Veld valt in deze groep. Deze indeling hebben we nu gewijzigd in ontwikkelingsprofielen. Een groot deel van de leerlingen hebben dan ook een perspectief op het niveau van het praktijkonderwijs of basis beroepsgericht onderwijs. De afgelopen jaren zijn goede resultaten geboekt vanuit het project Robuust en het landelijke verbeteringstraject van het leesonderwijs. Per jaar zijn voor het Bergse Veld de verwachte leeropbrengsten beschreven voor het technisch lezen, spelling, rekenen / wiskunde en begrijpend lezen. Op basis van de toetsresultaten wordt geëvalueerd of de verwachte resultaten zijn behaald. Met ingang van dit jaar wordt op schoolniveau bijgehouden of de leerling die de school verlaat: tussentijds of in groep 8, de beoogde leerlijn heeft gevolgd. Met deze gegevens kunnen wij op termijn meer inzicht geven in de resultaten van ons onderwijs.
16
4
Schoolorganisatie
4.1
Aanmelding
De aanmelding voor clusterscholen verloopt via een speciale route en verschillende instanties. Om onderwijs te kunnen / mogen volgen aan een cluster school (voor Horizon betreft dat cluster 4) is een beschikking nodig van de Commissie van Indicatiestelling (CvI). Voor ouders die informatie willen over cluster 4 onderwijs of direct hun kind willen aanmelden heeft Horizon een centraal aanmeldpunt: ‘Bureau Instroom Horizon’. Afhankelijk van uw voorkeur kunt u telefonisch contact opnemen of u kunt direct een aanmeldingspakket downloaden van de website: www.horizon-jeugdzorg.nl Het Bureau Instroom is als volgt te bereiken: Postadres:
Postbus 37056 3500 LB Rotterdam 010-2854776 Telefonisch spreekuur: maandag t/m vrijdag van 9.00 -11.00 uur
[email protected]
Bezoekadres:
Mozartlaan 150 3055 KM Rotterdam
Voor de verdere procedure rond de aanmelding, verwijzen wij u naar bijlage 1 ‘aanmeldingsprocedure’.
4.2
Plaatsing
Alle scholen zijn bij de wet (Wet op het Onderwijsnummer) verplicht om van alle leerlingen het burgerservice-nummer op te nemen in de leerling-administratie. Bij nieuwe aanmeldingen wordt dat geregeld bij inschrijving van de leerling. Op onze school zijn er wat plaatsing betreft 2 trajecten: 1 voor interne leerlingen. 2 voor externe leerlingen. Interne leerlingen Leerlingen die aangewezen zijn op een 3-milieuvoorziening (school, vrije tijd en wonen) en opgenomen worden in het Bergse Bos, volgen in principe onderwijs aan onze school. Bij de eerste contacten tussen ouders en het Bergse Bos is ook de school betrokken. Er wordt in het voortraject een afspraak gemaakt om ouders en kind kennis te laten maken op de school. Bij de leerling wordt voor plaatsing eerst een pedagogisch-didactisch onderzoek afgenomen om een goede inschatting te krijgen van het ontwikkelingsniveau. De psycholoog van de school is aanwezig bij de behandelbesprekingen om zo een goede afstemming te krijgen tussen school en behandelgroep bij de behandeling. Nadat het eerste handelingsplan is opgesteld en met ouders/ verzorgers is besproken, verlopen de contacten daarna via de klassenleerkracht. Bij de behandelbesprekingen met het behandelteam van het Bergse Bos zal dan ook de psycholoog aanwezig zijn. Voor deze leerlingen zijn schoolplaatsen beschikbaar gelijk aan die van plaatsing bij het Bergse Bos. Externe leerlingen Als er een beschikking cluster 4 is afgegeven, wordt in overleg met Bureau Instroom besloten op welke onderwijslocatie de leerling kan worden geplaatst en ontvangen ouders / verzorgers daarover bericht. De afdelingscoördinator van deze locatie nodigt u dan uit voor 17
een intakegesprek. Bij dit gesprek zijn ook de psycholoog en de maatschappelijk werkende aanwezig. Tijdens dit gesprek wordt u geïnformeerd over het onderwijs op Het Bergse Veld en kunt u vragen stellen om onduidelijkheden te voorkomen. Tenslotte worden afspraken gemaakt omtrent de plaatsing en wordt er een datum afgesproken waarop de leerling voor de eerste keer naar school komt. Bureau instroom Bureau instroom heeft overzicht over de beschikbare plaatsen van alle Horizonscholen en is op de hoogte van de specifieke doelgroep(en) waar de scholen zich op richten. Op deze wijze worden de open plekken goed benut. Het kan voorkomen dat voor bepaalde leerlingen geen geschikte plaats aangeboden kan worden. Dan wordt de leerling op een wachtlijst geplaatst. In dat geval kan de Ambulante Dienst de school en de leerling ondersteuning bieden om de periode tot plaatsing te overbruggen. Pedagogisch didactisch onderzoek Voor plaatsing wordt bij alle leerlingen een pedagogisch-didactisch onderzoek afgenomen om een goede inschatting te krijgen van het didactisch niveau. Een uitzondering hierop vormen B.O.S.-leerlingen en leerlingen die in de crisisklas geplaatst worden. Deze leerlingen worden in principe voor 13 weken geplaatst ter observatie en diagnostisering en gaan indien mogelijk terug naar de school van herkomst. Op basis van het pedagogisch-didactisch onderzoek en de gegevens uit het dossier wordt het ontwikkelingsperspectief vastgesteld. Tevens wordt besloten in welke klas de leerling geplaatst zal worden en welk onderwijsarrangement voor de leerling passend is. De uitwerking daarvan is in het groepsplan en het perspectiefontwikkelingsplan beschreven. De groepsleerkracht maakt een afspraak om dit plan met de ouders te bespreken.
4.3
Locaties
De school het Bergse Veld is in 1956 ontstaan vanuit het Gereformeerd Burgerweeshuis, waar ook het Bergse Bos toe behoorde. Het Bergse Veld van nu biedt onderwijs aan kinderen van 6 tot en met 12 jaar voor het primair onderwijs. Het gebouw is 7 jaar geleden grondig gerenoveerd en heeft de beschikking over een centrale hal waar de lokalen omheen zijn gegroepeerd. In het hoofdgebouw is ruimte voor 10 klassen. In een apart gebouw is de klas van de besloten groep gevestigd. In een apart vleugel van het hoofdgebouw zijn 5 klassen van het Schreudercollege gevestigd. Het gaat hierbij om eerstejaars schakelklassen waarbij onderwijs wordt aangeboden op de volgende niveaus: basisberoepsgerichte leerweg, kaderberoepsgerichte leerweg en theoretische / HAVO leerweg.
18
De school ligt op het terrein van Horizon met woonunits voor leefgroepen in een prachtige locatie midden in het groen van het Lage Bergse Bos. Rond het gebouw zijn twee pleinen: één voor de oudere leerlingen en één voor de jongere leerlingen. Op het Horizonterrein is naast de school een gymnastiekzaal en een zwembad dat in de zomer ook gebruikt wordt voor de leerlingen van school. Verder zijn op het terrein een voetbalveld en speelwerktuigen te vinden. Incidenteel maakt de school daar ook gebruik van. De besloten groep maakt sinds 1 mei 2005 deel uit van onze school. Plaatsing in de besloten groep is alleen mogelijk als de kinderrechter een machtiging heeft afgegeven. Er zijn 3 vormen van besloten plaatsingen. Dat zijn de high care, medium care en de crisisgroep. De leerlingen van de high care ontvangen een behandelaanbod, waarbij behandeling en onderwijs in hetzelfde gebouw worden gegeven. De leerlingen van de medium care volgen in principe onderwijs in het Bergse Veld gebouw. Mocht de problematiek van de MC en crisis kinderen te groot zijn en het kind een besloten onderwijsomgeving nodig hebben, kan er in incidentele gevallen besloten worden het kind te plaatsen in de besloten (high care) klas. Sinds oktober 2009 is een speciale crisisklas gestart. De kinderrechter geeft een machtiging af voor een korte periode, veelal 3 maanden. Daarna wordt de leerling doorgeplaatst naar een andere instelling / school, maar ook thuisplaatsing met specifieke hulp behoort tot de mogelijkheden. Tevens wordt op het terrein zorg geboden door het Bergse Bos in de vorm van de dagbehandeling. Bij dit zorgarrangement wordt na school met de kinderen aan specifieke doelen wordt gewerkt. Deze groep gaat pas om 18:30 uur naar huis. In de nieuwe villa’s op het terrein zijn de leefgroepen van het Bergse Bos gevestigd. Ongeveer 85 leerlingen van het Bergse Veld wonen in één van de leefgroepen van het Bergse Bos of krijgen dagbehandeling, wij noemen hen ‘interne leerlingen’. De andere leerlingen komen vanuit de regio Rotterdam, hen noemen wij ook wel ‘externe leerlingen’. De leerlingen ontvangen onderwijs in kleine klassen. De grootte van een klas varieert van 10 tot 12 leerlingen. Incidenteel kan besloten worden om meer leerlingen in een klas te plaatsen. Elke klas heeft een naam van een hemellichaam uit het heelal. Daarmee hebben alle klassen een neutrale naam zonder verwijzing naar een specifieke groep.
4.4
Samenwerking met derden
Sinds de nieuwe wet van 2003 is Nederland verdeeld in regio’s elk met een Regionaal Expertise Centrum (REC). De Horizonscholen maken onderdeel uit van het Expertise Centrum Speciaal Onderwijs (ECSO), een gezamenlijk regionaal expertise centrum voor zowel cluster 3 (Zuid Holland Zuid) als cluster 4 scholen (Rijndrecht). De REC scholen bieden ook ondersteuning aan het regulier onderwijs in de vorm van ambulante begeleiding. In het kader van passend onderwijs is er overleg met de samenwerkingsverbanden. Met WSNS Rotterdam is er vergaande samenwerking en zijn er afspraken om B.O.S leerlingen te plaatsen. Deze leerlingen worden tijdelijk op een cluster 4 school geplaatst ter observatie en het stellen van een diagnose en blijven ingeschreven op hun eigen school. Het is de bedoeling dat deze leerling na 13 weken terug gaan naar hun eigen school. De leerkracht ontvangt informatie over de diagnose en aanpak. Het Bergse Veld werkt ook samen met de politie Rijnmond Noord. In eerste instantie is dat in preventieve zin en kan de wijkagent benaderd worden voor ondersteuning. Ook zijn er contacten met leerplichtambtenaren. Dit betreft meestal de leerplichtambtenaar van de gemeente Rotterdam, omdat de meeste leerlingen daar wonen. Naast de wettelijke
19
verplichtingen zoals melden bij ongeoorloofd verzuim zijn er contacten op afroep i.v.m. preventie. Het Bergse Veld werkt intensief samen met het Bergse Bos, een residentieel behandelcentrum voor jongeren met gedragsproblemen. Zorg en onderwijs zijn geïntegreerd. In zeer bijzondere gevallen kan het Bergse Veld een beroep doen op de intercedente van Horizon / het Bergse Bos. Voor leerlingen met een complexe problematiek wordt in overleg met de intercedente een passend onderwijsarrangement ontworpen.
4.5
Ambulante begeleiding
Door de Ambulante Onderwijs Dienst van Horizon wordt, als brug tussen het Horizon cluster 4 onderwijs en het regulier onderwijs, ambulante begeleiding verzorgd. Deze ambulante begeleiding is bedoeld om plaatsing in het cluster 4 onderwijs te voorkomen of om terugplaatsing naar regulier onderwijs te ondersteunen. De ambulante begeleider van Horizon begeleidt een collega en/ of de leerling in het regulier onderwijs. Daarbij worden de volgende vormen van ambulante begeleiding onderscheiden:
Ambulante begeleiding voor wachtlijstleerlingen: dit zijn leerlingen die toegelaten zijn tot een Horizonschool, maar voor wie nog geen plaats is. Ambulante begeleiding voor leerlingen die teruggeplaatst worden naar het regulier (speciaal) basisonderwijs of voortgezet onderwijs. Ambulante begeleiding voor leerlingen met een cluster 4 indicatie die onderwijs volgen op een reguliere school (de zogenaamde ‘rugzakleerlingen’).
Naast de begeleiding op leerling-niveau richt de Ambulante Onderwijs Dienst van Horizon zich op de deskundigheidsbevordering van ouders, schoolteams en samenwerkingsverbanden. Uit de ‘rugzakgelden’ kunnen specialistische modules en diensten worden ingekocht. Ook op deze wijze wordt de zorg voor leerlingen vorm gegeven.
4.6
Roosterplanning
Het uitgangspunt van Het Bergse Veld is dat leerlingen de gehele dag naar school gaan. In zeer uitzonderlijke gevallen kan een passend onderwijsarrangement aangeboden worden dat minder uren beslaat dan 25,5 uur per week. In dat geval wordt overlegd met betrokkenen, de leerplichtambtenaar en toestemming gevraagd van de inspecteur van het onderwijs. Continuïteit en regelmaat in het lesprogramma is een belangrijke voorwaarde om te kunnen spreken van effectief onderwijs. De groepsleerkracht stelt een rooster op gebaseerd op de klokurentabel. Daarbij wordt gelet op afwisseling en evenwichtige verdeling van de verschillende vakken. De concrete invulling van het rooster is gebaseerd op een planning gericht om de doelen behorend bij het ontwikkelingsperspectief te behalen. Deze planning wordt door de groepsleerkracht gemaakt in de vorm van een groepsplan. Bij ziekte / afwezigheid van een klassenleerkracht wordt naar een passende oplossing gezocht om het onderwijs gewoon door te laten gaan. Incidenteel kunnen de klassenassistenten tijdelijk belast worden met het overnemen van een deel van de klas of worden de leerlingen over de andere klassen verdeeld en werken dan of met een “zelfstandig werken pakket” of werken aan het opgestelde programma van die dag.
20
4.7
De functies en taken binnen de school
Binnen het Bergse Veld zijn de volgende functies aanwezig: Sectormanager: Eindverantwoordelijk voor de algehele gang van zaken in de school, zowel onderwijsinhoudelijk, organisatorisch als financieel. De sectormanager is voorzitter van het coördinatorenteam van het Onderwijs Rotterdam, een beleidsvoorbereidend en uitvoerend lichaam. Afdelingscoördinatoren: Integraal verantwoordelijk voor het onderwijs, het team en de locatie. Beiden zijn wisselend voorzitter van de commissie van begeleiding. Intern begeleider: Ondersteunt en adviseert groepsleerkrachten en is verantwoordelijk voor de didactische toetsen en het leerlingvolgsysteem CITO; stuurt remedial teacher aan; lid van de commissie van de begeleiding. Psychologen Verantwoordelijk voor de (handelingsgerichte) diagnostiek; adviseert en ondersteunt de groepsleerkrachten op het gebied van gedrags- en sociaal-emotionele problematiek; lid van de commissie van begeleiding. Maatschappelijk werkende: Brengt de schoolsituatie en het sociale milieu van het kind met elkaar in contact. Heeft een begeleidende, maar ook een verwijzende taak. Lid van de commissie van begeleiding. Klassenleerkrachten: Verzorgen de onderwijsprogramma’s in de klassen, begeleiden de kinderen gedurende de schooldag. Verantwoordelijk voor de OOP van de leerlingen. Onderwijsassistenten: Bieden (didactische) ondersteuning in de klassen. Mediator: Begeleiden van de leerlingen in de klas, aanspreekpunt voor leerlingen bij het oplossen van conflicten en begeleiding bij een time-out. Vakleerkracht bewegingsonderwijs: Verzorgt de lessen bewegingsonderwijs. Remedial teacher: Verzorgt individueel - of in groepsgewijs remediërend onderwijs, binnen of buiten de klas. Psychomotorisch therapeute: Verzorgt diagnostiek en behandeling van leerlingen met een indicatie voor psychomotorische problemen en individuele trainingen. Caesartherapeut: Verzorgt diagnostiek en behandeling van leerlingen met motorische problemen. Administratief medewerksters: Bieden administratieve ondersteuning. Conciërge: Verzorgen van praktische taken binnen de school, variërend van technische tot huishoudelijke taken.
4.8
Leerlingenraad
De leerlingenraad is bedoeld om leerlingen betrokken en verantwoordelijk te maken en te houden voor hun eigen leer- werkomgeving. Vanuit hun eigen invalshoek kunnen zij situaties op school anders beleven. Deze inbreng is waardevol voor school en de leerlingen om zo samen verantwoordelijkheid te dragen voor de situatie op school.
21
Aan het begin van het schooljaar wordt uit elke klas een vertegenwoordiger gekozen. Eén keer per 2 maanden komt de leerlingenraad bijeen onder leiding van de maatschappelijk werkende en de PMT-therapeute. Om goede communicatie mogelijk te maken is besloten te vergaderen in 2 kleine groepen. De afgevaardigde leerling bespreekt vooraf in de klas wat ingebracht moet worden in een vergadering. Na afloop vertelt de leerling hoe de leerlingenraad is verlopen en wat er is besloten.
4.9
Veiligheid
Om een goed beeld te krijgen van een veilig schoolklimaat hebben wij de checklist ten behoeve van het schoolveiligheidsplan van het NJI ingevuld. Op beleidsniveau, sociale aspecten, grensoverschrijdende aspecten, en ruimtelijke aspecten worden de noodzakelijke maatregelen genomen. Ze zijn beschreven in de beleidsstukken van Horizon, de schoolgids en het klassenboek. De basis van een veilige school ligt bij het pedagogisch klimaat. Het team van Het Bergse Veld tracht de leerlingen veiligheid te bieden door duidelijke regels die in de hele school te herkennen zijn. Voorspelbaarheid is daarnaast ook van groot belang. Elke leerling mag weten dat hij er mag zijn op school en merkt dat aan de bejegening door de teamleden. Het spreekt voor zich dat er rekening wordt gehouden met de specifieke problematiek. Kort samengevat: is het pedagogisch klimaat op Het Bergse Veld: Duidelijk, voorspelbaar, warm, rekening houdend met de problematiek. Nieuw personeel ontvangt scholing om thuis te raken in het gedachtegoed: visie en missie van Horizon. Daarnaast wordt de nieuwe medewerker gekoppeld aan een mentor. Alle medewerkers volgen de RADAR training. Deze is bedoeld om agressie te voorkomen, verminderen en te reguleren. Voorts staat coaching van het personeel ook hoog op de agenda als mede intervisie als middel om de veiligheid binnen school met elkaar te bespreken. Om agressie te voorkomen of te verminderen zijn er diverse trainingen, zoals die hiervoor genoemd voor de medewerkers, maar er zijn ook trainingen voor leerlingen. Veelal blijkt dat bij agressief gedrag een kind in zijn sociaal-emotioneel functioneren wordt belemmerd of omdat hij / zij bepaalde vaardigheden mist. Op het Bergse Veld bieden wij daarom specifieke trainingen, zoals sociale vaardigheidstraining, faalangsttraining, angsttraining en een agressie-regulatie training. Met deze trainingen voorkomen of verminderen wij agressie. Ondanks alle voorzorgsmaatregelen kan agressie, intimidatie etc. voorkomen. Melding van een dergelijk incident vindt plaats bij de afdelingscoördinator door middel van het incidentenformulier. Afhankelijk van de soort agressie en specifieke omstandigheden wordt actie ondernomen. Centraal staat daarbij de veiligheid van het team en de leerlingen.
4.10
Speerpunten 2012-2013
Op basis van de meerjarenplanning zijn speerpunten uitgezet en vertaald in een plan van aanpak of jaarwerkplan. Het jaarwerkplan is geëvalueerd met het team en vormt de basis voor het jaarwerkplan van 2012 -2013.
22
Ouderparticipatie: De rol van de ouders en de betrokkenheid bij school is belangrijk voor de leerprestaties en de algehele ontwikkeling van de leerlingen. Tijdens de intake wordt daar nadrukkelijk besproken. De verwachtingen van school naar ouders en omgekeerd zijn beschreven in een intentieverklaring (zie bijlage). Daar wordt dit jaar mee gestart. Contact ouders en school is daarbij van groot belang. Wij willen daarbij drempels die er liggen wegnemen en denken dat te doen door meer gebruik te maken van de sociale media. Dit jaar starten we met e-mailadressen per klas. Ouders en leerkrachten kunnen elkaar zo eenvoudig informeren. Door klasgerichte informatie over wat er speelt in de klas zijn ouders op de hoogte. Ook op schoolniveau zal dat de insteek zijn: elektronische nieuwsbrieven, een website van Het Bergse Veld met actuele informatie. Oudergesprekken / koffieochtend: Vorig jaar hebben we een eerste start gemaakt om met een groepje ouders in gesprek te gaan over bepaalde thema’s. De zienswijze van ouders is daarbij waardevolle informatie. Dat is goed verlopen en wij gaan dat dit jaar weer doen. Voor ouders die werken kan ook een avond georganiseerd worden. SEOL: In onze school staat het omgaan met anderen en jezelf centraal. Voor de leerlingen die het Bergse Veld bezoeken is dat niet eenvoudig, juist omdat zij daar problemen mee hebben. De SEOL is een leerlingvolgsysteem voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. We starten dit jaar met de nieuwe versie. Het tijdstip van afname wordt in de toetskalender vermeld. Dit leerlingvolgsysteem bestaat uit vragenlijsten voor ouders, jongeren en de leerkracht. Robuust 4: Het Bergse Veld heeft de afgelopen jaren het opbrengstgericht werken in het kader van taalleesverbeteringenstrajecten centraal gestaan. Dit proces wordt voortgezet en richt zich op de implementatie van de nieuwe aanpak van spelling. Het opbrengstgericht werken (zo geheten Robuust) wordt ingevoerd in samenhang met de invoering van de ontwikkelingsperspectieven. De daarbij horende leerlijnen / referentieniveaus en onderwijsarrangementen en het maken van groepsplannen behoren bij deze nieuwe aanpak. Handelingsgericht werken: In het verlengde van Robuust wordt dit jaar ingezet op Handelings Gericht Werken (HGW) Het team volgt op enkele studiedagen een training die vervolgens vorm krijgt in de lespraktijk van alle dag. Bij HGW gaat het om een systematisch en consistent uitgewerkt kader, dat helpt bij reflectie en kwaliteitsverbetering. Het doel is de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding van de leerlingen op een planmatige en cyclische werkwijze te verbeteren. Pedagogisch klimaat: Het pedagogisch klimaat is het fundament van de school om daadwerkelijke verandering mogelijk te maken. Dit klimaat maakt het team met elkaar op basis van visie en missie van Horizon. De feitelijke vormgeving vindt plaats in de interactie tussen leerling en leerkracht of andere medewerkers in school, maar is ook een teamverantwoordelijkheid. Elkaar ondersteunen, feedback geven zijn zaken die daarin positief werken. Door in gesprek te gaan met elkaar wordt de visie verhelderd. Het afgelopen jaar hebben werkgroepen gewerkt om ideeën concreet vorm te geven als daadwerkelijk beleid. Dit jaar worden deze geïmplementeerd. De beschrijving daarvan is terug te vinden in de klassenmap.
23
Dit jaar wordt voor het eerst gewerkt met een mediator. Deze heeft als taak in gesprek te gaan met leerlingen, zodat die weer in staat zijn in de klas onderwijs te volgen. De mediator gebruikt de informatie uit de gesprekken om problemen in de toekomst te voorkomen en onderneemt actie in meest ruime zin. Verder begeleidt hij leerkrachten in de klas en geeft feedback op hun handelen.
24
5
Zorg voor leerlingen
5.1
Ontwikkelingsperspectief (OPP) / Groepsplan
Interne leerlingen Voordat de leerling in een behandelgroep wordt geplaatst, vinden er gezamenlijke besprekingen op het Bergse Bos plaats samen met de ouders / verzorgers, het behandelteam van het Bergse Bos en de psycholoog van het Bergse Veld. Er worden dan afspraken gemaakt voor een kennismaking met de school en de afname van een pedagogisch-didactisch onderzoek. Op basis van deze gesprekken, de gegevens uit het dossier en het pedagogisch-didactisch onderzoek dat door de intern begeleider van het Bergse Veld wordt afgenomen, een 1e ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld. Daarin worden de pedagogisch doelen voor de komende 6 maanden geformuleerd, alsmede het ontwikkelingsperspectief van de leerling vermeld. Vervolgens worden het ontwikkelingsperspectief halfjaarlijks geëvalueerd en bijgesteld tijdens de voortgangsbesprekingen op het Bergse Bos. De psycholoog woont deze voortgangsbesprekingen bij. Externe leerlingen Voor iedere leerling die bij ons op school komt, wordt na afname van het pedagogischdidactisch onderzoek, informatie uit dossier en het intakegesprek met ouders en kind een ontwikkelingsperspectief vastgesteld. Op basis van deze gegevens wordt bekeken in welke klas de leerling qua leeftijd en niveau geplaatst kan worden. Het onderwijsaanbod / onderwijsarrangement staat beschreven in het groepsplan. Daarnaast wordt er een ontwikkelingsperspectief opgesteld. De Commissie van Begeleiding bewaakt of de ontwikkeling verloopt, zoals verwacht (ontwikkelingsperspectief) en onderneemt actie als dat niet zo is. De groepsleerkracht bespreekt met ouders 2 keer per jaar de ontwikkeling van de leerling zowel in didactische als gedragsmatige zin. Er wordt in dit overleg gekeken of de ontwikkeling verloopt overeenkomstig het ontwikkelingsperspectief. De leerlijnen en referentieniveaus worden ook met de ouders besproken. Daarmee wordt duidelijk waar de leerling feitelijk staat. Als uit de resultaten blijkt dat de ontwikkeling voorspoedig verloopt kan dit aanleiding zijn tot doorplaatsing naar het regulier onderwijs. Er wordt ieder jaar een planning gemaakt voor het bespreken van de leervorderingen in relatie tot het ontwikkelingsperspectief. Ouders krijgen aan het begin van het schooljaar een uitnodiging voor de besprekingen van dit jaar. Ook krijgen ouders enkele weken voor de bespreking een herinnering thuisgestuurd. Door de vele besprekingen die gepland moeten worden is het haast niet mogelijk besprekingen te verzetten. Wij vragen ouders om bij de geplande besprekingen aanwezig te zijn. Mocht dit door omstandigheden niet kunnen, dan dient u dit tijdig bij de afdelingscoördinator te melden. De afdelingscoördinator zal dan met u bespreken of er een nieuwe afspraak gemaakt kan worden of dat het handelingsplan naar u moet worden opgestuurd. Aan het eind van het schooljaar zijn de Cito-toetsresultaten bekend. Op basis van deze gegevens, ontwikkelingsperspectief van de leerlingen, worden leerlingen in klassen geplaatst. De intern begeleider bekijkt welke onderwijsarrangementen in een klas kunnen worden aangeboden. De groepsleerkracht vertaalt dat in een groepsplan. In het groepsplan is / zijn de onderwijsarrangementen in de vorm van leerstofaanbod, pedagogisch klimaat en klassenorganisatie beschreven.
25
5.2
Commissie van Begeleiding (CvB)
De commissie van begeleiding bestaat uit de volgende deskundigen: psycholoog, intern begeleider, maatschappelijk werkende en de schoolarts en wordt voorgezeten door één van de afdelingscoördinatoren. De commissie komt tweewekelijks bijeen om de in- en uitstroom van leerlingen, alsmede de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen te bespreken. Dit gebeurt aan de hand van de verslagen van de voortgangsbesprekingen, de groepsoverzichten van de Cito-toetsen, observaties, klassenbezoeken en incidenten. Indien noodzakelijk kan de commissie besluiten tot specifieke hulp. Dat kan op advies van de intern begeleider of psycholoog door de leerkracht in de klas. Daarnaast zijn er mogelijkheden buiten de klas in de vorm van remedial teaching, psychomotorische therapie, oefentherapie caesar of Sodatraining worden aangeboden. De commissie van begeleiding bespreekt aan de hand van de onafhankelijke toetsen de opbrengsten van het onderwijs op het gebied van het leren (CITO) en het gedrag (LVS SEOL). Ook wordt de TRF afgenomen. Een complicerende factor is dat interne leerlingen (ongeveer 85 van de 130 leerlingen) vanwege kortdurende behandeling op Het Bergse Bos snel doorgeplaatst wordt en de school verlaten. De tijd dat de leerlingen onderwijs gevolgd hebben op Het Bergse Veld kan variëren van 3 maanden tot ongeveer 2 jaar. Incidenteel duurt de behandeltijd langer. De tijd die de leerling onderwijs volgt op Het Bergse Veld is te kort om de opbrengsten van het onderwijs te bepalen, zoals dat in het regulier onderwijs het geval is. Slechts een zeer klein percentage leerlingen heeft in groep 8 meer dan 2 jaar onderwijs aan het Bergse Veld gevolgd. Wel kan op individueel en groepsniveau de opbrengsten van het onderwijs van de uitgestroomde leerlingen worden vastgesteld. Daarbij wordt gekeken of de leerlijnen overeenkomstig de onderwijs ontwikkelingsperspectieven bereikt zijn. Deze gegevens worden verzameld om zicht te krijgen op de opbrengsten en besproken in de CvBvergadering. In het jaarverslag van Horizon is de verantwoording van de opbrengsten, alsmede in- en uitstroom te vinden.
5.3
Beëindiging plaatsing
(Tussentijdse) uitstroom interne leerlingen Als voor interne leerlingen de plaatsing in de behandelgroep wordt beëindigd, vervalt daarmee ook de automatische toegang tot de school. Er zijn dan twee mogelijkheden: De eerste mogelijkheid is dat de leerling nog steeds aangewezen is op cluster 4 onderwijs. Als er nog geen beschikking voor cluster 4 onderwijs is afgegeven, zal deze moeten worden aangevraagd. Vervolgens wordt nagegaan op welke school dit onderwijs aangeboden kan worden. Het is niet zonder meer vanzelfsprekend dat dit het Bergse Veld zal zijn. De tweede mogelijkheid is dat de leerling niet langer is aangewezen op cluster 4 onderwijs. Indien begeleiding vanuit cluster 4 nog nodig is zal een beschikking worden aangevraagd om ambulante begeleiding mogelijk te maken met behulp van een rugzakje. Vanuit de Ambulante Dienst biedt de ambulant begeleider hulp en ondersteuning aan de ouders, leerling en de toekomstige school om het onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen. (Tussentijdse) uitstroom externe leerlingen Externe leerlingen, die de gestelde doelen op het gebied van de gedragsproblemen hebben bereikt, zijn niet langer aangewezen op cluster 4 onderwijs. In overleg met de ouders worden afspraken gemaakt over terugplaatsing in het regulier onderwijs.
26
Uitstroom interne en externe leerlingen naar het voortgezet onderwijs: Leerlingen die in de eindgroep geplaatst zijn en dit schooljaar de leeftijd van 12 jaar bereiken zullen de school verlaten om naar het speciaal of regulier voortgezet onderwijs te gaan. In de maand september / oktober nemen wij bij de leerlingen die uit zullen stromen het eindonderzoek af. Dit onderzoek bestaat uit: de differentiatietest NIO; intelligentiebepaling indien geen recente gegevens aanwezig zijn. een persoonlijkheidsonderzoek (NPV-J) de CITO entreetoets en de CITO eindtoets. In sommige gevallen didactisch onderzoek : Drempelonderziek. gedragsvragenlijst (TRF) Als alle onderzoeken zijn afgerond en verwerkt volgt een interne bespreking door de Commissie van begeleiding (CVB), waar ook de leerkracht aan deelneemt. Tijdens deze bespreking wordt voor iedere leerling een schooladvies opgesteld. In november bespreekt de klassenleerkracht de onderzoeksresultaten en het schooladvies met de ouders. De ouders ontvangen een schriftelijke samenvatting van deze onderzoeksresultaten en het advies. Indien u dit advies overneemt, worden de schoolmogelijkheden met u besproken en afspraken gemaakt over de aanmelding op de nieuwe school. Ook wordt toestemming gevraagd voor het uitwisselen van relevante schoolgegevens met de nieuwe school. Om na te gaan hoe de ontwikkeling van de oud-leerling verloopt op de nieuwe school, wordt na 6 maanden informatie opgevraagd, door middel van een vragenlijst. De ontvangen informatie wordt besproken in de CvB-vergadering.
5.4
Dossiervorming
Gelijktijdig met de plaatsing van de leerling wordt een schooldossier aangelegd. Daarin worden volgende gegevens bewaard: de aanmeldingsgegevens gegevens van onderzoek correspondentie verslagen van leerkrachten en andere medewerkers handelingsplannen Voor de interne leerlingen komt daar nog bij: aanmeldingsgegevens van de zorginstelling de voortgangsrapportages De dossiers worden bewaard in een dossierkast welke kan worden afgesloten. Tot de dossiers hebben uitsluitend toegang de leden van de Commissie van Begeleiding, de leerkrachten die in een directe relatie staan met de leerling en onderwijs ondersteunend personeel voor zover zij een administratieve taak vervullen of in een therapeutische relatie staan tot het kind. Voor ouders geldt dat zij inzagerecht hebben in het schooldossier. Als u hiervan gebruik wenst te maken kunt u een afspraak maken met de afdelingscoördinator. Het dossier wordt, nadat een leerling is uitgeschreven, vijf jaar bewaard en vervolgens vernietigd.
27
5.5
Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling
Wanneer de school vermoedens heeft omtrent huiselijk geweld en/of kindermishandeling, houden wij ons aan de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en / of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven in de Rotterdamse Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling.
5.6
Kwaliteit
De inspectie van het onderwijs heeft het Bergse Veld in 2009 bezocht en haar bevindingen in een rapportage beschreven. De resultaten van de inspectie hebben geleid tot een positief oordeel over het onderwijs van Het Bergse Veld. De aanbevelingen voor verbetering zijn in het managementteam besproken en hebben geleid tot aanpassingen in beschrijvingen. Zo is het klassenboek aangepast, daarin zijn de afspraken rond pedagogisch klimaat, regels, organisatie en procedures te vinden. Ook zijn er aanpassingen gedaan in de schoolgids en wordt daarmee voldaan aan de wettelijke verplichtingen. Het Bergse Veld hanteert de kwaliteitscriteria, zoals die zijn opgesteld door Horizon: We onderscheiden criteria gericht op opbrengsten, de manier waarop de uitvoering plaatsvindt en de randvoorwaarden. Nader uitgewerkt betekent dit: Kwaliteitscriteria gericht op opbrengsten van zorg en onderwijs: De zorg en onderwijs dragen ertoe bij dat jeugdigen en ouders grip krijgen op hun eigen leven (regisseurschap). De zorg en het onderwijs stellen jeugdigen en ouders in staat om te integreren en functioneren in de maatschappij. De zorg en het onderwijs bereiden de jeugdigen voor op de naschoolse periode, waarin werken / arbeid, wonen en vrije tijd centraal staan. Kwaliteitscriteria gericht op de manier waarop zorg en onderwijs uitgevoerd wordt: De zorg en het onderwijs (-vragen) komen in samenspraak met ouders en jeugdigen tot stand (vraag- en dialooggericht) Het zorg- en onderwijstraject zijn doel- en resultaatgericht. In de zorg en het onderwijs wordt gewerkt met het gehele cliëntsysteem (systeemgericht). Ouders en jeugdigen krijgen en nemen verantwoordelijkheid voor de behandeling en het onderwijs van hun kind (hulpverlener als coach). De zorg en het onderwijs sluiten aan bij de mogelijkheden, de talenten en de vraag van jeugdigen en ouders (competentiegericht). De zorg en het onderwijs garanderen de veiligheid van de jeugdigen. Kwaliteitscriteria gericht op de randvoorwaarden om kwalitatief goede zorg en onderwijs te leveren: De plaatsing van de jeugdige in het zorg of onderwijsaanbod van Horizon wordt goed voorbereid en begeleid. Passende zorg en onderwijs zijn tijdig beschikbaar voor de jeugdigen; zorg- en onderwijsarrangementen worden geïntegreerd aangeboden en schakelmomenten in zorg- en onderwijsarrangementen hebben geen vertragende invloed op de realisatie van het zorg of onderwijstraject en de daarbinnen geformuleerde doelen (zorg op maat).
28
De methoden / interventies waarmee gewerkt wordt zijn opbrengstgericht en hebben wetenschappelijk bewezen effect (evidencebased). De zorg en het onderwijs zijn erop gericht risico’s bij opgroeiende jeugdigen tijdig te herkennen en waar mogelijk te voorkomen.
Bij de kwaliteit van het onderwijs gaat het vooral om de onderwijspraktijk op klassen en schoolniveau. Daarin is te zien of datgene wat beschreven staat in schoolplan, schoolgids en klassenmap daadwerkelijk te herkennen is. Om de kwaliteit van het feitelijke onderwijsproces te bewaken worden klassenbezoeken afgelegd door de intern begeleider, psychologen en de afdelingscoördinatoren. De indicatoren van goed kwalitatief onderwijs, zoals de inspectie van het onderwijs hanteert, maar ook zoals die beschreven zijn in het Handelingsgericht Werken, en Opbrengstgericht werken, spelen tijdens die bezoeken een belangrijke rol. Goed kwalitatief onderwijs staat ook voor goede resultaten. De afgelopen jaren zijn de resultaten van het technisch, voortgezet en begrijpend lezen door middel van een andere aanpak en duidelijke verwachtingen ten aanzien van de te behalen resultaten sterk verbeterd. De opbrengstgerichte aanpak vormt voor onze school een essentieel instrument om tot goede resultaten te komen.
5.7
Dyslexie
Op school hanteren wij het dyslexieprotocol Horizon. Deze is op te vragen bij de afdelingscoördinator.
5.8
Schorsing en verwijdering
Schorsing We proberen met een goed pedagogisch klimaat een basis te creëren om problemen te voorkomen. Door duidelijke regels, voorspelbaarheid, kennis van stoornissen en vooral de acceptatie van de leerlingen kunnen we in gesprekken problemen bespreekbaar maken. Wij vinden de rol van de ouders daarbij van essentieel belang. Ondanks deze uitgangspunten kan het voorkomen dat er sprake is van ernstige bedreiging, gebruik van geweld jegens een medeleerling of leerkracht of het gebruik of bezit van drugs. Wij accepteren geen geweld. Om dat duidelijk te maken kan een leerling geschorst worden. Schorsing is een ordemaatregel waarbij een leerling een aantal dagen niet op school mag komen. Dat kan tot een maximum van vijf dagen. Daarbij worden de volgende stappen ondernomen: - De schoolleiding voert een gesprek met de leerling; - Voordat de leerling naar huis gaat, worden de ouders telefonisch op de hoogte gebracht. Als dit niet lukt, krijgt de leerling een brief mee; - De ouders worden formeel schriftelijk in kennis gesteld en worden uitgenodigd voor een gesprek; - De inspectie, de leerplichtambtenaar en het bevoegd gezag worden per brief op de hoogte gesteld; - De schorsing wordt na een oplossend gesprek met ouders, leerling en schoolleiding opgeheven; - Er worden afspraken gemaakt om de gemiste onderwijstijd in te halen. Verwijdering In uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld bij herhaling van ernstige bedreiging en geweldpleging, waarbij de veiligheid van de overige leerlingen en/ of het personeel in het 29
geding is kan het bevoegd gezag van de school besluiten om een leerling te verwijderen. Dat vraagt een formele procedure met gelegenheid voor u om in beroep te gaan. De school heeft een inspanningsverplichting om uw kind op een vergelijkbare school te plaatsen. Bij een schorsing in afwachting van verwijdering, de leerling is dus niet op school, worden de volgende stappen ondernomen: - De schoolleiding voert een gesprek met de leerling; - Voordat de leerling naar huis gaat, worden de ouders telefonisch op de hoogte gebracht. Als dit niet lukt, krijgt de leerling een brief mee; - De ouders worden formeel schriftelijk in kennis gesteld en worden uitgenodigd voor een gesprek; - De sectormanager stuurt namens het bevoegd gezag van Horizon een brief naar de ouders met daarin: - de redenen voor deze vergaande maatregel - de vermelding dat de ouders in beroep kunnen gaan tegen deze procedure - een uitnodiging voor een gesprek met het bevoegd gezag - Het schriftelijk op de hoogte stellen van de inspecteur van het onderwijs en de leerplichtambtenaar.
30
6
Ouders
6.1
Samenwerking met ouders
De rol van de ouders en de betrokkenheid bij school is belangrijk voor de leerprestaties en de algehele ontwikkeling van de leerlingen. Tijdens de intake wordt dat nadrukkelijk besproken. De verwachtingen van school naar ouders en omgekeerd zijn beschreven in een intentieverklaring (zie bijlage). Met deze intentieverklaring maken wij duidelijk dat er duidelijke verwachtingen over de rol van de school en die van de ouders. Wij vragen een actieve rol van de ouders tijdens de periode dat de leerling onze school bezoekt. Dat geldt voor moeilijke momenten als de ontwikkeling niet verloopt als wij graag zouden willen, maar zeker ook op mooie momenten als het goed gaat. Contact met school is van groot belang. Wij willen drempels die er liggen wegnemen en denken dat te doen door meer gebruik te maken van de sociale media. Dit jaar starten we met e-mailadressen per klas. Ouders en leerkrachten kunnen elkaar zo eenvoudig informeren. Door klasgerichte informatie over wat er speelt in de klas zijn ouders op de hoogte. Ook op schoolniveau zal dat de insteek zijn: elektronische nieuwsbrieven, een website van Het Bergse Veld met actuele informatie. De betrokkenheid van ouders op school vinden wij belangrijk. Uw aanwezigheid op ouderavonden, festiviteiten en activiteiten binnen de school wordt door ons enorm op prijs gesteld. Binnen de school is de werkgroep ouderparticipatie actief bezig om ouders een grotere rol binnen de school te geven.
6.2
Ouderbijeenkomsten
Ieder schooljaar starten wij met een ouderinformatieavond. U kunt dan kennis maken met het team van de school. Voor de pauze komen nieuwe thema’s / ontwikkelingen op schoolniveau aan de orde. Na de pauze ligt het accent op de klas van uw kind. U krijgt dan informatie over het leerprogramma en de nieuwe ontwikkelingen. Daarnaast organiseren wij koffieochtenden met een thema. In een klein groepje kunnen ouders geïnformeerd worden, van gedachte wisselen, meningen geven. Ouders zijn zo een klankbord voor de school. Het waardevolle is de betrokkenheid van de ouder Bij speciale gelegenheden zoals feesten vinden wij het fijn als ouders een handje helpen. Dat kan op velerlei niveau zijn. Wij vragen ouders zich dan aan te melden.
6.3
Ondersteuning ouders
Opvoeden gaat niet vanzelf. Zeker niet voor kinderen die zich wat anders ontwikkelen dan andere kinderen. Een speciale school helpt vaak enorm om op het gebied van leren het beste uit de kinderen naar boven te halen. We weten allemaal dat onze kinderen vaak een speciale aanpak of benadering nodig hebben. Niet alleen op school, maar ook thuis, in uw gezin en in uw familie, op clubs en in de buurt. Het Bergse Veld spant zich in om als dat kan, ook thuis ondersteuning te bieden. Het gaat er om dat wij u kunnen coachen in de omgang met uw kind. Of dat wij uw familie uit kunnen leggen hoe ze uw gezin kunnen ondersteunen. Of dat we met alle gezinsleden samen ervoor zorgen dat het beter gaat met uw kind thuis.
31
Hoewel er verschillende mogelijkheden zijn, is het niet vanzelfsprekend dat we deze hulp kunnen bieden. Onze inzet is sterk afhankelijk van afspraken, zoals die in uw regio gelden. Schroom nooit om onze schoolmaatschappelijkwerkende te bellen en te vragen wat we voor u kunnen doen. Dat vinden wij heel gewoon en we spannen ons tot het uiterste in om samen met u op te trekken in de opvoeding. 6.4
Nieuwsbrief
Om ouders en verzorgers te informeren over de gang van zaken brengen wij ongeveer vijf keer per jaar een nieuwsbulletin de “Veldpost” uit. We informeren u dan over allerlei zaken die op dat moment spelen en houden u zo op de hoogte. De “Veldpost” zullen wij dit jaar elektronisch versturen. Voor ouders die niet beschikken over een e-mailadres zullen wij een papieren versie meegeven aan de leerling. Ook interne ouders en de groepsleiding van het Bergse Bos ontvangen een exemplaar via de mail.
6.5
Medezeggenschap
De medezeggenschap van het team krijgt vorm in de medezeggenschapsraad. De MR vergadert op school om de gang van zaken op de school te bespreken. Er is afgesproken om maandelijks een overlegmoment met de afdelingscoördinatoren Te hebben om elkaar te informeren, vragen te stellen en meningen te vragen. Daarnaast wordt de MR om advies en of instemming gevraagd bij zaken die dat vereisen.
6.6
Vertrouwenspersoon
Als u zich door een medewerker van school, van leerkracht tot directie, onvoldoende gehoord voelt of vertrouwelijk wilt kunnen praten heeft elke school een vertrouwenspersoon benoemd. Deze kan u ook eventueel helpen als u een klacht officieel wilt maken. Voor onze school is Astrid Kouwenhoven de vertrouwenspersoon.
6.7
Klachtenregeling
In onze schoolgids staat dat we regelmatig contact van school met ouders belangrijk vinden. Iedere collega is voor u aanspreekbaar, soms direct, soms via het maken van een afspraak. Toch kan het gebeuren dat we het samen niet eens worden. Als u vindt dat u onvoldoende gehoord wordt in uw overleg met de leerkracht van uw kind, de afdelingscoördinator of de sectormanager dan kunt u een klacht indienen. Hiervoor is een klachtenregeling opgesteld. Deze regeling is voor iedereen die bij de school betrokken is op te vragen bij het Centraal Bureau van Horizon (Mozartlaan 150, 3055 KM Rotterdam, 010-2854700). Op aanvraag kunt u kosteloos een afschrift van de regeling krijgen. De klachtenregeling is ook terug te vinden op de website van Horizon: www.horizon-jeugdzorg.nl. Het wordt op prijs gesteld indien iemand die wil klagen dat eerst kenbaar maakt bij de schoolleiding of het schoolbestuur. Veelal kan de klacht snel worden verholpen. De vertrouwenspersoon van de school kan u hier verder bij begeleiden. Horizon is voor de behandeling van klachten aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie: “de Landelijke Klachtencommissie onderwijs (LKC)”. Een officiële klacht kan bij het schoolbestuur of rechtstreeks schriftelijk bij de LKC worden ingediend. Een klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing te worden ingediend. Binnen vijf werkdagen wordt schriftelijk meegedeeld dat de klacht wordt onderzocht. Binnen vier
32
weken na ontvangst van de klacht vindt een hoorzitting van de klachtencommissie plaats of een gesprek met het bevoegd gezag van Horizon (afhankelijk van waar de klacht is ingediend). De LKC is te bereiken via: Onderwijsgeschillen, Postbus 85191, 3508 AD UTRECHT, telefoon 030-2809590, fax 030-2809591. U kunt ook de website raadplegen: www.onderwijsgeschillen.nl of een e-mail sturen naar
[email protected] . Het bevoegd gezag van Horizon is te bereiken via: Postbus 37056, 3005 LB Rotterdam.
33
7
Praktische informatie
7.1
Boeken en leermiddelen
De school heeft voor alle leerlingen boeken, werkboeken en andere leer- en hulpmiddelen aangeschaft. Wij gaan er van uit dat de boeken zorgvuldig gebruikt worden. Als blijkt dat een leerling boeken en of leermiddelen bewust vernield of beschadigd, dan vragen wij aan de ouders een vergoeding voor de aanschaf van een nieuw exemplaar. De boeken en andere materialen blijven in principe op school. Wel vinden wij het belangrijk dat de leerlingen de kans krijgen om thuis of op de leefgroep boeken te lezen. Wij adviseren dan ook om een abonnement bij een bibliotheek aan te schaffen en te bevorderen dat boeken geleend kunnen worden. Voor de leerlingen van groep 8 wordt met een schoolagenda gewerkt. De leerlingen ontvangen begeleiding bij het invullen van afspraken / huiswerkopdrachten en het verdere gebruik er van. De agenda wordt door school verstrekt aan de leerlingen die schoolverlater zijn.
7.2
Overblijven
Alle leerlingen blijven over op school van 12.00 – 12.30 uur. Voor het overblijven wordt een rooster opgesteld met tijden wanneer de klassen eten of buiten gaan spelen. Tijdens het overblijven houdt de leerkracht en / of klassenassistent toezicht. Hier zijn geen kosten aan verbonden. Het is de bedoeling dat u uw kind een lunchpakket meegeeft en iets te drinken. Koolzuurhoudende dranken, blikjes, snoep en chips zijn niet toegestaan. Pakjes drinken zijn wel toegestaan. U kunt ook gebruik maken van de schoolmelkregeling (zie schoolmelk). In de ochtend hebben de kinderen een kwartier pauze. De leerlingen kunnen gebruik maken van de schoolmelkregeling. Er mag ook iets te eten of drinken meegenomen worden. Wij hebben daarover de volgende afspraken: Kleine pauze: Boterham, plakje ontbijtkoek, sultana’s, liga’s evergreen, capitein cook; of fruit. Niet toegestaan: cake, koek of snoep. Wel toegestaan: drinken volgens de schoolmelkregeling of drinken van thuis (geen prik; of limonade in blik) Grote Pauze: Brood en drinken volgens schoolmelkregeling of pakje of beker van thuis. Eventueel wat fruit dat kan van huis meegenomen worden of volgens de fruitregeling (informatie daarover kunt u bij de conciërge van de school krijgen). Als volgens de leerkracht te weinig of te veel eten / drinken meegegeven wordt, neemt die contact op met ouders om dat te bespreken. Als een leerling onvoldoende eten meegenomen heeft kan de leerkracht besluiten brood met beleg van school te verstrekken. In zo’n geval neemt de leerkracht altijd contact op met de ouders / verzorgers om hen er op te wijzen in het vervolg voldoende mee te geven. Het is de verantwoordelijkheid van ouders / verzorgers om voor voldoende eten te zorgen. Daar waar dat niet het geval is wordt dat besproken in de CvB-vergadering. Vervolgens kan besloten worden actie te ondernemen. 34
7.3
Schoolmelk
Onze school is aangesloten bij de schoolmelkvoorziening van Campina. In de kleine pauze of tijdens het overblijven tussen de middag kan halfvolle melk, volle melk, drinkyoghurt of chocolademelk worden gedronken. De melk wordt in een speciale koelkast gekoeld. Een inschrijfformulier is te verkrijgen bij de conciërge. Na invulling en ondertekening door u, moet het formulier op school worden ingeleverd. Na ongeveer twee weken krijgt het kind dan zijn melk. De kinderen ontvangen via de school de melk. U ontvangt van Campina een rekening. Na een vakantie is er gedurende twee dagen geen schoolmelk. Voor die dagen zal van thuis drinken meegenomen moeten worden.
7.4
Medicatie
Het medicijngebruik van de leerling komt tijdens de intake aan de orde. Wanneer leerlingen medicijnen gebruiken, vinden wij het heel belangrijk dat u de leerkracht informeert over wijzigingen. Als het noodzakelijk is dat medicatie op school moet worden ingenomen, zal een toestemmingsverklaring ingevuld en ondertekend moeten worden. Bij de intake komt dat uiteraard aan de orde. De medicatie wordt verstrekt aan leerlingen, zoals vermeld in het protocol medicatie van Horizon. In de klassenmap is het protocol ook opgenomen.
7.5
Verzekeringen
Ouders zijn en blijven aansprakelijk voor schade en letsel die hun kind veroorzaakt. Dit geldt ook tijdens stages. Een Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering (AVP) dekt die verantwoordelijkheid. Daarnaast heeft Horizon een Wettelijke Aansprakelijkheids-verzekering afgesloten (AVB). Tijdens vervoer van en naar huis in een taxi geldt de ongevalleninzittende verzekering van de taxionderneming. Die verzekering dekt schade veroorzaakt door en tijdens het vervoer. Schade veroorzaakt door uw kind valt daar dus niet onder, daarvoor moet u een Aansprakelijkheidverzekering Voor Particulieren (AVP) afsluiten. Als uw kind een schooleigendom kapot maakt, kan het zijn dat wij u benaderen om aanspraak te doen op uw verzekering, zodat de schade vergoed kan worden.
7.6
Ouderbijdrage en schoolreis
Uitgaven voortvloeiend uit het onderwijs worden niet in rekening gebracht. Wij vragen ook geen vrijwillige ouderbijdrage. Een uitzondering is er voor het organiseren van een schoolreis. Om deze activiteit mogelijk te maken vragen wij een bijdrage € 20,-. Deze bijdrage is vrijwillig, maar natuurlijk zeer gewenst.
7.7
Vervoer
Iedere gemeente in Nederland heeft een verordening, waarin het vervoer van leerlingen naar o.a. een school voor speciaal onderwijs is geregeld. In principe is het regelen van vervoer een zaak tussen gemeente en de ouders. De school heeft slechts een bemiddelende rol. Om het vervoer van de leerlingen goed te laten verlopen organiseert de school aan het begin van het schooljaar een bijeenkomst voor de taxichauffeurs.
35
Binnen de gemeente Rotterdam Binnen de gemeente Rotterdam krijgen ouders via de administratie van de school een aanvraagformulier voor schoolvervoer. Na invulling en ondertekening kan het formulier bij de administratie ingeleverd worden. De school zorgt voor verzending naar de gemeente. Als uw kind niet naar school gaat, moet dit worden gemeld bij het meldpunt vervoer: telefoon 010 4626360. Op het moment dat uw kind de school weer kan bezoeken moet u zelf contact opnemen met het meldpunt. Buiten de gemeente Rotterdam Als u buiten de gemeente Rotterdam woont, dient u contact op te nemen met het gemeentehuis, afdeling onderwijs. Na invulling en ondertekening van het formulier, moet het bij de gemeente worden ingeleverd. Als uw kind niet naar school gaat, moet dit gemeld worden bij het taxibedrijf. Als uw kind de school weer kan bezoeken, moet dat ook weer gemeld worden bij het taxibedrijf. Als er problemen zijn rond het vervoer, verzoeken wij u contact op te nemen met de school of de gemeente die het vervoer organiseert. Het is belangrijk te weten dat het taxibedrijf in voorkomende gevallen kan besluiten het taxivervoer tijdelijk of definitief te staken. In dat geval bent u zelf verantwoordelijk voor de komst van uw kind naar school!
7.8
Schoolregels/schoolreglement
Elke school van Horizon heeft een reglement met gedragsregels die op school gelden. Daarbij wordt gestreefd naar een beperkte omvang van regels die door alle partijen, personeel en leerlingen wordt gedragen en geaccepteerd. In dit reglement wordt in ieder geval beschreven dat: o o o o o
respect het centrale thema is in de omgang met elkaar drank, drugs en als wapen te gebruiken voorwerpen verboden zijn we samen zorgen voor alle materialen: we gebruiken de dingen waarvoor ze zijn bedoeld agressie en geweld worden afgewezen roken in school voor iedereen verboden is en op het schoolterrein in leeftijd begrensd.
Op het Bergse Veld hangen de volgende 10 specifieke regels in alle klassen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Je luistert naar alle volwassenen Je gaat rustig naar binnen en naar buiten Je gaat goed om met het materiaal en het gebouw Daar waar je gaat, kom je met toestemming en loop je rustig Problemen los je pratend op Je spreekt Nederlands en let op je taalgebruik Je gaat met de ander om zoals je wilt dat de ander met jou omgaat Je hoofddeksel gaat af van 8:15 uur tot 14.30 uur Je levert waardevolle spullen en zaken die niet op school horen voor schooltijd in bij de leerkracht. Om 14.30 uur krijg je deze terug. 10. Je komt op tijd op school. Elke week staat een regel centraal. Deze regel staat dan op het bord en gedurende de week besteedt iedere leerkracht daar specifieke aandacht aan.
36
7.9
Rookbeleid
Het is voor iedereen verboden om in het schoolgebouw te roken. Er zijn plaatsen aangewezen voor personeel om in pauzes of voor werktijd te roken. Daarbij tonen zij terughoudendheid in de nabijheid van leerlingen.
7.10
Verzuim, afwezigheid en ziekmelding
Alle leerlingen op onze school zijn leerplichtig. Dit betekent dat wij dagelijks controleren of alle leerlingen aanwezig zijn. Ouders zijn verplicht de afwezigheid op school van hun kind / pupil tijdig tussen 8.15 en 9.00 uur te melden. Verzuim en afwezigheid De ouders van leerlingen die zonder kennisgeving afwezig zijn, worden in de loop van de ochtend gebeld door de conciërge of administratief medewerkster met de vraag wat de reden van afwezigheid is, om vast te stellen of er sprake is van ongeoorloofd schoolverzuim. Van leerlingen die ongeoorloofd afwezig zijn, wordt melding gemaakt bij de afdeling leerplicht van de gemeente. Ziekmelding De ouders / verzorgers van de leerlingen moeten tussen 8.15 en 9.00 uur melden dat hun kind/pupil ziek is. Bij langdurige ziekte kunnen ouders / verzorgers overeenkomen of het kind / pupil schoolwerk krijgt opgestuurd. Extra vakantie De school mag buiten de afgesproken vakanties leerlingen geen vrij geven om op vakantie te gaan. Dat geldt ook voor een vakantie naar het land van herkomst en een paar dagen voor een vakantie om ‘de drukte voor te zijn’. De enige uitzondering op deze regel doet zich voor als één van de ouders wegens zijn of haar beroep niet met het gezin op vakantie kan in de gebruikelijke vakantieperiode. Extra verlof Voor sommige bijzondere dagen waarop u uw kind thuis wilt houden kunt u extra verlof aanvragen bij de afdelingscoördinator van de school. Dat kan voor erkende religieuze feestdagen of gewichtige omstandigheden zoals: -ernstige ziekte, overlijden of begrafenis/crematie -huwelijk, 12 ½, 25, 40 en 50 jarig huwelijksfeest en ambtsjubilea -verhuizing -gezinsuitbreiding Aan deze extra verlofdagen is een maximum van tien dagen per schooljaar vastgesteld. Zijn er meer dagen nodig dan kunt u een verzoek indienen bij de Afdeling Leerlingzaken van de gemeente. De leerplichtambtenaar beslist hierover. Een dergelijk verzoek wordt slechts bij zeer hoge uitzondering toegewezen.
7.11
Traktaties
Wanneer een leerling jarig is, mag een leerling trakteren in zijn eigen groep. Hierbij is snoep niet verboden, wel verzoeken wij u niet al te uitbundig snoep uit te delen i.v.m. de aanslag op tanden en kiezen.
37
7.12
Kleding en voorwerpen
Voorwerpen Het is op onze school verboden een zakmes of iets dergelijks bij zich te dragen. Ook voorwerpen die op een bepaalde wijze dienst kunnen doen om anderen te steken of te bedreigen zijn verboden. Als leerlingen toch dergelijke voorwerpen bij zich dragen, nemen wij die in beslag. Wij houden ons het recht voor kleding, jassen en tassen op aanwezigheid van dergelijke voorwerpen te controleren. Kleding Het dragen van bepaalde symbolen op kleding is niet toegestaan, indien deze symbolen bv doodskoppen en / of aanstootgevende teksten kenmerkend zijn voor extreme groeperingen. Ook het dragen van petten en dergelijke is op school niet toegestaan. Mobiele telefoon Het is verboden voor leerlingen tijdens de schooluren gebruik te maken van een mobiele telefoon. Indien leerlingen een telefoon bij zich hebben, moeten deze telefoons uitgeschakeld ingeleverd worden bij de groepsleerkracht. Na schooltijd krijgen de leerlingen de telefoon weer terug. Als de leerling zich niet aan deze regel houdt, wordt de mobiele telefoon afgenomen en ingeleverd bij de afdelingscoördinator. De leerling kan, onder uw begeleiding, de telefoon aldaar afhalen. Voor schade, verlies of diefstal is de school niet aansprakelijk.
7.13
Speelgoed en gadgets
Wij verzoeken u erop toe te zien dat de leerlingen géén speelgoed meenemen naar school. Wij kunnen geen verantwoording dragen voor het kapotgaan of kwijtraken van speelgoed. Waardevolle spullen moeten ingeleverd worden. Die krijgen de leerlingen aan het eind van de schooldag weer terug.
7.14
Zwemmen en gymnastiek
De gymnastieklessen worden gegeven in de sportzaal naast de school. Het dragen van gymschoenen en gymkleding is gewenst. Aan het begin van het jaar wordt bekeken welke leerlingen in aanmerking komen voor zwemles. De lessen worden gegeven in zwembad De Wilgenring, Melanchtonweg 70 , Rotterdam-Schiebroek. De zwemlessen worden verzorgd door zweminstructeurs. De pedagogische verantwoordelijkheid berust bij de leerkracht. Het vervoer vindt plaats per bus.
38
De ouders van externe leerlingen ontvangen aan het begin van het cursusjaar een brief van de gemeente Rotterdam, waarin zij moeten verklaren dat er geen bezwaar bestaat tegen deelname aan het zwemonderwijs. Ouders ontvangen bericht wanneer uw kind / pupil mag afzwemmen voor zijn zwemdiploma. Indien u hierbij aanwezig wilt zijn, kunt u dat met de groepsleerkracht overleggen. In de zomer maken wij als het weer dit toestaat tijdens de gymlessen gebruik van het zwembad dat grenst aan het gymnastieklokaal. Leerlingen krijgen tijdig te horen dat zij dan zwemkleding en een badhanddoek mee moeten nemen.
39
8
Schooltijden en vakanties
8.1
Schooltijden
Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
8.30 – 12.00 en 12.30 – 14.30 uur 8.30 – 12.00 en 12.30 – 14.30 uur 8.30 – 12.00 8.30 – 12.00 en 12.30 – 14.30 uur 8.30 – 12.00 en 12.30 – 14.30 uur
Pauze Tijdens de ochtend hebben de kinderen 15 minuten pauze. De eerste groep van 10.00 tot 10.15 uur De tweede groep van 10.15 tot 10.30 uur De derde groep van 10.30 tot 10.45 uur Tussen de middag blijven alle kinderen over en hebben een half uur pauze. Er is een kwartier gereserveerd voor het eten in de klas onder leiding van de groepsleerkracht; en een kwartier om buiten te spelen. Bij slecht weer zijn er speelmogelijkheden in het klassenlokaal. Deur open: Om 8.15 uur gaar de deur open en mogen leerlingen zelfstandig naar hun eigen klas gaan. In de klas, op de gang en buiten bij de toegang is toezicht om alles plezierig te laten verlopen. Om 8.30 uur gaat de deur dicht en beginnen de lessen. Aanwezigheid Wij vinden het belangrijk dat de lessen op tijd en zonder storingen kunnen beginnen en rekenen op medewerking van iedereen. Wanneer leerlingen zonder geldige reden lestijd missen, bijvoorbeeld door te laat komen of weglopen e.d., moet deze lestijd in principe ingehaald worden. Ouders worden tijdig ingelicht wanneer dat het geval is. In overleg wordt bekeken wanneer de tijd ingehaald kan worden. Wanneer leerlingen ongeoorloofd afwezig zijn wordt dit gemeld bij de leerplichtambtenaar. Wanneer een leerling het schoolterrein zonder toestemming verlaat worden ouders / verzorgers z.s.m. op de hoogte gebracht. In de regel wordt het weglopen binnen 45 minuten bij de politie gemeld. Afhankelijk van de reden tot weglopen, de gesteldheid van de leerling kan tot een nader te bepalen actie besloten worden.
8.2
Vakantierooster 2012-2013
Herfstvakantie: 22 t/m 26 oktober 2012 Kerstvakantie: 24 december t/m 4 januari 2013 Voorjaarsvakantie: 25 februari t/m 1 maart 2013 Pasen: 29 maart t/m 1 april 2013 Meivakantie: 29 april t/m 8 mei 2013 Hemelvaart: 9 mei t/m 10 mei 2013 Pinksteren: 20 mei 2013 Zomervakantie: 22 juli t/m 30 augustus 2013
40
8.3
Studiedagen:
Maandag 20 augustus 2012 Dinsdag 25 september 2012 Donderdag 29 november 2012 Woensdag 6 februari 2013 Donderdag 28 maart 2013
41
9
Externe contacten
9.1
Schoolarts en schooltandarts
Schoolarts Het Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) bij u in de buurt is dé plek waar ouders / verzorgers, kinderen, jongeren en professionals terecht kunnen met vragen over gezondheid, opvoeden en opgroeien. Er werken jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, doktersassistente, gezinscoaches, pedagogen en andere deskundigen. Op school Na plaatsing op het speciaal (basis)onderwijs, krijgt uw kind een gezondheidsonderzoek op school of op de CJG-locatie. Dit vindt niet plaats als uw kind onlangs uitgebreid is onderzocht op het CJG. De groei, ogen en gehoor worden gecontroleerd. Met de jeugdarts bespreekt u de gezondheid, groei, ontwikkeling en gedrag van uw kind en hij / zij verricht een lichamelijk onderzoek. De jeugdarts wil op deze manier samen met u inzicht krijgen in de ontwikkelingsmogelijkheden van uw kind en stimuleren dat uw kind zo goed mogelijk kan functioneren op school en later in de maatschappij. Daarnaast neemt de jeugdarts deel aan de overleggen van de Commissie van Begeleiding of het Zorg- en Adviesteam (ZAT) van de school. In het jaar dat kinderen 9 jaar worden, krijgen zij een herhaling van de vaccinaties DTP en BMR. Bovendien krijgen meisjes in het jaar dat ze 13 jaar worden een oproep van het CJG om zich te laten vaccineren tegen baarmoederhalskanker. Deze HPV-vaccinatie wordt drie keer gegeven. Deze inentingen zijn gratis en niet verplicht. belangrijk dat ouders bij het onderzoek aanwezig zijn om eventuele vragen te kunnen beantwoorden. Voor de interne leerlingen geldt dat als ouders hierbij zelf niet aanwezig kunnen zijn, dat groepsleiding bij het onderzoek aanwezig is. Ouders worden door school schriftelijk op de hoogte gesteld van het onderzoek. Het is voor de schoolarts belangrijk dat ouders bij het onderzoek aanwezig zijn om eventuele vragen te kunnen beantwoorden. Voor de interne leerlingen geldt dat als ouders hierbij zelf niet aanwezig kunnen zijn, dat groepsleiding bij het onderzoek aanwezig is. De schoolarts, lid van de Commissie van Begeleiding, bespreekt de resultaten van de onderzoeken inde CvB-vergadering. Contact De jeugdarts van het Bergse Veld is I. van der Meer-Spanjer. Zij is te bereiken via CJG Hillegersberg / Schiebroek, Hectorstraat 17 telefoon 010-4444607. Kijk voor meer informatie op www.cjgrijnmond.nl of bel met de Opvoedlijn: 010 20 10 110 Schooltandarts Onze school neemt deel aan de schooltandverzorging. Twee keer per jaar worden de kinderen gecontroleerd en zo nodig behandeld. Dit vindt plaats in een behandelcentrum in de buurt van de school. De kinderen worden met een busje opgehaald en weer naar school gebracht. Vanuit school zorgen wij voor begeleiding in het busje. Deelnameformulieren zijn via school verkrijgbaar.
42
9.2
Sponsoring
De Horizonscholen, vooral de VSO scholen, leggen in toenemende mate contacten met het bedrijfsleven en branche organisaties. Daar worden convenanten afgesloten waarin wederzijdse ondersteuning en informatie-uitwisseling wordt geregeld. Daarbij blijft gelden dat de school alleen verantwoordelijk is voor een eigen en zelfstandige invulling van het onderwijsprogramma. Ten aanzien van sponsoring voeren de scholen een terughoudend beleid. Giften worden alleen geaccepteerd als daarvoor geen tegenprestatie gevraagd wordt.
9.3 Overige contacten Wij bieden studenten van diverse opleidingen de mogelijkheid tot stage. Wij vragen dan eerst een sollicitatiebrief te schrijven, zodat wij na kunnen gaan of de stage passend is. Vervolgens worden de kandidaten die geschikt zijn uitgenodigd voor een gesprek.
43
Bijlage 1 1. 2. 3. 4. 5.
6. 7.
8.
9.
Aanmeldingsprocedure cluster 4 onderwijs ouders/school willen een beschikking aanvragen voor cluster 4 onderwijs, bureau instroom van Horizon (010-2854700) ondersteunt hen daarbij; documentatie t.b.v. aanvraag indicatie wordt door bureau instroom toegestuurd aan ouders/school; zodra dossier binnen is bij bureau instroom wordt dit getoetst aan de criteria, indien gegevens ontbreken worden deze schriftelijk opgevraagd bij ouders/school; bureau instroom dient compleet dossier namens ouders in bij de Commissie voor Indicatiestelling; ouders en school krijgen hiervan een schriftelijke bevestiging; bij afgifte van een positieve beschikking door de Commissie voor Indicatiestelling en als ouder(s)/verzorger(s) een plaatsing willen op een cluster 4 school, wordt door bureau instroom gekeken welke onderwijslocatie voor de leerling het meest passend is; de leerling wordt op de wachtlijst geplaatst van de meest geschikte onderwijslocatie; vier-wekelijks vindt er een plaatsingsoverleg plaats waarin o.a. de instroom besproken wordt met de afdelingscoördinatoren van de verschillende onderwijslocaties. Kan de leerling van de wachtlijst geplaatst worden op de meest geschikte onderwijslocatie?; indien leerling geplaatst kan worden, worden de ouder(s)/verzorger(s) hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. Indien de leerling niet geplaatst kan worden, blijft hij/zij op de wachtlijst, ook hiervan worden ouder(s)/verzorger(s) op de hoogte gebracht; de geplaatste leerling wordt door de afdelingscoördinator van de meest geschikte onderwijslocatie uitgenodigd voor een intake/kennismakingsgesprek. In dit gesprek spreekt u een plaatsingsdatum af.
Indien de leerling een van de Horizonscholen gaat verlaten en wil doorstromen naar het regulier onderwijs of het Educatief Centrum zal vanuit het plaatsingsoverleg ook de rugzak of de aanmelding bij het Educatief Centrum geregeld worden. Bureau Instroom Horizon Postadres : Postbus 37056 3005 LB Rotterdam 010-2854700 Telefonisch spreekuur: maandag t/m vrijdag van 9.00 en 11.00 uur
[email protected] Bezoekadres :
Mozartlaan 150 3055 KM Rotterdam
44
Bijlage 2
Medewerkers
De medewerkers van onze school zijn: Sectormanager Dhr. P. de Vaal Commissie van Begeleiding Hannie van den Heuvel Leon Hoek Christie Langstraat Andrea Tange Tsambika Bouyoukas Astrid Kouwenhoven
afdelingscoördinator afdelingscoördinator intern begeleider psycholoog reguliere zorg psycholoog speciale zorg maatschappelijk werkende
Groepsleerkrachten: Juf Ana Juf Anneke Juf Anouk Juf Ashley Juf Dunja Juf Ellen Juf Jenny Juf Kim Juf Loes Juf Melissa Juf Mieke Meester Paul Juf Sandra Juf Susanne Juf Wilma
leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht leerkracht
Onderwijs ondersteunend personeel: Meester Anton mediator Meester Henk leerkracht gymnastiek Meester Huseyin onderwijsassistent Juf Jacqueline administratief medewerker Juf Kim onderwijsassistent Juf Magali onderwijsassistent Meester Marco conciërge Juf Marjolein caesartherapeute Juf Nancy ondewijsassistent Juf Peggy remedial teacher Meester Rainer onderwijsassistent Juf Sandra onderwijsassistent Juf Sila onderwijsassistent Juf Susan psychomotorisch therapeute Juf Tessa administratief medewerker Juf Willy klassenondersteuner Juf Yvonne onderwijsassistent
45
Bijlage 3
Intentieverklaring
INTENTIEVERKLARING Met de komst van uw kind op onze school staan we aan het begin van een boeiende en uitdagende opdracht; intensieve samenwerking om het beste uit uw kind te halen. Samen zorgen voor een goed, liefdevol en veilig klimaat, zowel thuis als op school. Alleen dan kan een kind zich gezond ontwikkelen. Wanneer ouders en andere experts de handen ineen slaan, is de kans op succes veel groter. Van ons mag u verwachten dat we er alles aan doen om de gedragsmatige en didactische doelen te bereiken. Wij verwachten van u echter ook inzet en actieve betrokkenheid. Met uw expertise als ouder /opvoeder heeft u een sleutelrol en de Middels deze intentieverklaring willen we op een open manier de wederzijdse verwachtingen met elkaar uitspreken en er ons aan verbinden. Aanwezigheid leerling Alle partijen zetten zich in om te voorkomen dat de onderwijsontwikkeling van uw kind stagneert. We pakken verzuim en spijbelgedrag aan bij de wortel door de oorzaken te bestrijden. Met elkaar blijven we in gesprek om continuïteit in aanwezigheid te garanderen. Ongeoorloofd verzuim wordt altijd onderwerp van gesprek en volgens richtlijnen gemeld bij de leerplichtambtenaar. Zorg Wij zorgen goed voor uw kind en verwachten dat u dat ook doet. Wij doen dit door ons in te zetten voor een veilig en gezond leef- en leerklimaat. Ons doel is kinderen met plezier naar school te zien komen en ook met plezier naar huis te zien gaan. Van ons mag u verwachten dat we werken aan een prettige sfeer zodat kinderen in hun kracht komen en zich vanuit die kracht kunnen ontwikkelen. Er is aandacht voor probleemgedrag. Kinderen mogen zichzelf zijn en worden geholpen met gedrag dat hun ontwikkeling in de weg staat. Conflicten worden met alle betrokken partijen besproken en samen zoeken we naar een goede oplossing. Als wij ons zorgen maken over de ontwikkeling van uw kind, zullen we hierover altijd met de opvoeders in gesprek gaan. In het team zal uw kind besproken worden met de betrokken leerkrachten en de commissie van begeleiding. Deze bestaat uit gedragswetenschappers, intern begeleider, de schoolmaatschappelijk werker, de afdelingscoördinator en de schoolarts. Vanuit de behoeften van het kind wordt een OPP (voorheen Handelingsplan) opgesteld. Hierin worden zowel didactische als pedagogische doelen benoemd als ook de wijze waarop we de doelen willen gaan halen. Een actieve bijdrage aan dit plan wordt door de ouders aangeleverd. Dit plan wordt twee keer per jaar geëvalueerd. Een belangrijk moment waarbij opvoeders aanwezig moeten zijn. In overleg met ouders kan hun hulpvraag worden besproken tijdens een bijeenkomst van het ZAT. In dit team zijn allerlei instanties, van zorg, onderwijs en justitie vertegenwoordigd. Medicatie Ouders zijn verantwoordelijk voor het thuis toedienen van medicijnen Toedienen op school kan alleen met schriftelijke toestemming van ouders en op voorschrift van een arts/psychiater. Kinderen die alleen thuis medicijnen krijgen hebben een noodpil op school voor wanneer het onverhoopt thuis niet is gelukt hem in te nemen. Indien door omstandigheden kinderen hun medicatie niet hebben ingenomen, kunnen zij worden geweigerd in de klas en zelfs op school.
46
Signalen van thuisgeweld of kindermishandeling Wij melden geweld. Zodra we ons zorgen maken over de veiligheid van het kind in de thuissituatie, gaan we hierover ook altijd eerst met ouders over in gesprek. Veilige leefomstandigheden dragen bij aan de gezonde ontwikkeling van uw kind. In sommige gevallen meldt de school het volgens de richtlijnen bij het AMK/Jeugdhulpverlening en wordt een melding gedaan in het SISA (Stadsregionaal Instrument Sluitende Aanpak) Contact met school: Vanuit de gezamenlijke verantwoordelijkheid is aanwezigheid bij gesprekken zoals de bespreking van de didactische voortgang in relatie tot het ontwikkelingsperspectief (OPP) noodzakelijk. Dat geldt ook voor andere contacten die door de school worden georganiseerd: informatieavonden, themaochtenden. Wij gaan er van uit dat we u in alle gevallen telefonisch kunnen bereiken; dan wel dat u zo spoedig mogelijk terug belt in geval dat niet zo was. Alleen zo kunnen wij u op de hoogte stellen van wat er op school gebeurt, of met u in gesprek gaan om problemen op te lossen. Uw expertise als ouder is daarbij onmisbaar. Wij maken bij de intake afspraken over de wijze waarop school en ouders de contacten over en weer kunnen vorm geven. Gedragscode Wij zijn ons bewust dat leerkrachten en ouders een voorbeeldrol vervullen. De wijze waarop wij met en over elkaar praten is daarom van groot belang. Bij problemen of andere inzichten wenden wij ons tot elkaar om dit te bespreken om na te gaan of we tot een oplossing kunnen komen. Wij hanteren en tolereren geen verbale en / of fysieke agressie.
Samen gaan we voor een leuke en prettige schooltijd.
Rotterdam,
Namens de ouders/opvoeders:
Namens school,
Leerling:
47
Bijlage 4
Jaarplanner
JAARPLANNER 2012 - 2013 Bergse Veld zaterdag zondag maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
18-aug
19-aug
20 Studiedag
21
22
23
24
25-aug
26-aug
27
28
29
30
31
1-sep
2-sep
3
4
5
6
7
8-sep
9-sep
10
11 Informatieavond
12
13
14
15-sep
16-sep
17
18
19
20
21
22-sep
23-sep
24
25
26
27
28
29-sep
30-sep
1
2
3
4
5
6-okt
7-okt
8
9
10
11
12
13-okt
14-okt
15
16
17
20-okt
21-okt
22 HERFSTVAK
23
24
25
26
27-okt
28-okt
29
30
31
1
2
3-nov
4-nov
5
6
7
8
9
10-nov
11-nov
12
13
14
15
16
17-nov
18-nov
19
20
21
22
23
24-nov
25-nov
26
27
28
29 Studiedag
30
1-dec
2-dec
3
4
5
6
7
8-dec
9-dec
10
11
12
13
14
15-dec
16-dec
17
18
19
20
21
22-dec
23-dec
24 KERSTVAKANTIE
25
26
27
28
29-dec
30-dec
31
1
2
3
4
5-jan
6-jan
7
8
9
10
11
12-jan
13-jan
14
15
16
17
18
19-jan
20-jan
21
22
23
24
25
26-jan
27-jan
28
29
30
30
1
2-feb
3-feb
4
5
6 Studiedag
7
8
9-feb
10-feb
11
12
13
14
15
16-feb
17-feb
18
19
20
21
22
23-feb
24-feb
25 VOORJAARSVAK
26
27
28
1
2-mrt
3-mrt
4
5
6
7
8
9-mrt
10-mrt
11
12
13
14
15
16-mrt
17-mrt
18
19
20
21
22
23-mrt
24-mrt
25
26
27
28 Studiedag
29 PASEN
30-mrt
31-mrt
1 PASEN
2
3
4
5
6-apr
7-apr
8
9
10
11
12
13-apr
14-apr
15
16
17
18
19
20-apr
21-apr
22
23
24
25
26
27-apr
28-apr
29 MEIVAKANTIE
30
1
2
3
4-mei
5-mei
6
7
8
9 HEMELVAART
10
11-mei
12-mei
13
14
15
16
17
18-mei
19-mei
20 PINKSTEREN
21
22
23
24
Studiedag
48
25-mei
26-mei
27
28
29
30
31
1-jun
2-jun
3
4
5
6
7
8-jun
9-jun
10
11
12
13
14
15-jun
16-jun
17
18
19
20
21
22-jun
23-jun
24
25
26
27
28
29-jun
30-jun
1
2
3
4
5
6-jul
7-jul
8
10
11
12
13-jul
14-jul
17
18
19 Zomerfeest
20-jul
21-jul
15 ZOMER VAKANTIE T/M 30 AUGUSTUS
9 16 Schoolverlatersfeest
49