VLAAMS VERBOND VAN HET KATHOLIEK SECUNDAIR ONDERWIJS Guimardstraat 1, 1040 Brussel LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS
SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Tweede graad TSO 1ste en 2de leerjaar
Licap - Brussel D/1997/0279/054A
-
september 1997
INHOUD
LESSENTABEL
....................................................
5
PV Praktijk Huishoudkunde - Voedselbehandeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1ste leerjaar: 4 uur/week 2de leerjaar: 4 uur/week
7
TV Huishoudkunde - Maatschappelijke en sociale vorming 1ste leerjaar: 3 uur/week 2de leerjaar: 3 uur/week
.......................
31
TV Huishoudkunde - Toegepaste wetenschappen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1ste leerjaar: 2 uur/week 2de leerjaar: 2 uur/week
63
3 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
LESSENTABEL
SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN 1
Basisvorming AV AV AV AV AV AV AV AV AV AV AV
Godsdienst Aardrijkskunde Biologie Chemie Fysica Frans Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde
1ste lj.
2de lj.
17
17
2 1
2 1
1
1
2 1 1 2 4 3
2 1 1 2 4 3
Voor de leerlingen die een studierichting kiezen die één of meer vakken omvat die ook voorkomen in de basisvorming, vervallen deze vakken in de basisvorming. Deze vakken worden in de studierichting steeds aangeduid met (*). 2
Optie
2.1
Studierichting (fundamenteel gedeelte) AV AV AV AV AV PV TV TV
2.2
Biologie (*) Chemie (*) Frans (*) Fysica (*) Plastische opvoeding Praktijk Huishoudkunde (x) Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming (x) Toegepaste wetenschappen (x) Toegepaste biologie/Toegepaste chemie/ Toegepaste fysica Laboratorium natuurwetenschappen
3 2
18
18
1 1 3 1 2 4 5
1 1 3 1 2 4 5
1
1
4
4
3 2
Complementair gedeelte: maximum
- Te kiezen uit de vakken en/of de specialiteiten opgesomd in het Besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 1989 tot vaststelling van de algemene vakken, de kunstvakken, de technische vakken en de praktische vakken in de instellingen voor secundair onderwijs met volledig leerplan, voor zover het vakken of specialiteiten betreft waarvan het Besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 1989, zoals gewijzigd, bekwaamheidsbewijzen vastlegt in de tweede graad. - Wanneer in het complementair gedeelte één of meer vakken gekozen worden die ook voorkomen in de basisvorming, dan vervallen deze vakken niet in de basisvorming. - Pedagogische aanbeveling: AV Engels 2 2 (x) Voor deze vakken werd het leerplan in deze brochure opgenomen. 5 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Tweede graad TSO PV Praktijk Huishoudkunde - Voedselbehandeling Eerste leerjaar: 4 uur/week Tweede leerjaar: 4 uur/week In voege vanaf 1 september 1997
D/1997/0279/054A
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling D/1997/0279/054A
7
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
INHOUD
1
BEGINSITUATIE
..........................................
9
2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
10
5
EVALUATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
27
6
BASISUITRUSTING LOKAAL VOEDSELBEHANDELING . . . . . . . . . . . . . .
27
7
BIBLIOGRAFIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
29
4
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling D/1997/0279/054A
8
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1
BEGINSITUATIE
Wegens het toegepast wetenschappelijk karakter van de specifieke vorming in de studierichting 'Sociale en technische wetenschappen' worden de leerlingen interesse bijgebracht voor de boeiende toepassingen van de wetenschappen, met een gerichtheid naar voedselbehandeling en naar het omgaan met mensen. Bij de start in de 2de graad is er nog onvoldoende wetenschappelijke basiskennis, zodat in de eerste fase gewerkt wordt rond belangrijke basisattitudes en basisprincipes in functie van kwaliteitsbewust handelen. In de verdere fasen zullen meer zuiver wetenschappelijke principes toegepast worden, eveneens in functie van het behandelen van voedingsmiddelen met een gerichtheid naar de mens en zijn milieu. In de 1ste graad kunnen bepaalde vakken de leerlingen reeds introduceren in enkele kwaliteitsgerichte handelingen. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
De rode draad door elke realisatie is het bevorderen en bewaken van de gezondheid en het welzijn van de mens door kwaliteitsbewust handelen. Daarvoor wordt uitgegaan van de menselijke levensbehoeften, afhankelijk van de verschillende levensfasen van de mens. De specifiek technische vorming is gericht op het komen tot een productief en consumptief handelen, op basis van de verworven theoretische kennis in de Maatschappelijke en sociale vorming en in de Toegepaste wetenschappen. - Via het uitvoeren van experimentele oefeningen als voorbereiding op een proces of een realisatie. - Via het aanleren en inoefenen van basisprincipes en technieken met eigentijds materiaal en apparatuur en vanuit een geactualiseerde visie. - Via observatie van de toepassingen op macrovlak, in verkooppunten, bedrijven en instellingen. Het technisch handelen resulteert in een functioneel-creatief handelen met een beredeneerde procesopbouw en een totaal procesverloop met inbegrip van de situering, de planning, de uitvoering en de beoordeling in functie van menselijke behoeften en kwaliteit. Tijdens elk doelgericht handelen is er de begeleiding om te komen tot een basishouding van economisch, hygiënisch, rationeel, ethisch en esthetisch handelen en met een verantwoordelijkheid voor de interacties tussen de betrokken personen. 3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN
In de 2de graad zijn de realisaties hoofdzakelijk gericht op voeding, enkele zijn gericht naar de persoon en zijn milieu. Er wordt duidelijk voorrang gegeven aan de kwalitatieve verbetering van het productieproces. Elke tussenstap, elk onderdeel wordt afzonderlijk geobserveerd en bestudeerd. De gepaste handelingen worden hierbij aangeleerd, geëxperimenteerd en verbeterd. Er wordt vooral gewerkt aan de verbetering van de kwaliteit van de 5 M's die het productieproces beheersen: - de MENS die handelt; - het MILIEU waarin de mens handelt; - het MATERIAAL dat wordt verbruikt; - de MIDDELEN die worden gebruikt en - de gehanteerde METHODE.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling D/1997/0279/054A
9
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Aandacht voor de mens en zijn milieu wordt uitgewerkt tijdens het aanleren van 5 basisattitudes. Deze sluiten aan bij de vakken Toegepaste wetenschappen en Maatschappelijke en sociale vorming. De theorie die daar wordt aangeleerd, wordt in de lessen Praktijk concreet toegepast. De volgende 5 basisattitudes vormen de leidraad voor de 2de graad 'Sociale en technische wetenschappen': - kwaliteitsbewust denken en handelen bij voedselbehandeling; - zich gezond voeden; - aankopen doen in verband met voedselbehandeling; - hygiënisch handelen bij voedselbehandeling; - verhogen van de sensorische aantrekkelijkheid bij voedselbehandeling. Het belangrijkste materiaal dat wordt verwerkt tijdens deze lessen Praktijk zijn voedingsmiddelen. In de rubriek Grondstoffen-Voedingswaren worden er een beperkt aantal behandeld. Deze grondstoffen worden verwerkt volgens bepaalde principes. Men leert hierbij de juiste methode of techniek hanteren. Hiervoor moet men beschikken over de gepaste middelen. De rubriek Principes en Technieken omvat het bespreken en aanleren van de methode en hanteren van het gereedschap en de apparatuur. Door goed te observeren en te werken aan de verbetering van elke handeling op zich, komt men ook tot een verbetering van het eindproduct. Er wordt dus ook altijd gestreefd naar een zo hoog mogelijke productkwaliteit. Het samenbrengen van de verschillende gevraagde leerelementen, namelijk de Basisattitudes, de Grondstoffen en de Principes en Technieken; het aansluiten bij de theoretische basiskennis (Natuurwetenschappen, Toegepaste wetenschappen en Maatschappelijke en sociale vorming); het inoefenen met gevarieerde toepassingen in functie van receptuur en menuleer; dit alles vraagt van de leraar Praktijk heel wat coördinatie. Bij het zelfstandig opbouwen van de jaarplanning dient elke leraar ruimte te laten voor een soepele en directe binding met de andere vakken, op het meest geschikte ogenblik. Deze parallelle uitvoering of inschakeling krijgt voorrang op alle andere organisatiefactoren. Deze coördinerende afspraken worden mogelijk indien er slechts 2 leraren verantwoordelijk zijn voor het specifieke gedeelte. Bij de uitwerking wordt bewust gekozen voor kwaliteit boven kwantiteit. Een ruime en verantwoorde tijdplanning is nodig om dit te verwezenlijken. 4
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN
De verdeling van de inhouden over het 1ste en het 2de leerjaar is louter richtinggevend.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling D/1997/0279/054A
10
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Eerste leerjaar BASISATTITUDES 1
Kwaliteitsbewust handelen
1.1
Kwaliteitsbeoordeling
Het begrip kwaliteit omschrijven.
- Productkwaliteit
Het verschil tussen productkwaliteit en proceskwaliteit aanduiden.
- Proceskwaliteit
11 D/1997/0279/054A
1.2
Kwaliteitsvolle ontvangst
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Praktijk: organiseren van ontvangst: - samenstellen van dranken en hapjes - ontvangen van gasten en fungeren als gast - evaluatie van de ontvangst - beoordelen van proceskwaliteit bij de bereiding van dranken aan de hand van een visgraatdiagram
Eisen gesteld aan een kwaliteitsproduct aanduiden en illustreren met voorbeelden.
De initiatie in kwaliteitsbewust handelen wordt geïntegreerd in de verschillende lessen van organisatie van een ontvangst. Het is de bedoeling dat een eerste beoordeling van kwaliteit toegepast wordt op een eenvoudig productieproces.
Kwaliteitseisen die aan een productieproces gesteld worden, verwoorden.
Werken met checklist, vragenlijst, met evaluatieformulier en turflijst helpt de leerlingen bij een kritische bevraging.
Een techniek van kwaliteitsbeoordeling toepassen bij eenvoudige uitvoeringen, bijvoorbeeld visgraatdiagram.
Het invullen van de visgraatdiagram vereenvoudigen door het aantal beïnvloedende factoren te beperken of samen te voegen.
Een aangepaste ontvangstformule kiezen en ze als groepsrealisatie praktisch uitvoeren. Bij een ontvangst: - mensen aan elkaar voorstellen; - dranken en hapjes aanbieden. Als gast: - communicatie voeren; - dranken en hapjes verbruiken. Na de ontvangst: - gasten danken; - nazorg uitvoeren. De ontvangst evalueren en het bereidingsproces beoordelen.
Een gestructureerde opbouw van de ontvangst maakt het mogelijk om daarbij de kwaliteit te evalueren (± 4 lesbeurten voor ontvangst). Aansluitende studie van grondstof "fruit". Het uitgangspunt is kennismaking met leraren en medeleerlingen, eventueel directie, ouders ... Uitnodigingen, decoraties, presentjes eventueel voorzien in afspraak met Maatschappelijke en sociale vorming of andere vakken.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr. 1.3
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Kwaliteitsbewust handelen bij eenvoudige voedselbehandeling bijvoorbeeld fruitdessert
Het belang van kwaliteitsbewust handelen situeren in de studierichting 'Sociale en technische wetenschappen'.
Beoordeling kan meerdere malen herhaald worden in het jaarprogramma met gevarieerde middelen en met stijgende moeilijkheidsgraad.
Praktijk: werken volgens afbeelding of omschrijving
Een afbeelding en/of een omschrijving analyseren naar samenstellende delen en hun onderlinge verhouding.
Kies een schikking of verwerking van fruit, al dan niet gecombineerd met andere voedingsmiddelen, dranken, bloemen ... (let op de complexiteit!).
Na analyse de opdracht uitvoeren. De kwaliteit en het effect van de uitvoering vergelijkend beoordelen. 12 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
2
Zich gezond voelen
2.1
"Gezonde voeding": - behoefte aan voedsel - belangrijkste voedingsstoffen
2.2
Voedingsstoffen in voedingsmiddelen: - voedingsmiddelentabel - voedingswaardewijzer op verpakking
2.3
Aanbevolen hoeveelheden energie en voedingsstoffen
2.4
Voedingssymboliek, bijvoorbeeld klavertje 4 en/of voedingswijzer
Werk eventueel aan de hand van een schets. Evalueren: onder meer naar kleur ... naar gezonde samenstelling (voedingssymboliek). Steunen op de elementaire basiskennis voedingsleer uit de lessen Biologie.
De basisvoorwaarden voor een gezonde voeding verwoorden.
De leerstof in verband met gezonde voeding wordt verdeeld over verschillende praktijklessen waarin principes en technieken van voedselverwerking uitgevoerd worden (± 4 lesbeurten).
Werken met de voedingsmiddelentabel en de gegevens beoordelen.
Werken met voedingsmiddelentabel gebeurt meerdere malen in het jaarprogramma en in de verdere studierichting 'Sociale en technische wetenschappen'.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
3
Aankopen doen
De belangrijkste plaatsen van distributie uit de regio situeren.
Aansluitend bij Marktgebeuren en bij Communicatie.
3.1
Praktijk: huishoudelijke aankopen Aankopen doen - keukenvoorraad - boodschappenlijst Aanbod van voedingsmiddelen: - gamma's - verkooppunten Bergen van voorraad
Ontleden van de reclamefolders, gericht naar een welbepaald product.
Uitgangspunt kan zijn de aankoop vaste keukenvoorraad en/of een bepaald product voor vergelijkende beoordeling en/of ingrediënten voor een bepaalde receptuur in functie van volgende lessen.
Zich als consument/koper leren vlot uit te drukken. De ideale bergsystemen toepassen voor de keukenvoorraad. Onderscheiden van de verschillende gamma's voedingswaren.
Vanuit de wekelijkse reclamefolders een product als vergelijkingspunt uitkiezen en aankopen, bijvoorbeeld olie, boter, yoghurt, soep ...
13 D/1997/0279/054A
Bergruimte en ergonomische en decoratieve bergsystemen aangeven. Bergen van voedingsmiddelen houdt in: "het goed bewaren" van voedingsmiddelen. Er dient gezorgd voor een gedifferentieerde voorraad.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
3.2
Aankopen in bedrijf of instelling (U)
4
Hygiënisch handelen
4.1
Hygiëneknelpunten - HACCP
Hygiëneknelpunten lokaliseren.
4.2
Hygiëne van de mens: handenhygiëne
Onhygiënische toestand van de handen ontleden. Het "handenwassen" wordt toegelicht en uitgeDe invloed ervan bij voedselbehandeling aflei- voerd voor een voedselverwerking, bijvoorbeeld den. brokkeldeeg, en telkens bij de volgende praktijk door de leerlingen zelfstandig uitgevoerd.
Aansluitend bij Toegepaste wetenschappen: "Hygiëne".
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Reinigingsproducten en toiletuitrusting omschrijven.
Hygiëneplannen en instructiefiches gebruiken. Coördineren met Maatschappelijke en sociale vorming "Communicatie".
Een handwassing, droging en verzorging uitvoeren.
Het reinigen volgens Sinnercirkel bespreken en concretiseren op instructiefiche.
Streven naar een hygiënische grondhouding in verband met handenhygiëne.
De systematische zorg aan toiletzeep, toilethanddoek, wastafel, spiegel ... kan hierbij als demonstratie verlopen.
Na gebruik van wastafel de elementaire zorg toepassen in functie van volgende gebruiker. 14 D/1997/0279/054A
4.3
Hygiëne van het milieu: verwerken van afval
De samenstelling en de hoeveelheid keukenafval Aansluitend bij Toegepaste wetenschappen: "Hygiëne". inschatten. De hygiënische omstandigheden verantwoorden vanuit preventief oogpunt. Een hygiëneplan toepassen, rekening houdend met de gemeentelijke voorschriften.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Een hygiënische en milieubewuste houding aannemen in verband met: - beperking van afval; - verwijdering van afval. 4.4
Hygiëne van het materiaal: bewaren door koelen
Het selectief afvalverzamelingsproces wordt georganiseerd na voedselbereiding of verwerking met variante grondstoffen, bijvoorbeeld koken van mosselen ... aan de hand van een instructiefiche. Gemeentelijke voorschriften verzamelen.
Bewaartemperatuur voor verse voedingsmiddelen Gebruikmaken van aangepaste thermometer. kennen, controleren en motiveren. Instructiefiche gebruiken om temperaturen geregeld en op de juiste wijze op te nemen. Vaststellingen laten registreren.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
4.5
Hygiëne van de middelen: vaathygiëne aan de hand van de Sinnercirkel als basis voor de reiniging (mechanische en chemische werking, temperatuur en tijd)
Vaatwasmiddelen en -materiaal kiezen in functie van vaatwasmethode.
Aansluitend bij "Hygiënisch werken - Objecthygiëne".
De kringloop van de vaat schematisch voorstellen.
Het vaatwassen wordt gekoppeld aan een bereidings- en verbruikssituatie eventueel van vorige les of in dezelfde les.
Een vaatwas concreet organiseren. Instaan voor de hygiënische zorg aan serviezen, bestek, keukengereedschap en uitrusting.
Zo mogelijk, het gebruik van een vaatwasmachine demonstreren en de voornaamste functies vergelijken met handvaatwas.
PRINCIPES EN TECHNIEKEN 1 15 D/1997/0279/054A
2
Algemene inleiding -
Consumeerbaar maken van voedingsmiddelen
Het doel van voedselbehandeling motiveren en illustreren met voorbeelden.
-
Consumptiekwaliteit van voedingsproducten
De consumptiekwaliteit van een voedingsproduct definiëren aan de hand van voorbeelden.
-
Manieren om voedsel consumeerbaar te maken
Enkele manieren om voedsel consumeerbaar te maken aanduiden en ze afhankelijk stellen van de grondstof en de receptuur.
Verdelen en verkleinen van voedingsmiddelen
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
- Versnijden - Hakken en malen - Raspen - Knippen - Pureren - Persen met telkens: principe, proces
De groentekalender ontleden en groenten herkennen. De diverse verdeel- en verkleintechnieken benoemen en juist uitvoeren, rekening houdend met de grondstof en het vereiste resultaat. Specifieke apparatuur herkennen, benoemen, hanteren en onderhouden.
Het motiveren van elke voedselbehandeling in functie van het consumeerbaar maken gebeurt bij de uitvoering van de verschillende principes en technieken in de volgende lessen.
Uitgangspunt kan zijn: groenteslaatjes, juliennesoep ... Aansluitende studie van grondstof "groenten". Gebruik van snijapparatuur: manueel en machinaal. Eventueel oefenen in functie van regelmatige snijgrootte en verhoging werktempo. Inrichting van werkpost verschilt per soort groenten.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
3
Bereiden van voedingsmiddelen
3.1
Koken, met aansluitende principes: blancheren, trekken, wellen, pocheren, koken in warmwaterbad, inkoken
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
De typische kookpannen onderscheiden.
Gebruik van fornuis - kookpannen.
Het kookverschijnsel herkennen.
Terminologie: bijtgaar (al dente) - gaar - overgaar. Werkwijze bij afscheiden van kookvocht aanpassen aan het al of niet benutten ervan onder meer afgieten - uitscheppen - vergieten.
3.2 16 D/1997/0279/054A
Bakken in de pan, met aansluitende principes: braden in de pan, fruiten, sauteren, roerbakken, gourmet, flamberen
Verklaren waarom de portionering bij het bakken belangrijk is. De baktechniek toepassen. Het bakresultaat vergelijken naar uitzicht en gaarheid.
3.3
Stoven, met aansluitende principes: smoren, sudderen, nastoven
Voedingsmiddelen om te stoven en het stoofmateriaal kiezen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
De hoeveelheid vetstof en vloeistof om te stoven ± aangeven. De aangepaste stoofwijze en -duur voor enkele voedingsmiddelen aanpassen. De voordelen van stoven voor bepaalde voedingsmiddelen afleiden.
Uitgangspunt kan zijn: bakken van vis - aardappelen - sauteren van groenten - fruit - gecombineerd met andere gerechten. Gebruik van bakpan - bakspaan - spatdeksel. Aandacht voor gaarheidsgraad en aangepaste terminologie. Uitgangspunt kan zijn: gestoofde groenten - fruit - ..., aangevuld tot een volledige hoofdschotel voor een eenvoudig middagmaal. Gebruik van stoofpannen - warmtebronnen. Voedingswaren geschikt om te stoven.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
3.4
Bakken in de oven, met aansluitende principes: voorverwarmen, braden, grilleren
De baktemperatuur bepalen, instellen, meten en regelen. Voedingsmiddelen, onder andere deegbereiding, bakken in de oven.
Het brokkeldeeg dat bereid wordt aansluitend bij "Handenhygiëne" wordt gebakken, samen met een andere deegsoort voor kleine koekjes, bijvoorbeeld roerdeeg ... Voor receptuur: zie kookboek.
Het bakeffect evalueren. 3.5
Gratineren
Het gratineren omschrijven aan de hand van informatiebronnen. De voordelen van het gratineren verwoorden. Het belang van een dikkere saus aangeven.
17 D/1997/0279/054A
3.6
Paneren
Gebruik van grill - vuurvaste recipiënten.
Gratineren onder de grill.
Combinatie smakelijk maken met aangepaste saus.
De voordelen van het paneren verwoorden.
Uitgangspunt kan zijn: filet van vis ... Combineren met groenten en saus tot warm voorgerecht.
Enkele gepaneerde spijzen culinair smakelijk combineren. VOEDINGSWAREN - GRONDSTOFFEN
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1
Uitgangspunt kan zijn: éénpersoonsvoorgerechtje of -hoofdschotel met onder meer deegwaren, groenten, eieren, hesp, aardappelen ...
Organiseren van werkpost in functie van paneertechniek.
Zich informeren Praktijk: exploratie van te raadplegen informatiebronnen: bezoek aan bibliotheek
Enkele bereikbare informatiebronnen en informatieplaatsen herkennen.
Praktijk: uitbouwen van informatiebestand: - maken van fotokopies - klasseren van informatiebronnen, van informatie
Informatie selecteren en ordenen (bronnen) in verband met voeding. Leren in de geordende en groeiende informatie gericht opzoekingswerk verrichten.
Gericht werken rond voedingsinformatie aan de hand van de lijst met recent gepubliceerde informatiebronnen. Opdracht geven aan elke leerling om systematisch het informatiebestand in verband met een welbepaald vakdeel uit te bouwen.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Kies in het vaklokaal een mooi hoekje, kast of rek voor de gemeenschappelijke informatie. Voor het persoonlijk informatiebestand wordt thuis een systeem uitgebouwd. Hier wordt de weg aangegeven om steeds vakgerichte informatie te verzamelen en te gebruiken. Een abonnement op een aantal vaktijdschriften overwegen.
18 D/1997/0279/054A
2
Studie van het marktaanbod -
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
3
Leerlingen werken met voortaken in functie van informatiebronnen.
Assortiment: variëteiten - specialiteiten merken Prijs Seizoen Herkomst Plaats van distributie Informatiegegevens bij het product
Kenmerkende eigenschappen Grondstof of product in functie van verwerking
Het aanbod exploreren om steeds meer grondstoffen te herkennen.
Via voortaken of nataken regelmatig het "marktaanbod" verkennen in distributiecentra en in informatiebronnen.
De prijsschommelingen volgen en verklaren. Het aanbod in verschillende distributiecentra vergelijken. Hoeveelheid per persoon schatten/meten. Aangegeven informatie over het product ontleden Via specifieke opdrachten informatie verzameen interpreteren. len, selecteren en de bruikbare en actuele docuDe visuele kenmerken van een aantal voedings- menten klasseren en bestuderen. middelen herkennen en de voedingsmiddelen benoemen.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
4
Voedingswaarde -
5
Samenstelling in voedingsmiddelentabel Aanbevolen hoeveelheden
19 D/1997/0279/054A
De samenstelling van voedingsmiddelen opzoeken in de voedingsmiddelentabel en de cijfers globaal interpreteren. De voedingswaarde van verse en bereide voedingswaren afleiden uit gegevens in de voedingsmiddelentabel.
Steunend op de basisattitude zich gezond voeden. Een uitgebreide studie van Voedingsleer volgt in de 3de graad. Er wordt hier veelvuldig gewerkt met de voedingsmiddelentabel.
De besproken voedingswaren herkennen en situeren in een voedingssymboliek.
In de 2de graad wordt een beperkt aantal voedingswaren besproken.
Receptuur analyseren en interpreteren.
Hiervoor wordt gebruikgemaakt van een eigen kookboek, of eigen receptuur, of van het bestaande informatiebestand.
Toepassen op volgende grondstoffen -
Vers fruit Verse groenten Deegwaren Aardappelen Vis
MENULEER - RECEPTUUR Werken met kookboek en actuele informatiebronnen
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Tweede leerjaar KWALITEITSBEWUST HANDELEN Kwaliteitsbeoordeling naar aanleiding van organiseren van een degustatiesalon, bijvoorbeeld ijssalon, koffiesalon -
20 D/1997/0279/054A
-
-
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
Consumptieproduct bereiden Bezoek aan bedrijf met observatie van product- en proceskwaliteit Omkadering: ruimte, tafels, muziek, bloemen ... Uitbating van degustatiesalon voor een bepaalde klantengroep Evaluatie van organisatie van degustatiesalon: . door leerlingen met checklist . door klanten met evaluatieformulier Beoordeling van proceskwaliteit met behulp van visgraatdiagram: . bereiden van consumptieproduct . serveerklaar maken van bestellingen . bediening in degustatiesalon Beoordelen van productkwaliteit
Kwaliteitszorg definiëren. De situatie om te organiseren, analyseren en plannen. Consumptieproduct voor een degustatiesalon omschrijven en bereiden. De voorafgaande bereidingen uitvoeren. Een activiteitenplan voor voorbereiding en uitvoering opstellen en taakverdeling regelen. Klanten ontvangen en de nodige communicatie voeren. De bestellingen kwaliteitsvol aanbieden.
De basishouding naar kwaliteitszorg werd reeds aangezet in de 1ste graad en in het 1ste leerjaar van de 2de graad 'Sociale en technische wetenschappen'. Ook in het 2de leerjaar van de 2de graad wordt gewerkt naar kwaliteit. Het thema "Kwaliteitsbewust handelen" is als eerste thema geplaatst om iedereen er attent op te maken dat het hele leerplan in die geest dient te worden uitgewerkt. Het organiseren van een kwaliteitsgericht project, bijvoorbeeld een ijssalon, wordt voorzien om het 2de leerjaar van de 2de graad af te sluiten. Specifiek voor het degustatiesalon.
Het totaalverloop van de organisatie en procesen productkwaliteit evalueren. Het kan opgevat worden als een kleine onderneming voor een groep leerlingen, ouders, genodigden of/en als grote onderneming in het kader van een opendeurdag, infodag, feestdag. De geïntegreerde studie van de grondstof "consumptieijs" is aansluitend bij Toegepaste wetenschappen "Faseovergangen", en bij Maatschappelijke en sociale vorming "Waarneming".
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
De oefeningen van bediening van, en communicatie met klanten is aansluitend bij Maatschappelijke en sociale vorming "Communicatie". Bij de evaluatie wordt het werken met checklist en visgraatdiagram nogmaals ingeoefend.
BASISATTITUDES
21 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1
Verhogen van de sensorische aantrekkelijkheid bij voedselbehandeling
1.1
Verhogen van de visuele aantrekkelijkheid van voedingsmiddelen
Via concrete realisaties hun visueel observatievermogen verfijnen.
Praktijk: vorm bij voedingsmiddelen
Het nuttig en esthetisch karakter van vormgeven In Maatschappelijke en sociale vorming "Waarmotiveren. neming" wordt gestart met de visuele waarneming. De voor- en nadelen verbonden aan vormgeven In de praktijklessen volgen meerdere oefeningen onderscheiden. aansluitend bij visuele waarneming.
Praktijk: - kleur bij voedingsmiddelen
De invloed van de zuurtegraad op de kleur van groenten experimenteel vaststellen.
- kleur behouden
De behandeling aanpassen om een optimaal behoud van bijvoorbeeld chlorofyl, carotenoïden, anthoxanthinen en anthocyanen te verzekeren. De kleurverandering bij het rijpingsproces van voedingsmiddelen vaststellen en in verband brengen met de versheid.
De sensorische eigenschappen zijn meestal niet afzonderlijk waarneembaar: de bedoeling is dat er per aansluitende praktijk een afzonderlijke eigenschap beklemtoond wordt.
Experimentele oefeningen kunnen op verschillende groenten worden uitgevoerd: - vergelijkend verwerken van groene groenten, bijvoorbeeld: boontjes, spruitjes ... - verwerken van gele, rode en witte groenten, bijvoorbeeld: . witte: champignons, witloof ... . geel-rode: paprika, wortelen ... . rode: rode biet, rode kool ... Uitgangspunt kan zijn: een groentekrans samenstellen in functie van: - de kleurencombinatie; - de geschikte groenten.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN - kleur geven
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Een gemotiveerde keuze maken van bruikbare kleurstoffen voor voedselbehandeling.
Kleurstoffen behandelen als onderdeel van de leerinhoud: additieven. Verband leggen met leerinhoud: marktgebeuren -veiligheid van de consument. Experimenten kunnen uitgevoerd worden op onder meer glazuur, marsepein ...
De belangrijkste kleurstoffen opnoemen en juist aanwenden. 1.2
22 D/1997/0279/054A
Verhogen van de organoleptische aantrekkelijkheid van voedingsmiddelen
Via concrete realisaties hun organoleptisch observatievermogen verfijnen.
Aansluitend bij Maatschappelijke en sociale vorming - "Waarneming" komt hier de praktische oefening van vergelijkende consumententests aan bod.
Praktijk: geur en smaak van voedingsmiddelen
Bij verwerking van bepaalde voedingsmiddelen de geur en smaak verbeteren, behouden en beoordelen.
De aroma's behandelen als een onderdeel van de leerinhouden: additieven.
De invloed van de bereidingswijze op de geur en smaak van de bereide voedingsmiddelen beoordelen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Trekken of extraheren van extracten, bijvoorbeeld - koffiezetten - trekken van bouillon
Enkele mogelijkheden van extractie van geur- en smaakstoffen concreet toepassen.
De vergelijkende tests uitvoeren op op verschillende wijzen bereide voedingsmiddelen, bijvoorbeeld koken, stoven, pocheren ... Ook industriële bereidingen testen. Experimentele uitvoering van het onttrekken van aroma's kan gebeuren op onder meer koffiezetten met verschillende koffiezetmethodes. Aansluitend bij Toegepaste wetenschappen "Faseovergangen - Verdampen en condenseren" toestellen gebruiken met verdamping en condensatie.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
1.3
Bereiden met toevoeging van smaakgevers of aroma's en smaakversterkers
Enkele belangrijke geur- en smaakstoffen voor voedingsmiddelen opnoemen en correct aanwenden.
- toevoegen van kruiden en specerijen
Het gamma kruiden en specerijen in functie van bepaalde gerechten typeren en gebruiken.
Omkadering van voedselpresentatie
Materialen tot een esthetisch verantwoorde compositie en kleurencombinatie schikken en evalueren.
Uitgangspunt kan zijn: - een feestelijke tafelschikking, bijvoorbeeld: lijnschikking, symmetrische schikking zoals opgenomen in leerlingennotities; - een tweede oefening met een variante schikking, bijvoorbeeld: vegetatieve schikking van advent- of kerstmateriaal.
Vormgevingstechnieken voor bepaalde voedingsmiddelen herkennen en toepassen, rekening houdend met de grondstof en het vereiste resultaat.
Een beoordeling van een techniek gebeurt best klassikaal, met behulp van een visgraatdiagram voor de procesontleding.
Het gereedschap kiezen en hanteren voor het geven van bepaalde vormen.
Het uitsteken van kleine koekjes kan gekoppeld worden aan de experimentele oefening van glaceren op koekjes.
- Combineren en schikken van materialen behorend bij voedselverwerking, met aandacht voor kleur en vorm onder meer tafels, tafellinnen, serviezen 23 D/1997/0279/054A
- Schikken van bloemen
Toevoegen van verschillende aroma's kan experimenteel gebeuren bij onder meer het zelf kruiden van gehakt. Vergelijken met gekocht gehakt van verschillende slagers. Ook testen op sausen, degen, zuiveldesserten ... Het toevoegen van Na-glutamaat als smaakversterker beoordelen.
PRINCIPES EN TECHNIEKEN 1
Vormgeven aan voedingsmiddelen
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
Versnijden in welbepaalde vorm Uitsteken in bepaalde vormen of figuren In vorm bereiden en ontvormen Spuiten van vormen en figuren
Het gereedschap op de juiste wijze onderhouden en bergen.
Uitgangspunt kan zijn: - spuiten van spuitdeeg, bijvoorbeeld sprits, eclairs ... - versieren met gesmolten chocolade, bijvoorbeeld indompelen, bestrijken.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Aansluitend bij Toegepaste wetenschappen - "Faseovergangen". Aansluitende behandeling van de grondstoffen: margarine en boter.
2
Bereiden van voedingsmiddelen
2.1
Frituren met aansluitend principe: fonduen
De verschillende vormtechnieken worden verder herhaaldelijk ingeoefend. Het principe frituren definiëren.
24 D/1997/0279/054A
Het effect op de voedingswaarde afleiden uit cijfers van de voedingsmiddelentabel. Juiste temperaturen instellen voor bepaalde verwerkingen. Gefruite voedingsmiddelen combineren tot goed verteerbare, culinaire combinaties. 2.2
Stomen onder verhoogde druk met aansluitend principe: steriliseren
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
De voor- en nadelen van het gebruik van een drukkookpan voor bepaalde voedingsmiddelen motiveren.
Uitgangspunt kan zijn: een hoofdschotel met frieten, gecombineerd met gerechten volgens reeds gekende bereidingsprincipes. Gebruik van frietsnijder, elektrische frituurketel. Frituren van aardappelen: eerste maal, tweede maal.
Aansluitend bij Toegepaste wetenschappen "Faseovergangen - Toepassingen van verdampen en condenseren: Koken van water". Het observeren van het gebruik van de steamer in de grootkeuken kan hierbij aansluiten.
2.3
Farceren
Farce omschrijven en kwaliteit/prijsverhouding beoordelen.
Uitgangspunt kan zijn: verschillende soorten groenten met gehakt gevuld, bijvoorbeeld paprika, koolrolletjes, courgetten, tomaten, witloof ... Gebruik van oven- en vuurvast materiaal.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
2.4
Glaceren
Het effect van het glaceren motiveren, zowel functioneel als decoratief. Per glaceermiddel de aangepaste techniek uitvoeren.
2.5
Emulgeren
3
Bewaren van voedingsmiddelen
3.1
Invriezen
Glaceren wordt meerdere keren toegepast en met verschillende glaceermiddelen: - met vetstof - bij het braden; - met glazuur - bij gebak ...
De verschillende soorten emulsies omschrijven en de bereidingstechnieken toepassen.
Het emulgeren wordt enkele malen toegepast met verschillende ingrediënten.
De invloed van de invriessnelheid op het behoud van de kwaliteit van voedingsmiddelen verwoorden.
Eventueel de invloed van de invriessnelheid experimenteel vaststellen bij bijvoorbeeld het invriezen van vlees, garnalen ...
25 D/1997/0279/054A
Het invriezen van voedingsmiddelen juist uitvoeren, met aandacht voor - invriessnelheid; - verpakking. Bezoek aan diepvriesbedrijf
Aangekochte ingevroren producten vergelijkend verwerken.
Uitgangspunt kan zijn: aardappelverwerkingen, peterselie in verschillende snijvormen ...
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Na een zekere bewaartijd worden de ingevroren producten verwerkt en beoordeeld. Roomijs kan als synthese komen op het einde van het jaar als project: ijssalon. 3.2
Drogen: verwerken van industrieel gedroogde producten
De invloed van het drogen op de kwaliteit van voedingsmiddelen vaststellen en vergelijken met de kwaliteit van verse producten.
Aansluitend bij "Faseovergangen - Toepassingen van verdampen en condenseren: Vrije verdamping en condensatie van water". Kan een vergelijkende uitvoering worden op éénzelfde materiaal.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Het aanbod van gedroogde voedingsmiddelen in de handel voorstellen onder meer fruit, groenten, soepen, sausen, kruiden ...
VOEDINGSWAREN - GRONDSTOFFEN Zie eerste leerjaar
26 D/1997/0279/054A
-
Zie 1ste leerjaar, naast leerinhoud 1, 2, 3, 4, 5
Zich informeren Studie van het marktaanbod Kenmerkende eigenschappen Voedingswaarde Toepassen op volgende grondstoffen: . additieven . rijst . margarine en boter . vers vlees . consumptieijs . kruiden en specerijen
De hier besproken grondstoffen zijn gekozen in aansluiting met Toegepaste wetenschappen "Toepassingen op faseovergangen", en met Maatschappelijke en sociale vorming "Waarneming". De studie gebeurt geïntegreerd bij de concrete toepassingen ervan.
MENULEER EN RECEPTUUR Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Idem 1ste leerjaar
De studie loopt parallel aan de studie in het 1ste leerjaar van de 2de graad, zie leerplan.
Idem 1ste leerjaar
5
EVALUATIE
De evaluatie behoort essentieel tot de taak van de leraar, en heeft tot doel na te gaan of de doelstellingen van het onderwijs werden bereikt. Dit veronderstelt dat de leraar - evalueert vanuit doelstellingen, en dus - vooraf bepaalt wat hij evalueert, en - de gestelde (evaluatie)criteria/verwachtingen vooraf meedeelt. Evalueren is geen eenmalig gebeuren. Het is een voortdurend aandachtig zijn voor de evolutie van de attitudes en het verwerken van de leerinhouden. Het is een doorlopende fase in het leerproces die via tussentijdse beslissingen, voert naar een eindbeslissing. Elke tussenstap is belangrijk en brengt nieuwe gegevens die een bijsturing mogelijk maken. Toetsen, toevallige ondervragingen, observatiemomenten, taken en praktijkopdrachten bieden de leraar de mogelijkheid de nodige beslissingen te nemen. Deze beslissingen kunnen van tweeërlei aard zijn en hebben te maken met twee te onderscheiden functies van evaluatie. Begeleidende evaluatie De klemtoon ligt op het voortdurend evalueren van de vorderingen tijdens de lessen. Op deze wijze verwerft de leraar snel en op effectieve wijze informatie over de bereikte en de niet-bereikte doelstellingen. Begeleidende evaluatie dient in de eerste plaats om didactische beslissingen te nemen, waardoor de leraar zonodig zijn onderwijsproces moet bijsturen. Naar de leerling toe betekent voortdurende evaluatie (opnieuw) kansen krijgen om bij te sturen. De voortdurende groei in en verbetering van de attitudes is even belangrijk als de evaluatie van prestaties. Het vastleggen van de groei in een waardeschaal is een uitstekende visuele hulp bij de bespreking ervan met de leerling en de ouders. Belangrijk bij het begeleidend evalueren is het positief waarderen van de constructieve kritische houding van de leerling ten aanzien van zijn eigen leerproces. Deze houding opent de mogelijkheid om de leerling zichzelf te leren evalueren. Begeleidend evalueren is een belangrijk gegeven dat veel aandacht vraagt van de leraar en van de leerling. Beoordelende evaluatie Wanneer men op het einde van een bepaalde leer- of onderwijsperiode nagaat in hoever de leerdoelen van die periode werden bereikt, spreekt men van beoordelende evaluatie. De resultaten van deze beoordelende evaluatie kunnen worden gebruikt om het onderwijsproces te verbeteren, om op verantwoorde wijze te kunnen beslissen, en om zinvolle adviezen te kunnen formuleren ter oriëntering van de leerling. Het geheel van dit evaluatieproces is het resultaat van een voortdurend samenwerken van leraar en leerling. 6
BASISUITRUSTING LOKAAL VOEDSELBEHANDELING
6.1 6.1.1 -
Specifieke inrichting Nutsvoorzieningen
Voorzieningen voor koud en warm water
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
27 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
Elektriciteitsvoorziening voor: . verlichting . aansluiting toestellen . aansluiting apparatuur
6.1.2 -
Infrastructurele voorzieningen
Zone voor praktijk voedselbehandeling Mogelijkheid voor theorie voedselbehandeling Mogelijkheid voor presentatie en bediening Voldoende bergruimte Voorziening voor dampafvoer Zone voor handenhygiëne
6.2
Specifieke uitrusting
Het aantal keer dat bepaalde voorzieningen moeten aanwezig zijn, is afhankelijk van het aantal leerlingen. Er dient voldoende te zijn voor elke werkende leerling; niet noodzakelijk in één en hetzelfde lokaal. 6.2.1 -
Opslag van grondstoffen en producten Koeling en invriesmogelijkheid van grondstoffen en bereid voedsel Voorbereiding Bereiding Presentatie, bediening en verbruik Vaathygiëne Afvalhygiëne
6.2.2 -
-
Specifieke uitrusting voor
Handenhygiëne Brandveiligheid
6.2.3 -
Specifieke uitrusting naargelang de volgende zorgprocessen
Klein werkmateriaal, toestellen en apparaten, naargelang de volgende principes en technieken
Verdelen en verkleinen van voedingsmiddelen: snijden, hakken, malen, raspen, knippen, pureren, persen Vormgeven aan voedingsmiddelen: versnijden, uitsteken, in vorm bereiden, spuiten Bereiden van voedingsmiddelen: koken, bakken in de pan, stoven, bakken in de oven, gratineren, paneren, frituren, stomen onder verhoogde druk, farceren, glaceren, emulgeren Bewaren van voedingsmiddelen: koelen, invriezen Omkaderen van voedselpresentatie: tafellinnen, servies, bloemen en presentatiematerialen
6.2.4
Producten en gerief in verband met eerste hulp bij ongevallen
6.2.5
Informatiebronnen
-
In verband met voedselbehandeling . voedingsmiddelentabel . voedingssymboliek . documentatiemateriaal
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
28 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
In verband met kwaliteitszorg: . criteria voor productkwaliteit . criteria voor proceskwaliteit In verband met een hygiëneknelpunt . hygiëneplan . instructiefiche Cursussen van de verschillende leerjaren STW
6.2.6* -
Personal computer en printer, met aangepaste software voor
Berekening voedingswaarde Tekstverwerking * = uitbreiding; de computer kan eventueel voorzien worden in een aangrenzend lokaal, in een bergkast van het praktijklokaal, of afgedekt in het praktijklokaal.
6.3
Uitzicht en afwerking
Het geheel is ingericht, uitgerust en afgewerkt volgens de regelgeving in verband met: - hygiëne, - veiligheid. 7
BIBLIOGRAFIE 7.1
-
Schoolboeken voor het vak Economie 1ste en 2de graad. Verbruikersgids: Verbruik bewust/Verbruik gerust, uitgave van het Ministerie van Economische zaken. Verschillende uitgaven van het BCD (Belgisch Comité voor de Distributie), Mariannestraat 34, 1180 Brussel, (02)345 99 23. Verschillende uitgaven van het NCMV, Spastraat 8, 1040 Brussel, (02)238 05 11. Verschillende uitgaven van verbruikersorganisaties, bv. OIVO, Opperstraat 28, 1050 Brussel, (02)513 80 70. Economischgerichte artikels in kranten en weekbladen (o.a. Knack, Trends, Time ...).
7.2 -
Hygiënisch werken bij voedselbehandeling
Schoolboeken voor het vak Biologie. Warenwetgeving, Die Keure, Brugge. Cursus Initiatie Hygiëne, LVN, Federatie van de landbouw- en voedingsnijverheid, 1989. Verschillende uitgaven in verband met hygiëne in de keuken en de grootkeuken, van het Voorlichtingsbureau voor de voeding, 's Gravenhage, Nederland. Verschillende uitgaven van gespecialiseerde onderhoudsfirma's onder andere Henkel, Lever-Otares, ...
7.3 -
Marktgebeuren
Toepassingen van faseovergangen van water
Diepvriezen, Dossier OIVO. Schoolboeken voor de vakken Natuurwetenschappen 2de graad.
Praktijk Huishoudkunde Voedselbehandeling
29 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Tweede graad TSO TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming Eerste leerjaar: 3 uur/week Tweede leerjaar: 3 uur/week In voege vanaf 1 september 1997
D/1997/0279/054A
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
31 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
INHOUD
1
BEGINSITUATIE
..........................................
33
2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
33
3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
33
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
34
5
EVALUATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
58
6
MATERIELE VEREISTEN
....................................
58
7
BIBLIOGRAFIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
59
4
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
32 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1
BEGINSITUATIE
De leerlingen die de 2de graad aanvatten hebben een zekere voorkennis verworven uit de buitenschoolse ervaring. Voor “Levensloop en welzijn” en “Waarneming” biedt het vak Biologie (1ste en 2de graad) de nodige ondersteuning. Voor ‘Communicatie” leveren Nederlandse expressie en Technologische opvoeding (in het bijzonder het deel "Communicatie") heel wat bruikbare informatie. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
2.1
In het 1ste leerjaar van de 2de graad
Men beoogt het verwerven van een inzicht in de wijze waarop de mens zich in de samenleving integreert. Het is niet alleen de bedoeling dat de leerlingen hierover feitenkennis verzamelen en relaties tussen de gegevens inzien. Een belangrijke doelstelling is het ontwikkelen van vaardigheden om zelf informatie te verzamelen: een interview afnemen, een vragenlijst opstellen, observeren, statistische gegevens interpreteren, literatuur bestuderen. Hoewel het deel "Communicatie" een zeker theoretisch inzicht in het communicatieproces beoogt, ligt het accent duidelijk op het praktisch toepassen van verschillende communicatietechnieken. "Levensloop en welzijn" heeft tot doel de typische kenmerken van de verschillende fasen in de menselijke ontwikkeling te leren kennen. De leerlingen leren zelf verantwoordelijkheid dragen voor hun eigen gezondheid en die van anderen. Daarbij maken ze kennis met de verschillende niveaus en vormen van gezondheidszorg.
2.2
In het 2de leerjaar van de 2de graad
De studie van "Levensloop en welzijn" wordt verder afgehandeld tot en met de "bejaarde". In het deel "Waarneming" wordt zowel de psychologische als de maatschappelijke kant van de zintuiglijke activiteit bestudeerd. De fysiologie van de waarneming komt eerder summier aan bod, daar dit aspect steunt op de voorkennis uit de vakken Biologie en Fysica. 3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN
Men moet zoveel mogelijk vertrekken vanuit de leefwereld van de leerlingen, via interviews, observaties, rollenspelen en klassengesprekken. Waar het mogelijk is sluit men aan bij de lessen Biologie. Dit is vooral nodig voor de wetenschappelijke ondersteuning bij Waarneming. Het is wenselijk dat men doelmatig gebruikmaakt van beeldmateriaal.
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
33 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Spreiding van de verschillende vakonderdelen: - In het 1ste leerjaar starten met “Menselijke behoeften” als basis voor “Communicatie”, “Levensloop en welzijn”, “Waarneming” en “Maatschappelijke en sociale vorming 3de graad”. Daarom is het aangewezen dat: @ “Menselijke behoeften” over de 3 uur heen, gedurende een tweetal weken wordt behandeld; en dat @ de 3 uur “Maatschappelijke en sociale vorming” gegeven worden door één leraar. - De verdeling gebeurt bij voorkeur als volgt: @ Communicatie: 2 uur per week (1ste leerjaar); @ Levensloop en welzijn: 1 uur per week (1ste en 2de leerjaar); @ Waarneming: 2 uur per week (2de leerjaar).
4
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
34 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Maatschappelijke en sociale vorming Menselijke behoeften
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
MENSELIJKE BEHOEFTEN
35
D/1997/0279/054A
1
Begripsomschrijving
Omschrijven wat menselijke behoeften zijn.
Voorbeelden gebruiken uit de leefwereld van 15-jarigen.
2
De behoeftepiramide van Maslow
Soorten behoeften onderscheiden.
De hiërarchie van de behoeften soepel hanteren.
3
Korte omschrijving van de fundamentele behoeften van de mens
De behoeften situeren in de piramide van Maslow. Het belang van de behoeften inzien als drijfveer van alle menselijke handelen.
4
Enkele factoren die de behoeftebevrediging kunnen beïnvloeden
Illustreren dat diverse factoren een invloed hebben op de behoeftebevrediging.
5
Vaardigheden in functie van menselijke behoeften
De kunde van het “huishouden”, als vaardigheid, in relatie brengen met menselijke behoeftebevrediging.
Een beeld geven van de diverse vakken binnen "Maatschappelijke en sociale vorming", via allerlei vaardigheden in functie van menselijke behoeften, die in de loop van de opleiding aan bod zullen komen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Maatschappelijke en sociale vorming Communicatie
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
COMMUNICATIE 1
Het communicatieproces
Algemene wenk:
1.1
Nood aan communicatievaardigheden
Actuele krantenartikels gebruiken.
1.2
Begrip communicatie
In eigen woorden kunnen zeggen wat communicatie is.
1.3
Soorten communicatie
De verschillende vormen van communicatie opnoemen en met voorbeelden illustreren.
36
D/1997/0279/054A
- Eenzijdige en tweezijdige communicatie - Verbale en non-verbale communicatie - Interpersoonlijke en massacommunicatie
Dialogen die als voorbeeld en werkmateriaal functioneren kunnen door de leerlingen in een rollenspel worden uitgevoerd.
Een communicatief gebeuren identificeren als eenzijdige of tweezijdige communicatie. De begrippen verbale, non-verbale, interpersoonlijke en massacommunicatie omschrijven.
1.4
Structuur van het communicatieproces
De verschillende componenten van het communicatieproces onderscheiden en systematisch voorstellen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Een concrete communicatie in het algemeen schema van het communicatieproces plaatsen en toelichten. 2
Spreken
2.1
Het coderingsproces - Communicatiemiddelen van de zender
De factoren aangeven, die de keuze van de code Definities inductief invoeren onder andere via bepalen. analyse van verschillende voorbeelden.
Maatschappelijke en sociale vorming Communicatie
- Relatie tussen zender en ontvanger 2.2
Gespreksvormen
Op een voor de ontvanger duidelijke en aanvaardbare wijze eigen gedachten en gevoelens uitdrukken. Uitleg geven over een onderwerp dat je zelf beheerst.
- Zakelijk of taakgericht gesprek - Persoonsgericht gesprek @ de ikboodschap @ respect voor de gesprekspartner
37
D/1997/0279/054A
De waarde van de ikboodschappen omschrijven. Een jijboodschap door een ikboodschap vervangen. Kritiek geven zonder de gesprekspartner te kwetsen.
De leerlingen formuleren met eigen woorden een omschrijving; pas daarna worden ze geconfronteerd met de wetenschappelijke definitie. Leerlingen leggen om beurt iets voor de klas uit: ze kiezen een onderwerp dat ze zelf goed beheersen. De luisterende leerlingen beoordelen de uitleg met behulp van een beoordelingsschema. Leerlingen vergelijken de concrete ik-boodschap met de jij-boodschappen (begeleid door gerichte vragen van de leraar). Na de analyse van de voorbeelden worden de schematische voorstellingen opgebouwd. Oefeningen voor het vervangen van jij-boodschap door ik-boodschap; verschillende oplossingen zijn mogelijk. De leerlingen verantwoorden hun oplossing. Niet-omkeerbare door omkeerbare uitdrukkingen vervangen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
3
Luisteren
3.1
Begripsomschrijving
3.2
Vormen van luisteren - Informatief luisteren - Sociaal luisteren
Aangeven hoe belangrijk het luisteren is, zowel voor jezelf als voor de anderen.
De leraar concretiseert de definitie van luisteren met verschillende voorbeelden; de leerlingen verwoorden hun ervaringen in dit verband.
De verschillende wijzen van luisteren identificeren en toepassen, overeenkomstig de aard van de gegeven situatie en het luisterdoel. Informatie luisterend verwerven. Het actief luisteren toepassen.
Voorbeelddialogen “natuurgetrouw” spelen. Informatief luisteren kan gecombineerd worden met de oefeningen in uitleg.
Maatschappelijke en sociale vorming Communicatie
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Communicatiestoornissen
4.1
Negatieve houdingen
Van een gegeven dialoog aanduiden welke reacties de communicatie storen.
4.2
Communicatiestops
Een gesprek voeren, waarbij ze communicatiebevorderende reacties geven en communicatiestops vermijden.
5
Communicatie en persoonswaarneming
5.1
Belang van de persoonswaarneming
5.2
Factoren die de persoonswaarneming beïnvloeden
38
D/1997/0279/054A
4
- Factoren in de waargenomen persoon
DIDACTISCHE WENKEN
Laat leerlingen verbaal reageren op elke communicatiestop. Daarna verwoorden ze welk gevoel achter hun reactie steekt.
Het belang inzien van non-verbale communicatie Oefeningen op de betekenis van non-verbale sigin onze omgang met mensen. nalen in de communicatie, bijvoorbeeld: - praten met de rug naar elkaar, - tekening namaken aan de hand van louter verbale informatie. Criteria opnoemen en illustreren, waardoor men onderscheid kan maken tussen lichaamstaal en gesproken taal.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Vaststellen dat de mens gebruikmaakt van diverse communicatiekanalen.
Oefeningen in gebruik van non-verbale signalen, bijvoorbeeld: - uitbeelden van voorwerpen, gevoelens ... - iemands verhaal navertellen met exact dezelfde non-verbale signalen. Analyse van fotomateriaal, karikaturen, gelaatsuitdrukkingen van medeleerlingen. Expressie van emoties via het gelaat. Verklaren van spreekwoorden en gezegden, bijvoorbeeld: angstzweet breekt uit; hart klopt in de keel ...
Maatschappelijke en sociale vorming Communicatie
Oefeningen in uitdrukken van gevoelens via houdingen en rollenspel. Syntheseoefening: - observatie van toneel, - uitbeelden van luisterlied. - Factoren bij de waarnemer
Aanduiden welke eigenschappen van de waarne- Vergelijk figuren uit een strip of uit een populaire tv-serie met de personages uit een roman. mer de persoonswaarneming beïnvloeden. Omschrijven welke invloed de eerste indruk heeft op de persoonswaarneming.
Laat leerlingen hun ervaringen in verband met de beeldvorming van anderen vertellen.
Stereotypen identificeren en evalueren.
39
D/1997/0279/054A
Aanduiden welke psychologische processen leiden tot een vereenvoudigd beeld van de medemens. 6
Vooroordelen
6.1
Begrippen "houding" en "vooroordeel"
De begrippen "houding" en "vooroordeel" omschrijven en toepassen. De componenten van een gegeven attitude aanduiden en een vragenlijst opstellen om een attitude te onderzoeken.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
6.2
Verband tussen opvattingen, gevoelens en reactieneigingen
Een wetenschappelijke theorie toepassen om concrete houdingen te verklaren. (U)
6.3
Ontstaan van vooroordelen
De eigen houding tegenover bepaalde zaken of personen analyseren en vaststellen of het al dan niet een vooroordeel is.
- Veralgemenen van een eigen ervaring - Overnemen van vooroordelen van anderen
Reclames analyseren om na te gaan welke technieken worden toegepast met de bedoeling een positieve houding tegenover een bepaald product te ontwikkelen.
Maatschappelijke en sociale vorming Communicatie
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Nagaan welke technieken men gebruikt voor attitudevorming bij campagnes zoals: - actie verkeersveiligheid, - antirookcampagne, - milieueducatie, - 11-11-11-actie, - ...
6.4
Bestrijden van vooroordelen Vormen van de juiste mening Laten ervaren van positieve gevoelens Aanleren of afleren van bepaalde gedragingen
40
D/1997/0279/054A
-
De technieken identificeren die door media of personen toegepast worden om bij het publiek bepaalde houdingen te laten ontstaan. (U)
Een informatief spel laten spelen en daarna bespreken. Informatieve spelen kan je bestellen: zie nuttige adressen.
De relatie omschrijven tussen stereotypen en vooroordelen. Aan de hand van voorbeelden waardevolle houdingen bij anderen (kinderen) ontwikkelen om vooroordelen te bestrijden. (U)
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
7
Observatie
7.1
Begripsomschrijving
De criteria aanduiden waaraan een wetenschappelijke observatie moet beantwoorden.
7.2
Criteria voor een goede observatie
Een observatie volgens de wetenschappelijke normen uitvoeren.
7.3
Voorschriften en observatieschema's
Observatievoorschriften gebruiken. (U) Observatieschema's gebruiken om menselijk gedrag te registreren. (U)
Bij het uitvoeren van een observatieopdracht leert men de leerlingen bewust rekening houden met de criteria waaraan de observatie moet beantwoorden. De leraar kan verschillende observatieschema's laten bekijken die onder andere gebruikt worden: - in PMS, - bij de begeleiding van sportlui, - in Test Aankoop, - ...
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Het begrip "ontwikkeling" beschrijven en er het begrip "menselijke ontwikkeling" uit afleiden.
Menselijke ontwikkeling wordt als inleiding beschouwd en mag niet uitgebreid worden behandeld. De begrippen in verband met menselijke ontwikkeling worden bij de behandeling van de verschillende ontwikkelingsfasen verder uitgediept. Men kan illustreren met beeldmateriaal, schema's (bv. van de evolutie in de lichaamsverhoudingen) en grafieken.
LEVENSLOOP EN WELZIJN 1
Menselijke ontwikkeling
1.1
Begrippen -
Ontwikkeling Leren
Via het beschrijven van de ontwikkeling van een bepaalde vaardigheid, aantonen dat de menselijke ontwikkeling volgens een bepaalde orde verloopt.
41 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1.2
Relatie ontwikkeling en leren
1.3
Ontwikkelingsfasen
1.4
Ontwikkelingsaspecten
2
Welzijn
2.1
Gezondheid en welzijn
Met eigen woorden de begrippen gezondheid fysisch, sociaal en psychisch welzijn omschrijven.
Fysisch welzijn Sociaal welzijn Psychisch welzijn
De voorwaarden tot fysisch, sociaal en psychisch welzijn aanduiden en met voorbeelden illustreren.
Gezondheidsstatus
Op lange termijn respect hebben en verantwoordelijkheid nemen voor de eigen gezondheid en die van anderen.
2.2
De ontwikkelingsfasen van de mens benoemen en op de levenslijn situeren.
In een klassengesprek verwoorden de leerlingen wat zij onder gezondheid en welzijn verstaan. De visie van de leerlingen wordt dan aangevuld en bijgestuurd in een leergesprek. Steeds vertrekken van voorbeelden en voldoende illustreren.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
Nr.
LEERINHOUDEN
2.3
Basisregels voor gezondheidszorg
3
Factoren die de ontwikkeling en het welzijn bepalen
3.1
Ontwikkelingsfactoren -
Aanleg Milieu Persoonlijke prestatie
42 D/1997/0279/054A
3.2
Factoren die het welzijn bepalen
3.2.1
Zorgsoorten - Zelfzorg - Mantelzorg - Beroepszorg
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
3.2.2
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Statistieken in verband met Volksgezondheid interpreteren.
De recentste statistieken gebruiken uit het Statistisch Jaarboek van Volksgezondheid en uit het Nationaal Onderzoeksprogramma Sociale Wetenschappen: zie nuttige adressen. Telkens vanuit concrete situaties vertrekken.
Voorgeschreven basisregels van gezondheid toelichten en illustreren.
De begrippen "aanleg", "milieu" en "zelfbepaling" omschrijven en illustreren met voorbeelden.
Het verband tussen de opbouwfactoren van de persoonlijkheid en de zorgsoorten uitleggen. De kwaliteiten van de drie zorgsoorten met elkaar vergelijken. Enkele kenmerken van de belangrijkste vormen van alternatieve geneeskunde opnoemen.
Zorgniveaus
De drie gezondheidszorgniveaus omschrijven. Belangrijke gevaartekens interpreteren.
-
Positieve gezondheidszorg
Taken van het individu en van de overheid in de positieve gezondheidszorg opnoemen.
-
Preventieve gezondheidszorg
Een taakverdeling tussen het individu en de overheid in verband met preventieve gezondheidszorg aanduiden.
Bij de bespreking van de factoren telkens gebruikmaken van de voorkennis, ervaringen en opvattingen van de leerlingen. Ook informatie gebruiken uit documentaires, tv-programma's, gepubliceerde onderzoeken ... GEBRUIK CASESTUDY: laten formuleren welke beslissingen men zou nemen om een concreet omschreven gezondheidsprobleem (ziekte, ongeval) op te lossen.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
-
Curatieve gezondheidszorg
Bijsluiters voor geneesmiddelen interpreteren. Geneesmiddelen in categorieën onderbrengen in functie van de terugbetalingstarieven.
43 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
4
Ontwikkelingsfasen en leeftijdsgebonden welzijnsproblemen
4.1
Prenatale fase Lichamelijke ontwikkeling Psychische en sociale ontwikkeling
De ontwikkelingslijn in de prenatale fase schetsen. Het ontstaan van identieke en niet-identieke tweelingen verklaren. Omschrijven hoe het geslacht wordt bepaald. Effecten van de belangrijkste persoonsgebonden en niet-persoonsgebonden factoren in de prenatale ontwikkeling omschrijven.
4.2
Pasgeborene: lichamelijke ontwikkeling
Belangrijke verschijnselen van de sensorische en motorische ontwikkeling van de pasgeborene aanduiden.
4.3
Zuigeling Sensomotorische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Het verband tussen sensorische en motorische ontwikkeling bij de zuigeling aangeven. Verantwoorden waarom sociaal contact voor de zuigeling zo belangrijk is.
WELZIJNSPROBLEMEN: fase 1, 2, 3 Bijvoorbeeld: gezondheidsproblemen en gezondheidszorg - problemen voor de geboorte - problemen tijdens de geboorte - problemen tijdens de eerste levensjaren
Belangrijke welzijnsproblemen van de eerste levensjaren aanduiden. Vormen van hulpverlening door 'Kind en Gezin' beschrijven.
Onderzoeken of bepaalde producten (bv. speelgoed, huishoudapparaten ...) veilig zijn volgens de Belgische wetgeving.
Tip voor de behandeling van de verschillende leeftijdsfasen: we bespreken niet alle aspecten van de leeftijdsfasen, maar we stellen bij elke fase een gedrag centraal dat die fase het best typeert (bv. de zuigeling: het eerste sociaal contact/de peuter: taalverwerving/de kleuter: het spelen/het schoolkind: het leren op school enz.). Bij de duiding van het typerend gedrag verwijzen we naar verschillende ontwikkelingsdomeinen.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
4.4
Peuter Taalontwikkeling Relatie taalontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, sociale ontwikkeling
De fasen van de taalontwikkeling beschrijven. De relatie tussen taal-, cognitieve en sociale ontwikkeling uitleggen.
Klassengesprek rond zindelijkheidstraining, spraakontwikkeling.
4.5
Kleuter Sensomotorische ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Spelvormen van de kleuter identificeren.
Leerlingen observeren peuters en kleuters in een kleuterschool: - op de speelplaats, - bij het omkleden, - bij vrij spel in de klas, - in de sociale omgang met leeftijdsgenoten en volwassenen.
Het verband leggen tussen de spelactiviteiten van de kleuter en zijn sensorische, motorische, psychische en sociale ontwikkeling. Het spel van het kind naar waarde schatten.
DIDACTISCHE WENKEN
44 D/1997/0279/054A
Criteria voor het beoordelen van speelgoed toepassen. WELZIJNSPROBLEEM: fase 4, 5 Bijvoorbeeld: spel en verantwoord speelgoed 4.6
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
4.7
De eerste gestaltewisseling Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Bepalen of een kind de kleuter- of schoolkindvorm heeft.
Schoolleeftijd Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
De lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van het schoolkind beschrijven en illustreren met typerende schoolactiviteiten. De sociale ontwikkeling van het schoolkind beschrijven.
Redenen aangeven waarom de overgang van de kleuterschool naar de lagere school hoge eisen stelt aan het kind.
Filippijnse maat toepassen op kleuters en schoolkinderen. Foto's van kinderen ordenen naar kleuter- of schoolkindvorm. Grafieken van lichaamsverhoudingen, lengte- en gewichtstoeneming interpreteren. Proeven van Piaget in verband met het getalbegrip of oriëntatie tonen. Een onderwijzer vertelt hoe hij abstracte begrippen aanleert bij zijn leerlingen.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
WELZIJNSPROBLEEM: fase 6, 7 Bijvoorbeeld: kinderverwaarlozing en -mishandeling - vormen van mishandeling en verwaarlozing - factoren die tot mishandeling leiden - opsporen van mishandeling - vormen van hulpverlening
4.8
Vormen van kinderverwaarlozing en -mishandeling omschrijven.
Iemand van 'Kind in Nood' uitnodigen voor een gesprek over zijn ervaringen.
Factoren die mishandeling in de hand werken identificeren. De functie van de vertrouwensartscentra, opvang, pleeg- en gastgezinnen omschrijven.
45 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Jeugdperiode Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Aanduiden welke lichamelijke en psychische veranderingen zich voordoen in de puberteit.
WELZIJNSPROBLEEM: fase 8 Bijvoorbeeld: jeugdcriminaliteit - begrip - omvang van het probleem - types van delinquent gedrag - zorg
Het begrip 'jeugdcriminaliteit' onderscheiden van 'afwijkend gedrag bij jeugdigen'.
Aan de eigen puberteitsbeleving een psychologisch-wetenschappelijke verklaring geven.
Ongegronde meningen en vooroordelen in verband met jeugdmisdadigheid met cijfermateriaal en onderzoeksgegevens weerleggen. Factoren die tot criminaliteit leiden opnoemen. De functie van het 'Comité voor bijzondere jeugdzorg' en de diensten van 'Bijzondere jeugdbijstand' omschrijven.
Grafieken (evolutie lengte, gewicht) analyseren. Uittreksels uit dagboeken van pubers (bv. Dagboek van Anne Frank) bespreken. Jeugdtijdschriften analyseren: welke onderwerpen komen er aan bod? Lied "Meisjes van dertien" (P. Van Vliet) beluisteren en de tekst in verband brengen met de cursus. Ouders en leraren van pubers interviewen over hun ervaringen met jongeren. Mensen van 'Bijzondere jeugdzorg' of rijkswachters uitnodigen om te komen vertellen over hun ervaringen met jeugdmisdrijven. Een inventaris opmaken van wat er in de regio (van de school) bestaat aan diensten die zich richten op bepaalde vormen van jeugdzorg.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
Nr. 4.9
46 D/1997/0279/054A
4.10
LEERINHOUDEN Jongvolwassene Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Middenvolwassene Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
De belangrijkste kenmerken van de jongvolwassene op lichamelijk, psychisch en sociaal vlak vergelijken met de kenmerken van de puber.
Jongvolwassenen interviewen over hun eerste ervaringen in het beroepsleven. Gesprek met een pasgehuwd koppel: wat verandert er in je leven als je trouwt, als het eerste kind geboren wordt? Nagaan welke leeftijdsgroep het meest vertegenwoordigd is in fitnesscentra of sportclubs (interview met de uitbaters).
Omschrijven welke verantwoordelijkheden de intrede in het beroepsleven en het huwelijk met zich meebrengen. Beschrijven wat er in de sociale relaties verandert door het huwelijk en de beroepsactiviteiten.
Navragen bij VDAB welke leeftijdsgroepen het meest vertegenwoordigd zijn in de groep van de langdurig werklozen of degenen die omscholing volgen. Werkaanbiedingen analyseren: wat wordt er van de kandidaten verwacht? Welke persoonlijke eigenschappen worden gewaardeerd?
Belangrijke kenmerken van de middenvolwassene op lichamelijk, psychisch en sociaal vlak omschrijven en vergelijken met een andere leeftijdsgroep.
De jeugdperiode van de middenvolwassene reconstrueren aan de hand van foto's, interviews, persoonlijke documenten van de middenvolwassene.
Omschrijven hoe de middenvolwassene het gezins- en beroepsleven kan ervaren. Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
4.11
Laatvolwassene Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Omschrijven waarin de crisis van de levenswende bestaat. Uitleggen wat menopauze is. De belangrijkste kenmerken van de laatvolwassene omschrijven.
Jonggehuwden en hun ouders een (naamloze) vragenlijst voorleggen waarin gevraagd wordt naar hun mening over familiale aangelegenheden, zoals: - het bezoek van de gehuwde kinderen aan hun ouders; - verschillen in levensbeschouwing tussen ouders en kinderen;
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
WELZIJNSPROBLEEM: fase 9, 10, 11 Bijvoorbeeld: stress - positieve en negatieve stress - volwassenen en stress - onderzoek van stress - gevolgen van stress - zorg 4.12
47 D/1997/0279/054A
4.13
Verwoorden wat het voor de ouders van deze leeftijdsgroep betekent als hun kinderen het ouderlijk huis definitief verlaten. Factoren die leiden tot stress identificeren.
- de verhouding tot de kleinkinderen. Stemmen de meningen van de jonggehuwden overeen met de opvattingen van de ouderen?
Maatregelen aanduiden die stress kunnen voorkomen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Vroege ouderdom Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Aangeven welke veranderingen in het leven de pensionering voor de betrokkenen met zich meebrengt.
Hoge ouderdom Lichamelijke ontwikkeling Psychische ontwikkeling Sociale ontwikkeling
Problemen van de hoogbejaarde omschrijven.
WELZIJNSPROBLEEM: fase 12, 13 Bijvoorbeeld: Thuiszorg en opname in het bejaardentehuis - vormen van thuiszorg - diensten voor thuiszorg - redenen voor opname - aanpassingsproblematiek - invloed op het gedrag van de bejaarde
De houding van de bejaarde tegenover een opname in een bejaardentehuis verklaren.
De belangrijkste kenmerken van deze leeftijdsfase opnoemen.
Aanvoelen hoe de bejaarde de thuiszorg of de opname in een tehuis kan ervaren.
Diensten voor thuiszorg opnoemen en hun werking omschrijven.
Reageer tegen sommige vooroordelen ten opzichte van bejaarden. Heb aandacht voor de grote individuele verschillen tussen de bejaarden, voor wat betreft vitaliteit, 'ouderdomskwalen', intellectuele mogelijkheden ... Observeren hoe bejaarden zich in het verkeer bewegen. Bepaalde bedrijven begeleiden hun personeel naar de pensionering. Onderzoek wat die bedrijven daarvoor doen. Analyseer tijdschriften die de bejaarden als doelgroep hebben. Welke onderwerpen komen er vaak aan bod? Bezoek een revalidatiecentrum, een dienstencentrum, een hobbyclub voor bejaarden. Bezoek een woning die is aangepast aan een mindervalide bejaarde.
Maatschappelijke en sociale vorming Levensloop en welzijn
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
SYNTHESE VAN ONTWIKKELINGSFASEN
De evolutie van de verschillende ontwikkelingsaspecten situeren in de opeenvolgende levensfasen.
DIDACTISCHE WENKEN
48 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
WAARNEMING 1
De waarneming in het algemeen
1.1
Analyse van de waarnemingsactiviteit
Met voorbeelden aantonen dat de totale persoon- Laat de leerlingen het schema van het waarnelijkheid in het waarnemingsproces is betrokken. mingsproces toepassen op verschillende vormen van waarneming. In grote lijnen omschrijven hoe het waarnemings- Raadgevingen bij het 'leren studeren'. proces verloopt. Hoe vult het ene zintuig het andere aan bij het verwerven en inprenten van de leerstof?
1.2
Indeling van de zintuigen naar de aard van de prikkel
De zintuigen indelen naar de aard van de prikkel.
Ga na welke zintuigen er worden gebruikt bij het uitvoeren van bepaalde handelingen (bv. fietsen, autorijden ...).
49 D/1997/0279/054A
Speelgoed onderzoeken (educatief vanuit peuteren kleutertuin) vanuit de vraag: welke zintuigen worden aangesproken? (zie "Levensloop en welzijn", 1ste leerjaar, 2de graad). Van de niet-klassieke zintuigen alleen duidelijk maken waarvoor ze nodig zijn. 1.3
Belang van de zintuiglijke activiteit
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Formuleren wat de relatie is tussen de zintuiglij- Het vormingsplan van de kleuterschool analyseke activiteit en aangepast gedrag. ren om na te gaan hoe men het perceptueel leren aanpakt (waarnemingsoefeningen). In de kleuterschool een demonstratie bijwonen, waarbij voorbeelden worden getoond van geleide waarnemingsactiviteiten.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Laat de leerlingen aangepaste gedragingen en middelen opnoemen die leiden naar de bevrediging van bepaalde behoeften; je kan hierbij eventueel de behoeftepiramide van Maslow gebruiken.
1.4
Beoordeling van de zintuiglijk waarneembare eigenschappen
Aanduiden welke factoren de waarneming beïnvloeden.
Laat de leerlingen voorbeelden aanvullen uit hun eigen ervaringen.
-
Objectieve beoordeling
Pas de tests toe op welbepaalde eetwaren.
-
Subjectieve beoordeling
Het verschil kennen tussen objectieve en subjectieve beoordeling. Een omschrijving geven van de verschillende onderzoeksmethoden.
Een voorbeeld van een vergelijkend sensorisch onderzoek uitwerken.
50 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
2
Het zien: de visuele waarneming
2.1
Belang
Aantonen waarom de visuele waarneming belangrijk is binnen onze maatschappij.
Een interview afnemen met een visueel gehandicapte (eventueel op video).
2.2
Visuele waarneming van de omgeving
Van een willekeurig voorwerp bepalen of het doorzichtig, doorschijnend of ondoorschijnend is.
De leerlingen raadplegen hun cursus fysica om de leerstof over het licht te herhalen.
Verklaren hoe bepaalde lampen de kleur van de voorwerpen wijzigen.
Proef: een lamp achter verschillende materialen plaatsen om te bepalen in welke mate het materiaal doorzichtig, doorschijnend of ondoorschijnend is.
-
Het licht
-
Het oog
De verschillende delen van het oog opnoemen en De leerlingen raadplegen hun cursus biologie om lokaliseren. (U) de leerstof in verband met de fysiologie van het oog op te frissen.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Formuleren hoe de ogen en de hersenen functioneren bij de visuele waarneming. (U) Tekenen hoe een bijziend of een verziend oog door een bril wordt gecorrigeerd. De voor- en nadelen van contactlenzen opnoemen. De criteria formuleren die men toepast om de passende soort lenzen te kiezen. -
Het voorwerp van de visuele waarneming
Via experimenten ondervinden, dat het zien met twee ogen dieptezien mogelijk maakt.
Van verschillende rechthoekige voorwerpen lengte en breedte meten om te onderzoeken of de verhouding de "gulden snede" benadert.
. Vorm
Van een gebruiksvoorwerp de verschillende aspecten van de vormgeving bespreken en evalueren.
Etalages bekijken voor wat betreft composities en kleurencombinaties.
. Kleur
Kleuren indelen en passende kleurencombinaties maken.
Reproducties van schilderijen, modebladen, foto's van interieurs, ... analyseren wat het gebruik van kleuren betreft.
Kritische benadering van de visuele waarneming
De verschillen aanduiden tussen het beeld en de afgebeelde werkelijkheid.
-
Kritische benadering bij het opnemen van beelden
Aanwijzen welke vervormingen van de werkelijkheid in gegeven beelden aanwezig zijn.
-
Kritische benadering bij het aanbieden van beelden
Onderzoeken hoe we de informatie uit een gellustreerd handboek opvangen en interpreteren, bijvoorbeeld: - wat zegt die foto ons? - hoe vullen foto en tekst elkaar aan? - welk verschil is er tussen de werkelijkheid en de afbeelding ervan?
. Grootte 51 D/1997/0279/054A
2.3 Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Een tv-uitzending, film, een reclamespot of reclamefoto's analyseren.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN Welke technieken gebruikt men - gebruik je zelf - om een bepaalde boodschap over te brengen of om iets te suggereren?
3
Het ruiken: de geurwaarneming
3.1
Belang
3.2
Geurwaarneming van de omgeving
Het belang van de geur aantonen binnen het persoonlijk en het relationeel leven van het individu.
Een interview met een persoon die geen geur meer kan waarnemen (interview met de zangeres L. List die aan deze aandoening lijdt). De leerlingen raadplegen hun cursus biologie om de leerstof in verband met de fysiologie van de neus op te frissen.
52 D/1997/0279/054A
-
De geur
Eigenschappen van reukstoffen verduidelijken.
-
De neus
De verschillende delen van de neus opnoemen en lokaliseren. (U) De juiste terminologie voor de overeenkomstige leerinhouden juist gebruiken (bv. reukorgaan, reukzintuig, zintuigcel ...). (U)
-
Het voorwerp van de geurwaarneming
Aan de hand van een demonstratie het materiaal leren kennen. Beroep doen op ervaringskennis. Proefondervindelijk geurende stoffen leren gebruiken.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
Geurstoffen indelen en herkennen volgens hun fysische oorsprong.
Uit tijdschriften, reclamefolders en dergelijke (bv. over parfums, dranken ...) een aantal benamingen van geurstoffen opzoeken.
Synthetische geuren herkennen.
Gebruikmaken van onherkenbare flesjes, geuren mogen elkaar niet beïnvloeden.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Suggesties: - uit de voedingssector: kaas, ranzige boter, groenten en fruit, kruiden, specerijen, verbrande amandelen, thee, essences; - uit de hygiënesector: eau de cologne, babyolie, vloeibaar wasmiddel, spiritus, terpentijn, bleekwater (verdund), benzine (brandbaar). 3.3
Kritische benadering van de geurwaarneming -
Adaptatie Verzadiging Geurbeïnvloeding
53 D/1997/0279/054A
4
Het proeven: de smaakwaarneming
4.1
Belang
Het effect van geurwaarneming, voor zichzelf en voor de omgeving, toelichten.
Onderzoeken hoe we de informatie uit de reclamewereld opvangen en interpreteren.
Aantonen waarom de smaak belangrijk is binnen onze maatschappij.
Met voorbeelden aantonen hoe de mensen van voedsel en drank kunnen genieten. Aantonen hoe de smaak, naast andere zintuigen, waarschuwt voor gevaar.
4.2
De smaakwaarneming van de omgeving
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
De smaak
Verwoorden waarom smaken alleen via een oplossing (speeksel of andere vloeistof) kunnen waargenomen worden.
Proefondervindelijk vaststellen: bijvoorbeeld klontje suiker op droge tong vergelijken met klontje suiker laten smelten in de mond (of vooraf opgelost).
-
De mond
Verwoorden hoe de verschillende delen van de mondholte een rol spelen bij de smaakwaarneming en welke factoren deze smaakwaarneming beïnvloeden. (U)
De leerlingen raadplegen hun cursus biologie om de leerstof in verband met de fysiologie van de mondholte op te frissen.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
De verschillende delen van de mond opnoemen en lokaliseren. (U)
Aan de hand van verpakking van voedingsmiddelen, de smaakstimulerende middelen opzoeken.
Smaakstimulerende middelen identificeren op verpakking en receptuur. (U) 4.3
Het voorwerp van de smaakwaarneming
Kritische benadering van de smaakwaarneming -
Langs experimentele oefeningen komen tot een classificatie van de smaakstoffen.
Het effect van smaakwaarneming toelichten.
Een beroep doen op ervaringskennis.
Adaptatie Smaakbeïnvloeding
54 D/1997/0279/054A
5
Het horen: de auditieve waarneming
5.1
Belang
5.2
Smaakstoffen herkennen en classificeren.
Onderzoeken hoe we de informatie uit de reclamewereld opvangen en interpreteren.
Met voorbeelden illustreren waarom auditieve waarneming belangrijk is binnen onze maatschappij.
Ontmoeting met een slechthorende persoon: interview afnemen.
Auditieve waarneming van de omgeving
Audiovisueel materiaal gebruiken: zie nuttige adressen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
Het geluid
Het ontstaan van geluid verklaren.
Akoestiek proefondervindelijk of in concrete situaties aantonen.
-
Het oor
Formuleren hoe de oren en de hersenen functioneren bij de auditieve waarneming. (U)
De leerlingen raadplegen hun cursus biologie om de leerstof in verband met de fysiologie van het oor op te frissen.
Oorafwijkingen schematisch toelichten. Stereofonisch horen schematisch toelichten. (U)
Contact opnemen met PMS in verband met het opstellen van een audiogram met behulp van een audiometer.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
-
5.3
Het voorwerp van de auditieve waarneming
Kritische benadering van de auditieve waarneming -
Adaptatie Beïnvloeding van het horen
Van de begrippen 'frequentie' en 'intensiteit' het Geluidsniveaumeter of sonometer is te verkrijgen onderscheid omschrijven. op het politiebureau. Verricht metingen: Een grafische voorstelling van waarneembaar- - op diverse plaatsen, met een verschillend geheidsgrenzen interpreteren. luidsniveau; - op éénzelfde plaats, diverse malen meten, met een bepaalde tussentijd, bijvoorbeeld één minuut en het gemiddelde maken. Met voorbeelden het effect van lawaai op de mens, op fysisch en op psychisch vlak, omschrijven.
De leerlingen luisteren gedurende twee minuten, noteren wat ze horen en maken een indeling in aangename en hinderlijke geluiden. Aansluiten met ervaringskennis.
55 D/1997/0279/054A
Getuigenissen van mensen die geconfronteerd worden met verkeers-, industrie-, burenlawaai en lawaai door vrijetijdsactiviteiten.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
6
Gevoelszintuigen
6.1
De tactiele waarneming
6.1.1
Belang
6.1.2
Tactiele waarneming van de omgeving -
Het voelen
Knipsels over geluidsoverlast verzamelen. Een tekst laten memoriseren in een rustige en een lawaaierige omgeving.
Aantonen waarom de tactiele waarneming belangrijk is binnen onze maatschappij.
Een interview afnemen van een visueel gehandicapte persoon.
De verschillende gewaarwordingsgebieden opnoemen, lokaliseren en de betekenis weergeven.
Verband leggen met "Levensloop en welzijn": de pasgeborene is primair afhankelijk van de tastzin bij het verkennen van de wereld. Gebruikmaken van een duidelijke, didactische plaat met zintuigpunten.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
56 D/1997/0279/054A
-
De huid
De verschillende delen van de huid opnoemen en De leerlingen raadplegen hun cursus biologie om lokaliseren. (U) de leerstof in verband met de fysiologie van de huid op te frissen. Het totstandkomen van de tactiele waarneming verklaren. (U) Via experimenten: lokalisatie van de verschillende huidreceptoren bij verschillende lichaamsdeLeren dat bepaalde delen van de huid gevoelig len (zie biologie). zijn voor aanraking, temperatuur en pijn. (U) Suggesties: - vaste en vloeibare stoffen; - verschillende temperaturen; - voelen van eenzelfde materiaal met verschillende lichaamsdelen.
-
Het voorwerp van de tactiele waarneming
Een omschrijving geven voor het begrip textuur. Aan de hand van enkele proeven de eigenschappen van textuur van diverse materialen aantonen: Bepaalde materialen herkennen door voelen. bijvoorbeeld bij kaas, koekjes, textiel, hout ...
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
6.1.3
Kritische benadering van de tactiele waarneming
6.2
De proprioceptieve waarneming
6.2.1
Belang
Vaststellen dat er interindividuele verschillen zijn Persoonlijke verschillen in tactiele waarneming bij de tactiele waarneming en dat men gevoels- laten voelen. drempels kan verleggen. Laten illustreren met voorbeelden. De term "proprioceptief" verklaren. De functie van de proprioceptieve zintuigen omschrijven en met diverse voorbeelden illustreren. Omschrijven welke invloed het lichaamsschema heeft op de cognitieve ontwikkeling.
Ervaringsgericht werken; dit wil zeggen dat alle leerlingen met hun eigen lichaam experimenteren, waarbij ze de werking van de proprioceptieve zintuigen "aan den lijve" ondervinden. De leerlingen verwoorden eerst zelf hun bevindingen vooraleer een meer wetenschappelijke commentaar gegeven wordt.
Maatschappelijke en sociale vorming Waarneming
Op de kleuterschool, bij de taakleraar (basisschool), in BLO en in revalidatiecentra voor kinderen kan men concrete voorbeelden van oefeningen op het lichaamsschema verzamelen. 6.2.2
Anatomie en werking van de proprioceptieve zintuigen
De belangrijkste delen van de proprioceptieve zintuigen benoemen en aanduiden op een schematische voorstelling. (U)
De weg van de prikkel doorheen de zintuigen laten verwoorden.
57 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
De werking van de proprioceptieve zintuigen in grote lijnen omschrijven. (U)
De detailtekeningen van de zintuigen steeds in het groter geheel plaatsen. Een driedimensionaal model van het evenwichtszintuig is duidelijker dan een tekening.
Op basis van proeven aantonen dat de proprioceptieve zintuigen soms misleidende informatie geven.
Alle leerlingen voeren de proeven uit, zodat ze zelf ervaren welke sensaties de prikkels teweegbrengen.
Vergelijking van het waarnemingsproces bij de verschillende zintuigen
De componenten van het waarnemingsproces identificeren bij alle vormen van waarneming.
Het algemeen schema van het waarnemingsproces toepassen op de verschillende vormen van waarneming.
Het verschijnsel "synesthesie"
Het begrip "synesthesie" omschrijven. Voorbeelden van synesthesie aanhalen.
De samenwerking van de zintuigen
Met voorbeelden aantonen dat de zintuigen elkaar Proeven uitvoeren waarbij één of meer zintuigen aanvullen en beïnvloeden bij het waarnemen. uitgeschakeld worden. Laten ervaren dat de werking van de ingeschakelde zintuigen daardoor gestoord wordt.
6.2.3
Kritische benadering van de proprioceptieve waarneming
7
De eenheid van de zintuigen
5
EVALUATIE
De evaluatie behoort essentieel tot de taak van de leraar, en heeft tot doel na te gaan of de doelstellingen van het onderwijs werden bereikt. Dit veronderstelt dat de leraar - evalueert vanuit doelstellingen, en dus - vooraf bepaalt wat hij evalueert, en - de gestelde (evaluatie)criteria/verwachtingen vooraf meedeelt. Evalueren is geen eenmalig gebeuren. Het is een voortdurend aandachtig zijn voor de evolutie van de attitudes en het verwerken van de leerinhouden. Het is een doorlopende fase in het leerproces die via tussentijdse beslissingen, voert naar een eindbeslissing. Elke tussenstap is belangrijk en brengt nieuwe gegevens die een bijsturing mogelijk maken. Toetsen, toevallige ondervragingen, observatiemomenten, taken en praktijkopdrachten bieden de leraar de mogelijkheid de nodige beslissingen te nemen. Deze beslissingen kunnen van tweeërlei aard zijn en hebben te maken met twee te onderscheiden functies van evaluatie. Begeleidende evaluatie De klemtoon ligt op het voortdurend evalueren van de vorderingen tijdens de lessen. Op deze wijze verwerft de leraar snel en op effectieve wijze informatie over de bereikte en de niet-bereikte doelstellingen. Begeleidende evaluatie dient in de eerste plaats om didactische beslissingen te nemen, waardoor de leraar zonodig zijn onderwijsproces moet bijsturen. Naar de leerling toe betekent voortdurende evaluatie (opnieuw) kansen krijgen om bij te sturen. De voortdurende groei in en verbetering van de attitudes is even belangrijk als de evaluatie van prestaties. Het vastleggen van de groei in een waardeschaal is een uitstekende visuele hulp bij de bespreking ervan met de leerling en de ouders. Belangrijk bij het begeleidend evalueren is het positief waarderen van de constructieve kritische houding van de leerling ten aanzien van zijn eigen leerproces. Deze houding opent de mogelijkheid om de leerling zichzelf te leren evalueren. Begeleidend evalueren is een belangrijk gegeven dat veel aandacht vraagt van de leraar en van de leerling. Beoordelende evaluatie Wanneer men op het einde van een bepaalde leer- of onderwijsperiode nagaat in hoever de leerdoelen van die periode werden bereikt, spreekt men van beoordelende evaluatie. De resultaten van deze beoordelende evaluatie kunnen worden gebruikt om het onderwijsproces te verbeteren, om op verantwoorde wijze te kunnen beslissen, en om zinvolle adviezen te kunnen formuleren ter oriëntering van de leerling. Het geheel van dit evaluatieproces is het resultaat van een voortdurend samenwerken van leraar en leerling. 6
MATERIELE VEREISTEN
Voor het vak 'Maatschappelijke en sociale vorming' is geen specifiek materiaal vereist, dat altijd voorhanden moet zijn. Het behoort immers tot de eigen aanpak van het vak dat de leerlingen zelf actueel en aansluitend materiaal verzamelen dat dienst doet als start en/of als ondersteuning van de lessen.
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
58 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
7
BIBLIOGRAFIE
7.1
Communicatie
-
COKELAERE, M., Anatomie - EHBO, Aurelia Pedagogica, Sint-Martens-Latem, 1985.
-
DE CORTE , E. e.a., Groeien in onderwijzen, II, Wolters, Leuven, 1990.
-
HERMAN, S.J., Assertief omgaan met elkaar, Stafleu, Alphen aan de Rijn/Brussel, 1983.
-
Projectgroep Sociale Agogiek RUG, Reageren op racistische vooroordelen in de klas, 1986.
-
REMMERSWAAL, J., Inleiding tot de groepsdynamika, H. Nelissen - Bloemendaal.
-
TAUSCH, R., TAUSCH, A.M., Psychologie van opvoeding en onderwijs, Van Loghum Slaterus, Arnhem, 1980.
-
VAN SCHOORS, L. e.a., Dichter (Methodieken één), Centraal Kaderinstituut, Biekorfstraat 46, Brussel (z.j.).
-
WEINBERG, G., ROWE, D., Het projectieprincipe. Wat denken ze van me en wat doe ik eraan? Ambo, Baarn, 1989.
Nuttige adressen Centrum voor Informatieve Spelen Naamsesteenweg 164 3001 Heverlee - Leuven Commissie van de EG Programma "Europa tegen kanker" Wetstraat 200 1040 Brussel Infodok Bogaardenstraat 79 3000 Leuven Kern. Centrum voor Psychotherapie en relatievorming Gentsesteenweg 151 9420 Erpe Kinderwereldatelier, educatief centrum Rolwagenstraat 73 2018 Antwerpen Nationaal Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking Werkgroep Mundiale Vorming Lakensestraat 76 1000 Brussel
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
59 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
7.2 -
Levensloop en welzijn
BAETEN, J., DAENEN, M., Initiatie in de zorgkunde (Aurelia Pedagogica), Aurelia Books, Sint-Martens-Latem, 1985.
-
BALLEGEER, C., BALLEGEER, J., Thuis bij kinderen, Aurelia Pedagogica, Sint-Martens-Latem, 1986.
-
CAMMAER, H., Menselijke levensloop. Genetische psychologie, Acco, Leuven, 1986.
-
COOREMAN-MASSIE, D., Kom een beetje bij mij zitten. Animatie in het rusthuis, Acco, Leuven, 1989.
-
FRYE, I.B., Het schoolkind (Jaren der jeugd), De Toorts, Haarlem, (z.j.).
-
Grote Nederlandse Larousse Encyclopedie. Medische Encyclopedie, Heideland-Orbis, Hasselt.
-
KLOOTWIJK, A.P.J., Het hele leven, Het Spectrum, Amsterdam, 1985.
-
LELEU-DOLFEN, J., Ons Kind. Kinderverzorging. Theorie en Praktijk, Aurelia Pedagogica, Sint-Martens-Latem, 1987.
-
LIEVEGOED, B., De levensloop van de mens, Lemniscaat, Rotterdam, 1984.
-
Winkler Prins. Medische Encyclopedie, Elsevier, Amsterdam, Brussel.
Nuttige adressen Kind en Gezin Guldenvlieslaan 67 1060 Brussel Statistisch Jaarboek van Volksgezondheid Ministerie van Volksgezondheid en het gezin NIS Coupure Rechts, 620 9000 Gent
7.3
Waarneming
-
ATKINS, P., Moleculen - Chemie in drie dimensies. Natuur en Techniek, Wetenschappelijke bibliotheek, Brussel/Maastricht.
-
Comité voor Hygiëne en Comfort, Beter zien is beter leven, 1., Belgisch Nationaal Comité voor Verlichtingskunde, 1984.
-
DEBERSAQUES, F., Onderzoek van kaastextuur. Chemie Magazine, september, 1986.
-
GEUNS, J., e.a. Macro/micro in de biologie. Waarnemen, reageren, coördineren, Plantyn, Antwerpen, 1987.
-
HOLZHAUER, E.E.O., VAN MINDEN, J.J.R., Psychologie, theorie en praktijk, Stenfert Kroese.
-
MYNCKE, H., COPS, A., Lawaaibeheersing, Stichting Leefmilieu, vzw Kipdorp 11, 2000 Antwerpen.
-
Provinciaal Veiligheidsinstituut, Lawaai, Veiligheid voor alles.
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
60 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
-
SCHAMP, N., VAN LANGENHOVE, H., Geurhinder, Stichting Leefmilieu, vzw Kipdorp 11, 2000 Antwerpen.
-
SMITH, P., Ons oor en het geluid om ons heen, TNO inforeeks, Friese Pers Boekerij, Drachten/ Leeuwarden.
-
Test Aankoop, Mooi van top tot teen, Test Aankoop, Brussel, 1985.
-
TITULAER, C., Een kwestie van smaak, Elsevier, Brussel, 1980.
Nuttige adressen Provinciaal Veiligheidsinstituut (Folders i.v.m. lawaai) Jezusstraat 28-30 2000 Antwerpen De verbruikersunie Test Aankoop Hollandstraat 13 1060 Brussel Vereniging van Geur- en Smaakstoffenfabrikanten (NEA) (Brochures over het gebruik van geur- en smaakstoffen) Postbus 411 1400 AK Bussem Stichting Bio-Wetenschappen en Maatschappij Het cahier "Geur en Reuk" Wassenaarseweg 56 2333 AL Leiden Ministerie van Onderwijs (videocassette "SOS lawaai" - 15 min.) Kinematografische dienst
TV Huishoudkunde Maatschappelijke en sociale vorming
61 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Tweede graad TSO TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen Eerste leerjaar: 2 uur/week Tweede leerjaar: 2 uur/week In voege vanaf 1 september 1997
D/1997/0279/054A
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
63 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
INHOUD
1
BEGINSITUATIE
..........................................
65
2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
65
3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
66
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
66
5
EVALUATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
84
6
MATERIELE VEREISTEN
....................................
84
7
BIBLIOGRAFIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
85
4
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
64 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
1
BEGINSITUATIE
In dit vak wordt het inzicht in de exact-wetenschappelijke wetmatigheid getransfereerd naar het domein van de mens met zijn concrete behoeften. Het beoogt dus echt een toepassen te zijn van de wetenschappen. Alle leerlingen kregen vanaf het 1ste leerjaar het vak biologie. De studie van chemie en fysica start voor de meerderheid in het 1ste leerjaar van de 2de graad. In het vak Toegepaste wetenschappen komen in het 1ste leerjaar van de 2de graad, na de situering van de studierichting en de oriëntering naar informatiebronnen, twee grote delen aan bod: het marktgebeuren en hygiëne. In het 2de leerjaar van de 2de graad wordt de materie bestudeerd. Voor elk van deze delen is de relatie met de wetenschappen verschillend. In het 1ste leerjaar van de 2de graad is het deel "Marktgebeuren" meer economisch gericht. Het vak Economie komt echter niet aan bod in de 2de graad 'Sociale en technische wetenschappen'. Bij de studie van het deel "Hygiëne" wordt gesteund op leerstof uit de biologie. In het 2de leerjaar van de 2de graad, bij de studie van toepassingen van vormvaste materialen en toepassingen op faseovergangen van water wordt de kennis van leerstof uit chemie en fysica pas echt belangrijk. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Vertrekkend van de mens en zijn behoeften wordt in de 2de graad de nadruk gelegd op het observeren van de mens en zijn milieu. Het hoofddoel van de 2de graad is observeren.
2.1
In het 1ste leerjaar van de 2de graad
Bijbrengen van een aantal basisattitudes die gedurende de verdere studies en gedurende het hele verdere leven kunnen bijdragen tot een beter functioneren in de maatschappij. Dit wordt bereikt door de studie van - "Informatiebronnen" in functie van vorming van leergierige en geïnformeerde mensen. - Het "Marktgebeuren" in functie van vorming tot mondige en kritische consumenten met aandacht en interesse voor het bedrijfsleven. - "Hygiëne" in functie van het verhogen van het zorgniveau in micro- en macrosituaties. Zowel het vermijden als het behandelen van onhygiënische toestanden wordt behandeld. Bij deze onderdelen wordt sterk de nadruk gelegd op de attitudevorming. De koppeling aan de menswetenschappelijke wetmatigheden staat centraal, waardoor de materiële behoeftebevrediging wordt overschreden.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
65 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
2.2
In het 2de leerjaar van de 2de graad
Uitgaande van de materiële behoeften van de mens zijn de voornaamste optiepunten: de voeding, de zorg om de persoon en het milieu. Inzicht verwerven in de aard en de kenmerkende eigenschappen van vormvaste materialen, om zo een betere keuze te kunnen maken in functie van een gerichte toepassing: keuze van verpakkingsmaterialen. Inzicht verwerven in de concrete toepassingen op faseovergangen van water met onder andere oriëntering naar: - bereidingsprincipes van voedingsmiddelen; - bewaarprincipes van voedingsmiddelen. 3
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN DIDACTISCHE MIDDELEN
- In het 1ste leerjaar van de 2de graad (waar nodig en reeds haalbaar) zoveel mogelijk aansluiten bij de Natuurwetenschappen (zie Didactische wenken bij de leerinhouden). In het 2de leerjaar van de 2de graad staat de aansluiting met de Natuurwetenschappen voorop. Dit veronderstelt dus een nauwe samenwerking tussen de leraren Natuurwetenschappen en Toegepaste wetenschappen. - De integratie tussen de lessen Praktijk-Voedselbehandeling en de Toegepaste wetenschappen constant voor ogen hebben. - Vertrekken vanuit de leefwereld van de leerlingen (activiteiten van het dagelijks leven) maar reeds zoveel mogelijk opentrekken naar situaties uit het werkveld en uit de bedrijfswereld. - De leerinhouden constant illustreren met voorbeelden uit de actualiteit. Daartoe nuttig gebruikmaken van informatiebronnen (1ste leerjaar van de 2de graad 'Sociale en technische wetenschappen'). - Extra aandacht besteden aan het probleemoplossend denken. De tijd te besteden aan de verschillende delen bedraagt ongeveer: In het 1ste leerjaar: -
Situering Informatiebronnen Marktgebeuren Hygiënisch werken
2 weken 15 weken 11 weken
In het 2de leerjaar: - Toepassingen op eigenschappen van vormvaste materialen: 12 weken - Toepassingen op faseovergangen van de materie: 16 weken 4
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
LEERPLANDOELSTELLINGEN, LEERINHOUDEN EN DIDACTISCHE WENKEN
66 D/1997/0279/054A
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Betrokken raken bij hun opleiding. Zicht krijgen op de totale samenhang tussen de verschillende vakken van het specifiek gedeelte van hun lessenrooster.
Deze inleiding kan gegeven worden in Maatschappelijke en sociale vorming, Toegepaste wetenschappen of Praktijk volgens het uurrooster van de eerste week.
INLEIDING: SITUERING VAN DE STUDIERICHTING SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Verkennen van de verschillende aspecten van de opleiding: - sociale verantwoordelijkheid - technische kennis en activiteiten - wetenschappelijke kennis Situeren van deze aspecten in het lessenrooster
67 D/1997/0279/054A
In alle vakken van het specifiek gedeelte de tijd nemen om samen met de leerlingen op zoek te gaan naar het specifieke van 'Sociale en technische wetenschappen'. De betekenis van het logo van 'Sociale en technische wetenschappen' bespreken.
INFORMATIEBRONNEN
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
1
Noodzaak aan informatie
Bepalen en afbakenen van interessedomeinen.
Uit de veelheid aan informatie een selectie maken zodanig dat de veelheid niet als een bedreiging maar als een rijkdom overkomt.
2
Zoeken naar informatie: - systemen van informatieoverdracht - lezen en correct noteren van bronvermeldingen
Het belang van het raadplegen van geactualiseerde en correcte informatiebronnen inzien Correcte bronvermeldingen maken
Deze leerstof is vakoverschrijdend. Het gaat hier om langetermijndoelstellingen.
3
Informatiebronnen
Kiezen en beoordelen van informatiebronnen, naar oorsprong, doelgroep en ideologie.
In het vak Praktijk Voedselbehandeling wordt dit concreet toegepast op informatie rond voeding.
4
Klasseren van informatie
Informatie gebruiksklaar ordenen.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
HET MARKTGEBEUREN 1
Situering van het marktgebeuren binnen 'Sociale en technische wetenschappen' De behoeften zijn de motieven tot menselijk handelen
Sluit aan bij "Algemene uitgangspunten - Menselijke behoeften".
68 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
1.1
Enkele economische begrippen
1.1.1
Goederen en diensten - Gebruiks- en uitrustingsgoederen - Diensten of arbeidsprestaties
De begrippen schaarse goederen (verbruiksgoederen en gebruiksgoederen) en diensten omschrijven en illustreren met voorbeelden.
1.1.2
Economische kringloop - Plaats van gezinnen en bedrijven - Begrip markt
De gezinnen, de bedrijven, de goederen-, de diensten- en de arbeidsmarkt situeren in de economische kringloop.
1.1.3
Economische systemen - Rol van de overheid
Het verschil tussen centraal geleide, vrije en gemengde economie omschrijven. De regelende rol van de overheid erkennen.
1.2
Situering in de studierichting 'Sociale en technische wetenschappen' Complex samenspel tussen producent en consument
Het belang beseffen van inzicht in het complex samenspel tussen producent en consument.
2
Marktgebeuren gezien vanuit het standpunt van de producent
Vertrekken vanuit de leefwereld van de leerlingen en van de actualiteit om te komen tot de verklaring van de economische begrippen.
Inleiding: wie is producent? -
Verschil tussen producenten van goederen en van diensten
Onderscheid maken tussen producenten van goederen en diensten.
Het standpunt van de producent objectief benaderen.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
-
Begrip bedrijfskolom Onderscheid tussen primaire, secundaire en tertiaire sector
De begrippen bedrijfskolom, primaire, secundaire en tertiaire sector omschrijven en illustreren met voorbeelden.
Tijdens de lessen Praktijk Voedselbehandeling bij de behandeling van de basisattitude "Aankopen doen" wordt de leerstof Toegepaste wetenschappen Marktgebeuren, geïntegreerd.
69 D/1997/0279/054A
2.1
Het product
2.1.1
Aanbod en assortiment van producten Onderzoek van het assortiment van een of meer producten
Voor een aantal producten het uitgebreide assortiment op de markt onderzoeken en dit vanuit de steeds hogere behoeften.
Voorbeelden kiezen uit de verschillende domeinen: - zorg voor voeding, - zorg voor persoon en milieu.
2.1.2
Ontwikkeling van het uitgebreide assortiment producten - Invloed van consument op productontwikkeling . nodige, nuttige en luxegoederen . belang van marktonderzoek - Invloed van technologische mogelijkheden op productontwikkeling - Invloed van commerciële belangen op productontwikkeling
Het onderscheid bespreken tussen nodige, nuttige en luxegoederen. Het nut inzien van marktonderzoek en illustreren met voorbeelden.
Werken met actuele productontwikkelingen en productvernieuwingen. Regelmatig gebruikmaken van de verzamelde informatie door de leerlingen.
Inzien en illustreren dat niet alles wat wetenschappelijk en technisch mogelijk is, ook een commercieel product wordt.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
2.2
Plaats van distributie - Begrip distributie - Evolutie in de distributiewereld (U) - Organisatievormen van distributie
Het begrip distributie verklaren. Een aantal evoluties in de distributiewereld bespreken in functie van de huidige maatschappij. (U) De belangrijkste huidige distributievormen onderscheiden.
Uitgaan van de plaatselijke situatie. Concretiseren met een exploratie van distributieplaatsen in de buurt. Observatieoefening van de verschillende elementen van de marketingmix.
2.3
Verkoopprijs - Het begrip prijs - Vraag naar goederen - Aanbod van goederen
De prijsvorming bespreken rekening houdend met: - invloed van prijs op vraag; - invloed van prijs op aanbod; - invloed van aanbod op vraag en prijs (wet van vraag en aanbod).
De leerlingen aanmoedigen om de prijs van een aantal basisproducten uit het hoofd te leren. De prijs laten noteren van een bepaald product, gedurende een langere tijd (bv. tomaten).
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
2.4
LEERINHOUDEN
70 D/1997/0279/054A
- Wet van vraag en aanbod (U) - Prijselasticiteit (U) - Tussenkomst van de overheid (U)
Het begrip prijselasticiteit illustreren met enkele concrete voorbeelden. (U) De noodzaak beseffen van het regelend optreden van de overheid en illustreren met voorbeelden. (U)
Promotie - Begrip promotie - Reclame - Verkooptechnieken
Ontdekken in een winkelruimte van een aantal verkooptechnieken en ze bespreken. Reclame zien als een vorm van communicatie. Zich enkele gedragsregels eigen maken om het fenomeen 'reclame' kritisch te benaderen. In concrete voorbeelden de reclamestrategieën herkennen.
Samenvatting
Het belang inzien van goeddraaiende bedrijven voor de economie en de werkgelegenheid.
Bedrijven: motor van de economie Begrip Marketingmix
3
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Bij de bespreking hiervan kan heel veel informatie uit het deel "Marktgebeuren gezien vanuit de producent" worden gebruikt.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
Inleiding Omschrijving consument Mogelijkheden en middelen om te kunnen consumeren
3.1.1
Inkomensvorming Verschillende vormen van inkomensvorming
De leerlingen zijn heel erg vertrouwd met het aspect promotie. Opdracht geven om concreet voor een bepaald product de verschillende reclamekanalen en -boodschappen te analyseren.
Inzien dat product, prijs, plaats en promotie allemaal meespelen bij de verkoop van producten. Deze vier punten situeren in de marketingmix.
Marktgebeuren gezien vanuit het standpunt van de consument
3.1
DIDACTISCHE WENKEN
De belangrijkste manieren van inkomensvorming kennen.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
3.1.2
Inkomensbesteding
Inzien dat de besteding van het inkomen afhankelijk is van het belang dat gehecht wordt aan de verschillende behoeften en van de levensstandaard.
3.1.3
Levensstandaard Welvaart - Welzijn
Zich bevragen over de consumptiemaatschappij en nadenken over het onderscheid tussen welzijn en welvaart.
Heel belangrijk moment, waar de leerlingen worden gewezen op de gevaren van de "overconsumptie".
3.2
Rechten en bescherming van de consument Een kritisch-volwassen houding ontwikkelen in verband met koopgedrag. De nood aan correcte en actuele informatie ervaren.
Bespreken met concrete voorbeelden uit de verschillende domeinen, bijvoorbeeld: - zorg voor voeding; - zorg voor persoon en milieu.
Telkens behandelen: - Wat vraagt de consument? - Wat ontvangt de consument? - Wat moet de consument doen? 71 D/1997/0279/054A
Sluit sterk aan bij deel "Informatiebronnen". 3.2.1
Recht op keuze
3.2.2
Recht op informatie
De nood aan wettelijke regelingen ervaren. Bepaalde wettelijke regelingen kennen en producten hierop controleren.
3.2.3
Recht op bescherming van gezondheid en veiligheid
Een aantal controlerende organisaties kennen in verband met verkoop van voedingsmiddelen.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
De grondbeginselen van toxicologische studies kennen. Een aantal consumentenorganisaties en het bestaan van hun eventuele publicaties kennen. 3.2.4
Recht op herstel en schadevergoeding
3.2.5
Recht op medezeggenschap
Net zoals voor "Informatiebronnen" geldt hier zeker de blijvende vormingswaarde van deze inhouden. In de lessen Praktijk, bij het werken met waren, hieraan blijvende aandacht besteden.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
HYGIENE 1
Situering
1.1
Belang van hygiëne bij voedselbehandeling
Het belang van hygiënisch werken in functie van Relatie leggen Maatschappelijke en sociale vorhet verhogen van de kwaliteit van het leven in het ming: "Levensloop en welzijn" Gezondheid. algemeen inzien.
1.2
Evolutie van het hygiënisch handelen
1.3
Hygiëne en kwaliteit
Het belang van hygiënisch werken in functie van het verhogen van consumptiekwaliteit van voedingsmiddelen inzien.
Vertrekken van zorg voor hygiëne in uiteenlopende situaties. Verengen naar situaties van voedselbehandeling. Verwijzen naar lessen Praktijk, P & T: consumptiekwaliteit van voedingsmiddelen.
72 D/1997/0279/054A
Herhaaldelijk benadrukken dat hygiënisch werken een gewoonte is - een basisattitude - die men kan aanleren.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
2
Onhygiënische omstandigheden
2.1
Verontreiniging of vuil
2.2
Soorten vuil - Oorsprong van het vuil - Vormen van bevuiling
3
Enkele verontreinigers
Het begrip verontreiniging omschrijven. De aard van het vuil indelen naar oorsprong en dit illustreren met voorbeelden. De vorm van bevuiling illustreren door middel van voorbeelden. De belangrijkste verontreinigers omschrijven en illustreren met voorbeelden.
Door ontleding van bevuilde situaties het vuil leren herkennen en onderscheiden. Proefondervindelijk aantonen. De eigen mening over het bepalen van de vuilheidsgraad kritisch bevragen en de subjectiviteit ervan afleiden in groepsverband.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
3.1
Vettige bestanddelen
"Vet" als verontreiniger omschrijven en de invloed ervan op de hygiëne bepalen.
3.2
Ongedierte en andere macro-organismen - soorten ongedierte - nadelige gevolgen - maatregelen tegen ongedierte
Enkele nadelige gevolgen van dierlijke vervuilers opnoemen. Een aantal mogelijke maatregelen tegen ongewenste dieren opnoemen.
3.3
Micro-organismen
3.3.1
Soorten micro-organismen
De belangrijkste groepen micro-organismen kennen en telkens de bouw, de vorm, de grootte en de vermenigvuldiging ervan omschrijven.
3.3.2
Functies in concrete situaties
Illustreren met voorbeelden uit hun directe omgeving en uit de actualiteit. De kennis van bouw, vorm, grootte en vermenigvuldiging van micro-organismen wordt pas in hogere jaren in de lessen biologie gegeven. Daarom hier heel kort enige toelichting geven.
73 D/1997/0279/054A
In het labo natuurwetenschappen zullen in het 1ste of 2de leerjaar van de 2de graad culturen van verschillende micro-organismen worden opgezet.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
3.3.3
Delingstijd
De begrippen kiemgetal en delingstijd omschrijven. Factoren omschrijven die de delingstijd beïnvloeden.
3.3.4
Levensvoorwaarden voor micro-organismen
De gunstige levensvoorwaarden voor micro-orga- De levensvoorwaarden bespreken in functie van nismen omschrijven. het buitenspel zetten van micro-organismen.
- Water
Het belang van water voor de ontwikkeling van micro-organismen omschrijven.
- Voeding
De voornaamste voedingsstoffen voor de microorganismen opnoemen.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
74 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
- Temperatuur
De temperatuurgevoeligheid van micro-organismen omschrijven en verklaren.
- Zuurstof
De micro-organismen indelen in drie groepen naargelang van hun behoefte aan zuurstof. De technieken om, via verandering in de zuurstofconcentratie, de micro-organismen uit te schakelen, omschrijven.
- Zuurtegraad
Het begrip pH of zuurtegraad omschrijven. De micro-organismen indelen in functie van hun pH-gevoeligheid. De pH-waarde van een aantal voedingsmiddelen, aangeven. De technieken om, via verandering van de zuurtegraad, de micro-organismen uit te schakelen, omschrijven.
- Opgeloste stoffen
Het belang van de concentratie aan opgeloste stoffen voor de ontwikkeling van micro-organismen aanduiden.
- Afwezigheid van giftige stoffen
De invloed van giftige stoffen op micro-organis- Giftige stoffen voor micro-organismen zijn niet men omschrijven. altijd giftig voor de mens. In het 2de leerjaar van de 2de graad worden de toegelaten bewaaradditieven besproken.
- Afwezigheid van schadelijke stralen
De invloed van radioactieve stralen op microorganismen omschrijven.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
4
Onhygiënische omstandigheden
4.1
Bewaarmethoden voor voedingsmiddelen - Algemeen overzicht van bewaarmethoden Relatie: bewaarmethoden en levensvoorwaarden van micro-organismen op kwaliteit
4.2
75 D/1997/0279/054A
- Uitwerken van één bewaarmethode, bijvoorbeeld: bewaren door koelen
In een schematisch overzicht de invloed (doden, inactiveren en elimineren) van één bewaarmethode op de micro-organismen voorstellen.
Reinigen van middelen en milieu
Reinigen omschrijven als een manier om visueel vuil te verwijderen. De vier factoren die het reinigingsproces beïnvloeden opnoemen en omschrijven. Voor een aantal reinigingsmethoden het relatieve belang van de vier factoren van de Sinnercirkel aangeven. De gepaste reinigingsmethode kiezen in functie van de aard en de graad van de vervuiling.
Reinigingsfactoren (bv. cf. Sinnercirkel) - Tijdsfactor - Mechanische factor - Thermische factor - Chemische factor Reinigingsmethoden 4.3
De belangrijkste bewaarmethoden opsommen en kort omschrijven. De relatie leggen tussen de bewaarmethoden en de levensvoorwaarde voor micro-organismen die wordt uitgeschakeld.
Desinfecteren van middelen en milieu
Desinfecteren omschrijven als een manier om microbieel vuil te verwijderen. Een beperkt aantal desinfecterende middelen kennen.
Gekende bewaarmethode concreet aantonen met voorverpakte en bewaarde voedingsmiddelen. In het 1ste leerjaar van de 2de graad wordt alleen het bewaren door koelen uitgewerkt. In het 2de leerjaar van de 2de graad worden, in aansluiting met het deel Toepassingen van faseovergangen, diepvriezen en drogen behandeld. In de lessen Praktijk worden onder andere bij handenhygiëne en bij vaathygiëne de vier factoren van de Sinnercirkel concreet geanalyseerd en toegepast. Ook industriële reinigingsmethoden bespreken, onder meer hogedrukreiniging.
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 1ste leerjaar
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Definiëren van een groot deel van de menselijke activiteiten als behandeling van materie in functie van het voldoen van zijn materiële behoeften.
Verwijzen naar "Menselijke behoeften", leerstof Maatschappelijke en sociale vorming, 1ste leerjaar van de 2de graad.
Beseffen dat de exacte natuurwetenschappen de basis vormen voor het vak Toegepaste wetenschappen.
De leraar Toegepaste wetenschappen informeert bij de leraar Natuurwetenschappen in verband met inhouden en planning en vice versa. In de loop van het schooljaar, herhaaldelijk het belang van Natuurwetenschappen voor de Toegepaste wetenschappen blijven benadrukken.
Vormvaste materialen
Definiëren van vormvaste materialen.
- Begripsomschrijving van materie en materiaal - Vormvaste materialen, vroeger, nu en in de toekomst
Zicht hebben op de impact van ontdekkingen van nieuwe materialen op de evolutie van de samenleving.
Materie is heel ruim. We beperken ons hier tot de vormvaste materialen. Water wordt besproken in het tweede deel 'Toepassingen op faseovergangen van water'. Gassen en voedingsmiddelen komen uitvoerig aan bod in de 3de graad.
Eisen gesteld aan vormvaste materialen
Eisen gesteld aan vormvaste materialen omschrijven en concretiseren.
TOEPASSINGEN VAN VORMVASTE MATERIALEN Inleiding - Materiële behoeften - Verschil en samenhang tussen Natuurwetenschappen en Toegepaste wetenschappen
KIEZEN VAN VORMVASTE MATERIALEN 76 D/1997/0279/054A
1
2 Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
-
Functie Sensorische eigenschappen Fysische eigenschappen Chemische eigenschappen Levensduur, onderhoud, milieuvriendelijkheid Kostprijs
Relatie leggen met 'Menselijke behoeften', meer specifiek 'materiële behoeften'.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen 77 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
3
Algemene eigenschappen van vormvaste materialen
3.1
Algemeen Beïnvloeding van de eigenschappen van vormvaste materialen door: - de chemische structuur (chemische binding) - het productieproces . natuurlijke materialen . synthetische materialen (zuiver synthetisch en kunstmatig) - de combinatie van verschillende materialen
De invloed van de chemische binding, van het productieproces en van de combinatie van verschillende materialen op de eigenschappen van het eindproduct. De begrippen natuurlijke, kunstmatige en synthetische materialen omschrijven.
Hier kan men steunen op de ondertussen verworven kennis in verband met chemische bindingen in de lessen chemie.
3.2
Metalen: - oorsprong en winning van metalen - indeling van metalen - metaalbinding - kristalroosters - mengen van metalen
De relatie inzien tussen de drie grote groepen materialen (metalen, keramische materialen en polymeren) en de drie chemische bindingen.
Voor de drie grote groepen vormvaste materialen telkens de belangrijkste materialen situeren. Niet streven naar volledigheid.
3.3
Keramische materialen: - oorsprong van deze anorganische verbindingen - ionbinding - ionroosters
3.4
Polymeren: - oorsprong en vorming van deze organische verbindingen: natuurlijke en synthetische polymeren - covalente binding - thermoplasten - thermoharders - elastomeren
3.5
Gemengde materialen (composieten)
Het begrip composietmaterialen definiëren en illustreren met voorbeelden.
Het belang van gemengde materialen (composietmaterialen) benadrukken en illustreren.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Hoofddoel is dat de leerlingen via het concreet en exemplarisch werken met verpakkingen voor voedingsmiddelen, de verschillende eigenschappen van materialen in het algemeen leren onderscheiden.
Het is belangrijk de algemene redenering in verband met de juiste keuze van materialen voor een bepaalde toepassing aan te brengen. Deze kan dan later worden toegepast in andere situaties.
KIEZEN VAN VERPAKKINGSMATERIALEN
78 D/1997/0279/054A
1
Verpakkingen
1.1
Begripsomschrijving
1.2
Belang
2
Eisen gesteld aan verpakkingsmaterialen
Het belang van toegevoegde waarde van de verpakking voor het product omschrijven.
Als concrete toepassing werd gekozen voor verpakkingsmaterialen voor voedingsmiddelen omwille van - de complexiteit van de verpakkingsmaterialen, - de economisch-ecologische impact van verpakkingen, - de actualiteit van de verpakkingsproblematiek.
2.1
Functie van verpakkingen
2.1.1
Technisch-functionele functies
De relatie tussen de verpakking en het te verpakken product kort omschrijven, rekening houdend met de aard van het product en met de aangewende bewaarmethode.
Via de bespreking van verpakkingen kunnen heel wat geziene leerinhouden uit het 1ste leerjaar van de 2de graad worden herhaald en toegepast: - toegepaste wetenschappen: marktgebeuren, hygiënisch werken, - maatschappelijke en sociale vorming: communicatie.
- Inhouden en portioneren - Beschermen en conditioneren van het product - Transporteren en opslaan Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
Inventariseren van de verschillende eisen gesteld aan verpakkingsmaterialen voor voedingsmiddelen. De verschillende technische functies van verpakkingsmaterialen bespreken en illustreren met voorbeelden.
Voor de sensorische eigenschappen van verpakkingsmaterialen wordt verwezen naar Maatschappelijke en sociale vorming 2de graad, 2de leerjaar: Waarneming.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
2.1.2
Communicatieve functies - Informatie aan de consument - Beheersfunctie voor de producent - Marketingmiddel voor de producent
79 D/1997/0279/054A
2.2
Sensorische eigenschappen van verpakkingen
2.2.1
Visuele waarneming
2.2.2
Belang van aanvoelen, geluid, geur en smaak
2.3
Fysische eigenschappen van verpakkingen - Massa van de verpakking - Mechanische eigenschappen - Elektrische eigenschappen - Thermische eigenschappen
2.4
Chemische eigenschappen van verpakkingen
De communicatieve waarde van de verpakking bespreken voor de producent en voor de consument van het product.
Voor elke sensorische, fysische en chemische eigenschap een eenvoudige, algemeen geldende omschrijving formuleren. Elke eigenschap concretiseren met typische voorbeelden van verpakkingsmaterialen voor voedingsmiddelen.
- Doorlaatbaarheid van de verpakking - Migratie van verpakking naar product 2.5
Levensduur, onderhoud en milieuvriendelijkheid van verpakkingen
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
- Meerwegverpakking en éénwegverpakking - Verwerking van verpakkingsafval 2.6
Kostprijs van verpakkingen
De relatie tussen de levensduur, het onderhoud en de milieuvriendelijkheid van het verpakkingsmateriaal bespreken. Concretiseren met typische voorbeelden van verpakkingen voor voedingsmiddelen. De kwaliteit/prijsverhouding voor een verpakkingsmateriaal nagaan.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr. 3
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Kiezen tussen verschillende verpakkingsmaterialen
Rekening houdend met de eisen, een geschikte verpakking kiezen voor een bepaald voedingsmiddel.
De keuze van het te verpakken voedingsproduct gebeurt in samenspraak met het vak Praktijk Voedselbehandeling. Studie van Voedingswaren-Grondstoffen: rijst, margarine en boter, vlees, consumptieijs. Dezelfde redenering toepassen op een totaal ander product, bijvoorbeeld keuze van best geschikt materiaal voor kookpannen, een werkvlak, een keukenvloer ...
TOEPASSINGEN OP FASEOVERGANGEN VAN WATER Herhaling basisbegrippen Natuurwetenschappen 80 D/1997/0279/054A
De uitvoering gebeurt via een gerichte keuze van enkele typerende toepassingen die bij voorkeur gesitueerd zijn in de Voedingssector: bereidingsen conserveringsprincipes en de gebruikte apparatuur.
- Omschrijving van de verschillende faseovergangen en kenmerkende eigenschappen van de verschillende toestanden - Faseovergangen onder invloed van temperatuur- en drukveranderingen
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
1
Toepassingen van smelten en stollen
1.1
Het verschijnsel smelten en stollen
Associëren van het begrip smelt- en stolpunt met zuivere stoffen. Associëren van het begrip smelt- en stoltraject met mengsels.
1.2
Speciaal smelt- en stolgedrag van water
Vaststellen van de bijzondere eigenschap van water bij stollen, en hieruit de nodige besluiten trekken in verband met concrete toepassingen. De bijzondere waarde van deze eigenschap voor het leven op aarde erkennen.
- Abnormaal smelt- en stolpunt - Abnormale uitzetting van water bij stollen Smeltingswarmte van water
Experimenten samen met concrete toepassingen, uitwerken in de lessen Praktijk Voedselbehandeling in verband met vriespuntsverlaging.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
1.3
81 D/1997/0279/054A
- Stolpuntsverlaging/smeltpuntsverlaging van mengsels - Invloed op de kristalgrootte tijdens stollen
Besluiten in verband met vriespuntverlaging situeren in concrete toepassingen. Verwoorden van het verband tussen de invriessnelheid en de kristalgrootte.
Praktische toepassingen van smelten en stollen van water
Het belang van een snelle invriessnelheid verklaren bij het invriezen van voedingsmiddelen. Invloed van de gebruikte diepvriesapparatuur op vorm en kwaliteit van diepgevroren producten kennen. Invloed van juiste bewaarapparatuur tijdens opslag, transport en distributie op de kwaliteit van diepvriesproducten kennen. Belang van koudeketen inzien en hieruit de nodige besluiten trekken.
Tijdens de lessen Toegepaste wetenschappen vooral aandacht besteden aan industrieel diepvriezen. In de lessen Praktijk komt het huishoudelijk invriezen aan bod.
Het verschijnsel verdampen en condenseren
Verschil tussen vrije verdamping en koken formuleren.
Informeren bij leraar fysica in verband met kennis Warmteleer.
Vrije verdamping en condensatie van water
Factoren die de vrije verdamping bevorderen verklaren en illustreren met voorbeelden. Een omschrijving geven van de begrippen absolute en relatieve vochtigheid.
Bij alle toepassingen van verdampen en condenseren, vormen deze vier factoren die de vrije ver-damping bevorderen, het uitgangspunt.
Bewaarmethode: koelen met ijs, diepvriezen van voedingsmiddelen
2 2.1 2.2
Toepassingen van verdampen en condenseren
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
2.3
Vloeistofoppervlak Temperatuur Luchtverversing Luchtvochtigheid
Praktische toepassingen van vrije verdamping van water - Invloed van relatieve vochtigheid op kwaliteit van voedingsmiddelen
Invloed van relatieve vochtigheid op kwaliteit van voedingsmiddelen bespreken.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
Nr.
LEERINHOUDEN - Bewaarmethode: drogen
2.4
Koken van water Omschrijvingen van het begrip "koken" Koken als fysisch verschijnsel
82 D/1997/0279/054A
-
2.5
Koken van zuiver water Kookpuntsverhoging van mengsels Verdampingswarmte van water Invloed van druk op het kookpunt
Praktische toepassingen van koken van water en belang van drukregeling
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
-
Bereidingsprincipes onder atmosferische druk Bereidingsprincipes onder verhoogde druk Bereidingsprincipes bij onderdruk Bewaarmethode: steriliseren
LEERPLANDOELSTELLINGEN
DIDACTISCHE WENKEN
Het drogen van voedingsmiddelen omschrijven als een proces van vrije verdamping. Het bewarend effect van drogen verklaren. De kwaliteit van gedroogde voedingsmiddelen beoordelen. Voor enkele droogtechnieken de factoren die de vrije verdamping bevorderen, aangeven.
In de lessen Praktijk het drogen van voedingsmiddelen uitvoeren, bijvoorbeeld het drogen van kruiden. Vergelijkend onderzoek van industrieel gedroogde producten.
Betekenissen van het begrip koken in ons taalgebruik omschrijven.
Verwijzen naar lessen Praktijk Voedselbehandeling.
De vier stappen bij het fysisch kookproces van water opnoemen. Kookpuntsverhoging van waterige oplossingen bespreken en illustreren met voorbeelden. Het begrip verdampingswarmte definiëren en daaruit de grotere warmte-inhoud van stoom afleiden. Invloed van drukverandering (overdruk en onderdruk) op het kookpunt bespreken.
Bepalen van het kookpunt van zuiver water en van waterige oplossingen gebeurt experimenteel in de lessen Labo natuurwetenschappen.
De bereidingsprincipes stoven, stomen en koken onder atmosferische druk of onder overdruk bespreken. De voor- en nadelen van bereiden van voedingsmiddelen onder druk verwoorden. Het bereidingsprincipe "vacuümkoken" onder verlaagde druk bondig omschrijven. De voor- en nadelen van bereiden van voedingsmiddelen door vacuümkoken verwoorden. De bewaarmethode steriliseren omschrijven als een vorm van verhitten onder verhoogde druk.
Werken met stoompan, steamers, drukkookpan, in de lessen Praktijk. Het bereidingsprincipe vacuümkoken observeren in grootkeuken of horecasector. De bewaarmethode steriliseren enkel theoretisch behandelen maar niet uitvoeren in lessen Praktijk.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
3
Toepassingen van sublimeren
3.1
Het verschijnsel sublimeren
Uit de definitie van sublimeren afleiden dat deze faseovergang voor de meeste materie zeer zelden zal voorkomen.
Duidelijk doen inzien dat het voor materie zeer moeilijk is om van de vaste, geordende toestand rechtstreeks over te gaan naar de gasvormige, chaotische toestand.
3.2
Praktische toepassingen van sublimeren van ijs
Op een eenvoudige manier in de bewaarmethode vriesdrogen de verschillende faseovergangen herkennen. Hieruit de kwaliteit van gevriesdroogde producten afleiden.
Het aantal toepassingen zal dan ook beperkt zijn.
- IJsafzetting in koelinstallaties - Bewaarmethode: vriesdrogen of lyofyliseren 4
Verdampen en condenseren van een organische koelvloeistof in koelkast
De werking van een koelkast uitleggen en hierbij het verdampen en condenseren van de koelvloeistof verwoorden.
83 D/1997/0279/054A Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO - 2de leerjaar
5
EVALUATIE
De evaluatie behoort essentieel tot de taak van de leraar, en heeft tot doel na te gaan of de doelstellingen van het onderwijs werden bereikt. Dit veronderstelt dat de leraar - evalueert vanuit doelstellingen, en dus - vooraf bepaalt wat hij evalueert, en - de gestelde (evaluatie)criteria/verwachtingen vooraf meedeelt. Evalueren is geen eenmalig gebeuren. Het is een voortdurend aandachtig zijn voor de evolutie van de attitudes en het verwerken van de leerinhouden. Het is een doorlopende fase in het leerproces die via tussentijdse beslissingen, voert naar een eindbeslissing. Elke tussenstap is belangrijk en brengt nieuwe gegevens die een bijsturing mogelijk maken. Toetsen, toevallige ondervragingen, observatiemomenten, taken en praktijkopdrachten bieden de leraar de mogelijkheid de nodige beslissingen te nemen. Deze beslissingen kunnen van tweeërlei aard zijn en hebben te maken met twee te onderscheiden functies van evaluatie. Begeleidende evaluatie De klemtoon ligt op het voortdurend evalueren van de vorderingen tijdens de lessen. Op deze wijze verwerft de leraar snel en op effectieve wijze informatie over de bereikte en de niet-bereikte doelstellingen. Begeleidende evaluatie dient in de eerste plaats om didactische beslissingen te nemen, waardoor de leraar zonodig zijn onderwijsproces moet bijsturen. Naar de leerling toe betekent voortdurende evaluatie (opnieuw) kansen krijgen om bij te sturen. De voortdurende groei in en verbetering van de attitudes is even belangrijk als de evaluatie van prestaties. Het vastleggen van de groei in een waardeschaal is een uitstekende visuele hulp bij de bespreking ervan met de leerling en de ouders. Belangrijk bij het begeleidend evalueren is het positief waarderen van de constructieve kritische houding van de leerling ten aanzien van zijn eigen leerproces. Deze houding opent de mogelijkheid om de leerling zichzelf te leren evalueren. Begeleidend evalueren is een belangrijk gegeven dat veel aandacht vraagt van de leraar en van de leerling. Beoordelende evaluatie Wanneer men op het einde van een bepaalde leer- of onderwijsperiode nagaat in hoever de leerdoelen van die periode werden bereikt, spreekt men van beoordelende evaluatie. De resultaten van deze beoordelende evaluatie kunnen worden gebruikt om het onderwijsproces te verbeteren, om op verantwoorde wijze te kunnen beslissen, en om zinvolle adviezen te kunnen formuleren ter oriëntering van de leerling. Het geheel van dit evaluatieproces is het resultaat van een voortdurend samenwerken van leraar en leerling. 6
MATERIELE VEREISTEN
Voor het vak 'Maatschappelijke en sociale vorming' is geen specifiek materiaal vereist, dat altijd voorhanden moet zijn. Het behoort immers tot de eigen aanpak van het vak dat de leerlingen zelf actueel en aansluitend materiaal verzamelen dat dienst doet als start en/of als ondersteuning van de lessen.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
84
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO
7
BIBLIOGRAFIE
7.1
Marktgebeuren
- Schoolboeken voor het vak Economie 1ste en 2de graad. - Verbruikersgids: Verbruik bewust/Verbruik gerust, uitgave van het Ministerie van Economische zaken. - Verschillende uitgaven van het BCD (Belgisch Comité voor de Distributie), Mariannestraat 34, 1180 Brussel, (02)345 99 23. - Verschillende uitgaven van het NCMV, Spastraat 8, 1040 Brussel, (02)238 05 11. - Verschillende uitgaven van verbruikersorganisaties, bv. OIVO, Opperstraat 28, 1050 Brussel, (02)513 80 70. - Economischgerichte artikels in kranten en weekbladen (o.a. Knack, Trends, Time ...).
7.2
Hygiënisch werken bij voedselbehandeling
-
Schoolboeken voor het vak Biologie. Warenwetgeving, Die Keure, Brugge. Cursus Initiatie Hygiëne, LVN, Federatie van de landbouw- en voedingsnijverheid, 1989. Verschillende uitgaven in verband met hygiëne in de keuken en de grootkeuken, van het Voorlichtingsbureau voor de voeding, 's Gravenhage, Nederland. - Verschillende uitgaven van gespecialiseerde onderhoudsfirma's onder andere Henkel, Lever-Otares ...
7.3 -
Toepassingen van vormvaste materialen
HALDERMANS, M., KOCKAERTS, G., Materialenwijzer, Uitgeverij Plantyn, Deurne, 1981, 260 blz. Het Afvalstoffenplan 1991-1995 (Het Minaplan), Kan. De Deckerstraat 22-26, 2800 Mechelen. Kunststoffen vandaag en morgen, Fechiplast, Maria-Louizasquare 49, 1040 Brussel, 96 blz. LOX, F., Verantwoorde verpakking, Monografie Leefmilieu, De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen/ Amsterdam, 1983, 286 blz. Pakblad, maandblad Uitgeversmaatschappij C. Misset, Postbus 4, 7006 RH Doetinchem. Uitgave van het Nederlands Verpakkingsinstituut. Schoolboeken voor de vakken Natuurwetenschappen 2de graad. Technivisie, tweewekelijks blad van de KVIV. Uitgaven van het BVI (Belgisch Verpakkingsinstituut), Picardstraat 15, 1210 Brussel, tel. (02)427 25 83.
TV Huishoudkunde Toegepaste wetenschappen
85
Sociale en technische wetenschappen 2de graad TSO