Wonen in Vlaanderen: de resultaten van het Grote Woononderzoek 9 juni 2015 Auberge Du Pêcheur, Sint-Martens-Latem
VERWELKOMING EN INLEIDING
Filip Van der Veken, voorzitter CIB West-Vlaanderen
1
PROGRAMMA 10u00 10u15 10u45 11u15 11u45 12u15
12u45 13u00
Verwelkoming en inleiding studiedag door Filip Van der Veken, voorzitter CIB West-Vlaanderen "Trends op de Vlaamse Woningmarkt" door Sien Winters, Steunpunt Wonen "De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht" door Lieve Vanderstraeten, KU Leuven "De energetische kwaliteit van de Vlaamse woningen" door Wesley Ceulemans, Universiteit Hasselt Koffiepauze Panelgesprek: Nabeschouwingen door vertegenwoordigers van de vastgoedsector • Fred Niemans, voorzitter Verenigde Eigenaars • Karen Van De Woestijne, voorzitter CIB Oost-Vlaanderen • Sien Winters, coördinator Steunpunt Wonen • Moderator: Pieter Decelle, beleidsmedewerker Wonen CIB Vlaanderen Conclusies en uitleiding Walking lunch
Trends op de Vlaamse Woningmarkt Sien Winters, onderzoeksleider HIVA - KU Leuven en coördinator Steunpunt
2
Trends op de Vlaamse woningmarkt Sien Winters Onderzoeksleider HIVA - KU Leuven Coördinator Steunpunt Wonen
Vastgoedacademie, 9 juni 2015
www.steunpuntwonen.be
Inhoud
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Woningvoorraad Verkopen Prijzen Financiering Evolutie deelmarkten Betaalbaarheid Besluit
6
3
1. Woningvoorraad Evolutie aantal woningen en huishoudens, Vlaanderen, 1991-2012
Bron: ADSEI, Kadastrale statistiek van het bestand van de gebouwen op 1 januari 2012 en bevolking volgens het Rijksregister
7
1. Woningvoorraad Aantal verkopen van woongelegenheden (woningen, villa’s en flats), aantal bouwvergunningen voor nieuwbouw van woningen en flats, aantal bouwvergunningen voor renovaties*, Vlaams Gewest, 1990-2013
* enkel beschikbaar voor gebouwen, niet voor individuele woningen Bron: ADS, verkoop van onroerende goederen 1990-2014, bouwvergunningen 1996-2013
8
4
1. Woningvoorraad Vaststellingen: • Verleden: woningvoorraad volgt huishoudens • Toekomst: – Tussen 2013 en 2030 nood aan 284.000 bijkomende woningen (Federaal Planbureau) – Er is nog ruime voorraad aan bouwgrond beschikbaar – Maar deze wordt niet volledig/onmiddellijk op de markt gebracht, of is vaak niet gelegen op juiste plek
uitdaging: nieuwe woningen realiseren via transformatie • Globaal voorlopig dus geen tekort aan nieuwe eenheden, wel mogelijk tekorten in bepaalde gebieden / segmenten, bv. – Gebrek aan goede private huurwoningen in lagere marktsegment – Gebrek aan grote woningen in steden Bron: Ryckewaert e.a. (2011)
9
1. Woningvoorraad Trend: verappartementisering • Tussen 2005 en 2013 (ADS): aangroei woningvoorraad met 223.000 wooneenheden (+8%)
±
– Waarvan 150.000 appartementen Aandeel appartementen in woningvoorraad: 20% naar 24% Aandeel appartementen op huurmarkt: van 58% naar 74%
±
(licht overschat in 2013)
– Waarvan 90.000 huurwoningen appartementen: +140.000 woningen: -50.000 -
• Trend: van bouwen met eigen aannemer en architect naar woning van projectontwikkelaar of bouwpromotor
Bron: Heylen (2015)
10
5
1. Woningvoorraad
Trend: van bouwen met eigen aannemer en architect naar woning van projectontwikkelaar of bouwpromotor
Bron: Heylen (2015)
11
1. Woningvoorraad Manier van woningverwerving, naar periode van verwerving, in %, Vlaanderen, 2013
Bron: Heylen (2015)
12
6
2. Verkopen Aantal verkopen van woongelegenheden (woningen, villa’s en flats), aantal bouwvergunningen voor nieuwbouw van woningen en flats, aantal bouwvergunningen voor renovaties*, Vlaams Gewest, 1990-2013
* enkel beschikbaar voor gebouwen, niet voor individuele woningen Bron: ADS, verkoop van onroerende goederen 1990-2014, bouwvergunningen 1996-2013
13
2. Verkopen
• 73% van recente verwervingen betreft aankoop bestaande woning • Trend: van aankoop rechtstreeks van particulier naar aankoop via immo
14
7
2. Verkopen Instantie van wie de woning is gekocht, naar periode van aankoop, Vlaanderen, 2013
Bron: Heylen (2015)
15
2. Verkopen Trend: toenemende doorstroming op de eigendomsmarkt •
Belgische woningmarkt traditioneel statische markt: – Gemiddelde voorbije woonduur (Pannecoucke & De Decker, 2015)): • Eigenaars: 22 jaar 6 maanden • Private huurder: 7 jaar • Sociale huurder: 12 jaar 6 maanden – Eerder weinig speculatie: • Traditioneel weinig ‘doorstroming’ • nieuwbouw gedreven door particulieren i.p.v. projectontwikkeling • Geen boom in nieuwbouw voor de crisis Heeft woningmarkt behoed voor crisis (zie verder)
•
Toenemende dynamiek (Zie ook Goeyvaerts e.a., 2014): – ‘Doorstromen’ op de eigendomsmarkt (‘woonladder’) – Gedreven door prijsstijgingen – Ondersteund door fiscaliteit (woonbonus, meeneembaarheid registratierecht) Maakt woningmarkt meer kwetsbaar voor economische omstandigheden 16
8
2. Verkopen Eigendomsstatuut van de vorige woning voor eigenaars in 2013 naar periode van verwerving, in %, Vlaanderen
Bron: Heylen (2015) 17
3. Prijzen Nominale woningprijzen, Vlaams Gewest, 1995-2013
Bronnen: ADS - FOD Economie, GWO2013 18
9
3. Prijzen Trend: stijgende woningprijzen Vraag: - Inkomens - Intrestvoeten - Hypotheekmarkt: looptijd, flexibele voorwaarden (bv. aflossingvrije hypotheken in Nederland) - Beleid: hypotheekwetgeving, fiscaliteit Aanbod: - inelastisch vraagstijging leidt tot prijsstijging - Omwille van duur van een bouwproces, reglementering, ruimtelijke ordening, schaarste grond, … (zie ook Vastmans e.a., 2014)
19
3. Prijzen
Bron: European Mortgage Federation (2014)
20
10
3. Prijzen
• Belgische woningmarkt heeft veel minder dan andere landen geleden onder crisis • Verklaringen: – Voorzichtige hypotheekmarkt – Eerder statische woningmarkt – Woonbonus heeft prijzen ondersteund
• Wat vanaf 2015? – Reductie woonbonus zet druk op prijzen – Gunstige intrestvoet verzacht het negatieve effect
21
3. Prijzen Trends: - toenemende kloof tussen huur- en woningprijzen - Huurprijzen stijgen sterkst voor kleinste woningtypes / laagste inkomens
Bron: ADSEI, FOD Economie ; Vastmans & Buyst, 2012; eigen bewerking *: gecorrigeerd voor inflatie, ** niet gecorrigeerd voor inflatie
22
11
3. Prijzen
Huurprijs: - Stijgt 1% boven inflatie - waarom volgt deze woningprijzen niet? - Koopkracht huurders stijgt niet mee met koopkracht verwervers (dualisering: zie verder) - Weinig ‘professionele’ verhuring (zie verder): rendement niet eerste bekommernis, wel zekere belegging - Gestegen vastgoedprijzen hebben eerder effect gehad op aanbod aan huurwoningen dan op de huurprijs
23
4. Financiering Financiering van de woning voor kopers naar jaar van verwerving, in %, Vlaanderen, 2002-2013
Bron: Heylen (2015)
Trend: toenemende financiering met middelen uit verkoop vorige woning 24
12
4. Financiering Financiering van de woning voor bouwers die bouwden na 2002, naar bouwjaar, in %, Vlaanderen, 2002-2013
Bron: Heylen (2015) 25
4. Financiering Trend: hypotheekmarkt blijft groeien Nieuwe hypotheekkredieten volgens aard van de lening: aantal leningen (links) en totaal bedrag in miljoen euro (rechts), België, 1996-2013
Bron: UPC/BVK
Verklaringen: - Stijgende verkopen en verkoopprijzen - Beleid: woonbonus, subsidies voor renovatie, registratierecht Bron: Winters & Van den Broeck (te verschijnen) 26
13
5. Deelmarkten Relatieve omvang van de deelmarkten, in %, Vlaanderen, 1980-2013
Bronnen: Descamps (1997), Heylen (2015), op basis van volkstellingen (t.e.m. 2001) en surveygegevens Opm: aandeel huurders bevat tot 2001 ook gratis bewoners
Keerpunt: voor het eerst sinds 1945 stijgt % eigenaars niet langer 27
5. Deelmarkten
• Verklaringen: – Cohorte-effect: • wie voor WOII op woningmarkt kwam had minder kans om eigenaar te worden • Dat deze groep verdwijnt uit de statistieken, deed aandeel eigenaars stijgen • Dit effect raakt nu uitgespeeld – Tijdseffect: • Economische onzekerheid ontleners voorzichtiger • Strenger hypotheekbeleid van banken • Huurmarkt terug aantrekkelijk als belegging?
• Echter: deze daling is alleen zichtbaar bij de 40% laagste inkomens Bron: Heylen (2015) 28
14
5. Deelmarkten Evolutie aandeel eigenaars naar inkomensquintiel (equivalente inkomens, huishoudens op actieve leeftijd)
Bron: Heylen (2015)
Trend: toenemende ongelijkheid in eigen woningbezit Pagina 29
6. Betaalbaarheid Aandeel met woonquote boven 30% (%), naar eigendomsstatuut, Vlaanderen
Bron: Heylen (2015) - Woonsurvey 2005, Grote Woononderzoek 2013, Chi-square test: p > 0,05 voor elke categorie Woonbonus voor eigenaars niet verrekend
Studiedag
30
15
6. Betaalbaarheid Aandeel onder de norm voor het resterend inkomen, naar eigendomsstatuut, Vlaanderen, 2005-2013
Bron: Heylen (2015) - Woonsurvey 2005, Grote Woononderzoek 2013, Chi-square test: p > 0,05 voor elke categorie, N=5005 (2015), N=8584 (2013) Woonbonus voor eigenaars niet verrekend
Trend: betaalbaarheid evolueert negatief op private huurmarkt Studiedag
31
7. Besluit Trends op de Vlaamse woningmarkt:: - Verappartementisering, vooral op huurmarkt - Toenemende doorstroming op eigendomsmarkt - Toenemend beroep op intermediairen bij verkoop en verhuur - Prijzen blijven stijgen, maar minder sterk, en hoe lang nog? - Huurmarkt volgt prijsontwikkeling van koopwoningen niet - Maar trekt voor het eerst sinds WOII weer aan - Betaalbaarheid evolueert negatief in private huur
Voornaamste vragen voor het beleid op dit ogenblik: - Waar naar toe met de huurmarkt? - Wat doet de markt / wat moet de overheid doen? - Hoe woning opnemen in tax shift? - Hoe het grondwettelijk recht op wonen realiseren?
32
16
Bronnen •
European Mortgage Federation (2014), Hypostat 2014.
•
Goeyvaerts G. e.a. (2014), Onderzoek naar de woonfiscaliteit in Vlaanderen, KU Leuven – Centrum voor Economische Studiën, Leuven.
•
Heylen K. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Deel 2. Profiel van de deelmarkten, woonuitgaven en betaalbaarheid. Steunpunt Wonen, Leuven.
•
Pannecoucke I. & De Decker P. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Deel 7. Woontevredenheid en woongeschiedenis. Steunpunt Wonen, Leuven.
•
Ryckewaert M. e.a. (2011), Een woonmodel in transitie. Toekomstverkenning van het Vlaamse wonen, Garant, Antwerpen/Apeldoorn.
•
Vastmans F. e.a. (2014), Woningprijzen: woningprijs-mechanisme & marktevenwichten. De logica, nood en valkuilen van betaalbaarheid als woningprijs determinant, Steunpunt Wonen, Leuven.
•
Winters S. e.a. (2015), Wonen in Vlaanderen anno 2013. De bevindingen van het Grote Woononderzoek gebundeld. Garant, Antwerpen/Apeldoorn.
•
Winters S. & Van den Broeck K., Twenty five years of housing finance in Belgium. In: J. Lunde & C. Whitehead, Milestones in European Housing Finance, Wiley Blackwell, Oxford, to be published.
33
De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht Lieve Vanderstraeten, onderzoeker KU Leuven, onderzoeksgroep stedenbouw en architectuur en onderzoeksgroep sociale en economische geografie
17
De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht Studievoormiddag vastgoedacademie 9 juni 2015 Lieve Vanderstraeten onderzoeker KU Leuven, onderzoeksgroep stedenbouw en architectuur en onderzoeksgroep sociale en economische geografie
www.steunpuntwonen.be
Inleiding • Grote Woononderzoek 2013: 2 luiken – Vragenlijst bij 10 000 huishoudens – Woningscreening bij de helft van deze huishoudens
• Vragenlijst – Bevraging bewoner over staat van 6 woningelementen – Resultaat: subjectieve beoordeling aantal woningelementen Bestaande methodologie Vanneste et al (2004) Evolutieve schetsen mogelijk
• Woningscreening – Inwendige en uitwendige screening – Resultaat: objectief beeld fysische staat en comfort woning Nieuwe methodologische opzet Te beschouwen als een ‘Nulmeting’
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
36
18
Methodologie • Nieuw opgezette methode woningscreening GWO – Gebaseerd op technisch verslag & conformiteitsonderzoek Vlaamse overheid Centraal instrument Vlaamse woningkwaliteitsbeleid Aantal elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten gecontroleerd Bij vaststelling van een gebrek (afh. aard/omvang): strafpunten toegekend Alle strafpunten samen = eindscore Eindscore < 15 strafpunten: toekenning conformiteitsattest Conformiteitsattest = officieel document aangeeft dat woning voldoet aan kwaliteitsvereisten Vlaamse overheid
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
37
Methodologie • Nieuw opgezette methode woningscreening GWO – Methodiek CO door Steunpunt Wonen, SumResearch & Wonen-Vlaanderen vertaald naar uitgebreide geautomatiseerde checklist op tablet – 49 deelaspecten – Categorieën checklist woningscreening GWO 2013:
Stabiliteit & niet-structurele elementen gevels & daken Indicatie van vochtproblemen Afwerking van plafonds, muren & vloeren Staat van ramen en deuren Veiligheid van de trappen Technische installaties Kwaliteitsvereisten i.v.m. het comfort in woning
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
38
19
Methodologie • Nieuw opgezette methode woningscreening GWO – Eindoordeel: optelling scores vastgestelde gebreken/inbreuken Totaalscore < 15: woningen van toereikende kwaliteit Totaalscore ≥ 15: woningen van ontoereikende kwaliteit
– Woningen van ontoereikende kwaliteit = woningen die onvoldoende beantwoorden aan de Vlaamse kwaliteitsvereisten en waar vermoedelijk herstellingen aan nodig zijn voordat zijn een conformiteitsattest kunnen bekomen
– Uitgebreide aandacht voor kwaliteitsgarantie data
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
39
Methodologie • Methode bevraging GWO – Herhaling van methode Vanneste et al (2004) – Bevraging van 6 deelaspecten Vochtproblemen
Ramen
Elektrische installatie
Dakgoot
Binnen- en buitenmuren
Dak
– Eindoordeel: computermatige weging van de verschillende deelaspecten (totaalscore 10)
Totaalscore = 0: woningen in goede staat Totaalscore 0 - 2: woningen in matige staat Totaalscore 2 - 6,6: woningen in slechte staat Totaalscore 6,6 - 10: woningen in zeer slechte staat
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
40
20
Methodologie •
Representativiteit steekproef Weegfactor (woningtype, leeftijd, grootte huishoudens en ruimtelijke eenheid)
•
Extrapolaties Het aantal bij het rijksregister gekende huishoudens in Vlaanderen op 1/1/2013 (2,69 miljoen)
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
41
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
42
21
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 Gebrek lichtinval 123000 Gebrek verwarming leefruimte 33000 Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 Risico op CO-vergiftiging 296000 Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 Gebreken elektrische installatie 571000 Gebreken aan trap 757000 Afwerking vloeren 190000 Afwerking muren 507000 Afwerking plafonds 435000 Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 Water in de kelder 144000 Schade door condensatievocht 435000 Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 Uitgebreide vochtproblemen 110000 Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2,69 milj.
2000000
43
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 Gebrek lichtinval 123000 Gebrek verwarming leefruimte 33000 Aandelen hoger bij: - Private huur & eigenaar vs Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 sociale huur Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 - Voor vs na 1960 gebouwd Risico op CO-vergiftiging 296000 Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 Gebreken elektrische installatie 571000 Gebreken aan trap 757000 1.Geen goede handgrepen 2.Geen goede borstwering Afwerking vloeren 190000 3.Trap te steil Afwerking muren 507000 4.Loopvlak niet intact Afwerking plafonds 435000 Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 Water in de kelder 144000 Schade door condensatievocht 435000 Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 2,69 Uitgebreide vochtproblemen 110000 milj. Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2000000
44
22
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 • Geen opengaand raam Gebrek lichtinval 123000 • Geen verluchtingsrooster Gebrek verwarming leefruimte 33000 1. WC Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 2. Keuken 3. Leefruimte(s) Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 4. Slaapkamer(s) Risico op CO-vergiftiging 296000 5. Badkamer Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 Gebreken elektrische installatie 571000 Gebreken aan trap 757000 Afwerking vloeren 190000 Aandelen hoger bij: Afwerking muren 507000 - Private huur & eigenaar vs sociale huur Afwerking plafonds 435000 - Voor vs na 1960 gebouwd Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 Water in de kelder 144000 Schade door condensatievocht 435000 Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 2,69 Uitgebreide vochtproblemen 110000 milj. Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2000000
45
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 Gebrek lichtinval 123000 Gebrek verwarming leefruimte 33000 Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 Risico op CO-vergiftiging 296000 Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 1. Loshangende stopcontacten Gebreken elektrische installatie 571000 2. Elektrisch toestel badkamer Gebreken aan trap 757000 3. Problemen in zekeringskast Afwerking vloeren 190000 Afwerking muren 507000 Aandelen hoger bij: Afwerking plafonds 435000 - Private & sociale huur vs eigenaar Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 - Alleenstaanden en 1oudergezin Water in de kelder 144000 vs koppels Schade door condensatievocht 435000 Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 2,69 Uitgebreide vochtproblemen 110000 milj. Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2000000
46
23
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 Gebrek lichtinval 123000 Gebrek verwarming leefruimte 33000 Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 Risico op CO-vergiftiging 296000 Aandelen hoger bij: Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 - Private & sociale huur vs Gebreken elektrische installatie 571000 eigenaar Gebreken aan trap 757000 - Oudere woningen (systematische daling) Afwerking vloeren 190000 - Twee laagste Afwerking muren 507000 inkomensquintielen vs anderen Afwerking plafonds 435000 - Groot- en regionaalstedelijk vs de rest Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 Water in de kelder 144000 Schade door condensatievocht 435000 Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 2,69 Uitgebreide vochtproblemen 110000 milj. Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2000000
47
Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning 16000 Ander gebrek verluchting 667000 Gebrek verluchting gainstallatie type b of… 206000 Gebrek lichtinval 123000 Gebrek verwarming leefruimte 33000 Gebreken aan sanitaire vereisten 432000 Ontbreken van sanitaire vereisten 117000 1. Onvoldoende verluchtingsRisico op CO-vergiftiging 296000 mogelijkheden of gebrekkig onderhoud 2. Gebreken aan de toestellen Gebreken centrale verwarmingsinstallatie 102000 Gebreken elektrische installatie 571000 Gebreken aan trap 757000 Afwerking vloeren 190000 Aandelen hoger bij: Afwerking muren 507000 - Huurder vs eigenaar - Laagste vs hogere inkomens Afwerking plafonds 435000 - Alleenstaanden en 1oudergezin Gebreken ramen, deuren en glaswerk 324000 vs koppels Water in de kelder 144000 - Groot- en regionaalstedelijk vs Schade door condensatievocht 435000 de rest - Oudere woningen (voor 1960) Beperkte vochtproblemen 435000 Niet-structurele gebreken dak & muren 240000 2,69 Uitgebreide vochtproblemen 110000 milj. Uigebreide problemen dak/buitenmuren 31000 5-6-2015 Bron: GWO 2013
0
1000000
2000000
48
24
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner 49
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
VASTSTELLING: - 37% van de Vlaamse woningen zijn van ontoereikende kwaliteit - Verschillen naar achtergrondvariabelen 100
100
Naar bouwperiode
80
46
60
42
%
37
40
27
23
20
44
private huurder
sociale huurder
20
0
0
31
alleenstaand eenoudergezin koppel zonder kind
32
koppel met kind
42
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
43
37
35
31
Platteland
41
Naar graad van verstedelijking
Overgangsgebied
Naar huishoudtype 47
eigenaar 100 90 80 70 60 % 50 40 30 20 10 0
Kleinstedelijk
na 2000
Regionaalstedelijk
voor 1945 1946-1960 1961-1980 1981-2000 100 90 80 70 60 % 50 40 30 20 10 0
47 33
40
Groot- stedelijk
60 %
Naar deelmarkt 80
50
25
Aard en omvang gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit Gebrek voldoende netto-oppervlakte woning Ander gebrek verluchting Gebrek verluchting gainstallatie type b of bijkomende… Gebrek lichtinval Gebrek verwarming leefruimte Gebreken aan sanitaire vereisten Ontbreken van sanitaire vereisten Gebreken verwarmingsinstallatie Gebreken elektrische installatie Gebreken aan trap Afwerking plafonds, muren en vloeren Gebreken ramen en deuren Water in de kelder Schade door condensatievocht Beperkte vochtproblemen Niet-structurele gebreken dak & muren Uitgebreide vochtproblemen Uigebreide problemen dak/buitenmuren 0
2% 26% 21% 7% 3% 26% 12% 14% 57% 35% 44% 24% 7% 29% 28% 18% 10% 2% 25 50 75 100 % ten opzichte van woningen van ontoereikende kwaliteit
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
51
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
52
26
Ontoereikende → toereikende kwaliteit? 37% 13%
24%
63%
Structurele ingrepen - bouwtechnische ingrepen (stabiliteit, vocht, ramen en deuren) - ingrepen aan structuur, indeling en uitrusting woning (te steile trap, ontbreken sanitaire vereiste, gebrekkige lichtinval of niet halen van de minimale woonoppervlakte) - ( in combinatie met beperkte herst.)
Kleine herstellingswerken -
herstelling technische installaties creëren van voldoende verluchting vermijden condensatievocht veilige trap(omgeving) afwerking plafonds/muren/vloeren
53
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
Ontoereikende → toereikende kwaliteit?
13%
24%
63%
Structureel ontoereikende kwaliteit 10% van de eigenaarswoningen 21% van de private huurwoningen 24% van de sociale huurwoningen Structureel ontoereikende kwaliteit
Ontoereikende kwaliteit te verhelpen via kleine herstellingen
Totale groep ontoereikende kwaliteit
Totale groep toereikende kwaliteit
Totaal private huurwoningen
Gemiddelde 479 566 527 592 562 Mediaan 466 550 502 583 548 Gemiddelde en mediane huurprijs in euro op de private huurmarkt in Vlaanderen, 2013 Bron: GWO 2013 Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
54
27
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
55
Comfort van de Vlaamse woningen
49%
81%
22%
29%
17% 2%
* ** ***
Geen klein comfort: een van de kenmerken van klein comfort ontbreekt Klein comfort: stromend water in de woning, wc met waterspoeling, badkamer of douche Middelmatig comfort of beter: klein comfort, centrale verwarming Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
56
28
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
57
Synthese-index fysische staat woning Zeer slecht 100% 90%
2 12
80% 70%
Slecht
Matig
Goed
1 8
1 9
25
21
Belangrijkste vaststellingen: •
•
29
60%
•
50% 40% 30%
58
66
70
20%
•
10% 0%
2001
2005
Toename percentage goede woningen (trager tussen 20052013) Afname percentage matige woningen Percentage slechte/zeer slechte woningen laatste jaren onveranderd
Differentiatie naar achtergrondkenmerken woning en bewoners
2013
2001: Gebaseerd op Socio-Economische Enquête (SEE) 2001. (zie Vanneste et al., 2004) 2005/2013: Gebaseerd op Woonsurvey 2005/ Grote Woononderzoek 2013. Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
58
29
Synthese-index fysische staat woning IMPACT BOUWPERIODE: Hoe ouder de woning, hoe slechter de fysische staat 100
2001 2013 55
80 60
43
86 62
60
84
89
67
49
40 20 0
Aandeel woningen in goede staat naar bouwperiode in Vlaanderen, 2001-2013 Bron: SEE2001, GWO 2013 30
22 16
20
15
15 8
10
10 2
2
2001 2013 2
0
Aandeel woningen in slechte of zeer slechte staat naar bouwperiode in Vlaanderen, 2001-2013 Bron: SEE2001, GWO 2013 59
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
Synthese-index fysische staat woning IMPACT BEWONERSTITEL: Eigenaarswoningen betere fysische staat dan huurwoningen Geen verschil meer in 2013 tussen private en sociale huur 100% 80% 60%
Zeer slecht Slecht
40%
Matig Goed
20% 0% 2005
2013
Eigenaars**
2005
2013
Private huurder**
2005
2013
Sociale huurder
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
60
30
Synthese-index fysische staat woning IMPACT INKOMEN BIJ PRIVATE HUUR: Lagere inkomens hebben grotere kans om in een woning van slechte of zeer slechte staat terecht te komen Laagste 2 inkomensgroepen
Middenste inkomensgroep
Hoogste 2 inkomensgroepen
67
43 %
33 24
19 14
woningen in slechte of zeer slechte staat
woningen in goede staat
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
61
Resultaten 1.
Aard en omvang gebreken van het Vlaamse woningpatrimonium
2.
Aandeel woningen van ontoereikende kwaliteit (naar enkele achtergrondvariabelen) + aard en omvang van de gebreken van de woningen van ontoereikende kwaliteit
3.
Welke aanpassingen zijn er nodig om woningen van ontoereikende kwaliteit van toereikende kwaliteit te maken?
4.
Evolutie van het comfort van de Vlaamse woningen
5.
Evolutie van de synthese-index fysische staat + het aandeel van de verschillende categorieën naar bepalende achtergrondkenmerken
6.
Aanwezigheid van vochtproblemen volgens bewoner
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
62
31
Beoordeling vochtschade door bewoner Aanwezigheid vochtschade (minstens één van drie) 30 26 20
19 16
15
% 12
10
EU-SILC 2005 EU-SILC 2012
12
GWO2013
Totaal
Eigenaars
Huurders
Bron: Heylen (2012) (voor EU-SILC2005), Vlaamse Woonraad (SVR voor EU-SILC 2012) , GWO2013 (voor GWO2013),
•
vergelijkbaarheid EU-SILC en Woonsurvey2005/GWO 2013 ⇒ Andere vraagformulering (“probleem”/”vochtschade”) ⇒ Andere antwoordmogelijkheden tot 2007 (samengesteld/apart; EU-SILC verandering naar apart vanaf 2008)
• geen tekenen van verbetering Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
63
Conclusies • Ongeveer 1 miljoen Vlaamse woningen zijn van ontoereikende kwaliteit • Eigenaarswoningen zijn anno 2013 van betere kwaliteit dan huurwoningen – Private huurwoningen inhaalbeweging naar kwaliteitsniveau sociale huurwoningen (index fysische staat) – Weg is nog lang: – 33% vs 44/47% ontoereikende kwaliteit – 10% vs 24/21% structureel ontoereikende kwaliteit
• Meest in het oog springende gebreken: – Vochtproblemen (nemen toe) • Insijpelend en opstijgend vocht • Condensatievocht (in relatie met gebrekkige verluchting)
– Gebreken aan technische installaties • Elektrische installatie • Verwarmingsinstallatie: gevaar op CO-vergiftiging Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
64
32
Conclusies • Beleidsaanbevelingen in verband met verbeteren van de kwaliteit: - Nood aan een globaal renovatieplan, met duidelijke doelstellingen en verantwoordelijkheden - Verantwoordelijkheid vooral bij eigenaar - Overheid moet er op toezien dat basiskwaliteit voor iedereen aanwezig is en alle nodige acties daartoe ondernemen Communicatieve instrumenten: sensibilisering, begeleiding, vorming… Juridische instrumenten: normering nieuwbouw en kwaliteitsbewaking bestaande woningen Financiële instrumenten: premiestelsel optimaliseren
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
65
Bronnen •
• •
• • •
Vandenbroeck K. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Deel 4. Woningkwaliteit en renovatie: resultaten op basis van de vragen aan bewoners. Steunpunt Wonen, Leuven. Vanderstraeten L. & Ryckewaert M. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Deel 3. Technische woningkwaliteit. Steunpunt Wonen, Leuven. Vanderstraeten L. & Ryckewaert M. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Kwaliteitscontrole van de in- en uitwendige woningscreening. Steunpunt Wonen, Leuven. Vanderstraeten L. & Heylen K. (2015), Het Grote Woononderzoek 2013. Deel 1. Methodologische toelichting. Steunpunt Wonen, Leuven. Vanneste D., Thomas I. & Laureyssen I. (2004), Fysische staat van de woning, Ruimte en Planning, jr 24 nr 4. Winters S. e.a. (2015), Wonen in Vlaanderen anno 2013. De bevindingen van het Grote Woononderzoek gebundeld. Garant, Antwerpen/Apeldoorn.
Lieve Vanderstraeten - De kwaliteit van de Vlaamse woningen grondig doorgelicht
66
33
De energetische kwaliteit van de Vlaamse woningen Wesley Ceulemans, onderzoeker Universiteit Hasselt, onderzoeksgroep ArcK, Sustainability Research and Education team
De energetische kwaliteit van de Vlaamse woningen
Wesley Ceulemans & Griet Verbeeck Universiteit Hasselt
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE Auberge Du Pêcheur – 9 juni 2015
www.steunpuntwonen.be
34
Inhoud
• • • •
Inleiding Isolatie in de woningen Verwarming in de woningen Relatie met achtergrondkenmerken – – – –
Bouwperiode Eigendomsstatuut Type woning Socio-economische kenmerken
• Energieprestatiecertificaat • Conclusie
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
69
1. Inleiding
• Grote Woononderzoek 2013 – Bevraging (10 000 huishoudens) • Isolatie in de woning • Energieprestatiecertificaat – Objectieve screening (5 000 huishoudens) • Verwarming in de woning
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
70
35
2. Isolatie in de woningen Aanwezigheid van isolatie in de woningen, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90
16,40
11,20 22,0 12,10
80
30,10
17,20
33,20
35,10 48,90
8,20
70
44,10 60,0
7,90
69,0
60
17,30
14,0
50
11,10 10,60
40 30
76,80 66,40
62,0
8,70
69,90 49,50
8,20
50,90
20
40,50
44,80 31,40 22,80
10 0
WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 Isolerend glas
Dakisolatie (Bijna) overal aanwezig
Leidingisolatie Niet overal aanwezig
Muurisolatie
Vloerisolatie 2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
Niet aanwezig
71
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
2. Isolatie in de woningen Aanwezigheid van isolatie in de woningen, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90
16,40
11,20 22,0 12,10
80
30,10
17,20
33,20
35,10 48,90
8,20
70
44,10 60,0
7,90
69,0
60
17,30
14,0
50
11,10 10,60
40 30
76,80 66,40
62,0
8,70
69,90 49,50
8,20
50,90
20
40,50
44,80 31,40 22,80
10 0
WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 Isolerend glas
Dakisolatie (Bijna) overal aanwezig
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Leidingisolatie Niet overal aanwezig
Muurisolatie Niet aanwezig
Vloerisolatie 2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
72
36
2. Isolatie in de woningen Aanwezigheid van isolatie in de woningen, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90
16,40
11,20 22,0 12,10
80
30,10
17,20
33,20
35,10 48,90
8,20
70
44,10 60,0
7,90
69,0
60
17,30
14,0
50
11,10 10,60
40 30
76,80 66,40
62,0
8,70
69,90 49,50
8,20
50,90
20
40,50
44,80 31,40 22,80
10 0
WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 Isolerend glas
Dakisolatie (Bijna) overal aanwezig
Leidingisolatie Niet overal aanwezig
Muurisolatie
Vloerisolatie 2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
Niet aanwezig
73
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
2. Isolatie in de woningen Aanwezigheid van isolatie in de woningen, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90
16,40
11,20 22,0 12,10
80
30,10
17,20
33,20
35,10 48,90
8,20
70
44,10 60,0
7,90
69,0
60
17,30
14,0
50
11,10 10,60
40 30
76,80 66,40
62,0
8,70
69,90 49,50
8,20
50,90
20
40,50
44,80 31,40 22,80
10 0
WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 WS 2005 GWO 2013 Isolerend glas
Dakisolatie (Bijna) overal aanwezig
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Leidingisolatie Niet overal aanwezig
Muurisolatie Niet aanwezig
Vloerisolatie 2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
74
37
3. Verwarming in de woningen • 82% van de Vlaamse woningen beschikt over centrale verwarming • Aardgas (68%) voornaamste energiebron gevolgd door stookolie (23%) en elektriciteit (7%) • Steenkool, hout, butaan- of propaangas nog weinig gebruikt • Tussen 2005 en 2013 verschuiving van stookolie naar aardgas als hoofdbrandstof Aardgas Woonsurvey 2005
54%
Stookolie 34%
Elektriciteit 8%
Andere 4%
Grote Woononderzoek 2013
68%
23%
6%
3%
Vlaamse energiebalans
61%
28%
7%
4%
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
75
3. Verwarming in de woningen
• 70% van de Vlaamse woningen (met centrale verwarming) heeft een gasketel en 25% een stookolieketel – 58% van de gasketels hebben een label (CE, HR, HR+, HRTop) – 29% van de stookolieketels hebben een label (CE, Optimaz, Optimaz Elite)
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
76
38
3. Verwarming in de woningen
• Duurzame energie nog zeer beperkt – Gemiddeld voor Vlaamse woningen: 9% • Warmtepomp: 1% • Zonnecollectoren (warm water): 2% • Zonnepanelen (elektriciteit): 8%
77
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
4. Bouwperiode Aandeel woningen naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2013
2013: N = 10 010
100 90 80 70
Oliecrisis
K-peil
EPB
18%
8%
60 50 40
49%
26%
30 20 10 0 Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005 Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Na 2005 78
39
4. Bouwperiode Aandeel woningen waar isolerend glas (bijna) overal aanwezig is naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90 80
K-peil
70 60
EPB
Renovatie
50 40
Oliecrisis
30 20 10 0 Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005 Woonsurvey 2005
Na 2005
2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
Grote Woononderzoek 2013
79
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
4. Bouwperiode Aandeel woningen waar dakisolatie (bijna) overal aanwezig is naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90 80
EPB
K-peil
70 60 50
Renovatie Oliecrisis
40 30 20 10 0
Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005 Woonsurvey 2005 Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Grote Woononderzoek 2013
Na 2005
2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
80
40
4. Bouwperiode Aandeel woningen waar muurisolatie (bijna) overal aanwezig is naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90 80
K-peil
EPB
70 60 50 40 30 20
Oliecrisis
10 0 Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005 Woonsurvey 2005
Na 2005
2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
Grote Woononderzoek 2013
81
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
4. Bouwperiode Aandeel woningen waar vloerisolatie (bijna) overal aanwezig is naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2005 en 2013 100 90 80
EPB
70 60
K-peil
50 40 30 20
Oliecrisis
10 0
Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005 Woonsurvey 2005 Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Grote Woononderzoek 2013
Na 2005
2005: N = 5 216 2013: N = 10 010
82
41
4. Bouwperiode • Oudere woningen beduidend minder dan gemiddeld (82%) centrale verwarming Aanwezigheid van centrale verwarming in de woningen naar bouwperiode, in %, Vlaanderen, 2013 100 90
60
85
83
70
97
96
90
91
80 77 69
67
50 40 30 20 10 2013: N = 5 002
0 Voor 1919 1919-1945 1946-1960 1961-1970 1971-1980 1981-1990 1991-2000 2000-2005
Na 2005 83
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
5. Eigendomsstatuut Isolatie van de woningen naar eigendomsstatuut, in %, Vlaanderen, 2013 100 9 90
15
19 13
8
80 12
18 36
8
37
41 54
54
70
57 69
60
7
6 12
50 40 30
75
79
78 69
74 57
10
6
36
40
10
57
6 47
20
4 33
10
25
21
0 Eigenaar Private Sociale Eigenaar Private Sociale Eigenaar Private Sociale Eigenaar Private Sociale huurder huurder huurder huurder huurder huurder huurder huurder Isolerend glas
Dakisolatie
(Bijna) overal aanwezig Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Muurisolatie Niet overal aanwezig
Niet aanwezig
Vloerisolatie 2013: N = 10 010
84
42
5. Eigendomsstatuut Belangrijkste energiebron of brandstof van de verwarming in de woning naar eigendomsstatuut, in %, Vlaanderen, 2013 100 91 90 80 70
75 68
65
60 50 40 30
27 23
20 11 10
6
4
3
13
4
2
1
6 1
0 Vlaanderen
Eigenaar
Private huur
Sociale huur
Eigendomsstatuut Aardgas
Stookolie
Elektriciteit
Andere
2013: N = 5 002
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
85
5. Eigendomsstatuut
• De huurwoningen beschikken meer dan gemiddeld (70%) over een gasketel – Private huur: 79% – Sociale huur: 93%
• In de private huurwoningen beschikken ketels minder dan gemiddeld over een label – Gasketel: 51% (tov 58% Vlaanderen) – Stookolieketel: 19% (tov 29% Vlaanderen) Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
86
43
5. Eigendomsstatuut
• Duurzame energie voornamelijk in de eigendomswoningen – 1 op de 10 Vlaamse eigendomswoningen beschikt over zonnepanelen – 1 op de 100 Vlaamse private huurwoningen beschikt over zonnepanelen
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
87
6. Type woning
Isolatie • Isolerend glas (76% vs 78%) en dakisolatie (71% vs 68%) zowel in eengezinswoningen als appartementen zeer courant aanwezig • Muurisolatie (43% vs 50%) en vloerisolatie (29% vs 38%) minder aanwezig bij eengezinswoningen dan appartementen
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
88
44
6. Type woning
Isolatie: evolutie tussen 2005 en 2013 • Aanwezigheid isolerend glas en vloerisolatie nemen toe in eengezinswoningen en appartementen • Aanwezigheid van dak- en muurisolatie nemen toe in eengezinswoningen, maar stagneren in appartementen
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
89
7. Socio-economische huishoudkenmerken
• Hoe meer geschoold, hoe beter de woning geïsoleerd • Tewerkgestelden beschikken meer dan gemiddeld over isolatie • Woningen van alleenstaanden en eenoudergezinnen beschikken minder dan gemiddeld over isolatie • Hoe hoger het inkomen, hoe beter de woning geïsoleerd
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
90
45
7. Socio-economische huishoudkenmerken
Verwarming • Significante verschillen voor inkomensniveau, activiteitsstatus en opleidingsniveau naar aanwezigheid van centrale verwarming • Ouderen (45+), gepensioneerden, laagopgeleiden en laagverdieners vaker stookolie als hoofdbrandstof
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
91
7. Socio-economische huishoudkenmerken
• Huishoudens met meer dan gemiddeld (9%) duurzame energie – Vierde (12%) en vijfde (12%) inkomensquintiel – Leeftijdsgroep 35-44 (13%) en 45-64 (12%) – Tewerkgestelden (13%) • 2 werkenden in het huishouden (19%) – Opleidingsniveau hoger middelbaar (9%) en hoger onderwijs (14%) – Koppels met kind (17%)
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
92
46
8. Energieprestatiecertificaat • European Energy Performance of Buildings Directive – Energieprestatiecertificaat (EPC) bestaande gebouwen • 01/11/2008: EPC Verkoop • 01/01/2009: EPC Verhuur – Energiezuinigheid woning • Energiescore en aanbevelingen
93
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
8. Energieprestatiecertificaat Kennis van het EPC bij de huurders naar eigendomsstatuut en jaar van intrek, in %, Vlaanderen, 2013 100 80 60 40 20 0
39
45
43
34 20
Huurder
Private huurder
Sociale huurder
Voor 2009
N = 2 173
Na 2009
Jaar van intrek
Type verhuurder Private eigenaar zonder bemiddeling Private eigenaar na bemiddeling van een immobiliënkantoor Private eigenaar na bemiddeling van een sociaal verhuurkantoor Sociale Huisvestingsmaatschappij OCMW Bedrijfsvennootschap Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
Percentage huurders kent het EPC 42 50 8 22 14 56 94
47
8. Energieprestatiecertificaat Kennis van het EPC bij de huurders naar socio-economische huishoudkenmerken, in %, Vlaanderen, 2013
N = 2 173
100 90 80
74
70
30
39
31
40
55
51
50
48
46
41
34
23
30
45
42
35 27
26
22
42
Koppel zonder kind
45
50
Eenoudergezin
60
19
20 10
Inkomensquintiel
Activiteitsniveau
Opleidingsniveau
Koppel met kind
Alleenstaand
Hoger onderwijs
Hoger middelbaar
Lager middelbaar
Lager onderwijs
Arbeidsongeschikt
Werkloos
(Brug)pensioen
65+
Leeftijdsgroep
Tewerkgesteld
45-64
35-44
18-34
5
4
3
2
1
0
Huishoudtype 95
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
8. Energieprestatiecertificaat Opmaak van het EPC bij de verhuurders, in %, Vlaanderen, 2013 100 90
62% van deze verhuurders wist niet dat het EPC verplicht was
80 70 60 50
42
40
40 30 20
13
10
5
0 Alle huurwoningen
Gedeelte huurwoningen
Verhuur sinds 1 januari 2009: N = 663
Geen enkele huurwoning Niet van toepassing / Geen antwoord
• 1 op de 3 verhuurders verhuurt via immobiliënkantoor Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
96
48
8. Energieprestatiecertificaat
• Gebruik van het EPC bij de woningkeuze – Eigenaars: 39% – Private huurders: 12%
• Gebruik van het EPC bij de onderhandeling van de aankoop/huurprijs – Eigenaars: 8% – Private huurders: 6%
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
97
Conclusie
• Isolatie in de Vlaamse woningen – Isolerende beglazing en dakisolatie meest aanwezig – Duidelijke vooruitgang tussen 2005 en 2013 maar nog een groot deel woningen zonder dakisolatie, muurisolatie en vloerisolatie
• Verwarming in de Vlaamse woningen – Verschuiving naar aardgas als hoofdbrandstof – Nog groot aantal ketels zonder label – Hernieuwbare energie nog zeer weinig toegepast in Vlaanderen
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
98
49
Conclusie
• Achtergrondkenmerken – Kleiner aandeel aanwezigheid van isolatie en aanwezigheid van ketels met label • Woningen gebouwd voor 1970 • Huurwoningen • Woningen van ouderen (45+), gepensioneerden, laagopgeleiden (lager onderwijs, lager middelbaar), laagverdieners (eerste tem derde inkomensquintiel) en nietwerkenden
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
99
Conclusie
• Energieprestatiecertificaat – Minder dan 1 op de 2 huurders kent het EPC – Het EPC wordt quasi niet gebruikt bij de onderhandeling over de aankoop/huurprijs
Studiedag van de VASTGOEDACADEMIE
100
50
Pauze
Panelgesprek: nabeschouwingen door vertegenwoordigers van de vastgoedsector Sprekers: • Fred Niemans, voorzitter Verenigde Eigenaars • Karen Van De Woestijne, voorzitter CIB Oost-Vlaanderen • Sien Winters, coördinator Steunpunt Wonen Moderator: Pieter Decelle, beleidsmedewerker Wonen CIB Vlaanderen
51
Conclusies en uitleiding
Bedankt!
52