Verslag workshop C: Empowerment. Hebben deelnemers ook een stem? – Tessa Zaeyen en Brigitte van Lierop
Inleiding Deze workshop staat onder leiding van mr. Tessa Zaeyen en dr. Brigitte van Lierop. Mevrouw Zaeyen is werkzaam voor twee arbeidsintegratiecentra en projectmanager Equal bij het Vrij Baan project. Mevrouw Van Lierop werkt als projectmanager arbeidsintegratie bij het iRv en is ook betrokken bij het Equal project Vrij Baan waarbij allochtone vrouwen worden begeleid terug naar werk. Deze workshop begint met een korte toelichting op het begrip empowerment. Daarna zal in kleine groepen een aantal vragen over empowerment aan de orde worden gesteld. De antwoorden hierop worden plenair teruggekoppeld. Definitie empowerment Het zoeken naar de definitie van empowerment heeft op het Internet ongeveer 970.000 hits opgeleverd zonder eenduidig antwoord. Ook de literatuur gaf geen eenduidige definitie. Zo staat in het kwartaalblad voor vluchtelingen en gezondheid het volgende: Empowerment is een recent begrip afkomstig uit de Zuid Amerikaanse bevrijdingsfilosofie van Paolo Freire, begin jaren 70 en waaide in 1980 over naar de VS. Bob Marley deed aan empowerment. Zijn reggaemuziek zette aan tot politieke stellingnames. Het maakte dat powerless people op Jamaica en elders weer geloofden in zichzelf en de bundeling van krachten. Nummers als getup, standup (1973) en Exodus (1977) verwoordden de empowermentfilosofie dat het herwinnen van vrijheid onlosmakelijk verbonden is met het maken van keuzes en nemen van gezamenlijke verantwoordelijkheid. Een heel andere visie op empowerment levert het boek Empowerment. Vanuit je innerlijke kracht je eigen leven creëren. Hieruit wordt aangehaald: Dit boek zal je helpen te durven dromen en, wat net zo belangrijk is, het zal je de vereiste vaardigheden en gereedschappen aan de hand doen om deze dromen te doen uitkomen. Je zult leren hoe je je hartstocht en geesteskracht kunt aanwenden om zo volledig mogelijk uitdrukking te geven aan je wensen. We noemen dit empowerment. Als laatste wordt de definitie uit de brochure van het agentschap aangehaald. Empowerment. Degenen die belang hebben bij de implementatie van de activiteiten moeten deel hebben aan de besluitvorming. Deelname van de belangengroepering is voorwaarde voor subsidieverlening. Kortom: empowerment is een containerbegrip met vele invalshoeken. Het doel van de workshop is echter niet om te komen tot een definitie. Duidelijk moet worden wat deze verschillende invalshoeken zijn en betekenen en wat we doen met empowerment. Het doel is dus te komen tot een antwoord op de vragen wat we kunnen met empowerment en hoe we kunnen empoweren. Begonnen wordt met syntegreren, dus: integreren en synthetiseren. Opdracht Er zijn vier tafels met daaraan gekoppeld een vraag. Iedereen moet een tafel/vraag kiezen en daarover discussiëren. De antwoorden of discussiepunten worden genoteerd. Na 6 minuten wordt een sein gegeven en moet van tafel worden gewisseld. Dit wordt herhaald tot iedereen alle vragen heeft gehad. Het doel hierbij is het begrip empowerment zo breed mogelijk op te pakken en niet alleen vanuit de eigen situatie te denken. NB: De opgeschreven antwoorden van zowel de eerste als tweede workshopronde worden onder aan dit workshopverslag weergeven.
Na deze sessie wordt de deelnemers gevraagd een vraag te kiezen waarop men een antwoord wil formuleren, mede op basis van wat er in de discussies naar voren is gekomen. In de plenaire sessie worden deze vragen en de gegeven visie hierop behandeld. De eerste vraag is: Wat versta je onder empowerment? Deelnemers geven aan dat men hier een antwoord op heeft willen formuleren omdat het belangrijk lijkt dat te doen alvorens verder te gaan. Volgens hen komt empowerment erop neer dat je erin gelooft dat je de weg in het leven kunt vinden. Andere termen die in dit groepje deelnemers zijn gevallen bij het beantwoorden van de vraag zijn grip en het nemen van de eigen verantwoordelijkheid. Het is een bewustwordingsproces. De workshopleiders springen hier direct op in. In eerste instantie lijkt het te gaan om het individu, maar wat hoort er meer bij? Als je kijkt naar inspraak, hoe wordt daar mee omgegaan. Enkele deelnemers geven aan dat zij dat doen door evaluatiemomenten in te bouwen waarin iedereen alles kan zeggen. Daar waar nodig kan dat leiden tot het omgooien van een project, maar de kern is dat er antwoord wordt gegeven op vragen en inzicht in de gemaakte keuzen, mogelijkheden en onmogelijkheden. Men is het erover eens dat niet alleen scholing en training in het onderwerp van belang zijn, ook ervaring is een niet te onderschatten punt. Input van ervaringsdeskundigen is onontbeerlijk voor het welslagen van een project en zal ertoe leiden dat een andere aanpak moet worden gekozen dan voorzien. Als voorbeeld wordt een project aangehaald waarbij vrouwen opgeleid worden tot vakvrouw. Het blijkt dat deze vrouwen slim zijn, veel weten en vooral veel wíllen weten. Dat leidt ertoe dat de docenten een andere lesaanpak moeten hanteren en op deze specifieke situatie moeten inspelen. Conclusie: ook de omgeving van het individu moet zich empoweren. Daarmee komt de discussie tot het vaststellen van de omgeving. De workshopleiders tonen een schema waaruit blijkt dat sprake is van een individu, maar ook van een directe omgeving en een maatschappelijke omgeving. Deze moeten allemaal empowerd worden wil men daadwerkelijk iets bereiken. De stelling luidt: wil men tot empowerment komen, dan moeten al deze drie schillen in overeenstemming worden gebracht. De volgende vraag luidt: Wat doe je zelf aan empowerment in de dagelijkse praktijk? In dit groepje is bij het beantwoorden van de vraag gesproken over een twee-trapsmodel. Allereerst is er sprake van confronteren en vervolgens van faciliteren. Uitgangspunt is in eerste instantie de deelnemer. Die moet je ervan zien te overtuigen dat die zijn lot in eigen hand heeft. Daar houdt het echter niet bij op, want ook bij de andere schillen moet eerst de confrontatie plaatsvinden voordat verandering kan worden bewerkstelligd. Eén van de deelnemers merkt op dat er een ideale situatie is wanneer al deze schillen in overeenstemming zijn, maar helaas is dit zelden het geval. Het is bijvoorbeeld vrijwel nooit zo dat wet- en regelgeving zo zijn dat er geen sprake is van een weerstandsomgeving. De spreker refereert hierbij ook nog even aan het interview met de heer Rutte. Een andere vraag is: wat zijn de randvoorwaarden voor empowerment? Gesteld wordt dat het een stappenproces is. Eerst moet het ongenoegen in het individu herkend worden, dat moet worden omgezet in een positieve drive. Als vervolgens de positieve kant wordt opgewerkt, dan moet ook de omgeving omgezet worden in een ideale omgeving. Daarbij moet sprake zijn van wederzijds respect, openheid, inspiratie, motiveren om de gewenste resultaten te bereiken en vervolgens een beloning. Dit laatste hoeft geen commerciële beloning te zijn, maar kan ook een persoonlijke beloning zijn in die zin dat men erkent dat men ergens in is geslaagd. Als laatste wordt ingegaan op de belemmeringen. Opvallend hierbij is dat bij het beantwoorden van de vraag bleek dat de antwoorden allemaal zijn terug te herleiden naar de schillen die de workshopleiders zojuist hebben aangedragen. Bovenaan staat de persoonlijke wil. Hierbij kunnen slechte ervaringen in het verleden een belangrijke rol spelen. Als tweede zijn organisaties en de persoonlijke omgeving belangrijke belemmeringfactoren. Als laatste
worden regels van instanties en discriminatie herkend en ook deze zijn direct te koppelen aan de derde schil, de maatschappelijke omgeving. Zowel deelnemers als workshopleiders hadden graag nog verder gediscussieerd, maar moeten omwille van de tijd het programma beëindigen. De deelnemers worden hartelijk bedankt voor hun enthousiaste deelname. De workshopleiders worden bedankt voor het delen van hun visie op empowerment en de wijze waarop zij dit hebben vormgegeven.
Resultaten ochtendsessie
Resultaten middagsessie
Wat versta je onder Empowerment? • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
draagvlak creëren mens staat centraal groep -v- individu het heft in eigen handen (durven) nemen geen slachtofferrol (van lijden naar leiden) hebben van belangen eigen stem /assertiviteit volledig de weg weten te vinden (o.a. door de regelgeving etc) om zelf je dingen te kunnen regelen leiden tot zelfstandigheid zelfsturing meebeslissen zeggen wat jij wilt jezelf van binnenuit versteken netwerken zelfsturing bewegen tot actie eigen verantwoordelijkheid en stimuleren daarvan meedenken / zeggenschap betrokkenheid bij tot stand komen van projecten / plannen doelgericht zijn!
• • • • • • • • • • • • • • • • •
vraagsturing krachtiger maken respect -> zelf zelfinzicht bieden bewuste keuzes uitgaan van mogelijkheden eigen verantwoordelijkheid nemen grip krijgen op situatie bewust handelen/kiezen (stimuleren en activeren) kracht om verder te komen betrokken zijn en kanen krijgen / scheppen voor jezelf opkomen potentiële ontwikkeling sturing aan zelfsturing regie over eigen leven het maakt uit wat je doet bewust van alternatieven inspraak
Wat doe je zelf aan empowerment? • goed luisteren naar de wensen van de deelnemers • mens zich betrokken voelt en door zelf plek te laten zoeken en voelt wat betekent • zicht hebben op de competenties deelnemers • zelf netwerken verder kunnen opbouwen • invloed hebben in deelnemersraad • methodiek ontwikkelen • mensen met hun (+) potentie confronteren • vragen vanuit werkveld in beleidsmaatregelen. • vanuit zelfmotivatie - motivatie van deelnemers • besluitvorming met de betrokken doelgroep • naar de doelgroep toegaan, afstand klein houden • toetsing van beleid aan praktijk • werken vanuit de vraag • vertegenwoordigen de zelfzorgorganisaties wel de totale achterban? • bottom-up: begin met de vraag / bij de bron • flexibel inspringen op de vraag en bereid zijn je projectdoelstellingen aan te passen • mensen uit de doelgroep als (betaalde) medewerkers inzetten bij het project (meer faciliterend in plaats van organiserend werken • betrokkenen zelf de andere potentieel geïnteresseerden laten informeren • luisteren en proberen doorstroom • coachen, trainingen (uitdagen, kietelen) beweegredenen/drijfveren zoeken
• deelnemers zelf keuzes laten maken • tools geven (training, etc) aanbieden die deelnemers helpt zelf keuzes te maken • voorwaarden scheppen • feedback vragen en geven • eigen geschiedenis opschrijven • draagvlak creëren bij werkgevers, integraal meenemen in opleidingen • formuleren van ambities • tegen muur aanlopen, twee-trapsmodel: 1. confronteren 2. faciliteren
Wat zijn randvoorwaarden voor Empowerment? • barrières tussen facilitator en cliënt overbrugbaar • professionele deskundigheid uitvoerders • wederzijds belang / profijt • doelgroep goed kennen: weten welke effecten je oproept • focussen op potentie, oplossingen • versschillen binnen de doelgroep oog voor hebben • respect voor de autonomie, mening en religie van de ander • duidelijkheid in communicatie • ruimte voor meebeslissen + tijd + geduld ---- gelijkwaardig niveau • continuïteit van de ondersteuning • ambitie • perspectief • gehoord worden / luisteren • resultaten zien • betrokkenheid • faciliteiten • nulmeting (beginsituatie) • bewustwording • empatisch vermogen (EI) Emotionele Intelligentie • mandaat bij Projectmanager • mogelijkheid voor eigen verantwoordelijkheid • vertrouwen wederzijds omgeving • onbevooroordeeld • draagvlak vanuit de doelgroep • luisteren • aansluiting zoeken bij andere initiatieven • interactie • persoon of collectief <-> professional schept randvoorwaarden • > wat willen we/ wat willen ze > intermediair omgeving regels • beïnvloeding betrokkenheid • persoonlijke ontwikkeling
• • • • • • • •
duidelijke taal mening deelnemers leidend (bottom up) open omgeving respect inzicht in situatie en mogelijkheden drive ongenoegen inspiratie
• vanuit deelnemer − actieve houding − zelfbeeld/zelfinzicht • vanuit uitvoerder − kennis van doelgroep en mogelijkheden − respect voor doelgroep − respect uit doelgroep • • • •
open staan voor gehoord worden positief staan tegenover de ander idealisme
Wat zijn belemmeringen voor Empowerment? • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
jezelf omgevingsfactoren ambtelijk denken ongelijke verhoudingen organisatie / deelnemers onbekendheid bij deelnemers, onervarenheid, angst taalproblemen geen perspectief: moeite om te stimuleren politiek belangentegenstellingen bevoordeling van de ene groep veroorzaakt benadeling anderen druk vanuit regelgeving leidt af. persoonlijke eigenschappen regelgeving culturele hindernissen geen feeling met de behoefte van de persoon in kwestie geen respect voor de mening van anderen geen bekendheid met groep angst / onzekerheid / wantrouwen tijd doorbreken van bestaande patronen zelfbeeld cultuur wet- en regelgeving
• persoonlijke belemmeringen • randvoorwaarden organisatie / instanties − stimulerende − inzicht in de problematiek • veel te veel verwachtingen op de doelgroep projecteren • te weinig inzicht in de actuele wensen en behoeften van de doelgroep • directe omgeving • economie -> productiedruk • discriminatie op de arbeidsmarkt • slechte ervaringen in het verleden • instanties