VERSLAG VAN DE EXTRA THEMASESSIE RUIMTE, WONEN & ECONOMIE
opgesteld door
:
J. Betist
datum vergadering
:
19 mei 2015
Aanwezig
Regioraadsleden en gemeenteraadsleden: mw. R. Alberts (SP, Amsterdam); Dhr. J. Wortel (Groenlinks, Waterland); Mw. W, van Soest (Partij van de Ouderen, Amsterdam); Mw. S. Mutluer (PvdA, Zaanstad); Mw. H Aslander (Stadspartij, Purmerend); Dhr. B. Schilder (VVD/ Lijst Kras, Edam-Volendam); Dhr. D. Straat (VVD, Zaanstad); Mw. N. Mulder (Groenlinks, Haarlemmermeer).
Voorzitter: Mw. N. Mulder Leden DB: Dhr. D. Straat (portefeuillehouder Economie) Secretaris: J. C. De Neef (Stadsregio) Ambtelijke ondersteuning: Dhr. G. v/d Plas (Stadsregio) A: Verslag Regioraad Extra Themasessie Herijking regionaal detailhandelsbeleid De voorzitter Mw. Mulder opent de vergadering. De reden van deze extra themasessie is het feit dat in de voorsessie van de Regioraad op 17 maart 2015 de mogelijke herziening van het regionale detailhandelsbeleid niet is behandeld. Desondanks is een dergelijke bespreking nog steeds nuttig, in verband met de veranderingen in de retailmarkt alsmede het nieuwe Provinciale detailhandelsbeleid. Dhr Straat geeft een korte toelichting over de achtergrond van het doorlopen proces. Het huidige detailhandelsbeleid dateert uit december 2011 en lijkt, op een aantal punten, niet meer toereikend. In de Portefeuillehoudersoverleggen Economie is al uitvoerig gesproken over de stand van zaken in de detailhandel en de mogelijke noodzaak om het bestaande detailhandelsbeleid van de Stadsregio aan te passen aan nieuwe ontwikkelingen. Naar aanleiding hiervan is vanuit de portefeuillehouders Economie de opdracht aan onderzoeksbureau BRO gegeven om een analyse uit te voeren over de grootschalige PDV/GDV locaties in de Stadsregio Amsterdam. Juist op deze grotere perifere PDV/GDV locaties spelen sterke ontwikkelingen en is ook sprake van leegstandproblematiek. Uit dit traject is naar voren gekomen dat de portefeuillehouders er voorstander van zijn om het beleid niet geheel te herzien, maar wel op een aantal punten te actualiseren, in een samenwerking tussen RO en Economie.
Pagina 1 van 5
MEMO
Dhr. Straat: Er is reeds een goed beleid voor reguliere detailhandel. De focus ligt op GDV en PDV (in het licht van de economische crisis). Het huidige beleid is adequaat, maar fysiek zijn er teveel lege vierkante meters doordat het grote winkelobjecten betreft. Niet alle locaties zijn te ‘redden’ door transformatie (b.v. thematisering zoals horeca); Sommige locaties zijn kansrijker. De conclusie hieruit luidt dat er het komende halfjaar een uitwerkingsprogramma kan plaatsvinden. De vraag vanuit de portefeuillehouders aan de raad luidt daarom: Wat is uw visie op- en hoe ziet u uw rol in dit programma? Mw. Mulder: Met betrekking tot pagina 34 van het BRO Rapport: De ambities van de SRA zijn duidelijk, maar nadere uitleg over dilemma’s is gewenst. Dhr. Straat: De dilemma’s zijn besproken door de portefeuillehouders en de conclusie luidt: Beleid niet wijzigen. Het grootste dilemma is het kiezen tussen locaties, want sommige locaties zijn kansrijker en belangrijker om te ondersteunen (bijvoorbeeld i.v.m. verloedering) dan andere. Dhr. V/d Plas: Het eerste uitgangspunt in het Stadsregionaal detailhandelsbeleid 2011 is: Een aanvaardbare afstand voor burgers tot winkels. Dit blijft van toepassing en dus is een aanvulling op het huidige beleid van belang. Het betreft dan een eventuele transformatie van leegstaande locaties: Een functieverandering omwille van het behoud van fijnmazigheid. Dit hoeft echter niet op iedere locatie plaats te vinden. Mw. Alberts: Het is een verstandige aanpassing in het beleid, maar het gaat maar door. Straks zijn zelfs hotels onderhevig aan dergelijke beleidsaanpassingen. De markt van projectontwikkelaars dient te wordt beteugeld. Hun motivatie bij het inspelen op deze bewegingen van de gemeenten gebeurt vanuit het winstoogmerk. Verder moet er (meer) regie zijn; laat niet alle individuele gemeenten het wiel opnieuw uitvinden. Wij kunnen inzetten op hergebruik: ondernemers verwijzen naar de transformerende locaties. Wij moeten niet bang zijn om te slopen. Een voorbeeld hiervan zijn sommige, slechtbezochte winkels op het Skoon-terrein in Oostzaan. Sommige locaties zijn gewoon niet slim. Dhr. Schilder: Het BRO rapport is een mooi document, maar de afbakening is niet helemaal duidelijk. Hoe ziet de ‘hulp’ eruit; Betreft onze hulp subsidies? Wat is de vorm van samenwerking? Mw. Aslander: Wat kan de Stadsregio doen? Hoe trek je de bedrijven aan? In hoeverre is het stuurbaar? Mw. Van Soest: Het NDSM-terrein is een goed voorbeeld: hoe ga je met de grond om? Hoe maak je het aantrekkelijk? Stuurbaarheid is hier niet echt het probleem, maar wel bij bijvoorbeeld woonboulevards. Een voorbeeld is de Banne in Amsterdam Noord. De parkeerkosten van sommige winkelgebieden leidt tot overbelasting van andere (gratis) locaties. Dus er zijn ook andere factoren die meespelen.
Pagina 2 van 5
MEMO
Verder is de diversiteit belangrijk: Dit is ook een taak voor de gemeente zelf. Ik refereer hier aan de eerder verscheen Detailhandelnota. Mw. Aslander: Wij zouden iets dwingender kunnen sturen, en dit regio-breed kunnen doen.. Mw. Alberts: Is huurverlaging een mogelijkheid? Mw. Mutluer: Ik heb vragen over de detailhandel-visie: Een regionale afstemming is ingewikkeld doch belangrijk. Hoe wordt dit bereikt? Mw. Mulder: Het proces van het uitwerkingsprogramma is nog niet duidelijk. Dhr. Straat: Er zijn heel veel vragen over de uitvoering. De regionale afstemming is cruciaal, mede omdat individuele gemeentes snel verleid kunnen worden tot zelf handelen. Het utvoeringsprogramma moet nog een duidelijke vorm en afbakening krijgen. Bepaalde locaties lenen zich goed voor transformatie/brancheverbreding. Het is ingewikkeld, maar wij zouden het toch moeten proberen. Dhr. Schilder: Sommige bedrijven kun je niet dwingen om weg te gaan bij een noodlijdende locatie. Dhr. Straat: Als overheid kunnen wij dit proces wel begeleiden: Betere locaties adviseren et cetera. Oftewel, de overheid kan hierin een faciliterende rol aannemen. Wellicht is meer financiering benodigd bij de opstart van het proces.Mogelijk moeten wij op sommige locatie een lange adem hebben. PDV/GDV is ook een kwestie van conceptualisering: De markt is sterk veranderd in de afgelopen jaren; Nieuwe winkelvormen zijn ontstaan, trendveranderingen et cetera. Mw. Mutluer: Ondanks de urgentie voor de gemeenten is het belangrijk om het beleid regionaal af te stemmen. Mw. Mulder: De discussie (in het document van BRO) gaat nu veelal over specifieke locaties. Maar dit moet verdergaan. Tweede aanvliegroute: Het is belangrijk om een ‘tas met instrumenten’ aan te reiken aan gemeenten.Verzamel bijvoorbeeld best practices en geef dit door aan de gemeenten ter inspiratie. Zorg ervoor dat gemeenten niet met elkaar (gaan) concurreren. Dhr. Straat: Transformatie/thematisering: De instrumenten moeten wij goed inventariseren; Wat bieden wij aan? We moeten niet bang zijn voor ‘nee’: Slopen is ook mogelijk. Huurverlaging hoort ook bij de discussie. Dhr. V/d Plas: Wij dienen in een heel vroeg stadium regionaal af te stemmen, zodat het proces omtrent transformatie etc. duidelijk is voor de gemeenten. Dhr. Schilder: Er moeten vierkante meters weg, want simpelweg niet alle terreinen zijn kansrijk. Hoe kunnen wij bedrijven helpen in het vinden van nieuwe locaties?
Pagina 3 van 5
MEMO
Mw. Mutluer: Wat is de rol van de DB en SRA in dit gehele project; Financieel? Bemiddelend? Dhr. Straat: Bedrijven op noodlijdende locaties kunnen eventueel door middel van een kleine financiële ondersteuning geholpen worden in het vinden van geschikte, nieuwe vestigingslocaties. Wij dienen vooraf goed inzicht te krijgen in de plannen en de mogelijkheden; “Hoe kunnen wij nou wat organiseren?” Mw. Mutluer: Eigenlijk hebben wij alleen de mogelijkheid tot een verbindende rol. Mw. Mulder: Bij de bestuurlijke begeleidingscommissie is meer input nodig van de verschillende gemeenten: Wat zijn precies de lopende zaken? Dhr. Straat: Het is een bewuste keuze om niet iedereen meteen te betrekken: De stuurgroep bestaat daarom uit slechts 4 wethouders. Ook portefeuillehouders dienen betrokken te worden. Dus de precieze vormgeving moet nog worden besproken. Mw. Alberts: Een suggestie mijnerzijds is het organiseren van een kennismarkt voor de gehele SRA. Dhr. Straat: Dat is een goed idee. Dhr. Schilder: Het is t.b.v. verhuizende en startende bedrijven waardevol om als overheid in informatie te voorzien over geadviseerde locaties. Mw. Mulder: Moeten de raadsleden betrokken worden in dit proces? Het is belangrijk dat de individuele gemeenteraden niet dubbel werk doen. Dhr. Straat: Dat dient nog te worden bekeken. Mw. Mulder: Wat is het tijdspad? Dhr. V/d Plas: Dat komt ook aan de orde in de nieuwe commissie. Er zijn heel veel momenten voor overleg mogelijk. Wellicht duurt het proces langer als de zorgvuldigheid dat vereist. Wij dienen daarnaast te controleren of het spoort met het provinciale detailhandelsbeleid,alsmede de ladder voor duurzame verstedelijking Mw. Mulder: Kunnen we in oktober een voortgangsrapportage verwachten? Dhr. Straat: Ja. En er moet ook nog een duidelijker tijdspad geformuleerd worden. Mw. Mutluer: Goed om vóór de nieuwe begroting (maart 2016) dit beleid te hebben (mits het financieel relevant is). Dhr. Schilder: En de adviescommissies? Dhr. Straat: De Provinciale en Regionale commissies zijn samengevoegd, dus de toetsing zal in het vervolg in één keer plaatsvinden. Dhr. De Neef: Deze samenvoeging komt ook in juni aan bod.
Pagina 4 van 5
MEMO
Rondvraag en Sluiting Er worden geen vragen meer gesteld. Mw. Mulder dankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering.
Pagina 5 van 5