Verslag van de bijeenkomst in het kader van Overijssel Overmorgen met als thema:
Senioren en Mantelzorg 18 februari 2010
Overijssel Overmorgen SVWO/Arcon organiseert in het kader van Overijssel Overmorgen en met ondersteuning van de Provincie
Overijssel jaarlijks een aantal debatbijeenkomsten over de toekomst van onder andere senioren en vrijwillige inzet. Tijdens de bijeenkomst van 18 februari 2010 ging het over de vraag: ‘hoe ziet de toekomst van senioren eruit in relatie tot mantelzorg en welke ontwikkelingen spelen daarbij een rol?’ Er is voor dit thema gekozen omdat mantelzorg door de vergrijzing een steeds relevanter thema wordt (zie ‘De feiten’). Met Overijsselse prominenten en professionals is gezocht naar dromen, kansen, uitdagingen, inspiratie en perspectieven. Een fotoreportage van de dag is te vinden op www.overijsselovermorgen.nl. SVWO/Arcon is een Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling (CMO) in Overijssel. Wij zijn expert op de
programmalijnen vrijwillige inzet, senioren, jeugd, participatie en informele zorg. Dit doen wij via procesbegeleiding, beleidsadvies, informatie- en kennisuitwisseling, training en onderzoek, in samenwerking met meerdere partners. Ook het makelen en schakelen, het organiseren van ontmoeting tussen betrokken organisaties, gemeenten en de wensen van mantelzorgers is een functie die past bij SVWO/Arcon. Voor meer informatie, zie www.arcon.nl. De volgende bijeenkomsten in het kader van Overijssel Overmorgen zijn gepland op 7 oktober (burgerparticipatie) en 11 november 2010 (senioren en economie).
2
De feiten De verwachting is dat het aantal ouderen in heel Overijssel de komende jaren enorm zal stijgen. Er zijn anno 2010 ongeveer 173.000 ouderen in Overijssel. De verwachting is dat er in 2030 meer dan 270.000 ouderen zullen zijn. Vergeleken met 2010 zal het aantal ouderen dus 56,2% stijgen. In figuur 1 is de verwachte vergrijzing per gemeente weergegeven. Hierin is te zien dat er grote verschillen zijn tussen gemeenten. Het verwachte groeipercentage varieert tussen de 26% (in Hof van Twente) en 86% (in Zwolle). Hoe donkerder een gemeente gekleurd is, des te groter de groei van het aantal burgers van 65 jaar en ouder tussen 2010 en 2030.
In Zwolle en Staphorst wordt er tussen 2010 en 2030een grote stijging van het aantal ouderen verwacht. Dit komt doordat er anno 2010 relatief weinig ouderen zijn in deze gemeenten. Omdat er tegelijkertijd jonge aanwas is, is de ‘grijze druk’ (de verhouding tussen het aantal personen van 65 jaar en ouder en het aantal personen in de zogenaamde 'productieve leeftijdsgroep' van 20-64 jaar) relatief laag. In figuur 2 en 3 is de grijze druk per gemeente te zien in 2010 respectievelijk 2030. In nu al relatief sterk vergrijsde gemeenten als Steenwijkerland, Hof van Twente, Haaksbergen en Dinkelland zal het aantal ouderen minder sterk stijgen dan in ‘groene gemeenten’ zoals Zwolle, Zwartewaterland en Staphorst, maar het aandeel ouderen blijft hoog in deze gemeenten. De gemiddelde grijze druk per Overijsselse gemeente stijgt van 27 (op 1 oudere staan ongeveer 3 werkenden) in 2010 naar 45 (op 1 oudere staan ongeveer 2 werkenden) in 2030.
3
Noaberschap of overheid? Ouderen maken meer gebruik van zorgvoorzieningen. De verwachting is dat door de vergrijzing van de samenleving de zorg onbetaalbaar wordt. Wie gaat de zorg voor de ouderen op zich nemen: de overheid of familie en buren (noaberschap)? Het eerste thema voor de bijeenkomst over senioren en mantelzorg is daarom ‘Noaberschap of overheid?’
4
De werkende mantelzorger Velen denken dat het belang van mantelzorg zal toenemen. Het aantal Overijsselse mantelzorgers zal vermoedelijk afnemen van bijna 79.000 in 2010 tot ongeveer 75.000 in 2030. De verwachting is dat vooral mensen boven de 55 jaar meer mantelzorg zullen verrichten. Een grote groep zal werk en zorg moeten combineren. In figuur 4 is te zien dat het aantal mantelzorgers boven de 55 jaar in sommige gemeenten (zoals Hof van Twente en Losser) nauwelijks zal stijgen. In andere gemeenten zal het aantal in 2030 met wel 55% toegenomen zijn ten opzichte van 2010. Hoe zorgen we ervoor dat werk en mantelzorg in een vergrijsde samenleving te combineren zijn? Het tweede thema is daarom ‘de werkende mantelzorger’.
5
De allochtone mantelzorger Daarnaast blijkt dat er een explosie komt van senioren met een niet-westerse afkomst. In Overijssel zijn er anno 2010 ongeveer 3.300 niet-westerse ouderen, maar in 2030 is de verwachting dat er bijna 12.000 zullen zijn. In figuur 5 is te zien dat het aantal allochtone 65-plussers in sommige gemeenten met meer dan 750% toeneemt. Dit zijn de gemeenten, waar nu nog slechts een handvol ouderen van niet-westerse afkomst is. Voorbeelden hiervan zijn Dalfsen, Ommen, Staphorst, Tubbergen, Twenterand en Zwartewaterland. De verwachting is dat dit er in 2030 rond de 100 zullen zijn. In de grote steden, waar nu al relatief veel ouderen van niet-westerse afkomst wonen (rond de 500 per stad), wordt minimaal een verdubbeling van het aantal verwacht (tussen de 1200 en 2500 per stad). Het huidige zorgaanbod blijkt vaak niet aan te sluiten bij wensen en verwachtingen van ouderen met een niet-westerse afkomst. Veel zorgtaken komen op het bordje van de allochtone mantelzorger terecht. Hoe gaan we in de toekomst om met de allochtone mantelzorger? Dit is het derde thema van de bijeenkomst.
6
Het nieuwe ouder worden De nieuwe generatie ouderen is vaker alleenstaand, hoger opgeleid en heeft relatief vaker een goed gevulde portemonnee dan de huidige generatie ouderen. Hoe ziet de toekomst er voor deze nieuwe oudere uit in relatie tot mantelzorg? Dit is het vierde thema van de bijeenkomst Overijssel Overmorgen Senioren en Mantelzorg. In figuur 6 ziet u het aantal 1-persoonshuishoudens van 55 jaar en ouder in 2009. Verwacht wordt dat deze aantallen groter zullen worden, onder andere door het aantal echtscheidingen.
7
Verslag van de bijeenkomst D e dagvoorzitter stelt een aantal deskundigen en prominenten voor, die uitgenodigd zijn voor de sofa. Dit zijn: Bernard Korbeld uit de raad van toezicht van SVWO/ Arcon, ervaringsdeskundige als mantelzorger voor zijn vrouw; Carolien Smits, Lector Innoveren in de Ouderenzorg aan de Hogeschool Windesheim te Zwolle; Truus de Groot, bestuurslid van Platform Mantelzorg Overijssel en de Stichting Stuurgroep Logeervoorzieningen Overijssel; Ibrahim Uncu, platform allochtonen Hengelo en werkzaam bij een allochtone thuiszorgorganisatie; Antonnet Backer, beleidsmedewerker van de gemeente Hof van Twente voor mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid; Attiya Gamri, Statenlid voor de PvdA, woordvoerder van de werkgroep sociale infrastructuur; Margot Hodes, vervangend directeur Stichting Informele Zorg Twente. Vervolgens wordt de heer Anne van der Meiden verwelkomd. Hij is theoloog, Antonnet Backer en Attiya Gamri luisteren naar de Overijsselse communicatiedeskundige maar vooral ook ereburger van Overijssel. Hij erburger Anne van der Meiden opent de bijeenkomst met een column. Klik hier om een filmopname van de column te bekijken op YouTube. De bijeenkomst is opgebouwd langs de lijnen van vier deelthema’s. Elk thema wordt ingeleid door een op film vastgelegde inleiding door Paul Schnabel. Klik hier om de filmpjes te bekijken. Thema 1: Noaberschap of overheid? De vraag is wat nodig is om voor elkaar te blijven zorgen nu en in de toekomst. Is dat het Noaberschap, dat vooral in de kleine gemeenten nog zeer prominent aanwezig is, of moeten we daarvoor vooral kijken naar de rol van de overheid? De belangrijkste conclusie die uit de discussie naar voren kwam is dat een actieve overheid nodig blijft, maar dat familie, buurtgenoten en ondernemers ook een belangrijke rol spelen. Met name de plattelandsgemeenten zullen de komende tijd fors vergrijzen. Dat vraagt om specifieke aandacht. Kernwoorden die uit de discussie kwamen: - Professionele achterwacht; - Particuliere initiatieven: buurtzorg, samenlevingsvormen; - Rol van ondernemers; - Voor ouderen door ouderen; - Keuzevrijheid in zorg en/of hulp; - Provinciale rol als aanjager; - Bereiken van mantelzorgers. Opmerkelijke en verhelderende uitspraken: Bernard Korbeld, Raad van Toezicht SVWO/Arcon: “Het begrip noaberschap is van stal gehaald om te bezuinigen. Dit is op zich geen probleem, mensen kunnen veel zelf doen. Belangrijk is wel dat mensen elkaar kennen en minder op zichzelf leven. Bovendien moet er dag en nacht een professionele achterwacht beschikbaar zijn. Mantelzorgers moeten ergens terecht kunnen als dat nodig is.” Attiya Gamri, Provinciale Statenlid voor de PvdA: “De marktwerking in de Wmo leidt niet tot vrolijke resultaten, veel thuiszorgorganisaties zijn failliet gegaan. Er is toezicht nodig. Zorg moet geleverd worden door zowel professionals, vrijwilligers en mantelzorgers.”
8
Carolien Smits, lector Innoveren in de Ouderenzorg, Hogeschool Windesheim:“Er zijn allerlei initiatieven van burgers, bijvoorbeeld initiatieven vanuit migrantengroepen, ouderen die op een andere manier willen samenleven of wijken met een zorgopvangsysteem. De overheid moet zorgen dat er geëxperimenteerd kan worden met subsidie. Vooral door de regelgeving te versoepelen.” Kleis Pit, Directeur MEE Twente: “Er is creativiteit nodig, projecten die de gemeentegrenzen overstijgen en de schotten in financiering moeten doorbroken worden. Een goed voorbeeld hiervan is het Logeerhuis Twente.” Greet van der Kamp, Voorzitter Platform Mantelzorg Overijssel: “De overheid faciliteert wel maar houdt of neemt de regie daarna niet. Dat belemmert de voortgang.”
Adjunct-directeur van svwo/Arcon, Alice ten Dam, vraagt een reactie aan Kleis Pit, directeur van MEE Twente
Jan ten Berge, beleidsmedewerker gemeente RijssenHolten: “Levensloopbestendig bouwen is belangrijk. Mensen moeten langer in hun huizen kunnen blijven wonen.” Bernard Engberts, beleidsmedewerker gemeente Kampen: “Maak afspraken over levensloopbestendig wonen met woningbouwcorporaties.” Hans Bosch, beleidsmedewerker gemeente Dinkelland: “Het begrip mantelzorger spreekt niet aan. Hoe bereik je mantelzorgers? Hoe zorgen we ervoor dat mantelzorgers die het niet meer aankunnen, ondersteund worden? Dat vraagt vervolgacties.”
9
Thema 2: de werkende mantelzorger Mantelzorg wordt het meest geleverd door vrouwen (60%) en vooral door vrouwen die al uit het arbeidsproces zijn of hieraan nooit hebben deelgenomen. Dit verandert echter rap. Het aantal werkende vrouwen en de arbeidsparticipatie van ouderen stijgen beide. Hoe moeten/kunnen burgers mantelzorg en arbeid combineren? Bieden werkgevers daarvoor te weinig mogelijkheden? In elk geval is het vaak niet in relatie tot de wensen van werknemers. De belangrijkste conclusie die getrokken kan worden uit de bijeenkomst is dat het bevorderen van mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid nodig is bij bedrijven en gemeenten maar ook bij zorginstellingen. Er moet een cultuuromslag komen in het denken. Een bewustwording dat niemand alleen maar werknemer is; dat mantelzorg altijd een rol kan spelen. Mantelzorgers moeten zich meer bewust zijn van hun dubbele rol en bij (te voorziene) knelpunten in gesprek gaan met de werkgever. Samen moeten zij zoeken naar mogelijkheden om de combinatie van werk en mantelzorg vorm te geven. Kernwoorden die uit de discussie kwamen: - Voorkomen ziekteverzuim en uitval/burn-out - Rol vakbonden/CAO - Aandacht bij opleiding P&O - Zorg regelen buiten kantooruren - Cultuuromslag/bewustwording Opmerkelijke en/of verhelderende uitspraken: Antonnet Backer, beleidsmedewerker Hof van Twente: “Hof van Twente is begonnen met een mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid. Dit is vooral een culturele omslag in de organisatie, mantelzorg moet bespreekbaar worden gemaakt en maatwerk moet mogelijk zijn, bijvoorbeeld flexibele werktijden en thuiswerken.” Gretha van der Veer, Stichting Informele Zorg Twente: “Bewustzijn voor mantelzorgers en aandacht van de werkgevers levert veel meerwaarde op, 1 + 1 = dan 3.” Nico Moorman, zorgverzekeraar Menzis: “Zorginstellingen kunnen meer rekening houden met werkende mantelzorgers wanneer zorgzaken niet onder kantoortijden geregeld hoeven worden.”
10
Thema 3: de allochtone mantelzorger In 2010 zijn er nog relatief weinig zorgbehoevende allochtone ouderen, maar dit zal snel veranderen. Het aantal allochtone senioren (55+) zal in de komende 10 jaar verdriedubbelen. In veel allochtone samenlevingen zorgen de kinderen traditiegetrouw voor hun ouders. Door de druk van werk en gezin verlenen de tweede en volgende generatie allochtonen echter steeds minder zorg. Allochtone ouderen voelen zich vaak niet prettig in reguliere zorginstellingen door cultuurverschillen en door onvoldoende maatwerk, wat betreft hun eetgewoonten, religie en taal. Er is veel diversiteit binnen de allochtone medelanders. Dé allochtoon bestaat niet! Hoe moet de zorg voor oudere allochtone ouderen er in de toekomst uitzien? De belangrijkste conclusies van de bijeenkomst waren ten eerste dat autochtone Nederlanders wat kunnen leren van allochtone mantelzorgers, maar andersom ook. Traditionele (zorg)instellingen moeten toegankelijker worden en meer maatwerk verlenen. Mantelzorgers moeten leren hun grenzen aan te geven. Kernwoorden die uit de discussie kwamen: - Toegankelijkheid zorginstellingen; - Maatwerk; - Flexibele regelgeving; - Grenzen van mantelzorgen; - Opvang in eigen groep.
Opmerkelijke en verhelderende uitspraken: De heer Taouil, directeur Marotura: “Zet projecten samen met een doelgroep op. Mensen hebben vaak wensen die niet binnen de regels vallen. De overheid en zorginstellingen moeten hierop inspelen.” Margot Hodes, Stichting Informele Zorg Twente: “Een Turkse consulent kan allochtone mantelzorgers voor dementerende ouderen wel bereiken.” Carolien Smits: “Bij Suryoye mantelzorgers zijn er weinig spilzorgers doordat mantelzorgers van alle kanten bijgestaan worden.” Attiya Gamri, Provinciale Staten: “Ik vind het onwenselijk dat er voor elk groep aparte thuiszorgorganisaties worden opgericht. Er moet geïnvesteerd worden in het laagdrempeliger maken van bestaande organisaties voor allochtone zorgvragers en mantelzorgers.” Ibrahim Uncu, platform allochtonen Hengelo: “Het is juist goed dat allochtonen hun eigen zorg organiseren. Stimuleer deze eigen initiatieven!” Carolien Smits: “Allochtone kinderen halen hun ouders sneller uit een verzorgingshuis wanneer zij ontevreden zijn over de kwaliteit van de zorg. Zij zijn een uitstekend signaal dat de kwaliteit in de zorg tekort schiet.” Marieke van den Berg, Universiteit Twente: “Er wordt veel gevraagd van vrouwelijke, allochtone mantelzorgers. Ze moeten actieve burgers zijn, werken en mantelzorg verlenen. Dit levert spanningen op.”
11
Thema 4: het nieuwe ouder worden Er zijn steeds meer eenpersoonshuishoudens, waaronder veel alleenstaande ouderen. Hierbij is er dus geen mantelzorger in huis. Ook is het niet meer vanzelfsprekend dat familie, buren of vrienden zorg verlenen. Vaak wonen familieleden op afstand. Senioren leven langer en blijven vaak langer zelfstandig wonen. Zij gebruiken steeds vaker moderne (informatie) technieken om zelfstandig te blijven. Het aantal ouderen zal de komende decennia groeien. Meer ouderen zullen kunnen beschikken over een behoorlijk pensioen en zullen ook zelf hun keuzes bepalen. We krijgen de grootste en rijkste groep senioren ooit. Hoe ziet de toekomst er voor de nieuwe oudere uit in relatie tot mantelzorg? De belangrijkste conclusie van de bijeenkomst is dat dit onderwerp de komende tijd verder uitgewerkt zal moeten worden door diverse partijen. Gezamenlijk moeten we zoeken naar creatieve oplossingen voor te verwachten problemen zoals het personeelstekort in de zorg en eenzaamheid. Kernwoorden die uit de discussie kwamen: - Dubbele vergrijzing; - De rol van vriendschappen (in plaats van/naast familie); - Ontmoeting; - Eenzaamheid; - Hulp van gepensioneerde thuiszorgmedewerkers; - Levensloop bestendig bouwen. Opmerkelijke en verhelderende uitspraken: Anne van der Meiden, ereburger van Overijssel: “Als je ouder wordt, krijg je last van ‘vroegerzeerte’. Pijn aan een verleden waarin de geliefden nog leefden.” Truus de Groot, bestuurslid Platform Mantelzorg Overijssel en Stichting Stuurgroep Logeervoorzieningen Overijssel: “De nieuwe generatie ouderen heeft meer vriendschappen, die van goede kwaliteit zijn. Hier zal meer op gebouwd moeten worden wanneer familie ver weg woont. Het opbouwen en onderhouden van relaties is daarom heel belangrijk voor de nieuwe oudere.” Carolien Smits: “Verlies van een dierbare kan leiden tot eenzaamheid. Eenzaamheidsinterventies die bewezen hebben dat ze werken moeten hierbij ingezet worden. Organisaties als Seniorweb, 50+ en Omroep Max spelen hier al op in.” Heidi de Jong, Platform Mantelzorg Overijssel: “Voor mensen met een agrarische achtergrond is de opkomst van zorgboerderijen een uitkomst.” Maria Westen, directeur SWO Rijssen-Holten: “Er is een spanningsveld tussen wat mensen “horen te doen”, vanuit een traditioneel perspectief en het moderne leven (werk en gezin combineren). Dit levert een spagaat op.”
Truus de Groot: “Wanneer ben je oud? Iemand van 85 die nog overal aan meedoet, wordt niet als oud gezien. Iemand die met 50 jaar een hartinfarct gehad heeft en kwetsbaar is, wel. Ouder worden is een proces dat voor iedereen anders verloopt.” 12
Aan het eind van de bijeenkomst was Alice ten Dam, adjunct directeur van SVWO/Arcon aan het woord. Zij gaf aan dat de doelstelling van vandaag was: elkaar ontmoeten, nieuwe contacten maken en met elkaar te komen tot inspirerende ideeën waarmee de Provincie Overijssel, SVWO /Arcon, samen met alle spelers in het veld, de toekomst in kan gaan. Gezamenlijk kunnen we vorm geven aan toekomstig seniorenbeleid. De input van deze bijeenkomst, vooral ook de kritische opmerkingen, wordt meegenomen voor de invulling van de steunfunctie Senioren. Deze kent 3 programmalijnen: vrijwilligerswerk, mantelzorg en zelfstandigheid. Tot slot een aantal praktische ideeën die de bijeenkomst heeft opgeleverd: Nieuwe verbindingen leggen tussen partijen, ook die op de bijeenkomst werden gemist! Wmo-raadvertegenwoordigers zijn welkom bij PMO- bijenkomsten; Vertegenwoordigers van kerken, mantelzorgsteunpunten en Wmo-raden moeten elkaar minimaal één keer per jaar ontmoeten; Meer ontmoeting organiseren voor nieuwe ideeën; Bij gladheid winkels stimuleren boodschappen te doen voor senioren; Bij innovatie sociale infrastructuur nieuwe en vernieuwende partners betrekken (voorbeeld: logeerhuis Twente betrekt de toeristenbond); Bij nieuwe initiatieven kennisdelen zoals het geluksbudget ook voor mantelzorgers; Vorm een i-team (innovatieteam) dat problemen kan helpen oplossen voor gemeenten, provincie, instellingen en burgers. Stel daarbij een klankbordgroep aan bestaande uit technici, kunstenaars, jongeren, ouderen etc.; Denk ook aan particulier initiatieven zoals de ideeënmakelaar in Zwolle. De Kamer van Koophandel kan met haar specifieke kennis daarbij een rol spelen.
Vervolg SVWO/Arcon brengt naar aanleiding van de bijeenkomst op 18 februari een toekomstvisie uit over Senioren en
mantelzorg in Overijssel in 2025. U vindt de toekomstvisie op de website www.overijsselovermorgen.nl. De volgende bijeenkomsten in het kader van Overijssel Overmorgen zijn gepland op 7 oktober (burgerparticipatie) en 11 november 2010 (senioren en economie).
Noteer s.v.p. in uw agenda: 11 november 2010 Overijssel Overmorgen Senioren en Economie
13