VERSLAG ONDERHANDELINGEN 21 JANUARI 2015 HOOG OVERLEGCOMITE (HOC 131)
Dagorde: 1. Manifestatie van 6 november 2014 Behandelde punten: Manifestatie van 6 november 2014 Voorzitter Jean-Claude GUNST, Dirco Antwerpen en DG a.i. DGR stelt zich voor en preciseert dat hij Jean-Marie VAN BRANTEGHEM vervangt die drie weken geleden plots overleed. Hij prijst diens werk in het hoog overlegcomité en vraagt de deelnemers om een minuut stilte in acht te nemen. Om de debatten vlotter te laten verlopen, stelt de voorzitter voor dat iedereen zich om de beurt voorstelt. Hij herinnert de vakorganisaties eraan dat ze de volgende documenten hebben ontvangen: het operatieorder, de lijst van de gewonden en de lijst met preventieadviseurs. Het ACV-politie zegt daarop dat zijn vraag overeenstemt met een vraag die al op 17oktober 2014 werd geformuleerd. Het had de overheid immers gevraagd naar de aangewende middelen om een kwaliteilsvolle en veilige ordedienst te verzekeren. Na de gebeurtenissen van 6 november 2014 was het normaal dat dit punt opnieuw moest worden behandeld om na te gaan hoe die ordedienst werd beheerd. Het VSOA heeft gevraagd om dit punt op de agenda te plaatsen naar aanleiding van de gebeurtenissen van 6 november 2014. Het leek de vakorganisatie immers belangrijk dat dit hoge orgaan, verantwoordelijk voor het welzijn, de verschillende debriefings coördineert die al in BOC werden gehouden en daaruit meer algemene lessen trekt, zoals het verbeteren van de procedures. In een e-mail naar de FOD Binnenlandse Zaken heeft het VSOA de documentatie over de risicoanalyses en de verschillende mededelingen opgevraagd. Het heeft wel documentatie ontvangen, maar niet de gevraagde. Het NSPV meent dat een gebeurtenis met zoveel gewonden een uitgebreide risicoanalyse vereist om een herhaling ervan in de toekomst te vermijden. Het heeft eveneens om bepaalde informatie gevraagd, maar er slechts zeer weinig gekregen. Het zou een stand van zaken willen van de verschillende BOC's. Het heeft eveneens vernomen dat een operationele debriefing heeft plaatsgevonden en vindt het jammer dat de vakorganisaties hiervoor niet waren uitgenodigd. Blijkbaar waren er 130 gewonden, dit betekent dat drie volledige pelotons met verwondingen werden afgevoerd, dat heeft het NSPV nog nooit meegemaakt. Het ts geleden van de betogingen van de mijnwerkers dat een dergelijk feit zich heeft voorgedaan. Het wil dat een analyse wordt uitgevoerd om bepaalde zaken te vermijden. Bovendien benadrukt het dat de opleidingsproblemen aan bod kwamen bij de evaluatie van de 10 jaar politiehervorming en het vraagt zich af of het gaat om een mislukking die enkele jaren geleden al aangekondigd was! De ACOD wacht eveneens op de verschillende antwoorden op haar vragen. De voorzitter onthoudt twee essentiële zaken: de wens van de vakorganisaties om een stand van zaken betreffende de debriefings van de BOC's te ontvangen en de wens om uit die gebeurtenis lessen te trekken.
De korpschef van Brussel-Hoofdstad/Elsene zegt daarop dat hij 100 gewonden moeilijk een goed resultaat kan noemen. Hij stelt het op prijs dat iedereen naar oplossingen wil zoeken om een dergelijk feit in de toekomst te vermijden. Op de bewuste avond waren er niet veel gewonden, maar hun aantal bleef met het uur stijgen. Sommige collega's hebben niet onmiddellijk gemeld dat ze gewond waren. Het geruststel/ende is dat iedereen de dag erna uit hel ziekenhuis was ontslagen en dat de verzorging adequaat georganiseerd was. Hij herhaalt de verschillende punten die de vakorganisaties hebben vermeld: - Wat de debriefings betreft, vond vrijdagmorgen een zeer operationele debriefing met de federale politie plaats om na te gaan welke techniek voor verbetering vatbaar was en welk middel nodig was. Na de middag vond een vergadering met ADCC Antwerpen plaats omdat ze wilden weten wat er hen te wachten stond tijdens de betoging die op 24 november in Antwerpen gepland is. Vervolgens werd snel een debriefing gehouden met de vakorganisaties die echter niet wilden dat daarvoor met spoed een BOC zou worden georganiseerd. Ze wilden dat dit niet op lokaal niveau, maar op nationaal niveau zou gebeuren. - Er waren vooral verwondingen aan de armen en de benen die gevolgen kunnen hebben in de toekomst. Er is een uitrustingsprobleem. Het is niet logisch dat de politieagenten minder goed uitgerust zijn dan de havenarbeiders. Bovendien is het bereik van de sproeiwagen kleiner dan dat van de stenen die worden gegooid. - Wat de interventies betreft, is het moeilijk om de personeelsleden te vragen zich terug te trekken. Wanneer tot terugtrekking wordt bevolen, komen de derde gelederen in beweging, terwijl de eerste gelederen nog meer worden blootgesteld en nog meer stenen toegeworpen krijgen. Het is ook moeilijk om zich voorwaarts te bewegen, want daardoor worden die personen in de richting van de vreedzame betogers onder wie vrouwen en kinderen geduwd. Als men met dergelijke personen te maken krijgt, is het genegotieerde beheer van de publieke ruimte niet toepasbaar. De politie moet dezelfde middelen hebben als de betogers en men moet toelaten dat de politieambtenaren geweld gebruiken. Er is geen andere mogelijkheid. Met de huidige technieken en het materiaal is het onmogelijk om tegen de havenarbeiders op te boksen. De korpschef wist al vóór de betoging dat de havenarbeiders een winkel in Antwerpen hadden vernield en dronken waren. De bestuurlijke overheden moeten dus beslissingen nemen. Die personen ontsnappen aan de controle van de betogende vakorganisaties en men moet verhinderen dat die havenarbeiders aan de betoging deelnemen. De dronken havenarbeiders hadden slechts één doel. Op een bepaald moment wordt de democratie bedreigd als een dergelijke situatie zich voordoet. Hun doel was 'de politie kapotmaken' en bij gebrek aan politieambtenaren zouden ze de jongeren aanpakken. De korpschef benadrukt dat hij steeds achter zijn personeelsleden staat, maar dat wil niet zeggen dat hij niet met zijn burgemeester kan samenwerken. Alle verantwoordelijken van de zone moeten een hecht triumviraat vormen. Men moet er lessen uit trekken en de procedures verbeteren. Hij weet dat dergelijke gebeurtenissen nog zullen voorvallen en hoopt ze adequaat te kunnen aanpakken. De burgemeester van de zone Ukkel/Watermaal-Bosvoorde/Oudergem is vandaag aanwezig om te proberen te begrijpen waarom de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Veel personeelsleden van zijn zone raakten gewond en hij wil nagaan hoe de zaken in de toekomst kunnen worden verbeterd. Het VSOA zegt dat men zich hier blijkbaar met details bezighoudt. Als de voorzitter beslist om in te gaan op de details, moet elke betrokken partij er met kennis van zaken over spreken. Het VSOA wil het echter over de tactische, operationele en bestuurlijke commandoketen hebben. Dat betekent niet dat het iemand aan de schandpaal wil nagelen, maar het wil dat er klaarheid wordt gebracht in de zaak. Het heeft nota genomen van interessante informatie en het leest de documentatie snel. Het heeft een
risicoanalyse gevraagd en vraagt er al enige tijd één voor de betogingen. In Meulenberg hebben zich al dezelfde problemen voorgedaan. De overheden moeten een voorafgaande risicoanalyse opstellen. De ontvangen documenten bevatten de procedures, maar het gaat niet om een echte risicoanalyse. Er wordt verwezen naar de wettelijke verplichtingen vervat in de omzendbrief en in de wet op het welzijn. Bovendien vraagt het VSOA zich af waarom de overheid niet heeft ingegrepen toen ze op de hoogte was van de komst van de dronken havenarbeiders en waarom geen voorafgaande risicoanalyse werd uitgevoerd. Het komt eveneens terug op de betoging van 2013 in Namen en het dacht dat men zich het begrip risicoanalyse eigen had gemaakt. Het heeft een operationele, maar geen echte risicoanalyse ontvangen. Het ACV-politie voegt eraan toe dat een risicoanalyse de risico's moet bepalen en de nuttige beschermingsmiddelen moet vermelden. De personeelsleden werden onvoldoende beschermd. Bovendien onthoudt het een element van de korpschef van BrusselHoofdstad/Elsene, namelijk de filosofie. De politie is niet uitgerust noch opgeleid voor een dergelijke gebeurtenis. Het ACV-politie weet dat bepaalde verantwoordelijken al hebben besproken of de politie nog steeds de goede filosofie toepast. Men moet nagaan of men correct handelt wat de handhaving en het herstel van de openbare orde betreft. Iedereen moet aan dit aspect ten volle aandacht besteden. Het ACV-politie vraagt of de verplichtingen in artikel 26 van het koninklijk besluit van 27 maart 1998werden vastgesteld. De ACOD benadrukt op haar beurt de desinvestering binnen de politie wat materiaal en opleiding betreft. Men moet roeien met de riemen die men heeft en dat is een probleem. Het VSOA toont een foto van een peloton dat toekijkt en niet ingrijpt. Het benadrukt dus dat het gebrek aan middelen niet de oorzaak van het probleem moet zijn. Het vraagt aan de voorzitter de inbeslagneming van al het audio- en videomateriaal dat klaarheid kan brengen in die gebeurtenis. Aangezien de burgemeester hoofdbetrokkene is, vraagt hef VSOA hem om de voorzitter op de hoogte te brengen van zijn contacten met de gold commander. De korpschef van de politiezone Zuid is solidair met zijn gewonde personeelsleden en is het eens met de vakorganisaties. Hij is het er echter niet mee eens dat het financieringstekort geen oorzaak is. Hij preciseert dat de zone Zuid een KUL norm heeft die volledig is voorbijgestreefd en als een dergelijke gebeurtenis zich voordoet, worden de leden van zijn zone te hulp geroepen. Hij besluit dat er dus een financieringsprobleem is voor de Brusselse zones. Het VSOA antwoordt dat als 300 personen klaarstaan om in te grijpen, maar hen dat wordt belet en er geen voorafgaande risicoanalyse werd uitgevoerd, het niet om een financieringsprobleem gaat. Het preciseert dat het feit dat de personeelsleden niet goed werden uitgerust onder de bevoegdheid van de korpschef valt. Het gaat dus wel degelijk om verantwoordelijkheden. Het VSOA vraagt of de personeelsleden de gevraagde ondersteuning hebben gekregen. De personeelsleden wachtten op versterking en die versterking stond klaar, maar werd niet ingezet. Het NSPV komt terug op het verloop van de debatten en stelt voor dat de overheid de stand van zaken in de basisoverlegcomités schetst, waarbij elke vakorganisatie kort het woord kan nemen. Het vat het standpunt van dhr. VAN WYMERSCH samen. Blijkbaar hebben de onderhandelingen te lang geduurd en politiek gezien zou men de moed moeten hebben om offensiever op te treden. De dronken havenarbeiders werden niet tegengehouden vóór hun aankomst in Brussel en het materiaal is niet aangepast. Dat zijn de drie elementen die het heeft onthouden. Het preciseert dat er andere fora zijn om over de filosofie te spreken en dat het HOC werd georganiseerd om de vragen te beantwoorden. Het meent dat het interessant zou zijn om naar de verantwoordelijken van de andere zones te luisteren.
De voorzitter stelt de andere verantwoordelijken voor om hun mening te geven. De zonechef van Montgomery heeft binnen zijn zone een analyse uitgevoerd. Hij kan zeggen dat hij over 4 pelotons van 30 personen beschikt. Dat zijn dus 120 personen, maar ze zijn niet uitgerust of getraind. Het doel is dit aantal tot 60 personen te beperken om terug te kunnen keren naar de grondslagen. Dat zijn de eerste maatregelen die hij zal moeten nemen. Vervolgens zal er moeten worden bekeken wie wat doet. Moet men een gehypothekeerde capaciteit van de politiezones reserveren voor offensievere opdrachten, eerst van de federale politie en vervolgens de HyCap van de grote zones? Dat zal de doeltreffendheid ongetwijfeld vergroten. Is het HyCar-systeem geschikt om dit soort problemen aan te pakken? Dat is een vraag die men zich moet stellen. Na analyse van het materiaal blijkt in de politiezone Ukkel/Watermaal-Bosvoorde/Oudergem vooral het materiaal te ontbreken dat de benen moet beschermen. De schilden zijn rond en het bovengedeelte van de benen is niet beschermd. Bovendien leveren de sproeiwagens niet genoeg druk (16 bar). De directeur van DAO heeft al gehoord van de sproeiwagenproblematiek. Hij heeft deze week met technische specialisten vergaderd. Indien één kanon wordt gebruikt, is de maximale druk 19 bar. Bij het gebruik van de twee kanonnen is de maximale druk 17 bar. Er werd gezegd dat die druk door de overheid werd beperkt, maar dat klopt niet. De sproeiwagen is zo gebouwd en kan niet worden gewijzigd. In het kader van het tactische gebruik van die middelen vermeldt het lastenboek dat het mogelijk moet zijn om een betoger tot op 40 meter afstand te stoppen. Daarbij moet men dus rekening houden met de beperkingen en mogelijkheden van die middelen. Geen enkele fabrikant kan een sproeiwagen met een grotere druk leveren. Tot slot preciseert hij dat men die sproeiwagens slechts 5 minuten lang kan gebruiken. Het VSOA benadrukt dat de sproeiwagens slechts gedurende 5 minuten kunnen functioneren en dat men daarmee rekening moet houden op tactisch gebied. Het komt terug op zijn vraag over de inbeslagnemingen. De voorzitter stelt voor om de problematiek stapsgewijs te bespreken. Jo Decuyper preciseert dat indien de overheid die trein in Mechelen had willen doen stoppen, de toestemming van de bestuurlijke overheid en het nodige personeel vereist waren. Er hadden controles moeten kunnen plaatsvinden, maar hij beschikte niet over het nodige personeel en hij had de toestemming van de bestuurlijke overheid moeten hebben om de trein in Mechelen te doen stoppen. Hij kan de beelden van Brussel tonen, de personen samendrijven op de sporen en ingrijpen was onmogelijk. Brussel-Noord was omgeven door een mensenzee. Het is onmogelijk om 800 personen aan te houden. Hij weet dat de havenarbeiders de trein afbreken als ze beseffen dat hij niet naar Brussel rijdt. Hij heeft in Charleroi-West al controles verricht om hooligans op te sporen. Daarvoor is veel personeel en een voorafgaande coördinatie door onderhandeling met de vakorganisaties nodig. Hij had 75 personeelsleden nodig om 150 hooligans te controleren. Hij doet dit werk al dertig jaar en weet dat het onmogelijk is om 800 personen aan te houden. Hij vergelijkt die situatie met de betoging van de metaalarbeiders. De voorzitter vat als volgt samen: - er stelt zich een probleem en men moet de wettelijke mogelijkheden om op te treden tegen mensen die zich naar een bepaalde gebeurtenis begeven, uitdiepen. - de tactische aanpak van een belangrijke harde kern die deelneemt aan een betoging moet worden verbeterd en de actiemogelijkheden moeten worden onderzocht.
Het lid van de nationale politieacademie antwoordt dat als men alle toenmalige gebeurtenissen beschouwt, er in heel de stad incidenten waren op de kritieke plaatsen (kabinet, zetel van de MR). Het was moeilijk om meer personeel vrij te maken. Er wordt gekozen voor tactische terugtrekking om te vermijden dat alle betogers worden opgeruid. Men moet nadenken over de manier om die harde kern te verslaan. Oe voorzitter komt terug op de uitgevoerde risicoanalyse en de verspreide documenten. Het ACV-politie preciseert dat de risicoanalyse niet werd uitgevoerd. Het komt terug op de woorden van de directeur van DAO en vraagt hoelang de twee kanonnen van de sproeiwagen blijven functioneren. Of men nu één of twee kanonnen gebruikt, de persoon die het kanon bedient, moet nadenken over wat er tactisch gezien moet gebeuren. Als slechts één sproeiwagen op het terrein aanwezig is, is het logisch dat het water en de capaciteit worden beheerd tot de komst van de andere sproeiwagen. De directeur van DAO heeft gezegd dat het onmogelijk was om de druk te controleren. Het ACV-politie meent dat de verantwoordelijke van de sproeiwagen het water als een goede huisvader moest beheren tot de komst van de tweede sproeiwagen. Het komt vervolgens terug op de opmerking van Jo Decuyper. Het vraagt of hij voortdurend met de Brusselse overheden heeft gecommuniceerd om hen in te lichten over de toestand van de havenarbeiders. Het ziet in het operatieorder op een bepaald moment het risiconiveau 4 vermeld staan. Het veronderstelt dat men daarmee rekening zou hebben gehouden indien een voorafgaande risicoanalyse werd uitgevoerd. Gelet op het aangekondigde gevaar zou het bovendien nuttig zijn geweest de risicoanalyse te herzien. Men had kunnen reageren zonder de personeelsleden meer dan nodig bloot te stellen, maar de middelen werden niet ingezet. Het zou willen weten of er in sproeiwagens en manschappen was voorzien en of die hadden kunnen worden ingezet. Het vraag zich eveneens af of er middelen waren die nooit werden ingezet. Jo Decuyper antwoordt dat er langs de voorziene kanalen met de Brusselse overheden werd gecommuniceerd. De directeur van DAO legt uit dat de tactische aanpak erin bestaat de sproeiwagen niet voortdurend te gebruiken, maar om regelmatig 'waterschoten' te lossen. Hij heeft niet gezegd dat het onmogelijk was om de druk te controleren, maar wel om de maximale druk te overschrijden. Het is echter mogelijk om de druk te controleren door hem te verminderen. De voorzitter vraagt aan de korpschef van Brussel of de risicoanalyse werd uitgevoerd en welke informatie werd doorgegeven. De preventieadviseur van de politiezone Brussel deelt mee dat de voorafgaande risicoanalyse, zoals bepaald in de omzendbrief OOP 41, gedeeltelijk in het operatieorder werd opgenomen. De tijdens de betoging te gebruiken uitrustingen, veiligheids- en werkmiddelen werden voorzien op basis van de adviezen die de preventieadviseur in augustus had verstrekt. Die analyse is voor de vakorganisaties misschien niet kwalitatief genoeg, maar men kan er lessen uit trekken voor de toekomst. Men zou zich moeten richten op een gecoördineerd advies voor meerdere zones. De risicoanalyse die achteraf werd uitgevoerd en aan de vakorganisaties werd bezorgd, was op het operationele verslag gebaseerd. Het VSOA vraagt of de preventieadviseur de risicoanalyse heeft opgesteld. De preventieadviseur antwoordt dat er vooraf contact met hem werd opgenomen, maar hij heeft geen risicoanalyse uitgevoerd.
Het verbaast het VSOA dat hij de risicoanalyse moet verdedigen, terwijl er geen contact met hem werd opgenomen om ze op te stellen. De zone scoort laag voor welzijn. Het VSOA meent dat het tijd is om de zaken naar een hoger niveau te brengen. De preventieadviseur zei zojuist dat er geen contact met hem werd opgenomen om de risicoanalyse uit te voeren. zoals bepaald in de wet betreffende het welzijn op het werk. Dat toont de koers die de bestuurlijke overheid beoogt voor de politieambtenaren bij het genegotieerde beheer van de publieke ruimte. Het was sinds lang geweten dat de vernielers naar Brussel zouden komen en bepaalde organisaties waren ingelicht over het grote geweldsrisico. Men was dus op de hoogte vóór het vertrek van de trein. De filosofische koers van de bestuurlijke overheid is opgenomen in de documenten en beantwoordt aan de CP 4. Op 4 november wist men echter al dat het genegotieerde beheer van de publieke ruimte onmogelijk was en desondanks handhaafde men die filosofie. Als CPBW-lid eist het VSOA dus een inbeslagneming van het audio- en videomateriaal om klaarheid te brengen in de genomen beslissingen en het herhaalt het verzoek aan de burgemeester van BrusselHoofdstad/Elsene om de verschillende berichten vrij te geven die vanaf zijn smartphone werden verstuurd. De burgemeester van Brussel antwoordt dat hij niet voor de rechtbank van Moskou staat en dat de vakorganisaties nog geen dwangmiddelen tegen hem kunnen gebruiken. Hij doet wat hij wil en staat niet onder arrest. De vakorganisaties kunnen hun vragen stellen en het staat hem vrij ze al dan niet te beantwoorden. Het VSOA preciseert dat het CPBW het recht heeft om alle gewenste informatie in het kader van het welzijn te ontvangen. Het zou gewoon de communicatie tussen de bestuurlijke overheid en de andere commando's willen kennen. Als het niets ontvangt, moet in de notulen worden genoteerd dat het om een inbreuk op het Strafwetboek gaat en dat de overheid weigert om de informatie aan het comité te bezorgen. De voorzitter is officier van gerechtelijke politie. Het gaat om een strafrechtelijke inbreuk en hij moet een proces-verbaal opmaken. De preventieadviseur van de politiezone Brussel-Hoofdstad/Elsene preciseert dat hij niet heeft verklaard dat geen enkele risicoanalyse werd opgesteld. Hij heeft gezegd dat een advies was uitgebracht om een risicoanalyse in het operatieorder op te nemen. Er zijn punten over welzijn opgenomen en het VSOA kan over de kwaliteit discussiëren. Hij bevestigt dat er geen contact met hem werd opgenomen voor het opstellen van de risicoanalyse. De voorzitter antwoordt dat de overheid overleg zal plegen over de inbeslagneming en het proces-verbaal en onderbreekt de vergadering alvorens te antwoorden. Na een onderbreking van de vergadering preciseert de voorzitter dat er gerechtelijke onderzoeken lopen tegen bepaalde personen die aan de betoging deelnamen. In die context worden de audio- en video-opnames onderzocht en kan hij noch inbeslagnemingen uitvoeren, noch een proces-verbaal opmaken. Daarmee is hij trouwens niet belast binnen het hoog overlegcomité. Hij stelt vast dat er een risicoanalyse werd uitgevoerd. Men kan discussiëren over de werkwijze en de inhoud en hij preciseert dat in de omzendbrief geen enkel model wordt opgelegd. De wijze van opstellen is dus in zekere zin vrij. Er staat niet dat voor elke ordedienst een risicoanalyse moet worden opgesteld. Dat is trouwens niet haalbaar als de zone jaarlijks meer dan honderd ordediensten moet uitvoeren. Een document, opgesteld door de federale en lokale preventieadviseurs, werd voor grondige analyse naar de federale politieacademie gestuurd. De voorzitter verbindt zich ertoe deze analyse van Johan Teirlinck over twee weken te bezorgen. Men stelt voor om de debatten af te ronden en over twee weken de analyse voor te leggen.
Het VSOA reageert op het proces-verbaal en de risicoanalyse. Het hoopt dat de voorzitter het niet meent wanneer hij verwijst naar een omzendbrief waarin de verplichtingen op het gebied van welzijn worden herhaald. Het ziet niet waar er is opgenomen dat het niet nodig is een risicoanalyse op te stellen. In de wet op het welzijn wordt duidelijk vermeld dat een risicoanalyse steeds vereist is. Gesteld dat een risicoanalyse niet verplicht is, is ze ongetwijfeld noodzakelijk als de overheid weet dat het om een belangrijke gebeurtenis gaat waarbij veel personen worden verwacht. Het VSOA herhaalt dat het om een strafrechtelijke inbreuk gaat en het meent dat de voorzitter zich beter zou moeten informeren. Hoewel er geen model is, hebben de preventieadviseurs een opleiding gevolgd. Het vraagt aan de preventieadviseur van de zone Brussel of het om een risicoanalyse gaat. Er worden hier strafrechtelijke inbreuken gepleegd en er moet klaarheid worden gebracht in de communicatie tussen het commando en de bestuurlijke overheid. Het moet niet ingewikkeld zijn. Het doel van deze vergadering is de oorzaken bepalen en maatregelen nemen om een dergelijk feit in de toekomst te vermijden. De weigering van de burgemeester belemmert de duidelijkheid. Het VSOA vroeg de burgemeester enkel om duidelijkheid. Het hoopt dat dit dossier wel degelijk wordt onderzocht en dat de vakorganisatie niets wordt voorgelogen. Het hoopt dat de audio- en video-opnames van de bunker eveneens in beslag werden genomen. Het preciseert dat de voorzitter een kopie van de harde schijven van de sproeiwagen kan vragen. Dat heeft geen enkele invloed op de gerechtelijke procedure en geeft zicht op wat er is gebeurd. De voorzitter neemt akte van de reacties van het VSOA en stelt voor om over twee weken de analyse van de federale school voor te leggen. Het ACV-politie is het niet eens met wat de voorzitter vandaag zegt. Het kan niet toestaan dat men zegt dat een risicoanalyse niet verplicht is. Als de risicoanalyse correct wordt uitgevoerd, kan ze bovendien later worden gebruikt. Het ACV-politie komt terug op de onderhandeling naar aanleiding van de betoging in Namen en preciseert dat er was afgesproken dat een risicoanalyse noodzakelijk was. Het vraagt of het document dat tijdens de vergadering werd bezorgd de risicoanalyse is en of het klopt dat ze niet vooraf werd uitgevoerd. De preventie adviseur antwoordt dat het wel degelijk om een risicoanalyse gaat, ook al zou hij anders te werk zijn gegaan, en dat die analyse achteraf werd uitgevoerd. Het ACV-politie herhaalt dat er dus geen voorafgaande risicoanalyse werd opgesteld, terwijl ze bij een dergelijke gebeurtenis vereist is. Het meent dat die risicoanalyse niet wegens gebrek aan middelen moet worden geschrapt. De voorzitter verduidelijkt dat hij gewoon heeft gezegd dat de omzendbrief OOP 41 niet voorziet in de verplichting om systematisch een risicoanalyse uit te voeren. De preventieadviseur van de politiezone Brussel-Hoofdstad/Elsene bevestigt dat een voorafgaande risicoanalyse moet worden opgesteld, maar de vorm ervan wordt niet gepreciseerd. In dit geval zijn er meerdere werkgevers en meerdere adviezen hadden moeten worden ingewonnen. Hij benadrukt dat men niet kan zeggen dat er geen risicoanalyse werd opgesteld. Het ACV-politie komt terug op artikel 8 van de wet op het welzijn waarin staat dat een risicoanalyse verplicht is en hoe men die moet uitvoeren. De voorzitter sluit dit punt af. Hij zal over twee weken een uitgebreidere analyse van een neutrale persoon voorleggen. De vraag of de analyse volstaat, wordt in het midden gelaten.
Het VSOA zal de bevoegde overheden vragen om het voorzitterschap over te nemen, want de werking van het comité wordt belemmerd en het is eveneens een strafrechtelijke sanctie.