Verbinden Twence in 2014
Twence verbindt duurzaamheid met innovatie en geeft hightech bedrijven zoals Pentair een platform om nieuwe technologieën en concepten in de praktijk te toetsen
e i t a v o n In
Stan van Bergenhenegouwen Pentair
Pentair en Saxion Hogeschool uit Enschede doen samen onderzoek naar het duurzamer zuiveren van afvalwater. Twence gebruikt een door Pentair ontwikkelde installatie voor de behandeling van afvalwater. De installatie breekt de vervuilende componenten uit het afvalwater af en het water wordt dusdanig gereinigd dat het geloosd kan worden op het riool. Met de kennis die Pentair en Saxion opdeden in de ‘proeftuin’ bij Twence, willen de bedrijven een nog duurzamer technologie te ontwikkelen.
2
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 3
Inhoudsopgave
Duurzaam verbinden
Duurzaam verbinden
5
Twence in het kort
7
People 11 Aandeelhouders 11 Klanten 12 Samenwerking 17 Leiding en toezicht 20 Sociaal verslag 22 Relatie met onze omgeving 23 Maatschappelijke verantwoordelijkheid 25 Veiligheid en gezondheid 28 Planet 33 Grondstoffen- & materialenterugwinning 33 Energie uit hernieuwbare bronnen 39 Energie uit niet-recyclebaar afval 46 Storten 48 Kwaliteit 50 Milieuaspecten 52 Profit 61 Het jaar 2014 62 Vooruitblik naar 2015 64 De toekomst 65
Ons bestaansrecht ontlenen wij aan de maatschappelijke bijdrage die wij leveren. Vanuit onze oorsprong maken wij werk van duurzaam ondernemen. Door maatschappelijk nut met ondernemerschap te verbinden, dragen wij bij aan een meer duurzame economie. Op innovatieve manieren halen wij grondstoffen uit afvalstromen. Ook maakt onze duurzame energieproductie de regio meer en meer zelfvoorzienend. Voor onze aandeelhouders, voornamelijk Twentse gemeenten, leveren wij hiermee een belangrijke bijdrage aan de regionale klimaat- en duurzaamheidsdoelstellingen.
Verbinden is voor ons een sleutelwoord. Om maatwerk te kunnen leveren aan onze klanten in binnen- en buitenland, moeten wij weten wat hen beweegt en welke behoeften zij hebben. Dit kan alleen door goed contact en nauwe samenwerking worden bereikt. Door het verbinden van onze eigen kracht met de wensen van onze stakeholders kunnen wij duurzaam groeien én duurzaam bijdragen. Zo werken wij kwantitatief en kwalitatief aan verdere grondstoffenterugwinning, zoeken wij naar mogelijkheden om –regionaal– materiaalketens te sluiten en de energieopbrengst vanuit onze bestaande installaties én uit hernieuwbare bronnen te verhogen. Daarmee leveren wij tegelijkertijd een bijdrage aan de regionale economie en werkgelegenheid.
Door het verbinden van onze eigen kracht met de wensen van onze stakeholders kunnen wij duurzaam groeien én duurzaam bijdragen
diverse verwerkingsmethoden met elkaar verbinden om het maximale resultaat te bereiken. Afval is geen wegwerpmateriaal, afval is voor ons de waardevolle grondstof waarmee wij bijdragen aan een duurzamere toekomst. Zowel op het gebied van hergebruik, als op het gebied van het terugwinnen van energie uit hernieuwbare bronnen, hebben wij in 2014 opnieuw stappen gezet. In oktober vierden wij met trots de formele afronding van vier innovatieve projecten, onder de noemer ‘four steps forward’. Door de oplevering van het ‘ONFA’-project (Optimalisatie Non Ferro Afvangst uit bodemassen) halen wij nog meer metalen terug uit de assen die na thermische verwerking van afval overblijven. Het innovatieve CO2NBC project biedt ons de mogelijkheid om eigen CO2 uit de rookgasreiniging te benutten voor de productie van natriumbicarbonaat (‘bakpoeder’, NaHCO3), dat wij gebruiken voor het reinigen van rookgassen in onze afvalenergiecentrale. Deze twee projecten zijn mooie voorbeelden van het verbinden van verschillende elementen van een kringloop. De nieuwe combi-vergister op ons terrein is door de Enschedese specialist in bio-energiesystemen HoSt ontwikkeld. Hierin kunnen we, naast reguliere vloeibare afvalstromen, lastig verwerkbare biomassastromen vergisten en zo nuttig toepassen. Het gaat om een pilot, er zijn in Nederland nog geen andere installaties die dit materiaal op deze wijze kunnen benutten. Met het realiseren van nieuwe stortgasonttrekkingsbronnen en het bijbehorende leidingnetwerk in de stortheuvels op ons terrein in Hengelo, voorkomen we dat een groot deel lees verder op pagina 6 >
Tekst / eindredactie: Afdeling Communicatie Twence B.V. Fotografie:
Simone Gerard, Colette Wieldraaijer, Frans Dekker
Vormgeving:
Reclamebureau VanderVeer, Enschede
Druk:
D4 B.V., Oldenzaal
Dit jaarverslag wordt uitgegeven in het Nederlands en Engels. De Nederlandse gedrukte uitgave is leidend. Dit jaarverslag is gedrukt op DigiGold® Ice White (FSC).
4
Iedereen kan zelf bijdragen aan een beter milieu door minder afval te produceren. En het afval dat toch ontstaat, kunnen we nuttig gebruiken door het om te zetten in bruikbare producten en grondstoffen, of door er duurzame energie uit op te wekken. Hierin ligt de kracht van Twence. Op onze locatie Boeldershoek kan een veelheid aan afvalstromen op verschillende manieren worden verwerkt. We kunnen kiezen voor de verwerkingswijze die het meeste milieurendement oplevert in de vorm van herbruikbare materialen, grondstoffen of duurzame energie. En we kunnen de
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 1 – Duurzaam verbinden
03 5
Twence in het kort < vervolg van pagina 5
van het broeikasgas methaan uit de stortheuvels in de atmosfeer terecht komt. Deze verbetering betekent ook een aanzienlijke verhoging van de productie van stortgas tot naar schatting 3 miljoen m3 per jaar. Ook met de grote projecten waar wij de komende jaren aan werken verwachten wij meer afval naar een hogere trede in de afvalverwerkingshiërarchie te brengen. Het realiseren van een nascheidingsinstallatie voor huishoudelijk afval, die wij begin 2017 in gebruik hopen te nemen, en aansluitend een KVM installatie voor het sorteren van kunststoffracties, zal een forse bijdrage leveren op het gebied van recycling. De mestverwerkingsinstallatie, waarvan de gefaseerde bouw in 2015 van start kan gaan op Elhorst-Vloedbelt, zal bijdragen aan terugwinning van essentiële nutriënten én we kunnen duurzame energie winnen uit dit biogene materiaal. Door de ombouw van onze biomassa-energiecentrale hopen wij de energieopbrengst vanaf 2017 te verdrievoudigen, door naast elektriciteit ook stoom en warmte te leveren. Verder doen wij onderzoek naar mogelijkheden om de rookgasreinigingszouten uit onze afvalenergiecentrales verantwoord op te werken tot secundaire bouwstof en werken wij verder aan de verbetering van de afvangst van metalen uit bodemassen. Voor activiteiten met een schaalgrootte als de onze, is een goed contact met onze naaste omgeving essentieel. Door regelmatig contact met onze buren en met hulp van klankbordgroepen kunnen we zorgen van onze omgeving vroegtijdig herkennen. Wij komen zo tot betere resultaten. Een mooi voorbeeld daarvan is de landschappelijke inpassing van onze hoofdvestiging in Hengelo, aan de rand van het aantrekkelijke Twekkelo. In juni 2014 vierden wij met de vele betrokken partijen de afronding van het omvangrijke plan ‘Beken Boeldershoek’ in het gebied rond Twence.
Missie Twence staat voor hoogwaardige inzet van afval als bron van herbruikbare grondstoffen; wij maken afval hiertoe geschikt en brengen grondstoffen terug in de keten. Daarnaast produceert Twence energie uit hernieuwbare bronnen. Wij zetten restafval in voor energetische benutting, zolang dit nog de meest efficiënte vorm van gebruik is. Dit doen wij met passie, innovatief en bedrijfseconomisch verantwoord. Wij respecteren mens en milieu en dragen bij aan verduurzaming van de samenleving.
Na een jaar van voorbereidingen werden wij begin 2015 gecertificeerd op de MVO-prestatieladder, niveau 3. Wij zien dit als een mooie beloning voor onze inspanningen op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemerschap. Het is een onafhankelijke erkenning van onze volwassenheid op MVO-gebied en onze verbinding met onze omgeving. Daar zijn wij trots op. We blikken terug op een duurzaam jaar en zien nieuwe kansen en mogelijkheden voor ons. In dit publieksverslag leest u meer over onze doelen, projecten en ontwikkelingen. In ons ‘Financieel jaarverslag 2014 Twence Holding B.V.’ vindt u de financiële details.
Hengelo, 19 maart 2015
dr. G. Marc Kapteijn algemeen directeur
Twence haalt met behulp van innovatieve technologie herbruikbare materialen, grondstoffen en duurzame energie uit afval en biomassa. Daarmee brengt het bedrijf zo veel mogelijk grondstoffen terug in de kringloop en draagt het bij aan de besparing op het verbruik van fossiele brandstoffen en de vermijding van CO2-uitstoot. Twence is een internationale speler op de markt van grondstoffen, duurzame energie en hoogwaardige verwerking van afvalstromen en biomassa. Deze markten zijn competitief én maatschappelijk zeer relevant. Het afval dat als onze grondstof en brandstof dient, halen wij uit de eigen regio, uit andere delen van Nederland, uit Duitsland en in toenemende mate uit het Verenigd Koninkrijk. Om de ‘grondstof’ afval zo goed mogelijk te benutten, verbeteren wij onze processen voortdurend. Zo maken wij steeds meer afvalstoffen geschikt voor hergebruik en halen wij zoveel mogelijk energie uit het resterende materiaal. Twence werkt aan duurzame relaties met klanten, overheden, maatschappelijke organisaties en diverse samenwerkingspartners. Met een netto omzet van ruim € 100 miljoen en met zo’n 220 medewerkers in dienst, is het bedrijf een belangrijke –en nog steeds groeiende– werkgever en draagt het bij aan de economie van de regio Twente. Ons uiteindelijke doel is een afvalloze samenleving, met optimaal hergebruik van goederen en terugwinning van grondstoffen.
Twence levert - Elektriciteit (aan het openbare net en aan gemeenten) - Warmte (voor stadsverwarming) - Stoom (voor nabijgelegen industrie) - Herbruikbare grondstoffen en deelstromen (onder meer metalen) - Bodemassen en FORZ® (voor onder meer wegenbouw) - Compost
De komende jaren zullen wij daarom blijven investeren in de ontwikkeling van kennis en installaties om grondstoffen terug te winnen uit afval. Zo kunnen we bijdragen aan het sluiten van materialenkringlopen en het terugbrengen van waardevolle stoffen in de circulatie. Wij zijn ervan overtuigd, dat bedrijven als Twence, die expertise hebben op het gebied van be- en verwerking van uiteenlopende afvalstromen en biomassa, een belangrijke schakel vormen voor de transitie van afval naar volledig herbruikbare materialen. Zo lang er echter nog niet-herbruikbaar afval overblijft, zullen wij dit benutten voor de productie van energie. Het rendement van onze afvalenergiecentrales verhogen wij door enerzijds te werken aan de optimalisatie van onze dagelijkse processen en anderzijds de mogelijkheden voor warmte-uitkoppeling verder te benutten. Daarmee dragen we bij aan de besparing op fossiele brandstoffen en de vermijding van CO2-uitstoot. Terug naar inhoudsopgave
6
Hoofdstuk 1 – Duurzaam verbinden
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 2 – Twence in het kort
03 7
Je leert hier veel, het is echt een werkplek en géén dagbesteding
Jessica van Avesaat Aveleijn
Meedoen Vanuit zijn oorsprong maakt Twence serieus werk van duurzaam ondernemen, om zo bij te dragen aan een groenere en socialere maatschappij. We geven hieraan invulling door onder meer de inzet van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt voor diverse werkzaamheden. Zo ‘huren’ we bijvoorbeeld Aveleijn in, een organisatie die werkt met mensen met een verstandelijke beperking.
Terug naar inhoudsopgave
8
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 9
People Kennis vermenigvuldigt door het te delen. Door intensieve samenwerking met al onze stakeholders kunnen we allen meer bereiken en grotere stappen zetten in grondstoffenterugwinning en duurzame energieopwekking. Wij werken daarom hard aan een goede verstandhouding met onze aandeelhouders, klanten, medewerkers, leveranciers, partners, buren, belangengroeperingen en overheden. Verantwoorde verwerking van afval, het sluiten van de materialenkringloop en een duurzame energievoorziening zijn grensoverschrijdende maatschappelijke vraagstukken. Daarnaast hebben activiteiten met een omvang als die van Twence breed draagvlak nodig, zowel in onze naaste omgeving, als op politiek en bestuurlijk vlak.
Activiteiten met een omvang als die van Twence hebben breed draagvlak nodig
Aandeelhouders Onze aandeelhouders hebben hun eigen ambitieuze duurzaamheidsdoelen, afgeleid van de landelijke doelstellingen. Als aandeelhouder van Twence beschikken gemeenten over een belangrijk instrument voor het behalen van deze doelstellingen. Via het aandeelhouderschap zijn zij in staat invloed uit te oefenen op de strategische ontwikkeling van de onderneming. Zoals elders in dit verslag beschreven, namen wij in oktober 2014 vier duurzame projecten, die elk een belangrijke bijdrage leveren aan onze doelen en die van onze aandeelhouders, officieel in gebruik. Niet alleen belangrijk vanwege deze doelstellingen, maar ook omdat honderden mensen de afgelopen jaren hebben bijgedragen aan de ontwikkeling, constructie en bouw van de vier installaties. Zo gaan duurzaamheid en recycling hand in hand met de ontwikkeling van hoogwaardige werkgelegenheid in de regio. Onze partners boden we met deze projecten ook weer een ‘proeftuin’, waarin nieuwe concepten marktrijp werden. Op deze manier dragen we samen bij aan een gunstig vestigingsklimaat voor hightech-ondernemingen in de regio: een belangrijke motor van de Twentse economie.
De komende jaren wil Twence verder investeren in grondstoffenbehoud, door onder meer het bouwen van een nascheidinginstallatie voor huishoudelijk restafval en een scheidingsinstallatie voor kunststofverpakkingsmaterialen in Hengelo. Daarnaast willen we op Elhorst-Vloedbelt in Zenderen een dik-dunscheidingsinstallatie voor mest plaatsen. De productie van duurzame energie zal fors toenemen door stoomuitkoppeling uit onze biomassa-energiecentrale en door vergisting van mest.
Overheden als aandeelhouder In overeenstemming met de statuten heeft Twence uitsluitend overheden als aandeelhouder. Per 31 december 2014 zijn de aandeelhouders van Twence: Regio Twente, Vuilverwerkingsbedrijf NoordGroningen en de gemeenten Almelo, Berkelland, Borne, Dinkelland, Enschede, Haaksbergen, Hellendoorn, Hengelo, Hof van Twente, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand en Wierden. Het Vuilverwerkingsbedrijf Noord-Groningen is een samenwerkingsverband van de gemeenten De Marne, Eemsmond, Loppersum en Winsum.
Terug naar inhoudsopgave
10
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 11
Klanten Onze klanten in binnen- en buitenland zoeken maatwerkoplossingen en flexibiliteit. Met het brede spectrum aan technisch hoogwaardige afvalverwerkingsmogelijkheden op onze locatie in Hengelo, komen wij hieraan tegemoet voor onze klanten voor afvalverwerking. Dat wij afval op veel manieren verwerken en kiezen voor de methode met het hoogste milieurendement, maakt ons aantrekkelijk voor onze afval- , RDF- en biomassaleveranciers. De helft van onze omzet is inmiddels afkomstig van de productie van energie uit niet-herbruikbare materialen. Doordat wij over moderne installaties beschikken om deze energie te produceren, zijn wij een betrouwbare leverancier voor onze afnemers van elektriciteit, warmte en stoom. Onze maatwerkoplossingen, flexibiliteit en leverbetrouwbaarheid vullen we aan met nieuwe logistieke concepten en steeds verdergaande samenwerking in de keten. Daarnaast nemen wij onze maatschappelijke verantwoordelijkheid serieus, zodat wij echte duurzame oplossingen kunnen aanbieden.
Sinds 2013 wordt onze duurzame elektriciteit ook door Twentse gemeenten afgenomen, die hiermee lokaal geproduceerde duurzame energie inzetten
Klanten voor energie Een grote afnemer van door Twence geproduceerde energie is onze ‘buurman’ AkzoNobel in Hengelo. Sinds 2011 maakt AkzoNobel in de zoutproductie al gebruik van stoom van Twence voor de indamping van pekel. Deze leveringen zijn per 1 januari 2013 contractueel verhoogd naar minimaal 650.000 ton stoom per jaar. In 2014 leverden we 733.000 ton stoom. Dit maakt het voor AkzoNobel mogelijk de zoutproductie in Hengelo verder te verduurzamen. Sinds 2011 leveren wij ook warmte via een ondergrondse leiding aan het warmtenet in Enschede. Dit net voorziet ongeveer 7.000 woningen en 200 bedrijven van warmte. De bedrijven, waaronder de Grolsch Veste, Universiteit Twente, zwembadcomplex Aquadrome en Intratuin gebruiken ongeveer 70 procent van de warmte. Omgerekend naar huizen levert Twence hier de warmte voor circa 15.000 woningen. De afgelopen jaren hebben wij ons kunnen bewijzen als betrouwbare leverancier met voldoende capaciteit om een stabiele levering te garanderen. In juli 2014 is de warmtekrachtcentrale van EnNatuurlijk definitief uitgezet en is Twence vrijwel alle warmte gaan leveren aan dit stadsverwarmingssysteem. Het uitschakelen van de gasgestookte warmtekrachtcentrale betekent een verdere verduurzaming van het warmtenetwerk van EnNatuurlijk. Al sinds de ingebruikname van de afvalenergiecentrale in 1996 leveren wij duurzame elektriciteit aan het openbare net. Energie uit onze afvalenergiecentrale wordt voor 56% (2014) als duurzaam beschouwd. Energie uit de biomassa-elektriciteitscentrale en uit bioconversie is 100% duurzaam. Sinds 2013 wordt onze duurzame elektriciteit ook door Twentse gemeenten afgenomen, die hiermee lokaal geproduceerde duurzame energie inzetten. De gemeenten gebruiken de elektriciteit voor openbare gebouwen, inrichtingen zoals zwembaden en voor straatverlichting. In totaal gaat het om circa 5.400 aansluitingen in veertien gemeenten en een verbruik van circa 55.000 MWh per jaar. Dit is vergelijkbaar met het elektriciteitsverbruik van ongeveer 15.000 huishoudens. In 2013 werd elektriciteit al aan de gemeenten Almelo, Borne, Dinkelland, Enschede, Hengelo en Oldenzaal geleverd. Per 1 januari 2014 volgden Haaksbergen, Hellendoorn, Hof van Twente, Losser, Rijssen-Holten, Twenterand, Tubbergen en Wierden.
Het verschepen van bodemassen via de combiterminal in Hengelo.
Grondstoffenafzet We winnen meer en meer herbruikbare materialen en grondstoffen terug uit het afval dat ons ter verwerking wordt aangeboden. Een deel bestaat uit bodemassen, voor diverse bouwprojecten. In 2014 leverden we bijvoorbeeld bodemassen aan ‘Het Groene Schip’, een recreatiegebied in aanleg nabij het Noordzeekanaal. In dit project zal in totaal circa 3 miljoen m3 secundaire bouwstoffen worden toegepast, een groot deel daarvan bestaat uit bodemas van afvalenergiecentrales. Metalen worden door staalfabrieken en tussenleveranciers afgenomen. Deelstromen uit onze afvalscheidingsinstallatie gaan naar verwerkingsbedrijven in binnen- en buitenland. Klanten voor afvalverwerking Met vele van onze regionale en Nederlandse klanten werken wij al jaren plezierig en constructief samen. Het ‘thuisfront’ biedt ons de basis die wij nodig hebben voor onze ontwikkeling, zowel op de markt als in de techniek. Wij willen deze klanten bedienen met efficiënte verwerkingsmogelijkheden die passen bij de aard van hun bedrijf of de aard van het te verwijderen materiaal.
Aanbesteding verpakkingsmaterialen Twence heeft in 2014 dertien gemeentelijke aandeelhouders geholpen bij het aanbesteden van de sortering en vermarkting van verpakkingsmaterialen. De Twentse gemeenten streven naar maximaal 50 kilo restafval per inwoner in 2030. Dit doen ze onder andere door het uitrollen van nieuwe inzamelstructuren voor verschillende afvalstromen en het optimaliseren van de verwerking. Vaak worden kunststoffen, drankenkartons en metalen verpakkingen gezamenlijk ingezameld. Deze stroom wordt door mechanische nascheiding gesorteerd zodat de gesorteerde deelstromen opnieuw gebruikt kunnen worden. Twence beschikt nu nog niet over de technische mogelijkheden om het kunststofverpakkingsmateriaal zelf te sorteren en te bewerken, maar wil hierin investeren. Daarom hebben we de verwerking aanbesteed. Afvalverwerkingsbedrijf Attero heeft de aanbesteding gewonnen en start 1 januari 2015 met de verwerking van in totaal zo`n 5.000 ton materiaal per jaar. De samenwerking tussen Twence en Attero heeft een looptijd van één jaar, met een optie tot verlenging van nog een jaar.
Terug naar inhoudsopgave
12
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 13
Proeven met scheidingsconcepten Op 1 januari 2014 startten we met de gemeente RijssenHolten een proef met een ‘recyclezak’. In de zak, die tweewekelijks aan huis werd opgehaald, konden alle plasticsoorten, sap- en melkpakken, blik, metalen en kleine elektrische apparaten worden aangeboden. Voor de inwoners wordt het gemakkelijker en de grijze bak raakt minder snel vol. In de gemeente Losser startte in de zomer van 2014 een proef met een zogeheten verpakkingscontainer. Deze proef werd samen met Twente Milieu uitgevoerd. In een deel van de gemeente werden kunststofverpakkingsmaterialen en blik apart ingezameld en vervolgens bij Twence machinaal gesorteerd.
Bij deze proeven was onze voornaamste doelstelling om kennis op te doen van het materiaal en het sorteerproces dat nodig is om zo veel mogelijk materialen terug te winnen, waardoor ze geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik. De ervaringen hebben ons geholpen bij de ontwikkeling van de nascheidingsinstallatie voor huishoudelijk afval, waarvan we de bouw in 2016 willen starten (zie bladzijde 33 van dit verslag), en de scheidingsinstallatie voor kunststofverpakkingsmaterialen die we aansluitend willen bouwen. In de Regio Twente hebben gemeenten de ambitie uitgesproken om voor 2030 90% van het afval opnieuw te gebruiken. De kennis, die zowel gemeenten als Twence opdoen met proeven zoals hierboven genoemd, zal bijdragen aan dit doel.
Internationale ontwikkeling afvalmarkt We vinden het normaal dat kolen en olie van over de hele wereld naar Nederland worden getransporteerd, waar we het gebruiken als brandstof of verwerken tot bijvoorbeeld kunststoffen. Dat tot brandstof opgewerkt afval vanuit het buitenland naar Nederland komt, om er met effectieve methoden grondstoffen en energie uit terug te winnen, is iets van de laatste jaren. Omdat de afvalmarkt internationaliseert, vindt Twence klanten in het buitenland. We bedienen al jaren klanten uit Duitsland. In eerste instantie waren dat relaties uit het nabije grensgebied, in het ‘natuurlijke’ verwerkingsgebied van Twence. Naast de Duitse markt, neemt het Verenigd Koninkrijk in belang toe. Twence verwerkt RDF (refuse derived fuel, tot brandstof opgewerkt afval) uit het Verenigd Koninkrijk, tot duurzame warmte en elektriciteit. Sinds 1 januari 2012 belast de overheid het storten van afval in het Verenigd Koninkrijk fiscaal zwaarder. Er wordt gewerkt aan het opzetten van duurzame verwerkingsmogelijkheden in eigen land. Tot er voldoende recyclingcapaciteit is om grondstoffenkringlopen te sluiten, wordt niet-herbruikbaar brandbaar afval thermisch verwerkt bij Europese afvalenergiecentrales met een hoog energetisch rendement (R1 status), zoals Twence. Het mes snijdt hiermee aan twee kanten: met de brandstoffen die wij uit het Verenigd Koninkrijk halen, kunnen we de duurzame energielevering aan onze nabije afnemers van warmte en stoom voor langere termijn zeker stellen.
Dat tot brandstof opgewerkt afval vanuit het buitenland naar Nederland komt, om er met effectieve methoden grondstoffen en energie uit terug te winnen, is iets van de laatste jaren
In 2012 sloten we de eerste meerjarige overeenkomst met een Engels bedrijf voor het verwerken van RDF, voorgescheiden huishoudelijk restafval. De grondstoffen die bij sortering uit het materiaal worden gehaald, blijven in het Verenigd Koninkrijk voor verdere bewerking en hergebruik. In 2013 en 2014 sloten wij vergelijkbare overeenkomsten met andere Engelse bedrijven. Mede hierdoor blijft de vollast voor onze afvalenergiecentrales gegarandeerd tot en met ten minste 2019. Twence heeft de ambitie om blijvend actief te zijn in het Verenigd Koninkrijk en heeft in 2014 de eerste stappen ondernomen om een positie in de keten in te nemen. Dit kunnen en willen we niet alleen, daarom zijn contacten gelegd met potentiële lokale partners en is gericht samen ingezet op enkele aanbestedingen. In 2015 verwachten wij hier de resultaten van.
Terug naar inhoudsopgave
14
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 15
Samenwerking Milieubalans Volgens onderzoeksbureau CE Delft valt de milieubalans van het vervoer vanuit het Verenigd Koninkrijk en het omzetten van het afval in stroom en warmte door Twence positief uit, ten opzichte van het storten in het Verenigd Koninkrijk. Dit land heeft namelijk onvoldoende verwerkings- en verbrandingscapaciteit en stort nog veel afval. Aanvankelijk werd al het afval uit het Verenigd Koninkrijk ingepakt in folie en als balen van ruim een ton per stuk in vrachtwagens naar de afvalenergiecentrale van Twence vervoerd. Deze werkwijze voorkomt dat tijdens het transport geur vrijkomt of dat er zwerfvuil ontstaat. In de berekeningen van CE Delft werd uitgegaan van deze werkwijze en van vervoer over de weg. Hierbij is gekeken naar alle relevante milieueffecten, zoals de CO2-vermijding, het minder-verbruik van fossiele brandstoffen, emissies van verzurende stoffen en fijnstof. Het milieuvoordeel is mede het gevolg van het feit dat Twence over een afvalenergiecentrale beschikt met een zeer hoog energetisch rendement. Het vervoer van afval per schip en in zeecontainers, laat de balans nog positiever uitslaan.
De presentatie van Twence op de RWM-beurs werd goed bezocht.
Beurs in Birmingham In september stond Twence op de internationale beurs Recycling & Waste Management (RWM) in het Verenigd Koninkrijk. De afgelopen jaren presenteerden we ons daar ook al samen met Attero als ‘Dutch Recycling’. We laten daar zien hoe afval voor ons –met een enorme ervaring in nuttige toepassing– een bron van grondstoffen en duurzame energie is. RWM is een jaarlijks evenement in het Verenigd Koninkrijk voor de recycling- en afvalindustrie. De deelname aan de beurs heeft, net als in eerdere jaren, waardevolle contacten opgeleverd.
Logistieke optimalisatie In 2014 zijn wij met één van onze grote Engelse klanten, Seneca, een nieuwe werkwijze voor transport aangegaan. Zeecontainers worden via een gepatenteerd slidesysteem gevuld met RDF. Schepen brengen het bewerkte restafval vervolgens vanuit Londen naar de containerterminal CTT in Hengelo. De nieuwe werkwijze is ontwikkeld in samenspraak met regionale en internationale betrokkenen, zoals transportbedrijf Leemans, zeetransportbedrijven CLDN en Samskip en het Londense afvalsorteerbedrijf Seneca. Het transport is er efficiënter, goedkoper en vooral ook milieuvriendelijker door geworden. Gezien onze positieve ervaringen verwachten we dat ook andere klanten in het Verenigd Koninkrijk zullen overstappen op dit systeem.
Samenwerking is de sleutel tot duurzame ontwikkeling
Samenwerking is de sleutel tot duurzame ontwikkeling. Door onze eigen kennis en kunde met die van andere bedrijven, overheden en kennisinstituten te verbinden, kunnen we kansen tot successen maken. Dit levert in zeer brede zin ‘winst’ op. Op het terrein van metalenterugwinning uit bodemassen is Inashco een van onze belangrijkste partners. Met AkzoNobel werken we niet alleen samen op het terrein van stoomlevering, maar ook bij de voorbereidingen van de pilot ‘stabilisering cavernes’. Voor technische vraagstukken en ontwikkeling van nieuwe technieken wordt met een veelheid aan publieke en private partijen uit de branche samengewerkt. Op het terrein van mestverwerking werken we samen met regionale kennisinstellingen en organisaties zoals LTO Noord, Innovatienetwerk Agro, Cogas (Twenergy) en ForFarmers. Ook neemt Twence deel aan het landelijke Nutriëntenplatform. Het Nutriëntenplatform verbindt partijen die zich inzetten voor het behoud van waardevolle minerale grondstoffen, onder meer uit mest. Samen met één van onze grote Engelse klanten, Seneca, en met regionale en internationale betrokkenen, zoals transportbedrijf Leemans, zeetransportbedrijven CLDN en Samskip ontwikkelden wij een nieuwe, milieuvriendelijker transportmethode voor RDF uit het Verenigd Koninkrijk (zie pagina 12). Met Twente Milieu werken we samen aan de activiteiten rond de Landelijke Compostdag. Daarnaast streven Twente Milieu en Twence ernaar door nog betere strategische afstemming verder bij te dragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van onze Twentse aandeelhouders.
Compostdag Terug naar inhoudsopgave
16
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 17
Het is het gaafst als je het gevoel hebt dat jouw project er toe doet bij de opdrachtgever
Educatie
Leerlingen Technasium Bonhoeffer College
Twence ondersteunt milieueducatie en technisch onderwijs, bijvoorbeeld door het ‘leveren’ en begeleiden van projecten voor het Technasium van het Bonhoeffer College uit Enschede. Doel is leerlingen van Havo en VWO, met een exact pakket, al vroeg kennis te laten maken met techniekvraagstukken.
Terug naar inhoudsopgave
18
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 19
Leiding en toezicht Directiewisseling Per 1 juli 2014 trad Ir. Paul de Jong terug als statutair bestuurder van Twence Holding B.V. De heer De Jong was sinds 1 maart 2012 werkzaam bij Twence. De Raad van Commissarissen en de heer De Jong hebben in goed onderling overleg besloten de relatie niet verder voort te zetten.
Directie Twence heeft één statutair directeur, de heer dr. G. Marc Kapteijn. Raad van commissarissen De raad van commissarissen houdt toezicht op en adviseert over het beleid van de directie en de algemene gang van zaken. Daarbij handelt de raad in het belang van de vennootschap, gericht op de continuïteit van het bedrijf. Voor belangrijke bestuursbeslissingen is goedkeuring van de raad van commissarissen vereist.
V.l.n.r. de heren Eising, Doesburg, mevrouw Van Ingen, de heer Casteleijn en de heer Kroeze
De raad van commissarissen van Twence Holding B.V. bestaat statutair uit vijf leden. In de raad van commissarissen hadden in 2014 de volgende leden zitting:
NAAM
FUNCTIE
Prof. dr. F. Eising
voorzitter (lid remuneratiecommissie; lid benoemings- en selectiecommissie, lid technische commissie)
J.B. Kroeze
lid (lid auditcommissie, lid remuneratiecommissie)
T.R. Doesburg
lid (voorzitter auditcommissie)
Ir. J.A. Casteleijn
lid (plaatsvervangend voorzitter raad van commissarissen, voorzitter technische commissie)
Drs. W.M. van Ingen
lid (voorzitter remuneratiecommissie)
Management team Het management team van Twence bestond per 31 december 2014 uit: NAAM
FUNCTIE
Dr. Marc Kapteijn (vanaf 1 december 2014)
Algemeen directeur
Richard te Riet
Directeur Finance
Drs. Gert-Jan Bennink
Directeur Marketing & Sales
Mr. Paul Horsthuis
Secretaris van de vennootschap
Drs. Isabel van Dijk
Manager QHSE&S
Michel Vervecken
Manager Operations
Ir. Frank de Nobel
Manager Technology
Jorien Hanning
Manager HR
Per 28 juli 2014 werd Dr. Hans Nillesen benoemd tot interim directeur. Met zijn zeer ruime ervaring in de energiesector en met strategische ontwikkeling van duurzame energieproductie uit biomassa, zon en wind, had hij de juiste bagage om de implementatie van de door Twence reeds ingezette strategische koers verder begeleiden.
Op 1 december 2014 droeg de heer Nillesen het stokje over aan Dr. G. Marc Kapteijn. De heer Kapteijn heeft uitgebreide ervaring opgedaan in uiteenlopende posities in de energie- en recyclingbranche. Hij studeerde chemie in Utrecht, waar hij ook promoveerde. Na zijn loopbaan aan de universiteit ging hij in 1998 bij Philips aan de slag. In 2004 stapte hij over naar de publieke sector en begon hij als Commercieel Directeur bij het Afval en Energiebedrijf Amsterdam. Sinds 2010 werkte hij als Algemeen Directeur bij het recyclingbedrijf Icova (onderdeel van Shanks Group Plc.).
Ondernemingsraad In 2014 bestond de ondernemingsraad uit negen leden en een ambtelijk secretaris, de raad is daarmee voltallig. De ondernemingsraad bestaat uit: NAAM
FUNCTIE IN DE OR
FUNCTIE BIJ TWENCE
Erik Hemmer
Voorzitter
Advisor WP&C
Wander Geerdink
Plaatsvervangend voorzitter
Coördinator Logistiek
Peter Koel
Secretaris
Manager Plant Analysis
Ben ter Brake
Lid
Medewerker Informatisering
Bert Arends
Lid
Technisch medewerker Facilitair
Ton Baan
Lid
Sr medewerker Operationele Teams
Enrico Busi
Lid
Sr medewerker Operationele Teams
Henk Mulder
Lid
Budgetanalist
Egon Schreven
Lid
Health & Safety Specialist
Leonie Broeze
Ambtelijk secretaris
Medewerker Management Accounting
V.l.n.r. staand Wander Geerdink, Ben ter Brake,
Egon Schreven, Bert Arends. V.l.n.r. zittend Ton Baan,
Enrico Busi, Leonie Broeze, Erik Hemmer Terug naar inhoudsopgave
20
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 21
Sociaal verslag
Relatie met onze omgeving
Organisatie-ontwikkeling Om invulling te kunnen geven aan onze doelstellingen op het gebied van internationalisering en innovatie zijn de afgelopen jaren organisatiewijzigingen doorgevoerd. Daarbij is voor een aantal functies bewust gekozen voor een invulling van buiten de organisatie, om de organisatie te versterken door het inbrengen van andere ervaringen, nieuwe opvattingen en inzichten. In 2013 is een reorganisatie van de afdeling Operations voorbereid. Na een positief advies van de OR zijn de aanpassingen -de inrichting van een bedrijfsbureau en het aanstellen van een dagdienstteam- in 2014 doorgevoerd.
Belangenorganisaties We overleggen regelmatig met belangenorganisaties, zoals de Vereniging Behoud Twekkelo en Natuur en Milieu Enschede, Hengelo en Overijssel, over onderwerpen rond onze activiteiten, plannen en onze inpassing in de omgeving. We treffen onze ‘buren’ daarnaast ook in de klankbordgroep Boeldershoek en in de klankbordgroep Industrieterrein Twentekanaal-Zuid. Bij actualiteiten wordt overlegd met de Dorpsraad Zenderen en de stichting Behoud Elhorst-Vloedbelt. Vanwege onze plannen voor mestverwerking op Elhorst-Vloedbelt is ook hier begin 2015 een klankbordgroep ingesteld.
Een verandering van de organisatie, nodig voor de toekomstige ontwikkelingen van Twence, heeft ook een culturele component. Als dragers van de bedrijfscultuur doorlopen MT en leidinggevenden een hiervoor ontwikkeld opleidings- en trainingsprogramma. Twence is een kennisintensief bedrijf met gespecialiseerde arbeidsplaatsen. Hiervoor is goed gekwalificeerd personeel nodig. Wij stimuleren onze medewerkers om hun kennis op peil te houden en te vergroten door middel van opleidingen en trainingen.
PERSONEELSCIJFERS
EENHEID
2014
2013
Personeelsbezetting*
in fte
218,3
211,3
Waarvan deeltijders
aantal
37
35
Stagiaires/afstudeerders totaal
aantal
15
12
Uitstroom jaarcijfer
in fte
12,5
12,1
Instroom jaarcijfer
in fte
19,5
18,2
aantal
7
9
in jaren
44,8
45
%
4,9
Vacatures (openstaand) Gemiddelde leeftijd Ziekteverzuim
Maatschappelijke en brancheorganisaties Managers en medewerkers van Twence participeren in de besturen van uiteenlopende maatschappelijke en brancheorganisaties, zoals BIT (Belangenvereniging Industrieterrein Twentekanaal), BEON (Bio-energiecluster Oost Nederland) , VA (Vereniging Afvalbedrijven), NVRD (Nederlandse Vereniging van ReinigingsDirecteuren), natuur en milieu- en educatieve organisaties.
Het plan ‘Beken Boeldershoek’ werd een succes dankzij de
zeer constructieve samenwerking van alle betrokken partijen.
De Strootbeek en de Twekkelerbeek zorgen samen voor de afvoer van water uit een gebied van ongeveer 160 ha. Door de nieuwe inrichting van de beken is circa 80.000 m3 waterberging gerealiseerd. Natuurbeheer slaat aan In april hebben we verschillende malen ijsvogels waargenomen in het deel van bekengebied op ons terrein, dat in 2012 opnieuw is aangelegd. We beschouwen dit als één van de vele tekenen dat de natuurlijke herinrichting geslaagd is. De ijsvogel komt in Europa voornamelijk voor bij langzaam stromende wateren als beken en rivieren in laagland.
4,1
Elders op ons terrein hebben oehoes een nest met maar liefst vier jongen uitgebroed. In 2010 hebben we voor het eerst een nestkast voor deze reuzenuilen opgehangen, na signalen die wezen op de aanwezigheid van deze beschermde diersoort. In 2012 was er voor het eerst een nest met drie kuikens, maar deze jongen bleven helaas niet in leven. Het paartje zorgde in 2014 voor een record, door het eerste ei al in januari te leggen.
* exclusief stagiairs, inclusief managementtrainees (in 2014: 8, in 2013: 6)
Twence is een kennisintensief bedrijf met gespecialiseerde arbeidsplaatsen
Inpassing van Twence in omgeving In juni is, samen met vele betrokkenen, het omvangrijke plan ‘Beken Boeldershoek’ in het gebied rond Twence officieel afgerond. De Twekkelerbeek en de Strootbeek meanderen weer door het gebied, met een loop van 5 kilometer. De twee beken die door het gebied rond Twence lopen, hebben een meer natuurlijke loop gekregen en er zijn retentiegebieden aangelegd. Ook is het landschap versterkt door onder meer de aanplant van nieuwe lanen en fruitbomen en de aanleg van kikkerpoelen.
De vier uiltjes zijn vlak voor ze zouden uitvliegen, geringd door een onderzoeker van de landelijke Oehoewerkgroep. Omdat de oehoe vrij honkvast is en de levensverwachting van de dieren in de vrije natuur zo’n 30 jaar is, hopen wij in de toekomst vaker een broedsel op ons terrein te hebben. Wij zijn er van overtuigd dat het beschermen van de leefomgeving hand in hand kan gaan met de ontwikkeling van ons bedrijf. Mocht de leefomgeving beïnvloed worden door bouwwerkzaamheden, dan zorgen wij ruim van tevoren voor alternatieven voor flora en fauna. Wij zijn FSC-gecertificeerd voor het verantwoorde en duurzame beheer van de op onze locaties aanwezige bossen. Terug naar inhoudsopgave
22
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 23
Maatschappelijke verantwoordelijkheid Soortmanagementplan biedt kansen voor Twence en Twekkelo Het project ‘Beken Boeldershoek’ heeft aangetoond dat gezamenlijke initiatieven succesvol gerealiseerd kunnen worden. Bij de samenwerking met onze buren en vele andere partijen in dit project ontmoetten we veel enthousiasme en ontstond ook een platform om met elkaar te overleggen over de ontwikkeling van het gebied én de bescherming van de natuur in onze naaste omgeving. Dit smaakte naar meer en dat ‘meer’ zou kunnen worden uitgewerkt in de vorm van een Soortmanagementplan (SMP) voor Twekkelo. Het gebied rond Twekkelo waar het om gaat is circa 1.000 hectare groot, daarvan is zo’n 200 hectare in bezit van Twence. Het zou één van de eerste Soortmanagementplannen op grote schaal en met een zo groot aantal betrokkenen worden, landelijk gezien. Vanuit het ministerie van Economische Zaken en de provincie Overijssel worden de ontwikkelingen hier dan ook met grote belangstelling gevolgd. Een dergelijke brede samenwerking past uitstekend in de ‘participatiemaatschappij’-gedachte, die de overheid graag ziet ontstaan. Elke ruimtelijke ontwikkeling (bijvoorbeeld een agrarisch ondernemer wil een nieuwe schuur plaatsen), kan een effect hebben op een beschermde plant- of diersoort en vraagt dus om toetsing aan de Flora- en faunawet. Maar ook bij beheer is het belangrijk om inzicht te hebben in welke soort waar voorkomt. Dit veroorzaakt veel vertraging en daardoor hogere kosten. Belangrijkste reden hiervoor is dat planten en dieren slechts een deel van het jaar actief en goed waar te nemen zijn. Daarom wordt een aanvullend veldonderzoek vaak grotendeels in het zomerhalfjaar uitgevoerd. Een projectvraag in een andere periode moet dus wachten, wat tot planvertraging leidt. Heeft een grondeigenaar vervolgens een ontheffing op de Flora- en faunawet nodig, dan volgt nog eens een procedure van 3 tot 4 maanden.
Aan het SMP ligt een zeer uitgebreide inventarisatie van flora en fauna in een bepaald gebied ten grondslag. In het SMP worden tevens maatregelen en afspraken voor behoud en beheer vastgelegd. Daarnaast worden de ruimtelijke ontwikkelingen beschreven en wordt exact aangegeven op welke manier er duurzaam met de aanwezige beschermde dieren en planten wordt omgegaan. Het SMP maakt de Flora- en faunawet tot een beheersbaar risico en geeft vooraf inzicht in mogelijke problemen. Een groot voordeel voor grondeigenaren is dat ontwikkelplannen dankzij het SMP nu in principe het hele jaar door getoetst kunnen worden. Kortom, het soortmanagementplan leidt tot een situatie waarbij ruimtelijke ontwikkelingen en bescherming van soorten voortaan hand in hand gaan. Nadat in 2013 de belangstelling voor de ontwikkeling van een SMP in het gebied was gepeild, is het veldonderzoek door bureau Eelerwoude van start gegaan. In 2014 is door een kleine afvaardiging van belanghebbenden uit Twekkelo en van Twence, gesproken met de Provincie Overijssel en met het ministerie van Economische Zaken, om noodzakelijke randvoorwaarden vast te leggen. Daarnaast zijn we begonnen met een inventarisatie van de plannen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling in het gebied.
Vanuit onze oorsprong maken wij serieus werk van duurzaam ondernemen, om zo bij te dragen aan een groenere en socialere maatschappij. Het bieden van werk aan mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, het interesseren van jongeren voor technische studies en inspanningen voor een goede inbedding in onze omgeving horen bij Twence. Voorbeelden hiervan zijn het tewerkstellen van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, onder meer door de ‘inhuur’ van Aveleijn, een organisatie die werkt met mensen met een verstandelijke beperking. Twence laat diverse werkzaamheden door hen verrichten. Dit varieert van facilitaire taken zoals kantinebeheer en het beheer van de koffie apparaten tot het peilen van parameters in het (technische) werkveld. We bieden verder werkervaringsplaatsen en stageplekken, afstudeerplekken en traineeships aan studenten. Twence is één van de deelnemende bedrijven aan het Fast Forward project van Saxion Hogeschool Enschede, waarbij afgestudeerde ‘high potentials’ als trainee bij grote bedrijven in de regio worden geplaatst om ze twee jaar in verschillende functies ervaring op te laten doen. Dit project biedt de mogelijkheid kennis en vaardigheden van afgestudeerden beter te laten aansluiten op de
behoeften van het bedrijfsleven. In 2014 vervulden acht kandidaten in dit kader een traineeship bij Twence. Verder ondersteunen we milieueducatie en technisch onderwijs, bijvoorbeeld door het ‘leveren’ en begeleiden van projecten voor het Technasium van het Bonhoeffer College uit Enschede. Doel is leerlingen van Havo en VWO, met een exact pakket, al vroeg kennis te laten maken met techniekvraagstukken. De opdrachten gaan bijvoorbeeld over het scheiden en sorteren van afval en transport van warmte. Wij stellen boerderijen op het terrein rond onze hoofdvestiging in Hengelo, die ons eigendom zijn, via Stichting Art Twekkelo ter beschikking als atelierruimte voor kunstenaars. Al jaren stellen wij op onze locatie Elhorst- Vloedbelt een boerderij beschikbaar aan Tactus/Surplus, die van hier uit mensen met een grote afstand tot de maatschappij helpt te re-integreren. Deelnemers zorgen onder meer voor bos- en natuuronderhoud, tuinonderhoud, het opruimen van zwerfvuil en ze houden een groentetuin bij. Doel is mensen met afstand tot de arbeidsmarkt te helpen om weer arbeidsritme en werkervaring te krijgen, zodat zij mogelijk op den duur door kunnen stromen naar betaald werk. lees verder op pagina 26 >
De aanvraag voor de generieke ontheffing voor de Flora- en faunawet zal in het voorjaar van 2015 worden ingediend.
Facilitaire dienstverlening door een cliente van Aveleijn in de kantine van Twence. Terug naar inhoudsopgave
24
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 25
< vervolg van pagina 25
Daarnaast steunen wij projecten met maatschappelijke meerwaarde, zoals Techniekmuseum Heim in Hengelo, het Solarteam van de Universiteit Twente en Saxion, het Twents Jeugd Symfonie Orkest, de Boomfeestdag en diverse duurzaamheidsbeurzen in de regio. Ook zijn wij funding partner van De Slinger in Hengelo en Almelo. Met inzet van het bedrijfsleven helpt De Slinger bij het realiseren van projecten en initiatieven van maatschappelijke organisaties. De Slinger vervult daarbij een makelaarsrol en brengt partijen met elkaar in contact. De bedrijven die meedoen, bieden ondersteuning in de vorm van diensten, expertise, menskracht of materialen. Het geld dat Twence ter ondersteuning inbrengt, is bedoeld om het ‘Slinger’initiatief naar andere Twentse gemeenten uit te rollen. MVO-prestatieladder Op 13 januari 2015 certificeerde Twence met succes zijn inspanningen op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Auditor Dekra kende het bedrijf de derde trap toe op de MVO-prestatieladder. Dit is voor Twence een onafhankelijke erkenning van zijn volwassenheid op MVO-gebied. In de terugkoppeling na de audit gaf Dekra aan dat Twence ‘een goede, werkbare én aantoonbare methodiek hanteert om invulling te geven aan de vereisten uit de prestatieladder.’ De MVO-prestatieladder is een methodiek die voorziet in de behoefte om vanuit maatschappelijke betrokkenheid duurzame ontwikkeling concreet, objectief, aantoonbaar en certificeerbaar te maken. Eind 2012 besloten wij het proces van certificering te starten en daarmee MVO integraal onderdeel van de bedrijfsvoering te laten zijn.
Excursies Excursies zijn een visitekaartje voor ons bedrijf en hebben een grote educatieve waarde. Telkens weer zijn onze excursiegasten onder de indruk van de hergebruikmogelijkheden van afval en de techniek die wij daarvoor inzetten. In 2014 ontvingen we ruim 3.300 excursiegasten, waaronder ruim 1.600 scholieren en studenten. Ook mochten we gasten uit onder meer Litouwen, Turkije, China en Moldavië laten zien hoe afval in West-Europa als grondstof wordt ingezet.
Social Return on Investment (SROI) Social Return on Investment (SROI) is een van de pijlers in het bevorderen van de sociale economie. De SROI taakstelling maakt integraal deel uit van het MVObeleid van Twence. Wij zijn vanuit het energiecontract met onze aandeelhoudende gemeenten verplicht om jaarlijks een vastgelegd bedrag in te zetten voor SROI. In dit kader hebben wij in 2014 op verschillende plekken in de organisatie personen met afstand tot de arbeidsmarkt ingezet op plekken waar tijdelijk aanvulling of vervanging wenselijk was. • Opzichter stort: in samenwerking met de SWB is sinds 2013 een (werkloze) bouwvakker werkzaam als tijdelijk opzichter stort. • Logistiek medewerker: met ingang van 1 november 2013 zijn voor deze functie tot het eind van het jaar ter aanvulling twee (werkloze) 55-plus werknemers ingezet. De kandidaten zijn ons via het UWV aangedragen. Eén van deze mensen heeft ook het gehele jaar 2014 de functie van controleur vervuld, naar verwachting wordt de tijdelijke aanstelling in 2015 omgezet in een vaste. • Magazijnmedewerker: in de zomerperiode is als tijdelijke aanvulling iemand met afstand tot de arbeidsmarkt ingezet en niet gekozen voor een reguliere uitzendkracht. • Binnen de afdeling Production is in 2014 een leerwerkplek gecreëerd voor een jonge procesoperator, die zich hier kan ontwikkelen als procesoperator binnen een breed technisch vakgebied. Via een ‘meet en greet’ van Randstad, bedoeld om werkloze jongeren aan een baan te helpen, is een geschikte kandidaat aangesteld. • Binnen de afdelingen Technische Documentatie en het Magazijn hebben wij twee klussen geïdentificeerd die geschikt waren voor iemand met een beperking. De SWB heeft eerst een bedrijfsscan gemaakt en vervolgens uit hun bestand een geschikte kandidaat voor beide klussen geselecteerd. Deze heeft in ruim een half jaar tijd, met begeleiding van Twence, technische documentatie gescand en digitaal gearchiveerd en in het magazijn voorraden geteld. SWB heeft hierover een promotiefilm gemaakt.
Twan en Twiggy maken jeugd wegwijs bij Twence Twence is twee ‘papieren’ excursieleiders rijker. Twan en Twiggy gaan de jeugd die op bezoek komt bij Twence tekst en uitleg geven over het bedrijf. De twee stripfiguren zijn de hoofdpersonen in de brochure die wij speciaal ontwikkeld hebben voor de leeftijdsgroep van 10 tot 14 jaar. De Hengelose tekenaar Gertjan Kleijne is de bedenker van Twan en Twiggy. In de brochure nemen Twan en Twiggy hun leeftijdgenoten mee op een excursie bij Twence. Daarbij leggen ze niet alleen de verschillende processen uit, maar vertellen ook over de inhoud van de grijze afvalcontainer en leggen ze uit hoe het nou zit met CO2. Ook is er aandacht voor het probleem van zwerfvuil. In de brochure vinden de scholieren verder een quiz, waarmee
ze kunnen kijken hoeveel ze van afval weten. Als kleine oefening in recyclen staat er uitgelegd hoe je van een oude fietsbinnenband een stuiterbal kunt maken. Om te laten zien dat er ook in gft energie zit, staat in de brochure hoe je een aardappel kunt laten zingen. De docenten kunnen deze brochure gebruiken als voorbereiding voor een excursie bij Twence, maar ze kunnen de brochure ook benutten om het bezoek later in de klas te evalueren. Twence wil met het ontwikkelen van deze brochure invulling geven aan zijn maatschappelijke betrokkenheid.
Met deze inzet is ruimschoots voldaan aan de contractuele verplichting SROI.
Terug naar inhoudsopgave
26
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 27
Veiligheid en gezondheid Veilig werken blijft een van de speerpunten. De veiligheid van mensen en installaties moeten gewaarborgd zijn. Twence heeft eigen veiligheidskundigen en een arbeidshygiënist in dienst. Zij voeren werkplekinspecties uit. Afwijkingen worden gerapporteerd aan de leidinggevende of leverancier. Er worden maatregelen geëist en getoetst. Indien nodig treedt Twence handhavend op. Verbetering veiligheidscultuur Om het veiligheidsbewustzijn en de veiligheidsperformance binnen onze organisatie verder te vergroten, zijn in 2014 verschillende activiteiten ontplooid: Ter verbetering van orde en netheid op de werkplek is het lean manufacturing concept 5S verder geïmplementeerd. 5S staat voor scheiden, schikken, schoonmaken, standaardiseren en systematiseren. Een nette en ordentelijke werkplek draagt bij aan een veilige werkomgeving. Het concept is met speciale bijeenkomsten bij alle Twence medewerkers geïntroduceerd. Samen met een externe adviseur zijn alle werkplekken bij Twence beoordeeld en is een verbeterprogramma doorlopen dat uitmondde in Twence-brede 5S-audits. De slotaudit door de externe adviseur is succesvol doorlopen. In 2015 en verder zal dit programma continue aandacht blijven houden om de gerealiseerde verbeteringen te borgen en verder uit te breiden. Leidinggevenden hebben deelgenomen aan een veiligheidsdag waarin onder meer kennis van arbowetgeving en ongevalanalysemethodieken aan bod zijn gekomen. Op 15 mei 2014 heeft Twence deelgenomen aan een landelijk georganiseerde veiligheidsdag van de Vereniging Afvalbedrijven. Deze dag stond in het teken van het verhogen van het veiligheidsbewustzijn van chauffeurs van afval- en grondstoffentransporten. Het gehele managementteam, leidinggevenden, controleurs, weegbrugmedewerkers maar ook arboambassadeurs en medewerkers van de afdeling QHSE&S hebben chauffeurs gewezen op de risico’s en de veiligheidsmaatregelen die Twence op grond daarvan neemt. De actie was ludiek van karakter met inzet van acteurs en uitreiking van presentjes. Tevens bestond voor chauffeurs de mogelijkheid om ideeën en suggesties op het gebied van veiligheid in te dienen. Deze zijn verzameld en beoordeeld en waar mogelijk omgezet in concrete verbeteracties.
Binnen de VA bestaan plannen om in 2015 een vervolg op deze actie te plannen met opnieuw gerichte aandacht voor veiligheid van derden. Contractors en veiligheid Van medewerkers van externe bedrijven wordt verwacht dat zij in het kader van de eigen en andermans veiligheid de Twence-regels en -afspraken op dat gebied respecteren. Al jaren werken we daarom uitsluitend met contractors die zijn gecertificeerd volgens de Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Aannemers (VCA). Elke contractor dient jaarlijks ter goedkeuring een Veiligheids-, Gezondheid- en Milieuplan (VG&M-plan) in voor alle werkzaamheden die ze gaan uitvoeren. Met het vrijgeven van deze plannen is zeker gesteld dat de contractors de risico’s van de werkzaamheden in kaart hebben gebracht met adequate maatregelen om die risico’s te voorkomen of te beperken. Medewerkers van buitenfirma’s kunnen pas bij Twence aan de slag na het bekijken van de Twence-veiligheidsfilm en het succesvol afleggen van een toets. Specifieke ‘Veilig werken’ afspraken worden vastgelegd in werkvergunningen per klus. Twence kent al enkele jaren een traditie waarbij de contractor die het beste veiligheidsgedrag heeft getoond tijdens de onderhoudsstops, een jaarprijs uitgereikt krijgt. In 2014 is deze prijs gewonnen door de firma Powerspex, die bij Twence zorgt voor onderhoud en kalibratie van meetapparatuur.
Lock Out, Tag Out, Try Out Voordat in een installatie werkzaamheden plaats kunnen vinden, moet zeker zijn dat het betreffende deel drukloos en stroomloos is en ook niet per ongeluk door een (onwetende) derde kan worden ingeschakeld. Daartoe moeten drie stappen worden doorlopen, te weten veilig stellen/blokkeren (Lock Out), markeren (Tag Out) en controleren of het echt veilig is gesteld (Try Out). Twence heeft dit LoToTo-systeem in 2014 geïmplementeerd. Samen met het gebruik van werkvergunningen en het uitvoeren van Taak Risico Analyses (TRA’s), dwingt deze methodiek medewerkers en contractors om voor aanvang van werkzaamheden een grondige analyse te maken van de risico’s die verbonden zijn met het uitvoeren van de werkzaamheden.
Ongevalcijfers In 2014 vonden op het terrein van Twence vier ongevallen plaats die tot verzuim geleid hebben. Twee personen waren in dienst van Twence en twee personen in dienst van derden. Daarnaast vonden in totaal achttien ongevallen plaats die niet tot verzuim leidden. Daarbij waren negen medewerkers van Twence en negen medewerkers van derden betrokken. Gelukkig was er bij geen van de ongevallen sprake van blijvend letsel. De doelstelling is en blijft nul ongevallen met verzuim. Daartoe worden onder meer alle ongevallen, bijnaongevallen en meldingen van gevaarlijke situaties uitgebreid geanalyseerd, zodat we hier lering uit kunnen trekken. Veiligheid en het voorkomen van ongevallen hebben ook in 2015 weer onze volle aandacht. Alcohol- en snelheidcontroles In 2014 hebben wij in totaal drie alcoholcontroles aan de poort uitgevoerd. Wij beschikken daarvoor over een eigen professionele alcoholtester. Bij één persoon werd een promillage boven 0,2‰ vastgesteld. Dit betekent dat deze personen de toegang tot het terrein (tijdelijk) werd ontzegd. Het onder invloed verkeren van alcohol tolereren wij niet, omwille van de eigen veiligheid van de betreffende persoon en zeker ook vanwege andermans veiligheid.
Extra aandacht voor veiligheid op de stortvloer tijdens de
landelijk georganiseerde VA-Veiligheidsdag op 15 mei.
Ook voerden wij snelheidscontroles uit met een lasergun. Meerdere chauffeurs overtraden de toegestane snelheid op ons terrein. Zij zijn daarop aangesproken.
Gezondheid Ook in 2014 heeft Twence onderzoeken uitgevoerd in het kader van gezondheid van de werknemers, variërend van individuele beeldscherm-werkplekonderzoeken tot metingen naar gevaarlijke stoffen en omstandigheden. Waar nodig heeft dit geleid tot verbetervoorstellen en aanpassingen. In 2015 wordt het meetprogramma voortgezet met specifieke aandacht voor arbeidsomstandigheden die van invloed kunnen zijn op de gezondheid. Ook zal aan alle medewerkers een Periodiek Medisch Onderzoek (PMO) worden aangeboden.
Mobiliteit Twence is gebaat bij adequate doorstroming van het verkeer op de Twentse wegen. Daarom heeft Twence zich in 2009 als convenantpartner aangesloten bij Twentemobiel, een initiatief van Regio Twente, gemeente Hengelo, gemeente Enschede, VNO-NCW, MKB-Nederland, ANWB en Kamer van Koophandel. Het hoofddoel was om het aantal autokilometers voor woon-werkverkeer in Twente vóór 31 december 2013 met ten minste vijf procent te reduceren ten opzichte van de situatie in 2009. Het beoogde resultaat is al in 2012 bereikt, mede dankzij beter mobiliteitsmanagement bij de 38 aangesloten convenantpartners. In 2014 heeft Twentemobiel een fietsactie uitgezet, die bedoeld was om automobilisten in het zadel te helpen. Werknemers van aangesloten convenantpartners konden geld verdienen door regelmatig naar het werk te fietsen. Medewerkers die al regelmatig van de fiets gebruik maakten, konden verstokte automobilisten aanmelden voor de actie. De 35 deelnemers van Twence hebben in de actiemaanden in totaal bijna 39.500 kilometer gefietst. Daarmee hebben ze –door de vermeden autokilometers- de uitstoot van 6.300 kg CO2 voorkomen. Wij beschouwen de actie dan ook als een groot succes! Voor medewerkers die van een e-fiets gebruik maken, heeft Twence 12 oplaadpunten voor elektrische fietsen bij de overdekte fietsenstalling laten installeren. Daarnaast deden we in 2014, net als in andere jaren, actief mee aan de fiets-naar-je-werk dag.
Terug naar inhoudsopgave
28
Hoofdstuk 3 – People
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 3 – People
03 29
n e d n i b Ver Waardevermeerdering door intensieve interactie van ondernemen, onderzoeken en opleiden
Geert Versteeg Procede
Twence heeft in samenwerking met onder meer Procede, een spin-off van de Universiteit Twente, een installatie ontwikkeld om in de droge rookgasreiniging van één van de verbrandingslijnen CO2 af te vangen en te gebruiken als grondstof voor natriumbicarbonaat. Door onze eigen kennis en kunde met die van andere bedrijven, overheden en kennisinstituten te verbinden, kunnen we kansen tot successen maken.
Terug naar inhoudsopgave
30
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 31
Planet Twence haalt met behulp van innovatieve technologie herbruikbare materialen, grondstoffen en duurzame energie uit afval en biomassa. Daarmee brengt het bedrijf zo veel mogelijk grondstoffen terug in de kringloop en draagt het bij aan de besparing op het verbruik van fossiele brandstoffen en de vermijding van CO2-uitstoot.
Nascheiding huishoudelijk afval De vele technische ontwikkelingen van de afgelopen decennia hebben de mogelijkheden van scheiding en terugwinning van (grond)stoffen uit afval vergroot. Wij onderzoeken welke technologie de hoogste recyclingrendementen en flexibiliteit bieden. Daarmee willen we maatwerk bieden aan onze klanten in binnenen buitenland.
Grondstoffen- & materialenterugwinning Het sluiten van materiaalkringlopen is van groot maatschappelijk belang. Daarom werken wij doelgericht aan meer materiaal- en grondstoffenterugwinning met als doel waardevolle stromen uit afval te halen en ketens –regionaal- te sluiten. Dat met gescheiden afval veel mogelijk is op dit gebied is bij ‘het grote publiek’ bekend. Niet iedereen is zich er echter van bewust dat er ook interessante hergebruiksmogelijkheden zijn met het materiaal dat na energieopwekking uit niet-herbruikbaar brandbaar afval over blijft. Scheiding bedrijfsafval en grof huishoudelijk afval Wij verwerken bedrijfsafval, bouw- en sloopafval en grof huishoudelijk afval in onze afvalscheidingsinstallatie tot opnieuw te gebruiken materialen. Puin is herbruikbaar in onder meer de wegenbouw en sloophout en B-hout voor de productie van groene stroom. Zand wordt samen met andere producten van Twence ingezet als bijvoorbeeld fundatiemateriaal of wordt gereinigd, zodat het opnieuw kan worden gebruikt als bouwstof. Kunststoffen, papier en karton leveren we aan bedrijven, die zorgen voor verdere opwerking van het materiaal, zodat ook dit opnieuw kan worden gebruikt. Ook wordt materiaal uit deze installatie ingezet als grondstof voor alternatieve brandstoffen. Verder sorteren we metalen als ijzer (ferro), koper, messing, aluminium en lood (non-ferro) uit het afval. In 2014 is in de scheidingsinstallatie ongeveer 34.500 ton bedrijfsafval, bouw- en sloopafval en grof huishoudelijk afval ingenomen en verwerkt.
Nascheiding is een aantrekkelijke aanvulling op bronscheiding
We richten ons daarbij op de nascheiding van huishoudelijk restafval. Omdat inzamelkosten stijgen, de belasting op thermische verwerking van afval toeneemt en gemeenten het voor hun burgers gemakkelijker willen maken, is nascheiding een aantrekkelijke aanvulling op bronscheiding. Het geeft gemeenten een extra mogelijkheid om de recyclingsdoelstelling van maximaal 30 kilo restafval in 2030 te realiseren. Zeker omdat bronscheiding in stedelijke gebieden door hoogbouw minder goed functioneert. In 2015 verwachten wij de benodigde vergunningen voor de ombouw van onze bestaande afvalscheidingsinstallatie te verkrijgen en de engineering van de nascheidingsinstallatie af te ronden. In 2016 zal de installatie worden gebouwd. We verwachten de installatie in het eerste kwartaal van 2017 in bedrijf te nemen. Kunststof verpakkingsmaterialen (KVM) Door de hierboven genoemde nascheidingsinstallatie zullen veel grondstoffen, die nog altijd in het restafval aanwezig zijn, worden geïsoleerd en geschikt gemaakt voor recycling. Daaronder bevinden zich substantiële hoeveelheden kunststoffen. Deze kunststoffen uit huishoudelijk restafval vormen samen met brongescheiden kunststoffen een goede basis om een hightech KVM-sorteerinstallatie bij Twence te ontwikkelen. Deze zal invulling geven aan een belangrijke klantbehoefte: het verwerken en scheiden van kunststofverpakkingen. Terug naar inhoudsopgave
32
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 33
Dit proces is een vorm van scheiding achteraf en telt mee in de recyclingdoelstellingen van onze aandeelhouders
In oktober 2013 werd de eerste paal geslagen voor de bouw van een forse uitbreiding van onze bodemasopwerkingsinstallatie in het kader van het ONFAproject (Optimalisatie Non-Ferro Afvangst uit bodemassen). In februari 2014 werd het hoogste punt in de bouw al bereikt. In oktober konden we de afronding van het project vieren, tegelijk met de oplevering van drie andere nieuwe bedrijfsonderdelen.
Dit proces is een vorm van scheiding achteraf en telt mee in de recyclingdoelstellingen van onze aandeelhouders. Onderzoek naar volgende verbeterings- en verfijningsstappen bij Twence loopt. Eén van de mogelijkheden die wij hierbij –in samenwerking met Europese onderzoekscentra– beoordelen, is elektro-dynamische fragmentatie. Dit is een materiaalscheidingstechnologie die de potentie heeft om de oorspronkelijke materialen, waaruit producten zijn opgebouwd, terug te verkrijgen. De methode kan ook wordt toegepast op bijvoorbeeld asfaltpuin en betonpuin.
van bodemassen.
Terugwinning metalen uit bodemas JAAR
Green deal Bodemassen zijn niet-brandbare resten die na thermische verwerking van afval overblijven. Dit is bij afvalverbranding verreweg de grootste stroom aan reststoffen (circa 25 procent van de afvalinput) en het is dus belangrijk hier een goede toepassing voor te vinden. De Nederlandse afvalenergiecentrales hebben in 2012 een ‘green deal’ met de overheid gesloten om de kwaliteit van de bodemassen te verbeteren. Vanaf 1 januari 2017 moet minstens de helft van de bodemassen niet meer in zogenaamde IBC-werken worden toegepast, omdat de overheid van de controle en nazorg voor deze toepassingen af wil. Daarvoor moet de bodemas volledig schoon worden (vrij toepasbaar) of een kwaliteit krijgen die gebruikt kan worden in ‘vormgegeven bouwstof’ in bijvoorbeeld de beton- en cementindustrie. Verder moet het percentage non-ferro metalen, zoals aluminium, dat uit de bodemas wordt teruggewonnen, omhoog naar 75% in 2017. Het verhogen van de terugwinning van metalen is uit milieu-oogpunt van groot belang. Anderzijds leveren deze metalen ook geld op, waardoor dure verbeteringsstappen mogelijk economisch haalbaar worden. Tegelijkertijd kan de bodemas worden ingezet als vervanger van zand of grind, dat dus niet meer uit de bodem hoeft te worden gehaald.
FERRO EXCL. RVS TON
NON-FERRO (ZUIVER) TON
BODEMAS BEWERKT KTON
%
NON-FERRO (ZUIVER) %
2007
6.162
819
66,6
2008
5.880
1.031
72,3
2009
10.866
1.471
125,2
8,7%
1,2%
2010
12.918
1.676
150,0
8,6%
1,1%
2011
13.697
1.434
144,8
9,5%
1,0%
2012
13.038
2.129
143,1
9,1%
1,5%
2013
12.473
1.853
146,3
8,5%
1,3%
2014 1e helft
4.803
758
59,4
8,1%
1,3%
2014-2e helft
4.582
1.033
58,4
7,8%
1,8%
0,02
0,1 0,08
0,015
0,06 0,01 0,04 0,005 0,02 0
0 2009
2010
2011
2012
2013
2014
NON-FERRO PRODUCTE, % VAN BODEMAS
De machines in de nieuwbouw zijn gebaseerd op de nieuwste technologieën en kunnen 60 tot 70 procent meer aluminium, koper, zink en andere metalen uit de bodemassen verwijderen. Metaaldeeltjes zo klein als een nietje of groter kunnen uit de bodemassen worden gehaald en teruggebracht in de keten voor hergebruik. De bodemassen worden daarmee ‘schoner’ en gemakkelijker inzetbaar in de bouwsector.
Plaatsing van de ‘advanced dry recovery’ in januari, één van de geavanceerde installatieonderdelen voor opwerking
FERRO PRODUCTIE, % VAN BODEMAS
Optimalisatie non ferro afvangst uit bodemassen Na verbranding blijft ongeveer een kwart van alle afval over als bodemassen. Bij Twence gaat het om circa 150.000 ton per jaar. In de Slakkenopwerkingsinstallatie (SOI) worden deze bodemassen geschikt gemaakt voor onder meer de wegenbouw, door ruwe materialen eerst te verkleinen en er vervolgens zo veel mogelijk metalen en vervuiling uit te halen.
FERRO
In de grafiek is het effect van bronscheiding op grovere metaaldelen zichtbaar door de sinds 2011 teruglopende hoeveelheid ferro’s die uit de bodemassen worden gehaald. De uitbreiding van de bodemasopwerkingsinstallatie, die medio 2014 in gebruik werd genomen, richt zich vooral op het terugwinnen van fijnere non-ferro’s. Het effect daarvan is te zien in de verschillende terugwinningspercentages daarvan in de eerste en tweede helft van 2014.
2014
1e helft 2e helft
Ferro % Non-ferro (zuiver) % Terug naar inhoudsopgave
34
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 35
Door het injecteren van de uithardende vulstoffen kan de stabiliteit worden gewaarborgd en wordt voorkomen dat op termijn bodemdaling optreedt of zelfs een ‘sinkhole’ ontstaat. Om te vermijden dat waardevolle primaire grondstoffen gebruikt worden, is in het Landelijk afvalbeheerplan (LAP2) bepaald dat er een proef kan worden uitgevoerd met een vulstof die op basis van afvalstoffen wordt gemaakt. Het vinden van een duurzame oplossing voor potentieel instabiele cavernes is van maatschappelijk belang, omdat de gaten die bij instorting ontstaan tot grote infrastructurele problemen kunnen leiden.
Veel belangstelling voor het terugwinnen van metalen in de vernieuwe bodemasopwerkingsinstallatie van Twence.
Nuttig gebruik van reststoffen uit AEC en BEC Al enkele jaren doen wij onderzoek naar de mogelijkheden die er zijn voor nuttige toepassing van reststoffen uit onze afvalenergiecentrale en biomassa-elektriciteitscentrale. Wij zien mogelijkheden deze stoffen toe te passen als vervanging van primaire grondstoffen maar ook onderzoeken wij de mogelijkheden om aanwezige nuttige elementen uit de reststoffen terug te winnen. Op het gebied van grondstoffenhergebruik werken we met AkzoNobel aan onderzoek naar het stabiliseren van potentieel instabiele zoutcavernes met een vulstof, waarin onder andere rookgasreinigingszouten en vliegassen worden toegepast. Deze afvalstoffen worden op dit moment vaak gebruikt voor stabilisatie van oude mijngangen in Duitsland. AkzoNobel heeft aan Twence gevraagd deel te nemen aan het pilot project ‘stabilisatie cavernes Twente’. Deze pilot bestaat uit drie delen: een uitgebreide studie (theoretisch onderzoeksdeel), een validatie onderzoeksdeel en een praktisch onderzoeksdeel. De studie is gericht op het onderzoek naar de mogelijkheden, beperkingen en risico’s. Hierbij wordt een perspectief van ruim 10.000 jaar gehanteerd. De resultaten van het theoretisch onderzoeksdeel worden opgenomen in het milieueffect rapport (MER). Het MER vormt de basis voor het aanvragen van de
Productie natriumbicarbonaat uit afgevangen CO2 Voor het reinigen van de rookgassen wordt in de afvalenergiecentrale van Twence onder meer natriumbicarbonaat (‘bakpoeder’, NaHCO3) ingezet. Twence heeft de afgelopen jaren in samenwerking met onder meer Procede, een spin-off van de Universiteit Twente, een installatie ontwikkeld om in de droge rookgasreiniging van één van de verbrandingslijnen koolstofdioxide (CO2) af te vangen en te gebruiken
als grondstof voor natriumbicarbonaat. Vanwege het duurzame en innovatieve karakter krijgt het project subsidie van de provincie, de rijksoverheid en de Europese Unie. In oktober 2014 konden we de nieuwe installatie feestelijk in gebruik nemen. De installatie zal op jaarbasis circa 8.000 ton NaHCO3 produceren. Dit levert een reductie van de uitstoot van 2.000 tot 3.000 ton CO2 op jaarbasis. Dat is dus goed voor het milieu. Daarnaast is het bedrijfseconomisch interessant, omdat bicarbonaat een kostbare grondstof is. Soda is een bulkproduct dat goedkoper en beter verkrijgbaar is dan natriumbicarbonaat. Daarnaast volstaat 1 ton soda voor de productie van ongeveer 1,6 ton natriumbicarbonaat, wat er dus ook nog eens voor zorgt dat er minder transportkilometers gereden hoeven worden. In januari 2015 werd ons bekend dat vanuit de Europese Unie vrijwel het gehele subsidiebedrag is toegekend, wat betekent dat we aan vrijwel alle eisen en randvoorwaarden invulling hebben kunnen geven.
verschillende vergunningen en instemmingsbesluiten bij de verschillende overheden. Onderdeel van de onderzoeken is het ontwikkelen van de receptuur voor de vulstof. Deze moet qua sterkte en stijfheid aan zeer hoge eisen voldoen. Daarnaast moet het volledige productie- en vulproces aan zeer hoge eisen voldoen op het gebied van milieuhygiëne en risicobeheersing. Hier kijkt de provincie Overijssel als bevoegd gezag mee, evenals de ministeries van Infrastructuur & Milieu en Economische Zaken (EZ, ondersteund door toezichthouder Staatstoezicht op de Mijnen). Potentieel instabiele zoutcavernes AkzoNobel wint sinds de jaren ’20 van de vorige eeuw zout in de Twentse bodem. De zoutlagen zitten op ongeveer 400 meter diepte. Voor de zoutwinning pompt AkzoNobel water naar beneden. Daarin lost het zout op, dat vervolgens als pekel naar boven wordt gepompt. Hierdoor ontstaan op den duur holle ruimtes in de zoutlagen. In heel Twente gaat het om circa 2500 van dergelijke ‘cavernes’. De cavernes die voor 1980 gemaakt zijn, voldoen niet aan de huidige criteria voor ‘Good Salt Mining Practice’. Van deze cavernes zijn er 63 potentieel instabiel. Daarvan hebben er 37 een kans op sinkhole vorming en daarvan bevinden zich er 24 onder het terrein van Twence. De holtes zijn groot, qua volume vergelijkbaar met een voetbalstadion.
In april worden de tanks voor het CO2NBC-project geplaatst. Terug naar inhoudsopgave
36
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 37
Energie uit hernieuwbare bronnen Bioconversie De in 2011 geopende biovergister vormt samen met onze composteringsinstallatie een compleet systeem voor bioconversie. Organische afvalstromen worden hier met behulp van biologische processen omgezet in nieuwe producten, zoals compost, biobrandstof voor onze biomassa energiecentrale, elektriciteit en warmte. Het organische afval bestaat hoofdzakelijk uit integraal ingezameld groente-, fruit- en tuinafval. Een kleiner deel is afkomstig van bedrijven, groenvoorzieningen en landbouw. Informatie over de energiewinning door bioconversie leest u in de paragraaf ‘Energie uit hernieuwbare bronnen’.
Wij kijken voortdurend naar mogelijkheden om de bioconversie-processen te optimaliseren. Zo zijn in 2014 uitgebreide proeven uitgevoerd om het composteerproces te optimaliseren door toevoeging van restwarmte. Ondanks grote theoretische potentie, bleek dit in de praktijk niet realiseerbaar en waren de resultaten onvoldoende om dit full scale uit te rollen. Houtbank In 2014 heeft Twence circa 38.000 ton sloophout en B-hout ingenomen van externe relaties en ruim 7.000 ton vanuit de eigen afvalscheidingsinstallatie. Hiervan is 46.500 ton na bewerking en opslag bij de houtbank als brandstof voor de biomassa-energiecentrale ingezet. Daarnaast zijn voor andere afnemers batches biobrandstof op specificatie geproduceerd en geleverd.
Twence investeert al jaren in de verhoging van de productie van duurzame energie
Twence investeert al jaren in de verhoging van de productie van duurzame energie. Dit vertaalt zich in een voortdurend stijgende duurzame energieproductie. Ook zetten wij lopend onderzoek naar de mogelijkheden op het gebied van energie uit hernieuwbare bronnen voort.
GEREALISEERDE DUURZAME ENERGIEPRODUCTIE TWENCE
DUURZAME ENERGIEPRODUCTIE (GWh)
Materialenterugwinning door bioconversie Bij de afdeling Bioconversie (vergisting en compostering) werd 137.500 ton organisch restmateriaal aangeboden voor verwerking tot energie (door vergisting), compost en brandstof voor de biomassa-energiecentrale (BEC).
In totaal werd 52.500 ton keurcompost geproduceerd, die als bodemverbeteraar in de landbouw en tuinbouw is afgezet en als veenvervanger in de potgrondindustrie. Daarnaast werd 14.500 ton biobrandstof geleverd aan onze biomassa-energiecentrale.
De bouw van de biomassa-energiecentrale, die in 2008 in gebruik werd genomen, was een eerste stap in onze ambitie meer energie uit hernieuwbare bronnen te winnen. In 2009 werd de derde lijn van onze afvalenergiecentrale operationeel, ongeveer de helft van de energieproductie daarvan wordt als duurzaam beschouwd. Daarna volgde de biovergistingsinstallatie, die in 2011 in gebruik werd genomen. Ook is Twence in 2011 begonnen met de warmtelevering aan warmtenet Enschede en de stoomlevering aan AkzoNobel. In 2014 namen we onze combi-vergister in gebruik.
700 600 500 400 300 200 100 0 2006
2007
2008
2009
2010
2011
JAAR
Duurzame warmte- en stoomproductie Twence Duurzame electriciteitsproductie Twence
2012
2013
2014
Wat is energie uit hernieuwbare bronnen? Energie uit hernieuwbare bronnen is energie waarover de mensheid voor onbeperkte tijd kan beschikken en waarbij, door het gebruik ervan, het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld. Duurzame of hernieuwbare energie maakt ons land minder afhankelijk van fossiele brandstoffen zoals olie en kolen, die vaak afkomstig zijn uit politiek instabiele regio’s. Fossiele brandstoffen zijn eindig en het gebruik ervan veroorzaakt uitstoot van onder meer het broeikasgas CO2. Bio-energie is energie die wordt gewonnen uit organisch materiaal (biomassa). Twence kiest uitdrukkelijk voor het verwerken van organisch afvalmateriaal en maakt dus geen gebruik van biomassa die speciaal voor dit doel wordt verbouwd en daarmee rivaliseert met landbouwgrond voor de voedselketen.
Verkleind afvalhout dient als brandstof voor de biomassa-energiecentrale, die 100% groene stroom levert. Terug naar inhoudsopgave
38
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 39
BIOGASPRODUCTIE/TON GFT VERGISTER
ENERGIE OPBRENGSTEN BIOCONVERSIE
100
100.000
90
90.000
80
80.000
70
70.000
60
60.000
50
50.000
40
40.000
30
30.000
20
20.000
10
10.000
0
0 2011
2012
2013
2014
biogasproductie/per ton
2011
2012
2013
2014
elektriciteitsopbrengsten MWh warmteopbrengsten MWh
Energiewinning door bioconversie De hoeveelheid verwerkt materiaal was hoog. Door het vroege voorjaar en de late winter werd veel gft aangevoerd. Daarnaast heeft een aantal gemeenten een diftarsysteem ingevoerd, met een nul-tarief voor gft. Dit heeft geresulteerd in 30 procent meer gft dan geprognotiseerd.
Vergister Sinds de ingebruikname van de biovergister in 2011 werken wij aan het verder optimaliseren van het vergistingsproces. In 2014 slaagden we er wederom in de biogasopbrengst per ton gft te verbeteren. Het gevarieerde aanbod van vergistbaar afval en het stabiele proces hebben hier aan bijgedragen.
Door de bouw van de combivergister en de aanleg van het nieuwe stortgasonttrekkingssysteem is de energieopbrengst fors verbeterd. Deze twee installaties leveren het geproduceerde gas aan de biogasmotoren van de vergistingsinstallatie, waarmee we groene elektriciteit en warmte produceren.
In totaal verwerkten wij in 2014 circa 35.000 ton organisch afval in onze vergister. Wij verwachten de biogasproductie in 2015 nog verder te verbeteren, door het installeren van een extra zeef in de voorbewerking van het materiaal, waarmee we er zand uit kunnen verwijderen. Hierdoor wordt het materiaal dat de vergister in gaat relatief biogasrijker en zorgen we voor minder slijtage aan de installaties.
Informatie over de materialenwinning uit bioconversie vindt u in de paragraaf ‘Grondstoffen- & materialenterugwinning’.
In 2014 slaagden we er wederom in de biogasopbrengst per ton gft te verbeteren
In april arriveert de eerste vracht materiaal voor de natte vergister.
Combi-vergister De combi-vergister op het terrein van Twence is door de Enschedese specialist in bio-energiesystemen HoSt ontwikkeld. In de combi-vergister kunnen, naast reguliere vloeibare afvalstromen, lastig verwerkbare biomassastromen worden vergist en zo nuttig worden gebruikt voor de productie van duurzame energie. Het gaat om een pilot, er zijn in Nederland nog geen andere installaties die dit materiaal op deze wijze kunnen benutten. De installatie bestaat uit een natte vergister en een droge vergister. Voor de natte vergisting wordt gebruikt gemaakt van bewezen technologie. Hierin worden organische afvalstromen, zoals putvetten en flotatieslibben vergist. De droge vergister is het nieuwe en innovatieve deel van de installatie. De natte vergister, die zorgt voor de noodzakelijke vergistingsbacteriën en de meest ideale temperatuur, is gekoppeld aan de droge vergister. In de droge vergister vindt de vergisting plaats van lastig te verwerken materiaal zoals grove en verontreinigde biomassa. Hiermee biedt de combivergister een oplossing voor bermmaaisel, dat bij bermonderhoud vrijkomt. De combivergister werd op 22 oktober 2014 officieel in gebruik genomen.
De verwachting is dat met de combi-vergister circa 1 miljoen m3 biogas extra zal worden geproduceerd dat op de bestaande warmtekrachtkoppeling (gasmotoren) zal worden omgezet naar ca. 2.300 MWh groene stroom en ca. 2.300 MWh thermische energie. Deze stroom dekt de behoefte van circa 600 huishoudens en de warmte volstaat voor circa 180 huishoudens.
Compleet systeem voor bio-conversie Het daartoe meest geschikte deel van het bij Twence aangeleverde organische afval wordt in een zuurstofloze vergistingsreactor door bacteriën omgezet in biogas. Met het biogas wordt duurzame energie geproduceerd, die aan het openbare net en aan Twentse gemeenten wordt geleverd. Het residu (digestaat) van het vergistingsproces wordt gemengd met het overige deel van het organische afval. Dit mengsel doorloopt een composteringsproces, waarbij vocht verdampt wordt en bacteriën de organische stof verder afbreken in humus-achtige delen. Na het composteerproces vindt een nabehandeling plaats, waarbij de compost wordt gezeefd en verontreinigingen worden verwijderd. Vergistbaar organisch materiaal wordt zo dus twee maal achtereen nuttig toegepast. Te grof materiaal, dat niet als compost kan worden gebruikt, dient als biobrandstof voor de biomassaenergiecentrale. De biobrandstof wordt hier omgezet in groene stroom.
Terug naar inhoudsopgave
40
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 41
Nieuwe stortgas-onttrekkingsinstallatie Met het realiseren van nieuwe stortgas-onttrekkingsbronnen en het bijbehorende leidingnetwerk in de stortheuvels op ons terrein in Hengelo, voorkomen we dat een groot deel van het broeikasgas methaan, dat in deze stortheuvels ontstaat, in de atmosfeer terecht komt. Met de oude installatie was de opbrengst uit de stortlobben op ons terrein op de Boeldershoek de afgelopen jaren afgenomen tot ongeveer 1 miljoen m3 stortgas per jaar. Het nieuwe leidingstelsel betekent een verhoging van de productie van stortgas tot naar schatting 3 miljoen m3 per jaar. Met dat gas kunnen 6.000 MWh groene stroom en 6.000 MWh thermische energie worden geproduceerd. Deze stroom dekt de elektriciteitsbehoefte van circa 1.700 woningen en de warmte volstaat voor 500 huishoudens. We verwachten nu nog zeker 5 tot 10 jaar rendabel gas te kunnen onttrekken aan de oude stortheuvels.
Aanleg van een nieuw stortgasonttrekkingssysteem op
Biomassa-energiecentrale (BEC) In deze centrale werd in 2014 166.000 ton organisch afvalmateriaal verwerkt tot groene stroom, waarvan 142.000 MWh aan het openbare net werd geleverd. De beschikbaarheid van de biomassa-energiecentrale bleef achter bij prognose, als gevolg van lange ongeplande stilstand door een defecte stoomklep.
Aanpassing subsidieregime SDE+ Twence is blij met de wijziging in het subsidieregime SDE+, die in oktober 2014 door het ministerie van Economische Zaken naar de Tweede Kamer werd gestuurd. Sinds 2007 wekt de biomassa-energiecentrale (BEC) van Twence duurzame elektriciteit op door verbranding van organische afvalmaterialen. Met deze ‘groene stroom’ kunnen alle huishoudens in een stad als Hengelo van elektriciteit worden voorzien. Het Ministerie van Economische Zaken subsidieert de BEC tot en met 2017 via de MEP-regeling. Vanaf 2018 geldt een ander subsidieregime: SDE+. Twence ziet goede mogelijkheden om de BEC na 2017 nog steeds in te zetten voor de productie van duurzame energie. Deze kan bijna verdrievoudigd worden, als naast elektriciteit ook stoom en warmte wordt geproduceerd. Dit betekent dat Twence moet investeren in de verlenging van de levensduur van de installatie, waarbij ook de uitkoppeling van stoom en warmte mogelijk gemaakt wordt. Om deze uitbreiding te kunnen realiseren is subsidie van het rijk noodzakelijk én is het van belang om tijdig duidelijkheid te hebben over de mogelijkheden ná 2017, omdat het project ongeveer drie jaar voorbereidingstijd vergt.
de Boeldershoek.
Niet alleen het stortgasonttrekkingssysteem is volledig vernieuwd, ook wordt het stortgas nu verwerkt in de warmtekrachtkoppeling van Twence’ vergistingsinstallatie, waarmee hoge rendementen worden gerealiseerd. Door het methaangas hierin te verwerken, wordt de volledige capaciteit van de stortmotoren benut.
Door tijdige aanpassing van de installatie kan Twence een verdere belangrijke bijdrage leveren aan het bereiken van de overheidsdoelstellingen op dit gebied. Die gaan uit van 14 procent duurzame energie in 2020 en een volledig duurzame energievoorziening in 2050.
Het contract voor de aanleg door de firma Enwell werd op 6 februari 2014 getekend. Op 22 oktober werd de afronding van het project gevierd en werd de installatie officieel in gebruik genomen.
Mest als waardevolle grondstof Twence wil op Elhorst-Vloedbelt in Zenderen jaarlijks 250.000 ton mest gaan verwerken. Duurzaam en op gepaste schaal verwerken is gewenst. Het in 2014 uitgewerkte plan voor het verwerken van het mestoverschot in de regio is van groot belang voor de vitaliteit van het Twentse platteland. Sinds 1 januari 2014 geldt voor de Nederlandse vee- en pluimveesector een mestverwerkingsplicht. Een deel van het mineralenoverschot in die mest moet uit de Nederlandse landbouw worden gehaald, zodat landbouwgronden, andere bodems en oppervlakte- en grondwater niet (verder) worden belast. Veehouders die hun mest niet kunnen afzetten, kunnen niet groeien, ondanks de groeiende vraag naar hun producten. Wij willen bijdragen aan een duurzame oplossing in de regio. Het verwerken van mest past bij de maatschappelijke opdracht die Twence heeft in Twente en sluit aan bij onze missie en visie. Wij kunnen de waardevolle mineralen uit mest beschikbaar maken voor hergebruik én mest gebruiken voor het winnen van energie. De bouw van de verwerkingsinstallatie wordt in drie fasen verdeeld. Als alles volgens plan verloopt, zal de eerste fase, de bouw van een dik-dunscheidingsinstallatie voor 80 kton mest, begin 2016 gereed zijn. In de laatste fase (oplevering eind 2017) zal ook een biovergister voor de productie van biogas uit mest in bedrijf worden genomen. Dik-dunscheiding is de eerste, noodzakelijke stap om waardevolle mineralen, zoals fosfaten, stikstof en kalium uit de mest opnieuw te kunnen toepassen. Partijen als ForFarmers, Friesland Campina en LTO-Noord juichen het plan toe.
Fosfaat Mest bevat fosfaat, een voor het leven op aarde essentiële bouwstof. De grootste fosfaatvindplaatsen ter wereld liggen in de Verenigde Staten, China en Marokko. Vanwege het belang van fosfaat voor de voedselvoorziening in de wereld gaat er steeds meer aandacht uit naar de eindigheid van de voorraden van fosfaat. De voorspellingen over de termijn waarop de voorraad uitgeput geraakt, variëren van 70 tot 100 jaar. Efficiënter gebruik van fosfaatkunstmest en hergebruik van fosfaatstromen worden daarom steeds belangrijker.
Informatie-ochtend over mestverwerking in Zenderen.
Mestverwerking in Oost-Nederland De Nederlandse veestapel produceert ruim 70.000 kton mest. Deze hoeveelheid mest bevat 170 kton fosfaat. Er is op de Nederlandse landbouwgronden plaatsingsruimte voor 140 kton fosfaat. De sector dient nu zelf te zorgen voor voldoende verwerking van mest. Is uitrijden van het materiaal op eigen grond niet of slechts gedeeltelijk mogelijk, dan moeten veehouders het overschot van het bedrijf afvoeren naar landbouwgronden en voor een deel laten verwerken tot een exportwaardig fosfaat-houdend mestproduct. De mestproductie is niet gelijk verdeeld over Nederland. Oost- en Zuidoost Nederland kennen een bloeiende veehouderij. Het grote mestoverschot in onze regio en in de Achterhoek kan de levensvatbaarheid van de agrarische sector in gevaar brengen en daarmee de economie en vitaliteit van platteland en kleine kernen. Een mogelijkheid om zich van een mestoverschot te ontdoen is om de mest (lokaal) te laten verwerken. Per 1 januari 2014 geldt in Oost-Nederland voor mest een verwerkingsplicht voor 15 procent van het overschot, per 1 januari 2015 is dit 30 procent. Voor de veehouderij, voornamelijk varkenshouderij, in het zuiden van het land gelden hogere percentages. Zonne-energie Onderzoek naar de rol die Twence mogelijk kan spelen in zonne-energie loopt intern al langere tijd. We kijken onder meer naar de mogelijkheden tot nieuwe bedrijfsmodellen. Verder onderzoeken we hoe we de zonneparken maatschappelijk het best kunnen inpassen, zowel landschappelijk als qua verdienmodel. In 2014 hebben wij een SDE+ subsidie aangevraagd en gekregen op het investeren in gebouwgebonden zonnestroom. Met Borne Energie sloten we een convenant om samen de haalbaarheid van zonnepanelen op Elhorst-Vloedbelt te onderzoeken. Terug naar inhoudsopgave
42
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 43
De wijze waarop Twence open staat voor een dialoog met de omgeving is voor ons een voorbeeld voor andere bedrijven en overheden
Le efw ere
Godelieve Wijffels Natuur en Milieu Overijssel
ld Twence overlegt regelmatig met belangenorganisaties, zoals de Vereniging Behoud Twekkelo en Natuur en Milieu Enschede, Hengelo en Overijssel, over onderwerpen rond activiteiten, plannen en de inpassing in de omgeving.
Terug naar inhoudsopgave
44
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 45
Energie uit niet-recyclebaar afval Niet-recyclebaar restmateriaal benutten wij voor de productie van energie. Daarmee dragen we bij aan de besparing van fossiele brandstoffen en de reductie van de CO2-uitstoot.
aan de groothandelsmarkt
aan warmtenet EnNatuurlijk aan AkzoNobel
We hebben in 2014 in totaal 880.000 MWh energie gewonnen uit de thermische verwerking van nietrecyclebaar afval. Daarvan bestond 245.000 MWh uit de productie van elektriciteit en 635.000 MWh uit de productie van warm water voor stadsverwarming en stoom voor industrieel gebruik.
Warmtelevering aan stadsverwarming EnNatuurlijk Met de warmte uit onze installaties worden in Enschede circa 7.000 huishoudens en enkele honderden bedrijven en instellingen, waaronder de Universiteit Twente en het stadion van FC Twente, verwarmd. In 2014 werd in totaal 169.000 MWh thermisch geleverd. Hiermee is het verbruik van circa 21 miljoen kubieke meter aardgas bespaard, en als gevolg hiervan de uitstoot van ruim 37.000 ton CO2 vermeden.
aan gemeentelijke eindverbruikers
Afvalenergiecentrale (AEC) In 2014 hebben we in de drie lijnen van onze afvalenergiecentrale bijna 600.000 ton restafval verwerkt tot energie. De beschikbaarheid van de lijnen bleef licht achter bij de prognose. Tijdens een geplande onderhoudsstop eind 2013 werd geconstateerd dat er meer slijtage aan de schoepen van de turbine van de lijnen 1 en 2 was opgetreden dan voorzien. Wij achtten het niet verantwoord deze direct weer in gebruikt te nemen en de turbine werd gereviseerd. Ongeplande stilstand als gevolg van tegenvallers bij de ingebruikname van de turbine heeft het beschikbaarheidscijfer van de lijnen 1 en 2 negatief beïnvloed, net als een ophoping van zouten in de rookgasreiniging, waardoor de installatie uit bedrijf moest. De beschikbaarheid van de installatie was hierdoor lager dan gebudgetteerd, maar met 93% nog steeds tevredenstellend. Twence is veruit de grootste producent van duurzame energie in Overijssel. En ook landelijk gezien behoren wij tot de grootste duurzame energieproducenten. In 2014 produceerden wij een hoeveelheid elektriciteit, waarmee de behoefte van ruim 120.000 huishoudens kan worden gedekt. Daarnaast produceerde Twence warmte en stoom, die gelijk staat aan het warmteverbruik van ongeveer 50.000 huishoudens. Daarmee is de totale energieproductie van Twence bijna gelijk aan het totale energieverbruik van alle huishoudens in Enschede. Door de energieproductie van Twence wordt jaarlijks circa 330.000 ton CO2-uitstoot vermeden, doordat minder fossiele brandstoffen hoeven worden verbruikt. Voor de productie van energie gebruiken we afval en biomassa, die niet op andere wijze geschikt kan worden gemaakt voor hergebruik.
duurzame electriciteit duurzame stoom of warmte
Levering elektriciteit Al sinds de ingebruikname van de afvalenergiecentrale in 1996 leveren wij duurzame elektriciteit aan het openbare net. Sinds 2013 wordt onze elektriciteit ook door Twentse gemeenten afgenomen, die hiermee lokaal geproduceerde duurzame energie inzetten. De gemeenten gebruiken de elektriciteit voor openbare gebouwen, inrichtingen zoals zwembaden en straatverlichting. In totaal gaat het om circa 5.400 aansluitingen in veertien gemeenten en een verbruik van circa 55.000 MWh per jaar. Dit is vergelijkbaar met 15.000 huishoudens.
Prestaties afvalenergiecentrale (AEC) en biomassa-energiecentrale (BEC) De ongeplande stilstand van lijn 3 bleef laag, echter hier liepen geplande onderhoudstops uit, wat het beschikbaarheidscijfer (89,7%) drukte.
2011 eenheid
Warmtelevering Sinds 1 januari 2011 levert Twence vanuit de derde verbrandingslijn warmte en stoom voor huishoudens en voor industriële toepassing. Daarna is ook warmteuitkoppeling vanuit de twee andere lijnen mogelijk gemaakt. Door de leverzekerheid, die wij dankzij onze drie productielijnen kunnen bieden, konden onze warmteafnemers EnNatuurlijk (in 2014) en AkzoNobel (in 2013) hun minder duurzame eigen energievoorziening ‘in de mottenballen’ zetten. Stoomlevering aan AkzoNobel AkzoNobel produceert op haar locatie in Hengelo zout door pekel in te dampen met behulp van stoom. In de afvalenergiecentrale van Twence wordt stoom geproduceerd voor het opwekken van elektriciteit. Door het betrekken van een deel van deze stoom van Twence bereikt AkzoNobel een substantiële besparing op fossiele brandstoffen en wordt de uitstoot van CO2 beperkt. Het transport van stoom vindt plaats via een geïsoleerde bovengrondse leiding die in 2010 werd aangelegd. In totaal leverden we in 2014 733.000 ton stoom. Hiermee is het verbruik van bijna 74 miljoen kubieke meter aardgas bespaard en de uitstoot van circa 131.000 ton CO2 vermeden. Twence voorziet hierdoor in belangrijke mate in de stoombehoefte van de locatie Hengelo van het zoutbedrijf.
AEC
2012 BEC
AEC
2013 BEC
AEC
2014 BEC
AEC
BEC
Afval aanlevering: HH+BA
kton
biomassa
kton
609
604 117
598 159
607 150
169
Electriciteit: bruto E-productie
GWh
319,1
110,7
269,1
154,6
177,3
136,0
244,6
157,2
levering openbare net
GWh
250,9
98,1
204,1
138,9
113,3
121,8
178,2
141,6
eigen verbruik
GWh
68,2
12,7
64,9
15,7
63,9
14,3
66,4
15,6
warmwater levering
GWh
95
160
181
169
stoom levering
GWh
279
366
546
475
bodemas
kton
144,3
9,96
133,3
10,0
141,9
10,3
113,2( 1 )
4,6
metalen
kton
15,7
1,0
16,1
1,2
15,8
1,2
12,2
1,2
overige as
kton
7,434
3,005
7,3
3,0
6,9
2,4
7,3
2,6
RGR-zout
kton
10,037
1,379
9,5
1,7
8,9
1,6
10,0
1,8
slib
kton
1,627
0
1,5
Warmte:
Reststoffen:
1,7
1,3
(1) Vanwege de ombouw van de bodemasopwerkingsinstallatie ligt ca. 27.000 ton onbewerkt bodemas in opslag Terug naar inhoudsopgave
46
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 47
Afvalenergiecentrales Twence hebben R1 status Mede doordat Twence naast elektriciteit ook stoom en warmte levert vanuit zijn afvalenergiecentrale, is het energetisch rendement van de installaties aanzienlijk groter dan die van ‘klassieke’ afvalverbrandingslijnen. Dit rendement is zo hoog, dat de Rijksoverheid de centrale heeft aangemerkt als installatie voor ‘nuttige toepassing’ van afval en niet voor ‘verwijdering’ van afval. Deze zogenaamde R1 status betekent dat de installaties qua rendement ruimschoots de vergelijking aan kunnen met de huidige generatie kolengestookte elektriciteitscentrales. Daarom spreken we ook met ‘recht’ én trots over ‘afvalenergiecentrale’.
De stortactiviteiten zijn zeer beperkt, maar nog altijd noodzakelijk
Storten De stortactiviteiten zijn zeer beperkt, maar nog altijd noodzakelijk. Er is in 2014 bij Twence ongeveer 8.500 ton afvalmateriaal gestort, voornamelijk verpakte asbesthoudende afvalstoffen en ander afval dat niet recyclebaar, herbruikbaar of reinigbaar is en ook niet geschikt is voor thermische verwerking. Daarnaast is circa 1.500 ton gevaarlijk afval gestort, voornamelijk afkomstig van zuiveringen(slib) en grond -en water laboratoria.
Duurzaam storten De Nederlandse stortplaatsexploitanten maken zich sterk om de milieurisico’s van stortplaatsen na sluiting verder te verlagen. Met grootschalig en langjarig onderzoek naar duurzaam stortbeheer willen ze aantonen dat dit kan. Een intentieverklaring hiervoor is mede ondertekend door Twence. Bij het verlagen van de milieurisico’s gaat het voornamelijk om het terugdringen van de potentiële emissies uit stortplaatsen naar bodem en lucht. Het doel van duurzaam stortbeheer is om de emissies zodanig te beperken dat stortplaatsen binnen één generatie geen risico meer vormen voor mens en milieu. Duurzaam stortbeheer leidt tot het versneld afbreken, afvoeren en vastleggen van verontreinigingen. Het onderzoek moet duidelijk maken in welke mate met deze methode bestaande stortplaatsen, waaronder die van Twence, te verduurzamen zijn. De eerste onderzoeken, die de voorwaarden bepalen om het verdere onderzoek naar duurzaam stortbeheer mogelijk te maken, zijn in 2012 begonnen en zijn inmiddels afgerond. De verwachting is dat medio 2015 een Green Deal gesloten kan worden tussen overheden en exploitanten. Twence neemt deel aan de Green Deal en ondersteunt de pilot die op drie stortplaatsen elders wordt uitgevoerd. Twence heeft eind 2014 een verzoek ingediend bij de Provincie Overijssel om uitstel te krijgen voor het aanbrengen van de bovenafdichting op de stortplaats, zoals dat in de vergunning is vastgelegd. Als de pilot een succes wordt dan zou duurzaam stortbeheer ook toegepast kunnen worden op de stortplaatsen van Twence. Daarom is het zinvol om deze investering in de bovenafdichting uit te stellen en de reservering te gebruiken voor een milieu-investering die na de pilot het meest effectief blijkt te zijn.
Het jaar 2014 in getallen: secundaire grondstoffen en (duurzame) energie
INNAME
EENHEID
2012
2013
2014
Hergebruik
Grond Scheidingsinstallatie
ton ton
32.694
30.648
34.712
Nuttige toepassing
KCA Compostering Papier Hout AEC lijn 1, 2, 3( 1 ) BEC( 1 )
ton ton ton ton ton ton
569 124.228 33.398 52.246 604.407 159.272
129 121.541 43.177 597.774 149.891
137.543 46.220 599.752 166.245
Eindverwerking
Stort Boeldershoek(2) Stort BoeldershoekC3 Stort Elhorst-Vloedbelt
ton ton ton
35.791 1.476 -
10.125 1.119 -
8.660 1.597 -
PRODUCTEN Elektriciteit
Stortgas Boeldershoek Stortgas Elhorst-Vloedbelt Vergister AEC lijn 1 + 2 AEC lijn 3 BEC
GWh GWh GWh GWh GWh GWh
1,0 1,3 5,5 108,9 95,2 138,9
1,0 5,8 78,8 34,5 121,8
0,8 1,0 5,8 48,3 129,9 141,6
Warmte
Stoom Warm water
GWh GWh
366 160
546 181
475 169
Grondstoffen
Bouwstof bodemas Bouwstof Forz® Compost
ton ton ton
129.248 8.799 33.378
167.065 5.091 32.642
69.359 52.629
(1) hoeveelheid verbrand (2) hoeveelheid definitief gestort, exclusief bouwstoffen
Een deel van het stortterrein wordt gebruikt voor tijdelijke opslag van (bio)brandstoffen. Deze opslag is vooral bedoeld om pieken en dalen in de in de aanvoer van materiaal voor onze biomassa-energiecentrale en afvalenergiecentrale op te vangen. In 2014 is 47.000 ton hout en 48.000 ton brandbaar afval in tijdelijke opslag genomen, om later te worden verwerkt in de energiecentrales.
Terug naar inhoudsopgave
48
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 49
Kwaliteit Kwaliteitsbeheersing Kwaliteitsbeheersing is een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering van Twence. Jaarlijks toetst DEKRA Quality B.V. of onze gecertificeerde managementsystematiek nog voldoet aan de eisen uit de normen ISO 9001:2008 voor kwaliteitsmanagement, ISO 14001:2004 voor milieumanagement en OHSAS 18001:2007 voor arbozorgmanagement. Daarnaast kent Twence nog een aantal specifieke productcertificaten waarvan de systematiek “leunt” op de ISO-systematiek. Ook in 2014 hebben we onze certificaten mogen prolongeren.
TWENCE HEEFT VOLGENDE CERTIFICERINGEN (PER 31.12.2014): ISO 9001:2008 Kwaliteitsmanagement ISO 14001:2004 Milieumanagement OHSAS 18001:2007 Arbomanagement KOMO Productcertificaat AEC-bodemas op grond van BRL 2307 FPC-certificaat voor AEC-bodemas (= certificaat van de Fabriekseigen Productie Controle in het kader van de CE-markering)
Daarnaast zijn in 2014 de voorbereidingen getroffen voor certificering van Twence op de MVOprestatieladder niveau 3. De certificeringsaudit hebben we in januari 2015 met goed gevolg doorlopen.
KEURINGSINSTANTIE
DEKRA Quality b.v.
Kiwa N.V.
Beoordelingsrichtlijn Keurcompost
MPS-ECAS
FSC-bosbeheer (Forest Stewardship Council)
Unie van Bosgroepen
Kwaliteitsbeheersing is een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering van Twence
Ongewone voorvallen In 2014 zijn er 16 milieu-incidenten aan de provincie Overijssel gemeld. Deze incidenten vonden allemaal plaats op de locatie Boeldershoek. Opstartproblemen bij de combivergister hebben twee keer geleid tot een overstroming. Het vloeibare materiaal kon tijdig worden opgeruimd zodat bodemverontreiniging is voorkomen. Inherent aan de opstart van een biologisch proces is dat tijdelijk biogas moet worden gespuid. Omwonenden waren vooraf schriftelijk op de hoogte gesteld van mogelijke geuroverlast hierdoor.
Naleving milieuwet- en regelgeving De Provincie Overijssel is voor Twence het bevoegd gezag voor toezicht op de naleving van de milieuwet- en regelgeving. De Provincie Overijssel heeft Twence in 2014 zeven milieucontroles uitgevoerd. De controles betroffen verificatie van het milieujaarverslag en de emissierapportages, het laden en lossen van ammonia bij de afvalenergiecentrale, de veiligheid en het gebruik van inputmateriaal van de combivergister en de toepassing van bodemassen op het stortterrein. Bij al deze controles zijn er geen overtredingen van de vergunningsvoorschriften geconstateerd. Dit fraaie resultaat komt mede doordat Twence zelf ook intern pro-actief de naleving van wet- en regelgeving controleert en beheert. Hiervoor heeft Twence een compliance-managementsysteem geïmplementeerd. Het compliance-systeem wordt, naast de reguliere ‘praktijk’-controles in het veld, ook jaarlijks door de Provincie getoetst. De Provincie Overijssel heeft eind 2014 een dergelijke systeemcontrole op het compliance-managementsysteem uitgevoerd. Hierbij zijn het acceptatie- en verwerkingsbeleid, de administratieve organisatie, de interne controle en de acceptatie afvalstoffen bij de afvalscheidingsinstallatie gecontroleerd, evenals het melden en registreren van afvalvrachten, de interne functiescheiding en het opleidingsprogramma. Bij deze systeemcontrole heeft de Provincie een overtreding geconstateerd bij de visuele controle bij de acceptatie van de (droge ton) afvalstoffen bij de TAS. Het betrof een proef die inmiddels is beëindigd waardoor ook de overtreding niet meer aanwezig is.
Convenant Vernieuwing Toezicht Twence en de provincie Overijssel zijn op het gebied van compliance-management en systeemgericht toezicht twee van de pioniers in Nederland. Al in 2009 hebben Twence en de provincie een convenant ‘Vernieuwing Toezicht’ gesloten, waarbij beide partijen afspraken meer toe te groeien naar systeemtoezicht in plaats van outputcontrole. Deze vorm van toezicht is voor ons van belang, omdat we hiermee invulling geven aan onze ambitie om aantoonbaar aan alle relevante wet- en regelgeving te voldoen. Voor de provincie is het een goede manier om bij een complex bedrijf als Twence toch efficiënt en effectief toezicht te kunnen houden. Landelijk zijn er steeds meer bedrijven, overheden en branches waarbij systeemgerichte inspecties worden toegepast. Het convenant is mede op basis van landelijke ontwikkelingen en eigen ontwikkelingen van Twence al een keer geactualiseerd en ook nu werkt Twence samen met de provincie aan een herziening. Reden hiervoor is de nieuwe NEN-ISO 19600 norm voor compliance- managementsystemen, die als basis gaat dienen voor het convenant. Deze norm is een leidraad voor bedrijven die een compliance- managementsysteem willen opzetten. Twence heeft als lid van de NENcommissie een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van deze internationale norm.
Het aantal procesverstoringen bij de AEC is in 2014 afgenomen. Wel is bij lijn 1 en 2 sprake geweest van een onverwachte chemische reactie in een opslagtank. Hierdoor is er een kortdurende emissie van chloorhoudend gas geweest. Doordat de installatie is voorzien van een afzuigsysteem was het incident buiten het bedrijfsterrein niet merkbaar.
Terug naar inhoudsopgave
50
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 51
Milieuaspecten Procedure zeefoverloop Naar aanleiding van een controle in juli 2012 heeft de Provincie in 2013 Twence een last onder dwangsom opgelegd wegens het niet uitvoeren van een milieutoets bij de gewijzigde verwerking van zeefoverloop, een restproduct uit de compostering. De Provincie was van mening dat Twence hiermee in strijd met één van de vergunningvoorschriften heeft gewerkt. Wij hebben tegen dit besluit bezwaar aangetekend, omdat wij van mening zijn dat we wel in overeenstemming met geldende wet- en regelgeving en de vergunning hebben gehandeld. Door aanpassing van de vergunning is dit probleem naar tevredenheid van de provincie en Twence opgelost. Hierna is de last onder dwangsom ingetrokken. Ook het ILT (Inspectie Leefomgeving en Transport, onderdeel Ministerie van Infrastructuur en Milieu) heeft, in verband met dezelfde partij zeefoverloop, een last onder dwangsom opgelegd aan Twence, omdat Twence door de gewijzigde verwerkingsmethode de zeefoverloop zou hebben verwerkt in strijd met de voorwaarden die aan een drietal EVOA (Europese Verordening Overbrenging Afval)- kennisgevingen verbonden zijn. Twence heeft een beroepsprocedure bij de Raad van State tegen dit besluit van het ILT gestart waarop ILT de zaak nogmaals herzien heeft en besloten heeft de last onder dwangsom in te trekken. NEN Normcommissie / ISO norm voor compliancemanagement Twence heeft de opgedane ervaringen op het gebied van compliance-management ingebracht, door actief deel te nemen in de normcommissie voor de ontwikkeling van een internationale ISO-norm voor compliance-management. De inbreng heeft vruchten afgeworpen. Eind 2014 is de ISO-NEN 19600 norm voor compliancemanagement-systemen definitief geworden. De volgende stap is om deze norm te gaan gebruiken als basis voor het convenant Vernieuwing Toezicht.
Emissies naar lucht De gereinigde rookgassen van de drie verbrandingslijnen worden via één schoorsteen afgevoerd. De BEC heeft een eigen schoorsteen. Om te kunnen toetsen aan de geldende emissiegrenswaarden worden de emissies van de drie lijnen afzonderlijk gemeten. Jaarlijks worden de resultaten gerapporteerd in het PRTR-verslag (Pollution Release and Transfer Register). Deze verplichting komt voort uit Europese regels en geldt voor een aantal grote bedrijven. Op www.emissieregistratie.nl zijn de resultaten te zien. Tot 2014 werd de emissie van stikstofoxiden opgegeven aan de Nederlandse emissieautoriteit. Dit systeem van emissiehandel voor NOx is per 1 januari 2014 afgeschaft. De schoorsteenemissies van de afvalenergiecentrale en de biomassa-energiecentrale zijn in 2014 in vergelijking met 2013 voor de meeste stoffen op hetzelfde goede niveau gebleven. Emissies naar water Door nog onbekende oorzaak is in 2014 de percolaatwaterzuivering vrijwel stilgevallen. Het biologische systeem dat zorgt voor de afbraak van organische vervuiling moest opnieuw worden opgestart. De afgevoerde vuilvracht naar de gemeentelijke riolering is daardoor tijdelijk hoger geweest dan normaal. Vanwege het grote areaal verhard oppervlak zijn de gevolgen van extreme neerslag op het terrein van Twence goed merkbaar. De buffervoorzieningen in bedrijfsriolering worden dan volop benut. Omdat het hemelwater wordt afgepompt naar de gemeentelijke riolering is een plaatselijke wateroverlast op het bedrijfsterrein niet altijd te voorkomen.
De schoorsteenemissies zijn in 2014 op hetzelfde goede niveau gebleven
Terug naar inhoudsopgave
52
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 53
Luchtemissies afvalenergiecentrale (AEC) lijn 1, 2 en 3 Overzicht van emissie uitstoot en toetsing aan Nederlandse dagnormen (activiteitsenbesluit) en tevens vergelijk aan de extra jaargemiddelde normen opgenomen in de Wm-vergunning (toetsing na afloop 2014).
CONTINU-METINGEN MILIEUNORM AEC 1, 2 en 3
Component
RESULTAAT
algemene eis
MILIEUNORM TWENCE RESULTAAT RESULTAAT RESULTAAT
CONTINU-METINGEN
AEC lijn-1/2 AEC lijn-3
AEC 1, 2 en 3
dagmaximum
overschrijdingen
mg/Nm
aantal dagen
mg/Nm
3
AEC lijn-1
AEC lijn-2
AEC lijn-3
mg/Nm
mg/Nm
mg/Nm
mg/Nm
jaargemiddeld 3
3
3
3
3
Component
MILIEUNORM
RESULTAAT
MILIEUNORM RESULTAAT RESULTAAT RESULTAAT
algemene eis
Twence
AEC lijn-1
AEC lijn-2
AEC lijn-3
max. per meting
overschrijdingen
jaargemiddeld
mg/Nm
max. per meting
mg/Nm3
mg/Nm3
mg/Nm3
mg/Nm3
3
- stof
5
0
2(3)
2(3)
0,44
0,91
0,12
- kwik
0,05
0
0,005(3)
0,0000
0,0010
0,0004
- zoutzuur
8
0
2(3)
8(3)
0,04
0,03
7,46
- cadmium en thallium
0,05
0
0,01(3)
0,0001
0,0000
0,0001
- zwaveldioxide
40
0
7(3)
15(3)
0,26
1,22
5,60
- som overige metalen
0,5
0
0,05(3)
0,0093
0,0069
0,0094
- stikstofoxiden
180,(1)
0
65(3)
65(3)
64,49
64,56
64,44
- waterstoffluoride
1,0
0
0,2(3)
0,0254
0,1006
0,3555
- koolmonoxide
30
3
20(3)
30(3)
9,91
8,57
9,40
- dioxinen/furanen (x10-6)
0,1
0
0,02(3)
0,0010
0,0000
0,0000
- organische stoffen
10
0
5(3)
5(3)
0,51
0,42
0,58
2,25
2,51
0,54
- ammoniak
5,(2)
0
(3) aanvullende richtwaarde aan activiteitenbesluit
(1) naast de dagwaarde geldt ook een maandwarde van 70 mg/Nm3 (2) aanvullende grenswaare aan activiteitenbesluit (3) aanvullende richtwaarde aan activiteitenbesluit
Terug naar inhoudsopgave
54
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 55
Luchtemissies biomassa-energiecentrale (BEC) Overzicht van emissie uitstoot en toetsing aan Nederlandse dagnormen (activiteitsenbesluit) en tevens vergelijk aan de extra jaargemiddelde normen opgenomen in de Wm-vergunning (toetsing na afloop 2014).
BEC
Component
MILIEUNORM
RESULTAAT
algemene eis
RESULTAAT
RESULTAAT
Twence specifiek
dagmaximum
overschrijdingen
overschrijdingen
gemiddelde
mg/Nm
aantal dagen
mg/Nm
mg/Nm3
3
3
- stof
5
0
2(3)
0,13
- zoutzuur
8
0
8(3)
2,96
- zwaveldioxide
40
0
15(3)
14,90
- stikstofoxiden
180,(1)
0
65(3)
65,16
- koolmonoxide
45
0
30(3)
30,96
- organische stoffen
10
0
5(3)
0,33
- ammoniak
0
5,(2)
2,59
(1) naast de dagwaarde geldt ook een maandwarde van 70 mg/Nm3 (2) aanvullende grenswaare aan activiteitenbesluit (3) aanvullende richtwaarde aan activiteitenbesluit
PERIODIEKE METINGEN BEC
Component
MILIEUNORM
RESULTAAT
algemene eis
MILIEUNORM
RESULTAAT
Twence specifiek
max. per meting
overschrijdingen
overschrijdingen
BEC
mg/Nm3
aantal dagen
mg/Nm3
mg/Nm3
- kwik
0,05
0
0,005
0,0011
- cadmium en thallium
0,05
0
0,01(3)
0,0000
- som overige metalen
0,5
0
0,05(3)
0,0041
- waterstoffluoride
1,0
0
0,2(3)
0,1338
- dioxinen/furanen (x10-6)
0,1
0
0,02(3)
0,0000
(3)
(3) aanvullende richtwaarde aan activiteitenbesluit
Minimaliseren waterverbruik In ons streven het grondstoffenverbruik te minimaliseren kijken wij actief naar de mogelijkheden die er zijn ons waterverbruik te verlagen. In 2014 zijn hierin een verdere stappen gezet. Permeaatwater, het water dat door de stortheuvels sijpelt, wordt niet meer geloosd, maar wordt na zuivering ingezet als industriewater. De diverse maatregelen om het waterverbruik te verminderen, hebben ertoe geleid dat we het gebruik van industriewater in de periode 2010-2014 bijna hebben kunnen halveren.
Duurzame watertechnologie Pentair, specialist in waterbehandeling, en Saxion Hogeschool uit Enschede doen samen onderzoek naar het duurzamer zuiveren van afvalwater. In september 2014 is door beide partijen bij Twence een convenant ondertekend voor vergaande samenwerking. De keuze voor het ondertekenen van het convenant bij Twence is niet toevallig. Twence gebruikt een door Pentair ontwikkelde installatie voor de behandeling van afvalwater. De installatie breekt de vervuilende componenten uit het afvalwater af en het water wordt dusdanig gereinigd dat het geloosd kan worden op het riool. Met de kennis die Pentair en Saxion opdeden in de ‘proeftuin’ bij Twence, willen de bedrijven een nog duurzamere technologie te ontwikkelen.
WATERVERBRUIK TWENCE (IN 1.000M3)
CONTINU-METINGEN
300
200
100
0 2010
2011
2012
2013
2014
JAAR
Waar in het verleden de aandacht uit ging naar de verschillende technologieën om afvalwater schoon te maken, is de aandacht nu vooral gericht op het ontwikkelen van duurzame technologieën om dit te doen. Hierbij wordt het gezuiverde afvalwater hergebruikt én worden grondstoffen, bouwstoffen (zoals fosfaten en stikstof) en energie gewonnen. In het convenant hebben Pentair en Saxion de intentie vastgelegd om gezamenlijk continue innovatieve, duurzame watertechnologieën te ontwikkelen. Stichting Wetsus, een topinstituut op het gebied van duurzame watertechnologie, ondersteunt deze samenwerking financieel. De stichting vindt de samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs belangrijk voor het realiseren van doorlopende onderwijs- en onderzoekslijnen.
Terug naar inhoudsopgave
56
Hoofdstuk 4 – Planet
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 4 – Planet
03 57
Samen winnen: Twence en AkzoNobel duurzaam verbonden!
2 O C
u d re
e i ct
Peter de Jong AkzoNobel
In de afvalenergiecentrale van Twence wordt stoom geproduceerd voor het opwekken van elektriciteit. Door het betrekken van een deel van deze stoom van Twence bereikt AkzoNobel een substantiële besparing op fossiele brandstoffen –70 miljoen kubieke meter aardgas in 2014– en wordt de uitstoot van CO2 beperkt.
Terug naar inhoudsopgave
58
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 59
Profit De onderstaande kerncijfers hebben betrekking op de geconsolideerde jaarrekening 2014 van Twence Holding B.V. De balansgegevens zijn per 31 december.
KERNCIJFERS
EENHEID
2014
2013
Afvalverwerking, energie, grondstoffen Netto-omzet Som der bedrijfsopbrengsten
€ mio € mio
103,2 104,2
99,5 105,8
Resultaten Bedrijfsresultaat/EBIT Netto resultaat Netto resultaat als % van de bedrijfsopbrengsten EBITDA
€ mio € mio % € mio
17,0 9,1 8,7 51,8
20,3 11,9 11,2 56,0
Kasstroom uit operationele activiteiten
€ mio
40,2
46,3
Materiële vaste activa Aanschafwaarde totaal Boekwaarde totaal Investeringen Afschrijvingen
€ mio € mio € mio € mio
622,5 286,0 18,3 34,8
611,2 302,7 17,7 35,8
Vermogen Balanstotaal
€ mio
321,6
335,8
% %
5,2 7,4
6,0 9,7
Kengetallen Rentabiliteit totale vermogen Rentabiliteit eigen vermogen Afvalhoeveelheden Aangeleverde hoeveelheden
in kton
949
938
Energie Bruto elektriciteitsproductie Warmte- en stoomlevering
in GWh in GWh
411 645
320 725
Overige kerncijfers Personeelsbezetting ultimo Ziekteverzuim Gemiddelde leeftijd
in fte % in jaren
218,3 4,9 44,8
211,3 4,1 45,0
Terug naar inhoudsopgave
60
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 5 – Profit
03 61
Het jaar 2014 Vanuit onze oorsprong maken wij werk van duurzaam ondernemen. Door maatschappelijk nut met ondernemerschap te verbinden dragen wij bij aan een meer duurzame economie. Op innovatieve manieren halen wij grondstoffen uit afvalstromen. Ook maakt onze duurzame energieproductie de regio meer en meer zelfvoorzienend. Voor zijn aandeelhouders, voornamelijk Twentse gemeenten, levert Twence hiermee een belangrijke bijdrage aan de regionale klimaat- en duurzaamheidsdoelstellingen. Een hoogtepunt van 2014 vond plaats op 22 oktober. Die dag namen we vier duurzame projecten, die elk een belangrijke bijdrage leveren aan onze doelen, officieel in gebruik. De nieuwe bodemas-opwerkingsinstallatie en de natriumbicarbonaatproductie zijn mooie voorbeelden van het verbinden van verschillende elementen van een kringloop. De combivergister en het nieuwe stortgasonttrekkingssysteem leveren duurzame energie. De vier nieuwe innovatieve installaties laten zien waar samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven toe kan leiden. In deze projecten werd totaal ruim € 12,5 miljoen geïnvesteerd, inclusief subsidies van de EU, RVO.nl (voorheen Agentschap NL) en de Provincie Overijssel. Het rendement hiervan zal bijdragen aan een beter milieu. Ook besparen we fors op het verbruik van fossiele brandstoffen, realiseren we hiermee jaarlijks een aanzienlijke besparing van uitstoot van CO2 en leveren we nog meer duurzame energie. Daarnaast bereiken we nog hogere recyclingpercentages door zelfs metalen ter grootte van een nietje terug te winnen uit de verbrandingsresten uit de afvalenergiecentrales en biomassa-energiecentrale. Honderden mensen hebben de afgelopen jaren bijgedragen aan de ontwikkeling, constructie en bouw van de vier installaties. Zo gaan duurzaamheid en recycling hand in hand met de ontwikkeling van hoogwaardige werkgelegenheid in de regio. Onze partners boden we met deze projecten ook weer een ‘proeftuin’, waarin nieuwe concepten marktrijp werden. Op deze manier dragen we samen bij aan een gunstig vestigingsklimaat voor hightech-ondernemingen in de regio: een belangrijke motor van de Twentse economie. Ontwikkelingen als deze zijn mede mogelijk door de stabiele basis die onze afvalenergiecentrales bieden voor de bedrijfseconomische continuïteit van de onderneming. Vollast is hier voor de komende jaren verzekerd door onder meer de verwerking van RDF uit het Verenigd Koninkrijk. Hiervoor hebben we de
afgelopen jaren en ook dit jaar nog langlopende contracten gesloten. Het stelt ons in staat grote hoeveelheden stoom te leveren aan de zoutproductie van AkzoNobel in Hengelo, warmte aan het stadsverwarmingsnetwerk van EnNatuurlijk in Enschede, elektriciteit aan Twentse gemeenten én aan het openbare net. Met deze energieleveringen dragen wij bij aan de duurzaamheidsdoelstellingen van onze aandeelhouders en regionale bedrijven. Omzet en resultaat De netto-omzet bedroeg € 103.244.000 (2013: € 99.488.000). Hiervan is 46 procent afkomstig uit de verkoop van energie en 54 procent uit de verkoop van grondstoffen en het verwerken van afval. Onze inspanningen hebben in 2014 geleid tot een netto resultaat van € 9.119.000 (2013: € 11.865.000).
Zo gaan duurzaamheid en recycling hand in hand met de ontwikkeling van hoogwaardige werkgelegenheid in de regio
Four steps forward Wij zijn ervan overtuigd dat de uitputting van natuurlijke hulpbronnen voorkomen kan worden door zo veel mogelijk hergebruik. Omdat we steeds meer afval naar een hogere trede in de afvalverwerkingshiërarchie kunnen brengen, is het vinden van andere duurzame energiebronnen de komende decennia noodzakelijk. Zowel op het gebied van hergebruik als op het gebied van het winnen van energie uit hernieuwbare bronnen hebben wij in 2014 opnieuw stappen gezet. Op 22 oktober 2014 vierden wij met trots de formele afronding van vier innovatieve projecten, onder de noemer ‘four steps forward’:
Na verbranding blijft ongeveer een kwart van alle afval over als bodemassen. Bij Twence gaat hetom circa 150.000 ton per jaar. In onze slakkenopwerkingsinstallatie (SOI) maken we deze bodemassen geschikt voor onder meer de wegenbouw, door ruwe materialen eerst te verkleinen en er vervolgens zo veel mogelijk metalen en vervuiling uit te halen. Door de nieuwe verwerkingslijn voor bodemassen kunnen we nog kleinere metaaldeeltjes uit de bodemassen verwijderen. De machines zijn gebaseerd op de nieuwste technologieën en kunnen 60 tot 70 procent meer aluminium, koper, zink en andere metalen uit de bodemassen verwijderen. De bodemassen worden daarmee schoner en gemakkelijker inzetbaar in bijvoorbeeld de wegenbouw. De metalen worden hergebruikt. Dit proces is een vorm van scheiding achteraf en telt mee in de recyclingdoelstellingen van onze aandeelhouders. De verbeteringsslag is in lijn met de afspraken die de Nederlandse afvalenergiecentrales in 2012 in een Green Deal met de Nederlandse overheid hebben vastgelegd. Het innovatieve CO2NBC project biedt ons de mogelijkheid om eigen CO2 uit de rookgasreiniging te benutten voor de productie van natriumbicarbonaat (‘bakpoeder’, NaHCO3), dat wij gebruiken voor het reinigen van rookgassen in onze afvalenergiecentrale. Twence heeft de afgelopen jaren in samenwerking met onder meer Procede, een spin-off van de Universiteit Twente, een installatie ontwikkeld om in de droge rookgasreiniging van één van de verbrandingslijnen koolstofdioxide (CO2) af te vangen en te gebruiken als grondstof voor natriumbicarbonaat. Vanwege het duurzame en innovatieve karakter krijgt het project subsidie van de provincie, de rijksoverheid en de Europese Unie. De installatie zal op jaarbasis circa 8.000 ton NaHCO3 produceren. Dit levert een reductie van de uitstoot van 2.000 tot 3.000 ton CO2 op jaarbasis. Het is dus goed voor het milieu. Daarnaast is het bedrijfseconomisch interessant, omdat natriumbicarbonaat een kostbare grondstof is. Soda (de tweede component van NaHCO3) is een bulkproduct dat goedkoper en beter
verkrijgbaar is dan natriumbicarbonaat. Daarnaast volstaat 1 ton soda voor de productie van ongeveer 1,6 ton natriumbicarbonaat, wat er dus ook nog eens voor zorgt dat er minder transportkilometers gereden hoeven worden. De nieuwe combi-vergister op ons terrein is door de Enschedese specialist in bio-energiesystemen HoSt ontwikkeld. Hierin kunnen we, naast reguliere vloeibare afvalstromen, lastig verwerkbare biomassastromen vergisten en zo nuttig toepassen. Het gaat om een pilot installatie, er zijn in Nederland nog geen andere installaties die dit materiaal op deze wijze kunnen benutten. De installatie bestaat uit een natte vergister en een droge vergister. Voor de natte vergisting wordt gebruikt gemaakt van bewezen technologie. De droge vergister is het nieuwe en innovatieve deel van de installatie. De natte vergister, die zorgt voor de noodzakelijke vergistingsbacteriën en de meest ideale temperatuur, is gekoppeld aan de droge vergister. In de droge vergister vindt de vergisting plaats van lastig te verwerken materiaal zoals grove en verontreinigde biomassa. De verwachting is dat we met de combi-vergister circa 1 miljoen m3 biogas kunnen produceren. Dit kan op de bestaande warmtekrachtkoppeling worden omgezet naar ca. 2.300 MWh groene stroom en ca. 2.300 MWh thermische energie. Deze stroom dekt de behoefte van circa 600 woningen en de warmte volstaat voor 180 huishoudens. Met het realiseren van nieuwe stortgasonttrekkingsbronnen en het bijbehorende leidingnetwerk in de stortheuvels op ons terrein in Hengelo, voorkomen we dat een groot deel van het broeikasgas methaan, dat in deze stortheuvels ontstaat, in de atmosfeer terecht komt. Deze verbetering betekent ook een verhoging van de productie van stortgas tot naar schatting 3 miljoen m3 per jaar. Met dat gas kunnen we 6.000 MWh groene stroom en 6.000 MWh thermische energie produceren. Deze stroom dekt de behoefte van circa 1.700 woningen en de warmte volstaat voor 500 huishoudens. Niet alleen het stortgasonttrekkingssysteem is volledig vernieuwd, ook verwerken we het stortgas nu in de warmtekrachtkoppeling van Twence’ vergistingsinstallatie, die hoge rendementen realiseert.
Door de oplevering van het ‘ONFA’-project (Optimalisatie Non Ferro Afvangst uit bodemassen) halen wij nog meer metalen terug uit de assen die na thermische verwerking van afval overblijven. Terug naar inhoudsopgave
62
Hoofdstuk 5 – Profit
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 5 – Profit
03 63
Vooruitblik naar 2015 Voor 2015 verwachten wij bedrijfseconomisch gezien bevredigende resultaten. Mede door de langetermijncontracten voor het verwerken van RDF uit het Verenigd Koninkrijk, realiseren wij vollast in onze afvalenergiecentrales. Daarmee waarborgen wij de levering van energie. Twence is een verbindende factor voor de Twentse gemeenten. Als aandeelhouder van Twence beschikken zij over een belangrijk instrument voor het behalen van hun duurzaamheidsdoelstellingen. Via het aandeelhouderschap kunnen zij invloed uitoefenen op de strategische ontwikkeling van de onderneming en kunnen zij één van hun kerntaken optimaal uit laten voeren. Samen met de aandeelhouders zijn wij in 2014 het proces voor de bepaling van ons Strategisch beleidsplan 2016-2019 ingegaan. Het plan zal in 2015 worden afgerond en vastgesteld.
De toekomst Door de wijziging in het subsidieregime SDE+ konden wij in 2014 al de nodige voorbereidingen treffen voor de nieuwe subsidieaanvraag voor onze biomassaenergiecentrale (BEC), welke begin 2015 ingeleverd kan worden. Het Ministerie van Economische Zaken subsidieert de BEC tot en met 2017 via de MEPregeling. Vanaf 2018 geldt de SDE+ regeling. Wij zien goede mogelijkheden om de BEC na 2017 nog steeds in te zetten voor de productie van duurzame energie. Deze kan bijna verdrievoudigd worden, als naast elektriciteit ook stoom en warmte wordt geproduceerd. Dit betekent dat Twence moet investeren in de verlenging van de levensduur van de installatie, waarbij ook de uitkoppeling van stoom en warmte mogelijk gemaakt moet worden. Om deze uitbreiding te kunnen realiseren, is subsidie van het rijk noodzakelijk. Het project vergt al met al ongeveer drie jaar voorbereidingstijd.
Terwijl enerzijds in 2014 gewerkt werd aan de realisatie van de hier boven genoemde vier grote projecten, werd anderzijds vooruit gekeken naar de komende jaren en de behoeften die onze omgeving voor de toekomst heeft. Zo werden de plannen op het gebied van mestverwerking concreet. Het werken aan oplossingen voor het mestoverschot is maatschappelijk van groot belang. Mest bevat fosfaat, een voor het leven op aarde essentiële bouwstof. Wij willen dit fosfaat, maar ook stikstof en kaliumrijke extracten uit mest winnen én mest gebruiken voor het winnen van energie. We hopen de gefaseerde bouw van de daarvoor benodigde installaties op Elhorst Vloedbelt in 2015 te starten en in 2017 te kunnen afronden.
Ook over andere vormen van energie uit hernieuwbare bronnen willen wij kennis opdoen: in 2014 hebben wij succesvol een subsidie-aanvraag voor plaatsing zonnepanelen doorlopen, waardoor we onderzoek naar de mogelijkheden in 2015 kunnen vervolgen.
Zeer belangrijk zijn de ontwikkelingen rond afvalscheiding. De verschillende scheidingsvarianten die we bij Twence onderzoeken hebben tot doel in de toekomst maatwerk en flexibiliteit te kunnen bieden aan onze klanten in binnen- en buitenland. Doelstelling is om begin 2017 een nascheidingsinstallatie voor huishoudelijk restafval in gebruik te nemen.
Over de jaren 2008 tot en met 2013 keerden we in totaal al € 48 miljoen uit als superdividend ten behoeve van de Agenda van Twente. Over het jaar 2014 zal hiervoor wederom € 8 miljoen worden uitgekeerd, waarmee de totale uitkering uitkomt op € 56 miljoen.
Op het gebied van grondstoffenhergebruik werken we verder met AkzoNobel aan onderzoek naar het stabiliseren van potentieel instabiele zoutcavernes met een vulstof, waarin rookgasreinigingszouten geïmmobiliseerd worden toegepast. Deze zouten worden op dit moment gebruikt voor stabilisatie van oude mijngangen in het oosten van Duitsland.
Om uitputting van natuurlijke grondstoffen tegen te gaan, zal de samenleving meer en meer overgaan op volledig hergebruik. Bedrijven als Twence, met expertise op het gebied van terugwinnen van grondstoffen uit afval, vormen een belangrijke schakel in de keten van verbruik naar nieuw gebruik. Energie zal meer en meer worden opgewekt uit hernieuwbare bronnen.
Bedrijven als Twence, met expertise op het gebied van terugwinnen van grondstoffen uit afval, vormen een belangrijke schakel in de keten van verbruik naar nieuw gebruik
In 2014 hebben we opnieuw belangrijke stappen gezet om onze doelen te realiseren. Bij onze activiteiten houden wij het bedrijfseconomische aspect voor ogen, een randvoorwaarde voor duurzame ontwikkeling van ons bedrijf en van onze maatschappelijke bijdrage. De ontwikkeling van Twence draagt bij aan de ontwikkeling van de regionale economie en werkgelegenheid. De helft van onze omzet is nu afkomstig van de productie van energie uit niet-herbruikbare materialen. Dat wij over diverse mogelijkheden beschikken om deze energie te produceren, maakt ons betrouwbaar voor onze afnemers. Dat wij afval op veel manieren kunnen verwerken en kunnen kiezen voor de methode met het hoogste milieurendement, maakt ons aantrekkelijk voor onze afval-, RDF- en biomassaleveranciers. Door onze inspanningen op het gebied van materialenterugwinning en productie van energie uit hernieuwbare bronnen, zijn onze bedrijfseconomische perspectieven ook op langere termijn positief.
Dividend Twence motor achter ‘Agenda van Twente’ Twence is de financieringsbron van de Regio Twente voor de ‘Agenda van Twente’. Via het zogenoemde superdividend, dat sinds 2008 wordt uitgekeerd aan onze gemeentelijke aandeelhouders, worden in Twente projecten gefinancierd, die de regionale economie, innovatie en werkgelegenheid stimuleren.
De ‘Agenda van Twente’ zal binnen Regio Twente als meerjarig investeringsprogramma tot en met 2017 blijven bestaan. Wij zijn er trots op dat wij deze bijdrage kunnen leveren aan de ontwikkeling van de leefbaarheid van en werkgelegenheid in Twente.
Terug naar inhoudsopgave
64
Hoofdstuk 5 – Profit
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
Hoofdstuk 5 – Profit
03 65
Na eerst het traineeship bij Twence, heb ik er nu een interessante en leerzame baan!
k k i w t n O
g n i el
Manon Koerssen Twence
Twence is één van de deelnemende bedrijven aan het Fast Forward project van Saxion Hogeschool Enschede, waarbij afgestudeerde ‘high potentials’ als trainee bij grote bedrijven in de regio worden geplaatst om ze twee jaar in verschillende functies ervaring op te laten doen.
Terug naar inhoudsopgave
66
Hoofdstuk 1 – Hoofdtitel
Twence B.V. – Publieksjaarverslag 2014
03 67
Twence B.V. Bezoekadres Boldershoekweg 51 7554 RT Hengelo Nederland Postadres Postbus 870 7550 AW Hengelo Nederland T +31 (0)74 240 44 44 F +31 (0)74 240 43 33 E
[email protected] I www.twence.nl