Vastenproef
In overleg met uw kinderarts metabole ziekten is besloten dat uw kind wordt opgenomen voor een vastenproef. In deze folder wordt uitgelegd wat een vastenproef inhoudt.
Wat is een vastenproef?
Een vastenproef is een test waarbij de vastentolerantie wordt gemeten. Dit houdt in dat de duur van de periode vanaf de laatst gegeten maaltijd tot het optreden van een te lage bloedsuiker wordt gemeten. Een te lage bloedsuiker noemt men ook wel hypoglycemie.
Doel van de vastenproef
Het doel van de vastenproef is om de oorzaak van een hypoglycemie op te sporen en onder veilige omstandigheden te testen hoelang een kind nuchter kan zijn zonder dat een hypoglycemie optreedt. Een hypoglycemie kan verschillende oorzaken hebben: stoornissen in het afbreken van suikers (glucose), het als voorraad opslaan van suikers of in de hormonale regulatie. We spreken van een hypoglycemie als de bloedsuikerspiegel abnormaal laag is (< 3 mmol/l).
Duur van de test
De arts spreekt van tevoren met u af hoelang de vastenproef duurt. Dit zal maximaal 24 uur zijn. Meestal start de vastenproef om 17.00 uur ’s avonds. Als de test om 17.00 uur begint krijgt uw kind om 16.30 uur een maaltijd. Het is belangrijk dat uw kind voor de start van de vastenproef goed eet. Daarna mag uw kind niets meer eten. Uw kind mag alleen water of thee zonder suiker drinken. Indien uw kind in de week voor de opname ziek is, wilt u dan telefonisch contact met ons opnemen om te overleggen of de opname voor de vastenproef zinvol is.Het telefoonnummer vindt u op de achterzijde van deze folder.
Voorbereiding van de test
Nadat u zich heeft gemeld op de afdeling krijgt u een opnamegesprek met de verpleegkundige en de arts-assistent van de afdeling. De arts kijkt uw kind na.
1
Indien uw kind medicijnen gebruikt die suikers bevatten, bestaat de mogelijkheid dat de arts besluit deze tijdens de test te stoppen. Infuus Bij uw kind wordt een infuus ingebracht voor bloedafnames. Zo kan meerdere keren bloed worden afgenomen zonder dat uw kind steeds weer geprikt moet worden. De pedagogisch medewerker van de afdeling zal uw kind hier op voorbereiden en indien nodig ondersteunen bij het inbrengen van een infuus. Bloedafname Tijdens de test wordt maximaal elf keer één of meer buisjes bloed afgenomen via het infuus. Dit doet geen pijn. Daarna spuit de verpleegkundige er heparine of zoutoplossing in om te voorkomen dat het infuus dicht gaat zitten. Dit kan een beetje koud of kriebelig aanvoelen bij uw kind. Vanaf de eerste bloedafname mag uw kind alleen water of thee zonder suiker drinken. Plassen Naast het afnemen van bloed is het bij deze test ook belangrijk om de urine van uw kind op te vangen voor onderzoek. Als uw kind zindelijk is kan hij/zij in een urinaal of op de po plassen. Is uw kind nog niet zindelijk dan wordt er in overleg met de arts een plaszakje geplakt of wordt een blaaskatheter ingebracht.
Tijdens het onderzoek
Tijdens het onderzoek blijft uw kind op de afdeling. De verpleegkundige en de arts houden uw kind goed in de gaten en letten op symptomen van een hypoglycemie (slap, trillen, duizelig, transpireren, bleek zien, misselijk, gapen, prikkelbaar, opstandig gedrag en staren met de ogen). Het is belangrijk dat u veranderingen die u bij uw kind waarneemt, meteen meldt bij de verpleegkundige. Als u even weggaat en uw kind alleen is, meldt u dit dan bij de verpleegkundige. Het onderzoek wordt eerder beëindigd als de bloedsuikerspiegel van uw kind onder een vastgestelde waarde komt of als uw kind verschijnselen van hypoglyke-
2
mie ondervindt zie afbeelding). Nadat de arts of verpleegkundige heeft aangegeven dat de vastenproef beëindigd is, mag uw kind weer eten en drinken.
De uitslag
Het duurt enkele weken voordat alle uitslagen van bloed en urine bekend zijn. Daarom ontvangt u tijdens opname een uitnodiging voor een telefonische of poliklinische afspraak over zes tot acht weken bij uw metabole kinderarts. Als de test voortijdig wordt afgesloten, heeft u voordat u naar huis gaat een gesprek met de metabole kinderarts. Hierin zullen leefregels en adviezen worden besproken. Soms wordt geen oorzaak gevonden. In dat geval spreken we van een “peuterhypoglycemie”. Dit is het gevolg van de geringe reserves die jonge kinderen hebben in vergelijking met adolescenten en volwassenen. De verwachting is dit verdwijnt na de puberteit.
Nog vragen?
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen over het onderzoek dan kunt u contact opnemen met het telefonisch spreekuur: 024 - 361 44 13.
3
Ruimte voor uw notities
12-2015-7162
Adres Radboudumc Amalia kinderziekenhuis Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10 6525 GA Nijmegen Afdeling Kindergeneeskunde, NCMD, route 804 Postadres Radboudumc 833 Metabole Ziekten Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Contact Telefoon (024) 361 44 30 Website: www.rcmm.info
Het Radboud Center for Mitochondrial Medicine (RCMM) is gespecialiseerd in mitochondriële ziekten.
Radbouduniversitair universitairmedisch medischcentrum centrum Radboud