Nekhernia
In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten tot opname op de afdeling Neurochirurgie van het Radboudumc, voor behandeling van een nekhernia. Indien de klachten inmiddels veranderd of verdwenen zijn, verzoeken wij u tijdig (het liefst enige dagen voor de geplande operatie) contact op te nemen met het secretariaat. In deze folder vindt u informatie over de behandeling. Heeft u na het lezen nog vragen, stel deze dan gerust aan uw behandelaars.
Hernia
De wervelkolom bestaat uit hals-, borst-, lenden-, heiligbeen- en staartwervels (zie tekening 1). Tussen de wervels zit een tussenwervelschijf, ook wel discus genoemd (zie tekening 2). Een discus is een stevig omhulsel met daarin een elastische, vervormbare kern die voor grote veerkracht zorgt. Als het omhulsel een zwakke plek heeft, kan de kern hem doen uitpuilen. Bij een scheuring van het omhulsel kunnen zelfs stukjes van de kern buiten de discus komen te liggen. Een uitpuiling, met of zonder scheuring, wordt een hernia genoemd (zie tekening 3).
Ontstaan
Een hernia wordt veroorzaakt door een verzwakte aanleg van de discus, door langdurige overbelasting of, in een enkel geval, door een ongeval. Een hernia komt vaker voor op oudere leeftijd, omdat de discus in de loop van de tijd verslapt. Herniaklachten kunnen langzaam verergeren, of ineens ontstaan na een zware belasting (geforceerd tillen) of lichte inspanning (niezen, kopje koffie inschenken, uit bed stappen).
Symptomen
Een hernia kan op één of meer zenuwen drukken. Dit veroorzaakt nek- en schouderpijn, en soms ook een uitstralende pijn in één of beide armen. Bij ernstige beklemming van de zenuw kunnen gevoelstoornissen of verlammingsverschijnselen aan arm of hand optreden. Ook kan een beknelling van het ruggenmerg ontstaan, met als gevolg gevoelstoornissen in romp en benen, krachtverlies in de benen en problemen bij het plassen.
1
7 halswervels ruggenmerg
12 borstwervels
5 lendenwervels
heiligbeen
Tekening 1
stuit
wervelkanaal met ruggenmerg
wervel tussenwervelschijf (discus)
discus met hernia
Tekening 2
Tekening 3
2
Andere aandoeningen
Er bestaan ook andere aandoeningen van het wervelkanaal waarbij zenuwen worden afgekneld. Omdat de pijn daarbij hetzelfde voelt als bij een hernia, wordt vaak gesproken van herniaklachten. De arts vertelt u of u een ‘echte’ hernia heeft of een andere aandoening.
Behandeling
Behandeling van een nekhernia kan op verschillende manieren plaatsvinden. Vaak geeft bedrust (gecombineerd met oefentherapie en medicijnen), oefentherapie met houdingscorrectie of het dragen van een halskraag verbetering van de klachten. Maar in sommige gevallen helpen deze behandelwijzen onvoldoende en is een operatie noodzakelijk.
Voorbereiding op de operatie
Scheren Het is van groot belang dat u vijf dagen voor de geplande ingreep het gedeelte van het lichaam waar u wordt geopereerd niet scheert met een scheermes. Dit vermindert het risico op een infectie. Als de chirurg scheren noodzakelijk acht, gebeurt dit op de operatiekamer. Vette crème Op de dag van de operatie mag u geen gebruik maken van (gezicht-)crèmes. Sieraden, piercings etc. Nagellak, make-up, contactlenzen, bril, gebitsprotheses en sieraden (ook piercings) mag u niet dragen tijdens de operatie. Indien u acryl- of gelnagels heeft, dient u deze vóór de operatie van de wijsvinger te laten verwijderen. Veiligheid Rondom uw operatie zijn diverse veiligheidsmomenten ingebouwd. Vlak voordat de operatie van start gaat, neemt het gehele operatieteam bijvoorbeeld een zogenaamde ’Time out’. Tijdens dit controlemoment controleert het team uw naam, geboortedatum, het te opereren lichaamsdeel en de operatiebenodigdheden.
3
Medicijnen De anesthesioloog bepreekt met u welke medicijnen u mag blijven gebruiken en welke u moet stoppen. Indien u bloedverdunners gebruikt, overlegt uw behandelend arts met u of u deze kunt blijven gebruiken of moet stoppen. Heeft u hierover vragen, stel ze dan aan uw behandelend arts.
Anesthesie
Omdat de ingreep onder anesthesie (verdoving/narcose) gebeurt, brengt u vooraf een bezoek aan het preoperatieve spreekuur van de anesthesioloog. Tijdens dit gesprek beoordeelt de anesthesioloog uw algehele gezondheidstoestand. Indien nodig bespreekt hij aanvullende onderzoeken. Ook krijgt u uitleg over de mogelijke vormen van anesthesie en de gang van zaken rondom de operatie. Informatie over de anesthesie, het nuchter zijn, de verkoeverafdeling en de pijnbehandeling vindt u ook in de folder ‘Behandeling of onderzoek onder anesthesie’.
Dag van opname
Voorafgaand aan de opname heeft u gesproken met de behandelend arts, anesthesist, zaalarts en verpleegkundige van de verpleegafdeling neurochirurgie. Op de opnamedag vangt een verpleegkundige u op. Deze verpleegkundige wijst u de weg op de afdeling en neemt een korte vragenlijst met u door. U bespreekt met de anesthesist vanaf welk tijdstip u niet meer mag eten en drinken (nuchter zijn). Nadat u een bed is toegewezen, wordt u voorbereid op de operatie.
Operatie
Een nekhernia kan vanuit de voorzijde (hals) of achterzijde (nek) worden geopereerd. Meestal wordt voor de voorzijde gekozen. In deze folder beschrijven we twee operatietechnieken, namelijk de Cervicale Laminectomie en de Cervicale Anterieure Disectomie (CAD). Het doel van de operatie is het wegnemen van de druk op zenuwen en ruggenmerg. Zie ook de website www.nccn.nl voor informatie. Cervicale Laminectomie Een Cervicale Laminectomie wordt uitgevoerd bij patiënten met een vernauwd ruggenmergkanaal ter hoogte van de nekwervels. Bij een laminectomie operatie
4
maakt de chirurg aan de rugzijde een snede (incisie). De lengte van deze snede verschilt per persoon. Dit is afhankelijk van de plek waar geopereerd moet worden. Tijdens de operatie wordt de rugspier opzij geschoven en komen de wervels vrij te liggen. Vervolgens verwijdert de chirurg de betreffende wervelbogen gedeeltelijk, net als eventuele botwoekering of verdikt bindweefsel. De wond wordt gehecht met oplosbare hechtingen. De chirurg kan een wonddrain achtergelaten om overtollig bloed en/of wondvocht af te voeren. De drain wordt, afhankelijk van de productie van wondvocht, meestal een dag na de operatie verwijderd. De operatie duurt ongeveer zestig minuten als het om één wervelniveau gaat. Wanneer het om meerdere wervelniveaus gaat, duurt dit langer. Cervicale Anterieure Disectomie (CAD) Bij deze operatie maakt de chirurg een huidsnede in de rechtervoorzijde van de hals. Om bij de wervelkolom te komen, moeten de grote bloedvaten en de slokdarm gepasseerd worden. De druk op de zenuwwortel wordt weggenomen door, behalve de hernia, ook de hele discus te verwijderen. Na het verwijderen van de discus wordt de situatie zo gelaten of vastgezet. Bij het vastzetten wordt er in de meeste gevallen een kunststof ‘kooitje’ (in het Engels ‘cage’) geplaatst tussen de aanliggende wervels. Dit kooitje kan van koolstof, kunststof of van het metaal titanium zijn. De wervels en het kooitje vergroeien na verloop van tijd tot één geheel. Verder is het ook mogelijk om in plaats van een kooitje een kunsttussenwervelschijf (discusprothese) te plaatsen op de plek van de verwijderde discus. Bij een discusprothese blijft de beweeglijkheid van de wervelkolom bestaan, omdat de wervels niet aan elkaar vastgroeien. De wond wordt gehecht met oplosbare hechtingen. De chirurg kan een wonddrain achtergelaten. De drain zorgt ervoor dat overtollig bloed en/of wondvocht wordt afgevoerd. De drain wordt, afhankelijk van de productie van wondvocht, meestal een dag na de operatie verwijderd. Het resultaat van een operatie is van tevoren niet met zekerheid aan te geven. Ook zijn aan elke operatie en narcose risico’s verbonden. Het bij u te verwachten resultaat en de meest voorkomende complicaties bespreekt de behandelend arts met u.
5
Waarschuw direct de verpleegkundige wanneer u na een CAD operatie (een van) de volgende klachten heeft: benauwdheid, heesheid, slikklachten of zwelling van de wond. Het kan zijn dat u een nabloeding heeft.
Complicaties
Na iedere operatie en narcose kunnen complicaties optreden. Een operatie aan de nek vormt hierop geen uitzondering. De kans op bepaalde complicaties hangt sterk af van een aantal factoren. De neurochirurg informeert u voor de operatie over mogelijke complicaties.
Na de operatie
Indien het erg goed met u gaat, mag u aan het einde van de dag of de dag na de operatie naar huis. In feite bestaan er geen beperkingen. U mag alles doen op geleide van pijn. Hierbij doen wij wel een beroep op uw weldenkendheid. Zo is een partij rugby, voetbal of bungee jumpen niet raadzaam. Pijn en stijfheid Na de operatie kunt u pijn hebben, vooral in de nek en bij de wond. Verder komt stijfheid in de nek, schouder en/of armen regelmatig voor. Houd er rekening mee dat de pijn en/of stijfheid enige dagen tot weken kan aanhouden. Het is belangrijk dat u blijft bewegen met de nek. Het vermijden van pijn door de nek stijf te houden, zorgt ervoor dat de pijn langer aanhoudt en langer in hevigere mate aanwezig blijft. Geef na de operatie duidelijk aan wanneer de pijn erger wordt. Meer informatie over pijnbehandeling vindt u in de folder ‘Behandeling of onderzoek onder anesthesie’. Mobiliseren Tijdens mobiliseren kunt u het beste stevige instappers, veterschoenen of sportschoenen met verende zolen dragen. Ook is het raadzaam gemakkelijk zittende kleding te dragen, zodat u vrij kunt bewegen.
6
Naar huis
Afhankelijk van hoe snel het herstel verloopt, mag u naar huis. U krijgt een afspraak mee voor de polikliniek om op controle te komen bij de neurochirurg. Als u hechtingen heeft die niet oplosbaar zijn, kunt u deze bij uw huisarts laten verwijderen. U ontvangt hierover informatie van de verpleegkundige. Uw behandelend arts bespreekt met u de adviezen voor na ontslag en wanneer u weer mag autorijden.
Richtlijnen voor na ontslag
Luister goed naar uw lichaam bij het opbouwen van activiteiten. Als u merkt dat een bepaalde activiteit veel klachten geeft, probeer deze dan de volgende keer minder lang uit te voeren of op een andere manier. U mag gerust weer gaan sporten. Indien pijn ontstaat, is dat een belangrijke graadmeter. Breidt de activiteiten dus geleidelijk uit op geleide van pijn/klachten. Dit geldt ook voor werk. Zodra u aanvoelt het werk weer te kunnen oppakken, is het raadzaam dit in overleg met de bedrijfsarts geleidelijk te hervatten. Dit hoeft niet te wachten tot het poliklinische consult na de operatie. Wij ontraden u zelf een auto te besturen of te fietsen zolang u niet makkelijk met het hoofd kunt draaien. Dit kan meestal na drie weken wel weer. Dit is niet ingegeven door het feit dat u iets kapot maakt in het lichaam, maar meer vanuit veiligheidsperspectief voor u en uw medeweggebruikers en eventuele gerechtelijke gevolgen. Zodra er pijn blijft bestaan na een week of zeer hevige pijn aanwezig is met koorts, dient u direct contact op te nemen met de afdeling Neurochirurgie
Nazorg
Als u een van de onderstaande symptomen heeft, is het belangrijk dat u contact opneemt met uw behandelend arts via het algemene telefoonnummer Neurochirurgie. Zwelling, roodheid, pijn van de wond; Openspringen of pus uit de wond; Hoge koorts; Lekkage van helder vocht uit de wond; Ernstige hoofdpijn; • Toenemende sufheid.
• • • • •
7
Vragen
Er is een algemeen telefoonnummer voor de afdeling Neurochirurgie (024 - 361 66 04) waar u met al uw vragen terecht kunt over: Operatieplanning Wachttijden Verpleegkundig spreekuur (Poli) afspraken Medische klachten Contact verpleegafdeling
• • • • • •
Extra informatie
Raadpleeg voor meer informatie de volgende websites: www.nvvn.org/patienteninfo.php www.nccn.nl/nccn/patienteninfo www.nvvr.nl
8
10-2014-4506
Adres Polikliniek Neurochirurgie C0 Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10 6525 GA Nijmegen Volg route 725, Poliplein C0 Balie A Postadres Radboudumc 727 Neurochirurgie / Plastische Chirurgie Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Adres Verpleegafdeling Neurochirurgie / Plastische Chirurgie Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10 6525 GA Nijmegen Volg route 736, Zone C2 Postadres Radboudumc 736 Neurochirurgie / Plastische Chirurgie (uw naam) Postbus 9101 6500 HB Nijmegen Algemeen telefoonnummer Neurochirurgie 024 - 361 66 04 www.radboudumc.nl/neurochirurgie
Radboud universitair medisch centrum