Vakblad voor bedrijfsvoering in het onderwijs
magazine nummer 4 | april 2015
> Krimp als kans > J aarverslag als evaluatiemoment van het strategisch beleidsplan > In de spotlight: Computers of tablets in de klas? Echt niet!
Speciaal voor u: Het Collectief Verzekeringsplan
Bonusgarantie Bescherming van uw no-claim bij schade. Garantie tegen onderverzekering Uw inboedel en woonhuis nooit meer onderverzekerd. Goed verzekerd op reis Overal ter wereld. Zekerheid U en uw gezinsleden goed beschermd.
Het Collectief Verzekeringsplan is speciaal voor u samengesteld door tussenpersoon Mandema & Partners en verzekeringsmaatschappij Allianz Nederland in samenwerking met Dyade. U profiteert hiermee van vele voordelen en scherpe premies voor een groot aantal schadeverzekeringen en een uitstekende service! Voor informatie en een vrijblijvende offerte belt u met de medewerkers van Allianz Nederland: (010) 45 41 777. Of ga naar www.anvp.nl De logincode is: 8350 Wachtwoord: T41400 (denk aan de hoofdletter)
C
O
L
O
F
O
N
Dyademagazine is een uitgave van Dyade. Dyademagazine verschijnt elf maal per jaar. Redactie Frank Cannegieter Marianne Groen Harry Klein Obbink Frank Tromp Herman de Wild (hoofdredacteur) Met medewerking van Theo te Brake Reinout van Brakel Redactie-adres Postbus 5040 3502 JA Utrecht
[email protected] Abonnementen Klanten van Dyade ontvangen een exemplaar van het Dyademagazine per bevoegd gezag plus een exemplaar per school. Voor niet-klanten en extra abonnementen kost het Dyademagazine E 39,95 per jaar, exclusief btw. Voor opgave van abonnementen en adreswijzigingen kunt u contact opnemen met uw Dyadevestiging. Advertentie-informatie Herman de Wild Tel. (030) 630 56 26 Hoewel aan de productie van Dyademagazine veel zorg wordt besteed, kan het voorkomen dat iets aan onze aandacht ontsnapt. De Stichting Dyade Dienstverlening aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de eventuele gevolgen van drukfouten, onjuistheden of onvolledigheden in de gepubliceerde informatie. Vormgeving designGenerator, Arnhem Eindredactie Hanneke Leening, Dyade
8
14
18
In dit nummer: C o l u m n : de a f tr a p
4
De schoolleider : Strategieën die ver schil maken
5
Subsidie voor procesbegeleiding in krimpregio’s
E ven v o o r st e lle n 8 Uw schoolorganisatie st aat te allen tijde centraal bij de u itvoering van ons werk 10 Jaar verslag als evaluatiem oment van het s trategisch beleidsplan 14
Kor t Nieuw s
16
De Nederlandse vo-leraar is tevreden over beroep
In d e spo t light 18
EuroCollege in Rotterdam
23
Trend: Behoefte aan f lexibele contracten in het onder wijs blijft
24
Dyade Academy
Drukkerij Nivo, Delfgauw
26 Dyade Voordeelser vice 27 K alender 27 Waar vindt u ons?
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
3
DE
Aftrap... Frank Tromp Algemeen directeur Dyade Dienstverlening Onderwijs
[email protected]
De schoolleider: Strategieën die verschil maken Internationaal onderzoek heeft aangetoond dat de
gevallen zelfs tot misleiding van het systeem. Fullan biedt
schoolleider, na de leraar, de meeste invloed heeft op de
een alternatief: onderwijsorganisaties kunnen zich beter
ontwikkeling van leerlingen. Dat maakt het werken bij
richten op capaciteitsopbouw: talentontwikkeling door
Dyade zo boeiend. Door de schoolleiders te ondersteunen
gezamenlijk leren in een sfeer van transparantie en eigen
dragen we indirect bij aan de ontwikkeling van kinderen
verantwoordelijkheid. Dat leidt wel tot succes, zo toont
in Nederland.
onderzoek keer op keer aan.
De rol van de schoolleider is de afgelopen decennia behoor-
Lerend leiderschap
lijk veranderd. Schoolleiders moeten niet alleen zorgen voor
Een van de succesfactoren in deze strategie is het lerend
een gezonde en veilige school en deze goed leiden. Er wordt
leiderschap. Onderzoek laat zien dat leraren, die gedurende
ook van hen verwacht dat ze ontvankelijk zijn voor ouders,
een langere periode in groepsverband constructief samen-
aansluiting hebben met leerlingen en leraren, in contact staan
werken, het leerproces van leerlingen positief beïnvloeden.
met de omgeving en bovendien gericht zijn op het verbeteren
Dus als schoolleiders invloed hebben op het gezamenlijk
van de onderwijsresultaten en (vooral!) hierover verantwoor-
leerproces van leraren, dan hebben zij ook maximale invloed
ding afleggen. Ook technologische ontwikkelingen zullen nog
op het leerproces van leerlingen. Daartoe investeren zij in het
een belangrijke verandering van de school-
professioneel kapitaal dat bestaat uit het menselijk, het sociaal
leider met zich meebrengen. De aandacht
en besluitvormingskapitaal. Ze zorgen er voor dat de vaardig-
voor de rol van de schoolleider neemt toe.
heden van leraren continue worden versterkt en gecultiveerd.
Zo las ik onlangs het boek van Michael
Daarnaast wordt geïnvesteerd in de kwaliteit en kwantiteit van
Fullan, De schoolleider, strategieën die het
menselijke relaties om commitment te creëren samen aan een
verschil maken.
gemeenschappelijk doel te werken. Door samen te leren en samen problemen op te lossen, worden uiteindelijk ook betere
Vergroten van de invloed op leerlingen
beslissingen genomen in de groep van leraren.
Fullan onderzoekt wat de invloed van de schoolleider is op
4
het leren van leerlingen en gaat na hoe deze invloed gemaxi-
Het lerend leiderschap past mooi bij een van de competenties
maliseerd kan worden. Hij start met dominante verkeerde
uit het beroepsprofiel van de schoolleider: het bevorderen van
‘drivers’ in het huidige onderwijsproces en hoe deze leiden
samenwerking, leren en onderzoeken. Het lerend leiderschap
tot verkeerde strategieën in de transformatie van het onder-
zoals beschreven in het boek van Fullan zou moeten worden
wijs. Zo laat hij onder meer zien dat een rigide systeem van
toegevoegd aan de leiderschapsstrategieën die succesvol zijn
verantwoording, leidt tot verkeerde prikkels en in sommige
voor het onderwijs.
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
•
KO
PO
VO
MBO
HBO
Subsidie voor procesbegeleiding in krimpregio’s
Krimp als kans Volgens prognoses van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) krijgt meer dan een derde van alle gemeenten tot 2040 te maken met een afname van de bevolking. In alle gemeenten zal de potentiële beroepsbevolking afnemen door o ntgroening en vergrijzing. Minder leerlingen betekent minder werkgelegenheid voor leraren. Vanaf 2015 wordt dit naar verwachting gecompenseerd door een stijging van de vervangingsvraag, waarbij nog onduidelijk is wat het effect gaat zijn van de verhoging van de pensioenleeftijd. door Theo te Brake, adviseur Dyade Advies
Afgelopen schooljaar zijn 108 basisscholen opgeheven of gefuseerd met andere scholen. Volgens de Dienst Uitvoering en Onderwijs waren er in 2014 nog 6541 basisscholen over. De krimp doet zich het sterkst voor in de perifere regio’s van Nederland. Daar tref je ook de meeste kleine scholen aan. Het ministerie van OCW merkt scholen met minder dan 145 leerlingen aan als kleine school. Deze scholen maken aanspraak op de kleine scholen toeslag. Daarnaast is er sprake van een plaatselijke opheffingsnorm die afhankelijk is van het aantal leerlingen per vierkante kilometer. In dunbevolkte gebieden is de opheffingsnorm 23 leerlingen. In een grote stad ligt deze bij 220 leerlingen. Als er geen uitzonderingsbepaling van toepassing is moeten scholen die minder leerlingen hebben dan de lokale opheffingsnorm binnen drie jaar sluiten. De ervaring in krimpgebieden leert dat scholen met een leerlingaantal van tachtig of minder een serieuze uitdaging hebben om het onderwijs kwalitatief en organisatorisch op een goed niveau te handhaven. Krimp als bedreiging Er is al veel gepubliceerd over de gevolgen van bevolkingskrimp voor het onderwijs in bepaalde regio’s. ‘Van meer naar beter, Kennisplatform Demografische Transitie’ (zie w ww.vanmeernaarbeter.nl) biedt informatie in het Handboek Krimp voor het primair onderwijs. Praktijkervaring leert dat veel onderwijsorganisaties laat inspelen op de gevolgen van krimp. Pas op het moment dat het aantal aangemelde leerlingen gaat dalen worden acties ingezet. In veel gevallen is de eerste reflex concurreren met andere scholen. Men gaat zich profileren om de daling van het >>
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
5
>>
aantal aanmeldingen een halt toe te roepen. Scholen in hetzelfde voedingsgebied vissen over het algemeen in dezelfde vijver. Uiteindelijk effect kan zijn dat interbestuurlijke verhoudingen vertroebeld raken, dat het aanbod van onderwijskundige concepten verschraalt en dat de keuze voor een bepaalde denominatie in een regio niet meer mogelijk is zonder ver te moeten reizen. Scholen zijn belangrijk als ankerpunt in woonkernen en dorpen, de leefbaarheid is in het geding. Gemeenten zijn betrokken in verband met de huisvesting en het leerlingenvervoer. Het regionale belang van kwalitatief goed en bereikbaar onderwijs is gebaat bij een regionale strategie waarbij besturen, ouders en gemeenten samenwerken. Krimp als Kans Het ministerie van OCW wil door een aantal maatregelen bevorderen dat krimpregio’s intensief gaan samenwerken om kwalitatief goed en bereikbaar onderwijs gegarandeerd blijft. Zo mogen scholen na goedkeuring door OCW veranderen van denominatie of worden verplaatst ook als de stichtingsnorm niet wordt gehaald. De kleine scholentoeslag blijft. Na fusie tussen twee kleine scholen blijft de volledige kleine scholentoeslag zes jaar behouden. Vanaf dit schooljaar (2014-2015) zijn experimenten op het gebied van samenwerking gestart, bijvoorbeeld alternatieve fusievormen (ritsfusie) en het regionaal overleg en de inzet van de compensatieregeling. Het wordt daarnaast makkelijker om te fuseren. Leerlingendaling wordt een rechtvaardigingsgrond voor fusie. Ook de vorming van samenwerkingsscholen (openbaar en bijzonder onderwijs) wordt vereenvoudigd. In zijn kamerbrief van 23 mei 2014 in het kader van de leerlingendaling in het primair en voortgezet onderwijs kondigde staatssecretaris Sander Dekker aan dat het mogelijk wordt om onafhankelijke externe deskundigheid in te zetten om het aanbod en de kwaliteit van onderwijs in krimpregio’s te waarborgen. Inmiddels is deze regeling in de Staatscourant van 13 februari 2015 gepubliceerd. Voor het aanvragen van die subsidie gelden de volgende regels:
6
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
> Ten minste twee schoolbesturen doen gezamenlijk de aanvraag. > Met betrokken gemeenten wordt afgestemd. > De regio werkt samen aan oplossingen. > De aanvragers formuleren waarom er proces begeleiding noodzakelijk is en welke opdracht de procesbegeleider krijgt. Het is de verwachting dat veel regio’s van deze subsidiemogelijkheid gebruik zullen maken. Het is dus zaak om als besturen met een gedeeld belang vroegtijdig een gezamenlijke vraag te formuleren. De aanvragen bij OCW worden in drie periodes afgehandeld, namelijk aanvragen voor 14 maart, aanvragen tussen 13 maart en 1 juni en aanvragen tussen 31 mei en 1 januari 2016. Dyade Advies kan ondersteuning bieden om deze aanvraag in te dienen. Ook de procesbegeleiding is bij Dyade-adviseurs in vertrouwde handen. Procesbegeleiders van Dyade koppelen namelijk bestuurlijk politieke sensitiviteit aan de expertise van verschillende disciplines van Dyade Advies: onderwijskwaliteit, strategie, personeel en financiën en huisvesting. De uitvoering van de ondersteuning kan op maat plaatsvinden. De Dyade-adviseurs hebben ervaring met regionale projecten en zijn in staat om het proces aan te sturen vanuit een onafhankelijke integrale benadering en vanuit het perspectief van de opdrachtgevers. Indien u belangstelling heeft om zo’n externe procesbegeleider ’krimp’ in te schakelen dan kunt u een vrijblijvend gesprek aanvragen met een van onze adviseurs. Maakt u geen gebruik van de regeling regionale procesbegeleiding? Dan kan Dyade Advies u ook buiten de regeling om ondersteuning bieden voor wat betreft regionale processen rond krimp of op deelterreinen.
•
Neem vrijblijvend contact op met Theo te Brake via
[email protected]
Regionale samenwerking bij leerlingendaling De belangrijkste mogelijkheden voor schoolbesturen op een rij
Er komen onafhankelijke regionale procesbegeleiders op aanvraag om de samenwerking tussen schoolbesturen op gang te helpen.
Primair onderwijs Verplaatsen van scholen of veranderen van denominatie mag, ook als je de stichtingsnorm niet haalt, na goedkeuring van de minister van OCW.
bestuur X
Voortgezet onderwijs
Primair en voortgezet onderwijs
V E RS HUI
DORP A
rZ
bestuu
DORP B
Vanaf schooljaar 2015/2016: leerlingen kunnen maximaal de helft van hun totale schooltijd volgen op een andere school.
Het wordt voor scholen met leerlingendaling minder moeilijk om te fuseren, zo wordt leerlingendaling een rechtvaardigingsgrond voor fusie.
DORP A De kleine scholentoeslag blijft. Na fusie tussen twee kleine scholen blijft de volledige kleinescholentoeslag zes jaar behouden. Het verlies aan bekostiging na fusie wordt voor vijf jaar (deels) gecompenseerd.
6 jaar Vanaf komend schooljaar 2014/2015 starten experimenten met samenwerking: a alternatieve fusievormen, bijvoorbeeld een ritsfusie; b het regionaal overleg en de inzet van de compensatieregeling
IEXPENRT! E M
IEXPENRT! ME
De vorming van samenwerkingsscholen wordt vereenvoudigd.
0
5 jaar
OPENBAAR
BIJZONDER Vanaf schooljaar 2015/2016 starten experimenten waarin scholen gezamenlijk de sectoren/profielen in de bovenbouw van vmbo-tl, havo en vwo kunnen aanbieden.
IEXPENRT! E M → → → →
profiel profiel profiel profiel
← ← ← ←
Bron: Rijksoverheid.nl
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
7
EVEN VOORSTELLEN
Harry Klein Obbink Directeur Onderwijsbedrijfsvoering Mob.: 06-53169607 E-mail:
[email protected]
Uw school organisatie staat te allen tijde centraal bij de uit voering van ons werk
Uw schoolorganisatie heeft een heel belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen. Het leggen van de eerste bouwstenen voor de toekomstige maatschappij ligt in uw handen. Dat u uw aandacht graag besteedt aan het verbeteren van het leerproces kunnen wij bij Dyade heel goed begrijpen. Het is ons doel om u zo goed mogelijk te ondersteunen bij uw onderwijsbedrijfsvoering, zodat u uw aandacht kunt geven aan goed onderwijs. Vanuit dit oogpunt heeft Dyade afgelopen jaar een transformatie ondergaan naar een klantgerichtere organisatie met een vraaggericht aanbod. Een organisatie waarbij u als klant te allen tijde centraal staat. Wij noemen dit binnen Dyade ‘het van buiten naar binnen denken’. Maar wat merkt u van deze organisatieverandering? Wij zijn gaan werken in specifieke klantenteams. Binnen een klantenteam, aangestuurd door twee teamleiders, zijn personeelsleden van diverse afdelingen samengebracht. Zo werken P- en F- medewerkers nauwer samen in combinatie met een adviseur. Zij worden ondersteund door de afdeling applicatiebeheer. Deze centralisatie levert een team op dat uw schoolorganisatie goed kent en u een hogere service kan verlenen dan voorheen. De vaste
8
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
contactpersonen zorgen ervoor dat u uw weg weet bij eventuele vragen of opmerkingen en dat u snel reactie krijgt. Daarnaast is voor ieder klantenteam een klantenteammanager (KTM) aangesteld. Hij of zij is volledig vrijgesteld om u te bezoeken en uw wensen te vertalen naar het klantenteam. Indien gewenst heeft de klantenteammanager frequenter overleg met uw organisatie en dient hij/zij als klankbord voor alles waar u tegenaan loopt. De klantenteammanager werkt namelijk uit het Dyade-principe: ‘Niet onze oplossing, maar uw vraag is leidend’. Ook gaat de KTM graag met u in gesprek om belangrijke documenten die u van ons ontvangt door te spreken. Denk hierbij aan documenten als de jaarrekening, de begroting en de softcloses. Ook kan de klantenteammanager u ondersteunen bij het voeren van softclose-gesprekken. Met deze manier van werken verwachten wij u beter van dienst te kunnen zijn. Wat is mijn rol? Ik ben eindverantwoordelijk (directeur) voor het onderdeel Onderwijsbedrijfsvoering binnen Dyade. Onderwijsbedrijfsvoering bestaat uit in totaal vijf klantenteams waarbinnen ook de afdeling applicatiebeheer is ondergebracht. Ik bewaak vanuit mijn rol dat uw schoolorganisatie te allen tijde centraal staat in de uitvoering van onze dienstverlening. Die rol pak ik in bijvoorbeeld overleggen met de klantenteammanagers en teamleiders, waar ik ook de voorzittersrol invul. Daarnaast vervul ik voor een dertigtal klanten de rol van
KO
PO
VO
MBO
HBO
“Het geeft mij enorm veel energie om te zien dat deze manier van werken (met klantenteams) een kwaliteitsimpuls geeft.”
klantenteammanager om zo goed mogelijk op te hoogte te blijven van wat er in het onderwijs speelt en zo mijn bijdrage te leveren aan goed onderwijs voor deze klanten. Het geeft mij enorm veel energie om te zien dat deze manier van werken (met klantenteams) een kwaliteitsimpuls geeft. Ik word daarnaast erg bevlogen van klantgesprekken en vertaal de wensen graag naar kwalitatieve oplossingen. Voor mijn tijd bij Dyade heb ik ook altijd in not-for-profit organisaties gewerkt. Het geeft mij een goed gevoel dat niet geld, maar kwaliteit leidend is. Dit is een belangrijke reden om voor onderwijsorganisaties te werken. Ik vind het belangrijk dat er bij u een goed gevoel heerst over de uitvoering van uw bedrijfsvoering door een van de klantenteams van Dyade. Ik sta daarom uiteraard open voor gesprekken om te kijken hoe wij u kunnen helpen bij het wegnemen van eventuele obstakels om uiteindelijk tot betere prestaties te komen, zodat u uw aandacht kunt geven aan het organiseren van goed onderwijs. Goed onderwijs is namelijk hetgeen waaraan wij van Dyade graag indirect bijdragen. Ik ben benieuwd naar uw bevindingen omtrent deze nieuwe manier van werken en waardeer het als u daarover contact met mij opneemt via harry.kleinobbink@ dyade.nl of telefonisch 06-53169607
•
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
9
KO
PO
VO
MBO
HBO
Jaarverslag als evaluatie moment voor het s trategisch beleidsplan Jaarlijks reikt Dyade de Bestuursbokaal uit aan het beste jaarverslag in het primair en voortgezet onderwijs. In de categorie voortgezet onderwijs is het verslag van CITAVERDE College in Roermond uitgeroepen tot het beste onderwijsjaarverslag van 2013. Aanleiding genoeg om op het bestuurskantoor in Roermond in gesprek te gaan met een deel van de makers van het verslag; Ans Christophe (lid CvB), Victor Dreessen (Hoofd Financiële Zaken) en Astrid Damen (Hoofd Secretariaat) over de waarde en het belang van een goede jaarverslaglegging en hoe belangrijk de ‘nieuwe’ continuïteitsparagraaf hierin is. door Frank Cannegieter
Jaarverslag 2013 CITAVERDE College
Maastricht Heerlen Roermond Horst Nederweert
Ans Christophe: “Met het opstellen van het jaarverslag verantwoorden wij ons voor de manier waarop wij de financiële middelen hebben ingezet. Het is voor ons een instrument om te toetsen of de doelen in het strategisch beleidsplan ook worden gehaald en waar wij moeten bijsturen. Het zal je dan ook niet verrassen dat de themalijnen die wij kiezen in het jaarverslag overeenkomen met de themalijnen van het strategisch beleidsplan. Zo hanteren wij dezelfde structuur. Wij stellen het jaarverslag op naar
10
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
de wensen van belanghebbenden, rekening houdend met de verplichte passages waaraan een jaarverslag moet voldoen. Ook passen wij ons jaarverslag indien nodig aan, aan de nieuwe regelgeving op dit gebied. Met de werkgroep overleggen we voorafgaand aan het opstellen van het jaarverslag over de samenstelling van het verslag. Wij stellen inmiddels in deze samenstelling voor het vijfde jaar op rij het jaarverslag op. Door te werken in hetzelfde team, merken we dat de kwaliteit ieder jaar verbetert. Binnen het jaarverslag schrijft ieder zijn eigen hoofdstuk(ken), maar bewaak ik de rode lijn, zodat het een geheel wordt en blijft. Daarom plannen we in de periode dat we de hoofdstukken schrijven (van januari tot eind april) diverse tussentijdse overleggen in om de kwaliteit te borgen. Nog voordat het jaarverslag officieel is wordt er meegelezen door onze Raad van Toezicht. Zij voelen zich ook verantwoordelijk voor de gang van zaken en pakken bij het opstellen van het jaarverslag daarin hun rol. Zodra eind april alle content geleverd is, worden de teksten geredigeerd en vormgegeven tot één document. Wij vinden vorm ook belangrijk. We beperken ons ook graag tot een maximum aantal pagina’s. Dit houdt het verslag leesbaar, aantrekkelijk en bevat daardoor enkel waardevolle informatie. Het verslag brengen wij uit in twee versies; een uitgebreide ‘lijvige’ versie en een verkorte versie. De verkorte versie geeft de highlights weer van het uitgebreide verslag en is vormgegeven tot een visueel aantrekkelijke folder. Deze verkorte versie speelt in op de wens van diverse stakeholders, waaronder ouders, leerlingen en andere belanghebbenden.” Het CITAVERDE College biedt vmbo, mbo en bedrijfsopleidingen aan op zes verschillende locaties in Limburg met in totaal zo’n 3.500 studenten in dagonderwijs en 5.500 deelnemers bij onze bedrijfsopleidingen. De organisatie richt zich op de groene sector. In Limburg is de vraag groot naar goed opgeleid ‘groen’ personeel. Het aanbod is dan ook gericht op agrologistiek, food, dierenwelzijn, teelt, detailhandel, de groene ruimte, interieur en vorm geving, toerisme en recreatie.
Het verslag brengen wij uit in twee versies; een uitgebreide ‘lijvige’ versie en een verkorte versie.
Krimpregio van 30-35% Victor Dreessen: “Nieuw bij het opstellen van het jaarverslag af gelopen jaar is de toekomstparagraaf. Voor ons een heel belangrijke paragraaf omdat de omgeving van het CITAVERDE College enorm aan het veranderen is. In Limburg zitten wij in een krimpregio, met lokaal wel 30 – 35% krimp. Dat heeft nogal effect op de bedrijfsvoering. Als je daar niet tijdig op inspeelt, loop je als schoolorganisatie een enorm risico. Daarom hanteren wij ook een zelf ontwikkeld scenariomodel, waarmee wij toekomstscenario’s kunnen simuleren. Eigenlijk is het een uit de hand gelopen parametrische spreadsheet, die ons zeer waardevolle informatie verschaft in het bepalen van de koers voor de komende jaren.“
ling. Een andere maatregel is het oprichten van een aparte stichting die ons kan voorzien van tijdelijk personeel om zo meer flexibiliteit te bieden binnen het personeelsbestand”, gaat Ans verder. “Ook op huisvestingsgebied hebben wij maat regelen moeten treffen. Alle schoolgebouwen zijn in eigen beheer van CITAVERDE College. Door de opgebouwde financiële buffer hebben we de eerste periode van krimp kunnen opvangen en zijn gelijk naar alternatieven gaan zoeken om de leeggevallen ruimtes goed in te vullen. We zoeken daarin naar de voor CITAVERDE College meest gunstige opties. Het kan dus ook zijn dat we hele verdiepingen verhuren, leegleggen of zelfs afbreken. Want ook leegstand brengt kosten met zich mee, zoals elektriciteit, onderhoud, etc. Ook hebben wij de panden laten herwaarderen en betalen we de hypotheken versneld af waarmee de kosten dalen en minder geld verloren gaat aan hoge hypotheekrentes. Daarnaast wordt gekeken naar mogelijkheden die de afname van leerling-inkomsten kunnen opvangen. Zo verhuren wij voorzieningen binnen onze scholen zoals bijvoorbeeld de gymlokalen en kookruimtes.” Wijzigingen in de bedrijfsvoering Astrid Damen:
“In Noord-Limburg zaten wij in 2009 met stichting CITAVERDE College nog in een groeiregio. Door het monitoren van de markt op het gebied van demografie en het volgen van de ontwikkelingen binnen het primair onderwijs zag je dat de trend aan het omslaan was richting krimp. Met deze informatie hebben wij gekeken naar de verplichtingen van de komende jaren en konden zo anticiperen. Op onder andere personeelsgebied, huisvestingsgebied en de vormgeving van het onderwijsproces hebben we moeten ingrijpen om niet in de problemen te komen. We zagen aankomen dat vaste personeelsleden op termijn boventallig zouden worden. Een van de maatregelen is een gefaseerde vertrekrege-
“In verband met de financiële gevolgen van krimp hebben we ook ingegrepen voor wat betreft de bedrijfsvoering. De meest ingrijpende verandering is het centraliseren van diverse bedrijfsonderdelen; zoals financiën, personeelsbeleid, huisvesting en ICT. Voorheen was dat per locatie afzonderlijk geregeld. Nu hebben we dat centraal samengebracht. Dat levert naast een kostenbesparing ook een kwaliteitsimpuls op. Daarnaast hebben wij door middel van een ontwikkeld ICT-systeem een platform gecreëerd waar docenten (die dezelfde vakken verzorgen op verschillende scholen) informatie en materialen kunnen uitwisselen, zodat ieder voor zich niet steeds het wiel opnieuw hoeft uit te vinden. Voorheen gebeurde dit wel, waarbij de kosten gingen zitten in het ontwikkelen van materialen.
>>
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
11
“Het insturen van het jaarverslag om kans te maken op de Dyade Bestuurs bokaal is een bewuste keuze geweest.”
>>
Daarnaast toont onderzoek aan dat een medewerker gemiddeld twintig procent van de tijd kwijt is aan het zoeken van informatie. Dan is het mooi dat er een systeem is waar informatie is te vinden. Tevens is het voordeel dat hierop altijd de meest recente versies staan, waar in het verleden ook vaak tijd verloren ging door het werken in verouderde documenten. Een bijkomend voordeel van zo’n kennisplatform is dat werk eenvoudiger is over te dragen, mocht een medewerker bijvoorbeeld ziek worden of a fscheid nemen. Het voordeel voor de student is dat het verschil in kwaliteit door de invoering van dit systeem gelijk wordt getrokken. Dit kan leerlingen veel reistijd schelen bij de schoolkeuze. Het wordt dus ook makkelijker om te switchen van school binnen CITAVERDE College, als dat voor de leerling voordelen biedt.” Eigenrisicodrager Ans: “Voor bijna alle dossiers zijn wij eigenrisicodrager. Bij ons zorgt de overheid niet voor de huisvesting. Dus zodra onze bezetting en huisvesting niet met elkaar sporen, kunnen wij niet aankloppen bij de gemeente. Hetzelfde geldt voor eigenrisicodragerschap voor het personeel. Zodra er een personeelslid ziek of boventallig wordt, vallen de kosten volledig voor onze organisatie. Dat is in het primair en voortgezet onderwijs anders geregeld, waarbij de kosten deels worden vergoed door de overheid.” “Maar doordat wij eigenrisicodrager zijn, stimuleert het ons om zakelijk te kijken. Ook omdat wij voor een deel (vijftig tot zestig procent) van het totaal aantal leerlingen van CITAVERDE College) in de commerciële markt zitten met onze bedrijfsopleidingen. Dit vergroot ook het risicoprofiel, omdat het op voorhand niet bekend is of je voldoende
12
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
studenten weet te werven. We moeten dus in dit segment van de markt (waar de concurrentie groot is) onze eigen broek ophouden.
Tien tips We hebben voor de schoolbesturen die bezig zijn met het schrijven van het bestuursverslag een aantal tips op een rijtje gezet: 1. Benoem in het jaarverslag wie uw stake holders zijn. Welke verwachtingen hebben ze ten aanzien van het jaarverslag? Welke onderdelen van het jaarverslag zijn interessant voor welke stakeholder? 2. Geef aan hoe u het jaarverslag gaat inzetten voor horizontale verantwoording. 3. Maak de samenhang tussen uw missie, visie, strategie en doelstellingen duidelijk. 4. Probeer hoe moeilijk het ook is een koppeling te maken tussen geld en beleid. 5. Beantwoord bij elk beleidsterrein de volgende vragen. Wat waren we van plan? Wat hebben we gedaan? Wat hebben we bereikt? 6. Laat zien wat de leerling, ouder en/of leerkracht van het beleid of van bepaalde keuzes merkt. 7. Geef aan wat hij of zij er aan heeft. 8. Licht toe wat uw organisatie aan risico management doet. Geef een of twee voorbeelden van risico’s die uw aandacht hebben en wat u eraan doet of gaat doen. 9. Maak duidelijk hoe het intern toezicht zijn werkgeversrol invult. 10. Benoem een of enkele dilemma’s die binnen het intern toezicht en bestuur zijn besproken.
Het eigenrisicodragerschap biedt ons ook mogelijkheden en vrijheden. Zo kunnen wij bijvoorbeeld naar een bank stappen en onze plannen kenbaar maken, zonder tussenkomst van derden. Als de bank achter onze ideeën staat kunnen zij ons een hypotheek verstrekken, waarmee wij weer verder kunnen ‘ondernemen’. In deze is het jaarverslag ook heel belangrijk, omdat de bank een heel belangrijke stakeholder voor ons is en wij ook aan hen moeten verantwoorden hoe wij de geleende financiële middelen hebben ingezet.”
Het helpt bijvoorbeeld ook in de argumentatie naar personeel bij het doorvoeren van beleidswijzigingen door het te koppelen aan de benchmark. Benchmarken objectiveert heel erg. De informatie die wij uit de benchmarkrapporten halen nemen wij mee in de toekomstparagraaf van het jaarverslag.” Groot belang bij optimaal jaarverslag “Dat wij een groot belang hebben bij een optimaal jaarverslag mag duidelijk zijn. Ik denk dat ons belang dan ook groter is dan vele po- of vo-organisaties. Dat is ook een van de redenen dat wij zoveel tijd steken in het opstellen van het jaarverslag. Zo’n tweehonderd uur werk zit er zeker in. Het is dan ook mooi dat onze inspanning om tot een goede verantwoording te komen op waarde wordt geschat. Het winnen van de Dyade Bestuursbokaal geeft daarin de bevestiging. Maar in het juryrapport hebben wij ook handvatten gekregen om het jaarverslag voor de komende jaren kwalitatief nog beter te maken. Dit nemen wij mee in de verslaglegging over het jaar 2014.”
Meer informatie Benchmark “Het insturen van het jaarverslag om kans te maken op de Dyade Bestuursbokaal is een bewuste keuze geweest. Net als het een bewuste keuze is om aan alle vo- en mbo-benchmarks in de onderwijssector mee te doen. Door het vergelijken met andere schoolorganisaties kunnen wij inschatten hoe wij ervoor staan ten opzichte van de totale markt. Het heeft voor ons een heel grote meerwaarde in het gevoel of we er goed voor staan en of we met de juiste zaken bezig zijn. Zonder benchmark bestaat de kans dat je jezelf aan het aanpraten bent dat je goed bezig bent, terwijl dat in vergelijking met andere schoolorganisaties wellicht niet zo is.
•
Wilt u een kwaliteitsslag maken met uw bestuursverslag? Dyade kan u hierbij helpen. We hebben in samenwerking met de PO-Raad een jaarverslagscan ontwikkeld. Met deze scan maken we een analyse van uw jaarverslag. Wat zijn de sterke punten en wat zijn de mogelijke verbeterpunten? Ook kan Dyade Advies worden ingeschakeld voor eindredactie of om het concept kritisch tegen te lezen. Wilt u hierover meer informatie dan kunt u contact opnemen met Clemens Geenen, adviseur Strategie, risicomanagement en goed bestuur via 06-21210234 of
[email protected]
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
13
KO
PO
VO
MBO
HBO
Kort nieuws
Veel nieuwe openbare basisscholen
14
Gepubliceerd op 3 maart 2015 door Drs. Martin van den Bogaerdt
in de genoemde periode 12 protestants-christelijke en 11 rooms-katholieke basisscholen opgericht. Het aantal nieuw opgerichte interconfessionele basisscholen kwam uit op 16. Het aantal nieuwe evangelische basisscholen dat tussen 2008 en 2015 werd opgericht, bedroeg 10.
Tussen 2008 en 2015 zijn 28 openbare basisscholen opgericht. Het openbaar onderwijs staat daarmee op nummer 1 op de lijst met aantallen nieuwe scholen. Dit concludeerde VOS/ABB uit cijfers van DUO.
Verder staat op de lijst van DUO dat er 8 islamitische basisscholen werden opgericht. Bij de overige (kleine) richtingen, zoals hindoe en gereformeerd vrijgemaakt, ging het slechts om 1 of 2 nieuwe basisscholen.
Na het openbaar onderwijs, volgt het algemeen bijzonder onderwijs met 27 nieuwe scholen in de periode 2008-2015. Het aantal nieuwe christelijke scholen ligt lager. Er werden
Bron: VOSABB
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
•
Kinderopvang en onderwijs willen experimenteerruimte Elk kind heeft recht op optimale ontwikkeling. Sector organisaties voor het primair onderwijs (PO-Raad), sociaal werk (MOgroep) en Brancheorganisatie kinderopvang willen daarom de doorgaande leerlijn van kinderen van 0-12 jaar beter laten verlopen. Zij roepen de overheid op tegen strijdige of overbodige wet- en regelgeving te schrappen en het toezicht op het onderwijs en kinderopvang beter op elkaar af te stemmen. Deze modernisering van wet- en regelgeving kost tijd. In de tussenliggende periode vragen de organisaties de politiek om experimenteerruimte. In het actieplan ‘Geef kinderen de ruimte’ worden hiertoe tien concrete punten genoemd.
Kort nieuws Dat het nog niet eerder is gelukt dit te doorbreken, komt omdat er bij dit onderwerp al gauw wordt gedacht dat jonge kinderen naar school moeten, vervolgde René Peeters, wethouder Jeugd, maatschappelijke ontwikkeling, onderwijs en sport uit Almere. “Maar het gaat om een doorlopende ontwikkeling van spelen naar leren.’’ PvdA-Kamerlid Loes Ypma en D66-Kamerlid Paul van Meenen toonden zich enthousiast over de hoofdlijnen van het plan. “Ik ben optimistisch dat we dit kunnen regelen’’, aldus Van Meenen.
Succesvol “Onderwijs, kinderopvang, welzijn en gemeenten hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om kinderen een goede start in het leven te bieden. Iedere partij heeft specifieke expertise en juist door samenwerking kan dit elkaar versterken”, aldus de organisaties. Samenwerking kan variëren van afspraken tussen de school, kinderopvang, peuterspeelzalen en sport- en cultuurorganisaties tot integrale kindcentra, waar de school, kinderopvang, peuterspeelzalen en sociaal werk intensief met elkaar samenwerken.
Geen achterstand De organisaties willen voorkomen dat leerlingen met een achterstand binnenkomen in groep 1. Ook moet het voor ouders eenvoudiger worden om opvoeding en werk te combineren. De huidige wet- en regelgeving maakt samenwerking tot “een complexe, tijdrovende en soms kostbare operatie”, aldus het actieplan. Een voorbeeld uit de dagelijkse praktijk is de minimale vloeroppervlakte per kind. Binnen basisscholen moet er 3,5 vierkante meter beschikbaar zijn per leerling, in buitenschoolse opvang geldt diezelfde norm, maar dan binnen een lokaal.
Om het plan een succes te laten worden, is volgens voorzitter van de Sociaal-Economische Raad Mariëtte Hamer, nog meer nodig: “Het doorbreken van een cultuur. We moeten af van het idee dat kinderen die samen spelen in een Integraal Kindcentrum, school of opvang zielig zijn en dat ouders die hun kinderen erheen sturen, hun plicht verzaken.’’ Peter van Lieshout, hoogleraar Maatschappijwetenschappen aan de Universiteit Utrecht en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, sloot zich daarbij aan. Hij riep de initiatiefnemers van het plan op niet te stoppen bij het vragen om experimenteerruimte. Er is juist ruimte nodig, geëxperimenteerd is en wordt er al, stelde hij. “We moeten nu juist de inzichten incasseren. Het is een kwestie van nu de volgende stap zetten.’’ Bron: PO raad
•
Daarom vragen de organisaties beleidsruimte en oplossingen om de regeldruk te verminderen en de ruimte voor experimenten en vrijstellingen in de huidige wetgeving te benutten. Om maatwerk mogelijk te maken op lokaal niveau, is ook op gemeentelijk niveau aanpassing in de wet- en regelgeving noodzakelijk.
Presentatie actieplan Onder belangstelling van aanwezigen uit onderwijs, kinderopvang en gemeenten en Kamerleden werd het actieplan gepresenteerd. Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad, legde de noodzaak uit van de gezamenlijke actie. “We denken nu niet vanuit wat goed is voor kinderen, maar benaderen het kind vanuit instituties, wet- en regel geving. We willen dat veranderen maar lopen tegen de grenzen van die regels aan.’’
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
15
KO
PO
VO
MBO
HBO
De Nederlandse vo-leraar is tevreden over beroep Uit internationaal onderzoek onder ruim honderdduizend leraren en schoolleiders (waaronder ongeveer tweeduizend Nederlandse leraren) in het voortgezet onderwijs blijkt dat ruim negen van de tien Nederlandse docenten tevreden is met zijn of haar beroep. Leraren en schoolleiders uit 33 landen uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn bevraagd naar hun werk- en leeromgeving. In Nederland heeft gemiddeld vijf procent spijt van de keuze voor het lerarenberoep ten opzichte van tien procent internationaal. Dat blijkt uit de nieuwste OESO-publicatie TALIS 2013 Results: an International Perspective on Teaching and Learning.
Leraren die meer zeggenschap hebben in de besluitvorming zijn vaker van mening dat de maatschappij een positief beeld heeft van hun beroep. Internationaal vindt dertig procent van de deelnemende leraren dat hun beroep gewaardeerd wordt door de maatschappij (figuur 2). In Nederland ligt dit percentage hoger; ruim veertig procent. In Singapore en Zuid-Korea ligt het percentage beduidend hoger (respectievelijk 68% en 67%). In Zweden en Frankrijk ligt het percentage weer opvallend lager.
kengetallen waarin de Nederlandse vo-docent wordt vergeleken met de gemiddelde leraar in het internationale onderzoek. De gemiddelde leraar in de TALIS-landen:
De gemiddelde leraar in Nederland:
68% vrouw
55% vrouw
43 jaar
43 jaar
91% heeft een ho-diploma
95% heeft een ho-diploma
gemiddeld 16 jaar ervaring
gemiddeld 16 jaar ervaring
82% werkt fulltime
43% werkt fulltime
83% heeft een vast contract
84% heeft een vast contract
geeft les in een klas van gemiddeld
geeft les in een klas van gemiddeld
24 leerlingen
25 leerlingen
Type leerling van doorslaggevend belang voor zelfbeeld Zowel nationaal als internationaal
Figuur 2: Percentage leraren dat vindt dat het beroep leraar gewaardeerd wordt door de maatschappij, TALIS 2013.
Ook toont het onderzoek aan dat de gemiddelde leraar in Nederland niet veel afwijkt van collega’s in het buitenland. Opvallend is wel dat in het Nederlandse voortgezet onderwijs een lager percentage vrouwelijke docenten actief is en dat in internationaal opzicht minder Nederlandse leraren fulltime werken dan het gemiddelde. Hieronder enkele
16
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
hebben de meeste leraren vertrouwen in hun eigen kunnen voor de klas. De hoge mate van werktevredenheid komt voort uit de mate van vertrouwen in eigen kunnen. Er zijn ook factoren die het vertrouwen en de werktevredenheid aantasten. Zo zijn leerlingen met verschillende niveaus of gedragsproblemen de grootste oorzaken hiervan. Opvallend is dat niet het aantal leerlingen in de klas, maar juist het type leerlingen van doorslag gevend belang is voor een hoog of laag zelfbeeld voor wat betreft vertrouwen in eigen kunnen. Uit het onderzoek blijkt dat docenten met meer ervaring een groter vertrouwen hebben in eigen kunnen dan minder ervaren leraren.
Figuur 4: Percentage leraren dat aangeeft wel eens samen te werken, TALIS 2013.
Effectieve lestijd Leraren in het voortgezet onderwijs besteden een groot deel van de onderwijstijd aan het geven van les, maar ook gedeeltelijk aan administratieve taken en het houden van orde. In Nederland verliest een docent gemiddeld 16% van zijn lestijd aan administratie en orde houden. Dit percentage ligt hoger dan het internationale gemiddelde (13%). Hierdoor blijft er minder effectieve lestijd over. Een andere reden dat de effectieve lestijd wordt verstoord, is het feit dat driekwart van de Nederlandse docenten wekelijks te maken heeft met ‘laatkomers’. Internationaal ligt dit gemiddeld op 52%. Wat minder van invloed is op de effectieve lestijd -maar wel opvallend is in het onderzoek-, is het feit dat op Nederlandse scholen meer ‘gespiekt’ wordt dan op scholen in het buitenland. In Nederland ligt dit percentage boven 50% terwijl het internationale gemiddelde op slechts 13% ligt.
Positief werkklimaat Naast leraren zijn ook schoolleiders bevraagd naar hun werk- en leeromgeving. Volgens schoolleiders werkt de meerderheid van de leraren (zowel nationaal als internationaal) in een omgeving met een positief werkklimaat. Daarnaast werken er volgens hen in Nederland relatief minder leraren op scholen met een gemeenschappelijke onderwijsvisie (72% tegen 87% gemiddeld), waar openlijk gesproken wordt over moeilijkheden (79% tegen 93% gemiddeld) en waar succes gezamenlijk wordt gedeeld (75% tegen 90% gemiddeld). Opvallend is dat bijna driekwart van de Nederlandse schoolleiders (71%) vindt dat een tekort aan gekwalificeerde of goed presterende leraren goed onderwijs belemmert. Nederland scoort hier internationaal hoog (figuur 5), alleen Japan scoort hoger. In landen als Finland en Denemarken ligt dit percentage een stuk lager; rond de 15 procent.
•
Figuur 3: Tijdsindeling in de klas tijdens een gemiddelde les, TALIS 2013.
De kracht van samenwerking Samenwerking is bevorderlijk voor de onderwijskwaliteit. Vergeleken met andere landen werken leraren in Nederland vaak samen met hun collega’s. Nederlandse leraren zijn redelijk actief met het observeren van elkaars lessen en feedback geven in vergelijking met vo-scholen in het buitenland. Dat geldt ook voor deelname aan gezamenlijke professionalisering (figuur 4). L eraren kunnen hierdoor hun eigen vaardigheden beter inschatten en zien ook beter waar ze zich kunnen verbeteren.
Figuur 5: Percentage schoolleiders dat aangeeft dat een tekort aan gekwalificeerde en/of goed presterende leraren goed onderwijs belemmerd, TALIS 2013.
Bron: OESO-publicatie TALIS 2013 Results: an International Perspective on Teaching and Learning
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
17
IN DE SPOTLIGHT
Computers of tablets in de klas? Echt niet! “Wat je ziet in het reguliere onderwijs is dat de computer, de laptop en tegenwoordig ook de tablet de laatste twee decennia kritiekloos zijn binnengehaald,” zegt directeur Edu van de Walle van particuliere school het EuroCollege in Rotterdam. Ook hij heeft (onder andere op aanraden van de Onderwijsinspectie) ongeveer vijftien jaar geleden de computer geïntegreerd in het o nderwijsprogramma. Maar Edu merkte vrij snel een probleem op. Bij studenten die tijdens de les met de computer bezig zijn, is de verleiding groot om met andere zaken bezig te zijn dan waarvoor de computer in de klas bedoeld is. Websites als Facebook en in het verleden Hyves werden vaker geraadpleegd dan onderwijsgerelateerde websites. Dit is een van de redenen dat het EuroCollege vanaf 2004/2005 heeft besloten de computer, laptop en tablet te weren uit de leslokalen. En met resultaat. door Frank Cannegieter
Edu van de Walle: “Het EuroCollege is een particuliere mbo/hbo-school die ervoor heeft gekozen niet mee te gaan met de trend die b innen het reguliere onderwijs bestaat, namelijk om s tudenten vanaf het eerste studiejaar compleet los te laten.
18
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
Dit loslaten van studenten gebeurt in het kader van bijvoorbeeld competentiegericht onderwijs, waarbij studenten zelfstandig competenties moeten verwerven. “EuroCollege werkt anders. Voor de klas staan succesvolle mensen uit het bedrijfsleven. Wij begeleiden daarnaast studenten intensief en richten ons daarbij op de ontwikkeling van kennis, inzicht, vaardigheden en mentaliteit. Ik doe bijvoorbeeld altijd zelf alle intakegesprekken met nieuwe studenten en ouders. In zo’n gesprek stel ik vragen over de huidige school van de student. Ik maak op uit de gevoerde intakegesprekken met leerlingen uit het mbo, dat de computer zeventig procent van de lestijd in gebruik is. Ik krijg terug dat de docent tijdens het computergebruik in de les instructie probeert te geven, in de klas rondloopt om eventuele vragen te beantwoorden of zelfs helemaal niet aanwezig is in het klaslokaal.” “Doordat deze jongvolwassen niet worden voorzien van de juiste en voldoende instructie en veelal worden blootgesteld aan afleiding van buitenaf, worden zij niet goed voorbereid op wat de maatschappij van hen vraagt op het moment dat zij zijn afgestudeerd. In de intakes geven zij ook aan eigenlijk maar weinig te leren op school en hier onzeker van worden. Zij zijn gewend elk semester een multiple choice vragenlijst in te vullen, maar het uitvoeren van een diepgaand onderzoek is er bijna niet bij. Daarnaast moet stagelopen leuk zijn en bij voorkeur in een land met zon en strand.” “Op EuroCollege ligt de focus niet op ‘leuk’, maar zijn de uitgangspunten ‘focus’ en ‘discipline’. Voor nieuwkomers hier op school is deze manier van werken wel wennen. Het eerste jaar zit ook vol met het lezen van boeken en het doen van studieonderzoeken, waarbij de begeleiding er kort bovenop zit. Bij ons op school komen de boeken ook echt uit het folie en worden van A tot Z behandeld. Ogenschijnlijk ouderwets, maar in de kern in deze tijd natuurlijk vernieuwend. Daarbij kijken wij per vak welke docent het best past bij het geven van de les. Altijd hebben wij docenten uit het bedrijfsleven om de lesstof met de studenten te behandelen. Om de studenten niet af te leiden tijdens de lessen, hebben we dus besloten dat computers, laptops en tablets niet welkom zijn in de klas. En ik zal je wat zeggen: de leerlingen vinden het een zegen.”
KO
PO
VO
MBO
HBO
“Bij ons op school komen de boeken ook echt uit het folie en worden van A tot Z behandeld”
Onbeschoft “Naast dat digitale hulpmiddelen
Computer als hulpmiddel voor de docent
enorm afleiden van de instructie die een docent geeft, is het ook nog eens enorm onbeschoft. Ik zie om mij heen, ook buiten het onderwijs, dat bij presentaties de aanwezigen meer belangstelling hebben voor hun mobiele telefoon dan voor wat de spreker heeft te vertellen. Deze mate van onbeschoftheid vinden wij op het EuroCollege gewoon echt niet kunnen.”
Vakken als Online Marketing, E-commerce, International Business & Sales en Hotelmanagement vragen om digitale hulpmiddelen tijdens de les. Leerlingen hebben die mogelijkheid niet. Heeft de docent wel beschikking over een computer als hulpmiddel bij het verzorgen van de les?
“Maar is hier dan helemaal geen computer te vinden op school en gebruiken leerlingen helemaal geen digitale hulpmiddelen? Natuurlijk wel, we stomen kinderen klaar voor een 4.0-maatschappij waarbij kennis van en werken met computers en tablets vereist zijn. Op school moeten de studenten ook verslagen en opdrachten maken of een scriptie schrijven, maar dat gebeurt in de tijd dat zij geen les hebben. Hier op school hebben de hbo-studenten vier dagen les en een roostervrije dag. De mbo-studenten gaan vijf dagen naar school. Op de roostervrije dag werken zij aan opdrachten en/of verslagen en gebruiken daarbij de computer als hulpmiddel. De lestijden zijn hier van 9.30 – 18.00 uur. De school is open tot 20.00 uur. Regelmatig zie ik studenten tussen 18.00 en 20.00 uur werken aan opdrachten op de computers. Dat faciliteren wij met een draadloos netwerk met WiFi-verbinding.”
“De docent werkt vanuit zijn laptop en projecteert met een beamer lesondersteunende informatie op het scherm. Leraren gebruiken de beamer net als de studenten op een ondersteunende manier. Bij veel presentaties op scholen staan leerlingen omgedraaid naar het scherm om van het scherm af te lezen wat zij willen vertellen. Bij ons op school is powerpoint ondersteunend en moet zowel de leerkracht als de student het verhaal kunnen vertellen zonder een blik te werpen op het scherm. Studenten die meedoen aan externe presentaties profiteren enorm van deze aanpak. Zo vertelde een student mij dat de beamer niet werkte bij een externe pitch. Heel veel studenten waren zeer gespannen of het wel goed zou komen. Onze student was heel relaxt, kende zijn verhaal uit het hoofd en was klaar om te presenteren, met of zonder beamer.”
>>
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
19
IN DE SPOTLIGHT
>>
20
Vijftien jaar geleden was het onderwijs anders
Focus, focus, focus. No pain, no gain.
“Onze aanpak lijkt ouderwets. Computer uit de les en met de neus de boeken in. Zo gebeurde dat de voorgaande decennia ook. Door de komst van digitale hulpmiddelen doen kinderen en jongvolwassenen steeds minder kennis op, want ‘alles is toch op internet te vinden?’. Alle toetsen op EuroCollege bevatten open vragen. Daarentegen worden bijvoorbeeld havisten in toenemende mate geconditioneerd om A, B, C of D te kiezen. Het is niet voor niets dat het Ministerie van OCW op het mbo en hbo verplicht rekenen en taal heeft ingevoerd. Vijftien jaar geleden was het onderwijs anders. Toen kwamen studenten hier op school met meer algemene kennis binnen. Door onze aanpak met een accent op focus en discipline kunnen wij in drie jaar tijd tachtig procent van de studenten afleveren aan de maatschappij. En doordat wij zo werken heeft de NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie) EuroCollege als enige school in Nederland een erkenning verleend, waarbij al onze opleidingen niet in vier, maar in drie jaar afgerond kunnen worden. Onze studenten zijn zeer gewild in het bedrijfsleven omdat ze goed opgeleid zijn, over de juiste mentaliteit beschikken en weten wat aanpakken is.”
“Alles op EuroCollege draait dus om focus. In dat kader werken we bij voorkeur met docenten die zelf, zowel maatschappelijk als economisch, succesvol zijn. Zo verzorgt Jacques Brinkman, oud hockey legende lessen op EuroCollege.”
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
“Jacques is bij uitstek een man die heeft geleerd om verder te komen door te focussen. Zonder focus kan je niet overleven in de topsport. Wij willen dat studenten inzien dat het op school, in werk of in de maatschappij hetzelfde werkt. Het is hier op school drie jaar lang enorm hard werken. Drie jaar lang
“Ons concept ligt voor de hand maar wordt naar mijn weten bijna niet toegepast in Nederland.”
investeren in jezelf. No pain, no gain zeggen wij hier vaak. We werken met duidelijke kaders. Haal je je deadline niet, dan heb je studievertraging. Geen genade. Dit concept spreekt ouders enorm aan, maar als je het zo schetst is het voor veel jongelui niet altijd aantrekkelijk. En toch zijn ze er iedere dag van 9.30 tot 18.00 uur. In korte tijd ontstaat een school waar je met gedreven en gemotiveerde studenten werkt. Leuk ook om te vertellen is dat de donderdag een verplichte pak-dag is. Jongeren lopen goed gekleed met EuroCollege-stropdas rond. Dat vinden zij zelf ontzettend wijs. Op deze dag organiseren wij ook regelmatig borrels in de nabijgelegen kroeg als afleiding van het harde werken. Het is een prachtig gezicht om jongeren in ‘business suit’ een biertje te zien nuttigen. Het geeft voor hen een gevoel dat je hoort bij een ‘club’. Dat onderscheidt onze school (met 340 leerlingen in Rotterdam) ook van grote mbo- of hbo-organisaties met duizenden leerlingen.” Steve Jobs School “Ons concept ligt voor de hand maar wordt naar mijn weten bijna niet toegepast in Nederland. Tegenhanger van onze school is bijvoorbeeld de Steve Jobs School van Maurice de Hond. In dat kader ben ik in het verleden ook uitgenodigd bij het toenmalige tv-programma Pauw en Witteman als tegengeluid voor de iPad-scholen van Maurice, waarbij de tablet (iPad) geïntegreerd is in het onderwijsprogramma. Uiteindelijk was het helemaal geen discussie, maar kreeg Maurice de Hond alle gelegenheid om zijn verhaal te vertellen. Ik heb slechts in de staart van het programma heel kort kunnen toelichten waarmee wij bezig zijn. Al heel snel ontstaat dan het beeld dat wij ouderwets zijn en bij ons elke vorm van modernisering geweerd wordt. Dat is absolute onzin. EuroCollege staat helemaal in deze tijd, alleen verschilt de methodiek om jongeren af te leveren aan de maatschappij met andere methodieken. Wij zijn aantoonbaar succesvoller.” Hoge marktwaarde van alumni Eurocollege Sinds we in 2004/2005 het roer hebben omgegooid naar de huidige opleidingsaanpak waar de computer geen deel uitmaakt van de lessen, zien we dat de aanpak succesvol is. We zien dat de alumni nu functies in de top van het bedrijfsleven over de hele wereld invullen. Van een directeur van Workspot en
andere ondernemingen tot hotelmanagers in Bali en Suriname. Dat is prachtig om te zien. In drie jaar tijd proberen wij studenten klaar te stomen voor hoge functies in het bedrijfsleven. Op het moment dat leerlingen afstuderen blijven wij hen volgen. Regelmatig organiseren wij alumni-bijeenkomsten en maken wij gebruik van Linkedin-groepen om in contact te blijven. EuroCollege maakt waardevol gebruik van de alumni en heeft zelfs een achttal oud-studenten in dienst. Als ik een vacature heb kijk ik in eerste instantie naar een alumnus van EuroCollege. Die weet wat nodig is om de top te bereiken en kan dat dan ook overbrengen.” Boek Steve Jobs op de boekenlijst “Studenten werken bij ons met een boekenlijst die zij tijdens de studie moeten bestuderen en waarover zij getoetst worden. Veel van deze boeken zijn ook ter inspiratie. Denk aan boeken over het succes van Starbucks, studies over Disney, maar ook het boek van Steve Jobs staat bij ons op de leeslijst. Dat boek is een inspiratie voor iedere (toekomstige) ondernemer en past uitstekend binnen onze opleidingen. Dat het boek van Steve Jobs op de literatuurlijst staat bij een school waarbij digitale hulpmiddelen worden geweerd uit de klas, verwachten mensen niet. Zoals gezegd, onze school is niet tegen digitale hulpmiddelen, maar wij vinden dat computers en tablets afleiden en het leerproces verstoren. Dus computer en tablets in de les? Echt niet!”
•
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
21
Konica Minolta:
een slimme keuze voor een wereld aan documentoplossingen Wereldwijd vertrouwen honderdduizenden organisaties hun documenten en documentstromen toe aan de producten en oplossingen van Konica Minolta. En niet ten onrechte: met een voorsprong op verschillende terreinen ligt een keuze voor het toonaangevende A-merk in imaging voor de hand. Een complete keuze: bij Konica Minolta kiest u nooit voor het systeem alleen. Naast geavanceerde hardware en software bieden we u ook Optimized Print Services (OPS). Met dit totaalconcept aan ontzorgingsdiensten bent u verzekerd van een optimale, efficiënte en beheersbare inzet van uw documentoplossing.
Een bekroonde keuze: de hele multifunctionalproductlijn van Konica Minolta is in 2011 bekroond met de BLI Line of the Year Award.
Een duurzame keuze: de documentoplossingen van Konica Minolta springen spaarzaam om met de natuurlijke hulpbronnen. Zo introduceerde Konica Minolta de nieuwe generatie multifunctionals met A-label.
Een modulaire keuze: een documentoplossing van Konica Minolta ontwikkelt zich met u mee. Groeit uw organisatie, dan laat de documentinfrastructuur zich makkelijk aanpassen.
A B D
De veilige keuze: werkt u met informatie die niet voor iedereen bestemd is? Konica Minolta kent een keur aan beveiligingsoplossingen.
Meer weten? Wilt u meer weten over de documentoplossingen van Konica Minolta? Wilt u weten hoe u efficiënter, slimmer, veiliger en duurzamer kunt kopiëren, printen, scannen en faxen? Neem vandaag nog contact op met Konica Minolta of kijk op www.konicaminolta.nl.
Konica Minolta Business Solutions Nederland, Postbus 237, 1170 AE Badhoevedorp, telefoon 020 - 658 41 41, fax 020 - 658 41 60, e-mail: info @konicaminolta.nl
KO
PO
VO
MBO
HBO
Trend:
Behoefte aan flexibele contracten in het onderwijs blijft Enige tijd geleden kwamen er alarmerende geluiden vanuit het voortgezet onderwijs: scholen raakten snel door hun reserves heen. Eén van de redenen was dat scholen in een krimpsituatie, niet tijdig hadden ingegrepen, Als reden daarvoor werd onder meer aangegeven dat men veel vaste contracten had. door Reinout van Brakel , beleidsonderzoeker onderwijs bij Ecorys
dan in de marktsector. Het kabinet wil met de Wet Werk en Zekerheid meer zekerheid voor werknemers bieden, waaronder sneller vaste contracten. Dat kan schoolbesturen voor lastige keuzes stellen. In de afgelopen vijf jaar is bij ongeveer een kwart van de schoolbesturen het aantal vaste contracten afgenomen en bij vijftig procent is het gelijk gebleven. Bijna de helft van de schoolbesturen wil de komende twee jaar meer flexibele contracten gaan hanteren. Het merendeel verwacht dat zij de komende twee jaar niet meer vaste contracten in eigen dienst gaan hanteren.
Het glas is halfvol of het glas is halfleeg: als het om flexibele contractvormen gaat is het niet eenvoudig om objectief vast te stellen wat nu verstandig is om te doen. Er zijn sterke sentimenten tegen flexibele contracten; tegelijkertijd kunnen scholen heel snel diep in de rode cijfers belanden als personeel en leerlingaantallen niet meer in balans zijn. Daar staat tegenover dat risico’s op lesuitval en kwaliteitsverlies op lange termijn al snel op de loer liggen als er geen buffer aan capaciteit mag worden aangehouden. Enkele jaren geleden was er ook ophef over de vermogenspositie van scholen: scholen potten teveel geld op. Dat leidde tot een onderzoek en allerlei richtlijnen voor scholen (Commissie Don). Een van de belangrijke achterliggende reden voor het oppotten was volgens de schoolbesturen onzekerheid over het overheidsbeleid. De vermogens zijn inmiddels geslonken, dus het is logisch dat de druk om elders risico’s te verminderen groter is geworden, bijvoorbeeld door minder vaste contracten te hebben. Wat dat betreft zijn het net banken: een vermogensbuffer is nodig om bank en consumenten te beschermen. En die buffer moet groter zijn als producten risicovoller worden, of als banken minder andere zekerheden hebben. Uit nieuw onderzoek dat begin vorige maand verscheen, blijkt dat zowel in primair als in voortgezet onderwijs ongeveer 90% van de werknemers een vast contract heeft. Voor de markt en publieke sector samen wordt dit percentage door het CBS geschat op 85%. De flexibele schil in po en vo is dus kleiner
De staatssecretaris schrijft in de Kamerbrief die op deze problematiek betrekking heeft dat er binnen de nieuwe wet voldoende mogelijkheden blijven voor schoolbesturen om noodzakelijke vervanging te kunnen realiseren. Scholen kunnen op ad-hoc basis gaan samenwerken en gebruik maken van elkaars capaciteit in geval van ziekte. Een andere mogelijkheid is dat een aantal scholen gezamenlijk een arbeidspool in het leven roept. Daar kan dan bij onverwachte omstandigheden een beroep op worden gedaan. Ook denkbaar is dat scholen docenten aanstellen voor iets meer uren dan noodzakelijk voor de functie. De extra tijd kan ingezet worden voor vervanging.
•
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
23
Dyade Academy Dyade Academy ontwikkelt en verzorgt trainingen voor schoolbesturen, scholen en onderwijsorganisaties. Deze trainingen zijn veelal gericht op alles wat met de bedrijfsvoering te maken heeft: financiën, personele zaken, huisvesting, management en bestuur, public
relations en communicatie. De trainingen van Dyade Academy zijn praktisch, compact, resultaatgericht en worden gegeven door trainers met kennis van de onderwijsomgeving. Daarnaast kunnen de meeste trainingen ook bij u op locatie gegeven worden.
Leergangen in 2015 KLANTWAARDERING
9,0
> Leergang: Schoolpositionering en Onderwijsmarketing Dag Datum dinsdag 19 mei 2015 dinsdag 26 mei 2015 dinsdag 2 juni 2015
Tijd 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur
Plaats Nyenrode Business Universiteit Nyenrode Business Universiteit Nyenrode Business Universiteit
> Leergang: Bevlogen in het Onderwijs Dag Datum donderdag 4 juni 2015 donderdag 11 juni 2015 donderdag 18 juni 2015
Tijd 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur
KLANTWAARDERING
9,2
Plaats Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam
KLANTWAARDERING
9,1
> Leergang: Inspirerend Leiderschap in het Onderwijs Dag Datum dinsdag 31 maart 2015 dinsdag 7 april 2015 dinsdag 14 april 2015
Tijd 09.30 - 17.00 uur T OCHuur 09.30 R-K17.00 E V T I U 09.30 - 17.00 uur
Plaats Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam
KLANTWAARDERING
9,1
> Extra data - Leergang: Inspirerend Leiderschap in het Onderwijs Dag Datum dinsdag 15 september 2015 dinsdag 22 september 2015 dinsdag 29 september 2015
Tijd 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur
Plaats Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam
KLANTWAARDERING
> Leergang: Meer Doen! met minder in het Onderwijs Dag Datum dinsdag 9 juni 2015 dinsdag 16 juni 2015 dinsdag 23 juni 2015
24
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
Tijd 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur 09.30 - 17.00 uur
Plaats Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus Universiteit Rotterdam
8,9
De meeste opleidingen binnen de Dyade Academy kunnen ook bij u op locatie worden gegeven! Voor een offerte op maat kunt u contact opnemen via
[email protected].
Wilt u meer informatie of uzelf inschrijven? Ga naar www.dyade.nl > Dyade Academy.
Erasmus Universiteit Rotterdam
Nyenrode Business Universiteit Breukelen
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
25
5% 10% 20%
15%
30%
25% Een schoolorganisatie heeft diverse kostenposten. Van arbo dienstverlening en schoolmeubilair tot kosten voor de koffiesystemen. Dyade heeft voor haar klanten uitgebreid geana lyseerd welke kosten scholen maken en welke partijen deze diensten/producten aanbieden. Met deze partijen heeft Dyade
een collectief contract afgesloten. Door de schaalgrootte kun nen wij gunstige condities afspreken, waardoor onze klanten zowel zakelijk als privé profiteren van uiteenlopende voordelen. Daarnaast wordt u het werk van het zoeken naar het juiste inkoopadres bespaard.
Haal bij deze diensten of producten uw voordeel: Arbodienstverlening > Tot 33% korting op abonnementen > Zeer goede resultaten
Multifunctionals > Tot 55% korting op apparatuur
Bankarrangement > Speciale Dyade-tarieven
Papier (print- en kopieerpapier) > Goede kwaliteit papier tegen een bodemprijs
Elektronische beveiliging > Beveiligingsoplossingen op maat Digitale schoolborden > 10% korting IP Aanvullingsplan > 20% korting Koffieconcepten (koffiemachines) voor professioneel gebruik > Kortingen op aanschaf en aantrekkelijke huren onderhoudstarieven
Payroll oplossingen > Speciale Dyade-condities (Personeels)advertenties (het plaatsen van advertenties in de media) > Korting oplopend tot 35% op Uitelicht g reguliere advertentietarieven Re-integratie en outplacement > Speciale Dyade-tarieven Schoolmeubilair > Aantrekkelijke (leverings)condities
Voor meer informatie over het aanbod van een van onze voordeelservicepartners kijkt u op www.dyade.nl > Voordeelservice
Schoonmaken > Aantrekkelijke (leverings)condities Sanitaire voorzieningen (toiletpapier, zeep, handdoeken, etc.) > Mantelcontract sanitaire voorzieningen Verbruiksmateriaal (pennen, potloden, stiften, linialen, etc.) > Geen verzendkosten bij een laag bestelbedrag > Hoge kortingen (tot 38%) Verzekeringen (particulier) > Scherpe premies Ziektekostenverzekering > Uitstekende dekking tegen een zeer scherpe premie > Collectieve zorgverzekering via Dyade
KALENDER
april - mei 2015
Formulier maandopgave geweigerde vacatures toezenden aan CFI als een vacature geweigerd wordt door een eigen wachtgelder. Een kopie van het formulier aan de afdeling Dyade Personeel zenden. Vervangingsmutaties moeten binnen 4 maanden zijn gedeclareerd bij het Vervangingsfonds. In verband met de verwerkingstijd is het van belang vervangingsmutaties binnen 3 maanden in te dienen bij Dyade. Wanneer de termijn wordt overschreden, kunnen de kosten niet meer worden gedeclareerd bij het Vervangingsfonds. Gewerkte invaldagen moeten liefst direct, maar uiterlijk vóór de 5e van de volgende maand voor verwerking worden aangeboden.
Waar vindt u ons? kijk op www.dyade.nl voor een r outebeschrijving
Dyade Ede
e Ede Bezoekadres: Horapark 3, 6717 LZ Ede Postadres: Postbus 8040, 6710 AA Ede tel. (0318) 67 51 11 | fax (0318) 62 23 63
Dyade Rotterdam
r Rotterdam Bezoekadres: Scheepmakershaven 58, 3011 VD Rotterdam Postadres: Postbus 1080, 3000 BB Rotterdam tel. (010) 224 50 00 | fax (010) 414 72 27
Dyade Utrecht
Toezenden personeelsmutaties aan de afdeling Dyade Personeel.
u Utrecht
Wij verzoeken u personeelsmutaties gespreid - bijvoorbeeld wekelijks - aan te bieden via www.dyade.nl > Mijn Dyade > Youforce
Bezoekadres: Savannahweg 71, 3542 AW Utrecht Postadres: Postbus 5040, 3502 JA Utrecht tel. (030) 303 50 00 | fax (030) 303 50 12
Dyade Zuid-West Nederland
09/04
Mutaties die uiterlijk voor 17.00 uur worden ingeleverd, worden v erwerkt in het salaris van april.
21/04
Laatste mogelijkheid blokkering (vóór 12.00 uur) salarisbetaling april.
24/04
De geplande betaaldatum van het salaris over de maand april.
06/05
Mutaties die uiterlijk voor 17.00 uur worden ingeleverd, worden v erwerkt in het salaris van mei.
19/05
Laatste mogelijkheid blokkering (vóór 12.00 uur) salarisbetaling mei.
b Bergen op Zoom Bezoekadres: Marslaan 1, 4624 CT Bergen op Zoom Postadres: Postbus 648, 4600 AP Bergen op Zoom tel. (0164) 23 75 57 | fax (0164) 24 14 34
Volg Dyade via: > Website: www.dyade.nl > Nieuwsflits: www.dyade.nl > downloads > Maandbrief: www.dyade.nl > downloads
22/05
De geplande betaaldatum van het salaris over de maand mei.
> Twitter: Dyade_info > LinkedIn: Dyade Dienstverlening Onderwijs
Dyademagazine | nummer 4 | april 2015
27
Help, mijn docent Aardrijkskunde* gaat op wereldreis. Snel een personeelsadvertentie voor de krant nodig? Exclusief
voor klanten van Dyade:
MEYSON COMPANY communicatie
korting oplopend tot 35%
Op uw advertenties in landelijke en lokale media kan uw kostenvoordeel oplopen tot wel 35%. Meyson werkt snel, duidelijk en accuraat. Wij zorgen voor de opmaak, plaatsing én controle van uw advertenties in alle print en digitale media. U heeft hier geen omkijken meer naar.
Bel 023 564 96 90 of mail naar
[email protected].
MAKKELIJK, SNEL EN GOEDKOOP *Deze aanbieding geldt ook voor andere functies. Meyson is al jarenlang partner van