Urologie
Suprapubische katheter
Wat is een katheter?
Een katheter is een holle, soepele buis waarmee urine uit de blaas wordt afgevoerd. Aan het uiteinde van de katheter zit een ballonnetje. Om te vermijden dat de katheter loskomt wordt, na het inbrengen van de katheter, dit ballonnetje met water gevuld. Naarmate de blaas zich vult, wordt de urine via de katheter afgevoerd naar een opvangzak. U kunt dus niet normaal plassen wanneer u een katheter met beenzak heeft. Spontaan plassen is wel mogelijk als u een suprapubische katheter heeft met een stopje.
Wat is een suprapubische katheter? Dit is een katheter die via een kleine incisie (= een sneetje) in de buikwand, net boven het schaambeen, ingebracht wordt door een arts tijdens een korte ingreep op de polikliniek.
1
Waarom is een suprapubische katheter nodig? Er zijn diverse redenen waarom een suprapubische katheter geschikter voor u is dan een katheter via de plasbuis. Het kan aangenamer zijn, gemakkelijker te verzorgen en het geeft minder infecties. Sommige mensen hebben na een ingreep een suprapubische katheter om te meten hoeveel urine ze produceren. Indien u seksueel actief bent, is een suprapubische katheter gemakkelijker bij het vrijen.
Wanneer moet de katheter vervangen worden? Een suprapubische katheter wordt meestal om de 6 tot 12 weken vervangen (bij sommige mensen gebeurt dit vaker). De eerste keer wordt de katheter altijd in het ziekenhuis vervangen. U krijgt na het inbrengen van de suprapubische katheter van de secretaresse op de polikliniek direct een afspraak mee voor de eerste katheterwissel. Nadien kan uw huisarts of wijkverpleegkundige dit doen, hetzij thuis, hetzij tijdens een consultatie.
2
De verzorging van een suprapubische katheter Een katheter levert doorgaans geen problemen op indien u geen infecties oploopt. De volgende eenvoudige regels helpen u infecties te voorkomen: Was dagelijks de huid rondom de incisie waar de katheter is ingebracht met water. Droog hierna zorgvuldig af. Gebruik nooit talkpoeder of crème. Nooit betadine zalf gebruiken: dit bevordert namelijk “wildvlees” groei. Rondom het steekgaatje een hansapor steriel aanbrengen. De hansapor pleister dient van te voren y-vormig ingeknipt te worden. U heeft van ons een recept gekregen voor hansapor steriel en pleister; dit recept kunt u inleveren bij uw eigen apotheek of apotheekhoudende huisarts.
Plak de katheter vast op de buik met een ruime lus met een secutape pleister of leukosilk. Er komt dan geen spanning op de katheter en de ballon te staan. Zo maak je een “trekbeveiliging”. Balloncontrole: aan het einde van de katheter zit een ballonnetje, deze is gevuld met water. Dit ballonnetje voorkomt dat de katheter eruit kan vallen bij bijvoorbeeld hoesten of lachen. Het is belangrijk dat dit ballonnetje optimaal gevuld blijft. U kunt het beste 1x 3
Tip:
Tip:
per week de ballon controleren. U heeft van de assistente 2 lege spuitjes meegekregen. Zij heeft u laten zien dat u het ene spuitje vult met het benodigde aantal ml of cc water. Het andere spuitje laat u leeg. U draait het lege spuitje op het gekleurde dopje (vulventiel: zie plaatje katheter) en u trekt de spuit op tot er niets meer uitkomt. U draait het spuitje eraf en pakt het 2e spuitje met het schone water (wat u vooraf met de benodigde inhoud had opgetrokken) en draai die vervolgens op het dopje. Nu spuit u de hele inhoud erin en draai daarna voorzichtig het spuitje eraf, terwijl u de spuit ingedrukt houdt. Let op: controleer nooit zonder de pleister erop! Bij warm weer en bij koorts kan het water sneller verdampen. Controleer de ballon 1x per week op een vast tijdstip. Was de handen vóór en na het loskoppelen of vervangen van een opvangzak en ook na elke stoelgang. Zorg ervoor dat de katheter niet afknikt. Zorg ervoor dat de slang tussen de katheter en de opvangzak goed zit. Let erop dat de opvangzak zich lager dan uw blaas bevindt. Draag loszittende kleding. Te strakke kleding kan de urinestroom onderbreken. Voor een goede afvloeiing van urine via de katheter dient u minstens 2 tot 2½ liter per dag te drinken (dit is circa 13 glazen). Bij voorkeur water of vruchtensap. Zorg voor voldoende beweging. Wandelen of een andere vorm van regelmatige dagelijkse beweging bevordert de werking van de darmen. P.S.: een volle darm kan op de katheter drukken en het afvloeien van urine verhinderen. Probeer elke dag een douche te nemen. Hierbij kunt u de pleister van het steekgaatje verwijderen en kan het wondje mooi schoon gespoeld worden. De beenzak kunt u hierbij aanhouden.
4
Het steekgaatje rond de katheter kan rood, soms gezwollen zijn. U hoeft zich daar geen zorgen over te maken en het is meestal geen ontsteking. Algemene tip: Houd een reservekatheter en inbrengset bij de hand. U heeft van ons een recept voor een extra katheter gekregen, deze haalt u op bij uw apotheek of apotheekhoudende huisarts. U houdt deze reservekatheter in huis tot u weer bij ons komt voor de katheterwissel. Als u voor de katheterwissel komt, brengt u dus de reservekatheter van thuis mee. U krijgt daarna weer een nieuw recept voor een reservekatheter mee. Ook als u bijvoorbeeld op vakantie bent, moet u deze katheter, samen met de katheterwisselset (waarvoor u ook een recept heeft meegekregen) meenemen voor het geval de katheter eruit valt. Het is raadzaam de katheter zo snel mogelijk te laten vervangen; uiterlijk binnen 1 uur omdat anders de kans bestaat dat het steekgaatje van de katheter dicht groeit. Recepten: recepten voor pleister, katheter en katheterinbrengset kunt u aanvragen bij uw apotheek of apotheekhoudende huisarts. Verwijder de katheter nooit zelf. Neem bij problemen direct contact op met uw wijkverpleegkundige, de huisarts, de poli urologie en buiten de polikliniekuren met de afdeling spoedeisende hulp van het ziekenhuis (telefoonnummers staan achter in deze brochure). Indien u een startset dag- en nachtzakken heeft meegekregen, dient u deze zelf te bestellen bij uw leverancier als deze bijna op zijn.
5
Een suprapubische katheter en vrijen Met uw suprapubische katheter vormt dit geen probleem. De katheter zit op de buik vastgeplakt. Indien uw katheter u hindert tijdens het vrijen, aarzel dan niet uw verpleegkundige of uw huisarts te raadplegen.
Welke complicaties kunnen er voorkomen? 1. Lekkage: af en toe kan er urine lekken via de plasbuis waardoor u normaal plast. Dit is waarschijnlijk te wijten aan blaaskramp. U voelt dit als pijn in de onderbuik waarbij u aandrang heeft om te plassen. 2. Afknikken: zorg ervoor dat de slang tussen de katheter en de opvangzak goed zit en let erop dat de opvangzak zich lager dan uw blaas bevindt. Zorg ervoor dat er geen knik in de katheter komt. Dit kunt u voorkomen door de katheter met een ruime lus op de buik vast te plakken. Draag loszittende kleding. Te strakke kleding kan de urinestroom onderbreken. 3. Verstopping: indien de katheter verstopt is bevat de opvangzak geen urine meer en heeft u last van een “vol gevoel” in de onderbuik. Dit kan gepaard gaan met misselijkheid. Waarschuw een arts of verpleegkundige. Verwijder de katheter nooit zelf! 4. Het leeglopen van de ballon zodat de katheter eruit valt: neem direct contact op met de poli urologie, uw huisarts of wijkverpleegkundige. Buiten de openingstijden van de polikliniek kunt u terecht bij de afdeling spoedeisende hulp (telefoonnummers achter in deze brochure). 5. Ontstekingen: wanneer de urine troebel is, sterk ruikt en veel bezinksel bevat kan er sprake zijn van een blaasontsteking. Dit hoeft niet altijd gepaard te gaan met koorts. Het is niet altijd nodig om dit met antibiotica op te lossen. Als u hier last van heeft kunt u via uw huisarts of poli urologie wat urine afgeven voor onderzoek. Let op: de urine dient wel rechtstreeks uit de katheter te komen en 6
niet uit de katheteropvangzak. Deze urine zit al vol met bacteriën. Als er sprake is van een ontsteking is het van belang dat de katheter eerder gewisseld wordt. Tip: drink voldoende, minstens 2 tot 2½ liter per dag. Bij voorkeur water of vruchtensap. Aanzuren van urine door middel van veenbessensap / cranberrysap (puur, niet vermengd met zwarte bes), vitamine C, sinaasappelsap of jus d’orange, kan voorkomen dat er een blaasontsteking optreedt. Het helpt ook om verstoppen van de katheter te voorkomen.
Het urineopvangsysteem Na het inbrengen van de suprapubische katheter heeft u mogelijk een startpakket gekregen. Dit startpakket bevat dagen nachtzakken, een bedhaak en beenbandjes. De dagzak draagt u overdag onder uw kleding. ’s Avonds voor het slapen gaan, koppelt u de nachtzak aan uw dagzak. Let erop dat het kraantje van de nachtzak dicht staat en het kraantje van de dagzak open staat, zodat de urine naar de nachtzak kan stromen. Tip: zet een teiltje of emmer onder uw nachtzak om ongelukjes te voorkomen. ’s Ochtends als u uit bed komt, zet u eerst het kraantje van de dagzak dicht en koppelt u daarna de nachtzak af. Deze kunt u in het toilet leeg laten lopen. Vervolgens spoelt u de nachtzak door met water en azijn. U bewaart de nachtzak vervolgens in een schone handdoek of sloop. De katheterzakken kunt u maximaal 1 week gebruiken en daarna gooit u ze weg. Indien er veel aanslag in de katheterslang of katheterzak zit, moet de zak eerder vervangen worden. Tip: schrijf met een pen een datum op de katheterzak. De katheter + beenzak vormen een gesloten systeem. Dit gesloten systeem voorkomt dat er bacteriën in de katheter of 7
beenzak terecht komen. De beenzak mag alleen van de katheter losgekoppeld worden indien de beenzak verschoond moet worden. Het behoud van dit gesloten systeem is uiterst belangrijk.
Katheterventiel en het stopjesbeleid Wat is een katheterventiel? Een katheterventiel is een soort kraantje dat kan worden aangesloten op uw katheter. Het katheterventiel kan zowel worden aangesloten op een katheter die ingebracht is via de plasbuis (een transurethrale katheter) als op een suprapubische katheter. Het katheterventiel biedt een alternatief voor het gebruik van urine-opvangzakken. De blaas slaat de urine op tot het moment dat u het ventiel opent. Uw blaas behoudt op deze wijze de opslagfunctie van urine. Er zijn verschillende soorten/merken van katheterventielen. Uw verpleegkundige zal de werkwijze van het voorgeschreven katheterventiel uitleggen. Het katheterventiel kan in het ondergoed verborgen worden. U kunt ook gebruik maken van een beenbandje op het bovenbeen om het ventiel vast te maken. Het katheterventiel hoeft niet onder het niveau van de blaas te zitten, dit is wel nodig bij het leegmaken van de blaas. Als de uroloog besluit om gebruik te maken van een katheterventiel of –stopje heeft u dus geen beenzak aan de katheter, maar een katheterventiel. Ga binnen 3 à 4 uur naar het toilet. Nadat u via de normale weg (via de plasbuis) geplast heeft, maakt u ook nog het katheterventiel leeg boven het toilet. Dit om te controleren of u in staat bent om de blaas geheel leeg te plassen. Als u aandrang heeft om te plassen, gaat u op het aandrangsgevoel af. Maak de blaas leeg voordat u ontlasting krijgt, dat voorkomt lekkage langs de buitenkant van de katheter door persen. Maak de blaas in ieder geval ook leeg voor u naar bed gaat en ’s ochtends bij het wakker worden. ’s Nachts kunt u eventueel een nachtzak direct op het katheterventiel aansluiten. Het is aan te raden het 8
katheterventiel bij de katheterwissel te vernieuwen. Als u last heeft van sterk ruikende urine of het stopje lek of stuk is, dan moet u het stopje eerder vervangen. Het katheterventiel kan schoongemaakt worden met biotex groen, naspoelen met schoon water en drogen.
Telefoonnummers Lievensberg ziekenhuis Bergen op Zoom: Polikliniek urologie: 0164 – 278336 Spoedeisende hulp: 0164 – 278302 Franciscus Ziekenhuis Roosendaal: Polikliniek urologie: Spoedeisende hulp:
0165 – 588557 0165 – 588254
maart 2011
9