Uitspraken familierecht week • Mr A.A.M. Ruys-van Essen • Advocaat en notarieel jurist bij Westland Partners
[email protected] www.westlandpartners.nl
Overzicht te behandelen arresten 1)
ECLI:NL:RBNHO:2015:2709 Rechtbank Noord-Holland, 01-04-2015, C/14/156539 / FA RK 14-1714
2) 3)
ECLI:NL:GHDHA:2014:2044 Gerechtshof Den Haag, 14-05-2014, 200.139.436-01 ECLI:NL:GHSHE:2015:1293 Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 09-04-2015, F 200.154.729_01
4) 5) 6)
ECLI:NL:GHDHA:2015:777 Gerechtshof Den Haag, 18-02-2015, 200.157.066/01 ECLI:NL:GHAMS:2014:6113 Gerechtshof Amsterdam, 11-11-2014, 200.144.119/01 ECLI:NL:GHDHA:2014:4464 Gerechtshof Den Haag, 12-11-2014, 200.149.542/01
8
Overzicht te behandelen arresten 7) 8) 9)
ECLI:NL:GHDHA:2015:783 Gerechtshof Den Haag, 18-03-2015, 200.157.800/01 ECLI:NL:GHAMS:2015:1035 Gerechtshof Amsterdam, 24-03-2015, 200.141.977 ECLI:NL:RBNHO:2015:2646 Rechtbank Noord-Holland, 01-04-2015, C/15/215237 / FA RK 14-2297
10) 11)
ECLI:NL:GHARL:2014:8215 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 31-07-2014, 200.150.308 ECLI:NL:PHR:2015:128 Parket bij de Hoge Raad, 20-02-2015, 14/06150 en ECLI:NL:HR:2015:924 Hoge Raad, 10-04-2015, 14/06150
(1) Derdenbeding in het echtscheidingsconvenant ten behoeve van inmiddels meerderjarige (21) dochter. • Geen toepassing van art.395a BW • Derdenbeding 6:253 BW
VFAS MODEL OUDERSCHAPSPLAN http://www.verder-online.nl/kinderen-scheiding Artikel 7.4 – Studiekosten na 21 jaar De ouders/de vader/de moeder verplichten zich aan een kind van 21 jaar of ouder een (studie) bijdrage te betalen zolang het kind met redelijke resultaten en in overleg met hen/hem/haar met een beroepsopleiding bezig is of studeert, doch uiterlijk tot het tijdstip waarop het kind de ….. invullen leeftijd -jarige leeftijd bereikt. Dit beding ten behoeve van ieder der kinderen van de ouders is onherroepelijk, zodat de kinderen het recht hebben om zonodig nakoming van dit beding te vorderen. De ondertekening van dit convenant geldt tevens als aanvaarding van dit beding door partijen als wettelijk vertegenwoordigers van hun minderjarige kinderen.
1:392 BW behoeftigheid • Hoge Raad van 9 september 1983 (ECLI:NL:HR:1983:AG4642) • Tijdens • opleiding is in principe geen sprake van behoeftigheid.
Zie ook: • ECLI:NL:RBDOR:2012:BW0623, Uitspraak, Rechtbank Dordrecht, 28-03-2012 • Vader wordt wel gehouden aan derdenbeding
(2) Zelf teweeg gebracht inkomensverlies? • Afhankelijk van feitelijke situatie. – In casus werd baan al tijdens het huwelijk opgezegd,
Stappenplan Hoge Raad 23 januari 1998 (NJ 1998/707) • Vraag 1; – is het inkomensverlies vrijwillig is of niet.
Vraag 2; •
is het inkomensverlies voor herstel vatbaar is. Indien het inkomensverlies herstelbaar is, kan zonder extra motivering worden uitgegaan van het oude inkomen en geldt niet de regel dat het totale inkomen van de alimentatieplichtige niet onder 90% van de bijstand mag komen (90%-norm). Zie ook Hoge Raad 23 november 2001 (NJ 2002/280).
Vraag 3; • kan het inkomensverlies de alimentatieplichtige worden aangerekend. Is het verwijtbaar? Had de alimentatieplichtige zich van de gedragingen die hebben geleid tot het inkomensverlies dienen te onthouden, gelet op zijn verplichtingen ten opzichte van de alimentatiegerechtigde? Is sprake van niet herstelbaar verwijtbaar inkomensverlies dan dient met dit inkomensverlies in beginsel geen rekening te worden gehouden.
(3) Omgangsregeling • Moeder ontvankelijk nu de rechtbank een beslissing heeft gegeven die een onherroepelijk karakter heeft, nu de beslissing eenmaal geëffectueerd in haar gevolgen niet meer ongedaan kan worden gemaakt. • Het betreft ten aanzien van de omgang derhalve een eind(deel)beschikking inhoudende een voorlopige (begeleide) omgangsregeling waartegen hoger beroep open staat (vgl. Hoge Raad 23 november 2007, NJ 2007,
1:377a BW • Uit de wetsgeschiedenis valt af te leiden dat met de term ‘nauwe persoonlijke betrekking’ wordt gedoeld op het bestaan van family life in de zin van art. 8 EVRM. In de jurisprudentie is herhaaldelijk bepaald dat een normale grootouderrelatie niet voldoende is om de nauwe persoonlijke betrekking vast te stellen. Er dient sprake te zijn van concrete bijkomende omstandigheden.
1:377g BW Eigen rechtsingang kind • • •
•
Gevolgen van het benaderen van de rechter door het kind . In eerste instantie zal de rechter het kind kunnen oproepen voor een gesprek. Naar aanleiding van dat gesprek zal de rechter kunnen beslissen dat er geen aanleiding is een ambtshalve beschikking te geven of dat er wel aanleiding toe is. Indien er geen aanleiding is ambtshalve een beschikking te geven, kan de rechter het kind hiervan mondeling of schriftelijk op de hoogte stellen. Bij een kind beneden de twaalf jaar kan de beoordeling van de omstandigheid dat hij of zij niet in staat wordt geacht tot een redelijke waardering van zijn belangen daarbij primair een rol spelen. Of een schriftelijke mededeling het karakter van een beschikking heeft, is onzeker. In ieder geval zal een beschikking gemotiveerd moeten zijn (art. 287art. 287 jo. 230 lid 1230 lid 1 Rv). Tegen een dergelijke beslissing, zou het een beschikking zijn, kan de minderjarige niet zelfstandig in beroep gaan. Is er wel aanleiding een beschikking te geven, dan zijn verder de normale procedureregels van toepassing,
(4) Grootmoeder niet-ontvankelijk in verzoek omgangsregeling
• Geen family-life • Normale grootouder contacten • Geen bijzondere omstandigheden
(5) ontslagvergoeding
• Verplichting tot betaling van partneralimentatie versus het treffen van een pensioenvoorziening ter dichting van pensioengat
Ontslagvergoeding
• Feitelijke onderbouwing/doel/toekomstmogelijkheden • Zie ook ECLI:NL:GHARL:2015:801, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 05-02-2015
(6) Afwijzing verzoek vervangende toestemming tot erkenning
• artikel 1:204, derde lid BW • Moeder heeft gerechtvaardigd belang om toestemming tot erkenning te onthouden
Geen gerechtvaardigd belang om erkenning te weigeren. • zie ook HR 24 januari 2003, NJ 2003/386: de biologische vader met family life, die geen verwekker is, heeft op grond van art. 8 EVRM recht op bescherming van het family life en is ontvankelijk in een verzoek op basis van art. 1:204 lid 3 BW. Vervangende toestemming tot erkenning wordt gegeven, indien moeder geen enkel te respecteren belang heeft bij haar weigering toestemming tot erkenning te geven.
(7) Ingangsdatum van de kinderalimentatie?
• • • •
Artikel 1:402 BW Datum vertrek echtelijke woning Beschikking Inschrijving beschikking
Let op: rechter heeft grote mate van vrijheid • Volgens vaste rechtspraak zal de rechter die beslist op een verzoek tot wijziging van een eerder vastgestelde bijdrage, in het algemeen een behoedzaam gebruik moeten maken van zijn bevoegdheid de wijziging te laten ingaan op een vóór zijn uitspraak gelegen datum, met name indien dit ingrijpende gevolgen kan hebben voor de onderhoudsgerechtigde in verband met een daardoor in het leven geroepen verplichting tot terugbetaling van het door de alimentatieplichtige teveel betaalde. • Zie ook : ECLI:NL:GHSGR:2006:AY6421, Uitspraak, Hof 's-Gravenhage, 10-05-2006
Zie ook:
• ECLI:NL:GHSGR:2006:AY6421, Uitspraak, Hof 's-Gravenhage, 10-05-2006
(8) Maatschap tijdens huwelijk?
• Koude uitsluiting • Werkzaamheden door man verricht ten behoeve van opeenvolgende echtelijke woningen
Van een maatschap is sprake als aan de volgende criteria is voldaan: 1. Er is een overeenkomst tot samenwerking. 2. De vennoten streven een gemeenschappelijk doel na. 3. Partijen hebben het oogmerk van vermogensrechtelijk voordeel. Het behalen van vermogensrechtelijk voordeel mag bestaan uit de besparing van kosten, maar het mag niet slechts een toevallige gunstige bijkomstigheid zijn. Verder moet het voordeel ten goede komen aan alle vennoten: geen enkele vennoot mag zijn uitgesloten van de winst. 4. Inbreng door iedere vennoot. Iedere vennoot verplicht zich om ‘iets’ in te brengen, waarbij ‘iets’ bijvoorbeeld kan bestaan uit het ter beschikking stellen van goederen of uit het leveren van arbeid. Niet ieders inbreng hoeft even groot te zijn. Het feit dat de ene vennoot een onderneming inbrengt en een andere vennoot slechts arbeid, doet dus geen afbreuk aan de kwalificatie ‘maatschap’, mits ook aan de andere voorwaarden is voldaan.
Geen vormvereisten artikel 7A:1655 BW:
• Er hoeft dus geen sprake te zijn van een akte (zie bijv. NJ 1978/431).
(9) Alleenstaande ouderkop • •
Met de invoering van de Wet hervorming kindregelingen per 1 januari 2015 hebben alleenstaande ouders die in aanmerking komen voor een kindgebonden budget recht op een verhoging van dit kindgebonden budget met maximaal € 3.050,00 (voor 2015). Deze verhoging wordt de alleenstaande-ouderkop genoemd. De expertgroep alimentatienormen beveelt nog steeds aan om het totale kindgebonden budget (dus inclusief de alleenstaandeouderkop) in mindering te doen strekken op het gevonden tabelbedrag eigen aandeel kosten van kinderen. Deze aanbeveling kan er in bepaalde gevallen toe leiden dat er geen behoefte meer resteert waarin de ouders moeten voorzien. In een dergelijk geval is er dus geen aanleiding voor het opleggen van een onderhoudsbijdrage ten laste van de andere niet-verzorgende ouder (vgl. Rapport alimentatienormen januari 2015, blz. 8).
Haagse lijn
• Rb Den Haag wijkt in zes uitspraken af van richtlijn van Expertgroep alimentatienormen! • Ook rechtbank Noord-Holland volgt Haagse lijn
(10) Schorsing uitvoerbaarverklaring bij voorraad • Voor een appellant bestaan er twee mogelijkheden om tot schorsing van de executie te komen: – 1. een verzoek tot schorsing bij de appelrechter op grond van art. 351 Rv/360 Rv, en – 2. een verzoek tot schorsing in kort geding op grond van art. 438 Rv.
De maatstaf van de toetsing in hoger beroep (art. 351 Rv/360 Rv • (i) de verzoeker moet belang hebben bij de door hem verlangde schorsing van de tenuitvoerlegging; • (ii) bij de in het licht van de omstandigheden van het geval te verrichten afweging van de belangen van partijen moet worden nagegaan of het belang van degene, die schorsing verzoekt, bij behoud van de bestaande toestand tot op het rechtsmiddel is beslist, zwaarder weegt dan het belang van de andere partij om de door hem verkregen veroordeling direct ten uitvoer te leggen en • (iii) bij deze belangenafweging dient de kans van slagen van het aangewende rechtsmiddel in de regel buiten beschouwing te blijven.
De maatstaf van de toetsing in kort geding artikel 438 Rv •
In een executie kort geding kan de staking van de tenuitvoerlegging slechts worden bevolen, indien de rechter van oordeel is dat de executant, mede gelet op de belangen aan de zijde van de geëxecuteerde die worden geschaad, geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid om in afwachting van de uitslag van het hoger beroep tot tenuitvoerlegging over te gaan. Volgens de Hoge Raad is daarvan sprake indien: (1) het vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag berust of (2) indien de tenuitvoerlegging van de executie op grond van na het vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan, waardoor een onverwijlde tenuitvoerlegging niet langer kan worden aanvaard.
(11) Verkoopprijs echtelijke woning • Patstelling doorbreken • . Er zijn verschillende manieren om deze (in kort geding) te doorbreken. Zo kan de rechter op grond van art. 3:174 BW onder bepaalde omstandigheden een deelgenoot machtigen om tot verkoop over te gaan en daarbij voorwaarden stellen, zoals een te hanteren bodemprijs. Ook kan een deelgenoot in kort geding worden bevolen om in te stemmen met het te koop aanbieden van de woning of met een concrete verkoopovereenkomst, zulks vooruitlopend op een verdeling op de voet van art. 3:185 BW.