www.imso.be
België – Belgique P.B. 1820 Steenokkerzeel 2/3432
TWEEMAANDELIJKSE UITGAVE
Nr. 5 - 28ste Jaargang September - oktober 2008 REVUE BIMESTRIELLE
N° 5 – 28ième Année Septembre - Octobre 2008
UIT EN THUIS AMICALEMENT VOTRE
Verantwoordelijke uitgever : Editeur Responsable : IMSO-team Vanheylenstraat 16 1820 Melsbroek
Uitgiftekantoor : Bureau de distribution : 1820 Steenokkerzeel
IIN NH HO OU UD DS ST TA AF FE EL L // S SO OM MM MA AIIR RE E Overzicht
3
Nieuws
4
Verslag R.I.M.S. congres 2008
5
Op de Wip
9
Interview met Pol Heughebaert
10
Uitslagen puzzel et sudoku
13
Daguistap naar Bokrijk
16
In memoriam Luc Simons
17
Dialoogvergadering van 23 september 2008
18
Feestkalender 2009
24
Verjaardagen ‐ anniversaires
29
Rapport du congrès du RIMS en 2008
31
Luxe et divertissement à la côte belge
35
Travailler pour les personnes S.E.P.
37
Réunion du groupe Dialogue du
38
Calendrier 2009
41
Résultat sudoku
42
Solutions Puzzle
47
IMSO 2008/5
2
OVERZICHT
Het jaarlijkse RIMS-congres vond dit jaar in België plaats. U krijgt hier de nodige uitleg door iemand die erbij was. Zoals elk jaar trok ook deze keer I.M.S.O. voor een dagje op reis. Het werd het “Openluchtmuseum” van Bokrijk. Een bezoek aan en een wandeling tussen de huisjes stond op het programma. Of het een succes werd, leest u elders in het nummer dat vόόr u ligt. Dat de werkgroep ‘Dialoog’ actief is, bewijst hij met een kort verslag van zijn besprekingen. Een rake bijdrage “Kaarsen” laat niet onverschillig. Albert houdt een in memoriam voor zijn overleden collega,oud-kinesist Luc Simons. En interviews nemen we voortaan van patiënten af. En dat is boeiend. De eerste in de rij is Paul Heughebaert. In het Kursaal van Oostende gebeurt er af en toe ook wel eens wat. Lees. De puzzels en sudoku’s van de nummers 3 en 4 krijgen hier hun beslag.
A.W.
N.B. Vergeet niet de I.M.S.O. jaarkalender te raadplegen.
IMSO 2008/5
3
Overleden
Nous ont quitté
Mevrouw Elsie VAN GOETHEM Geboren te Hamme op 10 maart 1953 Overleden te Tienen op 14 augustus 2008
De heer Edouard TIELEMANS Geboren te Mechelen op 21 september 1941 Overleden te Hever op 1 september 2008
De heer Frans VAN der PERRE Geboren te Okegem op 7 maart 1929 Overleden te Okegem op 21 maart 2008
Geboorte- Naissance geen
IMSO 2008/5
4
Verslag R.I.M.S- congres 2008 te Leuven Het dertiende jaarlijkse R.I.M.S. (Rehabilitation in MS)-congres werd dit jaar van 8 t.e.m. 10 mei door het Nationaal MS-Centrum Melsbroek georganiseerd en ging door in de Universiteitshallen van Leuven. R.I.M.S. is een internationale multidisciplinaire organisatie die een groep actieve Europese MS-centra verbindt rond het thema revalidatie bij MS via bijeenkomsten van speciale interessegroepen (S.I.G.’s) rond bepaalde thema’s zoals mobiliteit, blaasproblemen of sociale integratie en participatie, en een jaarlijks congres. Het thema van deze bijeenkomst betrof: ‘Streven naar een goede praktijk in MS-zorg en revalidatie’ en ging door onder een stralende lentezon. Verschillende sprekers uit binnen- en buitenland gaven voordrachten over MS-gebonden thema’s zoals de recente medische vooruitgang in behandeling en zorg, kwaliteitscontrole, het gebruik van klinische paden in de revalidatie, de kost van levenskwaliteit en tewerkstelling. In de tekst die hierna volgt kan u proeven van enkele thema’s en activiteiten die aan bod gekomen zijn. Donderdag 8 mei Op donderdagnamiddag konden de deelnemers een keuze maken uit een interactief bezoek aan het Nationaal MS-Centrum te Melsbroek of één van de drie workshop in Leuven. Voor het bezoek aan het centrum waren een veertigtal gegadigden ingeschreven die in kleinere groepjes verdeeld werden en elk een fictieve patiënt vertegenwoordigden. De deelnemers werden eerst door Dr. Ilsbroukx ingeleid in de geschiedenis en de werking van het centrum, en het opzet van het bezoek. Nadien namen zij hun rol als patiënt op en kregen het benodigde hulpmiddel om zich die namiddag te verplaatsen. Een aan de patiëntencasus aangepast revalidatieprogramma werd hen bezorgd, wat als leidraad diende om kennis te maken met de verschillende revalidatiediensten (inclusief verpleging). Dit gebeurde aan de hand van het zelf ervaren wat bepaalde behandelingsmethoden zoals o.a. rolstoeltraining, transfertraining, hydrotherapie, neuropsychologisch onderzoek en IPV inhouden. Daarnaast bestond de mogelijkheid om meer informatie over de therapieën en revalidatievisie te verzamelen aan de hand van mindmap-posters in de gangen, computerpresentaties en videomateriaal op de standen van de verschillende diensten die bemand werd door therapeuten die hun beste Engelstalige beentje voorzetten. Op het einde van dit bezoek stapten de genodigden uit hun patiëntenrol, kregen een klein aandenken cadeau en werden per bus naar Leuven gebracht voor welkomstreceptie in de Universiteitshal. Diezelfde namiddag vonden er parallel ook drie workshops plaats in Leuven. De ene handelde over ‘Tewerkstelling en MS’ waarbij zowel externe als interne sprekers hun bijdrage leverden. Thema’s zoals ergonomie, cognitieve moeilijkheden en overleg met werkgevers werden uiteengezet aan de hand van theoretische kaders en concreet IMSO 2008/5
5
geïllustreerd met gevalsbesprekingen. Ook het thema “stress en stressreductie” kreeg de nodige aandacht aan de hand van een voordracht over mindfulness. De deelnemers kregen hierbij de gelegenheid zelf een korte geleide meditatieoefening te ervaren. De workshop bracht heel wat stof tot inspiratie en uitwisseling teweeg op het vlak van een tewerkstellingsbevorderende aanpak. De tweede workshop handelde over ‘MS-urologie’. Hier werden de geïnteresseerden ingewijd in de principes van neuro-urologie en urodynamisch onderzoek, zenuwstimulatie als behandeling voor plasproblemen tengevolge van een overprikkelbare blaasspier, vroegtijdige detectie en bekkenbodemspierrevalidatie. De derde workshop handelde over ‘Technische hulpmiddelen voor mobiliteit met praktische demonstraties van verschillende types rolwagens en een vergelijking van de terugbetalingssystemen in de verschillende Europese landen. Vrijdag 9 mei Tijdens de eerste wetenschappelijke ochtendsessie verzorgden verschillende binnen- en buitenlandse sprekers een update over de recente vooruitgang in de behandeling van MS. Prof. Bénédicte Dubois (B) beet de spits af met een bijdrage over de huidige stand van zaken i.v.m. immunomodulerende behandelingen, waarna Dr. François Bethoux (USA) sprak over intrathecale baclofen o.a. bij personen met een bewaarde stapfunctie. Dr. Guy Nagels (B) gaf tenslotte een interessante uiteenzetting over het evalueren van cognitieve functies a.h.v. electrofysiologisch onderzoek. Al deze presentaties kregen extra luister door hun locatie in de historische promotiezaal waar in het dagelijkse universitaire leven de doctoraatsverdedigingen en promotieceremonies plaastvinden. Na een koffiepauze was er een plenaire lezing geprogrammeerd met eerst een uitgebreid overzicht over de wetenschappelijk gebaseerde aanpak van urologische problematiek door Prof. Marianne De Seze (F). Nadien was er tijd voor een hartige broodjeslunch en het bezichtigen van de wetenschappelijke posters die verschillende aspecten uit het actuele revalidatieonderzoek belichtten. In de namiddag kwam het thema ‘Goede praktijk in MS zorg’ aan bod. Christophe Thalheim (B) stelde de website van het Europees MS-Platform voor waar bijv. Europese aanbevelingen voor MS-behandeling en zorg gebundeld staan. Binnen deze organisatie wordt momenteel gewerkt aan het schrijven van richtlijnen voor palliatieve zorg in MS. Claudio Solari (I) gaf een lezing over de moeilijkheden bij het vinden van gemeenschappelijke uitkomstparameters en meetinstrumenten om het effect van revalidatie te vatten. Dit blijft ondanks de toename aan onderzoek op dat vlak immers de grote uitdaging in de revalidatiegeneeskunde. An van Nunen (B) verzorgde nadien een uiteenzetting over het Klinisch Pad dat in het NMSC ontwikkeld werd voor het traject van revalidatie van gehospitaliseerde personen met MS binnen de conventie. Nadien kwam mevrouw Bernadette Porter (UK) aan de beurt met een spreekbeurt over een project van telegeneeskunde waarbij personen uit meer afgelegen gebieden in het IMSO 2008/5
6
Verenigd Koninkrijk advies kunnen krijgen van een MS-verpleegkundige of neuroloog door plaats te nemen in een hiervoor ontworpen cabine voorzien van computer en videocamera. De patiënt kan online vragen stellen en zo nodig bepaalde zaken tonen. De hulpverlener aan de andere zijde stelt bijkomende vragen of geeft opdrachten die voor de camera moeten worden uitgevoerd, zodat vragen kunnen worden beantwoord en de behandeling verder kan worden bijgestuurd. Na een welkome tas koffie kwamen de SIG’s (Special Interest Groups) samen rond elk hun specifieke onderwerpen. De SIG ‘Social Integration en Participation’ bijvoorbeeld nam de instrumenten voor het bepalen van revalidatiedoelen onder de loupe met bijdrages uit Spanje, Finland, Verenigd Koninkrijk en België. Deze concrete demonstraties leverden een aanzet tot het uitwisselen van ervaringen met verschillende methodieken in de dagelijkse revalidatiepraktijk. Na de Algemene Vergadering werden de congresgangers uitgenodigd voor een diner waar het internationaal gezelschap kon genieten van de heerlijke producten uit de Belgische keuken, in het elegante kader van het Groot Begijnhof in Leuven. Zaterdag 10 mei Zaterdagochtend startte met een blok van platformpresentaties waarbij jonge onderzoekers de kans kregen hun wetenschappelijke activiteiten uit de doeken te doen. Zo werd er bijv. een interessante voordracht gegeven over de noodzaak om de informatie die men aan patiënten geeft, ook te onderwerpen aan wetenschappelijke toetsing zoals men voor geneesmiddelen doet. Het betreft immers een belangrijk deel van de MS-aanpak en heeft naast een bepaald effect ook mogelijke nevenwerkingen. Vanuit het Verenigd Koninkrijk werd een boekje voor jongeren met informatie over MS voorgesteld. Het is bedoeld voor kinderen van personen met MS. We maakten ook kennis met een computerpakket (Neurotrax) dat met slechts zeer beperkte input van een neuropsycholoog, de cognitieve functies meet. De palliatieve zorgaspecten bij MS kwamen aan bod in een voordracht over de zorg voor personen met chronisch progressieve MS. Hier werd gesteld dat een tijdig detecteren van de nood aan palliatieve expertise bij bijv. pijn en spasticiteit cruciaal zijn voor een snelle en adequate aanpak van deze specifieke problematiek. Nadien volgde nog een presentatie over het effect van T.E.N.S. (Transcutane Electrische Zenuwstimulatie) t.h.v. handspieren op motorische functie en gestoorde gevoeligheid in de hand. De eerste resultaten toonden een mogelijke toename van de sensibiliteit in de hand, zonder echter een verbetering van de handfunctie. Prof. Gisela Koebelt (F) gaf na dit blok een boeiende uiteenzetting over de ‘Burden of MS’ wat zoveel betekent als ‘De last van MS’. Er werd gesproken over de “Qualy” (Quality Adjusted for Life measure) die steeds meer gebruikt worden in economische studies over de kost van MS-zorg en geneesmiddelenonderzoek. Hiermee wordt bedoeld dat men de kwaliteit van leven gaat uitzetten tegen de tijd. Zo kan bijv. de introductie IMSO 2008/5
7
van een nieuw geneesmiddel mogelijks een winst in jaren betekenen zonder evenwel winst op te leveren of zelfs verlies aan kwaliteit te veroorzaken. Na een koffiepauze werd de rest van de voormiddag gewijd aan het thema “Tewerkstelling en MS”. Vincent de Groot (NL) gaf een boeiende uiteenzetting over het inschatten van de functionele prognose in een vroeg stadium van de ziekte. Nadien kwam Stephan Ilsbroukx (B) aan de beurt die een overzicht gemaakt had van wat er aan tewerkstellingsprojecten bij MS in de regio Vlaanderen-Nederland georganiseerd geweest is afgelopen jaren (Interreg en Intro-DM). Na een korte samenvatting van de ervaringen hiermee werd ook even in de toekomst gekeken. Éen van de conclusies betrof de interesse van verschillende actoren (revalidatiecentra, VDAB, ATB) om de arbeidssituatie tijdig aan te kaarten bij de werkgever om snel tot arbeidsbehoudende of bevorderende aanpassingen te komen. Wie hierbij in de toekomst een coördinerende functie zal opnemen (disability case manager) blijft nog een punt van discussie. Als laatste sprak Michelle Messner Uccelli (I) over een multinationale studie over de beïnvloedende factoren bij tewerkstelling van personen met MS waarbij knelpunten zoals cognitieve moeilijkheden en vermoeidheid, maar ook de impact van overheidsondersteunende tewerkstellingsmaatregelen onderstreept werd. Inmiddels was het publiek weer toe aan een hartig broodje om nadien met een laatste dosis aandacht naar een blokje interessante platformpresentaties te luisteren. Er werd gesproken over gangevaluatie en evenwichtstraining met biofeedback. Ook werd een toestel voorgesteld (Smart Balance Master) waarbij de patiënt onmiddellijk informatie teruggekoppeld krijgt over hoe hij bepaalde evenwichtsoefeningen uitvoert. Op deze manier wordt hij zich bewust van wat er fout loopt en kan terplekke bij het oefenen zien hoe hij ver hij staat in het compenseren van deze problemen. Verder in de thematiek van mobiliteit werd gesproken over het verband tussen de krachtmetingen in kniebuigers en – strekkers met functionele testen (stappen, trappenlopen). Ook werden voorspellende factoren bij zelf-gerapporteerde moeilijkheden betreffende mobiliteit belicht om tenslotte nog even bij het urologische luik terecht te komen met een voorstelling door Prof. Dirk de Ridder over de positieve resultaten van een studie over de levenskwaliteit van personen met een overactieve blaas die behandeld werd met tolderidone (Detrusitol). Na deze stevige wetenschappelijke boterham werd nog een verfrissend afscheidsdrankje aangeboden. Ondertussen had de stad zich kleurrijk en creatief “In scène” gezet voor een groots straattheaterfestival dat de langblijvers onder de congresgangers de rest van het WE verder zou kunnen boeien. Dat het 13e R.I.M.S.-congres in deze prachtige lenteopflakkering kon plaatsvinden was deugddoend voor zowel gasten als organisatoren. De bijeenkomst werd zowel w.b. organisatie en wetenschappelijke inhoud, als qua sfeer als geslaagd beoordeeld en gaf deelnemers uit binnen- en buitenland een krachtige injectie aan inspiratie en energie om de kwalitatieve MS-zorg verder uit de bouwen. An van Nunen IMSO 2008/5
8
OP DE WIP Een Imso-bijeenkomst is elke keer een gezellige en ongegeneerde bedoening. Het is iets waar de patiënten naar uitkijken en waar ze dagen tevoren over kunnen kletsen. Ze voelen er zich in hun knollentuintje, maar eens zover is het gezellig samenzijn al te vlug voorbij en komt voor velen weer de grote leegte . Gelukkig gaat I.M.S.O eens per jaar voor een hele dag de hort op voor haar jaarlijkse uitstap met lunch en avondeten .Zo bezochten we al de kust, Gent, Nederland (Alphen aan de Rijn,Middelburg, Neeltje Jans). Dit jaar ging het naar Bokrijk. Het werd weer héél goed. Bij alle activiteiten wordt als het effe kan rekening gehouden met externen en internen . Maar er is zoveel méér. De organisatie steunt de patiënten ook op financieel vlak. Zo betaalt ze een deel van bepaalde medicijnen terug, want langdurig ziek zijn is een luxe die niet iedereen zich kan permitteren. En voor veel patiënten scheelt dat de spreekwoordelijke slok op de borrel. Met allerlei acties wordt er geld bijeengebracht en gelukkig zijn er nog andere mensen actief op dat gebied. Als je ineens een financiële injectie van 30.000 € krijgt, ben je voor een tijdje onder de pannen. De vzw Sporthuis is zo’n groep en kan niet genoeg geprezen worden. “Maar “ zegden de Duitsers in W. O. II “ der Feind hört mit. “ Dat terecht bejubeld getal werkt als een rode lap op een stier. En iedereen wil zijn graantje meepikken. “Die patiënten “denken ze “zitten flink in de slappe was. We motte, zoals de regering, die vette winsten afromen en belastingen heffen.” En wie is de pineut, wie is er het haasje en wie is de klos? Heel juist, beste lezer, het bekende Mattheus-effect. De rijken worden rijker en de armen armer. Zo kan alleen iemand met een verzekering een privékamer betalen. Dit is al onethisch, want zo’n verzekering dient niet om de schulden van de kliniek te helpen ophoesten, maar het wordt nog veel leuker. Door die exuberante prijzen stijgen immers de premies en wie betaalt die? Als je ouder bent dan 65 lentes, betaal je bij Ethias al méér dan 600 €. Het is steeds hetzelfde treurige verhaal, van Cambodja tot Chili en van Amarillo tot Melsbroek City. En op Thebaans trompetgeschal wordt I.M.S.O ook al niet meer onthaald. Ons vroegere kantoor werd verbannen naar een aardedonker, bloedheet hol onder de postmoderne lichtkoepel achter de cafetaria en naast de gaskamer. Deze onderaardse krocht van Hades is enkel te bereiken via een gammele, halsbrekende lift uit het stenen tijdperk. We zitten nu op een symbolische drie meter van …..de uitgang. Als je als m.s.-patiëntenvereniging nu al welkom bent in een m.s.-kliniek, dan gaan we wel heel erg ver. André Werelds IMSO 2008/5
9
Interview met Pol Heughebaert
Op vraag van de redactie was Pol zo vriendelijk volgende vragen te beantwoorden: Je hebt MS sinds vele jaren? Hoe is dit bij je allemaal begonnen ? ’t Begon zo rond 1976. Na. een stevige en felle fietstocht van rond de 20 km ervoer ik dat ik bij het afstappen van mijn fiets wat moeite had om te bekomen en weer stevig op mijn benen te staan. In die tijd speelde ik graag met klasgenoten voetbal. Ik was doelman. Na 15 min. stopte ik noodgedwongen omdat niets meer lukte en ik moe begon te worden. Ik voelde dat er iets diep fysisch fout zat. Ik had er zo’n schrik van en duwde het weg want ik was iemand die enthousiast vooruit wou. Regelmatig kwam die vermoeidheid terug en met kine werd het verholpen. Stapje na stapje werd het erger. Na een half jaar echt op mijn tenen lopen als leraar in de klas werd het, na een licht ongelukje voor thuis, erger. De huisarts verwees me door naar het Universitair ziekenhuis Antwerpen, waar ze vonden dat ik MS had. Officieel vanaf juni 1989. Het benoemen van mijn moeilijkheden was verademend. Nu kon ik bewuster beter zorg dragen voor mijn lichaam. Heb je met de ziekte kunnen leven ? ’t Is niet gemakkelijk geweest, maar ik moest en wou zo positief mogelijk doorgaan. Ik koos na verloop van tijd om geen suiker en geen vlees meer te eten. Ik eet volwaardig, vetarm en toch calorierijk omdat ik me er goed bij voel en het niet belastend is. Al bij al weet ik er mee te leven. Mijn vrouw vroeg een plaats aan in het Nursinghome in Berchem. Een goed initiatief om mijn doen wat in te perken en zo toch nog veel te kunnen doen. Toen ik een plaats kreeg heb ik dat rap geaccepteerd. Een verlichting voor mij omdat ik weg was uit de drukte thuis waar ik niet meer mee kon en mij daar lastig bij voelde. Verlichting ook voor mijn vrouw en 3 kinderen die mij niet meer altijd in het oog moesten houden, mijn lastig voelen niet meer mee moesten dragen. De zaterdag, kiezen we nog steeds bewust om samen thuis te zijn. Geniet ik rustig er te zijn en samen thuis te eten. IMSO 2008/5
10
Ik ga stilletjes achteruit, geniet van wat ik nog kan en blijf het zo lang mogelijk doen. ‘k Weet dat ‘t minder zal worden. ’t Hoort jammer genoeg bij de ziekte. Kome wat komt. Ben je nog sociaal ingeschakeld ? Met dat ik in Kapellen woonde, palend aan de andere kant van GrootAntwerpen, is het gewoon Antwerpen doorkruisen om van het Nursinghome in Berchem naar thuis in Kapellen te gaan. Als ik het fysisch aankan, doe ik dat graag per lijnbus. Met het openbaar vervoer rijden is mijn manier om andere oorden op te zoeken. Mensen helpen mij dan graag om met mijn rolstoel op een lage bus te geraken. Zo kan ik ook nog naar de groepen gaan waar ik voordien bij was. Stilaan moet ik daar een keuze in te maken wat ik wil en kan doen. Op zondag ga ik naar de mis in ’t Universitair Ziekenhuis Antwerpen. Ik zet me daar voor in en lees de 1de lezing voor. Prachtig om zo een mis te vieren dicht bij de mensen in de moeilijke situatie in hun leven. Ze putten er echt kracht uit. Na de mis praat ik even met sommigen tot ze terug naar hun kamer worden gebracht. Mooi vind ik dat en zo beleef ik wat ik studeerde, nl. godsdienstleraar, op mijn manier. Je volgt ook al jaren externe revalidatie. Hoe voel je je daarbij ? Sinds 1994 kom ik 2 keer per week als externe patiënt naar de ms-kliniek in Melsbroek. ‘t Is mooi om in een kenniscentrum rond MS te komen en behandeld te worden. Mooi ook om samen met lotgenoten te zijn die er ook het beste van proberen te maken, ondanks hun MS. Ook al is dat nu bij mij vooral het levendig houden van wat nog is. Iedereen op zijn eigen terrein, die in Melsbroek werkt, probeert daaraan behulpzaan mee te werken. Prachtig toch! Je bent een vaste kant van het cybercafé. Heeft je dat wat bijgebracht ? Ik ben heel blij dat die faciliteit er is. Vooral om te mailen en er te ontvangen. Niet voor verhaaltjes die algemeen of wat flauw zijn en te veel tijd innemen voor mij, vind ik. Ik mail naar mensen om langst die weg in contact te blijven met hen. Ik vond het prachtig om mijn kinderen zo aan te moedigen in hun examenperiode, dingen te melden aan mijn vrouw en ook aan kennissen iets te schrijven. Soms ook om iets op internet op te zoeken. IMSO 2008/5
11
Heb je een hobby ? Ik voel me rustig goed bezig met heel veel kleine dingen. Zo neem ik al jaren dagelijks de luchtdruk op om in voeling te staan met het weer, de natuur. Dat spreekt mij heel sterk aan. Openbaar vervoer vind ik prachtig om mijn wereld te verruimen door mensen te bezoeken en voeling te hebben met wat bij hen leeft. E-mail is een toffe manier om met bekende in contact te treden. Op de computer zet ik me ook in om zinvol werk te verrichten voor anderen. En soms speel ik FreeCell om wat te ontspannen. Mocht je een persoon uitnodigen voor een etentje, wie zou dat dan zijn ? Dat doe ik eigenlijk weinig. Soms nodigt iemand van mijn vrienden me uit om eens te gaan eten en om rustig bij te praten. Welke is je geliefde stad? Waarom? ’t Is niet zo dat ik een geliefde stad heb. ‘k Vind het leuk ergens te rollen. Zo echt in de binnenstraatjes dicht bij het alledaagse leven, soms bij dingen van vroeger te vertoeven, ook in parken en in de natuur vertoef ik graag en laad ik mij op. Zo’n kleine, wat verdoken rustige plaatsjes vind ik tof. In Heuvelland aan de kemelberg, juist naast Ieper en de geboorteplaats van mijn vader zaliger, vind ik mijn wortels terug. Met al die oorlogskerkhoven en in dit landbouwsgebied, voel ik me heel goed. Welk is je geliefd gerecht ? Eigenlijk eet ik alles, op zo’n natuurlijk mogelijk manier klaar gemaakt. Het gewone is al goed. Ik eet graag veel groenten en soms kies ik voor Italiaanse gerechten als pizza, deegwaren,.... Geen wijn, want mijn lever kan daar niet tegen. Geen noot want met mate geniet ik van het Belgische eten. Mocht je kiezen, in welke periode zou je het liefst leven of geleefd hebben ? Ik leef graag in het nu. Omdat ik in het nu kansen kan opnemen om mezelf te zijn en me te ontplooien in wie ik ben. Er het beste van maken en dat is de opdracht voor iedereen, Ms-patiënten en anderen die deze ziekte niet hebben. Pol Heughebaert
IMSO 2008/5
12
PUZZELS EN SUDOKU Nummer 3 Puzzel Correcte antwoorden kregen we van: Frieda Clemens,Lieve Hillewaert, Vicky Maes,Hubert Paulissen,M.-L. Peetermans,Madeleine Petrus, Albert Smet,Simone Steels en Michel Thils,Christophe van Lint, Rita Verbeke. Fout waren : Hilde Voet : “airo” i.p.v. “aero” Karin Leliveld : “eli” i.p.v. “ali” Dominique Doms maakte verscheidene fouten . Lieve Hillewaert gaat met onze bon van 30 € aan de haal. Proficiat. Sudoku : We kregen 16 correcte antwoorden : Kristel de Gryse,M.L.de Kinder, Alfons Roosen,, Kristin Seyssens,Albert Smet,Simone Steels,Willy Pasteels,Hubert Paulissen, Anniq Peeters, Alfons Roosen,Michel Thils,Walter van den Branden,Yvan van Laere, Nicole van Vlasselaer, Rita Verbeke, Paula Verhaegen. De oplossingen van Freddy Franckaert en Karin Leliveld waren foutief . De winnaar heet Yvan van Laere Gelukgewenst. Wie zijn naam hier niet aantreft, is ofwel géén patiënt of heeft zijn ledenbijdrage niet betaald.
Nummer 4 Puzzel Hubert Paulissen De winnaar was correct, héél vlug en duidelijk, want alleen. Sudoku: Freddy Franckaert, Hubert Paulissen Alfons Roosen, Michel Thils, Rita Verbeke. De winnares heet Rita Verbeke. Proficiat.
IMSO 2008/5
13
Kaarsen Het schijnt dat er de laatste tijd in Vlaanderen nog dertien procent katholieken zijn die zondags of toch geregeld naar de mis gaan. Dit betekent meteen dat 87 procent in een zwart gat zit. Ze geloven niks meer, maar hebben er blijkbaar wel nood aan. Wat doe je trouwens zonder perspectief. In de jaren' 60 pasten ze daar al een mouw aan door een overdreven interesse voor Oosterse filosofie en mystiek. Zelfs de muziek werd aanbeden. De Beatles haalden de sitar boven, deden lange kleren aan en haalden Ravi Shankar binnen, een andere vorm van religie. Daarna was er nog flower power, make love no war. En toen was het de beurt aan een overdreven belangstelling voor New Age, je weet wel het tijdperk van de Waterman,the age of Aquarius. .
De christelijke kerk werd vervangen door de sekten die in de jaren '80 het niet meer zagen zitten en dus maar collectief zelfmoord pleegden. Hebben we in de jaren '90 ook zo'n vervangmiddel? Jawel, beste lezer, elk gat wordt opgevuld. Zo heb ik onlangs gesproken met iemand die nogal veel kaarsen verkoopt. Vroeger waren we blij als we een eindje kaars in huis hadden op het ogenblik dat de elektriciteit uitviel. Mijn tante gebruikte ook soms kaars om de naald van haar naaimachine minder stroef te maken. Tegenwoordig gebruiken we deze lichtverspreiders voor allerlei doeleinden. We verdrijven er rook mee, houden er schotels mee warm of ontsteken ze gewoon voor de gezelligheid. Je hebt er geen idee van hoeveel soorten er tegenwoordig bestaan. Ik onderneem hier een poging om een flauw licht te werpen op het hele winkeltje. Je hebt: theelichtjes, dompelkaarsen, stompkaarsen, gedraaide kaarsen, drijfkaarsen, geurkaarsen, graflichtjes, kerklichtjes, kaarsen in bolvorm, blokkaarsen, kaarsenorgels, piramidekaarsen. Ik ben er onlangs zelfs weer een gewone tegengekomen. Dan zijn ze ook nog in alle geuren en kleuren beschikbaar. En elk jaar verschilt de modekleur.
IMSO 2008/5
14
Niemand bepaalt die bij voorbaat maar toch heb je steeds weer één kleur die erboven uittorent. "André, jong, als ik die kleur vooraf zou kennen, hoef ik zelfs de lotto niet te winnen. Met Pasen is de kleur altijd geel, maar met Kerstmis heb je er geen idee van. Zo heb ik eens een karrenvracht rooie gekocht en ze moesten er allemaal blauwe hebben. Het succesproduct van de laatste jaren is echter de noveenkaars. Ze brandt negen dagen en negen nachten en zit in een plastic omhulsel. De mensen geloven niks meer, maar steken wel jaarlijks enkele kaarsenfabrieken in de fik. Wij leveren natuurlijk wat ze willen. Elke heilige die je maar kan verzinnen staat erop afgebeeld. Zo is pater Damiaan veel gevraagd. Bij de jeugd is er tegenwoordig een Don Bosco-rage. En ons absolute succesnummer is de heilige Rita. Die moet ook ergens goed in zijn. Ze is verantwoordelijk voor de helft van mijn omzet." "Beschermster in alle hopeloze gevallen." antwoordde ik op deskundige toon. "Had ik het niet gedacht" riep hij uit "de kaarsen met haar beeltenis zeilen als Brusselse wafels met crème fraîche de deur uit. Ik vond het al zo verdacht dat er tussen de aankoopredenen geen flauw verband was te bespeuren. Sommigen vroegen om gemakkelijke vragen bij de examens. Terwijl zij op hun luie krent zaten, lieten ze de kaars het werk doen. Anderen waren ongeneeslijk ziek. Nog anderen brandden bij voorbaat, just in case. De ene was zijn hond kwijt en de andere wilde dat zijn zaak beter floreerde. 11 De winkelbel rinkelde. Een klant kwam binnen, vroeg iets, kreeg het en rekende af. Toen hij buiten was, wilde ik weten wat hij was komen halen. "Een doos met vijftig noveenkaarsen." zei hij gelaten. "Ter ere van wie?" vroeg ik. "Van de heilige Michaël" opperde hij. Vroeger rookten ze Saint-Michel en nu branden ze kaarsen voor hem. Waarvoor zou die nu weer zijn lans gebruiken ?" informeerde hij nieuwsgierig. "Om er de draak mee te steken ?" suggereerde ik. André Werelds N.B. De verkoper is zo gewiekst dat hij zelfs een eskimo een koelkast zou verlappen. IMSO 2008/5
15
Daguitstap I.M.S.O. 06/09/2008 50 jaar Bokrijk. Daar hoort een bruisend thema bij. “Aan tafel ’t is feest” Het hele jaar door viert Bokrijk samen met zijn bezoekers dit jubileum. Feestvieren? Onze voorouders konden er wat van. Tijdens de museumevenementen brengen 25 acteurs de dorpsfeesten anno 1908 tot leven. Kleurrijke optochten, muziek, lekker eten en drinken…. Het domein “Bokrijk” werd onderverdeeld in 3 grote delen. Oost-Vlaanderen: Mensen aan het werk. Kempen: Aan tafel ’t is feest. Haspengouw: Het leven zoals het was 100 jaar geleden. De deelnemers van Imso werden bij aankomst verwelkomt met een tas koffie en vlaai. Nadien kregen wij gezelschap van de ervaren gidsen. Samen in kleinere groepen brachten wij een bezoek aan het domein. In de “Landarbeiderswoningen Meulebeke” werden wij vergast op een proeverij. (soepje,broodje en versnapering) Bij de verschillende haltes aan enkele woningen kregen de bezoekers een zeer deskundige uitleg over de tijd van toen. Na het afscheid van de gidsen konden wij van 14.00 uur tot 17.00 uur een vrij bezoek brengen aan het domein. Om 17.00 uur mochten wij ons bezoek afsluiten in het “Dennenhof,” waar ons een lekker feestmenu werd aangeboden. Iedereen keerde nadien terug naar huis met een rijke fantasie aan onze voorouders. Een zeer geslaagde uitstap zonder regen !!! IMSO 2008/5
16
In memoriam Luc Simons. Op 25 augustus ll. is Luc Simons, na een jarenlange strijd, rustig, heel stil heengegaan. Zijn persoonlijk-, sportief- en professioneel leven is altijd zeer intens, één-en-al actie geweest. In de jaren 70 kwam Luc als laatstejaarsstudent in onze dienst Kinesitherapie terecht in het kader van zijn eindwerk. Hij voelde zich direct thuis in ons team en het klikte ook onmiddellijk met de patiënten. Maar ook wij erkende dadelijk de bijzondere kwaliteiten van Luc. Zijn leergierigheid en vindingrijkheid, zijn vermogen tot empathie, zijn tomeloze energie en zijn altijd aanwezige humor, wat was het aangenaam te werken met Luc in ons team. Luc bleef enkele jaren in ons centrum. Gezonde ambitie en een onuitputtelijke energie zorgden ervoor dat zijn bescheiden opgestarte privépraktijk binnen de kortste keren zo'n vlucht nam dat hij een keuze moest maken. Hij heeft echter altijd een nauwe band met de kliniek behouden. In al die jaren heeft hij vele, vele ms-patiënten in- en rond Brussel deskundig behandeld en begeleid. Maar, misschien nog belangrijker, als medemens was hij begaan, bracht hij begrip op voor de dag-dagelijkse problemen en moeilijkheden waarmee zijn patiënten te kampen hadden. Begin 2004, in de volle kracht van zijn leven, sloeg het noodlot toe. De confrontatie met die levensbedreigende aandoening was hard. Luc heeft zich met al zijn energie verzet, hij heeft gevochten met de moed der wanhoop. Maar hij wist maar al te goed wat hem op het einde van de rit te wachten stond. Echter, Luc wilde de tijd die hem nog gegund werd zomaar niet lijdzaam ondergaan. Gelukkig ondervond hij veel steun van zijn vrienden, zijn patiënten, zijn famillie en vooral van Gerda, zijn echtgenote. De strijd was ongelijk en het onvermijdelijke kwam genadeloos op hem af. Opstandigheid? neen, aanvaarding? dat toch ook niet. Luc besefte, wat gelaten misschien, dat zijn levenseinde eraan kwam... Maar zijn aparte humor heeft hij altijd behouden. Rustig, de laatste dagen heel stil, is Luc van ons heengegaan. Een goede vriend heeft ons verlaten. Maar in onze herinneringen, in onze gedachten zal Luc zijn plek blijven houden. Albert Keersmaekers.
IMSO 2008/5
17
Dialoogvergadering van 24 september 2008
Aanwezig: Elke De Smet, Karin Leliveld, Patrick De Meyer, Roger Staes, Mau Vanden Eede, André Werelds, Arne Wyckmans, dokter Ketelaer, Mieke De Medts, Gaël Spruyt. Duur van de kiné- of ergotherapie behandeling. Het pijnpunt van de 30 minuten-therapie bestaat nog steeds. Een zeker percentage van de mensen heeft 3 kwartier (of zelfs een uur?) kiné of ergo. Over hoeveel mensen gaat het hier ongeveer? En op basis van wat kan iemand hier aanspraak op maken? Bevoordeelt dit dan niet vooral de meer mondige patiënten, die het makkelijkst hun eigen noden kunnen en durven vertolken? Meestal wordt er geklaagd over de korte kiné, maar ook de ergotherapie mag voor best wat mensen langer. Zo is het b.v. moeilijk om veel te bereiken op een half uurtje wanneer iemand moet leren een computer te bedienen via kinbesturing: de installatie van het materiaal, het opstarten van de programma’s en de juiste positionering voor de patiënt, nemen al een serieuze brok van de beschikbare tijd in beslag… Daarnaast blijven dezelfde opmerkingen bestaan: 30 minuten op papier kan in de praktijk regelmatig slechts 20 minuten betekenen o.w.v. verschillende redenen eerder aangegeven. Opvallend is dat laattijdig beginnen (of vroegtijdig stoppen) van therapieën veel vaker voorkomt na pauzes, n.l. ’s ochtend de eerste therapie, na 10 uur, en na de middagpauze: patiënten op die uren zijn soms quasi systematisch hun eerste 5 minuten kwijt. Patiënten merken op dat het gejaagdere tempo bij sommige therapeuten ook betekent dat er minder ruimte komt voor een individuele aanpak: het ‘lopende bandwerk’ fenomeen. Dr. Ilsbroukx meldt dat vanaf het nieuwe jaar deze punten zulle geregeld worden en dat de patiënten die hiervoor in aanmerking komen terug drie kwart uur kine of ergo zullen hebben. Deze maatregel vraagt nog enige op puntstelling met het revalidatieteam. Groepstherapieën vallen vrij regelmatig weg, zeker tijdens de vakantieperiode. Dit heeft begrijpelijkerwijze te maken met de verloven van therapeuten, en het IMSO 2008/5
18
ontbreken van stagiairs. Maar kan dit niet (tenminste deels) door interims worden opgevangen? Dr. Ilsbroukx antwoordt hierop dat de revalidatieconventie werkt met een vaste dagprijs en de uitvoering van bijkomende therapieën bij afwezigheid van personeelsleden moeten aangepast worden aan de personeelsbezetting (de recent aangepaste vermindering van de werkduur van het personeel vanaf 45 jaar komt een goede personeelsbezetting niet ten goede). Aansluitend bij het vorige punt blijft de communicatie over wegvallende therapieën eerder gebrekkig. Dit durft zeker ook wel meer gebeuren tijdens de vakantieperiodes, en dan zeker bij de groepstherapieën, die als minder belangrijk dan individuele therapie lijken beschouwd te worden (b.v. kinesisten van groepstherapie naar individuele doorschuiven bij ziekte collega). Alleen voor wat betreft de hippotherapie bestaat er duidelijkheid: geen therapie tijdens de schoolvakanties (spijtig genoeg!). Dat er niet altijd vervanging mogelijk is, is een spijtige, doch begrijpelijke zaak – zolang het een uitzondering blijft-, maar vaak lijkt het onthaal niet op de hoogte van het wegvallen van een therapie. Verschillende therapieën (zoals de Dialoog) worden nog altijd niet systematisch meegedeeld aan het onthaal. Ook verlof en ziekte van personeel kan toch gemeld worden aan het onthaal? Toch lijken Brigitte & co niet altijd even goed op de hoogte. Wat is de huidige planning rond de nieuwe tevredenheidsbevraging bij ambulante patiënten? Gezien de voorziene omschakeling van de revalidatieprogramma’s vanaf begin 2009 is het op dit ogenblik niet wenselijk om een nieuwe tevredenheidsbevraging uit te voeren. Aan de directie zal worden voorgesteld om deze te verschuiven naar maart of april 2009. Wat zijn de vooruitzichten voor wat betreft de klinische paden, en worden de patiënten hier bij betrokken? Op dit ogenblik is het volgens Dr. Ilsbroukx niet wenselijjk om klinische paden in te voeren voor de ambulante zorg. Dit kan enkel gebeuren na de heraanpassing van de revalidatieprogramma’s voor ambulante patiënten. Enkele relaxzetels blijven welkom in het revacentrum: de trek naar boven blijft voor velen een afstand die ze niet al te veel willen overbruggen. Aan Mr. Sablon zal gevraagd worden om hier werk van te maken en zorgen dat de beschikbare relaxzetels op verschillende plaatsen in de cafetaria en in het revalidatiecentrum zullen worden voorzien. IMSO 2008/5
19
De overgang van de vroegbegeleiding en gehospitaliseerde werking naar de ambulante werking lijkt voor sommige mensen soms wat moeilijk te verlopen. Patiënten lopen hierin soms wat verloren. De idee betreffende de invoering van een soort peter-/meterschap hierin geen hulp kunnen bieden. Tenslotte wordt er naar aanleiding van vele problemen i.v.m. ziekenhuishygiëne gevraagd om Mia Notebaert, verantwoordelijke verpleegster ziekenhuishygiëne uit te nodigen op een volgende zitting. Volgende vragen zullen haar kortelings worden voorgelegd: - Wat zijn de huidige, correcte regels voor handhygiëne tijdens de bedeling van de middagmaaltijd? Enerzijds lijken de latex handschoenen weinig praktisch (wegens het groot aantal mensen dat op relatief korte termijn moet geholpen worden), en kunnen deze, volgens sommigen, voor een onaangename smaak bij het voedsel zorgen. Anderzijds is het ook niet zo evident om boterhammen met een vork en mes te eten: een smos in kleine stukjes gesneden is immers niet zo appetijtelijk. Wanneer wordt voor welke oplossing gekozen, en heeft de patiënt hier medezeggenschap in? - Ook bij de kiné lijken de voorschriften niet zo duidelijk: sommige kinesisten gebruiken consequent handschoenen, anderen (de meerderheid) zelden of nooit. Wanneer dit dan wel gebeurt, zijn patiënten dan ook begrijpelijk ongerust. Welk zijn dan de indicaties die ertoe leiden dat kinesisten handschoenen dragen? Voor wat betreft het gebruikte materiaal stellen sommigen ook vragen: zijn de behandeltafels wel altijd even proper, nadat 3-4-5 patiënten erop gelegen hebben. Wat ook met b.v. het hoofdkussen, wanneer je voorganger een fervent gebruiker is van haargel,of misschien zijn/haar haar al lang niet meer gewassen is geweest. (wat vaak niet de keuze is van de persoon in kwestie) - Op andere vlakken is de logica rond hygiëne ook niet altijd even duidelijk. Zo moeten de sponsen balletjes voor de kinbesturing in het cybercafé wel steeds zuiver zijn, maar lijken de toetsenborden helemaal niet onderhevig aan strenge hygiënevoorschriften. - In het algemeen: voor welke specifieke redenen dienen de verschillende maatregels, en is er ook een merkbaar effect ergens meetbaar op b.v.incidentie van het aantal besmettingen? Zijn deze maatregelen ook van toepassing in nadere ziekenhuizen of gebeuren deze maatregelen in het kader van een onderzoeksproject ? IMSO 2008/5
20
LACHEN
IS
GEZOND
* Jantje bracht de dag door bij zijn oma. Hij was zo braaf dat zij na een uur zei: - Omdat je zo braaf bent krijg je een stuk chocolade. - Het werd tijd, antwoordde de deugniet, want ik kan het bijna niet meer uithouden ! ********** * Een jongetje zit in de trein tegenover een andere jongen die verschrikkelijk scheel ziet. Hij zit hem een hele tijd aan te kijken en zegt dan: - Mijn broertje kan dat ook, maar niet zo lang. ********** * De fiere vader liep de bank binnen om een spaarrekening te openen voor zijn pasgeboren dochtertje; maar hij was in de war toen hij het vakje " Beroep " moest invullen. Na enige aarzeling schreef hij het volgende neer.... " W e k k e r " ********** * Kleine Bert leert fietsen. Met veel moeite slaagt hij erin om een tiental meter zigzaggend te rijden en komt in aanrijding met een voetganger. - Jongen toch ! roept die. Kun je niet bellen? - Jawel, stotterde Bert, maar fietsen nog niet. ********** * Piet: Waarom neem jij een foto van je mama en je papa mee naar school ? Jan: Omdat de directeur gezegd heeft dat hij mijn ouders eens wou zien.
Voor u verzameld door JaM
IMSO 2008/5
21
VRIEND EN VRIENDSCHAP
Als voor je kijken je bang maakt En als achter je kijken je triest maakt Kijk dan naast je ! Daar sta IK ...
Heel veel dingen zijn overbodig maar vriendschap heb je nodig
Een blik, een woord, een stille wenk elkaar zo kennen is een geschenk
Liefde is bovenal ... jezelf geven
Je bent perfect voor mij, zelfs met je gebreken
Wie zichzelf kent, veroordeelt niemand
Door vriendschap wordt vreugde verdubbeld en verdriet gedeeld Voor u verzameld door JaM
IMSO 2008/5
22
---- PUB HENDRIKS
IMSO 2008/5
23
Feestkalender 2009 II..M M..SS..O O.. M ME EL LSSB BR RO OE EK K
Zaterdag 14 Februari
Mosselfeest - I.M.S.O.
Zaterdag 11 April
Bedeling Pasen - I.M.S.O.
Zaterdag 25 April
Kippenfestijn - Rotary
Zondag 26 April
Zwemmarathon Swimso - I.M.S.O.
Zondag 10 Mei
Moederdag - I.M.S.O.
Zaterdag 06 Juni
Koud Buffet Patiënten - I.M.S.O.
Zondag 14 Juni
Vaderdag - I.M.S.O.
Zondag 30 Augustus
Barbecue - I.M.S.O.
Zaterdag 12 September
Uitstap Patiënten - I.M.S.O.
Zaterdag 10 Oktober
Mosselfeest - I.M.S.O.
Woensdag 11 November
Pannenkoekenbak (Kap. o/d Bos)
Zaterdag 12 December
Kerstfeest - Rotary
Vrijdag 1! December
Bedeling Kerstmis - I.M.S.O.
Deze kalender, opgemaakt op 01.10.2008 kan nog gewijzigd worden IMSO 2008/5
24
----- PUB DRUKKERIJ 1/2
----- PUB ORTHOPEDIE
IMSO 2008/5
25
IMSO 2008/5
26
Nieuwe puzzel Nederlands
IMSO 2008/5
27
ANTWOORD OP DE SUDOKU N° 5
Uitslag van N°3 en 4 worden vermeld op pagina 13.
N° 6 U kan 30 € winnen indien U ons het juiste antwoord toestuurt voor 20 november 2008. Indien meerdere deelnemers het juiste antwoord vinden zal een loting beslissen wie de 30 € zal winnen. Stuur uw antwoord naar Christel Kempeneers, IMSO Vanheylenstraat 16, 1820 Melsbroek.
IMSO 2008/5
28
ANNIVERSAIRES - VERJAARDAGEN
November/Novembre
IMSO 2008/5
BAL Hendrik (Van Bulck Ilonka)
BOOM
1951 11 07
CANIPEL René
ERPE-MERE
1949 11 15
CEUPPENS Mevr.Maria A. G
HOFSTADE/ZEMST
1931 11 14
DE BROECK Jan
ELEWIJT
1950 11 26
DE BRUYNE Katleen
VOORDE
1950 11 27
DE BUYSER Wilfried
KAPELLE o/d BOS
1954 11 11
DEBAY Ern. (Clospain)
SIRAULT
1932 11 08
DELLAERT Maria
ANTWERPEN 5
1948 11 22
DOBBELAERE Mevr. Paula
SCHOTEN
1945 11 25
GARDENER Sarah
LOMMEL
1974 11 23
GHYSEBRECHTS Cecile
ZWIJNDRECHT
1933 11 26
HILLEWAERT Mevr. Lieve
MALDEGEM
1927 11 24 1978 11 29
KRAGHMANN Fanny
ROOSDAAL
LANGHENDRIES Veronique
SCHILDE
1942 11 21
MERCI Mr. Albert
WILSELE
1947 11 17
MERCKX Jaak
GRIMBERGEN
1942 11 28
MOERMANS Willy
LANAKEN
1952 11 13
NAPOLI Ruggero
LODELINSART
1964 11 10
PALME Alice (Buisset J-J)
BRUSSEL
1930 11 16
PEETERS Annicq
ENGSBERGEN
1963 11 07
ROOSEN Alfons
LUMMEN
1945 11 28
SCHENAERTS Annie -
KRAAINEM
1945 11 24
SEGERS - DE BOEL
ASSE
1946 11 04
SEYSSENS Kristin
ZONNEGEM
1961 11 10
SURLA Mira
WOLUWE St.PIERRE
1940 11 18
VAN BULCK Joanna (Peeters
RUMST
1940 11 27
VAN CLAPDURP Viviane
AARTSELAAR
1954 11 19
VAN LAERE Yvan
KEERBERGEN
1943 11 09
VAN LINT Christophe
BRECHT
1971 10 31
VANDER VORST Dhr. Jan
NEDEROKKERZEEL
1932 11 01
WILKIN Louis
RIXENSART
1917 11 26
WILS François
RUMST
192811 21
29
December/Décembre
IMSO 2008/5
ADAM Mme Marie Reine
WOLUWE
1949 12 12 1953 12 02
AERTS Maria S F
MINDERHOUT
BETS L. (Engels D.)
HEVER
1945 12 07
BRESSELEERS Mevr.Maria
OLEN
1948 12 13
CASSEAU R. - BARBIER
BIERBEEK
1953 12 25
CHARELS Marcella (Matthys W.)
HEVERLEE
1947 12 20
DE BUYST Marcelle (De Neef
BRUXELLES
1952 12 25 1942 12 06
DE GRAEF Stefanie
VILVOORDE
DE KINDER Marie-Louise
GROOT BIJGAARDEN
1951 12 15
DE MEESTER Dhr. Bruno
ANTWERPEN 2
1954 12 11
DE ROOVER Marie-Jeanne
WESPELAAR
1930 12 31
DE WINNE Eddy
ST.KATELIJNE WAVER
1960 12 14
DEBEFVE Nicole
ERPE-MERE
1939 12 05
DECOCK Jacq. (Grietens M.)
NETHEN
1938 12 20
DURENNE Bruno
KONINGSLO-
1964 12 14
GEERAERTS Rosa
KAGGEVINNE
1951 12 31
GODTBIL Nathalie
ZEMST
1974 12 24
GOYVAERTS Mevr. Irma
GRIMBERGEN
1944 12 31
GROSSEN Eric
SCHERPENHEUVEL -
1959 12 22
HENNEBEL Colette (Desmet
MELIN
1947 12 25
HOEGAERTS Stanislas
B0UWEL
1948 12 07
JANSSENS Viviane
WOLVERTEM
1954 12 14
KEMPENEERS Mevr. Christel
NEDEROKKERZEEL
1965 12 30
KERSCHEN Jean-Claude
BRUXELLES
1954 12 26
LAMBERT Mevr. Simone
UKKEL
1928 12 21
MACORS Mireille (Michaux)
ERQUELINNES
1943 12 08
MARIEN Simonne
GRIMBERGEN
1937 12 11
PLUMAT Dhr. Pierre
GILLY (Charleroi)
1945 12 03
SARIDAKI Eleni
PERONNES-LES-
1959 12 30 1951 12 21
SCHREY Josiane
MECHELEN
STEELS Simonne (Van
ZELE
1948 12 16
TARLIZOS Sotiris
ANTWERPEN
1964 12 13
VAN DE STAEY Dhr.François
WEZEMAAL
1938 12 29
VAN DEN BEMPT M. (Van der
SCHILDE
1961 12 10
VAN DEN BERGH Maria (Nijs
TIELT
1944 12 09
VAN DEN EYNDE Tonny
BOUWEL
1944 12 08
VAN LAERE Mevr.Sonja
NIEL
1963 12 01
VANDEN EEDE Mau
MEISE
1954 12 08
VANDENBERGEN Julien
LINKEBEEK
1926 12 01
VANDERMEEREN H.
WATERMAEL-
1925 12 07
VANHAMEL Nadia
HOBOKEN (Antw.)
1972 12 24
VERHAEGEN P. (Laurens)
BOOISCHOT
1948 12 07
VERHELST Mevr. Paula
MOERZEKE (Hamme)
1937 12 20
VERHOEVEN Mevr. Patricia
MECHELEN
1953 12 02
30
Rapport du congrès du R.I.M.S. 2008, à Leuven. Le treizième congrès annuel du R.I.M.S. (Rehabilitation in MS) a été organisé cette année par le Centre National de la Sclérose en Plaques de Melsbroek, et s’est tenu du huit au dix mai 2008 aux halles universitaires de Leuven. Le R.I.M.S. est une organisation internationale multidisciplinaire qui relie entre eux une série de centres européens affectés au traitement de la sclérose en plaques, autour du thème de la réadaptation. Au moyen de l’organisation de réunions annuelles de groupes organisés, qui ont pour thèmes la mobilité, les problèmes vésicaux ou l’intégration et la participation à la vie sociale. Le thème de cette année s’intitulait : « Tentatives pour une bonne pratique de soins et de réadaptation en sclérose en plaques ». Différents orateurs de chez nous et de l’étranger prirent pour thème les avancées récentes dans le traitement et les soins, le contrôle de leur qualité, l’emploi de « sentiers cliniques » dans la réadaptation, et le coût de l’amélioration de la qualité de vie et du maintien au travail. En voici un aperçu. Le jeudi 8 mai. L’après-midi, les participants furent invités à choisir entre deux formules : soit une visite interactive du centre national de la sclérose en plaques de Melsbroek, soit un des trois ateliers qui se tenaient à Leuven. Ils furent une quarantaine à s’inscrire pour Melsbroek. Ils y furent partagés en plusieurs groupes, dont chacun représentait un patient fictif. Les participants furent d’abord informés par le docteur Ilsbroukx de l’historique du centre, de son fonctionnement, et de l’objectif de la visite. Ensuite ils endossèrent leur rôle de patients et reçurent les aides matérielles pour se déplacer au cours de l’après-midi. Un programme de réadaptation adapté à leur cas leur fut attribué. Il servit de fil conducteur pour les familiariser avec les services de réadaptation, y compris le service de nursing. L’intention était de leur faire prendre conscience de ce que comportaient les méthodes de traitement : l’entraînement en chaise roulante, l’entraînement aux transferts, l’hydrothérapie, l’examen neuropsychologique. Il était possible également de glaner des informations sur les thérapies et les concepts thérapeutiques à l’aide de panneaux placés dans les couloirs, à l’aide de présentations par ordinateurs et par vidéo, et à l’aide des stands des divers services, où les thérapeutes exhibèrent leur meilleur anglais. À la fin de la visite, les invités sortirent de leurs rôles de patients, reçurent un petit cadeau commémoratif, et furent ramenés à Leuven par autobus, pour une réception d’accueil aux halles universitaires. Au cours de ce même après-midi, il y eut parallèlement trois ateliers aux halles : l’un d’eux portant sur l’emploi et la sclérose en plaques, au cours duquel des orateurs, tant belges qu’étrangers, firent leurs interventions. Des thèmes comme l’ergonomie, les possibilités cognitives, les entretiens d’embauche furent analysés sur base sur base de cadres théoriques, et illustrés concrètement par des examens de cas cliniques. IMSO 2008/5
31
Le thème du stress et de la réduction du stress ne furent pas oubliés et abordés par un exposé sur le « mindfullness ». À cette occasion, les participants purent expérimenter un exercice court de méditation dirigée. Cet atelier apporta inspiration et échange d’idées quant à la prise en charge du malade en vue de sa mise au travail. Le deuxième atelier concernait l’urologie de la sclérose en plaques. Ici, les intéressés furent initiés aux principes de l’examen neuro-urologique et urodynamique, à la stimulation pour pallier aux problèmes de miction provenant d’un muscle vésical trop excitable, au diagnostic précoce, et aux exercices des muscles du plancher pelvien. Le troisième atelier traitait des aides techniques concernant la mobilité, avec des démonstrations pratiques sur les différentes chaises roulantes, et une comparaison entre les systèmes de remboursements dans les divers pays européens. Vendredi 9 mai Le matin, lors de la première session scientifique, les orateurs autochtones et étrangers proposèrent une mise à jour des avancées récentes dans le traitement de la sclérose en plaques. Le professeur Bénédicte Dubois (B) entama les débats avec une contribution sur l’état actuel des connaissances en matière de traitements immunomodulateurs. Le docteur François Bethoux (USA) parla du Baclofène intrathécal, administré, entre autres, chez les patients ayant conservé la marche. Le docteur Guy Nagels (B), enfin, développa les dernières avancées sur l’évaluation des fonctions cognitives au moyen de l’examen électrophysiologique. Ces présentations reçurent toutes une bonne audience, d’autant plus grande qu’elles étaient prestées dans la salle historique des promotions où, dans la vie universitaire journalière, les défenses de thèses de doctorat et les cérémonies de promotion avaient lieu. Après, une pause café eut lieu une séance plénière, comportant un aperçu détaillé de la prise en charge scientifique de la problématique urologique par le professeur Marianne de Sèze (F). Le temps d’un lunch sympathique était ensuite venu, et celui de l’examen des panneaux scientifiques, qui donnèrent une idée de la façon dont les examens de réadaptation se passent actuellement. Dans l’après-midi, on aborda le thème des bonnes pratiques en matière de soins. Christophe Thalheim (B) nous proposa de visiter le site informatique de la plateforme européenne de la sclérose en plaques qui comportait, entre autres, les recommandations pour les soins et les traitements. Dans ladite organisation, on travaille actuellement à la rédaction de directives en ce qui concerne les soins palliatifs en sclérose en plaques. Claudio Solari (I) parla des difficultés à trouver des paramètres et des instruments de mesure communs pour estimer la valeur de la réadaptation. Ce point reste toujours, malgré la pléthore d’examens, le grand défi en médecine de réadaptation. An van Nunen (B) prit pour thème les « sentiers cliniques » développés au centre national de la sclérose en plaques de Melsbroek, au sujet du parcours de réadaptation des patients IMSO 2008/5
32
hospitalisés dans le système dit de la « convention ». Suivit Madame Bernadette Porter, parlant d’un projet de « télémédecine » où les malades de régions éloignées du Royaume Uni étaient à même de recevoir les conseils d’une infirmière spécialisée en S.E.P., en prenant place dans une cabine ad hoc, pourvue d’un ordinateur et d’une caméra. Le patient pouvait poser ses questions en ligne et, si besoin, pouvait montrer ce qui pour lui était difficile à réaliser. Le dispensateur de soins de l’autre côté posait des questions supplémentaires ou donnait des consignes qui devaient être exécutées devant la caméra, de sorte qu’il puisse être apporté réponse aux questions posées par le malade et que le traitement puisse avoir un suivi. Après une pause café bienvenue, les SIG’S (Special Interest Groups) se rassemblèrent, chacun autour de son sujet spécifique. Le SIG « Social Integration and Participation », par exemple, mit sous la loupe les instruments devant servir à déterminer les buts de la réadaptation. Ceci par des contributions venant de l’Espagne, de la Finlande, du Royaume Uni et de la Belgique. Ces démonstrations concrètes donnèrent le signal de départ d’un échange d’expériences entre les diverses méthodologies dans la pratique de la réadaptation. Après la réunion générale, les congressiste furent invités à un dîner, où l’assemblée internationale goûta à la délicieuse cuisine belge, dans le cadre élégant du Grand Béguinage de Leuven. Samedi 10 mai Le samedi matin prit son envol par un ensemble de présentations de plateformes, où de jeunes chercheurs eurent le loisir de présenter leurs activités scientifiques. Il y eut, par exemple, un intéressant exposé traitant de la nécessité de soumettre les informations données aux patients au contrôle scientifique comme cela se fait pour les médicaments car cela concerne une grande partie de la prise en charge des patients SEP et que cela a, à côté d’un effet thérapeutique, des effets secondaires. Du côté du Royaume Uni, on présenta un livre destiné aux enfants de personnes atteintes de sclérose en plaques. Nous fîmes également connaissance avec un système informatique qui mesure les fonctions cognitives, où l’intervention du neuropsychologue restait limitée. Les aspects palliatifs des soins arrivèrent sur la sellette dans un exposé concernant les personnes atteintes de la forme progressive de la SEP. Ici, il fut établi qu’une détection rapide de la nécessité d’une expertise en matière de soins palliatifs lors de, par exemple, douleur et spasticité, était cruciale pour une prise en charge adéquate de cette problématique spécifique. Suivit encore une présentation sur les effets du TENS (Stimulation électrique des nerfs au travers de la peau) au niveau des muscles de la main, avec visée sur les fonctions motrices et sensitives perturbées de celle-ci. Les premiers résultats montrèrent la possibilité d’une amélioration de la sensibilité de la main, mais, hélas, sans amélioration de sa fonction. Le professeur Gisela Koebelt (F) donna un exposé passionnant sur les « misères » de la SEP. Elle les désigna sous le nom de « Qualy » (Quality Adjusted for lifemeasure). IMSO 2008/5
33
Elles sont de plus en plus employées dans les études économiques sur le coût des soins et des examens en SEP. En d’autres termes, il faut étaler la notion de « qualité de vie »sur un certain laps de temps. Ainsi se peut-il que l’introduction d’un nouveau médicament puisse représenter un gain en années, sans cependant représenter un gain en qualité, ou même se peut-il qu’il représente une perte en qualité. Après une pause café, le reste de l’après-midi fut consacré au thème de l’emploi en SEP. Vincent de Groot (Nl) fit un exposé passionnant sur l’estimation d’un pronostic fonctionnel à un stade précoce de la maladie. Puis vint Stefan Ilsbroukx pour nous donner un aperçu de ce qui avait été réalisé en matière d’emploi pour personnes atteintes de S.E.P. dans la région Flandre- Pays-Bas ces dernières années (Interreg en Intro-DM). Après un court résumé des diverses expériences à ce sujet, on se pencha sur l’avenir. Une des conclusions insistait sur l’intérêt des différents protagonistes (Centres de réadaptation, VDAB,ATB) de jouer en temps opportun auprès de l’employeur la carte du maintien au travail, ou celle de son adaptation. Qui, à l’avenir, va jouer le rôle de coordination (Disability Case Manager) ? Cela reste un point à discuter. Madame Michelle Messner Uccelli vint en dernier lieu pour parler d’une étude internationale sur les facteurs déterminants pour l’emploi des personnes atteintes de S.E.P. où elle mit l’accent sur les possibilités cognitives et la fatigabilité, mais aussi où les règles qu’il convient d’adopter pour inciter les autorités au soutien de l’emploi furent soulignées. Entre temps, le public fut de nouveau invité à une agape, puis à écouter une série d’autres présentations. On parla alors d’évaluation de la marche et d’entraînement de l’équilibre à l’aide du biofeedback. On présenta aussi un appareil (Smart Balance Master) où le patient reçoit instantanément l’information sur la manière dont il exécute certains exercices d’équilibre. De cette manière, il est informé immédiatement de ce qui ne va pas et peut savoir de combien il est éloigné de la bonne façon de faire. Plus loin dans cette thématique de la mobilité, on parla de la relation entre les mesures de force dans les fléchisseurs et extenseurs des genoux et des tests fonctionnels (Marche, escalier). On parla aussi de tests de pronostic lorsque des difficultés sont rapportées par les patients eux-mêmes. À nouveau le volet urologique avec une présentation du professeur Dirk de Ridder sur les résultats intéressants obtenus dans une étude de qualité de vie chez des personnes à vessie hyperactives traitées par Tolderidone (Detrusitol). Après ces solides tartines scientifiques, on nous offrit un drink d’adieu. Entre temps, la ville s’était parée de couleurs et transformée pour accueillir un festival de théâtre de rue. De quoi satisfaire les passionnés parmi les congressistes, qui purent en profiter pendant la fin de semaine. Le treizième congrès du R.I.M.S. s’est donc passé dans un florilège printanier. Tous les organisateurs et tous les hôtes s’en sont réjouis. Le congrès fut jugé une réussite, tant sur le plan de la science que sur les plans de l’organisation et de la bonne atmosphère. Il donna, tant aux participants de l’étranger qu’aux autochtones, de l’inspiration et de l’énergie pour continuer à bâter des soins de qualité aux patients atteints de sclérose en plaques. An van Nunen. (Traduction Yvon) IMSO 2008/5
34
Tourisme Côte belge LUXE ET DIVERTISSEMENT Avec ceux de Knokke et de Middelkerke, le Kursaal d'Ostende constitue l'un des lieux privilégiés du spectacle, du jeu, du strass et des paillettes de la Côte belge. Une tradition qu'il revendique depuis 1852. Car le bâtiment actuel est le quatrième du nom. Si vous bénéficiez de nos appartements du Coq ou de Westende, vous aurez sans doute l'occasion, lors d'une promenade à Ostende, de passer devant l'édifice. Lumière et verre Érigé sur une courbe de la digue de mer, le casino Kursaal d'Ostende est reconnaissable entre tous et visible de loin. Il est dû à l'architecte Léon Stijnen, qui a voulu y imprimer transparence et réduction. Le projet initial a toutefois subi nombre de modifications. Une profonde rénovation, entamée au début de ce siècle, souhaite cependant revenir aux sources. À l'intérieur, on peut admirer des œuvres murales de Paul Delvaux, des céramiques de Pierre Caille et des fresques de Marc Mendelsohn. De bois En fait, l'idée d'un casino kursaal à Ostende revient au premier roi des Belges, Léopold Ier. D'origine anglaise, il aimait retrouver dans son nouveau pays ses habitudes insulaires, passer ses vacances à la mer. Pour faciliter le voyage depuis Bruxelles, il n'hésita pas à stimuler la construction d'une ligne de chemin de fer, réalisée en 1838.
IMSO 2008/5
35
Les vacances au bord de mer trouvaient des adeptes parmi les têtes couronnées européennes de l'époque. Cet engouement incita les édiles ostendais à établir, au premier étage de l'hôtel de ville, un « Cercle littéraire » et un casino. Les touristes mais aussi les Ostendais allaient y danser, écouter des concerts et jouer. Un parc princier et un théâtre complétaient l'offre urbaine de divertissement à Ostende. Seul défaut du complexe: il n'avait pas « vue sur mer ». C'est en 1852 qu'un entrepreneur privé se lança dans l'aventure de la construction d'un deuxième kursaal, en bois, à l'emplacement de l'actuelle construction. Le bâtiment était simple, on pouvait y déjeuner, se rafraîchir, lire un journal et assister à un concert qui donnait l'occasion aux célébrités de l'époque d'étaler leur talent. La Ville du bord de Mer Mais c'est sous l'impulsion du « roi bâtisseur », Léopold II, que l'essor touristique d'Ostende prit son envol. Tous les terrains du bord de mer furent attribués à un notaire de Liège, Louis Delbouille, familier du roi Léopold II. L'un des collaborateurs du notaire était l'architecte Antoine Dujardin, autre bonne connaissance du roi. Les nouveaux lotissements accueillirent de nouvelles artères, nombre d'hôtels et de villas. Un nouveau casino vit le jour en 1878. Il dut faire place au mur de l'Atlantique, érigé par les Allemands durant la Seconde Guerre mondiale. C'est en 1953 que le casino actuel fut inauguré. Frans De Kuyssche
IMSO 2008/5
36
TRAVAILLER POUR LES PERSONNES ATTEINTES DE SCLÉROSE EN PLAQUES. J’habite un petit immeuble de huit appartements. Ce bâtiment comporte, comme il faut s’y attendre, de nombreux balcons (d’autant plus qu’il y a un bel étage), et lesdits balcons, de nombreuses ferronneries. Celles-ci rouillent à tirelarigot. Elles sont couvertes aussi de nombreuses traces de pollutions, acides et autres. Bref ! Il faut les rendre à nouveau jolies ; et surtout veiller à ce qu’on ne tombe du balcon à cause de sa vétusté, et ne se casse la figure ! De nombreux immeubles tombent dans ce cas de figure. Trêve de jeux de mots, voici où je veux en venir : dans mon immeuble, nombreux (je l’espère) sont les propriétaires d’appartement qui souhaitent entretenir la ferronnerie de leur balcon, où qui du moins y sont acculés. L’idée m’est venue que nous pourrions peut-être aider les personnes qui souffrent de sclérose en plaques. Comment ? Eh bien - peut-être est-ce une idée un tantinet saugrenue - en proposant aux propriétaires de biens immobiliers de faire exécuter le travail par un bénévole (compétent) et d’en verser la rémunération à l’IMSO (International multiple sclérose association) avec la mention « Don », suivie du prénom du prestataire du travail, et précédée de la date de naissance du débiteur (le propriétaire) ! Ledit propriétaire, outre d’un débours modeste, se verrait aussi gratifié d’une exonération d’impôts (si les sommes « données » atteignent 30 € sur l’année). Quand on ne peut pas donner d’argent, souvent on peut donner du travail. L’important, c’est de donner ! L’ajout du prénom du prestataire du travail est gratifiant car celui-ci serait averti du montant rapporté à l’IMSO ; et c’est un incitant pour déclencher une imitation de ce type d’action. Bien entendu, l’idée des ferronneries qui rouillent peut s’étendre à d’autres problèmes de bâtiments… . Et il n’y a pas que les bâtiments à prendre en considération pour notre propos, on peut faire bien d’autres choses. Attention, il y en a que je vois venir ! Au travail ! Yvon.
IMSO 2008/5
37
Réunion du groupe Dialogue du 24 septembre 2008
Présents : Elke De Smet, Karin Leliveld, Patrick De Meyer, Roger Staes, Mau Vanden Eede, André Werelds, Arne Wyckmans, Dr. Ketelaer, Mieke De Medts, Gaël Spruyt. Durée du traitement d’ergothérapie et de kinésithérapie. Le bât qui blesse des trente minutes que durent ces deux thérapies existe encore toujours. Un certain nombre de patients ont trois quart d’heure (ou même une heure ?) de kiné ou d’ergo. Combien de personnes ceci concerne-t-il ? À quel titre peuvent-elles y prétendre ? Est-ce que ceci n’avantage pas les patients les plus pro-actifs ? La plainte la plus fréquente est que la kiné est trop courte, mais pour pas mal de gens, l’ergo aussi. Par exemple pour l’apprentissage de l’usage d’un ordinateur avec commande au menton, une demi-heure, c’est court : l’installation du matériel, le démarrage des programmes, le positionnement correct du patient prennent déjà une bonne part du temps. D’où les mêmes remarques qu’avant restent d’application : le temps pour faire tout ceci fait qu’il ne reste que vingt minutes de traitement Il est frappant que des traitements commençant en retard ou se terminant tôt ont souvent lieu après les temps de pause, notamment le matin à la première thérapie, après dix heures et après la pause de midi. Les patients qui viennent à ces heures perdent presque toujours cinq minutes. Les patients remarquent aussi que le tempo rapide rend difficile, chez certains thérapeutes, la prise en charge individuelle des patients : le phénomène du « travail à la chaîne ». Le docteur Ilsbroukx annonce que pour la nouvelle année, les personnes pour qui c’est nécessaires recevront à nouveau des traitements de trois quart d’heure pour leur kiné et leur ergo. Cette règle demande encore quelques mises au point avec le team de réadaptation. Les thérapies de groupe tombent souvent à l’eau, surtout en période de vacances. A cause du manque de thérapeutes et de stagiaires. Ne pourrait-on alors engager des intérimaires ? Le docteur Ilsbroukx à ceci que la convention de réadaptation IMSO 2008/5
38
travaille avec un prix fixe à la journée et que pour ce motif il faut puiser dans le réservoir de personnel existant. (La diminution du temps de travail pour le personnel de plus de 45 ans rend ceci plus difficile). Le kiné de la thérapie en groupe est sollicité pour effectuer des traitements individuels en cas d’absence d’un collègue malade. Cons équence : pas d’hippothérapie pendant les vacances d’été. (Mais quel dommage). Que ce ne soit pas toujours possible d’avoir un remplaçant est admissible, à condition que cela ne soit pas la règle, mais l’exception. Et souvent l’accueil n’est pas au courant qu’une thérapie est tombée. Certaines thérapies (comme le groupe dialogue) ne sont toujours pas communiquées systématiquement aux patients à l’accueil). On pourrait aussi informer le patient de l’absence d’un membre du personnel (pour congé, maladie…). Quel est le calendrier actuel concernant l’enquête de satisfaction chez les patients externes ? On attend pour cette enquête car un changement est prévu dans les programmes de réadaptation au début de 2009. Il sera demandé à la direction de repousser celle-ci pour mars ou avril 2009. Quelles sont les perspectives en ce qui concerne les sentiers cliniques et est-ce que les patients y seront impliqués. Pour le moment, dit le docteur Ilsbroukx, il n’est pas souhaitable que les « sentiers cliniques »soient mis en route pour les patients externes. Cela ne pourra se réaliser qu’après que leurs programmes de réadaptation aient été revus. Quelques fauteuils relax sont toujours les bienvenus au centre de réadaptation : la montée vers la clinique reste difficile pour certains. Il sera demandé à Mr Sablon de placer ces fauteuils à la cafeteria et au centre. Le passage de l’activité des prises en charges précoce des hospitalisés vers le service externe semble difficile à certaines personnes Les patients qui sont dans ce cas sont parfois perdus. L’idée qui consistait à mettre en œuvre une sorte de parrainage est à creuser.
IMSO 2008/5
39
Dernier point : suite à beaucoup de problèmes d’hygiène hospitalière, Madame Mia Notebaert, infirmière responsable de l’hygiène dans notre clinique sera invitée à une autre séance d’information. Les questions qui suivent lui seront présentées prochainement. • Quelles sont les règles actuelles d’hygiène des mains pendant la distribution des repas de midi ? D’un côté, il semble que les gants en latex soient efficaces quand il faut servir un grand nombre de personnes dans un court laps de temps et ils présentent l’inconvénient de donner un mauvais goût à la nourriture. • D’un autre côté, il n’est pas pratique de manger une tartine avec un couteau et une fourchette. Et couper un tartine en petits morceaux n’est pas très appétissant. Quand va-t-on choisir, et pour quelle solution ; et est-ce que le patient sera consulté ? • A la kiné également, il semble que les prescriptions ne soient pas comprises clairement : certains kinés emploient des gants, d’autres (la majorité) rarement ou jamais. Si ces derniers mettent des gants, alors le patient est inquiet. Dans quels cas précis les kinés doivent-ils mettre des gants ? • Propreté du matériel (tables, etc). Les tables sont employées parfois par un grand nombre de patients sans être lavées. Les oreillers des tables de kiné … ? • Autres plans où la logique de l’hygiène n’est pas respectée. Les éponges des commandes mentonnières au cybercafé sont nettoyées, mais pas les touches des claviers En règle générale : pour quelle raisons spécifiques faut-il appliquer ces différentes règles d’hygiène et ont-elles un effet évident et mesurable sur l’incidence du nombre de contaminations ? Ces règles sont-elles d’application dans les hôpitaux proches ou feront-elles l’objet d’un projet d’investigation ?
Traduit par Yvon
IMSO 2008/5
40
C Caalleennddrriieerr 22000099
Samedi 14 février
Fête aux moules - I.M.S.O.
Samedi 11 avril
Distribution oeufs de Paques - I.M.S.O.
Samedi 25 avril
Swimmarathon - I.M.S.O.
Dimanche 26 avril
Festival du poulet - Rotary
Dimanche 10 mai
Fête des mères - I.M.S.O.
Samedi 06 juin
Buffet Froid Bénévoles - I.M.S.O.
Dimanche 14 juin
Fête des Pères - I.M.S.O.
Dimanche 30 août
Barbecue - I.M.S.O.
Samedi 12 septembre
Excursion Patients - I.M.S.O.
Samedi 10 octobre
Fête aux moules - I.M.S.O.
Mercredi 11 novembre
Journée des crêpes (Kap. o/d Bos)
Samedi 12 décembre
Fête de Noël - Rotary
Vendredi 18 décembre
Noël - I.M.S.O.
Ce calendrier rédigé le 01.10.2008 peut encore être modifié par la suite
IMSO 2008/5
41
SUDOKU N°4
Résultats : N°4 : nous avons reçu 10 bonnes réponses. Madame Lucette SCULIER habitant rue J. Lizon 11 à 7950 Huissignies (Chièvres) a gagné la récompense de 30 €.
N°5
Vous pouvez gagner 30 € en nous envoyant la réponse exacte avant le 20 septembre 2008 . Si plusieurs participants donnent la bonne réponse, le tirage au sort déterminera le gagnant. Envoyez votre réponse à Christel Kempeneers, IMSO Vanheylenstraat 16, 1820 Melsbroek.
II..M M..SS..O O.. M ME EL LSSB BR RO OE EK K IMSO 2008/ 4
42
PUZZLE Français
IMSO 2008/ 4
43
---- PUB HENDRIKS
IMSO 2008/ 4
44
DRUKKERIJ VAN WILDERODE ----- PUB ORTHOPEDIE ½
IMSO 2008/ 4
45
IMSO 2008/ 4
46
Oplossing puzzel nr. 4
Résultat du puzzle n° 4
Résultat puzzle français N°3 : les personnes suivantes nous ont adressées la bonne réponse : Madame Michèle Béduneau, Madame Idalie Dewar, Madame Marie-Rose Piquet et Mr. Luc Lemaire, nous sont parvenues. Madame Idalie Dewar habitant 45, allée des Marguerites à 4600 Visée a gagné la récompense de 30 €. N°4 : une seule personne nous a adressé la bonne réponse : Madame Michèle Béduneau,
IMSO 2008/ 4
47
Redactieraad / Comité de rédaction : P. BOBER, F. DE KUYSSCHE, Dr. P. KETELAER, Y. LEROY, F. LUYKFASSEEL, A. WERELDS, E. KAP.
Redactieadres / Adresse du bureau de rédaction : I.M.S.O. v.z.w. VANHEYLENSTRAAT 16 1820 MELSBROEK TEL. : 02/752.96.00 PATIENTEN/PATIENTS FAMILIE EN SYMPATHISANTEN FAMILLES ET AMIS STEUNENDE LEDEN/MEMBRES DE SOUTIEN
: :
€ 10 € 15
:
€ 25
DOOR STORTING OF OVERSCHRIJVING OP VOLGEND REKENINGNUMMER/A VERSER OU VIRER AU COMPTE : 310-0452575-59 OP NAAM VAN IMSO/AU NOM D'IMSO GRAAG VERMELDEN : RIJKSREGISTERNUMMER BTW - NUMMER OF GEBOORTEDATUM VEUILLEZ MENTIONNER VOTRE NUMERO DE REGISTRE NATIONAL, NUMERO TVA OU DATE DE NAISSANCE OPMERKING: GIFTEN VAN € 30 OF MEER GEVEN RECHT OP FISCAAL ATTEST. LIDMAATSCHAPSGELD DIENT EXTRA BETAALD TE WORDEN EN GEEFT RECHT OP HET TIJDSCHRIFT. (vb.€ 40 = gift + € 10 lidmaatschap) (voor niet-patiënten € 30 + € 15= € 45) ATTENTION : UNE ATTESTATION FISCALE SERA DELIVREE POUR LES DONS DE € 30 OU PLUS . (p.e. € 30 don+ € 10 = € 40 pour les patients/ € 30 don+ € 15 = € 45 pour les autres) LA COTISATION A VERSER EN SUPPLEMENT DONNE DROIT A L'ABONNEMENT DE LA REVUE.
TARIEF RECLAME / TARIF PUBLICITAIRE : 1/2 BLZ./PAGE : € 125 PER NUMMER/PAR NUMERO OF € 750 PER JAAR/PAR AN 1/1 BLZ./PAGE : € 250 PER NUMMER/PAR NUMERO OF/OU € 1500 EURO PER JAAR/PAR AN VOOR ALLERLEI INLICHTINGEN IN VERBAND MET LIDMAATSCHAPSGELDEN, AANKONDIGINGEN, RECLAME : NEEM CONTACT OP MET ONZE REDACTIE. POUR TOUT RENSEIGNEMENT A PROPOS DES COTISATIONS, ANNONCES OU PUBLICITES, VEUILLEZ VOUS ADRESSER A NOTRE SECRETARIAT.
IMSO 2008/ 4
48