Treasurystatuut
augustus 2014 Status Definitief Versie 1.0
Oasen N.V. Nieuwe Gouwe O.Z. 3 Postbus 122 2800 AC Gouda T 0182 59 35 30 www.oasen.nl Pagina 1 van 20
Treasurystatuut
augustus 2014 Status Definitief
Opdrachtgever Grietje van Zijl
Versie 1.0
Steller Arjan van Willigen, Rob van Heesch (Zanders)
Oasen N.V. Nieuwe Gouwe O.Z. 3 Postbus 122 2800 AC Gouda T 0182 59 35 30 www.oasen.nl Pagina 2 van 20
Inhoud Inhoud
augustus 2014
3
1
Inleiding
4
2
Doel en status treasurystatuut
5
2.1. 2.2. 2.3. 2.4.
Reikwijdte treasury Doelstellingen treasury Treasurystructuur Goedkeuring en wijziging
5 5 5 6
3 3.1. 3.2.
Externe en interne kaders Externe kaders Interne kaders
7 7 7
4 4.1. 4.2.
Treasury-organisatie Organisatie Treasuryfunctie Treasury Jaarplan
8 8 8
4.3.
Verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden
9
5
Cashmanagement en betalingsverkeer
11
6
Financieren
12
6.1. 6.2.
Doelstellingen Uitgangspunten en randvoorwaarden financieren
12 12
7
Uitzetten liquide middelen
13
7.1.
Uitgangspunten en randvoorwaarden
13
8
Renterisicomanagement
14
8.1. 8.2. 8.3. 8.4.
Inleiding Renterisiconorm Uitgangspunten renterisicomanagement Derivaten
14 14 14 14
BIJLAGE I: Tabellen
16
BIJLAGE II: Afkortingen en omschrijvingen
18
Treasurystatuut
Pagina 3 van 20
1
Inleiding Doel van het treasurystatuut van Oasen is het vastleggen van het formele kader voor alle activiteiten op het gebied van treasury. Het primaire doel van treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Hiertoe behoort de toegang tot de kapitaalmarkten, het beheersen van renterisico’s en het minimaliseren van de kosten van financiering. Oasen kiest, als maatschappelijke organisatie, voor een risicomijdend treasurybeleid. De activiteiten op het gebeid van treasury staan ten dienste van de kerntaken. In dit Treasurystatuut worden voor Oasen de uitgangspunten vastgelegd voor het te voeren treasurybeleid en wordt een beschrijving gegeven van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het kader van de treasuryfunctie. Dit statuut is vastgesteld door de Directeur. Het vervangt het treasurystatuut uit 2010.
Treasurystatuut
Pagina 4 van 20
2
Doel en status treasurystatuut
2.1.
Reikwijdte treasury Doel van dit Treasurystatuut is het vastleggen van het formele kader voor alle activiteiten op het gebied van treasury binnen Oasen. Het treasurybeleid geeft uitvoering aan de in het Treasurystatuut geformuleerde uitgangspunten die bijdragen aan de waarborging van de continuïteit van de onderneming en die ervoor zorgen dat de financiële positie wordt geoptimaliseerd. Het bestaat uit de uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten, de organisatorische en administratieve kaders, de informatievoorziening en de administratieve organisatie ter uitvoering van de treasuryfunctie. Voor een goed financieel beleid geldt tevens dat er voldoende maatregelen zijn getroffen voor een juiste inrichting van de administratieve organisatie, het opstellen van procedures en een goede interne controle. De bevoegdheden, taken en verantwoordelijkheden ten aanzien van de uitvoering van het financieel beleid zijn in dit statuut uitgewerkt. De formulering en vaststelling van het treasury beleid en de nadere uitwerking in (trans)acties op het gebied van treasury vindt, binnen de geldende kaders zoals aangegeven in dit Treasurystatuut, in de jaarplannen en (meerjaren)begrotingen van Oasen plaats.
2.2.
Doelstellingen treasury Oasen streeft naar een evenwichtig tariefbeleid. Deze doelstelling vertaalt zich in een beleid gericht op een zoveel mogelijk stabiel integraal watertarief, welke binnen het meerjarenperspectief trendmatig wordt aangepast. Dit alles binnen gestelde maatschappelijke, operationele en financiële randvoorwaarden De belangrijkste daarvan afgeleide doelstellingen voor treasury zijn:
Bewaken en zekerstellen van de financierbaarheid door tijdige en voldoende toegang tot de geld- en kapitaalmarkt op zowel korte als lange termijn;
Realiseren van passende financieringslasten door het minimaliseren van rentekosten en maximaliseren van renteopbrengsten binnen de daarvoor vastgestelde kaders; Signaleren, spreiden en reduceren van renterisico’s;
augustus 2014
2.3.
Signaleren, spreiden en reduceren van beleggingsrisico’s van overtollige liquide middelen;
Zorg dragen voor kosteneffectief en efficiënt betalingsverkeer;
Zorgdragen dat verplichtingen;
Onderhouden van goede investor relations met bestaande en potentiële financiers.
Optimaal kennis vergaren van middelen welke de treasury ten dienste kunnen staan (mits passend binnen het Treasurystatuut).
Oasen
te
allen
tijde
kan
voldoen
aan
haar
kortlopende
Treasurystructuur Om de treasuryfunctie in de organisatie goed te kunnen vervullen is een passend instrumentarium noodzakelijk. Dit instrumentarium is vervat in het zogenaamde treasurybouwwerk. Het treasurybouwwerk kent drie niveaus: Treasurystatuut, Treasury Jaarplan en treasury-uitvoering. Het operationele karakter neemt per niveau toe en het strategische karakter neemt per niveau af. Het treasurybouwwerk is gegrondvest op het financiële beleid van de organisatie. Het algemene financiële beleid vormt het fundament van het treasurybouwwerk. Het financiële beleid omvat onder andere de (bedrijfseconomische) normen en streefwaarden ten aanzien van financiële kengetallen zoals solvabiliteit, rentabiliteit, weerstandsvermogen, WACC e.d. De doelstellingen van het financiële beleid vinden hun weerslag in de begroting en de meerjarenramingen. De begroting en de meerjarenramingen leveren belangrijke kaders bij het formuleren van het treasurybeleid en de nadere uitwerking in (trans)acties. De drie niveaus van het treasurybouwwerk vormen met het financiële beleid een consistent geheel. Het beleid en alle (trans)acties op het gebied van treasury staan geheel ten dienste van de doelstellingen van het financiële beleid.
Treasurystatuut
Pagina 5 van 20
Strategisch
Treasurydoelstellingen
Financieel Beleid
Treasurystatuut
Treasuryjaarplan
Treasury-uitvoering
Operationeel
Figuur 1: Treasury bouwwerk
Het Treasurystatuut en het Treasury Jaarplan vormen vervolgens de kaders waarbinnen de uitvoering van alle activiteiten op treasury gebied plaatsvinden. Het Treasurystatuut treasuryfunctie.
dient
als
(strategische)
basis
voor
het
uitvoeren
van
de
Het Treasury Jaarplan beschrijft de treasurydoelstellingen voor de tijdsduur van een begrotingsjaar en wordt elk jaar geactualiseerd. Het Treasury Jaarplan wordt geschreven binnen de kaders van het Treasurystatuut. Het meest operationele niveau van het treasurybouwwerk is de daadwerkelijke uitvoering van het beleid en treasury(trans)acties zoals verwoord in het Treasury Jaarplan. 2.4.
Goedkeuring en wijziging Het Treasurystatuut en de eventuele wijzigingen daarop worden vastgesteld door de Directeur en vervolgens goedgekeurd door de Raad van Commissarissen van Oasen. Het Treasurystatuut heeft door haar aard en inhoud een langjarige werking. Het geldende Treasurystatuut wordt in ieder geval iedere vijf jaar geëvalueerd en, afhankelijk van de bevindingen, aangepast. In bepaalde omstandigheden, zoals bij wijziging van de interne en externe kaders, kan het noodzakelijk zijn het Treasurystatuut eerder te evalueren en aan te passen. De beoordeling van de noodzaak tot wijziging of aanpassing ligt bij de Directeur van Oasen. Het aangepaste Treasurystatuut treedt niet eerder in werking dan na vaststelling door de Directeur en vervolgens goedkeuring door de Raad van Commissarissen.
Treasurystatuut
Pagina 6 van 20
3
Externe en interne kaders
3.1.
Externe kaders De externe kaders van Oasen worden bepaald door de Drinkwaterwet en de daarbij behorende wettelijke regelingen. In dat kader
dient Oasen de voor drinkwaterbedrijven wettelijk bepaalde maximale WACC te hanteren. De hoogte ervan zal worden vermeld in het Treasury Jaarplan.
zijn Drinkwaterbedrijven gehouden aan een maximale solvabiliteit van 70%.
Daarnaast is het Beleidskader Derivaten d.d. 17 september 2013 van het Ministerie van Financiën van kracht. Hieraan zal door de Minister van Infrastructuur & Milieu nog nader invulling worden gegeven. 3.2.
Interne kaders Voor het treasurybeleid hanteert Oasen de volgende uitgangspunten:
Er wordt gestreefd naar een solvabiliteit van ongeveer 35%. Deze solvabiliteit wordt als volgt berekend: Nominaal kapitaal + algemene reserve Balanstotaal
* 100%
NV Oasen hanteert een risicomijdend beleid ten aanzien van treasury passend bij een maatschappelijke organisatie, die Oasen is.
augustus 2014
Treasurystatuut
Pagina 7 van 20
4
Treasury-organisatie
4.1.
Organisatie Treasuryfunctie De treasuryfunctie valt onder de verantwoordelijkheid van de Manager Finance & Control. De organisatie van de treasuryfunctie is als volgt: Raad van Commissarissen Audit Commissie Directeur
Manager Finance & Control
Teamleider Finance
Afdeling Finance
Figuur 2: Treasury-organisatie
4.2.
Treasury Jaarplan Jaarlijks wordt aan de hand van de meerjarenbegroting van Oasen een Treasury Jaarplan opgesteld. In het Treasury Jaarplan wordt op basis van de bestaande leningenportefeuille van leningen en de meest recente meerjarenramingen, binnen de kaders zoals vastgelegd in het Treasurystatuut, het treasury beleid voor het nieuwe begrotingsjaar vastgelegd. Het treasury Jaarplan vormt de basis van de mandatering aan de Directeur voor de uitwerking en invulling van de (trans)acties binnen het taakgebied van treasury. Hieronder volgt een opsomming van vaste onderwerpen die in ieder geval in het Treasury Jaarplan aan de orde moeten komen. Naast de vaste onderwerpen zullen, afhankelijk van de omstandigheden op dat moment, andere actuele onderwerpen aan de orde komen. Vaste onderwerpen:
Evaluatie van de treasury-activiteiten van het voorgaande jaar.
Financieringsbehoefte: - Liquiditeitsplanning korte termijn (minimaal 1 jaar vooruit); - Beschikbaarheid korte financiering (looptijd korter dan 1 jaar); - Liquiditeitsplanning lange termijn (minimaal 5 jaar); - Opgave van de gemiddelde looptijd van materiële vaste activa en financieringen; - Conclusie invulling financieringsbehoefte. Rente- en risicomanagement: - Huidig renterisicoprofiel (minimaal 5 jaar vooruit) (onder andere definitie, maximum en streefniveau’s spreiding renterisico); - Conclusie(s) rente- en risicomanagement. Ratio’s: - De ontwikkeling van de WACC in relatie tot de wettelijk vereiste WACC; - De ontwikkeling van de ICR; - De verwachte ontwikkeling van de solvabiliteitsratio, volgens de definitie uit paragraaf 3.2. Eindaflossingen leningen: - Voorziene (trans)acties eindaflossingen. Renteontwikkelingen: - Bespreking renteontwikkelingen afgelopen jaar; - Rentevoorspellingen van banken. Financierings- en beleggingsstrategie: - Voorziene (trans)acties invullen en indekken financieringsbehoefte; - Voorziene (trans)acties inzet rentederivaten, voor zover van toepassing; - Voorziene (trans)acties inzet beleggen, voor zover van toepassing. Mandaat.
Treasurystatuut
Pagina 8 van 20
4.3.
Verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden Tot de specifieke verantwoordelijkheden van de Raad van Commissarissen behoren het goedkeuren van de besluiten van de Directeur over:
het aangaan van langlopende leningen, voor zover het besluit tot het aangaan van geldleningen niet wordt genomen ter uitvoering van de begroting en met inachtneming van artikel 15 lid 7.I. van de Statuten;
Het goedkeuren van het door de Directeur vastgestelde Treasurystatuut;
Het goedkeuren van het door de Directeur vastgestelde Treasury Jaarplan.
Tot de specifieke verantwoordelijkheid van de Directeur behoren:
het vaststellen van het Treasurystatuut;
het informeren van de Raad van Commissarissen met betrekking tot het Treasurystatuut en belangrijkste wijzigingen daarin;
vaststellen van het Treasury Jaarplan.
Tot de specifieke verantwoordelijkheden van de Manager Finance & Control behoren: de organisatie van de treasuryfunctie;
de totstandkoming van het treasurystatuut en het Treasury Jaarplan;
de inhoudelijke controle op de uitvoer van de treasury-activiteiten;
bewaken van het Treasury Jaarplan; verkrijgen van goedkeuring voor het uitvoeren van de met het Treasury Jaarplan voorgestelde transacties.
Tot de specifieke verantwoordelijkheden van de Teamleider Finance behoren: Opstellen van het treasurystatuut en Treasury Jaarplan
uitvoering geven aan de goedgekeurde treasuryactiviteiten
het gevraagd en ongevraagd adviseren op het gebied van het leningenbeheer en cash management;
Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen.
Tot de specifieke verantwoordelijkheden van de medewerker van de afdeling Finance behoren: het beheren van de dagelijkse saldi op de verschillende bankrekeningen;
het uitvoeren van (spoed-) betalingen die het beheer van de dagelijkse saldi met zich meebrengt;
het uitvoeren van saldoregulaties (het overboeken van saldi van Oasen van de ene naar de andere bankrekening).
augustus 2014
In tabel 1 zijn de overige bevoegdheden met betrekking tot de treasurytaken vastgelegd. Daarnaast wordt verwezen naar het procuratiereglement van Oasen.
Treasurystatuut
Pagina 9 van 20
Bevoegdheden treasury
Uitvoering
Autorisatie
Beheer saldi
Medewerker
Teamleider
P&C
Finance
Afsluiten transacties in de
Teamleider
Manager
geldmarkt
Finance
F&C
Afsluiten transacties in de
Teamleider
Directeur
geldmarkt
Finance
Registratie
Advisering
Rapportage aan:
Afd. Finance
Manager F&C
(looptijd < jaar) < € 10 miljoen Afd. Finance
Manager F&C
(looptijd < jaar) > € 10 miljoen Afsluiten transacties in de
Teamleider
kapitaalmarkt (looptijd > 1
Finance
Directeur
Afd. Finance
Treasury
RvC
Commissie
jaar) Afsluiten transacties in
Teamleider
rentederivaten
Finance
Directeur
Aangaan en beëindigen van
Teamleider
Manager
contracten met banken en
Finance
F&C
Afd. Finance
Extern
RvC
adviseur Afd. Finance
Treasury
Directeur
Commissie
andere financiers (o.a. bankrekeningen, kredietfaciliteiten, betalingsverkeer)
Tabel 1: Treasurybevoegdheden.
Treasurystatuut
Pagina 10 van 20
5
Cashmanagement en betalingsverkeer Cashmanagement betreft het geheel van acties om de liquiditeitspositie nu en in de toekomst te bewaken, de geldstromen van de onderneming te beheren en de transacties die worden verricht om er voor te zorgen dat Oasen op de korte termijn aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen. Daarbij wordt de liquiditeitsbehoefte op korte termijn gefinancierd binnen de daarvoor beschikbare (krediet)faciliteiten en worden de (tijdelijke) overtollige liquiditeiten belegd binnen de kaders zoals vastgelegd in dit treasurystatuut. Bij cash management hanteert Oasen de volgende doelstellingen, randvoorwaarden en uitgangspunten:
Het beschikken over kredietlimieten bij minimaal twee banken, met een volume van minimaal € 5 miljoen per bank om daarmee aan haar operationele en financiële verplichtingen op korte termijn te kunnen voldoen;
De korte bancaire financieringsruimte (rekening-courant- en/of kasgeldfaciliteit) wordt gearrangeerd bij tenminste twee banken;
Het streven naar minimale financieringskosten, door optimalisatie van het gebruik van de korte financieringsruimte (waaronder de mix van gebruik van rekeningcourantkrediet en kasgeld).”
Binnen de gestelde randvoorwaarden streeft Oasen naar een minimalisatie van de rentekosten van de aangetrokken kredieten;
Een efficiënt betalingsverkeer met een hoge graad van automatisering;
Een periodieke evaluatie, in ieder geval na 4 jaar, van de huisbank. Hierin zullen, naast de kosten van het betalingsverkeer, ook de tarieven en de beschikbaarheid van het rekening-courantkrediet en de tarieven van creditgeld betrokken worden.
augustus 2014
Treasurystatuut
Pagina 11 van 20
6
Financieren Dit hoofdstuk beschrijft de kaders en richtlijnen die gelden bij het invullen van de financieringsbehoefte van Oasen op de lange termijn.
6.1.
Doelstellingen Bij het lange termijn financieringsbeleid hanteert Oasen de volgende doelstellingen:
6.2.
Binnen de gestelde randvoorwaarden streeft Oasen naar stabiele en acceptabele rentekosten op de lange termijn;
Oasen streeft naar een zo laag mogelijk rentepercentage voor elke aan te trekken financiering, gegeven de looptijd;
Het verkrijgen en behouden van toegang tot de financiële markten tegen acceptabele condities.
Uitgangspunten en randvoorwaarden financieren De volgende uitgangspunten en randvoorwaarden gelden met betrekking tot financieren:
Gegeven het kapitaalintensieve karakter van Oasen, zal een structurele positieve liquiditeit voorkomen dienen te worden. Dit betekent dat het voorkomen dient te worden dat er teveel aan leningen wordt aangetrokken, waardoor een langdurig liquiditeitsoverschot ontstaat;
Financieringen moeten genoteerd zijn in euro;
Het opnemen van leningen met als doel het uitzetten van liquide middelen is niet toegestaan;
Het aantrekken van leningen geschiedt tegen concurrerende voorwaarden. Hiervoor worden offertes aangevraagd bij minimaal twee marktpartijen of wordt de marktconformiteit getoetst door een onafhankelijke partij. Bij acceptatie wordt naast prijs ook rekening gehouden met spreiding van geldgevers;
Gestructureerde leningen waarvan één of meerdere onderdelen/bouwstenen zijn uitgesloten in dit treasurystatuut zijn niet toegestaan;
Er wordt gestreefd naar een evenwichtige opbouw van de portefeuille van leningen (in combinatie met eventuele beleggingen) onder meer door spreiding van rente- en aflossingsvervaldata;
Ter ondersteuning van het financieringsbeleid wordt gebruik gemaakt van het mandaat op basis van het Treasury Jaarplan.
Treasurystatuut
Pagina 12 van 20
7
Uitzetten liquide middelen Dit hoofdstuk beschrijft de kaders en richtlijnen die gelden bij het uitzetten van liquide middelen.
7.1.
Uitgangspunten en randvoorwaarden De volgende uitgangspunten en randvoorwaarden gelden met betrekking tot het uitzetten van liquide middelen:
augustus 2014
Beleggingen dienen te allen tijde genoteerd te zijn in euro;
De looptijd van beleggingen is maximaal één jaar en wordt gebaseerd op de meest actuele liquiditeitsprognose.
Het opnemen van leningen met als doel het uitzetten van liquide middelen is niet toegestaan. Een uitzondering daarop is de situatie waarin binnen de richtlijnen van het Treasury Jaarplan middelen worden aangetrokken en tijdelijk worden uitgezet, om in toekomstige financieringsbehoefte te voldoen;
Uitgangspunt is dat overliquiditeit aangewend wordt voor interne financiering (aflossing van leningen of financiering van investeringen e.d.).
Het uitzetten van liquide middelen mag uitsluitend plaatsvinden in de volgende categorieën: -
Rekening-courant;
-
Callgeld u.g.;
-
Geldmarktfonds;
-
Deposito's;
-
Spaarrekeningen.
Bij het uitzetten van liquide middelen bestaat er een direct verband tussen risico en rendement. Het risicomijdend uitzetten van liquide middelen staat voorop. Het behalen van rendement op overtollige middelen is derhalve van ondergeschikt belang;
Beschikbare middelen worden intern aangewend. Indien dat niet direct mogelijk is, worden middelen zodanig uitgezet dat ze vrijkomen op het moment dat zich naar verwachting een financieringsbehoefte voordoet;
Het uitzetten van liquide middelen kan alleen plaatsvinden bij financiële instellingen die vallen onder de werking van de Wet Financieel Toezicht (WFT) en die een internationale creditrating hebben bij minimaal twee van de volgende drie rating agencies: Moody’s, Standard & Poor’s en Fitch. Voor het uitzetten van liquide middelen langer dan 1 jaar is een rating vereist die overeenkomt met een minimale kredietwaardigheid van A. Voor korte looptijden (korter dan één jaar) is een rating vereist die overeenkomt met een minimale kredietwaardigheid van A-1/ P-1/ F-1;
Indien de rating van een tegenpartij, dan wel de lidstaat waarin deze gevestigd is, verlaagd wordt (“downgrading”), tot een niveau lager dan de minimale kredietwaardigheid A voor lange looptijden en A-1/ P-1/ F-1 voor korte looptijden, zal onderzocht worden of de huidige positie beëindigd wordt. Binnen vier weken na de “downgrading” zal een voorstel ter goedkeuring aan de Directeur voorgelegd worden, over het eventuele beëindigen van de betreffende positie. In dit voorstel dient een berekening opgenomen te worden van de kosten van het beëindigen van de positie afgezet tegen de kosten en risico’s van het alternatief;
Treasurystatuut
Pagina 13 van 20
8
Renterisicomanagement
8.1.
Inleiding Renterisicomanagement kan worden omschreven als het geheel aan maatregelen en activiteiten om renterisico te beheersen. Deze maatregelen en activiteiten worden benoemd in het Treasury Jaarplan. Renterisico is in algemene termen het totale bedrag of de totale (restant) hoofdsom waarover in een bepaald jaar een nog onbekend rentepercentage betaald zal gaan worden, waardoor het resultaat nadelig beïnvloed kan worden.
8.2.
Renterisiconorm Het renterisico in enig jaar wordt gedefinieerd als het bedrag aan aflossingen van leningen in dat jaar verminderd met eventueel reeds aangetrokken, nog te storten leningen, alsmede met het bedrag van de leningen waarvan de jaarlijkse renterisico’s afgedekt zijn met derivaten. Oasen streeft naar een jaarlijks renterisico van 10% en een maximaal renterisico van 15% van de leningenportefeuille per peildatum.
8.3.
Uitgangspunten renterisicomanagement NV Oasen hanteert uitgangspunten:
8.4.
met
betrekking
tot
renterisicomanagement
de
volgende
NV Oasen onderkent de mogelijkheden van het gebruik van derivaten. Het gebruik wordt beperkt tot rentederivaten. Rentederivaten kunnen worden ingezet voor het in de tijd spreiden en beperken van renterisico’s.
Teneinde een actueel overzicht van de renterisico’s te hebben wordt jaarlijks in het Treasury Jaarplan een renterisicoprofiel opgesteld.
De effecten van afgesloten rentederivaten dienen betrokken te worden bij het bepalen van het renterisico in een jaar.
Derivaten Het gebruik van derivaten is uitsluitend toegestaan om renterisico’s te beperken. Hierbij gelden de volgende randvoorwaarden, welke aansluiten bij het Beleidskader Derivaten van 17 september 2013 van het Ministerie van Financiën:
Het gebruik van derivaten wordt beperkt tot het gebruik van rentederivaten;
Het verwachte gebruik van rentederivaten dient opgenomen te worden in het Treasury Jaarplan.
Rentederivaten mogen alleen worden aangegaan in euro en betrekking hebben op onderliggende hoofdsommen luidend in euro;
Speculatief handelen in rentederivaten, zoals door middel van het aangaan van ‘open posities’, waarbij geen sprake is van een feitelijke of voorziene financieringsbehoefte of renterisico, is niet toegestaan;
Er mogen enkel financiële derivaten worden aangetrokken voor het indekken van het renterisico van leningen met een variabele rente, die voor of tegelijk met het moment van afsluiten van het derivatencontract zijn aangetrokken.
Aan te trekken payer swaps mogen geen langere looptijd hebben dan het lopende jaar en de direct daarop volgende negen kalenderjaren.
Besluiten voor het afsluiten van financiële derivaten worden genomen door afweging van op basis van aan minimaal twee marktpartijen opgevraagde concurrerende offertes.
Financiële derivaten worden aangetrokken onder de Modelovereenkomst voor Financiële Derivaten, waarbij een classificatie van Oasen door de bank als nietprofessionele belegger geldt.
Rentederivaten worden alleen afgesloten bij banken die een internationale creditrating hebben bij minimaal twee gerenommeerde rating agencies. De minimale kredietwaardigheid van de bank is minimaal A. Additionele voorwaarde is dat de rating van andere rating agencies niet lager is dan een A-rating;
Indien de rating van een tegenpartij, dan wel de lidstaat waarin deze gevestigd is verlaagd wordt (“downgrading”) tot een niveau lager dan de minimale kredietwaardigheid A zal onderzocht worden of de huidige positie beëindigd wordt.
Treasurystatuut
Pagina 14 van 20
Binnen vier weken na de “downgrading” zal een voorstel ter goedkeuring aan de Directeur voorgelegd worden, over het eventuele beëindigen van de betreffende positie. In dit voorstel dient een berekening opgenomen te worden van de kosten van het beëindigen van de positie afgezet tegen de kosten en risico’s van het alternatief;
Het schrijven c.q. verkopen van rentederivaten is niet toegestaan, anders dan het afwikkelen van een bestaande positie;
Het afsluiten van derivatencontracten met een Margin Call of andere vorm van zekerheidstelling in de vorm van onderpand in de vorm van liquide middelen is niet toegestaan;
Break clauses zijn niet toegestaan;
Onderstaand zijn de typen rentederivaten opgenomen welke zijn toegestaan: -
Interest Rate Swap;
-
Cap.
In de voorstellen tot het aantrekken van rentederivaten dient onder andere het type rentederivaat gemotiveerd te worden alsmede de vergelijking met standaardinstrumenten, zoals leningen;
Gestructureerde derivaten, waarvan één of meerdere onderdelen/bouwstenen zijn uitgesloten in dit treasurystatuut, zijn niet toegestaan.
augustus 2014
Treasurystatuut
Pagina 15 van 20
BIJLAGE I: Tabellen
Taken treasury
Uitvoering
Omschrijving
Actualiseren liquiditeitsbegroting
Afd. Finance
-
Prognosticeren van inkomende en uitgaande geldstromen en bepalen van de verwachte “kaspositie”
Saldobeheer, rekening-courant
Afd. Finance
-
Op basis van een korte liquiditeitsplanning bewaken saldo van de rekeningen Signaleren van problemen in beschikbaarheid van geld op korte termijn
-
faciliteiten
Opstellen TJP
Teamleider Finance
-
Conform inhoudsopgave Treasurystatuut
Korte financiering en uitzettingen (looptijd < 1 jr)
Afd. Finance
-
Op basis van de korte liquiditeitsprognose worden kasgeldleningen aangetrokken of wordt belegd binnen de randvoorwaarden
Lange financiering (looptijd > 1 jr)
Teamleider Finance
-
Op basis van een lange liquiditeitsprognose wordt op-maatfinanciering aangetrokken
Beheer leningen- en
Teamleider
-
beleggingsportefeuille
Finance
Administratieve vastlegging van leningen waaronder vervaldata en aflossingen Beoordeling van verzoeken van banken tot betalen van rente en aflossing Beheren leningen-, beleggingen- en derivatenportefeuilles
-
Renterisicobeheersing
Teamleider Finance
-
Volgen ontwikkelingen op geld- en kapitaalmarkt Uitvoering renterisico management door o.a. spreiding renterisico’s over de jaren en binnen het jaar
Betalingsverkeer (debiteuren/ crediteuren)
Afd. Finance
-
Beoordeling effectiviteit en efficiency betaalinstrumenten Optimalisatie van inkomende en uitgaande geldstromen Beheersen bankrekeningstructuur (minimaliseren aantal rekeningen)
Investor Relations
Teamleider Finance
-
Onderhandelen over bankdiensten Onderhouden van relaties met banken en andere financiële instituten
Tabel 2: Taken treasury
Treasurystatuut
Pagina 16 van 20
Documenten treasury
Opstellen
Advies
Vaststellen
Goedkeuren
Ter informatie
Frequentie
naar Treasury Statuut
Teamleider
Treasury
Finance
Commissie
Teamleider
Treasury
Finance
Commissie
Liquiditeitsprognose
Teamleider
(korte en lange termijn)
Finance
Treasury Jaarplan
Directeur
RvC
n.v.t.
Elke 5 jaar herzien
Directeur
RvC
n.v.t.
Jaarlijks
Treasury
Manager
n.v.t.
Directeur/ RvC
Kwartaal
Commissie
F&C
Voorstellen treasury (trans)acties en resultaat vastleggen in transactierapport: Geldmarkt -
Kapitaalmarkt Rentederivaten
Teamleider
Manager
Finance
F&C
Teamleider
Treasury
Manager
Finance
Commissie
F&C
Teamleider
Treasury
Directeur
Finance
Commissie
n.v.t
Indien noodzakelijk
n.v.t
Directeur/ RvC
Kwartaal
RvC
Directeur / RvC
Elke transactie
Tabel 3: Documenten Treasury
augustus 2014
Treasurystatuut
Pagina 17 van 20
BIJLAGE II: Afkortingen en omschrijvingen Afkortingen IRS RC
: Interest Rate Swap (ook wel renteswap) : Rekening-courant (krediet)
Omschrijvingen Break clause: Een break clause is de clausule in een derivatencontract die de houder ervan het recht geeft een derivaat vroegtijdig te beëindigen. Dit wordt vaak toegepast bij langlopende renteswaps. Met een break clause wordt de feitelijke looptijd van het derivaat beperkt, waardoor het risico van de bank wordt verlaagd. Bij uitoefening van de break clause wordt het derivaat beëindigd onder verrekening van de waarde van het derivaat op dat moment. Cap: Een Cap is een renteoptie met een afschermende werking. De koper van de Cap ontvangt, als de geldmarktrente op vooraf bepaalde data hoger is dan de contractrente (strike), het verschil van de verkoper. Bij een lagere geldmarktrente vindt geen verrekening plaats. De koper van een Cap betaalt een premie die onder meer afhankelijk is van de looptijd en de contractrente. Callgeld u.g. Een spaarvorm waarvan de rente voor één dag wordt vastgelegd. Alleen beschikbaar voor grote volumina. (u.g.= uitgezet geld) Deposito: Het uitzetten van liquide middelen van een vast bedrag gedurende een vaste periode (meestal een veelvoud van een maand) tegen een van te voren afgesproken vergoeding. Derivaten: Een derivaat is een afgeleid product en ontleent zijn waarde aan een onderliggend product. Er zijn vele verschillende type derivaten (= verschillende onderliggende producten) en verschijningsvormen. In de context van NV Oasen wordt met derivaten alleen renteinstrumenten bedoeld. Voor een verder uitleg zie rente-instrumenten. Downgrading: Een creditrating kan door de rating agency die deze heeft verstrekt, neerwaarts worden bijgesteld. Dit wordt een ‘downgrading’ genoemd. Een downgrading kan zowel het gevolg zijn van algemene (markt)omstandigheden als van specifieke zaken waarmee de betreffende organisatie te maken heeft. Euribor: Staat voor Euro InterBank Offered Rate. Het is het tarief dat banken elkaar in rekening brengen voor kortlopende financiering. Het geldt als de gangbare referentierente voor kortlopende leningen. Geldmarktfonds Een beleggingsfonds in kortlopende deposito’s. Het is een fonds met een zeer laag risicoprofiel. Gestructureerde lening/derivaat: Een gestructureerde lening/derivaat is een combinatie van instrumenten die tot doel heeft een specifiek patroon te genereren.
verschillende
financiële
Interest Coverage Ratio (ICR): De ICR geeft aan in hoeverre aan de renteverplichtingen kan worden voldaan uit de vrije kasstroom.
Treasurystatuut
Pagina 18 van 20
Interest Rate Swap: Het Engelse woord Swap staat voor ruil. Bij een Swap (ook wel Renteswap) komen twee partijen overeen renteverplichtingen met elkaar te ruilen. De ene partij betaalt gedurende de looptijd van de swap een vaste rente aan de tegenpartij waarbij de tegenpartij als tegenprestatie een variabele rente betaalt (meestal Euribor). De onderliggende hoofdsom waarover de renteberekening plaats vindt, wordt niet uitgewisseld. De hoogte van de vaste rente wordt aan het begin van de looptijd van de Swap afgesproken. De variabele rente hangt af van de ontwikkeling van de geldmarktrente (meestal Euribor). De gangbare rente typische looptijd voor de vaste rente is twee tot tien jaar, de gangbare variabele rente is drie of zes maanden. Er wordt onderscheid gemaakt naar: Payer Swap: de koper van een Payer Swap betaalt een lange rente (Swaptarief) in ruil voor de ontvangst van een korte rente (Euribor) Receiver Swap (niet toegestaan): de koper van een Receiver Swap betaalt een korte rente (Euribor) in ruil voor de ontvangst van een lange rente (Swaptarief) (niet toegestaan). Kasgeldlening: Het lenen van een vast bedrag gedurende een vaste periode (meestal een aantal maanden) tegen een van tevoren afgesproken vergoeding. Looptijd: De periode die resteert tot het moment dat de voorwaarden van een lening of belegging wijzigen. Onderscheid wordt gemaakt naar: Liquiditeit typische looptijd: de periode die resteert tot het moment dat de lening (o/g) moet worden afgelost dan wel een belegging (u/g) vrijvalt. Rente typische looptijd: de periode die resteert tot het moment dat de rente op een lening of belegging een herziening ondergaat. Margin Call Het verstrekken van contante dekking aan de tegenpartij van een IRS (renteswap) wanneer er sprake is van een negatieve waarde van de IRS. augustus 2014
Nabenschuldverscheinung Kapitaalmarktlening (met lange looptijd) onder Duits recht. Rating agency: Onafhankelijke organisatie die zich onder meer toelegt op de beoordeling van de lange termijn kredietwaardigheid van tegenpartijen. Bekende rating agencies zijn Standard&Poor (S&P), Moody’s en Fitch. Rekening-courant Saldi op de lopende rekening bij de bank; deze fluctueren dagelijks door ontvangsten en betalingen op en ten laste van deze rekening. Rekening-courant krediet: Een kredietfaciliteit bij een bank, waarbij een limiet is afgesproken voor het maximale kredietgebruik. Deze faciliteit is door beide partijen (“dagelijks”) op te zeggen. Rente-instrument: Een rente-instrument is een type derivaat. Een rente-instrument is een financieel contract waarmee het renterisico over een lening of belegging kan worden veranderd of beïnvloed. Onderscheid wordt gemaakt naar instrumenten met een fixerende werking (het tarief wordt vastgelegd) en instrumenten met een beschermende werking (het tarief wordt gelimiteerd). Een rente-instrument kan het (her)financieringsrisico niet beïnvloeden. Renterisico: De mogelijkheid dat het toekomstige resultaat en/of vermogensverhoudingen nadelig worden beïnvloed als gevolg van ontwikkelingen in de rente. Het risico is de optelsom van finale aflossingen en eventuele renteaanpassingen in een bepaalde periode (meestal van 12 maanden). Aanpassingen in de rente kunnen betrekking hebben op leningen en beleggingen, maar ook op rentederivaten. Treasurystatuut
Pagina 19 van 20
Spaarrekening Het uitzetten van liquiditeiten bij een bank, waarbij de rente van tijd tot tijd kan worden aangepast. Wanneer de rente voor langere termijn wordt gefixeerd wordt doorgaans gesproken over een spaardeposito. Dit kan een langere looptijd hebben dan een deposito. Kenmerken rentederivaten: Rentederivaten Interest Rate swap – Payer
Doel instrument Een lange rente
(Receiver is niet toegestaan)
verruilen voor een korte rente (ontvangen) ter indekking van het renterisico op een roll-over of serie kasgelden.
jaar het verschil tussen de lange en korte rente te verrekenen, geen afsluitkosten
Interest Rate Cap
Een maximum niveau overeenkomen voor de toekomstige korte rente ter
Een langlopende optie (tot 10 jaar) op de toekomstige korte rentes. Bij aanschaf
beperking van het renterisico op roll-overs of kasgelden.
wordt een premie betaald.
(betalen)
Karakteristiek Afspraak om gedurende x
Tabel 4: Kenmerken rentederivaten
Treasurystatuut
Pagina 20 van 20