INTERACTIEVE VORMINGSMODULE
TRADING OUR HEALTH AWAY Handeltje in gezondheid?
1
Deze vormingsmodule kwam tot stand dankzij de financiële steun van de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD)
2
T R A D I N G O U R H E A LT H A W AY INHOUD
I. Doelstellingen van deze module II. Inleiding III. Is het erg, dokter? 1. Neem de pols : begrippen definiëren 2. Documentaire: "Helse visserij" 3. Quiz : de beweegredenen voor vrijhandel 4. Sprekende beelden: verborgen bedreigingen voor gezondheid 5. Health Cafe : vrijhandel en gezondheid 6. Naar de rechtbank : een argumentatie opbouwen
IV. Uitwegen... 1. Brainstorming : een eerlijkere handel? 2. Theater : het volksverzet 3. Tijdslijn : en wij?
V. Woordenlijst
3
I . DOELSTELLINGEN VAN DEZE MODULE Vrijhandel is één van de fundamentele instrumenten van ons huidige economische systeem. Deze module wil een beter inzicht verschaffen in de, soms nadelige, gevolgen van vrijhandel voor de gezondheid en het welzijn van de bevolking. Verder zien we dat sommige landen, als reactie op deze situatie, alternatieven ontwikkelen die beter beantwoorden aan de noden van de bevolking. In het eerste deel van deze module komt het concept “vrijhandel” en de gevolgen van vrijhandel voor gezondheid en haar sociale determinanten aan bod. Hiertoe nemen we eerst de pols van de deelnemers. Dat moet ons toelaten om het kennisniveau te meten van een groep wat betreft de basisbegrippen: handel, vrijhandel en vrijhandelsakkoorden. We proberen deze drie sleutelbegrippen samen te definiëren. Ter inleiding bekijken we de documentaire “Helse visserij” die de werking en de gevolgen van de mondialisering van de visvangst uitlegt. We bediscussiëren dit onderwerp kort.
Het tweede deel van deze module gaat dieper in op wat al verwezenlijkt werd en op wat we kunnen doen om het machtsevenwicht tussen landen te herstellen zodat handelsverhoudingen worden gecreëerd die voor alle partijen eerlijk zijn en die ten dienste staan van de bevolking en niet louter van de economie. Tijdens een brainstorming denken we na over de verschillende principes die toegepast kunnen worden om een eerlijkere handel te creëren. Om dit te illustreren geven we enkele voorbeelden uit Latijns-Amerika, en meer specifiek van ALBA en Mercosur. Niet enkel overheden voeren actie. Heel veel volkeren vechten om gehoord te worden en enkele slagen er in om dit te verwezenlijken. We geven verschillende voorbeelden aan de hand van korte theaterstukken. Tot slot is het belangrijk om te weten hoe we kunnen handelen, hier in België of in het buitenland. Heel wat organisaties voeren campagne en lobbyen bij politici om vrijhandelsakkoorden te beïnvloeden. Daarom is het belangrijk om te begrijpen bij welke fases in de besluitvormingsprocessen van een dergelijk akkoord we een invloed kunnen hebben. Een tijdslijn van het vrijhandelsakkoord tussen de EU, Colombia en Peru geeft ons een visueel beeld van de verschillende fases in dit proces.
Met behulp van een quiz bestuderen we vervolgens de redenen voor vrijhandel en de recente toename aan vrijhandelsakkoorden. Een fotocollage over de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsovereenkomst (NAFTA) en het Samenwerkingsakkoord tussen de EU en Mexico, toont ons wat de gevolgen van dit economisch beleid voor de sociale determinanten van gezondheid zijn. Rond een health café, bespreken we in kleine groepen de directe impact van deze akkoorden op de gezondheidssector. We sluiten het eerste gedeelte af met een simulatie van een volkerentribunaal dat alle argumenten pro en contra vrijhandel uit het eerste gedeelte van deze module zal hernemen. Deze oefening zal ons in staat stellen om op een interactieve manier samen te vatten wat we gezien hebben.
Robin Stott CC BY-SA 2.0
4
II. INLEIDING Sinds de jaren 90 zitten vrijhandelsakkoorden in de lift. Ook de laatste jaren is het aantal vrijhandelsakkoorden sterk gestegen als antwoord op de economische en financiële crisis van 2008. Zo focust de Europese Unie, via haar “beleid 2020”, haar buitenlandbeleid op internationale handel en op markttoegang. Wanneer de akkoorden niet billijk zijn, worden de gevolgen van deze akkoorden voelbaar op verschillende vlakken (economisch, sociaal, ecologisch, enz.) en zijn ze vaak rampzalig voor het Zuiden. Het recht op gezondheid en haar sociale determinanten wordt volledig genegeerd door dergelijke akkoorden. Paul Hunt, voormalig speciaal rapporteur voor het recht op gezondheid van de Verenigde Naties, wijst hier ook op: “Handel heeft op verschillende manieren een impact op gezondheid. (...) Staten hebben de verplichting om ervoor te zorgen dat hun handelsbeleid in overeenstemming is met hun wettelijke verplichtingen inzake het recht op gezondheid. 1 Maar hoe is dit mogelijk? De meeste handelsbetrekkingen tussen landen verlopen ongelijk aangezien er voor de productie van eenzelfde goed, vergeleken op de wereldmarkt, minder uren gewerkt moet worden door één land dan door het andere.2
1 Missieverslag Wereld Handelsorganisatie (E/ CN.4/2004/49/Add.1) voorgelegd aan de Commissie voor Mensenrechten op 1 maart 2004. 2 GRESEA, Le big business en 25 fiches, Charleroi, Couleur livres, 2012, 148 p.
Zo beschikt Europa over meer geavanceerde technologieën dan Afrika. De productiekosten van een auto liggen in Europa bijgevolg lager dan in Afrika. Voor eenzelfde aantal geproduceerde auto’s zal Europa minder tijd en minder geld investeren dan Afrika. Europa is dus competitiever dan Afrika in deze sector. Bij vrijhandel openen bepaalde landen hun grenzen voor andere landen, die rijker, meer ontwikkeld en competitiever zijn dan hen in vele economische sectoren. Er bestaat steeds een machtsoverwicht van het ene land tegenover het andere. Buitenlandse goederen komen binnen in het land en wanneer andere landen competitiever zijn, zijn die goederen goedkoper dan de lokale producten. Gevolg? De lokale productie wordt helemaal vernietigd in het voordeel van buitenlandse producten. Deze vrijhandelsakkoorden hebben ook gevolgen voor het Noorden. De Europese Unie wil bijvoorbeeld een vrijhandelsakkoord met de Verenigde Staten afsluiten. Deze transAtlantische markt zou beide handelsblokken de kans geven hun economische macht uit te breiden en zich te verzekeren van een overwicht tegenover ontwikkelingslanden en meer specifiek tegenover opkomende economieën. Het akkoord kan echter ook negatieve gevolgen hebben voor Europa aangezien, de Europeanen een groot deel van hun normen zullen moeten opgeven (juridisch, ecologisch, op vlak van gezondheid, cultureel, enz.) om een akkoord te kunnen sluiten. Hillary Clinton heeft het zelf over “een
economische NAVO”3 aangezien, zoals bij de NAVO, de beslissingen en onderhandelingen op een supranationaal niveau zullen verlopen, zonder rekening te houden met de reële noden van elk land. Deze onderhandelingen worden sterk beïnvloed door lobby’s uit de bedrijfswereld. Deze zouden dan de plaats van overheden kunnen innemen bij besluiten die het algemeen belang aangaan, zoals gezondheid, arbeidsrecht of het milieu. M3M
Wikimedia commons
Maar we zijn niet verplicht om deze akkoorden zomaar te ondergaan. Nieuwe regionale, nationale en zelfs continentale dynamieken proberen aan deze akkoorden te ontsnappen door het machtsevenwicht tussen landen te herstellen. Of het nu gaat om actie op politiek niveau of via sociale bewegingen, dit herstel van het evenwicht is onmisbaar om te strijden tegen economische en sociale ongelijkheden en om iedereen het recht op gezondheid te kunnen garanderen.
3 REGNIER P., EU-VS markt : wraak, inzet en gevaren [online], http://www.lesoir.be/189584/article/debats/ editos/2013-02-14/march%C3%A9-ue-usa-une-revancheun-pari-et-des-dangers (Geraadpleegd op 10 april 2013)
5
III. IS HET ERG, DOKTER?
6
1. NEEM DE POLS: BEGRIPPEN DEFINIËREN
economisch instrument dat een bevordering van de economische ontwikkeling van landen op lange termijn mogelijk maakt dankzij het vergemakkelijken van uitwisselingen tussen landen en dankzij het opheffen van alle handelsbelemmeringen.
Duur: 45 minuten Aantal deelnemers: minimum zes deelnemers Benodigdheden: de 9 kaarten met sleutelbegrippen Pedagogische doelstelling: het kunnen definiëren van de drie kernbegrippen: handel, vrijhandel en vrijhandelsakkoord; en het verschil ertussen begrijpen Rol van de begeleider: de informatie die de groep geeft, aanvullen voor elk sleutelwoord Bij de start van de vorming is het belangrijk dat de begeleider zich vergewist van het niveau van de kennis van de groep wat betreft de basisbegrippen: handel, vrijhandel en vrijhandelsakkoord. Hiertoe legt hij de 9 kaarten met sleutelwoorden op de grond (3 per begrip). Elke kaart bevat een sleutelwoord dat essentieel is voor het begrip handel, vrijhandel of vrijhandelsakkoord. De begeleider vraagt de groep vervolgens om de sleutelwoorden per concept te groeperen en om uit te leggen wat de betekenis is die achter elk woord schuilgaat. Wanneer de sleutelwoorden en de verklaringen gegeven zijn, worden er drie subgroepen gemaakt. Elke subgroep ontfermt zich over één begrip en moet een definitie voor dit begrip geven van maximaal twee zinnen. Na 10 minuten legt elke subgroep zijn definitie voor aan de hele groep.
Handel – Aankoop en doorverkoop van goederen en diensten: Onze samenleving is sterk geglobaliseerd en de handel tussen landen houdt zowel de uitwisseling van goederen,
Vrijhandelsakkoord – Codificatie: Een vrijhandelsakkoord legt de regels en voorwaarden voor handel vast. Zo bepaalt het welke producten onderhevig zijn aan vrijhandel.
diensten in, als kapitaalverkeer1. – Complementariteit van de producten: Een economische theorie stelt dat elk land zich moet specialiseren in datgene waarvoor het over een comparatief voordeel beschikt, dit wil zeggen, in de producten waarvoor het de hoogste productiviteit heeft, of die het aan de laagste kosten kan produceren. Zo zal een land zich liever specialiseren in schoenen die het land in 2 uur produceert dan in broeken die het land in 6 uur produceert. Landen zullen vervolgens goederen en diensten invoeren die andere landen aan een lagere kost produceren. De goederen en diensten waarvoor het land een comparatief voordeel heeft, zal het exporteren. – Competitie: Elke onderneming wordt geconfronteerd met de concurrentie van andere ondernemingen op de nationale of internationale markt. Om handel te drijven moet men meer winst maken zodat men competitief blijft ten opzichte van zijn concurrenten en zodat men overleeft op de markt. 1 Voor een industriële of commerciële onderneming vertegenwoordigt het kapitaal het geheel van financiële en technische middelen dat ze bezit (machine, terrein, effecten, gebouwen, stocks,...).
7
– Bevordering van de economische ontwikkeling: Vrijhandel wordt beschouwd als een
– Onomkeerbaarheid: Vrijhandel is onomkeerbaar aangezien landen zich, zodra het akkoord getekend is, binden om na te komen wat er in staat en ze dit niet kunnen terugdraaien. Het is voor overheden dus onmogelijk om te kiezen voor datgene wat daadwerkelijk goed is voor hun land. Ze moeten zich plooien naar wat er in het akkoord vastgelegd werd. – Verschillende vormen: Een vrijhandelsakkoord kan op verschillende manieren opgesteld worden: – Bilaterale akkoorden over wederzijdse handel tussen twee landen – De oprichting van vrijhandelszones zoals de Europese Unie – Multilaterale akkoorden, waarover onderhandeld wordt op het niveau van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)5
2 Dat is bijvoorbeeld het geval in de Europese Unie. 3 Subsidies van de regering voor lokale producenten en bedrijven die de prijs van een bepaald product op de wereldmarkt verminderen doordat ze de productie van dat goed in een bepaald land goedkoper maken. 4 Beperking van de hoeveelheid goederen die geproduceerd worden in het buitenland en verkocht worden op de binnenlandse markt.
5 Internationale organisatie die zich bezighoudt met de regels die de handel tussen landen bepalen. Haar belangrijkste functie is om de goede functionering, de voorspelbaarheid en de vrijheid van handel te bevorderen.
Alexia Fouarge
Vrijhandel – Vrij verkeer van goederen: In een systeem van vrijhandel kunnen goederen en diensten, en soms zelfs personen2, vrij circuleren binnen een geografische zone. Daarnaast is er vrij verkeer van informatie. – Verwijdering van tolheffingen: Als tolheffingen geschrapt worden, wordt er geen belasting meer geheven op het product wanneer dit geëxporteerd3 wordt naar een ander land. Daarnaast worden alle handelsbelemmeringen, zoals exportsubsidies en invoerquota4, weggewerkt.
2 . D O C U M E N TA I R E : « H E L S E V I S S E R I J » Duur: 40 minuten Aantal deelnemers: minimum drie deelnemers Benodigdheden: de documentaire “Une pêche d'enfer” Pedagogische doelstelling: d e groep een eerste zienswijze op de notie vrijhandel geven en hen de mogelijkheid geven om hierover na te denken Rol van de begeleider: vragen stellen en de discussie kaderen visgronden, langs de kustlijn binnengedrongen wordt door trawlers uit het Noorden die er komen vissen. Aangezien hun zeeën geen vis meer bevatten, bevissen landen uit het Noorden de zeeën van het Zuiden tot het uiterste. Hierdoor laten ze geen vis over voor inwoners uit Senegal of uit andere Afrikaanse landen. Het gaat hier nochtans over hun primaire bron van inkomsten en over hun basisvoedsel. Na de documentaire stelt de begeleider de groep vragen om een discussie over het onderwerp op te wekken.
Hoe voelen jullie je? Wat is jullie persoonlijke indruk? Het is belangrijk dat de groep zich vrij kan uiten over deze vraag. De begeleider zorgt ervoor dat iedereen het woord kan nemen. CNCD
Ter inleiding toont de begeleider de documentaire “Une pêche d’enfer”.1 Deze film legt op pedagogische wijze de werking en de gevolgen van de globalisering van de visvangst uit. Hij licht toe hoe Senegal, een land rijk aan 1 http://www.cncd.be/Une-peche-d-enfer
Zijn jullie geschrokken door deze film? Kennen jullie de werking van deze handel? De begeleider herhaalt enkele details uit de film en vraagt aan de groep om zich hierover uit te spreken. Wat stof tot nadenken: – De werking van een vrijhandelsakkoord – De herkomst van de vis die wij eten
– De druk die de Europese overheid legt op Afrikaanse overheden – De werkomstandigheden van Afrikaanse vissers maar ook van Europese
Wisten jullie dat Europese boten garnalen vangen in Afrika en die naar België vervoeren? België verstuurt deze garnalen nadien naar Marokko, waar ze gepeld worden. Vervolgens keren de garnalen terug naar België om daar verkocht te worden. Het massale gebruik van bewaarmiddelen zorgt ervoor dat het product een langer leven kent. Wat vinden jullie hiervan? De begeleider benadrukt de ecologische kost van producten die ingevoerd worden van de andere kant van de wereld. Als je alle processen in rekening brengt waaraan ons voedsel onderworpen wordt, zoals bijvoorbeeld de behandeling van het product of de verpakking, reist de meerderheid van ons voedsel immers meerdere keren de wereld rond vooraleer het op ons bord terechtkomt. De CO2-uitstoot veroorzaakt door het vervoer van producten (op elk niveau van het productieproces) is erg schadelijk voor het milieu aangezien ze het broeikaseffect2 versterkt en zo bijdraagt aan de klimaatopwarming.
2 Het aardoppervlak wordt opgewarmd door zonnestralen die voor maximaal tweederde geabsorbeerd worden. Onder invloed van de weerkaatsing wordt het resterende derde deel in de vorm van infrarode straling terug naar de ruimte gestuurd, maar wordt gedeeltelijk opgevangen door een gaslaag in de lagere atmosfeer: deze reflecteert de warmte terug naar de aarde wat bijdraagt tot een verdere opwarming. Dankzij dit natuurlijk fenomeen, broeikaseffect genaamd, is de gemiddelde luchttemperatuur op het aardoppervlak +15°C. Zonder deze natuurlijke thermostaat zou de gemiddelde temperatuur ongeveer 33°C lager zijn en zich rond de -18°C situeren.
8 De begeleider brengt ook de delokalisatie van bedrijven naar voor. Die is verbonden met het feit dat handenarbeid goedkoper is in ontwikkelingslanden. Ook de impact hiervan op de werkgelegenheid in geïndustrialiseerde landen komt hierbij aan bod. Hij kan het ook hebben over de werkomstandigheden van deze arbeiders. Het is belangrijk om de afwijkingen van ons economische systeem naar boven te halen.
Wisten jullie dat het Noorden de slechtste visdelen aan Afrikanen geven terwijl die laatsten hen net vis van de beste kwaliteit leveren? Reacties? Het is interessant om de ongelijke machtsverhoudingen tussen de verschillende landen bij een vrijhandelsakkoord naar voor te brengen. Vaak leggen de geïndustrialiseerde landen de ontwikkelingslanden bepaalde regels op die hen benadelen. Geïndustrialiseerde landen beschermen hun markten vaak strategisch terwijl ontwikkelingslanden net gedwongen worden om hun markten volledig te openen.
Denk je dat alle Senegalezen vis eten? In tegenstelling tot bij ons, in Europa, waar vis voor iedereen toegankelijk is! Reacties? De begeleider leidt de discussies hier ook naar het machtsmisbruik binnen een land. Bepaalde overheden en bepaalde elites nemen alle winst voor zich en denken helemaal niet aan het welzijn van de meerderheid van de bevolking. De begeleider kan hier ook de nadruk leggen op de veelheid aan producten waartoe de bevolking uit het Noorden toegang heeft.
Hoe kan het dat producten die uit het Zuiden komen niet zo gemakkelijk te vinden zijn op hun eigen markt? En als dat wel het geval is, tegen welke prijs?! De begeleider kan ook de nadruk leggen op de afhankelijkheid van onze landen bij het importeren van ons voedsel. Wij importeren immers de meerderheid van ons voedsel. Toch zouden we een groot deel hiervan zelf kunnen produceren. Als we bijvoorbeeld geconfronteerd zouden worden met een energiecrisis die de olieprijzen verhoogt en dus ook de vervoerskosten, hoe gaan we dan te werk om al ons voedsel te importeren, dat nu hoofdzakelijk afkomstig is van het andere einde van de wereld?
Weten jullie dat er plaatsen bestaan waar de industriële visvangst verboden is? In Venezuela is de industriële visvangst met behulp van sleepnetten sinds 2009 verboden.1 Na twee jaar wierp de maatregel al vruchten af: de artisanale visvangst kende een heropleving. Voor deze hervorming visten trawlers in verboden zones, te dicht bij de kustlijn, waardoor ze de artisanale visvangst belemmerden. De eigenaars van de trawlers kochten de Nationale Garde om, om aan de controles te ontsnappen. Dankzij de hervorming zijn er meer en meer mensen die nu beginnen te vissen. De Insopesca (Nationaal Instituut voor de Visserij) organiseert vissers bovendien in “Raden voor vissers en viskwekers”.
Kennen jullie andere voorbeelden dan die aan bod komen in de film? De begeleider vraagt aan de groep om hun ervaringen in het buitenland, tijdens reizen, te delen. Of om hun kennis over het onderwerp te delen, als men andere voorbeelden kent met andere producten, andere landen, enz.
Alexia Fouarge
1 BRULEZ S., Venezuela : wanneer de vis terugkeert [online] , http://www.cncd.be/Venezuela-quand-le-poisson-revient (Geconsulteerd op 12 maart 2013)
3. QUIZ: DE BEWEEGREDENEN VOOR VRIJHANDEL Duur: 1uur 30 Aantal deelnemers: minimum drie deelnemers Benodigdheden: de slides, voorzien bij de module Pedagogische doelstelling: de groep begrijpt dat landen vrijhandelsakkoorden afsluiten om te voldoen aan de economische behoeften van bedrijven Rol van de begeleider: vragen stellen aan de groep en de antwoorden van de groep aanvullen met de informatie uit de module In ons huidig economisch systeem wil elke onderneming, van zodra ze iets op de markt brengt, zoveel mogelijk winst maken om competitief te blijven tegenover andere ondernemingen. Ons economisch systeem wordt gekenmerkt door concurrentie. Je moet meer winst maken dan de concurrentie. Om deze “winstrace” te winnen, beschikt een onderneming over meerdere mogelijkheden: – De onderneming kan de productiekosten drukken: – Ofwel verlaagt ze de lonen van werknemers ofwel ontslaat ze werknemers. – Ofwel vermindert ze de kosten voor de grondstoffen die ze nodig heeft in de productie. – De onderneming gaat op zoek naar andere marktsegmenten om de onverkochte of onverkoopbare goederen uit “haar” eigen nationaal gebied kwijt te raken.
Dit vrije marktsysteem laat sommige ondernemingen toe om te groeien en om de kleintjes die niet kunnen opboksen tegen deze reuzen, te verslinden. Grote bedrijven gaan zich in hun eigen sector meer en meer in een monopoliepositie bevinden. Ze gaan immers, geheel of gedeeltelijk, de enige zijn die het/de product(en) produceren en verkopen waarin ze gespecialiseerd zijn. Hierdoor wordt deze zogenaamd vrije markt in de praktijk gedomineerd door enkele groten. Zo is Monsanto (een multinational in de agro-industrie) de leidende speler op vlak van GGO. Deze multinational bezit 70% marktaandeel van deze sector. Deze zeer rijke ondernemingen oefenen op deze manier een grote invloed uit op ons beleid.
Vraag 1: Vergelijk de omzet van Royal Dutch Shell in 2011 met het nominale BBP van Noorwegen? Antwoord: Respectievelijk 484,49 miljard dollar en 479 miljard dollar.
ONDERNEMING Royal Dutch Shell (1ste) Exxon Mobil (2de) Wal-Mart Stores (3de) /
10
OMZET IN 2011 (IN MILJARD DOLLAR)1
NOMINAAL BBP IN 2011 (IN MILLJARD DOLLAR)
LAND
484,49
479
Noorwegen
452,93 446,95 /
425 422 529
Oostenrijk Zuid-Afrika België
Deze multinationals zijn dus economische reuzen waarvoor de jaarlijkse verkoopcijfers soms het BBP van sommige landen overschrijden. Hierdoor kunnen ze druk uitoefenen op overheden uit het Noorden zodat deze internationale akkoorden afsluiten die hen toelaten om zich gemakkelijker te vestigen in het Zuiden. Door middel van vrijhandelsakkoorden, proberen deze multinationals dus om een groter marktaandeel, lage loonarbeid en toegang tot goedkope natuurlijke hulpbronnen te verkrijgen.
Vraag 2: Hoe groot was het aandeel van de uitvoer van goederen en diensten in Europa als percentage van het BBP in 2011?2 Antwoord: 44,4% In België was dit cijfer tussen 2008 en 2012 zelfs 84%!3 Het is dus duidelijk dat buitenlandse markten erg belangrijk zijn om onverkochte goederen uit het eigen gebied kwijt te raken en om zo meer winst te maken.
Wereldwijde export in miljoen dollar Wikimedia commons CC BY-SA 3.0 1 JOURNAL DU NET, Classement van bedrijven : de grootste, de rijkste [online], http://www.journaldunet.com/economie/ magazine/classement-entreprises.shtml (Geconsulteerd op 29 maart 2013) 2 AUSTRALISCHE OVERHEID, European Union Fact sheet [online], http://www.dfat.gov.au/geo/fs/eu.pdf (Geconsulteerd op 2 april 2013) 3 DE WERELDBANK, Exports of goods and services [online], http://data.worldbank.org/indicator/NE.EXP.GNFS.ZS/ countries (Geconsulteerd op 29 maart 2013)
Vrijhandelsakkoorden laten landen en meer bepaald ondernemingen toe om hun goederen gemakkelijker te verkopen op nieuwe markten en dit aan zeer competitieve prijzen. Veel producten zijn goedkoper omwille van verschillende redenen: – Ofwel omdat ondernemingen zo groot zijn dat ze schaalvoordelen bezitten.4 – Ofwel omdat ze over betere technologieën beschikken (zoals bijvoorbeeld robotica) maar ook een arbeidsorganisatie die hen toestaat om de arbeidsproductiviteit te maximaliseren.5 – Ofwel omdat ondernemingen subsidies ontvangen van hun overheid en dus in staat zijn om producten aan een lage prijs aan te bieden. Dit is bijvoorbeeld zo bij het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (Common Agricultural Policy of CAP) van de Europese Unie waarbij landbouwbedrijven subsidies ontvangen. – Ofwel omdat ze dumpingpraktijken gebruiken. Dit wil zeggen dat ze goederen exporteren aan een prijs die lager ligt dan de prijs in het land waarin ze gemaakt zijn (om zo een productie kwijt te raken in het buitenland, aan lage prijzen, zonder aan de prijs in het thuisland te raken) of dat ze offensief marktaandeel innemen op de buitenlandse markt door lage of geen winstmarges te hanteren (dit kunnen ze vaak dankzij de subsidies waarover het hierboven ging). 4 Hoe meer ze produceren, hoe minder hun vaste kosten invloed hebben op de verkoopprijs en dus hoe goedkoper ze hun producten kunnen verkopen. Bijvoorbeeld: een bedrijf produceert 4 schoenen die ze verkoopt aan 25 euro (100 euro winst) met een machine die 500 euro kost. Hoe meer schoenen het bedrijf verkoopt, hoe meer de kost van de machine afgeschreven kan worden in de uiteindelijke opbrengsten van het bedrijf. 5 GRESEA, Le big business en 25 fiches, Charleroi, Couleur livres, 2012, 148 p.
De lokale productie kan bijgevolg geen weerstand bieden tegen dergelijke buitenlandse concurrentie en moet meestal zijn activiteiten stopzetten.
Het is daarentegen niet noodzakelijk synoniem voor het oprichten van een nieuwe productie-eenheid7 of distributie-eenheid.”8
Bovendien zijn er veel multinationals die kleine boeren van hun gronden jagen om er zich te vestigen en om de grond te ontginnen. De boeren zien zich genoodzaakt naar de stad te trekken om er werk te zoeken. Meestal eindigen ze bij de talrijke werklozen in de sloppenwijken. Deze praktijken zijn onder andere schering en inslag in Colombia.
Vraag 4: Mijnbouwbedrijven die investeren in de nationale rijkdom van Mali verzekeren er zich van dat dit land zelfs geen klein deel van de winst ziet. Hoeveel verdienen multinationals, voor elke dollar die de staat ontvangt?11 Marissaorton CC BY-SA 2.0
Alexia Fouarge
Vraag 3: Is het aantal delokalisaties van Amerikaanse bedrijven naar Mexico verminderd of toegenomen na het sluiten van de Noord-Amerikaanse Vrijhandels- overeenkomst (NAFTA)?6 Antwoord: Ze zijn verdrievoudigd. Vrijhandelsakkoorden vergemakkelijken delokalisatie van bedrijven. Delokalisatie is “de verplaatsing van een productie-eenheid van een land naar een ander land door een multinational. Deze overdracht veroorzaakt de verwijdering van het geheel of een deel van het filiaal in het eerste land. 6 TOKO NGALANI R., Mondialisation ou impérialisme à grande échelle ?, Paris, l’Harmattan, 2010.
loonongelijkheid en een daling van het aandeel van lonen in het nationale inkomen van de meerderheid van de OESO-landen”9. In België was de wil om de loonkosten te verlagen de voornaamste reden voor 52% van de delokalisaties met collectief ontslag tussen 1990 en 1995.10
Om winst te maken proberen ondernemingen hun productiekosten zo veel mogelijk te drukken om zo competitief te blijven tegenover de concurrentie. De twee voornaamste voordelen van produceren in het Zuiden voor ondernemingen zijn de lage lonen en het gebrek aan sociale rechten. Ze gaan zich dus verplaatsen naar het Zuiden, waar arbeid het goedkoopst is. Bovendien maken ze van de gelegenheid gebruik om hun werknemers zoveel mogelijk uit te buiten door de werkomstandigheden te verslechteren en door elke vorm van sociale bescherming uit te schakelen. Wanneer nodig zullen ze niet aarzelen om de autoriteiten of lokale macht te corrumperen om elke maatschappelijke weerstand te onderdrukken. Zo wijst het verslag over werkgelegenheid in 2007 van de OESO op “een groeiende 7 Bijvoorbeeld: een autobedrijf heeft een assemblageeenheid in Duitsland en één in Vietnam. Ze kan beslissen haar eenheid in Duitsland te sluiten en het werk voor de Vietnamezen te vermeerderen. 8 GRESEA, Le big business en 25 fiches, Charleroi, Couleur livres, 2012, 148 p.
Antwoord: 3,5 dollar
Romski CC BY-SA 3.0
Vrijhandel laat ondernemingen toe om zich te verplaatsen en om de natuurlijke rijkdommen van een land te plunderen. Enkele voorbeelden: Driekwart van de Ghanese goudexport belandt rechtstreeks op buitenlandse bankrekeningen. Vooraleer Iran petroleum nationaliseerde, maakte de Anglo9 OESO, Werkgelegenheidsperspectief 2007 (onine, http://www.oecd-ilibrary.org/employment/perspectivesde-l-emploi-de-l-ocde-2007_empl_outlook-2007-fr (Geconsulteerd op 9 april 2013) 10 GRESEA, Le big business en 25 fiches, Charleroi, Couleur livres, 2012, 148 p. 11 R. CUSTERS, Grondstoffenjagers, Anvers, EPO, 2013.
Persian Oil Company (APOC) bijna de gehele winst over naar Groot-Brittannië. Voordat Chávez aan de macht kwam in Venezuela, betaalden Philips Petroleum en ExxonMobil nauwelijks 1% belastingen op de 10 miljard dollar die ze met hun petroleumactiviteiten verdienden. Het is dus omwille van deze voordelen dat het Zuiden tot meer en meer vrijhandelsakkoorden wordt gedwongen.
Vraag 5: Hoeveel handelsovereenkomsten en vrijhandelsovereenkomsten traden er tussen 1990-1999 en 2000-2013 in werking in Europa? Antwoord: Tussen 1990 en 1999: 10 en tussen 2000 en 2013: 1812
Zoals we zien is er een sterkte stijging in het aantal vrijhandelsakkoorden sinds 2008. Dat jaar brak de hypotheekcrisis14 uit die aanleiding gaf tot de economische en financiële crisis die we tot op de dag van vandaag voelen. Bedrijven hebben hierdoor minder kansen op de nationale markten en meer economische moeilijkheden om de concurrentie het hoofd te bieden. Bijgevolg is het aantal vrijhandelsakkoorden de laatste jaren sterk gestegen. Dankzij deze vrijhandelsakkoorden kunnen de ondernemingen uit het Noorden genieten van de hogervermelde voordelen. Ondanks de negatieve gevolgen van de vrijhandelsakkoorden voor het Zuiden zijn overheden uit het Zuiden nog steeds bereid om het spel mee te spelen.
Vraag 6: Waarom stemmen overheden uit het Zuiden ermee in een vrijhandelsakkoord te ondertekenen? Antwoord: corruptie, druk, propaganda
Wikimedia commons
Als we enkel de vrijhandelsakkoorden (FTA) in acht nemen die de Europese Unie sloot, dan is het merendeel daarvan gesloten in de laatste vijf jaren. In totaal kunnen ze als volgt worden ingedeeld13: STAAT VAN HET FTA
AANTAL VOOR 2008
AANTAL NA 2008
FTA ondertekend en in werking getreden
3
6
FTA ondertekend maar nog niet in werking getreden
0
9
FTA in onderhandeling
2
9
FTA bijna in onderhandeling
0
1
12 WIKIPEDIA, European Union free trade agreements [online], http://en.wikipedia.org/wiki/European_Union_free_ trade_agreements (Geconsulteerd op 11 april 2013) 13 EUROPESE COMMISSIE, The EU’s free trade agreements - where are we ? [online] http://trade.ec.europa.eu/doclib/ docs/2012/november/tradoc_150129.pdf (Geconsulteerd op 11 april 2013)
Allereerst is het belangrijk om te weten dat deze akkoorden een kleine minderheid sterk verrijken, ook al hebben ze een negatieve impact op de meerderheid van de bevolking. Ondernemingen en landen uit het Noorden kopen overheden uit het Zuiden om, zodat ze instemmen met de ondertekening van een vrijhandelsakkoord en zo de ondernemingen binnenlaten in hun land. Ethiopië is bijvoorbeeld het land van de voorkeursbehandeling voor de agrobusiness. 14 De hypotheekcrisis (subprime) verwijst naar risicovolle hypothecaire leningen in de Verenigde Staten. In 2006 was er een crash van risicovolle hypotheken omdat de leners niet meer in staat waren hun lening terug te betalen. De hypotheekcrisis begon in juli 2007 en was de onmiddellijke aanleiding voor een wereldwijde crisis dit tot vandaag heerst.
Bij gebrek aan middelen, heeft de Ethiopische overheid zijn landbouwgrond verhuurd aan de hoogste bieders en moedigde ze grote, exportgerichte productie aan, ten nadele van voedselproductie voor de lokale bevolking.15 Het Noorden oefent ook druk uit op overheden uit het Zuiden. Zo dreigde de Europese Unie bij zeven Afrikaanse landen dat ze belastingen zouden moeten betalen op hun export naar de EU als ze het Economisch Partnerschap Akkoord (EPA) niet ratificeerden voor 2014.16 Tot slot voert de Europese Unie propaganda voor vrijhandel en schrikt ze er niet voor terug om te herhalen dat een groei van de buitenlandse handel een garantie is van een “programma van moderne ontwikkeling”. Een van de beoogde doelstellingen van de EU is om ervoor te zorgen dat de economische groei en ontwikkeling hand in hand gaan met sociale rechtvaardigheid, en meer bepaald met de fundamentele arbeidsnormen (minimumloon, regelmatige uren op het werk, enz.) en met de toepassing van duurzame ecologische praktijken, met inbegrip van buitenlands beleid.17 Tijdens onderhandelingen benadrukt de EU vooral de zogenaamde vooruitgang op vlak van mensenrechten en armoedebestrijding voor die deze akkoorden kunnen meebrengen.
15 CRISP, « Courrier hebdomadaire : la politique commerciale européenne et les pays en développement », nummer 2164-2165, 2012, p14. 16 THE GUARDIAN, EU pressures seven African countries to complete trade agreements [online], http://www. guardian.co.uk/global-development/2013/apr/23/eupressures-african-countries-trade (Geconsulteerd op 12 april 2013) 17 CRISP, « Courrier hebdomadaire : la politique commerciale européenne et les pays en développement », nummer 2164-2165, 2012, p14.
Zo legt de EU in «het Samenwerkingsakkoord tussen de EU en Mexico» de nadruk op samenwerking die “in de eerste plaats gericht is op het helpen van Mexico om zijn overgang naar een hoger niveau van duurzame ontwikkeling te voltooien en om de samenleving eerlijker te maken”.18 Hoe mooi en rechtvaardig dit discours ook mag klinken, in de praktijk hebben deze akkoorden precies de tegenovergestelde gevolgen en verbreden ze net de kloof tussen rijk en arm. Dit zullen we zien in de volgende secties.
Geralt CC0 1.0
18 EUROPESE COMMISSIE, Mexique Document de stratégie Pays 2007-2013 [online], http://eeas.europa.eu/mexico/ csp/07_13_fr.pdf (Geconsulteerd op 4 april 2013)
4. SPREKENDE BEELDEN: VERBORGEN BEDREIGINGEN VOOR GEZONHEID Duur: 60 minuten Aantal deelnemers: minimum drie deelnemers Benodigdheden: de vier foto’s in de powerpoint Pedagogische doelstelling: nalyseren van de negatieve gevolgen van een vrijhandelsakkoord op sociale gezondheidsindicatoren Rol van de begeleider: foto’s tonen en vragen aan de groep waaraan de foto hen doet denken en de informatie aanvullen De begeleider toont één voor één de foto’s en vraagt de groep aan welke thematiek de foto hen doet denken. Nadat de groep zijn mening kon geven, vult de begeleider aan met de info in de module. De begeleider legt uit dat dit onderdeel gericht is op de impact van een vrijhandelsakkoord op sociale determinanten van gezondheid. Een sociale determinant van gezondheid is een economische, sociale of milieufactor die de gezondheid positief of negatief beïnvloedt zoals voeding, waardig werk, woonomgeving, inkomsten, klimaatverandering, sociale zekerheid, hygiëne, oorlog, etc. Al deze voorbeelden hebben een invloed op de gezondheid van bevolkingsgroepen. Het is belangrijk te begrijpen dat slechte leefomstandigheden de weerspiegeling zijn van sociale en economische ongelijkheid. De vrijhandelsakkoorden creëren niet alleen sociaal onrecht tussen landen, maar ook ongelijkheid binnen een land. In deze module analyseren we de impact van het Noord-Amerikaans vrijhandelsakkoord (North American Free Trade Agreement of NAFTA) op de sociale determinanten van gezondheid in Mexico. Omdat het akkoord dateert
van 1993, hebben we de nodige afstand om de impact van het akkoord te analyseren. We analyseren ook bepaalde effecten van het Globaal Samenwerkingsakkoord EU-Mexico, dat in werking trad in 2000 en ongeveer dezelfde impact had op de Mexicaanse economie als NAFTA.
HET NOORD-AMERIKAANS VRIJHANDELSAKKORD Het NAFTA is een vrijhandelsakkoord tussen Mexico, de Verenigde Staten en Canada. Het werd ondertekend in 1993 en trad in werking in januari 1994. Het akkoord moest zorgen voor economische groei, meer jobs, minder milieuproblemen en minder migratie vanuit Mexico naar de VS en Canada. In realiteit zorgde het akkoord ervoor dat de VS nieuwe markten kon veroveren. NAFTA was een mooie economische kans, die het kapitaal en de technologie van de VS verenigde met de natuurlijke rijkdommen van Canada en het menselijk kapitaal en energievoorraden van Mexico. Toch was het akkoord asymmetrisch. Het BNP van de VS was toen 7795 miljard dollar, terwijl dat van Mexico maar 392 miljard dollar bedroeg. Deze asymetrie heeft verschillende problemen veroorzaakt.
HET GLOBAAL SAMENWERKINGSAKKORD EU-MEXICO Het akkoord werd ondertekend door de EU en Mexico in december 1997 en trad in werking in november 2000. Het gaat om het eerste trans-Atlantische vrijhandelsakkoord getekend door de EU. Dit akkoord definieert essentiële elementen van de bilaterale relaties tussen de EU en Mexico. Zo wordt “de politieke dialoog geïnstitutionaliseerd, en de economische en commerciële relaties versterkt door de oprichting van een vrijhandelszone van goederen en diensten.”
Bexar County Economic Development Department CC BY 2.0
Eerst moet de begeleider kort het NAFTA en het Globaal Samenwerkingsakkoord EU-Mexico uitleggen met behulp van de kaders hieronder.
Het akkoord is gebaseerd op het respect voor de rechten van de mens en de democratie.30 De EU legde dus het accent op de gemeenschappelijke samenwerking “om Mexico te helpen met de transitie naar een hoger ontwikkelingsniveau en een meer rechtvaardige samenleving (...) De versterking van een partnerschap met de EU kan Mexico helpen zijn eigen methoden te vinden om de sociale cohesie binnen de landsgrenzen te verbeteren.”3
1 RFI, A qui bénéfice l’ALENA [online], http://www.rfi.fr/actufr/articles/032/article_16410.asp (Geconsulteerd op 12 april 2013) 2 EUROPESE COMMISSIE, Relations with third countries [online], http://europa.eu/legislation_summaries/external_ relations/relations_with_third_countries/latin_america/r14011_fr.htm (Geconsulteerd op 12 mei 2013) 3 EUROPESE COMMISSIE, Mexique Document de stratégie Pays 2007-2013 [online], http://eeas.europa.eu/mexico/ csp/07_13_fr.pdf (Geconsulteerd op 18 april 2013)
FOTO: HET ONTNEMEN VAN EEN BASISVOEDINGSMIDDEL MONSANTO
Geen enkel voedingsmiddel dat niet bezitten mag groeien CIMMYT CC BY-NC-SA 2.0 (remix)
Concurrentie is één van de basiskenmerken van het kapitalisme. Om te kunnen overleven moeten economische actoren pogen steeds meer te produceren, meer te verkopen, en een groter marktaandeel de veroveren. Dit kapitalisme van vrije concurrentie zal zo aan een aantal ondernemingen toelaten groter en groter te worden. De kleinere ondernemingen worden stap voor stap opgegeten door deze reuzen. Maïs komt oorspronkelijk uit Mexico en daar is ook de grootste maïsdiversiteit te vinden. Het gewas maakt deel uit van de Mexicaanse cultuur en is al sinds 6000 jaar een populair voedingsmiddel. Het land is altijd zelfvoorzienend geweest inzake maïs en de Mexicaanse regering steunde de productie financieel.
Door de liberalisering van de handel wordt de Mexicaanse markt overspoeld door NoordAmerikaanse maïs. Deze wordt hoofdzakelijk geproduceerd door voedingsgigant Monsanto. Amerikaanse maïs is duidelijk goedkoper dan de Mexicaanse omdat hij van een multinational komt die, dankzij aanzienlijke schaalvoordelen, in staat is om goedkoper te produceren. De maïs is wel van mindere kwaliteit (genetisch gemodificeerde maïs4) met een lage voedingswaarde. Mexicaanse maïs is vandaag nog goed voor 2 tot 3% van de totale mondiale maïsproductie, maar toch moet Mexico een groot volume maïs importeren. De invoer van mais is al bijna verdrievoudigd tussen 1994 en 20075 en bereikte een volume van 8 miljoen ton tussen 2010 en 2011. Al in 2000 was dit land de tweede grootste exportmarkt voor Amerikaanse maïs.6
werk te vinden, met dramatische gevolgen voor familiebanden en sociale netwerken. – De Mexicaanse bevolking is afhankelijk van andere landen en de prijspolitiek die opgelegd werd door voedingsmultinationals zoals Monsanto. In minder dan een jaar is de prijs van tortilla met 50% gestegen tot 18 pesos8 per kilo, hoewel het minimumdagloon maar 50 pesos is en families meestal groot zijn. In de jaren van de implementatie van NAFTA is de prijs van een korf consumptieproducten met 560% gestegen hoewel de salarissen maar met 136% stegen.9 – De Mexicaanse regering staat op het punt om de cultuur van genetisch gemodificeerde gewassen toe te staan op een gebied van 2,4 miljoen hectaren. Als deze genetisch gemodificeerde gewassen zich voortplanten kunnen ze inheemse soorten besmetten via onder meer kruisbestuiving.
De gevolgen zijn desastreus voor de bevolking: – Het gaat om een onteigening van een basisvoedingsmiddel in de Mexicaanse cultuur. – Veel maïsboeren gingen failliet omdat ze niet met Amerikaanse maïs konden concurreren. Tussen 1994 en 2004 daalde het aantal boerderijen met 1,4 miljoen.7 – Veel maïsboeren moesten – legaal of illegaal – emigreren naar de VS of ergens anders om 4 Maïs waarvan de genen gemanipuleerd werden door de mens. 5 Verenigde Naties, Comprendre la filière maïs tortilla [online], http://www.un.org/wcm/content/site/ chronicle/cache/bypass/lang/fr/home/archive/ issues2008/pid/21609?print=1 (Geconsulteerd op 2 mei 2013) 6 NADAL A., WISE T., The Environmental Costs of Agricultural Trade Liberalization: Mexico-U.S. Maize Trade Under NAFTA [online], http://www.ase.tufts.edu/gdae/Pubs/rp/ DP04NadalWiseJuly04.pdf (Geconsulteerd op 3 mei 2013) 7 FLORES M., Conséquence de l’Alena sur l’emploi agricole et les migration au Mexique [online], http://www.cerium. ca/IMG/pdf/Consequences_de_l_ALENA-CEMC-sept2011. pdf (Geconsulteerd op 3 mei 2013)
8 Conferentie gegeven door Gérard Karlhausen tijdens het intal vormingsweekend in 2013 9 AWID, les femmes et la ZLEA [online],http://www.awid. org/Library/Les-femmes-et-la-ZLEA (Geconsulteerd op 2 mei 2013) 10 GREENPEACE, Devons-nous laisser les géants des biotechnologies détruire le mais mexicain? [online], http://agriculture.greenpeace.fr/devons-nous-laisserles-geants-des-biotechnologies-detruire-le-mais-mexicai), (Geconsulteerd op 26 april 2013)
FOTO: SCHENDING VAN SOCIALE RECHTEN
Marissaorton CC BY-SA 2.0
NAFTA heeft de oprichting van meer dan 3500 assemblagefabrieken gestimuleerd, meestal in het grensgebied met de VS: de zogenaamde maquiladoras. Deze fabrieken produceren tegen lage prijzen goederen van verschillende sectoren zoals textiel, (landbouw)chemie, elektronica en auto’s. De lage loonkosten (6 tot 10 keer lager dan in de VS11) en de lage transportkosten hebben meteen Noord-Amerikaanse investeerders aangetrokken die in deze maquiladoras een kans zagen om hun productiviteit en verkoop aan te zwengelen. Toch nam de situatie een alarmerende wending. Het gros van de arbeiders12, meestal vrouwelijk en onderbetaald, is niet vertegenwoordigd door vakbonden en de arbeidsmarkt is slecht gereguleerd. Toch gaat het hier om meer dan 1 miljoen werknemers.13 Milieuregelgeving is ook 11 RFI, A qui bénéfice l’ALENA [online], http://www.rfi. fr/actufr/articles/032/article_16410.asp (Geconsulteerd op 26 april 2013) 12 Conferentie gegeven door Gérard Karlhausen tijdens het intal vormingsweekend in 2013 13 ECONOMIC POLICY INTITUTE OF WASHINGTON, New report shows NAFTA has harmed workers in all three countries [online], http://www.ratical.org/co-globalize/ NAFTA@7/release.pdf (Geconsulteerd op 8 mei 2013)
zo goed als onbestaande en belastingen zijn sterk gereduceerd. Voor de vele werkloze boerenvrouwen waren de maquiladoras de enige toevlucht. Hun mannen waren naar de VS gemigreerd en de vrouwen zaten zonder werk met een hele familie om voor te zorgen en te onderhouden. Ze hadden geen andere keuze dan om daar te gaan werken. Een zone van geweld en rechteloosheid werd gecreëerd: duizenden vrouwen werden gefolterd of vermoord en de maffia greep de macht. Een regime van terreur ontstond om de volgzaamheid van de arbeiders te verzekeren. Het is ook vermeldenswaardig dat deze maquiladoras sterk afhankelijk zijn van de Noord-Amerikaanse economische conjunctuur. Veel maquiladoras moesten al de deuren sluiten, waardoor duizenden vrouwen zonder salaris of compensatie vielen. De Mexicaanse overheid kijkt trouwens de andere kant uit met als excuus de creatie van jobs in deze zones. De schattingen geven een theoretisch cijfer van 600.000 jobs per jaar en een jaarlijkse exportgroei van 11,2%. Creatie van jobs is mooi, maar tegen welke prijs? Vergeet ook niet dat deze delokalisatie van de Amerikaanse productie tot jobverlies in de VS heeft geleid. Volgens het Economic Policy Institute in Washington verdwenen maar liefst 766.000 jobs in de Amerikaanse industrie tussen 1994 en 2000.
FOTO: BUITENLANDSE DEELNAME IN DE BANKENSECTOR
Wikimedia commons (remix)
Begin jaren 90 waren de meeste banken in private handen, maar niemand mocht meer dan 10% van de aandelen van dezelfde instelling in handen hebben. Buitenlanders mochten maximaal 30% van de aandelen van een commerciële bank bezitten. De komst van NAFTA liet toe dat Amerikaanse investeerders 100% van de aandelen van een Mexicaanse bank konden bezitten, met een transitieperiode van 6 jaar. Bovendien staat er in hoofdstuk XIV van NAFTA dat vrije handel in de bankensector, beurshuizen en verzekeringsinstellingen aangemoedigd moest worden. Na de economische crisis van 1995 begonnen de autoriteiten beetje bij beetje de controle op Mexicaanse banken te verminderen. 14 ECONOMIC POLICY INTITUTE OF WASHINGTON, New report shows NAFTA has harmed workers in all three countries [online], http://www.ratical.org/co-globalize/ NAFTA@7/release.pdf (Geconsulteerd op 8 mei 2013)
In 1999 waren alle restricties inzake bankenparticipaties opgeheven voor landen met een vrijhandelsakkoord met Mexico. In 2000 kocht BBVA Bancomer. In 2001 kocht Citibank Banamex voor een waarde van 12.5 miljard dollar.15 Zo maken de vier grootste banken van Mexico momenteel deel uit van transnationale financiële conglomeraten: BBVA - Bancomer (Spanje), BanamexCitigroup (VS), Santander-Serfin (Spanje), HSNC (Verenigd Koninkrijk). Deze banken profiteerden van het gebrek aan toezicht door de Mexicaanse regering en concentreerden zich op activiteiten met een grote winstmarge en verminderden leningen voor micro-, kleine en middelgrote ondernemingen. Deze situatie brengt meerdere negatieve gevolgen voor de Mexicaanse bevolking: – Mexicaanse banken staan grotendeels onder controle van buitenlandse banken. Het aandeel van financiële activa in handen van buitenlandse banken is gestegen van 15% in 1997 tot 83% in 2005.16 De participatie van Spanje in de Mexicaanse bankensector is de grootste met 37,6%. De participatie van de VS bedraagt 27,6%. Dit heeft als gevolg dat Mexico momenteel kwetsbaar is voor buitenlandse financiële crises. Met de huidige bankencrisis zijn het hoofdzakelijk de kleine spaarders die moeten bijdragen om 15 BERTHOLLE A., Mexique/Etats-Unis: 10 ans après l’ALENA [online], http://doc.sciencespo-lyon.fr/Ressources/Documents/Etudiants/Memoires/Cyberdocs/MFE2005/ bertholle_a/pdf/bertholle_a.pdf (Geconsulteerd op 2 mei 2013) 16 IMF, Foreign Bank Acquisitions and Outreach, Evidence from Mexico [online], http://www.imf.org/external/ np/seminars/eng/2008/strureform/pdf/bkacq.pdf (Geconsulteerd op 30 april 2013)
banken te redden. Sommigen verloren zelfs al hun spaarcenten. Zij zijn compleet verarmd door financiële crises buiten Mexico. – De Mexicaanse bankensector draagt nauwelijks bij tot de economische ontwikkeling van het land. Leningen voor particulieren en KMOs dalen gestaag. Dit is bijvoorbeeld het geval voor woningbouwkredieten, een sector die jobs genereert.18 Mexicaanse banken worden bestuurd met het oog op buitenlandse belangen. Ze gaan hoofdzakelijk op zoek naar winst bij grote bedrijven en multinationals. Daarom lenen ze ook voornamelijk aan deze ondernemingen en niet aan particulieren en KMOs. De cijfers zijn overduidelijk: bankkredieten daalden met 30% in vergelijking met de totale som aan toegestane kredieten, terwijl niet-bancaire kredieten met 70% zijn gestegen. Maar opdat een lokale economie zich ontwikkelt, moeten particulieren en KMOs de financiële middelen hebben of kunnen verkrijgen om hun activiteiten op te zetten of om gewoon een huis te kopen. – De werkomstandigheden in de bankensector zijn eveneens achteruit gegaan. Net zoals in de maquiladoras profiteren buitenlandse banken van Mexicaanse werknemers. Schendingen van de rechten van werknemers, illegale contracten en de vernietiging van collectieve arbeidsovereenkomsten tussen bedrijf en vakbond zijn schering en inslag geworden. Het aantal werknemers in de sector is gestegen met 57% tussen 2001 en 2009, maar 17 CONTRERAS M., La reconquista europea, Ecuador, Ecuador Decide, 2011, 205 p. 18 Conferentie gegeven door Gérard Karlhausen tijdens het intal vormingsweekend in 2013
het gaat vaak om tijdelijke en slecht betaalde jobs zonder rechten noch sociale zekerheid.19 – Om hun winsten te verhogen gaan banken belangrijke staatsbedrijven financieren om aankoopbeslissingen te kunnen beïnvloeden ten voordele van multinationals die zijn gelinkt aan de banken. Dit is wat er gebeurd met strategische staatsbedrijven zoals PEMEX (petroleum) en CFE (Elektriciteit).20
FOTO: PRIVATISERING VAN ENERGIE
Energie is een strategische sector gezien de slinkende voorraden aan grondstoffen die nochtans onmisbaar zijn voor de ontwikkeling. Meerdere multinationals (vooral Franse zoals Electricité de France en Spaanse zoals IBERDROLA en UNION FENOSA) zijn op de Mexicaanse markt gekomen om winst te halen van het grote energiepotentieel van Mexico. Sommige multinationals hebben nu belangrijke participaties in energiebedrijven die vroeger in handen van de staat waren. Dit zorgt voor heel wat negatieve gevolgen voor de Mexicaanse bevolking: – Nu dat de energiesector in handen is van buitenlandse bedrijven zijn schendingen van de rechten van werknemers er dagelijkse kost, net zoals in de maquiladoras en in de bankensector.
Wikimedia commons (les trois premières) et Beck Adam CC BY 2.0
In 1992 gaf een Mexicaanse wet toestemming aan privé-ondernemingen om te investeren in de elektrische industrie, die in handen was van de staat. Bovendien bevat het NAFTA akkoord twee hoofdstukken die toestemming geven aan buitenlandse bedrijven om marktaandeel te verwerven op de interne Mexicaanse elektriciteitsmarkt.21 Het Globaal Samenwerkingsakkoord EU-Mexico heeft de situatie nog eens versterkt op vlak van windenergie en hydro-elektriciteit.
19 CONTRERAS M., La reconquista europea, Ecuador, Ecuador Decide, 2011, 205 p. 20 CONTRERAS M., La reconquista europea, Ecuador, Ecuador Decide, 2011, 205 p. 21 TNI, The EU-Mexico Free trade agreement Seven years on [online], http://www.tni.org/files/download/eumexi-cofta. pdf (Geconsulteerd op 10 mei 2013)
– De productie van elektriciteit wordt vaak gebruikt ten voordele van grote bedrijven (bijvoorbeeld de cementindustrie). Buitenlandse bedrijven die meer winst willen, verkopen hun elektriciteit aan multinationals, omdat die meer geld te bieden hebben. De Mexicaanse bevolking betaalt een hoge elektriciteitsfactuur voor een soms beperkte service. Ze moeten dus meer geld uitgeven aan energie en hebben minder geld om primaire behoeften zoals eten te bekostigen. Deze buitenlandse bedrijven zijn eveneens aanwezig in de sector van hernieuwbare energie. USAID (het overheidsagentschap voor ontwikkeling dat de VS- belangen in de wereld verdedigt) heeft studies uitgevoerd die het grote potentieel van windenergie in Mexico in de verf zetten.22 Toch is de exploitatie van windenergie en hydro-elektriciteit vaak
intensief en ten nadele van de natuurlijke rijkdommen. De voornaamste problemen zijn: – De natuur is een vitaal goed voor de Mexicaanse bevolking en vooral voor de inheemse volkeren. Ze gebruiken de natuur voor onderdak, voeding en verzorging (dankzij medicinaal gebruik van planten). Energieprojecten vernietigen het milieu en verplichten bepaalde volkeren om te verhuizen. Deze projecten ontnemen een deel van de Mexicaanse bevolking haar bestaansmiddelen. – Een ander probleem is een veranderd gebruik van grond. Veel landbouwgrond wordt nu gebruikt voor de productie van energie. Dit impliceert een belangrijk verlies van de capaciteit om voedsel te produceren in die specifieke regio’s. In de regio van La Venta bijvoorbeeld zijn 800 hectares vruchtbare grond met beton overgoten om windmolens te bouwen. Zo is de lokale economie verjaagd en vervangen door de belangen van multinationals. Omdat landbouwzones worden vernietigd, stijgt de werkloosheid, vermindert de voedselvoorziening en emigreert de bevolking.
22 CONTRERAS M., La reconquista europea, Ecuador, Ecuador Decide, 2011, 205 p.
5 . H E A LT H C A F E : V R I J H A N D E L E N G E Z O N D H E I D Duur: Aantal deelnemers: Benodigdheden:
60 minuten minimum zes deelnemers tafel en stoelen + papieren tafelkleed om op te schrijven + stiften en kleurpotloden + de drie teksten hieronder + drank + kaarsen om op de tafels te zetten Pedagogische doelstelling: inzicht in en debat over de impact van vrijhandel op de gezondheidszorg Rol van de begeleider: van groep tot groep gaan en de discussie kaderen en conclusies trekken aan de hand van wat er op tafel geschreven is De begeleider heeft vooraf drie tafels klaargezet met een papieren tafellaken en de teksten hieronder. Het gaat om een echt café, de begeleider mag drankjes aanbieden. De groep wordt in drie gesplitst en gaat aan de drie tafels zitten. Elke deelgroep moet de tekst die op hun tafel ligt lezen en het onderwerp bespreken. De deelgroepen moeten de sleutelwoorden van de discussie opschrijven op het tafellaken. Tekeningen zeggen soms meer dan woorden. Groepen mogen dus ook op tafel tekenen. De deelnemers mogen vrij circuleren tussen de tafels om er 5, 10 of 15 minuten te blijven, zolang ze genoeg tijd hebben om het onderwerp te bespreken en alle tafels hebben aangedaan. Na de 45 minuten vat de begeleider samen wat er op elke tafel geschreven is. De liberalisering van handel en de vrijhandelsakkoorden hebben een directe negatieve impact op de gezondheidszorg. Zelfs het Europees Parlement uitte haar bezorgdheid in verband met de vrijhandelsakkoorden en de toegang tot
geneesmiddelen en volksgezondheid, vooral in ontwikkelingslanden.1 De vrijhandelsakkoorden kunnen op drie manieren de gezondheidssector beïnvloeden.
Minder overheidsopbrengsten Veel ontwikkelingslanden zijn afhankelijk van import- en exporttaksen om hun overheidsinkomsten te vermeerderen omdat er weinig binnenlandse bronnen van inkomsten zijn. De Werelbank schat dat de douane-inkomsten in zwart Afrika goed zijn voor 7 tot 10% van de overheidsinkomsten. Europese producten vertegenwoordigen 40% van de import in zwart Afrika. Deze douanebarrières op Europese producten opheffen zou de overheidsinkomsten dus gevoelig verminderen.2
1 Op 12 juli 2007 was er een resolutie van het Europees Parlement over de TRIPS en de toegang tot medicijnen (P6_TA(2007)0353), om de Europese Commissie aan te sporen geen uitzonderingen of reserves te eisen (TRIPS plus). 2 WERELDBANK, Beyond Cotonou : Partnership Agreement in Africa [online], http://siteresources.worldbank.org/ INTRANETTRADE/Resources/239054-1126812419270/22. BeyondCotonou.pdf (Geconsulteerd op 23 april 2013)
Voor de meeste ontwikkelingslanden is het moeilijk om andere inkomsten te vinden. De overheden kunnen bijvoorbeeld de inkomensbelasting verhogen, maar daardoor zou de bevolking nog meer verarmen. Volgens een studie van het IMF zijn staten niet gelijk in hun capaciteit om de erosie van douaneinkomsten te compenseren door andere bronnen van financiering. Minder ontwikkelde landen slagen er niet in om meer dan 30% van hun douane-inkomsten te compenseren.3
de financiële impact zwaarder zijn voor arme gezinnen. – De overheid kan bepaalde sectoren privatiseren om de kost hiervan niet meer te moeten dragen. Maar zo’n privatisering zal de prijzen van de gezondheidszorg verhogen. De elite zal goede medische zorgen krijgen maar de meerheid van de armere bevolking zal enkel beroep kunnen doen op middelmatige dienstverlening.
De overheid heeft drie mogelijkheden om met de situatie om te gaan: – Overheidsuitgaven, te beginnen bij de gezondheidszorg en onderwijs, verminderen. Als de overheid minder investeert in de gezondheidszorg, dreigt dit te leiden tot een degradatie van de werkomstandigheden in de gezondheidssector, met lageren lonen en een hogere werkdruk. Dit leidt tot de emigratie van gezondheidsprofessionals of de shift naar de privé-sector. Zo blijft er minder talent over voor de publieke gezondheidszorg. – De overheid kan andere vormen van belastingen opleggen, waaronder minder eerlijke belastingen; bijvoorbeeld een hogere belasting op toegevoegde waarde (BTW) die armere huishoudens altijd zwaarder treft. Consumptiebelastingen hebben immers altijd een min of meer uniforme belastingvoet. Een persoon met een laag inkomen betaalt dezelfde som als iemand met een hoog inkomen. Indien men de BTW verhoogt zal 3 CRISP « Courrier hebdomadaire : la politique commerciale européenne et les pays en développement », nummer 2164-2165, 2012.
Norbert Nagel CC BY-SA 3.0
De gezondheidssector liberaliseren De overheid is altijd al de grootste verstrekker van gezondheidszorg geweest. Omdat de toegang tot de gezondheidszorg een recht is, is de doelstelling van de overheid om dit aan iedereen te verstrekken. Toch vindt men de laatste jaren meer en meer privé-diensten met een verschillende doelstelling. Niet de toegang tot medische zorg maar het maken van winst staat centraal. Met de vrijhandelsakkoorden openen ontwikkelingslanden hun markt voor competitie van privé-ondernemingen. De overheid is nochtans de enige die universele toegang tot basisgezondheidszorg kan garanderen, gratis of gesubsidieerd voor de
armere bevolkingsgroepen. Meerdere punten van kritiek duiken op bij de privatisering van de gezondheidszorg. De voornaamste zijn de volgende4: – In tegenstelling tot de staat, die normaal gezien in het belang van de hele bevolking maatregelen treft, willen privé-ondernemingen winst maken. De gezondheidszorg gaat dus duurder zijn en de toegang beperkt tot een elite die de behandelingen kunnen betalen. Bovendien zijn privé-praktijken vaak gericht op de behandeling van winstgevende medische problemen in plaats van op basisgezondheidszorg. De ongelijke toegang tot gezondheidszorg gaat dus toenemen. Een studie van 44 landen met lage of beperkte inkomsten toont aan dat naargelang het aandeel van privé-spelers in de gezondheidszorg toeneemt, ook de uitsluiting van armen toeneemt omwille van de hogere prijzen.5 De armen moeten zich laten verzorgen bij middelmatige publieke dienstverleners die niet genoeg inkomsten hebben (gezien de vermindering van overheidsinkomsten door de afschaffing van douanetarieven) om kwaliteit te bieden. – De privé-sector kan de toegang tot een hoog niveau van dienstverlening faciliteren, maar ze kan ook menselijk kapitaal van de publieke naar de privé-dienstverlening aantrekken of ze naar het buitenland drijven. Dit zal het aantal gekwalificeerde artsen en de kwaliteit van het personeel verminderen 4 OXFAM, Blind Optimism [ En ligne], http://www.oxfam. org/en/policy/bp125-blind-optimism (Geconsulteerd op 23 april 2013) 5 Actieplatform Gezondheid en Solidariteit, The EU’s Bilateral FTA Negotiations are a threath to the right to health [online], http://www.sante-solidarite.be/pub/ dossier-eus-bilateral-fta-negotiations-are-threat-righthealth (Geconsulteerd op 23 april 2013)
of de salariskosten verhogen voor de publieke sector. Istvan Takacs CC BY-SA 3.0
Zonder vrijhandelsakkoord is een land vrij om zijn gezondheidszorg open de stellen en te reguleren in overeenstemming met de ontwikkelingsdoelstellingen. Als het slecht gaat, kan de overheid altijd de koers wijzigen. Als een land met een vrijhandelsakkoord buitenlandse investeerders weigert, kunnen deze laatsten een proces starten. Hetzelfde gebeurt als een investeerder zich geschonden voelt in zijn rechten. De overheid kan dus niet kiezen wat best is voor zijn land en moet zich sowieso buigen naar het akkoord.
Verstrenging van eigendomsrecht
het
intellectueel
In ontwikkelingslanden heeft de bevolking een laag inkomen. Daarom zijn de prijzen van medicijnen en diagnostische procedures zeer belangrijke factoren die de toegankelijkheid van de gezondheidszorg bepalen. Normaal moet de staat dit recht op toegang garanderen, maar vaak opent de markt zich
voor concurrentie tussen privé-spelers. De economische logica wil dat hoe meer spelers op de markt, hoe lager de prijzen zullen zijn. De concurrentie tussen generische geneesmiddelen kan de prijs 40 tot 80% laten zakken in vergelijking met de originele aanbieder.6 Maar privé-ondernemingen gaan toch op zoek naar winst en gaan vaak over tot kartelvorming en de daarmee gepaarde prijsstijgingen. Bij een vrijhandelsakkoord wil het ontwikkelde land vaak zijn intellectuele eigendomsrechten versterken om de effectieve implementatie op te leggen ten voordele van de houders van een octrooi.7 ntellectuele eigendomsrechten maken het mogelijk voor farmaceutische multinationals om hun productiemonopolie te behouden en om hun medicijnen te commercialiseren. Het octrooi is dus een vitaal instrument voor farmaceutische bedrijven want daardoor kunnen ze hun productie behoeden van concurrentie door de komst van goedkope alternatieven te blokkeren.
kosten.8 Deze intellectuele eigendomsrechten kunnen dus leiden tot een verminderde toegang tot generische geneesmiddelen op het grondgebied of vertraging van de introductie van generische middelen op de markt. Hierdoor zullen alleen de rijken toegang hebben tot gezondheidszorg, hoewel dit een basisrecht is voor iedereen. Deze principes worden nog eens versterkt met het TRIPS akkoord (Trade-Related Aspects of Intellectual Property Rights of Aspecten van het Intellectueel Eigendomsrecht in verband met Handel). Deze akkoorden werden getekend in het kader van de WTO (Wereldhandelsorganisatie) in 1994 en introduceren intellectuele eigendomsrechten in de regels van de internationale handel. Deze octrooien hebben ernstige gevolgen voor de medische sector. De leden van de WTO zijn verplicht octrooien te respecteren gedurende een minimun van 20 jaar vanaf de deponering van een octrooi op een farmaceutisch product of productieproces.
Een octrooi leidt tot hogere prijzen voor medicijnen en belet een land om zijn eigen farmaceutische industrie te ontwikkelen. Een behandeling van AIDS bijvoorbeeld met retrovirale medicijnen waarop een octrooi genomen is, kost 12000 dollar per jaar, terwijl generische middelen 420 dollar per jaar
Met de vrijhandelsakkoorden profiteerde de Europese Unie ervan om TRIPS-plus9 maatregelen in te voeren die de prijs van geneesmiddelen sterk doen stijgen en de competitie van generische middelen stopzet. Dit gebeurt via verschillende wegen, waaronder octrooien van meer dan 20 jaar, een octrooi op tweede gebruik10, exclusiviteit
6 Actieplatform Gezondheid en Solidariteit, The EU’s Bilateral FTA Negotiations are a threath to the right to health [online], http://www.sante-solidarite.be/pub/ dossier-eus-bilateral-fta-negotiations-are-threat-righthealth (Geconsulteerd op 23 april 2013) 7 EUROPESE COMMISSIE, Highlights of the trade agreement between Colombia, Peru and the European Union [online], http://europa.eu/rapid/pressReleasesAction.do?referenc e=MEMO/12/487&format=HTML&aged=0&language=EN&gu iLanguage=en (Geconsulteerd op 25 april 2013)
8 TORRES M., Industria farmacéutica multinacional en contra del derecho a la salud [online], http://viva.org.co/ cajavirtual/svc0294/articulo07.html (Geconsulteerd op 25 april 2013) 9 Met de TRIPS-plus gaan de maatregelen nog verder (ook in duur) dan met de eerste TRIPS. 10 Wanneer men een tweede farmacologische eigenschap van een medicijn ontdekt, kan er een tweede patentperiode vastgelegd worden.
van gegevens11 en een verbod op parallelle import.12 De Speciale Rapporteur van de VN voor het recht op gezondheid, Anand Grover, waarschuwt ons voor de gevolgen: “Ontwikkelingslanden en minder ontwikkelde landen zouden beter geen TRIPS-plus maatregelen accepteren in hun wetgeving. Ontwikkelde landen mogen ontwikkelingslanden niet dwingen om TRIPS-plus maatregelen op te nemen in vrijhandelsakkoorden en moeten oppassen om geen maatregelen op te leggen die het recht op gezondheid schenden.”13
Tax Credits CC BY 2.0
11 Ze verhindert gedurende enkele jaren dat een producent van generische geneesmiddelen de data van originele klinische tests gebruikt, hetgeen bedrijf verplicht eigen testresultaten te produceren als ze een geneesmiddel op de markt wil brengen en dus om nieuwe dure en tijdrovende studies uit te voeren. 12 De parallelle import betekent dat een land een geneesmiddel importeert uit een ander land omdat het daar goedkoper is. 13 Verenigde Naties, Promotion and protection of all human rights, civil, political, economic, social and cultural rights, including the right to development [online], Http://www2. ohchr.org/english/bodies/hrcouncil/docs/11session/A. HRC.11.12_en.pdf (Geconsulteerd op 10 april 2013)
6 . N A A R D E R E C H T B A N K : E E N A R G U M E N TAT I E O P B O U W E N Duur: 1 uur 40 minuten Aantal deelnemers: minimum zes deelnemers Benodigd materiaal: de verschillende gedrukte teksten over de vrijhandel Pedagogische doelstelling: leren debatteren over het thema van de vrijhandel Rol van de begeleider: de discussie omkaderen en de rol van rechter uitoefenen
Deze oefening geeft de groep de gelegenheid om alle argumenten voor of tegen de vrijhandel die zij geleerd hebben te verzamelen. Deze activiteit toont ook aan hoe de politiek erin slaagt om haar toehoorders te overtuigen door algemene argumenten naar voor te brengen terwijl gevoelige punten worden omzeild. Om dit te verwezenlijken zal de groep een proces simuleren dat wordt aangespannen door de civiele maatschappij (NGO, landbouwers, werknemers, enz…). De groep zal in twee gesplitst worden nl. de multinationals die voor de vrijhandelsakkoorden zijn en de ontwikkelingslanden die daar tegen zijn. Elke groep beschikt over verschillende documenten, die voor of tegen een vrijhandelsakkoord zijn. Elke groep krijgt dezelfde documenten. De begeleider krijgt dus op voorhand twee gedrukte exemplaren van de volgende artikels: - Privatiseringen schaden de gezondheid, door Alexia Fouarge - VHA EU-Colombia/Peru: eenrichtingsakoord ten voordele van de minderheid, door Alexia Fouarge - Vrijhandel goed voor de welvaart, door
Rob Van Hemert - Highlights of the Trade Agreement between Colombia, Peru and the European Union, door Europese Commissie - EU pressures seven African countries to complete trade agreements, door The guardian - Indiase IT’ers glijmiddel voor vrijhandel EU-India, door Peter Dhondt - EU-VS vrijhandelsakkoord gratis ? Vergeet het maar, door 11.11.11 - De EU negeert eigen kritiek op commerciële beslissingen, door Alexia Fouarge - EU 10-jarenplan Handel en Ontwikkeling - Ontwikkelingsplannen De Gucht/Piebalgs vooral gericht op eigen ontwikkeling, door 11.11.11 - From Seeds of Suicide to Seeds of Hope: why are Indian Farmers committing suicide and how can we stop this tragedy? door Vandana Shiva - Meer ongelijkheid door vrijhandel? Dat geloof ik niet, door Karel De Gucht - Leverancier dwingt biologische boeren tot gebruik genetisch gemanipuleerde zaden, door Nienke Schipper
De groepen dienen hun argumentatie op te
bouwen vertrekkende van de argumentatie die naar voren werd gebracht in elke tekst en van wat ze geleerd hebben gedurende de ganse vorming. De begeleider benadrukt dat ze tevens moeten nadenken over de argumenten die de tegenstander naar voor zal brengen gedurende het proces en over hoe ze deze zullen weerleggen. De begeleider raadt de groep aan om de verschillende teksten onderling te verdelen en dat ieder groepslid apart 30 minuten de tijd neemt om de artikels uit te spitten en na te denken over de argumenten. Nadien komt de groep terug samen om de argumenten gezamenlijk te bespreken en het pleidooi
voor te bereiden. De begeleider herinnert elke groep eraan dat ze getuigen mogen “oproepen”. Tijdens het proces krijgt elke partij 10 minuten om haar pleidooi te houden zonder onderbroken te worden door de tegenpartij. Het is aangewezen om te beginnen met de eisende partij, nl. de partij die tegen het vrijhandelsakkoord is. Vervolgens kan elke groep aan de tegenpartij vragen stellen. De rol van de begeleider is hier van primordiaal belang daar hij de discussie dient te kaderen in zijn rol van “procesrechter”. Na een debat van 20 minuten velt de begeleider zijn oordeel en kondigt aan of het vrijhandelsakkoord schuldig wordt bevonden of niet.
Nathan Keirn CC BY-SA 2.0
I V . U I T W E G E N . . .
1 . B R A I N S TO R M I N G : E E N E E R L I J K E R E H A N D E L ? Duur: 60 minuten Aantal deelnemers: minimum drie deelnemers Benodigd materiaal: geen Pedagogische doelstelling: nadenken over de manier waarop de regeringen een eerlijkere handel kunnen bewerkstelligen Rol van de begeleider: luisteren naar de ideeën over een eerlijkere handel, die naar voren gebracht worden door de groep en deze aanvullen met de informatie over ALBA (Boliviaanse Alliantie voor Amerika) en Mercosur De begeleider vraagt de groep gedurende 15 minuten na te denken over vijf principes die noodzakelijk zijn voor een eerlijkere handel. De groep dient aan te tonen waarin deze principes verschillen van die van de huidige handel en wat de impact van de nieuwe principes zou zijn op het gezondheidsrecht. Iedereen moet zijn ideeën op papier zetten. De begeleider geeft vervolgens iedereen de mogelijkheid om zijn of haar visie over een eerlijkere handel uiteen te zetten. We hebben vastgesteld dat ons huidige economische systeem niet beantwoordt aan de reële noden van het volk. Daarom vervult de Staat hier een cruciale rol. Hij moet in het vervolg niet werken in dienst van de economie maar zich eerder opstellen als deelnemer aan de economie. Sinds enkele jaren ziet men, overal ter wereld, nieuwe dynamieken ontstaan die de invloed en de macht van de industrielanden neigen te verminderen. Sinds de jaren 90 zijn regionale coalities ontstaan in LatijnsAmerika die zich hebben gedistantieerd van de grote neoliberale dogma’s die gedicteerd
worden door het Noorden. Onder hen kunnen we Mercosur en ALBA vermelden. Zij hebben tot doel de politieke en economische samenwerking tussen de sub-regionale instanties tegen te gaan. De begeleider zal vooraf de samenvattingsfiches van ALBA en Mercosur gelezen hebben en zal de gegeven informatie van de groep dienen te illustreren met de ervaringen van deze twee concrete gevallen van ‘alternatieve’ handelsakkoorden. De in het vet aangeduide punten van de gedeeltes “ Alternatief voor de vrijhandel?” zijn de belangrijkste punten die de begeleider dient aan te halen.
Mercosur Samenvattende fiche Oprichtingsjaar: ondertekend in 1991 en bekrachtigd in 1994 Deelnemers: Argentinië, Brazilië, Paraguay, Uruguay (1994), Venezuela en Bolivia (2012) Buitengewone leden: Chili, Ecuador, Peru en Columbia Doelstelling: economische integratie van het Latijns-Amerikaans continent: - het vrije verkeer van diensten en productiegoederen tussen de landen; - de oprichting van gemeenschappelijke externe douanerechten en de goedkeuring van een gemeenschappelijke politiek met betrekking tot derde staten - de coördinatie van de macro-economische en sectorale politiek tussen de staten om gepaste concurrentievoorwaarden tussen de lidstaten te verzekeren; - de harmonisering van de wetgeving tussen de lidstaten in de relevante domeinen teneinde het integratieproces te versterken. Resultaten: Vierde economisch regio van de wereld na Europa, Noord-Amerika en ZuidoostAzië2: - voorzien van grote landbouwproducenten, een stevige industriële basis, belangrijke delfstoffen en een wereld oliemacht; - telt 270 miljoen inwoners (ofwel 70% van de Zuid-Amerikaanse bevolking)3 - BBP van 3.635 miljard dollar (wat neerkomt op 83% van de rijkdom voortgebracht op het Zuid-Amerikaanse continent).4 Het BBP van Duitsland bedraagt 3.400 miljard dollar en wordt dus voorbijgestreefd door het BBP van de Mercosur.
Alternatief voor de vrijhandel? Mercosur blijft sterk aanleunen bij de economische logica en die van de vrijhandel maar doet zich voor tussen landen die min of meer dezelfde macht hebben op economisch vlak. De begeleider benadrukt dat er dus geen machtsonevenwicht is tussen de landen, zoals dat wel het geval is bij de traditionele vrijhandelsakkoorden.
Wikimedia commons CC BY 2.0
1 De toetreding van Venezuela werd sinds 2007 geblokkeerd door de Senaat van Paraguay. In juni 2012 schorsten de Braziliaanse presidente Dilma Roussef, de Argentijnse Cristina Fernandez de Kirchner en hun Uruguayaanse ambtsgenoot José Mujica, Paraguay als lid van het economisch verband. Deze daad was een sanctie voor de “grondwettelijke putsch” tegen de Paraguayaanse president Fernando Lugo en opende de deur voor de toetreding van Venezuela. 2 LA CROIX, Le Venezuela intègre le Mercosur [ En ligne], http://www.la-croix.com/Actualite/Monde/Le-Venezuelaintegre-le-Mercosur-_NG_-2012-08-01-837666 (Geconsulteerd op 2 mei 2013) 3 RFI, Avec l’entrée du Venezuela, le Mercosur change de nature et de dimensions [online], http://www.rfi.fr/ ameriques/20120731-entree-venezuela-mercosur-change-nature-dimensions-hugo-chavez-dilma-rousseff-jose-mujicacristina-fernandez (Geconsulteerd op 2 mei) 4 COURRIER INTERNATIONAL, MERCOSUR • Venezuela : le bloc régional va être considérablement renforcé [online], http://www.courrierinternational.com/article/2012/08/16/venezuela-le-bloc-regional-va-etre-considerablementrenforce (Geconsulteerd op 3 mei 2013)
De stevige economische coalitie wordt door de andere Latijns-Amerikaanse landen gezien als één van de oplossingen om weerstand te bieden aan de negatieve effecten van de onzekerheid van de economische en financiële crisis die zich momenteel voordoen; ofwel als een factor die op zijn minst die negatieve effecten kan verminderen waardoor men beetje bij beetje afstand kan nemen van de industrielanden. Om deze redenen schijnt Ecuador trouwens de volgende kandidaat te zijn om de ledenlijst te vervoegen.
ALBA Samenvattende fiche Oprichtingsjaar: 2005 Leden: Venezuela en Cuba (2005), Bolivia (2006), Nicaragua (2007), de Dominicaanse Republiek (2008), Ecuador, Sint-Vincent, de Grenadines, Antigua en Barbuda (2009) Waarnemers: Haïti, Suriname en Saint Lucia Doelstelling: regionaal integratieproject op politiek en economisch vlak: - de strijd tegen armoede en sociale uitsluiting -economische ontwikkeling waarbij de soevereiniteit en de versterking van de Staten centraal staat - uitwisseling: elk land draagt datgene bij aan het andere land waar het in uitblinkt of waarvan het in overvloed heeft (bv. Venezuela: petroleum, Cuba: gezondheidszorg, Bolivia: soja en aardgas) Resutaten: - telt 71.479.532 personen5 - oprichting van een bank met een startkapitaal van 1 miljard dollar om ontwikkelingsprojecten te financieren6 - operatie Milagro: grootschalig medisch project om blinden of slechtzienden tengevolge van cataract gratis te opereren met het oog op het volledig herstel van hun zicht. Het strategisch plan voorziet de verzorging van 6 miljoen mensen over de hele wereld in een tijdspanne van 10 jaar.7 Meer dan 650.000 Bolivianen hebben reeds gebruik kunnen maken van deze operatie.8 -Telesur: televisiekanaal dat opereert vanuit Venezuela met als roeping de verspreiding van de Latijns-Amerikaanse en de Caraïbische cultuur over de hele wereld. -Yo si puedo: alfabetiseringsprogramma voor volwassenen, ontwikkeld door Cuba en verspreid over de ganse wereld. Momenteel hebben 6 miljoen volwassen hiervan de vruchten geplukt.9 5 PORTAL ALBA, Que es el ALBA? [online] http://www.alianzabolivariana.org/que_es_el_alba.php#ancla1 (Geconsulteerd op 3 mei 2013) 6 AGENCE CUBAINE DE NOUVELLES, La banque de l’ALBA est dotée d’un milliard de dollars [online], http://www. voltairenet.org/article154737.html (Geconsulteerd op 8 mei 2013) 7 INTAL, ALBA, een alternatief [online], http://www.intal.be/nl/dossier/alba-een-alternatief (Geconsulteerd op 7 mei 2013) 8 LA PATRIA, Medicos cubanos ya están siete años en Bolivia [online],http://lapatriaenlinea.com/?nota=135117 (Geconsulteerd op 7 mei 2013) 9 RINGO J., Yo si Puedo-Cuban Litteracy method benefits almost six million people around the world [online], http:// thecaribbeancurrent.com/yo-si-puedo-cuban-literacy-method-benefits-almost-six-million-people-around-the-world/ (Geconsulteerd op 7 mei 2013)
Alternatief voor de vrijhandel? Door mechanismen van eerlijke handel en samenwerking beoogt de Alliantie de bestaande asymmetrieën tussen de lidstaten te corrigeren (in tegenstelling tot de vrijhandel die de asymmetrieën alleen maar belangrijker laat worden door de bestaande ongelijkheden onder de bevolking te vergroten). Inderdaad, daar waar de vrijhandel geleid wordt door winst en concurrentiebetrekkingen, legt de Alliantie de nadruk op de solidariteit en de menselijke ontwikkeling als motivatiebronnen. Zij promoot: - Het lokaal gebruik van producten zodat de minder gunstig bedeelde landen vermijden om volledig afhankelijk te worden van import en export - de tussenkomst van de staat in economische
activiteiten en niet in de privatisering van ondernemingen. - de deelname van de bevolking bij het nemen van de beslissingen terwijl de vrijhandel de investeerders bevoordeelt en de begunstigde bevolking geen recht van spreken heeft. De aandacht voor de deelname aan de sociale bewegingen neemt dus een belangrijke plaats in en wordt ondersteund door de Staat. - het betrekken van het milieu en culturele dimensies in haar project. Het betreft hier dus effectief een duurzaam socio-economisch project, gebaseerd op het principe van “het gezamenlijke voordeel” en niet op basis van “het comparatief voordeel”. Het gemeenschappelijke voordeel is het doel van alle akkoorden van ALBA.
Wikimedia commons CC BY-SA 3.0
2 . T H E AT E R : H E T V O L K S V E R Z E T Duur: 60 minuten Aantal deelnemers: minimum 3 tot 4 personen per groep Benodigd materiaal: drie teksten over reële gevallen van volksverzet Pedagogische doelsteling: het begrijpen van de sociale strijd kan zijn vruchten afwerpen Rol van de begeleider: uitleggen van het verloop van het spel
De begeleider vraagt de groep zich op te splitsen in drie. Hij geeft aan elke subgroep een tekst over een reëel geval van volksverzet in de wereld. Hij vraagt vervolgens aan elke subgroep om hierover een toneelstuk voor te bereiden dat zij vervolgens zullen moeten opvoeren voor de andere subgroepen. In het toneelstuk dient de sociale strijd van de casus die zij gelezen hebben uitgebeeld te worden. Opgelet: indien de groep niet groot genoeg is, is het mogelijk slechts twee praktijkvoorbeelden te behandelen om zo meer personen per groep te hebben. De begeleider kan dan het derde geval vlug bespreken. Elke groep heeft 20 minuten om zich voor te bereiden. Elke voordracht mag niet meer dan 10 à 15 minuten duren. Overal ter wereld verzamelen mensen zich in de strijd tegen de onrechtvaardigheid die voortvloeit uit ons huidige economische systeem. Zelfs in gevallen van dagelijkse onderdrukking tellen we steeds meer gevallen van overwinning. Zij zijn het bewijs dat wij, door onszelf te verenigen en samen te strijden voor een rechtvaardige zaak, dingen kunnen veranderen.
De Filippijnen: Volksverhuizingen
Ibon
Bayani en zijn vrouw Diwata leven in San Mariano, in de provincie Isabela in het NoordOosten van de Filippijnen. Zij hebben samen een kleine boerderij. Bij de familie van Bayani is de cultuur van het land een traditie die van generatie op generatie wordt overgedragen. Dankzij de oogst van fruit en groenten kunnen Bayani en Diwata hun kinderen en hun respectievelijke ouders te eten geven. Elke dag gaan ze tevens naar de markt om hun producten te verkopen aan de inwoners van het dorp.
In 20121 vestigde EcoFuel, een bio-ethanol fabriek, zich in het dorp waarbij 6.000 hectaren landbouwgrond in gebruik werden genomen voor de productie van suikerriet. Bayani en Diwata werden onteigend van hun land hoewel dit hun bron van inkomsten is en noodzakelijk om te kunnen overleven. Zij konden hun lekkere groenten, hun bananen, hun ananas en hun rijst niet meer cultiveren zoals vroeger. Hun levensstandaard ging snel achteruit. Daarbij komt nog dat sommige dorpsbewoners ziek werden en dat dode vissen in de rivier begonnen te drijven. De werking van de fabriek veroorzaakte luchtvervuiling, een verschrikkelijke stank, en giftig afval op de naburige landbouwgronden en in de Pinacanauan rivier. Een inwoner van San Mariano heeft tevens ontdekt dat de fabriek opereerde zonder vergunning van het Ministerie voor Milieubeheer. Zonder deze vergunning overtrad de fabriek niet alleen de wetten maar vervuilde ze ook de lucht en het water. Bayani en Diwata alsook de andere inwoners van het dorp konden zo niet lang meer blijven voortleven. Ze hebben zich verenigd om hun rechten op te eisen en hebben hierbij steun gekregen van strijdvaardige organisaties zoals de Coalitie van Aziatische Boeren (APC),
1 http://www.asianpeasant.org/content/ farmers%E2%80%99-militant-action-victoriously-shutdown-bioethanol-plant
de Kilusang Magbubukid ng Pilipinas (KMP2) en de Danggayan dagiti Mannalon ti Isabela (DAGAMI-Isabela3). Op 2 augustus 2012 heeft EcoFuel zijn deuren moeten sluiten. Volgens de secretaris generaal van het APC, betekent dit een echte overwinning in de boerenstrijd in Azië. Bayani en Diwata hebben hun land teruggekregen en kunnen terug gezond leven zoals voorheen.
Aperture CC BY 3.0
Latijns-Amerika: Bodemverontreiniging Guillermo en zijn vrouw Lidya maken deel uit van de Secoya Inheemse Organisatie van Ecuador. Zij hebben altijd een vreedzaam leven geleid volgens het ritme van de natuur en hun tradities. Zij hebben zich steeds gevoed met wat de natuur hen te bieden had. Als hun kind ziek werd, verzorgde Lidya het met geneeskrachtige planten van het bos. In de jaren 80 heeft het petroleumbedrijf 2 KMP, een organisatie die 2 miljoen boeren en landarbeiders vertegenwoordigt, eist sinds 1985 overheidsmaatregelen die beantwoorden aan de noden van de boeren: toegang tot land, ter beschikking stelling van productiemiddelen en betaalbare kredieten. De beweging zet zich ook in voor het gebruik van traditionele rijstvariëteiten en de bevordering van biologische landbouwtechnieken – een methode die interessant is in termen van gezondheid en voor de economische situatie van de producenten. 3 Het gaat om een landbouworganisatie in de provincie Isabela in de Filipijnen.
Chevron Texaco zich echter gevestigd in verschillende regio’s van het Amazonegebied om het milieu uit te buiten. Veel multinationals verhuizen naar de landen van het Zuiden om de natuurlijke rijkdommen, die in deze regio’s overvloedig aanwezig zijn, te exploiteren. Dikwijls worden de milieuregels met de voeten getreden met het oog op het verhogen van de winst of het drukken van bepaalde investeringen die de milieu-impact moesten verminderen. Gedurende 26 jaar heeft Chevron Texaco miljoenen tonnen giftige stoffen in de jungle achtergelaten en zo het Ecuadoraans Amazonegebied verontreinigd. Stilaan hebben Guillermo en Lidya bepaalde dieren zien verdwijnen, planten zien doodgaan en werden ze geconfronteerd met ziektes die ze voordien niet kenden. De gemeenschap van Secoya werd genoodzaakt om zich te verplaatsen teneinde voedsel en minder vervuild water te vinden, naar een gezondere omgeving. Het Secoya volk is niet de enige group die deze situatie heeft meegemaakt. Andere voorbeelden zijn de Siona, Cofán, Waorani en Kichwa volkeren. Ze hebben daarom beslist zich te verenigen en de «Asamblea de los Afectados por lo Texaco» (de vereniging van de slachtoffers van Texaco) op te richten die zo’n 30.000 autochtonen telt. Zij hebben massaal rechtvaardigheid opgeëist en deze strijd heeft zijn vruchten afgeworpen. In januari 20134, heeft het Ecuadoraanse gerecht de uitspraak van één jaar eerder 4 CUNEO M., 30.000 indígenas y campesinos que hicieron lo imposible [online], http://www.cubadebate.cu/ opinion/2012/12/19/30000-indigenas-y-campesinos-quehicieron-lo-imposible/ (Geconsulteerd op 2 mei 2013)
bevestigd: de petroleummaatschappij Chevron Texaco werd schuldig bevonden aan het uitstoten van miljoenen tonnen giftige stoffen in de Amazone jungle en heeft zo het Ecuadoraans Amazonegebied verontreinigd gedurende de 26 jaar dat zij in de regio werkzaam was. De schade die veroorzaakt werd door de firma Chevron Texaco is de grootste in de geschiedenis van de petroleumvervuiling. Zelfs de schade van de vervuiling veroorzaakt door BP in de Mexicaanse Golf was geringer. De schade veroorzaakt door Chevron is 10 keer groter. Chevron zal 19,2 miljard dollar moeten betalen, het hoogste bedrag in de geschiedenis van gerechtelijke vergoedingen. Dankzij deze overwinning kunnen het Secoyaanse volk alsook ook de andere volkeren het geld gebruiken om de milieuschade te repareren en de regio te verbeteren door het oprichten van ziekenhuizen, scholen en de voorziening van drinkbaar water. De Ecuadoraanse president, Rafael Correa, heeft deze uitspraak tevens gebruikt om de lidstaten van de Unie van de Zuid-Amerikaanse Naties (UNASUR) te vragen zich te verenigen tegen Chevron.5
van kippen omdat het een familietraditie is die van generatie op generatie wordt overgedragen. Eric en Francis zijn er fier op. Ze zijn immers de enige kippenfokkers van het dorp! In de jaren 90 hebben Eric en Francis de door hun gevreesde nachtmerrie werkelijkheid zien worden en werden ze genoodzaakt te vertrekken. Door de liberalisering van de handel van landbouwproducten in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WHO), is de Europese export van kippen naar Afrika en de ganse wereld geëxplodeerd. Deze producten worden verkocht tegen spotprijzen dankzij exportsubsidies, toegekend in het kader van de Gemeenschappelijke Landbouwpolitiek van de Europese Unie en door de zeer hevige concurrentie tussen de Europese producenten.
Eric en zijn broer Francis zijn Kameroense kippenkwekers die hun beroep reeds 30 jaar uitoefenen. De kippenhandel is niet eenvoudig in Kameroen aangezien de bevolking heel arm is en zich niet iedere dag een goed stuk gevogelte kan veroorloven. Nochtans hebben ze alle twee een grote passie voor het fokken
In 1996 heeft Kameroen 978 ton bevroren kippen geïmporteerd aan goedkope prijzen. In 2003 waren dit 22.154 ton, oftewel een jaarlijks gemiddelde verhoging van ongeveer 300%.6 Niemand kocht nog een kip bij Eric en Francis aangezien hun kippen duurder waren dan de Europese kippen. Stilaan werden ze verplicht hun personeel te ontslaan, personeel dat hun nochtans gedurende meer dan 10 jaar trouw was gebleven. Ze wisten niet meer wat te doen en waren kwaad. Te meer omdat de bevroren kippen van slechte kwaliteit waren en gewoon werden verkocht in Afrika omdat er geen vraag naar was binnen Europa (liever verkopen op de Afrikaanse markt dan als hondenvoer tegen lagere prijzen). Eric en Francis sloten zich vervolgens
5 LO DE ALLA, In Ecuador, Correa proposes Unasur united front against Chevron [online], http://lo-de-alla. org/2010/04/in-ecuador-correa-proposes-unasur-unitedfront-against-chevron/ (Geconsulteerd op 3 mei 2013)
6 SOS FAIM, Les filières avicoles africaines afce aux importations de poulets congelés [online], http://www. sosfaim.be/pdf/publications/dynamiques_paysannes/4_ impacts_importations_poulets_congeles_afrique.pdf (Geconsulteerd op 7 mei 2013)
Afrika: vernietiging productie
van
de
lokale
aan bij een Kameroense vereniging, Service d’Appui aux Initiatives Locales de Développement (SAILD). Met de hulp van andere landbouwverenigingen zetten zij een sensibiliserings- en mobiliseringscampagne op die inmiddels gehoor gevonden heeft in verschillende Afrikaanse en Europese landen. In Kameroen stelden ze een dossier samen met alle statistieken over de import van kippen. Hierdoor stelden ze vast dat de officiële statistieken vervalst worden: de werkelijke aantallen geïmporteerde kippen lagen veel hoger dan vermeld.7 De campagne werd gelanceerd om druk uit te oefenen op Europa maar ook om de Afrikaanse verantwoordelijken wakker te schudden zodat zij nieuwe, rechtvaardigere regels zouden uitvaardigen. Ondanks het feit dat een honderdtal handtekeningen werd verzameld, heeft de EU haar politiek niet gewijzigd. De regering van Kameroen heeft echter de import van bevroren kippen beperkt, de BTW op het lokaal fokken afgeschaft en de taks op de import van kippen verhoogd. Dankzij deze nieuwe reglementering kunnen Eric en Francis verder blijven werken en de familietraditie laten voortbestaan!
ForTheFuture CC BY 2.0 7 PAX CHRISTI, Les violences économiques en Afrique – Étude de cas : l’exportation massive de nos poulets [online], http://paxchristiwb.be/files/files/pcwbviolences-afrique.pdf (Geconsulteerd op 7 mei 2013)
3.TIJDSLIJN: EN WIJ? Duur: 45 minuten Aantal deelnemers: minimum drie deelnemers Benodigd materiaal: stappen die de tijdlijn samenstellen Pedagogische doelstelling: weten wanneer we in het onderhandelingsproces kunnen lobbyen bij onze politici Rol van de begeleider: voor elke stap van de tijdslijn de informatie aanvullen
Het is belangrijk te begrijpen op welk ogenblik van de onderhandelingen wij kunnen lobbyen bij onze politici. Om een overzicht te hebben van het totale proces van onderhandelingen van een vrijhandelsakkoord, legt de begeleider het voorbeeld uit van het vrijhandelsakkoord tussen de Europese Unie, Colombia en Peru. Hij dient de nadruk te leggen op het feit dat elk geval anders is en dat de verschillende stappen lichtjes kunnen afwijken naargelang het akkoord. Hij legt de verschillende “stappen” van dit akkoord op de grond en vraagt aan de groep om de stappen in de juiste volgorde op de tijdslijn te leggen. De begeleider verbetert de volgorde indien nodig en vult elke stap in de onderhandeling aan met de informatie van de module. Hij brengt de stappen waar de bevolking kan in tussenkomen naar voren.
activiteiten georganiseerd waaronder een vormingsweekend over de vrijhandel en conferentie- en informatieavonden met mensen uit Latijns-Amerika en België die expert zijn op vlak van vrijhandel. Ook overhandigde intal een petitie met meer dan 3.000 handtekeningen aan de Belgische Europarlementariërs, en initieerde zij een mobilisatie voor de ambassade van Colombia of voor het Europees Parlement, een ronde tafelgesprek met een delegatie van mensen van Peru en Colombia in het Europees Parlement en een publieke hearing.
Er bestaan veel organisaties die de bevolking en onze politici proberen te sensibiliseren rond de vrijhandelskwesties. De beweging intal bijvoorbeeld, partner van G3W, voert concrete, internationale solidariteitscampagnes in België. Haar doel is een tegenpool te vormen om de obstakels, die het recht op gezondheid belemmeren, uit de weg te ruimen. Tijdens haar campagne tegen het vrijhandelsakkoord EU-Colombia en Peru heeft intal verschillende
2007: Discussie rond een akkoord van de Associatie van de vier lidstaten (Ecuador,
Deze activiteiten zijn belangrijk tijdens het lobbyen. Laten we eens nader bekijken welk moment het meest strategische moment is om tussen te komen.
Daniel Antal CC BY-SA 2.0
Colombia, Peru en Bolivia) van de Andesgemeenschap (CAN) Dit akkoord zou gelijkaardig zijn aan het akkoord waarover onderhandeld werd tussen de EU en Centraal-Amerika, gebaseerd op politieke dialoog, samenwerking en handel. 2009: Ecuador en Bolivia verlaten de onderhandelingstafel Bolivia en Ecuador verlaten snel de onderhandelingstafel wanneer ze het werkelijke doel van dit akkoord begrijpen nl. een vrijhandelsakkoord naar voorbeeld van de NAFTA dat verstrekkende gevolgen zou hebben op socio-economisch vlak.1 Oktober 2009: “EU-Andean trade Sustainability Impact Assessment” (Duurzaamheidsstudie van de impact van de handel tussen de EU en de Andes). Evaluatie van de economische en sociale gevolgen alsook de impact op het milieu van een vrijhandelsakkoord van de betrokken landen. Studie uitgevoerd door de Europese Commissie2 Om de argumentatie op te bouwen en te lobbyen bij de politici is dit soort van studies, gerealiseerd door de Europese Commissie, heel nuttig. De Sustainability Impact Assessments zijn onafhankelijke studies geleid door een groep van externe consultants. Zij bestuderen de 1 INTAL, Hoe het vrijhandelsakkoord tussen de Europese Unie, Colombia en Peru begrijpen? [online], http:// www.intal.be/nl/article/hoe-het-vrijhandelsakkoordtussen-de-europese-unie-colombia-en-peru-begrijpen (Geconsulteerd op 3 mei 2013) 2 EUROPESE COMMISSIE, EU-Andean Trade Sustainability Impact Assessment [online], http://trade.ec.europa. eu/doclib/docs/2010/april/tradoc_146014.pdf (Geconsulteerd op 3 mei 2013)
mogelijke gevolgen van een vrijhandelsakkoord op verschillende vlakken zoals werkgelegenheid, kapitaalsinvesteringen, armoede, gezondheid, onderwijs, milieu, genderongelijkheid en andere. Zij doen ook aanbevelingen op vlak van mogelijke begeleidende maatregelen of wijzigingen aan bepaalde stukken van het akkoord. Dit alles met het oog op het maximaliseren van de positieve gevolgen van het vrijhandelsakkoord en het minimaliseren van de negatieve gevolgen. Volgens het rapport zou het vrijhandelsakkoord een licht positief gevolg hebben op het Bruto Binnenlands Product (BBP) van Colombia en Peru. Wanneer de reden van de lichte stijging van het BBP van naderbij wordt bekeken (toename in de mijnbouw, productie van bioethanol, toegenomen export van bepaalde soorten groenten en fruit, enz…) waarschuwt het rapport voor de negatieve gevolgen voor het milieu en de sociale gevolgen veroorzaakt door deze economische wijzigingen. Op vlak van gezondheid bijvoorbeeld, zou het vrijhandelsakkoord desastreuze gevolgen hebben. Eerst en vooral omdat de stijging van landbouwproductie, de biodiesel en de mijnbouw de werknemers meer zou blootstellen aan schadelijke producten zoals pesticiden, zware metalen, enz. De arbeidsomstandigheden (werktijden, salaris, enz.) in deze sectoren riskeren tevens te verslechteren bij een toename van deze activiteiten. De verontreiniging van de aarde en het water zal daarnaast ook gezondheidsproblemen met zich meebrengen voor de lokale gemeenschap. Dit zal tot gevolg hebben dat door het vrijhandelsakkoord
minder mensen toegang zullen hebben tot geneesmiddelen en dat de regeringen minder capaciteit zullen hebben om de condities van de openbare gezondheid te verbeteren. Het rapport verwoordt het juist: de economische groei van het land zal geen garantie betekenen voor de vermindering van de armoede omdat deze vooral zal afhangen van de aandacht die de beleidsmakers zullen besteden aan de kwaliteit van het openbaar beleid en van het bestuur. Ondanks deze indicaties zien we dat noch de Europese Commissie, noch het Europees Parlement ermee rekening houdt bij het uitbrengen van hun stem. Februari 2010: slot van de onderhandelingen voor een handelsakkoord tussen de Europese Unie, Colombia en Peru We zien dus dat een onderhandelingsronde heel lang kan duren en niet automatisch leidt tot de ondertekening en toepassing van het akkoord. Maart 2011: ondertekening van het vrijhandelsakkoord tussen de Europese Unie, Colombia en Peru Het gaat om de officiële afronding van de onderhandelingen.
Het gaat om de formele ondertekening van het akkoord. Juni 2012: De Raad van Europa geeft toestemming aan de verschillende regeringen om het handelsakkoord op voorlopige basis toe te passen Hier wil men de betrokkenen voor een voldongen feit zetten. Dit is een ondemocratische praktijk aangezien de goedkeuringsprocedure nog niet is afgerond. Zo kan men de indruk krijgen dat er niets meer aan te doen is, maar dit is helemaal niet het geval. Dit is juist het perfecte moment om druk uit te oefenen op politici. Zowel Het Europees Parlement als de 27 EU-landen moeten nog stemmen over dit akkoord. Als er één land tegen stemt, gaat het akkoord niet door. Het ACTA-verdrag (handelsovereenkomst ter bestrijding van namaak) bijvoorbeeld, werd dankzij het lobbywerk van verschillende organisaties verworpen door vele Europese parlementsleden. Overal in Europa werden manifestaties gehouden en volksvertegenwoordigers kregen miljoenen e-mails toegestuurd. Eén petitie verzamelde zelfs 2,8 miljoen handtekeningen.4
Juni 2012: Europees Commissaris voor Handel, Karel de Gucht, ondertekent het akkoord samen met de Deense ambassadeur Jonas Bering Liisberg, vertegenwoordiger van de voorzitter van de Raad van Europa, Sergio Diaz-Granados, Colombiaanse minister van Handel en José Luis Silva Martinot, minister van Buitenlandse handel, op de Raad van de Europa3
Oktober 2012: Verschillende Europese partijen vragen de Colombiaanse regering om een ‘roadmap’ bij het akkoord te voegen Colombia respecteert de mensenrechten niet. Sinds 2002 werden meer dan 6 miljoen mensen verdreven. Meer dan 3000 vakbondsmedewerkers werden vermoord, de arbeidsomstandigheden bij multinationals zijn betreurenswaardig, etc. Met het vrijhandelsakkoord zullen deze
3 EUROPESE COMMISSIE, Overview of FTA and other trade negotiations [online], http://trade.ec.europa.eu/doclib/ docs/2006/december/tradoc_118238.pdf (Geconsulteerd op 14 mei 2013)
4 A.L., Le Parlement européen rejette massivement le traité Acta [online], http://www.20minutes.fr/hightech/965917-parlement-europeen-rejette-massivementtraite-acta (Geconsulteerd op 14 mei 2013)
problemen alleen maar groter worden. Daarom schoten het maatschappelijk middenveld en de ngo’s in actie om de onderhandelingen stop te zetten. Veel organisaties lobbyden bij Europese parlementsleden om tegen dit akkoord te stemmen. Het is onder meer daarom dat bepaalde partijen die ‘roadmap’ wilden verkrijgen. In dat document staan honderden maatregelen die Colombia van plan is toe te passen om zo tot belangrijke verbeteringen te komen op het gebied van milieu- en mensenrechten.
Arturo Sotillo CC BY-SA 2.0
Toch is het belangrijk te begrijpen dat als de economische belangen te groot zijn, een schriftelijke clausule om mensenrechten te respecteren dode letter zal blijven. November 2012: stemming en goedkeuring van het akkoord door de Commissie voor Buitenlandse Handel (INTA) in het Europees Parlement Er werd bewust voor deze procedure gekozen. De leden van deze commissie moeten zich immers enkel uitspreken over de clausules in het akkoord die rechtstreeks handelen over mensenrechten en niet de indirecte impact van het akkoord op de mensenrechten. Men koos voor deze strategie om mogelijke blokkering te vermijden. Bij een stemming door bijvoorbeeld de Commissie van Buitenlandse Zaken had de Mensenrechtencommissie van het parlement
kunnen tussenkomen in verband met de indirecte gevolgen van het akkoord voor de rechten van de mens. December 2012: stemming en goedkeuring van het akkoord in plenaire vergadering van het Europees parlement Het Europees Parlement keurt het akkoord goed. Van de Belgische Europarlementsleden stemden alleen de Groenen tegen. De sociaaldemocraten onthielden zich omwille van het lobbywerk van honderden organisaties. De christendemocraten en liberalen stemden voor. Deze stemmen tegen het akkoord zijn het resultaat van grootschalig politiek lobbywerk (dankzij brieven, petities, manifestaties, etc.) van honderden organisaties. December 2012: goedkeuring van het akkoord door het Peruviaanse Congres en de Colombiaanse Senaat Nog op komst: stemming door de nationale parlementen van de Europese Unie Enkele organisaties richten nu hun pijlen op Belgische politici. Als één land tegen het akkoord stemt, kan het akkoord niet in werking treden. De druk is enorm als men bedenkt wat de gevolgen van een verwerping kunnen zijn. Het zou een economische blokkering betekenen voor heel de Europese Unie. Een land zal zeer goede argumenten moeten kunnen voorleggen om tegen te stemmen. Toch gaat het middenveld verder met zijn campagne. Het Vlaams Parlement zou zich op vrijdag 19 april uit spreken over het akkoord. Een spoedpetitie opgezet door intal verzamelde 371 handtekeningen in minder dan 24 uur. Nog meer acties werden opgezet door andere organisaties. Het Vlaams Parlement heeft daarom beslist zijn stem uit te stellen, wat op zich al een overwinning is.
V. W O O R D E N L I J S T
BBP: Bruto binnenlands product Het BBP, bruto binnenlands product,wordt uitgedrukt in koopkrachtpariteiten. Het omvat alle goederen en diensten die gedurende een bepaalde periode op een bepaald grondgebied geproduceerd werden. Het bruto binnenlands product houdt geen rekening met internationale transfers zoals winsten verkregen in het buitenland.
Delokalisatie Het gaat hier om de transfer van een productie-eenheid van één land naar een ander door een multinational. Deze transfer leidt tot de sluiting van het geheel of van een deel van het filiaal in het eerste land. Het is niet noodzakelijk synoniem voor de opstart van een nieuwe productie- of distributieeenheid.
BNP: Bruto nationaal product Het BNP meet de productie gedurende een bepaalde periode, meestal jaarlijks, van goederen en diensten gecreëerd door een natie, of die productie nu op nationale bodem of in het buitenland gebeurt. Het BNP is gelijk aan het BBP vermeerderd met de netto inkomsten uit het buitenland.
Deregulering Deregulering is een beleid dat regulering van de economische sector of prijszetting wil verminderen of afschaffen, of zelfs de vastlegging van de prijzen flexibeler te maken. De staat bemoeit zich minder met de economie en staatsbedrijven worden geprivatiseerd. Deregulering is gebaseerd op de capaciteit van markten om zichzelf te reguleren. Het doel is concurrentie en innovatie stimuleren.
Concurrentie Concurrentie is één van de typische elementen van het kapitalisme. Om hiermee om te kunnen gaan, zullen economische spelers steeds proberen meer te produceren, meer te verkopen en meer marktaandeel in te nemen. Dit kapitalisme met vrije concurrentie laat toe dat bepaalde bedrijven alsmaar groter worden en kleine ondernemingen overnemen die het financieel moeilijk hebben. Zij kunnen immers niet mee met deze reuzen. Coöperatie In deze context omvat coöperatie de verschillende programma’s die ontwikkeld werden door de geïndustrialiseerde landen om de landen van het Zuiden te “helpen bij hun ontwikkeling”.
het Noorden als in het Zuiden.
rendement maximaal lijkt.
Eerlijke handel (Fair trade) Eerlijke handel staat voor meer eerlijkheid in internationale handelsbetrekkingen. Het is gebaseerd op verschillende principes: het werk van de producenten en arbeiders voorzien van een rechtvaardige vergoeding, het respecteren van mensenrechten, het opbouwen van duurzame relaties tussen economische partners, het behoud van het milieu aanmoedigen en de consument kwaliteitsproducten aanbieden.
Hernieuwbare energie Energie die zich minstens even snel hernieuwt als dat het verbruikt wordt. Er bestaan verschillende energiebronnen (wind, zon, water, warmte van de aarde, etc) en verschillende manieren van ontginning (windmolens, zonnepanelen, hydro-elektrische dammen, warmtepompen, etc.).
Fossiele brandstoffen Brandstoffen onttrokken aan afzettingen van versteende koolstof (steenkool, aardolie, aardgas, schaliegas). Hun verbranding is de belangrijkste bron van C02 uitstoot wereldwijd.
Directe buitenlandse investeringen (DBI) Handeling waardoor een bedrijf het kapitaal naar een ander land transfereert om er zijn activiteiten uit te breiden. DBI is eveneens een maatstaf voor de internationalisering van de economie. In 2007 waren kapitaalbewegingen over landsgrenzen heen meer dan 200 miljoen dollar waard.
Genetisch gemodificeerd organisme (GGO) Een levend organisme (dierlijk of plantaardig) waarbij men een genetische manipulatie heeft doorgevoerd om bepaalde eigenschappen te veranderen, bijvoorbeeld om de plant resistent te maken tegen bepaalde pesticiden. Genetisch gemodificeerde planten worden vaak intensief geteeld als veevoeder voor de veestapel van rijke landen.
Duurzame ontwikkeling Ontwikkeling die toelaat om de huidige economische, sociale en ecologische noden te voldoen, zonder de capaciteit van toekomstige generaties om aan hun noden te voldoen in gevaar te brengen. Duurzame ontwikkeling ontstaat uit een evenwichtig partnerschap tussen de sociale actoren met als doelstelling meer rechtvaardigheid te bereiken in zowel
Globalisering Het proces van integratie van de markten dat voortvloeit uit de liberalisering van de handel en de exploitatie van concurrentie op wereldvlak. Vooruitgang inzake transport en communicatie gaf de globalisering een extra elan. Globalisering is liberaal in zijn essentie: privaat geld kan vrij circuleren en geïnvesteerd worden daar waar het
Inflatie De term inflatie verwijst naar een duurzame, algemene en constante stijging van de goederen- en dienstenprijs. Inflatie wordt ook gekenmerkt door de toename van de geldcirculatie (monetaire massa). Intellectuele eigendom Het geheel van rechten die iemand op zijn ontdekking of uitvinding heeft. Kapitalisme Kapitalisme is een economisch en juridisch systeem gekenmerkt door het feit dat de productiemiddelen niet de eigendom zijn van diegenen die de arbeid leveren. Het systeem is gebaseerd op meerdere principes zoals de particuliere onderneming, vrijheid van handel, de macht van de aandeelhouders, het streven naar winst en de accumulatie van kapitaal. Landen van het Zuiden Deze term gaat verder dan de geografische betekenis. Het verwijst naar bevolkingsgroepen die hun eigen ontwikkelingstempo hebben, maar die onderworpen zijn aan de economische, culturele en politieke dominantie van de
geïndustrialiseerde landen. Lobby Lobby’s zijn drukkingsgroepen met particuliere belangen. Vaak verdedigen ze de interesses van industriële of financiële groepen.
kapitaal geheel of gedeeltelijk in handen heeft. Het bedrijf specialiseert zich en eigent zich vaak een hele sector toe, soms zelfs meerdere, wat leidt tot het faillissement van kleinere ondernemingen die niet de concurrentiekracht hebben van deze economische reus.
Monocultuur Monocultuur is een vorm van landbouw waarbij maar één plantensoort geteeld wordt. Monocultuur is gevaarlijk want ze leidt tot uitputting van de bodem. Er is dan ook meer kans op ziektes en verminderde biodiversiteit. Veel landen in het Zuiden worden gedwongen zich te specialiseren in één soort, gericht op export, (katoen, koffie, cacao, aardnoten, tabak, etc.) om vreemde valuta te verkrijgen en zo hun schuld af te bouwen. Deze specialisatie brengt ook een cultuur van lijfrente met zich mee (wat geld in het laatje binnenbrengt) in plaats van landbouw voor eigen consumptie (zodat ze in hun eigen onderhoud kunnen voorzien).
Naamloze vennootschap Een naamloze vennootschap geeft het statuut van rechtspersoon aan een bedrijf dat met kapitaal is opgericht. De vennootschap is gebaseerd op de verenigde beleggers (aandeelhouders) die waardepapieren bezitten van het bedrijf (aandelen) waarvoor ze op regelmatige basis een winstdeel krijgen. De aandeelhouders kunnen hun aandelen verkopen.
Monopolie Een bedrijf dat een monopolie heeft, is een bedrijf dat als enige een product (of meerdere producten) waarin het gespecialiseerd is, produceert en verkoopt. Monsanto bijvoorbeeld (een multinational in de landbouw- en de voedingssector) is marktleider in GGO’s en heeft 70% marktaandeel in deze sector. Hierdoor hebben kleine bedrijfjes geen kans en worden ze opgeslokt door Monsanto.
Speculatie Speculatie is het nemen van beslissingen vandaag op basis van een hypothetische toekomstige economische toestand met de bedoeling er winst uit te halen.
Multinational En multinationale is een bedrijf met filialen in meerdere landen waarbij het bedrijf het
Voedselsoevereiniteit De voedselsoevereiniteit verdedigt het recht van elke bevolking, staat of groep
Octrooi Een octrooi geeft toestemming voor de houder van een innovatie om het product te vervaardigen, gebruiken en verspreiden voor een bepaalde duur.
Op financieel vlak gaat het om een transactie die erop gericht is winst te halen uit marktprijsschommelingen om zo meerwaarde te creëren die niet het resultaat is van een reële activiteit.
van staten om zijn eigen landbouwbeleid uit te tekenen dat het beste overeenstemt met de noden van zijn bevolking, zonder een negatieve impact te hebben op de bevolking van andere landen. Dit beleid wordt uitgetekend in overeenstemming met kleine boeren, commerciële landbouwers, veehouders, vissers, kleine voedselproducenten en consumenten. Het is dus een breuk met de huidige organisatie van landbouwmarkten die wordt toegepast door de Wereldhandelsorganisatie. WTO: Wereldhandelsorganisatie De WHO of WTO is een internationale organisatie die instaat voor de regulering van handel tussen landen. Haar voornaamste doelstelling is het bevorderen van handel, en de betrouwbaarheid en vrijheid van handelsbetrekkingen.
Deze module wordt u voorgesteld door Geneeskunde voor de Derde Wereld (G3W) in samenwerking met intal
G3W ondersteunt de uitbouw van een brede sociale beweging om de obstakels weg te werken die mensen en gemeenschappen verhinderen om hun recht op gezondheid te realiseren. Daarvoor werkt G3W samen en in solidariteit met partners en netwerken die opkomen voor het recht op gezondheid, soevereine ontwikkeling en sociale rechtvaardigheid, in het Zuiden, internationaal en in België. intal is een beweging voor internationale solidariteit die opkomt voor het recht op gezondheid, vrede en ontwikkeling. Intal bouwt hiervoor een brede beweging uit die actieve jongeren en werkende mensen groepeert.