Topsector Agro Food Innovatie Attaché Netwerk
Inhoud 04 | Voorwoord 05 | Frankrijk • 05 | A gro Food in Frankrijk: Een nieuwe kijk op bestaande ingrediënten
08 | China • 08 | A lgemeen beeld van de sector Agro Food in China
10 | Verenigde Staten en Canada • 10 | Agro-food updates uit Noord Amerika
12 | Colofon
Voorwoord Geachte lezer, Het door EL&I tot op heden gevoerde topsectorenbeleid heeft geresulteerd in scherp geformuleerde plannen met flinke ambities voor de diverse topsectoren. Als Netwerk van Innovatie Attachés van het Ministerie van Economische zaken, Landbouw en Innovatie is het onze taak deze plannen ook internationaal handen en voeten te helpen geven mochten de topsectoren dat wenselijk vinden. Een manier om die internationale dimensie in te vullen is een beeld te geven wat er per topsector in de voor die topsector meest toonaangevende landen van de wereld gebeurt op het terrein van Research & Development en Innovatie. Deze beelden zijn vervat in een zestal publicaties die gaan over buitenlandse ontwikkelingen in de topsectoren Energie, Hightech Systemen & Materialen, Chemie, Water, Agro Food en Life Sciences & Health. Of Nederlands beleid nu wel of niet ongewijzigd wordt voortgezet, hoe dan ook blijven de R&D ontwikkelingen in het buitenland in hoog tempo op Nederland af komen en bieden zij talloze kansen en mogelijkheden om de absolute sterke punten van Nederlandse R&D in te zetten voor versterking van het Nederlandse bedrijfsleven. Kansen scouten en verzilveren begint natuurlijk ook allereerst met informatie over wat er speelt. Met deze publicaties hoopt het Netwerk van Innovatie Attachés een belangrijke bijdrage te doen aan het inzicht in de verzilveringsmogelijkheden van R&D samenwerking met buitenlandse partijen. De artikelen in deze publicaties geven uiteraard géén compleet beeld over hetgeen er op R&D gebied rond topsectoren gebeurt, noch qua “wereldwijde dekking”, noch qua alle ontwikkelingen die voor topsectoren relevant zijn. Wel biedt de informatie aanknopingspunten voor het opzetten en versterken van een internationale R&D strategie voor iedere topsector en daar toe behorende samenwerking met buitenlandse partijen. Sommige topteams maken daar dan ook al goede vorderingen mee die aansluiten op soms al lopende vormen van R&D samenwerking tussen Nederlandse en buitenlandse partijen. Dergelijke samenwerking komt tot stand door wederzijdse bezoeken van ondernemers, onderzoekers, beleidsmakers en bewindspersonen: niet een keertje op bezoek maar bij voorkeur regelmatig om de samenwerking echt concreet te maken en te komen tot
gezamenlijke business die de Nederlandse economie duurzaam versterken. De voor u liggende publicatie is gewijd aan Agro Food. Afgelopen najaar heeft het IA Netwerk al een R&D seminar over Agro Food georganiseerd en daartoe tal van buitenlandse R&D experts naar Nederland gehaald en hen ondersteund bij het aangaan van mogelijke samenwerking met vooraanstaande Nederlandse partijen. Ook zijn er tal van artikelen gepubliceerd over R&D op het terrein van Agro Food in het buitenland in een eerder verschenen speciale publicatie. Onder meer is zo met dienstverlening van de innovatie Attachés in Noord Amerika vooraanstaand Nederlandse Agro Food onderzoek verknoopt met een vooraanstaande Amerikaanse universiteit op dit terrein. Mocht u vragen of ambities hebben over R&D op het terrein van Agro Food in het buitenland of andere onderzoeksonderwerpen aarzel niet om de Innovatie Attachés rechtstreeks te benaderen. Hun contactgegevens vindt u verderop in deze publicatie. En tot slot nog dit: het is de moeite waard om kennis te nemen van de andere (topsector) publicaties van IA Netwerk omdat convergentie van technologieën een veelomvattend fenomeen is dat aan uw aandacht kan ontsnappen en daarmee op termijn van invloed kan zijn op het succes van uw onderneming, kennisinstelling of consortium. Deze zomer wordt het Innovatie Attaché Netwerk ook actief in Rusland, Brazilië en Taiwan. Israël volgde eerder dit jaar. Wilt u meer weten? Neem gerust contact op met één van onze mensen. Namens alle Innovatie Attachés wens ik u veel leesplezier, Servaas Duterloo Manager Innovatie Attaché Netwerk Ministerie van EL&I Agentschap NL PS :Via MijnAgNL kunt u zich digitaal abonneren op Nieuws op Maat en op die manier overzicht houden op internationale R&D trends en ontwikkelingen: https://www.agentschapnl.nl/nl/inlogscherm Ook kunt u Innovatie Attaché Netwerk vinden op LinkedIn: http://www.linkedin.com/pub/ innovatie-attach%C3%A9-twa-netwerk/48/91b/987
4 | Innovatie Attaché Netwerk
Frankrijk | AgroFood in Frankrijk: Een nieuwe kijk op bestaande ingrediënten
Frankrijk AgroFood in Frankrijk: Een nieuwe kijk op bestaande ingrediënten Inleiding De agrofoodsector is voor Frankrijk . In 2008 was deze goed voor een omzet van € 163 miljard. Agrofood bood werkgelegenheid aan 412.500 mensen in ongeveer 10.600 bedrijven. Het is één van de weinige Franse sectoren met een exportoverschot. In 2010 stond tegenover een uitvoer ter waarde van 36,6 miljard een invoer van 31,3 miljard euro. Dit is met name te danken aan de export van maïs binnen de EU en van alcoholhoudende dranken naar de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Japan, Zwitserland en China. De R&D-uitgaven in de sector bedroegen in 2008 € 1,5 miljard euro. Er waren ongeveer tienduizend onderzoekers werkzaam in de agrofood. Daarmee is de Franse voedingsmiddelenindustrie de grootste van Europa en de tweede in de wereld na die van de VS. Het is een industrietak met een hoog percentage mkb. Naar verwachting zullen in de periode 2010 tot en met 2020 vier thema’s het strategisch onderzoek domineren: 1) Landbouw: innovatie in de economische, sociale en milieucomponenten; duurzame intensivering; 2) Voedingsketen: gezondheid en duurzaamheid van landbouwgewassen tot eindproducten; 3) Biomassa: geschikte gewassen identificeren voor energieproductie; 4) Duurzaamheid: CO2-uitstoot verminderen en aanpassingen ter vermindering van het broeikaseffect. Deze vier thema’s zetten aan tot een ander gebruik van bestaande voedingsmiddelen, tot studie van onze beleving bij proeven, voelen en ruiken of tot het concentreren van voedingsstoffen op een nieuwe manier. In dit artikel komen een aantal van deze Franse initiatieven aan de orde.
Hoe werken kennisinstellingen en bedrijven samen? Publieke-private samenwerking om dergelijke doelen te bereiken vindt onder andere plaats plaats in de Pôles de Competivitité (innovatieclusters). Zeven clusters zijn actief in de agrofood. De drie belangrijkste zijn: Nutrition Santé Longévité in
Lille, (voeding, gezondheid en lang leven), Vitagora in Dijon dat zich richt op smaak, gezondheid, voedingswaarde, voedingssupplementen en probiotica) en Prod’innov in Aquitaine dat focust op functional foods, biologische voedingsstoffen en geneesmiddelen. De belangrijkste Franse agrofoodbedrijven zijn Danone, Lactalis, Bongrain, LVMH (Louis Vuitton Moët & Hennessy), Fromagerie Bel, Pernod Ricard en Roquette Frères, een multinationale producent van zetmeelderivaten en polyolen. Frankrijk heeft een aantal belangrijke onderzoeksinstituten en grote onderzoeksprogramma’s op agrofood-gebied: INRA, ACTIA en Food for Life die in één of meer van de Pôles deelnemen aan de goedgekeurde projecten. Een belangrijke uitdaging voor de wereldvoedselproductie die de komende jaren ook in Frankrijk veel aandacht krijgt is de zogeheten duurzame intensivering van de landbouw. INRA zet een derde van zijn budget en menskracht in op deze kwestie. Meer dan tweehonderd onderzoekers en ingenieurs werken aan duurzame intensivering van de landbouw. Het INRA neemt deel aan 158 Europese onderzoeksprogramma’s en wil binnen tien jaar uitgroeien tot wereldleider in dit onderzoek.
IMPROVE: op zoek naar de betere vleesvervangers Om die ambitie te kunnen realiseren haken INRA en andere Franse onderzoeksinstellingen aan bij actuele thema’s die oplossingen zoeken voor aspecten van verduurzaming en gezondheid. Een voorbeeld van een initiatief dat dit nastreeft is het multidiscplinaire instituut IMPROVE, Institut Mutualise pour les PROteines VEgetales, dat onlangs startte met een startkapitaal van 35 miljoen euro. Het platform voor onderzoek naar plantaardige eiwitten wordt gepresenteerd als de ontbrekende schakel in de groene economie, naast BRI voor de valorisatie van koolhydraten, PIVERT voor de valorisatie van lipiden en OSIRIS voor onderzoek naar complexe enzymen door gisting in een vast milieu.
5 | Topsector Agro Food, juni 2012
Frankrijk | AgroFood in Frankrijk: Een nieuwe kijk op bestaande ingrediënten
IMPROVE speelt in op de verwachtte verdubbeling van de vraag naar eiwitten in de komende tien jaar. Plantaardige eiwitten zullen een belangrijke rol moeten spelen om in deze behoefte te voorzien, omdat de productie van dierlijke proteïnen te veel fossiele grondstoffen vereist - tot wel acht keer meer. De huidige Europese productie beslaat 44% van de vraag, zo’n 28 miljoen ton. Maar de valorisatie in de sector is laag en de R&D stagneert. IMPROVE moet dat tij keren. Het platform is begonnen op initiatief van grote graanverwerkers zoals de coöperatie Tereos Syral, Sofiprotéol en Soufflet in samenwerking met INRA, de universiteit van Picardië Jules Verne in Amiens en het Centre de Valorisation des Glucides et Produits Naturels (CVG). Nu wordt het initiatief ondersteund met geld uit de Investissements d’avenir, de Pôle de compététivité Industries et AgroRessources (IAR) en de regio Picardië. IMPROVE heeft drie hoofddoelstellingen. De eerste is de agrarische en industriële ontwikkeling van de sector voor plantaardige proteïnen als geheel. Het tweede doel is het creëren van een gespecialiseerd instituut, dat drie miljoen euro per jaar verdient met onderzoek en dienstverlening aan mkb en multinationals in de agrofoodsector. Het onderzoek kan gaan om mens en dier, materialen, chemie en cosmetica. Het derde en laatste doel is maatschappelijk: de creatie van een twintigtal arbeidsplaatsen.
reductie van bepaalde ongewenste voedingsstoffen. De Franse start-up Ederna heeft een concentratieprocedé ontwikkeld onder de naam Evapeos. Het maakt gebruik van osmotische verdamping bij kamertemperatuur en atmosferische druk. Daardoor blijven veel meer vitaminen en andere voedingsstoffen behouden dan bij gangbare concentratieprocessen. Het in 2007 opgerichte bedrijf kwam in 2011 met een kit om het procedé kleinschalig te testen. Deze kit vond aftrek bij onder andere Nestlé en Pierre Fabre, bedrijven die geïnteresseerd zijn in licenties. In 2012 opent Ederna een productie-unit om het gepatenteerde proces in de praktijk te brengen voor klanten. Het streven naar vermindering van zout, suiker en vetgehaltes stimuleert ook onderzoek naar voelen, proeven en ruiken. De consument moet het vernieuwde product immers wel accepteren. De universiteit van Tours opende in maart 2012 het ‘laboratorium der zintuigen’ Certesens. Dit lab omvat zevenhonderd vierkante meter, inclusief geurenbibliotheek. In Certesens kunnen in opdracht van productontwikkelaars materialen, geuren en kleuren worden getest door een panel van speciaal opgeleide experts in ruiken, voelen en beoordelen. Het laboratorium zal naast de agrofoodsector ook diensten verlenen aan cosmeticamerken als Dior en Thales zal er treininterieurs laten testen.
Reduceren, concentreren en testen Reductie van zout, suiker en vet in voedingsmiddelen geldt in Europa gezien als middel om de volksgezondheid te bevorderen en overgewicht, diabetes en hartkwalen te voorkomen en bestrijden. Om onderzoek op dit vlak te bevorderen heeft de EU een vierjarig project ter waarde van vier miljoen euro in het leven geroepen onder de naam Terifiq. INRA trekt dit project dat in februari 2012 van start ging. Tot de zestien partners behoren de WUR en het NIZO in Nederland. De eerste drie jaren zijn gereserveerd voor onderzoek, het laatste jaar is uitgetrokken voor technologieoverdracht aan bedrijven. Het Concentreren van bepaalde smaak- of voedingsstoffen kan ook bijdragen aan de
De evapéos machine. Bron: Ederna
6 | Innovatie Attaché Netwerk
Volgens de directeur zou het bijvoorbeeld best wel eens zo kunnen zijn dat een cliënt binnenkomt met een prototype gemaakt van hout en na de testfase besluit zijn product te maken van imitatiehout met hetzelfde ruwe oppervlak.
Algen anders Het gebruik van ‘gewone’ algen voor voedsel-, landbouw- en cosmetica industrie is in Frankrijk een bescheiden bedrijfstak met ambitie. Zeventig Franse bedrijven en tweeduizend werknemers werken in deze algenverwerkende industrie. Niet-giftige algen zijn in ruime mate voor de Bretonse kust aanwezig: maar liefst 70.000 ton in zeshonderd verschillende soorten. Om opbrengst en afzet voor algen ter consumptie te stimuleren werken de Bretons zelfs aan een bio-label voor hun algen. Om de sector een steuntje in de rug te geven ontving het project Idéalg in augustus 2011 tien miljoen euro uit het investeringsplan Investissements d’avenir. Idéalg heeft naast fundamenteel onderzoek tot doel massaproductie en selectie
Franse onderzoekers zien toekomst in duurzame intensivering en vleesvervangers
Frankrijk | AgroFood in Frankrijk: Een nieuwe kijk op bestaande ingrediënten
Figuur 2 Het lab Certesens (Bron: Centre News)
van algen te bevorderen met behulp van een beter gebruik van biotechnologie. Bij het project zijn toonaangevende instituten betrokken zoals het Ifremer in Brest, Roscoff in Finistère als onderdeel van het CNRS, het algenvalorisatie-instituut Ceva en wederom INRA. Algenverwerkende bedrijven zelf investeerden ook volop in 2011. Farmaceutisch bedrijf Goëmar stopte vier miljoen in uitbreiding van de productiecapaciteit voor vaccins op basis van algen die voor de kust groeien. Het bedrijf heeft een jaaromzet van zestien miljoen euro en voert 55% van zijn productie uit. Algaïa ontwikkelde een algenolie voor menselijke consumptie, die rijk is aan omega-3. De benodigde 200.000 euro aan R&D kwamen van de Pôle de compétitivité Valorial. Het algenonderzoeksinstituut Ceva werkt aan andere toepassingen, zoals een bioplastic op basis van algen voor de auto-industrie. In dit project werkt Ceva samen met Fiat. Ceva werkt ook aan de ontwikkeling van afbreekbare verpakkingsplastics op basis van algen. Het algenverwerkende bedrijf Fermentalg in de Gironde ontwikkelde een kweekmethode voor algen op basis van vergisting. De algen worden gekweekt in het donker en groeien op speciale voedingsmiddelen. Hierdoor is het rendement tot vijftig keer groter dan bij de gebruikelijke methoden. De algen zijn bruikbaar voor toepassingen in de cosmetische industrie, de agrofood
en op termijn wellicht de brandstofproductie. Fermentalg is in oktober 2011 een joint-venture aangegaan met Sofiprotéol, producent van plantaardige oliën en eiwitten. De samenwerking behelst de productie en verkoop van consumptieoliën op basis van micro-algen, rijk aan Omega-3.
Bronnen • En Bretagne, les algues sont matière première, Usine nouvelle, 2 augustus 2011
• Ederna concentre les ingrédients naturels, Usine Nouvelle 9 februari 2012
• Le Laboratoire des sens, Usine Nouvelle 15 maart 2012
• L’agiculture à l’heure du produire mieux, Les Echos 27 februari 2012
• Un projet européen pour réduire sel, sucre et matières grasses dans l’alimentation, Les Echos 1 maart 2012
• Lancement du projet ‘Improve’, Persbericht Tereos Syral, 23 maart 2012
Meer informatie Elisabeth van Zutphen
[email protected]
IA Frankrijk
7 | Topsector Agro Food, juni 2012
China | Algemeen beeld Land |van Artikel de sector naam Agro Food in China
CHINA Algemeen beeld van de sector Agro Food in China Algemeen
Ambities
Volgens de laatste telling van 2010 heeft China een bevolking van totaal 1,3 miljard mensen. Met bijna 20% van de wereldbevolking en maar 10% van de wereldwijde landbouwgrond, is het een hele opgave om iedereen voldoende te voeden. Door de snelle sociale en economische ontwikkelingen en de verbeterde levensomstandigheden, zijn consumenten niet langer tevreden met alleen genoeg te eten te hebben. De standaarden zijn in de afgelopen twee decennia verschoven van genoeg te eten hebben naar goed en gezond te kunnen eten. Naast voedselzekerheid zijn nu ook voedselveiligheid en milieuaspecten belangrijke vraagstukken. Beide aspecten zorgen voor een grote uitdaging voor China’s agrofood sector.
Kerncijfers In 2009 bedroeg de totale omvang van China’s agro food sector 3,5 miljard RMB, iets meer dan 10% van totale GDP (33 miljard RMB). Dit percentage is vergelijkbaar met het aandeel (rond 10%) van de Nederlandse agrofood sector binnen de Nederlandse economie. In totaal werken er meer dan 300 miljoen mensen binnen de agrarische sector in China. Ook de investeringen in R&D binnen de agrarische sector zijn aanzienlijk. In 2002 was de totale investering nog maar 2,3 miljard USD, en in 2008 was dit al 4,3 miljard USD, wat dus neerkomt op een groei van ongeveer 10% per jaar. In totaal werken er meer dan 80.000 wetenschappers en ingenieurs binnen de agrarische sector. Hiermee heeft China dan ook de werelds grootste agrarische R&D systeem als het gaat om aantal onderzoekspersoneel. De kennisinfrastructuur bestaat voornamelijk uit de Chinese Academy of Agricultural Sciences (CAAS), de provinciale Academies of Agricultural Sciences, en een aantaal vooraanstaande universiteiten op gebied van landbouw (o.a. de Beijing University of Agriculture en China Agricultural University).
De Chinese overheid heeft aangegeven dat de periode van het 12de vijfjarenplan de belangrijkste periode is voor het realiseren van een “moderately wealthty” samenleving. Hierin staat de modernisering van landbouw centraal. In deze periode zal de vraag naar agrarische wetenschap en technologie steeds meer urgent worden om de nationale voedselzekerheid te garanderen, om landbouw te moderniseren, om de druk van de landbouwproductie op de natuur te verlichten en om de internationale concurrentie vermogen van de landbouw sector te verbeteren. Nieuwe landbouwtechnologieën moeten gefocust zijn op verbetering van de toelevering en kwaliteit van landbouwproducten. Ook ligt de nadruk op de verbetering van landbouw productie-efficiëntie en landbouw gerelateerde ecologische bescherming. Verder moet het gericht zijn op het verhogen van wetenschappelijke en technologische niveau van het hele land. Door de grootte van China en verschil in ontwikkelingsniveau, kunnen regio’s sterk van elkaar verschillen in wetenschappelijke en technologische niveau. Dit maakt het extra lastig om een universeel beleid te maken voor het hele land. Daardoor legt de centrale overheid ook de nadruk op verschil in ontwikkelingstraject voor afzonderlijke regio’s. Verder moet er een aantal belangrijke maatregelen worden genomen om de ontwikkelingen van wetenschap en technologie binnen de landbouw sector te bevorderen. • Het versterken van het macro-economisch management • De hervorming verder verdiepen • Verbetering van het investeringsklimaat • Verbetering van talent training • Versterken van internationale uitwisseling en samenwerking
8 | Innovatie Attaché Netwerk
China | Algemeen beeld Land |van Artikel de sector naam Agro Food in China
Kansen voor Nederland De Nederlandse agrofood sector behoort tot de wereldwijde top en is ook goed bekend binnen de Chinese agrofood sector. Nederland is bijvoorbeeld op gebied van aardappelen al de grootste leverancier voor de Chinese industrie. Het gaat daarnaast niet alleen om het verkopen van machines, maar ook overdracht van kennis van o.a. procestechnieken. Ook wetenschappelijke instellingen binnen de agrofood sector doen het goed in China. Zo is de Wageningen Universiteit al jaren actief in China en heeft al vele succesvolle samenwerkingen met Chinese partner instituten. In de zuidelijke Fujian provincie, waar de WUR goede samenwerkingsrelatie heeft, is er zelfs een straat genoemd naar de stad Wageningen. Verder heeft het Technologische Top Instituut Groene Genetica (TTI GG) al meerdere succesvolle projecten geïnitieerd met Chinese kennis instellingen zoals de CAAS en de Beijing Genomics Insitute (BGI). Het recentelijk afgeronde onderzoeksproject op het genoom van komkommer heeft niet alleen geresulteerd in een reeks van wetenschappelijke publicaties van zeer hoog kwaliteit (gepubliceerd in het vakblad “Nature”). Maar heeft ook belangrijke bijdrage geleverd aan het versterken van concurrentie vermogen van Nederlandse zaadveredelingindustrie.
Meer informatie Jan Reint Smit
[email protected]
IA China
9 | Topsector Agro Food, juni 2012
VS en Canada | Agro-food Land | Artikel updates naamuit Noord Amerika
VS en Canada Agro-food updates uit Noord Amerika In deze update over agro-food ontwikkelingen in de VS en Canada: de nieuwe cola Pepsi NEXT, onderzoek naar de gezondheidseffecten van rood vlees, het NIFA krijgt eindelijk een nieuwe directeur, de toename van “empty calories” in de VS, en maritieme nutraceuticals uit Canada. • Op 26 maart 2012 lanceert PepsiCo een nieuwe cola genaamd Pepsi NEXT op de Amerikaanse markt. Deze cola heeft 60% minder suiker dan de traditionele Pepsi-Cola en maar 60 calorieën per blik. De zoetmakers in de Pepsi NEXT bestaan uit een combinatie van high-fructose corn syrup en maar liefst drie kunstmatige zoetmakers (waaronder sucralose en aspartaam). Het recept is vooralsnog niet bekend. Opmerkelijk is wel dat de nieuwe cola geen stevia bevat, de natuurlijke zoetmaker die Pepsi in andere drankjes wel gebruikt. Het bedrijf schat in dat ze zo’n 90 miljoen kratten frisdrankverkoop mislopen doordat klanten kiezen voor andere mid-calorie dranken, als koffie en thee, omdat ze de huidige zero-calorie cola’s niet lekker vinden. De initiële smaaktesten voor Pepsi NEXT waren positief. Echter, soortgelijke mid-calorie cola’s van Pepsi en Coca-Cola zijn in de afgelopen 20 jaar niet succesvol geweest. De afgelopen jaren is het markt aandeel van cola’s in de frisdank markt gedaald. In 1995 maakten cola’s ongeveer 65% uit van de bruisende frisdank business, nu is dat 55%. In recente jaren heeft het PepsiCo zich meer gericht op gezonde snacks als ontbijtdranken (met granen) en volkoren chips, en werd het ze verweten dat ze de cola business hadden verwaarloosd. Een agressieve reclamecampagne zal ervoor moeten zorgen dat Pepsi NEXT snel breed bekend wordt en dat de cola business van het bedrijf weer sterk toeneemt. Voor meer informatie: http://www.reuters.com/article/2012/03/13/ pepsico-idUSL2E8E9HSP20120313 en http:// adage.com/article/news/ pepsi-s-mid-calorie-launch-july/228169/.
• Onderzoek aan het Harvard School of Public Health heeft aangetoond dat het consumeren van rood vlees gepaard gaat met een verhoogd risico op zowel hart- en vaatziekte en kanker gerelateerde sterfte, als sterfte in het algemeen. Ook bleek dat vervanging van rood vlees door andere gezonde proteïnes als vis, gevogelte, noten, en peulvruchten het risico voor sterfte verlagen. Onderzoekers van het Department of Nutrition volgenden 37.698 mannen en 83.644 vrouwen over een periode van 22 en 28 jaar, respectievelijk, van wie het dieet elke vier jaar werd beoordeeld. In totaal stierven tijdens het onderzoek 23.926 personen, van wie 5.910 aan hart- en vaatziekten en 9.464 aan de gevolgen van kanker. Analyses toonden aan dat regelmatig eten van rood vlees de oorzaak was. Een dagelijkse portie werd geassocieerd met een verhoogd sterfte risico van 13%, en een dagelijkse portie van verwerkt rood vlees (een hot dog of twee plakken spek) leidde tot een verhoogd risico van 20%. Waarbij het risico voor hart- en vaatziekten groter was dan kanker. Rood vlees, en met name verwerkt vlees, bevat verschillende ingrediënten die verantwoordelijk worden gehouden voor de negatieve gezondheidseffecten, met name heemverbindingen met ijzer (complexe verbindingen met een centraal ijzer-ion, een voorbeeld is hemoglobine), verzadigd vet, natrium, nitrieten, en carcinogenen die tijdens het bakken gevormd worden. Bijvoorbeeld, wanneer niet-gebonden (vrije) heem onder oxidatieve omstandigheden wordt geproduceerd is het zeer cytotoxisch en leidt tot celsterfte. De studie wordt in maart 2012 gepubliceerd in het Archives of Internal Medicine. Voor meer informatie: http://www. hsph.harvard.edu/news/press-releases/2012releases/red-meat-cardiovascular-cancer-mortality.html.
10 | Innovatie Attaché Netwerk
VS | Agro-food Landupdates | Artikeluit naam Noord Amerika
• Het National Institute of Food and Agriculture (NIFA) krijgt eindelijk een nieuwe directeur. Dr. Sonny Ramaswamy, decaan van Oregon State University’s College of Agricultural Sciences en directeur van het Oregon Agricultural Experiment Station aan dezelfde universiteit, is door President Obama aangewezen als de nieuwe directeur van het National Institute of Food and Agriculture (NIFA) in Washington, D.C. De vorige directeur, Roger Beachy, verliet NIFA eind mei 2011. NIFA is het voornaamste agentschap van het Department of Agriculture voor het stimuleren van landbouw-, milieu-, en gezondheidsonderzoek, onderwijs en outreach programma’s binnen het universitaire systeem in de V.S. voornamelijk via onderzoeksgrants en fellowships. NIFA werd in 2008 door het Congres opgericht bij de aanname van de Food, Conservation and Energy Act. Het R&D budget van de NIFA voor 2012 is ongeveer 710.000 dollar. Het verzochte budget voor 2013 is 738.000 dollar en heeft de volgende onderzoeksprioriteiten: bioenergy, global climate change, nutrition and health, food safety en global food security. De drie andere onderzoeks/onderwijs/economische agentschappen van het USDA zijn het Agricultural Research Service (ARS), het Economics Research Service (ERS), en het National Agricultural Statistics Service (NASS). Tijdens het bestuur van Dr. Ramaswamy groeiden de onderzoeksbeurzen en contracten voor landbouw gerelateerde onderzoek aan Oregon State University (OSU) tot bijna 60 miljoen dollar en richtte hij het Leadership Academy op (een programma voor de ontwikkeling van leiderschaps- en communicatievaardigheden in undergraduate landbouw en bosbouw studenten). OSU heeft excellente onderwijsprogramma’s in visserij, wilde dieren, plantenkunde, de economie van landbouw en natuurlijke hulpbronnen, milieu studies en moleculaire toxicologie. Voor meer informatie: http://www.csrees.usda.gov/ newsroom/newsletters/update12/031412. html en http://www.csrees.usda.gov/ about/background.html en http://www. csrees.usda.gov/about/offices/pdfs/fy13_ president_budget.pdf.
• Toenemend snack gedrag in de VS leidt tot een grotere inname van “empty calories”. In recente jaren is het fenomeen “snacking”, het nuttigen van kleine porties tussen gewone maaltijden door, aan het toenemen. Tegelijkertijd neemt het aandeel van de bevolking met overgewicht toe. Het Department of Agriculture (USDA) ondervroeg 5000 volwassenen naar hun snackgedrag. Uit onderzoek van het Agricultural Research Service (klik: What We Eat in America) blijkt dat zowel mannen als vrouwen ongeveer 30% van hun dagelijkse calorieen via snacks binnen krijgen, en dat deze calorieën “empty” zijn (uit vetten en toegevoegde suikers, met minimale voedingswaarde). Bij mannen was de inname van “empty calories” ongeveer 923 calorieën per dag, ongeveer twee tot drie keer hun dagelijks aanbevolen limiet voor vetten en toegevoegde suikers. Voor vrouwen was dat 624 calorieën, twee tot vier keer de dagelijks aanbevolen limiet. Het USDA raadt aan niet meer dan 258 empty calories op een dag te nuttigen (op een dieet van 2000 calorieën). Een positief gevolg van snacken is echter dat het leidt tot een verhoogde inname van fruit. Ongeveer een derde van de dagelijkse fruit inname wordt ook via of als snacks genuttigd. Voor meer informatie: http://www.ars.usda.gov/is/ pr/2012/120312.htm. • De meeste nutraceuticals (voeding of voedingsproducten met aantoonbare gezondheid en medische voordelen, waaronder het voorkomen en de behandelingen van ziektes) zijn van planten afkomstig. Echter, een nu nog kleine, maar toenemende, gedeelte van de 22 miljard dollar globale nutraceuticals markt is afkomstig van maritieme uitgangsmaterialen. De meest gangbare maritieme nutraceuticals en ingrediënten zijn omega-3 vis/algenolie, fosfolipiden (omega-3 vetzuren), voedingssupplementen van micro/macro algen afkomstig, vis proteïnen en peptiden, hydrolysaten, chitine, collageen, en mineralen supplementen. Waarvan omega-3 vetzuren (goed voor de gezondheid van het hart en vaatstelsel, het immuunsysteem, de hersenen en een tegenwerkend effect op rheuma/arthrose ontstekingen) het 11 | Topsector Agro Food, juni 2012
Sardina pilchardus. (Bron: Wikipedia)
overgrote deel van de markt uitmaken (zo’n 19 miljard dollar). Geconcentreerde omega-3 olie van vis afkomstig wordt meestal in gel capsules of in (microencapsulated) poeder vorm vermarkt. Ocean Nutrition Canada is een van de werelds grootste leveranciers van Omega-3 EPA/DHA (uit ansjovis en sardines). Met 35 wetenschappers, waaronder 14 PhDs is ONC de grootste private R&D faciliteit voor maritiem onderzoek in Noord Amerika. Onderzoek aan ONC is gericht op het verhogen van de opbrengst en de stabiliteit in oxidatieve omstandigheden van omega -3 olie. Met name door enzymatische concentratie en microencapsulatie gebaseerd op een coacervatie technologie (kleine sferische druppels van organische verbindingen, bijv. lipiden, worden samengehouden door de waterafstotende krachten van het omringende vloeistof ). Bedrijven uit heel de wereld produceren omega-3 oliën uit allerlei basismaterialen, waaronder zalm, haring, krill en garnalen, inktvis, mosselen, en maritieme (micro-)algen, maar ook uit zeehonden (vooralsnog alleen in Newfoundland en Labrador, Canada waar de zeehonden jacht nog geoorloofd is) en haaienlever. Voor meer informatie: Lee, Chong M. et al., (2011) “Global Trends in Marine Neutraceuticals”, foodtechnology 12.11, IFT, p.23-31, en http://www.ocean-nutrition.com/.
Meer informatie Karin Louzada
[email protected]
IA Verenigde Staten
Colofon Dit is een publicatie van: Agentschap NL NL EVD Internationaal Bezoekadres Prinses Beatrixlaan 2 2595 AL Den Haag T (088) 602 15 04 E
[email protected]. www.ianetwerk.nl Postadres Postbus 93144 2509 AC Den Haag © Rijksoverheid | juni 2012 ISSN: 1572-6045 Agentschap NL is een agentschap van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Agentschap NL voert beleid uit voor diverse overheden als het gaat om duurzaamheid, innovatie en internationaal. Agentschap NL is hét aanspreekpunt voor bedrijven, kennisinstellingen en overheden. Voor informatie en advies, financiering, netwerken en wet- en regelgeving. De divisie NL EVD Internationaal stimuleert internationaal ondernemen en samenwerken en een positieve beeldvorming van Nederland in het buitenland.
https://www.agentschapnl.nl/nl/inlogscherm. Berichten over internationale R&D en technologische ontwikkelingen worden samengesteld door de Innovatie Attachés (IA’s), verbonden aan de Nederlandse ambassades in de Verenigde Staten, Canada, Japan, Korea, Taiwan, India, Singapore, China, Duitsland, Zwitserland, België (EU), Frankrijk, Israël. IA publicatie is een uitgave van NL EVD Internationaal. Ook kunt u Innovatie Attaché Netwerk vinden op LinkedIn: http://www.linkedin. com/pub/ innovatie-attach%C3% A9-twa-netwerk/48/91b/987
Overname van artikelen Overname van (delen van) artikelen is toegestaan met bronvermelding. Stuurt of mailt u een afdruk van de overname aan IA-thuisbasis.
Illustraties, tabellen en weblinks De kwaliteit van illustraties, tabellen en weblinks kan bij het publiceren in themapublicaties niet altijd voldoende gewaarborgd worden. Daarom treft u in plaats daarvan een verwijzing naar onze website, www.ianetwerk.nl. Verwijzingen naar weblinks kunt u terugvinden onder het artikel of nieuws item van de betreffende post.
Meer informatie IA Netwerk Voor Nederlandse bedrijven en instellingen die op de hoogte willen blijven van de internationale technologische ontwikkelingen, is er Nieuws op Maat. Via MijnAgNL kunt u zich digitaal abonneren op Nieuws op Maat en op die manier overzicht houden op internationale R&D trends en ontwikkelingen:
Heeft u vragen , stel uw vraag aan de IA post in uw regio. Verderop vindt u de adressen. Stel uw vraag per brief of e-mail en in het Nederlands, bij voorkeur via de website:www.ianetwerk.nl. Geef ook aan in welk kader en met welk doel u zoekt naar de betreffende informatie. U kunt uw vraag ook richten aan de IA-thuisbasis in Den Haag. Deze stuurt de vraag door naar de betreffende IA-post(en).
12 | Innovatie Attaché Netwerk
Eindredactie Bureau Lorient Communicatie B.V.
Ontwerp Tigges, strategie, concept, ontwerp, Rijswijk
Opmaak Vijfkeerblauw, Rijswijk
Drukwerk en verzending Vijfkeerblauw
IA Den Haag Thuisbasis Prinses Beatrixlaan 2 | 2595 AL Den Haag Postbus 93144 | 2509 AC Den Haag Servaas Duterloo, vacant, Lies Timorason, Wiwik Khohonggiem, Ankie Overduin T 088 602 1504 E
[email protected] W www.IANetwerk.nl
IA Brazilië 5 uur vroeger Consulate General of the Kingdom of the Netherlands Netherlands Office for Science & Technology Avenida Brigadeiro Faria Lima, 1779 - 3de verdieping Jardin Paulistano 01452-001 São Paulo SP Brazil Theo Groothuizen (per augustus 2012) T + 55 (0) 11 - 3811 3300 F + 55 (0)11 - 3814 0802 E
[email protected]
IA China 7 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Netherlands Office for Science and Technology 4, Liangmahe Nanlu Beijing 100600 China Jan Reint Smit, David Pho (Science Attaché / OCW), Jingmin Kan, Qing Ma (project officer), Maurits van Dijk (office manager) T +86-10-853 20259 F +86-1085320302 E
[email protected] Jaap van Etten (Shanghai), Dirk Jan Boudeling (Shanghai) E
[email protected] Han Wesseling (Guangzhou) E
[email protected]
Dave Pieters T +32-2-679 1665 secretariaat: +32 2 679 1527 E
[email protected]
IA Frankrijk Ambassade du Royaume des Pays-Bas Service pour la Science et la Technologie 7 Rue Eblé F-75007, Paris Eric van Kooij, Joannette Polo-Leemreis, Elisabeth van Zutphen (office manager) T + 33 1 40 62 33 33 F + 33 1 40 62 34 56 E
[email protected] /
[email protected]
IA India 3.30 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Department for Science & Technology 6/50-F, Shantipath, Chnakyapuri, New Delhi- 110 021 India Jelle Nijdam, Freek Jan Frerichs, Vikas Kohli (assistent) T +91 11 24197625 direct of algemeen +91 11 24197675 M +91 9873076764 F +91 11 24197710 E
[email protected]
IA Israël 1 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Office for Science and Technology Beit Oz, 13e verdieping 14 Abba Hillel Street / Ramat Gan 52506 P.O. Box 1967 / Ramat Gan 52118 Tel Aviv Paul Jansen T +972 (3) 75 40 744 direct of algemeen: +972 (0)3 7540 777 E
[email protected]
IA Rusland 2.00 uur later
IA Duitsland & Zwitserland Botschaft des Königreichs der Niederlande Büro für Wissenschaft und Technologie Klosterstrasse 50 D-10179 Berlin Wout van Wijngaarden, Joop Gilijamse, Sonja Schwirkmann (office manager) T + 49 30 2095 6219 F + 49 30 2095 6471 E
[email protected]
IA EU Permanent Representation of the Netherlands to the EU Research & Atomic Questions division Avenue de Cortenbergh 4-10 1040 Brussel België
Embassy of the Kingdom of the Netherlands Kalashnyy Pereulok 6 115127 Moskou Russia Vacant Contact via IA Den Haag Thuisbasis
IA Singapore 6 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Netherlands Office for Science and Technology 541 Orchard Road, 13-01 Liat Towers Singapore 238881 Singapore Susan van Boxtel, Susanne van Loon (assistent), Rosmarijn Fens (interim) T +65 67 39 11 11 F +65 67 37 24 31 E
[email protected]
IA Taiwan 6 uur later Netherlands Trade & Investment Office Netherlands Office for Science & Technology 5F, No. 133, Min Sheng East Road Section 3, Taipei-105 Taiwan Kasper Nossent (per juni 2012) T +886-2-27135760 E
[email protected]
IA Tokio 7 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Netherlands Office for Science and Technology 3-6-3 Shibakoen Minato-ku, Tokio 105-0011 Japan Paul op den Brouw, Rob Stroeks, Kugako Sugimoto, Kikuo Hayakawa, Mihoko Ishii (assistent) T +81 3 5776 5510 F +81 3 5776 5534 E
[email protected]
IA Verenigde Staten & Canada Washington 6 uur vroeger Embassy of the Kingdom of the Netherlands Office for Science & Technology 4200 Linnean Avenue N.W. Washington DC 20008-3896, USA Roger Kleinenberg (per 1 september 2012), Karin Louzada, Martijn Nuijten, Jantiene van der Meij (assistent), Gerda Camara (office manager) T +1 202 274 27 27 F +1 202 966 07 28 E
[email protected]
San Francisco 9 uur vroeger Netherlands Office for Science and Technology 1 Montgomery Street, Suite 3100 San Francisco, CA 94104 USA Robert Thijssen (per juli 2012), John van den Heuvel, Natasha Chatlein (assistent) T +1 415 2912080 F +1 415 291 2049 E
[email protected]
IA Zuid-Korea 7 uur later Embassy of the Kingdom of the Netherlands Netherlands Office of Science and Technology 10F Jeongdong Building 15-5 Jeong-dong, Jung-gu Seoul, 100-784 South-Korea Peter Wijlhuizen, Yewon Cha (assistent) T +82 2 311 8600 F +82 2 311 8650 E
[email protected]
4 | Trendwatchers voor innovatie en technologie