scholing 21 januari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Oegstgeest Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected] 12 februari 2016 Politie verwijzersdag (voor leidinggevenden)
[email protected] 16 februari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Diemen Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected] 9 maart 2016 Empathie. Het geheime wapen in de psychotherapie en de hulp verlening www.sympopna.nl
10 maart 2016 Gezinnen op de vlucht voor oorlog en rampen – Symposium over psychosociale ondersteuning aan vluchtelingen (voor gemeenten, scholen, vrijwilligersorganisaties)
[email protected] 11 maart 2016 Gezinnen op de vlucht voor oorlog en rampen Arq voorjaarssymposium over Kind, gezin en psychotrauma (voor behandelaren)
[email protected]) 21 maart 2016 International Disaster Psychosocial (DPS) Conference www.dpsconference.ca 14-16 april 2016 ESTD conferentie: Trauma, dis sociation and affect dysregulation across the life-span www.estd2016.org
15 april 2016 Congres positieve psychologie over veerkracht www.trimbos.nl 21 april 2016 Refereerbijeenkomst psychosociale nazorg na een ramp of crisis: een reis door tijd en schaalniveaus Locatie: Oegstgeest Sprekers: dr. Michel Dückers en Jurriaan Jacobs
[email protected] 21 april 2016 Refereerbijeenkomst psychosociale nazorg na een ramp of crisis: een reis door tijd en schaalniveaus Locatie: Diemen Sprekers: dr. Michel Dückers en Jurriaan Jacobs
[email protected] 25-27 mei 2016 European conference on child abuse and neglect www.euccan.eu
27 mei 2016 Politie verwijzersdag (voor bedrijfsartsen, eenheidspsychologen, bmw’ers, zorg regisseurs, arbeidsdeskundigen en case-managers PTSS)
[email protected] juni 2016 Vooraankondiging symposium Duurzaam inzetbaar voor zieken huizen
[email protected] 17-19 juni 2016 17th EMDR Europe Conference www.emdr2016.eu 21 juni 2016 Refereerbijeenkomst Autisme en trauma Locatie: Diemen Spreker: drs. Bram Bijleveld en co-referent
[email protected] 18-22 juli 2016 Summer School Complex trauma en complexe PTSS: diagnostiek en behandeling www.utrechtsummerschool.nl
Cogiscope
0415
0415 C o g i s c o p e
C o g i s c o p e 0 415
tijdschrift over gevolgen va n s c h o k k e n d e g e b e u r t e n i s s e n
jaargang 12 nummer 4 december 2015
Themanummer vluchtelingen – Bootv lu chteling in ‘bang Nederland’ – Ps ychos ociaal Onders teu ning s pu nt Vlu chteling en – v oor kennis en expertis e – Krachten en kwets baarheden v an jong e v lu chteling en – Trau mabehandeliing bij v lu chteling en: wees alert op s tereotypering
COGISCOPE
0415
redactioneel
auteursinstructie
Behoefte om te publiceren?
van de redactie
Schrijf voor Cogiscope – platform voor kennisuitwisseling – een artikel, essay, column; of interview een collega of bericht over uw onderzoek.
Drama
matische impact hetgeen kan leiden tot de ontwikkeling van bepaalde klachten. De meeste mensen zijn evenwel veerkrachtig en weten goed te herstellen. Wel is belangrijk de grenzen van die veerkracht tijdig te onderkennen. Onzekerheid tijdens de asielprocedure kan schadelijk zijn; voortdurende uitzichtloosheid en machteloosheid kunnen problemen veroorzaken. Het bieden van duidelijkheid, perspectief en bezigheden is daarom cruciaal. Daarnaast moeten kwetsbare groepen goed in beeld worden gebracht om zo nodig tijdig door te verwijzen naar geëigende zorg.
Het grootste drama is als er iets doodgaat in de mens – en hijzelf verder leeft. Rodaan Al Galidi, dichter en ‘Asielzoeker des Vaderlands’ De huidige omvangrijke stroom vluchtelingen heeft geleid tot een humanitaire crisis die ongekend is in de recente Europese geschiedenis. De afgelopen periode kwamen de vaak schokkende omstandigheden van vluchtelingen confronterend en massaal in beeld. Hoewel wetenschappelijk onderzoek laat zien dat slechts een minderheid van in het westen gevestigde vluchtelingen psychische klachten ontwikkelt, menen velen dat het niet anders kan of deze ervaringen laten diepe sporen na. Bovendien is de grote zichtbaarheid van deze schrijnende situatie aanleiding tot maatschappelijke onrust: er is veel weerstand, er lijkt soms weinig inlevingsvermogen. De (sociale) media laten niet na dit te onderstrepen, meningen buitelen over elkaar heen, rampscenario’s worden geschetst. Wat betekent de huidige instroom voor de Nederlandse samenleving; moeten we grote aantallen getraumatiseerde mensen verwachten; en gaat dit tot maatschappelijke problemen leiden?
Dit themanummer schetst de vluchtelingcrisis in een brede context, de bijdragen belichten de situatie vanuit juridisch, beleidsmatig, gezondheids- en klinisch psychologisch perspectief. De auteurs (werkzaam bij onder meer COA, GGD, GGz en universiteiten) zijn veelal jarenlang direct betrokken bij de vluchtelingenproblematiek en reiken concrete strategieën aan hoe problemen kunnen worden voorkomen dan wel gereduceerd. Want er is al veel bekend, alleen dringt die kennis en kunde slechts gering en gefragmenteerd door tot het publieke en politieke debat. Wat de bijdragen verder gemeen hebben is hun genuanceerde visie; de artikelen scheiden feit van fictie, populisme van rede, stereotyperende aannames van wetenschappelijke evidentie – en overstijgen zo de waan van de dag. Jeroen Knipscheer, hoofdredacteur Cogiscope
Het is belangrijk de ontstane situatie in het juiste perspectief te zien. Vluchtelingen komen uit een heel stressvolle situatie en ook in Nederland kunnen zij nog veel stress ervaren. Op een aantal van hen heeft dit een trau-
Cogiscope
Cogiscope informeert over de psychosociale
Kwartaalblad: verschijnt 4x per jaar
Kosten: € 27,50 per jaar Aanmelden:
[email protected]
gevolgen van schokkende gebeurtenissen. Er is Thema: sociale en psychische gevolgen
24 september 2014
16 april 2015 Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking www.medilex.nl
30 april 2015 GGZ+Tech www.ggzplussymposium.nl
20-21 april 2015 Annual Conference UK Psychological Trauma Society www.ukpts.co.uk
19 mei 2015 Masterclass Positieve psychologie in de praktijk www.11congressen.nl
21 april 2015 3e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’ www.leidscongresbureau.nl
28 mei 2015 Congres Kind en trauma www.traumacongres.nl
den geconfronteerd. Daarbij denken wij ook aan
• congresverslagen
geüniformeerden bij defensie, politie, ambulance,
• recensies
brandweer, openbaar vervoer.
23 april 2015 (herhaling 26 mei 2015) Trauma en Verslaving Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arq aanmelden:
[email protected]
10-13 juni 2015 ESTSS Conference 2015 www.estss.org 22-26 juni 2015 The legacy of World War One Shaping the Modern World www.legacyww1.org
23 juni 2015 Getuigen of therapie Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arq aanmelden:
[email protected]
24-26 juni 2015 3rd European Congress on Assertive Outreach www.eaof.org 2 september 2015 Contextuele behandeling van
scholingsaanbod arq i.s.m. rInO noord holland
Narratieve Exposure Therapie (NET) Behandeling van complexe ptss september – mei 2016
Psychotrauma en ouderen Diagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit september – december 2015
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP) Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiek Mei – december 2015
Behandeling van getraumatiseerde gezinnen Een trauma heb je nooit alleen september – december 2015
EMDR - basiscursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma september – november 2015 Complexe traumatisering – basiscursus Diagnose en behandelvormen Mei-september 2015
www.celevt.nl
September – december
2015
PTSS na vroegkinderlijk misbruik t I j d s C h r I f t O V E r g E V O L g E n Betrouwbare diagnose PTSS met of mishandeling VCAPS-5 an sChOkkEnd E g E b E u r t E n I s s E n Traumagerichte behandeling in 2 fasen Aanpassingen naar DSM-5 September – december 2015 november 2015
3-6 november 2015 3rd World Conference of Women’s Shelters www.worldshelterconference.org
5-7 november 2015 ISTSS Annual Meeting www.istss.org
p e 0315
• interviews
24-26 april 2015 First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countries www.wpa-gdynia-2015.org
22-24 oktober 2015 9th European Congress on Violence in Clinical Psychiatry www.oudconsultancy.nl
jaargan
Narratieve Exposure Therapie (NET) (BEPP) Beknopte Eclectische Behandeling van complexe ptss Psychotherapie voor PTSS September 2015 – mei 2016 november 2015 – mei 2016
12 februari 2016 Politie verwijzersdag (voor leidinggevenden)
[email protected]
sCholin
g
matiek VERWIJDERD om het zo te laten passen
• Ve r b i n d e n o p n a ti o n a a l é n Eu r oscholing p e e s saanbod n i ve a uarq
2015 9 november holland, Loc. gevraagd. ism rino noord l Bruggenbouwers aanmelden c h a p, p e l i j k :ewww.rino.n i m p a c t Narratieve va n Exposure Therapie van basis tot• M a a ts Amsterdam Verslavingszorg, m i n i - cBasisopleid r i s e s ing Psychotrauma zorg (NET) ptss specialistische en van complexe diagnostiek Behandeling Kenmerken, www.sympopna.nl 2015 – december g • Er va r ibehandelin n g e n – adecember a n h e2015 t W O I foktober ront 2015 oktober 13 november de groep in de Congres NVGP: Locatie Groningen, 15 oktober 2015 groep de in psychologie • L e ve n sEMDR ve r h– avervolgcurs l e n i nus h eation r i n n e rism i npsy-Zo!, g s c uwww.psy-zo l tu u r .nl wereld, de wereld Congres positieve erapie.nl aanmelden: t Desensitiz vepsychoé n tr a uEye mMovemen a th e r a p bij i etrauma www.groepspsychoth www.tijdschriftpositie Reprocessing and logie.nl 2015 rouw 2015 Traumatische oktober – december for 26 november Psychotherapy 2015 Brief Eclectic TERRA Conferentie iseerde 22-24 oktober (BEP-TG) Violence van getraumat Congress on Traumatic Grief Behandeling www.terra-net.eu 9th European december 2015 gezinnen alleen in Clinical Psychiatry heb je nooit .nl 2015 Een trauma 8 december www.oudconsultancy Therapie posium Narratieve Exposure november 2015 Arq Najaarssym Kleber prof.dr. Rolf 2015 (NET) ptss t.g.v. afscheid 3-6 november van complexe of Women’s Behandeling Beknopte Eclectische
[email protected] 2016 3rd World Conference voor PTSS (BEPP) februari – september Psychotherapie voor rm Shelters g behandelvo ference.or 2015 Een integratieve 8 december www.worldsheltercon Sociaal Werk Beknopte Eclectische traumaproblematiek Dag van het voor PTSS – mei 2016 gressen.nl 2015 Psychotherapie november 2015 www.gemeentenucon 5-7 november Meeting (BEPP) orm met ISTSS Annual e behandelv diagnose PTSS 2015 Een integratiev Betrouwbare 10 december www.istss.org blematiek INPREZE: Denken voor traumapro CAPS-5 Eindcongres en 2016 naar DSM-5 onderzoek naar2015 maart – mei Aanpassingen en doen. Over 6 november health ychiatrie. van e-mental art Ouderenps december 2015 implementatie State of the kwetsbare ouderen arq.org www.inpreze.nl De kracht van : academy@ voor meer informatie www.nkop.nl
12 oktober 2015 ls hun werk goed Laat professiona de GGZ diagnostiek in doen. Goede zorg en goedkopere leidt tot betere www.sympopna.nl
EMDR – vervolgcursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma Oktober – december 2015
• actuele informatie uit het veld
Informatie en inschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördinator professionele opleidingen Arq 06-33661013,
[email protected]
Cogiscope
5-C.indd 1
omslag_3-201
27 mei 2016 15 april 2016 10 maart 2016 Politie verwijzersdag Congres positieve psychologie over Gezinnen op de vlucht voor oorlog (voor bedrijfsartsen, eenheidsveerkracht en rampen – Symposium over psychologen, bmw’ers, zorgwww.trimbos.nl psychosociale ondersteuning aan regisseurs, arbeidsdeskundigen vluchtelingen Terrorismed reiging vanuit en case-managers PTSS) 21 april 2016 (voor gemeenten, eenscholen, existentiee l gezichtspu
[email protected] Refereerbijeenkomst psychosociale vrijwilligersorganisaties) nt nazorg na een ramp of crisis: een
[email protected] Signalering cruciaal juni 2016 reis door tijd en schaalniveaus – maar wat, wie en Vooraankondiging symposium Locatie: Oegstgeest 11 maart 2016 hoe? Duurzaam inzetbaar voor zieken Sprekers: dr. Michel Dückers en Gezinnen op de vlucht voor oorlog huizen Jurriaan Jacobs en rampen Psychologi sche
[email protected] [email protected] Arq voorjaarssymposium over Kind, inbreng onontbeerl ijk bij preventie en nazorg gezin en psychotrauma 17-19 juni 2016 21 april 2016 (voor behandelaren) gen v o lConference 17th Refereerbijeenkomst psychosociale
[email protected]) r g eEurope v e EMDR en f T o www.emdr2016.eu h r ieen d sofC crisis: nazorg na een rTeniss u T i jramp e b e e g okkend reis door tijd en schaalniveaus 21 maart 2016 va n s C h 21 juni 2016 Locatie: Diemen International Disaster Psychosocial Refereerbijeenkomst Autisme en Sprekers: dr. Michel Dückers en (DPS) Conference trauma Jurriaan Jacobs www.dpsconference.ca Locatie: Diemen
[email protected] Spreker: drs. Bram Bijleveld en 14-16 april 2016 co-referent 25-27 mei 2016 ESTD conferentie: Trauma, dis European conference on child abuse
[email protected] sociation and affect dysregulation and neglect across the lifespan 18-22 juli 2016 www.euccan.eu www.estd2016.org Summer School Complex trauma en complexe PTSS: diagnostiek en behandeling www.utrechtsummerschool.nl
Themanum mer Radicalise ring
CogisCo
coördiArq 06-33661013,
[email protected]
(vooraankondiging) en Een integratieve behandelvorm voor traumaproble-
Trauma, cultuur en migratie Complicerende factoren bij de behandeling september – december 2015
16 februari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Diemen Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected]
er 2015 3 okTob informatie m m e r en inschrijving: www.rino.nl g 12 nu of Barbara Lieuwen, nator professionele opleidingen
scholing 21 januari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Oegstgeest Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected]
Behandeling van getraumatiseerde gezinnen Een trauma heb je nooit alleen november 2015
e gisCop 0315 C o
10 april 2015 7e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologen www.zonderzorg.nl
Trauma, cultuur en migratie Complicerende factoren bij de behandeling
Basisopleiding Psychotrauma Kenmerken, diagnostiek en behandeling oktober – december 2015 EMDR – vervolgcursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma oktober – december 2015
COgIsCOpE
8 oktober 2015 3e congres Centrum Late Effecten Vroegkinderlijke Chronische Traumatisering 0 1 1 5 C O g I s C O p E
gevolgen van) schokkende gebeurtenissen wor-
2 oktober 2015
ACT Congres: leven en werken met waarden www.cursussenencongressen.nl
Rino noord holland
jaargang 12 nummer 4 december 2015
9 maart 2016 Empathie. Het geheime wapen in de psychotherapie en de hulp verlening www.sympopna.nl
TijdschrifT over gevolgen va n s c h o k k e n d e g e b e u r T e n i s s e n
cogiscope
Themanummer vluchTelingen – Bootvluchteling in ‘bang N ed erland ’ – Psychosociaal Ond ersteuning spunt Vluchteling en – voor kennis en expertise
03 15
psychotrauma
jaargang 12 nuMMEr 1 aprIL 2015
sChOLIng
EMDR - basiscursus
Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma September – november 2015
Psychotrauma en ouderen Diagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit September – december 2015
CogiSCoPe
01 1 5
werkbelasting voor mensen die veelvuldig met (de
Ouderenpsychiatrie in de praktijk www.nursingcongressen.nl
CogisCo
• achtergrondverhalen over C O g I s C O p E 0 11 5
Een belangrijk aandachtsgebied vormt ook de
12 oktober 2015 Laat professionals hun werk goed doen. Goede diagnostiek in de GGZ leidt tot betere en goedkopere zorg www.sympopna.nl 15 oktober 2015 Congres positieve psychologie www.tijdschriftpositievepsychologie.nl
22 september 2015 GGZ Kennisdag 2015 www.trimbos.nl
8 december 2015 Arq Najaarssymposium www.arq.org
– K rachten en kwetsbaarhed en van jong e vluchteling en
pe
Themanu
04 15
Inhoud:
26 november 2015 TERRA Conferentie www.terra-net.eu Scholingsaanbod arq i.s.m.
0415 c o g i s c o p e
17 september 2015 F-ACT Congres 2015 www.factcongres.nl
8 oktober 2015 Kompas Kinderen- en Jeugdpsychiatrie www.sympopna.nl
TijdSChRifT ove R gevolgen va n S C h o k k e n d e gebeuRTeniSS en
0215
en slachtoffers van mensenhandel, seksueel geweld, rellen, aanslagen, gijzelingen, rampen.
2 september 2015 Contextuele behandeling van complex trauma www.rvagroep.nl 8 september 2015 Trauma in ontwikkelingsperspe ctief www.delfosacademy.nl
c o g i s c o p e 0415
van schokkende gebeurtenissen
jaaRgang 12 n ummeR 2 juli 2 015
SCholing 0215 C o g i S C o Pe
als oorlogsgetroffenen, asielzoekers, vluchtelingen
C o g i S C o P e 0215
aandacht voor de hulpverlening aan slachtoffers
– Traumabehand eling alert op stereotypering
e a lT h mmer e-h
tie health revolu le menta l – De mobie s profes sional werke n GGZ th? – Waaro m ) met e-heal (nog zo weinig g leert dialoo nken stimu herde e – Onlin beweg ing deling in behan – – 3MDR
Auteursinstructie Cogiscope is een kwartaalblad over sociale en psychische gevolgen van schokkende gebeurte nissen. Het stelt zich ten doel ombetrokkenen op dit terrein te informeren over ontwikkelingen op het gebied van preventie en hulpverlening. Ook wil het de huidige en sociaal-historische context belichten waarin geweld plaatsvindt en -vond. De redactie ontvangt graag wetenschappelijke, opiniërende en praktijkgerelateerde bijdragen over sociale en psychische gevolgen en achtergronden van geweld, als ook over de opvang, zorg en nazorg van betrokkenen. De redactie beoordeelt binnengekomen teksten en geeft een beknopte reactie. Daarin zijn de eventuele redenen voor afwijzing opgenomen dan wel vragen en opmerkingen als de tekst in beginsel is geaccepteerd. Instructies voor de auteur Auteur en redactie hebben bij voorkeur contact over omvang en inrichting van het artikel vóórdat het wordt toegezonden. • Indien u noten wilt gebruiken, dan enkel eind noten. Notenlijst als tekst aan eind van het artikel. • Indien u geen noten wilt gebruiken, maar wel literatuur wilt vermelden, dan graag aan het slot. * Houd het aantal literatuurverwijzingen beperkt. • Citaten in het Nederlands.
• De tekst wordt verdeeld in (niet-genummerde) paragrafen, elke paragraaf heeft een titel (tussenkopje). Werk met korte tussenkopjes (max. 20 karakters). • Geef het artikel een korte titel, maximaal 30 karakters. De redactie kan kiezen voor een andere titel.
cogiscope 0415
65
Abonnementsinformatie Cogiscope verschijnt 4x per jaar. Een jaarabonnement kost € 27,50. U kunt zich abonneren via de Cogis-site:
Aanleveren en verdere procedure We ontvangen uw tekst in Word, bij voorkeur per e-mail:
[email protected]
www.cogis.nl/cogiscope Colofon Redactie: Michel Dückers, Jeroen Knipscheer (hoofdredacteur),
De tekst zo plat mogelijk aanleveren, dus zo weinig mogelijk opmaakeffecten in de tekst aan brengen. Onderstrepingen en vet worden niet overgenomen, c ursiveringen zijn wel toegestaan. In de regel zult u, korte tijd na de afgesproken inleverdatum, de geredigeerde bijdrage ter goedkeuring ontvangen. Indien de redactie geen inhoudelijke wijzigingen of slechts minimale wijzigingen aanbrengt, bijvoorbeeld alleen in de interpunctie, krijgt u uw tekst niet meer voorgelegd. Ook dan ontvangt u bericht van de redactie. Voor de lay-out van uw bijdrage is de redactie verantwoordelijk. Cogiscope verschijnt zowel in een papieren als digitale versie.
Hans Moors, Onno Sinke, Ine Spee Eindredactie: Marleen van de Ven Bureauredactie: Linda Reek Redactieadres: Cogis, Nienoord 5, 1112 XE Diemen Telefoon 020-6601930, fax 020-6601931 E-mail
[email protected] Oplage: 1.250 exemplaren Vormgeving: CARTA, communicatie & grafisch ontwerp, Bunnik Druk: ZuidamUithof, Utrecht ISBN 1871-1065 © Cogis Cogis Cogis is het kennisinstituut sociale en psychische gevolgen van oorlog, vervolging en geweld. Hulpverleners vormen de belangrijkste doelgroep. Voor hen ontwikkelt en organiseert Cogis cursussen, trainingen, congressen, symposia en studiedagen, ook
Honorarium Voor toegezonden en opgenomen tekstmateriaal wordt geen honorarium verstrekt. In andere gevallen wordt het honorarium in overleg vastgesteld.
op aanvraag. Daarnaast geeft Cogis beleidsadviezen en fungeert het als vraagbaak voor geweldsgetroffenen. De bibliotheek van Cogis Cogis heeft een uitgebreide bibliotheek over de psychische
Copyright Het copyright van opgenomen materiaal valt toe aan Cogiscope. Uitzonderingen op deze regel zijn mogelijk.
gevolgen van geweld. Naast een uitgebreide eigen verzameling gedrukt- en beeldmateriaal is veel (externe) informatie ook digitaal toegankelijk. www.cogis.nl/bibliotheek
Foto omslag: Vluchteling op het strand van Lesbos, september 2015 (foto Petros Giannakouris/HH). 01-10-15
11:15
cogiscope
0415
iNHoUD 2
Debat vol spraakverwarring over migranten, vluchtelingen, asielzoekers en ontheem
7
33 Molukse jongeren: we weten niets meer over hen
den: een pot nat?
De moeizame integratie van Molukkers in Nederland
Anton van Kalmthout
sinds de Tweede Wereldoorlog
Het gevaar van verdrinking
Henk Smeets
36 eEN VLUCHTELING AAN HET WOORD
De reis van bootvluchtelingen
Joost Bierens
Husa
11 EEN VLUCHTELING AAN HET WOORD
37 it ain’t necessarily so
Abdul
Labels van vluchtelingen in de geestelijke
12 Vluchteling in bang Nederland
gezondheidszorg
Zijn bange burgers en politici nog gevoelig (te maken)
Jackie June ter Heide
41 psychosociaal ondersteuningspunt Vluchtelingen
voor humanitaire vraagstukken?
Jaap A. van Vliet
17 ‘Wij zetten met z’n allen een gigantische prestatie neer’
Kennis en expertise kanaliseren en verspreiden
Annelieke Drogendijk en Petra Pannekoek
in gesprek met coAmanager sjef Robroek
RUBRieKeN
Veronique Huijbregts
20 Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
44 in de Werkkamer
sociale media: een onuitputtelijke bron van
René stumpel, arts en directeur publieke gezondheid
informatie, ergernis en hoop
bij ggD gHoR: ‘Publieke gezondheid, dat doen we al
Ton Baetens, Anneke Bloemen, Debby Houtgraaf en Laura Roos
Michel Dückers
jaren, maar crisis opvang was nieuw.’
24 eEN VLUCHTELING AAN HET WOORD
47 onderzoek
susie
Asieltragiek: kwetsbaar op weg door een labyrint
25 Niet voor spek en bonen
prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (redactie)
Psychotrauma wel beschouwd
Hoogleraar Rolf Kleber over 35 jaar psycho
Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
Michel Dückers
50 Berichten uit het veld scholingsaanbod Arq Academy 57 NtVp katern 62 Boeken scholing (achterkant omslag)
traumatologie
Paulien Bakker
prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (red.)
Marieke Sleijpen
29 ‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’
Psychotrauma wel beschouwd. Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
Veerkracht bij jonge vluchtelingen
>
1
2
cogiscope
0415
Debat vol spraakverwarring
Anton Van Kalmthout
Over migranten, vluchtelingen, asielzoekers en ontheemden: één pot nat?
Debat vol spraakverwarring Vreemdelingen, migranten, (echte) vluchtelingen, verdragsvluchtelingen, asiel zoekers, ontheemden, Dublinclaimanten, (on)veilige landen: het is maar een onvolledige opsomming van de begrippen die in het actuele debat over het vreemdelingenvraagstuk te beluisteren zijn. opvallend is met welk gemak deze begrippen door elkaar worden gebruikt en misbruikt. Maar elk van deze begrip pen heeft een nauwkeurig omschreven eigen betekenis. en daaraan zijn uiteen lopende juridische consequenties verbonden. Met deze bijdrage beoogt Anton van Kalmthout helderheid te scheppen over de betekenis van de uiteenlopende kwalificaties die over vreemdelingen worden gebezigd.
Migranten op het station van Boedapest, Hongarije, september 2015 (Frank Augstein/HH).
Debat vol spraakverwarring
cogiscope
0415
3
Vluchtelingen zijn geen migranten. Niet iedere asielzoeker is een vluchteling, niet iedere vluchteling ook een asielzoeker. Onder de illegale vreemdelingen kunnen zich voormalige vluchtelingen en asielzoekers bevinden, maar veelal betreft het vreemdelingen, die met het niet-juridische begrip ‘economische vluchteling’ worden getypeerd. Weinig consistent is ook het gebruik van het begrip ‘allochtoon’. Formeel heeft het alleen betrekking op vreemdelingen van wie ten minste een ouder niet in Nederland is geboren. Maar in de praktijk blijft het hardnekkig worden toegepast op kinderen van tweedegeneratie allochtonen, die hier zijn geboren. Het begrip vreemdeling Het meest duidelijk is wat we onder een ‘vreemdeling’ verstaan, namelijk: ‘ieder die de Nederlandse nationaliteit niet bezit en niet op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander moet worden beschouwd’ (Vreemdelingenwet, art. 1)1. De status van vreemdeling is niet permanent. Onder bepaalde voorwaarden kunnen vreemdelingen, nadat ze een aantal jaren in Nederland hebben gewoond, de Nederlandse nationaliteit krijgen.
4
cogiscope
0415
Debat vol spraakverwarring
dend criterium is dat vluchtelingen – en hetzelfde geldt voor asielzoekers – zijn gevlucht uit veiligheidsoverwegingen (oorlog, vervolging, geweld). Migranten hebben om andere – dikwijls economische – redenen hun land verlaten. Vaak noemen we deze mensen ‘economische vluchtelingen’. Ten onrechte, want het zijn ‘economische migranten’. Een migrant is geen vluchteling, want hij of zij kan altijd veilig naar zijn land terug, omdat – anders dan bij vluchtelingen en erkende asielzoekers – niet Vluchteling of migrant? hoeft te worden gevreesd voor vervolging of geOp 10 november 2015 opende De Volkskrant weld van de kant van de overheid. met de kop ‘EU gaat migranten ontmoedigen’. Het is niet zonder reden dat de UNHCR en De term ‘migranten’, blijkt uit het artikel, wordt vluchtelingenorganisaties zo vasthouden aan gebruikt als verzamelnaam voor alle vreemdedit strikte onderlingen, vluchtescheid. Anders lingen, asielzoeraakt immers de kers, economische Een migrant is geen vluchteling, politieke steun vluchtelingen die voor vluchtelinnaar Europa kowant hij of zij kan altijd veilig gen ondermijnd men om hier een naar zijn land terug en komt de benieuw bestaan op scherming die te bouwen, ongehet Vluchtelingenverdrag biedt onder druk te acht het motief dat hen daartoe heeft aangezet. staan. En dat is, overal in Europa, aan de orde. Juist dat motief is echter het doorslaggevende Politici hebben de neiging om vluchtelingen criterium om vluchtelingen en erkende asielals migranten te benoemen. Migranten zonder zoekers niet als migranten in juridische zin te geldige papieren en zonder verblijfsvergunning beschouwen. De International Convention on mag een land namelijk de toegang weigeren. the Protection of Migrant Workers sluit vluchteVluchtelingen hebben daarentegen een interlingen bijvoorbeeld uitdrukkelijk uit, want de nationaal gewaarborgd recht op bescherming. Conventie is gericht op migranten. Ze mogen niet worden teruggestuurd naar een Wereldwijd zijn er, naar schatting van de land waar hun leven of vrijheid in gevaar is. Verenigde Naties en de UNHCR, meer dan 200 miljoen migranten tegenover ongeveer 19,5 miljoen vluchtelingen. Het onderscheiDe Vreemdelingenwet zegt niet alleen wat onder het begrip vreemdeling moet worden verstaan, maar maakt ook een duidelijk onderscheid tussen diverse categorieën vreemdelingen en de uiteenlopende rechtsgevolgen die aan dit onderscheid zijn verbonden. In het dagelijkse spraakgebruik en de media worden deze verschillen echter vaak genegeerd. Het gevolg is een Babylonische spraakverwarring.
Dublin-claimanten Vluchtelingen en asielzoekers zijn niet vrij in de keuze van het land waar zij hun verzoek om primaire of subsidiaire bescherming willen indienen. Om asielshoppen tegen te gaan, heeft de Europese Unie de zogeheten Dublinverordening uitgevaardigd. Deze verordening bepaalt welk land voor de behandeling van een asielverzoek verantwoordelijk is. Doorgaans is dat het land waar de vreemdeling het zogeheten Schengenbied binnenkomt. Het Dublinstelsel is omstreden, omdat het een bijzondere last legt op de landen aan de buitengrenzen van het Schengengebied, zoals Italië, Spanje, Griekenland en Hongarije. De bereidheid van deze landen om asielzoekers ‘terug te nemen’ is niet erg groot. Bovendien heeft het Hof in Straatsburg in 2011 Griekenland als ‘niet veilig land’ voor asielzoekers aangemerkt. Zodoende mogen sindsdien geen asielzoekers naar Griekenland worden teruggestuurd.
Vluchtelingenverdrag en verblijfs vergunning Armoede, hongersnood, natuurrampen: er zijn tal van schrijnende redenen waarom mensen de keuze maken om hun land te verlaten. Het internationale Vluchtelingen verdrag van Geneve (1951) definieert hen dan echter niet als vluchteling. Deze kwalificatie heeft uitsluitend betrekking op iemand die ‘vanwege een gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een
Debat vol spraakverwarring
Asielzoekers bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, zich buiten het land bevindt waarvan Wat de meeste vluchtelingen gemeen hebhij de nationaliteit bezit en niet in staat is of, ben met asielzoekers is dat beide groepen de vanwege deze vrees, niet bereid is een beroep te asielprocedure moeten doorlopen om een verdoen op de bescherming van dat land’. blijfsvergunning te kunnen krijgen. Veel asielVluchtelingen die aan deze definitie voldoen, zoekers hebben hun land echter niet verlaten kunnen in aanmerking komen voor een vervanwege een gegronde vrees voor vervolging, blijfsvergunning. Meestal wordt hiervoor een zoals gedefinieerd in het Vluchtelingenverdrag. asielverzoek ingediend. Dan wordt een tijdeZij dienen daarom hun aanspraak op een verlijke verblijfsvergunning afgegeven, die na vijf blijfsvergunning te baseren op de nationale jaar kan worden omgezet in een verblijfsverregelgeving ter zake van Asielrichtlijnen, die gunning voor onbepaalde tijd. Mocht de grond voor alle lidstaten binnen de Europese Unie voor de verlening van de verblijfsvergunning gelden (bijvoorbeeld de Opvangrichtlijn en de in die periode van vijf jaar komen te vervalProcedurerichtlijn). len, dan verandert de status van ‘vluchteling’ Indien de asielzoeker aannemelijk maakt dat weer in die van een hij of zij een ‘gewone migrant’. De gegronde retijdelijke verblijfsverden heeft om Een verblijfsvergunning biedt gunning kan alsnog aan te nemen de bescherming die het land worden ingetrokken en dat zich, na van herkomst onthoudt de ‘vreemdeling’ dient uitzetting, in Nederland te verlaten. het land van Vrijwel altijd doorlopen vluchtelingen om voor herkomst een reëel risico voordoet van folterineen verblijfsvergunning in aanmerking te kogen, onmenselijke of vernederende behandemen de gewone asielprocedure. De zogehelingen, of bestraffingen, dan kan die persoon in ten ‘uitgenodigde vluchtelingen’ vormen een aanmerking komen voor een verblijfsvergunuitzondering. Doorgaans gaat het over vluchning. Het staat de autoriteiten dan immers niet telingen van wie de situatie in het vluchtelinvrij om de asielzoeker terug te sturen naar het genkamp zo uitzichtloos, onveilig of medisch land van herkomst zonder in strijd te komen onverantwoord is, dat zij door de UNHCR wormet het in artikel 3 van het Europees Verdrag den geselecteerd en voorgedragen voor directe Voor de Rechten van de Mens verankerd ‘verhervestiging in een ander land. In Nederland bod van refoulement’. Een verblijfsvergunning telt deze groep ongeveer 500 vluchtelingen per biedt de bescherming die het land van herjaar. komst onthoudt. Ter onderscheiding van de bescherming die vluchtelingen krijgen, spreekt
cogiscope 0415
Veilig derde land Vluchtelingen en asielzoekers die Europa binnenkomen via een transitland buiten het Schengengebied, kunnen onder bepaalde voorwaarden naar dat transitland worden teruggestuurd. Dat land moet bepaalde Mensenrechtenverdragen naleven, als een ‘veilig land’ zijn aangemerkt, en de vluchteling of asielzoeker fysiek toelaten, legaal laten verblijven of ten minste asiel laten aanvragen. Het is niet de bedoeling dat het transitland de vreemdeling alsnog uitzet naar het land van herkomst. Uiteraard staat of valt zo’n overdracht met de bereidheid van het ontvangende land de vreemdeling over te nemen. Met bijvoorbeeld Kosovo, Rusland en Macedonië zijn in Benelux-verband overnameovereenkomsten gesloten. In de praktijk wordt daar nog maar weinig gebruik van gemaakt. De Europese Unie en Turkije sloten in december 2013 een soortgelijke overeenkomst. Vooralsnog biedt die echter geen mogelijkheid voor het terugsturen van vreemdelingen die via Turkije de Europese Unie zijn binnengekomen. De overeenkomst kent namelijk een overgangstermijn van drie jaar waarin die alleen geldt voor Turken en ingezetenen van de Europese Unie. Het blijft steeds de vraag of de situatie in Turkije – en dat geldt voor alle zogeheten veilige derde landen – wel zo veilig is als de overeenkomsten doen geloven. Net als in het geval van Griekenland in 2011 is het de rechter die bepaalt of de overdracht de toets aan artikel 3 van het Europees Mensenrechten Verdrag kan doorstaan.
5
6
cogiscope
0415
men in dit geval van ‘subsidiaire bescherming’. Daarnaast zijn er nog andere wettige gronden om een asielzoeker een verblijfsvergunning te geven, met name klemmende redenen van humanitaire aard. Of als de algehele situatie in een bepaald land zodanig is, dat het van bijzondere hardheid zou getuigen wanneer iemand gedwongen zou worden naar dat land terug te keren. Het verlenen van een verblijfsvergunning aan een vluchteling of asielzoeker kan maken dat ook diens naaste familie in aanmerking komt voor een zogeheten ‘afgeleide verblijfsvergunning’. Daarbij gaat het over partners of kinderen die tegelijkertijd met de vreemdeling zijn meegereisd of nagereisd (binnen een termijn van drie maanden nadat de verblijfsvergunning is verleend). Ontheemden Een methode die nog weinig wordt toegepast, maar door de massale komst van vluchtelingen naar Europa opnieuw ter discussie is gesteld, is om in Europa een beroep te doen op de Richtlijn tijdelijke bescherming. Die kwam in 2001 tot stand na de burgeroorlogen in het voormalige Joegoslavië. Deze richtlijn houdt in, dat ‘indien er sprake is van een massale toestroom van ontheemden’ de Europese Raad (de gezamenlijke ministers van de lidstaten), op voorstel van de Europese Commissie, kan besluiten om vluchtelingen een tijdelijke, kortdurende verblijfsvergunning te verlenen met aanzienlijk beperkter voorzieningen dan de gebruikelijke tijdelijke verblijfsvergunning.
Debat vol spraakverwarring
Veel landen hebben weinig animo om deze Richtlijn weer te gaan gebruiken. Dat blijkt wel uit de hekken die worden opgetrokken. Ook juridisch zijn er de nodige bezwaren aan te voeren. Het is namelijk de vraag of het juridisch geoorloofd is om de vluchtelingen die voldoen aan de criteria van het Vluchtelingenverdrag of asielzoekers die een aanspraak kunnen maken op subsidiaire bescherming, de daaraan verbonden rechten te onthouden door ze in plaats daarvan de zogeheten ontheemdenstatus te verlenen. Bovendien is de ontheemdenstatus bedoeld voor een relatief korte crisisperiode. Het vooruitzicht is dat de ontheemden snel weer naar hun land terugkeren. Maar dat lijkt voor de huidige stroom van vluchtelingen en asielzoekers vooralsnog geen reële optie.
1 Er zijn niet-Nederlanders die toch als Nederlander worden beschouwd en dus geen vreemdeling zijn in de zin van de Vreemdelingenwet: de Molukkers, bijvoorbeeld, die als zij staatloos zijn of de Indonesische nationaliteit hebben weliswaar geen Nederlander zijn in de zin van de Rijkswet op het Nederlanderschap, maar wel als Nederlander behandeld worden en ook een Nederlands paspoort kunnen krijgen.
Anton van Kalmthout is emeritus hoogleraar straf- en vreemdelingenrecht aan Tilburg University.
Het gevaar van verdrinking
cogiscope 0415
Joost Bierens
De reis van bootvluchtelingen
Het gevaar van verdrinking
Vluchtelingen uit Eritrea en Syrië zijn voor de kust van Sicilië door een Italiaans schip gered, mei 2015 (Fabrizio Villa/HH).
7
8
cogiscope
0415
Verdrinking is een zachte dood, minder spectaculair in beeld te brengen dan een bomexplosie, een aanslag of een mas sagraf. Jaarlijks verdrinken er wereld wijd 337.000 mensen, volgens officiële doodsoorzaken statistieken. Dit is een forse onderschatting. Het recent versche nen WHO Global Report on Drowning, Preventing a Leading Killer spreekt over de mogelijkheid dat meer dan 1,5 miljoen mensen jaarlijks verdrinken. Het feite lijke aantal is vooral zoveel hoger door de afwezige of onvolledige registratie van verdrinking. Zo worden verdronken vluchtelingen niet in de doodsoorzaak statistieken opgenomen als drenkeling.
Het gevaar van verdrinking
Alleen al in de Middellandse Zee en aan haar oevers zijn er dit jaar meer dan 3.000 verdronken vluchtelingen geteld. Het aantal vermiste drenkelingen is minstens even groot. Eind 2015 waren er alleen al binnen Afrika 15 miljoen mensen op de vlucht en de gevolgen daarvan voor Europa komen steeds duidelijker in beeld. Dit jaar zijn er al 700.000 vluchtelingen naar Europa gekomen en verwacht wordt dat deze migratie in de winter zal doorgaan. Ondanks de slechte weersomstandigheden worden 5.000 vluchtelingen per dag verwacht.
ondanks de aanwezigheid van georganiseerde hulpverlening op zee (kustwacht, reddingmaatschappijen, Search and Rescue organisaties), wordt de meeste hulp verleend door toevallig in de buurt aanwezige schepen. In 1974 is daarom mede hieraan aandacht besteed in de International Convention for the Safety of Life at Sea (SOLAS conventie), in 1979 aangevuld door enkele artikelen in de International Convention on Maritime Search and Rescue (SAR conventie) en in 1982 in de United Nation Convention on the Law of the Sea (UNCLOS conventie). Door deze conventies is de maritieme traditie om hulp te bieden aan vluchtelingen bij gevaar op zee geformaliseerd en beschermd. Tevens is opgenomen dat de geredde personen aan land moeten worden opgenomen en verzorgd op een veilige plaats. De praktische kant is beschreven in richtlijnen en brochures.
Migratie over zee Een groot deel van de vluchtelingen, 330.000 dit jaar, komt per boot via de Middellandse Zee. Dat is zo’n 100 keer heen en weer met de veerboot Den Helder – Texel, en dan mogen de auto’s nog mee. Overigens moet men waken voor een óverschatting van het aantal. Vluchtelingen De migratie vanuit Afrika kent ook een lange worden door Frontex – de organisatie die de satraditie. Binnen de Afrikaanse landen is er al menwerking van de landelijke grenspolities cotientallen jaren een vrije migratiestroom aan ördineert – iedere keer geteld als ze een grens de gang, waardoor in overgaan en zo kan het zijn dat de rijkere Afrikaanse een vluchteling twee of drie landen, zoals tot maal in de statistieken wordt Een groot deel van de voor kort Libië, grote opgenomen. vluchtelingen, komt per boot bevolkingsgroepen elders uit Afrika De migratie van vluchtelingen werkzaam zijn om over zee is geen nieuw fenovia de Middellandse Zee voor zich een betere meen, maar een eeuwenoude toekomst te bewerkstelligen. Voor veel van deze traditie en wordt door de scheepvaart als een sebevolkingsgroepen is de tocht naar Europa een rieus probleem ervaren. De schepen waarmee verdere vlucht naar voren nu, in hun ogen, de deze migranten zich verplaatsen, zijn van slechsituatie in steeds meer Afrikaanse landen onte kwaliteit en komen vaak in de problemen. En
houdbaar is geworden. Wat dat betreft is de instroom vanuit Syrië van een andere orde. Die is begonnen nadat het land in 2011 in een burgeroorlog terecht is gekomen. Bootvluchtelingen in de Middellandse Zee Er zijn drie verschillende routes die gebruikt worden om de Middellandse zee over te steken. De oudste en traditionele route is tussen Marokko en Spanje, de zogenoemde westelijke Mediterrane route. Het gaat hier, op dit moment, om een beperkt aantal mensen, vooral uit Marokko, Algerije, Guinea, Kameroen en Mali.
De route tussen Libië en Italië of Malta, de centrale of zuidelijke Mediterrane route, bestaat sinds het begin van deze eeuw. Ging het tussen 2006 en 2008 nog om 20.000 – 40.000 bootvluchtelingen per jaar, intussen zijn het er meer dan 150.000 per jaar. Het gaat vooral over mensen uit Syrië, Eritrea, Nigeria en de verschillende landen onder de Sahara. Deze bootvluchtelingen worden vaak vervoerd met slecht onderhouden vrachtschepen. Voor mensensmokkelaars zijn dit echte moneymakers. Een afgedankt schip kost tussen € 150.000 en € 400.000. Met 200 tot 800 vluchtelingen aan boord die ieder € 4.500 tot € 8.000 betalen, is de gemiddelde winst vlot boven de miljoen euro. Op kleinere schaal worden luxe jachten gebruikt die vaak, maar niet altijd, zijn omgebouwd om vluchtelingen onopvallend te vervoeren.
IHet gevaar van verdrinking
De derde route, de oostelijke Mediterrane route, gaat van Turkije naar de Griekse eilanden en Bulgarije. Het gaat hier om een route die pas recent populair is geworden. De mensen die deze route gebruiken, komen vooral uit Syrië. Maar ook mensen uit Afghanistan, Pakistan en Bangladesh, per vliegtuig aangekomen in Ankara, hebben deze route al langer in gebruik. De afstand tussen Turkije en de Griekse eilanden is gering; men kan de bestemmingen zien liggen. Hier wordt vooral gebruik gemaakt van opblaasboten met lichte buitenboordmotoren en kleine, afgedankte vissersboten. Verdrinken tijdens de overtocht Tijdens de overtocht is er geen enkele aandacht voor de veiligheid van de passagiers. Het gaat om oude, slecht onderhouden schepen, waarvan motor en stuurinrichting het op elk moment kunnen begeven. Een stuurloos schip is levensgevaarlijk, midden op zee maar zeker ook wanneer het aan de grond komt te zitten. Veel passagiers springen in zee en halen de korte afstand naar het strand niet. Alle schepen zijn overvol, maken daardoor snel water en kunnen makkelijk kapseizen. Het is niet ongebruikelijk dat de passagiers onderweg een of meerdere malen moeten overstappen van het ene schip naar het andere; regelmatig gebeuren fatale misstappen. De kleine rubberboten, soms tot op de draad versleten, kunnen met de minste golfslag omslaan. Of het motortje begeeft het, de passagiers proberen naar een Grieks eiland te zwemmen, maar dit lukt weinigen.
cogiscope 0415
In 2002 organiseerde de Maatschappij tot het Redden van Drenkelingen, opgericht in 1767, het eerste World Congress on Drowning in Amsterdam. De kennis die tijdens het interdisciplinaire en interactieve congres aan de orde kwam, werd verzameld in het Handbook on Drowning (2004). In 2015 kwam de tweede druk van het boek uit: Drowning. De recente ontwikkelingen, niet in het minst de immense problematiek van verdrinking tijdens overstromingen, scheepsrampen en bootvluchtelingen, krijgen in dit boek veel aandacht. Een groot aantal Nederlandse experts heeft als auteur en redacteur aan het boek meegewerkt. Joost J.L.M. Bierens (Ed.), Drowning. Prevention, Rescue, Treatment. Springer, 2e dr. 2015.
9
10
cogiscope
0415
Daarnaast gaan de mensensmokkelaar respectloos met de passagiers om. Veel mensen zijn overleden in een zinkend of kapseizend schip omdat ze opgesloten zaten in het ruim en op geen enkele manier konden ontsnappen. Er is sprake van het moedwillig tot zinken brengen van schepen. Schepen worden op de automatische piloot gezet in de richting van de wal en de bemanning verlaat het schip. Mensen werden in wrakke houten boten gestopt, die zonder enige bescherming achter een groter schip worden gehangen en in het zicht van land worden losgemaakt. Indien schepen beschikken over een Automatic Identificatie Systeem (AIS) wordt dit uitgezet, waardoor het schip niet herkend kan worden, maar ook niet waargenomen door schepen in de buurt. Reddingsmateriaal en persoonlijke reddingsvesten zijn aan boord niet aanwezig. Naast het gevaar te verdrinken is de situatie levensbedreigend door gebrek aan drinken en voedsel, oververhitting en ruzies. De komende winterperiode zal onderkoeling voor grote problemen gaan zorgen.
Het gevaar van verdrinking
lijk te doen en er veel kritiek was op deze dubbelrol. De formele taak van de bewaking van de grenzen van Europa is daarna overgenomen door de Europese organisatie Frontex. Frontex opereert alleen dicht onder de kust van Europa en formeel heeft ze geen rol in de humanitaire taken.
Intussen is een groot aantal organisaties in de weer om de mensen van hun wrakke boten te helpen en ze veilig aan wal te krijgen. Het gaat om humanitaire organisaties, zoals United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR), Save the Children, Médecins sans Frontières (MSF), International Rescue Commitee (IRC) en speciaal opgerichte groepen vrijwilligers die zich spontaan melden. Daarnaast worden ook de organisaties actief die ervaring hebben met het redden op zee, zoals aan de International Maritime Rescue Federation (IMRF) verbonden nationale reddingorganisaties. De coördinatie tussen al deze organisaties ontbreekt en het is maar de vraag of de, vaak vrijwillige en kortdurend beschikbare, medewerkers van deze organisaties Wat betreft de Het probleem van de boot voldoende opgeleid centrale of zuidelijke Mediterrane vluchtelingen was al aan het eind van zijn voor de complexe problematiek route heeft de waarmee ze geconItaliaanse kustde vorige eeuw duidelijk fronteerd worden. wacht aanvankeOok de onderlinge afstemming en uitwisseling lijk zowel de formele wettelijke taken als de huvan kennis en ervaring tussen de verschillende manitaire taken verricht zo dicht mogelijk voor organisaties is nog niet geformaliseerd. de kust van Libië. Men is hiermee gestopt toen er geen steun in Europa was om dit gezamen-
Had het zo gemoeten? Terugkijken is altijd makkelijk. Maar het groeiende probleem van de bootvluchtelingen was al aan het eind van de vorige eeuw duidelijk aan het worden. Er is gekozen voor een politieke benadering met beleid om het probleem te negeren en de kop in het zand te steken. Iedere overtocht die eindigde met tientallen drenkelingen had echter ook een aansporing kunnen zijn om aandacht te besteden aan de veiligheid van de bootvluchtelingen. Voor zover er al over nagedacht werd, werd gemeend dat dit een aanzuigende werking zou veroorzaken. Daarbij vergetend dat men niet werd ‘aangezogen’ maar weg wilde, of weg moest om nog een toekomst te hebben. Waar de onveilige en mensonterende omstandigheden de mogelijkheid boden om met eenvoudige en concrete oplossingen te komen voor veilig en menswaardig vervoer, bleef men inert hangen in de politieke complexiteit van het migrantenprobleem.
Nu de vluchtelingen in Nederland aangekomen zijn, gooien we het wat veiligheid betreft over een andere boeg. Veiligheid krijgt hier maximale aandacht in bedrijfshulpverleningsplannen, bedrijfsnoodplannen, reglementen en verboden in de opvangcentra. Toch lijkt ook een formeel georganiseerde en veilige overtocht steeds meer voordelen te hebben, zowel uit het oogpunt van crisismanagement als uit humanitaire oogpunt. De iconische foto van de aangespoelde Alan Kurdi laat in ieder geval zien hoe het niet moet.
Een vluchteling aan het woord
Referenties
cogiscope 0415
Een vluchteling aan het woord
Horton R. (2014), ‘Offline: four drowning children’, in: The Lancet. Beschikbaar op: http:// www.thelancet.com/pdfs/journals/lancet/
Abdul
PIIS0140-6736(15)61254-5.pdf Kassar H. & P. Dourgnon (2014), ‘The big crossing: illegal boat migrants in the Mediterranean’, in: European Journal for Public Health, Aug; 24 Suppl.
Abdul (29 jaar, afkomstig uit Syrië, sinds vier weken in Nederland; verblijft momenteel in een ten tenkamp) is onrustig en rustig tegelijkertijd, van buiten een normale jongeman, van binnen is er zoveel gaande dat hij het niet in woorden kan vatten.
1: 11-5. UNHCR/IMO, Rescue at sea. A guide to principles and practice as applied to migrants and refugees. Beschikbaar op: http://www.imo.org/en/MediaCentre/HotTopics/ seamigration/Documents/UNHCR-Rescue_at_ Sea-Guide-ENG-screen.pdf http://frontex.europa.eu/assets/Publications/ Risk_Analysis/Annual_Risk_Analysis_2015.pdf http://frontex.europa.eu/trends-and-routes/ migratory-routes-map/
Joost Bierens is specialist op het gebied van waterveiligheid, rampengeneeskunde en crisismanagement. Hij is onder meer verbonden als visiting professor aan de Vrije Universiteit Brussel.
11
Hij vertelt: ‘Mijn leven is in één nacht compleet veranderd. Ik had een heel leven in Syrië, ik was pas afgestudeerd kinderarts en werkte in een ziekenhuis en privékliniek; daarnaast was ik veel bij familie en vriendin, en opeens was er een gifaanval. Ik moest eerst weer veiligheid vinden, toen ik die had, ben ik op zoek gegaan naar meer stabiliteit en zo ben ik uiteindelijk in Nederland terecht gekomen. Ik ben eerst naar Libanon gegaan maar voelde mij daar niet echt veilig en had de angst dat ik op een bepaald punt ook vandaar weer zou moeten vluchten. Ik ben toen verder gegaan, kwam met een vreselijke oude boot in Griekenland aan, een land in economische crisis en ben toen per trein naar Nederland gegaan. Het is meer een gevoel, het gevoel dat ik hier tijdelijk mijn leven vorm kan geven, mijn professie kan oppakken. Toch is het voor mij en de anderen nauwelijks te bevatten, ik denk dat dit ook voor Nederlanders zo is. Je weet pas wat je mist als je het kwijt bent en dan nog, ik ben nog steeds aan het overleven. Veiligheid, dat is alles wat ik nu heb. En ik hoop dat ik mijn leven weer kan opbouwen’. Hij zucht en zegt zachtjes dat het voelt alsof hij weer alles opnieuw moet doen in het leven, de taal zoals hij die leerde op school, zijn rijbewijs, zijn diploma’s, het weegt hem zwaar. Hij vervolgt: ‘Sinds een paar weken geloof ik in tijd, ik noem het mijn “time theory”, ik blijf tegen mezelf zeggen dat ik moet blijven geloven in de tijd, dan zal het hopelijk goed komen’. Abdul wil leven – het liefst zijn oude leven. (interview Elise van Wageningen)
12
cogiscope
0415
Vluchteling in bang Nederland
Jaap A. Van Vliet
Zijn bange burgers en politici nog gevoelig (te maken) voor humanitaire vraagstukken?
Vluchteling in bang Nederland
Informatieavond over de komst van een tijdelijke noodopvang voor vluchtelingen in de Oost Groningse plaats Beerta (Kees van de Veen/HH)
Vluchteling in bang Nederland
In 2007 publiceerde het ministerie van Justitie (toen
Nu het 2015 is, is het interessant om het boek nog eens na te slaan en te zien welke van de vier scenario’s op dit moment het meest van toepassing is. Mijns inziens is dat het scenario ‘Bang Nederland’, dat hieronder is beschreven.
Scenario’s en strategieën voor 2015’. (Ministerie van Justitie, 2007) Het boek vermeldt vier mogelijke scena rio’s voor 2015, mede gebaseerd op twee kernonzeker heden. Die kernonzekerheden hadden betrekking op twee centrale vragen. Ten eerste de vraag naar sociale veiligheid, de vraag of de offers die mensen zich willen getroosten om te voorkomen dat anderen hen leed of schade toebrengen zal toe- of afnemen. En ten tweede de vraag of het draagvlak voor de EU zal toe- of afnemen en of oplossingen voor maatschappelijke problemen in toenemende mate in internationale of in nationale weten regelgeving worden gezocht. Kortom: kijken burgers primair naar ‘Brussel’ of naar ‘Den Haag’?
‘
13
‘
nog zonder ‘Veiligheid’) het boek ‘Justitie over morgen.
cogiscope 0415
In 2015 is Nederland een angstig en in zichzelf gekeerd land geworden. Het gebrek aan steun voor de EU bleek al bij het referendum over de ‘Europese grondwet’ en is alleen maar verder toegenomen. Dezelfde ontwikkeling heeft zich in andere landen voorgedaan. De economie zit gedurende een reeks van jaren in een dal. Vooral in woners van de oude wijken van grote steden worden door werkloosheid getroffen. Er is sprake van een concentratie van kansarmoede1 . Segregatie neemt toe. Spanningen tussen bevolkingsgroepen lopen op. Mensen proberen risico’s op elkaar af te wentelen, hetgeen tot uiting komt in juridisering en de ontwikkeling van claimcultuur. Europese landen wedijveren om de meest restrictieve toelating van vreemdelingen.
Een van de opvallende zaken die ik daaruit wil halen is wat hierboven wordt genoemd de toelating van vreemdelingen tot Europa. Het gaat, als je het nieuws van deze weken volgt, natuurlijk niet vooral over vreemdelingen, maar voor een belangrijk deel over vluchtelingen, mensen die hun land ontvluchten vanwege instabiliteit, oorlog en vervolging in hun eigen land of regio, in een aantal gevallen ook om mensen die een beter bestaan zoeken. Op Europees niveau is er geen draagvlak te vinden voor een behoorlijke verdeling van deze vluchtelingen over de Europese landen. Bij het scenario ‘Bang Nederland’ eisen burgers ‘een restrictief immigratiebeleid. Meedeinend op angstsentimenten wordt het Vluchtelingenverdrag steeds vaker ter discussie gesteld. ‘Grenzen dicht’ is een veel gehoord credo. (Ministerie van Justitie, 2007: 70) Het sluiten van de grenzen, en opvang in de eigen regio worden veel genoemd door politici en commentatoren; het scenario uit het boek past naadloos bij de huidige politieke en maatschappelijke debat, zoals dit zich in de media openbaart. In dit artikel zal ik ingaan op die angst en de morele vragen die de discussie aangaande de toestroom van vreemdelingen oproept, en met name ook op de gevolgen
14
cogiscope
0415
Vluchteling in bang Nederland
telingen snel zullen verdwijnen is de vraag; de problematiek is vele malen groter en breder over het land verspreid dan die van een enkele terugkerende zedendelinquent. En die blijvende voetafdruk zou weleens kunnen worden gezet door een verscherping van het politieke en maatVreemdelingen en vluchtelingen schappelijk debat en door strengere regelgeving, Het politieke en maatschappelijke draagvlak in zoals de ‘sobere opvang’ die het kabinet wil. Nederland om vluchtelingen op te nemen staat Maar vanuit humaan en moreel oogpunt is de voortdurend ter discussie en leidt tot een verharregelgeving nog niet streng genoeg. In een studing van standpunten tot bedreiging en intimidie uit 2009 wordt gesteld: ‘In Nederland groeidatie aan toe. Er is een parallel te trekken met de en duizenden kinderen op in een gezin in een terugkeer van ex-zedendelinquenten in de lokale asielzoekerscentrum (azc). De situatie waarin samenleving. In een onderzoek hiernaar wordt deze kinderen opgroeien voldoet anno 2009 in verband met zedendelinquenten verwezen niet aan de eisen die het Internationaal Verdrag naar termen als ‘folk devils’ en ‘moral panic’2. voor de Rechten Op het debat van het Kind rondom vluchtelingen lijken Het politieke en maatschappelijke draag stelt. Die constatering geldt voor deze begrippen ook van toepas- vlak in Nederland om vluchtelingen op te het geheel en voor alle onder sing (Boone, Van werpen waar de Bunt, Siegel nemen staat voortdurend ter discussie kinderen mee & Van de Ven, te maken hebben afzonderlijk: gezin en opvoe2014). Ook vluchtelingen worden door bange ding, wonen, recreatie, spel en vrije tijd, onderburgers nogal eens weggezet als potentiële zewijs, gezondheid, veiligheid, procedure, finandendelinquenten. In het kader van bedoeld onciën en participatie.’ (Kloosterboer, 2009: 5). derzoek wordt gesteld dat de morele paniek bij De Europese Kinderombudsmannen maken terugkeer van een zedendelinquent een korte zich ook nu zorgen over de situatie van duimaar krachtige reactie is en even snel verdwijnt zenden kinderen die naar Europa vluchten. Zij als zij opkwam. ‘Maar de crisis laat wel blijvende maken traumatische ervaringen mee, kunnen voetafdrukken na, bijvoorbeeld in de vorm van slachtoffer worden van geweld en van mensenuitbreiding van strafrechtelijke bepalingen of handel. De Kinderombudsmannen zijn van verhoging van wettelijke strafmaxima’ (Boone, mening dat Europese regeringen deze kindeVan de Bunt, Siegel & Van de Ven, 2014: 19). ren moeten beschermen en toegang moeten Of de felle reacties op de toestroom van vluchdie dit heeft voor kinderen. Kan er in dit bange land nog aandacht zijn voor de humanitaire vraagstukken. Of valt het wel mee met ‘Bang Nederland’?
bieden tot gezondheidszorg en onderwijs. Zij formeren daarom een taskforce, die erop toeziet dat Europese leiders de rechten van deze kwetsbare kinderen respecteren (Kinderombudsman, 2015). Het Nederlandse vreemdelingenbeleid leidt zo nu en dan tot merkwaardige ‘oplossingen’. Zo werd recent onder druk van de pers, politieke kopstukken en de kinderombudsman een klein publicitair succesje geboekt doordat twee Angolese kinderen, Márcia en Gláucio, en hun moeder na een verblijf van 15 jaar in Nederland mogen blijven, terwijl de vader alsnog terug moest naar Angola. De staatssecretaris heeft het gezin zelf laten beslissen: of allemaal terug naar Angola, of alleen de vader. Een Salomonsoordeel dat door de betrokkenen zelf moest worden geveld en voltrokken en dat bij de betrokkenen ongetwijfeld tot verdriet en trauma’s zal leiden. Ik moest hierbij denken aan het indrukwekkende boek Sophies choice, waarin Sophie in Auschwitz door een kampbewaker wordt gedwongen tot een onmogelijke keuze: welk van haar twee kinderen mag in leven blijven? Ze kiest voor het leven van haar zoon en de dood van haar dochter en kan uiteindelijk zelf niet leven met haar keuze. Hoe past het scheiden van één ouder van de rest van het gezin in de Nederlandse cultuur, waarin de band van ouders met hun kinderen een belangrijk pedagogisch uitgangspunt is. Is uitsluitend de verdenking van het feit dat de vader oorlogsmisdaden heeft gepleegd voldoende om deze actie moreel te rechtvaardigen? In de afgelopen anderhalf jaar heb ik verschillende opvanglocaties van vreemdelingen be-
Vluchteling in bang Nederland
de andere opvanglocatie verplaatst worden met zocht en gesproken met uitgeprocedeerde de ontwikkeling van mensen en in het bijzonasielzoekers die het land moeten verlaten en der: met kinderen? Is er in ‘Bang Nederland’ met ambtenaren, die de gesprekken met hen plaats voor een morele afweging van deze vraag? moeten voeren. Daarbij was de opdracht te bezien hoe vreemdelingen beter kunnen worden Afsluitend gemotiveerd om vrijwillig ons land te verlaten. Maar is Nederland wel zo bang als wordt gesug(Ministerie van Justitie, 2015) Het schrijven van gereerd? Is er angst dat onze welvaart ons zal een professionele, humane methodiek voor meworden afgenomen? dewerkers van de Dienst Terugkeer & Vertrek Vluchtelingen, het gaat voor een groot deel om van het Ministerie van Veiligheid en Justitie was mensen die hebben meegemaakt dat hun famidaarbij de opdracht. Hoe kun je aan de slag in lieleden werden vermoord, hun huis, hun veiligen met de landen van herkomst, met het begeleiheid is kapotgemaakt. Wie hulp nodig heeft om den bij het vinden van een nieuw toekomstperweer in balans te komen, zal die hulp moeten spectief en het herstellen van relaties en eervolle worden geboden. En dat is andere hulp dan verterugkeer? (RTL-Nieuws, 2015) blijf in tentenkamVeelal zie je onder pen en asielzoede uitgeprocedeerden schrijnende ... van de nu inkomende vluchtelingen kerscentra (azc’s). In De Correspondent situaties van mensen die al jaren zal een deel over enkele jaren weer het van 2 november jl. schrijft Rutger in Nederland verBregman een artiblijven en die desland moeten verlaten ... kel hierover onder ondanks, na vele de titel ‘Wie goed doet...komt nooit in het jourprocedures, geen recht hebben op een langer naal (en dat is een groot probleem)’. Terwijl de verblijf in ons land. Soms zijn mannen, vrouberichtgeving gericht is op angstige en boze wen en kinderen langdurig gescheiden. In opmensen en de overheid streeft naar sobere opvanglocaties voor gezinnen wonen gezinnen vang, wordt geen aandacht gegeven aan de velen jaren samen, wachtend tot het jongste kind 18 die klaar staan om vluchtelingen te helpen. ‘In jaar is. Kapelle moest er een wachtlijst komen – niet Het is duidelijk, van de nu inkomende vluchtevoor vluchtelingen, maar voor vrijwilligers. De lingen zal een deel over enkele jaren weer het gemeente kondigde aan dat er tweehonderd land moeten verlaten omdat zij niet aan de critemensen uit Syrië zouden komen en een paar ria voldoen voor een verblijfsvergunning. Maar uur later hadden honderdvijftig bewoners zich wat doet dat jarenlange verblijf, dat wachten, dat gemeld. In Ootmarsum en Oud-Beijerland getoch een beetje integreren, dat van de ene naar
cogiscope 0415
15
beurde hetzelfde. In die laatste gemeente meldden zich zelfs meer vrijwilligers dan vluchtelingen. “Iedereen wil nu helpen”, verzuchtte een woordvoerder van Vluchtelingenwerk in de gemeente Zuidhorn. “Er is bijna sprake van een tsunami van vrijwilligers”.’ Het verbaasde mij ook, gezien de algemene berichtgeving, dat in mijn woonplaats Arnhem de komst van vluchtelingen naar de oude, juist gesloten koepelgevangenis, zo soepel verliep. De hele omringende wijk stelt zich open, er wordt kleding bezorgd, geld opgehaald en buurtbewoners stellen hun huizen open voor gezamenlijke maaltijden. ‘Onze beschaving is geen dun laagje vernis, het is een dikke vetlaag die ons warm houdt, zelfs als de dijken doorbreken’, stelt Bregman. Misschien is het scenario Bang Nederland toch te somber en wordt het deels door de media gecreëerd. Maar intussen blijft de stroom vluchtelingen komen en het probleem van uitgeprocedeerde asielzoekers die in ons land al lang en breed zijn ingeburgerd onverminderd voortbestaan. In Bang Nederland is nog geen plaats voor een morele en humanitaire aanpak van het probleem maar voor het zoeken van oplossingen in incidentenpolitiek en publicitaire succesjes. Hoeveel Márcia’s en Gláucio’s zijn en komen er nog in Nederland – of worden hier nog verwekt en geboren – die na jaren van inburgering zonder pardon het land zullen moeten verlaten omdat op hen toevallig de publiciteit niet werd gericht?
16
cogiscope
0415
Literatuur M.M. Boone, H.G. van de Bunt, D. Siegel, m.m.v. K.
Vluchteling in bang Nederland
1 Kansarmoede is een duurzame toestand waarbij mensen, vergeleken met de grootste groep in de samenle-
van de Ven (2014), Gevangene van het verleden.
ving, worden beperkt in hun mogelijkheden deel te heb-
Crisissituaties na de terugkeer van zedendelin
ben aan onderwijs, werk en huisvesting. Deze toestand
quenten in de samenleving. In opdracht van:
doet zich voor op materieel en immaterieel gebied.
Programma Politie & Wetenschap. Politie & Wetenschap, Apeldoorn; Universiteit Utrecht; Erasmus Universiteit Rotterdam, p. 28.
2 Dit begrip wordt gebruikt om de aandacht te vestigen op het disproportionele, negatieve karakter van sociale reacties op afwijkend gedrag. Overtrokken reacties kun-
Kinderombudsman 2015: http://www.dekinderom-
nen bijdragen aan de ‘amplificatie’ van de problemen.
budsman.nl/70/ouders-professionals/nieuws/
De overtrokken, negatieve manier waarop gereageerd
europese-kinderombudsmannen-vormen-
wordt op afwijkend gedrag kan leiden tot stigmatise-
taskforce-voor-kinderen-op-de-vlucht/?id=571
ring, uitstoting en agressieve tegenacties van de betrok-
[geraadpleegd 27.10.2015].
ken daders, en dus tot verergering van de problemen. ‘Bij een morele paniek is ten eerste sprake van bezorgd-
K. Kloosterboer (2009), Kind in het cen
heid of zorg over het gedrag van een bepaalde groep of
trum. Kinderrechten in asielzoekerscentra.
persoon, die – tweede kenmerk – als vijand (folk devil)
Samenvatting. Unicef, Kinderpostzegels, COA.
wordt beschouwd’ (Boone, Van de Bunt, Siegel & Van de Ven, 2014: 18 en 19).
Ministerie van Justitie, Directie Algemene Justitiële Strategie (2007), Justitie over morgen. Scenario’s en strategieën voor 2015. Den Haag. Ministerie van Justitie (2015). Brief dd. 6 oktober 2015 van Staatssecretaris van Veiligheid & Justitie Dijkhoff aan de voorzitter van de Tweede Kamer met als onderwerp het Rapport 'Terugkeer van vertrekplichtige vreemdelingen', kenmerk 675119. RTL-Nieuws (2015): http://www.rtlnieuws.nl/ nieuws/binnenland/zo-praten-ambtenarenuitgeprocedeerde-asielzoekers-het-land-uit [geraadpleegd 31 oktober 2015].
Jaap A. van Vliet is senior adviseur en onderzoeker bij Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering en bij het lectoraat Werken in Justitieel Kader, Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht. Daarnaast is hij zelfstandig gevestigd als adviseur en onderzoeker op het grensvlak van justitie en zorg.
‘Wij zetten met z’n allen een gigantische prestatie neer’
cogiscope 0415
17
Veronique Huijbregts
In gesprek met COA-manager Sjef Robroek
‘Wij zetten met z’n allen een gigantische prestatie neer’ In nog geen jaar tijd is het aantal bewoners waar voor het COA onderdak en begeleiding moet rege len bijna verdubbeld. Dat betekent hands on. Daar zijn ze bij het COA goed in, weet Sjef Robroek, unitmanager beleidsafdeling uitvoeringsprocessen. Medewerkers werken op locatie samen onder soms moeilijke omstandigheden. Bij heftige incidenten kunnen ze een beroep doen op een psychologische achterwacht.
Bewoners van de noodopvang AZC Heumensoord spelen een spelletje voetbal (Flip Franssen/HH).
18
cogiscope
0415
‘Wij zetten met z’n allen een gigantische prestatie neer’
Robroek doet het interview terwijl hij onderweg is. Het zegt wel iets over de drukke agenda van deze manager. In de auto vindt hij de tijd om noodzakelijke telefoontjes te plegen, vertelt hij. Met zijn afdeling zorgt hij ervoor dat de beleidsafspraken die in ‘Den Haag’ worden gemaakt in de praktijk toepasbaar zijn. Daarnaast zorgt zijn afdeling dat er uitvoering gegeven wordt aan zo’n zestig contracten, waaronder het zorg- en het beveiligingscontract. Zijn medewerkers zijn vaak in het land om de azc’s daarbij te helpen. ‘We hebben een korte lijn met de uitvoeringslocaties en gaan er ook graag heen. Zo weten we wat er speelt en wat de behoeften zijn. Daar kunnen we dan met ons beleid, kaders en instructies op inspelen.’
nooit iets gebeurt. In elke woonwijk van duizend mensen gebeurt wel eens wat.’ Overigens ontmoet Robroek op die bijeenkomsten ook veel mensen die vluchtelingen een warm onthaal willen bieden en het COA als vrijwilliger willen steunen bij zijn taak. De media zoomen eenzijdig in op de rumoerige minderheid, zegt hij. Op dit moment zijn er zeker drieduizend à vierduizend vrijwilligers bij het COA actief. Het is het lot van het opvangorgaan om tweemaal protest mee te maken, zegt de manager: bij de komst van een opvanglocatie én bij vertrek uit een gemeente. ‘Als we eenmaal ergens zitten, wennen mensen langzaam aan onze aanwezigheid. Dan protesteren ze juist weer als we weggaan.’
Rumoerige minderheid Zelf bezoekt Robroek regelmatig avonden voor burgers in gemeenten waar het COA een nieuwe opvanglocatie wil openen. En ja, dan krijg je vaak te maken met weerstand en met mensen die hun mening klaar hebben. ‘Het onderwerp roept veel emoties op bij voor- en tegenstanders. Die gevoelens haal je niet weg door bijvoorbeeld te melden dat tachtig procent van de asielzoekers die tegenstanders graag als “gelukszoekers” typeren hier een vluchtelingenstatus krijgt. Mensen doen bepaalde uitspraken vaak uit angst. Daar kun je niet omheen. We moeten hen helpen om die angst een plaats te geven en te gaan beseffen dat die misschien onterecht is. We steken er veel energie in om te laten zien dat de vooroordelen wellicht ongegrond zijn. Maar we zijn ook nuchter. Als je ergens met duizend mensen op een locatie komt, kun je geen garantie geven dat er
Verdubbeling Vanaf begin 2015 groeide het aantal bewoners in de opvang van 24.000 mensen tot praktisch 45.000. En de groei houdt nog aan. In één jaar tijd is er dus sprake van een verdubbeling van mensen die opvang en begeleiding nodig hebben. Dat vraagt ook een verdubbeling van medewerkers. Vanaf midden 2014 heeft het COA zo’n 1.500 nieuwe mensen aangetrokken. Het lukt tot dusver om die te vinden, door ex-medewerkers weer in dienst te nemen, dankzij de medewerking en het selectiewerk van uitzenden bemiddelingsbureaus en door bij organisaties als de Dienst Werk en Inkomen of Jeugdwerk mensen die daar weg moeten te interesseren voor werk bij het COA. Ook pas gediplomeerde MBO’ers en HBO’ers gaan aan de slag. Soms gaat het werven ‘met stoom en kokend water’, zoals Robroek het uitdrukt. Hoe kan het
ook anders? ‘Neem Heumensoord in Nijmegen. Daar zijn in no time drieduizend bewoners gehuisvest. Het is veel werk om daar in zo’n korte tijd de benodigde honderd medewerkers voor te werven, maar dat is wel gelukt. Het zijn mensen van allerlei pluimage, maar ze voldoen allemaal aan de eisen die wij stellen, MBO of HBO maatschappelijk of sociaal cultureel werk.’ De nieuwe medewerkers treffen in het COA een ‘organisatie van doeners’, zegt Robroek. ‘Ik werk nu bijna twintig jaar bij deze organisatie en ik heb het nooit anders gekend. We verwerven nu op alle mogelijke manieren locaties: regulier en in overleg met de veiligheidsregio’s en gemeenten, die we oproepen om opvangplekken te creëren. Het lukt ons nog elke dag om voldoende onderdak te regelen voor de mensen die komen. En op elke nieuwe locatie staat iedereen klaar om tot diep in de nacht door te werken om die gebruiksklaar te maken.’ Verdunning Wat Robroek wel zorgen baart is de verhouding ervaren medewerkers en nieuwkomers. ‘Die is nu zo’n beetje fiftyfifty. Het is de vraag af hoe ver die “verdunning” kan gaan.’ Het COA probeert die onervarenheid te ondervangen door nieuwe medewerkers eerst ervaring te laten opdoen op bestaande locaties met ervaren mensen. Ze doorlopen ook een programma waarmee ze de benodigde basiskennis krijgen. Al met gaat het heel goed, oordeelt Robroek, ‘maar net als in alle organisaties met zo’n hectiek gaan er ook zaken niet goed. Ik vind het mooi om te zien hoe we de groei weten op te vangen. Wij worden gecontroleerd door inspecties voor veiligheid en
‘Wij zetten met z’n allen een gigantische prestatie neer’
Hoe gezond zijn de bewoners van de Medische teams van het COA onderzoeken kort na aanmelding elke asielzoeker op zijn gezondheid. Volgens wettelijk voorschrift worden asielzoekers op de derde dag op tbc gescreend. (Deze wettelijke plicht is onlangs opgeschort voor de Syriërs, omdat de inspectie het risico op tbc bij hen laag inschat. Dit betreft 60-70% van alle asielzoekers. Vrijwel alle overige asielzoekers komen op dit moment uit Irak, Afghanistan en Eritrea.) Na deze screening krijgen ze een uitnodiging voor een gesprek over hun gezondheidssituatie en om een dossier aan te leggen. Doel van het gesprek is ook om te bepalen of de asielzoeker de asielprocedure qua gezondheid aankan. gezondheidszorg en die komen ook op nieuwe locaties tot de algemene conclusie dat wij het goed doen.’ De oude en de nieuwe medewerkers pakken het werk enthousiast aan, vervolgt hij. ‘Maar het gaat ze niet altijd in de koude kleren zitten. In de opvang horen ze de verhalen van de bewoners en zien ze wat er gebeurt. Sommige bewoners hebben psychische problemen. Dat doet wel wat. In de teams wordt veel gesproken over wat de teamleden meemaken. Ze houden elkaar onderling in de gaten. Ze worden ook geschoold om met bepaalde zaken om te gaan. En we hebben een vangnet voor het geval mensen op de locaties traumatische gebeurtenissen meemaken, een organisatie die kan begeleiden bij het verwerken van traumatische ervaringen. Teams en individuele medewerkers kunnen daar terecht voor gesprekken.’
azc? De bewoners van azc’s vallen allemaal onder een zorgverzekering. Als ze zorg nodig hebben, gaan ze naar hulpverleners in de omgeving van het azc. Medewerkers van de opvanglocatie informeren hen over het Nederlandse gezondheidssysteem. Daar zijn ook verpleegkundigen en zorgconsulenten geestelijke gezondheid op de locaties om problemen te signaleren en naar zorg toe te geleiden. Over de precieze gezondheidstoestand van de bewoners valt enkel iets te zeggen aan de hand van de cijfers over hun zorgconsumptie, zegt Robroek. ‘Binnen de groep van 45.000 mensen die we opvangen heb je alle mogelijke problemen Teamgesprekken Gevraagd naar de gevolgen van de aanval met vuurwerkbommen op het azc in Woerden, vertelt Robroek dat zo’n agressieve gebeurtenis haaks staat op de wijze waarop de medewerkers zelf hun werk ervaren. ‘Wij vinden met z’n allen dat we een gigantische prestatie neerzetten, waarvoor we ons niet schamen. Je doet iets goeds, iets waarvoor je politiek en maatschappelijk opdracht hebt gekregen, en dat wordt dan beantwoord met agressie! Dat is niet niks. We hebben het er in de teams veel over gehad. Mensen kunnen er individueel over doorpraten, als ze dat willen. Wij merken wel, en dat is ook de ervaring van de organisatie die we voor begeleiding hebben ingehuurd, dat teamgesprekken op locatie het beste werken. Het is belangrijk niet te stoer over je gevoelens te doen, zo van: dat hoort bij mijn vak en dat moet ik maar kunnen verdragen, het mag me niets doen. Wij sti-
cogiscope 0415
19
en ziektes. Maar dat geldt voor elke groep van deze omvang, al zijn er bij de asielzoekers wellicht iets meer beschadigde mensen vanwege de doorstane gebeurtenissen.’ ‘Om naar ons land te komen hebben de asielzoekers een flinke en vaak gevaarlijke reis ondernomen. Ze zijn veelal in de kracht van hun leven, maar ze hebben wel vaak nare dingen meegemaakt. Soms leidt dat tot problematiek. Hoeveel, dat kan ik niet zeggen. Maar ik wil waken voor het idee dat alle mensen die bij ons wonen psychische problemen hebben. Het beeld dat een asielzoeker per definitie getraumatiseerd is, wil ik sterk relativeren.’ muleren eerder het tegenovergestelde: als iets je even teveel wordt, doe er wat mee en ga erover in gesprek, liefst met je team en je collega’s.’ Twee kanten De vanzelfsprekende energie van de medewerkers om dingen aan te pakken en de veerkracht van de vluchtelingen, het zijn beide zaken die indruk op Robroek maken. ‘Bij het werk horen zowel nare als fijne ervaringen. Het is bijvoorbeeld fijn om mee te maken dat iemand na een spannende tijd een vergunning krijgt om in Nederland te blijven. Dan zijn de bewoners heel erg blij. Die blijheid zie je overslaan op de medewerkers.’ Veronique Huijbregts (socioloog) is freelance journalist/redacteur (zie www.teksthuijbregts.nl).
20
cogiscope
0415
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
Ton Baetens, Anneke Bloemen, DebbY Houtgraaf en laura Roos
Sociale media: een onuitputtelijke bron van informatie, ergernis en hoop
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
Vrijwilligers van het Rode Kruis delen kledingpakketten uit aan vluchtelingen (Kees van de Veen/HH).
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
In 2010 constateerde de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling dat sociale media een perpetuum mobile van meningen en informatie zijn. En – karakteristiek voor dit medium – dat het publieke debat verschijnselen van fragmentatie, groeiende complexiteit en onvoorspelbaarheid liet zien (Baetens, Jutten, Stans & Ponsioen, 2010). Vandaag de dag is dat niet anders: we twitteren, we posten veel op Facebook, we instagrammen (meer en meer) en pinnen op Pinterest. Rijp en groen, doordacht en ondoordacht. We verbinden en verketteren.
De huidige vluchtelingencrisis toont voluit waartoe sociale media in staat zijn. Hoe gaan we hiermee om? Overheden en uitvoerings organisaties snakken naar een concreet handelingsperspectief. Sociale media: geen grens tussen binnen en buiten Sociale media (en internet) zijn in hoge mate disruptief. Dat is niets nieuws. Castells (1988) constateerde al dat ‘een structurele verandering kan worden waargenomen in […] machtsverhoudingen en in de gepercipieerde verhouding tot de werkelijkheid.’ Tegelijkertijd onderstrepen veel onderzoekers dat sociale media ideale aangrijpingspunten bieden voor het aangaan van een permanent publiek gesprek over maatschappelijke kwesties (Aarts, 2009). Beleidsmakers en -uitvoerders zouden die online buitenwereld centraal moeten stellen om deel te nemen aan dit permanente gesprek (Winsemius, 2012). Rijnja (2012) constateert, dat dit nieuwe spel tussen beleidsmakers en publiek ‘steeds meer communicatieve vaardigheden’ vergt. En dat gaat met vallen en opstaan. Het is dan ook niet gek, dat organisaties zich
cogiscope 0415
21
met regelmaat ‘overvallen voelen’ door de online hectiek ‘buiten’. Net zoals het ministerie van OCW zich in 2008 geen raad wist met de spontane en succesvolle scholierenacties (van het LAKS) tegen de 1040-uren norm, lijkt het maatschappelijk middenveld en de overheid nogal handelingsverlegen ten opzichte van het luidruchtig amalgaam aan meningen rond het vluchtelingendebat op internet. Het is niet allemaal goud wat er blinkt In het vluchtelingendebat online buitelden de afgelopen weken meningen en opvattingen lustig over elkaar heen. Sommige werden opgepikt door kranten, radio, televisie en vervolgens weer rondgepompt. Uiteraard met nieuwe online respons. De mediatization van de samenleving nam rond dit onderwerp welhaast groteske vormen aan. De komst en integratie van vluchtelingen raakt in Nederland kennelijk een open zenuw. Heel veel mensen vinden er wat van en uiten zich naar eigen goeddunken, dus wordt er beledigd, geschopt, maar ook beargumenteerd en een beetje geluisterd. Dat kan feitelijk ook niet anders. Als we ons een mening vormen, reageren we ergens op. Uitspraken
22
cogiscope
0415
maken per definitie deel uit van een doorlopend gesprek. Opinies krijgen betekenis door uitwisseling, in interactie binnen een bepaalde context (Veen et al., 2012). Kortom, pas in gesprek hebben we het ergens over. Dus moeten beleidsmakers en -uitvoerders dat gesprek ook blijven voeren – offline en online – om partij te zijn, ongeacht de toon en de tsunami van beledigingen. Het vluchtelingendebat kenmerkt zich bepaald niet door fijnzinnigheid. Wederzijds respect is soms ver te zoeken. ‘Ik laat het riool aan de ratten’, twitterde Tineke Ceelen, directeur van de Stichting Vluchteling. Ze ontving honderden doodverwensingen, vertrouwde ze Radio 1 toe. Ze heeft haar Twitteraccount opgeheven. Overigens verschillen deze online uitingen niet noemenswaardig van de offline gedragingen die mensen ten toon spreiden. Ook bijeenkomsten met bewoners in Oranje, Steenbergen, of Purmerend liepen uit de hand. Welbeschouwd is online gedrag slechts een spiegel van de off line ziel. Maar gelukkig zorgen sociale media ook voor nieuwe verbindingen Is het online dan alleen maar kommer en kwel? Nee, online zijn ook talloze positieve berichten te vinden. En naast woorden vinden we er ook concrete daden. Initiatieven van ‘gewone Nederlanders’ die vluchtelingen willen helpen, zijn er legio. Een kleine steekproef (waarin we inventariseerden hoeveel hulpacties alleen al in september online te vinden waren) toonde tientallen grote en kleine initiatieven. Spontane hulpacties ontloken naast de profes-
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
sionele vluchtelingenhulp van (onder meer) het Centraal Orgaan Asielzoekers, het Rode Kruis en de Stichting Vluchteling. Burgers organiseren zich dankzij sociale media gemakkelijker. Een gelijkgestemde is slechts één klik verwijderd. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek maakte in 2014 62% van de Nederlanders actief gebruik van sociale netwerken als Facebook en Twitter. We gebruiken sociale media vooral om het belang van een situatie te benadrukken, informatie te zoeken en te verstrekken, emoties te delen, of steun te zoeken (Jin, Lui & Austin, 2014). Geen wonder dat er zoveel voorbeelden van actief burgerschap zijn. In de vorm van online platforms, zoals We willen wel helpen, Welkom in mijn achtertuin en Ik wil iets doen voor een vluchteling. Dit laatste platform maakt trouwens inzichtelijk waarom dergelijke platforms ontstaan. Naar eigen zeggen, is een ‘samengeraapt zooitje mensen’ aan de slag gegaan om helderheid te bieden: ‘een overzicht dat we zelf niet konden vinden’. Aansluiten bij ‘wat er buiten leeft’ is zo gemakkelijk niet Hulporganisaties worstelen zichtbaar met het hulpaanbod van actieve burgers. Zo reageerde het COA er bijvoorbeeld lichtelijk gereserveerd op en raadde mensen af om (nieuwe) inzamelingsacties te starten. Publicitair leverde dat koppen op als ‘COA wil geen spontane acties voor vluchtelingen’ en ‘Aanbod hulp vluchtelingen overrompelt COA’. En die beeldvorming is lastig, als blijkt dat het COA het niet voor elkaar krijgt om op tijd voldoende voedsel en kleding bij de opvanglocaties te krijgen, terwijl ‘buiten
letterlijk half Nijmegen klaar [staat] om te helpen’, aldus Lian Priemus op 12 oktober in De Volkskrant. Het kan ook anders, betoogde Priemus in haar opiniestuk. Als actieve vrijwilliger in Amsterdam merkte ze, dat Het Leger des Heils wel in staat was aan te sluiten op het ‘disruptieve buiten’. Het Leger ontdekte dat er in Amsterdam een Facebookgroep (met meer dan duizend leden) graag een steentje wilde bijdragen aan het organiseren van de opvang. Het Leger werd lid en mobiliseerde de vrijwilligers snel en effectief met concrete verzoeken en bijdragen. Binnen een week waren alle vluchtelingen voorzien van goede schoenen, kleren en verzorgingsmiddelen. Ook het Rode Kruis doet zijn best om gebruik te maken van burgerkracht. De vereniging is zeer actief op sociale media en vraagt regelmatig om actieve inbreng van burgers bij hulpacties, bijvoorbeeld via de app Ready2Help. Vrijwilligers kunnen zich via deze app aanmelden en registreren. Als er in de woonomgeving van een vrijwilliger hulp nodig is, ontvangt die persoon een melding. Een mooi voorbeeld van hoe actieve online communicatie kan bijdragen aan concrete hulp waar die nodig is. Nadeel is echter, dat de app het ‘eigen’ hulpaanbod van het Rode Kruis centraal stelt. Voor eigen initiatieven van mensen is die app de weg niet. Nieuwe rolopvattingen zijn nodig in een nieuwe tijd De activiteiten van de eigen organisatie centraal stellen, verdraagt zich niet goed met de geest van de tijd en het vuur in het vluchtelingen-
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis online
debat. Actief burgerschap volgt nieuwe lijnen en wetten. In het essay Pop-up publieke waarde: Overheidssturing in de context van maatschappe lijke zelforganisatie schetst Nederlandse school voor Openbaar Bestuur (2013) hoe burgers ‘gewoon’ beginnen, aan de slag gaan en bij elkaar steun zoeken. Zonder budget en uiteraard zonder toestemming. Zo geven burgers invulling aan wat zij zelf belangrijk vinden. Sociale media maken het mensen makkelijk om direct contact te leggen en informatie of kennis te delen. En mensen zijn makkelijk actief te benaderen door formele organisaties. Maar dat vergt wel een aangepaste rolopvatting: een organisatie die in dit spel stapt, is niet langer de speler die het proces dirigeert, maar wordt als vanzelf een teamspeler die faciliteert. Organisaties
moeten wennen om (weer) met de noppen in de modder te staan. Door organiserend vermogen en ervaring in te brengen en zo de kwaliteit van een burgerinitiatief te verbeteren. Want in het veld wordt het verschil gemaakt, maar alleen als er recht gedaan wordt aan het enthousiasme en de drive dat het initiatief deed ontluiken. Tot slot: wat levert het nu allemaal op? Enerzijds zien we dat burgers zich mobiliseren (rond stinkende totempalen en goede doelen), waarbij belang en eigenbelang in elkaar overvloeien. Het vluchtelingendebat op sociale media in Nederland laat zien, dat zulks tot felle debatten leidt. Daarvan zijn fraaie en minder fraaie voorbeelden te vinden. Niet alleen is de kwaliteit van spontane initiatieven niet altijd even hoog.
cogiscope 0415
Soms zijn acties ongericht en weinig productief. Aan de andere kant zien we ook, dat overheden en uitvoeringsorganisaties nauwelijks pogingen doen om die (soms) ongerichte acties beter in te bedden. Formele organisaties zijn, ten eerste, beperkt aangesloten op de interactie op sociale media. En dus ontbreekt, ten tweede, het zicht op het daadwerkelijke gesprek dat mensen in hun informele netwerken voeren. Online valt een wereld te winnen. Als we formele en informele netwerken maar zó durven inbedden, dat ze elkaar versterken. Cruciale factor is dat overheden en uitvoeringsorganisaties oprecht het belang willen zien om dat permanente gesprek met ‘buiten’ aan te gaan. Met het oogmerk beter te verbinden, opdat we over en weer minder verketteren.
Handelingsperspectief: 9 wenken voor overheden en uitvoeringsorganisaties 1 Breng als organisatie actief in kaart welke actoren, netwerken en – vooral – unusual suspects zich bezig houden met de thema’s waarop de organisatie zich profileert. 2 Zorg dat de organisatie weet, welke dominante actoren het discours bepalen. 3 Meet de temperatuur van het badwater: de toon van het debat. 4 Zorg op regelmatige basis (bij voorkeur wekelijks; in tijden van crises dagelijks) voor een overzicht (niet meer dan twee A4!) van de meest actuele ontwikkelingen online: hoe denkt de buitenwereld over ons? En onze thema’s? 5 Zorg dat de uitvoerende professionals in de organisatie actief in de openbaarheid mogen en kunnen treden (en zorg dat ze dat dan ook doen).
23
6 Wees transparant in communicatie over doelen, resultaten en dilemma’s van de organisatie (in goede en in slechte tijden).
7 Onderhoud online (en vooruit, ook offline) met regelmaat contact met relevante actoren (en relevant betekent niet ‘beslisser’, dan wel ‘baas’, maar vooral ‘geïnteresseerd’ en ‘betrokken’): broodnodig voor een permanent gesprek met ‘buiten’. 8 In ieder gesprek komen gespreksdilemma’s voor zoals zorgen, vragen rond eigenaarschap, verantwoordelijkheid. Feitelijk is ieder gespreksdilemma een mogelijkheid om een context te veranderen. Door actief in gesprek te gaan en te blijven, evolueert de context en ontstaat – in de regel – wederzijds respect en begrip. 9 Wees bewust dat de organisatie niet langer het centrum van de wereld is. Samen spelen in een spannend team is trouwens vele malen leuker.
24
cogiscope
0415
Referenties Aarts, M.N.C. (2009), Een gesprek zonder einde: over
Tussen verbinden en verketteren: de vluchtelingencrisis onlinel / Een vluchteling aan het woord
Een vluchteling aan het woord
strategische communicatie in een voortdurend ver anderende omgeving. Amsterdam: Vossiuspers. Baetens, T., T. Jutten, A. Ponsioen & J. Stans (2010),
Susie
‘Internet als Perpetuum Mobile’ in: De Nieuwe Regels van het Spel. Den Haag: RMO. Castells, M. (1988), The Information Age: economy, society and culture. Vol 3. End of the Millennium. Oxford: Blackwell. Jin, Y., B.F. Liu & L.L. Austin (2014), ‘Examining the role of social media in effective crisis management: the effects of crisis origin, information form and source on public’s crisis responses’, in: Communication Research, 41,1, pp. 74-94. Rijnja, G. (2012), Genieten van weerstand (Enschede: dissertatie). Steen, M. van der, M. van Twist, N. Chin-A-Fat & T. Kwakkelstein, (2013), Pop-up publieke waarde: Overheidssturing in de context van maatschappelijke zelforganisatie. Den Haag: NsOB. Veen, M., H. te Molder, B. Gremmen & C. van Woerkum (2012), ‘Competing Agendas in Upstream Engagement Meetings Between Celiac Disease Experts and Patients’, in: Science Communication 34, 4, pp. 460-486. Winsemius, P. (2012), Vertrouwen in burgers.
Susie is een jonge spontane vrouw van midden twintig die nu drie jaar in Nederland verblijft. Ze durft meer zichzelf te zijn al blijft het moeilijk dat ze nog niet een officieel teken heeft gehad dat ze zich hier in Nederland mag wortelen. Zo vertelt ze hoe ze zich de eerste maanden voelde in Nederland: ‘ik voelde me een ‘nobody’. In mijn geboorteland Sierra Leone was ik al lange tijd mezelf kwijt , het ging bergafwaarts toen ik in mijn tienertijd wees werd en in Nederland voelde ik me nog steeds “lost”. Ik hoorde al snel dat ik niet welkom was en belandde een week lang op het Centraal Station, een ontzettend moeilijke tijd. Pas na die week werd ik opgemerkt, het was voor het eerst in die hele week dat iemand mij zag en aansprak. Een ontzettend lieve vrouw vroeg of ze mij kon helpen. Ik dankte God en zei tegen haar dat ik geen huis had, ik kon haar niet veel uitleggen maar ze begreep mij en bracht mij naar een vrouwenopvanghuis voor slachtoffers van mensenhandel. Nu ik een aantal jaren verder ben, weet ik steeds beter wie ik ben en wat ik wil. Toch is het zo lastig om het land, de mensen en dat wat mogelijk en onmogelijk is te leren kennen. Ik was zo’n ander leven gewend, met andere omgangvormen, dat heeft tijd nodig, door interactie met anderen heb ik veel geleerd. Er zijn mensen geweest die misbruik van mijn positie hebben gemaakt, zowel in mijn geboorteland als in Nederland. In mijn geboorteland hield mijn vrijheid op toen mijn vader overleed en ik wees werd. Toen werd ik geholpen door een, zo zei hij, missionair die mij meenam naar Nederland, maar hij bleek een mensenhandelaar en uitbuiter te zijn. Ik begreep het leven niet meer, het was moeilijk om open te blijven staan voor nieuwe contacten, mensen te leren vertrou wen. Ik zeg nu “where you will go, go as a human, and you’ll live”.’
Amsterdam: AUP.
(interview Elise van Wageningen)
Ton Baetens, Anneke Bloemen, Debby Houtgraaf en Laura Roos werken bij EMMA – Experts in Media en Maatschappij, Den Haag (www.emma.nl).
Niet voor spek en bonen
cogiscope 0415
Marieke Sleijpen
Veerkracht bij jonge vluchtelingen
Niet voor spek en bonen Hoe houden jonge vluchte lingen zich staande in onze Nederlandse samenleving? Marieke Sleijpen raakte geïn trigeerd door deze vraag en maakte het tot onderwerp van haar proefschrift. In deze bij drage schetst ze het concept veerkracht en welke krachten en kwetsbaarheden een rol kunnen spelen in het (over) leven van deze groep.
Vluchtelingen bij het AZC Ter Apel (Kees van de Veen/HH).
25
26
cogiscope
0415
Niet voor spek en bonen
mijn vuur is gedoofd geen rooksliert overdag en ’s nachts herinnert geen schijnsel aan mij
Ook in de psychologie wordt het begrip veerkracht gebruikt en intuïtief weten we wel wat we eronder verstaan, maar over de exacte definitie van het construct bestaat controverse. Meestal wordt het gedefinieerd in termen als ‘goede aanpassing of positieve ontwikkelingsresultaten ondanks ernstige bedreigingen’ (bijvoorbeeld Masten, 2001). Maar wat wordt er precies bedoeld met ‘goede aanpassingen’ en ‘ernstige bedreigingen’? Bovendien houdt een dergelijke definitie het gevaar van circulariteit in, bijvoorbeeld in een redenering als: ‘veerkrachtige individuen hebben geen gezondheidsproblemen en als iemand geen gezondheidsproblemen heeft, is die ongetwijfeld veerkrachtig’… Wat is veerkracht dán precies? Het tegenovergestelde van ‘kwetsbaarheid’? En wat zegt de aan- of afwezigheid van psychopathologische verschijnselen überhaupt over de niet-pathologische responses na het meemaken van stressvolle ervaringen? Een jaar geleden liet de befaamde professor Robert Pynoos zich tijdens een meeting van de ISTSS (International Society for Traumatic Stress Studies) kritisch uit over dit construct. Hij
(Rodaan Al Galidi, Asielzoeker des Vaderlands)
Veerkracht – men weet wat je bedoelt maar niet wat het is De term ‘veerkracht’ is al jaren erg populair. Het wordt gebruikt in de meest uiteenlopende thema’s en verbanden, te pas en te onpas. Het zat al in de eerste kersttoespraak van onze koning en vandaag de dag in shampoos, en onlangs hoopte heel Nederland, helaas en tegen beter weten in, dat ons nationale voetbalelftal er mee te etiketteren viel. Over veerkracht zijn wetenschappelijke artikelen geschreven en belangrijke congressen georganiseerd. We kennen de term uit de mechanica en de bèta’s onder ons herinneren zich de bijbehorende fysicawetten, waarmee dit verschijnsel in de natuurkunde eenduidig is gedefinieerd. Globaal genomen gaat het bij veerkracht om het vermogen van iets of iemand om weer naar een oorspronkelijke of evenwichtige toestand terug te keren. Dat impliceert dat er sprake is van een bepaalde mate van vervorming of verandering in een richting die als onwenselijk
wordt beschouwd. Dit verklaart waarom het woord vooral het afgelopen decennium van recessie zo veelvuldig in ons alledaagse spraakgebruik voorkomt. Bij de term veerkracht doemt inderdaad meteen ook de gedachte aan crisis op, ze vormen een koppel.
stelde dat veerkracht vaak ‘unanchored’ is waardoor het betekenisloos wordt. Iemand kan in verschillende levensfases verschillende reacties laten zien op verschillende domeinen. Wanneer het construct veerkracht gehanteerd wordt moet volgens hem precies vastgesteld zijn wat de gegeven situatie is waar het aan gekoppeld wordt; het heeft een anker nodig. Hoewel de wetenschappelijke implicaties van het concept veerkracht dus erg onduidelijk zijn, kan het in de praktijk wel begrip bieden en zelfs helpen om aan crisissituaties een minder angstig en bedreigend perspectief te geven. Crisis en veerkracht zijn immers, zoals hiervoor al geconcludeerd, een koppel, als het ware deeltje en antideeltje van elkaar. En in de kwantummechanica: als er sprake is van het ene dan bestaat per definitie, en dat is wet, ook het andere. Ga er dan naar op zoek! Komen jonge vluchtelingen nog wel op hun pootjes terecht? Niet alleen vanwege de actualiteit houden diverse onderzoekers zich bezig met jonge asielzoekers, maar ook omdat ze zich afvragen of, en vervolgens hoe, het toch mogelijk is dat deze groep zich staande houdt in onze Nederlandse samenleving. Edith Montgomery (2010) laat in haar studie zien dat veel jonge vluchtelingen meerdere ingrijpende gebeurtenissen met betrekking tot oorlog en vlucht hebben meegemaakt en dat zij bij aankomst in Denemarken veel klachten rapporteren, maar dat deze aanzienlijk verminderen na verloop van tijd; een kleine minderheid heeft zo’n negen jaar na aankomst nog klinisch
significante psychologische problemen. Verbazingwekkend de kracht van deze populatie, maar waarmee wordt ze gevoed? In ons review (Sleijpen, Boeije, Kleber & Mooren, 2015) belichten we diverse bronnen, zoals sociale steun vanuit de omgeving, onderwijs en religie. Bronnen die de jongeren helpen om zich veilig te voelen, hun eigenwaarde te behouden, te beschikken over betekenisvolle relaties en stress te reduceren. Toch blijken deze bronnen ook contraproductieve aspecten te bevatten. Educatie bijvoorbeeld, wordt door veel adolescente vluchtelingen heel belangrijk gevonden (scholing wordt gezien als dé sleutel naar een betere toekomst, een bron van afleiding en het geeft jongeren het gevoel toch nog ergens controle over te hebben, namelijk de eigen schoolprestaties), maar het vormt tegelijkertijd ook een bron van stress. Het verlangen om te slagen en aan familieverwachtingen te voldoen verhoogt niet zelden het gevoel van eigen verantwoordelijkheid dusdanig dat het gemakkelijk kan uitmonden in faalangst. In diverse studies komt naar voren dat een aantal jonge vluchtelingen benadrukt dat ze veel harder moeten werken, alleen al omdat ze tot een bepaalde etniciteit of sociale minderheid met een lage sociaaleconomische status behoren. Dit daagt sommigen van hen uit harder te werken, meer te studeren en te proberen beter dan hun leeftijdgenoten te zijn, maar het kan ook demotiveren. Voor mijn promotieonderzoek heb ik door het hele land bij jonge vluchtelingen vragenlijsten afgenomen. Hieruit is mij gebleken dat adoles-
Niet voor spek en bonen
cente vluchtelingen doorgaans snel Nederlands spreken en zichzelf wegwijs maken in onze samenleving. Voor asielzoekers die al wat ouder zijn verloopt dat vaak moeizamer. Zij hebben meer moeite met integreren in het Nederlandse onderwijssysteem en als ze boven de 18 zijn hebben ze meestal helemaal geen toegang meer tot scholing of educatie. Ze zijn onderhevig aan meer stress vanwege grotere verantwoordelijkheden, zorgen om familieleden en het verkrijgen van verblijfsvergunningen. In Nederland moeten asielzoekerskinderen regelmatig verhuizen van AZC naar AZC en daardoor wisselen ze meermaals van school, wat niet bevorderlijk is voor hun leerprestaties. Een jonge asielzoekster (15 jaar) gaf tijdens een interview te kennen niet nóg een keer van school te willen wisselen en daardoor haar schoolniveau (HAVO) te zien dalen, niet alweer haar (nieuwe) vriendenkring te willen verliezen. Zij ondernam zelf actie om te proberen toch op de haar vertrouwde school te blijven en werd daarin gesteund door haar familie en de schooldirectie, maar niet door de IND. Uiteindelijk is het haar toch gelukt te blijven, maar ze moest daarvoor wel in een pleeggezin en werd noodgedwongen gescheiden van haar ouders. Het staat regelmatig ter discussie of de kinderrechten, zoals vastgelegd in het Internationaal Verdrag Inzake de Rechten van het Kind, in Nederland wel in voldoende mate worden gerespecteerd. Met de huidige stroom aan (jonge) asielzoekers, die in toenemende mate slechts zijn aangewezen op tijdelijke noodvoorzieningen, zullen die niet snel verbeteren.
cogiscope 0415
27
Uit de verhalen van de jonge vluchtelingen blijkt dat veerkracht (‘resilience’) of veerkrachtig zijn niet iets te zijn ‘wat je bent’ of ‘wat je niet bent’. Het lijkt beter deze ‘eigenschap’ te bezien in ‘een continuüm’ (zie ook Khanlou & Wray, 2014), als een proces met schuivende dimensies. Dezelfde jongeren kunnen zich in verschillende stadia van dit continuüm bevinden, afhankelijk van beschikbare supportsystemen en veranderingen die wel of niet in de tijd plaatsvinden of hebben plaatsgevonden. Denk daarbij bijvoorbeeld aan het wel of niet verkregen hebben van een verblijfsvergunning of het wel of niet toegang hebben tot educatie. Zelfs onderzoekers die ‘resilience’ niet beschouwen als een proces maar als een (positieve) ‘eigenschap’ van iemand (Wagnild, 2003), zijn toch van mening dat veerkracht versterkt of verminderd kan worden afhankelijk van de levensomstandigheden. Het is belangrijk om de wisselwerking tussen persoonlijke, sociale en contextuele factoren te onderzoeken wil men veerkracht bij jonge vluchtelingen begrijpen. Niet zielig, maar wel hulp nodig In een recent opiniestuk in De Volkskrant (Verkerk & Heslenfeld, 2015) wordt de veerkracht van Syrische vluchtelingen overtuigend neergezet. De journalisten beschrijven hoe ze naar een kamp in Jordanië afreisden om er hulpgoederen te brengen, maar toen ze weer thuis waren het gevoel hadden juist van alles te hebben gekregen. Ze concluderen dat er een andere kant aan de ‘vluchtelingenmedaille’ zit die vooral óók belicht moet worden als tegengeluid op
28
cogiscope
0415
Niet voor spek en bonen
Maar ‘veerkracht’ kan niet als excuus gebruikt het telkens weer benadrukken van de zieligheid worden om daarom niets extra’s voor groepen en hulpbehoevendheid en daarmee afhankelijkin nood te hoeven doen. Want het is ook noodheid en ongelijkwaardigheid van de Syrische zakelijk te beseffen dat niet iedereen in gelijke vluchtelingen. mate kan profiteren van beschermende factoEen jonge vluchteling wordt door de samenren gezien de verschillende niveaus van risico. leving bij uitstek gezien als behorend tot een Soms is het belangrijker om de druk op mensen groep die weliswaar kwetsbaar is maar tevens en blootstelling aan stress acuut te reduceren en risicovol, met weinig mogelijkheden in en voor concrete directe of preventieve hulp te bieden onze maatschappij. En juist die etikettering en niet berustend te vertrouwen op hun zelfheeft gevolgen: het plaatst hem of haar in een redzaamheid, hoewel die er zeker is. (Zelfs de hokje waaruit moeilijk te ontsnappen valt. Om meest geharde soldaat zal uiteindelijk na 200 nog maar te zwijgen over de gevolgen vanwege à 240 dagen aan het front instorten, zo conclukwalificaties die door sommige politici over deerden de Amerikaanse psychiaters Appel en de totale groep vluchtelingen worden uitgeBeebe een jaar na de Tweede Wereldoorlog al.) strooid: gelukzoekers die naar hier komen voor Die broodnodige hulp zal Nederland moeten borstcorrecties, lopende Testosteron-bommen, (blijven) bieden en daarmee wordt een appèl geAllahu Akbar schreeuwend tuig… (kwalificadaan op de veerkracht van onze gehele samenleties die uitgesproken zijn tijdens de Algemene ving, de veerkracht van ons allemaal! beschouwingen in de Tweede kamer.) Volgens migratiedeskundige Hein de Haas is er sprake van stemmingmakerij als men er slechts op uit is om met betrekking tot asielzoekers altijd en het is mooi en fijn om hier jong te zijn alleen te refereren aan iets negatiefs; valse documenten, criminever van angst, moord, honger en pijn len, leugens, mensen zonder mogelijkheden. Door juist de kracht maar jammer genoeg van jonge vluchtelingen te zien kunnen ook hun mogelijkheden mag je vaak niet ouder worden en potenties benut worden. Het zijn jongeren die nog een hele toekomst voor zich hebben en mee kunnen (en de meeste zelfs (Rodaan Al Galidi, Asielzoeker des Vaderlands) graag willen) vorm geven aan onze Nederlandse samenleving.
Referenties Khanlou, N. & R. Wray (2014), ‘A whole community approach toward child and youth resilience promotion: A review of resilience literature’, in: International Journal of Mental Health and Addiction, 12, 64-79. Masten, A.S. (2001), ‘Ordinary magic: Resilience processes in development’, in: American Psychologist, 56, 227-238. Montgomery, E. (2010), ‘Trauma and resilience in young refugees: A 9-year follow-up study’, in: Development and Psychopathology, 22, 477-489. Sleijpen, M., H.R. Boeije, R.J. Kleber & T. Mooren (2015), ‘Between power and powerlessness: a meta-ethnography of sources of resilience in young refugees’, in: Ethnicity & Health. Vervroegde online publicatie. doi: 10.1080/13557858.2015.1044946 Verkerk, R. & T. Heslenfeld (2015, 17 september), ‘Syriërs zijn veel veerkrachtiger dan wij’, in: De Volkskrant. Verkregen van http://www.volkskrant. nl/opinie/syriers-zijn-veel-veerkrachtiger-danwij~a4143586/? Wagnild, G.M. (2003), ‘Resilience and successful aging: Comparison among low and high income older adults’, in: Journal of Gerontological Nursing, 29, 42-49.
MARIEKE SlEIJPEN is als psycholoog en promovenda verbonden aan Arq Psychotrauma Expert Groep en Universiteit Utrecht.
‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’
COGISCOPE
0415
29
Paulien Bakker
Hoogleraar Rolf Kleber over 35 jaar psychotraumatologie
‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’ ‘Het beste wat je na een schokkende ervaring kunt doen, is mensen helpen om zo snel mogelijk terug te gaan naar hun dagelijks leven. Bied structuur, steun en informatie. Ga niet gelijk behandelen.’ Aldus hoogleraar psychotraumatologie Rolf Kleber. Hij gaat in december met emeritaat. Cogiscope grijpt het moment aan om terug te blikken op de ontwikkeling van de psychotraumatologie in de afgelopen 35 jaar.
Rolf Kleber (foto Erik Kottier).
30
cogiscope
0415
Sinds hij in de jaren tachtig begon met onderzoek naar de gevolgen van traumatische ervaringen en de effecten van traumabehandeling, zijn steeds meer professionals zich daarmee gaan bezighouden. Rolf Kleber is tegenwoordig hoogleraar psychotraumatologie aan de Universiteit Utrecht en bij Arq Psychotrauma Expert Groep. Het vakgebied dijde flink uit, maar Kleber kwam niet tot radicaal andere inzichten. ‘Wat wel is veranderd zijn de opvattingen van de gezondheidszorg en de samenleving. Toen wij begin jaren tachtig onderzoek deden onder slachtoffers van geweldsmisdrijven, ongevallen en rampen, hadden we grote moeite om mensen te vinden die leden aan de gevolgen van traumatische ervaringen en die in therapie wilden. In de GGZ zei men: wij zien die mensen hier ook niet. Inmiddels heeft iedere GGZ-instelling een trauma-unit en zijn er heel veel therapieën voor trauma’s.’ Drijfveer om te willen weten hoe het in elkaar zit Na zijn afstuderen gaf Kleber les aan de University of California in de Verenigde Staten. Terug in Nederland werd hij met collega Danny Brom gevraagd voor een groot onderzoek naar het effect van behandelingen voor posttraumatische stress-stoornis (PTSS). Het onderzoek kwam in de nasleep van de treinkapingen in de jaren 1975-1977. Hun werk in 1989 zou het eerste gecontroleerde wetenschappelijke onderzoek worden naar de effectiviteit van PTSS behandelingen in de wereld. Naar de publicatie wordt nog steeds veel verwezen. In de jaren daarop
‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’
raakte hij betrokken bij de zorg na vrijwel alle grote rampen die zich voordeden in ons land: in de Bijlmer (de crash van het El Al toestel), in Enschede (de ontploffing van de vuurwerkfabriek) en in Volendam (de brand in een café tijdens nieuwjaarsnacht). Ook begeleidde hij grootschalige onderzoeken naar de latere gevolgen van de Tweede Wereldoorlog. Hij deed onderzoek naar de effecten van uitzendingen op militairen en naar trauma’s bij vluchtelingen. ‘Ik ben een typische wetenschapper, ik wil weten hoe dingen in elkaar zitten. En ik ben geïnteresseerd in andere culturen; in waarom mensen anders zijn in andere landen en gemeenschappen’, vertelt hij. Trauma’s in andere culturen werd één van zijn specialismen. ‘Hoe dat komt, weet ik niet. Ik ben geboren in Indonesië. Ik heb er geen herinneringen meer aan, maar mijn ouders hadden het er altijd over wat een mooie tijd dat was. Die verhalen zijn me bijgebleven.’ Nadruk op klachten De focus lag in de jaren tachtig te veel bij problemen, meent Kleber. In de jaren negentig bleek uit epidemiologische studies dat hooguit tien procent – niet twintig procent zoals eerder verondersteld werd – na een traumatische gebeurtenis PTSS ontwikkelt. Negentig procent ontwikkelt dus geen ernstige klachten (die mensen ervaren wel stressreacties maar niet in die mate dat er van een stoornis gesproken moet worden). ‘Dat wisten we in de jaren tachtig ook wel. Maar dat besef is wel sterker geworden. Het blijft iets waar psychologen en psychi-
aters moeite mee hebben. Ik kom net terug van een conferentie in New Orleans en de nadruk lag daar op stoornissen. Er waren wel wat sessies over hoe mensen herstellen of zich aanpassen, maar dat waren er maar een paar.’ Waarom mensen geen problemen ontwikkelen is niet toe te schrijven aan één factor. ‘Mensen die veel sociale steun ervaren, ontwikkelen minder problemen. Mensen die veel greep op hun eigen leven ervaren, veel controle hebben over de situatie waarin zij zitten en niet eerder veel schokkende gebeurtenissen hebben meegemaakt, ontwikkelen minder vaak problemen. Mensen ontwikkelen vaker psychische problemen na gecompliceerde gebeurtenissen die je lastig kunt delen. Het aantal mensen dat PTSS ontwikkelt na een verkrachting is bijvoorbeeld hoog, want daar kun je vaak niet zo makkelijk over praten.’ Een profiel van een getraumatiseerde vluchteling is niet te schetsen. Er is geen eenduidig patroon. ‘Cultuur, karakter, context zijn daarbij bepalend en ik denk dat we de variatie tussen mensen teveel veronachtzamen. Wat je grofweg ziet, over alle culturen heen, zijn karakteristieke klachten: herbelevingen, in de vorm van schrikreacties, nare dromen en overmatig herinneren. En tegelijk dofheid; emotioneel vlak zijn, niet erover willen praten. En mensen worden vaak geteisterd door allerlei emoties: gevoelens van zelfverwijt, angst, boosheid en somberte. Begrijpelijk, want het is vaak ook zo dat alles anders zou zijn geweest als iemand die ochtend bijvoorbeeld net wat later van huis was vertrokken. Het is moeilijk voor mensen om met een
‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’
cogiscope
psYcHOTRAuMA wel BescHOuwD liBeR AMicORuM VOOR pROf. DR. ROlf j. kleBeR
0415
31
prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (redactie)
prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (red.)
Peter van der Velden, Trudy Mooren en Jeroen Knipscheer (red.), Psychotrauma wel beschouwd. Liber amicorum voor prof.dr. Rolf J. Kleber. Diemen: Arq, 2015. ISBN 978905875467. Te bestellen via www.boompsychologie.nl
Psychotrauma wel beschouwd. Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
De psychotraumatologie heeft vanaf begin jaren tachtig een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. In Nederland heeft prof. dr. Rolf Kleber de afgelopen decennia daarin een centrale en stimulerende rol gehad. Naast alle wetenschappelijke studies en praktijkgerichte projecten, vormde de begeleiding van promovendi een vast onderdeel van zijn werk. Op de drempel van zijn emeritaat eind 2015, wilden zijn (oud-) promovendi gezamenlijk hun grote waardering daarvoor tonen. Resultaat is de bundel Psychotrauma wel beschouwd, met een groot aantal verhandelingen, van theoretische, beschouwende en empirische aard. Daarmee onderstreept dit liber amicorum de breedte van de psychotraumatologie, maar bovenal de rijkheid van zijn werk.
Psychotrauma wel beschouwd Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
>
situatie om te gaan waar je geen controle over hebt.’ Vluchtelingen die naar Nederland komen, krijgen er veel acculturatietaken bij: ze moeten een baan vinden, de taal leren, ze moeten uitvinden waar ze met hun problemen terecht kunnen. Dat geeft extra stress, een extra belasting. Maar lang niet alle vluchtelingen zijn getraumatiseerd. Een mooie en omvangrijke studie in de Lancet toonde enkele jaren geleden aan dat zo’n tien procent PTSS heeft ontwikkeld en dat daarnaast zo’n vijf procent van de vluchtelingen kampte met depressie. ‘Vluchtelingen zijn in eerste instantie bezig met het opnieuw opbou-
wen van hun leven. Vaak duiken problemen pas de kop op als ze hun plaats in de maatschappij hebben verworven – of niet – en ze van overleven naar leven gaan. Therapie is in het begin niet nodig. Het gaat erom dat mensen controle over hun bestaan herwinnen. Dan pas heeft het zin om mensen actief te benaderen en te laten praten over wat je hebt meegemaakt.’ Belangrijke mijlpalen van de afgelopen 35 jaar ‘In de jaren tachtig werd het begrip post-traumatische stress-stoornis ingevoerd. Dat was een doorbraak. Er ontstond aandacht voor het feit
dat schokkende gebeurtenissen ernstige gevolgen kunnen hebben. Mensen die last hadden van een trauma kregen niet langer te horen dat het vanzelf wel over zou gaan. Daarnaast zijn er steeds effectievere methodes ontwikkeld om mensen te helpen. In de jaren tachtig was dat cognitieve gedragstherapie (CGT), nog steeds de meest bestudeerde en vooralsnog de meest effectieve therapie bij trauma. De laatste jaren kwamen daar EMDR en narratieve exposure therapie (NET) bij [een kortdurende, gestructureerde gedragstherapie gericht op het terughalen van de traumatische gebeurtenis en dat plaatsen in het verhaal van iemands leven, red]. Nu wor-
32
cogiscope
0415
den alleen EMDR en CGT voorgeschreven bij traumagerelateerde stoornissen. Ik verwacht dat NET en waarschijnlijk ook een therapie zoals de Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP) binnen tien jaar dezelfde status verwerven. En misschien ook nog andere benaderingen. Wij vonden destijds dat ook kortdurende psychodynamische therapie heel succesvol kon zijn, maar niemand heeft die methode sindsdien meer op zijn effecten onderzocht. Wat werkt is om stil te staan bij de herinneringen aan een traumatische gebeurtenis en alle implicaties ervan, in een ontspannen sfeer. Dat is natuurlijk paradoxaal: de gebeurtenis waar je niet meer aan wilt denken geeft problemen, net zolang tot je daarnaar teruggaat. De therapie moet de impact van die emoties laten afnemen.’ Er zijn dus diverse effectieve methodes ontwikkeld, maar het veld van de psychotraumatologie is ook aan modes onderhevig. In de jaren tachtig raakte ‘debriefing’ in. Deze methode van directe opvang na een calamiteit werd vernauwd tot praten over je gevoelens direct na de ramp. Kleber: ‘Ik dacht al bij de eerste publicatie: zo is het toch niet. Het is prima om over je gevoelens te praten, maar daar gaat het op dat moment meestal niet om. In de VS stuurden ze ooit na een ramp een heel vliegtuig hulpverleners op de slachtoffers af. Maar die mensen wilden niet praten, die wilden naar huis, die wilden de rotzooi opruimen en die wilden weten waar ze hun boodschappen konden doen.’ Mensen herstellen – maar vergeten niet Onder leiding van Kleber zijn inmiddels zo’n
‘Verwerken betekent niet dat je iets kwijtraakt’
twintig promoties afgerond, hij begeleidt er momenteel nog zo’n tiental. De thematiek die in al die jaren is onderzocht loopt erg uiteen. ‘In 2001 is Trudy Mooren gepromoveerd op acculturatiestress en trauma bij onder meer Bosnische vluchtelingen. Die blijken elkaar in de weg te zitten. En onlangs is Jackie June ter Heide gepromoveerd op de vraag of EMDR beter werkt dan een laagdrempelige therapie gericht op stabilisatie. Ze bleken even effectief (wel beperkt). Annelieke Drogendijk onderzocht de specifieke problemen van de allochtone getroffenen van de Enschedese vuurwerkramp en ontdekte dat die groep veel meer problemen ondervond dan de autochtone groep van getroffenen. Nog lopende promotietrajecten gaan onder meer over het voorspellen van het succes van psychotherapieën bij veteranen met PTSS (Joris Haagen), de veerkracht van adolescente vluchtelingen in Nederland (Marieke Sleijpen) en de psychosociale ondersteuning van geüniformeerden na schokkende gebeurtenissen (Juul Gouweloos).’ Als tot slot gevraagd wordt of hij de afgelopen 35 jaar psychotraumatologie beschouwende, een take home message kan geven, zegt Kleber: ‘Ik sta zelf veel stil bij de dubbelheid van de dingen. Het intrigeert me bijvoorbeeld hoe door rampen, geweld en oorlog getroffen mensen geneigd zijn om te doen alsof er niets is gebeurd, terwijl de traumatische ervaring onherroepelijk steeds weer terugkomt. Ik zie die dubbelheid ook onder wetenschappers en clinici. De focus ligt vaak op stoornissen, terwijl negentig pro-
cent géén PTSS ontwikkelt na een traumatische gebeurtenis. Mensen kunnen zich herstellen, aanpassen, zelfs groeien. Tegelijk, je kunt dingen verwerken en toch gaan ze nooit echt voorbij. Mensen die een kind verliezen bijvoorbeeld kunnen weer een leven opbouwen, zelfs weer gelukkig zijn, maar het verdriet blijft. De pijn verdwijnt niet. Verwerken betekent niet dat je iets kwijt raakt. Waar ligt dan die balans?’ Op 8 december hield Kleber zijn afscheidsrede – en daarna ging hij gewoon weer aan het werk.
Paulien Bakker is psychologe en freelance journalist. Ze schrijft met name over trauma’s en vluchtelingen.
Molukse jongeren: we weten niets meer over hen
cogiscope 0415
33
Henk Smeets
De moeizame integratie van de Molukkers in Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog
Molukse jongeren: we weten niets meer over hen Het is vijftien jaar geleden dat landelijk onderzoek werd gedaan naar de positie van Molukse jongeren. Vijftig jaar na de aankomst van Molukkers in Nederland werd geconstateerd dat hun positie op sociaal economisch gebied achter bleef bij hun witte Nederlandse leeftijdgenoten. In voorafgaande jaren was vastgesteld dat na een ‘terughoudende eerste generatie’ en het gemarginaliseerd geraakte ouder deel van de tweede generatie, de jongeren uit die generatie de weg naar integratie waren ingeslagen. De verwachting dat dit zou leiden tot het opgaan van de derde generatie in de Nederlandse samenleving, werd niet bewaarheid.1 Inscheping naar Nederland (Stichting Moluks Historisch Museum/coll. Worung).
34
cogiscope
0415
Een valse start De Molukkers die thans in Nederland wonen, stammen over het algemeen af van Molukse militairen die bij de soevereiniteitsoverdracht van Nederlands-Indië aan Indonesië in 1949 tussen wal en schip terecht kwamen.2 Niet alleen hadden zij als lid van het Koninklijk NederlandsIndische Leger (KNIL) aan Nederlandse kant gevochten tegen de nieuwe staat, maar óók sympathiseerden ze met de Republiek der ZuidMolukken (Republik Maluku Selatan, RMS) die in 1950 op Ambon was uitgeroepen als protest tegen de opheffing van de federale structuur van Indonesië en de vestiging van een eenheidsstaat. Gevreesd werd voor een bijltjesdag. KNILmilitairen hadden het recht om hun plaats van demobilisatie te kiezen. De Molukse militairen kozen in meerderheid voor de Molukken. Daar ging de Indonesische regering niet mee akkoord, omdat zij – niet ten onrechte – vreesde dat de militairen na aankomst de RMS zouden gaan versterken. Daarom overwoog Nederland om hen op Java te demobiliseren. Daar stak de Nederlandse rechter een stokje voor: het werd onaanvaardbaar geacht om militairen in Nederlandse dienst tegen hun wil achter te laten op grondgebied van de (voormalige) vijand. Buitenlandse en binnenlandse kritiek op de aanwezigheid van Nederlandse troepen op Java, één jaar na de soevereiniteitsoverdracht, dwong de Nederlandse regering tot handelen. Zij besloot de KNIL-militairen en hun gezinnen tijdelijk naar Nederland te halen. Decennialang heeft de regering verklaard, dat de Molukkers zich vrijwillig hebben ingescheept. Molukkers
Molukse jongeren: we weten niets meer over hen
daarentegen zeiden dat ze op dienstbevel naar Nederland waren gekomen. Onderzoek in 2006 heeft in ieder geval aan het licht gebracht dat voor drie transporten – één naar de ZuidoostMolukken en twee naar Nederland – een schriftelijk dienstbevel nodig was om de militairen met hun gezinnen aan boord te krijgen. In de twee bevelen bij de transporten naar Nederland schreef de toen hoogste Nederlandse militair in Indonesië: ‘Van hen, die aan dit dienstbevel geen gevolg geven, wordt het dienstverband als geëindigd beschouwd. Zij worden aanstonds uit het Leger ontslagen’.3 Dit dreigement kreeg een wrange bijsmaak, toen de militairen een maand later bij aankomst in Nederland collectief uit de dienst ontslagen werden. Lange isolatie Het is dit ontslag, dat een uiterst negatief effect heeft gehad op de verhouding tussen de Nederlandse overheid en de Molukkers. De ex-militairen en hun gezinnen kwamen werkloos terecht in allerlei voormalige kampen van de werkverschaffing en in twee kampen uit de Duitse tijd (Vught en Westerbork). In die kampen waren ze voor alles afhankelijk van de overheid die hen in deze situatie had gebracht. Aanvankelijk probeerden ze via de rechter hun baan terug te krijgen. Dat leek te gaan lukken, maar uiteindelijk verklaarde de Raad van Beroep zich onbevoegd. Het ontslag bleef gehandhaafd. In de eerste jaren was integratie in de Nederlandse samenleving niet aan de orde. De Nederlandse regering vond dat de Molukkers zo snel mogelijk terug moesten naar Indonesië. Zij
mochten niet integreren. Ook de Molukkers zelf wilden terug, maar dan naar een vrij Ambon. Daarom wilden zij ook zelf niet integreren. De wal keerde het schip. Toen het ‘tijdelijk verblijf’ als maar langduriger werd, besloot de regering eenzijdig een eind te maken aan de ‘verzorging’ van de Molukkers en de ‘zelfzorg’ in te voeren. De mannen moesten gaan werken en de vrouwen koken. Dat leverde verzet op van Molukse kant. Niet omdat ze niet wilden werken of koken (velen deden dat al), maar omdat de ‘zelfzorg’ hen verwijderde van hun militair-zijn en omdat zij vonden dat de regering haar verantwoordelijkheid voor de aanwezigheid van de Molukkers in Nederland afschoof. Ook latere integratiebevorderende maatregelen (het sluiten van de woonoorden en de bouw van Molukse wijken, de overdracht van deze wijken aan woningcorporaties) zouden op vergelijkbaar verzet stuiten. Van 1959 tot 1990 was de overheid vooral bezig met het leeg krijgen van de woonoorden. Belangrijke randvoorwaarden voor de nieuwe Molukse woonoorden (niet groter dan 50 huizen, geen geïsoleerde ligging, in gebieden met werkgelegenheid) werden daaraan opgeofferd. Waarschuwingen en adviezen4 om extra aandacht te geven aan de zwakke sociaal economische positie van jonge Molukkers vonden nauwelijks gehoor, zelfs niet toen Molukse jongeren zich vanaf 1970 begonnen te roeren met radicale acties voor de RMS. Een gezamenlijke inspanning Dat veranderde toen het kabinet Van Agt/Wiegel na de gijzelingsacties (1975 t/m 1978) zich met
een schok bewust werd van de sociaal economische achterstand van veel Molukse jongeren. Wetenschappelijk onderzoek, dat decennialang had ontbroken, bevestigde de ernst van de situatie.5 De gewelddadige ontknoping van de laatste treinkaping (1977) had wonderlijke gevolgen voor de verhouding tussen de Nederlandse overheid en de Molukse gemeenschap. Er kwam veel specifiek beleid om de positie van (jonge) Molukkers in het onderwijs en op de arbeidsmarkt te verbeteren. Tegelijkertijd bleken nogal wat beteropgeleide Molukkers daaraan een bijdrage te willen leveren. Dat resulteerde uiteindelijk in de zogenoemde ‘Gezamenlijke Verklaring’, waarin premier R.F. Lubbers en de voorzitter van de grootste Molukse organisatie (de Badan Persatuan), ds. S. Metiarij, concludeerden dat er in het verleden veel fout was gegaan, dat dat niet allemaal te herstellen was, maar dat de bereidheid bestond om er samen het beste van te maken. Er kwam een levenslange uitkering en een penning voor de eerste generatie, een Duizendbanenplan om meer jongeren aan werk te helpen, maatregelen op het gebied van huisvesting en een Moluks museum. Het bijzondere van deze ‘Verklaring’ was dat het idee van Molukse kant was gekomen, dat een visionaire minister-president kansen zag om de oude patstelling tussen Molukkers en Nederlandse overheid te doorbreken en dat óók bij de uitvoering sprake was van een gezamenlijke inspanning. Dat herstelde het vertrouwen in elkaar.
Molukse jongeren: we weten niets meer over hen
Te vroeg losgelaten De aanpak had succes. In 1990 bleek de werkloosheid onder Molukse jongeren van vier keer zo hoog als bij hun Nederlandse leeftijdgenoten teruggebracht tot ‘even hoog’.6 Op onderwijsgebied bleken de achterstanden nog niet ingehaald. Integratie leek echter binnen bereik. Voor de overheid voldoende reden om de bijzondere aandacht voor Molukkers te beëindigen. Te vroeg, zoals bleek uit het onderzoek van Veenman in 2001. De snelle en voortijdige afbouw van de specifieke aandacht voor Molukkers had niet alleen tot gevolg dat nog bestaande achterstanden niet meer of niet adequaat werden aangepakt; óók de opgebouwde samenwerkingsverbanden verdwenen. De afstand tussen Molukse jongeren en de omringende samenleving werd óók groter door de lauwe reactie van Nederlanders/de Nederlandse regering op de burgeroorlog in de Molukken (januari 1999-februari 2002). Veel jongeren hadden het gevoel in de steek te worden gelaten en grepen terug op de frustraties van hun grootouders (‘Ze hebben nooit iets voor ons gedaan’). Veenman tekent daarbij aan dat dit mogelijk een tijdelijk effect is (de burgeroorlog was tijdens het onderzoek nog niet voorbij). Daarnaast kwam Veenman met een andere belangrijke verklaringsgrond: de neiging van Molukse jongeren om niet boven het maaiveld uit te komen. Ze tonen zich weinig ambitieus.7 Veenman pleitte dan ook voor actie door zowel de overheid als door de Molukse samenleving. De stagnatie die Veenman in 2001 signaleerde bij de Molukse derde generatie was voor het
cogiscope 0415
35
tweede kabinet-Kok geen aanleiding om actie te ondernemen. De onderwijscommissie van de Tweede Kamer was het daar niet mee eens. Zij verzocht staatssecretaris Karin Adelmund om de derde generatie van óók andere migrantengroepen te monitoren, met de Molukse jongeren als pilot. Dat gebeurde tijdens de laatste vergadering van de commissie vóór het Fortuyn/LPFtijdperk. Daarna werd niets meer over een pilot vernomen.8 Onzichtbaar Molukkers worden niet als zodanig geregistreerd. Als we naar hun nationaliteit kijken zijn ze staatloos, Indonesiër of Nederlander, maar dat zijn ook veel niet-Molukkers. De derde generatie (kinderen van Molukse ouders die ook al in Nederland geboren zijn) krijgt bij geboorte automatisch de Nederlandse nationaliteit. In statistieken van bijvoorbeeld het CBS komen Molukkers dus niet voor. Statistische informatie over Molukkers is zodoende alleen maar te verkrijgen door het houden van representatief onderzoek onder deze bevolkingsgroep. Registratie van Molukkers op grond van etniciteit is enige tijd – met instemming van Molukse organisaties – door de ministeries van Onderwijs en Sociale Zaken gepraktiseerd, om het effect van specifiek beleid te kunnen vaststellen. Nu dat beleid is verdwenen omdat de overheid de Molukkers geïntegreerd heeft verklaard, is ook de etnische registratie van de baan. En daarom weten we al ongeveer vijftien jaar niets meer over hen.
36
cogiscope
0415
1 J. Veenman, Molukse Jongeren in Nederland. Integratie met de rem erop. Assen: Van Gorcum, 2001.
Een vluchteling aan het woord
Een vluchteling aan het woord
2 Zie voor de geschiedenis van Molukkers in Nederland: Henk Smeets & Fridus Steylen, In Nederland gebleven.
Husa
De geschiedenis van Molukkers 1951-2006. Amsterdam/ Utrecht: Bert Bakker/Moluks Historisch Museum, 2006. 3 Idem, p. 65. 4 Zie bijvoorbeeld het belangrijke advies van de Commissie Verwey-Jonker: Ambonezen in Nederland. Den Haag: Staatsdrukkerij, 1959. 5 J. Veenman, De arbeidsproblematiek van Molukkers. Eindrapport. Rotterdam 1985. 6 J. Veenman en E. Martens, Een lange weg. Molukkers op de arbeidsmarkt. Rotterdam/Rijswijk: ISEO/ Arbeidsvoorzieningsorganisatie, 1991. 7 Veenman 2001. Zie ook T.P. Tunjanan, Molukse jongeren & onderwijs. Quickscan 2008. Rotterdam/Utrecht: GG en Forum, 2008. 8 Tweede Kamer, 2001-2002, 27 020, nr. 33.
Husa begint: ‘Ik heb een vraag, een grote vraag, bestaat er een wereld zonder oorlog en vluchtelingen?’ Husa is een vriendelijke man van middelbare leeftijd, geboren in Bosnië, van wie alweer bijna de helft van zijn leven zich in Nederland afspeelt. Bij hem heeft zich een patroon ontwikkeld zoals bij vele Nederlanders na de de Tweede Wereldoorlog. Hij vluchtte uit de oorlog en was in Nederland voor het eerst na vele minuten, uren, dagen, weer veilig. Met deze veiligheid als gegeven bouwde hij zo snel als mogelijk zijn leven op, de taal werd geleerd, een klein appartement werd basic ingericht en hij begon te werken. Het werd voor hem van een vlucht uit de oorlog naar een vlucht in het werk, hij werkte met gemak zestig uur in de week. Aanvankelijk hielp hem dit zijn leven op te bouwen, na bijna twintig jaar op deze voet door te zijn gegaan merkte hij dat zijn lichaam en geest op waren. Pas toen kon hij ruimte maken voor verwerking, iets wat vele Nederlanders ook pas jaren na de Tweede Wereldoorlog konden (pas in 1973 werd Stichting Centrum ’45 opgericht). Husa gaat verder: ‘Een nieuw begin, alles opnieuw beginnen, is moeilijk. Alles achter je laten, je dagelijkse gewoonten en alle fijne dingen die je hebt gehad die worden herinneringen. Mijn eenzaamheid heb ik geprobeerd te verminderen met werk. Ik leerde nieuwe dingen zoals de taal. En ondanks dat ik het goed heb gedaan blijf ik ontevreden. Het is niet mijn moedertaal en dat wordt het nooit. En het is meer dan dat. Nieuwe kennissen, het zijn geen nieuwe vrienden. Dat is onmogelijk ook. Eerlijkheid en vriendschap krijgen een andere betekenis als je je leven opnieuw moet opstarten. Het is een vergeten eenzaamheid.’ (interview Elise van Wageningen)
Henk Smeets, historicus, was van 1977 tot 1986 hoofd van het bureau van het Inspraakorgaan Welzijn Molukkers. Daarna was hij tot 2003 lid van de directie van het Moluks Historisch Museum.
It ain’t necessarily so
cogiscope 0415
Jackie June ter Heide
Labels van vluchtelingen in de geestelijke gezondheidszorg
It ain’t necessarily so
Vluchteling uit Allepo in Syrië in de vluchtelingenopvang in Amsterdam-Oost, september 2016 (Rink Hof/HH).
37
38
cogiscope
0415
It ain’t necessarily so
Over de geestelijke gezondheidszorg
‘To approach the stranger is to
aan vluchtelingen bestaan nogal wat
invite the unexpected, release a
aannames en opvattingen die de
new force, or let the genie out of
complexe werkelijkheid niet altijd recht
the bottle’ – T.S. Eliot
Ook hulpverleners in de Nederlandse geestelijke gezondheidszorg vallen soms terug op labels. Het plakken van diagnostische labels en het indiceren van zorg is hun dagelijks werk. Bij tijdsgebrek en onbekendheid met hulpzoekende vluchtelingen kan een hulpverlener teruggrijpen op stereotype ideeën wat er met vluchtelingen aan de hand is en wat ze nodig hebben. Het label kan dan op de fles geplakt worden zonder die lastige geest te laten ontsnappen. Het diagnostisch proces wordt hierdoor versneld, maar de behandeling wordt er niet altijd beter door. Dit artikel laat vijf gangbare klinische labels de revue passeren en bespreekt waarom deze labels niet altijd de inhoud van de fles dekken. Het is een uitnodiging om, voorbij het stereotype, op zoek te gaan naar passende diagnostische labels en behandelingen van specifieke hulpzoekende vluchtelingen. Immers, om met Porgy en Bess te spreken: it ain’t necessarily so.
Behandeling in beweging
doen. Het achterhalen van wat precies de problematiek van vluchtelingen is en welke zorg ze behoeven, is ook een lastig proces. Het risico bestaat dat te snel een bepaalde diagnose wordt gesteld of specifieke behandeling wordt gestart – of juist wordt onthou den. In deze bijdrage bespreekt Jackie June ter Heide vijf stereotype labels voor hulpzoekende vluchtelingen in het licht van wetenschappelijk onderzoek
Het label op de fles In 1991 vestigde Roger Zetter, onderzoeker aan het Refugee Studies Centre in Oxford, de aandacht op het ‘labelen’ van vluchtelingen. Het juridisch labelen van mensen als ‘vluchteling’ of ‘asielzoeker’ is een essentieel onderdeel van het proces van gedwongen migratie. Dit labelen, hoe nuttig ook, kan leiden tot onterechte en ongetoetste veronderstellingen over de noden van vluchtelingen en over de benodigde zorg. Het brengt dan ook risico’s met zich mee van stereotypering en van het monddood maken van de gelabelde. Wie bekend is met Zetter’s principe van labeling ziet het recent weer overal gebeuren. Het verschijnen van een groot aantal vreemdelingen aan de deur maakt veel Europeanen onzeker. Wie zijn deze vluchtelingen, en wat hebben ze nodig? Bij gebrek aan informatie worden deze vragen soms beantwoord met stereotypen over ‘slechte’ of ‘goede’ vluchtelingen. Vluchtelingen zijn gelukszoekers, ze willen onze banen. Vluchtelingen zijn slachtoffers, ze moeten omarmd worden. Het niet voldoen aan dit stereotype, bijvoorbeeld wanneer ‘goede’ vluchtelingen zich ontevreden uiten over de geboden opvang, wekt verwondering en haalt de krant.
Label I: Vluchtelingen zijn getraumati seerd Het woord ‘trauma’ betekent een verwonding, en niet iedere hulpzoekende vluchteling is psychisch verwond. Sommige vluchtelingen zijn niet blootgesteld aan wat in de psychotraumaliteratuur wordt aangeduid als ‘potentieel traumatische ervaringen’, bijvoorbeeld omdat zij via gezinshereniging naar Nederland zijn gekomen. Sommige vluchtelingen zijn er wel aan blootgesteld, maar er niet door getraumatiseerd. In wat als psychisch verwondend wordt ervaren, bestaan culturele verschillen. In een mooie review over de transculturele validiteit van posttraumatische stressstoornis (PTSS) stellen Hinton
en Lewis-Fernández (2011) dat in niet-westerse samenlevingen de aantasting van familie en gemeenschap als relatief traumatischer wordt ervaren dan in westerse samenlevingen. Voor een westerling kan het moeilijk voor te stellen zijn dat Tibetanen het getuige zijn van de verwoesting van religieuze symbolen als schokkender ervaren dan marteling. Een vraag als ‘hoe was dit voor u?’ is dan ook zeker op zijn plaats.
It ain’t necessarily so
slaapproblemen, worden ook beïnvloed door de stress van gedwongen migratie. Een goede differentiaal-diagnostiek, hoewel ingewikkeld, is dus zeker de moeite waard.
Label III: Vluchtelingen hebben complexe PTSS Een hardnekkige klinische veronderstelling is dat vluchtelingen, omdat zij vaak langdurig, herDoor hoogwaardige technologie te integreren haald en interpersoonlijk getraumatiseerd zijn, wel zullen voldoen aan de diagnose complexe Label II: Vluchtelingen hebben PTSS PTSS. Deze diagnose behelst, naast de sympWie getraumatiseerd is, moet wel PTSS hebin bestaande therapeutische principes tomen van reguliere PTSS, problemen op het ben – zo wordt vaak gedacht. Toch is dit niet gebied van emotieregulatie, zelfbeeld en inter waar. Ruim 80% met van de Nederlanders maakt kunnen mensen PTSS die onvoldoende persoonlijke relaties. In realiteit blijkt het overin zijn of haar leven een traumatische gebeurtenis mee, van maarreguliere slechts een minderheid ontprofiteren traumatherapie, op grote deel van de vluchtelingen hier niet aan te voldoen. Wanneer de diagnose gesteld wordt wikkelt een PTSS (De Vries & Olff, 2009). De met behulp van een gevalideerd klinisch interprevalentie PTSS aan onder geeen nieuwevan manier hunvluchtelingen klachten werken. view, blijkt er sprake van te zijn bij nul (Weine et vestigd in westerse landen wordt geschat op 9% al., 1998) tot 2% van de algemene vluchtelingen(Fazel, Wheeler & Danesh, 2005), en onder alle De Multi-modular Motion-assisted Memory populaties (De Jong, Komproe, Spinazolla, Van vluchtelingen, inclusief hen die zijn gevlucht der Kolk & Van Ommeren, 2005) en bij 16% van binnen hun eigen&land of eigen regio,(3MDR) op 31% Desensitization Reconsolidation de hulpzoekende vluchtelingen (Teodorescu, (Steel et al., 2009). Prevalentiecijfers worden Heir, Hauff, Wentzel-Larsen & Lien, 2012). Als daarbij sterk beïnvloed door traumagerelateeris een innovatieve behandeling waarbij u dan toch wilt labelen, doet u er statistisch beter de en demografische factoren. Vluchtelingen aan het label te vervangen door ‘vluchtelingen die gemarteld zijn, hebben eenopgroter op patiënten lopend door een hun risico persoon hebben geen complexe PTSS’. het ontwikkelen van PTSS; en dit risico neemt verder toe naarmate er context, sprake is traumatische van een grotoegesneden virtuele Label IV: Vluchtelingen moeten worden ter aantal traumatische ervaringen (Steel et al., gestabiliseerd 2009). Ook demografische factoren, zoals een herinneringen kunnen verwerken. Bij Stichting Het label ‘complexe PTSS’ is therapeutisch gehogere leeftijd, vrouw zijn, en afkomstig zijn koppeld aan de veronderstelling dat de behanvan het platteland risico (Porter & deze Centrum ’45 zijnverhogen de eerstehetervaringen met deling van vluchtelingen allereerst, en mogelijk Haslam, 2005). Vluchtelingen kunnen ook last alleen maar, moet bestaan uit stabiliserende hebben van stress die niet posttraumatisch is. revolutionaire aanpak onderzocht. interventies. De veronderstelde problemen op Veel van de non-specifieke symptomen uit de het gebied van emotieregulatie en interpersoonPTSS-diagnose, zoals concentratieproblemen en
cogiscope 0415
39
lijke relaties zouden de kans op een succesvolle traumagerichte therapie bij vluchtelingen verkleinen. Hetzelfde wordt gezegd voor onveilige sociale omstandigheden, zoals het ontbreken van een verblijfsstatus. Het wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van ongestructureerde vormen van stabilisatie bij vluchtelingen is echter laag. Op de persoon gesneden behandelingen waarin multidisciplinair getracht wordt de PTSS-klachten te verminderen en waarin een focus op blootstelling aan traumatische ervaringen ondergeschikt is, komen als weinig effectief uit de bus (Nickerson, Bryant, Silove & Steel, 2011). Ook is er steeds meer wetenschappelijk bewijs dat asielzoekers baat kunnen hebben bij traumagerichte therapie (Ter Heide, Mooren, Van de Schoot, De Jong & Kleber, in press). Niet standaard stabiliseren dus, is het devies. Label V: Vluchtelingen moeten worden behandeld met traumagerichte therapie Na nuancering van het label dat vluchtelingen standaard gestabiliseerd moeten worden, ligt een ander label voor de hand: dat alle vluchtelingen behandeld moeten worden met traumagerichte therapie. Ook deze vlieger gaat echter niet altijd op. Volgens de richtlijnen voor behandeling van volwassenen met PTSS moet iedere volwassene met PTSS behandeld worden met traumagerichte therapie, oftewel geconfronteerd worden met herinneringen aan de traumatische gebeurtenissen en met hun persoonlijke betekenis ervan (Bisson et al., 2007). Imaginaire exposure en EMDR zijn hier goede voorbeelden van. Om vluchtelingen met PTSS effectief te behandelen, blijkt een dergelijke vorm van traumage-
40
cogiscope
0415
richte therapie echter soms helemaal niet nodig. Cultureel-aangepaste cognitieve gedragstherapie voor PTSS (Hinton, Rivera, Hofmann, Barlow & Otto, 2012) bestaat overwegend uit het aanleren van copingvaardigheden (zoals mindfulness) en blootstelling aan traumagerelateerde lichamelijke sensaties. Ondanks het ontbreken van expliciete blootstelling aan traumatische herinneringen is deze therapie zeer effectief (Lambert & Alhassoon, 2015). Hoewel deze benadering gecategoriseerd wordt als ‘traumagericht’ zou het label ‘stabiliserend’ niet misstaan. Dat zet de hele discussie over het al dan niet traumagericht behandelen van vluchtelingen mooi in perspectief.
It ain’t necessarily so
Referenties Bisson, J.I., A. Ehlers, R. Matthews, S. Pilling, D. Richards
critical review of psychological treatments of posttrau-
nic post-traumatic stress disorder: Systematic review
matic stress disorder in refugees’, in: Clinical Psychology
and meta-analysis’, in: British Journal of Psychiatry, 2, 97-104. doi:10.1192/bjp.bp.106.021402 Fazel, M., J. Wheeler & J. Danesh (2005), ‘Prevalence of
postdisplacement factors associated with mental health of refugees and internally displaced persons:
western countries: A systematic review’, in: Lancet, 365,
A meta-analysis’, in: Journal of the American Medical
1309-1314. doi: 10.1016/S0140-6736(05)61027-6 Heide, F.J.J. ter, T.M. Mooren, R. van de Schoot, A. de
Association, 294(5), 602-612. Steel, Z., T. Chey, D. Silove, C. Marnane, R.A. Bryant & M.
Jongh & R.J. Kleber (in press), ‘Eye movement desen-
van Ommeren (2009), ‘Association of torture and other
sitisation and reprocessing therapy v. stabilisation as
potentially traumatic events with mental health outco-
usual with refugees: Randomised controlled trial’, in:
mes among populations exposed to mass conflict and
British Journal of Psychiatry.
displacement: A systematic review and meta-analysis’,
cultural validity of posttraumatic stress disorder: Implications for DSM-5’, in: Depression and Anxiety, 28, 783-801. doi: 10.1002/da.20753 Hinton, D.E., E.I. Rivera, S.G. Hofmann, D.H. Barlow
in: Journal of the American Medical Association, 302 (5), 537-549. doi: 10.1001/jama.2009.1132 Teodorescu, D.-S., T. Heir, E. Hauff, T. Wentzel-Larsen & L. Lien (2012), ‘Mental health problems and postmigration stress among multi-traumatized refugees
& M.W. Otto (2012), ‘Adapting CBT for trau-
attending outpatient clinics upon resettlement in
matized refugees and ethnic minority patients:
Norway’, in: Scandinavian Journal of Psychology, 53, 316-
Examples from culturally adapted CBT (CA-CBT)’, in: Transcultural Psychiatry, 49 (2), 340-365. doi: 10.1177/1363461512441595 Jong, J.T. de, I.H. Komproe, J. Spinazzola, B.A. van der Kolk & M.H. van Ommeren (2005), ‘DESNOS in three postconflict settings: Assessing cross-cultural con-
332. doi:10.1111/j.1467-9450.2012.00954.x Vries, G.J. de & M. Olff (2009), ‘The lifetime prevalence of traumatic events and posttraumatic stress disorder in the Netherlands’, in: Journal of Traumatic Stress, 22, 259-267. Weine, S.M., D.F. Becker, D. Vojvoda, E. Hodzic, M.
struct equivalence’, in: Journal of Traumatic Stress, 18,
Sawyer, L. Hyman, D. Laub & T.H. McGlashan (1998),
13-21. doi:10.1002/jts.20005
‘Individual change after genocide in Bosnian survivors
Lambert, J.E. & O.M. Alhassoon (2015), ‘Trauma-focused therapy for refugees: Meta-analytic findings’, in: Journal
Jackie June ter Heide is klinisch psycholoog bij Stichting Centrum ’45.
Review, 31, 399-417. doi:10.1016/j.cpr.2010.10.004 Porter, M. & N. Haslam (2005), ‘Predisplacement and
serious mental disorder in 7000 refugees resettled in
Hinton, D.E. & R. Lewis-Fernández (2011), ‘The cross-
Conclusie Vluchtelingen zijn vreemdelingen. Onbekend heid kan ertoe leiden dat vluchtelingen in de geestelijke gezondheidszorg stereotype labels opgeplakt krijgen die hun problematiek en hulpvraag maar beperkt dekken. Hiermee wordt de persoon tekort gedaan – de ene vluchteling is de andere immers niet. Maak de fles open voor u een label plakt. Maak kennis met de geest. Misschien komt u dan samen tot een betere diagnose en behandelplan dan wanneer u op uw vertrouwde labels was afgegaan.
Nickerson, A., R.A. Bryant, D. Silove & Z. Steel (2011), ‘A
& S. Turner (2007), ‘Psychological treatments for chro-
of Counseling Psychology, 62 (1), 28–37. doi:10.1037/ cou0000048
of “ethnic cleansing”, Assessing personality dysfunction’, in: Journal of Traumatic Stress, 11 (1), 147-153. Zetter, R. (1991), ‘Labelling refugees: Forming and transforming a bureaucratic identity’, in: Journal of Refugee Studies, 4 (1), 39-62.
Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen
cogiscope
0415
Annelieke Drogendijk en Petra Pannekoek
Kennis en expertise kanaliseren en verspreiden
Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen Met de huidige omvangrijke instroom van vluchtelingen ontstaat een groeiende behoefte aan kennis bij organisaties die direct of indirect te maken krijgen met deze groep. Zorgverleners maar ook scholen en gemeentes zien zich geconfronteerd met vragen rond crisisopvang, verwijs en behandelmogelijkheden voor vluchtelin gen. om de huidige structuren voor opvang en gezondheidszorg te versterken en kennis te ontsluiten voor het veld, heeft Arq psychotrauma expertgroep het psychosociaal ondersteuningspunt Vluchtelingen (poV) opgericht. Annelieke Drogendijk en petra pannekoek bespreken achtergrond en werkwijze van dit steunpunt.
Vluchtelingenstroom in de buurt van Boedapest, Hongarije september 2015 (Frak Augstein/HH)
41
42
cogiscope
0415
Afgelopen maanden is een grote stroom vluchtelingen naar Europa gekomen, een deel daarvan komt in Nederland. Hoewel het Nederlandse systeem voor opvang en gezondheidszorg toereikend is voor de normale instroom, staat dit systeem met een aantal asielaanvragen van 46.834 tot eind oktober dit jaar (IND) onder druk. Internationaal gezien is de Nederlandse gezondheidszorg van een hoog niveau (World Risk Report, 2013). Echter, met deze grote instroom van vluchtelingen moeten bestaande structuren opgeschaald worden. Dit gebeurt door mensen die normaliter met de doelgroep werken meer in te zetten (‘alle verloven worden ingetrokken’) en gebruik te maken van medewerkers en vrijwilligers die wellicht affiniteit maar geen ervaring hebben met deze doelgroep. Dit betekent dat de kans bestaat dat de psychosociale hulp en ondersteuning voor vluchtelingen soms niet voldoende is. Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen (POV) Om de huidige structuren te versterken en kennis te ontsluiten voor het veld heeft Arq Psychotrauma Expertgroep het Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen (POV) opgericht. Arq Psychotrauma Expertgroep en haar partners krijgen de laatste maanden veel vragen over het toenemend aantal vluchtelingen. Stichting Impact wordt door de GGD en het Programmacollege PSH benaderd voor vragen over maatschappelijke onrust en de situatie en inzet van extra personeel bij de 72-uur crisisnoodopvang. Het Instituut voor Psychotrauma (IVP)
Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen
wordt standaard ingezet om de professionals bij het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) te ondersteunen bij stressvolle gebeurtenissen. War Trauma Foundation wordt door de UNHCR ingezet voor het trainen en opleiden van medewerkers op de opvangkampen op de Griekse eilanden. Daarnaast komen bij Stichting Centrum ’45, Equator Foundation en het Psychotrauma Diagnose Centrum vragen binnen over de organisatie van zorg en verwijs- en behandelmogelijkheden voor vluchtelingen. Deze vragen zijn afkomstig van zowel zorgverleners als gemeentes, scholen en betrokken hulpverleners. Er zijn met name zorgen over de opvang en begeleiding van vluchtelingenkinderen en gezinnen. Om al deze diverse vragen te kanaliseren en de kennis binnen Arq Psychotrauma Expertgroep te bundelen is besloten om het POV op te richten. Met het POV wil Arq professionals effectief ondersteunen. Door bundeling van kennis en expertise wordt het bestaande vangnet van opvang, begeleiding en zorg voor vluchtelingen ondersteund. Hulporganisaties, gemeentes, scholen, GGD-en, zorgverleners en andere professionals kunnen voor consultatie en advies terecht bij het POV. Het POV is opgericht naar aanleiding van de goede ervaringen van het Nazorg Contact Punt MH17 (NCP)1. Na de vliegramp met MH17 in de Oekraïne heeft Stichting Impact het Nazorg Contact Punt MH17 opgericht ter ondersteuning professionals zoals huisartsen, eerstelijnspsychologen en casemanagers van Slachtofferhulp Nederland. Het NCP (en ook het POV) wordt bemenst door psychologen die niet per se in de zorgverlening ingezet worden. Zij hebben ver-
stand van het onderwerp en kunnen vragen beantwoorden, maar kunnen ook inschatten of de vraag door een expert beantwoord moet worden. Mocht dat nodig zijn, dan kunnen zij hun casus bespreken met een expert. Op deze wijze worden vragen snel en professioneel opgepakt, krijgt de vragensteller snel antwoord en zonder verspilling van extra capaciteit binnen onze organisatie. Dit voor de klant laagdrempelige loket kan lang kan blijven bestaan ook als er te zijner tijd minder vragen zijn. Advies, ondersteuning en kennisverspreiding Bij het POV is expertise beschikbaar voor vragen over: • Jeugd en gezin; zoals voor vragen over gevluchte kinderen en families op school of in huisartsen praktijk. • Screening; het signaleren van symptomen van traumatische stress, zoals Posttraumatische Stressstoornis (PTSS). • Zorgkaart; voor vragen over welke vormen van (psychosociale) zorg nodig is en of er aanvullende zorg nodig is op de reguliere zorg. • Interculturele communicatie; voor vragen over de verschillende culturele achtergronden van de vluchtelingen en welke effecten deze kunnen hebben op hun opvang. • Preventie; of er bepaalde methodieken op korte termijn ingezet kunnen worden om psychosociale problemen op langere termijn te voorkomen. • Maatschappelijke onrust; voor vragen over de balans tussen goede opvang voor de vluchte-
Psychosociaal Ondersteuningspunt Vluchtelingen
lingen en de belangen van inwoners van gemeentes. Naast advies en ondersteuning is kennisverzameling en verspreiding ook een taak van het POV. Als bepaalde problemen bij veel organisaties terug komen, zullen deze bevindingen voor iedereen beschikbaar zijn door middel van factsheets, artikelen of presentaties. Vanzelfsprekend zal hierbij ook samengewerkt en doorverwezen worden naar andere expertorganisaties.
1 Gouweloos J., M. Dückers, G. Smid & A. Drogendijk
- advertentie -
(2015), ‘Herken klachten na verlies en trauma’, in: Medisch Contact, 26, 24 juni, 1274-1276.
IMMO: Instituut voor Mensenrechten en Medisch Onderzoek Het iMMO levert een bijdrage aan de bescherming van mensenrechten, in het bijzonder door het uitvoeren van medische onderzoeken van vermoede slachtoffers van marteling en inhumane behandeling. Deze onderzoeken vinden plaats in de context van een asielprocedure en worden verricht door vrijwillig werkende artsen en psychologen. Men gaat daarbij in op het causale verband tussen de medische bevindingen en het gestelde asielrelaas.
Het POV volgt bij haar advisering de Multi disciplinaire Richtlijn psychosociale hulp bij rampen en crises (waarin wordt aangesloten bij bestaande zorgstandaarden) en adviseert, complementair aan het aanbod van de professionals en lokale structuren. Het POV ondersteunt, kan verwijzen en adviseren, maar behandelt zelf niet. Een psycholoog is het vaste aanspreekpunt. Bij complexe vragen wordt advies ingewonnen van gespecialiseerde experts en therapeuten.
Er zijn thans 53 artsen en psychologen die als rapporteur voor iMMO werken.
Bereikbaarheid Het POV is bereikbaar op werkdagen tussen 09.00 en 17.00 uur: Telefoon: 088 – 330 51 02 E-mail:
[email protected] Voor aanvullende informatie, factsheets en handreikingen zie: www.arq.org/pov
cogiscope 0415
Annelieke Drogendijk is directeur van Stichting Impact en Cogis. Petra Pannekoek is beleidsadviseur bij Stichting Arq ten behoeve van asielzoekers en ongedocumenteerden.
Artsen en psychologen die belangstelling hebben om iMMOrapporteur te worden, kunnen zich aanmelden op de website www.stichtingimmo.nl of nemen contact op met iMMO, Nienoord 5, 1112 XE Diemen, telefoon 020-8407670
43
44
cogiscope
0415
In de werkkamer
In de werkkamer
In gesprek met René Stumpel, arts en directeur publieke gezondheid bij GGD GHOR
‘Publieke gezondheid, dat doen we al jaren, maar crisisopvang was nieuw’ De werkkamer bevindt zich deze keer binnen het kantoor van GGD GHOR Nederland in Utrecht. Hier treffen we René Stumpel: arts en ruim 20 jaar werkzaam bij de GGD Gooi en Vechtstreek, op dit moment als directeur publieke gezondheid, maar ook nog steeds als forensisch geneeskundige. Daarvoor verzorgde hij onderwijs voor GGD artsen. Al met al is hij meer dan 30 jaar actief op het snijvlak van publieke gezondheid en calamiteiten. Het gesprek voert via ervaringen tijdens het werk die indruk op hem hebben gemaakt, naar zijn affiniteit – en ook ambities – met de psychos ociale hulp bij rampen. En de actuele vluchtelingenproblematiek: welke uitdagingen brengt die met zich mee?
In de werkkamer
cogiscope 0415
45
Vluchtelingenopvang in de evene mentenhal van het Autotron in Rosmalen (Flip Franssen/HH).
GGD’en worden geconfronteerd met ingewikkelde dossiers. René Stumpel heeft een volle agenda. Desondanks oogt hij onvermoeibaar en rustig, met pretoogjes. Hij blikt direct terug op het begin van zijn carrière binnen de publieke calamiteitenzorg die hem duidelijk aan het hart gaat. Het is onmogelijk om dan niet stil te staan bij de vaktaal die oningewijden hoofdschuddend zullen aanhoren. ‘Toen ik in 1993 aantrad bij de GGD, heette het nog geneeskundige hulpverlening bij rampen. Later is dat ongevallen en ram-
pen geworden.’ We glimlachen bij de gedachte dat in wetgeving die afkorting later weer is veranderd in ‘geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio’. GHOR: René spreekt de letters een voor een uit. Het is een basisterm in dit werkveld vol afkortingen en een uniek jargon. Een tweede onvermijdelijk acroniem is PSH, de psychosociale hulp. Een gesprek over nazorg binnen GGD’en kan niet zonder. In het gesprek besluiten we een poging te doen om zoveel mogelijk van de afkortingen weg te blijven.
Forensische geneeskunde René heeft de ontwikkeling van de rampenhulpverlening en de visie daarop van dichtbij meegemaakt. Niet alleen bestuurlijk, maar ook als professional. Het gesprek gaat al snel over werksituaties die indruk op hem hebben gemaakt. Hij vertelt over zijn werk als forensisch geneeskundige. ‘In concreto ben ik lijkschouwer, dat brengt onvermijdelijk met zich mee dat je te maken krijgt met verdrietige situaties.’ Het is werk dat uiteindelijk iemand moet doen en dat
46
cogiscope
0415
zich altijd afspeelt tegen de achtergrond van krantenberichten. René spreekt over een gezinsdrama waarmee hij te maken kreeg, jaren geleden in Hilversum. ‘Het ging om een politieagent die zijn vrouw doodschoot, toen een eerste kind, een tweede kind, een derde kind en toen zichzelf. Ik ben in dat huis geweest met een collega.’ Er valt een stilte. ‘Daar heb ik aan den lijve meegemaakt wat het betekent om elkaar steun te bieden. Ik heb toen het belang van psychosociale hulp meegemaakt. Ook in de buurt waar het onderzoek zich over uitstrekte. Het heeft erg veel indruk gemaakt op iedereen.’ Het is een taak die hij nog steeds uitvoert. Niet heel lang geleden nog bij slachtoffers van vlucht MH17. ‘Al die slachtoffers werden overgebracht in een imposante stoet van auto’s naar de Korporaal van Heusden kazerne. Dat is mijn rayon. Er moest formeel een schouw plaatsvinden.’ Hij licht toe hoe op enig moment alle Nederlandse slachtoffers formeel dood zijn verklaard. ‘Het waren zoveel mensen. De eerste keer trokken er tientallen langs mijn oog. Dat was héél indrukwekkend. Het getal kreeg iedere keer weer een gezicht. Dan zie je pas hoeveel mensen het zijn. Bij een gezinsdrama zijn het er vijf, dat is al uitzonderlijk. Maar tientallen, dan komt de impact van een gebeurtenis erg binnen.’ Hij vervolgt. ‘Je valt terug op je professionaliteit. Je bent verdrietig maar dat staat niet voorop. Je doet iets wat nodig is. En het werken in teamverband is dankbaar. Je doet het samen met vijf lijkschouwers. Je bent weken betrokken en houdt als het ware elkaar de hand vast.’
In de werkkamer
Psychosociale hulp Vanuit deze praktijkervaringen is de overstap naar de missie om landelijk bij te dragen aan een sterke PSH-organisatie snel gemaakt. Het is juist die combinatie die René zo boeiend vindt in zijn werk. En er is ontzettend veel vooruitgang geboekt, concludeert hij al terugblikkend. ‘Toen ik bij de GGD ging werken, was de Bijlmerramp net geweest. Het vrachtvliegtuig stortte op de flat. Op PSH-gebied kun je zeggen dat er zo ongeveer niets was. Ja, er waren staffunctionarissen rampenbestrijding. Oud “BB-ers” , verdeeld over GGD’en.’ De BB, de bescherming bevolking, werd in 1952 opgericht om de Nederlanders te beschermen tegen de gevolgen van luchtaanvallen door de vijand. In de Koude Oorlog waren dat de Russen. De organisatie bestond uit een paar honderdduizend vrijwilligers en hield in 1986 op te bestaan. Vanuit deze uitgangspositie werd de rampenhulpverlening ingevuld. ‘Begin jaren negentig is een begin gemaakt met de psychosociale hulp. Iemand als Gerard Lettinga ging afspraken maken met psychiatrie, slachtofferhulp en maatschappelijk werk. Vanuit GGD, rampenbestrijding en geestelijke gezondheidszorg – de GGZ – ontstond een gezamenlijke beweging. Professor Gersons heeft daarin een belangrijke rol gespeeld.’ René schetst hoe het zwaartepunt aanvankelijk sterk bij de GGZ lag en verschoof. ‘Geleidelijk werd duidelijk dat laagdrempelige, meer praktische ondersteuning meer aan de orde is en psychiatrie in het overgrote deel van de gevallen niet. Later is vooral Slachtofferhulp Nederland naar voren gekomen als uitvoeringsorganisatie op PSH-gebied. Nog
steeds doen GGD’en veel zaken met de GGZ, maar dat is wat mij betreft geboren uit traditie.’ Belang van samenwerking Vanuit GGD GHOR Nederland is René een actief pleitbezorger voor een goed georganiseerde PSH. Landelijk gezien vervullen regionale GGD’en binnen dit thema een coördinerende rol. De gezondheidsdiensten werken voor gemeenten in hun werkgebied. Ze maken deel uit van netwerken van uitvoerings- en kennispartners, die deels landelijk zijn georganiseerd. René benadrukt verschillende malen het belang van de samenwerking en uitwisseling tussen alle partners. Zo komen we ook te spreken over een recente ontwikkeling om die samenwerking op bestuurlijk niveau te versterken. Een ‘programmacollege PSH’ is opgericht. Het is een structurele overlegvorm waarin bestuurders van nazorgorganisaties, waaronder Slachtofferhulp Nederland, maatschappelijk werk, GGZ, Impact/ Arq en RIVM, actuele vraagstukken met elkaar bespreken, vaak in het bijzijn van beleidsmedewerkers van betrokken ministeries, nazorgexperts en relevante anderen. Het programmacollege kan de directeuren publieke gezondheid van de diverse GGD’en adviseren over PSHgerelateerde zaken. ‘Ik ben blij dat de partners bij elkaar aan tafel zitten in het programmacollege. We hebben nu een tafel waar we met elkaar in gesprek gaan over de verdere ontwikkeling van de PSH. Het komt allemaal bij elkaar en draagt bij optimalisering van de psychosociale hulp. Dat is waar we het voor doen.’
Vluchtelingen De relatie met de vluchtelingenproblematiek is niet vergezocht. ‘Recentelijk is er een landelijke bijeenkomst georganiseerd om met GGD’en en samenwerkingspartners ervaringen te delen over vraagstukken die momenteel spelen. De vluchtelingenstroom houdt de gemoederen binnen het werkveld van de gezondheidsdiensten flink bezig.’ René legt uit dat alle GGD’en een lange geschiedenis kennen met de zorg voor vluchtelingen. ‘Twintig jaar geleden was er de stroom uit het oosten. Daar werden we destijds ook wel door overvallen. Toen zijn er asielzoekerscentra ingericht. De medische zorg moest worden opgezet. De afgelopen jaren is de capaciteit aan centra afgebouwd. Nu wordt Nederland geconfronteerd met een onverwacht grote stroom mensen vanuit met name Syrië en Eritrea. ‘Als land waren we onvoorbereid. Normaal vang je de mensen op in asielzoekerscentra waar ze zich (moeten) identificeren. Dat systeem liep over. Totaal onverhoeds. De afbouw van asielzoekerscentra heeft het probleem veroorzaakt, niet de aantallen. Daar komt de noodzaak van crisisopvang vandaan. Gemeenten benutten de structuur van de rampenbestrijding. Vooral de poot “bevolkingszorg” heeft een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Vluchtelingen worden, zoals bedacht in een rampencontext, opgevangen in sporthallen. De ervaring heeft alleen geleerd dat wanneer de gemeente in dat geval een sporthal inricht, er maar twee mensen komen. De rest gaat naar familie.’ Dit verhaal moest worden gerevitaliseerd door GGD’en. ‘Niet iedere regio beschikte over ar-
In de werkkamer
rangementen. Het was nieuw, maar ik denk dat ze geslaagd zijn in het improviseren. Publieke gezondheid, dat doen we al jaren, maar crisisopvang is nieuw.’ René ervaart het als een groot probleem dat de crisisopvang is ingericht in drie maal 24 uur. Vluchtelingen mogen maximaal 72 uur in een lokale crisisopvang blijven. Omdat het niet lukt om mensen tijdig een meer duurzame plek te geven, worden ze “rondgepompt” van A naar B, van B naar C en C naar D. We weten dat het niet goed is, met name voor de kinderen niet. Vanuit de basale behoeften aan veiligheid, onderdak en zorg bezien is dat niet handig. Niemand wil het zo.’ Hij vervolgt zijn betoog, zijn zorg uitsprekend over de versnelde instroom van statushouders en gezinshereniging in de nabije toekomst. Na afloop van de procedure moeten mensen gaan inburgeren. ‘De ervaring leert dat 80% van de asielzoekers uit probleemlanden in Nederland blijft. Die mensen gaan wonen in gemeenten. Daar moeten we binnen de publieke gezondheid oplossingen voor bedenken, waarbij we de psychosociale problemen ook weer niet moeten overdrijven. Niet iedereen is getraumatiseerd.’
Michel Dückers is bestuurskundige en werkzaam als senior onderzoeker bij het NIVEL, Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg. Daarnaast is hij programmacoördinator rampen en crises bij Impact en redactielid van Cogiscope.
cogiscope 0415
47
onderzoek
Asieltragiek: kwetsbaar op weg door een labyrint Wie gewend is aan een leven in Nederland zal moeilijk kunnen invoelen wat het betekent om ergens te wonen, te proberen om een bestaan te onderhouden onder omstandigheden van voortdurende onderdrukking of gevaar. De wereld kent vele oorden waar overheden er niet in slagen hun burgers te beschermen. Op bereisbare afstand, zo blijkt. De Europese Unie ziet zich geconfronteerd met een omvangrijke stroom vluchtelingen, afkomstig uit de continenten ten oosten en zuiden van Europa. Migratie is zo oud als de mens en kent door de hele geschiedenis heen pieken en dalen. Momenteel is er een duidelijke piek. De migratie van mensen die veiligheid en een beter perspectief zoeken, plaatst druk op de doorvoerlanden en de beoogde landen van bestemming. Niet alleen een druk om mensen tijdelijk op te vangen en aan basale mensenrechten te voldoen, maar – met name in de bestemmingslanden – ook om mensen deel te maken van een voor hen nog onbekende samenleving. Het is een pad met vele hobbels en tussen-
48
cogiscope
0415
Onderzoek
onderzoek stops, niet gevrijwaard van tragiek. In deze bijdrage worden twee publicaties besproken waarin dit tot uiting komt. Eerst een artikel van Stuart Turner over asielkwesties in Europa en het Verenigd Koninkrijk, onlangs gepubliceerd in het European Journal of Psychotraumatology, waarin verschillende onderzoeken worden samengebracht. Vervolgens het proefschrift met een aantal epidemiologische studies waarop Simone Goosen in 2014 is gepromoveerd aan de Universiteit van Amsterdam. Ontnuchterende vluchtelingenmachinerie Stuart Turner is een Britse psychiater die al jaren onderzoek doet naar vluchtelingen en asielprocedures. Medio dit jaar ontving hij hiervoor de Wolter De Loos Award tijdens het tweejaarlijkse congres van het European Society for Traumatic Stress Studies. In het recente artikel Refugee Blues vat hij een aantal prangende problemen samen. Hij maakt bovendien korte metten met een aantal misvattingen. Een man met een missie. De migratiegolf is weliswaar erg gepolitiseerd, zo benadrukt Turner, maar we mogen niet vergeten dat Europa betrekkelijk weinig vluchtelingen opneemt in vergelijking met Turkije, Pakistan, Libanon en Iran. Westerse overheden hebben het probleem verergerd en nieuwe problemen gecreëerd (los van het militair ingrijpen in landen zoals Irak en Afghanistan). De cijfers wekken de indruk dat pogingen van de afgelopen decennia om de toestroom van migranten terug te dingen, via visa en andere beperkende beleids-
maatregelen, vermoedelijk een pervers effect hebben gehad. Dit beleid heeft volgens Turner de illegale markt voor mensenvervoer aangemoedigd en het probleem daarmee minder beheersbaar gemaakt. Dat is ironisch, maar wordt schrijnend zodra vluchtelingen, aangekomen na hun barre tocht, eenmaal asiel aanvragen in Europa. Ze raken dan verstrikt in een doorgaans kafkaësk, gejuridiseerd proces gekenschetst door vertragingen en overplaatsingen (zie de bijdrage van Anton van Kalmthout, elders in dit nummer). Al wachtend neemt de mentale gezondheid af. Soms is men zelfs onderdeel van een moedwillige afschrikkingsstrategie van beleidsmakers en politici. Het beeld dat Turner schetst is confronterend. Asielzoekers worden niet alleen geconfronteerd met positieve discriminatie, maar ook met mishandeling en pesterijen. En zodra hun zaak uiteindelijk wordt behandeld, dan zijn er specifieke valkuilen, in het bijzonder waar het aankomt op discriminatie van mensen met een voorgeschiedenis met trauma. Asielzoekers beschikken zelden over objectief bewijs voor vervolging in het land van herkomst. Er is gewoonweg geen formeel document met de tekst: ‘persoon X is geestelijk en/of lichamelijk mishandeld en/of ziet bij terugkeer levenslange detentie, letsel en/ of de dood tegemoet’. Bij gebrek aan beter wordt het oordeel over het statusverzoek aldus Turner grotendeels gebaseerd op een ‘trauma narratief’, waarvan de betrouwbaarheid – the credibility of the claim – afhangt van de naïeve, subjectieve
inschatting van beoordelaars zonder psychologische expertise: Alarmingly weak. Wegingscriteria zijn veelal niet gebaseerd op wetenschappelijk bewijs. Het zijn inzichten die Turner breed wil delen. Hij schetst een ontnuchterend beeld van een machinerie waarin het kwetsbare individu verloren raakt. Een systeem waarin beleidmakers op afstand blijven en een dubbelzinnig signaal afgeven over de behoefte of zelfs de noodzaak mensen binnen eigen grenzen op te vangen na hun vlucht. Een systeem waarin criminelen hun kans grijpen om eraan te verdienen. Een systeem waarin procedures paradoxaal uit kunnen pakken door onvoldoende toegeruste uitvoeringsambtenaren. Een systeem waarin de kans op statustoekenning varieert tussen beoordelaars en waarin sociale problemen (mate van werkeloosheid) diezelfde kans negatief beïnvloeden. Aan het slot van zijn betoog stelt Turner vast dat asielbeleid in samenwerking tussen landen tot stand moet komen, niet ingegeven door politieke retoriek, maar door feiten uit systematisch onderzoek. Gezondheidsproblemen van asielzoekers Het proefschrift van Simone Goosen vormt een aanvulling op dit verhaal omdat zij inzoomt op de bredere gezondheidssituatie onder Nederlandse asielzoekers. Goosen beschrijft verschillende gezondheidsproblemen en risicofactoren onder asielzoekers en hoe vaak ze vóórkomen. Dat is gewenst, want het aantal onderzoeken naar de
gezondheid van asielzoekers en vluchtelingen in Nederland is beperkt. Het onderzoek onder vluchtelingen binnen de opvangcentra, zoals beschreven in het proefschrift, wijst op verhoogde mate van sterfte onder 40 jaar (met name vrouwen) door kanker, hart- en vaatziekten en nietnatuurlijke doodsoorzaken. Asielzoekers in Nederland blijken een hoger risico te lopen op overlijden door infectieziekten (hiv, hepatitis en tbc), ongevallen en verdrinking, sterfte gerelateerd aan zwangerschap en bevalling, en sterfte door suïcide met name bij mannen. Suïcidepogingen waarvoor behandeling in het ziekenhuis nodig was, kwamen in vergelijking met de algemene bevolking vaker voor bij mannelijke en vrouwelijke asielzoekers uit Oost- en Zuid-Europa en Zuidwest Azië (inclusief het Midden-Oosten). Bij mannen en vrouwen uit Afrika kwamen suïcidepogingen juist minder vaak voor. Bij 80% van de asielzoekers met een suïcidepoging, was het medisch personeel voorafgaand aan de suïcidepoging op de hoogte van het bestaan van psychische problemen. Het feit dat deze problemen bij mensen uit Afrika die zijn gehospitaliseerd na suïcidaal gedrag minder vaak worden behandeld in vergelijking met mensen vanuit Zuidwest Azië en Centraal Europa (al eerder geconstateerd in studies in Nederland en het Verenigd Koninkrijk) blijft een punt van zorg. Goosen toont bovendien aan dat vaker wisselen tussen opvanglocaties gepaard gaat met een toename van psychische en psychosociale proble-
Onderzoek
men bij kinderen (vooral indien blootgesteld aan geweld en bij kinderen waar PTSS of depressie is gediagnosticeerd bij de moeder). Verder blijkt bij asielzoekers het vóórkomen van PTSS samen te hangen met een hoge mate van type 2 diabetes, ongeacht of sprake is van depressie. Ook komen abortus en tienerzwangerschap vaker voor onder asielzoekers (vooral uit Afrika en Azië) dan bij vrouwen en meisjes die langer in Nederland wonen. Deze voorbeelden geven aan dat er reden is om de gezondheid van vluchtelingen tijdens en ook na de asielprocedure (ca. 80-90% van de vluchtelingen uit Syrië, Eritrea en Afghanistan krijgen een (tijdelijke) verblijfsvergunning: Vluchtelingenwerk, 2015) te blijven volgen en in te zetten op preventie. Zeker omdat ander onderzoek onder vluchtelingen van 18 jaar of ouder uit Somalië, Iran en Afghanistan laat zien dat psychische problemen blijven bestaan binnen de groep met een verblijfstatus (Lamkaddem et al., 2013). Er zijn allerlei perspectieven en standpunten mogelijk ten aanzien van vluchtelingen en asielzoekers. De combinatie van onderzoeken zoals hier besproken benadrukt vooral de niet-benijdenswaardige situatie waarin het procedurele stratenplan van Europa vluchtelingen brengt. Asielprocedures zijn ontworpen als selectiemiddel. Turner stelt dat wordt getracht om mensen buiten de deur te houden op basis van criteria die juist acceptatie zouden moeten rechtvaardigen. De kans dat mensen uit Syrië en een aantal
cogiscope 0415
49
andere landen in Nederland mogen blijven is relatief hoog. Toch resteert, ook kijkend vanuit het onderzoek van Goosen, het beeld van een potentieel kwetsbare groep qua gezondheid die tijdens de asielprocedure in een extra kwetsbare positie wordt gebracht.
Referenties Goosen S. (2014), A safe and healthy future? Epidemiological studies on the health of asylum see kers and refugees in the Netherlands. Universiteit van Amsterdam: Amsterdam. Lamkaddem M., K. Stronks, A.A.M. Gerritsen, W.L.J.M. Devillé, M.L. Essink-Bot (2013), ‘Gezondheid en zorggebruik van vluchtelingen: vervolgonderzoek onder mensen met een verblijfsvergunning in Nederland’, in: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 157. Turner S. (2015), ‘Refugee Blues: A UK and European Perspective’, in: European Journal of Psychotraumatology, 6:29328 http://dx.doi. org/10.3402/ejpt.v6.29328 Vluchtelingen in getallen 2015. Vluchtelingenwerk: Amsterdam.
Michel Dückers is bestuurskundige en werkzaam als senior onderzoeker bij het NIVEL, Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg. Daarnaast is hij programmacoördinator rampen en crises bij Impact en redactielid van Cogiscope
50
cogiscope
0 4 1 5 b e r i c ht e n u i t h e t v e ld
b e r i c ht e n u i t h e t v e ld
Geestelijke gezondheid en psychosociale zorg voor vluchtelingen – een verslag uit het veld
Geen noodhulp zonder psychosociale hulp Een ongekend aantal personen en gezinnen uit het Midden-Oosten, Afrika en Centraal-Azië hebben de Middellandse Zee en de Egeïsche zee overgestoken in een poging om veiligheid in Europa te bereiken. In 2015 alleen al zijn er meer dan 3500 mensen verdronken of vermist. Honderdduizenden mensen, gedefinieerd in verschillende contexten als 'vluchteling', 'asielzoeker' of 'migrant' zijn onderweg naar Europees grondgebied. Migratieroutes veranderen voortdurend in reactie op veranderend nationaal beleid en bestuursrechtelijke bepalingen. Juist door deze onvoorspelbaarheid wordt er mogelijk verdere schade berokkend aan bevolkingen die op de vlucht zijn voor geweld en oorlog. Te midden van de verschillende behoeften van al die mensen dient er ook aandacht uit te gaan naar de geestelijke gezondheid en het psychosociaal welzijn van de migranten. Vrijwilligers, gouvernementele, niet-gouvernementele organisaties (NGO) en internationale organisaties zijn betrokken bij de uitdagende taken van de hulpverlening. Zo ook War Trauma Foundation die op verzoek van UNHCR zeer recent trainingen heeft gegeven in Griekenland. In de maand oktober 2015 heeft een trainingsteam van WarTrauma (Nikos Gionakis, Renos Papadopoulos, Margriet Blaauw en Jelly van Essen) op een zestal locaties training gegeven (Samos, Chios, Athene, Eidomeni, Lesbos en Kos). Deelnemers van de trainingen waren staf van UNHCR, NGO’s, vrijwilligers, politie, kustwacht en anderen; allen die betrokken zijn bij de opvang van de vluchtelingen die via Turkije met boten in Griekenland aankomen. Margriet Blaauw en Jelly van Essen doen verslag van hun ervaringen op Lesbos.
De pers schrijft veel over de slechte omstandigheden op het eiland. Vanaf onze aankomst op Lesbos, donderdag 22 oktober, is het noodweer met on ophoudelijk regen, onweer en harde wind. Desondanks nemen de aantal len boten, zelfs in dit weer, nauwelijks af. In de maanden september en ok tober zijn er respectievelijk 150.000 en 220.000 vluchtelingen gearriveerd in Griekenland, waarvan de meesten op Lesbos. Dit betekent dat er hier op dit moment dagelijks tussen de 4.000 en 7.000 vluchtelingen arriveren, vooral op de noordelijke stranden, vanwaar ze verzameld worden, eerste opvang krijgen en lopend (ongeveer een dag lopen) of per bus (ongeveer 1,5 uur rij den) getransporteerd worden naar de twee opvangcentra in de buurt van de hoofdstad Mytilini. Onder de vluchte lingen zijn 23% kinderen, 15% vrou wen en 62% mannen. De vluchtelin gen zijn verder overal op het eiland te vinden, gehuld in plastic, dekens en alles wat kan beschermen tegen de
kou en de regen, tevergeefs in dit weer. De twee centra zijn voormalige deten tiecentra en zien er ook als zodanig uit. Het Centrum Kara Tepe is al leen bestemd voor Syrische vluchte lingen, vooral gezinnen. Het andere centrum, Moria, is gemengd Syrisch (alleenstaande mannen) en overige nationaliteiten, waar onder Afgha nen, Irakezen, Eritreeërs en Pakistani. Vooral in Moria zijn de omstandighe den mensonterend. De opvang en re gistratie zijn in handen van de Griekse overheid. Alles wat er aanvullend aan hulp verleend wordt moet in over leg met de lokale overheid gebeuren. Vluchtelingen moeten zich eerst laten registreren voordat ze opvang krijgen in een van de centra. De registratie gaat langzaam; er hebben zich lange rijen vluchtelingen gevormd, een voor gezinnen en een voor mannen. Men sen moeten buiten de centra wachten tot ze binnen gelaten worden voor re gistratie. De wachttijd in de rij kan op
lopen tot bijna een week (!), wanneer je de rij verlaat ben je je plek kwijt. Tijdens het wachten zijn er geen voor zieningen en geen onderdak. Mensen slapen onder olijfbomen, waar ze ook bidden en hun behoefte doen. Deze situatie creëert toestanden die nauwe lijks denkbaar zijn voor Europa. Zie ken, kinderen, zwangere vrouwen en andere kwetsbare groepen verblijven zonder voorzieningen. Vuilnis is op gehoopt tot een aaneengesloten laag van vuilnis en modder. De gezinnen liggen hierin. Er zijn veel frustraties en irritaties. Er is vooral grote frustratie onder de niet-Syrische mensen over de voorrang die Syrische vluchtelingen in de registratieprocedure hebben. Maar ook de omstandigheden in Moria roe pen veel boosheid en onmacht op. Ouders zijn ten einde raad omdat ze niet goed meer in staat zijn hun kin deren te beschermen. De situatie van de vele kinderen, gehuld in plastic en dekens voor zich uit starend, is schrij nend. Een enkele keer bij de toegangs
B e r i c ht e n u i t h e t v e ld
cogiscope 0415
hekken naar Moria, waar vluchtelin gen met de wapenstok door de politie worden weg geslagen, lopen de emo ties zo hoog op dat er rellen uitbreken. Gezien de omstandigheden is het een wonder dat de situatie niet meer en vaker uit de hand loopt, maar dat lijkt ook om te gaan slaan. De NGO’s en vrijwilligers (de meesten goed ingebed in organisaties) probe ren in deze chaos kwetsbare groepen zoals zieken, zwangere vrouwen, kin deren en alleenstaande minderjarigen te identificeren en te beschermen. En waar mogelijk hulp te bieden in de spaarzame voorzieningen, zoals op vangcabines voor vrouwen met baby’s en kinderen, opvang voor alleenstaan de minderjarigen en medische posten. Om kwetsbare groepen uit de rij te mogen halen moeten zij toestemming vragen aan de Griekse politie, die er vaak van uitgaat dat mensen simule ren, wat af en toe ook gebeurt, want mensen zijn wanhopig. We hebben be Vluchtelingen in Lesbos. September 2015 (Jaco Klamer/HH).
51
52
cogiscope
0 4 1 5 b e r i c ht e n u i t h e t v e ld
b e r i c ht e n u i t h e t v e ld grepen dat er tot nu toe drie suïcides plaats vonden onder de zogenaamde ama’s (alleenstaande minderjarige asielzoekers). Er is één blok van vier toiletten aanwezig, niet meer bruik baar. Omdat naast dit blok het enige waterpunt is durft ook niemand dat nog te gebruiken. Pas wanneer vluchtelingen toegela ten worden voor registratie kunnen ze gebruik maken van de voorzienin gen in het centrum, maar dan willen de meeste zo snel mogelijk een ticket bemachtigen (zelf te kopen) voor de boot naar Athene. De barakken in Moria staan daarom meestal leeg. Ook omdat de overheid volgens Eu ropese wetgeving iedereen in detentie van twee maaltijden moet voorzien en daar geen geld voor is. In deze omstandigheden vinden onze trainingen plaats. We trainen drie Griekstalige groepen (vooral UNHCR, NGO’s, kustwacht en politie) en twee Engelstalige groepen (UNHCR, NGO’s en vrijwilligers uit allerlei lan den). Voor veel deelnemers is het de eerste keer of een van de weinige mo menten dat ze uit het werk kunnen
stappen en kunnen reflecteren op het werk, de problemen die dit met zich meebrengt en hun eigen welzijn. De meesten zijn dan ook zeer vermoeid. Vooral de vrijwilligers die 7 dagen per week, vaak ook ’s avonds en ’s nachts, werken, zijn dodelijk vermoeid, waar door we de training vooral middels oefeningen en zoveel mogelijk door actieve participatie aanbieden. De rollenspelen en simulatieoefeningen, die een vast onderdeel zijn van Psy chological First Aid (PFA) lenen zich daar goed voor. De PFA training, mede ontwikkeld door WarTrauma, World Vision en WHO, leert helpers basisvaardigheden om support te kun nen geven aan mensen in een crisis situatie. Alle deelnemers ervaren het werk als bijzonder zwaar, zij staan tegenover een humanitaire crisis die ongekend is in Europa, met een groot tekort aan middelen, personeel en adequate organisatie.
War Trauma Foundation is onderdeel van een netwerk van NGOs betrokken bij geestelijke gezondheidszorg en psychosociale zorg. Deze groep heeft een aantal principes uit de PFA trainingen uitgelicht om tijdens deze crisis nog eens extra te benadrukken: 1 Behandel alle mensen met waardigheid en respect en stimuleer onafhankelijkheid. 2 Reageer op mensen in nood in een humane en ondersteunende manier. 3 Geef informatie over diensten en ondersteuning; een belangrijke bron van stress voor mensen ‘on the move’ is het gebrek aan informatie. 4 Zorg voor relevante psycho-educatie en het gebruik van de juiste taal. Vermijd het gebruik van klinische termen buiten klinische settings. Geen woorden gebruiken als 'getraumatiseerd', 'psychotrauma', 'PTSS' om een hele bevolking te duiden. 5 Houd families samen en versterk de ondersteuning door de familie en medereizigers zelf. Familie en sociale ondersteuning zijn de beste bescherming in tijden van nood en hechting aan een zorgzame volwassene is een belangrijke beschermende factor voor kinderen. 6 Zorg voor interventies die cultureel relevant zijn met een adequate tolk/ vertaler. 7 Identificeer en bescherm de kwetsbare groepen zoals kinderen, ouderen, zwangeren en gehandicapten. Bovenstaande zult u wellicht beschouwen als ‘common sense’ maar de praktijk blijkt anders. PFA is een set van eenvoudige regels en technieken voor professionals en niet-professionals inclusief vrijwilligers om op een humane manier om te gaan met mensen in nood. Voor meer informatie:
[email protected] Met dank aan Margriet Blaauw en Jelly van Essen Leontien Ruttenberg, directeur War Trauma Foundation
B e r i c ht e n u i t h e t v e ld
cogiscope 0415
53
- advertentie -
Netwerk Psychotrauma Nederland opgericht voor betere zorg
Geen noodhulp zonder psychosociale hulp War Trauma Foundation helpt mensen en gemeenschappen die zijn getroffen door oorlog, geweld of andere humanitaire rampen. Dagelijks worden we in de media geconfronteerd met enorme vluchtelingenstromen en de schrijnende omstandigheden waarin deze kinderen, vrouwen en mannen moeten overleven. War Trauma Foundation helpt mensen om te gaan met de psychosociale gevolgen van oorlog en geweld, onder meer door het trainen van de hulpverleners die zich iedere dag opnieuw inzetten voor de opvang en zorg voor vluchtelingen.
Steun ons werk. Helpt u mee met uw donatie?
Maak een gift over op ING Bank NL29INGB0000001050 t.n.v. War Trauma Foundation, Diemen. Meldt u aan als donateur, vrijwilliger of voor onze nieuwsbrief via www.wartrauma.nl
Om de kwaliteit van de psychotraumazorg in Nederland verder te verbeteren en samen te werken aan innovaties op dit terrein is op 18 september jl. het Netwerk Psychotrauma Nederland (NPN) opgericht. De instellingen die zich hierin verbonden hebben zijn GGZinstellingen die psychotraumazorg als specialistisch aanbod leveren, te weten: • Stichting Centrum ’45, Arq Psychotrauma Expert Groep, Oegstgeest/Diemen • GGZ Drenthe, Top referent traumacentrum en De Evenaar, Beilen • Mediant, Centrum voor Psychotrauma, Enschede • PsyQ Psychotrauma, Parnassia Groep, Den Haag • Reinier van Arkel, Psychotraumacentrum ZuidNederland, Den Bosch • Rivierduinen,Psychotrauma centrum, Leiden • Sinai Centrum, Amstelveen Ook de militaire GGZ en het Landelijk Zorgsysteem Veteranen
(LZV) participeren actief in het NPN. Bovenstaande instellingen leveren op dit moment gezamenlijk het overgrote deel van de psychotraumazorg in Nederland, met name de meer specialistische zorg. Het NPN zal zich in gaan spannen voor de hele psychotrauma zorgketen van preventie tot en met de hoog specialistische zorg. De instellingen van het NPN zullen een belangrijke bijdrage gaan leveren aan het tot stand komen van de landelijke zorgstandaard Traumaen stress gerelateerde stoornissen, waarin samen met (ex)patiënten gezocht wordt naar de beste wijze van zorg. Het doel zal steeds zijn om kennis rond psychotrauma te bundelen en te delen om van daaruit, ondersteund door wetenschappelijk onderzoek, te komen tot vernieuwing in de zorg. Dit moet steeds weer leiden tot verbetering van het welzijn van individuen én hun directe naasten, die getroffen zijn door traumatische gebeurtenissen.
54
cogiscope
0 4 1 5 b e r i c ht e n u i t h e t v e ld
b e r i c ht e n u i t h e t v e ld
Samenwerking IVP en Arq Academy Het Instituut voor Psychotrauma (IVP) en de Arq Academy gaan vanaf 2016 intensief samenwerken. De doelgroep bestaat onder andere uit gemeenten, overheidsbedrijven, ziekenhuizen, docenten/scholen, vrijwilligersorganisaties, huisartsen en POH. U kunt lezingen, workshops en trainingen aanvragen over de volgende onderwerpen. Ze worden altijd op maat voor u gemaakt: - Een vluchtelingen kind in de klas (voor docenten)
- Een ziek kind van getraumatiseerde ouders (voor teams in ziekenhuizen) - Omgaan met getraumatiseerde ouders (voor docenten) - Een vluchtelingengezin in de wijk (voor gemeenteambtenaren) - Een trauma in mijn team (voor diverse soorten organisaties) Voor informatie kunt u terecht bij Barbara Lieuwen via
[email protected] of Willeke Kuijpers via
[email protected]
Summer School complex trauma en complexe PTSS In 2016 organiseert de Arq Academy in samenwerking met de Universiteit van Utrecht in de periode van 18 – 22 juli in Utrecht een Summer School over complex trauma en complexe PTSS: diagnose en behandeling. Deze internationale Summer School biedt zowel beginnend als ervaren behandelaren en onderzoekers de kans zich in een week bij te scholen op het gebied van de diagnose en behandeling van complex trauma en complexe PTSS.
De voertaal is Engels. Docenten zijn o.a. prof. dr. Andreas Maercker, prof. dr. Berthold Gersons, prof. dr. Paul Boelen, prof. dr. Rolf Kleber, dr. Jackie June ter Heide, dr. Simone de la Rie en dr. Mariel Meewisse. Voor meer informatie www.utrechtsummerschool.nl of
[email protected]
Scholingsaanbod Arq Academy ism RINO NH rn PSy-Zo! De Arq Academy werkt sinds 2011 voor bij- en nascholing van zorgprofes sionals samen met RINO NH. Samen bieden wij onder meer de opleiding tot gecertificeerd psychotraumatherapeut (NtVP) aan. Vanaf 2015 werkt de Arq Academy ook samen met Psy-Zo! uit Groningen. Hieronder treft u het vaste aanbod opleidingen aan dat via de RINO NH, Psy-Zo! of de Arq Academy wordt aangeboden. Informatie en aanmelding via de websites van de RINO (www.rino.nl) en Psy-Zo! (www.psy-zo.nl) en via
[email protected]. Voor in company trainingen kunt u zich wenden tot
[email protected].
Narratieve Exposure Therapie (NET) (4 daagse opleiding) Behandeling van complexe PTSS Module 4 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - Februari – september 2016 (Groningen bij Psy-Zo!) - Maart – september 2016 (Diemen bij Arq Academy - September 2016 – mei 2017 (Amsterdam bij RINO NH) Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP) (4 daagse opleiding) Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiek Module 4 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - Maart 2016 – oktober 2016 (Groningen bij Psy-Zo!) - April 2016 – oktober 2016 (Amsterdam bij RINO NH) - September 2016 – maart 2017 (Diemen bij Arq Academy)
S c h o l i n g s aanb o d A r q A c ad e m y
EMDR – basis (4 daagse opleiding) Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma - Februari – april 2016 (Amsterdam bij RINO NH) - September – november 2016 (Amsterdam bij RINO NH) EMDR – vervolgcursus (4 daagse opleiding) Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma Module 3 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - September – november 2016 (Amsterdam bij RINO NH) Behandeling van getraumatiseerde gezinnen (2 daagse opleiding) Een trauma heb je nooit alleen! Module 6 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - 3 en 10 juni (Amsterdam bij RINO NH) - 16 en 23 september (Groningen bij Psy-Zo!) Trauma en Cultuur (2 daagse opleiding) Het belang van de culturele aspecten bij diagnostiek en behandeling Module 6 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - 8 en 22 april (Amsterdam bij RINO NH) Psychotrauma en Ouderen (2 daagse opleiding) Ouder worden met een trauma Module 6 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - 3 en 4 november (Groningen bij Psy-Zo!) - 18 en 25 november (Amsterdam bij RINO NH)
cogiscope 0415
Traumatische rouw (1 daagse opleiding) Overleven van een trauma Module 6 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - 22 april (Amsterdam bij RINO NH) - 30 september (Groningen bij Psy-Zo!) - 14 oktober (Amsterdam bij RINO NH) Basisopleiding Psychotrauma voor BIG (i.o.) (5 daagse opleiding) Inleiding psychotrauma – diagnostiek en indicatiestelling – CAPS 5 training – stabilisatie Modules 1, 2 en 5 van de opleiding tot psychotraumatherapeut - Maart – april 2016 (Diemen bij Arq Academy) - September – oktober 2016 (Amsterdam bij RINO NH) Basisopleiding Psychotraumavoor HBO en basispsychologen (6 daagse opleiding) Kenmerken, diagnostiek en behandeling - Oktober – december 2016 (Amsterdam bij RINO NH) Herkennen van PTSS bij patiënten met niet-westerse achtergrond (1 daagse opleiding) Cultuur en trauma in de POH –GGZ praktijk - 17 juni 2016 (Amsterdam bij RINO NH) - 11 november 2016 (Amsterdam bij RINO NH)
55
56
cogiscope
0415
ARq-BoeKeNReeKs
- advertentie -
ARq-BoeKeNReeKs Arq psychotrauma expert groep en Uitgeverij Boom geven samen een reeks wetenschappelijke boeken en ebooks uit op het gebied van psychotrauma. De boeken zijn te bestellen via de websi te van Uitgeverij Boom (www.boompsychologie.nl) en zijn ook te leen in de bibliotheek van cogis. Linking postdisaster mental health to the erosion of social fabric Tim Wind, proefschrift 2013 € 24,90 ISBN 9789089531957
prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (redactie)
Psychotrauma wel beschouwd prof. dr. Peter van der Velden, dr. Trudy Mooren en dr. Jeroen Knipscheer (red.)
Psychotrauma wel beschouwd. Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
Psychotrauma wel beschouwd. Liber amicorum voor prof. dr. Rolf Kleber Peter van der Velden, Trudy Mooren en Jeroen Knipscheer (red.), 2015 € 20,50, ISBN 978905875467
Liber amicorum voor prof. dr. Rolf J. Kleber
>
An eye for complexity: Jackie June ter Heide
An eye for complexity: EMDR versus stabilisation in traumatised refugees
www.arq.org www.uitgeverijboom.nl
Levensverhalen en psychotrauma
Narratieve Exposure Therapie in theorie en praktijk
Narratieve Exposure Therapie in theorie en praktijk
To answer these questions, we examined comparative data from the Enschede Fireworks Disaster Study, looking at affected ethnic minorities, affected Dutch natives and non-affected ethnic minority and Dutch natives. Furthermore, we conducted in-depth interviews with Dutch Turkish people affected by the fireworks disaster. Finally, we used a GPmonitor, a record of all problems, diagnoses and interventions used to address the impact of the disaster. The overall conclusion is that the impact of a disaster tends to be greater for affected ethnic minorities than for affected Dutch natives. The reason for this discrepancy can be found in the fact that ethnic minority populations tend to live in a more vulnerable situation before a disaster, and that probably increases the negative psychosocial impact after the disaster.
The author of this thesis is Anna Neeltje (Annelieke) Drogendijk. She is the director of the Impact Knowledge and advice centre for psychosocial care concerning critical incidents. She worked for 11 years as a researcher with the Institute for Psychotrauma.
ISBN 978-9-4610563-7-5
>
S.064.008 Arq_cover_RuudJongedijk_11.indd 1
25-02-14 14:10
S.064.003 Arq_covers_ANDrogendijk_wt.indd 2
A new generation: how refugee trauma affects parenting and child development Elisa van Ee, proefschrift 2013 € 24,90 ISBN 9789089532671 Elisa van Ee
A new generation: How refugee trauma affects parenting and child development
Elisa van Ee
A new generation: How refugee trauma affects parenting and child development
Trauma and loss have a significant impact on asylum seeker and refugee families as a whole that extends beyond individual mental health. To provide a warm, continuous, and intimate relationship to the child is quite a challenge when a parent suffers from PTSD symptoms. In families, the relational aspects of adjustment after war and violence may be most salient in young children because of their relatively greater dependence on caregivers. Nevertheless, despite the recognition of the reciprocal relationship between the mental health of asylum seeker and refugee parents and their children, most research has so far focused on individual responses. The mechanisms through which children without a trauma-history can be affected by the traumatization of their parents remain understudied. A new generation uncovers the effect of parental traumatization on parenting and child development by a unique combination of parental report and close observations of parent-child interaction and attachment of asylum seeker and refugee mothers, fathers and their young children (born in the Netherlands). The results lead to the conclusion that symptoms of posttraumatic stress can affect parenting behavior and child development. By combining a trauma and attachment perspective a new generation is able to add new insights to the existing evidence. A separate section is devoted to children born of wartime rape. These children are particularly vulnerable and their case is complex as their needs intertwine with the needs of their mothers or their cultural community. A new generation offers innovative insights into a comprehensive perspective that considers the needs and rights of both children and mothers.
About the author Elisa van Ee is a clinical psychologist and psychotherapist affiliated with Foundation Centrum ’45, the Dutch national institute for specialist diagnostics and treatment of psychotrauma resulting from persecution, war and violence.
ISBN 978-9-0895326-7-1
Elisa van Ee
A new generation:
How refugee trauma affects parenting and child development
www.arq.org
9
Boom_Arq_ElisaVanEe_covers_def.indd 1
789089
532671
>
25-09-13 14:31
Anna Neeltje Drogendijk
Long term psychosocial consequences for disaster affected persons belonging to ethnic minorities
The central question of this thesis is: what is the impact of a disaster on ethnic minorities? Is the mental health impact of a disaster greater for affected ethnic minorities than for affected Dutch natives? What is the relationship between acculturation into the Dutch community and the social support systems that address mental health problems after a disaster? And concerning after-care, do General Practitioners recognise mental health problems that arise from the disaster?
www.boompsychologie.nl
056375
Anna Neeltje Drogendijk
Long term psychosocial consequences for disaster affected persons belonging to ethnic minorities
In recent years, an increasing number of studies have been published indicating several psychosocial consequences of disasters. Only some of these studies specifically address the effects on non-Western populations. This thesis complements the growing body of literature on ethnic minorities. It describes the psychosocial consequences for ethnic minorities affected by the Enschede Fireworks Disaster in The Netherlands in 2000.
Ruud Jongedijk is psychiater en directeur Zorg & Innovatie bij Stichting Centrum ’45 en Arq Psychotrauma Expert Groep. Hij heeft NET als behandelmethode in Nederland geïntroduceerd en heeft NET-trainingen en supervisietrajecten opgezet.
789461
Anna Neeltje Drogendijk
Experiencing a disaster can profoundly affect one’s psychological well-being. The impact can last even longer when there are ongoing adversities, such as severe physical health issues, property damage, forced relocation or financial loss.
Dit inspirerende boek is een aanrader voor traumatherapeuten en voor hen die geïnteresseerd zijn in levensverhalen bij getraumatiseerde mensen.
9
Long term psychosocial consequences for disaster affected persons belonging to ethnic minorities Annelieke N. Drogendijk, proefschrift 2012 € 19,90 ISBN 9789461056382
Long term psychosocial consequences for disaster affected persons belonging to ethnic minorities
Dit eerste Nederlandse handboek over NET bevat een praktische handleiding over de behandelmethodiek, met veel voorbeelden en casuïstiek. Diverse gerenommeerde auteurs belichten NET vanuit hun eigen invalshoek: levensverhalen van de vrouwen van Srebrenica, zwijgen als coping bij seksueel trauma, biografie en hechting bij vroeg getraumatiseerde kinderen, getuigenistherapie, NET in Uganda, NET bij ouderen, KIDNET, NET en dissociatie en NET in een groepssetting.
Ruud Jongedijk
Speciaal voor deze PTSS-patiënten is Narratieve Exposure Therapie (NET) ontwikkeld. Het doel van NET is de patiënt het overzicht over zijn gehele leven te geven en om de traumatiserende gebeurtenissen te integreren in het levensverhaal. Dit gebeurt op basis van drie pijlers: de chronologische levenslijn, de narratieve exposure en het getuigenisverslag. NET is inmiddels een bewezen effectieve behandelvorm.
Levensverhalen en psychotrauma
Levensverhalen en psycho trauma. Narratieve exposure therapie in theorie en praktijk Ruud Jongedijk, 2014 € 37,50 ISBN 9789461056375 Voor PTSS-patiënten zijn er succesvolle traumagerichte therapieën zoals CGT of EMDR. Deze behandelingen zijn niet altijd toereikend en kunnen ook te belastend zijn voor patiënten die in het verleden meerdere en complexe traumatiserende gebeurtenissen hebben meegemaakt.
ISBN 9789461057884
9 789461 057884 >
19-10-12 13:16
Trauma en beschaving. Een historischsociologisch on derzoek naar de opkomst en verbreiding van de zorg voor slachtoffers van schokkende gebeurtenissen Frank Hermans, 2010 € 36,90 ISBN 9789461053336
Geert E. Smid
Geert E. Smid
Deconstructing delayed posttraumatic stress Geert Smid, proefschrift 2011 € 15,90 ISBN 9789461057884
Deconstructing Delayed Posttraumatic Stress Disorder
Ruud Jongedijk
Levensverhalen en psychotrauma
Verbinden na trauma
Miranda Olff is bijzonder hoogleraar Neurobiological mechanisms of prevention and treatment in trauma and PTSD aan de Universiteit van Amsterdam vanwege Stichting Arq Psychotrauma Onderzoek. Daarnaast is zij editor-in-chief van de European Journal of Psychotraumatology (EJPT).
>
Ruud Jongedijk
Miranda Olff
Verbinden na trauma
Verbinden na trauma Miranda Ollf, Oratie 2012 e-book € 9,95 ISBN 9789461273833
Mental health in war affected populations Pim Scholte, proefschrift 2013 € 19,90 ISBN 9789461057631
EMDR versus stabilisation in traumatised refugees
Miranda Olff
Een ongeval, overval, brand of uit de hand gelopen caféruzie; het kan iedereen overkomen. Bij zo’n tien procent van de slachtoffers leidt een dergelijke gebeurtenis tot een posttraumatische stress-stoornis (PTSS). Traumatische ervaringen doen iets met de werking van het angstsysteem en met ons gevoel van veiligheid en vertrouwen. In haar oratie zet Miranda Olff uiteen hoe het angstsysteem bij PTSS ontregeld raakt. Ook schetst ze het belang van regulatie hiervan door het oxytocinesysteem. Dit systeem, waarbij de sociale context een grote rol speelt, stimuleert gevoelens van veiligheid en verbondenheid: aspecten die juist bij PTSS zo verstoord zijn.
Jackie June ter Heide
An eye for complexity. EMDR versus stabilisation in traumatised refugees Jackie June ter Heide, proefschrift 2015 € 20,50, ISBN 9789089539175
Trauma, lichaamsbeleving en seksualiteit. Een geïntegreerd behandelprogramma met bewegings, lichaamsgerichte en verbale componenten Mia Scheffers en Ria Helleman, 2013 e-book € 10,50 ISBN 789461052643
Deconstructing Delayed Posttraumatic Stress Disorder
Van de voorzitter Sterker door verbinding. Hoe gaat deze missie ons af? De balans maken we op in de komende algemene ledenvergadering op 21 januari 2016. Hier vast een voorproefje. Als nieuw bestuur zijn we nu een jaar verder. De NtVP groeit. Het aantal leden en de aanmeldingen voor de registratie tot Psychotraumatherapeut NtVP nemen toe. Onze inzet wordt dus gewaardeerd! We zijn beter zichtbaar door social media en op de website is steeds meer inhoudelijke informatie te vinden. Het nieuws wordt opgepikt. Dat blijkt uit persoonlijke feedback van leden, de likes en commentaren op LinkedIn en Twitter. Ook betaalt de inzet van ons nieuwe secretariaat uit, zowel in service als in kosten. Het plan voor een nieuwe website met meer functionaliteit ligt klaar om gebouwd te worden. De organisatie van het bestuur werkt. De bestuursleden zijn niet enkel een denktank, zij coördineren ook de porte feuilles communicatie, certificering, en kennisontwikkeling en kennisverspreiding. Commissieleden zetten zich op hun beurt in voor de deeltaken binnen een portefeuille. Als voorbeeld, de portefeuille communicatie is opgedeeld in deeltaken social media, Cogiscope, nieuwsbrief en website. Op deze manier blijven taken overzichtelijk. Dat is nodig voor onze geweldige groep aan betrokken leden. Zij zetten zich vrijwillig voor onze vereniging in, ongeacht hun toch al drukbezette agenda’s. Tijdens de algemene ledenvergadering presenteren we de plannen voor komend jaar. De voorbereidingen van een ‘controversieel’ congres zijn ook in volle gang. Ik hoop u daar en bij de ledenvergadering te ontmoeten! Samen maken we een sterke vereniging. Mariel Meewisse
NtVP-Katern
cogiscope 0415
57
Rafaële Huntjens
Vooruitblik op 2016
Nieuws vanuit de portefeuille kennis ontwikkeling en kennisverspreiding Binnen het bestuur van de NtVP heeft de portefeuille kennisontwikkeling en kennisverspreiding als doelstelling het bijhouden, ontwikkelen en actief aanbieden van relevante inhoudelijke kennis over het kennisgebied psychotrauma bij professionals aan de leden. Voor 2016 zijn er mooie plannen op het gebied van kennisontwikkeling en kennisverspreiding. Ten eerste zal op donderdag 26 mei 2016 het jaarlijkse NtVP congres plaatsvinden in congrescentrum De Werelt in Lunteren. Het thema van het congres is ‘Controversen in de zorg na psychotrauma’. Onder leiding van prof. Paul Boelen zal de congrescommissie, waarin alle beoogde doelgroepen vertegenwoordigd zijn, een mooi programma samenstellen. Daarnaast zullen we in 2016 diverse lezingen organiseren waaronder als kickoff twee lezingen gekoppeld aan de Algemene Leden Vergadering op 21 januari 2016, gepresenteerd door Jannetta Bos (Centrum ’45, Equator) over het thema walging en door
Anja Lok (AMC Psychiatrie) over het thema obsessief compulsieve stoornis en traumatische ervaringen. Ook zijn er in 2015 een aantal nieuwe Spe cial Interest Groups (SIGs) van start gegaan welke bijeenkomsten zullen hebben in 2016. De SIG ‘Young Minds’ is een netwerk voor PhD studenten op het gebied van psychotrauma (contactpersoon voor geïnteresseerde deelnemers is Marieke van Meggelen,
[email protected]). De SIG ‘Opvang en Vroege Interventies’ heeft als doel om kennis en ervaringen uit te wisselen onder medewerkers die opvang verlenen binnen de brandweer, politie, slachtofferhulp, ziekenhuizen, ambulance en gerelateerde organisaties (contactpersoon Lucy Dijkman,
[email protected]). De derde SIG richt zich op het genereren van meer kennis over de behandeling van PTSS met ernstige (comorbide) problematiek en dissociatieve stoornissen (contactpersoon Rafaële Huntjens,
[email protected]). Tenslotte zullen we op onze nieuwe website
58
cogiscope
0415
die begin 2016 de lucht ingaat, de missie van het NtVP als kenniscentrum verder vorm geven. Zo zullen we informatie over (diagnostische) instrumenten en veel gebruikte vragenlijsten op het gebied van psychotrauma opnemen. Ook zullen we via de website en andere sociale media nog meer dan nu kennis delen over recente onderzoeksbevindingen. Tevens zullen we aandacht gaan besteden aan lopend onderzoek en cliënten de mogelijkheid bieden om hier ook zelf aan deel te nemen. Ten slotte hopen we video tutorials beschikbaar te stellen voor behandelaars waarin onder andere nieuwe behandeltechnieken gedemonstreerd worden. Met ons aanbod hopen we alle leden een leerzaam en gevarieerd kennisjaar te bieden!
Dr.Rafaële Huntjens is universitair docent Experimentele Psychopathologie aan de Rijksuniversiteit Groningen en lid van het bestuur van de NtVP.
NtVP-Katern
Joanne Mouthaan
Congresverslag
Back to Basics in New Orleans: hoogtepunten van de 31e ISTSS Meeting Met een sterk wetenschappelijk programma onder Nederlandse leiding van ISTSS president, en voormalig NtVP-voorzitter, Miranda Olff (Academisch Medisch Centrum, Arq Psychotrauma Expert Groep) en scientific chair Bernet Elzinga (Universiteit Leiden) deed de 31e ISTSS bijeenkomst haar congresthema Back to Basics eer aan. Tegen de bruisende achtergrond van New Orleans werden trauma en PTSS onder de loep genomen, variërend van neurobiologische systemen en de psychologische structuur tot geavanceerde methodologische technieken, zoals neuroimaging, machine learning en Bayesiaanse statistiek. John Krystal (Yale School of Medicine) gaf de neurobiologische track een sterke start met een overzicht van de huidige crisis op het gebied van farmacotherapie voor PTSS. Op dit moment kan er gekozen worden uit slechts twee typen SSRI’s voor PTSS-behandeling, zijn er in het afgelopen decennium geen nieuwe psychofarmaca bijgekomen en investeert de farmaceutische industrie minimaal in nieuw onderzoek. Tegelijkertijd krijgen cliënten diverse combinaties medicatie voorgeschreven die niet wetenschappelijk onderbouwd zijn. Een systeembenadering van het brein kan nieuwe in-
zichten opleveren en leiden tot een rationale achter de ontwikkeling van PTSS-psychofarmaca. Een andere rode draad vormde onderzoek naar de latente structuur, klassen en predictoren voor de huidige PTSS-diagnose in DSM-5. Onder meer dit jaar’s Young Professional Award winnares Cherie Armour (University of Ulster, Northern Ireland, UK) toonde aan dat PTSS-symptomen in verschillende populaties beter verklaard worden door een model met zeven in plaats van vier factoren, waar bij naast de huidige clusters intrusies, vermijding en negatieve veranderingen in stemming en cog nitie, ook anhedonie, externaliserend gedrag, dysforische arousal en angstige arousal worden onderscheiden. Met name de typering van de affectieve PTSS-symptomen in de DSM-5 heeft consequenties voor onze huidige kennis over de incidentie van PTSS en comorbide depressie na trauma. In het volle congresschema was evenwel ruimte om stil te staan bij de vergaande gevolgen van trauma op individueel en maatschappelijk niveau. ‘A sense of place’, het gevoel ergens thuis te horen, was de kernboodschap van de openingslezing over de kinderen getroffen door orkaan Ka-
NtVP-Katern
trina tien jaar later. De persoonlijke ervaringen van deskundigen en overlevenden maakten het leed dat de inwoners van de stad nog dagelijks ervaren, maar ook hun veerkracht, tastbaar. In een speciaal toegevoegde sessie over de actuele vluchtelingensituatie belichtte Stuart Turner (Trauma Clinic, Londen) hoe huidig politiek migratiebeleid, wat een groot beroep doet op bewijslevering van traumatische gebeurtenissen en daardoor op het ophalen van traumatische herinneringen, in feite bijdraagt aan de dupering en ook buitensluiting van de zwaarst getraumatiseerde groepen. In een videowelkomstboodschap benadrukte first lady Michele Obama de impact van de ISTSS als vakvereniging en voorvechter van de belangen van traumagetroffenen, zoals veteranen en hun partners en het tegengaan van stigma’s van hulpzoeken. Het afsluitende supervisiepanel gaf een passend beeld van de crossculturele klinische relevantie van alle basic science waarin de belangrijkste take home message was om de wetenschappelijke evidentie te gebruiken als kapstok om cultureel sensitieve behandeling te bieden. Door deze gevarieerde en hoog kwalitatieve programmering bewees de ISTSS met deze bijeenkomst nogmaals haar toonaangevende positie in het psychotraumaveld. Het gehele programma en eventuele geluidsopnamen van de symposia zijn te vinden op www.ISTSS.org. Dr. Joanne Mouthaan is werkzaam als docent klinische psychologie aan de Universiteit Leiden en is eindredacteur van het NtVP-katern Cogiscope Meeting poster ISTSS 2015
cogiscope 0415
59
60
cogiscope
0415
NtVP-Katern
rubriek Supervisievraag en -antwoord Oproep voor de rubriek Supervisievraag en -antwoord Hebt u casuïstiekvragen over diagnostiek, indicatiestelling of behandeling, stuur die dan naar
[email protected]. Diverse experts in de psychotraumazorg beantwoorden uw vraag binnen deze rubriek in een volgende uitgave van Cogiscope of op www.NtVP.nl In deze editie van de rubriek stelt drs. Martine Daniëls, GZ-psycholoog i.o. tot Klinisch Psycholoog GGZ Noord-Holland Noord, een vraag over geheugenproblemen en traumabehandeling. Vraag In hoeverre zijn geheugenproblemen t.g.v. een Elektro Convulsieve Therapie (ECT) een contraindicatie voor traumabehandeling? Het betreft een cliënte waarbij middels de ECT de depres sieve klachten zijn verminderd, de ECT wordt langzaam afgebouwd, maar de PTSS moet nog behandeld worden.
Antwoord van de expert Een interessante vraag met meerdere aspecten waar we hier, vanuit het oogpunt van één van de evidence based behandelingen voor psychotrauma (Eye Movement Desensitization and Reprocessing, EMDR), nader op in willen gaan. De patiënten waar de vraag betrekking op heeft, en die in aanmerking komen voor ECT, hebben een ernstige depressie die onvoldoende reageerde op de eerdere behandelingen zoals beschreven in de Multidisciplinaire Richtlijn (2013) voor depressie (zie www.ggzrichtlijnen.nl). Ernstige depressie gaat vaak gepaard met diverse cognitieve klachten waaronder ook geheugen problemen. Bij zeer ernstige psychotische depressie kan er zelfs een amnesie voor de ernstige ziekteperiode zijn. Tot 70% van de patiënten die ECT hebben ondergaan, geven aan last te hebben gehad van hun geheugen, echter bij neuro psychologisch onderzoek worden lagere percentages gevonden. Met het verbeteren van de depressie door ECT verbeteren in het algemeen ook de cognitieve functies gemeten met bijvoorbeeld de Mini Mental State Examination (MMSE). De specifieke geheugenklachten veroorzaakt door (tijdens) ECT bestaan uit anterograde en retrograde amnesie. Na het beëindigen van de ECT-
kuur verbetert de anterograde amnesie, meestal binnen twee maanden. Ook retrograde amnesieklachten verbeteren na het stoppen van de ECTkuur, maar dit kan langer, een half jaar tot een jaar, duren en soms nog langer. Helaas blijkt in de klinische praktijk dat de trauma gerelateerde herinneringen door ECT niet worden uitgewist. De trauma gerelateerde herinneringen zijn nog beschikbaar en indien er sprake is van PTSS ook nog geactiveerd. Om te beoordelen of de geheugenklachten de EMDR behandeling zouden kunnen verstoren, gaan we kort in op de meest actuele verklaring voor de werking van EMDR; de werkgeheugentheorie. Het uitgangspunt van deze theorie is dat het menselijk korte termijn- of werkgeheugen verschillende taken tegelijkertijd kan uitvoeren. Het werkgeheugen heeft echter een beperkte aandachtscapaciteit met als gevolg dat door het uitvoeren van de ene taak de prestaties op een andere taak – zoals het in gedachten ophalen en vasthouden van geheugenbeelden – onder druk komen te staan en worden onderbroken. Ook wordt de aandacht die gericht is op het beoordelen van een herinneringsbeeld afgeleid door de oogbewegingen en wordt er tegelijkertijd een soort van afstand gecreëerd tot het herinneringsbeeld door de instructies die tijdens EMDR worden gegeven. Hierdoor vindt er ‘verval’ (desensitisatie) van de herinneringsbeelden plaats en neemt de helderheid en de emotionele lading van de herinnering steeds meer af als deze naar het lange termijn geheugen wordt
NtVP-Katern
cogiscope 0415
61
Over de NtVP weggeschreven. Kortom, de werkgeheugentheorie voorspelt dat concentratie op een afleidende stimulus tot een vermindering van helderheid en emotionaliteit van een geheugenrepresentatie leidt (Engelhard, Van den Hout, Janssen & Van der Beek, 2010; Günter & Bodner, 2008; Maxfield, 2008). Voorwaarde voor EMDR behandeling is dat de herinneringsbeelden kunnen worden opgeroepen en dat de patiënt in staat is om de aandachtstaak uit te voeren. Het beeld dat overblijft nadat de aandacht is gericht op de taak, wordt opnieuw opgeslagen maar nu als minder beladen dan voorheen. Anterograde amnesie zou het opslaan van het door EMDR gewijzigde herinneringsbeeld kunnen bemoeilijken. Het verdient dan ook aanbeveling om bij patiënten na ECT na te gaan of er sprake is van anterograde amnesie en als dat het geval is de EMDR behandeling uit te stellen tot het moment waarop nieuwe ervaringen weer goed kunnen worden opgeslagen en gereproduceerd. Meestal blijkt dat na twee maanden het geval. Retrograde amnesie zou, theoretisch, er toe kunnen leiden dat de patiënt zich de traumatische gebeurtenis niet meer herinnert en dus niet op kan halen. De geheugenklachten vormen volgens ons dan ook geen reden om af te zien van een EMDR behandeling van de PTSS, tenzij het een patiënt betreft die duidelijke en klinisch relevante inprentingsstoornissen na ECT heeft. In dat geval zou
één tot twee maanden gewacht kunnen worden met EMDR tot de geheugenklachten verminderd zijn. Overigens wordt er momenteel op verschillende plaatsen vergelijkend onderzoek gedaan naar de effectiviteit van EMDR bij depressie als primaire stoornis (Wood & Ricketts, 2013). Referenties Engelhard I.M., M.A. van den Hout, W.C. Janssen & J. van der Beek (2010), ‘Eye movements reduce vividness and emotionality of ‘‘flashforwards’’’, in: Behavior Research and Therapy, 48, 442–447. Gunter, R. W. & G.E. Bodner (2008), ‘How eye movements affect unpleasant memories: Support for a working memory account’, in: Behavior Research and Therapy, 46, 913-931. Maxfield, L. (2008), ‘Considering mechanisms of action in EMDR’, in: Journal of EMDR Practice and
De Nederlandstalige Vereniging voor Psychotrauma (NtVP) is een onafhankelijke vereniging, die streeft naar continue kwaliteitsverbetering op het gebied van psychotraumatologie voor diegenen die zich professioneel of binnen een professionele organisatie met psychotrauma bezighouden. Dit doet de NtVP door zich in te zetten voor: n het ontwikkelen en verbeteren van kennis, opleiding, wetenschappelijk onderzoek en standaarden ten aanzien van de preventie, het ontstaan, diagnostiek en de behandeling van aan psychotrauma gerelateerde klachten; n het bieden van een multidisciplinair netwerk met psychotrauma expertise, waarin kennis wordt gedeeld en leden discussie voeren ter bevordering van hun professionele ontwikkeling; n het behartigen van de belangen van het vakgebied van psychotraumatologie.
Research, 2, 234-238. Wood, E. & T. Ricketts (2013), ‘Is EMDR an Evidenced-Based Treatment for Depression? A Review of the Literature’, in: Journal of EMDR Practice and Research, 7 (4), 225-235.
De NtVP maakt deel uit van de Europese vereniging voor Psychotrauma (ESTSS). De ESTSS heeft verbindingen met een groot aantal nationale verenigingen, waardoor een Europees breed netwerk van Psychotrauma verenigingen ontstaat. www.ntvp.nl
Experts dr. Yanda van Rood, klinisch psycholoog en psychotherapeut, en dr. Irene van Vliet, psychiater, zijn beiden werkzaam bij de afdeling psychiatrie van het Leids Universitair Medisch Centrum.
Dit katern binnen de Cogiscope wordt verzorgd door de werkgroep Communicatie van de Nederlandstalige Vereniging voor Psychotrauma. Redactie:
Joanne Mouthaan en Ellen Klaassens
Contact:
[email protected] © NtVP 2015
62
cogiscope
0415 Boeken
b o e k e n Voor meer boeken, artikelen en dvd’s bezoek onze bibliotheek www.cogis.nl/bibliotheek
Alexander, Pamela C. (Ed.), Intergenerational Cycles of Trauma and Violence: An Attachment and Family Systems Perspective, NY: W.W. Norton & Company, 2015.
Acarturk, Ceren; Emre Konuk,
ISBN 9780393707182, 370 pagina’s.
Mustafa Cetinkaya, Ibrahim
De auteur richt zich in dit boek op de veelzijdige hechtingsrelatie tussen ouder en kind en plaatst deze in een breder familie-systeem, en integreert klinische ervaring met neurobiologische en epigenetische effecten van trauma op de lange termijn. Praktijkvoorbeelden worden met literatuurverwijzingen ondersteund. Oorzaken van trauma die buiten de familiecontext liggen, met inbegrip van (het blootstaan aan) gevechtshandelingen, terrorisme, pleegzorg en detentie van ouders worden besproken. Tot slot analyseert Alexander de verschillende bronnen van veerkracht - de neurobiologische, het individu, de relationele en de sociale - om de professional in staat te stellen effectieve interventies te formuleren om de cirkel van trauma en geweld te doorbreken.
Senay, Marit Sijbrandij, Pim Cuijpers, Tamer Aker, ‘EMDR for Syrian refugees with posttraumatic stress disorder symptoms: Results of a pilot randomized controlled trial’, in: European Journal of Psychotraumatology. Vol.6 May 2015. doi: 10.3402/ejpt.v6.27414 (Open access)
De meest voorkomende psychische problemen onder vluchtelingen zijn depressie en PTSS. EMDR is een effectieve behandeling voor PTSS. In deze RCT wordt het effect onderzocht van EMDR bij Syrische vluchtelingen in een vluchtelingenkamp op de vermindereing van de symptomen van PTSS en depressie. Dit wordt vergeleken met de conditie van een groep Syrische vluchtelingen die op een wachtlijst staan.
Croitoru, Tal, De EMDR-revolutie.
versie: Developmental Perspective on
Verander je leven herinnering na
Trauma, verschenen in 2014)
herinnering. Een gids voor cliënten.
Het effect van trauma hangt van vele factoren af, zowel biologische als psychologische factoren. De factor waar volgens de auteur geen aandacht aan besteed wordt, is de impact van het ontwikkelingsstadium van het kind op de verwerking van traumatische ervaringen. Dit betreft de manier waarop trauma de uitvoering van ontwikkelingstaken beïnvloedt; een perspectief van vorming. In dit boek presenteert Martine Delfos een nieuw model over trauma. In het model worden de kenmerken van ontwikkeling met de daarbij behorende ontwikkelingstaken van de hersenen toegepast op traumatische ervaringen. Het gaat daarbij mede om de toenemende connectiviteit (verbindings-
Feniks uitgeverij 2015. ISBN 9789082332209, 177 pagina's.
EMDR kan mensen helpen bij het verwerken van traumatische gebeurtenissen in hun leven. De auteur, tevens psychotherapeute, beschrijft de werkwijze van EMDR en de effecten van deze vorm van psychotherapie. Theorie en praktijkervaringen wisselen elkaar af. Deze pocketuitgave is vooral bedoeld voor belangstellenden en patiënten die EMDR overwegen. Delfos, Martine, Trauma vanuit een ontwikkelingsperspectief, SWP, 2015. ISBN 9789088505607, 144 paina’s; (Vertaling door Laura
Dekkers (Msc) van de Engelse
BoeKeN
A safe and healthy future? Simone Goosen
capaciteit) van de hersenen. Het model verklaart de verschillen in reactie op trauma bij verschillende leeftijden. Het model is toegepast op verschillende traumatische ervaringen zoals seksueel misbruik en oorlogstrauma.
cogiscope
Boccia, P. Villari, W. Ricciardi (Eds.), A systematic review of key issues in public health (p. 189-203). Springer,2015. ISBN 978-3-319-13619-6.
Europese populaties zijn op etnisch gebied steeds diverser geworden door de toenemende migratiestromen. Het bestaan van gezondheidsverschillen tussen de verschillende etnische groepen in Europa wordt ondersteund door wetenschappelijk ondezoek. Als eerste worden in dit hoofdstuk de concepten van migratie en etniciteit bepaald, daarna wordt aan de hand van een conceptueel model de link en de oorzakelijke verbanden gelegd tussen migratie en etnici-
teit. Als tweede wordt onderzocht wat de bijdrage van de gezondheidszorg kan zijn om de etnische ongelijkheid in gezondheid te minimaliseren. Dit wordt gedaan aan de hand van 'diversity-responsive care' als essentieel onderdeel van kwalitatieve zorg op elk niveau binnen de gezondheidszorg. Freriks, Kester, Echo’s van Indië.
Epidemiological studies on the health of asylum seekers and refugees in the Netherlands
Simone Goosen
de verhalen van betrokkenen en ooggetuigen. Hij tekende de verhalen en herinneringen op van Nederlandse kolonialen en Indische Nederlanders, Molukse KNIL-militairen, mensen van Chinese afkomst en kinderen van de derde en vierde generatie. Ook de vrijheidsstrijders van toen, de pemoeda’s, komen in dit boek aan het woord.
De onafhankelijkheid van Indonesië in verhalen en herinneringen.
Goosen, Elisabeth Simone
Athenaeum, 2015.
Maria, A safe and healthy future?
ISBN 9789025307264, 368 pa-
Epidemiological studies on the he-
gina's.
alth of asylum seekers and refugees
Dit jaar is het zeventig jaar geleden dat Indonesië zich losmaakte van Nederland. De Proklamasi heeft het leven van vele tienduizenden mensen voorgoed veranderd. Kester Freriks ging op zoek naar
63
A safe and healthy future?
Essink-Bot, M.L, C.O. Agyemang, K. Stronks, A. Krasnik, ‘Migrant and Ethnic Minority Health. Ethnic inequalities in health, ethnicity and asoociated terminology’, in: S.
0415
in the Netherlands, Proefschrift Universiteit van Amsterdam ,2014. ISBN 9789461695253, 244 pagina's.
Asielzoekers en vluchtelingen met een verblijfsvergunning hebben een hoger risico op ongunstige
zwangerschapsuitkomsten, bepaalde chronische ziekten en psychische problemen dan andere inwoners van Nederland. De verhoogde risico’s hebben te maken met hun achtergrond en de omstandigheden in het gastland. In dit proefschrift staan aanbevelingen om de gezondheid van asielzoekers en vluchtelingen te verbeteren. Daarbij wordt gekeken naar verschillende gezondheidsaspecten en er worden drie thema’s benoemd voor preventie: 1. seksuele gezondheid, 2. psychische gezondheid van kinderen en 3. chronische ziekten. Heide, Jackie June ter, An eye for complexity: EMDR versus stabilisation in traumatised refugees, Arq, 2015. ISBN 9789089539175, 168 pagina’s.
Door het meemaken van oorlog en georganiseerd geweld hebben vluchtelingen een verhoogde kans op het ontwikkelen van PTSS. Doordat zij hiernaast ook lijden onder hoge migratie-gerelateerde stress, worden hulpzoekende vluchtelingen wel gezien als complexe patiënten. EMDR is een bewezen effectieve behandeling voor volwassenen met PTSS. In dit proefschrift
64
cogiscope
0415
BoeKeN
B o e K e N gedetailleerde richtlijnen die nodig zijn om artsen te trainen in het gebruik van de CFI.
Jackie June ter Heide
An eye for complexity: Jackie June ter Heide
An eye for complexity: EMDR versus stabilisation in traumatised refugees
EMDR versus stabilisation in traumatised refugees
Oostindie, Gert, Soldaat in Indonesië 1945-1950. Getuigenissen van een oorlog aan de verkeerde kant
>
toont Jackie June ter Heide aan dat EMDR ook bij vluchtelingen veilig kan worden ingezet en beperkt effectief is. Daarnaast besteedt zij aandacht aan predictoren voor behandelresponse en de prevalentie van complexe PTSS bij vluchtelingen.
is geweest voor gerepatrieerden uit het voormalig Nederlands-Indië. Indische Nederlanders in kamp Westerbork schetst het beeld van deze periode, waarin Indische Nederlanders van de eerste generatie hun verhaal vertellen. Lewis-Fernandez, Roberto, [et al.] (Eds), Handbook on the cultural formulation interview: DSM-5. American Psychiatric Publishing 2015. ISBN 9781585624928, 329 pagina's.
Indische Nederlanders in Kamp Westerbork. Het verhaal van Kamp Schattenberg 1950-1951. Herinneringscentrum Kamp Westerbork 2015. 176 pagina’s
Kamp Westerbork kent een langere geschiedenis dan die van de oorlogsperiode, toen het kamp zijn naam als Durchgangslager voor Joden kreeg. Nagenoeg niemand weet dat het kamp onder de naam ‘De Schattenberg’ een opvangkamp
Het Cultural Formulation Interview (CFI) is ontstaan tijdens het herzieningsproces van de DSM gedurende de periode 2007-2013. Het doel van de CFI is om de professional een handvat te bieden om rekening te houden met de invloed van cultuur in hun klinische werk, om de communicatie tussen arts en cliënt te verbeteren en daarmee ook de resultaten. Dit handboek biedt de achtergrond, context en
van de geschiedenis. Prometheus, 2015. ISBN 9789035143494, 384 pagina’s.
In het publieke debat over onze grootste militaire operatie ooit gaat het vooral om Nederlandse oorlogsmisdaden. Veteranen hebben zich in deze debatten flink geroerd. Dit boek is gebaseerd op hun brieven, dagboeken, gedenkboeken en memoires. In dit boek worden deze soldatenverhalen ingebed in de bredere context van de kolonisatieoorlog en de verwerking ervan in Nederland. Piersma, Hinke, Jeroen Kemperman, Openstaande rekeningen. De gemeente Amsterdam en de gevolgen van roof en rechtsherstel, 1940-1950. Boom, 2015. ISBN 9789089536617, 256 pagina’s.
De woningen van Joodse huiseigenaren werden tijdens de Tweede Wereldoorlog in het kader van de anti-Joodse maatregelen
onder beheer gesteld, en in veel gevallen verkocht aan ‘arische’ Nederlanders. Als gevolg van de toenemende economische ontwrichting en de massale vlucht van ‘foute’ Nederlanders (onder wie oorlogsbeheerders en oorlogskopers) in september 1944 (Dolle Dinsdag), waren aan het einde van de oorlog veel rekeningen onbetaald gebleven. De gemeente Amsterdam koos er voor om de financiële schade die hierdoor was ontstaan, op de oorspronkelijke eigenaren of hun nabestaanden te verhalen. NIOD-onderzoekers Hinke Piersma en Jeroen Kemperman onderzoeken in dit boek dit Amsterdams gemeentebeleid en plaatsten deze kwestie in een brede historische en maatschappelijke context.
COGISCOPE
0415
redactioneel
auteursinstructie
Behoefte om te publiceren?
van de redactie
Schrijf voor Cogiscope – platform voor kennisuitwisseling – een artikel, essay, column; of interview een collega of bericht over uw onderzoek.
Drama
matische impact hetgeen kan leiden tot de ontwikkeling van bepaalde klachten. De meeste mensen zijn evenwel veerkrachtig en weten goed te herstellen. Wel is belangrijk de grenzen van die veerkracht tijdig te onderkennen. Onzekerheid tijdens de asielprocedure kan schadelijk zijn; voortdurende uitzichtloosheid en machteloosheid kunnen problemen veroorzaken. Het bieden van duidelijkheid, perspectief en bezigheden is daarom cruciaal. Daarnaast moeten kwetsbare groepen goed in beeld worden gebracht om zo nodig tijdig door te verwijzen naar geëigende zorg.
Het grootste drama is als er iets doodgaat in de mens – en hijzelf verder leeft. Rodaan Al Galidi, dichter en ‘Asielzoeker des Vaderlands’ De huidige omvangrijke stroom vluchtelingen heeft geleid tot een humanitaire crisis die ongekend is in de recente Europese geschiedenis. De afgelopen periode kwamen de vaak schokkende omstandigheden van vluchtelingen confronterend en massaal in beeld. Hoewel wetenschappelijk onderzoek laat zien dat slechts een minderheid van in het westen gevestigde vluchtelingen psychische klachten ontwikkelt, menen velen dat het niet anders kan of deze ervaringen laten diepe sporen na. Bovendien is de grote zichtbaarheid van deze schrijnende situatie aanleiding tot maatschappelijke onrust: er is veel weerstand, er lijkt soms weinig inlevingsvermogen. De (sociale) media laten niet na dit te onderstrepen, meningen buitelen over elkaar heen, rampscenario’s worden geschetst. Wat betekent de huidige instroom voor de Nederlandse samenleving; moeten we grote aantallen getraumatiseerde mensen verwachten; en gaat dit tot maatschappelijke problemen leiden?
Dit themanummer schetst de vluchtelingcrisis in een brede context, de bijdragen belichten de situatie vanuit juridisch, beleidsmatig, gezondheids- en klinisch psychologisch perspectief. De auteurs (werkzaam bij onder meer COA, GGD, GGz en universiteiten) zijn veelal jarenlang direct betrokken bij de vluchtelingenproblematiek en reiken concrete strategieën aan hoe problemen kunnen worden voorkomen dan wel gereduceerd. Want er is al veel bekend, alleen dringt die kennis en kunde slechts gering en gefragmenteerd door tot het publieke en politieke debat. Wat de bijdragen verder gemeen hebben is hun genuanceerde visie; de artikelen scheiden feit van fictie, populisme van rede, stereotyperende aannames van wetenschappelijke evidentie – en overstijgen zo de waan van de dag. Jeroen Knipscheer, hoofdredacteur Cogiscope
Het is belangrijk de ontstane situatie in het juiste perspectief te zien. Vluchtelingen komen uit een heel stressvolle situatie en ook in Nederland kunnen zij nog veel stress ervaren. Op een aantal van hen heeft dit een trau-
Cogiscope
Cogiscope informeert over de psychosociale
Kwartaalblad: verschijnt 4x per jaar
Kosten: € 27,50 per jaar Aanmelden:
[email protected]
gevolgen van schokkende gebeurtenissen. Er is Thema: sociale en psychische gevolgen
24 september 2014
16 april 2015 Psychiatrie in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking www.medilex.nl
30 april 2015 GGZ+Tech www.ggzplussymposium.nl
20-21 april 2015 Annual Conference UK Psychological Trauma Society www.ukpts.co.uk
19 mei 2015 Masterclass Positieve psychologie in de praktijk www.11congressen.nl
21 april 2015 3e Landelijke studiedag ‘Basis GGZ’ www.leidscongresbureau.nl
28 mei 2015 Congres Kind en trauma www.traumacongres.nl
den geconfronteerd. Daarbij denken wij ook aan
• congresverslagen
geüniformeerden bij defensie, politie, ambulance,
• recensies
brandweer, openbaar vervoer.
23 april 2015 (herhaling 26 mei 2015) Trauma en Verslaving Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arq aanmelden:
[email protected]
10-13 juni 2015 ESTSS Conference 2015 www.estss.org 22-26 juni 2015 The legacy of World War One Shaping the Modern World www.legacyww1.org
23 juni 2015 Getuigen of therapie Refereerbijeenkomst Stichting Centrum ’45 / Stichting Arq aanmelden:
[email protected]
24-26 juni 2015 3rd European Congress on Assertive Outreach www.eaof.org 2 september 2015 Contextuele behandeling van
scholingsaanbod arq i.s.m. rInO noord holland
Narratieve Exposure Therapie (NET) Behandeling van complexe ptss september – mei 2016
Psychotrauma en ouderen Diagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit september – december 2015
Beknopte Eclectische Psychotherapie voor PTSS (BEPP) Een integratieve behandelvorm voor traumaproblematiek Mei – december 2015
Behandeling van getraumatiseerde gezinnen Een trauma heb je nooit alleen september – december 2015
EMDR - basiscursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma september – november 2015 Complexe traumatisering – basiscursus Diagnose en behandelvormen Mei-september 2015
www.celevt.nl
September – december
2015
PTSS na vroegkinderlijk misbruik t I j d s C h r I f t O V E r g E V O L g E n Betrouwbare diagnose PTSS met of mishandeling VCAPS-5 an sChOkkEnd E g E b E u r t E n I s s E n Traumagerichte behandeling in 2 fasen Aanpassingen naar DSM-5 September – december 2015 november 2015
3-6 november 2015 3rd World Conference of Women’s Shelters www.worldshelterconference.org
5-7 november 2015 ISTSS Annual Meeting www.istss.org
p e 0315
• interviews
24-26 april 2015 First International Conference on Transcultural Psychiatry in Central European Countries www.wpa-gdynia-2015.org
22-24 oktober 2015 9th European Congress on Violence in Clinical Psychiatry www.oudconsultancy.nl
jaargan
Narratieve Exposure Therapie (NET) (BEPP) Beknopte Eclectische Behandeling van complexe ptss Psychotherapie voor PTSS September 2015 – mei 2016 november 2015 – mei 2016
12 februari 2016 Politie verwijzersdag (voor leidinggevenden)
[email protected]
sCholin
g
matiek VERWIJDERD om het zo te laten passen
• Ve r b i n d e n o p n a ti o n a a l é n Eu r oscholing p e e s saanbod n i ve a uarq
2015 9 november holland, Loc. gevraagd. ism rino noord l Bruggenbouwers aanmelden c h a p, p e l i j k :ewww.rino.n i m p a c t Narratieve va n Exposure Therapie van basis tot• M a a ts Amsterdam Verslavingszorg, m i n i - cBasisopleid r i s e s ing Psychotrauma zorg (NET) ptss specialistische en van complexe diagnostiek Behandeling Kenmerken, www.sympopna.nl 2015 – december g • Er va r ibehandelin n g e n – adecember a n h e2015 t W O I foktober ront 2015 oktober 13 november de groep in de Congres NVGP: Locatie Groningen, 15 oktober 2015 groep de in psychologie • L e ve n sEMDR ve r h– avervolgcurs l e n i nus h eation r i n n e rism i npsy-Zo!, g s c uwww.psy-zo l tu u r .nl wereld, de wereld Congres positieve erapie.nl aanmelden: t Desensitiz vepsychoé n tr a uEye mMovemen a th e r a p bij i etrauma www.groepspsychoth www.tijdschriftpositie Reprocessing and logie.nl 2015 rouw 2015 Traumatische oktober – december for 26 november Psychotherapy 2015 Brief Eclectic TERRA Conferentie iseerde 22-24 oktober (BEP-TG) Violence van getraumat Congress on Traumatic Grief Behandeling www.terra-net.eu 9th European december 2015 gezinnen alleen in Clinical Psychiatry heb je nooit .nl 2015 Een trauma 8 december www.oudconsultancy Therapie posium Narratieve Exposure november 2015 Arq Najaarssym Kleber prof.dr. Rolf 2015 (NET) ptss t.g.v. afscheid 3-6 november van complexe of Women’s Behandeling Beknopte Eclectische
[email protected] 2016 3rd World Conference voor PTSS (BEPP) februari – september Psychotherapie voor rm Shelters g behandelvo ference.or 2015 Een integratieve 8 december www.worldsheltercon Sociaal Werk Beknopte Eclectische traumaproblematiek Dag van het voor PTSS – mei 2016 gressen.nl 2015 Psychotherapie november 2015 www.gemeentenucon 5-7 november Meeting (BEPP) orm met ISTSS Annual e behandelv diagnose PTSS 2015 Een integratiev Betrouwbare 10 december www.istss.org blematiek INPREZE: Denken voor traumapro CAPS-5 Eindcongres en 2016 naar DSM-5 onderzoek naar2015 maart – mei Aanpassingen en doen. Over 6 november health ychiatrie. van e-mental art Ouderenps december 2015 implementatie State of the kwetsbare ouderen arq.org www.inpreze.nl De kracht van : academy@ voor meer informatie www.nkop.nl
12 oktober 2015 ls hun werk goed Laat professiona de GGZ diagnostiek in doen. Goede zorg en goedkopere leidt tot betere www.sympopna.nl
EMDR – vervolgcursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma Oktober – december 2015
• actuele informatie uit het veld
Informatie en inschrijving: www.rino.nl of Barbara Lieuwen, coördinator professionele opleidingen Arq 06-33661013,
[email protected]
Cogiscope
5-C.indd 1
omslag_3-201
27 mei 2016 15 april 2016 10 maart 2016 Politie verwijzersdag Congres positieve psychologie over Gezinnen op de vlucht voor oorlog (voor bedrijfsartsen, eenheidsveerkracht en rampen – Symposium over psychologen, bmw’ers, zorgwww.trimbos.nl psychosociale ondersteuning aan regisseurs, arbeidsdeskundigen vluchtelingen Terrorismed reiging vanuit en case-managers PTSS) 21 april 2016 (voor gemeenten, eenscholen, existentiee l gezichtspu
[email protected] Refereerbijeenkomst psychosociale vrijwilligersorganisaties) nt nazorg na een ramp of crisis: een
[email protected] Signalering cruciaal juni 2016 reis door tijd en schaalniveaus – maar wat, wie en Vooraankondiging symposium Locatie: Oegstgeest 11 maart 2016 hoe? Duurzaam inzetbaar voor zieken Sprekers: dr. Michel Dückers en Gezinnen op de vlucht voor oorlog huizen Jurriaan Jacobs en rampen Psychologi sche
[email protected] [email protected] Arq voorjaarssymposium over Kind, inbreng onontbeerl ijk bij preventie en nazorg gezin en psychotrauma 17-19 juni 2016 21 april 2016 (voor behandelaren) gen v o lConference 17th Refereerbijeenkomst psychosociale
[email protected]) r g eEurope v e EMDR en f T o www.emdr2016.eu h r ieen d sofC crisis: nazorg na een rTeniss u T i jramp e b e e g okkend reis door tijd en schaalniveaus 21 maart 2016 va n s C h 21 juni 2016 Locatie: Diemen International Disaster Psychosocial Refereerbijeenkomst Autisme en Sprekers: dr. Michel Dückers en (DPS) Conference trauma Jurriaan Jacobs www.dpsconference.ca Locatie: Diemen
[email protected] Spreker: drs. Bram Bijleveld en 14-16 april 2016 co-referent 25-27 mei 2016 ESTD conferentie: Trauma, dis European conference on child abuse
[email protected] sociation and affect dysregulation and neglect across the lifespan 18-22 juli 2016 www.euccan.eu www.estd2016.org Summer School Complex trauma en complexe PTSS: diagnostiek en behandeling www.utrechtsummerschool.nl
Themanum mer Radicalise ring
CogisCo
coördiArq 06-33661013,
[email protected]
(vooraankondiging) en Een integratieve behandelvorm voor traumaproble-
Trauma, cultuur en migratie Complicerende factoren bij de behandeling september – december 2015
16 februari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Diemen Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected]
er 2015 3 okTob informatie m m e r en inschrijving: www.rino.nl g 12 nu of Barbara Lieuwen, nator professionele opleidingen
scholing 21 januari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Oegstgeest Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected]
Behandeling van getraumatiseerde gezinnen Een trauma heb je nooit alleen november 2015
e gisCop 0315 C o
10 april 2015 7e jaarcongres klinisch psychologen en klinisch neuropsychologen www.zonderzorg.nl
Trauma, cultuur en migratie Complicerende factoren bij de behandeling
Basisopleiding Psychotrauma Kenmerken, diagnostiek en behandeling oktober – december 2015 EMDR – vervolgcursus Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma oktober – december 2015
COgIsCOpE
8 oktober 2015 3e congres Centrum Late Effecten Vroegkinderlijke Chronische Traumatisering 0 1 1 5 C O g I s C O p E
gevolgen van) schokkende gebeurtenissen wor-
2 oktober 2015
ACT Congres: leven en werken met waarden www.cursussenencongressen.nl
Rino noord holland
jaargang 12 nummer 4 december 2015
9 maart 2016 Empathie. Het geheime wapen in de psychotherapie en de hulp verlening www.sympopna.nl
TijdschrifT over gevolgen va n s c h o k k e n d e g e b e u r T e n i s s e n
cogiscope
Themanummer vluchTelingen – Bootvluchteling in ‘bang N ed erland ’ – Psychosociaal Ond ersteuning spunt Vluchteling en – voor kennis en expertise
03 15
psychotrauma
jaargang 12 nuMMEr 1 aprIL 2015
sChOLIng
EMDR - basiscursus
Eye Movement Desensitization and Reprocessing bij trauma September – november 2015
Psychotrauma en ouderen Diagnostiek, behandelvormen en comorbiditeit September – december 2015
CogiSCoPe
01 1 5
werkbelasting voor mensen die veelvuldig met (de
Ouderenpsychiatrie in de praktijk www.nursingcongressen.nl
CogisCo
• achtergrondverhalen over C O g I s C O p E 0 11 5
Een belangrijk aandachtsgebied vormt ook de
12 oktober 2015 Laat professionals hun werk goed doen. Goede diagnostiek in de GGZ leidt tot betere en goedkopere zorg www.sympopna.nl 15 oktober 2015 Congres positieve psychologie www.tijdschriftpositievepsychologie.nl
22 september 2015 GGZ Kennisdag 2015 www.trimbos.nl
8 december 2015 Arq Najaarssymposium www.arq.org
– K rachten en kwetsbaarhed en van jong e vluchteling en
pe
Themanu
04 15
Inhoud:
26 november 2015 TERRA Conferentie www.terra-net.eu Scholingsaanbod arq i.s.m.
0415 c o g i s c o p e
17 september 2015 F-ACT Congres 2015 www.factcongres.nl
8 oktober 2015 Kompas Kinderen- en Jeugdpsychiatrie www.sympopna.nl
TijdSChRifT ove R gevolgen va n S C h o k k e n d e gebeuRTeniSS en
0215
en slachtoffers van mensenhandel, seksueel geweld, rellen, aanslagen, gijzelingen, rampen.
2 september 2015 Contextuele behandeling van complex trauma www.rvagroep.nl 8 september 2015 Trauma in ontwikkelingsperspe ctief www.delfosacademy.nl
c o g i s c o p e 0415
van schokkende gebeurtenissen
jaaRgang 12 n ummeR 2 juli 2 015
SCholing 0215 C o g i S C o Pe
als oorlogsgetroffenen, asielzoekers, vluchtelingen
C o g i S C o P e 0215
aandacht voor de hulpverlening aan slachtoffers
– Traumabehand eling alert op stereotypering
e a lT h mmer e-h
tie health revolu le menta l – De mobie s profes sional werke n GGZ th? – Waaro m ) met e-heal (nog zo weinig g leert dialoo nken stimu herde e – Onlin beweg ing deling in behan – – 3MDR
Auteursinstructie Cogiscope is een kwartaalblad over sociale en psychische gevolgen van schokkende gebeurte nissen. Het stelt zich ten doel ombetrokkenen op dit terrein te informeren over ontwikkelingen op het gebied van preventie en hulpverlening. Ook wil het de huidige en sociaal-historische context belichten waarin geweld plaatsvindt en -vond. De redactie ontvangt graag wetenschappelijke, opiniërende en praktijkgerelateerde bijdragen over sociale en psychische gevolgen en achtergronden van geweld, als ook over de opvang, zorg en nazorg van betrokkenen. De redactie beoordeelt binnengekomen teksten en geeft een beknopte reactie. Daarin zijn de eventuele redenen voor afwijzing opgenomen dan wel vragen en opmerkingen als de tekst in beginsel is geaccepteerd. Instructies voor de auteur Auteur en redactie hebben bij voorkeur contact over omvang en inrichting van het artikel vóórdat het wordt toegezonden. • Indien u noten wilt gebruiken, dan enkel eind noten. Notenlijst als tekst aan eind van het artikel. • Indien u geen noten wilt gebruiken, maar wel literatuur wilt vermelden, dan graag aan het slot. * Houd het aantal literatuurverwijzingen beperkt. • Citaten in het Nederlands.
• De tekst wordt verdeeld in (niet-genummerde) paragrafen, elke paragraaf heeft een titel (tussenkopje). Werk met korte tussenkopjes (max. 20 karakters). • Geef het artikel een korte titel, maximaal 30 karakters. De redactie kan kiezen voor een andere titel.
cogiscope 0415
65
Abonnementsinformatie Cogiscope verschijnt 4x per jaar. Een jaarabonnement kost € 27,50. U kunt zich abonneren via de Cogis-site:
Aanleveren en verdere procedure We ontvangen uw tekst in Word, bij voorkeur per e-mail:
[email protected]
www.cogis.nl/cogiscope Colofon Redactie: Michel Dückers, Jeroen Knipscheer (hoofdredacteur),
De tekst zo plat mogelijk aanleveren, dus zo weinig mogelijk opmaakeffecten in de tekst aan brengen. Onderstrepingen en vet worden niet overgenomen, c ursiveringen zijn wel toegestaan. In de regel zult u, korte tijd na de afgesproken inleverdatum, de geredigeerde bijdrage ter goedkeuring ontvangen. Indien de redactie geen inhoudelijke wijzigingen of slechts minimale wijzigingen aanbrengt, bijvoorbeeld alleen in de interpunctie, krijgt u uw tekst niet meer voorgelegd. Ook dan ontvangt u bericht van de redactie. Voor de lay-out van uw bijdrage is de redactie verantwoordelijk. Cogiscope verschijnt zowel in een papieren als digitale versie.
Hans Moors, Onno Sinke, Ine Spee Eindredactie: Marleen van de Ven Bureauredactie: Linda Reek Redactieadres: Cogis, Nienoord 5, 1112 XE Diemen Telefoon 020-6601930, fax 020-6601931 E-mail
[email protected] Oplage: 1.250 exemplaren Vormgeving: CARTA, communicatie & grafisch ontwerp, Bunnik Druk: ZuidamUithof, Utrecht ISBN 1871-1065 © Cogis Cogis Cogis is het kennisinstituut sociale en psychische gevolgen van oorlog, vervolging en geweld. Hulpverleners vormen de belangrijkste doelgroep. Voor hen ontwikkelt en organiseert Cogis cursussen, trainingen, congressen, symposia en studiedagen, ook
Honorarium Voor toegezonden en opgenomen tekstmateriaal wordt geen honorarium verstrekt. In andere gevallen wordt het honorarium in overleg vastgesteld.
op aanvraag. Daarnaast geeft Cogis beleidsadviezen en fungeert het als vraagbaak voor geweldsgetroffenen. De bibliotheek van Cogis Cogis heeft een uitgebreide bibliotheek over de psychische
Copyright Het copyright van opgenomen materiaal valt toe aan Cogiscope. Uitzonderingen op deze regel zijn mogelijk.
gevolgen van geweld. Naast een uitgebreide eigen verzameling gedrukt- en beeldmateriaal is veel (externe) informatie ook digitaal toegankelijk. www.cogis.nl/bibliotheek
Foto omslag: Vluchteling op het strand van Lesbos, september 2015 (foto Petros Giannakouris/HH). 01-10-15
11:15
scholing 21 januari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Oegstgeest Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected] 12 februari 2016 Politie verwijzersdag (voor leidinggevenden)
[email protected] 16 februari 2016 Refereerbijeenkomst intergeneratio nele gevolgen van psychotrauma Locatie: Diemen Sprekers: prof. dr. Eric Vermetten, dr. Julia Bala, prof. dr. Jacques Barth
[email protected] 9 maart 2016 Empathie. Het geheime wapen in de psychotherapie en de hulp verlening www.sympopna.nl
10 maart 2016 Gezinnen op de vlucht voor oorlog en rampen – Symposium over psychosociale ondersteuning aan vluchtelingen (voor gemeenten, scholen, vrijwilligersorganisaties)
[email protected] 11 maart 2016 Gezinnen op de vlucht voor oorlog en rampen Arq voorjaarssymposium over Kind, gezin en psychotrauma (voor behandelaren)
[email protected]) 21 maart 2016 International Disaster Psychosocial (DPS) Conference www.dpsconference.ca 14-16 april 2016 ESTD conferentie: Trauma, dis sociation and affect dysregulation across the life-span www.estd2016.org
15 april 2016 Congres positieve psychologie over veerkracht www.trimbos.nl 21 april 2016 Refereerbijeenkomst psychosociale nazorg na een ramp of crisis: een reis door tijd en schaalniveaus Locatie: Oegstgeest Sprekers: dr. Michel Dückers en Jurriaan Jacobs
[email protected] 21 april 2016 Refereerbijeenkomst psychosociale nazorg na een ramp of crisis: een reis door tijd en schaalniveaus Locatie: Diemen Sprekers: dr. Michel Dückers en Jurriaan Jacobs
[email protected] 25-27 mei 2016 European conference on child abuse and neglect www.euccan.eu
27 mei 2016 Politie verwijzersdag (voor bedrijfsartsen, eenheidspsychologen, bmw’ers, zorg regisseurs, arbeidsdeskundigen en case-managers PTSS)
[email protected] juni 2016 Vooraankondiging symposium Duurzaam inzetbaar voor zieken huizen
[email protected] 17-19 juni 2016 17th EMDR Europe Conference www.emdr2016.eu 21 juni 2016 Refereerbijeenkomst Autisme en trauma Locatie: Diemen Spreker: drs. Bram Bijleveld en co-referent
[email protected] 18-22 juli 2016 Summer School Complex trauma en complexe PTSS: diagnostiek en behandeling www.utrechtsummerschool.nl
Cogiscope
0415
0415 C o g i s c o p e
C o g i s c o p e 0 415
tijdschrift over gevolgen va n s c h o k k e n d e g e b e u r t e n i s s e n
jaargang 12 nummer 4 december 2015
Themanummer vluchtelingen – Bootv lu chteling in ‘bang Nederland’ – Ps ychos ociaal Onders teu ning s pu nt Vlu chteling en – v oor kennis en expertis e – Krachten en kwets baarheden v an jong e v lu chteling en – Trau mabehandeliing bij v lu chteling en: wees alert op s tereotypering