tekst: Arie Grevers fotografie: Theo Tangelder
Ingetogen van vorm en kleur. Net licht doet de rest. Werpt verrassende schaduwen en verandert de ruimte voortdurend. Zijn architectuur staat in historische context, Erik Wamelink, architect dankzij zijn opdrachtgevers. "Ik was niet tevreden, toen het woonhuis helemaal klaar was. De vrijwel blinde muur over de lengte van de woning was te veel aanwezig. Die witte muur van drieentwintig meter lang en vijf meter hoog is zichtbaar vanuit de gehele leefzone op de verdieping. Dat maakte de ervaring van de totale ruimte te groot, waardoor de leefzone uit balans raakte; de mens zou zich te klein voelen. En in mijn architectuur gaat het juist om de menselijke maat. Een ingreep was noodzakelijk. Zwart moest-ie worden en de stalen kolommen van de portaalspanten zilverkleurig. Nu is de visuele balans hersteld." Architect Erik Wamelink uit Lievelde
heerst in de architectonische ruimten die hij ontwerpt. Het liefst wil hij zich overal mee bemoeien of op z'n minst zijn advies uitbrengen. Welke meubels mogen waar staan? Welke kunst komt er aan de muur? Hoe gaan we de tuin inrichten? En wat doen we met kleur en licht? Opdrachtgevers weten vooraf waar ze aan beginnen. Zo ook Monique Breuker en haar man Paul toen zij met bouwplannen voor een woonhuis in Almere bij hem aanklopten. Monique: "We waren al een tijdje op zoek naar een geschikte architect, toen Paul op een middag enthousiast thuiskwam. Hij had een woonhuis gezien in Hoofddorp en die architect moesten we hebben. Want daar stond iets waar we beiden zo van houden. Een woonhuis dat herinnert aan de nieuwe zakelijkheid, een stroming in de architectuur van het interbellum, de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw. Maar, met een eigentijdse inhoud."
Contact met de hele ruimte vanuit een glazen portaal.
Architect Erik Wamelink bouwt nieuwe zakelijkheid met eigentijdse inhoud.
tekst: Arie Grevers fotografie: Theo Tang
'3D-modellen kun je niet onder een lamp houden om de werking van licht te laten zien.'
Signatuur Wamelink is zich bewust van deze schatplichtigheid. Hij knipt en plakt uit het werk van bewonderde voorgangers uit die periode. Hij exploreert het werk van Mies van der Rohe, Le Corbusier en Adalberto Libera en anderen. De eigentijdse balans die hij daarin weet aan te brengen is zijn signatuur. "Ja, die balans vind je terug in details, inrichting en omgeving. Elk project is eigenlijk een zoektocht naar die balans. Dat betekent veel praten met de opdrachtgever. Zijn
wensen achterhalen en die vertalen in mijn architectonische idioom. Natuurlijk sluit ik ook compromissen. Ik had hier in Almere bijvoorbeeld liever en watertapijt gehad over de volle lengte van het perceel; een tuinzone die in de lengterichting doorloopt overeenkomstig de woon- en leefzone, de loggiazone en de parkeerzone. Maar Monique wilde een driedeling van de tuinzone - water, grind, water - om er een groot boeddhabeeld en wat plantenbakken in kwijt te kunnen. Dan ga ik wel met haar in discussie en wil precies weten waarom ze dat wil. Ze moet er goed over nagedacht hebben en over argumenten beschikken. Komt de opdrachtgever met een voorstel waarvan ik vind dat het absoluut niet kan, dan moet ik hem ervan kunnen overtuigen. Lukt dat niet, dan zal ik de opdracht moeten teruggeven. Ik ben nu eenmaal geen ontwerper van casco's, die naar believen kunnen worden ingevuld."
Langs zichtiijnen over de lengteas is de diepte van het gebouw te peilen.
Veranda Eigenlijk bestaat het perceel van het woonhuis in Almere uit twee delen, gescheiden door de zwarte muur. Aan de ene kant staan de auto's en aan de andere kant bivakkeren de mensen. Slaapkamers op de begane grond, daarboven de zit- en eetruimte en keuken geflankeerd door aan de ene zijde een loggia met trap en glazen portaal en aan de andere zijde een overdekte veranda op verdiepingshoogte. Een glazen wand met schuifpuien scheidt binnen- en buitenruimte. "Door die lange glazen gevel met daarachter de overdekte veranda vervaagt de grens tussen buiten en binnen", zegt Monique Breuker. "De veranda is de geleidelijke overgang naar de tuin, die je kunt bereiken via een stalen trap." Detaillering Heldere overzichtelijke zones met zichtlijnen over de lengteassen, waardoor onmiddellijk de diepte van het woonhuis is
Projectgegevens Object:
woonhuis te Almere
Oplevering:
april 2001
Architect:
Erik Wamelink, Lievelde
Bouwbedrijf:
bouw- en timmerbedrijf Assink bv, Haaksbergen
Aannemer vloer:
Fleurbaaij, Aalten
Leverancier vloer:
Optifloor
Schilderwerken:
Kiffen, Eibergen
Leverancier verf:
sikkens-flexa (ral 9011 zwart acryl-latex)
Leverancier lichtarmaturen:
Lumiance Sylvania, Nieuwegein
Leverancier zonwering (Verosol):
Smidt Koelewijn, Baarn
Keukenontwerp:
Roe! de Vos, Eindhoven
Meubilair:
Jan des Bouvrie
Glazen bouwstenen te peilen. Wie eenmaal de voordeur achter zich heeft dichtgetrokken, staat in contact met de totale ruimte en haar bewoners. Het ruimtelijk concept is van belang, maar voor Wamelink weegt de detaillering even zwaar. Die moet ook zuivcr zijn. "En dan bedoel ik: geen plinten, afdeklatten of andersoortige betimmeringen. Als ik een timmerman met zo'n bos latten op zijn nek de bouw zie opkomen, betekent dat voor m i j dat het werk niet naar behoren is uitgevoerd. Die latten zijn er om slordigheden weg te moffelen. Een wand is een vlak en daglicht valt door strak uitgesneden openingen met rechte hoeken. Probeer dat rnaar eens uit te vocren zonder al die latten. Eenvoud, dat is moeilijk. Daar heb je echt vaklieden voor riodig." De openingen zitten op plekken die zoveel mogelijk recht doen aan de omgeving, vindt Erik. "Voordat ik begin met een ontwerp ga ik met een schaarlift naar de bouwplaats en maak foto's vanaf het
niveau waar de verdieping komt. Wat zict de bewoner als hij straks voor het aanrecht in de keuken staat of op zijn bankstel zit en geniet van het uitzicht? Dat weet ik voordat ik begin aan mijn ontwerp. Ik kan dan de uitsnedcn bepalen. Dus dat weglaten wat het uitzicht verstoort. Verder maak ik altijd een maquette. Daarmee kan ik heel eenvoudig de werking van het daglicht laten zien door er een lamp boven te houden. Daar heb ik geen 3D-hulpmiddelen b i j riodig."
De voordeur is geplaatst in een kader van glazen bouwstenen. Een bouwproduct dat Erik Wamelink graag toepast. Het vervormt alles wat erachter zit en maakt het onherkenbaar. Het product voorkomt inkijk en laat tegelijk veel licht door. En 's avonds treedt er licht door naar buiten. Wamelink: "De glazen bouwstenen zijn in een vlak met de rest van de gevel te verwerken en je hebt geen storende buitenlamp aan de gevel hangen. Bovendien wordt een ruimverlichte entree als prettig ervaren door de bezoeker."
Magie van het vlak Gegalvaniseerd ijzer, ruwe beton en stalen span ten. Materialen met een weerbarstig karakter. Zelden getolereerd in de huiselijke omgeving. Erik Wamelink zet de deuren open. Ze krijgen een gastvrij onthaal in zijn architectuur. In het zitgedeelte staat een ruw betonnen element pal naast een bankstel uit de winkel van Jan des Bouvrie. Daartegenover de Barcelona stoel, een ontwerp van
'Glazen bouwstenen vervormen alles wat erachter zit.'
Strook daglicht en
'Bouwlampen
vierkant kunstlicht;
verlichten
strakke openingen
strakke
in net muurviak.
keukenontwerp
het
van Roel de Vos
Mies van der Rohe, verchroomd staal en leer. Wamelink: "Dat vind ik nou decoratief. Zo'n robuuste, sobere vorm van eerlijk beton, aan de ene zijde is plek voor tv- en audio-installatie. En aan de andere kant is een open haard ingebouwd. Sober en ingetogen in vorm en kleur. Het licht doet de rest. Het licht verandert vormen en kleuren, werpt schaduw op onverwachte plekken. En als het om kunstlicht gaat, houdt ik van stevig basislicht. Een reeks Heine halogeenlampen in het plafond. Geen uitstekende armaturen. Dat verbreekt de magie van het vlak." Ook de armaturen beneden in de loggia zijn opgenomen in het muurviak.
Fleurbaaij - zijn we dik tevreden." Het is de zogenaamde 'betonlookvloer'; over de cementdekvloer is een primer gevloeid. Een keiharde laklaag, waardoor de structuur en kleur van de onderliggende dekvloer zichtbaar blijft. "En dan zie je dat de kwaliteit afhangt van de mensen die eraan werken. Dat is essentieel. We mogen ons gelukkig prijzen, want we hebben hier een ongelooflijke vakman aan het werk gehad. Harry Nijhof van de firma Assink. Ik denk daar nog wel eens aan als ik door het huis loop. Twee rechterhanden, dat is een talent."
Guggenheim Bilbao Betonvloer De vloer oogt als een industriele vloer. Mooi vlak en ook hier een betonkleur. Monique Breuker: "Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad om dat goed te krijgen. De eerste leverancier heeft er helemaal niets van gebakken. Die vloer moest er weer helemaal uitgehakt worden. Met de vloer die er nu inzit - van
En hoe zit dat met architecten? Wanneer leveren die vakwerk? Wamelink: "De menselijke maat is bepalend. Daarin zoek ik een balans in vorm, kleur en licht. Sobere eenvoud is mijn credo. Onder verwijzing naar de architecten van de nieuwe zakelijkheid. In hun traditie bouw ik voort. Die architectuur gaat over mensen en niet over het ego van de
architect, die bij voortduring origineel wil zijn en gebouwen uitspuugt die helemaal nergens mee te maken hebben. Neem nou het Guggenheim in Bilbao. Dat is een vormeloze hondendrol. De computer is hier geen hulpmiddel, maar architect van wansmaak. Ik kan zo'n gebouw niet plaatsen in de architectuurgeschiedenis." Het gaat over zijn passie. Lucht afbakenen door lijnen, vlakken en kleuren, zodat lichte, transparante ruimtes ontstaan met een heldere indeling. Een plek waar mensen zich prettig voelen en rust ervaren. Organische architectuur is het tegenovergestelde van alles wat hem in de architectuur boeit, zoveel is duidelijk. "Liever noem ik }ean Nouvel, Tadao Ando, Luigi Snozzi en Stephan Beel. Eigentijdse architecten van wie je de gebouwen, net als de mijne, kunt plaatsen in de geschiedenis. Maar, er is een ding nog belangrijker dan al die opvattingen over architectuur en dat is de opdrachtgever. Dankzij mijn opdrachtgevers kan ik de architect zijn, die ik wil zijn." +