04-10-2010
E-info TAAKSTAP 2: VOORBEREIDEN VAN DE WAGEN
1. Manueel uitblutsen Bij het manueel uitblutsen wordt gebruik gemaakt van hamers, beitels en vormen. Het hanteren van dit materiaal veroorzaakt schokken, trillingen en een fysieke belasting met kans op o.a. schade aan de gewrichten. Besteed bijzondere aandacht aan volgende zaken: - gereedschap niet beschadigd; - gereedschap proper en vetvrij; - gereedschap voorzien van een goed, stevig en slipvrij handvat dat goed in de hand ligt; - pas, indien mogelijk, voldoende jobrotatie toe. Bij het uitblutsen wordt een hoog lawaainiveau gegenereerd wat een blijvende schade kan veroorzaken aan het gehoorsorgaan. Het is dan ook noodzakelijk bij dit werk steeds de nodige gehoorbescherming te dragen. Oorkappen zullen hier de beste bescherming bieden. Bij het uitblutsen kunnen metaaldeeltjes worden weg gekatapulteerd in de ruimte. Het is dan ook noodzakelijk om bij dit werk gebruik te maken van een veiligheidsbril, voorzien van zijklepjes.
2. Plamuren van de carrosserie Bij het aanmaken van de plamuren wordt het polyester hars gemengd met de verharder (peroxide). Het inademen van de dampen moet worden vermeden gezien deze schadelijk zijn voor o.a. de lever, de nieren en het centrale zenuwstelsel. Dit kunnen we zoveel mogelijk beperken door: - producten te mengen in een goed verluchte ruimte; - respecteer strikt de voorgeschreven verhoudingen; - vermijd huidcontact; Bij het aanbrengen van de plamuur, zal deze vlug gaan uitharden. Hierbij komen dampen vrij die vnl. oplosmiddelen bevatten. Plamuur die op de huid terechtkomt, kan irriterend zijn en is bovendien moeilijk te verwijderen. Om deze risico’s voldoende te beheersen dienen we aandacht te besteden aan: - plamuren in een goed geventileerde ruimte (eventueel in de spuitcabine); - zorg ervoor dat andere werknemers niet onnodig worden blootgesteld; - draag bij het plamuren geschikte handschoenen (vb. nitrilrubber); - draag geschikte adembescherming (filtermasker voorzien van filter A-bruin). Nadat de plamuur is uitgehard, moet deze worden gladgeschuurd. In eerste instantie wordt meestal machinaal en droog geschuurd. Het spreekt voor zich dat hierbij heel wat stof vrijkomt. Al het nodige dient te worden gedaan om het inademen van dit stof te voorkomen. Dit doen we door: - te schuren in een aparte ruimte, zodanig dat andere werknemers niet onnodig worden blootgesteld; - gebruik te maken van een schuurmachine die is voorzien van een actieve stofafzuiging (een schuurmachine met enkel een stof-opvangzakje is zeker onvoldoende); - het dragen van geschikte adembescherming (stofmasker minimaal P2); - gebruik te maken van beschermende kledij (bij voorkeur een wegwerpoverall type 5 met capuchon). Het langdurig werken met de schuurmachine is schadelijk voor de gewrichten en veroorzaakt op termijn tintelende vingers en een verminderde vingergevoeligheid. Kies bij de aankoop van de machine dan ook voor een trillingsarme machine. Om de langdurige blootstelling te vermijden, is het aangewezen te kiezen voor voldoende jobrotatie. 1/8
Na het droog schuren worden de carrosserie manueel glad geschuurd. In de eindfase wordt nat geschuurd. Bij het droogschuren gelden dezelfde persoonlijke beschermende maatregelen als voor het machinaal droogschuren. Voor het nat schuren is het gebruik van adembescherming en beschermende kledij niet echt noodzakelijk. Het manueel schuren veroorzaakt een extra fysieke belasting. We kunnen deze klachten beperken door te kiezen voor ergonomische schuurblokjes die goed in de hand liggen en voldoende jobrotatie in te bouwen.
3. Oxy-acetyleen lassen Zie taakstap 1: gebruik van de oxy-acetyleenbrander
4. Vlamboog lassen van de carrosserie Bij het vlambooglassen wordt er, naast infrarood licht, ook ultraviolet licht vrijgesteld. Dit UV-licht kan naast oogletsels ook huidverbranding en op termijn zelfs huidkanker veroorzaken. Om afdoende beschermd te zijn tegen de schadelijke invloed ervan, is het noodzakelijk volgende maatregelen te nemen: - draag steeds een laskap voorzien van voldoende donkere glaasjes (de donkerte is afhankelijk van de gebruikte lasstroom); - draag steeds laskledij conform EN 470-1 (vlamvertragend, lange mouwen en pijpen, afgedekte zakken) eventueel aangevuld met een lederen voorschoot; - draag steeds lashandschoenen conform EN 407. Bij het lassen dient ook aandacht besteed te worden aan derden die aanwezig zijn in de werkplaats. Ofwel dient te worden gelast in een aparte werkplaats ofwel dienen lasschermen te worden geplaatst. Een tweede belangrijk risico tijdens het lassen is het inademen van lasrook. Deze rook kan o.a. schadelijke metaaldampen bevatten afkomstig van de lasdraad of elektrode en het bewerkte metaal. Het inademen ervan kan leiden tot lassersastma en lasserskoorts. Om hiertegen voldoende beschermd te zijn, dienen volgende maatregelen te worden genomen: - gebruik zoveel mogelijk een lokale afzuiging, waarbij de afzuigmond zo dicht mogelijk bij de lasplaats wordt gepositioneerd; - wanneer dit niet mogelijk is of onvoldoende, zal grondig moeten worden verlucht; - toepassen van algemene verluchting is voor de lasser zelf zeker onvoldoende, er zal ook adembescherming moeten worden gedragen – kies hiervoor minstens een P2 stofmasker dat geschikt is voor lasrook. Een risico dat wordt onderschat is de lawaaiblootstelling tijdens het lassen. Langdurig hieraan worden blootgesteld kan leiden tot lawaaidoofheid. Het dragen van gehoorbescherming is daarom ook noodzakelijk. Gezien de lassers ook al een laskap op hebben zal moeten worden gekozen voor degelijke oordopjes die op de juiste manier worden ingebracht. Een risico dat veelal wordt onderschat is het risico op elektrisering en elektrocutie. Het risico kan worden beheerst door er o.a. voor te zorgen dat de installatie steeds in onberispelijke staat is. Besteed hierbij extra aandacht aan de isolatie van de lastoorts en de massa. Zowel de geleiders als de klemmen moeten in een onberispelijke staat zijn. Regelmatig nazicht en onderhoud zijn hier dan ook van groot belang. Tot slot is er bij het lassen de kans op het oplopen van brandwonden of het ontstaan van brand en explosie. Deze risico’s zijn gelijkaardig aan het werken met de oxyacetyleen brander (zie taakstap 1).
5. Verwijderen van de lasslak Na het lassen dient de lasslak te worden verwijderd. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een haakse slijpmachine of een bikhamer. De haakse slijpmachine maakt een hoog lawaainiveau. Het dragen van gehoorbescherming is hier noodzakelijk.
2/8
Naast lawaai genereert deze machine ook heel wat trillingen die schadelijk zijn voor o.a. de gewrichten. Het langdurig slijpen veroorzaakt ook slapende vingers en krachtsvermindering, wat het ongevalrisico doet toenemen. We kunnen deze risico’s beperken door: - te kiezen voor trillingsarme machines – hou ermee rekening bij de aanschaf ervan; - de blootstelling in de tijd te beperken door voldoende jobrotatie in te bouwen. Bij dit slijpen en het hanteren van de bikhamer worden ook metaaldeeltjes weggeslingerd in de omgeving. Om oogletsels te voorkomen is het dragen van een veiligheidsbril met zijklepjes van belang. Het slijpwerk genereert bovendien ook heel wat gensters die een risico inhouden voor brand en explosie. Om dit te voorkomen zijn volgende maatregelen aangewezen: - verwijder vooraf het brandbaar materiaal uit de wagen en uit de onmiddellijke omgeving van de wagen; - gebruik de haakse slijpmachine niet in de omgeving van de brandstoftank of brandstofleidingen; - houd een snelblusser bij de hand; - controleer nadien grondig. De te nemen maatregelen moeten worden opgenomen in de vuurvergunning. Deze vuurvergunning wordt opgemaakt door de opdrachtgever en overhandigd en gerespecteerd door de uitvoerder.
6. Ontvetten van de stukken Vooraleer wordt overgegaan tot het pistoolschilderen van de wagen, dient deze eerst grondig te worden ontvet. Hiervoor wordt een oplosmiddel gebruikt dat met de hand door middel van vodden wordt aangebracht. Bij deze activiteit wordt de werknemer blootgesteld aan de dampen van deze oplosmiddelen en heeft hij ook een vrij intensief huidcontact. Het inademen van deze dampen is schadelijk voor de lever, de nieren en het centrale zenuwstelsel. We moeten de opname ervan zoveel mogelijk beperken door: - de werken uit te voeren in een goed geventileerde ruimte (de spuitcabine is een geschikte ruimte); - gebruik te maken van aangepaste adembescherming (filtermasker type A-bruin of met luchttoevoer); - de recipiënten na gebruik onmiddellijk te sluiten; - de gebruikte vodden in een hermetisch (en brandveilige) zelfsluitende vuilnisbak te werpen. Huidcontact met oplosmiddelen heeft ook een ontvettende werking op de huid. Hierdoor wordt de huid droog en kwetsbaar. Bovendien wordt een aantal oplosmiddelen ook opgenomen door de huid om zo in de bloedbaan terecht te komen. Het dragen van geschikte beschermende handschoenen is ook hier aangewezen (vb. Nitril of butylrubber, afhankelijk van de samenstelling van de ontvetter). Het gebruik van een huidvriendelijke handenreiniger eventueel in combinatie met een voedende crème is hier nuttig. Hoe groter de hoeveelheid van de gebruikte oplosmiddelen, hoe groter de kans dat er zich een brandbaar of een ontplofbaar mengsel vormt. Om te voorkomen dat dit daadwerkelijk leidt tot brand of explosie zijn volgende maatregelen aangewezen: - zorg ervoor dat de dampen onmiddellijk worden afgeleid naar buiten (dus ontvet de stukken in een geventileerde ruimte zoals een spuitcabine); - respecteer een absoluut rookverbod, verbod op open vlam en op vonkvorming; - werp gebruikte vodden in een brandveilige en zelfsluitende vuilnisbak; - houd een snelblusser bij de hand; - voorzie in de noodprocedure ‘Wat te doen bij brand?’ en oefen ze regelmatig (minstens jaarlijks).
7. Hermonteren van de stukken Het hermonteren van de stukken kan gebeuren ofwel voordat men de wagen schildert ofwel nadat het stuk is geschilderd. Dit werk zal een ergonomische belasting met zich meebrengen en risico op voetletsels. Zie hiervoor taakstap 1: demonteren van de wagen.
8. Afplakken van de wagen Bij het afplakken wordt door middel van papier of folie en tape de delen van de wagen die niet moeten worden geschilderd afgedekt. 3/8
Het enige risico dat hier kan worden aangehaald is de kans op snijwonden bij het hanteren van een cutter. Het risico kan worden geminimaliseerd door gebruik te maken van een veiligheidsmes waarbij het mes onmiddellijk en automatisch in het lemmet terugtrekt wanneer het geen contact meer maakt met het werkstuk. De verschillende topics zijn raadpleegbaar via onze website http://www.provikmo.be in E-news of via archief topics in onze E-tool ► E-info.
© Provikmo, 2010 Provikmo geeft u deze informatie op vrijwillige basis. Daarbij streven we er steeds naar om dit op een zeer zorgvuldige manier te doen. Gelet op deze middelenverbintenis, kan op basis van deze informatie nooit de aansprakelijkheid van Provikmo vzw ingeroepen worden.
4/8
TAAKSTAP 2: VOORBEREIDEN CARROSSERIE
NR
Deeltaak
1
Manueel uitblutsen
2
Mengen plamuur
RISICO’S
PREVENTIEMAATREGELEN
GEZONDHEIDSTOEZICHT
Materiaal / arbeidsmiddelen
Chemische agentia
Gezondheidsrisico’s
Veiligheidsrisico’s
CBM
PBM
Andere
LRP
Handgereedschap (hamers, beitels, vormen, …)
Geen
Schokken / trillingen en fysieke belasting Lawaai
-
-
-
Ergonomisch gereedschap Jobrotatie
34.00.00
-
Aparte locatie
Gehoorbescherming
32.00.02
-
Oogletsels door wegspringende deeltjes -
-
Veiligheidsbril
Jobrotatie Opleiding / instructie Opleiding / instructie
Geventileerde ruimte
Adembescherming (A-bruin)
Opleiding / instructie
31.13.12 / 31.13.13 / 31.13.14 / 31.16.08 / 31.26.06 / 31.26.13
-
-
(Beschermende handschoenen)
Huidvriendelijke handenreiniger
31.13.12 / 31.13.13 / 31.13.14 / 31.16.08 / 31.26.06 / 31.26.13
Recipiënt en spatels
Plamuur : hars / verharders / solventen
Schade lever, nieren en centraal zenuwstelsel
Schade huid door hars / solventen
Biol. monit. / onderzoeken
Metingen
Vraaggesprek, lichamelijk onderzoek, Nordic Vraaggesprek, gehoortest
Lawaaimetingen
Vraaggesprek CTE/OPSvragenlijst Tolueen: hippuurzuur in urine Xyleen: methylhippuur zuur in urine Ethylbenzeen: amandelzuur / phenylglyoxaal zuur Styreen: amandelzuur + phenylglyoxaalzuur TDI: TDA in urine Vraaggesprek, inspectie huid
Solventmetingen: SO1 Isocyanaatmetingen: DI
5/8
NR
Deeltaak
3
Plamuren
Materiaal / arbeidsmiddelen
Chemische agentia
Gezondheidsrisico’s
Veiligheidsrisico’s
Recipiënt en spatels
Plamuur : hars / verharders / solventen
Schade lever, nieren en centraal zenuwstelsel Schade huid door hars / solventen Ergonomische belasting
4
Laten drogen plamuur
Geen
Dampen verharders / solventen
5
Machinaal opschuren plamuur
Schuurmachine
Stof uitgeharde plamuur
6
Handmatig opschuren plamuur
7
Oxyacetyleenlassen
8
Vlambooglassen
RISICO’S
Schuurpapier / handblokje, water
Oxyacetyleenbrander (zie taakstap 1 snijbranden) Elektrode lastoestel (meestal halfautomaat)
Stof uitgeharde plamuur
PREVENTIEMAATREGELEN
GEZONDHEIDSTOEZICHT
CBM
PBM
Andere
LRP
Biol. monit. / onderzoeken
Metingen
-
Geventileerde ruimte
Adembescherming (A-bruin)
Opleiding / instructie
Zie supra
Zie supra
Zie supra
-
-
Huidvriendelijke handenreiniger
Zie supra
Zie supra
-
-
(Beschermende handschoenen) -
Ergonomisch gereedschap Jobrotatie
34.00.00
Schade lever, nieren en centraal zenuwstelsel Inademen stof
-
Geventileerde ruimte
-
-
Zie supra
Vraaggesprek, lichamelijk onderzoek, Nordic Zie supra
-
Machine voorzien van stofzuiger Aparte locatie
Opleiding / instructie
Lawaai
-
Aparte locatie
Stofmasker P2 Beschermende kledij (Wegwerp overall type 5) Gehoorbescherming
Trillingen en fysieke belasting Inademen stof
-
-
-
Aparte locatie
Fysieke belasting
-
-
UV-straling (huidverbranding en huidkanker)
-
Lasschermen Aparte locatie
(trillingsdempende handschoenen) Stofmasker P2 Beschermende kledij (wegwerp-overall type 5) -
Lawaaiarme machine Jobrotatie Opleiding / instructie Trillingsarme machine Jobrotatie Opleiding / instructie
Zie supra
Stofmeting
32.00.02
Vraaggesprek, gehoortest
32.00.05
Vraaggesprek, lichamelijk onderzoek
Lawaaimetingen
Stofmeting
Ergonomisch schuurblokje Jobrotatie
34.00.00
Vraaggesprek, lichamelijk onderzoek, Nordic
Opleiding / instructie
32.00.07
Vraaggesprek, inspectie ogen, visustest
Acetyleen / zuurstof
Lasdraad, argon
Laskap Beschermende kledij Beschermende handschoenen
6/8
NR
Deeltaak
Materiaal / arbeidsmiddelen
Chemische agentia
RISICO’S Gezondheidsrisico’s
Veiligheidsrisico’s
Inademen lasrook (lassersastma / lasserskoorts) Lawaai
Afslijpen of afbikken slak
Haakse slijpmachine / bikhamer
Geen
PBM
Andere
LRP
-
(Lokale afzuiging) Aparte locatie
Opleiding / instructie
31.29.00 / 31.01.00
-
-
Elektrisering / elektrocutie
Isolatie, aarding
-
Brandwonden (zie taakstap 1 - snijbranden) Brand / explosie (zie taakstap 1 snijbranden) -
-
-
Opleiding / instructie Opleiding / instructie Periodiek nazicht lastoestel -
32.00.02
-
Adembescherming P2 en geschikt voor lasrook Gehoorbescherming -
-
-
-
-
Gehoorbescherming
-
-
Oogletsels door wegspringende deeltjes Brand / explosie -
-
(trillingsdempende handschoenen) Veiligheidsbril
Lawaaiarme machine Jobrotatie Opleiding / instructie Trillingsarme machine Jobrotatie Opleiding / instructie
-
-
Geventileerde ruimte
Adembescherming (A-bruin)
Lawaai
Trillingen en fysieke belasting -
10
Ontvetten stukken
Vodden
Solvent
GEZONDHEIDSTOEZICHT
CBM
-
9
PREVENTIEMAATREGELEN
Schade lever, nieren en centraal zenuwstelsel
Toepassen vuurvergunning Opleiding / instructie
Biol. monit. / onderzoeken
Metingen
RVS (inox): Cr in urine Aluminium: Al in urine Vraaggesprek, gehoortest
Lasrookmeting; evt. metalen Lawaaimetingen
32.00.02
Vraaggesprek, gehoortest
Lawaaimetingen
32.00.05
Vraaggesprek, lichamelijk onderzoek
31.13.12 / 31.13.13 / 31.13.14
Vraaggesprek CTE/OPSvragenlijst Tolueen: hippuurzuur in urine Xyleen: methylhippuur zuur in urine Ethylbenzeen: amandelzuur / phenylglyoxaal zuur
Solventmetingen: SO1
7/8
NR
11
12
Deeltaak
(Her)monteren stukken
Afplakken voertuig
Materiaal / arbeidsmiddelen
Handgereedschap
Tape / folie / papier / snijmes of cutter
Chemische agentia
Geen
Geen
RISICO’S
PREVENTIEMAATREGELEN
GEZONDHEIDSTOEZICHT
Gezondheidsrisico’s
Veiligheidsrisico’s
CBM
PBM
Andere
LRP
Schade huid solventen
-
-
Brand / explosie
Geventileerde ruimte
Ergonomische belasting -
-
-
-
Voetletsels
-
-
Snijden
-
Veiligheidsschoenen -
Opleiding / instructie Huidvriendelijke handenreiniger Opleiding / instructie Brandveilige vuilnisbak Noodprocedures Snelblusser Ergonomisch gereedschap Opleiding / instructie Gebruik veiligheidsmes
31.13.12 / 31.13.13 / 31.13.14
-
Beschermende handschoenen Vodden met handvat -
Biol. monit. / onderzoeken
Metingen
Vraaggesprek, inspectie huid
8/8