Voorbespreken en voorbereiden van een nieuw blok uit de rekenmethode Eerste oriëntatie Welke onderwerpen uit welke leerlijnen komen in dit blok aan de orde? Onderscheid daarbij a. eerste kennismaking met een nieuw onderwerp b. voortgaande oefening met al eerder geïntroduceerde onderwerpen, op weg naar de toets c. onderhoud van al getoetste onderwerpen Tweede oriëntatie Vervolgens kan je nagaan in hoeverre je de fasen van het Handelingsmodel herkent in de manier waarop de nieuwe onderwerpen in het blok worden aangeboden en waarop al bekende onderwerpen verder geoefend worden. Weet je ook welke leerlingen welk handelingsniveau al beheersen en dus moeten oefenen op het volgende niveau? Derde oriëntatie Tenslotte ga je na bij welke hoofdlijnen van leren rekenen de aangeboden opgaven passen. Dit is van belang om de juiste werkvorm te kiezen. Zo is het voor het ontwikkelen en verwerven van oplossingsprocedures belangrijk dat leerlingen hun stappen en keuzes verwoorden en daarop feedback kunnen krijgen. Alleen schriftelijk werken is dan niet passend, maar in duo’s echt samenwerken wel. Omgekeerd is het voor vlot rekenen en onderhoud van wat al werd beheerst weer nuttig om het alleen te doen. Dit neemt niet weg dat ook dan afwisseling met reactieoefeningen in duo’s nuttig en stimulerend kan zijn. Ga na in hoeverre de methode voorziet in deze vier hoofdlijnen en in de daarbij passende werkvormen.
1
Keuzes maken Nu je weet wat de inhoud van het blok is en je ook een (globaal) beeld hebt hoe die aansluit bij de voorkennis van je leerlingen, ben je in staat keuzes te maken. Het gaat daarbij om vragen als: a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k. l.
Hoe kan ik de intro van de nieuwe stof op handelingsniveau 1 laten ervaren? Welke filmpjes, voorwerpen en/of activiteiten zijn helpend om de leerlingen in dit blok op het juiste spoor te zetten? Welke vragen kan ik daarbij stellen zodat alle leerlingen daarmee aan het denken en handelen worden gezet? Voor welke leerlingen is het instapniveau van de opgaven die zijn gericht op beheersing, in de aangeboden vorm niet passend bij hun voorkennis? Welke aanpassingen zijn nodig om oefening voor hen zinvol te maken? Bij welke onderdelen en voor welke leerlingen is specifieke instructie gewenst? Welke leerlingen moet ik bij welke onderdelen even extra in de gaten houden, om na te gaan of ze niet blijven hangen in procedurestappen die ze al beheersen? Met welke leerlingen moet ik de komende periode een rekengesprekje plannen, om na te gaan wat ze al begrijpen/kunnen/weten, zodat ik beter kan aansluiten bij hun ontwikkeling? Welke aanpassingen in inhoud en/of vorm moet ik maken voor de leerlingen die al verder zijn of die zich de nieuwe onderwerpen heel snel zullen eigenmaken? Hoe maak ik de leerlingen duidelijk welke doelen een rol spelen binnen dit blok en hoe die doelen hun oefenen richting kunnen geven? Welke opgaven moeten in ieder geval mondeling uitgevoerd worden? Hoe voorkom ik dat de leerlingen denken dat het doel is ‘alle antwoorden goed hebben’ of ‘snel klaar zijn met de bladzijde’?
Je kunt de eerste keer niet al deze vragen beantwoorden. Kies daarom 5 vragen uit die je samen met je collega’s in ieder geval wilt beantwoorden.
2
Keuzes bij rekenactiviteiten met kleuters
Welke rol spelen hoeveelheden, maten, (geometrische) vormen, volgordes, patronen, getallen of cijfers bij het komende thema? Wat is er voor de leerlingen te ontdekken aan die aspecten die voortkomen uit het thema? Welke woorden, betekenissen en uitdrukkingen zijn bij elk van die onderwerpen cruciaal? Welke vragen zijn geschikt om leerlingen actief te maken en te laten nadenken, waarnemen en onderzoeken? Hoe kan je bij de verschillende onderwerpen van het thema leerlingen op een vanzelfsprekende manier laten samenwerken of tenminste interactie tussen twee leerlingen uitlokken? Wat heb je nodig aan materialen, verhalen en inrichting om via het thema rekenwiskundige activiteiten uit te lokken? Hoe voorkom je dat je bent aangewezen op de ‘werkjes uit de kast’, die meestal zijn gericht op goed of fout en geen eigen initiatief van de leerlingen vragen? Op welke manieren ga jij de manier van bezig zijn met de activiteiten en de opbrengsten daarvan vastleggen? Kan je de leerlingen daarin een rol geven?
Bedenk dat rekenwiskundige activiteiten met kleuters in de eerst plaats beleven, onderzoeken, verwoorden en spelen betekenen. Denk niet aan werkbladen, maar daag leerlingen wel uit om hun vondsten en ideeën vast te leggen om te bewaren voor een later moment en/of om aan anderen (ook ouders) te laten zien. Dat kan o.a. met tekeningen, woorden en getallen en met digitale foto’s. Welke spellen of spelvarianten zijn passend? Zijn er leerlingen die met bv. een paar dobbelstenen zelf een spel erbij kunnen bedenken?
3
leerlingen
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
B
I
extra aandachtspunt 12
extra aandachtspunt 11
extra aandachtspunt 10
extra aandachtspunt 9
extra aandachtspunt 8
extra aandachtspunt 7
extra aandachtspunt 6
extra aandachtspunt 5
extra aandachtspunt 4
WEEK:
extra aandachtspunt 3
BLOK:
extra aandachtspunt 2
VAK:
Vul in wat elk aandachtspunt is.
extra aandachtspunt 1
GROEPSPLAN FORMAT
B
I
Geef dan met kruisjes aan wat voor wie nodig is; I = INSTRUCTIE B = BEGELEIDING Geef met een kleur aan op welke dag(en) je dat plant B ROOD = MAANDAG ORANJE = DINSDAG GEEL - WOENSDAG GROEN = DONDERDAG BLAUW = VRIJDAG
4
voorbeeld van een mogelijke planning
5
Meer informatie
Kwaliteitskaart Doelen stellen met je leerlingen: http://www.schoolaanzet.nl/uploads/tx_sazcontent/Doelen_stellen_met_je_leerlingen_01.pdf
Tool om administratieve last te beperken: www.groepsplanversneller.nl
Hand-out van de presentatie: www.jansonadvies.nl/school-aan-zet/presentaties
6