Studiekeuzebegeleiding 4de jaar
Lessenroosters en profielen Studierichtingen 3de graad SO 2013-2014 (lessenroosters 2014-201)
Scholengemeenschap Sint-Quintinus Vrij CLB Regio Hasselt
Deze handleiding is ontstaan uit een samenwerking tussen de scholen van de Scholengemeenschap St.-Quintinus Hasselt-Stevoort-Zonhoven en het Vrij CLB Regio Hasselt. Samenstelling en lay-out: Marleen Vandercrabben
1
INHOUD Studierichtingen ASO
4
Studiegebied Algemeen Secundair Onderwijs Economie – moderne talen Economie – wiskunde Grieks – Latijn Grieks – wiskunde Humane wetenschappen Latijn – moderne talen Latijn – wetenschappen Latijn – wiskunde Moderne talen – wetenschappen Moderne talen – wiskunde Wetenschappen – wiskunde Studiegebied Sport Sportwetenschappen Studierichtingen TSO
5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29
Studiegebied Auto Autotechnieken Studiegebied Bouw Bouwtechnieken Studiegebied Chemie Chemie Techniek – wetenschappen Studiegebied Handel Boekhouden – informatica Handel Informaticabeheer Secretariaat – talen Studiegebied Hout Houttechnieken Studiegebied Lichaamsverzorging Schoonheidsverzorging Studiegebied Mechanica en elektriciteit Elektromechanica Industriële ICT-technieken Industriële wetenschappen Elektrische installatietechnieken Mechanische vormgevingstechnieken Industriële computertechnieken Mechanica constructie- en planningstechnieken Studiegebied Personenzorg Jeugd- en gehandicaptenzorg Sociale en technische wetenschappen Leefgroepenwerking Studiegebied Sport Lichamelijke opvoeding en sport Studiegebied Toerisme Onthaal en public relations 2
30 32 34 36 38 40 43 45 47 49 51 53 56 58 60 62 65 67 69 71 73 75
Studierichtingen KSO
77
Studiegebied Beeldende Kunsten Toegepaste beeldende kunst Studiegebied Podiumkunsten Muziek
78 80
Studierichtingen BSO
82
Studiegebied Auto Auto Auto – elektriciteit Studiegebied Bouw Ruwbouw Renovatie bouw Schilderwerk en decoratie Studiegebied Handel Kantoor Verkoop Kantooradministratie en gegevensbeheer Winkelbeheer en etalage Studiegebied Hout Houtbewerking Industriële houtbewerking Studiegebied Lichaamsverzorging Haarzorg Haarstilist Studiegebied Mechanica en elektriciteit Elektrische installaties Kunststofverwerking Composietverwerking Industriële elektriciteit Studiegebied Personenzorg Organisatiehulp Verzorging Kinderzorg Organisatie-assistentie Thuis- en bejaardenzorg
83 85 88 90 92 94 96 98 100 102 104 106 108 110 112 114 116 118 120 122 124 126
Het Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs (DBSO)
128
De leerovereenkomst in het Syntra-netwerk
130
Het Buitengewoon Secundair Onderwijs
3
132
Lessentabellen en profielen studierichtingen ASO
4
Derde Graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) ECONOMIE-MODERNE TALEN Logische vooropleiding In principe: Economie (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Duits Engels Frans wiskunde
Humaniora Kindsheid Jesu
Instituut Mariaburcht
Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
3 3 4
3 3 4
3 3 4
3 3 4
3 3 4
3 3 4
2 3 4
2 3 4
3
3
4
4
3
3
3(+1)* 3(+1)*
aardrijkskunde natuurwetenschappen
1 2
1 2
1 2
1 2
1 2
1 2
1 2
1 2
economie
4
4
4
4
4
4
4
4
1
1
1***
1***
2**
1** 1
32
32
32
32
seminarie seminarie SO-HO¹ optie-uur Totaal
(+1)* (+1)* 32
32
32*** 32***
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Ofwel + 1u wiskunde, ofwel + 1 optie-uur: 5de jaar: drama, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet 6de jaar: drama, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, wiskunde statistiek, fotografie, Spaans, sociale inzet **Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economie leeronderneming, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, architecturale vorming, techniek, mens en wetenschap 1u seminarie in het 6de jaar: economie leeronderneming, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, statistiek, architecturale vorming, mens en wetenschap, actualiteit ***Mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit ICT, Spaans, boekhouden
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. In deze studierichting wordt inzicht in het economisch gebeuren gecombineerd met het ontwikkelen van de communicatieve vaardigheid. 5
Inhoud van de vakken Economie Economie wordt abstract benaderd. De algemene economie of sociale economie krijgt de meeste aandacht. Ze bestudeert de menselijke relaties in een land en tussen de verschillende landen in de wereld. Het deelvak bedrijfswetenschappen behandelt de problemen en relaties die kaderen in het bedrijfsbeleid: productie, kostenbeheersing, boekhouding en bedrijfsbeheer, internationale handel, personeelsbeleid … De boekhouding is een ondersteunend onderdeel. In het deelvak recht maken de leerlingen kennis met de juridische wetmatigheden waarbinnen de samenleving functioneert: het burgerlijk recht met de nadruk op de relaties binnen de familie en met andere burgers, begrippen uit het sociaal en fiscaal recht met relaties tot de overheid. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen voor deze studierichting zijn vooral te situeren in communicatiebeheer, toerisme en secretariaatsbeheer (hoger onderwijs van één cyclus). Mogelijke alternatieven situeren zich in de sociale en artistieke sector. Studenten die opteren voor een kortere opleiding kunnen denken aan een zevende specialisatiejaar TSO (studiegebied Handel): Administratie vrije beroepen, Commercieel webverkeer, Immobiliënbeheer, Internationaal transport en goederenverzending, KMO-administratie, Medico-sociale administratie, Public relations, Toerisme en organisatie, Toerisme en recreatie, Verkoop en distributie.
6
Derde Graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) ECONOMIE-WISKUNDE Logische vooropleiding In principe: Economie (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Humaniora Kindsheid Jesu
Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
Engels Frans
3 4
3 4
2 3
2 3
2 3
2 3
wiskunde
6
6
6(+2)*
aardrijkskunde biologie chemie fysica
1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
1 1 1 1
economie
4
4
4
4
4
4
(+2)*
(+2)*
2**
1** 1
32*
32*
32
32
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
informatica seminarie seminarie SO-HO¹ Totaal
32***
32***
6(+2)* 6(+2)** 6(+1)**
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs * Ofwel 8u wiskunde + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit Duits, ICT, Spaans, boekhouden, wetenschappelijk tekenen ofwel 6u wiskunde + 2u seminarie + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit Duits, ICT, Spaans, boekhouden, wetenschappelijk tekenen **Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economie leeronderneming, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, programmeren, architecturale vorming, techniek, wetenschap verdieping, wiskunde (8u) 1u seminarie in het 6de jaar: economie leeronderneming, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, architecturale vorming, wetenschap verdieping, wiskunde (7u), actualiteit ***Mogelijkheid 33ste lesuur: Duits
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. In deze studierichting wordt inzicht in het economisch gebeuren gecombineerd met inzicht in wiskundige denkpatronen. De abstracte theorie van de wiskunde wordt in het economisch domein geconcretiseerd. 7
Inhoud van de vakken Economie Economie wordt abstract benaderd. De algemene economie of sociale economie krijgt de meeste aandacht. Ze bestudeert de menselijke relaties in een land en tussen de verschillende landen in de wereld. Het deelvak bedrijfswetenschappen behandelt de problemen en relaties die kaderen in het bedrijfsbeleid: productie, kostenbeheersing, boekhouding en bedrijfsbeheer, internationale handel, personeelsbeleid … De boekhouding is een ondersteunend onderdeel. In het deelvak recht maken de leerlingen kennis met de juridische wetmatigheden waarbinnen de samenleving functioneert: het burgerlijk recht met de nadruk op relaties binnen de familie en met andere burgers, begrippen uit het sociaal en fiscaal recht met relaties tot de overheid. Wiskunde In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Dit gebeurt via de deelvakken algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn zeer ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan.
8
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) GRIEKS-LATIJN Logische vooropleiding In principe: Grieks-Latijn (2de graad ASO).
Lessentabel Humaniora Kindsheid Jesu
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
Engels Frans Grieks Latijn
2 3 4 4
2 3 4 4
2 3 4 4
2 3 4 4
wiskunde
4
4
3
3
aardrijkskunde natuurwetenschappen
1 2
1 2
1 2
1 2
2***
1*** 1
32
32
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
seminarie seminarie SO-HO¹ optie-uur Totaal
1*
1*
32**
32**
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *1u optie: 5de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet 6de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet **Mogelijkheid 33ste lesuur Duits ***Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, architecturale vorming, techniek, mens en wetenschap 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociaal agogische vaardigheden, statistiek, architecturale vorming, mens en wetenschap, actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. Het gaat hier om een studierichting met een sterk verbaal-literaire en cultuurhistorische vormingscomponent. Deze studierichting beoogt niet enkel de leerlingen gevoelig te maken voor taal maar ook inzicht bij te brengen in taalstructuren. Via de lectuur van de 9
Griekse en Latijnse auteurs komen de leerlingen tevens in contact met de bronnen van de geestelijke, culturele en politieke ontwikkelingen in het Westen.
Inhoud van de vakken Latijn In de derde graad komen de leerlingen in contact met poëtische, historische, retorische en juridische teksten. Dit geeft hen inzicht in de literatuurgeschiedenis en draagt bij tot de ontwikkeling van de literaire smaak. De lectuur van Latijnse auteurs brengt de leerlingen tevens in contact met een beschaving die één van de pijlers is van de Westerse wereld. Grieks De leerlingen komen in contact met meesterwerken van de Griekse literatuur. Zij trachten er de boodschap en vormgeving van te ontdekken en te interpreteren. De leerlingen komen eveneens tot de ontdekking dat de Griekse auteurs de grondleggers zijn geweest van literaire genres die in het Westen voor het eerst tot bloei zijn gebracht. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan, tenzij in de wiskundig-wetenschappelijke opleidingen. De logische verdere uitwegen voor deze studierichting zijn vooral te situeren in de studierichtingen met een literair karakter. Mogelijke alternatieven situeren zich in de sociale en artistieke opleidingen.
10
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) GRIEKS-WISKUNDE Logische vooropleiding In principe: Grieks (2de graad ASO).
Lessentabel Virga Jessecollege
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Engels Frans Grieks wiskunde aardrijkskunde biologie chemie fysica
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
2 3 4
2 3 4
6(+2)* 6(+2)* 1 1 1 1
1 1 1 1
seminarie seminarie SO-HO¹
2*
1* 1
Totaal
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, programmeren, architecturale vorming, techniek, wetenschap verdieping, wiskunde (8u) 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, architecturale vorming, wetenschap verdieping, wiskunde (7u), actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van de talenstudie met de abstracte wereld van de wiskunde vormt het eigene van deze studierichting.
11
Inhoud van de vakken Grieks De leerlingen komen in contact met meesterwerken van de Griekse literatuur. Zij trachten er de boodschap en vormgeving van te ontdekken en te interpreteren. De leerlingen komen eveneens tot de ontdekking dat de Griekse auteurs de grondleggers zijn geweest van literaire genres die in het Westen voor het eerst tot bloei zijn gebracht. Wiskunde In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Dit gebeurt via de deelvakken algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan.
12
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) HUMANE WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding In principe: Humane Wetenschappen (2de graad ASO). Deze studierichting is in vele scholen ook mogelijk na andere ASO-studierichtingen uit de tweede graad.
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Duits Engels Frans wiskunde
Humaniora Kindsheid Jesu
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
3 3
2 4
1 2 3+1
1 2 3+1
3
3
3(+1)* 3(+1)*
aardrijkskunde natuurwetenschappen
1 2
1 2
1 2
1 2
cultuurwetenschappen gedragswetenschappen
3 3
3 3
3 3
3 3
2***
1***
2
2
seminarie seminarie humane wet. seminarie SO-HO¹ optie-uur
(+1)* (+1)*
Totaal
32**
1 32**
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Ofwel +1u wiskunde ofwel +1 optie-uur: 5de jaar: drama, economie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet 6de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, wiskunde statistiek, fotografie, Spaans, sociale inzet **Mogelijkheid 33ste lesuur Duits ***Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, kunstproject, project kunstzinnige vorming, architecturale vorming, techniek, mens en wetenschap 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, statistiek, architecturale vorming, mens en wetenschap, actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. 13
In deze studierichting leren de leerlingen psychologische, sociologische en culturele verschijnselen herkennen en exploreren.
Inhoud van de vakken Cultuurwetenschappen Binnen dit vak bestuderen de leerlingen het functioneren en de rol van organisaties in de samenleving; de beïnvloedende factoren, structuren en functies van communicatie; opvattingen over identiteit, cultuur en beschaving in verschillende samenlevingen; verschillende mens- en wereldbeelden; de relatie tussen cultuur en wetenschap, techniek en samenleving; kunstvormen en hun rol bij veranderingen in de samenleving; de ontwikkeling, vormgeving, kenmerken en principes van waarden en normen. Gedragswetenschappen Binnen dit vak bestuderen de leerlingen verschillende organisatievormen waartoe de mens als individu behoort; de factoren die de communicatie tussen mensen mogelijk maken en beïnvloeden; de ontwikkeling van het individu en de dynamiek van sociale groepen en cultuursystemen; de samenhang tussen en de onderlinge beïnvloeding van individu, groepen en samenleving; het ontstaan, de aard, de functies en de expressie van emoties en het omgaan met lichamelijkheid; de wijze waarop waarden en normen in sociale gemeenschappen worden overgedragen. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vooral te situeren in het hoger onderwijs van één cyclus (met een sociale of artistieke inslag) of in het academisch onderwijs (sociale richtingen). Een jaar Se-n-Se Internaatswerking (TSO) of Leefgroepenwerking (TSO) behoort ook tot de mogelijkheden.
14
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) LATIJN-MODERNE TALEN Logische vooropleiding In principe: Grieks-Latijn of Latijn (2de graad ASO).
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Duits Engels Frans Latijn wiskunde aardrijkskunde natuurwetenschappen seminarie seminarie SO-HO¹ optie-uur Totaal
Humaniora Kindsheid Jesu
Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
3 3 4 4
3 3 4 4
3 3 4 4
3 3 4 4
2 3 4 4
2 3 4 4
4
4
3
3
1 2
1 2
1 2
1 2
1**
1**
2***
1*** 1
32**
32**
32
32
3(+1)* 3(+1)* 1 2
1 2
(+1)* (+1)* 32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Ofwel +1u wiskunde ofwel +1 optie-uur: 5de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet 6de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, wiskunde statistiek, fotografie, Spaans, sociale inzet **Mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit ICT, Spaans, economie ***Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, architecturale vorming, techniek, mens en wetenschap, 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, statistiek, architecturale vorming, mens en wetenschap, actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. In deze studierichting wordt het ontwikkelen van de communicatieve vaardigheid gecombineerd met de studie van de Latijnse taal, beschaving en cultuur. 15
Inhoud van de vakken Latijn In de derde graad komen de leerlingen in contact met poëtische, historische, retorische en juridische teksten. Dit geeft hen inzicht in de literatuurgeschiedenis en draagt bij tot de ontwikkeling van de literaire smaak. De lectuur van Latijnse auteurs brengt de leerlingen tevens in contact met een beschaving die één van de pijlers is van de Westerse wereld. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn relatief ruim. Er zijn slechts beperkingen voor meer wiskundig-wetenschappelijke vervolgopleidingen.
16
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) LATIJN-WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding In principe: Latijn (2de graad ASO).
Lessentabel Humaniora Kindsheid Jesu
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
Engels Frans Latijn
2 3 4
2 3 4
2 3 4
2 3 4
wiskunde
4
4
4
4
aardrijkskunde biologie chemie fysica
1 2 2 2
2 2 2 2
2 2 2 2
1 2 2 2
seminarie wetenschappen seminarie SO-HO¹
1
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
Totaal
1 32*
32*
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Mogelijkheid 33ste lesuur: Duits
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van een verbaal-literaire met een exact-wetenschappelijke component vormt het eigene van deze studierichting.
Inhoud van de vakken Latijn In de derde graad komen de leerlingen in contact met poëtische, historische, retorische en juridische teksten. Dit geeft hen inzicht in de literatuurgeschiedenis en draagt bij tot de ontwikkeling van de literaire smaak. De lectuur van Latijnse auteurs brengt de 17
leerlingen tevens in contact met een beschaving die één van de pijlers is van de Westerse wereld. Wetenschappen In de vakken biologie, chemie en fysica (in mindere mate wiskunde en aardrijkskunde) worden tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch feitenmateriaal en aan de inzichtelijke verwerking ervan. Het verzamelen van feitenmateriaal gebeurt onder diverse vormen: experimentele waarneming in het schoollabo, veldwerk, audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken in tabellenboeken en andere naslagwerken. De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er zijn weinig beperkingen.
18
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) LATIJN-WISKUNDE Logische vooropleiding In principe: Latijn (2de graad ASO).
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Engels Frans Latijn
Humaniora Kindsheid Jesu
Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
2 3 4
2 3 4
2 3 4
2 3 4
2 3 4
2 3 4
wiskunde
6(+2)* 6(+2)* 6(+2)° 6(+2)° 6(+2)*** 6(+1)***
aardrijkskunde biologie chemie fysica
1 1 1 1 1 1 1(+1)* 1(+1)*
seminarie seminarie SO-HO¹ optie-uur
(+1)* (+1)*
Totaal
32**
1 1 1 1
1 1 1 1
(+2)° (+2)°
32**
32°
32°
1 1 1 1
1 1 1 1
2***
1*** 1
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs °ofwel 8u wiskunde + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit Duits, ICT, Spaans, economie, wetenschappelijk tekenen ofwel 6u wiskunde + 2u seminarie + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit Duits, ICT, Spaans, economie, wetenschappelijk tekenen *Ofwel + 2u wiskunde ofwel +1u fysica + 1 optie-uur: 5de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet 6de jaar: drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, wiskunde statistiek, fotografie, Spaans, sociale inzet **Mogelijkheid 33ste lesuur: Duits ***Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, programmeren, architecturale vorming, techniek, wetenschap verdieping, wiskunde (8u) 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, architecturale vorming, wetenschap verdieping, wiskunde (7u), actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. 19
Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van de talenstudie met de abstracte wereld van de wiskunde vormt het eigene van deze studierichting.
Inhoud van de vakken Latijn In de derde graad komen de leerlingen in contact met poëtische, historische, retorische en juridische teksten. Dit geeft hen inzicht in de literatuurgeschiedenis en draagt bij tot de ontwikkeling van de literaire smaak. De lectuur van Latijnse auteurs brengt de leerlingen tevens in contact met een beschaving die één van de pijlers is van de Westerse wereld. Wiskunde In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Dit gebeurt via de deelvakken algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er zijn weinig beperkingen.
20
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) MODERNE TALEN-WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding In principe: Wetenschappen (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
Duits Engels Frans
3 3 4
3 3 4
2 3 4
2 3 4
wiskunde
4
4
4
4
aardrijkskunde biologie chemie fysica
2 1 2 2
1 2 2 2
2 2 2 2
1 2 2 2
1*
1*
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
seminarie seminarie SO-HO¹ Totaal
1 32*
32*
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit ICT, Spaans, economie, fysica
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van een verbaal-literaire met een exact-wetenschappelijke component vormt het eigene van deze studierichting.
Inhoud van de vakken Wetenschappen In de vakken biologie, chemie, fysica (in mindere mate wiskunde en aardrijkskunde) worden tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch feitenmateriaal en aan de inzichtelijke verwerking ervan. Het verzamelen van feitenmateriaal gebeurt onder diverse vormen: experimentele waarneming in het schoollabo, veldwerk, audiovisueel 21
materiaal, gegevens opzoeken in tabellenboeken en andere naslagwerken. De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan.
22
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) MODERNE TALEN-WISKUNDE Logische vooropleiding In principe: Wetenschappen (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Virga Jessecollege
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Duits Engels Frans wiskunde aardrijkskunde biologie chemie fysica
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
2 3 4
2 3 4
6(+2)* 6(+1)* 1 1 1 1
1 1 1 1
seminarie seminarie SO-HO¹
2*
1* 1
Totaal
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs *Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, programmeren, architecturale vorming, techniek, wetenschap verdieping, wiskunde (8u) 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, architecturale vorming, wetenschap verdieping, wiskunde (7u), actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van de talenstudie met de abstracte wereld van de wiskunde vormt het eigene van deze studierichting.
23
Inhoud van de vakken Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur. Wiskunde In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Dit gebeurt via de deelvakken algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan.
24
Derde graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) WETENSCHAPPEN-WISKUNDE Logische vooropleiding In principe: Wetenschappen (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands Duits Engels Frans wiskunde aardrijkskunde biologie chemie fysica seminarie seminarie wetenschappen seminarie SO-HO¹ optie-uur Totaal
Humaniora Kindsheid Jesu
Sint-Jan Berchmansinstituut
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
2 3
1 2 3
1 2 3
2 3
2 3
2 3
Virga Jessecollege
6(+2)* 6(+2)* 6(+2)° 6(+2)° 6(+2)*** 6(+1)*** 1 2 2 2
2 2 2 2
2 1 2 2
1 2 2 2
(+2)° (+2)°
2 2 2 2
1 2 2 3
2***
1***
1(+1)* (+2)* 1 (+1)* 32**
32**
32°
32°
32
32
¹SO-HO: overstap Secundair Onderwijs – Hoger Onderwijs °ofwel 8u wiskunde + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit ICT, Spaans, economie, wetenschappelijk tekenen, fysica ofwel 6u wiskunde + 2u seminarie + mogelijkheid 33ste lesuur met keuze uit ICT, Spaans, economie, wetenschappelijk tekenen, fysica *5de jaar: ofwel 8u wiskunde +1u seminarie wetenschappen, ofwel 6u wiskunde + 2u seminarie wetenschappen + 1 optie-uur (drama, economie, filosofie, informatica, koor, LO, plastische opvoeding, fotografie, Spaans, sociale inzet) *6de jaar: ofwel 8u wiskunde, ofwel 6u wiskunde + 2u seminarie wetenschappen ** Mogelijkheid 33ste lesuur Duits ***Seminarie: 2u seminarie in het 5de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, programmeren, architecturale vorming, techniek, wiskunde (8u) 1u seminarie in het 6de jaar: economische initiatie, Duits, Spaans, filosofie, kunstproject, project kunstzinnige vorming, sociale agogische vaardigheden, architecturale vorming, wiskunde (7u), actualiteit
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. 25
Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. De combinatie van een exact-wetenschappelijke component met de abstracte wereld van de wiskunde vormt het eigene van deze studierichting.
Inhoud van de vakken Wetenschappen In de vakken biologie, chemie, fysica (in mindere mate wiskunde en aardrijkskunde) worden tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch feitenmateriaal en aan de inzichtelijke verwerking ervan. Het verzamelen van feitenmateriaal gebeurt onder diverse vormen: experimentele waarneming in het schoollabo, veldwerk, audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken in tabellenboeken en andere naslagwerken. De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Wiskunde In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Dit gebeurt via de deelvakken algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur.
Uitwegen De verdere uitwegen na deze studierichting zijn relatief ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan.
26
Derde Graad Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) SPORTWETENSCHAPPEN Logische vooropleiding In principe: Sportwetenschappen (2de graad ASO). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht 5de 1 2 2 2 4
6de 1 2 2 2 4
Engels Frans
2 3
2 3
wiskunde
4
4
aardrijkskunde biologie chemie fysica
2 1 2 2
1 2 2 2
sport seminarie
4 1
4 1
32
32
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
Totaal
Bedoeling Algemeen geldt dat het Algemeen Secundair Onderwijs (ASO) een uitgesproken doorstromingsfunctie heeft. Dit wil enerzijds zeggen dat de vorming gericht is op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt of tewerkstelling. Anderzijds zijn de leerplannen zo opgemaakt dat elke studierichting in principe voorbereidt op alle vormen van hoger onderwijs. Kenmerkend voor de derde graad Sport zijn de 4 lestijden sport bij de 2 lestijden lichamelijke opvoeding. In de derde graad Sport bouwt men verder op de verworven basisvaardigheden van de tweede graad. Men streeft naar meer correct uitgevoerde bewegingen, waar naast de prestatie ook de technische uitvoering van de beweging belang heeft. De bewegingen worden technisch complexer en stellen hogere eisen aan de individuele motoriek. Aan de hand van typische situaties wordt het juiste tactische handelen verder aangeleerd en/of geautomatiseerd.
27
Inhoud van de vakken Wetenschappen In de vakken biologie, chemie, fysica (in mindere mate wiskunde en aardrijkskunde) worden tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch feitenmateriaal en aan de inzichtelijke verwerking ervan. Het verzamelen van feitenmateriaal gebeurt onder diverse vormen: experimentele waarneming in het schoollabo, veldwerk, audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken in tabellenboeken en andere naslagwerken. De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits In alle ASO-studierichtingen neemt de studie van de moderne talen een belangrijke plaats in. De aandacht gaat naar het ontwikkelen van communicatieve vaardigheden (luisteren, lezen, spreken en schrijven), de reflectie op taal en de kennismaking met anderstalige literatuur. Sport Binnen de technische vakken zijn de lestijden sport belangrijk. Meerdere sporttakken komen aan bod: 1u atletiek, 1u balsporten, 1u gymnastiek, 1u ritmische/expressieve vorming, 1u zwemmen, 1u ritmiek/voetbal/omnisport. Seminarie In het vak seminarie wordt veel aandacht gegeven aan het leren organiseren van activiteiten. Ook het leren plannen van mijn studie alsook de overgang naar het hoger onderwijs komen aan bod. Er wordt ook de gelegenheid gegeven in samenwerking met BLOSO een trainersopleiding te volgen.
Uitwegen Leerlingen kunnen een studierichting kiezen in het academisch onderwijs (wetenschappen, medische en paramedische wetenschappen …) of in het hoger onderwijs van één cyclus (gezondheidszorg, onderwijs …).
Aandachtspunten Voldoende doorzettingsvermogen, studie-ijver, positieve bewegingsingesteldheid … zijn vereist. Leerlingen die sportief zijn, zin voor teamwork hebben en over een goed beheerste motoriek beschikken, kunnen in deze studierichting hun gading vinden. De studiekosten uitstappen.
worden
verhoogd
door
28
bijkomende
kosten
voor
sportkledij
en
Lessentabellen en profielen studierichtingen TSO
29
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) AUTOTECHNIEKEN
Logische vooropleiding Volgende technische opleidingen in de tweede graad sluiten best aan qua technische voorbereiding: Mechanische Technieken, Mechanica of Elektro-mechanica. Ook na een tweede graad Industriële wetenschappen of Elektriciteit-Elektronica en Elektrotechnieken is een overstap mogelijk.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
2
2
autotechniek praktijk + stage autotechniek theorie
9 10
9 10
Totaal
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Bedoeling Deze opleiding is sterk praktijkgericht en moet gezien worden als een voorbereiding op een technisch beroep in de autobranche.
Inhoud van de vakken Technisch pakket Er wordt geïntegreerd gewerkt via projecten. Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie is onontbeerlijk. Schetsen en tekenen zijn belangrijk. Het behalen van een VCA-attest is mogelijk binnen het leerplan. Stages zijn belangrijk in het leerproces. Leerinhouden - De kenmerken van een garagebedrijf en de eigenheid van de taken en verantwoordelijkheden van het garageteam worden toegelicht. - De eigen en de in team te verrichten werkzaamheden plannen en organiseren komen aan bod. - Van de te onderhouden wagens de onderdelen herkennen, hun functie en onderlinge relatie verklaren en uitvoeringstekeningen en schema’s analyseren. 30
- De mechanische energieomzetting in voertuigen en onderdelen analyseren en ermee rekening houden bij diagnoses. - De elektrische energieomzetting in voertuigen analyseren en ermee rekening houden bij diagnoses. - De kostprijs van onderhoudswerkzaamheden begroten. - De afbouw, de werking en de functionele samenhang van de auto-onderdelen analyseren.
Uitwegen MOGELIJKHEDEN OP DE ARBEIDSMARKT Men kan tewerkgesteld worden als verantwoordelijke bij een concessiehouder, als autotechnicus, als magazijnverantwoordelijke, als technisch raadgever, als controleur in een assemblagebedrijf enz …
VERDERE STUDIEMOGELIJKHEDEN Men kan verder studeren in een Se-n-Se-opleiding (Secundair na Secundair): Landbouwmechanisatie, Toegepaste Autotechnieken. In het beroepssecundair onderwijs kan men volgende specialisatiejaren volgen: Auto Elektriciteit, Bedrijfsvoertuigen, Diesel en LPG - motoren, Tuinbouw-mechanisatie. Indien men verder wil studeren in het hoger onderwijs, is vooral het studiegebied Bachelor Autotechnologie aangewezen. De meeste hogescholen hebben een aangepast programma met meer wiskunde en mechanica om de slaagkansen van studenten TSO Autotechnieken te verhogen.
31
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) BOUWTECHNIEKEN Logische vooropleiding De logische vooropleiding voor de derde graad Bouwtechnieken (TSO) is de tweede graad Hout- en Bouwkunde (TSO) en Bouwtechnieken.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
2
2
bouwtechnologie en tekenen onderzoek organisatie realisaties en stages bouwtechnieken stabiliteit
7 4 8
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
7 2 8 2
33
33
Bedoeling De studierichting Bouwtechnieken behoort tot de groep opleidingen binnen het technisch secundair onderwijs, waar de nadruk ligt op de technische en, in mindere mate, op de praktische kennis. Door een doorgedreven praktische vorming worden leerlingen opgeleid tot bekwame vakarbeiders met een verantwoordelijke functie. Zij beschikken op het einde van de studie tevens over een degelijke technische kennis. Daarom moet de nadruk gelegd worden op het verder studeren na het zesde jaar.
Inhoud van de vakken Het leerpakket ‘algemene vakken’ maakt bijna 1/3 van het aantal lesuren uit. De technische leervakken worden eerder geïntegreerd onderwezen en beoordeeld. De leerlingen leren o.a.: - Aan de hand van een bouwdossier (bouwplannen, beschrijvingen en opmetingen) een bouwconstructie van gewone omvang uitvoeringsgericht voorbereiden en opvolgen (planning, organisatie, prijsoffertes, kostprijsberekening, maken van aanvullende uitvoeringstekeningen…). - De werking van de topografische instrumenten kennen en inzicht verwerven op het vlak van topografische technieken om gebouwen en constructieonderdelen op het terrein te kunnen uitzetten. 32
-
-
De basistechnieken bij het realiseren van bouwknooppunten. Meewerken aan de uitvoering van bouwwerken en/of de uitvoerings-aspecten op een correcte manier aan derden doorgeven rekening houdende met: o de gestelde eisen van de ingenieur, architect (inplanting, vormgeving, stabiliteit, kostprijs, afwerking…); o de vigerende regelgeving (bouwwetgeving, welzijn op het werk, basisveiligheid…); o de kenmerken en verwerkingsvoorschriften van materialen; o de kenmerken en gebruiksvoorschriften van gereedschappen, machines en hulpmiddelen. De te volgen administratieve procedures tijdens het bouwproces kennen en toepassen (bouwadministratie).
De derde graad Bouwtechnieken biedt een theoretische en praktische opleiding aan. Alle stadia van het bouwen komen aan bod: - complexe funderingen; - het huisrioleringsstelsel; - kelderconstructies; - dakconstructies en dakdoorbrekingen; - gevelsamenstellingen anders dan spouwmuren; - ruwbouwvoorzieningen voor het bevestigen van schrijnwerk; - diverse vloerconstructies; - trapconstructies; - de studie van de technische installaties; - de uitvoeringskostprijs berekenen; - de afwerking van de ruwbouw; - …
Uitwegen Afgestudeerden komen op de arbeidsmarkt terecht als bijvoorbeeld: technisch tekenaar, op studiebureaus, als werfleider op bouwwerven… Na het zesde jaar Bouwtechnieken kunnen de leerlingen ook verder studeren. Zij worden aangemoedigd om de professionele Bacheloropleiding Bouw (departement IWT aan hogescholen) aan te vatten. Een zevende jaar in een Se-n-Se-opleiding ‘Bouw, Constructie- en Planningstechnieken’ kan eveneens een doorgedreven vorming naar de praktijk aanbieden.
Aandachtspunten Epilepsie en allergie voor stof vormen mogelijk medische tegenindicaties.
33
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) CHEMIE Logische vooropleiding Techniek-wetenschappen (2de graad TSO), Biotechnische wetenschappen (2de graad TSO) of Sociale en technische wetenschappen (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken. Vaak zal een bijwerking voor natuurwetenschappen, labo en/of wiskunde noodzakelijk zijn.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
1 2 2
1 2 2
wiskunde
3
3
toegepaste biologie toegepaste chemie -analytische chemie -chemische technologie -organische chemie toegepaste fysica bedrijfsbeheer *
1
2
6 4 4 3 2*
6 4 4 2 2*
32*
32*
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Chemie (TSO) is een praktisch-technische studierichting en benadert de chemie via concrete toepassingen. Leerlingen kunnen via deze concrete benadering de nodige theoretische begrippen, theorieën en wetenschappelijke taal verwerven.
Inhoud van de vakken Het vak toegepaste fysica met componenten is bedoeld als ondersteuning van de laboratoriumproeven en de latere toepassingen in de chemische industrie. Het accent ligt op het verwerven van basiskennis en –vaardigheden. Elektriciteit behandelt o.a. elektrische ladingen, stroom en weerstand, energie en vermogen, condensatoren, elektromagnetisme. Elektronica geeft de elementaire bouwstenen aan en het gebruik ervan in eenvoudige schakelingen. Fysica behandelt mechanica (bewegings- en krachtenleer, trillingen en golven, geluid) en optica (weerkaatsing en breking van het licht, kleurenleer, optische instrumenten). 34
Toegepaste biologie geeft de basiskennis van celstructuur, voorplantingswijzen, erfelijkheidswetten, biochemische processen.
celdelingen,
Toegepaste chemie vormt de hoofdbrok en de kern van deze studierichting. Analytische chemie behandelt de analyse van grondstoffen en eindproducten. Chemische technologie bespreekt de technieken en de apparatuur om grondstoffen op een veilige en efficiënte manier te verwerken tot eindproducten in verschillende chemische sectoren. Organische chemie behandelt de verschillende stoffen en reacties en de belangrijkste toepassingen in industrie, milieu, gezondheidszorg … . De drie componenten van toegepaste chemie integreren theoretische kennis en technische vaardigheden. De technische vaardigheden komen aan bod in het labo. Laboratorium veronderstelt het opstellen, bedienen en onderhouden van basisapparatuur en het leren toepassen; het leren waarnemen; het uitvoeren van experimenten; het verwerken en rapporteren van gegevens; het toepassen van technieken; het veilig en verantwoord omgaan met stoffen.
Uitwegen Afgestudeerden komen op de arbeidsmarkt terecht als procesoperator, laborant … Chemie (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Ergotherapie, Biochemie, Chemie, Milieuzorg, Procestechnieken, Farmaceutische en biologische technieken, Medische laboratoriumtechnologie, Voedings- en dieetkunde, Medische beeldvorming, Verpleging, Vroedkunde … - Verpleegkunde HBO5; - 7de jaar Se-n-Se: Biochemie (TSO), Chemische procestechnieken (TSO), Drogisterijcosmetica (TSO), Voedselbehandeling (TSO), Water- en luchtbeheersingstechnieken (TSO).
Aandachtspunten Chemie (TSO) veronderstelt interesse voor toepassingen van chemie, voeding en laboratoriumwerk.
35
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) TECHNIEK-WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding Techniek-wetenschappen (2de graad TSO) of Biotechnische wetenschappen (2 de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken. Vaak zal een bijwerking voor natuurwetenschappen en/of wiskunde noodzakelijk zijn.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
Vrij Technisch Instituut
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 4
2 2 4
2 2 4
2 2 4
wiskunde
6
6
6
6
toegepaste biologie toegepaste chemie toegepaste fysica Bedrijfsbeheer*
3 5 4
2 6 4
3 5 4 2*
3 5 4 2*
32
32
32*
32*
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Techniek-wetenschappen (TSO) is een theoretisch-technische studierichting. De nadruk ligt op de studie van de wetenschappen (biologie, fysica en vooral chemie) en op het onderzoek in het laboratorium. Wiskunde is een erg belangrijke component. De taalcomponent bereidt voor op de praktische communicatie en op de lectuur van vakliteratuur en handleidingen.
Inhoud van de vakken Toegepaste fysica behandelt: mechanica (bewegings- en krachtenleer), elektriciteit, elektromagnetisme, trillingen en golven (eigenschappen van golven, toepassingen van golven zoals geluid, wisselstroom en elektromagnetische golven), elektronica (halfgeleiders, diodes, transistoren), kernfysica (radioactieve straling, radioactiviteit) en labo (praktische toepassingen, gebruik van (meet)toestellen, afleiden van definities en wetten uit experimenten). Toegepaste biologie bestudeert de levende wezens en hun chemische samenstelling, de cel, uitwisselingen tussen organismen en hun milieu, transport bij organismen en de 36
verwerking van de opgenomen bestanddelen, voortplanting, erfelijkheids- en evolutieleer. In het labo leren de leerlingen observatietechnieken hanteren, eenvoudige preparaten en analyses maken, meettechnieken uitvoeren, biologische gegevens vastleggen en interpreteren in tabellen en grafieken. Toegepaste chemie omvat algemene chemie (chemische reacties, evenwichtsreacties), analytische chemie (analysemethodes en scheidingstechnieken met hun toepasbaarheid), koolstofchemie (reactietypes en –mechanismen, soorten verbindingen). In het labo worden experimenten uitgevoerd, verwerkt en gerapporteerd.
Uitwegen Techniek-wetenschappen (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van twee cycli: Industrieel ingenieur chemie (biochemie en chemie); - hoger onderwijs van één cyclus: Landbouw en biotechnologie, Biochemie, Chemie, Milieuzorg, Procestechnieken, Elektriciteit, Elektronica, Farmaceutische en biologische technieken, Medische laboratoriumtechnologie, Voedingsen dieetkunde, Verpleegkunde; - Verpleegkunde HBO5; - 7de jaar Se-n-se: Biochemie (TSO), Chemische procestechnieken (TSO), Drogisterijcosmetica (TSO), Voedselbehandeling (TSO), Water- en luchtbeheersingstechnieken (TSO).
Aandachtspunten Techniek-wetenschappen wetenschappen.
(TSO)
veronderstelt
37
interesse
voor
wiskunde
en
natuur-
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) BOEKHOUDEN-INFORMATICA Logische vooropleiding Handel-Talen (2de graad TSO) of Economie-Wiskunde (2de graad ASO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
3 3 3
3 3 3
wiskunde
4
4
bedrijfseconomie toegepaste informatica
7* 6
7* 6
Totaal
32
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
*2u bedrijfsbeheer in het lessenpakket
Bedoeling De klemtoon in deze theoretisch-technische studierichting ligt vooral op de bedrijfshuishoudkunde (boekhouden) en informatica met ruime aandacht voor wiskunde. Een grondige beheersing van het Nederlands wordt nagestreefd, samen met een praktische kennis Frans en Engels. In vergelijking met de studierichting Handel (TSO) zijn er minder lestijden zakelijke communicatie en talen. Toegepaste informatica is uitgebreider en omvat ook programmeren. In de studierichting Informaticabeheer (TSO) ligt de nadruk bijna uitsluitend op de informatica (hard- en software) en is boekhouden minder belangrijk.
Inhoud van de vakken Bedrijfseconomie In het vak Bedrijfseconomie komen bedrijfseconomische aspecten, boekhoudkundige aspecten, juridische aspecten, zakelijk-communicatieve aspecten en informatica-aspecten (ICT) aan bod in de context van het beroep van boekhouder binnen een onderneming of binnen een boekhoudkantoor.
38
Toegepaste informatica In het vak toegepaste informatica komen informatica-aspecten (programmeren) aan bod in de context van het automatiseren van bedrijfsadministratieve toepassingen met toepassingssoftware enerzijds en de ontwikkeling van databanken en een gebruiksvriendelijke (web)toepassing anderzijds. Stages In het zesde leerjaar passen de leerlingen de opgedane kennis in de praktijk toe gedurende een twee weken durende stage in het kader van de geïntegreerde proef.
Uitwegen Boekhouden-informatica (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Accountancy-fiscaliteit, Toegepaste informatica, Leraar secundair onderwijs – groep 1 (burotica of informatica, handel-burotica); - 7de jaar Se-n-Se: Administratie vrije beroepen (TSO), Commercieel webverkeer (TSO), Immobiliënbeheer (TSO), Internationaal transport en goederenverzending (TSO), KMOadministratie (TSO), Medico-sociale administratie (TSO), Verkoop en distributie (TSO).
Aandachtspunten De leerlingen die deze studierichting willen volgen, moeten beschikken over een stevige wiskundige aanleg en over een uitgesproken interesse in boekhouden en informatica.
39
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) HANDEL Logische vooropleiding Handel (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Sint-Jan Berchmansinstituut
Virga Jessecollege
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Duits Engels Frans Nederlands
2 3 3 4
2 3 4 4
2 3 4 4
2 3 4 4
wiskunde
3
3
3
3
1
1
9 2
9 2
34
34
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
natuurwetenschappen bedrijfseconomie communicatie en informatica toegepaste informatica Totaal
9
8
2
2
32
32
Bedoeling De vorming in de derde graad Handel TSO bestaat uit twee componenten: - een algemeen vormende component met bijzondere aandacht voor de taalvaardigheden (Nederlands, Frans, Engels en Duits). In wiskunde krijgt de jongere oefeningen op de rekenvaardigheden en op specifieke toepassingen van binnen de handelssector; - een bedrijfsgerichte component met boekhouden (verrichtingen worden geboekt in een professioneel boekhoudpakket), toegepaste informatica (tekstverwerking, rekenblad, gegevensblad, presentatiepakket en internet), zakelijke communicatie en recht. Doorheen de hele opleiding is er permanent aandacht voor attitudes zoals zelfstandig, ordelijk en nauwkeurig werken.
Inhoud van de vakken De derde graad Handel TSO is een commerciële studierichting en bereidt voor op verder studeren in hoger onderwijs (professionele bachelor). Daarom is gekozen voor een brede en evenwichtige vorming met drie componenten: - een stevige algemene vorming; - de talen: Nederlands, Frans, Engels en Duits met specifieke aandacht voor de praktische vaardigheden in een bedrijfseconomische context; 40
een bedrijfsgerichte vorming, bestaande uit: - een commercieel gedeelte met aandacht voor marketing en aan- en verkoopactiviteiten op nationaal en internationaal niveau; - een administratief gedeelte met de afhandeling van de administratie en het voeren van de boekhouding van een handelsonderneming; - een bedrijfseconomisch gedeelte met aandacht voor ondernemersvaardigheden zodat leerlingen zich later kunnen vestigen als zelfstandige. Om de leerlingen voor te bereiden op het hoger onderwijs worden werkvormen ingezet die, naast kennis, ook bijzondere aandacht hebben voor het verwerven van vaardigheden en attitudes. -
Leerlingen die op het einde van de derde graad niet kiezen voor het hoger onderwijs verhogen hun tewerkstellingskansen door het volgen van een specialisatiejaar. In de derde graad Handel TSO doet de jongere een uitgebreide studie over een handelsonderneming. Hij leert de onderneming situeren in haar omgeving; hij leert commerciële en administratieve verrichtingen afhandelen in de commerciële afdeling van de onderneming en hij leert beleidsfacetten van het runnen van de onderneming kennen. In de derde graad Handel TSO worden de beoogde kennis, vaardigheden en attitudes op een concrete en praktische wijze verworven. Naast de nodige theoretische kennis wordt er aandacht besteed aan het praktische: via disciplinedoorbrekende opdrachten vanuit bedrijfseconomisch oogpunt verwerft de jongere vaardigheden en attitudes, belangrijk in het hoger onderwijs en het arbeidsveld. De opdrachten kunnen zowel in als buiten de school georganiseerd worden in het kader van oefenfirma, minionderneming, leeronderneming, bedrijfsbezoeken, seminaries, stages…. De commerciële inhouden zijn geformuleerd op basis van het Beroepsopleidingsprofiel Administratief-commercieel medewerker Binnendienst (VLOR, 1997) en op basis van de studie Administratief inkoopmedewerker van Cevora. Bedrijfseconomie en geïntegreerde proef Minimum 9u, kan complementair tot 5 of 6u in het 2de leerjaar aangevuld worden. De ministeriële omzendbrief SOZ(91)7 van 3 mei 1991 verplicht elke school om in het tweede leerjaar van de derde graad TSO een geïntegreerde proef te organiseren. Omdat het vak bedrijfseconomie een geïntegreerd geheel vormt van bedrijfseconomische aspecten, boekhoudkundige aspecten, commerciële aspecten, juridische aspecten, zakelijkcommunicatieve aspecten en informatica-aspecten, ligt het voor de hand dat een aantal leerplandoelstellingen onder de vorm van opdrachten in het kader van de geïntegreerde proef kan behandeld worden. Deze opdrachten kunnen zowel een individueel karakter als een groepskarakter of een combinatie van beiden hebben. Naast het vak bedrijfseconomie kunnen ook andere vakken betrokken worden, zoals bijvoorbeeld Nederlands en vreemde talen. Bovenvermelde kennis, vaardigheden en attitudes kunnen inspirerend werken in de ontwikkeling van de opdrachten voor de leerlingen. In het vak bedrijfseconomie worden projecten georganiseerd. Hierbij worden verschillende werkvormen gekozen zoals bedrijfsbezoeken, leeronderneming… Er is ook volop ruimte om begeleid zelfstandig leerstof te verwerken. In combinatie met het elektronische leerplatform kunnen leerlingen in groepjes coöperatief leren.
41
Uitwegen Op het einde van het eerste leerjaar van de derde graad Handel TSO krijgt de jongere een oriënteringsattest. Bij het behalen van het oriënteringsattest B kan de jongere in het studiegebied Handel nog terecht in het tweede leerjaar van de derde graad BSO Kantoor. Op het einde van het tweede leerjaar van de derde graad Handel TSO krijgt de jongere het diploma secundair onderwijs en het attest Bedrijfsbeheer. Na de derde graad Handel TSO kan de jongere doorstromen naar een professionele bacheloropleiding in het economisch studiegebied of in de lerarenopleiding. Een derde leerjaar van de derde graad TSO binnen het studiegebied Handel behoort tevens tot de mogelijkheden.
Aandachtspunten De leerlingen die deze studierichting willen volgen, moeten beschikken over een ruime belangstelling voor economie, talen en administratie.
42
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) INFORMATICABEHEER Logische vooropleiding Handel-Talen (2de graad TSO), Economie-Wiskunde (2de graad ASO) of Economie-Moderne Talen (2de graad ASO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
3 3 3
3 3 3
wiskunde
4
4
bedrijfsbeheer toegepaste informatica - beheer computersystemen - softwarepakketten & ontwikkeling stages
2*
2*
6 5
4 5
Totaal
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
2 32
*2u bedrijfsbeheer in het lessenpakket
Bedoeling De klemtoon ligt op het beheren van computerapparatuur en -programmatuur, op het efficiënt oplossen van probleemsituaties, op het begeleiden van pc-gebruikers en op het optimaliseren van de informatieverwerking. In deze studierichting ligt de nadruk bijna uitsluitend op de informatica (hard- en software) en is boekhouden minder belangrijk.
Inhoud van de vakken Basiselektriciteit en –elektronica behandelt onderwerpen uit de elektriciteit en elektronica die verband houden met toepassingen in de informatica (o.a. elektrische spanning en stroom, de wet van Ohm, netspanning, (elektro)magnetisme, voeding, schakelingen …). In het vak bedrijfshuishoudkunde komen o.a. volgende onderwerpen aan bod: kennismaking met de instelling of onderneming, het commercieel beleid, contracten, werken met een professioneel boekhoudpakket, financieel beleid, kosten en kostprijsberekeningen, de zelfstandige zaak, sociaal statuut, fiscaal statuut, wetgeving (de wet op de privacy, de wet op auteursrechten, wegwijs in de milieureglementering).
43
In toegepaste informatica gaat de aandacht naar het installeren en beheren van computers en netwerken, het werken met diverse softwarepakketten, kenmerken van softwareontwikkeling en programmeren. De stages toegepaste informatica bieden de leerlingen de gelegenheid kennis te maken met de informatisering in de reële bedrijfspraktijk.
Uitwegen Informaticabeheer (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Toegepaste informatica, Multimedia en communicatietechnologie, Informatiemanagement en support, Leraar secundair onderwijs – groep 1 (economie, burotica of informatica, handel-burotica); - 7de jaar Se-n-Se: Administratie vrije beroepen (TSO), Commercieel webverkeer (TSO), Immobiliënbeheer (TSO), Internationaal transport en goederenverzending (TSO), KMOadministratie (TSO), Medico-sociale administratie (TSO), Verkoop en distributie (TSO). Na het zesde jaar kan de leerling ook tewerkgesteld worden in de branches van softwareontwikkeling, verkoop en assemblage van computers, informatica-ondersteuning in de administratie.
Aandachtspunten De leerlingen die deze studierichting willen volgen, zijn zeer gedreven voor informatica en hebben een wiskundige basiskennis. Talen blijven belangrijk.
44
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) SECRETARIAAT-TALEN Logische vooropleiding Handel-Talen (2de graad TSO) of Economie-Moderne Talen (2de graad ASO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Duits Engels Frans handelscorrespondentie Frans handelscorrespondentie Nederlands Nederlands
3 3 4 1 2 3
3 3 4 1 1 3
wiskunde
2
2
recht secretariaat stage bedrijfsbeheer*
2 6 2*
2 6 1 2*
32*
32*
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Secretariaat-talen (TSO) wil leerlingen voorbereiden op de vele secretariaatsfuncties van het bedrijfsleven en de administratieve diensten. Het accent ligt op het praktisch en zakelijk taalgebruik.
Inhoud van de vakken Talen De leerlingen krijgen een doorgedreven training in lees-, luister-, schrijf- en spreekvaardigheid in vier of vijf moderne talen: Nederlands, Frans, Engels, Duits, Spaans. Ze leren o.a. ook de Belgische en internationale conventies, normen en afspraken (briefschikking, spatiëringsregels, de voorstelling van eenheden, symbolen, telefoonnummers …) correct toepassen.
45
Recht De leerlingen maken zich een minimum aan rechtsterminologie eigen. Ze bestuderen het burgerlijk recht (personenrecht, goederen- en erfrecht, verbintenissenrecht …), handelsrecht (oprichten van een onderneming, wet op de handelspraktijken …). Ook praktische toepassingen op de fiscaliteit (BTW en personenbelasting) en de sociale wetgeving komen aan bod. Secretariaat Het vak secretariaat verschaft een grondig inzicht in de administratieve organisatie van een onderneming. Dactylografie, tekstverwerking en toegepaste informatica zijn hierbij niet weg te denken. Stages In het zesde leerjaar passen de leerlingen de opgedane kennis in de praktijk toe gedurende een twee weken durende stage in het kader van de geïntegreerde proef.
Uitwegen Secretariaat-talen (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Medisch secretariaat, Secretariaat-talen, Zakelijk vertalen en tolken, Pers en voorlichting, Leraar secundair onderwijs – groep 1 (Engels, Frans, Nederlands; - 7de jaar Se-n-Se: Administratie vrije beroepen (TSO), Commercieel webverkeer (TSO), Immobiliënbeheer (TSO), Internationaal transport en goederenverzending (TSO), KMO-administratie, Medico-sociale administratie (TSO), Public relations (TSO), Toerisme en organisatie (TSO), Toerisme en recreatie (TSO), Verkoop en distributie (TSO). Afgestudeerden kunnen tewerkgesteld worden in specifieke secretariaats- en onthaaljobs.
Aandachtspunten De leerlingen die deze studierichting willen volgen, hebben een interesse voor accurate communicatie, zowel schriftelijk als mondeling, in het Nederlands, Frans, Engels en Duits. Secretariaatswerk moeten zij willen uitvoeren met de nodige zorgvuldigheid.
46
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) HOUTTECHNIEKEN Logische vooropleiding De logische vooropleiding voor de derde graad Houttechnieken (TSO) is de studierichting Houttechnieken (2de graad TSO).
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
2
2
praktijk en stage hout TV hout onderzoek TV hout organisatie
9 6 4
9 5 5
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
Bedoeling In Houttechnieken (TSO) ligt de nadruk op het verwerven van technische en praktische kennis. Deze studierichting is omwille van deze meer praktijkgerichte vorming gericht op onmiddellijke tewerkstelling. Door deze praktische vorming worden leerlingen opgeleid tot bekwame vakarbeiders in de houtnijverheid. Verder studeren is mogelijk en wordt aanbevolen. De accenten liggen voornamelijk op het creatief ontwerpen, de grondige kennis van materialen, machines en gereedschappen en het bestuderen van moderne productietechnieken in de houtnijverheid.
Inhoud van de vakken Technisch pakket Er wordt geïntegreerd gewerkt via projecten. Het is evident dat er gebruik wordt gemaakt van de informatie- en communicatietechnologie. Schetsen en tekenen is zeer belangrijk(o.a. CAD). In het leerplan werden de betreffende doelstellingen en inhouden opgenomen voor het behalen van een VCA-attest. Stages in de opleiding zijn een belangrijk leerproces. Inhoud: - technisch tekenen, CAD en schetsen - voorstudie en voorbereiding van constructies - planning en kostprijsberekening - studie van de machines 47
-
CNC en CAD/CAM welzijn op het werk materialen: massief hout, houtmaterialen en bekledingen verbindingen meettechnieken elementaire bouwfysica binnenafwerking stabiliteit en stabiliteitsstudies van houtconstructies studie van het snijgereedschap verspaningsvoorwaarden soorten sluitingen en installaties realisaties hout: opstarten van de realisaties / administratieve taken / gereedschappen, machines en installaties / afwerken / plaatsen
Uitwegen Na het 6de jaar Houttechnieken starten sommige leerlingen een 7de specialisatiejaar of een Se-n-Se-opleiding (Secundair na Secundair). Afgestudeerden kunnen verder hoger onderwijs houttechnologie (bachelor) of hoger onderwijs interieur architectuur e.d. studeren. Afgestudeerden kunnen op de arbeidsmarkt terecht in de houtsector als geschoold werknemer en eventueel doorgroeien naar een leidinggevende functie, zelfstandig medewerker of zaakvoerder. Zie google: wat na het secundair onderwijs.
Aandachtspunten Allergie voor stof en/of bepaalde houtsoorten of verwerkingsproducten vormen mogelijk medische tegenindicaties.
48
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) SCHOONHEIDSVERZORGING Logische vooropleiding. Bio-esthetiek (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
1 2 3
1 2 3
wiskunde
2
2
plastische opvoeding schoonheidsverzorging - lichaamsverzorging - handverzorging - voetverzorging - make-up - gelaatsverzorging - vaktheorie - toegepaste anatomie stijlleer toegepaste wetenschappen stages bedrijfsbeheer*
1
1
3 1 2 1 2 1 2 1 4 2*
2 1 2 1 2 1 2 1 4 1 2*
Totaal
32
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
-
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling De leerlingen worden opgeleid tot schoonheidsspecialiste. Ze leren over de verzorging van gelaat, handen, voeten en lichaam, aspecten van haarverzorging en make-up.
Inhoud van de vakken Stijlleer De leerlingen krijgen een tocht doorheen de geschiedenis en dit op vlak van mode en schoonheidsverzorging.
49
Schoonheidsverzorging Het vak schoonheidsverzorging beschouwt vijf componenten. De leerstof bouwt verder op de tweede graad en behandelt handverzorging, make-up, gelaatsverzorging, lichaamsverzorging en voetverzorging. De verzorging van de verschillende onderdelen van het lichaam vraagt een degelijke kennis van de anatomie. Leerlingen moeten huidstructuur en -anomaliën herkennen om een gepast behandelingsplan op te stellen.Technieken worden aangeleerd manueel of met diverse apparaten. Uiteraard wordt aandacht besteed aan de functies en toepassingen van de verschillende apparaten die gebruikt worden in de schoonheidsverzorging. Bij de lichaamsverzorging gaat aandacht naar reiniging, massage, peeling, ontharen en lichaamspakkingen. De beender- en spierstructuur komen aan bod. Alle aspecten gaan gepaard met aandacht voor het welzijn van de klant, ergonomisch en hygiënisch werken. Toegepaste wetenschappen Anatomie en fysiologie bekijkt de opbouw van levende wezens. De functie en werking van gespecialiseerde orgaanstelsels in organismen van een hoger niveau. O.a. komen het ademhalingsstelsel, bloedvatenstelsel en zenuwstelsel aan bod. In toegepaste chemie wordt de chemie die schuil gaat achter cosmetische producten besproken. Naast het bespreken van de betekenis en het belang van cosmetica worden ook de grondstoffen besproken en de reactie met de huid. Naast de verschillende zalfjes en poeders worden ook de parfums onder de loep genomen. Stages In het zesde leerjaar passen de leerlingen de opgedane kennis in de praktijk toe gedurende een twee weken durende stage in het kader van de geïntegreerde proef.
Uitwegen De studierichting biedt rechtstreekse tewerkstellingskansen in schoonheids- en kuurcentra, farmaceutische en cosmeticabedrijven, verzorgingsinstellingen, theaters, opera’s, TV-, film-, fotostudio’s, als demonstrateur(-trice) of schoonheidsconsulent(e) van firma’s … . Je kan ook gaan beginnen als zelfstandige met een schoonheidssalon, parfumerie, praktijk voetverzorging … . Verder studeren kan ook. Afhankelijk van je capaciteiten, interesse en inzet is een doorstroming naar het hoger onderwijs mogelijk. Er zijn echter ook aansluitende opleidingen: in het Se-n-Se (secundair na secundair) m.n. Esthetische lichaams-verzorging of Grime; bij de 7de jaren BSO m.n. haarstilist; in HBO 5 m.n. Modevormgeving; bij de VDAB, het Volwassenenonderwijs en Syntra.
Aandachtspunten De leerlingen die deze studierichting willen volgen, hebben een interesse voor de verzorging van het lichaam. Ze hebben aandacht voor de specifieke situatie van de klant en gaan een behandelingsplan opstellen uit de grote waaier aan technieken en producten.
50
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) ELEKTROMECHANICA Logische vooropleiding De logische vooropleiding is de studierichting Elektromechanica TSO tweede graad. De leerlingen komen dan ook meestal uit deze studierichting. Het merendeel van de leerlingen kwam dus al in min of meerdere mate in contact met theoretische en praktische kennis en vaardigheden. De studierichting bouwt vooral verder op inzichten, vaardigheden en attitudes verworven in de tweede graad Elektromechanica TSO.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
4
4
elektromechanische processen - cluster mechanica - cluster elektromechanica - cluster elektriciteit
4 10 3
2 12 3
Totaal
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Bedoeling In de derde graad Elektromechanica wordt door een algemene vorming de totale persoonlijkheid breed en algemeen gevormd. De specifieke vorming gebeurt via een theoretisch-technische vorming die sterk wetenschappelijk is onderbouwd. Elektromechanici staan in voor toezicht, onderhoud en herstelling van allerlei apparatuur.
Inhoud van de vakken Elektromechanica is een studierichting die zich richt naar jongeren met een voldoende hoog technisch abstractievermogen en met een ruime praktische belangstelling voor techniek. Een basisvoorwaarde om in de studierichting Elektromechanica te slagen is de capaciteit om voldoende wetenschappelijk inzicht te verwerven in de principes en wetmatigheden van wiskunde en de theoretisch-technische componenten Elektriciteit, Mechanica en de respectievelijke Technologisch (elektrisch, mechanisch, pneumatisch en hydraulisch) toegepaste componenten. Techniek wordt in Elektromechanica in de eerste plaats gezien als het resultaat van het gestructureerd inzichtelijk leren denken en samenhang van mechanica, elektriciteit en technologie gecombineerd met het creatieve vermogen om technologisch, probleemoplossend, gestructureerd en zelfstandig te handelen.
51
Het specifiek gedeelte, elektromechanische processen, laat de leerlingen toe om creatief en proefondervindelijk te werken. Dit gedeelte wordt ingedeeld in 3 clusters: mechanica, elektromechanica en elektriciteit.
Uitwegen Omwille van het doorstromingskarakter van de studierichting is verder studeren eigenlijk het normale vervolg na de derde graad. Indien de nodige motivatie en doorzetting aanwezig zijn, moeten alle technische en wetenschappelijke studierichtingen aan een industriële hogeschool op het niveau van professionele bachelor binnen de mogelijkheden liggen. De meest logische vervolgopleidingen zijn: * Elektromechanica - Elektromechanica - Automatisering - Klimatisering - Industrial management * Luchtvaart - Luchtvaarttechnologie - Aspirant lijnpiloot * Mechanica - Autotechnologie - Mechanische ontwerp- en productietechnologie. De studierichting Elektromechanica beoogt geen rechtstreekse instap in het bedrijfsleven. Leerlingen die niet kiezen voor een voortgezet onderwijs in het hoger technisch onderwijs bachelor structuur - volgen best een vervolgopleiding in het secundair onderwijs (specialisatiejaren in de Se-n-Se structuur) of het volwassenenonderwijs (CVO).
52
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) INDUSTRIELE ICT-TECHNIEKEN Logische vooropleiding Een tweede graad in de richtingen Elektrotechnieken, Elektromechanica, ElektriciteitElektronica of Industriële wetenschappen bereidt inhoudelijk het best voor op deze studierichting. Een tweede graad uit het ASO met voldoende lesuren wetenschappen en wiskunde is eveneens een goede voorbereiding tot deze studierichting.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
3
3
besturingssoftware en programmeertalen industriële computernetwerken en labo interfacetechnieken en labo micro-elektronica en labo industriële elektriciteit en labo procescontrole en labo - microprocessors en microcontrollers - PLC-techniek en procescontrole - onderhoud industriële pc
4 1 1 4 3
3 3 2 2 3
3 2
2 2 1
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
Bedoeling Je hoeft helemaal geen ‘computerfreak’ te zijn om deze opleiding te beginnen. Je hebt geen schrik van uitdagingen, een logische geest en je bent voldoende communicatief dan ben jij de geknipte persoon voor deze opleiding! Deze richting beoogt technici te vormen voor het installeren, in bedrijf stellen en onderhouden van computersystemen in industriële toepassingen. Wil je meer met jouw pc doen dan alleen maar op het internet surfen en interesseert het je om zelf een pc op te bouwen en wil je leren hoe je een pc-netwerk opzet en hoe je communiceert tussen pc’s en netwerken? Heb je interesse om zelf programma’s te schrijven en stap voor stap de elektronica aan te leren om allerlei apparaten aan jouw pc aan te sluiten? Wil je processen visualiseren en bedienen vanaf je pc, of met je smartphone, dan is onze ICT-opleiding wellicht iets voor jou…
53
Inhoud van de vakken Wiskunde is een belangrijk vak met het oog op vakgerichte toepassingen. Elementaire kennis van enkele fysische begrippen is noodzakelijk. Moedertaal en 2 vreemde talen zijn van belang met het oog op het raadplegen van technische gegevens. Industriële randapparatuur en labo bevatten de elektriciteit (motoren, generatoren, transformatoren), hoogvermogenscomponenten, voedingen, wisselstroominstellers, labo, steeds gerelateerd aan ICT-toepassingen. Procescontrole en labo bestuderen de PLC’s: inzicht verwerven, aanpassingen uitvoeren, fouten lokaliseren in de geautomatiseerde systemen. Industriële computernetwerken en labo dienen om de leerlingen inzicht te laten verwerven in een aantal belangrijke principes, hoofdlijnen en opbouw van de technische voorzieningen in netwerken, datatransport en datatransmissie. Interfacetechnieken en labo: starten doe je eerder eenvoudig met omzettingen tussen de in de computerwereld gebruikte getallenstelsels: decimaal, binair en hexadecimaal. Daarna leer je binair rekenen zoals ook een computer of microprocessor dat doet. Om berekeningen te kunnen uitvoeren maakt de computer gebruik van machinetaal (een wirwar van enen en nullen), zelf maak je kennis met assembler wat een meer menselijke computertaal is. Later maak je gebruik van een hogere programmeertaal (BASIC) om kleine projecten met een microcontroller tot een goed einde te brengen. Hoog tijd om kennis te maken met een microcontroller. Deze kan je overal terugvinden: van het kleinste gadget tot zeer ingewikkelde instrumenten. Een microcontroller heeft alles aan boord (microprocessor, geheugen, I/O, communicatiehardware) om gebruiksartikelen een zekere vorm van intelligentie te geven. Voor minder dan de prijs van een cola koop je al een straffe microcontroller. Om zelf kleine projecten met een microcontroller te realiseren leer je eerste een aantal eenvoudige basisprincipes zoals het sturen van een LED en een LEDdisplay, het detecteren van een drukknop, enz. Gebruik van timers voor het sturen van PWM-signalen (bv. lichtsterkteregeling). Sturing van een LCD-display (eventueel grafisch met touchscreen). Kortom teveel om allemaal op te noemen. Voorbeelden van projecten: Sturing van een klok/thermometer met LED-displays of LCD-display. Sturing van een RGB LED met IR- of RF-afstandsbediening of een LED kubus. Sturing van een stappenmotor of een robotje met DC motoren of servomotoren. Dit doe je allemaal via een pc of laptop waarop via de USB een vrij eenvoudig en daarbij goedkoop microcontrollerbordje is aangesloten. Zo kan je zelfs thuis een project maken. Zou het niet prachtig zijn als je zelf het grafische LCD-display uit je oude gsm prutst en zelfstandig via jouw microcontrollerbordje zou kunnen aansturen! Besturingssoftware en programmeertalen: In het eerste jaar bouw je je algemene computerkennis verder uit. Je leert: - gestructureerd en probleemoplossend denken; - besturingssystemen (Windows, Linux) gebruiken, aanpassen en installeren; - de verschillende soorten geheugens definiëren; - fouten opsporen en verbeteren; - een dynamische website ontwikkelen; - inleiding tot het programmeren. Tijdens het tweede jaar wordt veel aandacht besteed aan de technieken van het programmeren: de basisstructuren (sequentie, selectie, gewone iteratie), de complementaire structuren (iteratie met onderbreking, zelftellende lus, meervoudige selectie), procedures, arrays, sequentiële bestanden, enz… Een tweede accent ligt op gebouwenautomatisering d.m.v. domotica en immotica. Zo behandelen we de toepassingsmogelijkheden en het gebruik van het meest geavanceerde 54
open bussysteem KNX (instabus EIB). We configureren en programmeren deze KNXinstallaties d.m.v. de ETS3-software.
Uitwegen VERDERE STUDIEMOGELIJKHEDEN Zij kunnen verder studeren in een Secundair na Secundair opleiding: Audio-, video- en teletechnieken, Industriële Computertechnieken, Regeltechnieken, Stuur- en bewakingstechnieken. Leerlingen die afstuderen hebben een behoorlijke kans op slagen voor de volgende Professionele Bachelor richtingen: - Toegepaste Informatica - Elektronica – ICT - Grafische en Digitale media MOGELIJKHEDEN OP DE ARBEIDSMARKT Wanneer je bent afgestudeerd in deze richting heb je een ruime keuze om een job te vinden, zowel in KMO’s als in grote bedrijven. Mogelijkheden op de arbeidsmarkt: - Technicus industriële ICT, automatiseringssystemen; - PC Technicus; - Installateur gestructureerde koper- en glasvezelbekabeling, KNX-installaties voor residentiële en tertiaire gebouwen.
55
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) INDUSTRIELE WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding De logische vooropleiding is de studierichting Industriële Wetenschappen TSO tweede graad. De studierichting bouwt vooral verder op inzichten, vaardigheden en attitudes verworven in de tweede graad Industriële Wetenschappen.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 3
2 2 3
wiskunde
6
6
aanvullend wiskunde
2
2
industriële wetenschappen - cluster mechanica - cluster elektromechanica - cluster elektriciteit - cluster elektronica - ICT toegepaste chemie toegepaste fysica
2 3 2 2 2 2
2 3 2 2 2 2
34
34
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
Bedoeling In de derde graan Industriële Wetenschappen wordt door een algemene vorming de totale persoonlijkheid breed en algemeen gevormd. De specifieke vorming gebeurt via een theoretisch-technische vorming die sterk wetenschappelijk is onderbouwd. Bijzondere aandacht gaat naar de wiskundige vorming.
Inhoud van de vakken Opvallend in deze lessentabel zijn het hoge aantal uren wiskunde en de afwezigheid van praktijkvakken. De wiskundige benadering is iets meer praktisch en gericht op het oplossen van vraagstukken. Ook fysica en chemie zijn onmisbare bouwstenen van de wiskundig-wetenschappelijke basisvorming. Industriële Wetenschappen is een studierichting die zich richt naar jongeren met een hoog technisch abstractievermogen en met een ruime technisch-wetenschappelijke belangstelling voor techniek. Een basisvoorwaarde om in de studierichting Industriële Wetenschappen te slagen is de capaciteit om voldoende wetenschappelijk inzicht te verwerven in de principes en wetmatigheden van wiskunde en de theoretisch-technische vakken van diverse toegepaste wetenschappen. Techniek wordt in Industriële Wetenschappen in de eerste plaats gezien als het resultaat van het gestructureerd inzichtelijk leren denken en samenhang van diverse toegepaste wetenschappen 56
gecombineerd met het creatieve vermogen om probleemoplossend, gestructureerd en zelfstandig te handelen. Het specifiek gedeelte laat de leerlingen toe om creatief en proefondervindelijk te werken. Dit gedeelte bestaat uit 4 clusters: mechanica, elektromechanica, elektriciteit en elektronica-ICT.
Uitwegen Omwille van het doorstromingskarakter van de studierichting is verder studeren eigenlijk het normale vervolg na de derde graad. Indien de nodige motivatie en doorzetting aanwezig zijn, moeten alle technische en wetenschappelijke studierichtingen aan een industriële hogeschool op het niveau van Master binnen de mogelijkheden liggen. De studierichting Industriële Wetenschappen beoogt geen rechtstreekse instap in het bedrijfsleven.
Aandachtspunten Industriële wetenschappen richt zich tot leerlingen die beschikken over een goede begaafdheid en inzet. Leerlingen die zwak zijn in het ASO (vooral wat wiskunde en wetenschappen betreft) zullen ook in de Industriële wetenschappen zwak uitvallen.
57
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) ELEKTRISCHE INSTALLATIETECHNIEKEN Logische vooropleiding Een tweede graad in de richtingen Elektriciteit-Elektronica, Elektromechanica Elektrotechnieken bereidt inhoudelijk best voor op deze studierichting.
of
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
2
2
programmeerbare sturingen elektrische componenten elektrische energie realisaties elektriciteit praktijk/stage
4 4 4 7
4 4 4 7
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
Bedoeling Een theoretisch-technische vorming aanbieden die eigen is aan het arbeidsveld van de technicus. De studierichting is erop gericht werknemers te vormen die zich op het niveau tussen de opdrachtgever-ontwerper en de zuivere uitvoerder kunnen bewegen. De klemtoon ligt op het herkennen, toelichten en verwerken van de ontwerpaspecten om te komen tot de praktische realisaties. De taak van de technicus is uitvoerend, coördinerend of leidinggevend.
Inhoud van de vakken Methode: -Men vertrekt vanuit een geïntegreerd leerplan (zo weinig mogelijk onderverdeling in vakken). -Er wordt zoveel mogelijk projectmatig gewerkt. -Er wordt beroep gedaan op ICT-hulpmiddelen.
58
Elektriciteit en lab Volgende onderwerpen komen aan bod: Drie- en viergeleidernetten, één- en driefasige wisselstroomketens, kooiankermotoren of de driefase inductiemotoren, AC/AC-omvormers (transformatoren), AC/DC-omvormer, gedrag van de driefasige kooiankermotor, de éénfasige inductiemotor, de synchrone motor, de wisselstroomgenerator, voedingen met halfgeleiderschakelcomponenten, specifieke motoren. Installatiemethoden Volgende onderwerpen worden behandeld: Residentiële en industriële verlichting, comfortuitschakelingen, domotica, elektrische verwarming, opwekken / transporteren en verdelen van elektrische energie, componenten voor industriële installaties, industriële schakel- en verdeelborden, motoren en motorsturingen, pneumatica. Automatisering Volgende technieken worden behandeld: digitale technieken, programmeerbare sturingen, regeltechniek. Realisatie elektriciteit (praktijk) In de praktijk wordt gewerkt aan: - residentiële verlichtingen aansluiten en plaatsen, - comfort- en communicatieschakelingen plaatsen en aansluiten, - een domotica-installatie plaatsen en aansluiten, - residentiële en industriële elektrische verwarming plaatsen en aansluiten, - verdelen van elektrische energie, - componenten voor industriële installaties plaatsen en aansluiten, - een industrieel schakel- en verdeelbord plaatsen en aansluiten, - motoren en motorsturingen plaatsen en aansluiten, - pneumatica, - programmeerbare logische sturingen plaatsen en aansluiten, - fouten opsporen en herstellingen uitvoeren.
Uitwegen Afgestudeerden moeten kunnen instaan voor het preventief onderhoud, het installeren of herstellen, of het in werking stellen en afstellen van elektrische installaties en apparatuur. Ze kunnen tewerkgesteld worden: - als installateur-monteur van industriële en huishoudelijke elektrische installaties of beveiligingsinstallaties; - in de tractie-, signalisatie- of communicatiewereld of als onderhoudselektro-technicus. Leerlingen die verder studeren, doen dit meestal in een zevende specialisatiejaar. Men kan een Se-n-Se-opleiding (Secundair na Secundair) “Industriële Computertechnieken” of het zevende specialisatiejaar “Industriële Elektriciteit” (BSO) volgen. Er bestaat ook steeds de mogelijkheid om in het hoger onderwijs verder te studeren. Goede leerlingen moeten in staat zijn een professionele bacheloropleiding te volgen.
59
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) MECHANISCHE VORMGEVINGSTECHNIEKEN Logische vooropleiding Een tweede graad in de richtingen Mechanica, Elektromechanica of Mechanische technieken bereidt inhoudelijk best voor op deze studierichting.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 2 2
2 2 2
wiskunde
2
2
mechanische vormgeving TV stage + realisaties mechanische vormgeving PV
10
12
9
7
Totaal
33
33
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Bedoeling Mechanische vormgevingstechnieken (TSO) is sterk praktijkgericht. De leerlingen leren o.a. schetsen maken, plannen lezen, werkanalyses en werkmethodes opstellen, ingrijpen in de fasen van de vormgevingstechniek (vorm geven aan een metalen werkstuk), machines instellen, machines bedienen en (de)monteren … .
Inhoud van de vakken Er wordt geïntegreerd gewerkt via projecten. Het is evident dat er gebruik wordt gemaakt van de informatie- en communicatietechnologie. Schetsen en tekenen is belangrijk. Er wordt voldoende aandacht besteed aan matrijzen en aan kunststoffen. In het leerplan werden de betreffende doelstellingen en inhouden opgenomen voor het behalen van een VCA-attest. Stages zijn in de opleiding een belangrijk leerproces. - De kenmerken van een mechanisch vormgevingsbedrijf herkennen. - De eigen en in teams te verrichten werkzaamheden plannen en organiseren. - In uit te voeren mechanische constructies de constructieonderdelen herkennen, hun functie en relatie tegenover elkaar bepalen en uitvoeringstekeningen maken. - Materialen kiezen rekening houdend met de kenmerken die het mechanisch vormgeven en de constructie beïnvloeden. - Mechanische energieomzettingen en stabliteitsvoorzieningen bij toegepaste machines toelichten en bij constructies bepalen. - Elektrische energieomzettingen bij toegepaste machines toelichten en bij projecten bepalen. 60
-
De kostprijs van uit te voeren verspanende opdrachten bepalen. Vormgeven door het verspanen van materiaal. Vormgeven door het bewerken van plaat- en profielmateriaal, lassen en solderen. Vormgeven door het monteren van constructies en installeren van energiekringen.
Uitwegen Afgestudeerden moeten in staat zijn om (de-)montagemethodes en –technieken toe te passen in de apparaten- en matrijzenbouw. Zij moeten fijne manuele technieken kunnen uitvoeren en verspanende en niet-verspanende bewerkingsmachines kunnen bedienen. Ze kunnen tewerkgesteld worden als: - operator, - onderhoudsmechanicus, - apparatenbouwer of –hersteller, - bediener van machines. Dit kan zowel binnen als buiten de metaalsector zijn. Leerlingen die verder studeren doen dit vooral in een secundair na secundair, zoals bijvoorbeeld Mechanica Constructie- en planningstechnieken (Se-n-Se). Er bestaat ook steeds de mogelijkheid om in het hoger onderwijs verder te studeren. Goede leerlingen moeten in staat zijn professionele bacheloropleiding te volgen.
61
Secundair na secundair INDUSTRIËLE COMPUTERTECHNIEKEN SeN-IC Toelatingsvoorwaarden Dit studiejaar is toegankelijk: - voor de houders van een diploma secundair onderwijs, uitgereikt in een studierichting van hetzelfde studiegebied; - voor de houders van een diploma secundair onderwijs, uitgereikt in een studierichting van een ander studiegebied, na gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad; - voor diegenen die 7BSO in een ander studiegebied voltooid hebben, maar wel 6BSO in hetzelfde studiegebied gevolgd hebben.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 7de 2
godsdienst eindproject industriële computertechnieken gemeenschappelijk deel - veiligheid - communicatie - kwaliteitszorg - kostprijs, organisatie en planning algemeen specifiek gedeelte - gebouwenbeheer - industriële sturingen en procescontrole - computertechnieken, microcontrollers - programmeertalen - werkplekleren en stage bedrijfsbeheer*
2
4 5 9 4 4 3*
Totaal
30*
*Mogelijkheid 31ste, 32ste en 33ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling In dit specialisatiejaar verwerven de leerlingen competenties om computers, computerperiferie en netwerken in een industrieel en tertiair kader te installeren, te onderhouden en te herstellen. Zowel de hardware als de software komen aan bod.
Inhoud van de vakken Gebouwenbeheer Een eerste accent ligt op de gebouwenautomatisering door middel van domotica en immotica. Zo behandelen we de toepassingsmogelijkheden en het gebruik van het meest geavanceerde open bussysteem KNX (instabus EIB). Volgende thema’s worden behandeld: - inleiding installatiebus KNX; - technologie: basis van bussystemen en overdracht; - topologie van instabus KNX; - oefeningen met instabus KNX-testconfiguratie en de ETS3-software op pc. Alle thema’s worden uitgediept via oefeningen op een aangepaste didactische opstelling. 62
Gebouwenbeheer met PLC, o.a. HVAC-sturingen, verlichting, energiebeheer, enz. Er wordt ook veel aandacht besteed aan visualisatie en eternetcommunicatie. We maken voornamelijk gebruik van Beckhoff PLC’s. Industriële sturingen en procescontrole We leren industriële sturingen ontwikkelen in het uitgebreide softwarepakket EPLAN Electric P8. Hierbij maken we gebruik van diverse automatische bewerkingen zoals klemmenlijsten, kastopbouw… Naast het ontwerpen gaan we deze sturingen ook programmeren. Hiervoor gebruiken we vooral de PLC’s van Siemens en Beckhoff. Dit zijn dan ook de meest gebruikte sturingen in de industrie. We leren verscheidene bussystemen configureren en programmeren zoals Profibus, Profinet, ASI-bus en eternet. Robotica is in de huidige industrie niet meer weg te denken. In het labo leren we met verschillende soorten robots werken. Computertechnieken, microcontrollers en programmeertalen We starten met in de computerwereld gebruikte getallenstelsels: decimaal, binair en hexadecimaal. Om berekeningen te kunnen uitvoeren maakt de computer immers gebruik van machinetaal (een wirwar van enen en nullen). Studenten leren werken met microcontrollers. Een microcontroller heeft alles aan boord (microprocessor, geheugen, I/O, communicatiehardware) om gebruiks-artikelen een zekere vorm van intelligentie te geven. Eerst komen een aantal eenvoudige basisprincipes aan bod, zoals het sturen van een LED en een LED-display, het detecteren van een drukknop, enz. Aanvankelijk programmeren we met assembler, wat een meer menselijke computertaal is. Later maken studenten gebruik van een hogere programmeertaal (BASIC) om kleine projecten met een microcontroller tot een goed einde te brengen. Studenten leren ook andere technieken die gebruikt worden in projecten: - seriële communicatie voor interfacing met pc, andere IC’s en microcontrollers; - 12C-communicatie met sensoren (bv. temperatuursensoren); - meten van de lichtsterkte met een LDR via een ADC (Analoog Digitaal Convertor); - infrarood en RF (Radio Frequentie) afstandsbediening, Bluetoothcommunicatie; - gebruik van timers voor het sturen van PWM-signalen (bv. lichtsterkteregeling); - sturing van een LCD-display (eventueel grafisch met touchscreen). Voorbeelden van projecten: - sturing van een klok/thermometer met LED-displays of LCD-display; - sturing van een RGB-LED of RGB-LED-strips met Ir- of RF-afstandsbediening; - sturing van een LED-kubus; - sturing van een stappenmotor; - sturing van een robotje met DC-motoren of servomotoren. Softwareontwikkeling Tijdens het schooljaar volgen studenten 4 lesuren per week Softwareontwikkeling. Hier worden de basistechnieken van het programmeren stap voor stap aangeleerd. We starten met een probleemanalyse waarna we de gebruikersinterface ontwerpen en de software schrijven. Veel aandacht wordt besteed aan de technieken van het programmeren: de basisstructuren (sequentie, selectie, gewone iteratie), de complementaire structuren (iteratie met onderbreking, zelftellende lus, meervoudige selectie), procedures, arrays, sequentiële bestanden, enz. Hoewel we niet de klemtoon leggen op het objectgeoriënteerd programmeren, respecteren we toch de principes. We verduidelijken de verschillende concepten op een intuïtieve manier. Als programmeertaal gebruiken we Visual Basic.Net. Werkplekleren/stage In de loop van het schooljaar volgen studenten gedurende 6 weken een bedrijfsstage die nauw aansluit bij dit vakgebied. Ze zullen er in overleg met het bedrijf één of meerdere projecten uitwerken. Het stagebedrijf wordt door de school in onderling overleg met de studenten gekozen. Een tussentijds evaluatie kan dan eventueel helpen om de stage nog doelgerichter aan te pakken. Een geslaagde stage biedt vaak ruime perspectieven op een boeiende job. 63
Uitwegen VERDERE STUDIEMOGELIJKHEDEN Een Se-n-Se-opleiding heeft niet de bedoeling om een voorbereiding op hoger onderwijs te zijn, maar richt zich vooral op studenten die hun studies met een betere instap in de beroepswereld willen afsluiten. Verder studeren in het hoger onderwijs kan, maar is eerder uitzondering dan algemene regel. MOGELIJKHEDEN OP DE ARBEIDSMARKT De richting sluit aan bij een behoefte op de arbeidsmarkt. Je kan aan de slag als ICTtechnicus in een klein of groter bedrijf. Mogelijkheden op de arbeidsmarkt: - gebouwenbeheer: installateur KNX-installaties voor residentiële en tertiaire gebouwen; - technicus automatiseringssystemen van industriële installaties; - onderhoudstechnicus van gecomputeriseerde systemen, werknemer bij specifieke computerperiferiefabrikanten, bij KMO’s en parastatale instellingen; - installateur gestructureerde koper- en glasvezelbekabeling, onderhoud netwerken.
64
Secundiar na secundair (Se-n-Se) MECHANICA CONSTRUCTIE- EN PLANNINGSTECHNIEKEN SeN-CP Toelatingsvoorwaarden Dit studiejaar is toegankelijk voor de houders van een diploma secundair onderwijs, uitgereikt in een studierichting van hetzelfde studiegebied. Indien bedoeld diploma werd uitgereikt in het derde jaar van de derde graad van het beroepssecundair onderwijs, niet ingericht in de vorm van een specialisatiejaar, dan slaan de woorden ‘hetzelfde studiegebied’ op het tweede leerjaar van de derde graad van het beroepssecundair onderwijs. De overeenstemmende studierichtingen vanuit het TSO zijn: Elektronica, Industriële wetenschappen, Kunststoftechnieken, Mechanische vormgevings-technieken, Papierfabricatietechnieken. BSO: Werktuigmachines. De houders van een diploma secundair onderwijs, uitgereikt in een studierichting van een ander studiegebied, onder de volgende voorwaarde: gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 7de 2
godsdienst eindproject mechanica constructie- en planningstechnieken gemeenschappelijk deel algemeen specifiek gedeelte - ontwerpen - matrijzen - ondersteunende technieken - procestechnologie bedrijfsbeheer* Totaal
2 8 4 9 5 3* 30*
*Mogelijkheid 31ste, 32ste en 33ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling De doelstelling van dit studiejaar is leerlingen uit specifieke TSO-mechanicastudierichtingen verder te specialiseren met als doel een beroepskwalificatie constructieen planningstechnicus te behalen. Dit veronderstelt dat men van de afgestudeerden mag verwachten dat zij: - het computerondersteunend 2D- en 3D-tekenen (CAD) grondig beheersen, - mechanische componenten en onderdelen van grotere mechanische systemen vorm te geven, te construeren en/of functioneel aan te passen, - CAD-uitvoeringstekeningen en/of dito database voor de productie-afdeling te realiseren, - eenvoudige planningsstudies en economisch verantwoorde planningen op te stellen.
65
Inhoud van de vakken Constructietechnieken Om tot een degelijk en wetenschappelijk ondersteund ontwerp te komen heeft de ontwerper-tekenaar een degelijke basiskennis nodig van sterkteleer, materialen, machine componenten en CAD/CAM-technieken. Aandacht gaat naar sterkteberekeningen van machineonderdelen, verbindingselementen, aandrijftechnieken en de kennis over stempels, persen en matrijzen. Dit moet hem/haar in staat stellen een verantwoord ontwerp te maken rekening houdende met fysische eigenschappen zoals: hardheid, treksterkte, elasticiteit, drukbestendigheid, enz. Ontwerptekenen De leerling leert met behulp van Autodesk Inventor© projecten in verschillende disciplines te ontwikkelen. Hij/zij leert conceptueel mechanische componenten en onderdelen van mechanische systemen om te bouwen naar industriële en technische tekeningen. Hierbij wordt rekening gehouden met alle geldende normen in verband met het creëren van monoplannen. Disciplines die aan bod komen zijn: machine- en apparatenbouw, staalconstructies, plaatbewerking en matrijzenbouw. Planningstechnieken Deze cursus vormt een wezenlijk onderdeel van de opleiding. Het functioneren van het bedrijf wordt fundamenteel doorgelicht. Aspecten zoals lay-out, routing, manmachinebezetting, stock- en materiaalbehandeling, bedrijfskosten, kostprijscalculaties, werkmethoden, kwaliteitszorg, ISO 9000, veiligheid en gezondheid, computergestuurde planningstechnieken… komen aan bod.
Uitwegen Verder studeren in het hoger onderwijs kan maar is eerder uitzondering dan algemene regel. Afgestudeerden hebben tewerkstellingsmogelijkheden als: - technicus in een studiebureau; - als tekenaar of ontwerptekenaar in een tekenbureau; - als planningstechnicus op een planbureau; - in een organisatiefunctie in KMO; - als verantwoordelijke of medeverantwoordelijke voor proces- en/of productieopvolging; - technisch commerciële functie.
66
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) JEUGD- EN GEHANDICAPTENZORG Logische vooropleiding. Sociale en technische wetenschappen (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Frans Nederlands
2 3
2 3
wiskunde
2
2
4 2
1
4
5
2 2 4 1 2*
2 2 8 1 2*
32*
32*
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
beroepsgerichte pedagogiek en psychologie beroepsgerichte zorgkunde ortho(ped)agogiek en ortho(ped)agogische vaardigheden biologie van de mens expressie en animatie stage wetgeving bedrijfsbeheer* Totaal
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Deze theoretisch-technische studierichting richt zich naar de uitoefening van het beroep van opvoeder in homes en instellingen van de gehandicaptensector, de bijzondere jeugdzorg en het algemeen welzijnswerk. De opvoeder moet instaan voor de begeleiding van gehandicapten, sociaal verwaarloosden … . Daarom wordt in de opleiding niet alleen belang gehecht aan de theoretische kennis en technieken maar krijgen attitudes en vaardigheden specifieke aandacht.
Inhoud van de vakken In het vak beroepsgerichte pedagogiek en psychologie maken de leerlingen kennis met een aantal basisbegrippen zoals waarneming, verbeelding, intelligentie, geheugen, motivatie en emoties. Verder wordt hen inzicht bijgebracht in het ontwikkelingsproces van de mens, wat hen zal helpen om bepaalde gedragingen van (gehandicapte) kinderen, volwassenen en bejaarden te begrijpen en te verklaren. Er wordt gezocht naar een aangepaste aanpak en omgang. De leerlingen verwerven tevens inzicht in de verschillende 67
aspecten van het normale opvoedingsgebeuren. Ze leren nadenken over opvoedingsdoelen, pedagogische grondhouding en opvoedingsstijlen. Daarnaast wordt er ingegaan op de verschillende opvoedingsmilieus (gezin, school, leeftijdsgroep) en hun betekenis voor de ontwikkeling van het kind. Tenslotte worden opvoedingsmiddelen zoals het voorbeeld, de staf en de beloning kritisch behandeld. In het 6de jaar wordt, uitgaande van problematische opvoedingssituaties en onderwerpen zoals slaapproblemen, zindelijkheidstraining, angst … de kennis van de pedagogiek en psychologie praktisch toegepast. Beroepsgerichte zorgkunde omvat EHBO, hygiëne, zorg voor het comfort van de gehandicapte en zijn verzorging. Biologie van de mens behandelt de bouw en de werking van het menselijk lichaam. Erfelijkheidsleer en embryologie brengen meer inzicht in het ontstaan van de mens. Dit vak brengt de leerlingen ook in contact met bestaande en nieuwe biotechnologische ontwikkelingen. Een belangrijk aspect van het werk van opvoed(st)er bestaat erin mensen met een handicap te begeleiden tijdens activiteiten. Welke activiteiten voor welke doelgroep geschikt zijn, hoe men een activiteit organiseert en begeleidt, wordt bestudeerd in het vak expressie en animatie. Het vak ortho(ped)agogiek benadert de verschillende soorten handicaps en de ermee samenhangende problemen. De oorzaken, begeleiding, aanpak, behandeling worden bekeken. Ortho(ped)agogische vaardigheden is gericht op leren samenwerken, observeren en rapporteren, op het verwerven van vergader- en discussietechnieken en op het werken met therapeutische technieken en leefgroepen. Er wordt gewerkt rond sociale vaardigheden en de verschillende aspecten van de leefomgeving. In het vak wetgeving maken de leerlingen kennis met allerlei opvangmogelijkheden in de gehandicaptenzorg en de jeugdbijstand. Daarnaast behandelt de plichtenleer de rechten en plichten van de opvoed(st)er. Ook basisaspecten van recht en sociale wetgeving maken deel uit van dit vak. In stages wordt aan de leerlingen de mogelijkheden geboden ervaringen op te doen met gehandicapten of probleemkinderen.
Uitwegen Jeugd- en gehandicaptenzorg (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Orthopedagogie, Sociaal werk, Verpleging, Vroedkunde, Ergotherapie, Leraar kleuteronderwijs, Leraar lager onderwijs; - 7de jaar Se-n-Se: Internaatswerking (TSO), Leefgroepenwerking (TSO), Kinderzorg (BSO), Thuis- en bejaardenzorg (BSO). Jeugd- en gehandicaptenzorg (TSO) biedt rechtstreekse tewerkstellingskansen als opvoeder in instellingen van de gehandicaptensector, de bijzondere jeugdzorg en het algemeen welzijnswerk.
Aandachtspunten De leerling moet zich (zelf)kritisch, soepel en met voldoende inlevingsvermogen en verantwoordelijkheidszin kunnen opstellen. De opleiding veronderstelt niet alleen belangstelling voor het individu maar ook voor de werking van groepen en het werken in groepsverband. Elke student met interesse voor deze richting dient deel te nemen aan een inleidingsgesprek. Hierin wordt de inhoud van de studierichting voorgesteld en beklemtoond om welk soort werk het handelt.
68
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN Logische vooropleiding. Sociale en technische wetenschappen (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
Sint-Jan Berchmansinstituut
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
2 3 4
2 3 4
1 3 4
1 3 4
1 3 4
1 3 4
wiskunde
3
3
3
3
3
3
integrale opdrachten natuurwetenschappen sociale wetenschappen toegepaste informatica bedrijfsbeheer*
6 4 4
6 4 4
7 4 4
7 4 4
6 5 4 2*
5 5 4 1 2*
32*
32*
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
32
32
32
32
Vrij Technisch Instituut
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling In deze studierichting is, naast een sterk algemene vorming, vooral een menswetenschappelijke en een natuurwetenschappelijke vorming belangrijk. Biologie, chemie en fysica worden in het laboratorium praktisch toegepast. Deze componenten krijgen hun toepassing in wat met het leefmilieu en de voeding te maken heeft. De mens zelf, zijn arbeid en zijn leefomgeving vormen het onderwerp van een doorgedreven studie: gezin en samenleving, hygiëne en gezondheid, economie en recht, welzijn en ontwikkeling, voedsel- en andere levensbehoeften, communicatie en samenwerking, marktgebeuren en verkoop.
Inhoud van de vakken Het vak integrale opdrachten is een verzameling aan opdrachten waarin de componenten natuurwetenschappen, sociale wetenschappen en voeding op een geïntegreerde en integrale manier aan bod komen. Het zelfstandig leren werken en het oog hebben voor de drie invalshoeken zijn de kernpunten van dit vak. In het vak sociale wetenschappen staat de mens en zijn gedrag als uitgangspunt. In een eerste fase worden de beïnvloedende factoren van gedrag bekeken. Daarnaast wordt 69
onderzocht hoe de ontwikkeling van de mens verloopt met een beeld van de opvoeding thuis, op school en in de samenleving. Vervolgens wordt een link gelegd tussen het beïnvloeden van het gedrag en het leren uit een situatie. Ook de omgang met gehandicapte mensen en hulpverlening krijgen hun plaats. Tijdens het vak natuurwetenschappen wordt gewerkt met thema’s uit biologie, chemie en fysica. Het experimenteren komt aan bod tijdens de labo’s. Het verwerken van de gegevens gebeurt met een computer.
Uitwegen Sociale en technische wetenschappen (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Orthopedagogie, Sociaal werk, Leraar kleuteronderwijs, Leraar lager onderwijs, Leraar secundair onderwijs – groep 1 (voeding/verzorging-kleding), Verpleegkunde, Vroedkunde, Ergotherapie, Farmaceutische en biologische technieken, Voedings- en dieetkunde; - 7de jaar Se-n-Se: Internaatswerking (TSO), Leefgroepenwerking (TSO), Voedselbehandeling (TSO), Organisatie-assistentie (BSO). Sociale en technische wetenschappen tewerkstellingskansen op de arbeidsmarkt.
(TSO)
heeft
geen
rechtstreekse
Aandachtspunten Deze studierichting spreekt leerlingen aan die taal, wiskunde en natuurwetenschappen concreet willen benaderen: mondeling en schriftelijk rapporteren, inoefenen van rekenvaardigheid, concretisering van de natuurwetenschappen via toegepaste wetenschappen, praktijk en laboratorium.
70
Secundair na secundair (Se-n-Se)) LEEFGROEPENWERKING Toelatingsvoorwaarde Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7de jaar van het beroepssecundair onderwijs). De overgang kan: - vanuit alle richtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle richtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut
godsdienst
7de 2
Nederlands
2
leefgroepenwerking
29
Totaal
33
Bedoeling Deze richting beoogt een opleiding tot opvoeder in één schooljaar en is een samenvoeging van de technisch-praktische vakken van het 5de en 6de jaar Jeugd- en gehandicaptenzorg. Komende uit een richting van hetzelfde studiegebied en in het bezit van een diploma secundair onderwijs wil deze richting vooral een meerwaarde bieden in het aanleren van specifieke methoden en technieken met betrekking tot de problemen in het werkveld. Hiertoe dient de afgestudeerde residentieel te kunnen samenleven in leefgroep; problemen en conflicten adequaat te kunnen aanpakken; creatief de vrije tijd, de dagelijkse verzorging en de huishouding te verzekeren en behoorlijk te kunnen rapporteren.
Inhoud van de vakken Nederlands Een praktische hantering van de taal en een mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid dringen zich op. Om te kunnen rapporteren moet men kunnen luisteren, spreken en schrijven. Met het onderdeel functionele taalbeschouwing wordt bedoeld dat men oog heeft voor verschillende aspecten zoals bijzondere kenmerken van jongerentaal, leeftijdsgebonden taal en taal van diverse sociaal-economische milieus. Wat wordt er bedoeld, wat schuilt er achter de woorden? Leefgroepenwerking De lessen zijn opgebouwd uit 3 pakketten: ik als beginnende opvoeder, ik als groeiende opvoeder, ik als opvoeder.
71
Pakketten 1 en 2 omvatten een stageperiode van resp. 5 en 8 weken. In de thema’s komen volgende leerinhouden aan bod: -Inzicht verwerven in spel, expressievormen en -technieken (manuele, dramatische en muzikale expressie), technieken verwerven en ontwikkelen van eigen expressieve, creatieve, recreatieve en communicatieve vaardigheden. -Gedragstherapeutische en systeemtheoretische inzichten verwerven en toepassen bij het aanleren van gewenst gedrag en afleren van ongewenst gedrag en het werken met groepen (leefgroep, gezin). Noties verwerven uit ontwikkelingspsychologie, sociale psychologie, begeleiden en werken met groepen e.a. -Toespitsen van verworven kennis op verschillende handicaps en problematische opvoedingssituaties. Thematisch werken rond deelaspecten als probleemgedrag, depressie, verwerking van handicap, mentale handicap, communicatie e.a.
Stages Twaalf weken in het schooljaar worden besteed aan zelf ervaren en meedraaien in de concrete leefgroepsituatie met oog voor het materiële en het verzorgingswerk. Verschillende sectoren als gehandicaptenzorg, bijzondere jeugdzorg en algemeen welzijnswerk worden geëxploreerd. Hierin gaat de hoofdaandacht naar het zelfstandig orthopedagogisch optreden en functioneren, het toepassen van vaardigheden en technieken/methodieken en de groeiende zelfkennis.
Uitwegen Tewerkstelling in de ambulante en residentiële voorzieningen van de gehandicaptenzorg, de bijzondere jeugdzorg en welzijnswerk in het algemeen wordt beoogd. Afgestudeerden zijn terug te vinden in: medisch-pedagogische instituten, tehuizen, dagcentra, thuisbegeleidingsdiensten, begeleiding zelfstandig wonen, vluchthuizen, homes voor daklozen, e.a.
72
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) LICHAMELIJKE OPVOEDING EN SPORT Logische vooropleiding Lichamelijke opvoeding en sport (2de graad TSO) of Topsport (TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht 5de 1 1 2
6de 1 1 2
Engels Frans Nederlands
2 2 3
2 2 3
wiskunde
2
2
LO LO -
1
1
1 2
1 2
1 1 1 2 1 1 2
1 2 0 2 1 1 2
2 2 1 1
2 2 1 1
32
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst
en maatschappij en sport atletiek balsporten dans/ritmische en expressieve vorming - recreatie sport/omnisport - ritmiek / voetbal - toestelturnen/gymnastiek - zwemmen psychologie bewegingsagogiek toegepaste biologie - anatomie - fysiologie toegepaste chemie toegepaste fysica Totaal
Bedoeling Kenmerkend voor Lichamelijke opvoeding en sport (TSO) zijn de 7 lestijden Sport toegevoegd aan de 2 lestijden Lichamelijke opvoeding. Deze studierichting wil geen specialisatie zijn naar één bepaalde sporttak toe, maar laat de leerlingen kennismaken met een ruim toepassingsgebied binnen de lichamelijke opvoeding en sport.
73
Inhoud van de vakken In lichamelijke opvoeding en sport (TSO) maken de algemene vakken een ruim pakket uit van het lessenrooster. Talen en (toegepaste) wetenschappen blijven belangrijk. De lestijden sport zijn belangrijk. Er komen meerdere sporttakken aan bod: atletiek, turnen, zwemmen, balsporten, dans-ritmiek-expressie en speltechnieken. De derde graad lichamelijke opvoeding en sport (TSO) bouwt verder op verworven vaardigheden uit de tweede graad. De moeilijkheidsgraad van de opgelegde oefeningen verhoogt. Verschillende aangeleerde basisvaardigheden worden samengebracht in één oefening. Men streeft naar meer correct uitgevoerde bewegingen in hun totaliteit waar, naast prestatie, ook de technische uitvoering van belang is. De bewegingen worden technisch complexer en stellen hogere eisen. In de derde graad wordt, aan de hand van typische spelsituaties, het juiste tactisch handelen verder aangeleerd en/of geautomatiseerd.
Uitwegen Lichamelijke opvoeding en sport (TSO) streeft geen beroepskennis na, maar is een voorbereiding op verder studeren. Lichamelijke opvoeding en sport (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Ergotherapie, Medische beeldvorming, Orthopedie, Podologie, Verpleegkunde, Vroedkunde, Leraar secundair onderwijs – groep 1 (biologie, lichamelijke opvoeding); - 7de jaar Se-n-Se: Internaatswerking (TSO), Leefgroepenwerking (TSO), Sport- en vrijetijdsanimatie (TSO).
Aandachtspunten De leerlingen bezitten best een positieve bewegingsingesteldheid en een ontwikkelingsdrang naar nieuwe sport- en spelvormen. Voldoende doorzettingsvermogen is vereist. Leerlingen die sportief zijn, zin voor teamwerk hebben, over een goede motoriek beschikken en een positieve studiegerichtheid hebben, kunnen in deze studierichting hun gading vinden. De studiekosten kunnen verhoogd worden door bijkomende kosten voor (sport)kledij en uitstappen (zeilen, roeien, surfen, avonturenmeerdaagse …).
74
Derde Graad Technisch Secundair Onderwijs (TSO) ONTHAAL EN PUBLIC RELATIONS Logische vooropleiding Toerisme (2de graad TSO), Handel (2de graad TSO) of Handel-talen (2de graad TSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Duits Engels Frans Nederlands
2 2 3 3
2 2 3 3
wiskunde
2
2
public relations - gesprekstechnieken - onth. & public relationstechnieken - projecten ICT & presentatietechniek toegepaste psychologie stage
3 3 4 2 2
2 3 2 3 2 2
32
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
Totaal
Bedoeling Onthaal en public relations (TSO) wil leerlingen voorbereiden op onthaal, public relations en receptietaken, zowel in de commerciële als in de sociale sector. Naast de algemene, maatschappelijke, economische en sociale vorming zijn er een aantal specifieke vakken als gesprekstechnieken, public relations- en begeleidingstechnieken, organisatie en beleid. Een vlotte talenkennis is belangrijk. De leerlingen leren zich te gedragen volgens de algemeen geldende etiquetteregels.
Inhoud van de vakken In gesprekstechnieken leren de leerlingen om in allerlei situaties doelgericht te luisteren en te spreken (solliciteren, telefoneren, vergaderen). In ICT en presentatietechnieken maken de leerlingen kennis met verschillende computerprogramma’s en leren ze gebruik te maken van het internet. Ze leren teksten, tabellen en briefwisseling voorzien van een verzorgde vormgeving en presentaties voorbereiden. In onthaal en public relationstechnieken leren de leerlingen: 75
- de basisregels van etiquette en omgangsvormen toepassen, aangepast aan het publiek en de omstandigheden; - media en communicatie met verschillende publieksgroepen; - actualiteit, opzetten van kleinschalige evenementen. Via het vak projecten worden de leerlingen vertrouwd gemaakt met thema’s zoals EHBO, etiquette, maatschappelijke identiteit … . Toegepaste psychologie behandelt de analyse van het menselijk gedrag. Men toont aan dat de principes en de vaardigheden uit andere technische vakken gebaseerd zijn op psychologie. In de stages worden sociale vaardigheden, ICT en gesprekstechnieken ingeoefend.
Uitwegen Onthaal en public relations (TSO) biedt een vooropleiding op o.a.: - hoger onderwijs van één cyclus: Bedrijfscommunicatie, Pers en voorlichting, Public relations, Hotelbeheer; - 7de jaar Se-n-Se: Administratie vrije beroepen (TSO), Butler (TSO), Commercieel webverkeer (TSO), Hotelbeheer (TSO), Immobiliënbeheer (TSO), Internationaal transport en goederenverzending (TSO), KMO-administratie (TSO), Medico-sociale administratie (TSO), Public relations (TSO), Toerisme en organisatie (TSO), Toerisme en recreatie (TSO), Verkoop en distributie (TSO), Hotelonthaal (BSO). Onthaal en public relations (TSO) biedt rechtstreekse tewerkstellingskansen als host(ess), public relations assistent(e), onthaalverantwoordelijke, receptionist(e).
Aandachtspunten Van leerlingen die deze studierichting willen volgen, wordt verwacht dat zij vlot zijn in stijl en voorkomen, zich gemakkelijk aanpassen, dat zij bereid zijn tot compromissen, zin hebben voor diplomatie, betrouwbaar en discreet kunnen optreden. De leerling bezit ook een goede taalvaardigheid, zowel in het Nederlands als in het Frans en het Engels. De aanschaf van een uniform betekent een meerkost. Dit blijkt later niet altijd een verloren uitgave te zijn.
76
Lessentabellen en profielen studierichtingen KSO
77
Derde Graad Kunstsecundair Onderwijs (KSO) TOEGEPASTE BEELDENDE KUNST
Logische vooropleiding In principe: Beeldende en architecturale kunsten (2 de graad KSO) of Beeldende en architecturale vorming (2de graad). Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 1 1 2 2
6de 1 1 2 2
Engels Frans Nederlands
1 2 3
1 2 3
wiskunde
2
2
beeldende vorming kunstgeschiedenis toegepaste beeldende vorming waarnemingstekenen bedrijfsbeheer
4 2 8 4 2*
4 2 8 4 2*
Totaal
32
32
aardrijkskunde geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Toegepaste beeldende kunst (KSO) geeft de leerling de gelegenheid creatief te denken in functie van een opdracht die hij krijgt. De dialoog met de opdrachtgever is hier zeer belangrijk (verschil tussen toegepaste en vrije beeldende kunst). De praktijkvorming is veel uitgebreider dan in Beeldende vorming (KSO).
Inhoud van de vakken Kunstgeschiedenis laat de leerlingen kennismaken met de wereld van de beeldende kunst in het algemeen en de toegepaste kunst in het bijzonder. In het vak toegepaste beeldende vorming realiseert de leerling opdrachten (affiches, logo’s, flyers, verpakkingen …) met verschillende technieken (computer, fotografie, keramiek …). In waarnemingstekenen krijgt de leerling de kans zijn persoonlijke ideeën te uiten via twee- en driedimensionale creaties en aan de hand van zeer uiteenlopende materialen en technieken (tekenen, schilderen, werken met vindmaterialen …). 78
Uitwegen Toegepaste beeldende kunst (KSO) biedt een voorbereiding op o.a.: - hoger onderwijs van twee cycli: Animatie(film) en Medium, Driedimensionele vormgeving, Grafische en reclamevormgeving, Mode-, textielen toneelkostuumontwerpen; Vrije kunsten, Productdesign; Conservatie/restauratie, Productontwikkeling; - hoger onderwijs van één cyclus: Plastische kunsten, Interieurvormgeving, Audiovisuele techniek, Leraar secundair onderwijs groep 1 (plastische opvoeding); - 7de jaar Se-n-Se: Grafische vormgeving (KSO), Industriële kunst (KSO), Ruimtelijke vormgeving, Bedrijfsgrafiek (BSO), Decor- en standenbouw (BSO), Publiciteit en illustratie (BSO), Zeefdruk (BSO).
Aandachtspunten Van de leerlingen wordt een uitgesproken belangstelling verwacht voor klassieke en moderne kunst. De leerling wil ook artistiek productief zijn.
79
Derde Graad Kunstsecundair Onderwijs (KSO) MUZIEK (Klassiek-Jazz-Pop) Logische vooropleiding of bijzondere toelatingsvoorwaarden Tijdens de toelatingsproeven wordt vooral gepeild naar het artistiek groeipotentieel in functie van de studierichting die de leerling wenst te volgen. Van de leerlingen wordt verwacht dat ze hun muzikale talenten tonen op het vlak van instrument/zang/ notenleer/gehoorvorming en muziektheorie. Verder zal de leerling in een kort gesprekje zijn artistieke droom, ambitie en achtergrond kunnen toelichten. Tevens wordt er gepeild naar de kennis van de algemene vakken. Voor specifieke technische en muzikale toelatingsvoorwaarden verwijzen we naar de website.
Lessentabel
esthetica geschiedenis godsdienst lichamelijke opvoeding Nederlands
Humaniora Kindsheid Jesu 5de 6de 1 1 1 1 2 2 2 2 3 3
Engels Frans
2 2
2 2
wiskunde
2
2
aardrijkskunde natuurwetenschappen
1 1
1 1
1ste instrument 2de instrument zang koorzang samenspel (ensemble/combo) notenleer gehoorvorming muziektheorie harmonie praktische harmonie muziekanalyse muziekgeschiedenis compositie & arrangement dans dictie dramatische expressie
1 0,5 0,5 2 2 2 1 1 1 0,5 1 1 1 1 0,5 1
1 0,5 0,5 2 2 2 1 1 1 0,5 1 1 1 1 0,5 1
Totaal
34
34
80
Bedoeling In deze richting krijgt de leerling de kans om zijn ‘eigen artistieke stem’ te ontwikkelen onder leiding van professionele musici en samen met medeleerlingen. Vanuit een ontwikkeling van de muzikale vakkennis en vaardigheden leren de leerlingen op zeer diverse manieren actief musiceren. Leerlingen met muzikale ambities vinden hier een gepaste vooropleiding tot verdere muzikale studies op solistisch of pedagogisch vlak. Toch blijven ook andere studiemogelijkheden in het hoger onderwijs open, vooral in het pedagogische of sociale domein.
Inhoud van de vakken Instrumentale en vocale vorming (1ste en 2de instrument, zang) Elke leerling mag één instrument vrij kiezen en leert daarnaast omgaan met de piano. Ook de eigen stem, primair muzikaal communicatiemiddel en onmisbaar voor samenzang en notenleer, wordt bestudeerd en ontwikkeld. Leerlingen kiezen vanuit hun artistieke eigenheid voor een instrumentale en vocale vorming binnen klassiek, jazz of pop. Algemene muzikale vorming (notenleer, gehoorvorming, analyse, muziektheorie, harmonie, compositie, muziekgeschiedenis en notatiesoftware) Hier houdt de leerling zich bezig met het verwerven van de taal van de muziek. De leerling leert luisteren, opschrijven wat hij hoort, lezen, verklanken wat hij onder ogen krijgt, klankkleuren herkennen en de meest elementaire structuren (ritme, melodische en harmonische bouwstenen) van de muziek te begrijpen en digitaal te noteren. In het vak compositie leert de leerling zelfstandig deze bouwstenen te hanteren in functie van zijn eigen creatie. De muzikaal theoretische vakken zijn meer pijlergerelateerd (klassiek/jazz/pop) dan in de tweede graad. Podiumvorming (samenspel, koorzang, dans en drama) Hier ontwikkelt men de nodige vaardigheden om alle elders aangeleerde, individuele vaardigheden te gebruiken in een creatief groepsproces en om op die manier muziekproducties op poten te zetten. Spelen in groepsverband, werken met een dirigent, zich kunnen bewegen op een podium zijn hiervoor van groot belang.
Uitwegen Muziek (KSO) biedt een voorbereiding op o.a.: - Professionele en academische bachelor- en masteropleidingen binnen het studiedomein muziek in binnen- en buitenland. - Professionele bacheloropleidingen zoals leraar kleuteronderwijs, lager onderwijs en leraar secundair onderwijs.
Aandachtspunten De noodzakelijke dagelijkse individuele training, buiten de lestijden, en de diverse optredens binnen en buiten de school vereisen een doelmatige planning en degelijke studiediscipline. 81
Lessentabellen en profielen studierichtingen BSO
Deeltijds BSO p. 128
82
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) AUTO
Logische vooropleiding Volgende opleidingen in de tweede graad van het beroepssecundair onderwijs sluiten best aan qua technische voorbereiding: Metaalbewerking of Nijverheidstechnieken. Ook leerlingen uit de tweede graad technisch secundair onderwijs in de studierichtingen Mechanische Technieken, Mechanica of Elektromechanica kunnen de overstap maken.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 2 2 4
6de 2 2 4
realisaties autotechnieken PV realisaties autotechniek TV
19 6
19 6
Totaal
33
33
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
Bedoeling Zoals in alle beroepsrichtingen ligt hier een sterke klemtoon op de praktijkvorming. Deze opleiding moet gezien worden als een praktische voorbereiding op uitvoerende beroepen in de autobranche.
Inhoud van de vakken Er zal projectmatig gewerkt worden. Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) is onontbeerlijk. Het is evident dat van de mogelijkheden die de computer biedt optimaal gebruik moet worden gemaakt. De aanpak van schetsen en tekenen is belangrijk. Wat wordt verwacht? - De belangrijkste kenmerken van een garagebedrijf herkennen en de eigenheid van de diverse taken en verantwoordelijkheden van de leden van het garageteam met eigen woorden uitleggen. - De eigen en de in team te verrichten werkzaamheden in het geheel van de planning en de organisatie situeren. - In uit te voeren opdrachten de auto-onderdelen herkennen, hun functie en relatie t.o.v. elkaar verklaren en aanvullende uitvoeringstekeningen op ware grootte maken. - De mechanische energieomzetting in voertuigen en onderdelen toelichten. - De elektrische voorzieningen in auto’s herkennen en de wijze waarop elektrische energie wordt aangewend en verdeeld met eigen woorden uitleggen.
83
- Bij het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden de collectieve veiligheidsvoorzieningen treffen, persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken en de voorschriften op het vlak van gezondheid, hygiëne, milieu en ergonomie naleven. - De kostprijs van onderhoudswerkzaamheden begroten, opmaken en met de klant communiceren. - Onderhoudswerkzaamheden aan voertuigen volgens opgelegde criteria voorbereiden en uitvoeren. - De opbouw, de werking en de functionele samenhang van de auto-onderdelen toelichten. - Volgens opgelegde criteria werkzaamheden aan de auto uitvoeren. - De uitgevoerde onderhouds- en herstellingswerkzaamheden evalueren. - Vormgeven door het bewerken en verbinden van plaat- en profielmateriaal. - Voor uit te voeren carrosserie- en plaatbewerking de keuze van materialen verantwoorden. - Een geschikte carrosserie- en plaatbewerkingstechniek kiezen. - Uitvoeren van vormgevingen van carrosseriedelen, plaat- en profielmateriaal. - Volgens vastgelegde criteria elektrische onderhoudswerkzaamheden aan voertuigen uitvoeren. - Energiekringen. - Stages.
Uitwegen Deze studierichting is in de eerste plaats gericht op onmiddellijke tewerkstelling. Een zevende specialisatiejaar BSO verdient sterke aanbeveling omdat de leerling het diploma Secundair Onderwijs kan behalen. Volgende specialisatiejaren BSO zijn mogelijk: Auto-Elektriciteit, Bedrijfsvoertuigen, Diesel- en L.P.G.-motoren, Tuinbouwmechanisatie. Na een zevende specialisatiejaar in het beroepssecundair onderwijs kan men verder studeren in volgende zevende specialisatiejaren van het technisch secundair onderwijs: Landbouwmechanisatie, Toegepaste Autotechnieken. Men kan werken in garages of bedrijven, die al dan niet gespecialiseerd zijn in bandenmontage en wieluitlijning, monteren van schokdempers en uitlaten,… Buiten de sector kan men terecht in onderhoudswerkplaatsen voor bromfietsen, land- en tuinbouwmachines,…
84
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) AUTO-ELEKTRICITEIT Toelatingsvoorwaarden Dit specialisatiejaar is enkel toegankelijk vanuit een overeenstemmende studierichting van de derde graad. De overeenstemmende studierichtingen zijn: - BSO: Autotechnieken, Tweewielers en lichte verbrandingsmotoren, Vrachtwagenchauffeur; - TSO: Autotechnieken
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 7de 2 2 2
godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming Engels Frans Nederlands
2 2 2
realisaties auto-elektriciteit praktijk/stage realisaties auto-elektriciteit technisch vak bedrijfsbeheer*
14 7 3*
Totaal
33*
*Mogelijkheid 34ste, 35ste en 36ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Leerlingen met een reeds behoorlijke kennis van mechanica-autotechniek kunnen in dit 3de leerjaar van de derde graad hun kennis verdiepen door zich verder theoretisch en vooral praktisch te specialiseren op het gebied van auto-elektriciteit. In het specifiek gedeelte leert de leerling de technologie nodig om aan elektrische en elektronische schema’s in auto’s te werken en het uitvoeren van elektrische en elektronische onderhoudswerkzaamheden door diagnose en lokalisatie van gebreken en defecten. Bij dit alles houdt hij rekening met veiligheid, milieu en kostprijs. De verwerking van gegevens en het lezen van tekeningen en schema’s gebeurt met professionele software. Via de stages maakt hij kennis met de bedrijfscultuur van een garage. Door ook bedrijfsbeheer in de opleiding op te nemen, behoort het zelfstandig worden tot de mogelijkheden. De studierichting heeft een drievoudige doelstelling: - door het slagen in de studierichting het diploma van het secundair onderwijs behalen; - de startkwalificatie te verwerven om het beroep van gespecialiseerde auto-elektricien te kunnen uitoefenen. Dit houdt in dat hij/zij verantwoordelijkheid kan opnemen voor het eigen werk en – na een korte in servicetraining in het garagebedrijf of aanverwante – aan de hand van technische informatie werkzaamheden kan uitvoeren; 85
- voldoende competenties verwerven om zich te kunnen vervolmaken. De leerling kan binnen een afgesproken opdracht: - een elektrisch schema van een auto/voertuig lezen en de verschillende componenten herkennen en toelichten; - deze componenten veilig monteren, elektrisch aansluiten en volgens voorgeschreven richtlijnen afstellen; - bij het vaststellen van elektrische storingen, deze rapporteren; - volgens de door de constructeur vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. De leerling kan, alleen of in teamverband, binnen een afgesproken opdracht: - een elektrisch schema van een auto/voertuig lezen en de verschillende componenten, die bijdragen tot de algemene veiligheid en comfort van de gebruiker, toelichten; - deze componenten veilig monteren, elektrisch aansluiten en volgens wettelijk voorgeschreven richtlijnen afstellen; - bij het vaststellen van storingen deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. De leerling kan binnen een welomschreven opdracht: - de werking van de verschillende specifieke mechanische en elektrische onderdelen van een dieselmotor toelichten; - deze onderdelen volgens de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren en zowel mechanisch als elektrisch aansluiten en afstellen; - bij het vaststellen van een storing aan de motor deze rapporteren en volgens de vastgestelde onderhoudsprocedure een passende herstelling uitvoeren. De leerling kan, alleen of in teamverband, binnen een welomschreven opdracht: - de verschillende mechanische en elektrische onderdelen van een LPG-installatie, volgens de wettelijke bepalingen en de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren; - deze onderdelen mechanisch en elektrisch aansluiten en afstellen; - bij het vaststellen van een storing aan een LPG-installatie deze rapporteren; - volgens de door de constructeur vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. De leerling kan, alleen of in teamverband, onder leiding: - volgens door de constructeur voorgeschreven procedures, een diagnose van storingen aan het motormanagement bij een injectiemotor uitvoeren en rapporteren; - volgens vastgelegde onderhoudsprocedures een passende herstelling uitvoeren. De leerling kan binnen een welomschreven opdracht: - de verschillende specifieke mechanische en elektrische onderdelen van een benzineinjectiemotor toelichten; - deze onderdelen volgens de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren en zowel mechanisch als elektrisch aansluiten en afstellen; - bij het vaststellen van een storing aan de motor deze rapporteren en volgens de vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling uitvoeren; - de verschillende onderdelen van een hydraulische installatie bij voertuigen toelichten en volgens de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; - bij het vaststellen van een storing aan de hydraulische installatie deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhouds-procedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren; - de verschillende onderdelen van een pneumatische installatie van toepassing bij voertuigen volgens de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; 86
- bij het vaststellen van een storing aan de pneumatische installatie deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhouds-procedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. De leerling kan, alleen of in teamverband, binnen een welomschreven opdracht: - de verschillende specifieke onderdelen van toepassing bij bedrijfswagens volgens de voorschriften van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; - bij het vaststellen van een storing deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. - de verschillende specifieke onderdelen bij handelsvoertuigen volgens de wettelijke voorschriften en deze van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; - bij het vaststellen van een storing aan een handelsvoertuig deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhoudsprocedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. - de verschillende specifieke onderdelen bij landbouwvoertuigen volgens de wettelijke voorschriften en deze van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; - bij het vaststellen van een storing aan de landbouwvoertuigen deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhouds-procedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren. - de verschillende specifieke onderdelen bij bouwplaatsvoertuigen volgens de wettelijke voorschriften en deze van de constructeur veilig zelfstandig monteren en aansluiten; - bij het vaststellen van een storing aan de bouwplaatsvoertuigen deze rapporteren en volgens de door de constructeur vastgelegde onderhouds-procedure een passende herstelling zelfstandig uitvoeren.
Uitwegen MOGELIJKHEDEN OP DE ARBEIDSMARKT Inde -
sector: auto-elektricien in gespecialiseerde werkplaatsen voor auto-elektriciteit; specialist auto-elektriciteit/auto-elektronica in garages en carrosseriebedrijven; mecanicien en/of onderhoudsmecanicien met verruimde mogelijkheden voor personen- en bedrijfsvoertuigen; - werknemer in bedrijven voor auto-elektriciteit met als taak diagnosestelling en herstelling van courante problemen; - werknemer in gespecialiseerde auto-elektrische bedrijven (plaatsen van telefoon, alarm- en audio-installaties).
87
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) RUWBOUW Logische vooropleiding Bouw (2de graad BSO) is een logische vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 2 2 4
6de 2 2 4
realisaties ruwbouw praktijk en stages realisaties ruwbouw TV
17 8
17 8
Totaal
33
33
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
Bedoeling Het voornaamste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Door deze doorgedreven praktische vorming worden de leerlingen opgeleid tot bekwame vakarbeiders. De tweede graad Bouw (BSO) was een voorbereiding op deze graad Ruwbouw. Men bracht leerlingen in de tweede graad Bouw voornamelijk basisvaardigheden bij. Tijdens de derde graad Ruwbouw komt men meer aan specialisatie toe. De leerlingen hebben de startkwalificatie van ‘polyvalent bouwvakman’ verworven en kunnen aldus de arbeidsmarkt instappen.
Inhoud van de vakken Het leerpakket ‘algemene vakken’ maakt een beperkt aantal lesuren uit van het lessenrooster. Binnen het leerpakket realisaties bouw zijn de leervakken technologie en technisch tekenen belangrijk. Technologie omvat de studie van bepaalde bouwconstructies en bouwmaterialen. Tijdens de lesuren technisch tekenen maken leerlingen technische tekeningen die toepassingen zijn op activiteiten in de bouwnijverheid. Deze tekenlessen trachten het technisch inzicht van leerlingen te vergroten. Praktijk en stages beslaan het grootst aantal lesuren binnen het lessenrooster en behelzen de praktische vorming (het maken van opgelegde werkstukken of oefeningen in de werkplaats op school of stage). De aangeboden oefeningen worden zo gekozen dat ze geleidelijk en systematisch bijdragen tot de opbouw van een vakbekwaamheid bij leerlingen. In deze derde graad Ruwbouw leren leerlingen bouwplannen lezen en duidelijke schetsen maken. Ze bestuderen bouwmaterialen en bouwconstructietechnieken. Ook het oordeelkundig plannen en kostprijs berekenen worden hen bijgebracht. Daarenboven doen ze de nodige kennis van topografie op. In de lessen handvaardigheid doorlopen ze 88
volgende stadia: metselen, bouwafwerkingstechnieken.
ijzervlechten,
bekisten,
beton
storten
en
andere
De derde graad Ruwbouw bouwt verder aan de reeds verworven technische vaardigheden van de tweede graad Bouw. De moeilijkheidsgraad van de opgelegde oefeningen verhoogt en men brengt verschillende aangeleerde basisvaardigheden samen in één oefening.
Uitwegen De meeste leerlingen starten na het zesde leerjaar beroepsonderwijs een zevende specialisatiejaar BSO en verwerven zo het diploma van secundair onderwijs. Volgende specialisatiejaren kunnen gevolgd worden: Dakwerken (BSO), Restauratie-Renovatie Bouw (BSO) en Ruwbouwafwerking (BSO). Afgestudeerden komen in ijzervlechter of metselaar.
de
bouwnijverheid
89
terecht
als
bijvoorbeeld:
bekister,
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) RENOVATIE-BOUW Toelatingsvoorwaarden Dit specialisatiejaar is toegankelijk vanuit een overeenstemmende studierichting van de derde graad TSO-BSO. De overeenstemmende studierichtingen zijn: - TSO: Bouwtechnieken; - BSO: Ruwbouw, Steen- en marmerbewerking, Ruwbouwafwerking.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming Engels Frans Nederlands realisaties renovatie praktijk en stage realisaties renovatie TV bedrijfsbeheer* Totaal
7de 2 2 2 2 2 2 16 5 3* 33*
*Mogelijkheid 34ste, 35ste en 36ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Dit specialisatiejaar beoogt de beroepskwalificatie van een beginnend beroepsbeoefenaar voor het restaureren van gebouwen. Bij restauratie ligt de klemtoon op bouwwerken gekaderd in een historisch perspectief (monumenten, kerken, geklasseerde gebouwen, gesteenten die bewerkt of bijgewerkt worden …) In de taken die de restaurateur – metselaar dient uit te voeren, zit inbegrepen: het verwerken en bewerken van stenen; het aanbrengen van berapingen; het herstellen van muren en funderingen; de restauratie van venster- en deuromlijstingen, dorpels, balken en lateien en vloeren; de aansluiting van rioolleidingen en regenwaterputten en decoratief metselwerk. Door ook bedrijfsbeheer in de opleiding op te nemen behoort het zelfstandig worden tot de mogelijkheden.
Inhoud van de vakken Leerinhouden TV-Bouw: 1. Voorbereiding, voorkennis en inzichten schade aan gebouwen; gevaren en risico’s; bouwelementen; stabilisatievoorwaarden en belastingsoverdracht; basisveiligheid; 90
-
specifieke begrippen renovatie: - regelgeving; - bestaande leidingen; - overlast; - kenmerken van bestaande oppervlakten.
2. Werkzaamheden voorbereiden, plannen, organiseren en de kostprijs berekenen topografische werkzaamheden; opmetingsschetsen en beschrijvingen; aard van aannemingen; prijsaanvraag en prijsvergelijking; uitvoeringsplannen en bestekken; planning en organisatie; nacalculatie; uitvoeringscontrole. Leerinhouden PV-Bouw: Werkzaamheden inzichtelijk uitvoeren: bouwplaatsinrichting; siermetselwerk en complex metselwerk; speciale voegtechnieken; herstellingswerken en instandhoudingswerken; stut- en schoorwerk; openingen maken in muren en vloeren; stabiliseren van gebouwen; gevelrenovatie; afwerkingstechnieken; thermische isolatie plaatsen; vochtisolatie plaatsen; betonherstellingen; ruwbouwafwerking; specifieke renovatiewerkzaamheden.
Uitwegen MOGELIJKHEDEN OP DE ARBEIDSMARKT In de -
sector: polyvalent renovatiewerker, zowel ruwbouw als ruwbouwafwerking; metselaar siermetselwerk; betonhersteller.
91
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) SCHILDERWERK EN DECORATIE Logische vooropleiding Schilderwerk en decoratie (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Frans realisaties schilderwerk en decoratie - praktijk en stage - theorie incl. bedrijfsbeheer in het 6de jaar Totaal
5de 2 2 4
6de 2 2 4
1
1
16
16
7
7
32
32
Bedoeling Het belangrijkste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Schilderwerk en decoratie (BSO) richt zich naar de afwerking en verfraaiing van nieuwbouw en bestaande gebouwen. Technieken als schilderen, behangen, garneren, vloerbekleding plaatsen, stofferen komen aan bod.
Inhoud van de vakken Technische vakken Binnen de technische vakken zijn technologie en tekenen belangrijk. Technologie omvat de studie van bepaalde schilder- en decoratieconstructies en -materialen. Tijdens het tekenen maken leerlingen technische tekeningen, die hun toepassing vinden in de schilder- en decoratienijverheid. Praktijkvakken In de praktijkvakken worden de verworven technische vaardigheden verder ingeoefend en uitgebouwd. Naast schilder- en decoratietechnieken is er ook plaats voor het leren omgaan met en het plaatsen van glas, vloer- en wandbekleding.
92
Uitwegen Schilderwerk en decoratie (BSO) bereidt voor op een tewerkstelling: als huisschilder, reclameschilder, plaatser van glas of vloer- en wandbekleding, decorateur, behanger … . Na Schilderwerk en decoratie (BSO) kan de leerling starten in een zevende specialisatiejaar BSO om zo het diploma van secundair onderwijs te behalen: Decoratie en restauratie schilderwerk (BSO), Decor- en standenbouw (BSO), Meubelgarneren (BSO).
Aandachtspunten Allergie voor stof, verven en verwerkingsproducten vormen mogelijk medische tegenindicaties.
93
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) KANTOOR Logische vooropleiding Kantoor (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Sint-Jan Berchmansinstituut godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Engels Frans Nederlands zakelijke communicatie Nederlands
Vrij Technisch Instituut
5de 2 2 4
6de 2 2 4
5de 2 2 4
6de 2 2 4
2 3
2 2
2 3
2 3
2
2
basismodule administratief medewerker optie logistiek medewerker optie logistiek medewerker of retail medewerker bedrijfsbeheer*
14
17
3
3
Totaal
32
12
14
5
5 2*
32
32
32*
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling Het belangrijkste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Kantoor (BSO) beoogt een grondige opleiding, gebaseerd op drie beroepen: boekhoudkundig bediende, secretariaatsmedewerker en magazijnier.
Inhoud van de vakken In het 5de jaar start in het schooljaar 2013-2014 een nieuw leerplan voor Kantoor. De leerlingen krijgen de basismodule administratief medewerker aangeboden. De administratieve medewerker staat in voor het onthaal, het bedienen van de telefoon, het verwerken van de post, het bijhouden van de agenda, het archiveren, de correspondentie en het uitvoeren van ondersteunende administra-tieve taken. Hij wordt ook ingeschakeld voor uitvoerende taken in de aankoopadministratie, verkoopadministratie en boekhouding. Het ondersteunen van vergaderingen behoort eveneens tot het takenpakket. Daarnaast moeten de leerlingen één module kiezen uit: logistiek medewerker, medewerker klantendienst en retailmedewerker. 94
Een logistiek medewerker ontvangt en laadt goederen. Hij pakt de goederen ook uit en in, sorteert en controleert ze, maakt ze verzendklaar, verplaatst ze en slaat ze op. Hij maakt hierbij gebruik van hulpmiddelen, stapeltechnieken en stapelhulpmiddelen. Ook de goederen tellen, scannen en registreren alsook de bijhorende documenten controleren en invullen behoren tot zijn takenpakket. De magazijnmedewerker staat ook in voor de bijhorende administratie. De medewerker klantendienst beantwoordt boodschappen van klanten, geeft informatie en contacteert personen in een niet gespecialiseerd domein. De medewerker klantendienst gebruikt daarvoor simultaan telefonische en elektronische communicatiemiddelen. De medewerker klantendienst zorgt dus voor een adequate informatieverstrekking en dataverzameling. De retailmedewerker werkt zowel in de kleine detailhandel als in het grootwinkelbedrijf en in zowel de food- als non-foodsector. De verkoper heeft te maken met allerlei aspecten van het verkoopvak. Het contract met de klant staat voorop, zowel bij het voeren van het verkoopgesprek als bij de financiële afhandeling. De verkoper besteedt ook een deel van zijn tijd aan het op een aantrekkelijke wijze presenteren van artikelen en het schoonhouden van de winkel. Hij zorgt ervoor dat de presentaties op orde blijven en de voorraad in de verkoopruimte aangevuld blijft. Hij staat ook in voor het ontvangen en opslaan van de goederen. Daarnaast wordt er ook voldoende aandacht besteed aan een communicatieve vorming waarin praktische aspecten van zakelijke communicatie in het Nederlands, Frans en Engels worden aangebracht en aan een verdere diepgaande en geïntegreerde ICT-vorming.
Uitwegen Kantoor (BSO) bereidt in de meeste gevallen voor op een commercieel-administratieve loopbaan als bediende, typist(e), verkoper/verkoopster, telefonist(e), receptionist(e) … Na Kantoor (BSO) kan de leerling starten in een zevende specialisatiejaar BSO om zo het diploma van secundair onderwijs te behalen: Kantooradministratie en gegevensbeheer (BSO), Verkoop en vertegenwoordiging (BSO), Winkelbeheer en etalage (BSO). Daarna kan nog een zevende jaar Se-n-Se TSO of KSO gevolgd worden: Administratie vrije beroepen (TSO), Commercieel webverkeer (TSO), Immobiliënbeheer (TSO), Internationaal transport en goederenverzending (TSO), KMO-administratie (TSO), Medico-sociale administratie (TSO) of Verkoop en distributie (TSO).
95
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) VERKOOP Logische vooropleiding Verkoop (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Engels Frans zakelijke communicatie Nederlands administratieve vorming basismodule retail medewerker keuzemodule visual merchandising seminaries stages toegepaste informatica Totaal
5de 2 2 4
6de 2 2 4
2 2 2
2 2 2 2
18 4 10 2 32
32
Bedoeling Het voornaamste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. De studierichting Verkoop (BSO) richt zich vooral tot jongeren die zich aangetrokken voelen tot commercieel werk in een winkelomgeving. De vorming gebeurt via een interne werkplek in de school (zoals een leerwinkel, een vaklokaal logistiek of een lokaal visual merchandising) en via een externe werkplek.
Inhoud van de vakken De retailmedewerker werkt zowel in de kleine detailhandel als in het grootwinkelbedrijf en in zowel de food- als non-foodsector. De verkoper heeft te maken met allerlei aspecten van het verkoopvak. Het contact met de klant staat voorop, zowel bij het voeren van het verkoopgesprek als bij de financiële afhandeling. De verkoper besteedt ook een deel van zijn tijd aan het op een aantrekkelijke wijze presenteren van artikelen en het schoonhouden van de winkel. Hij zorgt ervoor dat de presentaties op orde blijven en de voorraad in de verkoopruimte aangevuld blijft. Hij staat ook in voor het ontvangen en opslaan van de goederen. Daarnaast moeten de leerlingen één module kiezen uit: logistiek medewerker, medewerker klantendienst en visual merchandising. Daarnaast wordt er ook voldoende aandacht besteed aan een communicatieve vorming waarin praktische aspecten van zakelijke communicatie in het Nederlands, Frans en Engels worden aangebracht en aan een verdere diepgaande en geïntegreerde ICT-vorming. 96
Uitwegen Na Verkoop (BSO) kan de leerling doorstromen naar het 7de specialisatiejaar BSO om zo het diploma van secundair onderwijs te behalen: Verkoop en vertegenwoordiging (BSO), Winkelbeheer en etalage (BSO). Daarna kan nog een zevende jaar Se-n-Se TSO of KSO gevolgd worden: Verkoop en distributie (TSO).
97
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) KANTOORADMINISTRATIE EN GEGEVENSBEHEER
Toelatingsvoorwaarden Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die met vrucht het zesde leerjaar ASO, TSO, KSO of BSO gevolgd hebben; - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7de jaar van het beroepssecundair onderwijs. De overgang kan: - vanuit alle studierichtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle studierichtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Engels Frans administratieve vorming integrale projecten stages bedrijfsbeheer* Totaal
7de 2 2 4 2 2 4 6 10 2* 32*
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling De leerlingen krijgen een vorming tot kantoorbediende voor uitvoerend administratief werk. Het geheel omvat specialisatie in drie domeinen: buroticatoepassingen, specifieke zakelijke communicatie en gerichte praktijkervaring via stages in geautomatiseerde kantoren van bedrijven, instellingen en organisaties.
Inhoud van de vakken Talen Men beoogt bij de talen het kunnen functioneren van de leerlingen in voorspelbare beroepssituaties op een onthaaldienst, bij verkoop of dienstverlening en als lid van een administratie. Daarnaast oefent men de algemene omgangstaal zodat de leerlingen in andere situaties kunnen steunen op een vreemde taal.
98
Administratie In het vak Administratie leren de leerlingen administratief courante kantoortoepassingen verwerken door gebruik te maken van volgende software: boekhoudpakket, tekstverwerking, rekenblad en gegevensbeheer, presentaties en publicaties. Integrale projecten In een kantoorsimulatie/minionderneming doen de leerlingen administratief werk in een virtuele werkomgeving: administratie in verband met aankopen, verkopen, bestellingen, leveringen, facturatie in het boekhoudpakket, promotie via mailing… . Stage Tijdens de stage kan men ervaring opdoen in verband met administratie, boekhouden, handelsdocumenten, secretariaat, correspondentie, tekstverwerking, DTP, bestandsbeheer, spreadsheet… .
Uitwegen Afgestudeerden kunnen solliciteren voor algemeen administratief werk. Na Kantooradministratie en Gegevensbeheer BSO kan de leerling nog een zevende jaar Sen-Se TSO volgen: Administratie vrije beroepen, Commercieel webverkeer, Immobiliënbeheer, Internationaal transport en goederenverzending, KMO-administratie, KMO-ondernemerschap, Medico-sociale administratie, Verkoop en distributie. Voor andere zevende specialisatiejaren TSO is een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad nodig.
99
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) WINKELBEHEER EN ETALAGE
Toelatingsvoorwaarden Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die met vrucht het zesde leerjaar ASO, TSO, KSO of BSO gevolgd hebben; - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7de jaar van het beroepssecundair onderwijs. De overgang kan: - vanuit alle studierichtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle studierichtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming Engels Frans Nederlands commerciële presentatie - beeldende vorming - stage beeldende vorming winkelbeheer - verkoop - stage verkoop Totaal
7de 2 2 2 2 2 2 4 3 6 7 32
Bedoeling Deze richting wil leerlingen opleiden tot het beroep van zelfstandig winkelbeheerder. Hierbij krijgen zij inzicht in winkelbeheer, boekhouden, verkoop en verkoopsaspecten van het etaleren.
Inhoud van de vakken Talen Voor de taalvakken kan het verschil tussen de leerlingen qua beheersingsniveau erg groot zijn door het verschil in vooropleiding. Men beoogt het kunnen functioneren van de leerlingen in voorspelbare beroepssituaties als betrokkene bij de verkoop (verkoopgesprek, telefoneren, afrekenen, enz.). Daarnaast streeft men naar het beheersen van de algemene omgangstaal, zodat de leerling in andere eenvoudige situaties kan steunen op een vreemde taal. 100
Commerciële presentatie en stages Hier leert men in theorie en praktijk producten presenteren en er promotie voor maken. Men leert zelf zijn zaak een eigen gezicht te geven, een eigen huisstijl te ontwikkelen. In functie daarvan leert men een etalageplanning maken voor een heel jaar, decoraties ontwerpen en uitwerken en promotie voeren. Tijdens de stage wordt in een zelfstandige detailhandel ervaring opgedaan in de verschillende aspecten van winkelbeheer. In meerdere scholen kunnen de leerlingen tevens ervaring opdoen in een door de leerlingen zelf gerunde winkel. Toegepaste economie Men behandelt verschillende pakketten van winkelbeheer: marketing voor de zelfstandige winkelier, marktsituatie, aankoop, voorraad, prijs en rentabiliteit, financiering, automatisering, public relations en wettelijke aspecten van winkelbeheer.
Uitwegen Afgestudeerden zoeken werk als verkoper in een winkel. Enkelen beginnen na ervaring een eigen detailhandel. Ook bij de inrichting van etalages kunnen zij tewerkgesteld worden.
101
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) HOUTBEWERKING Logische vooropleiding Het eerste jaar Houtbewerking van de derde graad van het Beroepssecundair onderwijs is toegankelijk voor jongens en meisjes die het tweede leerjaar van de tweede graad van het secundair onderwijs met vrucht hebben beëindigd. De logische vooropleiding voor de derde graad Houtbewerking (BSO) is de tweede graad Hout (BSO).
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 2 2 4
6de 2 2 4
realisaties hout - PV praktijk en stage Hout - TV Hout
16 9
17 8
Totaal
33
33
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
Bedoeling Het belangrijkste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Door deze doorgedreven praktische vorming worden de leerlingen opgeleid tot bekwame vakmensen.
Inhoud van de vakken Technisch pakket Het is een geïntegreerd leerplan. In de opbouw is geen onderverdeling volgens vakken. Er wordt projectmatig gewerkt in PV Praktijk Hout (17-18 u/week). Aandachtspunten: - Kwaliteitszorg. Vooral in de werkvoorbereiding en in de praktische realisatie moet de interne kwaliteitszorg voldoende benadrukt worden. - Het is evident dat, naast CAD-CAM, optimaal gebruik gemaakt wordt van informatieen communicatietechnologie (ICT). - Welzijn op het werk en VCA. Een opleiding “basisveiligheid” wordt aangeboden. - Stages en werkplekleren zijn een belangrijk leerproces. Leerinhouden voor Realisaties Hout Leerinhouden zijn: hedendaagse materialen, materiaalkenmerken, constructie-technieken, houtbewerkingsmachines en gereedschappen, installaties, CNC-machines, tekeninglezen, voorbereidende schetsen, constructietekeningen (CAD), planning en organisatie, zaagschema, materiaalstaat, stijlperioden van bouwwerken en meubelen, meetgereedschap, verspaningstechnologie, klaarmaken van onderdelen, verbinden en 102
vergaren, monteren en demonteren, beschermen en afwerken, constructietechnologie van meubels, constructietechnieken bij binnen- en buitenschrijnwerkerij, plaatsingstechnieken, timmerwerk.
Uitwegen Na het zesde jaar Houtbewerking starten de meeste leerlingen een zevende specialisatiejaar BSO en verwerven zo het diploma van het secundair onderwijs. Men kan een keuze maken uit volgende specialisatiejaren: Bijzondere schrijnwerk-constructies (BSO), Dakwerken (BSO), Industriële Houtbewerking (BSO), Interieur-inrichting (BSO), Meubelgarneren (BSO), Restauratie van meubelen (BSO), Restauratie van schrijnwerk (BSO) en Stijl- en designmeubelen (BSO). Afgestudeerden komen op de arbeidsmarkt terecht als bijvoorbeeld: interieurbouwer, trappenmaker, dakenconstructeur, ramenfabrikant, keukenbouwer en dit zowel als werknemer, zelfstandig medewerker of zelfstandig zaakvoerder .
Aandachtspunten Allergie voor stof en voor bepaalde houtsoorten of verwerkingsproducten vormen mogelijk medische tegenindicaties.
103
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) INDUSTRIËLE HOUTBEWERKING
Toelatingsvoorwaarden Dit specialisatiejaar is enkel toegankelijk vanuit een overeenstemmende studierichting van de derde graad. De overeenstemmende studierichtingen zijn:
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming
7de 2 2 2
Engels Frans Nederlands industriële houtbewerking PV industriële houtbewerking TV bedrijfsbeheer* Totaal
2 2 2 15 6 3* 33*
*Mogelijkheid 34ste, 35ste en 36ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Door de steeds verder doorgedreven automatisatie en het flexibel werken in de houtverwerkende nijverheid dienen de leerlingen vertrouwd gemaakt te worden met de industriële productieprocessen. De opstelling van machines wordt bestudeerd in functie van een optimale productie, waarbij de aspecten van seriewerk en automatisatie worden geïntegreerd. Bijzondere aandacht gaat naar het onderzoek en het toepassen van optimale verspaningstechnieken. Technische kostprijsberekening (productiekost) en factoren die deze productiekost gunstig kunnen beïnvloeden worden geëvalueerd. Door ook bedrijfsbeheer in de opleiding op te nemen, behoort het zelfstandig worden tot de mogelijkheden.
Inhoud van de vakken Het leerpakket ‘algemene vakken’ maakt een beperkt aantal lesuren uit van het lessenrooster. De leerpakketten technische vakken en praktijkvakken vormen één geheel (geïntegreerde opvatting) en omvatten volgende inhouden: Deel 1: Tekenvaardigheden CAD-tekenen (tekenen van werkstukken, bematen van werkstukken en genormaliseerde elementen), algemene tekeningleesvaardigheden (verzamel-tekeningen, deel- en 104
detailtekeningen, doorsneden, vorm- en plaatstoleranties en wijzigingen) en opspanmethoden. Deel 2: Industrieel produceren Het industriële productieproces (Algemeen en verspanende bewerkingsmachines), procesvoorbereiding (materiaalspecificaties, controle, voorbereidende bewerkingen, machines en meet- en controlegereedschap), doorlopen van het productieproces (productielijn, afwerking, uitvoeringscontrole en bijsturing, tijdsstudie en tijdsduur machinegebruik), industriële vergaartechnieken (persen, industriële vergaarmachines, industriële verbindingen, hulpmiddelen, specifieke vergaartechnieken), afwerkingstechnieken (voorbereidend schuurwerk, kleur- en bleektechnieken, spuitwerk, industriële afwerkingstechnieken) en infrastructurele voorzieningen (infrastructuur, stockageproblematiek, productstroom, machine-inplanting, personeelsbezetting, verpakking-verzending en beschadigings-problematiek).
Uitwegen Afgestudeerden kunnen op de arbeidsmarkt terecht als: insteller-bediener in het productieproces van een industrieel houtverwerkend bedrijf, geschoold werknemer met doorgroeimogelijkheden naar een leidinggevende functie, zelfstandige meubelmaker of schrijnwerker,… .
Aandachtspunten Om zich als zelfstandige te vestigen moet men soms voldoen aan de eisen van de vestigingswet (bewijzen van vereiste kennis: bedrijfsbeheer + beroepskennis – vb. aannemer, schrijnwerker-timmerman). Het vak bedrijfsbeheer wordt geïntegreerd in het lessenpakket en in de GIP.
105
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) HAARZORG Logische vooropleiding Haarzorg (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 5de 2 2 4
6de 2 2 4
Frans
2
2
plastische opvoeding
1
1
realisatie haarzorg bedrijfsbeheer*
21
21 2*
Totaal
32
32*
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling Het voornaamste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Haarzorg BSO moet gezien worden als een praktische voorbereiding op het kappersberoep. De opleiding beperkt zich niet tot het klassieke ‘haarsnijden’. Gelaatsverzorging, manicure, en grime komen naast haarzorg aan bod.
Inhoud van de vakken Het pakket algemene vakken is beperkt in lestijden. De vakken Nederlands en maatschappelijke vorming worden aangeboden in een totaalpakket: ‘PAV = project algemene vakken’. De leerstof wordt vooral thematisch aangebracht en verwerkt. Geschiedenis van de opschik geeft een beeld van de verschillende historische periodes met speciale aandacht voor mode, haartooi en schoonheidsverzorging. Vertrekkend vanuit de actualiteit legt men links naar kenmerken van haardracht, opschik, kledij en accessoires uit vroegere periodes. In vaktechnologie worden o.a. mengsels, haarproducten, kleuren, permanent, hygiëne, gezondheidsproblemen, (aandoeningen aan) haar en hoofdhuid, de professionele kwaliteiten van de kapper, inrichting van het salon … besproken. In hand- en gelaatsverzorging oefenen de leerlingen verschillende technieken bij de huid-, nagel- en handverzorging. Eenvoudige en modische make-up, kindergrime, lakken van de nagels … komen eveneens aan bod.
106
Tijdens praktijk/stage worden verschillende technieken ingeoefend: dameskappen (kaptechniek, snit, elementaire technieken op lang haar, watergolf, brushing, kleuren en permanent, ondulatie, creatieve technieken), herenkappen en kindersnit.
Uitwegen Haarzorg BSO biedt rechtstreekse tewerkstellingskansen op de arbeidsmarkt als zelfstandig kapper, hulp in een kapsalon, kapper bij theaters, opera’s, T.V., film- en fotostudio’s, vertegenwoordiger van cosmetica, technisch afgevaardigde voor verzorgingsen kappersproducten, verkoper van parfumerie … . Na Haarzorg BSO kan de leerling starten in een zevende specialisatiejaar BSO* om het diploma van secundair onderwijs te behalen: Haarstilist. Mits het diploma van secundair onderwijs kan een zevende jaar Se-n-se TSO* gevolgd worden: Esthetische lichaamsverzorging, Grime. * Voor andere studierichtingen is een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad nodig.
107
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) HAARSTILIST Logische vooropleiding Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die met vrucht het 6de leerjaar ASO, TSO, KSO of BSO gevolgd hebben; - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7de jaar van het beroepssecundair onderwijs). De overgang kan: - vanuit alle studierichtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle studierichtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
7de 2 2 4
Frans
2
plastische opvoeding
1
expressie salonwerk stage bedrijfsbeheer* Totaal
1 16 4 2* 32*
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling De leerlingen hebben de beroepsbekwaamheden van een beginnend kapper-werknemer in een derde graad verworven. In dit specialisatiejaar kunnen leerlingen die hun mogelijkheden verder ontwikkelen om taken te kunnen uitvoeren als salonverantwoordelijke en de praktische uitbating van een kapsalon.
Inhoud van de vakken Salonwerk In dit vak leert de leerling: - werken in teamverband, de klantenadministratie van het salon uitvoeren, keuze maken uit het aanbod van professionele producten op de markt, acties (promotie, promotiemateriaal…) uitwerken, de salonwerking evalueren; - de klant deskundig onthalen en begeleiden, modetrends herkennen en omzetten naar de praktijk in het kapsalon, kapsels maken volgens de wens van de klant, afscheid nemen van de klant; - de financiële administratie van het kapsalon coördineren en over de resultaten rapporteren, het voorraadbeheer coördineren, de tarieven voor het kapsalon bepalen 108
en aanpassen, de taken en diensten in het kapsalon plannen, organiseren en evalueren, de uitvoering van de taken en diensten coördineren. Stage De leerlingen worden via de stage geconfronteerd met het toekomstig werkmilieu en met de realiteit van het beroep. Hierbij leren ze rekening houden met de factoren tijd, tempo, efficiëntie, productiviteit en kwaliteitszorg in een concrete arbeidssituatie.
Uitwegen Men kan zich vestigen als zelfstandig dames- of herenkapper of werken in dienstverband. Afgestudeerden kunnen ook werken als grimeur op zelfstandige basis of in dienstverband. Om zich als zelfstandige te vestigen, moet men voldoen aan de eisen van de vestigingswet (bewijzen van vereiste kennis: bedrijfsbeheer + beroepskennis). Na Haarstilist BSO kan de leerling nog een zevende jaar Se-n-Se TSO volgen: Esthetische lichaamsverzorging, Grime. Voor andere Se-n-Se-opleidingen TSO is een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad nodig.
109
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) ELEKTRISCHE INSTALLATIES Logische vooropleiding De meest logische vooropleiding is een tweede graad BSO in de sector Mechanica en Elektriciteit – richtingen: Elektrische installaties of Nijverheidstechnieken (mits bijwerken van het vak Elektriciteit). Een tweede graad TSO in de sector Mechanica en Elektriciteit (richtingen: Elektriciteit-Elektronica, Elektromechanica, Elektro-technieken) biedt eveneens een goede voorbereiding op deze studierichting.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
5de 2 2 4
6de 2 2 4
3
3
realisaties elektrische installaties TV elektriciteit realisaties elektrische installaties TV energietechnieken realisaties elektrische installaties PV praktijk/stage
7
7
15
15
Totaal
33
33
Bedoeling De leerling wordt gevormd om in de arbeidswereld te stappen als beginnend installateur van “residentiële” of industriële” installaties bij een elektrotechnisch installatiebedrijf. De leerling wordt bekwaam geacht om een nieuwe industriële elektrische installatie of de renovatie of herstelling daarvan uit te voeren.
Inhoud van de vakken Elektriciteit en lab In het vak elektriciteit en lab komen volgende onderwerpen aan bod: het magnetisme, het elektromagnetisme, beweegbare stroomvoerende geleiders geplaatst in magnetische velden, inductieverschijnselen, éénfasige wisselstromen, driefasennetten, draaistroommotoren. Uitvoeringsmethoden Volgende onderwerpen worden behandeld: residentiële en industriële verlichting, comfort- en communicatieschakelingen, domotica, residentiële en industriële elektrische verwarming, opwekken/transporteren en verdelen van elektrische energie, componenten voor industriële installaties, industriële schakel- en verdeelborden, motoren en motorsturingen, pneumatica, programmeerbare logische sturingen. Realisaties elektriciteit (praktijk) 110
In de praktijk wordt gewerkt aan: residentiële en industriële verlichting plaatsen en aansluiten, comforten communicatieschakelingen plaatsen en aansluiten, een domotica installatie plaatsen en aansluiten, residentiële en industriële verwarmin monteren / plaatsen en aansluiten, motoren en motorsturingen plaatsen en aansluiten, pneumatica, programmeerbare logische sturingen plaatsen en aansluiten, fouten opsporen en herstellingen uitvoeren. Methode -Men vertrekt vanuit een geïntegreerd leerplan (zo weinig mogelijk onderverdeling in vakken). -Er wordt zoveel mogelijk projectmatig gewerkt. -Er wordt beroep gedaan op ICT-hulpmiddelen.
Uitwegen Na de opleiding kan de afgestudeerde als zelfstandig elektricien van huisinstallaties aan de slag. Hij kan ook tewerkgesteld worden als installatiemonteur, bedradingmonteur of als technicus voor onderhouds- en herstellingswerken. Diegenen die dit wensen, kunnen een aanvullend zevende specialisatiejaar volgen. Zij hebben de keuze tussen Auto-Elektriciteit en Industriële Elektriciteit.
111
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) KUNSTSTOFVERWERKING Logische vooropleiding Logische vooropleiding is een tweede graad in de sector Mechanica en Elektriciteit (BSOrichtingen: Centrale Verwarming en Sanitaire installaties, Elektrische installaties, Metaal of Nijverheidstechnieken). Een tweede graad in de sector Mechanica en Elektriciteit (TSOrichtingen: Elektriciteit-Elektronica, Elektromechanica, Elektrotechnieken, Mechanica en/of Mechanische Technieken) bereidt eveneens goed voor op deze studierichting.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 5de 2 2 4
6de 2 2 4
realisaties kunststofverwerking TV realisaties kunststofverwerking PV praktijk/stage
7 18
6 19
Totaal
33
33
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken
Bedoeling De opleiding leidt leerlingen op tot kunststofoperator. Deze zorgt ervoor dat het productieproces in kunststofproducerende en -verwerkende bedrijven in goede banen wordt geleid. Hij hanteert de machines en draagt zorg voor de veiligheid ervan en voor de kwaliteit van de producten.
Inhoud van de vakken Matrijzen Vooreerst komen de basistechnieken en -materialen voor het vervaardigen en onderhouden van mallen aan bod. Belangrijk is uiteraard ook de opbouw, het principe, de werking en het onderhoud van matrijzen en apparaten te kennen. Operationele technieken De leerstof betreft de kennis van las- en lijmverbindingen, de kennis van verspanende en niet-verspanende technieken op kunststoffen, het inzicht in spuitgiet-, extrusie-, thermoformeermachines en kunststofpersen alsook de kennis van de technieken van composietverwerking. Praktijk/stages De leerstof betreft het uitvoeren van las- en lijmtechnieken, het bedienen van machines voor verspanende en niet-verspanende bewerkingen op kunststoffen, het instellen en het bedienen van spuitgiet- extrusie-, thermoformeermachines en kunststofpersen. Ook 112
wordt aandacht besteed aan het oordeelkundig monteren en demonteren van matrijzen, het monteren, demonteren en afstellen van allerhande mechanische constructies.
Uitwegen Afgestudeerden worden tewerkgesteld in de kunststofverwerkende nijverheid hetzij als gekwalificeerd vakman in de composietverwerking, als medewerker bij opbouw en onderhoud van spuitmatrijzen en mallen of als operator bij de opbouw van installaties in kunststof-composietmateriaal. Buiten de sector kunnen afgestudeerden aan het werk als bewerker van kunststoffen voor gebouwen, in de modelbouw, bij de composietbewerking en bij verspanende en nietverspanende bewerkingen i.v.m. kunststofmaterialen. Diegenen die dit wensen, kunnen nog een aanvullend zevende specialisatiejaar volgen. Er zijn volgende mogelijkheden: Computergestuurde werktuigmachines (BSO), Matrijzenbouw (BSO) en Composietverwerking (BSO).
113
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) COMPOSIETVERWERKING
Toelatingsvoorwaarden Dit specialisatiejaar is enkel toegankelijk vanuit een overeenstemmende studierichting van de derde graad. De overeenstemmende studierichtingen zijn: BSO: Kunststofverwerking; TSO: Kunststoftechnieken.
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart 7de 2 2 2
godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming Engels Frans Nederlands
2 2 2
realisaties kunststofverwerking TV realisaties kunststofverwerking PV praktijk/stage bedrijfsbeheer*
9 12 3*
Totaal
33*
*Mogelijkheid 34ste, 35ste en 36ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Dit specialisatiejaar wil de leerlingen uit de derde graad Kunststofverwerking een verdere uitdieping meegeven in het verwerken en bewerken van composietmaterialen. Er wordt veel aandacht besteed aan het verwerken van composietmaterialen, het bedienen van composietverwerkingsmachines, de materialenkennis en de studie van de basisprincipes en toegepaste technieken in verband met mallen en matrijzen.
Inhoud van de vakken Materialenleer In dit vak wil men inzicht verwerven in de eigenschappen en het praktisch gebruik van de verschillende materialen gebruikt bij het opbouwen en samenstellen van composietmaterialen: harsen, gelcoats, wapeningen, losmiddelen, sandwichmaterialen en verhardersystemen. Aandacht gaat ook naar de hygiëne en veiligheid bij de verwerking van deze materialen om zo de eigen veiligheid als deze van werkmakkers en omgeving te verzekeren. Labo composietmaterialen
114
De leerlingen gaan verschillende onderzoekstechnieken uitvoeren op zelf vervaardigde stukken in composietmateriaal. Zij leren duidelijk inzicht verwerven in de begrippen kwaliteitszorg en kwaliteitscriteria van afgewerkte producten. Zij voeren een aantal controles uit op de kwaliteit van de materialen alsook een aantal belastingsproeven (trekproef, buigproef, drukbestendigheidsproef, hardheidsmetingen,…).
Uitvoeringstechnieken Men leert kennis en inzicht verwerven in de verschillende verwerkingstechnieken van composietmaterialen: handlamineermethoden, hand-spray-up, mallenbouw, CDI Upverwerking, koudpersen, warmpersen, vacuümvormen, pultrusie en giettechnieken. Men leert apparatuur en installaties gebruiken, bedienen en onderhouden. Men verwerft inzicht in de interactie van de verschillende materialen en de invloed hiervan op het afgewerkt eindproduct.
Praktijk/stages kunststoffen Men begint met het realiseren van eenvoudige en nuttige voorwerpen waarbij telkens één van de verwerkingstechnieken wordt aangeleerd en ingeoefend. Geleidelijk wordt de moeilijkheidsgraad van de uit te voeren projecten opgedreven, steeds volgens een vooraf opgestelde en gecontroleerde werkmethode. De uitvoering, de kwaliteit en maattoleranties van het afgewerkte product staan centraal. De leerlingen moeten blijvend aandacht hebben voor het naleven van de veiligheidsvoorschriften.
Uitwegen De afgestudeerden worden tewerkgesteld in de kunststofsector: als gekwalificeerd vakman in de composietverwerking; als medewerker bij opbouw en onderhoud van matrijzen en mallen; als medewerker bij de opbouw van installaties in kunststofcomposietmateriaal.
115
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) INDUSTRIËLE ELEKTRICITEIT
Toelatingsvoorwaarden Dit specialisatiejaar is enkel toegankelijk vanuit een overeenstemmende studierichting van de derde graad. De overeenstemmende studierichtingen zijn: - BSO: Elektrische Installaties; - TSO: Elektriciteit-Elektronica, Elektrotechnieken
Lessentabel Technisch Instituut Heilig Hart godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming Engels Frans Nederlands realisaties industriële elektriciteit praktijk/stage realisaties industriële elektriciteit TV bedrijfsbeheer* Totaal
7de 2 2 2 2 2 2 15 6 3* 33*
*Mogelijkheid 34ste, 35ste en 36ste lesuur bedrijfsbeheer
Bedoeling Dit specialisatiejaar heeft een dubbele bedoeling: specialisatie in onderhoud, montage en herstellen van enerzijds liften, deuren, roltrappen (met de link naar mechanica, informatica, pneumatica, hydraulica); anderzijds de energiedistributie, aandrijf- en hoogspanningstechniek. Verder zal via praktijkgerichte toepassingen de kennis van sturings- en automatiseringstechnieken worden verhoogd.
Inhoud van de vakken Bijzondere elektrische machines en overbrengingsmechanismen; elektronische componenten, vermogenselektronica; elektro-pneumatische en hydraulische sturingen; industriële energieverdeling; monteren en demonteren; machineonderdelen. Stage De leerling komt in contact met industriële apparatuur, op school of in de werkplaats van het stage-oord. Door het gebruik van moderne didactische middelen in de theoretische lessen (video, pc,…) en nieuwe toestellen en machines in de werkplaats en het labo (PC, PLC, simulators,…) is de opleiding zeer realiteitsnabij. 116
Verder krijgen de leerlingen de kans regelmatig studiebezoeken te brengen aan bedrijven waar moderne en vooruitstrevende technieken worden toegepast. Binnenlandse en buitenlandse beurzen kunnen in schoolverband worden bezocht.
Uitwegen Onderhouds- en installatietechnicus in kleine ondernemingen; monteur bij installateurs van huishoudelijke en industriële installaties; magazijnier in elektro-groothandel; hulpelektricien in grote bedrijven.
117
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) ORGANISATIEHULP Logische vooropleiding Verzorging-voeding (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken.
Lessentabel Instituut Mariaburcht 5de 2 2 4 2 1
6de 2 2 4
bedrijfsbeheer communicatie en teamwerk stages zorg voor logistieke dienst zorg voor voeding
1 2 10 4 6
1 1 12 4 5
Totaal
32
32
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Frans
1
Bedoeling Het belangrijkste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Organisatiehulp (BSO) moet gezien worden als een praktische voorbereiding op tewerkstelling in de logistieke, technische, voedings- of onderhoudsdienst.
Inhoud van de vakken In de lessen exploratie van eigen leefomgeving verwerven de leerlingen een brede en praktische kennis van de eigen leefomgeving, vrije tijd en het reizen. In hygiëne, veiligheid en EHBO bekijken de leerlingen vanuit de concrete stageervaringen de voedingshygiëne, arbeidsveiligheid en eerste hulp bij ongevallen. Participatie in de arbeidswereld behandelt sociale wetgeving (arbeidsovereenkomsten, rechten en plichten als werknemer of werkgever, loonberekening, sociale vergoedingen …) en bedrijfsbeheer (aan- en verkoop-verrichtingen, BTW, de betaling en inningen …). De belangrijkste doelen van het vak sociale activiteit zijn het aanleren van de sociale vaardigheden en de omgangsvaardigheden naar de stageplaats toe. Logistieke dienst bereidt de leerlingen voor om in de verzorgende sector hulp te bieden aan het verplegende en verzorgend personeel (bv. intern transporteren van patiënten, op- en afdienen van maaltijden, opmaken van bedden). In voedingsdienst wordt vooral belang gehecht aan hygiëne, het systematisch plannen van opdrachten, de uitvoering en het klantgericht werken (o.a. (voor)bereiden en bedienen van gerechten, presenteren van voedingswaren in de keuken). In technische dienst leren de leerlingen winkelartikelen, gereedschappen, machines en producten ordenen, schikken en presenteren. Administratie, bestellingen … komen eveneens aan bod. 118
Uitwegen Organisatiehulp (BSO) bereidt in de meeste gevallen voor op een tewerkstelling in verzorgingsinstellingen, ziekenhuizen, horecazaken, wasserijen, schoonmaakbedrijven, warenhuizen … . Door de polyvalente opleiding kunnen ze ingezet worden om allerlei opdrachten uit te voeren, waarvoor niet onmiddellijk een gespecialiseerd vakman nodig is. Na Organisatiehulp (BSO) kan de leerling starten in een zevende specialisatiejaar BSO om zo het diploma van secundair onderwijs te behalen: Organisatiehulp (BSO).
119
Derde Graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) VERZORGING Logische vooropleiding Verzorging-voeding (2de graad BSO) is een mogelijke vooropleiding. Andere vooropleidingen zijn individueel te bekijken. Lessentabel Sint-Jan Berchmansinstituut
Vrij Technisch Instituut
5de 2 2 4
6de 2 2 4
5de 2 2 4
6de 2 2 4
2
2
1
1
plastische opvoeding stages verzorging bedrijfsbeheer*
1 10 11
1 10 11
10 13
10 13 2*
Totaal
32
32
32
32*
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Frans
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling Het belangrijkste kenmerk van een studierichting binnen het Beroepssecundair Onderwijs is dat de opleiding sterk praktisch gericht is. Verzorging (BSO) moet gezien worden als een praktische voorbereiding op beroepen in de verzorgingssector: kinder-, bejaarden- en thuiszorg.
Inhoud van de vakken In de lessen omgangskunde worden alle aspecten van de taak van verzorg(st)er belicht. Er zijn twee grote delen. In een eerste deel worden sociale vaardigheden (hoe ga ik om met mezelf, met de collega’s verzorgenden en met de zorgvrager). In een tweede deel wordt de ontwikkeling van de mens behandeld. Daarnaast worden de nodige expressieve en creatieve vaardigheden in de praktijk gebracht. Participatie in de arbeidswereld behandelt de rechten en plichten van de verzorgende: plichtenleer, gezondheidsrecht, sociaal recht … . In het vak verzorging worden de basisbehoeften van kinderen en bejaarden behandeld: preventie van ziekten, rust en slaap, hygiëne, voeding, veiligheid bij het gebruik van geneesmiddelen … . Daarnaast komen ook EHBO, aanpassing aan het dagelijks leven (ADL), gezondheidsvoorlichting (GVO) … aan bod. Dit alles wordt in de theorie en in de praktijk uitgewerkt. In zorg voor leef- en woonsituatie maken de leerlingen kennis met de voedings- en dieetleer, met nadruk op gezondheidsbevorderende maaltijden en kindervoeding. Ook 120
worden begrippen aangebracht in verband met hygiëne en veiligheid. Centraal staat telkens het ondersteunen en bevorderen van de zelfzorg van de zorgvrager.
Uitwegen Verzorging (BSO) bereidt in de meeste gevallen voor op een tewerkstelling in de kinderopvang, in rust- en verzorgingstehuizen, in de thuis-, gezins- en kraamzorg … . Na Verzorging (BSO) kan de leerling starten in een zevende specialisatiejaar BSO om zo het diploma van secundair onderwijs te behalen: Kinderzorg (BSO), Organisatie-assistentie (BSO), Thuis- en bejaardenzorg (BSO). Daarna kan nog een zevende jaar Se-n-Se TSO gevolgd worden: Internaatswerking (TSO), Leefgroepenwerking (TSO). Ook kan de leerling na Verzorging (BSO) rechtstreeks of via een 7de specialisatiejaar BSO kiezen voor de opleiding verpleegkunde (HBO5).
121
Derde graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) KINDERZORG Toelatingsvoorwaarden Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die met vrucht het 6de leerjaar ASO, TSO, KSO of BSO gevolgd hebben; - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7 de jaar van het beroepssecundair onderwijs). De overgang kan: - vanuit alle studierichtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle studierichtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Frans Nederlands beroepsgerichte vakken kinderzorg - huishoudkunde - opvoedkunde - verzorging expressie stages bedrijfsbeheer* Totaal
7de 2 2 4 1 1 1 6 3 2 10 2* 32*
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling Rechtstreeks voorbereiden op tewerkstelling in de kinderzorg: kinderdagverblijven, kinderdag- en nachtverblijven, kinderkribben, peutertuinen en allerlei vormen van kinderopvang, met een maximum aan zelfstandigheid in die kinderopvang. De kinderverzorgster dient kinderen te kunnen opvangen en verzorgen, maar bovendien ook te kunnen instaan voor aanvullende opvoeding. Zelfstandig werk, maar evenzeer teamwork ligt binnen de mogelijkheden en hiertoe dienen vaardigheden van samenwerken (met collega’s, met ouders), observeren, rapporteren, organiseren van activiteiten e.a. ontwikkeld te worden.
Inhoud van de vakken Beroepsgerichte vakken kinderzorg Volgende onderwerpen komen aan bod: 122
-
-
kinderverzorgende (zelfkennis, omgaan met ethische vraagstukken, bijzondere arbeidsvoorwaarden, sociaal en fiscaal statuut, vormingsorganisaties …); kinderopvang (werkcontext (organisatie en visies), indirecte kindgerichte zorg (huishoudelijke ondersteuning); kinderen van 0 tot 12 jaar (pedagogisch handelen (visie, ontwikkeling, opvoeding), activiteiten, directe kindgerichte zorg (zorgend handelen bij kinderen van 0 tot 12 jaar in gewone dagelijkse situaties en bij licht zieke kinderen, kinderen met specifieke zorgbehoeften); ouders en hun omgeving (agogisch handelen, gezin en zwangerschap); team.
Stage Via stages leren de leerlingen de kennis, houdingen en vaardigheden die een beginnende kinderverzorgende dient te bezitten en verder te ontwikkelen.
Uitwegen Tewerkstelling in kinderdagverblijven, particuliere opvanginstellingen, naschoolse kinderopvang, als onthaalmoeder, voor opvang van zieke kinderen, in kinderkribben, peutertuinen en allerlei vormen van kinderopvang. Na Kinderzorg BSO kan de leerling nog een zevende jaar Se-n-Se TSO volgen: Internaatwerking, Leefgroepenwerking. Voor andere zevende specialisatiejaren TSO is een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad nodig.
123
Derde graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) ORGANISATIE-ASSISTENTIE Toelatingsvoorwaarden Kunnen als regelmatige leerling ingeschreven worden: - zij die met vrucht het zesde leerjaar ASO, TSO, KSO of BSO gevolgd hebben; - zij die het diploma van secundair onderwijs hebben behaald (na het 6 de jaar algemeen, technisch of kunstsecundair onderwijs of na het 7 de jaar van het beroepssecundair onderwijs. De overgang kan: - vanuit alle studierichtingen van hetzelfde studiegebied; - vanuit alle studierichtingen van een ander studiegebied, mits een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad.
Lessentabel Instituut Mariaburcht
godsdienst lichamelijke opvoeding maatschappelijke vorming
7de 2 2 2
Frans Nederlands
2 2
bedrijfsbeheer plastische opvoeding technische dienst seminarie stages zorg voor logistieke dienst zorg voor voeding
2 2 2 2 8 2 4
Totaal
32
Bedoeling Een uitbreiding realiseren van het aantal mogelijk uit te voeren hulptaken door een verdieping van de sociale en technische vormingscomponent, de vormingscomponent ontvangen en bedienen of organisatie-onderhoud-voorraadbeheer.
Inhoud van de vakken Participatie in de arbeidsmarkt De nadruk ligt op persoonsvorming (sociale redzaamheid, opkomen voor zichzelf). Via allerlei werkvormen wordt getracht meer vaardigheid te verwerven in het luisteren, het zich weerbaar opstellen en in het zich aanbieden op de arbeidsmarkt. Voedingsdienst Worden ingeoefend: praktisch technische vaardigheden i.v.m. de voorbereiding van dienst en maaltijden, het bereiden en serveren van maaltijden, de nazorg en het voorraadbeheer en 124
organisatievaardigheden i.v.m. planning van aan- en verkoop, productie, personeel, administratie, financieel beheer en werkorganisatie. Logistieke dienst Kennis en kunde wordt nagestreefd i.v.m. organisatieopdrachten voor onderhoudsdiensten (werkplanning, financiën, aankoop, personeel, tijd, distributie), het behandelen en beheren van voorraden (opslagruimten, aankoop-, werk- en distributieplanning, permanente controle). Men richt zich op de domeinen: interieur en objecten, textiel met aansluitende linnendienst. Stages huishoudkunde De stageplaatsen worden beperkt tot 2 à 3. Het is de bedoeling de verworven kennis i.v.m. de vormingscomponenten (sociale, technisch-uitvoerende, ontvangst en bediening of organisatie-onderhoud-voorraadbeheer) in de realiteit toe te passen. Er wordt gewerkt met een "ijverclausule", regelmatige evaluaties en een rapport.
Uitwegen Tewerkstelling vooral als hulpkracht in: verzorgingsinstellingen, voedingswinkels, grootkeukens, zelfbedieningsrestaurants, horecabedrijven, kantines, fastfood en cateringbedrijven, voedselverwerkende bedrijven, serveerdiensten in collectiviteiten, wasserijen en schoonmaakbedrijven.
Aandachtspunten Dit 7e specialisatiejaar kan twee richtingen uit: ofwel de richting ontvangst en bediening ofwel de richting onderhoud.
125
Derde graad Beroepssecundair Onderwijs (BSO) THUIS- EN BEJAARDENZORG / ZORGKUNDIGE Toelatingsvoorwaarden Thuis- en bejaardenzorg is toegankelijk vanuit volgende studierichtingen van een derde graad: BSO: Organisatiehulp, Verzorging TSO: Gezondheids- en welzijnswetenschappen, Jeugd- en gehandicaptenzorg, Sociale en technische wetenschappen.
Lessentabel Vrij Technisch Instituut 7de 2 2 4
godsdienst lichamelijke opvoeding project algemene vakken Frans Nederlands
1 1
beroepsgerichte vakken thuis- en bejaardenzorg - huishoudkunde - omgangskunde - verzorging expressie stages bedrijfsbeheer* Totaal
3 2 5 2 10 2* 32*
*Mogelijkheid 33ste en 34ste lesuur bedrijfsbeheer in het 6de jaar. Deze cursus wordt vervolgd in het 7de jaar.
Bedoeling Leerlingen worden voorbereid op het werken als verzorgende/zorgkundige in diverse settings en complexe zorgsituaties. Zij worden gevormd tot verzorgenden/zorgkundigen die kunnen werken in een gestructureerde verpleegkundige equipe in diverse zorgsituaties.
Inhoud van de vakken Beroepsgerichte vakken thuis- en bejaardenzorg Volgende inhouden, vaardigheden en houdingen komen aan bod: - kwaliteitszorg en zorgvisie; - werken in verschillende werkcontexten (de verzorgende, setting en teams); - omgaan met zorgvragers en hun omgeving; - indirecte persoonsgerichte zorg verlenen (in de groothuishouding en kleinhuishouding); - directe persoonsgerichte zorg verlenen;
126
de
-
specifieke zorgsituaties (zorgvragers met aandoeningen/handicaps kraamgezinnen, zorgvragers die sociaal kwetsbaar zijn, zorgvragers in een palliatieve situatie.
Stage Tijdens de stage verwerven en ontwikkelen de leerlingen de kennis, houdingen en vaardigheden of competenties die een beginnende verzorgende dient te bezitten.
Uitwegen Afgestudeerden kunnen werken met zorgvragers die ofwel verblijven in semi-residentiële en residentiële ouderenzorg, psychiatrisch verzorgingstehuis, kinderopvang, gehandicaptenzorg ofwel thuis wonen en beroep doen op diensten voor gezinszorg en/of thuisverplegingsdiensten. Zij kunnen ook werken als verzorgende in een team onder begeleiding van een verpleegkundige of maatschappelijk werker… . Na Thuis- en bejaardenzorg BSO kan de leerling nog een zevende jaar Se-n-Se TSO volgen: Internaatwerking, Leefgroepenwerking. Voor andere zevende specialisatiejaren TSO is een gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad nodig.
127
HET DBSO (DEELTIJDS BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS) WAT Het deeltijds onderwijs wil aan de jongeren een vormings- en opleidingsmogelijkheid bieden gebaseerd op afwisselend leren en werken. De vorming vindt gedurende twee dagen plaats in een centrum voor deeltijds beroepssecundair onderwijs, meestal afgekort tot CDO. De vorming, ingericht in een 2 de en 3de graad, bestaat in veel CDO's uit: - Zeven lestijden algemene vakken (meestal Project Algemene Vakken en Moderne Vreemde Talen geheten). - Acht lestijden technische en praktische vakken, meestal BeroepsGerichte Vorming (BGV) geheten. Het stelsel van leren en werken combineert, voor elke individuele jongere, een component leren en een component werkplekleren. Die combinatie omvat minimaal 28 uren per week, wat een voltijds engagement van de jongere inhoudt, en voldoet voor de vervulling van de deeltijdse leerplicht waaraan de jongere eventueel is onderworpen. In het DBSO kan de component werkplekleren worden ingevuld via: 1. Arbeidsdeelname 2. Een brugproject 3. Een voortraject 4. Een persoonlijk ontwikkelingstraject Voor elke leerling is screening en trajectbegeleiding door het CDO verplicht. In het Centrum Deeltijds Onderwijs van het TIHH-Hasselt biedt men volgende opleidingen aan: -
Administratief medewerker Winkelbediende Verzorgende / Zorgkundige * Logistiek helper in de zorginstellingen * Keukenmedewerker en hulpkok Kapper en assistent kapper * Machineregelaar spuitgieter
-
Sanitair installateur Monteur centrale verwarming Tegelzetter Metselaar Voeger Machinaal houtbewerker Stukadoor
Vanaf 1 september 2008 wordt voor elke DBSO-leerling gestreefd naar een voltijds engagement. De trajectbegeleider ondersteunt de jongeren bij hun zoektocht naar de invulling van de component werkplekleren. Op termijn worden alle opleidingen, binnen het deeltijds onderwijs, modulair. De nietmodulaire opleidingen zijn in de lijst hierboven aangeduid met een *.
VOOR WIE Voor deeltijds leerplichtigen, d.w.z.: - Vanaf 16 jaar is DBSO altijd mogelijk. - Vanaf 15 jaar, indien minstens de eerste twee leerjaren van het secundair onderwijs werden gevolgd. - In het schooljaar waarin de leerling 15 jaar wordt: na CLB-advies en mits toelating door de directie, indien ten minste de eerste twee leerjaren van het secundair onderwijs werden gevolgd.
128
WAAR Vlaanderen telt 49 CDO's. Het Centrum Deeltijds Onderwijs van het Technisch Instituut H.Hart te Hasselt is gevestigd: Kuringersteenweg 146, 3500 HASSELT Tel. 011 87 13 44 Fax 011 27 83 19 e-mail:
[email protected]
WANNEER -
Inschrijven is mogelijk tot 31 januari; afwijkingen zijn mogelijk maar uitzonderlijk. Je kan tot 15 november als regelmatige leerling opnieuw overstappen naar het voltijds onderwijs.
SOCIAAL STATUUT -
-
-
Tewerkgestelden krijgen een maandloon van ongeveer 250 tot zelfs € 800 , afhankelijk van de sector waarin men tewerkgesteld is en of men in een brugproject zit of in een reguliere tewerkstelling. Indien zij jaarlijks meer dan € 3.070 (€ 4.440 voor alleenstaande ouder) verdienen (netto-belastbaar), tellen zij niet meer mee als persoon ten laste voor de ouders. Vanaf € 7.270 netto zijn de jongeren zelf belastbaar. Om de tewerkstelling van jongeren (< 18-jarigen) te bevorderen kan er een startbonus van € 500 worden toegekend na het 1ste en het 2de opleidingsjaar, een startbonus van € 750 na het 3de opleidingsjaar. Dit geldt voor jongeren die deeltijds leren combineren met deeltijds werken bij een privé- of openbare werkgever. Deze bedragen gelden voor 2013 en worden jaarlijks aangepast aan de index. Men heeft altijd recht op kinderbijslag tot 31 augustus van het jaar waarin men 18 jaar wordt. Voor het bekomen van kinderbijslag na deze datum mag het bedrag van € 520,08 bruto per maand niet overschreden worden.
STUDIEBEWIJZEN Mogelijk te behalen: - Attest van verworven competenties - Deelcertificaat - Certificaat - Getuigschrift van de 2de graad van het secundair onderwijs - Studiegetuigschrift van het 2de leerjaar van de 3de graad van het secundair onderwijs - Diploma van het secundair onderwijs
129
DE LEEROVEREENKOMST IN HET SYNTRA-NETWERK WAT Tijdens de leertijd in het SYNTRA-netwerk leren jongeren via afwisselend leren en werken een beroep dat tot de ambachtelijke of KMO-sfeer behoort. De meer theoretische opleiding gebeurt gedurende één dag (1½ dag voor wie nog geen 16 jaar is) in een SYNTRA-lesplaats. Deze vorming bestaat uit: -
Een halve dag Maatschappijgerichte Vorming (MV), waarvoor soms vrijstelling gegeven wordt.
-
Een halve dag Beroepstechnische Vorming (BV), variërend naargelang de gekozen opleiding. Elke lesplaats van SYNTRA maakt een keuze uit een honderdtal mogelijke opleidingen. Enkele voorbeelden: kapper, kleinhandel, garagehouder, groenteteler, tegelzetter, fotograaf, meubelmaker…
De verplichte praktische beroepsopleiding gebeurt gedurende vier dagen bij een ondernemingshoofd waarmee de jongere een schriftelijke leerovereenkomst of leerverbintenis (in geval ouders hun eigen kind opleiden) voor een bepaalde duur - 3 jaar voor de meeste beroepen - afsluit. Het afsluiten van dergelijke leerovereenkomst gebeurt na advies en bemiddeling van een “leertrajectbegeleider” die verder alle documenten in orde maakt en toezicht op het naleven van rechten en plichten van beide partijen.
VOOR WIE Voor niet-leerplichtigen (18 jaar of ouder) én voor deeltijds leerplichtigen, d.w.z. -
Vanaf 16 jaar is een leercontract altijd mogelijk Vanaf 15 jaar, indien minstens de twee eerste leerjaren van het secundair onderwijs gevolgd werden. Vanaf 14 jaar 11 maand, indien men vóór 31 december van dat schooljaar 15 jaar wordt en indien je reeds minstens de eerste twee leerjaren van het secundair onderwijs gevolgd hebt, kan je je laten inschrijven in een SYNTRA-lesplaats. Je moet dan binnen de maand daadwerkelijk een leerovereenkomst afsluiten via de leertrajectbegeleider.
WAAR Nadat je zelf eerst nagedacht hebt over het beroep dat je wil leren, kun je via aankondigingen in de (streek)krant (‘Leerjongen/leermeisje gevraagd’) of via een aanplakbrief bij een winkel of bedrijf vernemen waar een leercontract gevraagd wordt. Je kunt ook rechtstreeks informeren bij de ‘leertrajectbegeleider’. Het afsluiten van een ‘leerovereenkomst’ gebeurt namelijk altijd na advies en bemiddeling van een leertrajectbegeleider. De leertrajectbegeleider houdt zich op de hoogte van de vorderingen van de jongere in de leertijd, en dit zowel bij de patroon als in de SYNTRA-lesplaats.
130
In Vlaanderen zijn er 5 SYNTRA met in totaal 20 lesplaatsen. SYNTRA Limburg heeft vier opleidingscentra: -
SYNTRA SYNTRA SYNTRA SYNTRA
Hasselt, Gouverneur Verwilghensingel 40, 3500 HASSELT Genk, Kerkstraat 1, GENK Tongeren, Overhaamlaan 11, 3700 TONGEREN Neerpelt, Hoekstraat 50, 3910 NEERPELT
Tel. Tel. Tel. Tel.
011 089 012 011
30 35 23 64
32 46 47 26
07 16 60 63
In Limburg vind je volgende leertrajectbegeleiders: -
Etienne Lammens, Gouverneur Verwilghensingel 40, 3500 HASSELT Rob Luyts, Gouverneur Verwilghensingel 40, 3500 HASSELT Tine Meeuwissen, Gouverneur Verwilghensingel 40, 3500 HASSELT Eddie Box, Mantelstraat 18, 3700 TONGEREN
Tel. Tel. Tel. Tel.
011 011 011 012
26 26 28 67
29 12 33 00
60 05 75 84
-
Gert Franssen, Kerkstraat 1, 3600 GENK Tel. 089 41 10 56 Rudi Geraerts, Kerkstraat 1, 3600 GENK Freddy Lyskawa, Kerkstraat 1, 3600 GENK An Huls, Hoekstraat 50, 3910 NEERPELT Monique Janssen, Hoekstraat 50, 3910 NEERPELT
Tel. Tel. Tel. Tel.
089 089 011 011
41 56 51 51
26 11 59 52
77 94 13 13
WANNEER -
Deeltijds leerplichtigen kunnen via de leertrajectbegeleider een leercontract afsluiten tot 31 januari; afwijkingen zijn mogelijk. Niet-leerplichtigen mogen een leercontract afsluiten gedurende het ganse jaar. Men kan tot 15 november als regelmatige leerling opnieuw overstappen naar het voltijds onderwijs.
SOCIAAL STATUUT -
-
De leerjongeren krijgen van hun patroon maandelijks 280,57 € (374,10 € vanaf 18 jaar) in het eerste jaar; 374,10 € (420,86 € vanaf 18 jaar) in het tweede jaar en 467,63 € in het derde jaar (ongeacht de leeftijd). Deze bedragen gelden voor 2008 en worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex. Indien men jaarlijks meer dan 2700 € verdient (netto-belastbaar), telt men niet meer mee als persoon ten laste voor de ouders! Vanaf 6.150 € is de jongere zelf belastbaar. De ouders behouden recht op kinderbijslag tot de cursist de leeftijd van 25 jaar bereikt.
STUDIEBEWIJZEN -
-
Na de leertijd ontvangen de geslaagden het Getuigschrift van de leertijd, dat de kansen op gewone tewerkstelling aanzienlijk verhoogt, toegang verleent tot de ondernemersopleiding en dikwijls in aanmerking komt voor de vestigingsreglementering. Men kan ook het Attest bedrijfsbeheer behalen.
131
Het Buitengewoon Secundair Onderwijs BuSO
132
HET BUITENGEWOON SECUNDAIR ONDERWIJS BuSO Het Buitengewoon Secundair Onderwijs richt zich tot jongeren van 13 tot 21 jaar met een handicap of met leer- of opvoedingsmoeilijkheden. De structuur van het Buitengewoon Secundair Onderwijs bestaat uit 4 opleidingsvormen. Binnen elke opleidingsvorm kan men leerlingen uit verschillende types samenbrengen. Er zijn 7 types:
type 1: voor jongeren met een licht mentale handicap
type 2: voor jongeren met een matig of ernstig mentale handicap
type 3: voor jongeren met karakteriële stoornissen
type 4: voor jongeren met een fysieke (= lichamelijke) handicap
type 5: voor langdurig zieke jongeren
type 6: voor jongeren met een visuele handicap
type 7: voor jongeren met een auditieve handicap
De onderverdeling in opleidingsvormen heeft te maken met de doelstellingen die men nastreeft.
Opleidingsvorm 1: sociale aanpassing Deze opleidingsvorm geeft een sociale vorming met het oog op integratie in een beschermd leefmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 2, 3, 4, 6 en 7.
Opleidingsvorm 2: sociale aanpassing en arbeidsgeschiktmaking Deze opleidingsvorm geeft een algemene en sociale vorming en een arbeidstraining met het oog op integratie in een beschermd leef- en werkmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 2, 3, 4, 6 en 7.
Opleidingsvorm 3: beroepsonderwijs Deze opleidingsvorm geeft een sociale en beroepsvorming met het oog op integratie in een gewoon leef- en werkmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 1, 3, 4, 6 en 7. Binnen opleidingsvorm 3 worden verschillende opleidingen georganiseerd.
Opleidingsvorm 4: algemeen, beroeps-, kunst- en technisch onderwijs Deze opleidingsvorm geeft een voorbereiding op een studie in het hoger onderwijs en op de integratie in het actieve leven; hij kan georganiseerd worden voor de types 3, 4, 5, 6 en 7. Binnen opleidingsvorm 4 worden verschillende studierichtingen georganiseerd, die overeenkomen met de studierichtingen uit het gewoon voltijds secundair onderwijs.
De overheid wil dat alleen leerlingen die het echt nodig hebben naar het buitengewoon onderwijs gaan. Daarom is voor elke toelating een inschrijvingsverslag vereist. Uit dit verslag moet blijken dat buitengewoon onderwijs voor het kind aangewezen is. Het inschrijvingsverslag toont ook welk type buitengewoon onderwijs geschikt is. Een leerling kan alleen onderwijs volgen van het type waarnaar hij of zij in het verslag georiënteerd wordt. Het inschrijvingsverslag bestaat uit een attest en een protocol ter verantwoording.
133
Het KIDS bestaat uit : voorzieningen van het VAPH: een (semi-)internaat, een tehuis voor werkenden en niet-werkenden, een tehuis voor beschermd wonen en een thuisbegelei-dingsdienst voor kinderen en volwassenen een Buitengewoon Basisonderwijs een Buitengewoon Secundair Onderwijs (BuSO)
•
• •
Door het bieden van aangepast onderwijs, wil het BuSO-KIDS aan jongeren met beperkingen hulp verlenen bij de integratie in het normale leef- en werkmilieu. Op dit ogenblik bestaat het BuSO-KIDS uit: 1.
De pASSer (een bijzondere opleidingsvorm 1 voor normaal begaafde jongeren met autisme) De pASSer biedt een aanbod van zelf ontwikkelde leerprogramma’s, psychologische ondersteuning, socio-maatschappelijke training en stageprogramma’s op maat. - dit kan enerzijds met het accent op leerplan-examencommissie (beroepsopleiding BSO Kantoor). - of met het accent op functionele schoolse vaardigheden.
2.
De beroepsschool (opleidingsvorm 3) -
-
3.
De hoofddoelstelling is: o Onze leerlingen voorbereiden op tewerkstelling in het normale arbeidscircuit. o Onze leerlingen voorbereiden op een normaal functioneren in de maatschappij. Dit doen we via aangepast (buitengewoon) onderwijs. We vinden het vanzelfsprekend dat dit geïndividualiseerd is. Door een combinatie van beroeps(technische) opleiding, een algemene en sociale vorming, met verschillende vormen van begeleiding, kunnen we de leerlingen opleiden tot het behalen van een getuigschrift. Jongeren kunnen 4 beroepen kiezen: bakkersgast, slagersgast, winkelhulp of schilderdecorateur.
Opleidingsvorm 4 In samenwerking met Middenschool Kindsheid Jesu richt BuSO-KIDS een opleidingsvorm 4 in. Binnen deze samenwerking wordt de expertise van de brede eerste graad van Middenschool Kindsheid Jesu verenigd met de expertise rond jongeren met autisme van BuSO-KIDS. Op dit ogenblik bestaat de werking uit 2 klassen van het eerste leerjaar A.
4.
GON-begeleiding in het gewone secundair en hoger onderwijs voor normaalbegaafde jongeren met gehoorproblemen en jongeren met autisme. GON staat voor ‘Geïntegreerd Onderwijs’ en is een samenwerkingsvorm tussen het gewoon onderwijs en het buitengewoon onderwijs (BuSO-KIDS). Leerlingen met een ASS-problematiek en leerlingen met een auditieve beperking (doof of slechthorend) zijn niet automatisch verplicht om buitengewoon onderwijs te volgen. Veel jongeren met een handicap zijn immers normaal begaafd en kunnen met ondersteuning gewoon onderwijs aan.
134