STICHTING PENSIOENFONDS THALES NEDERLAND
JAARVERSLAG 2008
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
INHOUD Karakteristieken van het pensioenfonds PROFIEL ORGANISATIE
4 4 4
Verslag van het bestuur
8
HOOFDLIJNEN BELEGGINGEN PARAGRAAF FINANCIËLE PARAGRAAF ACTUARIËLE PARAGRAAF
8 20 24 27
Jaarrekening BALANS PER 31 DECEMBER 2008 STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008 KASSTROOMOVERZICHT OVER 2008 TOELICHTING BALANS 2008 BELEID EN RISICOBEHEER TOELICHTING STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008
Overige gegevens STATUTAIRE REGELING OMTRENT DE BESTEMMING VAN HET SALDO VAN BATEN EN LASTEN GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM ACTUARIËLE VERKLARING ACCOUNTANTSVERKLARING VERSLAG VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN PER MEI 2009 REACTIE VAN HET BESTUUR OP VERSLAG VERANTWOORDINGSORGAAN
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
29 29 30 31 32 44 53
60 60 60 61 62 63 64
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
Karakteristieken van het pensioenfonds PROFIEL Stichting Pensioenfonds Thales Nederland, statutair gevestigd te Hengelo (Overijssel) is opgericht op 29 juli 1949. De laatste statutenwijziging was op 21 mei 2008. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 41027030. Het fonds is een ondernemingspensioenfonds en is aangesloten bij koepelorganisatie OPF (Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen). De Stichting Pensioenfonds Thales Nederland is verantwoordelijk voor het zorgdragen voor de pensioenaanspraken die in het kader van de collectieve pensioenregeling van Thales Nederland B.V. zijn toegezegd. De collectieve pensioenregeling is bestemd voor medewerkers van Thales Nederland B.V. en gelieerde ondernemingen. Hiertoe wordt voor 4.543 deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden, circa 640 Mio Euro vermogen belegd. De Stichting Pensioenfonds Thales Nederland heeft ten doel het uitkeren van pensioenen aan het personeel van Thales Nederland B.V. en aan de nagelaten betrekkingen van het personeel, conform de voorwaarden zoals nader aangegeven in het pensioenreglement en de uitvoeringsovereenkomst. Het streven hierbij is de ingegane pensioenen en premievrije pensioenaanspraken waardevast en opgebouwde pensioenen welvaartsvast te houden, hoewel er geen recht is op indexatie. Het bestuur beslist jaarlijks of en in hoeverre indexatie van pensioenaanspraken kan worden toegekend. Alleen als en voor zover de middelen van het Fonds toereikend zijn voor indexatie, wordt deze toegekend. Voor deze voorwaardelijke indexatie wordt geen bestemmingsreserve gevormd en wordt geen premie betaald. Het Fonds streeft naar transparante communicatie met gepensioneerden en (ex)-deelnemers.
ORGANISATIE Bestuur De samenstelling van het bestuur is als volgt: Naam Dhr. R.P. van Duuren Dhr. J.H.E. Soepenberg Dhr. G.J. Mulders Dhr. P.M. Dekker Dhr. E.R. Stolp Dhr. H.B. Prakken
Functie Voorzitter Vice-voorzitter Penningmeester Secretaris Lid Lid
Vertegenwoordiging Werkgever Werkgever Werkgever Deelnemers Deelnemers Gepensioneerden
Lid sinds 1-mei-07 1-mrt-08 18-mrt-92 22-jun-04 13-jun-06 13-jun-06
Einde zittingsduur juni 2012 juni 2010 juni 2014 juni 2010 juni 2014 juni 2012
Tabel 1; Bestuurssamenstelling
Per 1 maart 2008 is de heer J.H.E. Soepenberg benoemd tot bestuurslid en vice-voorzitter van het fonds. Door de benoeming van de heer Soepenberg is voorzien in de vervulling van de vacature voor vice-voorzitter die is ontstaan na het terugtreden van de heer Besselink. Per 1 juli 2008 zijn de heren Mulders en Stolp herbenoemd als bestuurslid. Het bestuur van de Stichting Pensioenfonds Thales Nederland heeft de eindverantwoordelijkheid voor de pensioenuitvoering en een solide beleggingsbeleid. Dit houdt in dat het bestuur onder andere het beleid ten aanzien van de pensioenadministratie en -communicatie moet bepalen, evenals het beleggingsbeleid. Ook is zij betrokken bij het vaststellen en eventueel wijzigen van het pensioenreglement. Daarnaast dient zij controle te houden op een correcte en stipte uitvoering van de pensioenuitkeringen. Ook dient zij de beleggingsstrategie af te stemmen op de korte en lange termijn pensioenverplichtingen van het Fonds. Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland bestaat uit 6 leden; 3 vertegenwoordigers van de werkgevers en 2 vertegenwoordigers van de deelnemers en 1 vertegenwoordiger van de pensioengerechtigden. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
4
De leden van werkgeverszijde worden benoemd door de directie van Thales Nederland B.V. Ten minste één lid is lid van de directie van Thales Nederland B.V. 2 leden van deelnemerszijde worden op voordracht van de Centrale Ondernemingsraad benoemd. Een lid van deelnemerszijde wordt op voordracht van de pensioengerechtigden van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland benoemd. De leden zijn afkomstig uit de (gewezen) deelnemers. Ten minste een lid behoort tot de categorie hoger personeel. De leden van het bestuur worden benoemd voor een periode van 6 jaar. Volgens een door het bestuur op te stellen rooster treden om de twee jaar af een werkgeverslid als mede een werknemerslid. De aftredende leden zijn terstond herbenoembaar.
Dagelijks bestuur De beleidsvoorbereiding en de beleidsuitvoering worden verzorgd door het Bestuursbureau. De medewerkers van het Bestuursbureau zijn in dienst bij Thales Nederland B.V De besluitvorming omtrent het door de Stichting te voeren beleid inzake de dagelijkse uitvoering van haar werkzaamheden, wordt bepaald door tenminste twee bestuursleden tezamen.
Projectgroepen en commissies BeleggingsAdvies Commissie G.J. Mulders, voorzitter P.M. Dekker S.G.B. Heemskerk F.J. Ballendux (extern adviseur)
Pension Fund Governance Commissie J.H.E. Soepenberg, voorzitter H.B. Prakken S.G.B. Heemskerk Bestuursbureau S.G.B. Heemskerk D.A.B. Buijnsters L. Katalanc-Bulut M.A.A. Timmers-Bossink Adres : E-mailadres : Website :
Postbus 42 7550 GD Hengelo
[email protected] http://www.thales-nl-pensioenfonds.nl
Actuaris Watson Wyatt B.V. Accountant KPMG Accountants N.V.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
5
Uitvoeringsorganen PENSIOENREGELING Hewitt Associates B.V. Beukenlaan 143 5616 VD Eindhoven Telefoonnummer : 040-2653872 E-mailadres :
[email protected] VERMOGENSBEHEER BlackRock (Netherlands) B.V. ING Investment Management B.V.
Vergadering van deelnemers Ten minste éénmaal per jaar, en wel binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, zal door het bestuur een vergadering van deelnemers worden gehouden; een vergadering dient eveneens te worden gehouden indien ten minste 50 deelnemers daartoe een schriftelijk verzoek aan het bestuur hebben gedaan.
Vereniging van gepensioneerden Met ingang van 9 juni 2006 is de deelname van de (vroeg-) gepensioneerden aan het bestuur van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland door middel van een statutenwijziging geformaliseerd.
Verantwoordingsorgaan G.J. Edelijn; lid van het verantwoordingsorgaan namens de werkgever A.A. Hamelink; lid van het verantwoordingsorgaan namens de werknemers/deelnemers H.B. Huiskes; lid van het verantwoordingsorgaan namens de pensioengerechtigden
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
6
Kerncijfers (bedragen zijn in duizenden)
2008
Aantal deelnemers Actieve deelnemers Pensioentrekkenden (waarvan arbeidsongeschikt) Premievrije rechten Totaal aantal deelnemers Reglementvariabelen Indexatie actieven per (1 januari) Middelloon (in %) Indexatie inactieven per (1 januari) Middelloon (in %) Indexatie inactieven per (1 april) Eindloon (in %) Pensioenuitvoering Feitelijke premie Kostendekkende premie Kostendekkende / gedempte premie (abtn) Pensioenuitvoeringskosten Pensioenuitkeringen Vermogenssituatie Pensioenvermogen Pensioenverplichtingen (o.b.v. 4%) Pensioenverplichtingen (o.b.v. FTK %) Aanwezige dekkingsgraad (FTK) Vereiste dekkingsgraad (FTK) o.b.v. feitelijke beleggingsmix Vereiste dekkingsgraad (FTK) o.b.v. strategische beleggingsmix Aanwezige dekkingsgraad (APP) Vereiste dekkingsgraad (APP) Beleggingsportefeuille Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Cash funds Liquide middelen Totaal beleggingen Performance Directe beleggingsopbrengsten Indirecte beleggingsopbrengsten Totaal inclusief waardewijzigingen Totaal beleggingsrendement (in %) Benchmark (in %)
1
2007
2006
2005
2004
2003
2.143
2.325
2.464
2.907
2.943
2.956
1.137 (87)
966 (95)
788 (107)
607 (86)
538 (99)
486 (99)
1.263
1.131
1.276
1.014
1.161
1.095
4.543
4.422
4.528
4.528
4.642
4.537
4,29%
0,0%
1,41%
1,65%
0,0%
nvt
1,29%
1,72%
1,10%
0,39%
0,0%
nvt
1,74%
1,53%
1,47%
0,33%
1,50%
1,72%
€ 20.881
€ 19.130
€ 20.061
€ 18.139
€ 14.661
€ 15.805
€ 18.701
€ 18.015
nvt
nvt
nvt
nvt
€ 20.251
€ 17.321
€ 20.720 (APP)
nvt
nvt
nvt
€ 1.293
€ 1.416
€ 1.493
€ 1.584
€ 1.142
€ 725
€ 21.214
€ 18.832
€ 17.218
€ 14.079
€ 13.220
€ 12.968
€ 607.697
€ 664.062
€ 686.320
€ 637.109
€ 540.347
€ 484.700 € 42.873
nvt
nvt
€ 524.649
€ 512.636
€ 452.776
€ 656.175
€ 521.749
€ 528.168
nvt
nvt
nvt
92,6%
127,3%
129,9%
nvt
nvt
nvt
111,0%
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
116,7%
117,2%
119,9%
nvt
nvt
nvt
nvt
Nvt
130,8 %
124,3 %
119,3 %
113,1 %
nvt
Nvt
127,3 %
127,6 %
127,8 %
124,4 %
€ 30.432
€ 42.085
€ 67.098
€ 50.163
€ 57.117
€ 49.505
€ 156.814
€ 230.885
€ 255.484
€ 247.343
€ 227.163
€ 190.539
€ 369.594
€ 379.401
€ 347.356
€ 330.164
€ 249.068
€ 229.709
€ 50.401
€ 5.966
€ 3.084
-
-
-
€ 28.560
-
-
-
-
-
€ 3.738
€ 1.583
€ 5.521
€ 1.951
€ 4.379
€ 4.807
€ 639.539
€ 659.920
€ 678.543
€ 629.621
€ 537.727
€ 474.560
€ 13.201
€ 18.419
€ 16.666
€ 12.597
€ 8.309
€ 6.138
- € 68.268
- € 37.681
€ 29.087
€ 81.106
€ 48.323
€ 46.233
- € 55.067 1 -7,9%
- € 19.262
€ 45.753
€ 93.703
€ 56.632
€ 52.371
-2,8%
7,2 %
17,5 %
11,9 %
12,4 %
-15,3%
-2,2%
7,3 %
15,4 %
-
-
Tabel 2; Kerncijfers
1 De gehanteerde methode voor het totaal beleggingsrendement is Modified Dietz. Bij de Modified Dietz methode wordt een portefeuille alleen gewaardeerd aan het begin en aan het einde van de meetperiode. Op tussenliggende momenten wordt uitgegaan van een constant rendement. Netto kasstromen worden meegenomen op basis van de tijd waarin deze kasstromen in de portefeuille aanwezig zijn. Modified Dietz gaat er van uit dat alle netto kasstromen op close of business geïnvesteerd worden op de dag dat deze plaatsvinden. 1 De –7,9% rendement in 2008 is inclusief de effecten van de swap overlay en valuta afdekking.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
7
Verslag van het bestuur HOOFDLIJNEN Inleiding In 2008 is weer veel energie geïnvesteerd in de praktische gevolgen van nieuwe wet- en regelgeving. De Pensioen- en Spaarfondsenwet (PSW) is vervangen door de Pensioenwet (PW) vanaf 1 januari 2007. Een aantal artikelen binnen de PW zijn per 1 januari 2008 van kracht geworden. In april 2008 heeft het bestuur het reglement aangepast aan deze wijzigingen ten gevolge van de PW. In maart 2008 zijn voor het eerst de Uniforme Pensioenoverzichten (UPO’s) aan deelnemers verstrekt door het fonds, alle pensioenfondsen en verzekeraars gebruiken dit vastgestelde format zodat de vergelijkbaarheid en optelbaarheid van jaarlijkse pensioenoverzichten gewaarborgd is. Daarnaast heeft het bestuur in 2008 een gedragscode vastgesteld, een compliance officer benoemd, een communicatiebeleidsplan opgesteld en het deskundigheidsplan voor het bestuur aangepast, met deze besluiten is invulling gegeven aan diverse principes van Pension Fund Governance die verankerd zijn in de PW. In het jaar 2008 is overeenstemming bereikt om een deel van de bedrijfsactiviteiten van Thales Nederland B.V. te outsourcen. Het gaat hierbij om de mechanische activiteiten (MPM). Per 1 oktober 2008 zijn de mechanische activiteiten overgegaan naar Norma B.V. te Hengelo. In december 2008 is vervolgens een overeenkomst tot collectieve waardeoverdracht gesloten tussen Thales Pensioenfonds, Thales Nederland B.V. en het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro (PME) om er voor te zorgen dat de medewerkers van MPM uitzicht houden op een goed pensioen. Voor de betreffende collectieve waardeoverdracht is toestemming verleend door De Nederlandsche Bank (DNB) en deze collectieve waardeoverdracht is in het eerste kwartaal van 2009 verder afgewikkeld. Deze collectieve waardeoverdracht heeft betrekking op 160 mensen en de waarde die vanuit het fonds wordt overgedragen bedraagt circa 11,2 mio Euro. De turbulente tijden op de financiële markten en het verslechterde economische klimaat hebben ook het pensioenfonds van Thales Nederland niet onberoerd gelaten. Met name de aandelenbeleggingen van het Fonds zijn in 2008 fors minder waard geworden. Hierdoor is het totale belegde vermogen van het fonds gedaald. Daarnaast is de lange rente een belangrijke factor bij het bepalen van de pensioenverplichtingen van het Fonds. Sinds 2007 is het Financieel Toetsingskader (FTK) van toepassing, waardoor de pensioenverplichtingen gewaardeerd dienen te worden op actuele waarde (marktrente). Deze lange rente is gedaald en dat maakt de verplichtingen duurder. Dit had naast de resultaten op aandelenbeleggingen een negatief effect op de dekkingsgraad. De afdekking van het renterisico heeft overigens een belangrijk deel van die schade kunnen vermijden. Met name vanaf september 2008 en na de val van de zakenbank Lehman Brothers was er een sterk neerwaartse trend en veel volatiliteit op de financiële markten te zien. In oktober 2008 is met beide vermogensbeheerders (zowel ING Investment Management als Blackrock) afgesproken en vastgelegd dat er tot nader order geen rebalancing tussen asset categorieën meer plaatsvindt. Achtergrond hiervan is de sterk neerwaartse trend op de aandelenmarkten vanaf het derde kwartaal 2008. Door de bovengenoemde ontwikkelingen bedraagt de dekkingsgraad van het Fonds aan het eind van 2008 92,6%. Omdat de dekkingsgraad van het fonds lager is dan 105% bevindt het fonds zich in dekkingstekort. Het pensioenfonds van Thales Nederland heeft dit dekkingstekort gemeld bij De Nederlandsche Bank (DNB). DNB houdt toezicht op alle pensioenfondsen in Nederland. Het Fonds heeft aan DNB een herstelplan aangeleverd waarin wordt aangegeven op welke wijze de dekkingsgraad zal verbeteren.. Ultimo 2007 bedroeg de dekkingsgraad van het fonds 127,3%, ultimo december 2008 bedroeg de dekkingsgraad 92,6%. Het belegd vermogen van het fonds is afgenomen. Het rendement over 2008 bedraagt - 7,9% , inclusief het effect van de swap-overlay. De waarde van de beleggingen van het fonds is over 2008 afgenomen met zo’n 55 mio euro. Exclusief swap-overlay zou het rendement -14,9% hebben bedragen. Aan de verplichtingenkant van de balans zijn de verplichtingen van het fonds zeer fors toegenomen met name door de dalende rente. De verplichtingen zijn opgelopen van 521,7 mio euro ultimo 2007 naar 656,2 mio euro ultimo 2008. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
8
De verplichtingen zijn toegenomen met 134,5 mio Euro, hiervan wordt zo’n 110,5 mio Euro verklaard door wijzigingen in de rentetermijnstructuur ultimo 2008 ten opzichte van 31 december 2007. De stijgende verplichtingen zijn deels aan de vermogenskant opgevangen doordat het renterisico voor 70 procent is dichtgezet. Door verstoringen op de interbancaire swapmarkt en underperformance op de vastrentende portefeuille heeft het renteafdekkingsbeleid niet optimaal gewerkt over 2008. Gezien de financiële positie van het fonds heeft het bestuur in december 2008 besloten om niet te indexeren in 2009. Het niet verhogen van de pensioenuitkeringen en opgebouwde pensioenen raakt zowel gepensioneerden als werknemers.
Vergadering van deelnemers Op 11 juni 2008 is de deelnemersvergadering gehouden. In deze deelnemersvergadering is gesproken over de verklaring van het Verantwoordingsorgaan die conform de PW aan het jaarverslag gehecht is, daarnaast is gesproken over de rol van de deelnemersvergadering naar aanleiding van de gewijzigde statuten. Verder is het indexatiebesluit voor het jaar 2007 toegelicht en is gesproken over de acties van het fonds in 2007 en 2008. Naast bovengenoemde onderwerpen is gesproken over het jaarverslag en de jaarrekening 2007.
Goed pensioenfondsbestuur In 2007 heeft de commissie pension fund governance (PFG) van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland geïnventariseerd hoe de principes voor goed pensioenfondsbestuur geïmplementeerd kunnen worden binnen het Thales Pensioenfonds. Hiertoe is de commissie een aantal keren bijeengekomen. Een en ander heeft geresulteerd in de vaststelling van reglementen voor het verantwoordingsorgaan en voor de visitatiecommissie. Eind 2007 hebben de verschillende betrokken partijen bij het fonds de mensen voor het verantwoordingsorgaan benoemd. Een visitatie zal minimaal één keer per drie jaar plaats moeten vinden. Andere thema’s binnen de PFG-principes zijn deskundigheidsbevordering en hoe het fonds zaken georganiseerd heeft. In 2007 is onder andere de klachten- en geschillenregeling van het fonds geactualiseerd. In 2008 zijn verdere acties ondernomen die voortvloeien uit de principes voor goed pensioenfondsbestuur. Zo heeft het bestuur een communicatiebeleidsplan opgesteld, het deskundigheidsplan geactualiseerd en tevens is de website van het fonds geactualiseerd.
Integere bedrijfsvoering Wettelijk is geregeld dat een pensioenfonds maatregelen dient te treffen die goed pensioenfondsbestuur waarborgen. Met de invoering van de PW per 1 januari 2007 zijn de STAR principes voor pension fund governance (PFG) verankerd in het wettelijke kader. Deze 32 principes betreffen de onderdelen zorgvuldig bestuur; transparantie, openheid en communicatie; deskundigheid; verantwoording en intern toezicht. De organisatie van een pensioenfonds dient zodanig ingericht te zijn, dat hiermee een beheerste en integere bedrijfsvoering wordt gewaarborgd. Deze verantwoordelijkheid is vastgelegd in artikel 143 van de PW. Dit houdt onder meer in: • Adequate administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) en risicobeheersing; • Analyse en beheersing van integriteitsrisico’s; • Voorkomen van belangenverstrengeling; • Duurzame beheersing van (financiële) risico’s; • Eenmaal per 3 jaar een continuïteitsanalyse. Het bestuur heeft een externe accountant aangesteld. Deze accountant controleert jaarlijks het jaarverslag en de Staten voor de DNB en vervolgens doet de accountant verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een accountantsverklaring en een verslag aan het bestuur. Het bestuur heeft een externe waarmerkend actuaris aangesteld. De waarmerkend actuaris zal de financiële positie van het pensioenfonds beoordelen volgens de eisen van De Nederlandsche Bank N.V. De waarmerkend actuaris rapporteert éénmaal per jaar aan het fondsbestuur door middel van controle van het Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
9
actuarieel rapport en een actuariële verklaring. Rapportage vindt plaats uiterlijk 1 juli van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop de rapportage betrekking heeft. Het bestuur is verantwoordelijk voor het uitvoeren van interne controle maatregelen gericht op de juiste en volledige registratie van de gegevens van het pensioenfonds. Ter controle op de uitbestede werkzaamheden zijn met Hewitt Associates Outsourcing B.V. de volgende afspraken gemaakt: • Hewitt Associates Outsourcing B.V. levert periodiek (een keer per kwartaal in een kwartaalverslag) de belangrijkste performance indicatoren over het functioneren van haar uitvoeringsorganisatie. • Jaarlijks zal de accountant van het pensioenfonds zich in het kader van de beoordeling van de jaarrekening een oordeel vormen over de aanwezigheid en naleving van de administratieve organisatie en de interne controle procedures. • Indien daartoe aanleiding is, zal het bestuur samen met Hewitt Associates Outsourcing B.V. een vergadering beleggen waarin zal worden gesproken over het functioneren van de uitvoeringsorganisatie. • Daarnaast laat het bestuur zich ter vervulling van deze taak bijstaan door de Manager Pensioenfonds. Het Bestuur geeft instructies van algemene strekking aan de Manager Pensioenfonds. Het fonds heeft het renterisico in belangrijke mate afgedekt doordat het bestuur zo’n 70 procent van de pensioenverplichtingen heeft afgedekt. Sinds maart 2008 wordt dit gedaan met behulp van vastrentende beleggingen in combinatie met een Swap overlay portefeuille (rente swaps). Verder heeft het fonds in 2007 een continuïteitsanalyse laten verrichten en deze studie is in 2008 geactualiseerd. Uit de studie, waarin is gewerkt met een startdekkingsgraad van 129,9%, kwam naar voren dat er geen grote aanpassingen nodig zijn in premie-, indexatie- of beleggingsbeleid.
Gedragscode en compliance officer Sinds 1 januari 2007 regelt de Wet op het financiële toezicht (Wft) het effectentypisch gedragstoezicht. Effectentypisch gedragstoezicht is sinds 1 december 2003 reeds een bekend begrip bij pensioenfondsen. Dit toezicht was destijds geregeld in de Wet toezicht effectenverkeer 1995 (Wte 1995). Pensioenfondsen met een transactievolume van minder dan EUR 20 miljoen waren door een generieke vrijstelling, vrijgesteld van het hele scala van regels voor effectentypisch gedragstoezicht. Sinds 1 januari 2007 regelt de Wet op het financiële toezicht (Wft) het effectentypisch gedragstoezicht en is deze generieke vrijstelling komen te vervallen. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is verantwoordelijk voor het effectentypisch gedragstoezicht. Fondsen moeten beschikken over een adequate AO/IC, moeten maatregelen hebben die nodig zijn voor een onafhankelijk marktoptreden en zich onthouden van handelen met voorwetenschap (koersgevoelige informatie). Tevens vereist de wetgever een “algemene” gedragscode, die op andere terreinen gedragsregels oplegt, zoals bijvoorbeeld de relatiegeschenken en nevenfuncties. DNB is verantwoordelijk voor dit bedrijfseconomisch gedragstoezicht. De Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen (VB), Unie van Beroepspensioenfondsen (UvB) en Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen (OPF) hebben een nieuwe modelgedragscode ontwikkeld waarin beide vormen van gedragstoezicht zijn verwerkt. In tegenstelling tot de Wte die een sterk regulerend karakter had (rule based), kent de Wft een meer principal based benadering. In februari 2008 heeft het bestuur een gedragscode vastgesteld voor het Thales pensioenfonds aan de hand van de modelgedragscode van de koepelorganisaties. Tevens is door het bestuur een compliance officer benoemd. Jaarlijks wordt toegezien op de naleving van de code en jaarlijks wordt door de bestuursleden en de overige verbonden personen een verklaring omtrent het naleven van de gedragscode van het fonds getekend.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
10
Intern toezicht en verantwoordingsorgaan Verantwoordingsorgaan Het bestuur van het fonds besteedt conform de PW en de daarin opgenomen eisen voor goed pensioenfondsbestuur veel aandacht aan de opzet en inrichting van de organisatie, inclusief de interne beheersing. Onder andere in de statuten is bepaald hoe het bestuur invulling geeft aan begrippen als verantwoording en intern toezicht. Vanaf eind 2007 is het verantwoordingsorgaan (VO) actief. Het VO bestaat uit een vertegenwoordiging namens deelnemers, pensioengerechtigden en de werkgever. De verantwoording die het bestuur aflegt is onderdeel van de jaarverslagcyclus en in dat kader wordt ook het formele overleg gevoerd tussen bestuur en VO. Volgens de Pensioenwet dient het Verantwoordingsorgaan (VO) een oordeel te geven over: 1. het handelen van het Bestuur van de Stichting Pensioenfonds Thales Nederland (SPTN) 2. het door het Bestuur uitgevoerde beleid in het kalenderjaar 2007 3. beleidskeuzes van het Bestuur die op de toekomst betrekking hebben. Om tot een oordeel te kunnen komen heeft het VO in de maand mei 2008 gesprekken gevoerd met de externe accountant, de waarmerkend actuaris en met het Bestuur van de SPTN. Het Bestuur heeft het VO inzicht verschaft in het jaarverslag 2007, de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) en andere relevante documenten. In mei 2008 heeft het VO een verklaring afgelegd over het handelen van het bestuur, het door het bestuur uitgevoerde beleid in het kalenderjaar 2007 en de beleidskeuzes van het bestuur die op de toekomst betrekking hebben. De betreffende verklaring van het VO en de reaktie van het bestuur zijn aan het jaarverslag 2007 gehecht. Zij hebben het door het Bestuur gevoerde beleid 2007 goedgekeurd. Over het jaar 2008 zal het VO tevens haar oordeel geven. Intern toezicht Voor het Intern Toezicht is gekozen voor de variant van een visitatie commissie, die eens in de drie jaar de beleids- en bestuursprocedures en processen beoordeelt. Hierbij wordt onder meer gekeken naar de checks and balances, de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd en de wijze waarop wordt omgegaan met de risico's op de langere termijn voor (de dekkingsgraad van) het pensioenfonds.
Deskundigheidsbevordering Mede in verband met een aantal wijzigingen in de bestuurssamenstelling in de afgelopen twee jaar wordt een trainingsprogramma voor alle leden van het bestuur opgesteld. De eisen voor bestuursleden zijn van toepassing op nieuwe benoemingen of herbenoemingen vanaf 1 januari 2008. Voorts zal het bestuur er voor zorgdragen dat het als collectief aan de eisen voldoet. In 2008 hebben alle bestuursleden, naar gelang hun behoefte, één of meerdere cursussen gevolgd. Verder zijn er diverse seminars bezocht over actuele onderwerpen en thema’s uit de pensioenwereld. In 2008 heeft het bestuur een nieuw deskundigheidsplan opgesteld aan de hand van het stappenplan dat door de pensioenkoepels is opgesteld. In het plan wordt onderscheid gemaakt naar de 2 verschillende deskundigheidsniveaus. Verder zijn in het plan de verschillende deskundigheidsgebieden gekoppeld aan bestuursleden. Het bestuur zal de deskundigheid periodiek gaan laten toetsen.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
11
Naleving wet- en regelgeving Het bestuur is niet bekend met overtredingen van wet- en regelgeving. In het boekjaar is op 12 november gemeld dat het Pensioenfonds een dekkingstekort heeft. Toelichting op het herstelplan is opgenomen in de financiële paragraaf op pagina 26. De vereisten uit de Wet verplichte beroepspensioenregeling is niet van toepassing op het fonds.
Toezichthouder Op 17 juni 2008 is een vertegenwoordiging van De Nederlandsche Bank (DNB) op bezoek geweest bij het fonds. Hierbij is gesproken over nieuwe ontwikkelingen in het toezicht door DNB, Pension Fund Governance, de continuïteitsanalyse die het fonds heeft laten uitvoeren, de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota, het renteafdekkingsbeleid en een aantal andere onderwerpen. DNB had onder andere een aantal vragen en opmerkingen bij de continuïteitsanalyse van het fonds. Het bestuur heeft naar aanleiding hiervan de vragen van DNB middels een brief beantwoord tevens heeft het bestuur een update van de continuïteitsanalyse laten uitvoeren.
Uitbesteding In 2007 is de intentie uitgesproken om het contract met de pensioenuitvoerder Hewitt te verlengen en de bestaande Service Level Agreement rapportage aan te passen. Eind 2007 zijn de onderhandelingen over de verlenging van het contract opgestart, SAS70-certificering maakt hier onderdeel van uit. Op 23 juli 2008 is uiteindelijk de nieuwe meerjarige overeenkomst met Hewitt getekend.
Communicatie In het boekjaar is veel aandacht besteed aan communicatie. Op basis van de beleidsregel toeslagenmatrix en in overeenstemming met de eisen van de PW is voor de door het fonds uitgevoerde pensioenregeling het beleid, de ambitie en de financiering van de indexatie vastgesteld. In overeenstemming met de door de koepels geïntroduceerde doelstelling om eenvormige, eenduidige en duidelijke pensioenoverzichten te verstrekken (uniform pensioenoverzicht, UPO) is in maart 2008 aan alle deelnemers een pensioenoverzicht verstrekt op basis van de huidige regeling met een peildatum van 31 december 2007. Het Fonds heeft daarnaast voor de deelnemers de bestaande pensioenplanner geactualiseerd, waarmee op basis van actuele gegevens verschillende pensioenscenario’s kunnen worden doorgerekend. Tevens is veel correspondentie van het fonds aangepast aan de vereisten uit de PW. Naar aanleiding van de kredietcrisis zijn er vanaf het derde kwartaal 2008 regelmatig berichten op de website geplaatst waarmee de deelnemers op de hoogte gebracht zijn van de actuele financiële situatie van het pensioenfonds van Thales Nederland. Het Bestuur vertrouwt erop dat het met bovenstaande werkzaamheden belangrijke stappen voorwaarts heeft gezet in de pensioencommunicatie.
Bestuursvergaderingen Het bestuur van het fonds heeft het afgelopen jaar zes maal vergaderd. De financiële positie van het fonds, de ontwikkelingen op de financiële markten en de ontwikkeling van de beleggingsportefeuille zijn een belangrijk onderwerp in de vergaderingen geweest. Andere belangrijke onderwerpen waren de wijzigingen die de PW en de Pension Fund Governance principes met zich meebrengen. Zo is er onder andere gesproken en besloten over de reglementen van het fonds, een gedragscode voor het fonds, het deskundigheidsplan en het communicatiebeleidsplan.. Daarnaast is een compliance officer benoemd. De premie en indexatie voor 2009 zijn vastgesteld.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
12
Verder is er overeenstemming bereikt tussen het pensioenfonds van Thales Nederland, Thales Nederland B.V. en het bedrijfstakpensioenfonds Metalektro (PME) over een collectieve waardeoverdracht van de opgebouwde pensioenen van de MPM medewerkers.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
13
PENSIOENPARAGRAAF Algemene ontwikkelingen in de pensioensector in 2008 Wetgeving Veegwet Vanuit verschillende richtingen is erop gewezen dat de PW, die per 1 januari 2007 van kracht is geworden, een aantal gebreken en onduidelijkheden bevatte. De overheid heeft getracht deze gebreken en onduidelijkheden zo veel mogelijk weg te nemen met behulp van een wijzigingsvoorstel, dat op 18 december 2007 door de Tweede Kamer is aangenomen en op 8 juli 2008 als hamerstuk de Eerste Kamer is gepasseerd. De hieruit resulterende Wet van 15 juli 2008, houdende enige wijzigingen in de PW, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en enige andere wetten (hierna ‘de Veegwet’) is in werking getreden per 1 augustus 2008, met uitzondering van enkele artikelen die met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2007 gelden. Hieronder volgt een opsomming van de meest in het oog springende aanpassingen, waarop ook het Fonds op heeft gereageerd. Waar gesproken wordt over de PW kan in voorkomende gevallen ook de Wet verplichte beroepspensioenregeling aan de orde zijn. Informatie aan deelnemers en gewezen deelnemers Pensioenuitvoerders mogen deelnemers en gewezen deelnemers zonder hun toestemming langs elektronische weg informeren over hun pensioen, als de verworven pensioenopbouw minder bedraagt dan de afkoopgrens. Wil de betrokken (gewezen) deelnemer deze informatie schriftelijk ontvangen, dan dient hij dit expliciet aan te geven bij de pensioenuitvoerder. Het fonds heeft geen gebruik gemaakt van deze wettelijke mogelijkheid. Arbeidsongeschiktheidspensioen De WIA is zodanig opgezet dat arbeidsongeschikten gestimuleerd worden om naar vermogen te werken en in dit opzicht wijkt zij af van de oude WAO. Aangezien binnen de WIA inkomensverlies ook kan optreden doordat de restverdiencapaciteit niet wordt gerealiseerd (werkloosheidsaspect), dekt een pensioenfonds dat op de gebruikelijke wijze het arbeidsongeschiktheidspensioen in tegengestelde richting laat meebewegen met de hoogte van de uitkering, ook dit werkloosheidsrisico en dat is niet in overeenstemming met de definitie van arbeidsongeschiktheidspensioen in de PW. Afgesproken is nu dat een aanvulling op een vervolguitkering of een loonaanvullingsuitkering, die geen arbeidsongeschiktheidspensioen is als bedoeld in artikel 1 van de PW, wel als zodanig mag worden aangemerkt indien een toename van inkomsten uit arbeid (benutting van de restverdiencapaciteit) niet ongedaan wordt gemaakt door een verlaging van het pensioen op basis van een anticumulatiebepaling. Een eenmalige aanvulling in verband met werkhervatting of werkuitbreiding valt ook onder de noemer ‘arbeidsongeschiktheidspensioen’. Consistentie De PW bepaalt dat bij voorwaardelijke toeslagverlening de gewekte verwachtingen, de financiering en het realiseren van voorwaardelijke toeslagen een consistent geheel dienen te vormen. Tot voor kort was het echter niet geheel duidelijk wat onder ‘consistent’ moest worden verstaan. Zoals aangekondigd in de Veegwet, heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in de Regeling PW en Wet verplichte beroepspensioenregeling alsnog invulling gegeven aan het begrip ‘consistentie’. Waardeoverdrachten De Stichting van de Arbeid (STAR) heeft in augustus 2008 een advies uitgebracht waarin wordt voorgesteld om het standaardtarief voor waardeoverdrachten te baseren op de door het Actuarieel Genootschap gepubliceerde overlevingstafel GBM/GBV 2000-2005. Dit advies is door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid overgenomen. De wijziging treedt in werking met ingang van 1 januari 2009. Hewitt heeft de vereiste wijzigingen in de administratie per 1 januari 2009 doorgevoerd. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
14
Momenteel is het echter zo dat als gevolg van de financiële situatie van het Fonds er geen waardeoverdrachten worden geëffectueerd. Vanuit de PW wordt aangegeven dat als de overdragende dan wel de ontvangende partij te maken heeft met een herstelplan om de dekkingsgraad weer boven de 105% te krijgen, de plicht tot waardeoverdrachten tijdelijk niet bestaat. De plicht herleeft wanneer de dekkingsgraad weer op orde is; de termijn van zes maanden waarbinnen de deelnemer een verzoek moet doen, gaat vanaf dat moment opnieuw lopen. Het fonds neemt hierbij een proaktieve houding in en gaat deelnemers aanschrijven op het moment dat waardeoverdracht weer mogelijk is. Verslaggeving Vanaf boekjaar 2008 is het verplicht de herziene Richtlijn 610 toe te passen. Het Fonds heeft ervoor gekozen om deze Richtlijn reeds in 2007 integraal toe te passen. Inkoop ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren In het Najaarsakkoord van 2004 hebben het kabinet en de sociale partners afgesproken dat ter compensatie van de beperkende maatregelen van de Wet VPL een eventuele onbenutte fiscale ruimte voor de opbouw van ouderdomspensioen over achterliggende dienstjaren alsnog benut mag worden. In mei 2008 verschenen in diverse media berichten dat tussen het Ministerie van Financiën en de STAR onenigheid zou bestaan over de manier waarop deze fiscale ruimte moet worden bepaald. De verantwoordelijke staatssecretaris heeft in een schriftelijke reactie op Kamervragen zijn standpunt uiteengezet en daarbij aangetekend dat het uiteindelijk aan de bevoegde inspecteur is om te beoordelen of er sprake is van fiscale bovenmatigheid. Het fonds kent eveneens dergelijke voorwaardelijke pensioenrechten. Vanwege de dispensatie van het bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro is de vormgeving van deze toezegging gelijk aan de vormgeving bij het bedrijfstakpensioenfonds. De vormgeving van de betreffende voorwaardelijke pensioenrechten is goedgekeurd door de fiscus. Wijziging rechtsgang Zorgverzekeringswet Als een pensioenfonds Zvw-bijdrage inhoudt op het pensioen van een in het buitenland woonachtige pensioengerechtigde en de laatste wil hiertegen bezwaar aantekenen, dan moet hij dit met ingang van 1 augustus 2008 doen bij het College voor zorgverzekeringen en niet meer bij het pensioenfonds. Initiatiefwetsvoorstel medezeggenschap pensioengerechtigden in pensioenfondsbesturen Op 18 juli 2008 hebben de Tweede-Kamerleden Koşer Kaya en Blok een initiatiefwetsvoorstel ingediend, dat bedoeld is om pensioengerechtigden een wettelijk recht op medebestuur te geven. Omdat er via zelfregulering en wetgeving al veel is gedaan aan de medezeggenschap van gepensioneerden en het tweede medezeggenschapsconvenant nog moet worden geëvalueerd, krijgt het voorstel, dat nog niet in behandeling is, maar weinig bijval. Binnen het fonds is reeds langere tijd sprake van vertegenwoordiging van pensioengerechtigden in het bestuur. Toezicht Gemeten aan de vorige financiële crisis, hebben de toezichthouders vooralsnog een meer afwachtende houding aangenomen en vooral tot rust gemaand. In een brief aan de pensioenfondsbestuurders van 10 oktober 2008 schrijft DNB dat het in geval van een ontoereikende dekkingsgraad verstandig is geen overhaaste beslissingen te nemen en eerst een degelijke analyse van de situatie en de sturingsinstrumenten van het fonds te maken. In dezelfde brief ontkracht DNB het misverstand als zouden pensioenfondsen die kampen met een reserve- of dekkingstekort, verplicht zijn hun beleggingsbeleid aan te passen. Dit is pertinent niet het geval. Voortbouwend op de oproep om geen overhaaste beslissingen te nemen, besloot DNB in november pensioenfondsen uitstel te verlenen ten aanzien van het indienen van herstelplannen tot 1 april 2009.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
15
Geheel in lijn hiermee kondigde de Stichting Autoriteit Financiële Markten (AFM) aan pas vanaf 1 april 2009 te gaan controleren op een juist gebruik van het toeslagenlabel. De AFM wilde pensioenuitvoerders zo in de gelegenheid stellen om het toeslagenlabel te baseren op actuele berekeningen. Inmiddels heeft de AFM bekendgemaakt dat pensioenuitvoerders die hun deelnemers per brief goed informeren over de individuele gevolgen van de kredietcrisis, het toeslagenlabel in 2009 helemaal niet hoeven te gebruiken. Binnen het fonds is er voor gekozen om deelnemers en andere belanghebbenden onder meer met de modelbrief van de AFM te informeren. Het fonds zal derhalve in 2009 het label niet toepassen. ‘Investors of last resort’ Hoewel pensioenfondsen zelf zwaar te lijden hebben onder de kredietcrisis, zijn er diverse stemmen opgegaan die ervoor pleiten om hun vermogens aan te wenden voor de bestrijding van precies diezelfde crisis. Pensioenfondsen zouden vanwege hun lange horizon bij uitstek geschikt zijn om in moeilijke tijden als ‘investor of last resort’ te dienen en op die manier een stabiliserende factor in de economie te vormen. Zij zouden met hun beleggingen banken en andere bedrijven in nood te hulp kunnen schieten en toch op lange termijn goede beleggingsresultaten kunnen behalen. De politiek heeft weinig goede woorden over voor dit idee en ook de pensioenfondsen zelf reageren weinig enthousiast. Het zou een slechte zaak zijn als pensioenfondsen in de rol van kapitaalverschaffers onverantwoorde risico’s aangaan. Hun taak is om te zorgen voor een goed pensioen, de financiering van reddingsacties is een taak van de overheid.
Overige ontwikkelingen Samenwerking pensioenkoepels De besturen van de drie Nederlandse pensioenkoepels - de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen en de Unie van Beroepspensioenfondsen - hebben in een gezamenlijk persbericht van 10 april 2008 aangekondigd dat zij de huidige samenwerking gaan intensiveren. Op die manier hopen zij hun slagkracht in de nationale en internationale belangenbehartiging te vergroten. Oprichting Stichting Pensioenregister Op 7 mei 2008 is de Stichting Pensioenregister opgericht, een samenwerkingsverband tussen de pensioenkoepels, het Verbond van Verzekeraars en de Sociale Verzekeringsbank. De stichting gaat de ontwikkeling van het pensioenregister uit artikel 51 van de PW begeleiden. Iemand die straks via het internet verbinding legt met het pensioenregister, krijgt een totaaloverzicht van zijn aanspraken op AOW en aanvullend pensioen te zien, ook al zijn deze aanspraken bij verschillende uitvoeringsinstellingen ondergebracht. Bovendien laat het register van elke aanspraak zien waar die is opgebouwd en waar de rechthebbende terecht kan voor meer informatie. Het pensioenregister kan worden ontsloten met behulp van een persoonlijke inlogcode en is gratis te raadplegen. Om tot het pensioenregister te komen, dienen de Sociale Verzekeringsbank en de pensioenuitvoerders hun gegevensbestanden op elkaar aan te sluiten, want er komt geen centrale gegevensverzameling. Voor deze grootschalige operatie hebben zij tot 1 januari 2011 de tijd, aangezien het register vanaf die datum operationeel moet zijn. Binnen de pensioenuitvoerder worden momenteel de eerste stappen genomen in overleg met de pensioenfondsen, waaronder pensioenfonds Thales Nederland, om aan alle eisen, die gesteld worden te kunnen voldoen. Verlenging FVP-bijdrageregeling Het FVP-bestuur heeft besloten om de FVP-bijdrageregeling met één jaar te verlengen tot 1 januari 2011.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
16
Pensioenregelingen De pensioenregeling binnen het fonds heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst. Eindloonregeling Tot 1 januari 2004 heeft het fonds een eindloonregeling gekend met een pensioenleeftijd van 65 jaar en een nabestaandenpensioen op opbouwbasis. In deze regeling zijn nog steeds deelnemers opgenomen (deelnemers aan de vervroegde uittredingsregeling SUM). Middelloonregeling 2004 Vanaf 1 januari 2004 kent Thales een middelloonregeling met na-indexatie. Daarnaast wordt het nabestaandenpensioen niet langer opgebouwd, maar verzekerd op risicobasis. De pensioenleeftijd is 62 jaar geworden. Voor de reeds gepensioneerden en voor diegenen die gedeeltelijk of volledig zijn toegetreden tot de ‘oude’ SUM-regeling, hebben de wijzigingen geen invloed gehad. Zij zijn in de eindloonregeling gebleven. Voor alle deelnemers die zijn overgegaan naar de middelloonregeling, zijn de reeds opgebouwde pensioenrechten omgezet in rechten in de middelloonregeling. Tevens is voor hen een garantieregeling van kracht. Middelloonregeling 2006 Per 1 januari 2006 is de pensioenregeling opnieuw aangepast. De aanleiding hiervoor was vooral de nieuwe fiscale wetgeving die op dat moment ging gelden. Voor iedereen geboren óp of ná 1 januari 1950 is de pensioenrichtleeftijd weer 65 jaar geworden. De regeling blijft een middelloonregeling met na-indexatie. Het nabestaandenpensioen vindt plaats op opbouwbasis en de franchise is verlaagd. Daarnaast wordt voor iedereen die geboren is vanaf 1950 tot en met 1972, en die voldoet aan de voorwaarden, een voorwaardelijk extra ouderdomspensioen ter compensatie van het vervallen van de TOP/SUM(O)uitkering bepaald. Het garantiepensioen dat bij de overgang van de eindloonregeling naar de middelloonregeling is toegezegd, is op 31 december 2005 definitief vastgesteld. Voor iedereen geboren vóór 1950 blijft de middelloonregeling 2004 grotendeels gehandhaafd. Het nabestaandenpensioen blijft voor deze groep op risicobasis verzekerd. Per 1 januari 2007 zijn alle pensioenregelingen aangepast aan de nieuwe PW. Zo zijn in het reglement bepalingen opgenomen, die bewerkstelligen dat er een bijzonder partnerpensioen ontstaat als ongehuwd samenwonenden uit elkaar gaan. Een ander belangrijk punt is dat het fonds heeft besloten wettelijke vormen van afkoop te hanteren. In de Middelloonregeling 2004 is opgenomen dat, in geval van ontslag, de partner- en arbeidsongeschiktheidsdekking wordt voortgezet, zolang een uitkering vanuit de Werkloosheidswet wordt ontvangen. De voorwaardelijk extra aanspraken waarop recht bestaat in de Middelloonregeling 2006 vervallen bij einde deelneming in het fonds. Ook bij overgangen binnen de bedrijfstak na 1 januari 2006 van bijvoorbeeld een gedispenseerde onderneming naar een onderneming die bij het bedrijfstakpensioenfonds is aangesloten of omgekeerd, bestaat er dus geen uitzicht op voorwaardelijke extra aanspraken meer. Dat was niet de bedoeling van cao-partijen. Bedoeld was, dat de 15-jaarsregeling bedrijfstakbreed zou werken. Om te bewerkstelligen dat een overgang binnen de bedrijfstak geen gevolgen voor de overgangsregeling zou hebben is een wederkerigheidsbepaling in de Middelloonregeling 2006 opgenomen. Dit betekent dat de voorwaardelijke rechten, onder bepaalde voorwaarden, overgenomen worden door de uitvoerder van de nieuwe pensioenregeling van een deelnemer.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
17
Dispensatie van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro Thales Nederland B.V. is onder bepaalde voorwaarden vrijgesteld van deelname aan de regeling van het Bedrijfstakpensioenfonds Metalektro (PME). Eén van deze voorwaarden is dat de Thales-regeling minstens gelijkwaardig moet zijn aan de PME-regeling. Dit geldt tevens voor het indexatiebeleid dat bij PME en bij het fonds mede afhankelijk is van de dekkingsgraad. De TOP-regeling is wel bij de bedrijfstak ondergebracht en geldt sinds 1 januari 2006 nog voor iedereen die geboren is voor 1950. Deze regeling is in 2003 in de plaats gekomen van de SUM, de VUT-regeling van de bedrijfstak. De TOP biedt werknemers die aan de voorwaarden voldoen, de mogelijkheid om uit te treden op circa 61-jarige leeftijd (de exacte richtleeftijd hangt af van het geboortejaar van de werknemer) tegen een uitkering van ongeveer 80% van het netto loon. Eerder stoppen kan echter ook, tegen een lagere uitkering. In bijgaand overzicht zijn de in het verslagjaar geldende reglementaire bedragen en percentages opgenomen.
Reglementaire bedragen / percentages Middelloon
Eindloon
Indexatie Actieven Middelloon per 1-1-2008
4,29%
Inactieven Middelloon per 1-1-2008
1,29%
Inactieven Eindloon per 1-4-2008
1,74%
Actieven Middelloon per 1-1-2009
0,00%
Inactieven Middelloon per 1-1-2009
0,00%
Franchise Geboren vóór 1950
€ 18.469
Geboren vanaf 1950
€ 14.380
Gehuwd
€ 19.260
Ongehuwd
€ 13.620
Overbruggingspensioen Gehuwd
€ 14.445
Ongehuwd
€ 10.215
Pensioengrondslaggrens
€ 62.808
Maximum pensioengevend salaris
€ 163.565
Pensioenbijdrage deelnemers 2008 Gebaseerd op pensioengrondslag
10%
10%
15%
15%
Pensioenbijdrage werkgever 2008 Gebaseerd op pensioengrondslag
Tabel 3; Kenmerken regeling
Verwachte ontwikkelingen in het komende jaar Als gevolg van de wereldwijde crisis op de financiële markten is de dekkingsgraad van het pensioenfonds fors gedaald. De turbulente tijden op de financiële markten en het verslechterde economisch klimaat hebben ook het pensioenfonds van Thales Nederland niet onberoerd gelaten. Met name de aandelenbeleggingen van het pensioenfonds zijn in 2008 fors minder waard geworden. Hierdoor is het totale belegde vermogen van het fonds gedaald.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
18
Daarnaast is de lange rente een belangrijke factor bij het bepalen van de pensioenverplichtingen van het fonds. Sinds 2007 is het Financieel Toetsingskader (FTK) van toepassing, waardoor de pensioenverplichtingen gewaardeerd dienen te worden op actuele waarde (marktrente). Deze lange rente is gedaald en dat maakt de verplichtingen duurder. Dit had naast de resultaten op aandelenbeleggingen een negatief effect op de dekkingsgraad. De afdekking van het renterisico heeft overigens een belangrijk deel van die schade kunnen vermijden. Omdat de dekkingsgraad van het fonds eind 2008 lager is dan 105% bevindt het fonds zich in dekkingstekort. Het pensioenfonds van Thales Nederland heeft dit dekkingstekort gemeld bij De Nederlandsche Bank (DNB). DNB houdt toezicht op alle pensioenfondsen in Nederland. Het pensioenfonds zal aan DNB een herstelplan aanleveren waarin wordt aangegeven op welke wijze de dekkingsgraad zal verbeteren. Op pagina 26 leest u meer over dit herstelplan.
Mutatieoverzicht deelnemers In tabel 4 worden per hoofdcategorie deelnemers de mutaties weergegeven. Actieven
Aantal deelnemers per ultimo 2006
Slapers
Gepensioneerden incl. AO
Totaal
2.464
1.276
788
4.528
Bij
155
102
210
467
Af
-294
-247
-32
-573
2.325
1.131
966
4.422
Aantal deelnemers per ultimo 2007 Bij
344
292
194
830
Af
-526
-160
-23
-709
2.143
1.263
1.137
4.543
Aantal deelnemers per ultimo 2008
Tabel 4; Mutatie-overzicht deelnemers
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
19
BELEGGINGEN PARAGRAAF Beleggingen Stichting Thales Pensioenfonds Nederland behaalde in 2008 een totaal negatief resultaat van 54.019 k Euro (-7.9 %) op beleggingen, dit is exclusief de kosten van vermogensbeheer en inclusief de swap overlay, welke een bijdrage op het totale rendement heeft van 7,0%. Het positieve rendement van de obligatieportefeuille bedroeg 8.569k Euro (2,9%). De aandelenportefeuille leverde een negatief rendement op van 90.559k Euro (- 38,5 %), terwijl de onroerend goed portefeuille - 17.191 k Euro (- 36,1%) negatief scoorde. Het inzetten van derivaten om risico’s af te dekken leverde samen met een kleine categorie overige beleggingen, een positief resultaat op van 45.162k Euro.
Ontwikkelingen 2008 Het jaar 2008 begon in mineur met zorgen over de gezondheid van het wereldwijde financiële systeem en de Amerikaanse economie. Deze zorgen werden bewaarheid toen op 17 maart de Amerikaanse zakenbank Bear Stearns omviel en overgenomen werd door JP Morgan, met behulp van de Federal Reserve. De volatiliteit van de aandelenbeurzen bereikte een piek, die nog niet eerder was gezien sinds het uitbreken van de kredietcrisis in de zomer van 2007. Daarbij waren de economische data mager, met dalende huizenprijzen, een stijgende inflatie, dalend vertrouwen van bedrijven en consumenten en een afnemende productie. En waar de Federal Reserve de rente verlaagde als een reactie hierop, gebeurde dit niet in Europa. De ECB uitte haar bezorgdheid over de sterke Euro en hoge inflatie en riep overheden op tot fiscale discipline. De maanden april en mei verliepen relatief rustig. Maar in juni namen de zorgen over de problemen in de financiële sector en de inflatie weer toe. De economie bleef zwak en het vertrouwen van consumenten daalde tot een dieptepunt. Toch bleef een recessie vooralsnog uit. De Federal Reserve had in april de rente verder verlaagd, terwijl de ECB juist zinspeelde op een renteverhoging. De prijs van olie steeg sterk in het tweede kwartaal als een gevolg van lage voorraden en een grote vraag. De politieke instabiliteit in het Midden-Oosten vergrootte de zorgen. Het derde kwartaal van 2008 zal herinnerd worden als één van de meest tumultueuze periodes in de financiële historie. De ontwikkelingen in de financiële sector overschaduwden de zorgen over de afnemende economische groei en geopolitieke spanningen in de voormalige Sovjet Unie en het Midden-Oosten. Het faillissement van banken, reddingsplannen en overheidsingrijpen domineerden het nieuws wereldwijd. De situatie werd omschreven als de grootste financiële crisis sinds de Grote Depressie in de jaren ’30 van de vorige eeuw. De instabiliteit leidde tot een hoge volatiliteit in de financiële markten ongeacht de asset categorie of regio. Hetgeen eerst werd beschouwd als een schulden- en liquiditeitscrisis was in feite een solvabiliteitscrisis. Op 15 september werd zakenbank Lehman Brothers insolvabel en gedwongen om faillissement aan te vragen, omdat ze niet in staat waren om te herstellen van de enorme afschrijvingen op vastgoedgerelateerde beleggingen. Lehman vond geen koper en de Federal Reserve was niet bereid de helpende hand toe te steken. Het faillissement van Lehman was voorafgegaan door het redden van de reeds door de overheid gesteunde hypotheekverstrekkers Fannie Mae en Freddie Mac. Het Lehman debacle werd gevolgd door reddingsoperaties en overnames van internationale en financiële zwaargewichten zoals verzekeraar AIG en Merrill Lynch. AIG kreeg een USD 85 miljard lening van de overheid en Merrill Lynch werd overgenomen door Bank of America. Ook in het Verenigd Koninkrijk greep de overheid in en werd de hypotheekbank Bradford en Bingley genationaliseerd. HBOS en Lloyds TSB werden gefuseerd en het depositiegarantiestelsel werd uitgebreid. In IJsland, Ierland en continentaal Europa reageerden overheden door hogere depositogaranties en grote kapitaalinjecties in financiële instellingen die in moeilijkheden verkeerden. In Nederland kwamen Fortis Nederland en ABN AMRO volledig in overheidshanden en moest ING overheidssteun aanvragen. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
20
De crisis maakte extreme maatregelen noodzakelijk om het vertrouwen in markten te herstellen en de besmetting naar de reële economie te beperken. In de VS werd het Troubled Asset Relief Programm (TARP) aangenomen, een reddingsplan van USD 700 miljard waardoor de overheid slecht renderende beleggingen van financiële instellingen kon overnemen. Gedurende de totstandkoming van het plan en de politieke discussies eromheen, beleefde de Amerikaanse aandelenmarkt haar meest volatiele week sinds 2002. De geldmarkten stonden reeds sinds de zomer van 2007 onder grote spanning. De angst nam sterk toe en het tegenpartijrisico werd hoger dan ooit tevoren ingeschat. Gevolg was dat er een groot gebrek aan liquiditeit ontstond. Centrale banken wereldwijd probeerden het tij te keren door enorme bedragen in de geldmarkt te pompen. Tegen het eind van september werden beleggers steeds meer bezorgd over de bedreiging voor bedrijven buiten de financiële sector en vastgoedsector, aangezien de korte termijn leenfaciliteiten opdroogden. Als gevolg daarvan liepen de spreads tussen bedrijfsobligaties en staatsobligaties hoog op en waren aandelen enorm volatiel. Gedurende deze periode won de Amerikaanse dollar aan kracht. Beleggers werden meer risico-avers en realiseerden zich dat de economische neergang, die begon in de VS, de rest van de wereld harder zou raken dan verwacht. Grondstoffen daalden dramatisch na juist sterk gestegen te zijn in het eerste half jaar. De afnemende economische groei zou leiden tot minder vraag. Toezichthouders beperkten short selling om instellingen die in moeilijkheden waren en de aandeelhouderswaarde te beschermen. Dit bemoeilijkte de omstandigheden voor hedge funds die toch al een lastig jaar hadden. In het vierde kwartaal werd massaal verkocht in alle asset categorieën, met uitzondering van staatsobligaties. Het faillissement van Lehman vormde de aanleiding; de volatiliteit nam extreme vormen aan. In de automobielsector namen de verkopen sterk af en dit was een bewijs dat de crisis zich niet beperkte tot de financiële sector. In reactie hierop werd door de overheden hevig geïntervenieerd in de markt, zowel op fiscaal als monetair gebied. De rente in het Verenigd Koninkrijk werd verlaagd naar 2%, in de Eurozone naar 2.5% en in de VS naar een bandbreedte tussen 0% en 0.25%. Terwijl centrale banken wereldwijd snel handelden om liquiditeit te verschaffen, waren ze niet in staat om de zorgen over solvabiliteit en de mogelijkheden van banken om geld uit te lenen te verbeteren. De werkloosheid liep op, officiële cijfers lieten zien dat een groot deel van de ontwikkelde wereld in een recessie was beland en het sentiment verslechterde steeds meer. Sommige bedrijven rapporteerden omstandigheden die ze nog nooit eerder hadden meegemaakt. De vraag stortte volledig in. Over geheel 2008 zijn de aandelenprijzen zeer sterk gedaald. De omvang hiervan was vergelijkbaar met de enorme dalingen in de jaren ’30 van de vorige eeuw, alleen ging het deze keer drie keer zo snel en ging het gepaard met een extreme volatiliteit. Staatsobligaties werden als een veilige haven gezien. De spreads op bedrijfsobligaties liepen zodanig op dat de kans op faillissement hoger werd ingeschat dan in de afgelopen 80 jaar het geval was geweest. De olieprijs stortte volledig in. Alternatieve beleggingen werden geraakt en hedge funds in het bijzonder. De sector kreeg ook nog te maken met het Madoff schandaal in december, waarbij USD 50 miljard verloren is gegaan en de sector onder verzwaard toezicht zal komen te staan.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
21
Assetmix De strategische beleggingsmix, realisatie en benchmarks kunnen als volgt worden samengevat: (In duizenden Euro’s)
Vastgoed Aandelen Derivaten Vastrentende waarden Cashfunds Totaal beleggingen per hoofdcategorie Swap overlay Opgelopen rente op vastrentende waarden Liquide middelen ivm beleggingstransacties Totaal beleggingsmix Tabel 5; Assetmix
Strategische allocatie / benchmark
Feitelijke allocatie per 31 december 2008
Feitelijke allocatie per 31 december 2007
%
EUR
%
EUR
%
8,0% 36,0%
29.990 154.546 3.311 359.267 28.560 575.674 46.361 4.983 8.783 635.801
5,2% 26,8% 0,6% 62,4% 5,0%
41.901 228.768 2.578 367.755
6,5% 35,7% 0,4% 57,4%
56,0%
100,0%
641,002
100,0%
10.078 7.257 658.337
100,0%
In bovenstaande tabel zijn de derivatenposities inclusief de contracten met een negatieve actuele waarde. In de balans en haar specificaties zijn deze waardes onder overige schulden gerubriceerd. Ultimo 2008 is de negatieve positie 16.417 Euro
Bandbreedtes De bandbreedtes, die binnen het beleggingsbeleid worden gehanteerd zijn in onderstaande tabel weergegeven: 2008 Minimum % Vastgoed Aandelen Derivaten Vastrentende waarden
26%
Maximum % 18% 41%
46%
66%
Tabel 6; Bandbreedtes beleggingen
Het (totaal direct en indirect) beleggingsverlies van 55.067 k Euro dat is gerealiseerd in 2008 is in onderstaande tabel gespecificeerd en naast de vergelijkende cijfers 2007 gezet:
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
22
Totaal Rendement belegd vermogen naar categorie (In duizenden Euro’s)
Absoluut
Euro Vastgoedbeleggingen -17.191 Aandelen -90.559 Derivaten 46.425 Vastrentende waarden 8.569 Overige beleggingen -1.263 Totaal rendement -54.019 Kosten vermogensbeheer -1.048 Totaal rendement -55.067 Tabel 7; Totaal rendement belegd vermogen
Ultimo 2008 Als % Benchmark2 gemiddeld belegd vermogen % -36,1% -38,0% 7,0% 2,9%
-36,4% -39,5%
-7,9%
-15,3%
6,1%
Absoluut
Euro -16.486 7.759 3.952 -13.407 48 -18.133 -1.129 -19.262
Ultimo 2007 Als % gemiddeld belegd vermogen %
Benchmark
-28,1% 3,8%
-26,0% 3,5%
-3.1%
-2.4%
-2,8%
-2,2%
Vooruitblik 2009 Het jaar 2009 is net zo begonnen als 2008 geëindigd is, met een stroom aan slecht nieuws. De volatiliteit in de financiële markten zal aanhouden. De condities voor financiële markten blijven zeer lastig: het risico van een diepe recessie, afnemende bedrijfswinsten, een financieel systeem dat nog steeds onder grote druk staat, gedwongen verkopen van beleggingen, en een zeer hoge volatiliteit. Daartegenover staat dat de prijzen in vele beleggingscategorieën reeds sterk zijn gedaald in een relatief korte tijdsperiode. Vele beleggingen zijn geprijsd voor een recessie, of zelfs een depressie. De verwachting is dat economisch en bedrijfsnieuws in 2009 teleurstellend zal zijn. Echter, wereldwijd worden allerlei beleidsmaatregelen genomen om de economie te stimuleren. En de prijzen van grondstoffen zijn ingestort hetgeen additionele bestedingsruimte biedt voor consumenten. Enig herstel in economische activiteit wordt nu voor het midden van 2009 verwacht, maar zal gematigd zijn tot in 2010.
2
Deze benchmark is door het fonds aangegeven aan de vermogensbeheerders
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
23
FINANCIËLE PARAGRAAF Samenvatting van de financiële positie van het fonds en ontwikkelingen gedurende het jaar (In duizenden Euro’s)
Pensioenvermogen
Technische voorzieningen
Dekkingsgraad
EUR
EUR
%
686.320
524.649
130,8%
-
7.017
686.320 -19.474 18.338 0 0 -18.832 -2.290 664.062 -55.067 20.881
129,1%
-21.214 -966
531.666 25.602 13.730 -44.040 15.140 -18.862 -1.487 521.749 26.109 14.790 110.540 2.829 -21.298 1.456
607.696
656.175
92,6%
Stand per 31 December 2006 Cumulatief effect stelselwijziging (overgang naar FTK) Stand per 1 januari 2007 Beleggingsresultaten / rentetoevoeging Premiebijdragen / koopsomopbouw Wijziging marktrente gedurende 2007 Indexatie Uitkeringen Overige Stand per 31 december 2007 Beleggingsresultaten / rentetoevoeging Premiebijdragen / koopsomopbouw Wijziging marktrente gedurende 2008 Indexatie Uitkeringen Overige Stand per 31 december 2008
127,3%
Tabel 8; Stand financiële positie
De verslechtering van de dekkingsgraad (verhouding tussen het pensioenvermogen en de Technische Voorziening) is gedaald van 127,3% naar 92,6 %. Dit is voornamelijk het gevolg van het negatieve intrestresultaat, wat voortkomt uit: • De wijziging van de marktrente; deze zorgt ervoor dat de voorziening met ruim 110.540k Euro moet worden opgehoogd, wat een negatief effect heeft op de dekkingsgraad van circa 19,4%. • Het beleggingsresultaat; het saldo van de beleggingsresultaten en de rentetoevoeging op de technische voorziening heeft een negatief effect op de dekkingsgraad van circa 16,1% Het saldo van baten en lasten over de afgelopen jaren kan als volgt worden geanalyseerd: (In duizenden Euro’s)
Premieresultaat Interestresultaat Overig resultaat Totaal resultaat Tabel 9; Resultaat
2008 EUR 5.239 -194.545 -1.486 -190.792
2007 EUR 4.608 -16.176 -773 -12.341
2006 EUR 2.454 34.251 436 37.141
2005 EUR 2.303 -21.475 56.527 37.355
Ultimo 2008 bedraagt de gehanteerde gemiddelde rekenrente voor de technische voorziening circa 3,57% (2007; 4,85%). De aanwezige dekkingsgraad van 92,6% ligt onder de vereiste dekkingsgraad van 111,0% op basis van het standaardmodel en uitgaande van de feitelijke beleggingsmix per 31 december 2008.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
24
De dekkingsgraad ultimo jaar (op basis van de jaarrekening) heeft zich de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld: Dekkingsgraad vlgs APP ultimo Dekkingsgraad vlgs FTK ultimo
2008 Nvt 92,6%
2007 Nvt 127,3%
2006 130,8 % 129,9 %
2005 124,3 % 119,8 %
2004 119,3 % 117,7 %
Tabel 10; Dekkingsgraad
De vereiste dekkingsgraad, zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de PW en de feitelijke beleggingsmix per einde 2008 bedraagt 111,0%. Ultimo 2008 is derhalve sprake van een reservetekort en een dekkingstekort. Ultimo 2008 is de nominale dekkingsgraad 92,6%. Het fonds heeft in haar toeslagbeleid vastgelegd dat jaarlijks pensioenaanspraken worden verhoogd, indien de financiele middelen van het fonds dit toelaten. Hiermee wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van het prijspeil en de loonontwikkeling binnen de CAO-Metalektro. Voor het toeslagbeleid wordt verwezen naar pagina 42 van dit verslag.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
25
Herstelplan Dekkingsgraad Per 31 december 2008 bedraagt de dekkingsgraad van het pensioenfonds 92,6% (2007: 127,3%). Solvabiliteitseisen Ultimo 2008 bedraagt het eigen vermogen negatief 48,5 mio Euro. De dekkingsgraad bedraagt ultimo 2008 92,6%. Het minimaal vereist eigen vermogen bedraagt 27,734 mio Euro. De minimaal vereiste dekkingsgraad voor het Fonds bedraagt derhalve 104,2%. Het vereist eigen vermogen bedraagt 72,278 mio Euro. En de vereiste dekkingsgraad 111,0%. Per 31 december 2008 is het eigen vermogen van het fonds lager dan zowel het vereist eigen vermogen als het minimaal vereist eigen vermogen. Hierdoor is zowel sprake van een reservetekort als van een dekkingstekort. De omvang van het dekkingstekort is bovendien zodanig dat de pensioenverplichtingen op de balansdatum niet volledig door waarden zijn gedekt." Door het bestuur van het fonds is op 17 oktober 2008 melding gedaan aan de toezichthouder DNB van het reservetekort ultimo september. Op 12 november 2008 is het dekkingstekort per ultimo oktober gemeld aan DNB. Dientengevolge is een herstelplan opgesteld dat zowel betrekking heeft op de korte- als lange termijn. Herstelplan Het verantwoordingsorgaan is geïnformeerd over het herstelplan. In de vergadering van 24 maart 2009 heeft het bestuur de inhoud vastgelegd. Het herstelplan is vervolgens op 31 maart 2009 ingediend bij DNB. Uiterlijk 1 juli 2009 zal het herstelplan door DNB zijn getoetst. Belangrijkste uitgangspunten van het herstelplan Het fonds maakt gebruik van de eenmalige mogelijkheid die de Minister heeft geboden om binnen 5 jaar (in plaats van 3 jaar; dus uiterlijk 31 december 2013) het minimaal vereist eigen vermogen te bereiken. Bij het opstellen van het herstelplan heeft het bestuur zich laten ondersteunen door externe adviseurs en is het voorgenomen beleggingsbeleid afgestemd met de beleggingscommissie. Het herstelplan is opgesteld met inachtneming van de uitgangspunten zoals die door DNB zijn voorgeschreven. Nadrukkelijk merken wij op dat inherent aan de modelmatige aanpak ook het herstelplan een benadering van de werkelijkheid is. Dit betekent dat de werkelijke ontwikkeling van de dekkingsgraad in positieve of negatieve zin kan afwijken van het verwachte herstelpad, waardoor de financiële positie van het fonds zich sneller of langzamer kan herstellen dan voorzien. De belangrijkste uitkomsten zijn: • in de vijfjaarsperiode 2009-2013 zal er geen sprake zijn van toeslagverlening. Dit geldt naar verwachting ook nog voor het jaar 2014. • het beleggingsbeleid wordt niet aangepast. Herstelkracht op korte termijn Uit het herstelplan blijkt herstelkracht. Bij het totstandkomen van het herstelplan is voldoen aan de wettelijke eisen en evenwichtige belangenbehartiging het uitgangspunt. Uit het herstelplan blijkt dat het fonds binnen 5 jaar voldoet aan de wettelijke eisen ten aanzien van minimaal vereist eigen vermogen. Bijbehorende dekkingsgraad voor het fonds bedraagt 104,2%. Herstelkracht op lange termijn Uit het herstelplan blijkt dat het fonds binnen 15 jaar voldoet aan de wettelijke eisen ten aanzien van het vereist eigen vermogen (VEV). Bij het herstelplan is uitgegaan van een gemiddeld lange termijn rendement, dit verwachte rendement moet in belangrijke mate bijdragen aan het herstel.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
26
ACTUARIËLE PARAGRAAF Actuariële analyse De actuariële analyse van het saldo van baten en lasten kan als volgt worden weergegeven: (In duizenden Euro’s)
Premieresultaat Premiebijdragen (na aftrek kostenopslag) Pensioenopbouw Totaal premieresultaat Onttrekking uit voorziening pensioenverplichtingen voor kosten mbt pensioenuitvoering Totaal premieresultaat incl. kosten Interestresultaat Beleggingsresultaten Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Indexering en overige toeslagen Wijziging marktrente Totaal intrestresultaat Overig resultaat Resultaat op waardeoverdrachten (saldo overdracht van rechten) Resultaat op kanssystemen (overige wijzigingen) Overige lasten Totaal overige resultaat Totaal saldo van baten en lasten Tabel 11; Actuariële analyse resultaat
2008 EUR
2007 EUR
2006 EUR
20.029 -14.790 5.239 -515
18.338 -13.730 4.608 - 761
18.858 -16.404 2.454 - 289
4.724
3.847
2.165
-55.067 -26.109 -2.829 -110.540 -194.545
-19.474 -25.602 -15.140 44.040 -16.176
45.644 -26.371 -6.497 21.475 34.251
218
309
1.356
47 -1.236 -971
74 - 395 - 12
207 - 838 725
-190.792
-12.341
37.141
Uitkomsten van de solvabiliteitstoets Het pensioenfonds verkeert in een situatie van zowel reservetekort als een dekkingstekort. Dit tekort is door het pensioenfonds gemeld aan DNB. Naar aanleiding van de tekortsituatie is vervolgens op 31 maart 2009 conform de wettelijke vereisten door het fonds een herstelplan ingediend bij DNB.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
27
Oordeel van de externe actuaris over de financiële positie De waarmerkend actuaris verklaart in zijn actuariële verklaring dat per 31 december 2008 is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de PW, met uitzondering van artikelen 131, 132 en 133, en dat de vermogenspositie naar zijn mening onvoldoende is vanwege een dekkingstekort. Hiermee verklaart de waarmerkend actuaris: •
dat de voorzieningen naar zijn mening toereikend zijn vastgesteld;
•
het eigen vermogen van het pensioenfonds op de balansdatum lager is dan het het wettelijk vereist eigen vermogen en ook lager dan het minimaal vereist eigen vermogen;
•
het pensioenfonds zich derhalve in een situatie van zowel een reservetekort als een dekkingstekort bevindt;
•
de omvang van het dekkingstekort zodanig is dat de technische voorzieningen van het pensioenfonds op de balansdatum niet volledig door waarden zijn gedekt;
•
dat de tekortsituatie gemeld is aan DNB en daarop tijdig een herstelplan is opgesteld en ingediend bij de toezichthouder;
•
dat de ontvangen premie over boekjaar 2008 kostendekkend is;
•
dat er geen aanwijzingen zijn te veronderstellen dat het beleggingsbeleid niet voldoet aan de prudentperson regel;
•
dat het pensioenfonds geen leningen is aangegaan anders dan voor liquiditeitsdoeleinden en niet namens derde partijen optreedt als garant.
Voor herstel is het pensioenfonds in belangrijke mate afhankelijk van toekomstige overrendementen en een stijging van de nominale marktrente naar een niveau dat hoger is dan de situatie per einde 2008. Deze mogelijkheden tot herstel maken, naast het tijdelijk afzien van toeslagverlening, beide onderdeel uit van het herstelplan dat is ingediend bij de toezichthouder.
Hengelo, 22 april 2009 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland Het Bestuur
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
28
JAARREKENING BALANS PER 31 DECEMBER 2008 (na voorgestelde bestemming saldo baten en lasten)
(In duizenden Euro’s)
Toelichting
2008
2007
30.432 156.814 369.594 66.818 28.560
42.085 230.885 379.401 5.966 0
Activa Beleggingen voor risico pensioenfonds • Vastgoedbeleggingen • Aandelen • Vastrentende waarden • Derivaten • Cashfunds
4a 4b 4c 4d 4e
Vorderingen en overlopende activa
5
2.238
6.627
Overige activa • Liquide middelen
6
3.738
1.583
658.194
666.547
Totaal Activa Passiva Stichtingskapitaal en reserves • Algemene reserve
7
-48.479
142.313
Technische voorzieningen
8
655.698
521.205
Overige technische voorzieningen: • Invaliditeitsvoorziening
8
477
544
Overige schulden en overlopende passiva
9
50.498
2.485
658.194
666.547
Totaal Passiva Dekkingsgraad (in %) Tabel 12; Balans ultimo 2008 met vergelijkende cijfers ultimo 2007
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
92,6%
127,3%
29
STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008 (In duizenden Euro’s)
Toelichting
2008 EUR
2007 EUR
20.881
19.130
0
0
13.201 -68.268
18.419 -37.681
310
11
-33.876
-121
Baten Premiebijdragen (van werkgevers en werknemers)
10
Premiebijdragen risico deelnemers Beleggingsresultaten risico pensioenfonds • Directe beleggingsopbrengsten • Indirecte beleggingsopbrengsten
11
Overige baten
12
Totaal baten
Lasten Pensioenuitkeringen
13
21.214
18.832
Pensioenuitvoeringskosten
14
1.293
1.416
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico van het pensioenfonds • • • • • • •
Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging Onttrekkingen voor pensioenuitkeringen Wijzigingen marktrente Wijzigingen uit hoofde van overdracht rechten Overige mutatie voorziening pensioenverplichtingen
15 16 17 18 19 20 21
14.790 2.829 26.109 -21.298 110.540 -201 1.657
13.730 15.140 22.895 -18.766 -44.040 -2.723 3.847
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico van deelnemers
22
0
-737
Saldo overdrachten van rechten
23
-17
2.626
Overige lasten
24
0
0
156.916
12.220
-190.792
-12.341
-190.792
-12.341
0
0
Totaal lasten Saldo van baten en lasten Bestemming van het saldo van baten en lasten Wettelijke en statutaire reserves (algemene reserve)
Totaal Bestemming van het saldo van baten en lasten Tabel 13; Staat van baten en lasten 2008
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
30
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2008 (In duizenden Euro’s)
2008
2007
EUR
EUR
20.881 0 17 -21.214 -1.293 4.082
19.130 742 -2.626 -18.832 -1.416 -4.567
2.473
-7.569
760.137 3.568 14.249 -781.054 -1.048 310 3.520
173.771 -3.534 19.548 -179.526 -1.129 6 -107
-318
9.029
2.155
1.460
Mutatie liquide middelen
2.155
1.460
Saldo liquide middelen begin boekjaar
1.583
123
Saldo liquide middelen ultimo jaar
3.738
1.583
Kasstroom uit pensioenactiviteiten Ontvangen premies Verkopen a la carte Waardeoverdrachten Betaalde pensioenuitkeringen Betaalde pensioenuitvoeringskosten Mutaties vorderingen /schulden Totaal kasstroom uit pensioenactiviteiten
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Verkopen en aflossingen van beleggingen Overige mutaties beleggingen Ontvangen directe beleggingsopbrengsten Aankopen beleggingen Betaalde kosten van vermogensbeheer Overige baten Mutaties vorderingen /schulden Totaal kasstroom uit beleggingsactiviteiten
Netto-kasstroom Koers -en omrekeningsverschillen op liquide middelen
Tabel 14; Kasstroomoverzicht over 2008
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
31
Toelichting behorende tot de jaarrekening 2008 TOELICHTING BALANS 2008 1
Inleiding
Het doel van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland, statutair gevestigd te Hengelo (hierna “het fonds”) is het nu en in de toekomst verstrekken van uitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden ter zake van ouderdom en overlijden; tevens verstrekt het fonds uitkeringen aan arbeidsongeschikte deelnemers.
2
Overeenstemmingsverklaring
De Jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen zoals deze zijn opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW en met inachtneming van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Het bestuur heeft op 22 april 2009 de jaarrekening opgemaakt.
3
Grondslagen voor de waardering en resultaatbepaling
(a)
Algemeen
Alle bedragen zijn vermeld in euro’s. Beleggingen en pensioenverplichtingen worden gewaardeerd op actuele waarde. Overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij anders vermeld. Baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop deze betrekking hebben.
(b)
Schattingen en veronderstellingen
De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De schattingen en hiermee verbonden veronderstellingen zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en verschillende andere factoren die gegeven de omstandigheden als redelijk worden beschouwd. De uitkomsten hiervan vormen de basis voor het oordeel over de boekwaarde van activa en verplichtingen die niet op eenvoudige wijze uit andere bronnen blijkt. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien, indien de herziening alleen voor die periode gevolgen heeft, of in de periode van herziening en toekomstige perioden, indien de herziening gevolgen heeft voor zowel de verslagperiode als toekomstige perioden.
(c)
Opname van een actief of een verplichting
Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar het pensioenfonds zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Baten worden in de rekening van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economische potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economische potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
32
Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of een verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. Dit betekent dat transacties worden verwerkt op handelsdatum en niet op afwikkelingsdatum. Als gevolg hiervan kan sprake zijn van een post “nog af te wikkelen transacties”. Deze post kan zowel een actief als een passief zijn.
(d)
Saldering van een actief en een verplichting
Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen indien sprake is van een wettelijke of contractuele bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd en gelijktijdig af te wikkelen en bovendien de intentie bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen. De met de gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële verplichtingen samenhangende rentebaten en rentelasten worden eveneens gesaldeerd opgenomen.
(e)
Verwerking van waardeveranderingen van beleggingen
Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen gerealiseerde en ongerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Alle waardeveranderingen van beleggingen, inclusief valutakoersverschillen, worden als beleggingsopbrengsten in de rekening van baten en lasten opgenomen.
(f)
Vreemde valuta
Activa en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend naar euro’s tegen de koers per balansdatum. Deze waardering is onderdeel van de waardering tegen reële waarde. Baten en lasten voortvloeiende uit transacties in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum. De koers per balansdatum staat per vreemde valuta in onderstaande tabel weergegeven: 31 december 2008
31 december 2007
31 december 2006
€ 0,71940 € 1,04559 € 0,00789
€ 0,68397 € 1,36151 € 0,00612
€ 0,75835 € 1,48421 € 0,00636
USD GBP JPN
Tabel 15; Vreemde valutakoers ultimo jaar
(g)
Beleggingen
(g.1)
Algemeen
Beleggingen worden gewaardeerd op actuele waarde, in lijn met de Pensioenwet. Participaties in beleggingsinstellingen, die gespecialiseerd zijn in een bepaalde soort beleggingen worden gerubriceerd en gewaardeerd volgens de grondslagen voor dat soort beleggingen. Beleggingen voor risico pensioenfonds en voor risico deelnemers worden op dezelfde wijze gewaardeerd.
(g.2)
Vastgoedbeleggingen
Beleggingen in beursgenoteerde (indirecte) vastgoedfondsen worden gewaardeerd tegen actuele waarde, zijnde de per balansdatum geldende beurskoers.
(g.3)
Aandelen
Beursgenoteerde aandelen en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
33
(g.4)
Vastrentende waarden
Beursgenoteerde vastrentende waarden en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoersen.
(g.5)
Derivaten
Derivaten worden gewaardeerd op reële waarde, te weten de relevante marktnotering of, als die er niet is, de waarde die wordt bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen.
(g.6)
Cashfunds
Het ILF waarin de collateral van de swap overlay portefeuille wordt belegd is een zogeheten stable nav fonds met een vaste koers van 1 Euro of 1 USD. De rente wordt dagelijks geaccumuleerd en in nieuwe participaties uitgekeerd.
(h)
Vorderingen en overlopende activa
Voor zover noodzakelijk is een voorziening voor oninbaarheid in mindering gebracht.
(i)
Technische voorzieningen
(i.1)
Voorziening pensioenverplichtingen
De voorziening voor pensioenverplichtingen wordt gewaardeerd op actuele waarde (marktwaarde). De actuele waarde wordt bepaald op basis van de contante waarde van de beste inschatting van toekomstige kasstromen die samenhangen met de op balansdatum onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen. Onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen zijn de opgebouwde nominale aanspraken en de onvoorwaardelijke (indexatie)toezeggingen. De contante waarde wordt bepaald met gebruikmaking van de marktrente. Bij de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen is uitgegaan van de op de balansdatum geldende pensioenreglementen en van de over de verstreken deelnemersjaren verworven aanspraken. Jaarlijks wordt door het bestuur besloten of de opgebouwde pensioenaanspraken worden geïndexeerd. Alle per balansdatum bestaande indexatiebesluiten (ook voor indexatiebesluiten na balansdatum voorzover sprake is van ex ante condities) zijn in de berekening begrepen. Er wordt geen rekening gehouden met toekomstige salarisontwikkelingen. Bij de berekening van de voorziening wordt rekening gehouden met premievrije pensioenopbouw in verband met invaliditeit door middel van reservering van de toekomstige opbouw. Bij de bepaling van de actuariële uitgangspunten wordt uitgegaan van voor de toezichthouder acceptabele grondslagen, waarbij rekening wordt gehouden met de voorzienbare trend in overlevingskansen. De berekeningen zijn uitgevoerd op basis van de volgende actuariële grondslagen en veronderstellingen: • Marktrente: gebaseerd op de rentetermijnstructuur zoals maandelijks gepubliceerd door DNB. In de technische analyse is rekening gehouden met een vaste rekenrente van 4,85%. Einde 2008 is de Technische Voorziening omgerekend naar een vaste rekenrente van 3,57%, die overeenkomt met de termijnstructuur van de marktrente per 31 December 2008; • Overlevingstafels: GBM/GBV 2000-2005 met een leeftijdsterugstelling van 5 respectievelijk 2 jaar voor mannen en vrouwen; Deze tafels zijn een benadering van de tafels “prognosetafel 2005 – 2050”, met een correctie op de overlevingskansen om het verschil tussen de beroepsbevolking en de gehele bevolking in aanmerking te nemen. • Niet-ingegaan wezenpensioen 5% van de voorziening van niet-ingegaan partnerpensioen voor nog niet gepensioneerde deelnemers; • Verondersteld wordt dat alle deelnemers een partner te hebben; Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
34
• Voor latente pensioenverplichtingen jegens partners van (gewezen) deelnemers wordt het leeftijdsverschil tussen man en vrouw op drie jaar gesteld; • Kostenopslag van de voorziening voor pensioenverplichtingen is per actieve 500 Euro en per gepensioneerde 750 Euro.
(i.2)
Overige technische voorzieningen
Onder het hoofd Overige technische voorzieningen worden voorzieningen opgenomen voor met de pensioenverplichtingen samenhangende risico’s voorzover niet opgenomen in de berekening van de pensioenvoorziening. Bijvoorbeeld arbeidsongeschiktheiduitkeringen, rendementsgarantie pensioenverplichtingen voor risico deelnemer of overige uitkeringen.
(j)
Algemene grondslagen resultaatbepaling
Voor zover niet anders vermeld worden baten en lasten verwerkt in het resultaat van het jaar, waarop zij betrekking hebben.
(k)
Premies
Premies worden toegerekend aan het jaar waarin zij zijn vastgesteld respectievelijk bekend geworden.
(l)
Beleggingsopbrengsten
Onder de directe beleggingsopbrengsten wordt verstaan alle aan het boekjaar toe te rekenen inkomsten uit beleggingen, zijnde dividend van aandelen en de aan het boekjaar toe te rekenen rentebedragen van obligaties, leningen op schuldbekentenis en liquide middelen. Onder indirecte beleggingsopbrengsten wordt verstaan de verandering in de waarde van beleggingen. Met de directe beleggingsopbrengsten zijn verrekend de aan de opbrengsten gerelateerde vermogensbeheerkosten.
(m)
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is conform de indirecte methode opgesteld. Dit houdt in dat alle ontvangsten en uitgaven ook als zodanig worden gepresenteerd. Onderscheid wordt gemaakt tussen kasstromen uit pensioenuitvoeringsactiviteiten en beleggingsactiviteiten.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
35
4
Beleggingen
(a)
Actuele waarde
Algemeen In de volgende tabel wordt het mutatieoverzicht van beleggingen in 2007 en 2008 weergegeven: (In duizenden Euro’s) Vastgoed
Aandelen
Vastrentende waarden
Derivaten
Stand per 31 december 2006
67.236
257.059
356.926
5.604
686.825
Aankopen
24.502
14.760
140.265
0
179.527
Verkopen
-33.263
-38.582
-100.603
0
-172.448
48
-6.280
7.220
-2.311
-1.323
-16.485
3.386
-26.483
1.902
-37.680
-97
-97
868
1.859
Verkoopresultaten Waardewijzigingen Herrubricering derivaten naar overige schulden Allocatie Liquide middelen
Cashfunds
Totaal
47
542
402
Stand per 31 december 2007
42.085
230.885
379.401
5.966
Aankopen
31.475
40.897
708.682
0
781.054
Verkopen
-27.983
-26.762
-735.957
0
-790.702
1.790
6.473
21.222
1.328
30.813
-17.191
-94.830
-2.437
45.941
-68.517
16.242
16.242
Lopende interest vastrentende waarden
Verkoopresultaten Waardewijzigingen
1.674
Herrubricering derivaten naar overige schulden
1.674
Cash funds Allocatie Liquide middelen uit voorgaande jaren Allocatie Liquide middelen
28.560
658.337
28.560
-184
-2.117
-1.568
-3.388
-7.257
440
2.268
5.346
729
8.783
Lopende interest vastrentende waarden Stand per 31 december 2008
0
-5.095 30.432
156.814
369.594
-5.095 66.818
28.560
652.218
Tabel 16; Totaal beleggingen
De tijdelijke banksaldi, die door beleggingsinstellingen worden aangehouden ten behoeve van beleggingstransacties en die niet direct zijn te relateren aan een categorie van beleggingen, zijn naar rato van de beleggingen gealloceerd aan de diverse categorieën van beleggingen. Het relatief hoge bedrag aan aankopen en verkopen in 2008 wordt grotendeels verklaard door het feit dat met ingang van maart 2008 het renterisico op een andere wijze is afgedekt dan voorheen, hierbij is de mate van afdekking ook licht toegenomen. Voorheen had het fonds het renterisico in belangrijke mate afgedekt door staatsobligaties met een lange looptijd aan te houden, zo'n 85% van de vastrentende portefeuille bestond uit dergelijke langlopende staatsobligaties. Vanaf maart 2008 bestaat de vastrentende portefeuille uit vastrentende waarden met een gemiddeld kortere looptijd, de benchmarks en beleggingsmandaten voor de vastrentende portefeuille zijn met ingang van maart 2008 gewijzigd. Aanvullend op deze vastrentende portefeuille zijn er renteswaps afgesloten om zo het renterisico van het fonds af te dekken. Er is voor gekozen om het renterisico voor 70 procent af te dekken met als doel om 70% van een eventuele waardedaling of -stijging van de verplichtingen te compenseren met een equivalente waardedaling- of stijging van de vastrentende portefeuille en swap overlay portefeuille. Hierbij zijn voor verschillende looptijden renteswaps afgesloten die de toekomstige kasstromen van de verplichtingen van het Thales Pensioenfonds zeer goed benaderen. Op dagbasis wordt gemonitored of er veranderingen zijn in de rentetermijnstructuur die relevant zijn voor de verplichtingen, hierbij wordt gekeken naar verschillende punten op de rentetecurve. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
36
Indien de totale mate van afdekking meer dan + of - 3% afwijkt van 70 procent dan worden er aanpassingen aangebracht in de renteswaps zodanig dat mate van afdekking weer binnen de toegestane marges valt, hetgeen contractueel is vastgelegd.
Schattingen en oordelen Zoals vermeld in de toelichting zijn de beleggingen van het fonds nagenoeg allemaal gewaardeerd tegen actuele waarde per balansdatum en is het over het algemeen mogelijk en gebruikelijk om de actuele waarde binnen een aanvaardbare bandbreedte van schattingen vast te stellen. Voor sommige andere financiële instrumenten, zoals beleggingsvorderingen en - schulden, geldt dat de boekwaarde de actuele waarde benadert als gevolg van het korte termijn karakter van de vorderingen en schulden. De boekwaarde van alle activa en de financiële verplichtingen op balansdatum benadert de actuele waarde. (In duizenden Euro’s)
Markt Directe Marktnoteringen
Afgeleide Marktnoteringen
EUR
EUR
Modellen Waarderingsmodellen en -technieken niet gebaseerd op marktdata EUR
Totaal
EUR
Per 31 december 2007 Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen
42.085 230.855 171.855 5.966
207.546
42.085 230.855 379.401 5.966 1.583
1.583 209.129
450.761
-
659.890
19.473 156.814 145.401 50.401
10.959
372.089
10.959
30.432 156.814 369.594 50.401 28.560 3.738 639.539
Per 31 december 2008 Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Cash funds Liquide middelen
224.193
28.560 3.738 256.491 Tabel 17; Totaal beleggingen (incl. liquide middelen)
Op basis van de valuation-rapporten per eind december, kan de verdeling naar regio worden gemaakt, deze is weergegeven in onderstaande tabel: (In duizenden Euro’s)
EU Rest van Europa Noord-Amerika Japan Zuidoost-Azie Andere Totaal beleggingen naar regio Tabel 18; Totaal beleggingen naar regio
Ultimo 2008 EUR 388.789 40,146 69.671 12.109 25.326 10.012 546.053
% 71,2% 7,4% 12,8% 2,2% 4,6% 1,8% 100,0%
Ultimo 2007 EUR 464.701 54.923 69.806 24.317 27.622 1.334 642.703
Het verschil tussen het totaal beleggingen (tabel 17) en totaal beleggingen naar regio heeft met name betrekking op derivaten , cashfunds en liquide middelen.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
37
% 72,3% 8,5% 10,9% 3,8% 4,3% 0,2% 100,0%
(b)
Vastgoedbeleggingen
(In duizenden Euro’s)
2008 EUR 440 29.992
2007 EUR 184 41.901
30.432
42.085
Ultimo 2008 EUR % 19.429 64,8% 209 0,7% 4.416 14,8% 906 3,0% 3.791 12,6% 1.241 4,1% 29.992 100,0% 440 30.432 100,0%
Ultimo 2007 EUR % 21.399 50,0% 14.171 33,8% 2.167 5,2% 1.080 2,6% 0 0% 3.084 7,4% 41.901 100% 184 42.085 100,0%
Liquide middelen tbv vastgoed beleggingen Indirect vastgoed (participaties in beleggingsfondsen) Totaal vastgoedbeleggingen Tabel 19; Vastgoedbeleggingen
De segmentatie van vastgoed naar regio is als volgt: (in duizenden Euro’s)
EU Overig Europa Verenigde Staten Japan Azië Overige Totaal vastgoedbeleggingen Gealloceerd liquide middelen Totaal vastgoedbeleggingen incl. liquide middelen Tabel 20; Beleggingen in vastgoed naar regio
Thales belegt in het fonds voor gemene rekening “indirect Real Estate Europe”. Dit fonds belegt op haar beurt geheel in beursgenoteerde vastgoedfondsen.
(c.)
Aandelen
(in duizenden Euro’s)
2008 EUR 2.268 140.964 13.582 156.814
Liquide middelen tbv aandelen Aandelen mature markets Aandelen emerging markets Totaal Aandelen gesplitst naar markten Tabel 21; Aandelen gesplitst naar markten
2007 EUR 2.117 198.007 30.761 230.885
De segmentatie van aandelen naar regio is als volgt: (in duizenden Euro’s)
EU Overige Europa Noord Amerika Japan Azië Overige Totaal beleggingen in aandelen Gealloceerd liquide middelen Totaal beleggingen aandelen incl. liquide middelen Tabel 22; Segmentatie beleggingen in aandelen naar regio
(d)
Ultimo 2008 EUR 57.279 10.973 49.539 7.617 21.152 7.986 154.546 2.268 156.814
% 37,1% 7,1% 32,1% 4,9% 13,7% 5,2% 100.0%
Ultimo 2007 EUR 107.821 4.400 67.224 23.237 26.086 228.768 2.117 230.885
% 47,1% 1,9% 29,4% 10,2% 11,4% 100,0%
Vastrentende waarden
(in duizenden Euro’s)
Liquide middelen tbv vastrentende waarden Obligaties Lopende interest Credit funds Obligatie beleggingsfondsen Totaal beleggingen vastrentende waarden Tabel 23; Beleggingen in vastrentende waarden Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
2008 EUR 5.346 213.863 4.983 145.402 369.594
2007 EUR 1.568 298.699 10.078 69.056 379.401
38
De segmentatie van de vastrentende waarde naar regio is als volgt: (in duizenden Euro’s)
EU Overige Europa Noord-amerika Japan Azië Overige
Ultimo 2008 EUR
Ultimo 2007 EUR
%
%
338.522 42 15.716 3.586 384 3.267
93,6% 0,0% 4,3% 1,0% 0,1% 0,9%
335.481 36.352 415 1.536 -1.750
90,2% 9,8% 0,1% 0,0% 0,4% -0,5%
361.517
100,0%
372.034
100,0%
Tabel 24; Segmentatie beleggingen in vastrentende waarden naar regio
(e.)
Derivaten
In het saldo van derivaten zijn alleen de contracten opgenomen, die een positieve actuele waarde hebben. De negatieve actuele waarde van de contracten op aandelen derivaten en vastrentende derivaten per 31 december 2008 was 16.417 k Euro. Ultimo 2007 was de totaalwaarde van de contracten met een negatieve actuele waarde 175 k Euro. De derivaten met een negatieve waarde zijn opgenomen onder overige schulden (zie paragraaf 12 Overige schulden en overlopende passiva) In de volgende tabel worden zowel de positieve als de negatieve actuele waarden van de derivaten weergegeven. (in duizenden Euro’s)
Liquide middelen tbv derivaten Valutaderivaten Aandelenderivaten Vastrentende derivaten Totaal derivaten Tabel 25; Derivaten
5
EUR positief 729 3.311 2.220 60.558 66.818
2008 EUR negatief
-2.220 -14.197 -16.417
EUR Saldo 729 3.311 46.361 50.401
EUR positief 3.388 2.004 491 83 5.966
2007 EUR negatief
-175 - 175
EUR Saldo 3.388 2.004 316 83 5.791
Vorderingen en overlopende activa
(in duizenden Euro’s)
Vordering op sponsor(s) Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering Waardeoverdrachten / inkoopsommen Overige vorderingen Overlopende activa Stand per 31 december Tabel 26; Vorderingen en overlopende activa
2008 EUR 1.588 548 94 8 2.238
2007 EUR 3.398 167 2.941 121 6.627
2008 EUR 3.738 3.738
2007 EUR 1.583 1.583
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd van korter dan één jaar.
6
Liquide middelen
(in duizenden Euro’s)
Liquide middelen bank saldo Stand per 31 december Tabel 27; Overige activa
Onder de liquide middelen worden opgenomen die kasmiddelen en tegoeden op bankrekeningen, die onmiddellijk dan wel op korte termijn opeisbaar zijn.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
39
7
Stichtingskapitaal en reserves
(in duizenden Euro’s)
Stand per 1 januari 2006 Uit bestemming saldo van baten en lasten Overige Stand per 31 december 2006 Cumulatief effect stelselwijziging Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 31 december 2007 Uit bestemming saldo van baten en lasten Stand per 31 december 2008 Tabel 28; Stichtingskapitaal en reserves
Stichtingskapitaal EUR -
Algemene reserve EUR 124.473 37.141 57 161.671 -7.017 -12.341 142.313 -190.792 -48.479
Totaal EUR 124.473 37.141 57 161.671 -7.017 -12.341 142.313 -190.792 -48.479
In 2008 zijn de beleggingsreserve en de algemene reserve samengevoegd. De vergelijkende cijfers 2007 zijn ook aangepast.
Solvabiliteit (in duizenden Euro’s)
Minimaal vereist eigen vermogen Vereist eigen vermogen Aanwezig eigen vermogen
2008 EUR 27.734 72.278 -48.479
2007 EUR 26.087 89.648 142.313
Tabel 29; Solvabiliteit
De vermogenpositie van het pensioenfonds kan worden gekarakteriseerd als een dekkingstekort. Voor de berekening van het vereist eigen vermogen wordt gebruik gemaakt van het standaardmodel.
Herstelplan Gezien het aanwezige dekkingstekort per ultimo 2008 heeft het fonds een herstelplan opgesteld. Het plan is op 31 maart 2009 ingediend bij DNB. Uiterlijk 1 juli 2009 zal het herstelplan door DNB zijn getoetst. Uit het herstelplan blijkt dat het fonds binnen 5 jaar voldoet aan de wettelijke eisen ten aanzien van minimaal vereist eigen vermogen.Voor een toelichting op het herstelplan wordt verwezen naar pagina 26.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
40
8
Technische voorzieningen
(in duizenden Euro’s)
2008 EUR 655.698 477 656.175
Voorziening voor pensioenverplichtingen Overige technische voorzieningen (arbeidsongeschiktheid) Totaal technische voorzieningen Tabel 30; Technische voorzieningen
2007 EUR 521.205 544 521.749
Het mutatieoverzicht voor de voorziening voor pensioenverplichtingen is als volgt: (in duizenden Euro’s)
Stand 31 december Introductie sterftetrend (toekomstige sterfteontwikkeling) Introductie marktrente ad 4,27% in plaats van 4% Opname kostenvoorziening Stand 1 januari incl. effect stelselwijziging Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging (2008 op basis van 4,85%) Onttrekking voor pensioenuitkeringen Wijziging marktrente (2008: van 4,85% naar 3,57%) Wijziging actuariële uitgangspunten Saldo van inkomende en uitgaande waardeoverdrachten Overige wijzigingen Stand 31 december Tabel 31; Mutatieoverzicht voorziening voor pensioenverplichtingen
2008 EUR 521.205 521.205
2007 EUR 524.649 24.654 -20.549 2.368 531.122
14.585 2.829 26.109 -21.298 110.540 -201 1.929 655.698
13.730 15.140 22.895 -18.766 -44.040 -2.723 3.847 521.205
Ultimo boekjaar bedraagt de gemiddeld gewogen discontovoet 3,57% (2007: 4,85%). Voor een toelichting op de verschillende posten wordt verwezen naar de toelichting op de verschillende posten uit de staat van baten en lasten. Het mutatieoverzicht voor de overige technische voorzieningen is als volgt: (in duizenden Euro’s)
2008 EUR 544 544 -67 477
Stand 1 januari Stelselwijziging per 1 januari Stand 1 januari incl. effect stelselwijziging Onttrekkingen Stand 31 december Tabel 32; Mutatieoverzicht overige technische voorzieningen
2007 EUR 544 544 544
Momenteel is de (overige technische) voorziening Invalidering, ter grootte van 477k Euro, in de Technische Voorziening opgenomen. Deze voorziening dient ter dekking van de lasten uit hoofde van de actieve deelnemers, die op balansdatum ziek zijn en naar verwachting arbeidsongeschikt verklaard zullen worden. De technische voorziening voor pensioenverplichtingen is naar categorieën deelnemers als volgt samengesteld: (in duizenden Euro’s)
2008 EUR 315.573 270.026 67.997 653.596 2.579 656.175
2007 EUR 269.489 202.073 47.682 519.244 2.505 521.749
Actieve deelnemers Pensioengerechtigden Gewezen deelnemers Netto pensioenverplichtingen Toekomstige kosten uitvoering pensioenregeling Technische voorziening pensioenverplichtingen Tabel 33; Categorie deelnemers in technische voorziening pensioenverplichtingen
De benodigde technische voorziening zoals deze gepresenteerd is, gaat uit van voortzetting van de uitvoeringsovereenkomst. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
41
Korte beschrijving van de pensioenregeling De pensioenregeling kan worden gekenmerkt als een voorwaardelijk geïndexeerde middelloonregeling met een pensioenleeftijd van 65 jaar. Voor mensen geboren vóór 1950 is de pensioenleeftijd 62 jaar. Jaarlijks wordt een aanspraak op ouderdomspensioen opgebouwd van 2,20% van de in dat jaar geldende pensioengrondslag. De pensioengrondslag is gelijk aan het bruto jaarsalaris inclusief vakantie-uitkering onder aftrek van een franchise. De franchise wordt jaarlijks vastgesteld. Tevens bestaat er recht op nabestaanden- en wezenpensioen. Jaarlijks beslist het bestuur van het fonds de mate waarin de opgebouwde aanspraken worden geïndexeerd. Overeenkomstig artikel 10 van de Pensioenwet kwalificeert de pensioenregeling als een uitkeringsovereenkomst.
Toeslagverlening De mate van toeslagverlening wordt jaarlijks door het bestuur vastgesteld en is afhankelijk van de financiële positie van het pensioenfonds. De premie bevat geen opslag ten behoeve van het toeslagbeleid. Bovendien wordt er door het pensioenfonds geen reserve aangehouden om in de toekomst toeslagen te kunnen verlenen. Er bestaat geen recht op toeslagen. Met betrekking tot de mate van de feitelijke toekenning hanteert het bestuur de onderstaande beleidsstaffel als leidraad. Deze staffel geldt slechts als uitgangspunt; bij de jaarlijkse besluitvorming zal het bestuur andere relevante economische omstandigheden (zoals economische vooruitzichten en verwachte bestandsontwikkeling) in ogenschouw nemen. De inhoud van de beleidsstaffel luidt als volgt: • Bij een dekkingsgraad van meer dan 135% kan tot het inhalen van niet verleende toeslagen uit het verleden worden overgegaan. • Bij een dekkingsgraad van meer dan 125% wordt een volledige toeslag verleend. • Bij een dekkingsgraad van meer dan 105% maar minder dan 125% wordt een toeslag van pro rata parte verleend. • Bij een dekkingsgraad van 105% of minder wordt geen toeslag verleend. Solvabiliteitsvrijval wordt beschouwd als premiekorting. Premiekorting uitsluitend verbandhoudend met die solvabiliteitsvrijval is mogelijk bij een dekkingsgraad van meer dan 135% nadat alle niet verleende toeslagen over de afgelopen 10 jaar zijn ingelopen. Verdere premiekorting is mogelijk als de dekkingsgraad zich boven de 150% bevindt. In dat geval kan het bestuur ook besluiten tot het toekennen van extra toeslagen. Feitelijke toekenning van toeslagen zal altijd eerst plaatsvinden na een daartoe door het bestuur genomen besluit. In lijn met de toeslagenmatrix is het (voorwaardelijke) toeslagbeleid vastgelegd in het pensioenreglement en de uitvoeringsovereenkomst. De toeslagverlening op basis van het toeslagbeleid bij het pensioenfonds wordt hiermee geclassificeerd als categorie D1 (financiering uit overrendement). Bij de communicatie over de toekenning van toeslagen, zullen de voorgeschreven teksten uit de “toeslagenmatrix” worden gehanteerd (conform de beleidsregel van DNB van 26 februari 2007). Het bestuur behoudt zich het recht voor om het toeslagbeleid aan te passen. Toekomstige wijzigingen zijn verbindend voor alle deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden. Het pensioenfonds streeft er naar om: • de tijdens het deelnemerschap opgebouwde aanspraken van de actieve deelnemers jaarlijks per 1 januari (maximaal) te verhogen op basis van algemene loonontwikkeling binnen de CAO-Metalektro; • de premievrije en ingegane pensioenen jaarlijks (maximaal) te verhogen met de relatieve stijging van het prijsindexcijfer. Het pensioenfonds streeft naar een toeslagverlening die gemiddeld minimaal gelijkwaardig is aan die van Bedrijfstakpensioenfonds PME. De pensioenrechten en pensioenaanspraken van de actieve deelnemers in de middelloonregeling zijn dit jaar verhoogd met 4,29% (2007; 0%).
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
42
Voor degenen die geen deelnemer meer zijn, is het opgebouwde pensioen in de middelloonregeling dit jaar verhoogd met 1,29% (2007; 1,72%). Voor degenen die geen deelnemer meer zijn, is het opgebouwde pensioen in de eindloonregeling dit jaar verhoogd met 1,74% (2007: 1,53%). Het bestuur heeft in de vergadering van 9 december 2008 besloten tot geen indexatie van de pensioenaanspraken per 1 januari 2009 en per 1 april 2009 (eindloon).
Inhaalindexaties Onder bepaalde omstandigheden kunnen inhaalindexaties worden toegekend. Inhaalindexaties zijn indexaties die worden toegezegd, voorzover in het verleden niet voor 100% is geïndexeerd. Om inhaalindexaties te kunnen toekennen is een hoge dekkingsgraad vereist. Het bestuur van het fonds heeft toegezegd om elk jaar een specificatie te geven van het verschil tussen de volledige en de werkelijk toegekende indexatie. Voor de premievrije deelnemers en de middelloon gepensioneerden is deze specificatie in de volgende tabel opgenomen.
Jaar 2006 Jaar 2007 Jaar 2008 Tabel 34; Indexatie %’s
9
Volledige indexatie %
Toegekende indexatie %
Verschil
1,38% 1,72% 1,29%
1,10% 1,72% 1,29%
0,28% 0,00% 0,00%
Overige schulden en overlopende passiva
(in duizenden Euro’s)
Derivaten Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering Belastingen en premies sociale verzekeringen Waardeoverdrachten Overige schulden Collateral Stand per 31 december Tabel 35; Overige schulden en overlopende passiva
2008 EUR 16.417 618 512 278 714 31.959 50.498
2007 EUR 175 474 532 1.304 2.485
Alle schulden hebben een resterende looptijd van korter dan één jaar. Voor de in portefeuille aanwezige swaps wordt collateral ontvangen, welke wordt herbelegd in ILF cash funds.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
43
BELEID EN RISICOBEHEER Het bestuur beschikt over een aantal beleidsinstrumenten ten behoeve van het beheersen van deze risico’s. Deze beleidsinstrumenten betreffen beleggingsbeleid, premiebeleid en indexatiebeleid. De keuze en toepassing van beleidsinstrumenten vindt plaats na uitvoerige analyses ten aanzien van te verwachten ontwikkelingen van de verplichtingen en de financiële markten. Daarbij wordt onder meer gebruikgemaakt van ALM-studies. Een ALM-studie is een analyse van de structuur van de pensioenverplichtingen, van verschillende beleggingsstrategieën en de ontwikkeling daarvan in diverse economische scenario’s. De uitkomsten van deze analyses vinden hun weerslag in jaarlijks door het bestuur vast te stellen beleggingsrichtlijnen als basis voor het uit te voeren beleggingsbeleid. De beleggingsrichtlijnen geven normen en limieten aan waarbinnen de uitvoering van het beleggingsbeleid moet plaatsvinden. Ze zijn gericht op het beheersen van de volgende belangrijkste (beleggings-) risico’s. Bij de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt gebruik gemaakt van derivaten.
Premiebeleid De financiering van de krachtens het pensioenreglement vast te stellen pensioenaanspraken geschiedt door betaling van een doorsneepremie zoals omschreven in de uitvoeringsovereenkomst tussen het pensioenfonds en de werkgever. De totale bijdrage is bepaald door het bestuur en is – gehoord de actuaris van het pensioenfonds – getoetst op adequaatheid. De doorsneepremie is nimmer lager dan de kostendekkende premie conform het Financieel Toetsingskader en wordt uitgedrukt als een percentage van de som van pensioengrondslagen van alle deelnemers. De kostendekkende premie bestaat uit de volgende elementen: 1. De actuariële benodigde (nominale) premie voor de inkoop van de onvoorwaardelijke pensioenen, waarbij het gaat om de volgende elementen: a. Comingservice koopsom voor in het jaar te verwerven pensioenaanspraak op ouderdoms- en nabestaandenpensioen (inclusief ploegentoeslag) ten behoeve van de deelnemers. b. Risicokoopsommen voor het (tijdelijk) nabestaandenpensioen. 2. Een – aan het risicoprofiel van het fonds gerelateerde – solvabiliteitsopslag op basis van de voorschriften omtrent het vereist eigen vermogen. 3. Een opslag voor uitvoeringskosten. Er wordt rekening gehouden met een additionele opslag van 6% van de (nominale) comingservice koopsom. Bij bepaling van de kostendekkende premie wordt geen rekening gehouden met een opslag ter financiering van het voorwaardelijke toeslagbeleid. Financiering van het toeslagbeleid vindt derhalve plaats op basis van overrendementen. De kostendekkende premie wordt bepaald op basis van de fondsgrondslagen. Uitgangspunt bij de bepaling van de kostendekkende premie (in enig jaar) is de gemiddelde nominale rentetermijnstructuur Financieel Toetsingskader over een periode van 5 jaar en de solvabiliteitsopslag. Beiden worden vastgesteld per 1 oktober voorafgaand aan het kalenderjaar. Met solvabiliteitsvrijval over uitkeringen wordt uitsluitend rekening gehouden indien en voor zover dat conform wet- en regelgeving is toegestaan.
Indexatiebeleid Het bestuur van het fonds heeft de ambitie om het pensioen te indexeren. De mate waarin dit kan worden gerealiseerd is afhankelijk van de ontwikkelingen in de rente, rendement, looninflatie en demografie. Uitdrukkelijk wordt opgemerkt dat de indexatietoezegging voorwaardelijk is. De zogenaamde reële dekkingsgraad geeft zicht op de mate waarin kan worden geïndexeerd (ook wel aangeduid als de indexatieruimte). Voor het bepalen van de reële dekkingsgraad worden onvoorwaardelijke nominale pensioenverplichtingen verdisconteerd tegen een reële, in plaats van de nominale rentetermijnstructuur. Omdat er op dit moment geen markt voor financiële instrumenten aanwezig, waaruit de reële rentetermijnstructuur kan worden afgeleid wordt in dit verslag geen benaderingswijze opgenomen.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
44
Risicobeheer Het bestuur heeft zijn beleid verwoord in de ABTN. Algemene leidraad voor het uitvoeren van zijn beheertaken is risicomijdend operationeel management. Onderstaand treft u de risico´s die het bestuur met prioriteit heeft aangepakt: • Actuariële risico’s • Beleggingsrisico’s • Renterisico
Actuariële risico’s Solvabiliteitsrisico Het fonds wordt bij het beheer van de pensioenverplichtingen en de financiering daarvan geconfronteerd met risico’s. De belangrijkste doelstelling van het fonds is het nakomen van de pensioentoezeggingen. Voor het realiseren van deze doelstelling wordt gestreefd naar een toereikende solvabiliteit op basis van de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Het belangrijkste risico voor het fonds betreft het solvabiliteitsrisico, ofwel het risico dat het fonds niet beschikt over voldoende vermogen ter dekking van de pensioenverplichtingen. De solvabiliteit wordt gemeten zowel op basis van algemeen geldende normen als ook naar de specifieke normen welke door de toezichthouder worden opgelegd. De belangrijkste ratio, die de solvabiliteit van een pensioenfonds weergeeft betreft de dekkingsgraad. De dekkingsgraad is in 2008 gedaald van 127,3% naar 92,6%. Dit is voornamelijk het gevolg van: • Het rendement op belegd vermogen dat 7,9% negatief is, terwijl de intresttoevoeging aan de technische voorziening 4,85% is; Het negatieve effect hiervan is deels gereduceerd door het afdekken van renterisico middels een swap-overlay; • De daling in de nominale marktrente in 2008 tot 3,57%. Indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat het fonds de premie voor de onderneming en deelnemers moet verhogen en het risico dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten. In het uiterste geval kan het noodzakelijk zijn dat het fonds verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten moet verminderen. Hoe het fonds op deze sterk dalende solvabiliteit gaat reageren, staat toegelicht op pagina 26 onder Herstelplan.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
45
Het surplus op FTK-grondslagen is als volgt: (in duizenden Euro’s)
Ultimo 2008 Strategisch mix Evenwichtssituatie
Ultimo 2008 Feitelijke mix Evenwichtssituatie EUR
Ultimo 2007
EUR
Technische voorzieningen volgens jaarrekening Overige technische voorzieningen volgens jaarrekening Aanpassingen aan actuele marktrente Aanpassingen aan verwachte stijging langleven risico Aanpassingen aan opslagen voor toekomstige kosten
655.698 477 -
655.698 477 -
521.205 544 -
Voorziening pensioenverplichtingen (FTK-waardering) (a)
656.175
656.175
521.749
29.518 84.232 33.693 7.035 19.207
11.842 56.493 19.178 22.059 19.207
34.538 63.109 20.787 1.859 15.680
Diversificatie-effect
-64.111
-56.502
-46.325
Totaal S (vereiste buffers) (b)
109.574
72.278
89.648
Vereist vermogen (art. 132 Pensioenwet) (a+b) Aanwezig vermogen (Totaal activa – schulden = pensioenvermogen) Surplus / tekort Tabel 36; Surplus/tekort op FTK-grondslagen
765.749 607.696
728.453 607.696
611.397 664.062
-158.053
-120.757
52.665
Buffers: S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S4 Grondstoffenrisico S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico
Het pensioenfonds heeft ter afdekking van risico’s bepaalde derivatencontracten afgesloten. Hiermee is bij het bepalen van de vereiste buffers op de volgende wijze rekening gehouden. Er wordt uitgegaan dat ca. 50% van de exposure in vreemde valuta wordt afgedekt. Het fonds heeft daarnaast in haar beleggingsbeleid ervoor gekozen om het renterisico voor een groot deel af te dekken. Door middel van een Swap overlay portefeuille die specifiek is afgestemd op de verplichtingen van het fonds is het renterisico voor circa 70% afgedekt. Bij de berekening van de buffers past het pensioenfonds de standaardmethode toe. Voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de feitelijke beleggingsmix in de evenwichtssituatie. In tabel 36 is de vereiste dekkingsgraad op basis van de feitelijke beleggingsmix weergegeven, deze bedraagt ultimo 2008 111,0%. Op basis van de strategische beleggingsmix bedraagt de vereiste dekkingsgraad ultimo 2008 116,7%.
Verzekeringstechnische risico’s De belangrijkste verzekeringstechnische risico’s zijn de risico’s van: • Langleven, • Overlijden en • Arbeidsongeschiktheid. Het langlevenrisico is het belangrijkste verzekeringstechnische risico. Langlevenrisico is het risico dat deelnemers langer blijven leven dan gemiddeld verondersteld wordt bij de bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen. Als gevolg hiervan volstaat de opbouw van het pensioenvermogen niet voor de uitkering van de pensioenverplichting. Het overlijdensrisico betekent dat het pensioenfonds in geval van overlijden mogelijk nabestaandenpensioen moet toekennen waarvoor door het pensioenfonds geen voorzieningen zijn getroffen. Dit risico kan worden uitgedrukt in risicokapitalen.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
46
Door toepassing van GBM/GBV 2000-2005 met adequate correcties voor ervaringssterfte (man/vrouw -5 /-2) wordt zo goed mogelijk aangesloten bij de verwachte sterftetrend in de toekomst. (in duizenden Euro’s)
Ultimo 2008 EUR
Langleven risico -3.332 • Verwachte vrijval 3.247 • Werkelijke vrijval Kortlevenrisico 2.131 • Verwachte vrijval 530 • Beschikbare actuariële risicopremie (risicokoopsom) 67 • Werkelijke vrijval -2.533 • Benodigd bij overlijden Resultaat op sterfte 110 Tabel 37; Sterfte behorende bij de technische voorziening voor risico van het fonds
Ultimo 2007 EUR -3.061 4.199 1.688 661 354 -3.767 74
Het arbeidsongeschiktheidsrisico betreft het risico dat het fonds voorzieningen moet treffen voor premievrijstelling bij invaliditeit en voor het toekennen van een arbeidsongeschiktheidspensioen. Het resultaat op arbeidsongeschiktheid bedraagt 63k Euro negatief (2007: 232k Euro negatief).
Indexatierisico Het bestuur van het fonds heeft de ambitie om het pensioen te indexeren. De mate waarin dit kan worden gerealiseerd, is afhankelijk van de ontwikkelingen in de rente, rendement, looninflatie en demografie. Uitdrukkelijk wordt opgemerkt dat de indexatietoezegging voorwaardelijk is.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
47
Beleggingsrisico’s Marktrisico Marktrisico omvat de mogelijkheden voor winst of verlies en omvat het prijs(koers)risico, valutarisico en het renterisico. De strategie van het fonds met betrekking tot het beleggingrisico wordt bepaald door de beleggingsdoelstellingen. Het marktrisico wordt op dagelijkse basis beheerst door BlackRock en ING Investment Management in overeenstemming met de aanwezige beleidskaders en richtlijnen. De overallmarktposities worden periodiek gerapporteerd aan het bestuur. Prijsrisico Prijsrisico is het risico van waardewijzigingen door de ontwikkeling van marktprijzen, die wordt veroorzaakt door factoren gerelateerd aan een individuele belegging, de uitgevende instelling of generieke factoren. Omdat alle beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waardewijzigingen onmiddellijk in het saldo baten en lasten worden verwerkt, zijn alle wijzigingen in marktomstandigheden direct zichtbaar in het beleggingsresultaat. Het prijsrisico kan worden gemitigeerd door diversificatie. In aanvulling hierop kan het prijsrisico worden gehedged door het gebruik van afgeleide financiële instrumenten (derivaten), zoals opties en futures. Valutarisico Het totaalbedrag dat buiten de euro wordt belegd bedraagt ultimo jaar circa 28% (2007: 26%) van de beleggingsportefeuille en is voor de belangrijkste valuta USD, JPY en GPB voor 50% (2007: 50%) afgedekt door de Euro. Het strategisch beleid van het fonds is om alle valutaposities af te dekken, waarbij tijdelijke tactische beleidsruimte aanwezig is tot 70%. Per einde boekjaar is de waarde van de uitstaande valutatermijncontracten 3.312 k Euro (2007 2.005K Euro). Het valutarisico wordt in onderstaande tabel weergegeven. De beleggingen in vreemde valuta kunnen per categorie als volgt worden gespecifeerd: (In duizenden Euro’s)
Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden
Totaal beleggingen in vreemde valuta Tabel 38; Beleggingen in vreemde valuta
Ultimo 2008 EUR
%
13.848
9,1%
112.859 26.014
73,9% 17.0%
152.721
100.0%
Ultimo 2007 EUR 10.989 163.312 174.301
%
6,3% 93,7% 0.0%
100,0%
De valutapositie voor en na afdekking door valutaderivaten is als volgt weer te geven: (In duizenden Euro’s)
Ultimo 2008 (voor) EUR
Valuta derivaten
EUR 392.878 GBP 21.750 JPY 20.593 USD 63.326 Overige 51.366 Totaal valutapositie 549.913 Tabel 39; Valutapositie voor en na afdekking door valutaderivaten
EUR
Ultimo 2008 netto positie (na) EUR
Ultimo 2007 netto positie (na) EUR
76.080 -19.079 -13.946 -33.380 -6.361 3.314
468.958 2.671 6.647 29.946 45.005 553.227
551.132 17.128 10.899 38.311 46.527 663.997
Een restrisico betreft de categorie overige valuta; deze valuta betreffen valuta in opkomende markten en/of hebben een correlatie met de USD. Het bestuur heeft besloten om deze risico’s niet af te dekken. Renterisico Het renterisico is het risico dat de waarden van de portefeuille vastrentende waarden en de pensioenverplichtingen verandert als gevolg van ongunstige veranderingen in de marktrente.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
48
De rentegevoeligheid kan worden gemeten door middel van de duratie. De duratie is de (met de contante waarde van de kasstromen) gewogen gemiddeld resterende looptijd in jaren. (In duizenden euro’s)
Duratie vastrentende waarden (voor derivaten) Duratie vastrentende waarden (na derivaten) Duratie (nominale) pensioenverplichtingen
Balanswaarde EUR 364.249 410.608 656.175
Ultimo 2008 5.48 jaar 18.80 jaar 15.8 jaar
Balanswaarde EUR 367.757 367.838 521.749
Ultimo 2007 12,20 jaar 12,20jaar 14,10 jaar
Tabel 40; Duratie
De samenstelling van de vastrentende waarden naar looptijd is als volgt: (in duizenden Euro’s) Resterende looptijd < 1 jaar Resterende looptijd < > 5 jaar Resterende looptijd > 5 jaar Totaal vastrentende waarden Opgelopen intrest op vastrentende waarden Totaal vastrentende waarden incl. opgelopen intrest Gealloceerd liquide middelen Totaal vastrentende waarden Tabel 41; Vastrentende waarden naar looptijd
Ultimo 2008 EUR 17.932 124.848 216.485
359.265 4.983 364.249 5.346 369.594
% 5.0% 34.7% 60.3% 100.0%
Ultimo 2007 EUR % 367.755 100% 367.755 100,0% 10.078 377.833 1.568 379.401
Kredietrisico Kredietrisico is het risico van financiële verliezen voor het fonds als gevolg van faillissement of betalingsonmacht waarop het fonds (potentiële) vorderingen heeft. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan partijen die obligatieleningen uitgeven, banken waar deposito’s worden geplaatst, marktpartijen waarmee Over the Counter (OTC)-derivatenposities worden aangegaan en aan bijvoorbeeld herverzekeraars. Een voor belegginsactiviteiten specifiek onderdeel van kredietrisico is het settlementrisico. Dit heeft betrekking op het risico dat partijen waarmee het fonds transacties is aangegaan niet meer in staat zijn hun tegenprestatie te verrichten waardoor het fonds financiële verliezen lijdt. Beheersing vindt plaats door het stellen van limieten aan tegenpartijen op totaalniveau, dat wil zeggen met inachtneming van alle posities die een tegenpartij heeft jegens het fonds. Ter afdekking van het settlementrisico wordt door het fonds enkel belegd in markten waar een voldoende betrouwbaar clearing- en settlementsysteem functioneert. Voordat in nieuwe markten wordt belegd, wordt eerst onderzoek gedaan naar de waarborgen op dit gebied. Met betrekking tot niet-beursgenoteerde beleggingen, met name OTC-derivaten, wordt door het fonds enkel gewerkt met tegenpartijen waarmee ISDA/CSA-overeenkomsten zijn afgesloten zodat posities van het fonds adequaat worden afgedekt door onderpand.
Concentratierisico Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder vallen moeten per beleggingscategorie alle instrumenten met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Als grote post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het balanstotaal uitmaakt. Ultimo 2008 zijn er geen van deze posten. In het algemeen geldt dat het concentractierisico kan optreden als een adequate spreiding van activa en passiva ontbreekt. Concentratierisico’s kunnen optreden bij een concentratie van de portefeuilles in regio’s, economische sectoren of tegenpartijen. Een portefeuille van leningen die sterk sectorgebonden is, kan voor deze sectorconcentratie een verhoogd risico lopen. Indien aandelen in dezelfde sector worden aangehouden is sprake van een cumulatief concentratierisico. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
49
Operationeel risico Operationeel risico is het risico van een onjuiste afwikkeling van transacties, fouten in de verwerking van gegevens, het verloren gaan van informatie, fraude en dergelijke. Dergelijke risico’s worden door het fonds beheerst door het stellen van hoge kwaliteitseisen aan de organisaties die bij de uitvoering betrokken zijn op gebieden zoals interne organisatie, procedures, processen en controles, kwaliteit geautomatiseerde systemen, enzovoort. Deze kwaliteitseisen worden periodiek getoetst door het bestuur.
Systeemrisico Systeemrisico betreft het risico dat het mondiale financiële systeem (de internationale markten) niet langer naar behoren functioneert, waardoor beleggingen van het fonds niet langer verhandelbaar zijn en zelfs, al dan niet tijdelijk, hun waarde verliezen. Net als voor andere marktpartijen, is dit risico voor het fonds niet beheersbaar.
Specifieke financiële instrumenten (derivaten) Voor de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt tevens gebruikgemaakt van financiële derivaten. Als hoofdregel geldt, dat derviaten uitsluitend worden gebruikt voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid. De portefeuillestructuur en het risicoprofiel, berekend inclusief de economische effecten van derivaten, dienen zich binnen de door het bestuur vastgestelde grenzen (limieten) te bevinden. Het fonds gebruikt derivaten hoofdzakelijk om de hiervoor vermelde vormen van marktrisico zo veel mogelijk af te dekken. Een van de belangrijkste risico’s bij derivaten is het kredietrisico. Gebruik kan worden gemaakt van onder meer de volgende instrumenten: • Valutatermijncontracten: dit zijn met individuele banken afgesloten contracten waarbij de verplichting wordt aangegaan tot het verkopen van een valuta en de aakoop door een andere valuta, tegen een vooraf vastgestelde prijs en op een vooraf vastgestelde datum. Door middel van valutatermijncontracten worden valutarisico’s afgedekt. • Swaps: Door middel van swaps wordt het renterisico van de totale obligatieportefeuille afgestemd op de duratie van de verplichtingen waardoor een groter deel van het renterisico wordt afgedekt. Deze opzet heeft twee voordelen. In de eerste plaats kan door actief beheer extra rendement worden behaald hetgeen het totale rendement van het fonds ten goede kan komen. In de tweede plaats biedt de nieuwe swapportefeuille meer flexibiliteit om beleggingen en pensioenverplichtingen op elkaar af te stemmen en kunnen eventuele aanpassingen eenvoudiger en kostenefficiënter worden doorgevoerd. Het fonds is in belangrijke mate afgedekt tegen het zogenoemde renterisico.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
50
Onderstaande tabel geeft inzicht in de derivatenposities ultimo 2008: (In duizenden Euro’s)
Expiratiedatum
Onderliggend
Contractomvang
Actuele waarde activa
Actuele waarde passiva
EUR
EUR
EUR
Swaps
mrt/58
29.871
22.100
7.771
0
Swaps
mrt/38
82.533
67.400
15.133
0
Swaps
mrt/33
59.437
50.200
9.237
0
Swaps
mrt/48
74.045
57.100
16.945
0
Swaps
mrt/28
52.216
46.400
5.816
0
Swaps
mrt/23
36.333
32.900
3.433
0
Swaps
okt/38
13.403
12.300
1.103
0
Swaps
okt/48
5.978
5.300
678
0
Swaps
mrt/15
-56.674
-53.400
0
-3.274
Swaps
mrt/13
-66.233
-63.100
0
-3.133
Swaps
mrt/11
-106.043
-102.300
0
-3.743
Swaps
mrt/18
-20.366
-18.900
0
-1.466
Swaps
mrt/09
-39.160
-38.400
0
-760
Swaps
okt/11
-18.001
-17.600
0
-401
Swaps
mrt/12
6.843
6.500
343
0
Swaps
okt/58
-516
-500
0
-16
Swaps
jun/18
7.588
7.500
88
0
Swaps
jun/38
-4.614
-3.700
0
-914
Swaps
nov/13
2.011
2.000
11
0
Swaps
okt/18
-14.689
-14.200
0
-489
Swaps
nov/38
599
600
0
-1
Valutatermijncontracten
jan/09
55.732
50.200
5.532
0
Valutatermijncontracten
jan/09
22.824
25.044
0
-2.220
66.090
-16.417
Contractomvang
Actuele waarde activa
Actuele waarde passiva
EUR -3.815 2.881 -2.980 935 -609 6.550
EUR 83 2.005 290
EUR
Tabel 42; Derivatenposities ultimo 2008
Onderstaande tabel geeft inzicht in de derivatenposities ultimo 2007: (In duizenden Euro’s)
Expiratiedatum
Futures – vastrentende waarden Valutatermijncontracten Futures – aandelen Futures – aandelen Futures – aandelen Futures – aandelen Totaal derivaten ultimo 2007 Tabel 43; Derivatenposities ultimo 2007
mar/08 jan/08 mar/08 mar/08 jan/08 jan/08
Onderliggend
-3.732 4.886 -2.690 763 -612 6.750
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
172 3 200 2.578
- 175
51
Ten aanzien van de kredietwaardigheid van de debiteuren van de vastrentende portefeuille kan het volgende overzicht worden gegeven: (in duizenden Euro’s)
Ultimo 2008 EUR Staat 216.116 AAA 68,558 AA 19,271 A 21,895 BBB 11,966 BB 7,715
% 59,8% 19,0% 5,3% 6,1% 3,3% 2,1% 1,2% 3,2% 100,0%
Ultimo 2007 EUR 298.700 1.742 33.751 13.650 7.205 12.707
367.755
% 81,2% 0,5% 9,2% 3,7% 2,0% 3,4%
100,0%
Inzake concentratie van risico’s kan worden gemeld dat ultimo 2008 geen sprake is van beleggingen in een individuele tegenpartij groter dan 4,0% (2007; idem).
Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is het risico dat beleggingen niet tijdig en/of niet tegen een aanvaardbare prijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het fonds op korte termijn niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Waar de overige risicocomponenten vooral de langere termijn betreffen (solvabiliteit), gaat het hierbij om de kortere termijn. Dit risico kan worden beheerst door in het strategische en tactische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor de liquiditeitsposities. Er moet eveneens rekening worden gehouden met de directe beleggingsopbrengsten en andere inkomsten zoals premies. Inzake het liquiditeitsrisico kan het volgende worden gemeld: • Ultimo 2008 zijn er voldoende obligaties en cash funds, die onmiddellijk zonder waardeverlies te gelde kunnen worden gemaakt om eventuele onvoorziene uitstroom van geldmiddelen te financieren. • Daarnaast is er een cash flow planning gemaakt met een horizon van 1 jaar, die maandelijks wordt aangepast op recente ontwikkelingen.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
52
TOELICHTING STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2008 10
Premiebijdragen (van werkgever en werknemers)
(in duizenden euro’s)
Periodieke premies: • Werkgeversgedeelte • Werknemersgedeelte Premie ineens Totaal premiebijdragen Tabel 45; Premiebijdragen
2008 EUR
2007 EUR
12.564 8.005 312
11.173 7.441 516
20.881
19.130
De totale bijdrage van werkgever en werknemers bedraagt 25% (2007; 25%) van de pensioengrondslag som. De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: (in duizenden euro’s)
Kostendekkende premie Feitelijke premie Gedempte premie
2008 EUR 18.701 20.881 20.251
2007 EUR 18.015 19.130 17.321
Tabel 46; Premies volgens Pensioenwet
De gedempte premie wordt bepaald op basis van de nominale marktrente per 1 oktober van de afgelopen vijf boekjaren, dit rentepercentage ten behoeve van gedempte premie is 4,412% (2007; 4,45%). De feitelijke premie is bepaald op basis van de salarissom. De aan het boekjaar toe te rekenen feitelijke premie is als bate verantwoord. De samenstelling van de kostendekkende premie is als volgt: (in duizenden euro’s)
Actuariële benodigde koopsom voor pensioenopbouw en risicodekking tijdens het boekjaar in verband met aangroei van pensioenverplichtingen Opslag voor het bij de aangroei van de pensioenverplichtingen behorende vereiste eigen vermogen Opslag voor de bij de aangroei van de pensioenverplichtingen behorende uitvoeringskosten Kostendekkende premie Tabel 47; Opbouw kostendekkende premie
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
2008 EUR 14.790
2007 EUR 13.730
2.544
2.732
1.367
1.553
18.701
18.015
53
11
Beleggingsresultaten risico pensioenfonds
2008 (in duizenden Euro’s)
Directe beleggingsopbrengsten
Indirecte beleggingsopbrengsten
Totaal beleggingsopbrengsten
EUR 4.271 10.162 -184 14.249 -1.048 13.201
EUR -17.191 -94.830 -1.593 46.425 -1.079 -68.268
EUR -17.191 -90.559 8.569 46.425 -1.263 -54.019 -1.048 -55.067
Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Rente en valutakoersverschillen Totaal beleggingsopbrengsten Kosten Totaal beleggingsopbrengsten excl. kosten Tabel 48; Beleggingsresultaten 2008 risico pensioenfonds
-68.268
Totaal kosten vermogensbeheer bedraagt 1.048 k Euro in 2008 en worden in mindering gebracht op de beleggingsopbrengsten. Deze kosten zijn niet direct te toe te wijzen aan de verschillende categorieën van beleggingen.
2007 (in duizenden Euro’s)
Directe beleggingsopbrengsten
Indirecte beleggingsopbrengsten
Totaal beleggingsopbrengsten
EUR 5.224 14.276 48 19.548 -1.1293 18.418
EUR -16.486 2.535 -27.682 3.952 -37.681 -37.681
EUR -16.486 7.759 -13.406 3.952 48 -18.133 -1.129 -19.262
Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal beleggingsopbrengsten Kosten Totaal beleggingsopbrengsten excl. Kosten Tabel 49; Beleggingsresultaten 2007 risico pensioenfonds
12
Overige baten
(in duizenden euro’s)
Andere baten Totaal overige baten Tabel 50; Overige baten
2008 Eur 310 310
2007 EUR 11 11
Overige baten betreft stortingen voor in totaal 292k Euro (m.n. de beheervergoeding) die rechtstreeks aan het door ING beheerde vermogen zijn toegevoegd en diverse baten en lasten 18k Euro.
3
Inclusief een performance fee over 2006.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
54
13
Pensioenuitkeringen
(in duizenden euro’s)
2008 EUR 19.627 1.175 54 301 57 21.214
Ouderdomspensioen Nabestaandenpensioen (partnerpensioen) Wezenpensioen Invaliditeitspensioen Afkopen Totaal pensioenuitkeringen Tabel 51; Pensioenuitkeringen
2007 EUR 17.464 948 53 270 97 18.832
De indexatie van de uitkeringen in de Middelloon per 1 januari 2008, zoals vastgesteld door het bestuur bedraagt 4,29% (2007; 0%) en voor de inactieven 1,29% (2007; 1,72%). Deze indexaties waren reeds verwerkt in de technische voorziening ultimo 2007. Voor de uitkeringen in de Eindloonregeling was de indexatie per 1 april 2008 1,74% (2007; 1,53%). Het bestuur heeft in december 2008 besloten om geen indexaties per 1 januari en per 1 april 2009 toe te kennen. De post Afkopen betreft de afkoop van pensioenen die lager zijn dan 400 Euro per jaar (de afkoopgrens) overeenkomstig pensioenwet.
14
Pensioenuitvoeringskosten
(in duizenden euro’s)
2008
Bestuurskosten Administratiekostenvergoeding Overige Totaal kosten Kosten toegerekend aan beleggingen (zie tabel 50) Totaal pensioenuitvoeringskosten Tabel 52; Pensioenuitvoeringskosten
2007 EUR 0 1.963 582 2.545 -1.129 1.416
0 1.830 511 2.341 -1.048 1.293
De volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. zijn ten laste gebracht van de stichting, een en ander zoals bedoeld in artikel 2:382a BW. (in duizenden euro’s)
Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Adviesdiensten op fiscaal terrein Andere niet controlediensten
KPMG Accountants N.V. 2008 EUR 67 12 79
Overig KPMG netwerk 2008 EUR -
Totaal KPMG
Overig KPMG netwerk 2007 EUR -
Totaal KPMG
2008 EUR 67 12 79
Tabel 53; Honoraria accountant 2008
(in duizenden euro’s)
Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Adviesdiensten op fiscaal terrein Andere niet controlediensten
KPMG Accountants N.V. 2007 EUR 66 11 77
2007 EUR 66 11 77
Tabel 54; Honoraria accountant 2007
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
55
In overeenstemming met artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat het pensioenfonds in het afgelopen jaar geen dwangsommen en boetes zijn opgelegd.
15
Pensioenopbouw voorziening pensioenverplichtingen
Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel berekende waarde van de diensttijdopbouw. Dit is het effect op de voorziening pensioenverplichtingen van de in het verslagjaar opgebouwde nominale rechten ouderdomspensioen en nabestaandenpensioen. Verder is hierin begrepen het effect van de individuele salarisontwikkeling. (in duizenden euro’s)
Actuarieel benodigd voor nieuwe onvoorwaardelijke aanspraken Totaal pensioenopbouw Tabel 55; Pensioenopbouw
16
2007 EUR -13.730 -13.730
Indexering en overige toeslagen voorziening pensioenverplichtingen
(in duizenden euro’s)
Toeslagverlening pensioentrekkenden Toeslagverlening slapers Toeslagverlening actieven Totaal indexering en overige kosten Tabel 56; Indexering en overige toeslagen voorziening pensioenverplichtingen
17
2008 EUR -14.790 -14.790
2008 EUR -2.488 -341 0 -2.829
2007 EUR -3.697 -1.554 -9.889 -15.140
Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen
De pensioenverplichtingen zijn opgerent met 4,85% (2007; 4,27%), zijnde een vaste rekenrente, die begin 2008 ongeveer overeenkomt met de termijnstructuur van de nominale marktrente. De benodigde intresttoevoeging aan de technische voorziening is 26.109k Euro (2007; 22.895k Euro).
18
Onttrekking uit voorziening pensioenverplichtingen voor pensioenuitkeringen
Verwachte toekomstige pensioenuitkeringen worden vooraf actuarieel berekend en opgenomen in de voorziening pensioenverplichtingen. De onder dit hoofd opgenomen afname van de voorziening betreft het bedrag dat vrijkomt ten behoeve van de financiering van de pensioenen van de verslagperiode. (in duizenden euro’s)
Uitkeringen Totaal onttrekking voorziening pensioenverplichtingen voor pensioenuitkeringen Tabel 57; Pensioenuitkeringen in mutatie pensioenverplichtingen
19
2008 EUR 21.298 21.298
2007 EUR 18.766 18.766
Wijziging marktrente voorziening pensioenverplichtingen
Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Het effect van de verandering van de rentetermijnstructuur wordt verantwoord onder het hoofd wijziging marktrente in 2008 110.540k Euro negatief (2007; 44.040k Euro positief).
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
56
20 Wijziging voorziening pensioenverplichtingen uit hoofde van overdracht rechten (in duizenden euro’s)
Inkomende waarde-overdrachten Uitgaande waarde-overdrachten Totaal saldo waarde-overdrachten voorziening pensioenverplichtingen Tabel 58; Saldo overdracht rechten in mutatie voorziening pensioenverplichtingen
2008 EUR -1.772 1.973 201
2007 EUR -1.919 4.642 2.723
Deze wijziging betreft de mutatie in de voorziening pensioenverplichtingen als gevolg van waardeoverdrachten.
21
Overige mutaties voorziening pensioenverplichting
(in duizenden euro’s)
Overige mutaties Totaal saldo overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen Tabel 59; Saldo overige mutaties voorziening pensioenverplichtingen
2008 EUR -1.657 -1.657
2007 EUR -3.847 -3.847
In 2008 zijn de lasten van minimumpensioen ten laste van de premie gekomen, de lasten waren in 2008 2.058k Euro. Deze methodiek is conform de gewijzigde methodiek in de premiestelling 2009. In 2007 had bovenstaand resultaat van 3.847k Euro negatief betrekking op de jaarlasten minimumpensioen (resultaat 2.707k Euro negatief) en de overheveling van de voorziening voor risico van de deelnemers naar voorziening voor risico van het fonds (resultaat 682k Euro negatief).
22
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers
Gedurende 2007 zijn de beleggingen voor risico deelnemers verkocht en is de regeling gestopt. Er zijn pensioenrechten aangekocht voor de opbrengsten, die zijn vrijgevallen uit de voorziening voor risico deelnemers.
23
Saldo overdracht van rechten
(in duizenden euro’s)
Rente over waarde-overdrachten Inkomende waarde-overdrachten Uitgaande waarde-overdrachten Totaal saldo waarde-overdrachten Tabel 60; Saldo overdracht rechten
2008 EUR
2007 EUR -212 2.316 -4.730 -2.626
1.864 -1.847 17
Waardeoverdrachten betreft de ontvangst van of overdracht aan pensioenfonds of pensioenverzekeraar van respectievelijk de vorige of nieuwe werkgever van de contante waarde van premievrije pensioenaanspraken van deelnemers, die tot de ontslagdatum zijn opgebouwd. De koopsommen, die worden ontvangen, worden aangewend voor de inkoop van extra aanspraken.
24
Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen
Langlopende contractuele verplichtingen Het fonds heeft een uitbestedingsovereenkomst afgesloten met Hewitt Associates voor een periode van 2 jaar, vanaf 1 januari 2008. De jaarlijks te betalen vergoeding bedraagt circa 600k Euro (2007; 600k Euro). De verplichting uit hoofde van minimumpensioen bedraagt ultimo 2008 circa 10,0 mio euro (ultimo 2007; 9,6 mio). De verplichting ultimo 2008 is berekend tegen 3,57% vaste rekenrente, die is afgeleid van de termijnstructuur van de nominale marktrente ultimo 2008. Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
57
Ter vergelijking: de verplichting bedroeg vorig jaar (rekenrente 4,85%) 9,6 mio euro. De inkoop minimumpensioen over 2008 was gelijk aan 2,1 mio Euro. De verplichting einde 2008 op basis van 4,85% vaste rekenrente zou 7,8 miljoen euro zijn geweest. De per saldo toename van de verplichting (naar 10,0 mio) wordt dan ook veroorzaakt door de gedaalde marktrente.
Investeringsverplichtingen Er bestaan per balansdatum geen investerings- en stortingsverplichtingen (zogenaamde voorbeleggingen).
25
Verbonden partijen
Identiteit van verbonden partijen Er is sprake van een relatie tussen de verbonden partijen; het fonds, de sponsor, de aangesloten ondernemingen en hun bestuurders en de voormalige bestuurders, directieleden of andere beleidsbepalers en werknemers van het fonds.
Overige transacties met verbonden partijen Inzake de uitvoeringsovereenkomst tussen fonds en werkgever met betrekking tot de financiering van de aanspraken en de uitvoering van de regeling is het volgende relevant: Tussen het pensioenfonds en de werkgever is een ‘overeenkomst met betrekking tot de betaling van de bijdragen’ gesloten. In 2007 zijn de afspraken tussen het pensioenfonds en de werkgever vastgelegd in een uitvoeringsovereenkomst die voldoet aan de Pensioenwet. In de uitvoeringsovereenkomst zijn de volgende onderwerpen vastgelegd: • Verplichtingen van de werkgever, zoals het aanmelden van nieuwe werknemers en doorgeven van mutaties. • De (totale) doorsneepremie dient door de werkgever betaald te worden en bedraagt thans 25% van de som van pensioengrondslagen van alle deelnemers. • De werkgever houdt de bijdrage van de werknemers in op het salaris. De deelnemersbijdrage is vastgelegd in het pensioenreglement van het pensioenfonds en bedraagt thans 40% van de doorsneepremie. • De doorsneepremie wordt in twaalf termijnen ter beschikking gesteld aan het fonds. De overeenkomst heeft een onbepaalde looptijd en kan zes maanden voor het einde van het kalenderjaar worden opgezegd. De doorsneepremie kan nimmer minder zijn dan de kostendekkende premie conform het Financieel Toetsingskader en wordt uitgedrukt als een percentage van de som van pensioengrondslagen van alle deelnemers. Bij bepaling van de kostendekkende premie wordt geen rekening gehouden met een opslag ter financiering van het voorwaardelijke toeslagbeleid. Financiering van het toeslagbeleid vindt derhalve plaats op basis van overrendementen. De kostendekkende premie wordt bepaald op basis van de fondsgrondslagen. Uitgangspunt bij de bepaling van de kostendekkende premie – in enig jaar – is de gemiddelde nominale rentetermijnstructuur Financieel Toetsingskader over een periode van 5 jaar en de solvabiliteitsopslag. Beiden worden vastgesteld per 1 oktober voorafgaand aan het kalenderjaar. Met solvabiliteitsvrijval over uitkeringen wordt uitsluitend rekening gehouden indien en voor zover dat conform wet- en regelgeving is toegestaan. Het pensioenfonds verleent zijn medewerking aan de uitvoering van de pensioenovereenkomst, zoals vastgelegd in het pensioenreglement. Het Pensioenfonds stelt een pensioenreglement op en wijzigt dit overeenkomstig de bepalingen uit de statuten en het pensioenreglement. De pensioenovereenkomst is Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
58
opgenomen in het pensioenreglement. Het pensioenreglement is in overeenstemming met de bepalingen uit de overeenkomst. Het bestuur beslist jaarlijks in hoeverre de pensioenaanspraken van de deelnemers worden aangepast.
26
Aantal personeelsleden
Bij het fonds zijn geen werknemers in dienst. De werkzaamheden worden verricht door werknemers die in dienst zijn van de werkgever. De hieraan verbonden kosten en de kosten voor de bijbehorende werkplekken zijn gedeeltelijk voor rekening van de werkgever, een deel wordt doorbelast naar het pensioenfonds.
27
Bezoldiging bestuurders
De bestuurders van het Pensioenfonds zijn onbezoldigd.
28
Wijziging overige actuariële uitgangspunten
Jaarlijks worden de actuariële grondslagen en/of methoden beoordeeld en mogelijk herzien ten behoeve van de berekening van de actuele waarde van de pensioenverplichtingen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van interne en externe actuariële deskundigheid. Dit betreft onder meer de vergelijking van veronderstellingen ten aanzien sterfte, langleven, arbeidsongeschiktheid met werkelijke waarnemingen voor de gehele bevolking als voor de populatie van het fonds. De vaststelling van de toereikend van de voorziening voor pensioenverplichtingen is een inherent onzeker proces, waarbij gebruik wordt gemaakt van schattingen en oordelen door het bestuur van het fonds. Het effect van deze wijzigingen wordt verantwoord in het resultaat op het moment dat de actuariële uitgangspunten worden herzien.
29
Belastingen
De activiteiten van het fonds zijn vrijgesteld van belastingheffing in het kader van de vennootschapsbelasting Hengelo, 22 april 2009 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland Het Bestuur
R.P. van Duuren Voorzitter
Dhr. J.H.E. Soepenberg Vice-voorzitter
P.M. Dekker Secretaris
Dhr. G.J. Mulders Penningmeester
Dhr. E.R. Stolp Lid
Dhr. H.B. Prakken Lid
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
59
OVERIGE GEGEVENS STATUTAIRE REGELING OMTRENT DE BESTEMMING VAN HET SALDO VAN BATEN EN LASTEN Ten aanzien van de bestemming van het saldo van baten en lasten is geen bepaling opgenomen in de statuten van het fonds. De bestemming is nader uitgewerkt in de ABTN. Het negatief resultaat van 190.792k Euro is ten laste van algemeen reserve gebracht. Het voorstel is opgenomen in de balans per 31 december 2008. GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
Ultimo maart 2009 bedraagt de dekkingsgraad op basis van voorlopige cijfers circa 88 %.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
60
ACTUARIËLE VERKLARING
Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Thales Nederland te Hengelo is aan Watson Wyatt B.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar 2008.
Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. In overeenstemming met de richtlijn “Samenwerking tussen accountant en actuaris ter zake van de controle van verantwoordingen van verzekeringsinstellingen” heeft de accountant van het pensioenfonds mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid en de volledigheid van de administratieve basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming van belang zijn.
Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. De door het pensioenfonds verstrekte administratieve basisgegevens en de bevindingen van de accountant ten aanzien hiervan zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt voor mijn beoordelingswerkzaamheden heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht: - heb ik ondermeer onderzocht of de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld, en - heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. Ik heb mij een oordeel gevormd over de waarschijnlijkheid waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum aangegane verplichtingen zal kunnen nakomen. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken, en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel.
Oordeel Met inachtneming van het voorafgaande en het navolgende verklaar ik dat naar mijn overtuiging is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet, met uitzondering van de artikelen 131, 132 en 133. De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningregels en uitgangspunten, toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum lager dan het wettelijk minimaal vereist eigen vermogen. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatum lager dan het wettelijk vereist eigen vermogen. Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, sprake van een dekkingstekort. De omvang van dit dekkingstekort is zodanig dat de technische voorzieningen van het pensioenfonds op de balansdatum niet volledig door waarden zijn gedekt. De vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland is naar mijn mening onvoldoende, vanwege een dekkingstekort. Daarbij is bepalend de mate van waarschijnlijkheid dat het pensioenfonds zal kunnen voldoen aan de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, in aanmerking nemend het streven inzake toeslagen, zoals aan verzekerden meegedeeld en de in wet- en regelgeving opgenomen criteria. De maatregelen, genomen tot herstel van de financiële positie zoals vastgelegd in het herstelplan van 30 maart 2009, zijn daarbij betrokken.
Apeldoorn, 22 april 2009 drs. ir. P.M. Halkes AAG verbonden aan Watson Wyatt B.V.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
61
Aan het bestuur van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
ACCOUNTANTSVERKLARING Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening 2008 van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland te Hengelo bestaande uit de balans per 31 december 2008 en de Staat van baten en lasten over 2008 met de toelichting gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van het pensioenfonds is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van het pensioenfonds. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de entiteit heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Pensioenfonds Thales Nederland per 31 december 2008 en van het resultaat over 2008 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder f BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Zwolle, 22 april 2009 KPMG ACCOUNTANTS N.V. C. Messina RA
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
62
VERSLAG VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN PER MEI 2009 Volgens de Pensioenwet dient het Verantwoordingsorgaan (VO) een oordeel te geven over: 1. 2. 3.
het handelen van het Bestuur van de Stichting Pensioenfonds Thales Nederland (SPTN) het door het Bestuur uitgevoerde beleid in het kalenderjaar 2008 beleidskeuzes van het Bestuur die op de toekomst betrekking hebben.
Om tot een oordeel te kunnen komen heeft het VO in de maand mei 2009 gesprekken gevoerd met de externe accountant, de certificerende actuaris en met het Bestuur van de SPTN. Het Bestuur heeft het VO inzicht verschaft in het jaarverslag 2008, de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) en andere relevante documenten. Ad 1.
Oordeel over het handelen van het Bestuur a Er is in 2008 één klacht ingediend door een deelnemer over het handelen van de SPTN welke in samenwerking tussen het Bestuursbureau en Hewitt enerzijds en de klager anderzijds is opgelost. b In 2008 is een Compliance Officer benoemd. In 2009 zal een nadere invulling aan de toezicht houdende rol worden gegeven. Alle verbonden personen hebben de jaarlijkse gedragscode ondertekend. Er zijn in 2008 geen schendingen van de gedragscode gemeld. c Het Bestuur heeft in 2008 aan diverse cursussen en seminars deelgenomen om de deskundigheid van de individuele bestuursleden in de aan hen toegewezen deskundigheidsgebieden op het vereiste niveau te brengen conform het deskundigheidsplan. d Conform de eisen van de Pensioenwet heeft het Bestuur in 2008 een Communicatiebeleidsplan opgesteld. Het Bestuur heeft in 2008 op acceptabele wijze gecommuniceerd met de deelnemers en pensioengerechtigden van het pensioenfonds. e Het VO is van mening dat, op basis van de voorliggende informatie, het Bestuur in 2008 bij het uitoefenen van haar taken op een evenwichtige wijze rekening heeft gehouden met de belangen van de belanghebbenden. Het VO is echter van mening dat bij het opstellen van het Herstelplan in april 2009, waarvan een samenvatting is opgenomen in het Jaarverslag over 2008, het criterium van evenwichtige belangenbehartiging niet geheel tot zijn recht gekomen is omdat de rol van de werkgever in dit geheel onderbelicht is.
Ad 2.
Oordeel over het gevoerde beleid a Het premie- en toeslagbeleid zijn conform de beleidsnota’s zoals verwoord in de ABTN uitgevoerd. b Bij het beleggingsbeleid is er om weloverwogen redenen voor gekozen om rebalancing van de portefeuille stop te zetten.
Ad 3.
Oordeel over beleidskeuzes voor de toekomst a Het Bestuur laat zich in deze tijd van wisselende beurskoersen en rentepercentages regelmatig op de hoogte houden van actuele situaties en neemt, na zich te hebben laten adviseren door verschillende deskundigen, de nodige beslissingen binnen het vastgelegde beleid. Er is door het Bestuur besloten dat speciale aandacht zal worden besteed aan de mogelijkheid om de beleggingsmix te rebalancen zodat deze weer aan de strategische waarden voldoet zoals vastgelegd in de ABTN. b In 2009 zal een 3-jaarlijks intern toezicht plaats vinden door een visitatiecommissie.
Ondanks de teleurstellende resultaten van het fonds oordeelt het VO op basis van de door haar gevoerde gesprekken en de documenten die haar door het Bestuur ter beschikking zijn gesteld positief over het handelen en gevoerde beleid van het Bestuur over 2008.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
63
REACTIE VAN HET BESTUUR OP VERSLAG VERANTWOORDINGSORGAAN Het Bestuur heeft kennisgenomen van het verslag van het Verantwoordingsorgaan. Het Bestuur is het Verantwoordingsorgaan erkentelijk voor het verslag en onderschrijft de inhoud van dit verslag op één opmerking na. Het bestuur is het niet eens met de zienswijze van het Verantwoordingsorgaan zoals verwoord onder “Ad 1, punt e” van het verslag, tweede volzin. Hier geeft het Verantwoordingsorgaan aan dat het van mening is dat bij het opstellen van het Herstelplan begin 2009 het criterium van evenwichtige belangenbehartiging niet geheel tot zijn recht gekomen is omdat de rol van de werkgever in dit geheel onderbelicht is. Het bestuur is van mening dat het voldaan heeft aan de wettelijk opgedragen taak. In de Pensioenwet en de statuten van het fonds is vastgelegd dat alle bestuurders zich bij de bepaling van het beleid richten naar de belangen van de bij het pensioenfonds betrokken deelnemers, gewezen deelnemers, andere aanspraakgerechtigden, de pensioengerechtigden en de werkgever, en dat zij ervoor zorgen dat dezen zich door hen op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen. Daarenboven is het bestuur van mening dat de rol van de werkgever niet te veel wordt ontzien. Van de COR en de VVSPTN heeft het bestuur een gezamenlijke brief ontvangen met een soortgelijke strekking als de opmerking van het verantwoordingsorgaan. Het bestuur heeft deze brief beantwoord. Bijgaand treft u een deel van dit antwoord aan. Deze tekst geeft de zienswijze van het bestuur weer en geeft inzicht in de afwegingen die gemaakt zijn: “Het bestuur heeft gehandeld volgens het vastgestelde bestaande beleidskader. Dit beleidskader vormt een richtlijn voor de indexatie toekenning en geeft ondermeer aan dat indien de dekkingsgraad lager is dan 105% er geen indexatie plaatsvindt. De indexatie is voorwaardelijk en geen vaststaand recht. De voorwaardelijkheid is vastgelegd in de reglementen en wordt benoemd in de communicatie uitingen. Aangezien de dekkingsgraad in de laatste maanden van het jaar 2008 onder de 100% stond en uiteindelijk op 92,6% is geëindigd was het evident dat het bestuur geen indexatie kon toekennen. Ook richting De Nederlandsche Bank (DNB) die toezicht houdt op pensioenfondsen zou dit niet te verantwoorden zijn. Het bestuur realiseert zich overigens dat het niet indexeren een pijnlijke maatregel is voor zowel actieven als gepensioneerden en gewezen deelnemers en heeft dit in haar communicatie uitingen aangegeven. In uw brief merkt u op dat de werkgever geen financiële gevolgen ondervindt van de handhaving van de premie op 25%. Graag willen wij opmerken dat: • de feitelijke premie van 25% in 2008 en 2009 hoger ligt dan de, volgens de pensioenwet vast te stellen, kostendekkende premie. Ook in voorgaande jaren is een hogere dan kostendekkende premie geheven om de positie van het fonds te versterken. • de werkgever een groter deel van de premie (60%) betaalt dan de 50% die in de bedrijfstak gebruikelijk is. Tevens dient in ogenschouw genomen te worden dat het financieringsvraagstuk van de voorwaardelijke pensioenrechten boven de markt hangt en onderwerp van discussie zal zijn tijdens het komende CAO overleg. De ontwikkeling van de rente is van belang voor de hoogte van de kostendekkende premie. Bij een structureel lager niveau van de rente zal een stijging van de huidige doorsneepremie onvermijdelijk zijn, teneinde, conform de eisen gesteld in de Pensioenwet, de premie kostendekkend te laten zijn. Het bestuur heeft een brief verstuurd naar de werkgever waarin is aangekondigd dat een stijging van de kostendekkende premie onvermijdelijk zal zijn wanneer de rente op een structureel laag niveau zal blijven. Overigens realiseert het bestuur zich dat, mede ingegeven door de hoogte van de huidige doorsneepremie, het premie instrument slechts in beperkte mate bij kan dragen aan herstel van de financiële positie van het fonds. Uit de tekst van het herstelplan moge duidelijk worden dat het bestuur alles zal doen wat in haar macht ligt om aanvullende maatregelen te voorkomen. Het bestuur heeft deze maatregelen ook allemaal als ingrijpend gekwalificeerd.
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
64
Het bestuur merkt op dat voor de werkgever geen verplichting geldt om naast de premie een extra bijdrage te storten in Stichting Pensioenfonds Thales Nederland. Bij sommige andere ondernemingspensioenfondsen (al dan niet met buitenlandse moeder) is wel vooraf een bijstort verplichting afgesproken maar tegelijkertijd ook bewust gekozen voor een meer risicovol beleggingsbeleid. Bij andere ondernemingen is een bijstortverplichting afgesproken die via de achterdeur volledig op de betreffende Nederlandse vestiging drukt en daarmee zorgt voor hogere kostprijzen en tarieven. Bij het Thales Pensioenfonds is de mate van risico in bijvoorbeeld het beleggingsbeleid afgestemd op de situatie dat er geen bijstortverplichting geldt. Daarboven geldt bijvoorbeeld voor de grote bedrijfstakpensioenfondsen in dit land ook geen bijstort verplichting voor de aangesloten werkgevers. Een voorbeeld is het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro (PME). Het herstelplan is besproken met de werkgever, evenals maatregelen als premieverhoging en bijstorten. In de context van de huidige financieel economische crisis, de internationale concurrentiepositie en de positie van de werkgever op de arbeidsmarkt heeft de onderneming aangegeven niet tot vrijwillige bijstorting over te willen gaan. Aangezien er geen verplichting tot bijstorten voor de werkgever is, is dit meer een onderwerp voor het overleg tussen werkgever en vakorganisaties dan voor het pensioenfondsbestuur. Het bestuur vraagt zich af of de context van de huidige financieel economische crisis maatgevend zal zijn voor de lange termijn. Het pensioenfonds heeft bij de verrichting van haar taken wel duidelijk te maken met een lange termijn.”
Jaarverslag 2008 Stichting Pensioenfonds Thales Nederland
65