Steen-0-loog aan de Maas
middenbouw
Ontstaan van het Maasdal Opdr.1. In de koude tijd is de bodem bevroren. De Maas stroomt over de harde bodem en maakt veel zijtakken en laat overal grind achter. Teken hiernaast een vlechtende rivier.
vlechtende rivier
Opdr.2. In de warme periode gaat de Maas meanderen:er zijn bochten in de rivier, hij gaat kronkelen. De rivier schuurt diep door de zachte bodem en neemt veel grond (en ook grind) mee. Hij komt steeds dieper te liggen. Dat zie je nu bij de Geul en de Jeker. Teken hiernaast een meanderende rivier.
Meanderende of kronkelende rivier
Door deze afwisseling ontstaan terrassen, een soort trappen, langs de Maas. Maar ook op plaatsen in Zuid-Limburg waar de Oermaas vroeger liep zijn deze terrassen te zien. De weg gaat dan ‘plotseling’ steil omhoog of omlaag.
Opdr.3.Teken de grindlagen op de terrassen in plaatje 4
Waterbak In de water- en zandbak kunnen we een klein stukje rivier namaken. Door het water met een klein straaltje in het zand te laten lopen merk je dat er een beekje ontstaat. Het water stroomt zo snel mogelijk naar beneden, maar wordt gehinderd door het zand, grind of andere dingen. Je ziet het water soms iets meenemen.
Opdr.4. Laat het water stromen zonder aan het zand of in het water te komen. Hoeveel bochten/ kronkels komen er in het beekje? ____ Opdr.5. Strooi nu een klein beetje wit zand bij het begin van de beek. Waar blijft het zand liggen? het begin of het eind van de beek? Aan het _ _ _ _ _ _ _ _ _ van de beek Opdr.6. Leg wat grond bij het begin van de beek. Hoever wordt dit door het water meegenomen? het begin of het eind van de beek? Aan het _ _ _ _ _ _ _ _ _ van de beek
Opdr.7. Maak een dam van stenen of plastic schotten. Wat doet het water? _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Als we nu niet meer met de handen in de bak komen, laat het water weer zelf stromen zonder te helpen. Waar liggen de kleine steentjes? ___________________ Waar het zand? ___________________ En waar het heel fijne zand of klei? ___________________
Opdr.8. Teken de loop van het beekje zo goed mogelijk na.
Als jullie klaar zijn met deze opdracht Haal je alle voorwerpen weer uit de bak en leg ze in de doos ! Maak met je handen het zand weer recht ! Maak de vloer droog als je hebt geknoeid !
Stenen-laboratorium Opdr.9. Je ziet hier zogenaamde ‘Maas-eitjes’. Door het botsen tegen andere stenen kreeg de steen allerlei kleine barstjes. Bekijk de steen onder de microscoop. (De grijze vlekjes zijn fossielen)
Opdr.10. Zandsteen: Zoals de naam al zegt bestaat deze steen uit aan elkaar gekit zand. Je kunt dat ook nog voelen. Het voelt een beetje als schuurpapier. Bekijk de steen onder de microscoop, zie je zandkorreltjes? Welke kleur hebben de meeste zandkorreltjes? _ _ _ _ _ _ _
Welke kleur heeft de steen?_ _ _ _ _ _ _
____________
Opdr.11. Vuursteen: Als je een vuursteen stuk slaat krijg je erg scherpe randen. Daarom werd deze steensoort al door de Neanderthalers gebruikt om er messen van te maken. Voel voorzichtig aan de steen !!!!!.
Opdr.12. Graniet: Soms bestaat een steen uit allerlei gekleurde kleine brokjes steen. Diep in de aarde zijn die met elkaar versmolten. Deze steen vind je niet vaak tussen het Maasgrind, maar wordt wel veel gebruikt voor grafmonumenten en op straat. Onze straatkeitjes zijn van Graniet. Welke kleuren hebben de brokjes in het Graniet? ___________
en
____________
Welke stenen vind je langs de Maas? De meest algemene stenen die je in Limburg kunt tegenkomen staan hieronder in je boekje 1 Vuursteen: Een steen met allerlei onregelmatige vormen en kleuren (geel, bruin, wit, blauwgrijs en zwart) Soms zit er een witte laag kalksteen omheen. Het zit met lagen tussen de mergel. Deze stenen komen vooral uit Zuid-Limburg.
2 Gerolde vuursteen: Een afgeronde steen, soms net een eitje. Vaak Zwart, grijs, of bruin van kleur. Als de steen gebroken is zie je vaak dat de binnenkant iets anders van kleur is. Deze komen uit Frankrijk.
3 Kwarts: Een harde vaak witte steen. Soms kan de kleur ook rossig of grijzig zijn. De witte kleur ontstaat door microscopisch kleine luchtbelletjes. (zitten die er niet in dan heb je kristal). Kwarts wordt gebruikt om glas te maken en om onze tuinen te versieren (grindpaadjes) - Kwarts stinkt als je ze tegen elkaar ketst ! -
1
2
3
4 Zandsteen: Zoals de naam al zegt bestaat de steen uit aaneengekit zand. Je voelt het zand als je er voorzichtig over wrijft. Het voelt ruw aan. Soms zitten er laagjes witte kwarts in. Spleetjes werden door kwartskristallen weer opgevuld. Als je de staan beweegt zie je kleine zandkorreltjes glinsteren. 4
5 Kwartsiet: is ook ontstaan uit zand net als zandsteen maar het zand is zo sterk opeen geperst dat het is versmolten. De steen voelt veel gladder en vettig aan. Ook in kwartsiet zie je vaak kwartslaagjes als witte lijntjes in de steen zitten.
6 Révinienkwarsiet: Deze steen is donker grijsblauw van kleur met vierkante putjes of gaatjes. Vroeger zaten daar mineralen in, maar die zijn verdwenen.
5
6
Spreekwoorden: ‘Haar steentje bijdragen’ betekent: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ‘Hij heeft een hart van steen’ betekent: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ‘De onderste steen komt boven’ betekent: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ‘Hij is een rots in de branding’ betekent: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ ‘Dat ligt als een steen op mijn maag’ betekent: _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ Tot de volgende keer in het Natuurhistorisch Museum Maastricht
mbaars 2013