steeds verder plus ultra beleidsplan veluws college 2011-2015
© februari 2011 uitgave
Veluwse Scholengroep Apeldoorn Hoenderparkweg 61 7335 GR Apeldoorn (055) 577 97 99
www.veluwsescholengroep.nl tekst
drs. W.D. Hoetmer ontwerp
Deel 2 ontwerpers, Nijmegen drukwerk
Drukkerij Efficiënt, Nijmegen
steeds verder plus ultra beleidsplan veluws college 2011-2015
voorwoord Sweet dreams sometimes come true In het voorwoord bij het vorige beleidsplan 2007-2011,
Dit beleidsplan draagt de naam ‘Steeds verder’, oftewel Plus
de school met de Plus, werd verondersteld dat veel van de
Ultra. En steeds verder moeten we ook komen. Als school voor
daar genoemde ambities ‘sweet dreams’ zouden blijken te zijn.
onze leerlingen en als werkgever voor onze medewerkers.
Het is een gegeven, dat beleidsplannen nog wel eens in een la
Steeds verder willen we met elkaar om ons onderwijs goed
belanden en daar incidenteel uitkomen. Ook ons beleidsplan
vorm te geven en onze leerlingen een leuke schooltijd te geven
over de afgelopen periode heeft dit lot deels ondergaan.
waarin ze veel leren en zich voorbereiden op hun latere plek in
Deels, want met een zekere regelmaat, vooral bij het jaarlijks
de maatschappij. In dit beleidsplan staan weer veel ambities,
bijstellen van de jaarplannen van de vestigingen, ontsnapte
die we graag waarmaken.
het geduldige beleidspapier aan zijn donkere omgeving.
Vol goede moed beginnen we aan deze nieuwe beleidsperiode.
Het was het moment om te kijken of er vooruitgang geboekt
We hopen dat iedere medewerker en iedere leerling steeds
werd. Terugkijkend kan gesteld worden, dat dit inderdaad
verder komt in zijn/haar ontwikkeling waaraan het Veluws
het geval is. De ‘sweet dreams’ zijn voor een groot deel
College een belangrijke bijdrage wil leveren!
uitgekomen.
Dat doen we met elkaar, ieder vanuit de eigen rol; zelfbewust,
In dit beleidsplan is dit onder de noemer ‘wat hebben we
trots en met passie en compassie bouwen we steeds verder
bereikt’ in de hoofdstukken helder verwoord. En nu maar
aan onze school.
lekker op de lauweren rusten en genieten van wat we bereikt hebben? Dacht het niet!
Het Veluws College is leren met hart en ziel.
Namens de schoolleiding van het Veluws College, Wim Hoetmer, directeur voortgezet onderwijs/rector
inhoud 4 Inleiding
6 Organisatie 8 Onderwijs 13 Pedagogisch klimaat 16 Zorg en begeleiding 19 Personeelsbeleid 25 Financieel beleid 27 Kwaliteitsbeleid 29 Arbobeleid 31 PR en Communicatie
33 Bijlagen
inhoud
3
inleiding Het Veluws College is een brede katholieke scholengemeen
Onze missie
Mheenpark en Walterbosch) en een vestiging in Twello.
kwaliteitsonderwijs aan jongeren in de regio Apeldoorn tussen
schap met drie vestigingen in Apeldoorn (Cortenbosch,
De school maakt deel uit van de samenwerkingsstichting Veluwse Scholengroep/stichting CVO.
Identiteit
De scholen binnen de samenwerkingsstichting hebben een
protestants-christelijke, rooms-katholieke en oecumenische
signatuur. In alle gevallen staan de scholen vanuit christelijke
Binnen de stichting biedt het Veluws College toegankelijk
de 12 en 18 jaar. Het Veluws College is uitdagend en vooruit
strevend en helpt kinderen op weg naar een kansrijke toekomst in een complexe samenleving. Het Veluws College biedt hiertoe uitdagend en vernieuwend onderwijs, gericht op de persoon lijke ontwikkeling van ieders competenties.
waarden open voor ontwikkelingen in de omgeving. Via ons
Uitwerking
onze levensbeschouwelijke identiteit. Vanuit onze christelijke
voor de verschillende organisaties binnen de stichting.
onderwijs willen wij de samenleving dienen, geïnspireerd door waarden zijn normering en moraliteit onontbeerlijk in de begeleiding van kinderen op weg naar volwassenheid.
In het strategisch plan hebben we de richtlijnen aangegeven Dit beleidsplan maakt de vertaalslag naar het Veluws College. Wat willen wij met ons onderwijs? En: wat betekent dit voor het Veluws College?
Visie
leerresultaten
lerende organisaties. We richten ons op de optimale ont
vmbo tot en met gymnasium, in een ordelijke en attractieve
De organisatie als geheel en de afzonderlijke scholen zijn plooiing van kinderen tot zelfstandige en verantwoordelijke
burgers. Het hart van onze onderwijsvisie is ‘het leren van elke leerling’. Met andere woorden: de ontwikkeling van het kind
We dragen kennis en vaardigheden over aan leerlingen van leeromgeving. Het bereiken van goede leerresultaten is in alle leerjaren van belang.
staat centraal.
begeleiding
Die ontwikkeling is ondenkbaar zonder een vergelijkbare
hen optimaal en beperken voortijdig schoolverlaten zoveel
ontwikkeling van onze medewerkers; geen lerende leerling
zonder lerende docent. Dit vereist een uitdagende en veilige
We brengen leerlingen op hun bestemming, begeleiden mogelijk.
leeromgeving. De scholen en de organisatie zoeken daarbij een actieve verbinding met hun maatschappelijke omgeving. Ons
hoogste doel is ‘de ontplooiing van elke leerling als geheel mens tot het niveau van zijn of haar potenties’. Hierbij zoeken we naar een balans tussen individuele ontplooiing en maat schappelijke verantwoordelijkheid.
4
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
deelname aan maatschappij
Toetsing
wikkeling van leerlingen tot autonome en verantwoordelijke
uitvoeren. Met andere woorden: doen we als school de goede
Vanuit onze identiteit leveren we een bijdrage aan de ont
deelnemers aan de maatschappij. Onze leerlingen leren dan
ook reflecteren op zichzelf, maar ook op de wereld om hen heen.
uitdagen
Ons kwaliteitsbeleid beoordeelt of we onze missie goed
dingen en doen we die dingen goed? Met de resultaten van dit kwaliteitsbeleid verantwoorden we ons handelen tegenover externe stakeholders.
We dagen leerlingen zowel in als buiten de les uit. Dat betekent bijvoorbeeld dat we een klimaat scheppen waarin leerlingen
met een speciale aanleg gestimuleerd worden hun talenten te combineren met hun studie.
schaalgrootte
We bieden op meerdere locaties in Apeldoorn en in Twello
onderwijs aan, op een schaal waarbij leerlingen zich gekend en erkend voelen. De schaalgrootte van een vestiging biedt
onze leerlingen genoeg keuzemogelijkheden en faciliteiten en schept tegelijkertijd een stimulerend en uitdagend
klimaat om onze missie te verwerkelijken. Dit alles vindt plaats in een sfeer van wederzijds respect, tolerantie en betrokkenheid van leerlingen, ouders en medewerkers.
dialoog
We zoeken op verschillende niveaus de dialoog
met alle deelnemers in ‘de school als gemeenschap’. We hechten grote waarde aan samenwerking en open communicatie met ouder(s)/verzorger(s) van leerlingen.
inleiding
5
organisatie Hoe ziet onze organisatie er uit?
Per 1 januari 2009 hebben de Stichting Katholiek Voortgezet
Onderwijs Apeldoorn en omstreken (SKVOAO, oftewel Veluws
managementteam van de CVO-scholen. Dit overleg staat ook onder leiding van de directeur VO.
College), de Stichting Katholiek Primair Onderwijs Oost-Veluwe
management op de vestigingen
(SCVO) een samenwerkingsstichting opgericht. De vier
bestaat uit de vestigingsdirectie (directeur en op Walterbosch/
(SKPOOV) en de Stichting Christelijk Voortgezet Onderwijs
stichtingen werken onder één College van Bestuur en onder één Raad van Toezicht.
aansturing vo
In het voorjaar van 2010 heeft het College van Bestuur een
gezamenlijk strategisch beleidsplan geschreven voor de vier stichtingen. Tegelijkertijd is ook de aansturing van de twee
stichtingen voor voortgezet onderwijs veranderd. Het onder
wijs wordt aangestuurd door één directeur Voortgezet Onder
Elke vestiging kent zijn eigen managementteam. Dit team
Cortenbosch ook de adjunct-directeur) en de afdelingsleiders.
medezeggenschap
Het Veluws College heeft één (gemeenschappelijke) mede zeggenschapsraad. Hierin zijn alle vestigingen vertegen woordigd. De medezeggenschapsraad overlegt met de
directeur VO. Minimaal eenmaal per jaar kan de MR overleggen met het College van Bestuur.
wijs. Deze directeur draagt de eindverantwoordelijkheid voor
vrouwen in schoolleiding
College van Bestuur.
leiding door vrouwen ingenomen wordt. Op dit moment
beide onderwijsstichtingen en legt verantwoording af aan het
overleg
Het beleid van onze school wordt vormgegeven en geëvalueerd in diverse overlegorganen. Dit overleg vindt plaats in zowel de samenwerkingsstichting als in de stichting KVOAO (Veluws
College) en in de afzonderlijke scholen. Ook de directies van
beide stichtingen voor voortgezet onderwijs voeren regelmatig overleg.
We streven ernaar dat de helft van de posities in de school bestaat de schoolleiding uit zeven personen, onder wie drie
vrouwen. Ook in het management op de vestigingen willen
we met mannen en vrouwen evenredig vertegenwoordigd zijn.
Onder de vijftien afdelingsleiders zijn zes vrouwen. Het aandeel
vrouwen is daarmee toegenomen van 18 procent in 2006 naar 40 procent in 2010.
De eindverantwoordelijken voor de vier stichtingen voeren
Wat is er veranderd tussen 2006 en 2010?
met het College van Bestuur.
In 2007 zijn de directiefuncties op de vestigingen definitief
in het centraal managementteam (CMT) maandelijks overleg
schoolleiding
De schoolleiding bepaalt het beleid van het Veluws College. De schoolleiding, bestaande uit de directies van de vier
vestigingen, vergadert wekelijks onder leiding van de directeur
school- en afdelingsleiding
ingevuld. Op een enkele wijziging na zijn de benoemde
directieleden nog steeds actief. De schoolleiding heeft zich de afgelopen jaren duidelijk ontwikkeld tot het beleids bepalende orgaan.
VO. Eén keer per maand vergadert de schoolleiding met het
6
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
Omdat de vestigingen in Apeldoorn zijn gegroeid, is daar
senior beleidsmedewerker
is in 2007 een nieuwe functiebeschrijving vastgesteld.
werker ingevoerd. Deze functie werd noodzakelijk om het
het aantal afdelingsleiders uitgebreid. Voor de afdelingsleiders
Hoofdkenmerken van de nieuwe functie zijn:
Per 1 augustus 2009 is de functie van (senior) beleidsmede ‘beleidsrijk acteren’ van de schoolleiding te ondersteunen.
• meer verantwoordelijkheid als leidinggevende in
Welke koers varen we?
• meer verantwoordelijkheid op onderwijskundig terrein.
management, werken met de beleidscyclus en werken
de organisatie;
Omdat de afdelingsleiders behoefte hadden aan meer onder
Onze koers is gebaseerd op drie principes: integraal
binnen kaderstellende en richtinggevende afspraken.
linge afstemming, vergaderen zij nu structureel enkele keren
integraal management
overleg/studiemiddagen gepland met alle afdelingsleiders
leiderschap. Enkele kenmerken:
per jaar. Ook zijn er in het schooljaar 2010-2011 drie data voor en directieleden van de school.
lc- en ld-functies
Bij de invoering van FUWA-VO hield het Veluws College
uitsluitend de LB-docentenfunctie over. Per 1 maart 2009
en per 1 maart 2010 zijn er twee LC-docentenfuncties aan het functiebouwwerk toegevoegd: die van innoverend
coördinerend docent en die van seniordocent. In het najaar
van 2010 is ook een functiebeschrijving voor een LD docenten
Integraal management is inspirerend en resultaatgericht
• medewerkers en anderen uit de omgeving zodanig
motiveren dat ze optimaal bijdragen aan de resultaten van de school;
• sturen op resultaten en de inzet van middelen combineren • taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zo laag mogelijk in de organisatie delegeren;
• elkaar aanspreken op het nakomen van afspraken op het vlak van ambities en de organisatiestrategie.
functie HAG vastgesteld.
beleidscyclus
ondersteuning ‘op maat’
bereiding, uitvoering, evaluatie en bijsturing. De evaluatie
Een trend is het invoeren van onderwijsondersteunende
functies ‘op maat’ voor taken die in het verleden veelal bij
docenten in hun jaartaak werden uitgevoerd. Dit gebeurt in
overleg met de MR. Op deze manier kan de docent zich beter
We maken gebruik van de beleidscyclus, die bestaat uit voor krijgt expliciet een plaats in het hele proces. Zo wordt op elke vestiging jaarlijks het jaarplan met de medewerkers geëvalueerd en – zo nodig – bijgesteld.
richten op zijn kerntaak: lesgeven en begeleiden. Tegelijkertijd
afspraken
vestigingen beter gewaarborgd. Voorbeelden van onderwijs
en richtinggevend. De vestigingen nemen de verantwoorde
wordt de continuïteit van bepaalde belangrijke taken in de ondersteunende functies zijn de activiteitencoördinator, de toezichthouder en de pedagogisch medewerker.
Ons beleid op stichtingsniveau is zoveel mogelijk kaderstellend lijkheid gezamenlijk (in de schoolleiding) of per vestiging
(in hun managementteam) om het beleid resultaatgericht in te vullen en uit te voeren.
organisatie
7
onderwijs in het kort Speerpunten de komende jaren zijn:
• een helder onderwijskundig kader voor alle vestigingen • onderwijsvernieuwing via ICT-beleid;
• ontwikkeling van een ‘doorlopende leerlijn’ in de schoolloopbaan van de leerlingen;
• afstemming tussen de afzonderlijke vestigingen; • verdere verhoging van de rendementscijfers (vooral in de bovenbouw);
• extra aandacht voor taal en rekenen.
Waar staan we nu? variatie in lesvormen
Een schooldag moet een afwisselende dag zijn. Een dag met variatie in lesvormen, waarbij ook met leerstijlen van onze
leerlingen rekening gehouden wordt. Daarom kunnen onze
leerlingen kiezen uit een extra vakkenaanbod: de Plusstromen en de PlusVakken.
loot-school
We zijn de afgelopen jaren als LOOT-school gegroeid. Waren
er bij de start in 2006 32 leerlingen met een LOOT-status, aan
plusvakken
Leerlingen van alle vestigingen, behalve de leerlingen op het VWO+, kunnen sinds het schooljaar 2007-2008 kiezen voor
een PlusVak. Ondanks een hier en daar moeizame introductie, nemen deze PlusVakken inmiddels een stevige plek in het onderbouwcurriculum in.
keuzewerktijd
Op de vestigingen Walterbosch en Mheenpark is de keuze werktijd geëvalueerd. Dit heeft geleid tot een aantal
aanpassingen in het beleid. De keuzewerktijd op zich is gehandhaafd.
huiswerkbegeleiding
Op alle vestigingen kunnen leerlingen zich aanmelden voor
huiswerkbegeleiding. De school selecteert aanbieders die deze begeleiding verzorgen. Zij vragen daarvoor aan de leerlingen/ ouders een vergoeding.
nieuwe periodisering
Op de vestigingen Walterbosch en Mheenpark is het schooljaar niet meer in vijf, maar vier perioden ingedeeld. Dit betekent
ook een toetsweek minder. De vestiging Twello hanteert vanaf het schooljaar 2010-2011 dezelfde periodisering.
het einde van schooljaar 2009-2010 waren dit er 82. Vanwege
ict
voor de statusbepaling van LOOT-leerlingen, hebben eind
impuls gekregen. In het schooljaar 2007-2008 hebben we
nieuwe, strengere criteria van NOC*NSF (per 1 januari 2010) december 2010 66 leerlingen een LOOT-status.
Het onderwijs heeft de afgelopen jaren een duidelijke ICT‘onder strakke voorwaarden’ digiborden geïntroduceerd op alle vestigingen. Met succes: inmiddels hangt in de meeste lokalen een digibord. De schoolleiding ondersteunt deze
onderwijskundige ontwikkeling van harte. Zo is het gebruik van de elektronische leeromgeving (ELO) ‘TeleTop’ snel toe
genomen. Ook zijn op alle vestigingen inmiddels draadloze netwerken operationeel.
8
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
burgerschap en integratie
Waar gaan we aan werken?
actief burgerschap en sociale integratie. Met name de vakken
De komende jaren werken we aan een heldere onderwijs
Het Veluws College houdt zich ook bezig met bevordering van levensbeschouwelijke vorming, maatschappijleer, geschiedenis en aardrijkskunde ‘behandelen’ de diversiteit in de samen
leving. Actief burgerschap en sociale integratie krijgen ook
vorm in een maatschappelijke stage, die al in het schooljaar
2008-2009 is ingevoerd. De vestiging Mheenpark voert actief internationaliseringsbeleid uit. Alle vestigingen besteden structureel aandacht aan goede doelen-acties.
taal en rekenen
Taal- en rekenbeleid is beleidsrijk ingezet. Kern hiervan is
taal- en rekenachterstanden bij nieuwe leerlingen zo spoedig mogelijk vast te stellen en met een specifiek aanbod ‘te repareren’.
onderwijstijd
Het Veluws College voert al een aantal jaren gericht beleid en voldoet aan de inspectienormen voor de onderwijstijd.
rendementscijfers
In bijlage 1 is meer te vinden over de rendementscijfers.
Belangrijkste conclusie: veel cijfers zijn in de periode 2007-2011 verbeterd.
onderwijskundig beleid
Het Veluws College heeft meerdere vestigingen, maar is
één school met één onderwijskundig beleid. De schoolleiding
handelt alle beleidsmatige zaken op onderwijskundig terrein met een schoolbrede impact af. Wel kan de uitwerking van dit beleid per vestiging verschillen.
onderwijskundig beleid
kundige lijn die voor alle vestigingen de leidraad moet vormen
bij het onderwijskundig handelen. Deze lijn moet sturen, maar ook ruimte bieden voor eigen initiatief van de professional.
Het formuleren van heldere kaders biedt ook de gelegenheid in de gesprekkencyclus met medewerkers meer aandacht te besteden aan onderwijskundige zaken.
ict
Onderwijsvernieuwing vindt vooral plaats via het ICT-beleid.
Op deze manier sluiten we aan bij ontwikkelingen in de maat schappij. Ook zien we ICT als middel om de motivatie van leer lingen te verhogen, hen meer maatwerk te bieden, meer ren dement uit het onderwijs te halen, en aan te sluiten bij het
vervolgonderwijs voor onze leerlingen. De ICT-coördinatoren
onderwijs pakken deze ‘opdracht’ samen met de schoolleiding op.
doorlopende leerlijn
Wij willen onze leerlingen een ‘doorlopende leerlijn’ in hun
schoolloopbaan bieden. Deze leerlijn zorgt ervoor dat leerlingen op gedifferentieerd niveau en binnen een duidelijke structuur groeien naar een vorm van zelfstandigheid en verantwoorde
lijkheid, die aansluit bij de levens- en ontwikkelingsfase waarin ze zich bevinden. De doorlopende leerlijnen manifesteren zich vooral in een goede aansluiting tussen de verschillende leer jaren, tussen de onderbouw en bovenbouw en tussen de
verschillende vestigingen. De doorlopende leerlijnen blijven
niet beperkt tot het Veluws College, maar sluiten ook zo goed mogelijk aan bij mogelijke vervolgopleidingen voor onze leerlingen.
onderwijs
9
afstemming
Het aanstellen van één directeur VO boven de beide VO-
stichtingen borgt de afstemming tussen alle scholen voor
bijzonder voor bijzonder voortgezet onderwijs in Apeldoorn.
rendementscijfers
Hoewel veel rendementscijfers ‘gehaald’ zijn, is verbetering mogelijk. Met name het rendement van de onderbouw
Walterbosch verdient aandacht. Hetzelfde geldt voor het rendement bovenbouw voor alle vestigingen (behalve Cortenbosch).
…leren leerlingen vaardigheden toe te passen
• We besteden structureel aandacht aan vaardigheden om
leerlingen meer verantwoording te laten nemen voor hun eigen leerproces.
• Leerlingen moeten hun verworven kennis en inzicht toe
kunnen passen in een voortdurend veranderende situatie. De school moet ze daarop voorbereiden. Dus moet ons onderwijs zinvol, contextrijk en betekenisvol zijn. We bouwen dan ook bewust vakoverstijgende aspecten in ons onderwijs in.
met de (landelijke ) 4 HAVO-problematiek. De cijfers voor
…krijgt zelfstandig leren een herkenbare plaats in het curriculum
inspectienorm. De in bijlage 1 specifiek benoemde vakken
verschuiven van docentgestuurd onderwijs naar (zoveel
Voor de vestiging Walterbosch is dit punt nauw verbonden het centraal examen van alle vestigingen liggen boven de
moeten nadrukkelijk gestuurd worden op verbetering van hun resultaten.
taal en rekenen
Het taal- en rekenbeleid moet ‘verder de school in’ om het
niveau te borgen. We gaan regelmatig toetsen of leerlingen
nog steeds voldoen aan de vereiste fundamentele kwaliteit.
Hoe ziet ons beleid er uit?
Op alle vestigingen van het Veluws College…
…krijgen leerlingen activerend onderwijs
• Hierbij bieden we actief lerende leerlingen individuele mogelijkheden.
• Het geboden onderwijs moet leerlingen uitdagen.
• Tijdens de schoolcarrière van een leerling moet het accent mogelijk) zelfgestuurd onderwijs.
• Onze leerlingen moeten een groei naar zelfstandigheid doormaken.
…doen we recht aan verschillen tussen leerlingen
• We houden rekening met verschillende leerstijlen van leerlingen.
• We variëren in werkvormen tijdens de les(sen). • Er zijn verschillende tempo’s van leren mogelijk. • Leerlingen kunnen achterstanden inhalen. • Er is een keuze in leerstof. • We houden rekening met de ontwikkeling van specifieke talenten.
…is het onderwijs vormend
• De identiteit van de school is leidend. Waarden en normen, morele maatstaven, ethisch bewustzijn, burgerschaps
ontwikkeling en maatschappelijke verantwoordelijkheid
zijn herkenbaar in onze school aanwezig.
10
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
Binnen bovenstaande kaders voeren we verder nog de volgende (beleidsmatige) activiteiten uit:
• Er wordt een heldere onderwijskundige lijn geformuleerd,
· Het digitaal toetsen zal ook gebruikt worden om te komen tot een digitale toetsenbank voor alle vakken. De kwaliteit van onze toetsing wordt daarmee beter geborgd.
die voor alle vestigingen de leidraad is bij het onderwijs
· Vakken/domeinen/leergebieden over de verschillende
• Op alle vestigingen wordt o.a. aan de sociale competenties
soorten en leerjaren via de digitale toetsenbank.
kundig handelen (zie bijlage 2).
van leerlingen gewerkt met Leefstijltrainingen.
• ICT-beleid wordt verder vorm gegeven op de vestigingen. De invulling hiervan hangt af van de stand van zaken op de vestiging op ICT-gebied zowel wat de technische voor zieningen betreft als de onderwijskundige inhoud.
ICT-zaken waaraan door alle vestigingen gewerkt wordt zijn:
· Alle lesruimten zijn voorzien van een digibord, computer, internetverbinding.
· De electronische leeromgeving (ELO) krijgt (nog meer) een centrale plaats in het leren van onze leerlingen.
vestigingen heen borgen hun toetsen in gelijke school
· De absentenregistratie wordt volledig geautomatiseerd.
• Het Veluws College Walterbosch vernieuwt de VWO+-
profielen. We onderzoeken de mogelijkheden om het cultuur profiel te verbreden en het Technasium aan te bieden.
• In de bovenbouw VWO op Walterbosch bieden we de moge lijkheid een Cambridge-examen Engels op het niveau van Cambridge Proficiency English te doen. Voor leerlingen
afkomstig vanuit de onderbouw Mheenpark, die versterkt Engels gevolgd hebben, realiseren we een passend aan sluitend aanbod voor het vak Engels op Walterbosch.
· Vanuit de ELO krijgt de zelfstandigheid van onze leerlingen
• We zorgen voor een verdere implementatie van Techniek
· Software neemt daar waar dat mogelijk en wenselijk is
• ‘Zelfstandigheid van de leerling’ krijgt in het onderwijs
de vakken/domeinen/leergebieden richt zich op verdere
• Het Veluws College Twello start per 1 augustus 2011 met
beleid gevoerd worden, waarbij er niet naar wordt ge
• De vestiging Twello streeft naar een nieuwe onderwijs-
verder vorm.
de plaats in van boeken. De keuze van methoden voor
digitalisering van ons onderwijs. Er zal actief leermiddelen
streefd een school zonder schoolboeken te worden.
· Het gebruik van notebooks/laptops in ons onderwijs door
leerlingen zal sterk gestimuleerd worden. Daarvoor wordt
met zorg een aanbieder geselecteerd, die op onze condities de leerlingen een aantrekkelijk totaal-aanbod kan doen voor de levering van een notebook/laptop, die gecon
figureerd is voor ons draadloze netwerk en onze onderwijs
content. Implementatie hiervan start gefaseerd uitgevoerd m.i.v. het schooljaar 2010-2011.
· Het digitaal toetsen wordt gestimuleerd. WinToets is
daarvoor al in gebruik en dient verder geïmplementeerd te worden.
Breed op de vestiging Cortenbosch.
concept van Cortenbosch een herkenbare plek. VWO-onderwijs in de onderbouw.
locatie om de toekomst van het voortgezet onderwijs in de gemeente Voorst te borgen.
• Het Veluws College Mheenpark bouwt de huidige profilering verder uit.
VWO+ International krijgt een nog steviger basis in de
school. De positie van de MAVO als vooropleiding voor de
HAVO wordt duidelijk zichtbaar in de doorstroomresultaten (naar de vestiging Walterbosch).
• Het Veluws College voert een actief beleid ter bevordering
van de doorstroom van leerlingen van de MAVO/TL naar de
HAVO. Daarnaast neemt de school actief deel aan netwerken om de doorstroom van leerlingen naar vervolgopleidingen te stimuleren.
onderwijs
11
• Het Veluws College werkt verder aan haar profilering als
LOOT-school. De uitbouw van de voetbalacademie heeft voor de vestiging Twello prioriteit. Het aantal LOOT-leerlingen op
doelen komende planperiode Rendement onderbouw
Alle vestigingen:
• Het Veluws College wil op taal- en rekengebied de volgende
Rendement bovenbouw
Alle vestigingen:
· een structuur binnen het onderwijsaanbod opzetten
Doublures en afstroom
4 HAVO: max. 15 %
Resultaten leerlingen
Geen onderscheid tussen
het totaal van de leerlingen vraagt een goede organisatie en onderwijs op maat. doelen behalen:
waarin op systematische wijze aandacht wordt besteed aan taal- en rekenvaardigheden;
· toetsmateriaal ontwikkelen/verkrijgen voor het meten van het niveau van de taal- en rekenvaardigheden bij
bovenbouw HAVO/VWO in klas 4 HAG
de leerlingen;
· onderwijs op maat aanbieden bij het wegwerken
van deficiënties op het gebied van taal en rekenen.
• We bespreken de gerealiseerde netto onderwijstijd jaarlijks met de medezeggenschapsraad. Hierbij kijken we zowel naar het afgelopen schooljaar als het lopende schooljaar
• In overleg met de basisscholen binnen de Veluwse
Scholengroep wil het Veluws College de aansluiting
bovengemiddeld bovengemiddeld 4 VWO: max. 6%
leerlingen met onderbouw Mheenpark, Twello,
Walterbosch of Cortenbosch Verschil cijfer school examen en centraal examen
Gemiddeld cijfer
centraal examen
realiseren voor de leerlingen die op de basisschool versterkt
Voor alle vestigingen: gering verschil
Op alle vestigingen is het gemiddeld cijfer voor het
centraal examen tenminste gelijk aan dat van de
Engels gevolgd hebben.
vergelijkingsgroep
• Voor het onderwijsrendement en onderwijsresultaten willen we in de komende planperiode de volgende doelen halen (zie hiernaast):
12
streefgetallen Streefgetallen slagingspercentages
2012
2014
BBL
100%
100%
KBL
95%
97%
GL/TL/MAVO
96%
98%
HAVO
90%
93%
VWO
90%
95%
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
pedagogisch klimaat in het kort Speerpunten de komende jaren zijn:
• verbeteren van de veiligheidsbeleving van de leerlingen op de vestigingen;
• stimuleren van sociale vaardigheden(ook buiten de lessen om);
• verankering van de schoolregels;
• naleving van het schoolveiligheidsplan (SVP); • voorkomen van agressie en geweld;
• samenwerking met ouders op pedagogisch vlak; • tegengaan van lesverzuim.
tevredenheidsonderzoeken
Een belangrijke indicator of het pedagogisch klimaat binnen het Veluws College voor alle betrokkenen motiverend en
stimulerend werkt, is het tevredenheidsonderzoek. Jaarlijks
nemen we schoolbreed (= op alle vestigingen identieke) drie
tevredenheidsonderzoeken af. Twee hiervan nemen we volgens een vastgelegd schema af (te vinden in de kwaliteitsmatrix
van het Veluws College, zie bijlage 3). Het derde stelt de school
leiding jaarlijks vast.
In het algemeen scoort het Veluws College voor de leerlingen op het gebied van veiligheid over de laatste jaren gemiddeld rond de benchmark. Voor ouders is de score boven de benchmark (zie bijlage 4).
We hebben ook medewerkers bevraagd op de aspecten veilig
Waar staan we nu? waarden
De identiteit van een school komt voor een belangrijk deel tot
uiting in het pedagogisch klimaat. Op het Veluws College geven we dit klimaat vorm op basis van waarden die uit de christelijke traditie stammen. Hiertoe rekenen we:
• respect hebben voor en het betrokken zijn bij de medemens; • geloof hebben in de groei van mensen; • zorg hebben voor de leefomgeving; • oog hebben voor het immateriële; • eigen verantwoordelijkheid nemen; • saamhorigheid nastreven; • de eigen rol in de samenleving invullen; • verantwoorde keuzes maken. Vanuit deze waarden streven we naar een positief werkklimaat, dat voor alle betrokkenen motiverend en stimulerend werkt.
heid en werksfeer (zie ook bijlage 4). Het Veluws College scoort
op het gebied van veiligheid voor de medewerkers aantoonbaar boven de benchmark. De vestigingen Walterbosch en
Mheenpark vallen daarbij in positieve zin op (op vlak van veilig heid en werksfeer), terwijl de vestiging Cortenbosch een iets
negatiever beeld toont. De vestiging Twello vertoont een licht stijgende tendens op beide aspecten.
Waar gaan we aan werken? veiligheid
De veiligheidsbeleving van leerlingen op de vestigingen
Cortenbosch, Mheenpark en Twello kan verbeterd worden.
verzuimbeleid
Hoewel leerlingenverzuim op alle vestigingen al jaren een
beleidsspeerpunt is, kunnen we pas sinds kort – vanwege de
aanschaf en implementatie van het softwarepakket Cum Laude – veel managementinformatie, waaronder het verzuim van leerlingen, genereren.
pedagogisch klimaat
13
Hoe ziet ons beleid er uit?
Het Veluws College wil een school voor hoofd, hart en handen zijn. We willen onze leerlingen niet alleen laten leren en leren leren, maar ook leren leven. Onze school is voor de leerlingen een voorbeeld voor een rechtvaardige samenleving. We
nodigen onze leerlingen nadrukkelijk uit daaraan mee te werken.
• Verzuimbestrijding heeft hoge prioriteit. Alle vestigingen
handelen identiek op dit terrein. De resultaten van verzuim bestrijding maken we jaarlijks bekend in de evaluatie van het jaarplan van de vestiging.
• Schoolbreed spreken we een uniform sanctiebeleid af. Verschillen tussen de vestigingen zitten in nuances, niet op hoofdlijnen.
We willen ook een school zijn waar onze leerlingen zich mee
• Docenten zijn verantwoordelijk voor het opleggen en
we saamhorigheid nastreven. Dus trainen we sociale
• We informeren (en betrekken) ouders/verzorgers tijdig
verbonden voelen. De school is een leefgemeenschap waarin vaardigheden niet alleen binnen de les, maar ook daarbuiten. We stimuleren onze leerlingen te participeren in activiteiten
uitvoeren van eventuele sancties. en adequaat.
buiten de lessen om.
schoolregels
aan goede omgangsvormen op school. We verwachten dat alle
‘schoolregels’. Een structuur met duidelijke en vaste regels
Vanuit het respect voor de medemens hechten we grote waarde betrokkenen elkaar op een fatsoenlijke manier tegemoet tre den. Problemen zijn er om opgelost te worden waarbij altijd het principe van hoor en wederhoor toegepast wordt. Alle betrokkenen moeten zich inzetten voor het handhaven of herstel van een goede relatie.
kaders
Om deze pedagogische visie te verankeren in de praktijk van alle dag hanteren alle vestigingen van het Veluws College de volgende kaders:
Bovenstaande waarden vormen ook de basis voor de
en werkwijzen geeft leerlingen houvast en een gevoel van
veiligheid en daarmee een basis voor een goed leerklimaat. Met schoolregels geven we grenzen aan. Grenzen stellen
betekent ook grenzen bewaken. Hierbij heeft het collectieve belang een hogere waarde dan het individuele belang.
Het Veluws College acht het haar taak leerlingen, wanneer noodzakelijk te confronteren met grenzen en verwacht
van haar leerlingen dat deze het ‘nee’ leren aanvaarden en respecteren.
• We behandelen alle leerlingen gelijk. • We tolereren pesten niet. • In alle pedagogische situaties passen we hoor en wederhoor
svp
• Handhaving of herstel van de relatie tussen alle betrokkenen
die jaarlijks specifiek onder de aandacht van alle mede-
toe.
heeft hoge prioriteit. In principe gaan we altijd het gesprek aan.
14
We hanteren al een aantal jaren een schoolveiligheidsplan (SVP). Het SVP is voor iedere medewerker toegankelijk op de personeelssite. Het SVP kent de volgende onderdelen, werkers gebracht worden:
• gedragscode; • stappenplan bij seksuele intimidatie; • omgaan met conflicten; • pesten;
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
• beleid en klachtenregeling seksuele intimidatie; • melding en registratie ongevallen; • melding en registratie incidenten m.b.t. ongewenst gedrag (agressie, pesten, geweld, ...);
• opvang personeel na ernstig incident;
• opvang leerlingen na ernstig incident. Ons beleid is er sterk op gericht dat medewerkers met
weerstanden en agressie kunnen omgaan. Op die manier bevorderen we het pedagogisch klimaat. Zo trainden
(en trainen) we verschillende categorieën medewerkers in het omgaan met agressie op de werkvloer.
ouders en school
Ons uitgangspunt is dat de school als leefgemeenschap een
opvoedkundige taak heeft in de huidige maatschappij. Maar de school kan en moet de opvoedkundige taak van de ouders niet overnemen. Ouders en school vullen elkaar in hun
pedagogische taak aan en versterken elkaar. De school betrekt de ouders bij school door diverse ouder- en thema-avonden. Verder zijn ouders naast de formele
medezeggenschapsstructuur ook via ouderraden betrokken bij de vestiging van hun kind(eren). Ook kunnen ze partici
peren in klankbordgroepen. Ondanks veel inspanningen van de school verloopt deze participatie met wisselend succes.
pedagogisch klimaat
15
zorg en begeleiding in het kort Speerpunten de komende jaren zijn:
• de invulling en uitvoering van het mentoraat
(‘de mentor is de spil in de begeleiding van leerlingen’);
• actualisering van de (meerjarige) zorgplannen; • bewaking van het ‘primaat van het onderwijs’ (boven zorg en begeleiding);
• het bieden van goede doorverwijzing (tweedelijnszorg).
Als een van bovenstaande vragen negatief beantwoord wordt,
verwijzen we de betrokken leerling naar externe hulpverlening. Essentieel voor een leerling in nood is een goede verwijzing. Daarvoor heeft elke vestiging van onze school een eigen
zorgteam en zorgcoördinator. Deze laatste participeert in
het schoolbrede zorgadviesteam, dat in overleg met vertegen woordigers van externe hulpverlenende instanties zorg op
maat biedt. Het bovenschoolse zorgadviesteam wordt voor
gezeten door de bovenschoolse zorgcoördinator. Deze is ook
de vertegenwoordiger van het Veluws College in de contacten met externe instanties zoals bijvoorbeeld OSCAR en ZAT. Het
Waar staan we nu?
We willen een zorgzame school zijn. Zorgzaamheid voor elkaar moet dan ook de basishouding van alle betrokkenen in onze school zijn. Het Veluws College heeft zorg en aandacht voor
iedere leerling. De begeleiding van de leerling kan variëren van ‘sterk sturend’ tot ‘volgend op afstand’. Welke mate van begeleiding een leerling ontvangt, is afhankelijk van diens
Veluws College heeft het convenant ZAT ondertekend en voert in dit kader beleid zoals hierboven vermeld uit.
We bieden leerlingen met een LWOO-indicatie passende zorg op de vestiging Cortenbosch. Deze zorg wordt door extra
gefaciliteerde mentoren en gespecialiseerde onderwijskundige medewerkers op maat geleverd. Op de vestiging Cortenbosch zijn geen aparte LWOO-groepen.
ontwikkeling.
eerstelijnszorg
dienst van het primaire proces: het onderwijs.
draagt in de lessen niet alleen kennis en vaardigheden over,
Zorg voor leerlingen is geen doel op zich, maar staat altijd in
Aan de hand van de volgende criteria bepaalt de school of leerlingen extra zorg ontvangen:
• De begeleiding ondersteunt het primaire proces. • De school heeft de professionaliteit in huis voor het soort begeleiding dat gevraagd wordt.
• De begeleiding kan succesvol in een beperkte hoeveelheid tijd verleend worden.
Op het Veluws College is elke docent begeleider. Een docent
maar heeft ook oog voor het welzijn van leerlingen. De mentor
is verantwoordelijk voor de eerstelijnszorg op school. De mentor staat dicht bij de leerling en heeft de eerste verantwoordelijk heid voor het bewaken van de studieresultaten, de sociaalemotionele begeleiding, de begeleiding op het gebied van studievaardigheden en de begeleiding bij de studie- en beroepskeuze.
• De begeleiding past binnen het zorgprofiel van de school/ vestiging en de bijbehorende opnamecapaciteit voor leerlingen met een bepaald type zorgvraag.
16
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
Accenten in het mentoraat zetten we voor alle vestigingen
Waar gaan we aan werken?
Dat zijn de leerjaren met de grootste in- en doorstroom.
Hoewel alle docenten in principe mentor moeten (kunnen)
in het eerste en voor VC Walterbosch in het vierde leerjaar.
In die jaren moet de school zorgen voor extra goede opvang. In de onderbouw kent het mentoraat een meer sturend
karakter, in de bovenbouw (en in het bijzonder in de klassen 5+6) is de begeleiding meer volgend van aard.
tweedelijnszorg
Als zorgzame school biedt het Veluws College een ‘vangnet’
voor leerlingen die het moeilijk hebben. We geven leerling niet
eerstelijnszorg
zijn, blijkt de invulling van het mentoraat op de vestigingen soms lastig. Soms wordt een mentoraat minder goed
uitgevoerd. Dat blijkt ook uit onderzoek onder leerlingen.
Ouders zijn over het algemeen tevreden over de begeleiding
van hun kind. Alle vestigingen van het Veluws College scoren in het kwaliteitsonderzoek van 2009 op het terrein van de begeleiding ruim boven de benchmark.
op, maar begeleiden ze naar een traject dat recht doet aan hun
tweedelijnszorg
ook een goed georganiseerde en gefaciliteerde tweedelijnszorg.
om de goede zorgfaciliteiten. Dit betekent dat (basis)scholen
individuele mogelijkheden. Hiervoor heeft het Veluws College
Terreinen waarop het Veluws College haar aandacht in dit opzicht richt:
• remedial teaching, dyslexie en dyscalculie; • begeleiding van LGF-geïndiceerde leerlingen; • orthopedagogische begeleiding; • zelfvertrouwen bevorderende training; • counseling; • training in sociale vaardigheden d.m.v. de methode ‘Leefstijl’ in de brugklas;
• studievaardigheden;
• talentontwikkeling; • studie- en beroepskeuze; • sociale vaardigheidstraining.
Het Veluws College staat in Apeldoorn en omgeving bekend en instanties vaak doorverwijzen naar het Veluws College. De vestigingen merken inmiddels dat de grenzen van de
opvangcapaciteit bereikt worden. Zorg kan altijd meer en beter, maar moet ook zijn beperkingen kennen. Het Veluws College is
een onderwijsinstelling, die het als opdracht ziet alle leerlingen (ongeacht hun zorgbehoefte) passend onderwijs te bieden.
zorgplan
Het zorgplan per vestiging moet geactualiseerd worden (behalve voor de vestiging Cortenbosch).
leerlingvolgsysteem (lvs)
Het leerlingvolgsysteem is nog niet (volledig) gedigitaliseerd.
Met OSCAR als ‘eigen nevenvestiging zorg’ realiseren we een
zorgcontinuüm. Via diverse modellen zoals de symbiose-groep, tijdelijke/gedeeltelijke uitplaatsing, ambulante begeleiding, consultatie en coaching on the job kunnen we maatwerk
bieden, met behoud van grenzen in de eigen zorgcapaciteit.
zorg en begeleiding
17
Hoe ziet ons beleid er uit?
Binnen bovenstaande kaders voeren we verder nog de volgende (beleidsmatige) activiteiten uit:
• Alle vestigingen presenteren een plan van aanpak hoe de
tevredenheid van leerlingen over het mentoraat verbeterd
kan worden. Dit plan van aanpak is voor de zomervakantie
2011 gereed en wordt (eventueel gefaseerd) uitgevoerd vanaf het schooljaar 2011-2012.
• Doelstelling: het mentoraat scoort boven de benchmark in de kwaliteitsonderzoeken vanaf het schooljaar 2011-2012.
• In het plan van aanpak bieden we alternatieve vormen van eerstelijnsleerlingbegeleiding ook als mogelijkheid in het besluitvormingstraject aan.
• Per vestiging actualiseren we aan de hand van het model
van de vestiging Cortenbosch het zorgplan. Het vernieuwde (meerjaren)zorgplan is gereed voor de zomervakantie 2011.
• Het leerlingvolgsysteem wordt volledig gedigitaliseerd
Invoering hiervan gebeurt gelijktijdig met de implementatie van de vernieuwing van het schooladministratiesysteem @VO vanaf het najaar 2010.
• Het Veluws College participeert in alle werkgroepen, die
vanuit de SLAR in het kader van de uitvoering van Passend Onderwijs opgericht worden.
• We stellen per vestiging een zorgprofiel vast. • In de aanloop naar de implementatie van het geformuleerde beleid over Passend Onderwijs voeren we al eigen beleid uit om de toestroom van zorgleerlingen te beperken. De school waakt nadrukkelijk over een goede balans tussen zorg- en niet-zorgleerlingen. Passend onderwijs is voor iedereen!
18
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
personeelsbeleid in het kort Speerpunten de komende jaren zijn:
• verbetering van de gesprekkencyclus volgens het PDCA-principe;
• intensivering van het beleid op het vlak van onbevoegde docenten;
• scherpere functieprofielen voor een gerichte werving & selectie;
• inbouw van ICT-component in de functiebeschrijvingen van docenten;
• opstellen van een nieuw voorstel voor het taakbeleid; • positioneren van het Veluws College als opleidings school;
• werken aan de professionalisering (en professionele autonomie) van de docent;
• bevordering van de mobiliteit van medewerkers; • terugdringen van het ziekteverzuim.
competentieprofielen
Het opzetten van de gesprekkencyclus is ook aangegrepen
om voor de grootste groep medewerkers (docenten, afdelings leiders, directieleden) competentieprofielen op te stellen. We voorzien elke nieuwe functie standaard van een com petentieprofiel.
onbevoegde docenten
Sinds het schooljaar 2009-2010 kent het Veluws College specifiek beleid voor langdurig onbevoegde docenten.
Dit beleid moet ertoe leiden dat docenten hun bevoegdheid alsnog halen.
werving en selectie
De werving en selectie is de afgelopen jaren gestandaardiseerd. We werken met een benoemingscommissie (BC) en een benoe mingsadviescommissie (BAC). In de BAC wordt de inbreng/
medezeggenschap van collega’s geborgd. Bij leidinggevende
functies, bij bijzondere docentenfuncties, en bij functies die een schaalverhoging inhouden, betrekken we ook de (P)MR
Waar staan we nu? gesprekkencyclus
De gesprekkencyclus is geïmplementeerd. Dit betekent dat
en leidinggevenden bij de BAC. Voor vacatures stellen we profielen op die het gericht zoeken naar een passende kandidaat vergemakkelijken.
alle daarvoor in aanmerking komende medewerkers (met
functiedifferentiatie
(een soort nulmeting bij het begin van de cyclus) met hun
duceerd. Zonder uitputtend te willen zijn gaat het om:
name docenten) in het schooljaar 2008-2009 een startgesprek leidinggevende hebben gevoerd. In het schooljaar 2009-2010
De afgelopen jaren is een aantal nieuwe functies geïntro toezichthouder, activiteitencoördinator, seniordocent,
zijn met alle betrokkenen voortgangsgesprekken gevoerd.
innoverend-coördinerend docent, pedagogisch medewerker,
gesprekken met de medewerkers gevoerd, die de start van de
Docenten kunnen doorgroeien naar een LC-docentschap.
In het schooljaar 2010-2011 worden voor het eerst beoordelings cyclus meegemaakt hebben. Ander onderdeel van de gesprek kencyclus is het opstellen van een persoonlijk ontwikkelings plan (POP) voor elke medewerker.
beleidsmedewerker.
Dit reeds geformuleerde en ingezette beleid sloot uitstekend
aan bij de door de overheid verplichte invoering van de functie mix. We hebben gekozen voor een beleidsrijke invulling, die aansluit bij de onderwijskundige en organisatorische
personeelsbeleid
19
behoeften van de school. Dit heeft geresulteerd in de LC-
vindt, heet ‘Samen Opleiden’. Ook heeft onze school het
Per 1 maart 2009 en per 1 maart 2010 zijn docenten aangesteld
in Apeldoorn en het Stedelijk Dalton uit Zutphen. Het Veluws
functies ‘innoverend-coördinerend docent’ en ‘seniordocent’. in deze nieuwe functies.
In het najaar van 2010 is ook voor de LD-docentenfunctie HAG een functiebeschrijving opgesteld. Ook hier geen generieke
functie, maar zoveel mogelijk maatwerk passend bij de visie
initiatief genomen tot een partnerschap met de CVO-scholen College speelt in dit partnerschap een leidende rol.
Er is een begeleidingsstructuur op alle vestigingen neergezet voor de begeleiding van nieuwe, zittende én aankomende docenten (die nog studeren). In het kader van de arbeids
op het onderwijs aan het Veluws College.
marktproblematiek is de afgelopen jaren ook ingezet op het
matig uitstekend en volgens planning. Voor het beleidsplan
zij-instromers.
De invoering van beleid voor de functiemix verloopt proces functiemix is in het najaar 2010 instemming verkregen van de PMR.
ict-eisen
In het najaar 2010 zijn aan elke beschrijving voor een docenten functie ICT-eisen toegevoegd.
secundaire arbeidsvoorwaarden
selecteren, aanstellen, opleiden en begeleiden van zogeheten
centrum voor professionalisering en ontwikkeling
In het schooljaar 2009-2010 zijn de eerste stappen gezet om voor de samenwerkingsstichting te komen tot een centrum voor professionalisering en ontwikkeling voor onze mede werkers. Werktitel is de Academie.
De secundaire arbeidsvoorwaarden zijn verder verbeterd.
personeelstevredenheid
de introductie van een internetvergoeding en de aanpassing
een vaste cyclus. In het algemeen scoort het Veluws College op
Denk onder meer aan de invoering van het cafetariamodel, van de reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer buiten reguliere werktijden.
jaartaakbeleid
Sinds een paar jaar meten we personeelstevredenheid volgens de 23 domeinen van personeelstevredenheid voor drie van de vier vestigingen (uitgezonderd Twello) boven de benchmark (zie bijlage 5).
De aanpassing van het jaartaakbeleid voor docenten is niet tot
ziekteverzuim
(tweederde) meerderheid van docenten.
onze aandacht. Het verzuimpercentage en de verzuim
stand gekomen. Het voorstel kreeg niet de steun van de vereiste
opleidingen
De afgelopen jaren heeft opleidingsbeleid een stevige plaats
in de organisatie ingenomen. In 2012 willen we de accreditatie als opleidingsschool verkrijgen. Daarvoor is de samenwerking
met Hogeschool Windesheim uit Zwolle gezocht. De structuur, waarbinnen dit samen met Hogeschool Windesheim plaats
20
Ziekteverzuim van medewerkers heeft al een aantal jaren frequentie liggen al wat langer boven het landelijk gemiddelde. Het hoge verzuimpercentage is vooral terug te vinden bij
medewerkers tussen 26 en 35 jaar en bij medewerkers ouder
dan 55 jaar. Daarbij verzuimen vrouwen meer dan mannen. De hoge verzuimfrequentie zien we vooral bij medewerkers
tussen de 26 en 35 jaar, maar ook bij medewerkers onder de
26 jaar. Het betreft hier dus vooral de jongere medewerkers.
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
Vrouwen verzuimen frequenter dan mannen.
werving en selectie
van medewerkers is gestuurd, hebben we vanaf schooljaar
een grotere rol spelen bij het aantrekken van de juiste mede
Nadat in voorgaande jaren vooral op bewustwording
2008-2009 sterker ingestoken op gedragsverandering. In het
schooljaar 2009-2010 is nog eens gericht aandacht besteed aan
De profielen voor vacatures binnen het Veluws College kunnen werkers.
de formele kanten van verzuim. Een externe partij heeft toen
functies
medewerkers opgefrist. Ook is het afgelopen schooljaar
moeten we consequent de relatie met de onderwijskundige
de kennis van alle directieleden, alle afdelingsleiders en alle
regelmatig binnen de vestigingen gecommuniceerd over de hoogte van het ziekteverzuim en de gevolgen daarvan. De
verzuimcijfers van het schooljaar 2009-2010 laten een lichte
daling van het verzuimpercentage zien: van 5,34 procent eind
schooljaar 2008-2009 naar 5,04 procent eind schooljaar 20092010. Hetzelfde geldt voor de verzuimfrequentie, met een
daling van 2,04 naar 1,75. De landelijke cijfers voor 2009 zijn: verzuimpercentage 5,2 procent en verzuimfrequentie 1,6.
Waar gaan we aan werken? gesprekkencyclus
De gesprekkencyclus moet na afronding van de eerste
Bij de uitvoering van beleid op het gebied van de functiemix behoeften van de school leggen. Functiebeschrijvingen op
maat borgen deze relatie. Aandachtspunt is het borgen van de ICT-ontwikkelingen op school in het functiegebouw van het Veluws College. Hiervoor zijn alle functiebeschrijvingen
voor docenten aangepast. De implementatie moet de komende planperiode plaatsvinden.
taakbeleid
Binnen de schoolleiding krijgt taakbeleid de komende jaren
hernieuwde aandacht. Het huidige model schiet in de ogen van de schoolleiding tekort. Samen met de PMR passen we het afgewezen voorstel, waar mogelijk, aan.
driejaarscyclus geëvalueerd worden. De opgedane ervaring
opleidingen
volgens het PDCA-principe. Met name het opstellen van het
als opleidingsschool samen met de scholen in het partnerschap
kan gebruikt worden voor verbetering van de gesprekkencyclus POP blijkt moeizaam te verlopen. Deels is dit een ‘cultuur
verschijnsel’, deels kan het ook liggen aan een gebrek aan goede handvatten voor het opstellen van een POP.
onbevoegde docenten
Het beleid op het vlak van langdurig onbevoegde docenten moeten we goed implementeren in de gesprekkencyclus
en de formatie aan het eind van het schooljaar. We moeten
tijdig beslissingen nemen over het continueren van arbeids overeenkomsten.
Het Veluws College ontwikkelt beleid om de accreditatie
te verkrijgen (Samen Opleiden). Nadrukkelijk streeft de scho0l leiding ook naar activering van het zittende personeel in het kader van Samen Opleiden.
Samen Opleiden is bedoeld om zowel de aansluiting bij de
opleidings- en daarmee de arbeidsmarkt te krijgen, maar ook
om als school intern een kwaliteitsslag te maken op het gebied van het eigen personeels- en onderwijsbeleid.
professionaliteit
Bij deze kwaliteitsslag speelt de professionaliteit van de docent de belangrijkste rol. Op die professionaliteit moeten we na
personeelsbeleid
21
drukkelijk sturen de komende jaren. Kenmerk daarbij is, dat
gestuurd wordt op de professionele autonomie van de docent.
mobiliteit
In het kader van mobiliteit van medewerkers kan van de andere organisaties in onze samenwerkingsstichting geprofiteerd worden. Denk aan het uitwisselen van docenten, nieuwe
kansen bieden voor medewerkers en loopbaanbeleid. Ook bij
werving & selectie liggen er mogelijkheden door gezamenlijk
handelen met de partner-organisaties. Gezamenlijk adverteren is bijvoorbeeld een voor de hand liggende optie.
versterken. De nadruk zal in de komende schooljaren liggen op het geven van activerend, vakoverstijgend onderwijs,
zelfstandig leren en implementatie van ICT in ons onderwijs.
In functionerings- en beoordelingsgesprekken zullen docenten op de realisatie hiervan bevraagd en beoordeeld worden. Het College van Bestuur en de schoolleiding vinden het
belangrijk dat medewerkers zich verbonden weten met de
school. Dan gaat het om de binding met zowel de vestiging als nadrukkelijk het Veluws College als geheel. In het perso neelsbeleid zullen beide aspecten dan ook een belangrijke rol spelen.
tevredenheid personeel
scholingsbeleid
school. Voor de vestiging Twello ligt daar een belangrijk ont
beleidsterrein:
Personeelstevredenheid is een belangrijk gegeven voor een wikkelpunt. Voor de vestiging Cortenbosch in iets mindere mate.
ziekteverzuim
Het beleid moet leiden tot een verdere daling van de verzuim cijfers. De aandacht zal zich de komende jaren richten op gedragsverandering. Onderzoeken laten zien dat ziekte-
verzuim voor een groot deel grijs verzuim is, dat door gedrags beïnvloeding binnen organisaties veranderd kan worden.
Hoe ziet ons beleid er uit?
Het Veluws College streeft naar een gekwalificeerd corps mede werkers. Docenten onder hen moeten bekwaam en bevoegd
zijn. Deze bekwaamheid moet passen bij de visie en de missie
van het Veluws College. Om de bekwaamheid op peil te houden stellen we onze medewerkers in staat zich te ontwikkelen.
Dit vertaalt zich in gericht scholingsbeleid, waarbij we in mede werkers investeren. Het scholingsbeleid zelf is erop gericht de onderwijskundige en organisatorische processen in school te
22
Het Veluws College kent twee uitgangspunten op dit
1 Alle docenten aan het Veluws College bezitten een wettelijke onderwijs bevoegdheid.
In dit kader voeren we als volgt beleid:
• Met nieuwe medewerkers, die geen wettelijke onderwijs bevoegdheid bezitten, maken we bij aanvang van het
(tijdelijke) dienstverband afspraken over het behalen van
de bevoegdheid: termijn, begeleiding in/door de organisatie en faciliteiten (tijd en geld).
• Met zittende medewerkers, die geen wettelijke onderwijs bevoegdheid bezitten en nog niet met een studie zijn
begonnen, maken we alsnog afspraken over het behalen van de bevoegdheid: termijn, begeleiding in/door de organisatie en faciliteiten (tijd en geld).
• Met zittende medewerkers, die inmiddels bezig zijn
het behalen van een wettelijke onderwijsbevoegdheid,
bespreken we jaarlijks de voortgang van de studie. In die gesprekken kunnen eventueel nadere afspraken worden gemaakt over termijn, begeleiding en tijd.
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
• Jaarlijks bespreken we met medewerkers, die hun bevoegd heid nog niet behaald hebben, de voortgang van de studie.
Bij onvoldoende vorderingen (op basis van een persoonlijk en schriftelijk vastgelegd studieplan) beëindigen we – als
er geen valide argumenten voor de slechte resultaten zijn
– de arbeidsovereenkomst met de betrokken medewerker (zie pagina 21 beleid langdurig onbevoegde docenten). 2 Alle docenten onderhouden hun professionele bekwaamheid.
In het kader van functionerings- en beoordelingsbeleid
spreken we met medewerkers af hoe zij aan hun professionele bekwaamheid werken en welke rol scholing daarbij speelt.
Het volgen van een studie naast het werken als docent wordt in veel gevallen als zwaar ervaren. Met het oog op de arbeids markt investeert het Veluws College als werkgever in het
behoud van goede, zittende docenten voor de organisatie en in het binnenhalen van nieuwe docenten. De faciliteiten, die
het Veluws College voor de studie van haar medewerkers biedt, zijn vastgelegd in de regeling ‘Studiefaciliteiten Veluws College’.
Binnen bovenstaande kaders voeren we verder nog de volgende (beleidsmatige) activiteiten uit:
• De invoering van ‘Keiwijzer’ ter ondersteuning van het proces van de gesprekkencyclus en het opstellen van een POP wordt
overwogen. Een besluit hierover wordt genomen na een pilot met ‘Keiwijzer’ op een of meerdere vestigingen.
• Gezien de aard en opbouw van de personele samenstelling in 2010 zijn de doelstellingen op dit terrein voor het Veluws College de komende jaren:
· een evenwichtigere verdeling tussen mannen
en vrouwen in dienst: 2014: 50 procent mannen
(1 oktober 2010:43,6 procent, docenten 45,4 procent);
· een evenwichtigere verdeling tussen fulltimers
en parttimers in dienst: 1-10-2014: 60 procent fulltimers/ grote parttimers (1-10-2010: 50,6 procent);
· vasthouden van de huidige gemiddelde leeftijd van de medewerkers: 42 jaar (docenten 41 jaar).
• In de komende planperiode wordt de invoering van onder wijskundige ICT-functies onderzocht.
• De ICT-eisen in de functiebeschrijving worden in de komende gesprekkencyclus nadrukkelijk gespreksonderwerp.
• Er wordt voor 2013 volgens de dan vigerende (CAO-)afspraken een vernieuwd voorstel over taakbeleid gedaan.
• In het personeelsbeleid voor docenten sturen we nadruk kelijker op professionele waarden en professionele auto nomie.
• In nogal wat publicaties wordt de docent een professional
genoemd. Ook op het Veluws College willen we de docent als een professional benaderen. Om na te gaan wat dat betekent moeten we eerst aangeven wat we verstaan onder een professional. Hieronder hanteren we de volgende definitie. De professional:
· heeft een expliciete visie op het werk en de bijdrage van dit werk aan de samenleving;
· baseert zijn handelen op (wetenschappelijke) kennis en maakt gebruik van daarvan afgeleide methoden, instrumenten en technieken;
· werkt volgens de kwaliteitsstandaarden die door de beroepsgroep zijn erkend;
· levert een bijdrage aan de ontwikkeling van de professie
en de beroepsgroep door ervaringen te delen met andere beroepsgenoten (feedback vragen, publiceren, debat aangaan, best practices delen met beroepsgenoten).
personeelsbeleid
23
De definitie betekent dat de docent gestimuleerd moet worden een visie op het werk te ontwikkelen en dat de docent in staat moet zijn in overleg met beroepsgenoten deze visie steeds te
blijven ontwikkelen. De docent dient verder in de gelegenheid te zijn de ontwikkelingen binnen het vak goed bij te houden. Voor de vestigingsdirecties betekent bovenstaande dat zij
kaders moet bieden om de docenten als professional te laten functioneren. Concreet betekent dit:
1 Er is tijd en expliciete aandacht voor de ontwikkeling van een visie op onderwijs op de vestiging binnen de kaders die daarvoor gesteld zijn door de schoolleiding.
2 Er is in de jaartaak van de docent ruimte beschikbaar voor het bijhouden van het vak. De docent wordt gestimuleerd deel te nemen aan scholingstrajecten.
3 De docent neemt zelf initiatieven om deel te nemen aan
scholingstrajecten die zijn/haar ontwikkeling binnen de gestelde kaders ten goede komt.
4 De docent reflecteert systematisch op zijn functioneren in het licht van de competenties die van hem/haar gevraagd worden.
5 Hij/zij legt verantwoording af over zijn functioneren.
6 De docent levert een bijdrage aan de ontwikkeling van de professie van de beroepsgroep door binnen school
ervaringen te delen om daarvan te leren en om anderen verder te helpen bij hun ontwikkeling.
7 Voor de school betekent dit dat zij wederzijds lesbezoek
stimuleert, vakoverstijgende projecten initieert, intervisie organiseert, gesprekken over onderwijs organiseert, etc.
8 Deelname en een bijdrage leveren aan een of meerdere vormen van collegiaal overleg is noodzakelijke om als professional aangemerkt te kunnen worden. Deze acht kaders zijn ontleend aan:
Ruimte voor de leraar, Froukje Broos en Erik Korte
24
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
financieel beleid Waar staan we nu?
financiële kadernota
Met ingang van 2007-2008 werken we met een begrotings
de begroting(en) een financiële kadernota vast.
begrotingen
model. Hierin stellen de vestigingen hun begroting op aan
Jaarlijks stellen we in aanloop naar het opstellen van
de hand van actuele bekostigingsinformatie, prognoses van
software
meerjarige formatie- en huisvestingsplannen, de budget
directies in staat tot op grootboekniveau de financiële stand
leerlingenaantallen, de daaruit voortvloeiende geactualiseerde uitputting over het voorgaande jaar, en de verwachte stand van de reserves. Bepalend voor onze begroting is de rijks
Sinds 2010 stelt het softwarepakket ‘Business Objects’ de van zaken van hun vestiging te bekijken.
bijdrage. Deze is gebaseerd op een relatief kleine vaste voet
functiemix
onderwijzend personeel (OP), onderwijsondersteunend
zijn in kaart gebracht. De PMR heeft in het najaar van 2010
en een bekostiging per leerling in drie functiecategorieën: personeel (OOP) en directie.
De toekenning van de financiële ruimte voor de vestigingen
De financiële gevolgen van de invoering van de functiemix ingestemd met de beleidsnotitie over de functiemix.
is gebaseerd op twee uitgangspunten:
Waar gaan we aan werken?
1 Elke vestiging krijgt het proportionele deel van de
het Veluws College. Jaarlijks beoordelen we met welk
inkomsten zoals die bij de vestiging met de voor haar specifieke schoolsoorten gelden.
2 Er vindt een correctie plaats van de inkomsten waarin de
verschillen tussen vestigings- en bestuurs-GPL (gemiddelde personeelslast) verdisconteerd worden.
Samen met de begroting van de directeur VO, waarin een
aantal bovenschoolse kostenposten (van de stichting dus)
zijn opgenomen, worden deze begrotingen geconsolideerd in een stichtingsbegroting.
Via de begroting verlagen we het weerstandsniveau van begrotingsresultaat we dit doel zo goed mogelijk kunnen
bereiken. Deze verlaging van het weerstandsvermogen moet
zorgvuldig gerealiseerd worden. Een te grote plotselinge daling van het weerstandsvermogen leidt tot onacceptabele gevolgen voor de exploitatie op middellange en lange termijn.
Verplichtingen kunnen zich ophopen en werken mogelijk
langer door dan wenselijk is. Dus moeten we zoeken naar een modus waarbij we de afbouw van het weerstandsvermogen
eventueel nog met beperkte maatregelen aan kunnen passen als de omstandigheden daartoe aanleiding geven.
Een belangrijk onderdeel van de begroting is de investerings
commissie-don
vestiging en bovenschools opgesteld wordt, moeten onder
van de Commissie-Don volgen, nadrukkelijk volgen.
begroting. De onderdelen van deze begroting, die ook per
bouwd worden vanuit het stichtingsbeleidsplan of vanuit de
We moeten de ontwikkelingen die mogelijk uit het rapport
jaarplannen van de vestigingen. De laatste jaren lag het accent op verbouwingen binnen de vestigingen en ICT-investeringen.
financieel beleid
25
onderhoudsplan
sponsorbeleid
onderhoudsplan voor elke vestiging en de daaruit afgeleide
een sponsorbeleid geformuleerd (zie hiervoor bijlage 5).
De onderhoudskosten moeten we vanuit het meerjarige
jaarplannen volgens de componentenmethode in de begroting
Het Veluws College heeft met instemming van de MR
meenemen. Op deze manier zijn de feitelijk te verrichten onderhoudswerkzaamheden en begroting aan elkaar gekoppeld.
bezuinigingen rijk
Het is belangrijk om de komende jaren de bezuinigingen, die ook het onderwijs zullen treffen, in beeld te krijgen. We moeten beleid ontwikkelen waarin de gevolgen van
eventuele maatregelen duidelijk worden en waarin voorstellen staan welk beleid we willen voeren om met de gevolgen van
mogelijke bezuinigingen om te gaan. Ook moeten we beleid
ontwikkelen voor het geval dat teruglopende leerlingaantallen (een landelijke trend in het basisonderwijs (november 2010)) ook het Apeldoornse voortgezet onderwijs en daarmee het
Veluws College raken. In dit verband zijn (bijna) alle besturen van de Apeldoornse VO-scholen in oktober 2010 gestart met gesprekken over de optimale schoolgrootte.
Hoe ziet ons beleid er uit? financieel beleid
• Het Veluws College streeft naar een weerstandsvermogen van 30 procent.
• De personele en materiële investeringen zetten we in om
een verantwoorde verlaging van het weerstandsvermogen te bereiken.
• Gevolgen van aanpassing van financiële regels voort
vloeiende vanuit de rapportage van de Commissie Don zullen zo spoedig mogelijk in het financiële beleid van het Veluws College opgenomen worden.
26
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
kwaliteitsbeleid Waar staan we nu?
Een van onze belangrijkste doelen is het streven naar kwaliteit. Kwaliteitszorg is te definiëren als ‘zicht houden op en syste
‘Vensters voor Verantwoording’, omdat we verantwoording over ons handelen willen afleggen aan onze stakeholders.
matisch blijven verbeteren van kwaliteit’. Naast de intrinsieke
managementinformatie
een steeds grotere rol. Naarmate scholen meer autonomie
vooruitgang geboekt. Zo kunnen we informatie genereren uit:
motivatie om onszelf te verbeteren, speelt externe motivatie
Op het gebied van managementinformatie is de nodige
en leerlingen, meer zicht willen krijgen op de kwaliteit.
• @VO (leerling-gegevens); • cum Laude/Magna View(leerling-gegevens en docent
In het kader van kwaliteitsbeleid stellen we ons de volgende
• de rapportages betreffende alle afgenomen
krijgen, ligt het voor de hand dat de overheid, maar ook ouders
vragen:
• Doen we de goede dingen? • Doen we de dingen goed? • Hoe meten we wat we willen weten? • Vinden anderen hetzelfde als wij? • Wat doen we met de verkregen informatie? tevredenheidsonderzoek
gegevens);
kwaliteitsonderzoeken via/op kwaliteitsscholen.nl (tevredenheidsonderzoeken);
• FoLeTa (formatieplanning en -rapportages);
• Raet (personeelsadministratie); • de koppeling tussen Raet en FoLeTa (borging formatie planning en personele administratie);
• overzichten geplande onderwijstijd en incidentele lesuitval (4x p/j) in een vast format;
Zoals eerder gezegd, nemen alle vestigingen jaarlijks drie
• ziekteverzuimrapportages in een vast format met analyse
vrij gebruikmaken van de onderzoeken van kwaliteitscholen.nl.
• Business Objects (financiële gegevens en rapportages);
tevredenheidsonderzoeken af. Daarnaast kan elke vestiging
(4x p/j);
op de vestiging als in de schoolleiding geanalyseerd. Als de
• TopDesk (ICT- en facilitaire informatie); • overzichten van de in-, door- en uitstroomgegevens
dit. Beleidsvoornemens, die uit de kwaliteitsonderzoeken of de
• overzichten van de slagingspercentages;
De resultaten van de kwaliteitsonderzoeken worden zowel
onderzoeken aanleiding geven tot nader onderzoek, gebeurt
nadere onderzoeken voortvloeien, verwerken we in de nieuwe
jaarplannen voor de vestigingen. Aangezien het Veluws College al een aantal jaren met kwaliteitsonderzoeken werkt, neemt ook het inzicht in trends op bevraagde beleidsterreinen toe. Hierdoor kunnen we gerichter op beleid sturen.
van leerlingen;
• kwartaalrapportages (overzicht over de belangrijkste kengetallen);
• de opbrengstenkaarten van de onderwijsinspectie (resultaten/rendementen van het onderwijs).
digitaal portfolio
Waar gaan we aan werken?
volgens een vast format, waaraan de nieuwe gegevens toe
de activiteiten cyclisch te borgen. Het goed uitvoeren van de
Op de vestigingen hebben we een digitaal portfolio ingericht gevoegd worden. Ook participeert het Veluws College in
De basis voor goed kwaliteitsbeleid is gelegd; nu is het zaak kwaliteitsmatrix kan daarvoor zorgen. Ook moeten we de
kwaliteitsbeleid
27
beschikbare managementinformatie zo transparant en toegankelijk mogelijk presenteren. Daarnaast moeten
we op basis van de beschikbare informatie beleid in het
stichtingsbeleidsplan en de schoolplannen van de vestigingen formuleren.
Op het gebied van facilitaire informatie (onderhoud en
contractbeheer) moeten we met het opstellen van meerjarige
Binnen bovenstaande kaders voeren we de volgende (beleidsmatige) activiteiten uit:
• Het digitaal portfolio voor alle onderwerpen betreffende
kwaliteitszorg werken we jaarlijks bij met de meest actuele gegevens. Onderzocht wordt of dit digitaal portfolio uitgebreid moet worden.
onderhoudsplannen en jaarplannen nog een stap zetten.
• FoLeTa zetten we meer in als rapportage-instrument voor
intern onderwijskundig kwaliteitssysteem opzetten. Visitatie,
• Leidinggevenden gebruiken consequent Cum Laude/Magna
Op onderwijskundig gebied wil het Veluws College een eigen
collegiale consultatie en het afleggen van rekenschap over het behalen van de door de school gestelde doelen, maken onderdeel uit van zo’n systeem.
Hoe ziet ons beleid er uit? cyclische opzet
De basis van elke activiteit op het gebied van kwaliteitszorg
is de PDCA-cirkel (Plan > Do > Check > Act). Dit betekent dat een
activiteit eerst gepland wordt, daarna uitgevoerd en vervolgens geëvalueerd. Tot slot leidt de evaluatie tot (verbeter)acties, waarop opnieuw de PDCA-cirkel van toepassing is.
de kwartaalrapportages en het overleg met de (P)MR.
View om informatie te verkrijgen over de resultaten van docenten, met het oog op de gesprekkencyclus.
• Business Objects wordt verder ingericht naar de wensen van de gebruikers.
• TopDesk wordt ingericht met gegevens uit de meerjarige onderhoudsplanningen.
• TopDesk wordt het instrument voor de operationele en
financiële planning met betrekking tot ICT, onderhoud en beheer.
• Vensters voor Verantwoording wordt volledig ingericht
zodat dit instrument voor eigen gebruik en voor gebruik door alle stakeholders ingezet kan worden.
Het doorlopen van het volledige kwaliteitstraject, inclusief de
• We zetten een intern onderwijskundig kwaliteitssysteem
jaar. In die periode moet de PDCA-cirkel op alle beleidsterreinen
• De resultaten van alle kwaliteitsmetingen worden jaarlijks
toetsing door competente derden, duurt steeds maximaal vier zijn doorlopen. In de praktijk vinden op tal van gebieden de
activiteiten met een hogere frequentie plaats, al was het alleen
op. De Academie neemt hierin het voortouw. op de eigen websites gepubliceerd.
maar om tijdig in te kunnen spelen op veranderende omstandigheden.
28
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
arbobeleid Waar staan we nu?
Waar gaan we aan werken?
beleidsterreinen geïntegreerd.
huidige aanbieder. We streven naar meer dienstverlening op
Het ARBO-beleid is eigenlijk in onderdelen van andere
• Verzuimbeleid neemt een duidelijke plek in binnen
het personeelsbeleid (zie hoofdstuk Personeelsbeleid).
• Fysieke veiligheid is een nadrukkelijk onderdeel van facilitair beleid.
• De gesprekkencyclus past ook in het beleid om mogelijke
oorzaken van verzuim tijdig te signaleren en bespreekbaar te maken (zie hoofdstuk Personeelsbeleid).
Andere uitgevoerde activiteiten in het kader van ARBO-beleid zijn:
• Implementatie van RAET Verzuimmanager. • Implementatie van een Schoolveiligheidsplan (met onder meer gedragscode en procedures en protocollen waarin staat hoe gehandeld wordt als incidenten zich voordoen)
• Jaarlijkse training van bedrijfshulpverleners. • Het jaarlijks bijstellen van het Plan van Aanpak op basis van
de Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E: 1 x per 4 jaar op elke vestiging) en jaarlijkse bespreking hiervan met de MR.
• Jaarlijkse ontruimingsoefening. • Jaarlijkse steekproefsgewijze controle van leerlingen
op bezit van wapens, alcohol en verdovende middelen.
• Sinds 2009 kunnen medewerkers zich tegen griep laten
We zijn niet tevreden over de ARBO-dienstverlening door de
maat, zowel voor de organisatie als de individuele medewerker.
Leidinggevenden moeten zich verder ontwikkelen in het nemen van verantwoordelijkheden in het proces rondom ziekte
verzuim. De RI&E moet in de toekomst door de eigen organi
satie uitgevoerd worden. Het verzuimbeleid wordt stapsgewijs uitgebreid naar gezondheidsbeleid. Vanuit wettelijke ver plichtingen voeren we een klokkenluidersregeling in.
Hoe ziet ons beleid er uit?
Het Veluws College heeft voor het goed uitvoeren van ARBObeleid een ARBO-beleidsplan.
Het vertrekpunt zijn de resultaten van de RI&E. Werkgevers zijn wettelijk verplicht gecertificeerde deskundige ondersteuning in te schakelen bij:
• Advies over en toetsing van de RI&E, inclusief het plan van
aanpak (door bedrijfsarts, arbeids- en organisatiedeskundige, arbeidshygiënist of veiligheidskundige).
• Verzuimbegeleiding (door bedrijfsarts). • Arbeidsgezondheidskundig onderzoek bijvoorbeeld PAGO of PMO (door bedrijfsarts).
inenten.
preventie van ongewenst gedrag
middel van een weerbaarheidstraining.
geaccepteerd. Agressie, geweld en (seksuele) intimidatie
• De conciërges zijn/worden regelmatig bijgeschoold door • De afgelopen vier jaar heeft jaarlijks op een andere vestiging een Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek plaats gevonden in het kader van monitoring van gezondheid en welzijn van medewerkers.
• Uitvoering van het programma ‘Leefstijl’. In dit programma wordt aandacht besteed aan het omgaan met elkaar en anderen in en buiten de eigen vestiging.
Agressie, geweld en (seksuele) intimidatie worden niet
hebben een enorme impact op het slachtoffer, verpesten
de schoolsfeer en zijn slecht voor het werk- en leefklimaat. Een slechte sfeer heeft een negatieve invloed op de werk
prestaties van de docenten en de studieresultaten van de leerlingen. De organisatie hanteert de volgende uitgangspunten:
• Iedereen respecteert elkaars integriteit. arbobeleid
29
• Het management voert een actief beleid gericht op het
voorkomen en bestrijden van agressie, geweld en (seksuele)
Binnen bovenstaande kaders voeren we de volgende (beleidsmatige) activiteiten uit:
intimidatie.
• We zoeken naar andere vormen van ARBO-dienstverlening
behandeld.
• We voeren de RI&E in eigen beheer uit met een gecertificeerd
intimidatie niet getolereerd.
• Leidinggevenden sturen nog sterker op verzuimgedrag bij
• Klachten worden serieus en binnen redelijke termijn • Binnen de organisatie wordt agressie, geweld en (seksuele) Het beleid richt zich op alle vormen van agressie, geweld en
(seksuele) intimidatie, die binnen of in de directe omgeving van de vestiging kunnen voorkomen. Hieronder vallen ook pesten
en discriminatie (zie voor een verdere uitwerking van dit beleid
binnen de wettelijke kaders.
instrument (softwarepakket).
medewerkers. Dit gebeurt niet alleen in de gesprekkencyclus, maar ook en vooral op de werkvloer.
• Gezondheidsbeleid wordt verder ontwikkeld en resulteert in een beleidsstuk met concreet uit te voeren activiteiten.
bijlage 6).
werkdruk en stresspreventie
De schoolleiding voert een arbeidstijdenbeleid voor mede
werkers in overeenstemming met de Arbeidstijdenwet en het Arbeidstijdenbesluit. We houden rekening met persoonlijke
omstandigheden. Zo wordt onder meer in het taakbeleid voor de docenten, naast de lesuren waarvoor hij is ingeroosterd, opgenomen hoeveel uur hij wordt geacht te besteden aan
thuiswerk (lesvoorbereiding en correctiewerk) en overige, niet-
lesgebonden, taken. De medewerker heeft echter ook een eigen verantwoordelijkheid bij het bewaken van de grenzen van zijn of haar belastbaarheid. Ervaart een medewerker een te hoge
werkdruk, dan kan hij dit bij de leidinggevende aankaarten op
basis van een onderbouwing, bijvoorbeeld een urenregistratie. Werkdruk en werkstress maken ook deel uit van het periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO).
30
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
pr en communicatie Waar staan we nu?
loot
zien als een degelijke, grijze school. Dat kwam niet overeen met
De afgelopen jaren hebben we meer bekendheid aan dit
Onderzoek in 2005 wees uit dat mensen het Veluws College
het beeld van de school die we willen zijn. Met onder meer de
inzet van marketingcommunicatie hebben we er de afgelopen
jaren voor gezorgd dat het imago van het Veluws College over eenkomt met de gewenste identiteit.
huisvesting
Alle vestigingen zijn de afgelopen jaren verbouwd.
De schoolgebouwen hebben allemaal een frisse uitstraling gekregen en zijn uitgerust met moderne middelen, die noodzakelijk zijn bij het onderwijs dat gegeven wordt.
imago
De afdeling PR & Communicatie heeft het Veluws College
ondersteund bij het creëren van een gewenst imago. Van een
Het Veluws College is de enige LOOT-school in de regio. feit gegeven door contacten te zoeken met sportclubs, thema-avonden te organiseren en LOOT duidelijk te positioneren in onze marketinguitingen.
ouders/verzorgers
Het Veluws College is zich ervan bewust dat ouders/verzorgers
van onze huidige leerlingen belangrijke ambassadeurs zijn. Dus toetsen we de tevredenheid van deze doelgroepen. Ook willen we de ouders/verzorgers goed informeren. Daarom hebben
we in 2007 ‘ouderweb’ (en ‘leerlingenweb’) geïmplementeerd. Met deze afgeschermde website kunnen ouders en leerlingen eenvoudig nieuws over de school lezen en cijfers en roosters raadplegen.
naar binnen gerichte organisatie toen, naar een school die nu
marktaandeel
heeft.
College de doelstelling uit het vorige strategische beleidsplan
duidelijk laat zien waar het voor staat en wat het te bieden
logo
In 2006 heeft het Veluws College een nieuw logo gekregen. Met de komst van dit logo zijn alle uitingen naar buiten
vernieuwd. Zo zijn de publieke website en de schoolgidsen vernieuwd.
Onder meer met bovenstaande maatregelen heeft het Veluws bereikt: handhaven c.q. uitbouwen van het marktaandeel van
het Veluws College. De afgelopen jaren is het leerlingaantal van het Veluws College gegroeid van 2672 leerlingen in op 1 oktober 2006 naar 3422 leerlingen op 1 oktober 2010. Hiermee is het marktaandeel van de school uitgebouwd van 20,5 naar 27 procent.
voorlichtingsmateriaal
Het Veluws College heeft vier doelstellingen waarbij
gehouden. We hebben daarbij ook gekeken naar de behoeften
• creëren/behouden van heldere identiteit en een
In 2007 is het gedrukte voorlichtingsmateriaal tegen het licht van de verschillende doelgroepen. Dat heeft geresulteerd in
verschillende brochures per vestiging voor ouders, een aparte brochure over LOOT en een over VWO+. Voor de kinderen van groep 8 is een interactieve cd-rom ontwikkeld, die speels is, maar ook voldoende informatie geeft.
marketingcommunicatie een rol zal spelen: goed imago;
• werven van gekwalificeerd personeel; • onderhouden van goede contacten met stakeholders; • werven van nieuwe leerlingen: speerpunten daarbij zijn: VWO+, de PlusVakken, LOOT, ICT, internationalisering.
pr en communicatie
31
Waar gaan we aan werken?
arbeidsmarkt
alleen invloed uit op het aantal leerlingen dat voor onze school
maar toenemen. We hebben de afgelopen jaren al beter naar
Met een goed marketingcommunicatiebeleid oefenen we niet
kiest, maar ook op het type leerling. Leerlingen moeten passen
op een vestiging. Door de juiste middelen op een goede manier in te zetten, willen we bereiken dat we leerlingen binnenhalen
die op het Veluws College goed tot hun recht komen. De komen de jaren zullen we marketingcommunicatie inzetten om de
doelstelling – het aantal leerlingen op de Apeldoornse vesti gingen van het Veluws College te stabiliseren – te bereiken.
Voor de vestiging Twello zal een apart marketingcommunicatie beleidsplan ontwikkeld worden. Dit is noodzakelijk door de
De krapte op de arbeidsmarkt zal de komende jaren alleen buiten gebracht dat het Veluws College een aantrekkelijk
werkgever is. De komende jaren zullen we hier nog actiever mee bezig gaan.
Hoe ziet ons beleid er uit?
• Er komt een apart beleidsplan op het vlak van social media. Daarin beschrijven we hoe we ons digitaal imago kunnen beïnvloeden en hoe we social media kunnen inzetten als intern communicatie-instrument.
ontwikkelingen op onderwijskundig gebied en met het oog
• Communicatie naar ouders/verzorgers gaan we verder
‘digitaal’ imago
• Behaalde resultaten gaan we gestructureerd communiceren,
op de toekomstige nieuwe locatie van de vestiging.
De komende jaren hebben we extra aandacht voor ons digitaal imago. Onze eigen leerlingen, toekomstige leerlingen, maar ook onze (oud)collega’s zijn steeds meer digitaal actief.
Daar liggen veel kansen voor het Veluws College, maar ook bedreigingen.
digitale informatie
Met de komst van ‘ouderweb’ hebben we de communicatie
richting ouders verbeterd. Toch communiceren we met name
via papier met ouders: middels losse brieven en nieuwsbrieven. De komende jaren gaan we onderzoeken of we de com
municatie richting ouders verder kunnen digitaliseren.
openheid
Veel van de behaalde resultaten van het Veluws College worden
digitaliseren. Dat doen we gecontroleerd en we houden
rekening met mensen die nog niet of nauwelijks digitaal zijn. in ieder geval door gebruik te maken van Vensters voor Verantwoording.
• Het Veluws College wil een goed werkgever zijn waar
medewerkers volop kansen krijgen zichzelf te ontwikkelen. De Academie komt hieruit voort. In een communicatieplan wordt opgenomen hoe we medewerkers informeren over de Academie.
• Goed onderwijs begint met goede docenten. In onze
arbeidsmarktcommunicatie gaan we op de juiste plaatsen
werven naar de juiste mensen. We kijken daarbij vooral ook welke digitale middelen we in kunnen zetten.
• De werving van nieuwe leerlingen die op het Veluws College goed op hun plek zitten, blijft aandachtspunt. De wervings
instrumenten die we inzetten passen bij het Veluws College.
nauwelijks naar buiten gebracht. Het Veluws College wil een transparante school zijn. De komende jaren sluiten we aan
bij Vensters voor Verantwoording van de VO-raad om op die manier meer openheid te geven.
32
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
bijlage 1 Resultaten/rendementen doelen uit vorig beleidsplan rendement onderbouw Rendement
Score per
Score oude methode per
Score nieuwe methode in 2010
VC Walterbosch
Onder het
Gemiddeld
Voldoende
VC Mheenpark
Onder het
2007: gemiddeld
Voldoende
onderbouw
1 oktober 2006 gemiddelde gemiddelde
1 oktober 2007, 2008, 2009 en 2010
2008: ruim boven het gemiddelde
gebaseerd op voorgaande 3 schooljaren
2009: gemiddeld
2010: boven het gemiddelde VC Cortenbosch
Boven het
Ruim boven het gemiddelde
Voldoende
VC Twello
Rond het
2007: onder het gemiddelde
Voldoende
gemiddelde gemiddelde
2008: gemiddeld
2009: boven het gemiddelde 2010: gemiddeld
conclusies:
• Het Veluws College Walterbosch heeft het rendement
onderbouw verbeterd. De doelstelling ‘bovengemiddeld’
is niet gehaald. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijs inspectie.
• Het Veluws College Twello heeft het rendement onder-
bouw op het gewenste niveau gerealiseerd, maar niet vast
gehouden. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
• Het Veluws College Mheenpark heeft het rendement onder
bouw verbeterd. De doelstelling ‘bovengemiddeld’ is bereikt. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
• Het Veluws College Cortenbosch heeft het rendement onder bouw op het gewenste niveau gerealiseerd en daarbij ook
verbeterd. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
bijlage 1 | resultaten/rendementen doelen uit vorig beleidsplan
33
rendement bovenbouw Rendement
Score op
Score opbrengstenkaarten
Score nieuwe methode in 2010
VC
HAVO:
2007: gemiddeld
Voldoende
bovenbouw Walterbosch
opbrengstenkaart 2006 Onder het gemiddelde
2007, 2008, 2009, 2010
2008: ruim onder het gemiddelde
gebaseerd op voorgaande 3 schooljaren
2009: gemiddeld 2010: gemiddeld
VWO:
Gemiddeld
Voldoende
VC
MAVO:
Gemiddeld
Voldoende
VC
BBL:
2007: boven het gemiddelde
Voldoende
KBL: gemiddeld
Gemiddeld
Voldoende
GL/TL: gemiddeld
2007: boven het gemiddelde
Voldoende
Onder het gemiddelde
Mheenpark Cortenbosch
Onder het gemiddelde gemiddeld
2008: boven het gemiddelde
2008: gemiddeld
2009: boven het gemiddelde 2010: boven het gemiddelde VC Twello
Gemiddeld
2007: gemiddeld
2008: onder het gemiddelde
Voldoende
2009 : gemiddeld 2010: gemiddeld
conclusies:
• Het Veluws College Walterbosch heeft gemiddeld genomen
het rendement bovenbouw verbeterd. De doelstelling ‘boven
gemiddeld’ is niet gehaald. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
34
• Het Veluws College Mheenpark heeft het rendement
bovenbouw verbeterd. De doelstelling ‘bovengemiddeld’ is
niet bereikt. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
• Het Veluws College Cortenbosch heeft het rendement
bovenbouw alleen voor de GL/TL verbeterd. De doelstelling
‘bovengemiddeld’ is daar bijna bereikt. De ontwikkeling bij
de BBL baart zorgen. Score voor 2010 is de maximaal behaal bare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijs inspectie.
• Het Veluws College Twello heeft het rendement bovenbouw
op het gewenste niveau gerealiseerd. De doelstelling ‘boven gemiddeld’ is niet gehaald. Score voor 2010 is de maximaal behaalbare score volgens de nieuwe methodiek van de onderwijsinspectie.
doublures en afstroom bovenbouw havo/vwo % per einde
Doelstelling
% per einde
% per einde
2006-2007
2008-2009
2008-2009
2009-2010
schooljaar VC
Walterbosch
4 HAVO
vanaf schooljaar
schooljaar
schooljaar
19,4%
Max. 15%
23%
23%
Doublure
6,1%
Max. 8%
5%
5,3%
Afstroom
3%
Max. 4%
4%
3%
Doublure/ afstroom/ uitstroom
4 VWO
conclusie:
In 4 HAVO is het niet gelukt de doelstelling te realiseren. Een belangrijke kanttekening hierbij is, dat de 4 HAVO-
problematiek een landelijke problematiek is. De doelstellingen
wat betreft doubleren en afstromen zijn in 4 VWO wel gehaald.
bijlage 1 | resultaten/rendementen doelen uit vorig beleidsplan
35
resultaten van leerlingen in 4 havo en 4 vwo Doelstelling in 2006
Resultaat 2009-2010
De prestaties van leerlingen met
4 HAVO
Verschil (>0,5) alleen nog opvallend bij Spaans (MP+/WB-),
4 VWO
Verschil (>0,5) opvallend bij Duits (MP-/WB+), Spaans (MP+/WB-),
verschillende onderbouwherkomst, die samenkomen in klas 4 HAVO en 4 VWO op WB verschillen niet
wezenlijk. In 2006 was dit vooral bij 4 VWO het geval.
CKV (MP+/WB-).
Latijn (MP+/WB-), natuurkunde (MP-/WB+), scheikunde (MP-/WB+) en M&O ((MP-/WB+). Hierbij dient opgemerkt te worden, dat het alleen bij M&O om een gemiddelde onvoldoende gaat.
conclusie:
De doelstelling is over de breedte genomen gehaald en wordt meerdere malen per jaar via een speciaal gebouwd rapport gecontroleerd.
verschil gemiddeld cijfer tussen schoolexamen en centraal examen Stand van zaken in 2007
Resultaat
Het verschil is niet groter dan 0,5 punt. Dit is de standaard
Voor alle vestigingen voor alle afdelingen de afgelopen
voor de inspectie voor de kwalificatie ‘gering verschil’. Doelstelling voor alle navolgende schooljaarjaren:
schooljaren de kwalificatie ‘gering verschil’.
handhaven van de kwalificatie ‘gering verschil’.
conclusie:
Doelstellingen zijn gehaald.
36
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
gemiddeld cijfer voor het centraal examen Doelstelling:
op alle vestigingen is het gemiddelde cijfer voor het centraal examen tenminste gelijk aan dat van de vergelijkingsgroep Stand van zaken 2006
VC
Walterbosch
Stand van zaken oude methode 2007/2008/2009
HAVO: Alle vakken behalve
2007: gemiddeld
hoger
2009: gemiddeld
Nederlands op het gemiddelde of
2008: boven het gemiddelde
VWO: Alle vakken behalve Latijn
2007: gemiddeld. MVT en
hoger
gemiddelde
en Grieks op het gemiddelde of
Klassieke talen onder het
Stand van zaken nieuwe
methode in 2010 gebaseerd
op voorgaande 3 schooljaren Boven de norm
Boven de norm
2008: gemiddeld. MVT en Klassieke talen onder het gemiddelde
2009: onder het gemiddelde MVT onder het gemiddelde,
aardrijkskunde en geschiedenis ruim onder het gemiddelde VC
Mheenpark
MAVO: Alle vakken op het gemiddelde of hoger
2007: Alle vakken op het gemiddelde of hoger
Boven de norm
2008: gemiddeld.
MVT onder het gemiddelde. 2009: Alle vakken op het gemiddelde of hoger
Zie vervolg op volgende pagina
bijlage 1 | resultaten/rendementen doelen uit vorig beleidsplan
37
gemiddeld cijfer voor het centraal examen (vervolg) VC
Cortenbosch
BBL: gemiddeld
2007: Alle vakken op het gemiddelde of hoger
Boven de norm
2008: gemiddeld
2009: Boven het gemiddelde
VC Twello
KBL: gemiddeld
2007/2008/2009: gemiddeld
Boven de norm
GL/TL: gemiddeld
2007/2008/2009: Alle vakken
Boven de norm
Gemiddeld
2007: gemiddeld
Boven de norm
MVT onder het gemiddelde
op het gemiddelde of hoger MVT onder het gemiddelde 2008: gemiddeld
2009: onder het gemiddelde
MVT en de exacte vakken onder het gemiddelde
conclusies:
• Het Veluws College Walterbosch: voor de HAVO is de
doelstelling bereikt. Voor het VWO een dalende trend.
• Het Veluws College Mheenpark: doelstellingen zijn gehaald.
• Het Veluws College Cortenbosch: voor de BBL zijn de doel stellingen gehaald. Voor de KBL ook behalve voor de MVT. Voor de GL/TL zijn de doelstellingen gehaald.
• Het Veluws College Twello: een dalende trend lijkt ingezet waarbij MVT in 2 van de 3 schooljaren negatief opvalt.
38
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
bijlage 2 Goed onderwijs Het kader voor het onderwijs aan het Veluws College
bij de coaching van docenten en bij de beoordeling van
Die stelt zich de vraag: Wat hebben leerlingen nodig om in
In het model van directe instructie is volop ruimte voor
Het antwoord op die vraag is niet altijd hetzelfde: allerlei
Op het Veluws College wordt belang gehecht aan deze
Wat goed onderwijs is, wordt bepaald door de samenleving. de maatschappij van deze tijd te kunnen functioneren? invalshoeken, inzichten, ontwikkelingen en wisselende
prioriteiten spelen een rol. Toch bestaat er op hoofdlijnen wel eensgezindheid over wat goed onderwijs inhoudt:
goed onderwijs:
de docenten gebruikt.
samenwerkend leren en voor activerende werkvormen. aspecten. Zij komen het leren en het rendement van het
leren ten goede. Op de vestigingen van het Veluws College bestaat dan ook de nodig aandacht voor deze zaken.
In het boek ‘De vijf dimensies van leren’ van Robert Marzano
• Komt tegemoet komt aan de basisbehoeften van leerlingen
komen alle bouwstenen van goed onderwijs aan bod. Feitelijk
• Helpt leerlingen om die dingen te leren die maatschappelijk
die goed onderwijs mogelijk maken. Zij vormt een compleet
(veiligheid, waardering, uitdagingen om te leren). noodzakelijk zijn.
• Is bij de tijd (inhoud, leermiddelen, werkwijzen). • Past bij de eigen identiteit van de school en bij de actuele
stand van zaken in de onderwijskundige theorie en praktijk.
Het Veluws College vat haar visie op leren en onderwijzen
samen in de slagzin: actief, vaardig, zelfstandig, rechtdoend aan verschillen. Zij kiest een positie die het goede uit het
traditionele onderwijs combineert met strategieën uit het
nieuwe leren. Daarbij staat het model van de directe instructie
centraal, met oog voor activerende didactiek en samenwerkend
geeft dit boek de meest complete beschrijving van de aspecten kader waarbinnen de docent de mogelijkheden heeft te werken aan goed onderwijs.
Docenten op het Veluws College hebben met dit alles een
goed zicht op de professionele ruimte die hen geboden wordt:
• De kwaliteitsstandaard van de beroepsgroep (SBL-
competenties) vormt het uitgangspunt van het handelen.
• In het didactisch handelen worden activerende werkvormen en vormen van samenwerkende leren nadrukkelijk ingebracht.
leren. De uitwerking hiervan vormt het kader waarbinnen de
Bronnen van inspiratie voor het verlangde didactisch handelen
Zoals hierboven aangegeven kiest het Veluws College voor een
• ‘De vijf rollen van de leraar’ van Martie Slooter • ‘Effectief leren in de les’ van Sebo Ebbens • ‘De vijf dimensies van leren’ van Robert Marzano
docent zich als professional kan gedragen (zie verder).
aanpak van de lessen waarbij de directe instructie een belang
rijke rol speelt. In eerdere publicaties is al eens aangegeven
zijn de boeken:
dat de beschrijving van deze aanpak in het boek: ‘Effectief leren in de les’ van Sebo Ebbens daarbij de didactische ondergrens
vormt. Het boek ‘De vijf rollen van de leraar’ van Martie Slooter concretiseert dit model verder en wordt op het Veluws College
bijlage 2 | goed onderwijs
39
bijlage 3 Kwaliteitsmatrix Veluws College schoolniveau Fase
Wat
2011
Plan
Visie/doelen/resultaten kwaliteitsbeleid
x
in relatie tot schoolplan bepalen
2012
2013
2014
Frequentie 4 jaar
Organisatie en middelen vastleggen Motivatie en werkwijzen schoolbreed communiceren: jaarplan > alle
x
x
x
x
Jaarlijks
personeelsleden Do
Opbrengstanalyse:
Uitvoering
Kwaliteitskaart (inspectie)
x
x
x
x
Jaarlijks
het kader van
Financieel jaarverslag
x
x
x
x
Jaarlijks
kwaliteitsbeleid
Marktpositie (vo)
Jaarlijks
Trendanalyses
Jaarlijks
van acties in
(borgen en ver antwoorden):
Verzamelen in-, door- en uitstroomgegevens
x
x
x
x
Jaarlijks
x
2 jaar
Waarderingsonderzoek: • Medewerkers
x
• Leerling
x
x
2 jaar
• Ouders
x
x
2 jaar
• Schoolverlaters
x
x
2 jaar
Basisschoolonderzoek voor vo
2 jaar
Afnemersonderzoek (po en vo)
2 jaar
Pedagogisch didactische visie en identiteit
x
4 jaar
Medewerkers:
40
Analyse RI&E en ARBO-verslag
x
x
x
x
Jaarlijks
Analyse lesuitval/ziekteverzuim
x
x
x
x
Jaarlijks
Pago
x
x
x
x
Jaarlijks
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
schoolniveau (vervolg) Leiderschap: 360 graden feedback schoolleiders Sociaal jaarverslag
2 jaar x
x
x
x
Integrale externe evaluatie bij voorkeur
Jaarlijks 4 jaar
gekoppeld aan evaluatie schoolplan, waarin in ieder geval: • Kwaliteitszorg • Toetsinstrumenten • Leerstofaanbod • Tijd • Onderwijsleerproces • Schoolklimaat
x
x
• Zorg en begeleiding • Opbrengsten
x
x
x
x
Jaaractiviteitenplan opgebouwd
x
x
x
x
Jaarlijks
Informeren over kwaliteit (o.a. schoolgids)
x
x
x
x
Jaarlijks
Check
Doelen en resultaten kwaliteitsbeleid
x
x
x
x
Jaarlijks
Act
Bijstelling kwaliteitsbeleid
x
x
x
x
• Schoolspecifieke onderwerpen (Kwaliteits)Verbeteringsacties: uit actieplannen (zie format)
(cyclus wordt opnieuw doorlopen)
bijlage 3 | kwaliteitsmatrix veluws college
41
Er worden jaarlijks schoolbreed (=op alle vestigingen identieke) drie tevredenheidsonderzoeken afgenomen. Twee ervan worden volgens een vastgelegd schema (te vinden in de kwaliteitsmatrix van het Veluws College, zie bijlage 3)
afgenomen. Een wordt jaarlijks in de schoolleiding vastgesteld. Daarnaast staat het elke vestiging vrij gebruik te maken van het aanbod aan kwaliteitsonderzoeken, dat via een abonne ment op de diensten van kwaliteitscholen.nl ter beschikking staat. Vestigingen maken hiervan ook gebruik voor bv.
kwaliteitsonderzoeken betreffende de mentor en de leiding gevende.
De resultaten van de kwaliteitsonderzoeken worden zowel op
de vestiging als in de schoolleiding geanalyseerd. Wanneer de kwaliteitsonderzoeken aanleiding geven tot nader onderzoek gebeurt dit. Beleidsvoornemens, die uit de kwaliteitsonder zoeken of de nadere onderzoeken voortvloeien worden in de nieuwe jaarplannen voor de vestigingen verwerkt.
42
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
bijlage 4 Tevredenheid Overzicht aspecten pedagogisch klimaat (=veiligheid) in kwaliteitsonderzoeken
leerlingtevredenheid 2007-2009 Domein
VC 2009
BM 2009
Verschil
VC 2007
BM 2007
Verschil
Walterbosch
Veiligheid
8,74
8,52
0,22
8,66
8,52
0,14
Cortenbosch
Veiligheid
8,46
8,52
0,06
8,63
8,52
0,11
Mheenpark
Veiligheid
8,40
8,52
0,12
8,59
8,52
0,07
Twello
Veiligheid
8,15
8,52
0,37
8,55
8,52
0,03
oudertevredenheid 2007-2009 Domein
VC 2009
BM 2009
Verschil
VC 2007
BM 2007
Verschil
Walterbosch
Veiligheid-
7,89
7,5
0,35
7,78
7,54
0,24
Cortenbosch
Veiligheid-
7,68
7,54
0,14
7,77
7,54
0,23
Mheenpark
Veiligheid-
7,98
7,54
0,44
7,67
7,54
0,13
Twello
Veiligheid-
7,33
7,54
0,21
7,56
7,54
0,02
Algemeen Algemeen Algemeen Algemeen
bijlage 4 | tevredenheid
43
personeelstevredenheid 2008-2010 OP Walterbosch
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
9,00
8,67
0,33
8,90
8,66
0,24
Werksfeer
7,70
7,17
0,53
6,94
6,91
0,03
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
8,30
8,58
0,28
Werksfeer
7,46
7,25
0,21
OOP
Walterbosch
OP
Cortenbosch
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
8,19
8,67
0,48
8,48
8,66
0,18
Werksfeer
7,15
7,17
0,02
7,12
6,91
0,21
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
8,80
8,70
0,10
8,34
8,58
0,24
Werksfeer
7,19
7,36
0,17
7,08
7,25
0,17
OOP
Cortenbosch
44
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
personeelstevredenheid 2008-2010 (vervolg) OP Mheenpark
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
9,19
8,67
0,52
8,88
8,66
0,22
Werksfeer
7,28
7,17
0,11
7,18
6,91
0,27
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
9,72
8,70
1,02
9,36
8,58
0,78
Werksfeer
7,61
7,36
0,25
7,43
7,25
0,19
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
8,82
8,67
0,15
8,41
8,66
0,25
Werksfeer
6,99
7,17
0,18
6,68
6,91
0,23
Domein
VC 2010
BM 2010
Verschil
VC 2008
BM 2008
Verschil
Veiligheid
8,83
8,70
0,13
Werksfeer
6,85
7,36
0,51
OOP
Mheenpark
OP
Twello
OOP
Twello
bijlage 4 | tevredenheid
45
personeelstevredenheid 2006-2008 OP Walterbosch
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
6,98
6,69
0,32
6,25
6,42
0,17
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
6,81
6,78
0,03
score
OOP Walterbosch
Gemiddelde
score
OP Cortenbosch
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
6,63
6,69
0,06
6,53
6,42
0,11
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
7,04
6,93
0,11
6,60
6,78
0,18
score
OOP Cortenbosch
46
score
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
personeelstevredenheid 2006-2008 (vervolg) OP Mheenpark
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
6,82
6,69
0,13
6,38
6,42
0,04
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
7,02
6,93
0,09
6,76
6,78
0,02
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
6,36
6,69
0,33
6,31
6,42
0,11
23 domeinen
VC 2008
BM 2008
Verschil
VC 2006
BM 2006
Verschil
Gemiddelde
6,41
6,93
0,52
score
OOP Mheenpark
score
OP Twello
score
OOP Twello
score
bijlage 4 | tevredenheid
47
bijlage 5 Sponsorbeleid Inkomstenbronnen Veluwse Scholengroep
• Het Rijk: subsidiegever, het Rijk vraagt als tegenprestatie onder meer verantwoording over de besteding.
• Ouderbijdrage: geen sponsor, omdat ouders verantwoording
van de besteding van deze gelden krijgen en inspraak hebben over de besteding.
• Enkele bedrijven: bedrijven die een bijdrage leveren als een gift en daarvoor geen tegenprestatie verlangen.
uitgangspunt: De Veluwse Scholengroep staat niet afwijzend tegenover
sponsoring, zolang de sponsoring voldoet aan een aantal voorwaarden. De Veluwse Scholengroep wenst geen
agressief actieve rol te spelen ten aanzien van sponsoring, maar zal zeker geen aanbiedingen afslaan of voor de hand liggende sponsoren mijden.
Afspraken/voorwaarden
Verantwoording
t.a.v. uitgangspunt en afspraken voor sponsorbeleid liggen als volgt:
• Grote sponsoractiviteiten (meer dan 75.000 euro)
Grote sponsoractiviteiten worden altijd besproken met
het College van Bestuur en gemeld bij de Medezeggenschaps raad. Deze worden getoetst aan de criteria die gelden voor sponsoring.
• Sponsoractiviteiten voor een school/vestiging van langere duur
Deze activiteiten worden altijd besproken met de (vestigings) directie, deze neemt hierin het besluit na toestemming
van de directeur VO/rector. Het gaat om kleinere sponsor
activiteiten, die geen contractuele verplichtingen met zich meebrengen, bijvoorbeeld: sponsoren van sportkleding, het ophangen van publicatieborden met reclame.
• Kleinere sponsoractiviteiten met contractuele verplichting Deze activiteiten worden besproken in het SL. Eventuele
verplichtingen worden alleen aangegaan door de directeur VO.
• De school blijft t.a.v. sponsoring objectief, geloofwaardig
• Kleine sponsoractiviteiten met een kortdurend karakter
• De school laat zich in haar onderwijsactiviteiten op geen
De (vestigings)directie stuurt, neemt haar verantwoording
en onafhankelijk.
enkele wijze laten beïnvloeden door sponsors.
• De sponsor past bij de identiteit van de Veluwse
Scholengroep en is niet strijdig met de uitgangspunten en doelstellingen.
• De sponsor geeft geen aanleiding tot ethische en/of morele discussies.
• Overeenkomsten met sponsors omschrijven duidelijk de tegenprestatie van de school.
48
of eenmalig
en stimuleert initiatieven.
• Incidentele sponsoractiviteiten van kleine omvang door leerlingen
Over deze activiteiten wordt vooraf overleg gevoerd met en
instemming verkregen van de (vestigings)directie. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om het gedeeltelijke sponsoren van leerlingenfeesten of sportwedstrijden. Achteraf leggen de leerlingen verantwoording af aan de vestigingsdirecteur.
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
bijlage 6 Preventie van ongewenst gedrag Agressie, geweld en (seksuele) intimidatie worden niet
In het kader van de preventie van agressie, geweld en (seksuele)
verpesten de schoolsfeer en zijn slecht voor het werk- en
• Het Veluws College heeft het convenant Veilige School
geaccepteerd. Agressie, geweld en (seksuele) intimidatie leefklimaat. Een slechte sfeer heeft een negatieve invloed
op de werkprestaties van de docenten en de studieresultaten van de leerlingen. De organisatie hanteert de volgende uitgangspunten:
De Veluwse Scholengroep staat niet afwijzend tegenover
sponsoring, zolang de sponsoring voldoet aan een aantal voorwaarden. De Veluwse Scholengroep wenst geen
agressief actieve rol te spelen ten aanzien van sponsoring, maar zal zeker geen aanbiedingen afslaan of voor de hand liggende sponsoren mijden.
• Iedereen respecteert elkaars integriteit.
• Het management voert een actief beleid gericht op het
intimidatie zijn de volgende maatregelen genomen:
onderschreven. De regels die voortvloeien uit dit convenant zijn of opgenomen in het Leerlingenstatuut of in de alge
mene schoolinformatie of in de informatie speciaal bestemd voor de individuele vestiging. Iedere werknemer en leerling ontvangt bij het begin van het cursusjaar alle informatie en kan hier dus kennis van nemen.
• Ook heeft het Veluws College schoolbreed ‘Leefstijl’
ingevoerd. Dit betekent dat in de mentorlessen aandacht
wordt besteed aan het omgaan met elkaar en anderen in en buiten de eigen vestiging.
• Jaarlijks worden er voor docenten bijeenkomsten
georganiseerd in het kader van ‘Leefstijl’. Tijdens deze
bijeenkomsten wordt aandacht besteed aan het voorkomen van agressie en geweld en het beheersen van agressie en geweld.
voorkomen en bestrijden van agressie, geweld en (seksuele)
• De conciërges worden regelmatig bijgeschoold door middel
• Klachten dienaangaande worden serieus en binnen redelijke
• Als onderdeel van de RI&E wordt een analyse van gevaren
intimidatie.
termijn behandeld.
• Binnen de organisatie wordt agressie, geweld en (seksuele)
intimidatie niet getolereerd. Passende gedragsregels en een passend sanctiebeleid zullen hieraan vormgeven.
Het beleid richt zich op alle vormen van agressie, geweld en
(seksuele) intimidatie, die binnen of in de directe omgeving van de vestiging kunnen voorkomen. Hieronder vallen ook pesten en discriminatie.
van een weerbaarheidstraining.
en risico’s op het gebied van agressie, geweld en (seksuele) intimidatie gemaakt. Daar waar van toepassing worden maatregelen genomen om de gevaren en risico’s te minimaliseren.
• Er zijn gedragscodes (onderdeel van het Schoolveiligheids plan) opgesteld waarin het gewenste gedrag wordt aan
gegeven en waardoor ongewenst gedrag snel kan worden gesignaleerd en gecorrigeerd.
• Verder streeft de organisatie naar een open cultuur waarin
signalen in een vroeg stadium bespreekbaar zijn, zodat ook tijdig passende maatregelen genomen kunnen worden.
bijlage 6 | preventie van ongewenst gedrag
49
Het repressief beleid met betrekking tot agressie, geweld en
(seksuele) intimidatie is erop gericht om verdere escalatie van problemen als gevolg van incidenten te voorkomen.
De organisatie biedt afdoende begeleiding aan medewerkers, leerlingen en ouders die geconfronteerd zijn met agressie,
geweld en (seksuele) intimidatie. Om adequaat te kunnen handelen naar aanleiding van incidenten zijn de volgende maatregelen doorgevoerd:
• Voor klachten over ongewenst gedrag, die men niet via
de gebruikelijke weg (management vestiging, directeur PO/VO of College van Bestuur) kan of wil oplossen,
zijn onafhankelijke vertrouwenspersonen benoemd.
De vertrouwenspersoon zal zorgdragen voor een correcte
behandeling van de klacht en de begeleiding van de klager in de klachtenprocedure.
• In het Schoolveiligheidsplan zijn protocollen opgenomen
voor de melding, registratie en behandeling van incidenten
of klachten met betrekking tot agressie, geweld en (seksuele) intimidatie en voor de opvang van medewerkers en leer
lingen bij ernstige incidenten.
• De regels over schorsing en verwijdering staan duidelijk omschreven in het Leerlingenstatuut. Deze is te vinden op ‘leerlingweb’.
• Schorsing van personeel geschiedt volgens de geldende regels uit de CAO/BW.
• Het invoeren van een klokkenluidersregeling.
50
steeds verder, plus ultra | beleidsplan veluws college 2011-2015
51
© februari 2011 uitgave
Veluwse Scholengroep Apeldoorn Hoenderparkweg 61 7335 GR Apeldoorn (055) 577 97 99
www.veluwsescholengroep.nl tekst
drs. W.D. Hoetmer ontwerp
Deel 2 ontwerpers, Nijmegen drukwerk
Drukkerij Efficiënt, Nijmegen
steeds verder plus ultra beleidsplan veluws college 2011-2015