2005-2006
Status: Goedgekeurd Dit kwalificatiedossier is opgesteld op basis van de formats en handleidingen, zoals deze bekend waren op 1 juni 2004. Dit kwalificatiedossier is ontwikkeld onder de verantwoordelijkheid van de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven van het kenniscentrum ECABO. Het bestuur van het kenniscentrum ECABO heeft op 1 juli 2005 de goedkeuring van het ministerie van OCW ontvangen. De delen 1 en 2 (blz. 1 t/m 91) geven de kern en de nadere uitwerking van het kwalificatieprofiel weer evenals het bijbehorende verantwoordingsdocument, waarin de keuzes van de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven zijn toegelicht en verantwoord. In deel 3 (vanaf blz. 92) zijn de onderliggende brondocumenten opgenomen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
Inhoudsopgave DEEL 1
DE DOOR HET MINISTERIE VAN OCW/LNV VAST TE STELLEN KERN VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL .............................................................................................................. 1
1
ALGEMENE INFORMATIE ............................................................................................................ 1
2
SPECIFIEKE INFORMATIE ........................................................................................................... 2
3
KERNTAKEN ..................................................................................................................................... 5
4
KERNOPGAVEN ............................................................................................................................... 6
5
COMPETENTIEMATRIX ................................................................................................................ 7
DEEL 2
DE DOOR HET BESTUUR VAN HET KENNISCENTRUM OP ADVIES VAN DE PARITAIRE COMMISSIE BEROEPSONDERWIJS BEDRIJFSLEVEN VAST TE STELLEN NADERE UITWERKING.................................................................................................................. 8
6
VERRIJKTE KERNTAKEN VAN HET TOTALE KWALIFICATIEPROFIEL ....................... 8
7
EVENTUELE KERNOPGAVEN BEHOREND BIJ EEN UITSTROOMDIFFERENTIATIE 27
8
BEROEPSCOMPETENTIES MET BEHEERSINGSCRITERIA............................................... 28
9
OPBOUW KWALIFICATIEPROFIEL ......................................................................................... 55
9.1 9.2
Kern............................................................................................................................. 55 Uitstroomdifferentiaties .............................................................................................. 55
10
CERTIFICEERBARE EENHEDEN............................................................................................... 57
11
COMPETENTIEMATRIX .............................................................................................................. 58
12
VERANTWOORDINGSDOCUMENT........................................................................................... 61
12.1 12.2 12.3 12.4 12.5 12.6 12.7
De onderliggende beroepscompetentieprofielen ......................................................... 62 Naam en structuur van het kwalificatieprofiel ............................................................ 64 Van beroepscompetentieprofiel(en) naar kwalificatieprofiel...................................... 67 Leer- en burgerschapscompetenties ............................................................................ 70 Borging van de kwaliteit van examinering.................................................................. 72 Doorstroomrechten...................................................................................................... 73 Het proces van totstandkoming van het kwalificatiedossier ....................................... 74
BIJLAGEN .......................................................................................................................................................... 77 DEEL 3
BRONDOCUMENTEN .................................................................................................................... 92
Er bestaat in het Nederlands een dilemma als het gaat over het gebruik van woorden die als mannelijk en vrouwelijk geïnterpreteerd kunnen worden. We zouden consequent kunnen werken met 'hij/zij' en 'zijn/haar', maar dat geeft een gedwongenheid die wij stilistisch niet verantwoord vinden. De personen die in dit stuk de handelingen verrichten of beschreven worden, kunnen in onze optiek net zo goed mannen zijn als vrouwen. Kwalificatiedossier Beveiliger
DEEL 1 DE DOOR HET MINISTERIE VAN OCW/LNV VAST TE STELLEN KERN VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL
Kwalificatieprofiel Beveiliger (crebo-code: 90540) 1
ALGEMENE INFORMATIE
datum: 1 juli 2005
versie: 1
Onder regie van
Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO
Ontwikkeld door
ECABO, afdeling Ontwikkeling en Innovatie in samenwerking met vertegenwoordigers van de branche en het middelbaar beroepsonderwijs
Bron- en referentiedocumenten Beroepscompetentieprofielen: - Beveiliger (4 mei 2004) - Evenementenbeveiliger (4 mei 2004) - Mobiel beveiliger (4 mei 2004) - Persoonsbeveiliger (6 mei 2004) - Winkelsurveillant (4 mei 2004) - Coördinator beveiliging (11 mei 2004) Het door de Stuurgroep kwalificatiestructuur vastgestelde brondocument Leren en Burgerschap (juni 2004) Raamwerk moderne vreemde talen in het secundair beroepsonderwijs, gebaseerd op de standaard voor Europese taalniveaus (Common European Framework of Reference of Languages; Learning, teaching, assessment, Council of Europe, 2001) Verantwoording door/op
Kwalificatiedossier Beveiliger
Bestuur ECABO d.d. 15 december 2004
1
2
SPECIFIEKE INFORMATIE
Korte typering van het kwalificatieprofiel
Het kwalificatieprofiel richt zich op het beroep van beveiliger binnen de particuliere beveiligingsbranche. Het kwalificatieprofiel bestaat uit een kern die iedereen moet volgen om in de particuliere beveiliging te mogen werken en uitstroomdifferentiaties. Beveiligers werken bij bedrijfsbeveiligingsdiensten of zijn in dienst van particuliere beveiligingsorganisaties die ze plaatst bij een opdrachtgever. Ze houden toezicht door controlerondes te lopen en eventuele onregelmatigheden op te merken. Bij onregelmatigheden treden ze adequaat op. Hoewel de beveiliger voornamelijk preventief toezicht houdt, is het soms ook nodig om repressief op te treden. Hierbij kan gedacht worden aan het optreden bij brand, veelvoorkomende criminaliteit en ongevallen. De beveiliger probeert de schade dan te beperken en roept indien nodig de hulp van anderen in. Kernproblemen van het werk zijn gelegen in de combinatie van dienstverlening en controle, preventie en repressie, klantvriendelijkheid en overwicht. Beveiligers werken bij allerlei soorten bedrijven en organisaties, van olieraffinaderijen tot ministeries. Zij kunnen werkzaam zijn als algemeen beveiliger, maar ook als evenementenbeveiliger, mobiel surveillant, persoonsbeveiliger of winkelsurveillant. De werkzaamheden die dan worden uitgevoerd vragen andere en/of extra competenties van de medewerker. Om die reden kent dit kwalificatieprofiel de volgende uitstroomdifferentiaties op niveau 2: Evenementenbeveiliger, Mobiel surveillant, Persoonsbeveiliger en Winkelsurveillant. Er kan echter ook gediplomeerd worden uitgestroomd na het kerndeel. Op niveau 3 is er de uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging. De coördinator beveiliging werkt binnen een organisatie, instelling of bedrijf of op de afdeling beveiliging of facilitaire zaken (van instellingen en bedrijven) aan een veiligheidsproject. De coördinator beveiliging werkt hier als intern medewerker (zogenaamde bedrijfsbeveiliging) of als gedetacheerde kracht (van een particulier beveiligingsbedrijf). De coördinator beveiliging heeft de operationele leiding over de beveiliging en/of controle van een gebouw, een cluster van gebouwen, terrein of alarmcentrale. Hij heeft de taak ervoor te zorgen dat de beveiligingsdiensten zo goed mogelijk worden uitgevoerd, conform de afspraken/het beveiligingsplan. De loopbaanmogelijkheden voor de diverse uitstroomdifferentiaties van de beveiliger. Beveiliger: De beveiliger kan zowel horizontaal naar specialistenfuncties doorstromen als verticaal naar meer leidinggevende functies. Evenementenbeveiliger: De evenementenbeveiliger kan doorgroeien naar de functie van teamleider, planner, coördinator etc. Mobiel surveillant: De mobiel surveillant kan doorgroeien naar de functie van
Kwalificatiedossier Beveiliger
2
alarmopvolger, teamleider, hoofdbeveiliger, coördinator, planner etc. Persoonsbeveiliger: De persoonsbeveiliger kan, afhankelijk van de grootte van het bedrijf, doorstromen naar de functie van leidinggevende of naar een coördinerende functie. Winkelsurveillant: Winkelsurveillanten kunnen doorgroeien naar de functie van leidinggevende/coördinator of deel uit gaan maken van een mobiel interventieteam. Coördinator beveiliging: De coördinator beveiliging kan doorgroeien naar de functie van unitassistent, unitmanager, regiomanager, ondernemer, beveiligingsadviseur en veiligheidsadviseur. Kwalificatiestructuur
ECABO, zie bijlage 1
Typering en niveau van de kwalificatie
0 assistent ● vakman/vakvrouw
Uitstroomdifferentiaties
De uitstroomdifferentiaties en bijbehorende competentiematrix zijn vastgesteld door het bestuur van het kenniscentrum ECABO op advies van de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven behorend bij het kenniscentrum ECABO op basis van het mandaat van het ministerie van OCW/LNV. De uitstroomdifferentiaties zijn daarmee integraal onderdeel van het door het ministerie van OCW/LNV vastgestelde kwalificatieprofiel.
Vrije ruimte
De inhoud van de vrije ruimte wordt vastgesteld en onderhouden door het bevoegd gezag van de onderwijsinstelling.
Examinering
De onderwijsinstellingen bieden via de bedrijfstakgroepen (BTG’s) van de Bve Raad de paritaire commissie inzicht in de wijze waarop de examinering van dit kwalificatieprofiel wordt vormgegeven. De paritaire commissie kan hierover haar mening geven, maar heeft geen bevoegdheden inzake examinering.
Diploma
Ten bewijze dat is voldaan aan de eisen uit dit kwalificatieprofiel wordt het diploma Beveiliger toegekend indien de examinering met een voldoende resultaat is afgerond. Op dit diploma wordt vermeld welke van de onderstaande uitstroomdifferentiaties met een voldoende is/zijn afgerond.
0 ● ● 0 0 middenkaderfunctionaris 0
niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 niveau 4
Mogelijke uitstroomdifferentiaties: - Beveiliger (crebo-codes: 90541) Kwalificatiedossier Beveiliger
3
-
Evenementenbeveiliger (crebo-codes: 90542) Mobiel surveillant (crebo-codes: 90543) Persoonsbeveiliger (crebo-codes: 90544) Winkelsurveillant (crebo-codes: 90545) Coördinator beveiliging (crebo-codes: 90550)
Certificeerbare eenheden
Niet van toepassing
Wettelijke beroepsvereisten
Beveiligers moeten in het bezit zijn van een beveiligingsdiploma zoals genoemd in de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr). Dit is het diploma Beveiliger uit dit kwalificatieprofiel en het is alleen geldig als het is afgegeven door de Stichting Vakexamens Particuliere Beveiligingsorganisaties. Verder zijn de certificaten Persoonsbeveiliging en Winkelsurveillance opgenomen in de Wpbr. Deze certificaten geven, onder aanvullende voorwaarden, het recht om in burger te mogen werken. In de Wpbr is tevens het certificaat Event Security Officer opgenomen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
4
3
KERNTAKEN
De volgende kerntaken maken deel uit van de kern van het kwalificatieprofiel: 1. Houdt preventief toezicht op de veiligheid 2. Treedt repressief op 3. Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit
Kwalificatiedossier Beveiliger
5
4
KERNOPGAVEN
De volgende kernopgaven maken deel uit van de kern van het kwalificatieprofiel: Kernopgave 1: Wel of niet ingrijpen De beveiliger staat voor de opgave om een juiste inschatting te maken van een ongewenste situatie. In korte tijd moet hij beslissen of hij ingrijpt of niet en zo ja, op welke wijze. Een verkeerde keuze kan als gevolg hebben dat de situatie escaleert, dat een handeling juridisch niet gerechtvaardigd is en/of dat het imago van het beroep wordt geschaad. Kernopgave 2: Prioriteiten stellen De beveiliger staat voor de opgave om tijdens het uitvoeren van een taak te beslissen of hij een andere taak meer prioriteit wil geven dan die waarmee hij bezig is. Bepalen van de prioriteit doet hij door de gevolgen van wel of niet handelen in te schatten. Het risico van het verkeerd stellen van prioriteiten is dat de veiligheid van personen of zaken in gevaar komt. Kernopgave 3: Beveiligen versus dienstverlenen De beveiliger staat voor de opgave om bij de uitvoering van zijn taken te bepalen welke houding het meest geschikt is, de dienstverlenende of de beveiligende. Indien hij niet de juiste houding inneemt in een bepaalde situatie, zullen betrokkenen zijn optreden mogelijk als inadequaat ervaren. Hierdoor bereikt de medewerker niet het gewenste resultaat. Kernopgave 4: Volgen versus afwijken van regels De beveiliger staat voor de opgave om in een specifieke situatie te bepalen of hij af mag wijken van een procedure, b.v. iemand toelaten die niet aan de toegangseisen voldoet. Strikt uitvoeren van de procedures kan b.v. werkprocessen in de organisatie belemmeren., het niet strikt uitvoeren van de procedures kan er b.v. toe leiden dat riskante situaties ontstaan. Kernopgave 5: Bepalen of hulp moet worden ingeroepen De beveiliger staat regelmatig voor de opgave om te bepalen of er voldoende reden is om de politie of een andere hulpdienst te waarschuwen. Een verkeerde inschatting kan gevolgen hebben voor zijn eigen veiligheid en die van anderen, voor schade aan het object en voor de relatie met de hulpdiensten.
Kwalificatiedossier Beveiliger
6
5
COMPETENTIEMATRIX
In de competentiematrix zijn ten behoeve van de overzichtelijkheid de competenties opgenomen die bij de kern van dit kwalificatieprofiel een rol spelen. De matrix is een hulpmiddel en brengt in beeld welke competenties nodig zijn bij welke kerntaken en kernopgaven. Voor de nadere detaillering wordt geadviseerd het betreffende onderdeel in deel 2 van het kwalificatieprofiel te bekijken. Kerntaak 1: Houdt preventief toezicht op de veiligheid 2: Treedt repressief op 3: Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit
Kernopgave 1: Wel of niet ingrijpen 2: Prioriteiten stellen 3: Beveiligen versus dienstverlenen 4: Volgen versus afwijken van regels 5: Bepalen of hulp moet worden ingeroepen
Competenties De beveiliger is in staat om op adequate wijze 1. toegangs- en uitgangscontrole uit te voeren 2. te controleren en te surveilleren 3. alarmopvolgingen uit te voeren 4. op te treden bij incidenten/calamiteiten 5. verdachten aan te houden 6. conflicten te hanteren 7. te informeren en te verwijzen 8. baliewerkzaamheden uit te voeren 9. wet- en regelgeving toe te passen 10. voor kwaliteit zorg te dragen 11. met problemen om te gaan 12. eigen werkzaamheden voor te bereiden 13. veilig en milieubewust te werken 14. te communiceren 15. samen te werken met interne en externe relaties 16. met agressie om te gaan 17. mondeling en schriftelijk te rapporteren 18. beroepscompetenties te ontwikkelen
Kwalificatiedossier Beveiliger
Kerntaak 1 X X
X X X X X X X X X X X X
2
3 X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Kernopgave 1
X X X X X
2
X X X X
3
4
5
X X X X
X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X
X
7
DEEL 2 DE DOOR HET BESTUUR VAN HET KENNISCENTRUM OP ADVIES VAN DE PARITAIRE COMMISSIE BEROEPSONDERWIJS BEDRIJFSLEVEN VAST TE STELLEN NADERE UITWERKING 6
VERRIJKTE KERNTAKEN VAN HET TOTALE KWALIFICATIEPROFIEL
Kerntaak 1: Houdt preventief toezicht op de veiligheid Proces De beveiliger ontvangt bij het begin van zijn dienst instructies en verzamelt overige relevante informatie en hulpmiddelen. Hij voert controlerende werkzaamheden uit en ziet toe op het naleven van bedrijfsregels en algemene wet- en regelgeving. Hij signaleert onveilige, ongezonde en afwijkende situaties en gedrag en treedt indien nodig corrigerend op. Bij dreigende conflicten van beperkte aard probeert hij te bemiddelen. Hij streeft naar een schone en veilige (werk)omgeving. Hij opent en sluit gebouwen, loopt algemene rondes, brand- en sluitrondes en andere specifieke rondes, zowel overdag als ’s nachts. Hij voert toegangscontroles uit waarbij hij let op binnenkomende en uitgaande personeelsleden, bezoekers en voertuigen en op voorwerpen die mee worden gevoerd. Hij bedient slagbomen en deuren en controleert legitimatiebewijzen en passen. Ongewenste bezoekers weigert hij de toegang. Hij visiteert auto’s en personen. Hij ziet toe op de veilige opslag van gevaarlijke stoffen en op het veilig uitvoeren van werkzaamheden. Hij begeleidt (vracht)auto’s en signaleert onregelmatigheden. Tijdens zijn rondes biedt hij service, zoals het wijzen van de weg, het beantwoorden van vragen en het helpen bij het afhandelen van schades. De beveiliger heeft oog voor onveilige situaties en probeert door alert, kordaat en klantvriendelijk optreden, problemen te voorkomen. Hij toont zich discreet en representatief. Hij toont zelfbeheersing, overwicht en doortastendheid en kan in complexe en/of onveilige situaties prioriteiten stellen en de juiste keuzes maken. De beveiliger maakt op juiste manier gebruik van dienstuitdrukkingen. Hij stelt algemene en specifieke rapporten op. Rol/verantwoordelijkheden De beveiliger voert het werk in een uitvoerende rol uit. Hij werkt vaak alleen en is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Het uniform wekt bij derden bepaalde verwachtingen die de beveiliger moet waarmaken. Complexiteit Er wordt veelal gewerkt volgens procedures. Bepaalde aspecten vergroten echter de complexiteit. Wanneer men ’s nachts moet werken en/of alleen moet werken wordt een groter beroep gedaan op het zelfstandig kunnen werken en het verstandig maken van keuzes. Een ander aspect is het werken bij of in ingewikkelde, heel specifieke objecten of situaties. Verder moet de beveiliger steeds een balans vinden tussen beveiligen en dienstverlenen. Er kan bij deze werkzaamheden niet worden volstaan met het louter uitvoeren van routinematige standaardprocedures; er wordt van de beveiliger ook creativiteit verwacht.
Kwalificatiedossier Beveiliger
8
Betrokkenen
Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Keuzes en dilemma’s
De beveiliger ontvangt instructies van een leidinggevende. Verder zijn betrokken: de opdrachtgever, bezoekers, personeelsleden, collega’s, personeel van derden (schoonmakers, onderhoudsmonteurs), de technische dienst, leveranciers etc. Instructies, communicatieapparatuur, registratiemiddelen (zoals bv. checklists), zaklantaarn en pc. De beveiliger moet zijn toezichthoudende taken goed uitvoeren; liefst zo goed dat incidenten voorkomen worden. Hij moet de werkzaamheden in principe uitvoeren volgens procedures en instructies en moet rustig en overtuigend overkomen en professionaliteit uitstralen. Zelfstandigheid versus bevoegdheid De beveiliger moet bepalen of hij de bevoegdheid en vaardigheid heeft om zelf te handelen of dat hij een beroep op anderen moet doen. Gesprekstechniek kiezen De beveiliger moet afhankelijk van de situatie of de personen waarmee gecommuniceerd moet worden, de juiste gesprekstechniek kiezen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
9
Kerntaak 2: Treedt repressief op Proces De taak is repressief van aard en betreft het handelend optreden bij (of beëindigen van) ongewenste gedragingen en situaties. De beveiliger ontvangt meldingen of constateert zelf een ongewenst gedrag of ongewenste situatie. De beveiliger probeert altijd de (vervolg)schade te beperken. Dit doet hij door een bij de aard van het incident passende actie te ondernemen. Vaak kan de beveiliger gebruik maken van specifieke instructies. Die zijn er echter niet voor elke situatie en dan moet de beveiliger zelf bedenken wat hij het beste kan doen, rekening houdend met de belangen van de verschillende partijen. De beveiliger beschikt over kennis van de huisregels en van relevante wetgeving. Hij wisselt informatie uit met hulpdiensten en rapporteert volgens instructies. Hij maakt op een juiste manier gebruik van dienstuitdrukkingen. Rol/verantwoordelijkheden De beveiliger voert de (specifieke) instructies uit, voor zover aanwezig, naar aanleiding van een bepaald incident. Soms vereisen de instructies dat hij contact met zijn leidinggevende opneemt. Als er geen instructies zijn moet hij zelf bepalen wat hij moet/kan doen, eventueel in overleg met zijn leidinggevende. De beveiliger voert het werk in een uitvoerende rol uit. Hij werkt vaak alleen en is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Het uniform wekt bij derden bepaalde verwachtingen die de beveiliger moet waarmaken. Complexiteit De beveiliger moet overzicht bewaren en rustig doch voortvarend handelen in een vaak hectische situatie. Hij mag zich niet te veel op details richten en moet alle activiteiten in de meest doeltreffende volgorde afwerken. Hij moet in staat zijn te reproduceren wat hij gedaan heeft en waarom. Betrokkenen De beveiliger ontvangt instructies van een leidinggevende. Verder zijn betrokken: de opdrachtgever, bezoekers, (ingehuurde) personeelsleden, collega’s, personeel van derden, de technische dienst, de leidinggevende, BHV-medewerkers, hulpdiensten, meldkamers, overheden etc. Hulpmiddelen Instructies, communicatieapparatuur, zaklantaarn, pc, lijst met noodnummers, brandblusmiddelen en EHBO-hulpmiddelen. Kwaliteit van proces en Incidenten worden opgelost met zo weinig mogelijk ontregeling in het resultaat object en zo weinig mogelijk (vervolg)schade. Snel handelen is hierbij van groot belang. Hulpdiensten zijn niet onnodig opgeroepen. Rapportages moeten compleet en juist zijn. Er is gehandeld binnen wettelijke kaders zodat er geen gegronde claims binnenkomen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
10
Keuzes en dilemma’s
Handelend optreden versus eigen veiligheid Bij incidenten moet de beveiliger bepalen wanneer hij ingrijpt en wanneer niet, rekening houdend met de eigen veiligheid. Zelfstandigheid versus bevoegdheid Bij incidenten moet de beveiliger bepalen of hij de bevoegdheid en de vaardigheid heeft om zelf te handelen of dat hij een beroep op anderen moet doen. Overzicht houden De beveiliger moet bij een incident/calamiteit bepalen welke handelingen hij in welke volgorde uitvoert en zich bijvoorbeeld niet verliezen in details. Zakelijk blijven De beveiliger moet in geval van emotionele situaties zakelijk en professioneel optreden en zich niet laten meeslepen door bijvoorbeeld zijn eigen of andermans emoties. Gesprekstechniek kiezen De beveiliger moet de juiste gesprekstechniek kiezen, afhankelijk van de situatie waarin de personen waarmee gecommuniceerd moet worden zich bevinden.
Kwalificatiedossier Beveiliger
11
Kerntaak 3: Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit Proces Beveiligers voeren ondersteunende baliewerkzaamheden uit of functioneren in een loge of centrale post. Zij treden hierbij dan op als visitekaartje van het bedrijf. De beveiliger ontvangt en registreert bezoekers en verwijst hen door en is aanspreekpunt voor personeel en bezoekers. Hij handelt telefoongesprekken af en geeft goederen uit. Eventuele klachten over het bedrijf neemt hij in ontvangst en handelt hij volgens procedures af. Hij let erop of meegevoerde goederen mee naar binnen of buiten mogen. Hij neemt indien nodig goederen in bewaring en registreert deze in dat geval. De beveiliger let op of onregelmatigheden en treedt zelf corrigerend op of roept de hulp van anderen in. Bij alarmmeldingen handelt hij volgens procedures evenals bij meldingen van schades. Rol/verantwoordelijkheden De beveiliger heeft een uitvoerende rol. Hij werkt vaak in teamverband. Hij is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Het uniform wekt bij derden bepaalde verwachtingen die de beveiliger moet waarmaken. Complexiteit Deze kerntaak heeft in principe een lage complexiteit; er zijn procedures die uitgevoerd moeten worden. Echter, een grote organisatie, waarbij je de structuur van de organisatie goed moet kennen om juist te kunnen verwijzen, maakt het werk moeilijker. Verder is het lastig om dienstverlenende en beveiligende taken te combineren; de beveiliger moet terwijl hij dienstverlenend bezig is er toch altijd op blijven letten dat de veiligheid niet in gevaar komt. Betrokkenen De beveiliger ontvangt instructies van een leidinggevende. Verder zijn betrokken: de opdrachtgever, bezoekers, personeelsleden, collega’s, personeel van derden, technische dienst, de leidinggevende, BHV-medewerkers, hulpdiensten, meldkamers etc. Hulpmiddelen Instructies, telefooncentrale, andere communicatieapparatuur, verwijslijsten, registratiemiddelen en pc. Kwaliteit van proces en Mensen worden juist verwezen of geïnformeerd, goederen worden resultaat altijd aan de juiste persoon overhandigd, oproepen en alarmen zijn juist afgehandeld. Keuzes en dilemma’s Extra dienstverlening of niet De beveiliger moet afwegen of hij bepaalde (extra) dienstverlening biedt of niet. De beveiligende taak mag nooit ondergeschikt zijn aan de dienstverlenende. Als hij alleen werkt, mag hij zijn post niet verlaten en moet bepaalde werkzaamheden dus overdragen aan anderen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
12
Kerntaak 4: Beveiligt evenementen (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger heeft te Proces maken met (grote) groepen mensen. Hierin onderscheidt het werk zich dat van bv. een objectbeveiliger. De evenementenbeveiliger heeft verschillende rollen. In de eerste plaats treedt hij op als gastheer. Hierbij horen werkzaamheden als het beantwoorden van vragen van bezoekers, het uitleggen van huisregels, het begeleiden van artiesten, het opvangen van zoekgeraakte kinderen etc. Een andere rol is die van controlerende aard. Hierbij horen het uitvoeren van toegangscontroles, die bij evenementen vaak anders verlopen dan in andere settings, het controleren van het evenemententerrein en het toezicht houden op het algemene verloop van het evenement. Specifiek voor evenementen is het grote aantal mensen dat aanwezig is, waardoor crowd control noodzakelijk is. Verder zijn er bij evenementen specifieke afspraken die gehandhaafd moeten worden bv. met betrekking tot het waarborgen van de toegankelijkheid voor hulpdiensten en de zones waar bezoekers wel en niet mogen komen. De derde rol betreft het repressief optreden. Ook hierbij is het aantal mensen, de samenstelling van de groep, de kenmerken van het evenement etc. van belang voor de evenementenbeveiliger. Elk type evenement is weer anders. De evenementenbeveiliger moet crowd control kunnen toepassen, mensen kunnen opvangen die in de verdrukking zijn geraakt, goed kunnen communiceren met collega’s op het terrein en vooral, aan zien komen dat er wat gaat gebeuren en op tijd ingrijpen. De evenementenbeveiliger moet dienstverlenend overkomen: door de mensen vriendelijk en correct te benaderen, voorkomt hij dat de mensen ontevreden worden en zich gaan ergeren. Collectieve ergernis kan namelijk gemakkelijk leiden tot ordeverstoringen. Goede evenementenbeveiligers denken mee over hoe het evenement in de toekomst nog beter zou kunnen verlopen. De evenementenbeveiliger beschikt over kennis van de huisregels en van relevante wetgeving. Hij wisselt informatie uit met hulpdiensten en rapporteert volgens instructies. Hij maakt op een juiste manier gebruik van dienstuitdrukkingen. Rol/verantwoordelijkheden De evenementenbeveiliger heeft een uitvoerende rol en is verantwoordelijk voor zijn eigen werk en heeft geen hiërarchische verantwoordelijkheid. Hij legt over zijn eigen werk verantwoording af aan zijn leidinggevende. Er is wel sprake van teamverantwoordelijkheid. Complexiteit De complexiteit zit in de eerste plaats in de combinatie van het uitvoeren van controle en het fungeren als gastheer; controle wordt vaak als vervelend en storend ervaren. Een ander aspect dat de complexiteit vergroot is het feit dat er op evenementen vaak sprake is van (onoverzichtelijke) mensenmenigtes van diverse aard, waarbij een ordelijke situatie in zeer korte tijd kan veranderen in een chaotische en zelfs in een escalerende situatie. Een andere complicerende factor is de grote flexibiliteit die de evenementenbeveiliger nodig heeft, bijvoorbeeld om zich aan te passen aan wisselende instructies. Ook geldt dat hoe onoverzichtelijker een evenemententerrein is, hoe complexer het werk is. Ten slotte wordt de complexiteit verhoogd doordat ook alert moet worden gereageerd bij omslag van een eentonige situatie naar een onveilige. Betrokkenen Collega’s, leidinggevende/coördinator, centrale post, bezoekers, artiesten/VIPS, personeel van derden, hulpdiensten etc. Kwalificatiedossier Beveiliger
13
Hulpmiddelen
Kwaliteit van proces en resultaat Keuzes en dilemma’s
Instructies, communicatieapparatuur (portofoon), plattegrond, lijst met verwijsadressen/telefoonnummers, beveiligingshulpmiddelen (zoals scanapparatuur, camera’s, facilitysystemen), brandblusmiddelen en EHBO-hulpmiddelen. De beveiligingsprocedures zijn conform de afspraken uitgevoerd en de beveiliging heeft het evenement zo weinig mogelijk verstoord. Het publiek heeft zich welkom gevoeld. Extra dienstverlening of niet De evenementenbeveiliger moet afwegen of hij bepaalde (extra) dienstverlening biedt of niet. De beveiligingstaak mag nooit ondergeschikt zijn aan de dienstverlenende. Zelfstandigheid versus verantwoording De evenementenbeveiliger moet regelmatig bepalen of hij (te verwachten) problemen meldt aan zijn leidinggevende of niet. Handelend optreden versus eigen veiligheid De evenementenbeveiliger moet bij incidenten bepalen wanneer hij ingrijpt en wanneer niet omdat dat zijn eigen veiligheid in gevaar brengt. Gesprekstechniek kiezen De evenementenbeveiliger moet afhankelijk van de situatie en de personen waarmee gecommuniceerd moet worden de juiste gesprekstechniek kiezen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
14
Kerntaak 5: Voert mobiele surveillances uit (Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant) De beveiliger die werkzaam is als mobiel surveillant werkt zeer Proces zelfstandig, rijdt vaak alleen in een auto en surveilleert vaak in de nachtelijke uren. Zijn werk bestaat enerzijds uit een routinematig deel, namelijk het uitvoeren van controles van objecten volgens een vaststaand schema, en anderzijds uit alarmopvolging, hetgeen een onvoorspelbaar karakter heeft. De werkzaamheden vinden zowel op privaat terrein als op de (semi)openbare weg plaats, al dan niet georganiseerd binnen een beveiligingscollectief. Elk object heeft zijn eigen instructies, sleutels, wachtwoorden etc. Controlerende taken bestaan uit openen en sluiten van gebouwen en het lopen van rondes binnen en buiten gebouwen. Sluitbegeleiding uit voeren bij overvalgevoelige objecten en personeel visiteren bij vertrek kan ook tot de taken behoren. Onderweg van het ene naar het andere object signaleert de surveillant eventuele ongeregeldheden op de openbare weg en meldt hij deze bij hulpdiensten. Alarmopvolging kan op twee manieren geregeld zijn. De mobiel surveillant kan tijdens zijn ronde opgeroepen worden door de meldkamer om een alarm op te volgen of alarmopvolging wordt gezien als aparte taak. In het eerste geval moet de surveillant zijn route aanpassen en zich naar het betreffende object begeven, en vervolgens zijn ronde weer oppakken. In het tweede geval bestaat de hele dienst uit het opvolgen van alarmen. In beide gevallen geldt dat de surveillant een bepaalde aanrijtechniek gebruikt om het object te benaderen. Hij constateert de oorzaak van het alarm of constateert een vals alarm en hij onderneemt actie, afhankelijk van de situatie. Hierbij houdt hij altijd rekening met zijn eigen veiligheid.
Rol/verantwoordelijkheden
Complexiteit
Betrokkenen
Kwalificatiedossier Beveiliger
Contact houden met de meldkamer is erg belangrijk, vooral voor de eigen veiligheid van de surveillant. De mobiel surveillant heeft oog voor onveilige situaties en probeert door alert, kordaat en klantvriendelijk optreden, problemen te voorkomen. Hij toont zich discreet en representatief. Hij toont zelfbeheersing, overwicht en doortastendheid en kan in complexe, onveilige situaties prioriteiten stellen en keuzes maken wat betreft de volgorde waarin beveiligingsmiddelen worden ingezet. De mobiel surveillant voert het werk in een uitvoerende rol uit. Hij werkt vrijwel altijd alleen, wat veel vraagt van zijn zelfstandigheid. De mobiel surveillant is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Er wordt veelal gewerkt volgens procedures. Echter regelmatig wordt de mobiel surveillant geconfronteerd met unieke situaties waarvoor geen passende procedures bestaan. Hij zal dan zelf een keuze moeten maken tussen wel of niet optreden en hoe moet worden opgetreden. De mobiel surveillant staat er tijdens zijn dagelijkse werkzaamheden alleen voor en moet over allerlei praktische kwesties zelf beslissen, eventueel in overleg met meldkamer of leidinggevende. Complicerend is ook dat er wordt gesurveilleerd voor verschillende opdrachtgevers met allemaal hun eigen eisen. Files, deadlines, plus de druk van het onbekende maken het werk ook complex. De mobiel surveillant ontvangt instructies van een leidinggevende en de collega van de meldkamer (de PAC). Verder zijn betrokken: bezoekers, personeelsleden, collega’s, personeel van derden, de 15
Hulpmiddelen Kwaliteit van proces en resultaat
Keuzes en dilemma’s
technische dienst, personeel van hulpdiensten. Instructies, sleutels, mobiele communicatiesystemen, registratiemiddelen, palmtop, zaklantaarn, (draagbare) pc, plattegronden, auto, lijst met noodnummers en plattegronden. Van de mobiel surveillant wordt verwacht dat hij de surveillances inhoudelijk correct, doelgericht en conform instructies uitvoert. Incidenten worden opgelost met zo weinig mogelijk ontregeling in het object en zo weinig mogelijk schade. Hulpdiensten worden indien nodig opgeroepen. Handelend optreden versus eigen veiligheid Bij incidenten moet de mobiel surveillant bepalen wanneer hij ingrijpt en wanneer niet, rekening houdend met de eigen veiligheid. Zelf optreden versus hulp inroepen Bij incidenten moet de mobiel surveillant bepalen of hij deze zelf af kan handelen of dat hij hulp in moet roepen van anderen. Overzicht houden De mobiel surveillant moet bepalen welke handelingen hij in welke volgorde uitvoert en mag zich bijvoorbeeld niet verliezen in details.
Kwalificatiedossier Beveiliger
16
Kerntaak 6: Beveiligt personen (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger kan worden Proces ingezet voor verschillende soorten taken: namelijk voor preventieve observatie en voor de feitelijke beveiliging van een VIP. Onderdeel van dit laatste is het vervoeren van de VIP, als beveiligingschauffeur. Preventieve observatie gaat vooraf aan feitelijke beveiliging en betreft het in kaart brengen van de omgeving van de VIP. De persoonsbeveiliger gebruikt hiervoor diverse bronnen om informatie te verzamelen over de VIP en over actuele gebeurtenissen die de veiligheid van de VIP kunnen bedreigen. Dit laatste kan ook onderdeel van een briefing zijn. De persoonsbeveiliger observeert de persoon, het object, de bezoekers en de omgeving, naar gelang de opdracht. Deze observatie kan zowel dynamisch als statisch zijn. Hij signaleert afwijkende en bedreigende situaties en beoordeelt of deze afwijkingen direct gemeld moeten worden of alleen gerapporteerd. Hij maakt een verslag/rapport van de observatiegegevens voor de opdrachtgever of voor de coördinator van de opdracht. In dit verslag/rapport geeft hij waar mogelijk kwalificaties aan de afwijkingen die hij heeft gesignaleerd. Resultaat van de observatie kan zijn dat overgegaan wordt tot feitelijke beveiliging, door één persoonsbeveiliger of door een team. De persoonsbeveiliger leest het draaiboek en bereidt zijn aandeel aan de opdracht voor, individueel of met het team. De coördinator geeft aan welke mate van beveiliging moet worden geleverd en wat de te verwachten dreiging is. De persoonsbeveiliger voert een voorverkenning uit van bezoekadressen van de VIP en neemt preventieve maatregelen om onregelmatigheden te voorkomen. Hij bespreekt met de VIP of deze nog wensen heeft waaraan tegemoet gekomen kan/moet worden en hij onderhoudt contacten met personeel van de VIP m.b.t. het programma en de activiteiten van de VIP. Er zijn verschillende manieren van begeleiden en beveiligen die worden ingezet afhankelijk van de mate van dreiging. De mate van beveiliging verschilt; soms is er meer sprake van gezelschap en service en begeleiding bieden, terwijl in andere gevallen de nadruk juist ligt op het beveiligen.
Rol/verantwoordelijkheden
Kwalificatiedossier Beveiliger
Het werken als beveiligingschauffeur van een VIP is ook een vorm van persoonsbeveiliging. De persoonsbeveiliger zorgt er dan voor dat de VIP veilig en comfortabel zijn doel bereikt. Voor vertrek controleert de persoonsbeveiliger het voertuig op veiligheidsaspecten, techniek en verzorging. Hij ontvangt instructies van de coördinator, die meerijdt in de VIP-auto of in een volgauto. In sommige gevallen rijdt er een verkenningsauto vooruit. De persoonsbeveiliger observeert tijdens het rijden de omgeving, schat risico’s in en reageert adequaat. De beveiligingschauffeur maakt gebruik van security rijtechnieken en voertuigbeheersingstechnieken en hij past veiligheidstechnieken toe wanneer moet worden gestopt en in- of uitgestapt. De persoonsbeveiliger moet zo comfortabel mogelijk rijden, veel VIP’s willen namelijk kunnen werken tijdens de rit. Voor het werk is het noodzakelijk dat de persoonsbeveiliger afspraken maakt over parkeren, aankomst- en vertrektijden en -plaatsen. Hij moet een gesprek kunnen voeren met de VIP, in het Nederlands en in eenvoudig Engels De persoonsbeveiliger werkt alleen of in een team en is verantwoording verschuldigd aan de coördinator. Een persoonsbeveiliger moet uiterst discreet zijn en mag vrijwel niets 17
Complexiteit
Betrokkenen Hulpmiddelen
Kwaliteit van proces en resultaat
over zijn werk vertellen aan derden omdat dit risicoverhogend kan werken; dit legt een grote druk op hem. Er moet worden gewerkt volgens standaardprocedures maar de persoonsbeveiliger moet in bepaalde gevallen lastige keuzes maken en moet soms een beroep doen op zijn creativiteit. Lastige situaties zijn die waarin de dreiging dermate hoog is dat de werkzaamheden van de VIP onderbroken moeten worden. De persoonsbeveiliger moet overtuigingskracht hebben zodat de VIP zijn aanwijzingen opvolgt, ook als die aanwijzingen strijdig zijn met de planning van werkzaamheden die de VIP heeft. Een laatste factor die de complexiteit vergroot is het feit dat er vaak lange tijd niets bijzonders gebeurt en de persoonsbeveiliger dan toch alert moet blijven. De hoeveelheid te verwerken informatie in combinatie met verschillen in de mate van dreiging is ook medebepalend voor de mate van complexiteit. Verder is het complex om een balans vinden tussen het zo veilig mogelijk vervoeren van de VIP, waarbij het soms noodzakelijk is bepaalde manoeuvres te maken die andere weggebruikers niet verwachten, en het zo weinig mogelijk hinderen van de medeweggebruikers. Doel van dit laatste is het voorkomen van onnodige aandacht en agressie. Coördinator, collega’s, VIP, eventueel personeel van de VIP, publiek, medewerkers van politie, personeel van locaties waar de VIP heen gaat, medeweggebruikers. Instructies, draaiboek, plattegronden, kentekenlijst, vervoermiddel, communicatiemiddelen (zoals portofoon, mobilofoon, GSM), navigatiesysteem, laptop/pc, palmtop, GPS, internet, foto- en filmapparatuur, eerdere rapportages van collega’s m.b.t. het onderwerp van de betreffende opdracht. De persoonsbeveiliger moet zo observeren dat het publiek het zo weinig mogelijk in de gaten heeft. Alle afwijkende zaken moeten worden gerapporteerd (waarbij de persoonsbeveiliger een selectie maakt op relevantie). De persoonsbeveiliger geeft op het juiste moment aan de coördinator door dat de dreiging zo hoog is geworden dat er aanpassing van de beveiliging noodzakelijk is. Hierbij worden de verschillende gradaties van dreiging gehanteerd. De persoonsbeveiliger moet zorgen voor de veiligheid van de VIP, zonder de VIP en zijn omgeving onnodig te hinderen bij de werkzaamheden. Hij zorgt er daarom voor, indien mogelijk in overleg met de coördinator, dat de te volgen veiligheidsprocedures zijn afgestemd op de dreiging, de VIP, de locatie en het publiek. De persoonsbeveiliger vervoert de VIP veilig en comfortabel van A naar B, zonder de aandacht te trekken en zonder (verkeers)regels te overtreden.
Kwalificatiedossier Beveiliger
18
Keuzes en dilemma’s
Zelfstandigheid versus verantwoording De persoonsbeveiliger moet regelmatig bepalen of hij (te verwachten) problemen meldt aan de coördinator of niet. Gesprekstechniek kiezen De persoonsbeveiliger moet afhankelijk van de situatie waarin of de personen waarmee gecommuniceerd moet worden, de juiste gesprekstechniek kiezen. Vertrouwelijkheid versus openheid De persoonsbeveiliger mag in principe niets naar buiten brengen over zijn opdracht, maar heeft wel informatie nodig van derden; hij moet bepalen welke informatie hij wel en welke hij niet naar buiten brengt. Handelend optreden versus eigen veiligheid en die van derden De persoonsbeveiliger moet bij incidenten bepalen op welk moment hij in welke mate ingrijpt, rekening houdend met de eigen veiligheid en die van derden. Extra dienstverlening of niet De persoonsbeveiliger moet afwegen of hij bepaalde (extra) dienstverlening biedt of niet. De beveiligende taak mag nooit ondergeschikt zijn aan de dienstverlenende.
Kwalificatiedossier Beveiliger
19
Kerntaak 7: Beveiligt winkels (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant werkt in een Proces omgeving die een publiek karakter heeft: winkels zijn meestal open objecten. Het werk kan het beveiligen van een individuele winkel betreffen, maar ook van een winkelcentrum, hetgeen het publieke karakter nog meer benadrukt. Binnen de met de opdrachtgever afgesproken kaders, bepaalt de winkelsurveillant meestal zelf waar en wanneer hij toezicht houdt en hoe. Hij werkt vaak alleen, soms in een team. De taken zijn preventief, repressief en dienstverlenend van aard, waarbij de winkelsurveillant een aantal specifieke taken moet uitvoeren die voortkomen uit de aard van omgeving. Preventieve taken betreffen behalve het algemene surveillancewerk, het geven van tips aan het personeel over hoe de kans op diefstal kan worden verkleind, het toezicht houden op het transport van geld of waardevolle goederen, het toezicht houden bij laden en lossen en het signaleren van verdacht gedrag. Om dit goed te kunnen doen moet de winkelsurveillant alert zijn op technieken om beveiligingsmaatregelen te omzeilen en op andere winkeldiefstalmethodieken. Wat repressie betreft kan worden gezegd dat winkelsurveillanten naar verhouding veel aanhoudingen verrichten. Er zijn vaak afspraken met de politie en met de bedrijfsleider van de winkel over hoe gehandeld moet worden bij strafbare feiten. Door het publieke karakter van een winkel, heeft repressief optreden een grote impact op de omgeving: de sfeer kan grimmig worden. De winkelsurveillant streeft ernaar dat te voorkomen. Behalve aanhouden betreft het repressief optreden in een winkel het optreden bij poortalarm, het optreden bij conflicten, het handelen bij brand, een overval, een vechtpartij en bij incidenten van technische aard zoals bij storingen van de lift of de roltrap of bv. een stroomstoring. Dienstverlenende taken betreffen het te woord staan van winkelend publiek en het assisteren van mensen die hulp nodig hebben, b.v. bij de deur of op de roltrap. Mensen die gedupeerd zijn door criminaliteit helpt de winkelsurveillant op weg bij het ondernemen van stappen. De communicatie is heel belangrijk, zowel die binnen de winkel als die met collega’s in andere winkels, met de politie en indien aanwezig ook met een meldkamer. Rol/verantwoordelijkheden De winkelsurveillant heeft een uitvoerende rol. Hij werkt vaak in teamverband, maar loopt zijn rondes meestal alleen en hij moet dus ook alleen kunnen werken. De werkzaamheden zijn van controlerende aard. Het winkelpersoneel beschouwt de winkelsurveillant als de persoon die ervoor zorgt dat het veilig is. Hij is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen werk. Het uniform wekt bij derden bepaalde verwachtingen die de winkelsurveillant moet waarmaken. Gediplomeerde winkelsurveillanten mogen onder voorwaarden ook in burger werken. Het is daarom relevant dat de winkelsurveillant beseft wat het verschil is tussen werken in burger en in uniform. Complexiteit Het werk is complexer naarmate het publiek diverser is waardoor er meer kans op onderlinge irritatie is. Een tweede factor die de complexiteit vergroot is het verschil in huisregels van verschillende winkels; de winkelsurveillant moet steeds de juiste huisregels toepassen. Verder is het een uitdaging voor de winkelsurveillant om alert te blijven ook als er langere tijd niets bijzonders gebeurt. De diefstalgevoeligheid van de aangeboden goederen speelt ook een rol Kwalificatiedossier Beveiliger
20
in de complexiteit van het werk. Omdat een winkel een open object is, komt een winkelsurveillant in aanraking met veel onbekende mensen waarvan hij het gedrag niet kan voorspellen. In open objecten komt agressie vaker voor dan in besloten objecten. De winkelsurveillant moet ervoor zorgen dat de drempel om naar binnen te gaan voor klanten laag is, maar voor kwaadwillende mensen hoog. Dit is een spanningsveld. De winkelsurveillant moet overzicht bewaren en rustig maar wel voortvarend handelen in een vaak hectische situatie. Hij moet vaak in een fractie van een seconde bepalen of en hoe hij ingrijpt. Foute beslissingen kunnen gevolgen hebben voor hemzelf en/of voor zijn werkgever, het winkelpersoneel en de klanten. Hij moet in staat zijn te reproduceren wat hij gedaan heeft en waarom. Deze gegevens kunnen nodig zijn voor een rapportage, een proces-verbaal of voor de verzekering.
Betrokkenen Hulpmiddelen
Kwaliteit van proces en resultaat
Keuzes en dilemma’s
De winkelsurveillant voert eenvoudige procedures uit, maar hij heeft te maken met onverwachte situaties waarin hij snel en adequaat dient te handelen. Verder is in geval van een gebrek aan materialen of hulpmiddelen, een improviserend vermogen vereist van de medewerker. Bovendien moet in iedere situatie voor de juiste benadering van de (vaak emotionele) persoon worden gekozen. Collega’s, leidinggevende, winkelend publiek, winkelpersoneel, bedrijfsleider, hulpdiensten, leveranciers, service-personeel, personeel van derden. Instructies, communicatieapparatuur, pc, lijst met noodnummers, lijst met instanties om naar te verwijzen, brandblusapparatuur en beveiligingshulpmiddelen zoals camera’s, plattegrond van de winkel en het winkelgebied. De winkelsurveillant doet zijn werk goed als de beveiligingswerkzaamheden conform de procedures en de gemaakte afspraken met de opdrachtgever zijn verlopen en als incidenten worden opgelost met zo weinig mogelijk ontregeling in het object en zo weinig mogelijk schade. Een ander criterium is dat hulpdiensten indien nodig zijn opgeroepen. Verder is relevant dat de winkelsurveillant procedures consequent uitvoert en in situaties waar geen procedures voor zijn adequaat weet te handelen, dan wel door zelf actie te ondernemen dan wel door hulp in te roepen. Gesprekstechniek kiezen De winkelsurveillant moet afhankelijk van de situatie waarin of de personen waarmee gecommuniceerd moet worden de juiste gesprekstechniek kiezen. Zelf optreden versus hulp inroepen Bij incidenten moet de winkelsurveillant bepalen of hij de bevoegdheid en de vaardigheid heeft om zelf te handelen of dat hulp van anderen nodig is. Extra dienstverlening of niet De winkelsurveillant moet afwegen of hij bepaalde (extra) dienstverlening biedt of niet. De beveiligende taak mag nooit ondergeschikt zijn aan de dienstverlenende.
Kwalificatiedossier Beveiliger
21
Kerntaak 8: Plant en coördineert beveiligingswerkzaamheden (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging plant, Proces organiseert en begeleidt de beveiligingsdienst van begin tot einde. Hij doet dit zodanig dat de dienst(overdracht) vlekkeloos verloopt en alle beveiligingsmedewerkers weten wat er van ze verwacht wordt en alle middelen hebben om hun werk uit te voeren. De coördinator beveiliging zorgt ervoor dat alle beveiligingstaken goed worden uitgevoerd, er wordt gewerkt volgens Arbo-eisen en dat onverwachte gebeurtenissen worden opgevangen. De coördinator beveiliging maakt werkschema’s en roosters voor zijn team en stemt het rooster (bij wijzigingen) af met zijn leidinggevenden en de afdeling planning. De coördinator beveiliging zorgt ten behoeve van de dagelijkse planning van de werkzaamheden voor een goede informatiestroom tussen zichzelf, de beveiligingsmedewerkers, de afdeling planning en zijn leidinggevende. Hiertoe onderhoudt hij dagelijks contact met zijn leidinggevende en/of de afdeling planning. Hij fungeert als aanspreekpunt voor de opdrachtgever met betrekking tot operationele uitvoering van de werkzaamheden. Bij dreigende of zich voordoende onderbezetting informeert de coördinator beveiliging zijn leidinggevende en in opdracht van hem inventariseert hij de mogelijkheden om de problemen op te lossen. Bij calamiteiten treedt de coördinator beveiliging coördinerend op; hij verdeelt taken, treedt op als contactpersoon namens de beveiliging en zorgt voor nazorg met betrekking tot de beveiligingswerkzaamheden. Rol/verantwoordelijkheden De coördinator beveiliging is verantwoordelijk voor de uitvoering van de dagelijkse werkzaamheden. Hij legt hierover verantwoording af aan zijn leidinggevende en/of opdrachtgever. Hij kan eerste aanspreekpunt zijn bij onvoorziene omstandigheden. Hij is verantwoordelijk voor een goede terugkoppeling van de situatie naar zijn leidinggevende en draagt de verantwoordelijkheid voor aanpassingen van of wijzigingen in het rooster om een goede bezetting te verkrijgen en de veiligheid te waarborgen. De coördinator beveiliging kan taken delegeren, maar blijft altijd verantwoordelijk Complexiteit In de dagelijkse praktijk kunnen door onverwachte situaties, personeelsgebrek (door bijvoorbeeld ziekte), wensen van de opdrachtgever en/of het management of door incidenten en calamiteiten veranderingen nodig zijn in de geplande organisatie van de beveiligingstaken. De coördinator beveiliging moet dan, veelal ter plaatse, zorgen voor een aanpassing, zodat de beveiliging van voldoende kwaliteit blijft, de wensen worden ingewilligd en incidenten worden afgehandeld. Dit doet een groot beroep op de flexibiliteit, stressbestendigheid en organisatievaardigheden van de coördinator beveiliging. De coördinator beveiliging moet ook in kunnen schatten wanneer een bepaalde beslissing zijn bevoegdheden of capaciteiten te boven gaat. In zo'n geval moet hij de hulp inschakelen van zijn leidinggevende en/of opdrachtgever. Een complicerende factor is verder dat een coördinator niet altijd op de beveiligingslocatie aanwezig is omdat hij verantwoordelijk is voor meerdere locaties, hij coördineert dan op afstand. Tenslotte maakt zijn positie in het team het werk complex, hij is teamgenoot en coördinator.
Kwalificatiedossier Beveiliger
22
Betrokkenen
Hulpmiddelen
Kwaliteit van proces en resultaat Keuzes en dilemma’s
De coördinator beveiliging heeft bij de uitvoering van de kerntaak te maken met beveiligingsmedewerkers eventueel op verschillende locaties, zijn direct leidinggevende en in geval van een detacheringssituatie met de opdrachtgever. Hij moet contacten onderhouden met de afdeling planning en andere interne diensten. Bij de organisatie en planning maakt de coördinator beveiliging gebruik van het beveiligingsplan, aangeleverde beveiligingsinstructies en werkroosters. Ter controle raadpleegt hij periodiek de rapportages. Hij gebruikt verder instructies, communicatieapparatuur, registratiemiddelen (zoals bv. checklists) en een pc. De coördinator beveiliging plant de dagelijkse werkzaamheden zodanig dat de middelen en de mensen aanwezig zijn waarmee de veiligheid en de kwaliteit van de werkzaamheden gewaarborgd kunnen worden. Directe klanttevredenheid versus zorgvuldig beheer De coördinator beveiliging moet bij onderbezetting van het personeel de contractuele verplichtingen toch nakomen; wanneer hij dit doet door zijn medewerkers langer te laten werken, kan dit tot ziekteverzuim leiden waardoor er dan nog minder personeel beschikbaar is. Loyaliteit aan medewerkers versus loyaliteit aan management De coördinator beveiliging moet in bepaalde situaties afwegen welke belangen hij het zwaarst laat wegen; die van zijn medewerkers of die van de opdrachtgever/het management. Tijd versus kwaliteit Snel beslissen is soms nodig maar heeft het risico dat er fouten worden gemaakt die de organisatie kunnen schaden; de coördinator beveiliging moet beslissen of hij dit risico neemt of dat hij de beslissing uitstelt. Zelfstandigheid versus deskundigheid De coördinator beveiliging moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om een besluit te nemen of dat iemand die deskundiger is dat moet doen. Zelfstandigheid versus beslissingsbevoegdheid De coördinator beveiliging moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om te beslissen of dat iemand met meer beslissingsbevoegdheid dat moet doen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
23
Kerntaak 9: Geeft leiding aan beveiligingsmedewerkers (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging instrueert, Proces faciliteert, motiveert, begeleidt, controleert en corrigeert medewerkers. Hij voert functioneringsgesprekken en indien afgesproken verzuimgesprekken. Als het nodig is, overlegt hij met zijn leidinggevende over te nemen sancties en voert deze uit. Hij adviseert de leidinggevende over te nemen demotie- of promotiemaatregelen en informeert hem over de opleidings- en ontwikkelingsmogelijkheden van medewerkers. Hij onderhoudt contacten met zieke medewerkers. Rol/verantwoordelijkheden De rol van de coördinator beveiliging is uitvoerend, signalerend, controlerend, instruerend, adviserend en initiërend van aard. De coördinator beveiliging is er verantwoordelijk voor dat zijn medewerkers hun taken goed uitvoeren, op korte en lange termijn. Hij moet er dus voor zorgen dat zowel de medewerkers als de opdrachtgever en het management tevreden zijn. Als leidinggevende legt de coördinator beveiliging verantwoording af over het functioneren van de beveiligingsmedewerkers aan zijn leidinggevende. Complexiteit De coördinator beveiliging heeft een leidinggevende en een meewerkende functie. Om deze twee functies goed te combineren moet hij de juiste balans vinden. Als coördinator beveiliging zit hij tussen het management (van het eigen bedrijf of van dat van de opdrachtgever) en de medewerkers in. In die positie moet hij zich staande weten te houden. De complexiteit neemt toe naarmate de eisen die door het management worden gesteld hoger worden en naarmate de werkdruk toeneemt, bv. door onderbezetting. De diversiteit in de aard van de werkzaamheden en de wisselende omgevingsfactoren maken het leidinggeven complexer. Een complicerende factor is verder dat een coördinator niet altijd op de beveiligingslocatie aanwezig is omdat hij verantwoordelijk is voor meerdere locaties; hij geeft dan leiding op afstand. Betrokkenen De coördinator beveiliging heeft bij de uitvoering van de kerntaak te maken met de beveiligingsmedewerkers op de beveiligingslocatie(s). Hij heeft verder te maken met zijn leidinggevende en met de opdrachtgever. Dit laatste in geval er sprake is van een detacheringssituatie. Hulpmiddelen Bij de uitvoering van de leidinggevende activiteiten wordt gebruik gemaakt van ondersteunende materialen op het gebied van personeelsbeleid. Kwaliteit van proces en De kwaliteit van leidinggeven door de coördinator beveiliging blijkt resultaat uit een optimale medewerking van en afstemming tussen de beveiligingsmedewerkers, ook als de coördinator niet zelf aanwezig is. De kwaliteit van leidinggeven blijkt tevens uit de correcte behandeling van de wensen en klachten van de opdrachtgever, het personeel en het management. Keuzes en dilemma’s Loyaliteit aan medewerkers versus loyaliteit aan management De coördinator beveiliging moet enerzijds de belangen van de medewerkers verdedigen en anderzijds opdrachten uitvoeren die zijn leidinggevende hem geeft; deze kunnen strijdig met elkaar zijn.
Kwalificatiedossier Beveiliger
24
Kerntaak 10: Rapporteert aan het management (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging brengt Proces periodiek verslag uit aan zijn leidinggevende, op basis van geformuleerde kwaliteits- en beveiligingsdoelstellingen. Hij maakt hierbij gebruik van de verschillende rapportages die tijdens de dienstuitvoering zijn opgesteld en van andere verzamelde administratieve gegevens. Rol/verantwoordelijkheden De coördinator beveiliging is verantwoordelijk voor het aanleveren van gegevens aan het management. Hij moet exact weergeven hoe werkzaamheden zijn uitgevoerd. Complexiteit De coördinator beveiliging draagt zorg voor een adequate, tijdige en zorgvuldige informatievoorziening van zijn leidinggevende en de opdrachtgever/het management. Hij presenteert de informatie op een dusdanige manier dat deze voor iedereen begrijpelijk is. Het werk wordt complexer naarmate het management meer uiteenlopende gegevens wil hebben en naarmate het moeilijker is om die gegevens te verzamelen. Betrokkenen De coördinator beveiliging heeft bij de uitvoering van de kerntaak te maken met de beveiligingsmedewerkers op de beveiligingslocatie(s). Dit kunnen medewerkers zijn van verschillende organisaties. Hij heeft verder te maken met zijn leidinggevende en met de opdrachtgever. Dit laatste in geval er sprake is van een detacheringssituatie. Hulpmiddelen De coördinator beveiliging maakt gebruik van checklists en standaardrapportages en een pc (tekstverwerkingsprogramma's, spreadsheets, e-mail). Kwaliteit van proces en De coördinator beveiliging verzorgt duidelijke, zorgvuldige en resultaat volledige managementrapportages en overzichten, die taalkundig en inhoudelijk correct, doelgericht en conform de bedrijfsregels zijn. De coördinator beveiliging moet hoofd- en bijzaken goed kunnen onderscheiden (en eventueel aanbevelingen en verbetervoorstellen doen). De onderliggende administratie moet volledig en conform afspraken uitgevoerd worden, de medewerker moet werken volgens de kwaliteitseisen. Keuzes en dilemma’s Loyaliteit aan management/opdrachtgever versus loyaliteit aan medewerkers De coördinator beveiliging moet met het oog op de samenwerking het management juist en volledig informeren maar de fouten van medewerkers niet nodeloos naar buiten brengen.
Kwalificatiedossier Beveiliger
25
Kerntaak 11: Draagt bij aan beveiligingsplannen en instructies (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging schrijft Proces voor (nieuwe) beveiligingslocaties zelfstandig werkinstructies op basis van reeds aanwezige bedrijfsinstructies en de geldende procedures van het bedrijf, rekening houdend met de wensen van de opdrachtgever. De coördinator beveiliging levert voorts input aan zijn opdrachtgever en/of leidinggevende voor op te stellen beveiligingsplannen. Hij toetst plannen die door het management worden aangeleverd op uitvoerbaarheid en actualiteit. Hij controleert periodiek of de plannen nog steeds voldoen. Als er wijzigingen zijn in het object die opgenomen moeten worden in een of meer van de plannen, dan geeft hij dit door aan zijn leidinggevende. Voor eenmalige eenvoudige gebeurtenissen stelt hij een draaiboek op. Rol/verantwoordelijkheden De coördinator beveiliging kent de dagelijkse praktijk m.b.t. de beveiliging van een bepaald object en heeft een informerende en signalerende rol als het de beveiligings- en veiligheidsplannen betreft. Hij is niet eindverantwoordelijk voor die plannen. Hij is wel verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van de werkzaamheden en daarom ook voor het op juiste wijze vertalen van de algemene instructies in werkinstructies en het actueel houden daarvan. Complexiteit Hoe meer wijzigingen er in een object plaatsvinden die consequenties hebben voor de beveiliging, hoe lastiger het voor de coördinator beveiliging is om de plannen en werkinstructies actueel te houden. Betrokkenen De coördinator beveiliging heeft bij de uitvoering van de kerntaak te maken met de opdrachtgever en het management (degenen die plannen en instructies definitief maken), medewerkers (die de coördinator beveiliging wijzen op werkinstructies die niet meer uitvoerbaar zijn of onvolledig zijn) en de opdrachtgever die aangeeft welke wensen hij heeft. Hulpmiddelen De coördinator beveiliging maakt gebruik van bestaande bedrijfsrichtlijnen en een pc. Kwaliteit van proces en De kwaliteit van de werkinstructies blijkt uit een efficiënte en resultaat correcte uitvoering van de werkzaamheden. Ten aanzien van de beveiligings- en veiligheidsplannen blijkt de kwaliteit uit de mate van actualiteit en uitvoerbaarheid van de plannen. Keuzes en dilemma’s Kwaliteit versus haalbaarheid De coördinator beveiliging kan enerzijds aan willen geven hoe de kwaliteit verhoogd kan worden maar moet anderzijds rekening houden met de haalbaarheid.
Kwalificatiedossier Beveiliger
26
7
EVENTUELE KERNOPGAVEN BEHOREND BIJ EEN UITSTROOMDIFFERENTIATIE
De volgende kernopgaven maken deel uit van de uitstroomdifferentiaties van het kwalificatieprofiel: Kernopgave 6: Balans vinden tussen meewerken en coördineren (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging staat geregeld voor de opgave om een goede balans te vinden tussen zelf meewerken en coördineren. Dit speelt vooral bij grote drukte. De coördinator beveiliging moet dan vooruit kijken en afwegen wat de consequenties kunnen zijn van elke keuze. Indien hij niet meewerkt, ondervinden werkzaamheden mogelijk vertraging. Indien hij niet in voldoende mate coördineert, gaat dit ten koste van een goede planning en taakverdeling. Dit kan ertoe leiden dat er geen structurele oplossing komt voor steeds terugkomende onderbezetting. Kernopgave 7: Laveren tussen belangen management en medewerker (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging staat geregeld voor de opgave om te laveren tussen de belangen van het management/de opdrachtgever en die van de medewerkers. Het is aan de coördinator om ervoor te zorgen dat er een middenweg wordt gevonden die voor alle partijen, op korte en lange termijn, acceptabel is. Wanneer hij hier onvoldoende in slaagt, zullen medewerkers of management ontevreden zijn over zijn functioneren.
Kwalificatiedossier Beveiliger
27
8
BEROEPSCOMPETENTIES MET BEHEERSINGSCRITERIA
Verklaring van de gebruikte coderingen: L E N S C O P
leercompetentie economische burgerschapscompetentie normatieve burgerschapscompetentie sociale burgerschapscompetentie culturele burgerschapscompetentie organisatorische burgerschapscompetentie politieke burgerschapscompetentie
Beroepscompetentie 1 (VM)
Toegangs- en uitgangscontrole uitvoeren De beveiliger is in staat om op adequate wijze door middel van het uitvoeren van toegangs- en uitgangscontroles en visitaties toezicht te houden op de orde en veiligheid.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Stelt zich op de hoogte van het toelatingsbeleid Controleert of bezoekers en personeel voldoen aan de toelatingseisen respectievelijk aan de eisen om het pand te mogen verlaten Bedient fysieke barrières Weigert personen die niet aan de toelatingseisen voldoen Gebruikt CCTV-systeem Voert visitaties uit volgens bedrijfsregels Presenteert zich overtuigend en beheerst en handhaaft de regels consequent Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Er bevinden zich geen mensen in het object die daar niet mogen zijn Goederen zijn niet ongeoorloofd mee naar binnen of buiten genomen Visitaties zijn conform bedrijfsregels uitgevoerd
28
Beroepscompetentie 2 (VM)
Controleren en surveilleren De beveiliger is in staat om op adequate wijze ordeverstoringen en onveilige situaties te voorkomen door het lopen van verschillende soorten rondes.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 3 (VM)
Leest de instructies en handelt ernaar Opent en sluit het pand en loopt openings- en sluitrondes Voert afgesproken controlerende en dienstverlenende werkzaamheden uit Signaleert onveilige of ongezonde situaties en neemt maatregelen om risico’s te beperken of weg te nemen Ziet toe op de naleving van huisregels en relevante wetgeving Treedt indien nodig repressief op Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies en draagt de dienst over Werkt conform Arbo-regelgeving Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Een object dat zo goed mogelijk beschermd is tegen beveiligings- en veiligheidsrisico’s, conform de instructies Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Alarmopvolgingen uitvoeren De beveiliger is in staat om op adequate wijze alarmopvolgingen uit te voeren, ter beveiliging van het object en de aanwezige personen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Beoordeelt of het verantwoord is de werkzaamheden te onderbreken om het alarm op te volgen Volgt het alarm op volgens procedures Onderhoudt contact met collega’s Onderneemt actie om herhaling van het incident te voorkomen Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies Hervat oorspronkelijke werkzaamheden Heeft snel en zorgvuldig gehandeld en zo weinig mogelijk onrust laten ontstaan Een heldere rapportage over het incident Adequate prioriteitsstelling
29
Beroepscompetentie 4 (VM)
Optreden bij incidenten/calamiteiten De beveiliger is in staat om op adequate wijze op te treden bij incidenten en calamiteiten, ter beveiliging van het object en de aanwezige personen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 5 (VM)
Neemt maatregelen om de schade te beperken rekening houdend met eigen veiligheid Draagt bij aan de veiligheid van bezoekers en personeel bijvoorbeeld door assistentie te verlenen bij (gedeeltelijke) ontruiming Waarschuwt indien nodig hulpdiensten, houdt de weg vrij en ontvangt de hulpdiensten Communiceert met de verschillende betrokkenen Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies Er is zo weinig mogelijk materiële en immateriële schade Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden De juiste hulp is op tijd opgeroepen Verdachten aanhouden De beveiliger is in staat om op adequate wijze verdachten aan te houden ter bevordering van de veiligheid in het object.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 6 (VM)
Stelt vast of er juridisch grond is om aan te houden Informeert back-up Zorgt voor eigen veiligheid Kiest een goed moment om aan te houden Houdt verdachten aan, neemt eventueel voorwerpen in beslag en draagt verdachten over volgens procedures Reageert doeltreffend op agressief gedrag Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies De aanhouding is rechtmatig; er komen geen gegronde claims binnen Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Conflicten hanteren De beveiliger is in staat om op adequate wijze conflicten te hanteren ter bevordering van de veiligheid in het object.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Signaleert conflict of wordt erop geattendeerd Analyseert de ernst van de situatie Verzoekt indien nodig om assistentie Bepaalt de juiste procedure en past deze toe Verleent assistentie aan collega’s op verzoek of eigen initiatief Herkent het wanneer een persoon onder invloed is van stimulerende of verdovende middelen zoals alcohol Het conflict is rustig en doeltreffend behandeld; er is niet meer onrust ontstaan dan nodig
30
Beroepscompetentie 7 (VM)
Informeren en verwijzen De beveiliger is in staat om op adequate wijze bezoekers te informeren en te verwijzen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 8 (VM)
Staat mensen met vragen te woord of spreekt mensen aan die ogenschijnlijk vragen hebben en verwijst hen indien nodig Informeert bezoekers over de bedrijfsveiligheidregelgeving Neemt klachten over het (klant)bedrijf aan en geeft deze door Wijst de weg Combineert een hulpvaardige houding met een kritische houding Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Bezoekers zijn juist en volledig geïnformeerd en/of verwezen zonder dat de veiligheid van het object in gevaar is gekomen Baliewerkzaamheden uitvoeren De beveiliger is in staat om op adequate wijze baliewerkzaamheden uit te voeren en meldingen van onregelmatigheden af te handelen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Bedient de telefooncentrale en handelt binnenkomende telefoongesprekken correct af Beheert goederen en geeft ze uit Ontvangt bezoekers op klantvriendelijke wijze en registreert ze Handelt verzoeken af Handelt meldingen van onregelmatigheden af Voert eenvoudige administratieve werkzaamheden uit Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Klantvriendelijke telefoonbeantwoording en ontvangst van bezoekers conform bedrijfsregels en etiquette Een volledige en juiste administratie en (bezoekers)registratie De veiligheid van het object is niet in gevaar is gekomen Gemelde onregelmatigheden zijn correct en op tijd afgehandeld
31
Beroepscompetentie 9 (VM)
Wet- en regelgeving toepassen De beveiliger is in staat om op adequate wijze wet- en regelgeving en bedrijfsregels toe te passen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 10 (BOS)
Herkent verdachte situaties Ziet toe op de handhaving van bedrijfsregels, rekening houdend met de wettelijke bevoegdheden om op te treden Stelt vast of er een huisregel of wettelijk voorschrift wordt overtreden en zo ja, welk(e) Hanteert de juiste delictsomschrijving Delicten zijn juist omschreven De beveiliger heeft relevante wet- en regelgeving en bedrijfsregels correct toegepast Zorgdragen voor kwaliteit De beveiliger is in staat om op adequate wijze zorg te dragen voor een goede werkuitvoering en een goede kwaliteit van het af te leveren werk, zodat zowel aan de belangen van de klant als aan die van het eigen bedrijf tegemoet gekomen wordt.
Beheersingscriteria gericht op het proces N Werkt volgens het kwaliteitssysteem van de werkgever Reageert assertief en discreet op vragen en verzoeken die de belangen van de organisatie en de privacy van personen kunnen schaden N Gaat efficiënt en kostenbewust om met materialen, materieel en tijd N Rapporteert fouten, verstoringen en afwijkingen aan de leidinggevende Gaat vertrouwelijk met informatie om N Doet voorstellen ter verbetering van de kwaliteit van het werk O Plant en regelt de eigen activiteiten binnen gestelde kaders N Spreekt anderen aan op fouten, verstoringen en afwijkingen Signaleert onvolkomenheden in de instructies Vertrouwelijke informatie is volgens de geldende regels en Resultaat procedures behandeld, waarbij geen gegevens of informatie aan personen of organisaties zijn verstrekt die de belangen van de organisatie en de privacy van personen schaadt Een goede kwaliteit van het afgeleverde werk De leidinggevende is voldoende geïnformeerd zodat hij de instructies actueel kan houden en de voorwaarden kan scheppen om het werk uit te kunnen voeren
Kwalificatiedossier Beveiliger
32
Beroepscompetentie 11 (BOS)
Met problemen omgaan De beveiliger is in staat om op adequate wijze met problemen om te gaan, zodat deze verholpen en indien mogelijk in de toekomst voorkomen worden.
Beheersingscriteria gericht op het proces N N O N
Resultaat Beroepscompetentie 12 (BOS)
Signaleert het probleem Brengt het probleem in kaart Onderzoekt mogelijke oorzaken Raadpleegt zo nodig collega’s, leidinggevende(n) en/of deskundige(n) Gebruikt instructies, protocollen en/of handboek kwaliteitszorg Meldt problemen bij leidinggevende Brengt oplossingen in kaart Plant en regelt binnen gestelde kaders eigen activiteiten Blijft kalm in moeilijke situaties Weegt mogelijke oplossingen af rekening houdend met belangen en normen van anderen en kiest de meest geschikte oplossing Verhelpt indien mogelijk het probleem met behulp van de gekozen oplossing Het probleem is verminderd, beheersbaar gemaakt of opgelost Eigen werkzaamheden voorbereiden De beveiliger is in staat om op adequate wijze zijn werkopdracht voor te bereiden, zodat deze efficiënt kan worden uitgevoerd.
Beheersingscriteria gericht op het proces N N N O Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Leest de instructies en handelt ernaar Zorgt voor de benodigde hulpmiddelen en controleert deze Stemt de aanpak van werken zo nodig af met de leidinggevende en/of andere betrokkenen Gaat efficiënt en zorgzaam om met materialen Handelt binnen het raamwerk van de wet- en regelgeving rondom veiligheid, arbeidsomstandigheden, duurzaamheid en milieu Toont overtuigingskracht, besluitvaardigheid en verantwoordelijkheid Een goed voorbereide werkopdracht
33
Beroepscompetentie 13 (BOS/SC)
Veilig en milieubewust werken De beveiliger is in staat om op adequate wijze volgens voorschriften voor veiligheid, milieu en arbeidsomstandigheden te werken zodat het werk verantwoord wordt uitgevoerd.
Beheersingscriteria gericht op het proces N Handelt/werkt conform de richtlijnen/relevante voorschriften op het gebied van veiligheid, milieu en arbeidsomstandigheden N Doet voorstellen voor het op- en bijstellen van richtlijnen/voorschriften op het gebied van veiligheid, milieu en arbeidsomstandigheden Het werk is conform de richtlijnen/voorschriften van veiligheid, Resultaat milieu en arbeidsomstandigheden uitgevoerd Beroepscompetentie 14 (SC)
Effectief communiceren De beveiliger is in staat om op adequate wijze te communiceren bij de uitvoering van beveiligende taken.
Beheersingscriteria gericht op het proces
N/C N C N C N N O O Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Schat een situatie in Handelt op een manier die past bij de situatie Hanteert een passende gesprekstechniek Gebruikt argumenten en geeft informatie om mensen tot bepaald gedrag te bewegen Blijft respectvol, toont overwicht en blijft assertief Herkent normafwijkend gedrag en reageert hierop adequaat Hanteert correcte omgangsvormen Stemt de communicatiestijl af op de ander en de situatie Spreekt helder en duidelijk (Nederlands en eenvoudig Engels) Let op non-verbale communicatie (intercultureel) Toont respect voor andere gewoonten Legt een probleem op duidelijke wijze voor aan de leidinggevende Formuleert eigen mening over eigen beroep Probeert beheerst om te gaan met eigen gevoelens Respecteert eigen grenzen en grenzen van anderen Mensen reageren volgens de aanwijzingen van de beveiliger Adequaat geïnformeerde betrokkenen Mensen zijn op respectvolle wijze benaderd
34
Beroepscompetentie 15 (BOS/SC)
Samenwerken met interne en externe relaties De beveiliger is in staat om op adequate wijze samen te werken met interne en externe relaties zodat het werk zo goed mogelijk kan worden uitgevoerd.
Beheersingscriteria gericht op het proces
N S S/O S/O O/N O/N O N N C/N
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Neemt deel aan (werk)overleg, briefings of werkoverdracht Stemt gedrag en presentatie af op de relaties Stelt zich coöperatief, flexibel en dienstverlenend op Houdt rekening met de belangen en omstandigheden van zowel internen, externen als de eigen organisatie Past zich aan de bedrijfscultuur aan Maakt werkafspraken met collega’s Komt gemaakte werkafspraken na Respecteert eigen grenzen en grenzen van anderen Houdt rekening met verschillen tussen mensen en hun manier van werken Geeft feedback aan collega’s Vraagt om feedback van collega’s Geeft aan wanneer de werkdruk te hoog is Stelt het gemeenschappelijke resultaat van het team centraal Spreekt anderen aan op hun handelen Gaat respectvol om met mensen van andere disciplines, houdt rekening met de werkzaamheden van derden en overlegt bij eventuele problemen Ondersteunt zo nodig collega’s bij het uitvoeren van het werk en is tegelijk voldoende assertief Vraagt op het juiste moment hulp of advies van anderen of de leidinggevende Stelt de leidinggevende op tijd op de hoogte van vorderingen/resultaten Draagt werkzaamheden waarvoor hij niet bevoegd is over aan anderen of aan leidinggevende De beveiliger functioneert effectief en efficiënt binnen een team De beveiliger levert in een prettige werksfeer met anderen een gezamenlijke prestatie om doelen te realiseren rekening houdend met ieders bevoegdheden en deskundigheden
35
Beroepscompetentie 16 (SC)
Met agressie omgaan De beveiliger is in staat om op adequate wijze om te gaan met agressief en/of non-coöperatief gedrag, om situaties beheersbaar te houden.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 17 (SC)
Beoordeelt de situatie en schat in wat de oorzaak is van het storende gedrag Treedt deëscalerend en pro-actief op Past conflicthanterende maatregelen toe Stelt grenzen aan verbaal geweld Treedt zelfverzekerd op en voorkomt extra spanning Houdt rekening met eigen veiligheid Een gedeëscaleerde situatie waarbij adequaat is omgegaan met agressief en/of non-coöperatief gedrag Mondeling en schriftelijk rapporteren De beveiliger is in staat om op adequate wijze mondeling en schriftelijk te rapporteren, zodat alle belanghebbenden doelmatig worden geïnformeerd.
Beheersingscriteria gericht op het proces N Bepaalt welke informatie relevant is voor degene aan wie hij rapporteert en stemt de manier van rapporteren daarop af N Geeft duidelijke en complete informatie, die ook fraude voorkomt Rapporteert kort en bondig, zowel mondeling als schriftelijk, in correct Nederlands Rapporteert volgens bedrijfsrichtlijnen; schrijft zowel notities als dienst- en specifieke rapporten, met behulp van gestandaardiseerde rapportageformats Gebruikt pc Rapportages voldoen aan de gestelde eisen en kunnen dienen als Resultaat bewijsmateriaal voor de eigen organisatie en derden
Kwalificatiedossier Beveiliger
36
Beroepscompetentie 18 (ON)
Beroepscompetenties ontwikkelen De beveiliger is in staat om op adequate wijze zijn beroepscompetenties gedurende de loopbaan te ontwikkelen om goed te blijven functioneren in zijn beroep.
Beheersingscriteria gericht op het proces
L O O Resultaat
Beroepscompetentie 19 (VM)
Vergelijkt het gevolgde proces met de procedure en met de werkwijze(n) die anderen hebben gevolgd Erkent fouten en onvolkomenheden Stelt verbeterpunten vast Vraagt gericht en op eigen initiatief naar de kwaliteit van uitgevoerde werkprocessen en geleverde prestaties Gaat in geval van kritische opmerkingen niet direct in de verdediging Staat open voor de mening van anderen Volgt cursussen en trainingen op gemotiveerde wijze Leest door de werkgever verschafte informatie Toont motivatie om te leren Toont overtuigingskracht, besluitvaardigheid en verantwoordelijkheid Deelt kennis en ervaring met anderen Constante ontwikkeling en toepassing van de eigen beroepscompetenties Heldere verbeterpunten voor het eigen functioneren Toegangscontrole uitvoeren bij evenementen (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger is in staat om op adequate wijze bezoekers en personeel toe te laten en te weigeren bij evenementen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Controleert of bezoekers en personeel voldoen aan de toelatingseisen Controleert en administreert personeels- of gastenlijsten Bedient fysieke barrières en gebruikt technologische hulpmiddelen zoals scanapparatuur en CCTV-systemen Herkent ongeoorloofde voorwerpen en neemt ze in beslag of in bewaring conform betreffende wettelijke kaders Voert visitaties uit bij bezoekers en voert oppervlakkige controle aan kleding uit Weigert personen die niet aan de toegangseisen voldoen Werkt samen met andere publiekbegeleiders en assisteert bij problemen op het gebied van orde en veiligheid Presenteert zich overtuigend en beheerst, handhaaft de regels consequent en benadert de mensen vriendelijk Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels De evenementenbeveiliger heeft geen onbevoegde personen toegelaten De registratie van voorwerpen klopt zodat iedere bezoeker zijn eigendom(men) weer terug krijgt Er ontstaat zo weinig mogelijk onrust en de toegangscontrole verloopt vlot 37
Beroepscompetentie 20 (VM)
Surveilleren en gericht toezicht houden tijdens evenementen (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger is in staat om op adequate wijze surveillancerondes uit te voeren en gericht toezicht te houden ter bevordering van de orde en veiligheid voor, tijdens en na het evenement.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 21 (VM)
Leest de instructies en handelt ernaar Loopt verschillende soorten rondes en houdt gericht toezicht met als doel het voorkomen van ordeverstoringen en onveilige situaties Signaleert onveilige of ongezonde situaties en neemt maatregelen om de risico’s te beperken of weg te nemen Ziet toe op naleving van huisregels en relevante wetgeving Bewerkstelligt een ‘clean area’ en zorgt ervoor dat deze behouden blijft Treedt repressief op indien de orde en veiligheid bedreigd worden Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies en draagt de dienst over Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Volgens afspraak uitgevoerde opdrachten Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Sturen en evacueren van mensenmassa’s (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger is in staat om op adequate wijze mensenmassa’s te sturen en eventueel te evacueren, met als doel het voorkomen van ongelukken en schades.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Observeert de menigte en herkent processen die orde en veiligheid kunnen verstoren Houdt in- en uitgangen en toegangs- en uitvalswegen vrij ‘Profilet’, d.w.z. schat in of een persoon of een groep personen een risico vormt voor de orde en veiligheid Signaleert verdachte manieren waarop mensen onderling contact houden Maakt indien daar aanleiding toe is een selectie van mensen die verwijderd moeten worden en verwijdert ze Informeert de coördinator m.b.t. geconstateerde processen die orde en veiligheid kunnen verstoren Evacueert indien nodig mensen De evenementenbeveiliger heeft positief bijgedragen aan het goede verloop van het evenement
38
Beroepscompetentie 22 (VM)
Informeren en verwijzen bij evenementen (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger is in staat om op adequate wijze bezoekers te informeren en te verwijzen zodat de bezoekers hun weg kunnen vinden.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 23 (VM)
Staat mensen met vragen te woord of spreekt mensen aan die ogenschijnlijk vragen hebben Legt (huis)regels uit Beantwoordt vragen en verwijst indien nodig naar publicaties of personen Neemt klachten aan, handelt ze zelf af of geeft ze door Wijst de weg met behulp van plattegronden of andere hulpmiddelen Combineert een hulpvaardige houding met een kritische houding Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Bezoekers zijn adequaat geïnformeerd en/of verwezen waarbij hun veiligheid of die van anderen niet in gevaar is gekomen Service verlenen aan publiek (Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als evenementenbeveiliger is in staat om op adequate wijze service te verlenen aan het publiek met als doel het bevorderen van de veiligheid en gastvrijheid.
Beheersingscriteria gericht op het proces Resultaat
Beroepscompetentie 24 (VM)
Assisteert personen die assistentie nodig hebben Gaat correct om met gevonden voorwerpen Bezoekers die hulp nodig hadden zijn correct geholpen De registratie van gevonden voorwerpen is compleet en juist Zich verplaatsen per auto (Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant) De beveiliger die werkzaam is als mobiel surveillant is in staat om zich op adequate wijze per auto ter verplaatsen naar de te beveiligen objecten, met als doel ieder object op de afgesproken tijd te bereiken.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Meldt zich bij de meldkamer bij begin van de dienst Laadt benodigde hulpmiddelen in en controleert de auto Rijdt de route op veilige wijze Onderhoudt contact met de meldkamer en meldt zich bij de meldkamer bij einde dienst Maakt de auto schoon en controleert de auto op schade Leeft de verkeersregels consequent na en is zich bewust van de voorbeeldfunctie die hij heeft Past de route aan als de situatie daarom vraagt De route is verantwoord afgelegd en het object is op de afgesproken tijd bereikt, de mobiel surveillant heeft geen verkeersovertredingen begaan en er is geen schade aan het voertuig ontstaan 39
Beroepscompetentie 25 (VM)
Controlerondes lopen en sluitbegeleiding uitvoeren (Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant) De beveiliger die werkzaam is als mobiel surveillant is in staat om op adequate wijze buiten en rond openingstijden van het object toezicht te houden op de veiligheid.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 26 (VM)
Leest de instructies en handelt ernaar Opent of sluit het object en loopt een openings- of brand- en sluitronde Loopt of rijdt buiten openingsuren surveillancerondes volgens instructies Signaleert onveilige of ongezonde situaties en neemt adequate maatregelen Voert sluitbegeleiding uit Treedt repressief op indien nodig Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies en draagt de dienst over Werkt conform de Arbo-regelgeving Maakt gebruik van ronderegistratiesystemen Een object dat rond de openings- en sluitingstijden en gedurende de nacht zo goed mogelijk beschermd is tegen beveiligings- en veiligheidsrisico’s Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Alarmopvolgingen uitvoeren als mobiel surveillant (Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant) De beveiliger die werkzaam is als mobiel surveillant is in staat om op adequate wijze alarmopvolgingen uit te voeren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Neemt alarmmelding in ontvangst en bevestigt deze Beoordeelt of het verantwoord is de werkzaamheden te onderbreken om het alarm op te volgen Leest objectinformatie Benadert de plaats van het alarm op correcte wijze Volgt het alarm op volgens procedures Onderhoudt contact met meldkamer Onderneemt actie om herhaling van het incident te voorkomen Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies Er is snel en zorgvuldig gehandeld en er is zo weinig mogelijk onrust ontstaan Een heldere rapportage van het incident Adequate prioriteitsstelling
40
Beroepscompetentie 27 (VM)
Toezicht houden op personeel (Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant) De beveiliger die werkzaam is als mobiel surveillant is in staat om op adequate wijze toezicht te houden op personeel.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 28 (VM)
Houdt, volgens instructies, toezicht op personeel van het te beveiligen object en/of personeel van derden Voert visitaties en andere soorten controles uit Handelt adequaat bij onregelmatigheden Past relevante wet- en regelgeving toe Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens (bedrijfs)instructies en draagt de dienst over De controles zijn volgens de regels uitgevoerd en heeft zo weinig mogelijk onrust laten ontstaan Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Observeren en een risicobeeld schetsen (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate wijze preventief te observeren en een risicobeeld te schetsen, zodat de beveiliging optimaal kan worden ingericht en kan worden aangepast bij verandering van de situatie.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Informeert zich over het normale beeld van een woonomgeving, werkomgeving etc., verzamelt relevante informatie over het leven van de VIP en verzamelt benodigde hulpmiddelen Observeert zo onopvallend mogelijk en signaleert afwijkingen van het normale omgevingsbeeld Spreekt zo nodig passanten aan ten behoeve van informatieverzameling Zoekt naar mogelijke verbanden tussen de verzamelde gegevens en constateert herhaling in gebeurtenissen Bepaalt welke afwijkingen hij direct doorgeeft aan de coördinator en welke hij alleen schriftelijk meldt Signaleert en meldt bedreigende situaties Rapporteert correct en helder, conform voorschriften, zowel schriftelijk als mondeling en gebruikmakend van jargon Een actueel en bruikbaar risicobeeld van de omgeving van de VIP Juist ingeschatte risico’s die op tijd zijn gemeld
41
Beroepscompetentie 29 (VM)
Uitvoeren van een voorverkenning (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate wijze een voorverkenning uit te voeren zodat bij het beveiligen van een VIP ingespeeld kan worden op actuele risico’s.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 30 (VM)
Controleert of het draaiboek uitgevoerd kan worden en constateert eventuele onuitvoerbare procedures Signaleert risico’s waar in het draaiboek niet op geanticipeerd is Bepaalt welke afwijkingen en risico’s hij direct meldt aan de coördinator en welke later of niet Rapporteert correct en helder, conform voorschriften, zowel schriftelijk als mondeling en gebruikmakend van jargon Actuele veranderingen ten opzichte van de situatie waarvan is uitgegaan in het draaiboek zijn gesignaleerd en gemeld Begeleiden van een VIP (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate wijze een VIP te begeleiden met als doel het waarborgen van de veiligheid van de VIP.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Leest het draaiboek en bereidt zich voor Informeert bij de VIP naar mogelijke wensen, probeert die zo veel mogelijk in te willigen en biedt weerstand aan niet uitvoerbare wensen Onderhoudt contact met personeel van derden en personeel van de VIP, eventueel in (eenvoudig) Engels Loopt mee met de VIP en zorgt ervoor dat deze ongehinderd zijn doel kan bereiken Signaleert eventuele risico’s en reageert adequaat, zonder de omgeving of de VIP onnodig te hinderen De VIP heeft zijn werkzaamheden en/of privé-activiteiten veilig kunnen uitvoeren waarbij de VIP en zijn omgeving zo weinig mogelijk gehinderd zijn
42
Beroepscompetentie 31 (VM)
Vervoeren van een VIP (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate en veilige wijze een VIP te vervoeren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Leest het draaiboek en bereidt zich voor Controleert de auto op de aspecten veiligheid, techniek en verzorging Rijdt de afgesproken route waarvan hij alleen afwijkt indien hij daartoe opdracht krijgt van de coördinator Maakt afspraken met de VIP en converseert, zo nodig in (eenvoudig) Engels Gebruikt security rijtechnieken, voertuigbeheersingstechnieken en andere veiligheidstechnieken op de juiste manier, zo nodig in overleg met chauffeurs van andere beveiligingsauto’s Signaleert risico’s en reageert daar adequaat op De VIP is veilig en comfortabel vervoerd en op tijd aangekomen
Beroepscompetentie 32 (VM)
Optreden in acuut bedreigende situaties (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate wijze op te treden in acuut bedreigende situaties, met als doel het snel in veiligheid brengen van de VIP.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Bepaalt of de situatie dermate bedreigend is dat moet worden ingegrepen Zorgt ervoor dat de VIP stopt met zijn werkzaamheden, zonder dat onnodige onrust ontstaat bij de aanwezigen Brengt de VIP zo snel en doeltreffend mogelijk in veiligheid Loopt in bepaalde formatie met collega’s indien de coördinator hiertoe opdracht geeft Communiceert met coördinator en collega’s, met correct gebruik van jargon Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies waarbij hij bepaalt wat hij direct meldt en wat later De VIP is snel en beheerst in veiligheid gebracht terwijl er zo weinig mogelijk onrust is ontstaan
43
Beroepscompetentie 33 (VM)
Nabij-beveiligen van een VIP (Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger) De beveiliger die werkzaam is als persoonsbeveiliger is in staat om op adequate wijze een VIP nabij te beveiligen in een risicovolle situatie met als doel het waarborgen van de veiligheid van de VIP.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Woont briefing bij of leest draaiboek Bepaalt met de teamgenoten de taakverdeling Loopt in de door de coördinator opgedragen formatie Is alert op risico’s en reageert daar adequaat op Past technieken van crowd control toe De VIP is snel en veilig door een risicovolle omgeving geleid
Beroepscompetentie 34 (VM)
Toezicht houden in winkel(gebied) (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze door middel van preventieve aanwezigheid tijdens openingstijden van de winkel/een winkelcentrum toezicht te houden op de orde en veiligheid.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Leest de instructies en handelt ernaar Loopt verschillende soorten rondes met als doel het voorkomen van ordeverstoringen, derving en onveilige situaties Signaleert onveilige, ongezonde en risicovolle situaties en neemt maatregelen Ziet toe op de naleving van regels en wetten Is zich bewust van de verschillen tussen het werken in burger en in uniform Treedt indien nodig repressief op Rapporteert mondeling/schriftelijk en draagt de dienst over aan een collega Werkt conform Arbo-regelgeving Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Een winkel(gebied) waar het veilig is omdat risico’s op tijd zijn gesignaleerd waardoor er geen incidenten ontstaan Er bevinden zich geen mensen met toegangsontzeggingen in het pand Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden
44
Beroepscompetentie 35 (VM)
Controles uitvoeren op personen (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze controles uit te voeren op publiek, winkelpersoneel en personeel van derden.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 36 (VM)
Voert visitaties en andere soorten controles uit Handelt snel en doeltreffend bij onregelmatigheden Past relevante wet- en regelgeving toe Rapporteert mondeling/schriftelijk en draagt de dienst over De controles zijn volgens de regels uitgevoerd en er is weinig onrust ontstaan Er is adequaat gehandeld bij onregelmatigheden Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Via camera’s observeren (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze via camera’s en andere technische hulpmiddelen te observeren om op onopvallende wijze toezicht te houden op de veiligheid.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Ontvangt een gerichte opdracht of bepaalt zelf de werkzaamheden Observeert en signaleert volgens procedures Ziet toe op de veiligheid van collega’s en winkelpersoneel Reageert volgens procedures op onregelmatigheden Coördineert de benodigde actie Onderhoudt contact met collega’s, winkelpersoneel en hulpdiensten Is zich bewust van de verschillen tussen het werken in burger en in uniform Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies en draagt de dienst over De onregelmatigheden zijn tijdig geconstateerd en de benodigde actie is uitgevoerd Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden
45
Beroepscompetentie 37 (VM)
Alarmopvolgingen uitvoeren binnen een winkel(gebied) (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze te handelen bij alarmen ten behoeve van de veiligheid in de winkel/het winkelgebied en de zich daar bevindende personen en goederen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 38 (VM)
Beoordeelt of het verantwoord is de werkzaamheden te onderbreken om het alarm op te volgen Volgt het alarm op volgens procedures, zoals poortalarm, brandalarm, alarm van roltrap of lift Onderhoudt contact met collega’s/winkelpersoneel Is zich bewust van de verschillen tussen het werken in burger en uniform Rapporteert mondeling/schriftelijk volgens instructies Heeft snel en zorgvuldig gehandeld en zo weinig mogelijk onrust laten ontstaan Heldere rapportages ten dienste van de eigen organisatie en derden Toezien op goederen- en geldstromen (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze toezicht te houden op de aan- en afvoer van waardevolle goederen en geldstromen, ter voorkoming van onregelmatigheden zoals diefstal of beschadiging.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Ontvangt de geld- en waardetransporteur of leverancier en begeleidt deze in de winkel Zorgt ervoor dat interne geld- en waardeverplaatsingen door personeel veilig plaats kunnen vinden. Past relevante wet- en regelgeving toe Maakt correct gebruik van codes en dienstuitdrukkingen Rapporteert volgens instructies (mondeling en schriftelijk) De risico’s bij de aan- en afvoer van waardevolle goederen en geldstromen zijn zo veel mogelijk beperkt
46
Beroepscompetentie 39 (VM)
Voorlichting geven over preventie van winkelcriminaliteit (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze voorlichting te geven ter preventie van winkelcriminaliteit.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 40 (VM)
Signaleert diefstalgevoelige omstandigheden Adviseert het winkelpersoneel omtrent een winkelopstelling die tot minder winkelcriminaliteit leidt Bevordert security awareness/beveiligingsbewustzijn bij het personeel door het geven van een presentatie Geeft advies aan de bedrijfsleiding m.b.t. de beveiliging van goederen- en geldstromen Bevordert security awareness/beveiligingsbewustzijn bij publiek door te wijzen op risicovol gedrag Alert winkelpersoneel dat ervoor zorgt dat winkelcriminaliteit zo weinig mogelijk kans krijgt en alert publiek dat ervoor zorgt dat zakkenrollers zo weinig mogelijk kans krijgen Service verlenen aan winkelend publiek (Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant) De beveiliger die werkzaam is als winkelsurveillant is in staat om op adequate wijze service te verlenen aan het winkelend publiek.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Handelt vragen correct af Biedt indien nodig hulp aan winkelend publiek Gaat correct om met gevonden voorwerpen Helpt mensen die slachtoffer zijn geworden van criminaliteit Spreekt correct Nederlands en (eenvoudig) Engels Klanten zijn correct verwezen, geïnformeerd en geholpen De registratie van gevonden voorwerpen klopt
47
Beroepscompetentie 41 (VM)
Dagelijkse werkzaamheden juist uit (laten) voeren (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze zorg te dragen voor de juiste uitvoering van de (beveiligings)werkzaamheden.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 42 (VM)
Volgt de bedrijfsprocedures nauwgezet en gedisciplineerd op (ook die in de Engelse taal) Informeert de medewerkers, bezoekers, personeel van derden etc. over procedures en legt regels uit, zo nodig in het Engels Reageert op verzoeken van medewerkers om assistentie of advies Past bij gewijzigde omstandigheden de taakverdeling en de instructies aan Onderneemt actie op grond van rapportages van medewerkers en zorgt ervoor dat meldingen correct worden afgehandeld Verricht voor de werkzaamheden benodigde administratie en rapportage (inclusief administratie van gedelegeerde verantwoordelijkheden) volgens bedrijfsrichtlijnen en ziet erop toe dat de medewerkers dat ook doen Adequaat uitgevoerde beveiligingsopdrachten Taakverdeling en instructies zijn zo nodig tijdig aangepast Medewerkers zijn goed geïnformeerd Coördineren bij calamiteiten (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze coördinerende taken uit te voeren bij calamiteiten.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Meldt de calamiteit volgens procedures Wijst taken toe, regelt overwerk en past planningen aan Handelt voor zover mogelijk volgens procedures en voor zo ver nodig naar eigen inzicht Treedt met kennis van zaken en daadkrachtig op en houdt overzicht Treedt op als contactpersoon voor hulpdiensten, arbeidsinspectie, opdrachtgever etc. Rapporteert volgens richtlijnen (mondeling en schriftelijk) Communiceert in correct Nederlands De calamiteit is niet geëscaleerd en er is zo weinig mogelijk (gevolg)schade Heldere rapportage’s ten dienste van de eigen organisatie en derden Derden (hulpdiensten, arbeidsinspectie, opdrachtgever etc.) zijn correct benaderd
48
Beroepscompetentie 43 (VM)
Bijdragen aan instructies, beveiligings-, veiligheidsplannen en draaiboeken (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling en het actueel houden van beveiligingsplannen en werkinstructies en aan het opstellen van eenvoudige draaiboeken.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 44 (VM)
Stelt werkinstructies op op basis van aangeleverde instructies en houdt deze actueel Zorgt ervoor dat administratieve hulpmiddelen actueel, volledig en toegankelijk zijn, rekening houdend met vertrouwelijkheid van de gegevens. Toetst aangereikte beveiligings- en veiligheidsplannen op uitvoerbaarheid, correctheid wat betreft gemaakte afspraken, wet- en regelgeving en doelmatigheid en meldt de resultaten van de toetsing aan de juiste functionaris Gebruikt relevante informatiebronnen, waaronder resultaten van kwaliteitscontroles, klachtenoverzichten en verschillende soorten rapportages Inventariseert risico’s en doet aan de juiste functionaris voorstellen om beter in te kunnen spelen op deze risico’s Stelt draaiboeken op voor eenmalige activiteiten van eenvoudige aard De werkinstructies, administratieve hulpmiddelen, plannen en draaiboeken zijn uitvoerbaar, actueel en effectief Relevante verbetervoorstellen Medewerkers inplannen (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze medewerkers in te plannen ten behoeve van een efficiënte werkverdeling.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Plant medewerkers en eventuele hulpmiddelen in, rekening houdend met deskundigheid, inzetbaarheid, CAO-bepalingen, Arbo-wetgeving en de noodzaak van voldoende afwisseling Stelt prioriteiten Houdt rekening met veranderende eisen en omstandigheden Formuleert taakopdrachten Informeert de medewerkers over het rooster Optimale inzet personeel en continuïteit in de uitvoering van de werkzaamheden, ook op de langere termijn
49
Beroepscompetentie 45 (VM)
Kwaliteit bewaken en verhogen (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze de kwaliteit van de dienstuitvoering en de beveiliging te bewaken en waar nodig te verbeteren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 46 (VM)
Maakt afspraken over de uitvoering van de werkzaamheden met zijn leidinggevende/opdrachtgever en legt deze afspraken vast Ziet erop toe dat de werkzaamheden conform de procedures worden uitgevoerd en corrigeert medewerkers indien nodig Voert zo nodig inspecties uit bij zijn medewerkers Treft op operationeel niveau maatregelen om de uitvoering van de werkzaamheden te verbeteren en informeert de juiste functionaris hierover Fungeert als aanspreekpunt voor de medewerkers Wijst eigen medewerkers, personeel, personeel van derden en bezoekers op het belang van security awareness, o.a. d.m.v. een presentatie Signaleert knelpunten in de werkuitvoering en stelt de oorzaak vast De beveiligingswerkzaamheden worden naar behoren uitgevoerd, ook als de coördinator niet aanwezig is Alerte medewerkers die er representatief uitzien Relevante verbetervoorstellen die zijn doorgegeven aan de juiste personen Medewerkers faciliteren (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze de medewerkers te faciliteren zodat zij hun werk naar behoren kunnen doen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Bereidt werkzaamheden voor en zorgt ervoor dat de medewerkers over alle middelen beschikken die nodig zijn om het werk naar behoren uit te voeren Faciliteert het begeleiden en/of opleiden van medewerkers Luistert naar de suggesties van medewerkers en beoordeelt deze op haalbaarheid Luistert naar klachten en handelt klachten af volgens de procedure Voert wijzigingen in planning en werkvoorbereiding door en vervangt hulpmiddelen voor zover zijn bevoegdheden dat toestaan Doet voorstellen ter verbetering van de facilitering van de medewerkers aan zijn leidinggevende/opdrachtgever en beargumenteert deze voorstellen De medewerkers zijn optimaal gefaciliteerd zodat zij hun werk naar behoren kunnen uitvoeren en gemotiveerd blijven Adequate behandeling van klachten en voorstellen
50
Beroepscompetentie 47 (VM)
Rapporteren aan het management (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze periodiek te rapporteren aan het management
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Rapporteert conform bedrijfsregels en kwaliteitsmanagementsysteem Gebruikt input uit rapportages voor periodieke rapportages en administratieve overzichten en koppelt informatie terug aan het management/de opdrachtgever Presenteert de informatie op een begrijpelijke en taalkundig juiste manier Kiest de juiste hulpmiddelen en ICT-toepassingen Correcte rapportages en een kloppende administratie
Beroepscompetentie 48 (VM)
Zorg dragen voor een veilige en gezonde werksituatie (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze er zorg voor te dragen dat de medewerkers hun werk op een gezonde, veilige en verantwoorde manier kunnen uitvoeren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Inventariseert directe en mogelijk voorspelbare risico’s Houdt toezicht op de aanwezigheid van voldoende hulp- en veiligheidsmiddelen Zorgt ervoor dat de medewerkers de voorschriften opvolgen Geeft instructies over de relevante wet- en regelgeving Doet relevante verbetervoorstellen m.b.t. bestaande procedures en kwaliteitscontroles en adviseert zijn leidinggevende hierover Laag ziekteverzuim, weinig bedrijfsongevallen Relevante verbetervoorstellen
51
Beroepscompetentie 49 (VM)
Personeelsbeleid uitvoeren (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze uitvoering te geven aan het dagelijkse personeelsbeleid van zijn afdeling.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Voert het door het bedrijf vastgestelde personeelsbeleid uit Geeft antwoord op eerstelijns personeelsvragen Houdt zich op de hoogte van wensen en behoeften van medewerkers Voert functioneringsgesprekken en afhankelijk van de afspraken verzuimgesprekken Motiveert en coacht de medewerkers Ondersteunt de medewerkers bij emotionele gebeurtenissen Informeert leidinggevende over personele aangelegenheden door middel van beknopte rapportages Gaat adequaat om met tegenstrijdige belangen van management en medewerkers Houdt rekening met privacy van de medewerkers Een laag (ziekte)verzuim, tevreden medewerkers en weinig verloop
Beroepscompetentie 50 (BOS)
Werkrelaties onderhouden (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze professionele werkrelaties te onderhouden binnen en buiten de eigen organisatie.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Plant, organiseert en leidt werkoverleg/briefings met beveiligingsmedewerkers Plant de oplevering van schriftelijke verslagen binnen het vastgestelde tijdschema en bewaakt deze planning Fungeert als aanspreekpunt en vraagbaak. Staat anderen op correcte wijze te woord, zo nodig in het Engels Onderhoudt informeel en formeel contact met leidinggevende, treedt op als sparringpartner Onderhoudt informeel contact met personeel van andere disciplines; overlegt over en informeert naar hun werkzaamheden en houdt daar waar mogelijk rekening mee Alle werkrelaties zijn goed geïnformeerd zodat het werk zo efficiënt mogelijk kan worden uitgevoerd, ook als de coördinator niet zelf aanwezig is
52
Beroepscompetentie 51 (SC)
Medewerkers corrigeren (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze medewerkers te corrigeren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Beroepscompetentie 52 (SC)
Kiest een geschikt moment en een geschikte plaats voor het corrigerende gesprek Corrigeert medewerker, geeft feedback en zoekt met de medewerker naar een oplossing Houdt slechtnieuwsgesprekken Stelt zich assertief op door duidelijk de eigen grenzen aan te geven Het gesprek leidt ertoe dat de medewerker zich aan de regels gaat en daarna blijft houden, terwijl de relatie leidinggevende-werknemer niet verstoord is Interveniëren bij conflicten en agressie (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze te interveniëren bij conflicten en agressie.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Houdt rekening met de verschillende belangen van de betrokken partijen Draagt zorg voor afhandeling van conflicten, agressie en incidenten Gaat adequaat om met agressie Handelt volgens de geldende regels en procedures Een veilige werkomgeving
Beroepscompetentie 53 (SC)
Omgaan met integriteit, waarden en normen (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze om te gaan met de thema’s integriteit, waarden en normen.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Treedt corrigerend op als medewerkers of anderen waarden en normen overschrijden Houdt rekening met de (bedrijfs)cultuur Herkent normafwijkend gedrag en maakt dit bespreekbaar Behandelt mensen op respectvolle wijze De mensen zijn op respectvolle wijze benaderd
53
Beroepscompetentie 54 (ON)
Zorg dragen voor persoonlijke effectiviteit (Uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging) De beveiliger die werkzaam is als coördinator beveiliging is in staat om op adequate wijze zorg te dragen voor zijn persoonlijke effectiviteit zodat hij zijn werk optimaal en gedurende een lange tijd kan uitvoeren.
Beheersingscriteria gericht op het proces
Resultaat
Kwalificatiedossier Beveiliger
Herkent dilemma’s en knelpunten die zijn goed functioneren in de weg staan Bedenkt mogelijke oplossingen Bespreekt dilemma’s met zijn leidinggevende Staat open voor adviezen Volgt ontwikkelingen op het eigen vakgebied Laag ziekteverzuim, continuïteit van de werkzaamheden en hoge kwaliteit van werken
54
9
OPBOUW KWALIFICATIEPROFIEL
9.1 KERN Voor het kwalificatieprofiel Beveiliger is de volgende inhoud van de kern vastgesteld. Kern De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van de kern: Kerntaken 1, 2, 3 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 18
9.2 UITSTROOMDIFFERENTIATIES Voor het kwalificatieprofiel Beveiliger zijn de volgende uitstroomdifferentiaties vastgesteld. Uitstroomdifferentiatie 1
Beveiliger (crebo-code: 90541)
Deze uitstroomdifferentiatie valt samen met de kern van het kwalificatieprofiel. Het betreft de competenties waarover een beveiliger dient te beschikken om in Nederland, conform de eisen van Justitie, beveiligingswerkzaamheden te mogen verrichten. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 18
Uitstroomdifferentiatie 2
Evenementenbeveiliger (crebo-code: 90542)
Typerend voor deze uitstroomdifferentiatie is dat de beveiliger te maken krijgt met (grote) groepen mensen waarbij crowd control een belangrijk aspect is. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3, 4 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 23
Kwalificatiedossier Beveiliger
55
Uitstroomdifferentiatie 3
Mobiel surveillant (crebo-code: 90543)
Typerend voor deze uitstroomdifferentiatie is dat de mobiel surveillant vaak ’s nachts werkt en meestal alleen. Van de mobiel serveillant wordt verwacht dat hij een route kan rijden langs verschillende objecten en de voor elk object verschillende procedures kan afhandelen. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3, 5 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 18 en 24 t/m 27
Uitstroomdifferentiatie 4
Persoonsbeveiliger (crebo-code: 90544)
Typerend voor deze uitstroomdifferentiatie is dat de veiligheid van één persoon, een VIP, moet worden gewaarborgd. Dit leidt tot het uitvoeren van specifieke activiteiten zoals preventieve observatieopdrachten uitvoeren en optreden als beveiligingschauffeur. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3, 6 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 18 en 28 t/m 33
Uitstroomdifferentiatie 5
Winkelsurveillant (crebo-code: 90545)
De winkelsurveillant werkt in (semi-)openbare ruimtes hetgeen bepaalde consequenties heeft voor zijn handelen. Hij kan een bijdrage leveren aan de beperking van vandalisme en criminaliteit door voorlichting te geven aan klanten en personeel en door bepaalde controles uit te voeren. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3, 7 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5
Competenties
1 t/m 18 en 34 t/m 40
Uitstroomdifferentiatie 6
Coördinator beveiliging (crebo-code: 90550)
De coördinator beveiliging is er verantwoordelijk voor dat de afspraken die met de opdrachtgever zijn gemaakt, worden nagekomen. Hij voert hiertoe coördinerende taken uit en legt verantwoording af voor het handelen van zijn team. De volgende kerntaken, kernopgaven en competenties maken deel uit van deze uitstroomdifferentiatie: Kerntaken 1, 2, 3, 8, 9, 10, 11 Kernopgaven
1, 2, 3, 4, 5, 6, 7
Competenties
1 t/m 18 en 41 t/m 54
Kwalificatiedossier Beveiliger
56
10 CERTIFICEERBARE EENHEDEN Niet van toepassing
Kwalificatiedossier Beveiliger
57
11 COMPETENTIEMATRIX In de competentiematrix zijn ten behoeve van de overzichtelijkheid de competenties opgenomen die bij de kern en de uitstroomdifferentiaties van dit kwalificatieprofiel een rol spelen. De matrix is een hulpmiddel en brengt in beeld welke competenties nodig zijn bij welke kerntaken en kernopgaven en in welke uitstroomdifferentiaties. Voor de nadere detaillering wordt geadviseerd het betreffende onderdeel in deel 2 van het kwalificatieprofiel te bekijken. Kerntaak Houdt preventief toezicht op de veiligheid 1: Treedt repressief op 2: Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit 3: Beveiligt evenementen 4: Voert mobiele surveillances uit 5: Beveiligt personen 6: Beveiligt winkels 7: Plant en coördineert beveiligingswerkzaamheden 8: Geeft leiding aan beveiligingsmedewerkers 9: 10: Rapporteert aan het management 11: Draagt bij aan beveiligingsplannen en instructies
Competenties De beveiliger is in staat om op adequate wijze 1. toegangs- en uitgangscontrole uit te voeren 2. te controleren en te surveilleren 3. alarmopvolgingen uit te voeren 4. op te treden bij incidenten/calamiteiten 5. verdachten aan te houden 6. conflicten te hanteren 7. te informeren en te verwijzen 8. baliewerkzaamheden uit te voeren 9. wet- en regelgeving toe te passen 10. voor kwaliteit zorg te dragen 11. met problemen om te gaan 12. eigen werkzaamheden voor te bereiden Kwalificatiedossier Beveiliger
Kernopgave 1: Wel of niet ingrijpen 2: Prioriteiten stellen 3: Beveiligen versus dienstverlenen 4: Volgen versus afwijken van regels 5: Bepalen of hulp moet worden ingeroepen 6: Balans vinden tussen meewerken en coördineren 7: Laveren tussen belangen management en medewerker
Kerntaak Kern= U.diff. 1 1 2 3 X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
U.diff. 2 4
U.diff. 3
5
U.diff. 4 6
U.diff. 5 7
Uitstroomdifferentiatie 1: Beveiliger 2: Evenementenbeveiliger 3: Mobiel surveillant 4: Persoonsbeveiliger 5: Winkelsurveillant 6: Coördinator beveiliging
Kernopgave U.diff. 6 8 9 10 11 1 2 3 4
5
X X X X X X X X X X X X X X
X X X X
6
7
58
Competenties De beveiliger is in staat om op adequate wijze 13. veilig en milieubewust te werken 14. te communiceren 15. samen te werken met interne en externe relaties 16. met agressie om te gaan 17. mondeling en schriftelijk te rapporteren 18. beroepscompetenties te ontwikkelen 19. toegangscontrole uit te voeren bij evenementen 20. te surveilleren en gericht toezicht te houden tijdens evenementen 21. mensenmassa’s te sturen en evacueren 22. te informeren en te verwijzen bij evenementen 23. service verlenen aan publiek 24. zich te verplaatsen per auto 25. controlerondes te lopen en sluitbegeleiding uit te voeren 26. alarmopvolgingen uit te voeren als mobiel surveillant 27. toezicht te houden op personeel 28. te observeren en een risicobeeld te schetsen 29. een voorverkenning uit te voeren 30. een VIP te begeleiden 31. een VIP te vervoeren 32. op te treden in acuut bedreigende situaties 33. een VIP van nabij te beveiligen 34. toezicht te houden in winkel(gebied) 35. controles uit te voeren op personen 36. via camera’s te observeren 37. alarmopvolgingen uit te voeren binnen een Kwalificatiedossier Beveiliger
Kerntaak Kern= U.diff. 1 1 2 3 X X X X X X X X X X X X X X X X X
U.diff. 2 4
U.diff. 3
5
U.diff. 4 6
U.diff. 5 7
Kernopgave U.diff. 6 8 9 10 11 1 2 3 4 5 X X X X X X X X X X X X X X X
6
7
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X 59
Competenties De beveiliger is in staat om op adequate wijze winkel(gebied) 38. toe te zien op goederen- en geldstromen 39. voorlichting te geven over preventie van winkelcriminaliteit 40. service te verlenen aan winkelend publiek 41. dagelijkse werkzaamheden juist uit te (laten) voeren 42. te coördineren bij calamiteiten 43. bij te dragen aan instructies, beveiligings-, veiligheidsplannen en draaiboeken 44. medewerkers in te plannen 45. de kwaliteit te bewaken en te verhogen 46. medewerkers te faciliteren 47. te rapporteren aan het management 48. zorg te dragen voor een veilige en gezonde werksituatie 49. personeelsbeleid uit te voeren 50. werkrelaties te onderhouden 51. medewerkers te corrigeren 52. te interveniëren bij conflicten en agressie 53. om te gaan met integriteit, waarden en normen 54. zorg te dragen voor persoonlijke effectiviteit
Kwalificatiedossier Beveiliger
Kerntaak Kern= U.diff. 1 1 2 3
U.diff. 2 4
U.diff. 3
5
U.diff. 4 6
U.diff. 5 7
Kernopgave U.diff. 6 8 9 10 11 1 2 3 4
5
6
7
X X X X X X X
X X
X X X X X X X X X X X X X
X X X X X
X X X X X X X X X X X
X X
X
X X X
60
12 VERANTWOORDINGSDOCUMENT De verantwoording bij het kwalificatieprofiel heeft tot doel de opbouw van het kwalificatieprofiel en de wijze van totstandkoming toe te lichten en te verantwoorden. Het Verantwoordingsdocument heeft twee functies: - het is een verantwoording van de stappen die zijn gezet bij het opstellen van het kwalificatieprofiel zodanig dat een toetsing door derden mogelijk is; - het is een toelichting op de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van het kwalificatieprofiel zodanig dat voor gebruikers inzichtelijk wordt wat er wel en niet in het kwalificatieprofiel is opgenomen en waarom die keuzes zijn gemaakt. In de verantwoording worden zeven onderdelen behandeld: 12.1 De onderliggende beroepscompetentieprofielen 12.2 Naam en structuur van het kwalificatieprofiel 12.3 Van beroepscompetentieprofielen naar kwalificatieprofiel 12.4 Leer- en burgerschapscompetenties 12.5 Borging van de kwaliteit van examinering 12.6 Doorstroomrechten 12.7 Het proces van totstandkoming van het kwalificatiedossier. De zeven onderdelen worden in de navolgende paragrafen verder uitgewerkt.
Kwalificatiedossier Beveiliger
61
12.1
DE ONDERLIGGENDE BEROEPSCOMPETENTIEPROFIELEN
Namen van de gebruikte beroepscompetentieprofielen De verwantschap tussen de gebruikte beroepscompetentieprofielen Afbakening ten opzichte van andere beroepscompetentieprofielen Consequenties verwantverklaring voor de beroepspraktijkvorming Beschikbaarheid BPV-plaatsen
Voor het opstellen van het kwalificatieprofiel Beveiliging is gebruik gemaakt van de beroepscompetentieprofielen Beveiliger, Evenementenbeveiliger, Mobiel beveiliger, Persoonsbeveiliger, Winkelsurveillant en Coördinator beveiliging. Deze beroepscompetentieprofielen beschrijven beroepen in de beveiligingssector; een sector waarop regelgeving betrekking heeft die is beschreven in de Wet en de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en Recherchebureaus (WPBR, RPBR). Deze wet- en regelgeving stelt bepaalde eisen aan de opleiding en examinering van beveiligingsmedewerkers. Behalve deze verwantschap is er ook inhoudelijke verwantschap tussen de profielen, wat blijkt uit overeenkomsten in competenties. De WPBR (en de bijbehorende regelingen en toelichtingen) stelt dat iedereen die beveiligingswerkzaamheden uitvoert in de particuliere beveiligingssector moet beschikken over het diploma Beveiliger (of een ouder, gelijkwaardig diploma). Het beroepscompetentieprofiel Beveiliger bevat kerntaken en competenties die voor het merendeel van de beveiligingsfuncties relevant zijn. De beroepscompetentieprofielen Evenementenbeveiliger en Mobiel beveiliger zijn op verzoek van de beveiligingsbranche ontwikkeld omdat het werk in deze vakgebieden bepaalde specifieke competenties vereist. Dit geldt ook voor de beroepscompetentieprofielen Persoonsbeveiliger en Winkelsurveillant waarop bovendien aanvullende regelgeving vanuit het ministerie van Justitie van toepassing is. Het BCP Coördinator beveiliging ten slotte beschrijft het beroep van coördinator (objectcoördinator, teamleider) in de beveiliging. Om te mogen werken in dit beroep, is het noodzakelijk om over het diploma Beveiliger te beschikken. Kortom, iedereen die in de beveiliging wil werken moet over de competenties van de Beveiliger beschikken en kan zich daarna specialiseren. Afbakening ten opzichte van andere beroepscompetentieprofielen Er zijn drie beroepscompetentieprofielen die zich richten op andere vormen van toezicht en veiligheid dan de bovenstaande; deze richten zich op toezicht op veiligheid in de openbare ruimte. Dit betreft de beroepscompetentieprofielen Assistent toezichthouder, Medewerker stadstoezicht en Doorstroom politie. Deze beroepscompetentieprofielen zijn om een aantal redenen niet verwerkt in dit kwalificatieprofiel. Zie hiervoor paragraaf 2. Echter, de verschillende beroepscompetentieprofielen zijn wel qua formulering zo veel mogelijk op elkaar afgestemd; dezelfde competenties zijn in alle profielen gelijk beschreven. Andere verwante BCP’s betreffen het BCP Receptionist (HTV), Telefoniste/receptioniste (ECABO) en het BCP Facilitair medewerker (OVDB). Deze beroepen hebben echter niet het beveiligen als voornaamste taak, hetgeen reden is om ze niet op te nemen in het kwalificatieprofiel. Beschikbaarheid BPV-plaatsen De beschikbaarheid van BPV-plaatsen heeft betrekking op zowel de kwantiteit als de kwaliteit. Sinds de invoering van de WEB zijn de activiteiten er vooral op gericht te zorgen voor voldoende BPV-plaatsen. Deze zijn opgenomen in het bedrijvenregister. In kwantitatieve zin zijn voldoende bedrijven beschikbaar. Het bedrijvenregister is te raadplegen via www.ecabo.nl. Jaarlijks voert ECABO een onderzoek uit naar de arbeidsmarktontwikkelingen en de beschikbaarheid van BPVplaatsen. De resultaten voor de periode 2004-2005 zijn gepubliceerd in het rapport Monitor arbeidsmarkt en beroepsonderwijs 2004-2005 dat te vinden is op www.ecabo.nl. Over de beveiligingsopleidingen wordt in dit rapport gezegd dat er voor Beveiliger een evenwicht te verwachten is tussen vraag en aanbod van BPV-plaatsen. Voor de uitstroomdifferentiatie Coördinator Kwalificatiedossier Beveiliger
62
beveiliging geldt dat er sprake is van een geringe overschrijving van deelnemers, hetgeen enige druk legt op de beschikbaarheid van BPV-plaatsen voor BOL deelnemers. Door de invoering van competentiegericht onderwijs zal in kwalitatieve zin meer van het bedrijfsleven verwacht worden. In de examenpraktijk zal de betrokkenheid van het bedrijfsleven toenemen bij de beoordeling van de deelnemer. Voor ECABO zal dan ook de komende jaren de kwaliteit centraal staan in de accreditatie en beoordeling van leerbedrijven. M.b.t. de uitvoering van en de controle op de BPV is door het ministerie van Justitie aanvullende regelgeving gepubliceerd, die niet verandert door de invoering van de competentiegerichte kwalificatiestructuur.
Kwalificatiedossier Beveiliger
63
12.2
NAAM EN STRUCTUUR VAN HET KWALIFICATIEPROFIEL
Korte omschrijving van het kwalificatieprofiel, naam van het diploma, typering en niveau van de kwalificatie Relatie tussen de competenties, de kerntaken, kernopgaven en beroepscontext Uitstroomdifferentiaties Eventuele certificeerbare eenheden
Korte omschrijving van het kwalificatieprofiel, naam van het diploma, typering en niveau van de kwalificatie Het kwalificatieprofiel ziet er als volgt uit: KP Beveiliger Kerndeel (=uitstroomdifferentiatie)
Uitstroomdifferentiatie Evenementenbeveiliger (2) Uitstroomdifferentiatie Mobiel surveillant (2) Diploma: Beveiliger niveau 2 Uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger (2) Uitstroomdifferentiatie Winkelsurveillant (2) Diploma Coördinator beveiliging niveau 3 (uitstroomdifferentiatie) Niveau De uitstroomdifferentiaties Beveiliger, Evenementenbeveiliger, Mobiel surveillant, Persoonsbeveiliger en Winkelsurveillant van het kwalificatieprofiel Beveiliger zijn gezien de mate van complexiteit van de kerntaken en kernopgaven en de verantwoordelijkheden die daaruit voortvloeien geplaatst op niveau 2 van de kwalificatiestructuur. Niveau 2 is het juiste niveau omdat de medewerker weliswaar volgens procedures werkt, maar in uitzonderingssituaties moet improviseren.Verder speelt mee dat de medewerker werkt op verschillende werkplekken en voor verschillende opdrachtgevers. De uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging is op niveau 3 geplaatst omdat deze medewerker behalve dat hij zelf beveiligingstaken uitvoert ook de werkzaamheden van een groep beveiligers in goede banen moet leiden, het aanspreekpunt is voor medewerkers en opdrachtgevers en omdat hij in geval van incidenten binnen een zeer kort tijdsbestek instructies moet geven aan zijn collega’s. Onderbouwing structuur als geheel Er is gekozen voor bovenstaande structuur om verschillende redenen: 1. randvoorwaarden voortvloeiend uit regelgeving van Justitie neergelegd in de Wet en de Regeling Particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (resp. WPBR en RPBR) hetgeen ertoe geleid heeft dat: a. er een apart KP voor beveiliging is ontwikkeld b. dat er een diplomamoment is na afsluiting van het kerndeel c. dat het KP vrij veel uitstromen kent. 2. De randvoorwaarde dat er voor het kerndeel en voor de uitstromen op niveau 2 een centraal examen is. Alleen de diploma’s uitgegeven door de aangewezen exameninstelling Stichting Vakexamens Particuliere Beveiligingsbranche (SVPB) hebben rechtsgeldigheid conform de WPBR. Toelichting: ad 1a Justitie heeft bepaalde regels gesteld voor het werken in de particuliere beveiliging. Een aantal daarvan heeft betrekking op het opleidingsproces, de examinering en de controle op verschaffen van Kwalificatiedossier Beveiliger
64
de legitimatiebewijzen die noodzakelijk zijn om beveiligingswerkzaamheden uit te mogen voeren. Om de controle op naleving van deze regels uitvoerbaar te maken is het noodzakelijk dat volstrekt duidelijk is voor welke opleiding deelnemers zijn ingeschreven. Daarom zijn de opleidingen voor particuliere beveiliging apart in een KP opgenomen. ad 1b Justitie heeft het diploma Beveiliger verplicht gesteld om in de beveiliging te mogen werken. Veel beveiligers gaan na het behalen van Beveiliger werken en kiezen niet voor een uitstroomdifferentiatie. Het moet daarom mogelijk zijn om na het kerndeel een diploma af te geven. Daarom is van het kerndeel een uitstroomdifferentiatie gemaakt. ad 1c De WPBR noemt behalve het diploma Beveiliger ook de certificaten Persoonsbeveiliging en Winkelsurveillance. Deze certificaten moeten dus herkenbaar terugkomen in het KP. De uitstroomdifferentiaties Evenementenbeveiliger, Mobiel surveillant en Coördinator beveiliging zijn opgenomen op verzoek van de betreffende branches, de Vereniging Particuliere Beveiligingsorganisaties en de Vereniging van Beveiligingsbedrijven van Evenementen. In de praktijk komt het vaak voor dat gediplomeerde beveiligers later in hun loopbaan alsnog besluiten om een certificaat in een van de uitstroomrichtingen te behalen, bijvoorbeeld omdat een nieuwe werkplek een bepaald wettelijk certificaat vereist. Korte omschrijving van het kwalificatieprofiel Wat betreft het vereiste instroomniveau en de duur van de opleiding verwijzen wij naar dat wat hierover is vastgelegd in de WEB en in de wettelijke doorstroomregeling vmbo-beroepsonderwijs. Indien een deelnemer over relevante werkervaring beschikt of een hogere vooropleiding heeft, zal hij de opleiding versneld kunnen doorlopen. Op basis van de inhoudelijke bespreking (en conclusies daarover) van de verschillende onderdelen van het kwalificatieprofiel in de expertmeetings en het sectiebestuur Beveiliging, is de Paritaire commissie van mening dat het kwalificatieprofiel binnen de voor het betreffende diplomaniveau nominale studieduur in een onderwijsprogramma kan worden uitgevoerd. Voor de uitstroomdifferentiaties Beveiliger, Evenementenbeveiliger, Mobiel surveillant, Persoonsbeveiliger en Winkelsurveillant bedraagt de nominale studieduur 2 leerjaren, voor Coördinator beveiliging 3 leerjaren. Beveiligers zijn in dienst van particuliere beveiligingsorganisaties die ze plaatst bij een opdrachtgever of zij zijn in dienst van een bedrijfsbeveiligingsdienst. Ze houden toezicht door controlerondes te lopen en eventuele onregelmatigheden op te merken. Bij onregelmatigheden treden ze adequaat op. Hoewel de beveiliger voornamelijk preventief toezicht houdt, is het soms ook nodig om repressief optreden. Hierbij kan gedacht worden aan het optreden bij brand, veelvoorkomende criminaliteit en ongevallen. De beveiliger probeert de schade dan te beperken en roept indien nodig de hulp van anderen in. Kernproblemen van het werk zijn gelegen in de combinatie van dienstverlening en controle, preventie en repressie, klantvriendelijkheid en overwicht. Beveiligers werken bij alle soorten bedrijven en organisaties, van olieraffinaderijen tot ministeries. Beveiligers kunnen ingezet worden voor specifieke werkgebieden, zoals bij evenementen, in de mobiele surveillance, in de persoonsbeveiliging of in winkelgebieden. De werkzaamheden die dan worden uitgevoerd vragen andere en/of extra competenties van de medewerker. Om die reden zijn er uitstroomdifferentiaties opgenomen in dit kwalificatieprofiel. Een teamleider of groepsleider geeft direct leiding aan een groep beveiligers van tussen de 4 en 20 personen. Voor deze functie is de uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging bedoeld, een uitstroomdifferentiatie op niveau 3. De coördinator zorgt ervoor dat de dagelijkse werkzaamheden correct worden uitgevoerd en dat er bij calamiteiten juist wordt gehandeld. Hij draagt bij aan het opstellen van beveiligingsplannen en veiligheidsplannen en zorgt voor rapportages zodat het management goed geïnformeerd blijft. Hij is niet budgetverantwoordelijk. De coördinator is meestal niet fulltime bezig met coördinerende taken maar verricht ook uitvoerende taken.
Kwalificatiedossier Beveiliger
65
Beschrijving van de relatie tussen kerntaken, kernopgaven en beroepscompetenties De kern van het kwalificatieprofiel Beveiliger bestaat uit 3 kerntaken en 5 kernopgaven. Kerntaken Beveiliger: - Houdt preventief toezicht op de veiligheid - Treedt repressief op - Voert eenvoudige baliewerkzaamheden uit Kernopgaven Beveiliger: - Wel of niet ingrijpen - Prioriteiten stellen - Beveiligen versus dienstverlenen - Volgen versus afwijken van regels - Bepalen of hulp moet worden ingeroepen Na deze kern kan worden uitgestroomd met het diploma Beveiliger. Uitstroomdifferentiaties Er zijn vier uitstroomdifferentiaties op niveau 2 die na de kern kunnen worden gevolgd, namelijk - Evenementenbeveiliger - Mobiel surveillant - Persoonsbeveiliger - Winkelsurveillant en er is een uitstroomdifferentiatie op niveau 3, namelijk - Coördinator beveiliging Deze uitstroomdifferentiaties hebben elk een of meer kerntaken en/of kernopgaven specifiek voor die differentiatie met bijbehorende competenties. Deze competenties zijn soms dezelfde als die voor Beveiliger, met een aanpassing in de beheersingscriteria, maar meestal zijn het unieke competenties. Gezien de eerder genoemde regelgeving zullen alle deelnemers eerst het SVPB-diploma Beveiliger moeten behalen. Een groot deel van de deelnemers zal dan uitstromen uit de opleiding, een deel zal een uitstroomdifferentiatie kiezen. Eventuele certificeerbare eenheden: Niet van toepassing
Kwalificatiedossier Beveiliger
66
12.3
VAN BEROEPSCOMPETENTIEPROFIEL(EN) NAAR KWALIFICATIEPROFIEL
Toelichting op de vertaling van de beroepsbeschrijving, (verrijkte) kerntaken, kernopgaven en beroepscompetenties Toelichting op de vertaling van de succescriteria
Toelichting op de vertaling van de beroepsbeschrijving, kerntaken, kernopgaven en beroepscompetenties Voor de formulering van de kerntaken en competenties is gebruik gemaakt van de beroepscompetentieprofielen Beveiliger, Evenementenbeveiliger, Mobiel beveiliger, Persoonsbeveiliger, Winkelsurveillant, en Coördinator beveiliging. De structuur van deze beroepscompetentieprofielen is in eerste instantie vrijwel onverkort overgenomen in het kwalificatieprofiel. Alleen enige formuleringen waren aangepast om de transparantie tussen kwalificatieprofielen te bevorderen. Deze verschillen zijn voorgelegd aan de experts die deelnamen aan de eerste expertmeeting. Verder is aan deze experts de vraag voorgelegd of vakmatige competenties die zowel in het kerndeel voorkomen als bij een of meer uitstroomdifferentiaties, konden worden verwijderd uit de uitstroomdifferentiaties of specifiek moesten worden aangepast voor betreffende uitstroomdifferentiatie(s). De conclusies zijn verwerkt in de volgende versie van het kwalificatieprofiel. Voor de competenties die niet aan de orde zijn gekomen tijdens de meeting, is door ECABO een voorstel gedaan. Tijdens de tweede expertmeeting konden de aanwezigen reageren op die punten waar ze een opmerking over hadden. Daarnaast zijn de kerntaken en de competenties van Coördinator beveiliging besproken. Wijzigingen in kerntaken en competenties die zijn voortgekomen uit de expertmeetings op 14 juni en 3 september 2004 zijn verwerkt. Een aantal specifieke punten die zijn besproken behoeven wat extra aandacht. Allereerst de competentie Eerste hulp verlenen. Er is veel discussie geweest over de vraag of eerste hulp verlenen opgenomen moest worden in het kwalificatieprofiel of niet. Deze vraag is door de VPB (Vereniging van Particuliere Beveiligingsorganisaties) voorgelegd aan haar opleidingscommissie, en de conclusie was dat eerste hulp verlenen niet moest worden opgenomen. De vraag is verder voorgelegd aan de expert voor persoonsbeveiliging, t.b.v. de uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger, en ook door hem werd geadviseerd de competentie niet op te nemen. Reden hiervoor is dat het aan de bedrijven moet worden overgelaten of zij hun personeel een EHBO- of BHV-cursus willen laten volgen en dat het niet noodzakelijk is om alle cursisten verplicht zo’n cursus te laten volgen. De competentie is aangepast en richt zich nu op activiteiten rondom het bieden van hulp, zoals het oproepen van hulpdiensten. Visiteren werd gemist door de aanwezigen. In de tijd tussen eerste en tweede expertmeeting is hiervoor een voorstel gedaan door ECABO waarop de experts konden reageren. Resultaat is dat visiteren is opgenomen in de competentie uitvoeren van toegangs- en uitgangscontrole (nr. 1). De structuur als geheel riep de vraag op waarom Coördinator beveiliging geen apart kwalificatieprofiel heeft gekregen. De vraag was of het dan wel mogelijk is om bekostiging te krijgen voor cursisten die eerst een diploma halen voor het kerndeel en daarna het diploma Coördinator beveiliging willen behalen. Om akkoord te gaan met de structuur zoals gepresenteerd, moet zijn voldaan aan die bekostigingseis. De experts gaven aan dat er behoefte is aan een lijst met ICT-competenties die de deelnemers moeten ontwikkelen, gericht op het beveiligingswerk. Dit zullen niet alleen toetsenbordvaardigheden zijn maar ook vaardigheid in het bedienen van elektronische systemen. In de expertmeeting is afgesproken dat zo’n lijst door een werkgroep opgesteld zal worden.
Kwalificatiedossier Beveiliger
67
Er loopt op dit moment een landelijke discussie over de wijze waarop vreemde talen zouden moeten worden opgenomen in de kwalificatieprofielen. Het wel of niet opnemen van de Engelse taal in het kwalificatieprofiel en zo ja, de mate waarin de Engelse taal wordt verwerkt in de competenties is besproken in het sectiebestuur Beveiliging van 29 september 2004. Zie verder hoofdstuk 12.4 onder Taalcompetenties. Tijdens de tweede expertmeeting is de naamgeving van het KP besproken. De vraag aan de experts was of in de naam Medewerker particuliere beveiliging het woord ‘particulier’ kan worden verwijderd. Argument hiervoor is dat de naam Medewerker beveiliging een bredere verzamelnaam is. Een aantal deelnemers vonden de verwijzing naar ‘Medewerker’ te beperkt. In de expertmeeting werden een aantal suggesties gedaan, zoals beveiligingsfunctionaris, maar er wordt niet unaniem voor een bepaalde naam gekozen. Besloten is om de keuze voor een naam voor te leggen aan het sectiebestuur Beveiliging. Twee andere belangrijke kritiekpunten op het KP, betroffen de uitstroomdifferentiatie Coördinator beveiliging. Er werd overlap geconstateerd met het kerndeel van het KP en er werd geconstateerd dat het begrip rapportage niet eenduidig werd gehanteerd. Wat betreft het gehele KP werd het bezwaar geuit dat de mate van detaillering soms te groot was hetgeen de balans in de tekst verstoorde. De open aanmerkingen uit de expertmeeting zijn gebruikt om een nieuwe versie van het KP te maken. Van beide expertmeetings en van de schriftelijke ronde zijn verslagen gemaakt die kunnen worden opgevraagd. De experts vonden dat de beroepscompetentieprofielen herkenbaar terugkomen in het kwalificatieprofiel, met als voorbehoud dat aan bovenstaande bekostigingseis voldaan wordt. Het niveau vond men ook herkenbaar, hoewel men het moeilijk vond hierover een uitspraak te doen. De toetsbaarheid van de competenties is beoordeeld door toetsdeskundigen van de SVPB en akkoord bevonden. De Centrale examencommissie van de SVPB heeft dit in de notulen van de vergadering van 24 september 2004 opgenomen. Op 27 september 2004 is het KP voorgelegd aan het sectiebestuur Beveiliging. Het sectiebestuur heeft zich toen uitgesproken voor de naam KP Beveiliger. Voorgelegd is verder op welke manier moderne vreemde talen zouden moeten worden opgenomen in het KP. Het sectiebestuur is van mening dat een moderne vreemde taal alleen moet worden opgenomen binnen de uitstroomdifferentiatie Persoonsbeveiliger en Coördinator beveiliging. Evenals de experts die deelnamen aan de expertmeeting benadrukten de leden van het sectiebestuur het belang van bekostiging van de opleiding Coördinator beveiliging voor mensen die de opleiding Beveiliger al bekostigd gevolgd hebben. Vragen en opmerkingen van leden van het sectiebestuur zijn deels tijdens de vergadering aan de orde geweest en deels verwerkt na de vergadering. Op 27 oktober 2004 is een nieuwe versie van het KP voorgelegd aan het sectiebestuur Beveiliging. De leden van het sectiebestuur hebben een overzicht ontvangen van de wijzigingen in het nieuwe KP ten opzichte de vorige versie. Deze wijzigingen zijn uitgevoerd naar aanleiding van de suggesties en opmerkingen van leden van het sectiebestuur. De leden is verzocht om, indien zij akkoord zijn met het KP, de akkoordverklaring te tekenen. Op 24 maart 2005 is het sectiebestuur vervolgens akkoord gegaan met een aantal wijzigingsvoorstellen. Deze voorstellen zijn gedaan op grond van landelijke ontwikkelingen op het gebied van de stroomlijning van alle kwalificatieprofielen. Dit resulteerde in het volgende: per uitstroomdifferentiatie op niveau 2 is er nog maar één kerntaak, waarin de oorspronkelijke kerntaken zijn samengenomen. Verder is Engels opgenomen in het kerndeel en in de uitstroomdifferentiaties. Noch de onderwijsvertegenwoordigers in het sectiebestuur, noch de vertegenwoordigers namens het bedrijfsleven hebben aangegeven een tweede moderne vreemde taal opgenomen te willen hebben; één moderne vreemde taal werd voldoende geacht.
Kwalificatiedossier Beveiliger
68
Toelichting op de vertaling van de succescriteria Er heeft een vertaalslag plaatsgevonden van succescriteria naar beheersingscriteria (van vakvolwassen naar beginnend ‘beroepsbeoefenaar’). De succescriteria uit de beroepscompetentieprofielen zijn grotendeels overgenomen, maar op een aantal punten zijn de criteria na raadpleging van de experts (expertmeetings d.d. 14 juni en 3 september 2004) aangepast aan de eisen die aan een beginnend beroepsbeoefenaar worden gesteld.
Kwalificatiedossier Beveiliger
69
12.4
LEER- EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIES
De leer- en burgerschapscompetenties uit het brondocument Leren en Burgerschap zijn geïntegreerd in de beroepscompetenties van dit kwalificatieprofiel. Bij het integreren van leer- en burgerschapscompetenties in beroepscompetenties zijn de volgende stappen genomen: - Voor zover mogelijk is gebruik gemaakt van de landelijke set van niet vakmatige beroepscompetenties (Sets van beroepscompetenties, 2 juni 2004) waarin middels de methodiek van schering en inslag de leer- en burgerschapscompetenties zijn opgenomen. De leer- en burgerschapscompetenties zijn hierbij reeds vertaald naar beroepssituaties. In een schema wordt duidelijk gemaakt hoe deze vertaalde criteria gerelateerd zijn aan de succescriteria uit het brondocument Leren en Burgerschap. Zo wordt optimaal voldaan aan het integreren van het brondocument in de kwalificatieprofielen. Een bijkomend voordeel is dat op deze wijze de transparantie van de ECABO-kwalificatieprofielen wordt vergroot aangezien de niet vakmatige competenties; daar waar ze dezelfde strekking hebben, overeenkomstig geformuleerd zijn. Wel kunnen beroepsspecifieke verschillen bestaan die zich uiten in de beheersingscriteria. - De succescriteria die ten behoeve van de leer- en burgerschapscompetenties zijn ontwikkeld, zijn vergeleken met de beheersingscriteria van de beroepscompetenties. - Het beroepshandelen vormt het uitgangspunt om te bepalen of de succescriteria uit het brondocument Leren en Burgerschap de beroepscompetenties kunnen verrijken. Proces en resultaat van een beroepscompetentie vormen een samenhangend geheel. Integratie van succescriteria uit het brondocument in de beroepscompetentie is gewenst wanneer het past in de samenhang van proces en resultaat en daar waar mogelijk een versterking van is. Elk kwalificatieprofiel is hierop gescreend. - Vervolgens is vastgesteld welke succescriteria uit het brondocument niet geïntegreerd kunnen worden in de beroepscompetenties. - De succescriteria uit het brondocument die niet volgens de methodiek van schering en inslag kunnen worden geïntegreerd in de beroepscompetenties zijn apart benoemd en in categorieën ondergebracht. Een overzicht hiervan is als bijlage in dit kwalificatiedossier opgenomen. De beheersingscriteria van de burgerschapscompetenties zijn niet altijd inpasbaar in de beroepscompetenties. De waarde van de niet inpasbare leer- en burgerschapscompetenties is echter evident en deze competenties zullen derhalve op een andere wijze vorm moeten krijgen in het onderwijs. Het brondocument Leren en Burgerschap is onderdeel van dit kwalificatiedossier. In juni 2005 heeft het Colo coördinatiepunt te kennen gegeven eraan te hechten dat alle succescriteria uit het brondocument Leren en Burgerschap in de kwalificatiedossiers worden opgenomen. ECABO zal deze wens van het coördinatiepunt voor 15 december 2005 uitvoeren en daarbij inzichtelijk maken hoe de competenties uit Leren en Burgerschap verweven zijn met de competenties in de kwalificatiedossiers en tevens voor het coördinatiepunt controleerbaar en transparant maken dat alle succescriteria zijn verwerkt. Taalcompetenties Voor wat betreft het benoemen van de taalcompetenties is ook gekozen voor een beroepsmatige invalshoek. Beoordeeld is hoe taalvaardigheden, zoals beschreven in de beroepscompetenties, zich verhouden tot de niveaubeschrijvingen in het ‘Raamwerk moderne vreemde talen in het secundair beroepsonderwijs’ gebaseerd op de standaard voor Europese taalniveaus (‘Common European Framework of Reference of Languages; Learning, teaching, assessment, Council of Europe, 2001’). Voor het kerndeel en de uitstroomdifferentiaties op niveau 2 wordt taalniveau A2 voor de moderne vreemde taal Engels geadviseerd, gesprekken voeren. Voor de uitstroomdifferentiatie Coördinator
Kwalificatiedossier Beveiliger
70
beveiliging (niveau 3) wordt B1.1 geadviseerd en dan zowel lezen als gesprekken voeren. Deze adviezen worden nog voorgelegd aan het werkveld en scholenveld en kunnen op grond van de reacties van deze partijen nog worden aangepast. De vertegenwoordigers van onderwijs en beroepenveld hebben tijdens de expertmeetings en de vergaderingen van het sectiebestuur Beveiliging aangegeven dat voor dit kwalificatieprofiel één moderne vreemde taal volstaat.
Kwalificatiedossier Beveiliger
71
12.5
BORGING VAN DE KWALITEIT VAN EXAMINERING
Wanneer de samenhang tussen kerntaak (beschrijving van werkprocessen), kernopgave (kritische beroepssituatie) en competentie (in het werkproces doelbewust en resultaatgericht handelen) in het kwalificatieprofiel juist is weergegeven, kan op basis daarvan competentiegericht getoetst worden. Competentiegericht opleiden vraagt een wijze van toetsen waarbij de deelnemer de benodigde vaardigheden, attitudes, kennis en inzicht combineert. Om van competenties en beheersingscriteria te komen tot praktijkgerichte contextrijke toetsen zullen nieuwe instrumenten voor toetsing en examinering ontwikkeld moeten worden. Essentieel is de integrale beoordeling van competenties waarbij de deelnemer kan aantonen dat hij in staat is beroepscompetenties geïntegreerd in te zetten bij het adequaat uitvoeren van de (deel)taak. Tijdens de expertmeetings hebben de vertegenwoordigers van het onderwijsveld en toetsontwikkelaars op die wijze de concept kwalificatieprofielen beoordeeld en toetsbaar bevonden. De toetsbaarheid van de competenties is als voldoende beoordeeld door de SVPB.
Kwalificatiedossier Beveiliger
72
12.6
DOORSTROOMRECHTEN
Doorstroming binnen het KP Doorstroming binnen het mbo Doorstroming naar het hbo Doorstroming op basis van een niet volledig verworven kwalificatieprofiel
Doorstroming binnen het mbo Een gediplomeerde op een bepaald niveau heeft toegang tot een opleiding op het naast hoger gelegen niveau. De opleiding tot beveiliger geeft toegang tot andere opleidingen op niveau 2, 3 en 4. De onderwijsinstellingen bepalen of en op welke manier vrijstellingen verleend kunnen worden. Er gelden hierbij wel enige randvoorwaarden: voorwaarde om door te kunnen stromen naar één van de uitstroomdifferentiaties op niveau 2 die na de kern kunnen worden gekozen of naar Coördinator beveiliger op niveau 3 is het behalen van het diploma Beveiliger. Verder geldt als extra voorwaarde om de opleiding Mobiele surveillance of Persoonsbeveiliger te kunnen volgen, het bezit van een rijbewijs en daarmee samenhangend, de minimum leeftijd van 18 jaar. Het bepalen van vrijstellingen voor de door de SVPB te examineren onderdelen is voorbehouden aan de SVPB.
Kwalificatiedossier Beveiliger
73
12.7
HET PROCES VAN TOTSTANDKOMING VAN HET KWALIFICATIEDOSSIER
Wie het kwalificatieprofiel hebben ontwikkeld Met wie overleg is gepleegd De wijze van besluitvorming Het beheer van het kwalificatiedossier
Inleiding De beroepscompetentieprofielen en het kwalificatieprofiel zijn ontwikkeld door het Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO. Bij het ontwikkelen van de BCP’s en het KP is uitvoerig overleg geweest met deskundigen uit de (particuliere) beveiligingsbranche en de reguliere en particuliere onderwijsinstellingen. Hierbij is nauwkeurig gelet op een evenredige vertegenwoordiging vanuit verschillende hoeken. Alle aanvullingen, opmerkingen en kritiekpunten vanuit de expertmeetings en andere kanalen zijn zorgvuldig verwerkt. Gehanteerde overlegstructuur Dit kwalificatieprofiel is achtereenvolgens besproken in: - expertmeetings met werkvelddeskundigen (zowel uit het bedrijfsleven als het scholenveld) - het sectiebestuur Beveiliging (een permanent adviesorgaan van ECABO) - de Paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO (een permanent adviesorgaan van ECABO). Besproken onderwerpen Zowel met de werkvelddeskundigen als met het sectiebestuur Beveiliging zijn naast de sector- en kwalificatieprofielspecifieke onderwerpen, de duurzaamheid en betekenisvolheid van het kwalificatieprofiel en de ruimte voor innovatieve ontwikkelingen en daarmee flexibiliteit besproken. Laatstgenoemde aspecten hebben ook de volle aandacht van de Paritaire commissie gehad. Proces - In de BCP’s zijn brondocumenten vermeld op basis waarvan het BCP tot stand is gekomen. Het sectiebestuur Beveiliging heeft alle BCP’s op 25 maart 2004 gelegitimeerd. Vervolgens zijn BCP’s vergeleken op basis van de kerntaken, kernopgaven en de competenties. Uit deze vergelijking kwam een hoge mate van verwantschap naar voren. Op basis van deze resultaten heeft ECABO het concept KP ontwikkeld. - Bij het ontwikkelen van het KP zijn deskundigen uit het beroepenveld en het scholingsveld betrokken door middel van expertmeetings. Deze hebben plaatsgevonden op 14 juni en 3 september 2004. De vertegenwoordigers van de beveiligingsbranche en de (particuliere) onderwijsinstellingen zijn officieel afgevaardigd door het sectiebestuur Beveiliging. Daarnaast zijn via de BTG ESB vertegenwoordigers vanuit onderwijsinstellingen aangedragen. (zie bijlage). In de expertmeetings is het concept KP Beveiliger besproken aan de hand van specifieke vragen. Deze hadden betrekking op de uitwerking van de uitstroomdifferentiaties, de vertaling van BCP’s naar KP, het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar en de herkenbaarheid van de onderliggende beroepen. De wijzigingen vanuit de eerste expertmeeting zijn verwerkt en het aangepaste KP is verder besproken in de tweede expertmeeting. In de tijdsperiode tussen de eerste en tweede expertmeeting heeft een schriftelijke ronde plaatsgevonden. Deelnemers hadden de mogelijkheid om op de gewijzigde versie te reageren. Deze opmerkingen zijn verwerkt in het KP en meegenomen in de tweede expertmeeting. In deze meeting zijn de wijzigingen direct in het KP verwerkt. Grotere inhoudelijke wijzigingen die de deelnemers doorgevoerd wilden zien, zijn na de expertmeeting aangepast en de laatste versie van het KP is per mail aan alle deelnemers gestuurd. Zij hadden vervolgens de mogelijkheid per mail te reageren. Kwalificatiedossier Beveiliger
74
-
-
Er heeft verslaglegging plaatsgevonden. De verslagen, correspondentie e.d. zijn bewaard in het projectarchief. ECABO heeft de spiegeling van de conceptversie aan de algemene set van de leer- en burgerschapscompetenties afgerond in augustus 2004. Daarnaast is er een vergelijking gemaakt met het referentiedocument ‘Raamwerk Moderne Vreemde Talen (MVT)’, hierbij werd het vereiste taalniveau voor het KP vastgesteld op basis van de Europese taalniveaus. Het KP is ter validering aan het sectiebestuur Beveiliging voorgelegd op 29 september 2004. Aanvullende adviezen en opmerkingen vanuit het sectiebestuur zijn verwerkt alvorens het KP in november 2004 voor te leggen aan de Paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven. De Paritaire commissie heeft het kwalificatiedossier en het daarin gehanteerde detailleringsniveau van de verrijkte kerntaken, kernopgaven en competenties met beheersingscriteria op 13 december 2004 akkoord bevonden. De Paritaire commissie van ECABO verwacht dat onderwijsinstellingen op basis van dit kwalificatieprofiel een competentiegericht leertraject met bijbehorend examen kunnen organiseren en het diplomaniveau in het onderwijsprogramma kunnen realiseren. Op basis van ervaringen met dit kwalificatieprofiel zullen deze verwachtingen worden geverifieerd. De Paritaire commissie van ECABO is van mening dat het kerndeel zodanig is geformuleerd dat nieuwe, relatief beperkte ontwikkelingen verwerkt kunnen worden in verrijkte kerntaken en omschrijvingen van competenties zonder dat de essentie van de kerntaken en competenties opnieuw vastgesteld moet worden door OCW/LNV. De kerntaken, kernopgaven en competenties zijn op een juist aggregatieniveau beschreven waardoor het kwalificatieprofiel duurzaam is en flexibiliteit en herkenbaarheid in evenwicht zijn. Nieuwe ontwikkelingen in het beroepenveld kunnen vorm krijgen in het onderwijs zonder dat de teksten van het kwalificatieprofiel gewijzigd hoeven te worden. Om de snelle veroudering van de kwalificatieprofielen verder tegen te gaan is vermeden om aan demodage onderhevige termen te gebruiken zoals specifieke hulpmiddelen, methoden, etc. Softwarespecifieke termen bijvoorbeeld zijn veralgemeniseerd zodat bij innovaties in de informatietechnologie de gehanteerde termen bruikbaar blijven.
Het algemeen bestuur ECABO heeft op 15 december 2004 het positieve advies van de Paritaire commissie overgenomen en het kwalificatiedossier ter beoordeling voorgelegd aan het Colo Coördinatiepunt en ACOA. Voorstellen tot wijziging op grond van deze beoordeling zijn voorgelegd aan het sectiebestuur Beveiliging op 24 maart 2005. Deze zijn aangenomen. Daar de wijzigingen met name betrekking hebben op tekst, redactie en aanscherping van de verantwoording en niet op de inhoud van het kwalificatieprofiel, heeft de Paritaire commissie in haar bijeenkomst van 3 maart 2005 besloten het kwalificatiedossier niet opnieuw te beoordelen. Het kwalificatiedossier is op 22 april en 13 mei 2005 ter beoordeling voorgelegd aan het Colo Coördinatiepunt en ACOA. Na goedkeuring is het kwalificatiedossier aan het ministerie van OCW aangeboden. Overzicht documenten In de onderstaande stukken is gedetailleerde informatie te vinden over o.a. de totstandkoming van het kwalificatieprofiel. Deze stukken zijn op te vragen bij het Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO: Verslag expertmeeting ECABO 14-06-04 Verslag expertmeeting ECABO 03-09-04 Notulen van de vergadering van het sectiebestuur Beveiliging op 29 september 2004 Notulen van de vergadering van het sectiebestuur Beveiliging op 24 maart 2005. Verslagen, correspondentie e.d. zijn bewaard volgens het archiefplan kwalificatieontwikkeling. De notulen van de vergaderingen van de Paritaire commissie en het algemeen bestuur ECABO zijn opvraagbaar bij het directiesecretariaat van ECABO.
Kwalificatiedossier Beveiliger
75
Het beheer van het kwalificatiedossier Het kwalificatiedossier wordt beheerd door het Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO conform het archiefplan kwalificatieontwikkeling.
Kwalificatiedossier Beveiliger
76
BIJLAGEN Bijlage 1 Overzicht kwalificatieprofielen ECABO Niv.
Kwalificatieprofielen
Intersectoraal Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent 1 (Alle sectoren) 2 Administratief medewerker (Sector Secretarieel en Bedrijfsadministratie) Secretarieel 3 Secretaresse 4
Managementassistent
Bedrijfsadministratie 3 Boekhoudkundig medewerker 4 Administrateur Commercieel 3 Commercieel medewerker 4
Medewerker marketing en communicatie
Uitstroomdifferentiaties
Beroepscompetentieprofielen
Economie en handel
Administratief assistent
Telefonist/receptionist Secretarieel medewerker Bedrijfsadministratief medewerker
Telefoniste/receptioniste Secretarieel medewerker Bedrijfsadministratief medewerker
Algemeen secretaresse Juridisch secretaresse Medisch secretaresse Directiesecretaresse Projectsecretaresse
Secretaresse Juridisch secretaresse Medisch secretaresse Directiesecretaresse/managementassistent Projectsecretaresse
Bedrijfsadministrateur Assistent accountant Salarisadministrateur
Boekhoudkundig medewerker Administrateur Assistent accountant Salarisadministrateur
Commercieel medewerker binnendienst Contactcenter medewerker Marketing medewerker Assistent communicatiemedewerker Organisatorisch publicitair medewerker kunst, cultuur en media
Bank- en verzekeringswezen 4 Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen ICT 2 Medewerker ICT 3 Medewerker beheer ICT 4
ICT-beheerder
4
Applicatieontwikkelaar
4
Netwerkbeheerder
4 Digitaal rechercheur (In ontwikkeling) Juridisch 4 Juridisch medewerker
Orde en veiligheid 1 Assistent toezicht en veiligheid 1 en 2 Vrede en veiligheid 2 en 3
Beveiliger
2
Medewerker toezicht en veiligheid
Kwalificatiedossier Beveiliger
Contactcenter medewerker Marketing medewerker Assistent communicatiemedewerker Organisatorisch publicitair medewerker kunst, cultuur en media Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen
Real-time systemen Servicedesk
Arbeidsvoorziening en personeelswerk Openbaar bestuur Sociale zekerheid Zakelijke dienstverlening
Informatiedienstverlening 4 Medewerker informatiedienstverlening
Commercieel medewerker binnendienst
Archiefmedewerker historisch documentatiecentrum Bibliotheekmedewerker Informatieverzorger
Assistent vrede en veiligheid (=kern) Medewerker vrede en veiligheid Beveiliger (=kern) Evenementenbeveiliger Mobiel surveillant Persoonsbeveiliger Winkelsurveillant Coördinator beveiliging
ICT-medewerker ICT-medewerker Medewerker telecom ICT-beheerder Applicatiebeheerder Telecom/ICT engineer Embedded systems engineer Applicatieontwikkelaar Media-IT’er Netwerkbeheerder Telecom/ICT engineer Digitaal rechercheur Intercedent Sociaal juridisch medewerker personeelswerk Administratief juridisch medewerker openbaar bestuur Juridisch medewerker sociale zekerheid Administratief juridisch medewerker zakelijke dienstverlening Archiefmedewerker historisch documentatiecentrum Bibliotheekmedewerker Informatieverzorger Assistent toezichthouder Assistent vrede en veiligheid Medewerker vrede en veiligheid Beveiliger Evenementenbeveiliger Mobiel beveiliger Persoonsbeveiliger Winkelsurveillant Coördinator beveiliging Medewerker stadstoezicht Doorstroom politie
77
Kunst 4
Artiest
Kwalificatiedossier Beveiliger
Drama Musical Muziek Sounddesign Dans
Acteur Musicalartiest Muzikant/Sounddesigner Danser
78
Bijlage 2
Samenstelling expertmeetings
Bedrijfsleven De personen die namens De VPB (Vereniging particuliere beveiligingsorganisaties) en SOBB (Stichting opleidingsfonds beveiligingsbranche) zitting hebben in het sectiebestuur, hebben personen voorgedragen/geaccordeerd die namens het bedrijfsleven deel zouden moeten nemen aan de expertmeetings. Het betreft de volgende bedrijven: Falck Interseco Securicor Securitas SOBB VBE. De VBN (Vereniging beveiligingsmanagers Nederland) heeft ook een persoon afgevaardigd. Bekostigd onderwijs Vertegenwoordigers namens het bekostigd onderwijs hebben zich aangemeld als deelnemer aan de expertmeetings, naar aanleiding van een oproep van ECABO tijdens een vergadering van de Werkgroep beveiliging van de BTG-ESB. Sommigen na een brief van de BTG-ESB die naar alle onderwijsinstellingen is verstuurd. De lijst van mogelijke deelnemers is voorgelegd aan de leden van het sectiebestuur die het bekostigd onderwijs vertegenwoordigen (mevr. B. Heimans en dhr. A. Reméeus. Zij accordeerden de lijst. Betrokken scholen: Alfa College, aangemeld n.a.v. brief BTG Mondriaan Onderwijsgroep Rijn IJssel College ROC Amsterdam ROC Friese Poort ROC Gildevaart ROC Midden Brabant, aangemeld n.a.v. brief BTG. Niet bekostigd onderwijs De vertegenwoordiger namens het niet bekostigd onderwijs is voorgedragen door dhr. M. Veldhuisen. die namens Paepon in het sectiebestuur zit. Toetsbaarbeid De vertegenwoordigers die de toetsbaarheid van de kwalificatieprofielen monitoren, zijn afgevaardigd door de SVPB, de Stichting Vakexamens Particuliere beveiligingsbranche. Dit is de instelling die de examinering verzorgt van o.a. de mbo-opleidingen in de beveiligingsbranche.
Kwalificatiedossier Beveiliger
79
Bijlage 3
Landelijke set van beroepscompetenties
Van brondocument L&B naar kwalificatieprofiel Beveiliger Geïntegreerd in competentie
Leren Competentie Succescriteria Proces
Resultaat
Niet inpasbaar
De leerling is in staat om op adequate wijze leeractiviteiten uit te voeren. -
is gemotiveerd heeft vertrouwen in eigen kunnen creëert mogelijkheden tot leren kiest leeractiviteiten weet wanneer externe sturing/zelfsturing noodzakelijk/mogelijk is hanteert cognitieve leeractiviteiten hanteert affectieve leeractiviteiten hanteert regulatieve leeractiviteiten combineert cognitieve leeractiviteiten met affectieve en regulatieve leeractiviteiten doorloopt de volledige leercyclus stuurt in toenemende mate het leerproces zelf beschikt over een repertoire aan leeractiviteiten zet leeractiviteiten in passend bij de situatie in de leeromgeving en bij zichzelf
Kwalificatiedossier Beveiliger
18 x x x x x x x x x x
80
Economische burgerschapscompetentie Competentie
Succescriteria Proces
Geïntegreerd in competentie
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze: - zijn/haar employability te ontwikkelen, - als burger te participeren in beroeps- en bedrijfscontexten, - te handelen als kritisch consument. Employability: - zelfreflectie (beschouwing van capaciteiten en motivaties die van belang zijn voor de loopbaan) - werkexploratie (onderzoek van werk en mobiliteit in de loopbaan; inschatting eigen mogelijkheden in relatie tot eisen en mogelijkheden van bepaald werk); raadpleegt bronnen en gebruikt hulpmiddelen om zelfinzicht te vergroten - loopbaansturing: loopbaangerichte planning en beïnvloeding van leer- en werkproces. Gebruikt zoekstrategieën om werk te vinden. Zoekt ondersteuning indien nodig - zelfprofilering (presentatie op de interne en externe arbeidsmarkt gericht op loopbaanontwikkeling) - solliciteren - netwerken en mobiliseren hulp Werknemersrechten: - arbeidscontract afsluiten en beëindigen - verwoordt de eigen situatie; kent rechten en plichten - respecteert regels en uitvoerders - behartigt eigen belangen - zoekt ondersteuning indien nodig Participatie: - respecteert meningen van anderen - handelt integer Beroepsethische keuzen: - reflecteert op ethische aspecten van eigen (beroeps)handelen - respecteert meningen van anderen
Kwalificatiedossier Beveiliger
x x x x x x x x x x x x x x x
81
Resultaat
Kritisch consument: - formuleert en beargumenteert overwegingen en criteria - raadpleegt bronnen - zoekt ondersteuning indien nodig Employability: - heeft duidelijk zicht op eigen capaciteiten en mogelijkheden; kan loopbaankoers voor zichzelf uitzetten - heeft inzicht in de mogelijkheden en ontwikkelingen in de markt - bepaalt welke witte vlekken er zijn/welke competenties verder moeten worden ontwikkeld met het oog op de eigen loopbaan - onderneemt passende activiteiten om werk te vinden - hanteert wet- en regelgeving Werknemersrechten: - maakt gebruik van rechten - hanteert wet- en regelgeving Participatie: - onderbouwt keuzen - brengt eigen mening naar voren - hanteert wet- en regelgeving Beroepsethische keuzen: - onderbouwt keuzen - houdt zich aan bestaande regels - hanteert wet- en regelgeving Kritisch consument: - onderbouwt keuzen - onderneemt actie bij klachten
Kwalificatiedossier Beveiliger
x x x
82
Sociale burgerschapscompetentie Competentie
Succescriteria Proces
Geïntegreerd in competentie
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze te functioneren op het publiek/private raakvlak: - in de eigen woon- en leefomgeving om te gaan (samen te leven) met anderen (in buurt, verkeer, uitgaansleven, op school, werk) - bij de organisatie van zorg (publiek-private arrangementen, instellingen) Centraal staat het vermogen bij te dragen aan een gewenste ontwikkeling vanuit het perspectief van kwaliteit, persoonlijke ontwikkelingsmogelijkheden, en maatschappelijke waarden, normen en verantwoordelijkheden. Samenleven/omgaan: - neemt eigen verantwoordelijkheid - respecteert anderen - houdt zich aan regels Gebruik maken van voorzieningen en activiteiten: - houdt zich aan regels van voorzieningen en activiteiten - plant en regelt zelf activiteiten m.b.t. gebruik van de zorginstelling of schakelt hulp in om deze activiteiten te regelen (informatie inwinnen, afspraken maken, deskundige raadplegen e.d.) - neemt initiatieven om vereiste procedures te doorlopen; houdt eventuele termijnen in acht - coördineren, organiseren, overtuigen, besluiten, belangen afwegen, respectvol kritiek geven en ontvangen, plannen Levensterreinen afstemmen: - onderzoekt alternatieven - is in staat ethische vragen en dilemma’s te herkennen die zich kunnen voordoen bij de afstemming
Kwalificatiedossier Beveiliger
x 15 15 x x x x x x
83
Resultaat
Samenleven/omgaan: - levert een positieve bijdrage aan sociale klimaat in diverse levenssituaties - hanteert wet- en regelgeving Gebruik maken van voorzieningen en activiteiten: - maakt gebruik van voor eigen situatie passende voorzieningen en activiteiten - stelt de juiste vragen, vraagt door, luistert goed, vat gesprek samen en koppelt terug; evalueert achteraf hoe het ging en wat er van te leren valt - hanteert wet- en regelgeving Levensterreinen afstemmen: - geeft overwegingen voor keuzen - hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatiedossier Beveiliger
84
Culturele burgerschapscompetentie Competentie Succescriteria Proces
Resultaat
Geïntegreerd in competentie
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze te participeren in de pluriforme en multiculturele samenleving op nationaal en Europees niveau. -
reflecteert op eigen maatschappelijk-culturele identiteit (belangrijke kenmerken; overwegingen, normen, waarden) toont respect voor andere gewoonten reflecteert op interactieprocessen acceptatie van verschillen respect voor eigenheid van culturele verbanden normen en waarden delen of beheerst van mening verschillen over de normen en waarden, dan wel de juiste uitleg ervan dan wel de adequate toepassing in het werkelijke leven. receptief (lezen en luisteren) en productief (spreken en schrijven) gebruik van Nederlands op adequaat niveau voor de eigen situatie gebruikt twee vreemde talen in voorkomende situaties op adequate wijze kennis van belangrijke aspecten van de eigen en andere culturen kennis en inzicht in ontwikkelingen in de multiculturele samenleving (‘Nederland immigratieland’); mening geven over multiculturele vraagstukken succesvolle interactie tussen burgers met andere culturele achtergrond succesvolle interactie met burgers van andere landen houdt zich aan algemeen aanvaarde normen en waarden m.b.t. vrijheid, gelijkwaardigheid en verantwoordelijkheid in de omgang met anderen hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatiedossier Beveiliger
14 14, 15 15
85
Politieke burgerschapscompetentie Competentie
Succescriteria Proces
Resultaat
Geïntegreerd in competentie
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze effectief om te gaan met de opgaven van het politieke domein: - zich een mening vormen over politiek relevante issues en daarmee actief of passief deel te nemen aan verkiezingen - te participeren op formele en informele wijze in politieke besluitvorming en beleidsbeïnvloeding om te gaan met instanties en regelingen en deze te benutten. Deelnemen aan verkiezingen: - raadpleegt uiteenlopende bronnen - verwoordt eigen standpunt Participeren in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding: - inventariseert en respecteert meningen - verwoordt eigen standpunt Omgaan met instanties en regelingen: - verwoordt de eigen situatie/vraag/behoefte - respecteert anderen - schakelt indien nodig derden in Deelnemen aan verkiezingen: - onderbouwt keuze - hanteert wet- en regelgeving Participeren in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding: - onderbouwt keuze tot participatie - brengt eigen mening in - hanteert wet- en regelgeving Omgaan met instanties en regelingen: - benut regels en instanties - verkrijgt gevraagde ondersteuning - hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatiedossier Beveiliger
x x x x x x x
86
Normatieve burgerschapscompetentie Competentie Succescriteria Proces
Resultaat
Geïntegreerd in competentie
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze zelfstandig, sociaal betrokken en verantwoordelijk te handelen op basis van maatschappelijk geaccepteerde basiswaarden. -
stemt eigen handelen af op handelen van anderen respecteert andere meningen (binnen basisnormen en -waarden) accepteert ander gedrag (binnen basisnormen en -waarden) hanteert breed geaccepteerde sociale omgangsvormen hanteert milieunormen gaat kritisch om met eigen normen (cultuur, subgroep) oriënteert zich op verschillende opvattingen en vormt zich daarover een mening wordt gerespecteerd voor zijn/haar mening en handelen in de samenleving handelt sociaal betrokken spreekt anderen aan op handelen ontwikkelt eigen normen met betrekking tot duurzaamheid, gelijkwaardigheid, rechtvaardigheid, geweld, solidariteit, tolerantie, veiligheid, verantwoordelijkheid, zorg. handelt van uit overwegingen rond normatieve aspecten van het beroep (ethiek, fraude, milieu) hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatiedossier Beveiliger
14, 15, 16 11, 15 11, 15 14 11, 12, 13, 14 x 11, 12, 15
87
Organisatorische burgerschapscompetentie Competentie Succescriteria Proces
Niet inpasbaar
De burger is in staat om op adequate wijze om te gaan met publieke organisatorische context(en) en daarbij behorende problemen binnen de relevante maatschappelijke domeinen en situaties. -
Resultaat
Geïntegreerd in competentie
-
plant en regelt de eigen activiteiten in de context van een maatschappelijk verband. Kan het eigen handelen situeren in het grotere geheel kan samenwerken, coördineren en organiseren toont overtuigingskracht, besluitvaardigheid, verantwoordelijkheidsgevoel, leidinggevend vermogen hanteert eigen gevoelens respecteert eigen grenzen en grenzen van anderen doorloopt keuzeprocessen brengt eigen inzichten overtuigend in komt afspraken na deelt kennis en ervaring levert een bijdrage aan relevante maatschappelijke verbanden lost problemen op plant en organiseert activiteiten past zich op een zakelijke manier aan veranderingen aan maakt keuzen hanteert wet- en regelgeving
Kwalificatiedossier Beveiliger
10, 11 x 12, 18 14 14, 15 x x x 18
88
Zoals vermeld in de procedure rondom de legitimering van het kwalificatieprofiel heeft ECABO de niet-vakmatige competenties van de kern (nr. 11 t/m 19) aangevuld met de set van algemene competenties en leer- en burgerschapscompetenties. Deze laatstgenoemde zijn landelijk vastgesteld en deels verplicht. In de onderstaande tabel kunt u lezen welke wijzigingen zijn doorgevoerd voor het kwalificatieprofiel Beveiliger.
Vervangingstabel voor het kwalificatieprofiel Beveiliger Set van beroepscompetenties Colo
Manier van verwerken in KP Beveiliging
Verwijderde/gewijzigde verplichte (delen uit) beheersingscriteria
1.1
Nr. 14 Communiceren
Gewijzigd: N - Formuleert eigen mening m.b.t. normatieve aspecten van het beroep is veranderd in: Formuleert mening over eigen beroep Gewijzigd: O - Plant en regelt binnen de gestelde kaders eigen activiteiten
Communiceren
1.2 Omgaan met problemen
1.3 Samenwerken
1.4 Veilig en milieubewust werken
Nr. 11 Met problemen omgaan
Nr. 15 Samenwerken
Nr. 13 Veilig en milieubewust werken
Verwijderd: O - Situeert het eigen handelen in het grotere geheel Verwijderd: O - Organiseert en coördineert activiteiten Verwijderd: N - Zorgt dat voorschriften op het gebied van veiligheid, milieu en arbeidsomstandigheden bekend zijn bij medewerkers N - Spreekt anderen aan op racistisch, seksistisch of tendentieus taalgebruik Gewijzigd: N - Ziet toe dat gewerkt wordt volgens voorschriften op het gebied van veiligheid, milieu en arbeidsomstandigheden veranderd in: werkt volgens etc.
1.5 Klantgericht werken
Kwalificatiedossier Beveiliger
De beheersingscriteria zijn niet letterlijk overgenomen
Reden
- oorspronkelijke omschrijving te ingewikkeld
- inperking t.b.v. het niveau
- past niet bij het niveau
- past niet bij het niveau Deze criteria zijn niet inpasbaar in de competenties
- aanpassing aan het niveau
Er is bij deze functie niet echt sprake van een klant. Je zou bezoekers/mensen op straat al klant kunnen zien en dan dekken de competenties 8 (informeren en verwijzen) en 9 (receptionele werkzaamheden) de lading wel.
89
1.6 Beroepscompetenties ontwikkelen
Nr. 18 Beroepscompetenties ontwikkelen
1.7 Voorbereiden eigen werkzaamheden
Nr. 12 Eigen werk voorbereiden
Verwijderd: E - Toont inzicht in eigen capaciteiten en mogelijkheden N/E - Verwoordt de eigen situatie en mening E - Behartigt eigen belangen P/E - Raadpleegt bronnen en gebruikt hulpmiddelen om zelfinzicht te vergroten E - Respecteert de mening van anderen E/L - Zoekt ondersteuning indien nodig L - Creëert mogelijkheden tot het uitvoeren van leeractiviteiten L - Stuurt eigen leerproces E - Sluit en beëindigt (desgewenst) arbeidscontract E - Gebruikt zoekstrategieën … E - Onderneemt passende activiteiten om werk te vinden E - Toont inzicht in ontwikkelingen… E - Is in staat om te solliciteren E - Maakt gebruik van rechten en plichten S - Maakt gebruik van personeelsvoorzieningen S - Neemt initiatieven m.b.t. personeelsvoorzieningen S - Onderzoekt alternatieven in de balans tussen werk en privé S - Geeft overwegingen voor keuzen m.b.t. balans werk en privé O - Respecteert eigen grenzen en grenzen van anderen N - Handelt uit normatieve aspecten van het beroep E/S - Houdt ontwikkelingen bij m.b.t. wet- en regelgeving en handelt binnen dit raamwerk P - Participeert in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding P - Onderbouwt keuze tot participatie P - Neemt deel aan de verkiezingen van de OR E - Zet een loopbaankoers uit L - Zet leeractiviteit in passend bij situatie en leeromgeving Verwijderd: N - Verdeelt zo nodig de werkzaamheden en let daarbij op de kwaliteiten van medewerker. Gewijzigd: N - Gaat zorgvuldig om met materialen, gereedschap/instrumenten: wordt: gaat zorgvuldig om met materialen
Kwalificatiedossier Beveiliger
Deze criteria zijn te moeilijk voor niveau 2 en/of niet inpasbaar in de competenties
- past niet bij het niveau
- gereedschappen zijn niet relevant voor het beroep
90
1.8 Zorgdragen voor kwaliteit
Nr. 10 Kwaliteit leveren
Verwijderd: N - Doet voorstellen voor verbetering van de kwaliteit van het werk. N - Stelt richtlijnen op voor verbetering van de kwaliteit van het werk. O - Situeert het eigen handelen in het grotere geheel Gewijzigd: N - Gaat efficiënt en kostenbewust om met materialen, gereedschappen, materieel, tijd en energie. Gereedschappen en energie zijn verwijderd. N - Signaleert fouten in eigen werk- of productieproces etc..: productieproces verwijderd en ‘ondernemen van actie’ verwijderd en gecombineerd met: N - Rapporteert fouten etc. aan leidinggevende O - Plant en regelt eigen activiteiten binnen de gestelde kaders
1.9 Rapporteren over werkzaamheden
Nr. 17 Rapporteren
- te moeilijk
- niet inpasbaar in de competenties
- niet inpasbaar in de competenties, daarom aangepast aan het niveau en de bevoegdheden
- aangepast aan het niveau en de bevoegdheden
De verplichte criteria zijn overgenomen
Niet opgenomen competenties uit de set van Colo Weggelaten Colocompetenties 1.10 Voorlichting geven 1.11 Adviseren 1.12 Nieuwe medewerkers en/of lerenden begeleiden 1.13 Relaties beheren 2.1 Aansturen van het werkproces 2.2 Presenteren van informatie 2.3 Organiseren en uitvoeren van overleg
Kwalificatiedossier Beveiliger
N.v.t. N.v.t. N.v.t.
N.v.t. N.v.t. N.v.t. N.v.t.
91
DEEL 3 BRONDOCUMENTEN De op pagina 1 genoemde bron- en referentiedocumenten zijn te downloaden van de website www.ecabo.nl.
Kwalificatiedossier Beveiliger
92