Stageschool SG Groenewald te Stein Studentnummer: Praktijkopdracht 77: Computergebruik Inleiding: De ICT-les

Verslag Afstudeerstage Stageschool SG Groenewald te Stein

Peter Leenhouts Studentnummer: 211506

Inhoudsopgave 1

Praktijkopdracht 77: Computergebruik. ............................................................ 2 1.1

Inleiding:............................................................................................ 2

1.2

De ICT-les. ........................................................................................ 3

1.3

Conclusie ........................................................................................... 5

i

Verslag ICT tijdens afstudeerstage Stageschool SG Groenewald te Stein


1 Praktijkopdracht 77: Computergebruik. 1.1 Inleiding: ICT staat voor Informatie en Communicatie Technologie en wordt over het algemeen gezien als werkzaamheden met computers. Als ik naar mezelf kijk, dan ben ik opgegroeid in de periode waarin computers hun intrede begonnen te maken in de huiskamers. Ik kan me nog herinneren dat ik achter een Atari 800 XL zat te programmeren, welke snel door de bekendere Commodore C64 werd vervangen. Tijdens mijn MTS-opleiding kwam ik ook in aanraking met de moderne pc’s. Ik leerde hoe ik ze moest opbouwen en kon repareren. Tijdens deze periode maakte ook kennis met het Internet. Tegenwoordig hebben we mobiele telefoons, die qua rekenkracht 10 keer sneller zijn dan de computers uit die periode. Ook het Internet is een onmisbaar onderdeel in ons dagelijkse leven geworden. Kortom, zonder ICT zijn we tegenwoordig nergens. Het is dan ook niet vreemd, dat je als leraar tijdens het lesgeven in aanraking komt met ICT. Dit kan in de vorm van een smartboard tot aan leerlingen een opdracht laten uitvoeren achter een pc. Een van de opdrachten die tijdens de stage moest worden uitgevoerd, was het geven van een zogenaamde ICT-les. Er moest aan een klas een les of onderwijsactiviteit worden gegeven worden, waarbij er gebruik moest worden gemaakt van ICT. Van deze les moest een verslag worden gemaakt. Als ik naar de omschrijving van deze opdracht keek, dan vond ik hem nogal globaal. Zoals ik al eerder heb aangehaald, ICT is een zeer omvangrijk gebied. Ik ben hierom met Mevr. Loontjens in overleg gegaan om te kijken welke mogelijkheden er waren om een dergelijke opdracht uit te voeren. Tijdens dit overleg was al snel duidelijk op welke wijze ik deze opdracht kon uitvoeren. Mevr. Loontjens was de mentor van de A3B-klas. Naast de natuurkundelessen, gaf zij ook begeleidingslessen. Tijdens deze lessen worden de leerlingen voorbereid op de keuze van hun toekomstige studierichting. Zo heb ik een les bijgewoond, waar de leerlingen een presentatie kregen van iemand van Sabic over zijn werkzaamheden en ervaringen. Voor deze studielessen was het ook de bedoeling dat de leerlingen zelf onderzoek doen naar beroepen en de bijbehorende studierichtingen. Er is toen samen besloten dat dit een goede les voor de ICT-opdracht zou zijn. Tevens heb ik besloten om deze opdracht te combineren met een van de uit te voeren praktijkopdrachten. Bij praktijkopdracht 77 is het namelijk de bedoeling om onderzoek te doen naar het computergebruik op de stageschool. Deze twee opdrachten konden mooi samen worden uitgevoerd.

2



1.2 De ICT-les. Deze opdracht begon met het voorbereiden van de les. Dit begon met het doel van de les. De leerlingen moesten leren welk vakkenpakket en studierichting nodig waren voor bepaalde beroepen. Hiermee werden ze voorbereid op hun keuze voor de studierichting, die aan het einde van het schooljaar moest worden gemaakt. Met dit doel voor ogen, heb ik de les voorbereid in een lesvoorbereidingsdocument. Dit document kan in bijlagen worden teruggevonden in de volgende map: Lesopbouw 7de uur 02-04-2010 - A3B - ICT-Studieles.doc De les zag in het kort als volgt uit. De leerlingen gingen individueel achter een computer werken. Ze moesten op papier 2 beroepen noteren. Van deze twee beroepen moesten ze op Internet onderzoeken welk vakkenpakket en (vervolg)studierichting nodig waren. De gevonden informatie moest in een kort verslag op papier worden genoteerd. Deze verslagen moesten aan het einde van de les worden ingeleverd. Echter waren met het maken van een lesvoorbereidingsdocument de voorbereidingen nog niet klaar. Ik moest ook nog computers regelen. En dit was lastiger dan het klinkt. Dit heeft de volgende reden. Groenewald heeft 1 schoollokaal dat is ingericht als computerlokaal. Naast dit computerlokaal is er ook een openbare mediatheek, waar een aantal computers staan. Nu deden er zich twee problemen voor bij deze voorbereiding. Het eerste was het reserveren van het computerlokaal. Dit gebeurde via een klapper, waarin leraren zich konden inschrijven. Bij het openmaken van de klapper zag ik al dat deze aardig vol was geschreven. Gelukkig was de studieles op vrijdag het 7de uur, waar niet heel veel reserveringen waren. Ik realiseerde me wel dat het inplannen en gebruiken van computers snel problematisch kon worden, zeker op korte termijn. Het tweede probleem dat zich aandiende, was het aantal computers in het computerlokaal. Er waren te weinig computers in het lokaal aanwezig om alle leerlingen individueel te laten werken. Dit probleem heb ik getackeld door gebruik te maken van de computers die in de aanliggende mediatheek stonden. Hiervoor heb ik gesproken met de toezichthoudster van de mediatheek en een afspraak gemaakt dat ik een aantal computers mocht gebruiken. Met de voorbereidingen afgerond, kon de ICT-les worden gegeven. Tijdens het geven van de les merkte ik al snel één ding. Het in de gaten houden van de bezigheden van de leerlingen zou een uitdaging worden. Je staat tegenover een klas met 29 leerlingen, die allemaal met een computer bezig zijn. En, noem het een vooroordeel, ik verwachtte dat er leerlingen zouden zijn, die deze gelegenheid zouden gebruiken om andere dingen te doen. Ik zeg dit omdat ik ook uit ervaring spreek. Het is namelijk snel en eenvoudig mogelijk om je mail te checken, het laatste nieuws te lezen, een spelletje te doen. Simpel gezegd: de kat op het spek binden.

3



Ik had dit bij de voorbereiding van de les al bedacht en hier al rekening meegehouden. Door het invoeren van geschreven eindopdracht, die moest worden ingeleverd, heb ik ervoor gezorgd dat de leerlingen ook echt met hun opdracht aan het werk moesten gaan. Deden ze dit niet, konden ze hun product niet afmaken. Deze werkvorm gaf mij ook een tweede voordeel. Door de aantekeningen en samenvatting die de leerlingen moesten maken, kon ik zien hoe ver ze met hun werkzaamheden waren. Ook kwam hier mijn grote kennis van computers van pas. Als ik van een leerling in de gaten had, dat deze niet goed doorwerkte, of met andere zaken bezig was, kon ik dit snel controleren. De ‘alt-tab-methode’ is een snelle manier om te zien welke programma’s en vensters openstaan. Dit werkt goed bij leerlingen die een venster snel wegklikken als je komt aanlopen. Ook de geschiedenis van Internet Explorer kan een handige tool zijn om te controleren wat een leerling heeft gedaan. Deze heb ik bij twee leerlingen gecontroleerd, waarbij de rest van de klas snel in de gaten had dat ik best handig ben met computers en zich gewaarschuwd voelden. Tijdens de les heb ik niemand betrapt op ongeoorloofde handelingen. Tijdens de les zelf heb ik rondgelopen en geobserveerd. Hier en daar heb ik leerlingen geholpen die een beetje vastzaten, door ze een hint te geven om op een bepaalde plaats te zoeken. Er was echter wel één ding dat beter had gekund. Ik had namelijk geen rekening gehouden met leerlingen die sneller klaar zouden zijn. Er waren een paar leerlingen die zeer serieus en hard aan het werk gingen. Zij waren hierdoor sneller klaar dan de anderen. Dit heb ik ondervangen door ze een opdracht te geven om hun onderzoek met een derde beroep uit te breiden. Dit heeft goed gewerkt, maar ik realiseer me achteraf dat ik hier toch beter rekening mee had moeten houden. Wat had ik immers gedaan als ze ook snel met de uitbreiding klaar waren geweest? Het achter de hand hebben van extra (oefen)opdrachten is hierbij handig en is dus ook iets waar ik in de toekomst rekening mee moet houden en aan wil werken. Op het einde van de les heb ik een onderwijsleergesprek met de leerlingen gehouden. Ik heb een aantal leerlingen gevraagd om hun bevindingen met de klas te delen. Daarna heb ik afgesloten met een vraag wat het doel van deze opdracht nu precies was. Ik wilde namelijk dat de leerlingen ook allemaal zouden inzien dat het belangrijk is om goed na te denken over hun keuze van studierichting. Het maken van deze keuze heeft namelijk veel effect op het kunnen uitvoeren van een gewenst beroep.

4



1.3 Conclusie Als ik terugblik op deze opdacht, dan vallen mij een aantal zaken op. In het begin heb ik aangegeven hoe snel ICT een onmisbaar onderdeel van onze samenleving is geworden. En hierbij valt mij op hoe ver het onderwijs hier toch nog bij achterloopt. Een voorbeeld hiervan is de aanwezigheid van één computerlokaal voor een hele school. Ook de leeftijd en prestaties van deze computers waren niet indrukwekkend. Hier ligt meteen ook het probleem. Computers en ICT kosten veel geld en vereisen veel toezicht om deze werkend te houden. Een school moet dus veel investeren, niet alleen in apparatuur, maar ook in ICT-beheer. Ook zullen leraren moeten worden bijgeschoold als er met nieuwe apparatuur en/of software moet worden gewerkt. Leraren en schoolleiding zijn zich bewust van het feit dat er meer moet worden geïnvesteerd in ICT. Echter is dit niet altijd mogelijk. Het is per school afhankelijk welke infrastructuur er aanwezig is. Er zijn scholen waar leerlingen met laptop werken. Andere scholen hebben enkel een paar lokalen met een beamer. Je zult hier dus rekening mee moeten houden en aanpassen op de situatie. Tevens kan ICT breed worden gezien. Als leraar ontkom je niet aan het gebruik van ICT. Al is het voor het invoeren van punten, het laten zien van een filmpje op Internet, gebruik van smartboard tot het laten opzoeken van informatie door leerlingen. Ook hier ligt een drempel die moet worden overwonnen. Ik heb gemerkt dat veel leraren ‘bang’ zijn om ICT in hun klas toe te laten. En deze angst komt voornamelijk omdat men niet weet hoe men deze middelen moet bedienen. Ondanks mijn grote ervaring met computers en techniek heb ik ook al gemerkt dat ik achterloop op een aantal zaken. En hierbij heb ik geleerd om gebruik te maken van de kennis van leerlingen. Een voorbeeld hiervan is bij het gebruik van een smartboard. Hierbij wilde ik een ruitenverdeling laten zien, maar ik wist niet hoe dit moest. Een leerling wist dit echter wel en heeft mij dit laten zien. Je moet je dus blijven inlezen op de materie en applicaties. Zo heb ik laatst een bijeenkomst van LVO mogen bijwonen, waarbij het centrale onderwerp ICT binnen de klaslokalen was. Deze bijeenkomst was opgebouwd uit een aantal workshops. Ook hier heb ik een boel nieuwe dingen geleerd, zoals het gebruik van social media in het klaslokaal. Kortom: ICT is onmisbaar in ons leven en ook in het klaslokaal. Het onderwijs loopt weliswaar vaak achter de feiten aan, maar ik denk dat deze achterstand in aanzienlijke tijd zal worden bijgehaald. Je zult dan als leraar in staat moeten zijn om deze technologie in je klas en lessen toe te passen.

5

Stageschool SG Groenewald te Stein Studentnummer: Praktijkopdracht 77: Computergebruik Inleiding: De ICT-les

Recommend Documents