STADSKANTOOR DEVENTER
BASIS PROGRAMMA VAN EISEN, augustus 2010
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
INHOUD SAMENVATTING.................................................................................................................................................................... 2 INLEIDING ............................................................................................................................................................................. 4 HOOFDFUNCTIES .................................................................................................................................................................. 5 DEELPROJECTEN.................................................................................................................................................................... 6 STEDENBOUWKUNDIGE INPASSING ..................................................................................................................................... 7 ARCHITECTUUR ..................................................................................................................................................................... 9 DUURZAAMHEID ................................................................................................................................................................. 10 KANTOORCONCEPT............................................................................................................................................................. 12 BINNENKLIMAAT ................................................................................................................................................................. 15 TOEGANKELIJKHEID ............................................................................................................................................................ 17 VEILIGHEID .......................................................................................................................................................................... 18 BEHEER ............................................................................................................................................................................... 20 ICT ....................................................................................................................................................................................... 21 FLEXIBILITEIT ....................................................................................................................................................................... 22 BIJLAGE 1: RUIMT ESTAAT .................................................................................................................................................. 23
1
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
SAMENVATTING Aanleiding In mei 2004 heeft de gemeenteraad van Deventer het besluit genomen ten aanzien van de Binnenstad Visie Zuid. Binnen deze visie is de nieuwbouw van de bibliotheek en stadskantoor aan het Grote Kerkhof een belangrijk element dat dient als kwaliteitsimpuls voor dit deel van de binnenstad. De praktische aanleiding voor het project lag in het feit dat de huidige huisvesting van zowel de gemeente als de bibliotheek functioneel en technisch verouderd is. In juni 2009 heeft de Raad besloten om de nieuwbouw “in de wacht te zetten.” In het najaar van 2009 is opnieuw begonnen met de voorbereidingen van een mogelijke nieuwbouw voor de huisvesting van de gemeentelijke organisatie echter zonder bibliotheek. Dit globale PvE is een update van het PvE van 2009, exclusief de bibliotheek, herijkt naar de huidige situatie, inzichten en kennis. Doelstellingen Aan de nieuwbouw liggen de volgende doelstellingen ten grondslag: -
creëren van een trefpunt voor burgers, bestuur, politiek en ambtenaren in het hart van de stad; (mogelijk) bijeenbrengen van alle publieksfuncties van de gemeente op één centrale plek; creëren van een centrale plek voor informatieoverdracht en voorlichting voor burgers; behalen efficiencyvoordelen door gedeeld ruimtegebruik; leveren kwaliteitsimpuls aan het omliggende gebied.
Ruimtebehoefte De behoefte aan ruimte en de beschikbare hoeveelheid vierkante meters bedragen: -
totale ruimtebehoefte:
15.000 m2 BVO*
* excl. ondergronds parkeren en fietsenstallingen. Architectuur De architectuur van het gebouw moet de kracht van de stad uitstralen. Het moet robuust, markant en eigentijds zijn, maar ook respectvol richting de bestaande historische bebouwing. Kwaliteit is een belangrijk trefwoord, in aansluiting op de ambitie van de gemeente om een excellente dienstverlener en werkgever te zijn. Voor de volgende ruimtetypen gelden de volgend trefwoorden: -
publieksruimten: kantoorruimten: bestuursruimten:
uitnodigend, toegankelijk, overzichtelijk (‘publieksplein’); inspirerend, flexibel, gebruiksvriendelijk (‘excellente werkomgeving’); zichtbaar, democratisch, representatief (‘democratisch centrum’);
Bijzonder aandachtspunt is de relatie tussen de bestaande panden en de nieuwbouw. De nieuwbouw moet als één gebouw gaan functioneren met het Stadhuis, Landshuis en Polstraat 1 (voormalige school). Gebruikskwaliteit De gewenste ambitieuze architectuur mag niet ten koste gaan van de gebruiksvriendelijkheid of functionaliteit van de huisvesting. Ook moet de huisvesting eenvoudig te beheren en te onderhouden zijn. Deze wensen moeten vertaald worden in ondermeer: -
een comfortabel binnenklimaat (o.a. te openen ramen); veel aandacht voor akoestiek, met name op de kantoorverdiepingen en in de centrale hal; flexibel indeelbare verdiepingen (bouwkundig en installatietechnisch); toegankelijkheid voor mindervaliden (nieuwbouw voorzien van internationaal toegankelijkheidsymbool); een onderhoudsvriendelijk ontwerp (efficiënte gevelreiniging, degelijke afwerking, goede logistiek); een eigentijdse ICT-infrastructuur (vast + draadloos netwerk; beeld, geluid en data geïntegreerd); de toepassing van beproefde bouwkundige en installatietechnische oplossingen (‘proven technologies’)
2
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Duurzaamheid Conform haar eigen beleid wil de gemeente een voorbeeld zijn op het gebied van duurzaam bouwen. Duurzaamheid moet in alle facetten van het bouwproces, gebouw en de organisatie gestimuleerd worden. Deze ambitie is geoperationaliseerd in de volgende eisen: -
Klimaatneutraal gebouw (locaal energie opwekken met o.a. zonnecellen, in combinatie met groene stroom) 1 GPR-score voor energieverbruik: 9 (nieuwbouw); GPR-score voor materiaalgebruik: 8 (nieuwbouw); GPR-score voor waterverbruik: 8,5 (alle planonderdelen); GPR-score voor afval: 7,5 (alle planonderdelen); GPR-score voor gezondheid: 8,5 (alle planonderdelen).
Kantoorconcept Een nieuw kantoorconcept moet bijdragen aan efficiënt ruimtegebruik en een nieuwe manier van werken bij de gemeente. Belangrijke kenmerken zijn: -
een ‘flexfactor’ van 0,7 werkplek per medewerker; binnen het flexibele concept krijgen eenheden/teams vaste en herkenbare ‘domeinen’ of ‘huiskamers’; veel keuzevrijheid in typen werkplekken (o.a. stilteplekken, aanlandplekken, projectruimten); een transparante en open indeling, maar met een menselijke schaal (geen grote kantoortuinen); zodanige flexibiliteit dat de kantoorindeling per eenheid/team kan worden afgestemd op het werkproces; ondersteunende voorzieningen op zowel verdiepingsniveau (printen, pantry, overleg) als op gebouwniveau (bijvoorbeeld het vergadercentrum en het restaurant);
1
GPR is een methode voor het kwantificeren van duurzaamheidambities voor gebouwen. Een GPR-score van 10 is maximaal; een score van 5 is conform bouwbesluit.
3
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
INLEIDING Dit basis Programma van Eisen (PvE) is een bewerking van het PvE dat in 2009 is gemaakt voor het Huis van Deventer inclusief de Bibliotheek. In dit PvE is iedere verwijzing naar de bibliotheek geschrapt. In het vorige ontwerp van het Huis van Deventer is uitgegaan dat de publieke functies gehuisvest zouden worden op/aan het Grote Kerkhof. Dit uitgangspunt is ook opgenomen in dit basis PvE. Dit basis PvE is vooral bedoeld voor de beeldvorming met betrekking tot de functionaliteiten van de publieksfuncties en kantooromgeving en is richtinggevend voor de overige aspecten als technische eisen,veiligheid en duurzaamheid. Dit document biedt een overzicht van de belangrijkste uitgangspunten uit het programma van eisen (PvE) voor de huisvesting van de gemeentelijke organisatie van de gemeente Deventer. Het zijn algemene uitgangspunten die een globale indruk geven van de eisen en ambities van de gemeente.
4
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
HOOFDFUNCTIES De nieuwbouw van de gemeente Deventer heeft als hoofdfunctie het huisvesten van het gemeentelijk apparaat, bestuur en de publieke dienstverlening. Nieuwbouw is noodzakelijk omdat de huidige huisvesting functioneel en technisch verouderd is, en niet meer aansluit op de ambities en gewenste manier van werken. Daarnaast is de huisvesting van de gemeente versnipperd over meerdere locaties. Door de huisvesting te centraliseren in één gebouw ontstaat er één centrale plek in de stad waar burgers terecht kunnen voor overheidsinformatie en publieksdiensten. Een praktisch voordeel is het gedeeld gebruik van ondersteunende ruimten (opslag, schoonmaak, restaurant) waardoor ruimte bespaard wordt. De totale ruimtebehoefte bestaat uit ca. 15.000 m2 BVO Hieronder staat een korte beschrijving van de belangrijkste functies. Stadskantoor
Voor de gemeentelijke organisatie moeten werkplekken en ruimten voor publieksdienstverlening gecreëerd worden. Uitgaande van een flexibel kantoorconcept (zie p. 14) moet het gebouw ca. 554 werkplekken huisvesten voor 791 ambtenaren. Voor de publieksdienstverlening moet voorzien worden in 18 balies en 15 spreekkamers.
Bestuurscentrum
Voor het gemeentebestuur moeten bijeenkomstruimten en werkruimten gecreëerd worden. Bijzondere aandachtspunten zijn de multifunctionele Raadzaal en grote vergader/bijeenkomstruimten waar politieke markten georganiseerd kunnen worden. Fractiekamers worden zo mogelijk in het vergadercentrum gecombineerd met vergaderkamers.
Culturele functie
In het landshuis en het stadhuis is ruimte beschikbaar voor bijvoorbeeld een culturele functie.
Ondersteunende functies
Naast de bovengenoemde functies moeten er diverse ondersteunende faciliteiten gerealiseerd worden die gebruikt kunnen worden door de gemeente. Het gaat grofweg om de volgende ruimten: (1) Facilitaire ruimten Ruimten gericht op het beheer van het gebouw, zoals magazijnen, werkkasten en computerruimten. (2) Vergadercentrum Geclusterde vergaderruimten die via een centraal punt zijn te boeken voor seminars, cursussen of vergaderingen. (3) Publieksplein Een gedeelde centrale hal/entree die een receptiefunctie heeft en ook bruikbaar is voor tentoonstellingen en voorlichting. (4) Restauratieve voorziening Een leescafé/restaurant/lounge waar bezoekers, medewerkers en politici terecht kunnen voor lunch en koffie.
5
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
DEELPROJECTEN De hiervoor beschreven functies moeten een plek krijgen in het gebied tussen Polstraat, Assenstraat, Bursestraat en Grote Kerkhof. Het zal deels gaan om nieuwbouw en deels om het renoveren en restaureren van bestaande gebouwen. Indien het beschikbare aantal vierkante meters op de locatie te beperkt is voor de totale ruimtevraag zal er ook aanvullende ruimte op een andere locatie (‘dislocatie’) gezocht moeten worden. Daarmee is grofweg onderscheid te maken in vijf planonderdelen. Deze worden hieronder kort besproken. Nieuwbouw
De nieuwbouw betreft het nieuw te realiseren volume op het binnenterrein van het bouwblok, inclusief de verbinding met het Grote Kerkhof (waar nu nog de schouwburg staat). Ook het bestaande Stadskantoor wordt tot de nieuwbouw gerekend omdat dit gebouw deels gesloopt of gestript’ kan worden. In dit deel van het plan zijn vooralsnog de volgende hoofdfuncties geprojecteerd: -
Restauratie 2 (ca. 2700 m BVO)
werkplekken ambtelijke organisatie; vergaderfaciliteiten; publieke dienstverlening (‘publieksplein’); centrale entree; bedrijfsrestaurant;
Het restauratiedeel van het project heeft betrekking op het Landshuis, het Stadhuis, het Wanthuis en de oude burgemeesterswoning. Belangrijk aandachtspunt is dat het Landshuis en het stadhuis rijksmonumenten zijn. Dit beperkt de mogelijkheid om wijzigingen aan te brengen in deze panden. In dit deel van het plan zijn vooralsnog de volgende hoofdfuncties geprojecteerd: -
Renovatie P 3-11 2 2 (ca. 1200 m BVO)
bestuurscentrum (werkplekken + vergaderruimten); culturele functie; trouwzaal; werkplekken ambtelijke organisatie.
Het renovatiedeel van het project heeft betrekking op panden aan de Polstraat 3-11 die in eigendom zijn van de gemeente. Het zijn historische woonhuizen die momenteel als kantoor worden gebruikt. In dit deel van het plan zijn vooralsnog de volgende hoofdfuncties geprojecteerd:
Renovatie P12-14 (ca. 1500m2 BVO)
werkplekken ambtelijke organisatie en facilitaire ruimten Het renovatiedeel van het project heeft betrekking op de panden aan de Polstraat 12-14 die in eigendom zijn van de gemeente. Het zijn historische woonhuizen die momenteel als kantoor worden gebruikt. In dit deel van het plan zijn vooralsnog de volgende hoofdfuncties geprojecteerd: -
Dislocatie 2 (ca. 3.000 m BVO)
2
ICT- ruimten en werkplekken
Voor zover de bovengenoemde planonderdelen niet voldoende ruimte bieden om alle functies te kunnen huisvesten, moet aanvullende ruimte op een andere locatie (‘dislocatie’) worden gezocht.
Exclusief de kelders onder de panden in de Polstraat. Deze zijn niet meegerekend vanwege hun beperkte bruikbaarheid. 6
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
STEDENBOUWKUNDIGE INPASSING Zoals duidelijk is, moet het nieuwbouwdeel van het project ingepast worden tussen bestaande, historische bebouwing, met nauwe straten, monumenten en bestaande looproutes. Hieronder worden de belangrijkste stedenbouwkundige randvoorwaarden beschreven. Bouwhoogte
De hoogte van de nieuwbouw moet aan zijde van het Grote Kerkhof afgestemd zijn op de (goot)hoogte van het stadhuis en bestaan uit maximaal 4 bouwlagen, oplopend tot 5 of 6 bouwlagen aan het Burseplein.
Inpassing
De maat en de schaal van de bebouwing dient te passen in het beeld van de omliggende historische bebouwing.
Bebouwingspercentage
Het bouwblok (begrensd door Polstraat, Assenstraat, Burseplein en Grote Kerkhof, roze gemarkeerd in de onderstaande kaart) mag niet volgebouwd worden. De nieuwbouw moet ‘vrij’ staan op het binnenterrein. Het bebouwd oppervlak mag maximaal 55% van het perceel bedragen.
Figuur 1 Kavel nieuwbouw (bestemmingsplan)
Routing publiek
De centrale entree voor de bezoekers van het stadskantoor moet aan het Grote Kerkhof gesitueerd worden. Die entree moet zodanig zijn dat de publieke functies van het gebouw direct zichtbaar zijn vanaf het Grote Kerkhof.
Ook dient aan deze kant een voorrijdmogelijkheid voor trouwpartijen te zijn. Voor het doorgaande wandelverkeer geldt dat de bestaande openbare looproute tussen de Bursestraat en de Polstraat gehandhaafd moet blijven. Ook de onderdoorgang tussen het Grote Kerkhof en het Burseplein dient te worden gehandhaafd. Routing medewerkers
Medewerkers maken in principe net als bezoekers gebruik van de hoofdentree aan het Grote Kerkhof.
Routing bestuur
Ook het bestuur maakt gebruik van de hoofdentree. Belangrijk aandachtspunt is dat de fractiekamers (onderdeel vergadercentrum) ook buiten de formele openingstijden van het gebouw bereikbaar moeten zijn.
Routing expeditie
Voor leveranciers en het ophalen van afval moet er een goed bereikbare expeditiezone en goedereningang zijn, uit het zicht van de hoofdentree. Een belangrijk aandachtspunt is de ruimte die vrachtwagens nodig hebben om de expeditiezone in te kunnen draaien.
7
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Natuurtuin
In het binnengebied, tussen de nieuwbouw en de bestaande gebouwen, moet een tuin gerealiseerd worden. Vanuit het oogpunt van duurzaamheid wordt dit bij voorkeur een natuurtuin met zo min mogelijk bestrating.
Sociale veiligheid
Het gebouw zal ook ’s avonds intensief gebruikt worden. De sociale veiligheid rondom het gebouw is dan ook van groot belang. Het terrein, de routing en de entrees moeten dan ook veilig zijn: open zichtlijnen, goede (nacht)verlichting, geen donkere hoeken.
8
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
ARCHITECTUUR De gemeente streeft naar een gebouw met een markante en eigentijdse architectuur die het omliggende gebied een impuls kan geven. Hieronder wordt dieper ingegaan op de gewenste uitstraling van het pand. Uitstraling gebouw
Het gebouw moet robuust, markant en eigentijds zijn, maar ook respectvol richting de bestaande historische bebouwing. Dus niet overdreven of storend, wel gedurfd en ambitieus. Populair gezegd: het moet een gebouw worden met ‘smoel’ en kwaliteit. Een gebouw dat de kracht van de stad uitstraalt.
Uitstraling publieksruimte n
Het moet een gebruiksvriendelijk en gastvrij gebouw worden in aansluiting op de wens om de klant centraal te stellen in de dienstverlening. Het gebouw moet mensen uitnodigen om even naar binnen te wandelen. Bezoekers moeten zich goed kunnen oriënteren en een directe loop- en zichtlijn hebben naar de balies in het publieksplein. Trefwoorden zijn (dag)licht, overzicht en toegankelijkheid.
Figuur 2 Licht, overzichtelijk, levendig
Uitstraling kantoren
Het interieur van de kantoren moet uitstralen dat de gemeente Deventer een excellente werkgever is. De werkomgeving moet inspirerend, eigentijds en gezond zijn, en nadrukkelijk niet middelmatig, steriel of monotoon. Trefwoorden zijn gebruikscomfort, aantrekkelijkheid en afwisseling.
Figuur 3 Aantrekkelijke en communicatieve werkomgeving
Uitstraling bestuurcentru m
Het interieur van het bestuurcentrum moet aansluiten op het feit dat de gemeenteraad een open en democratisch bestuursorgaan is. Het bestuurscentrum is geen statisch of gesloten bastion, maar een ontmoetingsplek voor bestuur, politiek en burgers. Trefwoorden zijn representativiteit, transparantie en zichtbaarheid.
Figuur 4 Transparantie en zichtbaarheid
9
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
DUURZAAMHEID Conform haar eigen beleid wil de gemeente een voorbeeld zijn op het gebied van duurzaam bouwen. Uitgangspunt is een maximaal niveau van duurzaamheid, uitgaande van materialen, technieken en concepten die hun kwaliteiten in de praktijk hebben bewezen (‘proven technologies’). Om de duurzaamheidsambitie te concretiseren wordt gebruik gemaakt van de GPR-methode. Deze methode drukt de duurzaamheid van een project uit in rapportcijfers. Een score van 5 komt overeen met het Bouwbesluit; een score van 10 staat voor maximale duurzaamheid (zie www.gprgebouw.nl), kijkend naar energie, water, materialen, afval en gezondheid. Daarnaast zijn eisen geformuleerd in relatie tot mobiliteit, ecologie en toekomstwaarde. Energie
GPR-score: minimaal 9 (nieuwbouw), met als streven een klimaatneutraal gebouw. Dit betekend dat er geen fossiele brandstoffen worden gebruikt. Om deze ambitie te halen moet zoveel mogelijk van de benodigde energie ter plekke gerealiseerd worden door gebruik te maken van zonne-energie (PVcellen) en omgevingswarmte (warmte/koude-opslag, warmtepomp gebruikmakend van Ijsselwater). De overige benodigde energie kan ‘groen’ ingekocht worden. Om het energievebruik te reduceren, moet het (installatie)ontwerp uitgaan van, ondermeer: -
maximaal gebruik van daglicht; aanwezigheidsdetectie; veeg- daglichtschakeling; LED-verlichting.
Om mensen bewust te maken van hun gedrag en energiebehoefte moet op een centrale plek in het gebouw een energiespiegel worden geplaatst. Door deze maatregelen moet de nieuwbouw voorzien kunnen worden van energielabel A (cf. EPA-methodiek: A staat voor zeer energiezuinig, G voor energieonzuinig). Voor de bestaande panden gelden de volgende doelstellingen: -
Restauratie (landshuis, stadhuis, oude school): minimaal energielabel E, met de ambitie om energielabel D te behalen. Renovatie (panden Polstraat): minimaal energielabel B
Deze eisen zijn lager dan die voor de nieuwbouw omdat de aanpassingsmogelijkheden van deze panden beperkt zijn. Materialen
GPR-score: minimaal 8 (nieuwbouw) Om deze score te bereiken, zal het ontwerp zodanig in elkaar moeten zitten dat overbodig materiaalgebruik voorkomen wordt. Denk aan: -
slimme dimensionering; geprefabriceerde materialen; duurzame materialen met een lange levensduur; gerecycled materiaal; materialen die na sloop hergebruikt kunnen worden (‘cradle-to-cradle’).
Deze score gaat alleen op voor de nieuwbouwdelen van het project omdat ze vooral betrekking heeft op de ruwbouw. Voor de (interieur)aanpassing in de andere projectonderdelen gelden echter wel dezelfde principes.
10
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Water
GPR-score: minimaal 8 (alle planonderdelen) Om deze score te bereiken moet het waterverbruik beperkt worden. Denk aan -
Gezondheid
zuinige toiletspoelingen/kranen/douches; optimaal gebruik regenwater en grondwater; gescheiden afvoer hemelwater en vuilwater.
GPR-score: minimaal 8,5 (alle planonderdelen) Om deze score te bereiken moet het gebouw comfortabel en gezond zijn voor gebruikers. Dit betekent ondermeer (zie ook p. 20 binnenklimaat): -
Afval
te openen ramen; individuele klimaatregeling; materialen zonder schadelijke emissie (bijv. oplosmiddelarme/vrije lijmen en kitten, geen formaldehydehoudend spaanplaat).
GPR-score: minimaal: 7,5 (alle planonderdelen) Om deze score te behalen moet afval bij sloop, beheer en bouw voorkomen worden. Denk aan: -
scheiden van afvalstromen; toepassing van demontabele materialen; hergebruik van afval voor nieuwe doeleinden.
Mobiliteit
Het gebouw moet bezoekers en medewerkers uitnodigen om te voet, per fiets of met het openbaar vervoer te komen in plaats van met de auto. Denk aan goede voorzieningen voor fietsers (overdekte stalling, douche/kleedruimten), goede bewegwijzering en maatregelen die de sociale veiligheid bevorderen zoals goede verlichting.
Ecologie
Bij voorkeur wordt het gebouw ook gebruikt om stadsnatuur te stimuleren. Denk aan nestgelegenheden voor stadsvogels, geschikte muurdelen voor muurplanten, een winterverblijf van vleermuizen in de kelder en een natuurtuin met een zo beperkt mogelijke bestrating.
Toekomstwaarde
Een duurzaam gebouw vraagt niet alleen om slimme, milieuvriendelijke ontwerpoplossingen, maar ook om een aantrekkelijke, bijzondere architectuur die het gebouw geliefd zal maken bij de huidige en toekomstige generaties gebruikers en stadsbewoners. Alleen een dierbaar gebouw is echt duurzaam.
11
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
KANTOORCONCEPT De gemeente wil een kantooromgeving creëren die uitstraalt dat de gemeente een excellente werkgever is die voorziet in moderne arbeidsvoorzieningen. Het kantoorconcept moet aansluiten op de gewenste cultuur, nieuwe manier van werken en ook bijdragen aan efficiënt ruimtegebruik. Aantal werkplekken
Er moeten 791 medewerkers van de gemeente worden gehuisvest. Uitgaande van een flexfactor van 0,7 (werkplek/persoon) komt dit neer op 554 arboconforme werkplekken, verspreid over nieuwbouw, bestaande bouw en de dislocatie. Naast dit aanbod aan formele (Arbo-conforme) werkplekken moet er ook ‘informele werkplekken’ gecreëerd worden, zoals leestafels en overlegplekken met internetaansluiting, om piekbelastingen op te kunnen vangen. In het totaal gaat het om ca. 100 informele werkplekken. Verder geldt dat de diverse plekken in bijvoorbeeld het bedrijfsrestaurant of spreekkemaers als informele werkplek gebruikt kunnen worden.
Figuur 5 Informele 'uitwijkplekken' als aanvulling op de reguliere werkplekken
NB De exacte ‘flexfactor’ kan per eenheid/team verschillen, afhankelijk van het type werk. Medewerkers die veel op pad zijn, zullen bijvoorbeeld minder behoefte aan werkplekken hebben dan bureaugebonden functies zoals administratieve medewerkers. Thuiswerken
Een belangrijke achtergrond bij het flexibele werkplekconcept is de toepassing van thuiswerken. In de nieuwe situatie krijgen medewerkers de keuze om een deel van hun tijd thuis te werken (ca. 20% van hun werktijd). Dit geeft medewerkers meer keuzevrijheid om bijvoorbeeld thuis geconcentreerd aan een stuk te schrijven, terwijl het kantoorgebouw primair gebruikt wordt als ontmoetingsplek.
Kwaliteit/uitstraling
Voor de succesvolle toepassing van dit werkplekconcept is het van belang dat er sprake is van een zeer prettige en aantrekkelijke werkomgeving. Het ‘gemis’ van de eigen werkplek moet gecompenseerd worden door een kwalitatief hoogwaardige werkomgeving die afwijkt van de standaard. De keuze voor de juiste materialen, kleuren, verlichting e.d. is essentieel.
Vaste domeinen
Om het kantoor een menselijke schaal te geven, krijgt elke eenheid/team of groep medewerkers een eigen, herkenbaar ‘domein’ of ‘huiskamer’ waar hun flexibele werkplekken zijn te vinden. Hierdoor is toch sprake van een eigen plek in het gebouw en zijn medewerkers ook vindbaar.
Ruimtelijke indeling
De kantoorinrichting moeten een open en transparant karakter hebben om de interne samenwerking te bevorderen. Mensen van verschillende teams en eenheden moeten elkaar tegenkomen en elkaar kunnen vinden. Het is echter niet de bedoeling dat het één grote, open kantoortuin wordt waarbij eenheden en teams elkaar tot last zijn. Het idee is om kantoorvloeren op te delen in groepskantoren (‘huiskamers’) waarbij verschillende groepen worden gescheiden door wanden, scheidingselementen of ruimten.
12
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Typen werkplekken
Om efficiënt ruimtegebruik mogelijk te maken, krijgen medewerkers geen beschikking over een vaste werkplek, maar over een breed scala aan werkplektypen, die ze delen met hun collega’s. Voor verschillende typen activiteiten, zijn verschillende typen werkplekken beschikbaar. De belangrijkste typen werkplekken zijn: -
open werkplekken (blokken van max. 4 werkplekken); stiltewerkplekken (compacte 1-persoonskamers); projectkamers (werk/overlegruimte voor 4 tot 6 personen); aanlandplekken (leestafels of ‘ loungeplekken’ met data/stroom).
Ook hier geldt dat de exacte uitwerking per eenheid/team kan verschillen, afhankelijk van het werkpatroon.
Figuur 6 Open werkplekken
Typen faciliteiten
In de nabijheid van de bovengenoemde werkplekken (max. 50 m1) moet voorzien worden in de volgende ondersteunde voorzieningen: -
pantry + zitje (keukenblok, koelkast, vaatwasser, koffie/soepautomaat, statafels/zitje); printruimte (incl. papier- en kantoorvoorraad en gescheiden afvalinzameling); garderobe/lockers/postvakken (voor persoonlijke spullen); opslagruimte (voor de opslag van bijv. brochures).
Deze voorzieningen moeten zodanig gesitueerd worden dat het geluid van gesprekken en apparaten geen overlast veroorzaakt voor de mensen op nabijgelegen werkplekken.
Figuur 7 Voorzieningen voor ontspanning, koffie, overleg
Vergaderen/overleg
Voor overleg moet in de directe nabijheid van de werkplekken voorzien worden in overlegplekken (tot 4 personen) die op ad-hoc basis gebruikt kunnen worden. Voor formele vergaderingen kan gebruik gemaakt worden van centraal te reserveren vergaderkamers op de verdieping (tot 12 personen) en het vergadercentrum (diverse ruimten voor groepen van 10 tot 60 personen) dat ook buiten kantooruren gebruikt kan worden. Deze ruimten moet allemaal voorzien zijn van ‘state of the art’ audio-visuele middelen. De bouwkundige en installatietechnische voorzieningen hiervan zijn onderdeel van de vaste inrichting.
13
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Daarnaast kunnen overlegplekken in de publiekshal en het bedrijfsrestaurant gebruikt worden voor informeel overleg. In het bedrijfsrestaurant worden hier specifiek lounge-achtige plekken voor gecreëerd.
Figuur 8 Ad-hoc overlegplekken voor intern gebruik
Archiveren
Medewerkers krijgen geen persoonlijke kasten. De doelstelling is om elke medewerker te voorzien van maximaal 1 strekkende meter plankruimte per persoon in gedeelde, halfhoge kasten voor lopende zaken (ca. 0,5 m2 vloeroppervlak per persoon). Daarnaast krijgen ze een locker voor persoonlijke spullen. Verder geldt een 'clean desk' beleid voor alle werkplekken. Om dit mogelijk te maken, worden werkprocessen sterk gedigitaliseerd.
Figuur 9 Lockers voor persoonlijke spullen
Ruimtegebruik
Voor het bepalen van de totale hoeveelheid kantoorruimte wordt uitgegaan van min. 12 m2 FNO per werkplek. In deze norm zit zowel de ruimte voor werkplekken als ondersteunende voorzieningen (o.a. dynamisch archief, stilteplekken, overlegruimte, aanlandplekken, lockerruimte).
Techniek
Om flexibel te kunnen werken, is het waarschijnlijk dat medewerkers worden voorzien van mobiele techniek en moeten ze overal in het gebouw kunnen inloggen op het netwerk. Vanwege de betrouwbaarheid en performance wordt het gebouw voorzien van zowel een vast bekabelingsysteem als een draadloos netwerk (zie p. 26, ICT).
Toepassing
Het flexibele kantoorconcept is van toepassing op de gehele gemeente met uitzondering van het Stadhuis/bestuur. Hierbij gelden de volgende nuanceringen: -
secretariaten zitten op vaste plekken in het gebouw vanwege de vindbaarheid; leidinggevenden moeten snel kunnen beschikken over een ruimte waar privacy is gewaarborgd voor vertrouwelijke gesprekken; het bestuur wordt voorzien van vaste werkplekken (burgermeester, wethouders, gemeentesecretaris, adjunct secretaris, griffie); de bedrijfsarts en de bedrijfspsycholoog worden voorzien van vaste werkplekken.
14
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
BINNENKLIMAAT Het complex moet een prettige en gezonde verblijfsomgeving bieden aan alle medewerkers en bezoekers. Vooral het binnenklimaat speelt hierbij een belangrijke rol. Dit betreft ‘ onzichtbare’, maar zeer belangrijke factoren als licht, lucht, geluid en temperatuur. In principe wordt voor alle onderdelen van het complex, zowel de nieuwbouw als de bestaande gebouwen, gestreeft naar dezelfde kwaliteit voor het binnenklimaat. Hieronder worden de eisen op hoofdlijnen besproken. thermisch comfort
‘klimaatklasse B’ (gebaseerd op NPR-CR 1752) voor verblijfsruimten. Deze klimaatklasse komt overeen met een kwaliteitsniveau dat boven de minimale eisen van de Arbowetgeving en Bouwbesluit ligt. In de dagelijkse praktijk komt het neer op prettig en behaaglijk comfort met veel mogelijkheden voor individuele controle door de gebruikers. Het verwachte aantal mensen met klachten over warmte of koude beperkt is (< 10 %) en per ruimte is de temperatuur te regelen met plus of min 2 graden. Bijzonder aandachtspunt zijn de (balie)werkplekken op het publieksplein. Voorkomen moet worden dat mensen hinder ondervinden van tocht (van de entree) of koudeval.
luchtkwaliteit
‘klimaatklasse B’ (gebaseerd op NPR-CR 1752) voor verblijfsruimten. Dit betekent dat het complex voorziet in een ruime hoeveelheid ventilatielucht (50 m3/uur/persoon) en dat gebruikers geen last hebben van luchtverontreinigingen of stank. Recirculatie van binnenlucht is niet toegestaan. De ventilatie is beïnvloedbaar per ruimte en alle kantoor- en vergaderruimten worden voorzien van te openen ramen. Per stramien wordt voorzien in een te open raamoppervlak om contact met buiten te waarborgen en individuele klimaatbeïnvloeding mogelijk te maken.
akoestisch comfort
Kwaliteitsniveau ‘goed’ tot ‘zeer goed’ in verblijfsruimten (gebaseerd op SBR/ISSO 354) Dit kwaliteitsniveau betekent dat gebruikers niet onnodig worden afgeleid door lawaai van collega’s, installaties, verkeer van buiten of activiteiten in naastgelegen vertrekken. De nagalmtijd in ruimten wordt afgestemd op het gebruik: lager in ruimten waar rust en concentratie van belang zijn, hoger in bijeenkomstruimten zoals vergaderruimten waar presentaties en gesprekken goed verstaanbaar moeten zijn. Speciaal aandachtspunt is de akoestiek in de kantoorruimten die een grotendeels open indeling krijgen. Om toch een productieve werkomgeving te kunnen creëren, worden hoge eisen gesteld aan het maximale stoorgeluid (max. 35 dBA) en de nalgalmtijd (max. 0,6 sec). Ook bij het inrichten van de kantoorruimten zal veel aandacht geschonken worden aan de akoestiek, bijvoorbeeld door de aanschaf van geluidsabsorberende kasten.
Figuur 10 Geluidsabsorberende kasten (geperforeerd straal)
Ook de publiekshal is een aandachtspunt. De dienstverlening aan de balies mag geen hinder ondervinden van galm of achtergrondgeluid in de hal.
15
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
visueel comfort
Kwailiteitsniveau ‘goed’ tot ‘zeer goed’ in verblijfsruimten (gebaseerd op SBR/ISSO 354) Dit betekent dat gebruikers worden voorzien van voldoende licht, daglicht en uitzicht, zonder last te hebben van hinderlijke reflecties of tegenlicht. Denk aan maatregelen als voldoende raamoppervlak, beeldschermvriendelijke armaturen en zon/lichtwering. Gebruikers zijn zelf in staat om verlichtingsniveaus op de werkplek aan te passen en de zon/lichtwering aan te passen. In vergaderruimten zullen mogelijkheden tot verduistering zijn.
Figuur 11 Daglicht en uitzicht voor gebruikers
Binnen het stadskantoor zijn de balieplekken in de publiekshal een bijzonder aandachtspunt. Ook deze ruimten moet contact hebben met buiten, bijvoorbeeld in de vorm van zicht op de hemelkoepel.
16
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
TOEGANKELIJKHEID Voor het stadskantoor geldt dat het publieke gebouwen zijn waar ook ouderen en mensen met lichamelijke beperkingen komen. Toegankelijkheid is dan ook een belangrijk onderwerp. Hieronder worden de eisen op hoofdlijnen toegelicht. Voor concrete specificaties wordt verwezen naar de laatste versie van het Handboek Toegankelijkheid. Belangrijk aandachtspunt is dat het in de bestaande gebouwen (vooral in het Landshuis en stadhuis, beiden monumenten) lastig zal zijn om de beoogde toegankelijkheid te realiseren. De eisen richten zich dan ook vooral op de nieuwbouw. Motorisch gehandicapten
Het gebouw moet goed toegankelijk zijn voor mensen die moeilijk ter been zijn of in een rolstoel of scootmobiel zitten. Dit betekent, ondermeer, eisen aan de volgende onderwerpen: -
Visueel gehandicapten
Het gebouw moet goed toegankelijk zijn voor mensen die blind zijn of slecht kunnen zien. Dit betekent, ondermeer, eisen aan: -
Luchtweg gehandicapten
de toevoer van verse lucht; de hoeveelheid allergene stoffen in afwerkingen; de schoonmaak van het gebouw (voorkomen stofophoping e.d.).
Het gebouw moet goed toegankelijk zijn voor mensen die niet of slecht kunnen horen. Dit betekent ondermeer eisen aan -
Internationaal toegankelijkheids Symbool (ITS)
de duidelijkheid van de bewegwijzering; verlichtingsniveaus; kleurcontrasten; tactiel markeringen op trappen; geleidelijnen in de vloerafwerking.
Het gebouw moet goed toegankelijk zijn voor mensen met luchtwegproblemen zoals astma. Dit betekent, ondermeer, eisen aan -
Auditief gehandicapten
de zwaarte van deuren; de hoogte van balies; de hoogte van bedieningspanelen ( liftbediening, kaartlezers); hellingshoeken; dimensionering van ruimten (draaimogelijkheden).
het achtergrondgeluid; de verstaanbaarheid van gesproken boodschappen; de visuele aanduiding van cruciale boodschappen; ringleidingen in de vergaderzalen en de raadzaal.
Bij oplevering moet het nieuwbouwdeel van het project voorzien kunnen worden van het internationaal toegankelijkheidsymbool (ITS). Zie www.toegankelijkheidssymbool.nl.
Figuur 12 Het ontwerp moet getoetst worden op de toegankelijkheid voor verschillende doelgroepen
17
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
VEILIGHEID In het plan moeten veel publieke functies gehuisvest worden die uitnodigend en laagdrempelig zijn. Tegelijkertijd geldt echter dat veiligheid van personen, materiële eigendommen en informatie gegarandeerd moet zijn. Beveiliging is dan ook een kritiek aandachtspunt Beveiligingszonering
Het gebouw moet in te delen zijn in drie beveiligingszones: Zone I: vrij toegankelijk; In deze ruimten is sprake van visueel toezicht en cameratoezicht. Deze zonering is van toepassing op: -
entreehal; publieksruimten stadskantoor; bedrijfsrestaurant; culturele functie; vergadercentrum (overdag); .
Zone II: alleen toegankelijk voor medewerkers en bezoekers onder begeleiding. Deze zonering is van toepassing op: -
kantoorruimten stadskantoor; werkruimten bestuurscentrum; vergadercentrum/fractiekamers; fietsenstalling personeel.
Zone III: alleen toegankelijk voor medewerkers met bijzondere autorisatie. Deze ruimten worden voorzien van een kaartlezer op de deur met registratie. Deze zonering is van toepassing op: -
MER/SER-ruimten; kluisruimte burgerzaken; expeditie; technische ruimten.
Ruimtes uit dezelfde beveiligingscategorie moeten zoveel mogelijk bij elkaar in één gebied gesitueerd worden zodat beveiligingsmaatregelen in één keer genomen kunnen worden. NB Het moet mogelijk zijn om in het publieksplein de balies afzonderlijk af te sluiten terwijl het plein geopend blijft. Beveiligingsruimte
In of in de nabijheid van de receptiebalie van de centrale entree moet een portiersloge komen voor beveiligingsmedewerkers waar ook alle beveiligingsapparatuur te bedienen is. Vanuit de portiersloge moet zicht zijn op de entree.
Crisiscentrum
In noodsituaties moet een van de vergaderruimten in het vergadercentrum als crisiscentrum kunnen worden ingezet. Deze ruimte moet voorzien worden van noodstroom- en een no-breakaansluiting.
18
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
Beveiligingstechniek
Om de benodigde inzet van personeel voor het beveiligen van het complex te beperken, moet het gebouw worden voorzien van een ‘state of the art’ beveiligingssysteem dat bestaat uit de volgende componenten: -
camerasysteem (cctv) binnen en rondom het gebouw; centrale omroepinstallatie (t.b.v. ontruiming); inbraakdetectie-installatie; intercom/videophone-installatie; overvalalarminstallatie (spreekkamers, balies); toegangscontrolesysteem/aanwezigheidsregistratie met kaartlezers; en waarschijnlijk een PZI (personenzoekinstallatie) t.b.v. BHV.
Brandveiligheid
De brandmeldinstallatie, materialisering, blusvoorzieningen en compartimentering moeten overeenkomen met de eisen vanuit algemene wetgeving, de gemeente en de plaatselijke brandweer.
Vandaalbestendigheid
Voor de publieksruimten van het stadskantoor geldt dat de afwerking en de inrichting van ruimten vandaalbestendig moeten zijn.
Veiligheid spreekkames/balies
De spreekkamers en balies zijn belangrijke plekken waar direct contact tussen personeel en bezoek plaatsvindt. Deze ruimten moeten voorzien worden van bouwkundige en technische voorzieningen om agressieproblemen te voorkomen (alarmknop, geen losse spullen, eigen vlucht/toegangsdeur, goede vluchtroute, voorkomen overspringen, zichtlijn met back office). De ruimten van het team front-office (het voormalige burgerzaken) moeten voldoen aan de normen uit de publicatie ‘Visie krijgt vorm: de inrichting van fysieke balies’ (opgenomen in het digitale PvE).
Ruimtelijk overzicht
Plekken waar bezoekers van het pand zich kunnen verschuilen of onterecht ophouden moeten voorkomen worden. Dus geen donkere hoeken, nissen en bouwdelen waar mensen zich kunnen verschuilen. In publieke ruimten zoals de entreehal en het publieksplein moet sprake zijn van visuele controle vanuit balies, receptie en portierloge.
19
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
BEHEER Het installatie- en gebouwontwerp dient zodanig te zijn dat het gebouw in zijn geheel optimaal exploitabel is. Er moet gestreefd worden naar minimalisatie van de levensduurkosten (energie, schoonmaak, onderhoud, facilitair beheer). Gemeente
De gemente wordt eigenaar van het gebouw en zal verantwoordelijk zijn voor het totale beheer en facility management van het pand (onderhoud, schoonmaak, beveiliging, catering, ICT). .
Gebouwbeheersysteem
Om het gebouw goed te kunnen beheren moeten zoveel mogelijk standalone installaties geïntegreerd worden in één, op IP-gebaseerd, gebouwbeheersysteem (GBS). Waar mogelijk moeten stand-alone installaties worden geïntegreerd in het systeem. Vanaf één bedieningsstation moet het mogelijk zijn om met het GBS alle geïntegreerde systemen (klimaat, verlichting, branddetectie, toegangscontrole en andere installaties) te bedienen en te bewaken. Van de aanbieder worden concrete garanties geëist voor de connectiviteit en integratie met andere systemen, geleverd door derden.
Logistiek
De situering van de goedereningang en facilitaire ruimten moet zodanig zijn dat intern goederenverkeer (nieuwe apparatuur, afval, meubilair) goed mogelijk is. Dit stelt eisen aan: -
deurbreedtes (breed genoeg voor palletwagentjes, karren); gevelopeningen (bijv. voor binnenhalen installatiecomponenten); stootvastheid van afwerkingen; automatische deuren; afwezigheid van dorpels/drempels; ligging van facilitaire ruimten; afmetingen en ligging goederenlift.
Onderhoud
Om de geformuleerde duurzaamheideisen te behalen, zal het wellicht noodzakelijk zijn vernieuwende bouw- en installatietechnieken toe te passen. Hierbij geldt echter als randvoorwaarde dat onderhoud van het gebouw goed mogelijk moet zijn. Installaties en bouwdelen moeten op eenvoudige wijze bereikbaar, reinigbaar, te vervangen en te onderhouden zijn (ook door andere partijen dan de leverancier).
Schoonmaak
Het gebouw moet zowel aan de binnenzijde als de buitenzijde eenvoudig zijn schoon te maken. Alle geveldelen moeten goed te reinigen zijn en daar waar nodig "graffiti-proof". Aan de binnenzijde moeten oppervlakten bij voorkeur glad, vuilafstotend en nat afneembaar zijn.
20
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
ICT Het pand moet geheel van een data- en telecommunicatie-infrastructuur (bekabeling, voorzieningen, ruimten) worden voorzien. Medewerkers moeten in principe op elke plek in het gebouw eenvoudig toegang hebben tot een snel, betrouwbaar en goed beveiligd netwerk.
Bedrijfszekerheid
Voor de gemeente is ICT een onmisbaar bedrijfsmiddel. Om die reden worden er hoge eisen gesteld aan de bedrijfszekerheid van de infrastructuur. Dit betekent ondermeer dat in het centrale deel van de ICT-infrastructuur redundantie moet worden toegepast in ruimten, apparatuur, verbindingen en stroomvoorziening. Verder moet het gebouw voorzien worden van een no-break-installatie (accuvoorziening) en een noodstroominstallatie (gas- of dieselaggregaat), waarop minimaal de MER- en SER-ruimten moeten worden aangesloten.
Type netwerk
Het gebouw moet voorzien worden van zowel een vast als een draadloos netwerk, gebruikmakend van de nieuwste CAT-bekabeling. NB Bij het ontwerp van het gebouw (met name de gebruikte materialen) moet rekening gehouden worden met het kunnen doorlaten van de straling van het draadloze netwerk zodat mensen probleemloos mobiel kunnen werken.
Data/stroomaansluitingen
Uitgangspunt voor het aantal aansluitingen is 3 data-aansluitingen en 4 stroomaansluitingen per werkplek (stadskantoor). Ook vergaderruimten en ‘ informele werkplekken’ zoals het restaurant moeten voorzien worden van stroom en data. Tijdens het opstellen van het definitief ontwerp zal de opdrachtgever de aantallen en de locatie van aansluitingen nader specificeren, afgestemd op de functies en techniek in ruimten.
ICT-ruimten
In de te renoveren panden zal één beveiligde, volledig geklimatiseerde MERruimte (centrale computerruimte) komen. Een tweede MER vanwege de bedrijfszekerheid) zal op een alternatieve locatie gerealiseerd worden. Daarnaast zullen er op de verdiepingen SER-ruimten (patchruimten) gerealiseerd worden. Voor beide typen ruimten geldt dat ze voorbereid dienen te zijn op uitbreiding van de apparatuur met 25% (schaalbaarheid).
Integratie
De gemeente wil zoveel mogelijk bestaande systemen integreren in één, op IP gebaseerd systeem voor het gehele complex. Op dit netwerk zijn alle faciliteiten aangesloten (PCs, printers, smartboards, gebouwbeheersysteem, koffieautomaten, beveiliging, video- en geluidregistratie, etc.).
Scope
De projectscope voor de ICT loopt vanaf de aansluiting op het openbare net en het ISRA-punt t/m de data-aansluiting op de werkplek. Ook de coördinatie van de aansluiting op openbare infrastructuur voor data en telefonie hierop behoort tot de scope. Actieve netwerkcomponenten en computers vallen buiten de scope.
21
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
FLEXIBILITEIT De gemeente is een dynamische organisatie die regelmatig zal wijzigen in structuur en processen. Daarom is er behoefte aan een flexibel gebouw dat organisatorische en functionele veranderingen kan opvangen zonder kostbare ingrepen of tijdverlies in het primaire proces. Grofweg worden er vier vormen van flexibiliteit geëist. Flexibiliteit gebruik
Het gebouw kent een aantal zeer verschillende functies die andere mogelijke gebruikstijden en beveiligingsniveaus kennen. Het gaat om: -
bestuurscentrum/fractiehuis (7 dagen per week, 24 uur); vergadercentrum (7 dagen per week, 24 uur, ivm fractiekamers); balies/spreekkamers stadskantoor (kantooruren, maar in toenemende mate waarschijnlijk ook ’s avonds en in het weekend); kantoorvloeren (kantooruren, incidenteel daarbuiten); trouwzaal (tijdens kantoortijden en incidenteel in het weekend); culturele functie (7 dagen per week, ook ’s avonds);
Deze projectonderdelen moeten allemaal onafhankelijk van elkaar gebruikt kunnen worden, zonder dat daarvoor het hele complex bewaakt, verlicht of verwarmd hoeft te worden. Praktische zaken als toegangscontrole, klimaatbeheer en inbraakbeveiliging moeten hierop zijn ingesteld. Verder moet het mogelijk zijn om eventueel panden in de Polstraat af te stoten zonder dat hiervoor grote bouwkundige of installatietechnische aanpassingen gedaan moeten worden. Flexibiliteit ruimten
Het moet mogelijk zijn om de kantoorinrichting af te stemmen op de specifieke werkprocessen van eenheden/teams. Het doorvoeren van wijzigingen in de inrichting van de kantoren nieuwbouw moet dan ook eenvoudig mogelijk zijn.
Om deze flexibiliteit mogelijk te maken, moeten binnenwanden op eenvoudige wijze verplaatsbaar zijn. Eventueel benodigde installatieaanpassingen moeten beperkt blijven tot ‘schoon werk’ zoals het aanpassen van de software; niet het later aanbrengen van regelaars, verlichtingsrelais e.d.
Flexibiliteit werkplekken
Om het flexibele kantoorconcept mogelijk te maken, moet het voor werknemers mogelijk zijn om op elke werkplek in te loggen en te werken. De ergonomie van de inrichting en de data/stroominfrastructuur moeten hierop zijn ingesteld.
Flexibiliteit installaties
Technische ruimten, ICT-ruimten en installaties moeten ruimte bieden voor mogelijke uitbreiding van de capaciteit (extra ruimte in kabelgoten, patchkasten, schakel- en verdeelinrichting e.d.).
22
GLOBAAL PVE – HUIS VAN DEVENTER
BIJLAGE 1: RUIMT ESTAAT
23