Stad Harelbeke Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
augustus 2012, ontwerp
Colofon
Formele procedure
Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24 16 16 - fax +32 56 22 89 03
[email protected]
Plenaire vergadering voorontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan: 27 juni 2012
Ontwerpers: Griet Lannoo
Voorlopige vaststelling van ontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in de gemeenteraadszitting van: Openbaar onderzoek van ontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan: Advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO):
In samenwerking met: Bart Willaert, Adoplan
Definitieve vaststelling van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in de gemeenteraadszitting van: Definitieve goedkeuring van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan:
Opdrachtgever: Stad Harelbeke De Burgemeester: Rita Beyaert
De Stadssecretaris: Carlo Daelman
De Voorzitter gemeenteraad: Willy Vandemeulebroucke
2
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Inhoudsopgave
Figurenindex
1.
Situering
4
6.
Technische screening
1.1
Onderwerp van het RUP
4
6.1
Buurtwegentoets
44
1.2
Ligging van het plangebied
4
6.2
Screening Plan-MER
46
1.3
Begrenzing van het plangebied
6
6.3
Watertoets
49
6.4
Bouwkundig erfgoed
51
2.
Feitelijke toestand
8
2.1
Bebouwde ruimte
8
2.2
Onbebouwde ruimte
10
2.3
Reliëf
10
2.4
Ontsluiting
12
2.5
Knelpunten en potenties
16
7.
8.
3.
Juridische toestand
4.
Planningscontext
4.1
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen
4.2
Provinciaal Structuurplan West-Vlaanderen
24
4.3
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan
25
4.4
Beeldkwaliteitsplan voor het centrum van Harelbeke
28
55
Ruimtebalans
55
24 24
5.
Gewenste ruimtelijke structuur
5.1
Programmatorische vragen
34
5.2
Planopties voor de deelgebieden
35
5.4
Op te heffen stedenbouwkundige voorschriften
54
18 9.
5.3
Planbaten,planschade, kapitaalschade, gebruikerscompensatie
44
10.
Onteigeningsplan
56
11.
Verordenend plan en stedenbouwkundige voorschriften
59
34
Inrichtingsprincipes voor het binnengebied
38
Voorstel van ontwerp projectontwikkelaar
42
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
3
figuur 01: Situering
5
figuur 02: Orthofoto
7
figuur 03: Functiekaart
9
figuur 04: Bouwlagen
11
figuur 05: Ontsluiting
13
figuur 06: Gewestplan
20
figuur 07: Bestaand BPA
21
figuur 08: Overzicht BPA’s en RUP’s
22
figuur 09: Waardevolle gebouwen
23
figuur 10: De gewenste ruimtelijke structuur
27
figuur 11: Buurtwegentoets
45
figuur 12: Screening Plan-MER
47
figuur 13: Screening Plan-MER
48
figuur 14: Waterhoofdstuk
50
figuur 15: Onteigeningsplan
57
figuur 16: Verordenend plan
58
1.
Situering
1.1
Onderwerp van het RUP
Dit ruimtelijk uitvoeringsplan wordt opgemaakt ter uitvoering van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan, definitief goedgekeurd door de Deputatie van West-Vlaanderen op 26 mei 2005. Via dit ruimtelijk uitvoeringsplan worden volgende elementen behandeld: • Reconversie van het bedrijf Beltrami en inrichten van het binnengebied voor een woonzorgcentrum • Invulling van het gemengd woonlint aan de Kortrijksestraat met uitwerking van het beeldkwaliteitsplan • Invulling van de overige woonlinten • Vaststellen van te behouden erfgoedwaarden
1.2
Ligging van het plangebied
Het plangebied situeert zich in de kern van Harelbeke, net ten oosten van de centrumparking op de ontdubbelde Kortrijksestraat (N43), een secundaire weg type II. Het plangebied situeert zich tussen de Kortrijksestraat (N43) en de spoorlijn Kortrijk-Gent. Dwars doorheen het plangebied loopt van noord naar zuid de A. Pevernagestraat, een lokale weg categorie 2.
4
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 01: Situering
Legende
plangebied
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
5
1.3
Begrenzing van het plangebied
Onderhavig RUP wordt als volgt begrensd: • • • • •
6
NW: Kortrijksestraat N: Wagenweg O: Tuinstraat ZO: Peter Benoitlaan ZW: Nieuwstraat
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 02: Orthofoto
Legende plangebied
0
50
Leiedal, augustus 2012
100 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
7
2.
Feitelijke toestand
2.1
Bebouwde ruimte
Het plangebied heeft een dense bebouwing. De ouderdom en de typologie van de bebouwing verloopt gradueel vanaf het centrum. Het plangebied is op te splitsen in 3 delen: - de historisch gegroeide bebouwing van het centrum - het gemengd woon- en handelslint aan de Kortrijksestraat - het binnengebied Beltrami Historisch gegroeide bebouwing Aansluitend bij het centrum vinden we voornamelijk oudere bebouwing terug (begin 20ste eeuw). In de Tuinstraat, A. Pevernagestraat, Wagenweg, Peter Benoitlaan en Nieuwstraat heeft deze voornamelijk een woonfunctie. Verspreid komen enkele kleinere handelszaken of private diensten zoals een kapsalon voor. In de A. Pevernagestraat bevindt zich eveneens een café. In deze straten bestaat de bebouwing hoofdzakelijk uit gesloten bebouwing met twee bouwlagen en een hellend dak. De kleine arbeiderswoningen verkeren vaak in slechte staat. Halverwege de A. Pevernagestraat komen enkele typische beluikwoningen voor. Via de Wagenweg en de A. Pevernagestraat zijn er toegangen naar enkele garageblokken en kleinere loodsen. De Tuinstraat bevat een loods aan straatzijde die wordt aangewend als garage/carrosserie. Hier zijn ook enkele woningen gelegen die een diepere inplanting van de straat kennen. Deze woningen hebben één bouwlaag en een type van mansardedak die een woonlaag omvat. De overige woningen in dit centrumgebied zijn allen gebouwd tot aan de rooilijn.
8
Gemengd woon- en handelslint Het deel van het centrumgebied aan de Kortrijksestraat heeft zich ontwikkeld als een gemengd woon- en handelslint. Deze ontwikkeling is ontstaan door de ligging aan de steenweg tussen Kortrijk en Gent. De goede ontsluiting en de parkeervoorzieningen aan de Kortrijksestraat zorgen voor een leefbare handelsomgeving. Hier zijn ook verscheidene horecazaken aanwezig. De straatwand van de Kortrijksestraat is kleinschalig en kent een sterk heterogeen uiterlijk met sterke verschillen in hoogwaardigheid. De bouwhoogte varieert van 2 tot 4 bouwlagen. Binnengebied Beltrami Het binnengebied Beltrami wordt gevormd door de oude vestiging van de groothandel in natuursteen Beltrami. De logistieke en verkoopsafdeling van het bedrijf is verhuisd naar de industriezone in Stasegem. De gebouwen staan vandaag leeg en zijn opgekocht door de VZW Zorg H. Hart Kortrijk. Het binnengebied heeft vandaag een ontsluiting naar de Kortrijksestraat door middel van een hoge gevelbrede doorgang en een gewone ontsluiting naar de A. Pevernagestraat. Deze laatste vormt de hoofdontsluiting van de site. Via de A. Pevernagestraat is ook de toegang naar een villa en enkele loodsen voorzien die bij het binnengebied worden gerekend.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 03: Functiekaart
! !
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
Legende !
!
!
!
!
!
woningen - koppelbouw
!
!
plangebied woningen - open bebouwing
! !
Beltrami-site
!
!
!
!
!
!
woningen - gesloten bebouwing
!
!
!
!
appartementsbouw
!
!
garageboxen
!
!
horeca
!
!
!
!
handel
publieke diensten
!
!
!
!
!
!
private diensten
!
bedrijvigheid !
!
leegstand
!
!
!
!
!
!
0
50
100
200 Meters
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
9
2.2
Onbebouwde ruimte
Gelet op de ligging binnen de kern van Harelbeke is de open ruimte schaars. De onbebouwde delen binnen het plangebied bestaan uit de niet bebouwde onderdelen van het binnengebied Beltrami. Met uitzondering van de tuin van de villa in het binnengebied is de onbebouwde ruimte nagenoeg geheel verhard. De overige onbebouwde ruimtes zijn de tuinen van de diverse woningen.
2.3
Reliëf
Het reliëf in het plangebied is nagenoeg vlak en heeft geen invloed op de ruimtelijke inrichting van het gebied.
10
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 04: Bouwlagen
! !
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
! !
!
Legende
!
!
!
!
! !
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
plangebied
!
!
1 bouwlaag
!
!
!
!
2 bouwlagen
!
!
!
!
!
!
3 bouwlagen
!
4 bouwlagen
!
!
!
!
!
!
!
!
0
50
100
200 Meters
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
11
2.4
Ontsluiting
De ontsluiting van het plangebied naar het centrum van Harelbeke gebeurt via de Kortrijksestraat. Deze weg werd geselecteerd als secundaire weg type II. Met uitzondering van de Nieuwstraat (lokale weg type 3) is dit de enige tweerichtingsstraat. De Kortrijksestraat heeft ter hoogte van het plangebied een ontdubbeld karakter tussen de Nieuwstraat en de A. Pevernagestraat met tussen beide wegassen een parkeerzone. De ontsluiting naar de Kortrijksestraat (N43) en naar de kern van Stasegem vanuit het plangebied verloopt via de eenrichtingsstraten A. Pevernagestraat, Peter Benoitlaan, Wagenweg, allen lokale wegen type 2. De ontsluiting naar het station kan ook via de Tuinstraat dat eveneens als lokale weg type 2 is geselecteerd. De lokale wegen type 2 zijn gekenmerkt door een rijweg in asfalt en een parkeerstrook langs 1 zijde van de weg. De Nieuwstraat is aangelegd in kasseistenen en bevat aan de zijde van het plangebied een parkeerstrook en aan de andere zijde een parkeerzone naast de rijweg. Doorheen de bouwblokken bevinden zich geen doorgangen voor zwakke weggebruikers.
12
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 05: Ontsluiting
!
!
!
!
! !
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
Legende
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
^
plangebied
!
!
!
garages
!
!
éénrichtingsverkeer
!
!
tweerichtingsverkeer
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
!
0
50
100
200 Meters
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
13
Sfeerbeelden
Zicht op Kortrijksestraat met ervoor de parkeerzone tussen de ontdubbelde N43.
Kortrijksestraat met zicht op café ‘Het Anker’.
Zicht op de Nieuwstraat.
Hoek van de Nieuwstraat met de Peter Benoitlaan.
De Peter Benoitlaan met links de spoorwegberm.
Toegang Beltrami van op de A. Pevernagestraat.
14
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Sfeerbeelden
De Beltrami-site.
Zicht op de A. Pevernagestraat.
De Tuinstraat met zicht op dieper gelegen woningen met mansardedak.
Beluikwoningen ontsluitend op de A. Pevernagestraat.
Garageboxen ontsluitend op de Wagenweg.
Zicht op de Wagenweg.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
15
2.5
Knelpunten en potenties
Ruimtelijk knelpunten • Zeer dense bebouwing bestaande uit voornamelijk smalle, lange woonpercelen met beperkte gevelbreedtes tot op de perceelsgrenzen. • Versnipperde aanblik en weinig hoogwaardige gevels aan de Kortrijksestraat. • De leegstand van de Beltrami-site die een nieuwe functie kan verkrijgen meer gericht op de realisatie van een gemengd woongebied. • Het ontbreken van doorgangen voor zwakke weggebruikers doorheen het grootste bouwblok. Juridische knelpunten De juridische knelpunten situeren zich voornamelijk binnen de contouren van het BPA. Het BPA zorgt door de gedetailleerde intekening van het bestemmingsplan en door de strikte voorschriften voor weinig flexibiliteit. Dit uit zich o.a. in de herbestemming van het binnengebied Beltrami zonder oog voor een flexibele uitbouw naar de toekomst.
16
Potenties • Realisatie van doorsteken voor zwakke weggebruikers tussen de Kortrijksestraat, Nieuwstraat, A. Pevernagestraat en Peter Benoitlaan. Dit kan met de realisatie van publiek groen de belevingswaarde van het openbaar domein en de leefkwaliteit bevorderen. • Reconversie van de Beltrami-site voor de realisatie van een woonzorgcentrum. • De koppeling van het plangebied met het woonzorgcentrum aan de andere stadsdelen zal de identiteit van de wijk versterken. • Het vastleggen van bouwvoorschriften die een positieve herwaardering van de verouderde arbeiderswoningen kan betekenen. • Het opwaarderen van het gemengd woon- en handelslint aan de Kortrijksestraat gekoppeld aan de ontwikkeling van Westwijk zal de beleveniswaarde aan de N43 verbeteren.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
17
3.
Juridische toestand
Type plan
Referentie
Gewestplan
Volgens het gewestplan Kortrijk (K.B. 04/11/1977 en latere wijzigingen) situeert het plangebied zich binnen: • Gemengd woon- en industriegebied (site Beltrami) • Woongebied
BPA
• • • •
In het noord-oostelijk deel van het plangebied is het BPA nr. 58 A. Pevernagestraat, MB 9 september 2002 van kracht (wordt herzien door dit RUP). In het noorden grenst het plangebied aan het BPA nr. 57 Stationsplein, van kracht MB 31 mei 2002 (in herziening via RUP Stationsplein). Ten oosten van het plangebied is het BPA nr. 43 Eiland-Spoorweg, MB 24 maart 1987 van kracht. Ten westen van het plangebied is het BPA nr. 44 Westwijk, M.B. 9 februari 1998, van kracht. Het BPA wordt grotendeels vervangen door het RUP Westwijk dat recent werd goedgekeurd door de Deputatie dd 19/04/2012.
RUP
Aanpalende RUP’s: • RUP Westwijk (goedkeuring Deputatie 19/04/2012) RUP Stationsplein (in opmaak, het betreft een herziening van het BPA Stationsplein)
Goedgekeurde, niet vervallen verkavelingen
Verkaveling 77/11 d.d. 13/7/1977 (ref. 516.1008) afgegeven aan Verhelle Helena.
Milieuvergunningen
Zie plan
Beschermde monumenten, landschappen, beschermde stads- en dorpsgezichten
Geen
18
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Waardevolle gebouwen
• • • • • • •
Kortrijksestraat 49, Kleine burgerwoning van 1904 (ID 204144) Kortrijksestraat 63, Woning thans magazijn (ID 205145) Kortrijksestraat 75, Cafe “ ‘t Anker” (ID 205146) A. Pevernagestraat 40, Woning (ID 205003) A. Pevernagestraat 48, Woning (ID 205004) A. Pevernagestraat 56, Burgerhuis van 1932 (ID 205005) A. Pevernagestraat zn, Kristus-Koningkapel (ID 205006)
Vogelrichtlijngebied Habitatrichtlijngebied
Geen
Buurtwegen
• • • •
Waterlopen (categorisering)
Geen
VEN-gebied, IVON-gebied
Geen
Gemeentelijke verordeningen
Geen
Andere: Beeldkwaliteitsplan
Goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 juli 2011
Leiedal, augustus 2012
Nieuwstraat: voetweg nr. 29 A. Pevernagestraat: buurtweg nr. 3 Wagenweg: voetweg nr. 27 Kortrijksestraat: steenweg van Kortrijk naar Gent
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
19
figuur 06: Gewestplan
Legende
plangebied woongebieden woongebieden met landelijk karakter woonuitbreidingsgebieden gemengd woon en industriegebied II
milieubelastende industrieën industriegebieden ambachtelijke bedrijven en kmo's agrarische gebieden
P
parkgebieden
N
natuurgebieden bosgebieden gebieden voor verbijfsrecreatie recreatieve parkgebieden gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut bestaande hoogspanningsleidingen reservatiegebieden bestaande spoorwegen
20
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 07: Bestaand BPA
Legende
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
21
figuur 08: Overzicht BPA’s en RUP’s
HAR054 Har 12.1
Har 18.1 Har 19.1
HAR057d
Kuu 03.1
KUU018 Kuu 05.1
Har 02.1 Har 02.2 HAR044 HAR058d
Legende
Har 20.1
begrenzing
bpa's - MB of KB
HAR043
HAR041
Kuu 02.1 KUU034
rup's in opmaak HAR039
rup's - besluit van Deputatie van de Provincie West-Vlaanderen
HAR042 HAR008d HAR040
0
22
100
200 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 09: Waardevolle gebouwen
Museum voor Pijp en Tabak Museum voor Pijp en TabakBurgerhuis Dorpswoning Sint-Amandscollege, campus Heilig Hart
Kleine burgerwoning van 1904
Woning, thans magazijn
Café "'t Anker". Woning van 1939 naar ontwerp van Armand Vandeweghe
Woning
Woning Burgerhuis van 1932
Legende
Handelspand
plangebied
Lage arbeiderswoningen Woning van 1876
Kristus-Koningkapel Woonhuis met schuur
Burgerhuizen 't Zwingelhof Kameleonschool Kameleonschool Maalderij en maalderswoning
Parochiekerk Sin
Molenaarswoning (voormalige) 0
50
Leiedal, augustus 2012
100 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
23
4.
Planningscontext
4.1
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen
Het plangebied is gelegen in een stedelijk gebied. Volgende ontwikkelingsperspectieven (RSV pg. 354373) voor stedelijke gebieden, relevant voor het plangebied, staan voorop: • Realiseren van een groter aandeel bijkomende woningen • Streven naar een richtdichtheid van 25 woongelegenheden per hectare • Differentiëren en verbeteren van de woonvoorraad • Versterken van de multifunctionaliteit • Inplanten van (stedelijke) voorzieningen afgestemd op het belang van het regionaalstedelijk gebied • Bundelen van kleinhandel op binnenstedelijke locaties en op kleinhandelszones • Optimaliseren van de aanwezige recreatieve en toeristische voorzieningen • Verzorgen van collectieve en openbare ruimten • Behoud en ontwikkeling van stedelijke natuurelementen en randstedelijke groengebieden
4.2
Provinciaal Structuurplan West-Vlaanderen
Binnen de provinciale planningscontext maakt het plangebied deel uit van de deelruimte ‘Leieruimte’. De Leieruimte wordt gezien als een complementaire en/of ondersteunende schakel tussen de Vlaamse zeehavens en het Rijselse dat in belang toeneemt op het vlak van logistiek en dienstverlening. Hierbij wordt gestreefd naar dynamische economische ontwikkelingen en naar een kwalitatieve leefomgeving. Volgende elementen zijn bepalend voor deze ruimte en het ruimtelijk beleid: • De Leieas als multifunctionele drager • Wegeninfrastructuur als economische drager • Stedelijke gebieden Kortrijk-Waregem-Menen als knooppunten van ontwikkeling • Open-ruimteverbindingen als groene longen in de Leieband De N43 (Kortrijksestraat) is geselecteerd als secundaire weg type II.
De Leie is in het RSV geselecteerd als een hoofdwaterweg. De Leie is belangrijk voor de economische ontwikkelingen alsook voor natuurontwikkeling.
24
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
4.3
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan
Het GRS werd in herziening gesteld. Het aangepaste document zal op korte termijn door de Deputatie worden goedgekeurd. M.b.t. het plangebied wordt volgend beleid vooropgesteld: Wonen (RD pg. 22-25) De stedelijke woonomgevingen moeten evolueren naar complementaire gebieden met een hoge woonkwaliteit. Hierbij is een verweving met andere activiteiten, zoals openbare, dienstverlenende en verzorgende voorzieningen op het niveau van de stedelijke woonomgeving, noodzakelijk. In het woonbeleid wordt een onderscheid gemaakt tussen de stadskern Harelbeke, centrumgebieden, gemengde woongebieden en verblijfsgebied. De Kortrijksestraat, de A. Pevernagestraat, de Tuinstraat en de Wagenstraat in het plangebied van dit RUP behoren tot de stadskern Harelbeke. De andere delen van het plangebied behoren tot het verblijfsgebied. Het verblijfsgebied is de gordel van woonwijken rond het oude centrumgebied. Deze gordel van woonwijken met meer open en halfopen bebouwing moet plaats bieden voor residentieel wonen in ruime zin. Een groen openbaar domein dient te worden nagestreefd. Het geheel van deze gebieden wordt gekenmerkt door een grote diversiteit naar dichtheid, woningtypes, ouderdom van woningen en voorzieningen. Het woonweefsel van de verblijfsgebieden wordt aangevuld met gemeenschapsvoorzieningen en kleinschalige handelsfuncties op buurtniveau.
Leiedal, augustus 2012
Specifiek beleidskader zorgwonen (RD pg. 32-33) De stad wil woonzorg binnen het ruimtelijk beleid vooral stimuleren en mogelijk maken en niet beperken. Daarom zal bij de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen voor woongebieden gelegen in het stedelijk gebied of de kernen van het buitengebied de dienst stedenbouw aandacht besteden aan het creëren van mogelijkheden voor specifieke infrastructuur in functie van zorgwonen, indien de potenties zich hiervoor aanbieden. De garanties hiervoor kunnen verordenend worden vastgesteld. Iedere aanvraag/project zal specifiek beoordeeld worden op basis van onder meer volgende elementen: • Respect voor de privacy van de omwonenden • Aandacht voor mobiliteit en parkeren, zowel voor bezoekers als personeel • Aanwezigheid van voldoende openbaar en privaat groen in de omgeving • Voor serviceflats: belang van aanwezigheid van voorzieningen • Afweging t.a.v. andere belangen en/of doelgroepen, zeker in het centrum van Harelbeke Wegencategorisering (RD pg. 57) De A. Pervernagestraat, de Peter Benoitlaan, de Tuinweg en de Wagenweg zijn geselecteerd als lokale weg type 2, lokale ontsluitingswegen. De Nieuwstraat is geselecteerd als lokale weg type 3.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
25
Deelruimte stedelijk woongebied (RD pg. 89-106) Deze sterk verstedelijkte deelruimte moet plaats blijven bieden aan hoogwaardig wonen, met een grote woondichtheid. Hierbij wordt ingezet op nieuwe woontypologieën, die zich vermengen met de aanwezige diensten, kleinhandel en bedrijvigheid. De verdichting en functievermenging dienen gepaard te gaan met een verdere opwaardering van het centrumgebied, waar de verblijfsfunctie primeert boven de verkeersfunctie. In de stadskern wordt een duidelijk beleid gevoerd van stedelijke verdichting en van multifunctionaliteit en verwevenheid. De stadskern wordt prioritair bestemd voor stedelijk wonen, vermengd met kleinhandel en diensten. Er dient gestreefd te worden naar een grote verscheidenheid in woontypologieën, waarbij ingespeeld wordt op trends als gezinsverdunning en vergrijzing van de bevolking. Het functioneel verdichten van de stadskern moet gepaard gaan met het voeren van een locatiebeleid, waarbij de bereikbaarheid veilig wordt gesteld. Het uitbouwen van veilige en vlotte routes voor zwakke weggebruikers (brede voet- en fietspaden, voldoende oversteekplaatsen, ...) tussen deze activiteiten zijn hierbij belangrijk. Als strategisch woonproject wordt ondermeer het inbreidingsproject op de site Beltrami vooropgesteld. Aandacht dient te worden besteed aan de heraanleg van openbaar domein, niet enkel in de stadskern, maar ook in de andere woongebieden van de stadskern. Specifiek wenst de stad hiermee de linken tussen de verschillende stadsdelen te versterken, zoals tussen de twee Leieoevers. Het beleid moet hierbij worden gericht op de aanleg van een duidelijk netwerk van kwalitatieve openbare ruimtes, die moeten instaan voor een aangename woon- en leefomgeving.
26
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 10: De gewenste ruimtelijke structuur
3 N4
Coutere
Ba vik ho of se str aa t
k ee jkb wi e arn Va Ter
N3 6d
Legende
herbestemming Kerkhof (LT)
Bloemenwijk
Streven naar stedelijke verdichting en multifunctionaliteit in de stadskern, met herinrichting van het openbaar domein
Ter Perre Bebouwde omgeving KUURNE
jn mi G ter SW nge la
ge nin oe rij Gr erve V
Strategisch project Marktomgeving
tw
SWG
optimaliseren van kleinhandelszone en gemengde activiteitlint langs N43
an rba Hee
DEERLIJK DEERLIJ LIJ LIJK
Behoud van gebied voor openbare nutsvoorzieningen, met buffer naar Leie
Leiedal, augustus 2012
R8
an nla rke Be
Optimaliseren en uitbouwen van de recreatieve waarde van e de Leie (fietsroute + toeristisch-recreatieve iinfrastructuur)
GAVERS
rey J.B
Sp oo rlij nK or trij k-G en t
Strategisch woonproject
KORTRIJK
de
Ko rtr ijk se st ee nw eg
lst
raa
t
Le ie Ku me ur ers ne en
43 N
Verruiming van de bestemming van het industriegebied ‘Groeningeververij’, gekoppeld aan woonpark Har-Kuurne
Collegewijk
Acacialaan
Spoorl ijn Kort rijk-Bru ssel
Behoud van ruimtebehoevende gemeenschapsvoorzieningen langs Stasegemsesteenweg (sportinfrastructuur)
at estra gems Stase
at stra erg b d Zan
Strategisch project, met aandacht voor de uitbreiding van openbaar groen
Behoud van lokale bedrijvigheid (geen zwaar milieubelastende industrie)
Eiland
Containerpark
Ontwikkeling woonuitbreidingsgebieden tot stedelijke woongebieden (verblijfsgebieden)
Behoud van regionale bedrijvigheid (zwaar milieubelastende industrie)
SWG
inbreidingsproject Beltrami
IE LE
SWG
Arendswijk
Strategisch project school Arendstraat
We s
Centrum Kuurne
B
+ ijk
ne oe Gr long rne u Ku
Behoud van woondiversiteit in de verblijfsgebieden
Strategisch project Lano
N36
k ar np oo e ke W uurn lbe K are G) H W (S
Gestructureerde vermenging van functies in de gemengde woongebieden
P
Uitwerken van een streefbeeld voor kruispunt R8-N43 bouw nieuw sluizencomplex met ruimte voor vispassage + onderzoek locatie industrie-eilandjes
Industrieterrein Harelbeke-Stasegem
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
27
ei
4.4
Beeldkwaliteitsplan voor het centrum van Harelbeke
Op 18 juli 2011 heeft de gemeenteraad van Harelbeke het beeldkwaliteitsplan voor het centrum goedgekeurd. Hierbij is de dynamiek langsheen de N43 behandeld, waaronder de Kortrijksestraat. Dit deel van de N43 is het breedst, maar bevat slechts aan één straatzijde bebouwing. Deze bebouwing in de bestaande straatwand is kleinschalig en vaak weinig hoogwaardig.
Het beeldkwaliteitsplan stelt een doorgang ter hoogte van nrs. 51/53. Deze locatie laat namelijk een goede aansluiting van de route op de ontwikkelingsmogelijkheden van de Beltrami-site tot een stedelijk autoluw binnenhof.
Het beeldkwaliteitsplan wenst aan beide zijden afwisselende bebouwingswanden te laten ontstaan die beter in verhouding zijn tot de breedte van de straat. Dit kan worden gerealiseerd door de afwisseling van appartementsbebouwing met handelsruimtes en stadshuizen. Aan de zijde van het plangebied van het RUP kan dit door middel van vervangbouw in een geleidelijk proces. De overzijde (gelegen in het RUP Westwijk) zal dit invullen in een meer projectmatige vorm. Het beeldkwaliteitsplan stelt eveneens een belangrijke verandering voor van de stadsstructuur ter hoogte van de Kortrijksestraat. Een route voor de trage weggebruikers moet in de toekomst de diverse, nog te ontwikkelen, projecten Westwijk en Beltrami functioneel sterker met elkaar en de binnenstad verbinden. De beeldkwaliteitseisen van de Kortrijksestraat aan de Beltrami-zijde vragen hiervoor een nieuwe doorgang in de straatwand. Deze dient onderdeel te vormen van de nieuwe dwarsroute op de N43. Hierdoor wordt de Beltrami-site meer zichtbaar en krijgt deze een meer prominente ligging aan de hoofdstructuur van de stad.
28
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
EHVWDDQGHVWUDDWZDQG
QLHXZHVWUDDWZDQG
BELTRAMI
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
29
Volgende compositie-principes worden aan de Beltrami-zijde vooropgesteld: • Nevenschikking De nieuwe panden ondersteunen het straatbeeld van aaneengeschakelde gevelvlakken van arbitraire wisselende breedte en hoogte. Om de variatie in het straatbeeld te borgen mogen maximaal twee panden uit de bestaande situatie worden samengevoegd tot een nieuw gevelvlak. De totale breedte mag daarbij niet groter worden dan ongeveer 20 meter. Indien projecten zich over meer dan twee panden uitstrekken mag dit niet aan het gevelbeeld afleesbaar zijn. • Afwisselende hoogtes Tussen naastgelegen gevelvlakken wisselt de hoogte. Tussen twee panden is een minimale sprong in de gootlijn- of kroonlijsthoogte vereist van 0,5 meter. De maximale hoogte van de gootlijn of kroonlijst is aan weerszijden van de Kortrijksestraat 12,5 a 13 meter. De nokhoogte is maximaal 16 meter. • De begane grond De begane grond is bepalend voor hoe het gebouw op de straat wordt ervaren en draagt zodoende in belangrijke mate bij aan de levendigheid van de straat. Op de begane grond bevindt zich een zo mogelijk representatief programma dat zich oriënteert op de straat. De begane grond krijgt een duurzame en architectonisch hoogwaardige uitwerking. In geval er handelsruimtes worden ontwikkeld moet de pui voor minimaal 80% worden uitgevoerd in niet-spiegelend glas. De gevelgeleding en ramen hebben een verticale structuur. De begane grond is minimaal 3,5 meter hoog en heeft hierdoor voldoende hoogte om een commerciële voorziening te kunnen herbergen. Deze extra hoogte draagt bij aan de multifunctionaliteit van de begane grond en aan de statigheid van het gebouw.
30
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
5LWPLHNLQGHJHYHO
1HYHQVFKLNNLQJJURRWHQNOHLQ
Leiedal, augustus 2012
• Gevelgeleding De gevels hebben een duidelijk herkenbare driedeling: een basement, een middendeel en een beëindiging. Het basement bestaat uit de extra hoge beganegrondverdieping. Ieder pand heeft bovendien op straatniveau een natuurstenen plint. Een goed gedetailleerde gootlijn of kroonlijst maakt de beëindiging van de gevel expliciet. Dit is het overgangsdetail van gevel naar dak, maar is expliciet onderdeel van de gevelcompositie. De gebouwen hebben een verticale gevelordening. De raamopeningen zijn onderling verwant en moeten een staande verhouding krijgen van minimum 1/3 en maximum 1/2. Schaduwwerking verrijkt de dieptewerking en plastiek van de gevel. Om dit te bereiken liggen de raamopeningen verdiept ten opzichte van het gevelvlak. • De top De top is het deel van het gebouw boven de gootlijn. De top is vanaf de straat nauwelijks zichtbaar. Ze ligt terug ten opzichte van het gevelvlak. De top kan bestaan uit een kap met de nokrichting parallel aan de voorgevel, of uit extra verdiepingen die met set-backs van 3 meter diep een hellingshoek van 45 graden vormen. Indien gekozen wordt voor een kap moet het dakvlak veruit dominant blijven boven de eventuele uitsparingen ten behoeve van ramen en buitenruimtes.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
31
Kleurenpalet
• Materiaal en kleur Het doel is om de nieuwbouw samen met de bestaande gebouwen tot een coherente straatwand te smeden. Alle nieuwe gebouwen worden in een gevelsteen gerealiseerd. Lichte en donkerder geveltinten wisselen elkaar af. De kleur van de gevelsteen bevindt zich binnen het aangegeven kleurenpallet. Indien wachtgevels noodzakelijk zijn worden ze van hoge kwaliteit afgewerkt. De wachtgevel krijgt in principe hetzelfde materiaal als de voorgevel. • Gevelreclame De gevelreclame voegt zich binnen de gevelopbouw. De bovenbouw mag geen hinder ondervinden van de gevelreclame. De gevelreclame mag niet meer dan 50 cm buiten het gevelvlak uitsteken. De gevelreclame is ingetogen en bevat geen overmatig licht en beweging. De reclame uitingen hebben direct betrekking op de voorzieningen die zich in het pand bevinden. • Woningentrees Ieder pand heeft een entree aan de straatzijde. De woningentrees zijn royaal en grenzen aan de straat. De woningentrees zijn ‘s avonds voldoende verlicht.
32
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
• Buitenruimtes Aan de straatzijde blijven de buitenruimtes binnen het gevelvlak; ze steken niet uit. Hier kunnen zogenaamde Franse balkons gerealiseerd worden. Een denkbaar alternatief is een ondiepe loggia (max 2 m terugliggend ten opzichte van het gevelvlak). Aan de achterkant van de gebouwen is vrijheid om balkons buiten het gevelvlak te laten uitsteken. • Parkeren Het is niet toegestaan aan de voorkant van de gebouwen parkeergarages te voorzien. Het parkeren gebeurt via een aan te leggen parkeerstraat aan de achterkant van de gebouwen. De parkeerstraat moet bereikbaar worden via de huidige toegangen van de Beltrami-site aan de Andries Pevernagestraat en aan de Nieuwstraat. De auto’s kunnen via deze route de parkeervoorzieningen onder of achter de nieuwbouw bereiken.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
33
5. Gewenste ruimtelijke structuur 5.1
Programmatorische vragen
De programmatorische vragen die binnen dit RUP dienen te worden behandeld, zijn als volgt. Vertaling beeldkwaliteitsplan N43 in RUP
Herinvulling van binnengebied
Harelbeke nam deel aan de open oproep-procedure van de Vlaamse Bouwmeester in 2010. Deze oproep bestond uit het opmaken van een ambitieus plan voor de marktomgeving en het uitwerken van een beeldkwaliteitsplan voor de stadskern. Palmbout Urban Landscapes (NE) werd als winnend ontwerpbureau geselecteerd. Dit bureau werkte in haar voorstel voor het nieuwe ‘beeld’ van Harelbeke een receptuur uit voor zowel het bebouwde (tussen de Tweebruggenstraat en de N43) als het onbebouwde stadsdeel (Westwijk).
Het binnengebied had door de aanwezigheid van het bedrijf Beltrami (natuursteen) een industrieel karakter.
In het voorjaar van 2011 werd dit voorstel verder verfijnd i.s.m. de stad. Het beeldkwaliteitsplan zelf werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 18 juli 2011. Het beeldkwaliteitsplan is een regiedocument dat sturing moet geven aan de ontwikkelingsdynamiek van de N43. Die sturing dient juridisch hard gemaakt te worden via een RUP. Hiervoor dient het oorspronkelijke BPA nr. 58 A. Pevernagestraat (M.B. 9 september 2002) te worden herzien. De compositieprincipes worden in het vorige hoofdstuk uitgebreid weergegeven.
34
Na de stopzetting van de bedrijfsactiviteiten op de site Beltrami werd het terrein gekocht door de VZW Zorg H. Hart Kortrijk. Het betreft het volledige binnengebied m.u.v. de alleenstaande woning in de noordelijke hoek van het binnengebied. VZW Zorg H. Hart Kortrijk wenst in de eerste plaats een woon- en zorgcentrum te realiseren. Er werd hiervoor een voorafgaandelijke vergunning (van het agentschap Zorg) verkregen voor 100 bedden en 20 assistentiewoningen. Dit vormt de prioritaire ontwikkeling van het gebied. Secundair wordt onderzocht of ook nog (sociale) woningen en dienstenfuncties (bvb. kinderdagverblijf) mogelijk zijn.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
5.2
Planopties voor de deelgebieden
Na analyse van de ruimtelijke structuur is het mogelijk het plangebied in te delen in 3 delen: 1. lint Kortrijksestraat 2. binnengebied 3. woonomgeving
•
Lint Kortrijksestraat
•
Functies: Conform het GRS behoort het gebied tot een gemengd gebied. In deze gebieden wordt éénzelfde beleid van stedelijke verdichting en van multifunctionaliteit en verwevenheid gevoerd. Naast wonen, kleinhandel en diensten zijn bedrijvigheid en grootschalige kleinhandel mogelijk. Gelet op de dichtheid en typologie van het woonlint zijn bedrijvigheid en grootschalige detailhandel niet verweefbaar binnen het lint. Bovendien mag de omgeving van Westwijk/A. Pevernagestraat geen handelsconcurrentie leveren met het centrum van de stad wat betekent dat de handelsoppervlakte wordt beperkt. De woonfunctie kan er wel gemengd worden met handel, horeca, kantoor- en dienstenfuncties. Allen kunnen als hoofdfunctie voorkomen. De aanwezigheid van een ruime parking tussen de rijvakken van de N43 is voor deze functies een belangrijke parameter binnen de locatiefactoren. Inrichting: De inrichting wordt bepaald door de principes uit het beeldkwaliteitsplan: Leiedal, augustus 2012
•
• •
• • •
• •
Nevenschikking: samenvoegen van maximaal 2 panden met een maximaal gevelvlak van 20 meter. Afwisselende hoogtes: minimale sprong van 0,5 meter van de kroonlijst. De kroonlijsthoogte bedraagt 13 m. De nokhoogte is maximaal 16 meter. Begane grond: gevelgeledingen en ramen hebben verticale structuur. In geval van handelsruimte moet de pui voor min. 80% uitgevoerd worden in niet-spiegelend glas. De gevelgeleding is duidelijk een driedeling: basement, middendeel en beëindiging. De gebouwen hebben een verticale gevelordening. De raamopeningen hebben een staande verhouding van minimum 1/3 en maximum 2/3. De raamopeningen liggen verdiept. De top: hellend dak met nok parallel aan voorgevel (dakvlak moet dominant blijven op uitsparingen) of set-back van 3 meter. Materiaal en kleur: gevelsteen met een afwisseling van lichte en donkere tinten tussen de verschillende panden. Gevelreclame mag niet meer dan 50 cm buiten het gevelvlak uitsteken. De gevelreclame is ingetogen (dit zal via een verordening geregeld worden). Buitenruimte: balkons blijven binnen het gevelvlak (bvb. ondiepe loggia). Parkeergarages kunnen niet aan de voorzijde worden voorzien. Het parkeren gebeurt via een aan te leggen parkeerstraat.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
35
Binnengebied Functies:
Inrichting:
Conform het GRS behoort het gebied tot een gemengd gebied. In deze gebieden wordt éénzelfde beleid van stedelijke verdichting en van multifunctionaliteit en verwevenheid gevoerd. Naast wonen, kleinhandel en diensten zijn bedrijvigheid en grootschalige kleinhandel mogelijk.
Het GRS geeft aan dat iedere aanvraag/project specifiek beoordeeld zal worden op basis van onder meer volgende elementen: • Respect voor de privacy van de omwonenden • Aandacht voor mobiliteit en parkeren, zowel voor bezoekers als personeel • Aanwezigheid van voldoende openbaar en privaat groen in de omgeving • Voor serviceflats: belang van aanwezigheid van voorzieningen • Afweging t.a.v. andere belangen en/of doelgroepen, zeker in het centrum van Harelbeke Binnen het hoofdstuk ‘ruimtelijke inrichtingsprincipes voor het binnengebied’ wordt dit verder uitgewerkt.
Via dit RUP wordt de verdere invulling van de term muliifunctionaliteit verfijnd. Het is immers niet wenselijk alle opgesomde functies toe te laten. Grootschalige detailhandel en bedrijvigheid (in de vorm van 1 groot bedrijf of meerdere kleinere) is binnen deze omgeving niet gewenst. Gelet op de dichtheid, typologie en de dominante woonfunctie van de bebouwingsranden en gelet op de ontsluitingsstructuur, is de draagkracht te beperkt om dergelijke voor de woonomgeving hinderlijke (wat betreft lawaai, stof, geur, verkeer) activiteiten toe te laten. Het voorzien van een woon- en zorgcentrum (WZC) en de hiermee gerelateerde voorzieningen wordt ondersteund in het GRS van Harelbeke (ontwerp herziening d.d. juli 2011 pg. 32 e.v.). Bij opmaak voor RUP’s voor woongebieden gelegen in het stedelijk gebied of de kernen van het buitengebied dient de dienst stedenbouw aandacht te besteden aan het creëren van mogelijkheden voor specifieke infrastructuur in functie van zorgwonen, indien de potenties zich hiervoor aanbieden. De garanties hiervoor kunnen verordenend worden vastgesteld, als één van de mogelijke functies in het binnengebied. Gelet op de ligging binnen het stedelijk gebied en gelet op het feit dat de gronden reeds eigendom zijn van de VZW H. Hart Kortrijk, is het wenselijk deze potentie te benutten.
36
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Woonomgeving Functies: Deze omgeving wordt gedomineerd door voornamelijk de woonfunctie. De Nieuwstraat, de Peter Benoitlaan, de A. Pevernagestraat, de Tuinstraat en de Wagenweg hebben het karakter van woonstraten. Het is wenselijk om deze functie te bestendigen en andere functies slechts in beperkte mate toe te laten teneinde de woonkwaliteit niet in het gedrang te brengen. Handel, horeca en diensten kunnen voorkomen als nevenfunctie. Inrichting: Binnen het gebied wordt geopteerd om de bouwhoogte vast te leggen op 2 bouwlagen met de mogelijkheid tot één extra bouwlaag in het dakvolume. Dit wordt enerzijds ingegeven door de bouwhoogtes die via het aangrenzende RUP 19-1 ‘Stationsplein’ (in opmaak) opgelegd zullen worden. Binnen dit RUP wordt voor deelgebied C (dat grenst aan het RUP A. Pevernagestraat en die wat betreft typologie gelijkaardig is) ook dergelijke hoogte voorzien. Het is wenselijk om de voorschriften voor deze typologie te uniformiseren. Het is niet wenselijk om nieuwe meergezinswoningen toe te laten in deze zone. De zone langs de Kortrijksestraat is omwille van de huidige typologie en het wensbeeld vanuit het beeldkwaliteitsplan geschikter voor meergezinswoningen.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
37
5.3
Inrichtingsprincipes voor het binnengebied
Voor het binnengebied worden ruimtelijke principes voor de inrichting vooropgesteld. Ze moeten de leidraad vormen bij het uitwerken van een ontwerp. Ze worden eveneens als randvoorwaarden verankerd in de stedenbouwkundige voorschriften. Het is van belang dat de ontwikkeling van het binnengebied uitgaat van een globale visie en inrichtingsplan, ook voor de terreinen die momenteel geen eigendom zijn van de VZW H. Hart Kortrijk.
Een toegang tot de Nieuwstraat wordt verkozen boven een toegang tot de Peter Benoitlaan. De toegang tot de Peter Benoitlaan loopt immers ‘dood’ op de spoorwegberm en biedt weinig meerwaarde t.o.v. de toegang tot de A. Pevernagestraat. Een toegang tot de Nieuwstraat zorgt voor de ontsluiting van het ZW-gelegen gebied richting het stadscentrum en de diverse functies.
Open versus binnen Het binnengebied kent sterke bebouwingsranden. Dit kan er toe leiden dat het binnengebied en bebouwingsrand 2 eenheden vormen die weinig relatie en weinig meerwaarde voor elkaar bieden en elk op zichzelf gericht zijn. Door de bebouwingsranden te doorbreken wordt de doorwaadbaarheid voor voetgangers en fietsers van het binnengebied vergroot. Dit vergroot de beleving van de site binnen het stadsdeel. Door in het binnengebied publieke ruimte, gekoppeld met groenvoorzieningen aan te leggen biedt dit een meerwaarde voor de omwoners. De circulatie door het gebied, de publieke ruimte en de groenvoorzieningen hebben ook voor de bewoners van het woon- en zorgcentrum een positief effect. Om dit te realiseren, dient minstens langs drie zijden een doorgang te worden gecreëerd: • Een toegang tot de Kortrijksestraat • Een toegang tot de A. Pevernagestraat • Een toegang tot de Nieuwstraat
38
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Site geënt op Kortrijksestraat De ontwikkeling van de site wordt geënt op de Kortrijksestraat. • Dit is vanuit ruimtelijk en functioneel belang voor de realisatie van een relatie vertrekkende vanuit de site Beltrami, door Westwijk, over de Leie tot in het woonproject tussen Harelbeke en Kuurne. Deze as voor traag verkeer kan geaccentueerd worden door dit te koppelen met een aantal kleinschalige stedelijke groenelementen. • De Kortrijksestraat is door zijn functie als centrumstraat en door zijn selectie als secundaire weg het meest aangewezen om de hoofdtoegang te vormen tot het gebied. Een rechts in/rechts uit principe kan toegepast worden. De toegang vanaf de Kortrijksestraat dient in het gevelvlak te worden geaccentueerd. De toegang mag zich niet beperken tot een smalle doorgang tussen 2 gebouwen maar moet de inwoner of passant uitnodigen om het achterliggende gebied te ontdekken. Het accentueren van de toegang gebeurt door een gepaste breedte van doorgang en door een gepast ontwerp van de hoekgebouwen te kiezen. Dubbele ontsluiting noodzakelijk Omwille van de grootte van het voorziene project is een dubbele ontsluiting noodzakelijk. Naast de toegang vanaf de Kortrijksestraat, wordt een tweede toegang voorzien tot de A. Pevernagestraat. Gelet op het feit dat ook deze weg een eenrichtingsstraat is, zal ook hier het rechts in/rechts uit principe gelden. Een link voor autoverkeer in het binnengebied tussen beide toegangen kan mogelijk zijn maar moet zodanig ingericht zijn dat sluipverkeer ontmoedigd wordt. Meer dan verkeerstechnische ingrepen moet de inrichting van het gebied hier voor zorgen. Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
39
Bouwhoogte in relatie tot stadsdeel De bouwhoogte in het binnengebied moet in relatie staan tot zijn omgeving. Zowel langs de N43 als langs de overige bebouwingsranden overweegt een bouwhoogte van twee bouwlagen met een hellend dak. Het ontwerp van het WZC mag qua oppervlakte en qua bouwhoogte geen schaalbreuk betekenen met het stadsdeel. Een stedelijk volume die het stadsdeel domineert is niet wenselijk. Gelet op de grootte van het plangebied en de ruime afstanden tot de randen van het bouwblok is het wel mogelijk om een hogere bouwhoogte te voorzien dan de omringende bebouwing. Een bouwhoogte van 4 bouwlagen met een teruggetrokken en ondergeschikte 5de bouwlaag is het maximum. Het is wenselijk om de bebouwing op te splitsen in verschillende evt. aaneengeschakelde volumes met verschillende bouwhoogtes i.p.v. 1 groot volume. Parkeren: deels privaat en deels complementair Zowel intern als extern is een parkeerbehoefte. Intern zal deze ontstaan door het woonzorgcentrum en de andere functies (wonen). Zowel voor bewoners, personeel en bezoekers dient voldoende parkeerruimte te worden voorzien. Extern (in de omliggende woonstraten) is er een gebrek aan garages en private parkeerplaatsen. Hierdoor is de druk op de publieke parkeerplaatsen (langsparkeren in de woonstraten) groot. Het gebied biedt potenties om beide problemen op te lossen, deels door private en deels door parkeerplaatsen complementair te gebruiken. De parkeerbehoefte, ontstaan door het woonzorgcentrum en de bijhorende functies, kan ondergronds in het binnengebied opgevangen worden. Dit laat toe om het binnengebied optimaal in te richten voor bebouwing en open ruimten. De
40
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
inrit van ondergrondse parking wordt voorzien via de Kortrijksestraat. De uitrit wordt voorzien via de A. Pevernagestraat. De parkeerbehoefte die ontstaat door het voorzien van nieuwe woningen wordt op privaat domein opgevangen. Bezoekersparkeren kan gezamenlijk georganiseerd worden. Het opvangen van de externe parkeerbehoefte wordt als volgt aangepakt: • De garageweg die aangeduid was in het oorspronkelijk BPA achter de woningen van de Kortrijksestraat en de A. Pevernagestraat blijft behouden. Hierdoor blijven de inwoners de mogelijkheid hebben, indien samengewerkt wordt, om een garage achteraan het perceel te voorzien. • De garageweg achter de Peter Benoitlaan, dat eveneens werd ingetekend in het BPA, wordt niet langer weerhouden. De percelen hebben een te geringe diepte om nog bijkomend een garage aan te leggen. Hierdoor zou de tuinzone beperkt worden. De garageweg wordt vervangen door een gezamenlijke parkeergelegenheid in het binnengebied. Deze parkeervoorziening kent een complementair gebruik. Ze wordt ingezet om de parkeerdruk deels op te vangen uit de omliggende straten en om het bezoekersparkeren bij de bewoning in de projectzone op te vangen. Overdag kan deze parking ook ten dienste staan van personeel en bezoekers van het Woonzorgcentrum. • Achter de woningen van de Nieuwstraat kan eveneens een garageweg worden voorzien. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om via een gezamenlijk project een garage te voorzien voor de woningen in de Nieuwstraat. De toegang tot deze garageweg wordt voorzien richting Nieuwstraat en kan eventueel gekoppeld worden aan een fietsas in het verlengde van de H. Consciencestraat.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
41
5.4
Voorstel van ontwerp projectontwikkelaar
Uitgaande van de ruimtelijke inrichtingsprincipes werkte de projectontwikkelaar een ontwerp uit voor het binnengebied van de A. Pevernagestraat. Het plan werd tijdens verschillende overlegmomenten met de stad besproken.
Het plan is een voorstel van inrichting en is bijgevolg niet definitief. Het illustreert dat de vooropgestelde ruimtelijke principes werkbaar zijn en tot een haalbaar project leiden. Het project gaat uit van 3 zones die elk gekoppeld worden met een specifieke functie en bebouwingstypologie.
A.Pev
ernage
straat
at
stra
Tuin
aat
estr
rijks
Kort
Centraal in het binnengebied wordt een zorgkern voorzien. In dit deel wordt een rust- en verzorgingstehuis opgericht. De typologie gaat uit van hogere volumes en een beperktere bebouwbare oppervlakte. Dit biedt de mogelijkheid om functioneel en energiezuinig te bouwen en tegelijk voldoende ruimte te hebben voor een kwalitatieve aanleg van de onbebouwde ruimte. De hogere volumes blijven qua bouwhoogte beperkter dan de huidige toegelaten hoogtes in het BPA. Het project dient naar zichten en inkijk rekening te houden met de omliggende woningen. Langs de Kortrijksestraat worden een aantal publieke functies voorzien. Het kan hierbij bvb. gaan om een cafetaria bij het WZC of om bvb. een kinderdagverblijf. De publieke functies worden daar voorzien om het project te accentueren binnen de kern van Harelbeke. Het vormt het scharnier tussen het binnengebied en de Kortrijksestraat. Dit wordt versterkt door de toegang tot het achterliggende gebied te voorzien vanaf de Kortrijksestraat. De nieuwe bebouwing dient zich te integreren
42
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
in het vooropgestelde straatbeeld van het beeldkwaliteitsplan. Een accent kan aan de bebouwing langsheen de Kortrijksestraat toegevoegd worden teneinde het project en het achterliggende binnengebied te benadrukken. Richting Peter Benoitlaan wordt een woonproject voorzien van grondgebonden woningen. Dit betekent dat de bebouwing er zal bestaan uit rijwoningen of geschakelde woningen met een tuin. De tuinen van de woningen grenzen aan de tuinen van de woningen in de Peter Benoitlaan. De projectzone omvat eveneens een deel dat niet in eigendom is van de projectontwikkelaar. Het betreft een alleenstaande villa. Indien deze villa op korte of lange termijn vrijkomt of verkocht wordt, kan er een woonproject voorzien worden die zich integreert in het totale project. Daarbij is het wenselijk dat de voorzijde van de woningen gericht zijn naar het WZC en dat de tuinen aansluiten op de tuinen van het woonlint in de A. Pevernagestraat.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
43
6.
Technische screening
6.1
Buurtwegentoets
Op de atlas der buurtwegen werd, naast de aanduiding van de Kortrijksestraat, de A. Pevernagestraat reeds als weg aangeduid (chemin nr. 3) en twee voetwegen. De twee voetwegen met name de Nieuwstraat (sentier nr. 29) en de Wagenweg (sentier nr. 21) werden uitgebouwd als straat. Binnen het plangebied zijn verder geen juridische voetwegen aanwezig. Er zijn ook geen andere feitelijke voetwegen aanwezig.
44
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 11: Buurtwegentoets
Legende plangebied wijzigingen
0
100
Leiedal, augustus 2012
200 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
45
6.2
Screening Plan-MER
Situering Het RUP is niet van rechtswege Plan-MER-plichtig. Het RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de Plan-MER-plicht want: 1. Art. 4.2.3, §2, 1° DABM. Het RUP vormt geen kader voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten. Het RUP regelt het gebruik van een klein gebied van lokaal niveau. Het RUP houdt een kleine wijziging in. 2. Het RUP betreft geen plan, waar gelet op het mogelijk betekenisvolle effect op speciale beschermingszones, een passende beoordeling vereist is uit hoofde van het artikel 36ter, §3, vierde lid van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (titel IV, artikel 4.2.1 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen algemeen milieubeleid). Daar het RUP niet van rechtswege onderworpen is aan de Plan-MER-plicht en een kleine wijziging inhoudt (art. 4.2.3 §3 D.A.B.M.) wordt voor betreffend plan op basis van een screening geoordeeld of het aanzienlijke milieueffecten kan hebben.
hoofdstukken feitelijke en juridische toestand onder andere gebruik gemaakt van volgend kaartmateriaal: • BWK, • landschapsatlas: relictzones, ankerplaatsen, lijnrelicten, • bodemkaart, • Seveso-bedrijven.
Verloop procedure Voor het voorliggende RUP is het onderzoek tot milieueffectenrapportage nog lopende. Volgende stappen worden doorlopen: • verzoek tot raadpleging opstellen, • verzoek tot raadpleging opsturen naar de bevoegde instanties, • coördineren van de adviezen, • einddossier overmaken aan de dienst MER, • beslissing dienst MER, • openbaarmaking van de beslissing van de dienst MER. Uit de nota ‘‘onderzoek tot Plan-MER-plicht’’ blijken uit een eerste eigen inschatting dat het voorliggende RUP geen aanzienlijke milieueffecten met zich meebrengt.
Basisinformatie m.b.t. de screening In functie van de inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten voor de verschillende effectdisciplines wordt naast de kaarten onder de
46
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
figuur 12: Screening Plan-MER
Land van Roeselare - Kortrijk
Legende biologische waarderingskaart Faunistisch belangrijk gebied biologisch minder waardevol complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen complex van biologisch minder waardevolle, waardevolle en zeer waardevolle elementen
stedelijk gebied kortrijk
complex van biologisch minder waardevolle en zeer waardevolle elementen biologisch waardevol complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen biologisch zeer waardevol
Zandig Leie-Schelde-interfluvium Gavers
landschapsatlas ankerplaatsen lijnrelikten
biologische waarderingskaart
%
landschapsatlas
puntrelikten reliktenzone traditionele landschappen
bodemkaart 01. Antropogeen 03. Nat zand 04. Vochtig zand 05. Droog zand 07. Vochtig zand antropogeen 09. Nat zandleem
!Ghekiere Trans Shipment NV
10. Vochtig zandleem 11. Droge zandleem 15. Natte klei 16. Vochtige klei
sevesobedrijven
! 0
bodemkaart 0
0,5
1 Kilometers
sevesobedrijven 250
500 Meters
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
47
zie kaart
figuur 13: Screening Plan-MER
Legende waterlopen bevaarbare waterlopen beek categorie 1 beek categorie 2 beek categorie 3 niet-gecatalogeerde beek
grondwaterstromingsgevoelige gebieden geen informatie beschikbaar zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2)
waterlopen
grondwaterstromingsgevoelige gebieden
weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3)
infiltratiegevoelige bodems niet infiltratiegevoelig infiltratiegevoelig
zoneringsplan centraal gebied (reeds of binnenkort berioleerd en aangesloten op zuiveringsstation) collectief geoptimaliseerd buitengebied (reeds of binnenkort berioleerd en aangesloten op zuiveringsstation) collectief te optimaliseren buitengebied (nog te berioleren, en/of aan te sluiten op zuiveringsstation) individueel te optimaliseren buitengebied (individuele zuiveringsinstallatie te voorzien op eigen perceel)
infiltratiegevoelige bodems 0
48
250
zoneringsplan 500 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
6.3
Watertoets
Terreinkenmerken Het plangebied is deels gelegen in het Leiebekken (deelbekken 05-05). De bodem in het plangebied is antropogeen. Binnen het plangebied bevinden zich geen waardevolle bodems volgens de databank Ondergrond Vlaanderen. Het plangebied is niet gelegen binnen recent overstroomd gebied. In het plangebied en directe omgeving bevinden zich geen geklasseerde waterlopen. Verderop in het westen (ca. 150 m) is de bevaarbare waterloop van de Leie gelegen. De verschillende watertoetskaarten zijn afgewogen voor het plangebied: • Overstromingsgevoelige gebieden: het plangebied is niet overstromingsgevoelig. • Grondwaterstromingsgevoelige gebieden: het plangebied is volledig gelegen binnen een gebied matig tot zeer gevoelig voor grondwaterstromingen (type 1 en 2). • Infiltratiegevoelige bodems: het plangebied is grotendeels gelegen binnen infiltratiegevoelige bodem. • Erosiegevoelige gebieden: het plangebied is niet erosiegevoelig met uitzondering van de talud van de spoorlijn Kortrijk-Gent. • Reliëf: het plangebied is vlak tot licht hellend (0,5 – 5%) met uitzondering van de talud van de spoorlijn Kortrijk-Gent. De percelen zijn volgens het zoneringsplan van de VMM behorend tot het centraal gebied.
Leiedal, augustus 2012
Plankenmerken Het plan zal, met uitzondering van het binnengebied weinig tot geen invloed hebben op de waterhuishouding. Het RUP zorgt immers enkel voor een verfijning van het gewestplan of aanpassing van het BPA waarbij geen grootschalige ingrepen in het bebouwd weefsel worden voorzien. In het binnengebied worden echter wel mogelijkheden gecreëerd tot het verder verdichten en verharden van het bebouwd weefsel. Het binnengebied heeft een oppervlakte van 2,19 ha. De huidige verharde oppervlakte bedraagt ongeveer 1,73 ha (woningen, bedrijfsgebouwen en verhardingen). Indien we er van uit gaan dat ongeveer 2/3 van dit gebied bebouwd of verhard zal worden in functie van een nieuw project, dan betekent dit dat een oppervlakte van ongeveer 1,46 ha zal verhard zijn. De verharde oppervlakte zal m.a.w. lager zijn dan de huidige verharde oppervlakte. Indien we bij het nieuwe project rekening houden met een noodzakelijke buffercapaciteit van 300 m³ per ha verharde oppervlakte, komt dit neer op een noodzakelijke buffercapaciteit van 438 m³. Dit kan individueel gebeuren (bvb. via regenwaterputten) of collectief (retentiebekken, open grachten,...).
Conclusie De toepassing van de gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratie-voorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater is voldoende om de watertoets te doorstaan. Bovendien is binnen de projectzone voldoende ruimte aanwezig om het regenwater collectief te bufferen.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
49
figuur 14: Waterhoofdstuk
Legende plangebied overstromingsgevoelige gebieden niet overstromingsgevoelig effectief overstromingsgevoelig mogelijk overstromingsgevoelig
waterlopen bevaarbare waterlopen beek categorie 1 beek categorie 2 beek categorie 3 niet-gecatalogeerde beek
0
50
250
500 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
6.4
Bouwkundig erfgoed
Binnen het plangebied van het RUP zijn een aantal gebouwen gelegen die in de inventaris van het bouwkundig erfgoed opgenomen zijn; geen enkel gebouw is momenteel erkend als beschermd monument. Alhoewel alle onderstaande gebouwen opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, dienen er nuances aangebracht te worden in de bouwkundige kwaliteit en architecturale waarde van de verschillende constructies. Hieronder worden de verschillende gebouwen kort beschreven (bron: inventaris van het bouwkundig erfgoed), per bouwwerk wordt een afweging gemaakt over het al dan niet behoud van de constructies. De toetsing gebeurt aan de hand van volgende parameters: • Zijn de beschreven architecturale kenmerken nog aanwezig? • Maakt het pand deel uit van een groter samenhangend geheel met bouwkundige erfgoedwaarde? • Heeft het een uitgesproken kenmerkende waarde? Het kan hierbij gaan om intrinsieke kenmerken van het pand zoals zeldzaamheid, een gevel die expressief is, typologische kenmerken die schetsend zijn voor de gemeente maar ook om de impact van het pand op de omgeving zoals de typologie van het pand (bvb. hoekpand, grootte van het volume). De toetsing aan deze drie parameters laat toe om na te gaan of het pand behouden moet blijven.
Leiedal, augustus 2012
Kortrijksestraat Kleine burgerwoning 1904 (locatie zie figuur 11) Kleine burgerwoning van 1904 met neoclassicistische gevelversiering. Enkelhuis onder gemansardeerd zadeldak met Vlaamse pannen. Bepleisterde en wit beschilderde lijstgevel met grijs beschilderde plint. Segmentboogvormige openingen in geprofileerde omlijstingen met onder meer oren, gutae en soms een sluitsteen. Vernieuwd houten schrijnwerk, bewaarde kroonlijst op klossen en enkele modillons. De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Doordat het gebouw geen deel uitmaakt van een groter geheel (in tegenstelling tot andere delen van de N43) en geen uitgesproken waardevolle kenmerken heeft, is het behoud van het gebouw niet noodzakelijk. Woning, thans magazijn (locatie zie figuur 11) Eind 19de-eeuws pand met hoge, gevelbrede doorgang naar achterliggende gebouwen. Aan de straatkant gelegen breedhuis van twee bouwlagen en vier traveeën onder een pannen zadeldak. Verankerde baksteenbouw gedomineerd door de gevelbrede, rechthoekige poort met arduinen omlijsting. Deels gedichte vensters op verdieping met doorgetrokken onderdorpel. De binnenzijde van de poortdoorgang is gecementeerd met schijnvoegen. De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Doordat het gebouw geen deel uitmaakt van een groter geheel (in tegenstelling tot andere delen van de N43) en geen uitgesproken waardevolle kenmerken heeft, is het behoud van het gebouw niet noodzakelijk.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
51
Café ‘t Anker (locatie zie figuur 11)
Woning (locatie zie figuur 11)
Eind 19de-eeuwse drankgelegenheid, van oudsher zogenaamd “’t Anker”. Rijhuis gebouwd in 1883 van vier traveeën afgedekt door een zadeldak met grijze en oranje pannen. Bepleisterde en licht grijs (met oranje) beschilderde lijstgevel met neoclassicistische geveluitwerking cf. geprofileerde vensteromlijstingen op de verdieping, paneelfries onder de goot, imitatievoegen ter hoogte van het bovenvenster in de tweede travee. Bakstenen plint en dito rondboogingang in geriemde omlijsting. Indeling begane grond met puivensters vermoedelijk van circa 1950.
Rijwoning van circa 1930 gebouwd in vrij traditionele stijl in opdracht van schaliedekker Valère Six. Voorgevel van rode bakstenen op arduinen plint. Openingen met licht getoogde bovenhoeken, onder ontlastingsbogen met arduinen aanzet- en sluitstenen, afgeboord door een doorgetrokken kordonlijstje van witte tegels. Bewaard houtwerk met schuiframen. Bovenlicht van de voordeur met smalle roedenverdelingen en Tiffany-glas.
De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Doordat het gebouw geen deel uitmaakt van een groter geheel (in tegenstelling tot andere delen van de N43) en geen uitgesproken waardevolle kenmerken heeft, is het behoud van het gebouw niet noodzakelijk.
De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Doordat het gebouw geen deel uitmaakt van een groter geheel en geen uitgesproken waardevolle kenmerken heeft, is het behoud van het gebouw niet noodzakelijk.
A. Pevernagestraat Woning (locatie zie figuur 11) Woonhuis volgens het kadaster in 1940 gebouwd in opdracht van aannemer Henri Voet. Schuin ten opzichte van de straat gerichte woning met ingang aan de zijkant. Gele baksteenbouw met gebruik van rode baksteen voor de sokkel en de omranding van de schermgevel aan straatkant. Spel van volumes cf. erkeruitbouw met balkon aan straatzijde en inspringende inkom. Als het ware luifelvormende dakgoot. De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Het gebouw maakt geen deel uit van een groter geheel. Het gebouw heeft echter wel een uitgesproken kenmerkende architecturale waarde die een meerwaarde biedt of kan bieden voor het straatbeeld. Hierdoor is het wenselijk om het gebouw te behouden.
52
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Burgerhuis van 1932 (locatie zie figuur 11) Deels vrijstaande woning van 1932 opgetrokken in oranje baksteen op een arduinen plint en afgedekt door een vooraan gemansardeerd zadeldak met Vlaamse pannen. Twee rechtertraveeën benadrukt door een halfronde dakuitbouw. Gevel geritmeerd door gevelpilasters. Deels bewaard schrijnwerk onder meer voordeur met verdeelde venstertjes. De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Het gebouw maakt geen deel uit van een groter geheel. Het gebouw heeft echter wel een uitgesproken kenmerkende architecturale waarde die een meerwaarde biedt of kan bieden voor het straatbeeld. Hierdoor is het wenselijk om het gebouw te behouden. Kristus-Koningkapel (locatie zie figuur 11) Naar verluidt gebouwd in 1927 door Petrus Bossuyt uit christelijke devotie; hij bouwt naast kapellen, ook huizen en cafés. Door het kadaster geregistreerd in 1930. Gelegen op de hoek met de Andries Pevernagestraat: ingebouwd hoekvolume tussen de aaneengesloten bebouwing (links van nr. 84). Gecementeerde, bakstenen kapel met een trapeziumvormige plattegrond. Gebruik van beton voor de balustrade ter hoogte van de dakrand. Geprofileerde zijpanelen. Dak bedekt met rode pannen. Rechthoekige of mijtervormige ramen. Houten kruisbeeld boven de toegang. Geschilderd opschrift op de steen “KRISTUS KONING IN IEDERE WONING”. Dubbele, houten toegangsdeur. De beschreven kenmerken zijn nog aanwezig. Doordat het gebouw geen deel uitmaakt van een groter geheel en geen uitgesproken kenmerken heeft, is het behoud van het gebouw niet noodzakelijk.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
53
7. Planbaten,planschade, kapitaalschade, gebruikerscompensatie Conform Art. 2.2.2. §1, 7 van de Vlaamse Codex dient er in voorkomend geval, een register opgenomen te worden, al dan niet grafisch, van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding, vermeld in artikel 2.6.1, een planbatenheffing, vermeld in artikel 2.6.4, of een compensatie, vermeld in boek 6, titel 2 of titel 3, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid. De percelen die mogelijks in aanmerking kunnen komen voor planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikerschade worden bepaald door de kaartlaag met bestemmingen voor de inwerkingtreding van het RUP, te vergelijken met de kaartlaag met de bestemmingen die in dit RUP worden voorzien. Deze aanduiding is puur informatief en planologisch van aard. Er is geen onderzoek gebeurd naar de eigendomsstructuur, mogelijke vrijstellingen of uitzonderingsgronden.
Percelen die in aanmerking kunnen komen voor kapitaalschade of gebruikerschade Op basis van de vergelijking van de bestemmingen van het gewestplan/BPA en de bestemmingen in het voorliggende RUP komen geen percelen in aanmerking voor kapitaalschade en/of gebruikerscompensatie.
Percelen die in aanmerking kunnen komen voor planbaten Op basis van de vergelijking van de bestemmingen van het gewestplan/BPA en de bestemmingen in het voorliggende RUP komen geen percelen in aanmerking voor planbaten. Percelen die in aanmerking kunnen komen voor planschade Op basis van de vergelijking van de bestemmingen van het gewestplan/BPA en de bestemmingen in het voorliggende RUP komen geen percelen in aanmerking voor planschade.
54
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
8.
Op te heffen stedenbouwkundige voorschriften
Het verordenend plan en de bijhorende voorschriften van het BPA nr. 58 A. Pevernagestraat (M.B. 9 september 2002) worden integraal opgeheven.
9.
Ruimtebalans
Er zijn geen wijzigingen in de ruimtebalans.
De voorschriften van het gewestplan (K.B. 04/11/1977 en latere wijzigingen) worden opgeheven voor volgende bestemmingszone in het plangebied: woongebied. De verkaveling 77/11 d.d. 13/7/1977 (ref. 516.1008) afgegeven aan Verhelle Helena, wordt opgegeven.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
55
10. Onteigeningsplan Om de planopties van het RUP uit te voeren moeten een aantal gronden worden verworven. In eerste instantie worden alle mogelijkheden uitgeput om de percelen in der minne te verwerven. Indien dit niet resulteert in een verwerving, kunnen de gronden onteigend worden op basis van het onteigeningsplan met volgende motivering: onteigening in functie van de planopties voor de bestemmingszones 4A1, 4A2 met overdruk 7 Momenteel zijn de zones 4A1 en 4A2 in private eigendom en niet toegankelijk. In kader van het geplande project op de site Beltrami worden op deze percelen langs de Kortrijksestraat een aantal publieke functies voorzien. Het kan hierbij bvb. gaan om een cafetaria bij het WZC of om bvb. een kinderdagverblijf. De publieke functies worden daar voorzien om het project te accentueren binnen de kern van Harelbeke. Het vormt het scharnier tussen het binnengebied en de Kortrijksestraat. Dit wordt versterkt door een brede toegang tot het achterliggende gebied te voorzien vanaf de Kortrijksestraat. De toegang vanaf de Kortrijksestraat Volgnr.
Sectie/Kad. Nr
Ligging
Aard van het goed
1ste Afdeling
te onteigenen opp.
In volgende tabel wordt aangegeven welke percelen in aanmerking komen voor onteigening. De terreinen worden aangekocht en gerealiseerd door de stad Harelbeke. De onteigende instantie voor alle aangeduide percelen: stadsbestuur Harelbeke, Markstraat 29, 8530 Harelbeke Opmerking: Het onteigeningsplan dient specifiek in de gemeenteraadsbeslissing te worden vermeld. Eigenaar
Adres eigenaar
1
796K 2
Kortrijksestraat 49
HUIS
182
volledig
Vennootschap/Carimmo
A. Pevernagestraat 64, 8530 Harelbeke
2
796H 2
Kortrijksestraat 49
TUIN
268
volledig
Vennootschap/Carimmo
A. Pevernagestraat 64, 8530 Harelbeke
3
796G 2
Kortrijksestraat 51
HUIS
380
volledig
Vennootschap/Carimmo
A. Pevernagestraat 64, 8530 Harelbeke
4
796G
Kortrijksestraat 53
HUIS
300
volledig
Vennootschap/Carimmo
A. Pevernagestraat 64, 8530 Harelbeke
5
796F
Kortrijksestraat 55
HUIS
300
volledig
Buysens, Rudy Marnix & Bekaert, Anne-Marie Ghislaine
Steenbrugstraat 129, 8530 Harelbeke
6
796L 2
Kortrijksestraat 57
HAND/HUIS
375
volledig
Buysens, Rudy Marnix & Bekaert, Anne-Marie Ghislaine
Steenbrugstraat 129, 8530 Harelbeke
7
802M
Kortrijksestraat 59
HUIS
225
volledig
Vennootschap/Carimmo
A. Pevernagestraat 64, 8530 Harelbeke
8
802R
Kortrijksestraat +61
MAGAZIJN
813
volledig
Zusters Van Liefde/Gesticht van het H.Hart
Budastraat 40, 8500 Kortrijk
9
802S
Kortrijksestraat 61
HUIS
220
volledig
Kint, Monique Marie
Overleiestraat 105, 8530 Harelbeke
10
11
56
Kadastrale opp. (m²)
is flexibel aangeduid op het verordenende plan en kan verschoven worden binnen het raakvlak van zone 4A met de Kortrijksestraat. Gezien gans de projectzone publiek toegankelijk wordt, wordt de doorsteek vanuit een correct beheer en veiligheid best openbaar domein van de stad Harelbeke. Aangezien de realisatie van het publieke domein bepalend is voor de invulling van publieke functies die er aan palen, is het ook aanbevolen om alle gronden nodig voor de realisatie van 4A als te onteigenen gronden aan te duiden, zodat er een garantie is voor een gezamenlijke ontwikkeling. Het is dus in het algemeen belang dat deze delen worden onteigend.
804C
807A
Kortrijksestraat +65
Kortrijksestraat 65
MAGAZIJN
HUIS
668
60
volledig
volledig
Callewier, Dominiek Willem
Dronckaertstraat 613, 8930 Menen
Callewier, Guy Alex
Kloosterstraat 125, 8560 Wevelgem
Callewier, Yves Frans
Overleiestraat 105, 8530 Harelbeke
Callewier, Marcel Alois
Elfde-Julistraat 163, 8530 Harelbeke
Callewier, Marie Jeanne
Welvaartlaan 34, 1560 Hoeilaart
Callewier, Andre Odilon
Mellestraat 356, 8501 Kortrijk
Callewier, Wilfrieda Alice & Rechthebbenden
Gentsesteenweg 154, 8530 Harelbeke
Callewier-Verheye, Marcel Alois & Rechthebbenden
Elfde-Julistraat 163, 8530 Harelbeke
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
at
figuur 15: Onteigeningsplan
Ko rtr
ijk s
es tra
1
9
7
4 5
11
Legende
3 2
6
10
8
0
10
Leiedal, augustus 2012
20 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
57
figuur 16: Verordenend plan
Wagenweg
12
5 2
1
!
And
st se
3
zone voor wonen
4
projectzone
5
zone voor openbare weginfrastructuur
6
zone voor garageweg
Ko
rt r
ijk
#
zone voor wonen met beperkte nevenfuncties
4 A1
11
13
at tr a ns Tu i
1
4D
13
Ê
zone voor spoorinfrastructuur
4B
#
8
4E
overdrukken 4C
fiets- en voetgangersverbinding (indicatief)
an it la
voorbouwlijn
Ni st ra at
zone met voorkooprecht
12
op te heffen verkaveling
13
Ê
waardevol gebouw (indicatief)
14
#
uitzondering (indicatief)
0
58
50
7
Be
w
11
2
no
eu
!
9
er
9 10
5
2
aslijn voor weginfrastructuur (indicatief)
Pe t
#
8
7
Ê
2
4 A2
7
3
9
t raa
2
6
!
!
!
st age
zone voor gemengde functies
1
# 14 #
8
ra at
14
e rn P ev rie s
Legende
10
100 Meters
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
11. Verordenend plan en stedenbouwkundige voorschriften Enkel de tekst in de kolom ‘verordenende voorschriften’ is bindend. De tekst in kolom ‘toelichting’ dient samen met de stedenbouwkundige voorschriften te worden gelezen, maar zijn niet verordenend. De toelichting dient als interpretatiekader. De algemene voorschriften gelden voor alle bestemmingszones.
VERORDENENDE VOORSCHRIFTEN 0
Algemene voorschriften
0.1
Ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid
TOELICHTING
Er dient altijd en overal gestreefd te worden naar ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid. Bij elke nieuwe ingreep dient een afweging ten aanzien van de ruimtelijke draagkracht van de omgeving te gebeuren. Volgende aandachtspunten zijn belangrijk: beeldkwaliteit, kwalitatief openbaar domein, zuinig en compact ruimtegebruik, inpassing in de landschappelijke context, impact op de verkeerssituatie, kwalitatief en gepast materiaalgebruik, privacy en bezonning.
Bij de beoordeling van elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning blijft ruimtelijke kwaliteit het belangrijkste criterium. Het is aan de desbetreffende bevoegde overheid om hierover te waken. De kwaliteit van het openbaar domein wordt beoordeeld in relatie tot de functies en de bebouwde omgeving die erbij aansluiten. Zuinig en compact ruimtegebruik: dit heeft ondermeer betrekking op het bundelen, stapelen of schakelen van bouwvolumes. Inpassing in de landschappelijke context: dit gaat niet enkel voor aanbrengen van buffergroen, maar dit kan ook bijvoorbeeld worden nagestreefd door het kwaliteitsvol afwerken van gevels, het beperken van kleur- en materiaalgebruik, het creëren van contrasten tussen bebouwing en beplanting, ...
0.2
Constructies en inrichtingen van openbaar nut Binnen alle bestemmingszones worden bovengrondse en ondergrondse constructies en inrichtingen van openbaar nut toegelaten, voor zover ze in hun uitbating en algemeen voorkomen geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone.
Voorbeelden van constructies en inrichtingen van openbaar nut: straatverlichting, straatmeubilair, bushaltes, gas- of elektriciteitscabines, hoogspanningsleidingen, rioleringen en andere ondergrondse nutsleidingen en constructies, ...
Enkel omwille van ‘algemeen belang’ kunnen constructies en inrichtingen van openbaar nut afwijken van de gestelde voorwaarden in de betreffende bestemmingszone.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
59
0.3
Bestaande bebouwing, functies en inrichtingen Bestaande bebouwing, functies en inrichtingen die vergund (geacht) zijn en afwijken van de stedenbouwkundige voorschriften van dit ruimtelijk uitvoeringsplan, mogen in stand gehouden, verbouwd en gerenoveerd worden op voorwaarde dat de afwijking niet toeneemt. Uitbreiden of herbouwen van bestaande gebouwen buiten de gestelde voorschriften is enkel toegestaan om te voldoen aan de sectorale wetgeving waaronder milieu, hygiëne of brandveiligheid.
0.4
Integraal waterbeheer en waterhuishouding Alle ruimtelijke ingrepen binnen het plangebied dienen in overeenstemming te zijn met de principes van het integraal waterbeheer zonder een abnormale belasting van het watersysteem. In het bijzonder wordt gewerkt via het principe van vertraagde afvoer van het hemelwater waarbij de volgende hiërarchie wordt gevolgd: opvangen hemelwater voor herbruik, infiltratie in de grond, buffering van het verzamelde regenwater.
Enkel vergunde (geachte) constructies vallen onder deze regeling. De bestaande bebouwing: het gaat hier zowel om het hoofdvolume, nevenvolume als de bijgebouwen. Uitbreiden van bestaande gebouwen buiten de gestelde voorschriften omwille van technische of hygiënische redenen: bvb. het uitbreiden van sanitair bij een horecazaak om aan de wetgeving terzake te beantwoorden. Elke aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning, gelegen binnen de bouwzones, moet beantwoorden aan alle vereisten inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, zoals omschreven in het decreet en de verordening(en) ter zake.
Alle handelingen met betrekking tot integraal waterbeheer zijn vergunbaar binnen alle bestemmingszones van het RUP voor zover ze geen afbreuk doen aan de kwaliteit en het normale gebruik van de betrokken zone. 0.5
Inrichtingsstudie Bij de aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning of een verkavelingsvergunning voor een project dat betrekking heeft op meer dan één woongelegenheid, wordt door de aanvrager een inrichtingsstudie bijgevoegd. De inrichtingsstudie is een informatief document voor de vergunningverlenende overheid met het oog op het boordelen van de vergunningsaanvraag in het licht van de goede ruimtelijke ordening en de stedenbouwkundige voorschriften voor het gebied.
0.6
Fietsparkeerplaatsen Er dient een minimaal fietsstalcomfort te worden gegarandeerd bij meergezinswoningen of groepswoningbouwprojecten.
60
Dit is vooral van belang bij meergezinswoningen. De ruimte voor fietsstalplaatsen kan individueel of op gezamenlijke, diefstalveilige parkeerplaatsen worden voorzien. De ruimte kan binnen of buiten (liefst overdekt) het gebouw worden voorzien en maakt integraal deel uit van de inrichting van de zone. Het is aanbevolen om minimaal 2 fietsstallingen te voorzien per wooneenheid. Belangrijk hierbij is om de fietsstalplaatsen op goed toegankelijke locaties bij de toegang van de gebouwen te voorzien.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
1
Zone voor gemengde functies
hoofdcategorie: wonen - subcategorie: woongebied
1.1
Bestemming
In deze zone wordt een verweving van functies nagestreefd. Alle toegelaten activiteiten en voorzieningen kunnen als hoofdfunctie of als nevenfunctie voorkomen, zowel in hoofdgebouwen als in bijgebouwen.
De zone is bestemd voor gemengde functies waar wonen en aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen nevengeschikt zijn aan elkaar. Onder aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen worden verstaan: buurtondersteunende handel, horeca, kantoren en diensten, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen. Volgende activiteiten worden niet toegelaten, noch als hoofdfunctie, noch als nevenfunctie: • kleinhandel met een netto-winkelvloeroppervlakte van meer dan 130 m² • grootschalige horeca en/of recreatie met lawaaihinder voor de omgeving.
Wonen: woningen en de bijbehorende uitrusting zoals tuinen, tuinhuisjes, garages, ... Men gaat er van uit dat de omgeving van Westwijk/A. Pevernagestraat geen handelsconcurrentie mag leveren met het centrum van de stad, wat betekent dat de handelsoppervlakte op deze plek wordt beperkt. Kleinhandel voor dagdagelijkse voorzieningen: kruidenier, bakker, broodjeszaak, krantenwinkel, slager, ... Netto-winkelvloeroppervlakte: oppervlakte van de winkel waar de handelaar zijn klanten ontvangt. Dit omvat niet bergruimte, bijkeuken, laad- en losruimte, ... Openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen: scholen, rust- en verzorgingsinstellingen, buurthuis, bibliotheek, ...
1.2
Naast de gemengde functies is de zone ook bestemd voor groene en verharde buitenruimtes. De buitenruimtes kunnen zowel een publiek als een privaat karakter hebben.
Naast de openbare wegen, die op het verordenend plan zijn aangeduid, kunnen in de zone nog meer openbare ruimtes worden voorzien.
In deze zone zijn alle boven- en ondergrondse werken toegelaten noodzakelijk voor de inrichting, de veiligheid en het beheer van het openbaar domein.
De zone omvat eveneens de aanleg en het onderhoud van de openbare wegenstructuur, buurtspeelpleintjes, publieke groenaanleg (parken) en alle aanhorige openbare nutsvoorzieningen. Openbare verharde ruimten: straten, pleinen, publieke parking, voeten fietspaden, … Openbare groene ruimten: parken, speelpleinen, graspartijen, bermen, … Aanhorige openbare nutsvoorzieningen: verlichting, straatmeubilair, bushaltes, elektriciteitscabines, rioleringen en andere ondergrondse constructies.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
61
1.3
Woningtypologie Volgende woningtypes zijn toegelaten: • eengezinswoningen in aaneengesloten bebouwing, • gestapelde woningen of meergezinswoongebouwen in aaneengesloten bebouwing.
Gestapelde woningen zijn eengezinswoningen die boven en naast elkaar worden gestapeld en geschakeld tot een woningbouwproject. Gestapelde woningen verschillen van appartementsbouw doordat elke woning voorzien is van een individuele private toegang vanaf het openbaar domein. Een meergezinswoongebouw is een gebouw waarin meerdere wooneenheden (appartementen, studio’s) toegang krijgen via een gemeenschappelijke circulatieruimte.
1.4
Bouwvoorschriften Voorbouwlijn Voorgevels moeten op de rooilijn uitgevoerd worden. Terreinbezetting De maximum terreinbezetting per perceel bedraagt 70%. De minimum afstand van het hoofdgebouw tot de achterkavelgrens bedraagt 8,0 m. Deze voorwaarden zijn niet van toepassing voor percelen kleiner dan 100 m² en voor hoekpercelen. Indien er tegenstrijdigheden zijn tussen maximale terreinbezetting en de afstand tot de achterste perceelsgrens, dan primeert de maximale terreinbezetting. Voor de terreinbezetting wordt alle bebouwing en niet-waterdoorlatende verharding in rekening gebracht.
Terreinbezetting Er wordt een maximale terreinbezetting opgelegd om te vermijden dat grote percelen volledig volgebouwd zullen worden. Een uitzondering van de maximale bezettingsgraad wordt toegestaan voor kleine percelen en hoekpercelen. Om het wooncomfort te behouden kan het nodig zijn om het perceel meer dan 70% te bebouwen. Tegenstrijdigheden kunnen bvb. ontstaan bij zeer onregelmatige percelen (bvb. ondiepe percelen) waarbij de 8,00 m vanaf de achterkavelgrens niet kan gerealiseerd worden.
Bouwdiepte Verdieping: maximum 17 m (incl. inpandige terrassen) Aantal bouwlagen • Hoofdvolume: maximum 4 aantal bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. • Een ‘bouwlaag’ is de ruimte tussen twee vloeren van een gebouw. De gelijkgrondse bouwlaag heeft een minimale hoogte van 3,5 m hoog en een maximale hoogte van 4 m; vanaf de eerste verdieping geldt een maximale hoogte van 3,5 m.
62
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Dakvorm De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45° en is de nok evenwijdig met de N43. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak. Buitenruimte meergezinswoongebouw Elke individuele woningeenheid binnen de zone moet beschikken over een minimale buitenruimte van 10 m², in de vorm van een terras of (dak)tuin. Bij de gevel grenzend aan de Kortrijksestraat blijven buitenruimtes binnen het gevelvlak. Deze inpandige buitenruimtes zijn maximaal 2,5 m diep. Aan de achterkant kunnen balkons buiten het gevelvlak uitsteken. 1.5
Voorschriften in uitvoering van het beeldkwaliteitsplan Nevenschikking Er wordt een geleding in de straatgevel langs de Kortrijksestraat opgelegd, waarbij eenzelfde gabariet (in verticale gevelopeningen, kroonlijsthoogte, plint, kleurenpalet) over een gevellengte van maximum 21 m kan worden toegepast. Deze regel is ook van toepassing op individuele percelen met een gevelbreedte van meer dan 21 m. Bijkomend geldt de beperking dat max. twee panden uit de bestaande situatie (op datum van goedkeuring RUP) mogen worden samengevoegd tot één nieuw gevelvlak.
Nevenschikking in nieuwbouw Wisselende breedtes tonen zich het beste door een wisselend aantal staande ramen in het gevelvlak. Hiermee wordt het gebouw ‘telbaar’.
Kroonlijsthoogte De kroonlijsthoogte over de volledige lengte van de Kortrijksestraat mag variëren tussen minimum 9,5 m en maximum 13 m, waarbij de kroonlijsthoogte tussen twee aangrenzende bouwvolumes met minimum 0,5 m en maximum 2,5 m verspringt. De gootlijn of kroonlijst is onderdeel van het gevelvlak. Zware dakoversteken zijn niet toegestaan. Voor een gebouw met een plat dak kan de maximale kroonlijsthoogte opgetrokken worden tot 13,5 m i.f.v. de noodzakelijke dakopstand.
De opgelegde kroonlijsthoogte langs de Kortrijksestraat laat een menging van 3 en 4 bouwlagen toe. Het opzet is om een organisch of historisch gegroeid geheel te creëren. Gezien de verplichting tot variatie in de kroonlijsthoogte, zijn de mogelijkheden voor de hoogte van een bouwlaag ruim genomen. Met de gegeven maten zijn ondermeer volgende varianten mogelijk: • 3 bouwlagen met een hellend dak of plat dak (bvb. 3,5+3+3=9,5) • 3 bouwlagen met een 4e teruggetrokken verdieping • 4 bouwlagen met een hellend dak (bvb. 4+3+3+3=13) • 4 bouwlagen met een 5e teruggetrokken verdieping • 4 bouwlagen met een plat dak (bvb. 4+3+3+3,5=13,5)
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
63
Nokhoogte De nokhoogte is maximaal 16 meter. Gevelopeningen De gevelvlakken gericht naar de Kortrijksestraat dienen te bestaan uit een ensemble van verticale gevelopeningen. De openingen hebben een verhouding van minimum 1/3 en maximum 2/3. Op het gelijkvloers geldt de verticale geleding ook, doch niet binnen deze strikte cijfermatige verhouding. Van de verticale geleding kan afgeweken worden om een garagepoort of doorgang te voorzien.
Onder gevelopeningen wordt verstaan: • raam- en deuropeningen • uitsnijdingen in het gevelvlak, waarachter zich de inpandige terrassen bevinden Het gelijkvloers of de gelijkgrondse bouwlaag is de verdieping gelegen op het straatniveau of iets hoger.
Plint Bij elk nieuwbouwproject is een voetplint in de voorgevel verplicht. De hoogte van deze voetplint bedraagt min. 40 cm. t.o.v. het voetpad. De plint wordt in natuursteen uitgevoerd. Gevelafwerking en kleurenpalet Alle gevels, ook de wachtgevels, worden afgewerkt met gevelsteen. Het materiaal- en kleurgebruik dragen bij tot een harmonisch en evenwichtig straatbeeld.
1.6
Gevelafwerking en kleurenpalet Schreeuwerige kleuren en/of een te grote mix aan materiaalgebruik, waardoor de nieuwe straatgevel alle aandacht opeist, zijn niet wenselijk. Het straatbeeld moet evolueren naar één visueel samenhangend geheel, geïntegreerd binnen het groter ensemble langs de Kortrijksestraat. Ze vormen een kwalitatieve en evenwichtige wand.
Parkeren Bij nieuwbouw dienen volgend aantal parkeerplaatsen te worden voorzien: • eengezinswoning: minimaal 1 parkeerplaats; • meergezinswoning: minimaal 1,5 parkeerplaats. Voor percelen die grenzen aan de garageweg kunnen de toegangen tot parkeervoorzieningen en garages niet voorzien worden in het gevelvlak langs de Kortrijksestraat. Zolang de garageweg niet gerealiseerd is kan een uitzondering voorzien worden om de garages via de Kortrijksestraat te ontsluiten met een max. breedt van 3,5 meter. De garages moeten zo ingericht worden dat een eventuele toekomstige ontsluiting naar de garageweg mogelijk is.
64
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
2
Zone voor wonen met beperkte nevenfuncties
hoofdcategorie: wonen - subcategorie: woongebied
2.1
Bestemming
In deze zone wordt een verweving van functies nagestreefd. De toegelaten activiteiten en voorzieningen worden beperkt om de woonkwaliteit te kunnen bewaren.
De zone is bestemd voor wonen met beperkte nevenfuncties. Binnen de zone zijn volgende nevenfuncties toegelaten: kantoren en diensten, kleinschalige buurtondersteunende kleinhandel. De nevenfuncties worden per perceel beperkt tot maximum 100 m² vloeroppervlakte. Enkel nevenfuncties, inpasbaar in de omgeving, op buurtniveau, gericht op dagelijkse voorzieningen en met een beperkte verkeersaantrekking worden toegelaten. De nevenfuncties zijn niet toegelaten in bijgebouwen.
Wonen: woningen en de bijbehorende uitrusting zoals tuinen, tuinhuisjes, garages, ... Kantoren en diensten: vrij beroep, kapsalon, verzekeringsmakelaar, apotheek, ... Kleinhandel voor dagdagelijkse voorzieningen: kruidenier, bakker, broodjeszaak, krantenwinkel, slager, ...
Alle activiteiten die een abnormale hinder genereren zijn binnen deze zone verboden. 2.2
Naast het wonen is de zone ook bestemd voor groene en verharde buitenruimtes. De buitenruimtes kunnen zowel een publiek als een privaat karakter hebben.
Naast de openbare wegen, die op het verordenend plan zijn aangeduid, kunnen in de zone nog meer openbare ruimtes worden voorzien.
In deze zone zijn alle boven- en ondergrondse werken toegelaten noodzakelijk voor de inrichting, de veiligheid en het beheer van het openbaar domein.
De zone omvat eveneens de aanleg en het onderhoud van de openbare wegenstructuur, buurtspeelpleintjes, publieke groenaanleg (parken) en alle aanhorige openbare nutsvoorzieningen. Openbare verharde ruimten: straten, pleinen, publieke parking, voeten fietspaden,… Openbare groene ruimten: parken, speelpleinen, graspartijen, bermen, … Aanhorige openbare nutsvoorzieningen: verlichting, straatmeubilair, bushaltes, elektriciteitscabines, rioleringen en andere ondergrondse constructies.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
65
2.3
Woningtypologie Volgende woningtypes zijn toegelaten: • eengezinswoningen in aaneengesloten, • eengezinswoningen in halfopen bebouwing. Meergezinswoongebouwen/gestapelde woningen zijn niet toegelaten.
2.4
Gestapelde woningen zijn eengezinswoningen die boven en naast elkaar worden gestapeld en geschakeld tot een woningbouwproject. Gestapelde woningen verschillen van appartementsbouw doordat elke woning voorzien is van een individuele private toegang vanaf het openbaar domein. Een meergezinswoongebouw is een gebouw waarin meerdere wooneenheden (appartementen, studio’s) toegang krijgen via een gemeenschappelijke circulatieruimte.
Bouwvoorschriften Voorbouwlijn Voorgevels moeten op de rooilijn uitgevoerd worden. Terreinbezetting De maximum terreinbezetting per perceel bedraagt 70%. Deze voorwaarden zijn niet van toepassing voor percelen kleiner dan 100 m² en voor hoekpercelen. Voor de terreinbezetting wordt alle bebouwing en niet-waterdoorlatende verharding in rekening gebracht.
Terreinbezetting Een uitzondering van de maximale bezettingsgraad wordt toegestaan voor kleine percelen en hoekpercelen. Om het wooncomfort te behouden kan het nodig zijn om het perceel meer dan 70% te bebouwen.
Bouwdiepte Gelijkvloers: maximum 25 m (incl. inpandige terrassen) Verdieping: maximum 12 m (incl. inpandige terrassen) Aantal bouwlagen • Hoofdvolumes: maximum 2 aantal bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. Een ‘bouwlaag’ is de ruimte tussen twee vloeren van een gebouw. • De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 7,0 m. De maximale nokhoogte bedraagt 13,0 m. Dakvorm De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45° en is de nok evenwijdig met de straat. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak.
66
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
2.5
Parkeren Bij (ver)nieuwbouw dient minimaal 1 parkeerplaats worden voorzien vanaf een gevelbreedte van 6,0 m.
3
Zone voor wonen
hoofdcategorie: wonen - subcategorie: woongebied
3.1
Bestemming
In deze zone wordt, gelet op de kleinschaligheid en de beperkte toegankelijkheid van de bebouwing, enkel wonen als hoofdfunctie voorzien. Met wonen wordt bedoeld de woningen en de bijbehorende uitrusting zoals tuinen, tuinhuisjes, garages, ...
De hoofdfunctie is wonen. Binnen de zone zijn geen nevenfuncties toegelaten. 3.2
Woningtypologie Enkel eengezinswoningen in aaneengesloten bebouwing zijn toegelaten.
3.3
Bouwvoorschriften Voorbouwlijn Voorgevels moeten op de verplichte voorbouwlijn (zie plan) uitgevoerd worden. Terreinbezetting De maximum terreinbezetting: • perceelsdeel woongebouw: 100%, • overig deel van het perceel: 50%; hierbij wordt zowel het bijgebouw als de verharding in rekening gebracht.
Terreinbezetting Het perceelsdeel waar het woongebouw opgetrokken is en die van het overig deel van het perceel (tuin) worden van elkaar gescheiden door een voetweg/pad. Om deze reden wordt een onderscheid gemaakt naar terreinbezetting.
De voetweg/pad tussen beide delen mag 100% worden verhard. Aantal bouwlagen • Hoofdvolume: maximum 1 bouwlaag + 1 woonlaag in het dakvolume • De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 3,5 m. De maximale nokhoogte bedraagt 8,0 meter.
Aantal bouwlagen De maximale bouwhoogte wordt beperkt tot 1 bouwlaag met een bouwlaag in het dak omdat de gebouwen in het bouwblok staan. Het is niet wenselijk hier hogere bebouwing toe te laten.
Dakvorm De dakvorm is hellend. De maximum helling is 45° en is de nok evenwijdig met de voetweg. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 50% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
67
Bijgebouwen Bijgebouwen zijn toegelaten in het perceelsdeel dat onbebouwd is en dat van de voetweg/pad gescheiden wordt van het woongebouw. Het bijgebouw heeft een maximale oppervlakte van 40 m².
4 4.1
Projectzone
hoofdcategorie: wonen - subcategorie: woongebied
De zone is bestemd voor gemengde functies waar wonen en aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen nevengeschikt zijn aan elkaar. Onder aan het wonen verwante activiteiten en voorzieningen worden verstaan: buurtondersteunende handel, horeca, kantoren en diensten, openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, socio-culturele voorzieningen, recreatieve voorzieningen, openbare en private groene en verharde ruimten. Volgende activiteiten worden niet toegelaten, noch als hoofdfunctie, noch als nevenfunctie: • kleinhandel met een netto-winkelvloeroppervlakte van meer dan 130 m² • grootschalige horeca en/of recreatie met lawaaihinder voor de omgeving • bedrijven
In deze zone wordt een verweving van functies nagestreefd. Alle toegelaten activiteiten en voorzieningen kunnen als hoofdfunctie of als nevenfunctie voorkomen, zowel in hoofdgebouwen als in bijgebouwen. Wonen: woningen en de bijbehorende uitrusting zoals tuinen, tuinhuisjes, garages, ... Men gaat er van uit dat de omgeving van Westwijk/A. Pevernagestraat geen handelsconcurrentie mag leveren met het centrum van de stad, wat betekent dat de handelsoppervlakte op deze plek wordt beperkt. Kleinhandel voor dagdagelijkse voorzieningen: kruidenier, bakker, broodjeszaak, krantenwinkel, slager, ... Netto-winkelvloeroppervlakte: oppervlakte van de winkel waar de handelaar zijn klanten ontvangt. Dit omvat niet bergruimte, bijkeuken, laad- en losruimte, ... Openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen: scholen, rust- en verzorgingsinstellingen, ... Socio-culturele voorzieningen: buurthuis, cultureel centrum, voorzieningen voor jeugdwerking, eredienstgebouw, bibliotheek, ... Recreatieve voorzieningen: (indoor) speelpleinen, sport- en fitnesscentra, bowling, ...
68
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
4.2
Naast het wonen is de zone ook bestemd voor groene en verharde buitenruimtes. De buitenruimtes kunnen zowel een publiek als een privaat karakter hebben.
Naast de openbare wegen, die op het verordenend plan zijn aangeduid, kunnen in de zone nog meer openbare ruimtes worden voorzien.
In deze zone zijn alle boven- en ondergrondse werken toegelaten noodzakelijk voor de inrichting, de veiligheid en het beheer van het openbaar domein.
De zone omvat eveneens de aanleg en het onderhoud van de openbare wegenstructuur, buurtspeelpleintjes, publieke groenaanleg (parken) en alle aanhorige openbare nutsvoorzieningen. Openbare verharde ruimten: straten, pleinen, publieke parking, voeten fietspaden, … Openbare groene ruimten: parken, speelpleinen, graspartijen, bermen, … Aanhorige openbare nutsvoorzieningen: verlichting, straatmeubilair, bushaltes, elektriciteitscabines, rioleringen en andere ondergrondse constructies.
4.3
Woningtypologie Volgende woningtypes zijn toegelaten tenzij anders gespecifieerd in de deelzones: • eengezinswoningen in aaneengesloten, halfopen of open bebouwing, • meergezinswoongebouwen of gestapelde woningen in aaneengesloten, halfopen of open bebouwing.
4.4
Gestapelde woningen zijn eengezinswoningen die boven en naast elkaar worden gestapeld en geschakeld tot een woningbouwproject. Gestapelde woningen verschillen van appartementsbouw doordat elke woning voorzien is van een individuele private toegang vanaf het openbaar domein. Een meergezinswoongebouw is een gebouw waarin meerdere wooneenheden (appartementen, studio’s) toegang krijgen via een gemeenschappelijke circulatieruimte.
Inrichtingsstudie De inrichtingsstudie gevraagd in 0.5 dient te bestaan uit één geïntegreerde inrichtingsstudie voor de zones A, B, C en E. Voor zone D dient een aparte inrichtingsstudie gemaakt te worden. De inrichtingsstudie geef ook aan hoe het voorgenomen project zich verhoudt tot wat al gerealiseerd is binnen het gebied en/of tot de mogelijke ontwikkeling.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
69
4.5
Bouwvoorschriften zone A Terreinbezetting De maximale bebouwde oppervlakte van deze zone bedraagt 70%. Voor de terreinbezetting wordt alle bebouwing in rekening gebracht, maar niet de verharding.
Bij de bouwvoorschriften wordt zoveel mogelijk de bouwvoorschriften van zone 1 overgenomen zodat het project zich integreert in het straatbeeld van de Kortrijksestraat.
Positionering van de gebouwen Binnen bouwzone A1 dient de gevelwand langsheen de N43 volledig bebouwd te zijn. Dit betekent dat de bebouwing op de rooilijn dient geplaatst te worden. De gevelwand kan enkel onderbroken worden voor de realisatie van een doorgang tot het achterliggende binnengebied. De zone is 25 m diep vanaf de rooilijn. De bouwdiepte op de verdieping bedraagt 17 m (incl. inpandige terrassen). Binnen bouwzone A2 kan eveneens bebouwing worden voorzien waarbij de inplanting afhankelijk is van de bouwhoogte. Gebouwen bestaande uit 2 bouwlagen worden tot op 5 meter van de grens met zone 1 gebouwd. Gebouwen bestaande uit 1 bouwlaag kunnen tot op de grens met zone 1 gebouwd worden. Bij de inrichting moet de inkijk naar de percelen in de aanpalende zone 1 tot een minimum beperkt blijven. Aantal bouwlagen • Bouwzone A1: maximum 4 aantal bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. Een ‘bouwlaag’ is de ruimte tussen twee vloeren van een gebouw. De gelijkgrondse bouwlaag heeft een minimale bruto-hoogte van 3,5 m en een maximale hoogte van 4 meter; vanaf de eerste verdieping geldt een maximale bruto-hoogte van 3,50 m. Enkel de bovengrondse ruimtes tellen mee als bouwlaag. • Bouwzone A2: maximum 2 bouwlagen hoog. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 7,0 m. De maximale nokhoogte bedraagt 13,0 m. • Bij een plat dak kan de kroonlijsthoogte verhoogd worden met 0,5 m t.b.v. de dakopstand.
70
Woon- en leefruimten met een lateraal zicht naar zone 1 zijn niet toegelaten. De bepalingen uit 1.5 (voorschriften in uitvoering van het beeldkwaliteitsplan) blijven van toepassing. Dit betekent dat de kroonlijsthoogte mag variëren tussen 9,5 m en 13 m. De nokhoogte bedraagt maximaal 16 m.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Dakvorm • Bouwzone A1: De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45° en is de nok evenwijdig met de N43. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak. •
Bouwzone A2: vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45°. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak.
Buitenruimte meergezinswoningen Elke individuele wooneenheid binnen de zone moet beschikken over een minimale buitenruimte van 10 m², in de vorm van een terras of (dak)tuin. Bij de gevel grenzend aan de Kortrijksestraat blijven buitenruimtes binnen het gevelvlak. Deze inpandige buitenruimtes zijn maximaal 2,5 m diep. Aan de achterkant kunnen balkons buiten het gevelvlak uitsteken. Bijgebouwen Bijgebouwen zijn toegelaten in zoverre de maximum terreinbezetting niet wordt overschreden. 4.6
Voorschriften in uitvoering van het beeldkwaliteitsplan De voorschriften uit art. 1.5 gelden ook voor deelzone A1.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
71
4.7
Accent t.h.v. Kortijksestraat Ter hoogte van de Kortrijksestraat kan van de voorschriften van art. 4.5. en 4.6 afgeweken worden voor wat betreft de voorschriften m.b.t. op bouwhoogte en nevenschikking en dit om een accent in de bebouwing te creëren ter hoogte van de doorgang naar het achterliggende gebied.
Het accent moet gezien worden als een opgestuwd gebouw waardoor een onderdoorgang mogelijk is naar het achterliggende gebied.
Deze afwijking omvat 2 aangrenzende accenten met een maximale gezamenlijke gevellengte van 21 meter, gesitueerd boven de doorgang tot het achterliggend gebied. De twee accenten dienen een verschillende hoogte te hebben zodat een verticaal lijnenspel ontstaat. Hierbij gelden volgende mogelijkheden tot afwijking: •
• •
4.8
De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 15,5 meter en de maximale nokhoogte bedraagt 18,5 meter. Om beide accenten te kunnen creëren kan de vooropgestelde maximale sprong van de kroonlijsthoogte tussen twee aangrenzende bouwvolumes overschreden worden. De beperking dat maximum twee panden uit de bestaande situatie (op datum van goedkeuring van het RUP) mogen worden samengevoegd tot één nieuw gevelvlak geldt niet; Het accent kan ondersteund worden door de bebouwing op de verdieping uit het gevelvlak te laten springen of in te springen. De afwijking t.o.v. rooilijn bedraagt maximaal 1 meter.
Bouwvoorschriften zone B Terreinbezetting De maximale bebouwde oppervlakte van de zone bedraagt 40%. De maximale verharde oppervlakte in niet-waterdoorlatende materialen bedraagt 20%.
De oppervlakte van zone B bedraagt ongeveer 8.000 m². Hiervan kan dus 3.200 m² bebouwd worden.
Voor de terreinbezetting van deze zone wordt alle bebouwing in rekening gebracht, maar niet de verharding.
72
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Positionering van de gebouwen • De positionering van de gebouwen is vrij te kiezen. De minimum afstand van de gebouwen tot de zonegrenzen (zone 1 en 2) bedraagt 8,0 m. Dit geldt niet voor gebouwen met een maximale kroonlijsthoogte van 3,50 meter. • Bij gebouwen met een minimale hoogte van 3 bouwlagen mogen, wat betreft hun lengterichting, niet evenwijdig met de Nieuwstraat geplaatst worden. Dit geldt niet voor plaatselijke verbindingen tussen gebouwen waarbij de verbindingen geen invulling hebben met wooneenheden/ kamers. Bij de inrichting moet gegarandeerd worden dat de inkijk naar de percelen in de aanpalende zone 2 tot een minimum beperkt blijven. Aantal bouwlagen In zone B wordt de bebouwbare oppervlakte ingedeeld in 3 delen: • Voor een totaliteit van een bebouwde oppervlakte van 1.000 m²: maximum 4 bouwlagen met een maximale kroonlijsthoogte van 14 m + 1 teruggetrokken 5de bouwlaag. • Voor een totaliteit van een bebouwde oppervlakte van 1.000 m²: maximum 3 bouwlagen met een maximale kroonlijsthoogte van 10,5 m + 1 teruggetrokken 4de bouwlaag. • Voor de overige bebouwde oppervlakte: maximum 2 bouwlagen met een maximale kroonlijsthoogte van 7,0 m + 1 teruggetrokken 3de bouwlaag.
Er wordt beoogd dat de gebouwen dwars op de richting van de Nieuwstraat geplaatst worden. Dit zorgt dat de gevellengte naar de woningen in de Nieuwstraat beperkt blijft en dat de inkijk beperkt wordt. De uitzondering is bedoeld om passerelles mogelijk te maken tussen de gebouwen. De privacy kan gegarandeerd worden door geen woon- en leefruimten met een lateraal zicht naar zone 2 te voorzien. Aantal bouwlagen Er wordt gestreefd naar verschillende volumes, al dan niet aaneengeschakeld, met een variërende bouwhoogte. Op die manier zal een gevarieerd gebouwencomplex worden gerealiseerd dat zich integreert binnen de omringende bebouwing op de randen van het bouwblok. De aangegeven bebouwde oppervlaktes kunnen ook verdeeld worden. Dit betekent dat de totaliteit van de bebouwde oppervlakte van 1.000 m² ook kan verdeeld worden in 2 of delen van volumes.
Bij een teruggetrokken bouwlaag dient de afstand t.o.v. de gevel van de onderliggende bouwlaag minimaal 3 m te zijn. Bij een plat dak kan de kroonlijsthoogte verhoogd worden met 0,5 m t.b.v. de dakopstand. Dakvorm De dakvorm dient uit een plat dak te bestaan. Bijgebouwen Bijgebouwen zijn toegelaten in zoverre de maximum terreinbezetting niet wordt overschreden.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
73
4.9
Bouwvoorschriften zone C Typologie De woningen dienen te bestaan uit grondgebonden eengezinswoningen. Terreinbezetting De maximale bebouwde en niet-waterdoorlatende verharde oppervlakte van de zone bedraagt 60%.
De oppervlakte van zone C bedraagt ongeveer 6.500 m². Hiervan kan dus 3.900 m² bebouwd en/of verhard worden.
Binnen deze zone moeten minimum 25 woningen per ha en maximum 40 woningen per ha worden voorzien. Positionering van de gebouwen De positionering van de gebouwen is vrij te kiezen. De minimum afstand van de gebouwen tot de grens met zone 2 bedraagt 8,0 m. Deze voorwaarden zijn niet van toepassing voor bijgebouwen. T.h.v. de A. Pevernagestraat kan aangebouwd worden aan de gevels van de bestaande woningen. De tuinen van de grondgebonden woningen binnen deze zone dienen zo veel mogelijk gekoppeld te zijn aan de tuinen van de woningen in de P. Benoïtlaan. Tussen beide tuinzones dient een kruiwagenpad van min. 2 m voorzien te worden. Deze koppeling van tuinen alsook kruiwagenpad gelden niet voor bebouwing gericht op de A. Pevernagestraat. Aantal bouwlagen Maximum 2 bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 7 m. De maximale nokhoogte bedraagt 13 m. Dakvorm De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45°. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak.
74
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
4.10
Bouwvoorschriften zone D Typologie De woningen dienen te bestaan uit grondgebonden eengezinswoningen. Terreinbezetting De maximale bebouwde en niet-waterdoorlatende verharde oppervlakte van de zone bedraagt 60%.
De zone heeft een oppervlakte van ongeveer 3.200 m². Hiervan kan 1.300 m² bebouwd worden. Dit is ruim voldoende om 8 tot 13 woningen cfr. de woondichtheid te voorzien.
Binnen deze zone moeten minimum 25 woningen per ha en maximum 40 woningen per ha worden voorzien. Positionering van de gebouwen De positionering van de gebouwen is vrij te kiezen. De tuinen van de grondgebonden woningen binnen deze zone dienen gekoppeld te zijn aan de tuinen van de woningen in de A. Pevernagestraat.
Tussen beide tuinen situeert zich de garages met garageweg.
Aantal bouwlagen Maximum 2 bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 7 m. De maximale nokhoogte bedraagt 13 m. Dakvorm De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45°. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
75
4.11
Bouwvoorschriften zone E Typologie De woningen dienen te bestaan uit grondgebonden eengezinswoningen, meergezinswoningen of gestapelde woningen.
De zone heeft een oppervlakte van ongeveer 1.000 m². Hiervan kan 600 m² bebouwd worden.
Terreinbezetting De maximale bebouwde en niet-waterdoorlatende verharde oppervlakte van de zone bedraagt 60%. Positionering van de gebouwen De positionering van de gebouwen is vrij te kiezen. Aantal bouwlagen Maximum 3 bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume. De maximale kroonlijsthoogte bedraagt 10,50 m. De maximale nokhoogte bedraagt 16 m. Dakvorm De dakvorm is vrij te kiezen. Indien gekozen wordt voor hellend dak, dan is de maximum helling 45°. Het hellend dak zelf moet dominant zijn. Dakkapellen en uitsprongen hebben een oppervlakte van maximaal 15% van de oppervlakte van het dakvlak waarin ze liggen. Indien gekozen wordt voor een teruggetrokken bouwlaag in het dakvolume met plat dak (penthouse) dient deze bouwlaag zich in te schrijven binnen het maximum gabariet met hellend dak. 4.12
Ontsluiting De ontsluiting van zone 4 gebeurt via twee toegangen met name een toegang vanaf de A. Pevernagestraat en een toegang vanaf de Kortrijksestraat. Hierbij gelden volgende randvoorwaarden: • Er mag geen doorgaand verkeer (m.u.v. hulpdiensten) mogelijk zijn tussen A. Pevernagestraat en Kortrijksestraat. • Projectzones C,D en E worden ontsloten naar de A. Pevernagestraat • Projectzone B kan ontsloten worden naar de A. Pevernagestraat en naar de Kortrijksestraat. • De garageweg (zone 6) moet doorheen zone 4 ontsloten worden richting Kortrijksestraat en richting A. Pevernagestraat. Bij de inrichting van de projectzone moet rekening gehouden worden met de doorwaadbaarheid voor voetgangers en fietsers.
76
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
4.13
Volgende parkeernormen worden vastgelegd als minimum: • 1,5 al dan niet overdekte autostaanplaats per wooneenheid. Hierbij dient minimum 1 parkeerplaats per wooneenheid op privaat terrein te worden voorzien (garage of oprit) en minimum 0,5 parkeerplaats per wooneenheid op semi-publiek domein. • 0,5 per wooneenheid op het publiek toegankelijk domein bestemd voor bezoekers. • 0,5 parkeerplaats per kamer in WZC, bij assistentiewoning of bij serviceflat • Voor andere functies moet in een parkeernota de parkeerbehoefte en het parkeeraanbod worden gemotiveerd. De parkeernota wordt gevoegd bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning.
In de parkeernormen wordt een onderscheid gemaakt tussen wooneenheden (woning, appartement) en assistentiewoningen / kamers rusthuis. Voor andere functies moet bij de vergunningsaanvraag gemotiveerd worden dat er voldoende parkeerplaats voorzien wordt. WZC: woonzorgcentrum
De parkeergelegenheden kunnen (deels) ondergronds worden opgevangen. Binnen deelzone C dient bovenop de parkeernormen minimum 1 gemeenschappelijke parkeergelegenheid te worden aangelegd van minimum 10 parkeerplaatsen. Deze parking moet toegankelijk zijn via het aan te leggen kruiwagenpad achter de tuinen van de woningen in de P. Benoïtlaan.
Deze parkeergelegenheid is bestemd voor bewoners uit de A. Pevernagestraat en Benoitlaan. Er zijn 20 woningen die grenzen aan deze zone. Er wordt van uitgegaan dat de helft van deze woningen gebruik zal maken van deze bijkomende parkeergelegenheid.
De inrichtingsstudie (cfr. art. 0.5) dient aan te geven hoe het parkeren globaal binnen de projectzone wordt opgelost rekening houdende met de geldende parkeernormen, functies, bezoekers (voor alle zones) en een kwalitatieve inrichting van het (semi)publieke domein. 4.14
Groenvoorzieningen en publiek domein De inrichtingsstudie (cfr. art. 0.5) dient aan te geven hoe groot de groenvoorzieningen zijn, welke functie ze hebben en hoe ze ingericht worden. De groenvoorzieningen moeten zowel kwalitatief als kwantitatief bijdragen tot een aangenaam woon- en leefklimaat. De groenvoorzieningen kunnen eveneens worden ingezet om de waterbuffering binnen de site te realiseren. Binnen de projectzone moet minimum één plein aanwezig zijn die publiek toegankelijk is. Het plein moet opgenomen worden binnen het netwerk van voet- en fietswegen doorheen de projectzone.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
77
5
Zone voor openbare weginfrastructuur
hoofdcategorie: lijninfrastructuur
5.1
Deze zone is bestemd voor openbare wegeninfrastructuur en aanhorigheden.
Onder aanhorigheden van wegeninfrastructuur wordt onder andere verstaan: al dan niet verharde bermen, grachten en taluds, de stationeer- en parkeerstroken, de wegsignalisatie en wegbebakening, de verlichting, de afwatering, de beplantingen, de geluidswerende constructies, voetgangers- of fietsvoorzieningen, de plaatsing van zitbanken, muurtjes, kunstwerken, straatmeubilair.
In deze zone zijn alle bovengrondse en ondergrondse werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die openbare wegeninfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen en wijzigingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten. 5.2
Er dient altijd en overal gestreefd te worden naar een kwalitatieve inrichting van de openbare weg, die is aangepast aan de functie en categorisering van de weg.
6
Zone voor garageweg
6.1
Deze zone is bestemd voor de aanleg van een garageweg, aansluitend op de tuinzone van private percelen.
Alle werken van natuurtechnische milieubouw kunnen gerealiseerd worden.
hoofdcategorie: wonen - subcategorie: woongebied
In deze zone zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassen van de garageweg. 6.2
Bij de aanleg van de garageweg mag geen doorgang voor gemotoriseerd verkeer ontstaan tussen A. Pevernagestraat en Kortrijksestraat.
78
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
7
Zone voor spoorinfrastructuur
hoofdcategorie: lijninfrastructuur
Dit gebied is bestemd voor spoorinfrastructuur en aanhorigheden.
Onder aanhorigheden van spoorwegen wordt onder andere verstaan: Spooruitrustingen zoals sporen, bovenleidingen, seininrichting, kabelwerken, alle grond- en kunstwerken voor de realisatie van de dragende structuur, alle gebouwen en andere constructies, met noodzakelijke toegangswegen, die verband houden met het onderhoud en de exploitatie van de spoorlijn zoals tractieonderstations, sectioneerposten, seinposten, onderhoudsplatformen, dienstlokalen, communicatie, alle toegangs- en langswegen ten behoeve van onderhouds- en veiligheidsdoeleinden, alle voorzieningen op het gebied van veiligheid en eventuele ventilatie zoals evacuatieschachten, afsluitingen, ventilatie-uitrustingen, de infrastructuren voor de afwatering van de spoorbedding zoals grachten, duikers, pompstations.
In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die spoorinfrastructuur en aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen en wijzigingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoer, lokale dienstwegen en paden voor niet-gemotoriseerd verkeer toegelaten.
8
Overdruk: aslijn voor weginfrastructuur
8.1
Het symbool geeft aan waar de publieke toegangen komen tot zone 4 en geven enkel het beginpunt aan.
8.2
De toegang vanaf de Kortrijksestraat kan verschoven worden binnen het raakvlak van zone 4A1 met de Kortrijksestraat. De toegang vanaf de A. Pevernagestraat kan verschoven worden binnen het raakvlak van zone 4C met de A. Pevernagestraat. De op het verordenend plan aangeduide tracés zijn indicatief. De breedte van beide doorgang is minimum 8 meter waarbinnen de rijweg moet worden aangelegd. De inrichting van de wegenis moet afgestemd zijn op de functie en gebruik als lokale erftoegangsweg. Alle bovengrondse en ondergrondse werken, handelingen en wijzigingen voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die openbare wegeninfrastructuur en aanhorigheden zijn toegelaten. De exacte ligging, dimensionering en inrichting van de wegen moeten bepaald worden bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
79
9
Overdruk: aslijn voor fiets- en voetgangersverbinding
9.1
De aslijn geeft symbolisch aan waar een verbinding voor voetgangers en fietsers kan worden aangelegd. Deze doorsteek kan eveneens dienst doen als toegang tot garages of parkeerplaatsen in het binnengebied van zone 2. De doorgaande beweging voor wagens is niet toegelaten.
9.2
De breedte van de doorgang bedraagt minimaal 2,5 meter.
9.3
In deze zone zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassingen van de fietsers- en voetgangersdoorsteken en aanhorigheden.
10
Overdruk: voorbouwlijn
10.1
De globale contour van het gebouw, op alle verdiepingen, moet op deze verplichte bouwlijn worden geplaatst. Er kan in beperkte mate worden ingesprongen ten aanzien van deze lijn. Uitbreidingen ten aanzien van deze lijn zijn niet toegestaan, ook niet voor wat betreft de terrassen.
11
Overdruk: zone met voorkooprecht
11.1
Op de percelen in het gebied dat in overdruk is aangeduid, is een recht van voorkoop als bedoeld in artikel 2.4.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van toepassing. Voorkooprecht wordt gegeven aan de stad Harelbeke.
12
Overdruk: op te heffen verkaveling
12.1
De in overdruk aangeduide verkavelingsvergunningen en de bijhorende stedenbouwkundige voorschriften worden opgeheven.
80
De aanleg van de fiets- en voetgangersverbinding tussen zone 4 en de Nieuwstraat is geen verplichting maar wordt stedenbouwkundig mogelijk gemaakt in dit RUP. De verbinding wordt aangelegd in het verlengde van de Hendrik Consciencestraat.
Onder aanhorigheden wordt onder andere verstaan: taluds, wegsignalisatie en wegbebakening, de verlichting, de afwatering, de beplantingen, de plaatsing van zitbanken, muurtjes, kunstwerken, straatmeubilair.
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
Leiedal, augustus 2012
Ê
13
Overdruk: waardevol gebouw (indicatief)
13.1
Bestaande waardevolle gebouwen, constructies en inrichtingen worden met dit symbool aangeduid op het verordenend grafisch plan.
Dit zijn gebouwen die zijn opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed,
13.2
De waardevolle erfgoedelementen moeten zoveel mogelijk behouden blijven. Dit betekent dat erfgoedelementen kunnen verbouwd en vernieuwd worden, maar het behoud van het karakter en de verschijningsvorm is wel steeds een voorwaarde.
Onder respect voor het karakter en de verschijningsvorm wordt verstaan dat de hoofdeigenschappen die karakteristiek zijn voor de bestaande woning, zoals globaal uitzicht en typologie van de woning, dienen gerespecteerd te worden. Dit sluit echter niet uit dat bij verbouwing of uitbreiding een moderne eigentijdse vormentaal en/of materiaalgebruik kan worden gebruikt, mits dit gebeurt in respect met het bestaande en/ of inpasbaar is in de omgeving.
13.3
Bij verbouwen of herbouwen van deze panden zijn er twee mogelijkheden voor de voorgevel: 1. de bestaande voorgevel wordt behouden of gerenoveerd; 2. de bestaande voorgevel wordt vervangen door een gevel met grotere beeldkwaliteit. De beeldkwaliteit moet bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning duidelijk blijken uit 3D-simulaties.
Onder het behouden van de voorgevel wordt verstaan dat de globale vormgeving wordt behouden. Dit betekent bvb. dat ramen kunnen vervangen worden maar dat de raamopeningen niet kunnen worden vergroot.
13.4
De vergunningsverlenende overheid kan het behoud van erfgoedelementen (buiten de voorgevel) opleggen naargelang de specifieke erfgoedwaarde van het gebouw.
14
Overdruk: uitzondering - verruimde bouwmogelijkheden
14.1
Op de percelen die symbolisch zijn aangeduid op het grafisch plan is het mogelijk om van de stedenbouwkundige voorschriften van zone 2 af te wijken.
De beeldkwaliteit van de voorgevel wordt bepaald door zijn inpassing in het globale straatbeeld, de kleurkeuze, de vormgeving van de raam- en deuropeningen, ... Uiteraard zijn de voorschriften uit de onderliggende zone van toepassing.
#
Volgende afwijkingen zijn toegelaten: • de woningtypologie kan ook uit meergezinswoningen bestaan; • de bouwdiepte op de verdieping bedraagt maximum 15 meter; • er zijn maximum 4 bouwlagen + 1 woonlaag in het dakvolume toegelaten; • de maximale kroonlijsthoogte bedraagt 10,0 m. De maximale nokhoogte bedraagt 16,0 m; • de beperking inzake dakkappelen en uitsprongen geldt niet.
Leiedal, augustus 2012
Stad Harelbeke, Ruimtelijk Uitvoeringsplan 20-1 A. Pevernagestraat
81
www.leiedal.be bedrijventerreinen stedenbouw milieu informatie- en communicatietechnologie mobiliteit herbestemmingsprojecten
intergemeentelijke samenwerking projectontwikkeling streekontwikkeling