RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN WIJTSCHOT toelichtingsnota
Ontwerp
gemeente Schoten
Grontmij Belgium NV Mechelen, 10 september 2014
307655_533_toel, revisie _c
Verantwoording
Titel
:
RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN WIJTSCHOT
Subtitel
:
toelichtingsnota
Projectnummer
:
307655
Referentienummer
:
307655_533_toel
Revisie
:
_c
Datum
:
10 september 2014
Auteur(s)
:
Jeroen Bastiaens, Ilse Demeulenaere, Stephanie Verbeeck
E-mail adres
:
[email protected]
Gecontroleerd door
:
Katrien Van Den Bergh
Paraaf gecontroleerd
:
Goedgekeurd door
:
Paraaf goedgekeurd
:
Contact
:
Katrien Van Den Bergh
Grontmij Belgium NV Stationsstraat 51 B-2800 Mechelen T +32 15 45 13 00 F +32 15 42 22 08
[email protected] www.grontmij.be
307655_533_toel, revisie _c Pagina 2 van 45
Inhoudsopgave
1 1.1 1.2
INLEIDING................................................................................................................ 6 Initiatiefnemer ........................................................................................................... 6 Aanleiding ................................................................................................................. 6
2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3
RUIMTELIJKE CONTEXT......................................................................................... 7 Situering.................................................................................................................... 7 Situering in de ruime omgeving .................................................................................7 Situering in onmiddellijke omgeving ........................................................................... 8 Beschrijving van het plangebied ................................................................................ 9 Mesoniveau............................................................................................................... 9 Microniveau............................................................................................................. 10 Fotoreportage ......................................................................................................... 11
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
JURIDISCHE CONTEXT ......................................................................................... 14 Bestemmingsplannen en ruimtelijke uitvoeringsplannen .......................................... 14 Verkavelingen en ruilverkavelingen ......................................................................... 15 Wegen en water ...................................................................................................... 15 Beschermings- en klasseringsbesluiten ................................................................... 16 Natuurbeschermingsgebieden en VEN-gebieden..................................................... 16 Andere .................................................................................................................... 16
4 4.1 4.2 4.3 4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4.3.6 4.3.6.1 4.3.6.2
PLANNINGSCONTEXT .......................................................................................... 17 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) ............................................................. 17 Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA) ............................................. 18 Relatie met het Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Schoten ................................. 20 Gewenste ruimtelijk-economische structuur ............................................................. 20 Natuurlijke structuur ................................................................................................ 22 Lijnstructuur ............................................................................................................ 22 Toeristisch – recreatieve structuur: .......................................................................... 23 Hoofdruimte Groene Ruimte .................................................................................... 23 Gewenste ruimtelijke structuur op microniveau: aandachtsgebied nr. 1 .................... 24 Versterken bedrijvigheid op het snijpunt Albertkanaal – kanaal Dessel-Schoten ....... 24 Versterken van groenelementen .............................................................................. 24
5 5.1 5.1.1 5.1.2 5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4 5.2.5 5.2.6
VISIE OP HET PLANGEBIED................................................................................. 26 Visie en doelstellingen van het RUP ........................................................................ 26 doelstelling van het RUP ......................................................................................... 26 Visie en concept ...................................................................................................... 26 Ruimtelijke opties vertaald in stedenbouwkundige voorschriften .............................. 29 Zone 1: zone voor lokale bedrijvigheid ..................................................................... 29 Zone 2: zone voor gemeenschapsvoorzieningen ..................................................... 29 Zone 3: Zone voor landschapsbuffer........................................................................ 30 Zone 4: Zone voor natuurontwikkeling ..................................................................... 30 Zone 5: zone voor lokale wegenis............................................................................ 30 Zone 6: zone voor langzaam verkeer ....................................................................... 30
6
DECRETALE BEPALINGEN .................................................................................. 31
307655_533_toel, revisie _c Pagina 3 van 45
Inhoudsopgave (vervolg)
6.1 6.1.1 6.1.2 6.2 6.2.1 6.2.2 6.2.3 6.3 6.4
Watertoets............................................................................................................... 32 Beschrijving............................................................................................................. 32 Analyse en beoordeling ........................................................................................... 33 Onderzoek tot m.e.r................................................................................................. 34 Resultaten verzoek tot raadpleging.......................................................................... 34 Beslissing dienst Mer .............................................................................................. 34 Conclusies onderzoek tot m.e.r. met betrekking tot RUP.......................................... 35 Op te heffen voorschriften ....................................................................................... 37 Register planbaten, planschade en compensatie ..................................................... 37
BIJLAGE 1 BESLISSING DIENST MER................................................................................. 38 BIJLAGE 2 OP TE HEFFEN VOORSCHRIFTEN BPA WIJTSCHOT ...................................... 39 BIJLAGE 3 RESULTATEN ENQUÊTE ................................................................................... 40 BIJLAGE 4 WEERGAVE BESTAANDE FEITELIJKE TOESTAND......................................... 44
307655_533_toel, revisie _c Pagina 4 van 45
Dit dossier is gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in de vergadering Van 25 /9 / 2014 Op bevel, De Secretaris Nicole Verhoeven
De Voorzitter Gerd Adriaensen
Zegel van de gemeente
Verantwoordelijk Ruimtelijk Planner Jeroen Bastiaens
307655_533_toel, revisie _c Pagina 5 van 45
1
INLEIDING
1.1
Initiatiefnemer
De initiatiefnemer van het plan is: het gemeentebestuur van Schoten Verbertstraat 3 B-2900 Schoten T 03/ 680 09 55 F 03 / 680 29 13
[email protected]
1.2
Aanleiding
Het opzet van het RUP Wijtschot is om het BPA Wijtschot (goedgekeurd in 2005) waarin een herbestemming tot een lokaal bedrijventerrein is voorzien, te herzien in functie van de vooropgestelde sanering van het voormalige stort. Daarnaast kent het terrein een aantal aandachtpunten die binnen dit RUP worden opgelost. Het gaat om de uitbouw van een parking (inrijpunt voor omliggende functies en achtergelegen natuurgebied), de verdere ontwikkeling van het containerpark geclusterd met een gemeentelijke opslagruimte (i.f.v. herlocalisatie van de ‘Dienst der werken’), de aanleg van een groenbuffer afgestemd op de inzichten vanuit het saneringsdossier en het voorzien van de mogelijkheid om windturbines in te planten (voor zover dit nog niet het geval zou zijn).
307655_533_toel, revisie _c Pagina 6 van 45
2
RUIMTELIJKE CONTEXT
2.1
Situering
2.1.1
Situering in de ruime omgeving
Figuur 1: Stratenplan plangebied (bron Google maps)
De gemeente Schoten ligt in de provincie Antwerpen, ten noordoosten van de stad Antwerpen. De gemeente bevindt zich nog binnen de sterk bebouwde omgeving rond Antwerpen. Belangrijke hoofdwegen zijn de E19 in het noorden van de gemeente Schoten en de E34 ten zuiden van de gemeente. Het Albertkanaal doorkruist de zuidzijde van de gemeente Schoten.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 7 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
2.1.2
Situering in onmiddellijke omgeving
Het plangebied is gelegen op de kruising van het Albertkanaal met het Kanaal Dessel-TurnhoutSchoten en situeert zich in de onmiddellijke nabijheid van de kern van Schoten. In het oosten grenst het plangebied bijna aan de gemeentegrens van Wijnegem. Ten noorden, ten westen en ten zuiden van het terrein zijn bedrijven gevestigd langsheen het Albertkanaal en het kanaal Dessel-Turnhout–Schoten. Het plangebied ligt aan een beboste rand met verspreid liggende akkers, die bijna de gehele bebouwde kern van Schoten omringt. De vallei van het Klein Schijn raakt in het zuidoosten nog net het plangebied. In de omgeving van het plangebied bevinden zich enkele historische kastelen (onder andere het Kijkuit Kasteel en het Kasteel van Schoten). Het plangebied RUP Wijtschot wordt begrensd door: In het noorden de Brakkenbeek en de fietsverbinding in het verlengde van de Patappeltorenweg; In het oosten de Wijtschotbaan; In het zuiden de Wijnegembaan; In het westen de Sluizenstraat.
Figuur 2 : situering op stratenplan
Figuur 3 : situering op topografische kaart
307655_533_toel, revisie _c Pagina 8 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
2.2
Beschrijving van het plangebied
2.2.1
Mesoniveau
Bedrijvigheid. Het plangebied situeert zich in een sterk economische omgeving. Zowel langs de noordelijke oever als langs de zuidelijke oever van het Albertkanaal situeren zich belangrijke bedrijventerreinen. Het plangebied vormt op de noordelijke oever min of meer het eindpunt van een industriestrook die zich uitstrekt tot de aansluiting van het Albertkanaal met het dokkencomplex van de haven van Antwerpen. Naar het oosten toe gaat de industriestrook over in bos en weilanden. Ten noorden van de Wijtschotbaan is eveneens een KMO-zone gelegen.
Groenstructuur. Het plangebied is gelegen aan de rand van de Schijnvallei. Het valleigebied van het Klein Schijn koppelt tal van belangrijke groengebieden met een hoge biologische waarde. Ten oosten van het plangebied bevindt zich een belangrijk groengebied, gekoppeld aan de Schijnvallei, met onder meer het Kijckuit kasteel. Het plangebied maakt ruimtelijk de overgang naar dit groengebied. In het zuiden worden de stroken langsheen het kanaal Dessel – Turnhout – Schoten gekenmerkt door zware hellingen, begroeid met gras. Het noordelijk deel is vlak. De strook is hier tussen het kanaal en het jaagpad verhard.
Ontsluiting. Het plangebied wordt naar het hoger wegennet ontsloten via de Wijnegembaan – Hoogmolendijk. De ontsluiting naar het zuiden (R1, E34) dient te gebeuren via de Hoogmolenbrug over het Albertkanaal. Deze kan momenteel enkel bereikt worden langs de Braamstraat. In noordelijke richting is de kern van Schoten vlot bereikbaar voor plaatselijk verkeer en langzaam verkeer.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 9 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
Wonen en recreatie. Het plangebied situeert zich ten zuiden van de kern van Schoten. De brug over het kanaal Dessel – Turnhout – Schoten is een belangrijke verbinding voor het zuidelijk deel van Schoten (verbinding Oost en West Schoten). Aan de rechteroever situeert zich ter hoogte van de sluis het sluiswachterhuisje, dat eveneens een tuin heeft. Op enkele bedrijfswoningen aan de Wijtschotbaan na heeft de directe omgeving van het plangebied geen woonfunctie. Door de aanwezigheid van het Albertkanaal en het Kanaal Dessel – Turnhout – Schoten vormt het plangebied een belangrijk kruispunt voor toeristisch-recreatieve routes. De twee lobben aan het kanaal (zone tussen de Hoogmolendijk en het Albertkanaal) zijn eigendom van NV De Scheepvaart. Momenteel worden zij voornamelijk recreatief ingevuld. In de linker lob situeert zich een hondenschool, in de rechterlob is de kanovereniging ‘Lustige Water Kletsers’ (LWK) en een vestiging van Nv De Scheepvaart gevestigd. De kanovereniging maakt gebruik van het Albertkanaal (het kanaal D-T-S is gelet op de vele sluizen oninteressant voor kanoën). Daarnaast kan het plangebied beschouwd worden als een startpunt voor groenrecreatie in de Schijnvallei. In de nabijheid (Kasteel van Schoten) zijn tevens een aantal sportvelden gesitueerd. 2.2.2
Microniveau
Ten noorden van het plangebied situeren zich de VELT-tuintjes, de ecotuin, het dierenasiel, de Vier Notelaars, de groendienst en een hondenclub. De zone voor biologische tuin of VELTtuintjes is verpacht aan een vereniging van Berchem. Bezoekers van de tuintjes parkeren zich aan de ingang in de Sluizenstraat. Er is echter geen ruimte om op deze plek te parkeren. Het dierenasiel, op de hoek met de Sluizenstraat, heeft een beperkte weide aansluitend aan het gebouw voor de dieren. De Vier Notelaars, gelegen in de Wijtschotbaan, is een instelling voor geestelijk gehandicapten. De instelling bestaat uit twee gebouwen, een oud boerderijgebouw en het nieuwe hoofdgebouw. Tevens beschikt de instelling over een eigen siertuin, moestuin en serre. De gemeentelijke groendienst met het weiland rondom en de serre, werd ingericht als bomenbank ten behoeve van de groendienst. Het weiland ernaast wordt gekenmerkt door een hoogstamboomgaard, met aangeplante fruitbomen van een verschillend en zeldzaam wordend ras. In het midden langsheen het onverharde pad is een ecotuin gesitueerd. Deze ecotuin is niet commercieel uitgebouwd en wordt gebruikt voor educatieve doeleinden. Hiertoe werden op een braakliggend stuk tussen het containerpark en de ecotuin ook twee ecoklasjes (biologie en ecologie) ondergebracht in bureelcontainers. Voorlopig worden de ecoklassen slechts gebruikt door de schoolkinderen van Schoten zelf. Mogelijk worden de faciliteiten van de ecoklassen in de toekomst uitgebouwd zodat ook omringende gemeenten en anderen gebruik kunnen maken van de infrastructuur. Het deel van het plangebied, dat geheel in eigendom is van de gemeente Schoten, kan opgedeeld worden in verschillende zones namelijk; de voormalige AVR / Van Gansenwinkel, de voormalige stortplaats van de gemeente, het bosontwikkelingsgebied het Reebos en het natuurontwikkelingsgebied het Wijtschot. Visueel worden deze zones gescheiden door een niet verhard pad met aanliggende bomenrij. Het pad loopt dood op het containerpark en een braakliggend stuk met de ecoklassen (containerklassen). De ecoklassen bevinden zich ten noorden van het plangebied.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 10 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
In het westen van het plangebied stroomt de Brakkenbeek, die nog in het plangebied uitmondt in het Klein Schijn. De Brakkenbeek werd aan de westzijde rond het containerpark omgeleid met natuurvriendelijke bedding. De beek is visueel niet dominant aanwezig in het plangebied. Het containerpark situeert zich binnen de oude breekinstallatie. De breekinstallatie is niet langer actief en wordt gebruikt als gemeentelijke opslagruimte. Binnen de wallen voor het oprijden van de breekinstallatie zijn de containers voor de afvalsortering voorzien. Aan de achterzijde van de breekinstallatie is ruimte voor bulk- en groenafval. Deze ruimte sluit aan op het braakliggend gedeelte waar ook de ecoklassen zijn gesitueerd. Ten westen van het containerpark is het voormalige AVR / Van Gansenwinkel gesitueerd, tot 2007 een afvalverwerkend bedrijf. De site bestaat uit een loods, buitenopslag en parkeerruimte. De buitenopslag is omgeven door een muur. Rondom het bedrijf is het terrein met een draadafsluiting afgesloten. Ten oosten van het voormalige AVR / Van Gansenwinkel is het Reebos gesitueerd. Dit is vrij recent (10 jaar) ontstaan als natuur(bos)ontwikkelingsgebied. Vanuit het door bomen omzoomde pad vertrekt een soort paadje doorheen het Reebos, maar dit loopt verder dood op het Wijtschot. De recente stortplaats situeert zich ten zuiden van het containerpark en het voormalige AVR / Van Gansenwinkel. De stortplaats werd voorheen afgedekt en wordt nu getypeerd door een braakliggend uitzicht. Op delen van de stortplaats komt een spontane begroeiing op gang. Desondanks behoeft de stortplaats een sanering. Het vroegere zandwinningsgebied, het Wijtschot, situeert zich ten oosten van de stortplaats en wordt door Natuurpunt onderhouden en beheerd als natuurgebied. Ten oosten van het plangebied bevindt zich de oude stortplaats. Deze stortplaats is eigendom van het OCMW, er worden momenteel geen acties gepland in het gebied. 2.2.3
Fotoreportage
Wijtschotbaan richting Wijnegembaan
Wijtschotbaan richting Sluizenstraat
Patappeltorenweg vanaf Wijtschotbaan
Onverharde dreef tussen Sluizenstraat en Wijtschotbaan
307655_533_toel, revisie _c Pagina 11 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
Landbouwpercelen op kruising Wijtschotbaan – Patappel-
Gemeentelijke groendienst met hoogstamboomgaard
torenweg
Zicht op de Vier Notelaars vanaf het weiland
Zicht op het voormalige AVR vanaf het weiland
Zicht op het voormalige AVR vanaf Reebos
Zicht op het voormalige AVR vanaf de stortplaats
307655_533_toel, revisie _c Pagina 12 van 45
RUIMTELIJKE CONTEXT
Wijtschotbaan ter hoogte van het kanaal
Ingang via Sluizenstraat
307655_533_toel, revisie _c Pagina 13 van 45
JURIDISCHE CONTEXT
3
JURIDISCHE CONTEXT
3.1
Bestemmingsplannen en ruimtelijke uitvoeringsplannen
TYPE PLAN
BINNEN HET PLANGEBIED
Gewestplannen
Gewestplan nr. 14 Antwerpen (goedgekeurd bij KB van 3/10/1979):
GRENZEND AAN PLANGEBIED
Grotendeels gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut (0200) De meest noordelijk gelegen punt is agrarisch gebied (0900).
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen
geen
Het plangebied ligt buiten de afbakeningslijn van het grootstedelijk gebied die samenvalt met het Albertkanaal (zie gewestelijk RUP Afbakening Grootstedelijk gebied Antwerpen)
307655_533_toel, revisie _c Pagina 14 van 45
JURIDISCHE CONTEXT
Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen
geen
geen
Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen
geen
geen
Algemene plannen van aanleg
geen
geen
Bijzondere plannen van aanleg
BPA Wijtschot, goedgekeurd bij MB (2005)
3.2
Verkavelingen en ruilverkavelingen
TYPE PLAN
BINNEN HET PLANGEBIED
GRENZEND AAN PLANGEBIED
Goedgekeurde en nietvervallen verkavelingen
geen
n.v.t.
Ruilverkavelingen
geen
geen
BINNEN HET PLANGEBIED
GRENZEND AAN
3.3
Wegen en water
TYPE
PLANGEBIED
Gewestwegen
geen
geen
Provinciewegen
geen
geen
Voet- en buurtwegen
Heikantstraat buurtweg nr.14 Wezelsebaan buurtweg nr.5
Rooilijnplannen
Heikantstraat (K.B. 5/2/1969)
Bevaarbare waterlopen
Kempisch kanaal
Onbevaarbare geklasseerde waterlopen
Brakkenbeek
geen
307655_533_toel, revisie _c Pagina 15 van 45
JURIDISCHE CONTEXT
Waterwingebieden
geen
geen
Overstromingsgebieden
Plaatselijk langs Wijtschotbaan en Hoogmolendijk effectief overstromingsgevoelig.
geen
Hellingen
Ter hoogte van alle aanwezige taluds > 10%
geen
Erosiegevoelig
Ter hoogte van alle aanwezige taluds erosiegevoelig.
geen
Winterbed
geen
geen
Infiltratiegevoelig
Het westen en het oosten zijn infiltratiegevoelig.
geen
Grondwaterstromingsgevoelig
Het centrale deel is zeer gevoelig (type 1)
geen
Watertoetskaarten
3.4
Beschermings- en klasseringsbesluiten
TYPE
BINNEN HET PLANGEBIED
GRENZEND AAN PLANGEBIED
Monumenten
geen
geen
Landschappen
geen
geen
Dorpsgezichten
geen
Geen
Relictzones
Vallei van de Kleine Schijn en kasteeldomeinen (R10077)
Vallei van de Kleine Schijn en kasteeldomeinen (R10077)
Lijnrelicten
geen
Kanaal Dessel - Kwaadmechelen (L17005)) en Albertkanaal L17002)
3.5
Natuurbeschermingsgebieden en VEN-gebieden
TYPE
BINNEN HET PLANGEBIED
GRENZEND AAN PLANGEBIED
Habitatrichtlijngebieden
geen
geen
Vogelrichtlijngebieden
geen
geen
VEN-gebieden
geen
Geen
TYPE
BINNEN HET PLANGEBIED
GRENZEND AAN PLANGEBIED
Gebieden met recht van voorkoop
geen
geen
3.6
Andere
307655_533_toel, revisie _c Pagina 16 van 45
4
PLANNINGSCONTEXT
4.1
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)1
Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) werd definitief vastgesteld door de Vlaamse regering op 23 september 1997. Hoewel Schoten aansluit op de Vlaamse Ruit en in het bijzonder op het grootstedelijk gebied Antwerpen, is de gemeente Schoten zelf niet aangeduid als vermoedelijk behorend tot het grootstedelijk gebied Antwerpen. De werkelijke afbakening van het gebied komt echter tot stand in het afbakeningsproces van het grootstedelijk gebied Antwerpen. De gemeente Schoten gaat uit van een ligging van het plangebied op de grens van het stedelijk gebied en het buitengebied. Stedelijke gebieden zijn gebieden waar vandaag reeds een omvangrijke woonfunctie, een relatief hoge bouwdichtheid en een belangrijke concentratie aan stedelijke voorzieningen en economische activiteiten aanwezig zijn. Doel is om nieuwe ontwikkelingen inzake wonen, voorzieningen en economische activiteiten zoveel mogelijk te bundelen in deze stedelijke gebieden. In het buitengebied wordt het beleid gericht op het behoud en het versterken van natuur, landbouw en bos. Economisch, heeft de gemeente Schoten door de ligging aan het Albertkanaal een belangrijke rol in het economisch netwerk Albertkanaal. Schoten wordt aldus als economisch knooppunt geselecteerd. Het plangebied werd in bij de afbakening van het economisch netwerk Albertkanaal niet weerhouden als regionaal bedrijventerrein.
1
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, 1997
307655_533_toel, revisie _c Pagina 17 van 45
PLANNINGSCONTEXT
4.2
Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA)2
SCHOTEN
Figuur 4: Synthese gewenste ruimtelijke structuur RSPA Het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA) werd door de Vlaamse Regering goedgekeurd op 10 juli 2001. Het plangebied is gelegen binnen de deelruimte ‘Antwerpse fragmenten’. Op het niveau van de deelruimten situeert de gemeente zich binnen de ‘Antwerpse gordel als grootstedelijke groenstructuur’, het ‘bebouwd perifeer landschap’ en het Netwerk Albertkanaal. Met betrekking tot het voorliggend plan zijn de volgende selecties relevant: Natuurlijke structuur: ° Via gericht beleid voor oevers en hun omgeving kan het kanaal bijdragen tot een verbinding tussen de belangrijke natuurlijke gebieden. ° Het Klein Schijn wordt aangeduid als natuurverbinding tussen de vallei van het Groot Schijn en de natuurlijke gebieden tussen Sint-Job-in-‘t-Goor en ‘s Gravenwezel. Nederzettingsstructuur: ° Schoten wordt aangeduid als een gewoon hoofddorp type III binnen het bebouwd perifeer landschap. Economische structuur: ° Economische ontwikkelingen in het eerste deel van het netwerk, waartoe Schoten behoort, zijn gericht op het grootstedelijk gebied Antwerpen. Toeristisch – recreatieve structuur: ° Zowel het Albertkanaal als het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten behoren tot het gebundeld netwerk. Landschappelijke structuur: ° Het samenkomen van het Albertkanaal en het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten wordt aangeduid als baken. ° De vallei van het Klein Schijn wordt aangeduid als open ruimte verbinding.
2
Provincie Antwerpen, Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen, januari 2001
307655_533_toel, revisie _c Pagina 18 van 45
PLANNINGSCONTEXT
Addendum bij het RSPA –Partiële herziening van het RSPA Op 4 mei 2011 keurde de minister een Addendum bij het RSPA goed. Het gaat om een korte termijn herziening van het RSPA waarbij de acute knelpunten inzake wonen en werken wordt herbekeken en de planperiode na 2007 binnen de bestaande beleidslijnen wordt doorgetrokken. Voor de goedkeuring van de partiële herziening van het RSPA was Schoten geselecteerd als gewoon hoofddorp type III. De gemeente kon bijgevolg enkel een bijkomend bedrijventerrein realiseren in functie van herlokalisatie van bestaande bedrijven. Bij de partiële herziening van het RSPA is de gemeente Schoten geselecteerd als bedrijfsondersteunend hoofddorp. Dit heeft tot gevolg dat de gemeente wel een lokaal bedrijventerrein kan realiseren voor nieuwe bedrijven indien de behoefte en de meest geschikte locatie worden gemotiveerd in het GRS. Hierbij gelden volgende principes: De motivering voor de behoefte en de locatie gebeurt in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het bijkomend bedrijventerrein is bij voorkeur gesitueerd in het hoofddorp bedrijfsondersteunend hoofddorp. Er wordt uitgegaan van een richtinggevende omvang van 5 ha. Om voor voldoende aanbod te zorgen of omwille van terreinconfiguratie kunnen gemeenten in het buitengebied eventueel meer dan 5 ha ontwikkelen. De ontsluiting gebeurt via gemeentelijke verzamelwegen rechtstreeks op primaire of secundaire wegen. Het bijkomend terrein is niet bestemd voor nieuwe kleinhandelszaken. De behoefte kan mits motivering in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan ook eventueel op meerdere locaties worden opgevangen. Indien vanwege ruimtelijke redenen de spreiding over meerdere bedrijfsondersteunende hoofddorpen niet gewenst is of mogelijk is, kunnen de afzonderlijke oppervlakten worden samengevoegd op één locatie. Om ruimtelijke spreiding tegen te gaan wordt intergemeentelijk samenwerking gestimuleerd . De provincie beoordeelt de ingebrachte motivatie.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 19 van 45
PLANNINGSCONTEXT
4.3
Relatie met het Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Schoten
Het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Schoten werd door de bestendige deputatie van de provincie Antwerpen goedgekeurd op 21 september 2006. 4.3.1
Gewenste ruimtelijk-economische structuur3
Op basis van enkele algemene ontwikkelingsopties voor regionale en lokale bedrijventerrein worden in het GRS een aantal specifieke beleidselementen voorgesteld voor zowel regionale als lokale bedrijventerreinen. In wat volgt worden de voor het RUP Wijtschot relevante beleidsopties opgesomd. In het GRS wordt aangehaald dat de gemeente Schoten volgens haar selectie in het RSPA als hoofddorp type III geen nieuwe bedrijventerreinen mag voorzien voor nieuwe bedrijven. Enkel voor de opvang van zonevreemde en/of historisch gegroeide bedrijven waarvoor de behoefte is aangetoond mag er een bijkomend lokaal bedrijventerreinen worden voorzien. In het bijzonder kan maximaal 5 ha bijkomend lokaal bedrijventerrein worden gecreëerd op voorwaarde dat zowel: Het terrein bestemd is voor de herlocalisatie van zonevreemde lokale en/of historisch gegroeide bedrijven, waarvan de behoefte is aangetoond Het terrein aansluit bij een hoofddorp of een bestaand bedrijventerrein. De ruimtelijke inpassing in de omgeving en de mobiliteitsaspecten dit op verantwoorde wijze toelaten. Noot: in de partiële herziening van het RSPA (4 mei 2011) is Schoten niet meer geselecteerd als gewoon hoofddorp type III, maar wel als bedrijfsondersteunend hoofddorp. Dit heeft tot gevolg dat de gemeente wel een lokaal bedrijventerrein kan realiseren voor nieuwe bedrijven indien de behoefte en de meest geschikte locatie worden gemotiveerd in een (partiële) herziening van het GRS. Vermits de herziening nog niet is opgestart, hanteren we als basis voor het RUP nog de principes van een hoofddorp type III De locatie “Wijtschot” wordt aangeduid als zone prioritair te ontwikkelen als nieuw lokaal bedrijventerrein voor de herlokalisatie van bestaande bedrijven binnen de gemeente. Dit wordt ruimtelijk verantwoord omwille van volgende redenen: Dit terrein is voor de opvang van zonevreemde en/of historisch gegroeide bedrijven. De mogelijkheid tot aansluiten bij bestaande bedrijvigheid: de bovenlokale site langs het Albertkanaal situeert zich in de onmiddellijke omgeving. De aanwezigheid van de oude stortplaats die moet gesaneerd worden: door de creatie van een bedrijventerrein is de sanering van het terrein haalbaar. De aanwezigheid van AVR4 dat gespecialiseerd is in afvalverwerking. De behoefte voor de herlocalisatie van het deel AVR dat zich in de KMO zone aan Slui4 zenstraat bevindt en de mogelijkheden voor bundeling met de bestaande AVR binnen het lokaal bedrijventerrein. De realisatie van de site Wijtschot geeft naast de mogelijkheid tot bundeling van de bedrijfsactiviteiten ook de mogelijkheid tot overslag via het water. Dit is voor het afvalverwerkende bedrijf AVR4 een belangrijk pluspunt. Vermits het afvalverwerkend bedrijf niet meer actief is en er gestreefd wordt naar een gemengd bedrijventerrein met kleine en middelgrote (te herlokaliseren) bedrijven zijn specifieke voorzieningen in functie van de overslag via het water niet meer aan de orde. In het projectgebied kunnen ook zonder specifieke overslagvoorzieningen 3de lijns watergebonden bedrijfsactiviteiten worden ontplooid (overslag via nabijgelegen kadevoorzieningen Albertkanaal). De noodzaak aan de ordening van de site in zijn geheel met uitbreiding containerpark, reorganisatie ecotuin, .... De gemeente Schoten gaat uit van het gegeven dat de site een ordening op gemeentelijk niveau behoeft door de grote verweving van lokale elementen. 3
uit GRS Schoten, richtinggevend gedeelte, ruimtelijk economische structuur, p.104 en volgend
4
AVR is niet meer actief op deze site
307655_533_toel, revisie _c Pagina 20 van 45
PLANNINGSCONTEXT
Versterking van de "Poort" namelijk de kruising Albertkanaal - Kanaal Dessel-Schoten.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 21 van 45
oppervlakte Volgende ruimtebalans werd in het GRS opgenomen:
Actualisatie ruimtebalans Aanbod: In het RUP wordt de zone voor bedrijvigheid anders georiënteerd (om een clustering van gemeenschapsvoorzieningen aan de noordzijde van het plangebied mogelijk te maken). De totale bruto-oppervlakte die bestemd wordt voor bedrijvigheid is gelijk aan de oppervlakte die hiervoor in het BPA was bestemd BPA Wijtschot (zone voor lokale bedrijvigheid) = 4,3 ha RUP (zone voor lokale bedrijvigheid) = 4,3 ha Behoefte Het bedrijventerrein wordt bestemd voor de herlokalisatie van bestaande bedrijven Ter voorbereiding van de herziening van het GRS werd in juli 2013 een enquête verstuurd naar 188 Schotense bedrijven. In totaal hebben een 30-tal reageert. Hieruit blijkt dat verschillende bedrijven op zoek zijn naar een (nieuwe) locatie om hun bedrijfsactiviteiten verder te kunnen uitbreiden (zie bijlage). Verder overleg en onderzoek is nodig om na te gaan of er nog andere bedrijven in dit geval zijn en of een herlokalisatie naar het bedrijventerrein Wijtschot haalbaar is (ligging, specifieke vestigingsfactoren, timing,…).
4.3.2
Natuurlijke structuur
Relevante selecties: Klein Schijn als nat natuurverbindingsgebied (bovenlokaal) Groengebied tussen kern Schoten en Albertkanaal. 4.3.3
Lijnstructuur
Visie Vrachtvervoer over de weg: Het vrachtverkeer van de Metropoolstraat – Hoogmolendijk mag niet via de woonstraten aantakken op het hogere wegennet, maar via de R11 (omleiding Wijnegem), Bisschoppenhoflaan of Noorderlaan. De verbinding tussen de Hoogmolenbrug en Hoogmolendijk – Metropoolstraat dient momenteel te verlopen via de Wijnegembaan – Braamstraat. Om deze straten te ontlasten van vrachtverkeer kan een nieuwe rechtstreekse verbinding gemaakt worden tussen de brug en de Metropoolstraat – Hoogmolendijk. Een andere mogelijkheid oplossing wordt gezien in de aanleg van een ondergrondse verbinding langs het geplande goederenspoor, tussen de Metropoolstraat en de Bredabaan. Vrachtvervoer over water: Alle bedrijventerreinen langsheen het Albertkanaal worden voorbehouden voor watergebonden bedrijven. Fietsroutenetwerk: Zowel het Albertkanaal als het kanaal Dessel-Schoten wordt aangeduid als hoofdroute. Relevante selecties: De Wijnegembaan - Hoogmolendijk - Metropoolstraat langs het Albertkanaal zijn lokale wegen type I. De Braamstraat en de Sluizenstraat met parallel hieraan de Wijnegembaan (gedeelte tussen Hoogmolendijk en Braamstraat) worden als lokale weg type II aangeduid.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 22 van 45
PLANNINGSCONTEXT
4.3.4
Toeristisch – recreatieve structuur:
Het kanaal Dessel - Schoten wordt uitgebouwd met extra aandacht in het centrum van Schoten.
4.3.5
Hoofdruimte Groene Ruimte
Het plangebied is gesitueerd in de hoofdruimte “Groene ruimte”. Binnen de visie voor deze hoofdruimte wordt de zone Wijtschot aangeduid als nieuw te ontwikkelen bedrijventerrein:5
De voormalige stortplaats zal worden ontwikkeld voor lokale bedrijvigheid met integratie van gemeentelijke voorzieningen als overgang naar de kern van Schoten. De inrichting van het lokaal bedrijventerrein dient nauw aan te sluiten bij het ECO-en recyclagegebeuren. Op de kruising van het Albertkanaal en het Kanaal Dessel Schoten worden er poorten voorzien om die splitsing extra te benadrukken. Deze poorten kunnen bijvoorbeeld windmolens zijn (produceren van windenergie). Het is niet de bedoeling om de volledige lengte van het Albertkanaal te bezetten met windmolens. Het juiste aantal is nader te bepalen (afweging ruimtelijke en economisch randvoorwaarden) maar de "poort"vorming moet duidelijk tot uiting kunnen komen. Daar waar mogelijk wordt er een relatie gelegd tussen het nieuwe bedrijventerrein en het Albertkanaal (watergebonden). De Metropoolstraat (Hoogmolendijk) blijft er wel bestaan. Behouden van een groenstrook langsheen het Kanaal DesseI - Schoten. Tussen de Hoogmolendijk en het Albertkanaal blijven constructies ten behoeve van de scheepvaart mogelijk. Ten noorden van het nieuwe lokale bedrijventerrein wordt er een zone gecreëerd voor maatschappelijk aanvaardbare activiteiten: integratie van bestaande activiteiten (groendienst, Eco-tuin, dierenasiel, Vier Notelaars, .. ,), De groenverbinding moet hier versterkt worden om de groengordel ten zuiden van de kern van Schoten verder te verdichten en de verbinding met de Grote Schijnvallei mogelijk te maken.
5
uit GRS Schoten, richtinggevend gedeelte, hoofdruimte Groene Ruimte, visie bedrijventerreinen, p23
307655_533_toel, revisie _c Pagina 23 van 45
4.3.6
Gewenste ruimtelijke structuur op microniveau: aandachtsgebied nr. 1
De “omgeving Wijtschot’ is als aandachtsgebied nr. 1 aangeduid waarbij de versterking van bedrijvigheid op het snijpunt Albertkanaal – Kanaal Dessel- Schoten vooropgesteld. In het aandachtsgebied wordt ingezet op: Versterken bedrijvigheid op het snijpunt Albertkanaal – kanaal Dessel-Schoten Versterken van groenelementen 4.3.6.1
Versterken bedrijvigheid op het snijpunt Albertkanaal – kanaal Dessel-Schoten
oppervlakte actualisatie: zie hoger Inrichting bedrijventerrein Er wordt voor lokale bedrijvigheid gekozen om enerzijds een perfecte overgang te kunnen vormen tussen het stedelijk gebied en het buitengebied en anderzijds sluit dit terrein aan bij het voormalige zandwinningsgebied dat voor natuurontwikkeling wordt bestemd. De hinder naar de omgeving toe moet zo volledig worden vermeden, toch zal er binnen het terrein nog een extra buffering worden voorzien. Het lokaal bedrijventerrein is indicatief aangeduid op de figuur. De afbakening van het bedrijventerrein in het RUP wijkt op volgende punten af van deze figuur: De AVR-site aan de noordzijde wordt niet opgenomen in de zone voor lokale bedrijvigheid, maar wordt bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen om een clustering van gemeentelijke diensten in het noordelijk deelgebied, aansluitend bij het containerpark (ifv herlokalisatie Dienst der Werken) mogelijk te maken: de site kan ruimtelijk worden ingericht als een overgang tussen het bedrijventerrein en het open landschap (zie verder) de hoek van de Sluizenstraat en de Hoogmolendijk wordt opgenomen in het bedrijventerrein en niet bestemd als ‘zone voor maatschappelijk aanvaardbare activiteiten). Hierdoor kan het zuidelijk deelgebied op een efficiënte manier ingevuld worden als bedrijventerrein met integratie van één van de windturbines
ontsluiting De ontsluiting van dit terrein zal via de Hoogmolendijk gebeuren. In het RUP wordt ook de mogelijkheid voorzien om de zone te ontsluiten via de Sluizenstraat indien blijkt dat een aansluiting op de Hoogmolendijk omwille van topografie moeilijk te realiseren is. Indien de Er wordt een fietsverbinding uitgewerkt tussen de Wijtschotbaan - Patappeltorenweg naar Victor Frislei door Schijndael aansluitend op route langs Klein Schijn en Eethuisbeek, route Iepenburg. 4.3.6.2
Versterken van groenelementen
Zone voor maatschappelijk aanvaardbare activiteiten Binnen deze zone zullen bestaande activiteiten worden geïntegreerd: dierenasiel, groendienst, Eco--tuin, Vier Notelaars,...). Daar de groengordel rondom Schoten moet blijven bestaan, wordt er binnen dit gebied zeer veel aandacht gegeven aan nodige groenvoorzieningen. Versterken groenas langsheen kanaal Dessel-Schoten Langsheen het Kanaal Dessel - Schoten zullen er o.a. fiets- en voetgangersverbindingen worden voorzien. Deze verbindingen moeten zoveel mogelijk groen worden ingekleed. De smalle zone tussen Sas' 0 en de Wijnegembaan kan een recreatiezone zijn (picknickplaats, zitsteigers voor vissers, infoborden fietsroutes, standbeeld, .... De oude bomenrijen (platanen) links en rechts naast sas 10 (Wijnegembaan en Sluizenstraatj worden beschermd als structuurbepalende elementen en als buffer t.o.v. de achterliggende activiteiten. Tevens zijn dit ankerpunten voor de zuidelijke groengordel.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 24 van 45
PLANNINGSCONTEXT
Inrichten open landschap Deze omgeving is eigenlijk het enige open ruimte (letterlijk) gebied in Schoten. Dit gebied moet dan ook in zijn hoedanigheid worden behouden en daar waar mogelijk versterkt: kleine landschapselementen, bestaande bossen,.... Er moet tevens aandacht gaan naar de landschappelijke overgang van de aansluitende tuinen naar het open gebied toe (aangebouwde veranda’s betekenen geen visuele meerwaarde voor het open weidelandschap en bosgebieden) en de buffering van de bestaande bedrijvigheid. Ter versterking van het Albertkanaal zal er een bomenrij langsheen deze as worden getrokken. Natuurontwikkeling langsheen Klein Schijn en voormalige zandwinning Langsheen het Klein Schijn wordt er een overstromingsgebied aangelegd. Dit overstromingsgebied sluit aan bij de natuurontwikkeling in het voormalige zandwinningsgebied.
Figuur Aandachtsgebied 1: omgeving Wijtschot (bron: GRS)
307655_533_toel, revisie _c Pagina 25 van 45
5
VISIE OP HET PLANGEBIED
5.1
Visie en doelstellingen van het RUP
5.1.1
doelstelling van het RUP
Het opzet van het RUP Wijtschot is om het BPA Wijtschot (goedgekeurd in 2005) waarin een herbestemming tot een lokaal bedrijventerrein is voorzien, te herzien in functie van de vooropgestelde sanering van het voormalige stort. Daarnaast kent het terrein een aantal aandachtpunten die binnen dit RUP worden opgelost. Het gaat om de uitbouw van een parking (inrijpunt voor omliggende functies en achtergelegen natuurgebied), de verdere ontwikkeling van het containerpark geclusterd met een gemeentelijke opslagruimte (i.f.v. herlocalisatie van de ‘Dienst der werken’), de aanleg van een groenbuffer afgestemd op de inzichten vanuit het saneringsdossier en het voorzien van de mogelijkheid om windturbines in te planten (voor zover dit nog niet het geval zou zijn).
5.1.2
Visie en concept
Ontsluiting Het bedrijventerrein dient via de Hoogmolendijk naar het hoger wegennet te worden ontsloten (Cf. Kaderplan Albertkanaal) Op microniveau zijn er twee mogelijke varianten om het plangebied te ontsluiten. Bij de eerste variant wordt het bedrijventerrein rechtsteeks ontsloten naar de Hoogmolendijk via een nieuwe interne ontsluitingsweg die op één punt aantakt op de Hoogmolendijk. Optioneel kan gekozen worden voor een bijkomende ontsluiting van het containerpark aan de Sluizenstraat. De tweede variant bestaat voor zowel het containerpark als het bedrijventerrein uit één ontsluitingsweg die aansluit op de Sluizenstraat en via de Sluizenstraat aantakt op de Hoogmolendijk.
Ontsluiting variant 1
Ontsluiting variant 2
307655_533_toel, revisie _c Pagina 26 van 45
VISIE OP HET PLANGEBIED
Landschap Het concept ‘Landschap’ bestaat uit drie ruimtelijke elementen namelijk; een valleibuffer, een dreef met een groenscherm ter hoogte van het bedrijventerrein en een landschappelijke wal in het oosten van het plangebied. De Brakkenbeek vormt een belangrijk ruimtelijk structurerend element voor het plangebied. In het noorden zal de vallei van de Brakkenbeek een buffer vormen voor de afscherming van bedrijfsgebouwen. De valleibuffer wordt niet gezien als een dicht scherm van begroeiing, maar meer als een zachte brede vallei met begeleidende bomen langs de beek. De aanwezige dreef in het verlengde van de Patappeltorenweg blijft behouden, enkel aan de zijde van het bedrijventerrein zal een dichte begroeiing zorgen voor een landschappelijke afscherming van de bedrijfsgebouwen. Door het stortmateriaal ter hoogte van het bedrijfsterrein af te graven en (al dan niet gedeeltelijk) te gebruiken om aan de oostzijde een wal te vormen kan het bedrijventerrein landschappelijk gebufferd worden ten opzichte van het aangrenzend openruimtegebied. Indien er geen afgraving en wal wordt voorzien, dient een landschappelijke bufferstrook te worden gerealiseerd.
DWARSDOORSNEDE NOORD – ZUID
307655_533_toel, revisie _c Pagina 27 van 45
VISIE OP HET PLANGEBIED
DWARSDOORSNEDE OOST-WEST
Parkeren en trage wegen In het plangebied wordt in het noorden een parking voorzien die voor meerdere doelgroepen kan dienen. De parking ligt centraal voor de werknemers van het containerpark en de bezoekers van de ecotuin, maar ook voor recreanten. De parking kan daardoor gebruikt worden als vertrekpunt van een recreatieve wandeling of fietsroute.
2 inrichtingsscenario’s Omdat er op dit moment nog geen duidelijkheid is over de manier waarop de sanering zal worden aangepakt, worden wel verschillende inrichtingsalternatieven onderzocht: o Scenario 1: behoud van huidig referentiepeil stort (11,50 m TAW) met bedrijvigheid er boven op; o Scenario 2: afgraven bestaand stort tot op maaiveld van de omgeving (ong. 6,50 m TAW) waarbij het stortmateriaal wordt gebruikt om een wal te creëren die een landschappelijke overgang vormt naar het natuurontwikkelingsgebied ten oosten van het bedrijventerrein; mogelijk worden bij de sanering bruikbare en recycleerbare materialen uit het stort gehaald (waste mining) en wordt slechts een deel van het stortmateriaal gebruikt om een wal te creëren Ook een tussenscenario is mogelijk (gedeeltelijk afgraven): de effecten zullen zich steeds tussen die van scenario 1 en 2 bevinden en moeten bijgevolg niet apart beschreven worden. De gemeente en de POM hebben een studiesyndicaat opgericht om de saneringsmogelijkheden verder te onderzoeken en een haalbare saneringsstrategie uit te werken. Dit onderzoek zal parallel met de opmaak van het RUP gevoerd worden, waarbij er een constante wisselwerking is tussen beide studies.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 28 van 45
5.2
Ruimtelijke opties vertaald in stedenbouwkundige voorschriften
Het RUP legt voor verschillende zones de gewenste bestemming en inrichting vast. Tevens worden beheersvoorschriften opgenomen in functie van de uitvoering van het plan. Het bedrijventerrein (art 1) en de zone voor gemeenschapsvoorzieningen (art 2) dienen ruimtelijk een samenhangend geheel te vormen. De hoofdbestemming is in beide gebieden echter wel verschillend. 5.2.1
Zone 1: zone voor lokale bedrijvigheid
De zone voor lokale bedrijvigheid is in het huidig goedgekeurd BPA reeds grotendeels als dusdanig bestemd. In functie van de vooropgestelde sanering worden enkele aanpassingen aan de grenzen doorgevoerd. De zuidwestelijke hoek van het plangebied – aansluitend op het kruispunt Hoogmolendijk – Sluizenstraat – wordt mee opgenomen in kader van de poortfunctie. Binnen deze zone worden hoofdzakelijk lokale bedrijfsactiviteiten toegelaten die bestaan uit de productie en verwerking van goederen. Het terrein is bedoeld voor te herlokaliseren bedrijven. In de strook langs de Hoogmolendijk worden aan de hand van een overdruk bijkomend mogelijkheden voorzien voor de inplanting van windmolens. Dit past binnen de visie om de kruising van het Albertkanaal en het kanaal Schoten-Turnhout-Dessel als ruimtelijke poort te versterken. Op niveau van de globale inrichting worden een aantal duurzame inrichtingsprincipes opgelegd. Daarnaast worden in functie van de uitbouw van een duurzaam bedrijventerrein ook op projectniveau diverse criteria aangegeven waaraan elk project moet worden getoetst: Zuinig ruimtegebruik Beeldkwaliteit Ecologie Integraal waterbeheer Energie Duurzame mobiliteit Hinderbeperking Het terrein wordt ontsloten via de Hoogmolendijk en/of Sluizenstraat. 5.2.2
Zone 2: zone voor gemeenschapsvoorzieningen
In functie van de gewenste clustering met de ‘Dienst der werken’ wordt de bestemming van de ‘zone voor containerpark’ uit het huidig BPA (art. 15), in het RUP verruimd tot ‘zone voor gemeenschapsvoorzieningen’, met bijhorend meer algemeen geformuleerde bestemmings- en inrichtingsvoorschriften. Ten noorden van het bestaande containerpark wordt de aanleg van een parking mogelijk gemaakt. Deze parking heeft een meervoudige functie: namelijk als inrijpunt voor het achtergelegen natuurgebied waardoor het verkeer niet langer via de Wijtschotbaan moet rijden en als parking voor het personeel van het containerpark, de geplande ‘Dienst der werken’ en voor bezoekers van de omliggende functies (ecotuin, …). De parking wordt in overdruk aangeduid en dient op een kwalitatieve manier ruimtelijk ingepast te worden met een groenstructuur. In kader van de watertoets wordt een maximaal verhardingspercentage opgelegd. Langs de Brakkenbeek – die de noordelijke grens vormt van deze zone – wordt indicatief een gewenste dienst-, fiets- en wandelweg aangeduid. Deze vervangt de rechtlijnige zone voor dienst-, fiets- en wandelweg (art 4 uit huidig BPA) die conflicteerde met een ruimte-efficiënte invulling van het containerpark en de aanleg van de parking wordt in het RUP. De nieuwe verbinding vormt een continue verbinding tussen de dreef en de Sluizenstraat. De precieze ligging wordt afgestemd op het groenconcept van de omgeving van de waterloop. De continuïteit van
307655_533_toel, revisie _c Pagina 29 van 45
VISIE OP HET PLANGEBIED
de fietsroute en het beveiligen van het oversteekpunt aan de Sluizenstraat is een aandachtspunt.
5.2.3
Zone 3: Zone voor landschapsbuffer
Binnen deze zone wordt een buffer voorzien tussen de zone voor lokale bedrijvigheid en de zone voor natuurontwikkeling. Het RUP wijkt af ten opzichte van de buffer van het huidig geldend BPA. De maximale dimensionering van de groenbuffer wordt met name aangepast zodat het aanwezige stortvolume volledig naar de groenbuffer kan worden verplaatst en (op termijn) kan worden ontgonnen (waste mining) . Verder wordt een steile helling naar de zone voor bedrijvigheid en een zwakke helling naar de zone voor natuurontwikkeling voorgesteld.
5.2.4
Zone 4: Zone voor natuurontwikkeling
Binnen de zone voor natuurontwikkeling staat het behoud en de verdere ontwikkeling van natuur centraal.
5.2.5
Zone 5: zone voor lokale wegenis
In tegenstelling tot het huidig BPA waar zeer specifieke bestemmings- en inrichtingsvoorschriften worden voorgeschreven, wordt in het RUP een meer algemene formulering toegepast voor de inrichting van de lokale weginfrastructuur en aanhorigheden (cf. typevoorschrift)
5.2.6
Zone 6: zone voor langzaam verkeer
Deze zone wordt ingericht als weg voor fietsers en voetgangers.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 30 van 45
6
ONTEIGENINGSPLAN
Het perceel 1e D 544B zal worden opgenomen in een onteigeningsplan6. Het perceel ligt in een gebied dat bestemd wordt voor gemeenschapsvoorzieningen in functie van de herlokalisatie van Dienst der Werken. Het gaat bijgevolg om een onteigening ten algemenen nutte. Het perceel is reeds in eigendom van de gemeente Schoten, maar hierop rust een erfpacht. De erfpachtovereenkomst werd tussen de gemeente Schoten (grondeigenaar-verhuurder) en de bvba "All Container Recycling" (erfpachter) afgesloten voor een termijn van 50 jaar, vanaf 1 april 1989. Bij gemeenteraadsbesluit van 27 september 2001 werd akkoord gegaan om de erfpachtovereenkomst met All Container Recycling (A.C.R.) onder dezelfde uitbatingsvoorwaarden over te dragen aan A.V.R.-België. De gemeente stelde vast dat er sedert juni 2007 geen activiteiten meer gebeuren op dit terrein. In juni 2008 werd A.V.R. - België overgenomen door de nv Van Gansewinkel België. Het niet meer uitoefenen van activiteiten is in strijd met artikel 4 van de lasten en de voorwaarden van de erfpachtovereenkomst waarin bepaald wordt dat de bestemming van stortverwerkend bedrijf gedurende de hele erfpachtduur moet gehandhaafd worden. Op 27 maart 2008 ging de gemeenteraad principieel akkoord met de opzeg door de gemeente van de erfpachtovereenkomst. Per aangetekende brief van 1 april 2008 werd aan Van Gansewinkel Groep bv meegedeeld dat de erfpachtovereenkomst wordt opgezegd. Per aangetekende brief van 5 juni 2008 werd aan Van Gansewinkel Groep nv gevraagd om het terrein tegen 1 juli 2008 te ontruimen. Per aangetekende brief van 12 juni 2008 betwist Van Gansewinkel Groep bv dat de in de erfpachtovereenkomst voorziene bestemming van stortverwerkend bedrijf niet gehandhaafd zou zijn. Er wordt verwezen naar het plaatsen van afvalcontainers op de site. Bovendien merken zij op dat nergens in de overeenkomst wordt bepaald dat de afvalverwerkende activiteit ononderbroken moet uitgeoefend worden. Er is tot op heden dus geen akkoord om de erfpachtovereenkomst te verbreken. Met het onteigeningsplan wordt de onteigening van alle eigendomsrechten die de erfpachthouder bezit, beoogd. Dit houdt in dat de erfpachthouder onteigent wordt voor de opstallen waardoor ook het beperkt zakelijk recht wordt doorbroken.
6
Het plan zelf is nog in opmaak en zal op de plenaire vergadering worden getoond en toegelicht
307655_533_toel, revisie _c Pagina 31 van 45
7
DECRETALE BEPALINGEN
7.1
Watertoets
7.1.1
Beschrijving
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de kenmerken van het plangebied op basis van de watertoetskaarten. Type kaart Hellingenkaart Erosiegevoelige gebieden Winterbed Overstomingsgevoelige gebieden Infiltratiegevoelige bodems Grondwaterstromingsgevoelige gebieden
Conclusie Ter hoogte van alle aanwezige taluds >10% Ter hoogte van alle aanwezige taluds erosiegevoelig Niet gelegen in een winterbed van een grote waterloop Meer dan de helft van het plangebied is overstromingsgevoelig, voornamelijk de westelijke zone. Het westen en het oosten is infiltratiegevoelig Het centrale deel is zeer gevoelig (type 1)
Tabel 1: overzicht watertoetskaarten
Het RUP Wijtschot is gelegen binnen het Beneden-Scheldebekken. Doorheen het plangebied stroomt in het westen en in het zuiden de Brakkenbeek: momenteel een geklasseerde waterloop van derde categorie maar via D637 wordt deze een geklasseerde waterloop van tweede categorie. De Brakkenbeek gaat in het uiterst zuiden van de plangrens over in het Klein Schijn, een geklasseerde waterloop van de tweede categorie. Via een overstort aan de zuidoostzijde van de stortplaats lozen beide watergangen op het Albertkanaal. Het overstort wordt momenteel heringericht en voorzien van een vistrap. In de nabijheid van het plangebied bevinden zich twee bevaarbare waterlopen namelijk; in het westen het kanaal Dessel – Schoten en in het zuiden het Albertkanaal. De Brakkenbeek loost via een stuw in het Albertkanaal. Ter plaatse van de stortplaats is het peil van de beek ca 0,25 m hoger dan het grondwater. Derhalve infiltreert water uit de beek naar het grondwater. Binnen het plangebied wordt een grote zone aangeduid als overstromingsgevoelige gebied, vooral het oostelijk deel van het plangebied. Ten oosten van de Wijtschotbaan ligt een groot effectief overstromingsgevoelig gebied. Een brede band vanaf het noorden tot aan het zuiden van het plangebied is aangeduid als gebied dat zeer gevoelig is voor grondwaterstroming (type 1) en watert af naar de Brakkenbeek. Enkel de westelijke strook met het containerpark, een deel van de dreef en de zuidelijke punt is matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2). Dit gebied watert zowel richting het kanaal Dessel – Schoten als naar het Albertkanaal af. Eveneens is een groot deel van de westelijke stortplaats een matig gevoelig gebied voor grondwaterstroming (type 2) dat afwatert naar het Klein Schijn. Het grondwater stroomt in zuidelijke richting naar het Albertkanaal. De gradiënt bedraagt 0,3 %. Bij een horizontale doorlatendheid in het onderste deel van het kwartair van 104 m/s en een porositeit van 0,3 bedraagt de effectieve grondwatersnelheid ca 30 m/jaar.
7
D63: doorbraak 63 (witboek) Het herbekijken van de inschakeling van de onbevaarbare waterlopen aan de hand van beheersgebonden en beleidsgerichte maatstaven.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 32 van 45
DECRETALE BEPALINGEN
Figuur 5 : watertoetskaart m.b.t. overstromingsgevoelige gebieden
7.1.2
Analyse en beoordeling
De impact naar de kwaliteit van het oppervlaktewater wordt in hoofdzaak bepaald door het afvalwater afkomstig van de nieuwe bedrijfsgebouwen. Dit afvalwater kan niet rechtstreeks geloosd worden in de waterloop de Brakkenbeek maar zal plaatselijk moeten worden gezuiverd, omdat het volledige plangebied niet is aangesloten op een zuiveringsstation. De Brakkenbeek is aan de oostzijde van het containerpark gelegd in een natuurvriendelijke bedding. Hergebruik van het regenwater voor bijvoorbeeld sanitaire of bedrijfsvoorzieningen wordt maximaal gestimuleerd. Het hemelwater dat in het bedrijventerrein, de bufferstrook (wal) en desnoods via het gescheiden rioleringsstelsel wordt opgevangen, kan aangewend worden om het aangrenzende natuurgebied te vernatten en in te schakelen als gecontroleerd overstromingsgebied. Aangezien zowel het plangebied grotendeels in een zeer kwetsbaar gebied ligt voor grondwaterstroming zal de nodige aandacht aan ondergrondse constructies worden besteed. De westelijke strook van het plangebied biedt hierbij mogelijk een uitkomst doordat ze enerzijds is gelegen op een infiltratiegevoelige bodem en tevens een drainageklasse a (zeer droog) heeft. Ook de oostelijke strook is infiltratiegevoelig en aangeduid met drainageklasse d (matig nat). Het overige regenwater wordt maximaal gebufferd en geïnfiltreerd, desnoods vertraagd afgevoerd na zuivering (door KWS-afscheider). Buiten de verharde wegen voor de voertuigen kunnen de parkeergelegenheden aan de Sluizenstraat in waterdoorlatende materialen worden voorzien. De fiets- en wandelwegen in het plangebied en de bedrijventerreinen kunnen het beste richting het oosten en het westen afwateren. Indien rekening gehouden wordt met bovenstaande voorstellen inzake waterdoorlatende verharding, een waterzuiveringsinstallatie en zowel voldoende waterbufferende als waterafvoerende capaciteiten kan de impact op de waterhuishouding als beperkt beschouwd worden.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 33 van 45
DECRETALE BEPALINGEN
7.2
Onderzoek tot m.e.r.
Conform het besluit van de Vlaamse regering van 11 april 2008 dient een milieueffectenrapportage (m.e.r.) in het planproces van een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) te worden geïntegreerd. Het plan is niet van rechtswege plan-MERplichtig.
7.2.1
Resultaten verzoek tot raadpleging
De gemeente Schoten heeft in uitvoering van deze regelgeving een onderzoek tot m.e.r. opgemaakt. De initiatiefnemer heeft de Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen (DBGP) gevraagd een selectie van betrokken instanties over te maken. In haar advies heeft de DBGP ook een aantal inhoudelijke opmerkingen geformuleerd op het onderzoek tot m.e.r. die verwerkt werden voor de adviesvraag. Volgende instanties werden aangeschreven: Provinciebestuur Antwerpen, Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Dienst Ruimtelijke Planning Agentschap Ondernemen, Entiteit Ruimtelijke Economie Agentschap Natuur en Bos Antwerpen Agentschap R-E Antwerpen, gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar OVAM, Afdeling Bodembeheer, dienst databeheer VVM, afdeling Operationeel Waterbeheer Nv De Scheepvaart, afdeling Domeinbeheer, milieudienst Departement LNE, Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Alle instanties brachten advies uit, met uitzondering van het Agentschap Ondernemen. De uitgebrachte adviezen bevatten enkele bijkomende aandachtspunten met betrekking tot de inschatting van mogelijke milieueffecten.
7.2.2
Beslissing dienst Mer
In haar beslissing van5 februari 2013 concludeerde de dienst Mer dat het RUP geen aanleiding geeft tot aanzienlijke milieugevolgen en dat de opmaak van een planMER niet nodig is. De beslissing bevindt zich in bijlage.
307655_533_toel, revisie _c Pagina 34 van 45
7.2.3
Conclusies onderzoek tot m.e.r. met betrekking tot RUP
Het plangebied en de nabije omgeving vertonen geen relevante bijzondere kwetsbaarheden die mogelijk onderhevig kunnen zijn aan aanzienlijke milieueffecten. Een verdere disciplinegewijze uitwerking heeft bijgevolg geen toegevoegde waarde. Wel komen uit dit onderzoek een aantal aandachtspunten naar voor om mee te nemen bij de verdere uitwerking van het RUP Wijtschot alsook bij het latere vergunningenbeleid. Hieronder worden deze per discipline kort samengevat, gevolgd door een algemene conclusie. De impact op de waterhuishouding wordt als beperkt beschouwd indien rekening wordt gehouden met volgende principes: Respecteren gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten Streven naar hergebruik van hemelwater, zoniet streven naar infiltratie en ten slotte buffering met vertraagde afvoer (concept vasthouden – bergen – afvoeren) Zuiveren van potentieel verontreinigd hemelwater door KWS-afscheider Sanering van afvalwater (in het gebied of via gescheiden riolering) en strikte bescherming van waterkwaliteit cf. Vlarem Geen grote ondergrondse constructies voorzien Voor wat betreft de discipline bodem wordt besloten dat op voorwaarde dat rekening gehouden wordt met de resultaten en voorwaarden uit het oriënterend bodemonderzoek, aangenomen kan worden dat de sanering een positieve invloed zal hebben op de bodemkwaliteit en verontreiniging. Op het vlak van fauna en flora wordt gesteld dat indien de zone voor lokale bedrijvigheid wordt aangelegd boven op het bestaande stort (scenario 1), de meest verstorende bedrijven centraal of aan de westzijde van het bedrijventerrein dienen te worden gelokaliseerd. Indien de zone voor lokale bedrijvigheid door een grondwal afgeschermd wordt van de natuurontwikkelingszone (scenario 2), zal het verstorend effect op het vlak van natuur zeer gering zijn. De natuurontwikkelingszone wordt grotendeels gevrijwaard en als natuurontwikkelingszone bestemd. Bij de aanleg van een buffer en/of grondwal dient de inrichting op een milieuvriendelijke manier (getrapte helling, gebruik van streekeigen vegetatie,…) te gebeuren. Indien de voorgestelde inrichting van het RUP Wijtschot maximaal gerespecteerd wordt, kan gesteld worden dat de invloed op de discipline fauna en flora beperkt is en eerder een bijkomend positief effect heeft. Op vlak van landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie wordt geoordeeld dat er geen grond is om de impact voor landschappelijk, bouwkundig en archeologisch erfgoed als beperkt in te schatten. Enkel een terreinevaluatie kan de aan- of afwezigheid van waardevol archeologisch erfgoed duiden en zo de eventuele impact voor voorziene inrichtingsactiviteiten inschatten. Omdat de visuele impact afhangt van de topografie worden 2 scenario’s onderscheiden: Scenario 1: behoud van huidig referentiepeil Scenario 2: afgraven bestaand stort tot op maaiveld en afgegraven grond gebruiken om een wal te creëren die een landschappelijke overgang vormt naar het natuurontwikkelingsgebied ten oosten. Indien voor scenario 2 wordt gekozen (afgraven bestaand stort en afgegraven grond gebruiken om een wal te creëren) is de landschappelijke impact beperkt omdat de landschappelijke wal voor een visuele afscherming van het bedrijventerrein zorgt. Voor een goede landschappelijke inpassing van de (relatief hoge) wal is het belangrijk dat de helling aan de zijde van open ruimte voldoende zwak is en landschappelijk is ingericht (bv begrazingszone). Indien voor scenario 1 gekozen wordt (behoud huidig referentiepeil), zal de visuele impact op het gebied voor natuurontwikkeling groter zijn. Er wordt voorgesteld om de impact te milderen door één of meerdere onderstaande maatregelen: aanleg van een brede groenbuffer die deels op het stortterrein wordt ingericht een andere mogelijkheid bestaat erin om de sanering van de oude stortplaats ten oosten van het plangebied aan te wenden om een nieuwe landschappelijk vormgegeven wal te cre-
307655_533_toel, revisie _c Pagina 35 van 45
DECRETALE BEPALINGEN
eren die deels boven op het bestaande stort ligt. De visuele impact zal hierdoor sterk gereduceerd worden. opleggen van beperking van bouwhoogte van de gebouwen. Op het vlak van mens - ruimtegebruikfuncties en mobiliteit geldt – rekening houdend met het feit dat de natuurontwikkelingszone en het noorden omgeven worden door een groenbuffer – dat het gaat om lokale bedrijvigheid die in het bijzonder voor zwaar verkeer via de Wijnegembaan – Hoogmolendijk ontsloten wordt en dat de parking ten behoeve van het containerpark zo dicht mogelijk bij de ingang gelegen is. Hieruit kan geoordeeld worden dat de invloed van het plan op de discipline mens beperkt blijft. Omwille van de aard van de toegelaten activiteiten zijn geen effecten te verwachten op de disciplines Mens - gezondheid Energie- en grondstoffenvoorraad Stoffelijke goederen Lucht klimaat Samengevat worden volgende elementen aangegeven om mee te nemen bij de verdere uitwerking van het RUP: maatregelen voorzien met betrekking tot de waterproblematiek in en in de omgeving van het plangebied eenduidige ontsluiting van het plangebied met het oog op de toekomstige activiteiten, geen rechtstreekse erftoegangen mogelijk maken van een watergebonden ontsluiting voorzien van een groenbuffer, bij voorkeur in combinatie met een wal aan de oostzijde van het bedrijventerrein (scenario 2); indien er geen wal wordt voorzien (scenario 1), is het aangewezen om de hinder voor omwonenden en openruimtefuncties te beperken door: beperken van bouwhoogte en randvoorwaarden voor kwalitatieve architectuur (kleuren materiaalgebruik, dakvorm,…) inplanten van geluidsproducerende activiteiten centraal of in het zuiden en westen van het bedrijventerrein
307655_533_toel, revisie _c Pagina 36 van 45
DECRETALE BEPALINGEN
7.3
Op te heffen voorschriften
Het gewestplanvoorschrift voor gemeenschapsvoorzieningen, vastgelegd bij koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen wordt opgeheven: ART. 17. 6. De gebieden bestemd voor ander grondgebruik: 6.0. In deze gebieden is woongelegenheid toegestaan voor zover die noodzakelijk is voor de goede werking van de inrichtingen. 6.2. De gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen. De voorschriften van het BPA Wijtschot worden opgeheven (zie bijlage 2).
7.4
Register planbaten, planschade en compensatie
Het plan voorziet geen percelen waarop omwille van het RUP niet meer kan bebouwd worden en alsdusdanig aanleiding zouden kunnen geven voor een planschadevergoeding. Het RUP voorziet voor enkele (delen van) percelen een bestemmingswijziging van een zone die onder de categorie van gebiedsaanduiding ‘gemeenschaps- en nutsvoorzieningen’ viel (art 15 zone voor containerpark cf. BPA) naar een zone die onder gebiedscategorie ‘bedrijvigheid’ (zone voor lokale bedrijvigheid – art 1) valt. Dit kan mogelijk aanleiding geven tot een planbatenheffing. perceelnummer 531 D 536 G 544 C
Huidige bestemmingscategorie (BPA) gemeenschaps- en nutsvoorzieningen gemeenschaps- en nutsvoorzieningen gemeenschaps- en nutsvoorzieningen
Nieuwe bestemmingscategorie (RUP) Bedrijvigheid Bedrijvigheid Bedrijvigheid
307655_533_toel, revisie _c Pagina 37 van 45
BIJLAGE 1 BESLISSING DIENST MER
307655_533_toel, revisie _c Pagina 38 van 45
BIJLAGE 2 OP TE HEFFEN VOORSCHRIFTEN BPA WIJTSCHOT
In het plangebied worden de voorschriften van het BPA Wijtschot opgeheven: Art. 0: algemene bepalingen Art. 1: zone voor lokale weg type I Art. 2: zone voor lokale weg type II Art. 3: zone voor lokale weg type III Art. 4: zone voor dienst-, fiets- en wandelweg Art. 5: Zone ten behoeve van de scheepvaart Art. 6: Zone voor groenaanleg Art. 7: zone voor regionale bedrijvigheid Art. 8: Zone voor lokale bedrijvigheid Art. 9: Zone voor bevaarbare waterloop Art. 10: Zone voor waterloop CAT. II Art. 11: zone voor waterloop CAT. III Art. 12: zone voor natuurontwikkeling Art. 13: zone voor buffer Art. 14: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen Art. 15: zone voor containerpark
307655_533_toel, revisie _c Pagina 39 van 45
Productie van aroma’s voor voeding
Ontwerpen, zetwerk, digitaal drukwerk Metaalhandel en algemene metaalbewerking Malen en mengen specerijen en hulpgrondstoffen voor de vleeswarennijverheid Dienstencentrum
Liebiglaan
Lossingstraat (woongebied)
Industriepark Brechtsebaan
Zaatstraat (woongebied)
Toekomstlaan
Activiteiten Productie van koelvloeistoffen
Ligging Metropoolstraat
2,5
18
26
2
58
Tewerkstelling 64 personen
BIJLAGE 3 RESULTATEN ENQUÊTE
485 m²
6900 m²
7400 m²
360 m²
41692 m²
Ruimtegebruik 27495 m²
Pagina 40 van 45
307655_533_toel, revisie _c
Vrachtwagens
Vrachtwagens
Vrachtwagens
Geen
Vrachtwagens
Logistiek Vrachtwagens en schepen
Geen
Vooral logistieke verbetering maar geen uitbreiding ruimtebeslag Verdere groei door uitbreiding gammaproducten: 10.000m²
Ruimtebehoefte Beperkte uitbreiding: opslag, en distributie, meer parking en ruimte voor containerpark Sterke uitbreiding tot 5000 m²: meer parkeerplaatsen en uitbreiding productie Geen
Neen
Ja, in de buurt (zoekende)
Neen
Neen
Neen
Herlokalisatie Neen
Wasserijstraat
Metropoolstraat
Heikantstraat (woongebied)
Metropoolstraat
Industrielaan
Liebiglaan
Industrielaan
Industriepark Brechtsebaan
Ligging Brechtsebaan
Onderhoud en herstellen van personenwagens Kunststofverwerking Productie van vormstukken uit gewapend polyester Productie van houdbare melk en melkdranken
Activiteiten Herstelling personenwagens en verkoop tweedehandswagens Vleesverwerkend bedrijf, productie van charcuterie Vertegenwoordiging en herstelling van shrinksleeve machines en stoomtunnels Opslag en demontage van electronica-afval Import en distributie kachels en airco Import en export staalplaten
228
25
13
17
6
8
8
12
Tewerkstelling 1
69990 m²
14900 m²
5614 m²
26000 m²
Niet ingevuld
7518 m²
783 m²
Niet bekend
Ruimtegebruik 800 m²
Pagina 41 van 45
307655_533_toel, revisie _c
Wegtransport
Opleggers, bestelwagens
Via weg
Vrachtwagens, trein
Vrachtwagens
Vrachtwagens
Groottransport en pakjesdienst
Vrachtwagens
Logistiek Auto
Uitbreiding opslagruimte voor houdbare melk en melkdranken: tot 2500 m² binnen bestaande eigendomspercelen
Geen
Geen Spoorlijn verdwijnt en men wil een koskade aanleggen Geen
Geen
Extra bedrijfsruimte tot 2500 m²: meer productiemogelijk-heden voor afwerking en/of drukkerij activiteiten Geen: onlangs vernieuwd
Geen
Ruimtebehoefte Geen
Herlokalisatie Neen
Neen
Ja: Schoten of naburige gemeente Ja, naar Arendonk
Neen
Neen
Neen
Ja: eventueel Wommelgem Wijnegem en Deurne
Neen
BIJLAGE 3 RESULTATEN ENQUÊTE
Dakmaterialen 60% en dakwerken 40%
Groothandel in wijnen Kunststofplaat bewerking Leveren en plaatsen soepele vloerbekleding Veiligheidsopleidingen, brandtrainingen, persluchttraining, veiligheidswacht, brandwacht, audits Vervaardigen van edelsmeedwerk, edele metalen, juwelen, uurwerken Elektriciteitsbedrijf
Bevrachting tankschepen 90%, verhuur magazijnen en kantoren 10% Industriële isolatie, industriële schilderwerken, matras-
Eethuisstraat (woongebied)
Metropoolstraat
Metropoolstraat
Jagersdreef
Wijtschotbaan
Industriepark Brechtsebaan
Metropoolstraat
Brechtsebaan
Sluizenstraat
Activiteiten
Ligging
75
8
32
17
14
4
50
2
7
Tewerkstelling
950 m²
2400 m²
886 m²
3400 m²
3500 m²
440 m²
9500 m²
780 m²
700 m²
Ruimtegebruik
Pagina 42 van 45
307655_533_toel, revisie _c
Crafter (bestelwagen)
Bestelwagens en hoogwerken Auto en gebruik van kanaal
Camionette
Vrachtwagensbestelwagens en auto’s
Transportbedrijven en vrachtwagens 10-tal vrachtwagens/ dag Lichte vracht
Bestelwagens
Logistiek
Geen, huidige infrastructuur voldoet
Beperkte uitbreiding tot 250 m² voor parking. Geen
Geen
Geen
Geen
Geen
Geen
Extra bedrijfsruimte tot 1000 m²: uitbreiding magazijn dakwerken
Ruimtebehoefte
Herlokalisatie Ja: indien mogelijk bedrijventerrein in Schoten, Merksem of Deurne Neen
Neen
Neen
Neen
Neen
Neen
Neen
Neen
BIJLAGE 3 RESULTATEN ENQUÊTE
Mogelijk te herlokaliseren
Industriepark Brechtsebaan
sen, stellingbouw Draai- en freeswerk, metaalhandel, polijsten 4
Vrachtwagen
Pagina 43 van 45
307655_533_toel, revisie _c
Niet ingevuld
Men heeft behoefte aan extra bedrijfsruimte in de nabije toekomst. Maar dit wordt nergens in het document verduidelijkt.
Ja
BIJLAGE 3 RESULTATEN ENQUÊTE
BIJLAGE 4 WEERGAVE BESTAANDE FEITELIJKE TOESTAND
307655_533_toel, revisie _c Pagina 44 van 45
0
Grens plangebied
200
300
400 Meter
¯
GEMEENTE SCHOTEN
RUP Wijtschot kaart: situering op topografische kaart
Datum : 05.08.2011 NGI, Topografische kaart, 200x © Grontmij Vlaanderen nv Alle rechten voorbehouden
P:\307655\G\10_BestaandeToestand\GIS\Kaarten\307655_00_X_TOPO_10_svn.mxd
Legende:
50 100
0
Grens plangebied
200
300
400 Meter
¯
GEMEENTE SCHOTEN
RUP Wijtschot kaart: situering op luchtfoto
Datum : 05.08.2011 NGI, Topografische kaart, 200x, AGIV, middenschalige ortho 200x © Grontmij Vlaanderen nv Alle rechten voorbehouden
P:\307655\G\10_BestaandeToestand\GIS\Kaarten\307655_00_X_ORTHO_svn.mxd
Legende:
50 100
BIJLAGE 5 LIJST INHEEMSE BOMEN EN STRUIKEN
307655_533_toel, revisie _c Pagina 45 van 45