Sportdienst Harelbeke. Inhoudstafel. 1. Hoofdstuk 1 : Inleiding blz. 03

Sportdienst Harelbeke

Inhoudstafel 1. Hoofdstuk 1 : Inleiding _______________________________________ blz. 03 2. Hoofdstuk 2 : Gegevensverzameling en analyse ____________________ blz. 04 2.1. Sporttendenzen nationaal en vlaams __________________________ blz. 04 2.2. De Harelbeekse situatie ____________________________________ blz. 04 3. Hoofdstuk 3 : Procedure, tot standkoming, verslagen, documenten mbt het Sportbeleidsplan 2007-2012 _________________________________ 3.1. Twee pistes die bewandeld worden ___________________________ 3.2. Opleidingen rond de aanpak van het SBP ______________________ 3.3. De concrete aanpak _______________________________________ 3.3.a. Vanuit de sportsector ____________________________________ 3.3.b. Van uit het HAPS ________________________________________ 4. De inspraak nav de tussentijdse evalutie ________________________ 4. Hoofdstuk 4 : Missie, waarden, doelstellingen _____________________ 4.1.Missie ___________________________________________________ 4.2. Waarden personeel stedelijke sportdienst Harelbeke ______________ 4.3. Strategische doelstellingen stedelijke sportdienst Harelbeke ________ 4.3.1. Strategische doelstelling 1 : ondersteuning sportverenigingen ____ 4.3.1.1. Kwalitatieve adviesvorming als belangrijkste taak van de sportraad ______________________________________ 4.3.1.2. Sportraad moet beschikken over gemotiveerde en neutrale beheerraadsleden ______________________________________ 4.3.1.3. Sportraad moet voeling hebben met jonge sporters ___________ 4.3.1.4. Inspraakkanaal inwoners wat het sportbeleid betreft __________ 4.3.1.5. Opleidingen t.v.v. de sportclubs___________________________ 4.3.1.6. Nauwere contacten met de sportclubs aanhalen ______________ 4.3.1.7. Sportdienstzine moet een begrip worden bij de bevolking ______ 4.3.1.8. Verhogen directe subsidies sportclubs ______________________ 4.3.1.9. Sterker ondersteunen individueel vrijwilligerswerk ____________ 4.3.1.10.Overleg met de clubs, aanzetten starten met jeugdafdeling ____ 4.3.1.11. Clubs die starten met jeugdwerking, intensieve ondersteuning _ 4.3.2. Strategische doelstelling 2 : ondersteuning en stimulering van andersgeorganiseerde sport _______________________________ 4.3.2.1. Deelnemers sportpromotieacties moeten blijven stijgen ________ 4.3.2.2. Prijssetting sportpromotie-acties __________________________ 4.3.2.3. Zoveel mogelijk eigen accommodaties gebruiken _____________ 4.3.2.4. Grondige evaluatie sportpromotievoering ___________________ 4.3.2.5. Ondersteunen, opvolgen en besturen van onze lesgevers _______ 4.3.2.6. Sportdienstkaart en electronische identiteitskaart _____________ 4.3.2.7. Controles uitvoeren wanbetalers sportpromotieacties __________ 4.3.2.8. Aantal sportpromotieacties moeten in aanmerking komen ifv opleidingscheques, sportcheques, ……. ___________________ 4.3.2.9. Sportpromotieaanbod moet zich richten naar verschillende deel- en doelgroepen ___________________________________ 4.3.3. Strategische doelstelling 3 : ondersteuning en stimulering toegankelijkheid en diversiteit in de sport _____________________ 4.3.3.1. Gehandicaptensport ____________________________________ 4.3.3.2. Migranten en OCMWkliënteel ____________________________ 4.3.3.3. I.s.m de jeugddienst en Arktos wijkgerichte initiatieven ________ 4.3.4. Strategische doelstelling 4 : Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur _______________________________________ 4.3.4.1. Sportcentrum De Mol ___________________________________ 4.3.4.2. Sporthal De Dageraad __________________________________ 4.3.4.3. Sportcentrum Stasegem ________________________________ Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 1

blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.

06 06 06 06 06 08 09

blz. blz. blz. blz. blz.

11 11 11 12 14

blz. 14 blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.

15 17 18 19 20 21 22 26 27 28

blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.

30 30 31 32 33 34 36 36

blz. 38 blz. 39 blz. blz. blz. blz.

48 48 48 50

blz. blz. blz. blz.

51 51 60 63

Sportdienst Harelbeke 4.3.4.4. Sportcentrum Bavikhove ________________________________ 4.3.4.5. Sporthal De Vlasschaard ________________________________ 4.3.4.6. Sportcentrum Hulste ___________________________________ 4.3.4.7. Private en overheidsaccommodaties _______________________ 4.3.5. Strategische doelstelling 5 : Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider _____________________________________ 4.3.5.1. Kwaliteit en structuur van de jeugdsportbegeleiding ___________ 4.3.5.2. Sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator tegen 2013 ________ 4.3.5.3. Opmaken jeugdsportbeleidsnota binnen de club ______________ 4.3.5.4. Verhogen kennis jeugdtrainer ____________________________ 4.3.5.5. Subsidies project verbetering kwaliteit jeugdsportbegeleiders ___ 4.3.6. Strategische doelstelling 6 : :Personeel ______________________ 4.3.6.1. Missie en waarden van de sportdienst moeten leven __________ 4.3.6.2. Multifunctionele werking van de personeelsleden _____________ 4.3.6.3. Regelmatig geven van opleidingen ________________________ 4.3.6.4. Aandacht besteden aan het intranet en andere kanalen ________ 4.3.6.5. Kwaliteitsverbetering van onze dienstverlening _______________ 4.3.6.6.Herschrijven taakomschrijvingen en taaktoewijzigingen ________ 4.3.6.7. Ruimere en intensere responsabilisering ____________________ 4.3.6.8. Stimuleren met strokes _________________________________ 4.3.6.9. Stimuleren van creatieve en probleemoplossende geest ________ 4.3.6.10. Herbekijken uurregelingen m.b.t. schoonmaak ______________ 4.3.6.11. Bijscholen en overtuigen van veiligheidsaspecten ____________ 4.3.6.12. Uitbreiden permanentie bij probleemmomenten _____________ 4.3.6.13. Kosten-baten analyses opstellen _________________________ 4.3.6.14. Opvolging energiebesparing _____________________________ 4.3.7. Strategische doelstelling 7 : communicatie, samenwerking en ondersteuning __________________________________________ 4.3.7.1. Onderhouden beste relaties met verschillende stadsdiensten ____ 4.3.7.2. Onderhouden beste relaties met overheidsinstanties __________ 4.3.7.3. Werken aan een grotere naambekendheid naar bevolking toe ___ 4.3.7.4. Snelle informatie naar klanten toe _________________________ 4.3.7.5. Verder versterken van de internetinformatie _________________ 4.3.7.6. Gebruik maken van de moderne communicatietechnieken ______

Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 2

blz. blz. blz. blz.

66 67 70 75

blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.

77 79 81 85 86 92 95 95 96 96 97 98 99 100 101 101 102 103 104 105 106

blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.

107 107 108 109 110 111 112


SPORTBELEIDSPLAN HARELBEKE 2007 - 2012 Hoofdstuk 1 : Inleiding De sportdienst-sportraad beschikt al tientallen jaren over een sportbeleidsplan, een leidraad over hoe het sportbeleid moet gevoerd worden. Het was een jaarlijkse traditie dat zowat elke zomer een aanpassing gedaan werd van onze intenties, ons beleidsplan voor de komende jaren. Het sportbeleidsplan bleef echter steeds een min of meer vrijblijvend document, omdat het plan nooit formeel door de gemeenteraad goedgekeurd werd. Het was dus eerder een soort interne projectnota, een handleiding voor een planmatig beleid voor de sport in onze gemeente voor de komende jaren, maar dan vooral te gebruiken door de eigen sportdienst. Hoewel die nota‟s niet formeel goedgekeurd werden waren ze toch duidelijk dé handleiding voor het beleid dat door de schepen van sport uitgetekend werd tijdens de jongste legislaturen. Met het Decreet op het sport voor allebeleid veranderde de situatie. Voortaan moet het sportbeleidsplan een door de gemeenteraad goedgekeurd en gedragen plan voor de sporttoekomst worden. Een document dat een aantal minimale en omschreven hoofdstukken moet omvatten, en dat ook moet opgebouwd zijn op behoeften en adviezen. Gelukkig hebben tijdens de voorbije jaren regelmatig een update gedaan van een aantal inventarissen en bevragingen, en werd er steeds, voor zowat alles inspraak gegeven van uit de clubs, maar vooral van uit de sportraad. De bestaande meest recente nota betekende dan ook meteen de basis voor verdere discussie over het sportbeleid in al zijn facetten. De aanpak voor de tot standkoming van de sportbeleidsnota volgde vrij strikt het voorgestelde stramien van het Bloso-ISB. Er werd een stuurgroep opgericht die heel aardig werk verzette tijdens verschillende vergaderingen. De inbreng van de klankbordgroep (clubs, politici, burgers) was “realistisch” gering te noemen, maar dat werd gecompenseerd door de vele gesprekken en vergadering die er geweest zijn met clubafgevaardigden. Het sportbeleidsplan focust vooral op de strategische en operationele doelstellingen. Daar werd de meeste tijd en aandacht aan gegeven. Die doelstellingen moesten dan ook nog vertaald en opgenomen worden in het algemene gemeentelijke beleidsplan van de stad Harelbeke. Bij het opstellen van het sportbeleidsplan werd rekening gehouden met het hedendaagse sportgedrag en met de maatschappelijke context waarin het sportgebeuren zich afspeelt. Deze gegevens zijn deels terug te vinden in de literatuur en in Vlaamse onderzoeksresultaten maar ook de plaatselijke situatie met haar specifieke noden werd nader bestudeerd via een aantal bevragingen. Een bijzondere dank mag uitgaan naar de stuurgroep die zich tijdens verschillende vergaderingen boog over de verslagen van overleg met clubs, cijfermateriaal van onderzoeken of de evolutie van de verschillende soorten subsidies. Deze stuurgroep besprak gedetailleerd alle voorontwerpteksten, die dan uiteindelijk resulteerden in ontwerpteksten. Een klankbordgroep boog zich over de ontwerpteksten, en de sportraad besprak het plan verschillende keren, en gaf een positief advies. Het kwam tenslotte het schepencollege en de gemeenteraad toe om de eindteksten goed te keuren. Frank Malisse Sportfunctionaris

Alain Top Schepen van sport Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 3


Hoofdstuk 2: Gegevensverzameling en analyse In dit hoofdstuk twee brengen we heel wat gegevens aan die verzameld werden tidjens de jongste jaren. Die gegevens werden verzameld door wetenschappelijke instituten, het Bloso, de provinciale sportdienst, Burensportdienst, en uiteraard ook door de eigen sportdienst. Het is niet de bedoeling om heel uitgebreid in te gaan op alle onderzoeken. We geven ze mee in bijlage en beperken ons in dit hoofdstuk tot een verwijzing naar de onderzoeken en documenten. 1. Sporttendenzen nationaal en Vlaams - Het kabinet sport en het Bloso bezorgden in de loop van 2006 twee zeer informatieve bundels mbt de sportbeoefening in Vlaanderen en België. Deze verschenen onder de titels Sportbeleid in Vlaanderen, delen 1 en 2. Een colllega-Sportfunctionaris getrooste zich de moeite om te proberen een bundeling of korte opsomming te maken van de resultaten van de onderzoeken. In deze teksten verneem je meer over de invloed van de arbeidsmarkt, de technologie en media, de commercialisering en economisering, en uiteindelijk ook de politisering, naar de sport toe. Verder tref je er gedetailleerde onderzoeken aan over sportdeterminanten bij volwassenen en jongeren, de belangstelling voor de verschillende sportdisciplines, de sportbeoefening in clubverband, de fysieke conditie van onze jeugd, de voor en tegens inzake sportbeoefening, de vraag en het aanbod, en de voordelen van sportbeoefening. Deze twee werken zijn in feite een bundeling van allerhande onderzoeken die soms al ter beschikking gesteld waren aan de sportdiensten. De twee uitgaves zijn echter een goede bundeling van de resultaten van vele onderzoeken. 2. De Harelbeekse situatie a. Demografisch – cijfermateriaal demografie Harelbeke in 2006 + migranten b. Inventaris schepencollege en gemeenteraadsbeslssingen mbt sport c. Inventaris sportaccommodaties  overzicht van de sportaccommodaties en een korte historiek.  Onderzoek mbt energiebesparing spc de Mol d. Inventaris Harelbeekse sportclubs  lijst van alle sportclubs in Harelbeke (eind 2007)  aanbod jeugdsportclubs  cijfergegevens evolutie sportclubs  een kritische kijk op de evolutie van onze sportclubs, een aantal sterke, maar ook zwakke punten e. Organigram sportdienst – met taakverdeling personeelsleden – folder werking sportdienst f. Evolutie van de financiën van de sportdienst g. Evolutie activiteiten eigen sportpromotie – soorten, deelnemersaantallen – commentaar evolutie deelnemers sportpromotie h. Evolutie tarieven sportpromotie i. Ondersteuning sportclubs  evolutie cijfermateriaal en commentaar  subsidiereglement(en)  deontologische code j. Reglementen en concessie-overeenkomsten van toepassing binnen de sportsector in Harelbeke en commentaar  Concessie van de uitbating van de cafétaria‟s in de sporthallen  Concessieovereenkomst betreffende de voetbalaccommodatie Hulste Sportief  Concessieovereenkomst stedelijk Forestiersstadion  Concessieovereenkomst Stad - Mobistar  Concessieovereenkomst betreffende de voetbalaccommodatie OG Stasegem


Sportdienst Harelbeke 

Concessieovereenkomst KSV Ingelmunster-Zuid West en Damesvoetbalclub ZW  Reglement van inwendige orde gebruik speelplein de mol  Reglement van inwendige orde voor het in huur nemen van de gemeentelijke sporthallen  Reglement van inwendige orde voor het in huur nemen van de gemeentelijke voetbalvelden k. Adviezen sportraad 2006-2007 l. Onderzoeken uitgevoerd door derden mbt sportieve aangelegenheden in verband met de sport in Harelbeke  Clixons peilt naar de tevredenheid inzake het sportaanbod bij de Harelbeekse jongeren. Resultaat : - Tieners zijn lid van …… - Lid van een sportclub…… - Percentage tieners die te weinig kunnen sporten ….. - Percentage tieners voor wie het zwembad beter kan …. - Percentage tieners voor wie de sporthal beter kan … - Percentage tieners voor wie de sportclub beter kan ….. - Regelmatig sporten ….. - Regelmatig zwemmen ….. - Tekorten in de buurt ……. - Tekorten … - Vrije tijd binnen in de buurt ….. - Vrije tijd buiten in de buurt …… - Vrije tijd plezier …. - Vroeger lid geweest van een club …. - Wat missen de jongeren in de buurt …. - Tieners sporten te weinig omdat …… - Tieners zwemmen te weinig omdat …..  Vergelijking tarieven (provinciale sportdienst ism ISB W Vl) – tarieven voor sporthallen, voetbalvelden, …  Vergelijking strokes personeel sportdiensten lid van BSD  Vergelijking aanbod seniorensport in de W Vl region  Onderzoeksrapport problematiek hangjongeren (Arktos)  Vormingsbehoeften van sportdienstpersoneel (prov en ISB) m. Onderzoeken uitgevoerd door de sportdienst  Onderzoeken bij de sportclubs o mbt het bekomen van subsidies o mbt hun structuur, werking, ;.. (IK-Sport)  Onderzoeken mbt personeel SD o Tevredenheidsonderzoek o Vormingsbehoeften o Agressie op het werk  Tevredenheidsonderzoeken eigen sportlessen, sportkampen o Verwerking enquête start to run 2006 o Verwerking enquête stepaerobic 2006 o Verwerking enquête turnen dames 2006  Onderzoeken mbt gewenst sportaanbod o Onderzoek bij tientallen jongeren over hun sportwensen, met medewerking van de scholen  Mbt sportaccommodaties o Wat willen de Hulsterse jongeren met het omnisportveld o Verslagen overleg wensen voetbalclubs o Ontwerp van bevraging mbt tevredenheid sportcentrum de Mol 

SWOT analyses



Hoofdstuk 3 : Procedure, tot standkoming, verslagen, documenten mbt het Sportbeleidsplan 2007-2013 In dit hoofdstuk brengen we een overzicht over hoe tewerk gegaan werd bij de tot standkoming van dit sportbeleidsplan (SBP). 1. Twee pistes die bewandeld worden Het SBP van Harelbeke moet van uit twee invalshoeken bekeken worden. Enerzijds moet er tegen eind december 2007 een SBP opgemaakt worden ifv het decreet Sport voor Allenbeleid. Dit SBP moet ingediend worden bij de overheid, het Bloso. Anderzijds moet ook het stadsbestuur van Harelbeke een nieuw beleidsplan opmaken, en hier moet natuurlijk ook de sport vertegenwoordigd worden. Door deze twee “opdrachtgevers” zijn er in feite ook twee soorten van aanpak, timing, vormgeving, …. Gelukkig is het goed mogelijk om de beide zaken in elkaar te laten overvloeien. 2. Opleidingen rond de aanpak van het SBP Reeds enkele jaren terug werd door het Bloso het initiatief genomen om een opleiding op getouw te zetten rond sportbeleidsplanning. Reeds een paar jaar werden we daar dan ook af en toe mee geconfronteerd nav studiedagen. De SF kreeg te horen hoe zo‟n plan er zou moeten uitzien, welke technieken moesten gehanteerd worden. De SF werd uitgenodigd door het ISB (Instituut voor sportbeheer) om te fungeren als coach-begeleider van een paar gemeenten bij de opmaak van hun SBP. In die context kon de SF dan ook een intensieve opleiding volgen die georganiseerd werd door het ISB en het Bloso rond het SBP. Er grepen verschillende infosessies plaats die het ondermeer hadden over de inhoud van het decreet van het sport voor Allenbeleid, over de inhoud en vormgeving van een SBP, over de technieken om mensen te betrekken (inspraak te verlenen), over de gegevens die je nodig hebt voor een SBP. Aan deze opleiding werden ook een tweetal feedbackmomenten gekoppeld. Bovendien kon men terugvallen op heel wat informatie die aanwezig was op de webpagina van het ISB en het Bloso, en waar je ook voorbeelden had van hoe men praktisch een aantal zaken kon aanpakken. Het grote voordeel van deze opleidingen was dat men continu sprak over de praktijk in de sportsector. De deelnemers konden mee helpen aan de opmaak van de opleiding, en praten van uit de praktijkervaringen. Uiteindelijk resulteerden deze vormingssessies in de ter beschikking stelling van een prachtig handboek, dat een leidraad betekent voor de opmaak van het SBP. Langs de kant van het stadsbestuur werd een ambitieus project HAPS gestart. Het HAPS wordt gedirigeerd vanuit de dienst Welzijn en heeft tot doel over de diensten en politiek heen tot één gemeenschappelijk project te komen. Van uit de stad (Welzijnsdienst) werden dan ook een aantal vormingsmomenten ingericht rond beleidsplanning. Logisch dat er aantal onderdelen van de opleiding zowat een kopie waren van wat door het Bloso-ISB aangeboden werden, als was de materie meer algemeen gehouden. Deze opleidingen waren dan ook vrij theoretisch, en soms detaillistisch (bv hoe een goede strategische omschrijving moet gemaakt worden). 3. De concrete aanpak a. Van uit de sportsector Nadat het merendeel van de opleidingen gevolgd waren, werd door de SF in overleg met de sportschepen een actieplan en timing opgemaakt voor de aanpak van het SBP. Zo werd ondermeer beslist om verder te werken met het bestaande SBP en alle nieuwe gegevens daar in te voegen. De SF fungeerde als schrijver van de teksten. Er werd begonnen met opnieuw te inventariseren, of beter gezegd met de updating van de inventarisatie. Ondertussen werden ook nog een paar kleinschalige bevragingen gedaan, en werden nieuwe cijfers verzameld. Ook de voorstellen-beloftes mbt sport, Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 6

Sportdienst Harelbeke die gemaakt werden nav de gemeenteraadsverkiezingen van alle politieke partijen, werden opgelijst en meegenomen voor de opmaak van het SBP. Op 26 maart werd binnen de beheerraad van de sportraad een toelichting gegeven over wat het SBP betekent en omvat. Daarbij werd de uitleg gegeven aan de nieuw samen gestelde beheerraad van de sportraad. Tijdens deze vergadering werd een stuurgroep samen gesteld. De stuurgroep zou de opdracht krijgen om het SBP samen met de SF uit te werken, te bespreken, om dan met goed voorbereide teksten naar de beheeraad, het schepencollege en uiteindelijk de gemeenteraad te trekken. De timing werd in de loop van het jaar aangepast, omdat het Blosode sportdiensten een paar maand extra gaf voor de opmaak van het SBP. De stuurgroep van het Harelbeekse SBP bestaat uit Alain Top (schepen van sport), Mildred Verschelde (voorzitster sportraad), Carlos Verstraete, Marc Cosaert en José Tytgat, allemaal leden van de sportraad, en uiteraard ook de SF. De beheerraad van de sportraad had verleden jaar aan de hand van de temafolders van de provinciale sportdienst West-Vlaanderen en het bestaande SBP (bestaat reeds tientallen jaren) een update gedaan. Die aangepaste teksten vormden de vertreksbasis voor het nieuwe SBP, dat door de opgelegde indeling van hoofdstukken toch een stuk herschreven moest worden. Op 4 april werd aan het personeel van de sportdienst een toelichting gegeven hoe te werk zou gegaan worden, en wat de timing en functie van het SBP zijn. Parallel en enerzijds in functie van een kennismaken maar ook vooral ifv van het SBP werd door de sportschepen en de SF met een aantal grotere clubs vergaderd (met de voetbalploegen, en met de basketbalploeg), omdat daar de meeste problemen of vragen mochten verwacht worden rond accommodaties. Op 6 april kwam de stuurgroep een eerste keer samen, werd nog eens een korte toelichting gegeven rond het SBP en werd de wijze van aanpak gedetailleerd besproken. Daar werd bepaald hoe onze klankbordgroep er zou uitzien, hoe we de oproep zouden doen voor inspraak, welke onze strategische doelstellingen zouden worden. Ook werden de teksten mbt de subsidies en ondersteuning van de sportclubs kort overlopen en toegelicht. Kortom, de leden kregen een bundel met informatie te verwerken. Op 12 april kwam de stuurgroep opnieuw bijeen en werd vooral aandacht gegeven aan het oplijsten van de inhoudelijk aspecten van de strategische doelstellingen. Een aantal vergaderdatums werden vast gelegd en de teksten werden overlopen mbt de ondersteuning van de sportclubs, en de sportpromotie. Op 17 april greep de derde stuurgroepvergadering plaats en werd vooral gewerkt rond de sportaccommodaties en de impulssubsidie. Op 27 april werd voor de vierde keer vergaderd en werden de hoofdstukken rond personeel en communicatie behandeld. De dag daarvoor, op 26 april werden de ontwerpteksten en de aanpak en timing besproken op de “gemeenteraadscommissie welzijn-cultuur-jeugd-sport”. Er werden op deze bijeenkomst geen nieuwe voorstellen genoteerd. Ook het personeel van de sportdienst werd gevraagd naar zijn mening. Overigens mag het personeel elk jaar voorstellen doen. Ook deze reacties werden mee opgenomen in de ontwerpteksten. Tussendoor werd ook gekeken naar de resultaten van de inspraakmogelijkheden die op gemeentelijk vlak gegeven werden (zie bij HAPS), en ook die bemerkingen-suggesties werden meegenomen naar de stuurgroep. Er was besloten (door de stuurgroep, beheerraad van de SR en het schepencollege) dat de “klankbordgroep sport” eigenlijk de volledige bevolking zou worden. Iedereen zou inspraak moeten kunnen geven rond de ontwerpteksten. Nu die ontwerpteksten klaar waren mbt de strategische doelstellingen werd een oproep gedaan via de pers, stadskrant, Sdzine, affiches, sportclubs, webpagina om mensen er toe aan te zetten hun mening te geven over de ontwerpteksten. Die ontwerpteksten werden ook online gezet op de webpagina van de sportdienst. Men kon de teksten lezen en downloaden, men kon ook een formulier invullen waarbij men reageerde op de inhoud van de teksten. De teksten konden ook uitgedrukt (gratis) opgehaald worden op de sportdienst. De reacties waren – zoals verwacht – zeer gering te noemen. Alle sportclubs kregen de persoonlijke en uitdrukkelijke vraag om de teksten door te nemen Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 7

Sportdienst Harelbeke en te reageren tegen 11 mei. Op 11 mei werd nog een avond georganiseerd waarbij de klankbordgroep (iedereen was welkom) uitgenodigd was om zijn mening te geven. Ook hier waren er slechts een handje vol mensen aanwezig. Er waren meer leden van uit de beheerraad van de sportraad, dan van onze clubs. Individuelen waren er al helemaal niet. Moeten we daar uit concluderen dat er dan geen belangstelling is voor het sportbeleid in onze gemeente? Helemaal niet. Doordat er al vele jaren gewerkt wordt met een SBP dat regelmatig (jaarlijks) bijgestuurd wordt, zijn de wensen van de clubs en individuele sporters meestal vrij goed gekend. Bovendien werd in het verleden zeer regelmatig de kans geboden om een inbreng te doen. Daarnaast is er een uitstekend werkende sportraad, die om de haverklap adviezen verleent naar het stadsbestuur toe. Aangezien er geen fundamentele aanpassingen dienden te gebeuren aan de ontwerpteksten, na de inbreng van de klankbordgroep, werden de teksten nu voorgelegd aan de beheerraad van de sportraad, voor een eerste formeel advies. De beheerraad besteedde op 5 juni meer dan twee uur aan de ontwerpteksten die ze op voorhand hadden toegestuurd gekregen, en die ze ook gelezen moesten hebben. De beheerraad keurde het werk van de stuurgroep en SF goed. Er werd ook besloten dat de teksten nu aan het schepencollege zouden overgemaakt worden via de schepen van sport, om eventueel feedback te kunnen krijgen, en zo nodig nog tijd te hebben om eventuele aanpassingen te moeten doen, waar dit nodig zou worden geacht. Gelijktijdig werd ook besloten dat de stuurgroep verder bijeen zou komen om de operationele doelstellingen die rond de strategische doelstelling “ondersteuning van de sportclubs” geformuleerd werden, uit te werken. Deze operationele doelstellingen rond dit toch belangrijke item zouden dan opnieuw aan de beheerraad voorgelegd worden, in de vergadering van augustus. De stuurgroep kwam dan ook nog bijeen rond de uitwerking van de ondersteuning van de sportclubs op de volgende datums: 29 juni, 17 en 24 juli . De teksten mbt de strategische doelstelling van het SBP werden aan het schepencollege bezorgd met het verzoek die na de “vakantie” doorgenomen te hebben en te voorzien van eerste commentaren of bemerkingen. Er werden geen noemenswaardige bemerkingen geformuleerd door het schepencollege. Na de zomer werden we verplicht om de samenstelling van de beheerraad van de sportraad aan te passen, ifv de genderproblematiek. Tijdens de algemene vergadering van zaterdag 29 september werden de statuten aangepast, waarbij enerzijds duidelijk gesteld werd dat de adviesvorming bij de beheerraad ligt, en waarbij tevens een verruiming doorgevoerd werd van het aantal leden van die beheerraad. De algemene vergadering keurde de nieuwe samenstelling van de beheerraad goed. Tijdens diezelfde algemene vergadering werd nog eens een zogenaamde klankbordgroep gehouden. De clubs waren op voorhand verwittigd dat ze nog opmerkingen mochten maken mbt het SBP. De schepen van sport gaf op de bijeenkomst een uitvoerige uiteenzetting specifiek rond de ondersteuning van de sportclubs. De schepen herhaalde die uiteenzetting tijdens de gemeenteraadscommissie “Vrije Tijd” van 15 oktober 2007. De nieuwbakken beheerraad van de sportraad formuleerde zijn ultieme advies rond het SBP in vergadering van 22 oktober 2007. Dit advies werd toegevoegd aan aan het SBP als bijlage voor het voorgelegd werd aan de gemeenteraad van december, waar het goedgekeurd werd. b. Van uit het HAPS Van uit het stadsbestuur werd een werkgroep HAPS opgericht. Die staat voor HArelbeke Plant Samen. Het is niet de bedoeling om hier het volledige traject weer te geven van de aanpak van het HAPS, maar het relevantie deel voor de sportsector kan je hier onder vinden. Van uit de werkgroep werden zoals reeds eerder aangehaald een aantal opleidingen uitgewerkt. De Welzijnsdienst nam het voortouw voor de aanpak en strategie om tot een nieuw gemeentelijk beleidsplan te komen. Daarbij stelde men op voorhand dat naast het inhoudelijke ook de aanpak op zich, de procedure, de mogelijkheid tot inspraak zelf voor die sector heel belangrijk is. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 8

Sportdienst Harelbeke De gemeenteraadsleden kregen daarom ook de kans om een opleiding te volgen rond de tot standkoming van een beleidsplan, maar er was weinig interesse. Er werd bedongen dat er een aantal gemeentelijke raadscommissies opgericht zouden worden. De sportdienst kwam terecht onder de gemeentelijke raadscommissie welzijn-cultuurjeugd-sport. Die commissie zou zich vooral met het beleidsvoorbereidende moeten inlaten. De SD kwam ook terecht in de werkgroep van ambtenaren die zich boog over de doelstellingen rond “een stad om te genieten”. De ambtenaren kwamen een paar keer samen in de loop van het voorjaar van 2007 en schreven hun strategische doelstellingen uit. Die werden dan gebundeld tot één strategische doelstelling. Het politiek bestuur had ondertussen ook een nota gemaakt en samen met alle strategische doelstellingen ontwikkeld van uit de ambtenarij werd één globale tekst gemaakt die ondermeer 19 strategische doelstellingen voor de gemeente omvatte. Die teksten werden besproken op 16 augustus door het schepencollege, in een conclaaf. Ondertussen had men de bevolking de kans gelaten om voorstellen te formuleren. Dit kon op verschillende manieren. Zo werden een aantal oudinwoners van de stad gevraagd om via een interview hun mening te geven over de stad. Enkele keren werd er een babbelbox neergezet op plaatsen waar veel volk samen kwam, om daar te luisteren naar de bemerkingen van de bewoners. Een andere inspraakmogelijkheid was het sturen van een mail, maar zeer origineel was de mogelijkheid om de vraag te beantwoorden “wat zou ik doen met 1 miljoen”. Dit kon (niet anoniem) door zijn voorstel in te vullen op een online formulier op de website http://www.watdoenmet1miljoen.be/ . De input daarvan werd gevolgd door de SD die de weinige sportieve inbreng die er te rapen viel meenam naar de stuurgroep. Het HAPS zocht ook om de ambtenaren en politici te informeren en te betrekken via een regelmatige maandelijkse HAPSnieuwsbrief waar naast achtergrondinfo ook steeds de verdere evolutie van het plan opgenomen werd. In oktober werd een soort conclaaf gehouden door het schepencollege waarbij men opnieuw zijn volledige aandacht richtte naar de strategische en operationele doelstelling van het stadsbestuur. Voor de sportsector is vooral de strategische doelstelling nr 15 van belang: Gemeenschapsvorming, persoonlijkheidsvorming, participatie en actieve ondersteuning van het verenigingsleven zijn de uitgangspunten voor een geïntegreerd jeugd-, cultuur- en sportbeleid van onze stad. De operationele doelstellingen mbt sport worden kort als volgt omschreven:  De omgeving van het sportcentrum wordt geherwaardeerd  Er is een masterplan uitgetekend mbt de sportinfrastructuur De aanpak van het Haps is gaande de rit een stuk gewijzigd. Waar eerst gepoogd werd om “alles” te proberen op te nemen wat ook in de sectoriele beleidsplannen (bv sport) opgenomen was, werd besloten om daar van af te stappen, en de klemtoon te leggen op een beperkt aantal “hogere”, lees strategische en operationele doelstellingen. 4.De inspraak nav de tussentijdse evaluatie Bij de tussentijdse evaluatie werd van meet af aan geopteerd om het sportbeleidsplan (SBP) zeer grondig inhoudelijk te evalueren en opnieuw een zeer brede inspraakmogelijkheid te organiseren. Er werd ook beslist om verder te werken op dezelfde manier zoals het sportbeleidsplan initieel aangemaakt werd: tekstuele uitleg, met duiding van de jaren van uitvoering, leesbaar ook voor de leek. Wel werd geopteerd om de teksten hier en daar wat aan te passen, eventueel nog wat meer duidelijkheid te brengen bij vroegere omschrijvingen. In navolging van de suggesties van het Bloso/ISB werd ook geopteerd om bij deze tussentijdse evaluatie gebruik te gaan maken van letters en cijfers om aan te duiden of een doelstelling of maatregel Behouden (B) – Aanpassen (A) – Stopzetten (S) – Volledig gerealiseerd 2 – Deels gerealiseerd 1 – Niet gerealiseerd 0. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 9

Sportdienst Harelbeke Tijdens de laatste jaren werden regelmatig onderzoeken/bevragingen uitgevoerd. Soms door de sportdienst zelf, soms door studenten in het kader van een stage/eindwerk. Deze onderzoeken zijn voorhanden op de sportdienst en zijn niet toegevoegd aan dit document. Net zoals bij de initiële opmaak van het SBP werd gestart van uit een stuurgroep. De zelfde mensen (de schepen van sport, een vijftal afgevaardigden van de sportraad, de sportambtenaar) zetelden in de stuurgroep. Het nieuwe diensthoofd Vrije Tijd kwam de stuurgroep vervoegen. In de stuurgroep werden de nieuwe intenties een eerste keer afgetoetst. Die intenties werden dan ook besproken in de beheerraad van de sportraad. Eind januari 2011 nam de algemene vergadering van de sportraad kennis van de grote lijnen van de voorstellen van wijziging. Na de insteek en het dus bijhorende advies van deze algemene vergadering werd dan gewerkt aan de verdere gedetailleerde invulling van de teksten. De omschrijvingen werden aangepast en waar mogelijk meer SMART gemaakt. Er werd geopteerd om niet direct sterk indicatorengericht te gaan werken, al zullen in de dienst zelf hier inspanningen rond gedaan worden. Er werden geen strategische en operationele doelstellingen aangepast. Er werd vooral geschaafd aan de vele te nemen maatregelen. Zo werden maatregelen genoteerd om onder meer het impulssubsidieproject bij te schaven, en werden verschillende nieuw te nemen maatregelen mbt sportaccommodaties ingeschreven. Door de meer gecentraliseerde werking van de stadsdiensten (Dynamoproject) werden ook maatregelen genoteerd die kaderen in de veranderende taken en opdrachten van de sportdienst en zijn medewerkers. De beheerraad van de sportraad boog zich tijdens een aantal vergaderingen over de verschillende gewijzigde maatregelen, telkens per hoofdstuk besproken. Het (eind)document werd online gezet, en de sportclubs en de bevolking werden opnieuw op de hoogte gebracht dat ze het document konden inkijken en dat men nog eventueel suggesties kon doen. Het document werd ook toegelicht aan de (gemeente)raadscommissie Vrije Tijd. Eind juni gaf de sportraad dan nog een eindadvies, in feite een bundeling van alle eerder uitgebrachte adviezen (besproken per hoofdstuk). De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen werden in het geel aangeduid.



Hoofdstuk 4: Missie, waarden, doelstellingen 1. Missie De stad Harelbeke, via zijn dienst sport, zorgt er voor dat zo veel mogelijk inwoners (en in zekere zin ook mensen uit andere gemeenten) zo regelmatig mogelijk sporten. Dat sporten moet kunnen gebeuren in recreatief en competitief verband, met aandacht voor een kwaliteitsvol, gediversifieerd en op maat gemaakt aanbod, en met aandacht voor het bijzondere karakter van de sport: het sociale aspect, het gezondheidsaspect, de fairplay. De sportdienst zorgt voor aan de moderne noden van de sport aangepaste accommodaties en werkt naar een klantgerichte ondersteuning van de sportclubs en individuele sporters, waarbij deze zelf zorgen voor een haalbare minimale inbreng. 2. Waarden personeel stedelijke sportdienst Harelbeke * Klantgerichtheid: De sportbeoefenaar vormt het cliënteel waarvoor de sportdienst ten dienste staat. Dit betekent dan ook dat het de sportdienst in zijn werking zeer klantgericht dienen te zijn. Met andere woorden. Er dient gepeild te worden naar de behoeften van de klanten en het programma en aanbod dient daar op afgesteld te worden. Het sportdienstpersoneel moet zich dan ook zo opstellen dat zij ten dienste staan van de bevolking/sportbeoefenaars. * Begeleidend: Het is onze bedoeling de sporters te helpen, desnoods een stuk persoonlijk te begeleiden opdat ze op een correcte manier opnieuw aan sport kunnen doen. De sportdienst dient ook begeleidend te werken naar sportclubs toe. * Fairplay, inzet, eerlijkheid, vriendelijkheid: Deze sportieve waarden dienen ook door het personeel gehanteerd te worden. * Collegialiteit: Het personeel van de sportdienst werkt samen als één geheel en volgt de onderrichtingen van het stadsbestuur en de adviserende instanties zoals de sportraad. * Kwaliteit: Het personeel van de sportdienst heeft aandacht voor kwaliteit en rendabiliteit. Het personeel krijgt de kans zich te bekwamen via opleidingen, dit ter bevordering van de goede werking van de sportdienst. De genomen initiatieven dienen van een zo hoog mogelijke kwaliteit te zijn. * Kwantiteit: Er dient gestreefd te worden naar een ruim aanbod, een grote kwantiteit van onze acties en ondersteuning. * Dienstverlenend: De sportdienst probeert zo veel als mogelijk dienstverlenend te zijn zowel naar clubs, individuele sporters als naar andere sportorganisaties toe.


Sportdienst Harelbeke 3. Strategische doelstellingen stedelijke sportdienst Harelbeke Hier onder worden een aantal strategische doelstellingen bepaald. Verder in de teksten worden deze doelstellingen verduidelijkt aan de hand van een zogenaamde SWOT analyse (sterkte-zwakte). Deze strategische doelstellingen zijn onder meer gebaseerd en corresponderen met de opgelegde hoofdstukken die voorzien zijn in het lokaal decreet sport voor allen beleid – 2007. Bundeling van de strategische doelstellingen voor de sport. 3.1. Strategische doelstelling nr. 1: Ondersteuning sportverenigingen De sportdienst voert in nauw overleg met de sportraad, externe diensten en het stadsbestuur een vooruitstrevend beleid naar een ruime ondersteuning van de sportclubs en individuele sporter toe. Er dient hier bij gedacht te worden aan directe (subsidies) en indirecte ondersteuning (kennisoverdracht, materialengebruik, …). 3.2.

Strategische doelstelling nr. 2: ondersteuning en stimulering van andersgeorganiseerde sport De sportdienst voert, in overleg met de sportraad, het Bloso, eventueel andere stadsdiensten of andere externe organisaties, promotie voor de sport en zal een gevarieerd aanbod brengen naar de verschillende doelgroepen van de bevolking toe. De sportdienst moet op dit terrein een vooruitstrevende werking ontplooien, een werking waarbij men heel kort op de bal speelt, dit wil zeggen, zich snel aanpast aan nieuwe tendensen. 3.3.

Strategische doelstelling nr. 3: ondersteuning en stimulering toegankelijkheid en diversiteit in de sport De sportdienst voert, in overleg met de sportraad, het Bloso, en andere partners (welzijnsdienst, politie, jeugddienst, ocmw, …) een sporbeleid dat een laagdrempelige instap mogelijk maakt. Daarbij wordt bijzondere aandacht gegeven aan bepaalde specifieke doelgroepen: gehandicapten, migranten, ocmwklanten. 3.4.

Strategische doelstelling nr. 4: Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur. De sportdienst moet ervoor zorgen dat de stedelijke sportaccommodaties in optimale omstandigheden kunnen gebruikt worden door onze sporters. Aspecten zoals veiligheid, hygiëne, netheid, afwerking en kwaliteit dienen hier in het oog gehouden te worden. De accommodaties dienen een veelzijdig aanbod naar sportbeoefening toe te laten. Ze moeten beantwoorden aan de moderne sportnormen. 3.5.

Strategische doelstelling nr 5: Kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleider.

Onder meer met de de kredieten van de impulssubsidie zorgt de sportdienst er voor dat de jeugdsportbegeleider bijzonder aandacht krijgt. De jeugdsportbegeleider moet bijgeschoold worden waarbij bijzondere aandacht gegeven wordt aan verschillende sportieve waarden: farplay, kindvriendelijke trainingsmethodieken, doping-en drugsvrije sport, gezondheidsen opvoedkudige waarden. 3.6. Strategische doelstelling nr. 6: Personeel. Het personeel van de sportdienst dient optimaal gemotiveerd en bijgeschoold te worden om zijn taakinvulling – in al zijn facetten - tot een goed einde te brengen. Dit ten voordele van zich zelf, en van de klanten/sporters. Het personeel zal tevens een ingesteldheid vertonen waarbij er gewaakt wordt over efficiëntie-effectiviteit-rendabiliteit-energiebewust-spaarzaamheid. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 12

Sportdienst Harelbeke 3.7.. Strategische doelstelling nr. 7: naar de bevolking toe. De sportdienst moet bij de Harelbeekse bevolking, bij andere (sport)diensten en sportorganisaties gekend zijn als een dienst die tot taak heeft de sporters te informeren, hen bij te staan, te begeleiden en te ondersteunen waar dit (financieel, materieel en naar personeel toe) haalbaar is.

Beoordeling Doelstelling/Maatregel volledig uitgevoerd : 2 Doelstelling/Maatregel deels uitgevoerd : 1 Doelstelling/Maatregel niet uitgevoerd : 0

Beslissing B : behouden A : aanpassen S : stopzetten


Sportdienst Harelbeke Strategische doelstelling nr. 1: Ondersteuning sportverenigingen 2B De sportdienst voert in nauw overleg met de sportraad, externe diensten en het stadsbestuur een vooruitstrevend beleid naar een ruime ondersteuning van de sportclubs en individuele sporter toe. Er dient hier bij gedacht te worden aan directe (subsidies) en indirecte ondersteuning (kennisoverdracht, materialengebruik, …). Operationele doelstelling 2B 1. De sportraad moet bij zich zelf de “kwalitatieve adviesvorming” als belangrijkste taak voor op stellen. De adviesvorming moet nog beter tot bij de politici geraken. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportraad verstrekt bijna elke vergadering heel wat adviezen en houdt goede inhoudelijke discussies. Dat is belangrijk. Er wordt hier voldoende tijd voor uitgetrokken. Er lijkt niet direct nog een behoefte om overleg te hebben met de politici zoals in het verleden nog gesuggereerd werd (in vervanging van de raad van bestuur van de stedelijke sportinfrastructuur). Enkel indien de vraag formeel zou gesteld worden van uit die kant, en dan vooral thematisch gericht kan er eventueel een dergelijk overleg komen. Sedert de nieuwe legislatuur bestaat er nu ook een gemeenraadscommissie “welzijn, jeugd, cultuur, sport”. Maatregelen SD1OD01M01: Een nieuw SBP moet gemaakt worden tegen oktober 2007, nadat de SR het SBP zal geadviseerd hebben. 2B SD1OD01M02: Er moet een continue inspraak mogelijkheid zijn via de webpagina. 2008-2009-2010 2B 2011-2012-2013 0B SD1OD01M03: Ifv de tussentijdse bijsturing en evaluatie van het SBP moet net zoals bij de initiële opmaak opnieuw ruim inspraak zijn van de clubs, bevolking, politici, sportraadleden, … Het aangepaste SBP moet tijdig goedgekeurd en ingediend worden. 2010-2011 2B SD1OD01M04: Er wordt een tweejaarlijks intern onderzoek gevoerd binnen de sportraad naar de tevredenheid over de, adviesvorming. Op basis van de conclusies die daar uit voort komen moet de werking eventueel bijgestuurd worden. 2009-2011 2B 2013 0B SD1OD01M05: Elk jaar formuleert de beheerraad van de sportraad minstens 60 degelijk voorbereide en goed onderbouwde adviezen tbv het gemeentebestuur of de sportclubs. 2007-2010 2B 2011-2013 0B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD, in nauw overleg met de schepen van sport, probeert hier zoveel als mogelijk te sturen en te informeren. Nadat de SR in 2006 reeds het SBP opnieuw overlopen had, wordt in 2007 de volledige procedure gevolgd voor de tot standkoming van een nieuw SBP. Er zal gewerkt worden met een stuurgroep, klankbordgroepen, inspraakmomenten, bevragingen. Tegen oktober moet het SBP in de gemeenteraad goedgekeurd worden, nadat de SR het SBP zal geadviseerd hebben. Overeenkomstig de bepalingen in het nieuwe decreet op de sport zullen tussentijdse evaluaties gedaan worden van het SBP. De SR zal verder zoals in het verleden elke maand adviezen uit brengen. Via de webpagina is steeds inspraak mogelijk. Voor de tussentijdse evaluatie, bijsturing en goedkeuring van het SBP 2011-2013 wordt op dezelfde manier opnieuw gewerkt (stuurgroep, inspraak, sportraad, ….). De werkgroep kwam een paar keer bijeen. De clubs kregen één keer een grondige uitleg over de voorstellen van aanpassingen en werden twee keer formeel gevraagd te reageren op de voorstellen. De bevolking werd geconsulteerd (webpagina, oproep via digitale nieuwsbrief, …) net als de gemeenteraadsleden, de commissie Vrije Tijd, en het MAT (managementteam stad). BEGROTING: Kredieten hoeven hier niet voor voorzien te worden. KWALITEITSZORG/EISEN: Aan de hand van de lijst en het aantal adviezen wordt vast gesteld of de sportraad verder goed blijft de sportmaterie opvolgen en haar advies kan geven aan het schepencollege en of de gemeenteraad. Eind oktober moet afgemeten worden of het SBP volledig klaar is. Hetzelfde dient te gebeuren met de evaluaties van het SBP tussentijds in de loop van de komende jaren. Elk jaar moeten minstens 60 gemotiveerde adviezen geformuleerd worden. 2. De sportraad moet kunnen terugvallen op echt geïnteresseerde, gemotiveerde en “neutrale” beheerraadsleden die een zekere sportkennis hebben en zich willen inzetten tvv de sport. Binnen die sportraad moet een uitstekende samenwerkingssfeer heersen. Tevens moet men een beroep kunnen doen op “tijdelijke medewerkers”. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De Harelbeekse sportraad levert jaarlijks enkele tientallen adviezen af. Het is dan ook uitermate belangrijk dat de mensen die zetelen in de beheerraad gemotiveerd zijn, de adviesvorming ernstig nemen, een zekere “technische bagage” hebben om tot goede adviezen te kunnen komen. Voorts moeten zij voldoende tijd willen vrij maken, voor de vergaderingen (van de beheerraad, van de commissies) en de activiteiten. Binnen die sportraad moet er ook een goede groepsgeest zijn. De beheerraadsleden moeten tevens een aantal interne opleidingen-infomomenten krijgen (bv over de begroting-dossieropbouw binnen de gemeentelijke werkingsportstructuren in Vlaanderen- …), en of inpikken op de opleidingen die georganiseerd worden naar onze clubs toe. Ook tijdens de vergaderingen kan tijd uitgetrokken worden om wat vorming of informatie te verstrekken. Tijdens de vergadering moet gezorgd worden voor een goede “werksfeer”. Daarnaast moeten ook een aantal ontspannende en sfeerbevorderende acties op getouw gezet worden (uitstap, etentje, bezoek aan sportaccommodatie, …). Ook moet gezocht worden naar sportvrijwilligers die zich voor bepaalde acties willen inzetten als “medewerker” van de SR. Deze mensen zijn geen lid van de SR, maar worden wel bij een aantal acties betrokken. Zij worden ook betrokken bij de sfeerbevorderende acties.


Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD1OD02M01: Met de kandidaat-leden van de beheerraad wordt eerst een voorafgaand gesprek gevoerd om hen op de hoogte te brengen wat de functie en taak is van de SR. 2007 2B SD1OD02M02: Het in 2006 georganiseerd tevredenheidonderzoek (bevraging onder de beheerraadsleden van de sportraad) mbt de interne werking werd in het voorjaar van 2007 geanalyseerd en besproken. Daaruit bleek dat men tevreden is over de infoverstrekking, werking, sfeer. Aan alle nieuwe leden van de SR werd een zeer ruime infomap meegegeven (reglementen, vroegere adviezen, projecten toekomst ….). Tweejaarlijks wordt een intern onderzoek naar de tevredenheid over de, samenwerking, sfeer, … gevoerd. Op basis van de conclusies die daar uit voort komen moet de werking eventueel bijgestuurd worden. 2009-2011 2B 2013 0B SD1OD02M03: In de toekomst zullen verdere inspanningen geleverd worden die de goede sfeer binnen de groep ten goede moeten komen. Elk jaar wordt een gezamenlijke studie-uitstap georganiseerd. 2007-2010 2B 2011-2013 0B SD1OD02M04: De vergaderinfrastructuur van het Fabriekske wordt aangepast zodat het aangenamer vergaderen is (zaalschikking, gebruik laptop en projector). 2009 2B SD1OD02M05: De toelage aan de sportraad wordt verhoogd naar 5400 euro (3 jaar verhoging à 2,5% index = 8%) 2010 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: Bij de werving van de beheerraadsleden moet er meer duidelijkheid geschapen worden wat men eigenlijk verwacht mbt de specifieke taak van dit lid van de beheerraad. “Durven zeggen waar het over gaat en meelopers weren”. Duidelijk stellen wat er effectief verwacht wordt van betrokkene: hoeveel keer hij of zij zal moeten vergaderen, zich inzetten, aanwezig zijn, welke kwaliteit er verwacht wordt. Dit alles wordt genoteerd in een intentieverklaring (een soort taakomschrijving en tijdsbesteding, engagementverklaring). Er wordt met (eventuele) kandidaten een soort “aanwervinggesprek” gevoerd, voor de verkiezing. Indien vast gesteld wordt dat betrokkene eigenlijk niet geschikt is, dan moet dit ook kunnen gesteld worden. Er worden een aantal “drempels” ingebouwd, zodat mensen zeker gemotiveerd en overtuigd zijn dat ze die functie binnen de organisatie willen gaan vervullen. Aan de kandidaat-vrijwilliger kan je ondermeer volgende vragen stellen om te achterhalen of ze echt interesse hebben: - wat verwacht je van de taak - wat verwacht je van terug te krijgen door/via de organisatie “Eisen en dus voor een stuk drempels” die kunnen ingebouwd worden en die tot doel hebben om de kwaliteit en gedrevenheid te verhogen kunnen ondermeer de volgende zijn: - Stiptheid: Er wordt verwacht dat men altijd stipt aanwezig is op de vergaderingen. - Aanwezigheid: Wie regelmatig afwezig is en die geen echt geldige verontschuldiging heeft (ziekte of reis) kan door de beheerraad verzocht worden om zijn mandaat ter beschikking te stellen. Op de eerstvolgende algemene vergadering kan er een nieuw mandaat ingevuld worden, of men kan iemand



-

kiezen via coördinatie (en later laten bekrachtigen op de algemene vergadering). Verplichte deelname aan een vorming mbt vergadertechnieken, inspraakprocedures, adviesvorming, gemeentelijke werking, … Verplichte deelname aan een aantal vormingssessies mbt sportstructuren, sportwetgeving, … Een keuze maken om een zekere doelgroep of sportsectie te gaan vertegenwoordigen

BEGROTING: Dit project heeft geen invloed op de begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: Er moet toe gekomen worden dat de echt gemotiveerde mensen die tijd willen maken in de beheerraad zetelen. De samenwerkingssfeer moet uitstekend zijn (vertaald zijn in plezierige en interessante vergaderingen). Om het paar jaar moet een intern tevredenheidonderzoek gevoerd worden waarbij de score ook duidelijk als positief tot zeer positief genoteerd wordt. 3. Het is belangrijk dat de sportraad ook voeling houdt met de jongste sporters. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportraad ontbreekt misschien een stuk directe voeling met onze jonge sporters en hun sportwensen. De sportdienst heeft meer contact via de scholen, sportkampen, schoolsportklassen en kan de jongeren bevragen. Toch zou het wenselijk zijn om ook de jeugd te betrekken in een zekere adviesvorming mbt de jeugdsport. Ook sportclubs zouden daar goed aan doen. Het lijkt dan ook aangewezen om naar de toekomst te proberen af en toe eens de jongeren de kans te geven hun mening te poneren tov de sportraad en het sportbeleid. Er wordt afgestapt van de idee tot oprichting van een jeugdsportraad omdat dit blijkbaar niet haalbaar, niet leefbaar is. Er wordt wel gedacht aan een overleg indien er bv opnieuw een jeugdgemeenteraad zou geïnstalleerd worden, om daar eens te gaan luisteren. Als er geen jeugdgemeenteraad opgericht wordt, wordt geopteerd om de jongeren “per groep” eens uit te nodigen voor een gesprek. Daarbij kan dan gesproken worden over meer algemene sportbeleidszaken (wat leeft er), alsook over heel specifieke sportzaken (wat zijn de problemen op jullie trainingen?). Ook de combinatie jeugdgemeenteraad en gesprek met groepen jongeren kan verwezenlijkt worden. Maatregelen SD1OD03M01: De idee wordt aangekaart om geen jeugdsportraad op te richten, maar indien er opnieuw een jeugdgemeenteraad zou opgericht worden, om dan bv één keer per jaar te polsen via dit kanaal naar de sportbehoeftes. Indien er een jeugdgemeenteraad komt, dan zal men jaarlijks eens contact hebben met de organisatie, als die effectief ook een werking gaat ontplooien. Indien er geen jeugdGR komt zal jaarlijks contact opgenomen worden met een andere doelgroep (bv voetballende jeugd, wijkgebonden jeugd, zaalsportende jeugd,..). 0S SD1OD03M02: De sportdienst en sportraad zullen de nodige studies lezen mbt wat jongeren wensen mbt de sport. De sportdienst toetst zijn werking af en toe bij de jeugdige sporters en laat inspraak toe, onder meer bij de opmaak van het sportbeleidsplan. Indien de sportraad zou oordelen dat rond een bepaald thema de uitdrukkelijke wensen van de jeugd gekend zijn, dan zal hier rond een beperkt onderzoek gevoerd worden. 2007-2010 2B 2011 Nieuw onderzoek ivm de behoeften ifv SBP 2B 2013 Nieuw onderzoek ivm de behoeften ifv SBP 0B Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 17


ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD wacht af of er een jeugdgemeenteraad tot stand komt om daar dan later eventueel contact mee op te nemen ifv een overleg met de SR. Of indien de jeugdgemeenteraad er niet komt, dan zullen groepen aangesproken worden. Sedert een paar jaar is het duidelijk dat die jeugdGR er niet komt. Daarom wordt gebruik gemaakt van de Vlaamse studies die gevoerd worden naar de sportinteresse van jongeren (voorhanden op de SD). In 2011 werd via de inspraakmogelijkheid ook bij de jeugd gepolst naar behoeften/wensen. De SR doet hierbij een stuk het voorbereidende werk (vragenlijsten, wat te onderzoeken, ….). BEGROTING: De werkingskosten van de jeugdsportraad zitten vervat in het budget sportraadsportdienst. KWALITEITSZORG/EISEN: Het succes van dit initiatief dient afgemeten te worden aan het aantal vergaderingen en de aanwezigheid op deze bijeenkomsten. In eerste instantie moeten de bijeenkomsten vooral tot doel hebben om adviezen te geven aan de SR, die het advies dan meeneemt tijdens zijn vergadering. 4. Naast de sportraad moeten ook de bevolking en de clubs een goed inspraakkanaal krijgen wat het sportbeleid betreft. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst beschikt via het internet over een handige tool die inspraak toelaat. In het verleden werden reeds bevragingen gedaan ivm de tevredenheid, bv bij het volgen van sportlessen. Vanaf 2007 moet dit nu voor alle lessenreeksen uitgewerkt worden. Op de webpagina van de sportdienst komen er een aantal invulformulieren. Er wordt hierbij gedacht aan een klachtenformulier, een meldingsformulier en een inspraakformulier (specifiek mbt het SBP). Mbt het SBP wordt een ruime promotievoering gedaan om inspraak te bekomen. Om financiële redenen wordt er vooral gepleit voor gebruikmaking van het internet. Maatregelen SD1OD04M01: Het gebruik van allerhande invulformulieren vooral ifv evaluaties van lessen, maar ook ivm sportaccommodaties, en andere wordt georganiseerd en krijgt een permanent karakter 2008 Op punt zetten van de types invulformulieren 2B 2009-2010 Jaarlijks opvragen evaluaties 2B 2011-2013 Jaarlijks opvragen evaluaties 0B SD1OD04M02: Er moet inspraak mogelijk zijn mbt de bijsturing van de beleidsnota door een ruimere campagnevoering naar clubs, de bevolking, de sportraad, politici … De inspraak moet mogelijk zijn tijdens vergaderingen, via invulformulieren, via de webpagina, via mail, … 2010-2011 2B SD1OD04M03: Er wordt door een student een onderzoek gedaan naar de communicatie en bekendheid van de SR-SD. 2011 Was vroeger gepland – voorhanden op de SD 2B SD1OD04M04: Er wordt ism Burensportdienst een onderzoek gedaan naar de “veiligheidsaspecten” en probleempunten op onze sportcentra. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 18

Sportdienst Harelbeke 2008 Document aanwezig op de SD 2B SD1OD03M05: Het verslag en de dagorde van de beheerraad of de algemene vergadering van de sportraad zal altijd op de webpagina geplaatst worden. De bevolking en sportclubs zijn hier van op de hoogte en kunnen waar zij dit wensen suggesties doen via een invulformulier (dit hoeft niet specifiek rond de dagorde te zijn). In de SDzine zal ook steeds melding gemaakt worden van de volgende vergadering van de sportraad. 2010 2011-2013

2B 0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal op regelmatige tijdstippen zijn werking evalueren door de mogelijkheid te bieden om online vragenformulieren in te vullen. Dat geeft het voordeel dat we vrij rechtstreeks naar doelgroepen toe kunnen werken (of algemeen als we dat wensen) en dat de verwerking zeer snel verloopt. Er zullen ook meer specifieke onderzoeken gebeuren (themagericht). BEGROTING: Het abonnement dat wij nu hebben mbt de aanmaak van invulformulieren op het internet werd aangepast zodat meer bevragingen kunnen uitgevoerd worden. KWALITEITSZORG/EISEN: Meten is weten. Dit geldt ook voor de serviceverlening. De kwaliteit van ons aanbod (accommodaties, lessen, sportkampen, klantvriendelijkheid, …). We moeten komen tot standaardlijsten die om het paar jaar kunnen gebruikt worden, zodat wij zaken met elkaar kunnen vergelijken. We moeten uit deze gegevens iets kunnen leren, en de verwerking van de gegevens moet éénvoudig zijn. Elk jaar moeten zeker alle sportgroepen van onze eigen organisaties eens bevraagd worden op een ruimere manier. 5. De sportdienst en/of sportraad moeten opleidingen opzetten t.v.v. de sportclubs zodat het beleid binnen die clubs extra groeikansen krijgt. Het volgen van opleidingen georganiseerd door derden moet eveneens gestimuleerd worden . OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er werd een duidelijke vaststelling gemaakt op basis van een onderzoek naar onze clubs toe. Er wordt te weinig gedacht aan beleid binnen de club. De SD-SR moet via opleidingen hier een stuk vormend en stimulerend gaan werken. In het voorjaar van 2005 werd de sportbeleidsnota in de club uiteengezet. In 2006 ging er veel aandacht naar de sportvrijwilliger. In 2007 richten we ons verder op het aantrekken en motiveren van vrijwilligers. De infosessies hoeven niet steeds in Harelbeke georganiseerd te worden. Er kan ook ingepikt worden op acties van collega‟s van BSD. In de komende jaren moeten verder infosessies georganiseerd worden. Het volgen van deze opleidingen zorgt voor extra punten ifv de subsidies. Datzelfde geldt overigens ook voor het volgen van sportieve opleidingen die bepaalde trainers of clubbestuurders volgen bij derden. Mits de opleiding erkend wordt door de SR (als voldoende inhoudelijk en omvattend). Kosten tbv de sportraad à 500 euro op jaarbasis (= 2 opleidingen + drank). Niet meer door de sportdienst. Maatregelen SD1OD05M01: De SR/SD organiseren jaarlijks minstens 2 infosessies naar de sportclubs toe. 2007-2010 Eigen organisaties van minsten 2 infosessies 2B De lijst vd onderwerpen is voorhanden op de SD 2011-2013 idem als vroeger maar ook meer via BSD 0B Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 19

Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD en SR brengen de nodige vormingen aan met inspraak van de clubs via de algemene vergadering. De vormingen kunnen intern georganiseerd worden (door iemand van de SD) of er kan ingepikt worden op het bestaande aanbod van Sportac of andere organisaties. De opleidingen zijn voor de deelnemende clubs (of individuelen) gratis. Vanaf 2011 worden alle infosessie binnen Burensportdienst op gelijst en kenbaar gemaakt naar alle sportclubs. BEGROTING: De kosten worden opgenomen in de lopende begroting van de sportraad of sportdienst. KWALITEITSZORG/EISEN: Er wordt gestreefd naar een stijgende deelname wat het aantal clubs of individuelen betreft. Van de intentie dat van alle sportclubs die onder het reglement van jeugdsportsubsidie vallen iedereen moet aanwezig zijn op deze infosessies wordt afgestapt gezien de clubs zelf al met veel opleidingen binnen hun federaties geconfronteerd worden. 6. Sportdienst en sportraad moeten de nauwere contacten met de sportclubs aanhalen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In het verleden is er een zekere “afstand” ontstaan tussen de SR-SD en de clubs. Dat is ook logisch. De clubs hebben de SR minder nodig. Er werden hier rond al verschillende keren voorstellen geformuleerd binnen de sportraad. Er is iets te weinig interesse, of men is te veel bezig met andere zaken (organisaties). Het werken met de sportsecties ziet men niet direct formeel zitten. Wel komen de diverse secties regelmatig aan bod op een niet-directe wijze in de vorm van rapportering over allerhande zaken mbt clubs. Toch moet dit nog beter gestructureerd worden. Er wordt ook gepleit voor een regelmatig bezoek aan de (sportende) clubs. Ook via informatiemomenten moet het contact opnieuw vergroten. Ook zal getracht worden meer sporters naar de Sporthuldiging te krijgen. Maatregelen SD1OD06M01: Binnen de beheerraad worden personen aangeduid die bepaalde sportsecties wat meer zullen opvolgen. Minstens één keer per jaar (vanaf 2011) wordt afgesproken dat de leden van de beheerraad een aantal Harelbeekse clubs contacteren om hen eens te polsen rond hun werking, problemen, wensen. Ook de SD kan dit doen. Er wordt verslag uitgebracht op de vergadering. 2007-2010 0B 2011-2013 Jaarlijks contact en verslaggeving 02 SD1OD06M02: De sportraad organiseert minstens één keer per jaar een algemene vergadering, één huldiging sportlaureaten (sportshow), één huldiging kampioenenploegen. 2B SD1OD06M03: Bij belangrijke aspecten van een gewijzigde clubwerking, een belangrijk initiatief van een sportclub, … zal de beheerraad van de sportraad hier over geïnformeerd worden via de sportdienst, de stad, of een beheerraadslid. Indien gewenst zal een lid van de sportclub op de beheerraad het project komen toelichten 2011-2013

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN:


Sportdienst Harelbeke De SD wil de nodige prikkels geven aan de SR rond deze materie. Ook de SF zelf wil opnieuw wat meer contact met een aantal clubs. Daartoe zullen een aantal speelroosters, kalenders van clubs bekeken worden door een aantal mensen van de SR (en de SF). Verschillende leden gaan af en toe naar sportevenementen. Er worden jaarlijkse contactmomenten met de clubs georganiseerd via de algemene vergadering, afzonderlijke vergadering, de sportshow, de huldiging van de kampioenenploegen, … BEGROTING: Heeft geen invloed op de begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: De sportclubs moeten via de verschillende contacten nog beter het onderscheid leren kennen tussen de werking van de SD en SR. Het meten hier van (2011) zal gebeuren via bevragingen (door een student). 7. De sportdienstzine (SDzine) moet bij de sportclubs, hun leden en de bevolking een begrip worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Elke maand verstuurt de SD een digitale nieuwsbrief waar er allerhande informatie staat over de werking van de sportdienst, activiteiten die georganiseerd worden, sportnieuwtjes, info over de sportraad, sportmedische info, de sportvrijwilliger, … Deze nieuwsbrief wordt via mail gestuurd naar alle houders van een SDkaart, naar de pers, gemeenteraad, en een aantal collega-sportfunctionarissen. De SDzine moet uitgroeien tot het hét sportinfokanaal van Harelbeke, samen met de website. In die context moeten ook zoveel mogelijk de sportclubs de SDzine ontvangen en eventueel helpen verspreiden. De clubs moeten ook meer informatie over hun werking op een regelmatige basis aan de SD bezorgen, voor opname in de zine. Ook individuelen in Harelbeke die interesse hebben voor de SDzine moeten dit infokanaal leren kennen. Hetzelfde geldt voor de jongeren (zeker van af 10 jaar). Maatregelen SD1OD07M01: Er wordt een nieuwe campagne gevoerd mbt de Sdzine. De Sdzine zal verstuurd worden als bijlage, in pdf-formaat. Het pdfbestand zal online ook consulteerbaar zijn. In 2008 zouden er meer dan 1.000 leden moeten zijn. 2007 Meer dan 1.000 leden in 2008 2B 2011-2012-2013 jaarlijks een campagnemoment waarbij aan de clubs gevraagd wordt om de Zine aan hun leden door te sturen. Die kunnen dan zelf oordelen of ze een abonnement wensen te bekomen. 0B S01OD7M02: Aan de clubs wordt gevraagd om de zine uit te drukken en in hun clublokaal uit te hangen. De zine wordt ook in beperkte mate gedrukt (kopies) en ter beschikking gelegd op een aantal plaatsen (bib, sportraad, uithangen sporthallen). Aan de nieuwgekozen beheerraad van de SR wordt gevraagd of zij een inbreng kunnen doen ifv het interviewgedeelte (sportvrijwilliger). 2007-2013 Blijkt niet gewenst en onnodig

0S

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zet in 2007 nog eens een campagne op rond de SDzine. De clubs zullen nogmaals gecontacteerd worden met de vraag om regelmatig info te bezorgen, en de Sdzine ook uit te printen en uit te hangen. Regelmatig worden de clubs die nog geen Sdzine ontvangen aangesproken. Via de pers, stadskrant, .. worden individuelen aangespoord om een abonnement te nemen op de SDzine. Er worden ook gerichte mailings gemaakt (briefjes worden meegestuurd waarbij internetgebruikers zich voor de SDzine kunnen inschrijven). Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 21

Sportdienst Harelbeke Er wordt een brainstorming gehouden hoe we de Sdzine beter kenbaar kunnen maken. Men hoeft geen SD kaart te kopen om de SDzine te ontvangen. Jaarlijks moet er opnieuw een campagnemoment hier rond gevoerd worden. BEGROTING: Er zijn geen extra kredieten nodig. KWALITEITSZORG/EISEN: Tegen eind 2008 moet het aantal ontvangers van de SDzine rond de 1.000 liggen. Een tiental clubs bezorgen regelmatig informatie. Elk jaar wordt een campagne gevoerd naar de clubs met de vraag om de zine door te sturen naar hun leden. 8. Sportclubs krijgen het financieel steeds moeilijker en moeten geholpen worden. De directe subsidies moeten verhogen tbv een deel van de Harelbeekse sportclubs. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Vooral clubs die competitie spelen, of die jeugdopleidingen opzetten krijgen het steeds moeilijker om aan de nodige budgetten te geraken. Het moet de bedoeling zijn om op een creatieve manier in de komende jaren de budgetten van subsidies te verhogen. Daarbij moeten de clubs die inspanningen doen extra beloond worden. De klemtoon wordt gelegd op clubs die actief zijn in competities van federaties en/of die jeugdsport promoten. Ifv het nieuwe decreet moet er één subsidiereglement komen. Om te vermijden dat als de voetbalbond eventueel niet mocht splitsen, dat dan de subsidies die naar de voetbalclubs gaan niet meer zouden mee gerekend mogen worden ifv de 50% van de subsidie die van de overheid bekomen wordt en die minimaal door gestuurd moet worden naar de clubs, zal geprobeerd worden om zoveel mogelijk alle subsidies op te nemen in het nieuwe reglement. 1. Om te vermijden dat de echte financiële waarde van de subsidie daalt met de jaren (inflatie) moet de subsidie . of geïndexeerd worden . of om de twee tot drie jaar opgetrokken met een bedrag dat minstens gelijk is aan de indexaanpassingen of het inflatiecijfer . en/of verhoogd worden als er nieuwe jeugdsportclubs bijkomen die er voor zorgen dat andere jeugdsportclubs verhoudingsgewijs minder zouden krijgen. . of er moet een koppeling komen van het aantal (Harelbeekse?) (jeugdsport?)leden van de club zodat het bedrag kan stijgen (maar niet dalen) In 2007 werd een laatste % stijging doorgevoerd van 3 opeenvolgende jaren. Na opnieuw 3 jaar zou een indexaanpassing gebeuren. Deze zou gelijk zijn aan de index van de kleinhandelsprijzen van de maand september of men zou een forfaire stijging invoeren van bv 10%. Dit systeem zou toegepast worden voor alle clubs die in aanmerking komen voor subsidies (sport, cultuur, jeugd, …). 2. Het basisbedrag van de subsidie naar de jeugdsportclubs wordt opgetrokken nu de Vlaamse overheid ook het initiatief neemt om de clubs wat extra toe te schuiven via de gemeenten. De gemeente Harelbeke krijgt immers extra geld tov van vroeger via de Vlaamse overheid. Elk jaar dient er gekeken te worden naar het aantal jeugdspelers. De cijfers van de laatste 3 jaar leveren het volgende op. 2004 2005 2006 Aantal jeugd leden 891 994 1168 Conclusie

van 2004 naar 2005 is er een stijging van 11,56% van 2005 naar 2006 is er een stijging van 17,51% Als het aantal jeugdspelers stijgt of daalt met 10 % moet er een aanpassing gebeuren van het subsidiebedrag.


Sportdienst Harelbeke 3. Het subsidiereglement dient ook aangepast te worden in de zin dat we de clubs nog extra gaan steunen als ze starten met een nieuwe afdeling. De sportdienst zal de eerste tien of twintig lessen laten betalen door het Bloso en of de sportdienst (indirecte subsidie). Dit zou pas toegestaan of ondersteund worden na een gunstig advies van de sportraad. Het kan gebeuren via bestelbon en factuur. Deze regel wordt wel opgenomen in het subsidiereglement. Indien de lesgevershulp er niet kan komen via het Bloso zal de sportdienst tien of twintig uur betalen (in afspraak met de club) via een aanduiding van de lesgever via Vlabus. (400 euro maximaal, vanaf 2010 maximaal 500 euro). 4. Specifiek naar de energiesubsidie ifv SW Harelbeke toe dient gezocht te worden naar een oplossing voor het verbruik van sporadische bezoekers (bv een circus, een concert, ...). De betaling moet hierbij gebeuren naar de stad toe op basis van een raming of meting van het verbruik (tellerkast). Het sporadische gebruik van bezoekers (circus e.d. ) zou in een gebruiks-en verbruiksovereenkomst moeten geplaatst worden. Er zou een forfait prijs kunnen gesteld worden die gelijk is aan het verbruik van water en elektriciteit. S. Het reglement waarbij er een terugbetaling is - bij sporadisch gebruik door derden van de voetbalvelden – dient behouden te blijven. Na facturering door de SD aan die derde, wordt het huurgeld doorgestort aan de voetbalclub op wiens domein de wedstrijd plaats vond. 6. Het subsidiereglement mbt de jeugdsport wordt herwerkt. De parameters worden herbekeken en bijgestuurd. Er wordt nog meer nadruk gelegd op het bijwonen van de algemene vormingsmomenten. Bovendien worden een aantal bijkomende voorwaarden ingebouwd (op basis van een aantal charters: dopingvrij werken, kindvriendelijk trainen). Zo mag er bv geen uitsluiting zijn van kinderen aangaande kennis, geloof, … Er wordt een deontologische code opgesteld. Als de club niet voldoet aan die code kunnen ze geschrapt worden als jeugdsportclub of een deel van hun toelage verliezen. 7. De subsidie mbt het bekomen van een tussenkomst nav het volgen van een cursus (hulp)trainer moet verschoven worden naar de impulssubsidie (2009) waar een grotere subsidie wellicht zal mogelijk zijn. Anderzijds moet de mogelijkheid wel behouden worden om tussen te komen de kosten voor het bij wonen van een cursus die niet gericht is naar de kwaliteitsverbetering van de jeugdsportbegeleider (bv trainerscursus seniorensport, algemeen vormende opleidingen, ...). Voor 2008 wordt de vergoeding voor jeugdsportopleiding uit het reglement gegooid, en voor 2009 wordt dit terug ingevoerd, maar met verhoogde terugbetalingsnormen. Wie in 2008 een cursus volgde wordt nog betaald in 2009. Teneinde dit te regulariseren zal bv een infosessie dienen gevolgd te worden door de cursisten. We omschrijven dit als een compensatie van onkosten uit het verleden. Dit is een éénmalige operatie in 2009. Vanaf 2010 wordt alles gewoon, volgens reglement verrekend. Onder impulssubsidies komen er verschillende rubrieken vb terugbetalen van trainerscursus... Attesten moeten opgevraagd worden. 8. Het volgen van een opleiding tot scheidsrechter moet formeel in het "vormingsreglement" opgenomen worden. 9. De projectsubsidie moet gehanteerd kunnen worden ter ondersteuning van grotere projecten met een ruime uitstraling. Van de Projectsubsidie werd er de laatste jaren geen gebruik gemaakt. Ondanks dit denken we toch om de projectsubsidie te behouden. Er kan een deels andere omschrijving aan gegeven worden .. uitstralingssubsidie. 10. De kredieten die ter beschikking gesteld worden nav het inhuren van veligheidsmensen (RK, civiele bescherming) voor de wielerorganisatoren worden in de toekomst best niet meer verrekend op basis van de facturen, maar op basis van een Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 23

Sportdienst Harelbeke klein reglement met een aantal parameters of normen. Voor de organisatoren van wielerwedstrijden moet dan ook een systeem uitgewerkt worden waarbij deze clubs zelf eerst de kosten betalen aan de veiligheidsdiensten en de clubs krijgen een deel terug à rato van het aantal wedstrijden, categorie. Als vertrekbasis kan het cijfermateriaal van 2007 gesteld worden. In 2010 is er dan een stijging van indexaanpassing of 10%(?) overeenkomstig de andere clubs. In 2013 is er nog eens een verhoging. Voor de overige clubs wordt gesteld dat er geen subsidie zal gegeven worden. Er zal gestreefd worden om via de impulssubsidie te zorgen voor een aantal opleidingen ifv EHBO, sporttraining, preventie van sportletsels, ... Eventueel kunnen clubs die vroeger een subsidie kregen (FC Beauty systems) een compensatie krijgen via de project-of uitstralingssubsidie. 11. De subsidie voor de individuele topsporter wordt ingeschreven in het reglement en heeft tot doel beloftevolle (kandidaat)topsporters voor hun (eventuele) doorbraak een extra steuntje te geven van 250 euro. Om als kandidaat topsporter te zijn moeten aan een aantal voorwaarden voldaan worden. - moet minimum een internationaal karakter hebben. - moet Europees niveau zijn, wereldkampioenschappen, olympische spelen (Paralympics) - moet gaan over jongeren, (geen beroeps, geen ondersteunenden van BLOSO,niet op de loonlijst van de federatie..) 12. Er dient een reglement mbt het "onthaal op het stadhuis" van kampioenenploegen en sportlaureaten uitgewerkt te worden. Er wordt vastgesteld dat er hier ook wat centen naar toe gaan, dat er dubbele huldigingen zijn (Sportshow). De bemerkingen die gemaakt worden zijn dat niet alle clubs op de hoogte zijn dat er blijkbaar een jaarlijkse huldiging van kampioenenploegen zou zijn. Sommigen die zich zelf uitnodigen worden dan gehuldigd op het stadhuis, en anderen niet. Het schepencollege pleitte er vroeger voor om niet meer individueel te huldigen. Daarom werden de club en individuele kampioenen (die men kende) gevraagd voor een huldiging in september. Alle clubs en kampioenen werden dan nog eens gevraagd nav de Srshow in februari. Daar dingen ze mee voor een titel. Er wordt voorgesteld om in juni een huldiging te doen van de kampioenenploegen mbt de ploegsporten. Die huldiging zou op het stadhuis kunnen gebeuren, in één of twee weekends in juni, vrij kort na de competities. Er zou een oproep moeten geschieden. De organisatie moet in handen liggen van feestelijkheden. De SD-SR kan meehelpen. Individuele sporters (IS)zouden niet gehuldigd worden op dit gebeuren. IS die een belangrijke titel behaalden kunnen uitgenodigd worden door het schepencollege (SR en SD kunnen eventueel tipgever spelen). Ze kunnen zich zelf ook uitnodigen. Best worden er een aantal regels opgesteld zodat niet iedereen voor "mindere" prestaties ook gehuldigd kan of mag worden. Een subsidie kan bekomen worden door clubs die 25-50-75 jaar bestaan. Een ontvangst op het stadhuis van een club kan blijkbaar om de vijf jaar. Er zal gepoogd worden om hier rond een reglement je uit te werken. 13. Naar analogie met het bouw-en renovatiefonds van de jeugdsector werd ook in de sportsector gezocht om een dergelijk fonds in het leven te roepen. Uiteindelijk werd tot de conclusie gekomen dat het best is om geen reglement uit te schrijven, maar bij een aanvraag van een club het dossier te bekijken, en een advies te verstrekken naar het schepencollege toe. Tijdens de vergaderingen is men er niet uitgeraakt om tot een goede invulling te komen van een reglement mbt een renovatiefonds. Er wordt immers gevreesd dat het reglement zou leiden tot teveel beperkingen. Er moet zo wie zo immers regelmatig geïnvesteerd worden in de stedelijke sportaccommodaties. Wel dient gezocht te worden naar een sanctie als de club zijn opdrachten inzake onderhoud niet zou nakomen. Dit zou dan best opgelost worden door het sturen van een factuur van de sportdienst, nadat de SD zelf zorgde voor de uitvoering. In plaats van een renovatiefonds moet elke aanvraag dus afzonderlijk bekeken worden, en zou een subsidiëring materieel en concreet van geval tot geval bekeken worden. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 24

Sportdienst Harelbeke 14 De sportclubs moeten aangezet worden om die jongeren die niet sporten en eventueel evolueren tot hangjongeren of zelfs probleemjongeren, zeker gedurende een tijdje de kans te geven kennis te maken met de club en zijn werking, en dit aan een zeer lage instapkost, die gedeeltelijk door de SD zal betaald of gecompenseerd worden. Een werkgroep (SD, Arktos) zal oordelen welke jongeren hier voor in aanmerking komen. Voor de bepaling van het bedrag kan er gewerkt worden met een parameter (puntensysteem). Als de club die persoon begeleidt krijgen ze x aantal punten. Er kan gestreefd worden.

Maatregelen SD1OD08M01: De sportraad zal nog voor de zomer ruim aandacht geven aan het nieuwe subsidiereglement. Dat zal daarna terug gekoppeld worden naar het schepencollege, om later verfijnd en uitgewerkt te worden. Tegen het najaar van 2007 zou er een nieuw reglement moeten uitgewerkt zijn waarvan de kredieten opgenomen worden in de begroting 2008. Op basis van de gegevens die in de loop van 2007 nog verwacht worden zal een reglement opgemaakt worden ifv de impulssubsidie voor de komende jaren. 2007-2008 2B SD1OD08M02: Een evaluatie en eventuele praktische bijsturing zal georganiseerd worden op basis van de ervaringen met de dossiers van 2008. Dit geldt zowel voor de gewone subsidie als voor de impulssubsidie. Ifv de tussentijdse evaluatie en de technische bemerkingen van het Bloso zal een inhoudelijke bijsturing gebeuren van de beide reglementen. 2011 Eerste deel 2011 2B SD1OD08M03: Jaarlijks wordt een bevraging gedaan bij de sportclubs na de betaling van de subsidies (december-januari). Bij de bevraging wordt gepolst naar waarvoor de bekomen subsidies vooral zullen gebruikt worden. Ook wordt na gevraagd wat de algemene indruk of stand van zaken is mbt de financiële toestand van mogelijkheden van de club. 2009-2010 Document voorhanden op de SD 2B 2011-2013 0B SD1OD08M04: Om de drie jaar wordt een verhoging doorgevoerd van de subsidies voor de sportclubs van rond de 10%. 2010 2B 2013 SD1OD08M05: Van af 2011 zullen de subsidiedossiers online kunnen ingevuld worden via het programma Subsidio of via invulformulieren. 2011-2013 0B SD1OD08M06: Onderzoek van de situatie van de energiedossiers van de sportclubs met een eigen lokaal en zo nodig bijsturing van het reglement „energiesubsidie‟. 2011 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De stuurgroep en de SR zullen zich ten gronde buigen over het nieuwe reglement. Eventueel zal in de toekomst een commissie (verderzetting stuurgroep?) zich buigen over de evaluatie van het subsidiereglement. BEGROTING:


Sportdienst Harelbeke 2008: Er zullen extra kredieten voorzien worden die gevolg zijn aan de nieuwe ingevoerde subsidie-onderdelen, en die voort vloeien uit de intentie om regelmatig de subsidiepot te “indexeren”. De kredieten voor de impulssubsidie moeten ingeschreven worden in de begroting. Voor de HKV wordt 2.500 euro voorzien voor de renovatie van hun clublokaal. 2009-2012: Eventuele aanpassing van de kredieten en evaluatie van de doelgerichtheid van het subsidiereglement. 2011: 15.000 euro renovatiesubsidie HKV KWALITEITSZORG/EISEN: De meerwaarde van de extra kredieten zou dit moeten zijn dat de clubs met de extra centen vooral investeren in kwaliteit (gediplomeerde lesgevers, volgen van opleidingen, kwalitatieve trainingen, ….). Het effectief meten van deze zaken zal gebeuren aan de hand van de evaluatie van de invuldocumenten voor het bekomen van de subsidies, maar ook aan de hand van de jaarlijkse bevraging mbt de aanwending van de subsidies. Daar moet uit blijken of er concrete vaststellingen te doen zijn en of onze gerichte subsidiepolitiek daadwerkelijk iets oplevert, en of eventuele bijsturingen noodzakelijk zijn. 9. Het individuele vrijwilligerswerk moet sterker ondersteund worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de voorbije jaren werden een aantal studiemomenten gevolgd rond vrijwilligerswerk. Op basis van deze info rond vrijwilligers werd en wordt nog verder aan een project gewerkt met als bedoeling de sportvrijwilliger meer te ondersteunen, hetzij via de club, hetzij als individueel vrijwilliger. Er wordt daarbij gedacht aan: een databank voor vrijwilligers (en de clubs), aan een betere ondersteuning van de vrijwilligers (gratis opleiding laten volgen, bekroning van de sportvrijwilliger van het jaar, uitnodiging op de receptie sportraadfeest, gratis sportdienstkaart, bekomen SDzine, gratis verzekering via de provincie of het ISB, …). In de komende jaren moet verder gezocht worden naar hoe we de vrijwilligers verder kunnen motiveren en naar de clubs toe sturen. Maatregelen SD1OD09M01: Er wordt een infosessie georganiseerd rond werving, motivering, … van de vrijwilliger. Bij de opstart van het nieuwe sportseizoen 2007-2008 zal een nieuwe campagne gevoerd worden rond de vrijwilliger. 2007 2B SD1OD09M02: Herhaling van de campagne, reclamevoering om mensen aan te zetten om zich in te zetten tvv de sportclubs en organisaties. In de SDzine zal elke maand een sportvrijwilliger voorgesteld worden (interviews door SR en SD). 2008 Bleek niet haalbaar en werd afgevoerd 0S SD1OD09M03: Via de clubs wordt er een bevraging gedaan mbt het profiel, de moeilijkheden en de wensen van de sportvrijwilligers in Harelbeke. Er wordt gevraagd hoe zij vroegere initiatieven ervaren hebben en of die bijgedragen hebben tot het meer bekomen van vrijwilligers in de clubs. De vrijwilligers worden bevraagd in algemene zin (rond hun motivatie, tevredenheid, wensen naar beloning, …) en ook specifiek mbt hun relatie/communicatie met de clubs. Op basis van de resultaten van dit onderzoek moeten eventueel nieuwe acties gepland worden naar de vrijwilligers toe. 2011 Onderzoek via een stagiaire – onderzoek op de SD aanwezig 2B SD1OD09M04: Er wordt een intense zoektocht gedaan naar e-mailadressen van alle vrijwilligers in de sportclubs. Bedoeling is om de communicatie met de vrijwilligers intenser te maken: meer mensen rechtstreeks aanschrijven. 2011 Alle clubs werden gevraagd de e-mailadressen van al hun vrijwilligers mede te delen 2B Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 26

Sportdienst Harelbeke SD1OD09M05: Er wordt driemaandelijks een specifieke nieuwsbrief gestuurd afgestemd op de vrijwilligers. In die nieuwsbrief zal onder meer aandacht zijn voor de sportkalender, informatie over wetgeving, interview met een sportvrijwilliger, verzekeringsaspecten, huldigingen vrijwilligers, huldigingen sportclubs, de database rond vrijwilligers, infomomenten, de ondersteuningsmogelijkheden van de sportdienst, goede acties van sportclubs, info over opleidingen van het Bloso, Sportac, Dynamo, …

2011-2013

0B

SD1OD09M05: Er wordt een digitale bibliotheek aangemaakt door een stagiair van de sportdienst. De digitale of fysieke boeken worden gratis ter beschikking gesteld of ontleend aan de vrijwilligers of clubs. 2011 De stagiair start de digitale bib op met Calibre 2B SD1OD09M06: De SR en SD organiseren een aantal manifestaties met als doel de vrijwilligers nog meer onder de aandacht te brengen en te belonen voor hun inzet. Voorbeelden hier van zijn: gratis infosessies, de sportshow, verkiezing van de sportvrijwilliger van het jaar, trofee van sportverdienste, uitreiking provinciale aandenkens, gratis bijwonen sportmanifestatie, … 2007-2010: 2A 2011-2013: uitbreiding met uitreiking provinciale aandenkens, gratis bijwonen van een sportmanifestatie 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zorgt voor de uitwerking van de wervende actie. De clubs moeten op de hoogte gebracht worden van de mogelijkheden, en moeten daar dan ook op inpikken. Een stagiair wordt ingeschakeld om een project en onderzoek rond vrijwilligers uit te werken. Op basis van de resultaten van het onderzoek worden nieuwe acties gepland. BEGROTING: Er zijn geen extra kosten. KWALITEITSZORG/EISEN: Het afmeten van het succes van de acties na gegaan worden via een bevraging bij de clubs. Er zal gepolst worden of men een effect ziet, kan meten. Er wordt gehoopt op min of meer een duidelijk gunstig effect, omdat vermoed wordt dat men daar niet echt volledig met echte cijfers zal kunnen op antwoorden. Eerder zal het gaan om “indrukken die men waarneemt”. 10. Met een aantal clubs zal overleg gepleegd worden om hen er toe aan te zetten ook met een jeugdafdeling te starten, en dus afzonderlijke trainingen te organiseren (deze doelstelling stond vroeger onder de rubriek mbt de impulssubsidie, maar werd naar deze doelstelling verplaatst aangezien er eigenlijk geen subsidie gegeven wordt van het project impulssubsidie).

OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Een aantal clubs hebben een goede werking, maar werken bv nog niet met jongeren. Ze hebben in het verleden al enige interesse getoond om eventueel van start te gaan met een jeugdwerking, maar om verschillende redenen besloten ze dan toch maar niet van start te gaan met een jongerenafdeling. Met een aantal clubs zal overleg gepleegd worden, en zal voorgesteld worden om eventueel bij wijze van proef, voor een zekere periode een jeugdwerking op te starten. Na die periode kan dan een evaluatie gemaakt worden, en uiteindelijk beslist worden of men al of niet verder gaat met de jeugdafdeling.


Sportdienst Harelbeke Voor die clubs die overwegen om met een jeugdafdeling te starten, zou de toelating gegeven worden dat hun kandidaat-jeugdsportbegeleider(s) ook de vormingen volgen die georganiseerd worden door de sportdienst. Zij zouden echter niet kunnen genieten van het voordeel van het bekomen van een subsidie. Dit zou pas kunnen na minstens één jaar werking van de jeugdsportafdeling (dus vanaf 2010) van die club. Er wordt daarbij onder meer gedacht aan de volgende clubs: badminton, tafeltennis, jogging, kickbox, en eventueel ook anderen. Deze doelstelling wordt niet ingebracht in de impulssubsidie. Maatregelen SD1OD10M01: Elk jaar wordt na gegaan welke clubs eventueel in aanmerking zouden kunnen komen om met een jeugdafdeling van start te gaan. 2B 2008: Boksclub – werd opgestart 2009: Kickboksclub – werd opgestart 2010: nieuwe doelgroep jeugd bij badminton Bavikhove werd opgestart tafeltennisclub werd opgestart jeugdbasket ism club uit Deerlijk werd opgestart 2011 - 2012-2013: ? ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst zal gesprekken voeren met de clubs die mogelijks interesse zouden hebben om met een jeugdsportafdeling te starten. Indien men dat wenst zal de sportdienst ondersteunend werken naar die clubs toe. Die ondersteuning kan in de vorm van een tijdelijke lesgever, een promotieactie voor de sportbedrijvigheid in de club, eventueel het afsluiten van een sportverzekering. De kosten worden niet ingebracht in het project impulssubsidie. BEGROTING: 2009-2010-2011: Echt veel kosten dienen hier niet verwacht te worden. Deze kunnen gedragen worden via de gewone werking van de sportdienst, of hoeven niet altijd ten laste te komen van de sportdienst (bv lesgeversondersteuning Bloso?). De kosten worden niet ingebracht in het project impulssubsidie. KWALITEITSZORG/EISEN: De bedoeling is om in de komende 5 jaar twee tot drie clubs er toe aan te zetten met een jeugdafdeling van start te gaan. Dit werd inmiddels reeds ingevuld. INDICATOR Het aantal clubs dat inpikt op dit initiatief 11. Aan de clubs die besluiten om te starten met een jeugdwerking zal minstens één jaar een intensieve ondersteuning gegeven worden via het ter beschikking stellen van maximaal één jeugdsportbegeleider per club en het betalen van een aantal kosten. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Die clubs die bewezen hebben echt interesse te hebben voor een jeugdafdeling, door toch gedurende een zekere periode van het sportseizoen een werking ontplooid te hebben (al of niet met lesgeversondersteuning), en die duidelijk een engagementsverklaring ondertekenen om verder te willen gaan met een jeugdbeleid, en in te pikken op het project impulssubsidie door onder meer te streven naar bijscholingen enz, kunnen één jaar een intensieve ondersteuning krijgen ten laste van de sportdienst. (niet voor impulssubsidie)


Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD1Od11M01: De clubs die in aanmerking komen vergaderen jaarlijks minstens één keer met de sportdienst, waar concrete afspraken gemaakt worden mbt de ondersteuning. 2007-2008-2009-2010: 2B 2011- 2012-2013: 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst zorgt dat er ten minste jaarlijks één maal overleg is met de clubs die in aanmerking komen voor deze operationele doelstelling. Daarbij worden concrete afspraken gemaakt mbt de te nemen maatregelen. Die ondersteuning bestaat onder meer uit het volgende:  Het er beschikking stellen van een gediplomeerde jeugdtrainer gedurende een gans speelseizoen of 20 lessen.  Het verkrijgen van een sterke promotievoering tvv de jeugdwerking van de club, dit via de sportdienst.  Het bekomen van toelagen, overeenkomstig de regelgeving terzake (zowel van uit de beleids- als impulssubsidie).  Het gratis kunnen volgen van allerlei opleidingen georganiseerd door de sportdienst in het kader van het project impulssubsidie.  Het gratis ter beschikking hebben van de accommodatie op de trainingsuren jeugd. BEGROTING: Deze bedragen worden voorzien in de begroting en worden betaald via lesgevershulp of via een subsidie. De bedragen werden aangewend voor 209-2010-2011. KWALITEITSZORG/EISEN: De lesgever die ter beschikking gesteld of betaald wordt, moet houder zijn van een sportdiploma. INDICATOR Het aantal nieuwe jeugdsportclubs en het aantal JSB


Sportdienst Harelbeke Strategische doelstelling nr. 2: ondersteuning en stimulering van andersgeorganiseerde sport 2B De sportdienst voert, in overleg met de sportraad, het Bloso, eventueel andere stadsdiensten of andere externe organisaties, promotie voor de sport en zal een gevarieerd aanbod brengen naar de verschillende doelgroepen van de bevolking toe. De sportdienst moet op dit terrein een vooruitstrevende werking ontplooien, een werking waarbij men heel kort op de bal speelt, dit wil zeggen, zich snel aanpast aan nieuwe tendensen. Operationele doelstelling 2B 1. Het aantal deelnemers aan onze sportpromotieacties moet blijven stijgen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De ambitie moet blijven bestaan om het aanbod van onze lessenreeksen te laten groeien. Ook het aantal deelnemers aan de sportkampen moet omhoog (met respect voor de kwaliteit natuurlijk). Dit is een duidelijke ambitie, en dit terwijl wij wat het aantal deelnemers betreft reeds jaren achteruit gaan. De oplossing moet er vooral komen via een betere en sterkere promotievoering en een stijging van de kwantiteit en kwaliteit van ons aanbod. De administratieve medewerkers zullen daarbij samen met de adjunct sportfunctionaris een belangrijke rol in spelen. Rekening houdend met de veranderingen in het sociale gedrag van de deelnemers en de grotere concurrentie waar wij mee te kampen hebben moet ten minste getracht worden het aantal deelnemers van de topjaren opnieuw te behalen. Hiertoe zal het cijfermateriaal steeds geactualiseerd worden. Maatregelen SD2OD1M1: Er worden meer activiteiten georganiseerd. Zo gaat bv. Aerobic, stepaerobic, leren lopen ook door in Bavikhove. De sportacademie wordt uitgebreid in Bavikhove. Er worden meer sportkampen georganiseerd. Statistieken worden verder bijgehouden. De komende 3 jaar mogen de activiteiten niet meer zakken. Meetmethode : Recreatex, excel Op deelnemersniveau. Nieuwe deelnemers behouden in excel. 2011 2B SD2OD1M2: Er wordt verder gewerkt aan deze OD. De sportdienst blijft er verder voor zorgen dat de deelnemers blijven stijgen en organiseert (indien mogelijk) nieuwe activiteiten. Meer en betere reclame maken( 1 maal per jaar drukwerk in kleur). Budget voorzien. Organiseren van een instuif. Zo kan men meer volk aan trekken. Meer mailings versturen. 2012 2B 2013 TIMING: 2007: Er is regelmatig overleg waarbij de sportpromotie en zijn organisatie geëvalueerd wordt. Doelstelling is het behouden van het aantal deelnemers bij de vaste lessenreeksen. Er wordt tevens geprobeerd om nieuwe acties op te starten, bv tvv de zwemsport. 2008: De promotievoering naar de zwemsport toe wordt opgedreven, als er voldoende belangstelling getoond wordt bij de testsessies in 2007. 2009-2012: Er wordt verder gezocht naar nieuwe trends waar zo veel als mogelijk op ingepikt wordt.


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: Sedert enkele jaren geschiedt er een betere opvolging van het aantal deelnemers. Er worden gerichte promotieacties gevoerd. Via de SDkaart en de SDzine wordt er ook meer gerichte informatie vertrekt aan onze bestaande klanten. De SD en dan vooral de sector sportpromotie moet nog tijdiger beter zijn planning uitwerken en opvolgen. De promotievoering geschiedt soms nog te laat. Chris Tanghe en Feadra Tytgat kregen ondertussen een actievere rol toebedeeld ifv de promotievoering. BEGROTING: Er moet gezorgd worden voor een nuloperatie. Meer acties = meer uitgaven = meer inkomsten. De opvolging van de kosten/baten speelt hier natuurlijk een rol in. KWALITEITSZORG/EISEN: Voor de komende jaren wordt in eerste instantie gepoogd het verlies aan aantal deelnemers in de bestaande acties terug te dringen. Daarnaast moeten nieuwe acties zorgen voor nieuwe klanten. De toename moet blijken uit de statistische gegevens die regelmatig aangevuld worden en die elk jaar minstens een paar keer besproken worden. 2. Het stadsbestuur moet zijn sociale functie vervullen m.b.t. de prijssetting van de sportpromotie-acties. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2004 werd een verhoging van het tarief goedgekeurd m.b.t. de sportlessen en sportkampen, schoolsportklassen, … Een verhoging van ongeveer 20%. Die verhoging was vooral ingegeven i.f.v. financiën. Eerder was gepleit om het tarief voor een aantal jaren een stuk te bevriezen (bv tot 2007). Daarna wordt gepleit een soort indexering zodat de stijgingen niet meer zo groot zijn. De stijgingen dienen ingegeven te zijn enerzijds door de stijgende eenheidskosten van een aantal zaken (een soort indexering cfr de kleinhandelsprijzen), en anderzijds door de nieuwe acties, waarvan de eenheidsprijzen soms hoger kunnen liggen. Maatregelen SD2OD2M1: Er is een stijging van 10% toegepast op de kostprijs van een activiteit en in de komende 3 jaar geen stijging meer.. 2011 2B SD2OD2M2: De sportdienst onderzoekt jaarlijks via het K/B of de tarieven dienen aangepast te worden. Men laat toe dat er een zeker verlies is. 2B SD2OD2M3:Kortingen senioren worden verder behouden, voor de kinderen : fiscaal attest. Gebruik van het voordeeltarief voor wie vroeg inschrijft. 2B TIMING: 2007: Uitwerking van een voorstel tot tariefverhoging op basis van de K/B. 2008: Vanaf dit jaar kan er uitgekeken worden voor een lichte realistische prijsstijging. 2010: Nazien bijsturing tarieven. 2011: Aanpassing tarieven.


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De kosten-baten wordt nu beter opgevolgd. Op basis van deze kosten-baten dienen een aantal uitgaven bijgestuurd te worden naar de toekomst en zullen eventuele tarieven al of niet aangepast worden. Sinds 2005 kan er ook gewerkt worden met éénheidsprijzen voor bepaalde reeksen. Dat maakt het mogelijk om sporters nog halfweg een reeks te laten inschrijven Via de K/B wordt regelmatig onderzocht hoeveel de tarieven zouden moeten stijgen. De SR geeft telkens een advies. BEGROTING: De cijfers worden telkens in de begroting aangepast. Er zijn geen meeruitgaven. De K/B moet uitgaan van een klein verlies mbt de sportpromotieacties. KWALITEITSZORG/EISEN: De prijzen moeten een eerste keer aangepast worden ifv het jaar 2008. Daarna moet verder onderzocht worden of de tarieven eventueel dienen aangepast te worden. Daartoe zal jaarlijks een onderzoek gebeuren ifv de K/B. 3. Ten einde de kostenbeheersing in bedwang te houden moeten a-priori zoveel mogelijk onze eigen accommodaties ingeschakeld worden bij onze acties. De poule lesgevers moet nog een beter zicht krijgen op de mogelijkheden van onze sportcentra. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het gebruik van onze eigen accommodaties, met al hun mogelijkheden moeten zoveel mogelijk ingebouwd worden in onze sportpromotieacties. Bij uitzondering worden accommodaties ingehuurd. Maatregelen SD2OD3M1:Er moet telkenmale gekeken worden dat de activiteiten van de sportdienst in zoveel mogelijk eigen accommodaties doorgaan. Dit is niet altijd evident daar de vaste gebruikers de uren bezetten die de sportdienst eventueel ook zou kunnen gebruiken. Momenteel wordt er slecht 1 accommodatie afgehuurd nl. Ter Gavers. Er dient meer gecommuniceerd te worden tussen de sportdienst en de lesgevers wat de mogelijkheden zijn van onze sportaccommodaties (met hun materialen). 2B TIMING: 2007: Dit jaar moet getracht worden een lesgeverpoule te bewerkstelligen van een paar vaste mensen te hebben die ook voldoende geïnformeerd zijn (BV tijdens een gezellige bijeenkomst) over alle mogelijkheden van onze sportcentra. Mogelijkheden die overwogen zullen worden: extra curvebowlset(s), touwen voor touwspringen, volksporten, new games, … 2008: Er moet een overleg geschieden met de nieuwe lesgevers om hen beter te informeren rond de mogelijkheden. In het bijzonder moet het hier dan gaan om acties ifv de impulssubsidie. 2009: Eventueel worden nieuwe materialen aangekocht die gebruikt worden voor onze acties. 2010-2012: Verdere opvolging en zo nodig nieuw overleg met de lesgevers en verdere uitbouw van de mogelijkheden op onze eigen accommodaties.



ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sector sportpromotie dient hier zoveel als mogelijk rekening mee te houden, in overleg met de lesgevers, zodat zij zich ook hier van bewust worden. Op basis van de Kosten/Baten blijkt dat wellicht nog teveel gehuurd wordt. Dit moet afgebouwd worden, of onderhandeld worden zodat wij meer waar voor ons geld krijgen. Zo kunnen er bv compensaties komen voor het gebruik van onze accommodaties door de privateavonturensportorganisaties. Het lijkt ook aangewezen om een vaste poule lesgevers te hebben die mee helpen het sportpromotiebeleid van de sportdienst uitdragen en verwezenlijken. BEGROTING: Binnen de sector sportpromotie kan er een verschuiving zijn van kredieten (minder in huur nemen) naar andere kostenposten van sportpromotie (reclame, aanbod lessen, …) KWALITEITSZORG/EISEN: Het succes moet blijken uit de Kosten/Baten, en dan in het bijzonder mbt het in huur nemen van accommodaties of diensten. Deze uitgaven moeten dalen tvv een stijging van de uitgaven voor eventuele aankoop van nieuwe materialen. 4. De kwaliteit van wat door de sportdienst aangeboden wordt op het vlak van sportpromotievoering dient grondig geëvalueerd te worden. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De evaluatie van de sportpromotievoering zal onder andere gebeuren door mailings naar doelgroepen waarbij gevraagd zal worden naar de bevindingen. Op basis van dit “oordeel” kunnen dan bijsturingen gebeuren. De onderzoeken zullen vooral georganiseerd worden via de webpagina van de SD (Formdesk), maar ook via de emarketingmodule van Recreatex. Ook het invullen van formulieren die afgegeven worden in de lessen dient bekeken te worden. Wellicht kan er ook daar in geautomatiseerd worden (via een scanner en een scansysteem dat telt). In 2005 werden de eerste onderzoeken gevoerd. Maatregelen SD2 OD4 M1:Er worden opnieuw bevragingen gedaan naar de deelnemers toe. Een kleine bevraging na een lessenreeks, een grote bevraging na de 3 lessenreeksen. Misschien eens nieuwe vragen? (aanpassen aan de accommodatie/activiteit). Er dient effectief iets gedaan te worden aan de vragen/suggesties van de deelnemers. Iedere bevraging keren dezelfde vragen/mankementen terug. Daar moet iets aan gedaan worden, want geen oplossing is geen bevordering voor de kwaliteit van de lessenreeks. De evaluaties moeten opgemaakt worden en besproken worden in de sportpromotievergaderingen. Daaruit moet de bijsturing volgen. 1A TIMING: 2007: Er werd in het verleden al een duidelijke planning gemaakt mbt wanneer welke reeksen zullen geëvalueerd worden. De technieken om vlot te evalueren worden bijgeschaafd. De lesgevers en het wekelijkse overleg sportpromotie moeten voortaan ook een duidelijker feedback krijgen van de evaluaties. Er wordt een ontwerp van evaluatieverslag opgemaakt dat voor elke actie kan gebruikt worden. Stagiairs zullen hier voor onder meer ingeschakeld worden. De evaluaties geschieden via de lesgevers, via mail en een invulformulier. 2008: De evaluaties verlopen “als van zelf” voor de meeste van onze acties, zonder dat daarbij veel meer werk om de hoek komt kijken voor onze administratieve medewerkers. Bij het bijsturen worden ook de lesgevers betrokken. Telkens is er een evaluatieverslag dat steeds in de vergadering sportpromotie besproken wordt en ook kenbaar gemaakt wordt naar onze lesgevers toe.


Sportdienst Harelbeke 2009: Het volledige evaluatiesysteem wordt her bekeken en op zijn beurt geëvalueerd. Waar nodig wordt gezorgd voor bijsturingen. Er wordt nagezien om waar dit kan nog extra te automatiseren (bv ifv meerjarenvergelijkingen). Een aantal tendenzen die ontdekt worden bij de evaluaties moeten steeds leiden tot bijsturing van onze organisatie, telkens gericht op kwaliteitsverbetering. ORGANISATIE/MODALITEITEN : De bevragingen moeten zoveel als mogelijk door de SD uitgevoerd worden zonder echt meerwerk. Het internet en digitale mailings zullen daartoe gebruikt worden. De resultaten van de onderzoeken zullen regelmatig op de sportpromotievergaderingen ter sprake dienen gebracht te worden. Er zal hier moeten tijd voor uitgetrokken worden. Op basis van bemerkingen, klachten die genoteerd werden in het secretariaat zijn er al een aantal aanpassingen doorgevoerd (bv er is nu wel les voor een feestdag, …). Ook de lesgevers moeten meer betrokken worden bij het opvragen van de evaluaties. Voor de bijsturing van de vragenlijsten wordt ondermeer ook beroep gedaan op stagiairs van opleidingsinstituten sport. BEGROTING: Geen wezenlijke verhogingen. De portkosten (algemene post) kunnen wat stijgen, al wordt geopteerd om zoveel mogelijk via internet te handelen. KWALITEITSZORG/EISEN: Vanaf 2007 dient in principe na elke organisatie een “digitale” evaluatie gemaakt te worden die besproken wordt en ook bezorgd wordt aan de lesgevers (met commentaar voor bijsturing). De evaluaties moeten geklasseerd worden en voorzien worden van een score (punten op 10 naar tevredenheid) zodat de scores ook visueel makkelijk kunnen voorgesteld worden. Er moet voor een evaluatie gegaan worden van 90% van onze acties. Dit moet blijken uit onze overzichtslijsten. 5. De ondersteuning, opvolging en bijsturing van onze lesgevers moet verder en beter uitgewerkt worden met als doel de kwaliteit en de intensiteit van de sportbeoefening te verhogen. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Willen we meer deelnemers krijgen dan moet de kwaliteit van de lessen omhoog (zeker voor sportkampen). Bovendien moet ook de intensiteit van de sportles stijgen. Er wordt nu te weinig effectief bewogen. Hier rond worden door sportpromotie een aantal initiatieven genomen. Er wordt gedacht aan een paar bijeenkomsten waar kan gesproken worden over kwaliteit, aan evaluaties door jongeren m.b.t. de lesgevers, aan het elkaar beter leren kennen van de lesgevers (informele band), ….. Kwaliteit dient goed betaald te worden. Dat moet ook geweten zijn bij de lesgevers. Lesgevers die minder goed scoren moeten hier op aangesproken worden. De sportdienst zal verder blijven pleiten voor de invoering van een controlesysteem, bv via Vlabus van de kwaliteit van de gegeven lessen. Sportpromotie zal eveneens deze kwaliteit moeten beoordelen, bv door lesfiches of lesvoorbereidingen op te vragen. Hier rond kan misschien in BSD verband tot een afprakennota gekomen worden. Er moet ook heel wat aandacht gaan naar de risico-analyses ifv sportkampen en lessenreeksen. Er moet een duidelijk beeld gebracht worden naar de deelnemers en ouders van de deelnemers over de doelstellingen van de lessen. Deze moeten onder meer te vinden zijn op de webpagina. Maatregelen SD2 OD5 M1:De lesgevers moeten ten miste de basis kennen van verschillende lessenreeksen. Zij moeten ook in staat zijn een andere les te kunnen geven buiten hun eigen specialiteit. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 34

Sportdienst Harelbeke Zo moet het bv. mogelijk zijn wanneer een lesgever (bv. yoga) ziek is deze kan vervangen worden door een andere lesgever. Er dient gezorgd te worden voor lesomschrijvingen door Vlabus. Een programma dient voorzien te worden zodat de ouders meer op de hoogte zijn wat de kinderen allemaal krijgen. Planmatig werken, bevraging deelnemers, bevindingen over de lesgever. 0A TIMING: 2007: De Adj SF volgt een bijscholing rond de opmaak van risico-analyses ifv sportkampen, lessenreeksen, …. Er is voor elke vakantie ook een overleg met de lesgevers waarbij de risicoanalyse besproken wordt. De vergadering sportpromotie beoordeelt de risicoanalyses en stuurt eventueel bij. De SF probeert via Vlabus er toe te komen dat er een controle-instantie (Vlabus zelf) uitgebouwd wordt waarbij controles en bijsturingen gedaan worden teneinde de intensiteit van het lesgeven te verhogen. 2008: Inrichting van infosessies naar de lesgevers toe ifv een verhoging van de intensiteit. 2009: Idem maar dan vooral gericht ifv trainers van clubs (impulssubsidies), waarbij ook onze eigen trainers kunnen op inpikken. 2010-2012: Verdere uitbouw van de bijscholingen. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal proberen via BSD en Vlabus tot een invulling te komen van deze intenties. Anders wordt het een moeilijke zaak om te verwezenlijken. De opvolging kan wel intern ifv lesfiches, aanwezigheid, inzet. Intern moeten ook de lesintenties mee opgesteld worden. Ook de Adj Sf moet meer controlerend optreden. BEGROTING: Op een paar kleine extrakosten na tvv de lesgevers moet er geen aanpassing geschieden van de begrotingscijfers (bv spaghetti-etentje, drankjes, betaling voor een paar extra uren voor overleg en planning, ….) KWALITEITSZORG/EISEN: Tegen eind 2007 moeten wij beschikken voor alle reeksen, kampen, schoolsportklassen, … over lesomschrijvingen.. Deze moeten ook duidelijk gekend zijn door het SD personeel van sportpromotie en administratie, lesgevers. De deelnemers moeten de lesintenties kunnen nalezen op de webstek. Nog tegen eind 2007 moeten van de sportkampen risico-analyses gemaakt zijn. Tegen de zomer van 2008 moeten die er ook zijn van onze lessenreeksen.


Sportdienst Harelbeke 6. De Sportdienstkaart en de elektronische identiteitskaart zorgen voor makkelijker inschrijfmogelijkheden. De SD kaart laat toe om gratis aan een aantal acties deel te nemen. De kaart wordt gebruikt voor gratis reservaties (tennis). 0S OMSCHRIJVING DOELSTELLING : De kaart is er en het gratis aanbod krijgt stilaan vorm. Dit moet nu verder nog beter verkocht worden. Ook het aanbod moet verruimen. Er moet hierbij aandacht gegeven worden aan gratis zaken voor de jongeren en naar vrijwilligers die actief zijn in de sportclub. Zowel de SDkaart als de digitale identiteitskaart kunnen naast elkaar gebruikt worden voor inschrijvingen. Een SDkaart heeft men altijd nodig om “lid” te zijn van sportpromotie. Het aantal kaartgebruikers moet in de toekomst sterker stijgen. Er moet een grotere meerwaarde toegekend worden aan de SD kaart. Er moeten meer controles komen dat men effectief een SD kaart gebruikt om te reserveren voor bv de tennisvelden. Maatregelen SD2OD6M1: Er wordt voorgesteld om op 1/09/2011 te stoppen met de sportdienstkaart en over te stappen naar de EID-kaart. Er dient wel een overgangsperiode (tot 01/01/2013) te zijn voor de wie nog een kaart heeft aan gekocht in de periode‟ 2011. In de vorm van een teruggave van 2 euro (vrij te spenderen in de rubriek sport (activiteit, minigolf, zaal, …). Hiervoor dient wel het reglement aangepast te worden (schk, gr). 0S TIMING: 2007: Een nieuwe planning voor de gratis acties moet uitgewerkt worden ifv de komende jaren. De controles moeten meer doorgedreven uitgevoerd worden ifv het reserveren van de tennisvelden. 2008: De extra voordelen van de SDkaart kunnen nu gebruikt worden. Er wordt onderzocht wat de kostprijs is voor de installatie van een toegangssysteem op basis van de SD kaart (bv voor de tennisvelden). ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD kaart is reeds voorhanden. Het komt er nu op aan om deze kaart nog attractiever te maken. BEGROTING: Module internettoepassing voor online reservaties wordt verder ingehuurd. KWALITEITSZORG/EISEN: Effectieve, functionele en praktische ingebruikname van de SDkaart. 7. De lesgevers moeten tijdens hun sportlessen controles uitvoeren om deelnemers die niet betalen te weren. De lesgevers dienen ook meer gestructureerde lesschema’s op te stellen. Er dienst gestreefd te worden naar een grotere resultaatsbehaling van een aantal “skills” tijdens de sportlessen. 1B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er werd vast gesteld dat sommige deelnemers proberen niet te betalen en toch de lessen te volgen. Dit kan uiteraard niet. Er moet hier een betere controle georganiseerd worden door sportpromotie. De lesgevers spelen daar een belangrijke rol in.


Sportdienst Harelbeke De lesgevers dienen ook meer gestructureerde lesschema‟s op te stellen. Er dient gestreefd te worden naar een grotere resultaatsbehaling van een aantal “skills” tijdens de sportlessen. Zo moeten jongeren meer gemotiveerd worden tot het behalen van die”skills” (cfr eindtermen). De controle hier op moet geautomatiseerd worden zodat de opvolging vlot kan verlopen. Beide punten zijn op te vangen via een leerlingopvolgsysteem (lessysteem). Het programma Recreatex kan hier voor gebruikt worden. Maatregelen SD2OD7M1: De sportdienst moet in de 1ste plaats er voor zorgen dat alle deelnemers betaald hebben eer de lessenreeks begint. De toepassing (zie reglement) dat alle voorlopige inschrijvingen slechts 1 week bewaard worden dient meer toegepast te worden. De lesgevers er nogmaals op wijzen dat zij eer de les begint moeten controleren dat alles in orde is qua betaling door de deelnemers. Er dienen zich geen kandidaat deelnemers het moment zelf nog aan te bieden. De lesgevers dienen ook de aanwezigheden op te volgen via de lijst verkregen door de sportdienst (ziektebriefje, wie is er niet ingeschreven, …) 2011 2B TIMING: 2007: Er werd opnieuw een duidelijke actie gevoerd rond deelnemers die niet zouden betalen. Die actie leidde in het verleden ook tot positieve resultaten, maar moet verder opgevolgd worden. In september wordt naar alle lesgevers opnieuw een schrijven gericht mbt deze controle. De module lesopvolging in Recreatex wordt geïnstalleerd, en getest om ze dan van af 2008 te gaan gebruiken. 2008: De lesgevers krijgen uitleg over het opzet en krijgen een korte opleiding hoe ze de aanwezigheden online of via de pda kunnen invullen. Voor een aantal lessen wordt er natuurlijk verder gewerkt met lijsten op papier. Voor lessen in de sporthal de Dageraad geschiedt het noteren van de aanwezigheden via een pda (en Recreatex) door de lesgever, of door de adj SF of een andere medewerker van de SD. Vanaf september 2008 wordt een soort lesplan bepaald ifv de sportacademie. Daarbij wordt vooral gekeken naar de lichamelijke ontwikkeling en evolutie. In september en december worden tests afgenomen. 2009: In juni worden nieuw test afgenomen, en wordt een eerst “sportrapportje” mee gegeven, met aanbevelingen. Verder uitwerken en aanpassen van de lesschema‟s die gericht zijn op een verhoging van de “skills” van de jongeren. Gebruik van de pda ook in Bavikhove voor opvolging van die skills en de aanwezigheden (dus slechts sporadisch gebruik). 2010-2012: Nog een verdere verbetering van de ondersteuning van het sportrapport met aanbevelingen voor uit te voeren oefeningen, te volgen trainingen, …. ORGANISATIE/MODALITEITEN: Alle lesgevers moeten op hun taak gewezen worden. Indien er iemand niet op de lijst staat moet de naam, adres, tel van die persoon gevraagd worden en moet dit zo vlug mogelijk aan de sportdienst doorgespeeld worden. Er moet door de lesgevers gesteld worden dat de persoon de volgende keer op de lijst moet staan, of de les niet meer kan volgen, of dat er een betalingsbewijs moet voorgelegd worden. Na afloop van elke reeks moeten de lijsten binnen gebracht worden. Dat zal overigens ook een formele verplichting zijn als wij zouden gaan werken met opleidingscheques. Ifv de skills die men moet nastreven bij de sportdeelnemers wordt onderzoek gedaan aan wat men moet beantwoorden. Deze skills (of noem het eindtermen) worden uitgeschreven en in eenvoudige oefeningen gegoten, zodat ze makkelijk kunnen getest worden. Dit zal gebeuren door de adj sf samen met de lesgevers en een eventueel ingehuurde lesgever die speciaal hier rond zal werken.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING: Aankoop van een pda via de gewone dienst: 400€. KWALITEITSZORG/EISEN: Op basis van de ingebrachte lijsten moet vast gesteld kunnen worden dat de zwartgebruikers volledig geweerd zijn. De controlelijsten moeten zeker voor 90% van de acties volledig en correct ingevuld binnengebracht worden. In 2008 moeten de eerste testen gebeuren met het draadloos registreren van de aanwezigheden. 8. Een aantal activiteiten van sportpromotie moeten in aanmerking komen ifv opleidingcheques – sportcheques – belastingsaangifte – ziekenfondsen. De nodige administratieve tools moeten hier voor uitgewerkt worden. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het is duidelijk dat opleiding- of vormingcheques ook kunnen gebruikt worden voor het volgen van lessen binnen de sportdienst, mits de verstrekker van de lessen (de SD) erkend wordt hier voor. Ondertussen kennen ook de sportcheques ingang bij heel wat bedrijven en instanties. Bovendien werd van af 1/1/2005 het volgen van bepaalde sportkampen fiscaal aftrekbaar. Een aantal ziekenfondsen doen daar bovenop een terugbetaling van een zeker aantal kosten voor gevolgde kampen. Deze vier vormen van tussenkomsten moeten via het pakket Recreatex vlot administratief verwerkt kunnen worden, door het afleveren van attesten. Maatregelen SD2OD8M1:Opleidingcheques tellen niet meer. Afgeschaft door de overheid (enkel nog van toepassing ifv van het werk). Sportcheques, belastingaangiften en attesten ziekenfondsen blijven verder bestaan. Deze mogelijkheden worden verder vermeld op folders, brochures, website, …. 2011 2B TIMING: 2007: Naar het jaareinde van 2007 zullen de dossiers van de opleidingcheques en de sportcheques verder onderzocht worden en uitgewerkt worden. Er zal nagezien worden hoe dit administratief kan geregeld worden via Recreatex. Er wordt nagezien hoe dit allemaal kan georganiseerd worden zonder veel extra administratief werk. Hier toe zal een kleine brainstorming gehouden worden met enkele medewerkers. De aflevering van attesten ifv de fiscale aftrekbaarheid is reeds in orde. Voor de ziekenfondsen is een betalingsbewijs voldoende als bewijs. 2008: Vanaf begin van dit jaar moet men kunnen betalen met vormingscheques en sportcheques. De nodige attesten en afrekeninglijsten kunnen via Recreatex afgeleverd worden. De bedrijven worden aangeschreven over de mogelijkheden om de sportcheque te gebruiken in de SD. Een wordt een goed en volledig overzicht gemaakt van welke tussenkomsten waar voor geldig zijn. Er wordt goed promotie gevoerd rond deze “kortingsmogelijkheden”. 2009: Het systeem wordt volledig geëvalueerd en waar nodig worden bijsturingen gedaan (bv nieuwe mogelijkheden). 2010: Wellicht zal een nieuwe erkenning moeten aangevraagd worden (om de drie jaar) om verder als erkend centrum voor vormingscheques te kunnen fungeren. 2011-2012: Verdere uitbouw van de mogelijkheden ifv de sportcheques? ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt autonoom de dossiers uit mbt de vormingscheques en de sportcheques. De SD zorgt voor goede informatie die online te raadplegen is mbt de verschillende kortingsmogelijkheden. De SD doet de nodige voorstellen voor de aanmaak van attesten voor de vier tegemoetkomingen ifv bijsturingen in Recreatex.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING: Zal geen verhoging betekenen als de post portkosten globaal blijft. De attesten dienen immers opgestuurd te worden. Waar dit kan worden ze verdeeld via de lesgevers tijdens de activiteiten. KWALITEITSZORG/EISEN: De effectieve en vlotte aflevering zonder veel extra administratief werk moet een feit zijn. Dat moet blijken uit de hoeveelheid afgeleverde attesten, zonder dat men in de problemen geraakt administratief. Het versturen van de attesten moet steeds gepaard gaan met nieuwe promotievoering voor acties of voor de bevraging-evaluatie van deze acties. De attesten moeten uiteraard beantwoorden aan alle voorschriften opgelegd door de overheid. 9. Het sportpromotieaanbod moet zich richten naar de verschillende deel- en doelgroepen van de bevolking. De acties moeten georganiseerd worden zoveel mogelijk in overleg of samenwerking met de sportclubs. De sportdienst mag geen concurrentie gaan voeren met de clubs, maar moet anderzijds wel de lacunes in het aanbod invullen. Het promotieaanbod moet verscheiden en doelmatig gericht zijn. 2B De SD (en SR) moet zich elk jaar bezinnen over de sportpromotionele acties die voorop gezet worden. Deze moeten duidelijk kaderen in een ruime visie, op elkaar aansluiten (bv mbt de lessen of thema‟s). Uiteraard dat de haalbaarheid steeds dient bekeken te worden (financieel, organisatorisch, opportuniteit). Maatregelen SD2OD9M1:De sportdienst zal meewerken aan “Sporttak in de kijker – handbal”. Zo wordt er een nieuwe doelgroep bereikt. Handballen voor kinderen worden aangekocht. 2011

2B

De sportdienst organiseert meer en kwalitatieve acties naar kleuters toe.

2B

OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Enkele jaren terug werd een ruime actie gedaan naar kleuters toe met de bedoeling om de kleutersportacademie er opnieuw een stuk boven op te helpen. Deze actie mocht geslaagd genoemd worden. In de toekomst moet verder in die richting gewerkt worden. Er moet bv naar sportkampen en sportacademie toe misschien eens gedacht worden aan de organisatie van kleuterdansen, gecombineerd met het kleuterturnen. Maatregelen SD2OD9M1:Meer kleuterkampen worden georganiseerd (uitbreiding naar de gemeente Hulste) Een programma van de te geven lessen dient opgemaakt te worden. 2B TIMING: 2007: De SD geeft ondersteuning aan de invoering van kleuterbasketbal (september). 2008: De promotievoering naar kleuters moet nog opgevoerd worden. De kleutersportkampen moeten uitgebreid worden (meer weken, meer plaatsen). 2009: Er wordt een onderzoek gevoerd naar het behalen van de doelstellingen mbt de fysieke ontwikkeling van de kleuters nav het volgen van de kleutersportlessen. Zien we een verhoging van de skills? 2010-12: Verdere opvolging en evaluatie van de kleutersportinitiatieven vooral naar hun kwaliteit toe. ORGANISATIE/MODALITEITEN: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 39

Sportdienst Harelbeke De SD werkt dit uit ism specialisten (lesgevers, Vlabus, ….) en zorgt dat het aanbod stijgt zowel naar kwantiteit als naar kwaliteit toe. BEGROTING: Meer meeruitgaven moeten ook meer inkomsten bezorgen. KWALITEITSZORG/EISEN: Bij het tellen van het aantal deelnemers moet een stijging genoteerd worden in de komende twee jaren. Het aantal initiatieven moet toenemen. Vanaf 2009-2010 moet een groei in de skills kunnen gemeten worden. De sportdienst organiseert acties naar jongeren uit het lager onderwijs toe. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Voor deze doelgroep is er sinds lang een gevarieerd aanbod. Toch stellen wij vast dat het aantal deelnemers slinkt. Daarom dringen zich een aantal nieuwe initiatieven op, of bestaande initiatieven kunnen op een andere manier aangepakt worden. 









Via de schoolsportklassen kan gezorgd worden voor een grotere naambekendheid van de sportdienst en kan tevens ingegaan worden op het aanbod van de sportdienst. In het verleden werd te weinig aandacht gegeven aan de naambekendheid van de sportdienst naar de jongeren toe die naar de schoolsportklassen komen. De jongeren moeten weten waar zij naar toe komen, wat de sportdienst te bieden heeft, zowel naar de jongeren zelf toe, als naar hun ouders, broers of zusters toe. In die context kan er gedacht worden aan ontwikkelen van een grotere betrokkenheid bij de dienst. Dit kan onder meer door infofolders van de sportdienst mee te geven: sportdienstadres, service verlening, sportpromotie acties, documentatie, webpagina, hartslagmeters, … In het kader van de Jeugdsportactieplannen is het noodzakelijk dat de scholen zoveel als mogelijk hun medewerking verlenen aan deze acties. Een regelmatig overleg met de scholen wordt door hen niet echt gewenst. De ervaring leert dan de persoonlijke contacten daar tot het beste rendement leiden. Dit persoonlijke contact dient dan ook onderhouden te blijven in de komende jaren. Er wordt geprobeerd de pleintjeswerking een stuk te stimuleren Op een aantal wijken zijn er mogelijkheden om een stuk pleintjeswerking te stimuleren. Dit kan dan best vooral gebeuren door minigoaltjes op deze pleintjes te plaatsen, en door tijdens de schoolvakanties daar een zekere ondersteuning te bieden als er van uit de wijken initiatieven genomen worden (Speelstraatwerking). Ten einde de medewerking van de scholen voor tal van acties verder te blijven behouden is het wenselijk om het service aanbod naar de scholen misschien nog wat te verruimen. Er kan hierbij gedacht worden aan het ter beschikking stellen van specifieke sportmaterialen (die dan door de school niet hoeven gekocht te worden), en aan de verdere uitbouw van de sportmogelijkheden op de verschillende sportcentra. Er komen hier echter heel weinig concrete vragen. Er kan hier bij gedacht worden aan nieuwe materialen die gebruikt kunnen worden in de lessen. In overleg met een aantal scholen zal een nieuw sportonderzoek gevoerd worden. Hierbij zal gepolst worden naar de interesses van de jongeren, naar de manier hoe ze informatie vergaren of wensen te ontvangen, wanneer ze sportacties willen georganiseerd zien, … Dit onderzoek dat bv in 2009 kan gevoerd worden, kan dan vergeleken worden met andere “nationale” onderzoeken.


Sportdienst Harelbeke 







De sportdienst zal deze groep van jongeren (6-12 jarigen) zoveel als mogelijk faciliteiten verlenen om te oefenen in de accommodaties, hetzij via jeugdvriendelijke tarieven, hetzij door voor deze groepen zoveel mogelijk uren te reserveren. Voor deze doelgroepen is het gebruik van de sportaccommodaties reeds een paar jaar gratis. Bij de doelgroep van de 6-12 jarigen moet het spelelement primeren. Voor deze leeftijdsgroep is het belangrijk dat het spelelement aanwezig is. De lessen moeten aangenaam gegeven worden. Er moet gezocht worden naar nieuwe invalshoeken. Er moet wel over gewaakt worden dat het lesgeven voldoende intensief is, zodat de jongeren voldoende bewegen. Het gezondheidselement in de sport moet meer onderstreept worden. competitie-element. De sport is gezond gedachte moet meer aan de jongeren mee gegeven worden vooral tijdens sportkampen, sportacademie en schoolsportklassen. Binnen een projectgroep van BSD zijn hier reeds de eerste resultaten te noteren in 2005-2006. De actie, of het thema kan herhaald worden naar de toekomst. Het complete project moet gestalte krijgen (in fasen) in 2008 en later. In 2007 kan er gedacht worden aan de integratie van sport is gezondheidsaspect naar de sportacademie en schoolsportklassen toe. In de komende jaren kan de algemene campagne verder uitgebouwd worden. Voor de jongeren wordt een soort sportgezondheidspas ontwikkeld. Aan de hand van bestaande sporttesten (Eurofit, …) en door wetenschap bezorgde lijsten moet een sportgezondheidspas ontwikkeld worden. Via Recreatex moeten de behaalde resultaten kunnen ingevoerd worden. De jongeren moeten dan naast hun scores ook (standaard)adviezen kunnen bekomen.

Maatregelen SD2OD9M1:De sportacademie wordt terug uitgebreid naar de deelgemeente Bavikhove. Het Gavermaniakamp en Marktsportkamp (nieuwe kampen) richt zich ook tot deze doelgroep. 2B TIMING: 2007: In het najaar wordt de planning gemaakt voor 2008 waarbij er gepleit wordt voor een paar meer acties (stepaerobics, meer weken kamp, thema‟s). Ontwikkeling van een presentatie voor de schoolsportklassen mbt de taak en acties van de SD. 2008: Evaluatie naar het effect van het grotere aanbod en bijsturing ifv 2007. Invoering van de sportgezondheidspas (sportkampers, schoolsportklassen, sportacademie) ism het pakket Recreatex en uitwerking van de standaardadviezen voor bijsturing conditie. Enkele items Sport is gezondheidsgedachte worden een algemeen begrip in al onze sportkampen (bv geen snoep, cola, …). Invoering van een aantal nieuwe sportmogelijkheden naar de jongeren toe (turnen, stepaerobics, …). Uitbreiding van het sportmaterialen aanbod naar scholen toe. 2009: De Sport is gezondheidsgedachte wordt verder uitgewerkt een algemeen begrip in al onze schoolsportklassen en sportkampen. Hernieuwd onderzoek mbt interesse van jongeren voor sport. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt dit zelfstandig uit tijdens de vergaderingen sportpromotie. Lesgevers kunnen hun mening geven. Eventueel is er ook overleg met collega‟s van BSD. BEGROTING: Moet een nuloperatie worden. KWALITEITSZORG/EISEN:


Sportdienst Harelbeke Door meting van het aantal deelnemers moet het succes afgemeten worden. We hopen het aantal acties te kunnen laten stijgen, evenals het aantal deelnemers. Een percentage stijging wordt niet meer naar voor geschoven aangezien het resultaat zeer sterk kan beïnvloed worden door nieuwe tendensen binnen onze maatschappij. De sportdienst organiseert sportspecifieke acties naar jongeren uit het middelbaar onderwijs toe. Daarbij wordt meer en meer ingepikt op de verscheidenheid in de leefwereld van de tieners. 2A OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Voor deze doelgroep was er sinds een aantal jaar een zeer gevarieerd aanbod (jeugdsportactieplan) waarbij lage tarieven gehanteerd werden. Met het terugvallen van de kredieten voor het jeugdsportactieplan zijn ook een aantal initiatieven verdwenen. Een aantal zaken kunnen opnieuw uit geprobeerd worden. Er is ook een ruim aanbod bij de sportclubs, waar niet mee in een rechtstreekse concurrentie mag gegaan worden. Toch wordt vast gesteld dat slechts een gering aantal jongeren hier op inpikken. Men dient hier bij realistisch te zijn … er is immers een grote concurrentie, en wellicht een mindere belangstelling van de jongeren zelf. De sterke klemtoon die tot en met 2004 gelegd werd naar deze doelgroep toe moet een stukje verlegd worden. Je kan jongeren immers niet verplichten om deel te nemen aan sportpromotieacties als ze dat zelf niet willen. Er moet wel gepolst worden naar hun interesses. Ook kunnen volgende initiatieven genomen worden naar deze doelgroep. 









De sport is gezondheidsgedachte en de “als je sport zie je er goed uit gedachte” moet bij deze doelgroep van jongeren meer uitgedragen worden. In overleg met de scholen en tijdens sportacties kan hier rond campagne gevoerd worden om de tieners te motiveren. Er dient hierbij gedacht te worden aan de SDzine die zij zouden moeten kunnen ontvangen. Daar wordt iedere keer klemtoon gelegd op de gezondheidsgedachte. De sportdienst blijft verder initiatieven ondersteunen van derden naar deze doelgroep toe. Het is duidelijk dat de intensiteit naar inzet naar deze doelgroep zal verminderd worden in de toekomst, dit door het wegvallen van het jeugdsportactieplan. Toch worden nog voldoende prikkels gestuurd via acties zoals de Watersportdag, de opendeurweek sportclubs. De sportdienst organiseert acties gericht naar de leefwereld van de tieners. Er moeten acties opgezet worden die tieners aanspreken. Er kan hier bij gedacht worden aan sportkampen in combinatie met andere zaken (fotografie, computer). Tevens moet er gedacht worden aan de organisatie van minder lang durende acties (bv een sportnamiddag) of uitdagende activiteiten (bv een sportieve dropping, …). Hiertoe zal bij collega-sportdiensten gezocht worden naar voorbeelden van zaken die aanslaan bij jongeren. De sportdienst zal in overleg met de politie eventueel acties op getouw zetten om probleemjongeren een stuk sportief op te vangen. Bedoeling hierbij is om een aantal probleemjongeren er toe aan te zetten zich te gedragen op de sportcentra, en ook actiever te worden. Dit zal geschieden op centra waar er zich effectief problemen voordoen in overleg met de betrokken jongeren. Er zal nauw samen gewerkt worden met de verantwoordelijke van Arktos die betaald wordt door de politiezone. De sportdienst zal meer wijkgerichte werking ontplooien naar jongeren en ook naar “hang-probleem”jongeren toe ism de stedelijke werkgroep, Arktos, Vlabus. In 2007 worden wijkgerichte acties opgezet in twee of drie wijken. Dit aanbod kan in de komende jaren nog verruimd worden in overleg met de stedelijke werkgroep, Arktos, de jeugddienst, …. Eventueel worden bij Vlabus gespecialiseerde lesgevers ingehuurd voor dit toch speciale aanbod dat moet afgestemd zijn naar de jongeren toe.





Naar de toekomst kan verder gewerkt worden aan dit project Speelstraten (Buurtsportwerking). De initiatieven moeten voor een groot stuk ook uitgaan van de lokale gemeenschappen (wijkbewoners) of de (hang)jongeren zelf. Er moet voor gezorgd worden dat er op de wijken een gelijkberechtiging is mbt de investeringen die de SD daar doet in tijd, lesgevers, centen, materialen. In overleg met de scholen wordt een onderzoek op getouw gezet om te peilen naar de wensen van de jongeren m.b.t. sportbeoefening, sportinformatieverstrekking, … (c.f.r. lager onderwijs). Dit project werd reeds georganiseerd in het voorjaar van 2005 en zal herhaald worden in 2009.

Maatregelen SD2OD9M1 Het Gavermaniakamp en Marktsportkampen en een badmintonkamp (nieuwe kampen) richt zich ook tot deze doelgroep. Dient er niet uitgekeken worden naar “nieuwere kampen”, kampen die nu actueel zijn. 2B TIMING: 2007: Brainstorming met enkele leerkrachten en de leden van BSD hoe jongeren te overtuigen ifv “als je sport zie je er goed uit gedachte”. Met hangjongeren wordt tijdens en na de zomer overleg gepleegd om na te gaan in welke richting hun interesses gaan. We organiseren hier rond een onderzoekje met als doel om eind 2007 en in 2008 dan concreet acties op te starten. Zoeken naar meer uitdagende acties voor deze doelgroep (Oenanthe?). 2008: Aandacht voor de sport is gezond gedachte in sportkampen. Sporttest afnemen gekoppeld aan “als je sport zie je er goed uit gedachte” (na nieuwjaar, als intentie voor het nieuwe jaar). Week van de jeugdsporter (september). Verdere uitbouw van de wijkwerking of speelpleintjeswerking op basis van een “jaarwerking”. 2009: Nieuw onderzoek binnen al onze Harelbeekse middelbare scholen om na te gaan waar de interesses liggen van de leerlingen. Bijsturing van het project “als je sport zie je er goed uit gedachte”. 2010-2011: Bijsturing van de lopende projecten. 2012: Herhaling van het onderzoek op een kleinere schaal. Project “als je sport zie je er goed uit gedachte”. Onderzoek voeren bij jongeren naar hun interesses mbt sport, in overleg met de scholen. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt deze voorstellen uit in overleg met de leerkrachten LO, clubs, lesgevers en een aantal jongeren. Eventueel worden externen ingehuurd ter ondersteuning van de projectuitwerking. BEGROTING : Via de kosten-baten leidt dit tot een nuloperatie of een kleine meerprijs voor het inhuren van een projectontwikkelaar ifv “als je sport zie je er goed uit gedachte” KWALITEITSZORG/EISEN: Het cijfermateriaal van de aantallen deelnemers moet stijgen. Er wordt hier geen specifiek cijfer voorop gesteld. Deze doelgroep is zeer moeilijk te motiveren, gezien de grote concurrentie. Er moet een duidelijke “meerwaarde” komen voor de jongeren zodat ze zich opnieuw aangetrokken voelen tot de verschillende sportvormen. De nodige conclusies moeten getrokken kunnen worden uit de onderzoeken die uitgevoerd worden in 2007-2009. De sportdienst organiseert diverse acties naar volwassenen toe en moet het aantal deelnemers bij eigen acties of via clubs of als bezoek aan accommodaties doen stijgen. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 43

Sportdienst Harelbeke Voor deze doelgroep is er sedert lang een gevarieerd aanbod aan sportlessen. Ook bij de sportclubs kan men er terecht voor allerhande sporttakken. Individueel kan men de zalen en kleedkamers afhuren. De Gavers en onze eigen gemeentelijke sportaccommodaties bieden heel wat mogelijkheden om individueel of in clubverband aan sport te doen. Er kan echter nog gedacht worden aan een aantal nieuwe aandachtspunten naar deze doelgroep toe. De sportcheque en vormingcheque kan een extra stimulans betekenen tot deelname aan acties. 





De sport is Gezond gedachte moet ook hier meer gepropagandeerd worden. De basis van de sport, de uithouding moet weer gestimuleerd worden bij deze doelgroep. Bovendien moet er op gewezen worden dat als men sport men er ook beter zal uitzien, en dat men minder hinder zal hebben van allerhande kwaaltjes. De bekendmaking van deze gedachte kan via affichecampagnes, het Internet, nieuwsbrieven, aanverwante organisaties, informatie avonden… . Acties hier rond zijn bv een infomoment rond sporttraining, de afname van een conditietest, de organisatie van lactaattesten. Mensen die jaren niet meer gelopen, gefietst of gezwommen hebben moeten aangezet worden om dit opnieuw te gaan doen. Ook andere aerobe sporttakken moeten gepromoot worden. Dit moet uiteraard gebeuren onder een goede begeleiding, na een medische controle, en met het gebruik van de hartslagmeters waarover de sportdienst beschikt. Er dient hierbij ingepikt te worden op de lopende acties “start to ….”, waarbij gebruik kan gemaakt worden van de te volgen schema‟s en promotieacties. Een meer wijkgerichte werking dient uit gebouwd te worden. Op een aantal wijken kunnen een aantal kleinschalige initiatieven genomen worden. Hierbij kan er gedacht worden aan fitnessgym of Sporthapjes waarbij men kan proeven van bepaalde sporttakken. Dit richt zich naar dames en heren en moet uiteraard recreatief gehouden worden. De verdere uitbouw van wijkgerichte werking moet als doelstelling hebben “verzelfstandiging en eigen organisatie in de wijken”. Dit geschiedt dan ook best in overleg met de wijkcomités. Mogelijks moet er ook rekening gehouden worden de deelname van een wat ouder publiek bij een aantal van deze acties. De lessen moeten zo nodig hier op afgestemd worden, of de groep moet gesplitst worden.

Maatregelen SD2OD9M1: De sportdienst blijf verder activiteiten organiseren voor de volwassenen. Extra activiteiten worden georganiseerd in Bavikhove (Dorp in de Kijker). 2B TIMING: 2007: Meerdere acties start to run. Uitwerken van een rittenschema ifv start tot bike. Inrichten van zwemavonden voor senioren. Behoud van de lessenreeksen aerobic, stepaerobic, … Organisatie van infosessies rond het fietsen. 2008: Meer gerichte mailings en promotievoering. Daarbij dient ook gedacht te worden aan de promotie via bedrijven (met bv gebruik van de sportcheques). Bescheiden stapjes mbt wijkgerichte werking. Start to runners na het volgen van de lessenreeks motiveren om lid te worden van de Gavertrimmers. 2009: Verdere uitbouw van wijkgerichte werking. Proberen een nieuw aanbod te brengen mbt bepaalde sporttakken. Vormingsmomenten rond sporttraining intensifiëren. 2010: Invoering van de sportgezondheidspas voor volwassenen (opvolging van hun prestaties). 2011-2012: Verdere kwaliteitsverbetering nastreven van de acties en uitbreiding in andere wijken, deelgemeenten. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt uit in overleg met wijkcomités en met de Gavertrimmers.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING : Nuloperatie en later verzelfstandiging zodat kredieten weer vrij komen voor andere acties. KWALITEITSZORG/EISEN: Elk jaar zou er op minsten een wijk een initiatief genomen moeten worden. Na één jaar ondersteuning moet de wijk zelfstandig de zaak begeleiden. De kwaliteit van de lessen moet bewaakt blijven. Het aantal deelnemende wijken moet groeien. De sportdienst organiseert acties naar jonge senioren en senioren toe.

2B

OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Ook naar deze doelgroep die steeds groter wordt en ook zal blijven worden, moet heel wat aandacht gaan. De sportdienst moet het aanbod naar deze sector toe inventariseren en vervolgens dit aanbod gestaag verder uit bouwen. Ook hier kan gedacht worden aan een aantal initiatieven.  Het initiatief naar de volwassenen toe m.b.t. opnieuw met sporten te starten dient ook gericht te worden naar de doelgroep van de senioren. De nota die enkele jaren terug tbv de welzijnsdienst en het ocmw uitgewerkt werd dient geactualiseerd en bijgestuurd te worden. Punten uit de ze nota die aan bod kunnen komen zijn: overleg met de betrokken diensten ifv het opmaken van een inventaris sportmogelijkheden voor deze doelgroep – infomomenten rond de noodzaak dat senioren moeten bewegen – wijkgebonden seniorensport – verkiezing van sportsenior (sportraad) – uitbreiding volkssporten. Er kan gedacht worden aan seniorenwandelingen, eventueel een seniorensportkamp, minicompetities petanque, als er zou blijken dat er daar interesse voor is. Er kan ook gedacht worden aan het gebruik van nieuwe materialen: steps, curlbowl.  Het is wenselijk dat senioren die nog niet kunnen zwemmen er op attent gemaakt worden dat zij bij een aantal instanties nog kunnen leren zwemmen: “het is nooit te laat om te leren …. “ Dit initiatief kan ook eventueel voor andere sporttakken gehanteerd worden.  De sportdienst ondersteunt verder acties van derden zoals de Savattendag (samenwerking met de Welzijnsdienst), de seniorensportdag (Bloso en provincie), … Hier moet het nog tot een groter samenwerkingsverband komen.  De senior kan een goede sportvrijwilliger worden. Deze doelgroep heeft meestal tijd vrij en kan zich inzetten voor de sportclub. De senior moet dan ook aangesproken worden om hier op in te pikken. Een aantal stimulansen hier toe kunnen gegeven worden. Maatregelen SD2OD9M1: Het project Galm wordt verder georganiseerd. Een extra mailing zal gebeuren naar kandidaat deelnemers. 2B TIMING: 2007: Verdere ondersteuning acties van Bloso, provincie, … Nieuw initiatief tot aanzetten zwemmen senioren in Zenbad . 2008: Nieuw initiatief van een soort sporthapjes waarbij kennis gemaakt wordt met nieuwe sporttakken in de wijken. Hernieuwing inventaris van het sportaanbod in deze sector ism het ocmw en welzijnsdienst. Opstart initiatief “leer zwemmen” en “ga wekelijks wandelen”. Zorgen voor een (ISB)verzekering voor de deelnemers aan het wekelijkse wandelen. 2009: Verdere uitbouw van de Seniorensporthapjes. Opmaak van een sport en gezondheidsplan naar deze doelgroep toe in overleg met de Welzijnsdienst. Promotiecampagne mbt de sportmogelijkheden, ook tijdens de winter. Betere ondersteuning van de dansinitiatieven in het cafetaria en af en toe eens een dansnamiddag in de week organiseren, gekoppeld aan bv een wandeling. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 45

Sportdienst Harelbeke 2010: Onderzoek naar de behoeften van deze doelgroep mbt sportorganisaties, mogelijkheden, wensen. Organisatie van een seniorensportkamp (als voortvloeien van de Seniorensporthapjes en onze lessenreeksen). 2011-2012: Evaluaties van de lopende initiatieven. Bijsturen waar nodig. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt uit in overleg met het OCMW, de welzijnsdienst, seniorensportorganisaties en een aantal leden binnen de SR die sterke banden hebben met deze doelgroep. BEGROTING: Nuloperatie voor wat de acties betreft. Gespreide kosten voor gezondheidsgedachte betreft (eventueel budget OCMW, welzijn, sport).

wat

de

KWALITEITSZORG/EISEN: De initiatieven moeten leiden tot een bewustwording Bij de senioren dat sport gezond is en hun leven kan verlengen. Het aantal deelnemers aan onze lessen moet stijgen en dit moet afgemeten kunnen worden aan de hand van onze deelnemerslijsten. Daarnaast moet ook het aantal initiatieven rond senioren stijgen. De sportdienst zal zwemsportpromotie.

in

het

bijzonder

aandacht

besteden

aan

de 2B

OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Met het dichtgaan van het zwembad Ter Gavers was er lange tijd geen zwemgelegenheid meer in Harelbeke (wel nog privaat of in openlucht tijdens de vakantie). De sportdienst maakt actief reclame om de zwemsport te blijven promoten, ism enkele andere gemeentes en in het bijzonder met Sportpunt Zwevegem. Met de heropening van het Zenbad worden ook hierrond nieuwe promotieacties gevoerd. Er wordt gepoogd nieuwe groepen te vormen die gaan zwemmen. Maatregelen SD2OD9M1: Er wordt samengewerkt met het Zenbad en het zwembad Sportpunt Zwevegem. De sportdienst zorgt voor promotie van beide zwembaden en hun activiteiten. 2B SD2OD9 2: Steunen van de campagne van de overheid “Basic…”

2B

TIMING: 2007: Er wordt verder samen gewerkt met de SD van Zwevegem rond de Vlaamse Zwemweek. Tevens wordt verder promotie gemaakt voor zwemlessen. Er zal echter ook bijzonder aandacht gegeven worden aan de promotievoering voor het Zenzwembad (privaat zwembad in Harelbeke). 2008: Onderzoeken hoe de zwemsportpromotievoering nog intenser kan gebeuren in overleg met de uitbaters van het Zenbad. Meer uren “zwemmen” organiseren. 2009-2012: Verdere uitbouw van het aantal georganiseerde zwemuurtjes in het Zenbad, mits een realistische kosten-baten. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt de infoverstrekking mbt de zwemmogelijkheden in omliggende gemeenten en in het Zenzwembad of in de Gavers (ism de provincie) verder uit en legt hier nog meer klemtonen op. Ook financieel wordt hier wat extra‟s voor uitgetrokken (organisatie van zwemuurtjes) naar doelgroepen toe. BEGROTING: Binnen de post sportpromotie is een specifiek budget voorzien voor de promotievoering van de zwemsport (2.500€). Dit bedrag moet gebruikt worden voor de stimulering van de zwemsport en het verlies dat gedragen worden nav de organisatie van zwemsportuurtjes. Sportpunt Zwevegem geeft een zeker budget dat mag aangewend worden via facturen aan Sportpunt Zwevegem. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 46

Sportdienst Harelbeke KWALITEITSZORG/EISEN: Via onze eigen acties moet vast gesteld worden dat er meer mensen leren zwemmen, inpikken op onze zwemuurtjes of gaan zwemmen in omliggende gemeenten. Dit moet ondermeer blijken uit onze eigen statistieken als uit de statistieken van de bezoekers in het zwembad van Zwevegem. Sporttakken die niet in de gemeente beoefend worden kunnen gepromoot worden indien daar rechtstreeks vraag naar is, of ifv Sporttak in de Kijker (Bloso actie). 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Als er concrete vragen zijn naar nieuwe sporttakken dan moeten die vragen ingevuld worden, met de bedoeling om later tot nieuwe sportclubs te komen. Daarnaast wordt er ingepikt op de Bloso actie Sporttak in de Kijker. Maatregelen SD2OD9M1:In 2011 wordt i.s.m. het Bloso het handballen gepromoot.

2B

TIMING: 2007: Dit jaar is de Sporttak in de Kijker fietsen. Er wordt ruim reclame gemaakt. 2008-2012: De actie Sporttak in de Kijker wordt verder opgevolgd. Tevens wordt ingepikt op andere sporttakken als daar opportuniteiten voor zijn. Er dient daarbij gedacht te worden aan mogelijkheden die makkelijk kunnen beoefend worden op onze sportcentra zonder dat daar investeringen voor moeten gebeuren: korfbal, krachtbal, paintball, … ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zoekt steun bij de uitwerking bij verschillende organisaties en zorgt voor een meerwaarde vooral ifv het extra in de kijker brengen van bestaande sporttakken (hetzij privaat, hetzij als Sporttak in de Kijker, hetzij als gebruik van een accommodatie (tennis). BEGROTING: Indien wij zelf organiseren moet het initiatief een nuloperatie zijn. KWALITEITSZORG/EISEN: Elk jaar moet minstens één sporttak in de kijker geplaatst worden. Daarnaast kan er ook bijzondere aandacht zijn voor een tweede sporttak. Er moeten op die manier in de komende 5 jaren een drietal sportclubs en sporttakken bijkomen in onze gemeente. Dit moet afgetoetst worden in 2012.



Strategische doelstelling nr. 3: ondersteuning en stimulering toegankelijkheid en diversiteit in de sport 2B De sportdienst voert, in overleg met de sportraad, het Bloso, en andere partners (welzijnsdienst, politie, jeugddienst, ocmw, …) een sportbeleid dat een laagdrempelige instap mogelijk maakt. Daarbij wordt bijzondere aandacht gegeven aan bepaalde specifieke doelgroepen: gehandicapten, migranten, ocmwklanten. Operationele doelstellingen 1. De sportdienst zal opnieuw initiatieven nemen mbt de gehandicaptensport. Daarbij wordt gedacht aan de verdere ondersteuning van de driedaagse mindervalidensport, en aan de organisatie van een lessenreeks mindervalidensport. Tevens zal de sportdienst aan informatieverstrekking doen mbt initiatieven die genomen worden door derden rond gehandicaptensport. 2B OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst organiseerde in het verleden een lessenreeks gehandicaptensport i.s.m. instellingen. Dit initiatief zal herhaald worden. De aangeboden sporttakken moeten laagdrempelig zijn en gevarieerd zijn. De sportdienst zal verder sterk ondersteunend werken aan de driedaagse mindervalidensport die georganiseerd wordt door de provinciale diensten. Initiatieven die genomen worden door derden mbt gehandicaptensport zullen ondersteund worden door een actieve promotievoering (bv paardrijden en gehandicaptensport, recreas) en laagdrempelige tarieven. Promotievoering door ondermeer een jaarlijkse huldiging van een mindervalide sporter op de Sportshow van de sportraad. Maatregelen SD3OD1M1:Er wordt in de zelfde elan verder gewerkt voor de gehandicapten. (activiteiten samen anders sporten).

2B

TIMING: 2007: Inventarisatie van de mogelijkheden mbt gehandicaptensport. Planning opmaken voor organisatie lessenreeksen gehandicaptensport. 2008: Starten met een lessenreeks gehandicaptensport. Promotievoering voor de mogelijkheden mbt gehandicaptensport. 2009-2012: Behoud, en indien gewenst uitbreiding van de initiatieven. ORGANISATIE/MODALITEITEN De sportdienst zorgt voor de organisatie van de lessenreeksen, zoekt naar de mogelijkheden mbt gehandicaptensport in onze regio en maakt daar reclame voor. BEGROTING: 2008 en later: Twee lessenreeksen gehandicaptensport: 1.200 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De lessenreeksen gehandicaptensport moeten worden opgestart en op een aangepaste manier gegeven worden, gezien de doelgroep. 2. De sportdienst zal initiatieven nemen naar migranten en ocmwkliënteel met als doel deze doelgroep op een zeer laagdrempelige manier contact te laten nemen met de mogelijkheden van sportbeoefening in onze stad. De doelgroep moet enerzijds kennis maken met een aantal sporttakken, en vervolgens ook de nodige informatie bekomen hoe men aansluit bij een club, of inschrijft bij de sportdienst. Via het ocmw moeten de lidgelden voor een Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 48

Sportdienst Harelbeke stuk kunnen gerecupereerd worden. De doelgroep moet ook op de hoogte gebracht worden van de financiële tussenkomsten van instanties zoals de mutualiteiten en de fiscale teruggave (opvang). 1A OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst zal jaarlijks een sportinstuifdag organiseren voor migranten en ocmwkliënteel. Op die dag is het de bedoeling om hen op een zeer laagdrempelige manier contact te laten nemen met de mogelijkheden van sportbeoefening in onze stad. De sporttakken moeten op een aangename en aangepaste manier uit geprobeerd kunnen worden. Daarnaast is het ook de bedoeling dat migranten hun sporttak die zij in hun land beoefenden demonstreren. Indien er voldoende interesse zou zijn kan eventueel een lessenreeks rond die sporttak opgestart worden, ism de migranten. De sportinstuif moet ook een informatief gedeelte bevatten waarop uitleg gegeven wordt over de wijze hoe men contact legt met een sportclub, wat de sportdienst aanbiedt van sportlessen, wat de sportdienst voor hen kan doen, wat de tussenkomsten zijn van mutualiteiten of andere organisaties (bv vormingscheques, sportcheques). Ook de fiscale aftrekbaarheid mbt de deelname aan sportkampen (cfr kinderopvang) moet aangehaald worden op deze infosessie. In overleg met het ocmw zal zeer regelmatig informatie verstrekt worden over sportkampen, lessenreeksen, en andere laagdrempelige sportmanifestaties. Er zal een onderzoek gevoerd worden naar de sportbeoefening bij deze doelgroep. Maatregelen SD3OD2M1: Er zal terug contact genomen worden met het OCMW voor een eventuele samenwerking op het vlak van migranten en OCMW-cliënten. Rond de tarieven zal samen met de sector Vrije Tijd een onderzoek gedaan worden naar de tegemoetkomingen door het OCMW voor de sport. Hoeveel is de tussenkomst ? Voor een sportactiviteiten? Voor de clubs, inschrijvingsgeld? 2011 1A TIMING: 2007: In overleg met het ocwm, de dienst welzijn, .. wordt er een vergadering gehouden om een aantal hoofdlijnen en samenwerkingsverbanden vast te leggen. 2008: Organisatie van een sportinstuifdag ism het ocmw. Eventuele opstart van een lessenreeks mbt een sporttak die beoefend werd door bepaalde migranten. 2009: Onderzoek naar de sportbeoefening bij ocmwklanten en migranten. Hoe is de evolutie van het sporten tov een aantal jaren terug? Heeft men voldoende informatie? 2010: Bijsturing van de initiatieven op basis van de bekomen resultaten. 2012: Herhaling van het onderzoek van 2009. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst neemt hier het initiatief ism het ocmw en de dienst welzijn. Er wordt een regelmatig overleg georganiseerd. Er wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke betrokkenheid van de ocwmklanten en migranten bij de organisatie van de sportinstuifdag. BEGROTING: 2008: 1.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De sportinstuif moet een aanbod brengen dat zeer laagdrempelig is. Het succes van het initiatief moet in de komende jaren afgemeten worden aan de deelname. Tevens moet een duidelijke stijging te noteren zijn in de positieve scores bij de twee onderzoeken die gepland worden.


Sportdienst Harelbeke 3. De sportdienst zal in overleg met de jeugddienst en Arktos meer wijkgerichte initiatieven nemen. In het bijzonder zal daarbij aandacht gegeven worden aan hangjongeren. Met jeugdigen die geëvolueerd zijn naar probleemjongeren zal in overleg met Arktos gezocht worden naar oplossingen die er toe bij dragen dat vandalisme of ongewenst gedrag vermeden wordt. 0S OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst zal een aantal wijkgerichte sportacties op getouw zetten, in eerste instantie tijdens de vakanties, en op termijn ook tijdens het schooljaar. Met de werkgroep rond “overlast” en de jeugddienst zal nagegaan worden op welke wijken het best sportieve acties georganiseerd worden. De SD zal zoeken naar min of meer gespecialiseerde lesgevers voor de begeleiding van de wijkgerichte sportinitiatieven (Vlabus). In nauw overleg met Arktos zullen acties opgezet worden. Er zullen stappen gezet worden (via Arktos) naar hangen eventuele probleemjongeren om hen er toe aan te zetten te kiezen voor een sportieve bezigheid. Het moet hierbij steeds de bedoeling zijn om hen er uiteindelijk toe aan te zetten om te kiezen voor een sportclub. De sportclubs moeten daarbij aangezet worden om die jongeren zeker gedurende een tijdje de kans te geven kennis te maken met de club en zijn werking, en dit aan een zeer lage instapkost, die gedeeltelijk door de SD zal betaald of gecompenseerd worden. Daarom zal dit initiatief ook verlopen ism de sportclubs. Maatregelen SD3OD3M1: De jeugddienst heeft dit project overgenomen. (skatepark fabriekske) 2011 0S TIMING: 2007: In overleg met Arktos en de jeugddienst, en het platform “overlast” wordt een vergadering gehouden om een aantal hoofdlijnen en samenwerkingsverbanden vast te leggen. Eerste initiatieven worden genomen in de herfstvakantie. Eerste evaluatie en vervolgens opmaak van een jaarplanning voor de wijkgerichte werking. 2008: Uitwerking van de jaarplanning. Op het einde van het jaar een grondige evaluatie. 2009-2012: Jaarlijks terugkerend jaarplan dat uitgewerkt wordt, bijsturingen en eventuele verschuiving acties naar andere wijken. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst werkt zeer nauw samen met de jeugddienst, Arktos en de werkgroep “overlast” voor de planning, aanpak en organisatie. De initiatieven worden begeleid door liefst min of meer gespecialiseerde lesgevers (Vlabus). De activiteiten moeten laagdrempelig zijn. De lesgevers moeten naast les geven ook luisteren, inventariseren, informeren. BEGROTING: 2008: 600 euro 2009 en later: Stijging van het bedrag op basis van de nood aan bijsturing? KWALITEITSZORG/EISEN: De initiatieven beogen het aanzetten van meer wijken hangjongeren om te starten met sporten, en uiteindelijk door te stromen naar de club. Het succes zal dan ook afgemeten worden aan het aantal jongeren dat ingestapt is in een club via deze wijkgerichte werking.



Strategische doelstelling nr. 4: Meerjarenplan inzake sportinfrastructuur. De sportdienst moet ervoor zorgen dat de stedelijke sportaccommodaties in optimale omstandigheden kunnen gebruikt worden door onze sporters. Aspecten zoals veiligheid, hygiëne, netheid, afwerking en kwaliteit dienen hier in het oog gehouden te worden. De accommodaties dienen een veelzijdig aanbod naar sportbeoefening toe te laten. Ze moeten beantwoorden aan de moderne sportnormen. SPORTCENTRUM DE MOL (spc Mol) 1. In alle sportlokalen van het Forestiersstadion moet onderzocht worden hoe aan energiebesparing kan gedaan worden. De clubs moeten gemotiveerd worden om aan energiebesparing te doen (subsidie). Daarnaast moet de stad ook energiebesparende maatregelen invoeren zoals het aanpassen van de stookinstallaties en het invoeren van een sturing van de verwarmingen, verlichtingen en de beregeningsinstallatie. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De stad kan kredieten ter beschikking stellen aan de voetbalclubs die dan de nodige stappen moeten zetten om de accommodaties beter te isoleren. Als ze zelf een stuk hier in willen investeren door de isolatiezaken zelf aan te passen kunnen ze misschien rekenen op een tegenprestatie, in de vorm van een subsidie. Er zal een campagne naar energiebesparing gevoerd worden samen met de clubs. De energie zal in de toekomst gestuurd wordt door een koppeling naar het reservatieprogramma Recreatex. Maatregelen SD4OD01M01: Uitschrijven van het reglement mbt subsidiëring tvv aanpassingen naar energiebesparing toe. 2007 2B SD4OD01M02: Energiesturing via de pc (Recreatex) voor de verlichting van de oefenvelden, de verwarming en verlichting van de onderbouw. Voeren van een besparingscampagne. 2009 Was vroeger gepland, kreeg vertraging 2B SD4OD01M03: Uitvoeren van onderzoeken naar energiebesparende maatregelen op het sportcentrum. 2008 Via een firma 2B 2011 Via de facilitaire dienst en duurzaamheidsambtenaar 0B SD4OD01M04: Bijkomende invoering van energiesturingen 2009 Verwarming hoofdgebouw Forestiersstadion 2011 Beregeningsinstallaties voetbalvelden

2B 0B

SD4OD01M05: De jeugdkantine van SW Harelbeke zal geïsoleerd worden (nazicht ramen, plafondisolatie, sluiten deuren met deurpompen, …). Ook de kleedkamers van de onderbouw 1 en 2 wordt geïsoleerd. 2011 0B SD04OD01M06: Uitvoeren van energiebesparende maatregelen op basis van de onderzoeken in S04OD01M03, met mogelijks volgende aanpassingen: vervanging van de elektrische verwarmingselementen kleedkamers, plaatsing zonnecollectoren voor warm waterproductie douches, plaatsing warmtepomp(en), plaatsing extra loggingselementen in bepaalde lokalen zodat er een betere energie-opvolging kan gebeuren (verwarming bepaalde lokalen), … Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 51

Sportdienst Harelbeke 2012-2013

0B

Voor 2010 was er een maandelijks nazicht van de verbruiken, maar werd er niet altijd een evaluatie gemaakt. Eventueel samen met de duurzaamheidsambtenaar moet er driemaandelijks een grondige evaluatie gemaakt worden. Tevens is er een controle van alle instellingen van alle gestuurde installaties. Telkens wordt er een rapport over de bevindingen gemaakt en zo nodige worden nieuwe aanbevelingen voor gesteld. 2011-2013 0B SD4OD01M07: De kosten-baten energiesturing wordt om elk jaar bijgewerkt en beoordeeld ism de duurzaamheidsambtenaar. 2012 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal een reglement uitwerken ism de SR. Daarnaast zal ism de TD en eventueel met externen na gegaan worden welke investeringen kunnen uitgevoerd worden om energie te besparen. Er kan hier bij gebruik gemaakt worden van de eerste studie die gedaan werd door het studiebureel Ingenium. Er wordt veel verwacht van de energiesturing van de verlichtingen die in 2007 (en aanvullend in 2008) dient uitgevoerd te worden. De SD zal het initiatief nemen om in overleg met de gebruikers/clubs een “spaarcampagne” te voeren. Via de facilitaire dienst en de duurzaamheidsambtenaar moeten verdere investeringen rond energiebesparing uitgevoerd worden. Ook de controles en opvolgingen worden verhoogd en verbeterd. BEGROTING: 2007: 2008: 2009: 2010: 2011: 2012-2013 KWALITEITSZORG/EISEN: De energiesturing moet opgevolgd worden en bekeken worden op zijn energetische winst. Tegen eind 2011 zou er in de voetbalaccommodaties meerdere lokalen beter moeten geïsoleerd zijn. In de komende jaren kunnen andere lokalen aangepakt worden. Elk jaar dient een evaluatie gemaakt te worden of we er in geslaagd zijn één of meerdere lokalen energetisch te verbeteren. Er moet aan de hand van het opvolgen van de energieverbruiken afgelezen worden of de besparende maatregelen (aanpassingen, campagnevoering, …) daadwerkelijk invloed hebben op het verbruik. 2. Het grootste probleem van het sportcentrum de Mol is dat er nood is aan extra oefenruimte in de vorm van oefenvoetbalvelden. Er moet dan ook dringend bijkomende grond aangekocht worden en de aanleg moet gebeuren van extra voetbalvelden en naast die zones moeten ook andere sportmogelijkheden ingevuld kunnen worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Door het verwijderen van een aantal aanplantingen tussen de oefenvelden Mol 3-2-1 werd reeds extra ruimte bekomen voor grassportvelden.


Sportdienst Harelbeke Er dienen aanpalende gronden aangekocht te worden om extra voetbalvelden aan te leggen. Er wordt zo gehoopt om acht oefenvelden ter beschikking te hebben. In 2007 hebben we vijf oefenvelden. Met het verdwijnen van het VTI komt er niet echt veel extra ruimte bij. Er moeten nieuwe voetbalvelden aangelegd worden. Rond en naast die velden moeten nieuwe sportmogelijkheden gemaakt worden (beachvolleybal, joggingpiste). De voetbalvelden moeten ook voorzien worden van de nodige toevoerleidingen ifv beregening. Tevens dient na gegaan te worden wat de evolutie is van het aantal ploegen dat actief is op het sportcentrum. De jongste jaren ontstaan er soms eens problemen met een tekort aan kleedkamers. Indien dit probleem zich zou verder manifesteren en indien dit zou groeien, moet onderzocht worden hoe we extra kleedkamers kunnen voorzien. Maatregelen SD4OD02M01:De nodige kredieten worden voorzien in de begrotingswijziging voor het aanduiden van een ontwerpbureel dat het volledige sportcentrum zal bekijken en indelen en de nodige bestekken zal opmaken. Er zijn gelden voorzien voor de aankoop van de gronden. 2007 2S SD4OD02M02: De kredieten zijn voorzien voor de realisatie van de aanleg van de oefenvelden en een looppiste. De uitvoering liep vertraging op doordat er plotseling archeologisch onderzoek diende te gebeuren. Het sportcentrum werd uitgebreid met twee officiële voetbalvelden, een Finse looppiste, een zone voor omnisport, en een zone voor paintball. 2009 Aangelegd, operationeel in 2010 2B SD4OD02M03: Een buitenlucht-fitness-zone wordt aangelegd met vandaalbestendige toestellen 2012 0B SD4OD02M04: Een zone voor BMX en cyclo-cross wordt aangelegd 2010 De zone voor BMX wordt aangepast 2B 2011 De zone voor cyclo-cross wordt aangepast, in samenwerking met de provinciale sportdienst 0B S04OD02M05: Eer wordt onderzocht of het haalbaar is om bepaalde lokalen om te vormen tot extra kleedkamers (bv refter personeel) of dat er eventueel bijkomende kleedkamers (unit) kunnen gehuurd worden. 2011 Via de facilitaire dienst 0B SD4OD02M06: Een aantal zones worden aangepast ifv bepaalde organisaties, met al doel tot een vaste indeling te komen. Er wordt daarbij gedacht aan: een vaste zone voor het plaatsen van de feesttent voor tornooien, een veldje voor tennisvoetbal, een veldje voor beachvolleybal, … 2011 In overleg met de clubs te bekijken en uit te voeren 0B SD4OD02M07: De plaatsing van een sanitair huisje vooral voor de paintball, maar ook te gebruiken door joggers, voetbalsupporters van de meer afgelegen velden. 2011 Krediet voorzien en hopelijk plaatsing 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De TD zorgde voor opvolging van dossier uitbreiding sportcentrum samen met de SD. Er werd in 2007 een studiebureel aangesteld. De uitvoering had wat vertraging door een archeologisch onderzoek. Een aantal kleinere aanpassingen en indeling van ruimtes werd gedaan, maar wordt in overleg met clubs en organisatoren aangepast. BEGROTING: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 53

Sportdienst Harelbeke 2007: 131 000 euro 2008: 600 000 euro 2009 2010 2011 2012-2013 KWALITEITSZORG/EISEN: We moeten er in slagen om tegen eind 2008 over acht oefenvoetbalvelden te kunnen beschikken. Daarnaast moeten er ook een aantal bijkomende sportvoorzieningen gemaakt zijn voor beachvolleybal, joggen (trimpiste), tennisvoetbal, …. Tegen eind 2011 moeten bijkomende zaken gerealiseerd zijn (cyclocross, indeling andere zones, …). 3. De verlichting in de omgeving van de sporthal de Dageraad en de achterzijde van het Forestiersstadion wordt best verbeterd i.f.v. de sociale veiligheid. Nog mbt de sociale veiligheid moet gedacht worden aan de installatie van camerabewaking. Teneinde het sleutelprobleem op te lossen mbt de onderbouw van het Forestiersstadion dient uit gekeken te worden naar een mix tussen een sleutelplan en toegangscontrole. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De verlichting dient zich meer te spreiden over de bestaande parkings, en ook de verlichting aan het Fabriekske dient versterkt te worden. Een dossier werd reeds voorgesteld ifv de vroegere begrotingen maar dit werd weerhouden. Ondertussen werden door de TD lampen bij geplaatst nabij de inkom van de sporthal de Dageraad. Ook aan het Fabriekske werd een lichtpunt geplaatst. Destijds werd ook opgemerkt dat de verlichting van de achterzijde van het Forestiersstadion best verbeterd werd. Ondertussen werden ook daar reeds verbeteringen aangebracht. Het komt er daar vooral op aan dat de verlichting van het “straatje” ook effectief aan ligt, en dat de lichtpunten die defect zouden zijn vlug hersteld worden. Al deze verlichtingen moeten opnieuw nagezien worden en daar waar dit kan dient gestreefd te worden naar een verbetering van de verlichting, vooral ifv de sociale veiligheid. Er werd besloten om camerabewaking op een aantal punten op het sportcentrum de Mol aan te brengen. Maatregelen SD4OD03M01: De mogelijkheid van toegangscontrole van het Gavermolje (bedieningslokaal) werd gedaan en ook werd er een onderzoek gedaan naar de kostprijs en haalbaarheid van een sleutelplan voor de onderbouw. 2007 0S SD4OD03M02: De verlichting in de omgeving van de kleedkamers werd gemeten en er werd een beoordeling gedaan van de sociale veiligheid in deze zones waar veel mensen passeren. De noodzaak is ifv camerabewaking werd bekeken. 2008 2B SD4OD03M03: Effectieve installatie van bewakingscamera‟s 2009 Aan de inkom van de sporthal de Dageraa d 2001 Aan de achterzijde van de sporthal de Dageraad

2B 0B

SD4OD03M04: Er wordt een onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om de verlichting ter hoogte van het Fabriekske en de parking sporthal te verbeteren. De verlichting wordt aangepast. 2011 Uitvoeren onderzoek 0B 2012 Plaatsen bijkomende lichtpunten 0B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: In overleg met de facilitaire dienst wordt gezocht naar de beste (prijs kwaliteit) oplossingen. De uitvoering van de extra verlichting kan desnoods volledig door de facilitaire dienst uitgevoerd worden (bijplaatsen van verstralers). Indien men dit niet haalbaar zou achten moet overwogen worden om eventueel te investeren via een dossier in overleg met Infrax. BEGROTING: 2008: 2.500 euro (gewone dienst) voor extra lichtpunten als dit kan uitgevoerd worden in de gewone dienst. 2012: KWALITEITSZORG/EISEN: Met extra verlichting moet het veiligheidsgevoel een stuk verbeterd worden in de omgeving van de sporthal en het Fabriekske. Het bijplaatsen van verlichting moet leiden tot een groter aantal lux. 4. De veiligheidsaspecten van onze gebouwen van het Forestiersstadion, staande wippen, grassportvelden, … moeten continu opgevolgd en verbeterd worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Aanpassingen zijn nodig in alle accommodaties. Naast onderzoeken (risico analyses) dienen ook opvolgingsplannen opgesteld te worden. Procedures moeten uitgewerkt worden. Materiële aanpassingen dienen te geschieden. In het bijzonder moet er aandacht gegeven worden aan de zeer goede opvolging van de veiligheidsaspecten van het Forestiersstadion i.f.v. de voetbalwetgeving. Tijdens de zomer van 2004 en 2005 werd er werk gemaakt van een zeer uitgebreid dossier veiligheid. Niet alleen is er een inventarisatie, maar ook een aantal procedures werden uitgeschreven. Ook vorming is al een stuk uitgevoerd maar moet nog gebeuren voor een aantal items. Reeds vele jaren worden heel wat verplichte controles uitgevoerd. Ander dan weer niet (bv legionella). Daar moet een oplossing aan komen. Maatregelen SD4OD04M01: Aanpassing van de stookplaats van het hoofdgebouw van Forestiersstadion en aanpassing van het douchesysteem ifv legionellabestrijding. 2007 Uitgevoerd nav renovatie stookinstallatie 2B

het

SD4OD04M02: Uittekenen van een evacuatieplan voor het Forestierstadion. Invoering van een legionellabestrijdingsplan (+ opvolging) voor alle douche-installaties, eerste staalnames…. Operationeel maken van alle wettelijke controles. 2011-2012 Was vroeger gepland, verantwoordelijkheid Fac dienst 0B SD4OD04M03: Vorming van trainers, begeleiders ifv EHBO technieken (reanimatie gebruik van de defibrilator), brandbestrijding, .. 2008 Uitvoering in handen van de clubs 0S 2013 Aankoop en aanleren gebruik defibrilator, reanimatie 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: Sedert een aantal jaar zijn de bevoegdheden mbt de veiligheidsaspecten over gedragen naar de dienst veiligheid en later de facilitaire dienst. De SD moet zich schikken naar de timing en mogelijkheden van deze dienst en heeft er al verschillende keren op gewezen dat vooral voor de legionellacontroles snel werk moet gemaakt worden. Voor sommige opleidingen zal het Rode Kruis of de brandweer er bij betrokken worden.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING: 2007: Stookinstallatie hoofdgebouw 175.000 euro 2011: Opstart legionellaplan 2013: Defibrilator KWALITEITSZORG/EISEN: We moeten er toe komen dat de inspectieverslagen van de controlerende instanties tegen eind 2008 “blanco” zijn. Tegen eind 2011 moet ook de legionellaopvolging af te lezen zijn uit de controlerapporten en staalnames. 5. Een aanpassing van de attractiviteit van de minigolf moet onderzocht worden op zijn wenselijkheid. Er moet hoe dan af en toe een campagne gevoerd worden naar stimulering van het gebruik. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Met eigen middelen wordt gepoogd de minigolf wat attractiever te maken. Het gaat hier om bebloeming, het aanbrengen van een aantal nieuwe obstakels (metselwerk). De kosten die beperkt zullen zijn, zullen gedragen worden in de gewone dienst. Er wordt echter vast gesteld dat het bezoekcijfer daalt en de vraag dient dan gesteld te worden of er niks beters met die zone kan gedaan worden. Af en toe dient nog eens een actie gevoerd te worden om het gebruik van de minigolf nog wat te stimuleren. Maatregelen SD4OD05M01: Bekijken van de voorstellen voor aanpassingen van de uitvoering van die aanpassingen. Voeren van een campagne. 2008 Kleine aanpassingen uitgevoerd en campagne gevoerd 2011 Onderzoek doen verder nut van de minigolf

minigolf en 2B 0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst heeft steeds zelf een aantal kleinere aanpassingen gedaan aan de minigolf. In overleg met de facilitaire dienst en de dienst openbare werken zal een onderzoek gedaan worden naar de wens om de minigolf verder in stand te houden, en wat er eventueel met die zone zou kunnen gebeuren. BEGROTING: 2008: 2.000 euro te voorzien in de gewone dienst. KWALITEITSZORG/EISEN: De minigolf moet opnieuw aantrekkelijk gemaakt worden. Het bezoekersaantal moet daardoor stijgen (koppeling aan een nieuwe reclame en infocampagne). De bebloeming moet het geheel aantrekkelijker maken. Er werd echter vast gesteld dat het minigolfen niet meer echt gevraagd wordt. Een rapport moet opgemaakt worden ivm de opportuniteit om de minigolf in stand te houden. 6. De verkeersveiligheid op het sportcentrum de Mol dient bekeken te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Teveel wagens rijden doorheen de éénrichtingsstraat voor de sporthal en vertikken het om de “ronde” rond de minigolf te rijden. Bromfietsers negeren het verkeersbord aan de weg achter het Forestiersstadion. Velen storen zich niet aan de geel-onderbroken lijnen voor de sporthal de Dageraad. Dit item werd opgenomen in de planning van het dossier veiligheid voor 2008, om in overleg met de politie daar proberen iets aan te doen. Er wordt gedacht om het sportcentrum af te sluiten met een slagboom aan de oprit. De poort tussen café de Ratte en het Forestiersstadion kan verplaatst worden. Er dient een nieuwe poort te komen aan de oprit aan het Fabriekje, alsook achter de sporthal (kant Mol 4) met een omheining langs het wegje/de voetbalvelden. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 56

Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD4OD06M01: Er wordt een onderzoek gevoerd met de politie en de technische dienst hoe de verkeersveiligheid kan verbeterd worden. Er wordt voorgesteld om het sportcentrum de Mol zo veel mogelijk te omheinen. 2008-2009 Het schepencollege wilde niet ingaan op de voorstellen 0S SD4OD06M02: Samen met de politie en dienst openbare werken wordt na gegaan hoe er vermeden kan worden dat de weg langs het Fabriekske een sluipweg wordt. Ook het foutparkeren ter hoogte van de sporthal de Dageraad moet aangepakt worden. 2011 Onderzoeken en eventueel de nodige maatregelen nemen 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal overleg plegen met de politiediensten om na te gaan welke actie best gevoerd wordt. In het verleden werd gedacht aan het aanbrengen van verkeerswerende obstakels maar dat lijkt niet haalbaar (moet teveel blijven open staan voor de eigen diensten). Er werd voorgesteld om het sportcentrum de omheining, bij de uitvoering van de werken “uitbreiding sportcentrum”. BEGROTING: 2009: 13 000 euro – niet gebruikt KWALITEITSZORG/EISEN: Er zou moeten vast gesteld worden dat het aantal overtredingen ernstig daalt. Dat moet blijken uit minder visuele vaststellingen door onze eigen medewerkers en andere gebruikers van het sportcentrum. 7. In de lokalen van de Hoeve dienen herstellingswerken uitgevoerd te worden aan het dak. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Wil men de oude gebouwen van de Hoeve nog verder gebruiken dan dient het dak vrij dringend hersteld te worden. Of moet men er aan gaan denken om het gebouw op de langere termijn te slopen? Maar dan moet de stookinstallatie van de Ratte verplaatst worden. Sedert 2011 is er de intentie dat een jeugdvereniging de zone waar het gebouw staat zou gebruiken om er een nieuw lokaal op te trekken. SD4OD07M01: Na overleg met een jeugdvereniging werd beslist dat deze vereniging op de zone van het Hoevegebouw een nieuw lokaal mag optrekken. De stad zal het afbreken van de oude Hoevegebouwen bekostigen. 2012-2013 Afbraak Hoevegebouw 0B 2013-2014 Realisatie nieuw gebouw tv jeugdvereniging (budget jeugd) 0B SD4OD07M02: Het bestaande petanquelokaal van de Hoeve zal verdwijnen. Er wordt gezocht naar een alternatief dat vermoedelijk te vinden is in een deel van de loods van het Fabriekske. Daar zal dan ook een petanquezone ingericht worden. 2011-2012 Onderzoeken haalbaarheid, uitvoering ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal dit proberen dit zelf uit te voeren (voorlopige herstellingen). Of er zal beroep gedaan worden op een dakhersteller. BEGROTING: 2011: (gewone dienst – dolomiet voor petanquezone in Fabriekske) 2012: KWALITEITSZORG/EISEN: De piste van de renovatie van het gebouw wordt verlaten. Het gebouw zal gesloopt worden en een nieuw soortgelijk gebouw zal opgetrokken worden en gebruikt worden door een jeugdvereniging. Het petanquelokaal zal een andere bestemming krijgen. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 57

Sportdienst Harelbeke . 8. De terreinverlichtingen van de oefenvelden moeten na gezien worden. minstens een paar velden moeten opnieuw in orde gebracht worden zodat er daar avondwedstrijden kunnen op gespeeld worden. Dit veld moet gekeurd worden door de voetbalbond. Er moet ook op de graszones tussen de oefenvelden gezorgd worden voor een rudimentaire verlichting. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het is wenselijk dat er minstens een paar oefenvelden op de Mol volledig in orde is zodat er officiële wedstrijden kunnen op gespeeld worden. Hiertoe zullen er aanpassingen moeten gebeuren aan de verlichtingsinstallaties. Zeker vier, maar liefst vijf velden zijn voorzien van een veldverlichting. Er moet ook op de graszones tussen de oefenvelden gezorgd worden voor een rudimentaire verlichting die apart kan bediend worden. Samen met de installatie van een rudimentaire verlichting voor het loopcircuit moet ook de volledige elektriciteitstoevoer van uit de hoogspanningscabine aan de sporthal her bekeken worden (naar vermogen toe). Op de nieuwe voetbalvelden dient er ook verlichting geplaatst te worden. Deze dient ook gekoppeld te worden aan het reservatieprogramma Recreatex voor de sturing ervan. Daardoor dient ook de hoogspanningscabine aangepast te worden. Maatregelen SD4OD08M01: De luxgehaltes van de velden werden opgemeten. De velden Mol 6 en Mol 7 (nieuwe velden) zijn in orde mbt de verlichtingssterkte. Het gebruik van de velden kwam er met een jaartje vertraging (oa door archeologisch onderzoek) 2010 Verlaat gebruik van de velden 2B SD4OD08M02:De terreinverlichting van de velden Mol 2, Mol 3 en Mol 5 worden nagezien en aangepast zodat ze opnieuw officieel in orde zijn voor de voetbalbond. 2011 0B SD4OD08M03: De terreinverlichting van het hoofdveld van het Forestiersstadion wordt volledig nagezien. Alle lampen worden vervangen. 2011 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD en facilitaire dienst bekijken te samen deze dossiers en laten de werken uitvoeren door bedrijven. BEGROTING: 2008-2009: 80.000 euro 2011: KWALITEITSZORG/EISEN: Tegen eind 2011 moeten 5 oefenvelden opnieuw volledig in orde zijn voor avondwedstrijden voor de jeugd. Ook het eerste veld van het Forestiersstadion moet volledig in orde zijn, wel is waar niet meer op het niveau vereist voor eerste klasse voetbal (nu lagere afdeling). 9. Voor de trekker van de sportdienst moet een grasopvanger gekocht worden, evenals een aantal andere materialen ifv het onderhoud van de grassportvelden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst beschikt over een recente trekker. Bedoeling is om nog een aantal accessoires aan te kopen voor die trekker die ons moeten toelaten de grassportvelden nog beter te onderhouden. Er dient daarbij gedacht te worden aan een grasopvangsysteem (voor sporadisch gebruik), aan een nieuw sleepnet en een goede verluchter. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 58

Sportdienst Harelbeke Mede door de nieuwe werking van de diensten (facilitaire dienst) lijkt het niet meer nodig om een grasopvanger te kopen. Daar tegenover staat dat er wel zal moeten geïnvesteerd worden in de aankoop van een nieuwe grasmaaier voor het hoofdvoetbalveld. Maatregelen SD4OD09M01 Opmaak van een kleine studie welke materialen het best geschikt zijn en opvragen van prijsramingen. 2008 Studie gedaan, maar niet meer opportuun gezien herstructurering 1S SD4OD09M02: Aankoop van een grasmaaier voor het hoofdvoetbalveld 2013

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal na in 2008 een firma contacteren om de nodige voorstellen te laten uitwerken zodat zonodig krediet in de buitengewone dienst kan ingeschreven worden voor 2009. De CAD zal dan het dossier behandelen in 2009. BEGROTING: 2008: 20.000 (niet gebruikt, niet meer nodig) 2013: (nieuwe grasmaaier hoofdspeelveld) KWALITEITSZORG/EISEN: De garantie moet er zijn dat wanneer er teveel gras op de sportvelden ligt, dat dit gras dan kan verwijderd worden. Dit zal gebeuren door de facilitaire dienst, met inzet van kleine grasmaaiers die gras kunnen opvangen. In 2013 – of vroeger indien het bestaande toestel het zou begeven - moet een nieuwe grasmaaier gekocht worden voor het hoofdspeelveld. 10. Er wordt sterk geïnvesteerd in de verbetering van de kwaliteit van de grassportvelden en toebehoren op alle sportcentra. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Mede door de problematiek van de organisatie van tornooien is het steeds moeilijker om de kwaliteit van de grassportvelden voldoende hoog te houden. De (renovatie en herstel) periode na het speelseizoen en het begin van het eerste gebruik van de velden wordt steeds korter. Bovendien wordt vast gesteld dat het warmer wordt, wat zonder extra beregening zorgt voor een moeilijker grasgroei. Daarom moet geïnvesteerd worden in ondergrondse beregeningsinstallaties en in een andere aanpak mbt de renovatie van de grassportvelden. Maatregelen SD4OD10M01: De voetbalvelden op het sportcentrum de Mol worden voorzien van ondergrondse beregeningsinstallaties. De bediening wordt geautomatiseerd zodat er meer kan beregend worden, met veel minder werk. Ook zal het mogelijk zijn om bv ‟s nachts te beregenen, wat zorgt voor minder waterverlies (verdamping). 2011 0B SD4OD10M02: Alle voetbalvelden worden grondig gerenoveerd door een firma. In de komende jaren wordt de renovatie verder door bedrijven uitgevoerd. Jaarlijks is er een evaluatie en bijsturing van de noodzakelijke werken. 2011 0B SD4OD10M03: Op verschillende voetbalvelden worden nieuwe schuthokjes voorzien. Tegen eind 2011 moeten alle voetbalvelden waar competitie op gespeeld wordt beschikken over volwaardige schuthokjes. 2011 0B


Sportdienst Harelbeke SD4OD10M04: Op verschillende velden worden de terreinomheiningen verbeterd (steviger materialen). 2010 Eerste deel gegund in 2010, pas uitvoering in 2011 2011 Gunning en uitvoering deel 2

ballenvangers

en 2B 0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst heeft een voorstel gedaan mbt de verbeteringen die kunnen aangebracht worden aan de accessoires/toebehoren van de voetbalvelden. De facilitaire dienst zorgt voor de opmaak van de bestekken, gunningen, opvolging uitvoering. BEGROTING: 2010: (deel 1) 2011: (deel 2) KWALITEITSZORG/EISEN: Door te kiezen voor steviger materialen voor de ballenvangers moet de kwaliteit en levensduur van de ballenvangers verhoogd worden. SPORTHAL DE DAGERAAD 11. Energiesturing vanuit de centrale computer (sportdienst) kan energiebesparend gaan werken alsook het plaatsen van isolatiematrassen is energiebesparend OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er dient gestreefd te worden om het aan en afleggen van de verlichtingen en verwarmingen van de kleedkamers, sportzalen, café, burelen te gaan regelen vanuit een centraal punt, namelijk de computer. Het voordeel hiervan is dat er correcter kan aan- en afgelegd worden zodat energie kan bespaard worden. Het plaatsen van isolatiematrassen aan de installaties in de stookplaats werkt energiebesparend. De isolatiematerialen worden aangebracht aan gedeelten van de leidingen, de afsluiters, flenzen, enz. Maatregelen SD4OD11M01: De verlichting en verwarming van de sporthal de Dageraad wordt aangestuurd door het computerprogramma Recreatex (RCX). 200??? 2B SD4OD11M02: Aanbrengen van isolatiematrassen in de stookplaats 2009

2B

SD4OD11M03: In overleg met de duurzaamheidsambtenaar en op basis van de reeds bestaande onderzoeken wordt er een doorlichting gedaan ifv verdere energiebesparingsmogelijkheden. De nodige kredieten worden voorzien voo aanpassingen in de toekomst (meerjarenplan, eventueel volgende legislatuur). De doorlichting zal ook gelinkt worden aan het onderzoek „masterplan‟. 2012 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD heeft heel wat ervaring opgedaan mbt energiebesparing in zijn accommodaties doorheen de jaren. Ook de invoering van RCX vergde heel wat inspanningen, tijd, controles, bijsturingen, … Terwijl de sportdienst vroeger veelal zelf voorstellen formuleerde en uitwerkte wordt die taak sedert de reorganisatie van de stadsdiensten nu toegewezen aan de duurzaamheidsambtenaar en de facilitaire dienst. BEGROTING: 2007: 46.000 euro voor energiesturing Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 60

Sportdienst Harelbeke 2009: 3 025 euro voor isolatiematrassen 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Vanuit de pc moet de energiesturing (verlichting en later verwarming) rechtstreeks gekoppeld worden aan de reservaties. De verlichtingen mogen slechts enkele minuten voor de start van de actie aanslaan, en moeten ook tijdig via het systeem afgelegd worden. Bediening van op afstand moet mogelijk zijn (noodgevallen) door de zaalverantwoordelijke, of van op een andere pc (via internet). De energiesturing moet zorgen voor een effectief minder energieverbruik. Verder onderzoek moet uitwijzen wat nog meer mogelijk is om energie te sparen in de sporthal de Dageraad. 12. Verschillende elementen in de sporthal de Dageraad zijn verouderd en aan vervanging toe. Er wordt hierbij gedacht aan de binnendeuren, aan de het schrijnwerk, aan de plafonds in de kleedkamers. Ook de sportzaal dient herschilderd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Op langere termijn zullen heel wat ramen en deuren dienen vervangen te worden. De meest dringende vervangingen zullen uiteraard eerst dienen uitgevoerd te worden. De zaken worden nu relatief goed onderhouden (herschilderd, hersteld). Op termijn zullen toch een aantal materialen hoe dan ook moeten vervangen worden. Er wordt hier geen concrete timing of planning rond gemaakt omdat gekeken wordt naar de evolutie van de slijtage. De grote zaal van de sporthal dient herschilderd te worden. Ook hier kan er gedacht worden aan het aanbrengen van een aantal sportfiguren zodat de zaak wat opgevrolijkt wordt. De overweging dient ook gemaakt te worden welke renovaties dienen te gebeuren bij de opmaak van een „masterplan‟ voor de sportaccommodaties. Maatregelen SD4OD12M01: De grote sportzaal wordt herschilderd. 2008

2B

SD4OD12M02: Een deel van het schrijnwerk van de sporthal wordt hersteld en of vervangen. 2009: Herstel en vervangen schrijnwerk ramen bergingen en judolokaal 2B 2011: Vervangen schrijnwerk cafetaria 0B SD4OD12M03: In het kader van het masterplan moet na gegaan worden of het wenselijk is om nog zware investeringen te doen in de sporthal de Dageraad, of geopteerd moet worden voor een nieuwe zaal, een nieuwe annex, … Een studiebureel zal opdracht krijgt om dit masterplan uit te werken. 2011 02 SD4OD12M04:De plafonds in de kleedkamers en douches moeten voorzien worden van isolatiematerialen en een goede waterwerende afwerking. 2012-2013 02 ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst zorgde vroeger voor de concrete aanpak en planning van herstellingswerken. Met de komst van de facilitaire dienst ligt de verantwoordelijk nu bij deze dienst. Samen met openbare werken wordt gezocht naar een studiebureel dat een masterplan moet opmaken mbt de sportaccommodaties. BEGROTING: 2007: 2.500 € 2010: 15.000 euro ??? Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 61

Sportdienst Harelbeke 2011-2012: KWALITEITSZORG/EISEN: De grote zaal van de Dageraad werd in de zomer van 2008 volledig herschilderd. Door de technische, en later facilitaire dienst worden herstellingen uitgevoerd of opdracht gegeven aan bedrijven. De renovaties moeten er toe leiden dat verdere schade of overlast (bv waterindringing) vermeden wordt. 13. Er moet een nieuwe toplaag aangebracht worden op de sportvloer. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Na verloop van tijd ontstaat er slijtage en beschadiging aan de sportvloer. Er dient dan ook een nieuwe toplaag aangebracht te worden. Maatregelen SD4OD13M01:Afhankelijk van de slijtage zal beslist worden in welk jaar de nieuwe toplaag van de kunststof sportvloer dient aangebracht te worden. 2013? 02 ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal dit dossier opvolgen in overleg met de firma Adec sport (plaatser van de vloer) en de facilitaire dienst. BEGROTING: 2013: 40 000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De sportvloer krijgt opnieuw een goed dekkende en beschermde laag boven op de verende laag na de aanbreng van een nieuwe toplaag. De verende laag werd nagezien op putjes en kleine herstellingen werden aangebracht. 14. Alle (soorten) veiligheidsaspecten van de sporthal de Dageraad dienen continu opgevolgd en verbeterd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de Dageraad moeten nog een aantal aspecten rond veiligheid verder uitgewerkt worden. Enerzijds zijn er de inspanningen die moeten gebeuren op basis van de regelgeving (ARAB, AREI, legionella) en anderzijds is er de sociale veiligheid, en de fysieke veiligheid van onze sporters. Ook de hoogspanningscabine van de sporthal dient nog extra beveiligd te worden (ontkoppeling van een kring). Mbt de sociale veiligheid moet werk gemaakt worden van een nog betere beschermingspreventie om diefstallen en vandalisme te vermijden. Er kan hierbij gedacht worden aan camerabewaking. Op het vlak van de fysieke veiligheid dient geïnvesteerd te worden in een defibrillator voor het sportcentrum de Mol. Wellicht wordt de „ankerplaats‟ de sporthal de Dageraad. Maatregelen SD4OD14M01: Nagaan welke de mogelijkheden zijn – indien er nog een groei zou zijn met probleemjongeren en vandalisme en diefstal – van camerabewaking. Eventuele opmaak bestek op basis van onderzoek en bevindingen. 2008-2009 2B SD4OD14M02: De legionella-opvolging moet volledig operationeel gemaakt worden. Het opvolgplan is in werking. Jaarlijks worden testen uitgevoerd. 2011 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 62

Sportdienst Harelbeke De dienst veiligheid en de facilitaire dienst zorgen voor de uitvoering en opvolging van de verschillende veiligheidsaspecten. BEGROTING: 2008: Kredieten voorzien ifv aanpassing hoogspanningscabine na onderzoek door de TD of een firma. 2009: 5.000 euro voorzien voor aankoop van camerabewaking 2011: euro voor het legionelladossier KWALITEITSZORG/EISEN : We moeten er toe komen dat de inspectieverslagen van de controlerende instanties tegen eind 2008 “blanco” zijn (laagspanning, hoogspanningscabine). Tegen eind 2011 moet ook de legionellaopvolging af te lezen zijn uit de controlerapporten en staalnames. Jaarlijks wordt een ontruimingsoefening georganiseerd. De camerabewaking, als die een noodzaak wordt, moet kwalitatief voldoende zijn zodat gezichtsherkenning kan. De aan te kopen defibrillator moet uiteraard beantwoorden naar de vigerende normen en het personeel en een aantal sporters (trainers, coaches, …) moeten een opleiding krijgen om het toestel te gebruiken. SPORTCENTRUM STASEGEM. 15. Installeren van een beregeningssysteem voor het hoofdvoetbalveld. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Na de periode van inzaai is het belangrijk dat men snel kan beregenen om het veld goed te laten regenereren. Met de sproeihaspel van de sportdienst kan men zorgen voor beregening, maar er moet een voldoende hoeveelheid water voorhanden zijn (100.000 liter). De bestaande boorput kan gebruikt worden om een groot watervat te vullen en te koppelen aan de beregeningsinstallatie. Maatregelen SD4OD15M01: In 2007 werd een bestek opgemaakt voor het leveren en plaatsen van een regenwateropvangsysteem. Het systeem werd een jaartje later geïnstalleerd en operationeel gemaakt. De haspel diende telkens ter plaatse gevoerd te worden. 2008 2B SD4OD15M02: Doordat op het spc de Mol een ondergrondse beregeningsinstallatie geplaatst wordt, zal de sproeihaspel van de Mol permanent op OG Stasegem mogen blijven. Er dient wel een extra beregeningspomp aangekocht te worden die op dit sportcentrum mag blijven 2012 Aankoop van een bijkomende beregeningspomp 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal het dossier bekijken ism met de TD en een firma. BEGROTING: 2007: 32.000 euro (zelfde dossier voor spc Hulste). 2012: KWALITEITSZORG/EISEN: Vooral tijdens extreem droge periodes zou dit beregeningssysteem moeten kunnen ingeschakeld worden. Het zou de groeikwaliteit en snelheid van het gras op het voetbalveld van Stasegem moeten verbeteren.


Sportdienst Harelbeke 16. Voetbalclub OG Stasegem vraagt een uitbreiding van zijn kantine. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er kan een aanbouw gebeuren aan de bestaande kantine zodat deze accommodatie ruimer wordt en meer mensen kan ontvangen. Het is de bedoeling om een soort “blokhut”uitbreiding te realiseren. Deze uitbreiding zou slechts sporadisch gebruikt worden. De nieuwe accommodatie moet onmiddellijk aansluiten aan de bestaande kantine zodat men van het ene lokaal in het andere kan overlopen. Maatregelen SD4OD16M01: De uitbreiding van de kantine, veel ruimer dan oorspronkelijk voorzien, werd gepland voor 2010, maar kon pas in het voorjaar van 2011 gerealiseerd worden. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal dit dossier opvolgen in overleg met de club en de FD. De FD zorgt voor de opmaak van het bestek en de realisatie van de aanbouw (deel eigen regie, deels door een firma). BEGROTING: 2010: 6.000 euro voor nieuwe blokhut KWALITEITSZORG/EISEN: De uitbreiding van de kantine zou er moeten voor zorgen dat de ruimte een flink stuk groter wordt en kan gebruikt worden bij zeer drukke dagen. 17. Op het voetbalclub van OG maatregelen ingevoerd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Op alle sportcentra, ook in Stasegem energieverbruik. Er kunnen besparingen en energiesturing. Dezelfde principes gehanteerd worden. De dossiers zullen dienst, duurzaamheidsambtenaar.

Stasegem

dienen

energiebesparende

dus dient er gewaakt te worden over het gebeuren door installatie van zonnepanelen, als op het sportcentrum de Mol kunnen onderzocht worden door de SD, Facilitaire

Maatregelen SD4OD17M01: Onderzoek en uitvoering van energiebesparende maatregelen. 2008 Onderzoek bleek in 2008 niet haalbaar, wordt verdaagd naar 2012 0B 2013 Uitvoeren van energiebesparende maatregelen (zonnepanelen? Energiesturing RCX? Isoleren gebouwen?) ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal deze dossiers opvolgen in overleg met de club en de FD. Het is de FD die instaat voor de opmaak van het bestek en de opvolging van de uitvoering. BEGROTING: 2013: 10.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: Het energieplaatje zou duidelijk moeten zakken terwijl het comfort uiteraard behouden wordt. Energieverspilling moet vermeden worden. 18. Op het voetbalveld van OG Stasegem dienen de schuthokjes aangepast (verbreed) te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De schuthokjes op het hoofdspeelveld moeten wat verbreed worden. Vernieuwing dringt zich op .



Maatregelen SD4OD18M01: Er werden een paar keer voorlopige herstellingen uitgevoerd aan de schuthokjes van OG Stasegem. Voor de competitie bleken de schuthokjes niet meer voldoende breed. Er werd dan ook geopteerd om meteen nieuwe te voorzien en de schuthokjes van OG Stasegem in te zetten op het voetbalveld van Ter Gavers. 2011 Aankoop van nieuwe schuthokjes (onderdeel dossier de Mol)

2B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal deze dossiers opvolgen in overleg met de club en de CAD. De CAD zorgt vervolgens voor de prijsvraag. De FD zal instaan voor de plaatsing. BEGROTING: 2011: maakt onderdeel uit van aankoop schuthokjes op de Mol KWALITEITSZORG/EISEN: De twee schuthokjes moeten beantwoorden aan de vigerende normen. Ze moeten balbestendig zijn, en voldoende breed zijn voor 8-9 personen. 19. Op de oefenveldjes van OG Stasegem dient de veldverlichting verbeterd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De verlichting op de oefenveldjes moet verbeterd worden, zodat men de veldjes meer kan gebruiken tijdens de avondlijke trainingen. Maatregelen SD4OD19M01: Via een bestek werd gevraagd aan een firma om de verlichting op de oefenveldjes te verbeteren. 2008 Installatie van bijkomende lichtpunten 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal deze dossiers opvolgen in overleg met de club en de CAD. De CAD zorgt vervolgens voor de prijsvraag. BEGROTING: 2008: 6.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De verlichting moet het toelaten om op een comfortabele manier te trainen. 20. De grassportvelden van OG Stasegem dienen éénmalig zeer grondig gerenoveerd te worden en in de toekomst op een meer professionele manier her aangelegd te worden op het einde van het speelseizoen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het is de bedoeling om de renovatie van de voetbalvelden van OG Stasegem (net zoals op de Mol) in 2011 zeer grondig uit te voeren. In de toekomst moet het her inzaaien van de velden professioneler (firma) gebeuren. Maatregelen SD4OD20M01: In 2011 moet een éénmalige zeer grondige renovatie van de sportvelden van OG Stasegem gebeuren. 2011 Deze renovatie maakt deel uit van een renovatieproject van alle voetbalvelden in groot Harelbeke. 0B



ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD heeft een eerste voorstel uitgewerkt mbt de renovatie van de sportvelden. De facilitaire dienst werkt een bestek uit en bepaalt daarmee welke werkzaamheden moeten uitgevoerd worden ifv de renovatie van de velden. Bedoeling is om de renovatie in de toekomst meer via firma‟s te laten uitvoeren. BEGROTING: 2011: Is onderdeel van een totaalpakket voor alle sportvelden KWALITEITSZORG/EISEN: De renovatie van de velden via een firma moet er toe leiden dat de kwaliteit van het speelveld verbeterd. Dat betekent dat het grassportveld vlakker en langer van gras moet voorzien zijn in het speelseizoen dan tot op heden het geval was. SPORTCENTRUM BAVIKHOVE 21. Er is op dit sportcentrum een duidelijk probleem m.b.t. de wagens die continu oprijden tot aan de deur van de sporthal. Dit moet aangepakt worden in overleg met de politiediensten. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Dit project zal nog eens bekeken worden met de politiediensten. De uitneembare paaltjes dienen herplaatst te worden zodat men niet meer tot aan de inkom van de sporthal kan rijden. Maatregelen SD4OD21M01: Het dossier rond de verkeersveiligheid en de foutparkeerders dient in overleg met de uitbaters van het cafetaria en de politie bekeken en uitgewerkt te worden. 2009 Bleek niet haalbaar, werd uitgesteld 0B 2011 Nav een nieuwe uitbater van het cafetaria wordt er best een nieuw gesprek georganiseerd om de foutparkeerders te weren 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal overleggen met de politie, uitbaters, … De politie zal vervolgens optreden waar nodig. BEGROTING: Er hoeven geen kredieten voorzien te worden. De aankoop van bijkomende opklapbare paaltjes kan geschieden in de gewone dienst. KWALITEITSZORG/EISEN: Vanaf de parking moet het sportcentrum verkeersvrij zijn en blijven (met uitzondering van de omwonenden die doorgangsrecht hebben). 22. Daar waar dit kan moet gezorgd worden voor een makkelijker onderhoud op dit toch onderhoudsintensieve sportcentrum. Zo kunnen bepaalde paden en zones beter ingezaaid worden. Heel wat hoogstammige bomen dienen gesnoeid te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er mag reeds verschillende jaren geen onkruidverdelger meer gebruikt worden (of zo weinig mogelijk). Er wordt gestreefd naar het omvormen van bepaalde zones tot graszones, ipv halfverharde zones. Die zones kunnen dan makkelijker mee gemaaid worden. Verschillende hoogstammige bomen moeten gesnoeid worden (vooral rond de vijver). Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 66

Sportdienst Harelbeke Maatregelen S04OD22M01: Er moet een uitgebreid snoeiplan opgemaakt worden voor het sportcentrum van Bavikhove. Verschillende hoogstammige bomen moeten verwijderd worden. 2009 Grote snoeiwerken aan de vijver 2B 2011 Snoeien hoogstammige bomen ter hoogte van de tennisvelden 0B 2011 Opmaak van een volledig snoeiplan voor het spc Bavikhove 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De facilitaire dienst heeft de bevoegdheid mbt het groenonderhoud overgenomen van de SD en dient het nodige planningen en uitvoeringen te voorzien. BEGROTING: 2009: 2011: KWALITEITSZORG/EISEN: De bomen in de omgeving van de visvijver moeten flink ingesnoeid worden, waarbij ze echter wel hun mooie vorm behouden (uitvoering door experten). De bomen worden gesnoeid in 2009. Een kapvergunning zorgde er voor dat alles vele maanden uitgesteld werd. Een meer-jaren-snoeiplan moet opgemaakt worden en er toe leiden dat de aanplantingen eerder laag gehouden worden. SPORTHAL DE VLASSCHAARD 23. Energiesturing vanuit de centrale computer (sportdienst) kan energiebesparend gaan werken alsook het plaatsen van isolatiematrassen is energiebesparend OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er dient gestreefd te worden om het aan en afleggen van de verlichtingen en verwarmingen van de kleedkamers, sportzalen, café, burelen te gaan regelen vanuit een centraal punt, namelijk de computer. Ook de bediening van de verlichting van het oefenspeelveld kan gekoppeld worden aan het reservatieprogramma. Het voordeel hiervan is dat er correcter kan aan- en afgelegd worden zodat energie kan bespaard worden. Het plaatsen van isolatiematrassen aan de installaties in de stookplaats werkt energiebesparend. De isolatiematerialen worden aangebracht aan gedeelten van de leidingen, de afsluiters, flenzen, enz. Maatregelen SD4OD23M01: In de stookplaats worden isolatiematrassen aangebracht op de stookinstallaties (warme buizen). Dit moet leiden tot een energiebesparing. 2009 2B SD4OD23M02: Er moet een grondige doorlichting en aanpassing gebeuren van de werking van de stookinstallatie van de sporthal de Vlasschaard. Door de verschillende aannemers en technieken die daar toegepast werden, is de totaalwerking van de stookinstallatie niet meer duidelijk en zijn er regelmatig problemen mbt te koud douchewater, …. 2011 0B SD4OD23M03: Er wordt een doorlichting gedaan van de mogelijke energiebesparende maatregelen in de sporthal de Vlasschaard. Deze doorlichting gebeurt door de duurzaamheidsambtenaar, de facilitaire dienst en de SD. Mogelijke energiebesparende maatregelen kunnen zijn: isolatie plafonds en of muren, energiesturing via Recreatex voor verlichting en verwarming, zonnecellen, …. 2013 0B Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 67


ORGANISATIE/MODALITEITEN: De facilitaire dienst, en ook de duurzaamheidsambtenaar volgen dit dossier samen met de sportdienst op Er kan een meerjarenplanning opgemaakt worden. Eén en ander dient ook gekaderd te worden in het „Masterplan sportaccommodaties‟ dat dient opgemaakt te worden. BEGROTING: 2009: 3 025 euro voor isolatiematrassen 2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Vanuit de pc kan de energiesturing (verlichting en later verwarming) rechtstreeks gekoppeld worden aan de reservaties. De verlichtingen mogen slechts enkele minuten voor de start van de actie aanslaan, en moeten ook tijdig via het systeem afgelegd worden. Bediening van op afstand moet mogelijk zijn (noodgevallen) door de zaalverantwoordelijke, of van op een andere pc (via internet). De doorlichting van de energiebesparende maatregelen moet er toe leiden dat het energieverbruik effectief daalt. 24. Verschillende elementen in de sporthal de Vlasschaard zijn verouderd en aan vervanging toe. Er wordt hierbij gedacht aan de binnendeuren, aan het schrijnwerk, aan de plafonds in de kleedkamers. Ook de sportzaal dient her schilderd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Op langere termijn zullen heel wat ramen en deuren dienen vervangen te worden. De meest dringende vervangingen zullen uiteraard eerst dienen uitgevoerd te worden. De zaken worden nu relatief goed onderhouden (herschilderd, hersteld). Op termijn zullen toch een aantal materialen hoe dan ook moeten vervangen worden. Er wordt hier geen concrete timing of planning rond gemaakt omdat gekeken wordt naar de evolutie van de slijtage. De grote zaal van de sporthal dient herschilderd te worden. Ook hier kan er gedacht worden aan het aanbrengen van een aantal sportfiguren zodat de zaak wat opgevrolijkt wordt. Maatregelen SD4OD24M01: De sporthal de Vlasschaard wordt volledig herschilderd door de medewerkers van de sportdienst en mensen van het sociale tewerkstellingsproject 2009 2B SD4OD24M02: Er wordt nagezien welke deuren, ramen, … dienen hersteld te worden. Bepaald schrijnwerk zal moeten vervangen worden. 2012 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De facilitaire dienst zorgt voor de concrete aanpak en planning. De technische bestekken worden neergepend voor uitvoering (vervanging door firma‟s). Waar opportuun en nodig zal de facilitaire dienst zelf herstellingen doen. BEGROTING: 2009: 2.500 € 2012: 15.000 euro ??? KWALITEITSZORG/EISEN:


Sportdienst Harelbeke De grote zaal van de Vlasschaard dient in de zomer van 2009 volledig herschilderd te worden. Er moet gekozen worden voor degelijke materialen voor het schrijnwerk, overeenkomstig de materialen die nu gebruikt werden voor de vervanging van de inkomdeur en de deur van de stookplaats. 25. Er moet een nieuwe toplaag aangebracht worden op de sportvloer. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Na verloop van tijd ontstaat er slijtage en beschadiging aan de sportvloer. Er dient dan ook een nieuwe toplaag aangebracht te worden. Maatregelen SD4OD25M01: Afhankelijk van de slijtage zal beslist worden in welk jaar de nieuwe toplaag dient aangebracht te worden (2013?). 2013?:

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN : De SD zal dit dossier opvolgen in overleg met de firma Adec sport die zorgde voor de plaatsing van de vloer. Daarna zal aan de FD gevraagd worden om een bestek te maken. De CAD zorgt vervolgens voor de prijsvraag. BEGROTING: 2013?: 36.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De sportvloer krijgt opnieuw een goed dekkende en beschermde laag boven op de verende laag na de aanbreng van de toplaag. De verende laag werd nagezien op putjes en kleine herstellingen werden aangebracht. 26. Alle (soorten) veiligheidsaspecten van de sporthal de Vlasschaard dienen continu opgevolgd en verbeterd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de Vlasschaard moeten nog een aantal aspecten rond veiligheid verder uitgewerkt worden. Enerzijds zijn er de inspanningen die moeten gebeuren op basis van de regelgeving (ARAB, AREI, legionella) en anderzijds is er de sociale veiligheid, en de fysieke veiligheid van onze sporters. Mbt de sociale veiligheid moet werk gemaakt worden van een nog betere beschermingpreventie om diefstallen en vandalisme te vermijden. Op het vlak van de fysieke veiligheid dient geïnvesteerd te worden in een defibrillator. Maatregelen SD4OD26M01: Er wordt een aanpassing gedaan van de verlichting achter de sporthal, ifv de sociale veiligheid. 2008 2B SD4OD26M02: Aankoop van een defibrilator gevolgd door een opleiding 2012

0B

SD4OD26M03: Invoering van een legionella-opvolgplan 2011

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD in overleg met de dienst veiligheid en FD zorgen hier voor de uitwerking. BEGROTING: 2008: Plaatsen van een bijkomend verlichtingspunt via de gewone dienst. 2011: Kosten legionellabeheersing zitten in een totaal pakket Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 69

Sportdienst Harelbeke 2012: 3.000 euro voor aankoop van een defibrillator KWALITEITSZORG/EISEN: We moeten er toe komen dat de inspectieverslagen van de controlerende instanties tegen eind 2008 “blanco” zijn (laagspanning). Tegen eind 2011 moet ook de legionellaopvolging af te lezen zijn uit de controlerapporten en staalnames. De aan te kopen defibrillator moet uiteraard beantwoorden aan de vigerende normen en het personeel en een aantal sporters (trainers, coaches, …) moeten een opleiding krijgen om het toestel te gebruiken. 27. Er wordt onderzocht of het wenselijk is om de sporthal uit te breiden met een omnivalente zaal. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Indien uit het onderzoek blijkt dat er nood is aan zo‟n zaal is het wenselijk dat die ook gepland wordt in de komende jaren (volgende legislatuur?). Er wordt in het onderzoek na gegaan of de bijkomende zaal gebouwd wordt aan de sporthal of deel uitmaakt van een groter plan (bv in de vroeger gemeente school). De plaatselijke judoclub heeft geen echte trainingszaal meer en een kleinere annexe zaal lijkt interessant voor bepaalde activiteiten gericht naar senioren, kleuters, … SD4OD27M04: Er wordt een onderzoek gevoerd, kaderend in een masterplan, naar de noodzaak van de bouw van een annex lokaal aan de sporthal de Vlasschaard. 2011-2012

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal het dossier bekijken ism met de facilitaire dienst, de dienst planning, openbare werken, en een firma. BEGROTING: 2011: 100.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: Het gevoerde onderzoek moet er toe leiden dat er een duidelijk beeld komt van de behoeften van de sportbeoefening in de deelgemeente Bavikhove. Dit onderzoek maakt deel uit van een groter masterplan. SPORTCENTRUM HULSTE 28. Installeren van een beregeningssysteem voor het hoofdvoetbalveld. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Na de periode van inzaai is het belangrijk dat men snel kan beregenen om het veld goed te laten regenereren. Met de kleine sproeihaspel van de sportdienst kan men zorgen voor beregening, maar er moet een voldoende hoeveelheid water voorhanden zijn (100.000 liter). De bestaande boorput kan gebruikt worden om een groot watervat te vullen en te koppelen aan de beregeningsinstallatie. Maatregelen SD4OD28M01: Opmaak bestek en installatie van het watervat met toebehoren (pomp, wateropvang). 2008 Uitvoering kende vertraging 2B SD4OD28M02: Teneinde permanent een beregeningssysteem ter beschikking te hebben zal er voor gezorgd worden dat er ter plaatse steeds een beregeningspomp en een kleine haspel aanwezig is. 2012 0B Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 70

Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De facilitaire dienst zal in overleg met de SD het dossier opstellen. Een kleine haspel is er al ter beschikking. Met de club moeten afspraken gemaakt worden ifv wanneer er best beregend wordt. BEGROTING: 2007: 32.000 euro (zelfde dossier voor spc Stasegem). 2012: ? euro KWALITEITSZORG/EISEN: Vooral tijdens extreem droge periodes zou dit beregeningssysteem moeten kunnen ingeschakeld worden. Het zou de groeisnelheid van het gras op het voetbalveld van Stasegem moeten verbeteren. 29. Op het voetbalclub van Hulste maatregelen ingevoerd te worden.

sport

dienen

energiebesparende

OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Op alle sportcentra, ook in Hulste dus dient er gewaakt te worden over het energieverbruik. Er kunnen besparingen gebeuren door installatie van zonnepanelen, en energiesturing. Dezelfde principes als op het sportcentrum de Mol kunnen gehanteerd worden. Bij het onderzoek naar de mogelijkheden wordt de duurzaamheidsambtenaar en de facilitaire dienst betrokken. Er kan bij dit project gedacht worden aan isolatie, Installatie van zonnepanelen of zonnecellen, verbeterde energiesturing (eventueel gekoppeld aan het reservatieprogramma Recreatex. Maatregelen SD4OD29M01: Onderzoek welke energiebesparende maatregelen kunnen ingevoerd worden op het vlak van isolatie en andere zaken. 2012 0B SD4OD29M02: Uitvoering van een aantal energiebesparende maatregelen op basis van het eerder gevoerde onderzoek. 2013 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De facilitaire dienst zal deze dossiers opvolgen in overleg met de SD, de club en de duurzaamheidsambtenaar. BEGROTING: 2009: 1250 euro (gewone dienst) isolatie oude kleedkamers 2013: 10.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: Het energieplaatje zou duidelijk moeten zakken terwijl het comfort uiteraard behouden wordt. Energieverspilling moet vermeden worden. 30. De energietoevoer van de chiro Sprokkels dient gescheiden te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De koppeling van de energie tussen de voetbalploeg en de chiro Sprokkels moet gescheiden worden. Met de bouw van een bijkomend jeugdlokaal (Huba) moet de energievoorziening herbekeken worden en geschieden via de Muizelstraat ipv via de Tieltsestraat.


Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD4OD30M01: De energietoevoer naar de Sprokkels wordt los gekoppeld van die van Hulste sport. 2009 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De jeugdverenigingen zorgen voor de realisatie en kunnen een beroep doen op het renovatiefonds uit de jeugdsector. BEGROTING: 2007-2008: Via de jeugddienst. KWALITEITSZORG/EISEN: De scheiding van de energie moet er voor zorgen dat er een beter zicht komt op het verbruik door de club. 31. De wegenis tussen het speelveld Hulste 1 en de kleedkamers dient verhard te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De halfverharding die aangebracht werd tijdens de herfst van 2006 dient verbeterd te worden. Ofwel wordt na het “trimmen” van de materie die zone egaal en hard, of wel moet er een toplaagje gegoten worden zodat de materie niet meer los ligt en mee gedragen wordt in de kleedkamers. Maatregelen SD4OD31M01: Het pad tussen het speelveld en de tribunes en kleedkamers moet voorzien worden van asfalt. 2009 2B 2007: De TD ziet in mei na wat er moet gebeuren en doet een goed voorstel. Trimmen van de materie of een toplaag laten voorzien. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zorgt voor de opvolging en overleg met de TD opdat dit probleem van verharding opgelost geraakt. BEGROTING: 2009: KWALITEITSZORG/EISEN: Door de uitvoering van dit werk moet er vermeden worden dat er verder steenslag op het voetbalveld geraakt of in de kleedkamer. Het comfort voor de mensen die het voetbalveld bezoeken moet stijgen. De accommodatie moet ook netter worden met de uitvoering van dit werkje. 32. Het sanitair van de voetbalaccommodatie dient gemoderniseerd en vernieuwd te worden. Ook de tribune dient gerenoveerd te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het sanitair van de (oude) kleedkamers en van de kantine dient gemoderniseerd te worden. De club pleit gaande van een nieuw afdak of lokaaltje voor de toiletten tot een volledig nieuwe kantine. Het sanitair in de oude kleedkamers is in een bedenkelijke staat en dient verbeterd te worden.


Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD4OD32M01: Het sanitair gekoppeld aan de kantine wordt vervangen. In de plaats worden sanitaire units geplaatst 2009 2B 2010 2B SD4OD32M02:De douches en toiletten van de „oude‟ kleedkamers dienen volledig gerenoveerd te worden. 2009-2010 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal in overleg met de TD/facilitaire dienst en een firma het dossier bekijken en uitwerken. BEGROTING: 2008: 6.000 euro 2009: 25.000 euro KWALITEITSZORG/EISEN: De nieuwe installaties moeten de kwaliteit van het sanitair sterk verhogen zowel voor de bezoekers als voor de spelers. De kwaliteit moet beantwoorden aan de moderne normen. Het sanitair moet ook onderhouds- en gebruiksvriendelijk zijn. 33. Indien er voldoende overlast zou ontstaan voor omwonenden door overvliegende ballen dient overwogen te worden om de ballenvangers op het tweede oefenveld te verhogen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er wordt vermoed dat er in de toekomst meer klachten zullen komen van omwonenden ivm overvliegende ballen. Indien de overlast te groot zou worden moeten de ballenvangers verhoogd worden op het speelveld Hulste 2. Maatregelen SD4OD33M01: Een firma zorgt voor de plaatsing van een verhoogde ballenvanger 2011 uitvoering met maanden vertraging

2B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal het dossier bekijken ism met de omwonenden en een firma. BEGROTING: 2010: 4.000 euro ?? KWALITEITSZORG/EISEN: De verhoging van de ballenvangers moet in afspraak zijn met de omwonenden en door hen gevraagd en geaccepteerd worden. De verhoging moet er voor zorgen dat het aantal overvliegende ballen zeer sterk gereduceerd wordt. 34. Er moet een campagne gevoerd worden om het omnisportveld in Hulste meer te laten gebruiken. Daarom moet bevraagd worden waar de sportinteresse voor de jongeren in Hulste vooral naar toe gaat. Naast tennis zou men ook volleybal en basketbal moeten kunnen spelen op het sportcentrum van Hulste.


Sportdienst Harelbeke OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Enkele jaren terug werd een omnisportveld aangelegd in Hulste. Volgens de informatie die toen bekomen werd, was er vooral vraag naar tennis. Het omnisportveld werd dan ook uitsluitend voor tennis gebruikt. Nu is het de bedoeling om één van de velden als volleybalveld in te richten. Het verharde veldje aan de Muizelstraat zou kunnen gebruikt worden om basketbal te spelen. Maatregelen SD4OD34M01: Om de paar jaar moet er een onderzoek gebeuren bij de lokale jeugd om na te gaan hoe zij de indeling van het omnisportveld in Hulste zien. Op basis van die reactie dient dan de indeling van de netting (alles tennis, of combinatie tennis en bv VB) uit gevoerd te worden. 2007 2B 2009 2B 2011 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal via een stagiair een korte bevraging organiseren bij de jongeren van Hulste om tenslotte conclusies te trekken mbt de indeling en het gebruik van de accommodatie van Hulste. BEGROTING: Heeft geen invloed op de begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: De bevraging moet zeker naar minstens 200 jongeren uit de directe omgeving van het omnisportveld gebeuren. Bevraging via de scholen. 35. De grassportvelden van Hulste sport dienen éénmalig zeer grondig gerenoveerd te worden en in de toekomst op een meer professionele manier her aangelegd te worden op het einde van het speelseizoen. Er moet aandacht gegeven worden aan de afwatering van de sportvelden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het is de bedoeling om de renovatie van de voetbalvelden van Hulste sport (net zoals op de Mol) in 2011 zeer grondig uit te voeren. In de toekomst moet het her inzaaien van de velden professioneler (firma) gebeuren. Daarnaast dient ook bekeken te worden wat er kan gebeuren mbt de wateroverlast die zich soms manifesteert op het tweede speelveld, en op bepaalde plaatsen op het eerste veld. SD4OD35M01: In 2011 moet een éénmalige zeer grondige renovatie van de sportvelden van Hulste sport gebeuren. 2011 Deze renovatie maakt deel uit van een renovatieproject van alle voetbalvelden in groot Harelbeke. 0B SD4OD35M01: Er moet na gezien worden of het haalbaar is om een drain te plaatsen in één hoek van het eerste veld, en over het ganse tweede voetbalveld. 2011 Plaatsing korte drain op het eerste veld (wateroverlast hoek) 0B 2012 Plaatsen drain op het tweede veld? 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD heeft een eerste voorstel uitgewerkt mbt de renovatie van de sportvelden. De facilitaire dienst werkt een bestek uit en bepaalt daarmee welke werkzaamheden moeten uitgevoerd worden ifv de renovatie van de velden. Bedoeling is om de renovatie in de toekomst meer via firma‟s te laten uitvoeren. BEGROTING: 2011: Is onderdeel van een totaalpakket voor alle sportvelden


Sportdienst Harelbeke KWALITEITSZORG/EISEN: De renovatie van de velden via een firma moet er toe leiden dat de kwaliteit van het speelveld verbeterd. Dat betekent dat het grassportveld vlakker en langer van gras moet voorzien zijn in het speelseizoen dan tot op heden het geval was. PRIVATE EN OVERHEIDSSPORTACCOMMODATIES 36. De bezorgdheid moet er steeds zijn om de nodige invloed uit te oefenen opdat de accommodaties die gehuurd of gebruikt worden door de sportdienst tvv clubs en derden ook optimaal onderhouden worden en verder ter beschikking gesteld worden voor gebruik. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst gebruikt een aantal accommodaties van bv scholen om die accommodaties dan door te verhuren aan onze sportclubs. Er moet gestreefd worden naar meer langdurige overeenkomsten zodat er ruime garanties zijn naar het verdere permanente gebruik. Daar waar dit kan of wenselijk is zal ook geïnvesteerd worden in verdere verbeteringen van deze accommodatie eventueel op kosten van de stad, als dit enkel zorgt voor een directe functionaliteit tvv onze sportclubs die de accommodatie huren. De investeringen moeten kunnen gerecupereerd worden indien de gebruiksovereenkomst toch zou ophouden te bestaan. Maatregelen SD4OD36M01:Er moet een continue opvolging zijn mbt de mogelijkheden om verder de sporthal Ter Gavers te renoveren. Daarbij dient na gezien te worden in hoeverre de stad zelf een investering doet of niet. 2008 2008 2009 2011

Aanpassingen tvv de basketbalclub in de zaal Ter Gavers Beschermmatten – niet uitgevoerd Uitvoering diverse aanpassingen (in kleedkamers, verlichting) Onderzoek verder afhuren Ter Gavers, alternatieven?

2B 0S 2B 0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal deze dossiers bekijken ism met de facilitaire dienst, het schoolbestuur en de gebruikers. Het onderzoek naar het verder afhuren kadert ook in het masterplan sportaccommodaties. BEGROTING: 2008: 1.500 euro voor beschermmatten, aan te kopen in de gewone dienst 2009: investeringen via de gewone dienst KWALITEITSZORG/EISEN: Tegen het begin van het nieuwe speelseizoen basketbaldoelen beschermmatten aangebracht zijn.

2008-2009

moeten

onder

de

37. De stedelijke diensten en de sportdienst moeten bijzonder aandacht verlenen aan de opvolging van het sportuitbreidingsproject in de Gavers dit in het belang van de gebruikende clubs en sporters, maar ook ifv de visuele en gebruikshinder in deze groene zone. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het provinciale bestuur plant een sportieve uitbreiding op de sportsite in de Gavers. Daarbij zullen nieuwe gebouwen opgetrokken worden. De locatie en optrek van deze gebouwen moet zo zijn dat ze niet te sterk visueel hinderend zijn en zeer bruikbaar zijn door de clubs en sporters van de Gavers. Het stadsbestuur zal via adviezen daar zijn invloed laten gelden.



Maatregelen SD4OD37M01: Tijdens de jaren van planning en uitvoering zorgen verschillende stedelijke diensten voor opvolging van de intenties in de Gavers. 2007-2013: Jaarlijks opvolging en waar nodig advies geven (inplanting, visueel, activiteiten, aanleg nieuwe circuits, ….) 2B 2011: Realisatie van een cyclo-crosscircuit 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD, milieudienst, … en het schepencollege blijven op de hoogte van de lopende dossiers. De sportraad wordt betrokken in de adviesvorming. Er worden infosessies georganiseerd. BEGROTING: Heeft geen invloed op onze begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: Via goede adviezen proberen te wegen op de besluitvorming binnen de provinciale planners.


Sportdienst Harelbeke Strategische doelstelling jeugdsportbegeleider.

nr

5:

Kwaliteitsverhoging

van

de

Onder meer met de de kredieten van de impulssubsidie zorgt de sportdienst er voor dat de jeugdsportbegeleider bijzonder aandacht krijgt. De jeugdsportbegeleider moet bijgeschoold worden waarbij bijzondere aandacht gegeven wordt aan verschillende sportieve waarden: fairplay, kindvriendelijke trainingsmethodieken, doping -en drugsvrije sport, gezondheidsen opvoedkundige waarden. Ook de fysieke trainingsaspecten dienen verbeterd te worden. De clubs werken met een goed opgeleide jeugdsportcoördinator aan de hand van een duidelijk jeugdbeleidsplan dat om de paar jaar geëvalueerd wordt. (Alle onderstaande omschrijvingen en actiepunten slaan uitsluitend op jeugdsportclubs, hun jeugdtrainers en gediplomeerde jeugdsportcoördinatoren).

A. Gegevensanalyse over de kwaliteit van de jeugdsportbegeleiders in de sportclub 1. Probleemstellingen mbt de kwaliteit van trainingen Het is niet goed gesteld met het aantal gediplomeerde jeugdsportbegeleiders bij onze Harelbeekse sportclubs. In ieder geval toch niet bij onze balsportclubs (voetbal, volleybal, basketbal). Het is schrijnend daar te moeten vaststellen dat de meeste jeugdtrainers niet in het bezit zijn van een sportdiploma. In verschillende andere jeugdsportclubs is die situatie heel anders, en dus veel beter. Bij badminton, judo, zeilen, surfen, kayak, boks staan de trainingen steeds onder de leiding van mensen die ofwel een volwaardig trainingsdiploma hebben, of die toch tenminste een basisdiploma hebben. Dat heeft vooral te maken met de federaties, die in deze sportsectoren inspanningen deden om hun mensen in de clubs te vormen. Opvallend is ook dat in die sporttakken de clubs meestal ook zelfs meerdere gediplomeerde trainers hebben, zodat er soms kan afgewisseld worden. Bij “koning voetbal” is de situatie behoorlijk aan de zwakke kant. Je vind bij onze vier clubs overal wel één of twee volwaardig gediplomeerden, en dan nog ééntje met een basisdiploma, maar de overgrote meerderheid van de jeugdploegen worden dus getraind door niet-gediplomeerden. Dit zijn mensen die ooit nog wel gevoetbald hebben en bereid zijn de jongeren op te leiden. Het is een klein gesloten circuit van trainers die verhuizen van ploeg naar club naar club en we hebben de indruk op basis van wat we horen, dat het niet steeds makkelijk is om nog trainers te vinden. Het feit dat onze voetbalploegen uitkomen in de langere reeksen (provinciale) zorgt er natuurlijk ook voor dat de middelen om de trainers te betalen beperkter zijn, en ook zorgt dit er voor dat er minder eisen gesteld worden wat de kwaliteit van de trainers betreft. Toch zien we hier en daar een paar lichtpuntjes, want een aantal mensen hebben de laatste jaren een trainersopleiding gevolgd. Het is echter duidelijk dat er hier nog een lange weg af te leggen is. Bij onze volleybalclubs en de basketvereniging is de situatie soortgelijk, maar toch verhoudingsgewijs iets minder slecht te noemen. Immers hier wordt meer en meer geëist door de federaties dat de jeugdtrainers over een volwaardig diploma beschikken.


Sportdienst Harelbeke Onze watersportclubs (zeilen, surfen en kano) doen het bijzonder goed. Daar zijn overal volwaardig gediplomeerden in een voldoende aantal aanwezig. Reeds vele jaren zien deze clubs en hun federaties het belang in van gediplomeerde trainers. Anderzijds heeft het wellicht ook te maken met het feit dat deze clubs regelmatig ingeschakeld worden nav allerhande watersportmanifestaties, waarbij die trainers als lesgever fungeren. De trainers verdienen af en toe nog iets met hun diploma. Er zijn schoolsportdagen, grote watersportmanifestaties (driedaagse mindervaliden), en de clubs organiseren zelf ook watersportkampen. Een ander punt waarom er bij de watersportclubs veel gediplomeerden te vinden zijn is mogelijks ook het feit dat het hier gaat om een activiteit op het water, wat toch een zeker risico met zich meebrengt. Een goede begeleider die weet waar hij het over heeft is dan ook zeker een noodzaak. Het cijfermateriaal dat gebruikt werd om tot deze conclusies te komen werd gehaald uit de formulieren die ingediend worden ifv de beleidssubsidie. Het cijfermateriaal geeft een beeld over het aantal trainers en het aantal gediplomeerde trainers. Het geeft helemaal geen beeld over eventuele bijscholingen die bepaalde trainers kunnen gevolgd hebben, over hun periode van ervaring als speler, en op welk niveau, over met welke trainers zij zelf gewerkt hebben tijdens hun sportcarrière, …. Daarom is het dan ook nodig om in het kader van dit project impulssubsidie om een ruime bevraging te doen bij alle trainers om uit te zoeken wie ze zijn, wat ze kunnen, wat hen drijft, … In overleg met hen zal moeten gezocht worden naar een haalbare manier om hen bij te scholen. Daarbij moet er aandacht gegeven worden aan de klachten die wij horen van uit de sector van de trainers. De opleidingen zouden te lang, te zwaar, op slechte tijdstippen zijn. Ze zouden teveel inspanningen vergen van de trainers. Wellicht kunnen meer op maat gemaakte opleidingen, verspreid over meerdere jaarmomenten, en jaren, en meer in de regio georganiseerd, een oplossing kunnen betekenen. De vraag is natuurlijk of de federaties en de VTS hier snel op kunnen of willen reageren. De problematiek van de goede begeleiding van jongeren heeft echter meer dan alleen maar te maken met de kwaliteit van de trainers. Het heeft ook te maken met de visie van de clubbestuurders. Hoe kijken zij aan tegen over jong talent. Willen ze de jongeren een kans geven om door te groeien naar de eerste ploeg, of opteren zij om zoals bv vele voetbalploegen gewoon te gaan shoppen (eventueel in het buitenland). Bij een aantal clubs werd in het verleden soms ook vast gesteld dat er min of meer een wig was tussen het jeugdbestuur en het hoofdbestuur van de club. Dat leidde er toe dat het hoofdbestuur zich weinig inliet met de opvolging van de werking van het jeugdbestuur. Bij die groep leidde dit tot een stuk frustratie, ongenoegen, en soms demotivatie. Daar tegen over staat dat we ook heel goede voorbeelden zien, waar de clubs hun jeugd zowat verafgoden, waar de jongeren in de kern van de belangstelling staan. Over die jongeren is er ook heel wat te zeggen. Doorheen de jaren zijn er verschillende wetenschappelijke studies geweest die duidelijk aantonen dat de fysiek van de jeugd bergaf gaat. Jongeren krijgen teveel andere zaken voorgeschoteld zoals het internet, TV, cinema, dansmogelijkheden, …. De concurrentie van actief sporten, naar hun tijdsbesteding toe is bijzonder groot. De verleiding is dan ook sterk om het soms wat makkelijker te gaan zoeken. In de zetel of achter het computerscherm zitten is uiteraard minder lastig dan een uur te gaan sporten. De mentaliteit van onze jongeren is doorheen de jaren ook sterk veranderd op dit terrein. Je hoort wel eens zeggen “Wij hadden vroeger niks anders dan voetbal. Dit was onze uitlaatklep”. Nu heeft men zowat alles en is de gedrevenheid bij velen verdwenen. Dit in combinatie met misschien ietwat te weinig gevarieerde en intensieve trainingssessies zorgt er misschien voor dat jongeren nog sneller uit de club stappen. Soms lees je wel eens van professionele sporters dat met hun nieuwe trainer, de trainingen veel aangenamer, gevarieerder zijn. Als profsporters die begeleid worden door professionele trainers daar al over klagen, wat moet dat dan zijn voor amateursporters met amateurtrainers? Binnen dit project zal moeten na gegaan worden hoe ze kunnen proberen het tot een zekere mentaliteitswijziging te laten komen. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 78

Sportdienst Harelbeke 2. Interessante teksten en onderzoeken - De eigen sportbeleidsnota‟s van de vorige jaren en die van 2007-2013. - Het kwaliteitsonderzoek naar de werking van de jeugdsportclubs (bijlage bij de sportbeleidsnota) - Een grafiek van de evolutie van het aantal jeugdtrainers op basis van de documenten ingediend ifv de beleidssubsidie (vanaf 2003). - Diverse uitgaven van de onderheid  “Sportbeleid in Vlaanderen”, deel 1, met aandacht voor de hoofdstukken 8 – 10 – 11 – 13 – 14.  “Sportbeleid in Vlaanderen”, deel 2, met bijzondere aandacht voor de hoofdstukken 10 – 13 – 14  Congresboeken “Dag van de trainer 2004 en 2006” 3. Swotanalyse Zie de bijlage achteraan dit hoofdstuk

B. Strategische doelstellingen mbt de impulssubsidie (IS) 1. Op basis van onderzoeken wordt om de paar jaar gepeild naar de kwaliteit en structuur van de jeudsportbegeleiding in de clubs. Aan de hand van de resultaten wordt de kwaliteit van de jeugdsportbegeleidersen jeugdsportcoördinatoren bijgestuurd tvv de clubs. OD1 - Organisatie van onderzoek specifiek gericht naar de kwaliteit van de jeugdsportbegeleiders en de jeugdsportcoördinatoren zowel inzake hun organisatie als begeleiding ifv de jeugdige sporter in clubverband OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Teneinde een goed zicht te hebben op de juiste verhoudingen, werkwijzen, systemen , kwalificaties, aantallen, die er nu zijn bij enerzijds de jeugdspeler en de jeugdtrainersbegeleiders is het wenselijk om een vrij uitgebreid onderzoek te doen hier rond. De bedoeling is ondermeer om na te gaan door wie de begeleiding van de jongeren allemaal gebeurt, wat hun kwalificaties zijn, welke opleidingen zij reeds gevolgd hebben, welke bijscholingen zij eventueel deden, hoe zij een training bekijken, wat volgens hen kan verbeterd worden, of zij over voldoende materiaal beschikken, …. Er zal ook ondermeer nagevraagd worden in hoeverre dat de uitbouw van een sporttrainingsbibliotheek op de sportdienst wenselijk is. Deze gegevens zullen mee bepalend zijn voor de verdere uitwerking van initiatieven rond bv opleidingen (OD6), maar ze kunnen ook gebruikt worden om in overleg met de clubs om bv tot aanpassingen te komen. Het is immers de bedoeling dat de jeugdsportbegeleider de kans krijgt om zelf inspraak te hebben in heel het project rond de impulssubsidie. Maatregelen SD501-OD01M01: Er wordt een onderzoek gevoerd bij jongeren en trainers om een beeld te krijgen hoe de verhoudingen liggen naar trainers en clubs toe. 2009: Voorjaar: Onderzoek bij de JSB/JSC hoe men de werking, verwerking van het onderzoek, maken van conclusies en uitschrijven van de nodige direct te nemen acties of aanbevelingen voor de clubs. 2B


Sportdienst Harelbeke Deze bevraging zal eveneens diepgaand polsen naar hoe de jeugdtrainer tegenover een officiële verloning staat, wat eventuele hinderpalen zijn, of hij of zij voldoende geïnformeerd is, en wat een jeugdtrainer er toe zou kunnen aanzetten om zich volledig officieel te laten verlonen. Het onderzoek moet naamloos zijn, maar de clubs moeten toch een aantal conclusies kunnen trekken uit wat misschien fout loopt, wat kan verbeterd worden, waar de wensen vooral liggen van de jeugdsporttrainers. 2011: Tweede onderzoek (wordt niet in rekening gebracht naar de impulssubsidie) bij de jongeren en JSB/JSB.. Zijn er ondertussen zaken veranderd? Dit moet ondermeer een basis worden om bij te sturen voor het tweede project rond de IS. 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst werkt samen met een stagiair (Unif Gent) een gedetailleerde vragenlijst uit. De sportdienst organiseert in samenwerking met mensen van Vlabus de bevraging bij de jeugdtrainers, enkele bestuursleden en een selectie van jongeren. De bevraging zal gebeuren aan de hand van het reeds vroeger gebruikte systeem van IKsport (een deeltje hiervan), maar met heel wat aanvullingen specifiek gericht naar de jeugdsportbegeleiders toe (zie ook hoger). Het is de bedoeling dat er ook interviews plaats grijpen met de jeugdtrainers zodat een duidelijk beeld bekomen wordt mbt de problemen van de jeugdsportbegeleiders. Er moet daarbij vooral gepolst worden naar hun wensen, bemerkingen, verzuchtingen. De formulieren zullen digitaal verwerkt worden door de mensen van Vlabus. De conclusies zullen zowel door de sportdienst als door de Vlabusmedewerkers gemaakt worden, en deze zullen besproken worden met de clubs en jeugdcoördinators. In 2011 wordt een tweede bevraging gedaan die aan de hand van een invullijst op het internet. Er wordt niet meer ter plaatse gegaan bij de jeugdtrainers. De resultaten zullen digitaal verwerkt worden, en geëvalueerd worden door de sportdienst. Daarna zal er overleg zijn met de jeugdcoördinatoren zodat bijsturingen in de clubs waar nodig mogelijk worden. BEGROTING: 2009: 1u onderzoek per jeugdtrainer, 2u onderzoek per jeugdcoördinator, verwerking en analyse een kwartier per persoon: raming 4.000 euro. 2011: De kosten voor de tweede meer oppervlakkige bevraging worden opgenomen niet onder de rubriek van de impulssubsidie, maar onder de gewone administratieve werking van de sportdienst, gezien maar één bevraging terug betaald wordt. 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: De bevraging moet resultaten en conclusies opleveren voor 80% van het aantal van onze jeugdsportclubs. Daarbij rekenen wij op een valabele respons van minstens 50% van de jeugdtrainers van al onze jeugdsportclubs. INDICATOR Het voltooien van het onderzoek en het onderzoeksdocument zelf, zowel in 2009 als in 2011. De beide onderzoeken werden uitgevoerd en zijn ter beschikking op de SD.


Sportdienst Harelbeke 2. Alle jeugdsportclubs hebben tegen 2013 een sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator. Die coördinator is gemotiveerd en opgeleid om het jeugdsportbeleid binnen de clubs te sturen. De coördinatoren werken samen in een eigen overlegplatform en hebben tools en de kennis opgedaan om hun opdracht waar te maken. OD1 Aanduiding en subsidiëring van gediplomeerde jeugdcoördinatoren (JSC) OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De JSC moet een sportkwalificatie hebben en zich bezig houden met de coördinatie van het sporttechnische, het beleidsmatige en het organisatorische binnen de club. Via de beleidssubsidie (laag) en via de impulssubsidie (hoger bedrag) wordt een toelage gegeven voor de gediplomeerde jeugdsportcoördinator. Clubs die beschikken over een jeugdcoördinator die mogelijks nog niet over een sportdiploma beschikt zullen gevraagd worden om te zoeken naar een tweede coördinator die wel een diploma heeft, of de JSC zal gevraagd worden om zich zo snel mogelijk bij te scholen. Maatregelen SD502-OD01M01: Tegen juni 2009 heeft elke sportclub een gediplomeerd JSC, of werd het engagement aangegaan, waar de JSC niet over een diploma beschikt, dit te behalen in de komende twee jaar. Ondertussen wordt de JSC bijgestaan door een sportgediplomeerde “assistent-JSC” dit om de kans te geven aan de JSC om zich bij te scholen, maar ondertussen in dienst te blijven van de club 2009 0A De meeste clubs oordelen dat het niet haalbaar en zelfs niet wenselijk is om een gediplomeerd JSC te hebben. 2010: Controleren of de JSC nog steeds in dienst is bij de club en zijn functie ook kan invullen zoals dit nodig geacht wordt. 2011: Controleren of de JSC nog steeds in dienst is bij de club en zijn functie ook kan invullen zoals dit nodig geacht wordt. 2012-2013: 0A ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD-SR bespreekt nav het gesprek rond OD1 de hoger vermelde intenties met de clubs. Er wordt daarbij gezocht naar wat haalbaar is, en wat de gevolgen zijn, hoe kan bijgestuurd worden, wie men eventueel moet aantrekken. BEGROTING: 2009-2010-2011: De aanwezigheid van een JSC met diploma zorgt voor extra punten binnen de beleidssubsidie, dit voor een gering bedrag. Daarnaast is er wel een hogere tegemoetkoming via de impulssubsidie. De bedragen bij beide subsidies zijn een zeker percentage van de subsidies (zie de overeenkomstige reglementen). Er worden geen punten toegekend voor jeugdsportcoördinatoren die niet sporttechnisch geschoold zijn. 2012-2013: idem KWALITEITSZORG/EISEN: Het aantal en uiteraard de kwalificatie van de JSC is bepalend voor het bekomen van een subsidie zowel naar de beleidssubsidie als naar de impulssubsidie toe. INDICATOR Het aantal JSC en gediplomeerde JSC‟s. De cijfers van 2008 (komende uit de cijfers ifv het opvragen van de beleidssubsidie) wordt gezien als nulmeting. Het is duidelijk dat het streefcijfer helemaal niet gehaald werd. Slechts één jeugdsportclub heeft een voor ons waardige jeugdsportcoördinator. Er zijn wel meerdere clubs waar er een jeugdsportadministrator aan het werk is.


Sportdienst Harelbeke OD3 Opstarten van een overlegplatform van jeugdsportcoördinatoren OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In overleg met de sportclubs is het wenselijk dat er een overlegplatform opgestart wordt waarbij de clubs onder meer via hun gediplomeerde jeugdsportcoördinatoren een paar keer per jaar samen zitten om zich te buigen over probleempunten rond jeugdsportbegeleiding. Eén van de opdrachten van het overlegplatform wordt onder meer om voor de clubs een jeugdsportactieplan aan te maken voor de toekomst. In dit actieplan dienen de verschillende facetten van jeugdbegeleiding aan bod te komen (sporttechnisch, fysiek, fairplay, mentaliteit, ….). Via dit platform kan er sneller gewerkt worden, kan men aan ervaringsuitwisseling doen, kunnen problemen opgelost worden. De sportdienst zal sturend en adviserend werken tvv de clubs in overleg met de JSC‟n. Eventueel kan een – binnen dezelfde sporttak – sportgekwalificeerde JSC, tijdelijk aangetrokken worden om binnen en tvv de clubs de effectieve functie van JSC uit te voeren. Maatregelen SD502-OD03M01: Vanaf het voorjaar worden een paar bijeenkomsten gepland op de SD in eerste instantie met de voetbalclubs 2009 2B S05O2-OD03M02: De clubs krijgen de kans om in te schrijven op het door dubbelpas georganiseerde overleg Jeugdsportcoördinatoren zodat een eigen lokaal overlegplatform niet meer wenselijk is. 2009 Slechts een beperkt aantal clubs schrijft in op het door Dubbelpass georganiseerde overlegplatform. 2B 2010- 2011 Beslissing om nog één jaar in het overlegplatform te blijven en dan opnieuw te evalueren en eventueel toch uit te stappen. 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD fungeert als administratief steunpunt.(opm: administratief steunpunt is niet zijn functie, hij heeft functie in de club zelf cfr. Alle andere JSC van de clubs). De sportdienst fungeert als coördinator voor dit platform. De sportdienst zal in overleg met de JSC‟n agendapunten naar voor schuiven die door de groep vervolgens in deelgroepen, of in algemeen verband, kunnen besproken worden. De SD zal zorgen voor de verslaggeving, rapporteren naar de clubs en sportraad toe. BEGROTING: 2009-2010: Lidmaatschap Dubbelpass – ProJeugdsportcoördinator: …. euro 2011-2013: Budget aanpassen of eventueel schrappen ifv belangstelling. KWALITEITSZORG/EISEN: Het succes van de goede werking van het overlegplatform dient afgemeten te worden enerzijds aan de aanwezigheid van de JSC‟n van de clubs, en anderzijds aan de “producten” (jeugdsportbeleidsplan, deontologische code, gebruiksreglement, sporttechnische fiches, jaartrainingsprogramma en zijn doelstellingen, spelersopvolgsysteem, vormingen, ….). De kwaliteit van de JSC is hier ook rechtstreeks mee verbonden. INDICATOR Het bestaan van het overlegplatform. Het aantal geleverde “producten” van het overlegplatform. Het lokale jeugdoverlegplatform kende een zeer korte levensduur en was enkel afgestemd om het voetbal (bij wijze van test). Met de introductie van het Dubbelpass initiatief werd daar op ingetekend. Slechts 5 van de 13 jeugdsportclubs tekenden in op dat overlegplatform.


Sportdienst Harelbeke OD 3 Studiebezoeken aan goedwerkende jeugdsportclubs OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het is de bedoeling om met de JSC‟n een aantal bezoeken te brengen aan goedwerkende jeugdsportclubs om daar meer te vernemen over de aanpak, de modaliteiten, de doelstellingen, … Anderzijds is het ook de bedoeling om te luisteren naar de pijnpunten, de problemen bij die jeugdwerkingen. Deze studiebezoeken kunnen ook gebruikt worden in de vorm van bv powerpointpresentaties bij uiteenzettingen naar de eigen jeugdtrainers toe, bijvoorbeeld bij de presentatie van een nieuwe werkwijze, jeugdsportbeleidsnota, … Maatregelen SD502-OD04M01: Vanaf het voorjaar van 2009 kunnen een twee tot drie bezoeken gebracht worden aan sportclubs die gekend zijn voor hun goede jeugdsportwerking. Eventueel is er ook een studiebezoek mogelijk aan een federaal of provinciaal trainingscentrum. 2009-2010: Geen interesse van de jeugdsportclubs 0B 2011-2013: Beslissing om dit project te schrappen 0S ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD, de JSC binnen de club doen voorstellen mbt deze bezoeken. De voorbereiding wordt gedaan door de JSC van de diverse sporttakken ism de sportdienst. BEGROTING: 2009-2010-2011: 700-800 euro zal jaarlijks besteed worden aan de organisatie en uitwerking van deze studiebezoeken door dediplomeerde JSC. Het gaat hier vooral om verplaatsingskosten (kmvergoeding), representatiekosten, inhuren van personen die een uiteenzetting geven, …. 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Door deze bezoeken moet de kennis en aanpak van andere clubs beter gekend worden, moeten eventueel samenwerkingsverbanden kunnen ontstaan. De kwaliteit moet kunnen afgemeten worden in de vaststelling dat men wellicht bij elk bezoek wel iets nieuws zal weten op te steken. Dat nieuwe moet ook mede gedeeld worden via een korte rapportering en ter kennis gebracht worden aan de jeugdtrainers waar het toepassing op zou kunnen hebben. INDICATOR Het aantal georganiseerde bezoeken. Het nieuwe dat ontdekt werd bij die bezoeken (te beoordelen door de deelnemers). Er werd geen enkel bezoek georganiseerd. De clubs hadden geen interesse. OD 4 In gebruik neming van een opvolgingssysteem van sportende jongeren. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Aan de hand van een administratief systeem, of zo dit bestaat een gespecialiseerd softwarepakket kunnen de JSC en de jeugdtrainers en ploegafgevaardigden hun jeugdspelers opvolgen zodat ze een beter zicht krijgen over hun technische vaardigheden, spelinzicht, conditie, … SD502-OD05M01: Onderzoek voeren welke systemen of softwareprogramma‟s in aanmerking komen voor het opvolgen van de prestaties van de jongeren. 2009 Een beperkt onderzoek werd gevoerd 1B 2010 Opleidingen en starten met het gebruik van het systeem. 0B 2011: Beslissing door de clubs om dit project te schrappen 0S


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst ism de JSC en het overlegplatform zal de markt verkennen naar dergelijke systemen of software toe. Dit zal onder meer gebeuren in overleg met de sportfederaties en andere actoren die actief zijn rond ontwikkeling van software. Via de clubs wordt gepleit om de opvolgsystemen aan te kopen. Via de JSC worden opleidingen georganiseerd mbt het gebruik van het systeem. BEGROTING: 2010-2011: 650 euro voor het volgen van cursussen door gediplomeerde JSC en jeugdtrainers rond het gebruik van dit softwarepakket 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Eind 2011 zal nagezien worden hoeveel JSC‟n en jeugdtrainers effectief gebruik maken van de software. Aan de hand van een kleine bevraging zal dan een eerste evaluatie gemaakt worden. Dan zal geoordeeld worden hoe nuttig het opvolgsysteem is en hoeveel sportbegeleiders het pakket gebruiken. INDICATOR Het aantal clubs, jeugdsporttrainers en –coördinatoren die gebruik maken van een dergelijk opvolgsysteem. Geen enkele club toonde uiteindelijk interesse in het aanleren van een opvolgsysteem omdat men oordeelde dat het systeem wellicht tijdrovend zou zijn. Slechts één grote club heeft een eigen beperkt opvolgsysteem en maakt daar dan ook van gebruik. OD 5 Infosessies/vormingen voor jeugdsportcoördinatoren rond diverse aspecten mbt het jeugdsportbeleid OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De JSC heeft binnen de club een belangrijke taak. Hij moet samen met het (jeugd)clubbestuur de lijnen uitzetten voor het jeugdbeleid van de club. Er mag van hem verwacht worden dat hij de meest professionele kijk heeft op het jeugdbeleid. Hij moet dan ook niet alleen een visie hebben, maar hij moet die ook kunnen naar voor brengen, verduidelijken, motiveren, en uiteindelijk implementeren. Kortom de JSC moet niet alleen sporttechnische skills hebben, maar hij moet ook een stuk een manager zijn. Hij moet onder meer een beleidsnota kunnen uitschrijven, plannen en een timing opmaken. Daarnaast moet hij zijn trainers kunnen motiveren, hij moet tevens zorgen voor een goede communicatie. Hij moet bovendien ook aandacht hebben voor niet sporttechnische aspecten van het jeugdbeleid. Denk maar aan de fair play, de deontologische code enz. Ook moet er aandacht zijn aan zaken rond materialen, accommodaties (bv veiligheidsaspecten). Er mag van uit gegaan worden dat de JSC in dienst van de club wellicht vele van de hoger vermelde taakaspecten niet beheerst en daarom zullen dan ook verschillende opleidingen moeten georganiseerd worden. Maatregelen SD502-OD06M01: Onderzoek naar de inhoud van de sessie voor de JSC 2009 De bevraging naar mogelijke interessepunten werd gedaan

2B

SD502-OD0602: Reclamevoering voor de opleidingen rond jeugdsportbeleid, die georganiseerd worden door Dubbelpass. 2009-2010: 2B S0502-OD0603: Beslissing om nog één jaar in te pikken op het aanbod van de opleidingen van Dubbelpass gezien en dan evalueren. 2011

2B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD ism de JSC zal de nodige voorstellen formuleren en op zoek gaan naar lesgevers en cursussen die kunnen georganiseerd worden in de komende jaren. De sportdienst werkt hier administratief ondersteunend, maar de input/voorstellen komen van uit het overlegplatform. BEGROTING: 2009-2010-2011: 400 euro zal besteed worden aan de organisatie en uitwerking van de eerste vormingen voor gediplomeerde jeugdsportcoördinatoren. 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Door deze opleidingen en infosessies moet de kennis rond de gegeven onderwerpen verbeteren. Dit moet via de JSC en zijn trainers, de clubwerking (training, begeleiding) ten goede komen. Aan de hand van het aantal inschrijvingen en de evaluaties na elke opleiding of infosessie zal het succes afgemeten worden. INDICATOR Het aantal georganiseerde opleidingen. Het aantal deelnemende JSC. Het is duidelijk dat ook dit actiepunt geen succes was. Er werd te weinig ingepikt op het aanbod van de infosessies van ProJSC van Dubbelpass. De clubs kregen ook meer en meer van uit de federatie info rond het thema van jeugdsportbeleid. 3. Opmaken van een jeugdsportbeleidsnota jeugdsportcoördinatoren en jeugdtrainers

binnen

de

club

tvv

de

OD 1 Via de sportdienst en ism met de JSC en het overlegplatform maken de JSC’n elk voor hun eigen club een jeugdsportbeleidsnota op. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Het aanmaken van een goede jeugdsportbeleidsnota is niet zo makkelijk. Na het volgen van de opleiding(en) hier rond moet de JSC binnen de club de nodige impulsen geven opdat elke JSC voor zijn eigen vereniging een jeugdsportbeleidsnota aanmaakt. Daarbij dient best rekening gehouden te worden met een aantal aspecten. Het best komt men wellicht tot een soort model (dat niet a priori moet gevolgd worden). Daarbij kunnen de JSC‟n van elkaars kennis en ervaring profiteren, maar toch elk op zich klemtonen voor hun eigen club leggen. De jeugdsportbeleidsnota moet kenbaar gemaakt worden bij de leden van de club (eventueel in afgeslankte vorm). SD503-OD01M01: Organisatie opleiding aanmaak jeugdsportbeleidsnota 2009-2010: Wordt niet georganiseerd in een formele infosessie, maar de clubs krijgen de infobrochure die vroeger gebruikt werd voor een dergelijke opleiding. 1A SD503-OD01M02: Elke JSC of jeugdsportadministrator maakt jeugdsportbeleidsnota samen met zijn clubbestuur 2009-2013: In 2011 hebben meer dan de helft van de jeugdsportclubs degelijke jeugdsportbeleidsnota die ook kenbaar gemaakt worden bij de leden

een 1B een 1B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De JSC ism de sportclubs en met steun van de sportdienst zal de clubs motiveren tot het effectief opmaken van een jeugdsportbeleidsnota voor hun club. Er dient over gewaakt te worden dat er voldoende inspraak mogelijk is van uit de kant van de trainers, eventueel spelers, en natuurlijk ook het clubbestuur dat de beleidsnota moet goedkeuren. De gemeentelijke sportbeleidsnota, de cursus van Sportac en beleidsnota‟s die op het internet te vinden zijn rond jeugdsportopleiding kunnen daarbij ondermee fungeren als handleiding.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING: 2009-2010: 700 euro 2009-2011: 700 euro 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: De jeugdsportbeleidsnota van de club moet een handleiding zijn binnen de club mbt de werking rond het jeugdsportbeleid. Het moet de bedoeling zijn dat zoveel mogelijk clubmensen de nota kennen, en er natuurlijk ook achter staan. De inhoud van de sportbeleidsnota zal onder meer ook bekeken worden door de sportraad en sportdienst. De clubs moeten hun beleidsnota zelf als een zeer waardevolle handleiding bekijken. INDICATOR Het aantal clubs dat een jeugdsportbeleidsnota heeft. De aanwezigheid van de juiste inhoud (beleidsmatig!) In 2011 hebben meer van 50% van de jeugdsportclubs wel een jeugdsportbeleidsnota uitgewerkt die ze ook kenbaar maken naar hun leden. Dit streefcijfer wordt ook behaald en overschreden. 4. De kennis van de jeugdtrainer wordt verhoogd zodat hij een betere kwaliteit kan aanwenden ifv van zijn sportieve en pedagogische taak als begeleider en trainer van jongeren. OD1 - De sportdienst zal in overleg met het Bloso, Vlabus, de federaties en de clubs opleidingen organiseren naar de jeugdsporttrainers en jeugdsportbegeleiders toe teneinde de kwaliteit van de jeugdtrainingen te verhogen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Er werd en er wordt vast gesteld dat er nog heel wat kan verbeteren mbt de inhoud en kwaliteit van de jeugdtrainingen. Daarbij gaat het om de kwaliteitsverhoging van het aspect “techniek en tactiek” en “het fysieke (trainings)aspect”. In overleg met de federaties, clubs, Bloso, Vlabus, … zullen gespecialiseerde en gerichte bijscholingscyclussen georganiseerd worden. Er dient nog afgewacht te worden wat de VTS en de federaties eventueel zullen organiseren als extra opleidingen naar de jeugdtrainers toe. Indien hier initiatieven genomen worden, zal aan de clubs en jeugdtrainers voorgesteld worden om in te pikken op die opleidingen. Tevens zal voorgesteld worden om die opleidingen eventueel in onze omgeving te organiseren. De kosten voor het bijwonen van deze opleidingen zouden terug betaald worden via het subsidiereglement van de impulssubsidie (zie ook verder). Indien er van uit de kant van de federaties en VTS niet direct veel impulsen hier rond genomen worden, zal de sportdienst zelf uitkijken om in overleg met de jeugdsportcoördinator en de clubcoördinatoren om zelf een aantal opleidingen te organiseren. Er zal nagevraagd worden in hoeverre dat de uitbouw van een sporttrainingsbibliotheek op de sportdienst wenselijk is. Maatregelen SD504-OD01M01: De SD organiseert naar de jeugdtrainers opleidingen teneinde de kwaliteit van de jeugdtrainingen te verhogen. 2009-2010: De clubs geven aan dat er geen behoefte is, dat zij zelf al voldoende aanbod krijgen, of dat zij zelf voldoende intern kunnen organiseren. 0B 2011: Er wordt beslist dat ook dit project mag afgevoerd worden en dat de kredieten mogen ondergebracht worden in de subsidiepot 0S De onderstaande planning werd dan ook niet gerealiseerd.


Sportdienst Harelbeke 2009: Er wordt bij de clubs na gegaan waar de grootste behoeften liggen (OD1), en wie wil meewerken. Er wordt een plan opgemaakt waarbij in eerste instantie gestart wordt met het doorgeven van basisinformatie van algemene training. Daarbij moet in eerste instantie aandacht gegeven worden aan kennisoverdracht mbt begrippen zoals snelheid, uithouding, snelkracht, kracht, weerstand, lenigheid, …. Er moet kennis gemaakt worden met het trainen met een hartslagmeter. Naast het fysieke aspect moet ook heel wat kennisoverdracht gebeuren ifv het aanleren van techniek. Tegen het najaar van 2009 moet ook gewerkt worden met één patroon van tactiek binnen dezelfde club. Ook hier rond moeten er infosessie komen. Zo nodig wordt gestart met een sporttrainingsbibliotheek op de sportdienst. 2010: De kennis mbt het verberen van de conditie door training moet dit jaar nog verhoogd worden. Meer en meer moet de trainer aangeleerd worden hoe hij de speler als individu moet bekijken, de speler eventueel extra trainingen (bv thuis) laat doen met de bedoeling om de fysiek en techniek te verbeteren. Het gebruik van de hartslagmeter moet verder bijzondere aandacht blijven krijgen. Er wordt in het voorjaar een sessie gegeven, ifv een echte seizoensopbouw. De fysieke testwagen van Mensana wordt ingehuurd zodat de jeugdtrainers de theorie van lactaatmeting kunnen aanleren, en meteen ook de praktijk kunnen koppelen (lactaattesten, fietstesten, ….) aan deze theorie. De JSC/JSB kan op die manier zich zelf testen. Er worden verder infosessies gegeven mbt het aanleren van techniek en tactiek. 2011: Er wordt verder gewerkt aan nog specifiekere opleidingen, en bij de clubs wordt verder gepleit om te investeren in de aankoop van middelen om de opleidingen inhoudelijk attractiever en kwaliteitsvoller te maken: hartslagmeters, audiovisuele middelen, boeken, trainingstools (CDs, software, ….), … 2012-2013: ORGANISATIE/MODALITEITEN: Waar dit kan zullen de jeugdtrainers inpikken op opleidingen van VTS of van de federaties. Indien dit niet georganiseerd wordt, zal de sportdienst zelf zoeken naar cursussen en opleidingen op getouw zetten in nauw overleg met de clubs en federaties, en Vlabus. BEGROTING: 2009: 400 euro 2010: 800 euro 2011: 800 euro 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Na elke opleiding-vorming moet een kort evaluatiemoment gebeuren en moet na gegaan worden of de vorming als positief ervaren werd. De vormingen moeten dermate praktisch zijn, dat ze ook echt toepasbaar zijn bij de trainingen, in de omstandigheden die gekend zijn in de clubs (mbt accommodaties, materialen, …).Dit moet ondermeer blijken uit het overlegplatform van coördinatoren, en uit de korte evaluaties. INDICATOR Het aantal georganiseerde opleidingen. De aan bod gekomen onderwerpen en de kwaliteit hier van. Door de sportdienst zelf werden geen sessies georganiseerd. Sommige clubs organiseerden wel bijscholingen voor hun jeugdtrainers. OD2 - Regelmatig worden extra lesgevers-begeleiders aangeboden aan de clubs, die de jeugdsporttrainers op het veld “bijscholen” in de praktijk en zo zorgen voor een nog specifiekere trainingsinhoud of trainingsaanpak (bv ook individuele trainingsopbouw). OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 87

Sportdienst Harelbeke In overleg met de clubs wordt een actieplan opgesteld om gespecialiseerde extra lesgevers-trainers gedurende korte specifieke periodes de bestaande jeugdtrainers te begeleiding bij hun trainingsopbouw. Het doel is om de jeugdsporttrainer ook in de praktijksituatie, op het veld dus, bij te scholen in “life-situaties”. Er wordt gestart met een proefproject (twee clubs) waarna het systeem geëvalueerd wordt en waarbij later meerdere clubs betrokken worden. Maatregelen SD504-OD02M01: De sportdienst stelt, na overleg met de sportclubs, gespecialiseerde trainers ter beschikking om de lokale trainer op het veld te volgen, bij te sturen, en daarmee bij te scholen in praktijksituaties. 2010: In overleg met de clubs wordt een actieplan opgesteld en wordt bij wijze van proef een tweetal clubs aangeduid die in 2010 een aantal keer gespecialiseerde extra-lesgevers ter beschikking zullen krijgen op de trainingen. Het systeem wordt na een aantal maanden werking geëvalueerd en er wordt nagezien of het budget hier voor moet verhoogd worden ifv het komende jaar. 0B 2011-2012-2013: Verdere verfijning en bijsturing of uitbreiding van het project. Met jaarlijks een evaluatie naar de jeugdtrainers die om te horen hoe hun ervaringen zijn hier rond. 0B Deze doelstelling is één van de weinige die volgens de clubs best behouden wordt, al hadden de clubs niet direct bij de adviesvorming concrete voorstellen. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD ism de JSC van de clubs organiseren dit project in overleg met Vlabus, de federaties en de lokale sportclubs. In het bijzonder dient er gewezen te worden op de doelstelling, namelijk de verbetering van de aandacht van de jeugdtrainer voor eventuele gebreken van een jeugdspeler, de verbetering van de individuele trainingen, … Het is niet de bedoeling dat de “begeleider-specialist” extra jongeren gaat trainen. Zijn aandacht moet volledig gaan naar het aanleren van technieken en aandachtspunten om de jeugdtrainers er toe aan te zetten tot meer individuele begeleiding van hun jeugdspelers te komen op het speelveld. BEGROTING: 2009: 0 euro 2010:2.500 (niet gebruikt) 2011: 500 euro (via begrotingswijziging verlaagd van 2.500 naar 500 euro) 2012-2013: ? KWALITEITSZORG/EISEN: Via een bevraging en het mondeling aanhoren van de bemerkingen van de jeugdtrainers moet de waarde van dit project ingeschat worden. De kwantiteit moet afgemeten worden op basis van het aantal ingeschreven deelnemers en of clubs. De kwaliteit moet afgemeten worden aan de hand van een scorelijst die de waarde probeert te meten van het verhogen van meer individuele trainingen, het toepassen van het aangeleerde, de motivatie om meer tijd te investeren in de meer persoonlijke begeleiding van jongeren. INDICATOR Het aantal deelnemende clubs en jeugdtrainers


Sportdienst Harelbeke OD03 - Vormingen en acties ifv fairplay, waarden in de sport, jeugdcultuur, integratie via sport, inspraakorganisatie bij jongeren, … OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De jeugdsporttrainers en JSC van onze jeugdige sporters moeten opgeleid worden zodat er meer achtergrond mee krijgen rond fairplay, waarden in de sport, jeugdcultuur, integratie via de sport, inspraakorganisatie bij de jongeren, …. Tevens moeten een aantal “acties” gevoerd worden rond thema‟s zoals fairplay, waarden in de sport, … Ook zal aandacht gegeven worden aan een aantal actiepunten die opgenomen staan in een lijst uitgaande van de provinciale werkgroep “middelen en sport” Maatregelen SD504-OD03M01: Er worden jaarlijks door de sportdienst info- of vormingsmomenten georganiseerd rond allerhande randthema‟s mbt de jeugdsport. 2009: In overleg met de clubs (JSC) en onder meer ifv het jeugdsportbeleidsplan wordt een actieplan opgemaakt voor de komende vijf jaar. Het gaat enerzijds over opleidingen naar de jeugdsportbegeleiders (jeugdtrainers, jeugdcoördinatoren) toe, en anderzijds over het organiseren van een aantal acties, waarop de opgedane kennis dan kan vertaald worden in de praktijk (bv een actie rond fairplay, de wedstrijd “meest fairplaye speler, ….”. 2B 2010: De eerste opleidingen worden georganiseerd en geëvalueerd.

2B

2011: Na de evaluatie van de opleidingen worden bijsturingen gedaan aan de cursussen (onderwerp, inhoud, organisatie) en wordt via infosessies verder gewerkt aan deze operationele doelstelling. Er wordt voorgesteld om de deelname aan dergelijke activiteiten ook in te schrijven in het beleidssubsidiereglement (tbv jeugdsportclubs) 2B 2012-2013: Verdere organisatie van infomomenten 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD neemt samen met de JSC in overleg met de clubs en federaties het initiatief om verschillende cursussen te organiseren op lokaal vlak. Ook kan via Burensportdienst samen gewerkt worden aan een aantal infosessies. BEGROTING: 2009: 0 euro 2010-2011: 250 euro voor opleiding van jeugdtrainers jeugdsportcoördinatoren (niet voor organisatie van acties) 2012-2013:

en

gediplomeerde

KWALITEITSZORG/EISEN: Via een bevraging en het mondeling aanhoren van de bemerkingen van de jeugdtrainers moet de waarde van dit project ingeschat worden. De kwantiteit moet afgemeten worden op basis van het aantal ingeschreven jeugdtrainers. De kwaliteit moet afgemeten worden aan de hand van een scorelijst die de waarde probeert te meten van de tevredenheid over de inhoudelijke aspecten, en wat men effectief met het aangeleerde kan doen ifv de trainingen. De waarde kan ook afgemeten worden aan de initiatieven die ontplooid worden, of waar op ingepikt wordt (bv rond fairplay). INDICATOR Het aantal deelnemende clubs en hun JSB of JSC.


Sportdienst Harelbeke OD04 - Vormingen mbt spelregels, veiligheid, onderhoud, … OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In functie van de impulssubsidie moet een zeker krediet voorzien worden de organisatie van opleidingen die er in de “rand toe kunnen bijdragen” dat de sport beter kan beoefend worden. Er wordt hierbij gedacht aan opleidingen mbt spelregels, veiligheidsaspecten (bv van accommodaties, verantwoordelijkheid) of onderhoud. Jeugdtrainers moeten binnen hun werking en trainingen ook aandacht gaan geven aan veiligheidsaspecten, spelregels, … direct traininggerelateerde aspecten. Maar daarnaast is het ook wenselijk dat zij een aantal basisregels aanleren hoe zij bv een grassportveld kunnen “sparen”, hoe zij zich kunnen organiseren om bv materiaal langer te laten meegaan, hoe jongeren kunnen betrokken worden bij het onderhoud van materialen, kleedkamers, … Maatregelen SD504-OD04M01:Organisatie van vormingen mbt spelregels, veiligheid, onderhoud 2009: De sportdienst zal in overleg met de JSC de nodige voorstellen formuleren en op zoek gaan naar lesgevers en cursussen die kunnen georganiseerd worden in de komende jaren. Er wordt daarbij gedacht aan de volgende zaken:  Opleidingen mbt spelregels in sporttakken (voor jeugdtrainers)  Infosessies mbt het onderhoud en voorkomen van beschadigingen van sportterreinen (bv onderhoud van grassportvelden, waarom niet te betreden op bepaalde momenten) 0B 2011: Elk jaar zullen een aantal infosessies of vormingen op getouw gezet worden rond deze items (eventueel per sporttak). 0S De sportclubs hebben tijdens de algemene vergadering van 31 januari te kennen gegeven dat dergelijke initiatieven voor hen niet hoeven. Na advies van de sportraad en beslissing van de stad werd dit dan ook geschrapt. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst en de JSC‟n zoeken opleidingen bij federaties, opleidingscentra, …. De sportdienst zal ook zelf de opleidingen organiseren, eventueel ism Burensportdienst. BEGROTING: 2009: 350 euro – niet gebruikt 2010: 350 euro – niet gebruikt 2011: 350 euro – niet meer nodig KWALITEITSZORG/EISEN: Door deze opleidingen en infosessies moet de kennis rond de gegeven onderwerpen verbeteren. Dit moet de clubwerking (training, begeleiding) ten goede komen. Aan de hand van het aantal inschrijvingen zal het succes afgemeten worden (kwantitatief). Via korte evaluaties na de infosessies zal de kwaliteit van de sessie gemeten worden. INDICATOR Het aantal georganiseerde opleidingen voor jeugdtrainers rond dit thema OD05 - Lokale dag van de jeugdtrainers rond een specifiek onderwerp OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De jeugdsporttrainers en JSC‟n zullen aangemoedigd worden om deel te nemen aan de Vlaamse dag van de trainers (terugbetaling deelnamekosten, voor het eerst in 2010?). Daarnaast wordt nagezien om tijdens de oneven jaren een lokale dag van de jeugdsporttrainer te organiseren. De doelstelling van een dergelijke dag moet enerzijds zijn om aan kennisoverdracht te doen door voordrachten van specialisten, maar anderzijds moet ook de klemtoon gelegd worden op het projectmatige werken. Ook het sociale contact en de ervaringsuitwisseling moeten aan bod komen.



Maatregelen SD504-OD05M01: Deelname aan de dag van de jeugdtrainer (Bloso en lokaal) 2009: Harelbeekse jeugdsporttrainersdag: - Resultaten bevraging bij de clubs, conclusies - Wat is de impulssubsidie en hoe werkt dit ? - Voorstellen tot aanpak van de verbetering van de kwaliteit - Inspraakmogelijkheid mbt het project - Voorbeeld van een goed jeugdsportbeleid bij een grote en kleine club - Intentieverklaring JSC‟n en jeugdtrainers clubs 2010: Dag van de trainers VTS – reclamevoering

0B

2B

2011: Harelbeekse jeugdsporttrainersdag: 0S - Sporttechnische trainingsaspecten (gastsprekers) aansluitend bij de infosessies en opleidingen die er voor 2011 gepland staan. - Evaluatie impulsproject (goede en minder goede zaken) aan de hand van resultaten bevragingen en inspraak trainers - Voorbeeld van een goed jeugdsportbeleid bij een grote en een kleine club - Voorstellen verdere aanpak 2012 en 2013 (voorbereid door de JSC‟n en de sportdienst) - Hernieuwing intentieverklaring De sportclubs hebben tijdens de algemene vergadering van 31 januari te kennen gegeven dat dergelijke initiatieven voor hen niet hoeven. Na advies van de sportraad en beslissing van de stad werd dit dan ook geschrapt. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst en JSC‟n zorgen voor de organisatie van de Harelbeekse jeugdsporttrainersdag. De sportdienst probeert inhoudelijk sturend te werken en met de inbreng van de visie van de JSC‟n. De deelnamekosten voor deelname aan de Dag van de jeugdsporttrainers kunnen terug betaald worden via het impulssubsidiereglement. BEGROTING: 2009: 1.000 euro – niet gebruikt 2010: 250 euro – niet gebruikt 2011: 1.100 euro – niet gebruikt 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: Het moet de bedoeling zijn om 70% van de jeugdsporttrainers in Harelbeke naar de Harelbeekse jeugdsporttrainersdag te lokken. De jeugdsporttrainersdag moet het midden houden tussen een leermoment, een inspraakmoment, en een sociaal moment. Daarnaast moet er een formeel engagement zijn (ondertekenen) om zich in te zetten voor het project, en dit volgens de regels die mee gegeven worden tijdens de verschillende infosessies en opleidingen. Daarnaast moet er naar gestreefd worden dat er van uit elke jeugdsportclub ten minste een jeugdsporttrainer of een jeugdsportcoördinator naar de door het VTS georganiseerde dag van de trainer gaat. INDICATOR Het aantal deelnemers aan de “VTS-Dag van de trainer” en de eigen lokale “dag van de jeugdsporttrainer”.


Sportdienst Harelbeke 5 .Via subsidies wordt de uitbouw en bestendiging van het project”verbetering van de kwaliteit van de jeugdsportbegeleiders” uitgewerkt. OD 01 - Subsidiereglement voor het volgen van opleidingen, stages, … OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de impulssubsidie naar de sportclubs toe, moet een zeker krediet voorzien worden, waarbij aan de hand van een reglement de kosten voor het volgen van opleidingen of stages door jeugdtrainers en gediplomeerde JSC‟n terug betaald worden. Het gaat hier over inschrijfgelden, kmvergoeding, deelnamegelden aan vormingsweekends, eventueel korte buitenlandse stages die specifiek georganiseerd worden voor jeugdtrainers. Ook het ter beschikking hebben van een gediplomeerd JSC op zich dient via het subsidiereglement ondersteund te worden. Clubs die een JSC hebben krijgen dus extra centen. Daarnaast wordt ook de kwaliteit van de aanwezige jeugdtrainers beloond via dit reglement. De subsidie moet ook de clubs ertoe aanzetten om meer en meer te gaan werken met gediplomeerde jeugdtrainers binnen hun organisatie. Maatregelen SD505-OD01M01: Aan de hand van het in 2008 uitgewerkte subsidiereglement wordt elk jaar de berekening gemaakt van de subsidies die de clubs moeten krijgen op basis van de parameters die vast gelegd werden in het reglement. 2B SD504-OD05M01: Het reglement wordt in 2011 aangepast op basis van voorstellen van bijsturing van het Bloso en verbeteringen op basis van de opgedane ervaringen mbt het reglement. Het reglement zal tevens vanaf 2011 online ingevuld kunnen worden. 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst berekent en beoordeelt op basis van het reglement dat opgemaakt werd in 2009 hoeveel elke club moet ontvangen. De sportraad geeft hier over advies. De nodige bewijzen en documenten zullen door de clubs telkens moeten ingediend worden opdat de subsidies kunnen gestort worden. In 2011 wordt het reglement bijgestuurd. Voortaan zullen de aangiften ook online kunnen ingediend worden. BEGROTING: 2009-2010-2011: ? euro (afhankelijk van het reglement waarbij er eerst een aftrek is van de kosten gemaakt voor de eigen organisaties/acties van de sportdienst ifv het impulsproject. Volgens de ramingen kunnen dit volgende bedragen zijn: 12.715 euro (2009) – 13.665 euro (2010) – 13.515 euro (2011) 2012-2013: 16.265 euro (2012) – 15.465 euro (2013) KWALITEITSZORG/EISEN: Door deze subsidie zou het aantal vormingen bij onze jeugdsportbegeleiders moeten stijgen. Ook het aantal gediplomeerde jeugdsportbegeleiders in de Harelbeekse clubs moet stijgen. Dit zal beoordeeld worden op de basis van de ingediende stavingsdocumenten, en op basis van de onderzoeken die er uitgevoerd worden bij de sportclubs. Elk jaar worden de cijfers bekeken en ook besproken op de algemene vergadering van de sportclubs. INDICATOR Het aantal gevolgde bijscholingen door JSB/JSC dat in aanmerking komt Het aantal sportgekwalificeerde JSB en aantal gediplomeerde JSC in de jeugdsportclubs Kwalificatie van de JSB en JSC Het aantal sportclubs die werken met sportgekwalificeerde JSB en sportgekwalificeerde JSC.


Sportdienst Harelbeke De onderstaande doelstellingen werden verplaatst naar strategische doelsteling 1 – ondersteuning van sportclubs. Ze horen daar eerder thuis dan in het project impulssubsidie, aangezien er op geen enkele wijze enig krediet uit de subsidiepot ‘impulssubsidie’ gebruikt wordt. De evaluatie werd dan ook gedaan onder strategische doelstelling 1. 6 .Via stimulansen en ondersteuning zal geprobeerd worden bij een aantal clubs ook van start te gaan met een jeugdwerking. OD 14 – Met een aantal clubs zal overleg gepleegd worden om hen er toe aan te zetten ook met een jeugdafdeling te starten, en dus afzonderlijke trainingen te organiseren. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Een aantal clubs hebben een goede werking, maar werken bv nog niet met jongeren. Ze hebben in het verleden al enige interesse getoond om eventueel van start te gaan met een jeugdwerking, maar om verschillende redenen besloten ze dan toch maar niet van start te gaan met een jongerenafdeling. Met een aantal clubs zal overleg gepleegd worden, en zal voorgesteld worden om eventueel bij wijze van proef, voor een zekere periode een jeugdwerking op te starten. Na die periode kan dan een evaluatie gemaakt worden, en uiteindelijk beslist worden of men al of niet verder gaat met de jeugdafdeling. Voor die clubs die overwegen om met een jeugdafdeling te starten, zou de toelating gegeven worden dat hun kandidaat-jeugdsportbegeleider(s) ook de vormingen volgen die georganiseerd worden door de sportdienst. Zij zouden echter niet kunnen genieten van het voordeel van het bekomen van een subsidie. Dit zou pas kunnen na minstens één jaar werking van de jeugdsportafdeling (dus vanaf 2010) van die club. Er wordt daarbij onder meer gedacht aan de volgende clubs: badminton, tafeltennis, jogging, kickbox, en eventueel ook anderen. Deze doelstelling wordt niet ingebracht in de impulssubsidie. TIMING: 2009 – 2010 - 2011: Elk jaar wordt na gegaan welke clubs eventueel in aanmerking zouden kunnen komen om met een jeugdafdeling van start te gaan. 2012 – 2013: idem ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst zal gesprekken voeren met de clubs die mogelijks interesse zouden hebben om met een jeugdsportafdeling te starten. Indien men dat wenst zal de sportdienst ondersteunend werken naar die clubs toe. Die ondersteuning kan in de vorm van een tijdelijke lesgever, een promotieactie voor de sportbedrijvigheid in de club, eventueel het afsluiten van een sportverzekering. De kosten worden niet ingebracht in het project impulssubsidie. BEGROTING: 2009-2010-2011: Echt veel kosten dienen hier niet verwacht te worden. Deze kunnen gedragen worden via de gewone werking van de sportdienst, of hoeven niet altijd ten laste te komen van de sportdienst (bv lesgeversondersteuning Bloso?). De kosten worden niet ingebracht in het project impulssubsidie. 2012-2013: KWALITEITSZORG/EISEN: De bedoeling is om in de komende 5 jaar twee tot drie clubs er toe aan te zetten met een jeugdafdeling van start te gaan. INDICATOR Het aantal clubs dat inpikt op dit initiatief OD 15 – Aan de clubs die besluiten om te starten met een jeugdwerking zal minstens één jaar een intensieve ondersteuning gegeven worden via het ter beschikking stellen van maximaal één jeugdsportbegeleider per club en het betalen van een aantal kosten. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Die clubs die bewezen hebben echt interesse te hebben voor een jeugdafdeling, door toch gedurende een zekere periode van het sportseizoen een werking ontplooid te hebben (al of niet met lesgeversondersteuning), en die duidelijk een engagementsverklaring ondertekenen om verder te willen gaan met een jeugdbeleid, en in te pikken op het project impulssubsidie door ondermeer te streven naar bijscholingen enz, kunnen één jaar een intensieve ondersteuning krijgen ten laste van de sportdienst. (niet voor impulssubsidie) TIMING: 2009 – 2010 - 2011: De clubs die in aanmerking komen vergaderen jaarlijks minstens één keer met de sportdienst, waar concrete afspraken gemaakt worden mbt de ondersteuning. 2012-2013: idem ORGANISATIE/MODALITEITEN:


Sportdienst Harelbeke De sportdienst zorgt dat er ten minste jaarlijks éénmaal overleg is met de clubs die in aanmerking komen voor deze operationele doelstelling. Daarbij worden concrete afspraken gemaakt mbt de te nemen maatregelen ifv de OD15. Die ondersteuning bestaat onder meer uit het volgende:  Het er beschikking stellen van een gediplomeerde jeugdtrainer gedurende een gans speelseizoen  Het verkrijgen van een sterke promotievoering tvv de jeugdwerking van de club, dit via de sportdienst.  Het bekomen van toelagen, overeenkomstig de regelgeving terzake (zowel van uit de beleids- als impulssubsidie).  Het gratis kunnen volgen van allerlei opleidingen georganiseerd door de sportdienst in het kader van het project impulssubsidie. Betaling van de aansluitingskosten bij de federatie voor het eerste volledige werkjaar (kosten komen niet in het dossier afrekening impulssubsidie) BEGROTING: 2009:2010-2011: 1.200 euro – Deze bedragen kunnen niet ingediend worden voor de afrekening impulssubsidie (naar Bloso) toe. Deze bedragen worden dan ook niet ingeschreven in de kostenraming impulssubsidiefonds. 2012-2013: 0 euro. KWALITEITSZORG/EISEN: De lesgever die ter beschikking gesteld of betaald wordt, moet houder zijn van een sportdiploma. De club moet zich ook engageren om verdere bijscholingen te volgen en in te pikken op de acties uitgaande van de JSC‟n (ovelegplatform). Via de deelnemerslijsten bij die organisaties of initiatieven moet de effectiviteit van hun genomen intenties vast gesteld worden. INDICATOR Het aantal nieuwe jeugdsportclubs en het aantal JSB


Sportdienst Harelbeke Strategische doelstelling nr. 6: Personeel. Het personeel van de sportdienst dient optimaal gemotiveerd en bijgeschoold te worden om zijn taakinvulling – in al zijn facetten - tot een goed einde te brengen. Dit ten voordele van zich zelf, en van de klanten/sporters. Het personeel zal tevens een ingesteldheid vertonen waarbij er gewaakt wordt over efficiëntie-effectiviteit-rendabiliteitenergiebewust-spaarzaamheid. 1. De missie en de waarden van de sportdienst moeten “leven” onder het personeel: ze moeten gekend zijn en het personeel moet er achter staan. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De sportdienst heeft reeds vele jaren een aantal waarden en een aantal doelstellingen uitgeschreven. Deze zaken werden regelmatig het zij rechtstreeks, hetzij in de vorm van een toelichting rond een bepaald werk, hetzij in een functioneringsgesprek duidelijk gemaakt. De missie en waarden moeten echter nog meer afgestemd en vertaald worden naar de specifieke taken van het personeel. Het personeel moet de missie en taken kennen, er ze begrijpen, er achter staan, en ze ook laten “leven” in de dienst en dienstverlening. Maatregelen SD6OD01M01: Op de algemene vergadering van het SD personeel zal het SBP toegelicht worden. Ook de missie en doelstellingen zullen nogmaals herhaald en vertaald worden naar de taken van het personeel toe, in overleg, met inspraak en mede-invulling van het personeel. Aanpassing van de taakomschrijving van het SD personeel. 2007: 2B 2009: Herhaling en beklemtoning van de missie en waarden. Aan de hand van voorbeelden verwijzen naar goede resultaten. Peilen naar de kennis bij het personeel, hun echte motivatie. 2B 2011: Evaluatie en eventuele bijsturing van onze missie en taken. Actualisering en of modernisering van de omschrijving op basis van nieuwe mogelijkheden, technieken, eisen, wensen, frontoffice, openingsuren… Herschrijven van de “vertaling” naar taken in doelgebieden toe. ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD organiseert dit punt binnen zijn eigen dienst en in overleg met de sector Vrije Tijd en eventueel andere diensten. Er wordt gezocht naar standaardisering en controlering, meten van de kennis en opvolging. Er wordt gebruik gemaakt van boeken, artikels, technieken. BEGROTING: Heeft geen invloed op de begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: Het personeel moet “zichtbaar” doordrongen worden van onze missie en waarderen, en in die zin natuurlijk ook handelen. Dat moet blijken en gemeten kunnen worden uit de kwaliteit van de serviceverlening op allerhande vlak. Daarnaast moet het personeel ook effectief de waarden en de missie “kennen”. Men moet in algemene termen de hoofdlijnen kunnen schetsen van de missie. Specifiek per sector moet men kunnen omschrijven wat voor hen de missie en waarden zijn. Er dient hier op gemeten te worden op een “niet-directe” wijze.



2. Van de personeelsleden sportdienst wordt een steeds groter wordende multifunctionele werking, en een zeer grote soepelheid vereist. Daar tegenover moet er van uit het bestuur een enige compensatie komen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De hoop wordt uitgedrukt dat op termijn ook een zekere vorm van promotie kan komen voor de schoonmaaksters en arbeiders die in een aantal gevallen extra prestaties doen (BV toezicht) en daar ook opleidingen moeten voor volgen. De administratieve medewerksters zitten nu allemaal in de C schaal, wat duidelijk een verbetering is. Het schepencollege heeft een aantal personeelsleden van een aantal diensten verhoogd in weddeschaal, gezien het feit dat hun taken inhoudelijk gestegen zijn. Ondertussen is er voor één van de administratieve medewerksters een vaste benoeming. De hoop wordt uitgedrukt dat er in de toekomst nog mogelijkheden zijn om personeel te benoemen. Ook moet er onderzocht worden wat de mogelijkheden zijn om het personeel een gelijke compensering te geven voor weekendprestaties, zoals die bij de mensen van de technische diensten het geval is. Maatregelen SD6OD02M01: Aankaarten van de mogelijkheid tot een hogere compensatie ifv weekendwerk (cfr medewerkers van de technische diensten). 2008: 0B 2011: herhalen, nog steeds niet uitgevoerd 0B 2009-2012: Verdere opvolging bevorderings en benoemingsmogelijkheden. 2B SD6OD02M02: Door het Dynamoproject van de stad (mutatie van personeel naar de facilitaire dienst, invoering zaaltoezichters, integratie met de sector vrije tijd) moet er een herschikking komen van uurregelingen, permanenties, taakinvullingen, … Het administratief personeel blijft twee avonden per week ingeschakeld in een gedeeltelijk toezicht (tot 19u), via permanentie in het bureel. 2011 1A ORGANISATIE/MODALITEITEN: Na het Dynamoproject dat uitgewerkt werd bij de stad zal de infoverstrekking ifv de Frontoffice er toe leiden dat de medewerkers van de sportdienst niet alleen een nog grotere kennis van de eigen werking moeten hebben, maar ook van de werking van een aantal andere diensten binnen de sector Vrije Tijd. De coördinatie dient te gebeuren van uit de sector Vrije Tijd, informatie, … BEGROTING: Zal afhankelijk zijn van eventuele beslissingen over alle diensten en personeel heen. KWALITEITSZORG/EISEN: Een benoeming voor bepaalde medewerkers zou een duidelijk pluspunt betekenen voor de SD en zijn medewerkers. Een verhoging (gelijkschakeling met arbeiders van TD) voor zaterdagprestaties is gewenst. 3. Eén van de belangrijkste factoren naar motivering van medewerkers toe is het regelmatig geven van opleidingen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de vorige jaren werd een vormingstraject uit gewerkt voor alle medewerkers. Dit vormingsplan is gebaseerd op een intern onderzoek naar de vormingswensen (mening personeel) en vormingsbehoeften (mening diensthoofd).


Sportdienst Harelbeke Voor de komende jaren dient jaarlijks een nieuw vormingsplan opgesteld te worden dat kadert in een meerjarenplan. Belangrijke items die daar aan bod komen zijn ondermeer de veiligheidsopleidingen, preventie vandalisme, kwaliteitszorg, informatica, serviceverlening, mindmapping, energiesturing, … Maatregelen SD6OD03M01: Jaarlijks wordt in overleg met het personeel een gedetailleerd plan op gemaakt dat ook kadert in een meerjarenplan. 2007: In de zomer wordt een meerjarenplan opgemaakt dat overlegd zal worden met het personeel. Organisatie van bepaalde opleidingen (onder meer energiesturing, mindmapping). 1A 2008-2012: Jaarlijks wordt een gedetailleerd plan opgemaakt, wordt het meerjarenplan geëvalueerd en waar nodig bijgestuurd. 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD doet alle voorstellen tot vorming naar de personeelsdienst toe, en in overleg met de dienst veiligheid (voor wat betreft de veiligheidsopleidingen). Door het Dynamoproject binnen de gemeente, en de reorganisatie van de dienst interne werking en personeel zal er in de toekomst geopteerd worden voor een meer gecentraliseerde aanpak. In de overgang(sjaren) kan ondertussen verder gewerkt worden zoals dit in de vorige jaren het geval was: als er zich iets nuttigs aandient kan dit gevraagd worden. BEGROTING: In de gewone dienst worden de nodige (beperkte) kredieten voorzien. KWALITEITSZORG/EISEN: Voor elke vorming wordt bekeken wat de doelstelling is en wat het personeel zou moeten opdoen aan kennis mbt die vorming. 4. Een belangrijke factor naar motivering van medewerkers toe is het regelmatig geven van allerhande informatie. Daartoe zal blijvende aandacht besteedt worden aan het intranet en andere informatiekanalen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De informatie op het (in de SD lokale) intranet is zeer ruim en moet verder perfect onderhouden worden. Elk jaar moet getracht worden een stapje vooruit te zetten naar het personeel toe. Dit moet leiden tot een nog grotere invulling van de informatie naar het personeel en de werking van de SD toe. Een ander vorm van infoverstrekking zijn de algemene vergaderingen die af en toe gepland worden (vergadering sportpromotie, vergadering administratie, vergadering arbeiders, alg vergadering personeel). Naast het intranet is ook outlook een belangrijk kanaal voor informatieverstrekking. Het personeel moet daar nog sterker mee leren werken. Maatregelen SD6OD04M01: Er worden tools ter beschikking gesteld mbt infoverstrekking. 2007: Er wordt een infosessie (herhaling) gegeven mbt de mogelijkheden mbt het gebruik van outlook en ons intranet. Er wordt daarbij vooral gewezen op nieuwigheden, zoekmogelijkheden (bv sportclubs, adressen, faqlijst, ..). Er wordt meer managementinfo ter beschikking gesteld (mbt reservaties, inkomsten, deelnemersaantallen, ….) 2B 2010: Rechtstreekse toegang via het internet tot de servers op het stadhuis vooral ifv de financiële consultatie (beperkte toegang). 2B Een aantal medewerkers moeten zich bijscholen ifv infoverstrekking mbt de energieverbruiken (zeker ifv zonnecollectoren), kosten-batenanalyse. 2009-2012: Opvolgen nieuwe technieken en mogelijkheden die interessant kunnen zijn voor infoverstrekking binnen de SD. 1B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkte in het verleden zoveel mogelijk de zaken zelfstandig uit. Na het Dynamoproces zal er steeds meer rekening moeten gehouden worden met andere diensten en zullen veel zaken hier op afgestemd moeten worden. BEGROTING: Hier hoeven geen speciale kredieten voor voorzien te worden. KWALITEITSZORG/EISEN: Uit de onderzoekjes die er gevoerd worden naar het personeel toe moet blijken dat de meerderheid van het personeel tevreden is over het informatie-aanbod. Uit de bevraging moet ook duidelijk blijken waar er nog kan bijgeschaafd worden. 5. Er moet voortdurend gewerkt worden aan kwaliteitsverbetering van onze dienstverlening. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In het bijzonder moet er hier gedacht worden aan de verdere invoering van nieuwe technieken en mogelijkheden waar de bevolking ook steeds meer en meer gaat naar vragen (BV elektronische betalingen). Het sporadische overleg van de commissie administratie van de SD maar vooral de wekelijkse vergaderingen sportpromotie dragen daar toe bij. In het verleden werd er te weinig gemeten wat er fout ging of beter gezegd, wat er kon verbeterd worden. Hier moet er meer klemtoon op gelegd worden, met de noodzakelijke feedback naar de medewerkers toe. Deze metingen moeten duidelijk zijn, en door iedereen gekend zijn, zodat het personeel de evolutie en verbetering kan volgen. In de toekomst wordt gehoopt in te kunnen pikken op een Vlaams IKZ plan voor de sportdiensten. Maatregelen SD6OD05M01: Er wordt zeer regelmatig binnen verschillend overleg aandacht gegeven aan IKZ. Er wordt gemeten, geëvalueerd, …. 2007: De werkgroepen-vergaderingen hebben steeds een element mbt IKZ. Daarbij wordt kwaliteitsverbetering nagestreefd in diverse geledingen van de SD: administratie, sportpromotie, onderhoud, …. Speciaal wordt er aandacht gegeven aan schoonmaak, drukwerk, sportpromotie (evaluaties deelnemers, sturen lesgevers). Ook de kwaliteit ifv de veiligheidscontroles wordt steeds bekeken. De kwaliteitsbewaking van de energieverbruiken is voor het najaar van 2007 belangrijk. 2B 2008: Nog vlottere inschrijvingen (elektronische identiteitskaart, synchro moet lokaal bevolkingsbestand), opvolging leerlingen (pda), opvolging energie en sturingen, online reservaties en verhuur van materialen (volksspelen), reservaties tennisvelden (rechtstreeks inschrijvingen) 1B 2009: Optimalisering energiesturing alle voetbalvelden. Meten van onze dienstverlening aan de hand van een Vlaams IKZ plan voor sportdiensten (via de Vlaamse overheid) 1B 2010: Verdere opvolging en metingen mbt kwaliteit van onze dienstverlening. Nog sterkere automatisering. 2B 2011: Door de invoering van het Dynamoproject moeten dringend nieuwe en sluitende afspraken gemaakt worden die er voor moeten zorgen dat er garanties zijn mbt de kwaliteitsopvolging van punten die aan de sportdienst onttrokken worden: legionellaplan, renovatie en onderhoud voetbalvelden, controles speelpleinen, .. 1A ORGANISATIE/MODALITEITEN: Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 98

Sportdienst Harelbeke De SD probeert zo goed als mogelijk de actualiteit mbt automatisatiemogelijkheden te volgen. Er wordt voor een groot stuk een beroep gedaan op derden (cps en syx), en op onze dienst informatica. Er wordt creatief nagedacht over nieuwe mogelijkheden die bijdragen tot verbeteringen. Met de facilitaire dienst dienen goede afspraken gemaakt te worden zodat een correcte kwalitatieve uitvoering gebeurt. BEGROTING: Kleine extra kredieten in de gewone dienst zullen nodig zijn om een aantal zaken te realiseren. KWALITEITSZORG/EISEN: De sportdienst moet zoals gewoonlijk één van de diensten zijn die beschikt over de technologisch mogelijkheden, niet om bij het kransje van de begenadigden te staan, maar vooral om de efficiëntie en effectiviteit van onze dienstverlening te verhogen. Dit moet gebeuren tegen zo laag mogelijke prijzen. Er moet een duidelijke vooruitgang genoteerd worden zowel in het aantal metingen als in de positieve resultaten er van. De kwaliteit mbt de ondersteuning van de andere diensten moet afgelezen kunnen worden in de goede tijdige communicatie, en in de correcte uitvoering. 6. Een aantal taakomschrijvingen en taaktoewijzingen dienen herschreven te worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Een aantal medewerkers hebben de laatste jaren de sportdienst verlaten omwille van diverse redenen (ontslag, ziekte). Het is wenselijk dat de taaktoewijzingen en taakomschrijvingen van alle medewerkers eens opnieuw geactualiseerd worden op basis van de huidige realiteit en de huidige en toekomstige intenties. Ook de taaktoewijzingen mbt de veiligheid dienen verder omschreven te worden ifv een aantal projecten (legionella, evacuatie, crisiscommunicatie). Gevolg aan de ingrijpende wijzigingen in de werking van de sportdienst, gevolg aan het Dynamoproject, moeten ook taakinvullingen opgemaakt worden voor de medewerkers van de facilitaire dienst die tvv de sportdienst ingeschakeld worden. Maatregelen SD6OD06M01: De taakomschrijvingen dienen her schreven te worden. 2007: In de zomer en in het najaar worden een aantal taakomschrijvingen aangepast. Deze worden ook besproken met de medewerkers. 1A 2008-2010: Eventuele verder aanpassingen ifv mogelijks te verwachten wijzigingen van bovenaf (personeelsdienst – in het geval er promoties of aanwervingen zouden komen). 0B 2011-2013: Bijsturen van de taakomschrijvingen op basis van het Dynamoproject (transitie). Met de facilitaire dienst zou best afgesproken worden wat de concrete taken zijn van het personeel dat naar die dienst gemuteerd is en dat door de sportdienst kan aangevraagd worden (onderhoud groen, onderhoud sportvelden, schoonmaak, ….). ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst werkt deze zaken uit samen met al zijn medewerkers en waar nodig de personeelsdienst of dienst veiligheid. BEGROTING: Er zijn geen specifieke kredieten nodig.


Sportdienst Harelbeke KWALITEITSZORG/EISEN: Het personeel moet duidelijk weten welke taken hen toebedeeld zijn. Wat hun verantwoordelijken zijn. Elk personeelslid zou een eigen taakomschrijving op papier moeten hebben en ook heel duidelijk de inhoud er van kennen en begrijpen. 7. De sportdienstmedewerkers krijgen een intensere en ook ruimere responsabilisering, elk in hun domein, en moeten daar leren meer omgaan. De medewerkers moeten een aantal technieken aanleren om hun taken meer stressvrij en meer planmatig te kunnen verrichten. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De opleiding rond computergebruik, serviceverlening, de functioneringsgesprekken en de klemtoon op zelfstandige werken tijdens de algemene vergaderingen leiden er toe dat er een steeds grotere verzelfstandiging plaats grijpt. De responsabilisering wordt ook meer duidelijk i.f.v. de controles die de arbeiders moeten doen i.f.v. speelpleinen, legionella. Ook de administratieve medewerkers krijgen ruimere taken, met meer taakinhoud, meer zelfstandigheid van uitvoering. Het personeel moet geleerd worden hoe men met meer verantwoordelijk omgaat (niet wegsteken, tijdig reageren bij problemen, time-managementtechnieken toepassen). Maatregelen SD6OD07M01: De administratieve medewerkers zullen aan de hand van hun taakomschrijvingen gewezen worden op onze kwaliteitseisen. Daaraan gekoppeld zal er een TM opleiding georganiseerd worden (najaar). 2007 1A SD6OD07M02: In 2003 werd voor de administratieve medewerkers een week Time management georganiseerd. Dit zal herhaald worden. De schoonmaaksters zullen een systeem krijgen om zelf beter hun prestaties op te volgen (op basis van effectieve controles). Zij meer vernemen over schoonmaaknormen en of IKZ bij schoonmaak (najaar). Bevraging over de tevredenheid bij de medewerkers. 2008 verdaagd gevolg aan Dynamo 0B SD6OD07M03:Een zelfde aanpak (oa een week van het time management) dient te gebeuren naar de arbeiders toe, met daarbij onder meer de nadruk op veiligheid en opvolging uitvoeren werken (normen, tijdigheid, IKZ). 2009 ingevolge Dynamo 0S SD6OD07M01: Verdere responsabilisering, bevraging over de tevredenheid. Nieuwe bevragingen mbt de tevredenheid bij het personeel. 2011 – 2013 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD zal zelf deze punten uitwerken en intern organiseren (eventueel ism BSD). BEGROTING: Er hoeven geen kredieten voorzien te worden. KWALITEITSZORG/EISEN: Het administratieve personeel moet Time Management skills nog beter beheersen en verder gemotiveerd worden om nog zelfstandiger te werken, eigen taken op te volgen mbt tijdigheid en kwaliteit. Hetzelfde geldt voor de schoonmaaksters en de arbeiders. In alle sectoren moet men tools krijgen om meer zelfcontrole te doen. De SF zal korter de timing opvolgen en helpen bijsturen waar nodig. De “vlotheid” van werken moet afgemeten worden aan de tevredenheidsonderzoekjes die regelmatig gebeuren, en aan het absoluut vermijden van lang laten aanslepen van bepaalde taken.


Sportdienst Harelbeke 8. De medewerkers moeten gestimuleerd worden met “(alternatieve) strokes” OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Dit punt heeft veel te maken met het vorige punt. In veel gevallen zit de tevredenheid van de medewerkers in kleine zaken. Zaken die “tegengaan” moeten zo vlug mogelijk weg gewerkt worden. Er moet een grotere vrijheid komen in het geven van strokes en kleine beloningen. Deze hoeven niet direct extra te kosten, maar kunnen de waardering van het personeel en de inzet van de medewerkers wel degelijk verhogen. Maatregelen SD6OD08M01: In 2005 werd er een overzicht gemaakt van allerhande mogelijkheden mbt strokes bij de SD‟n van BSD. Uit dit onderzoek blijkt ondermeer dat de SD Harelbeke al heel wat doet. Ook de nodige literatuur werd rond dit thema geraadpleegd. Er zal nagezien worden waar de kwaliteit of inhoud van de strokes kan verbeterd worden. In de komende jaren dient verder een systematische aanpak hier rond nagestreefd te worden. 2008: onderzoek werd gevoerd binnen BSD verband 2B 2010: hernieuwd onderzoek lijstje strokes binnen BSD. 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SF werkt dit punt uit ism het personeel (wat zijn hun voorstellen?). Dit alles dient geplaatst te worden in een “haalbare” omgeving. BEGROTING: Op basis van de voorstellen die uitgewerkt zullen worden zullen misschien een paar kleine aanpassingen van kredieten voor “recepties en feestelijkheden binnen de SD” moeten aangepast worden. KWALITEITSZORG/EISEN: Het personeel moet zich gewaardeerd voelen, maar moet ook duidelijk beseffen dat men nooit alles kan krijgen, dat er beperkingen zijn. Het personeel moet ook een zicht krijgen hoe de waardering zich verhoudt tov bv andere diensten, en dit eventueel via meetbare scores (lijsten). 9. De medewerkers moeten gestimuleerd worden om hun creatieve en probleemoplossende geest aan te wakkeren en dit tvv de SD en zijn werking. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Een aantal technieken moeten aangeleerd worden om nog creatiever te gaan denken. Creativiteit kan maar open bloeien in een omgeving waar men gemotiveerd, geïnformeerd en betrokken is. De creativiteit moet leiden tot meerwaarde tvv de SD en zijn serviceverlening (in alle geledingen). Dit zal ook de IKZ verhogen. Creatief denken moet aangeleerd, gestimuleerd en gewaardeerd worden. Maatregelen SD6OD09M01: Er werd één en ander gelezen over technieken die betrekking hebben met deze materie. Er wordt hier rond een kleine opleiding georganiseerd (intern) in het najaar, gekoppeld aan het gebruik van mindmaptechnieken. 2008: Voor het uittekenen van een aantal projecten zal voortaan een beroep gedaan worden op technieken rond creatief denken (mindmap, postitsysteem, …) 2B 2009: Er wordt een nieuwe opleiding gepland rond creatief denken.. 2B 2010-2012: In de komende jaren dient een meer systematische aanpak hier rond nagestreefd te worden. Af en toe worden een aantal creativiteitssessies opgezet rond bepaalde items. 1B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst zal deze materie zelf uitwerken, (eventueel ism BSD en of derden instituten, opleidingscentra). Waar mogelijk wordt intern gewerkt, om het programma zo veel als mogelijk op de SD af te stellen. BEGROTING: Mogelijks dienen er geen kredieten voorzien te worden. Vermoedelijk kan alles intern georganiseerd worden zonder of met heel geringe meerkosten. KWALITEITSZORG/EISEN: Het personeel moet in de komende jaren gaan inzien dat ook zij creatief zijn en hun daadwerkelijke bijdrage kunnen brengen ism het diensthoofd (en sportraad). Zij moeten zelf in staat zijn om een aantal technieken te beheersen (mindmapping voor de administratieve medewerkers) of moeten weten hoe een aantal technieken gehanteerd en gebruikt kunnen worden (onder begeleiding, voor de arbeiders en schoonmaaksters). Na een aantal jaren moet er een zekere gewoontewording ontstaan om bepaalde technieken te gebruiken. 10. De uurregelingen m.b.t. schoonmaak dienen bekeken te worden en verrekend te worden naar oppervlaktes toe. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Enkele jaren terug werd werk gemaakt van herschikking van uurregelingen van de schoonmaakster (in afspraak met de medewerksters zelf), dit i.f.v. een betere en efficiëntere uitvoering van het schoonmaken. Er zijn nu meerdere personen die de schoonmaak in de Dageraad opvolgen wat moet leiden tot een kwaliteitsverhoging. Het onderhoud van de vele lokalen moet soms wat achterwege gelaten worden omdat de schoonmaaksters ook andere zaken moeten doen (toezicht) en dan uren moeten recupereren. Afhankelijk van de (betere) afspraken met de clubs en het stijgend gebruik van de kleedkamers en douches zal misschien meer uur schoonmaak moeten geïnvesteerd worden in bepaalde gebouwen. Maatregelen SD6OD10M01: Rond de zomer moeten duidelijker afspraken gemaakt worden mbt het onderhoud door de clubs van bepaalde lokalen. Op basis hier van moet het onderhoudsschema van de schoonmaaksters dan bekeken worden. De nodige conclusies moeten hier uit getrokken worden. 2007: 2B SD6OD10M02: Er moet nog meer aandacht gegeven worden aan kwaliteits(meting). Er wordt een sessie naar schoonmaaksters georganiseerd waarbij er meer “gemeten” zal moeten worden, en waarbij dus de kwaliteit en de kwantiteit genoteerd en geëvalueerd zal worden. 2008: Niet uitgevoerd gezien herstructurering 0B SD6OD10M03: Ingevolge het Dynamoproces moet het schoonmaakpersoneel overstappen naar de facilitaire dienst. Deze dienst zal zorgen voor de opmaak van een schoonmaakplan, de opvolging van de prestaties van de schoonmaaksters, en het uitbouwen van de nodige kwalilteitscontroles. 2011: De overstap wordt gezet 1A ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD en later de facilitaire dienst werkt dit dossier uit in overleg met alle betrokkenen. BEGROTING: Heeft geen gevolgen voor de begroting of slechts heel kleine (in positieve zin dan, minder verbruik?)


Sportdienst Harelbeke KWALITEITSZORG/EISEN: Er moeten een aantal “schoonmaaknormen” komen die ingevoerd en opgevolgd worden. De schoonmaaksters moeten er van doordrongen worden dat deze normen er zijn om de IKZ in hun sector nog te verhogen. Er moet in deze sector een nog duidelijke kwaliteits en kwantiteitsstijging genoteerd worden (door invoeren van bepaalde technieken, regelingen, afspraken, …). Eén en ander moet gekoppeld worden aan afspraken met clubs, die op hun beurt ook voldoende aan de afspraken met hen moeten voldoen. Ook dit moet opgevolgd worden. 11. Het personeel moet dringend bijgeschoold worden en meer en meer overtuigd worden van allerhande “veiligheidsaspecten”. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2007 wordt een nieuw een bijscholingsplan uitgewerkt, waarbij ook veiligheid een belangrijk aspect is. Vroeger werd al de klemtoon gelegd in die richting. Aangezien het personeel ook zelfstandiger controles gaat uitvoeren (speelpleinen, legionella, ….) moet ook in de komende jaren verder geïnvesteerd worden in informatiesessies, BV n.a.v. algemene personeelsvergaderingen. Maatregelen SD6OD11M01: De controlebladen en schema‟s worden nog uitgebreid, toegelicht en het definitieve legionallabesluit zal toegelicht worden. De implementatie naar de nieuwe installaties (Dageraad en Vlasschaard en Forestiersstadion) zullen er voor zorgen dat dit jaar nog bijkomende aandachtsmomenten of vormingen georganiseerd worden. 2007: Het dossier werd over genomen door de technische/facilitaire dienst. 0B 2008-2010: Stelselmatig worden meer sportcentra mee betrokken in de opvolging, in het veiligheidsplan. Ook meer personeel zal betrokken worden. 0B 2011: Het plan is klaar en operationeel van de Dageraad, de Vlasschaard

1B

2012: Het legionellaplan is operationeel op alle sportaccommodaties

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkte jaar na jaar verder aan de veiligheidsaspecten allerlei. Maar de technische en later de facilitaire dienst nemen de dossiers ivm de veiligheidsaspecten over. Deze dienst wordt volledig verantwoordelijk voor de aanpassingen, opvolging van de plannen/timing/controles. Daarbij wordt gedacht aan legionella, controle blusapparaten, controle speelpleinen, controle lux sporthallen en velden, controle daken sporthallen, controle afvoer regenwater, opvolging onderhoud sportvelden, controle materialen, ontruimingsmodaliteiten, vrijwaring vluchtwegen, … BEGROTING: Wellicht zullen er hier geen extra kredieten voor nodig zijn voor de aanpassingen van de installaties, en voor de regelmatige controles. KWALITEITSZORG/EISEN: Het personeel moet doordrongen zijn van de noodzaak mbt de veiligheidsvoorschriften. De medewerkers moeten op de hoogte zijn van de voornaamste veiligheidsaspecten en elk jaar opnieuw moet er verder bijgeschaafd worden. Regelmatige tests (bv evacuatie) moeten geëvalueerd worden. Het personeel moet voor zich zelf een stuk meten hoe ver hun kennis staat. De facilitaire dienst wordt verantwoordelijk voor de opleiding, opvolging, testen, … 12. Gezien de besparingen die dienden uitgevoerd te worden in de voorbije jaren is er geen permanent toezicht meer in de stedelijke sporthallen. Bij probleemmomenten is het nodig om dat toezicht (tijdelijk) opnieuw uit te breiden.


Sportdienst Harelbeke OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In de Dageraad zorgen de administratieve medewerkers voor permanentie in het secretariaat tot 20u. Daarna wordt nog een vergoeding gegeven aan de cafetaria uitbater om te sluiten. In Bavikhove wordt er enkel geopend en gesloten. In vergelijking met de sector cultuur is dit een schril contrast. Daar is er altijd permanentie. Bij afwezigheid van permanentie is er ook een grotere kans op vandalisme, misbruik van de accommodaties (langer trainen, meer verlichting aanleggen dan nodig, misbruik van materialen ….). Indien de problematiek van vandalisme en eventueel diefstal ernstig zou stijgen, zou opnieuw moeten geopteerd worden om naar een nog grotere permanentie te gaan. Maatregelen SD6OD12M01: Doordat er opnieuw problemen ontstonden, en in het kader van Dynamo werd besloten om over te stappen naar permanent toezicht in de sporthal de Dageraad. Daarbij wordt een personeelslid van de sportdienst voor een zeer groot deel van zijn uren ingeschakeld in het toezicht. Daarnaast wordt gewerkt met gemachtigde toezichters. 2011: Invoering en evaluatie van de werking van het systeem 1B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD volgt dit op ism de personeelsdienst en evalueert regelmatig de toestand. BEGROTING: Via extra gemachtigde toezichters zou er meer permanentie kunnen doorgevoerd worden en zouden extra kredieten moeten voorzien worden indien de nood er zou zijn om meer permanentie te organiseren. KWALITEITSZORG/EISEN: Het administratieve personeel moet tijdens de avonduren (toezicht) in eerste instantie vooral kunnen bezig zijn met zijn job van dienstverlener. Het personeel dat permanentie of toezicht doet ook enige aandacht geven aan de problematiek van vandalisme, diefstal maar dat mag niet ten koste gaan van minder kwalitatief werk, of stressvorming (of zich bedreigd voelen). Dit moet afgemeten worden uit de onderzoeken naar tevredenheid, en uiteraard ook naar den spontane reacties rond dit item. 13. Er dient regelmatig nagezien te worden in de diverse sectoren waar er kan gespaard worden op de uitgaven. Meten is weten (financieel-sportpromotieenergie). Kosten-Batenanalyses dienen opgesteld te worden, naast regelmatige rapporten OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Dit is een continue zorg voor besparingen, die door de sportdienstmedewerkers gekend is. Op de algemene vergaderingen wordt hier regelmatig de klemtoon op gelegd. Meer en meer wordt de kosten/baten zeer regelmatig opgevolgd. Regelmatig moet na gegaan worden waar er nog kan bespaard worden, tijdens vergaderingen (algemene vergadering, werkgroepen of commissies). De verwerking van de gegevens moet zoveel mogelijk geautomatiseerd worden, zodat er minder werk aan te pas komt. Maandelijks dient het cijfermateriaal geëvalueerd te worden zodat een bijsturing sneller kan gebeuren. Er moeten “model” rapporten komen. Maatregelen SD6OD13M01: De kostenbaten wordt nog verfijnd. Een meerjarenbegroting (ook in de gewone dienst) wordt opgesteld. Er is een regelmatig overleg waarbij de kredieten en de uitgaven bekeken worden. 2007: 1A SD6OD13M02: De kredietopvolging kan makkelijker via de onlineverbinding met de centrale diensten. Sportbeleidsplan 2007-2012 blz. 104

Sportdienst Harelbeke 2009:

2B

SD6OD13M03: Analyse van de kostenbaten van onze sportaccommodaties. Nagaan waar er eventueel aandachtspunten zijn in overleg met de facilitaire dienst en de duurzaamheidsambtenaar. 2011-2012: 1B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD (alle personeel) is betrokken bij dit punt en moet hier dan ook van doordrongen zijn. Minder uitgeven, meer doen met evenveel centen, creatief zijn .. zijn aandachtspunten binnen de SD. Het personeel moet besparing als een houding zien. BEGROTING: De begroting mag niet spectaculair stijgen in de komende jaren (behoudens nieuwe projecten of herstellingen). KWALITEITSZORG/EISEN: Bij de functioneringsgesprekken moet vast gesteld kunnen worden dat het personeel effectief ook doordrongen is van de ingesteldheid om te besparen waar dit kan, of mee te helpen zoeken naar alternatieven voor bepaalde uitgavenposten. Het succes van dit punt dient afgemeten te worden in de vergelijking die we maken met andere diensten mbt hun financiële en personele uitgaven. Zowat maandelijks moeten op een min of meer geautomatiseerde wijze cijferrapporten verkregen kunnen worden. Deze moeten er toe leiden dat er nog vlugger kan bijgestuurd worden waar dit nodig is. Er moeten controles komen ifv de duurzaamheid ism de duurzaamheidsambtenaar. 14. Energiebesparing moet een continue zorg zijn. De opvolging moet dan ook beter georganiseerd worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2005 werden de beide sporthallen uitgerust met zonneboilers en zonnepanelen. Er moet meer aandacht gaan naar energiebesparing en hier rond moet er dan ook een project opgezet worden. Dit project, met een campagne rond energiebesparing moet zich richten naar het personeel, de clubs (in onze accommodaties) en de sportbezoekers. De campagne zal ook aandacht geven aan de opwarming van onze planeet. Zo zal het verbruik ondermeer uitgedrukt worden in CO2 productie op jaarbasis. Maatregelen SD6OD14M01: De “winst” mbt de zonnepanelen wordt berekend voor de Dageraad en de Vlasschaard. De cijfers worden kenbaar gemaakt. Cijfermateriaal wordt zo goed mogelijk bijgehouden en gecontroleerd. Het verbruik zal ook ondermeer uitgedrukt worden in CO2 productie op jaarbasis. 2007: 2B SD6OD13M02: De nodige software voor het sturen van de verlichting en verwarming in de Dageraad wordt gebruikt. Dit geldt ook voor de sturing van verlichting van de oefenvelden en verwarming onderbouw. De nodige personeelsleden en clubmedewerkers krijgen hier rond een opleiding. 2009: sturing energie in de Dageraad, onderbouw, voetbalvelden, kleedkamers Forestiersstadion 2B SD6OD13M03: Er wordt gezorgd voor sturing van de verlichting op andere sportaccommodaties na een grondige evaluatie van het werkende systeem in de Dageraad en op de sportvelden aan de Mol. De nodige personeelsleden en clubmedewerkers krijgen hier rond een opleiding. 2012: 0B


Sportdienst Harelbeke SD6OD13M04: De in de zomer van 2011 aan te leggen beregeningsinstallaties zullen gestuurd worden van uit Recreatex zodat er ‟s nachts kan beregend worden op het sportcentrum de Mol. Dat moet leiden tot minder verdamping van water en het gebruik van elektriciteit aan nachttarief. 2011: uitvoering in april-mei 2B SD6OD13M05: In samenwerking met de duurzaamheidsambtenaar en de facilitaire dienst moet een studie gemaakt worden van de mogelijke ingrepen ifv energiebesparing in de verschillende accommodaties. 2011-2012: 0B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt zelf de campagnes uit in overleg met het personeel en clubs. Waar mogelijk wordt ingepikt op voorbeelden van acties van andere sportdiensten of organisaties. Tevens wordt een beroep gedaan op het promotiemateriaal van overheidsinstanties die begaan zijn met energiebesparing. BEGROTING: Er dienen hier voor geen extra kredieten voorzien te worden (wel voor de investeringen – zie hoofdstuk accommodaties). KWALITEITSZORG/EISEN: Uit het cijfermateriaal mbt de verbruiken moet duidelijk zijn dat het energieverbruik effectief daalt in de Dageraad en de Vlasschaard, vooral wat het gasverbruik betreft. De gevoerde acties en inspanningen moeten leiden tot een daling van het energieverbruik.


Sportdienst Harelbeke Strategische doelstelling ondersteuning.

nr.

7:

Communicatie,

samenwerking

en

De sportdienst moet bij de Harelbeekse bevolking, bij andere (sport)diensten en sportorganisaties gekend zijn als een dienst die tot taak heeft de sporters te informeren, hen bij te staan, te begeleiden en te ondersteunen waar dit (financieel, materieel en naar personeel toe) haalbaar is. De sportdienst moet naar derden en andere organisaties toe tevens gekend zijn als een dienst die kwaliteit en snelheid van uitvoering hoog weet in te schatten, en waar men tevens open staat voor nieuwe technieken, structuren en procedures. Dit met de duidelijke bedoeling de communicatie en service te verbeteren, zowel kwalitatief als naar snelheid van uitvoering toe 1. De sportdienst moet verder de beste relaties onderhouden met de verschillende andere stadsdiensten. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: De SD moet met een aantal diensten de samenwerking nog verder uitbouwen. Er zijn reeds een aantal goede initiatieven genomen in de laatste jaren. Deze samenwerkingsverbanden moeten verder behouden, verbeterd en uitgebreid worden. Vanaf 2008 moet het overleg meer gestructureerd worden. Ook de bevolking merkt op dat er nog intenser kan samen gewerkt worden door de stedelijke diensten. Bij de samenwerking moet ook nog meer geleerd worden welke de regels zijn binnen de afzonderlijke diensten (bv ivm dienstverlening, regelgeving, …). Maatregelen SD7OD01M01: Het samenwerkingsverband met de jeugddienst mbt de organisatie van sportnamiddagen, gezamenlijke promotievoering voor acties tijdens de vakanties, … moet verder uitgebouwd worden. Met de TD moet er nauwer samen gewerkt worden ifv “kwaliteitsvolle maaibeurten en betere afspraken mbt taakopvolgingen. Met het OCMW werd samen gewerkt rond de organisatie van een sportinstuif voor ocmwklanten. Dit samenwerkingsverband moet verder uitgediept worden 2007:

2B

SD7OD01M02: Met het dienstencentrum van het ocmw wordt een nieuwe inventaris gemaakt mbt het aanbod naar senioren toe. De intenties mbt seniorensportbeleid worden overlopen. Met de milieudienst wordt gezocht naar een actievoering rond energiebesparing. Met de jeugddienst werd opnieuw een werking opgezet op een aantal wijken (speelstraatwerking). Daar waar dit kan moet dit uitgebreid worden. En wordt ook aandacht gegeven aan de intenties die er bestaan rond de Noord-Zuid werking (ondersteuning sportclubs in Afrika?). De eerste samenwerkingsverbanden worden gemaakt mbt “gezondheidsaspecten” (nieuwe medewerkster welzijnsdienst). Er was ondermeer een samenwerking rond de sportkampen “sport en gezondheid”. Met de politie is er een samenwerking mbt preventie van vandalisme, preventie drugsgebruik (opleiding personeel) en moet er werk gemaakt worden van een actie rond verkeersveiligheid. Met de personeelskring is er een goede samenwerking rond de organisatie van de jaarlijkse sportnamiddag in september. Met de bib is er een jaarlijkse beperkte samenwerking rond de sporttak in de kijker 2009-2010:

1B

SD7OD01M02: De goede samenwerking/integratie van de sportdienst binnen de sector vrije tijd moet door de personeelsleden sportdienst ten volle ondersteund worden, maar uiteraard met de prioriteit op de eigen goede werking. Via een geformaliseerd overleg zoals de forums en werkgroepen, maar ook via een vlotte communicatie moet er voor gezorgd worden dat het aanbod en de werking van de sector vrije tijd beter gekend wordt. Op die manier zal ook meer inhoud gegeven kunnen worden aan de dienstverlening in de Frontoffice.


Sportdienst Harelbeke Elk jaar wordt er minstens rond één specifiek project samen gewerkt met de andere diensten Vrije Tijd. 2011-2012

1B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De sportdienst probeert zoveel als mogelijk initiatiefnemer te zijn in deze zaken. Het vergt natuurlijk heel wat extra inspanningen, creativiteit, overleg, visie, … Er moet over gewaakt worden dat de integratie binnen de sector Vrije Tijd vlot verloopt en niet zorgt voor veel extra werk, kwaliteitsvermindering, … BEGROTING: Deze samenwerkingsverbanden mogen niet direct een serieuze impact hebben op bijkomende uitgaven. De samenwerking moet kaders in projecten die gepland waren door de SD, of die uitgaan van andere diensten (die dan de onkosten moeten dragen). KWALITEITSZORG/EISEN: De samenwerkingsverbanden moeten leiden tot meetbare resultaten: meer acties, meer deelnemers, grotere serviceverlening naar de bevolking toe. 2. De sportdienst moet verder zijn goede relaties behouden met overheidsinstanties zoals de provinciale sportdienst, het ISB , het Bloso, Vlabus, Burensportdienst, SVS, BOIC, … OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Naar diverse instanties toe wordt gedacht aan volgende samenwerkingsverbanden:  ISB: De inzet naar het ISB toe is afgebouwd doordat de SF niet meer zetelt in de raad van bestuur (Vlaams en W Vl). De medewerking blijft intens op het vlak van het invullen van vragenlijsten, medewerking Vlaamse zwemweek, inpikken op bijscholingen, …. Eventueel kan ingepikt worden op commissiewerk (bv project kwaliteitszorg, project sporthallen, …).  Bloso: De sportdienst zal verder solidair inpikken op de acties die door het Bloso gelanceerd worden en die voor onze dienst haalbaar zijn. De sportfunctionaris zal zich verder blijven inzetten bij de voorbereiding en invulling van de cursus sportfunctionaris (module informatica).  Provinciale Sportdienst: In de toekomst kan verder met de provincie samen gewerkt worden rond een aantal projecten: vorming, sport en gezondheid, driedaagse mindervalidensport, …  Vlabus: De SF maakt sinds 2007 deel uit van de raad van bestuur van Vlabus en formuleerde reeds een aantal beleidsvoorstellen (ifv de impulssubsidie, sportbeleidsplan, controle lesgevers, ….).  Provinciale sportraad: De SR zal zich verder blijven inzetten voor acties van de provinciale sportraad. Er wordt gepleit om iemand naar de raad van bestuur van de provinciale sportraad af te vaardigen. Indien die niet verkozen wordt zal men zeker aanwezig zijn op de provinciale vergaderingen.  Burensportdienst: Het jaar 2007 was voor BSD een belangrijk jaar. De stap naar de formele intergemeentelijke samenwerking werd gezet. De SD Harelbeke probeert net zoals in het verleden één van de stimulators van BSD te zijn via het formuleren van voorstellen, in te pikken op de voorbereiding van acties, … De SD Harelbeke fungeerde in 2009-2010 als voorzitter van BSD.  SVS: De SD zal naar SVS toe zijn werking voor een groot stuk beperken tot het inpikken op bv de Vlaamse veldloopweek. Zalen kunnen verhuurd worden aan SVS ifv sportnamiddagen. De SD zal echter niet extra initiatieven ondernemen naar schoolsport toe, omdat ervaren wordt dat daar ook van uit de sector (leerkrachten) niet om gevraagd wordt. Wel wordt vanaf 2010 meer in gezet op de Vlaamse veldloopweek ism de Harelbeekse scholen.  BOIC: Waar dit kan pikt de SD in op acties die gevoerd worden door het BOIC.


Sportdienst Harelbeke Maatregelen SD7OD02M01: De SD/SF Harelbeke fungeert als voorzitter van BSD 2009-2010:

2S

SD7OD02M02: De SD werkt nauwer samen met SVS en de plaatselijke scholen ifv de Vlaamse veldloopweek 2010: Vanaf 2010 2B ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD Harelbeke probeert stimulansen te geven, doet eventueel voorbereidend en uitvoerend werk, maar enkel daar waar ook daadwerkelijk een positief resultaat mag verwacht worden. Het is ook een utopie om te gaan denken dat de SD aan alle acties kan deelnemen. Er moet een duidelijke selectie gemaakt worden, maar er moet gestreefd worden naar een actieve participatie. BEGROTING: Heeft geen impact op de begroting. KWALITEITSZORG/EISEN: Op voorhand moet duidelijk bepaald worden welke de verwachtingen en resultaten moeten zijn mbt het project. De resultaten moeten zorgen voor een meerwaarde voor de dienst, dit ter compensatie van het werk, de uren die wij daar aan besteed hebben. Het inpikken op acties als deelnemer moet jaarlijks geëvalueerd worden. Daarbij moet nagezien worden hoeveel deelnemers er waren, en of het nog zinvol is om verder in te pikken op het gebeuren. 3. De sportdienst moet continu werken aan een grotere naambekendheid naar de plaatselijke bevolking toe. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2004 werd hier rond een actieve en ruime campagne gevoerd: opfleuring sporthallen, het laten zien van het stadslogo, e-marketing, promotiematerialen, speelstraatwerking, sportdienstkaart, sportdienstzine,… Rond het thema naambekendheid werd binnen de administratie een projectgroep opgestart die aan de hand van een brainstorming en mindmaptechnieken dit thema uitdiepte. Werd in 2004 de basis gelegd, dan moeten in de komende jaren wellicht extra kredieten uitgetrokken worden om de doelstellingen te verwezenlijken. Aandacht dient gegeven te worden aan de mogelijkheden van het stadsbestuur. Hier toe zetelt de sportfunctionaris ook in de commissie Stadspromotie, met het doel om de situatie daar ook duidelijk beter te kunnen opvolgen, t.v.v. de stadsdiensten, en de sportdienst in het bijzonder. De tot standkoming van een sportdienstkaart moet ook bijdragen tot de grotere naambekendheid van de sportdienst. Maatregelen SD7OD03M01: Er wordt continu gewerkt aan de naambekendheid door verschillende zaken aan te pakken en de kwaliteit te bewaken. In het najaar van 2007 zal het thema naambekendheid nog eens op de vergadering administratie aan bod komen. 2007: 2B SD7OD03M02: Via een student wordt een onderzoekje gedaan naar de naambekendheid van de sportdienst. Aan de hand van de resultaten worden nieuwe stappen genomen om de naambekendheid nog groter te maken. Zo wordt onder meer van start gegaan met een digitale nieuwsbrief specifiek gericht naar bestuursleden, trainers, … 2011:

1B


Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt dit dossier uit binnen de commissie administratie van de SD. Er werd reeds een brainstormingssessie georganiseerd rond dit item. In het najaar zullen de gegevens verder verwerkt worden. BEGROTING: Er zijn geen specifieke kredieten nodig. KWALITEITSZORG/EISEN: Het is de bedoeling bij het meten van onze naambekendheid dat wij er steeds een aantal procent op vooruit gaan. Binnen een aantal jaar moet de sportdienst een begrip geworden zijn bij alle schoolgaande jeugd (via de schoolsportklassen en folders) en bij onze sportclubs (via de digitale nieuwsbrieven en de serviceverlening). 4. Het is essentieel dat de klanten of degenen die om de medewerking van de sportdienst vragen duidelijk en zeer snel geïnformeerd wordt wanneer de uiteindelijke oplossing (herstelling, antwoord, …) mag verwacht worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2004 werd verschillende keren gewezen op noodzaak van een goede en snelle serviceverlening. Iedereen kreeg een “basisopleiding” tijdens de algemene vergaderingen. Er werd naar het administratieve personeel een specifieke opleiding georganiseerd om de kwaliteit van het antwoord op de vragen nog te verhogen. Dit resulteerde in een FAQ lijst die voor iedereen consulteerbaar is. Regelmatig wordt eens opnieuw aandacht gevraagd voor één van de elementen op de FAQ lijst. De FAQ lijst werd in 2007 aangepast. Maatregelen SD7OD04M01: De FAQ lijst werd aangepast waar het personeel dat nodig vond. Het lijstje van de FAQ‟s wordt ook binnen Burensportdienst overlopen en besproken. Een nieuwe infosessie rond outlook en het gebruik van het intranet wordt georganiseerd. 2007: 2B SD7OD03M02: De opleiding “van administratief medewerker tot managementsondersteuning “ voor onze administratieve medewerkers wordt her bekeken en toegelicht naar de administratieve medewerksters toe. Er wordt onderzocht waar er zaken dienen aangepast te worden. Er wordt een test gedaan in hoeverre iedereen de FAQlijst weet terug te vinden en de vragen vlot kan beantwoorden. 2011-2012: In overleg met de nieuwe personeelsdienst

0B

SD7OD04M03: Een sessie Time Management kan georganiseerd worden naar de overige medewerkers toe. We blijven de FAQ lijst herhalen en er wordt een evaluatie gemaakt of deze FAQ lijst niet opnieuw moet bijgeschaafd worden. 2012: in overleg met de nieuwe personeelsdienst

0B

S07OD04M03:Uitwerking van zowel een E-loket als de Frontoffice werking. Niet alleen de eigen procedures moeten goed gekend zijn, maar ook die van andere diensten van de sector Vrije Tijd. Formeel moeten er concrete afspraken gemaakt worden ivm de snelheid van uitvoering (beantwoorden vragen). De fysieke indeling van de Frontoffice in de Dageraad wordt her bekeken. Verruimen en aantrekkelijker maken van het infoaanbod in de sporthal de Dageraad (TV scherm, ruim rek met folders/proecedures/aanvraagformulieren). Aanleren nieuwe technieken ifv regelmatige aanpassing van het E-loket (en evenementenloket). Invoering van de kassamodule van Recreatex ifv een nog snellere bediening.


Sportdienst Harelbeke 2011-2012:

1B

SD7OD04M04: Invoering van een online opvolgsysteem evenementen, maar ook voor de subsidiedossiers. 2011: Uitbreiding module Recreatex en invoering Subsidio

voor

aanvragen

ifv 1B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD werkt dit intern zelf zo veel als mogelijk uit, in overleg met de andere diensten Vrije Tijd. Er wordt rond deze materie vergaderd en er worden interne opleidingen gegeven. BEGROTING: De kredieten voor de aankoop van verschillende software (modules) wordt voorzien vanaf 2011. KWALITEITSZORG/EISEN: Het administratieve personeel moet zeker voor 90% scoren op het correct vinden en begrijpen van de gegevens in de FAQ lijst. Men moet wat daar in staat ook uiteraard kunnen hanteren. Voor de overige medewerkers (toezichters) mag een score verwacht worden van 70%. Dit moet gemeten worden via een klein onderzoekje waarin gepolst wordt naar het vermogen om de FAQ lijst correct te gebruiken. 5. De internetinformatie van de sportdienst is ruim, maar moet nog versterkt worden. De webpagina van de sportdienst is sterk informatief, maar kan verder uitgebouwd en verbeterd worden. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: In 2004 werd de webpagina sterk uitgebreid: online raadplegen van de stand van zaken m.b.t. inschrijvingen sportkampen, sportlessen, reservaties sportmaterialen, reservaties zalen en velden, …. Er zijn de invulformulieren op het web voor aanvragen tennis, aanvragen accommodaties, aanvragen materialen, reserveren van uren voor de provinciale sporttesten. Ook werden vragenlijsten naar de jeugd toe opgemaakt ifv een onderzoek mbt sportpromotie. In de komende jaren zullen de nieuwe technieken moeten verder opgevolgd worden zodat de sportdienst verder “bij blijft” en de nieuwe technieken kan toepassen. Het internet moet nog meer gebruikt en gepromoot worden. Maatregelen SD7OD05M01: Er wordt in het najaar nog een campagne gevoerd naar de kenbaar making van de webpagina van de SD. Er worden nieuwe mogelijkheden geboden om online te reserveren (volksspelen, materialen, …) 2007:

2B

S07OD05M02: RSS feeds worden ingevoerd. Er wordt meer en meer gewerkt met digitale videobeelden die als reclamefilmpjes gebruikt worden voor de promotie van ons aanbod (aanbod accommodaties – aanbod sportpromotie). De SDzines worden online geplaatst. 2012:

0B

SD7OD05M03: Er wordt uitgebreid aandacht gegeven aan de uitbouw van een sterk geautomatiseerd E-loket (inschrijvingen, reservaties van bepaalde velden, aanvraag en opvolging evenementen, sport+ verzekering, aanvraag materialen, …). 2011: Met recreatex, in overleg met de sector Vrije Tijd


0B

Sportdienst Harelbeke ORGANISATIE/MODALITEITEN: Via nieuwsbrieven en info proberen wij op de hoogte te blijven van de nieuwe ontwikkelingen. De technieken worden aangeleerd of ingehuurd om onze doelstellingen te verwezenlijken. We proberen zoveel als mogelijk intern de zaken te realiseren. BEGROTING: In de toekomst moeten de kredieten voor informatica ten minste behouden blijven of wellicht iets stijgen. KWALITEITSZORG/EISEN: Wij moeten een duidelijke (elk jaar toch minstens 10%) stijging zien in onze bezoekersaantallen op de webpagina (online metingen). Ook het aantal online inschrijvingen moet jaarlijks stijgen. De meerderheid van de gratis reservaties (tennis) dient te geschieden via het internet. Het E-loket moet sterk uitgebouwd worden en regelmatig aangepast worden waar nodig. 6. Moderne communicatietechnieken moeten gebruikt worden en moeten tot op een zeker niveau door alle medewerkers hanteerbaar zijn. De medewerkers moeten (kandidaat)sporters stimuleren om gebruik te maken van onze digitale informatiekanalen. OMSCHRIJVING DOELSTELLING: Alle personeelsleden beheersen momenteel tot op een zekere hoogte de mogelijkheden van email en internetinfo. De kennis hier rond moet nog groeien. Er moet ook verder gewerkt worden aan een mentaliteitswijziging (bij de administratie is die er al), een bewustwording op dit terrein om te verwijzen naar onze digitale infoverstrekking. Iedereen (Ook arbeiders en schoonmaaksters tijdens hun toezicht) moet de reflex krijgen dat er gevraagd wordt naar het mailadres, en de juiste gegevens van de persoon die informatie vraagt, zodat mailings mogelijk worden. In de toekomst zullen verder opleidingen georganiseerd worden om deze “skills” beter te kennen en zelf te leren gebruiken. Maatregelen SD7OD06M01: Regelmatig wordt er aandacht gevraagd voor deze operationele doelstelling. Het administratieve personeel beheerst alle nodige technieken (ook messenger). De snelheid van communicatie (inloggen) voor het personeel van Bavikhove naar onze server toe moet verhoogd worden (geschrapt 2011). Het “toezichtspersoneel” wordt verder bekwaamd in deze communicatietechnieken. Er wordt “getest” hoe ver de kennis reikt bij deze medewerkers en welke kennis nog nodig is. De kennis mbt extra sorteermogelijkheden en voorstellen van bepaalde taken, mails moet verruimen (ifv datum uitvoering, datum herinnering, …) 2011: Aanpassingen ingevolge Dynamo

1A

SD7OD06M02: De administratieve en andere medewerkers in mindere mate, moeten nog meer de technieken van outlook aanleren. Men moet nog meer vertrouwd geraken met taakopvolging. De administratie kan een aantal technieken mbt lifehacking (= nog sneller, efficiënter, doelgerichter werken) aanleren. 2011-2012:

0B

ORGANISATIE/MODALITEITEN: De SD realiseert de meeste zaken zelf. Eventueel wordt een beroep gedaan op een derde via opleidingen.


Sportdienst Harelbeke BEGROTING: De meeste zaken zijn gratis en hebben geen invloed op de begroting. Het invoeren van technische hulpmiddelen voor bewaking van onze gebouwen zal wel begroot moeten worden en een weerslag hebben op de buitengewone dienst van de begroting (investering). KWALITEITSZORG/EISEN: Alle personeelsleden moeten de technieken die uitgewerkt werden beheersen en toepassen zeker op het vlak van taakopvolging, mail en agenda. Er moet ervaren worden dat de medewerkers ook effectief de technieken gebruiken voor een betere opvolging van hun taken, planning. Indien nodig moeten ook andere technieken beheerst worden (bv ifv veiligheidsapparatuur). De term lifehacking moet zijn intrede doen in de sportdienst. Een aantal technieken moeten aangeleerd worden.


Sportdienst Harelbeke. Inhoudstafel. 1. Hoofdstuk 1 : Inleiding blz. 03

Recommend Documents