JAARVERSLAG
2011
“Een kind helpen is de wereld helpen. Een moeder helpen is een natie helpen. Helpen armoede te doorkomen is hen de kans geven om opnieuw te mogen dromen.”
1
INHOUDSTAFEL
1. WOORD VOORAF
03
2. NASCI 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6. 2.7.
04 10 12 13 15 16 18
2011 voor lezers met weinig tijd Wie, wat, waar Het Bestuur Missie en visie Doelgroep en actieterrein Doelstellingen Methodiek
3. ALGEMENE WERKING 3.1. Onze medewerkers 3.2. Rondleidingen en bezoeken 3.3. Taalstimulering 3.4. Pers / communicatie / media / public relations
20 23 23 24
4. (KANS)ARMOEDEBESTRIJDING 4.1. Algemene doelstellingen 4.2. Materiële bijstand 4.3. Overzicht interventies 4.4. Residentie van de hulpzoekenden 4.5. Nationaliteit van de hulpzoekenden 4.6. Taalgebruik van ons publiek 4.7. Werken met doorverwijzers 4.8. Doorverwijzingen door NASCI 4.9. Sociaal Infopunt
25 27 28 29 29 29 30 33 34
5. ACTIVITEITEN 5.1. Vorming & opvoedingsondersteuning 5.2. Vormingstraject ‘Mama’s Power 2’ 5.3. Mama’s Club 5.4. Diverse activiteiten
35 39 42 46
6. FINANCIËN 6.1. Subsidiërende overheden 6.2. Financiële, materiële en logistieke steun en giften
48 49
7. BESLUIT
50
2
1. WOORD VOORAF In ons jaarverslag van 2011 willen we aantonen dat NASCI meer dan ooit actief is in het ondersteunen van moeders met kinderen die zich in een moeilijke situatie bevinden. Dit blijkt voldoende uit de cijfergegevens en de verslagen van onze activiteiten. Armoedebestrijding blijft een belangrijke doelstelling in Brussel. Bij de oprichting van NASCI was het onze doelstelling om hulp te bieden aan degenen die dit het meeste nodig hebben. Dankzij de steun van de subsidiërende overheid en onze sponsors en weldoeners, de uitbreiding van onze ploeg, de inzet van vele vrijwilligers, de samenwerking met andere Brusselse organisaties en de ervaring die we ondertussen hebben, durven we stellen dat we erin slagen steeds efficiënter te werken. Het lukt ons om moeders die bij ons aankloppen beter te helpen en meer ondersteuning te bieden. Zoals in de beginperiode geven we materiële hulp in de vorm van kledingpakketten voor kinderen, geboortepakketten voor moeders die gaan bevallen, speelgoed, schoolmaterieel en andere nuttige zaken. Dankzij sponsors en privégiften kunnen we ook helpen met het uitdelen van basis verzorgingsproducten. Maar, dit is maar 1 aspect van onze werking, ondertussen hebben we heel wat meer te bieden. Er worden vormingssessies georganiseerd die deel uitmaken van een volledige cyclus, er is een jaarlijkse voorstelling voor kinderen, er is de wekelijkse Mama’s Club waar moeders samenkomen om te praten en te ontspannen en raad te vragen. Er kan ook wekelijks aan yoga gedaan worden. In samenwerking met Dokters van de Wereld kunnen we efficiënt doorverwijzen in geval van specifieke medische noden. Wat we voor ogen hebben, is moeders en kinderen, die zich in een precaire situatie bevinden, te ondersteunen, moeders te helpen bij de opvoeding van hun kinderen, ze hun weg in Brussel te leren vinden, ze sterker en hoopvoller te maken. Een druppel op een hete plaat? Bij NASCI zijn we ervan overtuigd dat wat we doen waardevol is.
De Raad van Bestuur
3
2. NASCI 2.1. 2011 voor lezers met weinig tijd Een jaar vol veranderingen… Welkom 2012. Een nieuw jaar met grote uitdagingen is van start gegaan. We kijken graag even terug naar 2011 en staan met u even stil bij wat er allemaal is gebeurd. Alvast bedankt voor uw aandacht en het lezen van dit jaarverslag!
“Soms moet je durven veranderen om dezelfde te blijven…” Onze trouwe medewerkster Gaby Aerts ging in april met ‘verdiende rust’.
(Collega Gaby Aerts)
Teamleden Salima Ghanem en Irina Asojan verlieten ons na het beëindigen van hun stage in het kader van het tewerkstellingsprogramma ‘Artikel 60’. Van april tot mei werden de twee kelderverdiepingen grondig gerenoveerd en waterdicht gemaakt. Dit bracht met zich mee dat de volledige stock diende te worden verhuisd en dat er onnoemelijk veel gepoetst moest worden. De stock en het andere materieel werd na overleg met het team en de vrijwilligers na de werken opnieuw praktisch gereorganiseerd. Op het gelijkvloers kregen de grote ramen aan de straatzijde nieuw dubbel veiligheidsglas en nieuwe elektrische rolluiken. Ook de inkompoort werd vernieuwd. Op de eerste verdieping werden alle lichtmonturen met verouderde gloeilampen vernieuwd. De voorgevel werd geïsoleerd ter hoogte van de oude rolluiken op het gelijkvloers zodat we warmteverlies kunnen beperken. We leden waterschade na de hevige sneeuwval in januari en moesten afrekenen met brandschade te wijten aan vandalisme. Alle schade werd hersteld. Het schoolmaterieel op de zolderverdieping en de hele afdeling ‘witgoed’ (lakens, dekens, donsdekens, hoofdkussens, badhanddoeken, slaapzakken e.d.) werd gereorganiseerd en netjes gestapeld in praktische doorkijkbakken. 4
Nieuw personeel moest worden aangeworven ter invulling van de twee openstaande betrekkingen in het kader van ‘Artikel 60’. De directeur ging op 1 mei officieel halftijds aan de slag. Door de twee vrijgekomen halftijdse betrekkingen kon NASCI een voltijdse nieuwe stafmedewerker ‘maatschappelijk werk’ aanwerven die op 16 mei het team kwam vervoegen. Voor het (kleine) NASCI-team was de realisatie van de hogergenoemde opsomming een huzarenopdracht. Soms waren er momenten van niet weten waar eerst te beginnen. De personeelsvervangingen verliepen zoals te verwachten niet helemaal naadloos. Hierdoor moest de vaste kern van het NASCI-team het noodgedwongen gedurende twee maanden slechts met twee medewerkers doen. Geen eenvoudige opdracht. Na uiteindelijke indiensttreding van onze nieuwe personeelsleden was het evident dat ze ieder op zich uiteraard ook voldoende kansen en de tijd kregen om zich degelijk te kunnen inwerken. ‘Last but not least’ deden we er alles aan opdat ons publiek van dit alles geen hinder zou ondervinden. Voor de moeders en kinderen was het bij NASCI ‘business as usual’! Al deze veranderingen impliceerden doordachte planning en praktische organisatie, flexibiliteit, inzet en doorzettingsvermogen van alle betrokkenen. Iedereen heeft naar eigen vermogen deze moeilijke opdracht gelukkig tot een goed einde gebracht. Op het einde van de rit zijn we er samen versterkt uitgekomen.
Wat zouden hulpbehoevenden in het Brussels Gewest zijn zonder NASCI?
(twee dikke vrienden – elk kind verdient een knuffel)
Wat onze werking betreft mogen we steevast stellen dat de noodzaak van ons bestaan in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zeker niet ter discussie staat. Wel integendeel. De cijfers liegen er niet om ook al is armoedebestrijding in een grootstedelijk gebied soms dweilen met de kraan open. Kinderarmoede kan niemand onverschillig laten.
5
De wereld wordt geconfronteerd met een financiële en economische crisis van een zelden geziene omvang. Het is belangrijk dat voorzieningen voor kinderen en de verwezenlijkingen uit het recente verleden niet in gevaar komen. Vast staat dat velen onder ons noodgedwongen moeten (over)leven in deze crisis. Alle hulp is daarom meer dan welkom in deze bikkelharde strijd tegen uitsluiting en armoede, zeker voor moeders en kinderen die zich door alles en iedereen in de steek gelaten voelen en dat jammer genoeg vaak ook letterlijk zijn. Voor deze specifieke kwetsbare groep blijven we – samen met iedereen die het mee mogelijk maakt - dagelijks en met veel overtuiging het verschil maken door concreet te helpen en aandacht te schenken op een constructieve en positieve manier. Niets doen is voor NASCI GEEN optie. Kinderarmoede moet met man en macht bestreden worden! In ons land loopt immers één kind op vijf het risico arm te zijn. In Brussel, waar NASCI haar actieterrein heeft, is dat cijfer één kind op twee! Voor elke moeder die NASCI helpt staan er tien wachtenden in de rij. Op gebied van armoedebestrijding is er dus werk aan de winkel, héél veel werk. Alle inspanningen om het probleem in kaart te brengen hebben de overheden ondertussen wel gedaan. Cijfers en rapporten in overvloed. Helaas… de nodige middelen om armoede reëel te bestrijden blijken niet altijd evenredig te zijn met de resultaten van deze talrijke studies. Een bittere vaststelling! Jammer genoeg heeft de crisis ook deze gemiste kans als gevolg. Er zijn effectief onvoldoende middelen om armoede efficiënt te bestrijden. Anderzijds zien we dat overheden en sponsors roepen om nieuwe initiatieven, vernieuwende projecten en spectaculaire acties. Vanuit onze dagelijkse voeling met dit kwetsbare doelpubliek weten we echter dat mensen die in armoede (over)leven misschien wel helemaal geen nood hebben aan vernieuwende en spectaculaire projecten. Parallel met deze oproepen horen we binnen het werkveld collega’s potentiële initiatiefnemers zeggen dat ze zich eerder afgeremd voelen om nog iets nieuw te ondernemen. Dit omwille van de vaak te hoog gestelde administratieve eisen en verwachtingen en het tijdsgebrek om omslachtige en ingewikkelde dossiers in te dienen. Vanuit eigen ondervindingen delen we deze mening. Ondersteunen wat goed werkt en wat zijn degelijkheid heeft bewezen zou kansen moeten krijgen om te kunnen blijven groeien. We spreken hier uiteraard in naam van onze specifieke doelgroep en hopen dat niemand het ons kwalijk neemt dat we het voor hen opnemen en het beste met hen voorhebben. Vraag elke hulpbehoevende gerust waar hij of zij het meeste nood aan heeft. Het antwoord is simpel! Basisbehoeften komen altijd eerst! De rest volgt. Laat dat nu net onze sterkste troef zijn. Concrete hulp, degelijke informatie en specifieke begeleiding is wat deze mensen vooral nodig hebben. AANDACHT is het sleutelwoord!
“ Het grootste geschenk dat je iemand kan geven is oprechte aandacht.” NASCI kan niet vermijden dat mensen in armoede leven. We kunnen wel de voorwaarden scheppen waaronder mensen kunnen leren hoe armoede te bestrijden. 6
Voor wie NASCI nog niet kent… NASCI is een autonome, pluralistische organisatie waar etnische afkomst en levensbeschouwing geen rol spelen. Het welzijn van (kansarme) kinderen hier en nu is onze ‘core business’. Om kinderen snel en efficiënt te helpen, ondersteunen we de moeders/families waar we kunnen in hun dagelijkse strijd tegen armoede en uitsluiting. NASCI is sinds eind 2003 operationeel en werkt voor het hele Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. We zijn gehuisvest in een mooi pand gelegen in Schaarbeek. NASCI reikt kansarme en hulpbehoevende zwangere vrouwen, alleenstaande moeders en families, die door omstandigheden tijdelijk of structureel niet meer in het levensonderhoud van hun kinderen en zichzelf kunnen voorzien, een helpende hand in hun strijd tegen armoede en uitsluiting. NASCI wil er zijn voor de meest kwetsbaren in onze samenleving. NASCI heeft als doelstellingen het bestrijden van armoede en sociale uitsluiting, het aanbieden van informatie en ondersteuning op opvoedkundig en sociaal-maatschappelijk gebied. In 2011 vormden de volgende mensen het team: De Algemene Vergadering en Raad van Bestuur 3 professionele personeelsleden (waarvan 2 VT en 1HT) drie VT personeelsleden dankzij sponsoring in het kader van het tewerkstellingsprogramma ‘Artikel 60’ van de gemeente Schaarbeek 28 fantastische vrijwilligers (goed voor zo’n 3022 werkuren) 5 enthousiaste stagiaires (goed voor zo’n 191 werkuren) 2 alternatieve werkstraffen (goed voor zo’n 92 werkuren) NASCI is trots op haar multiculturaliteit en respect voor ieders eigenheid. Ons publiek was in 2011 afkomstig uit maar liefst 46 verschillende landen. Het vrijwilligersteam is een kleurrijke mengeling van 11 nationaliteiten. NASCI ontvangt d.m.v. een overeenkomst een enveloppensubsidie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Het subsidiebedrag bleef de afgelopen jaren ongewijzigd. De loon- en werkingskosten daarentegen stegen aanzienlijk. We denken hier vooral aan stijgende loonkosten, de verhoogde levensduurte in het algemeen, de gestegen verzekeringstarieven en zeker niet te vergeten de energiekosten die de pan uitswingen. Hierdoor voldoen de subsidies niet langer om alle reële werkingskosten te dekken. NASCI is bijgevolg deels noodgedwongen afhankelijk van sponsoring en giften. Alle intense pogingen om bij andere overheden bijkomende steun te krijgen waren helaas een maat voor niets. Toegegeven… er was drie jaar lang geen regering in ons land, laat staan dat er bijkomende middelen voorhanden waren. Het (voort)bestaan van de dagdagelijkse werking van de vzw is en blijft daardoor ook in de toekomst bijzonder kwetsbaar.
7
Toch even vermelden dat NASCI absoluut geen subsidiemiddelen gebruikt om gebruiksgoederen en ander materieel aan te kopen voor distributie aan kansarmen. We hebben het hier over de dure luiers en opvolgmelk, gevulde zwangerschapstassen, verzorgingsproducten voor baby’s, kinderen en moeders, schoolmaterieel, speelgoed etc. Willen we elk kind datgene geven wat het nodig heeft om in de basisbehoeften te voorzien, dan moeten er heel wat middelen gevonden worden en dat is in tijden van crisis geen eenvoudige opdracht. Zekerheden hebben we dus niet. Geen centjes… geen producten. Gelukkig kunnen we voor heel wat materieel (voornamelijk kinder- en babykleding) rekenen op de solidariteit van onze medemensen. In naam van alle kinderen en hun ouders is NASCI haar sponsors en gulle gevers bijzonder erkentelijk en dankbaar!!!
Cijferweetjes…
Sinds de opening heeft NASCI meer dan 1400 families op langdurige basis ondersteund. Jaarlijks bieden we bijkomend aan honderden andere families éénmalige noodhulp aan.
In 2011 realiseerden we 3.405 hulpinterventies: 2.308 voor kinderen en 1.097 voor moeders.
Meer dan 80 Brusselse instanties leidden hulpbehoevende moeders naar NASCI.
Ongeveer 200 families met samen zo’n 415 kinderen werden ingeschreven voor ondersteuning op lange termijn.
We bedeelden 17.326 items (zoals kleding- en geboortepakketten, luiers en vochtige doekjes, babymelk, allerlei babybenodigdheden, diverse verzorgingsproducten, speelgoed, kinderwagens, schoolbenodigdheden, …).
99 hoogzwangere vrouwen konden op NASCI rekenen voor een zorgeloze bevalling (alvast op het gebied van materieel voor hun baby’tjes).
In 2011 organiseerde NASCI 40 ontmoetingsnamiddagen voor jonge moeders en hun kinderen onder de noemer “Mama’s Club”. We mochten hierop 567 moeders, 488 kinderen en 186 vrijwilligers begroeten. Het team meegerekend (zes per MC) telden we in het totaal ongeveer 1481 aanwezigen. Tijdens deze ontmoetingen, met een hapje en een drankje, werden diverse thema’s besproken uit de leefwereld van de moeders.
53 baby’s genoten van een knus badje met hun mama.
416 moeders bezochten de mama’s boetiek.
Wekelijks stonden de professionele en begripvolle vrijwilligsters van het project “Spreek met haar” van Dokters van de Wereld klaar om een babbeltje te slaan met de moeders en kinderen.
Op 20 namiddagen organiseerden we kinderanimatie of andere activiteiten.
In februari bood ‘Studio Bloom’ onze moeders en kindjes gratis een heuse ‘fotoshoot’ aan. De prachtige foto’s kregen ze als herinnering mee. Ontroerend!
8
Ook in 2011 konden moeders gratis genieten van een wekelijks uurtje yoga onder professionele begeleiding van een vakkundige yogalerares. Een 134-tal moeders genoot hiervan.
In november vond NASCI een nieuwe kapster bereid die moeders en kinderen voor een prikje een verzorgd kapsel schonk. 18 moeders en kinderen maakten hiervan gebruik.
68 jonge kansarme moeders namen enthousiast deel aan diverse vormingen en workshops. NASCI organiseerde het luik vorming met partners zoals vzw Citizenne, Ecoconso, Natuurpunt, Kraamzorg Volle Maan, KAV Intercultureel, Planning Familiale/ROSA en S.V.V., het Opvoedingscentrum e.a..
Op 23 november organiseerde NASCI i.s.m. met GC de Kriekelaar en andere partners met groot succes de “Magic Show”, een multicultureel familiefeest.
NASCI heeft honderden moeders doorverwezen naar andere Brusselse instanties voor adequate hulpverlening die NASCI zelf niet kon aanbieden.
I.s.m. Dokters van de Wereld hebben we eerstelijnsgezondheidszorg kunnen aanbieden aan moeders met kinderen die zich óf geen arts kunnen veroorloven óf die nog geen toegang hebben tot onze reguliere gezondheidszorg.
Voor moeders en kinderen tracht NASCI dagelijks bescheiden het verschil te maken en daar zijn alle medewerkers best fier op! Uiteraard met dank aan iedereen die de werking, de kinderen en de moeders steunt en genegen is.
(Het personeelsteam 2011 en twee vrijwilligsters Van links naar rechts Esther, Annemie(Vr), Nicky, Riette (Vr), Lavina, Janine, Aldona en Areta)
9
2.2. Wie , wat, waar Identiteit Naam organisatie:
NASCI, Dienstencentrum voor het Kind
Juridische vorm:
vzw
Adres:
d’Anethanstraat 4 - 1030 Brussel (Schaarbeek)
Telefoon:
02 216 88 85
Fax:
02 216 88 86
E-mail:
[email protected]
Website:
www.nascivzw.be
Contactpersoon :
Nicky Budts, directeur
Voorzitter:
Chris Louwet
Personeelsbezetting in 2011
Personeelslid
Functie
Nicky Budts
directeur halftijds 19 u p/w
Lavina Giudice
stafmedewerker voltijds 38 u p/w
Esther Brouwer
stafmedewerker voltijds 38 u p/w
Personeel ‘Artikel 60’ Onderhoud/onthaal/stockbeheer gemeente Schaarbeek voltijds 38 u p/w Irina Asojan
van 1/09/2010 tot 31/08/2011
Salima Ghanem
van 1/11/2009 tot 30/03/2011
Areta Spahiu
van 1/03/2011 tot 16/03/2012
Aldona Fiszer
van 1/05/2011 tot 16/10/2012
Janine Putters
van 1/10/2011 tot 31/10/2013
Vrijwilligersteam
volgens behoefte van de vzw
10
Bereikbaarheid Ligging De vzw heeft haar vaste stek in een mooi gerenoveerd huis in Schaarbeek. Het gebouw is kindvriendelijk, gezellig en efficiënt ingericht en heeft alles te bieden om moeders en hun kinderen een veilig en knus gevoel te geven. De symbolische drempel om binnen te stappen is zeer laag en het team van NASCI staat garant voor een warm onthaal. Openingsuren (onder voorbehoud van vakantie- of sluitingsperioden) Op dinsdag van 10 tot 12 en van 13.30 tot 16.30 uur open voor het publiek Op donderdag van 10 tot 12 en van 13.30 tot 16 uur open voor het publiek Op de andere weekdagen zijn we tijdens de kantooruren aanwezig voor allerhande activiteiten zoals intakegesprekken voeren en nieuwe families inschrijven, workshops, vormingen, rondleidingen, telefonisch onthaal en algemene interne werking. Praktische info Nieuwe inschrijvingen: Bedeling van materieel: Mama’s Club: Andere activiteiten:
enkel op afspraak. dinsdag de hele dag en donderdagvoormiddag. elke donderdagnamiddag tussen 13.30 en 16 uur. worden steeds tijdig aangekondigd.
Plan
11
2.3. Het Bestuur
vzw NASCI - Dienstencentrum voor het Kind werd opgericht op 19 mei 1998. Het centrum zelf werd operationeel in december 2003. Samenstelling beheersorganen De eerste samenstelling gebeurde op 31/12/2004 (publicatie Belgisch Staatsblad). De laatste officiële wijziging van de beheersorganen vond plaats tijdens de Algemene Vergadering van 11/12/2007. De aanpassingen werden neergelegd bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 7/05/2008. Leden Algemene Vergadering (alfabetische volgorde)
Coosemans Jean-Claude, De Cuyper Claudine, De Vestele Charlotte, Fiers Frieda, Jansens Emiel, Logis Caroline, Louwet Chris, Mertens Miet, Notredame Luc, Suy Daniël, Vandenbroeck Ilse, Van de Gaer Chris, Vandersmissen Mariet, Van Lishout Marie-Louise, Van Moll Rita, Verbeeck Jos Willems Leonia Ontslagnemende leden in 2011: Vandenbroeck Ilse, Van de Gaer Chris en Verbeeck Jos
Leden Raad van Bestuur (alfabetische volgorde)
Coosemans Jean-Claude, De Cuyper Claudine, De Vestele Charlotte, Fiers Frieda, Jansens Emiel, Logis Caroline, Louwet Chris, Mertens Miet, Notredame Luc, Vandenbroeck Ilse, Van de Gaer Chris, Vandersmissen Mariet, Van Lishout Marie-Louise, Van Moll Rita en Willems Leonia Ontslagnemende leden in 2011: Vandenbroeck Ilse, Van de Gaer Chris, Verbeeck Jos, Van Lishout Marie-Louise
Leden Dagelijks Bestuur Chris Louwet (voorzitter), Leonia Willems (ondervoorzitter) Charlotte De Vestele (secretaris), Luc Notredame (penningmeester)
Vergaderingen Algemene Vergadering Deze vergadering vond plaats op 18 maart 2011. Raad van Bestuur De Raad van Bestuur vergaderde in 2011 op de volgende dagen: 28 januari, 18 maart, 6 mei, 21 juni, 16 september, 25 oktober en 25 november.
12
2.4. Missie en visie Armoede neemt de laatste jaren zienderogen toe met als logisch gevolg dat ook de nood aan ondersteuning hierdoor escaleert. De officiële cijfers liegen er niet om. Procentueel telt Brussel meer alleenstaande moeders, meer kinderen, meer allochtonen en meer kansarmen dan Vlaanderen. Ervan overtuigd dat ieder individu, elk kind, recht heeft op een menselijk en volwaardig bestaan onderschrijft NASCI de volgende missie: “ NASCI kiest voor een integrale en integrerende benadering van haar doelgroep: kansarme hulpbehoevende kinderen en moeders die nergens anders terecht kunnen voor hulp en aldus bijzonder kwetsbaar zijn. NASCI draagt actief bij in de bestrijding van kansarmoede door het geven van concrete eerstelijnshulp, biedt moeders laagdrempelige opvoedingsondersteuning en sociaal-maatschappelijke informatie aan en maakt vrouwen weerbaarder o.a. door een specifiek vormingsaanbod. NASCI staat voor een toegankelijk en kindvriendelijk huis, professionele en kwaliteitsvolle hulpverlening, multiculturaliteit, verdraagzaamheid, medeleven en solidariteit. NASCI is democratisch, pluralistisch en maakt geen onderscheid in cultuur, religie of etnische afkomst. NASCI is een huis van solidariteit. Het geluk van kinderen primeert ! “
Onze visie:
Armoede is geen kinderspel!
13
Armoede is de grote schande van onze rijke landen; België ontloopt de dans niet. In onze hoofdstad woont een vierde van de kinderen in gezinnen zonder inkomen uit arbeid. (Bron: UNICEF) Opgroeien in armoede betekent minder kansen op een succesvolle schoolloopbaan en op een goede baan, minder kind kunnen zijn. Hogere kindersterfte, lagere scholingsgraad en moeilijkere toegang tot de huisvestigingsmarkt: armoede treft Brusselse kinderen bijzonder zwaar. Geboren worden in een arm gezin is niet risicoloos: het aantal doodgeboortes stijgt en een kind van een gezin zonder inkomen uit arbeid loopt twee keer zoveel gevaar te sterven voor de leeftijd van één jaar dan in een gezin met twee inkomens. Geboren worden in armoede is een ongevraagde en harde realiteit. Het is een voorbode van een onzeker leven, gekenmerkt door gebrek aan zelfvertrouwen en toekomstperspectieven. Ze zijn gedoemd en kunnen de vicieuze cirkel maar moeilijk doorbreken. Concrete acties zijn nodig omdat kinderen de toekomst maar ook het heden zijn. Kinderen groeien in onze maatschappij het best op in de liefdevolle en steunende omgeving van hun ouders. De kinderen die door NASCI worden geholpen leven op de koop toe meestal alleen met hun moeder. 70 % van ons publiek is alleenstaand: de vrouwen zijn weduwe, gevlucht, gedumpt, verkracht, verstoten, gescheiden, … . Meestal zijn ze administratief (nog) niet in orde, (nog) niet geregulariseerd of ze zijn nieuwkomer in ons land. Dat maakt het voor deze vrouwen emotioneel zeer zwaar om dragen. Als moeder is het leven voor hen rauw en hard en dat is het zeker niet minder voor hun kinderen. Hulpbehoevende kinderen die moeten opgroeien in armoede zijn bijzonder kwetsbaar. Ze verdienen onze aandacht en onze onvoorwaardelijke steun in hun strijd tegen armoede en sociale uitsluiting. Ze hebben er immers niet voor gekozen om in armoede te leven. Door moeders (ouders) sterk en weerbaar te maken, door ze concreet materieel te helpen, hen opvoedkundig te ondersteunen, hen degelijk te informeren en door te verwijzen tracht NASCI een positieve invloed uit te oefenen op de leefwereld en de toekomst van hun kinderen. NASCI geeft aan moeders en kinderen een veilig en aanvaard gevoel en helpt hen op weg om hun situatie te verbeteren. Bij NASCI vinden moeders beschutting en bescherming tegen een snel evoluerende wereld die zij niet (meer) begrijpen en die vooral geen mededogen kent. Wie niet mee kan, valt af en telt niet meer mee. We trachten de vaak moedeloze vrouwen opnieuw hoop te geven en we maken er een punt van om vlug en efficiënt te interveniëren. Dit maakt dat onze ondersteuning zeer concreet en vaak persoonsgebonden is. Elke situatie en/of verhaal is immers anders. Dit verklaart ook waarom we zowel preventief als curatief willen optreden. Overleg met onze talrijke doorverwijzers toont aan dat onze visie en holistische aanpak door heel wat Brusselse hulpverleners (binnen ons specifiek werkveld) wordt gesmaakt en efficiënt wordt bevonden. De feedback die ze van de door hun doorgewezen families krijgen wijst dit uit. Maar … we doen dit uiteraard niet alleen!
14
Constructieve en efficiënte samenwerking met diverse Brusselse partners heeft boeiende en mooie resultaten opgeleverd. NASCI kiest dan ook enthousiast voor PRO-samenwerkingsverbanden. We denken hier vooral aan partners die expertise hebben opgebouwd op diverse domeinen waarmee we te maken krijgen binnen onze werking: van kinderopvang tot het kunnen plaatsen van kinderen in crisissituaties, materiële ondersteuning, opvoedingsondersteuning, empowerment van vrouwen, gezondheidszorg, diverse thematische vormingen… Essentieel voor NASCI is dat de juiste ondersteuning de juiste mensen bereikt. De hele werking van NASCI is gebaseerd op ondersteuning mét een opvoedkundige visie en inhoud. Dit weerspiegelt zich in de manier van omgaan met de vaak nog jonge moeders en hun kinderen, het samenleven met diverse culturen binnen een Brusselse/Europese context, het geven van opvoedkundige tips aan jonge moeders en de aard van de activiteiten die worden georganiseerd.
(een mama tijdens een picknick in het park met stagiaire Saartje)
2.5. Doelgroep en actieterrein Als we hulpbehoevende kinderen willen helpen kunnen we dit enkel bereiken door de moeders (ouders) te helpen! Dat is onze filosofie. Iedereen die in (kans)armoede leeft in het BHG kan, binnen de mate van het mogelijke, rekenen op hulp van NASCI. In het bijzonder gaat het om zwangere vrouwen, alleenstaande moeders en families die zich in een tijdelijke of structurele noodsituatie bevinden ongeacht wat hun afkomst of sociale status is (regulier, in afwachting van een regularisatie of asielzoeker). Alleenstaande papa’s worden uiteraard ook geholpen.
15
Om de kinderen te bereiken werken we via de mama’s. Sterke moeders geven meer kans op gezonde en weerbare kinderen en bovendien gaat het sociale uitsluiting tegen. Specifieke knelpunten eigen aan de doelgroep van NASCI zijn: -
het detecteren van de kwetsbare en hulpbehoevende moeders; de veelheid aan gesproken talen, culturele en religieuze achtergronden; de omvang van het actieterrein (er zijn veel doorverwijzers); de specifieke aard, noodzaak en urgentie van de aangeboden ondersteuning; de motivatie en de bereidheid om iets te willen veranderen aan een ogenschijnlijk uitzichtloze situatie.
Het actieterrein is het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. NASCI bereikt vrouwen uit de 19 Brusselse gemeenten. Het bereikte publiek is een weerspiegeling van de reële kleurrijke Brusselse bevolking. De vrouwen zijn meestal jong, kansarm en zowel autochtoon als allochtoon. Soms gaat het ook over asielzoekers en nieuwkomers die dringend nood hebben aan aangepaste ondersteuning. De moeders worden naar NASCI doorverwezen door officiële Brusselse instanties.
[aandacht krijgen en spelen met onze gemotiveerde stagiaires… pure verwennerij]
2.6. Doelstellingen NASCI heeft als doelstellingen:
het het het het
bestrijden van (kans)armoede aanbieden van opvoedkundige ondersteuning fungeren als sociaal infopunt aanbieden van eerstelijnshulp
NASCI wil daarnaast solidariteit teweegbrengen en een maatschappelijk sociaal engagement bevorderen binnen onze verzuurde samenleving.
16
Door materiële noden te lenigen, door moeders weerbaar en sterk te maken, door jonge moeders goed te informeren en efficiënt door te verwijzen, door educatieve en recreatieve activiteiten aan te bieden, door goed te luisteren en laagdrempelige concrete hulp op maat aan te bieden, tracht NASCI de kinderen en hun moeders een betere toekomst te geven. Onze strategische doelstellingen zijn: een kindvriendelijk, laagdrempelig, warm en open huis van vertrouwen zijn waar het welzijn van kinderen en moeders centraal staat; een vertrouwensvolle relatie met de doelgroep opbouwen en de evolutie ervan nauwkeurig opvolgen; actief kansarmoede bestrijden, vertrekkende vanuit de behoeften van de doelgroep; fungeren als sociaal infopunt en hulpbehoevenden adequaat doorverwijzen; naast opvoedingsondersteuning en vorming ook recreatieve ontmoetingsmomenten aanbieden voor moeders en kinderen; i.s.m. Dokters van de Wereld preventieve gezondheidszorg aan kwetsbare kansarme moeders en kinderen aanbieden die niet kunnen genieten van reguliere gezondheidszorg; in het kader van maatschappelijke verantwoordelijkheid een solidair netwerk opbouwen; een dynamische vrijwilligerswerking stimuleren, stageplaatsen en alternatieve gemeenschapsdienst aanbieden; geïnteresseerden vertrouwd maken met onze werking en de problematiek van onze kwetsbare doelgroep; een respectvolle en proactieve relatie met onze doorverwijzers nastreven; een professioneel actief sponsorbeleid voeren; als gesubsidieerde vereniging de opdrachten professioneel en met grote zin voor verantwoordelijkheid uitvoeren in overleg met en in beste verstandhouding met bevoegde administraties en ministers.
(knuffelen is leuk en liefde is universeel - of je nu uit Albanië of uit Nigeria komt)
17
Bij de realisatie van deze doelstellingen hebben we aandacht voor:
het bieden van een luisterend oor met aandacht voor individuele problematiek; het leren omgaan met elkaar binnen een multiculturele samenleving; het aanreiken van hulp om de negatieve spiraal te doorbreken van het transgenerationeel doorgeven van kansarmoede; het activeren en motiveren van individuen met beperkte participatiekansen; het bevorderen van zelfontplooiing en kennisverruiming; het bevorderen van de integratie van maatschappelijk kwetsbare vrouwen; het promoten van gezonde voeding en eetgewoontes; het creëren van ontmoetingsmomenten; het verwerven van sociale vaardigheden; het weerbaar maken en doorprikken van een negatief zelfbeeld; het stimuleren van empowerment van de moeders en het opnemen van verantwoordelijkheid; het doorbreken van sociaal isolement.
2.7. Methodiek Men zegt wel eens dat armoede vele gezichten heeft. We beseffen allemaal dat armoede een complex gegeven is waar veel komt bij kijken, zowel op maatschappelijk, sociaal-economisch als op menselijk psychologisch vlak. Schaamte, onwetendheid, angst, uitsluiting, ongeschooldheid, vernedering, eenzaamheid, hopeloosheid, cultuurgebondenheid, taalachterstand… Het zijn op zich allemaal factoren die in meerdere of mindere mate meespelen. Dit complex geheel maakt dat de bestrijding van armoede ook dient te gebeuren op diverse terreinen. Maar vooral, elk verhaal is menselijk en uniek! Gezien de complexiteit van de problematiek kiest NASCI voor een holistische benadering van armoedebestrijding. We gaan bewust voor het totaalpakket, rekening houdend met onze mogelijkheden en beperkingen. Kort en bondig volgen we, uiteraard summier weergegeven, het volgende traject (de pijl geeft telkens een gevolg weer): Eerste contactname
luisteren informeren doorverwijzen materieel ondersteunen ontmoetingsmomenten organiseren via de wekelijkse ‘Mama’s club’ nieuwe contacten, feedback en input voor gesprek- en vormingsthema’s aanbieden van relevante workshops en activiteiten vormingstraject op langere termijn aanbieden met project ‘Mama’s Power’ de kans aanbieden om als ‘Artikel 60’ te kunnen werken bij NASCI onze moeders kunnen’ ambassadeur’ worden en zodoende andere kansarme moeders verder helpen.
En zo begint de cirkel opnieuw.
18
Kansarme en hulpbehoevende moeders worden meestal naar NASCI doorverwezen door diverse officiële Brusselse instanties. De doorverwijzers zijn bijvoorbeeld alle Brusselse afdelingen van Kind & Gezin, Kind en Preventie (en de Franstalige tegenhangers), sociale diensten zoals CAW’s en OCMW’s, gemeentebesturen, ziekenhuizen, aanverwante organisaties, dokters of sociaal verpleegkundigen, asielcentra, Fedasil, politie … . Via mond-aan-mond reclame komen er steeds vaker ook radeloze mensen aankloppen die niet werden doorverwezen. Ook zij worden niet zomaar de deur gewezen. Elk verzoek om hulp wordt onderzocht en er gaat een grondig intakegesprek aan vooraf. De gebruikte criteria zijn de sociale en financiële situatie van de moeder en haar gezin, onverwachte gebeurtenissen in haar leven (scheiding, misbruik, brand, sterfgevallen, ziekte, schulden, jeugdige leeftijd bij zwangerschap…). NASCI focust zich vooral op moeders die geen, of bitter weinig, inkomen hebben en die nergens anders in de samenleving terecht kunnen. NASCI streeft ernaar een vertrouwensband met deze moeders en kinderen op te bouwen. Moeders worden indien gewenst en/of indien nodig doorverwezen naar andere instanties of verenigingen waar ze terecht kunnen voor hun problemen. Ze worden ook opgevolgd via persoonlijke dossiers en evaluatiegesprekken. De ingeschreven families kunnen gratis deelnemen aan alle activiteiten die door NASCI worden ingericht. Vooral de wekelijkse ontmoetingsmomenten, de workshops en het jaarlijkse kinderfeest genieten veel bijval van de moeders en kinderen. De betrachting is steeds een laagdrempelige, zeer concrete, sociale, empatische, doordachte, psychologisch verantwoorde, educatieve en opvoedkundige begeleiding te geven aan onze doelgroep. Een hele mond vol… Vaak gaat het inderdaad om hulp op maat. Iedere situatie is anders en uniek. Armoede behelst immers veel aspecten die een rol spelen in de bestrijding ervan. De ervaringen die we de afgelopen jaren hebben opgedaan helpen wel om steeds efficiënter te kunnen inspelen op problemen. NASCI beoordeelt of veroordeelt niet. Medeleven primeert boven medelijden! NASCI informeert, responsabiliseert en deculpabiliseert moeders om ze zo hun leven opnieuw in eigen handen te laten nemen en concrete acties te ondernemen om hun situatie en die van hun kinderen te verbeteren. NASCI geeft hen gemoedsrust en een ‘time out’ die ze nodig hebben om er vooral psychologisch weer bovenop te geraken. NASCI doet actief aan taalstimulering en moedigt vrouwen aan om opnieuw een opleiding te volgen zodat ze meer kansen krijgen op de arbeidsmarkt. In onze manier van werken verkiezen we … … … … … … … …
luisterbereidheid advies medeleven doorverwijzing proactief beleid stimulans hoop
i.p.v. i.p.v. i.p.v. i.p.v. i.p.v. i.p.v. i.p.v.
terechtwijzing betutteling medelijden gebrek aan hulp probleemontkenning demotivatie wanhoop
19
3. ALGEMENE WERKING 3.1. Onze medewerkers Het personeelsteam In april verliet onze collega Gaby Aerts het team om te genieten van haar welverdiend pensioen. Collega’s Irina Asojan en Salima Ghanem, het ondersteunend logistiek personeel dat bij NASCI aan de slag was binnen het tewerkstellingsprogramma ‘Artikel 60’, werd afgelost door nieuwkomers Areta Spahiu, Aldona Fiszer en Janine Putters. Op 1 mei ruilde de directeur een voltijds contract in voor een halftijds. Door de twee vrijgekomen halftijdse betrekkingen kon NASCI op 16 mei een nieuwe stafmedewerker maatschappelijk werk in dienst nemen: Esther Brouwer.
(de stafmedewerkers van NASCI: maatschappelijk werker Esther Brouwer en collega orthopedagoge Lavina Giudice)
Het vrijwilligersteam Het vrijwilligersbeleid van NASCI heeft een visie die gestoeld is op diversiteit, verdraagzaamheid, multiculturaliteit en solidariteit. We maken er een punt van om onze vrijwilligers een aangename omkadering en persoonlijke coaching aan te bieden. Ze verdienen niet minder. De meeste vrijwilligers van het eerste uur zijn trouwens nog steeds bij ons. Ongeveer een derde van het team bestaat uit hulpbehoevende ex-klanten van NASCI die uit dankbaarheid iets willen teruggeven aan de samenleving door zich in te zetten voor hun lotgenoten. Het onbaatzuchtige vrijwilligersteam is voor NASCI van onschatbare waarde. Dankbaar koesteren we hun inzet. Zij zijn het kloppend hart van onze werking! 20
Werken met een vrijwilligersteam vergt vanwege de vaste staf flexibiliteit, degelijke afspraken, een open communicatie, aandacht voor coaching en een intermenselijke relationele aanpak. 3.405 hulpinterventies zouden we onmogelijk kunnen realiseren met onze kleine vaste personeelsbezetting. Zonder de fantastische inzet van onze vrijwilligers waren die niet haalbaar. Het vrijwilligersteam van NASCI bestaat uit jonge huismoeders, jeugdige grootmoeders en grootvaders, gediplomeerden zoals psychologen, verpleegsters, maatschappelijk werkers, psychotherapeuten , een kleuterleidster, een pastoor, studenten en stagiaires, een verstandelijk gehandicapte dame, analfabeten, mensen die een alternatieve straf verrichten… in het team zijn 11 nationaliteiten vertegenwoordigd! De leeftijd van de vrijwilligers varieert tussen zestien en vijfenzeventig jaar. Diversiteit op elk gebied is voor NASCI zonder twijfel een meerwaarde. Iedereen start op proef om te zien of het ‘klikt’ en regelmatig wordt getoetst of de vrijwilligers zich goed voelen binnen de werking. Ze worden ook constructief betrokken bij de werking en hebben inspraak. Teamwerk, discretie, openheid, en verantwoordelijkheidszin zijn de belangrijke pijlers binnen onze vrijwilligerswerking.
(Savina – links - geniet van haar stagetijd en steekt maar wat graag een handje toe)
Onze vrijwilligers kwijten zich van de meest uiteenlopende taken: -
het volgens leeftijd sorteren en stockeren van binnengebrachte kleding; het onderhoud en wassen van kleding; het qua leeftijd opfrissen en sorteren van speelgoed; het maken van kledingpakketten; de opvang en een warm onthaal voorzien tijdens de Mama’s Club; een luisterend oor bieden en gesprekken aangaan met moeders die op hun beurt wachten tijdens de bedeling van materieel; kinderopvang en kinderanimatie verzorgen bij vormingsactiviteiten; het ophalen van materieel.
In 2011 konden we rekenen op een ploeg van 28 vrijwilligers; goed voor ongeveer 3.022 gepresteerde werkuren.
21
Stages Het atheneum “De Toverfluit” van Sint-Jans-Molenbeek plaatste vier leerlingen (twee per schooljaar) van de derde graad ASO bij NASCI voor het presteren van vrijwilligerswerk. Tweemaal per maand, gedurende 2 uur, verzorgden de stagiaires leuke kinderanimatie in het kader van hun opdracht. De empathie en groepsdynamiek van de studentes met ons publiek is ontroerend om zien. Ze kleuren de namiddagen met hun aanwezigheid. Daarnaast hebben twee super gemotiveerde jonge vrouwen stage gelopen in het kader van hun eerstejaarsopleiding ‘Gezinswetenschappen’. Samen presteerden de stagiaires zo’n 191 uren. Volgens de stagiaires hebben de intermenselijke contacten en de ervaringen die ze opdoen bij NASCI voor hen een educatieve en puur menselijke meerwaarde. De kennismaking met de leefwereld van onze doelgroep is voor hen vaak een openbaring en bij wijlen ook bijzonder confronterend.
(stagiaire Sylvie geniet intens van het badje geven aan een van onze kindjes)
Alternatieve straffen NASCI steunt in Schaarbeek sinds enkele jaren de werking van ‘autonome werkstraffen’ in coördinatie met het Justitiehuis Brussel (Alternatieve Gerechtelijke Maatregelen). Mensen die door omstandigheden voor kleine delicten in aanraking komen met het gerecht krijgen soms een aantal uren gemeenschapsdienst als straf opgelegd. Bij NASCI hebben ze de kans om hun alternatieve straf ten dienste van de gemeenschap in te vullen. Onze ervaringen tot op heden zijn positief. Indien we vragen krijgen van de bevoegde instantie wordt dit project in 2012 zeker voortgezet. De Dienst AGM plaatste in 2011 2 dames bij NASCI voor een alternatieve werkstraf. Samen goed voor 92 werkuren.
22
3.2. Rondleidingen en bezoeken Onbekend is onbemind! Ook al vraagt het veel tijd van het personeel, we geven met veel plezier aan iedereen die dit wenst, een rondleiding. Regelmatig krijgen we deze vraag van bedrijven, scholen, particulieren, diverse overheden, aanverwante organisaties, geïnteresseerden… . Via de rondleiding, met uitgebreide toelichting over onze werking en kwetsbare doelgroep, hopen we begrip, erkenning en solidariteit te stimuleren. Het is fijn om vast te stellen dat deze aanpak werkt. Een persoonlijk bezoek aanbieden blijkt voor NASCI een uitstekende marketingstrategie om mensen warm te maken om mee te helpen in onze strijd tegen armoede. In 2011 hebben we ongeveer 32 rondleidingen gegeven aan particulieren, bedrijven, scholen, sponsors en collega’s van het werkveld.
(op de schouders van grote broer)
3.3. Taalstimulering Het taalbeleid in NASCI volgt de voorgeschreven criteria van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Dit houdt in dat de voertaal Nederlands is, maar dat een vlotte communicatie van persoon tot persoon primeert. De Brusselse realiteit leert ons dat we, zeker gezien het aantal nieuwkomers bij NASCI, over opvang spreken in een Nederlandstalige instelling met respect voor de moedertaal van de hulpbehoevenden en de vrijwilligers. Daarom doet NASCI actief aan taalstimulering ! Hiervoor werken we samen met ‘BrusselLeer’, het Huis van het Nederlands, vzw BON of via diverse taalcursussen die her en der in het Brusselse worden aangeboden.
(elke dondernamiddag heerlijk komen spelen… daar kijken we naar uit)
23
3.4. Pers / communicatie / media / public relations NASCI maakt haar werking bekend d.m.v. doorverwijzers, aanverwante organisaties, vermeldingen in allerlei brochures die te maken hebben met hulpverlening en welzijnswerk, mond-aan-mondreclame, website, folders, affiches, rondleidingen, persartikels, media-aandacht, voordrachten, aanwezigheid op activiteiten van belendende organisaties… De doelgroep wordt zeker voldoende bereikt. NASCI is ondertussen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest goed gekend. Men weet ons te vinden. NASCI stuurt persberichten naar diverse media om aandacht te vragen voor haar werking en voor de specifieke problematiek van kansarme moeders en kinderen. Soms verschijnen er ook spontane persartikels over onze werking of doelgroep. Je kan er niet omheen, elke vorm van aandacht in de media is voor een kleine hulporganisatie zoals NASCI van onschatbare waarde. Die aandacht hebben we immers nodig om onze kinderen te geven waar ze recht op hebben.
(ogen zo groot als de wereld en een blik die boekdelen spreekt…)
24
4. (KANS)ARMOEDEBESTRIJDING 4.1. Algemene doelstellingen “Voor velen is armoedebestrijding slechts een druppel in de grote oceaan. Dat kan best zo zijn. Armoede zal nooit 100% kunnen verholpen worden. Laat ons echter niet vergeten dat deze druppel voor vele moeders en kinderen de grote oceaan is”. Hoge nood lenigen bij kinderen die in armoede leven begint a priori met ervoor te zorgen dat het de kinderen aan elementaire dingen niet ontbreekt. Actief kansarmoede bestrijden trachten we bij NASCI aan te pakken door professionele eerstelijnshulp aan te bieden en concrete materiële bijstand te verlenen. Concreet behelst dit dat de kinderen degelijk gekleed moeten zijn (zeker in de koude wintermaanden), dat baby’s voldoende melk krijgen die ze nodig hebben om te groeien, dat de onmisbare luiers voorhanden zijn, dat een moeder in een ziekenhuis kan bevallen en alles heeft om de baby de nodige eerste zorg te geven (kleedjes, luiers, dekentje, speeltje, fopspeen, papflessen, verzorgingsproducten, een maxi-cosi, wiegje, …), dat kinderen qua schoolmaterieel goed uitgerust naar de school kunnen gaan, dat de geschonken kleren netjes gewassen kunnen worden, dat er verzorgingsproducten zijn voor de nodige hygiëne, dat er verjaardaggeschenken zijn voor die éne speciale dag in het jaar, dat er speelgoed voorhanden is om mee te spelen, dat er een bedje of kinderwagen is, dat er warme dekens en handdoeken zijn, … . Als men deze nood kan lenigen is men al een heel eind op de goede weg om kinderen snel en concreet te helpen om te overleven op een menswaardige manier! Dankzij (en samen met) heel wat solidaire ouders en grootouders doet NASCI haar uiterste best om deze materiële hulp optimaal te realiseren, uiteraard in de mate dat er materieel en financiële middelen voorhanden zijn. We vestigen nogmaals eenieders aandacht op het feit dat NASCI nooit goederen aankoopt met subsidiemiddelen! We zouden dat ook helemaal niet kunnen. De subsidies zijn hiervoor totaal ontoereikend. We zijn in naam van ons publiek bijzonder dankbaar voor elke gift die we ontvangen! Armoede kent vele gezichten en is een complex gegeven. (Kans)armoede en schaamte gaan daarenboven vaak hand in hand waardoor vrouwen (vooral Belgische), ook al is de nood erg groot, soms liever niet om hulp vragen en zo in de anonimiteit verzeilen. We mogen niet blind zijn voor het feit dat er wel degelijk zulke moeders zijn en dat ze onze hulp dringend nodig hebben. Vaak kennen jonge moeders ook niet (of nog niet) de juiste weg om geholpen te worden. Voor nieuwkomers vormen de taal en het cultuurverschil hierbij nog een bijkomende drempel. Ze zijn bang, beschaamd, onwetend of ongeschoold en vaak niet assertief genoeg om de eerste stap te zetten om hulp te vragen voor hun specifieke problemen. Resultaat… ze doen niets waardoor hun situatie dag na dag erger nog wordt. In plaats van ons vragen te stellen over de toekomst van (kans)arme kinderen is het naar onze mening beter om er bewust van te zijn dat deze kinderen er NU zijn en dat zij HIER en NU ook kunnen geholpen worden.
25
Door directe concrete materiële ondersteuning te geven bevrijden we de moeders (ouders) bovendien van een pak zorgen. De gemoedsrust die dit meebrengt maakt dat er ruimte vrij kan komen in hun denken. Ruimte die belangrijk is om uit te zoeken hoe ze hun situatie concreet kunnen verbeteren. Ervaring leert ons dat moeders, eens ze in de basisbehoeften van hun kinderen kunnen voorzien, gemakkelijker openstaan voor opvoedkundige ondersteuning, inburgering, sociale integratie, vorming en andere culturele of ontspannende activiteiten. Het blijkt een goede inleiding naar allerlei sociaal-maatschappelijke vormen van ondersteuning. Heel af en toe ontvangen we donaties in natura zoals luiers, melk, verzorgingsproducten en dies meer. Als de producten op zijn dienen we ze met eigen middelen verder aan te kopen. Sneller gezegd dan gedaan maar in feite is het zeer eenvoudig: geen centen, geen producten. Wat we niet hebben kunnen we uiteraard ook niet geven… Naast het voorzien van basisproducten tracht NASCI ook altijd iets extra te versieren. Als we gepaste geschenken kunnen versieren krijgen kinderen ter gelegenheid van hun verjaardag een nieuw stuk speelgoed cadeau en de moeders een kleine attentie. Een klein gebaar dat héél veel voor hen betekent. Ook voor andere gelegenheden, zoals bijvoorbeeld tijdens schoolvakanties of gewoon om de verveling van kinderen te doorbreken, kunnen moeders bij NASCI terecht voor speelgoed. Via sponsoring tracht NASCI jaarlijks bij aanvang van het nieuwe schooljaar de actie “Terug naar school” te realiseren. Concreet betekent dit dat onze schoolgaande kinderen een nieuwe en volledig gevulde boekentas krijgen. Door deze actie worden ze niet langer gepest en uitgesloten op school omdat ze arm zijn. Ze zijn goed gekleed en hebben alles wat ze nodig hebben om naar school te gaan! Moeders die op hun beurt zelf opnieuw naar school gaan (bijvoorbeeld om Nederlands of Frans te leren) kunnen bij NASCI terecht voor aangepast schoolmaterieel. Onze talrijke partners en doorverwijzers geven regelmatig positieve feedback door van de moeders en families die ze naar NASCI hebben doorverwezen. Ze zijn tevreden hen naar NASCI te kunnen doorsturen voor concrete materiële, opvoedkundige en sociale ondersteuning. Met een realistisch besef dat we zeker lang niet alles kunnen oplossen, blijkt NASCI in Brussel nog steeds een unieke organisatie te zijn waar hulpbehoevenden moeders en kinderen terecht kunnen. We stellen daarnaast ook iets anders vast dat ons positief stemt. Ouders die het zelf goed hebben zijn tevreden als ze hun kinderspulletjes en tweedehands kleding, i.p.v. te dumpen in één of andere anonieme container, rechtstreeks kunnen schenken aan onze hulpbehoevende moeders en kinderen. Ze kunnen zelf komen kijken hoe het er bij NASCI aan toe gaat en zien zo dat hun geschonken materieel netjes wordt verzorgd en direct ten goede komt aan diegenen die dit het meeste nodig hebben. Ze vertellen ons dat het hun grote voldoening geeft dit te kunnen doen en de glimlach die ze krijgen van een gelukkig kind of een tevreden moeder is voor hen de mooiste beloning.
26
4.2. Materiële bijstand Item
Bedeling ingeschreven families
Geboortepakketten Voeding (opvolgmelk in poeder) Luierpakketten Kleine babyartikelen Kledingpakketten Aparte kledingstukken en schoenen Bedlinnen en dekens Verzorgings- en onderhoudsproducten Schoolgerief en leesboeken Speelgoed en verjaardagsgeschenken Baby- en peuterbenodigdheden Kinderwagens/buggy’s/draagzakken Allerlei Totaal bedeeld materieel
Bedeling Totaal éénmalige interventies
36 276 916 356 547 4538 499 3483 747 727 330 167 989
63 66 104 176 375 1028 213 438 335 102 111 43 661
99 342 1020 532 922 5566 712 3921 1082 829 441 210 1650
13.611
3.715
17.326
(overheerlijke paaseitjes smullen van NEUHAUS dankzij ‘ZONTA BRUSSEL ZAVEL CLUB’)
27
4.3. Overzicht interventies Aantal families ingeschreven in 2010, voort geholpen in 2011
80
Aantal nieuwe families ingeschreven in 2011 (hulp op lange termijn)
120
Totaal aantal geholpen families
200
Aantal geholpen kinderen van deze ingeschreven families
415
Aantal interventies voor moeders
1.097
Aantal interventies voor kinderen
2.308
Aantal interventies voor zwangere vrouwen Aantal interventies voor ingeschreven families Aantal interventies na eenmalige aanvraag en voor vrijwilligers Totaal aantal interventies
99 2521 785 3.405
Een spijtige vaststelling in 2011 is het veelvuldig niet komen opdagen van moeders nadat hun sociaal assistente een afspraak voor hen maakte. De wachttijd voor het krijgen van een afspraak voor een intakegesprek kan omwille van de grote vraag soms een paar weken duren. Het is erg jammer dan te moeten vaststellen dat moeders niet komen opdagen. Dit fenomeen is nieuw sinds 2011. Waar dat vroeger occasioneel gebeurde komt dit nu zeer frequent voor. Dat heeft uiteraard consequenties op het aantal interventies. NASCI neemt altijd contact op met de sociaal assistente van de familie om te achterhalen wat de reden is.
(heerlijk spelen en avonturen fantaseren… Bij NASCI mag een kind een kind zijn)
28
4.4. Residentie van de hulpzoekenden Hierbij een overzicht van de woonplaats van de ingeschreven hulpzoekende families. Noot: éénmalige hulpinterventies werden niet mee opgenomen in dit overzicht. Residentie moeders Brussel Laken Schaarbeek Etterbeek Elsene Sint-Gillis Anderlecht Molenbeek Koekelberg Sin.-Agatha-Berchem Jette Evere Sint-Pieters-Woluwe Vorst Sint-Lambrechts-Woluwe Sint-Joost-ten-Node Adres niet vermeld Zonder adres
Postcode
Aantal
1000 1020 1030 1040 1050 1060 1070 1080 1081 1082 1090 1140 1150 1190 1200 1210
21 16 59 2 6 7 15 19 1 3 4 1 2 1 1 13 17 12 200
4.5. Nationaliteit van de hulpzoekenden Bij NASCI zie je elke dag de wereld in revue passeren: kleurrijk, divers, verrijkend, kansarm maar bovenal ontwapenend mooi. NASCI maakt geen onderscheid in cultuur, religie of etniciteit. Elk kind verdient een goede start en de hoop op een betere toekomst. Elke moeder op zoek naar hulp voor haar kinderen is voor ons belangrijk. In 2011 telden we 46 verschillende landen van herkomst. Koplopers van de nationaliteiten waren Marokko (45), Guinee (29), Congo (20), België (11), Algerije (9), Bulgarije (9), Roemenië (8), Kameroen (5), Georgië, Slovakije, Nigeria, Tsjetsjenië, …
4.6. Taalgebruik van ons publiek De meest voorkomende eerste taal (gesproken moedertaal) in 2011: Arabisch (65), Frans (21), Malengue (21), Lingala (19), Engels (13), … . Als tweede taal noteren we: Frans (130), Nederlands (20), Spaans (14), Engels (8), … Andere tweede talen zijn bijvoorbeeld Turks, Bulgaars, Duits, Tsjetsjeens en Albanees.
29
Naast een eerste en een tweede taal spreken een aantal moeders ook nog een derde taal. Hoedje af voor hen want zo evident vinden we dat niet… Wetende hoeveel inspanning het kost om een taal onder de knie te krijgen of zich gewoon verstaanbaar te kunnen maken in een vreemde taal en wetende dat de scholingsgraad van ons publiek bijzonder laag is (ze zijn vaak maar tot hun 10de naar school gegaan) kunnen we alleen maar concluderen dat heel wat moeders hun uiterste best doen om hun plan te trekken in ons land. Alles omwille van hun kinderen! Voor de meeste nieuwkomers valt communiceren in het Frans nog enigszins mee. Het Nederlands is zoals algemeen geweten niet bepaald een wereldtaal. Het is een pluspunt dat het team vijf talen kundig is en dat NASCI over vrijwilligers beschikt die kunnen vertalen waar nodig. Goed verstaanbaar communiceren is een probleem waar we als hulpverleners in onze multiculturele werking dagelijks mee geconfronteerd worden. In het belang van de opvoeding van hun kinderen enerzijds en een positieve integratie in onze maatschappij anderzijds vinden we het niet meer dan logisch dat NASCI moeders positief stimuleert om één van onze landstalen aan te leren. Toegegeven, daar hebben ze durf, doorzettingsvermogen en discipline voor nodig. Om allerlei redenen wil of kan niet iedere moeder dit engagement aan en daarom behoeden we ons ook om te gaan verbloemen of te veralgemenen. Er zijn ook moeders die na een verblijf van tien jaar in België nog steeds geen woord Nederlands of Frans spreken. Dat zie je vaak bij Engels sprekende moeders uit Afrikaanse landen. Belgen spreken immers vaak een woordje Engels dus waarom dan Nederlands of Frans leren? We zien het ook vaak bij Arabisch sprekende moeders en bij moslimvrouwen. Bij hen is het eerder een cultureel gebonden gegeven: vrouwen hebben er geen of weinig buitenhuis activiteiten. Ze wonen en leven in hun eigen (veilige) gemeenschap. De keerzijde van de medaille is dat ze hierdoor evengoed kunnen komen vast te zitten binnen die gemeenschap en dat ze kunnen te lijden hebben onder grote sociale druk en controle. Vast staat dat veel vrouwen eerst en vooral psychisch weerbaarder en sterker zouden moeten kunnen worden. Het is cruciaal dat ze vertrouwen krijgen in hun eigen kunnen en dat ze erin geloven dat ook zij een taal kunnen leren mochten ze dat oprecht willen. Vrouwen die geen tweede taal begrijpen of spreken zijn meestal van Arabische origine of zijn afkomstig uit landen zoals Tibet, China, Afghanistan, Rusland, ...
4.7. Werken met doorverwijzers Onze doorverwijzers sturen hulpbehoevende vrouwen door die er emotioneel vaak erg aan toe zijn. Dat verwondert niemand aangezien NASCI zich focust op hulpverlening voor de meest kwetsbaren, m.n. zij die geen of bitter weinig eigen middelen of inkomsten hebben. Deze vrouwen hebben in hun vlucht voor oorlogsgeweld, een gedwongen huwelijk of een grote economische crisis (denk maar aan de vele Marokkanen die vanuit het Zuiden van Spanje de laatste 2 jaren België overspoelen) hun familie en soms zelfs hun eigen kinderen en al hun hebben en houden moeten achterlaten. Dit verlies maakt dat ze bijzonder kwetsbaar, soms getraumatiseerd en soms ook depressief zijn. Mede door de vaak jeugdige leeftijd is het gemis aan hun eigen ouders en grootouders bijzonder pijnlijk. Ze komen heel ontredderd en verweesd in België terecht en weten niet waar naartoe om raad te vragen nu ze zelf moeder worden of zijn geworden. Ongeveer 70% is, zoals eerder gesteld, alleenstaand.
30
De vrouwen werden na hun zwangerschap gedumpt, ze zijn gescheiden, hun echtgenoot zit in hechtenis, ze werden verkracht of zijn weduwe . Dit komt hun situatie zeker niet ten goede. Ze staan er alleen voor en velen onder hen hebben meerdere kinderen om voor te zorgen. Principieel worden alle moeders in nood, die bij NASCI aankloppen, geholpen. Dit kan éénmalig zijn of voor een langere termijn. Maximaal voor de duur van 12 maanden kunnen ze worden ingeschreven voor materiële hulp. Aan elke moeder die spontaan binnenstapt vragen we, nadat we ze uiteraard eerst materieel of informatief hebben geholpen, dat zij naar een officiële instantie gaat en zich via een sociaal assistente laat doorverwijzen naar NASCI. Doorverwijzers zijn bijvoorbeeld sociaal assistenten of medewerkers van consultatiebureaus van Kind & Gezin, Kind & Preventie, OCMW’s, CAW’s, ziekenhuizen, gemeentebesturen, het Rode Kruis. Ook Franstalige organisaties verwijzen door. De doorverwijzers vullen voor de hulpbehoevende moeder een document in, m.n. een ‘aanvraag voor hulpverlening’. Dit document kan men eenvoudig aanvragen of van de website downloaden [www.nascivzw.be]. De procedure via doorverwijzing maakt dat een moeder of het gezin in kwestie reeds gescreend werd door een andere hulpverlener. Vaak gebeurt de doorverwijzing na een huisbezoek omdat zodoende de hulpbehoevendheid effectief kan worden vastgesteld. Voor de overheid biedt deze manier van werken bovendien een meetbaar inzicht in de demografie van de doorverwijzers en de herkomst van de hulpbehoevenden.
(om te slapen of te spelen… op een liefdevolle schoot is dat altijd leuk)
31
Onze doorverwijzers in 2011: Doorverwijzende organisaties Kind & Gezin / O.N.E. van diverse gemeenten OCMW’s van diverse gemeenten Sociale Dienst ‘Protestants Centrum’ Dokters van de Wereld Sint-Pieters Universitair Ziekenhuis Erasmus Universitair Ziekenhuis UZ Jette Sint-Jans-Ziekenhuis Consultatie Borelingen Missionaries of Charity vzw BON Caritas Molenbeek L’ Olivier – Sociale Dienst Schaarbeek Sociale Dienst ‘Socialistische Solidariteit’ Sociale Dienst ‘Saint-Vincent-de-Paul’ Diverse gemeentelijke sociale diensten Noorderzon / Soleil du Nord (Schaarbeek) CAW Archipel (Albatros/ Noordwijk) CAW Mozaïek CAW Westland Fedasil Acceuil Social Abbé Froidure SASB Rood Kruis Centrum voor Dringend Onthaal ‘Ariane’ Zita-inloop Dansaert Departement Demografie Huisarts GvhV Droit des Jeunes Convivium De Nieuwe 150 Almanar Vorst De Vaartkapoen Réseau de Prévention à la Récidive Sociale Dienst ‘De 3 Appelbomen’ Sociale Dienst ‘Le Figuier’ Huis Der Gezinnen vzw Aiguillages Kinderdagverblijf St-Karel Kinderdagverblijf VUB Kinderdagverblijf Helihaven Centrum Sociale Opvang Totaal
Aantal 80 17 4 5 8 1 2 1 1 1 2 2 2 6 3 3 11 7 11 2 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 7 1 3 1 1 1 1 200
[noot: de doorverwijzers voor éénmalige hulpverlening werden niet opgenomen in dit overzicht]
De moeders ontvangen na inschrijving een persoonlijke ‘klantenkaart’. Vanaf dat ogenblik genieten zij materiële ondersteuning en kunnen ze met hun kinderen deelnemen aan alle activiteiten die NASCI organiseert.
32
Voor veel vrouwen is het belangrijk dat ze, ook na afloop van de periode waarin zij materiële steun hebben genoten, wekelijks nog welkom zijn in de Mama’s Club of dat ze ateliers en workshops gratis mogen bijwonen. Sociaal contact is en blijft voor hen immers heel belangrijk, zeker om nieuwe sociale netwerken uit te bouwen en duurzame vriendschappen te smeden. Zo wordt een voor hen vaak belangrijke band niet doorgesneden en kunnen we alsnog opnieuw ingrijpen mocht hun situatie weer verergeren.
4.8. Doorverwijzingen door NASCI Afgelopen jaar hebben we heel wat moeders doorverwezen naar andere Brusselse instanties.
Doorverwijzingen naar andere organisaties Aiguillages vzw Huis voor het Nederlands Centrum voor Dringend Onthaal ‘Ariane’ BON vzw (Brussels Onthaalbureau voor Nieuwkomers) BrusselLeer Familie Planning De drie Appelbomen Dokters van de Wereld Ellips vzw Elmer Noord Fedasil Groep Intro Kriekelaar, spelotheek, DADA La Maison Verte Leger des Heils Spullenhulp Medimmigrant vzw OCMW Kind en Gezin & ONE Voedselhulp Saint-Vincent-de-Paul Sociaal Infopunt Voedselbank De Foyer HOBO vzw Soleil du Nord Lire et Ecrire Rivage Den Zaet vzw CAW Mozaïek Totaal: 27 organisaties
Aantal 11 18 15 17 4 16 1 21 1 1 7 5 10 1 20 17 4 22 23 20 3 28 15 6 30 9 5 18 348
33
De doorverwijzingen die NASCI doet naar andere Brusselse organisaties en instellingen kunnen op elk moment van de dag of de week gebeuren: bijvoorbeeld tijdens de bedeling van materieel, de Mama’s Club, een intakegesprek, aan de telefoon, een persoonlijk gesprek... . Ook als er iemand aan de deur staat met een vraag om hulp, proberen we die persoon degelijk te informeren en door te verwijzen naargelang de vraag en behoefte. Naast deze doorverwijzingen worden er ook doorverwijzingen gedaan tijdens de gesprekken die de moeders kunnen voeren met onze maatschappelijke werkster. De meeste doorverwijzingen worden achteraf ook verder opgevolgd. Feedback is noodzakelijk om te zien of de doorverwijzingen aan onze hulpbehoevenden ook effectief voldoening hebben gegeven. Het gebeurt meermaals dat het NASCI-team persoonlijk moet interveniëren via de telefoon. Het kan helpen, zeker als de moeder niet zo taalvaardig of mondig is en de materie in kwestie misschien te ingewikkeld of complex is voor haar om het zelf op te lossen.
4.9. Sociaal Infopunt Sinds de aanwerving van onze maatschappelijke werkster in mei 2011 hebben we de nieuwe opdracht om als een sociaal informatiepunt te fungeren eindelijk degelijk en gefundeerd kunnen uitbouwen. Tijd nemen en aandacht geven aan zij die hulp komen vragen zijn ook hier weer cruciaal om efficiënt en doeltreffend te kunnen helpen. De doelstelling van het ‘Sociaal Infopunt’ is om op maat van de vrouw en stap voor stap te bekijken wat de hulpvraag is en hoe ze hiermee zou kunnen omgaan om oplossingen te vinden. De maatschappelijk werkster geeft informatie en advies over heel uiteenlopende thema’s en sociale vragen. Samen met de moeder gaat de maatschappelijk werkster op zoek naar diensten en instellingen die het meest geschikt zijn. Indien de moeder dat wenst of indien nodig (bijvoorbeeld omwille van taalproblemen) kan er samen contact opgenomen worden met de desbetreffende dienst. Het is voor ons belangrijk dat de moeder gestimuleerd en gemotiveerd wordt om haar eigen situatie in handen te houden. Zij is immers probleemeigenaar. Het is de bedoeling dat de vrouw meer zelfvertrouwen krijgt in haar eigen kunnen en dat ze leert voor zichzelf en haar gezin te zorgen en op te komen. We begeleiden ze intensief maar ze moeten het wel zelf doen. Anders is het een maat voor niets en blijven ze teveel afhankelijk. Iets wat we absoluut willen vermijden. Door heldere en begrijpbare informatie aan te bieden voelt de vrouw aan dat ze mogelijkheden heeft om haar situatie te veranderen. We merken dat de vrouwen vaak opgelucht zijn, nadat ze beter geïnformeerd werden over het bestaan van organisaties waar ze zelf geen weet van hebben. Op deze manier hebben ze het gevoel dat hun vragen er mogen zijn en dat ze beantwoord kunnen worden. Een leuk neveneffect is dat ze hun sociaal netwerk kunnen uitbreiden door in contact te komen met andere organisaties en lotgenoten. Doordat moeders meer weet hebben van het Brusselse aanbod aan organisaties zullen ze op een efficiënte manier hun weg erin vinden. Sinds het bestaan van het sociaal infopunt zijn er al vele doorverwijzingen gebeurd en weten de moeders dat ze niet alleen staan met hun vragen. Het wegnemen van twijfels door een gepast antwoord te kunnen bieden, maakt dat een moeder zich rustiger, gesteund en sterker voelt.
34
5. ACTIVITEITEN 5.1. Vorming en opvoedingsondersteuning Kinderen iets leren, vraagt meer tijd dan ze straffen. Kinderen opvoeden is tijd voor ze maken. Liefde betekent niet dat alles mag. Net omdat kinderen zo belangrijk zijn, zijn regels en grenzen nodig. Consequent zijn is de boodschap, je kind ruimte en vleugels geven om te groeien en tegelijk de teugels stevig in de hand houden.
(jong geleerd is oud gedaan… even boekje uit de bib lezen)
De rol van een moeder is meer dan alleen zorg en liefde. Kennis, waarden en normen worden van ouder op kind doorgegeven en bepalen in grote mate de levensloop van een hele generatie . Er rust een grote verantwoordelijkheid op de schouders van elk van onze (alleenstaande) mama’s en dat maakt het voor de meesten niet altijd even makkelijk. Tenslotte wordt een adequate opvoeding door iedereen anders ingevuld en dit kan verschillen van cultuur tot cultuur. Ondanks onze kleine personeelsbezetting en onze beperkte werkingsmiddelen vinden we het toch bijzonder belangrijk laagdrempelige opvoedingsondersteuning aan te bieden. Wat NASCI concreet onderneemt rond vorming en opvoedingsondersteuning is voor buitenstaanders misschien niet altijd zo makkelijk te duiden in klassieke denkpatronen. We kleuren graag buiten de klassieke hokjes omdat de ervaring ons leert dat dit werkt. Op de een of andere manier zijn we er binnen onze werking immers constant mee bezig.
35
Bij NASCI komen vrouwen vaak over de vloer, niet alleen om materieel te krijgen maar ook om aan andere activiteiten deel te nemen. Tijdens deze contacten hebben we de tijd om hen te observeren en in interactie te gaan. Om de moeders opvoedkundig bij te staan en advies te kunnen (en te mogen) geven is het altijd aangewezen dat er best eerst een vertrouwensrelatie bestaat met de moeder. Dit biedt de meeste kans op aanvaarding van advies en op verandering. Een vertrouwensrelatie is voor een moeder cruciaal om aangeboden raad en opvoedingsondersteuning te aanvaarden. Best behoeden we ons ook voor betutteling. Vaak spelen culturele achtergronden een grote rol in opvoedingskwesties. We doen ons best om niet te oordelen noch te veroordelen of al te gauw algemene conclusies te trekken. Niets is ooit wat het lijkt… Het is een positief gegeven als moeders kunnen beseffen dat maatschappelijke veranderingen teweegbrengen en onrechtvaardigheid tegengaan begint bij de opvoeding van hun eigen kinderen. Hoe ze dit concreet kunnen aanpakken tonen we hen op laagdrempelige en begrijpbare infosessies en in allerlei workshops. Wanneer het vertrouwen eenmaal gewonnen is kunnen we werken aan de draaglast van de vrouwen. Eén van onze belangrijkste taken is de competentie, vaardigheden en draagkracht van de moeders te versterken. Door tijdig problemen te signaleren, praktische informatie en steun aan te bieden, proberen we die draaglast te verminderen. Bedelingsmomenten zijn trouwens een mooie illustratie van wat we bedoelen met opvoedingsondersteunend werken. Ze bieden een ideale gelegenheid om de moeders te leren kennen op een manier die voor hen heel informeel en ongedwongen aanvoelt. Dit maakt dat we hen kunnen observeren en interactief met hen bezig kunnen zijn. Bovendien wordt een woordje uitleg gegeven over de waarde en herkomst van het materieel dat ze bij NASCI krijgen. Ze mogen gerust weten en zich goed realiseren dat NASCI grote inspanningen moet leveren om verbruiksgoederen of financiële steun via sponsoring te bekomen. Dit laatste doen we niet uit morele principes, maar om de hulpbehoevenden te doen beseffen dat alles niet zomaar gratuit is in het leven. Het stimuleert hen eveneens om zelf ook solidair te zijn waar mogelijk. De rechtstreekse vragen van moeders zijn echter niet de enige aanknopingspunten om opvoedingsondersteunend te werken. De directe aanwezigheid van kinderen is erg waardevol. Niet-schoolgaande kinderen komen graag met hun mama mee naar de bedeling en de Mama’s Club. Op die momenten kunnen we hen ongedwongen en objectief observeren en discreet interveniëren indien nodig. Het gebeurt dat moeders kinderen meebrengen die eigenlijk op school zouden moeten zitten. Dan informeren we discreet waarom het kind op dat moment niet op school is en onderstrepen we het belang van degelijk onderwijs voor de toekomst van het kind en van het gezin. Wanneer bepaalde vragen door ons team niet kunnen beantwoord worden verwijst NASCI door naar gespecialiseerde organisaties die meer bevoegd zijn om te helpen. Op deze manier vergroten we het sociale netwerk van de vrouwen en helpen we ze de Brusselse hulpverleningssector te verkennen. De Westerse opvoedingscultuur is zeer verschillend van de Afrikaanse of Arabische. Hierdoor heersen er in vele opvoedingskwesties andere waarden en normen. Een groot deel van het publiek is zoals eerder gezegd ongeschoold omdat ze als vrouw geen of onvoldoende scholingskansen hebben gekregen. We kunnen niet anders dan daar rekening mee te houden. 36
We trachten een positieve invloed uit te oefenen op de bestrijding van genderdiscriminatie die we soms ervaren in de opvoeding van allochtonen. Daar krijgen jongetjes soms nog de status van ‘pacha’ en de meisjes dienen de rol van huisslaafje op zich te nemen. Tradities zijn er om te koesteren. Mensonterende tradities willen we echter krachtdadig en voorgoed helpen bannen. We denken hier ook aan de wereldwijde wrede traditie om meisjes te besnijden. Toestanden die niet langer passend en waardig zijn voor een Westerse samenleving anno 2012. Ook hier bij ons in België helaas nog dagelijkse kost!!! Meisjes hebben recht op een evenwaardige opvoeding en toekomst. NASCI wil meisjes en jonge moeders graag daadkrachtig en constructief ondersteunen bij het wegwerken van discriminaties en mensonwaardige mutilaties. Ook hier kan ‘verandering’ starten bij de opvoeding van toekomstige moeder.
(moeders van nu vormen de moeders van morgen)
NASCI hanteert een vijftal opvoedvaardigheden: 1. 2. 3. 4. 5.
positieve betrokkenheid; positieve bekrachtiging van wenselijk gedrag ; conflictoplossing (je kind leren dat conflicten kunnen opgelost worden); disciplinering (duidelijke grenzen stellen en aangepast belonen of straffen); monitoring (weten waar je kind mee bezig is).
Omdat we laagdrempelig werken, slagen we er in om veel vrouwen met opvoedingsvragen tegemoet te komen. Onze stafmedewerkers zijn zeer attent voor vragen en thema’s die besproken worden tijdens activiteiten of intakegesprekken. Op basis van ‘veel gestelde vragen’ gaat het team op zoek naar gespecialiseerde personen die meer toelichtingen kunnen geven tijdens specifieke vormingssessies.
37
Tot slot vermelden we nog dat het binnen de welzijnssector algemeen geweten is dat het niet evident is om kansarme moeders te motiveren om workshops, infosessies of ateliers te volgen. Laat staan dat ze zich kunnen en/of willen engageren om gewoonweg op tijd te verschijnen op een activiteit. Ze leven van moment tot moment en missen door omstandigheden soms elke vorm van routine, regelmaat, praktische organisatie en discipline. Het gebeurt uiteraard ook dat ze misschien andere katjes te geselen hebben en dat hun hoofd er niet naar staat om hun eerder gemaakte afspraak na te komen. Bij collega’s uit de sector horen we daaromtrent dezelfde frustraties. NASCI heeft op dat vlak een streepje voor omdat we de moeders vaak zien en hen daardoor gemakkelijker kunnen bereiken en stimuleren om te participeren. Bovendien kunnen we de moeders bij NASCI stapsgewijs begeleiden naar het volgen van relevante vormingen. Maar, hoewel we dat ene streepje voor hebben, blijft het ook voor ons een moeilijke opdracht. Er kruipt veel tijd en energie in het motiveren, uitdelen van flyers, uitleg geven, inschrijven, herinneren, enkele dagen voordien nog even telefoneren, …
Vormingsthema’s in 2011:
Februari: Anticonceptie i.s.m. ‘Kraamzorg Volle Maan’ - 7 deelnemers
Februari: Hechting bij kinderen i.s.m. ‘Opvoedingscentrum Schaarbeek’- 7 deelnemers
April: Genitale Mutilatie(besnijdenissen bij vrouwen) i.s.m. ‘Centre de planning Familiale’- 8 deelnemers
Mei: Gezond en goedkoop koken met groenten van bij ons i.s.m. ‘Natuurpunt’ – 7 deelnemers
Juni: Ecologisch leven: Wat is recycleren en waarom? Bewust omgaan met voedselconsumptie i.s.m. ‘Natuurpunt’ – 7 deelnemers
Juli: Natuurbeleving in de stad. Een uitstap naar het Josaphat park. Ontdekking van aanwezige fauna en flora. i.s.m. ‘Natuurpunt’ – 5 deelnemers
Oktober: Energiezuiniger leven deel 1 i.s.m. Ecoconso - 8 deelnemers
Oktober: Energiezuiniger leven deel 2 i.s.m. Ecoconso - 8 deelnemers
November: S.O.A.’S: wat zijn ze en hoe kan ik me beschermen i.s.m. ‘Centre de Planning Familiale’- 6 deelnemers
December: Budgetteren, bevraging naar budgetbeheer i.s.m. ‘K.A.V. en K.A.V.-Intercultureel’ – 4 deelnemers
38
De vormingen zouden we niet kunnen realiseren zonder de hulp van onze vrijwilligers. De aangeboden hulp bestaat bijvoorbeeld uit het opvangen van de kinderen tijdens de workshops. Een belangrijke taak, want wat zouden alleenstaande moeders met hun baby’s en peuters moeten doen. Geld voor kinderopvang hebben ze niet en evenmin familie, vrienden of partners die dat voor hen willen doen. In 2011 hebben 68 vrouwen deelgenomen aan de vormingssessies. Vijf vrijwilligers zorgden voor 51 uur voorbereiding en begeleiding.
5.2. Vormingstraject ‘Mama’s Power 2’ ‘Kostbaar is de wijsheid die door ervaring wordt verkregen’
(R. Ascham)
In 2010 zijn we met het vormingstraject ‘Mama’s Power’ gestart met als doel het empowerment van (kans)arme moeders te vergroten. Omdat de deelneemsters, naar eigen zeggen, nood hadden aan een vervolg besloten we hen in 2011 een tweede jaar aan te bieden m.n. ‘Mama’s Power 2’. De doelgroep waarmee we werken is zeer kwetsbaar en onvoorspelbaar. Dit gegeven vraagt om een specifieke aanpak en intensieve traject begeleiding. Met het vormingstraject ‘Mama’s Power’ hebben we de deelnemende moeders een intensieve vormingscyclus aangeboden waarin educatie en persoonlijke ontwikkeling centraal stonden. Tweemaal per maand volgden een vaste groep van 15 moeders een parcours met uiteenlopende vormingssessies met als einddoelstelling het beter begrijpen van hun directe omgeving (de eigen specifieke leefwereld) en het versterken van hun zelfvertrouwen en zelfbeeld. Met het vormingstraject hebben we mooie eindresultaten behaald waaronder: -
het opnemen van persoonlijke verantwoordelijkheid; een verhoging van sociale competenties; meer grip en zelfcontrole op dagelijkse problemen krijgen; een versterking van het zelfbewustzijn; het stimuleren van een positief zelfbeeld.
Op het einde van het traject wisten de deelneemsters zich beter te oriënteren en te integreren in de Brusselse grootstad. Enkele deelneemsters zijn er zelfs in geslaagd een job te vinden en anderen, die nog niet over de nodige verblijfsvergunningen beschikken, zijn ondertussen actief als vrijwilliger bij NASCI en andere organisaties. Er zijn zelfs moeders die de motivatie hebben (terug)gevonden om een beroepsopleiding of taalcursus te volgen. Hierdoor was de deelnemersgroep in 2011 uitgedund naar 8 leden. De overgebleven deelneemsters waren, naar hun eigen mening, nog niet klaar om losgelaten te worden. Ze hadden behoefte naar meer verfijning van de kennis die ze hadden opgedaan tijdens het traject. In samenwerking met ‘Citizenne Vormingsplus’ werd besloten om het aangewakkerde enthousiasme van de 8 resterende moeders te belonen door een vervolg aan te bieden.
39
In overleg met de deelneemsters werd een vervolg uitgestippeld waarin de nadruk op zelfreflectie en vooruitkijken werd gelegd. Door de moeilijke situaties waarin de vrouwen zich bevinden is het niet altijd even gemakkelijk om een toekomstperspectief te hebben. ‘De problemen van vandaag moeten eerst opgelost worden en wat er morgen gebeurt zien we wel weer.’ Hierdoor is er geen ruimte meer om vooruit te denken en blijven ze vaak jaren doelloos in hetzelfde leefpatroon draaien. Samen met de moeders analyseerden we hun grote toekomstwensen en welke daarvan haalbaar konden worden gerealiseerd . Een moeder had bv.de wens om als secretaresse te werken maar heeft nooit het geluk gehad om verder te kunnen studeren. We hebben samen met die moeder naar een basiscursus informatica gezocht met als doel na de cursus aan een opleiding voor secretaresse te beginnen. Een andere moeder wilde graag haar engagement tegenover de school van haar kinderen tonen, we hebben haar aangemoedigd om vrijwilliger te worden in de ouderraad. Ze begeleidt nu regelmatig activiteiten die de school organiseert en heeft hierdoor veel sociaal contact met ouders, leerkrachten, opvoeders enz. Haar sociaal netwerk heeft zich uitgebreid en de moeder voelt zich gewaardeerd. Met kleine stappen wordt de drempelvrees langzaam maar zeker overwonnen en stijgt het zelfvertrouwen. De vrouwen zien in dat, met een duwtje in de rug, kleine levenswensen kunnen uitkomen. Ze moeten alleen leren dit op hun eigen manier in te vullen.
(enkele deelneemsters van ‘Mama’s Power’ 1 & 2)
40
Omwille van de huidige economische crisis hebben huismoeders vaak geen andere keuze dan aan ‘multi-tasking’ te doen. Dat komt mede door de verontrustende vaststelling dat (allochtone) vaders zonder werk niet langer aansluiting vinden in onze maatschappij waardoor ze in een zeer passieve levensstijl vervallen. Het traditionele patroon van de vader als gezinshoofd vervaagt hierdoor steeds vaker met als gevolg dat de moeders alsmaar meer hun mannetje moeten staan. De vaders voelen zich niet langer gevaloriseerd, verliezen interesse in het leven en kunnen hierdoor depressief, en jammer genoeg zelfs, agressief worden. Onze moeders hebben dan geen keuze. Er blijft hen niets anders over dan niet alleen de zware taak van het huishouden en de opvoeding van de kinderen tot een goed einde te brengen, maar ze moeten er ook ervoor zorgen dat er op de één of andere manier geld binnen komt om te overleven. Moeders nemen aldus steeds meer de taken van de vader over en fungeren uiteindelijk als gezinshoofd. Dit brengt heel veel stress met zich mee en zorgt bij de meesten koppels voor spanningen, jaloezie en geweld binnen de relatie. De vrouwen moeten zich sterk houden maar het is volkomen begrijpelijk dat ook zij tegelijk nood hebben aan ondersteuning bij de zware opdrachten die ze iedere dag opnieuw tot een goed einde moeten brengen. Tijdens de sessies van ‘Mama’s Power’ nemen we de tijd om over deze gevoelens te praten. De vrouwen wisselen ervaringen uit en geven elkaar advies over hoe ze problemen eventueel verder kunnen aanpakken. Ze geven elkaar letterlijk en figuurlijk het schouderklopje en de troost die ze nooit van iemand anders krijgen. ‘Mama’s Power 2’ liep van maart tot oktober 2011. De sessies kregen als thema de volgende onderwerpen:
Maart: “Wat zou ik doen indien ik zou kunnen toveren?”
April: Activiteit i.s.m. vzw Aksent: “Kookactiviteit voor oudere mensen.”
Mei: “Keuzevrijheid heeft ook consequenties. De keuzes die ik maak hebben een invloed op mijn leven en op dat van mijn kinderen.”
Mei: “Powermomenten in mijn leven. Op welke momenten in mijn leven heb ik me sterk gevoeld? Hoe kan ik dit gevoel projecteren op mijn toekomst?”
Mei: “Doelstellingen die ik binnen de 10 jaar wil waarmaken. Welke waarden passen bij mijn persoonlijke levenswijze?”
Juni: “Hoe plan ik een activiteit zoals bijvoorbeeld een uitstap met de kinderen?”
September: “Voorstelling van België. Info over Belgische cultuur en gewoontes met aanvullende korte geschiedenisles. Als afsluiter een quiz om de kennis over België bij de deelnemers te testen.”
Oktober: “Voorstelling van Europa. Wat betekent Europa voor onze deelneemsters? Met als extraatje een bezoek aan Mini-Europa.”
Het viel ons tijdens de laatste twee sessies op hoeveel de vrouwen wisten over onze Belgische leefgewoontes en tradities. Er was zelfs een moeder bij die een uiteenzetting gaf over Jacques Brel…
41
De deelneemsters hebben een oprechte interesse in de Belgische cultuur en ze willen zich deze eigen maken om beter te kunnen integreren. Ze ontwikkelen een Belgische identiteit die een belangrijke rol kan spelen voor het verder zetten van de integratie van komende generaties allochtonen. Kinderen hebben sterke moeders nodig! Het belangrijkste resultaat van het vormingstraject ‘Mama’s Power’ is dat we de moeders geleerd hebben hoe ze hun positie in het gezin en in de samenleving kunnen versterken. Bovendien wordt het hoog tijd dat ze zich niet langer onnodig (laten) culpabiliseren. Bij NASCI ontdekken ze dat ze niet alleen zijn en dat ze steun kunnen vinden bij lotgenoten. Vanwege het grote succes en de impact van het vormingstraject ‘Mama’s Power’ op het leven van de deelneemsters starten we in 2012 met een nieuwe groep vrouwen. Veel cliënten van NASCI hebben gehoord over de resultaten die er werden bereikt met de eerste deelneemsters en ze willen graag participeren aan een nieuwe ‘Mama’s Power’. We kunnen gerust stellen dat ‘Mama’s Power’ een vormingstraject is dat een langdurige en blijvende impact heeft op het leven van de deelneemsters.
5.3. Mama’s Club Sinds enkele jaren is de ‘Mama’s Club’ een wekelijks georganiseerd ontmoetingsmoment voor onze moeders en kinderen. Het is een activiteit die opvoedingsondersteunende en ontspannende doelstellingen combineert. Het is zowel een educatieve als een recreatieve activiteit vertrekkende vanuit de reële leefwereld van vrouwen.
(helemaal ZEN na een yogasessie onder professionele begeleiding van Hermine)
42
Elke donderdagnamiddag tussen 13.30 en 16 uur nodigen we moeders en hun jongste (niet schoolgaande) kinderen uit om even de dagelijkse sleur te doorbreken door deel te nemen aan een goed omkaderde en begeleide activiteit . Het is een uitgelezen moment voor onze moeders om even de tijd te kunnen nemen voor zichzelf en te ontspannen. Ze kunnen samen iets drinken en proeven van versnaperingen, met het team en de vrijwilligers praten en ervaringen uitwisselen, hun kindjes een heerlijk verwenbadje geven, voor zichzelf enkele kledingstukken uitkiezen in de damesboetiek, een yogasessie volgen om te ontspannen... . Om de veertien dagen is er kinderanimatie en af en toe organiseren we een bijzondere activiteit. Het intermenselijke contact wordt voor vaste bezoekers al gauw onmisbaar. Het is een namiddag waarop we extra aandacht willen geven aan de bezoekers. Laagdrempeligheid en een warm onthaal, leuke activiteiten, deskundige begeleiding en multiculturaliteit zijn de tools die ons doel helpen waarmaken. Ontmoetingsnamiddagen bij NASCI bieden niet alleen een positief effect vanwege de reële sociale mix, ze zorgen tevens ook voor een breder sociaal netwerk. Zoals eerder gezegd wil NASCI via de Mama’s Club het isolement en de uitsluiting van moeders en kinderen op allerlei vlakken helpen wegwerken en doorbreken. We willen het thuis ‘opgehokt’ zitten en het psychologisch wegkwijnen tegengaan en daarnaast het empowerment van moeders van diverse etnische origine stimuleren. Het opvoedkundige aspect zit in de interactie tussen de moeders onderling en in ruimere context met het NASCI-team en de vrijwilligers van het project ‘Spreek met haar’ van onze partner ‘Dokters van de Wereld’. Tijdens de Mama’s Club kunnen we, indien gepast, tips geven aan moeders over hoe ze al spelend hun kinderen kunnen stimuleren en begeleiden. Het biedt ons de mogelijkheid om hen te observeren en de gelegenheid om meteen te reageren op de dingen die we zien gebeuren. Het team, dat zich om de kinderen bekommert tijdens deze activiteit, kan naar onze mening een voorbeeldfunctie vervullen voor de aanwezige moeders. We proberen ons daar sterk bewust van te zijn en ons vooral correct en consequent te gedragen tegenover de kinderen. Als moeders dit wensen geven we hen graag uitleg bij de dingen die we doen en zeggen. Zo kunnen we hen een beter inzicht verschaffen in de situatie en het didactische nut ervan op langere termijn. Interactief bezig zijn met een moeder en haar kind, kan spontaan en heel natuurlijk interessante onderwerpen aanbrengen. Voor de Mama’s Club van start gaat, weten we niet welke thema’s in verband met opvoedingsondersteuning er aan bod zullen komen. We bepalen de thema’s ook niet zelf. In een setting zoals de Mama’s Club, dienen actuele onderwerpen zich voortdurend vanzelf aan. Zo kunnen we inspelen op de actuele noden van onze mama’s. Ook aan tafel, waar de moeders een natje en een droogje nuttigen, borrelen de gespreksonderwerpen in verband met opvoeding voortdurend naar boven. We proberen er altijd voor te zorgen dat iemand van het team mee aan tafel zit om dergelijke gesprekken professioneel in goede banen te begeleiden. Uiteraard zijn er regelmatig ook problemen of situaties waar wij een moeder niet mee kunnen helpen. Samen met haar gaan we dan op zoek naar een geschikte organisatie in de Brusselse regio die dat wel kan. Het doelpubliek van de Mama’s Club zijn kansarme moeders en hun kinderen. Ze zijn van diverse etnische afkomst wat de ontmoetingen een extra toets en kleur geeft. Uiteraard zijn ook niet kansarme moeders van harte welkom. 43
De ‘Mama’s Club’ is een wekelijkse ontmoetingsactiviteit die volledig voldoet aan de voorwaarden om het samenleven in diversiteit te bevorderen.
(terwijl mama yoga doet mag ik lekker spelen…)
We organiseerden 40 ‘Mama’s Clubs’ met een totaal van 1.481 aanwezigen.
Vrouwen Kinderen Personeelsstaf Vrijwilligers Badjes Yoga Mama’s Boetiek
567 deelnemers 488 deelnemers 6 per namiddag 186 deelnemers 53 kindjes 134 deelnemers 416 bezoekers
Gespreksthema’s die aan bod kwamen tijdens de ‘Mama’s Club’
Problematiek rond hechting, straffen en belonen van kinderen. De rol van man/vrouw binnen verschillende culturen. De zoektocht naar werk en de valkuilen van de arbeidsmarkt. Problematiek rond de regularisatieprocedure (stress, onzekerheid…). De uitzichtloosheid van mensen zonder papieren of verblijfsvergunning die geen toegang krijgen tot onze maatschappij. De problematiek van kinderen die de grootste slachtoffers zijn van de irreguliere verblijven van hun ouders doordat ze bepaalde hobby’s niet kunnen uitoefenen zoals bijvoorbeeld lid worden van een sportclub, tekenschool, … . Huisjesmelkerij in de grootstad: zoektocht naar gepaste betaalbare woningen. Echtscheiding en de gevolgen voor partners en kinderen. Huiselijk geweld. Gedragsproblemen bij kinderen.
44
Gezondheidsproblemen en beperkte toegang tot medische zorg. Zoektocht naar een geschikte school en hulp bij complexe inschrijvingsprocedures. Hygiëne en EHBO bij kinderen. Taalcursussen en vormingen. Heimwee naar familie en geboorteland. Geschikt tijdverdrijf voor kinderen tijdens de vakanties. Gedwongen huwelijken en ‘mariages blancs’. Gezinsplanning en anticonceptie. Gezonde voeding voor kinderen. Kinderopvang. Vrouwenrechten. Relatie man/vrouw: jaloezie, ontrouw en bedrog. De vrouw als gezinshoofd. Zoeken naar werk, financiële ondersteuning en zorgen voor de kinderen. Advies rond financiële administratie: geboortepremie, kinderbijslag, vakantiegeld, mutualiteit… .
We vermelden hier graag extra het project ‘Spreek met haar’ van Dokters van de Wereld (kortweg DvdW). NASCI is voorlopig voor dit project de enige partner van DvDW in heel België. De aanwezigheid van een medewerker van het team ‘Spreek met haar’ van DvdW (bijvoorbeeld een psychologe of sociaal assistente) betekent een grote meerwaarde voor de moeders en dit zowel tijdens de materieelbedeling als tijdens de Mama’s Club. De moeders weten dat er altijd een luisterend oor is als ze nood hebben om met iemand te praten. De vrijwilligers van het project ‘Spreek met haar’ praten en luisteren vooral, verwijzen door naar andere instanties en zorgen voor opvolging en begeleiding waar nodig. NASCI voelde een grote nood bij de moeders om met iemand te kunnen praten. Helaas, hoe belangrijk we dit ook vonden, de middelen en voornamelijk het personeel ontbraken om deze behoefte naar behoren in te vullen. We vonden hiervoor een fantastische partner in ‘Dokters van de Wereld’. DvdW hadden net het project ‘Spreek met haar’ opgestart maar ze kregen geen aansluiting met hun doelpubliek. De samenwerking is een prachtige win-win situatie geworden voor alle betrokkenen. De vrijwilligers voor dit project werden specifiek gezocht en opgeleid. Zij springen daadkrachtig bij en verzorgen samen met het NASCI-team voor een opvang die kan tellen en waar alle moeders en kinderen zich goed bij voelen. 2011 was goed voor ongeveer 156 gesprekken en bijna evenveel doorverwijzingen en opvolgingen.
(Monique van DvdW luistert en geeft raad waar nodig)
45
5.4. Diverse activiteiten in 2011
Fotoshoot voor moeder en kind(eren) Aangeboden door ‘Studio Bloom’. 58 moeders kregen mooie foto’s van hun kinderen alleen en een familieportret ter herinnering cadeau. Een onbetaalbaar geschenk!
(een allereerste foto samen… mooie herinneringen voor eeuwig vastgelegd)
Toeleiding tot de BIB Een medewerker van de Brusselse Bibliotheek kwam tweemaal op bezoek om te vertellen hoe een bibliotheek werkt, wat je er kan doen, wie er iets mag uitlenen, met info over de prijzen en openingsuren, …
Cupcakes en zandkoekjes bakken en versieren voor kinderfeestjes Koekjesbak aangeboden door de ‘Liberale Vrouwen’. 19 moeders en 20 kinderen bakten lustig mee. Achteraf was het smullen à volonté!
(vrolijke vormpjes ontwerpen, bakken, versieren en dan lekker smullen)
46
Hennatradities Bij welke gelegenheden en op welke wijze beschildert men vrouwenlichamen in de Arabische cultuur. Alle deelnemers gingen naar huis met prachtig beschilderde handen!
Milieubewust en energiebesparend leven Tafelgesprek met animatie aangeboden door Natuurpunt Vlaanderen.
Multiculureel familiefeest ‘Magic Show’
De ‘Magic Show’ wordt stilaan een jaarlijkse traditie. Het is een leuk evenement waar iedereen naar uit kijkt. Voor dit multicultureel familiefeest slaan NASCI en Gemeenschapscentrum De Kriekelaar (met de kinderwerking ‘DaDa’) de handen in elkaar. De VGC en enkele sponsors zorgen ervoor dat het dure kostenplaatje wordt gedragen. Kansarmen laten participeren aan het culturele leven binnen de context van een hoofdstedelijke omgeving is geen evidente opdracht. I.s.m. GC De Kriekelaar tracht NASCI hierop een antwoord te bieden met het project “Magic Show”, een multicultureel familiefeest voor kansarme en hulpbehoevende families uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. We hebben het project ‘Magic Show’ genoemd omdat voor vele kinderen en ouders de beleving van een spektakel in een schouwburg iets magisch heeft. Zeker als ze dit voor het eerst in hun leven mogen beleven. Zoiets laat gewoon een immense indruk achter. Bovendien schept de naam bij de participanten al bij voorbaat een verwachting en wordt zo hun nieuwsgierigheid geprikkeld. Hierdoor worden ouders aangenaam aangespoord, mede door het enthousiasme van hun kinderen, om te participeren. Als invulling voor het showaspect kiezen we bewust altijd voor een visueel sterk spektakel zoals een goochel of circus act. Een visueel spektakel is immers erg geschikt zowel voor kinderen als voor volwassenen, ongeacht het taalgebruik en de culturele achtergrond. Geen gemakkelijke opdracht want onze keuze is bepalend voor het succes en de impressies achteraf. De keuze viel in 2011 op het spektakel ‘VOLTA’ van ‘vzw Cirkanto’. Op 23 november genoot een volle zaal (meer dan 250 mensen) van dit stuk vol humor en grappige fratsen. Kinderen en ouders gingen lekker uit de bol.
(de acteurs van vzw ‘Cirkanto’ in volle actie)
47
Cultuurparticipatie is voor de ontwikkeling van kansarme kinderen zonder twijfel een must. Eén namiddag alle zorgen, kommer en kwel vergeten en eens lekker genieten van een ontspannende en vooral magische show. Ons publiek beschikt immers absoluut niet over de financiële middelen om een dergelijke activiteit met heel het hele gezin bij te wonen. Het was een schot in de roos! De meer dan 250 aanwezigen gingen die namiddag met een zalige glimlach weer naar huis. De ouders vertelden ons achteraf dat zowel zij als hun kinderen zoiets nog nooit hadden meegemaakt! Missie geslaagd!
(met veel zorg 150 snoepzakjes vullen voor de kinderen die ze na het spektakel als verrassing mee naar huis krijgen)
6. FINANCIËN 6.1. Subsidiërende overheden NASCI krijgt op basis van een jaarlijks te hernieuwen overeenkomst een enveloppensubsidie toegekend door het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Concreet behelst deze subsidie de verloning van drie personeelsleden (twee VT en één HT) en werkingsmiddelen. In 2011 diende vzw NASCI hiervoor een doelstelling te realiseren: een bijdrage leveren tot de realisatie van één van de doelstellingen van de Vlaamse Gemeenschapscommissie m.n. (kans)armoedebestrijding. De specifieke bijdrage van NASCI situeert zich op het vlak van de volgende pijlers: materiële bijstand verlenen; een huis van vertrouwen zijn voor moeders en kinderen; ondersteuning bieden, advies verlenen en doorverwijzen naar andere instanties zoals organisaties voor juridische bijstand, opleiding, medische begeleiding en huisvesting, opvoedingsondersteuning, … ; een kader aanbieden voor ontspannende, culturele en didactische activiteiten;
48
een vrijwilligerswerking aanbieden gestoeld op diversiteit en verdraagzaamheid; een lokaal sociaal infopunt zijn. Ook dit jaar kon NASCI rekenen op een bescheiden (€ 700) doch zeer welgekomen subsidie vanwege de Nederlandstalige Dienst van de gemeente Schaarbeek. Het is heel belangrijk om als vzw door diverse overheden erkend te worden voor je werking en gerealiseerde doelstellingen en dit uiteraard ook op lokaal niveau. In 2011 hebben we er verder werk van gemaakt om structureel ook erkend te worden door de Vlaamse Gemeenschap. Structurele verankering blijkt in tijden van crisis moeilijk voor Vlaanderen. Iedereen moet besparen. We hebben geen andere keuze en zetten de tering naar de nering en trachten behoedzaam met onze schaarse middelen om te springen. In 2012 doen we nieuwe pogingen om Vlaanderen ervan te overtuigen onze werking te erkennen en te subsidiëren.
6.2. Financiële, materiële en logistieke steun en giften NASCI is gemachtigd om fiscale attesten uit te reiken voor giften vanaf € 40. Dit is een grote troef om (toekomstige) schenkers ervan te overtuigen een gift te storten. Kleding en speelgoed komen voornamelijk binnen dankzij de solidariteit van vele particulieren en bedrijven. NASCI heeft in deze een degelijke naambekendheid opgebouwd. Eens mensen onze werking kennen blijven ze graag komen om materieel te schenken. Alle schenkers en sponsors worden persoonlijk en schriftelijk bedankt na het geven van een gift. Rapporten en evaluaties met bijhorende foto’s worden opgemaakt indien bedrijven dit wensen. Jaarlijks krijgen al onze relaties een nieuwjaars- dito bedankingskaart in de bus om hen te danken voor de spontane en gulle gift. Een klein gebaar dat zeker gewaardeerd wordt. Onze sponsors in 2011 (in willekeurige volgorde) :
‘The Legal Run’: personeelsleden van 25 verschillende Brusselse Advocatenkantoren en de Brusselse balie liepen tijdens de 20 km van Brussel voor het goede doel. De fantastische opbrengst ging in 2011naar NASCI.
49
Rotary Club Brussel Coudenberg Ladies Circle afdeling Asse-Grimbergen ZONTA Club Brussel Zavel Advocatenkantoor Allen en Overy LLP Eubelis CVBA Vzw C.L.E.F. H.V.V. Gewest Brussel vzw Tiberghien CVBA Pensée Libre pour l’Europe Mevrouw Judith Ecker De Sint-Jansvrienden BREUGHEL INTERNATIONAL Proctor & Gamble Stibbe SCRL JOE FM The Nato Charity Bazaar Andreotti Erica, Europese Gemeenschap De Negen Zusters en ‘t Geuzenhof L’Oréal vzw OEVER (Welzijnszorg) Stichting Benevolentia Neuhaus N.V. De Vrienden van vzw K.A.E. met hun actie ‘Red Nose Day’ Liberale Vrouwen Intercultureel Catenaf Le Parlement de Donateurs Adelphi De Wolffs Gwendoline SA Menari Benelux De Grijze Geuzen vzw, afdeling Laken Smith Claire, Europese Gemeenschap Aidons nous, Balans Brussel FV Oudervereniging V D Griffith-Camminante, Europese Gemeenschap Diverse scholen Giften n.a.v. het pensioen van Walter Diverse filantropische verenigingen Giften n.a.v. de geboorte van baby Marcel De vele, vele particuliere giften Andere sponsors ook in natura (met onze excuses indien vergeten) Broederschap
7. BESLUIT We zijn klaar voor de uitdagingen van 2012 maar graag een laatste dankwoord. Bedankt overheden, medewerkers, vrijwilligers en sympathisanten dat jullie er voor ons zijn en voor het vertrouwen! Aan alle schenkers, klein en groot, onze oprechte en welgemeende dank voor de gulle gift, het schouderklopje, de trouwe, sympathieke en onmisbare steun. Dank u wel om niet blind te zijn voor de onrechtvaardigheid van armoede. Fijn dat de kinderen en moeders van NASCI op jullie kunnen rekenen. Zonder jullie solidariteit en medeleven was en is armoedebestrijding onmogelijk! Jullie zijn onze suiker ! ♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥♥ Nicky Budts, directeur vzw NASCI, 12 maart 2012 50