Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 Inleiding 1.2 Veiligheidspartners 1.3 Regie 1.4 Integraal Veiligheidsbeleid 1.5 Huidig beleid 1.6 Werkwijze 1.7 Doelstelling
blz. 2 blz. 2 blz. 2 blz. 2 blz. 2 blz. 3 blz. 3 blz. 4
Hoofdstuk 2. Veiligheidsanalyse 2.1. Inleiding 2.2. Algemeen
blz. 5 blz. 5
2.3. Veilige woon- en leefomgeving 2.3.1 Overlast tussen bewoners,verloedering, kwaliteit woonomgeving en onveiligheidsgevoelens 2.3.2. Huiselijk geweld 2.3.3. Geweld tegen personen 2.3.4. Geweld tegen goederen 2.3.5. Inbraken 2.2.6. Voertuigcriminaliteit 2.3.7. Drugs- en alcohol gebruik 2.3.8. Seksinrichtingen 2.3.9. Leefbaarheid 2.3.7.1. Ex-gedetineerden 2.3.7.2. SMS-Alert
blz. 7 blz. 8 blz. 8 blz. 9 blz.10 blz.10 blz.13 blz.14 blz.14 blz.15
2.4. Bedrijvigheid en veiligheid 2.4.1. Evenementen 2.4.2. Bedrijventerrein
blz. 16 blz.16 blz.17
2.5 Jeugd en veiligheid 2.5.1. Overlast 2.5.2. Zorg 2.5.3. Veilig in en om de school
blz. 18 blz.18 blz.19 blz.21
2.6. Fysieke veiligheid 2.6.1. Verkeersveiligheid 2.6.2. Rampenbestrijding 2.6.3. Risico’s gevaarlijke stoffen/externe veiligheid 2.6.4. Brandveiligheid
blz. 23 blz.23 blz.24 blz.25 blz.25
2.7. Integriteit en veiligheid 2.7.1. Radicalisering en extremisme 2.7.2. Georganiseerde criminaliteit
blz. 27 blz.27 blz.28
Versiebeheer Datum 5 oktober 2010
Status Gereed
Auteur(s) Pim Ruiten Judith Mangel
blz. 6 blz. 6
Omschrijving Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
1
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 Inleiding Het thema veiligheid is een actueel onderwerp dat veel maatschappelijke discussie met zich meebrengt. Iedere dag is er wel berichtgeving over dit onderwerp. Veiligheid kan worden beschouwd als een basisvoorwaarde voor leven: mensen willen leven zonder dreiging van onveiligheid. Het fundamentele karakter van veiligheid wordt duidelijk zichtbaar als we de veelheid aan veiligheidsonderwerpen de revue laten passeren. In dit onderhavige plan gebeurt dat. De afgelopen jaren is de maatschappelijke opvatting dat veiligheid verder gaat dan het publieke domein: veiligheid stopt niet bij de voordeur. Sterker nog, de meeste dodelijke ongelukken vinden plaats achter de voordeur. Een onderwerp als huiselijk geweld wordt dan ook, gezien de grote impact die het heeft op de betrokkenen, steeds meer gezien als een publieke zaak. 1.2 Veiligheidspartners De aanpak van onveiligheid is tegenwoordig geen zaak meer van de gemeente alleen. Het vereist een intensieve samenwerking met diverse partners, zoals; het bedrijfsleven, maatschappelijke instellingen, de politie, de brandweer en de burgers zelf. De spilfunctie in het veiligheidsbeleid ligt bij de lokale overheid, de gemeente. De gemeente staat als bestuurslaag immers het meest dicht bij de burgers en wordt als eerste aangesproken ten aanzien van heersende onveiligheidsgevoelens. Dat doet niets af aan het feit dat de verschillende partners ook nog hun eigen verantwoordelijkheden hebben. 1.3 Regie De gemeente is de regisseur van het veiligheidsbeleid en als zodanig verantwoordelijk voor de beleidsvoering. De specifieke wettelijke taken van de gemeente bieden hiervoor de basis. Om deze rol werkelijk te kunnen vervullen is draagvlak (intern en extern) en expertise van de veiligheidspartners van cruciaal belang. Binnen de gemeente West Maas en Waal is het team Integrale Veiligheid verantwoordelijk voor het invullen van deze regierol. 1.4 Integraal Veiligheidsbeleid Integraal Veiligheidsbeleid (hierna IVB) is het regelmatig in kaart brengen van de veiligheidsproblemen die zich voordoen of kunnen voordoen en daar vervolgens doelmatig en doeltreffend actie op te ondernemen. Het opstellen van een veiligheidsbeleid is dan ook een zeer effectieve manier om onveiligheid te lijf te gaan. Het is al een paar keer voorbij gekomen, het woord “integraal”. Het begrip “integraal” kan vanuit drie invalshoeken worden ingevuld. (1) de te betrekken beleidsterreinen, (2) de verschillende fasen in de bestuurlijke veiligheidsketen en (3) de te betrekken in- en externe partners. Al deze invalshoeken zijn van belang bij het opstellen, evalueren, actualiseren en uitvoeren van IVB. De veiligheidsketen is een belangrijke indicatie op het gebied van veiligheid. De veiligheidsketen toont aan op welke verschillende niveaus de gemeente een bijdrage kan leveren aan de verbetering van de lokale veiligheid.
2
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
De schakels die gezamenlijk de veiligheidsketen vormen zijn: Pro-actie: Preventie: Preparatie: Repressie: Nazorg:
het structureel voorkomen van onveiligheid het voorkomen van directe oorzaken van onveiligheid en het beperken van de gevolgen ervan de daadwerkelijke voorbereiding op de bestrijding van onveilige situaties de bestrijding van onveiligheid en verlening van hulp in acute noodsituaties alle activiteiten om zo snel mogelijk weer naar de normale situatie terug te keren.
Integraal veiligheidsbeleid is het doorlopen van de schakels van de veiligheidsketen. Onder regie van de gemeente is een concrete probleemgerichte aanpak nodig, waarbij aandacht wordt besteed aan alle schakels in de veiligheidsketen: van het in een vroegtijdig stadium voorkomen van onveiligheid en beter beheersen, naar het bestrijden van onveiligheid. Oftewel van pro-actie naar preventie, preparatie, repressie en als sluitstuk de nazorg. 1.5. Huidig beleid Het huidig IVB dateert van 2006 en is verouderd. Daarom dient er een nieuw beleid te worden ontwikkeld. Leidraad voor het nieuwe IVB is het “Kernbeleid Veiligheid” van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) uit 2006, de verbeterde versie van het rode boekje. Het nieuwe IVB wordt een meerjarenplan en dient vanaf 2011 jaarlijks te worden geëvalueerd. Dit meerjarenplan beschrijft op hoofdlijnen de doelstellingen voor de komende vier jaar voor de Gemeente West Maas en Waal. De belangrijkste veiligheidsthema´s met daaraan toegevoegd deelonderwerpen die de komende jaren aanpak vereisen dan wel aandacht behoeven worden uitvoerig beschreven. 1.6. Werkwijze Dit meerjarenplan is tot stand gekomen door intensief samenwerken van verschillende partners van binnen en buiten de gemeentelijke organisatie. De volgende partners hebben een werkgroep gevormd en zijn verschillende keren bij elkaar gekomen: Gemeentelijke deelnemers Ambtenaar OOV Maatschappelijke ontwikkeling Vergunningen/handhaving Openbare ruimte Klant Contact Centrum
Externe partners Politie Gelderland-Zuid Brandweer West Maas en Waal Ondernemersvereniging Verrassend Leeuwen Woningstichting De Kernen Stichting Samenwerkingsbestuur Primair 1 Onderwijs Maas en Waal (St. SPOM) BO Trivium BO Pax Christi College VO2 Maatschappelijk werk (NIM) Stichting VoorMekaar
Vanuit verschillende oogpunten is er naar de veiligheid in de gemeente West Maas en Waal gekeken en zo is een ruime kijk op de veiligheidssituatie ontstaan. Niet alleen in de ontwikkelfase, maar ook in de uitvoeringsfase van het IVB zijn partners onmisbaar. Evaluatie is belangrijk en daarom komt de werkgroep na de uitvoering van het beleid nog een aantal maal bijeen om de vorderingen van het IVB te checken.
1 2
BO: Basisonderwijs VO: Voortgezet onderwijs
3
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
1.7. Doelstelling De doelstelling voor de komende vier jaar is: “het op een systematische en samenhangende wijze weergeven van de veiligheidsproblematiek in de gemeente zodat hierop integraal actie kan worden ondernomen en zodoende de lokale veiligheid, zowel objectief als subjectief, verbeterd””
4
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Hoofdstuk 2. Veiligheidsanalyse 2.1. Inleiding In dit deel van het IVB wordt de veiligheidsanalyse weergegeven. De gegevens die hiervoor gebruikt zijn, zijn afkomstig van zowel objectieve (cijfermatig) als subjectieve bronnen (meningen, gevoelens). Objectieve inventarisatie Deze gegevens hebben we o.a. verkregen van de politie Gelderland-Zuid. Daarnaast is in verband met de verkeersveiligheid ook gekeken naar cijfers die afkomstig zijn uit het Gemeentelijk Verkeer en Vervoersplan (GVVP). Een groot deel van de onveiligheid is niet zichtbaar in cijfers als gevolg van het zogenaamde ‘dark number’. Niet van ieder incident wordt namelijk aangifte gedaan, waardoor de cijfers niet geheel compleet zijn. Dit heeft onder andere te maken met de aangiftebereidheid van de burgers. Een ‘dark number’ is onontkoombaar en hiermee dient rekening te worden gehouden bij het trekken van conclusies. Het betreft hier niet enkel cijfers over criminaliteit, maar ook over bijvoorbeeld verkeersongevallen en leefbaarheid. Subjectieve inventarisatie Deze gegevens zijn verkregen uit signalen van bewoners en de werkgroepleden zelf. Voor een groot deel is onveiligheid ´gevoel´. Wat ervaren mensen als onveilig? Dit is voor iedereen anders. Het is belangrijk om deze gegevens mee te nemen in dit IVB want een positief veiligheidsgevoel draagt bij aan de kwaliteit van het leven. 2.2. Algemeen Zoals in de inleiding is genoemd is dit IVB opgesteld met als rode draad Het “Kernbeleid Veiligheid”. Dit kernbeleid noemt de volgende vijf veiligheidsvelden: 1. Veilige woon- en leefomgeving; 2. Bedrijvigheid en veiligheid; 3. Jeugd en veiligheid; 4. Fysieke veiligheid; 5. Integriteit en veiligheid. Per veiligheidsveld worden de volgende punten weergegeven; een analyse, de huidige aanpak, mogelijke omissies, de betrokken partijen en het beleidsvoornemen.
5
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3. Veilige woon- en leefomgeving 2.3.1 Overlast tussen bewoners,verloedering- en kwaliteit woonomgeving en onveiligheidsgevoelens Analyse Op dit moment is er geen goede overlegstructuur als het gaat over woonoverlast (overlast tussen bewoners en verloedering). Huidige aanpak De gemeente heeft een maandelijks veiligheidsoverleg met de politie waar zaken als verloedering van de woonomgeving en overlast worden besproken. Voorbeelden van overlast die ter sprake komen zijn geluid- en stankoverlast, vervuiling, de aanwezigheid van ongedierte en/of ruzies tussen buren onderling. Burgers melden dergelijke zaken ook zelf bij de gemeente of bij de woningstichting. Die meldingen worden onderzocht en waar nodig wordt actie ondernomen. Toch zouden bij dit overleg meer partijen aan moeten sluiten om een zo eenduidig mogelijk beeld te krijgen van de situaties binnen de gemeente. Daarnaast is er een boa (buitengewoon opsporingsambtenaar) werkzaam bij de gemeente. Deze houdt toezicht in de wijken, signaleert problemen en onderneemt hierop actie. Stichting Voormekaar richt zich op leefbaarheid, sociale cohesie en veiligheid c.q. samenlevingsopbouw door actief deel te nemen om zo te proberen de voorzieningen in de kleine kernen op peil te houden. Zij nemen ook deel aan werk- en projectgroepen. De gemeente is momenteel ook bezig met buurtpreventie. Het doel van buurtpreventie is dat bewoners en politie er samen voor zorgen dat dieven, inbrekers en vernielers minder gemakkelijk de kans krijgen hun slag te slaan. Dat kan door wat extra op te letten en wat meer betrokken te zijn bij de buurt. Van tijd tot tijd worden buurtbijeenkomsten georganiseerd, waar ook de politie aanwezig kan zijn, om van gedachten te wisselen over de ontwikkelingen van het project. Daarnaast kan informatie gegeven worden over de preventieve maatregelen die in de woonsituatie het meest doeltreffend zijn. Omissies Er moet betere overlegstructuur zijn tussen verschillende partners bij een veiligheidsvraagstuk. In overlegsituaties kunnen de partners gedachten en informatie uitwisselen. Communicatie is hierbij ook zeer belangrijk. Betrokken partijen De gemeente, woningstichting `de Kernen´, politie Gelderland-Zuid, maatschappelijk werk (NIM), Stichting Voormekaar. Beleidsvoornemen 1. Het is verstandig om de woningstichting te betrekken bij het maandelijkse veiligheidsoverleg tussen de gemeente en de politie. Zo wordt voorkomen dat de verschillende instanties op een eigen wijze hetzelfde probleem proberen op te lossen zonder dat er afstemming plaatsvindt. 2. Ook is het nodig dat er wijkschouwen georganiseerd worden. De gemeente, politie en woningstichting lopen door de wijken en constateren zo vroegtijdig zaken als verloedering. Naar aanleiding van deze wijkschouwen worden door de betrokken partijen concrete afspraken gemaakt om de kwaliteit van de woonomgeving te verbeteren.
6
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.2. Huiselijk geweld Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging. Analyse Het aantal huiselijk geweld incidenten is de afgelopen jaren gestegen in de gemeente. In 2008 waren er 18 incidenten en in 2009 32 (politiecijfers). Hiervan zijn 8 aangiftes gedaan. De laatste jaren is er veel publiciteit en aandacht voor huiselijk geweld. Dit zou bij kunnen dragen in de stijging van het aantal gemelde incidenten. Huidige aanpak De gemeente heeft (nog) geen specifieke aanpak huiselijk geweld. Huiselijk geweld gevallen worden vrijwel nooit besproken in het overleg tussen politie en gemeente. Er is in 2009 een gesprek geweest met een medewerker van Elan (voorheen Enzovoort en Osmose) een expertisecentrum voor integratie, participatie en emancipatie. Zij zouden de gemeente ondersteunen bij het opzetten van een gemeentelijk netwerk als het gaat om huiselijk geweld. Helaas is door het stellen van prioriteiten nog altijd niet van start gegaan. In 2009 is de Wet Tijdelijk Huisverbod in werking getreden. Deze wet voorziet de burgmeester in de mogelijkheid een huisverbod op te leggen aan degene van wie (een dreiging van) huiselijk geweld uitgaat. De burgemeester heeft een ondertekeningsmandaat afgegeven aan de hulpofficieren van justitie van de regiopolitie Gelderland-Zuid (belast met de uitvoering van een huisverbod), voor het nemen van het besluit tot het opleggen van een huisverbod. In dit geval dient de hulpofficier van justitie altijd met de burgemeester contact op te nemen voordat de beschikking wordt opgemaakt. De burgemeester neemt dan de beslissing over het al dan niet opleggen van een huisverbod, waarna de hulpofficier van justitie de beschikking opmaakt en ondertekent. Voor het voeren van procedures bij de rechtbank voortkomende uit het opleggen van huisverboden is een doorlopende machtiging verleend aan een aantal medewerkers van de gemeente Nijmegen. Omissies Er is geen overleg over huiselijk geweld gevallen binnen de gemeente. Hierin moet verandering komen. Ook moet er een stappenplan komen om een betere afstemming te krijgen tussen de verschillende betrokken hulpverlenerorganisaties. Betrokken partijen Gemeente. Politie, Elan, Woningstichting De Kernen, NIM, Meldpunt Bijzondere Zorg (MBZ), huisartsen, scholen. Beleidsvoornemen Aanpak huiselijk geweld opzetten en implementeren binnen de gemeente. Overleg opstarten met de betrokken instanties. Opnieuw gesprekken aangaan met Elan voor hulp bij implementatie.
7
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.3. Geweld tegen personen Tot `geweld tegen personen´ wordt gerekend: bedreiging, mishandeling,straatroof, zedenmisdrijven, moord en doodslag. Analyse Volgens de politiecijfers is het aantal aangiften van geweld de afgelopen jaren redelijk stabiel gebleven. Er zitten geen hele sterke stijgingen of dalingen in. Huidige aanpak Indien er grote dan wel risicovolle evenementen zijn, zet de politie, indien mogelijk, extra agenten in. Als er aangifte wordt gedaan van geweld stelt de politie altijd een onderzoek in. Betrokken partijen Politie Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak.
2.3.4. Geweld tegen goederen Tot `geweld tegen goederen´ wordt gerekend: vandalisme en graffiti. Analyse Vandalisme wordt voornamelijk gepleegd door jeugd en vindt plaats op en rondom de hangplekken en aan de openbare weg. (diefstal/vernielen van verkeersborden). Graffiti vindt slechts sporadisch plaats. Ook vinden er veel vernielingen plaats bij en aan scholen. Huidige aanpak Jongeren worden op de hangplekken regelmatig aangesproken op hun gedrag door politie en jongerenwerkers van Stichting Voormekaar. Indien goederen van de gemeente worden beschadigd/vernield wordt altijd aangifte gedaan. Betrokken partijen Politie, Stichting Voormekaar en gemeente Beleidsvoornemen Voortzetten van de huidige aanpak. Gedupeerden motiveren om aangifte te doen en de schade zo spoedig mogelijk verhelpen Daarnaast in beeld brengen wat gedurende 1 jaar tijd de hoeveelheid vernielingen zijn aan scholen. Dit vervolgens evalueren en eventueel bij noodzaak hierop actie ondernemen.
8
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.5. Inbraken Tot `inbraken´ wordt gerekend: inbraken in woningen, garageboxen, garages, schuren en tuinhuizen. Analyse In 2007 was er een explosieve stijging van het aantal aangiften van inbraken. In 2008 en 2009 is het vrijwel gelijk, dus stabiel. Het aantal inbraken over een jaar varieert sterkt, zo zijn er een aantal maanden vrijwel geen inbraken en dan in één week een aantal tegelijk. Dit doet vermoeden dat er een dader(groep) afkomstig van buiten de gemeente en/of regio actief is. Huidige aanpak Inbraakpreventie gebeurd in de gemeente vooral naar aanleiding van het Politie Keurmerk Veilig Wonen (PKWV). Het PKVW werkt preventief tegen woninginbraak, overlast, vandalisme en criminaliteit op straat. Dit wordt gerealiseerd door eisen te stellen aan het ontwerp van de woonomgeving , het wooncomplex en de individuele woning (verlichting, begroeiing, etc.). Door het nemen van bepaalde preventieve maatregelen kunnen bewoners ook veel zelf doen om inbraak te voorkomen. Denk aan de deuren 's nachts op slot doen, zorgvuldig met sleutels omgaan, ramen dichtdoen tijdens het slapen, afspraken met buren maken, etc. In de gemeente zijn een aantal bedrijven gevestigd die de bewoners kunnen adviseren over hoe ze hun huis kunnen beveiligen om zich te certificeren voor het keurmerk. Op het gebied van nieuwbouw woningen heeft de gemeente gezegd in principe medewerking te verlenen aan het PKVW. Indien mogelijk zal PKVW op nieuwbouwprojecten worden toegepast. Hier mag meer aandacht voor komen. De woningen van Woningstichting De Kernen zijn allemaal op PKVW niveau. Helaas veranderen de regels zo snel dat de Woningstichting onmogelijk alle wijzigingen continue door kan voeren in haar woningaanbod. Betrokken partijen Politie, gemeente, woningstichting, particuliere bedrijven Beleidsvoornemen. Inwoners periodiek door middel van periodieke voorlichting attenderen op de eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot de beveiliging van de eigen woning en het sluiten van ramen en deuren. Meer aandacht besteden aan het toepassen van PKVW op nieuwbouwprojecten.
9
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.6. Voertuigcriminaliteit Tot `voertuigcriminaliteit´ wordt gerekend: diefstal van (brom-, snor-)fietsen en diefstal van en uit voertuigen( motorfietsen, auto´s, tractoren, etc.) Analyse Er is een dalende trend te zien t.a.v. voertuigcriminaliteit. Huidige aanpak De gemeente geeft geen prioriteit aan het bestrijden van voertuigcriminaliteit gezien het kleine aantal incidenten. Als er aangifte wordt gedaan van voertuigcriminaliteit wordt er uiteraard wel altijd onderzoek verricht door de politie Betrokken partijen Gemeente, politie Beleidsvoornemen Voortzetten van de huidige aanpak.
2.3.7. Drugs- en alcohol gebruik Onder drugs- en alcoholgebruik valt het bezitten van, het gebruiken van, het vervaardigen van of de handel in drugs en het bezitten of gebruiken van alcohol. Dit thema is onderverdeeld in een kopje `alcohol´ en een kopje `drugs´. Alcohol Alcohol is het genotmiddel dat door jongeren het meest wordt gebruikt. Omdat de hersenen in de puberteit nog volop groeien, is alcoholgebruik (ook zonder overmatig gebruik) op deze leeftijd niet zonder risico’s. Alcoholgebruik op jonge leeftijd kan de groei van de hersenen belemmeren. De verminderde groei kan onder andere leiden tot verminderde prestaties op het gebied van leren en geheugen. Ook heeft alcohol een verdovend effect. Prikkels die nodig zijn om bijvoorbeeld in het verkeer of sociaal goed te reageren, komen slechter door. Alcoholgebruik kan daarom dus ook leiden tot risicovol seksueel gedrag, agressief gedrag en ongevallen. Verder is er een verband aangetoond tussen een vroege beginleeftijd van alcoholgebruik en problematisch alcoholgebruik op latere leeftijd. Alcohol heeft dus een grote invloed op de ontwikkeling van de jeugd en daarom lichten wij deze groep hier uit. Analyse De GGD heeft in het schooljaar 2007/2008 een grootschalig onderzoek uitgevoerd naar de gezondheid, het welzijn en de leefstijl van jongeren uit het voortgezet onderwijs (12-18 jaar). Dit onderzoek heeft de naam E-MOVO gekregen. Bijna de helft (49%) van de West Maas en Waalse jongeren in de betreffende leeftijdsklasse heeft aan het onderzoek meegedaan (235 jongeren). Uit het onderzoek blijkt dat van de jongeren uit West Maas en Waal 73% ooit alcohol heeft gedronken en 57% maandelijks alcohol drinkt. Het percentage jongeren dat per maand wel eens vijf of meer drankjes met alcohol bij één gelegenheid heeft gedronken (‘binge drinken’ of ‘piekdrinken’) is 43%.
10
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
In de grafiek is te zien dat het alcoholgebruik in de voorafgaande 4-weken van het onderzoek in West Maas en Waal in 2007 duidelijk gedaald is ten opzichte van 2003. Binge drinking is echter iets gestegen. Het alcoholgebruik ligt hoger dan gemiddeld in de regio. De jongeren van klas 4 drinken veel vaker dan de jongeren uit klas 2. Maar toch heeft ook van deze 2e klassers (dit zijn 13/14-jarigen) 35% in de voorgaande vier weken alcohol gedronken en 21% van de 2e klassers heeft in deze periode minstens één keer minimaal vijf glazen per keer gedronken. Er is maar weinig verschil tussen jongens en meisjes. Grafiek 1. Alcoholgebruik door jongeren
Huidige aanpak De gemeente is gestart met het maken van een alcoholmatigingsplan. Het doel van dit plan is matiging van alcoholgebruik bij jongeren, zodat de gezondheid verbeterd op korte termijn (o.a. alcoholvergiftiging) en lange termijn (o.a. hersenschade, levercirrose). Ook vermindering van schade door alcoholgebruik zoals vandalisme en geweld, (verkeers)ongevallen, risicovol (seksueel) gedrag is een belangrijk doel. Het plan zal in 2011 worden vastgesteld. In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de Gemeente West Maas en Waal is opgenomen dat het nuttigen van alcohol of bij je hebben van aangebroken flesjes, blikjes of dergelijke waar alcohol in zit verboden is binnen de bebouwde kom van de kernen. De gemeente heeft een Drank en Horecaverordening welke stamt uit 2004. De gemeente kent weinig café´s, wel meer eetgelegenheden. Toch moet deze verordening herzien worden en er zal duidelijk horecabeleid gevoerd moeten gaan worden (regels m.b.t. uitgaan opnemen enz.) Betrokken partijen Gemeente, GGD, Stichting Voormekaar, Politie, Iriszorg Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak. Herzien Drank en Horecaverordening. Hierin duidelijk horecabeleid opnemen.
11
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Drugs Regelmatig gebruik van cannabis (ook wel softdrugs genoemd) kan geheugenproblemen en problemen met reactie-of concentratievermogen veroorzaken, wat vaak resulteert in slechter verkeersgedrag en slechtere school-en werkprestaties. Jongeren die onder de 18 jaar beginnen met softdrugsgebruik, hebben een grotere kans later ook harddrugs te gaan gebruiken. Een belangrijk effect van de meeste harddrugs is afhankelijkheid (lichamelijk en/of geestelijk). Daarnaast kan harddruggebruik ook lichamelijke schade veroorzaken. Als drugs en alcohol in combinatie worden gebruikt kan dit het risico op schadelijke gevolgen vergroten. Analyse Van de jongeren heeft 31% wel eens hasj of wiet aangeboden gekregen. Meestal was dit op straat, op school of (bij vrienden) thuis Van de jongeren heeft 19% ooit cannabis gebruikt en ruim 8% heeft dit in de periode van het onderzoek gebruikt. (zie de grafiek). Dit gebruik is iets lager dan in 2003, lager dan gemiddeld in de regio maar wel hoger dan in Oost Nederland. Het zijn vooral de vierde klassers die cannabis gebruiken. Het gebruik van harddrugs (XTC, cocaïne, amfetaminen (pep, speed), paddo's en heroïne) ligt een stuk lager: 4,8% van de jongeren heeft ooit harddrugs gebruikt en 4,0% geeft aan dit in de afgelopen 4 weken nog gebruikt te hebben. Dit is hoger dan in 2003 en hoger dan in de regio. Het gaat echter in absolute zin maar om weinig jongeren en daardoor kan toeval een grotere rol spelen. Het gaat dan met name om amfetaminen (2,0%), paddo's (1,8%) en cocaïne (1,6%). Van alle jongeren heeft 11% weleens harddrugs aangeboden gekregen. Grafiek 2. Drugsgebruik door jongeren
Huidige aanpak Met betrekking tot coffeeshops hanteert de Gemeente West Maas en Waal een nuloptiebeleid. Dit wil zeggen dat er geen coffeeshops gevestigd mogen zijn binnen de gemeentegrenzen. Doel hiervan is om drugstoerisme en overlast tegen te gaan. Betrokken partijen Gemeente, politie, Stichting Voormekaar, Iriszorg
Beleidsvoornemen Voortzetten van de huidige aanpak. Onderzoeken of het mogelijk is om in de APV een verbod van drugsgebruik op straat op te nemen. 12
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.8. Seksinrichtingen Analyse Op dit moment zijn er binnen de gemeente West Maas en Waal géén (legale) seksinrichtingen. Huidige aanpak De gemeente West Maas en Waal heeft een Integraal Prostitutiebeleid vastgesteld en een aantal artikelen opgenomen in de APV. In dit beleid is aangegeven dat binnen de gemeente West Maas en Waal maximaal één seksinrichting en maximaal één escortbedrijf aanwezig kunnen zijn. Tegen illegale seksinrichtingen/escortbedrijven wordt direct opgetreden. Alle vergunningaanvragen zullen worden getoetst op grond van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob). Deze wet biedt bestuursorganen de mogelijkheid na te gaan of de aangevraagde vergunningen worden gebruikt om strafbare feiten te plegen (bestuurlijk instrument ter bestrijding van criminaliteit). Bij vergunning van een bedrijf zal door zowel de politie als de GGD met grote regelmaat controle van de inrichting plaatsvinden. De gemeente wordt dan bij eventuele overtredingen en/of misstanden op de hoogte gebracht en zal bestuursrechtelijk worden opgetreden. Betrokken partijen Politie, GGD en gemeente Beleidsvoornemen. 2.3.9.2. SMS-Alert Voortzetten van de huidige aanpak. Nagaan of de artikelen in APV aanvulling behoeven. .
13
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.9. Leefbaarheid 2.3.9.1. Ex-gedetineerden Analyse Jaarlijks keren enkele personen na detentie terug naar de Gemeente West Maas en Waal om zich hier (opnieuw) te vestigen. Daarnaast heeft de gemeente de instelling Tactus binnen haar gemeente. Hier worden ex-gedetineerden met alcohol en/of drugsverslaving na detentie opgenomen om af te kicken en om hen weer klaar te maken voor terugkeer naar de maatschappij. Huidige aanpak Dat ex-gedetineerden op een goede manier terugkeren in de maatschappij is in ieders belang. Voor de ex-gedetineerde zelf, om te voorkomen dat hij of zij terugvalt in crimineel gedrag; en voor de inwoners, die gebaat zijn bij een veilige omgeving, met minder overlast en criminaliteit. Uiteraard is elke gedetineerde zelf verantwoordelijk voor een goede re-integratie in de maatschappij. De gemeente is verantwoordelijk voor de re-integratie van ex-gedetineerden voor zover er geen sprake meer is van een justitieel kader. Justitie en de gemeente werken goed samen om recidive te verminderen. De gemeenten kan bijvoorbeeld zaken als een uitkering of huisvesting regelen, al dan niet in samenwerking met haar partners. De gemeente is aangesloten op het Digitaal Platform Aansluiting Nazorg systeem, het zogenaamde DPAN systeem. Dit is een webportaal, bestaande uit een deel met achtergrondinformatie, een netwerkdatabank, publicaties, richtlijnen en discussiefora. Daarnaast is via het webportaal een webapplicatie toegankelijk (extra beveiligde toegang). Hierin bevinden zich zaakdossiers met specifieke, persoonsgebonden informatie ten aanzien van nazorg aan individuele gedetineerden. Hier kan de gemeente informatie vinden over gedetineerden die uit de eigen gemeente afkomstig zijn of zich hier na vrijlating willen vestigen. Woningstichting De Kernen heeft een aantal woningen binnen haar woningen bestand die beschikbaar zijn gesteld voor groep Tactus ex-gedetineerden, zodat zij leren om op eigen benen te staan. Zo lang zij in deze woningen wonen krijgen zij nog begeleiding van Tactus. Betrokken partijen Gemeente, politie, Justitie, woonstichting De Kernen Beleidsvoornemen. Voortzetten van de huidige aanpak.
14
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.3.9.2. SMS-Alert Analyse en huidige aanpak Sinds april 2008 bestaat in de gemeente West Maas en Waal de mogelijkheid om burgers middels het communicatiemiddel SMS Alert te vragen een bijdrage te leveren aan de veiligheid van de woon- en/of werkomgeving. Na aanmelding bij SMS Alert ontvangen burgers een sms over een gebeurtenis, bijvoorbeeld stroomuitval, gaslek, vermissing of overval in de buurt. Door tips of andere bruikbare informatie over de gebeurtenis weer door te geven, kunnen burgers de politie, brandweer en/of gemeente helpen. Inmiddels hebben 1413 inwoners van de gemeente West Maas en Waal zich aangemeld voor sms alert. In 2011 zal SMS alert over gaan in Burgernet. Burgernet is een samenwerkingsverband tussen burgers, gemeenten en politie om de veiligheid in de woon-werkomgeving te vergroten. Hierbij wordt gebruikgemaakt van een telefonisch netwerk van bewoners en ondernemers in een bepaalde buurt. Met Burgernet kan de politie het publiek betrekken bij een zoekactie naar een verdachte, een voertuig of een vermist persoon. De deelnemers krijgen een sms-bericht of ingesproken mededeling over een gezocht persoon of voertuig te horen op hun vaste of mobiele telefoon. Als zij vervolgens iets zien of horen dat overeenkomt met het signalement, bellen zij direct naar een gratis telefoonnummer van de politie. Zo kan de politie gerichter en sneller zoeken. Na afloop van de zoekactie krijgen alle deelnemers een bericht met informatie over het resultaat. Omissies Na de start van het project sms alert is er nauwelijks meer gecommuniceerd over het project en/of de wijze waarop burgers zich kunnen aanmelden. Betrokken partijen Politie en gemeente
Beleidsvoornemen. Voortzetten van de huidige aanpak. Met regelmaat dient door middel van publicaties SMS-Alert onder de aandacht te worden gebracht.
15
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.4. Bedrijvigheid en veiligheid 2.4.1. Evenementen De Gemeente West Maas en Waal kent enkele jaarlijks terug kerende evenementen zoals de Dijkenloop, Wiellawaai, Pleinpop, Kom naar de Kern en niet te vergeten het carnaval. Deze evenementen moeten goed georganiseerd, veilig en met zo min mogelijk hinder plaatsvinden. Het is daarom belangrijk om een beleid te hebben speciaal gericht op evenementen. Ontwikkeling van evenementenbeleid De gemeente West Maas en Waal maakt deel van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid. Deze Veiligheidsregio heeft samenwerking met haar 18 gemeenten een handreiking voor evenementenbeleid opgesteld. Deze handleiding kunnen gemeenten gebruiken voor de toepassing van lokaal evenementenbeleid. De handleiding bestaat uit twee delen, het regionale deel en het lokale deel. Het regionale deel van het evenementenbeleid heeft betrekking op met name de (zwaar) belastende evenementen in de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid. De kleine evenementen (minder of niet belastend) vallen buiten het regionale beleid en zullen volgens het lokale beleid van de gemeente afgehandeld worden. Alle gemeenten stellen een lokaal evenementenbeleid vast zoals staat in het regionale beleid. Om de gemeenten hierin te faciliteren, is een lokaal model evenementenbeleid ontwikkeld, welke aansluit bij het regionale beleid en waarin gemeenten lokaal keuzes kunnen maken. Samenhang met andere plannen Evenementenbeleid is integraal beleid. Dit kan men onder andere zien doordat het evenementenbeleid is afgestemd met de onderstaande plannen: Rampenplan Gelderland-Zuid Het regionaal deel van het evenementenbeleid sluit aan op en maakt gebruik van de systematiek zoals beschreven in het rampenplan voor de 18 gemeenten in Gelderland-Zuid. Door deze aansluiting van het evenementenbeleid op het rampenplan, ontstaat een samenhang van planvorming ten opzichte van beheersen en bestrijden van calamiteiten tijdens evenementen. De nadruk in de voorbereiding ligt op preventie, dus het voorkomen van calamiteiten. Operationele draaiboeken De bij het evenement betrokken operationele en gemeentelijke diensten werken hun inzet uit in operationele draaiboeken. Deze draaiboeken zijn op elkaar en op het evenementenbeleid afgestemd. Calamiteitenplan Het calamiteitenplan van de evenementenorganisator wordt afgestemd met het evenementenbeleid en de draaiboeken van de betrokken operationele en gemeentelijke diensten. Naar aanleiding van de handreiking heeft de gemeente West Maas en Waal een concept voor een lokaal evenementenbeleid ontwikkeld. Alle zaken die van toepassing zijn op een evenement, van de aanvraag van de vergunning tot de evaluatie, zijn hierin geregeld. Betrokken partijen Gemeente, organisator van het evenement, politie, brandweer, GHOR Beleidsvoornemen Het voornemen is om in het eerste kwartaal van 2011 het evenementenbeleid te realiseren en in gebruik te nemen.
16
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.4.2. Bedrijventerrein Analyse en huidige aanpak De gemeente heeft momenteel geen prioriteit met betrekking tot veiligheid op de bedrijventerreinen, omdat daar geen aanleiding toe is. De ondernemers die gevestigd zijn op de bedrijventerreinen hebben nog niet te kennen gegeven dat de problematiek zo groot is dat er veiligheidsprojecten opgestart moeten worden. Betrokken partijen Gemeente, ondernemers Beleidsvoornemen Als er vanuit de ondernemers initiatief komt voor een veiligheidsproject zal de gemeente daar vanzelfsprekend haar bijdrage aan leveren.
17
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.5 Jeugd en veiligheid 2.5.1. Overlast Analyse In 2007 heeft de eerste inventarisatie van hinderlijke, overlastgevende en criminele jeugdgroepen in de gemeente West Maas en Waal plaatsgevonden. Deze inventarisatie wordt periodiek geactualiseerd. In 2009 heeft de laatste actualisatie plaatsgevonden. Binnen de gemeente West Maas en Waal zijn een aantal hinderlijke groepen aanwezig. Geen overlastgevende of criminele groepen. Het aantal meldingen van overlast door jeugd is de laatste jaren gedaald. Er wordt nog nauwelijks over geklaagd bij de gemeente of de politie. Huidige aanpak In 2007 zijn in het politiedistrict Tweestromenland door de gemeenten en politie afspraken gemaakt over de aanpak van overlast door jeugd(groepen). De districtelijke afspraken zijn vertaald in lokale afspraken en neergelegd in de “ Notitie aanpak problematische jeugdgroepen”. In het Netwerkoverleg Jeugd wordt door alle betrokken partijen (gemeente, scholen, NIM, Halt, Politie, Iriszorg, Stichting Voormekaar enz.) informatie verstrekt over ontwikkelingen op het gebied van jeugd. Ook worden hier afspraken gemaakt wie wat kan betekenen in het ontwikkelen van beleid e.d.. In het Jeugd(overlast) overleg wordt met gemeente (leerplicht, jeugd en veiligheid), politie, Stichting Voormekaar gesproken over jeugdgroepen, individuele jeugdigen en de plaatsen waar de jeugd zich bevindt. Indien er zich problemen voordoen of dreigen te doen, worden deze besproken in het overleg en hierover afspraken gemaakt. Bureau Halt geeft jaarlijks voorlichting aan de groepen 8 en de eerste twee klassen van het voorgezet onderwijs. Deze voorlichting draagt in ieder geval bij aan de bewustwording van de in de gemeente West Maas en Waal schoolgaande en opgroeiende jeugd. Onderwerpen als vuurwerk, vandalisme, diefstal en (digi)pesten komen aan de orde. In voorkomende gevallen van jeugdoverlast treedt de politie repressief op. Jeugdigen kunnen beboet worden in verband met het overtreden van het alcoholverbod dat geldt binnen de bebouwde kommen. Betrokken partijen Politie, Stichting Voormekaar, Gemeente. Beleidsvoornemen De gemeente heeft de integrale nota jeugdbeleid vastgesteld. Deze nota is in gebruik genomen en zal elk jaar geëvalueerd worden.
18
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.5.2 Zorg Huidige aanpak In 2009 is er een evaluatie geweest van de nota “Jeugd vraagt om beleid”. Deze nota was destijds het beleid op het gebied van jeugd. De evaluatie vermeldt de stand van zaken en schetst hoe het momenteel staat met de realisatie van de actiepunten uit de nota. Uit het overzicht blijkt dat de actiepunten hiervan veelal zijn opgenomen in Wmo beleids- en uitvoeringsprogramma “Wij doen mee 2008-2011“ van juni 2008. Wmo staat voor Wet Maatschappelijke Ondersteuning en is op 1 januari 2007 van kracht gegaan. Deze wet heeft als maatschappelijk doel ‘meedoen’. De wet moet er voor zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mee kunnen doen in de samenleving, al of niet geholpen door vrienden, familie of bekenden. Dat is de onderlinge betrokkenheid tussen mensen. En als dat niet kan, is er ondersteuning vanuit de gemeente. De gemeente werkt met een preventief jeugdbeleid, dat sinds 1 januari 2008 een onderdeel is geworden van in het Wmo beleid- en uitvoeringsplan. Het doel dit preventief jeugdbeleid is gericht op: “preventie gerichte ondersteuning bieden aan jongeren met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden”. De volgende vijf functies van de Wmo zijn van toepassing: 1. het informeren en adviseren van jeugdigen en ouders. 2. het vroegtijdig signaleren van problemen van jeugdigen en ouders. 3. het aanbod van hulp en zorg bij problemen met opgroeien met opvoeden toegankelijk maken voor jeugdigen en ouders. 4. het bieden van lichte hulp bij problemen met opgroeien en met opvoeden voor jeugdigen en ouders. 5. de coördinatie van gemeentelijke hulp en zorg die aan jeugdigen en ouders wordt geboden. Vanuit het Wmo beleidsplan is er de opdracht om de “integrale nota Jeugdbeleid” te actualiseren. In deze nota laat de gemeente zien hoe ze de komende jaren werkt aan een veilige en gezonde leefomgeving voor niet alleen de jeugd, maar ook voor ouders en verzorgers. Een actuele integrale nota jeugdbeleid is ook nodig voor de uitvoering van een lokaal CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin). Elke gemeente moet eind 2011 een of meer Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) hebben. Bij een CJG kunnen ouders, kinderen, jongeren tot 23 jaar en professionals terecht met hun vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG bundelt het aanbod van ondersteuning, bijvoorbeeld van de consultatiebureaus en Bureaus Jeugdzorg. Enkele taken van het CJG zijn bijvoorbeeld opvoed- en opgroeiondersteuning en het op tijd hulp bieden aan gezinnen om het ontstaan (of het uit de hand lopen) van problemen te voorkomen . Door het realiseren van een CJG komt er onder de regie van de gemeente een op preventie gericht, laagdrempelig en geïntegreerd aanbod in de lokale jeugdketen. In het model moet minimaal een bundeling komen van de jeugdgezondheidszorg (consultatiebureaus en GGD), de 5 Wmo functies van preventief jeugdbeleid, een schakel met Bureau Jeugdzorg (BJZ), en tenslotte een schakel met de Zorg- Adviesteams (ZAT). De doelgroep zijn kinderen en jongeren van -9 maanden tot 23 jaar, hun ouders en de professionals die met de kinderen en jongeren werken. Er twee doelgroepen te onderscheiden; onder de 16 jaar en tussen 16-18 jaar. Door onder andere draagvlak te creëren bij ouders, politici, scholen, sportverenigingen, horeca, middenstand, instellingen voor welzijn en natuurlijk de jeugd moeten de bovenstaande doelen bereik worden.
19
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Betrokken partijen Gemeente, Bureau Jeugdzorg, Stichting Voormekaar, GGD, Zorg-Adviesteams. Beleidsvoornemen De gemeente is momenteel bezig met deze integrale nota jeugdbeleid en naar alle waarschijnlijkheid wordt deze nog dit jaar gerealiseerd. Deze nota wordt in gebruik genomen en zal elk jaar geëvalueerd worden.
20
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.5.3. Veilig in en om de school Er zijn in de gemeente West Maas en Waal elf basisscholen en er is één middelbare school. Omdat de problematiek bij de basisscholen voor een groot deel bij elke school hetzelfde is, is er gekozen voor een algemeen beeld van de problematiek en dus niet elke basisschool afzonderlijk. Middelbare school Analyse Het Pax Christi College is de middelbare school voor de gemeente West Maas en Waal. Er zitten zo´n 2200 leerlingen op deze school, verdeeld over drie locaties; het Junior-college in BenedenLeeuwen, het Junior College in Druten en de Hoofdvestiging in Druten. Het Junior College in Beneden-Leeuwen ligt in de gemeente West Maas en Waal dus vestigen we daar onze aandacht op. De problemen omtrent veiligheid spelen zich niet zozeer op de school zelf af, maar in de omgeving. Om op school te komen moeten veel leerlingen de van Heemstraweg oversteken en door het vele verkeer is dit niet altijd veilig. Ook komen er veel leerlingen langs de basisschool `De Leeuwenkuil´ en schieten dan de stoep op om zo een stuk af te snijden. Op de stoep lopen natuurlijk voetgangers en dan voornamelijk ouders die hun kinderen naar de basisschool brengen. Dit kan tot gevaarlijke situaties leiden. Naast de problemen rond de verkeersveiligheid zijn er ook problemen omtrent hangjongeren. De jongeren hangen in het weekend rond de school en laten afval achter op het schoolplein. Hier ondervindt de school en de buurt overlast van. Huidige aanpak Het Pax Christi College heeft verschillende maatregelen getroffen om de veiligheid voor de leerlingen en leraren zo groot mogelijk te maken. Zo zijn er niet alleen veel maatregelen getroffen op fysiek gebied (voldoende nooduitgangen, brede brandtrappen,brandmeldinstallatie, etc.) maar ook op sociaal gebied (verzuimregistratie, pestprotocol, huisregels). Het pestprotocol en de huisregels zijn onderdeel van de Gedragscode. Hierin staan afspraken die gemaakt zijn om een goede sfeer op school te maken en te behouden. In het pestprotocol wordt beschreven hoe pesten voorkomen kan worden. Als het onverhoopt toch voorkomt, gelden er afspraken over ondersteuning aan de gepeste en sancties tegen de pesters. De huisregels van het Pax Christi College zijn opgesteld door de leerlingen en de medewerkers. Dit is gedaan om een zo groot mogelijk draagvlak te creëren bij beide partijen. Uitgangspunt hierbij is dat er op een respectvolle wijze met elkaar om moet worden gegaan en dat iedereen zich veilig voelt. Naast het “je veilig voelen” op school, heeft veiligheid ook te maken met de manier waarop de gang van zaken en de procedures rond calamiteiten zijn geregeld. Voor alle locaties is er een calamiteitenplan. Voor calamiteiten is een BedrijfsHulpVerleningsplan (BHV) opgesteld. Dit plan omschrijft de organisatie van de hulpverlening aan leerlingen, personeel en anderen binnen de verschillende locaties. Tijdens de introductie van de leerlingen wordt aandacht besteed aan het calamiteitenplan. Gedurende het schooljaar vinden bovendien ontruimingsoefeningen plaats. Na deze oefeningen vindt een evaluatie plaats om te toetsen of het calamiteitenplan goed werkt.
21
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Iedere school kan geconfronteerd worden met ernstige, soms dodelijke ongelukken waarbij leerlingen en medewerkers bij betrokken zijn. Om enigszins voorbereid te zijn op dergelijke vreselijke gebeurtenissen, heeft het Pax Christi College een draaiboek opgesteld. Hierin staat nauwkeurig omschreven wie waarvoor verantwoordelijk is. Daarbij gaat het onder meer om zaken als het informeren van leerlingen, medewerkers en ouders en het inschakelen van slachtofferhulp. Het Pax Christi College werkt met projectonderwijs. Een voorbeeld hiervan is het project `De Gezonde School´. De Gezonde School Methode is een manier van werken die scholen helpt om structureel aan de slag te gaan met gezondheid en veiligheid. Een onderdeel hiervan is voorlichting over drugs- en alcohol gebruik. Voor overige informatie over alcohol en drugs gebruik verwijzen wij u graag naar het thema `Drugs en alcohol gebruik.´ Omissies Hoe bereiken we de juiste ouders? De themabijeenkomsten worden vooral bezocht door ouders waarvan de kinderen weinig problemen hebben. De doelgroep is meestal moeilijk te bereiken. Betrokken partijen Pax Christi College, gemeente, Iriszorg, NIM. Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak. Wel moeten er middelen worden gevonden om de juiste doelgroep te kunnen bereiken. Ook moeten er maatregelen verzonnen worden om de verkeersveiligheid te verbeteren en moet er iets gedaan worden aan de hangjongeren.
Basisscholen Analyse Zoals al in de inleiding is vermeld, zijn er elf basisscholen in de gemeente. Elke kern heeft wel een of twee basisscholen. Na een analyse is gebleken dat bij bijna elke school dezelfde knelpunten zijn. Het gaat hier voornamelijk om de (verkeers)situatie rondom de school. Tijdens het brengen en halen van de leerlingen wordt er door de ouders op de stoep geparkeerd, met fiets en auto. De doorgang voor voetgangers, andere ouders en kinderen wordt hierdoor erg smal. De oorzaak hiervan is dat er te weinig parkeerplaatsen aanwezig zijn. Ook is er, net zoals in de situatie van het Pax Christi College, overlast van hangjongeren. De overlast uit zich ook hier vooral in afval en vernielingen. De jongeren hangen in het weekend op de schoolpleinen en vernielen daarbij speeltoestellen en laten afval achter en niet in de daarvoor bestemde afvalbakken. Huidige aanpak Verschillende basisscholen hanteren een Veiligheidsbeleidsplan. Dit is een veiligheidshandboek voor de scholen en heeft als doel een zo veilig mogelijk schoolklimaat te creëren op school. Kernwoorden hierbij zijn ‘veilig, betrokken en competent’. Om het doel te bereiken zijn er voorbeelden genoemd. De volgende zaken worden beschreven: schoolregels, protocollen, zoals een ontruimingsplan, pestprotocol, Veilig Internetgebruik, Vermoeden Kindermishandeling. Ook staat er in hoe er afspraken gemaakt kunnen worden als leerlingen een gevaar voor zichzelf of voor anderen vormen. Dit plan wordt geregeld geëvalueerd en zo nodig wordt aangepast of uitgebreid.
22
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
De veiligheid bij de school tijdens het brengen en halen van de leerlingen blijft, zoals gezegd, een punt. Met de betreffende ouders zijn er afspraken gemaakt over hoe en waar te parkeren bij het brengen en (vooral) halen van de kinderen. Regelmatig wordt hieraan in de wekelijkse nieuwsbrieven aandacht besteed. Ook is er altijd een leerkracht bij het hek aanwezig wanneer de school uitgaat. Betrokken partijen De verschillende basisscholen, gemeente. Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak en gemeentebreed oplossingen zoeken voor de verkeerssituatie rondom de scholen.
2.6. Fysieke veiligheid 2.6.1. Verkeersveiligheid Analyse Als we naar verkeersveiligheid kijken, kijken we waar knelpunten liggen. Het is alleen niet duidelijk wanneer je een knelpunt hebt, dit vergt vaak inzicht. Ook heeft het vaak te maken met subjectiviteit. Er zijn veel zaken die veel verschillende mensen anders willen zien, maar dat wil niet zeggen dat het een knelpunt is. Veel inwoners vinden bijvoorbeeld dat er te veel verkeersborden zijn in de gemeente. Dus heeft de gemeente besloten dat ze in het kader van bezuinigingen moet gaan verminderen/uitdunnen. Overwegingen die gemaakt moeten worden zijn; welk bord kan wel weg, welke niet, wat is de reden en hoe kunnen consequent zijn? Het kan wel zijn dat na het uitdunnen een nieuw knelpunt ontstaat: polderblindheid, wat leidt tot ernstigere ongevallen (wat weer te maken heeft met objectieve veiligheid). Objectieve veiligheid Locaties waar veel ongevallen plaatsvinden worden aangeduid als verkeersonveilige locaties of black spots. Sinds 2008 zijn er in de gemeente geen black spots meer. Subjectieve veiligheid Er zijn verschillende klachten van bewoners over de verkeersveiligheid. De klachten lopen uiteen van maatregelen die leiden tot minder doorstroming, tot overlast dat wordt ervaren door remmende voertuigen en een overvloed aan verkeersborden. Er zijn een tweetal kruispunten in de gemeente die als onveilig worden ervaren, maar eigenlijk niet onveilig zijn. Dat zijn het kruispunt Rozenstraat / Beatrixstraat en het kruispunt Zandstraat / Het Zand. Huidige aanpak Elke gemeente heeft een Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan (GVVP). Dit is een breed verkeersplan waarin verkeersveiligheid een belangrijk onderdeel vormt. In het plan wordt ingegaan op gemeentelijk beleid dat raakvlak heeft met verkeer en vervoer, op ruimtelijke ontwikkelingen die de komende jaren spelen, op de huidige verkeersstructuur en er wordt een toekomstvisie beschreven. De toekomst visie van het huidige GVVP is Veilig, Beheerbaar en Bereikbaar! In het plan worden ook maatregelen genoemd die de doorstroming en verkeersveiligheid moeten verbeteren. Een groot deel van deze maatregelen is inmiddels uitgevoerd, alleen die herinrichting van de Veesteeg niet. De maatregelen die zijn uitgevoerd zijn niet allemaal uitgevoerd zoals dat gepland was. Dit komt door besluiten van de gemeenteraad. Door bezuinigingen wil zij een sobere uitvoering. Dit heeft weer invloed op de kwaliteit van de maatregelen, maar ook op de handhaving.
23
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Betrokken partijen Gemeente, Politie
Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak, maatregelen die nog niet uitgevoerd zijn alsnog uitvoeren als het budget dat toelaat.
2.6.2. Rampenbestrijding Analyse Voor rampenbestrijding gaat de nieuwe Wet op de Veiligheidsregio´s gelden. Deze wet leidt tot een verandering in de rampenstructuur. Bovendien zal het gemeentelijk rampenplan worden vervangen door een regionaal crisisbeheersplan. Daarnaast zal het regionaal beheersplan worden vervangen door een regionaal beleidsplan. Tot slot zullen in een AmvB kwaliteitseisen worden gesteld aan zowel de hulpdiensten als het gemeentelijk apparaat. Huidige aanpak De gemeente West Maas en Waal werkt met een regionaal rampenplan. Dit is naar aanleiding van de invoering van de Veiligheidsregio. In heel Gelderland-Zuid werken de gemeenten met hetzelfde rampenplan, om de afstemming tussen de verschillende organisaties zo goed mogelijk te laten verlopen. Het rampenplan geeft de organisatie en coördinatie weer van de diensten, instanties en individuele personen betrokken bij de bestrijding van rampen en zware ongevallen. Het rampenplan bestaat uit drie delen: Deel 1. De organisatie van de bestrijding van rampen en zware ongevallen; Deel 2. Deelplannen en de uitvoering daarvan; Deel 3. Hulpverleningsregister Deel 1 en deel 3 zijn voor alle gemeenten hetzelfde. Alleen de invulling van deel 2 is per gemeente verschillend. De belangrijkste regels met betrekking tot rampenbestrijding zijn geregeld in de Wet Rampen en Zware Ongevallen (WRZO). Het college van Burgemeester en Wethouders is belast met de voorbereiding van de rampbestrijding in de gemeente en stelt een rampenplan vast. Hierin staat een organisatieoverzicht van de verantwoordelijkheden, bevoegdheden en taken ten tijde van de rampbestrijding en crisisbeheersing. Onderwerpen als alarmering, voorlichting, evacuatie en opvang, logistiek en nazorg komen hierin aan bod. Gemeenten dienen volgens het WRZO een inventarisatie te maken van gevaren die in de gemeenten een ramp kunnen veroorzaken. Voor deze risico´s moet de gemeente een rampenbestrijdingsplan opstellen. Dit is een voorbereid (aanvals)plan voor die situaties waar een ramp naar plaats en aard voorzienbaar is (bijvoorbeeld een benzinestation of bedrijven die werken met gevaarlijke stoffen). Tijdens een ramp heeft de burgemeester het opperbevel. De burgemeester wordt bijgestaan door een gemeentelijke rampenstaf. De operationele leiding (uitvoeringscoördinatie) is in handen van de brandweercommandant. Dit betekend dat de brandweer leiding geeft aan alle hulpverleningsinstanties.
24
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
De Commissaris van de Koningin (CdK) kan in geval van een ramp van meer dan plaatselijke betekenis aanwijzingen geven. Hij kan eventueel de operationele leiding op zich nemen. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan de CdK weer aanwijzingen geven. Op landelijk niveau geschiedt de coördinatie vanuit het Nationaal Coördinatie Centrum (NCC). Mocht er een ramp plaatsvinden in de gemeente West Maas en Waal kunnen de hulpverleningsinstanties hun inspanningen goed op elkaar afstemmen d.m.v. dit integrale rampenplan. Betrokken partijen Gemeente, Brandweer, GHOR, Politie, Defensie, Justitie / Openbaar Ministerie, Waterschap Rivierenland, Rijkswaterstaat, nutsbedrijven, plaatselijke instanties (opvang, nazorg). Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak.
2.6.3. Risico’s gevaarlijke stoffen/externe veiligheid Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's voor de omgeving bij gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk en lpg over weg, water en spoor en door buisleidingen. Analyse en huidige aanpak De gemeente heeft momenteel geen beleid over externe veiligheid en sluit dus aan bij de huidige wet en regelgeving van de Rijksoverheid. Betrokken partijen Gemeente Beleidsvoornemen De gemeente is bezig met een beleidsvisie met betrekking tot externe veiligheid. Dit wordt nog verder uitgewerkt.
2.6.4. Brandveiligheid Analyse De brandweer van de Gemeente West Maas en Waal bestaat uit drie brandweerkorpsen, korps Leeuwen, korps Dreumel en korps Maasbommel. In de meeste gevallen zijn alle drie de korpsen op tijd bij een incident en voldoen ze dus meestal aan de landelijke norm. Huidige aanpak De aanpak van de brandweer vindt haar basis in de veiligheidsketen; pro-actie, preventie, preparatie, repressie en nazorg.
25
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Pro-actie De eerste stap in de veiligheidsketen is het voorkomen van risicovolle situaties. Al in de planningsfase van de bouw van huizen en instellingen geeft de brandweer adviezen. Tijdens het overleg over het bestemmingsplan geeft de brandweer aan welke gevolgen bepaalde keuzes kunnen hebben voor de veiligheid. Er wordt bijvoorbeeld gekeken wat een veilige locatie is voor het bouwen van een opslag met gevaarlijke stoffen. Bij pro-actie gaat het dus niet om gedetailleerde voorschriften, maar om veiligheid als onderdeel van de besluitvorming. Preventie Bij preventie gaat het om concrete maatregelen om de veiligheid te verbeteren. Het gaat hier om het voorkomen van brand of in ieder geval de kans op brand zo klein mogelijk maken. Belangrijke hulpmiddelen daarbij zijn de bouwvoorschriften en brandbeveiligingsverordeningen die in Nederland gelden. Voorbeelden hiervan zijn brandveilige materialen, veilige vluchtwegen, brandblussers, rookmelders en duidelijk aangegeven nooduitgangen. De brandweer controleert of de regels hiervoor worden nageleefd en geven advies over onder andere gebruiksvergunningen. In de nabije toekomst zal de aandacht verschuiven van vergunningverlening naar de handhaving van de gebruiksvergunningsvoorwaarden. Naast het toezicht op de aanwezigheid van voldoende brandveiligheidsvoorzieningen wordt een belangrijke plaats toegekend aan het bevorderen van het brandveiligheidbewustzijn bij mensen. Dit gebeurt onder andere door vergunninghouders te wijzen op hun verantwoordelijkheden tegenover de gebruikers van hun panden. Preparatie Preparatie staat voor ‘voorbereid zijn op’. Om goed en snel te kunnen reageren moeten de brandweermensen goed getraind en opgeleid zijn en het materieel gebruiksklaar. Ook het maken van rampbestrijdingsplannen en het houden van oefeningen hoort bij deze fase. Daarnaast doet de brandweer aan publieksvoorlichting, voorbeelden zijn het adviseren over rookmelders of presentaties aan scholen. Repressie Onder repressie valt hulp aan mens en dier. Taken zijn onder andere: Branden blussen/ uitbreiding van brand voorkomen Duiken Meten en opruimen van gevaarlijke stoffen Hulp bij storm- en waterschade (kelders leegpompen, omgevallen bomen opruimen) Gaslekkages opsporen Bevrijden van dieren in nood Diverse opruimwerkzaamheden, zoals het schoonspuiten van het wegdek Nazorg Hier gaat het er namelijk om dat de brandweer na een activiteit zo snel mogelijk weer helemaal paraat is voor een volgende actie. Nazorg omvat dus alles wat nodig is om zo snel mogelijk weer terug te keren tot de normale, dagelijkse situatie. Bijvoorbeeld het schoonmaken van het gebruikte materiaal en ervoor zorgen dat de voertuigen weer 'uitruk gereed' zijn. Na terugkomst op de kazerne wordt de inzet geëvalueerd met als doel om van elkaar te leren voor een volgende inzet.
26
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
Regionalisering De afgelopen twee jaar is een basis versterkt voor het regionale beleid ten behoeve van de brandweerzorg en de rampenbestrijding. Het is daarbij de bedoeling dat er in elke regio één regionale brandweerorganisatie ontstaat, onder leiding van een regionale brandweercommandant. Daarbij treden alle brandweermensen formeel in dienst van de regionale brandweer en komt ook het materieel in regionaal beheer. De lokale posten blijven hierbij gewoon bestaan. De gemeente West Maas en Waal staat niet achter de regionalisering. Betrokken partijen Brandweer Beleidsvoornemen Voortzetten van de huidige aanpak. En gedurende de komende 4 jaar mensen motiveren tot het meer inzetten van rookmelders, conform het coalitieprogramma.
2.7. Integriteit en veiligheid 2.7.1. Radicalisering en extremisme Analyse Van rechts-extremisme, (moslim)radicalisering en- of dierenrechtactivisme is in de gemeente West Maas en Waal geen sprake. Huidige aanpak Indien er signalen zijn van radicalisering of extremisme worden daar maatregelen voor getroffen. Vluchtelingenwerk van Stichting Voormekaar werkt preventief door vluchtelingen actief te integreren in de samenleving en binnen de lokale samenleving draagvlak te creëren voor deze doelgroep o.a. door publieksvoorlichting. Betrokken partijen Gemeente, Politie, Stichting Voormekaar Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak
27
Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014
Gemeente West Maas en Waal
2.7.2. Georganiseerde criminaliteit Analyse Bij georganiseerde criminaliteit kan men denken aan hennepteelt, vastgoedcriminaliteit en mensenhandel. Criminelen hebben huisvesting, `personeel´ en diensten nodig om criminele activiteiten uit te kunnen voeren. Bij een aankoop van bijvoorbeeld een huis wordt onder andere gebruik gemaakt van de diensten van een notaris en een bank. Deze diensten moeten betaald worden en dit gebeurd dan meestal met zwart geld. Als de gemeente de vergunningen voor bijvoorbeeld de huisvesting van een crimineel bedrijf zou toestaan, zou zij indirect meehelpen aan de criminele activiteiten en dat is natuurlijk niet de bedoeling. Huidige aanpak De wet Bibob (Wet Bevordering integriteits beoordelingen door het openbaar bestuur) moet misbruik van vergunningen, subsidies en aanbestedingen tegengaan. Deze wet geeft de gemeente het recht om de achtergrond van een bedrijf of persoon te onderzoeken als deze een vergunning of subsidie aanvraagt. Als sprake is van criminele activiteiten of als er sprake is van het witwassen van geld, kan de vergunning of subsidie worden geweigerd. Zo wordt voorkomen dat de gemeente ongewild de criminaliteit ondersteunt. Betrokken partijen Gemeente, politie, Belastingdienst Beleidsvoornemen Voorzetten van de huidige aanpak
28