Sint-Godelievecollege Gistel-Eernegem Gelijke onderwijskansen Vierde cyclus 2011-2014 Visie en actieplan 1. Inleiding: integratie en vernieuwing De school heeft negen GOK-jaren achter de rug. Er zijn veel waardevolle initiatieven genomen die ondertussen deel zijn geworden van de “gewone” schoolwerking. Ervaring en expertise werden ondertussen verder uitgebouwd. De school heeft tot nu toe expliciet gewerkt aan vier GOK-thema’s: Preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand, Socio-emotionele ontwikkeling, Studiekeuze- en schoolloopbaanbegeleiding: doorstroming en oriëntering, Taalvaardigheidsonderwijs. Voor de 4e GOK-cyclus worden de GOK-thema’s van de voorbije cyclus behouden. Deze thema’s dragen de voorkeur van de leerkrachten. De school werkt aan haar kwaliteit; dit houdt in dat we een evenwicht proberen te vinden tussen “het bewaren en koesteren van wat goed is en het voortdurend evolueren en vernieuwen.”1 Dit principe passen we toe op het GOK-beleid van de school. De schoolleiding vindt het essentieel om bestaande, waardevolle initiatieven te behouden, verder te integreren en te optimaliseren. Op die manier brengen we kwaliteitsborging in de praktijk. We plannen ook nieuwe initiatieven. We letten er op dat deze passen in de visie van de school.
1
Schooleigen visietekst “Kwaliteitsontwikkeling op school” 1
Net zoals in de vorige GOK-cyclus doen we inspanningen om de effectiviteit van de acties na te gaan.
2. Beginsituatieanalyse Keuze thema’s De leerkrachten werd gevraagd welke GOK-thema’s zij prioritair achten voor de vierde GOK-cyclus.
2011
2011
%
%
LKR 1e gr
LKR 2e/3e gr
Preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand
35
22
Socio-emotionele ontwikkeling
50
44
Taalvaardigheidsonderwijs
46
56
8
14
46
69
8
6
Thema’s
Intercultureel onderwijs Studiekeuze- en schoolloopbaangegeleiding: doorstroming en oriëntering Leerlingen- en ouderparticipatie
De thema’s die tijdens de vorige cycli behandeld werden, scoren het hoogst. Voor de 4e GOK-cyclus worden de GOK-thema’s van de voorbije cyclus behouden: Preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand, Socio-emotionele ontwikkeling, Studiekeuze- en schoolloopbaanbegeleiding: doorstroming en oriëntering,
2
Taalvaardigheidsonderwijs.
Wat leerkrachten verwachten2 Leerkrachten van de 1e graad melden weinig opmerkingen over de initiatieven die genomen werden tijdens de vorige GOK-cyclus. 8 van de 9 (geselecteerde) initiatieven uit de vorige GOK-cyclus worden door meer dan 50% van de respondenten uit de 2e/3e graad als belangrijk ervaren. 4 van de 9 initiatieven wordt door meer dan 75% van de respondenten als belangrijk geïnterpreteerd. Wat bedoeld wordt met “eerstelijnsbegeleiding door de vakleerkracht” is duidelijk voor leerkrachten van de 1e graad en minder duidelijk voor leerkrachten van de 2e en 3e graad. Dit begrip zal door de schoolleiding worden toegelicht op een personeelsvergadering. Overzicht van voorstellen wat de GOK-thema’s betreft: Preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand o Instaptoetsen als middel (1e graad) o Aandacht voor een passende studierichting (2e/3e graad) Socio-emotionele ontwikkeling o Losse suggesties Taalvaardigheidsonderwijs o Posterproject = goede stap (1e graad) o Aanbieden van meer woordenschat, bv. in een lijst (1e graad) o Leerkracht moet het goede voorbeeld geven (2e/3e graad) o Parate kennis vastleggen (2e/3e graad) o Lezen van boeken stimuleren (2e/3e graad) Studiekeuze- en schoolloopbaanbegeleiding: doorstroming en oriëntering o Routeboekje is een goed initiatief (1e graad) o Leerlingen moeten een realistisch beeld hebben van hun mogelijkheden (2e/3e graad)
Volgens leerkrachten (uit alle graden) zijn vooral deze leerlingen kansarm en verdienen ze meer ondersteuning: leerlingen met beperkte financiële middelen thuis; anderstalige leerlingen; leerlingen met een beperkte positieve ondersteuning thuis; leerlingen met een moeilijke thuissituatie.
2
e
e
e
Zie documenten met de resultaten van de bevraging bij leerkrachten (1 graad / 2 -3 graad) 3
Andere leerlingen die als kansarm worden aangezien: leerlingen leerlingen leerlingen leerlingen
zonder pc thuis (volgens leerkrachten 2e-3e graad); in een instelling / pleeggezin (volgens leerkrachten 2e-3e graad); met een stoornis (volgens leerkrachten 2e-3e graad); B-stroom (volgens leerkrachten 1e graad).
Behoefte aan visie en acties in de B-stroom (1e graad) De voorgestelde GOK-acties in de 4e cyclus die te maken hebben met de B-stroom zijn het resultaat van heel wat voorbereidend werk en overleg. De schoolleiding wilde een duidelijkere, geoptimaliseerde visie op de B-stroom. De praktijk leert ons dat heel wat leerlingen van de B-stroom extra ondersteuning nodig hebben. De (schoolse, niet-schoolse) achtergrond van deze leerlingen is heel divers. Vaak is het zo dat de B-stroomleerlingen eerder een individuele aanpak nodig hebben om goed te presteren. Naast de aandacht voor het leren is ook de aandacht voor de persoon van de leerling en zijn welbevinden belangrijk. Een belangrijk aandachtspunt voor de B-stroom is de positieve kijk op de leerling. Naast de inspiratie die we vonden in handelingsgericht en oplossingsgericht werken, werd een bruikbaar denkkader gevonden in de principes van SWPBS (School Wide Positive Behaviour Support). Het gedrag van leerlingen zien we als een mogelijke hefboom voor de effectiviteit van onderwijs. Over SWBPS werd vorming gevolgd. SWPBS is gericht op -
het bevorderen van gewenst gedrag bij leerlingen,
-
het voorkomen van probleemgedrag,
met als doel om elke leerling optimaal te laten profiteren van het geboden onderwijs. Preventie staat centraal! In een eerste fase kwam in een heterogeen samengestelde denktank een blauwdruk van visie op de B-stroom tot stand. Alle leerkrachten en opvoeders kregen de mogelijkheid om hun ideeën over onderwijs in de B-stroom te verwoorden. Deze ideeën werden besproken in de denktank en verwerkt in de visietekst. Vanuit de noden van de B-stroomleerlingen die we in de praktijk ervaren hebben, vonden we het belangrijk om een breed ondersteuningsproject voor deze leerlingen op te zetten. De acties in dit GOK-plan staan in het teken van de realisatie van de geoptimaliseerde visie op de B-stroom. 4
3. Hoofddoelstelling – visie op GOK Op school leveren we zoveel als mogelijk inspanningen om de doelstellingen van ons onderwijs bij elke leerling te bereiken. Dit zijn de door de overheid vastgelegde doelen en de schooleigen doelen (vermeld in het leerplan, het pedagogisch project, …). Hierbij willen we de leerlingen in hun diversiteit gelijke kansen bieden. Daarom is de hoofddoelstelling: we begeleiden de leerling optimaal als lerende mens, rekening houdend met zijn mogelijkheden en inzet, zodat we de studiebevorderende factoren maximaliseren en de belemmerende minimaliseren. Deze hoofddoelstelling is een toetssteen waarmee voortdurend rekening wordt gehouden. De begeleiding van leerlingen houdt een collegiale verantwoordelijkheid in. Iedere medewerker is hierbij betrokken 3. Ook het eigen handelen in de klas staat in dienst van dit algemene doel. Dit koppelen we aan doelstellingen van het pedagogisch project:
De eerste doelstelling is kwalitatief hoogstaand onderwijs te verstrekken.
We hechten groot belang aan een open vertrouwvolle relatie met al diegenen die bij de school betrokken zijn.
We kunnen het leren niet aan het loutere toeval overlaten. We zullen het dan ook moeten structureren, ondersteunen en begeleiden.
We willen ruimte creëren voor het zelfontdekkende en ervaringsgerichte leren.
Vermits de permanente vorming in onze samenleving steeds belangrijker wordt, is het ondersteunen van het leerproces een primordiale opdracht. Hiermee willen we twee doelen realiseren: enerzijds dient ieder individu zicht te krijgen op zijn eigen leerproces en anderzijds moet het zijn leerproces zelf in handen kunnen nemen. Daarom moeten we ook het zelfstandig leren en actief leren stimuleren.
Mensen hebben recht op een aangepaste begeleiding in hun persoonlijke groei, in het bijzonder voor zij die het moeilijk hebben. (…) Dit houdt in dat we naar anderen kunnen luisteren.
Het is de opdracht van de school om de groepsbevorderende factoren te stimuleren en zo het leerproces te optimaliseren en het welzijn op school te verhogen. Problemen die inherent zijn aan het leven en werken in groep, willen we dan ook zo snel mogelijk aanpakken. We moeten dit groepsleven aangrijpen om leerlingen de nodige vaardigheden te laten ontwikkelen opdat ze in de maatschappij aan hun trekken zouden kunnen komen.
3
“Elke medewerker op school is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het eigen functioneren, als individu en als lid van het team.” (Visietekst kwaliteitszorg op SIGO) 5
We aanvaarden dat anderen fouten maken en proberen ook ons eigen falen te erkennen.
Enkel door de handen in elkaar te slaan, kunnen we erin slagen kwalitatief hoogstaand onderwijs aan te bieden en leerlingen effectief te ondersteunen en te begeleiden.
Het is dus de taak van de school om alle factoren die de realisatie van het kerndoel verzwakken in kaart te brengen, te analyseren en om te buigen. Daarom zal het schoolbestuur en de directie de nodige stimulansen bieden om ervoor te zorgen dat het kerndoel maximaal bereikt wordt en dat de bewezen kwaliteit bewaakt wordt.
4. Strategie Als we ervoor opteren om de leerling optimaal te begeleiden, dan betekent dit dat we naast de aandacht die we hebben voor de klas als groep, ook aandacht willen besteden aan elke leerling als individu. We spreken over dié leerling met dié competenties en dié kwaliteiten. Dit wil zeggen: we gaan om met de diversiteit van leerlingen. Elke leerling is anders. Hiermee rekening houden betekent echter niet in dat we aan elke leerling privé-onderwijs verschaffen… Wie bij de lesopbouw rekening houdt met de diversiteit van de leerlingen, levert inspanningen die sowieso aan àlle leerlingen ten goede komen. Leerkrachten doen nu al veel ernstige inspanningen om de leerlingen van onze school goed te begeleiden en te helpen. Toch vallen leerlingen soms uit de boot door diverse oorzaken, waar de school al dan niet greep op heeft. Vermits we ervoor kiezen om elke leerling optimaal te begeleiden, moeten we eerst zicht krijgen op die leerling. Wat voor leerling is dat? Wat zijn zijn capaciteiten? Heeft hij een achterstand op een bepaald vlak? En hoe kunnen we die leerling helpen? Wie leerlingen optimaal wil begeleiden zal in eerste instantie zicht proberen te krijgen op alle leerlingen die rekenen op onze zorg. Op die manier krijgen alle leerlingen gelijke kansen. Omgaan met diversiteit van leerlingen verlangt een strategie. Op school willen we samen werken aan diagnosestelling (op verkenning gaan), remediëring (opvolgen), preventie (voorkomen). We doen inspanningen om problemen bij leerlingen te voorkomen of goed te beheren. De leer- en leefomgeving op school bouwen we zo op dat alle leerlingen, en dus ook onze zorgleerlingen, optimaal kunnen functioneren. Op die manier verminderen we het effect van de verschillen op de onderwijskansen. Door die gerichte benadering bevoordelen we niet enkel onze zorgleerlingen, maar élke leerling van de school. Omgaan met diversiteit van leerlingen houdt in dat elke leerling er beter van wordt. De acties worden gepland op 3 niveaus: niveau van de school, niveau van de leerkracht, niveau van de leerling.
6
5. Vierde GOK-cyclus: bijzondere aandachtspunten 1. GOK voor alle graden Tijdens de 3e GOK-cyclus situeerden de acties zich niet alleen in de 1e graad, maar ook de 2e en 3e graad werd betrokken bij het GOKbeleid van de school. Denken in gelijke onderwijskansen is immers een zaak geworden van de hele school. Ook tijdens de 4e GOK-cyclus nemen we enkele initiatieven die betrekking hebben op de hele school. Er wordt echter voldoende aandacht besteed aan de uitvoering van acties in de 1e graad.
2. Extra ondersteuning voor leerlingen van de B-stroom De praktijk leert ons dat heel wat leerlingen van de B-stroom extra ondersteuning nodig hebben. Het brede actieplan voor de B-stroom vormt een van de belangrijkste aandachtspunten uit de 4e GOK-cyclus. Het projectplan sluit aan bij diverse GOK-thema’s, zoals preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand, doorstroming en oriëntering, socio-emotionele ontwikkeling, participatie van ouders en leerlingen, inspelen op verschillen (intercultureel onderwijs),…
6. Uitwerking GOK-beleid: doelenmatrix 4e GOK-cyclus De doelen situeren zich vooral op het vlak van “preventie en remediëring van leerlingen met leer- en ontwikkelingsachterstand” (PR), “socio-emotionele ontwikkeling” (SE), “Studiekeuze- en schoolloopbaanbegeleiding: doorstroming en oriëntering” (DO) en “Taalvaardigheidsonderwijs” (TA). Bij bepaalde acties zijn ook duidelijke links naar de thema’s “Intercultureel onderwijs” en “Leerlingenen ouderparticipatie”.
7
DOEL
School (Input)
Leerkracht (Proces)
Leerling (Output en Outcome)
1.
Organisatie van de volgende pijlers: Aanpak vanuit onze eigen waarden Waarden zichtbaar maken Waarden in concreet gewenst gedrag Aanleren van gewenst gedrag Positieve kijk op de leerling Professionalisering Consequenties voor ongewenst gedrag Optimale onderwijskwaliteit Preventieve acties i.v.m. schoolklimaat Zelfevaluatie centraal bij attitudebeoordeling Gebruik van data over gedrag Bestaande instapinstrumenten optimaliseren om de startpositie van leerlingen te bepalen voor Nederlands en wiskunde.
Medewerking aan de invulling en de uitvoering van de pijlers.
Medewerking aan de invulling van de pijlers.
Bestaande instrument enquête klassfeer (welbevinden) optimaliseren
Klasleerkracht: opvolgingsgesprek voeren met de klas
Totaalproject: gedragsondersteuning in de B-stroom (integraal beleid met links naar diverse GOKthema’s)
Eerste graad
2.
Ontwikkeling en welbevinden van leerlingen diagnosticeren (PR – SE)
Eerste graad
Effect: tevredenheid over onderwijskwaliteit en de ondersteuning / realisatie gewenst gedrag
Afleggen van instaptoetsen. Eventueel individuele opvolging.
Deelname enquête klassfeer. Deelname aan klasgesprek over enquête klassfeer. Persoonlijke opvolging mogelijk. Effect: tevredenheid over klassfeer
8
DOEL
School (Input)
Leerkracht (Proces)
Leerling (Output en Outcome)
3.
Organisatie SteamTeam en Remedial Teaching optimaliseren. Kwaliteitsvolle communicatie tussen diverse actoren bewaken.
Gepaste aanpak uitvoeren i.s.m. SteamTeam
Individuele ondersteuning door SteamTeam is mogelijk. Effect: verhogen van leerwinst, ontwikkeling van welbevinden na opvolging door SteamTeam
Stimuleren van een didactiek waarbij diversiteit en interactie centraal staan. Klasbezoeken in het teken van omgaan met diversiteit.
Gepaste didactiek toepassen. Reflectie in feedbackgesprek na lesbezoek.
Participatie enquête rond onderwijskwaliteit Effect: tevredenheid over onderwijskwaliteit
Optimaliseren studiekeuzeproces na feedback van leerlingen
Leerlingen begeleiden in het (studie)keuzeproces
Effect: tevredenheid over studiekeuzebegeleiding
Enquête onderwijskwaliteit
Bespreking resultaten enquête onderwijskwaliteit
Participatie enquête rond onderwijskwaliteit Effect: tevredenheid over onderwijskwaliteit
Op planmatige wijze hulp bieden bij problemen op vlak van socio-emotioneel ontwikkelen én leren (PR – SE)
Eerste graad Tweede graad Derde graad 4.
Omgaan met diversiteit van leerlingen en betrokkenheid van leerlingen in de les optimaliseren (PR – SE - TA)
Eerste graad Tweede graad Derde graad 5.
Studiekeuzeproces optimaliseren (DO)
Eerste graad Tweede graad Derde graad 6.
Optimaliseren en bewaken van de onderwijskwaliteit
Eerste graad Tweede graad Derde graad
9
DOEL 7.
School (Input)
Optimaliseren van het onderwijsrendement door differentiatie in de doelen (TA – DO)
Sensibilisering voor het gebruik van de Standaardtaal (TA)
Leerling (Output en Outcome)
Toetsen opmaken en afnemen over brugkennis
Leerlingen nemen deel aan toetsen brugkennis Effect: brugkennis is gekend
Reflecteren over en opvolgen van de resultaten van de toetsen over brugkennis
Eerste graad Tweede graad Derde graad 8.
Leerkracht (Proces)
Posterproject 1e graad
Meewerking aan het posterproject
Participatie enquête rond taatips. Effect: leerlingen houden rekening met de taaltips
Eerste graad
10