Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen scope 1 & 2 & 3 emissies
Rapportageperiode: Q1, Q2, Q3 en Q4 van 2014
(CO2 Prestatieladder: 3.B.1, 4.B.1, 4.B.2 5.B.1)
Colofon: Opgesteld Gecontroleerd Vrijgegeven Datum
: M. Vrijhof en M. Aerts : M. Vrijhof : E. Aerts : 10-12-2014
Voortgangsrapportage 2014
paraaf: paraaf: paraaf:
revisie: 1.0
Pagina 1 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Inhoudsopgave Inleiding 1. 2. 3. 4.
Voortgang reductiedoelstellingen scope 1 emissies - 2014 Voortgang reductiedoelstellingen scope 2 emissies - 2014 Voortgang reductiedoelstellingen scope 3 emissies - 2014 Kwantitatieve rapportage voortgang reductiedoelstellingen
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 2 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Inleiding In dit document is de voortgang vastgelegd t.a.v. het realiseren van de geformuleerde reductiedoelstellingen in 2014 voor wat betreft de scope 1, 2 en 3 emissies. Deze reductiedoelstellingen zijn opgesteld n.a.v. analyse van de energiestromen, vastgesteld tijdens de interne audit, en verwerkt in het Energie management Actieplan, beide zijn onderdelen van de Carbon Footprint van 2014.
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 3 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Reductiedoelstelling 1:
Het toepassen van het nieuwe werken bij de medewerker die het verste van de zaak af woont. In 2014 wordt geëxperimenteerd of carpoolen kan worden ingevoerd en of de maatregel m.b.t. thuiswerken nog verder kan worden ingevoerd binnen de organisatie van Alom BV.
Activiteiten: In 2014 is de medewerker die het verste van de kantoorlocatie af woont structureel 2 dagen per week vanuit thuis aan het werk. Deze werkwijze bevalt tot op heden goed aan zowel zijde werkgever alsmede werknemer. Het brandstofverbruik neemt door deze (reductie)maatregel significant af voor deze medewerker. Planning: Op de vraag die wij onszelf hebben gesteld of er nog een soortgelijke maatregel kan worden doorgevoerd op een andere medewerker, kunnen we zeggen dat een andere medewerker 1 dag per week vanuit thuis werkt. Dit zal vanaf halverwege 2014 op jaarbasis een reductie gaan opleveren van 6 maanden- woon-werkverkeer (58,8 km enkele reis x 2 x 26 weken )3057,60 km. Budget: Faciliteren thuiswerken. Resultaat: In 2014 is er een extra medewerker 1 dag in de week thuis gaan werken. Dit is van januari tot en met oktober geweest. Het resultaat is dat dit een reductie heeft opgeleverd van 4800 km in 2014. 120 km per dag x 5 dagen x 4 weken= 2400 km per maand x 10 maanden = 24.000. Ten opzichte van 120 km per dag x 4 dagen x 4 weken = 19.200 km.
Reductiedoelstelling 2:
Bij aanschaf van nieuwe personenauto’s kiezen voor een A of B label. Door het aantal toegenomen bedrijfswagens geldt dat het brandstofverbruik per bedrijfsauto moet zijn gereduceerd met 2% t.o.v. referentiejaar 2011. Ultimo 2013 zijn er 5 bedrijfsauto’s t.o.v. van 3 per 2011. – In 2014 zijn er wederom 5 bedrijfsauto’s.
Activiteiten Het wagenpark is gelijk gebleven ten opzichte van de 2-de helft – 2013. Er is toen geïnvesteerd in uitbreiding van het wagenpark. Het gemiddelde verbruik per auto is
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 4 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Gestegen van 53ton/5 = 10,6ton naar 56.94/ 5 = 11,40ton CO2 uitstoot per bedrijfswagen. Deze stijging is te verklaren doordat er meer kilometers gereden zijn. Dit is bewust gedaan ten opzichte van minder vliegen. Enkele vliegreizen zijn ‘gereden’. Planning: Het wagenpark wordt bijgehouden in een spreadsheet. Er wordt met name ingezet op minder brandstofverbruik door bewuster om te gaan met zakelijk gebruik van de auto’s, Brandstofverbruik vermindering: lopende actie. Budget: Het budget m.b.t. het wagenparkbeheer bestaat uit de middelen om een bedrijfsauto te financieren. Het budget voor het verminderen van het brandstofverbruik bestaat in de eerste plaats door bewuster met de auto/tijd om te gaan. Naast het aspect van CO2 emissie/brandstofkosten is er ook het aspect van tijd. Autorijden kost dikwijls veel tijd.
Reductiedoelstelling 3:
Good housekeeping. Het doel voor 2014 is om voor de energiestroom “gasverbruik” de CO2 emissie in kaart te brengen aangezien er een nieuw magazijn is aangekocht. Het pand is hierdoor groter geworden en dit betekent een nieuwe 0 meting.
Activiteiten: Het gasverbruik in 2014 bedraagt 2104 m3 gas. t.o.v. 3155 m3 in 2013 Het verbruik is in absolute vorm afgenomen met 33 %. Het personeelsbestand was in 2013 gemiddeld 8,6. In het jaar 2014 is het gemiddelde personeelsbestand 10,5 fte. Het personeelbestand is toegenomen met 9,7 % Het gasverbruik per medewerker is gedaald van 3155m3/8,6 = 366m3 naar 2104 m3/10,5 = 200m3. Een afname van 45% per medewerker. Deze reductie is vooralsnog niet te verklaren; immers het pand is vergroot met een magazijn en toch is er een reductie gerealiseerd. De gasmeter is wel vervangen nav een bericht op het tv programma ‘Radar’. Alom betaalde teveel; een te grote aansluiting G16 terwijl G6 afdoende was. Wellicht geeft dit voor de komende jaren een nauwkeurige meting.
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 5 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
In 2014 zijn in ieder geval de besparing tips van de SKAO-site getoetst worden op praktische relevantie voor Alom en zo nodig ingevoerd worden. Planning: Lopende actie Voor 2014 zullen in ieder geval de besparing tips van de SKAO-site getoetst worden op praktische relevantie voor Alom en zo nodig ingevoerd worden. Budget: Intern budget. Reductiedoelstelling 4:
Het streven is om in vliegverkeer een reductie te realiseren van 5% t.o.v. het referentiejaar 2011 (8,82 ton)
Activiteiten: Als we naar het aantal vliegkilometers kijken kunnen we vaststellen dat deze over 2014 zijn afgenomen. Het CO2 verbruik, uitgedrukt in tonnen CO2 emissie is afgenomen van 9 ton (2012) naar 14 ton (2013) naar 4,01 ton in 2014. In 2014 hebben we bewust minder gevlogen door de betere communicatiemiddelen op afstand. Wel is er een nieuwe inkoper aangetrokken en hij heeft ook een enkele vliegreis moeten maken. Het C02 verbruik uitgedrukt is tonnen is 4,01. In Q1 en Q2 was dit 2,71 ton en in Q3 en Q4 1,3 ton Dit betekent dat de doelstelling ruimschoots is gerealiseerd. De reductie is 46% ipv 5%. Voor 2015 wil Alom het aantal tonnen uitstoot proberen te handhaven. Dit betekent net als voor 2014- regelmatig beoordelen of vliegverkeer noodzakelijk is. Planning: Lopende actie. Budget: Intern budget voor vliegreizen. Reductiedoelstelling 5:
Good housekeeping, het streven is om het elektriciteitsverbruik, uitgedrukt in FTE met 2% te reduceren.
Activiteiten: De grootste wijziging t.o.v. 2013 is dat Alom rekent volgens het stroometiket van Electrabel. Immers we ontvangen al jaren groene stroom. Het stroometiket wat aangeeft hoe de verdeling van deze groene stroom is wel degelijk gecertificeerd. Voor de opwekking van
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 6 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
energie worden namelijk ‘Garanties van Oorsprong’ gegeven, en deze worden door de overheid gecontroleerd. Het stroomverbruik in 2014 bedraagt in totaal 24.787 in 2013 was dit 20.745. ( 2012 = 20.849). Dit is het totaal van 2 aansluitingen, namelijk Kolk 1 en Kolk 29. In mei 2014 is deze nieuwe aansluiting toegevoegd. Er is niet terug te herleiden volgens de energiemaatschappij hoeveel Alom per maand verbruikt. Dat betekent dat er alleen een jaarverbruik beschikbaar is. Het verbruik is in absolute vorm toegenomen met 16% Het personeelsbestand was in 2013 gemiddeld 8,6. In het jaar 2014 is het gemiddelde personeelsbestand 10,5 fte. Het personeelbestand is toegenomen met 9,7 % Het stroomverbruik per medewerker is afgenomen van 20.745Kwh/8,6 = 2.413Kwh. per medewerker naar 24.787/10,5= 2361 Kwh. per medewerker. Een kleine afname per medewerker in relatie tot een totale stroomtoename.
Planning: Lopende actie. Budget: Intern budget.
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 7 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
3. Voortgang reductiedoelstellingen scope 3 emissies 2014
Reductiedoelstelling 6:
Reductie van CO2 emissie behorend bij de scope 3 ketenanalyse van regelbaar spoor door volledige sets/systemen te kunnen uitleveren.
Activiteiten: ALOM heeft in eigen beheer (met een waardeketenpartner) een ankerlijm ontwikkeld (AlomFIX). Deze ankerlijm is inmiddels verwerkt op een aantal locaties zoals een kraanbaanproject te Zeebrugge en de Noord/Zuidlijn te Amsterdam. ALOM is in staat om alle componenten behorend bij regelbare bevestiging als samengestelde compleet pakket aan te bieden aan de verwerkers. Hierdoor is er geen apart transport van een ankerlijmfabrikant naar de eindgebruiker nodig. Het gebruik van regelbare bevestiging vergemakkelijkt sterk de montage van het spoor en maakt een latere aanpassing mogelijk, waardoor vervanging later plaats kan vinden. Planning: In 2014 zijn er voor het grootste project Noord Zuid Lijn 34.800 regelbare bevestigingssets verkocht inclusief Alom Fix. Deze sets worden vervoerd in 18 transporten. Wanneer deze sets als componenten geleverd zouden worden is de levering ongeveer factor 5 (componenten rugplaten, kurkrubber, kunststoffen, lijm en bevestiging sets worden individueel vervoerd), 90 transporten. Factor 3135 gCO2/ltr brandstof. ( 18 transporten; 2700 km ; 30 <1 op 3> = 90 liter= 0,28 Ton co2 Versus ( 90 transporten, 13500 kim :30= 450 liter, 1,41 Ton C02. Budget: Verdere financiële inspanning plaats m.b.t. de marketing van dit product zodat de bekendheid toeneemt in de markt dat ALOM over dit materiaal beschikt. Bij verkoop van regelbare bevestigingsets wordt in de regel Alom Fix verkocht. In 2014 was dit ongeveer 90% bij de verkochte regelbare bevestigingssets.
Reductiedoelstelling 7:
Het introduceren van Tracktex op de Nederlandse railinframarkt middels een proeflocatie van ten minste 100m1 op een ProRail locatie.
Activiteiten: Tracktex blijft een optie, maar is nog steeds niets op de Nederlandse markt. Ondanks de inspanningen is het moeizaam een test traject te vinden.
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 8 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
Planning: Tracktex wordt als reductiedoelstelling opgeschoven naar het moment dat Alom wel een testtraject danwel verkoop heeft gerealiseerd. Dat betekent dat voor 2014 deze doelstelling niet wordt meegenomen in het geheel. Budget: Binnen ALOM blijven we budget vrijmaken om het materiaal breeduit in de railinframarkt te introduceren. Daarnaast is er budget om de kennisuitwisseling met Geofabrics verder vorm te geven. ALOM levert maximale ondersteuning aan het proef baanvak en adviseert de betrokken partijen.
Reductiedoelstelling 8:
Het reduceren van CO2 emissie in het downstream transport van de ingekochte materialen en producten
Activiteiten: Sinds de invoering van het Energie Managementsysteem waarmee is gestart in 2012 wordt het aantal km downstream transport bijgehouden. Ervaringscijfers zijn beschikbaar van de periode 2011-2012-2013-2014. Het aantal km (47.038,10) is in 2014 nagenoeg hetzelfde gebleven t.o.v. 2013. De omzetstijging heeft niet geleidt tot een extreme stijging van het aantal kilometers van downstream transport. Door interne herstructurering is het magazijn is nu meer dan toereikend waardoor betere combinaties gemaakt konden worden. Een reductie van 2% is daardoor in verhouding meer dan gehaald. Planning: Zelfde scherpte behouden als in 2014. Budget: €0,-
Reductiedoelstelling 9:
Het reduceren van C02 emissie in het ontwikkelen van een nieuw innovatief railsysteem in de lightrail
Activiteiten: Bij revisie van het spoor en of het systeem zal het deel dat in beton gegoten is niet beschadigen. Het systeem bestaat in wezen uit 2 delen. In het deel waarvan kunststof schroefhuls en de kunststof onderlegplaat in beton gestort is - waar voorheen de ankerbout in het beton zat en niet verwijderd kon worden. En het bovenste deel vanaf kunststof onderlegplaat tot beschermkapje . Door deze constructie kunnen de onderdelen van het
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 9 van 14
Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen
bovenste deel van de spoorbevestiging vervangen worden zonder de rest van de constructie te beschadigen. Het onderste deel heeft een langere levensduur. Over de levensduur van het railsysteem en de onderbaan wordt in totaal per meter spoor 2,5m3 beton bespaard die niet hoeft worden uitgebroken / afgevoerd of opnieuw worden aangebracht. Dit brengt een besparing per km enkelspoor van 150t CO2 op beton productie. Tevens brengt deze toepassing een reductie van 53,30 ton C02 in logistieke bewegingen. Samenvattend betekent dit een CO2 reductie over de levensduur van het ABC systeem van 200 ton C02 per kilometer spoor. Planning: In 2014 wordt dit systeem ontwikkeld. Eind 2014 is er een testtraject ingezet in de Lijnbaan in Den Haag. Deze test is geëvalueerd in november 2014 en succesvol bevonden. Eea wordt gepresenteerd tijdens de Rail Tech 2015 en verkocht in 2015 en verder.
Budget: Nvt.
Voortgangsrapportage 2014
revisie: 1.0
Pagina 10 van 14
Tussentijdse evaluatie reductiedoelstellingen 2014
3. Voortgang reductiedoelstellingen kwantitatieve rapportage Voortgang reductiedoelstellingen kwantitatieve rapportage over - 2014 Scope GHG
Onderdeel
Scope 1
Brandstofverbruik Beperken kilometers wagenpark d.m.v. invoeren thuiswerken voor 1 medewerker. Daarnaast is er in 2014 een medewerker met een ‘papa’-dag 1 x per 2 weken. 1 collega is van 32 naar 24 uur gegaan per 11/8/2014. Maar meer gereden in relatie tot minder vliegkm.
Scope 1
Brandstofverbruik Bij vervanging/ wagenpark uitbreiding bedrijfswagens keuze
Voortgangsrapportage - 2014
Energie Management Actie plan, omschreven acties
CO2 Uitvoering reductiedoelstelling Voor het jaar 2014
Check
Planning
Tussentijdse evaluatie -2014
personenauto’s kiezen voor een A of B label. Door het aantal toegenomen bedrijfswagens geldt dat het brandstofverbruik per bedrijfsauto moet zijn gereduceerd met 2% t.o.v. referentiejaar 2011. In 2014 zijn er wederom 5 bedrijfsauto’s.
Betreffende medewerker/ bestuurder
Office manager
Lopend
Stand 31-12-2014: 53ton/5 = 10,6ton (2013) naar 56.94/ 5 = 11,40ton CO2. Toename van 0.8 ton C02.
Directie
Office manager
Lopend
Er zijn geen nieuwe bedrijfsauto’s aangeschaft in 2014.
revisie: 1.0
Pagina 11 van 14
Tussentijdse evaluatie reductiedoelstellingen 2014
Scope GHG
Onderdeel
Energie Management Actie plan, omschreven acties voor A of B label Cultuur- en gedragsverandering eigen medewerkers.
Scope 1
Gasverbruik
Scope 2
Elektriciteit
Inkoop groene stroom
Scope 2
Elektriciteit
Cultuur- en gedragsverandering eigen medewerkers
CO2 Uitvoering reductiedoelstelling Voor het jaar 2014
Check
Planning
Tussentijdse evaluatie -2014
Energiestroom Alle “gasverbruik” de medewerkers CO2 emissie in kaart te brengen. Een nieuwe 0 meting.
Office manager
Lopend
Bij gelijkblijvende hoeveelheid kWh zal de reductie voor gehele jaar +/- 10 ton CO2 zijn t.o.v. referentiejaar.
Directie
Office manager
Lopend
Stand 31-12-2014: Het gasverbruik per medewerker is gedaald van 3155m3/8,6 = 366m3 naar 2104 m3/10,5 = 200m3. Een afname van 45% per medewerker. Stand: 31-12-2014: Het verbruik is in absolute vorm toegenomen met 16%.
Alle medewerkers
Office manager
Lopend
Stand: 31-12-2014: Het verbruik is in absolute vorm toegenomen met 16%. Het jaar 2014 is het gem. personeelsbestand 10,5 fte. Het stroomverbruik per medewerker is afgenomen van 20.745Kwh/8,6 =
Voortgangsrapportage - 2014
revisie: 1.0
Pagina 12 van 14
Tussentijdse evaluatie reductiedoelstellingen 2014
Scope GHG
Onderdeel
Energie Management Actie plan, omschreven acties
CO2 Uitvoering reductiedoelstelling Voor het jaar 2014
Check
Planning
Tussentijdse evaluatie -2014
2.413Kwh. per medewerker naar 24.787/10,5= 2361 Kwh. per medewerker.
Scope 2
Zakelijk vliegen
Managementbeleid: Minder vliegen meer op afstand communiceren danwel per auto/trein
Totale CO2 emissie als gevolg van zakelijke vluchten met 2% verlagen bij t.o.v. referentiejaar
Medewerkers
Directie
Lopend
Stand 31-12-2014: Het CO2 verbruik, uitgedrukt in tonnen CO2 emissie is afgenomen van 9 ton (2012) naar 14 ton (2013) naar 4,01 ton in 2014.
Scope 3
Scope 3 ketenanalyse regelbaar spoor
Volledige sets door uitbreiding met ALOM FIX
Sales manager
Directie
31-122014
31-12-2014: 18 transporten. Factor 3135 gCO2/ltr brandstof. 18 transporten; 2700 km ; 30 <1 op 3> = 90 liter= 0,28.
Scope 3
Scope 3 ketenanalyse
Marktintroductie, Acquisitie,
Voor de uitgewerkte ketenanalyse regelbaar spoor ligt het reductiepotentieel in minder downstream transport Berekend reductiepotentieel
Sales manager
Directie
31-122014
31-12-2014: uitstel
Voortgangsrapportage - 2014
revisie: 1.0
Pagina 13 van 14
Tussentijdse evaluatie reductiedoelstellingen 2014
Scope GHG
Scope 3
Onderdeel
Energie Management Actie plan, omschreven acties
CO2 Uitvoering reductiedoelstelling Voor het jaar 2014
scheidingsvliezen
Proefstuk van min. 100m1 in Nederland
Downstream Transport
Goede afstemming planning transporten
per 100m1:0,09ton CO2 emissie (jaarlijks) Afname van 2% aan Downstream transport door betere afstemming bij gelijk blijven omzet
Voortgangsrapportage - 2014
Check
Planning
Tussentijdse evaluatie -2014
initiatieven scope3.
Hoofd magazijn
revisie: 1.0
Directie
Lopende actie
31-12-2014: In 2014 is er een toename geweest van 3% (2014 was 47.038.1 km 2013 is 45687,10 km).
Pagina 14 van 14