Voortgangsrapportage 8 CO2- reductiedoelstellingen scope 1 & 2 – emissies 2014
BESIX Nederland Branch 19 mei 2015 Definitief rapport
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
- ii -
BESIX Nederland Branch Trondheim 22 - 24 Postbus 8 2990 AA Barendrecht +31 (0)180 64 19 90
Telefoon
+31 (0)180 64 19 91
Fax
[email protected]
E-mail
www.besix.com
Internet
Barendrecht 243 121 02
Documenttitel
Voortgangsrapportage 8 CO2-reductiedoelstellingen scope 1 & 2 –emissies 2014
Verkorte documenttitel
Voortgangsrapport 8 scope 1 & 2- emissies
Status
Concept
Datum
19 mei 2015
Projectnaam
BESIX niveau 5, specifiek scope 1 & 2 - emissies
Projectnummer Opdrachtgever
BESIX Nederland Branch
Referentie
Auteur(s) Collegiale toets
M. Vijfhuizen B. van Wieringen
Datum/paraaf Vrijgegeven door
M. Vijfhuizen
Datum/paraaf
Voor akkoord namens BESIX Nederland: Naam
J. Philtjens
Plaats / Datum Handtekening
- iii -
KvK
INHOUDSOPGAVE Blz.
1
INLEIDING
1
2
VOORTGANG OP CO2-REDUCTIEDOELSTELLINGEN SCOPE 1 EN 2 2.1 (Hoofd)doelstelling BESIX Nederland t.b.v. CO2-reductie scope 1 & 2 -emissies 2.2 Doelstellingen CO2-reductie scope 1& 2 -emissies 2.3 Voortgang CO2-reductiedoelstellingen
2
3
CONCLUSIE(S) EN AANBEVELINGEN 3.1 Conclusies 3.2 Aanbevelingen en actiepunten
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
- iv -
2 2 3 14 14 15
1
INLEIDING Hierbij vindt u het 8ste tussentijdse rapportage van de voortgang op de reductiemaatregelen betreffende de scope 1 en 2 emissies voor het jaar 2014 ten opzichte van het basisjaar 2009.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
-1-
2
VOORTGANG OP CO2-REDUCTIEDOELSTELLINGEN SCOPE 1 EN 2
2.1 (Hoofd)doelstelling BESIX Nederland t.b.v. CO2-reductie scope 1 & 2 -emissies
BESIX Nederland heeft zich geconformeerd aan een verbetering van de energieefficiency van totaal 2% per jaar ten opzichte van het basisjaar 2009 (tot 2015). Dit is onder ander gebaseerd op de landelijke (Nederlandse) klimaatdoelstelling om jaarlijks 2% energie te besparen.
2.2 Doelstellingen CO2-reductie scope 1& 2 -emissies
De reductiedoelstellingen zijn opgenomen in een memo, die op 22 februari 2010 is ondertekend door de directie van BESIX Nederland. De doelstellingen en de update hiervan zijn zowel op de intranetsite als op de website van BESIX bekendgemaakt. De resultaten van energieonderzoeken kunnen leiden tot nieuwe inzichten in de haalbaarheid van reductiedoelstellingen. Zodra die resultaten bekend zijn, zullen de reductiedoelstellingen dan ook zo nodig worden aangepast. Leasewagens In de voorgaande (voortgangs)rapportages werd aangegeven dat voor BESIX NL (Barendrecht) en BESIX België (Head Office Brussel - Materiaaldienst van Saintes en Buigcentrale van Sint-Pieters-Leeuw) samen een CO2 reductie te bereiken was van 0,66% per kilometer per jaar (ten opzichte van 2009). De CO2-reductie wordt nu uitgedrukt in parameter per km. De hoofddoelstelling van BESIX Nederland t.b.v. CO2-reductie scope 1 & 2 (zie § 2.1.) spreekt echter over een verbetering van de energie-efficiëntie van totaal 2 % per jaar ten opzichte van het basisjaar 2009 (tot 2015). Deze energiebesparing vertaalt zich dus als zijnde 0,66% minder brandstofverbruik per km per jaar. Een lager brandstofverbruik gaat dan uiteraard ook gepaard met een CO2 reductie gerelateerd aan het type brandstof. Daarnaast wordt de gemiddelde CO2-waarde van het leasewagenpark voor BESIX Nederland en BESIX België geregistreerd. Deze CO2 reducties worden vooral behaald door geleidelijke vervanging van het leasewagenpark door energiezuiniger types, het stimuleren van energiezuinig rijgedrag en het gebruik van openbaar vervoer en fiets. Maatregelen om het brandstofgebruik als gevolg van zakelijke kilometers te reduceren zijn regelmatig onderzocht en zijn onder andere beschreven in een geactualiseerde Car policy en worden verder uitgebreid. Elektriciteitsverbruik Doelstelling is om een elektriciteitsbesparing van gemiddeld 0,66% per jaar (ten opzichte van 2009) te bereiken voor vaste installaties en projectlocaties. Een CO2 reductie wordt tevens bekomen door onder andere de inkoop van groene energie. Sinds 2010 heeft BESIX Nederland de groene energie (gelijk aan de energiebehoefte op de Nederlandse projecten) achteraf ingekocht door middel van gecertificeerde bewijzen van herkomst. In de toekomst streeft BESIX ernaar om vanaf de start van elk project groene energie in te kopen.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
-2-
Voor de vaste vestigingen binnen de organizational boundary in België (Hoofdkantoor in Brussel, de IJzervlechtcentrale in Sint-Pieters-Leeuw en de Materieeldienst in Saintes) werd vanaf 2012 gefaseerd elektriciteit (hoogspanning) afkomstig van duurzame energiebronnen ingekocht. Momenteel is alle hoogspanningselektriciteit van de genoemde vestigingen afkomstig van hernieuwbare energiebronnen (wind- en waterkracht). Er wordt momenteel overwogen een contract voor de levering van duurzame elektriciteit (laagspanning) af te sluiten voor het hoofdkantoor in Brussel in 2015. Daarnaast zet BESIX op haar eigen ijzervlechtcentrale direct duurzame energie in. Met de installatie van fotovoltaïsche panelen eind 2010 was de verwachting dat 33% van de elektriciteitsbehoefte van de Materieeldienst en Buigcentrale in Sint-Pieters-Leeuw1 (ten opzichte van 2009) geleverd kon worden door deze installatie. Analyse van de data van 2012 tonen aan dat dit percentage 23% (i.p.v. 26 % aangegeven in voortgangsrapportage 4) bedraagt. Hierbij dient rekening gehouden te worden dat de Materieeldienst in juli 2011 verhuisd is naar de locatie in Saintes, waardoor een groter deel van de niet benutte energie geïnjecteerd werd in het netwerk. Voor het jaar 2013 bedraagt dit geïnjecteerde deel 21.4 %. Voor het jaar 2014 bedroeg dit deel 36,3%. Overige energiedragers voor andere doeleinden dan vervoer Belangrijkste overige energiedragers in dit geval zijn gas en stookolie voor verwarming en gasolie voor het materieel op de projecten in Nederland. De doelstelling is dat hiermee gemiddeld 0,66% aan energie-verbetering kan worden bereikt.
2.3
Voortgang CO2-reductiedoelstellingen Op basis van een analyse van de CO2-footprint van 2009 en 2010 is besloten dat BESIX Nederland zich richt op de volgende 3 onderdelen van de footprint: -
Leasewagens (woon-werk en werk-werk); Elektriciteit t.b.v. kantoren en werven; Gasolie t.b.v. van materieel op de werven (onderdeel van Gas en overige energiedragers).
Deze 3 onderdelen samen staan in voor meer dan 80% van de CO2-footprint van zowel het basisjaar 2009 als de hierop volgende jaren. In de voorgaande (voortgangs) rapportage werden hiervoor de volgende parameters gebruikt om ze te kunnen registeren en te vergelijken; leaseauto’s: ton CO2/km elektriciteitsverbruik: ton CO2/m2 gasolie: ton CO2/omzet In deze voortgangsrapportage wordt de algemene doelstelling van BESIX Nederland (2 % energiebesparing) per onderdeel (ttz lease, elektriciteit en gasolie) getoetst aan het behaalde resultaten naar energie-efficiëntie toe.
1
Sinds juli 2011, locatiewijziging van de Materieeldienst (Saintes)
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
-3-
42
---
---
---
---
20103 (referentiejaar)
270,0
1.068.373
33
252,7
---
---
---
Semester 2011
159,0
613.186
34
259,3
---
---
---
2011
351,2
1.498.022
38
234,4
---
-7,23
Semester 2012
211,4
894.830
45
236,2
-8,89
---
2012
413,1
1.839.239
51
224,6
---
-4,20
Semester 20134
200,9
1.075.577
45
186,8
-20,92
---
---
2013
370,6
1.863.200
47
198,9
---
-11,44
-21,29
Semester 2014
211,2
1.026.829
56
205,7
---
---
2014
454,8
2.022.304
60
224,9
+13,07
-11,00
% t.o.v. referentiejaar 2010
---
% t.o.v. voorgaand jaar
% t.o.v. eerste semester van het voorgaand jaar
291,4
Afstand (km)
20092 (basisjaar)
CO2-uitstoot (ton)
Parameter (10-6 ton CO2/km)
Aantal bestuurders (informatief)
A. Leasewagens
BESIX Nederland
2
3
4
+10,1 ---
-7,23 ---11,13
Van de leaseauto’s in Nederland en België zijn geen kilometerstanden bekend voor het basisjaar 2009. Om een jaarlijkse vergelijking te kunnen maken, wordt enkel voor leasewagens het jaar 2010 als referentiejaar genomen. Vergelijkingen ten opzichte van het basisjaar 2009 zijn daarom niet mogelijk. Vanaf 2010 worden deze gegevens voor Nederland jaarlijks geregistreerd en dit enkel voor de leasewagens met tankpas. Correctie van de waarde (voorheen 199,2) ten gevolge van rekenfout
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
-4-
BESIX Nederland + België 20125 6
2.739,9
15.139.928
501
181,0
---
---
---
Semester 20137
1.390,1
7.418.657
493
187,4
---
---
---
2013
2.829,5
15.114.703
493
187,2
---
+3,43
---
Semester 2014
1.617,9
9.400.660
523
172,1
- 8,2
---
---
2014
3.170,7
16.195.284
519
195,8
---
+4,59
---
Behaald resultaat Voor het brandstofverbruik van de leasewagens in Nederland zet de neerwaartse trend zich in 2014 voorlopig niet door. Voor het hele leasewagenpark van BESIX NL + BESIX België bemerkte men in 2013 een anomalie (stijging in brandstofverbruik alhoewel de afgelegde kilometers verminderen). De analyse van de gegevens van het volgend jaar (2014) bevestigen deze stijgende trend in het verbruik/ km. In functie hiervan, zullen nog in 2015 acties worden bepaald en verder uitgewerkt. Overigens zijn alle medewerkers van BESIX die over een leasewagen beschikken herinnert aan de verplichting en het belang om hun kilometerstand bij elke tankbeurt correct te registreren.
5
Rekening houdend met wagenpark BESIX NL en BESIX België. Een vergelijking t.o.v. basis- en referentiejaar is hier niet relevant; echter zal een jaarlijkse vergelijking van deze gegevens in de toekomst wel mogelijk zijn ten opzichte van 2012 6 Correctie van de parameter (181,0 voorheen 182,1) ten gevolge van rekenfout. 7 Correctie van de CO -uitstoot (1.390,1voorheen 1.388,4) ten gevolge van rekenfout. 2 Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
-5-
Voortgang naar energie-efficiëntie toe ten opzichte van de reductiedoelstellingen. Om de voortgang ten opzichte van de reductiedoelstellingen te kunnen monitoren is er voor de leasewagens een bijkomende KPI vastgesteld met name het aantal liter brandstofverbruik per 100 km. Voor de leasewagens van BESIX Nederland zijn deze gegevens gekend, voor de leasewagens van BESIX België zijn we pas in 2012 gestart met de registratie van de kilometerstanden. Voor de twee regio’s samen beschouwen we 2012 dan ook als het referentiejaar. Er is gekozen om het brandstofverbruik te evalueren op jaarbasis en niet op een zesmaandelijkse basis, dit om de mogelijke onnauwkeurigheden in verbruik en kilometerstanden eigen aan de zomervakantieperiode uit te vlakken. De leasewagens van BESIX Nederland (zonder Franki Grondtechnieken) en deze van BESIX Nederland+België worden onderscheiden (zie voetnoot 2, 3 en 5 van bovenstaande tabel).
Behaalde resultaat t.o.v. het referentiejaar (%)
Jaarlijks verbruik (liter/100 km)
Jaarlijks afgelegde afstand (km)
Jaarlijks verbruik (liter)
Leasewagens BESIX NL en België
Behaalde reductie t.o.v. het referentiejaar (%)
Jaarlijks verbruik (liter/100 km)
Jaarlijks afgelegde afstand (km)
Jaarlijks verbruik (liter)
Leasewagens BESIX NL
2009 (basisjaar)
98.236
2010 (referentie)
90.573
1.068.373
8,5
2011
117.859
1.498.022
7,9
- 7,06
852.115
2012
136.605
1.839.239
7,4
- 12,94
878.795
15.139.928
5,8
2013
120.327
1.863.200
6,5
-23,53
904.645
15.114.703
6,0
+3,45
2014
148.329
2.022.304
7,3
12,31
1.014.632
16.195.284
6,2
+3,33
655.211 645.133
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
-6-
CO2-waarde Naast het verbruik in liters brandstof wordt ook de CO2-waarde van het leasewagenpark geregistreerd. In 2012 werd t.o.v. 2011 een CO2-reductie behaald van 12,9 % in Nederland, en 10,4 % in België en voor het jaar 2013 wordt een reductie van 11,5 % in Nederland, en 4 % in België behaald ten opzichte van 2012. In 2014 is t.o.v. 2013 een CO2-reductie behaald van 1,5% in Nederland, en 5,5% in België. Beide onderdelen voldoen ruim aan de gestelde objective van <120 CO2-waarde in 2014. Year
Objective
2009 2010 2011 2012 2013 2014
150 144 138 132 126 120
CO2 value Belgium 156,4 145,6 134,7 120,9 116,1 109,7
159,0 147,8 136,7 119,1 105,4 103,9
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
CO2 value Netherlands
-7-
Oppervlakte Kantoren en werkplaats (m²)
Oppervlakte Keet projectlocatie (m²)
Parameter (10-3 ton CO2/m²)
513
15.310
11.736
3.574
117,77
---
20108
1.350,0
474
17.942
13.499
4.443
75,24
---
760,7
496
18.257
15.262
2.995
41,67
---
1.386,0
491
20.808
17.813
2.995
66,61
---
Semester 20127 10
301,7
521
19.612
16.962
2.650
15,38
-63,09
2012
587,7
540
19.612
16.962
2.650
29,97
---
Semester 20137
310,6
525
18.483
16.107
2.376
16,80
+9,23
2013
481,8
517
18.483
16.107
2.376
26,07
---
Semester 2014
114,7
514
19.598
17.225
2.373
5,85
-65,17
2014
230,0
533
18.734
17.225
1.509
12,28
---
Semester 20119 2011
---36,11 ---11,47 ---55,01 ---13,01
% t.o.v. basisjaar 2009
Oppervlakte totaal (m²)
1.803,0
% t.o.v. voorgaand jaar
Fte (informatief)
2009 (basisjaar)
% t.o.v. eerste semester van het voorgaand jaar
CO2-uitstoot (ton)
B. Elektriciteit
---36,11 ---43,44 ---74,55 ---77,86
---
---
-52,90
-89,57
Het betreft hier de elektriciteitsvoorzieningen van alle entiteiten samen: Kantoor BESIX Nederland, Franki Grondtechnieken, Hoofdkantoor BESIX Brussel, Materiaaldienst van Saintes, Buigcentrale van Sint-Pieters-Leeuw en de projecten van Nederland.
8
De reductie is te verklaren door - naast de inkoop van groene energie - het explosief gestegen oppervlakte van kantoren plus keten. Hierdoor wordt de totale CO 2-uitstoot als gevolg van elektriciteitsgebruik door meer oppervlakte gedeeld. De toename van het oppervlakte is te wijten aan de gefaseerde uitbreiding van het kantoor in Brussel en meer en/of grotere keten ten behoeve van de projecten. 9 In tegenstelling tot de rapportage van voorgaande jaren, worden de semesterwaarden niet meer verdubbeld om een vergelijking met voorgaande jaarlijkse waarden te kunnen maken. Deze tabel werd in die zin dan ook uitgesplitst. 10 De reductie is te verklaren door de inkoop van groene energie voor de totale hoeveelheid elektriciteitverbruik op de projecten in Nederland en het kantoor in Brussel en minder activiteiten. Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
-8-
Voortgang naar energie-efficiëntie toe ten opzichte van de reductiedoelstellingen. Het elektriciteitsverbruik (grijs, groen en zelfopgewekte elektriciteit) geldt voor alle entiteiten samen (Kantoor BESIX Nederland, Franki Grondtechnieken, hoofdkantoor BESIX Brussel, materiaaldienst van Saintes, Buigcentrale van Sint-Pieters-Leeuw en de projecten van Nederland). Het elektriciteitsverbruik van alle projecten in Nederland is afkomstig van groene stroom. Om de voortgang ten opzichte van de reductiedoelstellingen te kunnen monitoren is er voor de vaste locaties een bijkomende KPI vastgesteld met name het aantal verbruikte KWh per m2.
Behaalde reductie t.o.v. het referentiejaar (%)
Verbruik (kWh/m²)
Totaal oppervlak (m²)
Verbruik (kWh
Tabel: elektriciteitsverbruik voor de vaste vestigingen
2009 (basisjaar)
2.117.581
11.736
180,44
-
2010 (referentie)
2.182.547
13.499
161,68
-
2011
2.517.958
17.813
141,36
- 12,57
2012
2.762.510
16.962
162,86
+ 15,21
2013
2.765.557
16.107
171,70
+ 5,43
2014
2.600.015
17.225
150,94
- 12,09
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
-9-
Behaald resultaat Voor dit onderdeel worden de doelstellingen ruimschoots behaald. Voor 2014 is er een daling van vastgesteld van het elektriciteitsverbruik ten opzichte van 2013. Dit kan enerzijds verklaard worden door de overgang naar de inkoop van groene energie voor de Materieeldienst. Anderzijds is door aanpassingen op het hoofdbureau in Brussel veel energie bespaard t.o.v. eerdere jaren. Opvolging van deze trend is hier aangewezen. Het uitvoeren van energie-audits (vaste vestigingen en projectgebonden locaties), implementatie van het actieplan na deze energieanalyse, worden essentieel teneinde verdere energiereducties toe te laten. Voor de projectlocaties (NL) wordt het elektriciteitsverbruik (= 100% groene stroom sinds 2010) momenteel weergegeven in aantal verbruikt KWh. Als we het elektriciteitsverbruik op de projecten nader analyseren blijken we te maken te hebben met belangrijke jaarlijkse schommelingen. Dit heeft te maken met de projectspecifieke omstandigheden (mogelijkheid om al dan niet aan te sluiten op het elektriciteitsnet, duur van het project,….) Het elektriciteitsverbruik op de projecten behelst de energievoorzieningen van de bouwkeet maar tevens het projectverbruik (werfvoorzieningen) zelf. Een berekening van het verbruikt aantal KWh ten opzichte van het oppervlakte van de bouwkeet is hier minder relevant vermits geen rekening wordt gehouden met: aantal lopende projecten in het desbetreffend jaar omvang van het project projecttype (gebouw, parking, sluis, …) … Andere denkpistes moeten in 2015 verder worden onderzocht teneinde een duidelijke KPI met betrekking tot het energieverbruik van een bouwwerf te bepalen.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
- 10 -
2009 (basisjaar)11
% t.o.v. basisjaar 2009
% t.o.v. voorgaand jaar
% t.o.v. eerste semester van het voorgaand jaar
Parameter (ton CO2/mio €)
Omzet BESIX Nederland + Franki (mio €)
CO2-uitstoot (ton)
C. Gasolie
731,6
136,1
5,79
---
---
---
1.266,2
122,7
10,32
---
+78,2
+78,2
Semester 201112
629,4
116,4
5,41
---
---
---
2011
851,2
116,4
7,31
---
-29,2
+26,3
Semester 201210
392,6
134,5
2,92
---
---
2012
869,3
134,5
6,46
-11,6
+11,6
Semester 201310
1.141,4
163,0
7,00
---
---
2013
1.464,0
157,0
9,32
---
+44,3
+ 61,0
Semester 2014
271,4
108,0
2,51
-64,1
---
---
2014
460,1
108,0
4,26
---
-54,3
- 26,4
2010
-46,0 --+139,7
De grote toename van de CO2-uitstoot in 2013 is te verklaren door het hoge gasolieverbruik op het project Amazonehaven te Rotterdam. Dit project is gelegen op de afgelegen Maasvlakte waar een elektriciteitsaansluiting op het openbaar netwerk niet mogelijk was. Hierdoor was men genoodzaakt om gebruik te maken van aggregaten op gasolie. Tevens is in 2013 het gasolieverbruik van Franki verdubbeld t.o.v. 2012, wat een jaar met minder projecten in uitvoering was. Onderstaande tabel illustreert de waargenomen toename aan CO2 voor een aanzienlijk deel toe te schrijven is aan het project Amazonehaven (nl. 53 % voor het jaar 2013). Uit de gegevens van het 1e semester en het hele jaar 2014 blijkt dat bovenstaande inderdaad toe te schrijven is aan het project Amazonehaven. Tevens is terug te zien in de bovenstaande tabel dat er minder projecten in uitvoering zijn (omzetdaling). Het gevolg is dan ook een veel lagere uitstoot van CO2.
11 Voor
de bepaling van de totale CO2 uitstoot van het gasolieverbruik ten behoeve van de projectactiviteiten in Nederland is enkel het gasolieverbruik voor deze projecten in rekening gebracht; het gasolieverbruik voor de activiteiten in de werkplaatsen in België (Sint-Pieters-Leeuw en Saintes) zijn hier niet inbegrepen. De ‘omzet’ van deze werkplaatsen maakt ook geen deel uit van de omzet zoals gebruikt voor de berekening. 12 In tegenstelling tot de rapportage van voorgaande jaren, worden de semesterwaarden niet meer verdubbeld om een vergelijking met voorgaande jaarlijkse waarden te kunnen maken. Deze tabel werd in die zin dan ook uitgesplitst. Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
- 11 -
5,79
---
---
1.266,2
122,7
10,32
---
+78,20
Semester 201114
629,4
116,4
5,41
---
---
2011
851,2
116,4
7,31
---
Semester 201210
392,6
134,5
2,92
-46,00
2012
658,3
131,0
5,02
---
Semester 201310
468,4
151,0
3,10
+6,16
---
2013
683,5
145,0
4,71
---
-6,17
Semester 2014
254,0
108,0
2,35
-24,19
---
2014
460,1
108,0
4,26
---
-9,55
2010
13
% t.o.v. voorgaand jaar
-29,20 ---31,33
% t.o.v. basisjaar 2009
136,1
% t.o.v. eerste semester van het voorgaand jaar
Omzet BESIX Nederland + Franki (mio €)
731,6
2009 (basisjaar)13
Parameter (ton CO2/mio €)
CO2-uitstoot (ton)
Gasolie zonder Amazonehaven
--+78,20 --+26,30 ---13,30 ---19,65 ---26,42
Voor de bepaling van de totale CO2 uitstoot van het gasolieverbruik ten behoeve van de projectactiviteiten in Nederland is enkel het gasolieverbruik voor deze projecten in rekening gebracht; het gasolieverbruik voor de activiteiten in de werkplaatsen in België (Sint-Pieters-Leeuw en Saintes) zijn hier niet inbegrepen. De ‘omzet’ van deze werkplaatsen maakt ook geen deel uit van de omzet zoals gebruikt voor de berekening. 14 In tegenstelling tot de rapportage van voorgaande jaren, worden de semesterwaarden niet meer verdubbeld om een vergelijking met voorgaande jaarlijkse waarden te kunnen maken. Deze tabel werd in die zin dan ook uitgesplitst. Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
- 12 -
Voortgang naar energie-efficiëntie reductiedoelstellingen.
toe
ten
opzichte
van
de
Uit analyse van het gasolieverbruik (in liter) op de projectlocaties blijkt men te maken te hebben met belangrijke jaarlijkse schommelingen. Dit heeft te maken met de projectspecifieke omstandigheden (mogelijkheid om al dan niet aan te sluiten op het elektriciteitsnet waardoor minder gasolieverbruik, duur van het project,….) Het gasolieverbruik op de projecten behelst immers in bepaalde gevallen de energievoorzieningen van de bouwkeet maar tevens het projectverbruik (werfvoorzieningen) zelf. Een berekening van het verbruikt aantal liter ten opzichte van het omzetcijfer is hier minder relevant vermits geen rekening wordt gehouden met: - aantal lopende projecten in het desbetreffend jaar - projectduur - omvang van het project - projecttype (gebouw, parking, sluis, …) - verbruik van de toestellen, installaties, - … Andere denkpistes moeten in 2015 onderzocht worden teneinde duidelijke KPI’s te kunnen bepalen met betrekking tot het energieverbruik van een bouwwerf.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
- 13 -
3
CONCLUSIE(S) EN AANBEVELINGEN
3.1
Conclusies Voortgang in relatie tot de reductiedoelstellingen BESIX heeft zich geconformeerd aan een verbetering van de energie-efficiency van totaal 2% per jaar ten opzichte van het basisjaar 2009 (tot 2015). Dit is onder ander gebaseerd op de landelijke (Nederlandse) klimaatdoelstelling om jaarlijks 2% energie te besparen. Op basis van een analyse op de CO2-footprint van 2009 en 2010 is besloten dat BESIX zich richt op de volgende 3 onderdelen van de footprint - Leasewagens (woon-werk en werk-werk); - Elektriciteit t.b.v. kantoren en werven; - Gasolie t.b.v. van materieel op de werven (onderdeel van Gas en overige energiedragers). Behaald resultaat en actiepunten: Leasewagens Voor het wagenpark van BESIX NL geldt dat de resultaten van 2014 minder goed zijn dan de jaren ervoor echter nog steeds passen binnen de doelstelling op de lange termijn. Niettemin blijft een sterkere focus/opvolging van het brandstofverbruik voor het hele leasewagenpark (Nederland en België) noodzakelijk om onnauwkeurigheden in de brongegevens zoveel mogelijk te beperken. Teneinde de afwijking op de ingegeven kilometerstanden zo klein mogelijk te houden werden de personeelsleden in semester 1 van 2014 per mailbericht gewezen op de noodzaak van een correcte registratie van hun kilometerstand bij elke tankbeurt. Elektriciteit De doelstellingen ruimschoots behaald ten opzichte van het referentiejaar; Voor 2014 is er een sterke daling vastgesteld van het elektriciteitsverbruik ten opzichte 2013. Dit kan enerzijds verklaard worden door de overgang naar de inkoop van groene energie voor de Materieeldienst. Anderzijds is door aanpassingen op het hoofdbureau in Brussel veel energie bespaard t.o.v. eerdere jaren. Focus en opvolging zal hier noodzakelijk blijven. Het uitvoeren van energie-audits (vaste vestigingen en projectgebonden locaties), implementatie van het actieplan na deze energie-analyse, …worden essentieel teneinde verdere energiereducties toe te laten. De actuele elektriciteitsgegevens voor de projecten vertonen een dalende trend. Schommelende energiegegevens (op semesterbasis) worden echter waargenomen die ondermeer te wijten zijn aan specifieke projectsituaties. Verdere denkpistes moeten onderzocht worden teneinde de vergelijking van het jaarlijks elektriciteitsverbruik van een bouwwerf mogelijk te maken.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
- 14 -
Op 4 juni 2014 zijn het nieuwe kantoor en de houtzagerij van de IJzervlechtcentrale in Sint-Pieters-Leeuw officieel ingehuldigd. Deze nieuwbouw is gebouwd volgens het principe van de passieve bouw, met een gemiddelde energiebehoefte van minder dan 15 kWh/m² en een E-peil < E60. Het energiegebruik zal in vergelijking met voortgaande jaren drastisch moeten dalen. In 2014 is de fotovoltaïsche installatie op het dak van de werkplaats in Saintes in gebruik genomen. Deze zonnepanelen hebben een capaciteit van 188,95 kWp. Er wordt verwacht dat de installatie in 83% van de benodigde elektriciteit voor de locatie kan voorzien. 17% van de geproduceerde elektriciteit zal zodoende in het elektriciteitsnet geïnjecteerd worden. Gasolie De actuele gasoliegegevens voor de projecten vertonen een sterk dalende trend die ondermeer te wijten zijn aan specifieke projectsituaties. Voor zowel Franki Grondtechnieken als Besix geldt dat er minder projecten in uitvoering zijn, en het project Amazonehaven is afgerond. Het project Amazonehaven nam in 2013 wel 53% van de totale CO2 uitstoot voor zich als gevolg van het dieselverbruik. Overigens was er een licht dalende trend waarneembaar voor het gasolieverbruik op de projecten, wanneer het genoemde project buiten de statistieken werd gehouden. Andere denkpistes moeten onderzocht worden teneinde de nauwkeurige vergelijking van het jaarlijks gasolieverbruik van een bouwwerf mogelijk te maken en indien nodig te reduceren. Sinds maart 2014 is de IJzervlechtcentrale aangesloten op het aardgasnetwerk en draait de verwarmingsinstallatie sinds 3 maart op aardgas. Het gebruik van diesel voor de verwarming komt hierdoor te vervallen. Diesel wordt nog wel gebruikt voor het intern transport op de site. 3.2
Aanbevelingen en actiepunten Bij de opstellen van de voortgangsanalyse is gebleken dat BESIX nu veel aandacht moet besteden aan het volgende:
1. Ons bedrijfswagenpark wordt stelselmatig vergroend door het leasen van kleinere en minder verbruikende auto’s, waarbij vooral gedacht moet worden aan elektrische wagens. Vanaf medio 2015 zal de aanpassing van de Car Policy voor het Hoofdkantoor in Brussel voorbereidt worden. Het toepassingsgebied van de Car Policy zal indien mogelijk naar andere entiteiten uitgebreid worden. Het leasen van hybride/elektrische auto’s, evenals het dagelijks gebruik van duurzame (‘zachtere’) vervoersmiddelen naast het bedrijfswagengebruik, zal bestudeerd worden. 2. Daarnaast betrekt BESIX zijn personeel bij het reduceren van de CO2productie. Voor een aantal medewerkers van BESIX Nederland werden opleidingen in eco-driving georganiseerd en werd een grondige monitoring gehouden van brandstofverbruik (door DrivOlution). Daarbij werd feedback gegeven aan de werknemers. Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief rapport
- 15 -
Op lange termijn blijken de effecten van eco-driving bij goede nabegeleiding en monitoring te zorgen voor een daling van het brandstofverbruik van minimaal 2,5% bij personenwagens. CO2-reductie heeft zodus veel te maken met gedragsverandering. Het uitbreiden van dergelijke opleiding en begeleiding naar meerdere deelnemers en/of andere entiteiten van BESIX kan overwogen worden. Verder overleg met de directie zal hierover plaatsvinden. 3. Om het elektriciteits- en gasolieverbruik op de projecten te optimaliseren is het noodzakelijk een beter inzicht te krijgen van het energiegebruik (en dus de CO2-uitstoot) van de keetcomplexen en het materieel van BESIX. Het invoeren van de hiervoor opgemaakte formulieren op projectniveau zou een geschikt middel zijn voor betrouwbare gegevensinzameling en de bepaling van daarmee gepaard gaande mogelijke reductiemaatregelen. Voor het project ‘Stationpassage Tilburg’ (project verkregen met CO 2-gerelateerd gunningvoordeel) kadert deze registratie ondermeer binnen het CO2Projectplan. 4. Parallel hieraan is BESIX in een verkennende fase om in samenwerking met andere bedrijven het ketenconcept te herzien, rekening houdend met alle relevante aspecten zoals comfort, gezondheid, energieverbruik en energieprestatie. Tevens werd een student ingeschakeld teneinde een marktstudie uit te voeren van reeds bestaande energiezuinige ketens. Deze studie kadert als eindwerk binnen de opleiding ‘Milieucoördinator’. 5. BESIX heeft via een berekening het financieel voordeel en de potentiële CO2-emissiereductie van het gebruik van LED-verlichtingsystemen i.p.v. conventionele lichtmasten kunnen aantonen. Deze LED-verlichting werd uitgetest op het project Amazonehaven in Rotterdam. Op jaarbasis betekende dit een berekende besparing van 18.200 € en een CO2-reductie van 70-75% voor 11 lichtmasten. Een interne communicatie hieromtrent (bvb. onder de vorm van een Lesson Learned) zal overwogen worden. 6. BESIX onderzoekt tevens verdere mogelijkheden om gebruik van deze LEDverlichtingsystemen uit te breiden naar andere bouwprojecten. LEDverlichting kenmerkt zich namelijk door een bijzonder hoge lichtopbrengst en een laag energieverbruik. Dergelijke systemen vereisen daarbij weinig onderhoud.
Voortgang scope 1 & 2-emissies BESIX Definitief Rapport
- 16 -