Schoolplan Koningsspelen 2015 dans clinic meisjes onderbouw. Schoolplan Basisschool de Spinmolen - 1

Schoolplan 2015-2019

Koningsspelen 2015 – dans clinic meisjes onderbouw

Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

1

Inhoud Hoofdstuk 1

Paragraaf 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5

Titel Inleiding Doel en functie Interne samenhang Relatie met andere beleidsdocumenten Totstandkoming Procedures

Blz. 4 4 4 4 4 5

2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9

Onze school Zakelijke gegevens Historie van de school Bevoegd gezag en bestuursconcept Relatie met bovenschoolse organisaties Leerlingen Ouders en verzorgers Personeel Medezeggenschap Huisvesting en situering van de school in de omgeving

6 6 6 6 7 7 8 9 10 10

3.1 3.2 3.3 3.4 3.5

Schoolontwikkeling en kwaliteitszorg Uitgangspunten en voorwaarden Visie op integrale kwaliteitszorg Kwaliteitszorgsysteem. Overlegstructuur Schoolontwikkeling in praktijk

12 12 12 12 13 15

4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6

Beleidsterreinen Identiteit van de organisatie Onderwijs Personeel en organisatie Communicatie Huisvesting en inrichting Financiën

17 17 17 18 19 19 20

5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.14

Analyse huidige stand van zaken Terugblik op de vorige schoolplanperiode Leerlingenpopulatie Personeel (Zelf)evaluatie en tevredenheid Schoolprofielen Tussentijdse Opbrengsten Sociale Vaardigheden Eindopbrengsten. Kengetallen onderwijs. Functioneren leerlingen in het VO. Rapportages van derden Toezicht arrangement onderwijsinspectie Huisvesting Conclusies n.a.v. de analyse

21 21 21 23 24 25 26 27 27 27 28 28 28 29 29

6.1 6.2

Actuele interne en externe ontwikkelingen Interne ontwikkelingen Externe ontwikkelingen

30 30 30

2

3

4

5

6


2

6.3 6.4 6.5

Kansen Bedreigingen Conclusies n.a.v. de analyse van de ontwikkelingen

31 31 31

7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 7.9

Meerjarenbeleid Totaaloverzicht van ontwikkelpunten Streefbeelden Motto Planning afname vragenlijsten Meerjarenplanning Jaarplan 2015-2016 Jaarplan 2016-2017 Jaarplan 2017-2018 Jaarplan 2018-2019

32 32 32 33 33 34 36 44 44 44

Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage

Bijlagen - inhoudsopgave Vaststellingsverklaring Schoolplan 2015-2019 Schoolprofielen Conclusies en aanbevelingen, n.a.v. inspectiebezoek (02-10-2011) Opbrengstanalyse alle bouwen n.a.v. CITO M-toets 2015 (trendanal.) Notulen teambijeenkomst ‘analyse tevredenheidsonderzoeken’

45 46 47 63 65 69

7

8. 1 2 3 4 5


3

1. Inleiding 1.1. Doel en functie Ons schoolplan heeft meerdere doelen:  het functioneren als een centraal document binnen de schoolontwikkeling;  het plannen en vormgeven van toekomstig beleid;  het geven van inzicht in de ambities en concrete plannen voor de komende jaren. Ons schoolplan heeft verder de volgende functies:  beschrijven (van bijvoorbeeld de missie, de visie en uitgangspunten);  verwijzen naar onderliggende documenten waarin bepaalde zaken nader omschreven en uitgewerkt zijn;  het op koers houden van de school bij de realisatie van het beleid tijdens de komende jaren;  het afleggen van verantwoording (intern en extern) over de deugdelijkheid en kwaliteit van ons onderwijs. Het schoolplan is enerzijds een statisch document, daar waar het gaat om de beschrijving van de missie, de visie en uitgangspunten. Anderzijds is het ook een dynamisch document, omdat er door de uitvoering van de aan dit schoolplan gekoppelde jaarplannen voortdurend aan verbetering wordt gewerkt. Deze plannen zullen jaarlijks geactualiseerd worden, afgestemd op de ontwikkelingen die zich voordoen. 1.2. Interne samenhang De hoofdstukken uit het schoolplan zijn onderling op elkaar afgestemd. Hoofdstuk 1 beschrijft doel, functie en structuur van het schoolplan. Hoofdstuk 2 geeft een beschrijving van de schoolorganisatie. Hoofdstuk 3 laat zien hoe schoolontwikkeling en kwaliteitszorg samenhangend vorm krijgen. De relevante beleidsterreinen en de daarvan afgeleide doelen voor de komende jaren worden uitgewerkt in hoofdstuk 4. In hoofdstuk 5 wordt beschreven wat de huidige stand van zaken is, en wat daarvan de consequenties zijn voor het toekomstig beleid. Vervolgens worden in hoofdstuk 6 de interne en externe ontwikkelingen geschetst die invloed hebben op het te voeren meerjarenbeleid. In hoofdstuk 7 tenslotte wordt dat meerjarenbeleid concreet uitgewerkt. De conclusies vanuit met name de hoofdstukken 3, 4 en 5 worden daarin integraal verwerkt. De verschillende jaarplannen worden als bijlage toegevoegd. 1.3. Relatie met andere beleidsdocumenten Het schoolplan heeft een directe relatie met een aantal (beleids)documenten die binnen onze schoolorganisatie kaderstellend en richtinggevend zijn. Het betreft met name de volgende documenten:        

Schoolondersteuningsplan Spinmolen 2014-2017 Schoolgids voor het schooljaar 2014-2015 Basisschool De Spinmolen Activiteitenplan RKBS De Spinmolen 2014-2015 Jaarverslag Spinmolen 2013-2014 Strategisch beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Financieel beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Huisvestingsplan (zie stafbureau SKOV) Personeelsbeleidsplan (zie stafbureau SKOV)

1.4. Totstandkoming Bij de     

totstandkoming van dit schoolplan is gebruik gemaakt van verschillende bronnen: Sch.-Toezichtkader PO 2009-2012 (inspectie) 03-11-2011 Schoolondersteuningsplan Spinmolen 2014-2017 Ondersteuningsplan Samenwerkingsverband Waterland Schoolondersteuningsprofiel Spinmolen Schoolgids voor het schooljaar 2014-2015 Basisschool De Spinmolen Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

4

           

Activiteitenplan RKBS De Spinmolen 2014-2015 Jaarverslag Spinmolen 2013-2014 Opleiding DPO Freek Steur – examenopdracht notitie ‘School en omgeving’ (2010) Parnassys Integraal – de Cockpit - februari 2015 Oudertevredenheidspeiling – okt/nov. 2014 Leerlingtevredenheidspeiling - okt/nov. 2014 Personeelstevredenheidspeiling - okt/nov. 2014 Personeel Zelfevaluatielijst - okt/nov. 2014 Strategisch beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Financieel beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Huisvestingsplan (zie stafbureau SKOV) Personeelsbeleidsplan (zie stafbureau SKOV)

Om dit schoolplan te realiseren zijn de volgende activiteiten ondernomen door bestuur, ouders, leerlingen, leerkrachten en leidinggevenden (IB-er; bouwcoördinatoren; directeur):  De analyse van ‘de huidige situatie’ (zie hoofdstuk 5) en het opstellen van ‘veranderonderwerpen/groeithema’s’ (zie hoofdstuk 7) is voor een belangrijk deel uitgevoerd n.a.v. de opbrengstanalyse; kengetallen analyse en de analyse van de tevredenheidspeilingen. Bij deze analyses zijn alle teamleden nauw betrokken om zodoende tot de grootst mogelijke commitment van de teamleden te komen bij de aanstaande uitvoering van de groeithema’s in de aankomende jaren.  Een evaluatie van schoolplan 2011-2015  Tevredenheidspeilingen onder ouders, leerlingen en leerkrachten  Zelfevaluatievragenlijst onder leerkrachten  Missie/visie dag directies Stichting Katholiek Onderwijs Volendam  Teamvergaderingen: De ‘team-analyses’ hebben plaatsgevonden in de maand maart ’15.  Studiereis directies naar Finland en daaruit voortvloeiend gerichte speerpunten voor het onderwijs in Volendam. 1.5. Procedures 1. Opstellen en vaststellen van dit schoolplan Dit schoolplan is door de directie, passend binnen de kaders van het bestuursbeleid, in overleg met het personeel opgesteld en na instemming/positief advies door de MR, door het bevoegd gezag vastgesteld. 2. Klachtenregeling In geval van klachten of geschillen is de klachtenregeling van toepassing.


5

2. Onze school 2.1. Zakelijke gegevens Brinnummer

11QQ

Schoolnaam

Basisschool de Spinmolen

Telefoonnummer

0299367767

Faxnummer

0299351873

Gemeente

EDAM-VOLENDAM

Provincie

Noord-Holland

Vestiging adres

Christiaan v Abkoudestr 103, 1132AB VOLENDAM

Correspondentie adres

Postbus 175

Naam bevoegd gezag

Stichting Katholiek Onderwijs Volendam

Correspondentie adres bevoegd gezag

Postbus 58 1130AB VOLENDAM

E-mail school

[email protected]

2.2. Historie van de school RKBS De Spinmolen is gestart in 1980 en bestaat nu dus al 35 jaar! De school is genoemd naar een handmolen die vroeger door boeren in de directe omgeving gebruikt werd, om wol mee te spinnen. De eerste lichting leerkrachten die op de Spinmolen aan het werk kwam, werd gedetacheerd van de St. Mariaschool uit de oude kom. Deze school is in 1986 gesloten. 2.3. Bevoegd gezag en bestuursconcept RKBS De Spinmolen maakt deel uit van de ‘Stichting Katholiek Onderwijs Volendam’ (SKOV ). Deze stichting beheert alle basisscholen in Volendam (9 stuks), een basisschool voor speciaal onderwijs, de St. Vincentiusschool, en een VO scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs, het Don Bosco College. De SKOV heeft in 2014, tezamen met haar personeelsleden en alle leerlingen haar 50-jarig jubileum gevierd. Het bestuur van de SKOV werkt volgens de principes van ‘het besturen op hoofdlijnen’. Dit is een logische keuze gelet op de omvang van het bedrijf: 11 scholen met 3633 leerlingen en 356 medewerkers. Het bestuur geeft duidelijk aan welke uitgangspunten, kaders en doelen van belang zijn en laat het vervolgens aan de beroepskrachten over om de doelen te realiseren. Het bestuur toetst en waardeert de resultaten via de managementrapportages en de jaardocumenten. Het bestuur bestaat op dit moment uit 9 mensen. Het uitvoerend Bestuur:  

Het uitvoerend bestuur van de SKOV bestaat uit een (bezoldigd) bestuurder, drs. H. van Rooyen. Hij is aangesteld per 01-02-2015. Onder de supervisie van Drs. H.van Rooyen, staan: o Mevr. Inger Schermer, plaatsvervangend rector van het Don Bosco College. o Dhr. Jan Tol, bovenschools manager van het primair onderwijs in Volendam.

Het toezichthoudend bestuur bestaat uit 7 personen, die op basis van vrijwilligheid deze taak vervullen:  Dhr. F.H.M. de Boer  Dhr. T.J.A. Mooijer  Dhr. E.W.J.M Schokker  Dhr. E.C.J. Bond  Mw. P.L.A. Kras  Dhr. C.A. Tol Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

6

De SKOV en de leerkrachten die in het PO van de SKOV werken, beschouwen het basisonderwijs als meer dan alleen maar een onderwijsinstelling waar kinderen dagelijks een portie leerstof krijgen voorgeschoteld. De kinderen ontvangen tijdens hun 8-jarig verblijf op de Spinmolen bijna 8000 uur onderwijs. De wet bepaalt voor een groot gedeelte de inhoud van dit onderwijs. De rijksinspectie komt geregeld op onze school kijken of we aan alle wettelijke eisen voldoen. Omdat de ouders hier geen vrije schoolkeuze hebben, willen we op alle basisscholen in Volendam dezelfde kwaliteit bieden. Een door de SKOV aangestelde ‘plaatsingscommissie’ bepaalt namelijk ieder jaar, op basis van geografische grenzen, hoe de instroomleerlingen over alle basisscholen verdeeld worden. Dat neemt niet weg dat de leerkrachten op de verschillende Volendammer scholen toch van elkaar verschillen en elke school toch zijn eigen sfeer en historie met zich meedraagt. Hierdoor blijven er altijd verschillen bestaan. Voor meer- en uitgebreide info over het bestuur concept, en hoe het bestuur en het toezicht zijn georganiseerd, verwijzen we naar het Algemeen gedeelte van het Schoolplan. 2.4. Relatie met bovenschoolse organisaties Zoals gesteld in paragraaf 2.3 maakt de Spinmolen deel uit van de Stichting Katholiek Onderwijs Volendam (SKOV). De SKOV behoort tot het Samenwerkingsverband Waterland. Dit Samenwerkingsverband bestrijkt de gehele regio Waterland en omvat de volgende gemeenten: Purmerend, Zeevang, Beemster, Landsmeer, Edam- Volendam en Waterland. In totaal maken 63 scholen voor basisonderwijs, 4 speciale scholen voor basisonderwijs en 2 scholen voor speciaal onderwijs deel uit van het Samenwerkingsverband. Het totale aantal leerlingen bedraagt ruim 14.000. Het Samenwerkingsverband is verantwoordelijk voor een dekkend netwerk Passend Onderwijs. Het beleid van het Samenwerkingsverband is vastgelegd in het Ondersteuningsplan. Hierin worden de missie, visie, doelstellingen en activiteiten beschreven. 2.5. Leerlingen De school is gesitueerd op de grens van drie woonwijken: Blokgouw 7-8, Blokgouw 3 en Blokgouw 1-2.

Blokgouw 7-8

Blokgouw 3

Blokgouw 1-2

Blokgouw 7-8 is de hofleverancier met 51,5 % van alle leerlingen. Blokgouw 3 neemt met 33,2 % de tweede plaats in. Een klein gedeelte van de leerlingen komt uit Blokgouw 1-2: 13,5 %.

Per juni 2015

Aantal ll-en Percentage

Blokgouw 7-8

118

51,5%

Blokgouw 3

76

33,2%

Blokgouw 1-2

31

13,5%



In 2014-2015 bestond de leerling populatie uit 12 % ‘gewogen’ leerlingen.


7

 

In paragraaf ‘5.2 Leerlingenpopulatie’, komen we meer gedetailleerd terug op trendgegevens m.b.t. leerling-getallen, samenstelling qua gewicht en gegevens m.b.t. leerlingen met specifieke hulpvragen. Voor verdere informatie over onze leerlingpopulatie verwijzen we naar de tabellen met leerling gegevens in hoofdstuk 5 ‘Analyse huidige stand van zaken’

2.6. Ouders en verzorgers 



De ouders van onze leerlingen, zijn overwegend van ‘Volendamse origine’. Met ‘Volendamse origine’ bedoel ik dat de ouders nakomelingen zijn van typisch autochtone Volendamse families, die al meerdere generaties in Volendam gewoond hebben. Om deze gegevens te verkrijgen, ben ik in het databaseprogramma van onze schoolgegevens gekropen. Vervolgens heb ik alle (individuele) leerlingendossiers geopend om de namen van de ouders te bekijken. Hieraan valt namelijk (voor een ‘echte’ Volendammer) gemakkelijk te herkennen welke de autochtone Volendammers zijn. Bij 80 % van de kinderen zijn beide ouders van Volendamse origine. Bij 90 % van de kinderen is minimaal één van beide ouders van Volendamse komaf. Het lijkt daarom aannemelijk dat de typische sociaal-culturele kenmerken binnen Volendam, bij het overgrote gedeelte van ons leerlingenbestand geldend is. Hieronder enkele kenmerken van de sociaal-culturele ontwikkeling van typische Volendammers (bron: “Het derde klaphek voorbij?”, Een analyse van de Volendamse bestuurscultuur – 2001 Centre for Local Democracy (CLD), Faculteit Sociale Wetenschappen, Erasmus Universiteit Rotterdam):

o

o o

o

o

o



Een kenmerk van de Volendamse samenleving is de hechtheid van de sociale bindingen. De familiebanden zijn zeer sterk en worden zorgvuldig in stand gehouden met regelmatig familiebezoek. Daarnaast worden de familieleden vaak gebruikt voor de kinderopvang. Werkende ouders maken hierbij vaak gebruik van opa en oma. Het conformeren aan de (Volendammer) groepscode is dominant aanwezig bij vele autochtone Volendammers. Het culturele klimaat toont een dubbel gezicht. We zien een gemeenschap waarin de participatie in tal van cultuuruitingen omvangrijk is. Daar staat overigens tegenover dat dit levendige culturele klimaat als weinig gevarieerd en weinig uitdagend wordt gezien. Er begint bij de (academisch geschoolde) jeugd wel meer belangstelling te komen voor eigentijdse cultuuruitingen. Er is in Volendam sprake van een ‘a-synchrone modernisering’ : op sociaal-economisch gebied is er een enorme dynamiek en ontwikkeling. Op sociaal-cultureel gebied echter, blijft de Volendamse samenleving achter. Modernisering van de maatschappelijke cultuur is een ontwikkeling naar een meer open, veelvormige cultuur, als gevolg van processen zoals individualisering, globalisering, educatie en mobiliteit. Dit proces blijft in Volendam achter. “De consequentie van deze a-synchrone modernisering is onbalans: materieel een enorme groei van de welvaart, zonder een daarbij passende verrijking van culturele of intellectuele aard, resulterend in het door diverse respondenten genoemd gebrek aan intellectualiteit en een zekere mate van materialisme.” Het lijkt erop dat binnen de wijk de typische Volendamse woon- en werk-ethiek, “Hard werken en sparen voor een eigen huis”, geldig is. Het harde werken van veel Volendammers leidt volgens velen tot een gebrek aan aandacht voor de eigen kinderen, die men, zonder zich daarover veel gedachten te maken, de straat op ziet gaan om daar met hun vriendenkring rond te hangen. Daarvoor heeft men, naast de eigen drukke banen en het intense sociale leven, gewoon geen tijd.

Het overgrote gedeelte van de ouderpopulatie is van katholieke komaf. Dit wil echter niet zeggen dat allen praktiserend katholiek zijn. Het aantal katholieken dat wekelijks de kerk bezoekt is sterk dalende. Over het algemeen wordt door de overgrote meerderheid van de kinderen wel meegedaan aan ‘de schoolse voorbereiding’ m.b.t. de katholieke sacramenten zoals ‘Eerste Communie’ en ‘Het Vormsel’.


8

2.7. Personeel Het team, van De Spinmolen bestaat uit 16 onderwijskundige medewerkers. Freek Steur

directeur +invaller bij ziekte

Ma t/m do (op vrijdag Bapo)

Nel v. Sinderen-Veerman

Intern begeleidster / R.T.

Dinsdag/donderdag/vrijdag

Hein Kwakman

Groepsleerkracht 8

Di. t/m vr. (op maandag Bapo)

Gerie Koning

Groepsleerkracht 8

Ma: op Bapo dagen Hein

Klaas Kwakman

Groepsleerkracht 7

Di. t/m vr. (op maandag Bapo)

Simone Tuip-Smit

Groepsleerkracht 7

Ma: op Bapo dagen van Klaas

Sandra Bond

Groepsleerkracht 6

Maandag t/m vrijdag

Max Nijenhuis

Groepsleerkracht 5

Maandag t/m vrijdag

Groepsleerkracht 4

Maandag/dinsdag

Carla Visser-Schilder

Groepsleerkracht 4

woensdag/donderdag/vrijdag

Wendy Veerman-van Rijn

Groepsleerkracht 3

maandag/dinsdag/woensdag

Joke Lautenschütz-Mol

Groepsleerkracht 3

donderdag/vrijdag

Simone Tuip-Smit

Groepsleerkracht 1-2 A

woensdag/donderdag/vrijdag

Sietske Goede

Groepsleerkracht 1-2 A

maandag/dinsdag

Maria Bond-Tol

Groepsleerkracht. 1-2 B

maandag/woensdag

Gré Kwakman-Steur

Groepsleerkracht. 1-2 B

dinsdag/donderdag/vrijdag

Gerie Koning

Compensatiedagen/ RT

dinsdag

Joke Lautenschütz-Mol

Compensatiedagen/RT

om de week op woensdag

Cor Out

R.T. / inval SM-SP-ZW

Ma. t/m do. (op vrijdag Bapo)

Simone Tuip-Smit

R.T.

Maandag (op niet-BAPO dagen Klaas)

Martine Sombroek

Nieuweboer-

Enkele kenmerken op een rijtje: Aantal fulltimers: Aantal parttimers: Mannelijk geslacht: Vrouwelijk geslacht: Leerkracht: Onderwijs Ondersteunend: Leeftijdscategorieën: 21-25 jaar 26-30 jaar 31-35 jaar 36-40 jaar 41-45 jaar 46-50 jaar 51-55 jaar 56-60 jaar 61-65 jaar

6 10 5 11 14 2 (directeur + IB-er)

1 4 2 1 2 4 2 Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

9

2.8. Medezeggenschap Leden van de medezeggenschapsraad zijn: Namens de ouders:

functie

Namens het personeel:

functie

Jan Zwarthoed

Voorzitter

Cor Out

Spinmolen

GMR

Jan Nieuweboer

GMR?

Gerie Koning

Spinmolen

MR

Dick Steur

MR?

Nel v. Sinderen

Spinmolen

MR

Mariëlle van Houdt

MR?

Simone Tuip-Smit

Spinmolen

MR

FJM Steur (directeur/adviseur) Spinmolen

Als leden van de MR aftreden of als er geen kinderen meer van de betreffende ouder op onze school zitten, worden er nieuwe verkiezingen uitgeschreven. 2.9. Huisvesting en situering van de school in de omgeving De school is gesitueerd op de grens van drie woonwijken: Blokgouw 7-8, Blokgouw 3 en Blokgouw 1-2. De wijken Blokgouw 3 en Blokgouw 7-8 zijn van oudsher de hoofdleveranciers gebleken van de leerling populatie van de Spinmolen. In de laatste jaren neemt het aantal leerlingen uit Blokgouw 1-2 toe (zie paragraaf 2.5).

RKBS De Spinmolen is gestart in 1980 en bestaat nu dus al 35 jaar! De school is genoemd naar een handmolen die vroeger door boeren in de directe omgeving gebruikt werd, om wol mee te spinnen.  Door de enorme toevloed aan leerlingen in de beginjaren van de school werd er besloten om in 1985 een semipermanente aanbouw aan de school plaatsen. Het was de bedoeling dat deze voor zo’n 15 jaar de extra leerlingen zou huisvesten. Dit gebouwtje heeft er uiteindelijk zo’n 30 jaar gestaan. De laatste twee jaar werd deze aanbouw niet meer gebruikt door een afname van de leerlingaantallen. Door zijn leeftijd en achterstallig onderhoud zag het er niet meer uit en devalueerde hiermee het aanzien van de gehele school. Op donderdag 2 februari 2013 heeft de directeur daarom een brief naar het bestuur van de SKOV gestuurd, waarin vriendelijk werd verzocht of er stappen ondernomen konden worden om deze semipermanente aanbouw te verwijderen. Sindsdien zijn er allerlei overlegmomenten geweest tussen ons bestuur en de verantwoordelijke ambtenaren van de gemeente Edam-Volendam. We hadden goede hoop dat de aanbouw in de zomervakantie van 2013 verwijderd zou worden. Het mocht echter helaas niet zo zijn. Door de traagheid van de ambtelijke molen en een bestuurlijke crisis binnen de gemeente (het opstappen van een aantal wethouders) was deze noodzakelijke aanpassing, ook aan het einde van cursusjaar 2013-2014 nog niet voltooid. In oktober ’14 heeft de gemeente het uiteindelijke fiat gegeven. In de erna volgende maanden zijn er overlegmomenten geweest met de architect, stafbureau en de aannemer die het werk moest Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

10

uitvoeren. In de kerstvakantie van cursusjaar ‘14/’15 is het armetierige gebouwtje door een gecertificeerde aannemer, de buitenbeplating bevatte namelijk asbesthoudende materialen, verwijderd. Het vrijgekomen terrein is nu weer gebruiksklaar gemaakt en de school ziet er weer als nieuw uit! o Op de lege plaats waar voorheen de aanbouw stond, is een containerberging geplaatst. o Het grensvlak met de vaste opstal is inmiddels weer opgeknapt: een nieuw boei deel en trim; nieuwe beglazing en een nieuw screen voor het raam van groep 3. o Het oppervlak is keurig betegeld en met een nieuw hek (met poort) omheind.   



In de zomervakantie van 2010 is de gehele bitumen dakbedekking van de school vernieuwd. In 2012 zijn de leerling wc-groepen gerenoveerd met nieuwe wc-potten en wasbakjes. In het cursusjaar 2012-2013 is, tijdens vakantie perioden, het gehele aanzien van de Spinmolen gerenoveerd: o Alle (voorheen) houten schroten van de buitengevels, voor en achter, zijn vervangen door kunststof schroten in de oorspronkelijke kleur. o Alle witte houten boei-delen van de buitengevels, voor en achter, zijn vervangen door trespa boei-delen. o Kapotte pannen en kapot dakhout zijn vervangen. o Oude zonneschermen, aan de oostzijde van de school, zijn vervangen door inpandige zonne-screens. Al deze bovengenoemde maatregelen hebben ervoor gezorgd dat de Spinmolen weer een fris en vrolijk aanzien heeft.

We zijn echter nog niet klaar! Er staan nog een aantal projecten in de onderhoudsplanning:  De renovatie van de marmoleum vloerbedekking in de gangen en aula van de school.  Een update van het schoolplein om het kindvriendelijker te maken: o In maart ’15 is er een splinternieuw betonnen (‘hufterproof’) pingpong tafel aangeschaft en op het plein gezet. o In juni ’15 zijn de rubber tegels op het schoolplein, onder het speelhuisje en de rekstokken, vernieuwd. o Binnenkort zullen er, i.s.m. de Sportkoepel Edam-Volendam, belijningen op het schoolplein geschilderd worden voor allerlei spellen.


11

3. Schoolontwikkeling en kwaliteitszorg Bij 'schoolontwikkeling', een cyclisch (leer- en ontwikkel)proces, gaat het om het borgen en verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs. De kwaliteit van ons onderwijs is in kaart gebracht door middel van (zelf)evaluatie. De zelfevaluatie resulteert in de vaststelling van gerealiseerde kwaliteit en van nog te ontwikkelen punten. De gerealiseerde kwaliteit borgen we en ontwikkelpunten nemen we op in een meerjarenplanning. Op basis van deze meerjarenplanning stellen we jaarplannen op. Onze persoonlijke ontwikkeling stemmen we af op daar waar de school in wil groeien. De inzet en betrokkenheid van alle belanghebbenden in dit proces vinden we essentieel . 3.1. Uitgangspunten en voorwaarden Professionele schoolcultuur en betrokkenheid op elkaar

Een belangrijke voorwaarde voor schoolontwikkeling is de aanwezigheid van een professionele cultuur. In een professionele schoolcultuur handelen teamleden vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor zowel opbrengsten als voor processen die hierop van invloed zijn. Om deze professionele cultuur te stimuleren, stuurt de schoolleiding expliciet op vergroting van vakmanschap, betrokkenheid, verantwoordelijkheid en op kwaliteitsverbetering gerichte samenwerking. Jaarlijks worden activiteiten met dit doel ingepland. Dit is zichtbaar in onze jaarplannen. Een klimaat waarin alle belanghebbenden zich positief betrokken tonen op elkaar is in sterke mate van invloed op het verandervermogen van de school. Integrale benadering

Gelet op de meerwaarde van de integrale benadering kiezen we er nadrukkelijk voor om de persoonlijke ontwikkeling af te stemmen op de schoolontwikkeling. Dat komt tot uitdrukking, doordat we de verbinding leggen tussen doelen van de school en de vakbekwaamheid (competenties) van de medewerkers. De persoonlijke ontwikkeling van het team als geheel en van ieder teamlid afzonderlijk kan niet los gezien worden van de ontwikkeling van de school. Integrale evaluatie

In onze oordeelsvorming onderzoeken we de samenhang tussen de verschillende beleidsen kwaliteitsterreinen. Hoe is de kwaliteit van het onderwijsleerproces van invloed op de onderwijsresultaten? Welke relatie en wisselwerking zien we tussen de verschillende kengetallen? Welke relatie zien we tussen opbrengsten of kwaliteit van de leerling ondersteuning en bekwaamheden van het personeel. Enz. 3.2. Visie op integrale kwaliteitszorg Om schoolontwikkeling te realiseren werken we met een systeem voor kwaliteitszorg. Kwaliteitszorg is een (leer)proces, waarbij de school zelf, volgens een beargumenteerde planning, systematisch, de kwaliteit van het onderwijs bespreekt, beschrijft, realiseert, beoordeelt (of laat beoordelen) en vervolgens evalueert, gericht op het borgen en verbeteren. Bij kwaliteit gaat het dan om zowel de eisen die de overheid hier aan stelt (basiskwaliteit) als om onze schooleigen ambities. Een goed kwaliteitszorgsysteem helpt ons bij het (steeds weer) beantwoorden van belangrijke kwaliteitszorgvragen rondom de volgende vier aspecten: de processen binnen de school, het handelen van de medewerkers, de opbrengsten van de leerlingen en de ontwikkelcapaciteit van de organisatie. De uitwerking van deze aspecten staat beschreven in ons jaarverslag en in het ondersteuningsplan. 3.3. Kwaliteitszorgsysteem. Schoolontwikkeling

Voor het systeem van kwaliteitszorg maken we gebruik van Integraal. Met behulp van dit instrument kunnen we vragenlijsten in het kader van de zelfevaluatie uitzetten bij de medewerkers. Dezelfde vragenlijsten kunnen binnen een interne of externe audit gebruikt en ingevuld worden. Vanuit Integraal geven we ook vorm aan het peilen van de tevredenheid van personeel, ouders en leerlingen. De combinatie van vragenlijsten geeft inzicht in de kwaliteit die we nastreven. De vragenlijsten worden afgenomen aan de hand van een beargumenteerde planning (zie hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid). Ook het oordeel van de inspectie voeren we via een vragenlijst in. De resultaten van de verschillende vragenlijsten worden samenhangend getoond in de cockpit van Integraal. Vanuit de cockpit kunnen jaarplannen geschreven worden.


12

Opbrengsten en kengetallen onderwijs

Naast de resultaten uit de vragenlijsten worden ook opbrengstresultaten (tussentijdse- en eindopbrengsten), resultaten sociale vaardigheden en kengetallen onderwijs vanuit ParnasSys, ZIEN! getoond in de cockpit van Integraal. Voor verschillende resultaten maken we daar de vergelijking met de inspectienormen en onze schoolspecifieke streefdoelen. Voor de kleuterklassen (groepen 1-2) maken we gebruik van het LVS KIJK om de vorderingen in ontwikkeling en het sociaal-emotionele welzijn te monitoren. Persoonlijke ontwikkeling

Voor de persoonlijke ontwikkeling zetten we het webbased dataprogramma ‘De Digitale GespreksCyclus’ (DDGC) in. De Digitale Gesprekscyclus helpt ons om onze algemene afdelingsdoelen of organisatiestrategie te vertalen naar afspraken, actiepunten en doelstellingen van individuele medewerkers. Daarmee hebben we een krachtig en effectief systeem voor prestatiemanagement in handen. Met behulp van DDGC omschrijven leerkrachten hun persoonlijke ontwikkelingsplannen en wordt aan de gesprekkencyclus vormgegeven. Vakbekwaamheidsdossier

Elke medewerker beschikt over een vakbekwaamheidsdossier. Dit ‘staat’ naast het personeelsdossier of maakt daar onderdeel van uit. Het personeelsdossier is het ‘zakelijk’ dossier van de werkgever (lees: bevoegd gezag). Het vakbekwaamheiddossier is het ‘meer persoonlijk’ dossier van de werknemer, onder verantwoordelijkheid van de werkgever. Het vakbekwaamheiddossier bevat in ieder geval: gegevens betrokkene, beschrijving van opleiding, ontwikkeling en ervaring, een overzicht van competenties, plan voor de persoonlijke ontwikkeling en verslagen van gesprekken rondom de persoonlijke ontwikkeling. Binnen ‘De Digitale Gesprekscyclus’ leggen medewerkers hun vakbekwaamheid-dossier aan. 3.4. Overlegstructuur Onze overleggen hebben een belangrijke plaats binnen schoolontwikkeling. Hier voeren we de dialoog over wat goed onderwijs is. Het proces van kwaliteitsborging en verbetering start als het ware binnen onze overleggen. Daar vindt analyse en interpretatie van gegevens plaats, waarna de vastgestelde veranderonderwerpen (groeithema’s) en vereiste vakbekwaamheden (competenties) worden vastgesteld. Het proces 'eindigt' als het ware ook binnen deze overleggen, omdat evaluatie weer binnen deze overleggen plaatsvindt. Teamoverleg

Het teamoverleg vervult een belangrijke rol binnen de kwaliteitszorg. Binnen dit overleg worden veel fasen uit het proces van kwaliteitszorg uitgevoerd. Binnen het teamoverleg bespreken we samen de veranderonderwerpen (groeithema’s) waaraan gewerkt gaat worden. We stellen de bijbehorende doelen en uit te voeren activiteiten vast. Tegelijkertijd stellen we ook vast welke competenties hiervoor vereist zijn en wat dat betekent voor de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers. Om de voortgang van de ontwikkeling te volgen, zorgen we ervoor dat er regelmatig gerapporteerd wordt tijdens het teamoverleg over de voortgang en over het effect van de verbeteractiviteiten. Bouwoverleg 1. Vanaf januari 2015 introduceren we een nieuwe opzet van de overlegstructuur: ‘het bouwoverleg’. Naast de teambijeenkomsten, die wellicht in frequentie zullen afnemen, willen we bouwvergaderingen organiseren. Deze nieuwe opzet beoogt de efficiëntie te vergroten. Er wordt namelijk veel meer over relevante zaken gesproken, binnen ‘dezelfde bouw’. 2. Een ander argument, waardoor we tot de keuze van deze nieuwe overlegvorm zijn gekomen, is dat onze IB-er te weinig uren tot haar beschikking heeft om alle groepsevaluaties over opbrengsten en groepsplannen, bij alle individuele leerkrachten te laten plaatsvinden. 3. Structureel 4 keer per jaar vindt er een groepsbespreking plaats tussen de IB-er en de groepsleerkrachten, geordend en geclusterd per bouw. • Tijdens de groepsbesprekingen van september en februari wordt de evaluatie en de aanpassingen in de groepsplannen besproken met de leerkracht. De groepsbespreking van september gaat over de evaluaties en de aanpassingen van de groepsplannen van de maand juni/juli van het vorig schooljaar. Tijdens deze twee besprekingen worden de Citotoetsen bekeken en wordt de groepsplannen besproken. • In de groepsbespreking van november en april worden in ieder geval de leerlingen in de groep ‘verlengde instructie’ (rode groep) besproken. In de week voorafgaande aan deze groepsbesprekingen vindt er al een evaluatie plaats door de leerkrachten op basis van de methode gebonden toetsen en eigen observaties. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

13

4. Naar believen, als de leerkrachten van de betreffende bouw dit noodzakelijk achten, kan het aantal ‘bouw overleggen’ uitgebreid worden. 5. Het bouwoverleg wordt geleid door de bouwcoördinatoren: • Simone Tuip-Smit: groep 1-2 • Martine Sombroek: groep 3 t/m 5 • Gerie Koning: groep 6 t/m 8. 6. De agenda voor dit bouwoverleg wordt gemaakt door de bouwcoördinator in samenspraak met de IB-er. 7. Van elk bouwoverleg dienen notulen te worden gemaakt, met aansluitend een actiepunten-lijst. Bij toerbeurt worden de notulen gemaakt door de overige leerkrachten, niet de bouwcoördinator en de IB-er, binnen de bouw. Ondersteuningsteam (OT) Als de extra ondersteuning in de groep niet toereikend is, kan de leerkracht is samenspraak met de iber besluiten om het kind aan te melden voor het ondersteuningsteam (OT). Op dit niveau wordt de extra ondersteuning die nodig is besproken en vastgelegd in de werkaantekeningen. De leerkracht neemt het inititiatief om de leerling in te brengen voor overleg in het OT. Het OT bestaat uit de volgende leden:  de leerkracht van de leerling  de IB-er Indien nodig kunnen uitgenodigd worden:    

de directeur de gedragsspecialist van een van de scholen binnen de SKOV de rekenspecialist van een van de scholen binnen de SKOV de taalspecialist van een van de scholen binnen de SKOV, op De Spinmolen is dat Martine Nieuweboer-Sombroek.

Groot Ondersteuningsteam (B.O.T.). Als de ontwikkeling van een leerling meer expertise nodig heeft dan het OT kan bieden, kan een leerling aangemeld worden voor een bespreking in het Groot Ondersteuningsteam (B.O.T.). Op dit niveau worden aanvullende handelingsactiviteiten besproken en vastgelegd in de werkaantekeningen in Parnassys. De IB-er brengt de leerling in voor overleg in het B.O.T.. Ouder(s)/verzorger(s) geven hiervoor schriftelijk toestemming. Het B.O.T. bestaat uit de volgende leden: • de leerkracht van de leerling • de directeur (voorzitter) • de IB-er • een ondersteuningsadviseur van de School Begeleidingsdienst • de ambulant begeleider • op aanvraag de maatschappelijk werkster • evt. andere deskundigen Gesprekkencyclus

De persoonlijke vakbekwaamheden worden binnen de gesprekkencyclus besproken. Na bespreking en vaststelling van de te ontwikkelen vakbekwaamheden stelt iedere medewerker zelf een persoonlijk ontwikkelingsplan op. Dit persoonlijk ontwikkelingsplan wordt besproken met de leidinggevende en, al dan niet aangepast, vervolgens vastgesteld. Om de voortgang van de ontwikkeling te volgen voeren we geregeld, d.w.z. één keer per cursusjaar, een gesprek, waarin we de uitvoering van het persoonlijk ontwikkelingsplan evalueren. Er wordt geëvalueerd welke vakbekwaamheden eigen gemaakt zijn en er wordt afgesproken welke vakbekwaamheden nog eigen gemaakt moeten worden in het persoonlijk handelen. De gesprekkencyclus bestaat uit drie 'soorten' gesprekken, te weten: 

Functioneringsgesprek (jaar 1) Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

14

 

Popevaluatie (jaar 2) Beoordelingsgesprek (jaar 3)

Hierna begint de gesprekkencyclus weer van voor af aan. Deze gesprekken komen aan de orde binnen een cyclus van drie jaar en worden (webbased) geadministreerd binnen ‘De Digitale Gespreks-Cyclus’ (DDGC). Dit is een tool waarin zowel de leerkracht als de directeur kan inloggen. Ieder jaar wordt een gespreksfase van deze cyclus tussen leerkracht en directeur uitgevoerd. Voorafgaand aan zo’n gesprek wordt een klassenconsultatie gehouden door de directeur. Deze klassenconsultatie wordt afgenomen m.b.v. het observatie instrument: Kijkwijzer Competentie Thermometer leerkracht Primair Onderwijs - met scorebalken. Dit is de originele kijkwijzer gebaseerd op het wetenschappelijk ontwikkelde assessment van de Competentie Thermometer voor leerkracht Primair Onderwijs. Het resultaat is onderverdeeld in vier competenties: interpersoonlijk, pedagogisch, didactisch en organisatorisch. De rapportage geeft de letterlijke observatiepunten weer in kolomvorm, gegroepeerd per competentie en direct daarnaast het door de afnemer ingevulde resultaat bij ieder van die betreffende punten. Voor iedere competentie of deelcompetentie wordt bovendien een scorebalk weergegeven met het gewogen resultaat op basis van de ingevulde goede praktijken (observatiepunten). Van deze consultatie maakt de directeur een verslag dat, voorafgaand aan de gespreksfase van de gesprekkencyclus, ter beschikking wordt gesteld aan de leerkracht (bij ‘bestanden’ binnen de individuele leerkracht account van DDGC). Iedere gespreksfase van de DDGC begint met de evaluatie van de afgenomen klassenconsultatie en is derhalve toch ook een vorm van een ‘beoordelingsgesprek’. Na deze ‘beoordelende’ evaluatie van de klassenconsultatie, vervolgt het gesprek met het specifieke onderdeel van DDGC dat volgens de vierjarenplanning aan de beurt is (Functioneringsgesprek / Popevaluatie / Beoordelingsgesprek). 3.5. Schoolontwikkeling in praktijk Missie, visie en uitgangspunten bepalen

Als eerste stap op weg naar het nieuwe schoolplan hebben we de missie, visie en uitgangspunten besproken, daar waar nodig aangepast, en weer opnieuw vastgesteld. Zelfevaluatie

Voorafgaand aan de nieuwe schoolplanperiode hebben we door middel van zelfevaluatie de kwaliteit van de school als totaliteit in beeld gebracht. Dit is gedaan met behulp van de vragenlijsten van Integraal en met behulp van de kengetallen en opbrengsten zoals die getoond worden in de cockpit van Integraal. We hebben onderzocht (zie hoofdstuk 4,5 en 6) hoe deze zich verhouden tot de basiskwaliteit en onze schooleigen ambities. Meerjarenbeleid

De uitkomsten van de zelfevaluatie zijn leidend voor de schoolontwikkeling in de komende schoolplanperiode. De door het team gekozen verbeterpunten zijn ‘uitgezet’ in een meerjarenbeleid. Jaarplannen

Vanuit dit meerjarenbeleid worden er per schooljaar één of meerdere jaarplannen geschreven met als doel de kwaliteit te verbeteren en te verduurzamen. De jaarplannen worden gemaakt in het programma Integraal. Elk afzonderlijk jaarplan beschrijft een veranderonderwerp (groeithema). Per veranderonderwerp wordt aangegeven welke activiteiten daarvoor uitgevoerd gaan worden (wie, wat, hoe, wanneer enz.) en wat de gewenste situatie is die bereikt moet worden. We beschrijven daarbij ook welke competenties nodig zijn om de gewenste kwaliteit te realiseren. Er wordt vastgesteld hoe we kunnen weten (meten/merken) of we succes(sen) behaald hebben en wanneer en hoe we dat gaan meten. Aan het einde van een schooljaar worden de voor dat schooljaar geldende jaarplannen geëvalueerd en worden de jaarplannen voor het volgende schooljaar opgesteld. Zie voor het meerjarenbeleid en de jaarplannen hoofdstuk 7 en de bijlage ‘Jaarplannen’. Persoonlijk ontwikkelingsplan

Elke medewerker beschikt over een actueel persoonlijk ontwikkelingsplan. Dit plan beschrijft de doelen die de medewerker nastreeft in het kader van zijn persoonlijke ontwikkeling, wat daarvoor nodig is aan scholing, ondersteuning, begeleiding enz. De medewerkers stellen hun ontwikkeldoelen zoveel mogelijk af op de doelen van de school. Het plan wordt afgesloten met een evaluatie. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

15

Voortgang volgen

Om de voortgang en het effect van de uitvoering te volgen ondernemen we de volgende activiteiten: - We analyseren na afname van de midden toetsen en eindtoetsen van CITO de leeropbrengsten. Dit doen de leerkrachten voor hun groep. De schoolleider doet dit op leerjaar- en op schoolniveau. - We analyseren de overige opbrengsten en ken- en stuurgetallen die in verband staan met de kwaliteit die de school in het betreffende schooljaar wil realiseren - We voeren op minimaal één moment in het jaar zelfevaluatie uit met behulp (van onderdelen) van vragenlijsten vanuit Integraal. Deze staan in direct verband met de gewenste kwaliteit die de school in het betreffende schooljaar wil realiseren. We stellen in verband daarmee selecties samen uit de verschillende vragenlijsten. Om de schoolspecifieke kwaliteit te onderzoeken, stellen we daarbij ook eigen vragen samen. - We betrekken in deze zelfevaluatie de auditoren die intern zijn opgeleid. - De schoolleider onderzoekt de voortgang van de gewenste kwaliteit voor betreffend schooljaar, onder andere door middel van observaties in de groepen. Deze observaties worden besproken met de leerkrachten. Een maal per schooljaar vindt er een klassenconsultatie plaats waarbij de specifiek genoemde speerpunten (‘de gewenste kwaliteit’) geobserveerd en beoordeeld worden. - Tijdens het jaarlijkse gesprek van de ‘De Digitale Gespreks-Cyclus’ komt de directeur terug op zijn vindingen tijdens de klassenconsultatie. Naar aanleiding van deze evaluatie, wordt het POP van de leerkracht eventueel bijgesteld. - We stellen een kwaliteitsagenda op waarin alle activiteiten in functie van kwaliteitszorg opgenomen zijn. De kwaliteitsagenda maakt inzichtelijk:  welke activiteiten op welk moment in het schooljaar uitgevoerd worden in het kader van observatie, zelfevaluatie en analyse;  op welke momenten in het schooljaar met wie communicatie plaatsvindt over de voortgang van de plannen op basis van de verkregen observatie- en evaluatiegegevens. - Het resultaat van de evaluaties wordt schriftelijk vastgelegd in de opgestelde jaarplannen (binnen Integraal gebeurt dit bij het onderdeel plannen onder “evaluatie”). De aanpak wordt bijgesteld indien uit verzamelde gegevens onvoldoende blijkt dat van voldoende voortgang sprake is. Binnen Integraal wordt dit vastgelegd bij het betreffende deelplan onder de tab “aanpak”. - Elke vier jaar vindt een risico-inventarisatie plaats met behulp van Quick-Scan SBZW Verantwoording

We vinden het van belang om ons tijdig en transparant te verantwoorden.  We verantwoorden ons in de eerste plaats d.m.v. dit schoolplan. Dit plan wordt toegestuurd naar de onderwijsinspectie en is voor iedereen ter inzage op school.  Daarnaast hebben we onze schoolgids. In de schoolgids beschrijven we in het kort onze aanpak. We publiceren de schoolgids op onze website.  Wanneer er een verslag is van de onderwijsinspectie, vatten we de conclusies samen en nemen die op in ons schoolplan.  In onze jaarplannen beschrijven we de activiteiten die we gaan ondernemen en de doelen die we daarmee willen bereiken.  De schoolleiding verantwoordt zich door middel van de verantwoordingsrapportage aan het bevoegd gezag.  Door middel van ons jaarverslag leggen we officieel verantwoording af. We publiceren dit jaarverslag op onze website.


16

4. Beleidsterreinen Voor de verschillende beleidsterreinen geven we onze visie weer en verwijzen we gerelateerde beleidsen borgingsdocumenten. Aandachtspunten en doelen vanuit de beleidsterreinen, voor de komende schoolplanperiode verwerken we in hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid’. 4.1. Identiteit van de organisatie 4.1.1.

Visie

Op ‘De Spinmolen’ streven we ernaar om een veilige omgeving te creëren waarbinnen ieder kind zich optimaal kan ontplooien. Hierbij wordt elk kind beschouwd als een uniek individu. ‘Onderwijs op maat’ is heel belangrijk! Daarom willen we op ‘De Spinmolen’ ieder kind, zoveel mogelijk, naar zijn/haar eigen kunnen laten werken en is er aandacht voor de diverse kwaliteiten van alle kinderen. Bij dit proces vinden we het belangrijk, dat we goed communiceren en samenwerken met de ouders van onze leerlingen. Ons onderwijs is ‘resultaatgericht’, in die zin dat de onderwijstijd effectief wordt gebruikt en gericht is op de mogelijkheden van het individuele kind. We willen dus bij ieder kind ‘het onderste uit de kan halen’. De resultaten van onze leerlingen worden regelmatig bekeken, beoordeeld en geëvalueerd. Het onderwijs op de Spinmolen is voortdurend in ontwikkeling waarbij zeer kritisch gekeken wordt naar het aanbod van lesmethoden, de klassenorganisatie en de manier van aanpak. Hiervoor is er overleg tussen de leerkrachten, de directie, het bestuur en eventueel ook met externe instanties, waarbij het kan gaan om ‘optredende problemen’ en/ of nascholing. Naast de aandacht voor het cognitieve (het leren), vinden we het ook belangrijk dat we andere vaardigheden van onze kinderen ontwikkelen. We denken hierbij aan: 

Motorische ontwikkeling: We willen de lichamelijke vaardigheid van onze kinderen ontwikkelen en stimuleren. We letten hierbij op de ‘grote bewegingen’: d.m.v. (bijvoorbeeld) ‘sport en spel’ en de ‘kleine bewegingen’: (bijvoorbeeld) d.m.v. schrijf- en knutsellessen.



Creatieve en culturele ontwikkeling: We willen de creativiteit en ‘kunstzinnigheid’ van onze kinderen ontwikkelen en stimuleren. Dit willen we realiseren d.m.v. de creatieve vakken muziek, tekenen/handvaardigheid en drama. Ook het ‘passief genieten’ van kunst vinden we belangrijk. Hiervoor worden uitstapjes naar musea, het Concertgebouw en het theater georganiseerd.



Sociaal-emotionele ontwikkeling: ‘In hoeverre leer je op een goede manier met anderen om te gaan zonder jezelf hierbij tekort te doen’. Een goede school kan niet zonder duidelijke regels en afspraken. We leren de kinderen dat ze zich hieraan moeten houden. We vinden het heel belangrijk dat er op onze school een prettige sfeer heerst, waarin leerkrachten goed met elkaar omgaan en kinderen en ouders zich thuis voelen. We proberen te voorkomen dat kinderen op school gepest worden en spreken hier regelmatig met kinderen, leerkrachten en ouders over. Elk kind heeft het recht om “anders” te zijn en we vragen onze leerlingen om respect op te brengen voor een andere mening. Als kinderen elkaar veroordelen op grond van uiterlijke kenmerken of andere ideeën, wordt hier in de klas over gesproken. Ons uiteindelijke doel is dat kinderen zelfstandig kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer. Dit proberen wij te verwezenlijken door op school een sfeer van vertrouwen te creëren, zodat de kinderen zichzelf durven te zijn, graag naar school gaan en zich hierdoor optimaal kunnen ontplooien.


17

4.1.2.

Katholiciteit

      

Als katholieke basisschool besteden wij uiteraard aandacht aan onze katholieke identiteit. De normen en waarden die we op onze school hanteren, worden gekleurd door de katholieke identiteit die de school voorstaat. ‘Naastenliefde’ en ‘zorg voor elkaar’ zijn hierbij centrale thema’s. Het onderdeel /kennisgebied Godsdienstonderwijs wordt gegeven m.b.v. de methode ‘Hemel en Aarde’. Daarnaast hanteren we een bijbelrooster voor de verschillende groepen. Er zijn voor de groepen 4 en 8 aparte projecten voor ‘het Vormsel’ en ‘de Eerste Heilige Communie’. We beginnen en eindigen de dag met een dagopening (gebed). Als katholieke school besteden we veel aandacht aan katholieke feestdagen, zoals het feest van St. Maarten, Kerstmis, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren. Met Kerstmis zijn er de gezamenlijke kerstvieringen en een kerstmaaltijd. Binnen de wereld oriënterende vakken schenken we aandacht aan ‘geestelijke stromingen’: de islam, het jodendom, het christendom, het hindoeïsme en het boeddhisme. De school doet mee aan allerlei ‘goede doelen acties’: Wereldmissiedag (oktober); Vastenaktie (maart/april), ’Glazen Huis’; enzovoort.

De komende schoolplanperiode vragen de volgende zaken aandacht:  Een herijking van onze visie op onderwijs.  Noodzakelijke stappen om de wijzigingen in visie te realiseren.  Een update van ons godsdienstonderwijs, d.w.z. een herijking van onze visie en aansluitend een eventuele aanpassing van ons godsdienstonderwijs.  In het kader van de thema’s ‘Naastenliefde’ en ‘zorg voor elkaar’, gaan we ons in de komende planperiode oriënteren op een nieuwe aanpak/methode voor ‘sociaal-emotionele vorming’. In deze nieuwe aanpak zullen ‘zorg voor elkaar’ en een anti-pest-aanpak centraal staan. Gerelateerde documenten

-

Schoolgids Jaarplannen 2015-2019.

4.2. Onderwijs Inrichting van het onderwijs

-

De organisatie van ons onderwijs is zo ingericht dat er gewerkt wordt overeenkomstig artikel 8 lid 111 uit de WPO. Bij de inrichting van ons onderwijs leggen we onze eigen accenten, die bepaald worden door de identiteit van de schoolorganisatie, zoals hierboven verwoord in paragraaf 4.1. Hoe we dit concreet gestalte geven in de praktijk, hebben we uitgewerkt in verschillende documenten zoals: schoolgids, ondersteuningsprofiel en het Schoolondersteuningsplan Spinmolen 2014-2017 De komende schoolplanperiode vragen de volgende zaken aandacht: Zie hoofdstuk 7 paragraaf 1.

Kerndoelendekkend

Het leerstofaanbod op onze school omvat alle wettelijk voorgeschreven leer- en vormingsgebieden. Binnen dit aanbod leggen we onze eigen accenten, die bepaald worden door de identiteit van de schoolorganisatie, zoals hierboven verwoord in paragraaf 4.1. Dat kan bij de leergebieden betekenen dat het aanbod meer omvat dan de kerndoelen voorschrijven. Bij de vormingsgebieden zal dat vooral tot uitdrukking komen in de invulling, waarbij het onderwijskundig en pedagogisch kader van de school leidend is. De komende schoolplanperiode vragen de volgende zaken aandacht: - Zie hoofdstuk 7 paragraaf 1. Schoolondersteuningsprofiel

In het schoolondersteuningsprofiel legt het schoolbestuur ten minste eenmaal per 4 jaar vast welke ondersteuning de school kan bieden aan leerlingen die dat nodig hebben. Ook staat hierin welke ambities de school heeft voor de toekomst. De schoolleiding stelt in samenspraak met het team het schoolondersteuningsprofiel op. Het schoolondersteuningsprofiel wordt door het bevoegd gezag vastgesteld. Op basis van het profiel inventariseert de school welke expertise ze nog moet ontwikkelen en wat dat betekent voor de (scholing en toerusting van) leraren. De school publiceert het profiel via publieke kanalen zoals bijvoorbeeld schoolgids en website, zodat iedereen (ouders, leerlingen en andere partijen) kan zien welke ondersteuning de school biedt. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen - 18

De komende schoolplanperiode vragen de volgende zaken aandacht:  Meer expertise opdoen op het gebied van de aanpak van gedragsstoornissen.  Meer expertise opdoen op het gebied van het begeleiden van ‘excellente leerlingen’. Gerelateerde documenten

-

Schoolgids Schoolondersteuningsprofiel Vragenlijsten en tevredenheidspeilingen (van Integraal) Schoolondersteuningsplan Spinmolen 2014-2017

4.3. Personeel en organisatie Schoolontwikkeling

Het team werkt vanuit vertrouwen goed samen aan schoolontwikkeling. Onze medewerkers tonen een goede inzet en zijn vakbekwaam. Het team beschikt over voldoende zelfsturend vermogen en veranderkracht om het onderwijs met succes te verbeteren. De school werkt datagestuurd, planmatig en resultaatgericht aan de verbetering van haar onderwijs op basis van gedegen analyse. De activiteiten moeten bijdragen aan het bereiken van de missie en de visie van de school. De schoolorganisatie en het onderwijs dat op school wordt gegeven, moeten op adequate en professionele wijze geleid worden. Daarbij heeft de schoolleiding oog voor alle betrokkenen bij de schoolorganisatie en voor het geboden onderwijs. De schoolleiding beschikt over passende vakbekwaamheden. Het bestuur volgt en stimuleert op effectieve wijze de kwaliteit van het onderwijs Organisatiebeleid

Op onze school voeren we een goed personeelsbeleid. De personeelsleden verzorgen vanuit een gezamenlijke visie, gebaseerd op het schoolconcept (zie paragraaf 1 van dit hoofdstuk), het onderwijs op onze school. Van hen wordt verwacht dat ze loyaal in hun functie staan. In de praktijk betekent dit dat ze zich volledig inzetten voor hun werk en dat ze zich blijven ontwikkelen ten behoeve van goed onderwijs. De schoolleiding heeft hierin een stimulerende en ondersteunende rol. Wat betreft stimulering en ondersteuning gaat de aandacht met name uit naar beginnende leerkrachten en naar alle leerkrachten in situaties waarbij vernieuwingen worden ingevoerd en geborgd. Ook voor de oudere leerkrachten hebben we in het kader van duurzame inzetbaarheid extra aandacht. Leraren worden aangesproken op hun professionaliteit. Een goed personeelsbeleid en een prettig leef- en werkklimaat moet er aan bijdragen dat het personeel zich betrokken voelt bij het werk en bij de school De administratie en procedures zijn helder, transparant en inzichtelijk. De wettelijk verplichte documenten en procedures worden zorgvuldig gehanteerd. Gerelateerde documenten

-

Personeelsbeleidsplan Formatieplan

4.4. Communicatie In onze communicatie streven we ernaar goed te luisteren, in te leven en feedback te geven. We zijn ons ervan bewust dat goede communicatie essentieel is en voortdurend de aandacht vraagt. We vinden het belangrijk om met alle belanghebbenden (intern, extern) tijdig, adequaat en doelmatig te communiceren. Interne communicatie

Interne communicatie vraagt een inspanning van alle betrokkenen. Er is bij ons sprake van een functionele overlegcultuur en overlegstructuur. Alle interne communicatie moet gezien worden in het belang van goed onderwijs voor de kinderen en een goede werksfeer voor schoolleiding en leraren. De interne informatievoorziening draagt er aan bij dat teamleden tijdig, open en volledig geïnformeerd worden. Samenwerking met ouders

Ouders geven in vertrouwen het onderwijs en een deel van de opvoeding uit handen aan de basisschool. Goede communicatie is essentieel, in het belang van de kinderen en in het belang van de onderlinge relatie. De informatievoorziening houdt rekening met verwachtingen van ouders en stelt ouders in staat om te begrijpen, mee te leven en mee te denken. Er is een schoolcultuur waarin teamleden vanuit een proactieve houding een goede samenwerking met ouders bevorderen. De school stelt ouders in staat mee te denken over de ondersteuning van het kind in de groep en denkt actief mee met ouders over de Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

19

ondersteuning thuis. De school stelt ouders in staat op een bij de school passende wijze mee te denken over het schoolbeleid. De school bevordert dat ouders mee kunnen doen en mee kunnen leven. Communicatie met externen

De communicatie met externen staat in dienst van het op school gegeven onderwijs en degenen die daarbij zijn betrokken. Een goede communicatie met externen is representatief voor de onderwijscultuur en onderwijsstructuur van de school. De communicatie is transparant. Gerelateerde documenten

-

Schoolgids Klachtenregeling Schoolondersteuningsplan Spinmolen 2014-2017

4.5. Huisvesting en inrichting De mensen die hun werk in en om de school doen, de kinderen die de school bezoeken en ook overige bezoekers in de school, moeten gebruik kunnen maken van adequate voorzieningen (werkruimtes, ictvoorzieningen enz.). Een goede inzet van middelen, adequate voorzieningen en een prettig leef- en werkklimaat draagt er aan bij dat het personeel zich betrokken voelt bij het werk en bij de school. Gerelateerde documenten

-

Huisvestingsplan (zie stafbureau SKOV) (Meerjaren) onderhoudsplan (zie stafbureau SKOV)

4.6. Financiën De middelen die worden ontvangen, zetten we op onze school doelmatig in. Daarbij zoeken we steeds het juiste evenwicht in het belang van het geheel van de schoolorganisatie. De personele middelen worden voornamelijk door de schoolleiding ingezet. De materiële middelen worden ingezet door middel van budgettering. Periodiek leggen we aan belanghebbenden op transparante wijze verantwoording af over de doelmatige en verantwoorde inzet van personele en materiële middelen. Gerelateerde documenten

-

Strategisch beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Financieel beleidsplan (zie stafbureau SKOV) Huisvestingsplan (zie stafbureau SKOV) Personeelsbeleidsplan (zie stafbureau SKOV)


20

5. Analyse huidige stand van zaken De analyse van de huidige stand van zaken geeft een beeld waar de school goed in is en waar de risico’s en ontwikkelpunten liggen. Risico’s en ontwikkelpunten vragen de komende schoolplanperiode aandacht. De sterke punten worden benut om in de komende vier jaren de risico’s en ontwikkelpunten in positieve zin om te buigen. Aandachtspunten en doelen voor de komende schoolplanperiode zijn verwerkt in hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid’.. 5.1. Terugblik op de vorige schoolplanperiode Tijdens de voorgaande schoolplanperiode zijn de volgende zaken gerealiseerd: A. Invoering groepsplannen voor de vakken Rekenen&Wiskunde, Technisch lezen, Begrijpend lezen, Spelling. Verdere implementatie & borging van deze items blijft een aandachtspunt in het meerjarenplan van 2015-2019. B. Intensivering van de planning, aanpak (en administratie) voor de zorgleerlingen. a. Er is een duidelijk waarneembare koppeling aangebracht tussen de dagelijkse administratie in de klassenmap en de planning in de groepsplannen. b. De aanpak en zorg voor de zorgleerlingen wordt periodiek, minimaal 4 keer per jaar, geëvalueerd en de vervolgaanpak is gebaseerd op deze evaluatie. c. Verdere implementatie & borging van deze items blijft een aandachtspunt in het meerjarenplan van 2015-2019. C. Invoering systeem voor uitgestelde aandacht (GIP) en afstemming door de hele school. Verdere implementatie & borging van dit item blijft een aandachtspunt in het meerjarenplan van 20152019. D. Invoering van leerlingvolgsystemen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling: a. In de groepen 1-2: “KIJK” (2013-2014) b. In de groepen 3 t/m 8: “ZIEN”. (2013-2014) c. Verdere implementatie & borging van deze items blijft een aandachtspunt in het meerjarenplan van 2015-2019. E. Invoering van nieuwe methoden voor rekenen & wiskunde (De Wereld in Getal; versie 4); taal (Taal Actief; versie 4 – in 2014-2015); aardrijkskunde (Geobas; versie 4 – in 2013-2014); Aanvankelijk Technisch lezen (Veilig leren lezen; KIM-versie – in 2014-2015). F. Invoering van de cyclus voor HGPD (Handelingsgerichte Proces Diagnostiek). a. In het kader van de aankomende invoering van ‘de wet passend onderwijs’, zijn er met het team zijn er een aantal deskundigheid bevorderende bijeenkomsten geweest waarin geoefend werd met de voorgestelde aanpak. Deze bijeenkomsten vonden plaats o.l.v. deskundigen van de SBZW. b. Een aantal personeelsleden, waaronder onze IB-er en de bouwcoördinatoren onderbouw en bovenbouw, hebben in het cursusjaar 2013-2014 daarnaast nog een diepgaander cursus van 4 bijeenkomsten gevolgd om HGPD gesprekken te kunnen voeren met collega’s, ouders en leerlingen. G. Reflectie en feedback als middel om de kwaliteit te vergroten. a. Verbetering van de kwaliteitszorg door kwaliteitsmanagement als een zaak van het gehele team te presenteren. b. Invoeren dat er op gezette tijden over de kwaliteit van het onderwijs met alle personen en groepen die bij de school betrokken zijn. Deze aanpak is in het afgelopen jaar, 2014-2015, geïntroduceerd en zal in de komende planperiode verder dienen te worden geborgd.


21

5.2. Leerlingenpopulatie

Verdeling Leerlinggewicht: Realisatie

Peildatum: 1 oktober 2011/2012

2012/2013

2013/2014

2014/2015

Aantal

%

Aantal

%

Aantal

%

Aantal

%

233

100%

212

100%

212

100%

202

100%

Gewicht 0,3

25

10.7%

24

11.3%

21

9.9%

19

9.4%

Gewicht 1,2

3

1.3%

4

1.9%

6

2.8%

6

3.0%

205

88.0%

184

86.8%

185

87.3%

177

87.6%

Totaal aantal leerlingen

Geen / Onbekend

Verdeling Leerlinggewicht: Prognose

Peildatum: 1 oktober 2015 / 2016 Aantal

%

2016 / 2017 Aantal

%

2017 / 2018 Aantal

%

2018 / 2019 Aantal

%

Totaal aantal leerlingen Gewicht 0,3 Gewicht 1,2 Geen / Onbekend

Aantallen per leeftijd: Realisatie

Peildatum: 1 oktober 2011/2012

2012/2013

2013/2014

2014/2015

4 jaar

23

24

22

19

5 jaar

24

23

24

22

6 jaar

26

24

24

24

7 jaar

27

26

28

22

8 jaar

32

27

26

28

9 jaar

27

31

27

27

10 jaar

28

28

32

27

11 jaar

43

27

28

29

12 jaar

3

2

1

4

Aantallen per leeftijd: Prognose

Peildatum:1 oktober 2015 / 2016

2016 / 2017

2017 / 2018

2018 / 2019

4 jaar 5 jaar 6 jaar 7 jaar 8 jaar 9 jaar 10 jaar 11 jaar 12 jaar

Voor de gegevens, bestemd voor bovenstaande (lege) prognose-tabellen ‘Leerlinggewicht’ en ‘Aantallen per leeftijd’, verwijs ik naar de rapporten van ‘Pantheia’ en ‘De PVG prognose van de gemeente Edam-Volendam’. Deze rapporten liggen ter inzage op het stafbureau van de SKOV. Ondersteuningszwaarte Totaal aantal leerlingen op peildatum

Peildatum 01-10-2014 202

Aantal leerlingen met een:


22

Ondersteuningszwaarte

Peildatum 01-10-2014

- Ontwikkelingsperspectief

8

Aantal leerlingen met onderwijs- of ondersteuningsbehoeften op het gebied van: - Dyslexie

3

- Dyscalculie - Motoriek - Gehoorproblematiek - Zichtproblematiek

1 (LGF)

- Chronische aandoeningen (hartproblemen)

1 (LGF)

- Hechtingsstoornis

1

5.3. Personeel Geslacht Man Vrouw Onbekend

Leeftijdcategorie

Aantal 5 11 0

Aantal

Dienstjaren school

Aantal

<5

0

6 – 10

0

11 – 15

0

16 – 20

0

20 – 25

0

< 20 jaar

0

> 25

0

20 – 30 jaar

1

Onbekend

0

31 – 40 jaar

6

41 – 50 jaar

1

Dienstjaren onderwijs

51 – 60 jaar

6

<5

> 60 jaar

2

6 – 10

Onbekend

0

11 – 15

Aantal

16 – 20 WTF

Aantal

< 0,3

0

0,3 – 0,6

5

> 0,6

11

Onbekend

Personeelstype Niet onderwijsgegevend Onderwijsgevend Onbekend

Specialisatie op het gebied van Gedrag

Aantal

20 – 25 > 25

Inschaling

Aantal

LA

11

LB

4

LC

1 15 0

Aantal medewerkers

Extern beschikbaar

1

Dyslexie Dyscalculie Motoriek Gehoorproblematiek Zichtproblematiek

5

Taalproblematiek

1


23

5.4. (Zelf)evaluatie en tevredenheid In de periode 20-10-2014 tot 13-11-2014 zijn met behulp van het kwaliteitsmanagementsysteem ‘Integraal’ verschillende vragenlijsten afgenomen. De scores voor de onderwerpen zijn weergegeven in onderstaande tabel. Domein

Onderwerp

ZE

OLP

Leefklimaat in de groep

OLP

PTP

OTP

LTP

3.9

3.6

3.0

Leerklimaat in de groep

3.7

3.4

3.1

OLP

Instructie

3.7

OLP

Afstemming

3.8

3.4

2.9

OLP

Leerstofaanbod

2.6

3.4

2.7

OLP

Onderwijstijd

3.6

3.8

PO

Waarnemen en begrijpen

3.7

PO

Planmatig handelen

3.3

PO

Organisatie en aansturing

3.5

PO

Samenwerking met externen

3.8

PO

Leerlingenondersteuning

SC

Leefklimaat op school

3.4

3.5

SC

Werkklimaat op school

3.1

3.3

SC

Interne communicatie

3.8

3.4

SC

Visiegericht

3.0

3.5

SC

Persoonlijke betrokkenheid

SC

Aanvaarding

SMO

Cultuur

3.3

SMO

Informeren

3.3

KM

Voorwaarden voor kwaliteit

4.0

KM

Systeem voor zelfevaluatie

3.4

OM

Personeel

3.2

OM

Financiën

3.3

OM

Huisvesting en voorzieningen

2.7

OM

Administratie en procedures

3.3

IM

Presentatie

IM

Resultaten onderwijs

3.1

3.3

3.0 3.5

3.2

3.9 3.3 3.7

3.5 3.1

3.4

3.5

3.2

3.3

3.2

3.5

3.8

3.4

3.7

3.0

3.6

3.4

3.7

LEGENDA Domein

Vragenlijsttype

OLP

Onderwijsleerproces

ZE

Zelfevaluatievragenlijst

PO

Planmatige ondersteuning

AUD

Auditorenvragenlijst

SC

Schoolcultuur

INS

Inspectievragenlijst

SMO

Samenwerking met Ouders

PTP

Personeelstevredenheidspeiling

KM

Kwaliteitsmanagement

OTP

Oudertevredenheidspeiling

OM

Organisatiemanagement

LTP

Leerlingtevredenheidspeiling

IM

Imago

Domein (o)

Domein (o)

OLP (o)

Onderwijsleerproces

IC (o)


SK (o)

Schoolklimaat

CMO (o)

Communicatie met ouders

LA (o)

Leerstofaanbod

CME (o)

Contacten met externen

OT (o)

Onderwijstijd

SO (o)

Schoolontwikkeling

ZEB (o)

Zorg en begeleiding

OB (o)

Organisatiebeleid

KZ (o)

Kwaliteitszorg

IM (o)

Imago


24

5.5. Schoolprofielen In de periode 20-10-2014 tot 13-11-2014 zijn, mede in het kader van het ARBO-beleid, een aantal vragenlijsten uitgezet onder het personeel, de leerlingen en de ouders (“Zelfevaluatielijst personeel”, “Personeel Tevredenheid Peiling”, “Ouder Tevredenheid Peiling”, “Leerling Tevredenheid Peiling”). Om zicht te krijgen hoe de school presteert met betrekking tot bepaalde thema’s, zijn de volgende schoolprofielen geanalyseerd. De aspecten die binnen de context van de totale uitslag ‘wat ondermaats waren’, staan hieronder bij ieder schoolprofiel genoteerd (zie bijlage 3: Schoolprofielen). 











Planmatige ondersteuning; o De leerkrachten geven aan dat ze er nog niet goed in slagen om hun leerlingen ‘eigenaar’ te laten zijn van hun leerproces. De zelfstandigheid van de leerling zal meer gestimuleerd moeten worden. Hierbij moet meer aandacht geschonken worden aan het leerproces: welk doel heeft de les? is het doel van de les bereikt? Hoe heb je eraan gewerkt? Hoe ga je het verbeteren? Zorg voor kwaliteit; o De school zit midden in het realiseringsproces, dat kwaliteitsmanagement een zaak is van het hele team. Het is zaak dat deze positieve ontwikkeling verder geïmplementeerd en geborgd wordt in de komende 5 jaar. o De school zit midden in het realiseringsproces, dat op gezette tijden gecommuniceerd wordt over de kwaliteit van het onderwijs met alle personen en groepen die bij de school betrokken zijn. Het is zaak dat deze positieve ontwikkeling verder geïmplementeerd en geborgd wordt in de komende 5 jaar. Sociale veiligheid; o Uit de “Leerling Tevredenheid Peiling” kwam naar voren dat de leerlingen minder tevreden zijn over ‘de sociale veiligheid’ binnen de groepen. We zullen dit punt heel serieus moeten nemen in onze meerjarenplanning voor 2015-2019. Onze aanpak zal minder curatief- en meer preventief van aard moeten zijn. We gaan ons in de komende jaren serieus oriënteren op een nieuwe aanpak van ‘sociaal-emotionele ontwikkeling’: d.w.z. een nieuwe methode aanschaffen en deze goed implementeren in onze concrete aanpak in de klas. Methoden die we hierbij in het vizier nemen zijn ‘KIVA’, ‘Leefstijl’ of ‘De vreedzame school’. Ouderparticipatie; o Ouders zijn nog niet zo tevreden over hoe de leerkrachten hen informeren over de aanpak in de klas en de vorderingen van hun kind. o De leerkracht gaat nog niet voldoende met ouders in gesprek om een compleet beeld te krijgen van het kind. o De leerkracht denkt nog niet voldoende samen met de ouders na over wat de beste begeleiding is voor hun kind. Leerlingparticipatie; o Leerlingen ervaren geen stimulering van ‘hun eigenaarschap’, ze worden te weinig betrokken in de doelen, planning en de evaluatie van hun eigen leerproces. Er moet dus meer aandacht geschonken worden aan het leerproces: “Welk doel heeft de les? Is het doel van de les bereikt? Hoe heb je eraan gewerkt? Hoe ga je het verbeteren?” Professionele schoolcultuur; o Naar de mening van de directie, bereikt de schoolleiding nog niet volledig dat personeelsleden doelgericht gebruik maken van elkaars kennis en kwaliteiten. o Naar de mening van de directie, bereikt de schoolleiding nog niet volledig dat de verschillende geledingen van en met elkaar leren.

Uit de resultaten van de zelfevaluatie vragenlijsten zijn de volgende conclusies getrokken:  Het personeel was ontevreden met het leerstofaanbod. Differentiëren met de beschikbare methoden, vooral bij de bovengemiddelde leerlingen, bleek erg moeilijk en te arbeidsintensief. Op school zijn wel veel materialen aanwezig om de excellente leerlingen te begeleiden, maar deze materialen trekken een te grote wissel op de beschikbare instructie-tijd van de leerkrachten. We zullen derhalve tools moeten aanschaffen die veel meer zelfregulerend zijn.  Inmiddels geeft het personeel aan dat deze conclusies al deels achterhaald zijn: Sinds kort wordt er in een pilot-fase gewerkt met de ‘gepersonaliseerde software’ van ‘Acadin’ en ‘Muiswerk’. De leerkrachten en de leerlingen zijn daar erg enthousiast over. Door deze aanpak wordt o.i. ‘het eigenaarschap’ van de leerlingen sterk gestimuleerd. De komende jaren zullen deze programma’s Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

25

een vaste plek binnen ons rooster moeten krijgen, zodat er structureel mee gewerkt wordt en leerlingen precies weten wanneer wat aan bod komt.

5.6. Tussentijdse Opbrengsten Vaardigheidsscore ten opzichte van de inspectienorm Jaar CITO Begrijpend lezen

CITO Drie-Minuten-Toets

CITO Rekenen voor kleuters

CITO Rekenen-Wiskunde

CITO Spelling

CITO Taal voor kleuters

Gew

11/12

M

12%

11/12

E

12%

12/13

B

13%

12/13

M

13%

12/13

E

13%

13/14

B

13%

13/14

M

13%

13/14

E

13%

14/15

M

12%

11/12

M

12%

11/12

E

12%

12/13

M

12/13

1

2

3

5.2

4

5

6

7

8

14.8

28.2

35.1

43.9

56.3

18.0 47.1 18.7

-0.2

25.7

33.2

47.7

21.0 53.4 13.9

31.0

30.5

46.1

11.7

28.0

31.9

41.6

57.1

57.8

80.0

88.8

97.9

105.0

46.3

67.5

84.5

94.1

104.8

13%

31.2

66.0

76.3

93.2

97.3

E

13%

40.7

73.1

81.1

97.6

101.7

13/14

M

13%

28.7

57.7

78.9

87.2

99.3

13/14

E

13%

42.3

66.1

79.3

93.0

102.1

14/15

M

12%

22.6

60.4

74.0

91.3

97.9

104.6

11/12

M

12%

64.7

81.7

11/12

E

12%

71.8

92.0

12/13

M

13%

65.6

82.6

12/13

E

13%

70.8

89.3

13/14

M

13%

68.3

79.7

13/14

E

13%

74.2

86.8

14/15

M

12%

71.3

87.8

11/12

M

12%

42.5

57.0

72.9

97.9

99.2

115.7

11/12

E

12%

52.4

71.4

81.8

98.6

12/13

B

13%

12/13

M

13%

33.3

52.9

73.9

87.6

12/13

E

13%

48.8

64.8

82.5

92.5

13/14

B

13%

13/14

M

13%

37.3

54.4

82.7

87.9

13/14

E

13%

48.3

65.0

87.8

91.6

14/15

M

12%

29.5

54.6

77.9

93.5

99.4

11/12

M

12%

114.4

121.0

130.1

139.8

143.9

11/12

E

12%

116.2

123.4

133.5

144.6

12/13

M

13%

109.3

123.4

128.6

137.6

12/13

E

13%

115.4

123.6

132.9

139.8

13/14

M

13%

107.6

121.0

129.7

134.8

13/14

E

13%

118.3

122.3

133.8

139.6

14/15

M

12%

111.6

124.3

131.5

140.2

11/12

M

12%

6.8

21.6

109.0 104.7

113.0

51.6

99.8

110.6

144.2

142.5

140.4

62.4


26

Jaar

CITO Woordenschattoets

Gew

1

2

3

4

5

6

7

86.3

11/12

E

12%

61.5

75.3

12/13

M

13%

57.1

69.1

12/13

E

13%

56.3

72.3

13/14

M

13%

51.9

60.8

13/14

E

13%

58.2

72.4

14/15

M

12%

51.7

66.2

11/12

M

12%

37.7

48.9

66.7

82.0

11/12

E

12%

50.6

55.5

71.7

79.9

12/13

M

13%

36.3

48.2

59.4

77.7

12/13

E

13%

49.2

55.9

64.2

80.1

13/14

M

13%

33.7

54.8

63.8

74.1

13/14

E

13%

56.0

63.2

69.1

76.4

14/15

M

12%

41.5

56.0

67.3

73.7

8

92.4

91.3

86.5

84.7

95.8

5.7. Sociale Vaardigheden: scores “ZIEN” mei 2014 Plan

1

2

Betrokkenheid Welbevinden Sociaal initiatief Sociale flexibiliteit Sociale autonomie Impulsbeheersing Inlevingsvermogen

3

4

5

6

7

8

62,5 % 68,8 % 87,5 % 62,5 % 68,8 % 68,8 % 81,3 %

54,4 % 68,8 % 68,8 % 50,0 % 81,3 % 68,8 % 68,8 %

87,5 % 93,8 % 87,5 % 87,5 % 87,5 % 75,0 % 87,5 %

87,5 % 100,0 % 81,3 % 87,5 % 81,3 % 87,5 % 93,8 %

75,0 % 87,5 % 81,3 % 75,0 % 87,5 % 81,3 % 81,3 %

81,3 % 93,8 % 87,5 % 81,3 % 87,5 % 81,3 % 75,0 %

LEGENDA BT

Betrokkenheid

WB

Welbevinden

SI

Sociaal initiatief

ZE

SA

Sociale autonomie

IB

Impulsbeheersting

IL

Inlevingsvermogen

Sociale flexibiliteit

5.8. Eindopbrengsten. CITO Eindtoets

2011/2012

2012/2013

2013/2014

2014/2015

12%

13%

13%

12%

Aantal leerlingen in leerjaar 8

46

28

27

36

Aantal deelnemers aan toets

46

28

27

36

Taal

71.0

69.9

72.0

98,1

Rekenen

46.5

41.5

43.5

59,7

Studievaardigheden

31.1

27.7

29.7

60,5

537.6

534.5

536.1

535,0

2011/2012

2012/2013

2013/2014

2014/2015

Kleutergroepverlenging

0.0%

0.0%

4.0%

0.0%

Doublures leerjaar 3-8

0.3%

0.0%

0.0%

0.0%

Leerlingen ouder dan 12 jaar

1.3%

0.9%

0.5%

2.0%

Leerlingen leerjaar 4-8 met een verkorte schoolloopbaan

0.0%

0.0%

0.0%

0.0%

Uitstroom leerjaar 7 naar LWOO of PRO

0.0%

0.0%

0.0%

0.0%

Percentage gewogen leerlingen

Totaalscore

5.9. Kengetallen onderwijs. Doorstroming


27

Doorstroming

2011/2012

2012/2013

2013/2014

2014/2015

Uitstroom leerjaar 8 naar LWOO of PRO

0.4%

0.0%

0.0%

0.0%

Uitstroom naar SBO

0.0%

0.0%

0.5%

1.0%

Uitstroom naar SO

0.0%

0.0%

0.0%

0.0%

Uitstroom naar BAO

1.3%

0.4%

1.0%

1.0%

Instroom vanuit BAO

0.0%

0.5%

1.4%

4.0%

Terugplaatsing vanuit SBO

0.0%

0.0%

0.0%

0.0%

Terugplaatsing vanuit SO

0.0%

0.0%

0.0%

0.0%

Leerlingen met een indicatie

0.9%

0.9%

1.4%

1.0%

5.10. Functioneren leerlingen in het VO. Plan

2011 / 2012

2012 / 2013

2013 / 2014

2014 / 2015

153 lln. 0,0 % 0,0 % 0,0 % 0,0 % 0,0 % 0,0 %

134 lln. 23,9 % 0,0 % 7,8 % 82,9 % 9,3 % 92,2 %

118 lln. 66,1 % 0,0 % 15,3 % 74,5 % 10,2 % 84,7 %

113 lln. 93,8 % 0,0 % 11,6 % 75,8 % 12,6 % 88,4 %

Resultaten VO

Adviesniveau bekend Niveau na 2 jaar VO bekend Leerling doubleert Leerling stroomt af Leerling op verwacht niveau Leerling stroomt op Leerling op verwacht niveau of stroomt op

5.11. Rapportages van derden Op 3 oktober 2011 heeft het vierjaarlijks inspectiebezoek plaatsgevonden. Zie ook bijlage 3. In dit rapport werd geconcludeerd:       

De eindopbrengsten over de afgelopen drie schooljaren lagen ruim boven de ondergrens van de inspectie. De leerresultaten (tussenmomenten) op het gebied van Technisch lezen (groep 3 & 4), Begrijpend lezen (groep 6), rekenen en wiskunde (groep 4 en 6) lagen alleen boven de door de inspectie gehanteerde ondergrens. De sociale competenties van de leerlingen werden gevolgd met een genormeerd observatie instrument. Deze competenties waren van voldoende kwaliteit. De leraren volgden de ontwikkelingen en vorderingen van de leerlingen voor de basisvaardigheden met zowel methode gebonden als landelijk genormeerde toetsen. Hiermee signaleerden zij de leerlingen die voor extra zorg in aanmerking kwamen. Het leerlingvolgsysteem vormt de basis voor de groepsplannen, op drie niveaus: talent, basis, zorg. De extra zorg vond op voldoende planmatige wijze plaats, binnen de groepsplannen en individuele plannen. Als verbeterpunt werd de evaluatie van de zorg genoemd. De evaluatie van de zorg kwam binnen de groeps- en individuele plannen niet goed uit de verf. Daardoor kon niet duidelijk worden nagegaan of de geformuleerde doelen en de gekozen aanpak succesvol waren geweest.

5.12. Toezichtsarrangement onderwijsinspectie De inspectie concludeerde dat de kwaliteit van het onderwijs op RKBS De Spinmolen te Volendam op de onderzochte onderdelen grotendeels op orde was. Uit het onderzoek was gebleken dat de school op die gebieden nauwelijks tekortkomingen kende. Om die reden werd het reeds aan de school toegekende “basisarrangement” gehandhaafd.


28

5.13. Huisvesting De school heeft de beschikking over de volgende fysieke voorzieningen: Time-out ruimte

5.14. Conclusies n.a.v. de analyse Na analyse van kengetallen in bovenstaande paragrafen, zijn de volgende conclusies getrokken:    

   

   



Eigenaarschap bij leerlingen is een speerpunt voor de komende 5 jaar. Ouderbetrokkenheid is een speerpunt: meer info en meer samenspraak. Onderwijs aan meerhoogbegaafden; aanpassing van de aanpak en de leermiddelen. De leermiddelen moeten een meer gepersonaliseerde aanpak mogelijk maken, waardoor beter specifiek kan worden ingegaan op de leemtes en hulpvraag van de individuele leerling. Meer- en betere ICT middelen en software zijn hiervoor noodzakelijk. De inrichting, invoer en implementatie van een nieuw SharePoint: “Office 365”. Het schoolplein moet een meer uitdagende speel- en leeromgeving worden. Mediawijsheid, hoe gaan we om met sociale media. Een voortdurende aandacht voor het begrijpend leesonderwijs en woordenschatontwikkeling. De aanschaf van nieuwe (separate) methodes voor Voortgezet technisch Lezen en Begrijpend Lezen. Een voortdurende aandacht voor het leefklimaat in de groep: aanschaf van een betere methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling en scholing hierin voor de leerkrachten. Een koppeling maken tussen het LOVS ZIEN en de nieuw aan te schaffen methode voor sociaalemotionele ontwikkeling; eventueel scholing hierin. Aandacht voor het welbevinden en de professionalisering van de leerkrachten. Het operationaliseren van de nieuwe cao voor het PO, ter vermindering van de werkdruk. Vervanging van bepaalde methodes: o Voortgezet Technisch Lezen/ Begrijpend Lezen: ‘Goed gelezen’, 2006 o Sociaal-emotionele ontwikkeling: ‘Jij en Ik’, 2005 o Kennis der Natuur: ‘Natuurlijk’, 2003 o Geschiedenis: ‘Bij de Tijd’, 2002 o Godsdienst (Hemel en Aarde, abonnement) Reflectie en feedback als middel om de kwaliteit te vergroten. Verbetering van de kwaliteitszorg door verdere implementering en borging van de kwaliteitsmanagement als een zaak van het gehele team. Implementeren en borgen dat er op gezette tijden over de kwaliteit van het onderwijs met alle personen en groepen die bij de school betrokken zijn

De conclusies hebben geleid tot plannen voor de komende schoolplanperiode. Deze plannen zijn verwerkt in hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid’.


29

6. Actuele interne en externe ontwikkelingen Bij de toekomstige ontwikkeling van onze school wordt rekening gehouden met de diverse externe en interne ontwikkelingen. In dit hoofdstuk schetsen we deze ontwikkelingen. Consequenties voor de komende schoolplanperiode worden verwerkt in hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid’. Op tien juli 2014 is het bestuursakkoord gesloten tussen de staatssecretaris OCW en de PO raad, sectororganisatie en vertegenwoordigers van schoolbesturen in primair onderwijs. Hierin werd tal van onderwerpen genoemd waar de komende jaren de focus op wordt gelegd. Dit zijn:  ICT gebruik in het onderwijs.  Inzetten op toptalenten.  Passend onderwijs structureel inbedden in de scholen.  Voorkomen van zittenblijven.  Het aanbieden/verbeteren van techniekonderwijs.  Het uitbouwen van cultuureducatie.  Het hebben van een planmatige cyclus van kwaliteitsverbetering.  Code goed bestuur.  Sturingsinformatie en transparantie. Hiervoor is Vensters PO in het leven geroepen.  Het begeleiden van startende leerkrachten en zorgen dat zij binnen drie jaar doorstromen naar basisbekwaam.  Het lerarenregister wordt verplicht.  Het versterken van de kwaliteit van schoolleiders. Hiervoor is het schoolleidersregister in het leven geroepen.  Gezond bewegen in en om de school.  Sociale veiligheid op de school.  Huisvesting. Het schoolbestuur is vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor het buitenonderhoud en de aanpassing van schoolgebouwen.  Jeugdhulp. Vanaf 1 januari 2015 is er een nieuwe Jeugdwet. Transities op het gebied van zorg, ondersteuning, jeugd en werk hangen onderling samen.  Voorschoolse educatie, kinderdagverblijf en opvang. Analyse en uitwerking van deze ontwikkelingen zal veelal plaats moeten vinden op bestuurlijk en vervolgens op schoolniveau. Op termijn zal dit (moeten) worden vertaald naar beleidsdocumenten, zoals bijvoorbeeld het strategisch beleidsplan en schoolplannen. 6.1. Interne ontwikkelingen Binnen RKBS De Spinmolen zijn er ook allerlei ontwikkelingen gaande. Deze schetsen we hier kort. 

    

Ouders willen steeds meer meetbare vorderingen van hun kinderen zien. Over kun eigen kind willen zij veel (meer) informatie hebben. Een eerste ontwikkeling hierin, is het openstellen van ouderportaal in ParnasSys geweest. Hierin zijn de Cito resultaten van de kinderen te zien. Wellicht dat binnen deze planperiode ook de cijfers voor het dagelijks werk zichtbaar worden in het ouderportaal. Een goede communicatie is van groot belang. Door het verdwijnen van steeds meer fulltime leerkrachten komt de continuïteit en de organisatie van de school (soms) in het geding. Gekeken naar ons personeelsbestand zien we drie leerkrachten die richting het einde van hun actieve loopbaan gaan. Zij moeten nog 4 jaar werken of hebben aangegeven over vier jaar met pensioen te gaan. Hiermee zullen wij een hoop expertise, kunde en vaardigheden gaan missen. Een groeiend aantal vrouwelijke leerkrachten op de school. Op dit moment zijn er nog vier mannelijke leerkrachten werkzaam, tegenover twaalf vrouwen. De groepen worden steeds groter, waarbij van de leerkracht wordt gevraagd kinderen te begeleiden op meerdere niveaus. We lopen hier duidelijk tegen grenzen op. Afstemming is/wordt een sleutelbegrip. Extra ondersteuning voor de groepen wordt (door bezuinigingen) steeds meer afgeroomd. We hebben nog een klein beetje ruimte over om leerlingen/groepen extra hulp te geven. Dit wordt echter steeds minder.

6.2. Externe ontwikkelingen 

De belangrijkste externe ontwikkeling in Volendam is de terugloop in leerlingenaantallen. Doordat er minder kinderen worden geboren, is het onvermijdelijk dat er één basisschool wordt gesloten. In het meest negatieve scenario kunnen dit er zelfs twee worden. Een onderzoek Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen - 30

 





hieromtrent loopt. In schooljaar 2015-2016 zal een beslissing door het bestuur worden gemaakt. Nascholing is een belangrijk item, zeker nu de verplichting van het schoolleidersregister er al is en het lerarenregister er aan komt. Nascholing moet zoveel mogelijk worden afgestemd op de schoolontwikkeling. Leerlingen zijn/worden steeds vaardiger in het bedienen van apparatuur t.b.v. audiovisuele en telecommunicatieve media. De toenemende digitalisering van de samenleving vraagt van scholen/besturen grote investeringen. Wij moeten ervoor zorgen dat onze leerlingen aansluiting zullen vinden op de samenleving, waarop wij ze voorbereiden. De snelheid waarmee de technologische ontwikkeling gaat, is voor scholen met moeite bij te houden. Een verschuiving in normen en waarden. Zaken die vroeger als verboden of niet passend werden gezien, zijn tegenwoordig heel gewoon. Ook op school is dit te merken. Leerlingen maar ook ouders zijn mondiger, gaan geregeld de discussie aan en accepteren minder snel het gezag van de leerkracht of de school. Op 1 juli 2015 gaat de Wet werk en zekerheid in. Deze wet versterkt de rechtspositie van flexwerkers. Het invliegen van invallers lijkt hierdoor moeilijker te worden.

6.3. Kansen   

Vanuit de overheid zijn er beleidsimpuls programma’s. De SKOV mag/moet zelf onderwerpen aandragen waarin (op financieel gebied) geïnvesteerd gaat worden. Sociale media inzetten t.b.v. het onderwijs aan de leerlingen en de communicatie richting ouders. Een toenemende professionalisering van de leerkrachten zorgt voor een verbetering van de kwaliteit. Het “inhoudelijke onderwijskundige” gesprek zal hierdoor aan kwaliteit winnen.

6.4. Bedreigingen   



Sociale media inzetten t.b.v. het onderwijs aan de leerlingen en de communicatie richting ouders. Leerkrachten voelen in het onderwijs een grote werkdruk. Door de nieuwe cao is gepoogd hier een antwoord op te geven. Het invoeren van taakbeleid op de school kan hiervoor ook ingezet worden. De administratie is een te groot onderdeel geworden van het werk van een leerkracht. Er moet dringend gekeken worden wat echt op papier moet staan en wat niet. Op die manier kan de leerkracht –hopelijk- weer gaan doen waarvoor hij/zij is: lesgeven aan kinderen, kijken hoe hij/zij dat kan verbeteren, welke interventies hij/zij daarvoor moet plegen en de voorbereidingen daarop. Er is de laatste jaren een opbrengstencultuur ontstaan. Dit voelt wrang als aan de ene kant het werk gedaan moet worden met minder mensen en aan de kant er gevraagd wordt om een hogere opbrengst en kwaliteit.

6.5. Conclusies n.a.v. de analyse van de ontwikkelingen Na analyse van kengetallen in bovenstaande paragrafen, zijn de volgende conclusies getrokken:  Het inzetten van sociale media vinden wij een belangrijk onderwerp. Hoe en op welke manier zullen wij nog onderzoeken.  De kwaliteit van de school staat met de kwaliteit van de leerkrachten en de directie. Door gerichte nascholing zal hierop worden ingezet.  Kinderen moeten zich veilig voelen op een school. Dit is een belangrijke voorwaarde om tot leren te komen. Op de Spinmolen zijn wij hiervan doordrongen. Dit onderwerp heeft onze voortdurende aandacht.  Het gebruik van de middelen t.b.v. ICT onderwijs moet uitgebouwd worden. Wij wachten wat dat betreft met smart op de bovenschoolse ontwikkelingen. De conclusies hebben geleid tot plannen voor de komende schoolplanperiode. Deze plannen zijn verwerkt in hoofdstuk 7 ‘Meerjarenbeleid’.


31

7. Meerjarenbeleid 7.1. Totaaloverzicht van ontwikkelpunten                           

Eigenaarschap bij leerlingen en bij leerkrachten is een prioriteit (Eigenaarschap/Visie) Het herijken van de visie en uitgangspunten vormt hiervoor de basis (Visie) Herijking visie godsdienstonderwijs vanuit onze katholieke identiteit (Visie) Vernieuwing aanpak godsdienstonderwijs vanuit onze katholieke identiteit (Vakgebieden) Omgang met ouders, ouderbetrokkenheid (Contact met ouders) Onderwijs aan meerhoogbegaafden; hoe doe je dat, welke materialen heb je daarvoor nodig etc (Talenten) Een betere afstemming van de leerbehoefte van de leerling, ICT middelen zijn hiervoor nodig (ICT). Integreren van ICT in de praktijk van het onderwijs (ICT). Implementatie Office 365 (ICT). Uitbreiding kennis Integraal bij leerkrachten als module in ParnasSys (ICT) Het voeren van kindgesprekken in het kader van het gevolgde HPGD traject (Leerlingen) Het schoolplein moet een meer uitdagende speel- en leeromgeving worden (Huisvesting) Mediawijsheid, hoe gaan we om met sociaal media (ICT) Een voortdurende aandacht voor Begrijpend lezen (Vakgebieden) Een voortdurende aandacht voor de ontwikkeling van de woordenschat. (Vakgebieden) Een voortdurende aandacht voor het leefklimaat in de groep (sociaal-emotionele ontwikkeling) Het invoeren van een nieuwe methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling (sociaal-emotionele ontwikkeling). LOVS ZIEN, LOVS KIJK, behoeft betere inscholing door leerkrachten – koppeling met de nieuwe methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling (sociaal-emotionele ontwikkeling). Aandacht voor het welbevinden en de professionalisering van de leerkrachten (leerkrachten) Vervanging van bepaalde methodes, Sociaal-emotionele ontwikkeling, Begrijpend lezen, Voortgezet technisch lezen, Geschiedenis, Natuurkennis, Godsdienst (Vakgebieden) Een duidelijk omschreven taakbeleid (Leerkrachten) Reflectie en feedback als middel om de kwaliteit te vergroten (Leerkrachten) Cao afspraken rond startende leerkrachten, lerarenregister en schoolleidersregister (Leerkrachten/Directie) Transparantie: middelen hiervoor zijn Monitorgoedonderwijs; Vensters PO; jaarverslagen (Directie) Planmatige inrichting kwaliteitsverbetering- en cyclus (Directie) Professionele cultuur, zelfevaluatie- en tevredenheidscyclus (Kwaliteitszorg) Onderwijs in de kleutergroepen (Onderbouw)

Hiernaast dienen wij rekening te houden met externe ontwikkelingen, zoals bijv. de invoeren van techniekonderwijs, het hebben van een gedegen aanbod op burgerschap, het verder implementeren van passend onderwijs, etc. 7.2. Streefbeelden Richtinggevend voor het schoolplan 2015-2019 zijn de volgende streefbeelden:      

Op onze school wordt gericht gewerkt aan het verbeteren van de cognitieve capaciteiten van onze leerlingen Op onze school wordt systematisch aandacht geschonken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling Op onze school werken we met een goed systeem voor kwaliteitszorg Op onze school streven we naar meer eigenaarschap bij alle geledingen Op onze school streven we naar meer afstemming gekeken naar de leerbehoeftes van de verschillende leerlingen Op onze school streven we naar een goede samenwerking met ouders. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

32

7.3.

Motto

Het schoolplan draagt het volgende motto: “Samen Leren – samen verantwoordelijk”. 7.4. Planning afname vragenlijsten De volgende vragenlijsten worden ingezet:    

Personeeltevredenheidsvragenlijst – 3 jaarlijks; 2017-2018 Zelfevaluatievragenlijst – 3 jaarlijks; 2017-2018 Oudertevredenheidsvragenlijst – 3 jaarlijks; 2017-2018 Leerlingtevredenheidsvragenlijst – 3 jaarlijks; in 2017-2018

Deze vragenlijsten kunnen ook deels, per thema uitgezet worden.


33

7.5. Meerjarenplanning In 7.1 zijn een groot aantal ontwikkelpunten/verbeterpunten genoemd. In onderstaande meerjarenplanning geven wij schematisch weer, wanneer we verschillende items op de planning staan. Zie verder de planning- en beleidscyclus van de school.

Onderwerp

Omschrijving

Beleidsvoornemen

ICT

Implementatie Office 365

a. b.

Gedeelde kalender Bestanden overzetten in de cloud

Integreren ICT in het onderwijs

a. b. c.

Visie op IC Leerlijn uitwerken Implementeren leerlijn

Mediawijsheid ParnasSys – Integraal Nieuwe Computers

a. b.

Visie ontwikkelen Uitbreiden kennis en vaardigheden Invoeren?

Herijken visie

a. b. c.

Bepalen visie op (hedendaags) onderwijs Formuleren visie Bepalen visie op godsdienstonderwijs vanuit katholieke identiteit

Visie

Eigenaarschap

Visie Samen met instantie

Afstemming Talenten

Contact met ouders

Vakgebieden

Meer- hoogbegaafden

Visie Samenwerking bevorderen

-

Bepalen visie op eigenaarschap Oriëntatie op instantie Stap 1 in proces Vervolgstappen Borging Op leerbehoefte leerlingen

- Visie ontwikkelen - QuickScan SBZW - Implementatie traject -

Bepalen visie op ouderbetrokkenheid Meer onderwijsinhoudelijke info naar ouders Methode toetsen in ouderportaal? Frequentie en duur oudergesprekken aanpassen?

1516

1819

X X

X

X X X

X X X

X X

X X

X

X X

X X X X

X X

X

X X

X

X

X X

X

X X X X

X

X X X X

- Invoeren nieuwe methode: “Station Zuid” - Oriëntatie nieuwe methode - Invoeren nieuwe methode

X X X

Sociaal-emotionele vorming

- Oriëntatie op nieuwe methode - Invoeren nieuwe methode.

X X

Natuur

1718

X X

Voortgezet techn. Lezen Begrijpend Lezen

Geschiedenis

1617

X X

X X

X

- Oriëntatie nieuwe methode - Invoeren nieuwe methode

X X X

- Oriëntatie nieuwe methode - Invoering nieuwe methode

X X

Godsdienstonderwijs

Invoeren nieuwe methode godsdienstonderwijs

Sociaalemotionele ontwikkeling

KIVA Social Media

- Invoering nieuwe aanpak - Uitbreiding kennis en vaardigheden gr. 1 t/m 8 - Leren omgaan met ‘social media’ gr. 6 t/m 8

X X X

X X

Leerlingen

HGPD

- Voeren kind gesprekken, eigenaarschap vergroten

X

X

X

X

Leerkrachten

Gesprek. Cyclus Taakbeleid Professionalisering Cao

-

X X X X

X X

X X

X X

X

X

X

Optimaliseren gesprekscyclus Volgen cursussen Startende leerkrachten Lerarenregister

X X

X X


34

Onderwerp

Omschrijving

Beleidsvoornemen

Directie

Cao

-

Planmatige inrichting kwaliteitscyclus Transparantie

1516

Herregistratie schoolleidersregister Document ontwerpen Evaluatieplan opstellen Updaten Monitorgoedonderwijs Updaten Vensters PO Jaarverslagen

1617

1718

1819

X

X X X

X X X X X

X X X

X X X

X

X

X

Sturing

- Controle en borging verbeteractiviteiten

X

Huisvesting

Schoolplein

- Herinrichten schoolplein

X

Didactisch handelen

- Stimuleren eigenaarschap leerlingen.

- Lesdoel van tevoren benoemen en aan het eind van de les evalueren; procesevaluatie.

Burgerschap

Visie

- Welke leren/bieden wij de kinderen op dit gebied? - Aanpak hierop (* zie godsdienstonderwijs)

Kwaliteitszorg

-Zelfevaluatie- en tevredenheidscyclus

-

-Teamanalyse

- Teamanalyse opbrengsten - Teamanalyse tevredenheidspeilingen.

X

X

X X

X

Groepsplannen

Borging aanpak groepsplannen

X

X

X

X

Onderwijs in kleutergroep

- Kringgedrag - Creëren nieuwe hoeken - Extra aandacht voor plus-kinderen

X X

X X

Onderbouw

X

X X

X

X

X X

Personeelstevredenheidsvragenlijst Zelfevaluatievragenlijst Oudertevredenheidsvragenlijst Leerling tevredenheidsvragenlijst

X X X X

X X

X

Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven ((SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken of we verbeterdoelen en in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.


35

7.6 Jaarplan 2015-2016

In het jaarplan van 2015-2016 komen de volgende thema’s aan de orde: 1. Eigenaarschap leerlingen.  Verdere implementering en borging van specifieke didactische werkvormen tijdens de les, die het eigenaarschap van de leerlingen bevorderen, zoals: o Benoemen van het doel aan het begin van de les. o Aan het eind van de les plenair evalueren of de gestelde doelen bereikt zijn. o Evalueren hoe de leerlingen procesmatig gewerkt hebben. o Bovenstaande aspecten wordt specifiek op geobserveerd en geëvalueerd, tijdens en na de klassenconsultaties.  Leerlingen meer het gevoel geven dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen leerproces d.m.v.: o Zelfcorrectie. o Zelf keuzes maken in leerstof en oefeningen, tijdens het les- en weekrooster en bij de verrijkingsstof na de reguliere lessen. o Gepersonaliseerde software gebruiken, die op maat gesneden, inspringt op het didactisch leerniveau van de leerling en de leerling zelf zicht geeft op zijn persoonlijke vorderingen. 1. We denken hierbij aan de toepassing van ‘ACADIN’ voor de plusleerlingen. De plus-leerlingen kunnen hierbij een eigen portfolio maken waarin de extra activiteiten staan beschreven. De plus-leerlingen moeten ook beoordeeld worden op dit gemaakte werk. 2. We denken hierbij aan ‘Muiswerk’ dat voor alle leerlingen (zorg/basis/plus) geschikt is voor een gepersonaliseerde aanpak. 2. De inrichting, invoer en implementatie van een nieuw SharePoint: “Office 365”.  Net zoals alle scholen binnen de SKOV, staan wij voor de taak om in het cursusjaar 2015-2016 dit Sharepoint Office 365 op de Spinmolen in te voeren en alle leerkrachten er vertrouwd mee laten geraken.  De directeur zal een ‘intake formulier’ van het ICT bedrijf dat de inrichting van dit Sharepoint verzorgt (“Vierkant Goed”) moeten invullen en naar hen versturen. Vervolgens zal hij met Vierkant Goed een afspraak moeten maken voor een intake gesprek waarin over de uiteindelijke inrichting van dit Sharepoint, specifiek voor de Spinmolen, gesproken zal worden.  Een aantal leerkrachten zal een ‘stoomcursus’ ontvangen, zodat er vervolgens op de Spinmolen een (of enkele) scholingsbijeenkomsten belegd kunnen worden waarin deze pioniers de rest van het personeel hierin wegwijs kunnen maken. 3. Extra aandacht voor het begrijpend leesonderwijs en woordenschatontwikkeling. Tijdens de opbrengstanalyse van het februari 2015 op teamniveau, kwamen we erachter dat er een neerwaartse tendens bij de opbrengsten van begrijpend lezen is te signaleren. Kennelijk voldoet de aanpak zoals we die jarenlang toegepast hebben m.b.v. ‘Goed gelezen’ niet meer. De hedendaagse eisen en normen voor begrijpend lezen vereisen een betere aanpak, conform recente bevindingen uit wetenschappelijk onderzoek.  Het team heeft daarom besloten om op zoek te gaan naar een nieuwe aanpak voor ‘begrijpend lezen’ en ‘voortgezet technisch lezen’. In ‘Goed gelezen’ zijn twee leesvakken namelijk geïntegreerd.  Voor wat ‘voortgezet technisch lezen’ zijn we snel klaar. In het afgelopen jaar heeft onze groep 4 meegedaan aan een pilot bij de ontwikkeling van de methode “Station Zuid”. Deze aanpak is ons goed bevallen. Er was een significante vooruitgang te bespeuren bij de opbrengst van het technisch lezen in groep 4. Inmiddels is deze methode officieel op de markt verschenen. Het team heeft besloten om deze aanpak voor ‘voortgezet technisch lezen’ te gaan toepassen in de groepen 4 t/m 6. Deze methode is al besteld en zal vanaf het begin van leerjaar 2015-2016 al gebruikt worden in de groepen 4 t/m 6.  Voor wat betreft het aspect ‘begrijpend lezen’ kon er op korte termijn geen besluit genomen worden m.b.t. de aanschaf van een nieuwe methode voor begrijpend lezen. Er is daarom een methode commissie van drie leerkrachten in het leven geroepen die tot november ’15 de tijd heeft om onderzoek te verrichten naar een geschikte en Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

36





gecertificeerde methode voor begrijpend lezen. Deze nieuwe methode zal moeten voldoen aan enkele criteria: o De didactiek moet uitgaan van de ‘Seven evidence based’ lees-strategieën. o Er moet een sterk motiverende werking van uitgaan door gebruik te maken van actuele teksten. In de tussentijd, d.w.z. in de maanden augustus t/m november ’15 zullen we gebruik maken van de methode ‘Leeslink’ van Malmberg. Van deze methode kan gezegd worden dat hij voldoet aan bovenstaande criteria voor begrijpend lezen. We hebben van Malmberg gedaan gekregen dat we in deze tussentijd, augustus –november, een gratis proeflicentie krijgen van deze webbased begrijpend leesmethode. Aanvullend willen we, ter bevordering van het begrijpend lezen en de woordenschat, gebruik maken van de nieuw aangeschafte licentie (pilot-fase) van “Muiswerk”. Muiswerk is een webbased programma met een 'gepersonaliseerde aanpak'. Dat wil zeggen dat via allerlei diagnostische toetsjes precies wordt bepaald op welk niveau de leerling zit. Op dat niveau worden vervolgens oefeningen aangeboden. Ouders en leerlingen kunnen hier ook thuis aan werken.

4. Een voortdurende aandacht voor het leefklimaat in de groep. Uit de tevredenheidspeilingen kwam naar voren dat het aspect ‘sociale veiligheid’ in verhouding lager scoort dan de gemiddelde score. We willen hier in de komende planperiode veel aandacht aan besteden.  Allereerst willen we in cursusjaar 2015-2016 een nieuwe methode voor sociaalemotionele vorming aanschaffen. De vorige methode, “Jij & Ik” (aangeschaft in 2005) voldoet geenszins aan de criteria die tegenwoordig aan een goed (anti-pest) programma worden gesteld. Illustratief hierbij is het feit, dat we ondanks de aanpak van “Jij & Ik” regelmatig curatief hebben moeten ingrijpen wegens de kop-opstekendepestproblematiek. Zo hebben we in cursusjaar 2013-2014 in samenwerking met het CJG en schoolmaatschappelijk werk, een pestproject moeten organiseren voor de toenmalige groep 7. Het is de bedoeling dat er van deze nieuwe methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling een preventieve uitstraling uitgaat, die curatief ingrijpen hopelijk voorkomt.  Er zal in het begin van cursusjaar 2015-2016 een methode commissie aangesteld worden die bestaat uit de directeur, de IB-er en een leerkracht die zojuist gecertificeerd is voor de opleiding ‘Gedrags-coach’ (Windesheim instituut). Deze commissie gaat op zoek naar een nieuwe aanpak die geschikt voor de Spinmolen. Hopelijk zal in de tweede helft van dit cursusjaar de keuze gemaakt zijn en zullen er scholingsbijeenkomsten belegd worden om deze methode goed te implementeren.  Zoals reeds toegepast in het vorige cursusjaar, zullen twee keer per jaar de individuele vragenlijsten van “ZIEN” (LVS Sociaal-emotionele ontwikkeling) in de groepen 3 t/m 8 afgenomen worden. In de groepen 1 & 2 wordt periodiek de observatielijsten van ‘KIJK’ ingevuld. Dit is een LVS voor kleuterontwikkeling, waarin het sociaal-emotionele aspect is inbegrepen.  We zullen proberen om in dit cursusjaar een koppeling te maken tussen de LVS-en ZIEN/KIJK enerzijds, en de nieuwe methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Als dit plan te ambitieus blijkt te zijn, verschuiven we dit item naar het jaarplan 2016-2017.  Daarnaast willen we, in samenwerking met het CJG, een aantal lessen bij bureau HALT (of een andere instantie) arrangeren voor de groepen 6 t/m 8 die gaan over de hedendaagse problematiek met de ‘social media’. In de laatste jaren is er namelijk een sterke toename te signaleren van het aantal conflicten dat mede ontstaat door de informatiestroom via de social media (Facebook, Whattsapp, enz.). Jaarplan 2015-2016 Schematisch

Beleidsterrein

ICT

Verbeterpunt (wat)

Implementatie Office 365 (sharepoint)

Gewenste situatie (doel)

Aan het eind van schooljaar 2015-2016 hebben we geen H-schijf meer, staan alle bestanden in de Cloud en gebruiken we dit systeem voor de interne communicatie. -

Indicator Activiteiten (hoe)

1. Intakeformulier wordt ingevuld door directeur. 2. Intakegesprek directeur met ‘Vierkant Goed’ inrichting Sharepoint


37

Periode (wanneer)

3. Workshopbijeenkomsten onder leiding van VierkantGoed 4. In september een studiemiddag 5. Individueel-in groepjes bestanden overzetten (werkvergadering) Directie, IB, leerkrachten, VierkantGoed, Johan Molenaar, William zwarthoed September 2015 – juli 2016

Proceseigenaar

Freek

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Juli 2016

Borging (hoe)

Office 365 wordt gebruikt.

Betrokkenen

Verloop/uitvoering (wat gedaan) Resultaat Afgerond

Ja

Beleidsterrein

ICT

Verbeterpunt (wat)

Uitbreiding kennis en vaardigheden ParnasSys – Integraal


Betrokkenen

Leerkrachten worden steeds vaardiger in het omgaan met ParnasSys – Integraal en weten welke overzichten het beste geraadpleegd kunnen worden. 7.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen 7.2 De leerkrachten volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen 1. Tijdens team- en opbrengstvergaderingen ParnasSys gebruiken 2. Bij analyse Cito toetsen gebruik van overzichtsbladen 3. Dagelijkse handelingen in het LAS Directie, IB, ICT-er, leerkrachten

Periode (wanneer)

Voortdurend

Proceseigenaar

Directie

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

N.v.t.

Borging (hoe)

Afgerond

1. Regelmatige toetsing d.m.v. klassenconsultaties en flitsbezoeken. 2. Handleidingen op Office 365 1. Cursus ParnasSys 13 december 2012 2. Teamvergaderingen met ParnasSys 3. Overzichten uitdraaien t.b.v. analyse Cito toetsen Leerkrachten zijn redelijk vaardig bij het zoeken naar de juiste overzichten. Ja Nee Naar 2016-2017 Niet meer van toepassing

Beleidsterrein

Talenten

Verbeterpunt (wat)

- Uitbreiding kennis en vaardigheden in de omgang met meerhoogbegaafden - De school hanteert onderwijsprogramma’s en leerlijnen die goed zijn afgestemd op leerlingen met meer dan een gemiddelde intelligentie. - De leerkrachten zijn in staat “talenten” te signaleren. - De leerlingen krijgen onderwijs op maat. - Er worden voor de leerlingen ruimtes gecreëerd waar ze kunnen werken.

Indicator

Activiteiten (hoe)

Verloop/uitvoering (wat gedaan) Resultaat


Indicator

Nee

Naar 2016-2017

Niet meer van toepassing

6 De leerkrachten stemmen aanbod, instructie, verwerking en onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie


38

Activiteiten (hoe)

Betrokkenen

1. Leerkrachten nemen gecertificeerde vragenlijsten, de SIDI-3, af om bovengemiddelde leerlingen te traceren (in het najaar van ieder cursusjaar) 2. Er wordt in de groepen gewerkt met op maat gesneden, gepersonaliseerde programma’s, zoals Muiswerk en Acadin. 3. Er worden ruimtes, hoeken gecreëerd waar deze leerlingen kunnen werken. Directie, IB, leerkrachten, externe deskundige

Periode (wanneer)

2015 - 2019

Proceseigenaar

Directie, IB-er, bouwcoördinatoren

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Ieder leerjaar tijdens flitsbezoeken, klassenconsultaties.

Borging (hoe)

Afspraken worden vastgelegd?


Ja

Beleidsterrein

Vakgebieden

Verbeterpunt (wat)

Vernieuwen methode Technisch – Begrijpend lezen


Betrokkenen

- Er is een nieuwe methode technisch lezen voor de groepen 4 t/m 6 - Er is en nieuwe methode begrijpend lezen voor de groepen 4 t/m 8 2.1.1 Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse Taal betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen 2.2.1 De leerinhouden voor Nederlandse Taal worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8 2.3 De leerhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan 1. Oriëntatie leerkrachten pilot ‘Leeslink’ (aug.- nov. 2015) 2. Oriëntatie methode werkgroep (aug.- nov. 2015) 3. Rapportage aan team (nov. 2015) 4. Besluit en aanschaf (nov. 2015) 7. Implementatie nieuwe methode (schooljaren ‘15-’16; ’16-’17) Directie, leerkrachten, schoolleverancier?

Periode (wanneer)

Zie activiteiten

Proceseigenaar

Werkgroep Methode commissie lezen.

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

In schooljaar 2016-2017 wordt de methode gevolgd

Indicator

Activiteiten (hoe)

Nee

Naar 2016-2017



Ja

Beleidsterrein

Vakgebieden

Verbeterpunt (wat)

Nee

Naar 2016-2017


Vernieuwen methode Sociaal-emotionele ontwikkeling: KIVA


Er is een nieuwe methode sociaal-emotionele ontwikkeling KIVA

Indicator

4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen.


39

Betrokkenen

4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 1. Oriëntatie werkgroep (juni – augustus 2015) 2. Afspraken maken met externe begeleiders startinvoering methode. 3. Cursusdagen hele team invoering KIVA: 11-01-2016 en 25-02-2016 4. Aanschaf methode (januari 2016) 5. Implementatie KIVA (schooljaren ’15-’16; ’16-‘17) Directie, leerkrachten, externe docenten KIVA

Periode (wanneer)

Zie activiteiten

Proceseigenaar

Werkgroep

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

In schooljaren ’15-’16; ’16-‘17wordt de methode gevolgd

Activiteiten (hoe)


Ja

Beleidsterrein

Sociaal-emotionele ontwikkeling

Verbeterpunt (wat)

1. Invoeren nieuwe methode voor soc. emot. ontwikkeling: KIVA 2. Leerlingen goed leren omgaan met social media.


Periode (wanneer)

Aan het einde van schooljaar 2015-2016 zijn de leerkrachten gecertificeerd om met KIVA te mogen werken. Aan het einde van schooljaar 2015-2016 zijn de gedragscoach/IB-er gecertificeerd tot KIVA-team docenten. Vanaf januari/februari 2016 wordt er in alle groepen met KIVA gewerkt. Leerlingen kennen de gevaren van social media en de leefregels hoe er mee om te gaan. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 1. Twee studiedagen invoering KIVA: 11-01-2016 en 25-02-2016 2. Gastlessen HALT ‘social media’ groepen 6 t/m 8 Leerkrachten, gedragscoach, externe deskundige KIVA, externe medewerker(s) HALT September 2015 – juni 2016

Proceseigenaar

Directie, gedragscoach,

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

Klassenbezoeken; flitsbezoeken; evaluatievergadering over gang van zaken.

Indicator

Activiteiten (hoe) Betrokkenen

Nee

Naar 2016-2017



Ja

Nee

Naar 2016-2017

Beleidsterrein

Leerlingen

Verbeterpunt (wat)

HPGD, voeren kind gesprekken



40


Betrokkenen

Aan het einde van schooljaar 2015-2016 is het voeren van een kindgesprek een vast onderdeel in de HPGD cyclus 7 De leerkrachten volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen 8 De leerlingen die dat nodig hebben, krijgen extra zorg 9 De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg 1. Plannen van kindgesprekken voorafgaand ondersteuningsteam bijeenkomsten 2. Verslag hiervan in groeidocument kind Directie, IB, leerkrachten

Periode (wanneer)

September 2015 – juli 2016

Proceseigenaar

IB-er

Procesontwikkelaar

Gespecialiseerde Leerkrachten; IB-er

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

Groeidocumenten

Indicator

Activiteiten (hoe)


Ja

Nee

Naar 2016-2017


Beleidsterrein

Leerkrachten

Verbeterpunt (wat) Gewenste situatie (doel)

1. Optimaliseren gesprekcyclus 2. Invoeren Taakbeleid Taakbeleid en gesprekscyclus worden uitgevoerd conform afspraken

Indicator

-

Activiteiten (hoe)

Betrokkenen

1. Opstellen taakbeleid (oriëntatie mei juni 2015) 2. Invoeren taakbeleid (schooljaar 2015-2016) 3. Voeren functioneringsgesprekken (schooljaar 2015-2016) 4. Communiceren gesprekscyclus Directie, IB, leerkrachten

Periode (wanneer)

Zie activiteiten

Proceseigenaar

Directie

Procesontwikkelaar

Directie en leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

Digitale dossiers in de Digitale Gesprekscyclus afzonderlijke leerkrachten


Ja

Beleidsterrein

Directie

Verbeterpunt (wat)

1. Planmatige inrichting kwaliteitscyclus


Aan het einde van schooljaar 2015-2016 is er een document planning en control, alsmede een evaluatieplan 9 De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg


Nee

Naar 2016-2017


Betrokkenen

1. Ontwerpen document planning en control 2. Ontwerpen evaluatieplan Directie, IB, leerkrachten

Periode (wanneer)



41

Proceseigenaar

Directie

Procesontwikkelaar

Directie

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

Structurele uitvoering


Ja

Beleidsterrein

Huisvesting

Verbeterpunt (wat)

Herinrichten schoolplein


Aan het eind van schooljaar 2016-2017 is de herinrichting van het schoolplein voltooid -


Nee

Naar 2016-2017


Betrokkenen

1. Onderzoeken hoeveel budget beschikbaar is (bovenschools) 2. Stappenplan maken (acties/tijd/uitvoerders) 3. Uitwerking in werkgroep Directie, leerkrachten, leerlingen, ouders, instanties

Periode (wanneer)


Proceseigenaar

Werkgroep

Procesontwikkelaar

Directie, werkgroep, instantie(s)

Evaluatie (wanneer)

Juni 2016

Borging (hoe)

-


Ja

Beleidsterrein

Didactisch handelen

Verbeterpunt (wat)

- Lesdoel benoemen en reflecteren hierop - Reflecteren op het werkproces. Het inburgeren als vast onderdeel van de lessen is het benoemen en reflecteren op het lesdoel én kinderen uitleggen waarom dit belangrijk is 5.1 De leerkrachten geven duidelijk uitleg van de leerstof



Nee

Naar 2016-2017


Betrokkenen

1. Tijden lessen het lesdoel noemen en opschrijven 2. Reflecteren aan het einde van de les Leerkrachten, leerlingen

Periode (wanneer)

Voortdurend

Proceseigenaar

Directie

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

Tijdens klassenbezoeken en functioneringsgesprekken

Borging (hoe)

Klassenconsultaties en flitsbezoeken door directie.


Ja

Nee

Naar 2016-2017



42

Beleidsterrein Verbeterpunt (wat) Gewenste situatie (doel)

Samenwerking met ouders Ouders beter informeren over het onderwijsproces.

Betrokkenen

Ouders zijn tevreden over de info die ze krijgen over het onderwijsproces van hun kind. “De ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt.” Bouwbijeenkomst onderbouw waarin afspraken gemaakt worden over aanpak ter verbetering informatievoorziening naar ouders. Leerkrachten onderbouw.

Periode (wanneer)

Augustus-juni 2015-2016

Eigenaar (wie)

Bouwcoördinator Onderbouw

Evaluatie (wanneer)

2018 (n.a.v. oudertevredenheidslijst)


Borging (hoe) Verloop/uitvoering (wat gedaan) Resultaat Afgerond

Beleidsterrein

kwaliteitszorg

Verbeterpunt (wat)

Groepsplannen


Activiteiten (hoe)

De leerkrachten worden bedreven in het ontwikkelen, bijhouden en evalueren van de groepsplannen op het gebied van R&W; BL; TL; Sp 8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.2 De school voert de zorg planmatig uit. 8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. Samenwerking meten/of begeleiding door IB-er

Betrokkenen

Directie, IB-er, leerkrachten,

Periode (wanneer)

Augustus 2015 – juni 2019

Proceseigenaar

IB-er

Procesontwikkelaar

Leerkrachten

Evaluatie (wanneer)

4 keer per jaar (na iedere 10 weken) van 2015 t/m 2019

Borging (hoe)

Controle IB-er en directeur

Indicator


Ja

Nee

Naar 2016-2017



43

7.7

Jaarplannen 2016-2017

7.8


7.9



44

8. Bijlagen 1) Vaststellingsformulier 2) Schoolprofielen 3) Conclusies en aanbevelingen, n.a.v. inspectiebezoek, vanuit het gesprek met de onderwijsinspecteur Andre Drost (op maandag 02-10-2011) 4) Opbrengstanalyse alle bouwen n.a.v. CITO M-toets 2015 (trendanalyse). 5) Notulen team bijeenkomst ‘analyse tevredenheidsonderzoeken’ op dinsdagmiddag 24 maart


45


46

Bijlage 2 Schoolprofielen Om zicht te krijgen hoe de school presteert met betrekking tot verschillende thema’s zijn profielen samengesteld. (NB: Zie voor uitleg afkortingen de tabel onder de profielen).

Vragenlijst: planmatige ondersteuning Indicator

Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong

De leerkracht volgt met behulp van toetsen en observatie-instrumenten systematisch de ontwikkeling van alle kinderen.

4.0

0.0

Waarnemen en begrijpen - PO - SF - 13/11/14 - R:15

De leerkracht signaleert tijdig voorsprong en achterstand in ontwikkeling van kinderen.

3.9

0.3


De leerkracht geeft logische verklaringen voor de ontwikkeling van resultaten.

3.7

0.4


De leerkracht heeft per kind inzicht in de stimulerende en belemmerende factoren met betrekking tot de ontwikkeling.

3.7

0.5


De leerkracht stelt de onderwijsbehoeften van de kinderen vast.

3.7

0.4


De leerkracht laat ouders actief meedenken over de begeleiding van hun kind in de groep.

3.3

0.6


De leerkracht gebruikt analyses waar mogelijk voor de aanpak op groepsniveau.

3.5

0.5


De leerkracht volgt met behulp van toetsen en observatie-instrumenten systematisch de ontwikkeling van alle kinderen.

Waarnemen en begrijpen - PO - SF

De leerkracht signaleert tijdig voorsprong en achterstand in ontwikkeling van kinderen.


De leerkracht geeft logische verklaringen voor de ontwikkeling van resultaten.


De leerkracht heeft per kind inzicht in de stimulerende en belemmerende factoren met betrekking tot de ontwikkeling.


De leerkracht stelt de onderwijsbehoeften van de kinderen vast.




De leerkracht gebruikt analyses waar mogelijk voor de aanpak op groepsniveau.


De leerkracht formuleert meetbare, uitdagende doelen die passen bij de leerlingenkenmerken.

3.6

0.5

Planmatig handelen - PO - SF - 13/11/14 R:15

Analyses leiden tot beredeneerde keuzes met betrekking tot aanbod, instructie, verwerking en leertijd.

3.3

0.5


De ontwikkelingsperspectieven, groeps- en hulpplannen zijn van hoge kwaliteit.

3.2

0.7


Bewaakt de voortgang van ontwikkelingsperspectieven, groeps- en hulpplannen.

3.7

0.5


Evaluatie door de leerkracht leidt tot onderbouwde keuzes voor het vervolg.

3.5

0.5


De leerkracht bereikt dat leerlingen ‘eigenaar’ zijn van hun handelingsplan.

2.7

0.6


De leerkracht formuleert meetbare, uitdagende doelen die passen bij de leerlingenkenmerken.

Planmatig handelen - PO - SF


47

Analyses leiden tot beredeneerde keuzes met betrekking tot aanbod, instructie, verwerking en leertijd.


De ontwikkelingsperspectieven, groeps- en hulpplannen zijn van hoge kwaliteit.


Bewaakt de voortgang van ontwikkelingsperspectieven, groeps- en hulpplannen.


Evaluatie door de leerkracht leidt tot onderbouwde keuzes voor het vervolg.




De school zorgt voor een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen.

3.5

0.5

Organisatie en aansturing - PO - SF - 13/11/14 - R:2

De interne begeleider implementeert criteria en richtlijnen m.b.t. het bieden van extra ondersteuning.

3.0

0.0


De school hanteert een sluitende ondersteuningsen zorgaanpak voor leerlingen met dyslexie.

4.0

0.0


De school hanteert een sluitende ondersteuningsen zorgaanpak voor leerlingen met dyscalculie.

3.5

0.5


De school is in staat vroegtijdig leer- opgroei en opvoedproblemen te signaleren.

4.0

0.0


De school hanteert een sluitende aanpak op sociale veiligheid en gedragsproblemen.

3.0

0.0


De school hanteert een adequaat protocol voor medische handelingen.

4.0

0.0


De interne begeleider implementeert criteria en richtlijnen m.b.t. het opstellen en uitvoeren van ontwikkelingsperspectieven.

4.0

0.0


De interne begeleider Implementeert criteria en richtlijnen om een ononderbroken ontwikkeling van kinderen te bevorderen.

3.0

0.0


De interne begeleider evalueert systematisch de kwaliteit van de uitvoering van waarnemen, begrijpen, plannen, handelen en evalueren.

3.0

0.0


De interne begeleider ondersteunt leerkrachten systematisch in de fasen van waarnemen, begrijpen, plannen, handelen en evalueren.

3.5

0.5


De interne begeleider implementeert richtlijnen en procedures om goede samenwerking met ouders/verzorgers over de begeleiding van het kind te realiseren.

3.5

0.5


De interne begeleider bereikt dat leerkrachten zichzelf als eerstverantwoordelijke zien van de ondersteuning aan al hun leerlingen.

3.5

0.5


De interne begeleider heeft de vereiste administratie stipt op orde.

3.5

0.5



Organisatie en aansturing - PO - SF

De interne begeleider implementeert criteria en richtlijnen m.b.t. het bieden van extra ondersteuning.


De school hanteert een sluitende ondersteuningsen zorgaanpak voor leerlingen met dyslexie.


De school hanteert een sluitende ondersteuningsen zorgaanpak voor leerlingen met dyscalculie.



48

De school is in staat vroegtijdig leer- opgroei en opvoedproblemen te signaleren.




De school hanteert een adequaat protocol voor medische handelingen.


De interne begeleider implementeert criteria en richtlijnen m.b.t. het opstellen en uitvoeren van ontwikkelingsperspectieven.


De interne begeleider Implementeert criteria en richtlijnen om een ononderbroken ontwikkeling van kinderen te bevorderen.








De interne begeleider bereikt dat leerkrachten zichzelf als eerstverantwoordelijke zien van de ondersteuning aan al hun leerlingen.


De interne begeleider heeft de vereiste administratie stipt op orde.


Externe contacten worden benut om kinderen een ononderbroken ontwikkeling te bieden.

4.0

0.0

Samenwerking met externen - PO - SF 13/11/14 - R:2

Expertise vanuit het netwerk wordt benut om de ondersteuningscapaciteit van de school te vergroten.

3.5

0.5

Samenwerking met externen - PO - SF 13/11/14 - R:2

Externe contacten worden benut om kinderen een ononderbroken ontwikkeling te bieden.

Samenwerking met externen - PO - SF

Expertise vanuit het netwerk wordt benut om de ondersteuningscapaciteit van de school te vergroten.


De leerkrachten volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. (2009-7.2)


De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen bijzondere zorg nodig hebben. (2009-8.1)


Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de leerlingen. (2009-8.2)


De school voert de zorg planmatig uit. (20098.3*)


De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. (2009-8.4)


De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. (2009-7.1*)


De school stelt bij plaatsing (of indien nodig) voor leerlingen een ontwikkelingsperspectief vast. (2009 S7.3)


De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzes. (2009-S7.4)


De school zoekt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op



49

leerling-niveau haar eigen kerntaak overschrijden. (2009-8.5) Leerkrachten zijn tevreden over de ondersteuning die de kinderen geboden wordt.

3.3

0.6


Leerkrachten zijn tevreden over de aansturing van de leerlingondersteuning.

3.2

0.7


Leerkrachten zijn tevreden over de manier waarop zij ondersteund worden om kinderen goed te begeleiden.

3.3

0.6


Leerkrachten zijn tevreden over de manier waarop zij ondersteund worden om de onderwijsbehoeften vast te stellen.

3.4

0.5


Leerkrachten zijn tevreden over hoe zij ondersteund worden om planmatig te werken.

3.3

0.7


De leerkracht begrijpt wat het kind nodig heeft.

3.3

0.7

Leerlingenondersteuning - PO - SF - 13/11/14 - R:52

De leerkracht komt direct in actie wanneer kinderen extra begeleiding nodig hebben.

3.1

0.9


De leerkracht gaat met ouders in gesprek om een compleet beeld te krijgen van het kind.

2.8

1.1


De leerkracht denkt samen met de ouders na over wat de beste begeleiding is voor hun kind.

2.9

1.0


Ouders zijn tevreden over hoe men op school kinderen met leermoeilijkheden begeleidt.

2.9

0.9


Ouders zijn tevreden over hoe men op school kinderen met gedragsmoeilijkheden begeleidt.

2.8

1.0


Ouders zijn tevreden over hoe men op school kinderen die meer- of hoogbegaafd zijn extra uitdaging biedt.

3.2

0.8


De school informeert ouders optimaal over de ontwikkeling van hun kind.

4.0

0.0

Informeren - SMO - SF - 13/11/14 - R:1


Informeren - SMO - SF

Personeelsleden zijn tevreden over de wijze waarop ouders actief betrokken worden bij de ondersteuning van hun kind.

3.5

0.6

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:15

Ouders zijn tevreden over hoe men op school met hen samenwerkt rondom de begeleiding van hun kind.

3.3

0.9

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:44

Ouders zijn tevreden over de deskundigheid van de intern begeleiders en de zorgspecialisten van de school.

3.5

0.7

Personeel - OM - SF - 13/11/14 - R:36

Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.

3.0

0.0

Resultaten onderwijs - IM - SF - 13/11/14 R:1

Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.

Resultaten onderwijs - IM - SF

Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. (20091.4)

Resultaten onderwijs - IM - SF

LEGENDA Domein

Vragenlijsttype

OLP

Onderwijsleerproces

ZE

Zelfevaluatievragenlijst

PO

Planmatige ondersteuning

AUD

Auditorenvragenlijst

SC

Schoolcultuur

INS

Inspectievragenlijst

SMO

Samenwerking met Ouders

PTP

Personeelstevredenheidspeiling

KM

Kwaliteitsmanagement

OTP

Oudertevredenheidspeiling

OM

Organisatiemanagement

LTP

Leerlingtevredenheidspeiling

IM

Imago


50

LEGENDA Domein (o)

Domein (o)

OLP (o)

Onderwijsleerproces

IC (o)


SK (o)

Schoolklimaat

CMO (o)

Communicatie met ouders

LA (o)

Leerstofaanbod

CME (o)

Contacten met externen

OT (o)

Onderwijstijd

SO (o)

Schoolontwikkeling

ZEB (o)

Zorg en begeleiding

OB (o)

Organisatiebeleid

KZ (o)

Kwaliteitszorg

IM (o)

Imago


51

Vragenlijst: Zorg voor kwaliteit Indicator

Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong


3.5

0.5



3.0

0.0



3.5

0.5








De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. (2009-7.1*)


De school verzamelt systematisch informatie over de kenmerken van de leerlingenpopulatie.

4.0

0.0

Voorwaarden voor kwaliteit - KM - SF 13/11/14 - R:1

De school stemt het onderwijsleerproces af op de kenmerken van de leerlingenpopulatie.

4.0

0.0


De school evalueert het functioneren van oudleerlingen in het vervolgonderwijs.

4.0

0.0


De school verzamelt systematisch informatie over de kenmerken van de leerlingenpopulatie.

Voorwaarden voor kwaliteit - KM - SF

De school stemt het onderwijsleerproces af op de kenmerken van de leerlingenpopulatie.


De school evalueert het functioneren van oudleerlingen in het vervolgonderwijs.


De school stelt doelen op het gebied van schoolontwikkeling.

3.0

0.0

Systeem voor zelfevaluatie - KM - SF 13/11/14 - R:1

De school analyseert systematisch het onderwijsleerproces.

3.0

0.0


De school analyseert systematisch de leerlingresultaten.

4.0

0.0


De school plant ieder jaar activiteiten in om de kwaliteit van het onderwijs te borgen en te verbeteren.

4.0

0.0


De school onderzoekt systematisch de effecten van de genomen verbetermaatregelen.

4.0

0.0


De school bereikt dat kwaliteitsmanagement een zaak is van het hele team.

3.0

0.0


De school communiceert op gezette tijden over de kwaliteit van het onderwijs met alle personen en groepen die bij de school betrokken zijn.

3.0

0.0


De school stelt doelen op het gebied van schoolontwikkeling.

Systeem voor zelfevaluatie - KM - SF

De school analyseert systematisch het onderwijsleerproces.



52

De school analyseert systematisch de leerlingresultaten.


De school plant ieder jaar activiteiten in om de kwaliteit van het onderwijs te borgen en te verbeteren.


De school onderzoekt systematisch de effecten van de genomen verbetermaatregelen.


De school bereikt dat kwaliteitsmanagement een zaak is van het hele team.


De school communiceert op gezette tijden over de kwaliteit van het onderwijs met alle personen en groepen die bij de school betrokken zijn.


De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. (2009-9.1)


De school evalueert jaarlijks systematisch de resultaten van de leerlingen. (2009-9.2)


De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. (2009-9.3)


De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. (2009-9.4)


De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. (2009-9.5)


De school verantwoordt zich aan haar belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. (2009-9.6)



53

Vragenlijst: Sociale veiligheid Indicator

Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong

De leerkracht biedt kinderen structuur.

4.0

0.0

Leefklimaat in de groep - OLP - SF - 13/11/14 - R:15

De leerkracht versterkt positief gedrag van kinderen.

3.9

0.3


De leerkracht bereikt een positieve onderlinge omgang bij de kinderen in de groep.

3.8

0.4


De leerkracht creëert in de groep een klimaat waarin kinderen elkaar helpen.

3.9

0.3


De leerkracht werkt met de groep doelgericht aan het realiseren van een positief groepsklimaat.

3.7

0.4


De leerkracht biedt kinderen structuur.

Leefklimaat in de groep - OLP - SF

De leerkracht versterkt positief gedrag van kinderen.


De leerkracht bereikt een positieve onderlinge omgang bij de kinderen in de groep.






Kinderen hebben het naar hun zin in de groep.

3.7

0.6


Ouders zijn tevreden over de orde in de groep.

3.7

0.5


Ouders zijn tevreden over de omgang tussen kinderen in de groep.

3.4

0.8


Kinderen hebben het naar hun zin in de groep.

3.4

0.7


De leerkracht kan goed orde houden.

3.4

0.7


De leerkracht laat kinderen nadenken over de regels in de groep.

3.1

1.0


Er gebeuren weinig vervelende dingen in hun groep.

2.4

1.0


Kinderen in de groep doen aardig tegen elkaar.

2.9

0.8


In de groep hoort iedereen erbij.

3.0

1.0


De leerkracht praat met de kinderen over hoe het gaat in de groep.

2.7

1.0



3.0

0.0




Er is een klimaat waarin iedereen zich veilig voelt.

3.0

0.0

Leefklimaat op school - SC - SF - 13/11/14 R:1

Er is een cultuur waarin iedereen zich gewaardeerd voelt.

4.0

0.0


Onderlinge interacties verlopen overwegend positief.

4.0

0.0


Incidenten die betrekking hebben op welzijn komen slechts bij hoge uitzondering voor.

3.0

0.0


Pestgedrag komt slechts bij hoge uitzondering voor.

3.0

0.0


Er is een klimaat waarin iedereen zich veilig voelt.

Leefklimaat op school - SC - SF


54

Er is een cultuur waarin iedereen zich gewaardeerd voelt.


Onderlinge interacties verlopen overwegend positief.


Incidenten die betrekking hebben op welzijn komen slechts bij hoge uitzondering voor.


Pestgedrag komt slechts bij hoge uitzondering voor.


De school realiseert open communicatie.

4.0

0.0

Interne communicatie - SC - SF - 13/11/14 R:1


Interne communicatie - SC - SF

De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. (2009-4.2)


Het personeel voelt zich aantoonbaar veilig op school. (2009-4.3)


De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. (2009-4.4)


De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. (2009-4.5)


De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. (2009-4.6)


Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. (2009-4.7).


De sfeer op school draagt positief bij aan het welbevinden.

3.7

0.6


Personeelsleden voelen zich veilig op school.

3.9

0.3


Personeelsleden zijn tevreden over de rust en orde op school.

3.5

0.5


Personeelsleden zijn tevreden over het toezicht dat er is op de kinderen buiten de groep.

3.3

0.6


Personeelsleden zijn tevreden over hoe ze er in slagen pesten te voorkomen.

3.3

0.6


Personeelsleden zijn tevreden over de openheid waarmee er met elkaar gecommuniceerd wordt.

3.5

0.5


Tijdens overleg spreken vrijwel alle personeelsleden hun mening uit.

3.3

0.6


Personeelsleden zijn tevreden over de communicatie tussen de schoolleiding en het personeel.

3.7

0.5


Kinderen voelen zich veilig op school.

3.8

0.5


Ouders zijn tevreden over de manier waarop er buiten de klas toezicht op kinderen wordt gehouden.

3.3

0.7


Ouders zijn tevreden over hoe kinderen op het schoolplein met elkaar omgaan.

3.4

0.6


Ouders zijn tevreden over de wijze waarop de school omgaat met pestgedrag.

3.3

0.8


Kinderen voelen zich veilig op school.

3.5

0.8


Leerkrachten helpen snel als er iets vervelends gebeurt.

3.3

0.8


Leerkrachten hebben snel in de gaten als iemand gepest wordt.

2.9

1.0



55

Kinderen vinden het fijn op het plein.

3.4

0.8


Pleinwachten letten er goed op of kinderen zich aan de regels houden.

3.0

0.9


De leerkracht praat met de kinderen over hoe ze met elkaar omgaan op het plein.

2.8

1.0


Kinderen hebben voldoende vrienden en vriendinnen op school.

3.6

0.8

Aanvaarding - SC - SF - 11/11/14 - R:90

Kinderen durven makkelijk iets te vragen in hun groep.

3.2

0.8


Kinderen doen meestal aardig tegen elkaar.

3.3

0.8


Kinderen helpen elkaar meestal graag.

3.0

0.9



56

Vragenlijst: Ouderparticipatie Indicator


Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong

3.3

0.6


De leerkracht laat ouders actief meedenken over de begeleiding van hun kind in de groep. De interne begeleider implementeert richtlijnen en procedures om goede samenwerking met ouders/verzorgers over de begeleiding van het kind te realiseren.

Waarnemen en begrijpen - PO - SF 3.5

0.5




De leerkracht gaat met ouders in gesprek om een compleet beeld te krijgen van het kind.

2.8

1.1


Personeel en ouders werken gemotiveerd samen.

3.0

0.0

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:1

Ouders voelen zich serieus genomen.

4.0

0.0

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:1

Er wordt integer over ouders gesproken.

3.0

0.0

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:1

De school biedt ouders mogelijkheden tot inspraak of meebeslissen.

3.0

0.0

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:1

Personeel en ouders werken gemotiveerd samen.

Cultuur - SMO - SF


Cultuur - SMO - SF

Er wordt integer over ouders gesproken.

Cultuur - SMO - SF

De school biedt ouders mogelijkheden tot inspraak of meebeslissen.

Cultuur - SMO - SF

De school stemt de informatievoorziening af op de informatiebehoefte van ouders.

3.0

0.0


De school geeft informatie die ouders in staat stelt mee te doen, mee te leven en mee te denken.

3.0

0.0



4.0

0.0


De school stemt de informatievoorziening af op de informatiebehoefte van ouders.


De school geeft informatie die ouders in staat stelt mee te doen, mee te leven en mee te denken.




De ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. (2009-4.1)

Cultuur - SMO - SF

Personeelsleden en ouders werken gemotiveerd samen.

3.6

0.5

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:15

Ouders worden serieus genomen.

3.8

0.4

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:15

Personeelsleden praten integer over ouders.

3.7

0.5

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:15

Personeelsleden zijn tevreden over de wijze waarop ouders actief betrokken worden bij de ondersteuning van hun kind.

3.5

0.6

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:15

Ouders voelen zich welkom op school.

3.9

0.3

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:53


3.5

0.8

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:51

Ouders zijn tevreden over hoe de school omgaat met klachten en kritiek.

3.4

0.8

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:36

Ouders zijn tevreden over hoe men op school met hen samenwerkt rondom de begeleiding van hun kind.

3.3

0.9

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:44


57

Ouders zijn tevreden over de mogelijkheden die de school hen biedt om mee te doen met schoolse activiteiten.

3.7

0.5

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:48

Ouders zijn tevreden over de inspraakmogelijkheden die de school biedt.

3.2

0.8

Cultuur - SMO - SF - 13/11/14 - R:34

Ouders zijn tevreden over hoe de school hen informeert over de vorderingen van hun kinderen.

2.8

0.9


Ouders zijn tevreden over hoe de leerkracht hen informeert over de aanpak in de groep.

2.8

1.0


Ouders zijn tevreden over hoe ze geïnformeerd worden over de gang van zaken op school.

3.1

1.0


Ouders vinden de informatie van de school begrijpelijk.

3.7

0.6



58

Vragenlijst: Leerlingparticipatie Indicator

Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong


3.9

0.3



3.7

0.4






De leerkracht bereikt dat kinderen van en met elkaar leren.

3.6

0.5

Leerklimaat in de groep - OLP - SF - 13/11/14 - R:15

De leerkracht bereikt dat kinderen zelfstandig leergedrag ontwikkelen.

3.7

0.5


De leerkracht bereikt dat kinderen in toenemende mate initiatieven nemen.

3.5

0.5


De leerkracht zet sterke kanten van de kinderen in om de kwaliteit van het leren te verbeteren.

3.7

0.5


De leerkracht bereikt dat kinderen van en met elkaar leren.

Leerklimaat in de groep - OLP - SF

De leerkracht bereikt dat kinderen zelfstandig leergedrag ontwikkelen.


De leerkracht bereikt dat kinderen in toenemende mate initiatieven nemen.


De leerkracht zet sterke kanten van de kinderen in om de kwaliteit van het leren te verbeteren.


De leerkracht bereikt dat kinderen in eigen woorden kunnen zeggen wat ze aan het einde van de les moeten weten of kunnen.

3.3

0.4

Instructie - OLP - SF - 13/11/14 - R:15

De leerkracht geeft kinderen inzicht in hoeverre zij het lesdoel hebben bereikt.

3.5

0.5


De leerkracht bereikt dat kinderen in eigen woorden kunnen zeggen wat ze aan het einde van de les moeten weten of kunnen.

Instructie - OLP - SF

De leerkracht geeft kinderen inzicht in hoeverre zij het lesdoel hebben bereikt.


De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. (2009-5.3*)


De leerkracht laat kinderen nadenken over de regels in de groep.

3.1

1.0


De leerkracht praat met de kinderen over hoe het gaat in de groep.

2.7

1.0


De leerkracht praat met kinderen over wat ze nog moeilijk vinden.

3.0

1.0


De leerkracht legt bijna altijd uit waarom de kinderen iets moeten leren.

2.9

1.0


De leerkracht laat kinderen vertellen wat ze geleerd hebben.

2.6

1.1


Kinderen leren te zeggen hoe ze over dingen denken.

2.6

1.0

Leerstofaanbod - OLP - SF - 11/11/14 - R:90


2.7

0.6


De leerkracht bereikt dat leerlingen ‘eigenaar’ zijn van hun handelingsplan. De leerkracht praat met de kinderen over hoe ze met elkaar omgaan op het plein.

Planmatig handelen - PO - SF 2.8

1.0



59


60

Vragenlijst: Professionele schoolcultuur Indicator

Resultaat

Standaarddeviatie

Oorsprong

De schoolleiding bereikt dat personeelsleden doelgericht gebruik maken van elkaars kennis en kwaliteiten.

3.0

0.0

Werkklimaat op school - SC - SF - 13/11/14 R:1

De schoolleiding bereikt dat de verschillende geledingen van en met elkaar leren.

3.0

0.0


De schoolleiding bereikt dat personeelsleden gemotiveerd zijn om samen te werken aan schoolontwikkeling.

3.0

0.0


De schoolleiding realiseert een cultuur waarin teamleden elkaar aanspreken op afspraken en verantwoordelijkheden.

3.0

0.0


De schoolleiding realiseert een cultuur die het nemen van initiatieven aanmoedigt.

4.0

0.0


De schoolleiding realiseert een cultuur waarin teamleden graag nieuwe dingen leren.

3.0

0.0


De schoolleiding stuurt met succes op teameffectiviteit.

3.0

0.0


De schoolleiding bereikt dat personeelsleden doelgericht gebruik maken van elkaars kennis en kwaliteiten.

Werkklimaat op school - SC - SF

De schoolleiding bereikt dat de verschillende geledingen van en met elkaar leren.


De schoolleiding bereikt dat personeelsleden gemotiveerd zijn om samen te werken aan schoolontwikkeling.


De schoolleiding realiseert een cultuur waarin teamleden elkaar aanspreken op afspraken en verantwoordelijkheden.


De schoolleiding realiseert een cultuur die het nemen van initiatieven aanmoedigt.


De schoolleiding realiseert een cultuur waarin teamleden graag nieuwe dingen leren.


De schoolleiding stuurt met succes op teameffectiviteit.



4.0

0.0


Interne communicatie - SC - SF - 13/11/14 R:1 Interne communicatie - SC - SF

De leerkrachten werken vanuit een gezamenlijk onderwijsvisie.

3.0

0.0

Visiegericht - SC - SF - 13/11/14 - R:1

De onderwijskundige vernieuwingen hebben draagvlak binnen het team.

3.0

0.0


De teamleden blijven doelgericht werken aan het concretiseren van de onderwijsvisie.

3.0

0.0


De leerkrachten werken vanuit een gezamenlijk onderwijsvisie.

Visiegericht - SC - SF

De onderwijskundige vernieuwingen hebben draagvlak binnen het team.


De teamleden blijven doelgericht werken aan het concretiseren van de onderwijsvisie.


Er wordt doelgericht gebruik gemaakt van elkaars kennis en kwaliteiten.

3.3

0.4


Er is veel aandacht voor leren van en met elkaar.

3.1

0.7


Personeelsleden werken gemotiveerd samen.

3.5

0.5



61

Het is op school gewoon om elkaar aan te spreken op afspraken en verantwoordelijkheden.

3.5

0.5


Op school is veel ruimte voor eigen initiatief.

3.5

0.5


Personeelsleden leren graag nieuwe dingen, werkwijzen en inzichten.

3.1

0.6


Personeelsleden zijn tevreden over de ondersteuning die zij krijgen om hun werk goed uit te kunnen.

3.5

0.6


Personeelsleden zijn tevreden over de mate waarin het personeel er in slaagt om veranderingen ook echt door te voeren.

3.1

0.7


Personeelsleden zijn tevreden over hoe het hen lukt om in gang gezette veranderingen vol te houden.

3.3

0.7


Personeelsleden zijn tevreden over de manier waarop de schoolleiding veranderingen aanstuurt.

3.2

0.5


Tijdens overlegmomenten staat het concreet maken van de onderwijsvisie centraal.

3.4

0.5


Vrijwel iedereen spant zich in om de onderwijsvisie van de school te realiseren.

3.7

0.5


Personeelsleden worden voldoende betrokken bij de visievorming van de school.

3.6

0.5


De onderwijsvisie is in hoge mate zichtbaar in de dagelijkse praktijk.

3.5

0.5


Het is voor personeelsleden duidelijk wat de onderwijsvisie van de school betekent voor hun manier van werken.

3.5

0.5


De schoolleiding stimuleert dat personeelsleden zich blijven concentreren op het concreet maken van de onderwijsvisie.

3.4

0.6


De schoolleiding gaat periodiek met medewerkers in gesprek om de kwaliteit van het functioneren te volgen en te bevorderen.

4.0

0.0

Personeel - OM - SF - 13/11/14 - R:1

De schoolleiding gaat periodiek met medewerkers in gesprek om de kwaliteit van het functioneren te volgen en te bevorderen.

Personeel - OM - SF


62

Bijlage 3. Conclusies en aanbevelingen, n.a.v. inspectiebezoek, vanuit het gesprek met de onderwijsinspecteur Andre Drost (op maandag 02-10-2011).  De resultaten van ons rekenonderwijs zijn voldoende/goed!  De individuele zorg, voor de zorgleerlingen, komt in de groepsplannen onvoldoende naar boven. Opvallende zaken binnen deze ‘zorgcontext’ zijn: o

De zorgleerlingen zijn wel geclusterd in het groepsplan (zie zorggroep), maar er staat niet beschreven waar de specifieke zorgbehoefte van de zorgleerlingen, die specifieke zorg behoeven, uit bestaat. Je zou eventueel, in je groepsplan, verwijzen kunnen naar een specifiek document waarin beschreven staat wat de problematiek van deze zorgleerlingen is, wat je eraan denkt te gaan doen, hoe je dit wil uitvoeren en de specifieke doelen die je voor deze zorg leerling stelt. Bij de bepaling van de ‘specifieke doelen’ kun je gebruik maken van de behaalde ‘vaardigheidsscore’ van de zorg leerling. Deze vaardigheidsscore correspondeert met een leerlijn: een bepaalde leerinhoud! Verder moet er in dit document ook een duidelijke evaluatie van elke periode van specifieke zorg voor de zorg leerling staan.

o

De leerkracht is de verantwoordelijke persoon voor alle zorgleerlingen in zijn groep! 

De inspecteur kreeg de stellige indruk, dat op De Spinmolen de I.B.-er en de directie verantwoordelijk zijn voor de zorg. Dit is niet correct! De leerkracht is de verantwoordelijke persoon voor alle zorgleerlingen in zijn groep! Hij moet plannen en weten, welke begeleiding de zorg leerling krijgt. Deze zorg moet ook door de groepsleerkracht geëvalueerd worden. De inspecteur vond het bijvoorbeeld ontoelaatbaar, dat bepaalde leerkrachten tegen hem zeiden: “Wat er met dit kind gebeurt, weet ik niet precies. Dat moet je aan de R.T.-er vragen!” De leerkracht is de verantwoordelijke persoon voor de zorg en moet juist, als verantwoordelijke, het beste weten waar de zorg voor zijn zorgleerlingen uit bestaat!



Het is bijvoorbeeld aan te raden dat elke leerkracht, na een bepaalde toets periode (M of E), op een vast format, zelf de resultaten van zijn leerlingen evalueert! Hierbij zou de leerkracht zich twee vragen moeten stellen: 1. Wat vind ik van mijn uitslagen? Hoe kijk ik ertegenaan? 2. Dit resultaat in aanmerking nemende, moet de leerkracht zich de vraag stellen: “Wat ga ik in de komende periode hieraan doen?” Deze opzet zou de leerkracht vervolgens in het groepsplan kunnen zetten: op groepsniveau én op individueel (zorg)niveau. Dit plan moet vervolgens ingeleverd worden bij het management, die op schoolniveau een trendanalyse hiervan moet maken. De groepsleerkracht is dus eindverantwoordelijke voor het groepsplan! Er moet hierbij sprake zijn van ‘eigenaarschap’!





De (zorg)administratie moet eenduidig van vorm zijn door de hele school heen! De inspecteur constateerde dat de ‘klassenadministratie’ (logboek) bij iedere leerkracht anders van vorm was : “De ene leerkracht schreef op een gelinieerd A4tje elke dag enkele regeltjes, de andere leerkracht gebruikte een vast format met kolommen”. Er moet een vast format met het ‘dag-/weekrooster’ door de hele school heen gehanteerd worden, waarbij in een aparte kolom genoteerd kan worden wat de leerkracht tijdens het lesgeven geconstateerd/geobserveerd heeft, en welke ‘zorgaanpak’ de leerkracht daarbij aansluitend voor zijn zorgleerlingen realiseert.


63



Onder zorgleerlingen worden niet alleen de onderpresteerders bedoeld! Excellente leerlingen hebben ook specifieke zorg nodig (compacten/verrijken). Deze specifieke zorg moet eveneens in het groepsplan (of daaraan hangende documenten) beschreven staan.

o

Tijdens de vluchtige klassenbezoeken, kreeg de inspecteur toch wel een beeld van onze ‘instructie-cultuur’. Hij vond de instructies over het algemeen erg ‘klassikaal en sturend!’ De instructies duurden te lang. De instructie(s) moeten meer op maat zijn.  De zelfwerkzaamheid en zelfverantwoordelijkheid van onze leerlingen wordt niet of nauwelijks gestimuleerd! De inspecteur gaf een suggestie om dit te verbeteren: Geef de leerlingen een ‘weektaak’ waarbij ze zelf verantwoordelijk voor zijn. Daarnaast past ‘zelfcorrectie door de leerlingen’ goed binnen dit streven naar zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid. Als bijkomend voordeel biedt dit de leerkrachten meer tijd om te differentiëren (verlengde instructie/coaching getalenteerden).

o

De inspecteur miste het groepsplan taal en rekenen voor groep 1: De differentiatie tussen groep 1-leerlingen en groep 2-leerlingen zag je niet terug in ‘de grote kring’.

o

De inspecteur constateerde dat we een goed leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling hadden: SCOL. De SCOL score van onze leerlingenpopulatie was ook voldoende.  Hij miste echter een aan SCOL aansluitende aanpak/methode. Kort samengevat: Wat doen we met de onderzoeksgegevens die uit SCOL voortkomen? De SCOL score staat nog op zichzelf. De directie voerde aan dat dit een speerpunt is voor het volgende schooljaar. In het lopende schooljaar houden we ons al bezig met de invoering van onze nieuwe rekenmethode en het groepsplan spelling.


64

Bijlage 4 Opbrengstanalyse alle bouwen n.a.v. CITO M-toets 2015 (trendanalyse). 10 maart 2015 Bespreking trendanalyse van de cito voor kleuters. Rekenen: Er is een duidelijke stijgende lijn te zien bij het rekenen voor kleuters in groep 2. Als we kijken naar de balk zien we dat de laagste score die tot 40% mag, tot 30% gaat en Dat het A vak een stijging laat zien. De lijn staat op 4.2 en het hoogste is 5. Beide groepen hebben 1 uitvaller. Bij groep 1 kan nog geen lijn getoond worden ivm geen toetsen vorig jaar. Daar zitten ook al een paar hele slimmerds tussen, 1 zelfs met een foutloze cito. We hebben Wizwijs aangeschaft, die methode bevalt prima. Bij Taal voor keuters De lijn van groep 2 laat het volgende zien: van M1 3.1 naar eind E1 3.5 en nu M2 naar 4.0 gestegen Ook hier duidelijke stijging. Bij groep 1 zitten 3 E scorende kleuters, die moeten/ hebben een individueel hulpplan. Groep 1 en 2 scoren overall 75% in I, II en II We kunnen wel stellen dat we een sterke groep 2 hebben waarin meerdere kinderen al beginnen te lezen. De zwakkere leerlingen van groep 1 en 2, worden in de kleine kring extra begeleid. Ik en ko wordt regelmatig geraadpleegd en de spellen die erbij zitten zijn erg leuk, maar we hebben net een vrij intensief verkeer en vervoer project gehad en werken ook met schatkist. Plusgroep: De plusgroep is voor de slimmere kinderen een noodzakelijk iets, gezien de moeilijkheidsgraad van de verschillende opdrachten en het gemak waarmee ze de moeilijkste dingen toch gewoon even doen. Met de rt maandag minder en een volle groep is het organisatorisch lastiger. De woensdag en vrijdagmiddag zijn nu de momenten en we proberen ook extra in de klas te doen. Er is een zelfstandig spelcircuit dat wa aan het aanleren zijn, dan kunnen ze het ook zefl pakken. De computer: Er komen steeds meer nieuwe kinderen die thuis gewend zijn met een ipod/ipad/tablet te werken. De zitten over het beeldscherm te wrijven (touchscreen) en weten dus niet hoe de muis werkt. Dit is lastig aan te leren met 28 lln. tegelijk op de computer, op 3 plekken, waar gedifferentieerde programma’s vastlopen, of het geluid het niet doet……. Mogelijke oplossing is met computermoeders, maar we proberen het toch eerst even zelf, dit ivm het toch niet altijd stabiele hulpcircuit en dus weer extra hulpmoeders en de extra organisatie om eea aan ouders uit te leggen. Muiswerk: Voor kleuters heel leuk. Vooral de pluskinderen kunnen op eigen tempo verder. Maria en Simone hebben er al mee gewerkt, die doen in principe ook de klassikale computerles. Voor de Analyse, trend en evaluatie; zie map van Nel Voor de evaluatie per vak per lln/groep; zie groepsplannen. Met vriendelijke groet, Simone


65

Zor gsig naal ?

Groep 1A groot versc hil tusse n taal en reken en?

Eval uati e Wiz wijs

Woordenschat blijft moeili Trend over >groep 2 groep 2 laatste (3) III>II >4.1 > 4.2 jaren >groep 1 groep 1 - stijging, III 75% op start op I NW daling, niveau 4.1 fluctuer I,II,III. end - verloop van groep 3 Jaargroep >8 analyse Jaargroep In elke analyse kleutergroep 1 In elke gr 2 leerling kleutergroe met p 1 gr 2 achterstand. leerling met In groep 1 een achterstand leerling voor . kleuterverlengi In groep 1 ng. een leerling voor kleuterverle nging. Effect van uitgevoerde schoolverbe tertrajecten , aanschaf nieuwe methoden, enz

Wat zijn de vrag en die je wilt stell en?

Ik en Ko implemente ren Plusgroep kleuters

Verloop van 3 – 7 >7 IV > III <6 II3 II Jaargroep analyse Gr 6 3.4 < 2.6

WIZWIJS voor groep 1 en 2 aangeschaft. Plusgroep kleuters

jk. We hebben nu uitdagende en nieuwe programma’s op de pc maar hebben we voldoende tijd om er mee te werken. Zijn er wel genoeg computers/laptops/tablets?? Wat moeten we doen om de dalende trend in begrijpend lezen te stoppen? Muiswerk voor een jaar op proef, ook voor kleuters?? Moeten we daar gezamenlijk naar kijken of doet iedereen dat zelf.


66

Notulen bespreking analyses groep 3 t/m 5 Rekenen In groep 3 relatief gezien veel lln met een Cito score IV of V. Dit betekent dat er veel uitleg moeten worden gegeven aan de basisgroep. Er is een kleine +groep. De uitslagen van de methode toetsen zijn veel beter! De weektaak wordt in groep 3 en 4 ook nagekeken. Het ‘lescijfer’ zakt doordat het weektaakcijfer ook mee telt hierbij. (de weektaak wordt wat slechter gemaakt dan de lessen, omdat de leerlingen hierbij ook hun zelfstandigheid moeten laten zien) De zwakke kinderen moeten zo lang mogelijk bij de groep worden gehouden (**) In het midden van het schooljaar pas besluiten als lln echt heel zwak zijn, om ze in de *groep te plaatsen. Het is misschien een idee om op internet een oefencitotoets te zoeken, zodat ze kunnen wennen aan de manier van werken/ vragen van de citotoets. Begrijpend lezen Hier is een dalende trend te zien door de hele school. In groep 4 wordt er nog redelijk gescoord. De methode, ‘Goed gelezen’, vinden we niet zo goed. Technisch lezen Hier goede scores dit jaar, vooral in groep 4! Zou dit ook te maken hebben met het gebruiken van de nieuwe methode ‘Station Zuid’? Dit nader onderzoeken en bespreken of we deze methode ook aan zullen schaffen voor groep 5/6 en eventueel voor 7 en 8. Groep 3 scoort voldoende voor technisch lezen, al zijn er veel zwakke lln. Groep 3 is wel erg tevreden over de nieuwe ‘Veilig leren lezen’. Er is heel makkelijk te zien wie waar uit valt. Spelling Er is vooruitgang te zien! Komt dit misschien mede door de nieuwe ‘Taal actief’ methode? Taal is echter wel moeilijk! Vooral taalbegrip. De cito scores zijn over het algemeen allemaal wat lager, dit door de strengere normering. Voor de Analyse, trend en evaluatie; zie map van Nel Voor de evaluatie per vak per lln/groep; zie groepsplannen.

Analyse opbrengsten bovenbouw: Groep 6 (Sandra):

Wat gaat goed: Bij Cito Rekenen/wiskunde en bij Cito spelling werd bovengemiddeld gescoord. Marin, Julia, Rianna en Danielle Steur kwamen naar voren als excellente leerlingen. Die kinderen krijgen ander werk aangeboden (muiswerk, acadin). Wat beter kan: Cito Begrijpend lezen en Cito Woordenschat waren niet zo goed gemaakt. Cito Begrijpend lezen zelfs onder landelijk gemiddelde. Deze uitslagen zijn met Freek besproken, deels komt het door de nieuwe normering en bij Begrijpend lezen ook door de moeilijkheidsgraad van de toets zelf. Als je de scores analyseert, kom je echter wel precies tot de verdeling dat 20% heel zwak scoort, 20% heel goed en 60% daartussenin. Begrijpend lezen wil Sandra verbeteren door actuele lessen (internet) aan te bieden die hun vraagstelling net zo aanbieden als de toetsen van Cito, zodat de leerlingen dat vaker oefenen. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

67

Het verbeteren van woordenschat blijft lastig. Het is niet de bedoeling woorden uit de toets ‘aan te leren’, maar sommige woorden zullen kinderen nog nooit hebben gehoord. Groep 7 (Klaas): Wat gaat goed: Klaas heeft via yurls een hele grote verzameling nuttige sites en tools aangemaakt waar de leerlingen op school (en thuis) mee kunnen oefenen. Klaas heeft voor de excellente leerlingen (Mikel, Babette, Tessa) goede opdrachten die zij voornamelijk zelfstandig kunnen maken. Ook werken deze kinderen met Acadin. Klaas is ook in de klas ook aan het werk met Muiswerk. Wat nog doen: Klaas oefent de entreetoets met oude Citotoetsen, voornamelijk Begrijpend lezen wil Klaas nog oefenen. Dit kan ook via Yurls, maar Klaas merkt dat leerlingen dat thuis eigenlijk niet doen. De Citotoetsen waren naar verwachting. Soms lijken de uitslagen zwak, maar als je ze goed analyseert klopt het wel met wat de leerlingen in de klas laten zien. Cito Woordenschat was niet zo goed, alleen Tessa, Babette en Mikel scoorden heel goed. Klaas benadrukt dat woordenschat via de methode wel goed gaat.

Groep 8a (Hein): Wat gaat goed: Cito begrijpend lezen, Cito werkwoordspelling en Cito Woordenschat zijn naar verwachting of zelfs boven verwachting gemaakt. Met name Woordenschat was vrij goed, als je kijkt naar de niveauverdeling (52% in niveau 1 en 2). Wat nog doen: Cito rekenen en wiskunde was in principe naar verwachting gemaakt. Kay van Houdt viel op door wat tegenvallende resultaten. Deel B van de methode bestaat uit thema’s, zodat alle subgebieden (vermenigvuldigen en delen, breuken, enz.) nog eens zullen worden geoefend en getoetst. Groep 8b (Max): Wat gaat goed: Cito Begrijpend lezen was naar verwachting en bij sommige leerlingen iets erboven. Wat beter kan: Vier leerlingen in groep 8b hebben een POP. Zij werken met rekenen los van de groep met de stof van groep 7. Deze leerlingen hebben de Cito van groep 7 niet zo goed gemaakt. Plafond bereikt? Cito Werkwoordspelling en Woordenschat zijn niet goed gemaakt. Bij Woordenschat scoorde de helft op niveau 4 en 5. Max oefent woordenschat met behulp van de methode. Cito Werkwoordspelling was ook niet zo goed. Max geeft aan dat de zwakke leerlingen de spellingregels niet kunnen vatten. Hij blijft het oefenen, maar het beklijft niet.


68

Bijlage 5 Notulen team bijeenkomst ‘analyse tevredenheidsonderzoeken’ op dinsdagmiddag 24 maart



o

o

15.35 – 16.00 (locatie directiekamer): Plenaire korte uitleg over de wijze van analyseren; hoe moeten we de cijfers bekijken? We houden 1 bijeenkomst over het tevredenheidsonderzoek, ipv 2. We noteren de speerpunten uit de analyse om aan te werken. Alle uitslagen die boven de inspectienorm vallen zijn groen, anders zijn de uitslagen rood.  daar moeten we iets aan doen. (zie ook de suggesties per analyse per bouw.) Aan de hand van de enquetes, (leerkrachten-, leerlingen-, oudertevredenheidsonderzoek) maken we een meerjarenplan. Aan welke speerpunten willen wij werken, en hoe? Zie overzicht hieronder. 16.00 – 16.45 (verschillende locaties naar keuze): In de verschillende (bouw-) groepen worden de resultaten van de “zelfevaluatie lijst van de leerkrachten” en de “leerling-tevredenheidslijst” besproken en met elkaar vergeleken. Iedere bouw probeert van hieruit een aantal thema’s (speerpunten) te noteren, waar we in de komende 5 jaar aan zouden kunnen gaan werken: 16.45 – 17.00 (locatie directiekamer): Plenaire evaluatie van de bevindingen van alle drie groepen. We proberen samen tot definitieve speerpunten voor onze meer-jaren-planning te komen.

 Groepen 1/2 Speerpunt zelfevaluatie Leerstofaanbod; de school hanteer onderwijsprogramma s en leerlijnen die goed zijn afgestemd op leerlingen met meer dan gemiddelde intelligentie - Rooster maken voor de plusgroep en gezamenlijke activiteiten - Plaat maken in de gang, huis weg, en tafels/stoelen/ kast met materialen Speerpunt leerlingtevredenheidspeiling Instructie; Wanneer kinderen nieuwe dingen oefenen vertelt de lk snel of ze het goed doen. De leerkracht laat de kinderen vertellen wat ze geleerd hebben. -

Bij een groep(je) gaan zitten tijdens het aanleren van nieuwe dingen en gelijk feedback geven

Speerpunt oudertevredenheidspeiling Informeren; ouders informeren over vorderingen of de aanpak van kinderen -

Gelijk om 15.15 ouders aanspreken/ bellen of mailen igv situaties die niet kunnen wachten en/of belangrijk zijn. O.a. bij gedragsproblemen. Speerpunt personeelstevredenheidspeiling De werkbelasting is acceptabel; personeelsleden zijn tevreden over de manier waarop het personeel betrokken wordt bij de bestuursvorming -

Overleg over cursussten; van tevoren indien mogelijk nagaan “of het wat is” Langere termijnplanning…..

Groepen 3, 4 en 5 -

Leefklimaat in de groep: ‘Jij & ik’ vinden wij een slechte methode, misschien is het een optie om een andere methode te gaan zoeken. Afstemming: Leerlingen moeten te lang wachten op hulp, leerkracht geeft extra hulp op niveaus. We werken al met de kaartjes, extra hulp willen ze niet altijd. Misschien moet ook de bovenbouw met de vraagkaartjes gaan werken. Schoolplan 2015-2019 - Basisschool de Spinmolen -

69

-

Leerstofaanbod: dit scoort laag bij de leerlingen. Ze vinden het misschien gewoon niet leuk? We hebben allemaal nieuwe methodes, we nemen dit niet heel serieus, leren moet toch, soms is het gewoon niet leuk. - Leerlingondersteuning: scoort bij de ouders laag. Is dit ook per groep verschillend vragen wij ons af? Ouders weten ook niet altijd precies wat er gebeurt op school, niet alle kinderen vertellen alles aan hun ouders. Misschien is het een idee om eens in de paar maanden een ‘Wist u dat….?’ mail te sturen. - Werkklimaat op school: We hebben er soms de middelen/ tijd niet voor. Misschien komt er meer tijd voor collegiale consultatie met ingang van de nieuwe cao. - Huisvesting en voorzieningen: Voornamelijk voorzieningen voor beperkingen. Leerlingen worden dan verwezen naar een andere school of de voorzieningen worden aangeschaft wanneer dat mogelijk is. Positief punt: Leerlingen vinden wat ze leren op school een 3,7 waard! Goed!

Speerpunten na tevredenheidsonderzoek personeel/ouders/kinderen Groepen 6, 7 en 8 1. Het personeel was ontevreden met het leerstofaanbod. Differentiëren met leerlingen met een bovengemiddelde intelligentie was moeilijk. Op school waren veel materialen aanwezig, het probleem was echter wel dat die materialen de leerkrachten (veel) meer werk opleverden. Sinds kort wordt gewerkt met Muiswerk en Acadin op de computer. Dat belooft veel goeds. De leerkrachten en leerlingen zijn daar enthousiast over. De komende tijd zullen deze programma’s een vaste plek binnen het rooster moeten krijgen, zodat er structureel mee gewerkt wordt en leerlingen precies weten wanneer wat aan bod komt. 2. Wij gaven aan dat we leerlingen niet echt leren goed om te gaan met sociale media. Deels komt dat omdat lang niet alle leerkrachten zelf gebruik maken van sociale media. Onze leerkrachten vinden ook dat zoiets de verantwoordelijkheid van ouders is. Als school heb je echter wel last van verkeerd gebruik van sociale media door leerlingen (een kind wordt buiten de what’s appgroep gehouden of gepest via facebook). Om kinderen toch bewust te maken van risico’s en gevolgen van gebruik van sociale media kunnen we daar de hulp van Halt voor inroepen. In het verleden heeft Halt in de bovenbouw lessen gegeven over zaken waar kinderen mee te maken kunnen krijgen (groepsdruk, sociale media). 3. Het schoolplein vond men onder de maat. Het was ook weinig uitdagend. In principe wordt er nu al gewerkt aan het verbeteren van het schoolplein. Er staat nu een pingpongtafel, die gelukkig ook gebruikt wordt. Volgende week staat ook een vergadering gepland met Sportkoepel, leden van de OR en leerkrachten over het aanbrengen van lijnen op het plein. 4. Sandra en Gerie gaven aan niet zo blij te zijn met de methode sociaal emotionele ontwikkeling (Jij en ik). Zij zouden graag een nieuwe methode zien. Klaas, Hein en Max vinden de methode ook niet best, maar denken niet dat een nieuwe methode de oplossing is. Wat zijn de opties?


70

Schoolplan Koningsspelen 2015 dans clinic meisjes onderbouw. Schoolplan Basisschool de Spinmolen - 1

Recommend Documents