Schoolondersteuningsprofiel Passend Onderwijs Het Kaj Munk College
Datum: Door:
september 2015 Marilou van der Have
Inhoudsopgave Inleiding
3
1
Algemene gegevens
4
1.1
Contactgegevens
4
1.2
Onderwijsvisie / schoolconcept
4
2
Basisondersteuning
5
2.1
Onderwijsondersteuningsstructuur
5
2.2
Preventieve en lichte curatieve interventies
6
3
Extra ondersteuning: Onderwijsondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
9
4
Randvoorwaarden van het onderwijs
11
5
Conclusie en ambities
12
Bijlage 1
15
2
Inleiding Voorliggend document bevat het schoolondersteuningsprofiel van het Kaj Munk College. In het kader van de Wet op Passend Onderwijs wordt van iedere school verwacht dat zij een ondersteuningsprofiel opstelt. Dit document geeft weer welke mogelijkheden de school biedt voor de ondersteuning van leerlingen met uiteenlopende onderwijsbehoeften. Het schoolondersteuningsprofiel levert een bijdrage aan de omslag van het denken in kindkenmerken naar het denken in onderwijsbehoeften. In de oude systematiek werd geld vrijgemaakt als een stoornis kon worden vastgesteld bij een leerling; dat gaf een prikkel om indicaties aan te vragen. In de nieuwe systematiek wordt geld vrijgemaakt voor het beantwoorden van onderwijsbehoeften. Dat geeft een prikkel om het onderwijsaanbod voor specifieke onderwijsbehoeften in kaart te brengen (bron: Instrumentarium passend onderwijs). Het wettelijk kader geeft aan dat het ondersteuningsprofiel een rol gaat spelen bij de toelating van leerlingen op de school. Het ondersteuningsprofiel verheldert in hoeverre de mogelijkheden van de school passen bij de onderwijsbehoefte van een leerling. De ondersteuning die de school kan bieden is te beschrijven op twee niveaus: basisondersteuning en extra ondersteuning. Basisondersteuning omvat vier aspecten:
Basiskwaliteit (dit verwijst naar de minimale onderwijskwaliteit die de inspectie van het onderwijs meet door middel van het toezichtkader, scholen die onder basistoezicht van de inspectie van het onderwijs vallen hebben hun basiskwaliteit op orde).
Preventieve en lichte curatieve interventies (zoals een aanbod voor leerlingen met dyslexie, of een aanpak voor het voorkomen van gedragsproblemen).
Onderwijsondersteuningsstructuur (onder andere de manier waarop de school de ondersteuning heeft georganiseerd en met andere organisaties en specialisten samenwerkt).
Planmatig werken (onder andere de manier waarop de school onderzoekt welke onderwijsbehoefte leerlingen hebben, daarop een passend onderwijsaanbod organiseert en dat evalueert).
Het samenwerkingsverband stelt vast wat het niveau van de basisondersteuning is waaraan alle deelnemende scholen zullen voldoen. Dit heeft het samenwerkingsverband gedaan nadat alle ondersteuningsprofielen door Eduquality waren geschreven. Dit betekent niet dat alle scholen de basisondersteuning op dezelfde manier inrichten. De extra ondersteuning geeft de activiteiten van de school weer die de basisondersteuning overstijgen. De extra ondersteuning wordt georganiseerd in de vorm van arrangementen. Deze arrangementen zijn antwoorden op ondersteuningsvragen van leerlingen. De arrangementen beschrijven we in hoofdstuk 3 in tabellen aan de hand van de aanwezige deskundigheid, aandacht en tijd, voorzieningen en samenwerkingsrelaties met externe specialisten. Het schoolondersteuningsprofiel beschrijven we in vijf hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk staan de algemene gegevens van de school en de onderwijsvisie. In hoofdstuk 2 beschrijven we de huidige ondersteuningsstructuur van de school, de basisondersteuning. In hoofdstuk 3 beschrijven we de extra ondersteuning aan de hand van onderwijsarrangementen. In hoofdstuk 4 worden de randvoorwaarden en grenzen van het Kaj Munk College genoemd. Het schoolondersteuningsprofiel wordt afgerond met het benoemen van de ambities van het Kaj Munk College in het kader van passend onderwijs. Eén bijlage is toegevoegd aan het profiel, namelijk de kengetallen van het Kaj Munk College van de periode 2011-2015, waarin onder andere de leerlingaantallen,
3
rugzakaantallen en aantallen van leerlingen met specifieke stoornissen en beperkingen vermeld staan.
1 1.1
Algemene gegevens Contactgegevens
Kaj Munk College Kaj Munkweg 3 2131 RV Hoofddorp Tel. 023 561 61 98 Fax. 023 563 11 19 Email:
[email protected] Website: www.kajmunk.nl
1.2
Onderwijsvisie / schoolconcept
Het Kaj Munk College is van mening dat onderwijsvernieuwingen alleen succesvol kunnen zijn wanneer leerlingen goed worden begeleid. Dit betreft zowel het meer actief en zelfstandig leren leren als het ontwikkelen van een grotere eigen verantwoordelijkheid voor het leren. Daarnaast is de slogan “Ruimte voor jouw” talent nog actueel en richtinggevend. In het kader van het schoolklimaat zijn er vier kernwaarden die richting geven aan het handelen. Het gaat om talent ontwikkeling, relatie, invloed en veiligheid. Het zijn deze vier woorden die als handvat gebruikt worden om leerlingen ruimte te geven aan hun talent en om een warm en duidelijk schoolklimaat te realiseren. De school beschrijft het schoolconcept aan de hand van de volgende tien kenmerken:
warm en duidelijk
kunst, media en cultuur
bètaprofileringsfeer: Science, Technasium & extra bèta
computers en andere voorzieningen
toptalentenbeleid, bewegen en sport
actief en zelfstandig
veilig en vertrouwd
intensieve leerlingbegeleiding
leren buiten het lesprogramma
opleidingsschool
De school is onderdeel van de academische opleidingsschool Noord Holland West (AONHW) waarin zij samen met vier andere scholen voor voortgezet onderwijs, de Universiteit van Amsterdam, De Vrije Universiteit, In-Holland en De Hoge School van Amsterdam (inclusief Academie voor Lichamelijke Opvoeding) participeert. Het academische karakter van de school komt tot uitdrukking in het doen van onderzoek dit heeft een bijdrage aan de ontwikkeling van de school. Met andere woorden, de school zorgt voor de onderzoeksagenda (samen met de overige participanten). Studenten van genoemde opleidingsinstituten moeten in het kader van hun opleiding een onderzoek doen. Het thema van dit onderzoek past bij de onderzoeksagenda van de school. Bij het onderzoek worden zij begeleid door docenten die zich door scholing aan het bekwamen zijn in het begeleiden van de studenten bij hun onderzoek en die tegelijkertijd ook zelf
4
onderzoek doen. De kwaliteit van de onderzoeken wordt bewaakt door een team van onderzoekscoördinatoren en wetenschappers verbonden aan de opleidingsinstituten. Belangrijk onderdeel van de schoolontwikkeling is het verder uitbouwen van een onderzoekende cultuur. De academische opleidingsschool heeft daar een belangrijke bijdrage aan. Visie op ondersteuning Het Kaj Munk College is een school met een warm en duidelijk schoolklimaat, waar ondersteuning een vanzelfsprekendheid is. De school is de afgelopen jaren erg gegroeid en ondanks de grootte waarborgt het een veilig schoolklimaat. Het Kaj Munk College heeft gaandeweg een bijzondere expertise opgebouwd als het gaat om het begeleiden en ondersteunen van leerlingen met autistische stoornissen. Auti-mentoren zijn aangesteld, mentoren hebben scholing ontvangen en kwaliteiten ontwikkeld om goed om te gaan met leerlingen met deze ondersteuningsvraag. De school blijft haar personeel ontwikkelen in thema’s zoals het ondersteunen van leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum en andere stoornissen. Maar de focus ligt op het volgen van professionele en onderzoeksmatige opleidingen met een pedagogisch karakter. Deze professionalisering is ook in het kader van ondersteuning van belang aangezien goed onderwijs preventief werkt.
2
Basisondersteuning
De basisondersteuning bestaat uit een aantal aspecten (zie blz.3), waarover binnen het samenwerkingsverband inhoudelijke afspraken gemaakt worden. De basisondersteuning wordt beschreven in de paragrafen over onderwijsondersteuningsstructuur, de bestaande preventieve en lichte interventies. 2.1
Onderwijsondersteuningsstructuur
Eerste lijn: de mentoren Het Kaj Munk College biedt begeleiding aan haar leerlingen wanneer dit nodig is. Mentoren vormen de spil in de leerlingenbegeleiding. Samen met docenten signaleren de mentoren de ondersteuningsvragen van leerlingen. Mentoren maken deel uit van een mentoren team per leerlaag, elke leerlaag staat onder leiding van een teamleider. Regelmatig vindt er overleg plaats tussen mentoren en teamleider. De teamleider bepaalt samen met de mentor of er zorg nodig is en welke zorg er dan geboden gaat worden. Naast organisatorische zaken vindt in deze vergadering overleg plaats over het pedagogisch didactisch klimaat van de leerlaag en wordt gewerkt aan verbeterpunten. Waar nodig kan een mentor beroep doen op specialisten die intern of extern voor de school beschikbaar zijn (zie de tweede lijn hieronder). In de brugklas wordt de begeleiding gedaan in een duo-mentoraat en ondersteund door twee leerling-mentoren, dit zijn leerlingen uit de bovenbouw. Deze leerling-mentoren gaan ook mee met excursies en de activiteitenweek. De leerling-mentoren helpen de mentoren bij het wegwijs maken van de brugklassers. Verder zijn er in de hele school mediators, dit zijn leerlingen die daarvoor getraind zijn en begeleid worden door docenten. Zij vervullen een rol in het helpen oplossen van conflictsituaties tussen leerlingen. Tweede lijn: de specialisten De interne specialisten vormen de tweede lijn in de leerlingenbegeleiding. In de school zijn er veertien auti-mentoren, zeventien zorg-mentoren, twee dyslexiecoördinatoren, twee dyscalculiecoördinatoren, drie vertrouwenspersonen, drie decanen, drie faalangsttrainers, drie SOVA trainers, een orthopedagoog en een zorgcoördinator aanwezig. Voor de leerprocesbegeleiding worden de mentor, dyslexie/dyscalculie coördinator en de orthopedagoog
5
ingezet. Voor de sociaal-emotionele ondersteuningsvragen worden de mentor, vertrouwenspersonen, faalangst- en sociale vaardigheidstrainers en de orthopedagoog ingezet. Voor studie- en beroepskeuzes zijn de decanen aanwezig. Wat betreft schoolverzuim wordt samengewerkt met de arts jeugdgezondheidszorg en de leerplichtambtenaren. Leerlingen die ondersteuning behoeven worden aangemeld binnen het intern zorgoverleg, dit is tweewekelijks overleg tussen teamleiders, de orthopedagoog en de zorgcoördinator. In het intern zorgoverleg komt aan de orde welke interne mogelijkheden er zijn en welke voorziening/functionaris het beste ingezet kan worden. Acties en afspraken worden vastgelegd in Magister, het leerlingvolgsysteem. In dit overleg wordt ook vastgesteld welke leerling in het extern zorgoverleg wordt ingebracht met welke vraagstelling. Derde lijn: de externe specialisten De externe specialisten vormen de derde lijn in de leerlingbegeleiding. Het ZAT (Zorg Advies Team) bespreekt leerlingen waarvoor derdelijns hulpverlening in zicht is. Hieraan nemen deel de leerplichtambtenaar, de arts jeugdgezondheidszorg, Altra medewerker, medewerker Kenter (voorheen JeugdRIAGG), traject begeleider, de orthopedagoog en de zorgcoördinator (voorzitter van de vergadering). Het extern zorgoverleg vindt zes keer per jaar plaats. Het ZAT bepaalt welke vorm van diagnostiek en/of hulp nodig is. Bij elke volgende vergadering controleert en evalueert het ZAT de gemaakte afspraken en de voortgang van de genomen interventies. Acties en afspraken worden vastgelegd in de notulen van het ZAT. Daarnaast heeft de school samenwerkingsovereenkomsten gesloten met Veilig Thuis, Jeugdbescherming, de GGD, Altra , VIOS en Matchpoint.
2.2
Preventieve en lichte curatieve interventies
Vragenlijsten voor signalering Voor het screenen van het sociaal-emotionele gedrag en studiegedrag van leerlingen past het Kaj Munk College verschillende methodes toe, zoals gesprekken met mentoren, vragenlijsten, screenings door docenten en gesprekken met ouders. De school biedt faalangstreductie trainingen aan leerlingen met faalangst. Leerlingen worden op verschillende wijzen geselecteerd voor een training. Ten eerste screent de mentor voor faalangst, ten tweede worden overige docenten gevraagd de leerlingen te screenen. De schoolvragenlijst (SVL) neemt de school af in de brugklas en de tweede klas bij elke leerling. Deze vragenlijst toetst de mate van motivatie, tevredenheid en zelfvertrouwen, en screent ook op mogelijke faalangst. In het geval van faalangst krijgen leerlingen een gesprek met een faalangsttrainer ter inventarisatie en voorbereiding. Ouders krijgen voorlichting over de faalangsttraining. Als uit de SVL blijkt en/of de docente signaleren dat er problemen zijn op sociaal-emotioneel gebied, wordt de leerling de mogelijkheid geboden deel te nemen aan een SOVA training of een Rots & Water training, ook in samenspraak met de ouders. Voor examenvrees worden trainingen verzorgd. De Examen Attitude Vragenlijst (ETAV) wordt bij alle eindexamen kandidaten afgenomen. Bij alle tweedeklassers wordt onder de verantwoordelijkheid van de Jeugdgezondheidsdienst, een Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ) afgenomen en in de vierde klas een Emovo vragenlijst. Dit schooljaar is er ook deelname aan het landelijke Emovo onderzoek, waarin de GGD onderzoek doet naar leefstijl, welbevinden en
6
gezondheid van de leerling. Dit gebeurt in klas twee en vier. Om te onderzoeken of leerlingen taal of reken achterstanden hebben worden er in klas in de brugklas en in de derde klas toetsen afgenomen. Bij studieproblemen in de bovenbouw krijgen leerlingen desgewenst een vragenlijst VSV (Vragenlijst Studie Voorwaarden) om meer inzicht te krijgen. Dyslexie Het Kaj Munk College hanteert een uitgebreid dyslexie protocol. In de brugklas vindt in september/oktober een screening plaats op lees-en spellingsproblemen. De leerlingen die bij deze screening een lage score hebben worden, na toestemming van de ouders, verder onderzocht op school middels de Dyslexie Screening Test. Blijkt dat er risico op dyslexie is, dan wordt er aan ouders geadviseerd een uitgebreider onderzoek te laten doen, waarbij er dyslexie vastgesteld kan worden en er een verklaring kan worden afgegeven door een deskundige. Alle leerlingen met dyslexie (met dyslexieverklaring op school in het dossier) krijgen een dyslexiepas. Op deze pas staan de specifieke afspraken met betrekking tot dyslexie. De school heeft twee dyslexie coördinatoren, als eerste aanspreekpunt voor leerlingen, ouders en docenten als het om dyslexie gaat. Dyscalculie De brugklasleerlingen krijgen aan het einde van de eerste periode een rekentoets. Leerlingen die niet op het gewenste reken niveau zitten krijgen Reken-Ondersteunings-Lessen aangeboden. In de verdere schoolloopbaan wordt er regelmatig getoetst om te kijken of het rekenniveau voldoende is, is dit niet het geval dan wordt er geadviseerd deel de nemen aan de Reken-OndersteuningsLessen. Er zijn twee rekencoördinatoren die samen met een teamleider verantwoordelijk zijn voor het opzetten en uitvoeren van het rekenonderwijs op het Kaj Munk College. Voor de eerste klas is er een mogelijkheid, via een individuele test, om te screenen op dyscalculie. Leerlingen met dyscalculie (met dyscalculieverklaring op school in het dossier) krijgen een dyscalculiepas. Op deze pas staan de specifieke afspraken met betrekking tot dyscalculie. Gedrags-en psychische stoornissen Leerlingen met gedrags- en psychische stoornissen, zoals AD(H)D, ASS of angststoornissen (met een diagnose op school in het dossier) kunnen op verzoek aanpassingen krijgen, bijvoorbeeld extra tijd bij toetsen. Docenten zijn geïnformeerd over deze leerlingen en hebben kennis van deze stoornissen en de invloed daarvan op het volgen van onderwijs. Lichamelijke beperkingen Leerlingen met een lichamelijke beperking (met een medische verklaring op school in het dossier) kunnen op verzoek aanpassingen krijgen. Het Kaj Munk College hanteert dat het alleen die aanpassingen toestaat in het voortraject, die op het eindexamen ook zijn toegestaan. Voor wat er wel en niet is toegestaan, wordt verwezen naar de brochure van het College voor Examens: Kandidaten met een beperking, centrale examens 2014. Hoogbegaafdheid Hoogbegaafde leerlingen kunnen op het Kaj munk College extra uitdaging krijgen in de Science stroom of in de VWO+ klas. Dit zijn VWO klassen waarnaast het “gewone” programma ook in projecten wordt gewerkt. Er wordt in deze projecten dieper op de stof ingegaan dan in de reguliere lessen en onderwerpen aangeboden die niet in het reguliere lesprogramma voorkomen. Ondersteuning voor leerlingen met specifieke ondersteuningsvragen Middels een zorgdocument worden alle vormen van begeleiding per ondersteuningsvraag in de school bekend gemaakt, en op de digitale omgeving van het personeel in Magister staat alle
7
informatie met betrekking tot zorg op het personeelsplein. De zorgcoördinator verstrekt aan het begin van het jaar een document waarin staat welke leerlingen specifieke ondersteuning krijgen, zodat docenten op de hoogte zijn van de nodige aanpassingen. De mentoren zijn daarna verder verantwoordelijk voor het communiceren over hun leerlingen wanneer docenten bepaalde informatie moeten ontvangen en/of hun handelen moeten aanpassen aan de ondersteuningsvraag. Protocollen Het Kaj Munk College heeft een eigen pestprotocol opgesteld in aansluiting op het Nationaal Onderwijsprotocol tegen Pesten. Het protocol beschrijft een vijfsporen aanpak die binnen zes beschreven voorwaarden effectief is. Er is een protocol voor overlijden van een leerling/docent, alsook in het zeldzame geval van suïcide. Verder is er nog een verzuimprotocol, waarin de afspraken staan rondom veelvuldig (ziekte)verzuim, een AMK protocol, een protocol m.b.t. laptop gebruik en een protocol specifieke ondersteuning. In al deze protocollen worden routes, taken en verantwoordelijkheden beschreven. Voor meer informatie over de specifieke ondersteuning van verschillende deskundigen, verwijzen we naar het zorgplan van de school. Samengevat bestaat de basisondersteuning van het Kaj Munk College uit de volgende punten:
Interne begeleiding en ondersteuning via: o
het mentoraat
o
leerling mentoren en mediators
o
de auti-mentoren
o
de zorg-mentoren
o
de zorgcoördinator
o
de vertrouwenspersonen
o
de orthopedagoog
o
de dyslexiecoördinator
o
de rekencoördinatoren
o
de decanen
De begeleiding die de school biedt: o
Gesprekken met de zorgcoördinator, vertrouwenspersonen, dyslexiecoördinator, decanen en orthopedagoog afhankelijk van de vraag of situatie van de leerling.
o
Sociale vaardigheidstraining.
o
Rots & Water training
o
Faalangstreductietraining.
o
Begeleiding van auti-mentoren voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte met verschillende vormen van autisme.
o
Begeleiding van zorg-mentoren voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte met andere stoornissen of beperkingen dan autisme.
Externe hulp via het ZAT: o
de leerplichtambtenaar
o
de arts jeugdgezondheidszorg
o
Altra medewerker
o
traject begeleider
8
3
Extra ondersteuning: Onderwijsondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
In dit hoofdstuk wordt omschreven welke extra ondersteuningsmogelijkheden het Kaj Munk College biedt. Voor alle leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte wordt een ontwikkelingsperspectiefplan geschreven in samenwerking met de traject begeleider die expertise heeft m.b.t. de specifieke onderwijsbehoefte van betreffende leerling. Voor het Kaj Munk College zijn vier specifieke arrangementen te onderscheiden:
1. Arrangement voor leerlingen met ondersteuningsvragen in het autistisch spectrum Deskundigheid
De school heeft momenteel 28 leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte met een autisme spectrum stoornis. Er zijn 14 autimentoren om de huidige leerlingen met deze ondersteuningsvraag goed te begeleiden. De leerlingen verschillen wat betreft hun stoornis en hun ondersteuningsvraag van elkaar. Het personeel krijgt hier uitgebreide voorlichting over door middel van workshops. Aan het begin van het schooljaar informeert de zorgcoördinator alle docenten over deze leerlingen en hun ondersteuningsvraag. De traject begeleider die (twee)wekelijks de betrokken leerlingen spreekt heeft ook contacten met de auti-mentor en lesgevende docenten.
Aandacht en tijd
De gemiddelde groepsgrootte van 28 leerlingen is niet anders voor deze leerlingen, maar de begeleiding die de auti-mentor biedt is intensiever dan de begeleiding die reguliere leerlingen krijgen. Deze leerlingen kunnen buiten de les om extra steun ontvangen. Docenten passen zo nodig hun lessen aan voor deze leerlingen. De structuur en orde zijn van belang voor deze groep leerlingen. Deze leerlingen zijn verspreid over verschillende klassen.
Voorzieningen
Het budget voor deze leerlingen wordt besteed aan de individuele begeleiding door de auti-mentor en verder aan opleiding en begeleiding van auti-mentoren en begeleiders. Deze leerlingen hebben behoefte aan prikkelarme ruimtes. In de pauze als het druk is, kunnen leerlingen zo nodig terecht in een bepaalde ruimte. Voor deze leerlingen is er dit jaar ook de mogelijkheid om aan huiswerkbegeleiding deel te nemen, exclusief voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. De personele inzet hiervoor wordt door het Altra College gerealiseerd.
Samenwerking
Voor het treffen van de juiste voorzieningen, het ontwikkelen van de benodigde deskundigheid en het geven van extra aandacht en tijd, werkt de school nauw samen met de traject begeleiding van het Altra College. Er zijn twee traject begeleiders voor school beschikbaar in totaal voor 60 uur per week. Auti-mentoren krijgen een aanvullende, gespecialiseerde training. Docenten worden regelmatig bijgeschoold of geïnformeerd over de ondersteuningsvragen middels workshops.
2. Arrangement voor leerlingen met gedragsstoornissen en/of psychische problematiek met ondersteuningsvragen Deskundigheid
De school heeft momenteel 23 leerlingen met een specifieke
9
onderwijsbehoefte en een gedragsstoornis en/of psychische problematiek. De zorg-mentor is de aangewezen persoon om de huidige leerlingen met deze ondersteuningsvraag goed te begeleiden. De leerlingen verschillen wat betreft hun stoornis en hun ondersteuningsvraag van elkaar. Het personeel krijgt hier uitgebreide voorlichting over door middel van workshops. Aan het begin van het schooljaar informeert de zorgcoördinator alle docenten over deze leerlingen en hun ondersteuningsvraag. De traject begeleider die (twee)wekelijks de betrokken leerlingen spreekt heeft ook contacten met de zorg-mentor en lesgevende docenten. Aandacht en tijd
De gemiddelde groepsgrootte van 28 leerlingen is niet anders voor deze leerlingen, maar de begeleiding die zorg-mentor biedt is intensiever dan de begeleiding die reguliere leerlingen krijgen. Deze leerlingen kunnen buiten de les om extra steun ontvangen. Docenten passen zo nodig hun lessen aan voor deze leerlingen. De structuur en orde zijn van belang voor deze groep leerlingen. Deze leerlingen zijn verspreid over verschillende klassen.
Voorzieningen
Het budget voor deze leerlingen wordt besteed aan de individuele begeleiding door de zorg-mentor. Soms worden er nog steunlessen uit gefinancierd of indien er een leerling erg bij gebaat is een laptop. Voor deze leerlingen is er dit jaar ook de mogelijkheid om aan huiswerkbegeleiding deel te nemen, exclusief voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. De personele inzet hiervoor wordt door het Altra College gerealiseerd.
Samenwerking
Voor het treffen van de juiste voorzieningen, het ontwikkelen van de benodigde deskundigheid en het geven van extra aandacht en tijd, werkt de school nauw samen met de traject begeleiding van het Altra College. Er zijn twee traject begeleiders beschikbaar in totaal voor 60 uur per week. Docenten worden regelmatig bijgeschoold of geïnformeerd over de ondersteuningsvragen middels workshops.
3. Arrangement voor leerlingen met een ondersteuningsvraag in het auditief of visueel spectrum. Deskundigheid
De school geeft momenteel onderwijs aan 3 leerlingen met een visuele beperking en een specifieke onderwijsbehoefte (cluster1) en aan 1 leerling met een auditieve beperking en een specifieke onderwijsbehoefte (cluster2) De deskundigheid komt vanuit de ambulante begeleiding, voor elk cluster een andere begeleider. Aan het begin van het schooljaar informeert de zorgcoördinator alle docenten over deze leerlingen en hun ondersteuningsvraag.
Aandacht en tijd
De zorg-mentor is de aangewezen persoon om deze leerling te begeleiden.
Voorzieningen
Het budget voor deze leerlingen wordt besteed aan de individuele begeleiding door de zorg-mentor. Waar nodig worden voorzieningen in samenwerking met de ambulante begeleiding getroffen. Zo heeft de school voor de leerlingen met een visuele beperking vanuit het budget een iPad kunnen aanschaffen waarop de schoolboeken staan die in de benodigde grootte gelezen kunnen worden. Verder kunnen de leerlingen ook via de iPad de lessen van het digi-bord volgen middels het programma join.me
10
Samenwerking
Voor het treffen van de juiste voorzieningen, het ontwikkelen van de benodigde deskundigheid en het geven van extra aandacht en tijd, werkt de school nauw samen met de ambulante begeleiding van het Koninklijke Visio expertisecentrum voor slechtziende en blinde leerlingen. Voor slechthorende leerlingen gebeurt dit met de ambulante begeleider van de Stichting Orion.
4. Arrangement voor leerlingen met een fysieke beperking of een chronische ziekte Deskundigheid
De school geeft momenteel onderwijs aan 8 leerlingen met een fysieke beperking en/of chronische ziekte met een specifieke onderwijsbehoefte. Deskundigheid is vooral extern en afhankelijk van de beperking/ziekte en betreffende traject begeleiding. Aan het begin van het schooljaar informeert de zorgcoördinator alle docenten over deze leerlingen en hun ondersteuningsvraag.
Aandacht en tijd
De zorg-mentor is de aangewezen persoon om deze leerling te begeleiden.
Voorzieningen
Het budget voor de leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte wordt besteed aan de individuele begeleiding door de zorg-mentor. Indien nodig worden er ook steunlessen , een extra boekenpakket, een laptop of iPad uit gefinancierd, afhankelijk van de ondersteuningsvraag van de leerling. Waar nodig en mogelijk worden voorzieningen in samenwerking met de traject begeleiding getroffen. Een ergotherapeut komt op school om een gehandicapte leerling te ondersteunen. Het personeel van de school voert geen verzorgende of medische handelingen uit. Leerlingen worden geacht zelfstandig gebruik te kunnen maken van het toilet. School stelt geen medische protocollen op, dit gebeurt onder de verantwoordelijkheid van de traject begeleider.
Samenwerking
Voor het treffen van de juiste voorzieningen, het ontwikkelen van de benodigde deskundigheid en het geven van extra aandacht en tijd, werkt de school nauw samen met de traject begeleiding. De traject begeleider is 13 uur per week op school beschikbaar.
4
Randvoorwaarden van het onderwijs
Het Kaj Munk College is trots op de begeleiding die het leerlingen kan bieden met ondersteuningsvragen. Om verder te groeien in het begeleiden van leerlingen met ondersteuningsvragen vindt de school het noodzakelijk om voldoende middelen hiervoor te ontvangen. Als er meer leerlingen met ondersteuningsvragen komen op het Kaj Munk, is het belangrijk de klassen niet al te groot te maken. Anders kunnen docenten de benodigde begeleiding op maat niet bieden in de klas. Er moeten daarnaast meer auti- en zorg-mentoren komen en ruimtes waar deze leerlingen zich kunnen terugtrekken vanwege de grootte van de school. Scholing voor docenten is noodzakelijk om beter om te leren gaan met deze leerlingen. De school heeft de ambitie om de kwaliteit van de huidige expertise te vergroten, maar ervaart wel de grenzen wat betreft het onderwijzen en begeleiden van de hoeveelheid leerlingen met ondersteuningsvragen. Gezien de ervaringen van de afgelopen schooljaren, plaatst het Kaj Munk College geen leerlingen meer met een autisme spectrum stoornis op het Technasium/Bèta design. De eisen die daar in het
11
vak onderzoeken en ontwerpen (O&O) aan de leerlingen gesteld worden, met name op het gebied van samenwerken en “out of the box” denken, daar heeft een leerling met ASS veel moeite mee. Bij Science en MAVO, HAVO, VWO wordt op genoemde vaardigheden minder een appèl gedaan en is de slagingskans groter, met name als er extra begeleiding is. Hierbij dient opgemerkt te worden, dat er momenteel ook 8 leerlingen op het Kaj Munk College zijn, die wel een autisme spectrum stoornis hebben, maar geen individuele begeleiding. De klassensetting op het Kaj Munk is regulier, waardoor de mogelijkheden tot differentiëren beperkt zijn. Leerlingen die behoefte hebben aan kleine klassen of veel individuele begeleiding, passen wellicht niet op het Kaj Munk College. De (cognitieve) mogelijkheden van de leerling dienen in balans te zijn met de leervorderingen. Sommige leerlingen hebben ondersteuning nodig die de school niet kan bieden. Dit onderzoekt de school per ondersteuningsvraag. Het Kaj Munk College is de laatste jaren behoorlijk in leerlingenaantal gegroeid. De grootschaligheid van de school veroorzaakt ook een toename in drukte op school, wat voor sommige leerlingen met een behoefte aan rust en kleinschaligheid als belemmerend wordt ervaren. De meeste leerlingen en hun ouders daarentegen beleven de school nog steeds als kleinschalig. Het Kaj Munk College biedt geen onderwijs aan thuiszittende langdurig zieke leerlingen aangezien de school hiervoor nog geen voorzieningen kan treffen. Het waarborgen van een veilig en prettig leerklimaat is belangrijk voor het Kaj Munk College. De motivatie van leerlingen om hieraan bij te dragen is essentieel. Sommige leerlingen die extreem gedrag vertonen, lessen ernstig verstoren en/of gevaarlijk gedrag vertonen zijn in de school niet te handhaven. Afhankelijk van de ernst en oorzaak van het gedrag zoekt de school dan extern een oplossing. Deze kinderen hebben een zeer gestructureerde en therapeutische setting nodig. Samengevat biedt het Kaj Munk zo nodig intensieve begeleiding aan leerlingen met ondersteuningsvragen die in reguliere lessen onderwijs kunnen volgen. In vergelijking met de scholen in de omgeving heeft het Kaj Munk meer expertise opgebouwd in het begeleiden van leerlingen met autisme. Maar de school wil de zorg voor leerlingen met een ondersteuningsvraag op het gebied van autisme wel delen met omliggende scholen en kan niet aan al deze leerlingen in de regio ondersteuning bieden. De afgelopen jaren heeft het Kaj Munk College ook een plek geboden aan leerlingen met gedragsstoornissen, afkomstig vanuit het S(B)O of therapeutische settings. We zijn van mening dat terug plaatsing vanuit deze vooropleidingen alleen kans van slagen heeft als er vanaf het begin extra ondersteuning geboden wordt, om zo de kloof tussen Speciaal Basis Onderwijs en Regulier Voortgezet Onderwijs te kunnen overbruggen. Het Kaj Munk College wil geen medische protocollen opstellen voor leerlingen, wel ernaar handelen als dit binnen de mogelijkheden van de schoolpast. Het Kaj Munk College wil het personeel geen medische of verzorgende handelingen laten uitvoeren voor leerlingen, waaronder ook het verstrekken van medicatie.
5
Conclusie en ambities
Het Kaj Munk College ambieert een reguliere school te zijn waar ook leerlingen met verschillende ondersteuningsvragen terecht kunnen. De grenzen hierin zijn in het vorige hoofdstuk genoemd.
12
Daarnaast ambieert de school een aantal ontwikkelingen om de kwaliteit van het onderwijs en de deskundigheid wat betreft passend onderwijs te vergroten.
Professionalisering en ondersteuning in het primaire proces Om leerlingen met ondersteuningsvragen goed onderwijs te bieden, behoeft het Kaj Munk College ontwikkelingen in het primaire proces. Dit betreft het pedagogisch handelen en gedifferentieerd onderwijzen. Docenten zouden beter kunnen differentiëren wanneer er ondersteuning in de klas zou zijn voor bepaalde leerlingen in de vorm van assistentie, maar kleinere klassen zijn ook een alternatieve oplossing voor het differentiatie dilemma. Daarnaast behoeven docenten professionalisering op het gebied van omgaan met gedragsproblemen. Ondersteuning aan thuiszittende leerlingen, waaronder chronische zieken Het Kaj Munk College kan momenteel geen onderwijs bieden aan leerlingen die thuis- of in het ziekenhuis zitten vanwege ontbrekende voorzieningen. Drielanden is een instantie waar voorheen voorzieningen getroffen werden. Voorheen zijn bijvoorbeeld thuis- of bijlessen verzorgd door Drielanden. Dit is een ontwikkelingspunt. Trajectvoorziening De trajectvoorziening is bedoeld om afstroom te voorkomen, om leerlingen binnen te houden die het op cognitief niveau wel aankunnen, maar uitvallen vanwege multidisciplinaire problematiek. Het Kaj Munk College wil dit niet realiseren middels een apart lokaal waarin leerlingen tijdelijk opgevangen worden. Maar wil wel vanuit een trajectvoorziening de expertise van traject begeleiders blijvend inzetten om leerlingen, ouders en docenten te ondersteunen. Deze expertise is voor elke traject begeleider anders, aangezien zij leerlingen bedienen met zeer diverse ondersteuningsvragen. Vanuit Visio krijgen wij als school antwoorden op vragen rondom de slechtziende leerlingen, vanuit de Stichting Orion voor slechthorende leerlingen en vanuit het Altra College voor de leerlingen met psychiatrische- of gedragsstoornissen. De traject begeleiders hebben daarnaast een rol naar ouders toe, zij participeren in de gesprekken van ouders met school. Ook ondersteunen zij docenten wanneer zij tegen problemen aanlopen in de lessituatie met deze leerlingen. Tevens dienen zij als vraagbaak en gesprekspartner voor de auti-en zorgmentoren. Leerlingen waarvan vanuit het voortraject duidelijk is dat er intensieve individuele interventies nodig zijn om hun schoolcarrière tot een succes te maken, maken deel uit van de trajectvoorziening. Vanuit de aanleverende school dient er dan al een ontwikkelingsperspectiefplan opgesteld te zijn. De zorgcoördinator bepaalt welke leerling deelneemt aan de trajectvoorziening, dit zijn in principe de leerlingen die in het verleden in aanmerking kwamen voor een rugzak. Voor de leerlingen die deel uit maken van de trajectvoorziening wordt er een ontwikkelingsperspectiefplan opgesteld. Inmiddels is er een ruimte beschikbaar, die gebruikt kan worden door leerlingen om hun pauze door te brengen, als er behoefte is aan een rustige plek. Daarnaast wordt er vanuit deze ruimte ook huiswerkbegeleiding gegeven. Het Kaj Munk College wil de werkwijze die de afgelopen jaren gehanteerd is rondom deze leerlingen voortzetten en verder verbeteren, maar dit is natuurlijk ook afhankelijk van de financiële middelen die hiervoor beschikbaar zijn. Voor een uitgebreidere werkwijze wordt verwezen naar het protocol specifieke onderwijsondersteuning.
Hieronder volgen puntsgewijs de ambities en ontwikkelingspunten van het Kaj Munk:
13
Het bieden van planmatig onderwijs. Dit betekent dat docenten meer dan voorheen de onderwijsbehoeften van leerlingen in kaart brengen en hiernaar handelen, of begeleidingsactiviteiten met elkaar bespreken of dit bespreken met leerlingen.
Het verbeteren van differentiatie vaardigheden in de klas. Docenten hebben lessen van 50 minuten, waarin ze het moeilijk vinden om rekening te houden met verschillende leerstijlen en/of onderwijsbehoeften. Een suggestie wordt gedaan om bijvoorbeeld meer met blokuren te werken zodat er meer variatie in de lesstructuur kan plaatsvinden, voor een aantal vakken wordt dit wel toegepast, maar aan blokuren kleven ook veel nadelen. Daarnaast zijn docenten opgeleid om vooral klassikaal les te geven en hebben ze behoefte aan scholing om meer te leren differentiëren.
Het afstemmen van de verwerking van leerstof op de onderwijsbehoeften van leerlingen. Dit hangt samen met de voorgaande punten.
Docenten worden op de hoogte gehouden van specifieke ondersteuningsbehoeften door middel van plenaire bijeenkomsten waarin deze leerlingen worden besproken. De ontwikkelingsperspectiefplannen (OPP) van leerlingen worden opgenomen in Magister. De mentor en/of traject begeleider geven aan docenten handelingsadviezen. Tegelijkertijd blijkt dat docenten soms onvoldoende op de hoogte zijn over de zaken waar ze rekening mee moeten houden wanneer leerlingen een andere aanpak behoeven. Toch zal er voor gezorgd moeten worden dat dit ook daadwerkelijk bij de docenten bekend is en ernaar gehandeld wordt.
De professionalisering van docenten. Het blijft een aandachtspunt om docenten zich te laten ontwikkelen op het gebied van hun pedagogische en didactische competenties om leerlingen met verschillende onderwijsbehoeften beter te onderwijzen. Daarnaast moet er ook scholing aangeboden blijven worden rondom alle mogelijke stoornissen en beperkingen. Inhoudelijke scholing wat zo’n stoornis of beperking inhoudt, maar ook scholing over de effecten daarvan op executieve vaardigheden en bedreigingen van het leerproces.
14
Bijlage 1. Kengetallen leerlingenpopulatie huidig schooljaar en afgelopen 4 schooljaren Kengetallen onderwijsprofiel passend onderwijs (aan te vullen door het MT/zorgcoördinator) Naam school
Het Kaj Munk College
Datum
september 2015
Leerlingaantal
2011-2012: 1481
2013-2014: 1749
2012-2013: 1635
2014-2015: 1840
Aantal klassen 2014-2015
67
Aantal docenten 2014-2015
155
Aantal leerlingen met specifieke ondersteuningsvraag:
Aantal leerlingen met specifieke ondersteuningsvraag, voorheen rugzakleerlingen per cluster
Verwijzingen
Leerlingen met dyslexie
Leerlingen met ASS
2011-2012: 189
2011-2012: 26
2012-2013: 210
2012-2013: 38
2013-2014: 249
2013-2014: 39
2014-2015: 253
2014-2015: 29
Leerlingen met ADHD
Hoogbegaafde leerlingen
2011-2012: 32
2011-2012: 6
2012-2013: 29
2012-2013: 7
2013-2014: 56
2013-2014: 6
2014-2015: 49
2014-2015: 7
Cluster 1:
Cluster 2:
2011-2012: 1
2011-2012: -
2012-2013: 2
2012-2013: -
2013-2014: 5
2013-2014: 1
2014-2015: 4
2014-2015: 1
Cluster 3:
Cluster 4:
2011-2012: 4
2011-2012: 16
2012-2013: 8
2012-2013: 34
2013-2014: 11
2013-2014: 45
2014-2015: 11
2014-2015: 43
Naar speciaal onderwijs:
Thuiszitters:
2011-2012: 3
2011-2012: 5
2012-2013: 3
2012-2013: 10
2013-2014: 3
2013-2014: 8
2014-2015: 3
2014-2015: 6
Naar Rebound:
Andere reguliere school:*
2011-2012: 1
2011-2012: 32
2012-2013: 2
2012-2013: 40
2013-2014: 0
2013-2014: 33
2014-2015: 0
2014-2015: 28
* Dit zijn geen echte verwijzingen, maar het aantal leerlingen dat de school om diverse reden heeft verlaten. In een aantal gevallen betreft verwijzingen naar een andere school, leerlingen die het niveau VMBO-T uiteindelijk niet halen, dan worden de leerlingen doorverwezen naar een school voor VMBO B/K.
15