Schoolondersteuningsplan Klaar voor passend onderwijs!? Tabor College Werenfridus
mavo, havo, atheneum, gymnasium en tweetalig onderwijs tel: 0229-285828 e-mail:
[email protected] internet: www.tabor.nl
2013-2015
INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING: KLAAR VOOR PASSEND ONDERWIJS!? ......................................... 4 2. PROFILERING SCHOOL .................................................................................... 5 2.1 VISIE EN MISSIE IN RELATIE TOT LEERLINGONDERSTEUNING ..............................................5 2.2 DOELSTELLINGEN VAN DE LEERLINGONDERSTEUNING .......................................................6 2.3 TABOR COLLEGE WERENFRIDUS BINNEN HET SAMENWERKINGSVERBAND ...............................6 3. ONDERSTEUNING IN DE EERSTE LIJN ............................................................. 7 3.1 MENTOR ..............................................................................................................7 3.2 DOCENT ..............................................................................................................7 3.3 ONDERWIJSONDERSTEUNEND PERSONEEL .....................................................................7 3.4 CONRECTOR EN AFDELINGSCOÖRDINATOREN .................................................................8 4. ONDERSTEUNING IN DE TWEEDE LIJN ............................................................ 9 4.1 INTERN ZAT OVERLEG .............................................................................................9 4.2 BASISONDERSTEUNING ............................................................................................9
4.2.1 Faalangstreductietraining ...............................................................................9 4.2.2 Examenfaalangstreductietraining .................................................................. 10 4.2.3 Socialevaardigheidstraining .......................................................................... 10 4.2.4 Counseling.................................................................................................. 10 4.2.5 Hoogbegaafdenbegeleiding .......................................................................... 10 4.2.6 Klachtenregeling en vertrouwenscontactpersonen .......................................... 11 4.2.7 Decanaat .................................................................................................... 11 4.2.8 Dyslexie- en dyscalculieondersteuning........................................................... 11 4.2.9 Verzuimpreventie ........................................................................................ 11 4.2.10 Begeleiding leerlingen met visuele, auditieve, lichamelijke handicap ................ 12 4.2.11 Pestpreventie.............................................................................................. 12 4.2.12 Begeleiding langdurig zieke leerlingen ........................................................... 12 4.3.12 Blauwe kaart voor extra tijd toetsen ............................................................. 12
4.3 BREEDTE ZORG; TRAJECTBEGELEIDING ....................................................................... 12 4.4 FUNCTIONARISSEN BINNEN DE 2E LIJNSZORG ............................................................... 13
4.4.1 Spin in het web: de zorgcoördinator ............................................................. 13
5. ONDERSTEUNING IN DE DERDE LIJN ............................................................ 14 5.1 HET EXTERNE ZORG ADVIES TEAM (EXTERN ZAT OVERLEG) ............................................ 14 5.2 BUREAU JEUGDZORG (BJZ) .................................................................................... 14 5.3 ALGEMEEN MAATSCHAPPELIJK WERK (AMW) .............................................................. 15 5.4 OPDC ............................................................................................................... 15 5.5 BRIJDERSTICHTING ............................................................................................... 15 5.6 AFDELING LEERPLICHT VAN DE GEMEENTE .................................................................. 15 5.7 JEUGDGEZONDHEIDHEIDSZORG WEST FRIESLAND ......................................................... 15 5.8 GEESTELIJKE GEZONDHEIDS ZORG............................................................................ 16 6. PROTOCOL INDIVIDUELE LEERLINGBEGELEIDING ....................................... 17 7. PROTOCOL INDIVIDUELE LEERLINGBEGELEIDING IN SCHEMA .................... 18
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
2
8. OVERIGE PROTOCOLLEN EN BELEIDSSTUKKEN ............................................. 19 8.1 VERZUIMPROTOCOL .............................................................................................. 19 8.2 SCHORSINGS- EN VERWIJDERINGSPROTOCOL ............................................................... 19 8.3 HOOGBEGAAFDENBELEIDSPLAN ................................................................................ 19 8.4 DYSLEXIEPROTOCOL.............................................................................................. 19 8.5 DYSCALCULIEPROTOCOL ......................................................................................... 19 8.6 PESTPREVENTIEPROTOCOL ...................................................................................... 19 8.7 MELDCODE HUISELIJK GEWELD EN KINDERMISHANDELING ............................................... 19 8.8 CRISISPROTOCOL ................................................................................................. 19 8.9 FAALANGSTPROTOCOL ........................................................................................... 19 8.10 SOCIALE VAARDIGHEDENPROTOCOL ......................................................................... 19 8.11 CONVENANT ‘EEN VEILIGE SCHOOL’ ......................................................................... 20 8.12 PRIVACYREGELEMENT .......................................................................................... 20 8.13 KLACHTENREGELING ONGEWENSTE OMGANGSVORMEN .................................................. 20 9. SIGNALERING, INSTRUMENTEN EN PREVENTIE ............................................ 21 10. AANNAME BELEID ........................................................................................ 22 11. BELEID EN BELEIDSVOORNEMENS 2013 - 2015 .......................................... 23 12. COMMUNICATIE ........................................................................................... 25 13. KWALITEITSBEWAKING ............................................................................... 26 BIJLAGE 1: OVERZICHT PAT-MENTORAAT 2013 - 2014 ....................................... 27 BIJLAGE 2: TRAJECT BEGELEIDING ..................................................................... 28 BIJLAGE 3: TAAKOMSCHRIJVINGEN VAN SPECIALISTEN BINNEN DE SCHOOL... 30 BIJLAGE 4: SCHOOLLEIDING EN DOCENTEN MET EEN ONDERSTEUNINGSTAAK. 37 BIJLAGE 5: ORGANOGRAM LEERLINGBEGELEIDING EN OMVANG BEGELEIDINGSTAKEN IN PAT UREN .................................................................... 38
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
3
1.
INLEIDING: KLAAR VOOR PASSEND ONDERWIJS!?
Tabor College Werenfridus is een school met een duidelijke en uitgebreid ondersteuningsprofiel. Met het oog op passend onderwijs, dat per 1 augustus 2014 een feit is, is het schoolondersteuningsplan voor relatief korte periode opgesteld. Het betreft een periode van twee schooljaren: 2013-2014 tot 2014-2015. Het schooljaar 2013 – 2014 zal gebruikt worden om het bestaande ondersteuningsprofiel en leerlingbegeleidingstrajecten te consolideren en aan te passen waar dat nodig is. Aan het einde van het schooljaar 2014-2015 zal de voorlopige balans opgemaakt worden van het eerste schooljaar met passend onderwijs. Ervaringen die dan opgedaan zijn, kunnen gebruikt worden om ons ondersteuningsprofiel aan te passen aan de eisen die passend onderwijs aan ons stelt. Na de invoering van de wet passend onderwijs, is er binnen het opgerichte Samenwerkingsverband VO West-Friesland veel vergaderd over o.a. onderwijszorgprofielen, ontwikkelingsperspectieven, toelaatbaarheidsverklaringen en de route van aanmeldingen van nieuwe leerlingen in het VO. Maar wat er echter precies afkomt op de diverse scholen binnen het samenwerkingsverband en onze school in het bijzonder met de komst van passend onderwijs, zal nog moeten blijken uit de praktijk. Tabor College Werenfridus denkt met de hierbij gepresenteerde schoolondersteuningsplan en ervaringen uit het verleden een passend antwoord te hebben op passend onderwijs, maar zal het aangeboden schoolondersteuningsprofiel blijven monitoren. Vandaar de ondertitel van dit schoolondersteuningsplan 20132015 met een uitroepteken én een vraagteken: ‘klaar voor passend onderwijs!?’
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
4
2.
PROFILERING SCHOOL
2.1
Visie en missie in relatie tot leerlingondersteuning
Tabor College Werenfridus staat voor goed onderwijs in een veilig sociaal netwerk dat leerlingen klaarmaakt voor hun toekomst, kwaliteit staat voorop. De ondersteuningsstructuur van Tabor College Werenfridus is opgebouwd vanuit het idee dat school een belangrijke functie heeft in de totale ontwikkeling van een leerling. De onderwijsvisie van Tabor College Werenfridus staat hierin centraal en bestaat uit een vijftal punten: 1. Tabor College Werenfridus geeft talent alle kans. We stimuleren je; je ontdekt waar je goed in bent en wat je verder wilt ontplooien. 2. Leren staat voorop. Cijfers zijn belangrijk en kennis en vaardigheden ontwikkel je voor je hele leven. 3. Ook je gedrag doet ertoe. We werken met elkaar aan een omgeving waarin iedereen zich veilig voelt én zichzelf kan zijn. 4. De wereld past niet in hokjes. Er is samenhang tussen de vakken, samenhang met de wereld om je heen en je leert van en met elkaar. 5. Je denkt na over je toekomst. Zelfredzaamheid en betrokkenheid bij wat er in de wereld gebeurt, staan hierbij centraal. De school wil de leerlingen zo goed mogelijk begeleiden in hun ontwikkeling richting volwassenheid en doet dit door ondersteuning te bieden in de eerste, tweede en derde lijn. Ondersteuning in de eerste lijn bestaat uit ondersteuning van mentoren, vakdocenten, onderwijsondersteunend personeel, afdelingscoördinatoren en conrectoren. Bij ondersteuning in de tweede lijn kan een leerling terugvallen op specialisten binnen de school. In de derde lijn ondersteuning kan een leerling externe specialisten inschakelen. Binnen het passend onderwijs wordt het verschil gemaakt tussen basis-, breedte- en dieptezorg. Met basiszorg wordt de ondersteuning bedoeld die de school zelf in en om de klassen en binnen de eigen schoollocatie biedt aan alle leerlingen. Onder de basiszorg vallen ook maatregelen van de school die open staan voor alle leerlingen, zoals bijvoorbeeld coaching, dyslexieondersteuning en diverse faalangst- en sovatrainingen. Onder de breedtezorg wordt extra ondersteuning bedoeld die binnen de school beschikbaar is via specialisten. De school wil hierbij zelf de verantwoordelijkheid dragen voor het onderwijs en de ontwikkeling van de leerlingen maar heeft daarbij wel hulp van buiten de school nodig. Hierbij kan gedacht worden aan een schoolmaatschappelijkwerker, een Brijder-vertegenwoordiger of een jeugdverpleegkundige. Dieptezorg binnen passend onderwijs wordt aangeduid met de ondersteuning in gespecialiseerde voorzieningen, settings of groepen. In het geval het een eigenstandige voorziening betreft, wordt de verantwoordelijkheid van de leerling overgedragen aan deze voorziening. Tabor College Werenfridus voldoet met dit schoolondersteuningsplan aan de eisen die passend onderwijs stelt.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
5
Dit plan geeft een overzicht van de diverse ondersteuningsstructuren waar een leerling die begeleiding nodig heeft, op terug kan vallen. Verder wordt het protocol leerlingbegeleiding beschreven, is er een overzicht van diverse signaleringsmomenten binnen de schoolcarrière van een leerling. Het schoolondersteuningsplan eindigt met beleidsvoornemens voor de periode 2013-2015 en in de bijlage is er vooral ruimte voor de taakomschrijvingen van de diverse specialisten die Tabor College Werenfridus rijk is.
2.2
Doelstellingen van de leerlingondersteuning
2.3
Tabor College Werenfridus binnen het samenwerkingsverband
De doelstellingen binnen de ondersteuning zijn als volgt opgesteld: De ondersteuning is erop gericht om: leerlingen te begeleiden richting een passend diploma en klaar te stomen voor de toekomst. te voorkomen van voortijdig schooluitval. een veilig schoolklimaat te garanderen. problemen te signaleren en adequate individuele ondersteuning voor leerlingen aan te bieden.
Tabor College Werenfridus maakt onderdeel uit van het samenwerkingsverband West-Friesland waarin alle VO-scholen uit West-Friesland zijn vertegenwoordigd. Op directieniveau en op het niveau van de zorgcoördinatoren neemt Tabor College Werenfridus deel aan overleg binnen het samenwerkingsverband.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
6
3.
ONDERSTEUNING IN DE EERSTE LIJN
3.1
Mentor
De mentor is het eerste aanspreekpunt voor leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) en tevens spil in het docententeam van een klas of mentorgroep. Van de mentor wordt verwacht dat hij/zij zijn leerlingen goed kent en hen volgt in hun intellectuele en sociaal-emotionele ontwikkeling. De mentor heeft ook een taak in de oriëntatie op studie en beroep. In deze rol wordt de mentor bijgestaan en aangestuurd door de decaan. Op onze school wordt van elke docent verwacht dat hij/zij in principe bereid is als mentor van een klas of van een mentorgroep te fungeren. In de onderbouw wordt gewerkt met een mentor per klas, in de tweede fase is dit soms ook het geval, maar het is ook mogelijk dat een mentor een aantal leerlingen onder zijn/haar hoede die los staat van het klassenverband. Er wordt ernaar gestreefd om mentoren aan leerlingen te koppelen voor een periode die langer duurt dan een jaar. Juist om de begeleiding door de mentor te optimaliseren hebben zoveel mogelijk mentoren van onder- en bovenbouw een mentorentraining gevolgd. Deze scholing wordt regelmatig herhaald of verdiept. Het mentoraat is in de PAT opgenomen en vormt een belangrijke post in het taakbeleid op onze locatie. In bijlage 1 staat het overzicht van de PAT uren voor mentoraat.
3.2
Docent
3.3
Onderwijsondersteunend personeel
Het is van groot belang dat de vakdocenten niet alleen specialist zijn op hun vakgebied maar zich daarnaast ook bewust zijn van hun pedagogische taak. Docenten hebben een voorbeeldfunctie; hun gedrag, hun woordgebruik, hun standpunten en hun normbesef zijn van invloed op de ontwikkeling van een leerling. De lessen van elke dag bieden de beste mogelijkheid om de leerlingen te leren kennen, hen in hun ontwikkeling te stimuleren en te signaleren wanneer het op een of ander terrein (tijdelijk) niet goed gaat met een leerling. Deze observaties kunnen aan de orde komen tijdens een leerlingen- of rapportbespreking of anderszins aan de mentor worden doorgegeven. Het onderwijsondersteunend personeel komt vaak op een heel andere wijze dan de docenten in contact met de leerlingen. Daarbij kunnen zij soms door uitlatingen of gedrag van de leerlingen constateren dat er iets niet in orde is. Daarom is het bij een geïntegreerde leerlingbegeleiding goed dat ook de collega’s van het OOP die door hun werk met leerlingen in contact komen zich van hun mogelijke bijdrage aan de leerlingbegeleiding bewust zijn. Als zij van mening zijn dat er redenen tot bezorgdheid zijn, dienen zij de desbetreffende mentor, afdelingscoördinator of conrector van hun observatie in kennis stellen.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
7
3.4
Conrector en afdelingscoördinatoren
De conrector is de centrale figuur in de begeleiding van de leerlingen van een afdeling. De conrector vergadert regelmatig met de mentoren over de leerlingbegeleiding. Door rapportvergaderingen, leerlingenbesprekingen en informatie via andere kanalen (bijvoorbeeld vakdocenten, OOP en ouder(s)/verzorger(s)), is de conrector op de hoogte van de onderwijsresultaten en van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen van zijn/haar afdeling. Hij/zij coördineert de leerlingbegeleiding in de eerste lijn, maar neemt niet de plaats in van de mentor. Stuit de mentor bij de begeleiding op een probleem dat niet door de begeleiders in de eerste lijn en ook niet samen met de conrector kan worden opgelost, dan is er de mogelijkheid om in overleg met de conrector, terug te vallen op de begeleiders in de tweede lijn. De afdelingscoördinatoren ondersteunen de conrectoren in diverse taken, waaronder de leerlingbegeleiding.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
8
4.
ONDERSTEUNING IN DE TWEEDE LIJN
In de tweede lijn zijn twee teams actief nl.: i. Het intern zorgteam: alle conrectoren en de zorgcoördinator ii. Het begeleidingsteam: dit zijn alle specialisten binnen de school Wanneer blijkt dat een leerling niet optimaal functioneert en aanvullende begeleiding nodig heeft, kan een beroep gedaan worden op een aantal specialisten binnen de school, de begeleiding in de tweede lijn. De begeleiding in de tweede lijn wordt gegeven door docenten die voor een bepaalde taak een opleiding of aanvullende scholing volgen of hebben gevolgd. Zij worden het begeleidingsteam genoemd. Het inschakelen van de specialisten van de tweede lijn verloopt via de conrector. De coördinatie van het begeleidingsteam ligt bij de zorgcoördinator.
4.1
Intern ZAT overleg
4.2
Basisondersteuning
Minimaal vier keer per jaar wordt er per afdeling een intern ZAT overleg georganiseerd. ZAT staat voor Zorg Advies Team en dit overleg wordt voorgezeten door de zorgcoördinator. Aanwezig zijn de conrector en een vertegenwoordiger van school maatschappelijk werk. Tijdens het intern ZAT overleg worden leerlingen besproken met een ondersteuningsbehoefte. Voor de bespreking van een leerling binnen het interne ZAT overleg hoeft geen toestemming van de ouder(s)/verzorger(s) gevraagd te worden. De schakel tussen tweede en derde lijn wordt gevormd door het interne ZAT. Met basisondersteuning wordt de ondersteuning bedoeld die de school zelf in en om de klassen en binnen de eigen schoollocatie biedt aan alle leerlingen. Onder de basisondersteuning vallen ook maatregelen van de school die open staan voor alle leerlingen, zoals bijvoorbeeld coaching, dyslexieondersteuning en diverse faalangsten sovatrainingen. Hieronder worden de diverse vormen basisondersteuning die beschikbaar is op Tabor College Werenfridus beschreven.
4.2.1 Faalangstreductietraining
Elk jaar vindt er een faalangstreductietraining plaats voor leerlingen uit klas 2. De faalangstreductietrainer houdt een intakegesprek met alle aangemelde leerlingen en selecteert maximaal acht à tien leerlingen voor de training. Het aantal bijeenkomsten is 10. Aanmelding voor de faalangsttraining verlopen altijd via zorgcoördinator, of via signalering vanuit de schoolvragenlijst of via een directe aanmelding van een mentor. Er vindt overleg plaats tussen de faalangstreductietrainer en de zorgcoördinator over de vorderingen van de leerlingen en de eventuele ondersteuning als de training ten einde is.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
9
4.2.2 Examenfaalangstreductietraining
Er wordt voor eindexamenleerlingen, alsmede voor-eindexamenleerlingen een faalangstreductietraining gegeven. Leerlingen kunnen zich hiervoor direct aanmelden bij de examenfaalangstreductietrainer of worden door hun mentor aangemeld. De training bestaat uit 8 bijeenkomsten. De trainingsgroep bestaat maximaal uit 8 kandidaten. Er vindt overleg plaats tussen de examenfaalangstreductietrainer en de zorgcoördinator over de vorderingen van de leerlingen en de eventuele ondersteuning als de training ten einde is.
4.2.3 Socialevaardigheidstraining
Leerlingen uit klas 2 die bij de schoolvragenlijst op zijn gevallen op het gebied van sociabiliteit, assertiviteit en sociale zelfverzekerdheid komen een aanmerking voor een intakegesprek voor een socialevaardigheidstraining. De uiteindelijk geselecteerde trainingsgroep bestaat uit maximaal 12 leerlingen en de training bestaat uit 14 bijeenkomsten. Er vindt overleg plaats tussen de sovatrainers en de zorgcoördinator over de vorderingen van de leerlingen en de eventuele ondersteuning als de training ten einde is.
4.2.4 Counseling
Leerlingen die problemen hebben op sociaal emotioneel vlak of problemen die boven de taak van de mentor uitstijgen, kunnen een beroep doen op de counselor. Een verwijzing loopt altijd via de conrector en de zorgcoördinator. De counselor zal een drietal gesprekken voeren, daarna moet duidelijk zijn wat het probleem is. Er kan een doorverwijzing plaatsvinden naar de professionele hulpverlening of naar specialisten binnen de school.
4.2.5 Hoogbegaafdenbegeleiding
Leerlingen met een bovenmatige intelligentie, die onderpresteren of het sociaal moeilijk hebben, kunnen een beroep doen op één van de hoogbegaafdenbegeleiders. Ook docenten en ouder(s)/verzorger(s) kunnen bij deze begeleiders terecht. Er wordt op Tabor College Werenfridus gewerkt volgens het beleidsplan hoogbegaafdheid. De enige voorwaarde om voor begeleiding op dit terrein toegelaten te worden is een officieel rapport opgemaakt door een externe instantie waarbij hoogbegaafdheid van een leerling is aangetoond. Vaak wordt gebruik gemaakt van de WISC III intelligentietest. Een leerling is hoogbegaafd bij een IQ score die hoger is dan 130 punten. Soms duidt ook een groot verschil tussen de performale en verbale score op hoogbegaafdheid. In de tweede en derde klas kunnen leerlingen meedoen aan een onderzoeksgroep en in overleg met de conrector en de hoogbegaafdenbegeleiders kan een leerling vaak sneller vakken afsluiten en/of extra vakken/profielen volgen in de bovenbouw. Bij tegenvallende resultaten, maar een aantoonbaar grote inzet, kunnen hoogbegaafde leerlingen doorgeplaatst worden naar een volgend leerjaar.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
10
4.2.6 Klachtenregeling en vertrouwenscontactpersonen
In het kader van de klachtenregeling zijn er op onze school twee vertrouwenscontactpersonen. De vertrouwenscontactpersonen ondersteunen leerlingen (en medewerkers) bij behandeling van meldingen en klachten over ongewenst gedrag. Zij geven voorlichtingslessen aan alle brugklassen. Daarnaast is een externe vertrouwenspersoon werkzaam voor scholengemeenschap Tabor. Met hem/haar kan contact opgenomen worden na bemiddeling door de vertrouwenscontactpersonen.
4.2.7 Decanaat
Iedere afdeling heeft een decaan, die in samenwerking met de mentor de leerlingen begeleidt bij het keuzeproces m.b.t. vakkenpakket en vervolgopleiding. Zij zijn verantwoordelijk voor de keuzebegeleidingslessen in de onderbouw. Een deel van die lessen wordt gegeven door de mentor. Verder organiseren de decanen informatieavonden voor de ouder(s)/verzorger(s) en beroepenmarkten en bezoekdagen voor de leerlingen. Tevens voeren zij gesprekken met individuele leerlingen en hun ouder(s)/verzorger(s).
4.2.8 Dyslexie- en dyscalculieondersteuning
Ten behoeve van de dyslectische en dyscalculische leerling heeft Tabor College Werenfridus een dyslexiecoach in dienst, die gedurende de hele schoolloopbaan de belangenbehartiger van de dyslectische leerling is en hem of haar leert zijn problemen zoveel mogelijk zelf op te lossen. De begeleiding op school aangaande deze problematieken bestaat, naast identificeren van brugklasleerlingen, uit de mogelijkheid tot het beluisteren van toetsen met behulp het programma Kurzweil in het studiecentrum en het verkrijgen van extra tijd tijdens toetsen of een vermindering van het aantal opdrachten. Medewerkers van het studiecentrum zorgen voor een afname van de toetsen in de speciaal ingerichte Kurzweilruimte. Alle brugklasleerlingen worden getest op spelling en leesvaardigheid d.m.v. een zinnendictee, een stil leestempotoets en een overschrijftoets. De uitvallers worden doorverwezen naar externe hulpverlening. Leerlingen met een officiële verklaring die in bezit is van school, krijgen een groene kaart waarop aangegeven staat voor welke voorzieningen zij in aanmerkingen komen. Leerlingen zijn zelf verantwoordelijk voor het zichtbaar maken van de kaart tijdens toetsen. In het protocol dyslexie wordt tevens uitgelegd welke afspraken er zijn met de vakdocenten over de beoordeling van schriftelijk werk van de leerlingen.
4.2.9 Verzuimpreventie
Vakdocenten registreren verzuim van leerlingen in het leerlingvolgsysteem Magister. De verzuimcoördinator signaleert ernstig verzuim en heeft hierover contact met de diverse conrectoren. Verzuim is een onderwerp in het extern ZAT overleg. (Dreigende) thuiszitters worden hier besproken door de conrectoren.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
11
4.2.10 Begeleiding leerlingen met visuele, auditieve, lichamelijke handicap Leerlingen met een visuele, auditieve of lichamelijke handicap worden begeleid door de zorgcoördinator. Hij/zij identificeert de behoeften van de individuele leerling en zorgt voor de communicatie tussen leerling, ouder(s)/verzorger(s), mentor en vakdocent.
4.2.11 Pestpreventie
Om een anti-pestbeleid op Tabor College Werenfridus vorm te geven, is er een pestpreventiecoördinator aangesteld. Deze coördinator is verantwoordelijk voor het opstellen van een anti-pestbeleid, een klachtenbehandelingsprocedure en de implementatie van een schoolbreed anti-pestprogramma.
4.2.12 Begeleiding langdurig zieke leerlingen
Wanneer een leerling langdurig ziek is, zet de conrector, in nauw overleg met de leerling en de ouder(s)/verzorger(s) en de mentor een begeleidingstraject voor deze leerling op. Bijles aan huis of in het ziekenhuis kan daarvan een onderdeel uitmaken. Voor de begeleiding van de langdurig zieke leerling kan een beroep gedaan worden op docenten en eventueel op klasgenoten of medeleerlingen. De conrector of de mentor stelt de docenten van de betreffende leerling op de hoogte. Ook de consulent van de OBD kan ondersteuning bieden.
4.3.12 Blauwe kaart voor extra tijd toetsen
Aan leerlingen kan een blauwe kaart meegegeven worden. Door het tonen van deze blauwe kaart, hebben leerlingen recht op extra tijd tijdens toetsen, tentamens en examens. Een blauwe kaart wordt alleen afgegeven door de zorgcoördinator en uitsluitend op basis van een indicatie in een schriftelijk document van een zorgverlener vanuit de derde lijns ondersteuning.
4.3
Breedte zorg; trajectbegeleiding
Vanaf schooljaar 2014-2015 is passend onderwijs een feit. Dit betekent onder andere dat leerlingen met rugzakgelden die rugzak straks niet meer hebben. Financiering wordt dan centraal aangevraagd bij het samenwerkingsverband en zal worden ingezet voor passende begeleiding voor de voormalige rugzakleerlingen. Hiervoor is een trajectruimte ingericht waar deze leerlingen dagelijks terecht kunnen voor hulp en begeleiding. De ruimte zal altijd bemenst zijn door professionele trajectbegeleiders, maar ook door vrijwilligers. Deze vrijwilligers worden aangestuurd door de professionele trajectbegeleiders in school. De ruimte is oorspronkelijk ingericht voor leerlingen met een REC4 indicatie, maar wordt inmiddels ook voor andere leerlingen gebruikt. Aanmelding voor de trajectruimte gebeurt via het intern ZAT. De trajectbegeleiders zijn de spil tussen de leerling, zijn ouder(s)/verzorger(s) en de vakdocenten. Trajectbegeleiders spreken de leerlingen en stellen een ontwikkelingsperspectief op in overleg met de ouder(s)/verzorger(s). Zij zullen toezien op de uitvoering van het ontwikkelingsperspectief binnen de school. Zie bijlage 2 voor een verdere uitleg van de traject begeleiding.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
12
4.4
Functionarissen binnen de 2e lijnszorg
De taakomschrijvingen van de specialisten binnen de school die bovengenoemde ondersteuning bieden, zijn uitgewerkt in bijlage 3. Eén van de conrectoren van Tabor College Werenfridus, is verantwoordelijk voor de portefeuille zorg. De conrector is eindverantwoordelijke voor de ondersteuning op school en daarmee ook voor het beleid dat gevoerd wordt. In nauw overleg met het begeleidingsteam wordt het beleid opgesteld.
4.4.1 Spin in het web: de zorgcoördinator
De zorgcoördinator heeft de verantwoordelijkheid voor het goed laten verlopen van alle ondersteuning die verder gaat dan elementaire leerlingbegeleiding. Daarnaast is hij/zij de deskundige op het gebied van goed pedagogisch handelen, toegespitst op de betreffende leerling van de school. Hij/zij zal de vele taken van de specialisten binnen de school coördineren. Tevens coördineert de zorgcoördinator de invoering van Passend Onderwijs. Hij/zij stuurt aan, ontwikkelt, evalueert en past het beleid aan waar nodig. Het opstarten van specifieke leerlingbegeleiding verloop altijd via de zorgcoördinator.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
13
5.
ONDERSTEUNING IN DE DERDE LIJN
Soms zal het nodig zijn om een leerling met een probleem, door te verwijzen naar hulpverlening buiten de school. De doorverwijzing zal in veel gevallen gebeuren op advies van de mentor en/of een van de begeleiders in de tweede lijn. Evenals de verwijzing in de tweede lijn verloopt deze via de conrector in samenspraak met de zorgcoördinator. Tabor College Werenfridus heeft met de onderstaande externe instanties contact om de ondersteuning voor leerlingen te optimaliseren.
5.1
Het externe Zorg Advies Team (extern ZAT overleg)
Zes keer per jaar is er een overleg van het zogenaamde externe zorgadviesteam (extern ZAT overleg). Dit is het overleg van de personen die op een school verantwoordelijk zijn voor de leerlingbegeleiding met de deskundigen van bovengenoemde externe instanties. In de vergaderingen van het zorgteam worden door de school probleemleerlingen ingebracht en besproken of algemene voor de begeleiding belangrijke thema's aan de orde gesteld. Doelstellingen van de vergaderingen van dit zorgteam zijn: 1. preventie: tijdig probleemleerlingen inbrengen zodat mogelijkheden tot begeleiding kunnen worden aangeven waardoor de problemen hanteerbaar blijven. 2. consultatie en ondersteuning: de begeleiders van de school kunnen hun vragen of problemen bij de leerlingbegeleiding aan het team voorleggen en zo mogelijk advies en informatie krijgen. 3. grensbewakend werken: bij overmatig schoolverzuim of wanneer voortijdig en ongediplomeerd schoolverlaten dreigt, dient tijdig de leerplicht ambtenaar te worden ingelicht of dienen leerlingen aangemeld te worden bij het RMC (Regionale Meld- en Coördinatiecentrum). Samenwerking en overleg met de leerplichtambtenaar in het zorgteam biedt meer mogelijkheden overmatig verzuim tegen te gaan. 4. afspraken maken wie wat doet na een leerlingbespreking Op Tabor College Werenfridus wordt het extern ZAT overleg gevormd door: externe deskundigen van Bureau Jeugdzorg (BJZ), Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) en het OPDC, Brijder stichting voor de verslavingszorg, de leerplichtambtenaar, de schoolarts, de conrectoren en de zorgcoördinator. Deze laatste fungeert als voorzitter.
5.2
Bureau Jeugdzorg (BJZ)
Bureau Jeugdzorg kan met name ingeschakeld worden als er problemen zijn met een leerling in de thuissituatie of als er gedragsmatige en/of psychische problemen zijn. Ook ouder(s)/verzorger(s) kunnen om advies vragen. Melding kan telefonisch plaats vinden waarna een afspraak wordt gemaakt voor een intake gesprek. Na de intake wordt er bepaald welke zorg de leerling nodig heeft. BJZ is voor de school tevens aanspreekpunt voor melding van kindermishandeling of een vermoeden daarvan. In overleg zullen dan stappen worden genomen volgens de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling die sinds 1 juli 2013 van kracht is.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
14
Soms bemiddelt Bureau Jeugdzorg bij (tijdelijke) uithuisplaatsing. Ook contacten met de kinderbescherming verlopen veelal via Bureau Jeugdzorg. Verder verzorgt Bureau Jeugdzorg ook groepstrainingen sociale vaardigheid waaraan leerlingen van onze school kunnen deelnemen. Een contactpersoon van het Bureau Jeugdzorg neemt deel aan het overleg van het externe ZAT (zorg advies team).
5.3
Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW)
5.4
OPDC
5.5
Brijderstichting
5.6
Afdeling Leerplicht van de gemeente
5.7
Jeugdgezondheidheidszorg West Friesland
Vanuit het Algemeen Maatschappelijk werk is er aan onze school een schoolmaatschappelijkwerkster verbonden die kan adviseren, kan helpen bij gesprekken met ouder(s)/verzorger(s) of mentoren en docenten kan coachen. Het OPDC (OrthoPedagogisch Didactisch Centrum) biedt momenteel drie voorzieningen te weten Expertise, Schakelschool en Rebound. Hiermee biedt het OPDC extra ondersteuning en begeleiding van de leerling om het diploma te halen. Als leerlingen dreigen uit te vallen kan de school via de conrector en de zorgcoördinator het OPDC inschakelen. Samen zal er gezocht worden naar oplossingen bijv. het plaatsen van de leerling in de Rebound klas. Ook kan de school gebruik maken van een medeweker van het OPDC die voor een beperkt aantal uren per week beschikbaar is voor leerlingen en docenten. Hierbij kan gedacht worden aan extra aandacht voor een leerling die dreigt uit te vallen, coaching van collegae en als vraagbaak. In het kader van passend onderwijs, zal het OPDC een nieuwe rol krijgen. Binnen het samenwerkingsverband zullen in het schooljaar 2013-2014 hierover beslissingen over genomen worden. De Brijderstichting geeft advies en voorlichting aangaande diverse verslavingsproblematiek zoals alcohol, cannabis en gameverslaving. Een medewerker van de Brijderstichting neemt deel aan het extern ZAT overleg op school en kan ingeschakeld worden voor gesprekken met leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) en de behandeling van verslavingen. De leerplichtambtenaar van de gemeente ziet toe op de naleving van de leerplicht. Een belangrijk aandachtspunt is het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Scholen dienen tijdig die leerlingen bij de leerplichtambtenaar te melden waarvan voortijdig schoolverlaten dreigt. De leerplichtambtenaar brengt deze leerlingen in bij het meldpunt: OCW DUO. Onder auspiciën van de GGD is aan de scholen in deze regio een jeugdarts en jeugdverpleegkundige toegewezen. Door het invullen van de EMOVO-enquête, die wordt aangeboden aan de leerlingen van de 2e en 4e klas, krijgen leerlingen direct persoonlijk advies over hun gezondheidssituatie. De school ontvangt deze gegevens niet. De anonieme gegevens die de enquête genereert, worden per school geanalyseerd zodat de school gezondheidsprogramma’s kan uitvoeren die direct gericht zijn op gezondheidsrisico’s die daadwerkelijk spelen onder de leerlingen.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
15
De jeugdarts of jeugdverpleegkundige kan ingeschakeld worden voor een onderzoek van een individuele leerling op indicatie van de mentor, schoolleiding of het interne of externe ZorgAdviesTeam. In overleg met ouder(s)/verzorger(s) en leerling wordt dan een afspraak gemaakt. De jeugdarts rapporteert aan de conrector. Leerlingen kunnen altijd op eigen verzoek de jeugdarts of jeugdverpleegkundige raadplegen. De jeugdarts neemt deel aan het externe ZAT overleg. De jeugdverpleegkundige is elke week een dagdeel op school aanwezig.
5.8
Geestelijke Gezondheids Zorg
De GGZ biedt specialistische hulp. Zij behandelen en begeleiden kinderen met psychische stoornissen en betrekken daarbij ook hun gezinssysteem. De doorverwijzing kan via de huisarts of Bureau Jeugdzorg lopen. Elk jaar heeft een aantal leerlingen te maken met GGZ. We streven ernaar om ook een vertegenwoordiger van GGZ in het externe zorgadviesteam te hebben, maar helaas is door organisatorische en financiële problemen bij de GGZ dit niet mogelijk.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
16
6.
PROTOCOL INDIVIDUELE LEERLINGBEGELEIDING
Om leerlingen de juiste begeleiding te bieden, wordt het volgende protocol gehandhaafd: 1. 2. 3. 4.
Een docent signaleert een probleem bij een leerling. Deze docent meldt dit aan de mentor van de leerling. De mentor wint informatie in. De mentor onderneemt eerst zelf acties en lost problemen van een leerling waar mogelijk zelf met de leerling op. De mentor voert ten minste drie gesprekjes met de leerling om tot een oplossing/oordeel te kunnen komen. 5. De mentor brengt in moeilijke gevallen het probleem in kaart en overlegt met de conrector hoe te handelen. 6. Bij gewenste hulp (bijvoorbeeld van een counselor) kan de conrector actie ondernemen na overleg met de mentor. 7. De mentor/conrector zorgt voor verslaglegging in Magister, ons leerlingvolgsysteem. 8. Bij gewenste andere hulp kan het ZorgAdviesTeam (ZAT) ingeschakeld worden. Voor inbrenging in het externe ZAT is altijd eerst toestemming van de ouder(s)/verzorger(s) nodig. 9. Het ZAT adviseert verdere hulpverlening na intern c.q. extern overleg. 10. In overleg met ouder(s)/verzorger(s) kan bekeken worden welke vorm van hulp gewenst is. 11. Ook in het ZAT wordt voor verslaglegging gezorgd en wordt de leerling "in beeld" gehouden.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
17
7. PROTOCOL INDIVIDUELE LEERLINGBEGELEIDING IN SCHEMA SIGNALEREN vakdocent
OVERLEG vakdocent / mentor
Registratie in Magister
GESPREKKEN MET MENTOR Leerling / mentor (3 gesprekken)
HULP REGELEN mentor
mentor / conrector
AANMELDINGSFORMULIER leerling met ondersteuningsbehoefte invullen
HULP INTERN zorgteam
BESPREKEN IN INTERN/EXTERN zorgcoördinator/conrector
HULP INTERN
HULP EXTERN
coachen mentor counselor (3 gesprekken) schoolmaatschappelijk werk
diagnostiek behandeling eventueel contact behandelaar met mentor/conrector
registratie in Magister
registratie in Magister
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
18
8.
OVERIGE PROTOCOLLEN EN BELEIDSSTUKKEN
Er zijn diverse protocollen opgesteld om de leerlingondersteuning te garanderen. De protocollen zijn gepubliceerd op de website of kunnen worden opgevraagd bij de zorgcoördinator.
8.1
Verzuimprotocol
8.2
Schorsings- en verwijderingsprotocol
8.3
Hoogbegaafdenbeleidsplan
8.4
Dyslexieprotocol
8.5
Dyscalculieprotocol
8.6
Pestpreventieprotocol
8.7
Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
8.8
Crisisprotocol
8.9
Faalangstprotocol
Verzuim wordt afgehandeld volgens de ‘Verzuimkaart West-Friesland’. Er is een schorsings- en verwijderingsprotocol opgesteld. Er is een hoogbegaafdenbeleidsplan opgesteld. Er is een dyslexieprotocol opgesteld. Het dyscalculieprotocol is nog in ontwikkeling. Het pestpreventieprotocol is nog in ontwikkeling. Tabor College Werenfridus conformeert zich aan de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling die sinds 1 juli 2013 van kracht is gegaan. Deze meldcode stelt professionals in staat om goed te reageren bij signalen van geweld. De meldcode is opgesteld door de rijksoverheid. Meldingen verlopen altijd via de zorgcoördinator. Er is een crisisprotocol opgesteld om adequaat te kunnen handelen rondom het overlijden van een leerlingen, medewerker of ouder(s)/verzorger(s). Er is geen faalangstprotocol opgesteld.
8.10 Sociale vaardighedenprotocol
Er is geen sociale vaardigheden protocol opgesteld.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
19
8.11 Convenant ‘Een veilige school’
Eind 2004 is er tussen de gemeente Hoorn, de plaatselijke politie en vier scholen een Convenant, Een veilige School genoemd, gesloten. In dit convenant wordt geregeld hoe de lijnen tussen de politie en de scholen lopen, hoe de scholen een veilige omgeving verzorgen, welke rol de politie daarin speelt en welke rol het zorgteam van de school speelt. In het convenant wordt zeer expliciet ingegaan op hoe te handelen in geval van (dreiging met) fysiek geweld, vernielingen, diefstal, gokken, drugsgebruik en ander ongewenst gedrag. Te denken valt aan welke maatregel een school neemt als een leerling in het bezit is van hard drugs of deze gebruikt.
8.12 Privacyregelement
Er is een privacyregelement leerlingengegevens om de privacy van leerlingen te waarborgen.
8.13 Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen
Het Tabor College kent een klachtenregeling die geldt voor de drie scholen die onderdeel zijn van het College. Er zijn twee vertrouwenscontactpersonen aangesteld om deze regeling op onze locatie adequaat uit te kunnen voeren.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
20
9.
SIGNALERING, INSTRUMENTEN EN PREVENTIE
De volgende activiteiten vinden plaats om leerlingen te helpen, problemen te signaleren en indien mogelijk, te voorkomen. Elke leerling heeft een mentor, deze is de eerst aangewezene om problemen te signaleren, andere “instrumenten” die we gebruiken zijn: Brugklas o Screening dyslexie d.v.m. testen o Juniormentor: leerlingen uit de bovenbouw die als hulp worden toegevoegd aan de brugklasmentor. Zij zijn een laagdrempelig aanspreekpunt voor de brugklasleerlingen o Afname School Vragenlijst Tweede klas o Afname EMOVO-enquête o Geven van Sociale vaardigheids- en faalangstreductietrainingen Vierde klas o Afname EMOVO-enquête (Voor-)examenklas o Geven van examenfaalangstreductietraining Onder- en bovenbouw o Ouderejaars leerlingen bieden bijlessen in allerlei vakken aan voor leerlingen die een hulpvraag hebben. De aanvraag voor bijlessen verloopt via de mentor.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
21
10. AANNAME BELEID Tabor College Werenfridus biedt onderwijs op havo, atheneum, gymnasium niveau. Dat betekent dat leerlingen aan dit profiel moeten voldoen om onderwijs te kunnen volgen op onze locatie. De toelatingseisen en lotingsprocedure worden gepubliceerd op de website van Tabor College Werenfridus. Tabor College Werenfridus streeft naar een evenwichtige opbouw waarbij rekening wordt gehouden met klassengrootte die passend is bij het type onderwijs dat aangeboden wordt. In de toelatingsprocedure van leerlingen met een rec-beschikking vindt een uitgebreide intake plaats waarbij ouder(s)/verzorger(s), de leerling, begeleider(s) en de school van herkomst nauw bij betrokken zijn. Vanuit deze intake wordt beoordeeld of de leerling plaatsbaar is. Voor leerlingen met de volgende kenmerken wordt vanuit de plaatsingscommissie ingeschat dat zij geen diploma kunnen halen op het Tabor College Werenfridus: Leerlingen die niet voldoen aan het onderwijsprofiel dat op Tabor College Werenfridus wordt aangeboden. Leerlingen die een bedreiging zijn voor de veiligheid binnen de school. Leerlingen die ernstige psychiatrische en/of gedragsproblematiek vertonen.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
22
11. BELEID EN BELEIDSVOORNEMENS 2013 - 2015 De leerlingbegeleiding vormt op Tabor College Werenfridus een van de portefeuilles van de locatiedirectie. Ook beschikt de locatie over een zorgcoördinator die handelt in samenspraak met de conrector zorg en direct aanspreekpunt is voor de andere conrectoren. De conrector zorg en de zorgcoördinator vergaderen met het begeleidingsteam over de begeleiding in de tweede lijn en overleggen met de afzonderlijke leden van dit team over de invulling van hun taak. De taakomschrijvingen in dit ondersteuningsplan vormen daarbij leidraad en houvast. Het beleid en de beleidsvoornemens in de periode 2013 – 2015 zijn hieronder puntsgewijs geformuleerd. 1. Tabor College Werenfridus heeft een geïntegreerde leerlingbegeleiding; Leerlingbegeleiding is een integraal onderdeel van de taak van de school en zijn medewerkers. 2. Tabor College Werenfridus heeft een begeleidingsmodel waarin de mentor de eerst verantwoordelijke is voor de begeleiding van de leerling van zijn klas of groep, daarbij ondersteund door begeleiders in de eerste, tweede en derde lijn. 3. De conrector houdt het overzicht van de begeleiding van de leerlingen op zijn/haar afdeling. Doorverwijzing van leerlingen naar andere begeleiders dan de mentor verloopt altijd via de conrector en in samenspraak met de zorgcoördinator. 4. In het geheel van de leerlingbegeleiding op onze school neemt de mentor een belangrijke plaats in. De school blijft investeren in scholing en facilitering van mentoren. 5. In het leerlingvolgsysteem Magister wordt alle belangrijke informatie omtrent een leerling opgenomen. 6. De begeleiding van hoogbegaafde leerlingen evenals de dyslexie- en de dyscalculiebegeleiding, de (examen)faalangstreductietrainingen en de sovatrainingen worden gecontinueerd. 7. We besteden in de beleidsperiode aandacht aan: a. De voorbereiding op Passend Onderwijs en in dit kader met name: i. Ontwikkelingen volgen binnen het samenwerkingsverband / de managementraad en voorstellen implementeren binnen de school. ii. Organiseren van voorlichting voor medewerkers over passend onderwijs. iii. Organiseren van een training voor OP en OOP over autisme. iv. Trainen van nieuw aangestelde trajectbegeleiders en zorgcoördinator op het gebied van hechtingsstoornissen, autisme spectrum stoornissen, angst & depressie en adhd/add/odd/cd.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
23
v. Eind schooljaar 2014 – 2015 evalueren van de ondersteuning op Tabor College Werenfridus n.a.v. de ervaringen met passend onderwijs. b. Implementeren en evalueren van verhoging eigen bijdrage voor (examen-)faalangst en sovatrainingen. c. Onderzoeken van de mogelijkheden tot uitbereiding van de (examen-) faalangst en sovatrainingen voor het bedienen van meer leerlingen en leerlingen in andere leerjaren. d. Implementeren en evalueren van verplaatsing schoolvragenlijst van 2e klas naar brugklas. e. Ontwikkeling anti-pestbeleid en de implementatie van een schoolbreed anti-pestprogramma. f. Implementatie en evaluatie van EMOVO-enquête in de 2e en 4e klas. g. Protocol dyslexie aanscherpen en actieplan formuleren en uitzetten, alsmede uitzetten en analyseren van enquête voor ouder(s)/verzorger(s) over de begeleiding voor dyslectische leerlingen. h. Opstellen dyscalculieprotocol. i. Evaluatie invulling werkzaamheden en taakomschrijving zorgcoördinator. j. Interne evaluatie trajectruimte: invulling werkzaamheden van drie trajectruimtebegeleiders. k. Integrale externe evaluatie trajectruimte in opdracht van Gedragpunt: leerlingen, ouder(s)/verzorger(s) en docenten/mentoren.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
24
12. COMMUNICATIE Behalve dit ondersteuningsplan, wordt er speciaal voor leerlingen en hun ouder(s)/verzorger(s) een zogenaamde zorgwijzer of leerlingondersteuningswijzer gepubliceerd op de website van de school. Leerlingen en hun ouder(s)/verzorger(s) kunnen dit naslagwerk gebruiken om meer informatie te krijgen over de juiste begeleiding die bij hun ondersteuningsbehoefte past. In alle lijnen van de ondersteuning is communicatie essentieel. Het bindende element in de communicatie is het leerlingvolgsysteem Magister. In dit leerlingvolgsysteem kan informatie beschikbaar gemaakt worden voor diverse actoren binnen de ondersteuningsstructuur en wordt de informatie rondom een leerling tevens opgeslagen op één plek. Tenminste de volgende gegevens worden hierin opgeslagen: Naam- en adresgegevens van de leerling De informatie van de basisschool, waaronder het advies Alle periodecijfers Verslagen van gesprekken die met de leerling of de ouder(s)/verzorger(s) zijn gevoerd m.b.t. het functioneren van de leerling, door mentor, conrector, decaan, counselor, voor zover de vertrouwelijkheid van de gesprekken dat toelaat Gegevens omtrent functioneren van de leerling (verwijdering, laat komen, absentie, enz.) Handelingsplannen en adviezen Incidenten die betrekking hebben op de leerling Deze informatie kan toegankelijk gemaakt worden voor diverse groepen, waaronder de mentor, conrector, decaan, zorgcoördinator en counselors alsmede de directie.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
25
13. KWALITEITSBEWAKING Tabor College Werenfridus werkt aan systematische kwaliteitszorg. Interne en externe kwaliteitsbeoordelingen vinden periodiek plaats om de kwaliteit van de geboden leerlingenondersteuning te garanderen. Zo wordt er regelmatig een tevredenheidsonderzoek afgenomen onder leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) en medewerkers. Met de resultaten worden interventies gepleegd ter verbetering van de kwaliteit. Docenten voeren ontwikkelgesprekken waarbij evaluatie door collega’s en leerlingen een wezenlijk onderdeel is van het persoonlijk ontwikkelplan. Tijdens deze beleidsperiode zal ruimschoots aandacht zijn voor de interne en externe evaluatie van de trajectruimte en trajectbegeleiding. Tevens wordt het dyslexiebeleid intern en extern geëvalueerd.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
26
Bijlage 1: Afdeling
Overzicht PAT-mentoraat 2013 - 2014 leerjaar
2013-2014 basis
M
MaS
AP
Totaal
vv
per ll
n
totaal
20
2
27
74
25
99
3 4
20 20
1,5 1,5
24 24
56 56
15 15
71 71
2 3 4 5
20 20 20 20
1,5 1,5 2 2
27 27 27 27
60,5 60,5 74 74
15 15 25 10
2 3 4 5 6
20 20 20 20 20
1 1 1 1 1
27 27 15 27 27
47 47 35 47 47
15 15 25 10
2 3 4 5
20 20 20 20
1 1 1 1
27 27 27 27
47 47 47 47
15 15 25 10
6
20
1
27
47
Brugklas MAVO
HAVO
VWO
TTO
vv= n= m= MaS =
10
10
10
75,5 85,5 99 84 62 72 60 57 47 62 72 72 57 47
vaste voet aantal leerlingen mentoruur maatschappelijke stage
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
27
Bijlage 2: Inleiding
Traject begeleiding
Vanaf 1 augustus 2014 is passend onderwijs een feit. Dit betekent onder andere dat leerlingen met rugzakgelden die rugzak straks niet meer hebben. Financiering zal centraal worden aangevraagd bij het samenwerkingsverband zodat dit ingezet kan worden voor passende begeleiding voor de voormalige rugzakleerlingen. Hiervoor hebben wij een trajectruimte ingericht in het schooljaar 2012-2013 waar deze leerlingen dagelijks terecht kunnen voor hulp en begeleiding. De ruimte zal altijd bemenst zijn door professionele begeleiders, maar ook door vrijwilligers. Deze vrijwilligers worden aangestuurd door de professionele trajectbegeleiders in school.
Doelgroep en doel
Doelgroep zijn alle leerlingen met een indicatie cluster 4 die bij ons op school zitten. Voor hen is in de trajectruimte vijf dagen per week begeleiding op school beschikbaar. Doelstelling is dat zij met deze dagelijkse begeleiding voldoende steun hebben om op onze school succesvol te zijn. Ons tweede doel is een effectievere inzet van het begeleidingsbudget ten gunste van deze leerlingen. De trajectruimte bevindt zich in het studiecentrum. Aan de trajectruimte zit een kamer vast waar gesprekken met leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) gevoerd kunnen worden.
Gebruik van de trajectruimte
Er zijn drie vaste trajectbegeleiders op school. De trajectruimte is open vanaf 8.30 tot 16.30 uur. Vanaf 11 uur is een trajectbegeleider aanwezig in de trajectruimte. Vóór 11 uur kunnen leerlingen vragen stellen aan de medewerkers van het studiecentrum. Behalve werkplek voor de trajectbegeleiders is deze ruimte in de eerste plaats bedoeld voor de leerlingen: voor een time-out, om huiswerk te maken, om pauze te houden, of gewoon even te praten. Voor de leerling is het dus een vast, betrouwbaar rustpunt in de school. Leerlingen zonder leerling gebonden financiering kunnen ook gebruik maken van de trajectruimte. Dit gebeurt alleen via een aanmelding bij de zorgcoördinator en na overleg met de trajectruimtecoördinator.
Begeleiding van de leerlingen
Mentoren van leerlingen met een leerling gebonden financiering, ontvangen per leerling 10 uur per schooljaar voor extra begeleiding van de leerling. Met deze 10 uur, voeren mentoren gesprekken met de leerlingen. Trajectruimtebegeleiders voeren maximaal 1 gesprek per maand met de leerling. Per jaar voeren zij tevens twee gesprekken met leerling en de ouder(s)/verzorger(s) over het handelingsplan en de evaluatie hiervan.
2014 - 2015
Vanaf 1 augustus 2014 vervallen de clusterindicaties van leerlingen. Financiering voor leerlingen met een ondersteuningsbehoefte wordt centraal aangevraagd bij het samenwerkingsverband en zal in 2014-2015 gegeven worden op basis van het aantal leerlingen dat in 2013-2014 een leerling gebonden financiering ontving. Binnen het samenwerkingsverband is afgesproken dat er geen (her)indicaties meer worden aangevraagd vanaf 1 oktober 2013, tenzij het een leerling betreft die op 1 augustus 2014 in het VSO geplaatst gaat worden.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
28
Voor een leerling die in het schooljaar 2014-2015 aanspraak wil maken op extra ondersteuning zal een ontwikkelingsperspectief (OPP) moeten worden opgesteld. Het OPP komt in plaats van het handelingsplan en de precieze inhoud van het OPP moet nog worden vastgesteld door het samenwerkingsverband. Binnen het samenwerkingsverband moeten nog verder afspraken gemaakt worden over het vaststellen van ondersteuningsbehoeftes van leerlingen, nu de clusterindicaties gaan vervallen.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
29
Bijlage 3:
Taakomschrijvingen van specialisten binnen de school
Het organogram van de organisatie van de ondersteuning op Tabor College Werenfridus, is te vinden in bijlage 5. In dit model wordt de zorgcoördinator aangestuurd en bijgestaan door de conrector. De zorgcoördinator stuurt op zijn/haar beurt de diverse ondersteuningsgebieden aan. Hieronder staan de functieomschrijvingen van de diverse specialisten binnen de school.
Conrector met portefeuille zorg Taak:
Eindverantwoordelijkheid aangaande zorg bij Tabor College Werenfridus
Taakinhoud aangaande deze portefeuille:
Verantwoordelijk voor beleid aangaande ondersteuningsstructuur Wekelijks overleg met zorgcoördinator Vertegenwoordigt de school in het overleg van het samenwerkingsverband WestFriesland Vertegenwoordigt de school in de externe Werkgroep Verzuim
Zorgcoördinator Taak:
het coördineren van de vele zorgtaken en het aansturen van de specialisten in de school.
Taakomvang:
Zorgcoördinator in opleiding – 0,3 fte + opleiding Zorgcoördinator ad interim – 0,4 fte – Roel Elgersma (Gedragpunt)
Taakinhoud:
Is dé centrale persoon in de school waar alle activiteiten rondom ondersteuning aan leerlingen die niet meer door de mentor en conrector kunnen worden gegeven, samenkomen. Heeft een sterke adviestaak richting conrectoren en mentoren. Houdt zich op de hoogte van passend onderwijs en overziet de implicaties voor de schoolorganisatie. Is eerste aanspreekpunt voor externen. Zit het intern en extern ZAT voor. Organiseert – op verzoek van de conrector – specialistische hulp binnen of buiten de school. Vertegenwoordigt de school in zorgcoördinatoren overleg van het samenwerkingsverband West-Friesland Is goed op de hoogte van het zorglandschap in de regio, dus kent diverse specialisten. Is alert op kwaliteit van de gehele ondersteuningsverlening in school.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
30
Coördineert ondersteuningsaanbod met zorgaanbieders binnen de school en zorgt voor dwarsverbanden / overleg tussen zorgaanbieders Is verantwoordelijk voor de inhoudelijke kwaliteit van de verslaglegging in Magister. Wekelijks overleg met conrectoren, waarvan eens per 6 à 8 weken in aanwezigheid van externen. Wekelijks overleg met conrector met zorgportefeuille. N.a.v. deze overleggen hebben zorgcoördinator of conrectoren contact met externen (indien niet aanwezig). Organisatie en nabespreken schoolvragenlijst Verantwoordelijk voor het opstellen van procedures Optimaliseren Magister (in samenwerking met management assistent)
Trajectbegeleider
Taak: Begeleiding van rugzakleerlingen, vanaf schooljaar 2014-2015 leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Taakomvang: 0,2 fte per trajectbegeleider per jaar Taakinhoud: Is rugzakcoördinator en doet de afhandeling van aanvragen en verplichtingen (begeleiding en schrijven en evalueren van handelingsplannen, schrijven van onderwijskundige rapporten). Het verzorgen van de opvang voor de leerling met een leerling gebonden financiering (LGF), die tijdelijk rust nodig heeft en/of dispensatie heeft voor bepaalde zaken. Het op verzoek van de leerling, de ouder(s)/verzorger(s) en de school verzorgen van begeleidingsgesprekken, maximaal één per maand. Het geven van pedagogische, didactische en organisatorische adviezen voor de klassen- en/of schoolsituatie, rekening houdend met de specifieke problematiek van de leerling. Begeleiding van leerlingen in de trajectruimte. Het evalueren en bijstellen van het begeleidings-/handelingsplan. Informatie overdragen aan de zorgcoördinator, de mentoren en docenten in verband met de afstemming van de begeleiding. Het mede voeren van begeleidings-voortgangs- en evaluatiegesprekken met alle betrokkenen. Deelnemen aan regelmatig terugkerende tussentijdse evaluaties van de trajectbegeleiding. Nauwe samenwerking met mentoren / rugzakbegeleiders.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
31
Het mede verzorgen van een jaarevaluatie met betrekking tot de individuele begeleiding aan de leerling. Voorlichting en advisering naar de medewerkers die in contact komen met de leerling (OP en OOP). De trajectbegeleider informeert en vraagt zo nodig informatie op via de coach die is toegewezen door het REC. De trajectbegeleider wordt aangestuurd door de zorgcoördinator. Verantwoordelijk voor de inhoudelijke kwaliteit van de verslaglegging in Magister.
Binnen het samenwerkingsverband is afgesproken dat er geen (her)indicaties meer worden aangevraagd vanaf 1 oktober 2013, tenzij het een leerling betreft die op 1 augustus 2014 in het VSO geplaatst gaat worden. Voor een leerling die in het schooljaar 2014-2015 aanspraak wil maken op extra ondersteuning zal een ontwikkelingsperspectief (OPP) moeten worden opgesteld. Het OPP komt in plaats van het handelingsplan en de precieze inhoud van het OPP moet nog worden vastgesteld door het samenwerkingsverband. Vanaf 1 augustus 2014 vervallen de clusterindicaties van leerlingen.
Trajectruimtecoördinator Taak:
Organisatie van de trajectruimtebegeleiding
Taakomvang:
50 uur per jaar
Taakinhoud:
Verantwoordelijk voor praktische organisatie trajectruimte Verantwoordelijk voor planning personele bezetting trajectruimte
Faalangstreductietrainer Taak:
Het verzorgen van faalangstreductietraining aan faalangstige leerlingen.
Taakomvang:
30 uur per jaar
Taakinhoud:
Het afnemen van de intakegesprekjes voor de selectie van de leerlingen, naar aanleiding van informatie uit de schoolvragenlijst en op advies van mentoren. Het geven van trainingen aan geselecteerde leerlingen voornamelijk uit de tweede klassen. Op speciaal verzoek kunnen ook andere leerlingen deelnemen uit de onderbouw. Het verzorgen van een informatieavond voor de ouder(s)/verzorger(s) in het voorjaar. Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
32
Examenvreesreductietrainer Taak:
Het verzorgen van een training examenvreesreductie.
Taakomvang:
15 uur per jaar
Taakinhoud:
Het geven van trainingen aan leerlingen van maximaal 10 personen uit de bovenbouw VMBO en de tweede fase die zichzelf voor de training hebben opgegeven en door mentoren ingebrachte leerlingen uit de genoemde categorieën. Het geven van informatie aan alle betrokkene d.m.v. een brief en een info bijeenkomst.
Sociale vaardigheidstrainer Taak:
Het verzorgen van sociale vaardigheidstrainingen.
Taakomvang:
40 uur per trainer per jaar
Taakinhoud:
Het afnemen van intakegesprekjes voor de selectie van de deelnemers n.a.v. de uitkomsten van de schoolvragenlijst en op advies van mentoren. Het geven van 12 trainingen van 90 minuten aan geselecteerde leerlingen voornamelijk uit de tweede klassen met een groep van maximaal 12 personen. Op speciaal verzoek kunnen er ook andere leerlingen deelnemen uit de onderbouw. Het verzorgen van een ouderavond in februari en een feestelijke afscheidsavond aan van de training voor de deelnemers en hun ouder(s)/verzorger(s).
Counselor Taak:
Sociaal-emotionele begeleiding van leerlingen die uitstijgt boven de taakmogelijkheden van de mentor en de conrector of afdelingscoördinator.
Taakomvang:
100 uur per counselor per jaar
Taakinhoud:
voert maximaal drie begeleidingsgesprekken met een leerling die problemen heeft op school of thuis. Dit zijn gesprekken die niet (meer) door de mentor gevoerd Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
33
kunnen worden en betreft leerlingen die door de conrector, ACO’s of zorgcoördinator zijn doorverwezen. De counselor verzorgt de verwijzing (in overleg met de zorgcoördinator, ACO’s en conrector) naar externe hulpverlening. Geeft desgevraagd advies aan mentoren, docenten, ACO’s en conrectoren. Levert een bijdrage aan de deskundigheidbevordering van docenten. Voert regelmatig overleg met zorgcoördinator. Houdt de administratie bij m.b.t. de leerlingbegeleiding in Magister. Neemt, indien gewenst, deel aan de bijeenkomsten van het zorgteam.
Hoogbegaafdenbegeleider Taak:
opvang en begeleiding (onderpresterende) hoogbegaafde leerlingen. Taakomvang: 100 uur per begeleider per jaar
Taakinhoud:
Informeren collega’s signaleren mogelijke hoogbegaafdheid. Contact onderhouden met conrectoren over mogelijk hoogbegaafde leerlingen. Signaleren hoogbegaafdheid bij brugklasleerlingen. Begeleiden van onderzoeksgroep onderbouw. Gesprekken met (mogelijk) hoogbegaafde leerlingen en hun ouder(s)/verzorger(s). Voorstel doen voor persoonlijk toegespitste begeleiding van (mogelijk) hoogbegaafde leerling. Dit kan bestaan uit: verzoek om IQ-test en advies van psychologenpraktijk, aangepast programma maken, informeren vakdocenten. Informeren leerling en ouder(s)/verzorger(s) over externe mogelijkheden zoals materialen, websites, maar ook activiteiten CPS, verenigingen zoals Faros, Choochem, Mensa en speciale programma’s universiteiten. Het verzorgen van informatie voor ouder(s)/verzorger(s) brugklassen mogelijk als onderdeel van opendagen. Het verzorgen van informatie ouder(s)/verzorger(s) via schoolbulletin.
Vertrouwenscontactpersonen Taak:
Eerste aanspreekpunt en eerste opvang voor (ouder(s)/verzorger(s) van) leerlingen die met pesten, discriminatie, seksuele intimidatie of machtsmisbruik geconfronteerd worden. De vertrouwenscontactpersonen verwijzen ouder(s)/verzorger(s) en/of leerlingen naar de juiste instanties. Daarnaast hebben zij ook tot taak het geven van informatie over de te volgen procedure bij een klacht. De vertrouwenscontactpersonen gaan altijd vertrouwelijk om met de verkregen informatie van ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen. De vertrouwenscontactpersonen geven ook voorlichtingslessen aan brugklassers.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
34
Taakomvang:
50 uur per vertrouwenscontactpersoon per jaar
Dyslexie- en dyscalculiecoach Taak:
Opvang en begeleiding van dyscalculische, dyslectische en spellingzwakke leerlingen.
Taakomvang:
Dyslexiecoach & dyscalculiecoach– 100 uur per jaar Kurzweilondersteuner Studiecentrum- 80 uur per jaar
Taakinhoud:
Coördineren van afnemen signaaldictee in de brugklas. Contact opnemen met ouder(s)/verzorger(s) van mogelijk dyscalculische en dyslectische leerlingen. Verwijzen naar externe remedial teacher. Contact onderhouden met zorgcoördinator en management assistent over de uitgifte van een groene kaart met de voorzieningen die voor de leerlingen gelden, alsmede informatievoorziening in Magister. Officiële testrapportage ontvangen en verspreiden binnen de organisatie via het onderwijsservice centrum en Magister. Contact onderhouden met de externe remedial teacher en met de dyscalculische en dyslectische leerlingen en rapportage middels Magister aan conrector, en vakdocent en andere betrokkenen. Informatie aan alle ouder(s)/verzorger(s) in info-bulletin van Tabor College Werenfridus Informatie aan alle vakdocenten over afspraken en zorgbehoefte van leerlingen. Overleg met Kurzweilondersteuner; de medewerker in het studiecentrum die de toetsen klaarzet in de Kurzweilruimte. Incidenteel maken en bijhouden van handelingsplannen.
Verzuimcoördinator Taak:
verantwoordelijk voor de dagelijkse afhandeling van de afwezigheid en te laat komen van leerlingen.
Taakomvang: 1 fte
Taakinhoud:
Dagelijkse afhandeling van afwezigheid en te laat komen van leerlingen. Verwerking informatie in Magister. Verwerking van informatie middels briefjes van ouder(s)/verzorger(s). Opvangen van leerlingen in straflokaal om 8.00 uur. Opvangen van uitgestuurde leerlingen. Indien nodig, contact met vakdocenten over verzuim van leerlingen. Contact met conrectoren over strafmaatregelen richting leerlingen.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
35
Telefonisch contact met ouder(s)/verzorger(s) over verzuim leerlingen.
Rugzakbegeleider REC 2/3 Taak:
Opvang en begeleiding van leerlingen met een visuele, auditieve en lichamelijke handicap. Taakinhoud: Incidenteel overleg met leerlingen en ouder(s)/verzorger(s) over begeleiding van deze leerlingen. Overleg met directie over aanpassingen in de les en schoolgebouw t.b.v. deze leerlingen. Na het vervallen van de rugzakjes per 1 augustus 2014, zal deze taak “begeleider leerlingen met visuele, auditieve of lichamelijke handicap” heten.
Pestpreventiecoördinator Taak:
Verantwoordelijk voor het opstellen van een anti-pestbeleid, een klachtenbehandelingsprocedure en de implementatie van een schoolbreed antipestprogramma.
Taakinhoud:
Zichzelf en de directie op de hoogte stellen van ontwikkelingen vanuit het Ministerie van Onderwijs aangaande het anti-pestbeleid. Voorstellen doen met betrekking tot effectief anti-pestbeleid in de school. Docenten trainen. Procedure opstellen en uitvoeren van de behandeling van klachten aangaande pesten op school. Voorstellen doen voor een doorlopende anti-pestaanpak in de diverse afdelingen en deze coördineren.
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
36
Bijlage 4: Schoolleiding en docenten met een ondersteuningstaak De directieleden zijn: Dhr. H. Peeters Mevr. E. van Langen Mevr. L. Hellenberg Dhr. T. Hendriksen Mevr. K. Renooij
rector conrector conrector conrector conrector
Decanen zijn: Mevr. I. Vlaar Dhr. P. Smeets Dhr. B. Boots
mavo havo vwo
vwo regulier havo regulier tweetalig havo, mavo tweetalig vwo
Docenten/medewerkers met een ondersteuningstaak: Portefeuillehouder zorg: Mw. K. Renooij Zorgcoördinator: Mw. A. Veling Zorgcoördinator ad interim: Dhr. R. Elgersma (Gedragpunt) Verzuimcoördinator: Dhr. M. van der Linden Hoogbegaafdenbegeleiders: Mw. J. de Wit Dhr. M. de Jong Mw. N. Moesker Mw. G. de Vries Dyslexiecoach: Mw. J. Mulders Kurzweilondersteuner: Mw. I. Luthra Dyscalculiecoach: Mw. J. Mulders Faalangstreductietrainer: Mw. M. Glandorff Counselors: Mw. M. Glandorff Mw. R. Fens SoVatrainers: Mw. M. Verhulsdonck Mw. C. Becker Vertrouwenspersonen: Dhr. P. van den Hoven Mw. N. Borgmann Examenvreesreductietrainer: Mw. N. Borgmann Rugzakbegeleider REC 23: Mw. A. Veling Pestpreventiecoördinator: Mw. C. le Large Trajectruimtecoördinator: Mw. R. Fens Trajectbegeleiders: Mw. R. Fens Mw. I. Vlaar Mw. S. Ale Mw. H. de Groen
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
37
Bijlage 5: Organogram Leerlingbegeleiding en omvang begeleidingstaken in PAT uren
Conrector
Directie
Zorgcoördinator
Verzuimcoördinator
0,3
Hoogbegaafden begeleiders
4x100
Dyslexiecoaches
100+80
Dyscalculiecoach
50
Faalangstreductietrainer / examenvreesreductietrainer
30/15
Counselors
2x100
SoVaTrainers
OOP
Vertrouwenspersonen
80
50+OOP
Examenvreestrainer s
OOP
Pestpreventie coördinator
Rugzakbegeleider REC23
30
Trajectruimtecoördi nator
100
50
Trajectbegeleiders
3x0,2
Schoolondersteuningsplan 2013 – 2015; Klaar voor passend onderwijs!?
38