Schoolondersteuningsplan 2015
KBS st Stephanus St Stephanusstraat 3 7625 PH Zenderen Telefoon E-mail
074 2662583
[email protected]
Directie
Marieke Oude Middendorp
Intern begeleider Grootte Bestuur
Kim Groothuis +/- 125 leerlingen, verdeeld over 5 groepen SKO Twenterand
1
Inleiding .............................................................................................................................................................. 3 Toelating van leerlingen ............................................................................................................................... 3 Instroomleerlingen .................................................................................................................................... 3 Start school.................................................................................................................................................... 4 Passend Onderwijs binnen Samenwerkingsverband (SWV) Twente Noord ........................... 4 SchoolOndersteuningsProfiel (SOP) ........................................................................................................ 5 De missie ................................................................................................................................................... 5 De visie ....................................................................................................................................................... 5 Doel.............................................................................................................................................................. 5 Ondersteuningsstructuur ........................................................................................................................ 6 Basisprofiel van basisschool st Stephanus........................................................................................ 7 Aanmeldingsprocedure ............................................................................................................................ 8 Niveaus van zorg binnen het SWV ....................................................................................................... 8 Zorgstructuur .................................................................................................................................................... 9 De leerkracht ................................................................................................................................................ 9 Professionalisering leerkrachten ...................................................................................................... 10 De Intern Begeleider............................................................................................................................... 10 Externe deskundigen.............................................................................................................................. 10 Orthopedagoog .................................................................................................................................... 10 Collegiale consulent Speciaal Basis Onderwijs (SBO). .......................................................... 10 Netwerk: Bijeenkomsten intern begeleiders van alle SKOT scholen. ............................. 11 Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) ................................................................... 11 Logopedie ............................................................................................................................................... 11 Motorische screening ........................................................................................................................ 11 Fysiotherapie / Ergotherapie ......................................................................................................... 11 Het volgen van het leerproces van een leerling ................................................................................ 12 Speciale ondersteuning voor de kinderen ..................................................................................... 13 Waarnemen/ Signaleren .................................................................................................................. 13 Begrijpen/ Analyseren ...................................................................................................................... 13 Plannen.................................................................................................................................................... 14 Meerbegaafde leerlingen ................................................................................................................... 15 Realiseren ................................................................................................................................................... 15 Evalueren .................................................................................................................................................... 15 Protocol toetsing Dyslexie ............................................................................................................... 16 Protocol Ernstige Rekenproblemen en Dyscalculie .............................................................. 16 Verlengen en versnellen ................................................................................................................... 17 Leerlingdossier .................................................................................................................................... 17 Overdracht ............................................................................................................................................. 17 Overlegstructuur .......................................................................................................................................... 18 Managementteam .................................................................................................................................... 18 PBS team ..................................................................................................................................................... 18 Groepsbespreking/leerlingbespreking ........................................................................................... 18 Bouwvergadering .................................................................................................................................... 18 Teamvergadering..................................................................................................................................... 18 Overgang Basisschool Voortgezet Onderwijs .................................................................................... 19 POVO (Primair Onderwijs Voortgezet Onderwijs) ..................................................................... 19 Resultaten onderwijs schooljaar 2014-2015 .................................................................................... 19 Vakliteratuur, studiedagen en cursussen ............................................................................................ 20 Verklarende afkortingen ........................................................................................................................... 20
2
Inleiding Binnen ons systeem van leerstofjaarklassen, verdeeld over een aantal combinatiegroepen, streven we ernaar het onderwijs zo te organiseren, dat er rekening gehouden wordt met de onderwijsbehoeften van elk kind. De leerkrachten en de intern begeleiders zorgen samen voor een planmatige ontwikkeling en begeleiding. De rol van de intern begeleider heeft zich de laatste jaren verplaatst van de leerling naar de leerkracht. Ook binnen onze school zal coachen van de leerkracht steeds belangrijker worden. De leerkracht blijft het belangrijkste aanspreekpunt. Het gehele team draagt zorg voor het zo optimaal mogelijk begeleiden van onze leerlingen. De directeur heeft daarbij een voorwaardenscheppende en sturende rol.
Toelating van leerlingen De definitieve inschrijving vindt plaats wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: het kind de leeftijd van 4 jaar heeft bereikt; het overdrachtsformulier van de peuterspeelzaal of onderwijskundig rapport van de andere basisschool/instelling, indien van toepassing, is afgegeven aan en besproken met de leerkracht van groep 1 en in overleg met de directie van de school; alle gegevens betreffende het kind en de ouders op het (voorlopig) inschrijfformulier zijn ingevuld en ingeleverd; zowel de ouders/verzorgers als de directeur van de school het formulier hebben ondertekend, waarbij in het geval van gescheiden ouders, beide ouders moeten ondertekenen. De directie behoudt zich het recht voor niet over te gaan tot inschrijving, indien: de ontwikkeling van het kind gerede twijfel oplevert om de basisschool naar behoren te doorlopen; een kind niet zindelijk is; in geval van een handicap van het kind de school niet adequaat is ingericht; aanmelding niet overeenkomt met het beleid dat is vastgelegd in het ondersteuningsprofiel van de school; aan voornoemde voorwaarden van de definitieve inschrijving niet wordt voldaan. Instroomleerlingen De leerlingen die in de loop van het jaar opstarten in groep 1 komen rond de datum van hun 4e verjaardag binnen. De ouders krijgen hier ruim van te voren bericht over van school. In de maanden december en juni/juli (afhankelijk van de start van de zomervakantie) worden in principe geen nieuwe 4-jarigen in de groepen geplaatst. Als een leerling van een andere school komt, wordt een onderwijskundig rapport meegestuurd. Er vindt altijd overleg plaats met de leerkracht waar het kind in de klas heeft gezeten en/of met de intern begeleider van die school om de aansluiting zo soepel mogelijk te laten verlopen. Leerlingen die in de loop van het schooljaar in groep 1 opstarten en geboren zijn in de maanden oktober, november en december gaan niet automatisch door naar groep 2. De leerkracht van het kind maakt gebruik van een registratiemiddel, waarin de ontwikkeling van de leerling in kaart wordt gebracht. Deze ontwikkeling wordt besproken met de intern begeleider. Tijdens de 10-minutengesprekken in februari wordt de voortgang besproken. Bij twijfel over doorgang worden ouders in mei opnieuw uitgenodigd voor een vervolggesprek. Daarbij sluit altijd de intern begeleider aan. De ontwikkeling van de leerling wordt goed bekeken en samen wordt gekeken naar een juiste plek voor deze leerling. De uiteindelijke beslissing over doorgaan naar groep 2 ligt bij de directeur en die beslissing is bindend.
3
Start school Aan het eind van het voorafgaande schooljaar ontvangen ouders de groepsindeling. Bovendien communiceren we in dat schrijven ook een aantal wenmomenten en de datum van de eerste schooldag. We sturen het kind ter verwelkoming een kaart waarop staat in welke groep en bij welke leerkracht het komt.
Passend Onderwijs binnen Samenwerkingsverband (SWV) Twente Noord Basisschool st Stephanus is onderdeel van SWV Twente Noord. Binnen dit SWV werken alle (S)BaO-scholen van alle basisschoolbesturen en de SO-scholen cluster 3 en 4 in deze regio samen. De samenwerking vindt plaats met als doel uitvoering te geven aan de wet op Passend Onderwijs. Het SWV is georganiseerd in afdelingen. Iedere afdeling heeft een eigen afdelingscoördinator. Deze coördinator is binnen de afdeling een eerste aanspreekpunt namens het SWV. Het SWV ondersteunt scholen met de inzet van specifieke expertise. Hiertoe is het E&D (Expertise &Dienstenteam) ingericht met deskundigen op het gebied van cluster 3 en 4. Dit E&D biedt o.a. ambulante begeleiding. Ook geeft het SWV toelaatbaarheidsverklaringen af voor het speciaal (basis) onderwijs [S(B)O]. Een toelaatbaarheidsverklaring wordt altijd voorbereid in een HIA (Handelingsgericht Arrangeren en Indiceren) onder begeleiding van een trajectbegeleider. Ouders worden bij dit overleg altijd als gesprekspartner uitgenodigd. Indien ouders en/of school het niet eens zijn met een beslissing over de toelaatbaarheid tot het S(B)O, dan kan een bezwaar ingediend worden bij de adviescommissie van het SWV. Over de bereikbaarheid van deze commissie en de bezwaarprocedure is informatie te vinden op de website van het Samenwerkingsverband. Op deze website is ook andere informatie over passend onderwijs en het SWV te vinden. Contactinformatie van het SWV Website: www.swv-twentenoord.nl Mail:
[email protected] Kees Hendriks, directeur SWV Twente Noord Bosrand 6, 7602 CH Almelo Tel.: 0546-863226
4
SchoolOndersteuningsProfiel (SOP) Hieronder beschrijft basisschool st Stephanus haar Schoolondersteuningsprofiel. Andere documenten waar informatie te vinden is over de ondersteuningstructuur zijn: Het Schoolondersteuningsprofiel (SOP); De notitie “Basisondersteuning” van SWV Twente Noord; Het “Ondersteuningsplan versie 2014” van SWV Twente Noord. De missie De missie van de st Stephanus sluit aan bij die van het SWV Twente Noord. Basisschool St Stephanus wil, als katholieke basisschool, ieder kind uitdagen en ondersteunen in zijn behoefte, zodat het zich optimaal kan ontwikkelen. Dit binnen het eigen kunnen en passend bij zijn mogelijkheden. Hierbij zijn onze waarden uitgangspunt: we willen deze ontwikkeling tot stand brengen binnen een veilige omgeving, waarin ieder kind zich verantwoordelijk weet en respectvol omgaat met zijn omgeving. Het uiteindelijke doel is dat ieder kind gelukkig en vol zelfvertrouwen uitstroomt in de maatschappij waar het zich als uniek, gelukkig en zelfstandig individu verder ontwikkeld tot een positief kritisch en sociaal mens.
De school biedt passend basisonderwijs zodat dit onderwijs en de begeleiding van kinderen zo snel, zo normaal, zo dichtbij en zo goed mogelijk wordt georganiseerd. De school volgt hier de afspraken, zoals die in SWV Twente Noord zijn gemaakt. Binnen het SWV werken leerkrachten, interne begeleiders, directeuren, bestuurders en vele anderen in overleg met ouders aan één centrale opdracht: “Het onderwijs wordt zo gegeven, dat alle leerlingen een zo hoog mogelijk ontwikkelperspectief geboden wordt en een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen.” De visie De katholieke basisschool st Stephanus wil ieder kind zo goed mogelijk begeleiden in hun ontwikkeling, waarbij gestreefd wordt naar afstemming op de behoefte van dit kind. Hierbij staan respect, zelfstandigheid en welbevinden centraal. Onze school wil daarbij een veilige omgeving zijn, waarin ieder kind mag zijn wie hij is. Daar dragen we samen, ouders, leerling en team, zorg voor, waarbij we rekening houden met de mogelijkheden en met de grenzen van iedere betrokkene. Een heldere, transparante communicatie met wederzijds respect en vertrouwen speelt hierbij een belangrijke rol.
De school maakt dit mogelijk door: De afspraken rondom basiszorg en kwaliteitszorg volgens de eisen van de inspectie planmatig toe te passen; De uitgangspunten volgens Handelingsgericht Werken (HGW) in de praktijk te brengen; Zo vroeg mogelijk de deskundigheid van ondersteuners in het SWV in te schakelen om voor iedere leerling een onderwijsarrangement op maat mogelijk te maken. Doel Het uiteindelijke doel is dat zo veel mogelijk leerlingen in onze school basisonderwijs kunnen blijven volgen. Dit bereiken we samen met de extra deskundigen binnen en buiten onze school. Uitzonderingen kunnen gelden voor die leerlingen die een zeer speciale onderwijsbehoefte kennen. Ook heeft de school mogelijk grenzen als leerlingen het geven van goed onderwijs aan andere leerlingen ernstig belemmeren. De school beschrijft in het Schoolondersteuningsplan (SOP) waar de grenzen van de mogelijkheden van ons schoolteam liggen. De school zoekt steeds naar mogelijkheden om deze grenzen op te schuiven. Het team streeft bij alle leerlingen tot een zo ruim mogelijk passend aanbod te komen. Echter Passend Onderwijs betekent niet per definitie dat alle leerlingen regulier BaO-onderwijs kunnen volgen. Onze school werkt daarom binnen het SWV goed samen met het speciaal basis onderwijs en het speciaal onderwijs (S(B)O). Deze vormen van onderwijs zijn goed ingespeeld op leerlingen met zeer speciale ondersteuningsbehoeften.
5
Ondersteuningsstructuur De school biedt dus zo passend mogelijk onderwijs. Ter ondersteuning van het team beschikt de school over gespecialiseerde leerkrachten en aanvullende ondersteuning. De school beschikt over een team dat goed is voorbereid om onderwijs- en opvoedproblemen te voorkomen en mee te denken in kansen en oplossingen. Mochten er, ondanks het inzetten van extra ondersteuning, vragen blijven bestaan over een kind, dan kan er wat uitgebreider over gesproken worden binnen ons schoolondersteuningsteam, het SOT. Dit SOT houdt groeps- en leerlingbesprekingen. Vragen rondom leerlingen worden besproken op basis van hun ondersteuningsbehoefte, waarbij gekeken wordt naar het uiteindelijke doel en naar de dichtstbijzijnde stap om dat doel te behalen. Het planmatig werken staat hierbij voorop. Een belangrijk aspect is dat ook de kijk van de leerling zelf belangrijk is en meegenomen wordt in de te zetten vervolgstappen. Bij het SOT overleg sluiten altijd de ouder(s) / verzorger(s), de orthopedagoog, de intern begeleider, de betreffende leerkracht en de directeur aan. Daarnaast kunnen ook deskundigen uit de school, uit het bestuur als uit het SWV aansluiten. Hierbij wordt gedacht aan collegiale consulenten vanuit het BAO. Ook is het mogelijk dat deskundigen uit de gemeentelijke jeugdzorg aansluiten, zoals de maatschappelijk werker, schoolverpleegkundige, jeugdarts, leerplichtambtenaar, consulent jeugdhulp of de wijkagent. De school maakt hierdoor effectief gebruik van nuttige en noodzakelijke adviezen van externe partners, zodat vervolgstappen vlot gezet kunnen worden. Binnen het SOT overleg worden ouders altijd uitgenodigd en betrokken bij besprekingen en besluiten over hun kind. Een uitkomst van zo’n SOT kan zijn dat er expertise nodig is om mee te kijken en te denken. Op verzoek wordt de school dan ondersteund vanuit het SWV via de inzet van een Expertise en Dienstenteam (E&D). Dit team bestaat uit specialisten uit cluster 3 en 4. Het SOT kan aan het SWV ook advies en ondersteuning vragen in de vorm van trajectbegeleiding. Trajectbegeleiding is een aanvullende ondersteuningsmogelijkheid voor de school dat ingezet wordt wanneer de school handelingsverlegen is. Het SWV biedt deze ondersteuning om samen met het SOT, eventuele externe deskundigen en de ouders te onderzoeken of binnen onze school nog kansen liggen om passend onderwijs te bieden. Trajectbegeleiders zijn onafhankelijke derden die door het SWV speciaal zijn opgeleid om dit te onderzoeken samen met ouders en SOT. Trajectbegeleiding wordt pas ingezet als de eerdere aanpak niet heeft geleid tot een blijvende oplossing. De ondersteuningsstructuur van het eigen bestuur, afdeling of SWV is dan dus al actief geweest in het voortraject. Deskundigen hebben dus al ondersteund en geadviseerd. De leerling is bekend binnen de zorg van het SWV en een groeidocument geeft aan welke acties al dan niet met succes reeds zijn ingezet. Er is echter nog geen zicht op een blijvende oplossing. Hierdoor zijn andere acties nodig om voor de leerling passend onderwijs te kunnen organiseren. De intern begeleider (IB-er) neemt in zo’n situatie contact op met het SWV om de hulp van een trajectbegeleider te vragen. Samen bereiden de IB-er en de trajectbegeleider het verdere verloop van het proces voor. Eerst wordt bepaald welke deskundigen bij het SOT zullen worden betrokken bij de volgende stappen. In ieder geval worden altijd de ouders en de leerkrachten betrokken bij de voorbereiding en het overleg. Het traject met de trajectbegeleider zoekt in de eerste plaats naar oplossingen binnen de eigen of een andere basisschool. Het overleg kan echter ook tot een advies leiden, waarbij een toelaatbaarheid tot het S(B)O aan de orde is.
6
Basisprofiel van basisschool st Stephanus De school biedt basisondersteuning zoals deze is vastgelegd in de regio van het SWV Twente Noord voor alle basisscholen. De notitie waarin de basisondersteuning wordt beschreven, ligt ter inzage op de school. Deze basisondersteuning is o.a. vastgelegd in standaarden. Dit zijn afspraken waar alle basisscholen in Twente Noord naar streven. De school heeft in het SOP aangegeven hoe de stand van zaken is t.a.v. deze afspraken. Ook heeft de school in ontwikkelings- en scholingsplannen beschreven hoe het schoolteam verder werkt om deze basisondersteuning te realiseren. Deze ontwikkelings- en scholingsplannen zijn bedoeld om als school steeds beter passend onderwijs te geven. De school heeft haar onderwijs zo ingericht dat vroegtijdige leer-, opgroei- en opvoedproblemen worden gesignaleerd; een veilig (sociaal) schoolklimaat voor alle leerlingen geboden wordt; een aanbod te creëren is voor leerlingen met dyslexie of dyscalculie; Op welke manier het onderwijs ingericht is met een afgestemd aanbod voor leerlingen met meer of minder dan gemiddelde intelligentie; een aanpak gericht op het voorkomen van gedragsproblemen geboden wordt. De school houdt in haar onderwijs rekening met de specifieke onderwijsbehoeften van leerlingen. De school is bezig met ‘School Wide Positive Behaviour Support’ en beschrijft hierin helder de manier waarop gewenst gedrag wordt aangeleerd, op welke manier dit wordt beloond, welke interventies genomen worden wanneer kinderen dit nog moeilijk vinden en op welke manier er gewerkt wordt met een respectprotocol. De hele school werkt samen preventief aan een positief en veilig schoolklimaat. De school staat open voor een gesprek met ouders over de opvang van leerlingen met meer ingewikkelde ondersteuningsvragen. In het SOP heeft de school aangegeven in welke specifieke ondersteuningsvragen het schoolteam zich meer of minder ervaren acht. De school zal deze specifieke ondersteuningsvragen van leerlingen samen met het SWV, via de inzet van een trajectbegeleider (zie boven), onderzoeken en in beeld brengen. Passend Onderwijs is echter niet per definitie inclusief onderwijs. Ook is basisschool st Stephanus niet in staat om alle leerlingen met zeer specifieke ondersteuningsbehoeften altijd op te vangen. Het samenwerkingsverband ondersteunt de school indien nodig bij het vinden van een juiste onderwijsplek buiten de eigen basisschool. De ondersteuningsmogelijkheden van de school kunnen begrensd worden door verschillende oorzaken. De complexiteit of meervoudigheid van de problematiek bij een individuele leerling kan een grens voor onze school zijn. Basisschool st Stephanus heeft ook deze grenzen verwoord in haar eigen Schoolondersteuningsprofiel. Deze is in te zien op school. De volgende redenen kunnen grenzen van de school bepalen: Veiligheid van medeleerlingen en leerkracht; Mate van zelfredzaamheid; Mate van fysieke en/of medische verzorging ; Kwaliteit en kwantiteit van het onderwijs dat mogelijk is; Benodigde materiële ondersteuning van hulpmiddelen.
7
Aanmeldingsprocedure Bij aanmeldingen van kinderen, die voor het eerst naar de basisschool gaan, is de zorgplicht van kracht. De school zal samen met de ouders onderzoeken of, in het geval van specifieke ondersteuningsbehoeften, de school de aangemelde leerling voldoende onderwijs kan bieden. Leerlingen binnen de basisondersteuning worden geplaatst op de school van aanmelding, mits aan de andere plaatsingsvoorwaarden is voldaan. Indien nodig bespreekt het SOT de ondersteuningsbehoeften. Het E&D van het SWV en ook andere deskundigen kunnen hierbij adviseren en ondersteunen. Kan de school onvoldoende tegemoet komen aan de ondersteuningsbehoeften, dan is het schoolbestuur verantwoordelijk een plek te vinden binnen het eigen bestuur of in samenwerking met het SWV binnen een andere BaO- of S(B)O-school. In het laatste geval zal de school de hulp van een trajectbegeleider van het SWV inroepen (zie boven). Voor tussentijdse aanmeldingen van kinderen die van een andere basisschool komen, geldt de zorgplicht niet voor de nieuwe school. De school van herkomst blijft de zorgplicht houden tot de leerling is aangenomen op de nieuwe school.
Niveaus van zorg binnen het SWV NIVEAU 1 = basiszorg De zorg, die elke school intern kan (behoort te) bieden; Niveau Schoolzorgteam (SZT): Leerkracht, IB-er en directeur; Aanvullende onderwijszorgbehoeften zijn intern te realiseren op basis van de zorgstructuur en interne expertise van de school (schoolniveau). Deze leerlingen ontvangen het onderwijs van hun eigen leerkracht zonder structureel extra planmatige ondersteuning voor bepaalde ontwikkelingsvragen. Binnen de HGW-cyclus vallen deze leerlingen binnen de groepsbesprekingen. NIVEAU 2 = basiszorg De zorg, die elke school intern kan (behoort te) bieden; Niveau SZT: Leerkracht, IB-er en directeur; Aanvullende onderwijszorgbehoeften zijn intern te realiseren op basis van de zorgstructuur en interne expertise van de school (schoolniveau). Deze leerlingen ontvangen het onderwijs van hun eigen leerkracht met extra planmatige ondersteuning van eigen leerkracht voor bepaalde ontwikkelingsvragen, na overleg met de IB-er en op basis van een handelingsplan (voor minstens 1 vakgebied) of het wegzetten binnen het groepsplan met extra ondersteuning op sociaal - emotioneel gebied (werkhouding, concentratie ed.) of didactisch gebied (binnen de * aanpak). Binnen de HGW-cyclus vallen deze leerlingen binnen de leerlingbespreking zonder extern advies. NIVEAU 3 = breedtezorg (1) De zorg die elke school intern kan bieden(schoolniveau) m.b.v. ondersteuning op bovenschoolsen SWV niveau; Deze leerlingen ontvangen het onderwijs van hun eigen leerkracht met extra ondersteuning van de zorgstructuur van de eigen school (IB-er) na bespreking en vaststelling in de groeps-, leerling-, of andere bespreking op basis van een plan van aanpak en/of een groeiformulier; Binnen de HGW-cyclus vallen deze leerlingen binnen de leerlingbespreking met extern advies. De zorg wordt dus ondersteund door consultatie van de leerlingbegeleider van het SBO , door advisering van deskundigen of de orthopedagoog.
8
NIVEAU 3 = breedtezorg (2) = lichte zorg (WSNS) Zie niveau 3 breedtezorg (1). Er heeft nadere diagnostiek plaatsgevonden, eventueel ook door externe instanties. Er is een groeiformulier/ plan van aanpak eventueel via een extern deskundige (Expertis, orthopedagoog, Ambulant begeleider, e.a.). Uitkomst van dit onderzoek kan aanmelden bij PCL tot gevolg hebben met eventuele verwijzing naar het SBO. Onder dit niveau verstaan wij ook leerlingen met een tweede leerweg (eigen OPP, Ontwikkelingsperspectief). NIVEAU 4 = dieptezorg (1) = zware zorg intern (cluster 1 t/m 4) Deze leerlingen ontvangen het onderwijs van hun eigen leraar met extra ondersteuning van de zorgstructuur van de school (IB-er) op basis van een handelingsplan, dat is opgesteld op basis van specialistische gegevens van de leerlingbegeleider van Expertis. NIVEAU 4 = dieptezorg (2) = zware zorg extern Als niveau 4 = dieptezorg (1). Deze leerlingen kunnen vanwege de onderwijsbehoeften geen regulier onderwijs volgen. Het Onderwijszorgprofiel van de school geeft aan dat aanvullende onderwijs- en zorgbehoeften zijn niet door het reguliere onderwijs uit te voeren.
Zorgstructuur Taken en verantwoordelijkheden die vallen onder de zorgstructuur hebben wij op onze school op de volgende wijze ingevuld. Op het niveau van de leerkracht; Op het niveau van de interne begeleider; Op het niveau van de externe deskundigen. De leerkracht In de groepen 1 t/m 8 wordt, zoveel mogelijk, gewerkt aan de ontwikkeling van het kind volgens de principes van adaptief onderwijs. Ons doel is om de leerlingen zelfstandig en verantwoordelijk te maken voor hun eigen leerproces. In veel gevallen wordt, bij de kernvakken die daarvoor geschikt zijn (rekenen, taal, spelling, technisch lezen, begrijpend lezen ) gewerkt volgens het directe instructiemodel. Leerlingen werken daarnaast zelfstandig met behulp van weektaken of plustaken, gekoppeld aan de aangeboden leerstof en op het niveau dat bij de leerling past. Tijdens dit zelfstandig werken geeft de leerkracht aan groepjes leerlingen extra ondersteuning aan de instructietafel. De leerkracht zal het HGW model structureel volgen. Fase 1 Waarnemen- signaleren Stap 1 Verzamelen van leerlingen gegevens in een groepsoverzicht. Stap 2 Signaleren van leerlingen die extra begeleiding nodig hebben. Fase 2 Begrijpen-analyseren Stap 3 Benoemen van de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Fase 3 Plannen Stap 4 Clusteren van leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften. Stap 5 Opstellen van het groepsplan. Fase 4 Realiseren Stap 6 Uitvoeren van het groepsplan. Schematische weergave cyclus HGW
9
De cyclus wordt 3 keer per jaar doorlopen en wordt dan ook geëvalueerd. In schooljaar 2015 - 2016 wordt gekeken op welke manier we dit naar 2x per jaar kunnen terugbrengen en op welke manier de tussentijdse evaluatie dan een plek zal krijgen. Professionalisering leerkrachten Uitgangspunten en beleid bij het bepalen van deskundigheidsbevordering zijn opgenomen in het nascholingsplan. Teamscholing In schooljaar 2013 - 2014 is echter gestart met een teamscholing SWPBS. Deze zal tot het schooljaar 2015 - 2016 een vervolg krijgen met het gehele team. Vanuit het SWV is een scholing HGW aangeboden. Deze wordt gevolgd tijdens studiedagen (IB, directie en gehele team), zodat HGW neergezet wordt binnen de ondersteuningsstructuur van de school. Individuele scholing Individuele teamscholing zal daarnaast, op basis van de persoonlijk ontwikkelingsplannen, ingevuld worden. In dit schooljaar rondt de IB-er de opleiding ‘Coaching’ af. De Intern Begeleider Basisschool st Stephanus heeft 1 intern begeleider. Zij ondersteunt en coacht leerkrachten die vragen hebben over het werken met kinderen die specifieke onderwijsbehoeften hebben. De leerkracht doet ertoe, dus juist het verstevigen van leerkrachtvaardigheden neemt hierbij een belangrijke plek in. De intern begeleider overlegt maandelijks met de directie over de ontwikkelingen binnen school. Bij groepsbezoeken maken ze gebruik van een kijkwijzer en is er aandacht voor het borgen van de gegevens. De intern begeleiders onderhouden de contacten met de extern deskundigen. Op dit moment volgt de intern begeleider de cursus ‘coachen van leerkrachten’. Externe deskundigen De intern begeleider laat zich adviseren door extern deskundigen. In het SOT kan daarbij gedacht worden aan een meer structurele deelname vanuit het schoolmaatschappelijk werk (Carol Schuit) en de schoolverpleegkundige (Femmie Kiffen). Daarnaast is orthopedagoog Esther Geerke Goos door het bestuur aangesteld als onderwijsbegeleider/orthopedagoog om de scholen te begeleiden, met ze mee te denken, de ondersteuningslijn SKOT-breed helder neer te zetten en te bepalen welke kinderen voor welke onderzoeken in aanmerking komen. Esther Geerke Goos is structureel deelnemer van het SOT. Orthopedagoog Jaarlijks worden enkele consultaties afgesproken. In overleg met ouders en leerkrachten worden enkele leerlingen besproken die specifieke onderwijsbehoeftes hebben. De orthopedagoog/ adviseur leerlingenzorg verdiept zich in de problematiek en denkt met de school mee richting eventuele vervolgstappen. Dat kunnen adviezen en ideeën zijn ten aanzien van de aanpak in de groep, als ook adviezen voor het inschakelen van ondersteuning buiten school. Wanneer specifieke vervolgstappen genomen worden waarbij externen betrokken worden, is altijd de toestemming van ouders nodig. Collegiale consulent Speciaal Basis Onderwijs (SBO). Vanuit het SBO wordt meerdere keren per jaar een deskundige benaderd om een leerling met problemen te observeren en te bespreken. De leerkracht heeft hiervoor het groeiformulier leerlingenzorg ingevuld, voor zover mogelijk, om de vraag richting ondersteuning helder te formuleren. Voor alle leerlingen wordt een beroep gedaan op een consulent van de Toermalijn (SBO school Almelo). Van een observatie in de groep wordt een verslag gemaakt dat met de IB-er, de leerkracht en de ouders wordt doorgesproken. Als de consulent gevraagd wordt een kind te observeren, zijn de ouders hiervan op de hoogte gebracht.
10
Netwerk: Bijeenkomsten intern begeleiders van alle SKOT scholen. De intern begeleider(s) gaan ongeveer 6x per jaar naar een Netwerkbijeenkomst om zo op de hoogte te blijven van de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de zorg en om van elkaars ervaringen te leren. Vaak worden er ook materialen uitgewisseld en bekeken. De nadruk ligt op de invoering van HGW. Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Preventieve gezondheidsonderzoeken (PGO’s) Een belangrijk middel voor het bewaken en bevorderen van een gezonde groei, ontwikkeling en leefstijl van kinderen is het preventief gezondheidsonderzoek. Het Jeugd Gezondheids Team (JGZ) 419 jarigen nodigt kinderen uit voor een onderzoek in groep 2 (5/6 jaar) en groep 7 (10/11 jaar) van het basisonderwijs. Het JGZ-team 4-19 jaar bestaat uit een doktersassistente JGZ, een verpleegkundige JGZ en een arts Jeugdgezondheidszorg, allen in dienst van de GGD Regio Twente. Tijdens de gezondheidsonderzoeken wordt onder andere aandacht besteed aan de lichamelijke gezondheid, het gedrag, de emotionele ontwikkeling, het algeheel welbevinden en het functioneren op school. Zij maken daarbij gebruik van vragenlijsten voor ouders, kinderen en school. Na afloop van het onderzoek bespreken zij, als dit van belang is voor een goed functioneren van het kind op school, de uitkomsten van het onderzoek met de leerkracht van de betreffende groep. Logopedie In groep 1 komt schoollogopedist Monique van der Woning meekijken in een kringgesprek. Kinderen die haar opvallen of de leerkracht al opgevallen zijn worden besproken. Hieruit kunnen eventuele vervolgstappen overlegd worden met ouders. Doel: Kinderen zo vroeg mogelijk signaleren die extra ondersteuning nodig hebben op het gebied van taal. spraak, mondmotoriek, stem, gehoor en/of luistervaardigheden, zodat deze ondersteuning vlot van start kan gaan en grotere achterstanden voorkomen worden. Alle kinderen van 5 jaar worden gescreend door de logopediste. Leerlingen kunnen ook door ouders of leerkrachten worden aangemeld. Als de leerkracht tot aanmelding overgaat moet dat altijd in overleg zijn met de ouders. Na de screening krijgen ouders bericht of vindt er, indien nodig, een gesprek plaats. Hierin worden de adviezen besproken. Verwijzing naar een praktijk voor logopedie is mogelijk. Eventueel worden kinderen op een controlelijst geplaatst. Motorische screening Alle kinderen van groep 1 worden door de buurtsportcoach gescreend op hun motorische ontwikkeling. Mochten hier bijzonderheden te zien zijn, dan kunnen eventuele vervolgstappen geadviseerd worden en besproken worden met ouders. Wanneer kinderen zich motorisch onvoldoende ontwikkelen, kunnen er problemen ontstaan die van invloed zijn op het leerproces. Eventuele acties willen we dus graag op tijd inzetten! Fysiotherapie / Ergotherapie De kinderen die bij de screening opvielen of die in hogere groepen op motorisch gebied ondersteuning behoeven, kunnen verwezen worden naar een fysiotherapeut of ergotherapeut. Deze zijn van harte welkom op school, zodat er samen gezocht wordt naar een juiste ondersteuning. Daarbij is het stellen van gezamenlijke doelen een goed uitgangspunt.
11
Het volgen van het leerproces van een leerling Iedere leerkracht houdt van de leerling een digitaal dossier bij met behulp van het programma ESIS. Een volledig dossier is noodzakelijk om een duidelijk beeld te kunnen vormen van de ontwikkeling van een leerling. Verslaglegging vorderingen en communicatie naar ouders/verzorgers In de groepen 1 en 2 worden de vorderingen vastgelegd in het registratieprogramma dat bij de methode ‘Onderbouwd’ hoort. Daarnaast worden regelmatig observaties uitgevoerd, waarvan opvallendheden kernachtig omschreven worden in Esis. Twee keer per jaar (midden en einde schooljaar) wordt de ontwikkeling van het kind aan de hand van de registratie met de ouders besproken. In juni krijgen de kinderen een handgeschreven verslag, waarin de besproken zaken en de resultaten gebundeld worden aangeboden. Dit verslag wordt altijd besproken met de ouders. In de groepen 3 t/m 8 worden de vorderingen geregistreerd in het registratieprogramma van ESIS. De kinderen ontvangen twee rapporten per jaar. Er zijn echter wel 3 gespreksmomenten, waarop ouders uitgenodigd worden om de ontwikkelingen tot dan toe door te spreken en eventuele afspraken te maken. In de bovenbouw worden de kinderen ook voor deze gesprekken uitgenodigd. Zij schuiven (een gedeelte) bij het gesprek aan. Verslaglegging ontwikkelingen binnen het onderwijsleerproces Alle ontwikkelingen van de leerling en de manier waarop aangesloten wordt op onderwijsbehoeftes (zowel op didactisch als op sociaal emotioneel gebied) staan omschreven in de verschillende groepsplannen. De evaluaties ten aanzien van de specifieke ondersteuning worden bijgehouden op logboekformulieren. Deze worden gebruikt bij het (tussentijds) evalueren van de plannen en het eventueel bijstellen van doelen en verwachtingen. Bij deze evaluatie wordt het kind altijd betrokken en volgt er ook een terugkoppeling naar de ouders. Voor kinderen de specifieke onderwijsbehoeften hebben, waarbij nog vragen open staan, wordt een groeiformulier ingevuld. Vaak is dan het meedenken van een externe deskundige of de partners binnen het SOT gewenst.
12
Speciale ondersteuning voor de kinderen In het systeem van de zorgverbreding op onze school onderscheiden we 4 fasen; 1. Waarnemen/ Signaleren 2. Begrijpen/ Analyseren 3. Plannen 4. Realiseren 5. Evalueren en daarna een nieuwe cyclus opstarten Waarnemen/ Signaleren Door middel van het gedifferentieerd lesgeven en verwerken in de groep, wordt zo goed mogelijk aangesloten op de onderwijsbehoefte van de leerlingen. Daarnaast wordt de mening en de visie van de leerling zelf als erg belangrijk ervaren. Regelmatige gesprekken met kinderen, in alle groepen, leveren ons inzicht op in beleving, doelen en welbevinden. In de groepen 1 en 2 wordt gebruik gemaakt van de methode ‘Onderbouwd’. Vanuit deze observaties wordt gekeken of er aangesloten wordt op de behoefte en wordt gekozen voor extra herhaling of juist uitdaging. Daarnaast worden in groep 1 en 2 bij alle leerlingen de M versie van de Cito toetsen ‘taal’ en ‘rekenen’ afgenomen. Bij een score Cito I+ wordt deze toets niet weer herhaald aan het eind van het schooljaar. Bij de andere leerlingen wel, waarbij gekeken wordt of voldoende groei zichtbaar is. Ook de toetsen ‘beginnende geletterdheid’ wordt bij alle leerlingen afgenomen. Vanuit de gegevens worden de groepsplannen aangepast en de aanpak afgestemd op dat wat het kind nodig heeft. In groep 1 en 2 wordt de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind bijgehouden middels de PRAVOO lijst. Ook hierbij geldt dat er gekeken wordt of er kinderen zijn die hierbij extra ondersteuning behoeven. Deze ondersteuning wordt afgestemd op de mogelijkheden en kansen binnen de groep. In de groepen 3 tot en met 8 wordt 2 keer per jaar een schriftelijk rapport meegegeven. Hierin staan de resultaten van de gemaakte methode gebonden toetsen als ook de scores op de methode onafhankelijke CITO toetsen. De eerste pagina van het rapport van de groepen 3 tot en met 8 wordt gebruikt om de sociaal-emotionele ontwikkeling en de werkhouding van de leerling aan de ouders te rapporteren. Daarnaast wordt tweejaarlijks een enquête van Beekveld Terpstra afgenomen bij de leerlingen van de groepen 6, 7 en 8. De uitslag geeft een goed inzicht in de mening van de kinderen over hun welbevinden op school. Natuurlijk is hierin ook ons Juniorteam een goed meetinstrument. Deze leerlingenraad denkt mee over allerlei lopende zaken, waarbij hun adviezen en ideeën zeer serieus genomen worden. Begrijpen/ Analyseren De gegevens van de Citotoetsen op basis van de trendanalyse, aangevuld met de observaties van de leerkracht en de resultaten van het dagelijks werk, worden in een bespreking door de leerkracht en de intern begeleider geanalyseerd. Nieuwe doelen worden bepaald en het groepsplan wordt eventueel aangepast of bijgesteld. Hierbij worden de sociaal-emotionele aspecten alsmede de werkhouding niet vergeten. Naast de specifieke onderwijsbehoeften van leerlingen die ook besproken kunnen worden in een leerlingbespreking, wordt in de groepsbespreking juist ook gekeken naar de behoeftes van de leerkracht. Deze bespreking kan een aanleiding voor een nader onderzoek zijn, variërend van een individuele of een groepsgewijze aanpak, een aanpassing van de geboden leerstof of een observatie gericht op de leerkracht. Tussen de toetsperiode en de oudergesprekken staat een groepsbespreking tussen de leerkracht en de intern begeleider gepland.
13
Plannen N.a.v. de toets uitslagen en de observaties worden er plannen gemaakt. Groepsplan: Wij werken volgens het principe van de convergente differentiatie. Bij convergente differentiatie wordt er een minimumdoel voor de groep als geheel gesteld. Alle kinderen doen mee aan de groepsinstructie en profiteren zodoende van de uitleg van de leerkracht en van elkaar. Na de groepsinstructie gaat de groep de leerstof zelfstandig verwerken, waardoor de leerkracht tijd heeft om de risicoleerlingen of de plusleerlingen extra instructie te geven. N.a.v. de resultaten van Cito zoals weergegeven in de trendanalyse van het LVS, wordt er per rapportperiode voor een of meerdere kernvakken een groepsplan opgesteld door de leerkracht. Onder de kernvakken verstaan we: Rekenen - Begrijpend lezen - Spelling - Technisch Lezen. In het groepsplan worden, bij de leerlingkenmerken, eventuele bijzonderheden op sociaal- emotioneel gebied meegenomen. Binnen het groepsplan wordt gewerkt met 3 subgroepen: Instructieafhankelijke groep (*) Instructiegevoelige groep (**) Instructiegevoelige + groep (***) De kinderen worden ingedeeld op basis van verschillende criteria, zoals de Cito normering, de ervaring van de leerkracht of juist de wens van de leerling. Bij het maken van een groepsplan zijn zaken als geprogrammeerde onderwijstijd, aanbod, instructie, verwerking, pedagogisch klimaat en didactisch handelen uiteraard belangrijk. Maar bij het groepsplan is het zeker van belang dat een goede evaluatie plaats vindt. Bijzonderheden tijdens instructie worden daarom dagelijks opgeschreven in het logboek, behorend bij de doelen van de instructieles. Deze evaluatie kan alle instructiegroepen beslaan en is onderdeel van het meetmoment tijdens de eind- en de tussenevaluatie. Plan van aanpak Er wordt een plan van aanpak gemaakt, indien een leerling ondanks extra hulp in het groepsplan blijft opvallen en/of uitvallen op een vakgebied. De leerkracht, in overleg met de Intern Begeleider, stelt dit plan op. Het stellen van SMARTI doelen met daarbij een duidelijke evaluatie is uitgangspunt. Behalen minimumdoelen basisonderwijs (eind niveau groep 6) In een enkel geval zal een kind de einddoelen van het basisonderwijs, op één of meerdere vakgebieden, niet behalen. Voor deze leerlingen wordt een OntwikkelingsPersPectief (OPP) opgesteld, waarin de einddoelen en de tussendoelen helder en duidelijk gesteld worden. Een psychologisch onderzoek is een vereiste om een OPP gedegen op te kunnen stellen. Het behalen van het niveau van functionele geletterdheid en functionele gecijferdheid is uitgangspunt, waarbij het hoogst haalbare vervolgonderwijs als einddoel genomen wordt. De leerling werkt toe naar einddoelen die lager liggen dan de einddoelen in de groep. Hierbij is het streven om in alle gevallen aan het eind van groep 8 tenminste de einddoelen van groep 6 te behalen; De leerling kan binnen het eigen groepsverband blijven functioneren d.m.v. differentiatie, waarbij de * instructie uitgangspunt is. Het is aan de leerkracht de leerlingen zo optimaal mogelijk te begeleiden. Hij/zij wordt hierin bijgestaan door de interne begeleider. Ook zeer belangrijk zijn het welbevinden van het kind en het pedagogisch klimaat van de school en in de groep; een klimaat waarin elke leerling zich veilig voelt en waarbij verschillen normaal zijn en worden geaccepteerd.
14
Meerbegaafde leerlingen Er zijn ook enkele kinderen die op één of meer gebieden uitschieten naar boven. Deze leerlingen behoeven een speciale leerroute omdat ze extra verrijkingsstof nodig hebben. Doel is om ook deze kinderen te leren leren! In iedere groep worden, naast de doelen van de basisstof, doelen aangeboden die het creatieve en probleemoplossende leren vergroten. Deze zijn verwerkt in de ‘plus’ boeken, bijbehorend aan de methode. Daarnaast wordt er met de leerlingen die op alle gebieden hoge scores behalen, één keer per week middels een project gewerkt aan uitdaging en verrijking. Voorbeelden van bronnen zijn onder andere Acadin (SLO), Mindmappen ( Tony Buzan) en Kien. Er wordt gekozen voor interne differentiatie, dat wil zeggen dat in de meeste gevallen de begaafde leerling gewoon deel blijft uitmaken van de gewone jaargroep (verdieping i.p.v. versnelling). De aanpassing van het leeraanbod wordt bereikt door een combinatie van het versneld doorwerken van de basisstof, verdieping van deze basisstof en verrijking. In een enkel geval kan overwogen worden of er sprake moet zijn van het overslaan van een groep, dus versnelling i.p.v. verdieping. De sfeer van vrijblijvendheid rondom het werken met extra leerstof moet vermeden worden. De keuze van extra leerstof ligt in principe bij de leerkracht en niet bij het kind. De school is bezig met een protocol Meerbegaafdheid. Realiseren In deze fase realiseren we het beschreven passende onderwijsaanbod in de groep. Opstellen, uitvoeren en evalueren van de plannen vindt 3x per jaar plaats. In het komende schooljaar willen we dit echter terugbrengen naar 2x per jaar. Tijdens deze lopende periode is halverwege een tussenevaluatie gepland. Bij deze evaluatie worden in ieder geval de leerling en de leerkracht betrokken, waarna ook ouders indien nodig worden uitgenodigd. Evalueren Tijdens de rapportgesprekken wordt de extra hulp of uitdaging van de individuele leerling, 1x per half jaar besproken met de ouders/ verzorgers. In een aantal gevallen worden de ouders ook uitgenodigd tijdens de gesprekken met betrekking tot de tussenevaluatie. Alle groepsplannen, individuele plannen van aanpak en aanvullingen op het groeiformulier worden gemaakt voor een rapportperiode. Indien nodig worden ze in overleg met de intern begeleider tussentijds bijgesteld.
15
Protocol toetsing Dyslexie Het aanvragen voor een dyslexie onderzoek wordt, in bijna alle gevallen, aangevraagd door de ouders. De school zorgt, na signalering en uitgesproken vermoedens, voor een gedegen rapport, zodat er veelal aanspraak gemaakt kan worden op de vergoede zorg. In een enkel geval kan een onderzoek richting dyslexie meegenomen worden ibij een onderzoek waarbij de ondersteuningsvraag breder en de handelingsverlegenheid van school op een groter gebied ligt. De voorwaarden om voor een verklaring in aanmerking te komen zijn: Er is sprake van een vermoeden van ernstige dyslexie, ondanks intensieve begeleiding blijven achterstanden bestaan. Er zijn drie recente en achtereenvolgende meetmomenten weer te geven. In de tijd tussen twee opeenvolgende meetmomenten is er 12 weken intensieve begeleiding geboden en deze begeleiding is geregistreerd en geëvalueerd, De leerling behaalt op drie achtereenvolgende meetmomenten E –scores of standaardscores < 7 op de DMT en/of spelling . Bij gedoubleerde leerlingen bij deze testen ook de scores waarbij de normgroep van een leerjaar hoger wordt, aanhouden. Of: De leerling behaalt op drie achtereenvolgende meetmomenten E-scores of percentiel scores ,10 op cito spelling en/of PI dictee en D-scores of standaardscores <8 op de DMT .
Bij een dyslexie verklaring ( zwaar) gaat de school ervan uit dat de behandelingen worden gestart bij een erkend dyslexie bureau. Deze kinderen komen in aanmerking voor een aangepaste afname volgens de Citonormen. Het aanvragen van hulpmiddelen en randvoorwaarden moet door de ouders worden aangevraagd. Voor vergoeding kan contact opgenomen worden met de zorgverzekeraar. Bij ernstige achterstand , meer dan een jaar, in de Cito resultaten kunnen we in overleg met IB en de orthopedagoog een OPP maken.
Op schoolniveau voor zwakke lees-spelling leerlingen Een start m.b.t. eventuele dyslexie kan gemaakt worden in groep 3, met een leerling lager dan een IV score. Deze blijven wij dan volgen tot en met groep 8. Een gedegen en heldere omschrijving van de onderwijsbehoefte in het groepsplan. Voor hele zwakke lezers hebben we aanpassingen in het afnemen van de Citotoetsen. Deze worden beschreven in de handleiding van de Cito. Afname op deze manier is altijd in overleg met de Intern begeleider.
Protocol Ernstige Rekenproblemen en Dyscalculie Dyscalculie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen om rekenfeiten en afspraken snel en juist uit het geheugen op te roepen en toe te passen in grotere bewerkingen. Een Dyscalculie verklaring beschrijft welke ernstige belemmeringen de leerling ondervindt bij het volgen van onderwijs en/of bij het functioneren in de samenleving en geeft aan welke behandeling, materiële voorzieningen, begeleiding en compensaties/ dispensaties in het onderwijs noodzakelijk zijn. Deze kinderen kunnen opgenomen worden in een OPP als de achterstand meer dan een jaar is in de Cito resultaten. Dit gaat in overleg met de IB en de orthopedagoge van het SKOT. De leerlingen kunnen, naast de verwerking van de minimumstof uit methode ‘Wereld in getallen’, werken met het computerprogramma ‘Maatwerk’ of ‘Rekentuin’. Daarnaast krijgen zij de mogelijkheid om compenserende materialen toe te passen bij het bepalen en toepassen van de verschillende strategieën door middel van de zogenaamde handelingswijzers en strategiekaarten. Het Protocol Ernstige rekenwiskundeproblemen en Dyscalculie ( 2011) biedt een stappenplan voor passend rekenonderwijs wanneer de rekenwiskundige ontwikkeling van een leerling niet optimaal verloopt.
16
Verlengen en versnellen Verlengen Een conclusie van het team kan zijn dat de onderbouw of de middenbouwperiode van een leerling met een jaar moet worden verlengd. Dit geldt voor de groepen 1 t/m 5. Voordat de directie tot een dergelijk besluit komt, is er regelmatig met de ouders/verzorgers een overleg geweest, zijn er toetsen afgenomen, observaties gedaan en is er evt. advies van een extern deskundige (na overleg met de ouders) ingewonnen. Het uiteindelijke besluit van de directie voor verlenging van een extra jaar is bindend. Vanaf groep 6 kan een advies worden gegeven voor verlenging maar is de keus uiteindelijk aan de ouders om tot verlenging over te gaan. Versnellen Een groep overslaan( versnellen) is mogelijk op onze school. Een IQ onderzoek, eventueel aangevuld met andere onderzoeken is een vereiste. Diverse gesprekken met ouders en externe deskundigen gaan vooraf aan deze beslissing. Na een positief advies van de directie is in dit geval de keus aan de ouders.
Leerlingdossier Ouders/verzorgers hebben recht op inzage in het leerling-dossier. Voor inzage dient een ouder/verzorger een afspraak te maken met de IB-er. Deze zorgt ervoor dat het dossier klaar ligt ter inzage op een afgesproken tijd in de spreekkamer van de school, het voormalige RT lokaal. Het dossier blijft op school. Alle originele handelingsplannen, alternatieve leerroutes, observaties, testgegevens zijn verzameld in het digitale dossier van de leerling. Eventuele gegevens die nodig zijn op papier kunnen vanuit daar desgewenst geprint worden. In de groepsmap van de leerkracht worden de individuele plannen van aanpak, de logboekgegevens en de groepsplannen bewaard.
Overdracht Vóór de zomervakantie wordt een warme overdracht georganiseerd. Tijdens deze overdracht wordt de ‘overzichtskaart ondersteuning leerlingen’ besproken, waarop de korte samenvatting van onderwijsbehoeftes genoteerd staat. Ook het laatste groepsplan met de evaluatie en de bijzonderheden uit gesprekken worden vastgelegd en genoemd. Verdere informatie kan ten allen tijd uit het dossier gelezen worden. Video opnamen Ten behoeve van de verbetering van het onderwijs kunnen in de groepen video-opnamen worden gemaakt. Deze opnamen (leerlingen en/of leerkrachten) zijn uitsluitend voor intern gebruik . Deskundigen, die in het kader van projecten voor schoolverbetering het team van advies dienen, kunnen in onze school gebruik maken van de opnamen. In een enkel geval kan om toestemming gevraagd worden om filmopnamen te verstrekken aan derden. Zonder toestemming wordt echter niets uitgewisseld.
17
Overlegstructuur Op onze school vindt op verschillende niveaus overleg plaats. Managementteam Het managementteam bestaat uit directie en interne begeleider. Minstens eens per maand komt het team bijeen om de voortgang van de ondersteuningslijn in de breedste zin te bespreken. Hierbij komen ook onderwijskundige, pedagogische en organisatorische zaken aan bod. PBS team Eén keer per 6 weken komt het PBS team bij elkaar. Doel is om PBS te borgen, warm te houden, goed te implementeren. Na iedere vergadering, wordt ook het team ingelicht. Idee is om af en toe ouders aan te laten sluiten. Hierbij wordt het PBS team dan uitgebreid naar een ouderklankbord, zodat we de samenwerking optimaal neer kunnen zetten binnen de school. Groepsbespreking/leerlingbespreking Drie keer per jaar wordt er een groeps- en leerlingenbespreking gehouden met de verschillende leerkrachten. Dit is een overleg tussen de groepsleerkracht en de intern begeleider. De doorgaande lijn van alle leerlingen wordt dan besproken. De leerkracht maakt eventueel aantekeningen in het dossier van de besproken leerlingen. Daarnaast wordt ook het groepsproces besproken. De groepsplannen worden besproken en er worden afspraken gemaakt. Hierbij komt ook het leerkrachtgedrag en de ondersteuning die zij nodig hebben, ter sprake. Bij een startende leerkracht worden er meer overlegmomenten per jaar afgesproken. Bouwvergadering Drie keer per jaar wordt een bouwvergadering gepland. In deze vergaderingen wordt door de leerkrachten het onderwijs in de groepen en de vorderingen van de leerlingen op elkaar afgestemd. Ook nieuwe ontwikkelingen op het gebied van onderwijs en ondersteuning en lopende zaken die afstemming nodig hebben, worden besproken. Er kan ook besloten worden om de bouwvergadering als werkmiddag in te zetten. Er zijn twee bouwen: onderbouw voor de groepen 1 en 2 (3), midden/bovenbouw voor de groepen 3 (4) t/m 8 Besluitvorming vindt altijd plaats in de teamvergadering. Van elke bouwvergadering worden notulen gemaakt. Deze worden verzonden aan het team en opgeslagen op de server. Teamvergadering Zes keer per jaar staat een grote teamvergadering gepland. Deze staat op een avond vast, zodat alle teamleden aanwezig kunnen zijn. Op deze vergaderingen worden alle besluiten genomen. Daarnaast wordt er regelmatig op dinsdag en op donderdag vergaderd per maand vindt de teamvergadering plaats. Van iedere vergadering worden notulen gemaakt. Deze worden verzonden aan het team, waarna de ouderraad (OR) en medezeggenschapsraad (MR) mondeling op de hoogte gehouden van de zaken die voor hen van belang zijn. Praktische afspraken In team- en bouwvergaderingen worden praktische afspraken gemaakt over uiteenlopende onderwerpen (cijfers geven, tijdstippen toetsing, info voor invallers etc). De informatie wordt verwerkt in documenten die in de documenten map voor de leerkrachten terug te vinden zijn.
18
Overgang Basisschool Voortgezet Onderwijs Om de overgang naar het Voortgezet Onderwijs zo soepel mogelijk te laten verlopen zijn er verschillende contacten met de Voortgezet Onderwijsscholen. Om de overgang zo goed mogelijk te laten verlopen en om een heldere terugkoppeling te krijgen over de gegeven adviezen, vindt er structureel overleg plaats met de VO scholen. Onze school ontvangt daarnaast meerdere keren per jaar de rapportcijfers van de leerlingen die op onze school hebben gezeten. POVO (Primair Onderwijs Voortgezet Onderwijs) Dit is een commissie bestaande uit vertegenwoordigers van het basisonderwijs uit de Gemeenten Borne en Hengelo en vertegenwoordigers vanuit de Carmelscholen in Hengelo. De commissie bespreekt diverse onderwijskundige zaken met het doel afstemming tussen basisschool en Voortgezet Onderwijs te bevorderen. Na enkele maanden onderwijs in de brugklas volgt er een terugkoppeling naar de basisschool. Een van de onderwerpen is de afstemming van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Er worden werkgroepen gevormd met leerkrachten van het basisonderwijs en het Voortgezet Onderwijs. Er vindt jaarlijks een terugkoppeling plaats naar de basisschool van de leerlingen die in de brugklas zitten.
Resultaten onderwijs schooljaar 2014-2015 Ook het onderwijs wordt gevraagd resultaten te tonen. Het onderwijsproces is echter geen proces waarbij zo maar een balans kan worden gemaakt van investeringen en opbrengsten. Omdat in feite elke leerling uniek is, kan het onderwijsproces niet voor ieder kind volgens vastomlijnde plannen verlopen. Het resultaat zal in grote mate afhangen van de achtergrond van leerlingen de samenstelling van de groepen en uiteraard het onderwijsproces. Op onze school zien we het belang van regelmatige evaluatie in waarbij wordt gekeken onze inspanningen effect hebben gehad. Voor de cognitieve ontwikkeling maken we gebruik van diverse Cito toetsen. De uitkomsten geven aan hoe leerlingen zich ontwikkelen ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Zowel op school – als op individueel niveau kan de ontwikkeling gevolgd worden. In 2014 hebben we deelgenomen aan de Cito entree toets voor de leerlingen van groep 7. Op basis van de uitslagen van de Entree toets en ons leerlingvolgsysteem geven we een voorlopig advies voor het Voortgezet Onderwijs aan het eind van groep 7. Na een ouderavond, waarin de veranderingen en de stromen binnen het voortgezet onderwijs aan de ouders zal worden uitgelegd, volgt een adviesgesprek met de leerling en zijn / haar de ouders. In dat gesprek worden werkpunten opgesteld voor het vervolg in groep 8. Het advies van school wordt bindend tijdens de definitieve adviezen in februari groep 8. De Centrale Eindtoets voor groep 8 wordt vanaf 2015 afgenomen in april. Om het onderwijs te blijven verbeteren, zijn we continue bezig met het verbeteren van ons onderwijs en van het up-to-date houden van onze methodes. Naast het inzetten van PBS om het klimaat en de sociale veiligheid te vergroten, hebben we het In het schooljaar 2014 - 2015 een nieuwe methode voor technisch lezen uitgezocht. Deze zal in het schooljaar 2015 - 2016 structureel op het programma staan in de groepen 4 t/m 6 en incidenteel op het lesrooster van groep 7 en 8. Daarnaast ligt er een focus op het begrijpend lezen. De leuze voor een nieuwe methode op dit vakgebied zal in het komende schooljaar genomen worden.
19
Vakliteratuur, studiedagen en cursussen Het Samenwerkingsverband organiseert studiedagen en geeft cursussen. Deelname wordt georganiseerd door ons bestuur. In het jaar 2015 zal de studiedag voor het managementteam staan in het teken van HGW, OGW en het OPP. Daarnaast ligt de focus van scholing in het schooljaar 2014-2015 op de teamscholing SWPBS. Speerpunten voor het schooljaar 2014/2015 Onderzoeken rapportmodule ESIS; Onderzoeken of veranderen cyclus HGW van 3x naar 2x per jaar kan opleveren en, zo ja, op welke manier we dit in het schooljaar 2015 - 2016 kunnen realiseren; Passend Onderwijs, waarbij we de ontwikkelingen volgen (SWV); Opbrengst gericht Werken, waarbij we de toetsgegevens gaan analyseren op individueel niveau en op groepsniveau. De evaluatie moet gericht zijn op het feit of de beoogde doelstelling uit het groepsplan behaald is, en in welke mate. En welke interventies nodig zijn om op de behoeftes van de kinderen én de leerkrachten aan te kunnen sluiten; Coaching, waarbij de intern begeleider zich verder ontwikkelt binnen de scholing ‘coaching voor professionals’ bij Marja Klaver.
Verklarende afkortingen MR IB SBO NT2 SOT PGD JGZ GGD ESIS LVS IQ AVI VO POVO SKOT SLO SWV SO SBO E&D SOT SOP HGW OGW PGO CITO DMT OPP
Medezeggenschapsraad Interne Begeleiding Speciaal Basis Onderwijs Nederlandse Taal als tweede taal School Ondersteunings Team Periodiek Geneeskundig Onderzoek Jeugd Gezondheid Zorg Gemeenschappelijke Gezondheid Dienst Computerprogramma dossier leerlingen en toets resultaten Leerling Volg Systeem Intelligentie Quotiënt Analyse van Individualiseringsvormen. Een test voor het bepalen van het technisch leesniveau. Voortgezet Onderwijs Overlegorgaan tussen basisscholen (PO) en voortgezet onderwijs (VO) Stichting Katholiek Onderwijs Twenterand Stichting Leerplan Onderzoek SamenWerkingsVerband Speciaal Onderwijs Speciaal Basis Onderwijs Expertise en Diensten team School Ondersteunings Team School Ondersteunings Plan Handelings Gericht Werken Opbrengst Gericht Werken Periodiek Gezondheids Onderzoek Centraal Instituut Toets Ontwikkeling Drie Minuten Toets Ontwikkelings PersPectief
20