Schoolgids Saltoschool Jan Nieuwenhuizen

Schoolgids 2014-2015

Saltoschool Jan Nieuwenhuizen

Inhoudsopgave Pagina 4

Voorwoord 1 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.

ZAKELIJKE GEGEVENS VAN DE SCHOOL Directie Situering van de school Bestuur Medewerkers van de school

2 2.1 2.2

SCHOOL EN ORGANISATIE Doelgroep Organisatie

5

5, 6 7 7, 8, 9

Groepsleerkracht Interne begeleiders leerlingenzorg (IB) Bouwcoördinatie Preventieve ambulante begeleiding Bewegingsonderwijs Handenarbeid en techniek Zorgcoördinatie Commissie van begeleiding Logopedie Maatschappelijk werk Interne coördinatie computergebruik (ICT) Bedrijfshulpverleners (BHV) Conciërge Administratie Stagiaires

2.2.1 2.3 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14 2.15

JNS in ontwikkeling Instroom School Ondersteunings Profiel Kernwaarden van de school Visie Basisondersteuning Ontwikkelingsperspectief Ouders Veilig leerklimaat Methodes Overgang naar een andere groep Uitstroom Jonge Risico Kinderen Groepsbezetting Kinderschoolraad Rijksinspectie Arbo beleid en RI&E

9 10 11, 12 12, 13 13, 14 14, 15 15 15 15, 16 15, 16 16 16 17 17 17 17

3 3.1

BELANGRIJK OM TE WETEN Bewegingsonderwijs

18 2

3.2 3.2.1 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 3.11 3.12 3.13 3.14 3.15 3.16 3.17 3.18 3.19 3.20 3.21 3.22 3.23 3.24 3.25 3.26 3.27 3.28 3.29

Contacten met ouders Informatie voor gescheiden ouders Externe contacten van onze school Fietsenstalling Gevonden voorwerpen Hoofdluis Huishoudelijke regels en pleinregels Huiswerk Kampen Overblijven Protocol bij conflicten Pestprotocol Schoolbibliotheek Schoolfestiviteiten Schoolplan Schooltijden Schoolverlaters Schorsing en verwijderingsprocedure Speelgoed Spelen bij elkaar Taxibedrijven Urenberekening Vakanties en vrije dagen Vervanging van leerkrachten bij afwezigheid of ziekte Verzuim en leerplicht, verlof Video opnames in de school Vreedzame school Website/internet Ziekte/ongeval

18 19 19 20 20 20 20, 21, 22 23 23 23, 24 24 24, 25 25 25, 26 26 26 26, 27 27 27 27 27, 28 29 29 29 30, 31 31 32 32 32

4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10

OUDERS EN SCHOOL Het bevoegd gezag Klachtenprocedure Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Medezeggenschap Ouderbijdrage (financieel) Sponsoring Financiële regelingen Ouderavonden Ouderhulp Schoolverzekering

33 33, 34, 35 35 36 36 37 37, 38, 39 39 39 39

5

DE KWALITEIT VAN DE JNS

40

Bijlage 1 Lijst met adressen en telefoonnummers Bijlage 2 info GGD Brabant-Zuidoost Bijlage 3 aanvraagformulier vakantieverlof

3

EEN WOORD VOORAF

Beste ouders/verzorgers van de kinderen van Saltoschool Jan Nieuwenhuizen, Voor u ligt de schoolgids voor het schooljaar 2014-2015. Deze gids geeft u praktische informatie over wat u kunt verwachten voor het komende schooljaar . Ook kunt u lezen wat onze missie en visie is, waar wij als school voor staan. In het School Ondersteunings Profiel ( SOP)wordt tevens aangegeven wat wij, specifiek voor de JNS, aanbieden als expertise. Om u op de hoogte te houden van de wekelijkse gang van zaken, hebben we voor u de nieuwsbrief. Naast de nieuwsbrief verwijzen wij u ook graag naar onze website www.sbo-jns.nl. Deze website houdt u ook op de hoogte van allerlei gebeurtenissen, recente foto’s, maar ook kunt u daarop beleidsstukken vinden. De schoolgids wordt uitgereikt aan de ouders/verzorgers bij de inschrijving en wordt jaarlijks gepubliceerd op de website. U kunt een papieren versie van de schoolgids aanvragen bij de administratie. De schooljaarkalender wordt uitgereikt aan de ouders/verzorgers bij de inschrijving en aan het begin van het schooljaar. We hopen ook dit jaar om er samen met uw kind een fijn jaar van te maken met volop nieuwe kansen en mogelijkheden! Namens team JNS,

Lou Bakker, directeur

4

1.

ZAKELIJKE GEGEVENS VAN DE SCHOOL

Adres: Postcode: Plaats: Telefoonnr: E-mail: Website: Rekening nr.:

1.1

Maximiliaanstraat 2a 5616 EP Eindhoven 040 2516155 [email protected] www.sbo-jns.nl NL62 INGB 0003 868816

Directie

De directeur van Saltoschool Jan Nieuwenhuizen is Lou Bakker. Locatieleider is Hetty Rokebrand. Samen vormen zij de directie. 1.2

Situering van de school

Saltoschool Jan Nieuwenhuizen ligt in de Eindhovense wijk Gestel. De wijk ligt in de buurt van het Karel de Groteplein en het Belastingkantoor. Het is een rustige buurt en ligt niet ver van Genneper Parken met daarin het prehistorisch dorp, het milieu-educatiecentrum, zwembad de Tongelreep en de schaatsbaan. Kortom, een omgeving met allerlei mogelijkheden. 1.3 Bestuur Saltoschool Jan Nieuwenhuizen valt onder het bevoegd gezag van de Stichting Algemeen Toegankelijk Onderwijs (SALTO), Odysseuslaan 2 , 5631 JM Eindhoven, www.salto-eindhoven.nl. SALTO is verantwoordelijk voor het onderwijs op 20 basisscholen en 2 SBO scholen in Eindhoven. De dagelijkse verantwoordelijkheid is in handen van het College van Bestuur. Voorzitter College van Bestuur is mevrouw drs. A.L. Bus. 1.4

Medewerkers op onze school

Directeur: L. Bakker Locatieleider: Hetty Rokebrand Leerkrachten: Mark Borst Marloes Cox Inge Hems

[email protected] [email protected]

[email protected] [email protected] [email protected] 5

Hanneke Mansvelders Jenny Seijdel Birgitte Meulensteen Bahar Otter Marjan de Putter Renzi Snoodijk

[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Intern begeleiders/bouwcoördinatoren : Dolly Moonen Mirjam Bezemer

[email protected] [email protected]

Preventief ambulant begeleider: Rita van Vegchel Pol Goethals Mirjam Bezemer

[email protected] [email protected] [email protected]

Leerkracht ondersteuner: Jolanda van Gestel

[email protected]

Logopedie: Sanne de Groot

[email protected]

Psycholoog en ICT coördinator: Pol Goethals

[email protected]

Psychomotorische kindertherapie en Schoolmaatschappelijk werk: Elke Wichers e.wichers@sbo- jns.nl Bewegingsonderwijs/ motorische remedial teacher/ Rots en Water trainer: Stefan de Beukelaar [email protected] Sjoerd Otter [email protected] Administratie: Iris Verbeek

[email protected]

Conciërge: Guus Baten

[email protected]

6

2.

SCHOOL EN ORGANISATIE

2.1

Doelgroep

Onze doelgroep bestaat uit kinderen van 4 tot en met 13 jaar die op de reguliere basisschool geen of onvoldoende passend onderwijs kunnen krijgen en daardoor vastlopen of dreigen vast te lopen. Leerlingen kunnen hun basisschoolloopbaan op de Jan Nieuwenhuizenschool afronden, maar ook een tijdelijke plaatsing behoort tot de mogelijkheden. De Jan Nieuwenhuizenschool is erop gericht om kinderen met diverse problemen de juiste hulp te bieden. Meestal hebben onze leerlingen te maken met (een combinatie van) problemen op het gebied van denk- en leerontwikkeling, werkhouding en taakgedrag, sociaal-emotionele en lichamelijke ontwikkeling. Als school vinden wij het leren belangrijk; wij besteden veel aandacht aan rekenen, lezen, schrijven en spellen. Dit zijn de zogenaamde basisvaardigheden. Voorwaarde voor ontwikkeling is wel dat het kind met plezier naar school gaat. 2.2

Organisatie

De Jan Nieuwenhuizenschool heeft, start schooljaar 2014-2015, ongeveer 100 leerlingen, verdeeld over 7 groepen die zoveel mogelijk op ontwikkelingsniveau worden samengesteld. Dat wil zeggen dat kinderen van een gelijk ontwikkelingsniveau zoveel mogelijk in één groep zitten. Dat betekent dat zij van verschillende leeftijden kunnen zijn. De school heeft ook een kleutergroep. Meerdere keren per jaar worden leerlingbesprekingen gepland tussen de groepsleerkracht en de intern begeleider. De ontwikkeling van individuele leerlingen wordt op deze wijze systematisch gevolgd. Deze besprekingen leiden tot het vaststellen van doelen voor de volgende periode. Individuele ondersteuning of therapie buiten de groep is soms mogelijk. Leerlingen die speciale zorg nodig hebben, worden besproken in de Commissie van Begeleiding. Hierin zijn leerkracht, intern begeleider, schoolarts van de GGD, de psycholoog en andere specialisten vertegenwoordigd. In het team werken de groepsleerkrachten intensief samen. Zij worden daarbij ondersteund door een aantal andere medewerkers met verschillende deskundigheid (logopedie, remedial teaching, gymleerkracht, speltherapie, onderwijsassistentie, Schoolmaatschappelijk Werk en psycholoog). Groepsleerkracht: De groepsleerkracht begeleidt de groep en is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken in de groep. Tevens is de groepsleerkracht verantwoordelijk voor de communicatie met ouders en daardoor ook eerste aanspreekpunt voor ouders. Bij hem/haar komen alle vragen, ervaringen en zorgen over de ontwikkeling van het kind bij elkaar. Hij/zij is, in overleg met de ouders, degene die binnen de school over de ontwikkeling van het kind waakt en de begeleiding coördineert in het betreffende schooljaar. De groepsleerkracht besteedt aandacht aan lesvoorbereiding en het vastleggen van leerlinggegevens. Interne Begeleiders Leerlingenzorg (IB): Het organiseren van de extra zorg voor kinderen wordt gecoördineerd door de interne begeleiders. De intern begeleider is het aanspreekpunt voor wat betreft de leerlingenzorg. Samen wordt bekeken wat de beste oplossingen zijn voor het handelen in de klas (zorgstructuur). De IB-er heeft als kerntaken de ondersteuning van de leerkracht, de aanname van nieuwe kinderen en bijbehorend dossieronderzoek en het begeleiden van het schoolverlaterstraject. De IB-ers hebben ook contacten met andere scholen en verschillende instanties buiten de school. 7

Bouwcoördinator: De bouwcoördinator is de eerst aanspreekbare persoon, voor de medewerkers die in de betreffende bouw werkzaam zijn, in zaken die op de bouw betrekking hebben. Hij/zij zorgt samen met de directie voor de organisatorische aansturing van aspecten, die het functioneren van de bouw aangaan en verbeteren. De bouwcoördinator draagt -mede- zorg voor de pedagogische en onderwijsinhoudelijke voortgang ten aanzien van de onderlinge afstemming binnen de groepen van de bouw. De bouwcoordinator maakt deel uit van het MT (Management Team). Preventief ambulante begeleider: De preventief ambulante begeleider begeleidt leerkrachten op de collega basisscholen die tegen problemen aanlopen met kinderen in hun groep. Zij maakt onderdeel uit van het Saltoproject VCC (Veredelde Collegiale Consultatie). Bewegingsonderwijs: De docent bewegingsonderwijs begeleidt de kinderen tijdens de gymles. Naast een gevarieerd bewegingsprogramma, wordt er naast de lichamelijke vaardigheden ook aandacht besteed aan de sociale vaardigheden. Om dit kracht bij te zetten worden er voor alle groepen trainingen gegeven middels de methode rots en water. Zorgcoördinatie: De zorgcoördinatie ligt in handen van ons IB-team. Zij zijn verantwoordelijk voor de structuur van de zorg binnen de school. Zij laten zich bijstaan door de Commissie van Begeleiding (zie onderstaand). De zorgcoördinatie ziet er op toe dat in de structuur van de zorgniveaus de juiste afstemming plaatsvindt. Commissie van Begeleiding: De Commissie van Begeleiding bespreekt de leerlingen die via de leerlingbesprekingen extra aandacht behoeven. Onder leiding van de schoolmaatschappelijk werkster hebben directie, IB, de betreffende leerkracht(en), GGD schoolarts, psycholoog hierin zitting. De CVB vergadert 10 keer per jaar. Logopedie: Wanneer uw kind op onze school komt, wordt er incidenteel voor gekozen uw kind te laten onderzoeken door de logopediste . Meestal n.a.v. observatie of wanneer er vanuit het dossier te lezen is dat er mogelijke spraak/taal problemen zijn. Zij onderzoekt dan op o.a. woordenschat, uitspraak, taalbegrip, spreken in zinnen, stemkwaliteit en luistervermogen. Vervolgens wordt in overleg met de leerkracht vastgesteld of logopedie voor uw kind noodzakelijk/zinvol is . Wanneer er sprake is van een specifiek logopedisch probleem dat zeer tijdrovend is en/of waarbij de aanwezigheid van de ouders bij elke sessie zeer gewenst is, kunnen wij het kind in overleg met de ouders voor verdere behandeling doorverwijzen naar een logopedische praktijk. Wanneer het om kortdurende behandelingen gaat, kan de logopedist van school ingezet worden. Tevens wordt bepaald hoe vaak uw kind logopedie nodig heeft en waar aan gewerkt zal worden. Hierover is altijd overleg met de ouder(s)/verzorger(s). Naast individuele logopedie worden er vooral ook kinderen in groepjes behandeld. Deze groepslessen zijn gericht op de gemeenschappelijke problematiek van de kinderen. Bijvoorbeeld taaltraining bij kinderen met een zwakke mondelinge taalvaardigheid. Wanneer uw kind voor logopedie in aanmerking komt, zullen wij u hierover informeren. Wij stellen het op prijs als u eens in de logopedieles komt kijken. U kunt daarvoor een afspraak maken.

8

Maatschappelijk werk: De schoolmaatschappelijk werker functioneert binnen de school en heeft de verantwoordelijkheid de noodzakelijke hulpverlening te coördineren wanneer blijkt, dat hierin een belemmering optreedt voor de schoolontwikkeling van het kind. Zij is voorzitter van de Commissie van Begeleiding. Deze begeleiding moet altijd ten dienste staan van de leerling. Zij heeft gesprekken met ouders en/of kinderen en zij adviseert en ondersteunt bij verwijzing naar hulpverleningsinstellingen. Indien gewenst kunt u telefonisch een afspraak maken. Interne coördinator computergebruik (ICT-er): Het werk van de interne coördinator computergebruik is erop gericht het gebruik van ICT (informatie en communicatie technologie) in het onderwijs te bevorderen en op de hoogte te blijven van allerhande ontwikkelingen betreffende het computeronderwijs. In overleg met de groepsleerkrachten wordt bekeken, welke computerprogramma's aansluiten bij ons onderwijs. Ook wordt nagegaan op welke manier de computer een rol kan spelen in de extra leerlingenzorg. Bedrijfshulpverleners (BHV'ers): Op onze school zijn enkele teamleden opgeleid tot bedrijfshulpverlener. Binnen het kader van de ARBO-wetgeving stellen zij een calamiteitenplan op. Zij zorgen, in geval van nood, voor de veiligheid van iedereen. De gekwalificeerde BHV'ers volgen regelmatig herhalingscursussen. Conciërge: Op onze school verricht de conciërge allerlei onderhoudswerkzaamheden, verzorgt het kopieerwerk, zet koffie en thee en neemt de telefoon aan. Administratie: De school beschikt 3 dagen per week over administratieve ondersteuning. Zij is o.a. verantwoordelijk voor de postverzorging, de financiële administratie, leerlingenadministratie, verzuimregistratie, neemt de telefoon aan en ondersteunt de directie bij administratieve werkzaamheden. Stagiaires: Gedurende het gehele schooljaar kunnen op diverse momenten studenten aanwezig zijn van Fontys Hogescholen Pabo Eindhoven en Pabo de Kempel uit Helmond in het kader van hun opleiding tot leraar basisonderwijs. Het betreft zowel 1e, 2e, 3e als 4e jaars studenten. Tevens kunnen er stagiaires van het Regionaal Opleidingen Centrum (ROC) aanwezig zijn als onderwijsassistent. Deze studenten zijn meerdere dagen per week in de groep aanwezig. Uiteraard vinden alle werkzaamheden van bovengenoemde studenten plaats onder de verantwoordelijkheid van onze groepsleerkrachten en de begeleiders van de verschillende opleidingsinstituten. Eén van onze leerkrachten coördineert het geheel. 2.2.1 JNS in ontwikkeling Het onderwijs is voortdurend in ontwikkeling, dat geldt ook voor onze school. Om de kwaliteit van deze ontwikkeling te meten gebruiken we het meetinstrument WMK (Werken met Kwaliteit). Dit zijn vragenlijsten over verschillende onderwerpen die belangrijk zijn voor een goed functionerende school. Zowel ondersteuners, leerkrachten en in sommige gevallen de ouders vullen digitale lijsten in van waaruit de sterke kanten en de ontwikkelpunten geformuleerd worden die vervolgens in ons schoolplan worden opgenomen en uitgewerkt. Zo blijven we bouwen aan de kwaliteit voor nu en in de toekomst.

9

2.3

Instroom

Onze school hoort bij het samenwerkingsverband Passend Onderwijs Eindhoven. In dit samenwerkingsverband horen scholen uit Eindhoven, Best en Son en Breugel. Als er een verwijzing naar een school voor SBO ( speciaal basisonderwijs) nodig is, moet een toelaatbaarheidsverklaring worden aangevraagd bij dit samenwerkingsverband(SWV). In ons samenwerkingsverband zal vanaf 1-8-2014 de verwijzing middels de “triade”, de verwijzende school/instelling, ouders en ontvangende school plaatsvinden. Daarbij is een positief advies voor plaatsing nodig van twee deskundigen. ( zie afbeelding)

Wanneer de toelaatbaarheidsverklaring is afgegeven, mag een kind geplaatst worden op een SBO school. Ouders zijn altijd welkom voor een oriënterend gesprek en een rondleiding op onze school. Na aanmelding brengt de intern begeleider tevens een bezoek aan de basisschool voor een observatie en een gesprek met de leerkracht. Door middel van deze overdracht proberen we een zo duidelijk mogelijk beeld van de leerling te vormen, zodat we de leerling in een groep plaatsen waarbij het aanbod zoveel mogelijk aansluit bij de onderwijsbehoeften van de leerling. Het hele jaar door kunnen leerlingen bij ons geplaatst worden. 2.4. School Ondersteunings Profiel Elke school, ook onze school, heeft een School Ondersteunings Profiel geschreven waarin zij aangeven wat de uitgangspunten zijn en wat de specifieke expertise van de school is. Dit School ondersteunings Profiel is te vinden op onze website. Hieronder volgt een korte samenvatting:

10

2.4.1

Kernwaarden van de school

De kernwaarden: Eigenaarschap, Vertrouwen, Gelijkwaardigheid, Professionaliteit vormen binnen de school de basis van het denken en handelen van de JNS medewerkers. Deze vier kernwaarden worden hieronder kort toegelicht. Eigenaarschap Leerkrachten, (interne) deskundigen, ouders en kinderen zijn verantwoordelijk voor hun eigen handelen en kunnen daar ook op aangesproken worden. Hierbij gaan we er van uit dat iedereen, soms met een beetje hulp, in staat is om voor zichzelf te spreken en voor zichzelf op te komen (bij kinderen uiteraard op hun eigen niveau en met gepaste hulp). De schoolgids en het ouderconvenant weerspiegelen hoe eigenaarschap binnen de driehoek kinderen- ouders- leerkrachten is uitgewerkt. We vertrouwen erop dat, wanneer je voor jezelf spreekt en vanuit jezelf denkt, je ook tot zelfsturing kunt komen. Eigenaarschap is open, eerlijk en met respect communiceren. Hierbij neem je verantwoordelijkheid vanuit jezelf en leg je ook verantwoording af. Vertrouwen Het kost tijd vertrouwen op te bouwen, vandaar het gezegde “Vertrouwen komt te voet en gaat te paard”. Vertrouwen bewust verdienen en ontvangen zorgt er voor dat vertrouwen gemakkelijker geschonken kan worden. De kinderen die aan onze zorg worden toevertrouwd hebben vaak al een behoorlijke geschiedenis opgebouwd. Om hier adequaat mee om te gaan is kennis van deze geschiedenis, maar zeker ook de zienswijze van de ouders daarop, erg van belang. Het is noodzakelijk om met ouders en, daar waar dat kan, met het kind zelf hier open over te kunnen communiceren. Dat betekent dat de teamleden van de JNS vertrouwelijk met de persoonlijke informatie van kinderen en ouders om gaan. Dat wat nodig is wordt gedeeld met andere teamleden, maar blijft binnen de school. Medewerkers hanteren daarbij de richtlijnen van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Gelijkwaardigheid Kinderen leren en werken met elkaar vanuit verschillende achtergronden. Uitgaan van verscheidenheid is het uitgangspunt in het handelen van leraren. Dit betekent dat leraren zich een goed beeld vormen van de ontwikkelingsbehoefte van ieder kind en hier naar handelen. Eenheid in verscheidenheid vereist respect naar jezelf en de ander. Door geen onderscheid in geloofs- en/of levensovertuiging te maken kan je beter op de ander afstemmen. Professionaliteit Leraren en (interne) deskundigen zijn erop gericht kansen te creëren zodat kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. Vanuit heldere beelden over de ontwikkelingsbehoeften en mogelijkheden van kinderen wordt een optimaal onderwijsperspectief uitgewerkt. Concreet meetbare resultaten zijn hierbij een belangrijke indicator. Resultaatgericht betekent ook dat wij de ouders en het kind betrekken bij de te bereiken resultaten. Het afstemmen van verantwoordelijkheden tussen school, kinderen en ouders is daarbij noodzakelijk. Tijdens de uren waarin kinderen onderwijs krijgen wordt de leertijd effectief ingezet om de leeropbrengsten te optimaliseren. Dit betekent dat teamleden werken aan persoonlijk meesterschap 11

door zich vanuit een proactieve lerende houding te scholen. Bovendien wordt hierbij gebruik gemaakt van collegiale consultatie en de mogelijkheden van collectief leren binnen de school. Hierbij zijn competenties als zelfsturing, ondernemerschap en innovatievermogen van groot belang. In de organisatie vertaalt de professionaliteit zich naar de uitgangspunten van een lerende organisatie waarbij systematisch en systemisch werken kenmerkend zijn. Elkaar aanspreken op elkaars gedrag en het stellen van eisen aan elkaars handelen is de heersende cultuur binnen onze school. 2.4.2. Visie Op basis van bovenstaande kernwaarden is hieronder onze visie uitgewerkt op de vijf centrale dimensies van waaruit we naar het onderwijs kijken. Dit zijn de: Pedagogische dimensie, Onderwijskundige dimensie, Maatschappelijke dimensie, Levensbeschouwelijke dimensie , Organisatorische dimensie. Pedagogische dimensie Leren en tot ontwikkeling komen, vereist een veilig en gezond pedagogisch klimaat waarbinnen kinderen weten dat ze gewaardeerd en gerespecteerd worden. In een veilige leeromgeving wordt het kind gerespecteerd als persoon waardoor het in staat is relaties aan te gaan en zich te ontwikkelen. Voor onze leerkrachten vereist dit een basishouding waarin kinderen worden aangesproken op hun gedrag, maar wel met behoud van respect voor hun persoon. Hierbij is het uitgangspunt dat wat kinderen kunnen, om zo kennis en vaardigheden verder uit te bouwen. We leren kinderen vertrouwen op te bouwen. (Een vertrouwensrelatie tussen kind, leerkracht en medeleerling ondersteunt de wederzijdse ontwikkeling.) Onderwijskundige dimensie De JNS gaat uit van de mogelijkheden van kinderen en wil deze zo optimaal mogelijk benutten. De leerkracht creëert een omgeving waarin recht wordt gedaan aan verschillen in onderwijsbehoeften en leerstijlen. Door realistische /haalbare doelen te stellen en door gebruik te maken van hun persoonlijke talenten krijgen de kinderen ontwikkelingskansen. Er is ruimte voor verschillende leerstijlen in een rijke leeromgeving. Maatschappelijke dimensie Om zorg te kunnen dragen voor een goede begeleiding van de kinderen vindt de JNS het contact met ouders van fundamenteel belang. Hieronder verstaan we: Educatief partnerschap: ouders participeren in het schoolproces. Wederkerigheid: eerlijk en open, elkaar aanspreken op verantwoordelijkheden. Bewuste bekwame burgers: er wordt wekelijks aandacht besteed aan maatschappelijk actuele thema’s. Sociale en communicatieve vaardigheden: kinderen leren omgaan met verschillen en lastige situaties. Duurzaamheid: we gaan hierover met leerlingen in gesprek, bijvoorbeeld over het omgaan met de natuur, het milieu en het materiaal. Daarnaast houden we onze leefomgeving schoon. Zo zijn we aangesloten bij de stichting “De schone School”.

12

Levensbeschouwelijke dimensie Niet iedereen is hetzelfde, wil hetzelfde en gelooft hetzelfde. Voor de teamleden van de JNS uit zich dit in: Het erkennen van de diversiteit in de samenleving: wij bieden een plek waar teamleden, ouders en kinderen op een respectvolle manier met onderlinge verschillen omgaan. Dit onderstreept het openbare karakter van onze school. Religieuze en culturele diversiteit: we hechten waarde aan de gelijkwaardigheid van alle geloofs- en levensovertuigingen van alle mensen. Organisatorische dimensie Onze organisatie draait om onderwijs, aandacht en zorg voor kinderen. Dit is het primaire proces. Secundaire processen zoals personeelsbeleid, materieel beleid zijn hieraan ondergeschikt. De secundaire processen worden beoordeeld op basis van noodzaak, doelmatigheid en doelgerichtheid. De directie stuurt op resultaat. Zij streeft eigen verantwoordelijkheid en verantwoording bij de leerkrachten na. De organisatie bestaat uit twee leerkrachtenteams. Elk team heeft een eigen bouwcoördinator/interne begeleider. De leraar is regisseur van het onderwijsproces (resultaatverantwoordelijkheid en eigenaarschap) en hij/zij regisseert in verbondenheid met de school. Vanwege onze specifieke doelgroep hecht de JNS waarde aan het taal-schrijfonderwijs / rekenen en ICT onderwijs. Daarom kiezen we voor een aantal specialisten op dit gebied. Daarnaast wordt het onderwijspersoneel didactisch en pedagogisch bijgeschoold. Dit gebeurt zowel individueel als in teamverband. 2.4.3. Basisondersteuning De JNS o o o o

biedt een aanbod voor leerlingen met leerproblemen (bijv. dyslexie of dyscalculie) neurologische stoornissen gedragsproblematiek (zeer) beperkte leervermogens

Om dat vorm te geven onderschrijft onze school het beleid dat voortkomt uit ‘‘Passend Onderwijs’’ en wil haar ontwikkeling en plaatsbepaling daarop afstemmen. Dit sluit aan bij de gedachtegang: “gewoon waar mogelijk, speciaal waar noodzakelijk”. Door een coachende stijl, binnen een heldere en veilige structuur, sluit de individuele leerkracht en interne deskundige aan bij deze benadering. Op reguliere basisscholen bestaat de basisondersteuning uit ondersteuningsniveau 1, 2 en 3. Als zij op ondersteuningsniveau 4 komen schakelen ze hulp binnen het bestuur in en bij 5 kan de hulp van andere instanties komen. In het SBO werken we met hetzelfde systeem, maar is de hulp op elk niveau specialistischer. Dat wat basisscholen onder ondersteuningsniveau 1,2 en 3 bieden, bieden wij door de hele schoolorganisatie. We noemen dat ondersteuningsniveau 0. In onderstaande piramide is de ondersteuningsstructuur in beeld gebracht. Voor verdere omschrijving en invulling zie figuur 1.

13

ONDERSTEUNINGSNIVEAU 5 Inzet van externe deskundigen bij de begeleiding van het systeem en/of het kind. ONDERSTEUNINGSNIVEAU 4 Inzet van interne deskundigen bij de begeleiding van het systeem en/ of het kind. ONDERSTEUNINGSNIVEAU 3 Groepsoverstijgende ondersteuning in de uitvoering van het (I)HP, door derden buiten de stamgroep. ONDERSTEUNINGSNIVEAU 2 Extra ondersteuning in de groep, remediërende aanpak eventueel ondersteund door derden binnen de stamgroep. ONDERSTEUNINGSNIVEAU 1 Onderwijs en basisondersteuning op groepsniveau. ONDERSTEUNINGSNIVEAU 0 SBO ondersteuningsniveau 0. (de schoolorganisatie) is vergelijkbaar met ondersteuningsniveau 1, 2 en 3 binnen de basisschool. Figuur 1: Ondersteuningspiramide JNS. Op niveau 4 bieden wij aan regulier onderwijs, binnen ons bestuur, ondersteuning in de vorm van VCC, PAB, maar ook bij vragen rondom bijvoorbeeld het aanvragen van een PCL beschikking , doorverwijzing e.d. helpen we. Uitbreidingen, in de vorm van een servicecentrum, zijn in ontwikkeling.

2.5 Ontwikkelingsperspectief (OPP) Bij een ontwikkelingsperspectief staat centraal dat voor leerlingen voor een langere periode hun ontwikkelingsmogelijkheden ingeschat worden. Door het instroomniveau en uitstroomniveau met elkaar te verbinden ontstaat de prognose of ontwikkelingslijn. Nadat leerlingen op de Jan Nieuwenhuizenschool geplaatst worden , wordt een voorspelling gemaakt naar welk vervolgonderwijs het kind zal uitstromen: het VMBO, al dan niet met LWOO (Leerwegondersteuning) of Praktijkonderwijs. Voor iedere leerling wordt een Ontwikkelingsperspectief opgesteld, waarbij doelen afgestemd worden op de individuele (uitstroom)mogelijkheden. Bij het vaststellen van een ontwikkelingsperspectief wordt gebruik gemaakt van het laatst afgenomen intelligentieonderzoek, de leerling kenmerken en de thuissituatie. Het ontwikkelingsperspectief wordt elke twee jaar, indien nodig, bijgesteld. Van alle leerlingen wordt de instructie- en ondersteuningsbehoefte in kaart gebracht, van waaruit de leerkracht het onderwijs voor zijn/haar groep organiseert. We werken met een volledig 14

leerlingvolgsysteem en met methodes, die ook in het reguliere basisonderwijs vaak gebruikt worden. Waar nodig, werken we met speciale methodes en extra ondersteuning. 2.6

Ouders

We gaan met ouders in gesprek over hun verwachtingen. We willen hen vanaf het begin actief betrekken bij het onderwijs aan hun kind en hen laten meedenken en beslissen over de dagelijkse schoolpraktijk en nieuwe ontwikkelingen. We willen ouders graag mede verantwoordelijk laten zijn voor de schoolloopbaan van hun kind. 2.7

Veilig leerklimaat

Bij ons staat een veilige leeromgeving voorop. Basisgedachte is dat de totale school een plek moet zijn waar kinderen zich thuis voelen, waar een open sfeer hangt, die aansluit bij hun beleving. Een school waar warmte, veiligheid en rust voorop staan. Een school waar kinderen zich ontspannen voelen en waar meer aandacht is voor wat ze wél dan wat ze niet kunnen. Er heerst een klimaat dat gekenmerkt wordt door vertrouwen, ondersteuning en uitdaging. We vinden dat respect voor jezelf en respect voor de ander(en) centraal moet staan. We verwachten dit van alle medewerkers, maar ook van ouders en kinderen. Onze leerlingen moeten zich veilig voelen en geaccepteerd worden met al hun sterke kanten en beperkingen. De Jan Nieuwenhuizenschool kent een ouderconvenant waarin beschreven wordt welke verwachtingen we van elkaar hebben. Deze verwachtingen gelden zowel voor school, ouders en kinderen. We werken met groepen waarin elk kind maximale kansen krijgt en de kinderen ook van elkaar kunnen leren en elkaar kunnen helpen. 2.8 Methodes Het SBO moet voldoen aan de kerndoelen van het basisonderwijs. De kinderen volgen de leerlijnen die passen bij hun OPP. Het streven is om op het niveau uit te stromen dat van hen mag worden verwacht. De methodes zijn daarvoor een leidraad. Technisch lezen : Veilig leren lezen/veilig in stapjes Estafette Taal: Taaltrapeze Spelling Taal actief: woordspel Schrijven Schrijfdans groepen 1 en 2 Handschrift groep 3 t/m 8 /Schrijven doe je zo Engels Groove me Rekenen: Reken zeker Wereldoriënterende vakken : De zaken van Zwijsen Aardrijkskunde /Biologie/Geschiedenis Verkeer : Wijzer door het verkeer

15

Muziek: Moet je doen Tekenen: Tekenvaardigheid voor de basisschool groepen 3 t/m 8 Lichamelijke opvoeding Basislessen groepen 3 t/m 8 Sociaal-emotionele ontwikkeling De Vreedzame School 2.9

Overgang naar een andere groep

Aan het einde van elk schooljaar gaat een aantal kinderen naar een andere groep. Door de structuur van de school gaat er nooit één groep in zijn geheel door, maar altijd slechts een deel. Zitten blijven bestaat bij ons niet. Waar een kind geplaatst wordt, is afhankelijk van diverse factoren, zoals: afstemming werkstijl kind en leraar, jongen of meisje, vriendjes en vriendinnen, beïnvloeding van kinderen op elkaar, plaatsbare aantallen, aantal nieuwe kinderen, didactische ontwikkeling afgestemd onderwijs aanbod, enz. enz. De leerkrachten en IB-ers proberen daar zo zorgvuldig mogelijk mee om te gaan. Toch zijn er elk jaar weer kinderen en/of ouders die zelf een andere groep in gedachten hadden. In uitzonderlijke gevallen kan een kind in de loop van het schooljaar in een andere groep geplaatst worden. Dit gaat altijd in overleg met de ouders. De uiteindelijke verantwoordelijkheid en besluitvorming blijven bij de school. 2.10

Uitstroom

De meeste leerlingen gaan naar het VMBO (voortgezet middelbaar beroepsonderwijs), meestal met LWOO (leerwegondersteuning) en de Praktijkschool. De schoolverlaters van 2014 zijn gegaan naar: Praktijkschool 1 leerling VMBO-basis beroeps 10 leerlingen VMBO- basis/kader 5 leerlingen VMBO- kader 7 leerlingen VMBO-theoretisch 1 leerlingen VSO 1 leerling

2.11

JRK groep ( jonge risico kinderen)

De Jan Nieuwenhuizenschool is vorig jaar gestart met een combinatie JRK groep. Dat is een groep in de leeftijd van 4 t/m 6 jaar. In deze speciale groep wordt vroegtijdig specifieke hulp geboden aan kinderen met uiteenlopende ontwikkelingswensen. De groep werkt veelal aan de hand van thema’s. Die thema’s zijn gekoppeld aan de kleutermethode Schatkist. De onderwerpen sluiten zoveel mogelijk aan bij de belevingswereld en interesse van jonge kinderen. Binnen de thema’s wordt aandacht besteed aan de sociaal-emotionele, de motorische, de creatieve en de cognitieve ontwikkeling en aan zelfredzaamheid. Er vindt differentiatie plaats naar tempo, leeftijd en mogelijkheden van het kind.

16

2.12

Groepsbezetting

Als de kinderen op onze school komen, zijn hun leeftijden en vorderingen zeer verschillend. Vandaar dat het moeilijk is tevoren van ieder kind de duur van het verblijf op onze school te voorspellen. Dit is afhankelijk van de ontwikkeling van het individuele kind. Niemand blijft zitten in de oude betekenis. Ook al blijft een kind bij dezelfde leraar dan werkt het gewoon door in de leerstof. Met lezen, taal en rekenen werken de kinderen op hun eigen niveau. Twee keer per schooljaar worden de vorderingen bekeken door middel van methode onafhankelijke toetsen. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van KIJK: een volgsysteem waarbij op alle ontwikkelingsgebieden kinderen nauwkeurig gevolgd worden door observaties. Deze uitslagen geven richting aan de ontwikkelingslijn die gevolgd wordt. Vanaf het moment dat een kind bij ons binnenkomt, wordt regelmatig bekeken of er mogelijkheden zijn tot terugplaatsing naar de basisschool. Als de vorderingen daartoe aanleiding geven wordt daarover ruimschoots en tijdig met de ouders overlegd. Samen zoeken we dan naar de juiste school.

De groepsbezetting 2014-2015 ziet er als volgt uit: Onderbouw 1 STERREN 2 SPETTERS 3 VOLHOUDERS 4 KANJERS

Renzi Snoodijk, Birgitte Meulensteen Hanneke Mansvelders, Jenny Seijdel Mark Borst Inge Hems

Bovenbouw 5 UITBLINKERS 6 HELDEN 7 BIKKELS

Bahar Otter Marloes Cox Marjan de Putter

2.13

Kinderschoolraad

Elk jaar wordt er een kinderschoolraad gekozen. Elke groep kiest een kind dat zitting heeft in de schoolraad. De raad komt elke maand bijeen en bespreekt voorstellen, klachten enz. van de kinderen zelf. De schoolraadleden doen verslag in hun klas. Hiermee beogen wij instemmingsrecht aan de kinderen te geven en laten we zien dat wij de kinderen serieus nemen in hun groei naar jongvolwassenheid. 2.14

Rijksinspectie

Scholen dienen aan een aantal wettelijke verplichtingen te voldoen. Daarom wordt iedere school door een rijksinspecteur gevolgd. Deze kijkt of alles op school aan de wettelijke voorschriften voldoet. School, MR en bestuur krijgen altijd een verslag van de bevindingen en op de website van de inspectie (www.onderwijsinspectie.nl.) wordt melding gemaakt van dit volgtraject. 2.15 ARBO beleid en RI&E Eénmaal in de 4 jaar wordt in samenwerking met de Arbo Unie een RI&E (risico inventarisatie en evaluatie) opgesteld. Jaarlijks wordt dit plan bijgesteld.

17

3

BELANGRIJK OM TE WETEN

3.1

Bewegingsonderwijs/gym

De kinderen krijgen twee maal per week bewegingsonderwijs in onze eigen gymzaal. Het programma omvat 11 leerlijnen, we proberen een zo breed mogelijk aanbod te creëren. Het doel is om een blijvende interesse te wekken voor sport / bewegen. Daarnaast worden er op verschillende momenten van het jaar sportclinics gehouden in samenwerking met Sportformule Eindhoven. Dit om de doorstroom naar de sportclubs te stimuleren. Naast het gymmen wordt er gekeken naar de motorische ontwikkeling van uw kind. Mocht het wenselijk zijn dan doorloopt het kind een motorische test. In overleg met de ouders, docent en de specialisten, wordt bekeken op welke gebieden er ondersteuning nodig is. Naast het fysieke programma wordt er ook aandacht besteed aan de sociale competenties van een kind. Kort gezegd is het voor het ene kind belangrijk om meer voor zichzelf op te komen en voor het andere kind is het juist goed om te leren meer rekening te houden met anderen. Met de methode Rots en Water, maken we de kinderen bewust hoe ze kunnen handelen. We gymmen in een korte of halflange broek (tot op de knieën) met T-shirt. Zo veel als mogelijk gymmen we op blote voeten, dit is beter voor de ontwikkeling van de voetspieren, looptechniek en daarnaast zijn de leerlingen voorzichtiger naar elkaar toe. Indien uw kind een voetafwijking heeft, mag hij/zij wel schoenen dragen. Deze schoenen worden buiten niet gedragen. Eventueel is het mogelijk om een deoroller mee te geven. We gebruiken geen deo-spray, in verband met astmatische kinderen. 3.2

Contacten met ouders

De JNS is een streekschool. Dat maakt dat we het contact met ouders en school speciale aandacht willen geven. Het team wil graag openstaan voor alle mogelijke momenten van overleg tussen de leerkracht en u als ouders. We weten uit ervaring dat er voor een aantal ouders toch een soort drempel blijft om met vragen en problemen bij ons te komen. Wij hopen dat u het gevoel heeft op onze school welkom te zijn. De school heeft een open karakter, maar wij verzoeken u toch vriendelijk om een afspraak te maken als u de leerkracht wilt spreken. In dringende gevallen raden wij aan om uw kind een briefje mee te geven zodat de leerkracht weet wat er aan de hand is. Contact is ook mogelijk via:  De telefoon. Graag buiten de lesuren om.  Wisselschrift of e-mail . Bij een aantal kinderen gaat dagelijks/wekelijks een schriftje mee naar huis en school met ervaringen.  Ouderbezoek. In principe komt de leerkracht één keer per schooljaar bij u thuis op bezoek.  Oudergesprek. Minstens 2x per jaar heeft u een uitgebreid gesprek over de vorderingen van uw kind. Verder trachten we de informatie op peil te houden met:  de wekelijkse nieuwsbrief, al dan niet verzonden per e-mail,  de ouderavonden,  openbare MR-bijeenkomsten en thema-avonden,  uitnodiging tot het meemaken van de lessen logopedie en motorische hulp en een gesprek daarover. 18

3.2.1

Informatie voor gescheiden ouders

Om op een goede manier met elkaar samen te werken, moeten ouder(s) en school elkaar blijven informeren over belangrijke ontwikkelingen van de leerling. Daarom informeren wij u over allerlei relevante zaken die de leerling en de schoolorganisatie betreffen, zoals: rapporten, nieuwsbrieven, voortgangsrapportages, de schoolgids, ouderavonden, verzoeken om toestemming voor onderzoek en/of begeleiding van de leerling. Van u verwachten wij dat u ons tijdig en naar waarheid informeert over belangrijke ontwikkelingen die van invloed zouden kunnen zijn op het onderwijsleerproces van de leerling. Ook in geval van scheiding heeft u recht op bepaalde informatie over uw kind. De school zal beide ouders die na de scheiding met het ouderlijk gezag belast zijn, op een gelijke wijze en (indien mogelijk) op een gelijk tijdstip informeren. Als één ouder is belast met het ouderlijk gezag, dan informeert de school in eerste instantie alleen de betreffende ouder. De ouder met ouderlijk gezag is wettelijk verplicht de informatie van de school door te geven aan de ouder die niet met het gezag belast is. Als de ouder zonder ouderlijk gezag informatie van de school wenst, kan dit door een gesprek aan te vragen bij de directeur van de school. Tijdens dit gesprek zal echter geen informatie worden verstrekt, die ook niet aan de ouder met ouderlijk gezag verstrekt zal worden. Ook kan de directeur informatie weigeren als hij dit in het belang van het kind vindt. In geval van voogdijschap zal de informatieverstrekking aan de gezinsvoogd op eenzelfde wijze verlopen als informatieverstrekking aan ouders met ouderlijk gezag. De school heeft geen informatieplicht aan nieuwe partners. De school verstrekt geen informatie aan de nieuwe relatie, tenzij de ouder(s) met ouderlijk gezag hierin toestemming verleent/verlenen en tevens (een van hen) aanwezig is/zijn bij het gesprek. 3.3

Externe contacten van onze school

OUDERVERENIGING BALANS Landelijke oudervereniging Balans zet zich in voor een verbetering van het leer- en leefklimaat van kinderen met ontwikkelingsstoornissen bij leren en/of gedrag. Balans wil hiermee de ontwikkeling van deze kinderen een optimale kans geven en bijkomende problemen zoveel mogelijk voorkomen. Zij willen dit bereiken door:  informatie geven en verspreiden  belangenbehartiging  ondersteunen en bevorderen van onderling contact BALANS Postbus 93 3720 AB Bilthoven Tel. : 030 - 225 50 50 www.balansdigitaal.nl

Balans ZUID-OOST BRABANT Voor alle organisatorische zaken (niet zakelijk) m.b.t. lezingen, inloopsamenkomsten, voorlichtingssamenkomsten en

OUDERVERENIGING NEDERLANDSE VERENIGING VOOR AUTISME De vereniging biedt veel informatie voor ouders met kinderen met autistische problemen. NVA Noord Brabant Landelijk bureau NVA Laan van Diepenvoorde 37-42 Weltevreden 4c, 3731 AL De Bilt 5582 LA WAALRE Tel. 030-2299800 www.nva-nb.nl website: http://www.autisme.nl e-mail: [email protected] 19

3.4

Fietsenstalling

Kinderen die wat verder van school wonen kunnen met de fiets naar school komen. De school is niet aansprakelijk voor diefstal of beschadiging aan de fietsen. Zorgt u ervoor dat de fiets op slot gedaan kan worden. De fietssleutel kan in bewaring worden gegeven bij de leraar. De fietsen horen in de rekken geplaatst te worden. Links staan de fietsen met dikke banden, rechts de fietsen met de dunnere banden. De fiets moet op slot staan. De fietsenstalling wordt niet gebruikt als speelruimte. Op de speelplaats en op de stoep rond de school mag niet gefietst worden. 3.5

Gevonden voorwerpen

Jaarlijks wordt er een groot aantal kleren, schoenen, tassen enz. op school achtergelaten. Deze voorwerpen worden bij de conciërge gebracht. Wie iets mist, kan bij de conciërge gaan vragen of er iets gevonden is. Er is ook een box met gevonden kleding. Deze staat bij de kleedkamer van de gymzaal. Aan het einde van het schooljaar ruimen wij alle gevonden voorwerpen op. 3.6

Hoofdluis

Hoofdluis komt regelmatig voor. Hiervoor is wel een verklaring. In het vuur van het spel raken kinderen elkaar natuurlijk aan. Daardoor krijgt een hoofdluis de kans een andere gastheer of gastvrouw op te zoeken. Zo ontstaat verspreiding van de luizen met het gevolg dat actie nodig is om de luizen te bestrijden. We doen een beroep op u om elke week bij alle kinderen uit het gezin (tijdens een langere periode) de haren te kammen met een speciale “NISSKA-kam” met een verbandgaasje er omheen. Vooraf de haren bevochtigen met azijn. Het zou goed zijn als dit een heel gewone handeling werd bij de hygiënische verzorging van uw kinderen. Geen giftige bestrijdingsmiddelen, maar heel eenvoudig stofkammen. Alle leerlingen bergen hun jas op in de garderobekasten om zo het overlopen van hoofdluizen tegen te gaan. Luizencontrole We streven ernaar om na elke vakantie een luizencontrole uit te voeren in de groepen. Bij constatering van hoofdluis wordt u direct op de hoogte gesteld en moet het kind zo snel mogelijk (diezelfde dag) behandeld worden voordat het weer op school mag komen. Dit om verdere verspreiding te voorkomen. Bij constatering van neten krijgt het kind een folder over hoofdluis van de GGD en een briefje mee naar huis. Ook bij neten moet het kind behandeld worden. Wanneer er in een klas hoofdluis geconstateerd is, ontvangt u een brief om zelf uw kind thuis ook extra te controleren, of het staat in de nieuwsbrief. 3.7

Huishoudelijke regels en pleinregels

Huishoudelijke regels     

Onder schooltijd loopt iedereen die het klaslokaal verlaat rustig en zachtjes pratend in de gang. Bij het naar binnen en buiten gaan loopt iedereen rustig door de gangen zonder te dringen en te schreeuwen. In de pauze gaan de meeste kinderen naar buiten. Sommige kinderen blijven onder toezicht binnen. Als de bel gaat wachten de kinderen op de afgesproken plek op de leerkracht en gaan daarna met hun eigen groep naar binnen. Jassen, tassen en petten worden in de garderobekasten gestopt. 20

 

 

 

 

Iedereen werkt er aan mee dat onze school er netjes uitziet. De oudere kinderen onderhouden het plein op toerbeurt in kleine groepen van 2 kinderen, maximaal 15 minuten per dag. Elke dag zijn er 2 kinderen die het schoolplein rondlopen en met een prikker en bezem het schoolplein netjes maken. Een keer in het kwartaal vindt er een grote schoonmaak plaats. Ruw taalgebruik, scheldwoorden zijn niet toegestaan. Hier wordt streng op toegezien. Ouders worden, indien zich grensoverschrijdend gedrag voordoet schriftelijk geïnformeerd en dienen de brief ondertekend mee terug te geven. Er zijn op school afspraken over het gebruik van internet en computer. Deze zijn opgenomen in de klassenmap. Als we via ouder of kind geattendeerd worden op vervelend what’s app, Facebook, etc. contact vanuit de computer thuis of vanuit een mobiele teleffon, worden de ouders van betrokken kinderen hier over geïnformeerd. Spullen van leerlingen zijn niet verzekerd tegen diefstal. Waardevolle spullen worden niet vergoed als ze stuk gaan of kwijtraken. Telefoons en andere kostbaarheden worden ’s morgens ingeleverd bij de leerkracht. Die bewaart ze in een afgesloten kast. Voor of na schooltijd mogen kinderen eventueel hun ouders bellen om aan te geven dat ze veilig op school zijn aangekomen. Daarna worden de telefoons ingeleverd bij de leerkracht. Geld mag in principe niet worden meegenomen naar school. Is het toch noodzakelijk om geld mee te nemen dan wordt het aan de groepsleerkracht in bewaring gegeven. In verband met de veiligheid en om verzekeringtechnische redenen is er in de MR besloten dat er bij ons niet geskate en gewaveboard mag worden.

21

Pleinregels 1.

Bij alles wat je wil doen……..STOP – DENK – DOE.

Samen spelen is leuk, en we doen ons best dat zo te houden. (wat jij niet leuk vindt doe dat ook niet bij een ander) 3

Het plein is van iedereen dus zorgen we ervoor dat een ander geen last heeft van jouw spel.

4

Je bent zuinig op alle (sport)materialen en je gebruikt ze op de manier waarvoor ze bedoeld zijn.

5

Heb je ruzie, los dat dan met z’n tweeën op in de daarvoor bestemde “gele cirkels” (denk aan de GELE pet)

6

Een vies plein is niet leuk om op te spelen daarom houden we ons plein schoon.

7

Je mag alleen rennen op het schoolplein.

8

Je mag pas buiten de grenzen van het plein komen als je het hebt gevraagd aan de pleinwacht. (Grenzen zijn de rode stippellijnen op de stoep.)

9

Je mag naar binnen (toilet etc.) als je dat hebt gevraagd aan de pleinwacht.

10

We mogen verschillende sporten spelen tijdens de pauze. a. Voetbal volgens het rooster (denk aan de spelregels). b. Basketbal (je mag elkaar niet aanraken). c. Stoeprandje (winnaar blijft staan, 2x winnen kampioen = stop). d. Tafeltennis onderling afspreken. e. Klimmen en klauteren mag altijd, help elkaar om zo ver mogelijk te komen. Zorg ervoor dat je anderen niet hindert. Je luistert naar de pleinwacht, je gaat zitten op een bankje als: a. je kinderen pest, b. je opzettelijk anderen gaat vervelen, c. je ruw taalgebruik, scheldwoorden gebruikt, d. je je niet houdt aan de pleinregels, e. je spullen die van iemand anders zijn hebt beschadigd.

11

22

3.8

Huiswerk

Soms komen ouders met de vraag of we ook huiswerk geven. Onder huiswerk wordt dan meestal verstaan het maken van opdrachten en oefenen/automatiseren en leren van bijvoorbeeld tafels of woorden. De achterliggende gedachte is: oefening baart kunst. Helaas is dat niet altijd het geval. Het kan een van de redenen zijn waarom het kind op onze school is geplaatst. Vaak moeten we andere wegen bewandelen om kinderen verder te helpen. Dat kunnen andere oefeningen zijn of het leren omgaan met dit probleem door bijvoorbeeld gebruik te leren maken van tafelkaarten of woordenlijsten. Vermeden moet worden dat leerlingen die de hele dag op school hun best hebben gedaan belast worden met extra werk omwille van een specifiek probleem. Huiswerk werkt dan demotiverend waardoor het spanning en een averechts effect oplevert. Huiswerk kan in bepaalde gevallen zinvol zijn. Het zal voor leerlingen, ouders en leraren duidelijk moeten zijn wat de bedoeling en verwachtingen mogen zijn. Wij vinden dat huiswerk in ieder geval meer is dan alleen geheugen oefeningen en herhaling van leerstof. Enkele interessante en effectieve mogelijkheden zijn b.v.:  Voorbereiden van een spreekbeurt; zoeken van projectmateriaal en daar over praten en lezen.  Praten over onderwerpen van school.  Samen een boek lezen.  Een bezoek brengen aan een museum, boerderij, bibliotheek.  Sportief bezig zijn: wandelen, rennen, voetballen, vissen…….. Kortom: zinvol huiswerk genoeg. 3.9

Kampen

Een aantal leerlingen gaat dit schooljaar op kamp naar Giethoorn. Deze vindt plaats in september, week 37. De kinderen leren elkaar op deze wijze beter kennen. Andere groepen maken kennis met elkaar op een kennismakingsdag. Nadere informatie hierover volgt nog. 3.10

Overblijven

(Eten en drinken op school)

Alle kinderen blijven in de middagpauze op school. In de groep wordt gezamenlijk gegeten. De school schenkt thee tijdens de lunchpauze. In verband met het continurooster zijn hier geen kosten aan verbonden. De kosten voor de thee worden betaald uit de vrijwilige ouderbijdrage. Eten: We gaan er vanuit dat elk kind ’s ochtends ontbijt, daarnaast neemt elk kind zijn/haar brood mee in een broodtrommel. Wilt u niet meer brood meegeven dan uw kind in het algemeen op kan? Wij gaan er van uit dat de kinderen moeten opeten wat ze meenemen. Drinken: De kinderen mogen uiteraard ook drinken mee naar school brengen. De school houdt zich echter strikt aan de volgende voorwaarden: Een kind neemt bij voorkeur een goed afgesloten beker mee naar school. Een pakje of plastic flesje is ook mogelijk maar gezien de hoeveelheid afval die dat met zich meebrengt gaat onze voorkeur daar niet naar uit. De drank mag niet koolzuurhoudend zijn. Blikjes en glazen flesjes zijn niet toegestaan. Dit in verband met snijdgevaar bij het openen. De meegenomen drank wordt bij binnenkomst met het brood in de klas gezet. Kinderen mogen op meerdere momenten drinken. 23

Dat wordt in de klas afgesproken. Snoepen: We begrijpen dat ouders vanwege de lange dag hun kind een snoepje mee willen geven. Daar hebben wij op zich geen bezwaar tegen als het maar in minimale hoeveelheden blijft. In de kleine pauze eten de kinderen fruit , brood of een gezond tussendoortje. (hoewel échte gezonde tussendoortjes niet bestaan). Verder hanteren we de afspraak: eerst de boterhammen en het fruit opeten. Repen chocolade, marsen, zakken chips, grote koeken e.d. zullen we niet toestaan. Op de speelplaats wordt door niemand gesnoept. Wel mag daar het meegenomen fruit worden genuttigd. Kauwgom is verboden. Tanden poetsen: Uw kind mag in de middagpauze de tanden poetsen. In overleg met de leerkracht geeft u de spullen daarvoor mee naar school waar ze kunnen blijven. Spel: Tijdens de middagpauze spelen de kinderen een kwartier, voor de eerlijke verdeling is er een spelrooster gemaakt. 3.11

Protocol bij conflicten

Zowel team als medezeggenschapsraad heeft een protocol onderschreven, waarin is vastgelegd hoe de Jan Nieuwenhuizenschool optreedt bij grote conflicten tussen leerlingen onderling of tussen leerkracht en leerling. 3.12

Pestprotocol

Scholen worden bij wet verplicht om op effectieve wijze pesten tegen te gaan. De gepeste leerling/ ouders kunnen terecht bij  De leerkracht. Deze kan het pesten in de klas aanpakken, mediation organiseren tussen leerlingen en kan met ouders in gesprek gaan.  De schoolleider. Deze kan bemiddelen tussen betrokkenen, kan doorverwijzen naar bijv. schoolarts, schoolpsycholoog, gemeente of politie.  Het schoolbestuur. Deze kan de pester schorsen, verwijderen.  Landelijke klachtencommissie. Geeft het schoolbestuur advies over de klacht.  Inspectie. Kan onderzoek doen naar sociale veiligheid op school, houdt toezicht op sociale veiligheid op school, kan vertrouwensinspecteur inschakelen bij ernstige klachten, zoals seksuele intimidatie, lichamelijk geweld of grove pesterijen.  Kinderombudsman. Deze spreekt de verantwoordelijken aan, zoals schoolleider, schoolbestuur of inspectie. De school moet binnen 4 weken aangeven wat zij met het advies gaat doen. www.kinderombudsman.nl.

24

3.13

Schoolbibliotheek

De Bibliotheek Eindhoven wil graag dat alle basisschoolleerlingen gebruik maken van de mogelijkheden van de bibliotheek. Alle leerlingen krijgen een gratis abonnement via de school. De JNS kent een structurele samenwerking met de Bibliotheek Eindhoven. Samen hebben wij een “bieb” ingericht, waarin de kinderen op een aantrekkelijke wijze boeken kunnen lenen. Dit zijn zowel leesboeken als informatieve boeken. De boeken zijn ingedeeld op leesniveau. De boeken worden vanuit de samenwerking geactualiseerd. Daarnaast starten we dit jaar met een onderdeel van de Eindhovense Bibliotheek, waarbij het mogelijk wordt dat de kinderen ook boeken kunnen lenen voor thuis. Zij krijgen via de school een bibliotheekpas en krijgen 2 x per week de gelegenheid boeken in te leveren en weer te lenen. 3.14

Schoolfestiviteiten

Vieringen Via de nieuwsbrief wordt hier melding van gemaakt. Door het jaar heen kent het schoolleven nogal wat festiviteiten en evenementen:  kamp  kennismakingsdag  sinterklaasfeest  kerstviering  carnaval  sponsorloop In overleg met de leerkrachten worden de vieringen met of zonder aanwezigheid van de ouders gevierd. 25

U wordt hierover ingelicht via de nieuwsbrief. Het Sinterklaasfeest valt dit schooljaar op vrijdag 5 december. Een feest voor klein en groot. Wij vieren dit feest in besloten kring. Het carnavalsfeest vindt plaats op donderdag 12 februari 2015. Indien uw kind om principiële redenen niet aan het carnvalsfeest mag deelnemen, dan hebben wij een alternatief programma beschikbaar. Eenmaal per jaar gaan alle groepen in het kader van kunstzinnige en culturele vorming naar een toneel, muziek- of dansvoorstelling in een schouwburg of wordt een theatervoorstelling op school gespeeld. Uiteraard is er ook aandacht voor de wat kleinschaliger festiviteiten, zoals de verjaardag van uw kind. Daar wordt aandacht aan besteed in de vorm van zingen voor de jarige, felicitaties en dergelijke. Wij begrijpen dat een jarige graag wil trakteren. Prima, maar houdt u het bij iets kleins, liefst ook iets gezonds en geeft u de leerkracht hetzelfde als de kinderen. Voor kinderen met een allergie is het handig om in de klas een alternatieve traktatie te bewaren. 3.15

Schoolplan

De medezeggenschapsraad heeft ingestemd met de inhoud van het schoolplan. Na vaststelling door het bevoegd gezag wordt het schoolplan aan alle ouders van de school uitgereikt. Ook wanneer ouders hun kind(eren) voor het eerst bij ons op school aanmelden (bij het informatiegesprek en/of inschrijving) krijgen zij het schoolplan. 3.16 Schooltijden De lessen vangen aan om 08.45 uur. De deuren van de school zijn vanaf 08.30 uur geopend, enkele leerlingen mogen indien noodzakelijk eerder naar binnen. Pauze is er vanaf 10.00 tot 10.15 uur en van 12.00 uur tot 12.30 uur. Tussen de middag wordt er eerst gegeten in de groep, daarna gaan de kinderen 15 minuten naar buiten. De eindtijd is op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag om 14.45 uur en op woensdag om 12.30 uur. Raadpleeg voor andere vrije dagen de schoolkalender. Wilt u de begin- en eindtijden doorgeven aan taxibedrijven e.d., die de kinderen vervoeren? 3.17 Schoolverlaters In de eerste maanden van dit schooljaar wordt bepaald wie dit jaar schoolverlater wordt en wie nog niet. Een leerling is schoolverlater wanneer hij tenminste 5 jaar onderwijs heeft gehad vanaf groep 3 (didactische leeftijd van 60 maanden). Voor een aantal kinderen is het beter om nog een jaar langer in het speciaal basisonderwijs te blijven om nog beter voorbereid te worden op de overgang naar het voortgezet onderwijs. De Jan Nieuwenhuizenschool heeft dan als uitgangspunt dat zij de leerlingen die nog 1 jaar extra blijven voldoende didactische uitdaging en sociaal emotionele groei kan bieden. Dit wordt altijd in overleg met ouders en school gedaan. Soms is dat nog een voorlopige afspraak tussen ouders en de leraar omdat het nog niet helemaal duidelijk is of een kind aan voortgezet onderwijs toe is. Dit kind doet dan wel mee aan de eindonderzoeken waarbij de intelligentie, de didactische ontwikkeling en in een aantal gevallen ook de sociaal emotionele ontwikkeling in kaart zal worden gebracht. Onze school kiest voor een intelligentieonderzoek als vervanger voor de eind-CITO, die de meeste reguliere scholen afnemen. In de loop van de maand november worden er CITO toetsen uit ons leerlingvolgsysteem afgenomen bij de (mogelijke) schoolverlaters.

26

Naar aanleiding van de gegevens uit het intelligentieonderzoek, didactische toetsen en eventueel sociaal emotionele vragenlijsten, aangevuld met de gegevens en ervaringen van leraren en directie, krijgen de ouders en leerlingen in januari een adviesgesprek waarin besproken zal worden welke schoolkeuze volgens de school het beste aansluit bij de mogelijkheden en behoeften van de leerling. Dit advies kan inhouden:  een verwijzing naar het (reguliere) voortgezet onderwijs,  een verwijzing naar het voortgezet onderwijs met leerwegondersteuning (LWOO),  een verwijzing naar het praktijkonderwijs,  een verwijzing naar een regionaal expertise centrum, een REC-school,  schoolverlating nog een jaar uitstellen. De uiteindelijke keuze wordt in overleg met de ouders bepaald. Soms is het verstandig om uw kind al in een vroeg stadium (begin september) aan te melden. U krijgt dit tijdig te horen, indien nodig. N.B.: ouders dienen hun kind zelf aan te melden. Op 2 september 2014 zal er, naast de algemene informatie avond, ook informatie zijn over het Voortgezet onderwijs en het traject dat de school doorloopt. Zo wordt u op de hoogte gebracht van de procedure en de mogelijkheden. 3.18

Schorsing en verwijderingsprocedure

Als een leerling of een ouder in of om de school de gedragsregels van de school ernstig overtreedt of als er sprake is van gedrag dat de veiligheid van de leerlingen, de ouders en/of het personeel van de school in gevaar brengt, maken wij dit gedrag direct bespreekbaar. Het gedrag kan in sommige gevallen aanleiding zijn voor het College van Bestuur om de leerling te schorsen of, in het ergste geval, te verwijderen van de school. Bij een schorsing wordt de toegang tot de school tijdelijk ontzegd. Bij een verwijdering wordt de leerling de toegang tot de school definitief ontzegd. Bij de uitvoering van deze maatregelen, volgen SALTO-scholen een schorsings- en verwijderingsprocedure. Deze procedure kunt u inzien op school en op de website van SALTO. Algemene informatie over schorsen en verwijderen kunt u vinden op de website van de onderwijsinspectie: www.onderwijsinspectie.nl. 3.19 Speelgoed Wij begrijpen, dat kinderen het vaak leuk vinden om nieuw en interessant speelgoed mee te nemen naar school. Toch willen wij u vragen dit zo weinig mogelijk te doen. De leerkracht spreekt met de kinderen af wanneer het mag. 3.20 Spelen bij elkaar Als uw kind na schooltijd bij een ander kind mag gaan spelen en direct na schooltijd daar naar toe wil gaan, verzoeken wij u vriendelijk dit van te voren goed te regelen met name wat betreft het taxivervoer. Hier hebben wij vaste afspraken mee. Alleen in bijzondere gevallen mogen de kinderen de schooltelefoon gebruiken om hun ouders te bellen. 3.21

Taxi-bedrijven

Connexxion Best Tax

040-215 50 20 [email protected] 0499-47 47 47 27

Jansen taxi Bergerhof Cibatax van Gerwen

040-283 83 83 0492-66 22 60 040-244 33 33 [email protected] 0499-331000

Afspraken met kinderen in taxi of busje: Omdat de taxi chauffeur goed op het verkeer moet letten en als taak heeft jullie veilig naar huis te brengen, hebben we een aantal afspraken gemaakt. 1.

De chauffeur geeft iedereen een vaste zitplaats. Deze wordt alleen veranderd in overleg met de chauffeur of de leerkracht. 2. Je bent beleefd naar de taxi chauffeur en je luistert naar de aanwijzingen. 3. Zodra je aankomt bij het busje ga je zitten en doe je de veiligheidsgordel verplicht om. Je mag alleen uit het busje na toestemming van de chauffeur. 4. Eten, drinken, snoepen doe je thuis en niet in de taxi. 5. Ramen en deuren openen alleen na toestemming van de taxi chauffeur. 6. Je bent vriendelijk tegen andere kinderen in het busje, ben je boos dan zeg je niets. 7. Als je regelmatig grof taalgebruik en/of pestgedrag vertoond, bestaat het risico dat je voor een periode niet meer met de taxi mee mag. 8. Je blijft van andere kinderen af. 9. Heb je een probleempje, dan zeg je eerst duidelijk: “stop, hou op!” 10. Als je ’s morgens een ruzie of conflict hebt dan geef je dat altijd door aan de leerkracht. Als het ’s middags is geef je het door aan je ouders. De TAXI chauffeurs mogen pas vanaf 08:30 uur de kinderen op school brengen. Ze rijden weer weg vanaf 14:50 uur. Probeer zo snel mogelijk naar de TAXI te gaan.

28

3.22 Urenberekening URENBEREKENING 2014 –2015 Het ministerie heeft een nieuwe urenregeling ingevoerd. In een periode van 8 jaren moet er minimaal 7520 uur onderwijs worden gegeven.Dit betekent gemiddeld 940 uur per schooljaar. Wij hanteren dit 940 uren model. Aantal uren lesgebonden per week Aantal uren per jaar Verplicht aantal uren per jaar Vakanties Roostervrije dagen Studiedagen Totaal

25,75 uur 1344,50 uur 940 uur 356,75 25,25 13 395

uur uur uur uur

1344,50-395= 949,50 uur 3.23 Vakanties en vrije dagen 2014-2015 Vrije vrijdag Studiedag Herfstvakantie Kerstvakantie Studiedag Voorjaarsvakantie 2e Paasdag Studiedag Meivakantie Hemelvaart Vrije vrijdag 2e Pinksterdag Vrije vrijdag Vrije vrijdag Zomervakantie

12-09-2014 17-09-2014 20-10 t/m 26-10-2014 22-12 t/m 04-01-2015 04-02-2015 13-02 vanaf 12.00 uur t/m 27-02 06-04 16-04 27-04 t/m 08-05 14-05 15-05 25-05 19-06 17-07, aansluitend 20-07 t/m 28-08

Eerste schooldag: Laatste schooldag:

25 augustus 2014 16 juli 2015

3.24 Vervanging van leerkrachten bij afwezigheid of ziekte Salto beschikt over een vervangingsreserve, maar er kunnen toch momenten ontstaan waarop alle vervangers al ingezet zijn. Doet een dergelijke situatie zich voor, dan zullen wij gebruik moeten maken van de zogenaamde noodscenario's, zoals het verdelen van de kinderen over de andere groepen. In het uiterste geval krijgt u een melding van ons om uw kind thuis te houden. Dit laatste geldt zeer beslist in geval van uiterste nood en is in de afgelopen jaren gelukkig niet voorgekomen. 29

3.25 Verzuim en leerplicht , verlof In de leerplichtwet staat onder andere het volgende: “Zodra een leerplichtige leerling op drie achtereenvolgende dagen verzuimt of gedurende vier achtereenvolgende lesweken meer dan een-achtste van de lestijd verzuimt, moet de directeur van de school dat melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente”. Verlof buiten reguliere schoolvakanties Verlof buiten de reguliere vakanties dient aangevraagd te worden bij de directeur van de school met het daartoe bestemde verlofformulier. De directeur tekent deze aanvraag wel/niet voor akkoord. Ouders krijgen een kopie van het formulier. Er zijn vier omstandigheden waarvoor u verlof buiten de schoolvakanties kunt aanvragen: 1. Extra verlof in verband met religieuze verplichtingen 2. Vrijstelling wegens “andere gewichtige omstandigheden” 3. Toptalenten sport en cultuur 4. Vakantieverlof Extra verlof in verband met religieuze verplichtingen Wanneer een kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, bestaat er recht op verlof. Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Vrijstelling wegens “andere gewichtige omstandigheden” Andere gewichtige omstandigheden verwijzen naar uitzonderlijke persoonlijke omstandigheden waarvoor de leerling extra verlof nodig heeft. Hieronder vallen ook omstandigheden waarbij er sprake is van een medische of sociale indicatie. In deze gevallen is een verklaring van een (jeugd)arts van de GGD of een sociale instantie noodzakelijk. Enkele voorbeelden van gewichtige omstandigheden, die in aanmerking komen voor extra verlof en het daarbij behorende maximum aantal vrije dagen zijn: - huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad van het kind: maximaal 1 dag (buiten de woonplaats maximaal 2 dagen); - 12½- of 25-jarig huwelijksjubileum van ouders: maximaal 1 dag; - 12½-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van (groot)ouders: maximaal 1dag; - 25-, 40-, of 50-jarig ambtsjubileum van ouders of grootouders: maximaal 1 dag - ernstige ziekte van ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad van het kind: periode in overleg met directeur; - overlijden van bloed- of aanverwanten in de eerste graad: maximaal 4 dagen; - overlijden van bloed- of aanverwanten in de tweede graad: maximaal 2 dagen; - overlijden van bloed- of aanverwanten in de derde en vierde graad: maximaal 1 dag; - verhuizing: maximaal 1 dag; - een naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen met uitzondering van vakantieverlof. Toptalenten sport en cultuur Sport en cultuur nemen een belangrijke plaats in binnen onze maatschappij. Op hoog niveau presteren als toptalent op het gebied van sport of cultuur, valt soms moeilijk te combineren met school. Omdat wij geloven dat het belangrijk is, dat kinderen zich ook op andere terreinen ontwikkelen en wij talentontwikkeling willen bevorderen, wil onze school toptalenten hiervoor de ruimte bieden. Als een leerling voor minder dan tien dagen verlof nodig heeft, kunt u dit aanvragen (indien mogelijk aan het begin van het schooljaar) bij de directeur van de school. In het geval de aanvraag meer dan 10 dagen betreft, dient u deze in bij bureau Leerplicht van de gemeente 30

Eindhoven. Aanvragen kunnen alleen worden gedaan voor uitzonderlijke talenten. Dit zijn kinderen die op het hoogste (inter)nationale niveau presteren en, ingeval van topsport, een status hebben gekregen via hun sportbond of NOC*NSF of als toptalent benoemd zijn en bekend zijn bij het Olympisch Netwerk. Voor cultuurtalenten geldt dat een jongere op het hoogste niveau moet presteren bij een niet commercieel optreden, zoals: muziekconcoursen, filmopnames, toneelvoorstellingen en dergelijke. In de aanvraag wordt de noodzaak van deelname aan trainingen en wedstrijden/concoursen aangetoond en worden de momenten en/of data van afwezigheid vermeld. Bij de aanvraag levert u ook kopieën aan van inschrijvingen, aanmeldingen, de toegekende status, etc. om de noodzaak tot deelname te verduidelijken. Bij cultuurtalenten kan contact worden opgenomen met de Arbeidsinspectie om tot een gezamenlijk standpunt te komen. In alle gevallen zal de school in overleg met ouders en/of leerling een inhaalprogramma opstellen, waarin wordt beschreven hoe de leerling de lesstof van de gemiste lessen gaat inhalen. Uitgangspunt dient te zijn dat de leerling noch op cognitief, noch op sociaal-emotioneel terrein achter gaat lopen. De school heeft het recht om een vrijstelling in te trekken wanneer de schoolprestaties achteruitgaan of wanneer blijkt dat de leerling op sociaal-emotioneel gebied problemen krijgt. Wanneer de leerling zich niet houdt aan het plan van aanpak, doet de school melding van ongeoorloofd verzuim en neemt de leerplichtconsulent de verzuimmelding in behandeling. Vakantieverlof Als ouders vanwege hun werk alleen buiten de schoolvakanties op vakantie kunnen, is het mogelijk om voor hun kind vakantieverlof aan te vragen. Hieraan zijn enkele voorwaarden verbonden: - de aard van het beroep van een van de ouders (horeca en aanverwante bedrijven); - onoverkomelijke bedrijfseconomische belangen (bewijslast bij ouders /verzorgers); - eenmaal per schooljaar maximaal 10 schooldagen; - niet gedurende eerste twee lesweken van schooljaar. Bij het indienen van de aanvraag kunt u een verklaring bijvoegen waaruit de noodzaak van het vakantieverlof blijkt. Als de noodzaak tot vakantieverlof niet uit de aanvraag blijkt, wordt het verlof niet toegekend. Het is daarom raadzaam het aanvraagformulier geruime tijd (twee maanden) van tevoren in te dienen. Dit biedt u de mogelijkheid om een beroep- of bezwaarschrift in te dienen bij afwijzing van de aanvraag. Een bezwaar of beroep kunt u indienen volgens de klachtenregeling die elders in de schoolgids is opgenomen.

3.26

Video-opnamen in de school

De school beschikt over bevoegd personeel om video-opnamen te maken van klassensituaties. We proberen door analyse van de beelden de interactie tussen leraar en kind te verbeteren en daardoor de kwaliteit van ons onderwijs te verhogen. Kijkt u dus niet vreemd op als u ziet of hoort dat er opnamen worden gemaakt. Alle opnamen wordt strikt intern bekeken en besproken.

31

3.27

Vreedzame school

Op de JNS werken we met “de Vreedzame School”, een methode voor sociaal emotionele ontwikkeling. De Vreedzame School stelt de leerlingen in staat te leren op een andere manier met conflicten om te gaan; leerlingen meer verantwoordelijk maken, een stem geven, op eigen benen zetten; de klas en school tot een democratische gemeenschap maken, waarin iedereen zich betrokken en verantwoordelijk voelt. De plaats die de Vreedzame School inneemt in onze school vindt u terug in het schoolplan. 3.28

Website / Internet

Onze school heeft een website: www.sbo-jns.nl. Hierop vindt u de zo compleet mogelijke informatie over onze school. Mocht u hierover opmerkingen hebben dan horen we ze graag. Verder wordt er door een aantal groepen ook gebruik gemaakt van het internet en/of e-mail. De groepsleerkracht maakt aan het begin van het schooljaar duidelijke afspraken met de kinderen over het gebruik hiervan. 3.29

Ziekte / Ongeval

Als uw kind niet of later naar school komt, bijvoorbeeld wegens ziekte of een bezoek aan de tandarts, dokter, enzovoort, wilt u dit dan zo vroeg mogelijk nog dezelfde dag telefonisch aan ons doorgeven? Als uw kind langer ziek is of als het er naar uitziet dat hij/zij langere tijd de school niet zal kunnen bezoeken, kunt u contact opnemen met de groepsleerkracht om bepaalde afspraken te maken om bijvoorbeeld thuis een gedeelte van het werk te maken. Ook wat betreft andere “medische feiten” is het belangrijk dat de school op de hoogte is. Denkt u daarbij bijvoorbeeld aan: allergieën, medicijngebruik, veelvuldig toiletgebruik, etc. Vermeldt u dit bij de inschrijving of op het moment dat zich het een en ander openbaart. Als uw kind onder schooltijd ziek wordt, zullen wij altijd proberen u thuis of op het werk te bereiken. Zorgt u er dus voor dat we altijd uw actuele telefoonnummer(s) bezitten. Ook is het handig een extra telefoonnummer door te geven voor het geval u niet te bereiken bent. Als er op school een ongeluk met uw kind mocht gebeuren, nemen we contact met u op of we gaan zelf met uw kind naar de huisarts of Eerste Hulp van het ziekenhuis. Bij de aanmelding van uw kind wordt u gevraagd de gegevens van uw huisarts door te geven; geeft u veranderingen s.v.p. door aan de administratie. Samenvattend: Ziekmeldingen: telefonisch elke dag Ons telefoonnummer is 040-2516155.

tussen 08.15 en 08.45 uur .

Wilt u het bellen met de groepsleerkrachten zoveel mogelijk plannen in de pauzes of bij voorkeur na schooltijd?

32

4

OUDERS EN SCHOOL

4.1

Het bevoegd gezag

Onze school valt onder het bevoegd gezag van de Stichting Algemeen Toegankelijk Onderwijs Eindhoven (SALTO) Met 22 basisscholen en 2 scholen voor speciaal basisonderwijs is Salto een grote speler in het Eindhovens onderwijsveld. Formeel staat Salto voor Stichting Algemeen Toegankelijk Onderwijs, maar officieus voor: Samen Actief Leren Talenten Ontwikkelen. Dát is waar wij voor staan: kinderen stimuleren en gelijke kansen bieden om zich te ontplooien, ongeacht hun achtergrond, geslacht of geloof. Meer informatie vindt u op de webpagina van Salto (www.salto-eindhoven.nl). Adres: Odysseuslaan 2, 5631 JM Eindhoven E-mail: [email protected] Telefoon: 040-260 67 10 Fax: 040-243 49 39 4.2 Klachtenprocedure Als u een probleem, kritische opmerking of klacht heeft over zaken die de school betreffen, vragen wij u vriendelijk dit kenbaar te maken. We gaan ervan uit dat de meeste zaken in onderling overleg met de persoon in kwestie en/of de directeur van de school opgelost kunnen worden. In sommige gevallen kan het voorkomen dat we er op school niet uitkomen. U kunt dan gebruik maken van de klachtenregeling van SALTO. In geval van (een vermoeden van) een misstand, kunt u gebruik maken van de regeling “Omgaan met het vermoeden van een misstand”. Beide regelingen liggen ter inzage op school en kunt u vinden op de website van SALTO. De procedure voor het indienden van een klacht of het melden van een misstand bij SALTO is als volgt bondig samen te vatten: u meldt uw klacht of het vermoeden van een misstand bij de ambtelijk secretaris klachten van SALTO. De ambtelijk secretaris klachten zal eerst nagaan of u geprobeerd heeft het probleem op schoolniveau op te lossen of dat het (een vermoeden van) een misstand betreft. Vervolgens verwijst de ambtelijk secretaris klachten u door naar het juiste orgaan voor verdere behandeling van uw klacht of uw vermoeden. Als deze stap u, na behandeling van uw klacht, geen oplossing biedt, kunt u contact opnemen met de onafhankelijke landelijke klachtencommissie Stichting Onderwijsgeschillen. Op de website www.onderwijsgeschillen.nl vindt u hierover meer informatie. Hieronder staat een schematische weergave van de klachtenregeling van SALTO. Als u vragen heeft over deze regelingen of als u advies wenst over stappen die u kunt zetten in het kader van uw klacht of uw vermoeden, dan kunt u zich wenden tot de schoolcontactpersoon. Aard van de klacht

Onderwijsinhoudelijk Bijvoorbeeld: - methodes - werkwijze in de klas - overgaan/ doubleren

Schoolorganisatie Bijvoorbeeld: - vakanties/ vrije dagen - ouderbijdrage - schoolgebouw

Rechtspositioneel Besluit Bijvoorbeeld: - opzegging contract -disciplinaire maatregel

Ongewenst gedrag Bijvoorbeeld: - pesten - discriminatie, racisme - agressie, geweld - seksuele intimidatie

Misstand Bijvoorbeeld: - strafbaar feit - grove schending beleidsregels -dreigend gevaar

Stap 1 Oplossen op schoolniveau

33

a. Bespreken met personeelslid b. Bespreken met directeur van de school U kunt in deze fase ook de schoolcontactpersoon inschakelen

Stap 2 Oplossen op bestuursniveau 1. Contact opnemen met ambtelijk secretaris klachten van SALTO 2. U wordt doorverwezen naar juiste orgaan voor uw klacht

College van Bestuur Organisatorische/ Onderwijsinhoudelijke klachten/ Bezwaar tegen besluit. - Onderzoek naar toedracht en omstandigheden - Beslissing over klacht/bezwaar

Externe vertrouwenspersoon Ongewenst gedrag/ Vermoeden van een misstand. - Mediation tussen school en klager - Begeleiding klachtenprocedure - Begeleiding melding politie/ justitie

Andere organen Raad van Toezicht/ Politie/ Justitie/ Vertrouwensinspecteur/ etc.

Geen oplossing Neem contact op met de Landelijke Klachtencommissie* of met de Commissie van Beroep1 1

Het staat eenieder vrij rechtstreeks contact op te nemen met de Landelijke Klachtencommissie of met de Commissie van Beroep. De ervaring leert echter dat men in de regel pas een klacht in behandeling neemt, nadat de interne procedure is verlopen.

Schoolcontactpersonen: De schoolcontactpersoon kan u op schoolniveau helpen bij het oplossen van uw klacht. Als een klacht ondanks alle inspanningen naar uw mening niet opgelost is op schoolniveau, kan de schoolcontactpersoon u begeleiden en adviseren bij het indienen van de klacht op bestuursniveau. Op onze school zijn dit: Pol Goethals [email protected] Rita van Vegchel [email protected] Ambtelijk secretaris klachten van SALTO Als uw klacht is besproken op school en u niet tot een goede oplossing bent gekomen, kunt u uw klacht indienen op bestuursniveau. Deze dient u schriftelijk in bij de ambtelijk secretaris klachten van SALTO. Uw klaagschrift bevat tenminste: uw naam en adres, de naam van degene tegen wie de klacht is gericht, een omschrijving van de klacht en de feiten en omstandigheden zoals deze zich volgens u hebben voorgedaan, de datum en uw handtekening. SALTO t.a.v. Mevrouw M.R.A. Troost, ambtelijk secretaris klachten Odysseuslaan 2 5631 JM Eindhoven 040-2606710

34

Externe vertrouwenspersonen U wordt door de ambtelijk secretaris klachten van SALTO verwezen naar de externe vertrouwenspersonen indien uw klacht ongewenst gedrag of het vermoeden van een misstand betreft. Tevens wordt de externe vertrouwenspersoon ingeschakeld indien u uw naam niet kenbaar wilt maken bij het College van Bestuur. De vertrouwenspersoon kan in dit geval namens u spreken. U dient wel uw naam en adres aan de vertrouwenspersoon kenbaar te maken. Anoniem melden is niet mogelijk. Bij ernstige zaken, kunt u rechtstreeks contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon. De heer A.B.J. Lubbers Praktijkadres: Snoekstraat 6 5615 SZ Eindhoven Tel. 040-2573767 e.mail: [email protected]

De heer A. Van der Meijden De Kuil 36 5527 AA Hapert Tel. 0497-387534 / 06-54308753 e.mail: [email protected]

Vertrouwensinspecteur De vertrouwensinspecteurs van de inspectie van het onderwijs kunt u raadplegen bij seksuele intimidatie, seksueel misbruik, psychisch en/of fysiek geweld, discriminatie en radicalisering. Zij zijn alle werkdagen tijdens kantooruren (08.00-17.00 uur) bereikbaar op het nummer: 0900 1113111 (lokaal tarief). Stichting Onderwijsgeschillen Stichting Onderwijsgeschillen is een onafhankelijk, landelijk orgaan waar u uw klacht rechtstreeks of nadat deze op bestuursniveau is behandeld, kunt indienen. Stichting Onderwijsgeschillen heeft verschillende geschillencommissies, zoals de Landelijke Klachtencommissie (LKC) en de Commissie van Beroep, waardoor deze aangeschreven kan worden in geval het een klacht of een beroep betreft. Als u bij de Stichting Onderwijsgeschillen uw klacht indient, is hierop het reglement van de Stichting Onderwijsgeschillen van toepassing. Deze is te vinden op de website: www.onderwijsgeschillen.nl Stichting Onderwijsgeschillen Gebouw "Woudstede" Zwarte Woud 2 Postbus 85191 3508 AD Utrecht Tel: 030 2809590 Fax: 030 2809591 E-mail: [email protected] 4.3

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Sinds 1 januari 2011 zijn organisaties en zelfstandige medewerkers in de gezondheidszorg, onderwijs, kinderopvang, maatschappelijke ondersteuning, jeugdzorg, justitie en politie verplicht om op basis van de wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Daaronder is ook begrepen seksueel geweld, vrouwelijke genitale verminking (ook wel vrouwenbesnijdenis genoemd) en eergerelateerd geweld. Ook onze school zal melding maken van eerder genoemde delicten, zodra deze zich voordoen. Wanneer er zorgen zijn dan worden deze met u als ouder gedeeld alvorens er stappen worden gezet. De meldcode kunt u wanneer u dit wenst op school inzien.

35

4.4

Medezeggenschap

Algemeen: Iedere school kent een medezeggenschapsraad (MR) waarin ouders en personeel alle belangrijke aangelegenheden van de school kunnen bespreken. Het bestuur hecht grote waarde aan een goed functionerende raad, omdat daardoor een breed draagvlak kan ontstaan voor alle besluiten die het bestuur en/of de school moet nemen. Belangrijke besluiten van het bestuur behoeven de instemming van deze raad, bijvoorbeeld het schoolplan, het zorgplan, alle regels op het gebied van veiligheid en gezondheid, het beleid met betrekking tot het verrichten door ouders van ondersteunende werkzaamheden. Bij andere besluiten moet het bestuur de raad om advies vragen, zoals bij het besteden van de middelen die de school ontvangt, het deelnemen aan onderwijskundige experimenten, de taakverdeling op school, de vakantieregeling, het toelatingsbeleid, enz. De raad werkt volgens een vastgesteld reglement, dat voor ieder (via de school) beschikbaar kan worden gesteld. Regelmatig vinden verkiezingen plaats voor de raad. De vergaderingen van de raad zijn openbaar en de verslagen voor iedereen ter inzage. De directeur van de school voert namens het bevoegd gezag de besprekingen met de raad. De medezeggenschapsraad op onze school bestaat uit 4 ouders en 4 leerkrachten en de directeur als adviseur. De agenda van de MR-vergaderingen en de vastgestelde verslaggeving staan op de schoolwebsite. In de nieuwsbrief komen de vergaderdata te staan. Starttijd is 19.00 uur. In onze MR zitten momenteel: Leon Dormans ouderlid Ad van Dijck ouderlid Vacature ouderlid Dolly Moonen teamlid Marjan de Putter teamlid Elke Wichers teamlid De vergaderdata van de MR zijn terug te vinden in de schoolkalender. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) Alle zaken die van gemeenschappelijk belang zijn voor de scholen die vallen onder het bestuur van Salto worden besproken in een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Iedere afzonderlijke medezeggenschapsraad wijst één van zijn leden aan om zitting te nemen in deze GMR. Deze raad bestaat voor 50% uit ouders en voor 50% uit personeelsleden. Onze school wordt dit schooljaar vertegenwoordigd door Mirjam Bezemer. De GMR is een klankbord voor het Stafbureau en het bestuur van de Salto (beleids)veranderingen moeten volgens wettelijke regelingen ter instemming voorgelegd worden aan de GMR. Bij andere onderwerpen kan de GMR gevraagd of ongevraagd advies uitbrengen. De GMR wordt aangestuurd door een Dagelijks Bestuur dat bestaat uit 2 ouders en 2 personeelsleden. Ook de GMR bijeenkomsten zijn openbaar en de verslagen ter inzage. 4.5

Ouderbijdrage (financieel)

Alle ouders zijn bij de aanmelding van hun kind op de hoogte gesteld van de vastgestelde vrijwillige ouderbijdrage van €35,- Hiervan schaffen we materialen aan die niet door de overheid worden gesubsidieerd. Ook de thee die we schenken tijdens demiddagpauze wordt hiervan betaald. In oktober van dit schooljaar ontvangt u van de penningmeester van de Medezeggenschapsraad een toelichtende brief met verzoek tot betaling.

36

4.6 Sponsoring Van sponsoring is sprake als we giften of extra bijdragen ontvangen. Voorbeelden hiervan zijn: enkele ouders die extra geld geven; ontvangen bijdragen van een maatschappelijke actie (bijvoorbeeld Jantje Beton of Stichting Kinderpostzegels); een bedrijf dat extra geld geeft. Scholen kunnen het geld dat door sponsoring is verkregen, inzetten voor het onderwijs en/of nevenactiviteiten. Met het sponsorgeld kunnen extraatjes worden gedaan. Omdat wij op een verantwoorde en zorgvuldige manier met sponsoring om willen gaan moet de sponsoring aan de volgende voorwaarden voldoen: - Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. We nemen alleen deel aan acties van instellingen als deze passen bij de doelen en uitgangspunten van onze school. - Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de school en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. - Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die onze school aan het onderwijs stelt. - Voor sponsorgelden hoeven we nooit een tegenprestatie te leveren (als dank voor de ontvangen gelden) die de vrijheid van het onderwijs, de kinderen of de ouders kan beperken. Bovengenoemde punten vinden hun basis in het convenant Sponsoring, dat de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel, ouders en leerlingen en een aantal andere organisaties, hebben ondertekend. Ouders die een klacht hebben over sponsoring, uitingsvormen van sponsoring en/of niet akkoord gaan met de wederprestatie die aan de sponsoring verbonden is, kunnen bij de schoolcontactpersoon terecht (zie elders in deze gids onder de klachtenregeling).

4.7

Financiële regelingen

Steeds meer ouders kunnen hun kinderen niet mee laten doen met bijvoorbeeld sport, muziek- of dansles, hobbyclub enz., omdat ze dat niet kunnen betalen. Zelfs de kosten voor school (bijvoorbeeld de ouderbijdrage, schoolbenodigdheden, schoolreis, kamp, excursies, etc.) zijn soms niet meer op te brengen. In veel gevallen kunnen gezinnen een aanvraag bij de gemeente doen voor bijzondere bijstand, of gebruik maken van andere ondersteuningsregelingen. Daarvoor moet men zich melden bij het Inwonersplein, Stadhuisplein 10, tel 040 2386000 (zie www.eindhoven.nl onder ‘werk en inkomen’). De gemeente Eindhoven heeft de volgende regelingen:  De reductieregeling (maximaal € 177,00 per kind per jaar om deel te kunnen nemen aan

buitenschoolse activiteiten)  De schoolkostenregeling (maximaal € 129,00 per kind per jaar om schoolkosten te kunnen

betalen)  De technologievergoeding (maximaal € 600,00 per 5 jaar als kinderen naar het voortgezet onderwijs gaan) Om van deze regelingen gebruik te kunnen maken, mag het inkomen niet hoger zijn dan 120% van het sociaal minimum. 37

Niet iedereen komt voor deze regelingen in aanmerking en ook niet alle kosten worden vergoed. Dan zijn er nog meer mogelijkheden. In Eindhoven zijn drie stichtingen die kinderen tussen de 4 en 18 jaar kansen bieden om toch mee te kunnen doen: Stichting Leergeld (www.leergeld.nl/) Odysseuslaan 2, 5631 JM Eindhoven; e-mail: [email protected]; telefoon: 0402131141 (bereikbaar op maandag- en donderdagochtend van 09.00 uur tot 13.00 uur. Op andere momenten kunt u de voicemail inspreken. Stichting Leergeld is bedoeld om kinderen, van wie de ouders/verzorgers in een financieel moeilijke situatie zitten, in staat te stellen mee te doen aan activiteiten die de school organiseert (zoals bijv. kampen), of aan sport, beweging, muziek, dans, enz. De Stichting kan ook een bijdrage doen voor de aanschaf van een fiets, een computer, of allerlei schoolbenodigdheden. Leergeld werkt met vrijwilligers. Zij komen op huisbezoek om samen met de aanvrager alle mogelijkheden en wensen te bespreken. Ouders/verzorgers kunnen zelf contact opnemen met Leergeld, maar ook anderen kunnen dit voor hen doen. De huisbezoekers gaan ook na of er gebruik kan worden gemaakt van gemeentelijk voorzieningen (zie hierboven) en zijn daar eventueel behulpzaam bij. Als Leergeld aanvragen tegenkomt die te maken hebben met sport of cultuur, zorgen zij voor verdere afhandeling door de hierna genoemde stichtingen. Leergeld kan ook hulp bieden in de vorm van het verstrekken van een voorschot, of een renteloze lening. Leergeld behandelt alle aanvragen in alle vertrouwelijkheid. Het Jeugdsportfonds (www.jeugdsportfonds.nl) Postbus 2358, 5600 CJ Eindhoven; e-mail: [email protected]; T 06-13197317 (dinsdagochtend van 8.30 -12.00 uur, graag buiten dit tijdstip de voicemail inspreken) Deze stichting is van mening dat elk kind de gelegenheid moet hebben om te sporten. Sporten is leuk om te doen, je groeit er lichamelijk en geestelijk van, je ontwikkelt zelfvertrouwen en je gevoel voor eigenwaarde en het brengt je in contact met anderen. Sporten in clubverband bevordert bovendien de individuele, sociale en maatschappelijke integratie. Ouders/verzorgers kunnen niet zelf een aanvraag indienen, maar moeten dit laten doen door een intermediair (b.v. de school, een maatschappelijk werkster, Stichting Leergeld, of iemand anders die betrokken is bij de begeleiding van het gezin) Jeugdsportfonds betaalt de contributie en eventuele sportattributen tot een maximum van € 225,00 per jaar per kind. Het Jeugdsportfonds keert géén geld uit aan kinderen of aan de ouder(s), maar rechtstreeks aan de sportinstelling of –winkel. Het Jeugdcultuurfonds (www.jeugdcultuurfonds.nl) Postbus 2358, 5600 CJ Eindhoven; e-mail: [email protected]. Het Jeugdcultuurfonds wil dat alle kinderen in Nederland zich kunnen ontwikkelen in minstens één kunstdiscipline. Het zelf beoefenen en ervaren van cultuur is de basis van het culturele leven. Kunst beoefen je voor jezelf. Omdat het leuk is en ontspannend. Maar het draagt ook bij aan je persoonlijke ontwikkeling, aan het gevoel ergens bij te horen en ervaringen te kunnen delen. De effecten van het ontwikkelen van je eigen creativiteit en het laten horen of zien wie je bent en wat er in je leeft, zijn groot. Wie aan kunst doet, krijgt meer zelfvertrouwen, het concentratievermogen neemt toe en het vergroot de sociale vaardigheden. Daarom wil het Jeugdcultuurfonds dat ook kinderen uit gezinnen die het financieel moeilijk hebben de gelegenheid krijgen om actief aan kunst te doen. Ouders/verzorgers kunnen niet zelf een aanvraag indienen, maar moeten dit laten doen door een intermediair (b.v. de school, een maatschappelijk werkster, Stichting Leergeld, of iemand anders die betrokken is bij de begeleiding van het gezin). De bijdrage van het Jeugdcultuurfonds bedraagt 38

maximaal € 450 per jaar. Het Jeugdcultuurfonds keert géén geld uit aan kinderen of aan de ouder(s), maar rechtstreeks aan de culturele instelling. 4.8

Ouderavonden

In het begin van elk schooljaar houden wij een zogenaamde informatieavond. Deze is dit jaar op 2 september a.s. Aanvang 19.30 uur. Het eerste uur is algemeen en gezamenlijk. Het tweede uur specifiek met de leerkracht waar uw kind is geplaatst. De groepsleerkracht geeft informatie over het leerjaar: stof, methodes, aanpak, specifieke leerjaaraangelegenheden en dergelijke. U kunt er bovendien met uw algemene vragen over het leerjaar terecht en zo maken u en de leerkracht van uw kind(eren) goed kennis met elkaar. 4.9

Ouderhulp

Al sinds jaren zijn ouders actief in onze school. Het afgelopen jaar hebben ouders o.a. kinderen gereden, geassisteerd bij de handvaardigheid, de uitleen in het documentatiecentrum geregeld, meegeholpen met het kamp, enz. Ook het komende schooljaar doen wij weer een beroep op u allen om daar waar u kunt, aan ouderwerkzaamheden mee te doen. Ook de nieuwe ouders zijn daarbij natuurlijk welkom. Wie helpt ons bij dit alles? U kunt zich aanmelden voor een of meerdere activiteiten in het begin van het schooljaar bij de leerkracht van uw kind. 4.10 Schoolverzekering SALTO heeft een ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Op grond van deze verzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. Deze ongevallenverzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school (c.q. het schoolbestuur) zelf als zij die voor de school actief zijn, dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot een misverstand: -

De school / het schoolbestuur is niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Hierdoor wordt niet alle schade die in schoolverband is ontstaan door de school vergoed. De school is alleen aansprakelijk als de schade is voortgekomen uit het in gebreke blijven van de school. Er moet een duidelijk verband zijn tussen de oorzaak van de schade en het gevolg van het tekortschieten van de school. Een voorbeeld waarbij geen schade wordt uitgekeerd is bijvoorbeeld wanneer aan een bril schade is ontstaan door deelname aan de gymnastiekles.

-

In het geval dat de schade is veroorzaakt door het gedrag van een leerling, is de school/ het schoolbestuur niet aansprakelijk. Voor leerlingen jonger dan 14 jaar geldt dat de ouders verantwoordelijk zijn voor het doen en laten van hun kind. Hierdoor zijn in deze gevallen de ouders zelf in eerste instantie verantwoordelijk voor de schade die door hun kind is veroorzaakt. Het is dus van belang dat ouders zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten.

39

5.

DE KWALITEIT VAN DE JAN NIEUWENHUIZENSCHOOL

De Jan Nieuwenhuizenschool wil de resultaten van het onderwijs, conform de wet, zichtbaar maken. De resultaten van leerontwikkeling zijn zichtbaar in de toetsresultaten. In het ontwikkelingsperspectief-formulier (OPP) wordt dit afgezet tegen onder andere de capaciteiten van het kind. Minstens even belangrijk zijn de andere aspecten van de persoonlijkheidsontwikkeling: sociaalemotionele ontwikkeling, werkhouding en zelfstandigheid. Daarbij stellen we ons de volgende vragen: Hoe is het met het welbevinden van het kind? Welk zelfbeeld heeft het kind? Hoe is de omgang met leeftijdsgenoten en leerkrachten? Kan het kind zelfstandig plannen en werken? Dat laat zich minder gemakkelijk vertalen in toetsen en cijfers. Door gesprekken met kinderen en ouders, observatie en enquêtes hebben we ook zicht op aspecten die we naast de leerontwikkeling als belangrijkste competenties beschouwen: Competentie (wat kan ik?) Relatie (hoe ga ik met anderen om?) Autonomie (hoe zelfstandig ben ik?)

40

Bijlage 1

LIJST MET ADRESSEN EN TELEFOONNUMMERS

Advies- en Meldpunt Kindermishandeling tel 0900 123 123 0 Bibliotheek Eindhoven De Witte Dame Emmasingel 22 5611 AZ Eindhoven Tel: 040-2604260 Bureau Jeugdzorg Wal 20 5611 GG Eindhoven tel: 040-7999100 Dienst bestuursondersteuning gemeente Eindhoven Postbus 90150 5600 RB Eindhoven tel: 040-2382044 Fontys-Fydes Onderwijsadviseurs Het Eeuwsel 2 5612 AS Eindhoven tel: 0877-872200 GGD Eindhoven Clausplein 10 5611 XP Eindhoven tel: 088-0031100 Mee Zuid Oost Brabant Postbus 44015 5604 LA Eindhoven Tel. 040-2140404 Onderwijsinspectie Eindhoven Postbus 530 5600 AM Eindhoven Telefoon: 040-2197000 Salto Odysseuslaan 2 5631 JM Eindhoven Tel. 040-2606710

41

BIJLAGE 2

Jeugdgezondheidszorg, een gezonde keuze voor alle leerlingen Onze school werkt samen met het team Jeugdgezondheidszorg van de GGD. Dit team bestaat uit een jeugdarts, jeugdverpleegkundige, assistente, psycholoog en een preventiemedewerker. We leggen kort uit wat dit team voor de ouders, verzorgers en voor de leerlingen kan betekenen. Antwoord op vragen Ontwikkelt mijn kind zich goed? Waar komt die lichamelijke klacht vandaan? Past dit gedrag bij mijn kind? Opvoedtwijfels? Voor dit soort vragen kunnen u en uw zoon of dochter terecht bij het team Jeugdgezondheidszorg. Zij geven advies en bekijken samen met u of verder onderzoek nodig is. Contactmomenten Tijdens de schoolperiode komt uw kind regelmatig in contact met de medewerkers van het team Jeugdgezondheidszorg. Zij kijken naar de lichamelijke, psychische en sociale ontwikkeling van de leerling. Denk aan groei, motoriek, leefstijl, spraak en taal, maar ook aan schoolverzuim en gedrag. U kunt bij elk contactmoment aanwezig zijn. Inentingen In het jaar dat uw kind 9 wordt, krijgt hij of zij de laatste twee inentingen tegen DTP (Difterie, Tetanus en Polio) en BMR (Bof, Mazelen en Rode hond). Meisjes van 12 jaar krijgen ook de vaccinatie tegen HPV (baarmoederhalskanker). De GGD verstuurt hiervoor uitnodigingen. Gezonde school De GGD helpt bij het realiseren van een veilige, gezonde en hygiënische school. Bijvoorbeeld door het voorkomen en bestrijden van hoofdluis en het geven van voorlichting over een gezonde leefstijl. Ook doet de GGD metingen over een gezond leefklimaat en adviseert de school hierin. Over de GGD Vanuit de Wet Publieke Gezondheid is de GGD verantwoordelijk voor de jeugdgezondheidszorg van kinderen van 4 t/m 19 jaar. De GGD zet zich in om eventuele gezondheidsproblemen en -risico’s op te sporen en zo veel mogelijk te beperken. Onder meer via gezondheidsonderzoeken houdt de GGD (in samenwerking met de school) zicht op de lichamelijke, geestelijke en emotionele ontwikkeling van kinderen en jongeren. Zo ook op de gezondheidssituatie van uw kind. De GGD gaat zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind. De GGD is partner in het Centrum voor Jeugd en Gezin. Heeft u vragen? Stuur een e-mail naar: [email protected] o Vermeld altijd de voor- en achternaam en geboortedatum van uw kind Of bel de GGD Brabant-Zuidoost via: 088 0031 414 op maandag t/m vrijdag: 9.00 - 11.00 uur en 14.00 - 15.00 uur Kijk op de website www.ggdbzo.nl/ouders GGD Brabant-Zuidoost Bezoekadres www.ggdbzo.nl Postbus 8684 Clausplein 10 /ggdbzo 6505 KR Eindhoven 5611 XP Eindhoven @ggdbzo

42

Bijlage 3 AANVRAAGFORMULIER VOOR VAKANTIEVERLOF (als bedoeld in artikel 13a van de Leerplichtwet 1969 vakantieverlof voor maximaal 10 schooldagen) IN TE VULLEN DOOR DE AANVRAGER 1.

Gegevens leerling:

Naam: Adres: Postcode/woonplaats: 2.

Jan Nieuwenhuizenschool

Gegevens ouders/verzorgers:

Naam: Relatie met leerling: vader – moeder – verzorgerAdres (indien anders): 3.

Geboortedatum: BSN: Groep/klas:

Telefoon:

Periode waarvoor het extra verlof wordt aangevraagd:

Van ……………………………………………………….t/m……………………………………………………………….. 3.a. Reden waarom het extra verlof wordt aangevraagd: ………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………… 4. a.

d. e.

Voorwaarden voor dit verlof: Deze aanvraag wordt gedaan omdat de jongere vanwege de specifieke aard van het beroep van één van de ouders/verzorgers slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie kan gaan. De noodzaak hiervoor dient te kunnen worden aangetoond middels een verklaring van de directie van het betreffende bedrijf. Verlof wordt slechts één maal per schooljaar voor maximaal tien schooldagen verleend voor de jaarlijkse gezinsvakantie. Eventuele volgende schoolvakanties (bijv. wintersportvakantie) komen hiervoor niet in aanmerking. Verlof gedurende de eerste twee lesweken van het schooljaar is uitgesloten. Het verlof kan alleen door de directeur van de school of onderwijsinstelling worden verleend.

5.

Handtekening aanvrager:

b. c.

Eindhoven,

IN TE VULLEN DOOR DE DIRECTEUR 6.

Het verlof wordt wel / niet verleend. Reden waarom het verlof niet wordt verleend:

Indien u zich niet met deze beslissing kunt verenigen, kunt u hiertegen op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht binnen 6 weken na dagtekening van deze beschikking gemotiveerd een bezwaarschrift indienen bij de directeur van de school of onderwijsinstelling. In spoedgevallen kunt u de president van de rechtbank verzoeken een voorlopige voorziening te treffen. 7.

Handtekening (waarnemend) directeur:

Eindhoven,

43