Saltoschool Floralaan
School-ondersteuningsprofiel
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 1
School-ondersteuningsprofiel saltoschool Floralaan
1.
Inleiding In het school-ondersteuningsprofiel willen wij als school vooral aangeven welke ondersteuning wij op dit moment kunnen bieden en welke ambities wij hebben voor de toekomst. Vooral met de ambities voor de toekomst willen wij aan de slag gaan waarbij we in kaart brengen wat onze school hiervoor nodig heeft. Aan het profiel dat nu voor ligt is een nauwe samenwerking tussen directie en IB vooraf gegaan. De volgende stap is dat het plan besproken wordt in het IB-MT overleg waarna het naar het team en de MR kan. Alle input van deze geledingen, maar ook de input vanuit het DO wordt verwerkt in het definitieve plan, dat tevens naar de ouders gaat. Het school-ondersteuningsprofiel geeft een verheldering in hoeverre de onderwijsbehoefte van een leerling past bij de mogelijkheden van de school. In de communicatie met ouders geven wij duidelijk aan wat wij op dat moment wel of niet voor hun kind kunnen betekenen. Er kan dan ook door school en door ouders de afweging gemaakt worden of de juiste onderwijsondersteuning geboden kan worden. Op het gebied van professionalisering hebben wij de laatste jaren geïnvesteerd in de werkwijze van Robert Marzano. De leerkracht is dan ook de belangrijkste factor in het bieden van goed onderwijs en in de mogelijkheden om je zorg verder te verbreden in passend onderwijs. We hebben dan ook de nadruk gelegd op de verschillende fases van instructie die door de leerkracht gehanteerd worden. Naast de werkwijze van Robert Marzano zijn we vorig schooljaar ook bezig geweest met HGW. We hebben hierbij vooral geïnvesteerd in de deskundigheid van leerkrachten op het gebied van het maken van goede groepsplannen. Dit traject wordt dit schooljaar verder uitgewerkt. Verder zijn we vorig schooljaar ook gestart met een pilot op het gebied van meer- en hoogbegaafdheid. In de komende tijd gaan we samen met het team onderzoeken waar onze ambitie c.q. behoefte ligt.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 2
2.
Algemene gegevens.
2.1
Contactgegevens Salto Basisschool Floralaan is gevestigd in de Eindhovense wijk Stratum: Floralaan West 264 5644 BN Eindhoven Telefoonnummer: (040) 2 112 112 Algemeen e-mailadres:
[email protected] Website: www.bs-floralaan.nl De directie van onze school wordt gevormd door:de heer Hans van Dael Er zijn ook vier bouwleiders: mevrouw Marion Post voor de onderbouw (groep 1-2), mevrouw Annelien Veerman voor de basisbouw (groep 3 en 4), de heer Frans van Gennip voor de middenbouw (groep 5 en 6) en mevrouw Maartje Schatorie voor de bovenbouw (groep 7 en 8). Samen met de directie vormen zij het managementteam van onze school. Onze school heeft twee intern begeleiders: mevrouw Ellen Stekkinger voor de onder- en middenbouw (groep 1 t/m 4) en mevrouw Anouk Tervooren voor de bovenbouw (groep 5 t/m 8) Salto Basisschool Floralaan valt onder het bevoegd gezag van de Stichting Algemeen Toegankelijk Onderwijs (salto). Binnen deze stichting zijn er scholen met een verschillende signatuur. Basisschool Floralaan is een leerstofjaarklassenschool. Salto is verantwoordelijk voor het onderwijs op 20 basisscholen en 2 SBO scholen in Eindhoven. De dagelijkse verantwoordelijkheid is in handen van het College van Bestuur. Voorzitter van het College van Bestuur is mevrouw drs. A.L. Bus. Het adres van salto is: Odysseuslaan 2 5631 JM Eindhoven Telefoonnummer: (040) 2 606 710 Algemeen e-mailadres:
[email protected] Website: www.salto-eindhoven.nl De salto scholen maken deel uit van het Samenwerkingsverband Eindhoven e.o. (3007)
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 3
2.2
Missie en Visie
2.2.1
Een algemeen toegankelijke school
Onze school is een algemeen toegankelijke school. Ieder kind is er van harte welkom, ongeacht maatschappelijke, culturele en levensbeschouwelijke achtergrond. Verschillen worden op onze school geaccepteerd en gerespecteerd. Bij ons op school zorgen we voor een veilig klimaat. Door samen te leren, leren we samen te leven; voor een leven lang leren is saltoschool Floralaan dé breedste basis. Onze school vormt samen met Korein kindercentrum het SPIL-centrum Floralaan.
2.2.2
Missie
Wie zijn wij? Wat doen wij? Saltoschool Floralaan is een grote basisschool in het stadsdeel Stratum, in het zuiden van Eindhoven. Wij werken samen met verschillende pedagogische partners in SPIL- centrum Floralaan aan een doorgaande lijn van 0 tot 13 jaar. Naast het bevorderen van cognitieve, creatieve en sociaal emotionele vaardigheden is plezier in leren een belangrijk uitgangspunt van ons onderwijs. Deze componenten vormen de basis voor een goede start in het voortgezet onderwijs. Ons bestaansrecht Wij willen SPIL in ons voedingsgebied zijn. Onze primaire taak is het bieden van (basis)onderwijs. Daarnaast werken wij intensief samen op het gebied van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) met kinderopvang en peuterspeelzaal. Hiernaast vindt structureel overleg plaats met onze SPIL- partners. Doel hiervan is het realiseren van een doorgaande ontwikkelingslijn. In welke behoeften van die klanten voorziet ons onderwijsaanbod? Wij streven ernaar dat iedere leerling zich geborgen voelt bij ons op school. Daarnaast hebben wij plezier in leren hoog in het vaandel staan. Wij willen dat onze leerlingen hoge opbrengsten behalen, afgestemd op de talenten van iedere leerling. De sociaal- emotionele ontwikkeling stimuleren wij zoveel mogelijk, zodat leerlingen leren samenwerken, reflecteren en opkomen voor zichzelf en voor een ander. Normen en waarden en overtuigingen Wij handelen bij ons op school vanuit respect. Openheid, vertrouwen en veiligheid zijn de belangrijkste pijlers voor ons dagelijks handelen. Dit komt tot uiting in de positieve sfeer in het gebouw, in de groepen en op de speelplaats. Leerlingen, ouders en teamleden benaderen elkaar positief. We hebben aandacht voor elkaar, we luisteren naar elkaar, we zijn eerlijk en (onder)steunen elkaar. Intenties en ambities Wij willen onze stevige positie in de wijk, samen met onze partners, vanuit een gezamenlijke visie, verder uitbouwen. Onze primaire taak is het bieden van kwalitatief, goed onderwijs. Hierbij gebruiken wij moderne methodes en methodieken. Onze leerlingen kunnen hun Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 4
talenten op verschillende gebieden maximaal ontplooien. Teamleden investeren structureel in hun vakmanschap en communiceren direct en open. We leren van en met elkaar.
2.2.3
Visie Omgevingsbeeld Wij zijn een van de zes basisscholen in het Eindhovense stadsdeel Stratum. Onze leerlingen wonen voornamelijk in de buurt van de school. Het leerlingenaantal is stabiel en bedraagt op de teldatum 1 oktober 2014 543 leerlingen. Wij blijven de komende jaren verder investeren in ons imago, de kwaliteit van ons onderwijs en de samenwerking met onze SPIL- partners. Droompositie Wij willen de beste school van Eindhoven zijn. Goed onderwijs begint met goed vakmanschap. Het team is gevarieerd van samenstelling, deskundig en werkt professioneel. Alle leerkrachten spelen in op specifieke onderwijsbehoeften en kwaliteiten van leerlingen en werken handelingsgericht. Er is een gedifferentieerd aanbod voor iedereen. Bij ons is iedere leerling uniek. Onze leerlingen gaan met plezier naar school en zijn intrinsiek gemotiveerd. Er hangt een goed pedagogisch klimaat waarin iedereen zich veilig voelt. Er is ruimte voor reflectie en ontwikkeling. De leerlijnen zijn op elkaar afgestemd en bekend bij alle teamleden. Wij werken intensief samen met de verschillende pedagogische partners en werken aan een gezamenlijk en gevarieerd pedagogisch aanbod. Ouders zijn tevreden en bevelen onze school aan. Succesformule Goed onderwijs is de beste reclame. Goed vakmanschap is de belangrijkste voorwaarde hiervoor. Alle teamleden van de Floralaan investeren voortdurend in hun eigen ontwikkeling en hebben een ‘brede kijk’ op de wereld om de leerlingen heen. Ze weten wat de leerlingen nodig hebben en waar hun interesses liggen. Team en directie staan open voor nieuwe ontwikkelingen die hun succes hebben bewezen en scholen zich, waar nodig. Ons onderwijs is modern en eigentijds. Wij stellen voortdurend onze communicatie- en informatiebronnen af op de behoeftes van de leerlingen en onze omgeving. Snelheid, openheid, transparantie en laagdrempeligheid zijn hierbij onze uitgangspunten. Teamleden werken graag samen: met elkaar, met ouders en externen. Wij vergaderen op professionele wijze. Een heldere vergaderstructuur vormt hiervoor de basis. Wij stellen voortdurend doelen, zowel naar onze leerlingen als naar ons onderwijs, wij evalueren deze en durven de lat hoog te leggen. Team en directie kijken voortdurend vooruit en werken planmatig. Onze onderwerpen, doelen en activiteiten staan uitgeschreven in een meerjarenplan. Dit plan wordt jaarlijks geëvalueerd, geactualiseerd en gecommuniceerd met de betrokken geledingen op onze school.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 5
2.3
Kengetallen leerlingenpopulatie huidig schooljaar en de afgelopen drie schooljaren
2010-2011
2011-2012
2012-2013
2013-2014
Aantal leerlingen*
557
562
565
543
ll-gewicht 0,3*
33
27
25
23
ll-gewicht 1,2*
15
17
17
20
-
7
5
Verwijzingen S(B)O Besproken in ZAT REC-indicatie
* Aantal per 1 oktober in dat schooljaar
Uitstroomgegevens schooljaar 2010-2011:
In juli 2011 hebben 47 kinderen van groep 8 de De schooladviezen waren als volgt verdeeld: school verlaten. 14 naar het Pleincollege Sint Joris 5 naar SG Augustinianum 15 naar het Pleincollege Van Maerlant 1 naar het Lorentz Casimir Lyceum 1 naar Helicon Opleidingen Groenschool 1 naar het Sondervickcollege 2 naar de Eindhovense School 3 naar het Christiaan Huygens College 1 naar Pleincollege Bisschop Bekkers 4 naar het Montessoricollege
Passend Onderwijs, december 2014
7 keer VWO 10 keer HAVO/VWO 7 keer HAVO 8 keer VMBO T/HAVO 8 keer VMBO T 1 keer VMBO T/gemengde leerweg 5 keer VMBO K 1 keer VMBO B/K
Pagina 6
Uitstroomgegevens schooljaar 2011-2012:
In juli 2012 hebben 52 kinderen van groep 8 de De schooladviezen waren als volgt verdeeld: school verlaten. 12 naar het Pleincollege Sint Joris 14 naar het Pleincollege Van Maerlant 11 naar SG Augustinianum 4 naar het Montessoricollege 3 naar de Eindhovense School 3 naar het Christiaan Huygens College 3 naar het Lorentz Casimir Lyceum 1 het Theresia Lyceum 1 naar het Strabrecht College
13 keer VWO 10 keer HAVO/VWO 11 keer HAVO 7 keer VMBO T/HAVO 6 keer VMBO T 1 keer VMBO T/gemengde leerweg 3 keer VMBO K 1 keer VMBO T/G /K
Uitstroomgegevens schooljaar 2012-2013:
In juli 2013 hebben 85 kinderen van groep 8 de De schooladviezen waren als volgt verdeeld: school verlaten.
25 naar het Pleincollege Van Maerlant 15 naar het Pleincollege Sint Joris 10 naar Aloysius/de Roosten 9 naar SG Augustinianum 7 naar het Montessoricollege 3 naar SintLucas 3 naar het Lorentz Casimir Lyceum 3 naar De Rooi Pannen 3 naar het Christiaan Huygens College 2 naar Scholengemeenschap Were Di 1 naar Vakcollege Eindhoven 1 naar Pleinschool Helder 1 naar de Praktijkschool 1 naar het Antoon Schellenscollege 1 leerling vertrok naar het buitenland
Passend Onderwijs, december 2014
20 keer VWO 17 keer HAVO/VWO 14 keer HAVO 10 keer VMBO T/HAVO 8 keer VMBO T 2 keer VMBO T/gemengde leerweg 5 keer VMBO T/G /K 1 keer VMBO T / K 3 keer VMBO G / K 3 keer VMBO K 1 keer VMBO B / K 1 keer VMBO B
Pagina 7
In juli 2014 hebben 74 kinderen van groep 8 de school verlaten.
30 naar het Pleincollege Van Maerlant 18 naar het Pleincollege Sint Joris 6 naar het pleincollege Aloysius 6 naar SG Augustinianum 2 naar het Montessoricollege naar het Lorentz Casimir Lyceum 2 naar De Rooi Pannen 2 naar het Christiaan Huygens College 1 naar Vakcollege Eindhoven 1 leerling naar De Korenaer 1 leerling naar het Stedelijke College
Passend Onderwijs, december 2014
De schooladviezen waren als volgt verdeeld:
25 keer VWO 12 keer HAVO/VWO 12 keer HAVO 9 keer VMBO T/HAVO 6 keer VMBO T 2 keer VMBO T / K keer VMBO G / K 1 keer VMBO K keer VMBO B / K 1 keer VMBO B
Pagina 8
3
Basisondersteuning
3.1
Basiskwaliteit van het onderwijs De basiskwaliteit van het onderwijs is voldoende, de leerresultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool zijn tenminste op het niveau dat verwacht mag worden op grond van de kenmerken van de leerlingen. Zie laatste inspectierapport. Aanvullend standaarden voor handeling gericht werken zijn:
3.2
Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen door o.a. observaties, gesprekken en het analyseren van toetsen. Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen leerling en leerkracht en de groep en de lesstof om de onderwijsbehoefte te begrijpen en op af te stemmen. Leerkrachten reflecteren hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders en leerkrachten Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van leerlingen hebben. Teamleden benutten, benoemen en zoeken naar de sterke kanten en interesses van de leerlingen, leerkrachten, ouders en het team. Leerkrachten werken samen met ouders. Leerkrachten benoemen hoge reële SMART doelen. Deze doelen worden gecommuniceerd met ouders en collega’s. Leerkrachten werken met een groepsplan waarin ze doelen en de aanpak voor de basisgroep, subgroepen en individuele leerlingen beschrijven. Leerkrachten bespreken minstens 3 keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplan met de intern begeleider. De onderwijs en begeleidingsstructuur is voor iedereen duidelijk. Er zijn heldere afspraken. Teamleden zijn open over het werk wat gedaan moet worden naar collega’s, leerlingen en ouders.
Planmatig werken Zorg aan leerlingen
Signalering van leerlingen die extra zorg nodig hebben. De leerkracht is degene die een leerling signaleert. Dit is een leerling bij wie het basisprogramma of -aanpak met de differentiatie naar boven of naar beneden toe onvoldoende groei oplevert of een leerling die op gedrag, werkhouding of sociaalemotioneel vlak een belemmering ervaart, die van dien aard is dat de leerkracht dit probleem in de groep (nog) niet adequaat kan oplossen.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 9
De volgende stappen worden dan gemaakt: Stap 0: ouders worden door de leerkracht geraadpleegd en geïnformeerd over de zorg die er is. Stap 1: de leerling wordt besproken in de bouwvergadering. Onder leiding van de bouwleider of een andere collega wordt de leerling besproken. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de incidentmethode (intervisie). Als het de leerkracht voldoende handvatten opgeleverd heeft, kan de leerkracht verder. Stap 2: de leerling wordt ingebracht in de leerlingbespreking met de intern begeleider. Indien de bespreking in de bouwvergadering onvoldoende opgeleverd heeft, bespreekt de leerkracht de leerlingen met de intern begeleider (IB-er).Indien nodig wordt het groepsplan en groepsoverzicht bijgesteld. En mogelijk wordt het zorgteam geraadpleegd. Stap 3: de leerling wordt besproken in een overleg met externe deskundigen.
De CLB (consultatieve leerlingbespreking). Indien het handelingsplan / plan van aanpak onvoldoende oplevert of het probleem erg complex is, wordt boven schoolse hulp ingeschakeld. De leerling wordt besproken met de orthopedagoog. De ouders zijn vooraf geïnformeerd over dit bespreekmoment. (zorgniveau 4)
Het BSZT ( Breed Spil Zorg Team). In dit vaste team van IB-ers, Wij Eindhoven medewerker, Schoolverpleegkundige van de GGD, wijkverpleegkundige consultatiebureau, pedagogische medewerker BSO en psycholoog worden leerlingen besproken. Het uitgangspunt hier is de zorg met betrekking tot een leerling en/of gezinssituatie op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling en welbevinden, gedrag en gezondheid. Op verzoek kunnen wij externe deskundigen uitnodigen om deel te nemen aan dit overleg. Stap 4: er wordt een onderzoek aangevraagd / externe hulp ingeschakeld om de leerling nader te in beeld te krijgen. Als blijkt dat een leerling met alle aanpassingen en extra zorg onvoldoende progressie maakt volgt wederom een overleg in het CLB. Nu wordt er een zorgtraject op maat afgestemd. Deze hulp kan bestaan uit het inhuren van expertise van buitenaf, vanuit het Speciaal Basisonderwijs (SBO) of Speciaal Onderwijs (SO), extra intensieve begeleiding buiten de groep en begeleiding van de leerkracht. Als blijkt dat de leerling na de geboden hulp nauwelijks vorderingen heeft gemaakt, kan er mogelijk een onderzoek volgen door een externe deskundige. Dit alles in overleg met de ouders/verzorgers van de leerling. Na een onderzoek worden de onderwijsbehoefte van een leerling verder in kaart gebracht.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 10
Hieruit wordt het groepsoverzicht/plan aangepast en eventueel een OPP opgesteld (zorgniveau 4)
Stap 5: Plaatsing in het S(B)O Indien een leerling ondanks de extra hulp niet voldoende ontwikkeling laat zien, wordt in overleg met ouders en orthopedagoog een tlv ( toelaatbaarheidsverklaring) voor het S(B)O aangevraagd. Gedurende alle bovenbeschreven stappen is de leerkracht degene die de ouders informeert en raadpleegt. Dit gebeurt bij voorkeur bij stap0. De leerkracht blijft met ouders over de zorg communiceren. Indien wenselijk kan de IB-er bij een van deze gesprekken aanwezig zijn. Vanaf stap 3 is dit gebruikelijk. In alle stappen bestaat de mogelijkheid dat leerlingen geobserveerd worden door interne of externe deskundigen. Indien de behoefte aan een leerlingbespreking groot is, kan deze tussendoor ingepland worden. Wanneer ouders zich zorgen maken, kunnen zij zich wenden tot de leerkracht. Deze kan eventueel hulp van de intern begeleider inroepen. zorg op groepsniveau Vanuit de ontwikkeling van handelingsgericht werken op de Floralaan, wordt het werken met een groepsoverzicht en groepsplan meer en meer ingebed in ons onderwijs. Deze twee documenten worden een wezenlijk onderdeel van de groepsbespreking die drie maal per jaar gehouden wordt. In het begin van het schooljaar en na de twee cito toets rondes voeren de intern begeleiders gesprekken met leerkrachten van alle groepen. Hierin wordt op groepsniveau gekeken waar de zorgbehoefte ligt. In de groepsbesprekingen volgen leerkracht en IB-er de resultaten van de leerlingen. Er wordt gekeken naar de Cito-resultaten en de methode gebonden toetsen en hoe die zich tot elkaar verhouden. Binnen Cito wordt gekeken hoe de verdeling van de resultaten op groepsniveau er uit ziet. (Dwarsdoorsnedes) De groep wordt geanalyseerd en de zorgbehoefte wordt vastgesteld. De leerkracht formuleert doelstellingen en eventueel hulpvragen. De intern begeleider ondersteunt de leerkracht bij het vinden van de juiste aanpak. Het groepsplan wordt geëvalueerd en bijgesteld. Ook het groepsoverzicht wordt besproken en geactualiseerd. Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 11
Afspraken worden vastgelegd in Eduscope. Tevens wordt er gekeken naar de vaardigheidsgroei van de individuele leerlingen. Wanneer zwakke leerlingen ( IV en V score op de CITO) voldoende groei doormaken, is de geboden zorg dus voldoende en kan deze gecontinueerd worden. Wanneer er onvoldoende groei bij deze leerlingen zichtbaar is, wordt dit nader geanalyseerd. Hieruit worden aanpassingen gemaakt voor de individuele leerlingen. Deze worden nader besproken in de leerlingbespreking die volgt op de groepsbespreking en hebben betrekking op een individueel handelingsplan, een plan van aanpak of OPP (ontwikkelingsperspectief). Wanneer kinderen met een I, II of III score op de Cito onvoldoende vaardigheidsgroei laten zien, wordt dit door leerkracht en IB-er nader geanalyseerd en worden er, indien nodig, aanpassingen gemaakt. Deze worden verwerkt in het groepsplan.
zorg op schoolniveau Een keer per jaar brengt de intern begeleider verslag uit aan de directie over de ontwikkelingen op schoolniveau. Hierbij wordt gebruik gemaakt van analyses van de groepsbesprekingen en de trendanalyses uit het Cito LOVS (leerling- en onderwijs volgsysteem). Op basis van de analyses en conclusies kan de directie aanpassingen in het onderwijs maken.
volgen van de leerlingen. Elke leerkracht zorgt voor een goede overdracht van de groep naar de nieuwe leerkracht. Dit gebeurt volgens een vastgesteld format. Het groepsoverzicht en het groepsplan zijn hierbij belangrijke documenten. De IB-er draagt zorg voor de continuïteit en volgt de leerlingen door de jaren heen.
3.3
Preventie en lichte curatieve interventies Alle interventies zijn gebaseerd op handelingsgerichte-proces-diagnostiek.
Zorg voor een veilig schoolklimaat Oa door implementatie methode: Kinderen en hun sociale talenten. Schooljaar 2012-2013 zijn we gestart met het breedspilzorgteam(BSZT). Met dit team van verschillende disciplines ( consultatiebureau, GGD, Psychologenpraktijk, Intern begeleiders, medewerker WIJ Eindhoven) zijn we gestart met het vroegtijdig signaleren van opgroei en opvoedproblemen. De gemeente, afdeling jeugdzorg steunt ons hierbij.
Aanbod voor leerlingen met dyslexie en dyscalculie. Voor leerlingen met leesproblemen of dyslexie hanteren wij het protocol leesproblemen en dyslexie.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 12
Wanneer wij leesproblemen constateren wordt extra ingezet op lezen en worden aanpassingen gedaan volgens het plan van aanpak leesproblemen en dyslexie. Voor aanpassingen van Cito-toetsen hanteren wij de richtlijnen van Cito. In het geval van aanpassingen en compenserende maatregelen overleggen wij altijd met de leerling wat hij zelf prettig vindt. In algemene zin stimuleren wij het gebruik van auditieve toetsen voor dyslectische leerlingen met een geringe achterstand (< 1 jaar) op lezen en/of spelling niet. Wanneer het sterke vermoeden is dat een leerling dyslectisch is kan dat onderzocht worden bij een externe specialist. Ouders kunnen dit zelf laten onderzoeken. De kosten van dit onderzoek worden niet vergoed door de school. Wanneer we bij leerlingen rekenproblemen constateren of wanneer er sprake is van dyscalculie dan krijgen deze leerlingen extra begeleiding volgens het groepsplan. Wanneer de achterstand zo groot is dat het reguliere leerstofaanbod niet meer toereikend lijkt te zijn (leerrendement van 70% of lager), wordt de leerling m.b.v. een diagnosticerende rekentoets en aanvullend toets materiaal getest. Vervolgens wordt in kaart gebracht wat de leerling goed beheerst, wat hij nog moet oefenen en wat de volgende te maken stap voor hem wordt. Hij krijgt een gecomprimeerd programma, aangepaste instructie, aangevuld met een eigen programma volgens de leerroutes van SLO/Van kerndoel tot leerlijn van Mariëlle van de Stap. In een ontwikkelingsperspectief worden eigen aanpak en (leerstof)doelen omschreven. Deze worden minimaal twee keer per jaar m.b.v. de Citotoetsen geëvalueerd en tussendoor via (remediërende) methodetoetsen.
Afgestemd aanbod voor leerlingen met meer of minder dan gemiddelde intelligentie. Schooljaar 2012-2013 zijn wij gestart met de ontwikkeling van beleid aan meer begaafde kinderen. Uitgangspunt bij meer begaafdheid is dat deze leerlingen de reguliere lesstof sneller (kunnen) verwerken dan andere leerlingen. Zij hebben minder oefening nodig en maken grotere leerstappen. Wij vinden het belangrijk dat ook deze leerlingen niet alleen uitgedaagd worden, maar ook zich leren inspannen, leren doorzetten, leren omgaan met fouten maken en faalangst. Jaarlijks wordt dit plan bijgesteld. Kinderen met een minder dan gemiddelde intelligentie proberen wij door goed te differentiëren en aan te sluiten bij de individuele onderwijsbehoefte zolang mogelijk met het regulieren onderwijsprogramma binnen ons groepsplan mee te laten doen. Wanneer de groei van deze leerlingen stagneert en het leerrendement lager dan 75% is, dan stellen we voor een of meerdere vakgebieden een ontwikkelingsperspectief op.
Programma‘s en methodieken gericht op sociale veiligheid en het voorkomen van gedragsproblemen.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 13
In schooljaar 2011-2012 hebben we ons georiënteerd op een methode sociaal-emotioneel. We hebben verschillende methodes in groepjes bekeken en informatie ingewonnen bij collega scholen. In 2012-2013 hebben we ons verder georiënteerd en zijn uitgekomen op de methode: Kinderen en hun sociale talenten. In verband met de financiën konden we pas van start gaan in 2014-2015. Daarom zijn we in de die tussenliggende periode, 2013-2014 pilots gaan doen en informatie gaan geven via team studiemiddagen over deze methode aan het team Sinds dit schooljaar 2014-2015 werken we met de hele school, groep1-8, structureel met de methode. Zie kalender. In 2015-2016 zal SCOL, het leerlingvolgsysteem bijbehorend bij de methode worden ingevoerd. Wij hebben er bewust voor gekozen om dit een jaar later te doen omdat we eerst een jaar ervaring wilden opdoen met de methode alvorens een lijst SCOL te introduceren en scoren.
4.
Protocol voor medische handelingen Curatieve ondersteuning die de school samen met de ketenpartners kan bieden.
Extra ondersteuning: ondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
Op dit moment voldoet de school aan de voorwaarden behorende bij het basisarrangement. Extra mogelijkheden voor de toekomst worden verder onderzocht en waar mogelijk volgen er aanpassingen.
5. Randvoorwaarden Om het onderwijs zoals beschreven is in hoofdstuk 3 mogelijk te maken zijn er een aantal randvoorwaarden. Organisatie en faciliteiten Om de beschreven basisondersteuning te kunnen bewerkstelligen zijn er een aantal voorwaarden:
De school wordt geleid door een directeur die ondersteund wordt door een managementteam en voldoende intern begeleiders (fte passend bij de grootte van de school) wat betreft de organisatie van het onderwijs. Daarnaast wordt hij ondersteund door een MOA kracht en conciërge (met een wtf passend bij de grootte van de school) wat betreft de ondersteuning van de organisatie van de school. Leden van het managementteam die ook zorg dragen voor een klas worden gefaciliteerd om hun managementtaken naar behoren uit te voeren. De school beschikt over facilitaire middelen om overleggen zoals leerlingbespreking op een adequate en efficiënte manier te kunnen organiseren. De school beschikt over voldoende leerkrachten. Hiermee wordt bedoeld dat er voor elke groep een fulltime leerkracht of twee parttime leerkrachten (samen1fte) beschikbaar is. Afwezige leerkrachten worden vervangen. De school heeft groepen die gemiddeld 26 leerlingen tellen met een bovengrens van 30 leerlingen en een ondergrens van 18 leerlingen.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 14
Ieder leerjaar telt ongeveer 75 leerlingen, met een afwijking van 15. In het geval dat er onvoldoende aanmeldingen zijn, zal dat gevolgen hebben voor het de organisatie van het onderwijs, waardoor mogelijk afgeweken wordt van het onderwijs zoals dat in hoofdstuk 3 beschreven staat. De school beschikt over deskundige werknemers. De school beschikt over voldoende financiële middelen om haar personeel jaarlijks te blijven bekwamen hetzij door teamscholing hetzij door individuele scholing. De school beschikt over moderne methoden, materialen, multimedia, meubels e.d. De school heeft de mogelijkheid gebruik te maken van externe deskundigen zoals, een orthopedagoog, gespecialiseerde collega’s (VCC), ambulante begeleiders uit expertisecentra, rugzakbegeleiders,….
Leerlingenzorg/onderwijsondersteuning Om voor iedere leerling een passend onderwijsaanbod te realiseren, beschrijven we in deze paragraaf welke mogelijkheden de school heeft en aan welke voorwaarden de leerlingen moeten voldoende om bij ons op school voldoende tot ontwikkeling te komen. Gedrag Leerlingen met een cluster 4 indicatie zijn welkom op de Floralaan. De school heeft voldoende ervaring en expertise opgebouwd en materialen aangeschaft om deze leerlingen te begeleiden. Echter, wanneer blijkt dat de geboden begeleiding in de klas onvoldoende oplevert zullen wij een beroep doen op ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband (SWV). Wanneer ondanks de extra ondersteuning er onvoldoende ontwikkeling zichtbaar is of wanneer de leerling herhaaldelijk gedrag vertoont waardoor hij zichzelf of anderen in gevaar brengt, kunnen wij als school daar niet op anticiperen en zullen we op zoek moeten gaan naar een beter passende vorm van onderwijs.
Intelligentie Kinderen met leerproblemen en leerlingen met een IQ vanaf 70 ( volgens officiële test) kunnen wij op de Floralaan onderwijs geven. Zeer zwakke leerlingen (IQ tussen 70 en 85) kunnen wij een OPP bieden. Vanaf groep 6 wordt er dan basisstof vervangen door leerstof op het eigen niveau van de leerling. Ook hier zal mogelijk ondersteuning van het SWV gevraagd worden. Meer-/ hoogbegaafdheid Wij kunnen meer- / hoogbegaafde leerlingen extra uitdagen en ondersteunen in de klas, maar niet individueel begeleiden op probleemgebieden voortkomend uit meer-/ hoogbegaafdheid. Tevens bieden wij geen lessen voor meer-/ hoogbegaafden buiten de klas aan.
Handicaps en beperkingen Lichamelijk, visueel, auditief en medisch. Kinderen met een visuele of auditieve beperking waarvoor een kleine aanpassingen nodig is, (bijv. soloapparatuur) kunnen wij op de Floralaan passend onderwijs bieden. Wij zijn niet in staat om kinderen die doof of blind zijn passend onderwijs te bieden.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 15
Chronisch zieke leerlingen of gehandicapte leerlingen kunnen wij onderwijs geven wanneer kleine aanpassingen voldoende zijn om hen te kunnen laten deelnemen aan het onderwijs. Ons gebouw is voorzien van een lift waardoor leerlingen die slecht ter been zijn of in een rolstoel zitten, zich zelfstandig naar de juiste klas kunnen begeven. Onze toiletten zijn zien ingericht voor rolstoelen.
Sociaal-emotionele problematiek Kinderen met een sociaal-emotionele problematiek en/of trauma waarbij behandeling uitblijft of onvoldoende oplevert kunnen wij onvoldoende ondersteunen. Voor deze leerlingen zoeken wij een passende oplossing in de vorm van een gecombineerde vorm van behandeling en onderwijs.
Nederlandse taal Wanneer leerlingen rechtstreeks vanuit het buitenland naar Nederland komen en geen of heel gebrekkig Nederlands spreken, kunnen wij deze leerlingen geen onderwijs geven en zullen wij de leerlingen altijd naar de neveninstroom verwijzen.
Conclusie Dat betekent dat wij leerlingen met dyslexie, met dyscalculie, met lees-/ rekenproblemen, leerlingen met een onder gemiddelde intelligentie (IQ 70-90,) leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong / meer- en hoogbegaafde leerlingen, leerlingen met een lichte fysieke handicap en leerlingen met gedragsproblemen (waaronder de meeste cluster 4 leerlingen) goed onderwijs kunnen bieden op de Floralaan.
Aanname leerlingen Leerlingen van 4 jaar: In principe zijn alle leerlingen welkom als ze voldoen aan bovenstaande voorwaarden. Wanneer uit een opgebouwd dossier / onderzoek blijkt dat de leerling een groter risico heeft op uitval door een van bovenstaande problematieken, dan wordt zeer individueel gekeken of het onderwijs op de Floralaan voldoende passend is op het moment van aanmelden. Ook wordt gekeken of het onderwijs in de toekomst nog voldoende kan aansluiten bij de (vermoedelijke) behoeften van de leerling. Op basis van deze individuele behoefte-inschatting zal er overgegaan worden tot aanname of afwijzing van de leerling. Wanneer leerlingen een beroep doen op de ondersteuning van het samenwerkingsverband, zal er binnen 6 weken een OPP opgesteld worden. Oudere leerling: bovenstaande voorwaarde en grenzen geven aan of het onderwijs op onze school wel of niet passend is voor deze leerling.
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 16
6.
Ambities
Saltoschool Floralaan is een school met ambities, die er naar streeft om de beste school van Eindhoven te worden. We zijn constant bezig om de kwaliteit van het onderwijs bij ons op school te verbeteren. Dit doen we met een enthousiast gemotiveerd team in een prettige leer- en werkomgeving. In onze ambitie zitten de onderstaande 10 peilers verwerkt, die we in een studiemiddag met het team verkend hebben 1) We willen “gewoon” goed onderwijs geven! 2) We willen ons met name richten op een goede basisondersteuning en deze verder uitbouwen, waardoor het fundament versterkt wordt. 3) We willen dat onze school breed toegankelijk is voor kinderen die zeer gemakkelijk leren tot kinderen die moeite hebben met leren (IQ 70-140). 4) We streven naar een brede zorg op 3 niveaus 5) We willen investeren in zelfstandig werken. 6) We willen ons verder bekwamen op gedragsproblematiek. 7) We willen onze kennis en mogelijkheden op meer- en hoogbegaafdheid verder uitbouwen 8) Sport en motorische ontwikkeling staan op de Floralaan hoog in het vaandel. Op termijn zou dit ertoe kunnen leiden dat we de begeleiding kunnen verzorgen voor leerlingen met een motorische beperking of leerlingen met een bijzonder sporttalent. 9) We willen ons verder professionaliseren op het gebied van sociaal-emotionele vaardigheden. 10) Het welbevinden van kinderen staat hoog in ons vaandel en zal uiteindelijk leiden tot betere resultaten op alle “vak” gebieden. Bovenstaande ambities willen wij verder verkennen, ontwikkelen en waar nodig prioriteren in een meerjarenplan. Hans van Dael december 2014
Passend Onderwijs, december 2014
Pagina 17